Toshiba SATELLITE PRO M70, SATELLITE M70, EQUIUM M70 User Manual [hu]

Gebruikershandleiding
M70
Copyright
© 2005 by TOSHIBA Corporation. Alle rechten voorbehouden. Onder de auteurswetten mag deze handleiding op geen enkele wijze worden verveelvoudigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TOSHIBA. Met betrekking tot het gebruik van de informatie in deze handleiding wordt geen octrooirechtelijke aansprakelijkheid aanvaard.
M70 Draagbare personal computer Gebruikershandleiding
Eerste druk september 2005 Eigendom en auteursrecht van muziek, video, computerprogramma’s,
databases en dergelijke worden beschermd door de auteurswetten. Deze auteursrechtelijk beschermde materialen mogen uitsluitend worden gekopieerd voor persoonlijk gebruik thuis. Als u deze materialen, afgezien van de bovenstaande beperking, toch kopieert (ook om gegevensindelingen om te zetten) of wijzigt, overdraagt of verspreidt via internet zonder toestemming van de houders van het auteursrecht, kunt u gerechtelijk worden vervolgd voor schadevergoeding en/of gerechtelijke straffen ondergaan vanwege inbreuk op het auteursrecht of persoonlijke rechten. Houd u daarom aan de auteurswetten wanneer u dit product gebruikt om auteursrechtelijk beschermde werken te kopiëren of andere bewerkingen uit te voeren. Houd er rekening mee dat u de auteursrechtelijk beschermde rechten van de eigenaar kunt schenden als u de functies voor het schakelen tussen beeldschermmodi (zoals breedbeeld of zoomen) van dit product gebruikt om beelden/video vergroot weer te geven in een café of hotel met als doel winst te maken of deze beelden aan het publiek aan te bieden.
Afwijzing van aansprakelijkheid
Deze handleiding is zorgvuldig gevalideerd en nagekeken. De aanwijzingen en beschrijvingen waren correct voor de draagbare personal computers uit de M70-serie op het tijdstip waarop deze handleiding ter perse ging. Navolgende computers en handleidingen kunnen echter zonder kennisgeving worden gewijzigd. TOSHIBA aanvaardt dientengevolge geen aansprakelijkheid voor schade die direct of indirect voortvloeit uit fouten of omissies in de handleiding, of uit discrepanties tussen computer en handleiding.
Handelsmerken
IBM is een gedeponeerd handelsmerk en IBM PC, OS/2 en PS/2 zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation. Celeron, Intel, Intel SpeedStep en Pentium zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation.
MS-DOS, Microsoft, Windows en DirectX zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Centronics is een gedeponeerd handelsmerk of Centronics Data Computer Corporation. Photo CD is een handelsmerk van Eastman Kodak.
Bluetooth is een handelsmerk in eigendom van de eigenaar en wordt door TOSHIBA onder licentie gebruikt.
ii Gebruikershandleiding
iLink is een handelsmerk van Sony Corporation. TruSurround XT, WOW XT, SRS en het symbool zijn handelsmerken van SRS Labs, Inc. De technologieën TruSurround XT, WOW XT, TruBass, SRS 3D en FOCUS
vallen onder licentie van SRS Labs, Inc. In deze handleiding wordt mogelijk verwezen naar andere handelsmerken
en gedeponeerde handelsmerken die hierboven niet zijn genoemd.
Informatie over Macrovision
Dit product maakt gebruik van een techniek ter bescherming van auteursrechten. Deze techniek wordt beschermd door methoden en claims onder bepaalde Amerikaanse octrooien en andere intellectuele eigendomsrechten van Macrovision Corporation en andere rechtmatige eigenaars. Gebruik van deze techniek is alleen toegestaan met toestemming van Macrovision Corporation en is uitsluitend bedoeld voor privégebruik en weergave voor een beperkt publiek, tenzij Macrovision Corporation toestemming heeft verleend voor andere gebruiksmogelijkheden. Terugwerkend construeren of demonteren is verboden.
Veiligheidsinstructies
Houd u aan de volgende richtlijnen om uzelf en de computer optimaal te beschermen.
Tijdens het gebruik van de computer
Laat de portable tijdens gebruik niet lange tijd achtereen op uw lichaam rusten. Bij intensief gebruik kan er zich warmte in de basis opbouwen. Langdurig contact met de huid kan een onaangenaam gevoel of zelfs brandwonden veroorzaken.
Probeer niet de computer zelf te repareren. Volg de installatie-
instructies nauwgezet.
Draag een accu niet in uw zak, handtas of een andere houder waar
metalen objecten (zoals sleutels) de accuklemmen kunnen kortsluiten. Hierdoor kunnen extreem hoge temperaturen ontstaan, met het risico van brandwonden.
Zorg dat er geen voorwerpen op het snoer van de netadapter rusten en
dat het snoer niet op een locatie ligt waar regelmatig mensen lopen of staan.
Plaats de netadapter op een positie met voldoende ventilatie,
bijvoorbeeld op een bureaublad of op de vloer, wanneer u de computer op de netvoeding gebruikt of de accu oplaadt. Bedek de netadapter niet met papier of andere voorwerpen die afkoeling belemmeren, en gebruik de netadapter niet terwijl deze in een draagtas zit.
Gebruik uitsluitend de netadapter en accu’s die zijn goedgekeurd voor
gebruik met deze computer. Gebruik van een ander type accu of netadapter resulteert in brand- of ontploffingsgevaar.
Gebruikershandleiding iii
Controleer alvorens de computer op een voedingsbron aan te sluiten of
de spanningsspecificatie van de netadapter overeenkomt met die van de beschikbare voedingsbron.
115 V/60 Hz in het merendeel van Noord- en Zuid-Amerika en een aantal landen in het Verre Oosten (zoals Taiwan).
100 V/50 Hz in het oosten van Japan en 100 V/60 Hz in het westen van Japan.
230 V/50 Hz in de meeste landen van Europa, het Midden Oosten en het Verre Oosten.
Als u de netadapter met een verlengsnoer gebruikt, zorg dan dat de
totale stroomsterkte van de aangesloten apparaten niet hoger is dan de stroomspecificatie van het verlengsnoer zelf.
Tijdens onweer dient u geen kabels aan de computer te koppelen of ervan
te ontkoppelen, of onderhouds- of configuratiewerkzaamheden op de computer uit te voeren. Hierdoor loopt u het risico van een elektrische schok.
Plaats de computer op een vlak oppervlak wanneer u ermee gaat werken.
Probeer niet om gebruikte accu’s te verbranden. Ze kunnen ontploffen.
Houd u bij het afdanken van accu’s en batterijen aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften.
