CANON SX30 IS User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
• Lees voordat u de camera gebruikt eerst deze handleiding door, met name het gedeelte "Veiligheidsmaatregelen".
• Bewaar de handleiding goed, zodat u deze later nog kunt raadplegen.
NEDERLANDS

De inhoud van de verpakking controleren

Controleer of de verpakking van de camera de onderstaande onderdelen bevat. Indien er iets ontbreekt, kunt u contact opnemen met de leverancier van het product.
Camera
(inclusief flitsschoendop)
Interfacekabel
IFC-400PCU
Introductiehandleiding
Batterij NB-7L
(met kapje)
Stereo AV-kabel
AVC-DC400ST
Cd DIGITAL CAMERA
Solution Disk
Batterijlader
CB-2LZ/CB-2LZE
Draagriem
NS-DC11
garantiesysteemboekje
Canon
De handleidingen gebruiken
Zie ook de handleidingen op de cd DIGITAL CAMERA Manuals Disk.
Gebruikershandleiding (deze handleiding)
Zodra u de basishandelingen onder de knie hebt, kunt u de vele functies van de camera gebruiken om foto's met geavanceerdere instellingen te maken.
Handleiding voor persoonlijk afdrukken
Lees deze handleiding wanneer u de camera wilt aansluiten op een (apart verkrijgbare) printer om foto's af te drukken.
Softwarehandleiding
Lees deze wanneer u de meegeleverde software wilt gebruiken.
Een geheugenkaart is niet bijgesloten.
U hebt Adobe Reader nodig om de PDF handleidingen te openen. U kunt de
Word-handleidingen raadplegen met Microsoft Word/Word Viewer (alleen noodzakelijk voor handleidingen voor het Midden-Oosten).
Lensdop
Hoes voor
flitsschoendop
2

Lees dit eerst

Proefopnamen en disclaimer
Maak enkele proefopnamen en speel deze af om te controleren of de beelden goed zijn opgenomen. Canon Inc., dochterondernemingen van Canon en andere aangesloten bedrijven en distributeurs zijn niet aansprakelijk voor welke gevolgschade dan ook die voortvloeit uit enige fout in de werking van een camera of accessoire, inclusief kaarten, die ertoe leidt dat een opname niet kan worden gemaakt of niet kan worden gelezen door apparaten.
Schending van het auteursrecht
De beelden die met deze camera worden opgenomen, zijn bedoeld voor persoonlijk gebruik. Neem geen beelden op die inbreuk doen op het auteursrecht zonder voorafgaande toestemming van de houder van het auteursrecht. In sommige gevallen kan het kopiëren van beelden van voorstellingen, tentoonstellingen of commerciële eigendommen met behulp van een camera of ander apparaat in strijd zijn met het auteursrecht of andere wettelijke bepalingen, ook al is de opname gemaakt voor persoonlijk gebruik.
Garantiebeperkingen
Voor meer informatie over de garantie voor uw camera kunt u het Canon garantiesysteemboekje raadplegen dat bij uw camera wordt geleverd. Raadpleeg het Canon garantiesysteemboekje voor contactinformatie van Canon Klantenservice.
LCD-monitor (scherm) en elektronische zoeker
Voor het vervaardigen van de LCD-monitor en zoeker zijn speciale hoge-
precisietechnieken gebruikt. Meer dan 99,99% van de pixels werkt naar behoren, maar soms verschijnen er niet-werkende pixels in de vorm van heldere of donkere stippen. Dit duidt niet op een defect en heeft geen invloed op het beeld dat wordt vastgelegd.
Er zit mogelijk een dunne plastic laag over de LCD-monitor om dit te
beschermen tegen krassen tijdens het vervoer. Verwijder deze laag voordat u de camera gaat gebruiken.
Temperatuur van de camerabehuizing
Wees voorzichtig als u de camera lange tijd continu gebruikt. De camerabehuizing kan dan warm worden. Dit is niet het gevolg van een storing.
3

Wat wilt u doen?

j
Opnamen maken
Opnamen maken en de instellingen aan de camera overlaten....26
Mooie opnamen maken van mensen
4
IwP
Portretten
(p. 62)
Diverse andere opnamen maken
J
Landschap
(p. 62)
Opnamen maken met speciale effecten
Extra levendige
kleuren (p. 65)
Scherpstellen op gezichten
Opnamen maken op plaatsen waar de flitser niet kan worden gebruikt (flitser uitschakelen)
Foto's waarop ik ook sta (zelfontspanner)......................... 61, 80, 81
De datum en ti
Sport
(p. 62)
Poster-effect
d aan de opnamen toevoegen .............................60
Op het strand
(p. 64)
Weinig licht
(p. 63)
(p. 65)
..........................................26, 64, 84, 88
Fisheye-effect
..........................................................27
(p. 69)
In de sneeuw
O
Flora
(p. 64)
(p. 64)
t
Vuurwerk
(p. 64)
Miniatuureffect
(p. 70)
4
Wat wilt u doen?
E
3
Weergeven
De foto's bekijken.........................................................................29
Foto's automatisch afspelen (diavoorstelling) ............................123
Foto's bekijken op een tv ...........................................................127
Foto's bekijken op een computer .................................................34
Snel foto's zoeken..............................................................120, 121
Foto's wissen .......................................................................30, 132
Films maken en bekijken
Films opnemen.....................................................................31, 107
Films bekijken ..............................................................................33
Afdrukken
Snel en gemakkelijk foto's afdrukken .........................................144
Opslaan
Beelden opslaan op een computer ..............................................34
Overige
Geluid uitzetten ............................................................................50
De camera gebruiken in het buitenland ...............................15, 156
Begrijpen wat op het scherm wordt weergegeven .....................179
1
2
5

