Clarion MAX973HD Owners Manual [nl]

Owner’s manual (Navigation)
Mode d’emploi (Navigation)
Benutzerhandbuch (Navigation)
Manuale dell’utente (Navigazione)
Gebruikershandleiding (Navigatie)
Guía de usuario (Navegación)
Ägarhandbok (Navigation)
Manual do utilizador (Navegação)
MAX973HD
HDD NAVIGATION SYSTEM
SYSTEME DE NAVIGATION HDD
HDD-NAVIGATIONSSYSTEM
SISTEMA DI NAVIGAZIONE HDD
HDD-NAVIGATIESYSTEEM
SISTEMA DE NAVEGACIÓN HDD
NAVIGATIONSSYSTEM MED HÅRDDISK
SISTEMA DE NAVEGAÇÃO COM HDD (UNIDADE DE DISCO RÍGIDO)
HDD-NAVIGATIONSSYSTEM
1. Voorwoord
Veiligheidsmaatregelen
Neem tijdens het gebruik van dit navigatiesysteem de onderstaande veiligheidsmaatregelen in acht. Nadat u de handleiding hebt doorgelezen, kunt u deze het beste bewaren op een handige plaats (zoals in het handschoenenvak van uw auto).
Waarschuwing
Dit navigatiesysteem dient niet als vervanging van uw eigen beoordelingsvermogen. De suggesties van het navigatiesysteem kunnen nooit prevaleren boven de plaatselijke verkeersregels, uw eigen beoordelingsvermogen en/of uw kennis met betrekking tot veilig rijgedrag. Negeer suggesties van het navigatiesysteem indien deze suggesties tot gevolg hebben dat u een gevaarlijke of illegale manoeuvre maakt, in een gevaarlijke positie geraakt of in een gebied rijdt dat u als onveilig beschouwt.
Het advies van het navigatiesysteem dient uitsluitend te worden beschouwd als een suggestie. Er zijn situaties waarin het navigatiesysteem de locatie van de auto onjuist weergeeft, niet de kortste route adviseert en/of u niet naar de gewenste bestemming leidt. In dergelijke situaties moet u vertrouwen op uw eigen rijvaardigheid en rekening houden met de aanwezige verkeersomstandigheden.
Gebruik het navigatiesysteem niet om een route naar een hulpdienst te plannen. De database bevat geen complete lijst met locaties van hulpdiensten, zoals politie, brandweer, ziekenhuizen en klinieken. Vertrouw daarom op uw eigen beoordelingsvermogen en vraag zo nodig de weg.
Als bestuurder bent u als enige verantwoordelijk voor uw veiligheid.
Om verkeersongevallen of -overtredingen te voorkomen, moet u er rekening mee houden
dat de werkelijke wegcondities en verkeersregels prevaleren boven de informatie in het navigatiesysteem.
De software kan onjuiste of onvolledige informatie bevatten vanwege het tijdsverloop, gewijzigde omstandigheden en de aard van de gebruikte bronnen. Neem daarom altijd de werkelijke verkeersomstandigheden en -regels in acht tijdens het rijden.
Het navigatiesysteem biedt geen informatie over, en houdt op geen enkele wijze rekening met, verkeersregels en andere geldende regels op de weg; de specificaties van de auto, zoals gewicht, hoogte, breedte, laadvermogen en/of snelheidsbeperkingen; wegcondities, waaronder weghelling en stijgingspercentage en/of de toestand van het wegdek; informatie over obstakels, waaronder hoogte en breedte van bruggen en tunnels en/of andere geldende verkeers- of wegcondities. In dergelijke situaties moet u vertrouwen op uw eigen rijvaardigheid en rekening houden met de aanwezige verkeersomstandigheden.
Kijk zo min mogelijk op het scherm tijdens het rijden.
De bestuurder mag het apparaat niet bedienen tijdens het rijden.
De bestuurder mag het apparaat alleen bedienen nadat de auto is geparkeerd op een veilige plaats. Om veiligheidsredenen zijn sommige navigatiefuncties alleen beschikbaar wanneer de auto stilstaat en de handrem is aangetrokken.
Let op
LET OP
Zet tijdens het rijden het volume niet zo hard dat geluiden van buiten de auto niet meer te horen zijn. Autorijden zonder dat u het geluid van buiten de auto kunt horen kan leiden tot ongelukken.
Nederlands
MAX973HD
251
Over deze handleiding
Bij dit apparaat worden de volgende twee handleidingen geleverd:
Gebruikershandleiding (audio, visueel, algemeen en installatie)
In deze handleiding (hierna de “Audiohandleiding” genoemd) worden AV-functies en de bijbehorende bedieningsprocedures beschreven. Daarnaast vindt u in deze handleiding algemene veiligheidsmaatregelen en andere informatie over het gebruik van dit systeem.
Gebruikershandleiding (navigatie) (deze handleiding)
In deze handleiding (hierna de “Navigatiehandleiding” genoemd) worden navigatiefuncties en de bijbehorende bedieningsprocedures beschreven.
Opmerking:
In de beschrijvingen in deze handleiding wordt ervan uitgegaan dat de standaardweergave is toegepast.
Wanneer andere weergavegegevens worden gebruikt, zijn de indeling van het scherm en de pictogrammen anders dan in deze handleiding wordt vermeld.
Bedenk dat het apparaat enigszins kan afwijken van de handleiding vanwege eventuele wijzigingen in de
specificaties.
Symbolen die worden gebruikt in deze handleiding
Opmerking: : Lijsten die van belang zijn voor de bediening of die referentiegegevens bevatten.
[ ]-knop : Een knop op het apparaat. [ ]-toets : Een menu-item op het scherm. : Titel en paginanummer van aanbevolen informatie.
Opmerkingen bij het gebruik
Nederlands
• Clarion is op geen enkele wijze aansprakelijk voor eventuele schade (inclusief, maar niet beperkt tot, de derving van winst of de wijziging of het verlies van gegevens) die het gevolg is van het gebruik of het niet kunnen gebruiken van dit product.
Opmerking:
Wanneer u het apparaat voor het eerst gebruikt of wanneer u het langere tijd niet hebt gebruikt, kan het 5 tot
15 minuten duren voordat de huidige locatie is bepaald met GPS. Zelfs wanneer u het apparaat vaak gebruikt, kan het 2 tot 3 minuten duren voor de huidige locatie kan worden bepaald met GPS wanneer de
omstandigheden ongunstig zijn.
De geleverde RDS TMC-informatie over verkeersongevallen is wellicht niet bijgewerkt. De geleverde RDS TMC-informatie dient enkel als indicatie.
Wanneer een route (pad) niet kan worden berekend, verplaatst u de gewenste bestemming naar de dichtstbijzijnde grote weg en voert u de opdracht opnieuw uit. Het kan gebeuren dat de juiste route niet kan worden gevonden wanneer de auto zich te dicht bij de gewenste bestemming bevindt.
