Canon POWERSHOT D10 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
NEDERLANDS
Lees voordat u de camera gebruikt eerst deze handleiding door.
Bewaar de handleiding, zodat u deze later nog kunt raadplegen.

De inhoud van de verpakking controleren

Controleer of de verpakking waarin de camera is verzonden, de volgende onderdelen bevat. Indien u merkt dat er iets ontbreekt, neem dan contact op met de leverancier van het product.
Camera Batterij NB-6L
Interfacekabel
IFC-400PCU
Aan de slag
CD DIGITAL
CAMERA
Manuals Disk
Een geheugenkaart is niet inbegrepen.
U hebt Adobe Reader nodig om de PDF-handleidingen te kunnen lezen.
U kunt Word-handleidingen ook bekijken in Microsoft Word Viewer 2003 (alleen Midden-Oosten). Als de software niet op uw computer is geïnstalleerd, kunt u deze downloaden vanaf de volgende website: http://www.adobe.com (in het geval van PDF) http://www.microsoft.com/downloads/ (in het geval van Word-indeling).
AVC-DC400
Zie ook de handleidingen op de CD DIGITAL CAMERA Manuals Disk.
Gebruikershandleiding (deze handleiding)
Nadat u de basisprincipes onder de knie hebt, kunt u de vele functies van de camera gebruiken om mooiere foto's te maken.
Handleiding voor persoonlijk afdrukken
Lees deze handleiding wanneer u de camera wilt aansluiten op een printer om foto's af te drukken.
Startershandleiding
Lees deze handleiding wanneer u de camera wilt aansluiten op een computer. Hierin wordt uitgelegd hoe u de software op de CD Canon DIGITAL CAMERA Solution Disk installeert en gebruikt.
(met kapje)
AV-kabel
CD DIGITAL CAMERA
Solution Disk
Polsriem
WS-DC8
Batterijlader
CB-2LY/CB-2LYE
Garantiesysteemboekje
Bevestiging
polsriem
2

Lees dit eerst

Proefopnamen
Maak enkele proefopnamen en speel deze af om te controleren of de beelden goed zijn opgenomen. Canon Inc., dochterondernemingen van Canon en andere aangesloten bedrijven en distributeurs zijn niet aansprakelijk voor welke gevolgschade dan ook die voortvloeit uit enige fout in de werking van een camera of accessoire, inclusief kaarten, die ertoe leidt dat een opname niet kan worden gemaakt of niet kan worden gelezen door apparaten.
Schending van het auteursrecht
De beelden die met deze camera worden opgenomen, zijn bedoeld voor persoonlijk gebruik. Neem geen beelden op die inbreuk doen op het auteursrecht zonder voorafgaande toestemming van de auteursrechthouder. In sommige gevallen kan het kopiëren van beelden van voorstellingen, tentoonstellingen of commerciële eigendommen met behulp van een camera of ander apparaat in strijd zijn met het auteursrecht of andere wettelijke bepalingen, ook al is de opname gemaakt voor persoonlijk gebruik.
Garantiebeperkingen
Zie het Canon garantiesysteemboekje, dat is meegeleverd bij de camera, voor meer informatie over de garantie op uw camera. Zie het garantiesysteemboekje als u contact wilt opnemen met de helpdesk voor klantenondersteuning van Canon.
LCD-scherm
Voor het vervaardigen van het LCD-scherm zijn speciale hoge­precisietechnieken gebruikt. Meer dan 99,99% van de pixels werkt naar behoren, maar soms verschijnen er niet-werkende pixels in de vorm van heldere of donkere stippen. Dit duidt niet op een defect en heeft geen invloed op het beeld dat wordt vastgelegd.
Temperatuur van de camerabehuizing
Wees voorzichtig als u de camera lange tijd continu gebruikt. De camerabehuizing kan dan warm worden. Dit is niet het gevolg van een storing.
Geheugenkaarten
De diverse soorten geheugenkaarten die in deze camera kunnen worden gebruikt, worden in deze handleiding aangeduid met de overkoepelende term geheugenkaarten.
Over de water-, stof- en schokbestendigheid van deze camera
Deze camera is onderworpen aan standaardtests van Canon. Er wordt echter niet gegarandeerd dat deze camera niet kan beschadigen of altijd goed werkt. (Zie p. 159 voor meer informatie over de specificaties voor water-, stof- en schokbestendigheid.)
Lees de de waarschuwingen bij het gebruik van de water-, stof- en schokbestendigheid van de camera op
pp. 14, 15.
3

Wat wilt u doen?

Opnamen maken
Opnamen maken en de instellingen aan de camera overlaten. . . 28
Opnamen maken die zijn aangepast aan speciale
omstandigheden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5861
Mooie opnamen maken van mensen
4
IF w P
Portretten
(p. 58)
Landschapsopnamen maken
J
Landschappen
Diverse andere opnamen maken
Ht
Binnen
(p. 59)
Scherpstellen op gezichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28, 67, 82
Opnamen maken op plaatsen waar niet kan
worden geflitst (de flits uitschakelen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
Foto's maken met de zelfontspanner . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66, 67
De datum en tijd aan de opnamen toevoegen . . . . . . . . . . . . . . 65
Close-ups maken van onderwerpen (macro-opnamen) . . . . . . . 71
Sepiakleurige of zwart-witfoto's maken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
De grootte van de opname wijzigen (pixels opnemen) . . . . . . . . 72
Continu foto's maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
Opnamen maken zonder dat de camera
beweegt (beeldstabilisatie) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 138
Opnamen maken zonder dat de camera beweegt,
ook bij weinig licht (Hoge ISO Automatisch) . . . . . . . . . . . . . 61, 75
4
(p. 58)
Bij nacht
(p. 59)
Vuurwerk
(p. 59)
V
Kinderen en
dieren (p. 59)
Zonsondergangen
(p. 59)
S
Onderwater
(p. 60)
Op het strand
(p. 60)
y
Aquarium
(p. 60)
In de sneeuw
(p. 60)
OU
Flora
(p. 60)
Z
Weinig licht
(p. 61)
Wat wilt u doen?
E
3
Scherpstellen op bewegende onderwerpen (Servo AF) . . . . . . . 84
Donkere onderwerpen lichter weergeven (i-Contrast) . . . . . . . . 89
Weergeven
De foto's bekijken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Foto's automatisch afspelen (diashow). . . . . . . . . . . . . . . . . . . 107
Foto's bekijken op een tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 111
Snel foto's zoeken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 104, 105
Foto's wissen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31, 112
Foto's beschermen tegen onbedoeld wissen . . . . . . . . . . . . . . 116
Films maken en bekijken
Films maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Films bekijken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Print
Snel en gemakkelijk foto's afdrukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Opslaan
Foto's opslaan op een computer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
1
2
Overige
Geluid uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
De camera gebruiken in het buitenland . . . . . . . . . . . . . . . 17, 133
5

