Bosch HCE748223 User Manual [nl]

Fornuis HCE7482.3

[nl] Gebruiksaanwijzing

é Inhoudsopgave
[nl]Gebruiksaanwijzing
Belangrijke veiligheidsvoorschriften........................................ 4
Oorzaken van schade................................................................. 6
Overzicht...............................................................................................6
Schade aan de schuiflade ................................................................7
Opstellen en aansluiten ............................................................. 7
Voor de installateur ............................................................................7
Fornuis met de waterpas horizontaal plaatsen .............................7
Uw nieuwe fornuis......................................................................8
Overzicht...............................................................................................8
De kookplaat .......................................................................................8
De oven ................................................................................................9
De binnenruimte.................................................................................. 9
De toebehoren ............................................................................9
Toebehoren plaatsen ...................................................................... 10
Extra toebehoren.............................................................................. 10
Voor het eerste gebruik ...........................................................11
Tijd instellen ...................................................................................... 11
De oven opwarmen ......................................................................... 11
Toebehoren reinigen ....................................................................... 11
Koken met inductie ..................................................................12
Kookgerei .......................................................................................... 12
Normale bedrijfsgeluiden van de kookplaat............................... 12
Kookplaat instellen...................................................................12
Kookplaat in- en uitschakelen ....................................................... 12
Kookzone kiezen en instellen........................................................ 12
Kooktabel .......................................................................................... 13
Powerboost ....................................................................................... 13
Timer .................................................................................................. 14
Automatische uitschakeling ........................................................... 14
Basisinstellingen voor de kookplaat ............................................ 14
Oven instellen ........................................................................... 15
Wijzen van verwarmen en temperatuur ....................................... 15
De oven moet automatisch uitschakelen.................................... 15
De oven schakelt automatisch in en uit ...................................... 16
Snelvoorverwarming........................................................................ 16
Tijd instellen ............................................................................. 16
Kookwekker instellen ............................................................... 17
Kinderslot..................................................................................17
Oven ................................................................................................... 17
Onderhoud en reiniging...........................................................17
Schoonmaakmiddelen .................................................................... 17
Inschuifrails verwijderen en bevestigen....................................... 18
Ovendeur verwijderen en inbrengen............................................ 19
Deurruiten verwijderen en inbrengen........................................... 19
Wat te doen bij storingen? ...................................................... 20
Storingstabel..................................................................................... 20
Ovenlamp aan het plafond vervangen ........................................ 20
Glazen afscherming ........................................................................ 20
Servicedienst............................................................................20
Enummer en FDnummer.............................................................. 20
Energie en milieutips ..............................................................21
Energie besparen met de oven .................................................... 21
Energie besparen met de kookplaat............................................ 21
Milieuvriendelijk afvoeren ............................................................... 21
Voor u in onze kookstudio uitgetest....................................... 21
Gebak ................................................................................................ 21
Tips voor het bakken ...................................................................... 23
Vlees, gevogelte, vis ....................................................................... 24
Tips voor het braden en grillen ..................................................... 25
Ovenschotels, gegratineerde gerechten, toast .......................... 26
Kant-en-klaar producten ................................................................. 26
Bijzondere gerechten...................................................................... 27
Ontdooien.......................................................................................... 27
Drogen ............................................................................................... 27
Inmaak ............................................................................................... 28
Acrylamide in levensmiddelen................................................ 28
Testgerechten........................................................................... 29
Bakken............................................................................................... 29
Grillen................................................................................................. 30
Produktinfo
Meer informatie over producten, accessoires, onderdelen en diensten vindt u op het internet: www.bosch-home.com en in de online-shop: www.bosch-eshop.com
3

: Belangrijke veiligheidsvoorschriften

Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Alleen dan kunt u het toestel goed en veilig bedienen. Bewaar de gebruiksaanwijzing voor later gebruik of om door te geven aan een volgende eigenaar.

Controleer het apparaat na het uitpakken. Niet aansluiten in geval van transportschade.

Alleen een daartoe bevoegd vakman mag apparaten zonder stekker aansluiten. Bij schade door een verkeerde aansluiting maakt u geen aanspraak op garantie.

