Brother HL-5270DN, HL-5280DW User Guide [nl]

Brother Laserprinter
GEBRUIKERSHANDLEIDING
HL-5270DN HL-5280DW
Voor slechtzienden
Deze handleiding kan door de software Screen Reader 'text-to-speech' worden gelezen.
U dient eerst alle hardware in te stellen en de driver te installeren, pas dan kunt u de printer gebruiken.
Installeer de printer aan de hand van de informatie in de installatiehandleiding. In de doos vindt u een gedrukt exemplaar.
Lees deze gebruikershandleiding aandachtig door voordat u de printer gaat gebruiken. Bewaar de cd-rom op een veilige plaats, zodat u deze wanneer nodig snel kunt raadplegen. U kunt de handleiding op onze website http://solutions.brother.com
Kijk op http://solutions.brother.com productondersteuning en de meest recente driver-updates en hulpprogramma's.
Opmerking: De HL-5270DN is niet verkrijgbaar in de VS en Canada.
als een HTML-bestand lezen, of deze direct vanaf de cd-rom lezen.
voor antwoorden op veelgestelde vragen (FAQ's) en technische vragen, voor
Versie 2
DUT

Over deze handleiding

Symbolen die in deze handleiding worden gebruikt

In deze handleiding worden de volgende aanduidingen gebruikt:
Waarschuwingen leggen uit wat u kunt doen om persoonlijk letsel te voorkomen.
Symbolen voor elektrische gevaren waarschuwen u voor eventuele elektrische schokken.
Deze symbolen wijzen u erop dat u hete oppervlakken in de machine niet mag aanraken.
Deze waarschuwingen beschrijven procedures die u moet volgen om eventuele beschadiging van de printer en andere voorwerpen te voorkomen.
Dit symbool waarschuwt u dat bepaalde apparaten of handelingen niet compatibel met deze printer zijn.
Opmerkingen vertellen u hoe u op een bepaalde situatie moet reageren of geven tips over de werking van een handeling in combinatie met andere functies.
i

Veiligheidsmaatregelen

Veilig gebruik van de printer

WAARSCHUWING
Binnen in deze printer bevinden zich elektroden waar hoge spanning op staat. Voordat u het inwendige van de printer gaat reinigen moet u hem uitzetten en het netsnoer uit het stopcontact halen.
Hanteer de stekker NOOIT met natte handen. U kunt dan namelijk een elektrische schok krijgen.
Nadat de printer is gebruikt, zijn sommige onderdelen in het inwendige van de printer zeer heet. Wanneer u de voor- of achterklep van de printer openmaakt, mag u de onderdelen die in de afbeelding gearceerd zijn NOOIT aanraken.
Binnen in de printer
(Vooraanzicht)
Met de achterklep open
(Achteraanzicht)
ii
De waarschuwingsetiketten op en rondom de fuser NIET verwijderen of beschadigen.
NOOIT een stofzuiger gebruiken om geknoeide toner op te zuigen. De toner zou binnen in de stofzuiger vlam kunnen vatten en brand kunnen veroorzaken. Geknoeide toner moet zorgvuldig worden opgeveegd met een droge, pluisvrije doek en in overeenstemming met plaatselijk geldende voorschriften worden weggegooid.
NOOIT ontbrandbare stoffen in de buurt van de printer gebruiken. Dit kan namelijk brand of een elektrische schok veroorzaken.
VOORZICHTIG
De buitenkant van de printer reinigen:
• Haal de stekker van de printer uit het stopcontact.
• Gebruik neutrale reinigingsmiddelen. Vluchtige middelen zoals verdunner of benzine beschadigen de behuizing van de printer.
• Gebruik NOOIT schoonmaakmiddelen die ammoniak bevatten.
iii

Handelsmerken

Het Brother-logo is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Brother Industries, Ltd. Apple, het Apple-logo, Macintosh en TrueType zijn gedeponeerde handelsmerken van Apple Computer, Inc
in de Verenigde Staten en andere landen. Epson is een wettig gedeponeerd handelsmerk en FX-80 en FX-850 zijn handelsmerken van Seiko Epson
Corporation. Hewlett Packard is een wettig gedeponeerd handelsmerk en HP LaserJet 6P, 6L, 5P, 5L, 4, 4L 4P, III, IIIP,
II en IIP zijn handelsmerken Hewlett-Packard Company. IBM, IBM PC en Proprinter zijn wettig gedeponeerde handelsmerken van International Business Machines
Corporation. Windows, MS-DOS, Windows en Windows NT zijn wettig gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation in de VS en andere landen. PostScript® en PostScript 3 zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Citrix en MetaFrame zijn wettig gedeponeerde handelsmerken van Citrix Systems, Inc. in de Verenigde
Staten. SuSE is een wettig gedeponeerd handelsmerk van SuSE Linux AG. RED HAT is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Red Hat. Inc. Mandrake is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Mandrake Soft SA. Intel, Intel Xeon en Pentium zijn handelsmerken of wettig gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation. AMD, AMD Athlon, AMD Opteron en combinaties daarvan zijn handelsmerken van Advanced Micro Devices, Inc. Java en alle handelsmerken en logo's op basis van Java zijn handelsmerken of wettig gedeponeerde
handelsmerken van Sun Microsystems, Inc. in de Verenigde Staten en andere landen. Alle andere termen, merknamen en productnamen die in deze handleiding worden gebruikt, zijn wettig
gedeponeerde handelsmerken van de desbetreffende bedrijven.

