Yamaha HTR-5630RDS User Manual [nl]

Page 1
HTR-5630RDS
AV Receiver Ampli-tuner audio-vidéo
GB
OWNER’S MANUAL
MODE D’EMPLOI
BEDIENUNGSANLEITUNG
BRUKSANVISNING
MANUALE DI ISTRUZIONI
MANUAL DE INSTRUCCIONES
GEBRUIKSAANWIJZING
Page 2
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale
prestaties uit uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde,
koele, droge, schone plek — uit direct zonlicht, uit de buurt van warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan de achterkant van dit toestel.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere
elektrische apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het
toestel kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen NIET bovenop dit toestel: – Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze
brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken.
– Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze
elektrische schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken,
gordijn enz. zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het
stopcontact als alle aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven
is geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars,
knoppen en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt,
moet u aan de stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische
oplosmiddelen; dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven
voltage. Gebruik van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient
u de stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te
brengen of het te repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult
gebruiken (bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN”
over veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
17 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/
ON te drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen.
18 VOLTAGE SELECTOR (Alleen algemeen model)
De VOLTAGE SELECTOR (voltage keuzeschakelaar) op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de netspanning van het door u gebruikte stroomnet VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages bedragen 110V-120V, 220V­240V wisselstroom, 50/60 Hz.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze toestand is het toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te verbruiken.
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
Alleen voor klanten in Nederland
Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
LET OP
Page 3
INHOUD
INLEIDING
INHOUD ................................................................. 1
KENMERKEN ....................................................... 2
VAN START ............................................................3
Meegeleverde toebehoren.......................................... 3
Batterijen in de afstandsbediening zetten ..................3
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES ........ 4
Voorpaneel .................................................................4
Afstandsbediening .....................................................6
Display voorpaneel .................................................... 8
VOORBEREIDINGEN
AANSLUITINGEN ................................................ 9
Voor u andere componenten gaat aansluiten ............. 9
Aansluiten van videocomponenten ......................... 10
Aansluiten van audiocomponenten ......................... 11
Aansluiten van de antennes ..................................... 12
Aansluiten van een externe decoder ........................13
Aansluiten van de luidsprekers ............................... 14
Aansluiten van netsnoeren ...................................... 17
Inschakelen van de stroom ...................................... 17
BASIS SYSTEEM-INSTELLINGEN ................ 18
Gebruiken van het basismenu.................................. 18
Instellen van uitgangniveaus aan de hand van uw
luidsprekersysteem ..............................................20
Instellen van de uitgangniveaus van de luidsprekers
(SP LEVEL) ........................................................ 20
BASISBEDIENING
WEERGAVE ........................................................ 21
Ingangsfuncties en aanduidingen ............................ 23
Selecteren van een geluidsveldprogramma ............. 24
DIGITALE GELUIDSVELD BEWERKING
(DSP) ................................................................. 27
Uitleg geluidsvelden ................................................ 27
Hi-Fi DSP geluidsveldprogramma’s ....................... 27
CINEMA-DSP ...................................................... 28
Het geluidsontwerp van de CINEMA-DSP
geluidsveldprogramma’s .....................................28
CINEMA-DSP programma’s .................................. 28
Geluidsveldeffecten ................................................. 30
TUNER .................................................................. 31
Voorprogrammeren van zenders .............................. 32
Afstemmen op een voorkeuzezender ...................... 34
ONTVANGEN VAN RDS ZENDERS ................ 35
Beschrijving RDS gegevens ....................................35
Veranderen van de RDS functie .............................. 35
PTY SEEK functie .................................................. 36
EON functie ............................................................. 36
SLAAPTIMER ..................................................... 37
OPNAME .............................................................. 38
GEAVANCEERDE BEDIENING
SET MENU (INSTELMENU) ............................ 39
Instelmenu lijst ........................................................ 39
Instellingen wijzigen via het instelmenu ................. 39
SOUND 1 SPEAKER SET
(luidspreker instellingen) .................................... 40
SOUND 2 SP DISTANCE (luidspreker afstand) .... 42
SOUND 3 LFE LEVEL .......................................... 42
SOUND 4 D. RANGE (dynamisch bereik) ............ 42
SOUND 5 CENTER GEQ
(midden grafische equalizer) ............................... 43
SOUND 6 HP TONE CTRL
(hoofdtelefoon toonregeling) .............................. 43
INPUT 1 I/O ASSIGN
(ingang/uitgang toewijzing) ................................ 43
INPUT 2 INPUT MODE
(begininstelling ingangsfunctie) .......................... 43
OPTION 1 DISPLAY SET ...................................... 44
OPTION 2 MEM. GUARD
(geheugen vergrendeling) ................................... 44
OPTION 3 AUDIO MUTE ..................................... 44
INSTELLEN VAN DE WEERGAVENIVEAUS
VAN DE LUIDSPREKERS ............................. 45
Regelen van het volume tijdens weergave ............... 45
Gebruiken van de testtoon .......................................45
AANVULLENDE INFORMATIE
WIJZIGEN GELUIDSVELDPROGRAMMA
PARAMETERS ................................................ 46
Wijzigen van instellingen ........................................46
Beschrijvingen van digitale geluidsveld
parameters ........................................................... 47
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ....................... 48
WOORDENLIJST ............................................... 52
TECHNISCHE GEGEVENS .............. Achter flap
INLEIDING
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
AANVULLENDE
INFORMATIE
1
Nederlands
Page 4
KENMERKEN
Ingebouwde 5-kanaals eindversterker
Minimum RMS uitgangsvermogen
(0,1% THV, 1 kHz, 6Ω) [Modellen voor de VS en Canada] Hoofd: 70 W + 70 W Midden: 70 W Achter: 70 W + 70 W [Overige modellen] Hoofd: 60 W + 60 W Midden: 60 W Achter: 60 W + 60 W
Meervoudige digitale geluidsvelden
Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II decoder
Dolby Digital/Dolby Digital + Matrix 6.1 decoder
DTS/DTS + Matrix 6.1 decoder
CINEMA DSP: combinatie van YAMAHA DSP
technologie en Dolby Pro Logic, Dolby Digital of DTS
Virtual CINEMA DSP
SILENT CINEMA DSP
Verfijnde AM/FM tuner
40 gemakkelijk toegankelijke voorkeuzezenders
Automatisch voorprogrammeren van
voorkeuzezenders
Mogelijkheid tot herschikken van voorkeuzezenders
(voorkeuzezenders bewerken)
Andere kenmerken
96 kHz/24-bits D/A converter
Instelmenu waarmee u dit toestel optimaal kunt
aanpassen aan uw Audio/Videosysteem
Testtoon-generator voor gemakkelijke instelling van
de luidspreker-balans
6-kanaals ingang voor externe decoder
Optische en coaxiale digitale audio aansluitingen
Slaaptimer
Over deze handleiding
y geeft een handige tip bij de bediening aan.
Sommige handelingen zijn mogelijk met de toetsen op de afstandsbediening of via het hoofdtoestel zelf. Waar de
namen van de toetsen op de afstandsbediening afwijken van die op het hoofdtoestel worden de namen van de toetsen op de afstandsbediening in deze handleiding tussen haakjes toegevoegd.
Deze handleiding kan gedrukt zijn voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom is het mogelijk dat bepaalde specificaties van uw toestel tijdens de fabricage bijvoorbeeld ter wille van verbeteringen gewijzigd zijn. In een dergelijk geval verlenen wij voorkeur aan het verbeteren van het product boven de bijwerking van de handleiding.
Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories.
Dolby, Pro Logic, en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
2
Page 5
VAN START
Meegeleverde toebehoren
Controleer na het uitpakken of u de volgende onderdelen in uw bezit heeft.
Afstandsbediening
DVD D-TV/CBL VCR POWER
CD MD/CD-R V-AUX 6CH IN
TUNER
PRESET
A/B/C/D/E
/DTS 6.1/5.1 NIGHT SLEEP
TEST
PROG PROG
LEVEL
VOLUME
MUTE
VOLUME
STEREO
SET MENU
Batterijen in de afstandsbediening zetten
Batterijen (2) (AA, R06, UM-3)
AM ringantenne
1 Druk het lipje op de klep van het batterijvak
in en schuif de klep in de richting van de pijl open.
INLEIDING
FM binnenantenne (Modellen voor de VS, Canada, China, Korea en algemene modellen)
(Modellen voor Europa, het V.K., Australië en Singapore)
Doe de batterijen in de juiste richting in het batterijvak door de + en – tekens op de batterijen te laten overeenkomen met de polariteitsmerktekens (+ en –) in het batterijvak.
1
3
4
2
2 Verwijder de klep. 3 Doe de twee meegeleverde batterijen (AA,
R06, UM-3) overeenkomstig de polariteitsaanduidingen in het batterijvak.
4 Schuif de klep terug op zijn plaats.
Opmerkingen over batterijen
Vervang de batterijen wanneer u merkt dat het bereik van de afstandsbediening minder wordt.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
Gebruik geen verschillende soorten batterijen door
elkaar (zoals alkali en mangaan batterijen). Lees de aanwijzingen op de verpakking aandachtig door aangezien verschillende soorten batterijen qua vorm en kleur op elkaar kunnen lijken.
Als de batterijen onverhoopt gelekt hebben, dient u ze onmiddellijk te verwijderen. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan en laat het niet in contact komen met uw kleding enz. Maak het batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet.
Nederlands
3
Page 6
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Voorpaneel
12 543 67 8
VOLUME
STANDBY
/ON
SILENT
PHONES
SPEAKERS
9 0 q w r iute po
RDS MODE/FREQ EON
PTY SEEK
MODE START
PRESET/TUNING
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PROGRAM
A/B/C/D/E
NEXT
CONTROL
SET MENU
y
RDS MODE/FREQ
EON
PTY SEEK
MODE START
PRESET/TUNING FM/AM
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
a s fd
(Alleen modellen voor Europa en het V.K.)
1 STANDBY/ON toets
Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby). Wanneer u dit toestel aan zet, zult u een klik horen, waarna er een vertraging zal optreden van 4 a 5 seconden voor dit toestel in staat is geluid te reproduceren.
Standby-stand
In de standby-stand blijft dit toestel een kleine hoeveelheid stroom verbruiken zodat het kan reageren op de infrarood signalen van de afstandsbediening.
2 Sensor afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
3 Display voorpaneel
Hierop verschijnt de bedieningsinformatie van het toestel.
4 TUNING MODE (AUTO/MANL MONO) toets
Met deze toets kunt u schakelen tussen automatisch en handmatig afstemmen.
5 PRESET/TUNING (EDIT) toets
Hiermee schakelt u de PRESET/TUNING l / h toetsen heen en weer tussen het kiezen van een voorkeuzezender en het afstemmen op een bepaalde frequentie (ten teken waarvan de dubbele punt (:) al of niet getoond zal worden). Met deze toets kunt u ook twee voorkeuzezenders van plaats laten wisselen.
6 FM/AM toets
Met deze toets schakelt u de radio heen en weer tussen FM en AM.
7 MEMORY (MANL/AUTO FM) toets
Hiermee slaat u de huidige zender op in het geheugen.
8 VOLUME draaiknop
Hiermee kunt u het volume van alle audiokanalen instellen. Dit heeft geen invloed op het OUT (REC) uitgangsniveau.
9
SILENT (PHONES hoofdtelefoon-
aansluiting)
Via deze aansluiting kunt u het DSP effect beluisteren via een hoofdtelefoon. Wanneer u de stekker van uw hoofdtelefoon aansluit op de PHONES-aansluiting heeft dit geen invloed op de geluidsuitvoer van de luidsprekers. Om de signaaluitvoer naar de luidsprekers uit te schakelen, drukt u de schakelaar SPEAKERS ON/OFF in de stand OFF.
0 SPEAKERS ON/OFF
Hiermee schakelt u de luidsprekers die u heeft geselecteerd met SPEAKERS A/B in of uit.
q SPEAKERS A/B toetsen
Hiermee kunt u de set hoofd-luidsprekers die zijn aangesloten op de A of B aansluitingen selecteren.
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
4
Page 7
w STEREO (EFFECT) toets
Hiermee kunt u heen en weer schakelen tussen normale stereo weergave of weergave met DSP effecten. Wanneer STEREO is geselecteerd, worden signalen met 2 kanalen naar de linker en rechter hoofd-luidsprekers gestuurd zonder toegevoegde effecten en zullen alle Dolby Digital en DTS signalen (met uitzondering van het LFE kanaal) worden teruggemengd voor de linker en rechter hoofd­luidsprekers.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
(Alleen modellen voor Europa en het V.K.)
a RDS MODE/FREQ toets
Bij ontvangst van een RDS zender kunt u met deze toets de displayfunctie omschakelen naar PS, PTY, RT en/of CT (als de zender deze RDS diensten ondersteunt) of kiezen voor display van de frequentie waarop afgestemd is.
INLEIDING
e PROGRAM l / h toetsen
Hiermee kunt u het DSP geluidsveldprogramma selecteren.
r A/B/C/D/E toets
Hiermee kunt u een van de groepen voorkeuzezenders A t/m E selecteren.
NEXT toets
Hiermee maakt u selecties in het instelmenu wanneer het toestel niet als radio wordt gebruikt.
t PRESET/TUNING l / h toetsen
Hiermee kunt u de voorkeuzezenders 1 t/m 8 selecteren wanneer de dubbele punt (:) op het display op het voorpaneel staat, of de afstemmen op een bepaalde frequentie wanneer de dubbele punt (:) niet op het display staat.
SET MENU –/+ toetsen
Hiermee kunt u instellingen veranderen in het instelmenu wanneer het toestel niet als radio wordt gebruikt.
y CONTROL toets
Hiermee kunt u heen en weer schakelen tussen instelling van de weergave van de lage tonen (bass) of van de hoge tonen (treble).
u BASS/TREBLE –/+ toetsen
Hiermee kunt u de weergave van de lage en de hoge tonen verzwakken of versterken. Met elke druk op één van deze toetsen verandert het niveau met 2dB. Instelbereik: –10 t/m +10dB
s PTY SEEK MODE toets
Hiermee kunt u de PTY SEEK functie inschakelen om het toestel naar een programma van een bepaald type te laten zoeken.
d PTY SEEK START toets
Druk op deze toets om het toestel te laten zoeken naar het met de PTY SEEK functie ingestelde programmatype.
f EON toets
Druk op deze toets om het gewenste programmatype (NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) te kiezen wanneer u automatisch wilt afstemmen op een radioprogramma van dat type.
i INPUT MODE toets
Hiermee stelt u de prioriteit in voor de soorten ingangssignalen (AUTO, DTS, ANALOG) die worden ontvangen wanneer één component is aangesloten op twee soorten ingangsaansluitingen. U kunt de prioriteit voor audiobronnen niet instellen wanneer u 6CH INPUT als ingangsbron heeft geselecteerd.
o INPUT draaiknop l / h
Hiermee selecteert u de signaalbron waar u naar wilt luisteren of lijken.
p 6CH INPUT toets
Hiermee selecteert u de signaalbron die is aangesloten op de 6CH INPUT aansluitingen. Dit audiosignaal krijgt voorrang boven de met INPUT (of de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening) geselecteerde signaalbron.
Nederlands
5
Page 8
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
1
Afstandsbediening
Dit hoofdstuk beschrijft de bedieningsorganen en functies van de afstandsbediening.
DVD D-TV/CBL VCR POWER
q
2
CD MD/CD-R V-AUX 6CH IN
w
TUNER
A/B/C/D/E
PRESET
e
3
4
5
6
7
8
/DTS 6.1/5.1 NIGHT SLEEP
TEST
VOLUME
PROG PROG
MUTE
LEVEL
VOLUME
STEREO
SET MENU
r
t
y
u
i
9
1 Infraroodzender
Zendt infraroodsignalen uit. Richt deze zender op het toestel wanneer u de afstandsbediening gebruikt.
2 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee selecteert u de ingangsbron.
3 A/B/C/D/E toets
Hiermee kunt u een van de groepen voorkeuzezenders A t/m E selecteren.
4 q/DTS
Hiermee selecteert u de ingebouwde Dolby Digital, DTS, Dolby Pro Logic of Pro Logic II decoder.
5 6.1/5.1 toets
Hiermee kunt u de Dolby Digital + Matrix 6.1 of DTS + Matrix 6.1 decoder aan of uit zetten.
6 TEST toets
Hiermee schakelt u de testtoon in om de niveaus van de luidsprekers in te stellen.
7 MUTE toets
Schakelt de geluidsweergave tijdelijk uit (dempen). Druk nogmaals op deze toets om de geluidsweergave te hervatten op het oorspronkelijk ingestelde niveau.
8 LEVEL toets
Hiermee selecteert u het in te stellen effectkanaal.
0
9 PROGRAM –/+ toetsen
Hiermee kunt u het DSP geluidsveldprogramma selecteren.
0 Overige toetsen
Dit gedeelte wordt gebruikt bij het wijzigen en doorvoeren van instellingen.
q POWER toets
Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby).
w 6CH IN toets
Hiermee selecteert u de signaalbron die is aangesloten op de 6CH INPUT aansluitingen.
e PRESET –/+ toetsen
Hiermee kunt u voorkeuzezenders 1 t/m 8 selecteren.
r SLEEP toets
Met deze toets kunt u de slaaptimer inschakelen.
6
Page 9
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
t NIGHT toets
Hiermee zet u het toestel in de middernacht-luisterfunctie.
y STEREO toets
Hiermee kunt u heen en weer schakelen tussen normale stereo weergave of weergave met DSP effecten. Wanneer STEREO is geselecteerd, worden signalen met 2 kanalen naar de linker en rechter hoofd-luidsprekers gestuurd zonder toegevoegde effecten en zullen alle Dolby Digital en DTS signalen (met uitzondering van het LFE kanaal) worden teruggemengd voor de linker en rechter hoofd­luidsprekers.
u VOLUME +/ toetsen
Met deze toetsen kunt u het volume verhogen of verlagen.
i SET MENU toets
Hiermee schakelt u de instelfunctie in.
Gebruik van de afstandsbediening
VOLUME
PRESET/TUNINGFM/AM
CONTROL
SET MENU
Ongeveer 6 m
BASS/TREBLE
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONOMAN`L/AUTO FM
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PHONES
30° 30°
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
PROGRAM
NEXT
De afstandsbediening zendt een gerichte infrarode straal uit. U moet daarom de afstandsbediening direct op de sensor op het hoofdtoestel richten wanneer u dit met de afstandsbediening wilt bedienen.
Omgaan met de afstandsbediening
Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening.
Laat de afstandsbediening niet vallen.
Stel de afstandsbediening niet bloot aan deze
omstandigheden: – hoge vochtigheid of temperatuur, zoals in de buurt
van een verwarming, kachel of badkuip;
stof; ofzeer lage temperaturen.
INLEIDING
7
Nederlands
Page 10
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Display voorpaneel
13
V-AUXVCR
MATRIX
DIGITAL
PCM
VIRTUAL
SILENT
PL PL
~~~~~~~~~~~~~~
NIGHT HiFi
DSP
45
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
90qw yer uiop
a
1 Processor indicators
De indicator voor de gebruikte decoder licht op.
e HiFi DSP indicator
Licht op wanneer u een Hi-Fi DSP
62
TUNER CD
STEREO
CTRTPTYPS
HOLDPTYEON
AUTO
MEMORYTUNED
7
MUTE
SLEEP
ft
dB
VOLUME
8
L C R
RLLFE RC RR
t
(Alleen modellen voor Europa en het V.K.)
geluidsveldprogramma gebruikt.
