Alpine INA-N333R User Manual [nl]

R
EN
INA-N333R
GPS Car Navigation/CD Receiver
• OWNER'S MANUAL Please read before using this equipment.
• BEDIENUNGSANLEITUNG Lesen Sie diese Bedienungsanleitung bitte vor Gebrauch des Gerätes.
• MODE D'EMPLOI Veuillez lire avant d’utiliser cet appareil.
• ISTRUZIONI PER L’USO Si prega di leggere prima di utilizzare il attrezzatura.
• MANUAL DE OPERACIÓN Léalo antes de utilizar este equipo.
• GEBRUIKSAANWIJZING Gelieve de gebruiksaanwijzing te lezen alvorens met dit toestel te werken.
• ANVÄNDARHANDLEDNING Innan du använder utrustningen bör du läsa igenom denna användarhandledning.
• BRUGERVEJLEDNING Læs venligst denne vejledning, før du tager enheden i brug.
DE
FR
IT
ES
NL
ALPINE ELECTRONICS MARKETING, INC.
1-1-8 Nishi Gotanda,
Phone 03-5496-8231
ALPINE ELECTRONICS OF AMERICA, INC.
19145 Gramercy Place, Torrance,
California 90501, U.S.A.
Phone 1-800-ALPINE-1 (1-800-257-4631)
1-888-NAV-HELP (1-888-628-4357)
ALPINE ELECTRONICS OF CANADA, INC.
7300 Warden Ave., Suite 203, Markham,
Ontario L3R 9Z6, Canada
Phone 1-800-ALPINE-1 (1-800-257-4631)
1-888-NAV-HELP (1-888-628-4357)
Sankei Kikaku Co., Ltd. 1-13-38, Hinodai, Hino, Tokyo, Japan
ALPINE ELECTRONICS OF AUSTRALIA PTY. LTD.
6-8 Fiveways Boulevarde Keysborough,
Victoria 3173, Australia
Phone 03-9769-0000
ALPINE ELECTRONICS GmbH
Kreuzerkamp 7, 40878 Ratingen,
ALPINE ELECTRONICS OF U.K. LTD.
Germany
Phone 02102-4550
Alpine House Fletchamstead Highway, Coventry CV4 9TW, U.K.
Phone 0870-33 33 763
ALPINE ELECTRONICS FRANCE S.A.R.L.
(RCS PONTOISE B 338 101 280)
98, Rue de la Belle Etoile, Z.I. Paris
Nord II, B.P. 50016, 95945 Roissy Charles de Gaulle Cedex, France
Phone 01-48638989
ALPINE ITALIA S.p.A.
Viale C. Colombo 8, 20090 Trezzano
Sul Naviglio (MI), Italy
Phone 02-484781
ALPINE ELECTRONICS DE ESPAÑA, S.A.
Portal de Gamarra 36, Pabellón, 32
01013 Vitoria (Alava) - APDO 133,
Spain
Phone 945-283588
Designed by ALPINE Japan
Printed in Japan (S)
68P50520Y74-O
SE
DK
R
EN
INA-N333R
GPS Car Navigation/CD Receiver
• OWNER'S MANUAL Please read before using this equipment.
• BEDIENUNGSANLEITUNG Lesen Sie diese Bedienungsanleitung bitte vor Gebrauch des Gerätes.
• MODE D'EMPLOI Veuillez lire avant d’utiliser cet appareil.
• ISTRUZIONI PER L’USO Si prega di leggere prima di utilizzare il attrezzatura.
• MANUAL DE OPERACIÓN Léalo antes de utilizar este equipo.
• GEBRUIKSAANWIJZING Gelieve de gebruiksaanwijzing te lezen alvorens met dit toestel te werken.
• ANVÄNDARHANDLEDNING Innan du använder utrustningen bör du läsa igenom denna användarhandledning.
• BRUGERVEJLEDNING Læs venligst denne vejledning, før du tager enheden i brug.
DE
FR
IT
ES
NL
ALPINE ELECTRONICS MARKETING, INC.
1-1-8 Nishi Gotanda,
Phone 03-5496-8231
ALPINE ELECTRONICS OF AMERICA, INC.
19145 Gramercy Place, Torrance,
California 90501, U.S.A.
Phone 1-800-ALPINE-1 (1-800-257-4631)
1-888-NAV-HELP (1-888-628-4357)
ALPINE ELECTRONICS OF CANADA, INC.
7300 Warden Ave., Suite 203, Markham,
Ontario L3R 9Z6, Canada
Phone 1-800-ALPINE-1 (1-800-257-4631)
1-888-NAV-HELP (1-888-628-4357)
Sankei Kikaku Co., Ltd. 1-13-38, Hinodai, Hino, Tokyo, Japan
ALPINE ELECTRONICS OF AUSTRALIA PTY. LTD.
6-8 Fiveways Boulevarde Keysborough,
Victoria 3173, Australia
Phone 03-9769-0000
ALPINE ELECTRONICS GmbH
Kreuzerkamp 7, 40878 Ratingen,
ALPINE ELECTRONICS OF U.K. LTD.
Germany
Phone 02102-4550
Alpine House Fletchamstead Highway, Coventry CV4 9TW, U.K.
Phone 0870-33 33 763
ALPINE ELECTRONICS FRANCE S.A.R.L.
(RCS PONTOISE B 338 101 280)
98, Rue de la Belle Etoile, Z.I. Paris
Nord II, B.P. 50016, 95945 Roissy
Charles de Gaulle Cedex, France
Phone 01-48638989
ALPINE ITALIA S.p.A.
Viale C. Colombo 8, 20090 Trezzano
Sul Naviglio (MI), Italy
Phone 02-484781
ALPINE ELECTRONICS DE ESPAÑA, S.A.
