Yamaha MAGICSTOMP ACOUSTIC User Manual [nl]

Handleiding
Hartelijk dank voor de aanschaf van deze Yamaha MAGICST OMP. Om er zeker van te kunnen zijn dat u de beste prestaties uit dit product krijgt, raden we u aan deze handleiding voor g ebruik zor g­vuldig door te lezen. Bewaar de handleiding na gebruik zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken.

Inhoud

Voorzorgen ........................................................................ 156
Hoofdkenmerken van de MAGICSTOMP
Namen & functies van de onderdelen ...................................
Bovenpaneel ............................................................................. 158
Achterpaneel ............................................................................. 158
Aansluitingen ..................................................................... 160
Gebruiken van de MAGICSTOMP ....................................... 162
Zet de versterker aan en speel een riedeltje. .............................. 162
Probeer een paar andere patches uit. ........................................ 162
Creëer je eigen geluid ........................................................ 164
Gebruik de knoppen om de effecten in te stellen ....................... 164
Deep Edit .................................................................................. 165
Opslaan van patches ..........................................................168
Opslaan van bewerkte patches (STORE) .................................... 168
Een naam geven aan een patch (Name Edit Mode) ................... 170
Automatische Feedback Reductie (AFR) functie ............... 172
Gebruiken van de AFR functie .................................................... 172
Uitschakelen van de AFR functie ................................................ 173
Stemfunctie ....................................................................... 174
Gebruik van de stemfunctie ....................................................... 174
Fabrieksinstelling (herstel de fabrieksinstellingen) ......... 175
Herstellen van de fabrieksinstellingen ........................................ 175
Bewerken van patches met een computer ........................................
Gegevensstroom ....................................................................... 177
Gebruik van Sound Editor for MAGICSTOMP............................. 177
Voor Windows-gebruikers .............................................................. 178
Voor Macintosh-gebruikers............................................................. 180
Foutmeldingen ................................................................... 182
Oplossen van problemen. .................................................. 182
Technische gegevens..........................................................183
SOFTWARE LICENTIE-OVEREENKOMST................................184
ACOUSTIC ............... 157
158
176
155

Voorzorgen

• Gebruik de MAGICSTOMP niet op de volgende plekken om beschadiging te voorkomen:
• In direct zonlicht of in de buurt van verwarmingsapparatuur.
• Op zeer koude of hete plekken.
• Op zeer vochtige of stoffige plekken.
• Op plekken waar het toestel bloot staat aan sterke schokken of trillingen.
•Voor u de aansluitingen gaat maken, moet u ervoor zorgen dat de MAGICSTOMP zelf en alle externe apparatuur uit (OFF) staat.
• Om beschadiging van uw luidsprekers te voorkomen, moet u de VOLUME knop op “0” zetten voor u de stroom in- of uitschakelt (ON/OFF).
• Zorg ervoor dat de stroom wordt uitgeschakeld (OFF) voor er apparatuur op dit toestel wordt aangesloten.
• Oefen niet te veel kracht uit op de schakelaars, knoppen en andere bedieningsorganen.
• Uw MAGICSTOMP is een precisie-instrument. Wees er dus voorzichtig mee, laat het niet vallen en schudt het niet door elkaar.
• Om veiligheidsredenen moet u de netstroomadapter uit het stopcontact halen wanneer er gevaar is voor blikseminslag.
• Houd uw MAGICSTOMP uit de buurt van neon- of TL verlichting om storing te voorkomen.
• Om beschadiging en mogelijk elektrische schokken te voorkomen, mag u in geen geval de behui­zing open maken en met de interne schakelingen knoeien.
• Gebruik in geen geval benzeen, verfverdunner of andere agressieve vloeistoffen om het toestel schoon te maken, want hierdoor kan de afwerking worden aangetast. Gebruik alleen een zachte, droge doek om stof en vuil weg te vegen.

