Yamaha S30 User Manual [nl]

MUSIC SYNTHESIZER
MUSIC SYNTHESIZER
GEBRUIKSAANWIJZING
GEBRUIKSAANWIJZING
Dit product gebruikt een batterij of een externe netvoeding (adapter). Gebruik NOOIT een andere netvoeding of adapter dan beschreven in de handleiding, op het naamplaatje, of specifiek aanbevolen door Yamaha.
WAARSCHUWING: Plaats dit product niet daar waar men er op kan gaan staan of erover kan struikelen of zware voorwerpen over het stroomsnoer of ander snoer kan rollen. Het gebruik van een verlengsnoer wordt afgeraden! Als het toch nodig is, gebruik dan bij een lengte van 6 meter (of minder) minimaal een 18 AWG snoer. OPMERKING: Hoe kleiner het AWG getal, hoe groter de stroomcapaciteit. Raadpleeg voor grotere lengtes een plaatselijke elektricien.
Dit product dient alleen gebruikt te worden met de meegele­verde onderdelen, of een karretje, rek of standaard, aanbevolen door Yamaha. Als er een karretje, etc. wordt gebruikt, volg dan alle veiligheidsaanwijzingen en instructies op van die accessoires.
SPECIFICATIES KUNNEN VERANDERD WORDEN:
De informatie in deze handleiding was correct op het moment dat hij gedrukt werd. Yamaha behoudt zich echter het recht voor om specificaties te veranderen of te modificeren zonder voorafgaande mededeling of de verplichting om eerdere exem­plaren te updaten.
Dit product, hetzij alleen of in combinatie met een versterker en hoofdtelefoon of luidspreker(s) kan wellicht geluidsniveaus pro­duceren die permanente gehoorbeschadiging zouden kunnen veroorzaken. Werk NIET gedurende langere tijd op een hoog volumeniveau of op een niveau dat niet prettig aanvoelt. Als u gehoorverlies constateert, of als u last heeft van oorsuizingen, raadpleeg dan een KNO-arts.
BELANGRIJK: Hoe harder het geluid, hoe sneller er gehoorbe­schadiging optreedt.
Voor sommige Yamaha producten kunnen een bank en/of uitbreidingen worden meegeleverd of verkrijgbaar zijn. Enkele hiervan moeten door de leverancier gemonteerd of geïnstal­leerd worden. Controleer alstublieft of de bank(en) stabiel is (zijn) en alle gemonteerde onderdelen (indien van toepassing) stevig bevestigd zijn VOOR ingebruikname.
Door Yamaha geleverde banken zijn alleen ontworpen om op te zitten. Andere toepassingen worden afgeraden.
OPMERKING:
Servicekosten die te wijten zijn aan gebrek aan kennis betref­fende een functie of een effect (mits het apparaat werkt zoals het hoort) vallen niet onder de aankoopgarantie en vallen derhalve onder uw eigen verantwoordelijkheid. Bestudeer deze handleiding derhalve aandachtig en neem eerst contact op met uw dealer voordat u een beroep doet op service.
Batterij:
Dit product KAN een kleine, niet-oplaadbare batterij bevatten, die (indien van toepassing) vastgesoldeerd is. De gemiddelde levensduur van deze batterij is ongeveer vijf jaar. Als vervan­ging noodzakelijk is, neem dan contact op met een erkend servicebedrijf om de vervanging uit te voeren.
Dit product kan wellicht ook gebruikmaken van gewone bat­terijen. Sommige daarvan kunnen oplaadbaar zijn. Let erop dat u uitsluitend oplaadbare batterijen oplaadt en dat het oplaadapparaat voor dat batterijtype geschikt is.
Gebruik, wanneer u batterijen plaatst, nooit oude en nieuwe batterijen door elkaar, of batterijen van verschillende types. Batterijen MOETEN correct worden geplaatst. Het in de ver­keerde richting of foutief plaatsen kan oververhitting en schade aan de batterijhouder veroorzaken.
Waarschuwing:
Probeer nooit een batterij te demonteren of te verbranden. Houd batterijen altijd ver weg van kinderen. Gooi gebruikte bat­terijen meteen en volgens de plaatselijke wettelijke bepalingen weg. Opmerking: Vraag een leverancier van batterijen naar de plaatselijke verordeningen in verband met het weggooien van batterijen.
Verwijdering:
Wanneer dit product beschadigd raakt en niet meer te repare­ren is of het einde van zijn levensduur bereikt heeft, verwijder het dan volgens de plaatselijke wettelijke bepalingen voor producten die lood, batterijen, plastic e.d. bevatten. Zou uw dealer niet in staat zijn u hiermee te helpen, neem dan direct contact op met Yamaha.
NAAMPLAATJE:
Het naamplaatje bevindt zich op de bodemplaat van het product. Het typenummer, serienummer, stroomvoorzieningsge­gevens etc., kunt u hierop vinden. U kunt het typenummer, het serienummer en de aankoopdatum hieronder noteren en deze handleiding bewaren, zodat u de gegevens snel terug kunt vinden.
Model
Serienummer
Aankoopdatum
MILIEUPROBLEMATIEK:
Yamaha streeft ernaar om producten te maken die zowel veilig als milieuvriendelijk zijn. Wij zijn er oprecht van overtuigd dat onze producten en productiemethoden aan deze doelstellingen voldoen. Overeenkomstig de letter en de geest van de wet, willen wij u van het volgende op de hoogte brengen:
BEWAAR DEZE HANDLEIDING ALSTUBLIEFT GOED
92-BP (bottom)
Deze gebruiksaanwijzing is uitsluitend bedoeld om u te helpen zich de bediening van dit instrument eigen te maken. Er kunnen derhalve geen rechten aan ontleend worden.
(2)AC-2
VOORZORGSMAATREGELEN
PRECAUTIONS
LEES ALLES ZORGVULDIG DOOR VOOR U VERDER GAAT
* Bewaar deze voorzorgsmaatregelen op een veilige plaats voor latere raadpleging.
WAARSCHUWING
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat u gewond raakt of zelfs sterft als gevolg van elektrische schokken, kortsluiting, schade, brand of andere gevaren. Deze voorzorgsmaatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
• Open het instrument niet, haal de interne onderdelen niet uit elkaar en modificeer het instrument niet. Het instrument bevat geen door de gebruiker te vervangen onderdelen. Als het instrument stuk schijnt te zijn, stop dan onmiddellijk het gebruik van het instrument en laat het nakijken door gekwalificeerd Yamaha servicepersoneel.
• Stel het instrument niet bloot aan regen, gebruik het niet in de buurt van water of onder natte of vochtige omstandigheden en plaats geen voorwerpen op het instrument die vloeistoffen bevatten die in de openingen kunnen vallen.
• Als het adapterstroomsnoer of de stekker beschadigd is, als er plotseling geluidsverlies optreedt tijdens het gebruik van het instrument, of als er
PAS OP
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om lichamelijk letsel te voorkomen aan u of anderen, of schade aan het instrument, of andere eigendommen. De voorzorgsmaatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
Plaats het adaptersnoer niet in de buurt van warmtebronnen zoals verwarming en kachels, verbuig of beschadig het snoer niet, plaats er geen zware voorwerpen op, leg het uit de weg, zodat niemand er op trapt of erover kan struikelen en zodat er niets overheen kan rijden.
Als u de adapter uit het stopcontact haalt, moet u altijd aan de stekker trekken, nooit aan het snoer. Aan het snoer trekken kan het beschadigen.
Sluit het instrument niet aan op een stopcontact dat een T-stuk bevat. Dit kan resulteren in een verminderde geluidskwaliteit en het stopcontact oververhitten.
Haal de adapter uit het stopcontact als u het instrument niet gebruikt, of tijdens onweer.
Voordat u het instrument aansluit op andere elektronische componenten moet u alle betreffende apparatuur uitzetten. Voordat u alle betreffende apparatuur aan- of uitzet, moet u alle volumes op het minimum zetten. Voer de volumes van alle componenten, na het aanzetten, geleidelijk op tot het gewenste luisterniveau.
Stel het instrument niet bloot aan extreme schokken of stof, extreme koude of warme omstandigheden (zoals in direct zonlicht, bij de verwarming, of in een auto) om vervorming van het paneel of schade aan de interne elektronica te voorkomen.
Gebruik het instrument niet in de buurt van elektrische producten zoals televisies, radio's of luidsprekers, aangezien dit interferentie kan veroorzaken die invloed kan hebben op de prestaties van deze andere apparaten.
Plaats het instrument niet op een instabiele plek waar het af kan vallen.
Verwijder het adaptersnoer en andere kabels alvorens het instrument te
verplaatsen.
Gebruik bij het schoonmaken van het instrument een zachte, droge, schone doek. Gebruik geen verfverdunners (b.v. thinner) oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of chemische schoonmaakdoekjes. Plaats ook geen voorwerpen van vinyl, plastic of rubber op het instrument, aangezien deze het paneel en het toetsenbord kunnen doen verkleuren.
plotseling een geur of rook uit het instrument komt, zet het instrument dan onmiddellijk uit, trek de adapterstekker uit het stopcontact en laat het instrument nakijken door gekwalificeerd Yamaha servicepersoneel.
Gebruik uitsluitend de voorgeschreven netadapter (PA-5C of een door
Yamaha aanbevolen equivalent). Het gebruik van een verkeerde adapter kan schade aan het instrument, of oververhitting, veroorzaken.
Trek altijd de adapter uit het stopcontact voordat u het instrument schoon­maakt. Trek nooit de adapter uit het stopcontact als u natte handen heeft.
Controleer zo nu en dan de adapter en verwijder stof en vuil dat zich erop heeft verzameld
Leun niet op het instrument, en plaats er geen zware voorwerpen op, en ga voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
Gebruik uitsluitend de voor het instrument voorgeschreven standaard. Gebruik bij het bevestigen van de standaard of het rack uitsluitend de meegeleverde schroeven. Het gebruik van andere schroeven kan schade toebrengen aan interne componenten of het instrument zou kunnen vallen.
Gebruik het instrument niet te lang op een niet comfortabel geluidsniveau, aangezien dit permanent gehoorverlies kan veroorzaken. Consulteer een KNO-arts als u geruis in uw oren of gehoorverlies constateert.