Portal de Gamarra 36, Pabellón, 32
01013 Vitoria (Alava) - APDO 133,
Spain
Phone 945-283588
Designed by ALPINE Japan
Printed in Japan (S)
68P50520Y74-O
SE
DK
Inhoudsopgave
NEDERLANDS
Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING .................................... 3
OPGELET .................................................. 3
VOORZORGSMAATREGELEN ................ 3
Basishandelingen
Het frontpaneel losmaken .................................. 5
Het frontpaneel aanbrengen ...............................5
Systeeminitialisatie ............................................ 5
Toestel aan- en uitschakelen .............................. 5
Displayhoek regelen ..........................................6
Volume/balans (links en rechts)/fader
(voor en achter) regelen .................................. 6
Automatische positieweergave .......................... 6
Radio bedienen
Tuner Mode omschakelen .................................. 7
Naar de radio luisteren .......................................7
Voorinstelzenders handmatig opslaan ................ 7
Automatisch voorinstelzenders opslaan.............8
Afstemmen op voorinstelzenders .......................8
Zendertitel zoekfunctie ...................................... 8
RDS bedienen
Overschakelen naar RDS ontvangst en RDS
zenders ontvangen .......................................... 9
RDS voorinstelzenders opvragen .......................9
Regionale (lokale) RDS zenders ontvangen ...... 9
PI SEEK instellen ............................................ 10
Verkeersinformatie ontvangen ......................... 10
PTY (Programme Type) afstemming ...............10
Verkeersinformatie ontvangen tijdens CD- of
radioweergave............................................... 11
Priority PTY (Programmatype) ........................ 11
Radiotekst tonen ..............................................11
CD-speler bedienen
Beweegbaar display openen en sluiten ............ 12
Weergave..........................................................12
Muzieksensor (Skip) ........................................13
Snel vooruit en achteruit ..................................13
Herhaalde weergave ......................................... 13
M.I.X. (willekeurige weergave) ....................... 13
Programma’s scannen ......................................13
Overige functies
Titel/tekst tonen ............................................... 14
Discs/zenders benoemen .................................. 15
Discnaam/zendernaam wissen ......................... 15
Klankkleur instellen
Loudness aan- /uitschakelen ............................ 16
Defeat-stand in- en uitschakelen ...................... 16
De fase van de subwooferuitgang
omschakelen ................................................. 16
Bass-regeling ...................................................17
Treble-regeling ................................................. 17
Instelling (SETUP)
Displayverlichting omschakelen ...................... 18
Geluidssignaalfunctie (pieptoon) .....................18
Tijdweergave....................................................18
Tijdinstelling ....................................................19
Automatische klokinstelling ............................ 19
Subwoofer aan en uit ....................................... 19
Scroll instellen ................................................. 19
Navigatie-onderbrekingen en het
navigatievolume instellen (NAVI MIX) .......20
Automatische volumeregeling ......................... 20
AUX Mode instellen (V-Link) .........................20
Muting aan-/uitschakelen ................................. 21
Bronsignaalniveau regelen ............................... 21
Demonstratie ....................................................21
Wisselaar bedienen (optie)
Wisselaar bedienen (optie) ............................... 22
Multi-wisselaarkeuze .......................................22
Muzieksensor (Skip) ........................................23
Snel vooruit en achteruit ..................................23
Herhaalde weergave ......................................... 23
M.I.X. (willekeurige weergave) ....................... 23
Programma's scannen ....................................... 23
Mappen kiezen (alleen voor MP3
compatibele wisselaars) ................................ 24
Bestanden/mappen zoeken (alleen voor
MP3 compatibele wisselaars) .......................24
Het bereik van MP3-bestandskeuze instellen
(alleen voor MP3 compatibele wisselaars) ..........
24
1-NL
DAB
bedienen (optie)
Zoeken naar een ensemble met de DAB
receiver (optioneel) ....................................... 25
Van service veranderen .................................... 25
Het servicecomponent veranderen ................... 25
Een service opslaan .......................................... 25
De opgeslagen service ontvangen .................... 26
Het ensemble automatisch opslaan ..................26
PTY (programmatype) afstemmen ..................26
Verkeersinformatie in- en uitschakelen ............ 27
Het informatiebulletin kiezen .......................... 27
Het display omschakelen ................................. 27
Informatiebulletins van lokale DAB-zenders
ontvangen ..................................................... 28
Automatisch overschakelen van DAB naar
RDS instellen ................................................ 28
DRC (Dynamic Range Control)
in-/uitschakelen ............................................28
MobileHubTM Link bedienen (optie)
Over MobileHub
Telefoonstand in- en uitschakelen .................... 29
Inkomende gesprekken .................................... 30
Nummers kiezen
Nummers kiezen met behulp van snelkiesnummers ..
Nummers kiezen met behulp van het telefoonboek ..
Nummers kiezen met behulp van de bellijst
van inkomende/uitgaande/gemiste gesprekken .....
Nummers kiezen (alleen voor bediening via de
optionele afstandsbediening) .................................
SMS-berichten (Short Message Service) lezen ...
TM
Link (optie) ....................... 29
Afstandsbediening
Gebruik van de afstandsbediening
RUE-4191 (optie) .........................................32
Gebruik van de afstandsbediening
RUE-4135 (optie) .........................................33
Informatie
Bij problemen ..................................................34
Technische gegevens ........................................ 36
30 30
30
31 31
Installatie en aansluiting
Waarschuwing .................................................. 37
Opgelet ............................................................. 37
Voorzorgsmaatregelen ...................................... 37
Installatie .......................................................... 38
Aansluiting ....................................................... 40
2-NL
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Dit symbool duidt op belangrijke instructies. Indien u deze niet leest, kan dit ernstige of zelfs dodelijke verwondingen tot gevolg hebben.
BEDIEN GEEN FUNCTIES DIE DE RIJVEILIGHEID IN HET GEDRANG KUNNEN BRENGEN.
