AEG IKE 96654 IB User Manual [nl]

USER MANUAL
IKE96654IB
NL Gebruiksaanwijzing 2
Kookplaat
FR Notice d'utilisation 24
Table de cuisson
www.aeg.com
2
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE.........................................................................................2
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................................5
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT........................................................................7
4. DAGELIJKS GEBRUIK..................................................................................................8
5. AANWIJZINGEN EN TIPS.........................................................................................14
6. ONDERHOUD EN REINIGING.................................................................................16
7. PROBLEEMOPLOSSING...........................................................................................17
8. MONTAGE ................................................................................................................19
9. TECHNISCHE GEGEVENS........................................................................................21
10. ENERGIEZUINIGHEID.............................................................................................22
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.

VEILIGHEIDSINFORMATIE

1.
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik.
NEDERLANDS
Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de buurt te worden gehouden, mits ze voortdurend onder toezicht staan.
Houd kinderen jonger dan 3 jaar uit de buurt of onder
permanent toezicht.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient
dit te worden geactiveerd.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
3

Algemene veiligheid

1.2
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient op te passen dat u de verwarmingselementen niet aanraakt.
Bedien het apparaat niet met een externe timer of
een apart afstandbedieningssysteem.
4
www.aeg.com
WAARSCHUWING: Zonder toezicht koken op een
kookplaat met vet of olie kan gevaarlijk zijn en
brandgevaar opleveren.
Probeer brand NOOIT met water te blussen, maar
schakel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek
de vlam bijv. met een deksel of blusdeken.
LET OP: Er dient toezicht te worden gehouden op het
bereidingsproces. Een kort bereidingsproces moet
onder constant toezicht staan.
WAARSCHUWING: Brandgevaar: Bewaar geen
voorwerpen op de kookplaten.
Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden
geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met
de bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de
pandetector.
Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten
is, schakel het apparaat dan uit en trek de stekker uit
het stopcontact. In het geval het apparaat direct op
de stroom is aangesloten met een aansluitdoos,
verwijdert u de zekering om het apparaat van de
stroom te halen. Neem in beide gevallen contact op
met de erkende servicedienst.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
WAARSCHUWING: Gebruik alleen
kookplaatbeschermers die door de fabrikant van het
kookapparaat zijn ontworpen of door de fabrikant van
het apparaat in de gebruiksinstructies als geschikt zijn
aangegeven of kookplaatbeschermers die in het
apparaat zijn geïntegreerd. Het gebruik van
ongeschikte kookplaatbeschermers kan ongelukken
veroorzaken.

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

NEDERLANDS
5

2.1 Montage

WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat.
• Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht.
• Wees altijd voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat omdat het zwaar is. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
• Dicht de oppervlakken af met kit om te voorkomen dat ze gaan opzetten door vocht.
• Bescherm de bodem van het apparaat tegen stoom en vocht.
• Installeer het apparaat niet naast een deur of onder een raam. Dit voorkomt dat heet kookgerei van het apparaat valt als de deur of het raam wordt geopend.
• Elk apparaat heeft koelventilatoren op de bodem.
• Als het apparaat gemonteerd wordt boven een lade:
– Leg geen kleine dingen of papier
dewelke kunnen binnengezogen worden, omdat ze de koelventilatoren kunnen beschadigen of het koelsysteem kunnen belemmeren.
– Houd een minimumafstand van 2
cm tussen de bodem van het apparaat en de zaken die u in de lade bewaart.