DE BACKUP BATTERIJ VERVANGEN
Dit instrument bevat een niet-oplaadbare interne backup batterij, waardoor de data bewaard blijft, zelfs als het instrument uitstaat. Als deze vervangen moet worden verschijnt de melding "Change internal battery" in het LCD scherm. Als dit gebeurt moet u onmiddellijk uw data backuppen, waarna de batterij vervangen moet worden door gekwalificeerd Yamaha servicepersoneel.
Probeer de batterij niet zelf te vervangen, daar dit gevaarlijk is. Laat de batterij altijd vervangen door gekwalificeerd Yamaha servicepersoneel.
Leg de batterij niet op een plek die toegankelijk is voor kinderen aangezien een kind de batterij in zou kunnen slikken. Zou dit echter toch gebeuren moet u onmiddellijk contact opnemen met een arts.
USER DATA OPSLAAN
Sla uw data regelmatig op op een Memory Card (SmartMedia), om te voorkomen dat er belangrijke data verloren gaat door een storing of een bedieningsfout.
Yamaha kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade die te wijten is aan onzorgvuldig gebruik, modificaties die zijn aangebracht aan het instrument, of data die verloren is gegaan of vernietigd.
Zet het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
3
Introductie
Dank u voor de aanschaf van de Yamaha S30 Music Synthesizer. Uw nieuwe S30 synthesizer maakt gebruik van het hoog aangeprezen AWM2 klankopwekkingsysteem, waarmee u superrealistische geluiden kunt creëren. Het ondersteunt tevens optionele Plug-in boards die eventueel in een ander klankopwekkingsysteem van uw keuze voorzien, waarmee u fantastische synthesizer geluiden kunt produceren. U kunt al deze geluiden met de ingebouwde afspeelfuncties zoals de Arpeggiator en Sequencer afspelen. Via de Quick Access functie op het bedieningspaneel heeft u snel en direct toegang tot diverse geluidsgenres.
Andere mogelijkheden zijn bijvoorbeeld Effecten en Control Sets (voor realtime besturing van diverse geluidsparameters met gebruik van verschillende controllers). Dit soort functies maken deze synthesizer ideaal voor ieder soort optreden of studio-opname. Tijdens het bewerken van een geluid kunt u met de [PAGE] knop tussen de schermen schakelen en met vijf andere Knoppen en de [DATA] knop de parameterwaardes wijzigen. Dit maakt het proces van het bewerken van geluiden sneller en eenvoudiger. Lees, om het meeste uit uw synthesizer te halen, deze handleiding zorgvuldig door. Bewaar de handleiding, nadat u hem gelezen heeft, op een toegankelijke, veilige plaats, voor latere raadpleging.
Over deze Handleiding
Deze handleiding bestaat uit twee gedeelten:
Basisgedeelte (Blz. 6)
Zet uiteen hoe u met de synthesizer moet beginnen, de algehele structuur, en hoe u de belangrijkste functies en mogelijkheden kunt gebruiken.
Referentiegedeelte (Blz. 59)
Legt de parameters in de diverse Modes van de synthesizer uit.
Inhoud van de Verpakking
Handleiding
Data Lijst
PA-5C netadapter*
Installation Guide (Installatiegids)
CD-ROM (TOOLS voor S80/S30 & CS6x/CS6R)
*In uw land mogelijkerwijs niet meegeleverd. Vraag uw Yamaha dealer.
De meegeleverde CD-ROM
Op deze CD-ROM staan software applicaties voor uw synthesizer. Met de Voice Editor applicatie kunt u de geluiden van de synthesizer met behulp van een grafisch scherm bewerken. Met de Card Filer applicatie kunt u data tussen de computer en de synthesizer uitwisselen. In de aparte Installatiegids of de on-line handleidingen wordt hier verder op ingegaan.
Probeer nooit om track1, waarin zich de applicatie software bevindt, op een audio CD speler af te spelen. Zou u dit wel doen, dan
kan dit resulteren in schade aan uw gehoor of aan uw CD speler/audio luidsprekers.
Het kopiëren van commercieel verkrijgbare muziek sequence data en/of digitale audio bestanden, behalve voor persoonlijk gebruik, is strikt verboden.
De illustraties en LCD schermen die in deze handleiding voorkomen zijn alleen bedoeld als voorbeeld en kunnen er op uw instrument enigszins anders uitzien.
De bedrijfs- en productnamen in deze handleiding zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun respectievelijke bedrijven.
4
Inhoudsopgave
Basisgedeelte
Bedieningsknoppen & Aansluitingen..............................6
Alvorens te beginnen........................................................9
Stroomvoorziening ................................................................. 9
Aansluitingen.......................................................................... 9
De Stroom Inschakelen ........................................................ 14
Basishandelingen............................................................16
Een Mode Selecteren............................................................ 16
Een Scherm Selecteren......................................................... 18
Data Ingeven......................................................................... 19
Demo's Afspelen .............................................................21
Voices en Performances.................................................22
Een Voice Bespelen .............................................................. 22
Een Performance Bespelen................................................... 24
Een Overzicht van de S30 .............................................26
Controller Gedeelte .............................................................. 26
Sequencer Gedeelte .............................................................. 26
Toongeneratorgedeelte.......................................................... 27
Effectgedeelte ....................................................................... 29
Omtrent de Modes...........................................................30
Voices ...............................................................................31
Een Overzicht van Voices/Waves ......................................... 32
Waves.................................................................................... 33
Performances...................................................................34
Ideaal voor Live Gebruik ................................................35
1 Arpeggiator...................................................................... 36
2 Controllers Gebruiken ..................................................... 38
Voice Edit .........................................................................45
Effecten................................................................................. 50
Als Master Keyboard Gebruiken
(Performance Mode)........................................................52
Als Multitimbrale Toongenerator Gebruiken
(Performance Mode)........................................................57
Referentiegedeelte
Voice Mode.......................................................................59
Voice Play............................................................................. 59
Voice Edit ............................................................................. 63
Voice Job Mode ................................................................. 100
Voice Store.......................................................................... 101
Performance Mode .......................................................102
Performance Play .............................................................. 102
Performance Edit ............................................................... 106
Performance Job Mode....................................................... 123
Performance Store .............................................................. 124
Sequence Play Mode.....................................................125
Utility Mode ....................................................................127
Utility Job Mode................................................................. 134
Card Mode......................................................................135
Appendix
Omtrent Plug-in Boards (Optioneel)............................141
Schermmededelingen ...................................................144
Problemen Oplossen ....................................................145
Specificaties...................................................................148
Index ...............................................................................149
5
Basisgedeelte
Bedieningsknoppen & Aansluitingen
Bedieningspaneel
1 3 4 5 96 7 * (2 8 )^&
OUTIN THRU
MIDI
ABC12
PAGE
PART/ELEMENT
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
STANDBY
ON DC IN PHONES
VOLUME
L/MONO R FOOT
1234
FOOT
CONTROLLER
SWITCH
OUTPUT OUTPUT
CONTROL SLIDER
TO HOST
SHIFT
1PITCH bend wiel (blz. 38)
Bestuurt het pitch bend effect. U kunt aan deze controller ook andere functies toewijzen.
2MODULATION wiel (blz. 38)
Bestuurt het modulatie-effect. U kunt aan deze controller ook andere parameterfuncties toewijzen.
3[VOLUME] Schuif (blz. 15)
Regelt het algehele volume. Schuif deze omhoog om het volume voor de OUTPUT L/R aansluitingen en de PHONES aansluiting te verhogen.
4Control Schuiven (blz. 56)
In Master Keyboard Mode, kunt u met deze schuiven de eraan toegewezen functies (zoals Control Change commando's) besturen. Iedere schuif bestuurt één van de vier Zones.
5[SHIFT] knop (blz. 18)
In Voice of Performance Play Mode, wordt er als u de [SHIFT] knop indrukt een scherm getoond waarmee u de Octaafparameter en het MIDI Zendkanaal (blz. 18) kunt bekijken of wijzigen. In iedere Edit Mode wordt, wanneer u op deze knop drukt, terwijl u aan de [PAGE] knop draait, een scherm getoond waarmee u snel tussen
ASSIGNABLE NKOB
QUICK
ACCESS
º¡
@
!
3.3V
CARD
INTPRE2PRE1
MASTER KEYBOARD
MODE
VOICE STORE
PERFORM
UTILITY CARD
EDIT JOB
COMPARE
AB
SEQ PLAY
A. PIANO E. PIANO ORGAN GTR/BASS STRINGS BRASS SYNTH OTHER
12345678
PLAY/ STOP
910111213141516
EF BYPASS
EXIT ENTER
DATA
DEC/NO INC/YES
PLGEXT
DRUMDRUM
CDEFGH
#
%
$
Edit Mode schermen (blz. 18) kunt schakelen. Als u deze knop ingedrukt houdt en aan één van de Knoppen [A] ~ [C], [1] ~ [2], of de [DATA] knop draait, of de [INC/YES] of [DEC/NO] knop indrukt, kunt u de cursor verplaatsen zonder dat er parameterwaardes worden gewijzigd (blz. 19).
6[PAGE] knop (blz. 18)
Schakelt in iedere Mode tussen schermen. Iedere Mode bevat diverse schermen.
7LCD (Liquid Crystal Display)
Dit is een verlicht scherm bestaande uit twee scherm­regels.
8Knoppen [A], [B], [C], [1] en [2] (blz. 19)
Deze knoppen besturen in iedere Play Mode de respectievelijk daaraan toegewezen functies. In iedere Edit Mode, wordt iedere knop gebruikt om een waarde voor de toegewezen parameter in het scherm in te geven. Afhankelijk van de handeling of het scherm waar u bent, hebben deze knoppen andere functies. De Knoppen [A] t/m [C] kunnen aan systeembesturings­functies worden toegewezen (blz. 41, 129). Aan de Knoppen [1] en [2] kunnen besturingsfuncties worden toegewezen die Voices beïnvloeden (blz. 42, 69).
6
9[DATA] knop (blz. 20)
Hiermee kunt u de parameter op de cursorpositie in waarde verhogen of verlagen.
)[EF BYPASS] knop (blz. 51)
Schakelt Effect Bypass aan/uit. Druk op deze knop (LED licht op) om de voor de huidige Voice of Performance gebruikte effecten uit te schakelen (bypass). Het betreft de effecten (Reverb, Chorus, of Insertion) die in Utility Mode (blz. 128) zijn gespecificeerd.