Inhoudsopgave

De hoofdstukken 1 t/m 3 beschrijven het basisgebruik en de veelgebruikte functies van deze camera. De hoofdstukken 4 en volgende beschrijven de geavanceerde functies, waarbij u in elk volgend hoofdstuk meer leert.
De inhoud van de verpakking
controleren ...................................2
Lees dit eerst .....................................3
Wat wilt u doen? ................................4
Conventies die in deze handleiding
worden gebruikt ...........................8
Veiligheidsvoorschriften.....................9
1 Aan de slag .......................... 13
Waarschuwingen bij het gebruik
van deze water-, stof- en
schokbestendige camera ...... 14
De batterij opladen...........................16
De interne oplaadbare lithiumbatterij
recyclen......................................18
De batterij en geheugenkaart
plaatsen .....................................20
De datum en tijd instellen ................23
De taal van het LCD-scherm
instellen......................................25
Geheugenkaarten formatteren.........26
Op de sluiterknop drukken ...............27
ƒ Foto's maken ..............................28
1 Beelden bekijken........................31
a Beelden wissen ...........................31
c Beelden afdrukken ......................32
E Films opnemen...........................34
1 Films bekijken.............................36
Beelden downloaden naar een
computer ....................................37
Accessoires .....................................40
Afzonderlijk verkrijgbare
accessoires ................................42
2 Meer informatie.................... 43
Overzicht van de onderdelen...........44
Informatie op het scherm ................ 46
Lampje ............................................ 48
m Menu FUNC. –
Basishandelingen...................... 49
n Menu –
Basishandelingen...................... 50
De geluidsinstellingen wijzigen .......51
De helderheid van het scherm
wijzigen...................................... 52
De standaardinstellingen van de
camera herstellen...................... 53
Low Level Format uitvoeren
op de geheugenkaart ................54
De functie spaarstand
(Automatisch Uit)....................... 55
Klokfuncties..................................... 55
3 Opnamen maken in
speciale omstandigheden
en veelgebruikte functies...... 57
K Opnamen maken in
verschillende omstandigheden.. 58
! De flitser uitschakelen ................ 62
Nader inzoomen op het onderwerp
(digitale zoom)........................... 63
De datum en tijd toevoegen ............ 65
Ò De zelfontspanner gebruiken......66
" De gezicht-zelfontspanner
gebruiken................................... 67
4
Zelf instellingen selecteren
G Foto's maken met het programma
voor AE...................................... 70
h De flitser inschakelen .................. 70
e Close-ups maken (Macro) .......... 71
.......................... 69
6
Inhoudsopgave
u Objecten op grote afstand
fotograferen (Oneindig)............. 71
Pixels opnemen wijzigen................. 72
De beeldkwaliteit wijzigen
(compressieverhouding) ........... 72
b De helderheid aanpassen
(Belichtingscompensatie) .......... 74
W Continu-opnamen maken.......... 74
De ISO-waarde wijzigen ................. 75
De witbalans aanpassen................. 76
De kleurtoon van een foto wijzigen
(My Colors) ............................... 77
Î Opnamen maken met de
2 seconden Zelfontspanner ...... 78
$ De zelfontspanner aanpassen ... 79
Opnamen maken via een tv............ 79
De compositie met de
focusvergrendeling wijzigen...... 80
5 Haal meer uit uw camera ... 81
De modus AF frame wijzigen.......... 82
Het autofocuskader vergroten......... 83
% Opnamen maken met AF lock .. 84
Opnamen maken met Servo AF ..... 84
f Opnamen maken in de modus
Handmatige focus ..................... 85
0
De persoon selecteren op wie u wilt
scherpstellen (Gezichts Selectie)
De meetmethode wijzigen............... 87
& Opnamen maken met AE lock .. 87 ( Opnamen maken met FE lock... 88 Opnamen maken met
Slow sync .................................. 88
@ Donkere onderwerpen lichter
weergeven (i-Contrast) ............. 89
Œ Rode-Ogen Correctie ................ 90
Controleren op gesloten ogen......... 91
Opnamen met een lange
sluitertijd maken ........................ 92
De kleur wijzigen en opnamen
maken ....................................... 93
... 86
L Opnamen maken met
Stitch Hulp ................................. 96
6 Diverse functies voor
het opnemen van films ....... 97
De filmmodus wijzigen..................... 98
De beeldkwaliteit wijzigen ............... 98
AE lock/Belichting............................ 99
Overige opnamefuncties ............... 100
Afspeelfuncties .............................. 100
* Bewerken .................................. 101
7 Afspeelfuncties en andere
functies gebruiken ............ 103
g Beelden doorzoeken
(indexweergave)...................... 104
d Beelden bekijken in de
filterweergave .......................... 105
. Diavoorstellingen bekijken ........107
De focus controleren ..................... 109
k Beelden vergroten ....................110
+ Beeldovergangen wijzigen........110
Beelden weergeven op een tv.......111
/ Alle beelden wissen..................112
: Beelden beveiligen .................116
; Beelden indelen in
categorieën (My Category)...... 118
\ Beelden roteren ........................ 120
= Het formaat van beelden
veranderen ..............................121
[ Trimmen.................................... 122
? Effecten toepassen
met de functie My Colors ......... 123
@ Donkere onderwerpen lichter
weergeven (i-Contrast) ............ 124
] Het rode-ogeneffect
corrigeren ................................ 125
Afdrukken vanuit de afdruklijst
(DPOF) .................................... 126
7

