CANON EOS 250D User Manual [nl]

Uitgebreide
gebruikershandleiding
NEDERLANDS

Inleiding

Lees voordat u begint met opnamen maken het volgende
Om slechte foto’s en ongelukken te voorkomen, leest u eerst de “Veiligheidsmaatregelen” (= gebruik” (= zorgen dat u de camera correct gebruikt.
25). Lees deze handleiding zorgvuldig door om ervoor te
Raadpleeg deze handleiding tijdens het gebruik om nog verder vertrouwd te raken met de camera
Maak een aantal testopnamen terwijl u deze handleiding doorneemt en bekijk het resultaat. U zult de camera dan beter begrijpen. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats zodat u deze later nog kunt raadplegen.
De camera testen voor gebruik en aansprakelijkheid
Bekijk de opnamen nadat u deze hebt gemaakt en controleer of ze goed zijn vastgelegd. Wanneer de camera of de geheugenkaart gebreken vertoont en de opnamen niet kunnen worden vastgelegd of naar een computer kunnen worden gedownload, is Canon niet verantwoordelijk voor eventueel verlies of ongemak.
Copyright
Mogelijk verbiedt de wet op het auteursrecht in uw land het gebruik van opnamen of auteursrechtelijk beschermde muziek en beelden op de geheugenkaart voor andere doeleinden dan privégebruik. Ook kan het maken van opnamen van bepaalde openbare optredens, exposities en dergelijke zelfs voor privégebruik verboden zijn.
22) en “Tips en waarschuwingen voor het
2

Controlelijst onderdelen

Controleer voordat u begint of alle onderstaande onderdelen van de camera aanwezig zijn. Neem contact op met uw dealer als er iets ontbreekt.
Camera
Accu LP-E17
Acculader
LC-E17E*
Riem
(met oogschelp en cameradop)
(met beschermdeksel)
* De acculader LC-E17E wordt met een netsnoer geleverd.
z Bij de camera is geen CD-ROM met software, interfacekabel of
HDMI-kabel geleverd.
z Als u een lenzenset hebt gekocht, dient u te controleren of de lenzen
zijn meegeleverd.
z Bewaar bovengenoemde zaken zorgvuldig.
z Wanneer u lensinstructiehandleidingen nodig hebt, downloadt u deze van de
website van Canon. De lensinstructiehandleidingen (PDF-bestanden) zijn voor lenzen die apart worden verkocht. Indien u de lenzenset koopt, komen sommige accessoires die met de lens zijn meegeleverd, mogelijk niet overeen met de accessoires die in de instructiehandleiding voor de lens zijn weergegeven.
z U kunt software downloaden van de Canon-website (= 484).
3

Verkorte handleiding

Plaats de accu (= 37).
(2)
(2)
(1)
z Laad na aankoop de accu om deze
te kunnen gebruiken (=
1
(1)
35).
2
3
(1)
Witte markering Rode markering
Plaats de kaart (= 37).
z Plaats de kaart in de kaartsleuf met de
etiketzijde naar de achterzijde van de camera gericht.
(2)
Bevestig de lens (= 47).
z Plaats de witte of rode bevestigings-
markering op de lens op gelijke hoogte met de bevestigingsmarkering van dezelfde kleur op de camera om de lens te bevestigen.
4
4
Stel de scherpstelmodusknop op de lens in op <f> (=
47).
5
6
7
Zet de aan-uitschakelaar op <1> en stel het programmakeuzewiel in op <A> (Scene Intelligent Auto) (=
70).
z Alle noodzakelijke camera-instellingen
worden automatisch ingesteld.
Klap het LCD-scherm uit (= 40).
z Zie pagina 43 wanneer het instel-
scherm voor datum/tijd/zone op het LCD-scherm wordt weergegeven.
Stel scherp op het onderwerp (=
z Kijk door de zoeker en richt het midden
van de zoeker op het onderwerp.
Druk de ontspanknop half in; de camera
z
stelt vervolgens scherp op het onderwerp.
z Til de itser zo nodig op met uw vingers.
50).
5
8
Maak de opname (= 50).
z Druk de ontspanknop helemaal in om
de opname te maken.
9
z Zie “Opnamen maken met het LCD-scherm (Live View-opnamen)”
180) terwijl u op het LCD-scherm kijkt.
(=
z Zie “Opnamen weergeven” (=
die u tot nu toe hebt gemaakt.
z Zie “Opnamen wissen” (=
Bekijk de opname.
z De gemaakte opname wordt circa
2 seconden op het LCD-scherm weergegeven.
z Druk op de knop <x> om de opname
nogmaals weer te geven (=
101) voor het bekijken van de opnamen
310) voor het verwijderen van beelden.
101).
6

Compatibele geheugenkaarten

De volgende kaarten kunnen met de camera worden gebruikt, ongeacht de capaciteit. Als de kaart nieuw is of eerder is geformatteerd
(geïnitialiseerd) met een andere camera of computer, moet u de kaart met deze camera formatteren (=
z SD-/SDHC*-/SDXC*-geheugenkaarten
* UHS-I-kaarten worden ondersteund.
Kaarten waarop movies kunnen worden opgeslagen
Gebruik voor het opnemen van movies een kaart met een grote capaciteit en voldoende prestaties (lees-/schrijfsnelheid hoog genoeg) voor het movie­opnameformaat.
In deze handleiding verwijst “kaart” naar SD-geheugenkaarten, SDHC­geheugenkaarten en SDXC-geheugenkaarten.
* Bij de camera is geen kaart voor het opslaan van foto’s of
movies geleverd. Deze dient u apart aan te schaffen.
66).
7