![MASTER KEYBOARD] knop (blz. 52, 106)
Het S30 toetsenbord kan in Performance mode als MIDI master keyboard gebruikt worden. Als de knop ingedrukt (ingeschakeld) wordt (LED licht op), kunt u met het toetsenbord meerdere op de S30 aangesloten MIDI geluidsmodules bespelen en besturen.
@[EXIT] knop (blz. 18)
De menu's en schermen van de S30 hebben een hiërarchische structuur. Druk op deze knop om het huidige scherm te verlaten en terug te keren naar het vorige niveau in de hiërarchie.
#[ENTER] knop (blz. 19, 20)
Druk, terwijl u een geheugenlokatie of Bank voor een Voice of Performance selecteert, op deze knop om een geheugenplaats te bepalen. Deze knop gebruikt u tevens om een Job of Store handeling uit te voeren.
$[DEC/NO] knop (blz. 19)
Hiermee kunt u de waarde van de parameter op de cursorpositie verlagen. Hiermee kunt u tevens een Job of Store handeling annuleren.
%[INC/YES] knop (blz. 19)
Hiermee kunt u de waarde van de parameter op de cursorpositie verhogen. Hiermee kunt u tevens een Job of Store handeling uitvoeren.
^MODE knoppen (blz. 16)
Hiermee kunt u Voice, Performance, Utility of andere Modes selecteren.
&SEQ knoppen (blz. 21, 125)
Druk op de [SEQ PLAY] knop om naar Sequence Play Mode te gaan. Hier kunt u een MIDI file afspelen vanaf Memory Card. Met de [PLAY/STOP] knop kunt u de momenteel geselecteerde file afspelen of stoppen.
*GEHEUGEN knoppen (blz. 22, 24, 60, 104)
Met deze knoppen kunt u een Voice of Performance Geheugen selecteren. Druk op de [ENTER] knop om een Geheugen te selecteren. In Performance Mode kan de [PLG] knop worden gebruikt om de Plug-in Part te selecteren. Met de [PRE1] en [PRE2] knoppen selecteert u Common (voor alle Parts).
([QUICK ACCESS] knop (blz. 63)
Als u op de [QUICK ACCESS] knop drukt (LED licht op), kunt u de BANK knoppen [A] t/m [H] gebruiken om direct Categorieën te selecteren, en de PROGRAM knoppen [1] t/m [16] om snel Voices te selecteren.
ºBANK [A] t/m [H] knoppen (blz. 60, 104)
Iedere knop selecteert een Voice of Performance Bank. Iedere Bank bevat zestien Voices of Performances. In Voice Edit Mode selecteren de BANK [A] t/m [D] knoppen een Voice Element (ELEMENT SELECT), en de BANK [E] t/m [H] knoppen schakelen het desbetreffende Voice Element aan of uit (ELEMENT ON/OFF) (blz. 46). Als u Master Keyboard Mode activeert met de [MASTER KEYBOARD] knop, kunt u, als de Master Keyboard Mode instelling op 4-Zone staat in Performance Edit Mode, met knoppen [A] t/m [D] respectievelijk de Zones 1 t/m 4 selecteren.
¡PROGRAM/PART [1] t/m [16] knoppen (blz. 60,
104)
Iedere knop selecteert een Voice of Performance in de huidige Bank. In Voice Edit Mode, selecteert iedere PROGRAM/PART knop het desbetreffende edit menu (blz. 65). In Performance Mode, selecteren deze knoppen respectievelijk de Parts [1] t/m [16].
7
Achterpaneel
3.3V
CARD
1 2 73 4 5 6 8 9 )
MIDI
THRU OUT IN TO HOST
HOST SELECT
PC-1PC-2
MIDI Mac
1CARD slot (blz. 135)
Steek hierin een Memory Card voor de uitwisseling van data tussen instrument en Card. Lees eerst de voorzorgsmaatregelen in verband met het gebruik van een Memory Card (blz. 135).
2MIDI IN, OUT en THRU aansluitingen (blz. 11)
MIDI IN ontvangt MIDI commando's van een extern MIDI apparaat. Gebruik deze om de synthesizer vanaf een extern MIDI apparaat te besturen. MIDI OUT verzendt door de synthesizer zelf gegenereerde MIDI commando's (zoals op het toetsenbord gespeelde noten of het draaien aan knoppen) naar een externe MIDI geluidsmodule of ander apparaat. MIDI THRU stuurt binnenkomende signalen van de MIDI IN door. Hierop kunt u andere MIDI apparaten aansluiten.
3HOST SELECT schakelaar (blz. 12)
Selecteert het computertype dat via de TO HOST aansluiting op de synthesizer aangesloten is.
4TO HOST aansluiting
Hierop kunt u een computer aansluiten met behulp van een optionele seriële kabel (blz. 12).
FOOT
SWITCH
FOOT
CONTROLLER
OUTPUT
R
L/MONO PHONES DC IN
STANDBY
ON
6FOOT CONTROLLER aansluiting (blz. 13, 39)
Hierop kunt u een optionele foot controller (FC7, etc.) aansluiten. Met een foot controller kunt u klankkleur, toonhoogte, volume en dergelijke met uw voet besturen.
7OUTPUT L/MONO en R aansluitingen (blz. 10)
Via deze uitgangen worden lijnniveau audio signalen uitgestuurd. Gebruik voor monogeluiden alleen de L/MONO aansluiting.
8PHONES aansluiting (blz. 10)
Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten.
9DC IN aansluiting (blz. 9)
Voor het aansluiten van een geschikte netadapter (PA-5C of een door Yamaha aanbevolen equivalent) om de S30 van stroom te voorzien.
)STANDBY/ON schakelaar (blz. 14)
Hiermee schakelt u de synthesizer aan of uit.
Zelfs wanneer de schakelaar in de “STANDBY positie
staat, stroomt er altijd nog elektriciteit naar het instrument, zij het zeer minimaal. Wanneer u de S30 dus voor langere tijd niet gebruikt, vergeet dan niet de adapter uit het stopcontact te halen.
5FOOT SWITCH aansluiting (blz. 13, 39)
Hierop kunt u een optionele voetschakelaar (FC4 of FC5) aansluiten. Met de voetschakelaar kunt u een door u gespecificeerde functie (blz. 43, 129) met uw voet aan­/uitschakelen.
8
Alvorens te Beginnen
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u uw synthesizer van stroom voorziet en hoe audio en MIDI apparaten en een computer kunnen worden aangesloten. Schakel de synthesizer pas in als alle noodzakelijke verbindingen zijn gemaakt. Het is aan te bevelen dit gedeelte goed te lezen alvorens de synthesizer te gebruiken.
Stroomvoorziening
2 DC IN
2 DC IN
1 STANDBY
1 STANDBY
HOST SELECT
MIDI
PC-1PC-2
MIDI Mac
Achterpaneel
Rear panel
3.3V
CARD
THRU OUT IN TO HOST
1 Zorg dat de STANDBY/ON schakelaar van de synthesizer in de STANDBY(uit) positie staat. 2 Sluit het plugje van de PA-5C aan op de DC IN aansluiting op het achterpaneel van het instrument. 3 Steek de stekker aan de andere kant van de adapter in het dichtstbijzijnde stopcontact.
Gebruik nooit een andere netadapter dan de Yamaha PA-5C of een door Yamaha aanbevolen equivalent. Het gebruik
van een ongeschikte adapter kan onherstelbare schade veroorzaken aan de S30, en wellicht zelfs het risico van ernstige elektrische schokken! TREK ALS DE S30 NIET IN GEBRUIK IS DE ADAPTER UIT HET STOPCONTACT.
OUTPUT
FOOT
FOOT
R
SWITCH
CONTROLLER
L/MONO PHONES DC IN
STANDBY
ON
3 To electrical output
3 In stopcontact steken
Aansluitingen
Aansluiten op Externe Audio Apparatuur
Aangezien de synthesizer geen ingebouwde luidsprekers bevat, dient u de synthesizer op externe audio apparatuur aan te sluiten. Als alternatief is het ook mogelijk om een hoofdtelefoon te gebruiken. Er zijn diverse manieren om externe audio apparatuur aan te sluiten, zoals u in de volgende illustraties kunt zien.
Aansluiten op Actieve Luidsprekers
Via een paar actieve (van versterker voorziene) luidsprekers kunnen de rijke geluiden van het instrument met hun eigen panorama- en effectinstellingen natuurgetrouw weergegeven worden. Sluit de luidsprekers aan op de OUTPUT L/MONO en R aansluitingen op het achterpaneel.
Actieve luidspreker (Rechts)
INPUT
OUTPUT R
Hoofdtelefoon
Headphones
Actieve luidspreker (Links)
Powered speaker (Left) Powered speaker (Right)
INPUT
PHONES
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
OUTPUT L/MONO
S30
N.B.
Gebruik, als u slechts 1 actieve luidspreker heeft, alleen de OUTPUT L/MONO aansluiting op het achterpaneel.
9
Aansluiten op een Mixer
Indien u de S30 wilt integreren in een groter systeem met andere instrumenten voor extra geluidsbewerkings­mogelijkheden, sluit hem dan aan op een mixer, versterker en stereo monitor systeem zoals hieronder wordt getoond.
Luidsprekers
Speaker
Versterker
OUTPUT L
Amplifier
R
R
Hoofdtelefoon
Headphones
L
Mixer
12345678910111213141516LR
PHONES
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
OUTPUT L /
MONO
R
S30
N.B.
Het aansluiten van een hoofdtelefoon heeft geen invloed op het geluid van de OUTPUT (L/MONO en R) aansluitingen.
Via de PHONES aansluiting is hetzelfde geluid te beluisteren als via de OUTPUT aansluitingen.
10
Externe MIDI Apparatuur Aansluiten
U kunt met behulp van een MIDI kabel (optioneel) externe MIDI apparatuur aansluiten, en deze vanaf de synthesizer besturen. U kunt tevens met een extern MIDI keyboard of sequencer de interne geluiden van de synthesizer besturen. Dit gedeelte toont enkele MIDI toepassingen.
N.B.
De HOST SELECT schakelaar op het achterpaneel moet hiervoor op “MIDI” staan. Zo niet, dan worden er via de MIDI
OUT aansluiting geen MIDI commando's verzonden.