Functies die wat meer aandacht vergen, mogen uitsluitend worden verricht vanuit stilstand. Parkeer het voertuig altijd op een veilige plek alvorens deze functies te verrichten. Indien u dat niet doet, kunt u een ongeval veroorzaken.
STEL HET VOLUME ZO IN DAT U TIJDENS HET RIJDEN NOG GELUIDEN VAN BUITENAF KUNT HOREN.
Indien u dat niet doet, kunt u een ongeval veroorzaken.
GEBRUIK DIT TOESTEL ALLEEN IN AUTO’S MET EEN VOEDING VAN 12V EN NEGATIEVE MASSA.
(Controleer dit samen met uw dealer indien u niet zeker bent.) Indien u dat niet doet, bestaat er gevaar voor brand e.d..
NIET DEMONTEREN NOCH AANPASSEN.
Indien u dat toch doet, bestaat er gevaar voor ongevallen, brand of elektrocutie.
GEBRUIK DIT PRODUCT VOOR MOBIELE 12V­TOEPASSINGEN.
Gebruik voor andere doeleinden kan resulteren in brand, elektrocutie of verwondingen.
HOU KLEINE VOORWERPEN ZOALS BATTERIJEN BUITEN HET BEREIK VAN KINDEREN.
Deze kunnen ernstige verwondingen veroorzaken wanneer ze worden ingeslikt. Indien dat toch gebeurt, moet u meteen een arts raadplegen.
VERVANG ZEKERINGEN DOOR EXEMPLAREN MET DEZELFDE AMPERAGE.
Indien u dat niet doet, bestaat er gevaar voor brand of elektrocutie.
SLUIT GEEN VERLUCHTINGSGATEN OF RADIATORPANELEN AF.
Indien u dat toch doet, kan de temperatuur in het toestel hoog oplopen waardoor er brand kan ontstaan.
STEEK GEEN HANDEN, VINGERS OF VREEMDE VOORWERPEN IN GLEUVEN OF SPLETEN.
Dit kan verwondingen of schade aan het product tot gevolg hebben.
OPGELET
Dit symbool duidt op belangrijke instructies. Indien u deze niet leest, kan dit verwondingen of schade tot gevolg hebben.
STOP HET GEBRUIK VAN HET TOESTEL OGENBLIKKELIJK WANNEER ER ZICH EEN PROBLEEM VOORDOET.
Indien u dat niet doet, kan dit verwondingen of schade aan het product tot gevolg hebben. Bezorg het toestel aan uw erkend Alpine dealer of het dichtstbijzijnde Alpine Service Centre.
HOU UW VINGERS UIT DE BUURT VAN HET GEMOTORISEERDE FRONTPANEEL OF DISPLAY WANNEER DIE BEWEGEN.
Indien u dat niet doet, kan dit verwondingen of schade aan het product tot gevolg hebben.
VOORZORGSMAATREGELEN
Temperatuur
Zorg ervoor dat de temperatuur in het voertuig tussen +60°C en –10°C ligt alvorens het toestel aan te zetten.
Condensvorming
De CD-weergave kan onstabiel zijn door condensvorming. Haal in dat geval de CD uit het toestel en wacht ongeveer een uur tot alle vocht is verdampt.
Beschadigde disc
Probeer geen gebarsten, vervormde of beschadigde discs af te spelen. Dergelijke discs kunnen het weergavemechanisme ernstig beschadigen.
Onderhoud
Probeer nooit het toestel zelf te repareren. Laat het toestel nakijken door uw Alpine dealer of het dichtstbijzijnde Alpine Service Centre.
Installatieplaats
Installeer de INA-N333R niet op een plaats waar het toestel blootstaat aan:
• directe zonnestraling en warmte;
• een hoge vochtigheidsgraad en water;
• overmatig stof;
• overmatige trillingen.
Behandeling van het afneembare frontpaneel
• Stel het niet bloot aan regen noch water.
• Laat het niet vallen en stel het evenmin bloot aan schokken.
3-NL
Wat u niet mag doen
Neem de disc niet vast en trek ze ook niet uit terwijl ze door het automatische laadmechanisme in de speler wordt getrokken. Probeer nooit een disc in te brengen terwijl het toestel af staat.
Correcte behandeling
Laat de disc niet vallen. Hou de disc zo vast dat er geen vingerafdrukken achterblijven op het oppervlak. Bevestig geen kleefband, papier noch labels op de disc. Schrijf ook niet op de disc.
JUIST
Discs inbrengen
Uw speler kan slechts één disc tegelijk afspelen. Probeer nooit meer dan één disc in te brengen. Controleer of de disc wel degelijk met het label naar omhoog wordt ingebracht. Een verkeerd ingebrachte disc wordt automatisch uitgeworpen. Indien de speler een correct ingebrachte disc blijft uitwerpen, drukt u de RESET schakelaar in met behulp van een puntig voorwerp zoals bijvoorbeeld een balpen. Wanneer een disc wordt afgespeeld bij het rijden op een zeer oneffen weg, kan het geluid verspringen zonder dat de disc hierdoor wordt gekrast of de speler beschadigd.
Nieuwe discs
Om te voorkomen dat de CD blokkeert, worden discs met een onregelmatig oppervlak of die verkeerd zijn ingebracht automatisch uitgeworpen. Wanneer een nieuwe disc meteen na het inbrengen wordt uitgeworpen, voelt u met uw vinger aan de rand van het gat in het midden en aan de buitenste rand van de disc. Kleine oneffenheden kunnen voorkomen dat de disc correct wordt ingebracht. Werk deze oneffenheden weg door met een balpen of dergelijke over de rand te wrijven en breng de disc opnieuw in.
Centergat
Oneffenheden
Centergat
Nieuwe disc
Buitenste rand (oneffenheden)
Onregelmatig gevormde discs
Speel met dit toestel uitsluitend ronde discs af en nooit discs met een speciale vorm. Speciaal gevormde discs kunnen het mechanisme beschadigen.
