Daikin BRC4C65, BRC4C66 Operation manuals [nl]

Page 1
GEBRUIKSAANWIJZING
Kit draadloze afstandsbediening
MODELLEN:
BRC4C65 BRC4C66
Wij danken u voor de aankoop van deze Daikin-airconditioner. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig vooraleer de airconditioner te gebruiken. U vindt hier informatie over het correct gebruik van de unit en hulp bij eventuele problemen. Bewaar de handleiding na lezing voor latere raadpleging.
Page 2
VOOR GEBRUIK
Deze gebruiksaanwijzing bevat alleen instructies voor het gebruik van de draadloze afstandsbediening. Lees ook de bij de binnenunit en de buitenunit geleverde gebruiksaanwijzing voor een veilig gebruik van het systeem en onderhoud.
[1]
Page 3
[2]
1-1
1-2
7
9
12
10
11
13
14
15
8
1
3
4
5
2
6
DOWN
FAN
UP
ON OFF
MHL
C
hr.
hr.
TEST
MODE
TIMER
RESERVE
CANCEL
DOWN
UP
TEST
FAN
TIME
TEMP
ON OFF
MHL
C
hr.
hr.
TEST
1
1-3 2
23
22
18
19
21
20
16
17
KEUZESCHAKELAAR KOELEN/VERWARMEN VIA AFSTANDSBEDIENING
Page 4
3
4
[3]
MODE
TIMER
RESERVE
CANCEL
DOWN
UP
/TEST
FAN
TIME
TEMP
25
4
1
ON OFF
C
DOWN
FAN
UP
ON OFF
3
3
C
MODE
TIMER
RESERVE
CANCEL
DOWN
UP
/TEST
FAN
TIME
TEMP
ON OFF
C
4
4-1
4-2
4-3
25
1
1
1
1
1
DOWN
FAN
UP
ON OFF
C
3
3
Page 5
5
7 8
[4]
MODE
TIMER
RESERVE
CANCEL
DOWN
UP
/TEST
FAN
TIME
TEMP
ON OFF
1
23
MODE
TIMER
RESERVE
CANCEL
DOWN
UP
/TEST
FAN
TIME
TEMP
ON OFF
2
34
1
1
MODE
TIMER
RESERVE
CANCEL
DOWN
UP
/TEST
FAN
TIME
TEMP
ON OFF
C
hr.
hr.
1
( )
4
3
2
2
UNIT NO.
CODE
MODE
TIMER
RESERVE
CANCEL
DOWN
UP
/TEST
FAN
TIME
TEMP
1
24
6
35
7
ON OFF
24
6
6
Page 6
INHOUD
WAARSCHUWING
VOOR GEBRUIK.............................[1]
AFBEELDING..................................[2]
1 VOORZORGSMAATREGELEN
MET BETREKKING TOT DE
VEILIGHEID ......................................1
2 NAMEN EN FUNCTIES VAN HET
BEDIENINGSGEDEELTE .................5
3 OMGAAN MET DE DRAADLOZE
AFSTANDSBEDIENING....................6
4 BEDIENINGSPROCEDURE .............7
6 DIAGNOSE VAN DE OORZAAK
VAN EEN PROBLEEM....................13
5 GEEN SLECHTE WERKING
VAN DE AIRCONDITIONER...........13

1. VOORZORGSMAATREGELEN MET BETREKKING TOT DE VEILIGHEID

Om optimaal te kunnen genieten van de functies van de airconditioner en om storingen door verkeerd gebruik te voorkomen, raden wij u aan om deze handleiding zorgvuldig te lezen vóór gebruik.
Deze airconditioner valt onder de bepaling "toestellen die niet toegankelijk zijn voor iedereen".
De in deze handleiding beschreven voorzorgsmaatregelen worden onder­verdeeld in WAARSCHUWING en VOORZICHTIG. Deze bevatten beide belangrijke informatie betreffende veiligheid. Neem alle veiligheids­instructies nauwkeurig in acht.
WAARSCHUWING...Het niet goed
naleven van deze instructies kan leiden tot persoonlijk letsel of de dood.
VOORZICHTIG. Het niet goed naleven
van deze instructies kan leiden tot schade aan voorwerpen of persoonlijk letsel (afhankelijk van de omstandigheden kan dit ernstig zijn).
Bewaar deze handleiding op een geschikte plaats nadat u ze heeft gelezen zodat u ze later indien nodig nog kunt terugvinden. Als het toestel aan een nieuwe gebruiker wordt overgedragen, moet deze handleiding bij het toestel blijven.
Langdurige rechtstreekse bloot­stelling aan koude of warme lucht van de airconditioner of aan lucht die te koud of te warm is kan slecht zijn voor uw fysieke conditie en gezondheid.
Wanneer de airconditioner slecht werkt (brandgeur enz.), moet u de voeding van de unit uitschakelen en contact opnemen met uw plaatselijke dealer.
Wanneer u de unit in dergelijke omstan­digheden toch verder blijft gebruiken, kan ze beschadigd raken of is een elektrische schok of brand mogelijk.
Raadpleeg uw plaatselijke dealer om uw apparatuur te installeren.