252
MAX973HD
Inhoudsopgave
1. Voorwoord ................................................................................................................ 251
Veiligheidsmaatregelen .............................................................................................. 251
Over deze handleiding ............................................................................................... 252
Opmerkingen bij het gebruik ...................................................................................... 252
Inhoudsopgave........................................................................................................... 253
2. Basisbediening......................................................................................................... 254
Bedieningsmodus wijzigen ......................................................................................... 254
Menutypen en -bediening........................................................................................... 254
Functies van het kaartscherm .................................................................................... 258
Kaartscherm aanpassen ............................................................................................ 264
Overzicht van procedures voor het opgeven van een bestemming ........................... 267
3. De bestemming opgeven......................................................................................... 270
Zoeken naar uw bestemming vanuit het bestemmingsmenu ..................................... 270
Zoeken naar uw bestemming vanuit het kaartscherm................................................ 274
Zoeken naar een POI met de functie voor POI-favorieten ......................................... 274
Zoeken naar uw bestemming via de lijst met favorieten/
veelgebruikte bestemmingen ..................................................................................... 275
De bestemming instellen en de routeweergave starten ............................................. 276
4. Routeweergave......................................................................................................... 278
Functies voor routeweergavescherm ......................................................................... 278
Over de stembegeleiding ........................................................................................... 280
De route-instellingen wijzigen/bewerken .................................................................... 280
Opmerkingen bij de routeweergave............................................................................ 284
Opmerkingen bij de stembegeleiding ......................................................................... 285
5. Verkeersinformatie................................................................................................... 286
De verkeersinformatie weergeven.............................................................................. 286
Opmerkingen bij de verkeersinformatie...................................................................... 289
6. Systeeminstellingen................................................................................................. 290
Algemene instellingen ................................................................................................ 291
Navigatie-instellingen ................................................................................................. 293
Audio-instellingen ....................................................................................................... 297
Het scherm aanpassen .............................................................................................. 297
Gebruikersinstellingen................................................................................................ 297
Gegevens opslaan/bewerken..................................................................................... 298
Gegevens importeren met de SD-kaart...................................................................... 300
Serviceopties.............................................................................................................. 301
Snelheidscamera’s instellen....................................................................................... 302
7. Bewerkingen voor lijst met favorieten/veelgebruikte bestemmingen................. 303
Wat is de lijst met favorieten/veelgebruikte bestemmingen?...................................... 303
De lijst met favorieten/veelgebruikte bestemmingen gebruiken ................................. 303
8. Bewerkingen uitvoeren met stemcommando’s..................................................... 306
Functies van stemcommando’s.................................................................................. 306
Lijst met stemcommando’s (navigatiefuncties)........................................................... 308
Opmerkingen bij het uitvoeren van bewerking met de stemcommando’s .................. 310
9. Overige ...................................................................................................................... 311
Probleemoplossing..................................................................................................... 311
Foutmeldingen............................................................................................................ 311
Over fouten in de positiebepaling............................................................................... 312
Nederlands
MAX973HD
253
2. Basisbediening
Raadpleeg de Audiohandleiding voor de procedure waarmee u het apparaat in- en uitschakelt en gedetailleerde informatie over de bedieningselementen van het bedieningspaneel.
Bedieningsmodus wijzigen
Druk op de [ NAVI]-knop (Navi/AV) als u wilt schakelen tussen het navigatiescherm en het audioscherm.
Menutypen en -bediening
In dit gedeelte worden de verschillende menuschermen op het aanraakscherm en de bediening van de menu’s beschreven.
Bestemmingsmenu
Druk op de [MENU]-knop om het scherm met het bestemmingsmenu weer te geven. Door het gewenste menu-item aan te raken kunt u menuschermen weergeven en bewerkingen uitvoeren om een bestemming in te voeren. Wanneer u in het onderste gedeelte van het scherm een menu-item aanraakt, wordt het bijbehorende menuscherm weergegeven.
Zie “Overzicht van procedures voor het opgeven van een bestemming” (p. 267) en “3. De
Nederlands
bestemming opgeven” (p. 270) voor informatie over het invoeren van een bestemming.
4
1 2 3
1 Toets [ ]
Hiermee wordt het scherm met het menu met favorieten weergegeven.
“Menu met favorieten/veelgebruikte bestemmingen” (p. 255), “7. Bewerkingen voor lijst met favorieten/veelgebruikte bestemmingen” (p. 303)
2 Toets [Muziek zoeken]
Hiermee wordt het scherm met het zoekmenu voor muziek weergegeven. Music Catcher-bediening (Audiohandleiding)
254
MAX973HD
3 Toets [Telefoon]
Hiermee wordt het scherm met het telefoonmenu weergegeven. Telefoonbediening” (Audiohandleiding)
4 Toets [Terug]
Hiermee keert u terug naar het vorige scherm.
Menutypen en -bediening
Menu met favorieten/veelgebruikte bestemmingen
Als u de [ ]-toets in het bestemmingsmenu of in het menu met navigatiesnelkoppelingen aanraakt, wordt het scherm met de lijst met favorieten weergegeven. U kunt uw favoriete locaties opslaan in de lijst met favorieten. Plaatsen die regelmatig worden bezocht, worden automatisch vastgelegd in de lijst met veelgebruikte bestemmingen. Vanuit de 3D-lijst in het menu met favorieten/veelgebruikte bestemmingen kunt u een bestemming opgeven. Vanuit de 2D-lijst kunt u de items bewerken door ze te slepen en neer te zetten. Zie “7. Bewerkingen voor lijst met favorieten/veelgebruikte bestemmingen” (p. 303) voor meer informatie.
Nederlands
MAX973HD
255
Menutypen en -bediening
Menu met navigatiesnelkoppelingen
Als u de [NAVI]-toets aanraakt in het scherm met de kaart voor de huidige locatie, wordt het menu met navigatiesnelkoppelingen weergegeven op het kaartscherm. Raak de gewenste menu-items of pictogrammen aan om bewerkingen uit te voeren.
Nederlands
Toets [ ]:
Hiermee wordt het scherm met het menu met favorieten weergegeven.
Toets [Best.]:
Hiermee wordt het scherm met het bestemmingsmenu van het navigatiesysteem
weergegeven.
Toets [Route]:
Hiermee wordt het scherm met het routemenu weergegeven.
Toets [POI favoriet]:
Hiermee wordt het scherm voor POI-favorieten weergegeven waarmee u op basis van vijf categorieën kunt zoeken naar POI’s in de buurt of naar POI’s op de route. U kunt de categorieën aanpassen door de [Instelling]-toets in het scherm met POI-favorieten aan te raken. De vijf categorieën kunnen ook worden aangepast via het instelmenu. ➜ “Instellingen voor POI-
favorieten” (p. 295)
Toets [ ]:
De laatste stembegeleiding wordt herhaald.
Toets [ ]:
Hiermee verbergt u het menu met navigatiesnelkoppelingen.
256
MAX973HD
Menutypen en -bediening
Locatiemenu (menu op gescrollde kaart)
Nadat u de kaart hebt gescrolld door het kaartscherm aan te raken, raakt u de [OK]-toets aan om het locatiemenu aan de linkerzijde van het scherm weer te geven. U kunt de locatie onder de cursor in het midden van het scherm instellen als bestemming of deze opslaan in het adresboek.
Toets [Terug]:
Hiermee keert u terug naar de positie op het kaartscherm voordat u de [OK]-toets aanraakte.
Toets [Nieuwe best.]:
Hiermee stelt u de locatie onder de cursor in als de bestemming. Wanneer er al een bestemming is ingesteld, wordt de oude bestemming geannuleerd zodra u de nieuwe bestemming instelt.
Toets [Etappe inv.]:
Wanneer er al een andere locatie is ingesteld als bestemming, kunt u de locatie onder de cursor instellen als routepunt. Wanneer u deze toets aanraakt, wordt het scherm voor het bewerken van de route weergegeven. Geef de gewenste volgorde voor de routepunten op. ➜ “De route
bewerken” (p. 281)
Toets [Omg. Info]:
Hiermee wordt het categoriescherm met POI’s in de omgeving van de cursor weergegeven.