Samenstelling en publicatie

Deze handleiding is samengesteld en gepubliceerd onder toezicht van Brother Industries Ltd. De nieuwste productgegevens en specificaties zijn in deze handleiding verwerkt.
De inhoud van deze handleiding en de specificaties van het product kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Brother behoudt zich het recht voor om de specificaties en de inhoud van deze handleiding zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen. Brother is niet verantwoordelijk voor enige schade, met inbegrip van gevolgschade, voortvloeiend uit het gebruik van deze handleiding of de daarin beschreven producten, inclusief maar niet beperkt tot zetfouten en andere fouten in deze publicatie.
© 2005 Brother Industries Ltd.

Vervoer van de printer

Als u de printer moet vervoeren, is het raadzaam om deze zorgvuldig te verpakken; dit om eventuele beschadiging van het apparaat te voorkomen. Wij raden u aan om het originele verpakkingsmateriaal te bewaren en dit voor later vervoer te gebruiken. Zorg er bovendien voor dat de printer tijdens vervoer voldoende verzekerd is.
iv
Inhoudsopgave
1 Over deze printer
Wat zit er in de doos? ................................................................................................................................1
Interfacekabel ......................................................................................................................................1
Vooraanzicht........................................................................................................................................2
Achteraanzicht .....................................................................................................................................3
Een plaats voor de printer kiezen ..............................................................................................................4
Elektrische voeding .............................................................................................................................4
Omgeving ............................................................................................................................................4
Netwerkfuncties .........................................................................................................................................5
2 Afdrukmethoden
Over papier ................................................................................................................................................6
Papiersoort en -formaat .......................................................................................................................6
Aanbevolen papiersoorten...................................................................................................................7
Bedrukbaar gedeelte ...........................................................................................................................9
Afdrukmethoden ......................................................................................................................................10
Afdrukken op normaal papier, briefpapier en transparanten .............................................................10
Op dik papier, etiketten en enveloppen afdrukken ............................................................................16
Tweezijdig afdrukken (duplex).................................................................................................................20
Richtlijnen bij het tweezijdig afdrukken..............................................................................................20
Handmatig tweezijdig afdrukken........................................................................................................20
Automatisch tweezijdig afdrukken .....................................................................................................22
Folder afdrukken (voor de Windows-driver) ......................................................................................24
Extra kopieën afdrukken ..........................................................................................................................25
3 Driver en software
Printerdriver .............................................................................................................................................26
Functies in de printerdriver (alleen voor Windows Functies in de BR-Script-driver (PostScript Functies in de printerdriver (voor Macintosh
De printerdriver verwijderen ..............................................................................................................42
Software ..................................................................................................................................................44
Software voor netwerken ...................................................................................................................44
Omtrent de emulaties ........................................................................................................................45
Automatische emulatieselectie ..........................................................................................................45
Automatische interfaceselectie..........................................................................................................46
4 Het bedieningspaneel
Het bedieningspaneel ..............................................................................................................................47
Toetsen....................................................................................................................................................48
Go......................................................................................................................................................48
Job Cancel.........................................................................................................................................48
Reprint ...............................................................................................................................................49
De toets + of - ....................................................................................................................................49
Back...................................................................................................................................................49
Set .....................................................................................................................................................49
®
®
®
) .........................................................................28
3™-taalemulatie) (voor Windows®) ............................36
) ..................................................................................39
v
Data-lampje .............................................................................................................................................50
LCD-scherm.............................................................................................................................................50
Verlichting van LCD-scherm ..............................................................................................................50
Meldingen op LCD-scherm ................................................................................................................51
Documenten opnieuw afdrukken .......................................................................................................52
Het LCD-menu op het bedieningspaneel gebruiken..........................................................................55
Tabel met menuopties .......................................................................................................................56
Standaardinstellingen ..............................................................................................................................68
Standaardinstellingen van de printer .................................................................................................68
Standaard-netwerkinstellingen ..........................................................................................................68
5 Toebehoren
Onderste papierbak (LT-5300) ................................................................................................................69
DIMM .......................................................................................................................................................70
Soorten DIMM ...................................................................................................................................70
Extra geheugen plaatsen...................................................................................................................71
6 Routineonderhoud
De verbruiksartikelen vervangen .............................................................................................................73
Verbruiksartikelen..............................................................................................................................74
