Zanussi ZBM799X User Manual [nl]

Page 1
ZBM 799
Forno da incasso Built-in oven Four à emboîtage Einbau-Backofen Inbouwoven Horno empotrable
ÓÓÙÙÔÔÈȯ¯ÈÈÛÛÌ̤¤ÓÓÔÔÈÈ ÊÊÔÔÚÚÓÓÔÔÈÈ
Libretto istruzioni per uso e installazione Operating instructions for use and installation Livret d’instructions pour l’emploi et installation Bedienungs-und Installations -Anweisung Aanwijzingen voor het gebruik en de plaatsing Manual de instrucciones de manejo e instalación
ÁÁ¯¯ÂÂÈÈÚÚÈÈÔÔ ÔÔËËÁÁÈÈÒÒÓÓ ÁÁÈÈ·· ÙÙËËÓÓ ¯¯ÚÚÛÛËË Îη·ÈÈ ÙÙËËÓÓ ÂÂÁÁÎη·ÙÙ¿¿ÛÛÙÙ··ÛÛËË
Page 2
Belangrijk!
Importante!
Deze nieuwe apparatuur is gemakkelijk in het gebruik. Om optimale resultaten te kunnen verkrijgen is het evenwel belan­grijk dit boekje met aandacht te lezen en alle voorschriften op te volgen alvorens hem voor het eerst in werking te stellen. Dit boekje verschaft niet alleen aanwij­zingen voor een juiste installatie, gebruik en onderhoud maar ook nuttige wenken.
Garantie
U heeft garantie op uw nieuwe apparatuur.a
Het garantiebewijs is hier bijgesloten. Is dit niet het geval, vraag het dan op bij uw Verkoper onder vermelding van de datum van aankoop, het model en het op het gege­vensplaatje van de apparatuur ingeslagen serienummer. Indien deze procedure niet in acht genomen wordt, is het servicepersoneel verplicht eventuele reparatiekosten in rekening te brengen.
El manejo de este nuevo aparato es fácil. Sin embargo, para obtener resultados ópti­mos, conviene leer atentamente este manual y seguir todas las instrucciones antes del primer uso. En el manual encontrará las instrucciones de su correcta instalación, uso y manteni­miento y además consejos útiles.
Garantia
Su nuevo aparato está cubierto por una garantía. El certificado de garantía le será entregado junto con este manual. Si faltase el certifica­do, pídalo a su proveedor indicando la fecha de compra, el modelo y n° de serie. Encontrará todos estos datos en la placa de características. Si no dispone del certificado de garantía, nuestro personal técnico tendrá que cobrarle cualquier intervención y/o reparación.
4
Page 3
De apparatuur wordt, wanneer de oven aan staat en de grill in werking is aan­zienlijk verhit vooral ter hoogte van het glas in de ovendeur en de zone daarnaa­st. Zorg er daarom voor dat er geen kin­deren in de buurt komen spelen. Sluit huishoudelijke apparaten aan op een contactdoos in de nabijheid van de oven en verzeker u ervan dat het snoer niet in aanraking kan komen met de kookzone, wanneer die aan staat, of in de ovendeur verstrikt kan raken.
‘√Щ·У ФИ Ы˘ЫОВ˘¤˜ В›У·И Ы˘У‰В‰ВМ¤УВ˜ ЫЩЛ Ъ›˙·, ОФУЩ¿ ЫЩФ КФ‡ЪУФ, ЫИБФ˘ЪВ˘ЩВ›ЩВ fiЩИ ЩФ О·ПТ‰ИФ ‰ВУ ¤Ъ¯ВЩ·И ЫВ В·К‹ МВ О¿ФИ· ВЪИФ¯‹ Л ФФ›· В›У·И ЫВ ПВИЩФ˘ЪБ›· О·И fiЩИ ‰ВУ ¤¯ВИ И·ЫЩВ› ЫЩЛУ fiЪЩ· ЩФ˘ КФ‡ЪУФ˘. ∫·Щ¿ ЩЛ ‰И¿ЪОВИ· ЩЛ˜ ПВИЩФ˘ЪБ›·˜ ЩФ˘ КФ‡ЪУФ˘ О·И ЩФ˘ БОЪИП, ЩФ Щ˙¿МИ ЩЛ˜ fiЪЩ·˜ О·И Л Б‡Ъˆ ВЪИФ¯‹ ıВЪМ·›УФУЩ·И. ™ИБФ˘ЪВ˘ЩВ›ЩВ fiЩИ ‰ВУ ·›˙Ф˘У ·И‰И¿ ОФУЩ¿ ЫЩФ КФ‡ЪУФ.