2.2 Aansluiting aan het elektriciteitsnet

WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
• Verzeker u ervan dat de stekker uit het stopcontact is getrokken, voordat u welke werkzaamheden dan ook uitvoert.
• Zorg ervoor dat de parameters op het vermogensplaatje overeenkomen met elektrische vermogen van de netstroom.
• Zorg ervoor dat het apparaat correct is geïnstalleerd. Losse en onjuiste stroomkabels of stekkers (indien van toepassing) kunnen ervoor zorgen dat de contactklem te heet wordt.
• Gebruik de juiste stroomkabel.
• Voorkom dat de stroomkabels verstrikt raken.
• Zorg ervoor dat er een schokbescherming wordt geïnstalleerd.
• Gebruik het klem om spanning op het snoer te voorkomen.
• Zorg ervoor dat de stroomkabel of stekker (indien van toepassing) het hete apparaat of heet kookgerei niet aanraakt als u het apparaat op de nabijgelegen contactdozen aansluit.
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker (indien van toepassing) of kabel niet beschadigt. Neem contact op met onze service-afdeling of een elektromonteur om een beschadigde hoofdkabel te vervangen.
• De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst.
6
www.aeg.com
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatie­apparaten: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers.
• De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm.

2.3 Gebruik

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brandwonden of elektrische schokken.
• Verwijder voor gebruik (indien van toepassing) de verpakking, labels en beschermfolie.
• Gebruik dit apparaat in een huishoudelijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
• Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik.
• Vertrouw niet alleen op de pandetector.
• Leg geen bestek of pannendeksels op de kookzones. Deze kunnen heet worden.
• Bedien het apparaat niet met natte handen of als het contact maakt met water.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Sluit het apparaat direct af van de stroomtoevoer als het oppervlak van
het apparaat gebroken is. Dit om elektrische schokken te voorkomen.
• Gebruikers met een pacemaker moeten een afstand van minimaal 30 cm bewaren van de inductiekookzones als het apparaat in werking is.
• Als u eten in de hete olie doet, kan het spatten.
WAARSCHUWING!
Risico op brand en explosie
• Verhitte vetten en olie kunnen ontvlambare damp afgeven. Houd vlammen of verwarmde voorwerpen uit de buurt van vet en olie als u er mee kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft kunnen spontane ontbranding veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten bevat, kan brand veroorzaken bij een lagere temperatuur dan olie die voor de eerste keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten of gerechten die vochtig zijn gemaakt met ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het apparaat.
• Zet geen heet kookgerei op het bedieningspaneel.
• Leg geen hete deksel op het glazen oppervlak van de kookplaat.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei op het apparaat vallen. Het oppervlak kan beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met lege pannen of zonder pannen erop.
• Geen aluminiumfolie op het apparaat leggen.
• Pannen van gietijzer, aluminium of met beschadigde bodems kunnen krassen veroorzaken in het glas / glaskeramiek. Til deze voorwerpen altijd op als u ze moet verplaatsen op de kookplaat.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te koken. Het mag niet worden gebruikt voor andere doeleinden, zoals het verwarmen van een kamer.
1 1 1
1 1 1
2
1 2 4 5 63 10 117
12
8139
14
NEDERLANDS 7

2.4 Onderhoud en reiniging

• Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat.
• Schakel het apparaat uit en laat het afkoelen voordat u het schoonmaakt.
• Trek voor onderhoudswerkzaamheden de stekker uit het stopcontact.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen.
• Reinig het apparaat met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen neutrale reinigingsmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
• Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen.

2.6 Verwijdering

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en gooi het weg.

2.5 Servicedienst

• Neem contact op met een erkende servicedienst voor reparatie van het apparaat.

3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT

3.1 Indeling kookplaat

Inductiekookoppervlak
1
Bedieningspaneel
2

3.2 Indeling Bedieningspaneel

www.aeg.com8
1
De kookplaat in- en uitschakelen.
2
Om de Toetsblokkering of Kinderbeveiliging in of uit te schakelen.
3
De kookzone-aanduiding.
4
CountUp Timer-indicatielampje.
5
Timer met aftelfunctie-indicatielampje.
Timerdisplay: 00 - 99 minuten.
6 7
Het in- en uitschakelen van de Bridge-functie.
8
Timerfunctie instellen.
9
/ De tijd verlengen of verkorten.
10
Het in- en uitschakelen van de Hob²Hood-functie.
11
Het in- en uitschakelen van de Pauze-functie.
12
Voor het inschakelen van de functie PowerBoost.
Regelbalk om de warmtestand van 0 - 9 te regelen.
13 14
Het in- en uitschakelen van de PowerSlide-functie.