Houd de computer tijdens vliegreizen als handbagage bij u. U kunt de
computer tijdens de veiligheidscontrole door een röntgenapparaat laten scannen, maar neem de notebook nooit met u mee door een metaaldetectiepoortje. Zorg bij handmatige inspectie dat u een opgeladen accu paraat hebt, voor het geval u wordt verzocht de computer in te schakelen.
Als u reist met de vaste schijf uit de computer verwijderd, dient u het
schijfstation in een niet-geleidend materiaal (bijvoorbeeld een doek of papier) te wikkelen. Houd er rekening mee dat u bij handmatige inspectie mogelijk zal worden gevraagd de schijf in de computer te installeren. U kunt de vaste schijf tijdens de veiligheidscontrole door een röntgenapparaat laten scannen, maar neem de schijf nooit met u mee door een metaaldetectiepoortje.
Plaats de computer onderweg niet in een bagagevak of –rek waar hij
heen en weer kan schuiven. Laat de computer niet vallen en vermijd tevens andere mechanische schokken.
Houd de computer, accu en vaste schijf stof- en vochtvrij en vermijd
blootstelling aan extreme temperaturen en direct zonlicht. Eet en drink niet in de buurt van de apparatuur.
Als u de computer verplaatst naar een omgeving met een aanzienlijk
hogere of lagere temperatuur en/of vochtigheidsgraad, kan zich condensatie in of op de computer vormen. Wacht in dat geval tot het vocht is verdampt voordat u de computer weer in gebruik neemt.
Ontkoppel kabels door aan de connector of de snoerontspanningslus te
trekken, niet aan de kabel zelf. Trek de connector recht uit om te voorkomen dat de connectorpennen verbogen raken. Zorg bij het aansluiten van een kabel dat u de connector in de juiste stand en recht insteekt.
Alvorens de computer schoon te maken dient u deze uit te schakelen,
de stekker uit het stopcontact te verwijderen en de accu te verwijderen.
Hanteer computeronderdelen voorzichtig. Houd een onderdeel zoals
een geheugenmodule bij de randen vast, niet bij de pennen.
iv Gebruikershandleiding
Neem bij het gebruik van uw telefoonapparatuur in combinatie met uw computer basale veiligheidsvoorschriften in acht om het risico van brand, elektrische schokken en persoonlijk letsel te beperken. Bijvoorbeeld:
Gebruik dit product niet in de buurt van water, bijvoorbeeld bij een badkuip,
wasbak of gootsteen, in een vochtige kelder of bij een zwembad.
Telefoneer niet tijdens onweer (behalve als u een draadloze telefoon
gebruikt). Bliksem kan elektrische schokken veroorzaken.
Gebruik de telefoon niet om een gaslek te rapporteren in de nabijheid
van het lek.
Gebruik alleen het in deze handleiding vermelde netsnoer.
Vervang de accu uitsluitend door een accu van hetzelfde type of van
een gelijkwaardig, door de fabrikant aanbevolen type.
Houd u bij het afdanken van gebruikte accu’s aan de voorschriften van
de fabrikant.
Gebruik alleen No.26 AWG of grotere snoeren voor de
telecommunicatielijn om het risico op brand te verlagen.
Gebruik alleen de accu-eenheid die bij de computer is geleverd of een optionele, door de fabrikant aanbevolen accu-eenheid. Gebruik van de verkeerde accu kan resulteren in beschadiging van de computer.
In dergelijke gevallen aanvaardt TOSHIBA geen aansprakelijkheid voor schade.
EU-verklaring van overeenstemming
Dit product is voorzien van het CE-keurmerk in overeenstemming met de relevante Europese richtlijnen, met name de Electromagnetic Compatibility Directive 89/336/EEC voor notebooks en elektronische accessoires, zoals de meegeleverde netadapter, de Radio Equipment and Telecommunications Terminal Equipment Directive 99/5/EEC in het geval van geïmplementeerde accessoires voor telecommunicatie en de Low Voltage Directive 73/23/EEC voor de meegeleverde netadapter.
De verantwoording voor de toewijzing van CE-keurmerken ligt bij TOSHIBA EUROPE GmbH, Hammfelddamm 8, 41460 Neuss, Duitsland, telefoon +49-(0)-2131-158-01.
Bezoek de volgende website voor een exemplaar van de CE-verklaring van overeenstemming: http://epps.toshiba-teg.com
Dit product en de meegeleverde accessoires zijn ontworpen conform de relevante EMC- (Elektromagnetische compatibiliteit) en veiligheidsnormen. TOSHIBA garandeert echter niet dat dit product nog steeds aan deze EMC-normen voldoet indien kabels of accessoires van andere leveranciers of distributeurs zijn aangesloten of geïmplementeerd. Ter voorkoming van algemene EMC-problemen moeten in het algemeen de volgende richtlijnen in acht worden genomen:
Alleen accessoires met het CE-keurmerk mogen worden
aangesloten/geïmplementeerd.
Alleen hoogwaardige afgeschermde kabels mogen worden
aangesloten.
Gebruikershandleiding v
De volgende informatie is alleen bestemd voor lidstaten van de EU:
Dit symbool geeft aan dat dit product niet mag worden behandeld als huishoudelijk afval. Zorg ervoor dat dit product op de juiste manier als afval wordt verwerkt, aangezien een onjuiste verwerking risico’s voor het milieu en de gezondheid met zich mee kan brengen. Neem voor meer informatie over recycling van dit product contact op met het gemeentekantoor, de vuilnisdienst of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Dit symbool is mogelijk niet aanwezig, afhankelijk van het land of de regio waar u dit product hebt gekocht.
Veiligheidsinstructies voor optische schijfstations
Vergeet niet de internationale voorzorgsmaatregelen aan het einde van
deze paragraaf te lezen.
Het optische station dat in deze computer wordt gebruikt, is uitgerust met een laser. Het station is voorzien van een classificatie-etiket met de volgende tekst.
CLASS 1 LASER PRODUCT LASER KLASSE 1 LUOKAN 1 LASERLAITE APPAREIL A LASER DE CLASSE 1 KLASS 1 LASER APPARAT De fabrikant van het station met het bovenstaande etiket certificeert dat het
station op de fabricagedatum voldeed aan de voorschriften voor laserproducten conform artikel 21 van de Amerikaanse Code of Federal Regulations (Department of Health & Human Services, Food and Drug Administration).
In andere landen voldoet het station aan de IEC 825- en EN60825­voorschriften voor laserproducten van klasse 1.
Deze computer is uitgerust met een van de optische stations in de volgende lijst, al naar gelang het model.