Tonercartridge ...................................................................................................................................74
Drumkit ..............................................................................................................................................79
Periodiek te vervangen onderdelen .........................................................................................................83
De printer reinigen ...................................................................................................................................84
De buitenkant van de printer reinigen................................................................................................84
De binnenkant van de printer reinigen...............................................................................................85
De coronadraad reinigen ...................................................................................................................88
7 Problemen oplossen
Uw probleem identificeren .......................................................................................................................90
Meldingen op LCD-scherm ......................................................................................................................91
Afgedrukte foutmeldingen........................................................................................................................93
Omgaan met papier .................................................................................................................................94
Vastgelopen papier verwijderen ..............................................................................................................95
VAST IN MF LADE (papier vastgelopen in de MF lade) ...................................................................96
VAST IN LADE1 / LADE2 / LADE3 (papier vastgelopen binnen in de papierlade) ...........................96
VAST: BINNENIN (papier vastgelopen binnen in de printer) ............................................................98
VAST: ACHTER (papier vastgelopen achter de achterklep) ...........................................................100
VAST: DUPLEX (papier vastgelopen in de duplexlade) ..................................................................103
De afdrukkwaliteit verbeteren ................................................................................................................104
Problemen met het afdrukken verhelpen...............................................................................................110
Netwerkproblemen.................................................................................................................................111
Overige problemen ................................................................................................................................111
Bij gebruik van Macintosh
Afdrukken vanuit DOS .....................................................................................................................111
BR-Script 3 ......................................................................................................................................112
A Appendix
Printerspecificaties.................................................................................................................................113
®
met USB ..............................................................................................111
vi
Motor ...............................................................................................................................................113
Controller .........................................................................................................................................114
Software ..........................................................................................................................................115
Bedieningspaneel ............................................................................................................................115
Omgaan met papier .........................................................................................................................115
Papierspecificaties...........................................................................................................................116
Supplies...........................................................................................................................................116
Afmetingen / Gewicht ......................................................................................................................116
Diversen ..........................................................................................................................................117
Systeemvereisten ............................................................................................................................117
Belangrijke informatie bij het kiezen van papier ..............................................................................118
Symbolen- en tekensets ........................................................................................................................121
Een webbrowser gebruiken .............................................................................................................121
Lijst van symbolen- en tekensets ....................................................................................................122
Overzicht van besturingsopdrachten voor streepjescodes ....................................................................124
Streepjescodes of uitgerekte tekens afdrukken...............................................................................124
B Appendix (voor Europa en andere landen)
Nummers van Brother............................................................................................................................131
Belangrijke informatie: Reguleringen.....................................................................................................132
Radiostoring (alleen voor modellen van 220-240 volt) ....................................................................132
IEC 60825-1-specificatie (alleen voor modellen van 220-240 volt) .................................................132
Interne laserstraling .........................................................................................................................133
EU Richtlijn 2002/96/EG en EN50419.............................................................................................133
BELANGRIJK - Voor uw eigen veiligheid ........................................................................................134
EG Conformiteitsverklaring..............................................................................................................135
C Appendix (voor de VS en Canada)
Brother Numbers ...................................................................................................................................137
Important information: Regulations........................................................................................................139
Federal Communications Commission (FCC) Declaration of Conformity (For USA) ......................139
Industry Canada Compliance Statement (For Canada) ..................................................................140
Laser Notices.........................................................................................................................................141
Laser Safety (110 to 120 volt model only) .......................................................................................141
FDA Regulations (110 to 120 volt model only) ................................................................................141
Internal laser radiation .....................................................................................................................141
IMPORTANT - For Your Safety .......................................................................................................142
D Index
vii
1

Over deze printer

Wat zit er in de doos?

Controleer tijdens het uitpakken van de printer dat de volgende onderdelen allemaal aanwezig zijn.
Printer
CD-ROM
Installatiehandleiding
Drumkit met
tonercartridge
Netsnoer

Interfacekabel

Een interfacekabel wordt niet standaard meegeleverd. U dient een interfacekabel te kopen die geschikt is voor de interface die u gaat gebruiken (USB, parallel of netwerk).
USB-kabel
Gebruik nooit een USB-kabel die langer is dan 2 meter.
Sluit de USB-kabel niet aan op een USB-hub zonder voeding of op het toetsenbord van een Macintosh
Deze moet worden aangesloten op de USB-ingang van de computer.
®
USB wordt niet ondersteund onder Windows
Parallelle interface
Gebruik nooit een parallelle kabel die langer is dan 2 meter.
Gebruik een afgeschermde kabel die voldoet aan IEEE 1284.
Netwerkkabel
Gebruik een Straight-Through Categorie 5 (of hoger) twisted-pair kabel voor 10BASE-T of 100BASE-TX Fast Ethernetnetwerken.
95 of Windows NT® 4.0.
®
.
1