Durante la cocción al horno o bajo el grill el cristal de la puerta y las partes adyacentes están expuestas a un sensi­ble calentamiento. Cuide de que los niños no se acerquen o jueguen en la proximidad. Si el enchufe se encuentra cerca del horno asegúrese, de que el cable no toque ningún area de calor ni quede aprisionado en la puerta.
7
Page 4
Inhoudsopgave
Waarschuwingen - Inbouwovens Seite 69
Technische kenmerken Seite 70
Gebruikersvoorschriften
Installatie Seite 71
Gebruik Seite 71
Functies Seite 72
Tips voor de bereiding Seite 75
Kochzeiten-Tabelle Seite 76
Onderhoud Seite 78
Instructies voor de installateur
Elektrische aansluiting Seite 80
Het inbouwen van aanbouwmeubels Seite 80
Technische Service en onderdelen Seite 81
Indice
Advertencias importantes pag. 82
Datos técnicos pag. 83
Instrucciones para el usuario
Instalación pag. 84 Uso pag. 84 Funciones pag. 85 Consejos prácticos . pag. 88 Tabla : tiempos de cocción pag. 90 Mantenimiento pag. 91
Instrucciones para el instalador
Conexión eléctrica pag. 93 Inserción en muebles modulares pag. 93 Servicio Técnico y recambios pag. 94
10
Page 5
Waarschuwingen - Inbouwovens
Het is van het grootste belang dat u dit instructieboekje bij de apparatuur bewaart zodat u het altijd kunt raadplegen. Indien de apparatuur aan iemand anders wordt verkocht of overgedragen, moet u er voor zorgen dat het instructieboekje meegele­verd wordt zodat de nieuwe gebruiker zich op de hoogte kan stellen van de werkwijze van de machine en waarschuwingen daaromtrent.
Deze waarschuwingen zijn opgesteld voor de veiligheid van u en anderen. Daarom verzoeken wij u hiervan met aandacht kennis te nemen alvorens het apparaat te installeren en te gebruiken.
Deze apparatuur is bestemd voor gebruik door volwassenen. Zorg er daarom voor dat er geen kinderen vlakbij komen spe­len.
Eventuele wijzigingen aan het elektrische systeem van de woning die noodzakelijk zijn de installatie van deze apparatuur, mag uit­sluitend door vakbekwaam personeel worden uitgevoerd. Wend u zich voor eventuele ingrepen aan een bevoegd Technisch Service Centrum en vraag altijd om originele onderdelen. Het is gevaarlijk de kenmerken van deze apparatuur te wijzigen of te proberen te wij­zigen. Plaats altijd de opvangbak onder de gril wan­neer u de grill gebruikt of er vlees op roo­stert. Giet een beetje water in de opvangbak om te voorkomen dat de vestresten verbranden en een onaangename geur verspreiden. Draag altijd ovenhandschoenen om de gere­chten uit de oven te halen. De oven blijft nog lang warm nadat u hem hebt uitgezet. Let op de kinderen zolang u de oven in gebruik heeft en zorg er voor dat zij niet in de buurt van het apparaat komen en dit ook niet aanraken zolang hij niet volledig is afgekoeld. Wees voorzichtig wanneer u reinigingsmid­delen in spuitbussen gebruikt.
Richt de spuit nooit op het filter (indien voorhanden), weerstanden of thermostaatbul­bo).
Verzeker u ervan dat de knoppen op <0> staan wanneer de apparatuur niet in werking is.
Deze apparatuur moet om redenen van hygiëne en veiligheid altijd schoon gehouden worden (zie instructies). Dit artikel is vervaardigd voor het bereiden van etenswaren en mag niet voor andere doe­leinden gebruikt worden. Bedek de ovenwanden en met name de onderkant van de ovenruimte niet met alumi­niumfolie. De eventuele zelfreinigende panelen moeten met water en zeep gereinigd worden (zie rei­nigingsvoorschriften). Schakel de apparatuur uit en laat hem afkoe­len alvorens tot een onderhouds- of reini­gingsbeurt over te gaan. Verzeker u ervan dat de ovenroosters op de juiste manier zijn aangebracht. Eventuele later noodzakelijke reparaties of in- en afstellingen moeten met de grootste zorgvuldigheid en aandacht worden uitge­voerd. Daarom raden wij u aan hiervoor altijd de hulp in te roepen van de dealer waar u het apparaat gekocht heeft u van het Servicecentrum bij u in de buurt.