Toets [Huidig opsl.]:
Hiermee slaat u de locatie onder de cursor op in het adresboek.
Toets [Verwijder]:
Wanneer de cursor een opgeslagen locatie aanwijst, wordt deze locatie uit het adresboek verwijderd wanneer u op deze toets drukt.
Nederlands
MAX973HD
257
Functies van het kaartscherm
Kaarttypen
Er zijn twee kaarttypen beschikbaar: de 2D-kaart en de 3D-kaart. Sommige bewerkingen, zoals het scrollen over de kaart, verschillen per kaarttype. Daarnaast kunt u twee kaarttypen tegelijk weergeven in een gedeeld scherm en de richting van de kaart wijzigen. Wijzig de weergave van de kaart aan de hand van uw voorkeuren. ➜ “Scrollen over de kaart” (p. 264), “Het uiterlijk van de kaart aanpassen (p. 264)
2D-kaart
3D-kaart
De 2D-kaart is een vlak kaartscherm dat lijkt op een kaart uit een atlas. Deze kaart is geschikt voor het zoeken naar een bestemming en het controleren van de weg of de route.
Nederlands
De 3D-kaart is een kaartscherm waarin een perspectief vlak boven de auto wordt ingenomen in de richting waarin de auto rijdt. Deze kaart is geschikt om een indruk te krijgen van de richting, omdat het perspectief van de rijrichting kan worden aangepast aan uw wensen.
258
MAX973HD
Functies van het kaartscherm
Aanduidingen op de kaart
De aanduidingen op het kaartscherm zijn afhankelijk van de op dat moment geldende omstandigheden. In dit gedeelte worden de belangrijkste aanduidingen op het kaartscherm beschreven.
Aanduidingen op de kaart voor de huidige locatie
79 8
6
5
1 2 3 4
1 AV-snelkoppelingstoets
Hiermee wordt het menu met AV­snelkoppelingen weergegeven. Op de toets worden verschillende letters weergegeven waarmee de huidige modus van de AV-functie wordt aangegeven.
2 Naam huidige straat
Hier wordt de naam van de huidige straat weergegeven.
3 Automarkering
Hiermee wordt de huidige locatie en richting van uw auto aangegeven. U kunt deze markering wijzigen. Automarkering” (p. 294)
4 Klok
Hier wordt de huidige tijd weergegeven.
5 Toets [NAVI]
Hiermee wordt het menu met navigatiesnelkoppelingen weergegeven.
6 Toets [2D/3D]
Raak deze toets aan om het uiterlijk van de kaart te wijzigen. ➜ “Het uiterlijk van de kaart aanpassen” (p. 264)
7 Kaartschaal
Hier wordt de schaal voor de huidige kaartweergave aangegeven.
Nederlands
8 Markering kaartrichting/GPS­ontvangststatus
Hiermee wordt de kaartrichting aangegeven. Raak dit pictogram aan om de kaart weer te geven met de rijrichting naar boven of met het noorden naar boven. Het uiterlijk van de kaart aanpassen” (p. 264) De ontvangststatus van het GPS-signaal wordt aangegeven met drie gekleurde punten onder de markering voor de kaartrichting.
Blauw:
ontvangst in 3D
Geel:
ontvangst in 2D
Grijs:
geen signaal ontvangen
9 TMC-aanduiding
Als er TMC-informatie wordt ontvangen, is de TMC-aanduiding groen en wordt de tijd waarop voor het laatst gegevens zijn ontvangen, weergegeven boven de aanduiding. 5. Verkeersinformatie” (p. 286)
MAX973HD
259
Functies van het kaartscherm
Aanduidingen op de gescrollde kaart
De aanduidingen worden weergegeven nadat u de kaart hebt gescrolld. Tijdens het scrollen is alleen de cursor zichtbaar op de kaart.
5
1
2
3 4
1 Toets [Terug]
Nederlands
Hiermee keert u terug naar de kaart met de huidige locatie.
2 Toets [OK]
Hiermee geeft u het locatiemenu weer. U kunt de locatie onder de cursor instellen als de bestemming of deze opslaan. ➜ “Locatiemenu (menu op gescrollde kaart)” (p. 257)
3 Scrollcursor
Deze cursor wordt weergegeven wanneer de kaart wordt gescrolld.
4 Informatie over breedtegraad/ lengtegraad
Hiermee wordt informatie over de breedtegraad/ lengtegraad van de locatie onder de cursor weergegeven. U kunt instellen of u deze informatie wilt weergeven. ➜ “Informatie voor scrollen op de kaart” (p. 296)
5 Locatie-informatie
Wanneer u de cursor op een opgeslagen locatie, bestemming of routepunt plaatst, wordt de naam weergegeven. Als het TMC-pictogram in de cursor staat, wordt de TMC-informatie weergegeven.
260
MAX973HD
Functies van het kaartscherm
Aanduidingen tijdens de routeweergave
Nadat u een bestemming hebt ingesteld en bent begonnen met rijden, worden de route en verschillende routegegevens weergegeven op de kaart. ➜ “Functies voor routeweergavescherm” (p. 278)
5 46
1
2 3
1 Kleine pijl voor de detailweergave voor afslagen
Hier wordt de richting van de afslag en de afstand tot het volgende punt op de route aangegeven. U kunt instellen of u deze informatie wilt weergeven. Instellingen voor kaart met routeweergave” (p. 293)
2 Verwachte aankomsttijd en afstand tot bestemming
Hier worden de verwachte aankomsttijd op de plaats van bestemming en de afstand van de huidige locatie tot de plaats van bestemming weergegeven. De resterende tijd en afstand naar het volgende routepunt worden daarnaast weergegeven, mits er ten minste één routepunt is ingesteld.
3 Routeweergave
De route naar de bestemming wordt weergegeven. De kleur van de route kan worden gewijzigd. Routekleur” (p. 294)
4 Richting voor bestemming
Geeft de richting aan vanaf de huidige locatie naar de bestemming.
5 Punt op de route
Geeft een punt op de route aan.
6 Naam volgende kruisende weg en afstand
De afstand tot het volgende kruispunt en de naam van de volgende kruisende weg worden weergegeven wanneer u nog ongeveer 600 m of 600 yards (2 km of 1,4 mijl op een snelweg) bent verwijderd van de kruising.
Nederlands
MAX973HD
261
Functies van het kaartscherm
Kaartsymbolen
Dit navigatiesysteem geeft informatie over wegen en faciliteiten aan met symbolen en kleuren.
Kleuren van de wegen
Snelwegen : (Geel met rode rand) Hoofdwegen : (Rood) Secundaire wegen : (Geel)
Kaartsymbolen (voorbeelden)
De volgende kaartsymbolen worden weergegeven op de kaart.