Conventies die in deze handleiding worden gebruikt

Beelden selecteren voor
afdrukken (DPOF)....................127
8 De camera aanpassen.......131
Functies aanpassen.......................132
Opnamefuncties aanpassen..........136
Afspeelfuncties aanpassen............139
Het opstartscherm of -geluid
wijzigen ....................................139
9 Nuttige informatie............. 141
Lichtnet gebruiken......................... 142
De riem wijzigen............................ 143
De voorkant wijzigen..................... 145
Problemen oplossen ..................... 146
Lijst met berichten die
op het scherm verschijnen ...... 149
Functies die beschikbaar zijn
in elke opnamemodus............. 152
Menu's........................................... 154
Voorzorgsmaatregelen.................. 158
Specificaties .................................. 159
Index ............................................. 162
Conventies die in deze handleiding worden gebruikt
In de tekst worden pictogrammen gebruikt die de knoppen en schakelaars
van de camera voorstellen.
Tekst op het scherm wordt weergegeven binnen vierkante haken [ ].
De richtingsknoppen en de knop FUNC./SET worden aangeduid met
de volgende pictogrammen.
(Knop Omhoog)
(Knop FUNC./SET)
(Knop Rechts)
(Knop Links)
(Knop Omlaag)
: tips voor het oplossen van problemen.
: suggesties waarmee u meer uit uw camera kunt halen.
: zaken waarmee u voorzichtig moet zijn.
: aanvullende informatie.
(p. xx): referentiepagina's. “xx” duidt het paginanummer aan.
In dit hoofdstuk wordt ervan uitgegaan dat alle functies de
standaardinstellingen hebben.
8