Inhoud van het pakket

Het MAGICSTOMP pakket bevat de volgende items. Controleer of alles wat hier vermeld wordt in­derdaad aanwezig is.
• MAGICSTOMP ................................. 1
• CD-ROM ........................................... 1
• Netstroomadapter * ........................... 1
• USB kabel ......................................... 1
* Mogelijk niet meegeleverd in uw rayon. Raadpleeg uw Yamaha dealer.
LET OP
•Voor u de verzegeling van de CD-ROM verbreekt moet u de “Software Licentie-overeenkomst” op bladzijde 184 zorgvuldig doorlezen.
•Probeer in geen geval de meegeleverde CD-ROM af te spelen op een audio CD-speler. Hierdoor kunt u niet alleen uw CD-speler/luidsprekers, maar ook uw gehoor beschadigen.
156
• Handleiding (dit boekwerkje) ............ 1
•Effectenlijst........................................ 1
• Patchlijst ............................................ 1

Hoofdkenmerken van de MAGICSTOMP ACOUSTIC

[Professionele voorgeprogrammeerde patches zorgen ervoor dat u de MAGICSTOMP zo uit de doos kunt gebruiken]
• De hechte samenwerking tussen artiesten van over de hele wereld en onze audiotechnici heb­ben een scala aan patches van professionele kwaliteit opgeleverd. Dit toestel be vat in totaal 99 voorgeprogrammeerde patches die perfect zijn te gebruiken met akoestische en akoestisch/ elektrische gitaren. Extra patches met allerlei effecten kunt u vinden op de meegeleverde CD­ROM. 99 User Patches stellen u in staat om patches naar believen te bew erken en op te slaan zodat u uw eigen geluidsbibliotheek kunt samenstellen.
[Voorzien van een Auto Feedback Reduction systeem (AFR) om proble­men met feedback (rondzingen) te voorkomen]
• Deze functie is beschikbaar bij het Acoustic Multi effecttype en werkt in real-time om feedback (rondzingen) te neutraliseren.
[Gevoel en bediening als van een compacte effectgenerator]
• Eenvoudig ontwerp en doorzichtige bediening (4 knoppen, 3 voetschakelaars) ge v en gitaristen een herkenbare gebruiksomgeving. De bediening is eenvoudig en eenduidig zodat u zo snel mogelijk aan de slag kunt.
[Uitgebreide Deep Edit functie voor een zeer precieze controle over uw effecten]
• U kunt elke parameter voor de effecten van de patch die is toegewezen aan de knoppen van het toestel bewerken of instellen en vervolgens opslaan. Deze functie stelt u in staat uw MAGICSTOMP helemaal aan uw wensen aan te passen.
[YAMAHA DSP technologie zorgt voor een enorme hoeveelheid effecten]
• Naast de “Acoustic Multi” effecten in de voorgeprogrammeerde Acoustic Multi patches van uw MAGICSTOMP, beschikt dit toestel ook over 63 extr a eff ecttypen. Deze effecten worden gepro­duceerd door een krachtige 32-bits DSP, ontworpen door Yamaha. Het toestel levert effecten van de DG serie versterkers en DG-, AG- en UD-Stomp effecten plus een keur aan digitale effecten afgeleid van de SPX serie van Yamaha, allemaal gekenmerkt door een ongeëvenaarde geluidskwaliteit en functionaliteit.
[Overbrengen van nieuwe patch-gegevens via USB]
• De patches op de meegeleverde CD-ROM of patches die u gedownload heeft van het Internet, kunt u via de USB kabel overbrengen naar de MAGICSTOMP. U kunt ook aangepaste patches opslaan op uw computer.
[Bewerk effecten op uw computer met patch editor software]
• Sluit uw MAGICSTOMP aan op uw computer met de meegeleverde USB-kabel en gebruik vervolgens de meegeleverde “Sound Editor for MAGICSTOMP” om de effect-parameters te bewerken. Door bewerking via de computer kunt u dezelfde diepgaande wijzigingen aanbren­gen als met de bedieningsorganen van het toestel zelf, maar heeft u wel het gemak van alle gegevens die u in één oogopslag kunt overzien op uw monitor.
[Ingebouwd automatisch chromatisch stemapparaat]
• De MAGICSTOMP beschikt ook ov er een ingebouwd automatisch chromatisch stemapparaat, wat enorm handig is bij live-voorstellingen en opnamen.
157