Hoofdstukken

Inleiding 2
Aan de slag en basiscamerahandelingen 34
Basisfuncties voor het maken en weergeven van opnamen 69
De AF- en transportmodi instellen 103
Opname-instellingen 114
Geavanceerde functies voor fotograsche effecten 146
Opnamen maken met de itser 168
Opnamen maken met het LCD-scherm
(Live View-opnamen) 180
Movie-opnamen 217
Handige functies 259
Opnamen weergeven 280
Opnamen naverwerken 328
Draadloze functies 344
De camera aanpassen aan uw voorkeuren 445
Referentie 459
Verkorte softwarehandleiding / Opnamen downloaden
naar een computer 483
8

Inhoud op doel

Opnamen maken
z Automatisch opnamen maken
z Continue opname maken
z Een opname van uzelf maken
in een groep
z De actie bevriezen
z De actie onscherp maken
z Opnamen maken met effecten
naar keuze
z De achtergrond onscherp maken
z De achtergrond scherp houden
z De helderheid van het beeld
aanpassen (belichting)
z Opnamen maken bij weinig licht
z Opnamen maken zonder itser
z 's Avonds vuurwerk fotograferen
z Opnamen maken terwijl u op het
LCD-scherm kijkt
z Opnamen maken met creatieve
effecten
z Zelfportret maken
z Movie-opname
Î=
69 - = 100 (Basismodi) 112 (i Continue opname)
Î=
206 (j Zelfontspanner)
Î=
149 (s AE met
Î=
sluitertijdvoorkeuze)
76 (Creatieve hulp)
Î=
152 (f AE met
Î=
diafragmavoorkeuze)
160 (Belichtingscorrectie)
Î=
Î=
78, = 169 (D Flitsfotograe
Î= 118 (Instelling ISO-snelheid) Î=
175 (b Flitser uit)
Î=
157 (Bulb-belichting) 180 (A Live View-
Î=
opnamen)
93, = 188 (Creatieve lters)
Î=
Î=
210 ( Zelfportret) 217 (k Movie-opname)
Î=
)
9
Beeldkwaliteit
z Opnamen maken met
beeldeffecten die bij het onderwerp passen
z Een opname groot printen
z Een grote hoeveelheid
foto’s maken
AF (scherpstellen)
z Het scherpstelpunt
wijzigen
z Opnamen maken van een
bewegend onderwerp
Weergave
z De opnamen bekijken
op de camera
z Snel opnamen zoeken
z Afbeeldingen classiceren
z Voorkomen dat belangrijke
opnamen per ongeluk worden gewist
z Overbodige opnamen
verwijderen
z Foto’s en movies
automatisch weergeven
z De foto’s en movies op
een tv-toestel bekijken
z De helderheid van het
LCD-scherm aanpassen
z Speciale effecten op
beelden toepassen
121 (Beeldstijl)
Î=
Î=
115 (73, 83, 1, D) 115 (7a, 8a, b)
Î=
108 (S Knop voor AF-puntselectie)
Î=
83, = 84, = 106 (AI Servo AF)
Î=
101 (x Weergave)
Î=
Î=
281 (H Indexweergave) 285 (I Door opnamen navigeren)
=
Î=
288 (Classicaties) 307 (K Wisbeveiliging)
Î=
310 (L Wissen)
Î=
303 (Diavoorstelling)
Î=
305 (Tv-toestel)
Î=
262 (Helderheid van LCD-scherm)
Î=
329 (Creatieve lters)
Î=
10
Draadloze functies
z Beelden naar een
smartphone verzenden
z Beelden naar een
computer verzenden
z Beelden printen
z Beelden online delen
349 (Communiceren met een
Î=
smartphone)
378 (Gebruiken met software)
Î=
Î=
381 (Afdrukken van Wi-Fi-printer)
391 (Beelden naar een webservice
Î=
verzenden)
11