Veiligheidsvoorschriften

Lees de volgende veiligheidsvoorschriften goed door voordat u de camera gebruikt. Bedien de camera altijd zoals wordt beschreven in de handleiding.
De veiligheidsvoorschriften op de volgende pagina's zijn bedoeld om letsel bij uzelf of bij andere personen, of schade aan de apparatuur te voorkomen.
Lees ook altijd de handleidingen van alle afzonderlijk aangekochte accessoires die
u gebruikt.
Waarschuwing
Voorzichtig
Voorzichtig
Camera
Gebruik de flitser niet dicht bij de ogen van mensen.
Blootstelling aan het sterke licht van de flitser kan het gezichtsvermogen aantasten. Houd vooral bij kleine kinderen ten minste één meter afstand wanneer u de flitser gebruikt.
Berg de apparatuur op buiten het bereik van kinderen.
Riem: het plaatsen van de riem om de nek van een kind kan leiden tot verstikking. Geheugenkaart, dag-/datumbatterij: gevaarlijk indien deze worden ingeslikt. Neem in dat geval onmiddellijk contact op met uw huisarts.
Probeer geen delen van de apparatuur te openen of te wijzigen als hiervoor
geen expliciete aanwijzingen zijn opgenomen in deze handleiding.
Raak om letsel te voorkomen de binnenkant van de camera niet aan als deze is
gevallen of op een andere wijze is beschadigd.
Stop onmiddellijk met het gebruik van de camera als deze rook of een vreemde
geur afgeeft of andere vreemde verschijnselen vertoont.
Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol, benzine of verdunners
om de apparatuur schoon te maken.
Voorkom dat vloeistoffen of vreemde objecten in de camera binnendringen.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand. Als er vloeistoffen of vreemde objecten in de camera binnendringen, schakelt u de camera onmiddellijk uit en verwijdert u de batterij.
Gebruik alleen de aanbevolen energiebronnen voor stroomvoorziening.
Als u andere stroombronnen gebruikt, kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken.
Gebruik onder water geen schouder-, nek- of karabijnriem.
U loopt anders het risico dat uw nek hierin verstrikt raakt of dat u op een ander manier letsel oploopt of een ongeluk krijgt. Gebruik onder water de meegeleverde polsriem voor deze camera.
Hiermee wordt gewezen op het risico van ernstig letsel of levensgevaar.
Hiermee wordt gewezen op het risico van letsel.
Hiermee wordt gewezen op het risico van schade aan de apparatuur.
Waarschuwing
9
Veiligheidsvoorschriften
Batterij, batterijlader
Gebruik alleen de aanbevolen batterijen.
Plaats de batterij niet in of in de buurt van open vuur.
Laat de batterij niet in contact komen met water (bijvoorbeeld zeewater) of andere vloeistoffen.
Probeer de batterij niet te demonteren, te wijzigen of op te warmen.
Laat de batterij niet vallen en voorkom harde schokken of stoten.
Dit kan leiden tot explosies of lekkages die brand, letsel en/of schade aan de omgeving kunnen veroorzaken. In het geval dat een batterij lekt en uw ogen, mond, huid of kleding met de batterijvloeistof in aanraking komen, moet u deze onmiddellijk afspoelen met water en medische hulp inschakelen. Als de batterijlader nat is geworden, haalt u het netsnoer uit het stopcontact en neemt u contact op met uw leverancier of de dichtstbijzijnde helpdesk van Canon Klantenservice.
Gebruik alleen de aanbevolen batterijlader om de batterij op te laden.
Zorg ervoor dat u het netsnoer niet doorsnijdt, beschadigt of wijzigt en plaats
geen zware voorwerpen op het snoer.
Maak het netsnoer regelmatig los en veeg het stof en vuil weg dat zich heeft
opgehoopt op de stekker, de buitenkant van het stopcontact en het gebied eromheen.
Raak het netsnoer niet aan met natte handen.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand.
Andere waarschuwingen
Speel de meegeleverde cd-rom(s) met gegevens alleen af in een cd-speler die
hiervoor geschikt is.
Als u de cd-rom('s) afspeelt in een gewone cd-speler voor muziek-cd's, kunt u de luidsprekers beschadigen. Ook kunt u uw gehoor beschadigen als u een koptelefoon draagt terwijl u de harde geluiden van een cd-rom via een muziekspeler afspeelt.
Voorzichtig
Zorg dat de camera niet tegen voorwerpen stoot of wordt blootgesteld aan
schokken en stoten wanneer u deze aan de polsriem draagt.
U kunt zich bezeren en de camera kan beschadigd raken.
Gebruik de apparatuur niet op een manier die de geschatte capaciteit van het
stopcontact of de bekabelingsaccessoires overstijgt. Gebruik de apparatuur niet als het netsnoer of de stekker beschadigd is, of als de stekker niet volledig in het stopcontact is gestoken.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand.
Gebruik, plaats of bewaar de apparatuur niet op de volgende plaatsen:
- plaatsen die aan sterk zonlicht blootstaan
- plaatsen die blootstaan aan temperaturen boven 40° C.
- vochtige of stoffige plaatsen.
Hierdoor kan lekkage, oververhitting of een explosie ontstaan, wat kan leiden tot brand, brandwonden of ander letsel. Hoge temperaturen kunnen ook de behuizing vervormen.
Zorg ervoor dat er geen stof of metalen objecten (zoals spelden of sleutels)
in contact komen met de contactpunten of stekker van de oplader.
Dit kan elektrische schokken, brand of andere schade veroorzaken.
Langdurig afspelen kunnen gevoelens van ongemak veroorzaken.
10
Veiligheidsvoorschriften
Voorzichtig
Richt de camera niet direct op een sterke lichtbron (zoals de zon).
Dit kan de beeldsensor beschadigen of de werking ervan negatief beïnvloeden.
U kunt deze camera onder water niet gebruiken op een grotere diepte dan 10 m
en niet in warmwaterbronen of ander mineraalhoudend water.
Hierdoor kan de camera beschadigen of gaan lekken.
Zorg ervoor dat er geen zand of stof in de camera kan komen wanneer u deze op
het strand of in een winderige omgeving opent.
Gebruik de flitser niet als er vuil of stof op zit of als uw vingers of uw kleding de
flitser bedekken.
Dit kan de werking van de camera negatief beïnvloeden.
Als de batterij is opgeladen en als u de batterijlader niet gebruikt, haalt u deze
uit het stopcontact.
Dek de batterijlader tijdens het opladen van een batterij niet af met voorwerpen
zoals een stuk textiel.
Als u de eenheid gedurende een lange periode in het stopcontact laat, kan deze oververhit en beschadigd raken, waardoor brand kan ontstaan.
Verwijder en bewaar de batterij wanneer u de camera niet gebruikt.
Als de batterij in de camera blijft zitten, kan schade optreden doordat deze gaat lekken.
Breng voordat u de batterij weggooit, tape of ander isolatiemateriaal aan over
de polen van de batterij.
Contact met andere metalen in afvalcontainers kan leiden tot brand of een explosie.
Houd de batterij buiten het bereik van huisdieren.
Als een dier in de batterij bijt, kan lekkage, oververhitting of een explosie ontstaan, wat kan leiden tot brand, brandwonden of ander letsel.
Ga niet in een stoel zitten terwijl u de camera in uw zak hebt.
Dit kan het LCD-scherm beschadigen of de werking ervan negatief beïnvloeden.
Let erop dat er geen harde voorwerpen in contact komen met het LCD-scherm
als u de camera in uw tas stopt.
Bevestig geen accessoires aan de polsriem.
Dit kan het LCD-scherm beschadigen of de werking ervan negatief beïnvloeden.
11
12
1

Aan de slag

Dit hoofdstuk beschrijft het voorbereiden van de opnamen, het maken van opnamen in de modus ƒ (Automatisch) en het bekijken, wissen en afdrukken van de gemaakte foto's. Het laatste deel van het hoofdstuk behandelt het maken en bekijken van films en het downloaden van beelden naar een computer.
De riem bevestigen/de camera vasthouden
Nadat u de polsriem hebt vastgemaakt aan de bevestiging, kunt u deze
in de camera steken en met een draai vastklikken. U kunt de bevestiging van de polsriem op vier plaatsen vastmaken. Als u de bevestiging van de polsriem wilt verwijderen, houdt u de vergrendeling ingedrukt en draait u de bevestiging naar links.
Houd de riem rond uw pols tijdens het maken van opnamen om te
voorkomen dat u de camera laat vallen. Deze camera blijft niet drijven.
Houd uw armen stevig tegen uw lichaam en houd de camera stevig
aan weerszijden vast. Zorg dat uw vingers de flitser niet bedekken.
RiemOntgrendelingsknop
13