Dit apparaat is alleen bestemd voor huishoudelijk gebruik en de huiselijke omgeving. Gebruik het uitsluitend voor het bereiden van gerechten en drank. Zorg ervoor dat het apparaat onder toezicht gebruikt wordt. Het toestel alleen gebruiken in gesloten ruimtes.

Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik met een externe tijdschakelklok of een afstandbediening.

Dit toestel kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met beperkte fysieke, sensorische of geestelijke vermogens of personen die gebrek aan kennis of ervaring hebben, wanneer zij onder toezicht staan van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of geleerd hebben het op een veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn van de risico's die het gebruik van het toestel met zich meebrengt.

Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud van het toestel mogen niet worden uitgevoerd door kinderen, tenzij zij 8 jaar of ouder zijn en onder toezicht staan.

Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan 8 jaar uit de buurt blijven van het toestel of de aansluitkabel.

Toebehoren altijd op de juiste manier in de binnenruimte plaatsen. Zie beschrijving toebehoren in de gebruiksaanwijzing.

Risico van brand!

Brandbare voorwerpen die in de binnenruimte worden bewaard kunnen vlam vatten. Bewaar geen brandbare voorwerpen in de binnenruimte. Open nooit de deur wanneer er sprake is van rookontwikkeling in het apparaat. Het toestel uitschakelen en de stekker uit het
stopcontact halen of de zekering in de meterkast uitschakelen.

Risico van brand!

Wanneer de apparaatdeur geopend wordt, ontstaat er een luchtstroom. Het bakpapier kan dan de verwarmingselementen raken en vlam vatten. Tijdens het voorverwarmen mag er nooit bakpapier los op de toebehoren liggen. Verzwaar het bakpapier altijd met een vorm. Bakpapier alleen op het benodigde oppervlak leggen. Het bakpapier mag niet uitsteken over de toebehoren.

Risico van brand!

Hete olie en heet vet vatten snel vlam. Hete olie en heet vet nooit gebruiken zonder toezicht. Vuur nooit blussen met water. Schakel de kookzone uit. Vlammen voorzichtig met een deksel, smoordeksel of iets dergelijks verstikken.

Risico van brand!

De kookzones worden erg heet. Nooit brandbare voorwerpen op de kookplaat leggen. Geen voorwerpen op de kookplaat leggen.

Risico van brand!

De kookplaat schakelt vanzelf uit en kan niet meer worden bediend. Hij kan later per ongeluk worden ingeschakeld. Zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice.

Brandgevaar!

Het apparaat wordt erg heet, brandbare materialen kunnen snel vlam vatten. Bewaar of gebruik geen brandbare voorwerpen ( bijv. spuitbussen, reinigingsmiddelen) onder of in de nabijheid van de oven. Bewaar geen brandbare voorwerpen in of op de oven.

Risico van brand!

Het oppervlak van de schuiflade kan erg heet worden. Bewaar alleen oventoebehoren in de schuiflade. Ontvlambare en brandbare voorwerpen mogen niet in de ovenlade worden opgeborgen.

Risico van verbranding!

Het toestel wordt zeer heet. Nooit de hete vlakken in de binnenruimte of verwarmingselementen aanraken. Het apparaat altijd laten afkoelen. Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.

Risico van verbrandin g!

Toebehoren of vormen worden zeer heet. Neem hete toebehoren en vormen altijd
4
met behulp van een pannenlap uit de binnenruimte.

Risico van verb randing!

Alcoholdampen kunnen in de binnenruimte vlam vatten. Nooit gerechten klaarmaken die een hoog percentage alcohol bevatten. Alleen kleine hoeveelheden drank met een hoog alcoholpercentage gebruiken. De deur van het toestel voorzichtig openen.

Verbrandingsgev aar!

Tijdens het gebruikt worden de oppervlakken van het apparaat heet. De hete oppervlakken niet aanraken. Houd kinderen uit de buurt van het toestel.

Risico van verb randing!

De kookzones en met name een eventueel aanwezige kookplaatomlijsting worden zeer heet. Raak de hete oppervlakken nooit aan. Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.

Risico van verb randing!

De kookzone warmt op, maar de indicatie functioneert niet Zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice.