Inhoudsopgave

In hoofdstuk 1 tot en met 3 worden het basisgebruik en de veelgebruikte functies van deze camera beschreven. Vanaf hoofdstuk 4 worden de geavanceerde functies beschreven, waarbij u in elk volgend hoofdstuk meer leert.
De inhoud van de verpakking
controleren.........................................2
Lees dit eerst .....................................3
Wat wilt u doen? ................................4
Inhoudsopgave ..................................6
Veiligheidsmaatregelen......................9
Conventies die in deze handleiding
worden gebruikt ...............................12
1 Aan de slag ........................ 13
De batterij opladen...........................14
Compatibele geheugenkaarten
(afzonderlijk verkrijgbaar) ................16
De batterij en geheugenkaart
plaatsen ...........................................16
De interne oplaadbare lithiumbatterij
recycleren ........................................19
Het scherm gebruiken......................20
De datum en tijd instellen ................21
De taal van het scherm instellen......23
Geheugenkaarten formatteren.........24
De sluiterknop indrukken .................25
Foto's maken (Smart Auto) ..............26
Beelden bekijken .............................29
Beelden wissen................................30
Films opnemen ................................31
Films bekijken ..................................33
Beelden downloaden naar een
computer om te bekijken..................34
Accessoires .....................................39
Afzonderlijk verkrijgbare
accessoires......................................40
2 Meer informatie ..................43
Overzicht van de onderdelen .......... 44
Schermweergave ............................ 46
Lampje ............................................ 47
Menu FUNC.
MENU - Basishandelingen .............. 49
De geluidsinstellingen wijzigen .......50
De helderheid van het scherm
wijzigen ........................................... 51
De zoeker instellen.......................... 52
De functie spaarstand
(Automatisch Uit)............................. 52
De standaardinstellingen van de
camera herstellen............................ 53
Low Level Format geheugenkaart... 54
Klokfuncties ..................................... 55
- Basishandelingen.... 48
3 Veelgebruikte functies
voor opnamen ....................57
Nader inzoomen op het onderwerp
(Digitale Zoom)................................ 58
Datum en tijd aan de opname
toevoegen ....................................... 60
De zelfontspanner gebruiken .......... 61
Opnamen maken in diverse
omstandigheden..............................62
Speciale opnamen maken............... 63
Een glimlach detecteren en een
opname maken ............................... 66
Knipoogdetectie gebruiken.............. 67
De gezicht-zelfontspanner
gebruiken ........................................ 68
6
Inhoudsopgave
Opnamen maken met het effect van
een visooglens (Fisheye-effect)...... 69
Opnamen maken die lijken op een
miniatuurmodel (Miniatuureffect) .... 70
4 Zelf instellingen
selecteren ........................... 71
Opnamen maken in Programma
automatische belichting .................. 72
De flitser inschakelen...................... 72
De helderheid aanpassen
(Belichtingscompensatie) ................ 73
Close-ups maken (Macro)............... 73
De resolutie wijzigen
(Beeldgrootte) ................................. 74
De compressieverhouding wijzigen
(Image Quality) ............................... 74
De ISO-waarde wijzigen ................. 76
De witbalans aanpassen................. 77
Continu-opnamen maken................ 78
De kleurtoon van een foto wijzigen
(My Colors) ..................................... 79
Camerabeweging vermijden met de
zelfontspanner ................................ 80
De zelfontspanner aanpassen ........ 81
Opnamen maken via een tv............ 82
De compositie van de opname wijzigen
met de focusvergrendeling.............. 82
5 Haal meer uit uw camera....83
De modus AF-kader wijzigen.......... 84
Positie en grootte van het AF-kader
wijzigen ........................................... 85
Het autofocuskader vergroten......... 86
Opnamen maken met Servo AF ..... 86
Opnamen maken met AF-
vergrendeling .................................. 87
De persoon selecteren op wie u wilt
scherpstellen (Gezichtsselectie) ..... 88
Opnamen maken in de modus
Handmatig scherpstellen ................. 89
Focusbracketing (modus
BKT-Focus) ..................................... 90
Ingezoomde onderwerpen opnieuw
ophalen (Framehulp) ....................... 91
De meetmethode wijzigen ...............92
Opnamen maken met de AE-
vergrendeling................................... 93
Opnamen maken met de FE-
vergrendeling................................... 93
Auto Exposure-bracketing (modus
AEB) ................................................ 94
De sluitertijd instellen ...................... 95
De diafragmawaarde instellen......... 96
De diafragmawaarde en sluitertijd
instellen ........................................... 97
De helderheid corrigeren
en opnamen maken (i-Contrast)......98
Rode-ogencorrectie ......................... 98
Opnamen maken met Slow sync.....99
De flitsbelichtingscompensatie
aanpassen..................................... 100
De flitsuitvoer aanpassen.............. 100
Controleren op gesloten ogen....... 101
Opname-instellingen
vastleggen .....................................102
De kleur wijzigen en opnamen
maken............................................ 103
Opnamen maken met
Stitch-hulp ..................................... 106
6 Diverse functies voor het
opnemen van films.......... 107
Films opnemen in de modus E.... 108
De filmmodus wijzigen................... 108
Opnamen maken die lijken op een miniatuurmodel
(Miniatuureffect) ............................ 109
7
Inhoudsopgave
De beeldkwaliteit wijzigen..............111
Foto’s maken tijdens het opnemen
van een film ...................................112
AE lock/belichting ..........................113
Geluidsinstellingen.........................114
Overige opnamefuncties................115
Afspeelfuncties ..............................116
Bewerken.......................................117
7 Diverse functies gebruiken
voor afspelen en
bewerken .......................... 119
Snel naar beelden zoeken.............120
Beelden bekijken met de
filterweergave ................................121
Diavoorstellingen bekijken.............123
De focus controleren......................124
Beelden vergroten .........................125
Diverse afbeeldingen weergeven
(Smart Shuffle)...............................125
Beeldovergangen wijzigen.............126
Beelden bekijken op een tv............127
Beelden weergeven op
een hdtv.........................................128
Beelden beveiligen ........................129
Beelden wissen..............................132
Beelden markeren als favoriet.......134
Beelden indelen in categorieën
(My Category) ................................135
Beelden roteren .............................137
Het formaat van beelden
wijzigen..........................................138
Trimmen.........................................139
Effecten toepassen met de functie
My Colors.......................................140
De helderheid corrigeren
(i-Contrast).....................................141
Het rode-ogeneffect corrigeren......142
8 Afdrukken .........................143
Beelden afdrukken ........................ 144
Afdrukken via de afdruklijst
(DPOF).......................................... 146
Beelden selecteren voor afdrukken
(DPOF).......................................... 147
Toegevoegde beelden
afdrukken ...................................... 150
9 De camera-instellingen
aanpassen ........................151
De camera-instellingen wijzigen.... 152
Instellingen voor opnamefuncties
wijzigen ......................................... 158
Veelgebruikte opnamemenu’s
vastleggen (My Menu)................... 163
Instellingen voor afspeelfuncties
wijzigen ......................................... 164
10 Nuttige informatie ...........165
Aansluiten op het lichtnet.............. 166
De lenskap gebruiken (afzonderlijk
verkrijgbaar) .................................. 167
Een externe flitser gebruiken
(afzonderlijk verkrijgbaar).............. 168
Een Eye-Fi-kaart gebruiken ..........172
Problemen oplossen ..................... 174
Lijst met meldingen die op het scherm
verschijnen .................................... 177
Informatieweergave op het
scherm .......................................... 179
Beschikbare functies per
opnamemodus .............................. 182
Menu's........................................... 184
Voorzorgsmaatregelen.................. 188
Specificaties .................................. 189
Index ............................................. 19
2
8

