Blaupunkt SEATTLE MP74, LOS ANGELES MP74 User Manual [nl]

Radio / CD / MP3
Los Angeles MP74 7 644 815 310 Seattle MP74 7 644 810 310
Gebruiksaanwijzing
http://www.blaupunkt.com
http://www.blaupunkt.com
Bitte aufklappen
Open here
Ouvrir s.v .p.
Hier openslaan a.u.b.
Öppna
Por favor, abrir
Favor abrir
Åbn her
2
2
3 4 5
1
DEUTSCH
ENGLISH
6 7
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
8910111213
SVENSKA
ESPAÑOL
3
PORTUGUÊS
DANSK
BEDIENINGSELEMENTEN
1 Toets voor het in- en uitschake-
len van het apparaat, onderdrukking van het geluid (mute) van het apparaat
2 Volumeregelaar 3
-toets, voor het ontgrendelen van het afneembare bedienings­paneel
4 NEXT-toets voor het weergeven
van volgende pagina's van een menu, wisselen van geheugen­niveau bij radioweergave
5 Softkeys, de functie van de soft-
keys is telkens afhankelijk van de inhoud van het display
6 DIS•ESC-toets, voor het wijzi-
gen van de inhoud van het dis­play en voor het verlaten van menu's
7
-toets, voor het openen van het opklapbare en afneembare bedieningspaneel
8 Joystick en OK-toets
9 MENU-toets, oproepen van het
menu voor de basisinstellingen (kort indrukken) Demomode in- en uitschakelen (lang indrukken)
: AUDIO-toets, bass, treble, ba-
lans, fader en X-BASS instellen (kort indrukken) DEQ+-equalizer oproepen (lang indrukken)
; Display < SOURCE-toets, voor het starten
van de weergave van de cd­resp. cd-wisselaar of Compact Drive MP3 (alleen indien aange­sloten)
of
weergave van een externe au­diobron (alleen indien aangeslo­ten)
= TUNER-toets, voor het starten
van de radioweergave, oproepen van het radio-functie­menu (alleen mogelijk bij radio­weergave)
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
173
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
INHOUDSOPGAVE
Opmerkingen en
accessoires .......................... 176
Verkeersveiligheid ........................ 176
Aanwijzing voor de veiligheid ....... 176
Inbouw ........................................ 176
Accessoires ................................ 176
Demomode deactiveren /activeren 177
Diefstalbeveiliging................ 177
Afneembaar bedieningspaneel ..... 177
Bedieningspaneel verwijderen ..... 177
Bedieningspaneel plaatsen .......... 178
In- en uitschakelen .............. 178
In- en uitschakelen met toets 1 .. 178 In- en uitschakelen via het
contactslot van de auto ................ 178
Volume instellen .................. 179
Volume bij inschakelen instellen ... 179
Geluidsonderdrukking (Mute) ...... 179
Telefoon-audio / navigatie-audio ... 179
Automatic sound ......................... 180
Klankkleur en
volumeverhouding ............... 181
Bass instellen .............................. 181
Treble instellen ............................ 181
Volumeverhouding rechts/links
(balans) instellen.......................... 181
Volumeverhouding voor/achter
(fader) instellen............................ 181
X-BASS ................................ 182
Display instellen ................... 182
Afleeshoek instellen ..................... 182
Helderheid van het display
instellen ....................................... 182
Kleur van de toetsen instellen ...... 183
Kleur van de displayverlichting instellen
(alleen Los Angeles MP74) .......... 183
Spectrumanalyzer instellen .......... 184
Displayinhoud inverteren.............. 185
Radioweergave .................... 185
Tuner instellen ............................. 185
Radioweergave inschakelen ........ 186
RDS-comfortfunctie (AF, REG) .... 186
Golfgebied /
geheugenniveau kiezen................ 187
Zenders instellen ......................... 187
Gevoeligheid van de
zoekafstemming instellen ............. 188
Ontvangbare zenders kort
weergeven (SCAN) ..................... 188
Duur van het fragment instellen .... 189
Zenders programmeren ............... 189
Zenders automatisch
programmeren (Travelstore) ......... 189
Geprogrammeerde zenders
oproepen .................................... 189
Programmatype (PTY) ................. 190
Radio-ontvangst optimaliseren ..... 191
Weergave van radiotekst kiezen... 191
Verkeersinformatie .............. 192
Voorrang voor verkeersinformatie
in- en uitschakelen ....................... 192
Volume voor verkeersinformatie
instellen ....................................... 192
Cd-weergave ........................ 193
Cd-weergave starten, cd plaatsen . 193
Cd verwijderen ............................ 193
Titels kiezen................................. 193
Snelle zoekdoorloop (hoorbaar) ... 194 Willekeurige weergave van de
titels (MIX)................................... 194
Titel herhalen (REPEAT) .............. 194
Titels kort weergeven (SCAN) ..... 194
Cd-tekst laten weergeven ............ 194
Lichtkrant instellen....................... 195
174
INHOUDSOPGAVE
Verkeersinformatie tijdens
cd-weergave ............................... 195
MP3-weergave ..................... 195
Voorbereiding van de MP3-cd ...... 195
MP3-weergave starten ................ 197
Directory kiezen........................... 197
Titels kiezen................................. 197
Snelle zoekdoorloop (hoorbaar) ... 198
Titels kort weergeven (SCAN) ..... 198
Willekeurige weergave van de
titels (MIX)................................... 198
Losse titels of hele directory's
herhaald afspelen (REPEAT) ........ 199
Displayweergave instellen ............ 199
Weergave van cd-wisselaar
(optie) .................................. 200
Weergave van cd-wisselaar
starten ......................................... 200
Cd kiezen .................................... 201
Titels kiezen................................. 201
Snelle zoekdoorloop (hoorbaar) ... 201
Titels kort weergeven (SCAN) ..... 201
Losse titel of hele cd's herhaald
afspelen (REPEAT) ...................... 201
Titels in willekeurige volgorde
weergeven (MIX) ......................... 202
Cd's een naam geven.................. 202
CLOCK - Kloktijd .................. 204
Kloktijd instellen........................... 204
Kloktijd permanent op het display
laten weergeven .......................... 205
Equalizer .............................. 205
Equalizer in- en uitschakelen ........ 206
Equalizer automatisch afregelen... 206
Equalizer kiezen........................... 207
Vooraf ingesteld klanktype (preset)
kiezen.......................................... 207
Equalizer met de hand instellen .... 207
Hulptabel voor het instellen van
de equalizer................................. 209
TMC voor dynamische
navigatiesystemen ............... 210
Voorversterker / sub-out ..... 210
Interne versterker in- en
uitschakelen ................................ 210
Externe audiobronnen ......... 211
AUX-ingang in- en uitschakelen ... 211
AUX-ingang een naam geven ....... 211
Bericht bij inschakelen
invoeren .............................. 212
Serienummer laten
weergeven ........................... 213
Apparaat terugzetten op de
beginwaarden ...................... 213
Technische gegevens .......... 214
Versterker .................................... 214
Tuner ........................................... 214
Cd .............................................. 214
Pre-amp out ................................ 214
AUX-ingang ................................. 214
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
175
OPMERKINGEN EN ACCESSOIRES
Opmerkingen en accessoires
Hartelijk dank dat u hebt gekozen voor een Blaupunkt-product. Wij wensen uw veel plezier van dit nieuwe apparaat.
Lees deze gebruiksaanwijzing voor­dat u het apparaat voor het eerst ge­bruikt.
De Blaupunkt-redacteurs werken con­tinu om de gebruiksaanwijzingen over­zichtelijk en begrijpelijk vorm te geven. Mocht u toch nog vragen over de be­diening hebben, dan kunt u contact op­nemen met uw dealer of met de hotline in uw land. U vindt de nummers op de achterzijde van dit boekje.
Voor onze producten die binnen de Europese Unie gekocht zijn, bieden wij een fabrieksgarantie. U kunt de garan­tiebepalingen oproepen op www.blaupunkt.de of direct opvragen bij:
Blaupunkt GmbH Hotline Robert Bosch Str. 200
D-31 139 Hildesheim
Verkeersveiligheid
De verkeersveiligheid gaat vóór alles. Bedien uw autoradio alleen wanneer de verkeerssituatie dat toe­laat. Maak uzelf voor het begin van de rit vertrouwd met het apparaat. De akoestische waarschuwingssig­nalen van politie, brandweer en red­dingsdiensten moeten tijdig te horen zijn. Beluister daarom tijdens het rij­den uw programma daarom alleen met een gepast geluidsvolume.
176
Aanwijzing voor de veiligheid
De autoradio en het bedienings­paneel (flip-release panel) worden tijdens het gebruik warm. Pak het flip­release panel bij het verwijderen daarom alleen bij de niet-metalen delen vast. Laat de autoradio, wan­neer u deze wilt demonteren, eerst afkoelen.
Inbouw
Wanneer u de autoradio zelf wilt inbou­wen, leest u dan de aanwijzingen voor inbouw en aansluiting aan het einde van de gebruiksaanwijzing.
Accessoires
Gebruik alleen door Blaupunkt toege­laten accessoires.
Afstandsbediening
Met de als optie verkrijgbare afstands­bediening RC 08, RC 10 of RC 10H (verkrijgbaar als speciale accessoire) kunt u de meeste basisfuncties van uw autoradio veilig en comfortabel bedie­nen.
In- en uitschakelen via de afstandsbe­diening is niet mogelijk.
Versterkers
Alle Blaupunkt- en Velocity-versterkers kunnen worden gebruikt.
ACCESSOIRES
DIEF STALBEVEILIGING
Cd-wisselaars (changers)
Voor deze apparaten zijn de volgende Blaupunkt-cd-wisselaars bij de acces­soirehandel te verkrijgen: CDC A 03, CDC A 08, en IDC A 09.