Besturing vanaf een Extern MIDI Keyboard
HOST SELECT
PC-2 PC-1
MIDI Mac
MUSIC SYNTHESIZER
MIDI OUT
Extern MIDI keyboard
External MIDI keyboard
or synthesizer
of synthesizer
Een Extern MIDI Keyboard besturen
MIDI IN
Modular Synthesis Plug-in System
S30
HOST SELECT
PC-2 PC-1
MIDI Mac
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
MIDI OUT
S30
MIDI IN
External MIDI keyboard
Extern MIDI keyboard
or synthesizer
of synthesizer
Met een Externe MIDI Sequencer opnemen en afspelen
HOST SELECT
PC-2 PC-1
MIDI Mac
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
MIDI OUT
S30
MIDI IN
MIDI OUTMIDI IN
Externe MIDI
External MIDI
sequencer
sequencer
11
Via MIDI THRU een ander MIDI Apparaat besturen
Externe MIDI
External MIDI
sequencer
sequencer
MIDI OUT
MIDI IN
Externe MIDI
External MIDI
synthesizer
synthesizer
MIDI THRU
MIDI OUT
MIDI IN
External MIDI synthesizer
Externe MIDI synthesizer
HOST SELECT
PC-2 PC-1
MIDI Mac
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
MIDI IN
S30
Met de hierboven getoonde MIDI verbindingen, kunt u via de MIDI OUT aansluiting MIDI data verzenden, terwijl MIDI data vanaf de externe sequencer een externe MIDI synthesizer via de MIDI THRU aansluiting aanstuurt.
N.B.
De MIDI kabel mag niet langer zijn dan 15 meter, en er dienen niet meer dan 3 apparaten in een MIDI keten te worden
aangesloten (via MIDI THRU in serie geschakeld). Wilt u meer apparaten aansluiten, dan dient u een MIDI Thru Box te gebruiken. Als de kabels te lang zijn of er teveel apparaten via hun MIDI THRU aansluitingen "doorgelust" zijn, kunnen er data fouten ontstaan.
Een Computer Aansluiten
Als er een computer is aangesloten, kan deze worden gebruikt voor data overdracht naar/vanaf de synthesizer via MIDI. U kunt bijvoorbeeld met het meegeleverde Voice Editor programma de Voices van de synthesizer bewerken. U kunt met een ander programma – Card Filer – bestanden van/naar de Memory Card (geplaatst in de CARD slot van de synthesizer) overdragen. Er zijn twee manieren om uw synthesizer op een computer aan te sluiten:
1: Seriële verbinding (van de seriële poort van de computer naar de TO HOST aansluiting van de synthesizer))
2: MIDI verbinding (van de MIDI interface van de computer naar de MIDI IN en OUT van de synthesizer)
Verschillende computersystemen vereisen ieder hun eigen manier van aansluiten, zie hieronder.
1: Seriële Poort naar TO HOST
IBM PC/AT
Macintosh
HOST SELECT
PC-2 PC-1
MIDI Mac
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
HOST SELECT
PC-2 PC-1
MIDI Mac
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
S30
TO
HOST
TO
HOST
Seriële kabel
Serial cable
Serial cable
Seriële kabel
RS-232C
(DB9)
PS/V
IBM
IBM PC/AT and compatibles
IBM PC/AT of compatibel
Personal System/V
Personal System/V
S30
12
PS422
(Modem or
(Modem of
Printer port)
Printerpoort)
Apple Macintosh
2: MIDI Interface naar MIDI IN en OUT
Bij gebruik van de MIDI interface van de computer
HOST SELECT
PC-2 PC-1
MIDI Mac
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
MIDI IN
MIDI OUT
Seriële kabel
Serial cable
PS/V
MIDI
IBM
OUT
MIDI
IN
Computer with MIDI interface
Computer met MIDI interface
S30
Bij gebruik van een externe MIDI interface
Personal System/V
Personal System/V
HOST SELECT
PC-2 PC-1
MIDI Mac
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
MIDI IN MIDI OUT
MIDI Interface
MIDI OUT
MIDI IN
Computer
S30
N.B.
U heeft hiervoor de juiste MIDI applicatie (sequencer, editor, etc.) voor uw computersysteem nodig.
Diverse Controllers aansluiten
De S30 beschikt over diverse controller aansluitingen op het achterpaneel, zoals FOOT SWITCH en FOOT CONTROLLER. U kunt hierop optionele controllers aansluiten, zoals een Foot Switch (FC4 of FC5) en een Foot Controller (FC7), om er klankkleur, volume, toonhoogte en andere parameters mee te besturen.
N.B.
Details over deze controllers vindt u op bladzijde 39.
3.3V
CARD
MIDI
THRU OUT IN TO HOST
HOST SELECT
PC-1PC-2
MIDI Mac
FOOT
SWITCH
FOOT
CONTROLLER
OUTPUT
R
L/MONO PHONES DC IN
STANDBY
ON
FOOT SWITCH
FC4 of FC5
FC4 or FC5 FC7
13
FOOT CONTROLLER
De Stroom Inschakelen
Inschakelprocedure
Let er op, dat nadat alle aansluitingen tussen de synthesizer en andere apparaten gereed zijn, alle volume­instellingen op hun minimum staan. Zet daarna alle apparaten in deze volgorde aan: als eerste MIDI masters (verzenders), daarna MIDI slaves (ontvangers), en tenslotte audio apparatuur (mixers, versterkers, luidsprekers, etc.). Dit verzekert u van een soepele signaalstroom vanaf het eerste tot het laatste apparaat (eerst MIDI, daarna audio).
Bij het uitschakelen van de apparatuur, dient u eerst alle volume-instellingen weer op hun minimum te zetten, en dan de apparaten in omgekeerde volgorde uit te zetten (eerst audio, dan MIDI).
Als de S30 MIDI ontvanger is:
AAN-
POWER
ZETTEN!
ON!
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
12345678910111213141516LR
MIDI verzender
MIDI sender Audio equipment (first mixer, then amplifier)
S30
(MIDI ontvanger)
(MIDI receiver)
Audio apparatuur (eerst mixer, dan versterker)
De S30 Aanzetten
Zet, om mogelijke schade aan luidsprekers of andere aangesloten apparatuur te voorkomen, altijd de S30 aan voordat
u actieve luidsprekers, of de mixer en de versterker aanzet. En zet om dezelfde reden, de S30 pas uit nadat actieve luidsprekers, of mixer en versterker, al zijn uitgeschakeld.
Zelfs wanneer de schakelaar in de “STANDBY positie staat, stroomt er altijd nog elektriciteit naar het instrument, zij
het zeer minimaal. Wanneer u de S30 dus voor langere tijd niet gebruikt, vergeet dan niet de adapter uit het stopcontact te halen.
N.B.
Zet, voordat u uw synthesizer aan-/uitzet, eerst de volume-instellingen van alle aangesloten audio apparatuur op hun
minimum.
1 Druk op de STANDBY/ON schakelaar.
PHONES DC IN
2 Er wordt een kort introductiescherm getoond.
STANDBY
ON
3 Hierna verschijnt dit Voice of Performance Play Mode scherm.
VCE Play) PRE1:001(A01)[Pf:StereoGrnd] EQLow-G EQMid-G EQHi-G ChoSend RevSend
14
Als er een Memory Card in de CARD slot zit, of u een optioneel Plug-in Board heeft geïnstalleerd, kunnen er andere schermen verschijnen voordat het Voice of Performance Play Mode scherm verschijnt.
Als er een al eerder gebruikte Memory Card in de CARD slot zit, ziet u een scherm terwijl de gegevens in het EXT geheugen geladen worden.
Als er een nieuwe Memory Card (een die nog nooit in het instrument gebruikt is) in de CARD slot zit, ziet u een scherm terwijl er in het EXT Geheugen een basis file gecreëerd wordt.
Als u een Plug-in Board geïnstalleerd heeft, ziet u een scherm dat de aanwezigheid van het Plug-in Board bevestigt.
N.B.
Afhankelijk van de Power On Mode instelling (Utility Mode, blz. 128), kan het laatste scherm (na de inschakelprocedure)
verschillen.
4 Zet, indien nodig, het volume van de versterker hoger. 5 Stel de [VOLUME] schuif van de synthesizer in op een geschikt volumeniveau.
Omtrent Memory Cards
U kunt diverse soorten data (Voice, Performance, Plug-in, Sequence Chain, etc.) op Memory Card opslaan. De ingebouwde CARD slot maakt gebruik van 3,3-Volt Memory Cards (SmartMedia).
N.B.
Lees, voordat u een Memory Card in gebruik neemt, de voorzorgsmaatregelen over hoe u er mee dient om te
gaan (blz. 135).
Een Memory Card Formatteren
U kunt op een nieuwe Memory Card niet direct files opslaan. De card moet eerst geformatteerd worden in Card Mode (blz. 140).
Data Opslaan en Laden
U kunt op een geformatteerde Memory Card verschillende soorten data als files opslaan. Iedere file op de card kan indien nodig geladen worden. U kunt data zoals System, Voice, Performance, Plug-in, Sequence Chain en dergelijke opslaan en laden. Aangezien Sequence Chain data tijdelijk in het buffergeheugen van de synthesizer staat en gewist wordt zodra u de synthesizer uitzet, dient u de data eerst op een Memory Card op te slaan. Details over het formatteren, opslaan en laden van data, alsook een overzicht van de herkende file types, vindt u op bladzijde 136.
15
Basishandelingen
Dit gedeelte bevat een fundamentele uitleg over de bediening van de synthesizer.
Een Mode Selecteren
Er zijn diverse bedienings-Modes beschikbaar Voice Play Mode, Performance Play Mode, etc. die het stuk voor stuk mogelijk maken om efficiënt met de diverse functies van de synthesizer te werken.
N.B.
Op bladzijde 30 vindt u een overzicht van de beschikbare Modes.
Voor Voices en Performances zijn er afzonderlijke Play Modes. Gebruik, om deze modes te selecteren, de juiste MODE knop ([VOICE] voor Voice Play Mode, [PERFORM] voor Performance Play Mode). Er zijn voor Voices en Performances tevens aparte Edit en Job Modes. Druk, om Edit of Job Mode te activeren, in de gewenste Play Mode simpelweg op de [EDIT] of [JOB] knop. Op soortgelijke wijze komt u, wanneer u in Voice of Performance Mode bent, door op [STORE] te drukken in de Store Mode alwaar u Voices of Performances kunt opslaan. Andere Modes zijn Utility Mode waarin u systeeminstellingen kunt specificeren, Card Mode waarin u Memory Card taken kunt uitvoeren, en Sequence Mode waarin u MIDI song bestanden kunt afspelen of een Sequence Chain kunt creëren. (Druk op de [UTILITY] knop voor Utility Mode, op [CARD] voor Card Mode en op [SEQ] voor Sequence Mode.)