2 VIRTUAL indicator
Deze licht op wanneer u het Virtual CINEMA DSP programma gebruikt.
r CINEMA DSP indicator
Licht op wanneer u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma gebruikt.
3 Hoofdtelefoon indicator
Deze indicator zal oplichten wanneer er een hoofdtelefoon aangesloten is.
t STEREO indicator
Licht op wanneer de “AUTO” afstem-indicator aan is en het toestel een sterk FM stereo signaal ontvangt.
4 Signaalbron-indicator
Laat met een soort cursor de huidige signaalbron zien.
y TUNED indicator
Licht op wanneer dit toestel op een zender afstemt.
5 Geluidsveld indicator
Wanneer u een DSP geluidsveldprogramma gebruikt, zullen de velden in kwestie oplichten.
u MEMORY indicator
Knippert als een zender kan worden opgeslagen.
6 AUTO indicator
Laat zien dat de tuner automatisch aan het afstemmen is.
7 MUTE indicator
Deze indicator gaat knipperen wanneer u het geluid tijdelijk heeft uitgeschakeld (MUTE).
8 VOLUME niveau-aanduiding
Deze balkjes geven het volumeniveau aan.
9 PCM indicator
Deze licht op wanneer het toestel PCM (pulscode­modulatie) digitale audiosignalen produceert.
0 SILENT indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten terwijl de digitale geluidsveldprocessor in werking is.
q Multi-informatie display
Hierop verschijnt het huidige DSP geluidsveldprogramma en andere informatie wanneer u instellingen wijzigt.
w NIGHT indicator
Licht op wanneer het toestel in de middernacht­luisterfunctie staat.
i SLEEP indicator
Deze indicator licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld.
o LFE indicator
Deze indicator zal oplichten wanneer het ingangssignaal een kanaal voor Lage Frequentie Effecten bevat.
p Ingangskanalen indicator
Bij weergave van een digitaal signaal zullen de indicators voor de weergegeven geluidskanalen oplichten.
a RDS indicator (Alleen modellen voor Europa
en het V.K.)
De naam (namen) van de RDS gegevens die worden geleverd door de RDS zender waar u op heeft afgestemd zal (zullen) oplichten. De EON indicator zal oplichten wanneer er is afgestemd op een RDS zender met EON gegevens over andere zenders. De PTY HOLD indicator zal oplichten wanneer er gezocht wordt naar zenders in de PTY SEEK zoekfunctie.
8
Page 11
AANSLUITINGEN
Voor u andere componenten gaat aansluiten
LET OP
Sluit dit toestel en andere componenten niet aan op de netspanning voor u alle aansluitingen tussen de componenten heeft gemaakt.
Let er op dat u alle aansluitingen op de juiste manier maakt, dus L (Links) op L, R (Rechts) op R, “+” op + en “–” op “–”. Sommige componenten hebben afwijkende aansluitingen of afwijkende benamingen voor de aansluitingen. Raadpleeg daarom de handleiding van elk van de op dit toestel aan te sluiten componenten.
Nadat u alle aansluitingen heeft gemaakt, moet u ze nog een keer allemaal nalopen om te zien of alles in orde is.
De naam van de aansluiting komt overeen met de aanduidingen bij gebruik van de ingangskeuzetoetsen.
DIGITAL INPUT ingangsaansluitingen (blz. 9 – 11)
Aansluitingen voor audio­componenten (blz. 11)
Aansluitingen voor video­componenten (blz. 10)
Digitale aansluitingen
Dit toestel heeft digitale aansluitingen om digitale signalen direct door te geven via hetzij coaxiale, hetzij optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen gebruiken om PCM, Dolby Digital en DTS bitstromen in te voeren. Om te kunnen genieten van de multikanaals soundtrack van DVD-materiaal enz. met DSP-effecten, dient u digitale aansluitingen te maken. Beide digitale ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.
Opmerking
De OPTICAL aansluiting van dit toestel voldoet aan de EIA normen. Als u een optische glasvezelkabel gebruikt die niet aan deze normen voldoet, is het mogelijk dat het toestel niet naar behoren functioneert.
Aansluitingen voor luidsprekers (blz. 16)
VOORBEREIDINGEN
AUDIO
LR
CD DVD
IN
(PLAY)
MD
/CD-R
OUT
DIGITAL
(REC)
INPUT
CD
2
MAIN
COAXIAL
SURROUND
OPTICAL
DVD
1
SUB
WOOFER
CENTER
6CH INPUT OUTPUT
6CH INPUT ingangsaansluitingen (blz. 13)
SUBWOOFER OUTPUT uitgangsaansluiting (blz. 16)
AUDIO VIDEO TUNER SPEAKERS
WOOFER
LR
AM
MONITOR
OUT
ANT
GND
75 UNBAL.
FM
ANT
D-TV /CBL
V-AUX
IN
VCR
OUT
SUB
CLASS 2 WIRING
A
LR
MAIN
MAIN A OR B : 6 MIN./SPEAKER
Deze aansluiting is uitsluitend voor gebruik door de fabrikant. Sluit geen andere apparatuur hierop aan.
Antenne aansluitingen (blz. 12)
B
LR
MAIN
CENTER
CENTER : 6 MIN./SPEAKER REAR
REAR
(
)
SURROUND
LR
: 6 MIN./SPEAKER
Nederlands
9
Page 12
AANSLUITINGEN
Aansluiten van videocomponenten
Aansluiten van een videomonitor
Sluit de video-ingangsaansluiting van uw monitor aan op de MONITOR OUT VIDEO aansluiting.
Aansluiten van een DVD-speler
Verbind de optisch digitale uitgangsaansluiting van de component in kwestie met de DIGITAL INPUT ingangsaansluiting en verbind de video uitgangsaansluiting van de component met de VIDEO aansluiting van dit toestel.
y
Gebruik de AUDIO aansluitingen van dit toestel voor video apparatuur zonder optisch digitale uitgangsaansluiting. Bij gebruik van de AUDIO aansluitingen kan echter geen multikanaals weergave worden verkregen.
Aansluiten van een digitale TV/kabel-TV
Verbind de video uitgangsaansluiting van uw component met de VIDEO aansluiting van dit toestel. Verbind de audio uitgangsaansluitingen van uw component met de AUDIO aansluitingen van dit toestel.
DVD-speler
O
OPTICAL OUTPUT
LVR
AUDIO OUTPUT
VIDEO OUTPUT
Aansluiten van een andere videocomponent
Verbind de video uitgangsaansluiting van uw component met de VIDEO aansluiting van dit toestel. Verbind de audio uitgangsaansluitingen van uw component met de AUDIO aansluitingen van dit toestel.
Aansluiten van opname-apparatuur
Verbind de audio-ingangsaansluitingen van uw video­component met de AUDIO OUT aansluitingen en verbind de video-ingangsaansluiting van deze component met de VIDEO OUT aansluiting van dit toestel om beelden te kunnen opnemen. Verbind de audio-uitgangsaansluitingen van uw video­component met de AUDIO IN aansluitingen en verbind de video-uitgangsaansluiting van deze component met de VIDEO IN aansluiting van dit toestel om videomateriaal afgespeeld op de broncomponent via dit toestel te kunnen weergeven.
Opmerking
Wanneer u eenmaal een component waarmee kan worden
TV/digitale TV/
VIDEO OUTPUT
kabel-TV
V
L R
AUDIO OUTPUT
VIDEO OUTPUT
Andere
videocomponent
L R
AUDIO OUTPUT
V
DIGITAL
INPUT
CD
COAXIAL
OPTICAL
DVD
AUDIO
LR
CD DVD
IN
(PLAY)
MD
/CD-R
OUT
(REC)
2
MAIN
SURROUND
1
SUB
WOOFER
CENTER
6CH INPUT OUTPUT
AUDIO OUTPUT
LR
AUDIO VIDEO TUNER
LR
AM
SUB
WOOFER
AUDIO INPUT
D-TV
/CBL
V-AUX
IN
VCR
OUT
LR
MONITOR
OUT
ANT
GND
FM
ANT
V V
Videorecorder
75 UNBAL.
VIDEO INPUT
VIDEO OUTPUT
V
VIDEO INPUT
Video-monitor
geeft de audio-signaalrichting aan
L
geeft linker analoge signaalkabel aan
R
geeft rechter analoge signaalkabel aan
geeft optische glasvezelkabel aan
O
geeft de video-signaalrichting aan
V
geeft videokabels aan
10
Page 13
AANSLUITINGEN
Aansluiten van audiocomponenten
Aansluiten van een CD-speler
Verbind de coaxiaal digitale uitgangsaansluiting van uw CD-speler met de DIGITAL INPUT CD aansluiting.
y
Gebruik de AUDIO aansluitingen op dit toestel om een CD­speler zonder COAXIAL DIGITAL OUTPUT aansluiting aan te sluiten of om op te nemen van CD-spelers.
Aansluiten van een CD-recorder of
MD-recorder
Verbind de ingangsaansluitingen van uw CD- of MD­recorder met de MD/CD-R OUT (REC) aansluitingen. Verbind de uitgangsaansluitingen van uw CD- of MD-recorder met de MD/CD-R IN (PLAY) aansluitingen om uw opname-apparatuur ook als signaalbron te kunnen gebruiken.
L
COAXIAL OUTPUT
R
L
R
C
CD-recorder of
MD-recorder
CD-speler
AUDIO OUTPUT
AUDIO INPUT
Opmerking
Wanneer u opname apparatuur aansluit op dit toestel, dient u deze apparatuur ingeschakeld te houden terwijl u dit toestel gebruikt. Als de stroom is uitgeschakeld, is het mogelijk dat dit toestel de geluidssignalen van andere apparatuur vervormt.
DIGITAL
INPUT
CD
COAXIAL
OPTICAL
DVD
AUDIO
LR
CD DVD
IN
(PLAY)
MD
/CD-R
OUT
(REC)
2
MAIN
SURROUND
1
SUB
WOOFER
CENTER
6CH INPUT OUTPUT
AUDIO VIDEO TUNER
LR
AM
SUB
WOOFER
D-TV
/CBL
V-AUX
VCR
OUT
IN
MONITOR
OUT
ANT
GND
75 UNBAL.
FM
ANT
VOORBEREIDINGEN
AUDIO OUTPUT
L
R
geeft de signaalrichting aan
L
geeft linker analoge signaalkabel aan
R
geeft rechter analoge signaalkabel aan
C
geeft coaxiale kabel aan
Nederlands
11
Page 14
AANSLUITINGEN
50 kHz/ 9kHz
100 kHz/10kHz
FM/AM
FREQUENCY STEP
Aansluiten van de antennes
Dit toestel wordt geleverd met zowel een AM als een FM binnenantenne. In de meeste gevallen zullen deze antennes zorgen voor een voldoende ontvangst.
Sluit de antennes op de juiste wijze aan op de daarvoor bestemde aansluitingen.
AM ringantenne
(meegeleverd)
EO TUNER
AM ANT
GND
75 UNBAL.
FM ANT
MONITOR
OUT
Aarde (GND aansluiting)
Voor maximale veiligheid en minimum storing dient u de antenne GND aansluiting goed te aarden. Een goede aarding wordt bijvoorbeeld geboden door een metalen pen die in vochtige grond gedreven is.
FM binnenantenne (meegeleverd)
Aansluiten van de AM ringantenne
1 Zet de AM ringantenne in elkaar en sluit
deze vervolgens aan op het toestel.
2 Druk op het lipje en steek de draden van de
AM ringantenne in de AM ANT en GND (aarde) aansluitingen.
3 Zet de AM ringantenne zo neer dat u de
beste ontvangst krijgt.
Opmerkingen
Zet de AM ringantenne zo ver mogelijk bij dit toestel vandaan.
De AM ringantenne moet aangesloten blijven, ook al heeft u
een AM buitenantenne op dit toestel aangesloten.
Een op de juiste manier aangesloten buitenantenne biedt een betere ontvangst dan een binnenantenne. Als u de ontvangst slecht vindt, kan een buitenantenne misschien soelaas bieden. Raadpleeg uw dichtstbijzijnde YAMAHA dealer of service-centrum omtrent de aansluiting van een buitenantenne.
FREQUENCY STEP schakelaar (Alleen algemene modellen)
Omdat de afstand tussen de aan de zenders toegewezen frequenties per gebied verschilt, kunt u met de FREQUENCY STEP schakelaar (op het achterpaneel) dit toestel aanpassen aan het gebied waar u zich bevindt. Noord, Midden en Zuid Amerika: 100 kHz/10 kHz Andere gebieden: 50 kHz/9 kHz Voor u deze schakelaar omzet, moet u de stekker van het toestel uit het stopcontact halen.
12
Page 15
/CD-R
Aansluiten van een externe decoder
Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (MAIN links en rechts, CENTER, SURROUND links en rechts en SUBWOOFER) voor gescheiden multikanaals ingangssignalen van een component die is uitgerust met een multikanaals decoder en 6-kanaals uitgangsaansluitingen, zoals een DVD/SACD-speler.
AANSLUITINGEN
OUT
DIGITAL
(REC)
INPUT
CD
2
MAIN
COAXIAL
SURROUND
OPTICAL
DVD
1
SUB
WOOFER
CENTER
6CH INPUT OUTPUT
CENTER SURROUND
CENTER SURROUND
SUBWOOFER MAIN
SUBWOOFER MAIN
SUB
WOOFER
V-AUX
VCR
OUT
IN
L R
MONITOR
OUT
75 UNBAL.
FM
ANT
LR
DVD/SACD-speler
Opmerking
Wanneer u 6CH INPUT als signaalbron kiest, zal het toestel automatisch de digitale geluidsveld-processor uitschakelen en kunt u geen gebruik maken van de DSP programma’s.
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
13
Page 16
AANSLUITINGEN
Aansluiten van de luidsprekers
Luidsprekers
Dit toestel is ontworpen voor een zo hoog mogelijke kwaliteit van het geproduceerde geluidsveld met een systeem bestaande uit 5 luidsprekers, met linker en rechter hoofd-luidsprekers, linker en rechter achter­luidsprekers en een midden-luidspreker. Als verschillende merken luidsprekers (met verschillende weergave­karakteristieken) door elkaar gebruikt, is het mogelijk dat bijvoorbeeld een menselijke stem of andere geluiden niet vloeiend kan worden weergegeven. Wij raden u daarom aan luidsprekers van dezelfde fabrikant of luidsprekers met dezelfde weergave-karakteristieken te gebruiken.
De hoofd-lss wo gebr voor wg van de belangrijkste signalen plus de effectgeluiden. Dit zullen waarschijnlijk de luidsprekers van uw huidige stereosysteem zijn. De achter-luidsprekers worden gebruikt voor effect- en surroundgeluiden. De midden-luidspreker is bedoeld voor weergave van gecentreerde geluiden (dialogen, vocalen enz.).
Voor de hoofd-luidsprekers dient u modellen met een zeer hoog prestatieniveau te nemen, met voldoende vermogen voor het maximum uitgangsvermogen van uw audiosysteem. De andere luidsprekers hoeven niet aan dergelijke hoge eisen te voldoen. Voor een zeer accurate plaatsing van de geluidsweergave is het echter aan te bevelen modellen te gebruiken die gelijkwaardig zijn aan de hoofd-luidsprekers.
Gebruik van een subwoofer verdiept het geluidsveld
U kunt uw systeem verder uitbreiden met een subwoofer. Een subwoofer helpt niet alleen bij de weergave van de lage tonen via een of alle kanalen, maar ook bij het zuiver weergeven van het LFE (Lage Frequentie Effecten) kanaal van Dolby Digital of DTS signalen. Het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System is ideaal voor een natuurlijke en levendige reproductie van de lage tonen.
Opstellen van de luidsprekers
Raadpleeg de volgende afbeelding wanneer u uw luidsprekers gaat opstellen.
Hoofd-luidspreker (R)Midden-luidspreker
Achter-luidspreker (R)
Subwoofer
Hoofd­luidspreker (L)
Achter-luidspreker (L)
Hoofd-luidsprekers
Zet de linker en rechter hoofd-luidsprekers op gelijke afstanden van de belangrijkste luisterplek. De afstand van elk van deze luidsprekers tot de video-monitor moet ook gelijk zijn.
Midden-luidspreker
Breng de voorkant van de midden-luidspreker in lijn met de voorkant van het beeldscherm van de video-monitor. Plaats de luidspreker zo dicht mogelijk bij de monitor, bijvoorbeeld er direct onder of er bovenop en midden tussen de hoofd-luidsprekers.
Achter-luidsprekers
Plaats deze luidsprekers achter de luisterplek en richt ze een beetje naar binnen, ongeveer 1,8 m boven de vloer.
Subwoofer
De plaatsing van de subwoofer is niet kritiek, vanwege het ongerichte karakter van de lage tonen. Het is wel beter de subwoofer in de buurt van de hoofd-luidsprekers te plaatsen. Keer de subwoofer een beetje naar het midden van de ruimte om weerkaatsingen via de wanden te verminderen.
Opmerking
Als u geen effect-luidsprekers gebruikt (achter en/of midden), dient u in het instelmenu de SOUND 1 SPEAKER SET instellingen aan te passen zodat deze signalen worden weergegeven via aansluitingen waarop u wel luidsprekers heeft aangesloten.
1,8 m
14
LET OP
Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als dit type luidspreker nog steeds het beeld van uw monitor verstoord, zet ze dan verder bij de beeldbuis vandaan.
Page 17
AANSLUITINGEN
Aansluitingen
Let er op dat u de linker (L) en de rechter (R) kanalen en ook de + (rood) en –” (zwart) polariteit van de luidsprekers op de juiste manier aansluit. Als u de aansluitingen ondeugdelijk zijn, zullen de luidsprekers geen geluid produceren en als u luidsprekers verkeerd om aansluit (
LET OP
Gebruik uitsluitende met de op het achterpaneel van dit toestel aangegeven impedantie.
Zorg ervoor dat de luidsprekerdraden elkaar niet kunnen raken en ook geen metalen onderdelen van het toestel
kunnen raken. Hierdoor kan het toestel zowel als de luidsprekers beschadigd raken.
10 mm
12
+
op –), zal de geluidsweergave onnatuurlijk zijn en weinig lage tonen bevatten.
Een luidsprekersnoer bestaat eigenlijk uit een paar van isolatie voorziene draden naast elkaar. Een van deze draden heeft een afwijkende kleur of vorm, misschien heeft deze een streepje, een groef of een ribbel.
1 Strip ongeveer 10 mm van de isolatie van de
uiteinden van beide draden.
2 Draai de blote uiteinden van de draden in
elkaar om kortsluiting te voorkomen.
Aansluiting op de MAIN A SPEAKERS aansluitingen
VOORBEREIDINGEN
1 Draai de knop van de aansluiting los. 2 Steek alleen het blote stukje draad in de
opening in de zijkant van de aansluiting.
3 Draai de knop weer vast.
Rood: positief (+) Zwart: negatief (–)
2
1
3
y
(Behalve modellen voor het V.K., Europa, Korea en Singapore)
U kunt de aansluitingen ook maken met bananenstekkers.
Bananenstekker
(Behalve modellen voor het V.K., Europa, Korea en Singapore)
Aansluiting op de MAIN B, CENTER en REAR SPEAKERS aansluitingen
Draai eerst de knop van de aansluiting vast en steek vervolgens de stekker in het gat van de knop.
1 Druk het klepje in om het te openen.
Rood: positief (+) Zwart: negatief (–)
3
1
2 Steek één blote draad in de opening van elke
aansluiting.
3 Laat het klepje los om de draad vast te
2
zetten.