Compact Drive MP3
Om toegang te krijgen tot MP3-muziek­stukken kunt u als alternatief voor een cd-wisselaar de Compact Drive MP3 aansluiten. Bij de Compact Drive MP3 worden de MP3-muziekstukken eerst met een computer opgeslagen op de Microdrive™ (harde schijf) van de Com­pact Drive MP3. Wanneer de Compact Drive MP3 op de autoradio is aange­sloten, kunnen deze als normale cd-ti­tels worden weergegeven. De Compact Drive MP3 wordt bediend zoals een cd­wisselaar, de meeste cd-wisselaarfunc­ties kunnen ook worden gebruikt met de Compact Drive MP3.
Demomode deactiveren / activeren
Het apparaat wordt van fabriekswege geleverd met geactiveerde demomo­dus. Tijdens de demomodus worden de verschillende functies van het apparaat grafisch geanimeerd op het display weergegeven. U kunt de demomodus ook uitschakelen.
Houd toets MENU 9 langer dan
vier seconden ingedrukt om de de­momodus uit resp. in te schakelen.
Diefstalbeveiliging
Afneembaar bedieningspaneel
Uw radio is ter bescherming tegen dief­stal uitgerust met een afneembaar be­dieningspaneel (flip-release panel). Zonder dit bedieningspaneel is het ap­paraat voor een dief waardeloos. Bescherm het apparaat tegen diefstal en neem het bedieningspaneel telkens mee wanneer u de auto verlaat. Laat het bedieningspaneel niet in de auto lig­gen, ook niet op een verborgen plek. De constructie van het bedieningspa­neel maakt een eenvoudige bediening mogelijk.
Let op:
Laat het bedieningspaneel niet val-
len.
Stel het bedieningspaneel nooit
bloot aan direct zonlicht of andere warmtebronnen.
Bewaar het bedieningspaneel in
het meegeleverde etui.
Voorkom directe aanraking van de
contacten van het bedieningspa­neel met de huid. Reinig de con­tacten desgewenst met een in al­cohol gedrenkte, niet-pluizende doek.
Bedieningspaneel verwijderen
3
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
177
DANSK
DIEFSTALBEVEILIGING
IN- EN UITSCHAKELEN
Druk op toets 3.
Het bedieningspaneel wordt ontgren­deld.
Trek het bedieningspaneel eerst in
een rechte lijn en dan naar links uit het apparaat.
Na het losmaken van het bedie-
ningspaneel schakelt het apparaat zichzelf uit.
Alle actuele instellingen worden op-
geslagen.
Een geplaatste cd blijft achter in
het apparaat.
Bedieningspaneel plaatsen
Schuif het bedieningspaneel van
links naar rechts in de geleiding van het apparaat.
Druk op de linkerkant van het be-
dieningspaneel, totdat het vergren­delt.
Let op:
Druk bij het plaatsen van het bedie-
ningspaneel niet op het display.
In- en uitschakelen
Om het apparaat in of uit te schakelen staan u diverse mogelijkheden ter be­schikking.
In- en uitschakelen met toets 1
Om in te schakelen drukt u op
toets 1.
Het apparaat wordt ingeschakeld.
Om uit te schakelen houdt u toets
1 langer dan twee seconden in­gedrukt.
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
In- en uitschakelen via het contactslot van de auto
Wanneer het apparaat correct met het contactslot van de auto is verbonden en het apparaat niet met toets 1 is uitge­schakeld, wordt het met het contact in­resp. uitgeschakeld.
U kunt het apparaat ook inschakelen wanneer het contact is uitgeschakeld.
Druk hiervoor op toets 1.
Let op:
Ter beveiliging van de autoaccu wordt het apparaat bij uitgeschakeld contact na een uur automatisch uitgeschakeld.
178
VOLUME INSTELLEN
Volume instellen
Het volume kan in stappen van 0 (uit) tot 50 (maximaal) worden ingesteld.
Om het volume te vergroten draait
u de volumeregelaar 2 naar rechts.
Om het volume te verkleinen draait
u de volumeregelaar 2 naar links.
Volume bij inschakelen instellen
Het volume waarmee het apparaat speelt wanneer het wordt ingeschakeld, kan worden ingesteld.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "VOLUME".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "ON VOL".
Stel het gewenste volume in met
de volumeregelaar 2.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Let op:
U kunt als inschakelvolume ook het laatst gebruikte volume vóór het uit­schakelen kiezen. Druk hiervoor in het volumemenu op de softkey met de dis­playaanduiding "LAST VOL".
Gevaar voor letsel! Wanneer de waarde voor het inschakelvolume op het maximum is ingesteld, kan het volume bij het inschakelen zeer groot zijn.
Wanneer het volume voor het uit­schakelen op het maximum was in­gesteld en de waarde voor het in­schakelvolume op "LAST VOL" is ingesteld, kan het volume bij het in­schakelen zeer groot zijn. In beide gevallen kan ernstige ge­hoorbeschadiging worden veroor­zaakt!
Geluidsonderdrukking (Mute)
U kunt het volume abrupt verkleinen (mute).
Druk kort op toets 1.
Op het display wordt "MUTE" weerge­geven.
Geluidsonderdrukking (mute) opheffen
Druk opnieuw kort op toets1.
of
draai de volumeregelaar 2.
Telefoon-audio / navigatie-audio
Wanneer uw autoradio op een mobiele telefoon of navigatiesysteem is aange­sloten, wordt het geluid van de autora­dio onderdrukt bij het opnemen van de telefoon of bij een gesproken medede­ling van de navigatie, en het gesprek of de gesproken mededeling wordt weer­gegeven via de luidsprekers van de autoradio. Hiervoor moet de telefoon of het navigatiesysteem op de in de in­bouwhandleiding beschreven manier op de autoradio zijn aangesloten.
Uw Blaupunkt-vakhandel kan u informe­ren welke navigatiesystemen u met uw autoradio kunt gebruiken.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
179
VOLUME INSTELLEN
Wanneer er tijdens een telefoongesprek resp. een gesproken mededeling van de navigatie een verkeersbericht wordt ontvangen, wordt het verkeersbericht pas na beëindiging van het gesprek / de gesproken mededeling weergege­ven, voor zover dit dan nog wordt uit­gezonden. Het verkeersbericht wordt niet opgeslagen!
Wanneer u tijdens een verkeersbericht wordt opgebeld of er een gesproken mededelingen van de navigatie wordt weergegeven, wordt de weergave van de verkeersinformatie onderbroken en kan de gesproken mededeling / het gesprek worden beluisterd.
Het volume waarmee het telefoonge­sprek of de gesproken mededelingen van de navigatie wordt weergegeven, is instelbaar.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "VOLUME".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "PHONE" voor de instelling van het volume.
Stel het gewenste volume in met
de volumeregelaar 2.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Let op:
U kunt het volume ook tijdens de weer­gave van het telefoongesprek resp. de gesproken mededeling van de naviga­tie instellen met de volumeregelaar 2.
Automatic sound
Met deze functie wordt het volume van de autoradio automatisch aangepast aan de snelheid waarmee u rijdt. Hier­voor moet uw autoradio op de in de in­bouwhandleiding beschreven manier zijn aangesloten.
De automatische volumeaanpassing kan is zes standen (0-5) worden inge­steld. "5" betekent de maximale verster­king, "0" betekent geen versterking.
Houd toets AUDIO : langer dan
twee seconden ingedrukt.
Op de bovenste regel van het display wordt "DEQ+ MENU" weergegeven.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "AUTO SND".
Beweeg de joystick 8 omhoog en
omlaag om de gewenste instelling te kiezen.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets AU­DIO :.
De instellingen worden opgeslagen.
Let op:
De voor u optimale instelling van de snelheidsafhankelijke volumeaanpas­sing hangt af van de geluidsontwikke­ling in de auto. Bepaal door uitprobe­ren de voor uw auto optimale waarde.
180
KLANKKLEUR EN VOLUMEVERHOUDING
Klankkleur en volumeverhouding
Let op:
U kunt de instellingen voor bass en tre­ble voor alle audiobronnen apart instel­len.
Bass instellen
Druk op toets AUDIO :.
"AUDIO MENU" verschijnt op het dis­play.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "BASS".
Beweeg de joystick 8 omhoog
resp. naar rechts om de bass te versterken, of omlaag resp. naar links om de bass af te zwakken.
Wanneer het instellen voltooid is:
Druk op de joystick OK 8 of op
toets AUDIO :.
Treble instellen
Druk op toets AUDIO :.
"AUDIO MENU" verschijnt op het dis­play.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "TREBLE".
Beweeg de joystick 8 omhoog
resp. naar rechts om de treble te versterken, of omlaag resp. naar links om de treble af te zwakken.
Wanneer het instellen voltooid is:
Druk op de joystick OK 8 of op
toets AUDIO :.
Volumeverhouding rechts/links (balans) instellen
Om de balans in te stellen drukt u
op toets AUDIO :.
"AUDIO MENU" verschijnt op het dis­play.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "BALANCE".
Beweeg de joystick 8 omhoog
resp. naar rechts, of omlaag resp. naar links om de volumeverhou­ding rechts/links in te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is:
Druk op de joystick OK 8 of op
toets AUDIO :.
Volumeverhouding voor/achter (fader) instellen
Om de fader in te stellen drukt u op
toets AUDIO :.
"AUDIO MENU" verschijnt op het dis­play.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "FADER".
BBeweeg de joystick 8 omhoog
resp. naar rechts, of omlaag resp. naar links om de volumeverhou­ding voor/achter in te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is:
Druk op de joystick OK 8 of op
toets AUDIO :.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
181
X-BASS
DISPLAY INSTELLEN
X-BASS
X-BASS betekent de versterking van de lage tonen bij een gering volume. U kunt de X-BASS-versterking voor één van de volgende frequenties trapsgewijs instel­len van 0 tot 6: 32 Hz, 40 Hz, 50 Hz, 63 Hz of 80 Hz. Wanneer u 0 kiest, is de X-BASS-func­tie gedeactiveerd.
Druk op toets AUDIO :.
"AUDIO MENU" verschijnt op het dis­play.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "X-BASS".
Beweeg de joystick 8 naar links
of naar rechts om de frequentie te kiezen die u wilt versterken.