Functie-index

Voeding
z Accu
460)
35)
42)
461)
• Opladen (=
• Plaatsen/verwijderen (=
• Accuniveau (=
• Accugegevens controleren
(=
z Gewoon stopcontact (=
z Automatisch uitschakelen
41)
(=
Kaarten
z Plaatsen/verwijderen (= 37) z Formatteren (=
z Ontspan sluiter zonder kaart
260)
(=
66)
Lens
z Bevestigen/verwijderen (= 47) z In-/uitzoomen (=
48)
Basisinstellingen
z Dioptrische aanpassing (= 49)
46)
z Taal (=
260)
43)
z Datum/tijd/zone (= z Pieptoon (=
37)
LCD-scherm
z Het LCD-scherm gebruiken
40)
(=
z LCD uit/aan-knop (= z Aanpassing helderheid (= z Touchscreen (=
z Instellingen weergaveniveau
51)
(=
z Uitleg (=
55)
63)
272)
Opnamen opslaan
z Een map maken/selecteren
(=
263)
z Bestandsnummering (=
265)
AF
z AF-bediening (= 104) z AF-puntselectie (= z Handmatige scherpstelling (= z Oogdetectie-AF (= z Continue AF (= z MF-peaking-instellingen (=
205)
108)
204)
Transport
z Transportmodi (= 112 ) z Continue opname (=
112 )
262)
213)
111)
12
Beeldkwaliteit
z Opnamekwaliteit (= 115 ) z Beeldstijl (= z Witbalans (=
z Auto Lighting Optimizer (Auto
optimalisatie helderheid) (=
z Ruisreductie voor lange
belichtingstijden (=
z Ruisreductie voor hoge
ISO-snelheden (=
z Lensafwijkingscorrectie (= z Lichte tonen prioriteit (= z Kleurruimte (=
121)
129)
145)
139)
138)
137)
Opnamen maken
z Opnamemodus (= 30)
157)
118)
158)
165)
463)
z ISO-snelheid (= z Bulb (= z Meetmethode (= z Spiegel opklappen (= z Bediening op afstand (=
Belichtingsaanpassingen
z Belichtingscorrectie (= 160)
z Belichtingscorrectie
met M+ISO Auto (=
z AEB (= z AE-vergrendeling (=
162)
156)
164)
136)
141)
Flitser
z Ingebouwde itser (= 169) z Externe itser (= z Flitsfunctie-instellingen (=
174)
Live View-opnamen
z Live View-opnamen (= 180) z Aspect ratio (= z AF-bediening (= z AF-methode (= z Creatieve lters (= z Zelfontspanner (= z Touch Shutter (= z Zelfportret (=
192)
210)
195)
197)
208)
188)
206)
Movie-opname
z Movie-opname (= 217) z AF-methode (= z Movie-opnameformaat (= z Servo AF voor movies (= z Geluidsopname (= z Handmatige belichting (= z Digitale zoom (= z HDR-lm opnamemodus (=
z Creatieve lters voor movies
235)
(=
z Videosnapshot (= z Time-lapse-movie (=
z Opnamen maken met de
afstandsbediening (=
197)
231)
251)
245)
238)
463)
175)
228)
253)
221)
234)
13
Weergave
z Kijktijd (= 261)
Weergave van één opname (=
z z Opname-informatie (= z Indexweergave (=
z Door opnamen navigeren
(opnamesprong) (=
z Vergrote weergave (= z Beeldrotatie (= z Classicatie (= z Movieweergave (= z Diavoorstelling (=
z Beelden op een tv-toestel
bekijken (=
z Beveiliging (= z Wissen (= z Weergave via touchscreen (= z Printopties (DPOF) (= z Fotoboek instellen (=
305)
310)
287)
288)
307)
281)
282)
296)
303)
323)
284)
316)
320)
Opnamen bewerken
z Creatieve lters (= 329)
340)
338)
z Formaat wijzigen (= z Trimmen (=
Aanpassen
z Persoonlijke voorkeuze (C.Fn)
(=
446)
z My Menu (=
455)
101)
285)
Software
z Verkorte softwarehandleiding
(=
484)
z Software-instructiehandleiding
485)
(=
Draadloze functies
z Communiceren met een
smartphone (=
z Automatisch vastgelegde beelden
naar smartphones sturen (=
z Afstandsbediening (EOS Utility)
374)
(=
z Beelden automatisch naar
computer verzenden (=
z Afdrukken van Wi-Fi-printer (=
z Beelden naar een webservice
verzenden (=
z Draadloze instellingen wissen
425)
(=
349)
391)
378)
362)
381)
14

Symbolen en afspraken in deze handleiding

Pictogrammen in deze handleiding
<6> : Het hoofdinstelwiel. <W><X><Y><Z> : Duidt respectievelijk op omhoog, omlaag, links
<0> : De instelknop.
* In aanvulling op bovenstaande punten worden de pictogrammen en symbolen die op de
cameraknoppen worden gebruikt en op het LCD-scherm worden weergegeven, ook in deze handleiding gebruikt bij het bespreken van de relevante handelingen en functies.
: Dit pictogram rechts boven de paginatitel geeft aan dat de functie
N
(=***) : Referentiepaginanummers voor meer informatie.
alleen in de creatieve modi (=
: Waarschuwing om opnameproblemen te voorkomen. : Aanvullende informatie. : Tips en advies voor betere opnamen.
: Advies bij het oplossen van problemen.
Uitgangspunten voor bedieningsinstructies en opmerkingen op voorbeeldfoto’s
z Bij alle handelingen die in deze handleiding worden beschreven, wordt
ervan uitgegaan dat de aan-uitschakelaar is ingesteld op <1> (=
z Aangenomen wordt dat alle menu-instellingen en persoonlijke
voorkeuzen op de standaardinstellingen zijn ingesteld.
z Ter verduidelijking is er in de afbeeldingen van de instructies een
EF-S18-55mm f/4-5.6 IS STM-lens op de camera bevestigd.
z De voorbeeldfoto’s die op de camera worden weergegeven en die
in deze handleiding worden gebruikt, zijn slechts ter illustratie om de effecten duidelijker te laten zien.
en rechts op de pijltjestoetsen <V>.
31) beschikbaar is.
41).
15