15
Nederlands
Page 18
AANSLUITINGEN
AUDIO
CD DVD
IN
(PLAY)
MD
/CD-R
OUT
DIGITAL
(REC)
INPUT
CD
2
MAIN
COAXIAL
SURROUND
OPTICAL
DVD
1
SUB
WOOFER
6CH INPUT OUTPUT
A hoofd-luidspreker
Rechts Links Links
B hoofd-luidspreker
Rechts
21
AUDIO VIDEO TUNER SPEAKERS
LR
CENTER
WOOFER
LR
AM
MONITOR
OUT
ANT
GND
75 UNBAL.
FM ANT
D-TV /CBL
V-AUX
IN
VCR
OUT
SUB
CLASS 2 WIRING
A
LR
MAIN
MAIN A OR B : 6 MIN./SPEAKER
B
LR
MAIN
CENTER
CENTER : 6 MIN./SPEAKER REAR
REAR
(
)
SURROUND
LR
: 6 MIN./SPEAKER
3
4
Subwoofer-
Midden-
luidspreker
Rechts Links
systeem Achter-luidspreker
65
MAIN SPEAKERS aansluitingen
U kunt hier indien gewenst twee luidsprekersystemen aansluiten. Als u slechts een enkel luidsprekersysteem gebruikt, kunt u kiezen of u de MAIN A of MAIN B aansluiting wilt gebruiken.
REAR SPEAKERS aansluitingen
2
3
1
4
5
U kunt hier een achter-luidsprekersysteem aansluiten.
CENTER SPEAKER aansluitingen
6
U kunt hier een midden-luidspreker aansluiten.
De afbeelding toont de opstelling van de luidsprekers in de kamer.
De SUBWOOFER aansluiting
Wanneer u een subwoofer met ingebouwde versterker gebruikt, inclusief het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System, dient u de ingangsaansluiting van het subwoofersysteem te verbinden met deze aansluiting. De zeer lage tonen voor de hoofd-, midden- en/of achterkanalen worden dan naar deze aansluiting gestuurd overeenkomstig uw SPEAKER SET instellingen. De LFE (Lage Frequentie Effecten) signalen voor Dolby Digital of DTS materiaal worden eveneens naar deze aansluiting gestuurd overeenkomstig uw SPEAKER SET instellingen.
Opmerkingen
De afsnijfrequentie voor de SUBWOOFER aansluiting is 90 Hz.
Als u geen subwoofer gebruikt, dient u de signalen daarvoor te laten weergeven door e linker en rechter hoofd-luidsprekers door de SOUND 1 SPEAKER SET instelling 1D BASS via het instelmenu te veranderen in MAIN.
Gebruik de regeling op de subwoofer zelf om het volumeniveau daarvan te regelen. U kunt het volumeniveau ook met de
afstandsbediening van dit toestel regelen (zie INSTELLEN VAN DE WEERGAVENIVEAUS VAN DE LUIDSPREKERS op bladzijde 45).
16
Page 19
AANSLUITINGEN
U
N N
Aansluiten van netsnoeren
VOLTAGE SELECTOR
VOLTAGE
SELECTOR
REAR
)
RROUND
L
./SPEAKER ./SPEAKER
(Algemene modellen)
Aansluiten van het netsnoer
Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact.
VOLTAGE SELECTOR (Alleen algemene modellen)
De VOLTAGE SELECTOR (voltage keuzeschakelaar) op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de netspanning van het door u gebruikte stroomnet VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages bedragen 110V-120V/220V-240V wisselstroom 50/60 Hz.
110V-120V
220V-240V
Inschakelen van de stroom
Pas wanneer alle aansluitingen gemaakt zijn, mag u dit toestel inschakelen.
1
VOLUME
PRESET/TUNING FM/AM
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
PHONES
PROGRAM
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
SET MENU
NEXT
DVD D-TV/CBL VCR POWER
CD MD/CD-R V-AUX 6CH IN
TUNER
PROG PROG
PRESET
A/B/C/D/E
/DTS 6.1/5.1 NIG HT SLEEP
TEST
VOLUME
STEREO
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
1
1 Druk op STANDBY/ON (POWER op de
afstandsbediening) om dit toestel aan te zetten.
STANDBY
/ON
Voorpaneel
of
POWER
Afstandsbediening
VOORBEREIDINGEN
Het niveau van het hoofdvolume zal op het display op het voorpaneel getoond worden, gevolgd door de naam van het DSP programma.
Nederlands
17
Page 20
BASIS SYSTEEM-INSTELLINGEN
Via het “BASIC menu kunt u gemakkelijk enkele fundamentele SOUND parameters instellen. Als u het toestel preciezer wilt aanpassen aan uw luisteromgeving of uw persoonlijke voorkeuren, kunt u de meer gedetailleerde instellingen via het “SOUND” menu gebruiken, in plaats van het “BASIC menu (zie bladzijde 40). Als u via het BASIC menu instellingen wijzigt, worden alle SOUND menu instellingen teruggezet op de standaardwaarden.
Gebruiken van het basismenu
Gebruik de afstandsbediening voor het aanpassen van de instellingen.
Druk op SPEAKERS A/B op het voorpaneel om de hoofd-luidsprekers die u wilt gebruiken te selecteren en zet SPEAKERS ON/OFF op ON.
Zorg ervoor dat er geen hoofdtelefoon is aangesloten op dit toestel.
TEST
PROG PROG
LEVEL
3,6
VOLUME
MUTE
VOLUME
STEREO
SET MENU
1
2,4
1 Druk op SET MENU.
BASIC MENU verschijnt op het display op het voorpaneel, zoals op de afbeelding hieronder.
SET MENU
BASIC MENU
Als er iets anders dan “BASIC MENU op het voorpaneel verschijnt, dient u op u te drukken tot BASIC MENU verschijnt.
2 Druk op –/+ om het BASIC instelmenu te
openen.
Het display op het voorpaneel verandert als volgt:
3 Druk op u / d om de instelling die u wilt
wijzigen te selecteren.
SETUP
Hiermee kunt u de instellingen voor de luidsprekers en de versterker afstemmen op de ruimte die u gebruikt. Raadpleeg Instellen van uitgangsniveaus aan de hand van uw luidsprekersysteem op bladzijde 20 voor meer informatie.
SP LEVEL
Hiermee kunt u de uitgangsniveaus van de luidsprekers instellen. Raadpleeg Instellen van de uitgangsniveaus van de luidsprekers” op bladzijde 20 voor meer informatie.
4 Druk op –/+ om de gewenste instelfunctie in
te schakelen.
5 Wijzig de instellingen om uw toestel
optimaal af te stemmen op uw luisteromgeving. Als u klaar bent, zal het toestel automatisch terugkeren naar het basismenu.
6 Druk op u / d om het instelmenu te
verlaten.
Het display op het voorpaneel zal als volgt veranderen:
Afsluiten
BASIC
↓↑
SOUND
↓↑
INPUT
↓↑
OPTION
Afsluiten
18
1 SETUP
Page 21
SET MENU
BASIC SOUND INPUT OPTION
BASIS SYSTEEM-INSTELLINGEN
1 SETUP
Druk op –/+ om elk van de instellingen te wijzigen. Gebruik d om naar de volgende instelling te gaan.
1 ROOM
U kunt kiezen uit S/M/L.
2 SUBWOOFER
Kies YES/NONE (ja/geen).
3 SPEAKERS
U kunt kiezen uit 2/3/4/5 spk.
CANCEL
4 SET/CANCEL
Kies SET/CANCEL (instellen/ annuleren).
2 SP LEVEL
Druk op
–/+
luidsprekers af te stemmen op de weergave van de linker hoofd-luidspreker. Met d kunt u naar de volgende instelling gaan.
om de balans van de andere
1 L-R
Regelen van de balans tussen de linker en rechter hoofd-luidsprekers.
2 C
Regelen van de balans tussen de midden luidspreker en de linker hoofd-luidspreker.
3 RL
Regelen van de balans tussen de linker achter­luidspreker en de linker hoofd-luidspreker.
4 RR
Regelen van de balans tussen de linker en rechter achter-luidsprekers.
VOORBEREIDINGEN
SET
YES
Nadat u de 1 SETUP waarden heeft gewijzigd, moet u de uitgangsniveaus van uw luidsprekers opnieuw instellen via2 SP LEVEL”.
Zie de blz. 39 44 voor een gedetailleerde uitleg over de SOUND”, “INPUT en OPTION menus.
5 CHECK OK:
Kies YES/NO.
NO
5 SWFR
Regelen van de balans tussen de linker hoofd-luidspreker en de subwoofer.
Nederlands
19
Page 22
BASIS SYSTEEM-INSTELLINGEN
Instellen van uitgangniveaus aan de hand van uw luidsprekersysteem
Volg de onderstaande aanwijzingen om de weergave van de versterker aan te passen aan de afmetingen van de ruimte waar uw installatie is opgesteld en aan uw luidsprekers. Gebruik u / d om door de instellingen 1 t/m 4 te bladeren en –/+ om de gekozen instelling te wijzigen. De fabrieksinstellingen worden aangegeven.
1 ROOM
Instel-mogelijkheden: S, M, L Selecteer de grootte van de ruimte waar uw luidsprekers staan. Grof gezegd zijn de afmetingen waaruit u kunt kiezen:
[Modellen voor de VS en Canada] S: 16ft. x 3ft., 200sq.ft. (4,8 x 4m, 20m M: 20ft. x 16ft., 300sq.ft. (6,3 x 5,0m, 30m L: 26ft. x 19ft., 450sq.ft. (7,9 x 5,8m, 45m2)
[Overige modellen] S: 3,6m x 2,8m, 10m M: 4,8m x 4,0m, 20m L: 6,3m x 5,0m, 30m
2
2
2
2 SUBWOOFER
Instel-mogelijkheden: YES, NONE Kies YES als u een subwoofer in uw systeem heeft, of NONE als u geen subwoofer heeft.
2
)
2
)
5 Gebruik de testtoon om het weergaveniveau
van de luidsprekers te controleren.
Wanneer u SET kiest bij 4, zal het “CHECK: TestTone display verschijnen en zal het toestel een testtoon laten horen via de luidsprekers, elk op zijn beurt. Wanneer de testtoon begint, verandert het display: “CHECK OK?-- YES”.
Als het volume van de testtoon niet via alle luidsprekers hetzelfde klinkt, kunt u met –/+ de aanduiding op het display veranderen in “NO”. Het toestel gaat dan automatisch naar de “2 SP LEVEL” functie. Wanneer de testtoon via alle luidsprekers even hard klinkt kiest u “CHECK OK: YES”. Druk op d om het SETUP menu te verlaten.
Opmerkingen
De testtoon zal twee keer alle luidsprekers één voor één aflopen.
De indicator voor de luidspreker via welke de testtoon op dit
moment wordt weergegeven, zal gaan knipperen op het display op het voorpaneel.
Instellen van de uitgangniveaus van de luidsprekers (SP LEVEL)
Via dit menu kunt u het volume van de testtoon uit elk van de andere luidsprekers vergelijken met dat van de linker hoofd-luidspreker (of linker achter-luidspreker) zodat uiteindelijk alle luidsprekers even hard klinken. Druk op u / d om een luidspreker te selecteren en stel de balans in met –/+.
3 SPEAKERS
Instel-mogelijkheden: 2, 3, 4, 5 (spk) Selecteer het aantal luidsprekers dat u gebruikt in uw configuratie. In dit aantal is uw subwoofer niet inbegrepen.
Instelling
2spk
3spk
4spk
5spk
Display
L R
L C R
L R
RL RR
L C R
RL RR
Luidspreker
Hoofd-L/Hoofd-R
Hoofd-L/Midden/Hoofd-R
Hoofd-L/Hoofd-R/Achter­L/Achter-R
Hoofd-L/Midden/Hoofd-R/ Achter-L/Achter-R
4 SET of CANCEL
Kies SET om de wijzigingen die u heeft aangebracht in de bovengenoemde instellingen definitief te maken. Het toestel produceert vervolgens een testtoon via de luidsprekers (zie 5). U kunt ook CANCEL kiezen om dit menu te verlaten zonder de instellingen van het toestel te wijzigen.
Opmerking
Het toestel zal de testtoon om en om weergeven via de linker hoofd- (of achter-) luidspreker en de geselecteerde luidspreker. De indicator voor de luidspreker via welke de testtoon op dit moment wordt weergegeven, zal gaan knipperen op het display op het voorpaneel.
1 L-R
Instellen van de balans tussen de linker en rechter hoofd-luidsprekers.
2 C
Instellen van de balans tussen de midden luidspreker en de linker hoofd-luidspreker.
3 RL
Instellen van de balans tussen de linker hoofd en linker achter-luidsprekers.
4 RR
Instellen van de balans tussen de linker en rechter achter-luidsprekers.
5 SWFR
Regelen van de balans tussen de linker hoofd­luidspreker en de subwoofer.
20
Page 23
1
PRESET/TUNING FM/AM
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
PHONES
34 5
PROGRAM
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
8
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
SET MENU
NEXT
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
7
WEERGAVE
5 Druk herhaaldelijk kd op INPUT l / h (de
7
VOLUME
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
5
ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening) en sel de gewenste sbr.
De naam en ingangsfunctie van de geselecteerde signaalbron worden een paar seconden lang op het voorpaneel getoond.
DVD D-TV/CBL VCR
INPUT
of
CD MD/CD-R V-AUX
TUNER
5
DVD D-TV/CBL VCR POWER
CD MD/CD-R V-AUX 6CH IN
TUNER
PROG PROG
LEVEL
PRESET
A/B/C/D/E
/DTS 6.1/5.1 NIGHT SLEEP
TEST
VOLUME
MUTE
VOLUME
1 5
STEREO
7
SET MENU
8
1 Druk op STANDBY/ON (POWER op de
afstandsbediening) om dit toestel aan te zetten.
STANDBY
/ON
Voorpaneel
of
POWER
Afstandsbediening
2 Zet de op dit toestel aangesloten video-
monitor aan.
3 Druk SPEAKERS ON/OFF
in de ingedrukte stand (ON).
SPEAKERS
AON
BOFF
Voorpaneel
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD AUTO
Afstandsbediening
DVD
MD/CD-R
TUNER CD
VOLUME
L R
Geselecteerde signaalbron
Selecteren van de op de 6CH INPUT aansluitingen aangesloten audiobron
U moet de ingang selecteren waarop de videobron is aangesloten voor u de audiobron selecteert.
Druk op 6CH INPUT tot “6CH INPUT” verschijnt op het display op het voorpaneel.
6CH INPUT
of
Voorpaneel
6CH IN
Afstandsbediening
Opmerking
Als 6CH INPUT wordt getoond op het display op het voorpaneel kan er geen andere signaalbron worden weergegeven. Om een andere signaalbron te selecteren dient u eerst op 6CH INPUT te drukken zodat “6CH INPUT” weer van het display op het voorpaneel verdwijnt.
BASISBEDIENING
4 Druk SPEAKERS A/B in de
ingedrukte (A) of uitgedrukte (B) stand om de hoofd-luidsprekers die u wilt gebruiken te kiezen.
SPEAKERS
AON
BOFF
Nederlands
21
Page 24
WEERGAVE
6 Begin de weergave of stem af op een zender
op de bronapparatuur.
Raadpleeg de handleiding van de betreffende apparatuur.
7 Stel het volume in op het gewenste niveau.
Het volumeniveau wordt digitaal aangegeven. Voorbeeld: –70 dB Instelbereik: VOLUME MUTE (minimum) t/m
0 dB (maximum) De indicator voor het volumeniveau geeft het huidige volume ook aan met een balk.
VOLUME
of
Voorpaneel
VOLUME
MUTE
VOLUME
Afstandsbediening
Indien gewenst kunt u CONTROL en BASS/ TREBLE –/+ gebruiken. Deze toonregeling geldt alleen voor de weergave via de hoofd-luidsprekers.
CONTROL
BASS/TREBLE
Voorpaneel
Opmerkingen
Als u de hoge of lage tonen teveel versterkt of verzwakt, is het mogelijk dat de toonkwaliteit van de midden- en achter­luidsprekers niet overeenkomt met die van de linker en rechter hoofd-luidsprekers.
Als u opname-apparatuur heeft aangesloten op de VCR OUT of MD/CD-R OUT aansluitingen en u merkt dat er storing optreedt of dat het volume te laag is bij weergave van andere componenten, dan moet u proberen de opname-apparatuur in te schakelen, ook al gebruikt u deze apparatuur op het moment niet.
8 Selecteer indien gewenst een DSP
programma.
Gebruik PROGRAMl / h (PROG –/+ op de afstandsbediening) om een DSP programma te selecteren. Zie de bladzijden 27 – 30 voor details omtrent DSP programma’s.
PROGRAM
PROG PROG
of
MUTE
Achtergrondvideo (BGV) functie
De achtergrondvideo (BGV) functie stelt u in staat een videosignaal van een videobron te combineren met een audiosignaal van een audiobron. Zo kunt u bijvoorbeeld naar klassieke muziek luisteren terwijl u een video van een rustgevend landschap bekijkt.
Selecteer een signaalbron uit de video-groep en kies vervolgens een signaalbron uit de audio-groep met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening.
DVD D-TV/CBL VCR
CD MD/CD-R V-AUX
TUNER
Tijdelijk uitschakelen (dempen) van de geluidsweergave
Druk op MUTE op de afstandsbediening.
MUTE
Druk nog een keer op MUTE om de geluidsweergave weer te hervatten.
y
Via OPTION 3 AUDIO MUTE in het instelmenu kunt u de
volumevermindering instellen.
U kunt de geluidsweergave ook weer inschakelen door op
VOLUME +/– enz. te drukken.
Terwijl de geluidsweergave tijdelijk is uitgeschakeld
(demping), zal de MUTE indicator knipperen op het display op het voorpaneel.
Middernacht-luisterfunctie
In deze luisterfunctie wordt gesproken tekst duidelijk weergegeven terwijl geluidseffecten zachter klinken zodat u gemakkelijker bij een laag volume, bijvoorbeeld s nachts, kunt luisteren.
Druk op NIGHT op de afstandsbediening.
Druk nog eens op NIGHT om terug te keren naar de normale weergave.
Opmerking
Als u het toestel standby zet wordt de middernacht-
luisterfunctie geannuleerd.
y
De middernacht-luisterfunctie kan worden gebruikt met elk
geluidsveldprogramma.
De NIGHT indicator op het display op het voorpaneel licht op
wanneer het toestel in de middernacht-luisterfunctie staat.
De effectiviteit van de middernacht-luisterfunctie hangt mede
af van het ingangssignaal en de instellingen voor de surround­weergave.
Als u het toestel niet meer wilt gebruiken
NIGHT
22
Voorpaneel Afstandsbediening
Druk op STANDBY/ON (POWER op de afstandsbediening) om dit toestel in standby te zetten.
POWER
STANDBY
/ON
Voorpaneel
of
Afstandsbediening
Page 25
WEERGAVE
Ingangsfuncties en aanduidingen
Dit toestel heeft 2 types ingangsaansluitingen voor uitsluitend CD- en DVD-bronnen. U kunt het gewenste type ingangssignaal selecteren.
Telkens wanneer het toestel wordt ingeschakeld zal de onder INPUT 2 INPUT MODE van het instelmenu bepaalde ingangsfunctie worden ingeschakeld.
Druk net zo vaak op INPUT MODE tot de gewenste ingangsfunctie verschijnt op het display op het voorpaneel.
INPUT MODE
Voorpaneel
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER CD
VOLUME
DVD AUTO
Ingangsfunctie
AUTO: In deze stand zal het ingangssignaal
automatisch als volgt worden geselecteerd:
1) Digitaal signalen
2) Analoge signalen
DTS: In deze functie worden alleen DTS
gecodeerde digitale signalen geselecteerd, ook als er tegelijkertijd andere ingangssignalen beschikbaar zijn.