M
ODE
STOREVOI CE
PERFORM
CARD
6
43
82
SEQ PLAY
75
PLAY STOP
/
1
UTILITY
EDIT JOB
COMPARE
Play Modes
1 Voice Play Mode (blz. 59)
Druk, om Voice Play Mode te acti­veren, op de [VOICE] knop (LED licht op). Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode.
VCE Play) PRE1:001(A01)[Sq:Generation] EQLow-G EQMid-G EQHi-G FLT-Rez HPF
2 Performance Play Mode (blz. 102)
Druk, om Performance Mode te activeren, op de [PERFORM] knop (LED licht op). Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode.
PFM Play) INT:001(A01)[--:Init Perf ] EQLow-G EQMid-G EQHi-G ------- -------
Edit Modes
Vanuit elke Play Mode kunt u gemakkelijk naar de respec­tievelijke Edit Mode gaan, door simpelweg op de [EDIT] knop te drukken (LED licht op).
3 Voice Edit Mode (blz. 63)
Druk in Voice Play Mode op de [EDIT] knop. Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode, of druk op de [EXIT] knop om terug te keren naar Voice Play Mode.
GEN Name) Ctgry a-Z 0-? Cursor C 1234 [Pf:Init Voice]
3 Performance Edit Mode (blz. 106)
Druk in Performance Play Mode op de [EDIT] knop. Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode, of druk op de [EXIT] knop om terug te keren naar Performance Play Mode.
GEN Name) Ctgry a-Z 0-? Cursor Common [--:Init Perf ]
16
Job Modes
Andere Modes
Vanuit elke Play Mode, kunt u gemakkelijk naar de respec­tievelijke Job Mode gaan, door simpelweg op de [JOB] knop te drukken (LED licht op).
4 Voice Job Mode (blz. 100)
Druk in Voice Play Mode op de [JOB] knop. Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode, of druk op de [EXIT] knop om terug te keren naar Voice Play Mode.
VCE Initialize) Job Current Voice
4 Performance Job Mode (blz. 123)
Druk in Performance Play Mode op de [JOB] knop. Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode, of druk op de [EXIT] knop om terug te keren naar Performance Play Mode.
PFM Initialize) Job Current Perform
4 Utility Job Mode (blz. 134)
Druk in Utility Mode op de [JOB] knop. Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode, of druk op de [EXIT] knop om terug te keren naar Utility Mode.
UTIL Factory Set) Job
5 Utility Mode (blz. 127)
Druk, om naar Utility Mode te gaan, op de [UTILITY] knop (LED licht op). Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode.
MSTR TG) Vol NoteShift Tune Sys 127 +63 +102.3c
6 Card Mode (blz. 135)
Druk, om naar Card Mode te gaan, op de [CARD] knop (LED licht op). Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode.
Save) Type File A-? Cursor Card all ***[NEWFILE .S2A]
7 Sequence Play Mode (blz. 125)
Druk, om naar Sequence Play Mode te gaan, op de SEQ knop (LED licht op). Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbetreffende knop voor die Mode.
SEQ) File:[ ] Perf Chain00 001 ⁄= 120 Meas=001 INT:128
N.B.
Als er van een extern MIDI apparaat system exclusive commando's worden ontvangen, gaat de LED van de momenteel geselecteerde Play Mode (VOICE of PERFORM) knipperen.
8 Store Modes (blz. 101, 124)
Vanuit elke Play of Edit Mode kunt u gemakkelijk naar de bijbe­horende Store Mode gaan, door simpelweg op de [STORE] knop te drukken. Druk, om naar een andere Mode te gaan, op de desbe­treffende knop voor die Mode, of druk op de [EXIT] knop om terug te keren naar Play Mode.
VCE [Sq:Generation] >[Pf:Slamming ] Store INT:001(A01)
17
Een Scherm Selecteren
U kunt met behulp van de [PAGE] knop en de knoppen [SHIFT], [PROGRAM/PART], [EXIT] en [ENTER] tussen de schermen schakelen.
[PAGE] Knop
Gewoonlijk zijn er in iedere Mode diverse schermen en subschermen. Met de [PAGE] knop kunt u tussen deze schermen schakelen.
VCE Srch) PRE1: Memory
SHIFT PAGE AB
Sommige Modes bevatten meerdere schermen. In dat geval draait u om naar een specifiek scherm te gaan, terwijl u de [SHIFT] knop ingedrukt houdt, aan de [PAGE] knop. Als u bijvoorbeeld, in Voice Edit Mode de [SHIFT] knop ingedrukt houdt en aan de [PAGE] knop draait, dan wordt het volgende scherm getoond. Selecteer met de cursor (
>) een specifiek item, en laat de
[SHIFT] knop los om naar het parameterscherm voor dat item te gaan.
Cursor
GENíOther) Com:>GEN≥QED>ARP>CTL>LFO>EFF EL1234 Elem:>OSC>PCH>FLT>AMP>LFO>EQ
SHIFT PAGE
PART
/
ELEMENT
N.B.
De [SHIFT] knop heeft ook nog andere functies die later in deze handleiding beschreven zullen worden.
DATAABC1 2
Vorige scherm Volgende scherm
Zoals hieronder getoond wordt, verschijnt de t
Next screenPrevious screen
s
indicator links in het scherm zodra er zich meer schermen vóór of na het huidige scherm bevinden. Bij het eerste scherm in een serie ziet u de
t
indicator, die aangeeft dat hierna meer schermen volgen, maar er geen aan voorafgaan. In het laatste scherm, ziet u de
s” indicator die aangeeft dat er
zich schermen vóór bevinden, maar erna niet meer.
Indicator
LFO Depth) EL1234
[SHIFT] Knop
Als u in de Voice Play Mode de [SHIFT] knop ingedrukt houdt, kunt u als volgt de parameters in het scherm wijzigen.
DATAABC1 2
SHIFT PAGE
(Oct= +3) PRE1:128(H16)[Pf:GrandPiano] (Tch= 1)
PROGRAM/PART knoppen
In Voice Edit Mode kunt u met de PROGRAM/PART knoppen de items voor iedere knop selecteren om naar de bijbehorende schermen te gaan.
12345678
GENERAL QED ARPEGGIO CONTROL COM LFO EFFECT
910111213141516
OSC PITCH FILTER AMPLITUDE LFO EQ PLG
[EXIT] Knop
Druk op de [EXIT] knop om in de hiërarchische menustructuur één niveau omhoog te gaan en zodoende terug te keren naar het voorgaande scherm.
EF
MASTER KEYB OARD
BYPASS
EXIT ENTER
DEC/NO INC/YES
N.B.
De [EXIT] knop heeft ook nog andere functies die later in deze handleiding beschreven zullen worden.
PART
/
ELEMENT
1818
[ENTER] Knop
Normaal gesproken wordt de [ENTER] knop gebruikt om parameterinstellingen uit te voeren. In sommige gevallen verschijnt echter het onderstaande scherm dat vraagt of u [ENTER] wilt indrukken.
EF
MASTER KEYB OARD
BYPASS
De Cursor Verplaatsen
Als u, terwijl u [SHIFT] ingedrukt houdt, één van de Knoppen ([A], [B], [C], [1] of [2]) gebruikt, kunt u de cursor (>) naar zijn respectievelijke parameter in het scherm verplaatsen zonder zijn waarde te wijzigen.
OSCíOut) Level Delay InsEF EL1234 96 ≥ 0 ins2
EXIT ENTER
DEC/NO INC/YES
EFFíEF1) Ctgry Type [ENTER] C 1234 MOD Tremolo to Edit
N.B.
De [ENTER] knop heeft ook nog andere functies die later in deze handleiding beschreven zullen worden.
Data Ingeven
U kunt de Knoppen gebruiken om hun respectieve­lijke parameters in het scherm direct te wijzigen. Het is ook mogelijk om de cursor (>) naar een parameter te verplaatsen en met de [INC/YES] en [DEC/NO] knoppen of de [DATA] knop de waarde in te geven.
Knoppen [A], [B], [C], [1] en [2]
Iedere parameter in een scherm is normaal gesproken aan één van de Knoppen ([A], [B], [C], [1] of [2]) onder het scherm toegewezen. Als u één van deze Knoppen gebruikt, verschuift de cursor (>) naar de respectievelijke parameter en kunt u de waarde wijzigen. U kunt bijvoorbeeld met Knop [B] in het onderstaande scherm de Level instelling wijzigen. Draai de Knop rechtsom om de waarde te verhogen, draai hem linksom om de waarde te verlagen.
OSCíOut) Level Delay InsEF EL1234 ≥ 96 0 ins2
SHIFT PAGE
PART
/
ELEMENT
DATAABC1 2
[INC/YES] en [DEC/NO] Knoppen
Met de [INC/YES] knop kunt u een waarde stap voor stap verhogen, en met de [DEC/NO] knop stap voor stap verlagen. Als u één van de knoppen ingedrukt houdt, blijft de waarde verlagen/verhogen, totdat u hem loslaat.
DEC/NO INC/YES
U kunt met deze knoppen tevens, als er om uw bevestiging gevraagd wordt, de vraag met “YES” (ja) of NO (nee) beantwoorden.
De Cursor Verplaatsen
Als u, terwijl u [SHIFT] ingedrukt houdt, op [INC/ YES] of [DEC/NO] drukt, kunt u de cursor van de ene parameter in het scherm naar de andere verplaatsen, zonder zijn waarde te wijzigen.
OSCíOut) Level Delay InsEF EL1234 ≥ 96 0 ins2
SHIFT PAGE
/
ELEMENT
PART
DATAABC1 2
SHIFT PAGE
PART
/
ELEMENT
DATAABC1 2
DEC/NO INC/YES
19
[DATA] Knop
Met deze knop kunt u de parameterwaarde op de cursorpositie wijzigen. Draai de knop rechtsom om de waarde met één stap te verhogen, draai linksom om de waarde te verlagen.