FOUT
JUIST
Discs reinigen
Vingerafdrukken, stof of vuil op de disc kunnen de werking van de CD-speler verstoren. Maak de weergavekant van de disc schoon door met een zachte doek van binnen naar buiten toe te wrijven. Reinig een sterk bevuilde disc met een propere, zachte doek die in een zacht zeepsopje is gedrenkt.
Disc-toebehoren
Er zijn diverse toebehoren op de markt verkrijgbaar om het disc­oppervlak te beschermen en de geluidskwaliteit te verbeteren. De meeste beïnvloeden evenwel de dikte en/of diameter van de disc. Door het gebruik van dergelijke toebehoren kan de disc buiten de standaardspecificaties vallen, waardoor de werking van de speler wordt verstoord. Wij raden u aan deze toebehoren niet te gebruiken voor discs die worden afgespeeld met Alpine CD­apparatuur.
Transparante folie
Disc-stabilisator
4-NL
Gebruik alleen de exclusieve Alpine Navigation Disc (niet meegeleverd) met dit toestel. U kunt geen andere navigatiediscs gebruiken. Met dit toestel kunnen geen DVD/ VIDEO CDs worden afgespeeld. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de navigatiedisc voor de bediening van het navigatiesysteem.
Basishandelingen
SOURCE/
POWER
Afstandsbediening
Afstandsbedieningssensor
RESET
Het frontpaneel losmaken
1 Hou de SOURCE/POWER toets minstens 2 seconden
ingedrukt om het toestel af te zetten.
2 Druk op de (vrijmaak) toets links op het toestel tot
het frontpaneel uitspringt.
3 Neem de linkerkant van het frontpaneel vast en trek
het los.
OPMERKINGEN
Bij normaal gebruik kan het frontpaneel warm worden (vooral de aansluitingen achteraan op het frontpaneel); dat is normaal en wijst niet op een defect.
Steek het frontpaneel in de meegeleverde draagtas om het te beschermen.
Compatibiliteit met af fabriek gemonteerde stuurwielafstandsbediening
Wanneer uw voertuig is uitgerust met stuurwielafstandsbediening voor de radio, is er een optionele stuurwielafstandsbedieningsinterface beschikbaar om uw Alpine radio hierop aan te sluiten. Raadpleeg uw Alpine dealer voor meer details.
Systeeminitialisatie
Meteen nadat het toestel is geïnstalleerd of onder spanning gebracht, moet het worden geïnitialiseerd. Druk op de RESET schakelaar met een balpen of een ander puntig voorwerp.
Over de demo-functie
Dit toestel is uitgerust met een demo-functie die automatisch wordt gestart wanneer het toestel voor het eerst wordt ingeschakeld of nadat een reset is uitgevoerd. Zie “Demo” op pagina 21 om de demo te annuleren.
Het frontpaneel aanbrengen
1 Plaats eerst de rechterkant van het frontpaneel in het
toestel. Lijn de groef op het frontpaneel uit met de uitsteeksels op het toestel.
2 Druk op de linkerkant van het frontpaneel tot het goed
in het toestel zit.
2
1
OPMERKING
Alvorens het frontpaneel te bevestigen, moet u er zich van vergewissen dat er geen vuil noch stof op de aansluitingen en er evenmin vreemde voorwerpen tussen frontpaneel en toestel zitten.
Toestel aan- en uitschakelen
1 Druk op de SOURCE/POWER toets om het toestel
aan te zetten.
OPMERKING
Het toestel kan worden aangezet door op elke andere toets te
drukken, behalve de uitwerptoets
Het volume stijgt geleidelijk tot het niveau dat was ingesteld op het ogenblik dat het toestel werd uitgeschakeld. Hou de SOURCE/POWER toets minstens 2 seconden ingedrukt om het toestel af te zetten.
OPMERKING
Wanneer het toestel voor het eerst wordt aangeschakeld, start het volume vanaf niveau 0.
en de TILT toets.
5-NL
Basishandelingen
NAV.
MODE
TILT
OPMERKINGEN
Indien niet binnen de 5 seconden aan de MODE (audioregeling) knop wordt gedraaid nadat de BALANCE of FADER stand is gekozen, keert het toestel automatisch terug naar de VOLUME stand.
* Wanneer de NAVI MIX ( ON is, kunnen de respectieve niveaus worden geregeld.
pagina
20), subwoofer (
pagina
19)
2 Draai aan de MODE (audioregeling) knop tot u in elke
stand het gewenste geluid verkrijgt.
OPMERKING
Wanneer de temperatuur in het toestel oploopt, kan het volume tijdelijk dalen. Dat is normaal en duidt niet op storing.
Automatische positieweergave
Displayhoek regelen
Beweegbaar display
Het beweegbare display kan in 3 verschillende hoeken worden geplaatst, naargelang van de persoonlijke voorkeur.
1 Druk op de TILT toets om de hoek van het
beweegbare display te regelen.
OPMERKINGEN
Het display sluit een halve minuut nadat het contact werd afgezet.
De instelhoek van het display wordt opgeslagen in het geheugen. Wanneer het contact wordt aangezet, hoeft de hoek niet opnieuw te worden geregeld.
OPGELET
Hou de handen (of vreemde voorwerpen) uit de buurt van het display terwijl dit wordt geopend of gesloten om beschadigingen of verwondingen te vermijden. In normale gebruiksomstandigheden wordt de achterkant van het beweegbare display heel warm. Dat is normaal en duidt niet op storing. Raak het niet aan.
1 Druk op de NAV. toets om de weergave te wijzigen. De
automatische positie (huidige positie) en de GPS ontvangstgevoeligheid worden aangegeven.
Voorbeeld van de huidige positie van het voertuig
De GPS-ontvangstgevoeligheid en het aantal satellieten worden aangegeven.