3.3 OptiHeat Control (3-staps restwarmte-indicatie)

WAARSCHUWING!
/ / De aanduidingen tonen het niveau van de restwarmte voor de kookzones die u momenteel gebruikt. De aanduidingen kunnen ook aangaan voor de nabijgelegen kookzones, zelfs als u deze niet gebruikt.

4. DAGELIJKS GEBRUIK

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

4.1 In- of uitschakelen

Raak 1 seconde aan om de kookplaat in– of uit te schakelen. De regelbalken gaan aan als u de kookplaat aanzet en gaan uit als u de kookplaat uitschakelt. Als de kookplaat is uitgeschakeld kunt u
alleen
zien.
De inductiekookzones creëren de voor het kookproces benodigde warmte direct in de bodem van de pan. Het glaskeramiek wordt verwarmd door de warmte van de pannen.
Als de kookplaat uitgeschakeld is, zijn de aanduidingen nog zichtbaar. Als de kookplaat koud genoeg is, verdwijnen ze.

4.2 Automatisch uitschakelen

De functie schakelt de kookplaat automatisch uit als:
• u gedurende 50 seconden geen kookgerei op de kookplaats zet,
• u binnen 50 seconden na het plaatsen van het kookgerei geen warmtestand instelt,
• u iets hebt gemorst of langer dan 10 seconden iets op het bedieningspaneel hebt gelegd (een pan, doek). Als het geluidssignaal klinkt, schakelt de kookplaat uit.
NEDERLANDS
9
Verwijder het voorwerp of reinig het bedieningspaneel.
• De kookplaat te heet wordt (b.v. als een pan droogkookt). De kookzone moet afgekoeld zijn voordat u de kookplaat weer kunt gebruiken.
• u een kookzone niet uitschakelt of de kookstand verandert. Na 'n tijdje gaat de kookplaat uit.
De verhouding tussen kookstand en de tijd waarna de kookplaat uitschakelt:
Verwarmingsstand De kookplaat
wordt uitgescha­keld na
1 - 2 6 uur
3 - 4 5 uur
5 4 uur
6 - 9 1,5 uur
4.3 Het gebruik van de
kookzones
LET OP!
Plaats geen heet kookgerei op het bedieningspaneel. Er bestaat een risico dat de elektronische onderdelen beschadigen.
Inductiekookzones passen zich tot op zekere hoogte automatisch aan de afmeting van het kookgerei aan. Als u het kookgerei op de juiste positie plaatst, herkent de kookplaat deze en gaat de relevante regelbalk aan. Een rode kookzone-aanduiding verschijnt boven de regelbalk en geeft de positie van de pan aan.
Elk vierkant op het bedieningspaneel staat voor een kookzone op de inductiekookzone. De zone­aanduidingen geven aan welke kookzone er wordt geregeld met de juiste regelbalk.

4.4 De kookstand

Raak de regelbalk aan op de gewenste warmtestand of glij met uw vinger over de regelbalk om de warmtestand van een kookzone in te stellen of te wijzigen.
Plaats het kookgerei in het midden van de gekozen kookzone.
Als u eenmaal een pan op de zone zet en de kookstand instelt, blijft deze gedurende 2 minuten gelijk nadat u de pan heeft verwijderd. De regelbalk en de aanduiding van de kookzone knipperen gedurende 2 minuten. Als u de pan binnen deze tijd weer op de kookzone plaatst reactiveert de kookstand. Zo niet, wordt de kookzone gedeactiveerd.

4.5 Bridge-functie

Deze functie verbindt twee kookzones en deze werken dan samen als één kookzone. U kunt de functie gebruiken met groot kookgerei.
10
www.aeg.com
1. Plaats het kookgerei op twee
kookzones. Het kookgerei moet het midden van beide zones bedekken.
wordt wit.
2. Gebruik om de functie in te
schakelen.
3. Stel de kookstand in. Het kookgerei dient het midden van beide zones te bedekken maar niet voorbij de gebiedsmarkering komen.
Voor het uitschakelen van de functie raakt u aan. De kookzones werken
onafhankelijk.

