Draadloze Rookmelder (SD-S1)
OOnnddeerrddeelleennbbeesscchhrriijjvviinngg
IInnhhoouudd vvaann ddee vveerrppaakkkkiinngg
RReekkaalliibbrraattiiee vvaann ddee RRooookkmmeellddeerr
1. Leer/testknop
Druk op de knop om een leer-/testcode te verzenden, het
alarmsignaal stop te zetten, te testen of de rookmelder te
rekalibreren
2. LED Indicatorr
3. Batterijcompartiment
4. Montagebeugel
1 x rookmelder met montagebeugel
2 x pluggen en schroeven
4 x 1.5V AAA alkaline batterijen
Zet het regelpaneel in de leermodus. Druk dan op de leerknop
van de Rookmelder om een leercode te verzenden. Raadpleeg
de handleiding van het regelpaneel om het leerproces te
voltooien
De rookmelder heeft 2 doordrukgaten aan de achterzijde voor
montage aan het plafond.
1. Gebruik deze twee doordrukgaten om de positie op het
plafond te markeren.
2. Boor gaten in het plafond met behulp van de doordrukgaten
als sjabloon.
3. Bevestig de basis aan de muur met de schroeven en pluggen.
4. Plaats het deksel terug op de basis.
Het wordt aanbevolen om de rookmelder te monteren in het
midden van het plafond.
Monteer de rookmelder niet op de volgende locaties:
Keuken - De rook van het koken kan vals alarm te activeren,
gebruik hier een Blaupunkt Draadloze Hitte Detector (HD-S1).
In de buurt van een ventilator of airconditioning - de
luchtstroom hiervan kan de gevoeligheid van de sensor
beïnvloeden
Op een hoek, de top van een "A" frametype plafond, in de
buurt van plafondbalken of boven een kast - De stilstaande
lucht kan gevoeligheid van de sensor beïnvloeden.
Bij rookdetectie, zal de rookmelder LED gaan knipperen en klinkt
de zoemer om alarm te slaan. De LED- flitst en het alarm zal
doorgaan tot de aanwezigheid van rook weg is.
Stil Alarm
Wanneer het alarm geactiveerd is, zal het indrukken van de
leer-/testknop de rookmelder in stil alarm zetten gedurende 10
minuten.
Gedurende deze periode zal de ingebouwde sirene tot zwijgen
worden gebracht en zal de LED één keer per seconde knipperen.
Als de periode van 10 minuten is verstreken, zal de rookmelder 2
piepjes laten horen en terug keren naar de normale werking. Als
er nog steeds de aanwezigheid van rook wordt gedetecteerd, zal
de rookmelder onmiddellijk weer het alarm laten horen.
Auto Kalibratie
De werking van de rookmelder kan soms variëren na installatie,
wat rookdetectie prestaties kan beïnvloeden. Om de prestatie te
behouden, zal de rookmelder automatisch zijn sensor elke
maand kalibreren om ervoor te zorgen dat deze in optimale
conditie is..
De rookmelder zal geen melding geven voor het uitvoeren van
automatische kalibratie, behalve wanneer de kalibratie is mislukt.
Wanneer de automatische kalibratie mislukt, zal de LED
knipperen om dit aan te geven. U kunt kiezen uit de volgende
opties:
Verwijder en laad de batterijen opnieuw op. De rookmelder zal
het kalibratie proces uitvoeren wanneer de batterijen zijn
teruggeplaatst.
Kalibreer de sensor handmatig.
De rookmelder zal nog steeds normaal functioneren als de
automatische kalibratie mislukt, omdat het de oude
kalibratie-instelling gebruikt.
Handmatige kalibratie
Volg de onderstaande stappen om de rookmelder handmatig te
kalibreren als de automatische kalibratie misluk
Houd de leer/testknop 10 seconden ingedrukt tot de LED begint
te knipperen.
Laat de leer/testknop los, de rookmelder zal 2 korte tonen laten
horen.
De rookmelder is nu onder rekalibratie. Het proces duurt
HHeett tteesstteenn vvaann ddee rrooookkmmeellddeerr
LLEEDD IInnddiiccaattoorr
Knippert langzaam
(elke 30 seconden)
Lage batterij
Knippert snel
TTeecchhnniisscchhee SSppeecciiffiiccaattiiees
s
ongeveer 2 ~ 16 minuten. Wanneer rekalibratie is voltooid, zal de
rookmelder 2 korte piepjes laten horen en zal de LED uitgaan.
De rookmelder is werkt nu weer normaal.
Als handmatige kalibratie weer niet lukt, zal de rookmelder
piepjes laten horen. Verwijder dan de batterijen, wacht 30
seconden en laad vervolgens de batterijen opnieuw op
Door te drukken op de leer-/testknop kunt u testen of Rookmelder
normaal functioneert
Als de rookmelder normaal functioneert, zal de LED 2 seconden
aangaan. Vervolgens klinkt een 2-tonige piep.
Als de zoemer 3 piepjes laat horen, betekent dit dat de optische
kamer in de Rookmelder vervuild is of niet meer werkt.
Als de LED niet brandt en er geen pieptoon te horen is, betekent
dit dat de rookmelder ofwel niet meer werkt ofwel dat de batterij
leeg is.
De Rookmelder maakt gebruik van vier 1,5 V alkaline batterijen
als stroombron. Het beschikt ook over een lege batterij
detectiefunctie om het regelpaneel op de hoogte te stellen
wanneer de batterijen bijna leeg zijn.
Wanneer de rookmelder lege batterijen heeft, volgt u de
onderstaande procedure om de batterijen te vervangen..
1. Maak de rookmelder los uit de montagebeugel.
2. Maak de achterklep open.
3. Verwijder de oude batterijen.
4. Druk meerdere malen op de leer-/testknop om volledig te
5. Plaats de nieuwe batterijen en let op de juiste polariteit (+ en -.
6. Plaats de deksel terug.
7. Plaats de rookmelder terug op de montagebeugel
ontladen.
De rookmelder zal zich zelf gaan kalibreren gedurende 8-22
minuten na het plaatsen van de batterijen.
Omgevingsomstandigheden
--10°C tot 40°C, vochtigheid tot 85% niet condenserend.
Radiofrequentie
868 MHz