Inhoudsopgave

Inleiding 2
Controlelijst onderdelen .......................................................................3
Verkorte handleiding ............................................................................4
Compatibele geheugenkaarten............................................................7
Hoofdstukken .......................................................................................8
Inhoud op doel .....................................................................................9
Functie-index .....................................................................................12
Symbolen en afspraken in deze handleiding ..................................... 15
Inhoudsopgave ..................................................................................16
Veiligheidsmaatregelen......................................................................22
Tips en waarschuwingen voor het gebruik ........................................25
Namen van onderdelen .....................................................................28
Aan de slag en basiscamerahandelingen 34
De accu opladen ................................................................................35
De accu en kaart plaatsen en verwijderen.........................................37
Het LCD-scherm gebruiken ...............................................................40
De camera inschakelen .....................................................................41
De datum, tijd en tijdzone instellen .................................................... 43
De interfacetaal selecteren ................................................................46
Een lens bevestigen en verwijderen .................................................. 47
Basisopnamefuncties.........................................................................49
Het schermweergaveniveau instellen ................................................ 51
Quick Control voor opnamefuncties...................................................57
Menubewerkingen en configuraties ................................................... 59
De camera bedienen met de touchscreen ......................................... 63
Geheugenkaarten formatteren...........................................................66
Wisselen van scherm op het LCD-scherm ........................................68
Basisfuncties voor het maken en weergeven van opnamen 69
Volautomatisch opnamen maken (Scene Intelligent Auto) ................70
16
Volautomatische technieken (Scene Intelligent Auto) ........................74
Modus Speciale scène.......................................................................78
Portretfoto’s maken ............................................................................79
Portretfoto’s maken met egale huidtinten ..........................................80
Groepsfoto’s maken ...........................................................................81
Landschapsfoto’s maken ...................................................................82
Opnamen maken van bewegende onderwerpen ............................... 83
Kinderen fotograferen ........................................................................84
Close-ups maken ...............................................................................85
Voedsel fotograferen..........................................................................86
Portretten bij kaarslicht maken ..........................................................87
Nachtportretten maken (met een statief) ........................................... 88
Nachtopnamen maken (uit de hand) .................................................89
Opnamen met tegenlicht maken ........................................................ 90
Opnamen maken met Creatieve filtereffecten ...................................93
Quick Control .....................................................................................99
De helderheid instellen ....................................................................100
Opnamen weergeven ......................................................................101
De AF- en transportmodi instellen 103
De bediening voor automatische scherpstelling wijzigen ................104
Het AF-punt selecteren .................................................................... 108
Onderwerpen waarop moeilijk kan worden scherpgesteld .............. 110
De transportmodus selecteren......................................................... 112
Opname-instellingen 114
Beeldkwaliteit instellen..................................................................... 115
De ISO-snelheid instellen voor foto’s ............................................... 118
Een beeldstijl selecteren ..................................................................121
Een beeldstijl aanpassen .................................................................124
Een beeldstijl vastleggen .................................................................127
Aanpassen aan de lichtbron ............................................................129
De kleurtoon voor de lichtbron aanpassen ...................................... 133
Helderheid en contrast automatisch corrigeren ............................... 136
17
Lichte tonen prioriteit .......................................................................137
Ruisreductie instellen.......................................................................138
Correctie van lensafwijkingen door optische eigenschappen .......... 141
Het bereik van reproduceerbare kleuren instellen ........................... 145
Geavanceerde functies voor fotografische effecten 146
AE-programma (P-modus)...............................................................147
De beweging van het onderwerp vastleggen (Tv-modus) ............... 149
De scherptediepte wijzigen (Av-modus) ..........................................152
Handmatige belichting (M-modus) ................................................... 155
De lichtmeetmethode wijzigen .........................................................158
De gewenste belichtingscorrectie instellen ...................................... 160
Bracketing met automatische belichting (AEB)................................162
De belichting vergrendelen ..............................................................164
Spiegel opklappen om bewegings ons cherpte te verminderen ........ 165
Instellingen AF-hulplicht ...................................................................167
Opnamen maken met de flitser 168
De ingebouwde flitser gebruiken .....................................................169
Een externe Speedlite gebruiken.....................................................174
De flitsfunctie instellen .....................................................................175
Opnamen maken met het LCD-scherm (Live View-opnamen) 180
Opnamen maken met het LCD-scherm ........................................... 181
Instellingen voor de opnamefunctie ................................................. 187
Opnamen maken met Creatieve filtereffecten .................................188
Menufunctie-instellingen ..................................................................192
De bediening voor automatische scherpstelling wijzigen ................195
Scherpstellen met AF....................................................................... 197
Op ogen scherpstellen .....................................................................204
Continue AF instellen ....................................................................... 205
De zelfontspanner gebruiken ........................................................... 206
Opnamen maken met de Touch Shutter ..........................................208
18