Namen & functies van de onderdelen

Bovenpaneel

q
w

Achterpaneel

U99«MAGICSTOMP
ó‡BASSfiMID áTRE
t
!1
e
r
158
yu
Wanneer u de geluidsweergave volgt via een hoofdtelefoon moet u het volume zo instellen dat uw gehoor niet beschadigd kan raken.
i
o!0
Namen & functies van de onderdelen
q Display
Hierop verschijnt informatie voor de huidige patch of omtrent de toestand waarin de MAGICSTOMP zich bevindt.
w CONTROL knoppen
Hiermee kunt u patchparameters instellen. ( blz. 164)
e VOLUME knop
Hiermee regelt u het algemene uitgangsvolume van de MAGICSTOMP. ( blz. 162)
r STORE/EXIT toets
Met deze toets kunt patches opslaan in uw MAGICSTOMP (bladzijde 168), of de Deep Edit functie ( bladzijde 165) of Name Edit functie ( bladzijde 170) afsluiten.
t – /+ Toetsen, AUTO F.R./ON/OFF schakelaar
Hiermee kunt u patches selecteren (bladzijde 162), de AFR (Automatische Feedback Reductie) of de patch ON/OFF zetten (→ bladzijde 172), of de gebruiksfunctie omschakelen (→ bladzijde 170, 174).
* De instelling of het effecttype bepaalt of de AUTO F.R./ON/OFF schakelaar betrekking heeft op de AFR functie, of
op de patch (→ bladzijde 172).
* In deze handleiding wordt Automatische Feedback Reductie afgekort tot AFR en AUTO F.R./ON/OFF schakelaar
tot AFR/ON/OFF schakelaar.
y INPUT aansluiting
Hier kunt u een instrument, zoals een gitaar of synthesizer enz. aansluiten op uw MAGICSTOMP. ( blz. 161)
u INPUT LEVEL HIGH/LOW schakelaar
Kies uit HIGH of LOW impedantie om het ingangsniveau overeen te laten stemmen met het uitgangs­niveau van het instrument dat is aan op de INPUT aansluiting. ( blz. 161)
i OUTPUT L/MONO, R aansluitingen
Hier kunt u de MAGICSTOMP aansluiten op een gitaarversterker, recorder, PA mixer enz. Gebruik de L/MONO aansluiting voor mono apparatuur. ( blz. 161)
o USB aansluiting
Voor aansluiting van de MAGICSTOMP op een computer. Via deze aansluiting kunt u patches op de computer bewerken of overbrengen van computer naar MAGICSTOMP of andersom. ( blz. 177)
!0 AC IN aansluiting (netstroomadapter)
Sluit hierop de netstroomadapter aan. ( blz. 160)
!1 PHONES aansluiting
Met een hoofdtelefoon in deze aansluiting (stereo ministekker) kunt u oefenen of patches bewerken terwijl u zonder anderen te storen de geluidsweergave van uw MAGIGSTOMP kunt volgen. Regel het volume met de volumeknop e.
* Er wordt gewoon een signaal geproduceerd via de OUTPUT aansluiting i wanneer er een hoofdtelefoon in de
PHONES aansluiting zit.
* De stroom kan worden ingeschakeld wanneer de netstroomadapter is aangesloten (en het toestel van stroom
voorziet).
159