OSCíOut) Level Delay InsEF EL1234 ≥ 96 0 ins2
SHIFT PAGE
/
ELEMENT
PART
De Cursor Verplaatsen
DATAABC1 2
Parametertypes (Absoluut en Relatief)
Er zijn vele manieren om parameters te wijzigen. Sommige parameters vereisen de directe invoer van numerieke waardes of alfabetische tekens. Bij andere kunt u uit een aantal beschikbare instellingen kiezen. Verder zijn sommige parameters absoluut terwijl andere relatief zijn.
De absolute parameter bijvoorbeeld in de onder­staande illustratie kan op “Mono” of “Poly” ingesteld worden. Bij andere absolute parameters zoals Volume, kan deze ingesteld worden op een waarde tussen 0 en 127. De Volume-instelling heeft een lineaire, één-op-één-relatie met het daadwerkelijke volume, zoals grafiek 1 toont.
Als u, terwijl u de [SHIFT] knop ingedrukt houdt, de [DATA] knop linksom of rechtsom draait, kunt u de cursor naar een parameter in het scherm verplaatsen zonder zijn waarde te wijzigen.
OSCíOut) Level Delay InsEF EL1234 ≥ 96 0 ins2
SHIFT PAGE
PART
/
ELEMENT
DATAABC1 2
[ENTER] Knop
Gebruik deze knop om een instelling toe te passen (b.v. als deze knippert). De [ENTER] knop wordt tevens gebruikt om een Job of Store handeling uit te voeren, hetgeen later in deze handleiding wordt besproken.
EF
MASTER KEYB OARD
BYPASS
EXIT ENTER
Relatieve parameters zijn echter niet lineair. Grafiek 2 toont de rol van de Velocity Offset parameter. De hier ingestelde waarde, bekend als offset, wordt opgeteld of afgetrokken van de feitelijke waarde. Bij Velocity Offset wordt de gespecificeerde waarde opgeteld of afgetrokken van de feitelijke velocity (aanslagsterkte) waarde van de noten die u op het toetsenbord speelt. Soms worden dergelijke relatieve parameters in een percentage ingesteld.
GEN Other) Mode Assign MicroTuning C 1234 poly single 31:Indian
mono/poly
QEDíLevel) Vol Pan RevSend ChoSend C 1234 127 C 127 127
0~127
Volume (absoluut)
1 Volume (absolute)
Volume
DEC/NO INC/YES
Velocity offset (relatief)
2 Velocity offset (relative)
20
0
Offset
+64
0
-64
127
offset added +10
offset waarde +10
Feitelijke velocity
Actual velocity
offset waarde -10
offset added -10
Volume
Demo's Afspelen
Er worden bij deze synthesizer diverse demo songs meegeleverd. U kunt deze als volgt afspelen.
N.B.
Zorg ervoor dat de synthesizer gereed is voor afspelen. Details vindt u in het gedeelte “Alvorens te Beginnen op bladzijde 9.
N.B.
In het SEQ Demo scherm wordt alle data in het interne geheugen (System, Interne Voices en dergelijke) overschreven door de data voor de demo song. Sla belangrijke data op Memory Card op (blz. 137) voordat u doorgaat.
1 Druk, om de Sequence Play Mode te activeren, op de [SEQ PLAY] knop. Het volgende scherm verschijnt:
SEQ Demo)<< Are you sure? [YES]/[NO] >> System,IntVoice will be changed.
N.B.
Er zijn twee schermen in Sequence Play Mode. Gebruik de [PAGE] knop om naar bovenstaand scherm om te schakelen.
2 Druk, om naar het SEQ Demo scherm te gaan, op de [INC/YES] knop.
Demo song naam
Demo song name
SEQ Demo) Song:[DEMOSONG] ≥ 001 ⁄= 120
Demo song number Playback tempo
N.B.
Druk, om het afspelen van de demo te stoppen, op de [DEC/NO] knop.
AfspeeltempoDemo song nummer
3 Druk, om het afspelen van de song te starten, op de [PLAY/STOP] knop. 4 Druk, om het afspelen van de song te stoppen, nogmaals op de [PLAY/STOP] knop.
N.B.
Aan het einde van de song begint de song automatisch nogmaals te spelen.
N.B.
U kunt het tempo van het afspelen wijzigen met de [C] Knop. Selecteer tempo waarde “***” om het oorspronkelijke tempo van de song te gebruiken.
N.B.
Details over Sequence Play Mode (en het afspelen van demo's vanaf Memory Card), vindt u op bladzijde 125.
21
Voices en Performances
Een Voice Bespelen
Deze synthesizer, gebaseerd op het AWM2 klankopwekkingssysteem, biedt diverse preset Voices (256 Normal Voices en 8 Drum Voices). U kunt tevens uw eigen Voices creëren en deze in het interne geheugen van het instrument (INT) of op een externe Memory Card (EXT) bewaren. Zowel het interne als het externe geheugen kan tot maximaal 128 Normal Voices en 2 Drum Voices bevatten. U kunt, zoals hieronder wordt uiteengezet, Voices selecteren in beide geheugengroepen en deze tegelijk bespelen.
EF
MASTER
BYPASS
KEYBOARD
SHIFT
ABC1 2
PAGE
PART/ELEMENT
ASSIGNABLE NKOB
EXIT ENTER
DATA
DEC/NO INC/YES
[DATA] knop
3 [DATA] knob
3 [DEC/NO] and [INC/YES] keys
MODE
VOICE STORE
PERFORM
UTILITY CARD
EDIT JOB
COMPARE
1 [VOICE] key
[VOICE] knop
AB
SEQ PLAY
A. PIANO E. PIANO ORGAN GTR/BASS STRIN GS BRASS SYNTH OTHER
12345678
PLAY/ STOP
910111213141516
[DEC/NO] en [INC/YES] knoppen
INTPRE2PRE1
CDEFGH
PLGEXT
DRUMDRUM
2 MEMORY key
GEHEUGEN knop
QUICK
ACCESS
1 Druk op de [VOICE] knop
De LED van de [VOICE] knop licht op, hetgeen aangeeft dat u in Voice Play Mode bent. Het volgende verschijnt in het scherm:
M
ODE
STOREVOI CE
PERFORM
CARD
SEQ PLAY
PLAY STOP
/
UTILITY
EDIT JOB
COMPARE
VCE Play) PRE1:001(A01)[Sq:Generation] EQLow-G EQMid-G EQHi-G FLT-Rez HPF
Nu kunt u de Voice (die in het scherm staat) via het toetsenbord bespelen.
2 Druk op een GEHEUGEN knop om een Voice Geheugen te selecteren
Er zijn 5 Voice Geheugens: PRE1 (Preset 1), PRE2 (Preset 2), INT (Intern), EXT (Extern) en PLG (Plug­in). Ieder Voice geheugen bestaat uit een aantal Banken (maximaal 8, A t/m H) waarin de Voices zijn opgeslagen. De volgende illustratie toont op welke wijze de Voices in een Voice Geheugen zijn opgeslagen.
PRE2 (Preset 2)
Bank A~H
1~16
Voice
PRE1 (Preset 1)
Bank A~H
1~16
Voice
EXT (External)
Bank A~H
1~16
Voice
INTPRE 2PRE1
DRUMDRUM
INT (Internal)
Bank A~H
1~16
Voice
PLGEXT
PLG (Plug-in)
Bank A~D
1~16
Voice
De Drum Voices zijn in een apart gedeelte van ieder Geheugen opgeslagen en kunnen als volgt opgeroepen worden:
Voor toegang tot de Preset Drum Geheugens (PRE:DR1 ~ DR8):
Druk op de GEHEUGEN [PRE2] knop terwijl u de GEHEUGEN [PRE1] knop ingedrukt houdt.
22
Voor toegang tot de User Drum Geheugens (INT:DR1/2, EXT:DR1/2):
Druk op de GEHEUGEN [EXT] knop terwijl u de GEHEUGEN [INT] knop ingedrukt houdt.
PLGEX T
Voor toegang tot de Preset Drum
To access Preset Drum Voices (PRE:DR1 ~ DR8)
Voices (PRE:DR1 ~ DR8)
INTPRE 2PRE1
DRUMDRUM
To access User Drum Voices
Voor toegang tot de User Drum
(INT:DR1/2, EXT:DR1/2)
Voices (INT:DR1/2, EXT: DR1/2)
N.B.
PRE1 en PRE2 (Preset 1 en 2) bevinden zich in het interne ROM (Read Only Memory) geheugen en kunnen niet overschreven worden. INT (Intern) is RAM (Random Access Memory) waarin zich de fabrieksgeluiden bevinden. Dit kan wel overschreven worden, maar de fabrieksinstellingen kunnen indien nodig altijd weer teruggezet worden.
N.B.
EXT (Extern) is het geheugen van een Memory Card in de CARD slot. Als er geen Memory Card in de slot zit en u probeert een EXT Voice te selecteren, wordt er “-----” in het scherm getoond en hoort u geen geluid. Als er wel een Memory Card in de slot zit, kunt u EXT Voices selecteren en bespelen. PLG Voices kunnen alleen geselecteerd worden als er een Plug-in Board geïnstalleerd is.
3 Selecteer een Voice nummer
met de [DATA] knop of [INC/ YES] en [DEC/NO] knoppen
Gebruik van Quick Access
Via Quick Access kunt u snel binnen iedere Bank elk van de 12 types Preset Voices en 4 types Interne Voices (bij de fabrieksinstellingen) selecteren op basis van categorieën. De procedure is als volgt:
N.B.
Details over de Voices die u via Quick Access
kunt selecteren vindt u in de aparte Data Lijst.
1 Druk, in Voice Mode, op de [QUICK ACCESS]
knop. De LED licht op en Quick Access is geactiveerd.
VCE Quick) INT:017(H01)[Pf:GrandPiano] EQLow-G EQMid-G EQHi-G FLT-Frq ChoSend
Druk nogmaals op de knop of schakel naar een andere Mode om Quick Access uit te zetten.
N.B.
Als u Quick Access activeert, wordt de laatste
via Quick Access geselecteerde Voice opnieuw geselecteerd.
N.B.
Als u Quick Access activeert terwijl u een Voice
bewerkt, wordt de Voice niet gewijzigd totdat u via Quick Access een andere Voice selecteert.
N.B.
Als Quick Access geactiveerd is, kunt u de
GEHEUGEN knoppen niet gebruiken.