Veiligheidsmaatregelen

Lees de volgende veiligheidsvoorschriften goed door voordat u het product gebruikt.
Gebruik het product altijd op de juiste wijze.
De veiligheidsvoorschriften op de volgende pagina's zijn bedoeld om letsel bij uzelf of
bij andere personen, of schade aan de apparatuur te voorkomen.
Lees ook altijd de handleidingen van alle afzonderlijk aangeschafte accessoires die
u gebruikt.
Waarschuwing
Gebruik de flitser niet dicht bij de ogen van mensen.
Hiermee wordt gewezen op het risico van ernstig letsel of levensgevaar.
Blootstelling aan het sterke licht van de flitser kan het gezichtsvermogen aantasten. Houd vooral bij kleine kinderen ten minste één meter afstand wanneer u de flitser gebruikt.
Berg de apparatuur op buiten het bereik van kinderen.
Riem: het plaatsen van de riem om de nek van een kind kan leiden tot verstikking.
Gebruik alleen de aanbevolen energiebronnen voor stroomvoorziening.
Probeer het product niet te demonteren, wijzigen of op te warmen.
Laat het product niet vallen en voorkom harde schokken of stoten.
Raak om letsel te voorkomen de binnenkant van het product niet aan als dit is
gevallen of op een andere wijze is beschadigd.
Stop onmiddellijk met het gebruik van het product als dit rook of een vreemde
geur afgeeft of andere vreemde verschijnselen vertoont.
Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol, wasbenzine of thinner
om de apparatuur schoon te maken.
Laat het product niet in contact komen met water (bijvoorbeeld zeewater) of
andere vloeistoffen.
Voorkom dat vloeistoffen of vreemde objecten in de camera komen.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand. Als er vloeistoffen of vreemde objecten in de camera komen, schakelt u de camera onmiddellijk uit en verwijdert u de batterij. Als de batterijlader nat is geworden, haalt u het netsnoer uit het stopcontact en neemt u contact op met uw leverancier of de dichtstbijzijnde helpdesk van Canon Klantenservice.
Speel de meegeleverde cd-rom(s) met gegevens alleen af in een cd-speler
die hiervoor geschikt is.
Als u de cd-rom(s) afspeelt in een gewone cd-speler voor muziek-cd's, kunt u de luidsprekers beschadigen. Ook kan uw gehoor beschadigd raken als u een koptelefoon draagt terwijl u de harde geluiden van een cd-rom via een muziekspeler afspeelt.
9
Veiligheidsmaatregelen
Gebruik alleen de aanbevolen batterij.
Plaats de batterij niet in de buurt van of in open vuur.
Maak het netsnoer regelmatig los en veeg het stof en vuil weg dat zich heeft
opgehoopt op de stekker, de buitenkant van het stopcontact en het gebied eromheen.
Raak het netsnoer niet aan met natte handen.
Gebruik de apparatuur niet op een manier waarbij de nominale capaciteit van het
stopcontact of de kabelaccessoires wordt overschreden. Gebruik de apparatuur niet als het netsnoer of de stekker is beschadigd of als deze niet volledig in het stopcontact is geplaatst.
Zorg ervoor dat stof of metalen objecten (zoals spelden of sleutels) niet in
contact komen met de contactpunten of stekker.
De batterij kan exploderen of gaan lekken, wat kan leiden tot een elektrische schok of brand. Dit kan persoonlijk letsel en schade aan de omgeving veroorzaken. In het geval dat een batterij lekt en uw ogen, mond, huid of kleding met de batterijvloeistof in aanraking komen, moet u deze onmiddellijk afspoelen met water.
Voorzichtig
Zorg dat de camera niet tegen voorwerpen stoot of wordt blootgesteld aan
schokken en stoten wanneer u deze aan de polsriem draagt.
Zorg dat u niet tegen de lens stoot of drukt.
Dit kan verwondingen veroorzaken of de camera beschadigen.
Zorg dat u de flitser niet per ongeluk met uw vingers of een kledingstuk bedekt
wanneer u een foto maakt.
Dit kan brandwonden of schade aan de flitser tot gevolg hebben.
Gebruik, plaats of bewaar het product niet op de volgende plaatsen:
- plaatsen die aan sterk zonlicht blootstaan;
- plaatsen die blootstaan aan temperaturen boven 40 °C;
- vochtige of stoffige plaatsen.
Hiermee wordt gewezen op het risico van letsel.
Hierdoor kan lekkage of oververhitting ontstaan of de batterij kan ontploffen, wat kan leiden tot elektrische schokken, brand, brandwonden of ander letsel. Bij hoge temperaturen kan de behuizing van de camera of de batterijlader vervormd raken.
De overgangseffecten in de diavoorstellingen kunnen onprettig zijn wanneer
iemand hier lang naar kijkt.
Voorzichtig
Richt de camera niet direct op een sterke lichtbron (zoals de zon).
Hiermee wordt gewezen op het risico van schade aan de apparatuur.
Dit kan de beeldsensor beschadigen.
10
Veiligheidsmaatregelen
Als u de camera gebruikt op een strand of op een winderige plek, moet u erop
letten dat er geen zand of stof in het apparaat terechtkomt.
Dit kan de werking van de camera negatief beïnvloeden.
Bij normaal gebruik kan er soms een beetje rook uit de flitser komen.
Dit komt door de hoge intensiteit van de flitser, waardoor er stofdeeltjes verbranden die vastzitten aan de voorkant van het apparaat. Gebruik een wattenstaafje om vuil, stof of ander materiaal van de flitser te verwijderen. Zo kunt u oververhitting en schade aan het apparaat voorkomen.
Verwijder de batterij en sla deze op wanneer u de camera niet gebruikt.
Als de batterij in de camera wordt gelaten, kan deze gaan lekken.
Breng voordat u de batterij weggooit, tape of ander isolatiemateriaal aan over de
polen van de batterij.
Contact met andere metalen kan leiden tot brand of een explosie.
Als de batterij is opgeladen en als u de batterijlader niet gebruikt, haalt u deze
uit het stopcontact.
Dek de batterijlader tijdens het opladen van een batterij niet af met voorwerpen
zoals een stuk textiel.
Als u de lader gedurende een lange periode in het stopcontact laat, kan deze oververhit en beschadigd raken, waardoor brand kan ontstaan.
Plaats de batterij niet in de buurt van huisdieren.
Als huisdieren op de batterij kauwen, kan dit leiden tot lekkage, oververhitting of een explosie, wat kan leiden tot brand of schade.
Als u de camera meeneemt in uw tas, moet u het scherm inklappen zodat harde
voorwerpen niet in contact kunnen komen met het scherm.
Bevestig geen accessoires aan de polsriem.
Hierdoor kan het scherm beschadigd raken of kunnen er storingen in de werking van het scherm optreden.
11