Aansluitingen

LET OP
• Om elektrische schokken of beschadiging van uw apparatuur te voorkomen, dient u uw gitaarversterker enz. uit te zetten en het volume van uw MAGICSTOMP op het laagste niveau te zetten voor u aansluitingen gaat maken.
•Gebruik UITSLUITEND een Yamaha AC-10 netstroomadapter (of andere spe­cifiek door Yamaha aanbevolen adapter). Gebruik van een andere adapter kan leiden tot schade, oververhitting of zelfs brand en kan zeer gevaarlijk zijn.
• Zorg ervoor dat het aangegeven voltage dat staat aangegeven op de netstroomadapter zelf, wordt gebruikt.
• De MAGICSTOMP zal automatisch worden ingeschakeld wanneer het toestel van stroom wordt voorzien.
•U kunt een akoestische gitaar/elektrisch-akoestische gitaar of een ander instrument met een uitgang op lijnniveau, zoals een synthesizer enz. verbinden met de INPUT aansluiting. De MAGICSTOMP kan ook worden aangesloten op de effectlus van een versterker, mengpaneel of ander soortgelijk apparaat.
• Pas de stand van de INPUT LEVEL aan zodat deze overeenkomt met het uitgangsniveau van het instrument of apparaat dat is aangesloten op de MAGICSTOMP. Als het geluid vervormt met de schakelaar op HIGH, zet hem dan op LOW. Als u vindt dat het uitgangsniveau te laag is met de schakelaar op LOW, zet hem dan op HIGH.
• Bij gebruik van stereo patches raden we u aan de uitgangsaansluitingen van de MAGICSTOMP te verbinden met stereo-apparatuur.
• Gebruik de OUTPUT L/MONO aansluiting voor mono-apparatuur.
•Wanneer u de netstroomadapter aansluit op de AC IN aansluiting van de MAGICSTOMP, kunt u het snoer rond de haak wikkelen, zoals u hieronder kunt zien (hierdoor voorkomt u dat de stekker er per ongeluk uit getrokken wordt).
160
LET OP
• Zorg ervoor dat het snoer niet te scherp buigt of zelfs knalt wanneer u het rond de haak doet. Hierdoor kan het snoer kapot gaan hetgeen kan leiden tot brand.
AC IN aansluiting
Snoerhaak
Snoer van de netstroomadapter
Aansluitingen
Gebruiken van de MAGICSTOMP met een gitaar of ander instrument
Aansluiten op een
versterker enz. (mono)
INPUT
L/MONO
*
De vorm van de netstroomadapter hangt mede af van het land waar­voor het toestel bestemd is.
Netstroomadapter
Stop-
contact
Aansluiten op een mengpaneel
(stereo)
INPUT
L/MONO
OUTPUT L/MONO R
U99«MAGICSTOMP
ó‡BASSfiMID áTRE
INPUT
R
INPUTAC IN
MAGICSTOMP
Aansluiten op opname-
apparatuur, enz.
INPUT INPUT
R
L/MONO
Gitaar of ander
instrument
De MAGICSTOMP gebruiken in een effectlus
Netstroomadapter
Stop-
contact
*
De vorm van de netstroomadapter hangt mede af van het land waar­voor het toestel bestemd is.
OUTPUT L/MONO R
AC IN
U99«MAGICSTOMP
ó‡BASSfiMID áTRE
MAGICSTOMP
INPUT
EFFECT
SEND
Mengtafel enz.
EFFECT RETURN
RL
161

Gebruiken van de MAGICSTOMP

De MAGICSTOMP w ordt gele verd met een scala aan eff ectpatches (voorgeprog rammeerde effecten). Probeert u eerst eens een paar van deze voorgeprogrammeerde effecten uit.

Zet de versterker aan en speel een riedeltje.