Universiteit of hogeschool
Restaurant
Winkelcentrum
Nederlands
Gemeentehuis Autoverhuurbedrijf
Kazerne Tankstation Hotel
Vliegveld
Centraal station
Station VVV-kantoor Supermarkt
Veerpont P+R-parkeerplaats Golfbaan
Parkeerplaats Recreatiegebied Haven
Parkeerterrein Sportcomplex Haven
Parkeergarage Bibliotheek Overige faciliteiten
Historische bezienswaardigheid
Museum (wetenschap) Museum (kunst)
Pictogrammen voor bijzondere locaties
Pictogrammen voor bijzondere locaties worden weergegeven in het kaartscherm voor een kruispunt, enzovoort. U kunt zelf instellen of de pictogrammen moeten worden weergegeven. ➜ “Weergave van pictogrammen voor bijzondere locaties” (p. 294)
Ziekenhuis Benzinestationn Parkeer
262
Hotel Restaurant
MAX973HD
Functies van het kaartscherm
Symbolen voor TMC-verkeersinformatie
Als het systeem RDS-TMC-verkeersinformatie ontvangt, wordt gedetailleerde TMC-verkeersinformatie voor de route weergegeven op de kaart. TMC-verkeersinformatie wordt op de kaart aangegeven met symbolen en verkeersopstoppingen met een kleur. ➜ “5. Verkeersinformatie” (p. 286)
Voorbeeld van TMC-verkeersinformatie op de kaart
Kaartscherm met huidige locatie en
verkeersinformatie
Gebruikte symbolen voor TMC-verkeersinformatie
Ongeluk Auto met pech Gevaar Spookrijder
Scherm met TMC-verkeersinformatie voor de route
Verkeersopstopping
Tegenliggers Wegversmalling Slecht wegdek Gladde weg
Beperkt zicht vanwege mist
Wind Informatie
Vertraging
Regen Sneeuw Weer
Wegwerkzaamheden
Grote evenementen
Kleur voor verkeersopstopping
Afgesloten : Paars Opstopping : Rood Matig : Geel Vrije doorstroming : Groen Geen gegevens (onbekend) : Niet weergegeven (geen kleur)
Afgesloten weg
Nederlands
MAX973HD
263
Kaartscherm aanpassen
Scrollen over de kaart
Als u het kaartscherm aanraakt, wordt er een cursor in het midden van het scherm weergegeven waarmee u over de kaart kunt scrollen. Op de 2D-kaart raakt u de kaart aan om deze te verplaatsen in de richting van de positie die u hebt aangeraakt. Houd uw vinger op de kaart om in de richting van de positie te scrollen. Op de 3D-kaart raakt u het bovenste gedeelte van de kaart aan om in de aangeraakte richting te scrollen. Raak het linker- of rechtergedeelte van de kaart aan om de kaart te draaien.
2D-kaart
Nederlands
3D-kaart
In-/uitzoomen op de kaart
Druk op de [OUT]-knop (uitzoomen) of de [IN]- knop (inzoomen) om de schaal van de kaart te wijzigen.
De 2D-kaart kan in 11 stappen worden aangepast en de 3D-kaart in 10 stappen.
[IN]-knop (inzoomen):
De schaal van de kaart wordt vergroot waardoor u meer details ziet. Houd de knop ingedrukt om de vrije zoommodus te activeren.
[OUT]-knop (uitzoomen):
Hiermee wordt de schaal van de kaart verkleind, waardoor u een groter gebied ziet. Houd de knop ingedrukt om de vrije zoommodus te activeren.
Opmerking:
Voor de 2D/2D- of 2D/3D-kaart werken deze knoppen alleen voor de rechterkaart. Als u de linkerkaart wilt aanpassen, moet u eerst de linkerkaart aanraken voordat u deze knoppen kunt gebruiken.
Toets [Terug]:
Hiermee keert u terug naar de huidige locatie in het kaartscherm.
Toets [OK]:
U kunt de locatie onder de cursor instellen als de bestemming of opslaan in het adresboek. Locatiemenu (menu op gescrollde kaart) (p. 257)
Kaart met de huidige positie van de auto weergeven
Als u op de [MAP]-knop drukt, wordt de kaart met de omgeving van de huidige positie weergegeven, met de positie van de auto in het midden. Wanneer de auto rijdt, is dit ook het geval.
264
MAX973HD
Het uiterlijk van de kaart aanpassen
U kunt de richting of het uiterlijk van de kaart in het kaartscherm aanpassen.
Voorbeelden
2D-kaart
Kaartscherm aanpassen
3D-kaart
2D/2D-kaart
2D/3D-kaart
Raak de [2D/3D]-toets op het kaartscherm met de huidige positie van de auto aan. Het menu voor de kaartweergave wordt weergegeven.
Opmerking:
U kunt deze instellingen ook aanpassen bij [Navigatie] in het instelmenu. Instellingen voor kaartweergave” (p. 293)
Toets [D]/[d]:
Hiermee scrollt u door het scherm met het menu voor de kaartweergave.
Toets [2D]:
De kaartweergave wordt gewijzigd in de platte weergave zoals in een atlas.
Toets [3D]:
De kaartweergave wordt gewijzigd in de 3D-kaart met een perspectief boven de auto in de rijrichting van de auto.
Opmerking: Als u de 3D-hoek wilt wijzigen, stelt u de optie “3D weergave” in, zoals hierna wordt beschreven.
Toets [2D/2D]:
Hiermee worden twee 2D-kaarten weergegeven, respectievelijk rechts en links in het gedeelde scherm. Dit is handig als u twee kaarten op verschillende schaal wilt bekijken.
Opmerking:
Als u de richting of schaal van de linkerkaart wilt wijzigen, stelt u de optie “Linker kaart richting” of “Inst. weergave links” in, zoals hierna wordt beschreven.
Toets [2D/3D]:
Hiermee kunt u links een 2D-kaart en rechts een 3D-kaart weergeven in het gedeelde scherm.
Opmerking:
Als u de richting of schaal van de linkerkaart wilt wijzigen, gebruikt u de optie “Linker kaart richting” of “Inst. weergave links”, zoals hierna wordt beschreven.
Details weergeven”: Tijdens de routeweergave: stel deze optie in op AAN om aan de linkerkant van het scherm de lijst met de naam, afstand en afslagrichting van de kruispunten weer te geven.
•[AAN] Het detailscherm voor afslagen wordt weergegeven.
•[UIT] Het detailscherm voor afslagen wordt verborgen.
Kruispunt zoomen”: Hiermee wijzigt u de instelling voor inzoomen op een kruispunt waarmee de richting van de afslag op het volgende kruispunt wordt aangegeven.
•[AAN] Hiermee kunt u de close-up van het kruispunt weergeven.
•[UIT] Hiermee kunt u de close-up van het kruispunt verbergen.
Kaart richting”: Hiermee wijzigt u de kaartrichting. Deze optie is beschikbaar wanneer de hoofdkaart of de rechterkaart is ingesteld op de 2D-modus.
•[In rijrichting] De kaart wordt weergegeven met de rijrichting boven.
•[Noorden] De kaart wordt weergegeven met het noorden boven.
Nederlands
MAX973HD
265
Kaartscherm aanpassen
Inst. weergave links”: Hiermee wijzigt u de schaal van de linkerkaart. Deze optie is beschikbaar wanneer u een gedeelde kaartmodus hebt geselecteerd.
•[–]
De schaal van de kaart wordt vergroot waardoor u meer details ziet.
•[+]
Hiermee wordt de schaal van de kaart verkleind, waardoor u een groter gebied ziet.
Linker kaart richting”: Hiermee wijzigt u de kaartrichting van de linkerkaart. Deze optie is beschikbaar wanneer het gedeelde kaartscherm wordt weergegeven.
•[In rijrichting]
De kaart wordt weergegeven met de rijrichting boven.
•[Noorden]
De kaart wordt weergegeven met het noorden boven.
3D weergave”: Hiermee wijzigt u hoek van de 3D-kaart. Deze optie is beschikbaar wanneer de 3D-kaart wordt weergegeven.
Nederlands
•[Instellen]
De toetsen voor het instellen van de hoek worden weergegeven. U kunt de hoek vergroten door de [E]-toets aan te raken en verkleinen door de [e]-toets aan te raken.