Fabrikant Type
Panasonic Communications Co., LTD. CD-RW/DVD-ROM UJDA770
TOSHIBA Samsung Opslagtechnologie CD-RW/DVD-ROM TS-L462C
Hitachi LG Data Storage, Inc. CD-RW/DVD-ROM GCC-4244N
Panasonic Communications Co., LTD. DVD Super Multi UJ-841B
TEAC DVD Super Multi DV-W28EA
Hitachi LG Data Storage, Inc. DVD Super Multi GSA-4082N
Pioneer DVD Super Multi DVR-K16
vi Gebruikershandleiding
Internationale voorzorgsmaatregelen
Dit station gebruikt een lasersysteem. Om te zorgen dat dit product
correct wordt gebruikt, dient u deze handleiding zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
Probeer niet de kast te openen. Doet u dit wel, dan loopt u het risico
van directe blootstelling aan de laserstraal.
Positie van het vereiste etiket
Zie het voorbeeld hieronder. De positie van het etiket en de fabricage­informatie kunnen variëren.
LET OP: Dit apparaat bevat een lasersysteem en is geclassificeerd als een laserproduct van klasse
1. Om te zorgen dat u dit product correct gebruikt, dient u de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Wend u in geval van problemen met dit model tot het dichtstbijzijnde Authorized Toshiba Service Center. Probeer niet de kast te openen. Doet u dit wel, dan loopt u het risico van directe blootstelling aan de laserstraal.
Gebruikershandleiding vii
VORSICHT: Dieses Gerät enthält ein Laser­System und ist als “LASERSCHUTZKLASSE 1 PRODUKT” klassifiziert. Für den richtigen Gebrauch dieses Modells lesen Sie bitte die Bedienungsanleitung sorgfältig durch und bewahren diese bitte als Referenz auf. Falls Probleme mit diesem Modell auftreten, benachrichtigen Sie bitte die nächste “autorisierte Service-Vertretung”. Um einen direkten Kontakt mit dem Laserstrahl zu vermeiden darf das Gerät nicht geöffnet werden.
ADVARSEL: Denne mærking er anbragt udvendigt på apparatet og indikerer, at apparatet arbejder med laserstråler af klasse 1, hviket betyder, at der anvendes laserstrlier af svageste klasse, og at man ikke på apparatets yderside kan bilve udsat for utilladellg kraftig stråling.
APPARATET BOR KUN ÅBNES AF FAGFOLK MED SÆRLIGT KENDSKAB TIL APPARATER MED LASERSTRÅLER!
Indvendigt i apparatet er anbragt den her gengivne advarselsmækning, som advarer imod at foretage sådanne indgreb i apparatet, at man kan komme til at udsætte sig for laserstråling.
OBS! Apparaten innehåller laserkomponent som avger laserstråining överstigande gränsen för laserklass 1.
VAR OITUS. Suojakoteloa ei saa avata. Laite sisältää laserdiodin, joka lähetää näkymätöntä silmille vaarallista lasersäteilyä.
LET OP: HET GEBRUIK VAN REGELAARS, INSTELLINGEN OF PROCEDURES DIE NIET IN DE GEBRUIKERSHANDLEIDING ZIJN VERMELD, KAN RESULTEREN IN BLOOTSTELLING AAN GEVAARLIJKE STRALING.
VORSICHT: DIE VERWENDUNG VON ANDEREN STEUERUNGEN ODER EINSTELLUNGEN ODER DAS DURCHFÜHREN VON ANDEREN VORGÄNGEN ALS IN DER BEDIENUNGSANLEITUNG BESCHRIEBEN KÖNNEN GEFÄHRLICHE STRAHLENEXPOSITIONEN ZUR FOLGE HABEN.
viii Gebruikershandleiding
Modemwaarschuwing
Verklaring van overeenstemming
De apparatuur is goedgekeurd (conform Commissiebesluit “CTR21”) voor aansluiting van één toestel op het PSTN (Public Switched Telephone Network: openbaar geschakeld telefoonnetwerk) in alle Europese landen.
Als gevolg van variaties tussen de individuele PSTN’s in verschillende landen biedt deze goedkeuring niet per se een garantie voor storingsvrije werking op elke telefoonaansluiting.
Wend u in het geval van problemen in eerste instantie tot uw leverancier.
Netwerkcompatibiliteit
Dit product is ontworpen voor gebruik met de volgende netwerken en is compatibel met deze netwerken. Het is getest en voldoet aan de aanvullende voorschriften in EG 201 121.
Duitsland ATAAB AN005,AN006,AN007,AN009,AN010 en
Griekenland ATAAB AN005, AN006 en GR01, 02, 03, 04
DE03,04,05,08,09,12,14,17
Portugal ATAAB AN001,005,006,007,011 en
Spanje ATAAB AN005, 007, 012 en ES01
Zwitserland ATAAB AN002
Noorwegen ATAAB AN002, 005, 007 en
Alle overige landen/ regio’s
Voor elk netwerk zijn specifieke switchinstellingen of een specifieke softwareconfiguratie vereist; raadpleeg de relevante gedeelten van de gebruikershandleiding voor nadere informatie.
De hookflash-functie is onderhevig aan afzonderlijke nationale goedkeuring. Deze functie is niet getest op conformiteit met nationale voorschriften, en correcte werking van deze functie op nationale netwerken kan niet worden gegarandeerd.
P03,04,08,10
NO 01, 02
ATAAB AN003, 004
Belangrijke mededeling
Het is verboden om auteursrechtelijk beschermd materiaal zoals muziek, video’s, computerprogramma’s en databases te kopiëren, aan te passen, over te dragen, te verzenden of op een andere wijze van de hand te doen, tenzij de relevante auteurswet hiervoor specifiek toestemming verleent.
Overtreding van dit verbod kan resulteren in gerechtelijke vervolging.
Gebruikershandleiding ix

Algemene voorzorgsmaatregelen

TOSHIBA-computers bieden optimale veiligheid en optimaal gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer verder te beperken.
Lees de onderstaande algemene aanwijzigen en let op de waarschuwingen die in de handleiding worden gegeven.
Blessures door overbelasting
Lees zorgvuldig de Instructiegids voor veiligheid en comfort. Hierin wordt toegelicht hoe u hand- en polsblessures als gevolg van langdurig toetsenbordgebruik kunt voorkomen. hoofdstuk 3, Voor u begint, bevat eveneens informatie over het inrichten van de werkplek, de lichaamshouding en de verlichting, met behulp waarvan u lichamelijke overbelasting kunt reduceren.
