▪ De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen.
▪ Alle in dit document vermelde voorzorgen betreffen zeer
belangrijke punten en dienen dus steeds nauwgezet te worden
nageleefd.
▪ De installatie van het systeem en allle handelingen beschreven in
de installatiehandleiding en de uitgebreide handleiding voor de
installateur moeten door een erkende installateur uitgevoerd
worden.
1.1.1Betekenis van de waarschuwingen en
symbolen
GEVAAR
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen
als gevolg heeft.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Duidt op een situatie die elektrocutie kan veroorzaken.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
Duidt op een situatie die brandwonden kan veroorzaken
als gevolg van extreem hoge of lage temperaturen.
GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR
Duidt op een situatie die een ontploffing kan veroorzaken.
WAARSCHUWING
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen
als gevolg zou kunnen hebben.
WAARSCHUWING: ONTVLAMBAAR MATERIAAL
VOORZICHTIG
Duidt op een situatie die kleine of matige verwondingen als
gevolg zou kunnen hebben.
OPMERKING
Duidt op een situatie die schade aan apparatuur of
eigendom zou kunnen berokkenen.
OPMERKING
Een foute installatie of bevestiging van apparatuur,
uitrustingen of accessoires kan elektrische schokken, een
kortsluiting, lekken, brand of schade aan de apparatuur of
uitrustingen als gevolg hebben. Gebruik enkel accessoires,
optionele apparatuur en uitrustingen en reserveonderdelen
die door Daikin gemaakt of goedgekeurd werden.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de materialen die voor de installatie en de
testen gebruikt worden, voldoen aan de geldende
wetgeving (bovenop de instructies beschreven in de
Daikin-documentatie).
VOORZICHTIG
Draag gepaste persoonlijke beschermingsuitrustingen
(beschermende handschoenen, veiligheidsbril, enz.)
wanneer u het systeem installeert of onderhoudt.
WAARSCHUWING
Scheur plastiekverpakkingen aan stukken en gooi deze
weg zodat niemand, kinderen in het bijzonder, ermee kan
spelen. Mogelijk risico: verstikking.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
▪ Raak tijdens of net na bedrijf GEEN
koelmiddelleidingen, waterleidingen of interne
onderdelen aan. Deze kunnen te warm of te koud zijn.
Geef ze de tijd om terug op een normale temperatuur
te komen. Indien u deze toch moet aanraken, draag
dan beschermende handschoenen.
▪ Raak per ongeluk lekkend koelmiddel NIET aan.
WAARSCHUWING
Neem gepaste maatregelen om te beletten dat de unit door
kleine dieren als schuilplaats gebruikt kan worden. Kleine
dieren die in contact komen met elektrische onderdelen
kunnen storingen, rook of brand veroorzaken.
VOORZICHTIG
Raak de luchtinlaat of de aluminiumlamellen van de unit
NIET aan.
OPMERKING
▪ Plaats GEEN voorwerpen, apparatuur of uitrustingen
bovenop de unit.
▪ Zit, klim of sta NIET op de unit.
INFORMATIE
Duidt op nuttige tips of bijkomende informatie.
SymboolVerklaring
Lees de montagehandleiding, de
gebruiksaanwijzing en het instructievel voor de
bedrading alvorens te beginnen met de installatie.
Lees de servicehandleiding alvorens onderhoudsen servicewerkzaamheden uit te voeren.
Voor meer informatie, zie de uitgebreide
handleiding voor de installateur en de gebruiker.
1.2Voor de installateur
1.2.1Algemeenheden
Indien u twijfels heeft over de installatie of de bediening van de unit,
contacteer uw dealer.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
OPMERKING
Werkzaamheden aan de buitenunit worden best gepland
bij droog weer om waterinsijpeling te voorkomen.
Conform de geldende wetgeving kan een logboek bij het product
vereist worden; in dit logboek dienen dan minstens de volgende
zaken bijgehouden: informatie over het onderhoud, de
reparatiewerkzaamheden, de resultaten van testen, de
stilstandperioden, enz.
Bovendien dienen minstens volgende informaties op een
toegankelijke plaats bij het product voorzien te worden:
▪ Instructies om het systeem uit te schakelen in gevallen van nood
▪ De naam en het adres van de brandweer, de politie en een
ziekenhuis
▪ De naam, het adres en de telefoonnummers overdag en 's nachts
om onderhoud te bekomen
In Europa bevat EN378 de nodige richtlijnen voor dit logboek.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
3
1 Algemene veiligheidsmaatregelen
1.2.2Plaats van installatie
▪ Voorzie voldoende ruimte rond de unit voor onderhoud en
luchtcirculatie.
▪ Controleer of de plaats waarop de unit moet komen, bestand is
tegen het gewicht en de trillingen van de unit.
▪ Zorg ervoor dat de zone goed geventileerd wordt. Blokkeer GEEN
ventilatieopeningen.
▪ Controleer of de unit horizontaal staat.
Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen:
▪ In mogelijke explosieve omgevingen.
▪ In plaatsen met toestellen of machines die elektromagnetische
golven uitzenden. Elektromagnetische golven kunnen het
besturingssysteem storen, waardoor de apparatuur slecht kan
werken.
▪ In plaatsen met brandgevaar omwille van lekkende ontvlambare
gassen (zoals verdunners of benzine), koolstofvezels,
ontvlambaar stof.
▪ In plaatsen waar corroderend gas (zoals zwaveligzuurgas)
geproduceerd wordt. Corrosie aan de koperleidingen of
gesoldeerde onderdelen kan de oorzaak zijn dat koelmiddel gaat
lekken.
1.2.3Koelmiddel
Indien van toepassing. Voor meer informatie, raadpleeg de
installatiehandleiding of de uitgebreide handleiding (voor de
installateur) van uw toepassing.
OPMERKING
Controleer of de installatie van de koelmiddelleidingen
voldoet aan de geldende wetgeving. In Europa geldt
EN378 als de van toepassing zijnde norm.
OPMERKING
Controleer of de lokale leidingen en aansluitingen niet aan
spanningen onderhevig (kunnen) zijn.
WAARSCHUWING
Zet, tijdens testen, het product NOOIT onder een druk
hoger dan de maximaal toegestane druk (vermeld op het
naamplaatje van de unit).
WAARSCHUWING
Neem voldoende maatregelen wanneer koelmiddel zou
lekken. Ventileer onmiddellijk de zone wanneer koelgas
lekt. Mogelijke risico's:
▪ Te hoge koelmiddelconcentraties in een gesloten
ruimte kunnen leiden tot een gebrek aan zuurstof.
▪ Als koelgas in contact komt met vuur, kan giftig gas
ontstaan.
GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR
Afpompen – Koelmiddellekken. Als u het systeem wil
afpompen en er zit een lek in het koelmiddelcircuit:
▪ Gebruik NIET de automatische afpompfunctie van de
unit die al het koelmiddel uit het systeem naar de
buitenunit kan sturen. Mogelijk gevolg:
Zelfontbranding en explosie van de compressor door
lucht die in de draaiende compressor terechtkomt.
▪ Gebruik een afzonderlijk aftapsysteem zodat de
compressor van de unit NIET moet draaien.
WAARSCHUWING
Vang steeds het koelmiddel op. Laat ze NIET rechtstreeks
vrij in de omgeving. Gebruik een vacuümpomp om de
installatie leeg te pompen.
OPMERKING
Controleer of er geen gaslekken zijn als u alle leidingen
heeft aangesloten. Gebruik stikstof om een gaslektest uit
te voeren.
OPMERKING
▪ Om te voorkomen dat de compressor defect raakt, mag
u NIET meer bijvullen dan de gespecificeerde
hoeveelheid koelmiddel.
▪ Als het koelmiddelsysteem moet worden geopend, dan
dient het koelmiddel te worden behandeld volgens de
geldende wetgeving.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat er geen zuurstof in het systeem zit.
Bovendien mag er pas koelmiddel worden bijgevuld nadat
er een lekkagetest en een vacuümdroogprocedure is
uitgevoerd.
▪ Zie het typeplaatje op de unit wanneer koelmiddel in het systeem
moet worden aangevuld. Daarop staan het type koelmiddel en de
vereiste hoeveelheid.
▪ De unit werd in de fabriek met koelmiddel gevuld en sommige
systemen moeten, afhankelijk van de maat en lengte van de
leidingen, bijkomend met koelmiddel worden gevuld.
▪ Gebruik uitsluitend gereedschap dat enkel en alleen voor het soort
koelmiddel bedoeld is om de vereiste drukweerstand te kunnen
garanderen en om te beletten dat vreemde stoffen in het systeem
terechtkomen.
▪ Vul als volgt met vloeibaar koelmiddel:
AlsDan
Er is een sifonbuis
(d.w.z. er zou iets zoals “Met
vloeistofvulsifon” op de fles
moeten staan)
Er is GEEN sifonbuisVul bij met de ondersteboven
▪ Open koelmiddelflessen steeds traag.
▪ Vul bij met koelmiddel in vloeibare vorm. Het koelmiddel in
gasvormige fase toevoegen kan de normale werking verstoren.
VOORZICHTIG
Wanneer het bijvullen van koelmiddel is voltooid of tijdens
een pauze, moet u de klep van de koelmiddeltank
onmiddellijk sluiten. Als de klep niet onmiddellijk gesloten
wordt, kan door de resterende druk extra koelmiddel
worden bijgevuld. Mogelijk gevolg: Onjuiste hoeveelheid
koelmiddel.
Vul bij met rechtopstaande fles.
staande fles.
1.2.4Pekel
Indien van toepassing. Voor meer informatie, raadpleeg de
installatiehandleiding of de uitgebreide handleiding (voor de
installateur) van uw toepassing.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
4
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
1 Algemene veiligheidsmaatregelen
WAARSCHUWING
De gekozen pekel MOET voldoen aan de geldende
wetgeving.
WAARSCHUWING
Neem voldoende maatregelen voor het geval pekel zou
lekken. Indien pekel lekt, ventileer onmiddellijk de zone en
neem contact op met uw plaatselijke verdeler.
WAARSCHUWING
De omgevingstemperatuur in de unit kan veel hoger
oplopen dan die van de kamer, bv. 70°C. In geval van een
pekellek kunnen hete onderdelen in de unit een gevaarlijke
situatie creëren.
WAARSCHUWING
Het gebruik en de installatie van de toepassing MOETEN
voldoen aan de veiligheids- en milieumaatregelen
gespecificeerd in de relevante reglementering.
1.2.5Water
Indien van toepassing. Voor meer informatie, raadpleeg de
installatiehandleiding of de uitgebreide handleiding (voor de
installateur) van uw toepassing.
OPMERKING
Controleer of de kwaliteit van het water voldoet aan de EUrichtlijn 98/83EC.
1.2.6Elektrisch
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
▪ Schakel alle elektrische voedingen UIT vooraleer u het
deksel van de schakelkast verwijdert, elektrische
bedrading aansluit of elektrische onderdelen aanraakt.
▪ Schakel de elektrische voeding langer dan 1minuut uit
en meet de spanning op de aansluitklemmen van de
condensatoren of elektrische onderdelen van de
hoofdkring vooraleer u een onderhoud uitvoert. De
spanning MOET onder de 50 V DC gevallen zijn
vooraleer u elektrische onderdelen mag aanraken.
Raadpleeg het bedradingsschema voor de plaats van
de aansluitklemmen.
▪ Raak elektrische onderdelen NIET aan met natte
handen.
▪ Laat de unit NIET onbewaakt achter wanneer het
servicedeksel verwijderd is.
WAARSCHUWING
In de vaste bedrading moet een hoofdschakelaar of een
ander middel om uit te schakelen worden voorzien als dit
nog NIET in de fabriek werd voorzien; deze schakelaar
MOET worden geïnstalleerd in de vaste bedrading en dient
het contact van alle polen volledig te verbreken en te
voldoen aan de vereisten van de overspanning-categorieIII-specificatie wanneer hij open staat.
WAARSCHUWING
▪ Gebruik ALLEEN koperdraden.
▪ Controleer of de lokale bedrading voldoet aan de
geldende wetgeving.