Conventies die in deze handleiding worden gebruikt

In de tekst worden pictogrammen gebruikt die de knoppen en de
controleknop van de camera voorstellen.
Tekst op het scherm wordt weergegeven binnen vierkante haken [ ].
De knoppen die een richting aanduiden, de controleknop en de knop
FUNC./SET worden aangeduid met de volgende pictogrammen.
Knop Omhoog
Knop Links
Controleknop
: zaken waarmee u voorzichtig moet zijn
: tips voor het oplossen van problemen
: suggesties waarmee u meer uit uw camera kunt halen
: aanvullende informatie
(p. xx): referentiepagina's ("xx" geeft het paginanummer aan)
In deze handleiding wordt ervan uitgegaan dat alle functies de
standaardinstellingen hebben.
De diverse soorten geheugenkaarten die in deze camera kunnen worden
gebruikt, worden in deze handleiding aangeduid met de overkoepelende term geheugenkaarten.
Â
Knop FUNC./SET
Knop Rechts
Knop Omlaag
12
1

Aan de slag

In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u opnamen voorbereidt, opnamen maakt in de modus A en gemaakte foto's bekijkt en wist. Het laatste deel van het hoofdstuk behandelt het maken en bekijken van films en het downloaden van beelden naar een computer.
Meegleverde items bevestigen/de camera vasthouden
Bevestig de meegeleverde riem en draag deze om uw nek om te
voorkomen dat de camera valt tijdens het gebruik.
Bevestig het meegeleverde lensdopkoord aan de riem.
Zorg dat u de lensdop verwijdert voordat u de camera inschakelt. Bevestig
de lensdop aan de draagriem wanneer u deze niet gebruikt.
Wanneer de camera niet in gebruik is, bewaart u deze met de lensdop op
de camera.
Zie p. 168 voor meer informatie over de meegeleverde hoes voor de
flitsschoendop.
Houd uw armen stevig tegen uw lichaam en houd de camera stevig aan weerszijden vast.
13