Verhitting van computeroppervlakken
Vermijd langdurig contact met de onderkant van de notebook. Indien de
computer gedurende een langere periode is gebruikt, kan het oppervlak zeer heet worden. Zelfs als de computer niet heet aanvoelt, kan langdurig lichamelijk contact (als u de computer bijvoorbeeld op schoot houdt) resulteren in rode plekken op de huid.
De metalen plaat die de I/O-poorten ondersteunt, kan heet worden.
Vermijd daarom rechtstreeks contact met deze plaat na langdurig computergebruik. Vermijd daarom rechtstreeks contact met deze plaat na langdurig computergebruik.
Het oppervlak van de netadapter kan tijdens het gebruik heet worden.
Dit is normaal. Als u de netadapter wilt vervoeren, koppelt u deze los en laat u deze eerst afkoelen.
Plaats de netadapter niet op materiaal dat hittegevoelig is.
Het materiaal kan beschadigd raken.
Schade door druk of stoten
Zorg dat de computer niet wordt blootgesteld aan zware druk of harde stoten. Door extreme druk of stoten kunnen computeronderdelen beschadigd
raken of kunnen er storingen ontstaan.
Oververhitting van PC-kaarten
Sommige PC-kaarten kunnen bij langdurig gebruik heet worden. Oververhitting van een PC-kaart kan resulteren in fouten of onstabiele werking van de PC-kaart. Ga ook voorzichtig te werk bij het verwijderen van een PC-kaart die langdurig is gebruikt.
x Gebruikershandleiding
Mobiele telefoons
Het gebruik van mobiele telefoons kan storing veroorzaken in het audiosysteem. Hoewel de werking van de computer hierdoor niet wordt beïnvloed, verdient het aanbeveling om tijdens telefoongesprekken een afstand van minimaal 30 cm te handhaven tussen de computer en de mobiele telefoon.
LCD
Na verloop van tijd en afhankelijk van het gebruik van de computer, neemt de helderheid van het LCD-scherm af. Dit is een bekend kenmerk van de LCD-technologie. Maximale helderheid is alleen beschikbaar wanneer de computer op netvoeding wordt gebruikt. Het beeldscherm wordt gedimd wanneer computer op accu-energie wordt gebruikt. Het is niet mogelijk de helderheid van het scherm te vergroten.
Afwijzing van aansprakelijkheid voor CPU-prestaties:
De prestaties van de CPU (Central Processing Unit ofwel Centrale Verwerkingseenheid) in uw computer kunnen afwijken van de specificaties, onder invloed van de volgende factoren:
gebruik van bepaalde externe randapparaten;
gebruik van accuvoeding in plaats van netvoeding;
gebruik van bepaalde multimedia, door de computer gegenereerde
afbeeldingen of videotoepassingen;
gebruik van standaardtelefoonlijnen of langzame netwerkverbindingen;
gebruik van complexe ontwerpsoftware, bijvoorbeeld geavanceerde
CAD-toepassingen;
gelijktijdig gebruik van verschillende toepassingen of functies;
Gebruik van de computer in gebieden met lage luchtdruk
(grote hoogte > 1000 meter boven zeeniveau)
gebruik van de computer bij temperaturen onder 5ºC of boven 30ºC, of
boven 25ºC op grote hoogte (deze temperatuurlimieten zijn niet precies en kunnen afwijken al naar gelang het specifieke computermodel);
De CPU-prestaties kunnen bovendien afwijken van de specificaties als gevolg van de ontwerpconfiguratie.
In bepaalde omstandigheden kan het gebeuren dat de computer wordt uitgeschakeld.
Dit is een normale beschermende maatregel ter voorkoming van gegevensverlies of beschadiging van het product bij gebruik buiten de aanbevolen omstandigheden.
Vermijd het risico van gegevensverlies door altijd back-ups van gegevens te maken. Dit doet u door de gegevens van tijd tot tijd op een extern opslagmedium op te slaan. Voor optimale prestaties dient u uw computer alleen onder de aanbevolen omstandigheden te gebruiken. Raadpleeg “Werkomgeving” in de Resource Guide van uw product voor verdere beperkingen. Neem voor nadere informatie contact op met de Toshiba­afdeling voor service en ondersteuning.
Gebruikershandleiding xi
Vrijwaringsverklaring met betrekking tot GPU-prestaties (Graphics Processing Unit):
De prestaties van de Graphics Processing Unit (“GPU”) wisselen al naar gelang het productmodel, de ontwerpconfiguratie, de toepassingen, de instellingen voor energiebeheer en de gebruikte functies.
De GPU-prestaties worden alleen geoptimaliseerd wanneer het apparaat op netstroom werkt. De prestaties zijn aanzienlijk minder wanneer de accu wordt gebruikt.
Afwijzing van aansprakelijkheid met betrekking tot het hoofdgeheugen
Het grafische systeem in uw computer kan een deel van het hoofdgeheugen van de computer gebruiken om de grafische prestaties te verbeteren. Dit vermindert de hoeveelheid systeemgeheugen die voor andere computeractiviteiten beschikbaar is. De hoeveelheid systeemgeheugen die wordt toegewezen om de grafische prestaties te verbeteren, hangt af van het grafische systeem, de gebruikte toepassingen, de grootte van het systeemgeheugen en andere factoren.
Kopieerbeveiliging
Technologie ter bescherming van het auteursrecht in sommige media verhindert mogelijk het weergeven en opnemen van die media.
Capaciteit van de vaste schijf
1 Gigabyte (GB) betekent 1000 x 1000 x 1000 = 1.000.000.000 bytes als machten van 10 worden gebruikt. Het besturingssysteem van de computer vermeldt de opslagcapaciteit van de computer echter in machten van 2, zodat 1 GB = 1024 x 1024 x 1024 = 1.073.741.824 bytes, en kan daarom een lagere opslagcapaciteit weergeven. De beschikbare opslagcapaciteit is minder als er op het product een of meer besturingssystemen zijn voorgeïnstalleerd, zoals Microsoft Windows toepassingen zijn voorgeïnstalleerd. De werkelijke capaciteit na formatteren kan per model verschillen.
®
, en/of een of meer
Niet-toepasselijke pictogrammen
Bepaalde notebookchassis zijn ontworpen om alle mogelijke configuraties voor een volledige productserie te huisvesten. Uw geselecteerde model heeft mogelijk niet alle voorzieningen en specificaties die corresponderen met de pictogrammen of schakelaars op het notebookchassis, tenzij u al deze voorzieningen hebt geselecteerd.
Draadloos LAN/Atheros
De verzendsnelheid via het draadloos LAN en het maximale bereik van draadloos LAN kunnen variëren al naar gelang de elektromagnetische omgeving, obstakels, ontwerp en configuratie van accesspoints, clientontwerp en software-/hardwareconfiguratie. De werkelijke verzendsnelheid zal lager zijn dan de theoretische maximumsnelheid.
xii Gebruikershandleiding
SRS
SRS TruSurround XT is alleen beschikbaar in het Windows®­besturingssysteem van Microsoft.