Waarschuwingen bij het gebruik van deze water-, stof- en schokbestendige camera

U kunt deze camera gebruiken in de regen, op het strand, tijdens het skiën en onder water tot een diepte van 10 m. De camera kunt u echter niet gebruiken in warmwaterbronnen of ander gemineraliseerd water. Houd er rekening mee dat Canon niet aansprakelijk is voor enige schade aan de camera, de batterij, de geheugenkaart of opgeslagen gegevens als het product is gaan lekken door onjuist gebruik. Deze camera is onderworpen aan standaardtests van Canon. Er wordt echter niet gegarandeerd dat deze camera niet kan beschadigen of altijd goed werkt. (Zie p. 159 voor meer informatie over de specificaties voor water-, stof- en schokbestendigheid.)
Waarschuwingen voordat u deze camera in gebruik neemt
Zorg ervoor dat de klepjes van de geheugenkaart/batterij en de
aansluitpunten volledig zijn gesloten. Als een van de klepjes niet volledig is gesloten terwijl de camera nat wordt, kan water de camera binnendringen en schade veroorzaken (p. 21).
Controleer of de waterdichte afsluitingen in de klepjes en de omliggende
gebieden geen krassen of vreemde voorwerpen bevatten, zoals zand, vuil of haar. Als u dit niet doet, kunnen de klepjes gaan lekken (pp. 20, 32). Gebruik de camera niet onder water als de waterdichte afsluiting is beschadigd.
Open en sluit de klepjes niet op het strand of onder water. Vervang de
geheugenkaart en batterij op een droge plaats waar geen zeewind waait.
Open de klepjes niet als de camera nat is. Wrijf een natte camera volledig
droog met een zachte, droge doek.
Waarschuwingen terwijl u deze camera gebruikt
Gebruik de camera onder water niet op een grotere diepte dan 10 m.
Stel de camera onder water niet bloot aan krachtige schokken of stoten.
Door schokken kunnen de klepjes openschieten of de waterdichtheid van de camera anderszins in gevaar komen.
Deze camera wordt schokbestendig geacht volgens de standaardtests
van Canon (p. 159). Door krachtige schokken kunnen echter krassen op de camera ontstaan of andere storingen optreden. Laat de camera niet van grote hoogte vallen en stel deze niet bloot aan harde schokken.
14
Waarschuwingen bij het gebruik van deze water-, stof- en schokbestendige camera
Waarschuwingen nadat u de camera hebt gebruikt en verzorging van de camera
Als u direct zand of vuil van het oppervlak van de camera probeert te
vegen, kunt u krassen veroorzaken.
Was de camera zo snel mogelijk geheel met
zoet water (bijvoorbeeld kraanwater kouder dan 30° C) als deze vuil is of onder water is gebruikt. Nadat u de camera op het strand hebt gebruikt, kunt u deze het beste gedurende enkele uren in zoet water laten weken zodat eventuele zoutafzettingen volledig worden verwijderd. Controleer of de klepjes van de geheugenkaart, batterij en aansluitpunten volledig zijn gesloten om te voorkomen dat water de camera binnendringt.
Wrijf de camera na het wassen volledig droog met een zachte, droge
doek. Als u zout gedurende lange tijd op de camera laat zitten, kunnen de metalen onderdelen roesten of knoppen vast komen te zitten. Controleer of de knoppen normaal functioneren nadat u de camera hebt gewassen en gedroogd.
Reinig de camera niet met chemicaliën. Gebruik ook geen siliconenvet op
de waterdichte afsluitingen. (Siliconenvet wordt gebruikt voor waterdichte behuizingen van andere camera's.) Hierdoor kan de camera beschadigen of gaan lekken.
Controleer of er zich geen zand en andere vreemde voorwerpen op de
waterdichte afsluitingen bevinden voordat u de camera opbergt. Door vreemde voorwerpen kan de afsluiting verteren, waardoor water kan binnendringen en de camera kan beschadigen.
Over de waterdichte afsluitingen
Als de waterdichte afsluitingen zijn bekrast of gebarsten, kan de
camera beschadigen of water binnendringen. Neem contact op met de dichtstbijzijnde helpdesk van Canon Klantenservice en laat de camera direct repareren. De waterdichte afsluiting wordt tegen betaling vervangen.
15

De batterij opladen

Gebruik de meegeleverde lader om de batterij op te laden.
Verwijder het klepje.
Plaats de batterij.
Zorg dat de markeringen S op de batterij
overeenkomen met de markeringen op de lader en plaats vervolgens de batterij door deze naar binnen en naar beneden te schuiven.
Laad de batterij op.
Voor CB-2LY: kantel de stekker naar
buiten en steek deze in een stopcontact .
Voor CB-2LYE: sluit het netsnoer aan
op de batterijlader en steek de andere stekker in een stopcontact.
X Het oplaadlampje gaat rood branden
en het opladen begint.
Als de batterij volledig is opgeladen,
wordt het oplaadlampje groen. Het opladen duurt ongeveer 1 uur en 55 minuten.
Verwijder de batterij.
Haal het netsnoer van de batterijlader uit
het stopcontact en verwijder de batterij door deze naar binnen en omhoog te schuiven.
Laad de batterij niet langer dan 24 uur achtereen op, om de batterij te beschermen en de levensduur van de batterij te verlengen.
16
De batterij opladen
Aantal opnamen dat ongeveer kan worden gemaakt
Aantal opnamen
Afspeeltijd (uren)
* Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, is gebaseerd op metingen volgens de
CIPA-norm (Camera & Imaging Products Association).
In sommige omstandigheden kunnen er wellicht minder opnamen worden gemaakt.
LCD-scherm aan.*
220 opnamen
6 uur
Batterij-oplaadlampje
Op het scherm verschijnt een pictogram of een bericht om de resterende lading van de batterij aan te geven.
Weergave Betekenis
Goed. Iets leger, maar nog voldoende opgeladen.
(knippert rood) Bijna leeg.
“Vervang/Verwissel accu” Leeg. Laad de batterij opnieuw op.
De batterij en de lader efficiënt gebruiken
Laad de batterij op de dag dat u deze wilt gebruiken op, of de dag daarvoor.
Geladen batterijen verliezen voortdurend wat van hun lading, ook als ze niet worden gebruikt.
Plaats het klepje zodanig op een geladen batterij dat de markering S zichtbaar is.
De batterij een lange tijd bewaren.
Zorg dat de batterij volledig leeg is voordat u deze uit de camera haalt. Bevestig het klepje op de aansluitpunten en berg de batterij op. Wanneer u een batterij die niet volledig leeg is een lange tijd (ongeveer een jaar) niet gebruikt, kan dit de levensduur beperken of de prestaties doen afnemen.
U kunt de batterijlader ook in het buitenland gebruiken.
De lader kan worden gebruikt in gebieden met een wisselspanning van 100 – 240 V (50/60 Hz). Als de stekker niet in het stopcontact past, moet u een geschikte stekkeradapter gebruiken. Gebruik in het buitenland geen apparaten zoals elektrische transformatoren, omdat dit kan leiden tot storingen.
De batterij kan plaatselijk wat opzwellen.
Dit is een normaal kenmerk van de batterij en duidt niet op een probleem. Als de batterij echter zodanig opzwelt dat ze niet meer in de camera past, moet u contact opnemen met een helpdesk van Canon Klantenservice.
Als de batterij snel weer leeg is na het opladen, is de levensduur opgebruikt.
Schaf een nieuwe batterij aan.
17