69
Page 6
Technische kenmerken
Externe ovenafmetingen:
hoogte 47,4 cm breedte 89,4 cm diepte 54,0 cm
Interne ovenafmetingen:
hoogte 32,5 cm breedte 59,5 cm diepte 39,5 cm inhoud 76 liter
Vermogens:
grillweersand 2000 W bovenste weerstand 1200 W onderste weerstand 1400 W convectieweerstand 2600 W convectie motorventilator 30 W draaispitmotortje 4 W koelmotorventilator 25 W lampje ovenverlichting 2 x 15 W
Totaal maximaal vermogen 2685 W Voedingsspanning 50-60 Hz
230 V
De apparatuur is conform de richtlijn 89/336/EEG betreffende elektromagnetische com­patibiliteit en conform Richtlijn 89/109/EEG wat betreft de onderdelen die met leven­smiddelen in aanraking komen. De apparatuur beantwoordt tevens aan de EEG Richtlijnen 73/23 en 93/68 betreffende laagspanningsapparaten.
70
Page 7
Stop
max
250
200
150
100
50
0
0
GEBRUIKERSVOORSCHRIFTEN
Installatie
Het is belangrijk dat alle installatie- en afstelwerkzaamheden door vakbekwaam per­soneel volgens de voorschriften worden uit­gevoerd. De specifieke voorschriften zijn beschreven in de voor de installateur bestemde hoof­stukken. Verwijder eerst de speciale beschermfolie ter bescherming van de de onderdelen van roest­vrijstaal en geanodosieerd aluminium, alvo­rens de apparatuur in werking te stellen.
Gebruik
De warmte-isolering van de oven en bewerkingsvetresten verspreiden bij het eer­ste gebruik enkele minuten lang rook en een onaangename reuk. We raden u daarom aan bij de eerste ont­steking de oven ongeveer 45 minuten lang leeg op maximum temperatuur te laten werken, hem te laten afkoelen en vervolgens zorgvuldig met water en zeep aan de bin­nenkant te reinigigen en af te spoelen.
Bedieningspaneel
1. Geel controlelampje (apparaat ingeshakeld)
2. Rood controlelampje (thermostaat)
3. Thermostaatknop
4. Schakelknop
5. Elektronische programmeur
13245
71
Page 8
FUNCTIES
0
max
250
200
150
100
50
0
Knoppen bedieningschakels (fig. 1) en thermostaat (fig. 2).
Hiermee kunt u het voor de verschillende bereidingswijzen meest geschikte soort verhitting kiezen door de geschikte verhit­tingselementen op de gewenste temperatuur­graad in te stellen
Betekenis van de symbolen:
ontsteking ovenlamp
heteluchtventilator
verhittingselement boven/onder
Gebruik de grill-functie niet langer dan 1 uur aaneengesloten
Hetelucht koken
Draai de keuzeschakelaarknop op de ove­reenkomstige stand en de thermostaatknop op de gewenste temperatuur.
Ontdooien
Draai de keuzeschakelaarknop op de gewen­ste stand. Nu wordt de motorventilator ingeschakeld die, door de koude lucht in de oven rond te draaien het snel ontdooien van diepvries pro­dukten bevordert. Draai de keuzeschakelaardop (fig. 1) in de aangewezen stand en de thermostaatknop (fig. 2) op stand <0>.
verhittingselement boven/onder plus heteluchtventilator
onderste verhittingselement plus heteluchtventilator
verhittingselement achterplus heteluchtventilator
grill-element plus draaispitmotor
grill-element plus heteluchtventi­lator
Traditioneel koken
Draai de keuzeschakelaarknop tot de wijzer samenvalt met het overeenkomstige symbool en de thermostaatknop tot op de gewenste temperatuurwaarde.
Grilleren
Draai de keuzeschakelaarknop op het ove­reenkomstige symbool en draai de thermo­staatknop tot op de maximum tempera­tuurwaarde T=250°C.
72
De ovendeur moet bij al deze boven-
staande handelingengeslotenblijven.
fig. 1
fig. 2
Page 9
GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN ELEKTRONSICHE PROGRAM­MEUR
Kookklok met geluidssignaal
Indien de kookklok alleen gebruikt wordt als eenvoudig geluidssignaal, drukt u toets (1) in en u stelt met behulp van de (1) en (+) toet­sen binnen 4 seconden de gewenste kooktijd in. Op het display verschijnt de huidige tijd en het symbool (B) blijft actief. Voor uit­schakeling van het geluidssignaal drukt u op een van de toetsen (1), (2), (3) of (4). Ook het symbool (B) verdwijnt.