De batterij opladen

Gebruik de meegeleverde oplader om de batterij op te laden. Bij aankoop is de batterij niet opgeladen. U moet deze dus eerst opladen.
Verwijder het klepje.
Plaats de batterij.
Zorg dat de markering o op de batterij
overeenstemt met die op de oplader en plaats dan de batterij door deze naar binnen ( ) en naar beneden ( ) te schuiven.
Laad de batterij op.
Voor CB-2LZ: kantel de stekker naar
buiten ( ) en steek de oplader in een
CB-2LZ
CB-2LZE
stopcontact ( ).
Voor CB-2LZE: sluit het netsnoer aan op
de oplader en steek het andere uiteinde in een stopcontact.
X Het oplaadlampje gaat oranje branden en
het opladen begint.
X Als de batterij volledig is opgeladen, wordt
het oplaadlampje groen. Het opladen duurt ongeveer 2 uur en 20 minuten.
Verwijder de batterij.
Haal het netsnoer van de batterijlader uit
het stopcontact en verwijder de batterij door deze naar binnen ( ) en omhoog ( ) te schuiven.
Laad de batterij niet langer dan 24 uur achtereen op om de batterij te beschermen en de levensduur van de batterij te verlengen.
14
De batterij opladen
Aantal opnamen dat kan worden gemaakt (bij benadering)
Aantal opnamen
* Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, is gebaseerd op metingen volgens de
CIPA-norm (Camera & Imaging Products Association).
Onder bepaalde omstandigheden is het aantal opnamen dat gemaakt kan worden,
kleiner dan hierboven is aangegeven.
LCD-monitor aan* Ongeveer 370
Zoeker aan Ongeveer 400
Afspeeltijd
Ongeveer 10 uur
Batterij-oplaadlampje
Op het scherm verschijnt een pictogram of bericht dat de resterende lading van de batterij aangeeft.
Weergave Betekenis
Voldoende opgeladen.
Iets leger, maar nog voldoende opgeladen.
(knippert rood) Bijna leeg. Laad de batterij op.
"Vervang \ Verwissel accu" Leeg. Laad de batterij opnieuw op.
De batterij en de oplader efficiënt gebruiken
Laad de batterij op de dag dat u deze wilt gebruiken op, of de dag daarvoor.
Opgeladen batterijen verliezen voortdurend wat van hun lading, ook als ze niet worden gebruikt.
Plaats het klepje zodanig op een geladen batterij dat de markering o zichtbaar is.
De batterij een lange tijd bewaren:
Zorg dat de batterij helemaal leeg is voordat u deze uit de camera haalt. Bevestig het klepje op de aansluitpunten en berg de batterij op. Wanneer u een niet helemaal lege batterij een lange tijd (ongeveer een jaar) niet gebruikt, kan dit de levensduur beperken of de prestaties doen afnemen.
U kunt de batterijlader ook in het buitenland gebruiken.
De lader kan worden gebruikt in gebieden met een wisselspanning van 100 – 240 V (50/60 Hz). Als de stekker niet in het stopcontact past, moet u een geschikte stekkeradapter gebruiken. Gebruik in het buitenland geen elektrische transformatoren, omdat dit kan leiden tot beschadigingen.
De batterij kan plaatselijk wat opzwellen.
Dit is een normaal kenmerk van de batterij en duidt niet op een probleem. Als de batterij echter zodanig opzwelt dat deze niet meer in de camera past, moet u contact opnemen met de helpdesk van Canon Klantenservice.
Als de batterij snel weer leeg is na het opladen, is de levensduur verstreken.
Koop dan een nieuwe batterij.
15

Compatibele geheugenkaarten (afzonderlijk verkrijgbaar)

SD-geheugenkaarten (2 GB en minder)*
SDHC-geheugenkaarten (meer dan 2 GB, maximaal 32 GB)*
SDXC-geheugenkaarten
(meer dan 32 GB)*
MultiMediaCard-geheugenkaarten
MMCplus-geheugenkaarten
HC MMCplus-geheugenkaarten
Eye-Fi-kaarten
* Deze geheugenkaart voldoet aan de SD-normen. Afhankelijk van het merk werken
sommige kaarten mogelijk niet goed.
Afhankelijk van de besturingssysteemversie van uw computer worden SDXC­geheugenkaarten mogelijk niet herkend als u een kaartlezer gebruikt. Controleer van tevoren of uw besturingssysteem deze functie ondersteunt.
Info over Eye-Fi-kaarten
Dit product ondersteunt niet gegarandeerd de functies van de Eye-Fi-kaart (inclusieve draadloze overdracht). Neem contact op met de kaartfabrikant als u een probleem met een Eye-Fi-kaart hebt. In veel landen of regio's is goedkeuring vereist als u Eye-Fi-kaarten wilt gebruiken. Zonder goedkeuring mag u de kaart niet gebruiken. Neem contact op met de kaartfabrikant als u niet zeker weet of de kaart is goedgekeurd voor gebruik in uw regio.

De batterij en geheugenkaart plaatsen

Plaats de meegeleverde batterij en een geheugenkaart (afzonderlijk verkrijgbaar).
16
Controleer het schuifje voor schrijfbeveiliging van de kaart.
Als de geheugenkaart een schuifje voor
schrijfbeveiliging heeft, kunt u geen opnamen maken als het schuifje is ingesteld op vergrendeld. Duw het schuifje omhoog totdat u een klik hoort.
Aansluitpunten
Label
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Open het klepje.
Schuif het klepje naar buiten ( ) en
omhoog ( ) om het te openen.
Plaats de batterij.
Plaats de batterij op de afgebeelde wijze
totdat deze vastklikt.
Zorg dat u de batterij in de juiste richting
plaatst, anders klikt deze niet goed vast.
Plaats de geheugenkaart.
Plaats de geheugenkaart op de
afgebeelde wijze totdat deze vastklikt.
Plaats de geheugenkaart in de juiste
richting. Als u de geheugenkaart in de verkeerde richting probeert te plaatsen, kunt u de camera beschadigen.
Sluit het klepje.
Sluit het klepje ( ) en duw het lichtjes aan
terwijl u het naar binnen schuift, totdat het vastklikt ( ).
Wat als [Geheugenkaart op slot] op het scherm verschijnt?
SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten en Eye-Fi-kaarten hebben een schuifje voor schrijfbeveiliging. Als dit schuifje in de vergrendelstand staat, verschijnt op het scherm [Geheugenkaart op slot]. U kunt dan geen beelden opnemen of wissen.
17
De batterij en geheugenkaart plaatsen
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Verwijder de batterij.
Open het klepje en duw de
batterijvergrendeling in de richting van de pijl.
X De batterij wipt nu omhoog.
Verwijder de geheugenkaart.
Duw de geheugenkaart naar binnen tot u een
klik hoort en laat de kaart langzaam los.
X De geheugenkaart wipt nu omhoog.
Aantal opnamen per geheugenkaart (bij benadering)
Geheugenkaart
Aantal opnamen
Deze waarden zijn gebaseerd op de standaardinstellingen.
Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, varieert al naar gelang de camera-
instellingen, het onderwerp en de geheugenkaart die u gebruikt.
Wilt u kijken hoeveel opnamen u nog kunt maken?
U kunt zien hoeveel opnamen u nog kunt maken als de camera in de opnamemodus is ingesteld (p. 26).
4 GB 16 GB 1058 4334
Aantal opnamen dat kan worden gemaakt
18