OPMERKINGEN
Sluit de GPS-antenne aan op het toestel om de huidige positie weer te geven. (zie “De GPS-antenne installeren” op pagina
Wanneer een apart verkrijgbare navigatiedisk (NVD-T003) voor dit toestel wordt ingebracht, werkt het als een navigatiesysteem. De MENU, VOICE en TMC toets dient voor navigatiedoeleinden.
39.).
Volume/balans (links en rechts)/fader (voor en achter) regelen
1 Druk herhaaldelijk op de MODE (audioregeling) knop
om de gewenste stand te kiezen. Bij elke druk verandert de stand als volgt:
Vol. MIX
Volume: 0 ~ 35 Balans: L15 ~ R15 Fader: F15 ~ R15 Subwoofer: 0 ~ 15 Mixniveau: 0 ~ 15
*
SUBW.
*
BAL.
FAD. Vo l.
6-NL
Radio bedienen
TUNE/A.ME
SOURCE/
POWER
BAND/TEL.
OK
MODE
F/SETUP Voorinsteltoetsen (1 tot 6)
Tuner Mode omschakelen
De INA-N333R is uitgerust met MAX TUNE Pro voor radiogeluid van superieure kwaliteit. Bovendien is er keuze uit twee instellingen naargelang van uw persoonlijke voorkeur.
Automatische
terugkeerschakelaar
3 Druk op de TUNE/A.ME toets om de gewenste
afstemfunctie te kiezen.
DX SEEK (Afstand-stand) SEEK (Lokaal-stand) OFF (Handmatige stand) DX SEEK
OPMERKING
De startstand is DX SEEK.
Afstand-stand:
Er wordt automatisch afgestemd op zenders met een krachtig signaal en op zenders met een zwak signaal (automatisch afstemmen).
Lokaal-stand:
Er wordt alleen automatisch afgestemd op zenders met een krachtig signaal (automatisch afstemmen).
Handmatige stand:
Er wordt met handmatig in stapjes op een frequentie afgestemd (handmatig afstemmen).
4 Druk op de of toets om af te stemmen op de
gewenste zender. Wanneer de of toets ingedrukt blijft, verandert de frequentie voortdurend.
1 Hou de F/SETUP toets minstens 2 seconden
ingedrukt. Het display schakelt om naar SETUP.
2 Beweeg de automatische terugkeerschakelaar op of
neer om FM CONDITION te kiezen. Druk op de OK toets of MODE knop om in te stellen.
3 Beweeg de automatische terugkeerschakelaar op of
neer om uw persoonlijke instelling te kiezen. Druk op de OK toets of MODE knop om in te stellen. Het display keert terug naar SETUP.
HI-FI: Geluidskwaliteit prioritair NORMAL: Standaardinstelling STABLE: Ontstoring prioritair
OPMERKINGEN
De fabrieksinstelling is "NORMAL".
Wanneer er teveel storing is met de tuner in de HI-FI stand,
raden wij u aan om over te schakelen naar NORMAL.
4 Druk na het instellen op de F/SETUP toets om terug te
keren naar de normale stand.
Naar de radio luisteren
1 Druk op de SOURCE/POWER toets tot er een
radiofrequentie verschijnt in het display.
2 Druk herhaaldelijk op de BAND/TEL. toets tot de
gewenste radioband verschijnt.
FM-1 FM-2
FM-3
MW
LW FM-1
OPMERKINGEN
De STEREO indicator verschijnt op het display wanneer op een Stereo FM-zender is afgestemd.
Over de indicator voor een TMC-uitzending
De TMC indicator die in de audio-stand wordt getoond, verschijnt wanneer de gekozen zender een TMC-zender bevat. De TMC-informatie kan niet ontvangen worden. De TMC indicator die in de navigatiestand wordt getoond (bij gebruik van de optionele NVD-T003), verschijnt wanneer aan alle voorwaarden voor ontvangst van de TMC-informatie is voldaan. Voor ontvangst van de TMC-informatie is de optionele navigatiedisc (NVD-T003) vereist. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de navigatiedisc voor details.
Voorinstelzenders handmatig opslaan
1 Kies de radioband en stem af op de radiozender die u
wilt opslaan in het voorinstelgeheugen.
2 Hou de voorinsteltoets (1 tot 6) waaronder u de
zender wilt opslaan minstens 2 seconden ingedrukt. De gekozen zender wordt opgeslagen.
3 Herhaal de procedure om maximum 5 andere zenders
in dezelfde band op te slaan. Om deze procedure toe te passen op andere banden, kiest u gewoon de gewenste band en herhaalt u de procedure. In het voorinstelgeheugen kunnen maximum 30 zenders worden opgeslagen (6 zenders per band; FM-1, FM-2, FM-3, MG en LG).
OPMERKING
Indien u een zender opslaat in een positie waaronder al een zender is opgeslagen, wordt de bestaande zender gewist en vervangen door de nieuwe zender.
7-NL
Radio bedienen
Zendertitel zoekfunctie
TUNE/A.ME
SOURCE/
POWER
BAND/TEL. MODE
OK
Voorinsteltoetsen (1 tot 6)
Automatische
terugkeerschakelaar
Automatisch voorinstelzenders opslaan
1 Druk op de SOURCE/POWER toets om de radiostand
te kiezen.
2 Druk herhaaldelijk op de BAND/TEL. toets tot de
gewenste radioband verschijnt.
3 Hou de TUNE/A. ME toets minstens 2 seconden
ingedrukt. De frequentie in het display verandert permanent tijdens de automatische opslag. De tuner zoekt en memoriseert automatisch 6 krachtige zenders in de gekozen band. De zenders worden in volgorde van signaalsterkte opgeslagen onder de voorinsteltoetsen 1 tot 6. Na de automatische zenderopslag stemt de tuner af op de zender die is opgeslagen onder positie nr. 1.
OPMERKING
Wanneer er geen zenders zijn opgeslagen, keert de tuner terug naar de zender die u beluisterde voor de automatische zenderopslagprocedure werd gestart.