Beweeg de joystick 8 omhoog om
de X-BASS te versterken, resp. omlaag om de X-BASS af te zwak­ken.
Wanneer het instellen voltooid is:
Druk op de joystick OK 8 of op
toets AUDIO :.
Display instellen
U kunt het display aanpassen aan de inbouwpositie in uw auto en aan uw ei­gen wensen.
Afleeshoek instellen
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "DISPLAY".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "ANGLE".
Beweeg de joystick 8 omhoog
resp. naar rechts, of omlaag resp. naar links om de afleeshoek in te stellen.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Helderheid van het display instellen
Wanneer uw autoradio is aangesloten zoals beschreven in de inbouwhandlei­ding, wordt de helderheid van het dis­play samen met de rijverlichting omge­schakeld. De displayhelderheid kan af­zonderlijk voor dag en nacht worden ingesteld is stappen van 1 tot 16.
Displayhelderheid dag
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "DISPLAY".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "BRIGHT".
182
DISPLAY INSTELLEN
Op de bovenste regel van het display worden DAY en NIGHT weergegeven, samen met de actueel ingestelde waar-
den.
Zet de knipperende keuzemarke-
ring achter DAY resp. NIGHT door de joystick 8 naar links resp. naar rechts te duwen.
Stel de gewenste waarde in. Be-
weeg hiervoor de joystick 8 om­hoog resp. omlaag.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Kleur van de toetsen instellen
U kunt instellen in welke kleur de toet­sen van het apparaat moeten worden verlicht.
Er is een keuze van zestien (Los Ange­les) resp. drie (Seattle) kleuren beschik­baar.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "DISPLAY".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "KEYCOLOR".
Beweeg de joystick 8 omhoog
resp. naar rechts, of omlaag resp. naar links om een kleur in te stel­len. Met elke beweging van de joy­stick 8 wordt een andere kleur gekozen.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Kleur van de displayverlichting instellen (alleen Los Angeles MP74)
Voor de displayverlichting kunt u een van de vier vooraf ingestelde kleuren kiezen, zelf een kleur uit het RGB-spec­trum (rood-groen-blauw) mengen of een kleur kiezen tijdens een zoekdoorloop.
Vooraf ingestelde kleur kiezen
Er zijn reeds vier verschillende tinten in het apparaat opgeslagen. Ter beschik­king staan "Ocean" (blauw), "Amber" (geel-bruin), "Sunset" (rood-oranje) en "Nature" (groen). Kies de kleur die het beste past bij het interieur van uw auto.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "DISPLAY".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "COLOR".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding van de gewenste kleur.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
183
DANSK
DISPLAY INSTELLEN
Kleur voor de displayverlichting mengen
Om de displayverlichting op uw smaak af te stemmen kunt zelf u een kleur voor de displayverlichting mengen met de drie basiskleuren rood, blauw en groen.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "DISPLAY".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "COLOR".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "USER".
In het volgende menu kunt u de
aandelen van de drie kleuren rood, blauw en groen zelf bepalen. Druk hiervoor zo vaak op de desbetref­fende softkey 5 dat de weergege­ven kleur voldoet aan uw wensen.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Kleur voor de displayverlichting kiezen uit zoekdoorloop
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "DISPLAY".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "COLOR".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "COL-SCAN".
Het apparaat begint de kleuren van de displayverlichting af te wisselen.
Wanneer u een van de kleuren wilt
kiezen, drukt u op de softkey 5 met de displayaanduiding "SAVE".
Wanneer u terug wilt naar het vori-
ge menu zonder van kleur te wis­selen, drukt u op de softkey 5 met de displayaanduiding "BREAK".
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Spectrumanalyzer instellen
De spectrumanalyzer op uw display geeft het uitgangsniveau van de auto­radio weer. Wanneer de spectrumana­lyzer ingeschakeld is, wordt deze auto­matisch weergegeven wanneer u tij­dens de weergave van een audiobron enige tijd niet op een toets drukt. U kunt de spectrumanalyzer ook uit­schakelen.
Spectrumanalyzer in- en uitschakelen
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "DISPLAY".
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "SPEC­TRUM" dat de gewenste instelling "SPECTRUM OFF" resp. "SPEC­TRUM ON" op de bovenste regel van het display wordt weergege­ven.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
184
DISPLAY INSTELLEN RADIOWEERGAVE
Displayinhoud inverteren
U kunt de weergave op het display in­verteren.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "DISPLAY".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "INVERT".
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Radioweergave
Dit apparaat is uitgerust met een RDS­radio-ontvanger. Veel van de ontvang­bare FM-zenders zenden een signaal uit dat naast het programma ook infor­matie zoals de naam van de zender en het programmatype (PTY) bevat.
De naam van de zender wordt, zodra deze kan worden ontvangen, op het dis­play weergegeven. Het programmatype kan naar wens worden weergegeven. Lees hiervoor het gedeelte "Program­matype (PTY)".
Tuner instellen
Om foutloos functioneren van het radio­gedeelte te garanderen moet het appa­raat worden ingesteld op de regio waar­in u zich bevindt. U kunt kiezen tussen Europa en Amerika (USA). V an fabrieks­wege is de tuner ingesteld op de regio waar het apparaat is verkocht. Bij pro­blemen met de radio-ontvangst dient u deze instelling te controleren.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "TUNER".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding voor de gewenste regio "AREA EUR" of "AREA USA".
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
185
DANSK
RADIOWEERGAVE
Radioweergave inschakelen
Wanneer het apparaat zich in een van de weergavesoorten cd/MP3 of cd-wis­selaar resp. CompactDrive MP3 be­vindt:
Druk op toets TUNER =.
Het radio-hoofdmenu voor het kiezen van de zender wordt weergegeven. De functies van de radioweergave worden aangestuurd via het radio-functiemenu. U komt in het radio-functiemenu door tijdens de radioweergave opnieuw op toets TUNER = te drukken.
RDS-comfortfunctie (AF, REG)
De RDS-comfortfuncties AF (alternatie­ve frequentie) en REG (regionaal) ver­groten het prestatiespectrum van uw autoradio (alleen bij FM-radioweerga­ve).
AF: Wanneer de RDS-comfortfunc-
tie geactiveerd is, zoekt het appa­raat op de achtergrond automa­tisch naar de als beste te ontvan­gen frequentie van de ingestelde zender.
REG: Sommige zenders verdelen
hun programma op bepaalde tijden in regionale programma's met ver­schillende inhoud. Met de REG­functie wordt voorkomen dat de au­toradio overschakelt op alternatie­ve frequenties met een andere pro­gramma-inhoud.
Let op:
REG moet apart in het radio-functieme­nu worden geactiveerd / gedeactiveerd.
RDS-comfortfunctie in- en uitschakelen
Om de RDS-comfortfuncties AF en REG te gebruiken:
Druk tijdens de radioweergave op
toets TUNER =.
Het radio-functiemenu wordt weergege­ven op het display .
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "RDS" dat de gewenste instelling "RDS ON" resp. "RDS OFF" wordt weergege­ven.
Om terug te keren naar het radio-hoofd­menu:
Druk op toets TUNER = of op de
joystick OK 8.
De instellingen worden opgeslagen.
REG in- en uitschakelen
Om de RDS-comfortfunctie REG te ge­bruiken:
Druk tijdens de radioweergave op
toets TUNER =.
Druk op toets NEXT 4 om de
tweede pagina van het radio-func­tiemenu te laten weergeven.
Het radio-functiemenu wordt weergege­ven op het display .
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "REGIONAL" dat "REGIONAL ON" resp. "RE­GIONAL OFF" wordt weergege­ven.
Druk op toets TUNER = of op de
joystick OK 8.
De instellingen worden opgeslagen.
186
RADIOWEERGAVE
Golfgebied / geheugenniveau kiezen
Met dit apparaat kunt u zenders van de frequentiebanden FM en MW en LW (AM) ontvangen. Voor het golfgebied FM zijn vier geheugenniveaus en voor de golfgebieden MW en L W elk één ge­heugenniveau beschikbaar.
Op elk geheugenniveau kunnen zes zenders worden geprogrammeerd.
Let op:
Wanneer het apparaat is ingesteld op de regio USA, kunt u kiezen tussen de golfgebieden FM en AM. Voor het golf­gebied AM hebt u bovendien de geheu­genniveaus AM1, AM2 en AMT tot uw beschikking.
Golfgebied kiezen
Om een golfgebied te kiezen uit FM, MW of L W te kiezen:
Druk tijdens de radioweergave op
toets TUNER =.
Het radio-functiemenu wordt weergege­ven op het display .
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "BAND".
Druk voor het golfgebied FM op de
softkey 5 met de displayaandui­ding "FM".
Druk voor het golfgebied MW op
de softkey 5 met de displayaan­duiding "MW".
Druk voor het golfgebied LW op de
softkey 5 met de displayaandui­ding "LW".
Het radio-hoofdmenu van het gekozen golfgebied wordt weergegeven.
FM-geheugenniveau kiezen
Om te wisselen tussen de FM-geheu­genniveaus FM1, FM2, FM3 en FMT:
Druk zo vaak op toets NEXT 4
dat het gewenste geheugenniveau op het display wordt weergegeven.
De geheugenniveaus worden opgeroe­pen in de volgorde FM1, FM2, FM3 en FMT.
Let op:
Wanneer het apparaat is ingesteld op de regio USA, en u het golfgebied AM hebt gekozen, kunt u met toets NEXT 4 bovendien kiezen tussen de AM-ge­heugenniveaus AM1, AM2 en AMT.
Zenders instellen
U hebt verschillende mogelijkheden om zenders in te stellen.
Automatische zoekafstemming
Beweeg de joystick 8 omlaag of
omhoog.
De eerstvolgende ontvangbare zender wordt ingesteld.
Handmatig afstemmen op zenders
U kunt ook handmatig zenders instel­len.
Let op:
Er kunnen alleen met de hand zenders worden ingesteld wanneer de RDS­comfortfunctie gedeactiveerd is.