Een slechte installatie kan waterlekken, elektrische schokken of brand veroorzaken.
Raadpleeg uw plaatselijke dealer voor wijzigingen, reparaties of onderhoud van de airconditioner of afstandsbediening.
Een slechte installatie of reparatie kan waterlekken, elektrische schokken of brand veroorzaken.
1 Nederlands
Page 7
Steek geen voorwerpen, waaronder stokken, vingers, enz., in de luchtinlaat of -uitlaat.
De ventilator draait met een hoge snelheid en kan u verwonden.
Kijk uit voor brand in het geval van een koelmiddellek.
Als de airconditioner niet goed werkt, d.w.z. geen koele of warme lucht produceert, kan dit te wijten zijn aan een koelmiddellek. Raadpleeg uw dealer voor meer informatie. Het koelmiddel in de airconditioner is veilig en lekt normaal niet. Maar ingeval van een lek kan een schadelijk gas vrijkomen bij contact met een naakte brander, verwarming of fornuis. Stop met het gebruik van de air­conditioner totdat een deskundige onderhoudsmonteur heeft bevestigd dat de lekkage is gerepareerd.
Raadpleeg uw plaatselijke dealer voor informatie over wat u moet doen bij een koelmiddellek.
Wanneer u de airconditioner in een kleine ruimte installeert, moet u maatregelen nemen om te voorkomen dat de hoeveel­heid lekkend koelmiddel in het geval van een lek de toegestane concentratie overschrijdt. Anders kan dit ongevallen veroorzaken door zuurstofgebrek.
Neem contact op met professionele personen voor de installatie van accessoires en gebruik alleen de door de fabrikant voorgeschreven accessoires.
Als u zelf accessoires hebt geïnstalleerd en dit veroorzaakt een defect, kan dit leiden tot waterlekken, elektrische schokken of brand.
Raadpleeg uw plaatselijke dealer wanneer u de airconditioner wilt verplaatsen en opnieuw installeren.
Een slechte installatie kan waterlekken, elektrische schokken of brand veroorzaken.
Gebruik altijd zekeringen met de juiste amperewaarde.
Gebruik geen andere zekeringen, koper of andere draden ter vervanging, aan­gezien dit kan resulteren in elektrische schokken, brand, letsels of schade aan de unit.
Installeer een aardlekschakelaar.
Wanneer u geen aardlekschakelaar installeert, kan dit leiden tot elektrische schokken of brand.
Voorzie het apparaat van een aardaansluiting.
Aard de unit niet aan een gas- of waterpijp, bliksemafleider of telefoon­aardkabel. Onvoldoende aarding kan elektrische schokken of brand veroorzaken. Een stroompiek veroorzaakt door de bliksem of een andere bron kan de airconditioner beschadigen.
Raadpleeg de dealer als de aircondi­tioner waterschade heeft opgelopen door een natuurramp zoals een overstroming of een orkaan.
Gebruik de airconditioner in dat geval niet. Anders kan hij defect geraken of kan er een elektrische schok of brand ontstaan.
Start of stop de airconditioner niet met behulp van de spanningsschakelaar.
Anders kunnen er brand of waterlekken ontstaan. Bovendien zal de ventilator plots beginnen te draaien als de stroom­onderbrekingscompensatie is geacti­veerd, wat letsels kan veroorzaken.
Gebruik het product niet in een omgeving die oliedampen bevat, zoals bijv. dampen van keuken- of machineolie.
Oliedampen kunnen de onderdelen doen barsten of kunnen elektrische schokken of brand veroorzaken.
Nederlands 2
Page 8
Gebruik het product niet in een
VOORZICHTIG
omgeving met rook die veel olie bevat, zoals bijv. in een ruimte waar gekookt wordt, of in een omgeving met ontvlam­bare of corrosieve gassen of metaalstof.
Wanneer u het product in een dergelijke omgeving gebruikt, kan er brand ont­staan of kan het product defect geraken.
Gebruik geen ontvlambare materialen (bijv. haarlak of insecticide) in de onmid­dellijke omgeving van het product. Maak het product niet schoon met organische oplosmidddelen zoals verfverdunner.
Organische oplosmiddelen kunnen barsten in het product veroorzaken of elektrische schokken of brand.
Gebruik een afzonderlijke voeding voor de airconditioner.
Een gedeelde voeding kan warmte­productie of brand doen ontstaan of het product kan defect geraken.
Gebruik de airconditioner alleen voor doeleinden waarvoor hij bedoeld is.
Gebruik de airconditioner niet voor het koelen van precisie-instrumenten, voedsel, planten, dieren of kunstwerken aangezien het toestel een negatieve invloed kan hebben op de prestaties, kwaliteit en/of levensduur van het voorwerp in kwestie.
Verwijder de ventilatorafscherming van de buitenunit niet.
De afscherming beschermt u tegen de snel draaiende ventilator van de unit (deze kan u verwonden).
Plaats geen voorwerpen die schade kunnen oplopen door vocht recht­streeks onder de binnen- of buitenunit.
In bepaalde omstandigheden kan condenswater op de hoofdwater of de koelmiddelleidingen, vuil op het luchtfilter of een verstopte afvoer van de unit druppelen, waardoor het voorwerp in kwestie vuil of defect kan geraken.