ANALOG: In deze functie worden alleen analoge
signalen geselecteerd, ook als er tegelijkertijd digitale ingangssignalen beschikbaar zijn.
Opmerkingen
Als u AUTO heeft geselecteerd, zal dit toestel automatisch het type signaal bepalen. Als er een Dolby Digital of DTS signaal wordt herkend, zal de decoder automatisch de bijbehorende instellingen verrichten.
Bij weergave van Dolby Digital of DTS gecodeerde discs op sommige LD- of DVD-spelers, is het mogelijk dat de geluidsweergave eventjes stokt wanneer de weergave wordt hervat nadat er op de disc gezocht is omdat het digitale signaal opnieuw herkend en geselecteerd moet worden.
Voor LD materiaal zonder digitale soundtrack, is het mogelijk dat er bij sommige LD-spelers geen geluid zal worden weergegeven. Zet in een dergelijk geval de ingangsfunctie op ANALOG te zetten.
L R
Opmerkingen over digitale signalen
De digitale ingangsaansluitingen van dit toestel zijn geschikt voor digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz. Let op de volgende punten wanneer het ingangssignaal een hogere bemonsteringsfrequentie dan 48 kHz heeft:
U kunt geen DSP programmas gebruiken.
Er zal alleen 2-kanaals stereo worden gereproduceerd
via de linker en rechter hoofd-luidsprekers. Daarom kunt u het niveau van de effect-luidsprekers niet aanpassen terwijl u naar een dergelijke signaalbron luistert.
Opmerkingen bij weergave van een DTS-CD/LD’s
Als het digitale uitgangssignaal van de speler op de een
of andere manier is bewerkt, kunt u mogelijk het DTS signaal niet meer decoderen, ook al is er een digitale verbinding tussen dit toestel en de speler.
Als u een DTS gecodeerd bronsignaal weergeeft en de
ingangsfunctie op ANALOG zet, zal dit toestel de ruis behorend bij een rauw DTS signaal weergeven. In dit geval dient u de signaalbron aan te sluiten op een digitale ingangsaansluiting en dient u de ingangsfunctie op AUTO of DTS te zetten.
Als u de ingangsfunctie op ANALOG zet terwijl er een
DTS gecodeerd signaal wordt weergegeven, zal dit toestel geen geluid produceren.
Als u een DTS gecodeerd bronsignaal weergeeft en de
ingangsfunctie op AUTO zet; – Zal dit toestel automatisch bij detectie van een DTS
signaal naar de DTS-decodering functie schakelen (de t indicator zal oplichten). De t indicator kan direct na het einde van de weergave van een DTS gecodeerd bronsignaal gaan knipperen. Terwijl deze indicator aan het knipperen is, kan er alleen een DTS gecodeerd bronsignaal worden weergegeven. Als u nu een gewoon PCM bronsignaal wilt laten weergeven, dient u de ingangsfunctie terug op AUTO te zetten.
– De t indicator kan gaan knipperen wanneer de
ingangsfunctie op AUTO staat en er gezocht wordt of een stuk wordt overgeslagen bij weergave van een DTS gecodeerd bronsignaal. Als deze toestand 30 seconden of langer voortduurt, zal het toestel automatisch van de “DTS-decodering” functie overschakelen naar de ingangsfunctie voor digitale PCM signalen. De t indicator zal vervolgens doven.
BASISBEDIENING
23
Nederlands
Page 26
WEERGAVE
Selecteren van een geluidsveldprogramma
U kunt uw luister-ervaring verbeteren door een DSP geluidsveldprogramma te selecteren. Zie de bladzijden 27 t/m 30 voor details over elk van deze programma’s.
VOLUME
PRESET/TUNING FM/AM
STEREO
SET MENU
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
PHONES
PROGRAM
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
SET MENU
NEXT
PROGRAM l / h
/DT S 6.1/ 5.1 N IGHT SLEEP
TEST
VOLUME
PROG PROG
MUTE
LEVEL
VOLUME
PROG –/+
Druk herhaaldelijk op PROGRAM l / h (PROG –/+ op de afstandsbediening) om het gewenste programma (inclusief sub­programma’s indien beschikbaar) te selecteren.
De naam van het geselecteerde programma (of sub­programma) verschijnt op het display op het voorpaneel.
Opmerkingen
Dit toestel beschikt over 9 DSP programmas en sub­programmas. Welke programmas gebruikt kunnen worden hangt echter mede af van het formaat van het ingangssignaal daar niet alle sub-programmas gebruikt kunnen worden met alle ingangssignalen.
U kunt geen digitaal geluidsveldprogramma gebruiken met een signaalbron die is aangesloten op de 6CH INPUT aansluitingen van dit toestel of wanneer het toestel een digitaal signaal weergeeft met een hogere bemonsteringsfrequentie dan 48 kHz.
De akoestiek van de ruimte waarin u en uw systeem zich bevinden heeft ook zijn weerslag op de weergave van het DSP programma. Zorg voor zo min mogelijk gereflecteerd geluid om het effect van het programma maximaal te benutten.
Wanneer u een signaalbron selecteert, zal dit toestel automatisch het laatst met die signaalbron gebruikte DSP programma instellen.
Wanneer u dit toestel uitschakelt (standby), worden de op dat moment ingeschakelde signaalbron en het gebruikte DSP programma automatisch opgeslagen in het geheugen, zodat deze automatisch kunnen worden ingesteld wanneer de volgende keer de stroom weer ingeschakeld wordt.
Als er een Dolby Digital of DTS signaal binnenkomt en de ingangsfunctie op AUTO staat, zal het DSP programma (nr. 7–9) automatisch naar het geschikte decodeerprogramma overschakelen.
Wanneer het toestel een mono signaal weergeeft met PRO LOGIC of PRO LOGIC/Enhanced, of PRO LOGIC II Movie, zal er geen geluid worden geproduceerd via de hoofd- en achter-luidsprekers. Het geluid wordt alleen weergegeven via de midden-luidspreker. (Als “1A CENTER” via het instelmenu op NON (geen) is gezet, zal het middenkanaal worden weergegeven via de hoofd-luidsprekers.)
y
Selecteer het programma dat u zelf het best vindt klinken. De namen van de programmas vormen slechts een ruwe richtlijn.
PROGRAM
Front panel
V-AUXVCR
PROG PROG
of
Remote control
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
MUTE
TUNER CD
Adventure
De programmas nr. 7, 8 en 9 hebben respectievelijk twee sub-programmas. Zie bladzijde 29 voor details.
24
VOLUME
L C R
RLLFE RR
Page 27
WEERGAVE
Selecteren van PRO LOGIC of PRO LOGIC II
U kunt 2-kanaals bronnen beluisteren via vijf gescheiden kanalen door PRO LOGIC of PRO LOGIC II te selecteren onder programma nr. 9.
VOLUME
PRESET/TUNING FM/AM
STEREO
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
AON
BOFF
PHONES
EFFECT
NEXT
A/B/C/D/E
PROGRAM
STEREO
PROGRAM l / h
A/B/C/D/E
TUNER
/DTS
/DTS 6.1/5.1 NIGHT SLEEP
TEST
PROG PROG
VOLUME
MUTE
PRESET/TUNING
SET MENU
PRESET
1 Selecteer een 2-kanaals bronsignaal en
begin de weergave op de broncomponent.
2 Druk op q/DTS.
Weergave van Dolby Digital EX of DTS ES materiaal
Druk op 6.1/5.1 om de Dolby Digital + Matrix 6.1 of DTS + Matrix 6.1 decoder in te schakelen.
6.1/5.1
(Voorbeeld)
MATRIX
Het display verandert in de volgorde AUTO Matrix 6.1 OFF met elke druk op 6.1/5.1.
AUTO: Deze functie schakelt automatisch tussen
Matrix 6.1: Deze instelling produceert 6 kanaals
OFF: De virtuele midden achter-luidspreker werkt
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER CD
VOLUME
L C R
Matrix 6.1
RLLFE RR
Dolby Digital + Matrix 6.1 en DTS + Matrix
6.1 aan de hand van het signaal. De virtuele midden achter-luidspreker werkt niet bij 5,1 kanaals signalen.
weergave van het ingangssignaal met behulp van de Matrix 6.1 decoder. De virtuele midden achter-luidspreker kan worden gebruikt bij weergave van een 5,1 kanaals ingangssignaal.
niet bij deze instelling.
BASISBEDIENING
/DTS
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER CD
VOLUME
PL
PRO LOGIC
L R
Met elke druk op q/DTS zal het display als volgt veranderen: PRO LOGIC PRO LOGIC Enhanced PRO LOGIC
II Movie PRO LOGIC II Music PRO LOGIC→....
y
U kunt PRO LOGIC, PRO LOGIC Enhanced, PRO LOGIC II Movie en PRO LOGIC II Music selecteren door herhaaldelijk op PROGRAM l / h op het voorpaneel te drukken.
Opmerkingen
Sommige discs met 6,1 kanaals materiaal zijn niet voorzien van een signaal (vlag) die automatisch door dit toestel herkend kan worden. Selecteer Matrix 6.1 bij dergelijke discs met 6,1 kanaals materiaal.
6,1 kanaals weergave is niet mogelijk, ook niet wanneer 6.1/
5.1 wordt ingedrukt, in de volgende gevallen:
1 Wanneer de geluidseffecten zijn uitgeschakeld. 2 Wanneer de op 6CH INPUT aangesloten signaalbron
wordt weergegeven.
3 Wanneer er een Dolby Digital KARAOKE signaalbron
wordt weergegeven.
4 Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten op de
PHONES aansluiting.
De ingangsfunctie keert weer terug naar AUTO wanneer u het toestel uit zet.
Nederlands
25
Page 28
WEERGAVE
Virtual CINEMA DSP
Via Virtual CINEMA DSP kunt u profiteren van alle DSP programmas zonder achter-luidsprekers. Er worden virtuele luidsprekers gesimuleerd om een natuurlijk geluidsveld te reproduceren. U kunt naar virtuele CINEMA DSP weergave luisteren door 1C REAR LR via het instelmenu op NON (geen) te zetten. Er wordt dan automatisch overgeschakeld naar VIRTUAL CINEMA DSP.
Opmerking
Dit toestel wordt in de volgende gevallen toch niet in de Virtual CINEMA DSP gezet, ook al staat 1C REAR LR op NON (geen): – wanneer het programma 5ch Stereo, DOLBY DIGITAL,
Pro Logic, Pro Logic II of DTS program is geselecteerd;
wanneer het geluidseffect is uitgeschakeld;wanneer 6CH INPUT is geselecteerd als signaalbron;wanneer er een digitaal signaal met een hogere
bemonsteringsfrequentie dan 48 kHz binnenkomt;
wanneer de testtoon wordt gebruikt; ofwanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten.
SILENT CINEMA DSP
Het SILENT CINEMA DSP geluidsveldprogramma geeft u een krachtige weergave alsof de gesimuleerde luidsprekers daadwerkelijk aanwezig waren. U kunt naar weergave via SILENT CINEMA DSP luisteren als u een hoofdtelefoon aansluit op de PHONES aansluiting terwijl de digitale geluidsveldprocessor is ingeschakeld. De SILENT indicator zal oplichten op het display op het voorpaneel van het toestel. (Als de geluidseffecten zijn uitgeschakeld, zult u naar normale stereoweergave van het bronsignaal luisteren.) Als u het geluid alleen via de hoofdtelefoon wilt beluisteren, drukt u op SPEAKERS ON/OFF om de uitvoer van alle luidsprekers uit te schakelen.
Opmerkingen
Deze functie werkt niet wanneer u de 6CH INPUT aansluitingen als signaalbron heeft geselecteerd of wanneer het toestel een digitaal signaal met een hogere bemonsteringsfrequentie dan 48 kHz weergeeft.
Het LFE kanaal zal worden gemengd en worden weergegeven via de hoofdtelefoon.
Normale stereo-weergave
Druk op STEREO om de geluidseffecten uit te schakelen voor normale stereo-weergave.
Druk nog eens op STEREO om de geluidseffecten weer in te schakelen.
STEREO
of
EFFECT
STEREO
Opmerkingen
Als u de geluidseffecten uitschakelt, zal er geen geluid worden gereproduceerd via de midden-luidspreker of achter­luidsprekers.
Als u de geluidseffecten uitschakelt terwijl het toestel het geluid van een Dolby Digital of DTS signaal reproduceert, zal het dynamisch bereik van het signaal automatisch worden gecomprimeerd en zal het toestel de signalen voor de midden­en achterkanalen mengen en weergeven via de hoofd­luidsprekers.
Het is mogelijk dat het volume enorm vermindert wanneer u de geluidseffecten uit zet of wanneer u SOUND 4 D. RANGE (dynamisch bereik) via het instelmenu op MIN zet. Schakel in voorkomende gevallen de geluidseffecten weer in.
y
Bij stereo weergave kunt u informatie zoals het type, formaat en de bemonsteringsfrequentie van het ingangssignaal ontvangen van de op het toestel aangesloten component op het display laten tonen.
(Terwijl er een signaal wordt weergegeven)
1 Druk op d om de gegevens voor het
ingangssignaal te laten zien.
(Format): Op het display wordt het formaat van het
signaal aangegeven. Wanneer het toestel geen digitaal signaal herkent, wordt er automatisch overgeschakeld naar analoog.
in: Op het display wordt het aantal kanalen in het
ingangssignaal aangegeven en wel als volgt: Een multikanaals signaal met 3 voorkanalen, 2 achterkanalen en een LFE kanaal, wordt aangegeven als “3/2/LFE”.
fs: Op het display wordt de
bemonsteringsfrequentie aangegeven. Wanneer het toestel de bemonsteringsfrequentie niet kan bepalen, verschijnt “Unknown” (Onbekend) op het display.
rate: Ook de bitsnelheid wordt op het display
aangegeven. Wanneer het toestel de bitsnelheid niet kan bepalen, verschijnt “Unknown” (Onbekend) op het display.
flg: Dit staat voor “flag” - gegevens die in het DTS
of Dolby Digital signaal worden meegecodeerd waardoor dit toestel automatisch naar de goede decoder voor weergave van het signaal kan overschakelen.
26
Voorpaneel
Afstandsbediening
Page 29
DIGITALE GELUIDSVELD BEWERKING (DSP)
Uitleg geluidsvelden
Onder een geluidsveld verstaan we de “karakteristieke weerkaatsing van geluidsgolven in een bepaalde ruimte. In concertzalen en andere uitvoeringsruimtes kunnen we weerkaatsingen en nagalm van de geluiden die door de artiest(en) worden geproduceerd, samen met de directe geluiden zelf horen. De variaties in deze weerkaatsingen en nagalm tussen de diverse uitvoeringsruimtes vormen de karakteristieke en herkenbare geluidskwaliteit van elke ruimte. YAMAHA heeft zijn technici over de hele wereld uitgestuurd om de geluidweerkaatsingen in beroemde concertzalen en uitvoeringsruimtes te meten en gedetailleerde informatie over de geluidsvelden te verzamelen, zoals de richting, de sterkte, het bereik en de vertraging van deze weerkaatsingen. Vervolgens hebben we deze enorme hoeveelheid informatie opgeslagen in de ROM chips van dit toestel.
Recreëren van een geluidsveld
Het recreëren van het geluidsveld van een concertzaal of opera vereist dat de virtuele geluidsbronnen precies gelokaliseerd kunnen worden in uw luisterruimte. Het traditionele stereosysteem, met slechts twee luidsprekers, kan geen realistisch geluidsveld recreëren. YAMAHA’s DSP heeft minstens drie effect-luidsprekers nodig om geluidseffecten te kunnen recreëren op basis van de gemeten geluidsveldgegevens. De processor regelt de sterkte en de vertraging van de signalen die worden weergegeven via de drie effect-luidsprekers om de virtuele geluidsbronnen in een volle cirkel rond de luisteraar te kunnen plaatsen.
Hi-Fi DSP geluidsveldprogramma’s
De volgende lijst geeft u een korte omschrijving van de door elk van de DSP programmas geproduceerde geluidsvelden. Vergeet niet dat de meeste hiervan zeer accurate nabootsingen zijn van echte akoestische omgevingen.
Nr.
1
2
3
4
Programma
CONCERT HALL
JAZZ CLUB
ROCK CONCERT
ENTERTAINMENT/ Disco
Een grote ronde concertzaal met een rijk surround effect. Duidelijke weerkaatsingen uit alle richtingen benadrukken de verlenging van de weergegeven geluiden. Het geluidsveld biedt een rijke weergave en uw virtuele zitplaats is ongeveer in het midden, dicht bij het podium.
Dit is het geluidsveld recht voor het podium in The Bottom Line, een beroemde jazzclub in New York met ruimte voor maximaal 300 toeschouwers. De weidse opstelling van de stoelen links en rechts zorgt voor een realistische en levendige weergave.
Dit is het ideale geluidsveldprogramma voor levendige, dynamische rockmuziek. De gegevens voor dit programma zijn verkregen in de meest populaire rockclub in LA. De virtuele zitplaats van de luisteraar bevindt zich iets links van het midden in de zaal.
Dit geluidsveldprogramma simuleert de akoestische omgeving van een drukke disco in het hart van een grote stad. Het geluid is massief en zeer geconcentreerd. De weergave wordt ook gekarakteriseerd door een hoog energetisch gehalte en een ervaring van “directheid”.
Kenmerken
BASISBEDIENING
ENTERTAINMENT/ 5ch Stereo
Gebruik dit programma om de luisterplek zo groot mogelijk te maken. Dit geluidsveld is geschikt voor achtergrondmuziek bij feestjes.
Nederlands
27
Page 30
CINEMA-DSP
Het geluidsontwerp van de CINEMA-DSP geluidsveldprogramma’s
Filmmakers plaatsen de gesproken tekst doorgaans direct op het scherm, de effect-geluiden een beetje verder daarachter, de muziek nog verder achter het scherm en de omgevingsgeluiden overal rond de kijker. Al deze geluiden moeten natuurlijk synchroon blijven lopen met de beelden op het scherm. CINEMA-DSP is een verbeterde versie van YAMAHA DSP, speciaal ontworpen voor soundtracks van films. CINEMA­DSP integreert de DTS, Dolby Digital en Dolby Pro Logic surround sound technologie met de YAMAHA DSP geluidsveldprogrammas om het surround geluidsveld samen te stellen. Hierdoor wordt de meest complete filmgeluidsweergave bij u thuis gebracht. In de CINEMA-DSP geluidsveldprogrammas wordt YAMAHAs exclusieve DSP geluidsbewerking toegevoegd aan de linker en rechter hoofdkanalen en het middenkanaal, zodat de luisteraar kan genieten van realistische gesproken tekst, diepte in de geluidsweergave, soepele overgangen tussen geluidsbronnen en een surround geluidsveld dat zich verder dan het scherm zelf lijkt uit te strekken. Wanneer het toestel een DTS of Dolby Digital signaal herkent, zal de CINEMA-DSP geluidsveldprocessor automatisch het meest geschikte geluidsveldprogramma voor dat signaal selecteren.
L SURROUND GELUIDSVELD
AANWEZIGHEID GELUIDSVELD
MUZIEK
GESPROKEN TEKST
EFFECT
R SURROUND GELUIDSVELD
Naast DSP is dit toestel uitgerust met diverse zeer accurate decoders: een Dolby Pro Logic decoder voor Dolby Surround materiaal, een Dolby Pro Logic II decoder voor Dolby Surround en 2 kanaals materiaal, een Dolby Digital/ DTS decoder voor multikanaals materiaal en een Dolby Digital + Matrix 6.1 of DTS + Matrix 6.1 decoder die een midden achterkanaal kunnen toevoegen (het midden achterkanaal wordt geproduceerd via een virtuele midden achter­luidspreker). U kunt het CINEMA-DSP geluidsveldprogramma dat u selecteert afstemmen op deze decoders en het weergegeven signaal.