Beweeg de joystick 8 naar links
of naar rechts.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
187
RADIOWEERGAVE
Bladeren in zenderketens (alleen FM)
Wanneer een zender meerdere pro­gramma's biedt, kunt u bladeren in deze zgn. "zenderketen".
Let op:
Om deze functie te kunnen gebruiken, moet de RDS-comfortfunctie geacti­veerd zijn. U kunt zo alleen wisselen tussen zenders die u al eerder hebt ontvangen.
Beweeg de joystick 8 naar links
of naar rechts.
Gevoeligheid van de zoekafstemming instellen
U kunt kiezen of er alleen sterke of ook zwakke zenders worden ingesteld.
Druk tijdens de radioweergave op
toets TUNER =.
Het radio-functiemenu wordt weergege­ven op het display .
Druk op toets NEXT 4.
Let op:
Wanneer u vanuit de MW- of LW-radio­weergave het radio-functiemenu op­roept, bevindt de softkey met de display­aanduiding "SENS" zich op de eerste pagina.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "SENS".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "FM" of "AM" om de gevoeligheid voor FM of AM in te stellen.
Beweeg de joystick 8 omhoog
resp. naar rechts, of omlaag resp. naar links om de gevoeligheid in te stellen.
U kunt de gevoeligheid instellen in stap­pen van 1 tot 6. "SENSITIVITY 6" bete­kent de grootste gevoeligheid voor de ontvangst van ver weg gelegen zen­ders, "SENSITIVITY 1" de geringste.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Ontvangbare zenders kort weergeven (SCAN)
U kunt alle ontvangbare zenders kort laten weergeven. De duur van het frag­ment kan in het menu worden ingesteld tussen 5 en 30 seconden.
SCAN starten
Houd de joystick OK 8 langer dan
twee seconden ingedrukt.
Het scannen begint. "SCAN" wordt kort op het display weergegeven, daarna verschijnt de actuele zendernaam resp. de frequentie van de zender.
Scan beëindigen, zender verder beluisteren
Druk op de joystick OK 8.
Het scannen wordt beëindigd, de als laatste ingestelde zender blijft actief.
188
RADIOWEERGAVE
Duur van het fragment instellen
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "V ARIOUS".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "SCANTIME".
Beweeg de joystick 8 omhoog
resp. naar rechts, of omlaag resp. naar links om de duur van het frag­ment in te stellen.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Let op:
De ingestelde duur van het frag-
ment geldt ook voor het scannen bij weergave van cd/MP3 en cd­wisselaar.
Zenders programmeren
Zenders handmatig programmeren
Kies het gewenste geheugenni-
veau FM1, FM2, FM3, FMT of een van de golfgebieden MW en L W.
Stel de gewenste zender in zoals
beschreven onder "Zenders instel­len".
Houd een van de zes softkeys
waaronder de zender moet worden opgeslagen, langer dan twee se­conden ingedrukt.
Zenders automatisch programmeren (Travelstore)
U kunt de zes sterkste zenders uit de regio automatisch programmeren (al­leen FM). De zenders worden opgesla­gen op geheugenniveau FMT.
Let op:
Wanneer het apparaat is ingesteld op de regio USA, kunt u ook bij AM-radio­weergave de Travelstore-functie star­ten. De zenders worden dan opgesla­gen op geheugenniveau AMT.
Let op:
Eerder op dit niveau geprogrammeer­de zenders worden hierbij gewist.
Travelstore-functie starten:
Druk tijdens de radioweergave op
toets TUNER =.
Het radio-functiemenu wordt weergege­ven op het display.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "T-STORE".
Het programmeren begint. Op het dis­play wordt "TRA VEL STORE" weerge­geven. Wanneer het programmeren voltooid is, wordt de zender op geheu­genpositie één van geheugenniveau FMT (resp. AMT) weergegeven.
Geprogrammeerde zenders oproepen
Kies het geheugenniveau resp. het
golfgebied.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding van de zender­naam resp. de frequentie van de gewenste zender.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
189
RADIOWEERGAVE
Programmatype (PTY)
Naast de naam van de zender geven sommige FM-zenders ook informatie door over het type van hun program­ma. Deze informatie kan door uw auto­radio worden ontvangen en weergege­ven.
Zulke programmatypes kunnen bv . zijn: CUL TURE TRAVEL JAZZ SPORT NEWS POP ROCK CLASSICS Met de PTY-functie kunt u gericht zen-
ders met een bepaald programmatype kiezen.
PTY-EON
Wanneer u een programmatype hebt gekozen en een PTY-zoekdoorloop hebt gestart, schakelt het apparaat au­tomatisch van de actuele zender over op de zender met het gekozen program­matype.
Let op:
Wanneer er geen zender met het ge­kozen programmatype wordt gevonden, is een pieptoon te horen en wordt op het display kort "NO PTY" weergege­ven. De laatst ontvangen zender wordt opnieuw ingesteld.
Wanneer de ingestelde zender of
een andere zender uit de zender­keten op een later tijdstip het ge­wenste programmatype uitzendt, schakelt het apparaat automatisch over van de actuele zender resp. vanuit de weergave van cd, MP3 of cd-wisselaar over op de zender met het gewenste programmatype.
PTY inschakelen
Om de PTY-functie te gebruiken:
Druk tijdens de radioweergave op
toets TUNER =.
Het radio-functiemenu wordt weergege­ven op het display .
➮ Druk op toets NEXT 4. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "PROG TYP".
Wanneer PTY wordt ingeschakeld geeft het display het actuele programmatype weer. PTY is verlicht op het display. Naast de softkeys 5 worden de pro­grammatypes weergegeven.
PTY uitschakelen
Om de PTY-functie uit te schakelen:
Druk terwijl de programmatypes
worden weergegeven op de soft­key 5 met de displayaanduiding "PTY OFF".
Programmatype kiezen en zoekdoorloop starten
Het PTY-menu omvat verschillende pagina's waarop de bekende program­matypes worden weergegeven. Om te bladeren tussen de verschillende pagi­na's van het PTY-menu:
Druk op toets NEXT 4 totdat het
gewenste programmatype naast een van de softkeys wordt weerge­geven.
Druk op de softkey 5 met het ge-
wenste programmatype.
190
RADIOWEERGAVE
Beweeg de joystick 8 omhoog
resp. naar rechts, of omlaag resp. naar links om de zoekdoorloop te starten.
De eerstvolgende ontvangbare zender met het gekozen programmatype wordt ingesteld.
Wanneer er geen zender met het geko­zen programmatype wordt gevonden, is een pieptoon te horen en wordt op het display kort "NO PTY" weergege­ven. De laatst ontvangen zender wordt opnieuw ingesteld.
Let op:
Wanneer u weer terug wilt naar de weer­gave van de programmatypes:
Roep opnieuw de tweede pagina
van het radio-functiemenu op en druk op de softkey 5 met de dis­playaanduiding "PROG TYP".
Radio-ontvangst optimaliseren
Storingsafhankelijke demping van de hoge tonen (HICUT)
De HICUT-functie zorgt voor een ge­luidsverbetering bij slechte radio-ont­vangst. Wanneer sprake is van ont­vangststoringen worden de hoge tonen, en daarmee de storing, automatisch zachter weergegeven.
HICUT instellen
Druk tijdens de radioweergave op
toets TUNER =.
De eerste pagina van het radio-functie­menu wordt weergegeven op het dis­play.
➮ Druk op toets NEXT 4. ➮ Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "HIGH CUT" dat de gewenste instelling op het display wordt weergegeven.
"HICUT 2" betekent de sterkste auto­matische afzwakking van de hoge to­nen en de storing, "HICUT 0" betekent geen afzwakking.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Weergave van radiotekst kiezen
Sommige zenders gebruiken het RDS­signaal ook voor het doorgeven van lichtkranten, de zgn. radioteksten. U kunt de weergave van radiotekst toela­ten of blokkeren.
Druk tijdens de radioweergave op
toets TUNER =.
Het radio-functiemenu wordt weergege­ven op het display.
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "R-TEXT" dat de gewenste instelling "RADIO TEXT ON" resp. "RADIO TEXT OFF" wordt weergegeven.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
191
VERKEERSINFORMATIE
Verkeersinformatie
Dit apparaat is uitgerust met een RDS­EON-ontvanger. Onder EON (Enhan­ced Other Network) verstaat men de doorgifte van informatie over de zender binnen en zenderketen.
In het geval van een verkeersbericht (TA) wordt binnen de zenderketen au­tomatisch overgeschakeld van een zen­der zonder verkeersinformatie naar de desbetreffende zender met verkeersin­formatie van de zenderketen.
Na het verkeersbericht wordt het eer­der beluisterde programma weer inge­schakeld.
Voorrang voor verkeers­informatie in- en uitschakelen
Druk tijdens de radioweergave op
toets TUNER =.
Het radio-functiemenu wordt weergege­ven op het display .
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "TRAFFIC" dat de gewenste instelling "TRAFFIC INFO ON" resp. "TRAFFIC INFO OFF" wordt weergegeven.
Let op:
Tijdens een verkeersbericht wordt het TA-menu weergegeven.
Om het actuele verkeersbericht te on­derbreken:
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "TA EXIT".
Wanneer u de voorrang voor verkeers­informatie wilt uitschakelen:
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "TA OFF".
Let op:
U hoort een waarschuwingstoon:
wanneer u bij het beluisteren van
een zender met verkeersinformatie het uitzendgebied daarvan verlaat;
wanneer u bij het beluisteren van
een cd het uitzendgebied van de zender verlaat en er bij de daarop volgende automatische zoekdoorloop geen nieuwe zender met verkeersinformatie wordt gevonden.
wanneer u van een zender met
verkeersinformatie overschakelt op een zender zonder verkeersinfor­matie.
Schakel dan ofwel de voorrang voor verkeersinformatie uit of stel een zen­der met verkeersinformatie in.
Volume voor verkeersinformatie instellen
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "VOLUME".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "TRAFFIC".
Stel het volume in met de volume-
regelaar 2.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
192
CD-WEERGAVE
Cd-weergave
U kunt met dit apparaat normaal in de handel verkrijgbare cd's met een door­snede van 12 cm afspelen.