De interne oplaadbare lithiumbatterij recyclen

Verwijder eerst de interne oplaadbare lithiumbatterij voor recycling overeenkomstig plaatselijke voorschriften wanneer u de camera weggooit.
Draai de schroeven van de behuizing los.
Draai de twee schroeven aan de voorzijde
los en verwijder de afdekking. Draai de schroef onder de afdekking los .
Keer de camera om en verwijder de acht
schroeven aan de achterkant en de schroef aan de onderkant waarmee de achterste bedekking is bevestigd.
Verwijder de voorste bedekking en de behuizing van de camera.
Keer de camera om. Houd de achterkant
van de camera goed vast en pak de lenscilinder stevig beet om de voorste bedekking te verwijderen.
Raak de flits nooit aan. Raak nooit het gebied aan dat
Raak dit gedeelte
in de afbeelding is gemarkeerd. Hoogspanning kan een elektrische schok veroorzaken.
18
Raak dit gedeelte nooit aan!
De interne oplaadbare lithiumbatterij recyclen
Leg de camera op zijn rug en trek de
connector van de microfoon naar buiten
. Trek vervolgens de lamp naar buiten
door het circuitlint naar links te schuiven en trek de connector van de flitser naar buiten .
Raak de flits nooit aan. Raak nooit het gebied aan dat in de afbeelding is gemarkeerd. Hoogspanning kan een elektrische schok veroorzaken.
Draai de drie schroeven los om de flitser
te verwijderen .
Draai de vier schroeven los waarmee
de behuizing aan de camera is bevestigd en verwijder de behuizing.
Verwijder de batterij.
Keer de behuizing van de camera om en
verwijder de batterij.
Verwijder de behuizing van de camera alleen wanneer u de interne oplaadbare lithiumbatterij voor recycling wilt verwijderen voordat u de camera weggooit.
19

De batterij en geheugenkaart plaatsen

Plaats de meegeleverde batterij en geheugenkaart in de camera.
Controleer het schuifje voor schrijfbeveiliging van de kaart.
U kunt geen opnamen maken als de kaart
een schuifje voor schrijfbeveiliging bevat en dit schuifje dicht zit. Duw het schuifje omhoog totdat u een klik hoort.
Open het klepje.
Duw de vergrendeling met uw vinger of de
sluiting van de polsriem in de richting van de pijl terwijl u tegelijkertijd het lipje opent, zoals is afgebeeld in .
Waterdichte afsluiting
20
Aansluitpunten
Aansluitpunten
Plaats de batterij.
Plaats de batterij op de afgebeelde wijze
totdat deze vastklikt.
Zorg dat u de batterij in de juiste richting
inbrengt, anders klikt deze niet goed vast.
Beschadig de waterdichte afsluiting niet
wanneer u de batterij plaatst.
Plaats de geheugenkaart.
Plaats de geheugenkaart op de
afgebeelde wijze totdat deze vastklikt.
Plaats de geheugenkaart in de juiste
richting. Als u de geheugenkaart in de verkeerde richting probeert te plaatsen, kunt u de camera beschadigen.
Beschadig de waterdichte afsluiting niet
wanneer u de geheugenkaart plaatst.
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Sluit het klepje.
Druk het klepje dicht totdat deze vastklikt,
zoals is afgebeeld in de figuur.
Controleer of de vergrendeling weer in de
juiste positie staat, zoals is afgebeeld in de figuur.
Open de klepjes niet wanneer de camera nat is of zich onder water
bevindt. Wrijf een natte camera volledig droog met een zachte, droge doek.
Controleer of de waterdichte afsluitingen en de omliggende gebieden
geen krassen of vreemde voorwerpen bevatten, zoals zand, vuil of haar. Als u dit niet doet, kunnen de klepjes gaan lekken (pp. 20, 32).
Open en sluit de klepjes niet op het strand of onder water. Vervang de
geheugenkaart en batterij op een droge plaats waar geen zeewind waait.
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Verwijder de batterij.
Open het klepje en duw de
batterijvergrendeling in de richting vandepijl.
X De batterij wipt nu omhoog.
Verwijder de geheugenkaart.
Duw de geheugenkaart naar binnen
tot u een klik hoort en laat de kaart langzaam los.
X De geheugenkaart wipt nu omhoog.
21
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Aantal opnamen per geheugenkaart (bij benadering)
Geheugenkaart
Aantal opnamen
Deze waarden zijn gebaseerd op de standaardinstellingen.
Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, varieert al naar gelang de camera-
instellingen, het onderwerp en de geheugenkaart die u gebruikt.
2 GB 8 GB
626 2505
Wilt u kijken hoeveel opnamen u nog kunt maken?
U kunt zien hoeveel opnamen u nog kunt maken als de camera in de opnamemodus (p. 28) staat.
Aantal opnamen dat kan worden gemaakt
Compatibele geheugenkaarten
SD-geheugenkaarten
SDHC-geheugenkaarten
MultiMediaCard
MMCplus-geheugenkaarten
HC MMCplus-kaart
Wat is een “schuifje voor schrijfbeveiliging”?
SD- en SDHC-geheugenkaarten hebben een “schuifje voor schrijfbeveiliging”. Als dit schuifje dicht zit, verschijnt op het scherm [Kaart op slot!]. U kunt dan geen beelden opnemen of wissen.
22