4.6 PowerBoost

Deze functie activeert meer vermogen voor de geschikte inductiekookzone en is afhankelijk van de grootte van het kookgerei. De functie kan maar voor een beperkte periode worden geactiveerd.
Druk op om de functie voor de kookzone te activeren. Het symbool wordt rood. De functie wordt automatisch uitgeschakeld.
Raadpleeg voor maximale tijdsduur 'Technische gegevens'.

4.7 Timer

Timer met aftelfunctie

Gebruik deze functie om aan te geven hoe lang een kookzone moet werken tijdens een enkele kooksessie.
Stel de kookstand voor de juiste kookzone in en daarna de functie.
1. Raak
schakelen of de tijd te wijzigen.
De timer toont 00 en de aanduidingen
en gaan op het display branden.
wordt rood en wordt wit. Als de timer is wordt ingesteld, verdwijnen alle aanduidingen na 4 seconden.
2. Raak of aan om de tijd in te
stellen (00 - 99 minuten). Na 3 seconden gaat de timer automatisch aftellen. De aanduidingen
, en verdwijnen. blijft rood.
Als de tijd verstreken is, klinkt er een signaal en knippert 00. Om het signaal te
stoppen, raakt u aan.
De functie uitschakelen: raak aan. De indicatielampjes Gebruik of om 00 op het display in
te stellen. Of stel het warmteniveau in op
0. Nu klinkt een geluidssignaal en wordt de timer geannuleerd.
aan om de functie in te
en gaan branden.
CountUp Timer (De timer
met optelfunctie)
Gebruik deze functie om in de gaten te houden hoe lang een kookzone werkt.
Raak tweemaal aan om de functie in te schakelen.
De aanduiding timer gaat automatisch optellen.
De functie uitschakelen: raak aan. Raak
branden.
aan als de aanduidingen gaan
wordt rood en de

Kookwekker

U kunt deze functie gebruiken als kookwekker terwijl de kookplaat is ingeschakeld maar de kookzones niet werken.
Zet een pan op een kookzone om het bedieningspaneel te zien.
1. Raak
2. Raak of aan om de tijd in te
De functie wordt automatisch na 4 seconden gestart. De aanduidingen
en verdwijnen. blijft rood. Als u de functie instelt, kunt u de pan verwijderen.
Als de tijd verstreken is, klinkt er een signaal en knippert 00. Raak aan om
het signaal uit te schakelen.
De functie uitschakelen: raak aanduidingen en gaan branden. Gebruik of om 00 op het display in
te stellen.
aan totdat de aanduiding rood wordt om de functie te activeren.
stellen.
,
aan. De
De functie heeft geen invloed op de werking van de kookzones.

4.8 Pauze

Deze functie stelt alle kookzones die in werking zijn in op de laagste kookstand.
Als de functie in werking is, zijn alle andere symbolen op de bedieningspanelen vergrendeld.
Als de functie actief is, kunnen de symbolen en worden gebruikt. De functie stopt de timerfunctie niet.
Raak aan om de functie in te schakelen. Het symbool wordt rood.De warmte­instelling wordt verlaagd naar 1. Voor het uitschakelen van de functie
raakt u aan. Het symbool wordt wit.De voorgaande warmte-instelling gaat aan.
4.9