▪ Alle lokale bedradingen dienen conform het met het
product meegeleverd bedradingsschema uitgevoerd te
worden.
▪ Knijp NOOIT gebundelde kabels samen en controleer
of ze niet met leidingen of scherpe randen in contact
(kunnen) komen. Controleer of geen externe druk op
de klemaansluitingen wordt uitgeoefend.
▪ Vergeet niet aarddraden te leggen. Aard de unit NIET
via een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de
aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan
elektrische schokken veroorzaken.
▪ Gebruik hiervoor een aparte voedingskring. Gebruik
NOOIT een elektrische voeding die met een ander
toestel gedeeld wordt.
▪ Installeer zeker de vereiste zekeringen of
stroomonderbrekers.
▪ Plaats zeker een aardlekschakelaar. Als u dit niet doet,
kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken.
▪ Wanneer u de aardlekbeveiliging plaatst, controleer of
deze met de inverter compatibel is (bestand tegen
hoogfrequente elektrische ruis), zodat de
aardlekbeveiliging zich niet onnodig opent.
OPMERKING
Voorzorgsmaatregelen bij het installeren van
voedingskabels:
▪ Sluit geen kabels met een verschillende dikte aan op
de voedingsklemmenstrook (loshangende
voedingskabels kunnen abnormaal warm worden).
▪ Ga bij het aansluiten van draden met eenzelfde dikte te
werk zoals hieronder afgebeeld.
▪ Gebruik voor de bedrading de aangegeven
stroomdraad en sluit hem stevig aan; maak dan vast
om druk van buitenuit op de klemmenstrook te
voorkomen.
▪ Draai de klemschroeven vast met een geschikte
schroevendraaier. Een schroevendraaier met een
kleine kop beschadigt de schroefkop en maakt degelijk
vastzetten onmogelijk.
▪ Als klemschroeven te vast worden aangespannen,
dreigen ze te breken.
WAARSCHUWING
▪ Controleer na het beëindigen van de elektriciteit of alle
elektrische onderdelen en aansluitklemmen in de
elektriciteitskast veilig zijn aangesloten.
▪ Controleer of alle deksels dicht zijn vooraleer de unit
aan te zetten.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
5
2 Over de documentatie
OPMERKING
Alleen van toepassing als de elektrische voeding driefasig
is en de compressor een AAN/UIT-startmethode heeft.
Als een fase zich na een tijdelijke black-out kan omkeren
en de stroomtoevoer gaat aan en uit terwijl het systeem in
bedrijf is, installeer dan plaatselijk een beveiligingscircuit
tegen faseomkering. Door het systeem in omgekeerde
fase te laten draaien, kunnen de compressor en andere
onderdelen stuk gaan.
2Over de documentatie
2.1Over dit document
Bedoeld publiek
Erkende installateurs
INFORMATIE
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik door expert of
opgeleide gebruikers in winkels, lichte industrie en op
boerderijen, of voor commercieel gebruik door nietdeskundigen.
Documentatieset
Dit document is een onderdeel van een documentatieset. De
volledige set omvat:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid:
▪ Veiligheidsinstructies te lezen vóór de installatie
▪ Formaat: Papier (in de doos van de buitenunit)
▪ Montagehandleiding buitenunit:
▪ Installatie-instructies
▪ Formaat: Papier (in de doos van de buitenunit)
▪ Uitgebreide handleiding voor de installateur:
▪ De installatie voorbereiden, referentiegegevens,…
▪ Formaat: Digitale bestanden op http://www.daikineurope.com/
support-and-manuals/product-information/
Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op
de regionale Daikin-website of via uw dealer beschikbaar zijn.
De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen.
Technische gegevens
▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar
op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk).
▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op
het Daikin-extranet (authenticatie vereist).
HoofdstukBeschrijving
Over de units en opties▪ Units identificeren
▪ Mogelijke combinaties van units en
opties
VoorbereidingWat u moet doen en weten alvorens ter
plaatse te gaan
InstallatieWat u moet doen en weten om het
systeem te installeren
InbedrijfstellingWat u moet doen en weten om het
systeem na de installatie in gebruik te
stellen
Overhandiging aan de
gebruiker
Onderhoud en serviceOnderhoud en service van de units
Opsporen en verhelpen
van storingen
Als afval verwijderenSysteem opruimen
Technische gegevensSpecificaties van het systeem
Verklarende woordenlijst Definitie van termen
Wat aan de gebruiker te geven en uit te
leggen
Wat te doen ingeval van problemen
3Over de doos
3.1Overzicht: Over de doos
In dit hoofdstuk worden de stappen beschreven die u moet uitvoeren
nadat de doos met de buitenunit ter plaatse is geleverd.
Het bevat informatie over:
▪ Uitpakken en omgaan met de units
▪ Accessoires van de units verwijderen
Denk aan de volgende punten:
▪ De unit moet bij de levering gecontroleerd worden op
beschadigingen. Elke vorm van beschadiging moet onmiddellijk
aan de schadeverantwoordelijke van de transporteur gemeld
worden.
▪ Breng de verpakte unit zo dicht mogelijk bij de uiteindelijke
installatieplaats om beschadiging tijdens het transport te
voorkomen.
2.2Overzicht van de uitgebreide
handleiding voor de installateur
HoofdstukBeschrijving
Algemene
voorzorgsmaatregelen
met betrekking tot de
veiligheid
Over de documentatieVerkrijgbare documentatie voor de
Over de doosUnits uitpakken en accessoires
Uitgebreide handleiding voor de installateur
Veiligheidsinstructies te lezen vóór de
installatie
installateur
verwijderen
6
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
4 Over de units en opties
21
ENERG
IJAY
IAIE
ENERG
IJAY
IAIE
2
1×
3
1
1×2×
1×
a
bc
1×
1×
d
1×
f
e
3.2Buitenunit
3.2.1De buitenunit uitpakken
e Energielabel
f Meertalig label gefluoreerde broeikasgassen (alleen voor
AZAS71)
4Over de units en opties
4.1Overzicht: Over de units en opties
Dit hoofdstuk bevat informatie over:
▪ De buitenunit identificeren
4.2Identificatie
OPMERKING
Wanneer meerdere units gelijktijdig geïnstalleerd of
onderhouden worden, let op de servicepanelen NIET te
verwisselen tussen verschillende modellen.
4.2.1Identificatielabel: Buitenunit
Plaats
3.2.2Omgaan met de buitenunit
Draag de unit langzaam zoals weergegeven:
VOORZICHTIG
Raak de luchtinlaat of de aluminium vinnen van de unit
NIET aan, dit om letsels te voorkomen.
3.2.3Accessoires van de buitenunit
verwijderen
Modelidentificatie
Voorbeeld: A Z A S 140 C7 V1 B [*]
CodeVerklaring
ABuitenunit voor gebruik in paar
ZInverter
AKoelmiddel R32
ZInstapreeks
71~140Capaciteitsklasse
M7Modelreeks
V1Voeding: 1~, 220~240 V, 50 Hz
Y1Voeding: 3N~, 380~415 V, 50 Hz
BEuropese markt
[*]Aanduiding kleine modelwijziging
INFORMATIE
Deze unit is niet bedoeld voor gebruik in streken met een
hoge vochtigheidsgraad en een lage
omgevingstemperatuur. Voor dergelijke streken is het
RZAG-model aanbevolen.
5Voorbereiding
5.1Overzicht: Voorbereiding
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen en wat u moet
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
a Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
b Montagehandleiding buitenunit
c Kabelbinder
d Label gefluoreerde broeikasgassen
weten alvorens u ter plaatse gaat.
Het bevat informatie over:
▪ Installatieplaats voorbereiden
▪ Koelmiddelleiding voorbereiden
▪ Elektrische bedrading voorbereiden
Uitgebreide handleiding voor de installateur
7
5 Voorbereiding
b
a
c
df e
(mm)
≥
1500
≥
1500
≥
1000≥1000
≥
1000≥1000
b
c
a
a
b
c
d
c
d
5.2De installatieplaats voorbereiden
Installeer de unit NIET op een plaats die vaak als werkplaats wordt
gebruikt. Wanneer bouwwerken (bijv. slijpwerk) worden uitgevoerd
waarbij veel stof wordt geproduceerd, moet de unit worden afgedekt.
Kies een installatieplaats met voldoende ruimte om de unit in en uit
de site te kunnen dragen.
WAARSCHUWING
Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder
ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld:
open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende
elektrische verwarming).
5.2.1Vereisten inzake de plaats waar de
buitenunit geïnstalleerd wordt
INFORMATIE
Lees ook de volgende vereisten:
▪ Algemene vereisten voor de installatieplaats. Zie het
hoofdstuk "Algemene voorzorgsmaatregelen met
betrekking tot de veiligheid".
▪ Vereisten voor de serviceruimte. Zie het hoofdstuk
Toestel niet toegankelijk voor iedereen; installeer het op
een beveiligde plaats die niet voor iedereen toegankelijk is.
Deze units, binnen- en buitenunit, zijn zowel geschikt voor
commerciële als kleinindustriële toepassingen.
OPMERKING
De in deze handleiding beschreven apparatuur kan
elektronische ruis veroorzaken afkomstig van
radiofrequentie-energie. De apparatuur voldoet aan
specificaties die een redelijke bescherming moeten bieden
tegen dergelijke interferentie. De garantie dat in een
specifieke installatie geen interferentie zal optreden, kan
echter niet worden gegeven.
Het is dan ook aan te raden de apparatuur en elektrische
draden op een gepaste afstand van stereotoestellen, pc's,
enz. te installeren.
▪ Kies een plaats waar de warme/koude lucht uit de unit of het
lawaai ervan NIEMAND stoort.
▪ De lamellen van de warmtewisselaar zijn scherp en kunnen
iemand verwonden. Kies een installatieplaats waar er geen risico
is dat iemand zich kan verwonden (in het bijzonder in omgevingen
waar kinderen spelen).
Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen:
▪ Geluidsgevoelige zones (zoals naast een slaapkamer), zodat het
geproduceerd geluid in bedrijf geen overlast veroorzaakt.
Opmerking: Als het geproduceerd geluid in reële omstandigheden
wordt gemeten, kan de gemeten waarde omwille van
omgevingsgeluiden en geluidsreflecties groter zijn dan het in de
specificaties onder Geluidspectrum vermeld geluidsdrukniveau.
INFORMATIE
Het geluidsdrukniveau is lager dan 70dBA.
▪ Plaatsen met nevels van mineraalolie, oliespray of dampen in de
lucht. Plastic onderdelen kunnen worden aangetast en van het
toestel vallen of waterlekken veroorzaken.
Het is NIET aangewezen de unit op de volgende plaatsen te
installeren, omdat deze plaatsen de levensduur van de unit kunnen
verkorten:
▪ Waar de spanning veel schommelt
▪ In voertuigen of schepen
▪ In de aanwezigheid van zuur- of alkalinedampen
Installatie aan de kust. Zorg ervoor dat de buitenunit NIET
rechtstreeks aan zeewind wordt blootgesteld. Dit om corrosie door
het hoge zoutgehalte van de lucht te voorkomen (kan de levensduur
van de unit verkorten).
Installeer de buitenunit uit rechtstreekse zeewind.
Voorbeeld: Achter het gebouw.
Installeer een afscherming tegen de wind als de buitenunit aan
rechtstreekse zeewind wordt blootgesteld.
▪ Hoogte van afscherming tegen wind≥1,5×hoogte van buitenunit
▪ Let bij de installatie van de afscherming tegen de wind op de
vereisten inzake de serviceruimte.
a Aardlekbeveiliging
b Zekering
c Buitenunit
d Binnenunit
e Gebruikersinterface
f Pc of radio
In plaatsen met een slechte ontvangst, moet de afstand 3m of meer
bedragen om elektromagnetische storingen van andere apparatuur
te voorkomen en moeten de voedings- en transmissieleidingen in
kabelbuizen liggen.
▪ Kies een plaats waar de unit zoveel mogelijk uit de regen staat.