Zorg voor een degelijke verluchting van de ruimte als samen met de airconditioner een brander of dergelijke wordt gebruikt, dit om zuurstofgebrek te voorkomen.
Controleer na langdurig gebruik of de stander en bevestigingen niet beschadigd zijn.
Als deze beschadigd zijn, kan de unit vallen en letsel veroorzaken.
Zorg er voor dat kinderen, planten of dieren niet rechtstreeks blootgesteld worden aan de luchtstroming van de unit, aangezien dit nadelige gevolgen kan hebben.
Leg de unit stil, schakel de stroom­onderbreker uit of trek het voedings­snoer uit vooraleer met het reinigen van de unit te beginnen.
Anders dreigt u elektrische schokken en letsel op te lopen.
Bedien het toestel niet met natte handen, dit om elektrische schokken te voorkomen.
Plaats geen verwarmingstoestellen rechtstreeks onder de unit aangezien de geproduceerde warmte de unit kan vervormen.
Laat kinderen niet op de buitenunit klimmen of zet er geen voorwerpen op.
Als iets of iemand eraf valt, kan dit een letsel veroorzaken.
Blokkeer geen luchtinlaten of
-uitlaten.
Wanneer de lucht niet vrij kan in- of uitstromen zal de unit niet op volle capaciteit werken.
Plaats geen toestellen die open vuur produceren in ruimten die zijn bloot­gesteld aan de luchtstroming van de unit aangezien dit een nadelige invloed op de verbranding van de brander kan hebben.
3 Nederlands
Page 9
Plaats geen ontvlambare sprays of gebruik geen sprays in de buurt van de unit aangezien dit een brand kan veroorzaken.
Was de airconditioner of de afstands­bediening niet met water, aangezien dit elektrische schokken of brand kan veroorzaken.
Zet niets met water (bloemenvazen, enz.) op de unit, aangezien dit elektrische schokken of brand kan veroorzaken.
Installeer de airconditioner niet op een plaats waar hij mogelijk wordt bloot­gesteld aan lekken van een ontvlam­baar gas.
Ingeval van een gaslek kan een ophoping van gas in de buurt van de airconditioner brand veroorzaken.
Zet geen voorwerpen met ontvlambare gassen, zoals bijv. een lakbus, op minder dan 1 m van de uitblaasopening.
De bussen kunnen ontploffen door de warme lucht die wordt uitgeblazen door de binnen- of buitenunit.
Verwijder de batterijen uit het toestel alvorens het op te ruimen en gooi de batterijen op een veilige manier weg.
Leg de afvoerslang zodanig dat een vlotte afvoer verzekerd is.
Een slechte afvoer kan voor natte plekken zorgen.
Het toestel is niet voorzien voor gebruik door kleine kinderen zonder toezicht of zwakke personen.
Anders riskeren deze personen lichamelijke letsels en schade aan de gezondheid.
Zie erop toe dat kleine kinderen niet met het toestel of de afstandsbediening spelen.
Wanneer een kind het toestel toevallig bedient, kan het lichamelijke letsels of schade aan de gezondheid oplopen.
Laat geen kinderen op of rond de buitenunit spelen.
Wanneer zij de unit aanraken, kunnen zij verwond geraken.
Raadpleeg uw dealer voor informatie over het reinigen van de binnenkant van de airconditioner.
Wanneer dit niet juist gebeurt, kunnen plastic onderdelen breken, en kan dit leiden tot waterlekken en andere schade of elektrische schokken.
Raak de luchtinlaat of de aluminium ribben van de unit niet aan, dit om letsels te voorkomen.
Zet geen voorwerpen vlakbij de buitenunit en laat geen bladeren en ander afval zich rond de unit ophopen.
Bladeren trekken kleine dieren aan die in de unit kunnen binnendringen. In de unit kunnen dergelijke dieren storingen, rook of brand veroorzaken wanneer ze in contact komen met elektrische onderdelen.
Raak de interne delen van de controller nooit aan.
Verwijder het voorpaneel niet. Wanneer u sommige interne onderdelen aanraakt, kan dit elektrische schokken veroorzaken of de unit beschadigen. Neem contact op met uw dealer voor de controle en afstelling van interne onderdelen.
Laat de afstandsbediening niet liggen op een plaats waar zij nat kan worden.
Als de afstandsbediening nat wordt, is er een risico op een elektrische lek en schade aan elektronische componenten.
Installeer geen tl-lampen of sterke lichtbronnen in de buurt van de ontvanger van de binnenunit als de draadloze afstandsbediening wordt gebruikt. Anders kan de werking van de airconditioner gestoord worden.
Let op waar u staat wanneer u het luchtfilter reinigt of de unit inspecteert. Dit vereist werken op hoogte, waarbij u heel voorzichtig moet zijn.
Als de stelling niet stabiel is, kunt u vallen en zodoende verwond geraken.
Nederlands 4
Page 10
2. NAMEN EN FUNCTIES
MHL
C
hr.
hr.