Blokkering

U kunt het bedieningspaneel vergrendelen terwijl de kookplaat in werking is. Hiermee wordt voorkomen dat de kookstand per ongeluk wordt veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Raak aan om de functie in te schakelen. Het symbool wordt rood en knippert. Voor het uitschakelen van de functie
raakt u aan. Het symbool wordt wit
Als u de kookplaat uitzet, stopt u deze functie ook.
NEDERLANDS
4.10 Kinderbeveiliging van de
oven
Deze functie voorkomt dat de kookplaat onbedoeld wordt gebruikt.
Schakel eerst de kookplaat in, maar stel geen kookstand in.
Raak aan totdat deze rood wordt om de functie te activeren. De bedieningsbalk verdwijnt.
De functie gedurende één kooksessie activeren: Schakel de kookplaat in met
. gaat aan. Raak aan totdat deze wit wordt. De bedieningsbalk verschijnt. Stel de kookstand in binnen 50 seconden. U kunt het kooktoestel bedienen. Als u de kookplaat uitschakelt
is de functie nog steeds actief.
met Om de functie volledig te deactiveren,
activeert u de kookplaat en stelt u geen kookstand in. Raak aan totdat deze
wit wordt. De bedieningsbalk verschijnt. Schakel de kookplaat uit.

4.11 PowerSlide

Deze functie maakt het u mogelijk de temperatuur aan te passen door het kookgerei naar een andere positie op de inductiekookzone te bewegen.
Deze functie verdeelt de inductiekookzone automatisch in drie kookzones met verschillende warmte-
11
www.aeg.com12
instellingen. De kookplaat neemt de positie van de pan waar en past vervolgens het van te voren ingestelde vermogen aan.
• De zoneaanduiding geeft beide zones in een brug aan, zelfs als maar een van de zones in gebruik is.
• U kunt de warmte-instelling alleen handmatig aanpassen als minstens een van de zones automatisch wordt geactiveerd.
• U kunt de warmte-instelling voor elke positie afzonderlijk wijzigen. Als u de kookplaat uitschakelt, onthoudt hij uw warme-instellingen en past deze de volgende keer dat u de functie inschakelt weer toe.
• Als u de warmte-instelling wilt wijzigen, tilt u de pan op en zet u hem op een andere zone. Als u he kookgerei verschuift, kunnen er krassen en een verkleuring van het oppervlak ontstaan.
1. Raak
aan om de functie in te
schakelen. Het symbool wordt rood en het schuifpaneel geeft het vooraf ingestelde vermogensniveau weer. Alle kookzones werken gedurende 9 minuten.
2. Raak om het vermogen aan te
passen het schuifpaneel aan en kies
de geschikte warmte-instelling. Het schuifpaneel geeft het aangepaste vermogen weer. Na 9 minuten klinkt er een geluidssignaal en worden de lege kookzones
uitgeschakeld. Raak
aan om deze
functie te hervatten. Voor het uitschakelen van de functie raakt u aan. Het symbool wordt wit.
4.12

Hob²Hood

Het is een geavanceerde automatische functie die de kookplaat op een speciale afzuigkap aansluit. Zowel de kookplaat als de afzuigkap heeft een infraroodontvanger. De snelheid van de ventilator wordt automatisch bepaald op basis van de modusinstelling en de temperatuur van de heetste pan op de kookplaat. U kunt de ventilator van de kookplaat handmatig bedienen.
Voor de meeste afzuigkappen wordt het afstandsbedieniningssysteem uitgeschakeld. Inschakelen voordat u de functie gebruikt. Zie voor meer informatie de gebruikershandleiding van de afzuigkap.
De functie automatisch bedienen
Stel de automatische modus in op H1 – H6 om de functie automatisch te bedienen. De kookplaat is oorspronkelijk ingesteld op H5. De afzuigkap reageert als u de kookplaat bedient. De kookplaat herkent de temperatuur van de pannen automatisch en stelt de snelheid van de ventilator erop af.
De verlichting activeren
U kunt de kookplaat instellen om de verlichting automatisch te activeren als u de kookplaat aan zet. Zet daarvoor de automatische modus op H1 – H6.
De verlichting van de afzuigkap gaat uit 2 minuten nadat u de kookplaat heeft uitgeschakeld.
Automatische modi
Auto-
Modus H0 Uit Uit Uit
Modus H1 Aan Uit Uit
Modus
3)
H2
Modus H3 Aan Uit Ventila-
Modus H4 Aan Ventila-
Koken
mati­sche ver­lich­ting
Aan Ventila-
torsnel­heid 1
torsnel­heid 1
1)
Bak-
2)
ken
Ventila­torsnel­heid 1
torsnel­heid 1
Ventila­torsnel­heid 1
Auto-
Modus H5 Aan Ventila-
Modus H6 Aan Ventila-
1)
De kookplaat detecteert het kookproces en ac­tiveert de ventilatorsnelheid overeenkomstig de automatische modus.
2)
De kookplaat detecteert het bakproces en acti­veert de ventilatorsnelheid overeenkomstig de automatische modus.
3)
Deze modus activeert de ventilator en de ver­lichting en reageert niet op de temperatuur.
mati­sche ver­lich­ting
Koken
torsnel­heid 1
torsnel­heid 2
1)
Bak-
2)
ken
Ventila­torsnel­heid 2
Ventila­torsnel­heid 3
NEDERLANDS