Toets [Verb. kaart]:
Hiermee verbergt u de kaart en geeft u het scherm weer dat alleen het volgende punt op de route bevat (detailscherm). Dit scherm kunt u ook weergeven als u op de [MAP]-knop blijft drukken. Wanneer het navigatiesysteem zich niet in de modus voor routeweergave bevindt, wordt het scherm met het kompas voor de richting weergegeven.
266
MAX973HD
Overzicht van procedures voor het opgeven van een bestemming
Voer de volgende procedure uit op het navigatiesysteem om de routeweergave te starten:
Selecteer de gewenste zoekmethode in het scherm met het bestemmingsmenu en zoek vervolgens naar de gewenste bestemming.
Selecteer een geschikte methode op basis van de plaats die u zoekt.
Controleer de positie van de plaats die is gevonden via het scherm met het instelmenu voor de locatie of het scherm met het menu voor plaatsen en stel vervolgens de bestemming in.
U kunt de gevonden plaats opslaan in het adresboek of u kunt de informatie bevestigen en instellen als bestemming.
Start de routeweergave in het scherm met het instelmenu voor de route.
U kunt ook andere voorstellen voor routes weergeven of de informatie voor de route controleren.
Naast de bovengenoemde procedure kunt u ook een bestemming opgeven door over de kaart te scrollen of het menu met favorieten/veelgebruikte bestemmingen te gebruiken.
Bestemming instellen door het adres op te geven
In dit gedeelte wordt de basisprocedure voor het instellen van de bestemming beschreven. Er wordt een voorbeeld gebruikt waarin de bestemming wordt opgegeven door een adres in te voeren via het bestemmingsmenu. Lees deze uitleg goed door, want de procedure lijkt erg op de andere invoermethoden voor bestemmingen. Zie “3. De bestemming opgeven” (p. 270) voor informatie over de andere invoermethoden.
Nederlands
1. Druk op de [MENU]-knop.
Het bestemmingsmenu van het navigatiesysteem wordt weergegeven.
2. Raak de [Adres]-toets aan.
Het scherm voor het invoeren van het adres wordt weergegeven.
3. Controleer de weergegeven landnaam (de
vorige landnaam wordt weergegeven). Als de naam van het land waar u naartoe wilt niet wordt weergegeven, raakt u de [Land]-toets aan. Ga anders verder met stap 5.
4. Raak de naam van het land aan waar u naartoe wilt. De naam van het gekozen land wordt weergegeven.
[I] / [i] Hiermee kunt u door de lijst scrollen met één item tegelijk. [D] / [d] Hiermee kunt u door de lijst scrollen met één pagina tegelijk.
MAX973HD
267
Overzicht van procedures voor het opgeven van een bestemming
5. Raak de [Stad]-toets aan.
Opmerking:
U kunt het invoeren van een stad overslaan en rechtstreeks de straatnaam invoeren.
6. Voer de naam van de gewenste stad in door de letters op het scherm en vervolgens de [OK]-toets aan te raken.
Nederlands
[] Hiermee verwijdert u de laatst ingevoerde letter. [Terug] Hiermee keert u terug naar het vorige scherm.
[Alle steden] Hiermee geeft u alle steden weer in het land dat is opgegeven voor de zoekopdracht. [Laatste 5 steden] Hiermee geeft u een lijst weer met de laatste vijf steden die u hebt gebruikt. Raak de naam van de stad aan waar u naartoe wilt. [Alle wissen] Hiermee verwijdert u alle ingevoerde letters. [A-Z] Hiermee opent u een invoertoetsenbord voor alfabetische tekens. [Accent] Hiermee opent u een invoertoetsenbord voor speciale tekens. [0-9] Hiermee opent u een invoertoetsenbord voor cijfers. [Symbolen] Hiermee opent u een invoertoetsenbord voor symbolen. [OK] Hiermee wordt de zoekopdracht in de database gestart met de opgegeven tekens waarna een lijst met steden wordt weergegeven.
Opmerking:
Wanneer u de [OK]-toets aanraakt, wordt de lijst
met steden weergegeven, zelfs als u nog niet alle tekens hebt ingevoerd.
Als tijdens het invoeren van de letters het aantal steden kleiner dan of gelijk aan vijf wordt, wordt de lijst automatisch weergegeven.
7. Raak de naam van de stad aan waar u
naartoe wilt. Het systeem keert nu terug naar het invoerscherm voor adressen.
[(Alfabet)] Hiermee scrollt u door de lijst op basis van de beginletter. Het totale aantal items in de lijst wordt links in het scherm aangegeven.
8. Raak de [Straat]-toets aan.
Het scherm voor het invoeren van de straat wordt weergegeven.
Opmerking:
U hoeft de straatnaam niet in te voeren. Als u de [OK]-toets aanraakt, gaat u naar stap 13.
9. Voer de naam van de gewenste straat in door
de letters op het scherm en vervolgens de [OK]-toets aan te raken. Voer de straatnaam op dezelfde manier in als de stad. De lijst met straatnamen wordt weergegeven.
268
MAX973HD
Overzicht van procedures voor het opgeven van een bestemming
10.Raak de naam van de straat aan waar u naartoe wilt. Het systeem keert nu terug naar het invoerscherm voor adressen.
11.Raak de [Huisnummer]-toets aan. Het scherm voor het invoeren van het huisnummer wordt weergegeven.
Opmerking:
U hoeft het huisnummer niet in te voeren. Als u de [OK]-toets aanraakt, gaat u naar stap 13.
12.Voer het huisnummer in door de cijfers op het scherm en vervolgens de [OK]-toets aan te raken. Het instelmenu voor de locatie wordt weergegeven. De gevonden plaats wordt aangegeven met “ ” op de kaart.
13.Controleer de locatie en raak vervolgens de
[OK]-toets aan. Het instelmenu voor de route wordt weergegeven met de kaart met daarop de geselecteerde bestemming.
Opmerking:
In dit scherm kunt u de gevonden plaats opslaan of faciliteiten (POI) in de omgeving zoeken. Instelmenu voor de locatie” (p. 276)
14.Raak de [Start]-toets aan.
De routeweergave wordt gestart.
Nederlands
Opmerking:
In dit scherm kunt u ook kiezen voor alternatieve routes die aan andere voorwaarden voldoen, meer informatie over de route vinden en routepunten instellen. Instelmenu voor de route” (p. 276)
Opmerking:
Het bereik van de huisnummers die u kunt invoeren, wordt onder in het scherm weergegeven.
MAX973HD
269
3. De bestemming opgeven
Zoeken naar uw bestemming vanuit het bestemmingsmenu
U kunt verschillende methoden gebruiken om te zoeken naar een bestemming vanuit het bestemmingsmenu. Gebruik een geschikte methode voor de plaats waar u naartoe wilt.
Bestemmingsmenu: scherm 1
Nederlands
Bestemmingsmenu: scherm 2
1. Druk op de [MENU]-knop. Het scherm met het bestemmingsmenu wordt weergegeven. Raak de [ ]-toets (Volgende) aan om het volgende menuscherm weer te geven.
Opmerking:
U kunt het scherm met het bestemmingsmenu ook weergeven door de [Best.]-toets in het menu met navigatiesnelkoppelingen aan te raken. Dit menu kunt u weergeven door de [NAVI]-toets op het kaartscherm aan te raken.
2. Raak de gewenste zoekmethode aan. Zie de betreffende gedeelten voor de verdere procedure.
270
MAX973HD
Zoeken naar uw bestemming vanuit het bestemmingsmenu
Op adres
Zie “Bestemming instellen door het adres op te geven” (p. 267) voor informatie over het instellen van de bestemming met [Adres].