Vooraanzicht

1. Over deze printer
1
2
3
4
7
6
5
8
1 Knop voor openen van voorklep
2 Bedieningspaneel
3 Steun van face-down uitvoerlade (steun)
4 Voorklep
5 Papierlade
6 Stroomschakelaar
7 Face-down uitvoerlade
8 Multifunctionele lade (MF lade)
2

Achteraanzicht

1. Over deze printer
1
2
3
1Achterklep
2 Duplexlade
3 Ingang voor netsnoer
8
7
6
5
4
4 LED's (Light Emitting Diodes)
5 10/100BASE-TX-poort
6 USB-interfaceconnector
7 Deksel van DIMM
8 Parallelle interfaceconnector
3
1. Over deze printer

Een plaats voor de printer kiezen

Lees voordat u de printer in gebruik neemt eerst de volgende informatie door.

Elektrische voeding

Gebruik de printer met de aanbevolen netspanning.
Voedingsbron: VS en Canada: 110 tot 120 volt wisselstroom, 50/60 Hz
Europa en Australië: 220 tot 240 volt wisselstroom, 50/60 Hz
Het netsnoer, inclusief eventueel verlengsnoer, mag niet langer zijn dan 5 meter.
Sluit uw printer niet aan op een stopcontact waarop reeds andere apparaten zijn aangesloten, zoals airconditioners, kopieermachines, papiervernietigers enz. Als een gemeenschappelijk stopcontact onvermijdelijk is, gebruik dan een spanningstransformator of een spanningsfilter.
Gebruik een spanningstabilisator als de stroomtoevoer niet stabiel is.

Omgeving

Zet de printer op een vlak, stabiel oppervlak, zoals een bureau, waar geen schokken of trillingen worden
voorgebracht.
Zet de printer in de buurt van een makkelijk toegankelijk stopcontact, zodat de stekker in noodgevallen
snel uit het stopcontact kan worden gehaald.
Vermijd extreme temperaturen en vocht. Gebruik de printer alleen binnen de volgende minimum- en
maximumwaarden.
Temperatuur: 10 °C tot 32,5 °C
Vochtigheid: 20% tot 80% (zonder condensvorming)
De printer moet in een goed geventileerde ruimte staan.
Zet de printer NIET op een plaats waar de ventilatieopening geblokkeerd wordt. Er dient een ruimte van
ongeveer 100 mm vrij te zijn tussen de ventilatieopening en de muur.
Stel de printer NIET bloot aan direct zonlicht, overmatige warmte, vocht of stof.
Plaats de printer NIET in de buurt van toestellen die magneten bevatten of een sterk magnetisch veld
opwekken.
Open vuur en zilte of bijtende stoffen kunnen de printer beschadigen.
Zet NIETS boven op de printer.
Zet de printer niet in de buurt van verwarmingstoestellen, airconditioners, water, chemicaliën of
koelkasten.
Houd de printer tijdens het verplaatsen altijd horizontaal.
4
1. Over deze printer

Netwerkfuncties

Deze machine van Brother kan met de ingebouwde netwerkafdrukserver in een TCP/IP-omgeving worden gedeeld op een 10/100 MB bedraad Ethernetnetwerk of een IEEE 802.11b/802.11g draadloos Ethernetnetwerk.
Opmerking
• Als u het draadloze netwerk wilt gebruiken, moet u dit instellen volgens de instructies in de installatiehandleiding, en de netwerkhandleiding op de meegeleverde cd-rom.
• Raadpleeg de netwerkhandleiding voor nadere informatie over het netwerk.
5
2