TEST
VAN HET BEDIENINGS­GEDEELTE (Afb. 1, 2)
DISPLAY " " (SIGNAALTRANSMISSIE)
1
Dit brandt wanneer een signaal wordt verstuurd.
DISPLAY " " " " " " " " " " (BEDRIJFSSTAND)
Dit geeft de gekozen bedrijfsstand
2
weer. Bij units die enkel koelen is " " (automatische werking) en " "
(verwarmen) niet beschikbaar.
DISPLAY " " (INGESTELDE TEMPERATUUR)
3
Dit geeft de ingestelde temperatuur weer.
DISPLAY " " (GEPROGRAMMEERDE TIJD)
4
Dit geeft de GEPROGRAMMEERDE TIJD van de systeemstart of -stop weer.
DISPLAY " " " " " " (VENTILATORSNELHEID)
5
Dit geeft de ingestelde ventilatorsnelheid weer.
DISPLAY " " (INSPECTIE/ TESTBEDRIJF)
6
Wanneer op de toets INSPECTIE/ TESTBEDRIJF wordt gedrukt, geeft dit de bedrijfsstand van het systeem weer.
AAN/UIT-TOETS
Druk op deze toets om het systeem in
7
te schakelen. Druk nogmaals op de toets om het systeem uit te schakelen.
TOETS VENTILATORSNELHEID
Druk op deze toets om de snelheid van
8
de ventilator naar wens in te stellen op HH, H of L.
TOETS TEMPERATUURINSTELLING
Gebruik deze toets voor het
9
INSTELLEN VAN DE TEMPERATUUR (werkt met de voorkant van de afstandsbediening dicht.)
TOETS TIMER PROGRAMMEREN
Gebruik deze toets om de "START"-
10
en/of "STOP"-tijd te programmeren. (Werkt met de voorkant van de afstandsbediening open.)
TIMER START/STOP-TOETS
11
Zie pagina 9.
TOETS TIMER AAN/ANNULEREN
12
Zie pagina 10.
TOETS BEDRIJFSSTAND
13
Druk op deze toets om de gewenste BEDRIJFSSTAND te selecteren.
TOETS RESET FILTERTEKEN
Zie het hoofdstuk over ONDERHOUD
14
in de gebruiksaanwijzing van de binnenunit.
TOETS INSPECTIE/TESTBEDRIJF
Deze toets wordt alleen gebruikt door
15
erkend onderhoudspersoneel voor onderhoudsdoeleinden.
NOODBEDRIJFSSCHAKELAAR
16
Deze schakelaar kan worden gebruikt als de afstandsbediening het niet doet.
ONTVANGER
17
Ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
BEDRIJFSINDICATOR (rood)
Dit lampje brandt zolang de
18
airconditioner draait. Het knippert wanneer er een storing is.
TIMERINDICATOR (groen)
19
Dit lampje brandt wanneer de timer is ingesteld.
INDICATOR TIJD OM LUCHTFILTER TE REINIGEN (rood)
20
Brandt wanneer het tijd is om het luchtfilter schoon te maken.
5 Nederlands
Page 11
ONTDOOIINGSLAMPJE (oranje)
OPMERKINGEN
Brandt wanneer de ontdooistand is
21
beginnen werken. (Bij een type dat enkel koelt brandt dit lampje niet.)
KEUZESCHAKELAAR VENTILEREN/ AIRCONDITIONING

3. OMGAAN MET DE DRAADLOZE AFSTANDSBEDIENING

Voorzorgsmaatregelen bij het omgaan met de afstandsbediening
Stel de schakelaar in op " "
22
(VENTILATOR) voor VENTILEREN of op " " (A/C) voor VERWARMEN of KOELEN.
KEUZESCHAKELAAR KOELEN/ VERWARMEN
23
Stel de schakelaar in op " " (KOELEN) voor KOELEN of op " "
(VERWARMEN) voor VERWARMEN.
Alle in afbeelding 1 afgebeelde displays verschijnen uitsluitend ter verduidelijking en duiden niet op een werkelijke situatie.
Afb. 1-2 toont de afstandsbediening met de voorkant open.
Afb. 1-3 toont dat deze afstandsbediening kan worden gebruikt in combinatie met de bij het VRV­systeem geleverde afstandsbediening.
Als het lampje voor luchtfilterreiniging brandt, maakt u het filter schoon zoals beschreven in de gebruiksaanwijzing van de binnenunit. Druk na het reinigen en terugplaatsen van het luchtfilter op de toets voor resetten van het filterteken op de afstandsbediening. Hierna gaat de indicator tijd om luchtfilter te reinigen op de ontvanger uit.
Richt het zendgedeelte van de afstands­bediening op de ontvanger op de airconditioner.
De afstandsbediening werkt niet als de signalen van de afstandsbediening naar de binnenunit geblokkeerd worden door bijv. gordijnen.
Ontvanger
2 korte pieptonen van de ontvanger geven aan dat de transmissie geslaagd is.
De afstandsbediening heeft een bereik van ongeveer 7 m.
Laat de afstandsbediening niet vallen en laat ze niet nat worden.
Anders kan ze schade oplopen.
Druk nooit op de afstandsbedienings­toetsen met een hard, scherp voorwerp.