Afbeeldingen
Alle afbeeldingen zijn gesimuleerd voor illustratiedoeleinden.
Express Media Player
Express Media Player is geen Windows®-toepassing. De levensduur van de accu is korter dan wanneer u soortgelijke toepassingen van het Windows-besturingssysteem gebruikt.
LCD-helderheid en vermoeide ogen
Het LCD-scherm heeft een helderheid die overeenkomt met die van een TV. Het verdient aanbeveling de helderheid van het LCD-scherm aan uw eigen voorkeur aan te passen om te voorkomen dat uw ogen vermoeid raken.
Werkomgeving
Dit product is ontworpen conform de EMC-voorschriften (elektromagnetische compatibiliteit) voor zogenoemde “commerciële, licht-industriële en woonomgevingen”.
De volgende omgevingen zijn niet goedgekeurd:
Industriële omgevingen (bijvoorbeeld omgevingen waar krachtstroom
van 380 V (drie fasen) wordt gebruikt).
In de volgende omgevingen kan het gebruik van dit product worden beperkt:
Omgevingen met medische apparatuur: Dit product is niet gecertificeerd
als een medisch product volgens Richtlijn 93/42/EEG voor medische producten, maar kan worden gebruikt in kantooromgevingen waar het gebruik ervan niet aan beperkingen onderhevig is. Schakel de draadloze LAN- of Bluetooth-hardware in dergelijke omgevingen uit zolang deze voorziening niet officieel wordt ondersteund door de directie van de desbetreffende medische faciliteit.
Voertuigen: Lees de handleiding van de fabrikant van het voertuig voor
beperkingen in het gebruik.
Vliegtuigen: Volg de aanwijzingen van het vliegtuigpersoneel voor
beperkingen in het gebruik.
Gevolgen van het gebruik van dit product in werkomgevingen die niet zijn goedgekeurd of waarin het gebruik is beperkt, vallen niet onder de verantwoordelijkheid van Toshiba Corporation. Mogelijke gevolgen van het gebruik van dit product in dergelijke werkomgevingen zijn:
Storing van de werking van andere apparaten of machines in de nabijheid
storing van de werking van dit product, mogelijk resulterend in
gegevensverlies, als gevolg van storingen die worden gegenereerd door andere apparaten of machines in de nabijheid.
Verder is het in verband met algemene veiligheidsoverwegingen verboden dit product te gebruiken in omgevingen met ontploffingsgevaar.
Gebruikershandleiding xiii
Aansluiting op een netwerk (waarschuwing Klasse A)
Als dit product netwerkcapaciteit heeft en op een netwerk wordt aangesloten, dienen stralingslimieten voor klasse A in acht te worden genomen (in overeenkomst met technische conventies). Dit betekent dat als u het product in een huishoudelijke omgeving gebruikt, storing op andere apparaten in de nabije omgeving kan optreden. Gebruik dit product daarom niet in dergelijke omgevingen (bijvoorbeeld in een huiskamer); doet u dit wel, dan kunt u verantwoordelijk worden gehouden voor hieruit voortvloeiende storing.
Informatie over het veilig beschrijven van optische schijven
Zelfs als de software geen problemen meldt, dient u altijd te controleren of de gegevens correct zijn opgeslagen op beschrijfbare optische media (CD-R, CD-RW en dergelijke).
Draadloos LAN en uw gezondheid
Net als andere radioapparaten stralen draadloze LAN-producten hoogfrequente (HF) elektromagnetische energie uit. Het intensiteitsniveau van de EMF-energie die door draadloze LAN-apparaten wordt uitgestraald, is echter aanzienlijk lager dan dat van andere draadloze apparaten zoals mobiele telefoons.
Aangezien draadloze LAN-producten voldoen aan de richtlijnen zoals gedefinieerd in HF-veiligheidsnormen en -aanbevelingen, is TOSHIBA van mening dat draadloos LAN veilig is voor gebruik door klanten. Deze normen en aanbevelingen vertegenwoordigen de consensus van de wetenschappelijke wereld en zijn geformuleerd door panels en commissies van wetenschappers op basis van alle actuele onderzoeksliteratuur.
In sommige situaties of omgevingen kan het gebruik van draadloze LAN­producten worden beperkt door de eigenaar van het gebouw of door de verantwoordelijke medewerkers van de organisatie. Dit kan bijvoorbeeld van toepassing zijn in de volgende situaties:
aan boord van vliegtuigen, of
in andere omgevingen waar het risico van storing voor andere
apparaten of diensten als schadelijk wordt aangemerkt.
Als u niet zeker weet welk beleid in een bepaalde organisatie of omgeving (bijvoorbeeld een luchthaven) van toepassing is op het gebruik van draadloze apparaten, dient u om toestemming te vragen voordat u het Wireless LAN-apparaat inschakelt.
xiv Gebruikershandleiding
Veiligheidsinstructies voor draadloze producten
Als uw computer een draadloze functie heeft, dient u alle veiligheidsinstructies zorgvuldig te lezen en te begrijpen voordat u probeert deze functie te gebruiken. Deze handleiding bevat de veiligheidsinstructies die u in acht moet nemen om mogelijk risico op persoonlijk letsel of beschadiging van uw draadloze producten te voorkomen.
Beperking van aansprakelijkheid
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van een aardbeving of bliksem, onopzettelijk ontstane brand, acties van derden, andere ongevallen, opzettelijke of onopzettelijke fouten van de gebruiker, misbruik of gebruik onder abnormale omstandigheden.
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor incidentele schade (winstderving, bedrijfsonderbreking, enzovoort) ten gevolge van het gebruik of disfunctioneren van het product.
Toshiba is niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van het niet in acht nemen van de inhoud van de instructiehandleiding.
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van foutieve bediening of vastlopen ten gevolge van het gebruik in combinatie met producten die niet aan ons bedrijf zijn gerelateerd.
Beperkingen van gebruik
Gebruik de draadloze producten niet voor het besturen van de volgende apparatuur:
Apparatuur die rechtstreeks verband houdt met de instandhouding van
levensfuncties, waaronder:
Medische apparatuur zoals ademhalingssystemen, uitrusting voor
de operatiekamer, enzovoort.
Uitlaatsystemen voor gassen, bijvoorbeeld gifgassen,
en uitlaatsystemen voor rook.
Apparatuur die dient te worden geïnstalleerd in overeenstemming
met verschillende wettelijke voorschriften, zoals brandveiligheidsvoorschriften of bouwvoorschriften, enzovoort.