▪ Zorg ervoor dat ingeval van een waterlek, het water geen schade
kan veroorzaken aan de installatieruimte en de omgeving.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
8
a Zeewind
b Gebouw
c Buitenunit
d Afscherming tegen wind
Hevige wind (≥18km/u) die tegen de luchtuitlaat van de buitenunit
blaast, veroorzaakt kortsluiting (luchtaanzuiging of -uitblaas). Dit kan
de volgende gevolgen met zich meebrengen:
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
5 Voorbereiding
a
b
c
b
a
b
c
c
d
t
Ø
H1
L1
▪ een vermindering van de capaciteit in bedrijf;
▪ een snellere en meer regelmatige ijsvorming tijdens het
verwarmen;
▪ stilvallen door een te lage of een te hoge druk;
▪ een gebroken ventilator (als hevige wind constant tegen de
ventilator blaast, kan deze beginnen zeer snel te draaien en na
een tijdje breken).
Er wordt geadviseerd een stootplaat te monteren wanneer de
luchtuitlaat aan wind blootgesteld is.
Installeer bij voorkeur de buitenunit met de luchtuitlaat naar de muur
gericht en NIET rechtstreeks aan wind blootgesteld.
a Geleideplaat
b Belangrijkste windrichting
c Luchtuitlaat
5.2.2Bijkomende vereisten inzake de
installatieplaats van de buitenunit in
koude klimaten
Bescherm de buitenunit tegen directe sneeuwval en zorg ervoor dat
de buitenunit NOOIT ingesneeuwd raakt.
Materiaal koelmiddelleidingen
▪ Materiaal leidingen: Met fosforzuur gedeoxideerd naadloos
koper.
▪ Temperingsgraad en dikte van de leidingen:
Buitendiameter
(Ø)
6,4mm (1/4")
9,5mm (3/8")
12,7mm (1/2")
15,9mm (5/8")Gegloeid (O)≥1,0mm
19,1mm (3/4")Halfhard (1/2H)
▪ Flareverbindingen: Gebruik alleen gegloeide leidingen.
HardingsgraadDikte (t)
Gegloeid (O)≥0,8mm
(a) In functie van de toepasselijke wetgeving en de maximale
werkdruk van de unit (zie “PS High” op het naamplaatje
van de unit) kunnen dikkere leidingen nodig zijn.
(a)
Diameter koelmiddelleidingen
Gebruik dezelfde diameters als die van de aansluitingen op de
buitenunits:
L1 vloeistofleidingØ9,5mm
L1 gasleidingØ15,9mm
Lengte koelmiddelleiding en hoogteverschil
De leidinglengte en het hoogteverschil moeten voldoen aan de
volgende vereisten:
VereisteLimiet
1 Minimale totale leidinglengte in
één richting
2 Maximale totale leidinglengte in
één richting
3 Maximaal hoogteverschil tussen
binnen- en buitenunits
(a) Het getal tussen haakjes geeft de overeenkomstige lengte
aan.
Limiet≤L15m
L1≤Limiet30m (50m)
H1≤Limiet30m
(a)
5.3.2De koelleidingen isoleren
▪ Neem polyethyleenschuim als isolatiemateriaal:
▪ met een warmteoverdrachtsfactor begrepen tussen 0,041 en
0,052W/mK (0,035 en 0,045kcal/mh°C)
▪ bestand tegen minstens 120°C
a Afdakje tegen de sneeuw
b Voetstuk (minimale hoogte=150mm)
c Belangrijkste windrichting
d Luchtuitlaat
5.3De koelmiddelleidingen
▪ Isolatiedikte
Omgevingstemperat
uur
≤30°C75% tot 80% RV15mm
>30°C≥80% RV20mm
VochtigheidMinimumdikte
voorbereiden
5.3.1Vereisten voor de koelmiddelleidingen
INFORMATIE
Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in
hoofdstuk “Algemene veiligheidsmaatregelen”.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
9
6 Installatie
3
45°~90°
(4)
2
1
1×
5.4De elektrische bedrading
voorbereiden
5.4.1Over het voorbereiden van de elektrische
bedrading
INFORMATIE
Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in
hoofdstuk “Algemene veiligheidsmaatregelen”.
INFORMATIE
Lees ook "6.7.5Specificaties van standaard
bedradingscomponenten"op pagina19.
WAARSCHUWING
▪ Als de voeding een ontbrekende of een verkeerde
nulfase heeft, Kan de apparatuur defect raken.
▪ Sluit correct op de aarde aan. Aard de unit NIET via
een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de
aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan
elektrische schokken veroorzaken.
▪ Plaats de vereiste zekeringen of stroomonderbrekers.
▪ Bevestig de elektrische bedrading met kabelbinders,
zodat deze NIET in contact kan komen met scherpe
randen of buizen, vooral langs de hogedrukzijde.
▪ Gebruik GEEN draden met tape, geen gevlochten
geleiders, geen verlengkabels en geen aansluitingen
van een sterinstallatie. Deze kunnen zorgen voor
oververhitting of elektrische schokken of brand
veroorzaken.
▪ Installeer GEEN fasecompensatiecondensator, omdat
deze unit een inverter bevat. Een
fasecompensatiecondensator vermindert de prestaties
en kan ongevallen veroorzaken.
▪ Koelmiddel bijvullen.
▪ De elektrische bedrading aansluiten.
▪ De installatie van de buitenunit voltooien.
▪ De installatie van de binnenunit voltooien.
INFORMATIE
Voor de installatie van de binnenunit (binnenunit monteren,
koelmiddelleiding aansluiten op de binnenunit, elektrische
bedrading aansluiten op de binnenunit …), zie de
montagehandleiding van de binnenunit.
6.2De units openen
6.2.1Over het openen van de units
Soms moet u de unit openen. Voorbeeld:
▪ Bij het aansluiten van de koelmiddelleidingen
▪ Wanneer u de elektrische bedrading moet aansluiten
▪ Wanneer u onderhoudswerkzaamheden op de unit moet uitvoeren
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Laat de unit NIET onbewaakt achter wanneer het
servicedeksel verwijderd is.
6.2.2De buitenunit openen
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
WAARSCHUWING
▪ Al de bedrading moet door een erkende elektricien
uitgevoerd worden en voldoen aan de geldende
wetgeving.
▪ Maak elektrische verbindingen op de bevestigde
bedrading.
▪ Alle op de site geleverde componenten en alle
elektrische constructies dienen te voldoen aan de
geldende wetgeving.
WAARSCHUWING
Gebruik ALTIJD een meeraderige kabel als
stroomtoevoerkabel.
6Installatie
6.1Overzicht: Installatie
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u ter plaatse moet doen en
weten om het systeem te installeren.
Typische werkstroom
Een typische installatie bestaat uit de volgende stappen:
▪ De buitenunit monteren.
▪ De binnenunits monteren.
▪ De koelmiddelleiding aansluiten.
▪ De koelmiddelleiding controleren.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
10
6.3De buitenunit monteren
6.3.1Over de montage van de buitenunit
Typische werkstroom
Een typische montage van de buitenunit bestaat uit de volgende
stappen:
1De installatiestructuur voorzien.
2De buitenunit installeren.
3Afvoer voorzien.
4Ervoor zorgen dat de unit niet kan omvallen.
5De unit beschermen tegen sneeuw en wind door een afdak
tegen de sneeuw en geleideplaten. Zie "De installatieplaats
voorbereiden" in "5Voorbereiding"op pagina7.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
6.3.2Voorzorgsmaatregelen bij de montage
(mm)
>150
620
350
(345-355)
4× M12
a
20
a
4× M12
≥150 mm
A
B
B
C
D
E
160160620
36
61
262
416
595
285
279
260
161
(345~355)
van de buitenunit
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
6.3.3De installatiestructuur voorzien
Controleer de stevigheid en het vlak zijn van de grond waarop de
unit geïnstalleerd zal worden, zodat deze niet gaat trillen of lawaai
maken wanneer ze in bedrijf is.
Maak de unit stevig vast met ankerbouten zoals aangegeven op het
schema van de fundering.
Leg 4 sets met ankerbouten, moeren en vulringen klaar (lokaal te
voorzien):
6 Installatie
6.3.5Afvoer voorzien
▪ Controleer of het condenswater goed kan worden afgevoerd.
▪ Plaats de unit op een sokkel om een goede afvoer te hebben,
zodat ijs zich niet kan ophopen.
▪ Voorzie een waterafvoerkanaal rond de fundering om het
overtollig water rond de unit af te voeren.
▪ Vermijd dat het afgevoerd water over het voetpad vloeit om ervoor
te zorgen dan het voetpad niet glad wordt bij vriestemperaturen.
▪ Indien u de unit op een frame installeert, plaats dan een
waterdichte plaat op maximum 150mm van de onderkant van de
unit om te verhinderen dat water in de unit kan binnendringen en
afgevoerd water zou druppelen (zie de volgende afbeelding).
a Blokkeer de afvoeropeningen van de bodemplaat van de
unit niet.
INFORMATIE
De aanbevolen hoogte van het bovenste uitstekend deel
van de bouten bedraagt 20mm.
OPMERKING
Maak met moeren en harssluitringen (a) de buitenunit vast
op de ankerbouten. Indien de bekleding van de plaats
waarop de buitenunit wordt vastgemaakt, afschilfert of
loskomt, zullen de moeren gemakkelijk roesten.
6.3.4De buitenunit installeren
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
INFORMATIE
Indien nodig kunt u een afvoerblindpropkit (lokaal te
voorzien) gebruiken om druppelend afvoerwater te
voorkomen.
OPMERKING
Als de afvoeropeningen van de buitenunit geblokkeerd
worden door een installatiebasis of het oppervlak van de
vloer, moet u de unit hoger plaatsen zodat er een vrije
ruimte van meer dan 150mm onder de buitenunit ontstaat.
Afvoeropeningen (afmetingen in mm)
A Uitblaaszijde
B Afstand tussen ankerpunten
Uitgebreide handleiding voor de installateur
11
6 Installatie
b
a b
4× Ø6 mm
C Onderkant frame
D Afvoeropeningen
E Uitbreekopening voor sneeuw
Sneeuw
In koude streken kan er zich sneeuw ophopen en bevriezen tussen
de warmtewisselaar en de buitenste plaat. Hierdoor kan de unit
minder efficiënt werken. Om dit te voorkomen:
1 Boor (a, 4×) en open de uitbreekopening (b).
2 Verwijder de bramen en breng reparatieverf aan op de randen
en de delen rond de randen om roestvorming te voorkomen.
6.3.6Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan
omvallen
Wanneer de unit staat waar hevige windstoten de unit kunnen doen
overhellen, neem dan de volgende maatregelen:
1 Maak 2 kabels klaar zoals getoond op de volgende afbeelding
(ter plaatse te voorzien).
2 Leg de 2kabels over de buitenunit.
3 Stop een stuk rubber tussen de kabels en de buitenunit zodat
de kabels de verf niet kunnen beschadigen (ter plaatse te
voorzien).
4 Maak de uiteinden van de kabels vast. Span deze uiteinden
aan.
6.4De koelmiddelleiding aansluiten
6.4.1Over het aansluiten van de
koelmiddelleidingen
6.4.2Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten
van koelmiddelleidingen
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
VOORZICHTIG
▪ Gebruik GEEN minerale olie op het verbreed uiteinde
van de koelmiddelleiding.
▪ Gebruik NIET opnieuw een leiding afkomstig van vorige
installaties.
▪ Installeer NOOIT een droger op deze R32-unit om zijn
levensduur te kunnen garanderen. Het droogmateriaal
kan oplossen en het systeem beschadigen.
OPMERKING
Houd rekening met de volgende voorzorgen met
betrekking tot de koelmiddelleiding:
▪ Zorg ervoor dat nooit ander koelmiddel dan het
aangewezen koelmiddel in de koelmiddelcyclus
vermengd wordt (bijv. lucht).
▪ Gebruik uitsluitend R32 wanneer u koelmiddel moet
bijvullen.
▪ Gebruik uitsluitend installatiegereedschap (bijv.
manometers voor het verdeelstuk) dat enkel en alleen
voor R32-installaties bedoeld is, zodat het de druk kan
weerstaan en er geen vreemde stoffen (zoals minerale
oliën en vocht) in het systeem kunnen terechtkomen.