Afdrukmethoden

Over papier

Papiersoort en -formaat

De printer voert papier in vanuit de geïnstalleerde papierlade of de multifunctionele lade.
Voor de papierladen worden in de printerdriver en deze handleiding de volgende namen gebruikt:
Papierlade Lade 1
Multifunctionele lade MF lade
Optionele onderste papierbak Lade 2 / Lade 3
Duplexlade voor automatisch tweezijdig afdrukken DX
Als u deze pagina op de cd-rom bekijkt en u bij een afdrukmethode in de tabel op p klikt, gaat u rechtstreeks naar de pagina waar de betreffende afdrukmethode wordt beschreven.
Papiersoort Lade 1 Lade 2 / 3 MF lade DX Selecteer de
papiersoort in de printerdriver
Normaal papier
75 g/m2 tot 105 g/m
Kringlooppapier pp ppKringlooppapier
Briefpapier
Ruw papier– 60 g/m
Dun papier
60 g/m
Dik papier
105 g/m2 tot 161 g/m
Transparanten p
2
tot 161 g/m
2
tot 75 g/m
2
2
2
2
pp pp
p
60 g/m
2
tot
105 g/m
2
pp pp
p
60 g/m
105 g/m
2
tot
p
60 g/m
2
2
161 g/m
p
p
tot
2
Normaal papier
Briefpapier
Dun papier
Dik papier of Dikker papier
Transparanten
Maximaal 10 vel
A4 of Letter
Etiketten p
Enveloppen
Maximaal 10 vel
A4 of Letter
A4 of Letter
p
Dikker papier
Enveloppen
Env. Dun
Env. Dik
6
MF lade Lade 1 Lade 2, Lade 3 DX
Papierformaat Breedte: 69,9 tot
215,9 mm
Lengte: 116 tot 406,4
A4, Letter, Legal (ISO), Executive, A5, A6, B6 (ISO)
1
, B5
A4, Letter, Legal 1, B5 (ISO), Executive, A5, B6 (ISO)
mm
Aantal vellen
2
(80 g/m
1
/ 21 lb)
Het papierformaat Legal is in bepaalde regio's buiten de VS en Canada niet verkrijgbaar.
50 vel 250 vel 250 vel

Aanbevolen papiersoorten

Europa VS
Normaal papier
Xerox Premier 80 g/m
Xerox Business 80 g/m
M-real DATACOPY 80 g/m
Kringlooppapier
Xerox Recycled Supreme 80 g/m
Transparanten 3M CG3300 3M CG3300
Etiketten Avery-laseretiketten L7163 Avery-laseretiketten #5160
2
2
2
2
Xerox 4200DP 20 lb
Hammermill Laser Paper 24 lb
n.v.t.
2. Afdrukmethoden
A4, Letter, Legal
1
Controleer voordat u een grote hoeveelheid papier aanschaft eerst dat het papier geschikt is.
Gebruik normaal kopieerpapier.
Gebruik papier van 75 tot 90 g/m
2
.
Gebruik neutraal papier. Gebruik geen papier met een hoge zuurgraad of met een hoog alkaligehalte.
Gebruik langlopend papier.
Gebruik papier met een vochtgehalte van ongeveer 5%.
In deze printer kan kringlooppapier worden gebruikt dat voldoet aan de specificatie DIN 19309.
VOORZICHTIG
Gebruik GEEN inkjetpapier, want dit kan vastlopen of de printer beschadigen.
Opmerking
Als u ander papier dan de aanbevolen soorten gebruikt, kan dit papier vastlopen of scheef worden ingevoerd.
Raadpleeg Belangrijke informatie bij het kiezen van papier op pagina 118 om te bepalen welk papier u met deze printer kunt gebruiken.
7
2. Afdrukmethoden
Soorten enveloppen
De meeste enveloppen zijn geschikt voor gebruik in uw printer. Sommige enveloppen hebben echter een speciale samenstelling en kunnen problemen met de invoer of de afdrukkwaliteit veroorzaken. Een geschikte enveloppe heeft rechte, scherp gevouwen randen, en de bovenste rand mag niet dikker zijn dan twee vellen papier. De enveloppe moet plat en stevig zijn. Gebruik geen flodderige enveloppen. Gebruik alleen enveloppen van goede kwaliteit en vermeld bij aankoop dat u de enveloppen in een laserprinter zult gebruiken. Het is raadzaam om voordat u een groot aantal enveloppen gaat bedrukken eerst een enveloppe te testen, zodat u zeker weet dat u het gewenste resultaat krijgt.
Brother doet geen aanbevelingen ten aanzien van een bepaald merk enveloppe, omdat de fabrikant de specificaties kan wijzigen. U bent zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit en de prestaties van de door u gebruikte enveloppen.
Gebruik geen enveloppen die beschadigd, gekreukt of geknikt zijn of een onregelmatige vorm hebben, en
ook geen hoogglanzende enveloppen of enveloppen met een speciale structuur.
Gebruik geen enveloppen die met klemmen, haken of touwtjes worden gesloten, en ook geen enveloppen
met zelfklevende flap, vensters, gaatjes, uitsnijdingen of perforaties.
Gebruik geen flodderige, onscherp gevouwen of aan de binnenzijde bedrukte enveloppen, en ook geen
enveloppen met reliëfdruk (met verhoogd opschrift).
Gebruik geen enveloppen die reeds door een laserprinter zijn bedrukt.
Gebruik geen enveloppen die niet netjes gestapeld kunnen worden.
Gebruik geen enveloppen van papier dat zwaarder is dan wat in de specificaties wordt aangegeven.
Gebruik geen enveloppen van inferieure kwaliteit met randen die niet scherp gevouwen of niet recht zijn.
Bij gebruik van de hierboven vermelde enveloppen kan de printer worden beschadigd. Dergelijke schade wordt niet door de garantie of de service-overeenkomst van Brother gedekt.
Opmerking
• Plaats nooit verschillende soorten enveloppen tegelijk in de papierlade, omdat deze dan kunnen vastlopen of scheef worden ingevoerd.
• U mag enveloppen niet aan twee zijden bedrukken.
• Voor het beste resultaat moet u in uw toepassing hetzelfde formaat selecteren als het formaat dat in de papierlade zit.
8
2. Afdrukmethoden