Zogenaamde cd-r's en cd-rw's (zelfge­brande cd's) kunnen in de regel ook worden afgespeeld. Vanwege de uit­eenlopende kwaliteit van de basis-cd's kan Blaupunkt niet instaan voor het fout­loos functioneren hiervan.
Voor foutloos functioneren dient u alleen cd's met het CompactDisc-logo te ge­bruiken. Cd's met kopieerbeveiliging kunnen leiden tot problemen bij het af­spelen. Blaupunkt kan niet instaan voor het foutloos functioneren van cd's met kopieerbeveiliging!
Gevaar voor vernieling van de cd-speler! Single-cd's met een doorsnede van 8 cm en niet-ronde cd's met contou­ren (shape cd's) mogen niet worden gebruikt. Wij aanvaarden geen aansprakelijk­heid voor beschadiging van de cd­speler door het gebruik van onge­schikte cd's.
Cd-weergave starten, cd plaatsen
Wanneer er geen cd in de speler
zit:
Druk op toets 7.
Het bedieningspaneel wordt naar voren geopend.
Schuif de cd met de bedrukte zijde
naar boven in de cd-opening.
De cd wordt naar binnen in de speler getransporteerd.
Het transport van de cd mag niet ge­hinderd of geholpen worden.
Het bedieningspaneel wordt automa­tisch gesloten.
Het cd-menu wordt weergegeven, de cd-weergave begint.
Wanneer er al een cd in de speler
zit:
Druk zo vaak op toets SOURCE
< dat de cd-weergave wordt weergegeven.
Het cd-menu wordt weergegeven, de weergave start op de plaats waar deze werd onderbroken.
Cd verwijderen
Druk op toets 7.
Het bedieningspaneel wordt naar voren geopend, de cd wordt naar buiten ge­schoven.
Verwijder voorzichtig de cd.Druk op toets 7.
Het bedieningspaneel wordt gesloten.
Titels kiezen
Beweeg de joystick 8 in één rich-
ting (omhoog en rechts voor de volgende, omlaag en links voor de volgende titel) totdat het nummer van de gewenste titel op het dis­play wordt weergegeven.
Wanneer u de joystick 8 eenmaal om­laag of naar links duwt, wordt de actue­le titel opnieuw gestart.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
193
CD-WEERGAVE
Snelle zoekdoorloop (hoorbaar)
Voor een snelle zoekdoorloop achter­waarts resp. voorwaarts:
Houd de joystick 8 in één richting
(omhoog en rechts voor voor­waarts, omlaag en links voor ach­terwaarts) ingedrukt totdat de snel­le zoekdoorloop begint.
Willekeurige weergave van de titels (MIX)
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "MIX".
"MIX CD" verschijnt kort op het display . De volgende titel die wordt afgespeeld, wordt willekeurig gekozen.
MIX beëindigen
Druk opnieuw op de softkey 5
met de displayaanduiding "MIX".
"MIX OFF" verschijnt kort op het display .
Titel herhalen (REPEAT)
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "REPEAT".
"REPEAT TRACK" wordt kort weerge­geven op het display . De titel wordt her­haald totdat REPEAT wordt gedeacti­veerd.
REPEAT beëindigen
Druk opnieuw op de softkey 5
met de displayaanduiding "REPEAT".
"REPEAT OFF" wordt kort weergege­ven op het display. De weergave wordt normaal voortgezet.
Titels kort weergeven (SCAN)
U kunt alle titels van de cd kort laten weergeven.
Houd de joystick OK 8 langer dan
twee seconden ingedrukt.
De volgende titels van de cd worden in oplopende volgorde kort weergegeven.
Let op:
De duur van het fragment kan wor-
den ingesteld. Lees voor het instel­len van de duur van het fragment het gedeelte "Duur van het frag­ment instellen" in het hoofdstuk "Radioweergave".
SCAN beëindigen, titel verder beluisteren
Om het scannen te beëindigen:
Druk op de joystick OK 8.
De actueel weergegeven titel wordt ver­der weergegeven.
Cd-tekst laten weergeven
Bepaalde cd's zijn voorzien van zgn. cd­tekst. De cd-tekst kan de naam van de uitvoerende, het album of de titel be­vatten.
U kunt de cd-tekst telkens wanneer u van titel wisselt als lichtkrant op het dis­play laten weergeven.
Wanneer de geplaatste cd geen cd­tekst bevat, wordt bij ingeschakelde cd­tekst kort "NO TEXT" op het display weergegeven.
194
CD-WEERGAVE MP3-WEERGAVE
Cd-tekst in- en uitschakelen
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "TEXT" dat "CD TEXT ON" resp. "CD TEXT OFF" wordt weergegeven op het display.
Lichtkrant instellen
U kunt de cd-tekst op de onderste regel van het display als lichtkrant laten weer­geven.
Cd-lichtkrant in- en uitschakelen
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "SCROLL" dat "SCROLL ON" (lichtkrant inge­schakeld) resp. "SCROLL OFF" wordt weergegeven.
Verkeersinformatie tijdens cd­weergave
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "TRAFFIC" dat de gewenste instelling "TRAF­FIC INFO ON" resp. "TRAFFIC INFO OFF" wordt weergegeven.
MP3-weergave
U kunt met deze autoradio ook cd-r's en cd-rw's met MP3-muziekbestanden afspelen.
Voorbereiding van de MP3-cd
Door de combinatie van cd-writer, cd­schrijfsoftware en onbeschreven cd kunnen problemen optreden bij de weergave van de cd's. Wanneer er pro­blemen optreden met zelfgebrande cd's, dient u over te schakelen op een ander merk of een andere kleur basis-cd's.
De opmaak van de cd moet ISO 9660 level 1 of level 2 of Joliet zijn. Alle ande­re soorten kunnen niet betrouwbaar worden afgespeeld.
Vermijd multisessies. Wanneer u op een cd meer dan één sessie wegschrijft, wordt alleen de eerste sessie herkend.
U kunt op één MP3-cd maximaal 127 directory's aanleggen. Deze directory's kunnen met het apparaat afzonderlijk worden gekozen.
In elke directory kunnen zich vervolgens 254 losse titels (tracks) en subdirecto­ry's bevinden, die afzonderlijk kunnen worden gekozen. Het pad mag maxi­maal acht niveaus omvatten.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
195
PORTUGUÊS
DANSK
MP3-WEERGAVE
Afb. 1 Afb. 2
D01
D02
D03
T001 T002 T003 T004 T005
D05
T001 T002 T003 T004 T005 T006 T007
D04
T001 T002 T003 T004 T005 T006 T007 T008 T009 T010 T011
D01
T001 T002 T003 T004 T005 T006 T007 T008 T009 T010 T011
Omdat met bepaalde cd-schrijfsoftware onregelmatigheden in de nummering kunnen optreden, dient u in de hoofddi­rectory D01 ofwel alleen subdirectory's met titels (afb. 1) of alleen titels (afb. 2) op te nemen.
U kunt elke directory met de pc een naam geven. De naam van de directo­ry kan op het display wordt weergege­ven. Geef de directory's en titels namen m.b.v . uw cd-schrijfsoftware. Aanwijzin­gen daarvoor vindt u in de gebruiksaan­wijzing van de software.
Let op:
U dient bij het benoemen van de
directory's en titels geen trema's en symbolen te gebruiken.
Wanneer u waarde hecht aan een cor­recte volgorde van uw bestanden, moet u schrijfsoftware gebruiken die de be­standen op alfanumerieke volgorde rangschikt. Wanneer uw software niet over deze functie beschikt, kunt u de bestanden ook handmatig sorteren. Daarvoor moet u voor elke bestands­naam een nummer zetten, bv. 001, 002, enz. Daarbij moeten ook de voorafgaan­de nullen worden ingevoerd.
MP3-titels kunnen extra informatie be­vatten, zoals uitvoerende, titel en album (ID3-tags). Dit apparaat kan ID3-tags van versie 1 op het display weergeven.
Voor het gebruik van MP3-bestanden met dit apparaat moeten de MP3-be­standen de extensie .MP3 hebben.
Let op:
Om ongestoorde weergave te garande­ren:
Probeer niet om andere bestanden
dan MP3-bestanden te voorzien van de extensie .MP3 en deze ver­volgens af te spelen!
Gebruik geen gemengde cd's met
MP3-bestanden en niet-MP3-titels.
Gebruik geen mix-mode-cd's met
audiotitels en MP3-titels.
196
MP3-WEERGAVE
MP3-weergave starten
De MP3-weergave wordt gestart zoals de normale cd-weergave. Lees hiervoor het gedeelte "Cd-weergave starten / cd plaatsen" in het hoofdstuk "Cd-weerga­ve".
Directory kiezen
Kiezen uit directorylijst
U kunt een lijst met alle directory's van de geplaatste cd laten weergeven en de titels comfortabel hieruit kiezen. De directory's worden weergegeven met de naam die u bij het beschrijven van de cd hebt aangemaakt.
Druk tijdens de MP3-weergave op
toets NEXT 4.
De titellijst van de actuele directory wordt weergegeven.
Duw de joystick 8 naar links of
naar rechts om naar de directo­rylijst te gaan.
Duw de joystick 8 omhoog of om-
laag om door de lijst te 'bladeren'.
Wanneer u een directory uit de lijst
wilt kiezen, zet u de keuzemarke­ring op de gewenste directory en drukt u op de joystick OK 8.
De lijst met titels in de gekozen directo­ry wordt weergegeven.
Zet de keuzemarkering op de ge-
wenste titel en druk op de joystick OK 8.
Druk op toets NEXT 4 om op-
nieuw het MP3-hoofdmenu te laten weergeven.
Directory kiezen met de joystick
Om op- of neerwaarts naar een andere directory te gaan:
Duw de joystick 8 zo vaak om-
hoog resp. omlaag dat het nummer van de gewenste directory op de eerste positie van de bovenste re­gel van het display wordt weerge­geven.