▪ De leiding dient zo gemonteerd te worden dat haar
verbreed uiteinde NIET aan mechanische spanningen
onderhevig is.
▪ Bescherm de leiding zoals beschreven in de volgende
tabel om te vermijden dat vuil, vloeistof of stof in de
leiding terecht zou komen.
▪ Wees voorzichtig wanneer u koperbuizen doorheen
muren schuift (zie afbeelding hieronder).
Alvorens de koelmiddelleidingen aan te sluiten
Controleer of de buitenunit en binnenunit gemonteerd zijn.
Typische werkstroom
De koelmiddelleiding aansluiten betekent:
▪ De koelmiddelleiding op de buitenunit aansluiten
▪ De koelmiddelleiding op de binnenunit aansluiten
▪ Olieafscheiders installeren
▪ De koelmiddelleiding isoleren
▪ Houd rekening met de richtlijnen voor:
Uitgebreide handleiding voor de installateur
12
▪ Buigen van leidingen
▪ Leidinguiteinden optrompen
▪ Soldeersel
▪ Gebruik van de afsluiters
ToestelInstallatieperiodeBeschermingsmeth
Buitenunit>1maandDe leiding
<1maandDe leiding
BinnenunitOngeacht de periode
INFORMATIE
Open de afsluiter van het koelmiddel NIET vooraleer de
koelmiddelleiding gecontroleerd te hebben. Wanneer u
koelmiddel moet bijvullen, wordt geadviseerd de afsluiter
van het koelmiddel te openen vooraleer bij te vullen.
dichtknijpen
dichtknijpen of met
kleefband afdichten
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
ode
6.4.3Richtlijnen bij het aansluiten van
ab
c
d
R=0.4~0.8
45°
±2
90°
±2
A
ab
A
ab
c
abcde
f
f
koelmiddelleidingen
Houd rekening met de volgende richtlijnen wanneer u buizen
aansluit:
▪ Bestrijk de binnenkant van de verbreding met etherolie of esterolie
wanneer u een voor verbrede uiteinden bedoelde moer aanhaalt.
Draai eerst 3 of 4 toeren met de hand vast vooraleer stevig vast te
draaien.
▪ Gebruik altijd 2 sleutels tezamen om een flaremoer los te draaien.
▪ Gebruik altijd samen een moersleutel en een momentsleutel om
deze moer aan te halen wanneer u de leiding aansluit. Op die
manier zal de moer niet scheuren en lekken.
a Momentsleutel
b Moersleutel
c Leidingverbinding
d Flaremoer
Leidingmaat
(mm)
Ø9,533~3912,8~13,2
Ø15,963~7519,3~19,7
Aanhaalmome
nt (N•m)
Flareafmetinge
n (A) (mm)
Flarevorm
(mm)
6 Installatie
Flaregereedschap
voor R32
(koppelingstype)
A0~0,5mm1,0~1,5mm1,5~2,0mm
5 Controleer of de verbreding goed werd uitgevoerd.
a De binnenkant van de verbreding mag geen barsten of
gebreken vertonen.
b Het uiteinde van de buis moet gelijkmatig en volgens een
perfecte cirkel verbreed zijn.
c Controleer of de flaremoer aangebracht is.
6.4.6Het uiteinde van een buis solderen
De binnenunit en de buitenunit hebben flareverbindingen. Verbind
beide uiteinden zonder te solderen. Indien solderen nodig zou zijn,
houd dan rekening met het volgende:
▪ Doorblazen met stikstof bij het hardsolderen voorkomt belangrijke
afzettingen van een geoxideerde filmlaag op de binnenkant van
de leiding. Deze filmlaag heeft een nadelige invloed op de
kleppen en compressoren in het koelsysteem en voorkomt een
goede werking.
▪ Stel de stikstofdruk met een drukreduceerklep in op 20 kPa
(0,2bar) (d.w.z. net genoeg om te voelen op de huid).
Conventioneel flaregereedschap
Koppelingstype
(Ridgid-type)
Vleugelmoertype
(Imperial-type)
6.4.4Richtlijnen voor het buigen van leidingen
Gebruik een buisbuiger om bochten te maken. Alle buisbochten
moeten zo zacht mogelijk zijn (de bochtstraal moet 30~40 mm
bedragen of meer zelfs).
6.4.5Het uiteinde van een buis verbreden
VOORZICHTIG
▪ Een onvolledige verbreding kan lekken van koelgas
veroorzaken.
▪ Gebruik getrompte buizen NIET opnieuw. Gebruik
nieuwe getrompte buizen om ervoor te zorgen dat geen
koelgas kan lekken.
▪ Gebruik de getrompte moeren die bij de unit werden
meegeleverd. Andere getrompte moeren gebruiken kan
koelgaslekken veroorzaken.
1 Snijd het uiteinde van de buis af met een buissnijder.
2 Verwijder de bramen en houd daarbij het afgesneden vlak naar
beneden zodat er geen bramen in de buis kunnen komen.
a Snijd exact af in rechte hoeken.
b Verwijder de bramen.
3 Verwijder de getrompte moer van de afsluiter en zet de
getrompte moer op de buis.
4 Verbreed de buis. Verbreed exact op de plaats zoals getoond
op de volgende afbeelding.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
a Koelmiddelleiding
b Te hardsolderen deel
c Tape
d Handbediende klep
e Reduceerklep
f Stikstof
▪ Gebruik GEEN anti-oxidanten bij het hardsolderen van
leidingverbindingen.
Door resten kunnen leidingen verstopt raken en kan uitrusting stuk
gaan.
▪ Gebruik GEEN vloeimiddel bij het hardsolderen van koper-op-
koper koelmiddelleidingen. Gebruik fosforkoper toevoegmetaal
(BCuP), waarbij geen vloeimiddel wordt vereist.
Vloeimiddel heeft een uitermate schadelijke invloed op
koelmiddelleidingsystemen. Zo zal een vloeimiddel op chloorbasis
corrosie van de leidingen veroorzaken, of als het fluor bevat, zal
het de koelmiddelolie aantasten.
6.4.7Gebruik van de afsluiter en servicepoort
Omgaan met de afsluiter
Houd rekening met de volgende richtlijnen:
▪ De afsluiters zijn standaard gesloten.
▪ De volgende afbeelding illustreert elk onderdeel nodig voor de
afsluiter.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
13
6 Installatie
c
d
a
b
a
b
c
a
b
d
a
b
c
d
cc
ba
4× Ø6 mm
a
b
a Servicepoort en dop van de servicepoort
b Klepsteel
c Aansluiting voor buis te plaatse
d Steeldop
▪ Houd beide afsluiters open tijdens de bewerking.
▪ Oefen NIET teveel kracht uit op de klepsteel. Anders kan de
behuizing van de afsluiter breken.
▪ Open of sluit altijd de afsluiter eerste met een moersleutel en los
schroef dan de getrompte moer los of span deze aan met een
momentsleutel. Zet de moersleutel NIET op de steeldop, omdat dit
anders voor koelmiddellekken kan zorgen.
ItemAanhaalmoment (N∙m)
Dop klepsteel, vloeistofzijdig13,5~16,5
Dop klepsteel, gaszijdig22,5~27,5
Omgaan met de servicedop
▪ Gebruik altijd een vulslang met een drukpen omdat de
servicepoort een Schrader-klep is.
▪ Draai het servicepoortdeksel na gebruik van de servicepoort goed
vast en controleer op lekken.
ItemAanhaalmoment (N∙m)
Dop van de onderhoudspoort11,5~13,9
6.4.8Koelmiddelleiding op buitenunit
aansluiten
▪ Leidinglengte. Houd de lokale leidingen zo kort mogelijk.
▪ Bescherming leidingen. Bescherm de lokale leidingen tegen
fysieke schade.
1 Doe het volgende:
▪ Verwijder het servicedeksel (a) met schroef (b).
▪ Verwijder de inlaatplaat van de leidingen (c) met schroef (d).
a Moersleutel
b Momentsleutel
▪ Wanneer verwacht wordt dat de werkdruk laag zal zijn (tijdens het
koelen bij lage buitenluchttemperaturen, bijv.), sluit dan de
getrompte moer in de afsluiter op de gasleiding voldoende af met
een siliconendichting als maatregel tegen het bevriezen.
Siliconendichting, zorg ervoor dat er geen openingen zijn.
De afsluiter openen/sluiten
1 Verwijder het deksel van de afsluiter.
2 Steek een zeskantsleutel (vloeistofzijde: 4mm, gaszijde: 6mm)
in de klepsteel en draai de klepsteel:
Linksom om te openen.
Rechtsom om te sluiten.
3 Als de klepsteel niet verder kan worden gedraaid, stop dan met
draaien. De afsluiter is nu open/gesloten.
Omgaan met de steeldop
▪ De dop van de klepsteel is afgedicht op de plaatsen die met een
pijl zijn aangeduid. Beschadig dit NIET.
2 Kies de richting langs waar u de leiding wilt leggen (a, b, c of d).
3 Als u de leiding langs onder wilt leggen:
▪ Boor (a, 4×) en open de uitbreekopening (b).
▪ Snijd de gleuven (c) uit met een metaalzaag.
4 Doe het volgende:
▪ Sluit de vloeistofleiding (a) aan op de vloeistofafsluiter.
▪ Sluit de gasleiding (b) aan op de gasafsluiter.
▪ Draai na gebruik van de afsluiter de dop van de klepsteel goed
vast en controleer op lekken.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
14
5 Doe het volgende:
▪ Isoleer de vloeistofleiding (a) en de gasleiding (b).
▪ Draai thermische isolatie rond de bochten en sluit af met
plastic tape (c).
▪ Zorg ervoor dat de lokale leidingen niet in contact komen
met componenten van de compressor (d).
▪ Dicht de uiteinden van de isolatie af (afdichtmiddel, enz.) (e).
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
6 Installatie
d
e
f
b
a
c
a
b
c
a
a Uitbreekopening
b Braam
c Afdichting, enz.
OPMERKING
Vergeet niet om na de installatie van de koelmiddelleiding
en het vacuümdrogen de afsluiters te openen. Wanneer u
het systeem probeert te gebruiken met gesloten afsluiters
kan de compressor schade oplopen.
6 Als de buitenunit hoger dan de binnenunit staat, bedek de
afsluiters (f, zie hierboven) dan met een afdichtmiddel om te
voorkomen dat er condenswater van de afsluiters in de
binnenunit terechtkomt.
OPMERKING
Blote leidingen kunnen condensatie veroorzaken.
7 Monteer het servicedeksel en de inlaatplaat van de leidingen.
8 Dicht alle openingen af (voorbeeld: a) om te voorkomen dat er
sneeuw of kleine dieren in het systeem terechtkomen.
OPMERKING
Blokkeer de ventilatieopeningen niet. Anders kan de lucht
niet goed circuleren in de unit.
6.5De koelmiddelleiding controleren
6.5.1Over het controleren van de
koelmiddelleidingen
De interne koelmiddelleiding van de buitenunit is in de fabriek getest
op lekken. U moet alleen nog maar de externe koelmiddelleiding
van de buitenunit controleren.
Alvorens de koelmiddelleiding te controleren
Controleer of de koelmiddelleiding is aangesloten tussen de
buitenunit en de binnenunit.
Typische werkstroom
Een typische controle van de koelmiddelleiding bestaat uit de
volgende stappen:
1De koelmiddelleiding controleren op lekken.
2Alle vocht, lucht of stikstof uit de koelmiddelleiding verwijderen
door middel van vacuümdrogen.
Als de koelmiddelleiding vocht kan bevatten (bijvoorbeeld water in
de leiding), moet u eerst vacuümdrogen zoals hieronder beschreven
tot alle vocht is verwijderd.
6.5.2Voorzorgsmaatregelen bij het controleren
van koelmiddelleidingen
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
WAARSCHUWING
Neem gepaste maatregelen om te beletten dat de unit door
kleine dieren als schuilplaats gebruikt kan worden. Kleine
dieren die in contact komen met elektrische onderdelen
kunnen storingen, rook of brand veroorzaken.