De datum en tijd instellen

Het scherm voor Datum/Tijd-instellingen verschijnt wanneer de camera voor het eerst wordt ingeschakeld. Aangezien de datum en tijd die aan uw opnamen worden toegevoegd op deze instellingen worden gebaseerd, is het belangrijk dat u deze instelt.
Schakel de camera in.
Druk op de ON/OFF-knop.
X Het scherm Datum/Tijd verschijnt.
Stel de datum en tijd in.
Druk op de knoppen qr om een
optie te selecteren.
Druk op de knoppen op om een
waarde in te stellen.
Kies de instelling.
Druk op de knop m.
X Nadat u de datum en tijd hebt ingesteld,
wordt het scherm Datum/Tijd gesloten.
Druk op de ON/OFF-knop om de camera
uit te schakelen.
Het scherm Datum/Tijd komt steeds terug
Stel de juiste datum en tijd in. Als u de datum en tijd niet goed hebt ingesteld, verschijnt het scherm Datum/Tijd iedere keer als u de camera inschakelt.
Zomertijd instellen
Als u bij stap 2 selecteert en met behulp van de knoppen op de instelling kiest, wordt de zomertijd (normale tijd plus 1 uur) ingesteld.
23
De datum en tijd instellen
De datum en tijd wijzigen
U kunt de huidige instellingen voor de datum en tijd wijzigen.
Open de menulijst.
Druk op de knop n.
Selecteer [Datum/Tijd] op het tabblad 3.
Druk op de knoppen qr om het tabblad
3 te selecteren.
Druk op de knoppen op om [Datum/Tijd]
te selecteren en druk op de knop m.
Wijzig de datum en/of de tijd.
Volg stap 2 en 3 op p. 23 om de instelling
te wijzigen.
Druk op de knop n om de menu's te
sluiten.
Datum/tijd-batterij
De camera bevat een ingebouwde datum/tijd-batterij; dit is een reservebatterij
die de datum/tijd-instellingen ongeveer drie weken kan vasthouden nadat de batterij is verwijderd.
Als u een opgeladen batterij plaatst of een voedingsadapterset aansluit
(afzonderlijk verkrijgbaar, p. 42), kan de datum/tijd-batterij in ongeveer 4 uur worden opgeladen, zelfs als de camera niet is ingeschakeld.
Als de datum/tijd-batterij leeg is, verschijnt het menu Datum/Tijd als u de camera
inschakelt. Volg de stappen op p. 23 om de datum en de tijd in te stellen.
24

De taal van het LCD-scherm instellen

U kunt de taal van de menu's en berichten die op het LCD-scherm worden weergegeven, wijzigen.
Schakel de afspeelmodus in.
Druk op de knop 1.
Open het instellingenscherm.
Houd de knop m ingedrukt terwijl
u op de knop n drukt.
Stel de taal van het LCD-scherm in.
Druk op de knoppen opqr om een taal
te selecteren en druk op de knop m.
X Nadat u de taal van het LCD-scherm hebt
ingesteld, wordt het taalmenu gesloten.
Wat als de klok wordt weergegeven wanneer ik op de knop m druk?
De klok verschijnt als er te veel tijd zit tussen het indrukken van de knop m en de knop n in stap 2. Als de klok verschijnt, drukt u op de knop m om de klok te sluiten en herhaalt u stap 2.
U kunt de taal van het LCD-scherm ook wijzigen door op de knop n te drukken, het tabblad 3 te selecteren en vervolgens het menu-item [Taal] te selecteren.
25

Geheugenkaarten formatteren

Voordat u een nieuwe geheugenkaart gaat gebruiken, of een geheugenkaart die al is gebruikt in een ander apparaat, moet u de kaart formatteren met deze camera. Door het formatteren (initialiseren) van een geheugenkaart worden alle gegevens op de kaart gewist. Aangezien u de gewiste gegevens niet kunt herstellen, moet u uiterst voorzichtig zijn als u een geheugenkaart gaat formatteren.
Open de menulijst.
Druk op de knop n.
Selecteer [Formateren].
Druk op de knoppen qr om het tabblad 3
te selecteren.
Druk op de knoppen op om [Formateren]
te selecteren en druk op de knop m.
Formatteer de geheugenkaart.
Druk op de knoppen qr om [OK] te
selecteren en druk op de knop m.
X De geheugenkaart wordt geformatteerd. X Als het formatteren is voltooid, verschijnt
het menuscherm weer.
Het formatteren van de geheugenkaart of het wissen van de gegevens op de geheugenkaart wijzigt enkel de bestandsbeheerinformatie op de kaart en garandeert niet dat de inhoud volledig wordt gewist. Wees voorzichtig bij het downloaden of weggooien van een geheugenkaart. Tref voorzorgsmaatregelen, zoals het fysiek vernietigen van de kaart, wanneer u een geheugenkaart weggooit, om te vermijden dat persoonlijke informatie wordt verspreid.
De totale capaciteit van de geheugenkaart die bij het formatteren wordt weergegeven op het scherm, kan minder zijn dan wordt aangegeven op de geheugenkaart.
26

Op de sluiterknop drukken

De sluiterknop heeft twee bedieningsfasen. Druk de sluiterknop altijd eerst half in om de focus in te stellen en maak daarna de foto.
Druk de sluiterknop half in
(zachtjes drukken tot de eerste stop).
X De camera stelt automatisch de focus in
en selecteert de overige instellingen voor een opname, zoals de helderheid.
X Terwijl de camera wordt scherpgesteld,
hoort u tweemaal een piepgeluid en brandt het lampje groen.
Druk de sluiterknop helemaal in
(tot de tweede stop).
X U hoort het geluid van de sluiter als de
opname wordt gemaakt.
Beweeg de camera niet terwijl u dit geluid
hoort, aangezien op dat moment de foto wordt gemaakt.
Kan het geluid van de sluiter langer duren?
Aangezien de opnameduur afhangt van de situatie, kan het geluid van de sluiter
korter of langer duren.
Als de camera of het onderwerp tijdens dit geluid beweegt, kan het opgenomen
beeld onscherp zijn.
Als u de sluiterknop meteen helemaal indrukt zonder halverwege te pauzeren, is het beeld wellicht onscherp.
27