Risico van verb randing!

Voorwerpen van metaal worden zeer snel heet op de kookplaat. Leg nooit voorwerpen van metaal, zoals messen, vorken, lepels of deksels, op de kookplaat.

Risico van verb randing!

Na elk gebruik de kookzone met de bedieningsknop uitschakelen. Wacht niet tot de kookzone automatisch uitgaat, omdat er geen kook- of bakgerei meer op staat.

Risico van verb randing!

Door overgelopen etenswaar of voorwerpen die op de kookplaat zijn gelegd kan de herkenning van de pan worden uitgeschakeld. Na gebruik de kookplaat altijd met de hoofdschakelaar uitschakelen.

Verbrandingsgev aar!

Het apparaat wordt heet tijdens de bereiding. Laat het voor de reiniging afkoelen.

Kans op verbranding!

Tijdens het gebruik worden de toegankelijke onderdelen heet. De hete onderdelen nooit aanraken. Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.

Risico van verb randing!

Bij het openen van de apparaatdeur kan hete stoom vrijkomen. De deur van het toestel voorzichtig openen. Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.

Kans op verbrandi ngen!

Door water in de hete binnnruimte kan hete waterdamp ontstaan. Nooit water in de hete binnenruimte gieten.

Risico van letsel!

Wanneer er krassen op het glas van de apparaatdeur zitten, kan dit springen. Geen schraper, scherpe of schurende schoonmaakmiddelen gebruiken.

Risico van letsel!

Het gebruik van ongeschikte wokpannen kan tot ongelukken leiden. Gebruik alleen de wokpan die als extra accessoire verkrijgbaar is bij de fabrikant.

Risico van letsel!

Bij de bereiding au-bain-marie kunnen de kookplaat en kookvorm barsten door oververhitting. De au-bain-marie kookvorm mag niet in direct contact komen met de bodem van de pan die met water is gevuld. Gebruik alleen hittebestendige vormen.

Risico van letsel!

Wanneer er vloeistof zit tussen de bodem van de pan en de kookzone kunnen kookpannen plotseling in de hoogte springen. Zorg ervoor dat de kookzone en de bodem van de pan altijd droog zijn.

Risico van letsel!

Wordt het toestel onbevestigd op een sokkel geplaatst, dan kan het hiervan afglijden. Het toestel moet goed aan de sokkel worden bevestigd.

Kantelgevaar!

Waarschuwing: Om te voorkomen dat het
apparaat kantelt, moet een kantelbeveiliging worden gemonteerd. Lees de montage-instructies door.

Kans op een elektrische schok!

Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk. Reparaties en de vervanging van beschadigde aansluitleidingen mogen uitsluitend worden uitgevoerd door technici die zijn geïnstrueerd door de klantenservice. Is het apparaat defect, haal dan de stekker uit het stopcontact of schakel de zekering in de meterkast uit. Contact opnemen met de klantenservice.

Kans op een elektris che schok!

De kabelisolatie van hete toestelonderdelen kan smelten. Zorg ervoor dat er nooit aansluitkabels van
5
elektrische toestellen in contact komen met hete onderdelen van het apparaat.

Kans op een elek trische schok!!

Binnendringend vocht kan een schok veroorzaken. Geen hogedrukreiniger of stoomreiniger gebruiken.

Kans op een elek trische schok!

Bij vervanging van de lamp in de binnenruimte staan de contacten van de lampfitting onder stroom. Trek voordat u tot vervanging overgaat de netstekker uit het stopcontact trekken of schakel de zekering in de meterkast uit.

Kans op een elek trische schok!

Een defect toestel kan een schok veroorzaken. Een defect toestel nooit inschakelen. De netstekker uit het stopcontact halen of de zekering in de

Oorzaken van schade

meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice.

Kans op een elektri sche schok!

Scheuren of barsten in het glaskeramiek kunnen schokken veroorzaken. Zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice.

Gevaar door elektromagnetische storing!