Apparatuur die in relatie staat tot de bovengenoemde functies.
Apparatuur die verband houdt met de veiligheid van mensen of die van
grote invloed zijn op het veilig onderhouden van openbare functies, enzovoort. De apparatuur is niet ontworpen noch vervaardigd voor deze doeleinden.
Apparatuur voor controle van luchtverkeer, treinverkeer,
wegverkeer, scheepvaartverkeer, enzovoort.
Apparatuur voor gebruik in kerncentrales, enzovoort.
Apparatuur die in relatie staat tot de bovengenoemde functies.
Gebruikershandleiding xv
Waarschuwing
Schakel draadloze producten UIT als u zich in een drukke omgeving, bijvoorbeeld een volle forenzentrein, bevindt.
Houd dit product op ten minste 22 cm afstand van een pacemaker. Radiogolven kunnen de werking van een pacemaker beïnvloeden en
daarmee leiden tot ademhalingsproblemen. Schakel draadloze producten UIT als u zich in een medische faciliteit of in
de nabijheid van medische elektrische apparatuur bevindt. Breng medische elektrische apparatuur niet in de nabijheid van het product.
Radiogolven kunnen de werking van medische elektrische apparatuur beïnvloeden en daarmee leiden tot ongevallen ten gevolge van disfunctioneren.
Schakel draadloze producten UIT als u zich in de nabijheid van een automatische deur, een brandalarminstallatie of andere apparatuur voor automatische controle bevindt.
Radiogolven kunnen de werking van apparatuur voor automatisch beheer beïnvloeden en daarmee leiden tot ongevallen ten gevolge van disfunctioneren.
Schakel draadloze producten NIET in als u zich in een vliegtuig bevindt of op plaatsen waar radiostoring wordt gegenereerd of kan worden gegenereerd.
Radiogolven kunnen van invloed zijn op apparatuur, zoals die aan boord van een vliegtuig, en zo een ongeluk door een storing veroorzaken.
Let daarom op mogelijke radiostoring of andere problemen met andere apparaten die zich kunnen voordoen terwijl het product wordt gebruikt. Schakel het draadloze product UIT als enige invloed merkbaar is.
Radiogolven kunnen de werking van andere apparatuur beïnvloeden en daarmee leiden tot ongevallen ten gevolge van disfunctioneren.
Als u het product in de auto gebruikt, dient u bij de leverancier van de auto te informeren of de auto voorzien is van voldoende elektromagnetische compatibiliteit (EMC).
Radiogolven veroorzaakt door het product kunnen de rijveiligheid beïnvloeden.
Afhankelijk van het model auto kan het product in zeldzame gevallen invloed hebben op de elektronische apparatuur in de auto, indien aanwezig.
Opmerking
Gebruik dit product niet in de volgende omgevingen: In de nabijheid van een magnetronoven of andere apparatuur die een
magnetisch veld genereert. In de nabijheid van plaatsen of apparaten die statische elektriciteit of
radiostoring genereren. Op plaatsen waar het product onbereikbaar is voor radiogolven
(afhankelijk van de omgeving).
xvi Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Algemene voorzorgsmaatregelen
Voorwoord
Hoofdstuk 1 Inleiding
Voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3
Speciale voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-10
Hulpprogramma’s. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-12
Opties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-15
Hoofdstuk 2 Rondleiding
Voorkant met gesloten beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-1
Rechterkant. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-3
Linkerkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-4
Achterkant. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-5
Onderkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-6
Voorkant met geopend beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-7
Toetsenbordlampjes. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-9
Optisch schijfstation . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-10
Netadapter. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-12
Hoofdstuk 3 Voor u begint
Uw werkplek inrichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-1
de netadapter aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-5
Het beeldscherm openen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-6
De computer inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-6
Voor het eerst opstarten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-7
De computer uitschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-7
Computer opnieuw opstarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-11
De vooraf geïnstalleerde software herstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-11
Gebruikershandleiding xvii
Hoofdstuk 4 Grondbeginselen
Het touchpad gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-1
Het interne modem gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-2
LAN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-6
Draadloos LAN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-7
Schijfstations voor optische media gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-8
Express Media Player . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-13
CD’s beschrijven met een CD-RW-/DVD-ROM-station . . . . . . . . . . .4-18
CD’s/DVD’s schrijven naar een DVD Super Multi-station
met ondersteuning van ±R Double Layer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-20
RecordNow! Basic for TOSHIBA. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-23
DLA voor TOSHIBA . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-25
Bij gebruik van WinDVD Creator 2 Platinum . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-25
Behandeling van schijven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-28
Schijven. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-28
TV-Out . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-29
Meerdere beeldschermen instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-29
Computer schoonmaken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-30
Computer verplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-30
Hoofdstuk 5 Het toetsenbord
Typemachinetoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-1
F1 ... F12 functietoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-2
Softkeys: Fn-toetscombinaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-2
Sneltoetsen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-3
Speciale Windows-toetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-4
Geïntegreerde numerieke toetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-5
ASCII-tekens genereren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-6
Hoofdstuk 6 Stroomvoorziening en spaarstanden
Stroomvoorzieningsomstandigheden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-1
Voedingslampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-2
Accutypen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-3
Onderhoud en gebruik van de accu-eenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-4
De accu-eenheid vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-10
TOSHIBA Hulpprogramma voor supervisorwachtwoord . . . . . . . . .6-12
Spaarstanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-13
Uit/Inschakelen via LCD (Panel power off) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-14
Systeem op stand-by/in slaapstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-14
Hoofdstuk 7 HW Setup
HW Setup starten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7-1
Het HW Setup-venster . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7-1
xviii Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 8 Optionele apparaten
PC-kaart. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-2
ExpressCard . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-3
SD/MMC/MS/MS Pro/xD-geheugenkaarten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-5
Geheugenuitbreiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-7
Extra accu-eenheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-10
Extra netadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-10
Externe monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-10
Televisie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-11
i.LINK (IEEE1394) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-14
beveiligingsslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-16
Hoofdstuk 9 Probleemoplossing
Handelwijze bij probleemoplossing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9-1
Controlelijst voor hardware en systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9-3
TOSHIBA-ondersteuning . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9-17
Bijlage A Specificaties
Bijlage B Weergavemodi
Bijlage C Netsnoer en connectoren
Bijlage D Als uw computer wordt gestolen
Woordenlijst
Gebruikershandleiding xix
xx Gebruikershandleiding

Voorwoord

Gefeliciteerd met uw nieuwe computer uit de M70-serie. Deze krachtige, hoogpresterende notebook staat garant voor jarenlang betrouwbaar computergebruik en biedt uitstekende uitbreidingsmogelijkheden, bijvoorbeeld voor multimedia-apparaten.
