CANON EOS 700D User Manual [nl]

INSTRUCTIEHANDLEIDING
De Verkorte handleiding is achter in deze handleiding opgenomen.
NEDERLANDS
INSTRUCTIE-
HANDLEIDING
Deze camera is compatibel met SD-geheugenkaarten, SDHC­geheugenkaarten en SDXC-geheugenkaarten. In deze handleiding wordt met 'kaart' naar al deze kaarten verwezen. * Bij de camera is geen kaart voor het opslaan van foto's of
films geleverd. Deze dient u apart aan te schaffen.
Kaarten waarop films kunnen worden opgeslagen
Voor filmopnamen moet u een SD-geheugenkaart met een hoge capaciteit en van snelheidsklasse 6 ' ' of hoger gebruiken (pag. 173).
Inleiding
De EOS 700D is een hoogwaardige digitale spiegelreflexcamera met een uiterst nauwkeurige CMOS-sensor met circa 18,00 effectieve megapixels, DIGIC 5, uiterst nauwkeurige en snelle scherpstelling met 9 AF-punten, continu-opnamen met circa 5 frames per seconde, Live view-opnamen en filmopnamen in Full High-Definition (Full HD). De camera reageert uiterst snel bij alle opnamesituaties en biedt tal van geavanceerde opnamefuncties.
Deze handleiding raadplegen tijdens het gebruik om nog verder vertrouwd te raken met de camera
Met een digitale camera kunt u de opname die u hebt gemaakt, direct bekijken. Maak een aantal testopnamen terwijl u deze handleiding doorneemt en bekijk het resultaat. U zult de camera dan beter begrijpen. Lees eerst de 'Veiligheidsmaatregelen' (pag. 349 en 350) en 'Tips en waarschuwingen voor het gebruik' (pag. 16 en 17) om slechte foto's en ongelukken te voorkomen.
De camera testen voor gebruik en aansprakelijkheid
Bekijk de opnamen nadat u deze hebt gemaakt en controleer of ze goed zijn vastgelegd. Wanneer de camera of de geheugenkaart gebreken vertoont en de opnamen niet kunnen worden vastgelegd of naar een computer kunnen worden gedownload, is Canon niet verantwoordelijk voor eventueel verlies of ongemak.
Copyright
Mogelijk verbiedt de wet op het auteursrecht in uw land het gebruik van opnamen of auteursrechtelijk beschermde muziek en beelden op de geheugenkaart voor andere doeleinden dan privégebruik. Ook kan het maken van opnamen van bepaalde openbare optredens, exposities en dergelijke zelfs voor privégebruik verboden zijn.
2
Batterij
LP-E8
(met beschermdeksel)
Batterijoplader LC-E8/LC-E8E*
Interfacekabel
Brede draagriem
EW-100DB IV
Camera
(met oogschelp en cameradop)
EOS Solution Disk
(software)
EOS Software
Instruction Manuals
Disk
Camera
Instructiehandleiding
(dit document)
EOS Software Instruction Manuals Disk
De software-instructiehandleidingen staan als pdf-bestanden op de cd-rom. Zie pagina 367 voor instructies over het gebruik van de EOS Software Instruction Manuals Disk.
Controlelijst onderdelen
Controleer voordat u begint of alle onderstaande onderdelen van de camera aanwezig zijn. Neem contact op met uw dealer als er iets ontbreekt.
EOS Solution Disk XXX
CEL-XXX XXX
XXXXX XXXXX XXXXX XXXXX XXXXX
Windows XXX XXX
Mac OS X XXX XXX
.
©
U
E
C
e
A
h
t
N
O
n
i
N
e
d
I
N
a
C
M
.
.
2
X
0
X
CEL-XXX XXX
EOS Software Instruction Manuals Disk XXX
XXXXX XXXXX XXXXX XXXXX XXXXX
©
C
A
N
O
.
U
E
e
h
t
n
N
i
e
I
N
d
C
a
.
M
2
.
0
X
X
* Batterijoplader LC-E8 of LC-E8E is meegeleverd. (Bij de LC-E8E is een
netsnoer meegeleverd.)
Als u een objectievenset hebt gekocht, controleer dan of het objectief is meegeleverd.
Mogelijk is er een instructiehandleiding meegeleverd, afhankelijk van het type
objectievenset.
Bewaar bovengenoemde zaken zorgvuldig.
EOS Software Instruction Manuals Disk XXX
CEL-XXX XXX
XXXXX XXXXX XXXXX XXXXX XXXXX
.
©
U
C
E
A
e
N
h
t
O
n
N
i
e
I
N
d
C
a
.
M
2
.
0
X
X
3
Symbolen en afspraken die in deze handleiding worden gebruikt
Pictogrammen in deze handleiding
<6> : Het hoofdinstelwiel. <V> <U> : De pijltjestoetsen <S>. <0> : De instelknop. 0, 9, 7, 8 : Hiermee wordt aangeduid dat de desbetreffende
functie respectievelijk 4, 6, 10 of 16 seconden actief blijft nadat u de knop loslaat.
* De pictogrammen en markeringen in deze handleiding die verwijzen naar
knoppen, instelwielen en instellingen op de camera, komen overeen met de pictogrammen en markeringen op de camera en het LCD-scherm.
3 : Hiermee wordt verwezen naar een functie die u kunt wijzigen
door op de knop <M> te drukken en de instelling te wijzigen.
M : Indien het sterretje rechtsboven op een pagina wordt
(pag.**)
weergegeven, is de functie alleen beschikbaar in de creatieve modi (pag. 24).
: Referentiepaginanummer voor meer informatie.
: Waarschuwing om opnameproblemen te voorkomen.