Het inductiekookveld kan elektromagnetische storingen veroorzaken. Elektronische implantaten of apparaten, zoals pacemakers, insulinepompen of gehoorapparaten, kunnen nadelig worden beïnvloed. Dragers van elektronische implantaten of apparaten mogen niet in de buurt komen van het inductiekookveld.
Kookplaat Attentie!
Door ruwe bodems van pannen ontstaan krassen op het
glaskeramiek.
U dient te voorkomen dat pannen leeg koken. Hierdoor kan
schade ontstaan.
Nooit hete pannen op het bedieningspaneel, het
indicatiegebied of de omlijsting zetten. Hierdoor kan schade ontstaan.
Wanneer er harde en puntige voorwerpen op de kookplaat
vallen, kan deze beschadigd raken.
Aluminiumfolie of kook- of bakgerei van kunststof smelten op
de hete kookzones. Bakpapier is niet geschikt voor uw kookplaat.
Schade Oorzaak Maatregel
Vlekken Overgelopen etenswaar Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper.
Ongeschikte reinigingsmiddelen Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor glaskeramiek.
Krassen Zout, suiker en zand Gebruik de kookplaat niet als plaats om iets neer te zetten of als werkvlak.
Door ruwe bodems van pannen ont­staan krassen op het glaskeramiek.
Verkleuringen Ongeschikte reinigingsmiddelen Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor glaskeramiek.
Slijtage van pannen (bijv. aluminium) Til de pannen tijdens het verplaatsen op.
Defecten aan het oppervlak
Suiker, zeer suikerhoudende gerech­ten
Controleer uw kook- en bakgerei.
Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper.

Overzicht

In de volgende tabel vindt u de meest voorkomende schade:

Schade aan de oven

Attentie!

Toebehoren, folie, bakpapier of vormen op de bodem van de
binnenruimte: Geen toebehoren op de bodem van de binnenruimte leggen. Geen bakpapier of folie, van welk type dan ook, op de bodem van de binnenruimte leggen. Geen vorm op de bodem van de binnenruimte plaatsen wanneer een temperatuur van meer dan 50 °C ingesteld is. Er ontstaat dan een opeenhoping van warmte. De bak- en braadtijden kloppen niet meer en het email wordt beschadigd.
Water in de hete binnenruimte: Nooit water in de hete
binnenruimte gieten. Er ontstaat dan waterdamp. Door de
6
verandering van temperatuur kan schade aan het email ontstaan.
Vochtige levensmiddelen: Geen vochtige levensmiddelen
langere tijd in de afgesloten binnenruimte bewaren. Het email raakt dan beschadigd.
Vruchtensap: De bakplaat bij zeer vochtig vruchtengebak niet
te overvloedig bedekken. Vruchtensap dat van de bakplaat druppelt, laat vlekken achter die niet meer kunnen worden verwijderd. Gebruik zo mogelijk de diepere braadslede.
Afkoelen met open apparaatdeur: De binnenruimte alleen
laten afkoelen wanneer deze afgesloten is. Ook wanneer de deur slechts op een kier openstaat, kan de voorzijde van aangrenzende meubels op den duur worden beschadigd.
Sterk vervuilde deurdichting: is de deurdichting sterk vervuild,
dan sluit de apparaatdeur tijdens het gebruik niet meer goed.
De voorzijde van aangrenzende meubels kan worden beschadigd.Zorg ervoor dat de deurdichting altijd schoon is.
Apparaatdeur als vlak om op iets op te leggen of te plaatsen:
niets op de apparaatdeur leggen of plaatsen en er niets aan hangen. Geen vormen of toebehoren op de apparaatdeur plaatsen.
Toebehoren inschuiven: afhankelijk van het type toestel
kunnen de toebehoren krassen geven op de deur. Toebehoren altijd tot de aanslag in de binnenruimte schuiven.
Apparaat transporteren: Het apparaat niet aan de deurgreep
vasthouden of dragen. De deurgreep houdt op den duur het gewicht van het apparaat niet en kan afbreken.

Opstellen en aansluiten

Schade aan de schuiflade

Attentie!
Leg geen hete voorwerpen in de schuiflade. Deze kan beschadigd raken.
Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting dient uitgevoerd te worden door een daartoe bevoegd vakman. De voorschriften van de verantwoordelijke elektriciteitsmaatschappij dienen te worden nageleefd.
Wanneer het toestel verkeerd wordt aangesloten, heeft u geen recht op garantie.