In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u uw computer uit de M70-serie gebruiksklaar maakt en ermee aan de slag gaat. Verder wordt gedetailleerde informatie gegeven over het configureren van de computer, elementaire bewerkingen en onderhoud, het gebruik van optionele apparaten en probleemoplossing.
Als u nog nooit een computer hebt gebruikt of nog nooit met een portable hebt gewerkt, leest u eerst de hoofdstukken Inleiding en Rondleiding om uzelf vertrouwd te maken met de voorzieningen, onderdelen en accessoires van de computer. Vervolgens leest u Voor u begint voor stapsgewijze instructies voor het gebruiksklaar maken van de computer.
Bent u een ervaren computergebruiker, dan leest u dit voorwoord verder door om inzicht te krijgen in de indeling van deze handleiding, waarna u de handleiding kunt doorbladeren om ermee vertrouwd te raken. Besteed met name aandacht aan de paragraaf Speciale voorzieningen in de Inleiding om kennis te maken met de unieke voorzieningen van deze computer.
Inhoud van de handleiding
Deze handleiding bestaat uit negen hoofdstukken, vier bijlagen, een woordenlijst en een index.
hoofdstuk 1, Inleiding, is een overzicht van de speciale voorzieningen, hulpprogramma’s en opties van de computer.
In hoofdstuk 2, Rondleiding, worden de onderdelen van de computer geïdentificeerd en kort toegelicht.
In hoofdstuk 3, Voor u begint, wordt beknopt uitgelegd hoe u met de computer aan de slag kunt gaan en worden tips gegeven over veiligheid en het inrichten van uw werkplek. Lees in elk geval de gedeelten over het installeren van het besturingssysteem en het herstellen van de vooraf geïnstalleerde software.
hoofdstuk 4, Grondbeginselen, bevat aanwijzingen voor het gebruik van de volgende apparaten en functies: TouchPad, optische schijfstations, intern modem, LAN en draadloos LAN. U krijgt ook tips voor het onderhoud van de computer en het omgaan met diskettes en DVD-/ CD-ROM’s.
Gebruikershandleiding xxi
Voorwoord
hoofdstuk 5, Het toetsenbord, beschrijft speciale toetsenbordfuncties zoals de geïntegreerde numerieke toetsen en de sneltoetsen.
hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, verschaft details over de voedingsbronnen van de computer.
hoofdstuk 7, HW Setup, beschrijft het programma TOSHIBA Hardware Setup.
hoofdstuk 8, Optionele apparaten, beschrijft welke optionele hardware beschikbaar is.
hoofdstuk 9, Probleemoplossing, verschaft nuttige informatie over het uitvoeren van diagnostische tests en suggesties voor de beste handelwijze als de computer niet correct lijkt te werken.
De Bijlagen verschaffen technische informatie over de computer. De Woordenlijst bevat definities van algemene computertermen en
acroniemen die in de tekst worden gebruikt.
Conventies
In deze handleiding worden de volgende notatieconventies gebruikt voor het beschrijven, identificeren en markeren van termen en bedieningsprocedures.
Afkortingen
Wanneer een afkorting voor het eerst wordt gebruikt, wordt deze gevolgd door een verklaring (al dan niet tussen haakjes). Bijvoorbeeld: ROM (Read Only Memory). Acroniemen worden tevens gedefinieerd in de Woordenlijst.
Pictogrammen
Pictogrammen identificeren poorten, regelaars en andere delen van de computer. Het paneel met systeemlampjes gebruikt tevens pictogrammen ter aanduiding van de onderdelen waarover het informatie verschaft.
Toetsen
De toetsenbordtoetsen worden in de tekst gebruikt ter beschrijving van een aantal computerbewerkingen. De toetsopschriften die op het toetsenbord te zien zijn, worden in een ander lettertype gedrukt. Enter duidt bijvoorbeeld de Enter-toets aan.
xxii Gebruikershandleiding
Gebruik van toetsen
Voor sommige bewerkingen moet u tegelijkertijd twee of meer toetsen indrukken. Dergelijke bewerkingen worden aangeduid door een plusteken (+) tussen de toetsopschriften (+). Zo betekent Ctrl + C dat u op C moet drukken terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. Als er drie toetsen worden gebruikt, houdt u de eerste twee ingedrukt en drukt u tegelijkertijd op de derde.
Voorwoord
DISKCOPY A: B: Als in procedures een actie moet worden
uitgevoerd, zoals het klikken op een pictogram of het invoeren van tekst, wordt de naam van het pictogram of wordt de tekst die moet worden ingevoerd, weergegeven in het lettertype dat hier links is afgebeeld.
Beeldscherm
De namen van vensters en pictogrammen, en door de computer gegenereerde tekst die op het
ABC
beeldscherm verschijnt, worden in het links weergegeven lettertype gedrukt.
Mededelingen
Mededelingen worden in deze handleiding gebruikt om u attent te maken op belangrijke informatie. Elk type mededeling wordt aangeduid zoals hieronder wordt geïllustreerd.
Attentie! In dit soort mededelingen wordt u gewaarschuwd dat incorrect gebruik van apparatuur of het negeren van instructies kan resulteren in gegevensverlies of beschadiging van de apparatuur.
Opmerking. Een opmerking is een tip of aanwijzing die u helpt de apparatuur optimaal te gebruiken.
Gebruikershandleiding xxiii
Voorwoord
xxiv Gebruikershandleiding
Inleiding
Dit hoofdstuk bevat een controlelijst met de geleverde apparatuur en beschrijft de voorzieningen, opties en accessoires van de computer.
De basisvoorzieningen worden in een aparte publicatie beschreven.
Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht, functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt dat niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd.

Controlelijst van apparatuur

Verwijder de computer voorzichtig uit de verpakking. Berg de doos en het verpakkingsmateriaal op voor toekomstig gebruik. Controleer of u de volgende items hebt:
Hardware
M70 Draagbare personal computer
Universele netadapter en netsnoer
Modulaire kabel voor modem (optioneel)
Hoofdstuk 1
Gebruikershandleiding 1-1
Inleiding
Software
Microsoft® Windows® XP Home Edition/Professional
De volgende software is vooraf op de vaste schijf geïnstalleerd:
®
Microsoft
TOSHIBA Hulpprogramma’s
DVD-videospeler
TOSHIBA Power Saver
TOSHIBA ConfigFree
TOSHIBA Assist
TOSHIBA Controls
TOSHIBA PC-diagnoseprogramma
TOSHIBA Aanraken en starten
TOSHIBA-hulpprogramma Touchpad aan/uit
TOSHIBA-hulpprogramma Zoom
TOSHIBA SD-geheugenkaart formatteren
TOSHIBA Acoustic Silencer
TOSHIBA HW Setup
TOSHIBA Accessibility (Toegankelijkheid)
TOSHIBA Virtual Sound
TOSHIBA-sneltoetsprogramma
TOSHIBA Hulpprogramma voor supervisorwachtwoord
On line handleiding
Schijf Productherstel
Windows® XP Home Edition/Professional
Het systeem functioneert wellicht niet correct als u gebruik maakt van stuurprogramma’s die niet zijn geïnstalleerd of gedistribueerd door TOSHIBA.