Wanneer er voor radiozenders (radiofrequentie) titels zijn ingevoerd, kunt u op titel naar een zender zoeken.
1 Houd de MODE knop minstens 2 seconden ingedrukt.
Het display schakelt om naar de zendertitel zoekfunctie.
2 Beweeg de automatische terugkeerschakelaar op of
neer of druk op de of toets om de zendertitel te kiezen.
3 Druk op de OK toets of MODE knop.
Er wordt afgestemd op de radiozender met de gekozen zendertitel.
OPMERKINGEN
Druk op de RTN toets of houd de MODE knop minstens 2 seconden in om de zoekfunctie te annuleren.
Door de toets in te drukken kan de zender van de gekozen titel worden ontvangen, evenals met de OK toets of met de MODE knop.
Afstemmen op voorinstelzenders
1 Druk op de SOURCE/POWER toets om de radiostand
te kiezen.
2 Druk herhaaldelijk op de BAND/TEL. toets tot de
gewenste band verschijnt.
3 Druk op de zender voorinsteltoets waaronder de
gewenste radiozender is opgeslagen. In het display verschijnen band, voorinstelnummer en de frequentie van de gekozen zender.
8-NL
RDS bedienen
RDS voorinstelzenders opvragen
SOURCE/
POWER
OK
MODE
F/SETUP 1/AF 1 tot 6
Automatische
terugkeerschakelaar
Overschakelen naar RDS ontvangst en RDS zenders ontvangen
RDS (Radio Data System) is een radio­informatiesysteem dat gebruik maakt van de 57 kHz subdraaggolf van gewone FM. Via RDS kunt u diverse informatie ontvangen zoals verkeersinformatie en zendernamen, en automatisch herafstemmen op een krachtiger zender die hetzelfde programma uitzendt.
1 Druk op de SOURCE/POWER toets tot er een
radiofrequentie verschijnt in het display.
2 Druk op de F/SETUP toets. De "FUNC" indicator licht
op.
3 Druk op de 1/AF toets om RDS te activeren.
Wanneer RDS aan staat, verschijnt "AF" in het display.
4 Druk op de of toets om af te stemmen op de
gewenste RDS zender.
5 Druk op de 1/AF toets om de RDS-stand uit te
schakelen. De “AF” indicator dooft.
6 Druk op de F/SETUP toets om de normale stand te
activeren. De “FUNC” indicator dooft.
Tips
Wanneer de radio het PTY31 (Emergency Broadcast)
noodsignaal ontvangt, verschijnt "ALARM" automatisch in het display.
De digitale RDS gegevens omvatten het volgende:
PI Programme Identification (programma-
PS Programme Service Name
AF Lijst met alternatieve frequenties TP Traffic Programme (verkeersprogramma) TA Traffic Announcement (verkeersinformatie) PTY Programmatype EON Enhanced Other Networks R.TEXT Radiotekstinformatie
identificatie)
(programmadienstnaam)
1 Druk op de F/SETUP toets. De "FUNC" indicator licht
op.
2 Druk op de 1/AF toets om RDS te activeren.
Wanneer RDS aan staat, verschijnt "AF" indicator in het display.
3 Druk op de F/SETUP toets om de normale stand te
activeren. De "FUNC" indicator dooft.
4 Druk op de toetsen 1 tot 6 waaronder de gewenste
RDS zender is vooringesteld. Wanneer het signaal van de voorinstelzender te zwak is, zoekt de radio automatisch een krachtiger signaal van een zender in de AF (Alternative Frequencies) lijst.
5 Indien de voorinstelzender en de zenders in de AF lijst
niet kunnen worden ontvangen:
Wanneer PI SEEK aan staat (zie "PI SEEK instellen" op pagina 10), zoekt de radio opnieuw naar een zender in de PI (Programme Identification) lijst.
Wanneer het signaal van de regionale (lokale) zender waarop is afgestemd te zwak wordt, drukt u op dezelfde voorinsteltoets om af te stemmen op een regionale zender in een ander gebied.
OPMERKING
Zie "Radio bedienen" voor het voorinstellen van de RDS zenders. RDS zenders kunnen alleen worden vooringesteld in de banden FM-1, FM-2 en FM-3.
Regionale (lokale) RDS zenders ontvangen
1 Hou de F/SETUP toets minstens 2 seconden
ingedrukt. Het display schakelt om naar SETUP.
2 Beweeg de automatische terugkeerschakelaar op of
neer om RDS REGIONAL te kiezen. Druk op de OK toets of MODE knop om in te stellen.
3 Beweeg de automatische terugkeerschakelaar op of
neer om ON of OFF te kiezen. Druk op de OK toets of MODE knop om in te stellen. Het display keert terug naar SETUP. In de stand "RDS REGIONAL OFF" blijft de radio automatisch de aanverwante lokale RDS zender ontvangen.
4 Druk op de F/SETUP toets om de instelstand te
deactiveren.
9-NL
RDS bedienen
PTY (Programme Type) afstemming
Automatische
terugkeerschakelaar
TITLE
T.INFO/ANNC.
OK
MODE
2/PTY 3/P. PTY
F/SETUP
PI SEEK instellen
1 Hou de F/SETUP toets minstens 2 seconden
ingedrukt. Het display schakelt om naar SETUP.
2 Beweeg de automatische terugkeerschakelaar op of
neer om PI SEEK te kiezen. Druk op de OK toets of MODE knop om in te stellen.
3 Beweeg de automatische terugkeerschakelaar op of
neer om ON of OFF te kiezen. Druk op de OK toets of MODE knop om in te stellen. Het display keer t terug naar SETUP.
4 Druk nogmaals op de F/SETUP toets om terug te
keren naar normale werking.