: Aanvullende informatie.
: Tips en advies voor betere opnamen.
: Advies voor het oplossen van problemen.
Basisveronderstellingen
Bij alle handelingen die in deze handleiding worden beschreven,
wordt ervan uitgegaan dat de aan-uitschakelaar al is ingesteld op <1> (pag. 34).
Er wordt aangenomen dat alle menu-instellingen en persoonlijke
voorkeuzen staan ingesteld op de standaardinstellingen.
Ter verduidelijking is er in de afbeeldingen van de instructies een
EF-S 18-55mm f/3.5-5.6 IS STM-objectief op de camera bevestigd.
4
1
2
3456789
10
1112131415
Hoofdstukken
Voor nieuwe DSLR-gebruikers worden in hoofdstuk 1 en 2 de basisbediening en opnameprocedures voor de camera uitgelegd.
Inleiding
Aan de slag
Basisfuncties voor het maken en weergeven van opnamen
Creatieve opnamen
Opnamefuncties voor gevorderden
Opnamen maken met het LCD-scherm
Filmopnamen
Handige functies
Draadloze flitsfotografie
Opnamen weergeven
Opnamen naverwerken
Opnamen afdrukken
De camera aanpassen aan uw voorkeuren
Referentie
Opnamen downloaden naar een computer
(Live view-opnamen)
2
27
57
85
109
145
173
203
229
241
273
279
295
305
361
Verkorte handleiding en index
369
5
Inhoudsoverzicht
Opnamen maken
Automatisch opnamen maken pag. 57 - 75 (Basismodi)
Continu-opnamen maken pag. 104 (i Continue opname)
Een opname van uzelf maken in een groep
 De actie bevriezen pag. 110 (s  De actie onscherp maken
De achtergrond onscherp maken
De achtergrond scherp houden
De helderheid van de opname aanpassen (belichting)
Opnamen maken bij weinig licht
pag. 106 (j Zelfontspanner)
AE met sluitervoorkeur)
pag. 64 (C
pag. 112 (f
pag. 119
Automatisch/creatief)
AE met diafragmavoorkeur)
(Belichtingscompensatie)
pag. 58 en 107 (D
pag. 92 (Instelling ISO-snelheid)
Flitsfotografie)
Opnamen maken zonder flitser pag. 63 (7 Flitser uit)
pag. 76 (b Flitser uit)
's Avonds vuurwerk fotograferen
Opnamen maken terwijl u op het LCD-scherm kijkt
pag. 116 (Bulb-belichting)
pag. 145 (A
Live view-opnamen)
 Creatieve filters gebruiken pag. 152 (Creatieve filters)
 Films opnemen pag. 173 (k Filmopnamen)
Beeldkwaliteit
Opnamen maken met beeldeffecten die bij het onderwerp passen
pag. 95 (Beeldstijl)
6
Een opname groot afdrukken
pag. 88 (73, 83 en 1)
 Veel opnamen maken pag. 88 (7a, 8a, b, c)
Scherpstellen
 Het scherpstelpunt wijzigen pag. 100 (S AF-puntselectie)
Opnamen maken van een bewegend onderwerp
pag. 70 en 98 (AI Servo AF)
Weergave
De opnamen bekijken op de camera
pag. 84 (x Weergave)
Snel opnamen zoeken pag. 242 (H Indexweergave)
pag. 243 (I
Door beelden navigeren)
 Opnamen classificeren pag. 248 (Classificaties)
Voorkomen dat belangrijke opnamen
pag. 266 (K Wisbeveiliging)
per ongeluk worden gewist
Overbodige opnamen verwijderen
Opnamen en films automatisch weergeven
De opnamen of films op een tv bekijken
De helderheid van het LCD-scherm instellen
pag. 268 (L Wissen)
pag. 258 (Diavoorstelling)
pag. 262 (Video OUT)
pag. 205
(Helderheid van het LCD-scherm)
Afdrukken
Eenvoudig opnamen afdrukken pag. 279
(Rechtstreeks afdrukken)
7
Functie-index
Voe ding
Batterij
• Opladen pag. 28
• Plaatsen/verwijderen pag. 30
• Batterijniveau pag. 35
Stopcontact pag. 306
Automatisch uitschakelen
pag. 34
Kaart
Plaatsen/verwijderen pa g. 31Formatteren pag. 48Ontspan sluiter
zonder kaart pag. 204
Objectief
Bevestigen/verwijderen
In-/uitzoomen pag. 40Image Stabilizer
(beeldstabilisatie) pag. 41
pag. 3 9
Basisinstellingen
Dioptrische aanpassing
Taal pag. 38Datum/tijd/tijdzone pag. 36Pieptoon pag. 204
pag. 42
LCD-scherm
Het LCD-scherm gebruiken
LCD auto uit/aan pag. 217
De helderheid aanpassen
 Aanraakscherm pag. 53
pag. 33
pag. 205
Opnamen opslaan
Een map maken/selecteren
Bestandsnummering pag. 208
pag. 206
8
Beeldkwaliteit
Opnamekwaliteit pag. 88Beeldstijl pag. 95Witbalans pag. 137Kleurruimte pag. 141Functies voor
kwaliteitsverbetering
Auto Lighting Optimizer
• (Auto optimalisatie helderheid)
Correctie helderheid randen
Chromatische correctie
Ruisreductie voor lange belichtingstijden
• Ruisreductie voor hoge ISO-snelheden pag. 126
• Lichte tonen prioriteit pag. 299
pag. 125pag. 129pag. 130
pag. 127
AF
AF-gebruik pag. 97AF-puntselectie pag. 100
Handmatig scherpstellen
pag. 103
Transport
Transportmodus pag. 22Continue opname pag. 104Zelfontspanner pag. 106
Maximale opnamereeks
pag. 90
Opnamen maken
Opnamemodus pag. 24ISO-snelheid pag. 92Uitleg pag. 52Bulb pag. 116Spiegel opklappen pag. 142Meetmethode pag. 117Afstandsbediening pag. 307Snel instellen pag. 44
Functie-index
Belichtingsaanpassingen
Belichtingscompensatie
AEB pag. 121
Belichtingsvergrendeling
pag. 119
pag. 123
Flitser
Ingebouwde flitser pag. 107
• Flitsbelichtings-
compensatie pag. 120
• FE-vergrendeling pag. 124
Externe flitser pag. 309Flitsbesturing pag. 218
• Draadloze flitser pag. 229
Live view-opnamen
Live view-opnamen pag. 145
Methoden voor automatisch
scherpstellen
Continue AF pag. 156Touch Shutter pag. 168Aspect ratio pag. 157Rasterweergave pag. 156Snel instellen pag. 151Creatieve filters pag. 152
pag. 159
Filmopnamen
Filmopnamen pag. 173Servo AF voor film pag. 196Geluidsopname pag. 198Rasterweergave pag. 198
Handmatige belichting
 Foto's maken pag. 182Snel instellen pag. 184Videofoto pag. 187
pag. 177
Weergave
Kijktijd pag. 204
Weergave van één opname
 Weergave met
opname-informatie pag. 270
Indexweergave pag. 242
Door beelden navigeren
(opnamesprong)
Vergrote weergave pag. 244Opnamen roteren pag. 247Classificatie pag. 248Filmweergave pag. 254Eerste/laatste beeld
uit film verwijderen pag. 256
Diavoorstelling pag. 258
Opnamen op de tv bekijken
 Beveiligen pag. 266Wissen pag. 268Snel instellen pag. 250
pag. 84
pag. 243
pag. 262
Opnamen bewerken
Creatieve filters pag. 274Wijzig formaat pag. 277
Afdrukken
PictBridge pag. 282Afdrukopties (DPOF) pag. 289Fotoboek instellen pag. 293
Aanpassen
Persoonlijke voorkeuze (C.Fn)
My Menu pag. 303
pag. 296
Software
Opnamen downloaden naar een computer
Software-instructiehandleiding
pag. 361 pag. 367
9
Inhoud
Inleiding 2
Controlelijst onderdelen.................................................................... 3
Symbolen en afspraken die in deze handleiding worden gebruikt ... 4
Hoofdstukken ................................................................................... 5
Inhoudsoverzicht .............................................................................. 6
Functie-index.................................................................................... 8
Tips en waarschuwingen voor het gebruik ..................................... 16
Verkorte handleiding ...................................................................... 18