De afstandsbediening kan beschadigd raken.
Installatieplaats
In een kamer met tl-lampen kan het gebeuren dat signalen niet doorkomen. Neem contact op met de verkoper alvorens nieuwe tl-lampen te kopen.
Als de afstandsbediening een ander elektrisch apparaat heeft bestuurd, zet dat apparaat dan verder weg of neem contact op met uw dealer.
Nederlands 6
Page 12
Afstandsbediening in de houder plaatsen
Wanneer batterijen vervangen
Houder voor afstands­bediening
Omhoog trekken
Afstandsbediening verwijderen
Van boven schuiven
Afstandsbediening plaatsen
Monteer de houder van de afstands­bediening met de bijgeleverde schroef op een muur of dergelijke. (Controleer of ze een signaal verstuurt.)
Batterijen installeren
(1) Verwijder het deksel
van de achterkant van de afstandsbediening in de richting van de pijl.
(2) Installeer de batterijen
Gebruik twee LR03<IEC>-batterijen. Plaats de batterijen met de (+) en (–) op de juiste plaats.
(3) Sluit het deksel
Bij normaal gebruik gaan de batterijen ongeveer een jaar mee. Vervang ze als de binnenunit niet of traag reageert op commando's, of als het display donker wordt.
[OPMERKINGEN]
Vervang alle batterijen tegelijk, en gebruik geen nieuwe en oude batterijen door elkaar.
Als de afstandsbediening lange tijd niet wordt gebruikt, verwijdert u best de batterijen om te voorkomen dat ze gaan lekken.
IN GEVAL VAN EEN SYSTEEM MET GECENTRALISEERDE BESTURING
Als de binnenunit onder gecentraliseerde besturing staat, moet de instelling van de afstandsbediening worden veranderd. Neem in dat geval contact op met uw DAIKIN-dealer.

4. BEDIENINGSPROCEDURE

De bedieningsprocedure verschilt tussen het model met warmtepomp en het model met directe koeling. Neem contact op met uw Daikin-dealer om het type van uw systeem te bevestigen.
Schakel de hoofdvoeding 6 uur vóór de inwerkingstelling in om de unit te beschermen.
Als de hoofdvoeding tijdens het gebruik wordt uitgeschakeld, wordt de unit auto­matisch herstart zodra ze weer wordt ingeschakeld.
KOELEN, VERWARMEN, AUTOMATISCHE WERKING EN VENTILEREN (Afb. 3, 4)
AUTOMATISCHE WERKING is alleen mogelijk bij een systeem met warmteterugwinning.
Bij een systeem voor alleen koelen kan alleen VENTILATOR of KOELEN worden geselecteerd.
7 Nederlands
Page 13
VOOR SYSTEMEN ZONDER
1
2
1
2
LET OP
LET OP
3
UP
DOWN
UP
DOWN
4
5
KEUZESCHAKELAAR KOELEN/ VERWARMEN VIA AFSTANDSBEDIENING (Afb. 3)
Druk meermaals op de
BEDRIJFSSTANDKIEZER­toets en kies de BEDRIJFSSTAND van uw keuze als volgt.
KOELEN.........................................." "
VERWARMEN................................." "
AUTOMATISCH..............................." "
VENTILATOR .................................." "
Over AUTOMATISCHE WERKING
In deze bedrijfsstand wordt bij de actuele binnentemperatuur automatisch omge­schakeld tussen KOELEN/VERWARMEN.
Druk op de AAN/UIT-toets.
REGELING
Voor het programmeren van de TEMPERATUUR, VENTILATORSNELHEID en LUCHTSTROOMRICHTING, volg onderstaande stappen.
Druk op de toets TEMPE­RATUURINSTELLING en
programmeer de insteltemperatuur.
Bij elke druk op deze toets wordt de insteltemperatuur met 1°C verhoogd.
Bij elke druk op deze toets wordt de insteltemperatuur met 1°C verlaagd.
Bij automatische werking
Bij elke druk op deze toets verandert de insteltemperatuur in de richting van "H".
Het WERKING-lampje begint te branden en het systeem begint de WERKING.
VOOR SYSTEMEN MET KEUZESCHAKELAAR KOELEN/ VERWARMEN VIA AFSTANDSBEDIENING (Afb. 4)
Kies als volgt de BEDRIJFS-
STAND met de SCHAKELAAR KOELEN/VERWARMEN VIA AFSTANDSBEDIENING.
KOELEN..........................................
Zie afb. 4-1 ( , )
VERWARMEN.................................
Zie afb. 4-2 ( , )
VENTILATOR ..................................
Zie afb. 4-3 ( )
Druk op de AAN/UIT-toets.
Bij elke druk op deze toets verandert de insteltemperatuur in de richting van "L".
[°C]
H•M•L
Instel­temperatuur
Met deze instelling is ventilator werking niet mogelijk.
25 23 22 21 19
Druk op de toets VENTILATORSNELHEID.
U kunt HH, H of L ventilatorsnelheid kiezen.
SYSTEEM STOPPEN
Druk opnieuw op de AAN/UIT­toets.
Het BEDRIJFS-lichtje gaat uit en het systeem stopt de werking.