ƒ Foto's maken

Aangezien de camera het onderwerp en de opnameomstandigheden kan bepalen, kunt u automatisch de beste instellingen laten selecteren voor de scène en gewoon een opname maken. De camera kan ook gezichten detecteren, hierop scherpstellen en de kleur en helderheid op een optimaal niveau instellen.
Controleer of de klepjes dicht zijn.
Als een van de klepjes niet volledig is
gesloten terwijl de camera nat wordt, kan water de camera binnendringen en schade veroorzaken.
Schakel de camera in.
Druk op de ON/OFF-knop.
X Het opstartgeluid klinkt en het
opstartscherm verschijnt.
Druk nogmaals op de ON/OFF-knop
om de camera uit te schakelen.
Selecteer de modus ƒ.
Nadat u op de knop 4 / E hebt gedrukt,
gebruikt u de knoppen qr om ƒ te selecteren en drukt u op m.
Wanneer u de camera op het onderwerp
richt, maakt de camera een zacht geluid terwijl de scène wordt bepaald.
X De camera stelt scherp op het onderwerp
dat als hoofdonderwerp wordt beschouwd. Het pictogram voor de vastgestelde scène wordt linksboven op het scherm weergegeven.
X Als er gezichten worden herkend, verschijnt
een wit kader rond het gezicht van het hoofdonderwerp. Rond de andere herkende gezichten verschijnt een grijs kader.
X Zelfs als de gedetecteerde gezichten
beweegt, volgt de camera de gezichten binnen een bepaald bereik.
28
AF-kaders
ƒ Foto's maken
Kies de compositie.
Als u op de knop i drukt, zoomt u in
op het onderwerp zodat dit groter lijkt. Als u op de knop j drukt, zoomt u uit op het onderwerp zodat dit kleiner lijkt.
Stel scherp.
Druk de sluiterknop half in om scherp
te stellen.
X Terwijl de camera wordt scherpgesteld,
hoort u tweemaal een piepgeluid en brandt het lampje groen (oranje indien er wordt geflitst).
X Groene AF-kaders geven aan waarop
de camera is scherpgesteld.
X Als de camera op meerdere punten
scherpstelt, verschijnen er meerdere AF-kaders.
Maak een foto.
Druk de sluiterknop helemaal in.
X Het sluitergeluid klinkt terwijl het beeld
wordt vastgelegd. Als er weinig licht is, wordt de flitser automatisch geactiveerd.
X Het lampje knippert groen terwijl het beeld
wordt opgeslagen op de geheugenkaart.
X De foto verschijnt gedurende enkele
seconden op het scherm.
Terwijl de foto nog op het scherm staat,
kunt u al op de sluiterknop drukken om een volgende foto te maken.
Wat als...
De camera maakt geen enkel geluid.
Als u op de knop l drukt terwijl u de camera inschakelt, worden alle camerageluiden uitgeschakeld, behalve de waarschuwingsgeluiden. Als u de geluiden wilt inschakelen, drukt u op de knop n, selecteert u het tabblad 3 en selecteert u [mute]. Gebruik de knoppen
qr om [Uit] te selecteren.
29
ƒ Foto's maken
Het beeld is donker terwijl toch de flitser is gebruikt bij de opname.
Het onderwerp is te ver. Wanneer u op j hebt gedrukt zodat de camera op een maximale groothoekinstelling staat, is de afstand voor opname ongeveer 30 cm – 3,2 m. De afstand voor opname is ongeveer 30 cm – 2,0 m wanneer uop i hebt gedrukt en de camera op een maximale telelens staat.
Piept de camera eenmaal terwijl de sluiterknop half is ingedrukt?
Het onderwerp is te dichtbij. Wanneer u op j hebt gedrukt zodat de camera op de maximale groothoekinstelling staat, verplaatst u deze ongeveer 3 cm of meer vanaf het onderwerp en maakt u een foto. Verplaats de camera ongeveer 30 cm of meer wanneer u op i hebt gedrukt en de camera op de maximale telelens staat.
Het lampje brandt terwijl de sluiterknop half is ingedrukt.
Om rode ogen te corrigeren en om het scherpstellen te vergemakkelijken, kan het lampje gaan branden bij opnamen in een donkere omgeving.
Het pictogram h knippert wanneer u een foto probeert te maken.
Wanneer de flitser opnieuw wordt opgeladen, knippert het flitspictogram. U kunt een foto maken nadat de flitser is opgeladen.
Scènepictogrammen
Op de camera wordt een pictogram voor de vastgestelde scène weergegeven, waarna de camera automatisch wordt scherpgesteld en de optimale instellingen voor de helderheid en kleur van het onderwerp wordt geselecteerd.
Achtergrond
Onderwerp
Mensen
Andere onderwerpen dan personen Landschappen
Nabije onderwerpen
Achtergrondkleur pictogram
Helder
Achterlicht Achterlicht
Grijs Lichtblauw Oranje Donkerblauw
Inclusief blauwe
lucht
Zonson-
dergangen
––
Donker
Bij gebruik van statief
* Wordt weergegeven wanneer de camera op een statief staat.
In bepaalde omstandigheden komt het weergegeven pictogram mogelijk niet overeen met de werkelijke scène. Met name bij een oranje of blauwe achtergrond (zoals een muur) wordt het pictogram of het pictogram voor blauwe lucht weergegeven en kunt u mogelijk geen foto met de juiste kleur maken. Probeer in dat geval een foto in de modus G te maken
(p. 70). Onder water kunt u het beste Onderwater (p. 60) als modus
voor speciale opnamen gebruiken.
30
*
*
Loading...
+ 135 hidden pages