Namen van onderdelen.................................................................. 20
Aan de slag 27
1
De batterij opladen ......................................................................... 28
De batterij plaatsen en verwijderen ................................................ 30
De kaart plaatsen en verwijderen................................................... 31
Het LCD-scherm gebruiken............................................................ 33
De camera inschakelen.................................................................. 34
De datum, tijd en tijdzone instellen................................................. 36
De interfacetaal selecteren............................................................. 38
Een objectief bevestigen en verwijderen........................................ 39
Objectieven met Image Stabilizer (beeldstabilisatie)...................... 41
Basisbediening............................................................................... 42
Q Snel instellen voor opnamefuncties .......................................... 44
3 Menugebruik ........................................................................ 46
De kaart formatteren ...................................................................... 48
Wisselen van scherm op het LCD-scherm..................................... 50
Uitleg .............................................................................................. 52
d Bediening via het aanraakscherm.............................................. 53
10
Inhoud
Basisfuncties voor het maken en weergeven van opnamen
2
A Volautomatisch opnamen maken (Automatisch/scène) ........... 58
A Volautomatische technieken (Automatisch/scène)...................61
7 De flitser uitschakelen...............................................................63
C Creatieve automatische opnamen............................................64
2 Portretfoto's maken....................................................................67
3 Landschapsfoto's maken ..........................................................68
4 Close-ups maken.......................................................................69
5 Opnamen maken van bewegende onderwerpen......................70
8: Speciale scènemodus...........................................................71
6 's Avonds portretfoto's maken (met een statief).........................72
F 's Avonds opnamen uit de hand maken.....................................73
G Opnamen met tegenlicht maken................................................74
Q Snel instellen.............................................................................76
Opname via sfeerselectie ...............................................................77
Opname via licht of scènetype........................................................81
x Opnamen weergeven................................................................84
Creatieve opnamen 85
3
d: AE-programma..........................................................................86
De opnamekwaliteit instellen ..........................................................88
i: De ISO-snelheid wijzigen.......................................................92
A
Optimale opnamekenmerken voor het onderwerp (Beeldstijl)
f: Het AF-gebruik (automatische scherpstelling) wijzigen ...........97
S Het AF-punt selecteren...........................................................100
Onderwerpen waarop moeilijk kan worden scherpgesteld ...........103
MF: Handmatig scherpstellen.....................................................103
i Continue opname....................................................................104
j De zelfontspanner gebruiken...................................................106
D De ingebouwde flitser gebruiken...............................................107
57
...95
11
Inhoud
Opnamefuncties voor gevorderden 109
4
s: De beweging van het onderwerp vastleggen........................ 110
f: De scherptediepte wijzigen.................................................. 112
Scherptedieptecontrole...............................................................114
a: Handmatige belichting ........................................................... 115
q De meetmethode wijzigen.......................................................117
Belichtingscompensatie instellen ..................................................119
Belichtingstrapje (AEB) ................................................................ 121
A De belichting vergrendelen (AE-vergrendeling)...................... 123
A De flitsbelichting vergrendelen (FE-vergrendeling)................. 124
De helderheid en het contrast automatisch corrigeren (Auto Lighting Optimizer (Auto optimalisatie helderheid))
Instellingen voor ruisreductie........................................................ 126
Correctie helderheid randen/Chromatische correctie
A
Opnamekenmerken aanpassen aan uw voorkeuren (Beeldstijl)
A
Favoriete opnamekenmerken vastleggen (Beeldstijl)
B: Aanpassen aan de lichtbron (Witbalans) ............................. 137
u De kleurtoon voor de lichtbron aanpassen.............................. 139
Het bereik van reproduceerbare kleuren instellen (Kleurruimte).. 141
Spiegel opklappen om bewegingsonscherpte te verminderen..... 142
.................... 129
.. 125
......... 132
............... 135
Opnamen maken met het LCD-scherm (Live view-opnamen)
5
A Opnamen maken met het LCD-scherm ................................. 146
Instellingen voor de opnamefunctie.............................................. 151
U Creatieve filters gebruiken...................................................... 152
A Menufunctie-instellingen ........................................................ 156
De AF-methode (automatische scherpstelling) wijzigen .............. 159
x Opnamen maken met de Touch Shutter ................................ 168
MF: Handmatig scherpstellen....................................................... 170
12
145
Filmopnamen 173
6
k Filmopnamen ..........................................................................174
Opnamen maken met automatische belichting .......................... 174
Opnamen maken met handmatige belichting.............................177
Foto's maken..............................................................................182
Instellingen voor de opnamefunctie ..............................................184
Het filmopnameformaat instellen ..................................................185
Videofoto's maken.........................................................................187