Bedrukbaar gedeelte

Bij gebruik van de PCL-emulatie (standaarddriver) kunnen de hieronder aangegeven randen van het papier niet worden bedrukt.
Opmerking
Bij gebruik van de BR-Script-emulatie kan 4,32 mm vanaf de rand van het papier niet worden bedrukt.
Staand
24
1
3
A4 Letter Legal B5 (ISO) Executive A5 A6 B6
1 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm
2 6,01 mm 6,35 mm 6,35 mm 6,01 mm 6,35 mm 6,01 mm 6,01 mm 6,01 mm
3 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm
4 6,01 mm 6,35 mm 6,35 mm 6,01 mm 6,35 mm 6,01 mm 6,01 mm 6,01 mm
Liggend
24
1
3
A4 Letter Legal B5 (ISO) Executive A5 A6 B6
1 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm
2 5,0 mm 5,08 mm 5,08 mm 5,0 mm 5,08 mm 5,0 mm 5,0 mm 5,0 mm
3 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm 4,23 mm
4 5,0 mm 5,08 mm 5,08 mm 5,0 mm 5,08 mm 5,0 mm 5,0 mm 5,0 mm
9
2. Afdrukmethoden

Afdrukmethoden

Afdrukken op normaal papier, briefpapier en transparanten

Op normaal papier, briefpapier en transparanten afdrukken vanuit papierlade 1, 2, of 3
Raadpleeg Over papier op pagina 6 om te zien welke papiersoorten u kunt gebruiken.
a Selecteer het volgende in de printerdriver:
Papierformaat ...................... (1)
Soort papier ......................... (2)
Papierbron ........................... (3)
en eventueel andere instellingen.
Printerdriver voor Windows
1
2
3
BR-Script-driver
3
1
2
10
b Trek de papierlade helemaal uit de printer.
2. Afdrukmethoden
c Houd de blauwe vrijgavehendel van de papiergeleider ingedrukt en stel de geleiders af op het gebruikte
papierformaat. Controleer dat de geleiders goed in de sleuven passen. Bij gebruik van Legal-papier moet u de vrijgavehendel voor de papiergeleiders indrukken en de achterkant van de papierlade uitschuiven.
1
Het papierformaat Legal is in bepaalde regio's buiten de VS en Canada niet verkrijgbaar.
1
11
2. Afdrukmethoden
d Plaats papier in de lade en controleer dat het papier niet boven de markering voor de maximale hoogte
van de stapel uitsteekt (b).
e Plaats de papierlade weer goed in de printer. Controleer dat hij zo ver mogelijk in de printer is gestoken. f Zet de papiersteun omhoog om te voorkomen dat het papier van de face-down uitvoerlade valt, of neem
elk vel van de uitvoerlade zodra dit wordt uitgeworpen.
g Stuur de afdrukgegevens naar de printer.
Opmerking
• De te bedrukken zijde moet naar beneden zijn gericht.
• Als u op transparanten afdrukt, moet u elk uitgeworpen vel onmiddellijk verwijderen. Wanneer u de afgedrukte transparanten stapelt, kunnen deze vastlopen of omkrullen.
12
2. Afdrukmethoden
Op normaal papier, briefpapier en transparanten afdrukken vanuit de MF papierlade
De MF lade wordt automatisch geselecteerd wanneer er papier in de multifunctionele lade wordt geplaatst.
Raadpleeg Over papier op pagina 6 om te zien welke papiersoorten u kunt gebruiken.
a Selecteer het volgende in de printerdriver:
Papierformaat ...................... (1)
Soort papier ......................... (2)
Papierbron ........................... (3)
en eventueel andere instellingen.
Printerdriver voor Windows
1
2
3
BR-Script-driver
3
1
2
13
b Maak de MF lade open en trek deze voorzichtig omlaag.
c Trek de steun van de MF lade uit (1).
2. Afdrukmethoden
1
d Zet de papiersteun omhoog om te voorkomen dat het papier van de face-down uitvoerlade valt, of neem
elk vel van de uitvoerlade zodra dit wordt uitgeworpen.
14
2. Afdrukmethoden
e Plaats het papier in de MF lade. Controleer dat het papier niet boven de markeringen (b) aan
weerskanten van de lade uitsteekt.
f Houd de vrijgavehendel van de papiergeleider ingedrukt en stel de geleider af op het gebruikte
papierformaat.
g Stuur de afdrukgegevens naar de printer.
Opmerking
• Plaats het papier met de zijde die het eerste moet worden bedrukt naar boven gericht en met de bovenkant eerst.
• Als u op transparanten afdrukt, moet u elk uitgeworpen vel onmiddellijk verwijderen. Wanneer u de afgedrukte transparanten stapelt, kunnen deze vastlopen of omkrullen.
15
2. Afdrukmethoden