Zelfportret maken (selfie) .................................................................210
MF: Handmatige scherpstelling ....................................................... 212
Movie-opnamen 217
Movie-opnamen ...............................................................................218
Instellingen voor de opnamefunctie ................................................. 227
Het movie-opnameformaat instellen ................................................ 228
Movie digital zoom gebruiken ..........................................................231
Digitale beeldstabilisatie van movies ............................................... 232
HDR-films opnemen ........................................................................234
Movies opnemen met creatieve filters ............................................. 235
Time-lapse-movies opnemen ..........................................................238
Videosnapshots maken ...................................................................245
Menufunctie-instellingen ..................................................................250
Handige functies 259
Handige functies ..............................................................................260
Automatische sensorreiniging..........................................................273
Stofwisdata toevoegen ....................................................................274
Handmatige sensorreiniging ............................................................ 276
Resolutie van HDMI-uitgang ............................................................278
RAW weergeven op een HDR-tv .....................................................279
Opnamen weergeven 280
Snel opnamen zoeken .....................................................................281
Beelden vergroten ...........................................................................284
Opnamen weergeven via het touchscreen ...................................... 285
Het beeld roteren .............................................................................287
Classificaties instellen......................................................................288
Opnamen filteren voor weergave.....................................................291
Quick Control voor weergave ..........................................................293
Genieten van movies .......................................................................295
Movies afspelen ...............................................................................296
De eerste en laatste beelden van een movie bewerken .................. 299
19
Frames uit 4K-movies of 4K time-lapse-movies opslaan als foto .... 301
Diavoorstelling (automatische weergave) ........................................ 303
Weergave op een tv .........................................................................305
Opnamen beveiligen ........................................................................307
Opnamen wissen .............................................................................310
Het afdrukken voorbereiden ............................................................313
Afdrukken.........................................................................................315
Digital Print Order Format (DPOF) ..................................................316
Opnamen selecteren voor een fotoboek..........................................320
Weergave met opname-informatie ..................................................323
Opnamen naverwerken 328
Creatieve filtereffecten toepassen ...................................................329
Uw favoriete effecten toepassen (Creatieve hulp) ...........................332
Rode-Ogen Correctie.......................................................................334
Videosnapshotalbums bewerken .....................................................335
Het formaat van JPEG-beelden wijzigen ......................................... 338
JPEG-opnamen bijsnijden ...............................................................340
Het beginbeeld opgeven voor als de weergave begint .................... 343
Draadloze functies 344
Wat u kunt doen met draadloze-communicatiefuncties ...................345
Tabbladmenu: tabblad Wireless.......................................................346
Selectie van Wi-Fi-/Bluetooth-verbinding.........................................347
Verbinding maken met een smartphone ..........................................349
Verbinden met een computer via Wi-Fi............................................374
Verbinden met een printer via Wi-Fi ................................................381
Beelden naar een webservice verzenden........................................391
Wi-Fi-verbinding via Access Points..................................................405
Verbinding maken met een draadloze afstandsbediening ...............410
Opnieuw verbinden via Wi-Fi ...........................................................413
Meerdere verbindingsinstellingen vastleggen..................................415
Wi-Fi-instellingen .............................................................................416
Bluetooth-instellingen ......................................................................417
20
De bijnaam wijzigen .........................................................................418
Beelden van geotags voorzien met GPS-informatie van andere
apparaten.........................................................................................419
Verbindingsinstellingen wijzigen of verwijderen ...............................423
Standaardinstellingen voor draadloze communicatie-instellingen
herstellen .........................................................................................425
Scherm Info bekijken .......................................................................426
Het virtuele toetsenbord gebruiken .................................................. 427
Reageren op foutmeldingen ............................................................428
Opmerkingen over de draadloze communicatiefunctie....................439
Beveiliging .......................................................................................441
Netwerkinstellingen controleren.......................................................442
Status draadloze verbinding ............................................................443
De camera aanpassen aan uw voorkeuren 445
Persoonlijke voorkeuzen instellen ...................................................446
Persoonlijke voorkeuze-instellingen ................................................448
My Menu vastleggen........................................................................455
Referentie 459
De accugegevens controleren ......................................................... 460
Een gewoon stopcontact gebruiken.................................................461
Opnamen maken met de afstandsbediening ................................... 463
De oogschelp verwijderen ...............................................................464
Problemen oplossen ........................................................................465
Foutcodes ........................................................................................477
Verkorte softwarehandleiding /
Opnamen downloaden naar een computer 483
Informatie over de software .............................................................484
De software-instructiehandleidingen (PDF-bestanden)
downloaden en bekijken ..................................................................485
Opnamen downloaden naar een computer .....................................486
Index ................................................................................................488
21