CINEMA-DSP programma’s
De volgende lijst geeft u een korte omschrijving van de door elk van de DSP programma’s geproduceerde geluidsvelden. Vergeet niet dat de meeste hiervan zeer accurate nabootsingen zijn van echte akoestische omgevingen. Selecteer het DSP programma dat u het best vindt klinken, ongeacht de naam en de omschrijving die u hieronder aantreft.
Voor audio-video bronnen: nr. 4 t/m 6
Nr.
4
5
6
Programma
ENTERTAINMENT/ Game
MUSIC VIDEO
TV THEATER/ Mono Movie
Kenmerken
Dit programma geeft diepte en ruimte aan het geluid bij videospelletjes.
Dit programma zorgt voor een enthousiaste atmosfeer en geeft u het gevoel alsof u lijfelijk aanwezig bent bij een echt jazz- of rockconcert.
Dit programma is bedoeld voor de weergave van mono videomateriaal (bijvoorbeeld oudere films). Het programma reproduceert de optimum nagalm om het geluid diepte te geven terwijl er alleen gebruik gemaakt wordt van een aanwezigheid geluidsveld voor.
TV THEATER/Variety/ Sports
28
Alhoewel het geluidsveld midden-voor relatief smal is, geeft het surround geluidsveld het effect van een grote concertzaal. Dit programma is bij uitstek geschikt voor TV programma’s zoals nieuws, amusements- en muziekprogrammas of sportuitzendingen.
Page 31
Voor films
CINEMA-DSP
Nr.
7
MOVIE THEATER 1
8
MOVIE THEATER 2
9
Straight Decode
Enhanced Mode
Programma
Spectacle
Sci-Fi
Adventure
General
Kenmerken
Dit programma reproduceert het extreem brede geluidsveld van een 70 mm bioscoop. Het geeft het brongeluid tot in detail weer zodat de video en de geluidsvelden zeer realistisch overkomen. Dit programma is ideaal voor alle soorten Dolby Surround, Dolby Digital of DTS videobronnen (vooral grootschalige films).
Dit programma reproduceert zeer duidelijk de gesproken tekst en de geluidseffecten van de nieuwste science fiction films resulterend in een brede en omhullende cinematografische ruimte zoals die wordt vormgegeven op de soundtracks. U kunt van uw science fiction films genieten in een virtuele ruimte die mogelijk gemaakt wordt door de meest geavanceerde technieken belichaamd in het weergegeven Dolby Surround, Dolby Digital en DTS materiaal.
Dit programma is ideaal voor de precieze weergave van de geluidsopbouw van de nieuwste 70 mm films en films met multikanaals soundtracks. Het geluidsveld wordt zo dicht mogelijk bij dat van de nieuwste bioscopen gehouden zodat de natrilling van het geluidsveld zelf zoveel mogelijk beperkt worden.
Dit programma is bedoeld voor de weergave van 70 mm en films met multikanaals soundtracks en wordt gekarakteriseerd door een zacht en omhullend geluidsveld. De aanwezigheid van het geluidsveld is relatief smal. Het spreidt zich ruimtelijk uit rond en in de richting van het scherm, waardoor het echo-effect van gesproken tekst beperkt wordt zonder aan duidelijkheid in te boeten.
De ingebouwde decoder zorgt voor een exacte weergave van de van de signaalbron ontvangen signalen en geluidseffecten. In dit programma worden geen DSP effecten toegepast.
Dit programma simuleert de meervoudige surround-luidspreker systemen van 35 mm bioscopen. De Dolby Pro Logic, Dolby Digital of DTS decodering en de digitale geluidsveld-bewerking zorgen voor exacte weergave van effecten zonder de oriëntatie van het oorspronkelijke geluid aan te tasten. De surround-effecten die in dit geluidsveld geproduceerd worden omhullen de kijker op natuurlijke wijze van achteren, links en rechts en naar het scherm toe.
BASISBEDIENING
Straight Decode (Rechtstreeks decoderen)
Dit toestel is uitgerust met diverse zeer precieze decoders;
Dolby Digital/DTS decoder voor multikanaals weergave van het oorspronkelijke signaal
Dolby Pro Logic/Pro Logic II decoder voor multikanaals weergave van 2-kanaals bronnen
Kies één van deze Straight Decode functies in Programma 9 (behalve het subprogramma Enhanced) voor weergave van het oorspronkelijke signaal zonder toegevoegde geluidseffecten. In dit geval zullen er geen DSP effecten worden toegevoegd en zal de DSP indicator uit gaan.
Opmerking
Bij weergave van een mono signaal via het CINEMA DSP programma, zal het bronsignaal naar het middenkanaal worden gedirigeerd en zullen de hoofd- en achter-luidsprekers gebruikt worden voor geluidseffecten.
Nederlands
29
Page 32
CINEMA-DSP
Geluidsveldeffecten
De 6-kanaals soundtracks van 70 mm films zorgen voor een precieze plaatsing van het geluidsveld en een rijke, diepe geluidsweergave, zonder gebruik te maken van matrix-bewerkingen. De MOVIE THEATER programma’s van dit toestel bieden u dezelfde geluidskwaliteit en plaatsing als bij 6-kanaals soundtracks. De ingebouwde Dolby Digital of DTS decoder brengt weergave van professionele kwaliteit, bedoeld voor de bioscoop, bij u thuis. Met een MOVIE THEATER programma van dit toestel kunt u een dynamische weergave verkrijgen zodat u zich in uw eigen huiskamer in een geweldig theater kunt wanen, dankzij de Dolby Digital of DTS technologie.
Dolby Digital/DTS + DSP geluidsveldeffect
Aanwezigheid DSP geluidsveld
Linker surround DSP geluidsveld
Rechter surround DSP geluidsveld
Deze programmas maken gebruik van YAMAHA’s drievoudig-veld DSP verwerking voor elk van de Dolby Digital of DTS signalen voor de voor, linker surround en rechter surround-kanalen. Deze bewerking stelt dit toestel in staat het immense geluidsveld en de surround ervaring van een Dolby Digital of DTS bioscoop te reproduceren zonder de duidelijke scheiding van alle kanalen op te geven.
Dolby Digital/DTS + Matrix 6.1 + DSP geluidsveldeffect
Deze programmas zorgen voor de maximale gewaarwording van ruimtelijke surround effecten met een extra midden­achter DSP geluidsveld door middel van een virtuele midden achter-luidspreker.
Dolby Pro Logic + DSP geluidsveldeffect
De meeste films zijn voorzien van 4-kanaals (links, midden, rechts en surround) weergave door middel van
Aanwezigheid DSP geluidsveld
Surround DSP geluidsveld
Dolby Surround matrix verwerking van de gegevens die zijn opgeslagen in de linker en rechter audiosporen. Deze signalen worden verwerkt door de Dolby Pro Logic decoder. De MOVIE THEATER programma’s zijn ontworpen om de ruimtelijkheid en de delicate nuances van het geluid die verloren kunnen gaan door het coderen en decoderen te herstellen.
Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic II decodeert Dolby Surround materiaal en produceert 5 gescheiden kanalen met het volle frequentiebereik (3 kanalen van voren en 2 kanalen van achteren). Beide bieden 2 instellingen: MOVIE voor weergave van films en MUSIC voor 2 kanaals muziek.
30
Page 33
TUNER
EDIT
PRESET/TUNING
Er zijn 2 manieren waarop u op een zender kunt afstemmen: automatisch of met de hand. Automatisch afstemmen is handig wanneer de ontvangst goed is en u geen storing ondervindt.
Automatisch afstemmen
233
VOLUME
PRESET/TUNING FM/AM
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
PHONES
PROGRAM
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
SET MENU
NEXT
4
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
1
1 Druk op INPUT l / h (TUNER op de
afstandsbediening) en selecteer de TUNER als signaalbron.
DVD D-TV/CBL VCR
INPUT
of
CD MD/CD-R V-AUX
TUNER
4 Druk een keer op PRESET/TUNING l / h
om het automatisch afstemmen te laten beginnen.
Druk op h om hogere frequenties af te zoeken, of op l voor lagere frequenties.
PRESET/TUNING
SET MENU
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
AUTO
TUNED
A AM 1530 kHz
Wanneer u afgestemd heeft op een zender, zal de TUNED indicator oplichten en zal de frequentie van deze zender op het display op het voorpaneel getoond worden.
Handmatig afstemmen
Als het signaal van de gewenste zender te zwak is om automatisch op af te stemmen, moet u er met de hand op afstemmen.
1 Selecteer de TUNER en de band op dezelfde
manier als bij de stappen 1 en 2 hierboven bij “Automatisch afstemmen” beschreven.
BASISBEDIENING
Voorpaneel Afstandsbediening
2 Druk op FM/AM en kies de gewenste band.
Op het display op het voorpaneel verschijnt FM ofAM”.
FM/AM
of
3 Druk op TUNING MODE (AUTO/MANL
MONO) zodat de “AUTO” indicator op het display op het voorpaneel verschijnt.
TUNING MODE
AUTO/MANUAL MONO
Als een dubbele punt (:) verschijnt op het display, kunt u deze uitschakelen door op PRESET/TUNING (EDIT) te drukken.
PRESET/TUNING
EDIT
A AM 1440 kHz
V-AUXVCR
AUTO
Licht op
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
TUNED
2 Druk op TUNING MODE (AUTO/MANL
MONO) zodat de “AUTO” indicator op het display dooft.
TUNING MODE
AUTO/MANUAL MONO
AUTO
Dooft
Als een dubbele punt (:) verschijnt, kunt u deze uitschakelen door op PRESET/TUNING (EDIT) te drukken.
V-AUXVCR
D-TV/CBL
A AM 1440 kHz
3 Druk op PRESET/TUNING
l / h om handmatig af te
AUTO
stemmen op de gewenste zender.
Houd de toets ingedrukt om de frequenties sneller te doorlopen.
Opmerking
Als u met de hand afstemt op een FM zender, zal de ontvangst automatisch worden omgeschakeld naar mono om optimaal gebruik te maken van de kwaliteit van het ontvangen signaal.
DVD
MD/CD-R
PRESET/TUNING
SET MENU
TUNER
TUNED
Nederlands
31
Page 34
TUNER
Voorprogrammeren van zenders
Automatisch voorprogrammeren van zenders (voor FM zenders)
U kunt met de automatische voorprogrammeringsfunctie FM zenders op laten slaan in het geheugen. Het toestel zal automatisch gaan afstemmen op FM zenders met sterke signalen en zal maximaal de eerste 40 (8 zenders in 5 groepen) dergelijke zenders opslaan in het geheugen. Zo kunt u via het voorkeuzenummer gemakkelijk afstemmen op de gewenste zender.
1 32
VOLUME
PRESET/TUNING FM/AM
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
PHONES
PROGRAM
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
SET MENU
NEXT
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
1 Druk op FM/AM en selecteer de FM band.
FM/AM
2 Druk op TUNING MODE (AUTO/MANL
MONO) zodat de “AUTO” indicator oplicht op het display op het voorpaneel.
TUNING MODE
AUTO/MANUAL MONO
AUTO
Licht op
3 Houd MEMORY (MANL/AUTO FM) tenminste
3 seconden ingedrukt.
Het voorkeuzenummer en de MEMORY” enAUTO” indicators gaan knipperen. Vervolgens zal
na ongeveer 5 seconden het automatisch voorprogrammeren beginnen vanaf de op dit moment getoonde frequentie naar de hogere frequenties toe.
MEMORY
MAN`L/AUTO FM
Opmerkingen
De gegevens voor een bepaalde voorkeuzezender zullen worden vervangen wanneer u onder het bijbehorende voorkeuzenummer een andere zender opslaat.
Als het aantal ontvangen zenders niet genoeg is om tot voorkeuzenummer E8 te komen, zal het zoeken automatisch stoppen wanneer alle frequenties zijn afgezocht.
Bij gebruik van deze functie worden alleen FM zenders die sterk genoeg zijn automatisch opgeslagen. Als de zender die u wilt voorprogrammeren niet sterk genoeg is, dient u hierop handmatig, dus in mono, op af te stemmen en deze vervolgens handmatig voor te programmeren via de procedure onder het kopje Handmatig voorprogrammeren van zenders op bladzijde 33.
Mogelijkheden automatisch voorprogrammeren
U kunt het eerste voorkeuzenummer waar vandaan het voorprogrammeren van FM zenders zal beginnen instellen en de richting waarin het toestel zal zoeken naar nieuwe zenders om voor te programmeren. Nadat u bij stap 3 op MEMORY heeft gedrukt:
1. Druk op A/B/C/D/E en PRESET/TUNING l / h om het voorkeuzenummer voor de eerste voor te programmeren zender in te stellen. Het toestel zal stoppen met het voorprogrammeren van zenders als voorkeuzenummer E8 bereikt is.
2. Druk op PRESET/TUNING (EDIT) zodat de dubbele punt (:) van het display verdwijnt. Druk vervolgens op PRESET/TUNING l om naar zenders met een lagere frequentie te zoeken.
Geheugen back-up
De geheugen back-up functie voorkomt het verlies van de opgeslagen gegevens wanneer dit toestel uit (standby) wordt gezet, de stekker uit het stopcontact wordt gehaald of er een stroomstoring optreedt. Als de stroomvoorziening echter langer dan een week wordt onderbroken, is het mogelijk dat het geheugen gewist zal worden. Als dit het geval is dient u de zenders opnieuw op te slaan.
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
AUTO
MEMORY
A1:FM 89.9 MHz
Als het automatisch voorprogrammeren is afgelopen, zal het display op het voorpaneel de frequentie van de laatst voorgeprogrammeerde zender laten zien.
32
Page 35
TUNER
Handmatig voorprogrammeren van zenders
Dit toestel kan maximaal 40 zenders (8 zenders in 5 groepen) opslaan, ook met de hand.
2,5
VOLUME
PRESET/TUNING FM/AM
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
PHONES
PROGRAM
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
SET MENU
NEXT
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
INPUT
43
1 Stem af op de gewenste zender.
Zie bladzijde 31 voor hoe u moet afstemmen.
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
TUNED
A AM 1440 kHz
Wanneer u op een zender heeft afgestemd, zal de frequentie daarvan op het display op het voorpaneel getoond worden.
4 Druk op PRESET/TUNING l / h en selecteer
een voorkeuzenummer (1 t/m 8) terwijl de MEMORY indicator nog knippert.
Druk op h om een hoger voorkeuzenummer te kiezen. Druk op l om een lager voorkeuzenummer te kiezen.
PRESET/TUNING
SET MENU
6CH INPUTINPUT MODE
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
MEMORYTUNED
C3:AM 1440 kHz
Voorkeuzenummer
5 Druk op MEMORY (MANL/AUTO FM) op het
voorpaneel terwijl de “MEMORY” indicator nog knippert.
De band en frequentie van de zender verschijnen op het display op het voorpaneel, samen met de voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer dat u gekozen heeft.
MEMORY
MAN`L/AUTO FM
BASISBEDIENING
2 Druk op MEMORY (MANL/AUTO FM).
De MEMORY indicator blijft ongeveer 5 seconden knipperen.
MEMORY
MAN`L/AUTO FM
MEMORY
Knippert
3 Druk herhaaldelijk op A/B/C/D/E en kies een
voorkeuzegroep (A t/m E) terwijl de MEMORY indicator knippert.
De letter voor deze groep wordt getoond; controleer of de dubbele punt (:) op het display verschijnt.
A/B/C/D/E
NEXT
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
MEMORYTUNED
C :AM 1440 kHz
Voorkeuzegroep
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
TUNED
C3:AM 1440 kHz
Laat zien dat deze zender is opgeslagen onder C3.
6 Herhaal de stappen 1 t/m 5 om andere
zenders op te slaan.
Opmerkingen
De gegevens voor een bepaalde voorkeuzezender zullen worden vervangen wanneer u onder het bijbehorende voorkeuzenummer een nieuwe zender opslaat.
De ontvangstmethode (stereo of mono) wordt samen met de frequentie van de zender opgeslagen.
Nederlands
33
Page 36
TUNER
EDIT
PRESET/TUNING
EDIT
PRESET/TUNING
Afstemmen op een voorkeuzezender
U kunt op de gewenste zender afstemmen door eenvoudigweg het bijbehorende voorkeuzenummer te selecteren.
VOLUME
PRESET/TUNING FM/AM
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
PHONES
PROGRAM
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
SET MENU
NEXT
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
21
DVD D-TV/CBL VCR POWER
CD MD/CD-R V-AUX 6CH IN
A/B/C/D/E
TUNER
1
PRESET
/DTS 6.1/5.1 NIGHT SLEEP
TEST STEREO
2
1 Druk op A/B/C/D/E (A/B/C/D/E op de
afstandsbediening) en kies de voorkeuzegroep.
De letter voor deze groep wordt getoond op het display en verandert als u op A/B/C/D/E drukt.
A/B/C/D/E
of
NEXT
Voorpaneel
A/B/C/D/E
Afstandsbediening
2 Druk op PRESET/TUNING l / h (PRESET
–/+ op de afstandsbediening) en selecteer het voorkeuzenummer (1 t/m 8).
De voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer verschijnen op het display op het voorpaneel, samen met de band en de frequentie van de zender en de TUNED indicator.
PRESET/TUNING
of
SET MENU
Voorpaneel
PRESET
Afstandsbediening
Verwisselen van voorkeuzezenders
U kunt zenders die zijn opgeslagen onder twee verschillende voorkeuzenummers met elkaar verwisselen. In het voorbeeld hieronder ziet u hoe de zenders onder de nummers E1 en “A5 worden verwisseld.
2,4
VOLUME
PRESET/TUNING FM/AM
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
PHONES
PROGRAM
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
SET MENU
NEXT
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
1,31,3
1 Stem af op voorkeuzezender “E1 met de
A/B/C/D/E en PRESET/TUNING l / h toetsen.
Zie “Afstemmen op een voorkeuzezender links.
2 Houd PRESET/TUNING (EDIT) tenminste 3
seconden ingedrukt.
De aanduiding “E1” en de “MEMORY” indicator gaan knipperen op het display.
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
MEMORYTUNED
E1:FM 87.5 MHz
3 Stem af op voorkeuzezender “A5 met de
A/B/C/D/E en PRESET/TUNING l / h toetsen.
De aanduiding “A5 en de MEMORY indicator gaan knipperen op het display.
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
MEMORYTUNED
A5:FM 90.6 MHz
4 Druk nog eens op PRESET/TUNING (EDIT).
De zenders die zijn opgeslagen onder de twee voorkeuzenummers worden verwisseld.
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
MEMORY
EDIT E1-A5
34
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
TUNER
TUNED
C3:AM 1440 kHz
Laat zien dat het omwisselen van de zenders klaar is.
Page 37
ONTVANGEN VAN RDS ZENDERS
Het Radio Data Systeem (RDS) is een data-transmissie systeem dat door FM zenders in een groot aantal landen wordt ondersteund.
RDS gegevens bevatten diverse soorten informatie, PS (Programma Service naam), PTY (Programma Type), RT (Radio Tekst), CT (Klok Tijd), EON (Verbeterd Ander Netwerk) enz.
Beschrijving RDS gegevens
Dit toestel kan PS, PTY, RT, CT en EON gegevens verwerken wanneer er RDS uitzendingen worden ontvangen.
PS (Programma Service naam):
De naam van de ontvangen RDS zender wordt getoond.
PTY (Programmatype):
Het toestel onderscheidt 15 programmatypes voor RDS zenders.