Menufunctie-instellingen voor film.................................................196
Handige functies 203
7
Handige functies ...........................................................................204
De pieptoon uitzetten .................................................................204
Kaartwaarschuwing....................................................................204
De kijktijd instellen......................................................................204
De tijd voor automatisch uitschakelen instellen..........................205
De helderheid van het LCD-scherm aanpassen ........................205
Een map maken en selecteren ..................................................206
Methoden voor bestandsnummering..........................................208
Copyrightinformatie instellen......................................................210
Verticale opnamen automatisch roteren.....................................212
Camera-instellingen controleren ................................................213
De standaardinstellingen van de camera herstellen .................. 214
Voorkomen dat het LCD-scherm automatisch wordt uitgeschakeld
De kleur van het scherm met opname-instellingen wijzigen ...... 217
De flitser instellen..........................................................................218
f Automatische sensorreiniging................................................223
Stofwisdata toevoegen..................................................................224
Handmatige sensorreiniging .........................................................226
Inhoud
...........217
13
Inhoud
Draadloze flitsfotografie 229
8
Draadloze flitser gebruiken........................................................... 230
Automatische draadloze flitsopnamen ......................................... 231
Aangepaste draadloze flitsopnamen ............................................ 234
Overige instellingen...................................................................... 238
Opnamen weergeven 241
9
H I Snel opnamen zoeken....................................................... 242
u/y Vergrote weergave............................................................. 244
d Opnamen weergeven met het aanraakscherm ........................ 245
b De opname roteren ................................................................. 247
Classificaties instellen .................................................................. 248
Q Snel instellen tijdens weergave .............................................. 250
k Genieten van films ................................................................. 252
k Films afspelen ........................................................................ 254
X De eerste en laatste beelden van een film bewerken ............. 256
Diavoorstelling (automatische weergave) .................................... 258
Opnamen op de tv bekijken.......................................................... 262
K Opnamen beveiligen............................................................... 266
L Opnamen wissen..................................................................... 268
B Weergave met opname-informatie...................................... 270
Opnamen naverwerken 273
10
U Creatieve filters toepassen op de opname ............................. 274
S Het formaat van een JPEG-opname wijzigen......................... 277
Opnamen afdrukken 279
11
Het afdrukken voorbereiden......................................................... 280
w Afdrukken............................................................................... 282
De opname bijsnijden ................................................................ 287
W Digital Print Order Format (DPOF) ......................................... 289
W Rechtstreeks afdrukken met DPOF........................................ 292
p Opnamen selecteren voor een fotoboek ................................. 293
14
De camera aanpassen aan uw voorkeuren 295
12
Persoonlijke voorkeuzen instellen.................................................296
Persoonlijke voorkeuze-instellingen..............................................298
C.Fn I: Belichting........................................................................298
C.Fn II: Beeld .............................................................................299
C.Fn III: Autofoc./transport.........................................................300
C.Fn IV: Bediening/overig ..........................................................301
My Menu vastleggen.....................................................................303
Referentie 305
13
Een gewoon stopcontact gebruiken..............................................306
Opnamen maken met de afstandsbediening ................................ 307
External Speedlites.......................................................................309
Eye-Fi-kaarten gebruiken..............................................................311
Tabel met beschikbare functies volgens opnamemodus ..............314
Systeemschema ...........................................................................316
Menu-instellingen..........................................................................318
Problemen oplossen .....................................................................324
Foutcodes .....................................................................................337
Specificaties..................................................................................338
Tips en waarschuwingen voor het gebruik: EF-S 18-55mm f/3.5-5.6 IS STM, EF-S 18-135mm f/3.5-5.6 IS STM
Veiligheidsmaatregelen.................................................................349
Opnamen downloaden naar een computer 361
14
Opnamen downloaden naar een computer...................................362
Informatie over de software ..........................................................364
De software installeren .................................................................365
Software-instructiehandleiding......................................................367
Verkorte handleiding en index 369
15
Verkorte handleiding.....................................................................370
Index .............................................................................................382
.........................................................346
Inhoud
15
Tips en waarschuwingen voor het gebruik
Omgaan met de camera
Deze camera is een precisie-instrument. Laat de camera niet vallen en stel deze niet bloot aan fysieke schokken.