U hoort de weergave via de patch die op dit moment geselecteerd staat. Gebruik de VOLUME knop van de MAGICSTOMP om het uitgangsvolume te regelen.
• Over de bewerkingspictogrammen
Patchnr.
Bewerkingspictogram
Patchnaam
U99«MAGICSTOMP ó‡BASSfiMID0áTRE

Probeer een paar andere patches uit.

De MAGICSTOMP heeft in totaal 198 patches. 99 daarvan zijn Gebruikerspatches (U01 – U99) waarin u gegevens kun t opslaan (door de bestaande gege v ens daarin te ov erschrijv en) v an patches die zelf gemaakt heeft. De overige 99 zijn Voorgeprogrammeerde patches (P01 – P99) die niet met nieuwe gegevens kunnen worden o v erschre v en. U kunt een voorgeprogrammeerde patch echter wel wijzigen en dan opslaan als gebruikerspatch.
* Af fabriek is de AFR functie ingeschakeld (ON) en bevat het gebruikersg eheugen (User P atc h) van de MAGICST OMP
dezelfde gegevens als het voorgeprogrammeerde geheugen (Preset).
* Het effecttype voor alle voorgeprogrammeerde patches is ingesteld op AcousticMulti.
Twee manieren om een patch te selecteren
In de fabriek is de [UP/DOWN MODE] schakelaar van de MAGICSTOMP reeds in de stand gezet waarin u een patch kunt selecteren. In deze stand kunt u met de + toets naar hogere, en met de – toets naar lagere patchnummers. Houd de ge wenste toets ingedrukt om de patchnummers sneller te doen veranderen.
De bewerkingspictogrammen dienen om de huidige toe­stand van de geselecteerde patch aan te geven.
«, ® ... De AFR functie is ingeschakeld voor deze
patch ( bladzijde 173). Het ® pictogram verschijnt wanneer er een andere parameter is geselecteerd.
¤, ... De AFR functie is uitgeschakeld voor deze
patch ( bladzijde 173). Het pictogram verschijnt wanneer er een andere parameter is geselecteerd.
Druk op de – toets om het patchnummer met 1 te verlagen.
U01
U98
U99
162
P01
P97
P98
P99
Druk op de + toets om het patchnummer met 1 te verhogen.
U01«Natural ó‡BASSfiMID0áTRE
U03
U02
AFR ON of Patch ON/OFF*
* De instelling of het effecttype bepaalt of de Automatische F eedbac k Reductie functie
wordt ingeschakeld, of dat de patch ON/OFF wordt gezet. (→ bladzijde 172)
P99
P02
P01
U99
U04
Gebruiken van de MAGICSTOMP
U kunt ook de gewenste patch selecteren via de [Uitvoeringsfunctie]. In deze functie gebruikt u de –, + en AFR/ON/OFF toetsen om één van drie naast elkaar gelegen patches te selecteren.
q Om de Uitvoeringsfunctie te openen, moet u twee van deze toetsen (–, +, AFR/
ON/OFF) tegelijkertijd ingedrukt houden.
Op het display verschijnt “PERFORMANCE MODE” ten teken dat de MAGICSTOMP nu in de Uitvoeringsfunctie staat.
w Houd de – of + toets ingedrukt om de patch set te veranderen.
– toets: U01/02/03→P97/98/99P94/95/96 + toets: U01/02/03U04/05/06U07/08/09
* Patch sets (drie naast elkaar geleg en patches vormen een patch set) zijn van tevoren vastgelegd. (U01, U02,
U03), (U04, U05, U06) …… (U97, U98, U99), (P01, P02, P03) …… (P97, P98, P99).
* Wanneer de MAGICSTOMP overschakelt naar de Uitvoeringsfunctie,zal de patch set waarin de patch met
het nummer dat u met de Op/Neer heeft ingesteld worden geselecteerd.
e Om de terug te keren naar de selectiefunctie UP/DOWN, moet u twee van deze
toetsen (–, +, AFR/ON/OFF) tegelijkertijd ingedrukt houden.
Op het display verschijnt “UP/DOWN MODE” ten teken dat de MAGICSTOMP nu in de Op/ Neer selectiefunctie staat.
Voorbeeld) Overschakelen van de Up/Down selectiefunctie (met patch U06 geselecteerd) naar
U06«Delay0Arpegg ó‡TRE0fiELVLáRLVL
de Uitvoeringsfunctie.
Up/Down selectiefunctie
In de Uitvoeringsfunctie zal het lampje voor de op dit moment geselecteerde patch oplichten (U05 in de illustratie hieronder).
AFR ON of Patch ON/OFF* voor U04
AFR ON of Patch ON/OFF* voor U06
Houd twee van de drie toetsen ingedrukt.
U06«Delay0Arpegg PERFORMANCE0MODE
U06«Delay0Arpegg ›‡TRE0fiELVLáRLVL
Uitvoeringsfunctie
Houd de – toets ingedrukt.
U01/02/03 P97/98/99 P94/95/96 P91/92/93
: :
* De instelling of het effecttype bepaalt of de Automati-
sche Feedback Reductie functie wordt ingeschakeld, of dat de patch ON/OFF wordt gezet. ( bladzijde 172)
AFR ON of Patch ON/OFF* voor U05
Houd de + toets ingedrukt.
U07/08/09 U10/11/12 U13/14/15 U16/17/18
: :
163