NEWS
AFFAIRS
INFO
SPORT
EDUCATE
DRAMA
CULTURE
SCIENCE
VARIED
POP M
ROCK M
M.O.R. M
LIGHT M
CLASSICS
OTHER M
RT (Radiotekst):
Informatie over het programma (zoals de titel van het liedje, de naam van de artiest enz.) dat via de RDS zender wordt ontvangen zal op het display worden getoond tot een maximum van 64 alfanumerieke tekens, inclusief de umlaut. Als er andere tekens worden gebruikt in de RT gegevens, zullen deze worden getoond als onderstrepingen.
CT (Klok-tijd):
De tijd op dit moment wordt getoond en elke minuut bijgewerkt. Als de gegevens tijdelijk niet beschikbaar zijn, kan de aanduiding CT WAIT getoond worden.
EON (Verbeterd ander netwerk):
Raadpleeg de volgende bladzijde.
Nieuws
Actualiteiten
Algemene informatie
Sports
Onderwijs
Theater
Cultuur
Wetenschap
Licht amusement
Pop
Rock
Middle-of-the-road muziek
(easy-listening)
Licht klassiek
Klassiek
Andere muziek
Veranderen van de RDS functie
Dit toestel beschikt over vier functies voor het weergeven van de RDS gegevens. Wanneer er een RDS zender ontvangen wordt, zullen de PS, PTY, RT en/of CT indicators oplichten op het display overeenkomstig de door de RDS zender ondersteunde RDS diensten. Druk herhaaldelijk op RDS MODE/FREQ om de door u gewenste gegevens in de onderstaande volgorde op het display te laten verschijnen.
RDS MODE/FREQ EON
Opmerkingen
Wanneer er een RDS zender wordt ontvangen, kunt u pas op RDS MODE/FREQ drukken wanneer een of meer RDS indicators oplichten op het display. Als u op deze toets drukt voor een van deze indicators oplicht, zal er niets gebeuren. De reden hiervoor is dat het toestel nog niet alle relevante RDS gegevens van de zender heeft kunnen ontvangen.
U kunt geen RDS gegevens selecteren die niet door de zender worden ondersteund.
Er kan geen gebruik gemaakt worden van de RDS diensten als het ontvangen signaal te zwak is. De RT functie in het bijzonder heeft een vrij grote hoeveelheid gegevens nodig om te functioneren, zodat het mogelijk is dat de RT gegevens niet kunnen worden getoond ook al zijn andere gegevens (PS, PTY enz.) al wel beschikbaar.
Als de ontvangst slecht is, kunnen de RDS gegevens soms niet worden ontvangen. In een dergelijk geval kunt u op TUNING MODE drukken zodat de “AUTO indicator op het display dooft. Alhoewel u hiermee overschakelt naar mono-ontvangst, is het mogelijk dat vanwege de verbeterde ontvangst van het eenvoudiger signaal, de RDS gegevens wel getoond kunnen worden.
Als de signaalsterkte van de ontvangen RDS zender verminderd wordt door externe interferentie, is het mogelijk dat de RDS diensten halverwege worden afgebroken en er ...WAIT op het display op het voorpaneel verschijnt.
PS functie
PTY functie
RT functie
CT functie
RDS functie uit
BASISBEDIENING
Nederlands
35
Page 38
ONTVANGEN VAN RDS ZENDERS
PTY SEEK functie
Als u uw favoriete programmatype instelt, zal het toestel automatisch alle voorgeprogrammeerde RDS zenders afzoeken naar een zender die een programma van het gewenste type aan het uitzenden is.
1 Druk op PTY SEEK MODE om het toestel in
de PTY SEEK functie te zetten.
Het programmatype van de huidige zender, of NEWS zal gaan knipperen op het display.
PTY SEEK
MODE START
Knippert
2 Druk op PRESET/TUNING l / h en kies het
gewenste programmatype.
Het gekozen programmatype wordt getoond op het display op het voorpaneel.
PRESET/TUNING
SET MENU
3 Druk op PTY SEEK START om alle
voorgeprogrammeerde RDS zender af te laten zoeken.
Het gekozen programmatype zal blijven knipperen en de PTY HOLD indicator zal oplichten op het display op het voorpaneel terwijl er naar een zender met het gewenste programmatype wordt gezocht.
PTY SEEK
MODE START
Wanneer er een zender die een programma van het gewenste type aan het uitzenden is gevonden, zal het zoeken worden gestaakt bij die zender.
Als de gevonden zender niet naar uw smaak is, dient u opnieuw op PTY SEEK START te drukken. Het toestel gaat vervolgens de rest van de voorgeprogrammeerde zenders afzoeken naar een met het door u gewenste programmatype.
PTY HOLD
Licht op
EON functie
Deze functie maakt gebruik van de EON dienst op een netwerk van RDS zenders. Als u gewoon het gewenste programmatype (NEWS, INFO, AFFAIRS of SPORT) instelt, zal dit toestel automatisch alle voorgeprogrammeerde RDS zenders opzoeken die een programma van het gewenste type zullen gaan uitzenden en vervolgens pas naar de gevonden zender overschakelen wanneer de uitzending begint.
Opmerking
Deze functie kan alleen worden gebruikt bij ontvangst van een RDS zender die de EON dienst ondersteunt. Wanneer u een dergelijke zender ontvangt, zal de “EON” indicator op het display op het voorpaneel oplichten.
1 Controleer of de “EON indicator op het
display op het voorpaneel oplicht.
Als de “EON” indicator niet oplicht, dient u af te stemmen op een andere RDS zender waarbij de EON indicator wel oplicht.
2 Druk net zo vaak op EON als nodig is om het
gewenste programmatype (NEWS, INFO, AFFAIRS of SPORT) in te stellen.
De naam van het geselecteerde programmatype verschijnt op het display op het voorpaneel.
EON
Wanneer er via een voorgeprogrammeerde RDS zender een programma van het gewenste type begint, zal het toestel automatisch overschakelen naar dat programma. (De EON indicator knippert.)
Wanneer de uitzending van het programma van het gewenste type afgelopen is, zal er worden teruggeschakeld naar de oorspronkelijke zender (of naar een ander programma van het gewenste type).
Annuleren van deze functie
Druk net zo vaak op EON tot er geen enkel programmatype oplicht op het display.
Annuleren van deze functie
Druk twee keer achter elkaar op PTY SEEK MODE.
36
Page 39
SLAAPTIMER
SLEEP
Met deze functie kunt u dit toestel automatisch uit laten schakelen na een door u bepaalde periode. De slaaptimer is handig wanneer u in slaap wilt vallen terwijl u naar uw favoriete slaapliedjes luistert via een door u geselecteerde signaalbron.
De slaaptimer kan alleen met de afstandsbediening worden ingesteld.
y
Door een los verkrijgbare schakelklok an te sluiten op dit toestel kunt u deze ook als wekker gebruiken. Raadpleeg hiervoor de handleiding van de schakelklok.
Instellen van de slaaptimer
DVD D-TV/CBL VCR POWER
CD MD/CD-R V-AUX 6CH IN
A/B/C/D/E
TUNER
TEST STEREO
PRESET
/DT S 6.1/ 5.1 N IGHT SLEEP
2
1 Selecteer een signaalbron en begin de
weergave op de broncomponent.
2 Druk herhaaldelijk op
SLEEP om de tijd in te stellen.
Met elke druk op SLEEP zal het display op het voorpaneel veranderen zoals hieronder staat aangegeven.
SLEEP
Annuleren van de slaaptimer
Druk net zo vaak op SLEEP totdat de aanduiding “SLEEP OFF” (slaaptimer uit) verschijnt op het display op het voorpaneel.
Na een paar seconden zal SLEEP OFF verdwijnen, zal de “SLEEP” indicator doven en zal het display terugkeren naar de oorspronkelijke aanduiding.
y
De instelling van de slaaptimer kan ook worden geannuleerd door dit toestel in standby te schakelen met POWER op de afstandsbediening (of STANDBY/ON op het voorpaneel) of door de stekker uit het stopcontact te halen.
BASISBEDIENING
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
DSP
HiFi
TUNER CD
SLEEP 120min
SLEEP
VOLUME
L R
3 Nadat u de slaaptimer heeft ingesteld zal de
SLEEP indicator op het display op het voorpaneel van dit toestel oplichten.
Vervolgens zal het display terugkeren naar de oorspronkelijke aanduiding.
V-AUXVCR
D-TV/CBL
DVD
MD/CD-R
DSP
HiFi
TUNER CD
ROCK CONCERT
SLEEP
VOLUME
L R
Nederlands
37
Page 40
OPNAME
Opname-instellingen en andere handelingen dienen te worden uitgevoerd op de opname-apparatuur. Raadpleeg hiervoor de handleiding van de betreffende apparatuur.
VOLUME
PRESET/TUNING FM/AM
STANDBY
/ON
SILENT
SPEAKERS
PHONES
PROGRAM
STEREO
AON
BOFF
EFFECT
PRESET/TUNING
A/B/C/D/E
SET MENU
NEXT
EDIT
TUNING MODE MEMORY
AUTO/MAN`L MONO MAN`L/AUTO FM
BASS/TREBLE
CONTROL
6CH INPUTINPUT MODE
INPUT
2
DVD D-TV/CBL VCR POWER
CD MD/CD-R V-AUX 6CH IN
2
TUNER
PRESET
A/B/C/D/E
/DTS 6.1/5.1 NIGHT SLEEP
1 Zet dit toestel en alle aangesloten
apparatuur aan.
2 Selecteer de signaalbron waarvan u wilt
opnemen.
DVD D-TV/CBL VCR
INPUT
of
Voorpaneel Afstandsbediening
CD MD/CD-R V-AUX
TUNER
3 Begin de weergave (of stem af op een
zender) op de signaalbron.
4 Begin de opname op het opname-apparaat.
Opmerkingen
Maak een test-opname voor u daadwerkelijk gaat opnemen.
Wanneer dit toestel uit (standby) staat, kunt u niet opnemen
van of met andere op dit toestel aangesloten apparatuur.
DSP programmas en instellingen voor volume en hoge en lage tonen hebben geen invloed op de opnamen.
Er kan niet worden opgenomen van een signaalbron die is aangesloten op de 6CH INPUT aansluitingen van dit toestel.
Een bepaald ingangssignaal zal niet worden gereproduceerd via hetzelfde OUT (REC) kanaal. (Het via VCR IN ontvangen ingangssignaal zal bijvoorbeeld niet worden gereproduceerd via de VCR OUT aansluiting.)
U kunt geen audiosignalen opnemen van een bron die is aangesloten op de DIGITAL INPUT aansluiting op dit toestel, aangezien de signalen van de DIGITAL INPUT aansluiting en de analoge ingangsaansluitingen onafhankelijk zijn. Sluit een bron aan op de analoge ingangsaansluitingen als u wilt opnemen van de analoge uitgangsaansluitingen.
U dient zichzelf op de hoogte te stellen van de in uw land geldende regelingen met betrekking tot de auteursrechten bij opname van platen, CD’s, radio enz. Opnemen van auteursrechtelijk beschermd materiaal kan inbreuk maken op de daarop rustende rechten.
Als u een videobron afspeelt die gebruik maakt van versleutelde of gecodeerde signalen die kopiëren van het materiaal tegen moeten gaan, is het mogelijk dat het beeld door deze signalen gestoord wordt.
Bijzondere aandachtspunten bij het
opnemen van DTS materiaal
Het DTS signaal is een digitale bitstroom. Als u probeert de DTS bitstroom digitaal op te nemen, zal slechts geruis worden opgenomen. Als u dus dit toestel wilt gebruiken om DTS gecodeerd bronmateriaal op te nemen, dient u aandacht te schenken aan de volgende punten.
Voor DTS gecodeerde LDs, DVD’s en CD’s en een speler die geschikt is voor weergave van DTS signalen, dient u de aanwijzingen uit de handleiding van de speler te volgen zodat deze een analoog signaal produceert.
38
Page 41
SET MENU (INSTELMENU)
Hieronder vindt u diverse instellingen die u kunt aanpassen via het instelmenu om een optimale weergave te verkrijgen. Pas de instellingen aan uw specifieke wensen en luisteromgeving aan.
Instelmenu lijst
Het instelmenu is onderverdeeld in de volgende 4 categorieën.
BASIC
Onder BASIC vindt u de basisinstellingen die u moet verrichten voor u dit toestel in gebruik neemt. De beschikbare menus staan hieronder. Zie blz. 18–20 voor meer informatie.
1 SETUP
2 SP LEVEL (luidspreker weergaveniveau)
SOUND
Onder SOUND vindt u instellingen voor het wijzigen van de geluidsweergave. Via de hieronder genoemde menu’s kunt u de kwaliteit en de toon van de geluidsweergave van dit toestel instellen.
1 SPEAKER SET
2 SP DISTANCE (luidspreker afstand)
3 LFE LEVEL (lage frequentie effecten
weergaveniveau)
4 D. RANGE (dynamisch bereik)
5 CENTER GEQ (midden grafische equalizer)
6 HP TONE CTRL (hoofdtelefoon toonregeling)
Instellingen wijzigen via het instelmenu
Gebruik de afstandsbediening om instellingen te wijzigen.
PROG PROG
MUTE
VOLUME
SET MENU
1
3,5,6
SET MENU
LEVEL
2,4,7
y
U kunt de instellingen via het instelmenu wijzigen wanneer het toestel een signaalbron aan het weergeven is.
• U kunt de instellingen ook wijzigen met NEXT en SET MENU –/+ op het voorpaneel, zolang het toestel niet op TUNER staat. Druk op NEXT om de categorie of instelling te selecteren en SET MENU –/+ om de geselecteerde instelling te wijzigen.
Opmerking
Wanneer het toestel in de middernacht luisterfunctie staat, zult u bepaalde menu-instellingen niet kunnen veranderen.
1 Druk op SET MENU om
het instelmenu te openen.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
INPUT
Onder INPUT vindt u instellingen voor de ingangssignalen. Via de volgende menu’s kunt u ingangsaansluitingen toewijzen aan bepaalde apparatuur.
1 I/O ASSIGN
2 INPUT MODE
OPTION
Dit instelmenu bevat aanvullende instellingen. Via de volgende menu’s kunt u de helderheid van het display instellen, bestaande instellingen beveiligen en andere niet-essentiële functies uitvoeren.
1 DISPLAY SET
2 MEM. GUARD
3 AUDIO MUTE
In de beschrijvingen van de diverse onderdelen op de volgende bladzijden is de standaardinstelling vet gedrukt.
2 Druk net zo vaak op u /
d tot u het gewenste
menu geselecteerd heeft.
3 Druk op –/+ om het
geselecteerde menu te openen.
4 Druk net zo vaak op u /
d tot u het gewenste
onderdeel geselecteerd heeft.
Nederlands
y
U kunt ook herhaaldelijk op SET MENU drukken om op
dezelfde manier onderdelen te selecteren als met d.
39
Page 42
SET MENU (INSTELMENU)
5 Druk één keer op –/+ om
het geselecteerde onderdeel in te kunnen stellen.
De laatst ingestelde waarde verschijnt vervolgens op het display op het voorpaneel.
Afhankelijk van het in te stellen onderdeel kunt u met u/d een sub-onderdeel selecteren.
6 Druk herhaaldelijk op –/+
om de huidige instelling te wijzigen.
7 Druk herhaaldelijk op u /
d totdat het menu
verdwijnt.
Geheugen back-up
De geheugen back-up functie voorkomt het verlies van de opgeslagen gegevens wanneer dit toestel uit (standby) wordt gezet, de stekker uit het stopcontact wordt gehaald of er een stroomstoring optreedt. Als de stroomvoorziening echter langer dan een week wordt onderbroken, is het mogelijk dat het geheugen gewist zal worden. In dit geval zult u de instellingen opnieuw moeten uitvoeren.
SOUND 1 SPEAKER SET
(luidspreker instellingen)
Via deze onderdelen van het instelmenu kunt u de gereproduceerde signalen afstemmen op uw luidspreker­configuratie.
Opmerking
Bepaalde menu-instellingen worden buiten werking gesteld wanneer het toestel een digitaal signaal met een hogere bemonsteringsfrequentie dan 48 kHz weergeeft.
1A CENTER (midden-luidspreker)
Door een midden-luidspreker toe te voegen aan uw luidspreker-opstelling, zal dit toestel in staat zijn de gesproken tekst goed te plaatsen voor alle luisteraars en beeld en geluid optimaal met elkaar te laten overeenkomen.
Instel-mogelijkheden: LRG (groot), SML (klein),
NON (geen)
LRG
Kies deze instelling als u een grote midden-luidspreker heeft. Het hele bereik van middenkanaal signalen wordt naar de midden-luidspreker gestuurd.
SML
Kies deze instelling als u een kleine midden-luidspreker heeft. De lage tonen (90 Hz en minder) zullen naar de luidsprekers die zijn geselecteerd via onderdeel 1D BASS worden gestuurd.
NON
Kies deze instelling als u geen midden-luidspreker heeft. Alle signalen voor het midden-kanaal zullen naar de linker en rechter hoofd-luidsprekers worden gestuurd.
De BASIC en SOUND menu’s
Via het BASIC” menu kunt u gemakkelijk deSOUND 1 SPEAKER SET en SOUND 2 SP
DISTANCE instellingen verrichten. Het is niet nodig om de instellingen in het “BASIC” menu te resetten, maar als u dat wilt kunt u via het “SOUND” menu meer gedetailleerde instellingen verrichten.
Opmerking
Als u, nadat u via het SOUND menu instellingen heeft gewijzigd, “BASIC 1 SETUP” selecteert en vervolgens
SET kiest, is het mogelijk dat de instellingen in hetSOUND menu veranderen in als gevolg van de
wijzigingen die u heeft gemaakt via het BASIC 1 SETUP menu. Open het “BASIC 1 SETUP” daarom alleen als u zeker weet dat u deze instellingen ook wilt wijzigen. Als u per ongeluk het BASIC 1 SETUP menu opent dient u CANCEL te kiezen om terug te keren naar het BASIC menu. (Blz. 19)
40
Page 43
SET MENU (INSTELMENU)
1B MAIN (hoofd-luidsprekers)
Instel-mogelijkheden: LARGE, SMALL
LARGE
Kies deze instelling als u grote hoofd-luidsprekers heeft. Het gehele bereik voor de linker en rechter hoofd-kanaal signalen zal naar de hoofd-luidsprekers worden gestuurd.
SMALL
Kies deze instelling als u kleine hoofd-luidsprekers heeft. De lage tonen (90 Hz en minder) zullen naar de luidsprekers die zijn geselecteerd via onderdeel 1D BASS worden gestuurd.
1C REAR LR (achter-luidsprekers)
Instel-mogelijkheden: LRG (groot), SML (klein),
NON (geen)
LRG
Kies deze instelling als u grote linker en rechter achter­luidsprekers heeft of wanneer u een achter-subwoofer heeft. Het hele bereik van achterkanaal signalen wordt naar de linker en rechter achter-luidsprekers gestuurd.
SML
Kies deze instelling als u kleine linker en rechter achter­luidsprekers heeft. De lage tonen van 90 Hz en minder zullen naar de luidsprekers die zijn geselecteerd via onderdeel 1D BASS worden gestuurd.
NON
Kies deze instelling als u geen achter-luidsprekers heeft.
y
Als u NON (geen) instelt bij onderdeel 1C REAR LR, zal het toestel in de Virtual CINEMA DSP stand worden gezet.