Einde kooktijd instellen
fig. 3
Huidige tijd instellen
Na inschakelen van de elektrische stroom gaat het display knipperen en ziet u 0.00. Druk tegelijkertijd de toetsen (1) en (2) in en stel binnen 4 seconden met behulp van de (-) en (+) toetsen de huidige tijd in. De oven blijft in handbediening werken en kan dus zonder programmering gebruikt worden.
Algemene opmerkingen
• tussen 22.00 en 6.00 wordt het display automatisch minder intens.
• indien het niet uitgeschakeld wordt (zie instructies hierna) gaat het
• geluidssignaal na 2 minuten uit.
• elke hieronder beschreven programmering treedt na ongeveer 4 seconden na de instelling in werking
• de programmeertijd is maximaal 23 uur en
59 minuten
• bij stroomuitval worden alle geprogram
meerde instellingen uitgewist; wanneer de elektrische stroom terugkeert gaat het
display knipperen en ziet u 0.00. Om het apparaat opnieuw inwerking te stel len, moeten de huidige tijd en het eventue le programma opnieuw ingesteld worden.
Om onmiddellijk met koken te beginnen en automatisch de kooktijd in te stellen, gaat u als volgt te werk:
• kies de gewenste kooktijd met behulp van de functieschakelaar en de thermostaat
• druk op toets (2) en programmeer de kook­tijd door binnen 4 seconden de (-) en (+) toetsen in te drukken. Op het display verschijnt de huidige tijd en de controlelampjes (A) en (AUTO) branden. U kunt de resterende kooktijd controleren door toets (2) in te drukken of dezelfde pro­cedure te herhalen. Voor het eventuele uitwissen van de inge­stelde programmering, zet u de kooktijd terug op 0.00 en na het verschijnen van de huidige tijd drukt u op toets (4) om terug te keren naar handbediening. Bij het verstrijken van de kooktijd gaat het geluidssignaal aan en de oven automatisch uit. Indien u het signaal wilt uitschakelen, drukt u op een wil­lekeurige toets (1), (2), (3) of (4). Druk op toets (4) om de programmeur terug te zetten in handbediening.
Begin en einde kooktijd instellen
Indien u zowel het begin als het einde van de kooktijd wilt programmeren, gaat u als volgt te werk:
• Stel de gewenste functie en temperatuur in met behulp van de functieschakelaar en thermostaat
73
Page 10
• druk op toets (2) en binnen 4 seconden op de (-) en (+) toetsen om de gewenste kooktijd in te stellen.
• druk op toets (3) om op dezelfde wijze de kooktijd te doen aflopen.
De huidige tijd verschijnt weer op het display en het controlelampje (AUTO) blijft branden evenals het controlelampje (A) wanneer de kooktijd begint. Om de ingestelde program­mering uit te wissen brengt u de kooktijd terug op 0.00 en nadat de huidige tijd weer op het display verschijnt drukt u op toets (4) zodat u weer in handbediening komt. Na het verstrijken van de kooktijd gaat het geluidssignaal aan en wordt de oven automa­tisch uitgeschakeld. Indien u het signaal wilt uitschakelen, drukt u willekeurig op toets (1), (2), (3) of (4). Om de programmeur terug te brengen naar handbediening drukt u op toets (4).
GEEL CONTROLELAMPJE
Hiermee wordt aangegeven dat het apparaat aan staat en in alle werkingsposities aan blijft.
gesteld indien de oventemperatuur onder een bepaalde waarde komt.
Indien de beveiliging in werking treedt vanwege een onjuist gebruik van de appara­tuur, hoeft u slechts te wachten tot de oven afgekoeld en de oorzaak verwijderd is, alvo­rens u hem weer in gebruik kunt nemen. Indien de beveiliging daarentegen in werking treedt vanwege een defect onderdeel, moet u de Technische Klantenservice te hulp roepen.
KOELVENTILATOR
De ventilator dient voor de koeling van bedieningspaneel, draaiknoppen en compo­nenten in de oven. De luchtstroom komt naar buiten in de ruimte tussen bedieningspaneel en ovendeur. De ventilator wordt automati­sch in- en uitgeschakeld bij het aan- en uit­zetten van de oven.