2
Selecteer met BANK [A] t/m [H] de Categorie. Er zijn acht Categorieën (zie hieronder). De Categorienamen staan onder de respectievelijke BANK knoppen.
Draai de [DATA] knop rechtsom of druk op [INC/ YES] om het Voice nummer te verhogen. Draai de [DATA] knop linksom of druk op [DEC/NO] om dit te verlagen.
VCE Play) PRE1:128(H16)[Pf:GrandPiano] EQ Low EQ Mid EQ Hi Cutoff RevTime
SHIFT PAGE
PART
/
ELEMENT
EF
MASTER KEYB OARD
BYPASS
EXIT ENTER
DEC/NO INC/YES
DATAABC1 2
U kunt nu de geselecteerde Voice via het toetsenbord bespelen.
N.B.
Details over het selecteren van Voices met de [DATA] knop of de knoppen [DEC/NO] en [INC/YES] vindt u op bladzijde 61.
N.B.
U kunt ook Voices selecteren door gebruik te maken van de BANK en PROGRAM/PART knoppen, via de Quick Access functie, of via de Category Search functie. Details over het selecteren van Voices vindt u op bladzijde 60, 62 en 63.
AB
A. PIANO E. PIANO ORGAN GTR/BASS STRINGS BRASS SYNTH OTHER
3
Selecteer met een PROGRAM knop ([1] t/m
CDEFGH
[16]) de Voice in de gespecificeerde Categorie. De Voice naam wordt in het scherm getoond.
12345678
910111213141516
N.B.
Voor iedere BANK [A] t/m [H], selecteert
u Preset Voices met een PROGRAM knop ([1] t/m [12]). De vier overgebleven knoppen (PROGRAM knoppen [13] t/m [16]) worden voor het selecteren van vier van de interne Voices gebruikt. Details over Voices vindt u in de aparte Data Lijst. Door vier Voices van uw keuze aan de PROGRAM knoppen [13] t/m [16] in iedere BANK toe te wijzen, kunt u deze via de Quick Access snel selecteren.
QUICK
ACCESS
23
Een Performance Bespelen
In Performance Play Mode, kunt u één van de 128 interne of één van de 64 externe (Memory Card) Performances selecteren en bespelen. Een Performance is een set Voices die door de interne (of een externe) sequencer gebruikt kan worden. Met Performances kunt u de synthesizer multitimbraal gebruiken. Iedere Performance kan tot 16 Parts bevatten, ieder met zijn eigen Voice, plus een extra Part voor een Plug-in Board. Als de Layer (blz. 117) parameter voor enkele Parts aanstaat, kunnen deze Parts in unison bespeeld worden. Daarnaast kunt u meerdere Parts aan verschillende MIDI kanalen toewijzen, zodat deze individueel via de interne (of een externe) sequencer bespeeld of bestuurd kunnen worden. U kunt in het interne geheugen tot 128 Performances bewaren en tot 64 op een Memory Card. Deze Performance instellingen kunt u in de Performance Edit Mode (blz. 106) wijzigen. Hieronder tonen wij hoe u aan de slag kunt met Performance Play, nadat u een Performance geselecteerd heeft.
EF BYPASS
SHIFT
1
Druk op de [PERFORM] knop
ABC1 2
PAGE
PART/ELEMENT
ASSIGNABLE NKOB
EXIT ENTER
DATA
DEC/NO INC/YES
[DATA] knop
3 [DATA] knob
De LED van de [PERFORM] knop licht op, hetgeen aangeeft dat u in Performance Play Mode bent. Het volgende verschijnt in het scherm:
M
ODE
STOREVOI CE
PERFORM
CARD
SEQ PLAY
UTILITY
MASTER KEYBOARD
3 [DEC/NO] and [INC/YES] keys
MODE
VOICE STORE
PERFORM
UTILITY CARD
EDIT JOB
COMPARE
[PERFORM] knop
1 [PERFORM] key
AB
SEQ PLAY
A. PIANO E. PIANO ORGAN GTR/BASS STRIN GS BRASS SYNTH OTHER
12345678
PLAY/ STOP
910111213141516
[DEC/NO] en [INC/YES] knoppen
INTPRE2PRE1
CDEFGH
PLGEXT
DRUMDRUM
2 MEMORY key
GEHEUGEN knop
QUICK
ACCESS
2 Druk op een GEHEUGEN
knop om een Performance Geheugen te selecteren
Er zijn twee Performance Geheugens: INT (Intern) en EXT (Extern). INT bestaat uit 128 Performances, onderverdeeld in acht Banken (A t/m H). EXT bestaat uit 64 Performances, onderverdeeld in vier Banken (A t/m D).
INTPRE 2PRE1
PLGEXT
PLAY
EDIT JOB
COMPARE
PFM Play) INT:001(A01)[--:Init Perf ] EQ Low EQ Mid EQ Hi -1 +0
STOP
/
Nu kunt u de Performance (die in het scherm staat) via het toetsenbord bespelen.
24
DRUMDRUM
INT (Internal)
Bank A~H
1~16
Performance
EXT (External)
Bank A~D
1~16
Performance
N.B.
INT (Intern) is RAM (Random Access Memory) geheugen waarin zich de fabrieks-Performances bevinden. Dit kan overschreven worden, maar de fabrieksinstellingen kunnen indien nodig altijd weer teruggezet worden.
N.B.
EXT (Extern) is het geheugen van een Memory Card (RAM) in de CARD slot. Als er geen Memory Card in de slot zit en u probeert een EXT Performance te selecteren, wordt er “-----” in het scherm getoond en hoort u geen geluid. Als er wel een Memory Card in de slot zit, kunt een EXT Performance selecteren en bespelen.
3 Selecteer een Performance nummer met de [DATA] knop of de [INC/ YES] en [DEC/NO] knoppen
Draai de [DATA] knop rechtsom of druk op [INC/ YES] om het Performance nummer te verhogen. Draai de [DATA] knop linksom of druk op [DEC/NO] om dit te verlagen.
PFM Play) INT:001(A01)[--:Init Perf ] EQLow-G EQMid-G EQHi-G ------- -------
SHIFT PAGE
PART
/
ELEMENT
EF
MASTER KEYB OARD
BYPASS
EXIT ENTER
DEC/NO INC/YES
DATAABC1 2
U kunt nu alle Parts in de geselecteerde Performance via het toetsenbord bespelen. Als de Layer (blz. 117) parameter voor enkele Parts aanstaat, kunnen deze Parts in unison bespeeld worden. Probeer nu eens om ook andere Performances te selecteren.
N.B.
Details over het selecteren van Performances met de [DATA] knop of met de knoppen [DEC/NO] en [INC/ YES] vindt u op bladzijde 61.
N.B.
U kunt ook Performances selecteren door gebruik te maken van de BANK en PROGRAM/PART knoppen, of via de Category Search functie. Details over het selecteren van performances vindt u op bladzijde 104.
N.B.
Tijdens het selecteren kan het even duren voordat de Performance gereed is, omdat er meerdere Parts ingesteld moeten worden.
N.B.
Bij sommige preset Performances (INT), kunt u Knop [2] gebruiken om de Arpeggiator aan of uit te schakelen. Details kunt u vinden in de aparte Performance Lijst.
25
Een Overzicht van de S30
Dit gedeelte geeft een overzicht van de vele functies van de S30. De S30 hardware is opgebouwd uit een aantal gedeelten, zoals u in het schema hieronder kunt zien.
Controller Gedeelte
Controller Section
Toetsenbord Bedieningsknoppen
Keyboard Controllers
Sequencer
Sequencer
Gedeelte
Section
Song File Playback
Song File Afspelen
Arpeggiator
Arpeggiator
Toongenera-
Tone Generator
torgedeelte
Section
AWM2
AWM2
Plug-in Board
Plug-in Board
Effectgedeelte
Effects Section
Controller Gedeelte
Dit gedeelte bestaat uit het toetsenbord, de Pitch Bend en Modulatiewielen, Control schuiven, Assignable knoppen enzovoorts. Het toetsenbord zelf genereert geen geluiden, maar stuurt noot-, velocity (aanslagsterkte) en andere informatie naar het toongeneratorgedeelte van de synthesizer. De controllers verzenden ook wijzigingen. De informatie van de controllers en het toetsenbord kunnen via de MIDI OUT aansluiting tevens naar externe MIDI apparaten verzonden worden.
Sequencer Gedeelte
Met dit gedeelte kunt u Standaard MIDI Files vanaf Memory Card afspelen. De inhoud van de Tracks 1 t/m 16 corresponderen met de MIDI kanalen en Parts in een Performance (zie onderstaande illustratie). De sequencer kan songs afspelen waarbij aan iedere Part een andere Voice is toegewezen.
Toongenerator
Sequencer
Track1 Piano Ch1
Track2 Bass Ch2
Track3
Strings
Ch3
Tone Generator
(Performance Parts)
Piano
Bass
Strings
Ch1
Ch2
Ch3
Track16
Percussion
Ch16
26
Percussion
Ch16
Toongeneratorgedeelte
Dit gedeelte speelt, afhankelijk van informatie die wordt ontvangen van het toetsenbord en de controller, geluiden af. Onderstaande illustratie toont het pad dat het signaal van een Element in Voice Mode aflegt.
Toongeneratorgedeelte
Tone Generator Section
OSC
(Oscillator)
Stuurt de golf-
Outputs the
vorm van ieder
waveform of
Element uit.
each Element.
Iedere Voice
Each Voice
bestaat uit maxi-
consists of up to
maal vier
four Elements.
Elementen.
Bepaalt de toon-
Controls the
hoogte van ieder
pitch of each
Element dat
Element output
door OSC uitge-
from OSC.
stuurd wordt.
FILTERPITCH
Wijzigt de
Changes the
klankkwaliteit
tonal quality of
van ieder Ele-
each Element
ment dat door
output from
PITCH uitge-
PITCH.
stuurd wordt.
AMP
(Amplitude)
Regelt het uit-
Controls the
gangsniveau
output level
(amplitude) van
(amplitude) of
ieder Element
each Element
dat door FIL-
output from
TER uitgestuurd
FILTER. The
wordt. De signa-
signals are then
len worden dan
sent at this level
op dit volume
to the Effects
naar de Effect
Units.
Units gestuurd.
Naar Effects Units
To Effects Units
Omtrent de Toongenerator
Het toongeneratorgedeelte van de S30 bestaat uit AWM2 en Plug-in units.