De interne oplaadbare lithiumbatterij recycleren

Als u de camera wilt weggooien, dient u eerst de interne oplaadbare lithiumbatterij te verwijderen en te recycleren overeenkomstig plaatselijke voorschriften.
Draai de schroeven van de behuizing los.
Draai de schroeven van de behuizing aan
de zijkanten en onderzijde los.
Klap de flitser uit en draai de twee
schroeven los zoals afgebeeld.
Verwijder het klepje aan de voorzijde.
Open het klepje van de
geheugenkaartsleuf/batterijhouder.
Verwijder de zijplaat zoals afgebeeld om
het klepje aan de voorzijde los te maken.
Trek het klepje aan de voorzijde naar
voren en knip de draad door zoals afgebeeld.
Verwijder het klepje aan de voorzijde.
Raak dit gedeelte nooit aan!
Verwijder de camerabehuizing alleen wanneer u de interne oplaadbare lithiumbatterij wilt verwijderen zodat u deze batterij kunt recycleren voordat u de camera weggooit.
Verwijder de batterij.
Raak het gemarkeerde gedeelte nooit aan. Anders kunt u een elektrische schok oplopen door het hoge voltage.
19

Het scherm gebruiken

Klap het scherm open.
Open het scherm ( ) en draai het 180°
( ) naar voren.
Klap het scherm in ( ).
De stand van het scherm aanpassen
Ongeveer 180°
Als de camera is ingeschakeld en u het scherm uitklapt, wordt het
Als het scherm in een opnamemodus wordt geopend en naar de lens
Ongeveer 90°
Ongeveer 175°
scherm ingeschakeld en de zoeker uitgeschakeld. Als u het scherm naar binnen gericht inklapt, wordt het scherm uitgeschakeld en de zoeker ingeschakeld.
wordt gericht, wordt het beeld van links naar rechts gespiegeld (spiegelbeeld). Om de functie voor omgekeerde weergave te annuleren, drukt u op de knop n, kiest u het tabblad 4 en [Beeldomkeren], en drukt u vervolgens op de knoppen qr om [Uit] te selecteren.
U kunt de hoek en oriëntatie van het scherm naar
eigen wens aanpassen aan de opnamecondities.
Houd het scherm altijd gesloten en naar binnen
gericht wanneer de camera niet in gebruik is.
20

De datum en tijd instellen

Het scherm voor datum/tijd-instellingen verschijnt wanneer de camera voor het eerst wordt ingeschakeld. Aangezien de datum en tijd die aan uw opnamen worden toegevoegd op deze instellingen worden gebaseerd, is het belangrijk dat u deze instelt.
Schakel de camera in.
Druk op de knop ON/OFF.
X Het scherm Datum/Tijd verschijnt.
Stel de datum en tijd in.
Druk op de knoppen qr om een optie
te selecteren.
Druk op de knoppen op of draai aan
de instelknop  om een waarde te selecteren.
Voltooi de instelling.
Druk op de knop m.
X Nadat u de datum en tijd hebt ingesteld,
wordt het scherm Datum/Tijd gesloten.
Als u op de knop ON/OFF drukt, wordt de
camera uitgeschakeld.
Het scherm Datum/Tijd komt steeds terug
Stel de juiste datum en tijd in. Als u de datum en tijd niet goed hebt ingesteld, verschijnt het scherm Datum/Tijd elke keer als u de camera inschakelt.
Zomertijd instellen
Als u bij stap 2 selecteert en met behulp van de knoppen op of de instelknop  de instelling kiest, wordt de zomertijd (normale tijd plus 1 uur) ingesteld.
21
De datum en tijd instellen
Datum en tijd wijzigen
U kunt de huidige instellingen voor de datum en tijd wijzigen.
Open de menulijst.
Druk op de knop n.
Selecteer [Datum/Tijd] op het tabblad 3.
Druk op de knoppen qr om het tabblad 3
te selecteren.
Druk op de knoppen op of draai aan
de instelknop  om [Datum/Tijd] te selecteren en druk vervolgens op de knop m.
Wijzig de datum en/of de tijd.
Volg stap 2 en 3 op p. 21 om de instelling
te wijzigen.
Als u op de knop n drukt, wordt het
menu gesloten.
Datum/tijd-batterij
De camera bevat een ingebouwde datum/tijd-batterij. Dit is een reservebatterij
die de datum/tijd-instellingen ongeveer drie weken kan vasthouden nadat de andere batterij is verwijderd.
Als u een opgeladen batterij plaatst of een voedingsadapterset aansluit
(afzonderlijk verkrijgbaar, p. 40), kan de datum/tijd-batterij in ongeveer 4 uur worden opgeladen, zelfs als de camera niet is ingeschakeld.
Als de datum/tijd-batterij leeg is, verschijnt het menu [Datum/Tijd] als u de
camera inschakelt. Volg de stappen op p. 21 om de datum en tijd in te stellen.
22