ROOD CONTROLE LAMPJE OVENTHERMOSTAAT
Dit lampje gaat uit zodra de oven de ingestel­de temperatuur bereikt en weer aan wanneer de thermostaat in werking treedt om de tem­peratuur gelijkmatig te houden.
BEVEILIGING
Om bovenmatige oververhitting vanwege een onjuist gebruik van het apparaat of eventueel defecte component daarvan te voorkomen, is de oven voorzien van een beveiliging waar­mee de elektrische stroomvoorziening wordt stopgezet.
De oven wordt automatisch weer in werking
74
Page 11
KOOKMETHODES
Met dit type oven zijn de traditionele en hete­lucht zowel als grillbereidingswijzen moge­lijk zodat optimale kook- en bakresultaten bereikt kunnen worden.
serven en vruchten op sap te steriliseren en tevens om paddenstoelen en fruit de drogen.
RAADGEVINGEN VOOR DE TRADIO­NELE- EN HETELUCHTKOOK­METHODES
Traditionele kookmethode
De hitte komt zowel van boven als van onde­ren waarvoor gebruik van de middelste gelei­ders wenselijk is. Indien er meer hitte van onderen of van boven vereist is, moet u de onderste of bovenste geleiders gebruiken.
Heteluchtkookmethode
De hitte wordt door middel van voor­verwarmde lucht naar de spijzen overgebra­cht en met behulp van een aan de achterkant van de oven geplaatste ventilator geforceerd in de ovenruimte rondgevoerd. De oven wordt op deze wijze op alle plaatsen gelijke­lijk en snel verhit zodat er tegelijkertijd ver­schillende gerechten, geplaatst op verschil­lende niveaus bereid kunnen worden.
Met deze bereidingswijze wordt vocht uit de lucht verwijderd en is de omgeving droger waardoor reuken en smaken niet met elkaar of de gerechten vermengd worden.
Dankzij de mogelijkheid op verschillende niveaus te koken, kunnen verscheidene scho­tels tegelijkertijd bereid worden en zelfs drie soorten koekjes en kleine pizzaatjes voor consumptie meteen of om in de diepvries te doen. De oven kan echter ook voor koken op een enkel niveau gebruikt worden. In dat geval kunt u het beste de onderste geleiders gebruiken.
Heteluchtkoken is met name geschikt om snel te ontdooien, om in huis gemaakte con-
Voor het bakken van taartjes en gebak:
Taartjes en gebak vereisen een gematigde temperatuur (meestal tussen de 150 en 200 °C) en een (ongeveer 10 minuten lang) voor­verwarmde oven. De ovendeur mag niet geo­pend worden alvorens tenminste driekwart van de baktijd verstreken is. Geklutst deeg moet traag van de lepel vallen, aangezien een overmatig vloeibaar deeg de baktijd onnodig zou verlengen.
Indien drie niveaus tegelijkertijd met gebak en taartjes gevuld worden is het raadzaam tussen de twee onderste niveaus een geleider te plaatsen.
Voor het bakken van vlees en vis :
U moet tenminste 1 kg vlees hebben om in de oven te bakken om te voorkomen dat het te veel uitdroogt. Heel zacht rundvlees dat au sang gebakken moet worden en die aan de buitenkant goed doorgebakken moeten zijn en tevens hun sappigheid behouden, moeten gedurende korte tijd bij heel hoge tempera­tuur bereid worden (200-250°C). Kalfs- en varkensvlees, gevogelte en vis moeten daa­rentegen bij lage temperaturen bereid worden (150-175°C). De sausingrediënten moeten alleen meteen in de ovenbak geplaatst wor­den indien de kooktijd kort is, anders voegt u ze in het laatste halfuur van de kooktijd toe. U kunt controleren of het vlees gaar is door er met een lepel op te drukken. Indien het vlees niet wijkt is hij goed gaar.
75
Page 12
De baktijd voor roastbeef en haas, die van binnen roze moeten blijven, is van korte duur. Het vlees kan op een geschikte oven­schaal geplaatst worden of rechtstreeks op het rooster, waaronder u de plaat voor het opvangen van de vleesjus plaatst.
spit (dit dient alleen om het voedsel aan het einde van de kooktijd naar buiten te trekken). Duw de grill helemaal aan en zorg dat het spit in de motorasopening op de ovenwand terechtkomt (fig. 4). Plaats de spetteropvang­plaat op de onderste geleider.
Bij het verstrijken van de baktijd is het raad­zaam tenminste 15 minuten te wachten alvo­rens het vlees te snijden, om het vleessap niet te verliezen. U kunt de borden voor het gebruik warm houden in de oven op mini­mumtemperatuur.