De ventilatorsnelheid handmatig bedienen

U kunt de ventilator van de kookplaat handmatig bedienen.
Raak
aan als de kookplaat actief is. Dit schakelt de automatische bediening van de functie uit zodat u de ventilatorsnelheid handmatig kunt veranderen.
Als u op ventilatorsnelheid met één verhoogd. Als u een intensief niveau bereikt en weer op
drukt, stelt u de ventilatorsnelheid in op 0 waardoor de afzuigkapventilator uitschakelt. Om de ventilator weer te starten met ventilatorsnelheid 1, raakt u
aan.
drukt, wordt de
Schakel de kookplaat uit en weer aan om de automatische bediening van de functie te activeren.
13

De automatische modus veranderen

1. Schakel het apparaat uit.
2. Raak 3 seconden aan.
Het display gaat aan en uit.
3. Raak 3 seconden aan.
4. Raak
5. Raak van de timer aan om een
Als u stopt met koken en de kookplaat uitschakelt, kan de ventilator nog even blijven werken. Daarna schakelt het systeem de ventilator automatisch uit en wordt voorkomen dat u de ventilator per ongeluk de komende 30 seconden activeert.
een paar keer aan tot aan
gaat.
automatische modus te selecteren.
Schakel de automatische modus van de functie uit om de kookplaat direct te bedienen op het kookplaatpaneel.

4.13 OffSound Control (De geluiden in- en uitschakelen)

Schakel eerst de kookplaat uit.
1. Raak
functie in te schakelen.
Het display gaat aan en uit.
2. Raak 3 seconden aan.
of gaat aan.
3. Raak
volgende te kiezen:
- de signalen zijn uit
4. Om uw keuze te bevestigen moet u
wachten tot de kookplaat automatisch uitschakelt.
Als de functie op staat, kunt u de geluiden alleen horen als:
• u
• Kookwekker naar beneden komt
• Timer met aftelfunctie naar beneden
komt
• u iets op het bedieningspaneel
plaatst.
3 seconden aan om de
aan om één van het
- de signalen zijn aan
aanraakt
14
www.aeg.com

4.14 Vermogensbeheer-functie

• De kookzones zijn gegroepeerd volgens locatie en aantal fasen van de kookplaat. Zie afbeelding.
• Elke fase heeft een maximale elektriciteitslading van 3700 W.
• De functie verdeelt het vermogen tussen de kookzones aangesloten op dezelfde fase.
• De functie wordt geactiveerd als de totale elektriciteitslading van de kookzones aangesloten op een enkele fase de 3700 W overschrijdt.
• De functie verlaagt het vermogen naar de andere kookzones aangesloten op dezelfde fase.
• Voor kookzones met verminderd vermogen toont het