OPMERKING
Voorzorgsmaatregelen bij het uitslaan van de
uitbreekopeningen:
▪ Let op dat u de behuizing niet beschadigt.
▪ Na het uitslaan van de uitbreekopeningen, verwijdert u
best de bramen en brengt u reparatieverf aan op de
randen en de delen rond de randen om roestvorming te
voorkomen.
▪ Omwikkel de elektrische bedrading met beschermtape
om beschadiging bij het doorvoeren door de
uitbreekopeningen te voorkomen.
veiligheid
▪ Voorbereiding
OPMERKING
Gebruik een 2-trapsvacuümpomp met een terugslagklep
die tot een meterdruk van −100,7kPa (−1,007 bar) (5Torr
absoluut) kan evacueren. Zorg ervoor dat de olie in de
pomp niet in het systeem terugstroomt wanneer de pomp
niet draait.
OPMERKING
Gebruik deze vacuümpomp enkel en alleen voor R32.
Dezelfde pomp voor andere koelmiddelen gebruiken kan
de pomp en de unit beschadigen.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
15
6 Installatie
R32
a
c
f
bde
OPMERKING
▪ Sluit de vacuümpomp aan op zowel de servicepoort
van de gasafsluiter als de servicepoort van de
vloeistofafsluiter voor een betere efficiëntie.
▪ Zorg ervoor dat de gasafsluiter en vloeistofafsluiter
goed gesloten zijn alvorens over te gaan tot de lektest
of het vacuümdrogen.
6.5.3Koelmiddelleiding controleren: Opstelling
a Manometer
b Stikstof
c Koelmiddel
d Weegapparaat
e Vacuümpomp
f Afsluiter
6.5.4Op lekkages controleren
OPMERKING
Overtreft de maximale werkdruk van de unit NIET (zie “PS
High” op het naamplaatje van de unit).
OPMERKING
Gebruik een aanbevolen bellentestoplossing van bij uw
groothandelaar. Gebruik geen zeepwater want hierdoor
kunnen de flaremoeren breken (zeepwater kan immers
zout bevatten en zout absorbeert vocht dat kan bevriezen
als de leidingen afkoelen), en bovendien kunnen de
flareverbindingen erdoor gaan corroderen (want zeepwater
kan ammonia bevatten dat zorgt voor een corrosief effect
tussen de messing flaremoer en de koperen flare).
1 Vul het systeem met stikstofgas tot op een manometerdruk van
minstens 200 kPa (2 bar). Het is aanbevolen de druk tot
3000kPa (30bar) te verhogen om kleine lekken te vinden.
2 Test op lekkages door de bubbeltestoplossing op alle
verbindingen aan te brengen.
3 Verwijder alle stikstofgas.
6.5.5Vacuümdrogen
OPMERKING
▪ Sluit de vacuümpomp aan op zowel de servicepoort
van de gasafsluiter als de servicepoort van de
vloeistofafsluiter voor een betere efficiëntie.
▪ Zorg ervoor dat de gasafsluiter en vloeistofafsluiter
goed gesloten zijn alvorens over te gaan tot de lektest
of het vacuümdrogen.
1 Vacumeer het systeem tot de druk op het verdeelstuk −0,1MPa
(−1bar) aangeeft.
2 Wacht 4-5minuten en controleer de druk:
Indien de druk…Dan…
Niet verandertEr zit geen vocht in het
StijgtEr zit vocht in het systeem. Ga
Uitgebreide handleiding voor de installateur
16
systeem. Deze procedure is
voltooid.
verder met de volgende stap.
3 Loos gedurende minstens 2uur tot een druk in het verdeelstuk
van −0,1MPa (−1bar).
4 Schakel de pomp UIT en controleer de druk gedurende
minstens 1uur.
5 Indien u het beoogd vacuüm NIET kunt bereiken of het vacuüm
NIET gedurende 1uur kunt bewaren, doe dan het volgende:
▪ Controleer opnieuw op lekkages.
▪ Vacuümdroog opnieuw.
OPMERKING
Vergeet niet om na de installatie van de koelmiddelleiding
en het vacuümdrogen de afsluiters te openen. Wanneer u
het systeem probeert te gebruiken met gesloten afsluiters
kan de compressor schade oplopen.
INFORMATIE
Na het openen van de afsluiter is het mogelijk dat de druk
in de koelmiddelleidingen NIET toeneemt. De reden
hiervan kan bijv. zijn dat de expansieklep in het circuit van
de buitenunit gesloten is, maar dit vormt GEEN enkel
probleem voor de goede werking van de unit.
6.6Koelmiddel bijvullen
6.6.1Over het toevoegen van koelmiddel
De buitenunit is in de fabriek gevuld met koelmiddel, maar in
sommige gevallen kan het volgende vereist zijn:
WatWanneer
Extra koelmiddel bijvullenWanneer de totale lengte van de
Volledig opnieuw vullen met
koelmiddel
Extra koelmiddel bijvullen
De externe koelmiddelleiding van de buitenunit moet worden
gecontroleerd (lektest, vacuümdrogen) alvorens extra koelmiddel bij
te vullen.
INFORMATIE
Afhankelijk van de units en/of de omstandigheden van de
installatie, moet de elektrische bedrading aangesloten zijn
alvorens u koelmiddel kunt bijvullen.
Typische workflow – extra koelmiddel bijvullen bestaat doorgaans uit
de volgende stappen:
1 Bepalen of en hoeveel extra koelmiddel moet worden bijgevuld.
2 Indien nodig, extra koelmiddel bijvullen.
3 Het label voor gefluoreerde broeikasgassen invullen en
bevestigen op de binnenkant van de buitenunit.
Volledig opnieuw vullen met koelmiddel
Controleer of de volgende voorwaarden zijn vervuld alvorens
volledig opnieuw te vullen met koelmiddel:
1 Alle koelmiddel is uit het systeem verwijderd.
2 De externe koelmiddelleiding van de buitenunit is gecontroleerd
(lektest, vacuümdrogen).
3 Vacuümdrogen is uitgevoerd op de interne koelmiddelleiding
van de buitenunit.
leiding de voorgeschreven lengte
overschrijdt (zie later).
Voorbeeld:
▪ Wanneer het systeem wordt
verplaatst.
▪ Na een lek.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
6 Installatie
a
b
c
OPMERKING
Vacuümdroog tevens de koelmiddelleidingen in de
buitenunit vooraleer deze opnieuw te vullen.
OPMERKING
Om te vacuümdrogen of de interne koelmiddelleidingen
van de buitenunit volledig opnieuw te vullen, moet de
vacuümstand worden ingeschakeld (zie "6.6.6 Lokale
instelling vacuümstand inschakelen/uitschakelen" op
pagina 18). Hierdoor worden de vereiste kleppen in het
koelmiddelcircuit geopend zodat het vacumeren of
opnieuw vullen van koelmiddel correct kan worden
uitgevoerd.
▪ Activeer de lokale instelling "vacuümstand" alvorens te
vacuümdrogen of opnieuw te vullen met koelmiddel.
▪ Schakel de lokale instelling "vacuümstand" uit na het
beëindigen van het vacuümdrogen of het opnieuw
vullen met koelmiddel.
WAARSCHUWING
Sommige delen van het koelmiddelcircuit kunnen van
andere delen worden afgesloten door componenten met
een specifieke functie (bijv. kleppen). Daarom is het
koelmiddelcircuit uitgerust met bijkomende servicepoorten
voor vacumeren, drukontlasting of onder druk brengen van
het circuit.
Zorg ervoor dat alle druk uit de unit is verwijderd wanneer
moet worden gesoldeerd aan de unit. De interne druk
moet worden ontlast met ALLE hieronder afgebeelde
servicepoorten geopend. De plaats hangt af van het
modeltype.
Plaats van servicepoorten:
6.6.2Over het koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Laat de gassen
NIET vrij in de atmosfeer.
Koelmiddeltype: R32
Waarde globaal opwarmingspotentieel (GWP): 675
WAARSCHUWING: ONTVLAMBAAR MATERIAAL
Het koelmiddel in deze unit is weinig ontvlambaar.
WAARSCHUWING
Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder
ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld:
open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende
elektrische verwarming).
WAARSCHUWING
▪ Doorboor of verbrand GEEN onderdelen van de
koelmiddelcyclus.
▪ Gebruik GEEN andere schoonmaakmiddelen of
manieren om het ontdooien te versnellen dan die
aanbevolen door de fabrikant.
▪ Denk eraan dat het koelmiddel in het systeem geurloos
is.
WAARSCHUWING
Het koelmiddel in de unit is weinig ontvlambaar, maar lekt
normaal niet. Als het koelmiddel in de kamer lekt en in
contact komt met vuur van een brander, een verwarming of
een fornuis, dan kan er brand ontstaan of kan een
schadelijk gas worden gevormd.
Schakel alle verwarmingstoestellen met verbranding uit,
verlucht de kamer en neem contact op met de dealer waar
u de unit hebt gekocht.
Gebruik de unit niet totdat iemand van de servicedienst
heeft bevestigd dat het deel met het koelmiddellek
gerepareerd is.
a Interne servicepoort
b Afsluiter met servicepoort (vloeistof)
c Afsluiter met servicepoort (gas)
Typische workflow – volledig opnieuw vullen met koelmiddel bestaat
doorgaans uit de volgende stappen:
1 Bij te vullen hoeveelheid koelmiddel bepalen.
2 Koelmiddel bijvullen.
3 Het label voor gefluoreerde broeikasgassen invullen en
bevestigen op de binnenkant van de buitenunit.
6.6.3Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen
van koelmiddel
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
6.6.4De hoeveelheid bepalen om opnieuw
volledig te vullen
De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te vullen (kg)
Om te vacuümdrogen of de interne koelmiddelleidingen van de
buitenunit volledig opnieuw te vullen, moet de vacuümstand worden
ingeschakeld. Hierdoor worden de vereiste kleppen in het
koelmiddelcircuit geopend zodat het vacumeren of opnieuw vullen
van koelmiddel correct kan worden uitgevoerd.
Vacuümstand inschakelen:
Schakel de vacuümstand in met de drukknoppen BS* op de
1 Schakel de vacuümstand in indien dit nog niet het geval is (voor
het vacuümdrogen van de unit) (zie "6.6.6 Lokale instelling
printplaat (A1P) en let hierbij op de feedback op de 7segmentendisplays.
Bedien de schakelaars en drukknoppen met een geïsoleerd stokje
(zoals bijvoorbeeld een balpen) om te voorkomen dat u onderdelen
onder stroom zou aanraken.
6.6.8De label voor fluorhoudende
broeikasgassen bevestigen
1 Vul de label als volgt in:
1 Druk 5 seconden op de BS1-drukknop terwijl de unit is
ingeschakeld en niet draait.
Gevolg: U komt in de instelstand, en op het 7segmentendisplay verschijnt '200'.
2 Druk op de BS2-knop tot u pagina 2–28 bereikt.
3 Wanneer 2–28 is bereikt, druk één keer op de BS3-knop.
4 Druk één keer op de BS2-knop om de instelling in '1' te
veranderen.
5 Druk één keer op de BS3-knop.
6 Wanneer het display niet meer knippert, druk opnieuw op de
BS3-knop om de vacuümstand in te schakelen.
Vacuümstand uitschakelen:
Gelieve de vacuümstand na het vullen of vacumeren van de unit uit
te schakelen door de instelling weer op '0' in te stellen.
Breng het deksel van de elektronische componentenkast weer aan
en installeer het voorpaneel wanneer u klaar bent.
OPMERKING
Zorg ervoor dat alle buitenpanelen, behalve het
servicedeksel van de kast met elektrische componenten,
dicht zijn terwijl u werkzaamheden uitvoert.
Sluit het deksel van de kast met elektrische onderdelen
goed voordat u de voeding inschakelt.