De camera is niet waterdicht en kan niet onder water worden gebruikt. Neem direct contact op met het dichtstbijzijnde Canon Service Center als u de camera per ongeluk in het water laat vallen. Droog de camera af met een droge doek als er waterspatten op de camera zijn gekomen. Wrijf de camera grondig schoon met een licht vochtige doek als deze in aanraking is gekomen met zoute lucht.
Houd de camera buiten het bereik van apparaten met sterke magnetische velden, zoals magneten of elektrische motoren. Houd de camera eveneens uit de buurt van apparaten die sterke radiogolven uitzenden, zoals grote antennes. Sterke magnetische velden kunnen storingen veroorzaken en opnamegegevens beschadigen.
Laat de camera niet achter in een extreem warme omgeving, zoals in een auto die in direct zonlicht staat. Door de hoge temperaturen kan de camera defect raken.
De camera bevat elektronische precisieschakelingen. Probeer de camera
nooit zelf te demonteren.
Blokkeer het spiegelmechanisme niet met uw vinger of iets anders. Als u dit
toch doet, kan er een storing worden veroorzaakt.
Gebruik een blaasbuisje om stof van de lens, zoeker, reflexspiegel of het
matglas te blazen. Gebruik geen reinigingsmiddelen die organische oplosmiddelen bevatten om de camerabehuizing of lens schoon te vegen. Neem voor het verwijderen van hardnekkig vuil contact op met het dichtstbijzijnde Canon Service Center.
Raak de elektrische contactpunten van de camera nooit met uw vingers aan.
Als u dat wel doet, kunnen de contactpunten gaan roesten. Roest op de contactpunten kan ertoe leiden dat de camera niet goed meer functioneert.
Als de camera plotseling van een koude in een warme omgeving terechtkomt, kan zich condens vormen op de camera en op de inwendige delen. Voorkom condensvorming door de camera eerst in een afgesloten plastic tas te plaatsen. Zorg ervoor dat de camera is aangepast aan de hogere temperatuur voordat u de camera uit de tas haalt.
Gebruik de camera niet als zich hierop condens heeft gevormd. Zo voorkomt u beschadiging van de camera. Als zich condens heeft gevormd, verwijdert u het objectief, de kaart en de batterij uit de camera. Wacht tot de condens is verdampt voordat u de camera gebruikt.
Verwijder de batterij en berg de camera op een koele, droge en goed geventileerde plaats op als u de camera gedurende langere tijd niet gaat gebruiken. Ook als de camera is opgeborgen, moet u de sluiter zo nu en dan enkele malen bedienen om te controleren of de camera nog goed functioneert.
Vermijd opslag op plaatsen waar chemicaliën worden gebruikt die oxidatie
en corrosie veroorzaken, zoals in een laboratorium.
Als de camera langere tijd niet is gebruikt, test u alle functies voordat u de camera weer gaat gebruiken. Als u de camera langere tijd niet hebt gebruikt en opnamen wilt gaan maken van een belangrijke gebeurtenis, bijvoorbeeld een reis naar het buitenland, is het raadzaam de camera te laten controleren door uw Canon-dealer of zelf te controleren of de camera goed functioneert.
16
Contactpunten
Tips en waarschuwingen voor het gebruik
LCD-scherm
Hoewel het LCD-scherm is gefabriceerd met hogeprecisietechnologie en
meer dan 99,99% effectieve pixels heeft, kunnen er onder de 0,01% resterende pixels enkele dode pixels voorkomen die in dezelfde kleur, bijvoorbeeld zwart of rood, worden weergegeven. Dode pixels zijn geen defect en ze zijn ook niet van invloed op de vastgelegde opnamen.
Als het LCD-scherm lange tijd aan blijft staan, kan het scherm inbranden en
zijn er restanten van de eerdere weergave te zien. Dit is echter een tijdelijk effect dat verdwijnt als de camera enkele dagen niet wordt gebruikt.
Bij lage temperaturen kan het LCD-scherm langzamer reageren en bij hoge
temperaturen kan het er zwart uitzien. Bij kamertemperatuur functioneert het scherm weer normaal.
Kaarten
Let op het volgende om de kaart en vastgelegde gegevens te beschermen:
Laat de kaart niet vallen of nat worden en buig de kaart niet. Oefen geen druk op de kaart uit en stel deze niet bloot aan fysieke schokken en trillingen.
Raak de elektronische contactpunten van de kaart nooit met uw vingers of
een metalen voorwerp aan.
Plak geen stickers of iets anders op de kaart.Gebruik of bewaar de kaart niet in de buurt van voorwerpen met sterke
magnetische velden zoals tv's, luidsprekers en magneten. Mijd ook plaatsen met statische elektriciteit.
Plaats de kaart niet in direct zonlicht of in de buurt van hittebronnen.Bewaar de kaart in een houder.Bewaar de kaart niet op hete, stoffige of vochtige plaatsen.
Objectief
Nadat u het objectief hebt losgedraaid van de camera, plaatst u het objectief met de achterkant naar boven en bevestigt u de lensdoppen om krassen op het lensoppervlak en de elektrische contactpunten te voorkomen.
Waarschuwingen bij langdurig gebruik
Als u lange tijd achtereen continu-opnamen, Live view-opnamen of filmopnamen maakt, kan de camera heet worden. Dit is geen defect. Het langdurig vasthouden van een hete camera kan echter wel een lichte verbranding van de huid veroorzaken.