Let op:
Alle directory's die geen MP3-be-
standen bevatten, worden automa­tisch overgeslagen. Wanneer u bv. titels uit directory D01 beluistert en met de joystick 8 de volgende di­rectory kiest, wordt directory D02, die geen MP3-titels bevat (zie af­beelding), overgeslagen en wordt D03 afgespeeld. De weergave op het display springt dan automatisch van "D02" op "D03".
Titels kiezen
Titels kiezen uit de titellijst
U kunt een lijst met alle titels van de actuele directory laten weergeven en de titels comfortabel hieruit kiezen.
Druk om de titellijst te laten weer-
geven op toets NEXT 4.
Duw de joystick 8 omhoog of om-
laag om door de titellijst te 'blade­ren'.
Wanneer u een titel uit de lijst wilt
kiezen, zet u de keuzemarkering op de gewenste titel en drukt u op de joystick OK 8.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
197
MP3-WEERGAVE
Druk op toets NEXT 4 om op-
nieuw het MP3-hoofdmenu te laten weergeven.
Titel kiezen met de joystick
Om op- of neerwaarts naar een andere titel in de actuele directory te gaan:
Beweeg de joystick 8 naar rechts
voor de volgende resp. naar links voor de vorige titel, totdat het num­mer van de gewenste titel op het display wordt weergegeven.
Wanneer u de joystick 8 eenmaal naar links duwt, wordt de actuele titel op­nieuw gestart.
Snelle zoekdoorloop (hoorbaar)
Voor een snelle zoekdoorloop achter­waarts resp. voorwaarts:
Houd de joystick 8 naar links
resp. naar rechts ingedrukt totdat de snelle zoekdoorloop achter­waarts resp. voorwaarts begint.
Titels kort weergeven (SCAN)
U kunt alle titels van de cd kort laten weergeven.
Houd de joystick OK 8 langer dan
twee seconden ingedrukt.
De volgende titels van de cd worden in oplopende volgorde kort weergegeven.
Let op:
De duur van het fragment kan wor-
den ingesteld. Lees voor het instel­len van de duur van het fragment het gedeelte "Duur van het frag­ment instellen" in het hoofdstuk "Radioweergave".
SCAN beëindigen, titel verder beluisteren
Om het scannen te beëindigen:
Druk op de joystick OK 8.
De actueel weergegeven titel wordt ver­der weergegeven.
Willekeurige weergave van de titels (MIX)
Om de titels van de actuele directory in willekeurige volgorde te laten weerge­ven:
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "MIX".
Op het display wordt "MIX DIR" weer­gegeven.
Om de titels van alle directory's van de geplaatste MP3-cd in willekeurige volg­orde te laten weergeven:
Druk opnieuw op de softkey 5
met de displayaanduiding "MIX".
Op het display verschijnt "MIX CD".
MIX beëindigen
Om MIX te beëindigen:
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "MIX" dat "MIX OFF" wordt weergegeven op het display .
198
MP3-WEERGAVE
Losse titels of hele directory's herhaald afspelen (REPEAT)
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "REPEAT".
Op het display verschijnt kort "REPEA T TRACK".
Om de hele directory herhaald te laten afspelen:
Druk opnieuw op de softkey 5
met de displayaanduiding "REPEAT".
Op het display verschijnt kort "REPEA T DIR".
REPEAT beëindigen
Om het herhalen van de actuele titel resp. de actuele directory te beëindigen:
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "REPEAT" dat "REPEAT OFF" kort op het dis­play wordt weergegeven.
Displayweergave instellen
U hebt verschillende mogelijkheden om de naam van de uitvoerende, de titel en het album (ID3-tag) resp. de direc­tory en het bestand te laten weergeven.
De informatie in de ID-tag (album, uit­voerende en titel) kan alleen worden weergegeven wanneer deze bij het in­stellen van de cd resp. het aanmaken van het MP3-bestand is opgeslagen.
Tijdens de weergave wordt op de bo­venste regel van het display steeds de titelnaam weergegeven. Daarbij wordt de titelnaam na het wisselen van titel eenmaal als lichtkrant weergegeven en
vervolgens evt. afgekort tot 16 tekens en weergegeven.
Let op:
Wanneer de titelnaam van de ID3-tag niet beschikbaar is, wordt de naam van het bestand weergegeven.
Voor de onderste regel van het display (inforegel) kunt u kiezen tussen de weergave van verschillende gegevens.
Informatie op de inforegel kiezen
Op de onderste regel van het display (inforegel) kunt u kiezen tussen de weergave van verschillende MP3-gege­vens, zoals titel, uitvoerende, album of directorynummer (DIR) resp. bestands­naam.
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "INFO" dat de gewenste informatie op de on­derste regel van het display wordt weergegeven.
Let op:
Wanneer de informatie over uitvoeren­de, titel en album niet beschikbaar is, kan deze ook niet worden gekozen.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
199
MP3-WEERGAVE WEERGAVE VAN CD-
WISSELAAR
Alle informatie van een bestand eenmaal laten weergeven
Om alle informatie van een titel plus de naam van de directory en het bestand eenmaal als lichtkrant te laten weerge­ven:
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "SHOW ALL".
De informatie wordt voor zover beschik­baar eenmaal als lichtkrant weergege­ven. Tijdens de weergave knippert "SHOW ALL" op het display.
Lichtkrant instellen
U kunt kiezen of de weergave die u onder "Informatie op de inforegel kie­zen" hebt ingesteld, als lichtkrant ("SCROLL ON") of slechts eenmaal ("SCROLL OFF") op het display moet worden weergegeven.
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "SCROLL" dat de gewenste instelling wordt weergegeven.
Weergave van cd-wisselaar (optie)
Welke cd-wisselaars met dit apparaat kunnen worden bediend, kunt u lezen in het hoofdstuk "Accessoires" van deze gebruiksaanwijzing of navragen bij uw Blaupunkt-vakhandel.
Let op:
Informatie over de behandeling en het plaatsen van cd's en over de bediening van de cd-wisselaar vindt u in de ge­bruiksaanwijzing van de cd-wisselaar.
Informatie over de behandeling van de Compact Drive MP3 en het opnemen van muziekstukken op de MicroDrive™ (harde schijf) vindt u in de gebruiksaan­wijzing van de Compact Drive MP3.
Weergave van cd-wisselaar starten
Druk zo vaak op toets SOURCE
< dat het cd-wisselaarmenu wordt weergegeven.
De weergave wordt voortgezet op de plaats waar deze werd onderbroken. Wanneer het magazijn uit de cd-wisse­laar is gehaald en weer geplaatst is, wordt het cd-magazijn eerst gescand. De weergave begint met de eerste titel van de eerste cd die de cd-wisselaar herkent.
200
WEERGAVE VAN CD-WISSELAAR
Cd kiezen
Om op- of neerwaarts naar een andere cd te gaan:
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding van de gewenste CD (CD1-CD10). Wissel hiervoor evt. met de softkey 5 met de dis­playaanduiding "NEXT" resp. "PREVIOUS" tussen de pagina's van het hoofdmenu van de cd-wis­selaar.
of
Duw de joystick 8 zo vaak om-
hoog resp. omlaag dat het nummer van de gewenste cd op het display wordt weergegeven.
Titels kiezen
Om op- of neerwaarts naar een andere titel van de actuele cd te gaan:
Duw de joystick 8 zo vaak naar
links resp. naar rechts dat het num­mer van de gewenste cd op het display wordt weergegeven.
Wanneer u de joystick 8 eenmaal naar links duwt, wordt de actuele titel op­nieuw gestart.
Snelle zoekdoorloop (hoorbaar)
Voor een snelle zoekdoorloop achter­waarts resp. voorwaarts:
Houd de joystick 8 naar links
resp. naar rechts ingedrukt totdat de snelle zoekdoorloop achter­waarts resp. voorwaarts begint.
Titels kort weergeven (SCAN)
U kunt alle titels van de cd kort laten weergeven.
Houd de joystick OK 8 langer dan
twee seconden ingedrukt.
De volgende titels van de cd worden in oplopende volgorde kort weergegeven.
Let op:
De duur van het fragment kan wor-
den ingesteld. Lees voor het instel­len van de duur van het fragment het gedeelte "Duur van het frag­ment instellen" in het hoofdstuk "Radioweergave".
SCAN beëindigen, titel verder beluisteren
Om het scannen te beëindigen:
Druk op de joystick OK 8.
De actueel weergegeven titel wordt ver­der weergegeven.
Losse titel of hele cd's herhaald afspelen (REPEAT)
Om de actuele titel herhaald te laten afspelen:
Druk op toets NEXT 4.
Het functiemenu van de cd-wisselaar wordt weergegeven.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "REPEAT".
Op het display verschijnt kort "REPEA T TRACK".
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
201
DANSK
WEERGAVE VAN CD-WISSELAAR
Om de hele cd herhaald te laten afspe­len:
Druk terwijl het cd-functiemenu
wordt weergegeven opnieuw op de softkey 5 met de displayaandui­ding "REPEAT".
Op het display verschijnt kort "REPEA T CD".
REPEAT beëindigen
Om het herhalen van de actuele titel resp. de actuele cd te beëindigen:
Druk terwijl het cd-functiemenu
wordt weergegeven zo vaak op de softkey 5 met de displayaandui­ding "REPEA T" dat "REPEAT OFF" kort op het display wordt weerge­geven.
Titels in willekeurige volgorde weergeven (MIX)
Om de titels van de actuele cd in wille­keurige volgorde te laten weergeven:
Druk op toets NEXT 4.
Het functiemenu van de cd-wisselaar wordt weergegeven.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "MIX". Op het display verschijnt "MIX CD". Om alle titels alle geplaatste cd's in wil-
lekeurige volgorde te laten weergeven:
Druk opnieuw op de softkey 5
met de displayaanduiding "MIX". Op het display verschijnt kort "MIX ALL".
MIX beëindigen
Om MIX te beëindigen:
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "MIX" dat "MIX OFF" kort op het display wordt weergegeven.
Cd's een naam geven
Om uw cd's beter te kunnen herkennen biedt de autoradio de mogelijkheid om 99 cd's individueel een naam te geven (niet met Compact Drive MP3). De na­men mogen maximaal zeven tekens lang zijn.