Creëer je eigen geluid

Gebruik de knoppen om de effecten in te stellen

Met de drie knoppen onder het display kunt u verschillende karakteristieken van het effect instellen. De parameters die met deze knoppen worden ingesteld hangen mede af van de geselecteerde patch. De naam van de parameter die met één van deze knoppen kan worden ingesteld, en de relatieve stand van de knop voor elk v an deze par ameters wordt in het onderste deel v an het displa y getoond. In het voorbeeld hieronder worden een aantal namen van parameters en knopwaarden getoond, te beginnen met de linker knop.
BASS (Lage tonen): 8.9, MID (Middentonen): 4.0, TRE (Hoge tonen): 2.8
U01«Natural ó‡BASSfiMID0áTRE
Wanneer de stand van de knop niet overeenkomt met de waarde van de geselecteerde parameter, moet u de knop verdraaien tot deze wel de juiste waarde aangeeft voor u de instelling kunt wijzigen. Laten we eens aan de BASS knop draaien. Voor u de knop verdraait zal de naam van de bijbeho­rende parameter op het display worden getoond. [Afb. 1] Wanneer de knop wordt verdraaid, zal de ingestelde waarde (8.9) worden getoond, maar deze zal niet veranderen voordat u de knop langs de ‘3-uur’ standheeft gedraaid. [Afb. 2]
[Afb. 1] [Afb. 2]
U01«Na ó‡BASS
U01«Na ó‡08.9
U01«Na ó‡08.9
Zodra u de knop in de 3-uur’ stand heeft gedraaid, zal de ingestelde waarde zoals getoond op het display overeenkomen met de stand van de knop en vervolgens meeveranderen. Ook zal het « teken rechts van het patchnummer v eranderen in ® om aan te geven dat de waarde van de parame­ter is veranderd. [Afb. 3]
* Wanneer de AFR functie uit staat ( bladzijde 173) en/of wanneer er een patch met een ander effecttype dan
“AcousticMulti” is geselecteerd, zullen de “«, ®” pictogrammen wor den vervangen door de “¤, ” pictogrammen.
Wanneer de waarde v an de par ameter eenmaal is v eranderd, zal de w aarde op het display overeen­komen met de stand van de knop. [Afb. 4] Als u de knop een paar seconden laat staan, zal het display terugkeren naar het aangeven van de naam van de parameter.
[Afb. 4]
U01®Na óñ10.0
U01®Na óê06.2
164
[Afb. 3]
U01®Na ó‡09.0
Loading...
+ 21 hidden pages