1D BASS (lage tonen uitgangsfunctie)
LFE signalen geven lage toon-effecten weer wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS signalen reproduceert. Lage tonen in dit verband zijn tonen met een frequentie van 90 Hz of minder. De lage tonen worden naar beide hoofd­luidsprekers gestuurd en naar de subwoofer (u kunt een subwoofer gebruiken voor zowel reproductie in stereo als voor DSP programma’s).
Instel-mogelijkheden: SWFR (subwoofer), MAIN,
BOTH
SWFR
Kies deze instelling als u een subwoofer heeft. De LFE signalen zullen naar de subwoofer worden gestuurd.
MAIN
Kies deze instelling als u geen subwoofer heeft. De LFE signalen zullen naar de hoofd-luidsprekers worden gestuurd.
BOTH
De LFE signalen worden naar de subwoofer gestuurd. Zeer lage tonen die overeenkomstig andere luidspreker­instellingen voor de hoofdkanalen bedoeld zijn, worden zowel naar de hoofd-luidsprekers als naar de subwoofer gestuurd.
Opmerking
Wanneer u MAIN kiest bij 1D BASS, zullen de zeer lage tonen (90 Hz en minder) voor het hoofdkanaal ook naar de hoofd-luidsprekers worden gestuurd als u SMALL (klein) heeft ingesteld voor de afmetingen van de hoofd-luidsprekers.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
41
Nederlands
Page 44
SET MENU (INSTELMENU)
SOUND 2 SP DISTANCE
(luidspreker afstand)
Met deze functie kunt u de vertraging instellen voor de geluidsweergave via het middenkanaal. Deze functie werkt bij weergave van een Dolby Digital of DTS bron via de midden-luidsprekers. In het ideale geval hoort de midden-luidspreker op dezelfde afstand van de luisteraar te staan als de linker en rechter hoofd-luidsprekers. Bij de meeste mensen thuis staat de midden-luidspreker echter in één lijn met de hoofd-luidsprekers. Door nu de geluidsweergave uit de midden-luidspreker iets te vertragen, kunt u het doen lijken alsof hij toch op dezelfde afstand van de luisterpositie staat als de linker en rechter hoofd-luidsprekers.
1 Druk op u / d en selecteer “UNIT
(eenheid).
2 Druk op –/+ en kies of u “meters of “feet
wilt gebruiken als eenheid voor deze instelling.
3 Druk op u / d en selecteer de luidspreker
waarvoor u de vertraging wilt instellen.
4 Druk op –/+ om de vertraging in te stellen.
Druk op + voor een hogere waarde en op – voor een lagere.
Schijnbare plaats midden-luidspreker
SOUND 3 LFE LEVEL
U kunt via deze functie het uitgangsniveau van de LFE (Lage Frequentie Effecten) regelen bij de weergave van Dolby Digital of DTS gecodeerd materiaal. De LFE signalen geven de lage frequentie effecten weer die worden toegevoegd aan sommige scènes.
Instelbereik:
SPEAKER (luidspreker) ..................... –20 t/m 0 dB
HEADPHONE (hoofdtelefoon) .......... –20 t/m 0 dB
Fabrieksinstellingen
: 0 dB
1 Druk op u / d en selecteer het in te stellen
onderdeel.
2 Druk op – om het LFE niveau te wijzigen.
Opmerking
Regel het LFE uitgangsniveau in overeenstemming met het vermogen van uw subwoofer of hoofdtelefoon.
SOUND 4 D. RANGE
(dynamisch bereik)
Deze functie kunt u gebruiken om het dynamisch bereik te regelen. Deze instelling is alleen effectief wanneer dit toestel Dolby Digital signalen decodeert.
Instel-mogelijkheden: MAX, STD (standaard),
MIN (minimum)
C
L
RL
R
C
RR
Instellen met meters
Instelbereik: 0,3 t/m 24,00 m (L/R hoofd, midden,
Fabrieksinstellingen:
L/R achter) 3,00 m (L/R hoofd, midden, L/R achter)
Instellen met feet
Instelbereik: 1 t/m 80 ft (L/R hoofd, midden, L/R
Fabrieksinstellingen:
Opmerking
Er wordt geen vertraging gebruikt wanneer u dezelfde afstand instelt voor de L/R hoofd-, midden- en L/R achter­luidsprekers.
achter) 10,0 ft (L/R hoofd, midden, L/R achter)
MAX
Kies de MAX instelling voor speelfilms.
STD
Kies de STD instelling voor algemeen gebruik.
MIN
Kies de MIN instelling wanneer u bij zeer lage volumes luistert.
42
Page 45
SET MENU (INSTELMENU)
SOUND 5 CENTER GEQ (midden
grafische equalizer)
Met deze functie kunt u via de ingebouwde 5 bands grafische equalizer de toonweergave van de midden­luidspreker aanpassen aan die van de linker en rechter hoofd-luidsprekers. U kunt kiezen uit de 100 Hz, 300 Hz, 1 kHz, 3 kHz of 10 kHz frequentiebanden. Instelbereik (dB): –6 t/m +6 Fabrieksinstelling: 0 dB voor alle 5 banden
1 Druk op d om een hogere frequentieband te
kiezen en u voor een lagere.
2 Druk op –/+ om het niveau voor de
betreffende frequentieband in te stellen.
Opmerking
U kunt de geluidsweergave via de midden-luidspreker volgen terwijl u dit onderdeel instelt met behulp van de testtoon. Druk op TEST voor u de bovenstaande procedure begint. Als u de bovenstaande procedure eenmaal begonnen bent, zal de testtoon uit de midden-luidspreker blijven klinken en kunt u horen hoe het geluid verandert terwijl u de niveaus van de verschillende frequentiebanden regelt. Om de testtoon uit te zetten, dient u op TEST te drukken.
INPUT 1 I/O ASSIGN (ingang/
uitgang toewijzing)
U kunt aansluitingen toewijzen aan de daarmee te gebruiken component als de instellingen voor de DIGITAL INPUT aansluitingen van dit toestel (de componentnamen voor deze aansluitingen) afwijken van de daadwerkelijk aangesloten component. Dit maakt het mogelijk de toewijzing van de aansluitingen te wijzigen en effectief meer componenten aan te sluiten. Na deze toewijzing kunt u die component selecteren met INPUT l / h (of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening).
1A voor de OPTICAL INPUT aansluiting
Instel-mogelijkheden: (1) DVD, MD/CD-R, CD, VCR,
V-AUX, D-TV/CBL
1B voor de COAXIAL INPUT aansluiting
Instel-mogelijkheden: (2) CD, VCR, V-AUX, D-TV/
CBL, DVD, MD/CD-R
Opmerking
Wanneer u een component aansluit op zowel de COAXIAL als de OPTICAL aansluitingen, zullen de ingangssignalen die binnenkomen via de COAXIAL aansluiting voorrang krijgen.
SOUND 6
HP TONE CTRL
(hoofdtelefoon toonregeling)
Met deze functie kunt u het niveau van de lage en hoge tonen regelen wanneer u een hoofdtelefoon gebruikt.
Instelbereik (dB):
BASS ................................ –6 t/m +3
TRBL (hoge tonen) .......... –6 t/m +3
Fabrieksinstelling:
BASS ................................ 0 dB
TRBL ................................ 0 dB
INPUT 2 INPUT MODE
(begininstelling ingangsfunctie)
Met deze functie kunt u de ingangsfunctie bepalen voor signaalbronnen die zijn aangesloten op de DIGITAL INPUT ingangsaansluitingen wanneer u het toestel aan zet (zie bladzijde 23 voor details omtrent de ingangsfunctie).
Instel-mogelijkheden: AUTO, LAST
AUTO
Kies deze instelling als u dit toestel automatisch wilt laten bepalen wat voor ingangssignaal er binnenkomt en aan de hand daarvan de juiste ingangsfunctie wilt laten kiezen.
LAST
Kies deze instelling als u dit toestel automatisch de ingangsfunctie die de vorige keer voor de betreffende signaalbron werd gebruikt wilt laten gebruiken.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
43
Page 46
SET MENU (INSTELMENU)
OPTION 1 DISPLAY SET
DIMMER
U kunt de helderheid van het display op het voorpaneel van het toestel instellen.
Instelbereik: –4 t/m 0
OPTION 2 MEM. GUARD
(geheugen vergrendeling)
Gebruik deze functie om te voorkomen dat er per ongeluk instellingen van dit toestel worden gewijzigd.
Instel-mogelijkheden: ON, OFF
Selecteer ON (aan) om de volgende instellingen te vergrendelen:
Alle onderdelen van het instelmenu
Niveaus van hoofd-luidspreker, midden-luidspreker,
achter-luidsprekers en subwoofer
DSP programma parameters
Opmerkingen
Wanneer deze functie is ingeschakeld (ON), kunt u de testtoon niet meer gebruiken.
Wanneer deze functie is ingeschakeld (ON), kunt u geen andere onderdelen van het instelmenu meer selecteren.
OPTION 3 AUDIO MUTE
U kunt instellen hoeveel de MUTE functie het volume moet verlagen.
Instel-mogelijkheden: MUTE, –50dB, –20dB
MUTE
De geluidsweergave wordt tijdelijk uitgeschakeld.
50dB
Het ingestelde volume wordt met 50dB verlaagd.
20dB
Het ingestelde volume wordt met 20dB verlaagd.
44
Page 47
INSTELLEN VAN DE WEERGAVENIVEAUS VAN DE LUIDSPREKERS
3
2
1,4
Regelen van het volume tijdens weergave
U kunt het volume van de luidsprekers regelen terwijl u aan het luisteren bent.
PROG PROG
MUTE
VOLUME
SET MENU
LEVEL
1
2
1 Druk net zo vaak op LEVEL tot u de in te
stellen luidspreker heeft geselecteerd.
Met elke druk op LEVEL wordt telkens de volgende luidspreker geselecteerd: MAIN L→CENTER→MAIN RR SUR. (R achter)L SUR. (L achter)→SWFR
(Subwoofer).....
y
Druk één keer op LEVEL om het niveaudisplay te openen.
Druk vervolgens op u / d om een luidspreker te selecteren.
2 Gebruik –/+ om het volume van deze
luidspreker te regelen.
De midden- en achter-luidsprekers kunnen worden ingesteld tussen –10dB ~ +10dB.
De hoofd-luidsprekers en de subwoofer kunnen worden ingesteld tussen –20dB ~ 0dB.
Opmerkingen
De weergaveniveaus van de luidsprekers kunnen niet worden ingesteld als SOUND 1 SPEAKER SET via het instelmenu op NON (geen) is gezet.
Het weergaveniveau van de subwoofer kan niet worden ingesteld als 1D BASS onder SOUND 1 SPEAKER SET via het instelmenu op MAIN is gezet.
Als u LEVEL gebruikt om de weergaveniveaus van de luidsprekers in te stellen, zullen eventueel eerder ingestelde weergaveniveaus via de testtoon ook worden gewijzigd.
Als u BASIC 1 SETUP kiest in het instelmenu en vervolgens “SET”, zullen de ingestelde weergaveniveaus van de luidsprekers reageren op eventuele wijzigingen die u heeft gemaakt via BASIC 1 SETUP”.
Gebruiken van de testtoon
Met de testtoon kunt u de weergaveniveaus van de luidsprekers zo instellen dat elke luidspreker op de luisterpositie even hard klinkt.
TEST
PROG PROG
LEVEL
VOLUME
MUTE
VOLUME
STEREO
SET MENU
1 Druk op TEST.
Het toestel zal nu de testtoon weergeven.
2 Druk net zo vaak op u / d tot u de in te
stellen luidspreker heeft geselecteerd.
Met elke druk op d wordt telkens de volgende luidspreker geselecteerd: TEST LEFT (L hoofd)TEST CENTER (Midden) TEST RIGHT (R hoofd)TEST R SUR. (R achter)TEST L SUR. (L achter)→TEST
SUBWOOFER (Subwoofer)→.....
(Gebruik u om deze reeks in omgekeerde volgorde te doorlopen.)
3 Gebruik –/+ om het volume van deze
luidspreker te regelen.
4 Druk op TEST wanneer u klaar bent.
De testtoon zal nu stoppen.
Opmerkingen
De testfunctie werkt niet als er een hoofdtelefoon is aangesloten. Haal de stekker van de hoofdtelefoon voor het testen uit de PHONES aansluiting.
De weergaveniveaus van de luidsprekers kunnen niet worden ingesteld als SOUND 1 SPEAKER SET via het instelmenu op NON (geen) is gezet.
Het weergaveniveau van de subwoofer kan niet worden ingesteld als 1D BASS onder SOUND 1 SPEAKER SET via het instelmenu op MAIN is gezet.
Als u BASIC 1 SETUP kiest in het instelmenu en vervolgens “SET”, zullen de ingestelde weergaveniveaus van de luidsprekers reageren op eventuele wijzigingen die u heeft gemaakt via BASIC 1 SETUP”.
y
Afhankelijk van de signaalbron die het toestel op dit moment weergeeft is het mogelijk dat de met de testtoon ingestelde weergaveniveaus niet naar wens blijken te zijn. In dit geval dient u de weergaveniveaus van de luidsprekers aan te passen terwijl u naar de signaalbron in kwestie luistert.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
45
Page 48
WIJZIGEN GELUIDSVELDPROGRAMMA PARAMETERS
Wijzigen van instellingen
U zult zeker met volle teugen genieten van de geluidsveldprogramma’s met de begininstellingen. U hoeft deze niet te veranderen, maar als u dat wilt kunt u dat wel, zodat u uw eigen akoestische omgeving kunt ontwerpen.
Opmerking
De instellingen die u kunt veranderen hangen mede af van het geluidsveldprogramma dat u geselecteerd heeft. Raadpleeg de bij de betreffende instelling behorende uitleg.
TEST
PROG PROG
LEVEL
VOLUME
VOLUME
STEREO
MUTE
SET MENU
1
2
3
1 Selecteer een geluidsveldprogramma.
PROG PROG
MUTE
4 Herhaal de stappen 1 – 3 als u nog andere
instellingen wilt wijzigen.
Opmerking
U kunt deze instellingen niet veranderen wanneer deOPTION 2 MEM. GUARD instelling via het instelmenu is
ingeschakeld (ON). Zet deze beveiliging van de instellingen uit (OFF) als u instellingen wilt wijzigen.
2 Gebruik u / d om de
instelling die u wilt wijzigen te selecteren.
3 Druk op –/+ om de
ingestelde waarde te veranderen.
46
Page 49
WIJZIGEN GELUIDSVELDPROGRAMMA PARAMETERS
Beschrijvingen van digitale geluidsveld parameters
U kunt de waarden van bepaalde digitale geluidsveld parameters wijzigen zodat de geluidsvelden accuraat gereproduceerd kunnen worden in uw huiskamer. De volgende parameters zijn niet noodzakelijkerwijs allemaal aanwezig in elk programma.
DSP LEVEL
Functie: Deze parameter wijzigt het niveau van alle DSP effecten binnen een klein bereik. Beschrijving: Afhankelijk van de akoestiek in de ruimte waar u naar het systeem luistert wilt u misschien het niveau
Instelbereik: –6 dB t/m +3 dB
DELAY
Functie: Regelen van het tijdsverschil tussen het begin van de weergave van een bepaald geluid via de
Instelbereik: 1 t/m 99 ms (Instelbereik mede afhankelijk van de signaalbron en het gebruikte DSP programma.)
Voor 5ch Stereo
Functie: Deze parameters regelen het volumeniveau voor elk van de kanalen in de 5-kanaals stereo
Instelbereik: 0 t/m 100%
CT LEVEL (Midden niveau)
RL LEVEL (Links achter niveau)
van de DSP effecten verhogen of verlagen in verhouding tot de directe weergave.
hoofd-luidsprekers en het begin van de weergave van hetzelfde geluid via de achter-luidsprekers. Hoe groter deze waarde, hoe later de weergave via de effect-luidsprekers zal beginnen.
weergavefunctie.
RR LEVEL (Rechts achter niveau)
Voor PRO LOGIC II Music
PANORAMA
Functie: Breidt het stereo geluidsveld uit naar de surround-luidsprekers voor een omhullend effect. Instel-mogelijkheden: OFF/ON, fabrieksinstelling is OFF.
DIMENSION
Functie: Verschuift het geluidsveld naar voren of naar achteren. Instelbereik: –3 (naar achteren) t/m +3 (naar voren), fabrieksinstelling is STD (standaard).
CT WIDTH (Midden breedte)
Functie: Regelt het geluidsbeeld via alle drie de voor-luidsprekers in verschillende mate. Een grotere waarde
breidt het geluidsbeeld uit in de richting van de linker en rechter hoofd-luidsprekers.
Instelbereik: 0 (middenkanaal wordt alleen weergegeven via de midden-luidspreker) t/m 7 (middenkanaal wordt
alleen via de linker en rechter hoofd-luidsprekers weergegeven), fabrieksinstelling is 3.
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
47
Page 50
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Raadpleeg de onderstaande tabel wanneer dit toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem waar u mee te maken heeft niet hieronder vermeld staat of als de geboden oplossing niet werkt, dient u de stroom uit te schakelen, de stekker uit het stopcontact te halen en contact op te nemen met uw erkende YAMAHA dealer of Service-centrum.
Algemeen
Probleem
Dit toestel gaat niet aan wanneer u op STANDBY/ON (of POWER) drukt, of keert terug in de standby-stand kort nadat u de stroom hebt ingeschakeld.
Geen geluid.
Oorzaak
De stekker zit niet of niet goed in het stopcontact.
De beveiligingsschakeling is in werking getreden.
Dit toestel is blootgesteld aan een sterke externe elektrische schok (zoals blikseminslag of een sterke ontlading van statische elektriciteit).
Gebrekkige of onjuiste in- of uitgangsaansluitingen.
Onjuiste signaalbron.
De luidsprekers zijn niet goed aangesloten.
De hoofd-luidsprekers die u wilt gebruiken zijn niet goed geselecteerd.
Het volume staat te laag.
De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld.
Oplossing
Steek de stekker goed in het stopcontact.
Controleer of alle luidspreker-draden goed zijn aangesloten zowel op dit toestel als op de luidsprekers en dat de draden geen contact maken met iets anders dan de bijbehorende aansluiting.
Zet het toestel uit (standby), haal de stekker uit het stopcontact, doe deze na 30 seconden weer terug en probeer het opnieuw.
Zorg voor goede aansluitingen. Als dit het probleem niet oplost, is het mogelijk dat de snoeren defect zijn.
Selecteer een geschikte ingangsbron met INPUT l / h of 6CH INPUT (of met de ingangskeuzetoetsen).
Zorg voor goede aansluitingen.
Druk SPEAKERS ON/OFF in de stand ON en selecteer de juiste hoofd-luidsprekers met SPEAKERS A/B.
Verhoog het volume.
Druk op MUTE of op een andere bedieningstoets zodat de geluidsweergave wordt ingeschakeld en u het volume kunt regelen.
Raadpleeg
bladzijde
15 16
9 – 16
21
15 – 16
21
22
Het geluid valt plotseling weg.
48
Het toestel ontvangt digitale signalen van bijv. een CD-ROM die het toestel niet kan verwerken.
De beveiligingsschakeling is in werking getreden vanwege kortsluiting enz.
De slaaptimer is in werking getreden.
De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld.
Geef signalen weer die door dit toestel gereproduceerd kunnen worden.
Controleer of de luidspreker-draden geen contact maken en doe het toestel vervolgens weer aan.
Schakel de stroom in en probeer de signaalbron opnieuw te laten weergeven.
Druk op MUTE of een andere bedieningstoets om de weergave te hervatten en stel vervolgens het gewenste volume weer in.
Page 51
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem
Er komt geen geluid of slechts een zwak geluid uit bepaalde luidsprekers.
Er komt geen geluid uit de effect­luidsprekers.