AWM2 (Advanced Wave Memory 2) is een klankopwekkingssysteem gebaseerd op gesampelde golfvormen die in vele Yamaha synthesizers gebruikt wordt. Om het geheel realistischer te maken, gebruikt iedere AWM2 Voice meerdere samples die afkomstig zijn van een echt instrument. Daarnaast kunnen aan de basisgolfvormen, de envelope generator, filter, modulatie en andere parameters toegevoegd worden.
N.B.
AWM2 is niet beperkt tot gewone muziekinstrumenten (Normal Voices). Het kan tevens voor percussie-instrumenten (Drum Voices) gebruikt worden. Details over Normal en Drum Voices vindt u op bladzijde 32.
Plug-in Boards voegen meer mogelijkheden toe aan het systeem. Als deze geïnstalleerd worden, combineren ze perfect met het in de synthesizer ingebouwde toongeneratorgedeelte.
De onderstaande Plug-in Board types zijn leverbaar en kunnen in de synthesizer worden geïnstalleerd. Deze boards zijn niet slechts een uitbreiding van Voices; het zijn tevens onafhankelijke toongeneratoren, waardoor de systeemspecificaties, zoals de maximum polyfonie, uitgebreid worden. U kunt de Plug-in Voices net als interne Voices bespelen en als Parts in een Performance gebruiken (blz. 93).
Deze synthesizer is compatibel met het Modular Synthesis Plug-in System (zie volgende bladzijde). Er zijn drie soorten Modular Synthesis Plug-in System-compatible Plug-in Boards: Single Part, Multi-Part en Effect. Door uw S30 uit te breiden met één van de onderstaande Plug-in Boards, kunt u uw eigen systeem samenstellen op basis van de geluiden die u nodig heeft.
N.B.
Het Effect Plug-in Board PLG100-VH kan in de S30 niet worden gebruikt.
Single Part Plug-in Boards
Analog Physical Modeling Plug-in Board (PLG150-AN)
Analog Physical Modeling (AN) synthese, de allernieuwste digitale technologie, kan het geluid van analoge
synthesizers natuurgetrouw weergeven. Met dit board geïnstalleerd, heeft u realtime control over het geluid van analoge synthesizers en geluiden die u in de hedendaagse dance muziek tegenkomt.
Piano Plug-in Board (PLG150-PF)
Een respectabel 16MB golfvormgeheugen (AWM2) specifiek toegewijd aan de weergave van piano-
geluiden. Dit board biedt 136 stereogeluiden, waaronder een aantal akoestische en elektrische piano's en is maar liefst 64-noten polyfoon.
27
Advanced DX/TX Plug-in Board (PLG150-DX)
Met dit Plug-in Board heeft u de beschikking over de befaamde DX7 geluiden. Dit board gebruikt, in
tegenstelling tot op PCM gebaseerde oplossingen, geen gesampelde golfvormen. Het bevat daarentegen het echte FM klankopwekkingssysteem van de DX-serie synthesizers om deze geluiden authentiek te kunnen weergeven. De geluiden van dit board zijn compatibel met de DX7, en het board kan zelfs via een MIDI bulk dump DX7 data ontvangen.
Virtual Acoustic Plug-in Board (PLG150-VL)
Bij de Virtual Acoustic (VA) synthese, worden de geluiden van echte instrumenten realtime gemodelleerd
(gesimuleerd), hetgeen een ongekende graad van realiteit oplevert die niet met de conventionele PCM synthese kan worden bereikt. Als u deze geluiden via een optionele MIDI Wind Controller (WX5) bespeelt, kunt u zelfs het fysieke gevoel van het echt bespelen van een blaasinstrument benaderen.
Multi-Part Plug-in Board
XG Plug-in Board (PLG100-XG)
Dit Plug-in Board is een 16-part XG toongenerator. U kunt met dit board XG/GM songs afspelen, waarbij u
de beschikking heeft over een grote verscheidenheid aan geluiden en effecten.
N.B.
In de toekomst zullen er nog meer Plug-in Boards leverbaar worden.
Omtrent het MODULAR SYNTHESIS PLUG-IN SYSTEM
Het Yamaha Modular Synthesis Plug-in System biedt krachtige uitbreidingsmogelijkheden voor Modular Synthesis-Plug-in-compatible synthesizers, toongenerators en geluidskaarten. Dit biedt de mogelijkheid eenvoudig en effectief voordeel te trekken van de nieuwste en meest gecompliceerde synthesizer- en effecttechnologie, zodat u gelijke tred kunt houden met de snelveranderende en veelzijdige moderne muziekproductie.
Maximum Polyfonie
De maximum polyfonie voor AWM2 is 64, plus de polyfonie van een eventueel Plug-in Board (indien aanwezig). De daadwerkelijke polyfonie is afhankelijk van de gebruikte toongenerator unit, het aantal Elementen in de Voice, en de polyfonie van het Plug-in Board.
In het geval van AWM2 Voices, wordt de 64 noten polyfonie verdeeld over het aantal Elementen in de Voice. Als een Voice bijvoorbeeld uit twee Elementen bestaat, dan is de maximale polyfonie voor de Voice dus 32.
28
Effectgedeelte
De effecten kunnen worden gebruikt om het geluid van een Voice of Performance te veranderen. Er zijn twee Insertion Effect Units, een Reverb Unit (met 12 reverb types) en een Chorus Unit (met 23 chorus types). Iedere Insertion Effect Unit biedt een verscheidenheid aan effecten en de Units op zich kunnen in serie of parallel geschakeld worden.
In Voice/Performance Mode kunnen aan iedere Voice/Performance verschillende effectinstellingen worden toegewezen, hoewel de wijze waarop ze geschakeld zijn (in serie of parallel) iets kan verschillen. Zoals u in de volgende illustratie kunt zien, kunnen beide Insertion Effect Units voor ieder Element in een Voice onafhankelijk aan- of uitgezet worden. In wezen kunnen de Insertion Effecten dus Elementsgewijs ingesteld worden. Nadat het signaal door de Insertion Effecten is gegaan, worden de signalen van alle individuele Elementen gemixt en naar de Reverb en Chorus Units gestuurd. Deze Reverb en Chorus Units voegen aan het algehele geluid nog effecten toe voordat het naar de uitgangen gestuurd wordt, en worden daarom System Effecten genoemd.
In Performance Mode kunnen de Insertion Effecten voor twee Parts afzonderlijk ingesteld worden: voor een Voice Part en voor een Plug-in Part. De System Effecten (Reverb en Chorus) kunnen niet aan afzonderlijke Parts toegewezen worden, maar alleen aan de gehele Performance.
Voice Mode Performance Mode
Voice1~16
Element
1~4
Insertion
Insertion
Effecten
Effects
1/2
1
System Effecten
System Effects
Reverb
Element
1~4
Insertion
Insertion
Effecten
Effects
1
System Effecten
System Effects
Reverb
Output
Uitgang
Output
Uitgang
2
Chorus
N.B.
Details over Effecten vindt u op bladzijde 50.
Output
Uitgang
Plug-in Board
2
Insertion
Insertion
Effecten
Effects
1
Chorus
29
Omtrent de Modes
De S30 heeft diverse Modes die u afhankelijk van de taak die u wilt uitvoeren kunt selecteren.
Voice Mode
Voice Play Mode Voice Edit Mode Voice Job Mode
Performance Mode
Performance Play Mode Performance Edit Mode Performance Job Mode
M
ODE
STOREVOICE
PERFORM
Utility Mode
Utility Job Mode
Card Mode
Voice Mode (blz. 59)
Voice Play Mode
In deze Mode kunnen Normal Voices en Drum Voices bespeeld worden. U heeft keus uit Preset Voices (256 Normal Voices plus 8 Drum Kits), Interne (User) Voices (128 Normal Voices plus 2 Drum Kits) en Externe (Memory Card) Voices (128 Normal Voices plus 2 Drum Kits). Dat is een totale keuze uit 512 Normal Voices en 12 Drum Kits. Deze keus kan nog worden uitgebreid door het installeren van een optioneel Plug­in Board.
De MIDI instellingen voor Voices kunt u in Utility Mode wijzigen.
Voice Edit Mode
In deze Mode kunt u Normal Voices en Drum Voices creëren en bewerken. U kunt in het interne geheugen tot 128 bewerkte Normal Voices en 2 bewerkte Drum Kits als User Voices bewaren. U kunt deze tevens op Memory Card (Extern geheugen) bewaren.
Voice Job Mode
In deze Mode kunt u Voices kopiëren en initialiseren, en er andere handelingen (Jobs) mee verrichten.
CARD
SEQ PLAY
PLAY STOP
Sequence Play Mode
/
UTILITY
EDIT JOB
COMPARE
Performance Mode (blz. 102)
Performance Play Mode
Deze Mode wordt gebruikt als u Performances bespeelt. U kunt meerdere Voices (Parts) "layeren" (over elkaar heen leggen) om rijke, volle geluiden te creëren. U kunt tevens, door verschillende MIDI kanalen aan Parts toe te wijzen, multitimbrale setups creëren. U kunt zowel Plug-in Parts als op AWM2 gebaseerde Voices layeren.
Performance Edit Mode
In deze Mode kunt u Perfor­mances creëren en bewerken. U kunt in het interne geheugen tot 128 Performances bewaren, en in het externe geheugen (Memory Card) tot 64.
Performance Job Mode
In deze Mode kunt u Perfor­mances kopiëren en initialiseren, en er andere handelingen (Jobs) op toepassen.
Sequence Play Mode (blz. 125)
In deze Mode kunt u de sequencer gebruiken om Song files (Stan­daard MIDI Files) vanaf Memory Card af te spelen. Deze Songs kunnen individueel of allemaal achter elkaar afgespeeld worden. Door naar een andere Performance om te schakelen, kunt u tevens de geluiden voor iedere track van de Song veranderen.
Utility Mode (blz. 127)
In deze Mode kunt u parameters wijzigen die betrekking hebben op het algehele systeem. Hieronder vallen onder meer MIDI instel­lingen en synthesizer setup parameters.
Utility Job Mode
In deze Mode kunt u de fabrieks­instellingen van de synthesizer terugzetten.
Card Mode (blz. 135)
Als u een Memory Card in de CARD slot steekt, kunt er files op opslaan, in de synthesizer laden, en diverse andere handelingen met de data op de card verrichten.
30
Loading...
+ 124 hidden pages