Vuil aan de voorzijde van de sensor
Behalve dat er stof van buitenaf de camera kan binnendringen, kan er in zeldzame gevallen ook smeermiddel van de interne onderdelen van de camera op de sensor terechtkomen. Als er na de automatische sensorreiniging nog vlekken zichtbaar zijn, kunt u de sensor het best laten reinigen door een Canon Service Center.
17
Verkorte handleiding
Witte markering Rode markering
1
2
3
4
Plaats de batterij (pag. 30).
Zie pagina 28 voor meer informatie
over het opladen van de batterij.
Plaats een kaart (pag. 31).
Plaats de kaart in de sleuf
met de etiketzijde naar de achterzijde van de camera gericht.
Bevestig het objectief (pag. 39).
Plaats de witte of rode markering op
het objectief op gelijke hoogte met de markering van dezelfde kleur op de camera.
Stel de focusinstellingsknop op het objectief in op <AF>
(pag. 39).
5
18
Zet de aan-uitschakelaar op <1> en stel het programmakeuzewiel in op <A> (Automatisch/scène)
Alle camera-instellingen worden
automatisch ingesteld.
(pag. 58)
.
Verkorte handleiding
6
7
8
9
Klap het LCD-scherm uit
Zie pagina 36 als op het LCD-
scherm de schermen voor het instellen van de tijdzone en de datum/tijd worden weergegeven.
Stel scherp op het onderwerp
Kijk door de zoeker en richt het midden van de zoeker op het onderwerp.
Druk de ontspanknop half in; de camera stelt vervolgens scherp op het onderwerp.
Indien nodig komt de ingebouwde
flitser automatisch tevoorschijn.
Maak de opname (pag. 43).
Druk de ontspanknop helemaal in
om de opname te maken.
Bekijk de opname (pag. 204).
De opname wordt gedurende 2 seconden op het LCD-scherm weergegeven.
Druk op de knop <x> om de opname nogmaals weer te geven (pag. 84).
(pag. 33)
(pag. 43)
.
.
Zie 'Live view-opnamen' (pag. 145) voor het maken van opnamen terwijl u op het LCD-scherm kijkt.
Zie 'Opnamen weergeven' (pag. 84) voor het bekijken van de
opnamen die u tot nu toe hebt gemaakt. Ga voor meer informatie over het verwijderen van een opname naar 'Opnamen wissen' (pag. 268).
19
Ingebouwde flitser/AF-hulplicht
(pag. 107/101)
EF-objectiefbevestigingsmarkering (pag. 39)
Aan-uitschakelaar (pag. 34)
Programmakeuzewiel (pag. 24)
<i> Knop voor ISO-snelheid (pag. 92)
<6>
Hoofdinstelwiel
Ontspanknop
(pag. 43)
EF-S-objectiefbevestigings­markering (pag. 39)
Bevestigings­punt draagriem
(pag. 27)
<q/C> Aansluiting audio/video OUT/ digitaal (pag. 265, 280, 362)
Cameradop (pag. 39)
Objectiefontgrendelings­knop (pag. 40)
Greep
Contactpunten (pag. 17)
Lampje voor rode-ogen­correctie/ zelfontspanner (pag. 108/106)
Spiegel (pag. 142, 226)
Sensor van afstandsbediening (pag. 142, 307)
Flitserschoen (pag. 309)
Contactpunten voor flitssynchronisatie
Microfoon (pag. 174)
<V> Scherpstelvlak­markering (pag. 69)
<D> Flitsknop (pag. 107)
Objectiefbevestiging
Aansluitingen­klepje
Objectiefvergrendelingsstift
Knop voor scherptediepte­controle (pag. 1
1
4)
<F> Aansluiting afstandsbediening (pag. 308)
<Y> IN-aansluiting externe microfoon (pag. 198)
<D> HDMI mini OUT-aansluiting (pag. 262)
Namen van onderdelen
De vetgedrukte onderdelen worden vermeld in het gedeelte tot 'Basisfuncties voor het maken en weergeven van opnamen'.