Voor de installateur

De installatie dient te beschikken over een schakelaar met
een contactopening van minstens 3 mm. Bij aansluiting met een stekker is dit niet noodzakelijk wanneer de stekker voor de gebruiker toegankelijk is.
Elektrische veiligheid: het fornuis is een apparaat van
veiligheidsklasse I en mag alleen met een geaarde aansluiting worden gebruikt.
Voor de aansluiting van het apparaat dient een kabel van het
type H 05 VV-F of gelijkwaardig te worden gebruikt.
Apparaten die voorzien zijn van een stekker mogen alleen op
volgens voorschrift geïnstalleerde stopcontacten, beveiligd met een zekering van max. 25 A, 3x4 mm², worden aangesloten.
Fornuis met de waterpas horizontaal plaatsen
Zet het fornuis direct op de vloer.
1. Ovenlade eruit trekken en er naar boven uittillen.
Aan de onderkant bevinden zich binnenin voor en achter stelvoeten.
2. De stelvoeten zo nodig met een zeskantsleutel omhoog of
omlaag draaien, tot het fornuis waterpas staat (Afbeelding A).
3. Ovenlade weer inschuiven (Afbeelding B).
%$
Bevestiging aan de wand
Om te voorkomen dat het fornuis kantelt, dient u het met de meegeleverde haak aan de wand te bevestigen. Neem het montagevoorschrift voor bevestiging aan de wand in acht.
7

Uw nieuwe fornuis

)XQFWLHNHX]HNQRS
EHGLHQLQJVWRHWVHQ
PHWGLVSOD\HQ
WHPSHUDWXXUNHX]HNQRS
WHVW
KPLQ PLQVHF
FOHDQ
NJ
/DGH
2YHQGHXU
.RHOYHQWLODWRU
.RRNSODDW
.RRN]RQHFP
.RRN]RQHFP
.RRN]RQHFP
.RRN]RQHFP
%HGLHQLQJVSDQHHO
Hier maakt u kennis met uw nieuwe fornuis. Wij leggen u de werking van het bedieningspaneel, de kookplaat en de

Overzicht

Afhankelijk van het apparaattype zijn detailafwijkingen mogelijk.
afzonderlijke bedieningselementen uit. U krijgt informatie over de binnenruimte en de toebehoren.
Schakelaars
De schakelaars kunnnen in de uit-stand worden ingedrukt. Om in en uit te schakelen op de schakelaar drukken.

De kookplaat

Bedieningspaneel
De kookzones worden via sensoren ingesteld. Deze bevinden zich onder de symbolen. Om in te stellen het betreffende symbool aanraken.
Symbool Functie
Hoofdschakelaar Hiermee schakelt u de kookplaat
#
Kinderslot Hiermee kunt u de kookplaat blok-
@
om de kookstand te
A @
wijzigen
aan en uit.
keren. Veld Min
Veld Plus gen
A = kookstand verlagen
@ = kookstand verho-
Symbool Functie
Powerboost Hiermee kunt u voor korte tijd het
@G
Timer Hiermee activeert u de timer.
0
A @
Andere symbolen
‘‰
Kookzones Deze symbolen hebben geen
Š’
vermogen van kookstand 9 verho­gen.
Hiermee stelt u de tijd voor de timer in
functie. Ze geven de plaats van de kookzone aan, bijv.
= kookzone rechtsvoor
8
Restwarmte-indicatie
Is een kookzone door de bodem van een pan heet geworden, dan verschijnt na het uitschakelen van de kookzone de restwarmte-indicatie de restwarmte wordt weergegeven. Ook wanneer de kookplaat uitgeschakeld is, is de indicatie verlicht tot de kookzone voldoende is afgekoeld.
of œ. Raak de kookzone niet aan zolang