Op dik papier, etiketten en enveloppen afdrukken

De MF lade wordt automatisch geselecteerd wanneer er papier in de multifunctionele lade wordt geplaatst. Raadpleeg Over papier op pagina 6 en Soorten enveloppen op pagina 8 om te zien welke papiersoorten u kunt gebruiken.
a Selecteer het volgende in de printerdriver:
Papierformaat ...................... (1)
Soort papier ......................... (2)
Papierbron ........................... (3)
en eventueel andere instellingen.
Printerdriver voor Windows
1
2
3
BR-Script-driver
3
1
2
Opmerking
• Bij gebruik van Enveloppe #10 kiest u bij Papierformaat de optie Com-10.
• Voor andere enveloppen die niet in de printerdriver worden vermeld, bijvoorbeeld Enveloppe #9 of
Enveloppe C6, gebruikt u Door gebruiker gedefinieerd.... Raadpleeg Papierformaat op pagina A-8
voor nadere informatie over envelopformaten.
16
b Maak de MF lade open en trek deze voorzichtig omlaag.
c Trek de steun van de MF lade uit (1).
2. Afdrukmethoden
1
d Zet de papiersteun omhoog om te voorkomen dat het papier van de face-down uitvoerlade valt, of neem
elk vel van de uitvoerlade zodra dit wordt uitgeworpen.
17
2. Afdrukmethoden
e Plaats het papier in de MF lade. Controleer dat het papier niet boven de markeringen (b) aan
weerskanten van de lade uitsteekt.
Opmerking
• Door de producent geplakte delen van enveloppen moeten goed zijn vastgeplakt.
• De te bedrukken zijde moet naar boven zijn gericht.
• Alle zijden moeten netjes zijn gevouwen en mogen niet gekreukt zijn.
f Houd de vrijgavehendel van de papiergeleider ingedrukt en stel de geleider af op het gebruikte
papierformaat.
g Stuur de afdrukgegevens naar de printer.
Opmerking
• Neem elk vel of elke enveloppe onmiddellijk nadat deze is afgedrukt van de uitvoerlade. Als u vellen of enveloppen stapelt, kan het papier vastlopen of omkrullen.
• Als enveloppen tijdens het afdrukken bevlekt worden, moet u de Papiersoort instellen op Dik papier of
Dikker papier; dit om de fixeertemperatuur te verhogen. Raadpleeg Op dik papier, etiketten en enveloppen afdrukken op pagina 16 voor nadere informatie over het instellen van de afdrukdichtheid.
• Raadpleeg De afdrukkwaliteit verbeteren op pagina 104 als de enveloppen verkreukeld worden uitgeworpen.
18
2. Afdrukmethoden
Opmerking
• Als DL-enveloppen met dubbele flap verkreukeld worden uitgeworpen, moet u in het tabblad Normaal bij Papierformaat de optie DL Lange zijde selecteren. Plaats een nieuwe DL-enveloppe met dubbele flap
in de MF lade, met de langste zijde eerste, en druk opnieuw af.
• Bij het plaatsen van papier in de MF lade dient u rekening te houden met het volgende:
• Plaats het papier voorzichtig en met de bovenste rand eerst in de lade.
• Zorg dat het papier recht en in de juiste stand in de MF lade ligt. Is dit niet het geval, dan kan het papier scheef worden ingevoerd waardoor de vellen verkreukeld worden uitgevoerd of het papier kan vastlopen.
19

Tweezijdig afdrukken (duplex)

2. Afdrukmethoden
De meegeleverde printerdrivers voor Windows® 95/98/Me/2000/XP en Windows NT® 4.0, Mac OS® 9.1 t/m
9.2 en Mac OS voor meer informatie hierover.
®
X 10.2.4 of recenter ondersteunen tweezijdig afdrukken. Raadpleeg Help in de printerdriver

Richtlijnen bij het tweezijdig afdrukken

Als u dun papier gebruikt, kunnen de vellen verkreukelen.
Gekruld papier moet glad worden gestreken voordat het weer in de papierlade of de MF lade wordt geplaatst.
Als het papier scheef wordt ingevoerd, is het misschien omgekruld. Verwijder het en strijk het glad.
Wanneer u de handmatige duplexfunctie gebruikt, kan het papier vastlopen of kan de kwaliteit van de afdruk wat minder zijn. Raadpleeg Vastgelopen papier verwijderen op pagina 95 als het papier is vastgelopen. Raadpleeg De afdrukkwaliteit verbeteren op pagina 104 als u problemen met de afdrukkwaliteit hebt.