Verkeersinformatie ontvangen
1 Druk op de T.INFO/ANNC. toets om over te schakelen
naar de verkeersinformatiestand. Druk nogmaals op de T.INFO/ANNC. toets om de verkeersinformatiestand te verlaten.
2 Druk op de of toets om de gewenste
verkeersinformatiezender te kiezen. De TP indicator licht op wanneer wordt afgestemd op een verkeersinformatiezender.
Verkeersinformatie wordt alleen weergegeven wanneer die wordt uitgezonden. Wanneer er geen verkeersinformatie wordt uitgezonden, bevindt het toestel zich in de wachtstand. Wanneer een uitzending met verkeersinformatie begint, wordt die automatisch ontvangen en verschijnt "T.INFO" in het display.
Wanneer geen verkeersinformatie meer wordt uitgezonden, keert het toestel automatisch terug naar de wachtstand.
OPMERKINGEN
Wanneer het verkeersinformatiesignaal onder een bepaald
niveau daalt, blijft het toestel 70 seconden in de ontvangststand. Wanneer het signaal langer dan 70 seconden onder een bepaald niveau blijft, knippert de "T.INFO" indicator
Indien u de ontvangen verkeersinformatie niet wenst te
beluisteren, drukt u lichtjes op de T.INFO/ANNC. toets om het bericht over te slaan. T.INFO blijft aan staan om het volgende verkeersbericht te ontvangen.
Wanneer het volume wordt gewijzigd tijdens de ontvangst van
verkeersinformatie, wordt het gewijzigde volume gememoriseerd. Wanneer dan een volgende keer verkeersinformatie wordt ontvangen, wordt het volume automatisch ingesteld op het gememoriseerde niveau.
In de T.INFO stand wordt met SEEK automatisch afgestemd
op de TP zenders.
10-NL
1 Druk op de F/SETUP toets. De "FUNC" indicator licht
op.
2 Druk op de 2/PTY toets om de PTY-functie te activeren
tijdens FM radio-ontvangst. Het programmatype van de zender die momenteel wordt ontvangen, verschijnt 5 seconden in het display.
Wanneer geen PTY uitzending kan worden ontvangen, verschijnt "NO PTY" gedurende 5 seconden.
OPMERKING
Wanneer er binnen de 5 seconden na het indrukken van de 2/ PTY toets geen andere toetsen worden ingedrukt, wordt de PTY stand automatisch verlaten.
3 Druk binnen de 5 seconden na het overschakelen naar
de PTY stand op de en toetsen of beweeg de automatische terugkeerschakelaar op of neer om het gewenste programmatype te kiezen terwijl het PTY (programmatype) wordt getoond. Bij elke druk schuift het programmatype op.
Light M Classics Other M
4 Druk binnen de 5 seconden nadat het programmatype
is gekozen op de 2/PTY toets om te beginnen zoeken naar een zender met het gekozen programmatype. Wanneer op de zender is afgestemd, wordt het programmatype van de zender waarop is afgestemd gedurende 5 seconden getoond.
Wanneer geen zender kan worden gevonden, verschijnt "NO PTY" gedurende 2 seconden.
5 Druk op de F/SETUP toets om de normale stand te
activeren. De "FUNC" indicator dooft.
OPMERKINGEN
Bedien het toestel terwijl de "FUNC" indicator brandt. Indien er binnen de 5 seconden geen toetsen worden ingedrukt, dooft de "FUNC" indicator.
Wanneer de navigatiedisc (apart verkrijgbaar) is ingebracht en het systeem in de navigatiestand staat, kan de gekozen taal worden gebruikt met de PTY (Programme Type) of P.PTY (Priority Programme Type) taal.
Verkeersinformatie ontvangen tijdens CD- of radioweergave
1 Druk herhaaldelijk op de T.INFO/ANNC. toets tot de
T.INFO indicator verschijnt in het display.
3 Druk binnen de 5 seconden op de of toets of
beweeg de automatische terugkeerschakelaar op of ner terwijl "News" in het display staat om een bepaald programmatype te kiezen. Druk vervolgens op de 3/P. PTY toets. De PRIORITY PTY functie wordt geactiveerd.
2 Druk op de en toets om eventueel een
verkeersinformatiezender te kiezen.
Wanneer verkeersinformatie wordt ontvangen, onderbreekt het toestel automatisch de CD- of FM radioweergave.
Na de verkeersinformatie hervat het toestel automatisch de oorspronkelijke weergave.
Verkeersinformatiezenders kunnen niet worden ontvangen:
In de tuner-stand:
Wanneer het TP-signaal langer dan 70 seconden niet kan worden ontvangen, knippert de "T.INFO" indicator.
In de CD-stand:
Wanneer het TP-signaal niet langer kan worden ontvangen, wordt automatisch afgestemd op de verkeersinformatiezender met een andere frequentie.
OPMERKING
De ontvanger is uitgerust met EON (Enhanced Other Networks) om te kunnen afstemmen op alternatieve frequenties in de AF­lijst. De EON indicator verschijnt tijdens de ontvangst van een RDS EON zender. Indien de zender die wordt ontvangen geen verkeersinformatie uitzendt, wordt automatisch afgestemd op de aanverwante zender wanneer die verkeersinformatie uitzendt.
3 Druk op de T.INFO/ANNC. toets om de
verkeersinformatiestand te verlaten. De T.INFO indicator verdwijnt.
OPMERKING
Het toestel schakelt automatisch over naar verkeersinformatie, ook al beluistert u op dat ogenblik een andere bron dan radio of CD.
Priority PTY (Programmatype)
4 Druk op de 3/P. PTY toets om PRIORITY PTY opnieuw
te activeren.
Verricht stap 3 om van programmacategorie te veranderen.
Hou de 3/P. PTY toets minstens 2 seconden ingedrukt om PRIORITY PTY af te zetten.
OPMERKING
In de PRIORITY PTY stand wordt het volume niet verhoogd, in tegenstelling tot T.INFO.