De oven

U stelt de oven in met de functie- en de temperatuurkeuzeknop.
Functiekeuzeknop
Met de functiekeuzeknop stelt u de verwarmingsmethode voor de oven in. U kunt de functiekeuzeknoppen naar rechts of naar links draaien.
Stand Gebruik
Nulstand De oven is uitgeschakeld.
þ
Boven- en onder-
%
warmte
3D-hetelucht* Voor taart en gebak op één tot
<
Pizzastand Voor de snelle bereiding van diep-
6
Onderwarmte Voor het inkoken en nabakken of
$
Circulatiegrillen Voor het braden van vlees, gevo-
7
Grill, klein Voor het grillen van kleine hoeveel-
*
Grill, groot Voor het grillen van steaks, snee-
(
Ontdooien Voor het ontdooien van vlees,
B
Snelvoorverwarming Snel voorverwarmen van de oven
I
* Verwarmingsmethode waarbij de energie-efficiëntieklasse
overeenkomt met EN50304.
Voor taart en gebak, ovenschotels en magere braadstukken, bijv. rund of wild, op één niveau. De hitte komt gelijkmatig van boven en van beneden.
drie niveaus. De ventilator ver­deelt de warmte van het ronde ver­warmingselement aan de achterkant gelijkmatig in de oven.
vriesproducten zonder voorverwar­men, bijv. pizza's, patates frites of strudel. Het onderste verwarmings­element en het ronde verwar­mingselement aan de achterwand zijn ingeschakeld.
naroosteren. De warmte komt van onderen.
gelte en hele vis. Het grillelement en de ventilator worden afwisse­lend in- en uitgeschakeld. De venti­lator wervelt de hete lucht rond het gerecht.
heden steaks, worstjes, toast en stukjes vis. Het middelste deel van het grillelement wordt heet.
tjes brood en stukjes vis. Het gehele vlak onder het grillelement wordt heet.
gevogelte, brood en gebak. De ventilator wervelt de warme lucht rond het gerecht.
zonder toebehoren.
Wanneer u instelt, brandt de lamp in de binnenruimte.
Temperatuurkeuzeknop
Met de temperatuurkeuzeknop stelt u de temperatuur of de grillstand in.
Stand Betekenis
ÿ
50-300 Temperatuurbe-
1, 2, 3 Grillstanden
Wanneer de oven opwarmt, is op het display het temperatuursymbool het uit. Bij de verwarmingsmethoden Grillen, Circulatiegrillen en Ontdooien is het symbool niet verlicht.
Toetsen en indicatie
Met de toetsen stelt u de verschillende extra functies in. Op het display kunt u de ingestelde waarden aflezen.
Toets Gebruik
V 0
A
E
@
Nulstand De oven warmt niet op.
reik
De temperatuur in de binnen­ruimte in °C.
De grillstanden voor grill, klein en groot
Stand 1= zwak Stand 2 = gemiddeld Stand 3 = sterk
(.
*
pverlicht. In de verwarmingspauzes gaat
Toets Kookwekker Hiermee stelt u de wekker in. Toets Klok Hiermee stelt u de tijd, de tijds-
duur van de oven eindtijd
Toets Min Hiermee stelt u een lagere instel-
waarde in.
Toets Sleutel Hiermee schakelt u het kinderslot
in en uit.
Toets Plus Hiermee stelt u een hogere instel-
waarde in.
y in.
x en de

De binnenruimte

In de binnenruimte bevindt zich de ovenlamp. Een koelventilator beschermt de oven tegen oververhitting.
Ovenlamp
Tijdens het gebruik brandt de ovenlamp in de binnenruimte.
Koelventilator
De koelventilator wordt zo nodig in- en uitgeschakeld. De warme lucht ontsnapt via de deur.
De koelventilator loopt een bepaalde tijd na, zodat de binnenruimte na gebruik sneller afkoelt.
Attentie!
De ventilatiesleuven niet afdekken. Anders raakt de oven oververhit.