Het WERKING-lampje begint te branden en het systeem begint de WERKING.
Nederlands 8
Schakel de voeding NIET onmiddellijk na het stilleggen van de unit uit. Wacht minstens 5 minuten. Er lekt water of er is een ander probleem met de unit.
Page 14
[VERKLARING VAN VERWARMEN]
LET OP
1
2
3
1
2
3
ONTDOOIEN
Naarmate op de buitenunit rijm wordt gevormd, vermindert het verwarmings­effect en wordt het toestel in ONTDOOI­WERKING (ontdooien) geschakeld.
De ventilatorwerking stopt en het ONTDOOI-lampje van de binnenunit gaat branden. Na 6 tot 8 minuten (maximum 10 minuten) ONTDOOIEN wordt het systeem weer in VERWARMEN geschakeld.
Verwarmingscapaciteit & buitenluchttemperatuur
De verwarmingscapaciteit neemt af bij lagere buitenluchttemperaturen. Als u vindt dat de unit onvoldoende verwarmt, kunt u een extra verwarming gebruiken.
Warme lucht wordt uitgeblazen om de kamer te verwarmen. Wanneer de air­conditioner pas werd opgestart, duurt het even voordat de hele kamer opgewarmd is. De ventilator in de unit draait automa­tisch op lage snelheid tot de airconditioner een bepaalde temperatuur heeft bereikt. In dit geval zit er niks anders op dan te wachten.
Als de warme lucht bij het plafond blijft en uw voeten koud aanvoelen, wordt het gebruik van een luchtcirculator aanbe­volen. Neem contact op met de winkel voor details.
ONTVOCHTIGEN (Afb. 5, 6)
Dit programma dient om de vochtigheid in uw kamer te verminderen met een minimum aan temperatuurdaling.
De microcomputer bepaalt automatisch TEMPERATUUR en VENTILATOR­SNELHEID.
Deze stand is niet mogelijk bij een kamertemperatuur van minder dan 16°C.
VOOR SYSTEMEN ZONDER KEUZESCHAKELAAR KOELEN/ VERWARMEN VIA AFSTANDSBEDIENING (Afb. 5)
Druk meermaals op de toets BEDRIJFSSTAND en kies " "
(ONTVOCHTIGEN).
Druk op de AAN/UIT-toets.
Het WERKING-lampje begint te branden en het systeem begint de WERKING.
REGELING SYSTEEM STOPPEN
Druk opnieuw op de AAN/UIT­toets.
Het BEDRIJFS-lichtje gaat uit en het systeem stopt de werking.
Schakel de voeding NIET onmiddellijk na het stilleggen van de unit uit. Wacht minstens 5 minuten. Er lekt water of er is een ander probleem met de unit.
VOOR SYSTEMEN MET KEUZESCHAKELAAR KOELEN/ VERWARMEN VIA AFSTANDSBEDIENING (Afb. 6)
Selecteer KOELEN met behulp
van de SCHAKELAAR KOELEN/VERWARMEN VIA AFSTANDSBEDIENING.
Druk meermaals op de toets
BEDRIJFSSTAND en kies ONTVOCHTIGEN " ".
Druk op de AAN/UIT-toets.
Het WERKING-lampje begint te branden en het systeem begint te draaien.
9 Nederlands
Page 15
LET OP
4
LET OP
1
2
UP
DOWN
3
1
3
MODE
TIMER
RESERVE
CANCEL
DOWN
UP
FAN
TIME
TEMP
ON OFF
C
hr.
hr.
4
SYSTEEM STOPPEN
Druk opnieuw op de AAN/UIT­toets.
De start- en stoptijden kunnen terzelfder tijd worden geprogrammeerd.
Druk meermaals op de TIMERSTAND START/STOP-
Het BEDRIJFS-lichtje gaat uit en het systeem stopt de werking.
Schakel de voeding NIET onmiddellijk na het stilleggen van de unit uit. Wacht minstens 5 minuten. Er lekt water of er is een ander probleem met de unit.
toets en kies de stand op de display.
De display knippert.
Timerstop instellen ........................" "
Timerstart instellen ........................" "
Druk op de toets
PROGRAMMEER-TIMER en stel de tijd in voor het stoppen of opstarten van het systeem.
Als u op deze toets drukt, gaat de timertijd met 1 uur vooruit.
BEWEGING VAN DE LUCHTSTROOMKLEP
In de volgende omstandigheden wordt de luchtstroomrichting bestuurd door een microcomputer. Zij kan daarom verschillen van het display.
Bedrijfs­stand
Bedrijfs­voorwaarden
Koelen Verwarmen
Wanneer de kamer­temperatuur lager is dan de ingestelde temperatuur
Wanneer de kamer­temperatuur hoger is dan de ingestelde temperatuur
Bij ontdooiing
De timerinstelprocedure is afgelopen. Het display stopt met knipperen en blijft branden.
Wanneer u de timer aan en uit samen wil instellen, herhaal dan opnieuw de
voorgaande procedure van tot .
Voorbeeld:
Bij continue werking met horizontale luchtstroomrichting
Bedrijfsstand is inclusief automatisch bedrijf.