Veiligheidsmaatregelen

De volgende voorzorgsmaatregelen zijn getroffen om schade of letsel aan uzelf en anderen te voorkomen. Zorg ervoor dat u deze voorzorgsmaatregelen goed begrijpt en volg ze op voordat u het product gaat gebruiken.
Waarschuwingen
z Voorkom brand, oververhitting, lekkage van chemische stoffen, explosies en
elektrische schokken door de onderstaande veiligheidsmaatregelen op te volgen:
- Gebruik geen accu’s, voedingsbronnen of accessoires die niet worden genoemd in deze Instructiehandleiding. Gebruik geen zelfgemaakte of aangepaste accu’s en gebruik het apparaat niet wanneer dit beschadigd is.
- Veroorzaak geen kortsluiting bij de accu en probeer deze niet te demonteren of aan te passen. Verhit of soldeer de accu niet. Stel de accu niet bloot aan vuur of water. Stel de accu niet bloot aan sterke fysieke schokken.
- Zorg ervoor dat u de plus- en minzijde van de accu in de juiste richting plaatst.
- Laad de accu niet op bij temperaturen buiten het toegestane bereik van de oplaad-/ bedrijfstemperatuur. Overschrijd de oplaadtijd niet die wordt genoemd in de instructiehandleiding.
- Steek geen vreemde metalen voorwerpen in de elektrische contactpunten van de camera, de accessoires, de verbindingskabels en dergelijke.
z Dek de elektrische contactpunten van de accu af voordat u deze wegdoet. Contact
met andere metalen voorwerpen of accu’s kan leiden tot brand of een explosie.
z Haal de acculader direct uit het stopcontact en stop met opladen als er bij het
opladen van de accu grote hitte, rook of schadelijke damp vrijkomt. Als u dit niet doet, kan dit brand, schade of elektrische schokken veroorzaken.
z Verwijder de accu onmiddellijk als deze lekt, van kleur of vorm verandert, of als er
rook of giftige damp vrijkomt. Pas op dat u hierbij geen brandwonden oploopt. Als u deze blijft gebruiken, kan dit leiden tot brand, elektrische schokken of brandwonden.
z Voorkom dat de lekkage van de accu in aanraking komt met ogen, huid en kleding. Dit
kan blindheid en huidaandoeningen tot gevolg hebben. Als de lekkage van de accu in contact komt met uw ogen, huid of kleding, moeten deze direct met overvloedig water worden afgespoeld zonder te wrijven. Ga daarna meteen naar een huisarts.
Houd snoeren altijd uit de buurt van hittebronnen. Door de hitte kan het snoer vervormen
z
en het isolatiemateriaal smelten, wat brand of elektrische schokken kan veroorzaken.
z Houd de camera niet lange tijd in dezelfde positie vast. Ook al voelt de camera niet
heet aan, toch kan langdurig contact met hetzelfde lichaamsdeel een rode huid of blaren als gevolg van eerstegraads brandwonden veroorzaken. Het gebruik van een statief wordt aanbevolen wanneer de camera wordt gebruikt in zeer warme locaties en voor mensen met bloedsomloopproblemen of met een gevoelige huid.
Flits niet in het gezicht van bestuurders van een auto of een ander voertuig. Door
z
de verblinding kunt u een ongeluk veroorzaken.
z Wanneer de camera of de accessoires niet in gebruik zijn, verwijder de accu dan
en haal de stekker en verbindingskabels uit de apparatuur voordat u deze opbergt. Zo voorkomt u elektrische schokken, oververhitting, brand en corrosie.
Volg de onderstaande waarschuwingen. Anders kan dit
:
resulteren in dodelijke ongevallen of ernstige verwondingen.
22
z Gebruik de apparatuur niet in de buurt van ontvlambaar gas. Zo voorkomt u een
explosie of brand.
z Als u de apparatuur laat vallen en de behuizing zodanig beschadigd raakt dat de
interne onderdelen bloot komen te liggen, raak deze dan niet aan. U kunt dan een elektrische schok krijgen.
z Demonteer de apparatuur niet en pas deze niet aan. Er staat hoge spanning op de
interne onderdelen en deze kunnen een elektrische schok veroorzaken.
z Kijk niet door de camera of de lens naar de zon of een andere felle lichtbron.
Uw gezichtsvermogen kan hierdoor worden aangetast.
z
Houd de apparatuur buiten bereik van kinderen en baby’s, ook tijdens het gebruik. Riemen of koorden kunnen per ongeluk verstikking, elektrische schokken of letsel veroorzaken. Verstikking of letsel kan ook optreden als een kind of baby per ongeluk een camera-onderdeel of toebehoren heeft ingeslikt. Raadpleeg onmiddellijk een arts als een kind of baby een accu, batterij of toebehoren heeft ingeslikt.
z
Gebruik de apparatuur niet in een vochtige of stofge ruimte en berg deze hier ook niet
op. Houd de accu weg van metalen voorwerpen en berg deze op in de beschermende afdekking om kortsluiting te voorkomen. Zo voorkomt u brand, oververhitting, elektrische schokken en brandwonden.
z
Vraag toestemming voordat u de camera in een vliegtuig of ziekenhuis gebruikt. De elektromagnetische golven die door de camera worden afgegeven, kunnen storingen veroorzaken in de instrumenten van vliegtuigen of de medische apparatuur in ziekenhuizen.
z Voorkom brand en elektrische schokken door onderstaande veiligheidsmaatregelen
in acht te nemen:
- Steek de stekker altijd helemaal in het stopcontact.
- Pak de stekker nooit met natte handen vast.
- Trek altijd aan de stekker en niet aan het snoer als u de stekker uit het stopcontact haalt.
- Voorkom beschadigingen aan het netsnoer door er niet in te krassen of te snijden en het niet te knikken of er een zwaar voorwerp op te plaatsen. Draai of knoop de netsnoeren niet.
- Sluit niet te veel stekkers aan op één stopcontact.
- Gebruik geen snoeren waarvan de draad kapot is of het isolatiemateriaal beschadigd is.
Haal de stekker regelmatig uit het stopcontact en verwijder het stof rond het stopcontact
z
met een droge doek. In een stofge, vochtige of vette omgeving kan het stof op het
stopcontact vochtig worden en kortsluiting veroorzaken, wat kan leiden tot brand.
z
Sluit de accu niet rechtstreeks aan op een stopcontact of de sigarettenaansteker van een auto. De accu kan dan gaan lekken of exploderen of er kan oververhitting optreden, wat vervolgens kan leiden tot brand, brandwonden of letsel.
z
Wanneer het product door kinderen gebruikt gaat worden, moet een volwassene eerst goed uitleggen hoe het product moet worden gebruikt. Houd toezicht op kinderen terwijl ze het product gebruiken. Onjuist gebruik kan leiden tot een elektrische schok of letsel.
z Laat een lens of camera met lens niet zonder lensdop in de zon liggen. De
zonnestralen kunnen door de lens worden gebundeld en brand veroorzaken.
z Bedek het product niet met een doek en wikkel het ook niet in een doek. Hierdoor
kan de warmte niet weg en kan de behuizing vervormen of in brand vliegen.
z Laat de camera niet nat worden. Als u het apparaat in het water hebt laten vallen of
als er water of metaal in het product is terechtgekomen, moet u de accu onmiddellijk verwijderen. Zo voorkomt u brand, elektrische schokken en brandwonden.
z Gebruik geen verfverdunner, benzeen of andere organische oplosmiddelen om het
product schoon te maken. Deze stoffen kunnen brand veroorzaken en zijn schadelijk voor de gezondheid.
23
Neem de onderstaande aandachtspunten
Aandachtspunten:
z Zorg dat u het product niet gebruikt of laat liggen op een plaats waar de temperatuur
hoog is, zoals in een auto die in de zon staat. Het product kan dan heet worden en brandwonden veroorzaken. Als u dit wel doet, kan de accu ook gaan lekken of exploderen. Hierdoor nemen de prestaties af of gaat het product minder lang mee.
z Loop niet met de camera als deze op een statief is bevestigd. Als u dit wel doet, kan
dit leiden tot letsel of een ongeluk. Controleer of het statief stevig genoeg is om de camera en de lens te dragen.
z Laat het product niet gedurende langere tijd achter in een omgeving met een lage
temperatuur. Het product wordt dan koud en kan letsel veroorzaken bij aanraking.
z Gebruik de itser niet in de buurt van de ogen. Dit kan pijn doen aan de ogen.
in acht. Als u dit niet doet, kan dat leiden tot fysiek letsel of schade aan eigendommen.
24