De toebehoren

De meegeleverde toebehoren zijn geschikt voor vele gerechten. Let erop dat u de toebehoren altijd op de juiste manier in de binnenruimte plaatst.
Het grote assortiment speciale toebehoren zorgt ervoor dat vele van uw gerechten nog beter lukken en u de oven nog comfortabler kunt gebruiken.
9

Toebehoren plaatsen

U kunt de toebehoren op 5 verschillende hoogtes in de binnenruimte plaatsen. Altijd tot de aanslag inschuiven, zodat de toebehoren de deurruit niet raken.
De toebehoren kunnen tot ongeveer halverwege naar buiten worden getrokken, tot ze inklikken. Zo kunnen de gerechten gemakkelijk uit de oven worden genomen.
Zorg ervoor dat de toebehoren met de welving naar achteren in de binnenruimte worden geplaatst. Alleen zo klikken ze in.
bewegingen naar links of rechts. Anders kan de bakplaat niet gemakkelijk ingeschoven worden. Het geëmailleerde oppervlak kan beschadigd raken.
Toebehoren kunt u nabestellen bij de klantenservice, in de vakhandel of via Internet. Geef hiervoor alstublieft het HEZnummer op.
Rooster Voor servies, taart- en cakevormen, braadstukken, grillstukken en diep­vriesgerechten.
Het rooster met de open kant naar de ovendeur en de welving naar beneden
Emaillen bakplaat Voor gebak en koekjes.
Plaats de bakplaat met de schuine kant naar de ovendeur.
Braadslede Voor vochtig gebak, taarten, diep­vriesgerechten en grote braadstuk­ken. Hij kan ook worden gebruikt om het vet op te vangen, als u direct op het rooster grilt.
Plaats de braadslede met de schuine kant naar de ovendeur.
¾ inschuiven.

Extra toebehoren

Extra toebehoren kunt u bij de servicedienst of in de speciaalzaak kopen. In onze brochures of op internet vindt u diverse producten die voor uw oven geschikt zijn. De beschikbaarheid van extra toebehoren en de mogelijkheid om
Aanwijzing: Wanneer de toebehoren heet worden, kunnen ze vervormen. De vervorming verdwijnt weer nadat ze zijn afgekoeld. Dit heeft geen invloed op de werking ervan.
Houd de bakplaat aan weerszijden met beide handen vast en schuif de bakplaat recht in het frame. Vermijd bij het inschuiven
Extra toebehoren HEZ-nummer Functie
Pizzaplaat HEZ317000 Is zeer geschikt voor pizza, diepvriesgerechten en ronde taar-
Inzetrooster HEZ324000 Om te braden. Plaats het grillrooster altijd op de braadslede.
Grillplaat HEZ325000 Deze wordt bij het grillen in plaats van het grillrooster of als
Baksteen HEZ327000 De baksteen is uitstekend geschikt voor het bereiden van zelf-
Geëmailleerde bakplaat HEZ331003 Voor gebak en koekjes.
Geëmailleerde bakplaat met anti-aanbaklaag HEZ331011 Gebak en koekjes kunnen goed op de bakplaat worden ver-
Braadslede HEZ332003 Voor vochtig gebak, koekjes, diepvriesgerechten en grote
deze via internet te kopen is per land verschillend. Informatie hierover vindt u in de verkoopbrochures.
Niet elk extra toebehoren is voor elk apparaat geschikt. Geef bij aankoop steeds de volledige naam (E-nr.) van uw apparaat op.
ten. U kunt de pizzaplaat in plaats van de braadslede gebrui­ken. Schuif de plaat boven het rooster erin en houd u aan de gegevens in de tabellen.
Afdruipend vet en vleesvocht worden opgevangen.
spatbeveiliging gebruikt om de oven tegen sterke vervuiling te beschermen. Gebruik de grillplaat alleen in combinatie met de braadslede.
Grillstukken op de grillplaat: Alleen de inschuifhoogtes 1, 2 en 3 worden gebruikt.
Grillplaat als spatbeveiliging: De braadslede wordt tezamen met de grillplaat onder het rooster ingeschoven.
gemaakt brood, broodjes en pizza die een knapperige bodem moeten krijgen. De baksteen moet altijd op de aanbevolen temperatuur worden voorverwarmd.
Schuif de bakplaat met de schuine kant naar de ovendeur in de oven.
deeld. Schuif de bakplaat met de schuine kant naar de oven­deur in de oven.
braadstukken. Kan ook voor het opvangen van vet of vlees­vocht onder het rooster worden gebruikt.
Schuif de braadslede met de schuine kant naar de ovendeur in de oven.
10
Loading...
+ 22 hidden pages