PROGRAMMEER-TIMER (Afb. 7)
De timer kan op de volgende manieren worden gebruikt.
Programmeren van de stoptijd ( )
....Het systeem stopt na afloop van de
ingestelde tijd. Programmeren van de starttijd ( )
.... Het systeem start na het verstrijken van
de ingestelde tijd.
U kunt de timer voor maximum 72 uur programmeren.
Nederlands 10
Zodra de timer is geprogrammeerd, verschijnt de overblijvende tijd op de display.
Druk op de toets TIMER OFF om het programmeren te annuleren. De display wordt uitgeschakeld. ( )
Als u op deze toets drukt, gaat de timertijd met 1 uur achteruit.
Druk op de toets RESERVE.
Wanneer de timer geprogrammeerd is om het systeem na 3 uur stil te leggen en het na 4 uur weer op te starten, dan zal het systeem na 3 uur stoppen en 1 uur later opstarten.
Page 16
MASTER-AFSTANDSBEDIENING
Een van deze afstandsbedieningen moet als master-afstandsbediening worden ingesteld.
Buitenunit
Binnenunit
Een van deze afstandsbedieningen moet als master-afstandsbediening worden ingesteld.
Buitenunit
Binnenunit
BS-unit
1
2
1
2
INSTELLEN (Voor VRV-systeem)
Wanneer het systeem is geïnstalleerd zoals hieronder afgebeeld, moet een afstandsbediening als master­afstandsbediening worden ingesteld.
Voor warmtepompsysteem
Als één buitenunit is aangesloten op meerdere binnenunits.

Voor warmteterugwinningssysteem
Wanneer één BS-unit is aangesloten op meerdere binnenunits.
Alleen de master-afstandsbediening kan VERWARMEN, KOELEN of AUTOMATISCHE WERKING (alleen bij warmteterugwinningssysteem) selecteren.
Wanneer de binnenunit met de master­afstandsbediening op "KOELEN" is ingesteld, dan kunt u de bedrijfsstand veranderen naar "VENTILATOR", "ONTVOCHTIGEN" of "KOELEN". Wanneer de binnenunit met de master­afstandsbediening op "VERWARMEN" is ingesteld, dan kunt u de bedrijfsstand omschakelen tussen "VENTILATOR" en "VERWARMEN". Wanneer de binnenunit met de master­afstandsbediening op "VENTILATOR" is ingesteld, dan kunt u de bedrijfsstand niet veranderen. Wanneer u een andere instelling probeert uit te voeren dan de hiervoor beschreven, dan produceert het systeem een pieptoon als waarschuwing. De binnenunit instellen op AUTOMATISCH kan alleen bij een warmteterugwinningssysteem. Wanneer u dit bij een ander systeem probeert, dan produceert het systeem een pieptoon als

waarschuwing.
Master-afstandsbediening bepalen
Houd de toets BEDRIJFS­STAND 4 seconden ingedrukt.
De displays met " " van alle slave­binnenunits die op dezelfde buitenunit of BS-unit zijn aangesloten knipperen.
Druk op de toets BEDRIJFS-
STAND van de binnenunit die u als master-afstandsbediening wilt instellen. De instelling is voltooid. Deze binnenunit wordt ingesteld als master-afstandsbediening en het
11 Nederlands
display met " " verdwijnt.
Herhaal stap en om instellingen te wijzigen.
Page 17
NOODWERKING
1
1•2
2
OPMERKINGEN
Wanneer de afstandsbediening het niet doet door een probleem met de batterijen of omdat de batterijen ontbreken, dan kunt u deze schakelaar naast het uitblaasrooster op de hoofdunit gebruiken. Wanneer de afstandsbediening het niet doet, maar de indicator voor een bijna lege batterij niet brandt, neemt u contact op met uw dealer.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GROEPSBESTURING OF BESTURING MET TWEE AFSTANDSBEDIENINGEN
Behalve individuele besturing (één afstandsbediening bestuurt één binnenunit), biedt dit systeem nog twee andere besturingssystemen. Controleer het volgende als uw unit met één van die besturingssystemen is uitgerust:
[START]
Druk op de schakelaar NOODWERKING.
De unit draait in de vorige stand. Het systeem werkt met de vorige ingestelde luchtstroomrichting en -snelheid.
[STOP]
Druk opnieuw op de schakelaar NOODWERKING.
Groepsbesturing
Eén afstandsbediening bestuurt tot 16 binnenunits. Alle binnenunits krijgen dezelfde instelling.
Besturing met twee afstandsbedieningen
Twee afstandsbedieningen besturen één binnenunit. (In het geval van groeps­besturing, één groep binnenunits) De unit volgt de individuele bediening.
Besturing met twee afstandsbedieningen
is niet mogelijk met alleen draadloze afstandsbedieningen. (Bij besturing met twee afstandsbedieningen is er altijd één bedrade en één draadloze afstandsbediening.)
Bij besturing met twee afstands-
bedieningen kan de draadloze afstandsbediening niet worden gebruikt voor de timerwerking.
Van de 3 lampjes op het display van de
binnenunit werkt alleen het WERKING­lampje.