2 Breng het label aan op de binnenkant van de buitenunit. Er is
6.7De elektrische bedrading
a Indien bij de unit een meertalig label voor gefluoreerde
broeikasgassen wordt geleverd (zie accessoires), haalt u
de juiste taal eraf en plakt u het bovenop a.
b Koelmiddelvulling af fabriek: zie naamplaatje van de unit
c Bijgevulde hoeveelheid koelmiddel
d Totale hoeveelheid koelmiddelvulling
e Broeikasgasemissies van de totale koelmiddelvulling
uitgedrukt in ton CO2-equivalent
f GWP = aardopwarmingsvermogen
OPMERKING
In Europa worden de broeikasgasemissies van de totale
koelmiddelvulling in het systeem (uitgedrukt in ton CO2equivalent) gebruikt om de onderhoudstermijnen te
bepalen. Volg de toepasselijke wetgeving.
Formule om de broeikasgasemissies te berekenen:
GWP-waarde van het koelmiddel × Totale
koelmiddelvulling [in kg] / 1000
plaats voorzien voor het label op de afbeelding met het
bedradingsschema.
aansluiten
6.6.7Volledig opnieuw vullen met koelmiddel
WAARSCHUWING
▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen
kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken.
▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. De waarde
van zijn globaal opwarmingspotentieel (GWP) bedraagt
675. Laat deze gassen NIET vrij in de atmosfeer.
▪ Wanneer u koelmiddel bijvult, gebruik altijd
beschermhandschoenen en een veiligheidsbril.
VOORZICHTIG
Om te voorkomen dat de compressor defect raakt, mag u
NIET meer bijvullen dan de gespecificeerde hoeveelheid
koelmiddel.
Voorwaarde: Het systeem moet afgepompt zijn, de externe
koelmiddelleiding van de buitenunit gecontroleerd (lektest,
vacuümdrogen) en vacuümdrogen van de interne koelmiddelleiding
van de buitenunit uitgevoerd alvorens volledig opnieuw met
koelmiddel te vullen.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
18
6.7.1Over het aansluiten van de elektrische
bedrading
Typische werkstroom
De elektrische bedrading aansluiten bestaat doorgaans uit de
volgende stappen:
1Controleren of het voedingssysteem voldoet aan de elektrische
specificaties van de units.
2De elektrische bedrading aansluiten op de buitenunit.
3De elektrische bedrading aansluiten op de binnenunits.
4De hoofdvoeding aansluiten.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
6 Installatie
ba
cb
c
aa
A
AA´
A´
c bbac
a
B
B
6.7.2Over het voldoen aan de normen inzake
elektriciteit
AZAS71M2V1B + AZAS100~140M7V1B
De apparatuur voldoet een de norm EN/IEC61000-3-12 (Europese/
internationale technische norm die de grenzen vastlegt inzake
harmonische stromen geproduceerd door apparatuur aangesloten
op openbare laagspanningssystemen met een ingangsstroom >16A
en ≤75A per fase).
AZAS100~140M7Y1B
Apparatuur conform met EN/IEC61000‑3‑2 (Europese/Internationale
Technische Norm die de beperkingen vastlegt voor harmonische
stromen geproduceerd door apparatuur die is aangesloten op
openbare laagspanningssystemen met een ingangsstroom ≤16 A
per fase).
6.7.3Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten
van elektrische bedrading
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
Gebruik ALTIJD een meeraderige kabel als
stroomtoevoerkabel.
6.7.4Richtlijnen voor het aansluiten van de
elektrische bedrading
Houd rekening met de volgende zaken:
▪ Indien gevlochten geleiders worden gebruikt, plaats een rond oog
op het uiteinde. Glijd het rond oog over de draad tot aan het
bekleed gedeelte en maak het oog vast met een geschikt
werktuig.
a Gevlochten geleider
b Ronde aansluitstrip
▪ Gebruik de volgende methodes om de draden te verbinden:
DraadtypeWerkwijze om het frontrooster te
plaatsen
Eenaderige draad
a Eenaderige draad met open lus
b Schroef
c Platte sluitring
Gevlochten geleider
met rond oog
VOORZICHTIG
Voorzie best een vertraging van 10 minuten voordat het
alarm afgaat wanneer de temperatuur wordt overschreden
als de units worden gebruikt voor toepassingen met
temperatuuralarminstellingen. De unit kan verscheidene
minuten stoppen tijdens de normale werking om "de unit te
ontdooien" of in de "thermostaat-stop"-werking.
WAARSCHUWING
Verwissel in geen geval de stroomgeleiders L en de
neutrale geleider N.
Aanhaalmomenten
ItemAanhaalmoment (N•m)
M4 (X1M)1,2~1,8
M4 (aarding)1,2~1,4
M5 (X1M)2,0~3,0
M5 (aarding)2,4~2,9
Gebruik gebogen ringvormige krimpklemmen als er weinig plaats is
aan de draadklemmen.
a Klem
b Schroef
c Platte sluitring
6.7.5Specificaties van standaard bedradingscomponenten
OnderdeelV1Y1
VoedingskabelMCA
DoorverbindingskabelsMinimum kabeldoorsnede van 2,5 mm² en geschikt voor 230 V
Aanbevolen lokale zekering20A25A32A16A20A
AardlekschakelaarMoeten voldoen aan de toepasselijke wetgeving
(a) MCA=Minimum circuitampère. De opgegeven waarden zijn maximumwaarden (zie elektrische data van combinatie met binnenunits voor precieze
waarden).
(a)
Spanningsbereik220~240V380~415V
Fase1~3N~
Frequentie50Hz
DraaddiktenMoeten voldoen aan de toepasselijke wetgeving
71100125140100125+140
18,6A23,3A30,1A29,4A15,6A16,2A
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
19
6 Installatie
ab
c
a
d
e
1~50 Hz
220-240 V
3N~50 Hz
380-415 V
V1Y1
L1 L2 L3
L1 L2 L3
N
b
b
a
a
a
a
71
d
c
e
d
c
e
f
100~140
d
f
d
c
c
b
a
b
a
b
a
b
2
3
1
6.7.6De elektrische bekabeling op de
buitenunit aansluiten
OPMERKING
▪ Volg het bedradingsschema (bij de unit geleverd, op de
binnenkant van het servicedeksel).
▪ Zorg ervoor dat de elektrische bedrading goed zit zodat
het servicedeksel nadien weer goed kan worden
aangebracht.
1 Verwijder het servicedeksel. Zie "6.2.2 De buitenunit
openen"op pagina10.
2 Strip de isolatie (20mm) van de draden af.
a Strip de draad tot aan dit punt
b Als te veel draad wordt gestript, kan dit tot elektrische
schokken of lekkages leiden.
3 Sluit de doorverbindingskabels en de voeding als volgt aan:
a Schakelkast
b Bevestigingsplaat van de afsluiters
c Aarde
d Kabelbinder
e Verbindingskabel
f Voedingskabel
4 Maak de kabels (voedingskabel en doorverbindingskabel) met
een kabelbinder vast aan de bevestigingsplaat van de afsluiter
en geleid de bedrading zoals aangegeven op de afbeelding
hierboven.
5 Geleid de bedrading door het frame en sluit ze aan op het
frame aan de uitbreekopening.
Door het frame
Kies één van de 3 mogelijkheden:
geleiden
a Voedingskabel
b Doorverbindingskabel
I, II, III, IV Paar, tweeweg, drieweg, dubbel tweeweg
M, S Master, slave
a Doorverbindingskabels
b Voedingskabel
c Aardlekschakelaar
d Zekering
e Gebruikersinterface
Uitgebreide handleiding voor de installateur
20
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
7 Inbedrijfstelling
a b cde
A B
f
b
a
e
d
c
1
3
2
4
1×
Aansluiten op het
frame
6 Breng het servicedeksel weer aan. Zie "6.8.2 De buitenunit
sluiten"op pagina21.
7 Installeer een aardlekschakelaar en zekering op de
voedingsleiding.
Voor kabels die uit de unit komen, kan een
beschermende mantelbuis worden
aangebracht in de uitbreekopening.
Bescherm de kabels met plastic buizen om
te voorkomen dat de rand van de
uitbreekopening in de kabels snijdt
wanneer u geen mantelbuis gebruikt.
A Binnenkant van de buitenunit
B Buitenkant van de buitenunit
a Draad
b Bus
c Moer
d Frame
e Slang
6.8De installatie van de buitenunit
voltooien
6.8.1De installatie van de buitenunit voltooien
1 Isoleer en bevestig als volgt de koelmiddelleiding en de
doorverbindingskabel:
6.8.2De buitenunit sluiten
6.8.3Isolatieweerstand van de compressor
controleren
OPMERKING
Als zich na de installatie koelmiddel verzamelt in de
compressor, kan de isolatieweerstand over de polen
afnemen, maar de machine blijft werken zo lang deze
weerstand minstens 1MΩ bedraagt.
▪ Meet de isolatie met een 500V megger.
▪ Gebruik geen megger voor laagspanningscircuits.
1 Meet de isolatieweerstand over de polen.
AlsDan
≥1MΩIsolatieweerstand is OK. Deze procedure
is voltooid.
<1MΩIsolatieweerstand is niet OK. Ga naar de
volgende stap.
2 Schakel de voeding IN en laat ze 6uur aan.
Gevolg: De compressor warmt op en verdampt alle koelmiddel
a Gasleiding
b Isolatie gasleiding
c Doorverbindingskabel
d Vloeistofleiding
e Isolatie vloeistofleiding
f Afwerkkleefband
2 Plaats het servicedeksel terug.
in de compressor.
3 Meet de isolatieweerstand opnieuw.
7Inbedrijfstelling
7.1Overzicht: Inbedrijfstelling
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen en wat u moet
weten om het systeem na de installatie in gebruik te stellen.
Typische werkstroom
Het in bedrijf stellen houdt typisch volgende stappen in:
1De "Controlelijst voor de inbedrijfstelling" controleren.
2Het systeem testen.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
21
7 Inbedrijfstelling
AB
7.2Voorzorgsmaatregelen bij de
inbedrijfstelling
INFORMATIE
Gedurende de eerste bedrijfsperiode van de unit kan het
nodige opgenomen vermogen hoger zijn dan dat vermeld
op het typeplaatje van deze unit. Dit fenomeen wordt
veroorzaakt door de compressor, die een continue looptijd
van 50 uur nodig heeft voordat een vlotte werking en
stabiel stroomverbruik wordt gerealiseerd.
OPMERKING
Vooraleer het systeem te starten MOET de unit minstens
6uur onder spanning staan. De carterverwarming moet de
olie van de compressor opwarmen om niet te weinig olie te
hebben en de compressor te beschadigen tijdens het
opstarten.
OPMERKING
Laat de unit NOOIT werken zonder de thermistoren en/of
druksensoren/-schakelaars. De compressor zou anders
vuur kunnen vatten.
OPMERKING
Laat de unit NIET werken als niet alle koelmiddelleidingen
aangesloten werden (anders zal de compressor
beschadigd worden en zelfs breken).
OPMERKING
Koelstand. Laat het systeem proefdraaien in de koelstand
om afsluiters die niet openen te detecteren. Zelfs als de
gebruikersinterface was ingesteld op verwarmen, werkt de
unit gedurende 2‑3 minuten in de koelstand (terwijl het
verwarmingssymbool op de gebruikersinterface staat),
waarna zij automatisch overschakelt naar de
verwarmingsstand.
OPMERKING
Als u de unit niet kunt laten proefdraaien, zie
"7.5Foutcodes bij het proefdraaien"op pagina23.
WAARSCHUWING
Als de panelen van de binnenunits nog niet geïnstalleerd
zijn, moet u de voeding na het proefdraaien uitschakelen.
Schakel hiervoor het systeem UIT via de
gebruikersinterface. Leg de unit NIET stil met de
stroomonderbrekers.
7.3Checklist voor de inbedrijfstelling
Gebruik het systeem NIET voordat de volgende controles OK zijn:
U leest de volledige installatie-instructies, zoals
beschreven in de uitgebreide handleiding voor deinstallateur.
De binnenunits zijn goed geïnstalleerd.
Bij gebruik van een draadloze gebruikersinterface: Het
sierpaneel van de binnenunit met infrarood ontvanger is
geïnstalleerd.
De buitenunit moet juist gemonteerd zijn.