Tips en waarschuwingen voor het gebruik

Omgaan met de camera
z Deze camera is een precisie-instrument. Laat de camera niet vallen en
stel deze niet bloot aan fysieke schokken.
z De camera is niet waterdicht en kan niet onder water worden gebruikt.
Neem direct contact op met het dichtstbijzijnde Canon Service Center als u de camera per ongeluk in het water laat vallen. Droog de camera af met een schone, droge doek als er waterspatten op zijn gekomen. Wrijf de camera grondig schoon met een schone, licht vochtige doek als deze in aanraking is gekomen met zoute lucht.
z Houd de camera buiten het bereik van apparaten met sterke
magnetische velden, zoals magneten of elektrische motoren. Houd de camera eveneens uit de buurt van apparaten die sterke radiogolven uitzenden, zoals grote antennes. Sterke magnetische velden kunnen storingen veroorzaken en beeldgegevens beschadigen.
z Laat de camera niet achter in een extreem warme omgeving, zoals in
een auto die in direct zonlicht staat. Door de hoge temperaturen kan de camera defect raken.
z De camera bevat elektronische precisieschakelingen. Probeer de
camera nooit zelf te demonteren.
z Blokkeer het spiegelmechanisme niet met uw vinger of iets anders.
Als u dit toch doet, kan er een storing worden veroorzaakt.
z
Gebruik alleen een in de handel verkrijgbaar blaasbuisje om stof van
de lens, zoeker, reexspiegel, het matglas enzovoort te blazen. Gebruik
geen reinigingsmiddelen die organische oplosmiddelen bevatten om de camerabehuizing of lens schoon te vegen. Neem voor het verwijderen van hardnekkig vuil contact op met het dichtstbijzijnde Canon Service Center.
z Raak de elektrische contactpunten van de camera nooit met uw vingers
aan. Als u dat wel doet, kunnen de contactpunten gaan roesten. Roest op de contactpunten kan leiden tot storingen aan de camera.
z Als de camera plotseling van een koude in een warme omgeving
terechtkomt, kan zich condens vormen op de camera en op de interne delen. Voorkom condensvorming door de camera eerst in een afgesloten plastic tas te plaatsen. Zorg ervoor dat de camera is aangepast aan de hogere temperatuur voordat u de camera uit de tas haalt.
z Gebruik de camera niet als zich hierop condens heeft gevormd.
Zo voorkomt u beschadiging van de camera. Als zich condens heeft gevormd, verwijdert u de lens, de kaart en de accu uit de camera. Wacht tot de condens is verdampt voordat u de camera gebruikt.
25
z Verwijder de accu en berg de camera op een koele, droge en goed
geventileerde plaats op als u de camera gedurende langere tijd niet gaat gebruiken. Ook als de camera is opgeborgen, moet u de ontspanknop zo nu en dan enkele malen bedienen om te controleren of de camera nog goed functioneert.
z Vermijd opslag op plaatsen waar chemicaliën worden gebruikt die
oxidatie en corrosie veroorzaken, zoals in een laboratorium.
z Als de camera langere tijd niet is gebruikt, test u alle functies voordat u
de camera weer gaat gebruiken. Als u de camera langere tijd niet hebt gebruikt en opnamen wilt gaan maken van een belangrijke gebeurtenis, bijvoorbeeld een reis naar het buitenland, is het raadzaam de camera te laten controleren bij het dichtstbijzijnde Canon Service Center of zelf te controleren of de camera goed functioneert.
z
Als u continue opnamen herhaalt of lange tijd achtereen Live View-opnamen of movie-opnamen maakt, kan de camera heet worden. Dit is geen defect.
z Een felle lichtbron binnen of buiten het beeldgebied kan reecties
veroorzaken.
LCD-scherm
z
Hoewel het LCD-scherm is gefabriceerd met hogeprecisietechnologie en meer dan 99,99% effectieve pixels heeft, kunnen er onder de 0,01% resterende pixels enkele dode pixels voorkomen en kunnen er ook zwarte, rode of andere gekleurde vlekken voorkomen. Dode pixels zijn geen defect. De dode pixels zijn ook niet van invloed op de vastgelegde opnamen.
z
Als het LCD-scherm lange tijd aan blijft staan, kan het scherm inbranden en zijn er restanten van de eerdere weergave te zien. Dit is echter een tijdelijk effect dat verdwijnt als de camera enkele dagen niet wordt gebruikt.
z Bij lage temperaturen kan het LCD-scherm langzamer reageren en
bij hoge temperaturen kan het er zwart uitzien. Bij kamertemperatuur functioneert het scherm weer normaal.
Kaarten
Let op het volgende om de kaart en vastgelegde gegevens te beschermen:
z Laat de kaart niet vallen of nat worden en buig de kaart niet. Oefen
geen druk op de kaart uit en stel deze niet bloot aan fysieke schokken en trillingen.
z Raak de elektronische contactpunten van de kaart nooit met uw vingers
of een metalen voorwerp aan.
z Plak geen stickers of iets anders op de kaart. z Gebruik of bewaar de kaart niet in de buurt van voorwerpen met een
sterk magnetisch veld, zoals tv-toestellen, luidsprekers en magneten. Mijd ook plaatsen met statische elektriciteit.
26
z Plaats de kaart niet in direct zonlicht of in de buurt van hittebronnen.
(1)
z Bewaar de kaart in een houder. z Bewaar de kaart niet op hete, stofge of vochtige plaatsen.
Vuil aan de voorzijde van de sensor
Behalve dat er stof van buitenaf de camera kan binnendringen, kan er in zeldzame gevallen ook smeermiddel van de interne onderdelen van de camera op de sensor terechtkomen. Als vlekken op de opname zichtbaar zijn, raden wij u aan de sensor te laten reinigen door een Canon Service Center.
Lens
Nadat u de lens hebt losgedraaid van de camera, plaatst u de lens met de achterkant naar boven en bevestigt u de achterste lensdop om krassen op het lensoppervlak en de elektrische contactpunten te voorkomen (1).
27