Handmatig tweezijdig afdrukken

De BR-Script 3-driver (PostScript® 3™-emulatie) biedt geen ondersteuning voor het handmatig tweezijdig
afdrukken.
Gebruik normaal papier of kringlooppapier. Gebruik geen briefpapier.
Handmatig tweezijdig afdrukken vanuit de papierlade
a Selecteer in de printerdriver het tabblad Geavanceerd en kies de optie Handmatig tweezijdig
afdrukken, en kies in het tabblad Normaal bij Papierbron de optie Lade1.
b Stuur de gegevens naar de printer.
De printer zal automatisch eerst alle even pagina's op de ene zijde van het papier afdrukken.
c Neem de afgedrukte even pagina's van de uitvoerlade en plaats ze opnieuw in de papierlade, met de te
bedrukken zijde (de blanco zijde) naar beneden. Volg de instructies op uw computerscherm.
d De printer zal nu automatisch de oneven pagina's op de ommezijde van het papier afdrukken.
20
2. Afdrukmethoden
Opmerking
• Als u bij de Papierbron de optie Automatisch selecteert, moet u de bedrukte even pagina’s in de MF lade leggen.
• Wanneer u papier in de papierlade plaatst, moet u eerst alle resterende papier uit de lade halen. Daarna legt u de bedrukte pagina's met de bedrukte zijde naar boven in de lade. (Leg nooit reeds bedrukte vellen op een stapel onbedrukt papier.)
Handmatig tweezijdig afdrukken vanuit de MF lade
Opmerking
Strijk het papier glad alvorens het weer in de MF lade te plaatsen, daar het anders kan vastlopen.
a Kies in het tabblad Geavanceerd de optie Handmatig tweezijdig afdrukken en selecteer in het tabblad
Normaal bij Papierbron de optie MF lade.
b Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar boven in de MF lade. Volg de instructies op uw
computerscherm. Herhaal deze stap totdat u alle even pagina's hebt afgedrukt.
c Neem de afgedrukte even pagina’s van de uitvoerlade en plaats ze in dezelfde volgorde weer in de MF
lade. Plaats het papier met de te bedrukken zijde (blanco zijde) naar boven. Volg de instructies op uw computerscherm.
d Herhaal c totdat alle oneven pagina's op de ommezijde van het papier zijn afgedrukt.
21
2. Afdrukmethoden
Afdrukstand voor handmatig tweezijdig afdrukken
De printer drukt de tweede pagina eerst af.
Als u tien pagina’s op vijf vellen papier afdrukt, wordt op het eerste vel eerst pagina 2 afgedrukt en dan pagina
1. Op het tweede vel wordt pagina 4 en dan pagina 3 afgedrukt. Op het derde vel wordt pagina 6 en dan pagina 5 afgedrukt, enz.
Als u handmatig tweezijdig afdrukt, dient u het papier als volgt te plaatsen:
Voor de papierlade:
• Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar beneden gericht en met de bovenkant naar de voorkant van de lade toe.
• Als u de ommezijde wilt bedrukken, plaatst u het papier met de bedrukte zijde naar boven en de bovenkant naar de voorkant van de lade toe.
• Bij gebruik van briefhoofden plaatst u het papier met het briefhoofd naar boven en naar de voorkant van de lade gericht.
• Als u de ommezijde wilt bedrukken, plaatst u het vel met het briefhoofd naar beneden en naar de voorkant van de lade toe.
Voor de multifunctionele lade (MF lade):
• Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar boven gericht en met de bovenkant eerst.
• Als u de ommezijde wilt bedrukken, plaatst u het papier met de bedrukte zijde naar beneden en de bovenkant eerst.
• Bij gebruik van briefhoofden plaatst u het papier met het briefhoofd eerst en naar beneden gericht.
• Als u de ommezijde wilt bedrukken, plaatst u het papier met het briefhoofd eerst en naar boven gericht.

Automatisch tweezijdig afdrukken

Opmerking
®
• De schermen in dit onderdeel zijn afkomstig uit Windows uitzien, afhankelijk van uw besturingssysteem.
• Gebruik voor de automatische duplexfunctie alleen A4-, Letter- of Legal-papier.
• De achterklep moet gesloten zijn.
• Controleer dat de duplexlade goed in de printer geïnstalleerd is.
• Gekruld papier moet glad worden gestreken voordat het weer in de papierlade wordt geplaatst.
• U moet normaal papier gebruiken. Gebruik geen briefpapier of dun papier.
XP. De schermen op uw pc kunnen er anders
a Plaats papier in de papierlade of de MF lade. b Voor de Windows-driver
1 Open het dialoogvenster Eigenschappen in de printerdriver.
2 Selecteer het tabblad Algemeen en klik op het pictogram Voorkeursinstellingen.
22
Loading...
+ 122 hidden pages