5. AANWIJZINGEN EN TIPS

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

5.1 Kookgerei

Bij een inductiekookzone zorgt een sterk elektromagnetisch veld ervoor dat het kookgerei erg snel heet wordt.
Gebruik de inductiekookzones met geschikte pannen.
Materiaal van het kookgerei
correct: gietijzer, staal, geëmailleerd staal, roestvrij staal, meerlaagse bodem (aangemerkt als geschikt door de fabrikant).
niet correct: aluminium, koper, messing, glas, keramiek, porselein.
Een pan is geschikt voor een inductiekookplaat als:
• water op de hoogste kookstand binnen korte tijd wordt verwarmd.
• een magneet vast blijft zitten aan de bodem van het kookgerei.
bedieningspaneel alleen de maximaal mogelijke warmte-instellingen.
• De activering van de functie is afhankelijk van de grootte en het aantal van de pannen
De bodem van het kookgerei moet zo dik en vlak mogelijk zijn. Zorg ervoor dat bodems schoon en droog zijn voordat ze op de kookplaat worden gezet.
Afmetingen van de pannen
Inductiekookzones passen zich tot op zekere hoogte automatisch aan de afmeting van het kookgerei aan.
De efficiëntie van de kookzone heeft betrekking op de diameter van het kookgerei. Kookgerei met een diameter die kleiner is dan het minimum, ontvangt slechts een deel van het vermogen dat door de kookzone wordt gegenereerd.
Raadpleeg "Technische gegevens".

5.2 Lawaai tijdens gebruik

Als u dit hoort:
• krakend geluid: de pan is gemaakt van verschillende materialen (sandwich-constructie).
• fluitend geluid: bij gebruik van de kookzone met een hoge kookstand en als de pan is gemaakt van
NEDERLANDS 15
verschillende materialen (sandwich­constructie).
• zoemen: als u hoge kookstanden gebruikt.
• klikken: er treedt elektrische schakeling op.
• sissen, zoemen: de ventilator werkt.
Deze geluiden zijn normaal en hebben niets met een defect van de kookplaat te maken.
5.4 Voorbeelden van
kooktoepassingen
De correlatie tussen de kookstand en het stroomverbruik van de kookzone is niet lineair. Wanneer u de kookstand verhoogt, is dit niet proportioneel met de toename in stroomverbruik van de kookzone. Het betekent dat een kookzone op de medium kookstand minder dan de helft van het vermogen

5.3 Öko Timer (Eco-timer)

Om energie te besparen schakelt het verwarmingselement van de kookzone eerder uit dan het signaal van de timer
gebruikt.
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als
richtlijn. met aftelfunctie klinkt. Het verschil in werkingstijd hangt af van het niveau van de kookstand en de tijd dat u kookt.
Verwarmings­stand
1 Bereide gerechten warmhou-
1 - 2 Hollandaisesaus, smelten: bo-
1 - 2 Stollen: luchtige omeletten,
2 - 3 Zachtjes aan de kook brengen
3 - 4 Stomen van groenten, vis en
4 - 5 Aardappelen stomen. 20 - 60 Gebruik max. ¼ l water voor
4 - 5 Bereiden van grotere hoeveel-
6 - 7 Lichtjes braden: kalfsoester,
Gebruik om: Tijd
(min)
zoals
den.
ter, chocolade, gelatine.
gebakken eieren.
van rijst en gerechten op melk­basis, reeds bereide gerechten opwarmen.
vlees.
heden voedsel, stoofschotels en soepen.
cordon bleu van kalfsvlees, ko­teletten, rissoles, worstjes, le­ver, roux, eieren, pannenkoe­ken, donuts.
nodig
5 - 25 Van tijd tot tijd mengen.
10 - 40 Met deksel bereiden.
25 - 50 Voeg minimaal twee keer zo
20 - 45 Voeg een paar eetlepels vocht
60 - 150 Tot 3 l vloeistof plus ingre-
zoals nodig
Tips
Een deksel op het kookgerei doen.
veel vocht toe als rijst en roer gerechten op melkbasis hal­verwege de procedure door.
toe.
750 g aardappelen.
diënten
Halverwege de bereidingstijd omdraaien.
Loading...
+ 33 hidden pages