De taal van het scherm instellen

U kunt de taal wijzigen die op het scherm wordt weergegeven.
Selecteer de afspeelmodus.
Druk op de knop 1.
Open het instellingenscherm.
Houd de knop m ingedrukt terwijl
u onmiddellijk daarna op de knop n drukt.
Stel de taal van het LCD-scherm in.
Druk op de knoppen opqr of draai aan
de instelknop  om een ta al te selecteren en druk vervolgens op de knop m.
X Nadat u de taal van het LCD-scherm hebt
ingesteld, wordt het instellingenscherm gesloten.
Wat als de klok verschijnt als ik op m druk?
De klok verschijnt als er te veel tijd zit tussen het indrukken van de knop m en de knop n in stap 2. Als de klok verschijnt, drukt u op de knop m om de klok te sluiten en herhaalt u stap 2.
U kunt de taal van het LCD-scherm ook wijzigen door op n te drukken, het tabblad 3 te selecteren en vervolgens het menu-item [Taal] te selecteren.
23

Geheugenkaarten formatteren

Voordat u een nieuwe geheugenkaart of een geheugenkaart die is geformatteerd in een ander apparaat gaat gebruiken, moet u de kaart formatteren met deze camera. Door het formatteren (initialiseren) van een geheugenkaart worden alle gegevens op de kaart gewist. Aangezien u de gewiste gegevens niet kunt herstellen, moet u uiterst voorzichtig zijn als u een geheugenkaart gaat formatteren. Voordat u een Eye-Fi-kaart (p. 172) gaat formatteren, moet u de software van de kaart op een computer installeren.
Open het menu.
Druk op de knop n.
Selecteer [Formateren].
Druk op de knoppen qr om het tabblad 3
te selecteren.
Druk op de knoppen op of draai aan
de instelknop  om [Formateren] te selecteren en druk vervolgens op m.
Kies [OK].
Druk op de knoppen qr of draai aan
de instelknop  om [OK] te selecteren. Druk vervolgens op m.
Formatteer de geheugenkaart.
Druk op de knoppen op of draai aan de
instelknop  om [OK] te selecteren. Druk vervolgens op m.
X De geheugenkaart wordt geformatteerd.
Voltooi het formatteren.
X Als het formatteren is voltooid, verschijnt
op het scherm de melding [Geheugenkaart is geformatteerd].
Druk op de knop m.
24

De sluiterknop indrukken

Door het formatteren van de geheugenkaart of het wissen van de gegevens op de geheugenkaart wordt alleen de bestandsbeheerinformatie op de kaart gewijzigd. Hiermee wordt niet gegarandeerd dat de volledige inhoud wordt gewist. Wees voorzichtig bij het downloaden of weggooien van een geheugenkaart. Tref voorzorgsmaatregelen, zoals het fysiek vernietigen van de kaart, wanneer u een geheugenkaart weggooit, om te voorkomen dat persoonlijke informatie wordt verspreid.
De totale capaciteit van de geheugenkaart die bij het formatteren wordt weergegeven op het scherm, kan minder zijn dan wordt aangegeven op de geheugenkaart.
De sluiterknop indrukken
Druk de sluiterknop altijd eerst half in om de focus in te stellen en druk de knop daarna volledig in om de foto te maken.
Druk de knop half in (Druk lichtjes
om de focus in te stellen).
Druk lichtjes totdat u tweemaal een
piepgeluid hoort en er AF-kaders verschijnen waarop de camera scherpstelt.
Druk de knop volledig in
(Druk volledig in om de foto te maken).
U hoort het geluid van de sluiter als de
X
opname wordt gemaakt.
Beweeg de camera niet terwijl u dit geluid
hoort, aangezien op dat moment de foto wordt gemaakt.
Kan het geluid van de sluiter langer duren?
Aangezien de opnameduur afhangt van de situatie, kan het geluid van de sluiter
korter of langer duren.
Als de camera of het onderwerp tijdens dit geluid beweegt, kan het opgenomen
beeld onscherp zijn.
Als u de sluiterknop meteen helemaal indrukt zonder halverwege te pauzeren, is het beeld wellicht onscherp.
25

Foto's maken (Smart Auto)