Op adresboek
Hiermee kunt u een plaats die is opgeslagen in het navigatiesysteem, instellen als bestemming.
Opmerking:
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u eerst plaatsen opslaan in het navigatiesysteem. Adresboek” (p. 298)
1. Raak de [Adresboek]-toets aan.
2. Raak in het adresboek dat wordt weergegeven de gewenste locatie aan. [Sort.] U kunt de sorteermethode selecteren.
•[naar nr.]: items worden weergegeven in de
volgorde waarin ze zijn opgeslagen.
•[naar naam]: items worden op alfabetische
volgorde weergegeven.
•[naar symbool]: items worden
weergegeven op pictogramtype.
•[naar groep]: items worden weergegeven
in groepen.
Opmerking:
Raak de [Geen (nieuwe)]-toets aan als u een
nieuwe locatie wilt opslaan.
Zie “Adresboek” (p. 298) voor informatie over het
opslaan of bewerken van items.
3. Controleer de bestemming en raak vervolgens de [OK]-toets aan.
4. Raak de [Start]-toets aan.
Op POI (Points of Interest)
Selecteer de categorie van de plaats en verklein de selectie door het gebied of de naam op te geven en vervolgens te selecteren naar welke plaats u wilt gaan. Wanneer u de [naar naam]-toets aanraakt, kunt u zoeken door de naam in te voeren.
1. Raak de [POI]-toets aan.
2. Raak de gewenste categorie aan. Wanneer er een aanvullende lijst met categorieën wordt weergegeven, raakt u de gewenste categorie aan.
3. Voer de naam van de stad en de plaats in.
4. Raak de gewenste plaats aan in de lijst die wordt weergegeven. [naar afstand] De lijst wordt gesorteerd op locaties in de buurt wanneer u deze toets aanraakt. Deze toets wordt weergegeven wanneer de lijst is ingesteld op alfabetische volgorde. [naar naam] De lijst wordt gesorteerd in alfabetische volgorde wanneer u deze toets aanraakt. Deze toets wordt weergegeven wanneer de lijst is ingesteld op de volgorde voor locaties in de buurt.
5. Controleer de bestemming en raak vervolgens de [OK]-toets aan.
6. Raak de [Start]-toets aan.
Op POI in de omgeving
Selecteer de categorie van de plaats en zoek vervolgens naar plaatsen in de omgeving van de huidige locatie.
1. Raak de [POI in omgeving]-toets aan.
2. Raak de gewenste categorie aan. Wanneer er een aanvullende lijst met categorieën wordt weergegeven, raakt u de gewenste categorie aan.
3. Raak de gewenste plaats aan in de lijst die wordt weergegeven.
4. Controleer de bestemming en raak vervolgens de [OK]-toets aan.
5. Raak de [Start]-toets aan.
Nederlands
MAX973HD
271
Zoeken naar uw bestemming vanuit het bestemmingsmenu
Naar huis
Wanneer u uw thuisadres hebt opgeslagen in het navigatiesysteem, kunt u eenvoudig de routeweergave naar uw huis instellen.
Opmerking:
Als u uw thuisadres niet hebt opgeslagen, kunt u dit doen door de [Thuis (nieuw)]-toets aan te raken. Wanneer de lijst met zoekmethoden wordt weergegeven, slaat u uw thuisadres op met de gewenste methode. U kunt uw thuisadres ook vastleggen via [Opgeslagen gegevens] in het instelmenu. Thuislocatie” (p. 298)
1. Raak de [Thuis]-toets aan.
2. Raak de [Start]-toets aan.
De route naar uw huis wordt berekend en de routeweergave wordt gestart.
Op vorige bestemming
Eerder gebruikte bestemmingen worden vastgelegd in de lijst met vorige bestemmingen (maximaal 100 locaties). U kunt een bestemming
invoeren door de bestemming te selecteren in deze lijst. Wanneer de lijst met vorige
Nederlands
bestemmingen meer dan 100 items bevat, worden de oudste automatisch gewist.
1. Raak de [ ]-toets (Volgende) aan.
2. Raak de [Vorige bestemmingen]-toets aan.
3. Raak in de lijst met vorige bestemmingen de plaats aan waar u naartoe wilt.
4. Raak de [OK]-toets aan.
5. Raak de [Start]-toets aan.
Op vorig startpunt
U kunt de laatste startlocatie instellen als bestemming. Wanneer u een terugweg wilt plannen vanaf een bereikte bestemming, is dit de beste methode om de nieuwe bestemming snel in te stellen.
1. Raak de [ ]-toets (Volgende) aan.
2. Raak de [Vorige startpunten]-toets aan.
3. Controleer de bestemming en raak
vervolgens de [OK]-toets aan.
4. Raak de [Start]-toets aan.
Op postcode
U kunt op bestemmingen zoeken door een landnaam en de postcode van de gewenste plaats in te voeren.
Opmerking:
In sommige landen of districten kan het lastig zijn bepaalde plaatsen te vinden. In dergelijke gevallen kunt u zoeken op postcode gebruiken als een aanvulling op het zoeken op adressen.
1. Raak de [ ]-toets (Volgende) aan.
2. Raak de [Postcode]-toets aan.
3. Raak de [Land]-toets aan en vervolgens de
toets met de gewenste landnaam.
4. Raak de [Postcode]-toets aan.
Het scherm voor het invoeren van de postcode wordt weergegeven.
5. Voer de postcode in door de cijfers op het
scherm aan te raken.
6. Raak de [OK]-toets aan.
Zie het betreffende gedeelte voor uw land voor de rest van de procedure.
Als [Land] is ingesteld op Nederland of het
Verenigd Koninkrijk
1. Raak de [Zoek nauwkeurig]-toets aan.
[Zoek gebied] Hiermee geeft u de naam weer van de stad die hoort bij de ingevoerde postcode. De procedure voor het zoeken van een plaats is gelijk aan die voor het zoeken op een adres.
2. Controleer de bestemming en raak
vervolgens de [OK]-toets aan. Als er een andere plaats wordt weergegeven dan de plaats waar u naartoe wilt, raakt u de [Terug]-toets aan om terug te keren naar het vorige scherm. Vervolgens voert u de onderstaande procedure bij “Als [Land] niet is ingesteld op Nederland of het Verenigd Koninkrijk” uit.
3. Raak de [Start]-toets aan.
Als [Land] niet is ingesteld op Nederland of
het Verenigd Koninkrijk
1. Raak de [Zoek gebied]-toets aan.
2. Raak de naam van de gewenste stad aan om
deze te selecteren. Het scherm voor het invoeren van het adres wordt weergegeven.
3. Voer zo nodig de straatnaam en het
huisnummer in en raak de [OK]-toets aan.
4. Raak de [Start]-toets aan.
272
MAX973HD
Zoeken naar uw bestemming vanuit het bestemmingsmenu
Op snelwegoprit/-afrit
U kunt een snelwegoprit of -afrit instellen als bestemming.
1. Raak de [ ]-toets (Volgende) aan.
2. Raak de [Oprit/Afrit snelweg]-toets aan.
3. Raak de [Land]-toets aan en zo nodig de
landnaam.
4. Raak de [Snelweg]-toets aan.
5. Voer de naam van de snelweg in en raak de
[OK]-toets aan.