Neem contact op met uw Daikin dealer
bij het veranderen van de combinatie of de instelling van groepsbesturing en regelsystemen met twee afstandsbedieningen.
Nederlands 12
Page 18
5. GEEN SLECHTE WERKING
1
2
3
6
3
6
3
4
5
VAN DE AIRCONDITIONER
6. DIAGNOSE VAN DE OORZAAK VAN EEN
De volgende symptomen wijzen niet op een probleem met de airconditioner
I. HET SYSTEEM WERKT NIET
Het systeem start niet onmiddellijk opnieuw nadat de AAN/UIT-toets is ingedrukt.
Wanneer het BEDRIJFS-lampje brandt, is het systeem in normale conditie. Het start niet onmiddellijk opnieuw omdat een beveiliging overbelasting van het systeem voorkomt. Na 3 minuten start het systeem weer vanzelf.
Het systeem start niet onmiddellijk opnieuw wanneer de toets TEMPERATUURINSTELLING weer in de eerste stand komt nadat u op de toets drukt.
Het start niet onmiddellijk opnieuw omdat een beveiliging overbelasting van het systeem voorkomt. Na 3 minuten start het systeem weer vanzelf.
Als de ontvangsttoon 3 keer snel wordt herhaald (Bij normale werking wordt het slechts twee keer herhaald.)
De besturing is ingesteld op de optionele controller voor gecentraliseerde besturing.
Als het ontdooilampje op het display van de binnenunit brandt wanneer de unit begint te verwarmen.
Deze aanduiding waarschuwt voor koude lucht die uit de unit wordt geblazen. Dit is normaal.
PROBLEEM (Afb. 8)
I. NOODSTOP
Wanneer de airconditioner met een noodstop wordt stilgelegd, begint het WERKING-lampje op de binnenunit te knipperen. Neem de volgende stappen om de storingscode op het display uit te lezen. Bezorg deze code aan uw dealer. Met deze code kan de oorzaak van het probleem worden bepaald, en kan het systeem sneller worden gerepareerd.
Druk op de toets INSPECTIE/ TESTBEDRIJF om de
inspectiestand " " te selecteren.
" " verschijnt op het display en knippert. "UNIT" brandt.
Druk op de toets PROGRAMMEER-TIMER en
verander het unitnummer.
Druk op de toets om het unitnummer te veranderen tot de binnenunit piept en voer de volgende stappen uit al naargelang het aantal pieptonen.
Aantal pieptonen
3 korte pieptonen . Voer alle stappen uit van
tot 1 korte pieptoon ... Voer stap en uit 1 lange pieptoon... Normale toestand
Druk op de toets BEDRIJFSSTAND.
" " links van de storingscode knippert.
Druk op toets PROGRAMMEER-TIMER en
verander de storingscode.
Blijf drukken tot de binnenunit twee pieptonen produceert.
Druk op de toets BEDRIJFSSTAND.
" " rechts van de storingscode knippert.
13 Nederlands
Page 19
Druk op toets
6
7
Nummer
WAARSCHUWING
PROGRAMMEER-TIMER en
verander de storingscode.
Blijf drukken tot de binnenunit een lange pieptoon produceert. De storingscode is vastgelegd wanneer de binnenunit een lange pieptoon produceert.
2. Het systeem werkt, maar koelt of verwarmt onvoldoende.
Als de ingestelde temperatuur niet
correct is.
Als de VENTILATORSNELHEID op
L SNELHEID is ingesteld.
Als de luchtstroomhoek niet correct is.
Display resetten.
Druk op de toets BEDRIJFSSTAND om het display terug in de oorspronkelijke toestand te zetten.
II. ANDERE GEVALLEN DAN NOODSTOP
1. De unit doet het helemaal niet.
Controleer of er zonlicht of sterk licht op
de ontvanger schijnt. Zorg dat er geen licht op de ontvanger kan schijnen.
Controleer of er batterijen in de afstandsbediening zitten. Installeer de batterijen.
Controleer of het nummer van de binnenunit overeenstemt met het nummer van de draadloze afstandsbediening.
Neem in het volgende geval contact op met de winkel.
Wanneer u een brandgeur ruikt, schakel de voeding dan onmiddellijk UIT en neem contact op met de winkel. Als u de apparatuur gebruikt terwijl deze niet goed werkt, ontstaat er risico op schade aan de apparatuur, elektrische schokken en/of brand.
[Probleem]
Het WERKING-lampje van de binnenunit knippert en de unit doet het helemaal niet.
Nr. van unit die probleem heeft gedetecteerd
Storingscode
ON OFF
TEMP TIME
Gebruik de binnenunit met de afstands­bediening met hetzelfde nummer. Signalen van een afstandsbediening met een ander nummer worden niet aanvaard. (Als er geen nummer staat, dan is het automatisch "1")
Nederlands 14
CODE
UNIT NO.
UP
FAN
RESERVE
TIMER
MODE
/TEST
DOWN
CANCEL
INSPECTIE­display
[Oplossing]
Controleer de storingscode (A1 ~ UF) op de afstandsbediening en neem contact op met de winkel. (Zie pagina 13.)
Page 20
3P107422-29P EM07A076
(0803)
HT
Loading...