Grilleren
Bij het grilleren is de hitte afkomstig uit de bovenkant van de oven . U kunt grilleren op twee manieren:
met ventilatie
op de gewone wijze met braadspit
Geschikt voor:
dunne vleessoorten toast.
Gebruikt van het braadspit
Rijg het te roosteren voedsel aan het spit waarbij u het voedsel goed tussen de twee vorken indrukt en ze goed in evenwicht houdt zodat het braadspitmotortje niet over­belast wordt. Plaats het spit van het braadspit in de opening van de spitsteun. Laat het spit op het steunrooster rusten met het kraagje bij het handvat. Verwijder het handvat van het
fig. 4
RAADGEVINGEN VOOR HET GRIL­LEREN
Bijna alle vleessoorten kunnen gegrilleerd worden, behalve mager wild en gehaktgere­chten. U brengt een beetje olie aan op het te grilleren vlees en vis dat u op het rooster plaatst. Het rooster moet in de geleiders het dichtstbij of het verstweg van het grillele­ment geplaatst worden, afhankelijk van de vleesdikte, om te voorkomen dat hij buiten verbrandt en binnen niet gaar wordt. Giet 1 of 2 glazen water in de opvangplaat ter voorkoming van rookvorming vanwege het verbranden van druppels jus en vet.
Plaats de opvangplaat bij het grilleren altijd in de 1 geleider van onderen.
De ovenverlichting blijft bij alle bak­methodes branden.
BAK-EN KOOKTIJDEN
De bak- en kooktijden kunnen variëren al naar gelang het soort gerechten, hun samenhang en hun volume. Aanbevolen wordt in het begin de bak- en kooktijd te controleren opdat u een optimaal gebruik kunt maken van de tabelaanwijzingen. Bij wijze van voorbeeld geven wij hier twee bak-en kooktijdtabellen weer (nr.1 en nr. 2). Tabel nr. 1 geeft de baktijden, temperaturen en plaats van de gerechten in de oven aan voor traditionele en heteluchtbereidingswij­zen. Tabel nr. 2 daarentegen geeft dezelfde informatie voor het grilleren. De ervaring zal leren of er eventueel variaties zullen optre­den ten opzichte van de in de tabellen weer­gegeven waarden.
76
Page 13
Tabel traditionele en heteluchtbak- en kooktijden (TAB. 1)
Bereidingswijze Hoeveelheid Geleidernummer Temperatuur Tijd in min.
4 3 2 1
kg van onderen in °C
Hete- Tradi- Hete- Tradi­lucht tioneel lucht tioneel
Taart en Gebak
Met geklutst deeg in bakvorm 1 1-3 2 175 200 45 Met geklutst deeg op opvangplaat 1 1-3 2 175 200 40 Zanddeeg, taartvorm 0,5 1-3 3 175 200 30 Zanddeeg, met vochtige vulling 1,5 1-3 2 175 200 60 Zanddeeg met droge vulling 1 1-3 2 175 200 45 Met natuurlijk gistdeeg 1 1-3 1 175 200 45 Kleine taartjes 0,5 1-3 3 160 175 25
Vlees
Kalfsvlees 1 2 2 185 200 65 Rundvlees 1 2 2 180 200 70 Engelse roastbeef 1 2 2 220 220 50 Varkensvlees 1 2 2 180 200 70 Kip 1-1,5 2 2 200 200 70
Braadvlees
Rundbraadvlees 1 1 2 175 200 20 Kalfsbraadvlees 1 1 2 175 200 110
Vis
Kabeljouwfilet, wijting, tong 1 1-3 2 180 180 35 Makreel, tarbot, zalm 1 1-3 2 180 180 45 Oesters 1-3 2 180 180 20
Ovenschotels
Pastaschotel 2 1-3 2 185 200 60 Groenteschotel 2 1-3 2 185 200 50 Zoete en zoute souflé 0,75 1-3 2 180 200 50 Pizza 0,5 1-3 2 200 210 30
Ontdooien
Vlees 0,5 2 Ontdooien 50 Vlees 0,75 2 Ontdooien 70 Vlees 1 2 Ontdooien 110 Vis 0,5 2 Ontdooien 80
1. Bak- en kooktijden beginnen na ongeveer 15 minuten voorverwarmen
2. In geval meerdere niveaus gebruikt worden, wordt de geleidervoorkeur aangegeven.
3. De tijden hebben betrekking op koken of bakken op één niveau. Voeg 5-10’ toeindien meerdere niveaus gebruikt worden.
4. Verhoog de tijden met 20’ bij rotis van rund- kalfs- of varkensvlees, kalkoen met bot of rollades.
77
Page 14
Grilleertijdentabel (Tab. 2)
4 3 2
TRADITIONEEL GRILLEREN
Bereidingswijze Hoeveelheid kg Geleidenummer van Temperatuur in °C Tijd in min.