6. Raak in de weergegeven lijst de gewenste snelweg aan.
7. Selecteer de [Oprit]- of [Afrit]-toets.
8. Raak in de weergegeven lijst met op- en afritten de plaats aan waar u naartoe wilt. [naar afstand] De lijst wordt gesorteerd op locaties in de buurt wanneer u deze toets aanraakt. Deze toets wordt weergegeven wanneer de lijst is ingesteld op de volgorde voor punten langs de weg. [volgens weg] De lijst wordt gesorteerd in de volgorde voor punten langs de weg wanneer u deze toets aanraakt. Deze toets wordt weergegeven wanneer de lijst is ingesteld op de volgorde voor locaties in de buurt.
9. Controleer de bestemming en raak vervolgens de [OK]-toets aan.
10.Raak de [Start]-toets aan.
Op kruispunt
U kunt een kruispunt opgeven als bestemming door de twee namen van de straten die elkaar kruisen, in te voeren en deze als bestemming in te stellen.
1. Raak de [ ]-toets (Volgende) aan.
2. Raak de [Kruispunt]-toets aan.
3. Raak de [Land]-toets aan en zo nodig de landnaam.
4. Raak de [Stad]-toets aan, voer de naam van de stad in en raak de [OK]-toets aan. U kunt ook doorgaan zonder een stad in te voeren.
5. Raak in de weergegeven lijst met steden de gewenste stad aan.
6. Raak de [1e straat]-toets aan, voer de straatnaam in en raak de [OK]-toets aan.
7. Raak in de weergegeven lijst met straten de gewenste straat aan.
8. Selecteer de tweede straat met dezelfde procedure.
9. Controleer de bestemming en raak vervolgens de [OK]-toets aan.
10.Raak de [Start]-toets aan.
Op opgeslagen routes
Hiermee selecteert u een eerder opgeslagen route, die u vervolgens instelt als de nieuwe route.
Opmerking:
Als u deze functie wilt gebruiken, moeten er een of meer routes zijn opgeslagen. Wanneer er momenteel een route met ten minste één routepunt is ingesteld, kunt u deze vastleggen door de [Geen (nieuwe)]-toets aan te raken. U kunt ook de huidige route vastleggen met het routemenu. Opgeslagen route” (p. 299)
1. Raak de [ ]-toets (Volgende) aan.
2. Raak de [Opgeslagen routes]-toets aan.
3. Raak in de lijst met opgeslagen routes de route aan die u wilt instellen.
4. Raak de [Start]-toets aan.
Op extra POI
U kunt de gegevens die u hebt gedownload van de website, instellen als bestemming. Raadpleeg de Clarion-website voor meer informatie over de instelmethode.
Nederlands
MAX973HD
273
Zoeken naar uw bestemming vanuit het kaartscherm
U kunt naar een plaats zoeken door over te kaart te scrollen en de gevonden plaats vervolgens instellen als bestemming.
1. U scrollt de kaart door het kaartscherm aan te raken en de cursor zo te verplaatsen naar de gewenste positie. Raak de [OK]-toets aan. Scrollen over de kaart” (p. 264)
Opmerking:
Wanneer u een plaats zoekt die ver van de huidige locatie ligt, wijzigt u de schaal van de kaart om sneller te kunnen zoeken.
2. Controleer de bestemming en raak
vervolgens de [Nieuwe best.]-toets aan.
3. Raak de [Start]-toets aan.
Zoeken naar een POI met de functie voor POI­favorieten
In het menu met navigatiesnelkoppelingen kunt u snel een bestemming opgeven door te zoeken naar een plaats in de buurt van de huidige positie of langs de route op basis van vijf POI-categorieën die zijn opgegeven in het instelmenu. Wanneer de bestemming is ingesteld, kunt u POI’s langs de route die u wilt bezoeken, opgeven als routepunten waarnaar u snel kunt zoeken. U kunt de vijf categorieën aanpassen in het instelmenu. ➜ “Instellingen voor POI-favorieten” (p. 295)
1. Raak de [NAVI]-toets op het kaartscherm
aan.
Nederlands
Het menu met navigatiesnelkoppelingen wordt weergegeven.
2. Raak de [POI favoriet]-toets aan.
Het scherm voor POI-favorieten wordt weergegeven.
3. Selecteer een categorie door deze aan te raken.
De lijst met plaatsen in de buurt van of langs de route voor de geselecteerde categorie wordt weergegeven. Wanneer de bestemming al is ingesteld, worden de volgende toetsen boven in het scherm weergegeven. [naar afstand] Wanneer u op deze toets drukt, wordt de lijst met POI’s in de buurt weergegeven, geordend op afstand ten opzichte van de huidige locatie. Deze toets wordt weergegeven als het scherm met de lijst van POI’s langs de route actief is. [Route tonen] Wanneer u op deze toets drukt, wordt de lijst met POI’s langs de route weergegeven, geordend op afstand ten opzichte van de huidige locatie. Deze toets wordt weergegeven als het scherm met de lijst van POI’s in de buurt actief is.
4. Selecteer de gewenste bestemming door deze aan te raken.
5. Raak de [Start]-toets aan. De routeweergave naar de bestemming wordt gestart. Als de route al aanwezig is, wordt de geselecteerde POI toegevoegd als routepunt.
274
MAX973HD
Zoeken naar uw bestemming via de lijst met favorieten/ veelgebruikte bestemmingen
U kunt een bestemming invoeren door deze te selecteren in de lijst met favoriete of veelbezochte plaatsen die u hebt opgeslagen. Zie “De lijst met favorieten/veelgebruikte bestemmingen gebruiken” (p. 303) voor meer informatie over het gebruik van de lijst met favorieten/veelgebruikte bestemmingen.
Op favoriet
U kunt een bestemming invoeren door een plaats te selecteren in de lijst met favorieten die u eerder hebt opgeslagen.
1. Raak de [ ]-toets aan vanuit het bestemmingsmenu of het menu met navigatiesnelkoppelingen. De lijst met favorieten wordt weergegeven. Als het gewenste pictogram niet wordt weergegeven, raakt u de [N]-toets of de [n]- toets aan om door de lijst te scrollen.
2. Raak het pictogram aan dat u wilt instellen als bestemming. Het scherm met het instelmenu voor de locatie wordt weergegeven.
3. Controleer de bestemming en raak vervolgens de [OK]-toets aan.
4. Raak de [Start]-toets aan.
Op veelgebruikte bestemming
U kunt een bestemming invoeren door een plaats te selecteren in de lijst met veelgebruikte bestemmingen. Plaatsen die u invoert als bestemming, worden automatisch opgeslagen in de lijst met veelgebruikte bestemmingen.
1. Raak de [ ]-toets aan vanuit het bestemmingsmenu of het menu met navigatiesnelkoppelingen. De lijst met favorieten wordt weergegeven.
2. Raak de [ ] (Frequent)-toets aan. De lijst met veelgebruikte bestemmingen wordt weergegeven. Als het gewenste pictogram niet wordt weergegeven, raakt u de [N]-toets of de [n]- toets aan om door de lijst te scrollen.
3. Controleer de bestemming en raak vervolgens de [OK]-toets aan.
4. Raak de [Start]-toets aan.
Nederlands
MAX973HD
275
De bestemming instellen en de routeweergave starten
Instelmenu voor de locatie
In het instelmenu voor de locatie, dat wordt weergegeven als u de gevonden plaats instelt als bestemming, kunt u afhankelijk van de situatie de volgende handelingen uitvoeren:
Toets [OK]:
Hiermee stelt u de locatie die op de kaart wordt aangegeven met “ ”, in als bestemming.