Wanneer u probeert om meer dan 99 namen te geven, geeft het display "FULL" aan.
Cd-naam invoeren / wijzigen
Beluister de cd die u een naam wilt
geven.
Druk op toets NEXT 4.
Het functiemenu van de cd-wisselaar wordt weergegeven.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "CD NAME".
Op de bovenste regel van het display wordt de actuele naam van de cd weer­gegeven. Wanneer u de cd nog geen naam hebt gegeven, worden zeven underscores "_" weergegeven.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "EDIT".
U bevindt zich in de edit-modus. De eerste invoerpositie knippert.
202
WEERGAVE VAN CD-WISSELAAR
Beweeg de joystick 8 omhoog of
omlaag en kies zo uw tekens.
Wanneer een positie vrij moet blij-
ven, kiest u een underscore.
Beweeg de joystick 8 naar links
of naar rechts en verander zo de
invoerpositie.
Om de naam op te slaan drukt u op
de joystick OK 8.
Wissen van een cd-naam
Beluister de cd waarvan u de naam
wilt wissen.
Druk op toets NEXT 4.
Het functiemenu van de cd-wisselaar wordt weergegeven.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "CD NAME".
Houd de softkey 5 met de
displayaanduiding "CLEAR CD"
langer dan twee seconden inge-
drukt. De cd-naam wordt gewist.
Wissen van alle cd-namen
➮ Beluister een cd. ➮ Druk op toets NEXT 4.
Het functiemenu van de cd-wisselaar wordt weergegeven.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "CD NAME".
Houd de softkey 5 met de
displayaanduiding "CLEAR ALL"
langer dan twee seconden inge-
drukt. De cd-namen worden gewist.
Let op:
Deze functie is niet beschikbaar voor de Compact Drive MP3. Wanneer u deze functie gebruikt met de Compact Drive MP3, wordt op het display 45 se­conden "CDC CLEAR" weergegeven. Het apparaat kan in deze tijd niet wor­den bediend.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
203
CLOCK - KLOKTIJD
CLOCK - Kloktijd
Kloktijd instellen
De kloktijd kan automatisch worden in­gesteld via het RDS-signaal. Wanneer er geen zender te ontvangen is die deze functie ondersteunt, kunt u de kloktijd ook met de hand instellen.
Kloktijd automatisch laten instellen
Om de kloktijd automatisch te laten in­stellen:
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "CLOCK".
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "AU-
TOSYNC" dat "AUTOSYNC ON"
op het display wordt weergegeven. "AUTOSYNC ON" betekent dat de klok-
tijd automatisch d.m.v. het RDS-signaal wordt ingesteld.
Kloktijd met de hand instellen
Om de kloktijd in te stellen drukt u
op toets MENU 9.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "CLOCK".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "TIME". Op de bovenste regel van het display
worden de uren en de minuten weer­gegeven. De uren knipperen.
Stel de uren in door de joystick 8
omhoog en omlaag te bewegen.
Om de minuten in te stellen:
Duw de joystick 8 naar rechts.
De minuten knipperen.
Stel de minuten in door de joystick
8 omhoog en omlaag te bewe­gen.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Datum instellen
Om de datum in te stellen:
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "CLOCK".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "DATE".
IOp de bovenste regel van het display worden het jaar (YY), de maand (MM), en de dag (DD) weergegeven.
De invoerpositie voor het jaar knippert.
Stel het jaar in (bv. "04" voor 2004)
door de joystick 8 omhoog of om­laag te bewegen.
Duw de joystick 8 naar rechts om
de invoerpositie naar de maand te verzetten.
Stel de maand in door de joystick
8 omhoog of omlaag te bewegen.
Duw de joystick 8 naar rechts om
de invoerpositie naar de dag te ver­zetten.
204
CLOCK - KLOKTIJD
EQUALIZER
Stel de maand in door de joystick
8 omhoog of omlaag te bewegen.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets
MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Kloktijd permanent op het display laten weergeven
Terwijl de radio is uitgeschakeld maar het contactslot is ingeschakeld, kunt u de kloktijd laten weergeven op het dis­play van het apparaat.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "CLOCK".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "OFFCLOCK". "SHOW CLOCK" betekent dat de klok-
tijd wordt weergegeven, "HIDE CLOCK" betekent geen weergave van de klok­tijd.
Equalizer
Dit apparaat beschikt over een digitale DEQ Max-equalizer. Hiermee hebt u drie zelfafregelende vijfbands-equali­zers en vijf bestaande klankinstellingen tot uw beschikking.
De equalizers EQ1 - EQ3 kunnen met behulp van de meegeleverde (alleen Los Angeles MP74), speciale afregel­microfoon automatisch worden afgere­geld. De automatisch bepaalde waar­den kunnen ook handmatig worden gewijzigd.
Bovendien kunt u de equalizer ook vol­ledig handmatig instellen.
De volgende banden staan ter beschik­king:
LOW 1 20 - 250 Hz
LOW 2 20 - 250 Hz
HIGH 1 320 - 20.000 Hz
HIGH 2 320 - 20.000 Hz
HIGH 3 320 - 20.000 Hz
U kunt het uitgangsniveau voor één fre­quentie van de band in 25 stappen in­stellen van -12 dB tot +12 dB. Verder kunt u de kwaliteitsfactor Q in drie stap­pen instellen van 1 tot 3.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
205
PORTUGUÊS
DANSK
EQUALIZER
Equalizer in- en uitschakelen
Om de equalizer in en uit te schakelen:
Houd toets AUDIO : langer dan
twee seconden ingedrukt. Het equalizermenu wordt weergegeven.
Om de equalizer in te schakelen:
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "USER" of "PRE-
SET" en kies een equalizer.
Om de equalizer uit te schakelen:
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "OFF".
Equalizer automatisch afregelen
U kunt voor drie verschillende situaties een elektronische afregeling uitvoeren en opslaan, bv .:
EQ 1 voor bestuurder alleen EQ 2 voor bestuurder en passagier EQ 3 inzittenden voor en achter
Tijdens het afregelen houdt u de micro­foon op de desbetreffende positie.
De positie voor de afregelmicrofoon voor situatie 1 (voorbeeld: bestuurder alleen) is direct ter hoogte van het hoofd van de bestuurder.
Voor situatie 2 bevindt de afregelmicro­foon zich tussen bestuurder en passa­gier.
Voor situatie 3 in het midden van het auto-interieur (links/rechts, voor/achter).
Voor het afregelen moet een werkelijk rustige omgeving beschikbaar zijn. Bij­geluiden verstoren de meting.
Let op:
Tijdens het afregelen mag de tempera­tuur in de auto de 55° C niet overschrij­den, omdat anders verstoring van de meetresultaten kan optreden.
De weg van het geluid vanaf de luid­sprekers mag niet worden gehinderd. Alle luidsprekers moeten aangesloten zijn. De microfoon moet op het appa­raat zijn aangesloten.
De benodigde microfoon is bij de Los Angeles MP74 meegeleverd, voor de Seattle MP74 kunt u de microfoon bij de vakhandel aanschaffen.
Om een equalizer af te regelen:
Houd toets AUDIO : langer dan
twee seconden ingedrukt.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "USER EQ".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "EQ-1", "EQ-2" of "EQ-3" van de equalizer die u wilt afregelen.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "ADJUST".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "AUTO".
Op het display wordt een countdown weergegeven, vervolgens hoort u een testgeluid en het afregelen begint.
Let op:
Volg tijdens het afregelen de aanwijzin­gen op het display!
Ga op deze manier te werk met
alle equalizers.
206
EQUALIZER
Equalizer kiezen
Na het afregelen resp. het handmatig instellen:
Houd toets AUDIO : langer dan
twee seconden ingedrukt.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "USER EQ".
Kies een van de equalizers "EQ-1",
"EQ-2" of "EQ-3" met de desbetref-
fende softkeys 5.
Druk op de joystick OK 8 of toets
AUDIO : om het menu te verla-
ten. De instellingen worden opgeslagen.
Vooraf ingesteld klanktype (preset) kiezen
U kunt vooraf ingestelde klankinstellin­gen kiezen voor de volgende muziek­genres:
VOCAL
DISCO
ROCK
JAZZ
CLASSIC
Instellingen voor deze muziekstijlen zijn reeds vooraf geprogrammeerd.
Houd toets AUDIO : langer dan
twee seconden ingedrukt.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "PRESET".
Kies een van de presets met de
desbetreffende softkeys 5.
Druk op de joystick OK 8 of toets
AUDIO : om het menu te verla-
ten.
De instellingen worden opgeslagen.
Equalizer met de hand instellen
Aanwijzingen voor de instelling
Wij raden u aan om voor de instelling een bekende cd te gebruiken. Zet vóór het instellen van de equalizer de instel­lingen voor klankkleur en volumever­houding op nul en deactiveer X-BASS. Lees hiervoor het hoofdstuk "Klankkleur en volumeverhouding".
Beluister een cd.Beoordeel de klank naar uw eigen
ideeën.
Lees nu in de "Hulptabel voor het
instellen van de equalizer" de infor­matie onder "Klankindruk".
Stel de waarden voor de equalizer
in zoals beschreven onder "Maat­regel".
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
207
DANSK
EQUALIZER
Instellingen uitvoeren
Houd toets AUDIO : langer dan
twee seconden ingedrukt.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "USER".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "EQ-1", "EQ-2" of
"EQ-3" van de equalizer die u wilt
wijzigen.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "LOW1", "LOW2",
"HIGH1", "HIGH2" of "HIGH3" van
de equalizerband waarvan u de in-
stelling wilt wijzigen. Op de bovenste regel worden de fre-
quentie in Hz, het niveau in dB en de kwaliteitsfactor "Q" weergegeven.
Om de frequentie te kiezen:
Duw de joystick 8 naar links of
naar rechts tot de frequentie knip-
pert.
Stel de frequentie die u wilt wijzi-
gen in door de joystick 8 omhoog
of omlaag te duwen. Om het niveau in te stellen:
Duw de joystick 8 naar links of
naar rechts tot het niveau voor "dB"
knippert.