onderen (plaats van rooster)
Kip 1-1,5 3 250 35 per zijde Toast 0,5 4 250 5 per zijde Worstjes 0,5 4 250 10 per zijde Varkenslapjes 0,5 4 250 10 per zijde Vis 0,5 4 250 10 per zijde
HETELUCHT GRILLEREN
Bereidingswijze Hoeveelheid kg Geleidernummer van Temperatuur in °C Tijd in min.
onderen (plaats van rooster)
Varkensbraadvlees 1,5 2 170 180 Roastbeef 1,5 3 220 60 Kip 1,2 2 180 90
De plaat voor het opvangen van sappen moet altijd in de 1 geleider van onderen geplaatst worden.
1
Beveiligingsfilter ovenventilator
Tijdens het bakkeen van vlees moet het mee­geleverde filter gebruikt worden om te voorkomen dat de ventilator te veel vette dampen te verwerken krijgt. Na beëindigen van de kooktijd, moet het fil­ter verwijderd en zorgvuldig gewassen wor­den. U kunt het filter verwijderen door het uitstekende lipje (fig. 5) eenvoudig vanuit het eindpaneel naar boven te duwen.
fig. 5
78
ONDERHOUD
Schakel de apparatuur uit alvorens handelin­gen daaraan te verichten.
Reinigen in het algemeen
Om de glans van de geëmailleerde delen lang te behouden, moet de oven na ieder gebruik gereinigd te worden. Laat de oven afkoelen en verwijder de vetophopingen moeiteloos met een sponsje of vochtige doek met water en zeep of eventueel met een in de handel verkrijgbaar reinigingsmiddel. Gebruik nooit schurende lappen of sponsjes waarmee u het emaille op onherstelbare wijze zou kunnen beschadigen.
Gebruik geen steam jet om het aparaat schoon te maken
Page 15
Spoel na het gebruik alle roestvaststalen delen af en droog ze af met een zachte doek of zemenlap. Gebruik voor hardnekkige vlekken normale niet schurende reiniging­smiddelen of specifieke producten voor roe­stvaststaal of een beetje warme azijn.
Ovendeur reinigen
Het glas in de ovendeur kan voor het reini­gen gemakkelijk gedemonteerd worden door de 4 schroeven waarmee het aan de tegen­deur bevestigd is (fig. 6) met behulp van een muntstuk of schroevedraaier los te maken. Om de ovendeur nog beter te kunnen reini­gen, wordt aangeraden de hele deur te demonteren waarbij u als volgt te werk gaat: (fig. 7) open de deur helemaal en duw de lipjes naar beneden. Doe de deur (1) nu weer een beetje dicht en hef hem vervolgens enig­szins omhoog zodat de onderste scharnieren uit hun gleuven (2) komen. Haal de deur er tenslotte uit (3) waarbij u erop let dat ook de bovenste scharnieren van hun plaats komen. Ga na afloop van het reinigen in omgekeerde volgorde te werk. Let op: verwijder niet de dichtingen uit de deur tijdens de reinigingswerkzaamheden.
3
2
1
fig. 7
Ovenlampje vervangen
Schakel de apparatuur los van het elektrici­teitsnet. Draai de glazen beveiligingsdop los (fig. 8). Draai het lampje los en vervang het met een nieuw lampje dat geschikt is voor hoge (300 °C) temperaturen met de volgende kenmerken:
Spanning 230 V
50 Hz Vermogen 15 W Aansluiting E14
Zet de glazen dop weer op zijn plaats en schakel de elektrische stroomvoorziening in.
fig. 6
fig. 8
79
Page 16
INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATEUR
De volgende instructies zijn bestemd voor de vakbekwame installateur opdat hij de installatie­, afstel- en onderhoudswerkzaamheden goed en overeenkomstig de van krachtzijnde wetten en voorschriften uitvoert. Voor iedere ingreep moet de apparatuur van het elektriciteitsnet worden uitgeschakeld en anders moet met de grootste voorzichtigheid te werk gegaan worden.