Toets [Toevoegen]:
Als er al een bestemming is ingesteld, kunt u de locatie bij de “ ” instellen als routepunt. Geef aan in welke volgorde de punten onderweg
Nederlands
moeten worden gepasseerd. “De route bewerken” (p. 281)
Toets [POI in omgeving]:
U kunt zoeken naar een plaats van de opgegeven categorie in de omgeving van de locatie bij de “ ” en deze plaats instellen als bestemming. De zoekprocedure is vergelijkbaar met de procedure voor het zoeken naar POI’s.
“Op POI in de omgeving” (p. 271) Toets [POI info]:
Wanneer het navigatiesysteem informatie over de gezochte locatie bevat, kunt u deze weergeven door op de [POI info]-toets te drukken.
Toets [Locatie opslaan]:
Hiermee slaat u de gevonden locatie op in het adresboek.
Toets [ ]:
Raak deze toets aan om van de kaart naar het kaartscrollscherm te gaan. U kunt de locatie van de gezochte plaats aanpassen.
Opmerking:
De naam van de weg dichtbij de cursor wordt onder in het scherm weergegeven.
Voor de 2D-kaarten knippert de weg die is ingesteld als bestemming wanneer de schaal 200 m of kleiner is. Wanneer u de volgende plaatsen instelt als bestemming, moet u de positie van de knipperende weg controleren:
• Plaats waar stijgende en dalende wegen uiteenlopen
• Plaats vlakbij een kruispunt of viaduct
• Plaats waar geen weg in de buurt is
Instelmenu voor de route
Wanneer u de bestemming invoert, wordt het instelmenu voor de route weergegeven met de kaart die de voorgestelde routes aangeeft. U kunt de volgende bewerkingen uitvoeren vanuit dit scherm, afhankelijk van de situatie:
Opmerking:
Als er ongeveer 30 seconden lang geen toets wordt aangeraakt nadat deze toets verschijnt, wordt de weergave van de route automatisch gestart.
Toets [Start]:
Hiermee start u de routeweergave naar de bestemming.
Toets [Andere routes]:
U kunt ook kiezen voor andere routes op basis van andere prioriteiten. Dit kunt u ook instellen in het routemenu. Een andere route selecteren” (p. 283)
•[Snelste route]
Hiermee wordt de route weergegeven waarvoor de minste tijd nodig is.
•[Vermijd snelweg]
Hiermee wordt de route weergegeven waarbij snelwegen zo veel mogelijk worden vermeden.
•[Kortste route]
Hiermee wordt de route met de kortste afstand weergegeven.
•[OK]
Hiermee wordt de opgegeven route weergegeven.
Toets [Route info]:
Hiermee wordt de informatie van de voorgestelde route op het scherm weergegeven.
•[Overzicht]
U kunt de route op de kaart controleren. Wanneer u de [F]-toets aanraakt, scrollt de kaart zodat de cursor de rijrichting van de voorgestelde route volgt. Wanneer u de [R]- toets aanraakt, scrollt de kaart zodat de cursor de omgekeerde richting van de voorgestelde route volgt. Wanneer u de [G]-toets aanraakt, wordt het scrollen tijdelijk onderbroken.
276
MAX973HD
De bestemming instellen en de routeweergave starten
•[Simulatie]
Hiermee wordt automatisch de simulatie van de routeweergave met de bewegende automarkering gestart. Wanneer u de [G]-toets aanraakt, wordt de simulatie tijdelijk gestopt. Met de [P]-toets kunt u de simulatie weer starten. Wanneer u de [p]-toets aanraakt, stopt de simulatie en keert u terug naar het vorige scherm.
Toets [Etappe erbij]:
Hiermee voegt u routepunten toe aan de voorgestelde route op de kaart. Als de lijst voor de zoekmethode voor plaatsen wordt weergegeven, kunt u plaatsen die u wilt instellen als routepunten, zoeken en selecteren. Hiervoor kunt u vergelijkbare methoden gebruiken als voor het invoeren van een bestemming. Als het scherm voor het bewerken van de route wordt weergegeven, raakt u de [Etappe erbij]-toets aan. U kunt maximaal vijf routepunten opgeven. Routepunten kunt u ook instellen nadat de routeweergave is gestart.➜ “De route bewerken” (p. 281)
Nederlands
MAX973HD
277
4. Routeweergave
Nadat u een bestemming hebt ingevoerd en de routeweergave hebt gestart, wordt u langs de route geleid aan de hand van de weergave op het scherm en de stem.
Functies voor routeweergavescherm
Naast het kaartscherm worden er nog verschillende andere schermen weergegeven tijdens de routeweergave, afhankelijk van de situatie. Druk op de [MAP]-knop om te schakelen tussen de volgende schermen.
Kaartscherm voor een kruispunt
Wanneer u ongeveer 300 m of 300 yd (1 km of 1 mijl op een snelweg) bent verwijderd van het volgende punt op de route, wordt het scherm gesplitst en wordt aan de linkerkant het kaartscherm voor een kruispunt weergegeven. U kunt instellen of het kaartscherm voor een kruispunt moet worden weergegeven. De standaardinstelling is AAN. “Het uiterlijk van de kaart aanpassen” (p. 264)
1
Nederlands
2 3
1 Punt op de route
Geeft het volgende punt op de route aan.
2 Routeweergave
Geeft aan in welke richting u moet reizen.
278
MAX973HD
3 Aanduiding resterende afstand
Geeft de resterende afstand tot het volgende punt op de route aan met een staafgrafiek.
Functies voor routeweergavescherm
Detailscherm voor afslagen op de route
Het scherm is altijd in tweeën gedeeld en het detailscherm voor afslagen op de route wordt aan de linkerkant weergegeven als Details weergeven is geactiveerd. Het detailscherm voor afslagen bevat de punten op de route die het dichtst bij de auto in de buurt zijn en verandert dan ook tijdens de reis. Wanneer u het volgende punt op de route nadert, wordt het scherm aan de linkerkant automatisch gewijzigd in het kaartscherm voor een kruispunt. U kunt instellen of het detailscherm voor afslagen moet worden weergegeven. De standaardinstelling is UIT. Het uiterlijk van de kaart aanpassen” (p. 264)
1
2
1 Toets [I] / [i]
Hiermee scrollt u in het detailscherm voor afslagen op de route. Wanneer u de [I]-toets aanraakt, wordt het detailscherm voor afslagen voor de volgende punten op de route weergegeven.
2 Detailscherm voor afslagen
De lijst met punten op de route en aanwijzingen voor afslaan wordt aangepast aan de items in de buurt van de positie van de auto en verandert steeds tijdens de reis.
Andere schermen tijdens de route
In het instelmenu voor de kaart met routeweergave bij de navigatie-instellingen kunt u andere functies instellen, zoals de weergave van een kleine pijl die de afslag aangeeft of van het kaartscherm voor een kruispunt. Instellingen voor kaart met routeweergave” (p. 293)
3D-weergave voor wegsplitsing
Wanneer u onderweg bent op de snelweg en ongeveer 1 km of 1 mijl bent verwijderd van het volgende punt op de route met een wegsplitsing, wordt het scherm in tweeën gedeeld. Aan de linkerkant wordt de informatie over de wegsplitsing met een 3D-afbeelding weergegeven.
Kleine pijl voor afslagen op de kaart
De richting van de afslag en de afstand naar het volgende punt op de route worden weergeven in de linkerbovenhoek van het scherm.
Nederlands
MAX973HD
279
Loading...
+ 161 hidden pages