Stel het niveau voor de frequentie
in door de joystick 8 omhoog of
omlaag te duwen.
Om de kwaliteitsfactor Q in te stellen:
Duw de joystick 8 naar links of
naar rechts tot de kwaliteitsfactor "Q" knippert.
Stel de kwaliteitsfactor in door de
joystick 8 omhoog of omlaag te duwen.
Let op:
Ga op deze manier te werk met alle fre­quenties die u wilt instellen.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets AU­DIO :.
De instellingen worden opgeslagen.
208
Hulptabel voor het instellen van de equalizer
EQUALIZER
Klankindruk / probleem
Basweergave te zwak
Onzuivere bas Weergave dreunt Onaangename druk
Klank sterk op de voorgrond, agressief, geen stereo-effect
Doffe weergave Weinig transparantie Geen glans op de instrumenten
Maatregel
Versterk de bas met frequentie: 32 tot 160 Hz Niveau: +4 tot +6 dB
Zwak de lage middentonen af met frequentie: 400 Hz Niveau: ca. -4 dB
Zwak de middentonen af met frequentie: 1000 tot 2500 Hz Niveau: -4 tot -6 dB
Versterk de hoge tonen met frequentie: 6 300 tot 10 000 Hz Niveau: +2 tot +4 dB
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
209
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
TMC
VOORVERSTERKER/
SUB-OUT
TMC voor dynamische navigatiesystemen
TMC betekent "Traffic Message Chan­nel". Via TMC wordt verkeersinforma­tie digitaal verzonden, zodat deze door hiervoor geschikte navigatiesystemen worden gebruikt voor de routeplanning. Uw autoradio beschikt over een TMC­uitgang, waarop Blaupunkt-navigatie­systemen kunnen worden aangesloten. Uw Blaupunkt-vakhandel kan u informe­ren over welke navigatiesystemen er op uw autoradio kunnen worden aangeslo­ten.
210
Voorversterker / sub-out
U kunt op de desbetreffende aanslui­tingen van de autoradio externe verster­kers aansluiten. Bovendien kunt u op het geïntegreerde laagdoorlaatfilter van het apparaat een subwoofer aansluiten. Hiervoor moeten de versterker en de subwoofer op de in de inbouwhandlei­ding beschreven manier worden aan­gesloten. Wij adviseren het gebruik van afgestemde producten uit de Blaupunkt­of Velocity-productlijn.
Interne versterker in- en uitschakelen
Wanneer u een externe versterker ge­bruikt, kunt u de interne versterker van het apparaat uitschakelen (instelling "IN­TERNAL AMP OFF").
Let op:
Controleer deze instelling wanneer
de luidsprekers geen geluid geven.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "V ARIOUS".
Druk zo vaak op de softkey 5 met
de displayaanduiding "AMP ON" dat de gewenste instelling "INTER­NAL AMP ON" resp. "INTERNAL AMP OFF" wordt weergegeven. Wanneer de interne versterker is ingeschakeld, heeft de softkey "AMP ON" een donkere achter­grond.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
EXTERNE AUDIOBRONNEN
Externe audiobronnen
U kunt maximaal twee externe audio­bronnen aansluiten op het apparaat. Zulke bronnen kunnen bv. een draag­bare cd-speler, MiniDisc-speler of MP3­speler zijn.
De eerste externe audiobron kunt u aansluiten in plaats van een cd-wissel­aar (AUX1).
De tweede externe audiobron (AUX2) kunt u aansluiten in aanvulling op de cd-wisselaar of AUX1.
Om de AUX-ingangen te kunnen gebrui­ken, moet u in het Setup-menu moet de AUX-ingangen inschakelen.
Voor het aansluiten van een externe audiobron hebt u een adapterkabel no­dig. Deze kabel is verkrijgbaar bij uw Blaupunkt-dealer.
AUX-ingang in- en uitschakelen
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "AUX". Het AUX-menu wordt weergegeven.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "AUX1" wanneer u
geen cd-wisselaar hebt aangeslo-
ten en een externe audiobron wilt
aansluiten. Telkens wanneer u op
de softkey "AUX1" drukt, kunt u
wisselen tussen de instellingen
"AUXILIARY 1 ON" en "AUXILIA-
RY 1 OFF".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "AUX2". Telkens wanneer u op de softkey "AUX2" drukt, kunt u wisselen tussen de instellingen "AUXILIARY 2 ON" en "AUXILIARY 2 OFF".
Let op:
Wanneer er een cd-wisselaar is
aangesloten, kan de ingang AUX1 niet worden veranderd.
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets MENU 9.
De instellingen worden opgeslagen.
Let op:
Wanneer de AUX-ingangen inge-
schakeld zijn, kunnen deze met toets SOURCE < worden geko­zen.
AUX-ingang een naam geven
U kunt de AUX-ingangen een naam geven om deze bij het kiezen van de geluidsbron met toets SOURCE < beter te kunnen indelen (u kunt bv. de naam van het aangesloten apparaat gebruiken).
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "AUX".
Het AUX-menu wordt weergegeven.
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "EDIT" onder "AUX1" resp. "AUX2".
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
211
DANSK
EXTERNE AUDIOBRONNEN
De standaardtekst voor de gekozen in­gang wordt weergegeven op het display. De invoermarkering staat ah begin van de regel en knippert.
Om een naam in te voeren:
Duw de joystick 8 naar links of
naar rechts om de invoermarkering
te verplaatsen.
Stel de gewenste letter in door de
joystick 8 omhoog of omlaag te
duwen.
Druk wanneer u de naam hebt in-
gevoerd op de joystick OK 8 of
op toets MENU 9 om het menu te
verlaten. De instellingen worden opgeslagen.
BERICHT BIJ
INSCHAKELEN
Bericht bij inschakelen invoeren
Wanneer u het apparaat inschakelt, wordt een bericht als lichtkrant op het display weergegeven. In de fabriek is vooraf de tekst "BLAUPUNKT-THE ADVANTAGE IN YOUR CAR" inge­steld. U kunt hiervoor in de plaats een eigen tekst invoeren van maximaal 35 tekens lang.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "V ARIOUS".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "ON MSG".
De standaardtekst voor het bericht bij inschakelen wordt weergegeven. De invoermarkering staat aan het begin van de regel en knippert.
Om een andere tekst in te voeren:
Duw de joystick 8 naar links of
naar rechts om de invoermarkering te verplaatsen.
Stel de gewenste letter in door de
joystick 8 omhoog of omlaag te duwen.
Druk wanneer u de naam hebt in-
gevoerd op de joystick OK 8 of op toets MENU 9 om het menu te verlaten.
De instellingen worden opgeslagen.
212
SERIENUMMER TERUGZETTEN
Serienummer laten weergeven
U kunt het serienummer van het appa­raat op het display laten weergeven.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "V ARIOUS".
Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "SER NUM". Het serienummer van het apparaat
wordt weergegeven op de bovenste regel van het display .
Druk om het menu te verlaten op
de joystick OK 8 of op toets
MENU 9.
Apparaat terugzetten op de beginwaarden
U kunt het apparaat terugzetten op de vooraf door de fabriek ingestelde para­meters. Alle persoonlijke instellingen gaan daarbij verloren.
➮ Druk op toets MENU 9. ➮ Druk op de softkey 5 met de dis-
playaanduiding "V ARIOUS".
Houd de softkey 5 met de
displayaanduiding "NORMSET" langer dan twee seconden inge­drukt.
Het apparaat schakelt zichzelf uit en vervolgens automatisch weer in.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
213
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
TECHNISCHE GEGEVENS
Technische gegevens
Versterker
Uitgangsvermogen: 4 x 18 W sinus bij
14,4 V en 1% vervorming aan 4 4 x 26 W sinus volgens DIN 45324 bij 14,4 V aan 4 4 x 50 W max. power
Tuner
Golfgebieden: FM : 87,5 – 108 MHz MW : 531 – 1 602 kHz LW : 153 – 279 kHz
FM-frequentiebereik:
20 - 16.000 Hz
Cd
Frequentiebereik: 15 - 20.000 Hz
Pre-amp out
Vier kanalen: 4 V / < 1 k
AUX-ingang
Ingangsgevoeligheid:
1,2 V / 10 k
214
Wijzigingen voorbehouden!
Service-Nummern / Service numbers / Numéros du service après­vente / Numeri del servizio di assistenza / Servicenummers / Telefonnummer för service / Números de servicio / Número de serviço / Servicenumre
Country: Phone: Fax: WWW:
Germany (D) 0180-5000225 05121-49 4002 http://www.blaupunkt.com Austria (A) 01-610 39 0 01-610 39 391
Belgium (B) 02-525 5444 02-525 5263 Denmark (DK) 44 898 360 44-898 644 Finland (FIN) 09-435 991 09-435 99236 France (F) 01-4010 7007 01-4010 7320 Great Britain (GB) 01-89583 8880 01-89583 8394 Greece (GR) 210 94 27 337 210 94 12 711 Ireland (IRL) 01-4149400 01-4598830 Italy (I) 02-369 62331 02-369 62464 Luxembourg (L) 40 4078 40 2085 Netherlands (NL) 023-565 6348 023-565 6331 Norway (N) 66-817 000 66-817 157 Portugal (P) 01-2185 00144 01-2185 11111 Spain (E) 902 52 77 70 902 52 77 70 Sweden (S) 08-7501500 08-7501810 Switzerland (CH) 01-8471644 01-8471650
Czech. Rep. (CZ) 02-6130 0441 02-6130 0514 Hungary (H) 01-333 9575 01-324 8756 Poland (PL) 0800-118922 022-8771260
Turkey (TR) 0212-335 06 69 0212-346 00 40 USA (USA) 800-2662528 708-6817188 Brasil
(Mercosur) (BR) +55-19 3745 2769 +55-19 3745 2773 Malaysia
(Asia Pacific) (MAL) +604-6382 474 +604-6413 640
03/04 - CM/PSS
Blaupunkt GmbH
Loading...