20
Namen van onderdelen
Schermuitschakelingssensor
(pag. 50, 217)
Zoekeroculair
Oogschelp (pag. 308)
<
B> Infoknop
(pag. 50, 84, 148, 179, 213)
<M> Menuknop (pag. 46)
LCD-scherm/ aanraak­scherm
(pag. 33, 46, 205/53, 245, 255)
<O> Knop voor diafragma/belichtingscompensatie (pag. 1
19)
15/1
Statiefbevestigingspunt
<Q/l> Knop voor Snel instellen/ Direct print (pag. 44/285)
<x> W
eergaveknop (pag. 84)
<0> Instelknop (pag. 46)
<S> Pijltjestoetsen (pag. 46) <WB> Knop voor witbalansselectie (pag. 137) <XA> Knop voor beeldstijlselectie (pag. 95) <YiQ> Knop voor transportmodusselectie (pag. 104, 106) <Zf> Knop voor AF-modusselectie (pag. 97)
Kaartsleuf (pag. 31)
Knop voor dioptrische aanpassing
(pag. 42)
<A> Knop voor Live view-/ filmopnamen (pag. 146/174)
<L> Wisknop (pag. 268)
<A/Hy> Knop voor AE-vergrendeling/ FE-vergrendeling/ index/verkleinen (pag. 123/124/242/244, 287)
<S/u> Knop voor AF-puntselectie/ vergroten (pag. 100/244, 287)
Luidspreker (pag. 254)
Klepje van kaartsleuf
(pag. 31)
Aansluitpunt DC-snoer (pag. 306)
Lees-/schrijfindicator
(pag. 32)
Ontgrendelknop batterij­compartiment (pag. 30)
Klepje batterijcompartiment
(pag. 30)
21
Namen van onderdelen
Sluitertijd
Opnamemodus
Diafragma
ISO-snelheid (pag. 92)
Aftelweergave zelfontspanner
Maximumaantal opnamen
Batterijniveau (pag. 35)
zxcn
Pictogram Snel instellen
(pag. 44)
Indicator belichtingsniveau
Waarde belichtings­compensatie (pag. 119) AEB-bereik (pag. 121)
Witbalans (pag. 137) Q Auto W Daglicht
E Schaduw R Bewolkt
Y Kunstlicht U Wit TL licht I Flitser O Custom
Opnamekwaliteit (pag. 88)
73 Groot/Fijn 83 Groot/Normaal 74 Gemiddeld/Fijn 84
Gemiddeld/Normaal
7a Klein 1/Fijn 8a Klein 1/Normaal
b Klein 2 (Fijn) c Klein 3 (Fijn)
1+73 RAW + Groot/Fijn 1 RAW
AF-bediening
(pag. 97)
X
1-beeld AF
9
AI Focus AF
Z
AI Servo AF
MF
Handmatige focus
Beeldstijl (pag. 95)
Auto Lighting Optimizer (Auto optimalisatie helderheid) (pag. 125)
Instelwielwijzer
Ruisonderdrukking bij meerdere opnamen (pag. 126)
Lichte tonen prioriteit (pag. 299)
Instellingen ingebouwde flitser (pag. 220)
y Flitsbelichtings­compensatie (pag. 120) 0 Flitsbelichtings­correctieexterne flitser
Maximaal aantal opnamen tijdens witbalanstrapje
Eye-Fi-overdrachtstatus (pag. 31
1)
Indicator GPS-verbinding
T
ransportmodus (pag. 104, 106)
u Enkelbeeld i Continue opname
Q Zelfontsp.:10sec/Afstandsbed.
l Zelfontspanner:2 sec.
q Zelfontspanner:Continu
Meetmethode (pag. 117)
q Meervlaks meting w Deelmeting r Spotmeting e Centrum gew. gemiddeld
u Witbalanscorrectie (pag. 139)
B Witbalanstrapje (pag. 140)
Opname-instellingen (in creatieve modi, pag. 24)
Alleen de instellingen die momenteel zijn toegepast, worden weergegeven.
22
Zoekerinformatie
Indicator voor AF-puntactivatie <•>
AF-punten
<D> Flitser gereed Waarschuwing voor onjuiste FE-vergrendeling
Max. opnamereeks
<o> Focusbevestigings­ lampje
<e> Snelle synchronisatie (FP-flits) <d>
Flitsbelichtingsvergrendeling/
FEB wordt uitgevoerd
<y> Flitsbelichtings­ correctie
Waarschuwing volle kaart (FuLL) Waarschuwing kaartfout (Card)
Waarschuwing geen kaart (Card)
Indicator belichtingsniveau Waarde belichtingscorrectie AEB-bereik Indicator rode-ogenreductielampje
<A> Lichte tonen prioriteit
<0> Monochroom­ opnamen
ISO-snelheid
Sluitertijd
Flitsbelichtingsvergrendeling (FEL)
Bezig (buSY) Ingebouwde flitser opladen (D buSY)
Diafragma
Spotmetingscirkel
Matglas
<A> Belichtings­ vergrendeling/ AEB wordt uitgevoerd
<u> Witbalans­correctie
<i> ISO-snelheid
Namen van onderdelen
Alleen de instellingen die momenteel zijn toegepast, worden weergegeven.
23
Basismodi
U hoeft alleen maar de ontspanknop in te drukken. De camera stelt alles in en zorgt dat de instellingen zijn afgestemd op het onderwerp of de scène.
A : Automatisch/scène (pag. 58) 7 : Flitser uit (pag. 63)
C : Automatisch/creatief (pag. 64)
Creatieve modi
Met deze modi is het eenvoudiger om verschillende onderwerpen vast te leggen.
d : AE-programma (pag. 86) s : AE met sluitervoorkeur (pag. 110) f
: AE met diafragmavoorkeur (pag. 112)
a :
Handmatige belichting (pag. 115)
Standaardmodi
2 : Portret (pag. 67) 3 : Landschap (pag. 68) 4 : Close-up (pag. 69) 5 : Sport (pag. 70)
8 : Speciale scènemodus (pag. 71)
6: Nacht portret (pag. 72) F: Nachtopnamen uit hand (pag. 73) G: HDR-tegenlicht (pag. 74)
Namen van onderdelen
Programmakeuzewiel
Het programmakeuzewiel bevat de basismodi en creatieve modi.
24
Objectief
Schakelaar voor Image Stabilizer (beeldstabilisatie) (pag. 41)
Objectiefbevestigingsmarkering (pag. 39)
Contactpunten (pag. 17)
Zoomring (pag. 40)
Focusinstellingsknop (pag. 39)
Focusring (pag. 103, 170)
Bevestigingspunt zonnekap (pag. 344)
Zoompositiemarkering (pag. 40)
Filteraansluiting (voorkant objectief) (pag. 344)
Objectief zonder focusafstandsschaal
Objectief met focusafstandsschaal
Bevestigingspunt zonnekap (pag. 344)
Filteraansluiting (voorkant objectief) (pag. 344)
Namen van onderdelen
Focusinstellingsknop (pag. 39)
Zoompositiemarkering (pag. 40)
Afstandsschaal
Zoomring (pag. 40)
Focusring (pag. 103, 170)
Schakelaar voor Image Stabilizer (beeldstabilisatie) (pag. 41)
Contactpunten (pag. 17)
Objectiefbevestigingsmarkering
(pag. 39)
25
Namen van onderdelen
Batterijcompartiment
Stekker
Oplaadlampje
Lampje 'volledig
opgeladen'
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES - BEWAAR DEZE INSTRUCTIES. GEVAAR - VOLG DEZE INSTRUCTIES NAUWKEURIG OM HET RISICO VAN BRAND EN ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE BEPERKEN.