De volgende lokale bedrading is uitgevoerd conform dit
document en de toepasselijke wetgeving:
▪ Tussen het paneel van de lokale voeding en de
buitenunit
▪ Tussen de buitenunit en de binnenunit (master)
▪ Tussen de binnenunits
Er zijn GEEN ontbrekende fasen of omgekeerde fasen.
Het systeem is goed en op de juiste manier geaard en de
aardingsklemmen zijn goed aangehaald.
De zekeringenof de lokaal geplaatste
veiligheidsapparaten voldoen aan dit document en
werden niet overbrugd.
De voedingsspanning komt overeen met de spanning op
het identificatieplaatje van de unit.
Er zijn GEEN losse aansluitingen of verbindingen of
beschadigde elektrische onderdelen in de schakelkast.
De isolatieweerstand van de compressor is OK.
Er zijn GEEN beschadigde onderdelen of buizen die
tegen de binnenkant van de binnen- of buitenunit gedrukt
worden.
Er zijn GEEN koelmiddellekkages.
De juiste buismaten werden geplaatst en de leidingen
zijn goed en op de juiste manier geïsoleerd.
De afsluiters (gas en vloeistof) op de buitenunit staan
volledig open.
7.4Proefdraaien
Deze taak is alleen van toepassing bij gebruik van de
gebruikersinterface BRC1E52.
▪ Raadpleeg de montagehandleiding van de gebruikersinterface bij
gebruik van de BRC1E51.
▪ Raadpleeg de servicehandleiding van de gebruikersinterface bij
gebruik van de BRC1D.
OPMERKING
Onderbreek het proefdraaien niet.
INFORMATIE
Achtergrondverlichting. Om de unit met de
gebruikersinterface IN/UIT te schakelen, moet de
achtergrondverlichting niet branden. Voor alle andere
acties moet ze wel ingeschakeld zijn. De
achtergrondverlichting brandt ±30seconden wanneer u op
een knop drukt.
1 Voer de voorbereidende stappen uit.
#Actie
1Verwijder het steeldeksel en draai de klep met een
zeskantsleutel volledig linksom om de vloeistofafsluiter
(A) en de gasafsluiter (B) te openen.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
22
2Sluit het servicedeksel om elektrische schokken te
voorkomen.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
7 Inbedrijfstelling
Koelen
Instellen
28°C
TerugInstelling
Service instelling lokaal 1/3
Test werking
Contact Onderhoud
Lokale instellingen
Vraag
Minimaal verschil setpoint
Groepsadres
Koelen
TerugInstelling
Test werking
TerugInstelling
TerugI nstelling
Luchtdebiet/richting
SnelheidRichting
Positie 0
Laag
TerugInstelling
TerugI nstelling
Luchtdebiet/richting
SnelheidRichting
Laag
Positie 0
TerugInstelling
Service instelling lokaal 1/3
Test werking
Contact Onderhoud
Lokale instellingen
Vraag
Minimaal verschil setpoint
Groepsadres
#Actie
3Schakel de unit minstens 6uur vóór gebruik IN; dit om
de compressor te beschermen.
4Zet de unit in de koelstand op de gebruikersinterface.
2 Begin het proefdraaien.
#ActieResultaat
1Ga naar het thuismenu.
2Druk minstens
4seconden.
Het menu Service
instelling lokaal wordt
weergegeven.
3Selecteer Test werking.
4Druk.Test werking wordt
weergegeven in het
thuismenu.
5Druk binnen de
Het proefdraaien begint.
10seconden.
3 Controleer de werking gedurende 3minuten.
4 Controleer de werking van de luchtuitblaasrichting.
#ActieResultaat
1Druk.
2Selecteer Positie 0.
#ActieResultaat
1Druk minstens
4seconden.
Het menu Service
instelling lokaal wordt
weergegeven.
2Selecteer Test werking.
3Druk.De unit werkt weer
normaal, en het thuismenu
wordt weergegeven.
7.5Foutcodes bij het proefdraaien
Als de buitenunit NIET juist is geïnstalleerd, kunnen de volgende
foutcodes verschijnen op de gebruikersinterface:
FoutcodeMogelijke oorzaak
Niets weergegeven
(de momenteel
ingestelde temperatuur
wordt niet
weergegeven)
E3, E4 of L8▪ De afsluiters zijn dicht.
E7Ontbrekende fase bij driefasige voedingen.
L4De luchtinlaat of luchtuitlaat is geblokkeerd.
U0De afsluiters zijn dicht.
U2▪ Spanningsonbalans.
U4 of UFDe aftakbedrading tussen de units is niet
UADe buitenunit en binnenunit zijn niet
▪ Losse of verkeerde bedrading (tussen
voeding en buitenunit, tussen buitenunit
en binnenunits, tussen binnenunit en
gebruikersinterface).
▪ De zekering op de printplaat van de
buitenunit is doorgebrand.
▪ De luchtinlaat of luchtuitlaat is
geblokkeerd.
Noot: Het toestel kan niet worden gebruikt.
Schakel het toestel UIT, controleer de
bedrading opnieuw en verwissel twee van
de drie elektrische draden.
▪ Ontbrekende fase bij driefasige
voedingen. Noot: Het toestel kan niet
worden gebruikt. Schakel het toestel UIT,
controleer de bedrading opnieuw en
verwissel twee van de drie elektrische
draden.
juist.
compatibel.
5 Stop het proefdraaien.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
3Verander de stand.Als de luchtstroomklep van
de binnenunit beweegt,
werkt alles zoals het moet.
Anders is het niet in orde.
4Druk.
Het thuismenu wordt
weergegeven.
OPMERKING
▪ De bescherming van dit product tegen omgekeerde
polariteit werkt alleen bij het opstarten van het product.
Eventuele omgekeerde polariteit wordt dus niet
gedetecteerd tijdens de normale werking van het
product.
▪ De bescherming tegen omgekeerde polariteit dient om
het product uit te schakelen wanneer het zich bij het
opstarten ongewoon gedraagt.
▪ Vervang 2 van de 3 fasen (L1, L2 en L3) wanneer het
beveiligingscircuit tegen omgekeerde polariteit is
geactiveerd.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
23
8 Aan de gebruiker overhandigen
A1P
C–
C+
C–
C+
V1Y1
8Aan de gebruiker
overhandigen
Als het proefdraaien voltooid is en de unit goed en op de juiste
manier werkt, zorg ervoor dat de gebruiker de volgende zaken goed
begrijpt:
▪ Controleer of de gebruiker de papieren documentatie heeft en
vraag hem/haar deze bij te houden om deze later te kunnen
raadplegen. Informeer de gebruiker dat hij de volledige
documentatie kan vinden op de url zoals eerder beschreven in
deze handleiding.
▪ Leg aan de gebruiker uit hoe het systeem op de juiste manier te
bedienen en wat er moet worden gedaan wanneer zich een
probleem zou voordoen.
▪ Toon aan de gebruiker wat te doen om de unit te onderhouden.
9Onderhoud en service
OPMERKING
Elk onderhoud moet door een erkende installateur of
serviceagent worden uitgevoerd.
Ons advies: het onderhoud zou minstens een maal per
jaar moeten gebeuren. De toepasselijke wetgeving kan
echter kortere onderhoudstermijnen vereisen.
OPMERKING
In Europa worden de broeikasgasemissies van de totale
koelmiddelvulling in het systeem (uitgedrukt in ton CO2equivalent) gebruikt om de onderhoudstermijnen te
bepalen. Volg de toepasselijke wetgeving.
Formule om de broeikasgasemissies te berekenen:
GWP-waarde van het koelmiddel × Totale
koelmiddelvulling [in kg] / 1000
9.1Overzicht: onderhoud en service
Dit hoofdstuk bevat informatie over:
▪ Jaarlijks onderhoud van de buitenunit
9.2Voorzorgsmaatregelen inzake
onderhoud
3 Om schade aan de printplaat te voorkomen, raak een naakt
metalen deel aan om u te ontladen van statische elektriciteit
voordat u stekkers aansluit of verwijdert.
4 Trek de verbindingsstekkers voor de ventilatormotoren in de
buitenunit uit voordat u begint met servicewerkzaamheden aan
de inverterapparatuur. Raak geen onderdelen onder stroom
aan. (Als een ventilator draait door de sterke wind, kan hierdoor
een spanning in de condensator of in het hoofdcircuit worden
opgeslagen en een elektrische schok veroorzaken.)
VerbindingsstekkersX106A voor M1F
X107A voor M2F
5 Steek de verbindingsstekker na de servicewerkzaamheden
opnieuw in. Anders wordt storingscode E7 aangegeven en is de
normale werking niet mogelijk.
Voor meer informatie, zie het bedradingsschema op de achterkant
van het servicedeksel.
6 Sluit een voedingskabel nooit rechtstreeks aan op een
compressor (U, V, W). Anders kan de compressor doorbranden.
9.3Controlelijst jaarlijks onderhoud
van de buitenunit
Controleer minstens eens per jaar de volgende punten:
▪ De warmtewisselaar van de buitenunit.
De warmtewisselaar van de buitenunit kan verstopt raken door stof,
vuil, bladeren, enz. Er wordt geadviseerd de warmtewisselaar
jaarlijks te reinigen. Een verstopte warmtewisselaar kan de oorzaak
zijn van een te lage druk of een te hoge druk, met slechtere
prestaties als gevolg.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
OPMERKING:Risico van elektrostatische ontlading
Vooraleer met onderhouds- of servicewerkzaamheden te
beginnen, raak een metalen onderdeel van de unit aan om
statische elektriciteit af te voeren en de printplaat te
beschermen.
9.2.1Elektrische gevaren voorkomen
Bij service aan inverterapparatuur:
1 Open het deksel van de elektrische componentenkast pas 10
minuten na het uitschakelen van de voeding.
2 Meet de spanning tussen de klemmen op de klemmenstrook
voor de voeding met een tester en controleer of de voeding is
uitgeschakeld. Meet verder de punten op de afbeelding
hieronder met een tester en controleer of de spanning van de
condensator in het hoofdcircuit minder dan 50V DC bedraagt.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
24
10Opsporen en verhelpen van
storingen
10.1Overzicht: Probleemoplossing
Ingeval van problemen:
▪ Zie "7.5Foutcodes bij het proefdraaien"op pagina23.
▪ Zie de servicehandleiding.
In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over het opsporen en
oplossen van bepaalde problemen die met de unit kunnen
voorkomen. Dit opsporen van en oplossen van problemen en
gerelateerde stappen mag alleen door de installateur of de serviceagent worden uitgevoerd.
Alvorens storingen op te sporen en te verhelpen
Voer een grondige visuele controle uit van de unit en zoek naar voor
de hand liggende defecten, zoals losse aansluitingen of kapotte
bedrading.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
11 Als afval verwijderen
10.2Voorzorgsmaatregelen bij het
opsporen en verhelpen van
storingen
WAARSCHUWING
▪ Controleer steeds of de spanning op de unit is
afgesloten vooraleer de schakelkast van de unit te
controleren. Schakel de respectievelijk
stroomonderbreker uit.
▪ Als een veiligheidstoestel geactiveerd werd, moet u de
unit uitschakelen en controleren waarom het
veiligheidstoestel werd geactiveerd vooraleer deze te
resetten. Overbrug NOOIT een veiligheidstoestel of
wijzig zijn waarde niet in een waarde verschillend van
de standaardinstelling. Indien u de oorzaak van het
probleem niet kunt vinden, neem dan contact op met
uw dealer.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
Om gevaar als gevolg van het per ongeluk resetten van de
thermische beveiliging te voorkomen, mag dit toestel NIET
worden gevoed via een externe schakelinrichting zoals een
timer of zijn aangesloten op een circuit dat regelmatig INen UITgeschakeld wordt door de voorziening.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
11Als afval verwijderen
OPMERKING
Probeer het systeem niet zelf te ontmantelen: het
ontmantelen van het systeem en het behandelen van het
koelmiddel, van olie en van andere onderdelen moeten
conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden.
De units moeten voor hergebruik, recyclage en
terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf
worden behandeld.