5 Druk op de F/SETUP toets om de normale stand te
activeren. De "FUNC" indicator dooft.
OPMERKING
Bedien het toestel terwijl de "FUNC" indicator brandt. Indien er binnen de 5 seconden geen toetsen worden ingedrukt, dooft de "FUNC" indicator.
Radiotekst tonen
Tekstberichten van een radiozender kunnen in het display worden afgelezen.
1 Druk op de TITLE toets terwijl de radio is ingeschakeld
en is afgestemd op een FM-zender om het display voor radiotekst te kiezen.
PS (Programmaservicenaam)*Stationnaam
Radiotekst
Wanneer er voor radiozenders titels zijn ingevoerd,
kunt u op titel naar een zender zoeken. “Zendertitel zoekfunctie (Zie pagina 8)
Het display toont gedurende enkele seconden Waiting.
PS
Met deze functie kan een programmatype zoals een muziekgenre, nieuws, enz. worden vooringesteld. U kunt dan altijd een programma van het vooringestelde type beluisteren doordat het toestel automatisch voorrang geeft aan het vooringestelde programmatype en het huidige programma daarvoor eventueel onderbreekt. Deze functie werkt niet met LW en MW.
1 Druk op de F/SETUP toets. De "FUNC" indicator licht
op.
2 Druk op de 3/P. PTY toets om PRIORITY PTY te
activeren. Het programmatype wordt gedurende 5 seconden getoond. De basisinstelling is “News.
OPMERKING
Wanneer er binnen de 5 seconden na het indrukken van de 3/ P.PTY toets geen andere toetsen worden ingedrukt, wordt de PRIORITY PTY stand automatisch verlaten.
OPMERKINGEN
Indien er geen tekstbericht kan worden ontvangen of bij slechte ontvangst, verschijnt "NO TEXT" in het display.
“Waiting” kan verschijnen afhankelijk van de ontvangstvoorwaarden.
11-NL
CD-speler bedienen
SOURCE/
POWER
4 ( ) 6 ( )
Wanneer een MP3 compatibele CD-wisselaar is aangesloten, is weergave van MP3 mogelijk. (Zie Wisselaar bedienen op pagina 22)
Beweegbaar display openen en sluiten
1 Druk op de toets.
Het beweegbare display gaat open.
(Beweegbaar display volledig geopend)
Druk nogmaals op de toets om het beweegbare display te sluiten. Het beweegbare display gaat dicht.
OPMERKINGEN
Stel het beweegbare display in geopende toestand niet bloot
aan schokken om defecten te voorkomen.
Bij het sluiten stopt het display in de ingestelde hoek.
OPGELET
Hou de handen (of vreemde voorwerpen) uit de buurt van het display terwijl dit wordt geopend of gesloten om beschadigingen of verwondingen te vermijden. In normale gebruiksomstandigheden wordt de achterkant van het beweegbare display heel warm. Dat is normaal en duidt niet op storing. Raak het niet aan.
5 ( )
2 Plaats een disc met het label naar boven.
De disc wordt automatisch in het toestel getrokken. Het beweegbare display gaat dicht en de weergave start. Indien er al een disc is ingebracht, druk dan op de SOURCE/POWER toets om over te schakelen naar de CD-stand. De werkingsstand verandert bij elke druk op de toets. TUNER CD → CD CHANGER
(* Alleen wanneer een CD-wisselaar is aangesloten)
3 Druk op de toets om de weergave tijdelijk te
onderbreken. Door de toets nogmaals in te drukken, wordt de weergave hervat.
4 Druk op de toets om de disc uit te werpen.
OPMERKINGEN
Indien de CD niet wordt uitgeworpen, druk dan nogmaals
gedurende minstens 2 seconden op de beweegbare display is geopend.
Indien de navigatiedisc (apart verkrijgbaar) is ingebracht in
de CD mode, verschijnt "NAV. DISC".
Behandeling van Compact Discs (CD/CD­R/CD-RW)
Raak het oppervlak niet aan.
Stel de disc niet bloot aan directe zonnestraling.
Kleef geen stickers of labels op de disc en schrijf er ook
niet op.
Maak de disc schoon wanneer die stofferig is.
Controleer of de rand van de disc geen oneffenheden
vertoont.
Gebruik geen in de handel verkrijgbare disc-toebehoren.
Laat de disc niet lang in de auto of het toestel zitten. Stel de disc nooit bloot aan directe zonnestraling. Hitte en vocht kunnen de CD
beschadigen waardoor die niet meer kan worden afgespeeld.
Gebruikers van opneembare/ herschrijfbare CD’s (CD-R/CD-RW)
Wanneer een CD-R/CD-RW niet kan worden weergegeven, controleer dan of de laatste opnamesessie is afgesloten (gefinaliseerd).
Beëindig de CD-R/CD-RW wanneer dit nodig is en probeer opnieuw.
Over discs die met de INA-N333R modellen gebruikt kunnen worden.
Gebruik alleen compact-discs die aan de labelzijde zijn voorzien van onderstaande logo’s.
toets terwijl het
Weergave
1 Druk op de toets.
Het beweegbare display gaat open.
Breng een disc in met het label naar boven.
12-NL
U kunt CD-R's (CD-Recordable)/CD-RW's (CD­ReWritable) voor audiotoepassingen afspelen met dit toestel. U kunt ook CD-R's/CD-RW's met MP3 audiobestanden afspelen.
De volgende soorten CDs kunnen mogelijk niet met dit toestel weergegeven worden: beschadigde CDs, CDs waarop vingerafdrukken staan, CDs die aan extreme temperaturen of direct zonlicht zijn blootgesteld (b.v. CDs die in de auto of in het toestel zijn achtergebleven), CD’s die niet onder goede omstandigheden zijn opgenomen, CDs die niet voor audio zijn bedoeld, CD’s die na een mislukte poging opnieuw zijn gebrand.
.
+ 30 hidden pages