Namen van onderdelen

(
(
(
(
(
(8)(7)(6) (10)(9)
)
(8)(12)(11)
(16) (17)
)
5
)
4
)
3
)
2
)
1
(1) Objectiefvatting
(2) Objectiefvergrendelingsstift
(3) Greep
(4) Markering EF-S-objectiefvatting
(5) Markering EF-objectiefvatting
(6) Ontspanknop
(7) Hoofdinstelwiel
(8) Bevestigingspunt draagriem
(9) Ingebouwde microfoons
(10) Ingebouwde flitser/AF-hulplicht
(11) Luidspreker
(12) <V> Scherpstelvlakmarkering
(23)
(14)(15) (13)
(19)(18) (20) (21) (
(13) Spiegel
(14) Objectiefontgrendelingsknop
(15) Contactpunten
(16) Aansluiting afstandsbediening
(17) Aansluiting externe microfoon
(18) Serienummer
(19) Statiefbevestiging
(20) Kaartsleuf-/accucompartimentklepje
(21) Vergrendeling kaartsleuf-/
accucompartimentklepje
(22) DC-snoeruitsparing
(23) Cameradop
22
28
(16)
(10)(7)(6) (8) (11)(9)
(
( (
(5)(4) (12)(13)(14)
(
)
)
)
)
)
17
(
18
)
3
)
2
)
1
(
19
(
20
(
21
(1) LCD-scherm/touchscreen Kan circa 180° naar links worden
geopend en omhoog en omlaag worden gedraaid.
(2) <B> Infoknop
(3) <M> Menuknop
Wordt gebruikt om menuschermen
weer te geven.
(4) Oogschelp
(5) Zoekeroculair
(6) Flitsschoen
(7) Contactpunten voor
flitssynchronisatie
(8) Knop voor dioptrische aanpassing
(9) Programmakeuzewiel
(10) <g> Knop voor instelling ISO-
snelheid
(11) <U> Weergaveknop
(12) Aan-uitschakelaar
(13) HDMI mini OUT-aansluiting
(14) Digital-aansluiting
(15)
(23) (22)
(15) <A> Knop voor Live View-/
movie-opnamen
Deactiveert de zoekerweergave en
activeert de Live View-weergave. Opname is mogelijk als de aan­uitschakelaar op <k> staat.
(16) <g> Knop voor diafragma/
flitsbelichtingscorrectie
(17) <S> Knop voor AF-puntselectie/
<u> Knop Vergroten
(18) <A> Knop voor AE-vergrendeling/
FE-vergrendeling/ <I> Knop Index/verkleinen
(19) <Q> Knop Quick Control/
<0> Instelknop
Geeft het scherm Snel instellen
weer. Wordt ook gebruikt om geselecteerde instellingen te bevestigen.
(20) <W><X><Y><Z>:
pijltjestoetsen <V>
(21) Lees-/schrijfindicator
(22) <L> Knop voor verwijderen van
één opname
(23) <x> Weergaveknop
29
Programmakeuzewiel
Het programmakeuzewiel bevat de Basismodi en Creatieve modi.
(1)
(1) Basismodi
U hoeft alleen maar de ontspanknop in te drukken. De camera stelt alles in en zorgt dat de instellingen zijn afgestemd op het onderwerp of de scène.
A : Scene Intelligent Auto (= 8 : Speciale scène (=
Portret (= 79)
2
Egale huid (= 80)
E
Groepsfoto (= 81)
q
Landschap (= 82)
3
Sport (= 83)
5
Kinderen (= 84)
C
v : Creatieve lters (= 93)
Korrelig Z/W (= 95)
G
Soft focus (= 95)
W
Fisheye-effect (= 95)
X
Aquareleffect (= 95)
Z
Speelgoedcamera-effect (= 95)
H
78)
70)
Close-up (= 85)
4
Voedsel (= 86)
P
Kaarslicht (= 87)
x
Nachtportret (= 88)
6
Nachtopnamen uit hand (= 89)
F
HDR-tegenlicht (= 90)
G
Miniature effect (Miniatuureffect)
c
96)
(= HDR-kunst standaard (= 96)
A
HDR-kunst levendig (= 96)
B
HDR-kunst olieverf (= 96)
C
HDR-kunst embossed (= 96)
D
30
Loading...
+ 465 hidden pages