Er komt geen geluid uit de midden­luidspreker.
Oorzaak
Onjuiste aansluitingen.
De effecten zijn uitgeschakeld.
Er wordt een Dolby Surround, Dolby Digital of DTS decoderend DSP geluidsveldprogramma gebruikt op materiaal dat niet Dolby Surround, Dolby Digital of DTS gecodeerd is.
Het toestel ontvangt een digitaal ingangssignaal met een bemonsteringsfrequentie die hoger is dan 48 kHz.
Het uitgangsniveau voor de midden­luidspreker staat op de minimum instelling.
SOUND 1A CENTER is via het instelmenu op NON (geen) gezet.
Een van de Hi-Fi DSP programma’s (1 t/m 4) is geselecteerd (met uitzondering van 5ch Stereo).
Het Dolby Digital of DTS ingangssignaal bevat geen midden-kanaal.
Oplossing
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als het probleem niet verdwijnt, is het mogelijk dat de kabels defect zijn.
Druk op STEREO om deze in te schakelen.
Selecteer een ander DSP geluidsveldprogramma.
Zet uw midden-luidspreker harder.
Selecteer de juiste instelling voor uw midden­luidspreker.
Selecteer een ander DSP geluidsveldprogramma.
Raadpleeg
bladzijde
15
24 29
45
40
24 – 29
Er komt geen geluid uit de achter­luidsprekers.
Er komt geen geluid uit de subwoofer.
Slechte weergave van de lage tonen.
Het volume voor de achter-luidsprekers is op het minimum ingesteld.
Er wordt een mono signaalbron afgespeeld met geluidsveldprogramma 9.
SOUND 1D BASS is via het instelmenu op MAIN gezet terwijl er een Dolby Digital of DTS signaal wordt weergegeven.
SOUND 1D BASS is via het instelmenu op SWFR of MAIN gezet terwijl er een 2-kanaals signaal wordt weergegeven.
Het bronsignaal bevat geen zeer lage tonen (90 Hz of minder).
SOUND 1D BASS is via het instelmenu op SWFR of BOTH gezet terwijl uw systeem geen subwoofer bevat.
De instellingen voor de luidsprekers (hoofd, midden of achter) in het instelmenu komen niet overeen met uw daadwerkelijke luidspreker-configuratie.
Verhoog de niveaus van de achter-luidsprekers.
Selecteer een ander DSP geluidsveldprogramma.
Selecteer SWFR of BOTH.
Selecteer BOTH.
Selecteer MAIN.
Maak de juiste instellingen voor wat betreft de afmetingen van elk van uw luidsprekers.
45
24 – 29
41
41
41
40 – 41
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
49
Page 52
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem
Er klinkt een ‘brom’.
Het volumeniveau kan niet worden verhoogd, of de weergave is vervormd.
Geluidseffecten worden niet opgenomen.
De DSP parameters en sommige andere instellingen van dit toestel kunnen niet worden gewijzigd.
Het toestel functioneert niet naar behoren.
De aanduiding “CHECK SP WIRES verschijnt op het display.
U ondervindt storing van digitale of hoog­frequente apparatuur, of van dit toestel.
Oorzaak
Onjuiste aansluitingen.
De op de OUT (REC) aansluitingen van dit toestel aangesloten component staat uit.
De geluidseffecten kunnen niet worden opgenomen.
OPTION 2 MEM. GUARD is via het instelmenu op ON gezet.
De interne microcomputer is op tilt geslagen door een externe elektrische schok (zoals blikseminslag of een ontlading van statische elektriciteit) of door een stroomvoorziening met een te laag voltage.
De luidspreker-snoeren maken kortsluiting.
Dit toestel staat te dicht bij de betreffende apparatuur.
Oplossing
Zorg voor goede aansluitingen. Als het probleem niet verdwijnt, is het mogelijk dat de kabels defect zijn.
Zet de betreffende component aan.
Zet OPTION 2 MEM. GUARD via het instelmenu op OFF.
Haal de stekker uit het stopcontact en doe deze na ongeveer 30 seconden weer terug.
Controleer of alle luidsprekerkabels goed zijn aangesloten.
Zet dit toestel verder bij de betreffende apparatuur vandaan.
Raadpleeg
bladzijde
Het toestel gaat plotseling uit (standby).
De temperatuur binnenin het toestel is te hoog opgelopen en de beveiliging tegen oververhitting is in werking getreden.
Wacht tot dit toestel is afgekoeld en zet het dan weer aan.
50
Page 53
Tuner
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem
Ruis bij FM stereo­ontvangst.
Er treedt vervorming op en ook met een goede FM antenne is goede ontvangst onmogelijk.
FM
Er kan niet automatisch worden afgestemd op de gewenste zender.
Eerder voorgeprogrammeerde zenders kunnen niet meer worden opgeroepen.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op de gewenste zender.
AM
Er klinken de hele tijd krakende en sissende geluiden.
Oorzaak
Vanwege de kenmerken van FM stereo­uitzendingen, kan dit voorkomen wanneer de zender te ver weg is, of het door de antenne geproduceerde ingangssignaal te zwak is.
Het signaal wordt via verschillende wegen ontvangen.
De zender is te zwak.
Het toestel is te lang zonder stroom geweest.
Zwak signaal of antenne los.
Storing kan het resultaat zijn van onweer, TL verlichting, motoren, thermostaten en andere elektrische apparatuur.
Oplossing
Controleer de antenne-aansluitingen. Probeer eens een hoge kwaliteits FM richtantenne.
Stem met de hand af.
Zet de antenne zo dat het signaal nog maar op een enkele manier ontvangen wordt.
Probeer eens een hoge kwaliteits FM richtantenne.
Stem met de hand af.
Herhaal de procedure voor het voorprogrammeren.
Zet de aansluitingen van de AM ringantenne goed vast en zet de antenne zo dat u de beste ontvangst verkrijgt.
Stem met de hand af.
Gebruik een geaarde buitenantenne. Dit zal wel wat helpen, maar het zal moeilijk blijven alle storingen te elimineren.
Raadpleeg
bladzijde
12
31
31
32
31
12
Er klinken zoemende en huilende geluiden (vooral’s avonds).
Afstandsbediening
Probleem
De afstandsbediening doet het niet, of niet goed.
Er staat een televisie te dicht in de buurt.
Oorzaak
Te ver weg of te scherpe hoek.
Er valt direct zonlicht of sterke verlichting (zoals van een TL lamp) op de infraroodsensor van het hoofdtoestel.
De batterijen zijn te zwak.
Zet dit toestel verder bij de TV vandaan.
Oplossing
De afstandsbediening werkt binnen een maximum bereik van 6 m, onder een hoek van niet meer dan 30 graden afwijkend van loodrecht op het voorpaneel.
Verplaats dit toestel.
Vervang alle batterijen door nieuwe.
Raadpleeg
bladzijde
7
3
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
51
Page 54
WOORDENLIJST
Dolby Surround
Dolby Surround maakt gebruik van opnamen met 4 analoge kanalen om realistische en dynamische geluidseffecten te reproduceren: 2 linker en rechter hoofdkanalen (stereo), een middenkanaal voor de gesproken tekst (mono) en een achterkanaal voor speciale geluidseffecten (mono). Het achterkanaal reproduceert geluid binnen een beperkt frequentiebereik. Dolby Surround wordt algemeen gebruikt op videobanden en Laserdiscs en door veel TV en kabelzenders. De Dolby Pro Logic decoder die is ingebouwd in dit toestel maakt gebruik van een digitale signaalverwerking die automatisch het volume van de diverse kanalen stabiliseert ter verbetering van bewegende geluidseffecten en de richtingsgevoeligheid.
Dolby Digital
Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem dat u volledig gescheiden multikanaals geluidsweergave biedt. Met 3 voorkanalen (links, midden en rechts) en 2 stereo achterkanalen biedt Dolby Digital u 5 audiokanalen met het volle frequentiebereik. Daarnaast beschikt dit systeem over een extra kanaal speciaal voor lage toon-effecten, het LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal, hetgeen het totaal brengt op 5,1 kanalen (het LFE kanaal telt als 0,1 kanaal). Met tweekanaals stereo voor de achter-luidsprekers is het mogelijk bewegende geluidseffecten preciezer weer te geven voor een betere surroundweergave dan mogelijk is met Dolby Surround. Het grote dynamische bereik (het verschil tussen het maximum en het minimum volume) dat kan worden weergegeven door de 5 kanalen met het volle frequentiebereik en de accurate plaatsing van de geluidsbronnen met behulp van de digitale geluidsverwerking waarborgt een voorheen ondenkbaar realistische ervaring. Met dit toestel heeft u de keuze uit een ongeëvenaard aantal geluidsbronnen, van mono tot 5,1 kanaals systemen.
Matrix 6.1
Dit toestel is uitgerust met een Matrix 6.1 decoder voor Dolby Digital en DTS multikanaals materiaal en maakt 6,1 kanaals weergave mogelijk door toevoeging van een midden achterkanaal aan het bestaande 5,1 kanaals formaat. (Het midden achterkanaal wordt samengesteld uit de signalen voor de linker en rechter achterkanalen en wordt weergegeven via een virtuele midden achter­luidspreker.) Met dit extra kanaal krijgt u een meer dynamische en realistische weergave van bewegende geluidsbronnen, in het bijzonder bij scène waarin dingen over en rond vliegen.
Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic II is een verbeterde techniek voor het decoderen van grote hoeveelheden gegevens van bestaand Dolby Surround materiaal. Deze nieuwe technologie maak weergave van 5 gescheiden kanalen mogelijk met 2 hoofdkanalen links en rechts, een middenkanaal en 2 achterkanalen links en rechts (in plaats van slechts een enkel achterkanaal bij de conventionele Pro Logic technologie). Naast de Movie functie voor weergave van films is er ook een Music functie voor weergave van materiaal met slechts 2 kanalen.
DTS (Digital Theater Systems) Digital
Surround
DTS digitale surroundweergave is een 6-kanaals digitaal systeem ontwikkeld ter vervanging van analoge filmsoundtracks dat snel aan populariteit wint in de filmwereld. Digital Theater Systems Inc. heeft een thuistheater-systeem ontwikkeld zodat u bij u thuis kunt profiteren van de ruimtelijke en natuurlijke DTS digitale surroundweergave. Dit systeem is vrijwel vrij van vervorming en levert heldere 6-kanaals weergave (dat wil zeggen, linker, rechter en middenkanalen, 2 achterkanalen, plus een LFE 0,1 kanaal voor de subwoofer dus in andere woorden 5,1 kanalen).
LFE 0,1 kanaal
Dit kanaal is bedoeld voor de reproductie van de lage tonen. Het frequentiebereik voor dit kanaal loopt van 20 Hz t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt maar voor 0,1 kanaal geteld omdat het alleen de lage tonen behelst, in vergelijking met het volle frequentiebereik van de andere 5 kanalen in een Dolby Digital of DTS systeem met 5,1 kanalen.
CINEMA DSP
Omdat de Dolby Surround en DTS systemen oorspronkelijk ontworpen zijn voor gebruik in bioscopen, werken deze het best in grote zalen met veel luidsprekers ontworpen voor de akoestische effecten. Aangezien de omstandigheden bij u thuis, de afmetingen van de kamer, het materiaal van de wanden, het aantal luidsprekers, enz. hiermee waarschijnlijk geen gelijkenis vertoont, zullen er ook verschillen zijn in de geluidsweergave. Gebaseerd op een enorme hoeveelheid verzamelde gegevens van echte uitvoeringsruimten, is de YAMAHA CINEMA DSP in staat YAMAHA’s originele geluidsveld-technologie te gebruiken in combinatie met Dolby Pro Logic, Dolby Digital en DTS systemen om zo de kijk- en luisterervaring van de bioscoop bij u thuis te kunnen reproduceren.
SILENT CINEMA
YAMAHA heeft een natuurlijk, realistisch DSP geluidsveldprogramma voor hoofdtelefoons ontwikkeld. De parameters voor hoofdtelefoons zijn aangepast aan de diverse geluidsvelden zodat alle geluidsveldprogramma’s ook via de hoofdtelefoon weergegeven kunnen worden.
Virtual CINEMA DSP
YAMAHA heeft het Virtual CINEMA DSP geluidsveldprogramma ontwikkeld om virtuele achter­luidsprekers te simuleren zodat u ook zonder achter­luidsprekers van de DSP geluidsvelden kunt profiteren. Het is zelfs mogelijk om van het CINEMA DSP geluidsveldprogramma te genieten met een minimaal systeem van slechts 2 luidsprekers zonder midden­luidspreker.
52
Page 55
PCM (Lineair PCM)
Lineair PCM is een signaalformaat voor ongecomprimeerde gedigitaliseerde analoge geluidssignalen, geschikt voor opname, transmissie en weergave. Dit is de methode waarmee CD’s en DVD audio discs zijn opgenomen. Het PCM systeem maakt gebruik van een systeem waarbij het analoge signaal in zeer kleine stukjes wordt gehakt en per stukje gemeten wordt (‘bemonsterd’). PCM staat voor “Puls Code Modulatie” en betekent dat het analoge signaal gecodeerd wordt als pulsjes en vervolgens o gemoduleerd voor opname.
Bemonsteringsfrequentie en aantal kwantificeringsbits
Bij het digitaliseren van een analoog audiosignaal wordt het aantal keren dat het signaal per seconde gemeten wordt de bemonsteringsfrequentie genoemd, terwijl de mate van detail waarin het geluid wordt omgezet in een digitale waarde wordt aangegeven door het aantal kwantificeringsbits. De signalen die kunnen worden weergegeven hangen mede af van de bemonsteringsfrequentie terwijl het dynamisch bereik, het verschil tussen maximum en minimum volume, afhangt van het aantal kwantificeringsbits. Hoe hoger de bemonsteringsfrequentie, hoe meer frequenties er kunnen worden weergegeven en hoe hoger het aantal kwantificeringsbits, hoe beter het volume kan worden gereproduceerd.
WOORDENLIJST
53
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
Page 56
TECHNISCHE GEGEVENS
AUDIO GEDEELTE
• Minimum RMS uitgangsvermogen voor hoofd, midden, achter 1 kHz, 0,1% THV, 6
[Modellen voor de VS en Canada] ........................................ 70 W
[Overige modellen] ................................................................ 60 W
1 kHz, 0,7% THV, 6
[Modellen voor de VS en Canada] ........................................ 75 W
[Modellen voor het V.K., Europa, Australië en Korea] ......... 65 W
• DIN Standaard uitgangsvermogen [Modellen voor Europa]
1 kHz, 0,7% THV, 4 Ω .......................................................... 75 W
• Maximum uitgangsvermogen (EIAJ) [Modellen voor China, Korea en algemene modellen]
1 kHz, 10% THV, 6 Ω ........................................................... 80 W
• Dynamisch uitgangsvermogen (IHF) 6/4/2
[Modellen voor de VS en Canada] .......................... 85/100/115 W
[Overige modellen] .................................................... 75/95/105 W
• Frequentierespons
CD, etc naar Hoofd L/R ....................... 10 Hz t/m 100 kHz, –3 dB
• Totale Harmonische Vervorming
1 kHz, 30 W, 6 , Hoofd L/R ............................................... 0,06%
• Signaal-ruis verhouding (IHF-A Netwerk) CD (kortgesloten 250 mV) naar Hoofd L/R, Effect uit
..................................................................................... h100 dB
• Residuele ruis (IHF-A Netwerk)
Hoofd L/R ......................................................... 150 µV of minder
• Kanaalscheiding (1 kHz/10 kHz) CD, etc (5,1 k getermineerd) naar Hoofd L/R
........................................................................ h60 dB/h45 dB
• Toonregeling (Hoofd L/R)
BASS versterking/verzwakking ............................ ±10 dB/100 Hz
TREBLE versterking/verzwakking ....................... ±10 dB/20 kHz
• Uitgangsvermogen hoofdtelefoon ............................. 300 mV/470
• Ingangsgevoeligheid
CD, etc ....................................................................150 mV/47 k
6CH INPUT ............................................................ 150 mV/47 k
• Uitgangsniveau
OUT (REC) ........................................................... 150 mV/1,2 k
OUTPUT SUBWOOFER ............................................. 4 V/1,2 k
FM GEDEELTE
• Afstembereik
[Modellen voor de VS en Canada] ................ 87,5 t/m 107,9 MHz
[Overige modellen] .................................... 87,50 t/m 108,00 MHz
• 50 dB Rustgevoeligheid (IHF, 100% mod.)
Mono/Stereo ........................ 2,0 µV (17,3 dBf) /25 µV (39,2 dBf)
• Selectiviteit (400 kHz) ............................................................. 70 dB
• Signaal-ruis verhouding (IHF)
Mono/Stereo .............................................................. 76 dB/70 dB
• Harmonische vervorming (1 kHz)
Mono/Stereo ................................................................. 0,2%/0,3%
• Stereoscheiding (1 kHz) .......................................................... 42 dB
• Frequentierespons ............................. 20 Hz t/m 15 kHz +0,5, –2 dB
AM GEDEELTE
• Afstembereik ........................................ 530/531 t/m 1710/1611 kHz
• Bruikbare gevoeligheid .................................................... 300 µV/m
ALGEMEEN
• Stroomvoorziening
[Modellen voor de VS en Canada] ...... 120 V wisselstroom/60 Hz
[Modellen voor Australië] ................... 240 V wisselstroom/50 Hz
[Modellen voor het V.K., Europa en Singapore]
.......................................................... 230 V wisselstroom/50 Hz
[Modellen voor Korea] ........................ 220 V wisselstroom/60 Hz
[Modellen voor China] ........................ 220 V wisselstroom/50 Hz
[Algemene modellen]
............................ 110-120V/220-240 V wisselstroom, 50/60 Hz
• Stroomverbruik
[Modellen voor de VS en Canada] ......................... 210 W/280 VA
[Overige modellen] .............................................................. 210 W
Standby-stand ....................................................... 0,8 W of minder
• Afmetingen (b x h x d) ..................................... 435 x 151 x 322 mm
• Gewicht .................................................................................... 8,0 kg
*Technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving
gewijzigd worden.
VIDEO GEDEELTE
• Videosignaal-type ....................................................... NTSC of PAL
• Composiet videosignaal-niveau..................................... 1 Vp-p/75
• Signaal-ruis verhouding ...................................................... h50 dB
• Frequentierespons (MONITOR OUT) ...... 5 Hz t/m 10 MHz, –3 dB
YAMAHA ELECTRONICS CORPORATION, USA 6660 ORANGETHORPE AVE., BUENA PARK, CALIF. 90620, U.S.A. YAMAHA CANADA MUSIC LTD. 135 MILNER AVE., SCARBOROUGH, ONTARIO M1S 3R1, CANADA YAMAHA ELECTRONIK EUROPA G.m.b.H. SIEMENSSTR. 22-34, 25462 RELLINGEN BEI HAMBURG, F.R. OF GERMANY YAMAHA ELECTRONIQUE FRANCE S.A. RUE AMBROISE CROIZAT BP70 CROISSY-BEAUBOURG 77312 MARNE-LA-VALLEE CEDEX02, FRANCE YAMAHA ELECTRONICS (UK) LTD. YAMAHA HOUSE, 200 RICKMANSWORTH ROAD WATFORD, HERTS WD1 7JS, ENGLAND YAMAHA SCANDINAVIA A.B. J A WETTERGRENS GATA 1, BOX 30053, 400 43 VÄSTRA FRÖLUNDA, SWEDEN YAMAHA MUSIC AUSTRALIA PTY, LTD. 17-33 MARKET ST., SOUTH MELBOURNE, 3205 VIC., AUSTRALIA
Printed in China WB14680
Loading...