De camera kan het onderwerp en de opnameomstandigheden bepalen, zodat u de camera automatisch de beste instellingen voor de compositie kunt laten selecteren en u alleen nog maar de foto hoeft te maken. De camera kan ook gezichten detecteren en hierop automatisch scherpstellen, waarna de kleur en helderheid optimaal worden ingesteld.
Schakel de camera in.
Druk op de knop ON/OFF.
X Het opstartscherm verschijnt.
Selecteer de modus A.
Stel het programmakeuzewiel in op A.
Als u de camera op het onderwerp richt,
maakt de camera geluid omdat deze de compositie bepaalt.
X Het pictogram voor de ingestelde
compositie wordt weergegeven rechts boven in het scherm.
X De camera stelt scherp op gedetecteerde
gezichten en geeft kaders weer rond deze gezichten.
Kies de compositie.
Als u de zoomknop naar i (telelens)
duwt, zoomt u in op het onderwerp zodat dit groter lijkt. Als u de zoomknop naar
Scherpstelbereik (bij benadering)
Zoombalk
j (groothoek) duwt, zoomt u uit op het onderwerp zodat dit kleiner lijkt. (De zoombalk, die de zoompositie aangeeft, verschijnt op het scherm.)
Als u de zoomknop helemaal naar j
(groothoek) of naar i (telelens) duwt, zoomt u sneller in of uit. Als u de knop een beetje draait, zoomt u langzamer.
Stel scherp.
Druk de sluiterknop half in om scherp
te stellen.
26
Foto's maken (Smart Auto)
X Wanneer de camera scherpstelt, hoort
u tweemaal een piepgeluid en verschijnen er AF-kaders waarop de camera scherpstelt. Verschillende AF-kaders worden weergegeven wanneer de camera is scherpgesteld op meer dan één punt.
AF-kader
Als [Flitser Opklappen] op het scherm
verschijnt, moet u de flitser gebruiken bij de opname. Klap de flitser handmatig uit. Als u de flitser niet gebruikt, drukt u de flitser omlaag totdat deze inklapt (de flitser wordt uitgeschakeld).
Maak de opname.
Druk de sluiterknop helemaal in om de
opname te maken.
X Het sluitergeluid klinkt terwijl het beeld
wordt vastgelegd. Als er weinig licht is en als de flitser is uitgeklapt, wordt de flitser automatisch geactiveerd.
X De foto verschijnt gedurende enkele
seconden op het scherm.
Terwijl de foto nog op het scherm staat,
kunt u al op de sluiterknop drukken om een volgende foto te maken.
Wat als er rechts boven in het scherm een pictogram verschijnt?
Het pictogram voor de ingestelde compositie wordt weergegeven rechts boven in het scherm. Zie "Compositiepictogrammen" (p. 180) voor meer informatie over de pictogrammen die verschijnen.
Wat is het rechthoekige, grijze kader?
Dit is het gebied dat wordt opgenomen als u een film maakt. U kunt een film maken door gewoon op de filmknop te drukken, ongeacht de positie van het programmakeuzewiel (p. 107). Om het kader te verbergen, kiest u [Custom Display], vervolgens [Opname Info] en verwijdert u het vinkje (p. 160).
27
Foto's maken (Smart Auto)
Wat als...
Wat als de kleur en helderheid van de beelden niet aan uw verwachtingen voldoen?
Het compositiepictogram (p. 180) dat op het scherm verschijnt, past niet bij de werkelijke compositie. Probeer in dat geval opnamen te maken in de modus
Wat als het scherm uitgeschakeld blijft, ook als de camera is ingeschakeld?
De weergave is ingesteld op de zoeker. Druk meerdere keren op de knop l om de weergave op het scherm te herstellen.
Wat als er witte en grijze kaders verschijnen wanneer u de camera op een
onderwerp richt?
Als er gezichten worden herkend, verschijnt een wit kader rond het gezicht van het hoofdonderwerp. Rond de andere herkende gezichten verschijnt een grijs kader. De kaders volgen de onderwerpen binnen een bepaald bereik (p. 84). Als het hoofdonderwerp echter beweegt, verdwijnen de grijze kaders en blijft alleen het witte kader zichtbaar.
Wat als er een blauw kader verschijnt wanneer u de sluiterknop half indrukt?
Er verschijnt een blauw kader wanneer een bewegend onderwerp wordt gedetecteerd. De scherpstelling en belichting worden voortdurend aangepast (Servo AF).
flitsers op het scherm?
Bevestig de camera op een statief zodat deze niet kan bewegen en daardoor het beeld onscherp kan maken.
Wat als de camera geen enkel geluid maakt?
Als u op de knop l drukt terwijl u de camera inschakelt, worden alle camerageluiden uitgeschakeld, behalve de waa rschuwingsgeluiden. Om het geluid in te schakelen, drukt u op de knop n om de optie [mute] op het tabblad 3 te selecteren en drukt u vervolgens op de knoppen qr om [Uit] te selecteren.
Wat als het beeld donker is terwijl toch de flitser is gebruikt bij de opname?
Het onderwerp valt buiten het bereik van de flitser. Het effectieve flitsbereik is ongeveer 50 cm – 5,8 m bij maximale groothoeklens (j) en ongeveer 1,4 – 2,8 m bij maximale telelens (i).
Wat als de camera één keer piept wanneer de sluiterknop half wordt ingedrukt?
Het onderwerp is wellicht te dichtbij. Duw de zoomknop naar i en houd de knop vast totdat de lens niet meer beweegt. De camera staat nu in de maximale telelensinstelling en u kunt scherpstellen op onderwerpen die zich ongeveer 1,4 m of meer van het uiteinde van de lens bevinden.
Wat als het lampje gaat branden wanneer de sluiterknop half wordt ingedrukt?
Om rode ogen te corrigeren en om het scherpstellen te vergemakkelijken, kan het lampje gaan branden bij opnamen in een donkere omgeving.
Wat als het pictogram h knippert wanneer u een foto probeert te maken?
De flitser is aan het opladen. U kunt een foto nemen wanneer de flitser is opgeladen.
G
(p. 71).
28

Beelden bekijken

U kunt de foto’s die u hebt gemaakt op het scherm bekijken.
Selecteer de afspeelmodus.
Druk op de knop 1.
X De laatst gemaakte opname verschijnt.
Selecteer een beeld.
Als u op q drukt of de  instelknop-
linksom draait, doorloopt u de beelden in omgekeerde volgorde van opname, van het nieuwste beeld naar het oudste.
Als u op r drukt of de instelknop Â
rechtsom draait, doorloopt u de beelden in volgorde van opname, van het oudste beeld naar het nieuwste.
De beelden volgen elkaar sneller op als
u de knoppen qr ingedrukt houdt, maar ze worden grover weergegeven.
Na ongeveer 1 minuut wordt de lens weer
ingetrokken.
Als u nogmaals op de knop 1 drukt
terwijl de lens wordt ingetrokken, wordt de camera uitgeschakeld.
Overschakelen naar de opnamemodus
Als u de sluiterknop half indrukt in de afspeelmodus, gaat de camera terug naar
de opnamemodus.
29

Beelden wissen

U kunt de beelden één voor één selecteren en wissen. Gewiste beelden kunnen niet worden hersteld. Denk goed na voordat u beelden wist.
Selecteer de afspeelmodus.
Druk op de knop 1.
X De laatst gemaakte opname verschijnt.
Selecteer het beeld dat u wilt wissen.
Druk op de knoppen qr of draai aan de
instelknop  om het te wissen beeld weer te geven.
Wis het beeld.
Druk op de knop a.
Druk op de knoppen qr of draai aan de
instelknop  om [Wissen] te selecteren en druk vervolgens op de knop m.
X Het getoonde beeld wordt gewist.
Als u het beeld niet wilt wissen, drukt
u op de knoppen qr of draait u aan de instelknop  om [Stop] te selecteren. Daarna drukt u op de knop m.
30
Loading...
+ 165 hidden pages