Elektrische aansluiting
Alvorens tot aansluiting over te gaan dien u zich van het volgende te verzekeren: De limietklep en elektrisch systeem in de woning moet bestand zijn tegen de belasting van de apparatuur (zie gegevensplaatje). De stroomvoorzieningsinstallatie moet voor­zien zijn van een doeltreffend aardingssy­steem overeenkomstig de geldende voorsch­riften. De voor de aansluiting gebruikte omnipolaire schakelaar moet gemakkelijk toegankelijk zijn wanneer de apparatuur geïnstalleerd is. Indien de apparatuur rechtstreeks op het net wordt aangesloten, moet er tussen de appara­tuur en het net een omnipolaire schakelaar geplaatst worden met een opening tussen de contacten van minimaal 3 mm, afgesteld op de belasting en overeenkomstig de geldende voorschriften. De geel/groene aardedraad mag niet onder­broken worden door de schakelaar. De bruine fasedraad (die uit de “L” klem van het klemmenbord komt) moet altijd ver­bonden zijn met de fase van het voedingsnet. De voedingskabel moet in ieder geval zo geplaatst zijn dat er op geen enkel punt een temperatuur bereikt wordt die 50 °C hoger is dan de omgevingstemperatuur. Probeer de verwarmingselementen uit na aansluiting door deze ongeveer 3 minuten lang te laten werken.
In geval van nietinachtneming van de voorschriften ter voorkoming van onge­lukken, wijst de fabrikant alle aan­sprakelijkheid af.
Het inbouwen van aanbouwmeubels
Voor de goede werking van in een aanbouw­meubel geplaatste apparatuur is het nood­zakelijk dat het meubel de geschikte eigen­schappen daarvoor heeft. Hierna geven wij hiertoe de afmetingen weer van de oven, van het vak tezamen met de voorschriften voor plaatsing en montage (fig. 9). Overeenkomstig de veiligheidsvoorschriften, moet de beveiliging tegen eventuele aan­raking met de elektrische onderdelen ver­zekerd zijn door middel van een juiste inbouw van de apparatuur. Alle bescher­mingsdelen, ook een eventueel afdekpaneel (bijvoorbeeld in het geval dat de apparatuur aan het begin of einde van een serieaanbouw­meubels geplaatst wordt) moeten zo beve­stigd zijn dat ze zonder gebruik van gereed­schap weer verwijderd kunnen worden. De aandacht wordt gevestigd op het feit dat de lagen van kunststofmateriaal in houtfineer van de aanbouwmeubels bewerkt moeten zijn met tegen een temperatuur van 120 °C bestendig lijm. Kunststofmaterialen of lijm­stoffen die niet tegen deze temperatuur bestendig zijn kunnen er oorzaak van zijn dat het materiaal vervormt of losraakt.
80
Page 17
Algehele en inbouwafmetingen
460
894
474
540
21
857
460
550
100
340
860
500
100
545 min
550
100
860
455
545 min
Stop
max
250
2 00
150
100
5
0
0
0
Stop
fig. 10
Plaatsing en montage
Plaats de oven onderin de meubelo­pening en duw hem tegen de zijkan­ten van het meubel aan. Voor de afmetingen van de oven en de opening wordt verwezen naar fig.
fig. 9
schroeft. (fig. 10).Plint en basisvlak op de plaats waar de oven geïnstalleerd wordt moeten gefreesd zijn volgens fig. 9, om een veilige luchtopening en een vrije circulatie rondom de oven en een goede werking daarvan mogelijk te maken en schade aan de meubel te voorko­men.
9. Zet de oven vast met vier houtsch­roeven die u aan de voorkant vast-
Technische Service - Originele onderdelen
Deze apparatuur wordt, alvorens de fabriek te verlaten, onderworpen aan test en in- en afstel­ling door vakbekwaam gespecialiseerd personeel, ter verkrijging van de beste bedrijfsresulta­ten. Alle op een later tijdstip noodzakelijk geworden reparaties of in- en afstellingen moeten met de grootste zorg en aandacht verricht worden. Daarom raden wij u aan u altijd te wenden tot de dealer die u het apparaat verko­cht heeft of tot een van onze Servicecentra in uw buurt, onder ver­melding van het soort storing en het apparaatmodel in uw bezit. De originele onderdelen, gewaarmerkt door de fabrikant van het product en gemarkeerd met het volgende merkteken vindt u alleen bij onze technische servicecentra en geautoriseerde winkels van onderdelen.
81
Loading...