11.3Afpompen
GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR
Afpompen – Koelmiddellekken. Als u het systeem wil
afpompen en er zit een lek in het koelmiddelcircuit:
▪ Gebruik NIET de automatische afpompfunctie van de
unit die al het koelmiddel uit het systeem naar de
buitenunit kan sturen. Mogelijk gevolg:
Zelfontbranding en explosie van de compressor door
lucht die in de draaiende compressor terechtkomt.
▪ Gebruik een afzonderlijk aftapsysteem zodat de
compressor van de unit NIET moet draaien.
1 Zet de hoofdschakelaar AAN.
2 Controleer of de vloeistofafsluiter en de gasafsluiter open staan.
3 Druk de afpomptoets (BS2) minstens 8seconden in. BS2 vindt
u op de printplaat in de buitenunit (zie bedradingsschema).
Gevolg: De compressor en de ventilator van de buitenunit
starten automatisch, en de ventilator van de binnenunit start
misschien automatisch.
4 Draai de vloeistofafsluiter dicht ±2 minuten nadat de
compressor is beginnen draaien. Het systeem kan niet worden
afgepompt als deze afsluiter niet goed is dichtgedraaid terwijl
de compressor draait.
5 Sluit de gasafsluiter binnen de 3 minuten na het stoppen van
de compressor (na 2~5 minuten).
Gevolg: Het afpompen is beëindigd. Op de gebruikersinterface
kan "" staan en de pomp van de binnenunit kan nog verder
blijven draaien. Dit is echter GEEN storing. Ook wanneer u op
gebruikersinterface op de ON-knop drukt, begint de unit NIET te
werken. Om de unit te weer in te schakelen, zet de
hoofdschakelaar UIT en dan weer AAN.
6 Zet de hoofdschakelaar UIT.
OPMERKING
Niet vergeten de afsluiters terug te openen vooraleer de
unit terug te starten.
11.1Overzicht: Als afval verwijderen
Typische werkstroom
Het systeem als afval verwijderen bestaat doorgaans uit de
volgende stappen:
1Het systeem afpompen.
2Het systeem naar een gespecialiseerd verwerkingsbedrijf
brengen.
INFORMATIE
Zie de onderhouds- en reparatiehandleiding voor meer
bijzonderheden.
11.2Over afpompen
De unit is uitgerust met een automatische afpompfunctie die al het
koelmiddel uit het systeem naar de buitenunit kan sturen.
OPMERKING
De buitenunit is uitgerust met een lagedrukschakelaar of
een lagedruksensor om de compressor te beschermen
door deze UIT te schakelen. Sluit de lagedrukschakelaar
NOOIT kort terwijl het systeem wordt leeggepompt.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
25
12 Technische gegevens
A~E
abcdee
B
e
D
a
b
c
d
e
e
B
e
D
A
B
C
D
E
B
H
U
H
D
H
B—≥100
A, B, C—≥250 ≥100 ≥100
B, E—≥100≥1000≤500
A, B, C, E—≥250 ≥150 ≥150≥1000≤500
D—≥500
D, E—≥500 ≥1000 ≤500
B, D—≥100≥500
B, D, E
1+2
1
H
B<HDHB
≤½H
U
≥250≥750 ≥1000 ≤500
½H
U<HB≤HU
≥250≥1000 ≥1000 ≤500
H
B>HU
HB>HDHD≤½H
U
≥100≥1000 ≥1000≤500
½H
U<HD≤HU
≥200≥1000 ≥1000≤500
H
D>HU
A, B, C—≥250 ≥300 ≥1000
A, B, C, E—≥250 ≥300 ≥1000≥1000≤500
D—≥1000
D, E—≥1000 ≥1000 ≤500
B, DH
D>HU
≥300≥1000
H
D
≤½H
U
≥250≥1500
½H
U<HD≤HU
≥300≥1500
B, D, EH
B<HDHB
≤½H
U
≥300≥1000 ≥1000 ≤500
½H
U<HB≤HU
≥300≥1250 ≥1000 ≤500
H
B>HU
HB>HDHD≤½H
U
≥250≥1000 ≥1000≤500
½H
U<HD≤HU
≥300≥1000 ≥1000≤500
H
D>HU
HBHDH
U
(mm)
H
U
a
b
≥100
≥100
c
d
e
e
B
e
D
A
B
C
D
E
H
B
H
D
12Technische gegevens
Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). De volledige recentste
technische gegevens zijn beschikbaar op het Daikin-extranet (authenticatie vereist).
12.1Overzicht: Technische gegevens
Dit hoofdstuk bevat informatie over:
• Ruimte voor onderhoud
• Leidingschema
• Bedradingsschema
12.2Serviceruimte: Buitenunit
AanzuigzijdeIn de afbeeldingen hieronder is de serviceruimte aan de aanzuigzijde gebaseerd op 35°CDB en de koelstand.
Voorzie meer ruimte in de volgende gevallen:
▪ Wanneer de temperatuur aan de aanzuigzijde deze waarde regelmatig overschrijdt.
▪ Wanneer verwacht wordt dat de warmtebelasting van de buitenunits de maximale bedrijfscapaciteit regelmatig
zal overschrijden.
AfvoerzijdeHoud rekening met de koelmiddelleidingen voor het plaatsen van de units. Als uw lay-out niet overeenstemt met
een van de lay-outs hieronder, neem dan contact op met uw dealer.
Eén unit (
) | Eén rij units ()
A,B,C,D Hindernissen (muren/geleideplaten)
E Hindernis (dak)
a,b,c,d,e Minimum serviceruimte tussen de unit en hindernissen A, B, C, D en E
eBMaximum afstand tussen de unit en de rand van hindernis E, in de richting van hindernis B
eDMaximum afstand tussen de unit en de rand van hindernis E, in de richting van hindernis D
HUHoogte van de unit
Uitgebreide handleiding voor de installateur
26
HB,HDHoogte van hindernis B en D
1 Dicht de onderkant van het installatieframe af om te voorkomen dat uitgeblazen lucht langs de onderkant van de unit terugstroomt naar de
aanzuigzijde.
2 Maximaal twee units kunnen worden geïnstalleerd.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
Niet toegelaten
12 Technische gegevens
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
27
12 Technische gegevens
b (mm)
≥1000
≥200
≥2000
≥100
≥3000
≥1500
b
≥100
≥100
≥100
≥100
≥250
≥250
H
B
H
U
HB≤½H
U
b≥250
½HU<HB≤H
U
b≥300
HB>H
U
HBH
U
A1
A2
≥500
≥1000
A2
≥500
≥300
≥100
≥100
B1
A2
B2
≥100
≥300
≥100
≥100
B2
≥100
≥1000
B2
LPS
HPS
sv
A
B
LPS
Meerdere rijen units ()
Gestapelde units (max. 2 niveaus) ()
A1=>A2 (A1) Bij gevaar op lekkend afvoerwater en bevriezing tussen de bovenste en onderste units…
B1=>B2 (B1) Als er geen gevaar op lekkend afvoerwater en bevriezing tussen de bovenste en onderste units is…
(A2) Installeer een dak tussen de bovenste en onderste units. Installeer de bovenste unit hoog genoeg boven de onderste unit om te voorkomen
dat er zich een ijslaag gaat vormen op de onderplaat van de bovenste unit.
(B) Een dak is niet nodig, maar dicht de ruimte tussen de bovenste en onderste units af om te voorkomen dat uitgeblazen lucht langs de
onderkant van de unit terugstroomt naar de aanzuigzijde.
12.3Leidingschema: Buitenunit
Terugslagklep
Drukveiligheidsklep
Elektromagnetische klep
Koelplaat (printplaat)
Vulpoort / Servicepoort (met 5/16" flare)
Afsluiter
Filter
Uitgebreide handleiding voor de installateur
28
Capillaire buis
Elektronische expansieklep
4-wegsklep
Hogedrukschakelaar
Lagedrukschakelaar
Accumulator compressor
Warmtewisselaar
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
12 Technische gegevens
1
Compressor
Verdeler
Vloeistofreservoir
12.4Bedradingsschema: Buitenunit
Het bedradingsschema is bij de unit geleverd, op de binnenkant van
het servicedeksel.
(1) Aansluitschema
EngelsVertaling
Connection diagramAansluitschema
Only for ***Alleen voor ***
See note ***Zie opmerking ***
OutdoorBuiten
IndoorBinnen
UpperBovenste
LowerOnderste
FanVentilatie
ONAAN
OFFUIT
(2) Lay-out
EngelsVertaling
LayoutLay-out
FrontVoorkant
BackAchterkant
Position of compressor terminal Plaats van
compressoraansluitklem
(3) Opmerkingen
EngelsVertaling
NotesOpmerkingen
Aansluiting
X1MCommunicatie binnenunit/
buitenunit
Aardingsbedrading
Lokaal te voorzien
Verschillende
bedradingsmogelijkheden
Aarding
Lokale draad
Bedrading afhankelijk van het
model
Optie
Schakelkast
Printplaat
OPMERKINGEN:
1 Zie de sticker met het bedradingsschema (achterkant van het
voorpaneel) voor het gebruik van de schakelaars BS1~BS3
en DS1.
2 Sluit de beveiliging S1PH S1PL en Q1E niet kort wanneer u
de unit gebruikt.
3 Zie de combinatietabel en de optiehandleiding voor het
aansluiten van de bedrading op X6A, X28A, en X77A.
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
Uitgebreide handleiding voor de installateur
29
13 Verklarende woordenlijst
S1PHHogedrukschakelaar
S1PLLagedrukschakelaar
SEG1~SEG37-segmentendisplay
TC1 (A1P) (alleen
V1)
TC (A1P) (alleen Y1)Signaaloverdrachtscircuit
V1 (alleen V1)Varistor
V1D (A1P) (alleen
V1)
V1D~V2D (A1P)
(alleen Y1)
V*R (alleen V1)Diodemodule
V1R, V2R (A1P)
(alleen Y1)
V3R~V5R (A1P)
(alleen Y1)
X1MKlemmenstrook
Y1E~Y3EElektronische expansieklep
Y1S~Y2SElektromagnetische klep (4-wegsklep)
Z*CRuisfilter (ferrietkern)
Z*FRuisfilter
L*, L*A, L*B, NA, NB,
E*, U, V, W, X*A
(A1P~A2P)
Signaaloverdrachtscircuit
Diode
Diode
Diodemodule
IGBT-voedingsmodule
Connector
Optionele apparatuur
Door Daikin gemaakte of goedgekeurde apparatuur en
uitrustingen die met het product volgens de instructies in de
meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden.
Ter plaatse te voorzien
Niet door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die
met het product volgens de instructies in de meegeleverde
documentatie gecombineerd mogen worden.
13Verklarende woordenlijst
Dealer
Verdeler die het product verkoopt.
Erkende installateur
Technisch bekwame persoon met een erkenning om het
product te installeren.
Gebruiker
Persoon die de eigenaar is van het product en/of die het
product gebruikt.
Geldende wetgeving
Alle geldende internationale, Europese, nationale en
plaatselijke richtlijnen, wetten, reglementen en/of
voorschriften betreffende een bepaald product of domein.
Onderhoudsbedrijf
Bedrijf dat bevoegd is om de vereiste service voor het
product uit te voeren of te coördineren.
Installatiehandleiding
Handleiding met instructies betreffende het installeren, het
configureren en het onderhouden van een bepaald product
of een bepaalde toepassing.
Gebruiksaanwijzing
Instructiehandleiding voor een bepaald product of een
bepaalde toepassing waarin wordt uitgelegd hoe het
product of de toepassing moet worden gebruikt.
Instructies voor het onderhoud
Instructiehandleiding bedoeld voor een bepaald product of
een bepaalde toepassing waarin wordt uitgelegd hoe dit
product (indien van toepassing) dient gemonteerd,
geconfigureerd, gebruikt en/of onderhouden te worden.
Accessoires
Labels, handleidingen, informatiefiches, apparatuur en
uitrustingen die met het product worden meegeleverd en
die volgens de instructies in de meegeleverde documentatie
geïnstalleerd moeten worden.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
30
AZAS71~140M_V1+Y1
Sky Air Active-series
4P486048-1 – 2017.04
4P486048-1 2017.04
Copyright 2017 Daikin
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.