Voor aansluiting van een accessoire buiten de Verenigde Staten: gebruik zo nodig een stekkeradapter met de juiste configuratie voor aansluiting op het stopcontact.
Netsnoer
Netsnoeraansluiting
Batterij­compartiment
Oplaadlampje
Lampje 'volledig
opgeladen'
Batterijoplader LC-E8
Oplader voor batterij LP-E8 (pag. 28).
Batterijoplader LC-E8E
Oplader voor batterij LP-E8 (pag. 28).
26
Oculairdop
1
Aan de slag
In dit hoofdstuk worden de voorbereidende stappen en de basisbediening van de camera uitgelegd.
De riem bevestigen
Haal het uiteinde van de riem van onderaf door de draagriemring. Haal het uiteinde daarna door de gesp van de riem zoals afgebeeld in de illustratie. Trek de riem strak en zorg ervoor dat deze goed vastzit in de gesp.
De oculairdop is ook aan de riem
bevestigd (pag. 308).
27
LC-E8
LC-E8E
De batterij opladen
Verwijder het beschermdeksel.
1
Verwijder het beschermdeksel van de
batterij.
Plaats de batterij.
2
Plaats de batterij op de juiste manier in de oplader zoals afgebeeld in de illustratie.
Om de batterij te verwijderen,
herhaalt u de bovenstaande procedure in omgekeerde volgorde.
Laad de batterij op.
3
Voor LC-E8
Klap de contactpunten van de batterijoplader naar buiten, in de richting van de pijl, en steek ze in het stopcontact.
Voor LC-E8E
Sluit het netsnoer aan op de oplader
en steek de stekker in het stopcontact.
Het opladen begint automatisch en
Het duurt ongeveer 2 uur om een volledig lege batterij helemaal
op te laden bij 23 °C. Hoe lang het duurt om de batterij op te laden, is sterk afhankelijk van de omgevingstemperatuur en de resterende capaciteit van de batterij.
Om veiligheidsredenen duurt opladen bij lage temperaturen (6
°
C) langer (tot circa 4 uur).
10
het oplaadlampje wordt oranje. Als de batterij volledig is opgeladen, wordt
het lampje 'volledig opgeladen' groen.
°
C -
28
Nadat u de stekker van de lader uit het stopcontact hebt verwijderd, dient u de contactpunten van de stekker minstens 3 seconden niet aan te raken.
Laad geen andere batterij op dan een batterij van het type LP-E8.
Batterij LP-E8 is uitsluitend geschikt voor producten van Canon. Wanneer u deze oplaadt met een batterijoplader of een ander product dat niet compatibel is, kunnen zich defecten of ongelukken voordoen waarvoor Canon geen aansprakelijkheid aanvaardt.
De batterij opladen
Tips voor het gebruik van de batterij en batterijoplader
Bij aankoop is de batterij niet volledig opgeladen.
Laad de batterij voor gebruik op.
Het verdient aanbeveling om de batterij op te laden op de dag
dat u deze gaat gebruiken of een dag ervoor.
Zelfs wanneer de camera is opgeborgen, raakt een opgeladen batterij geleidelijk aan leeg.
Verwijder de batterij na het opladen en haal de batterijoplader
uit het stopcontact.
Verwijder de batterij wanneer u de camera niet gebruikt.
Als de batterij langere tijd in de camera blijft zitten, is er sprake van een kleine lekstroom, waardoor de batterij verder wordt ontladen en minder lang meegaat. Bewaar de batterij met daarop het beschermdeksel (meegeleverd) bevestigd. Als u de batterij opbergt nadat u deze volledig hebt opgeladen, kunnen de prestaties van de batterij teruglopen.
De batterijoplader kan ook in het buitenland worden gebruikt.
De batterijoplader is compatibel met een stroombron van 100 V AC tot 240 V AC, 50/60 Hz. Indien nodig kunt u een in de handel verkrijgbare stekkeradapter voor het desbetreffende land of de desbetreffende regio gebruiken. Sluit geen draagbare spanningsomvormer aan op de batterijoplader. Dit kan de batterijoplader beschadigen.
Als de batterij snel leeg raakt, zelfs nadat deze volledig is
opgeladen, moet de batterij worden vervangen.
Koop een nieuwe batterij.
29
Pas op dat u bij het openen van het batterijcompartiment het klepje niet te ver naar achter drukt. Het scharnier zou anders kunnen breken.
De batterij plaatsen en verwijderen
Plaats een volledig opgeladen batterij LP-E8 in de camera.
De batterij plaatsen
Open het klepje.
1
Schuif het schuifje in de richting van
de pijlen en open het klepje.
Plaats de batterij.
2
Steek het uiteinde met de
batterijcontacten in de camera.
Schuif de batterij in de camera totdat
de batterij vastzit.
Sluit het klepje.
3
Druk op het klepje totdat het
dichtklikt.
De batterij verwijderen
Open het klepje en verwijder de batterij.
Druk het batterijontgrendelingsschuifje in de richting van de pijl en verwijder de batterij.
Plaats het beschermdeksel
(meegeleverd, pag. 28) op de batterij om kortsluiting van de batterijcontacten te voorkomen.
30
Loading...
+ 358 hidden pages