Documentatie
De documentatie voor de computer:
M70 Personal computer Gebruikershandleiding
M70 Aan de slag
Instructiegids voor veiligheid en comfort
Garantie-informatie
Als een of meer items ontbreken of beschadigd zijn, neemt u onmiddellijk contact op met uw dealer.
1-2 Gebruikershandleiding

Voorzieningen

Dankzij de geavanceerde LSI- en CMOS-technologie (Large Scale Integration- en Complementary Metal-Oxide Semiconductor-technologie) van TOSHIBA is de M70-computer compact, licht van gewicht, uiterst betrouwbaar en energiezuinig. Deze computer biedt de volgende voorzieningen en voordelen:
Processor
Chipset
Inleiding
Afhankelijk van het gekochte model:
®
Celeron® M-processor 350J/360J/370/380
Intel Intel® Pentium® M-processor 725A/730/740/750/
760/770/780 Wellicht worden in de toekomst andere
processors uitgebracht
®
ATI Radeon
Xpress 200M +ATI IXP450
Mobile Intel® 915PM Express-chipset voor externe grafische controller
Mobile Intel® 915GM Express-chipset voor interne grafische controller
(Chipset afhankelijk van het gekochte model)
®
ATI Mobility
Radeon® X600SE ATI Mobility® Radeon® X700 (GPU afhankelijk van de gekochte modellen) ENE KB910 voor toetsenbordcontroller,
accu-eenheid en RTC. ENE CB1410 voor PCMCIA-controller TI PCI7411 Multiple Digital Media Card-sleuf,
IEEE 1394 en PCMCIA-controller TI PCI4510, IEEE1394 en PCMCIA-controller Realtek ALC250 voor AC97 CODEC. Realtek RTL8100CL voor 10M/100M LAN
Gebruikershandleiding 1-3
Inleiding
Geheugen
Het grafische systeem in uw computer kan een deel van het hoofdgeheugen van de computer gebruiken om de grafische prestaties te verbeteren. Dit vermindert de hoeveelheid systeemgeheugen die voor andere computeractiviteiten beschikbaar is. De hoeveelheid systeemgeheugen die wordt toegewezen om de grafische prestaties te verbeteren, hangt af van het grafische systeem, de gebruikte toepassingen, de grootte van het systeemgeheugen en andere factoren.
Sleuf Twee DDRII SO-DIMM van maximaal 2GB
kunnen via de sleuf voor geheugenuitbreiding worden toegevoegd. De hoeveelheid systeemgeheugen die u maximaal kunt toevoegen hangt af van het aangeschafte model.
L2-cache Afhankelijk van het gekochte model:
1MB L2 Cache (Intel 2MB L2 Cache (Intel® Pentium® M Processor)
Video-RAM Afhankelijk van het gekochte model:
Maximaal 256 MB ingebouwd en gedeeld met hoofdgeheugen voor ATI Radeon (De maximale grootte van het video-RAM hangt af van de grootte van het hoofdgeheugen.)
Maximaal 128 MB ingebouwd en gedeeld met hoofdgeheugen voor Mobile Intel® 915GM Express-chipset.
128 MB of 256 MB HyperMemory™ (64 MB of 128 MB voor lokale cache) voor ATI Mobility
®
Radeon
X600SE met HyperMemory™
128 MB of 256 MB HyperMemory™ (128 MB of 256 MB voor lokale cache) voor ATI Mobility®
®
Radeon
X700 met HyperMemory™
De HyperMemory™ VRAM-grootte hangt af van de grootte van het systeemgeheugen.
De ATI Mobility® Radeon® X600SE en X700 GPU gebruiken de extra bandbreedte van PCI Express om betere grafische prestaties te leveren dan de traditionele grafische geheugenoplossingen. De ATI Mobility Radeon
®
X600SE en X700 GPU delen de capaciteit en bandbreedte van speciaal grafisch geheugen en dynamisch beschikbaar systeemgeheugen voor turboprestaties en in
®
Celeron® M Processor)
®
200M.
®
®
1-4 Gebruikershandleiding
Inleiding
BIOS
1 MB Flash ROM voor systeem-BIOS Wachtstand naar geheugen of vaste schijf Hardwarematige wachtwoordbeveiliging Verschillende sneltoetsen voor systeembeheer Volledige ACPI 1.0b-functionaliteit
Voeding
Accu-eenheid Lithium-Ion smart accu-eenheid (4 cellen) van
14,4 V * 2000 mAh Lithium-Ion smart accu-eenheid (6 cellen) van
10,8 V * 4000 mAh Lithium-Ion smart accu-eenheid (8 cellen) van
14,4 V * 4300 mAh Oplaadtijd tot 100% accucapaciteit bedraagt
circa 12 uur of meer met systeem ingeschakeld. Oplaadtijd tot 100% accucapaciteit bedraagt
circa 4 uur met systeem uitgeschakeld. De ontlaadtijd in de stand-by-stand bedraagt
circa 1,5 dag voor de accu met 8 cellen, 1 dag voor de accu met 6 cellen en 0,75 dagen voor de accu met 4 cellen.
De ontlaadtijd in afsluitmodus bedraagt circa 1 maand.
RTC-batterij De computer heeft een interne batterij voor de
interne RTC (Real Time Clock), agenda en configuratiegegevens. Deze batterij gaat gemiddeld één maand mee zonder externe voeding.
Netadapter De universele netadapter voorziet het systeem
van stroom en laadt de accu’s op wanneer deze opraken. De adapter wordt geleverd met een verwisselbaar netsnoer.
Diskettestations
Extern USB-diskettestation (hangt af van het gekochte model)
Touchpad
Met het touchpad en de besturingsknoppen in de polssteun kunt u de schermaanwijzer verplaatsen.
Gebruikershandleiding 1-5
Inleiding
Beeldscherm
15,4-inch TFT-scherm met een resolutie van 1280 horizontale x 800 verticale pixels WXGA.
Stations/schijven
Vaste schijf Afhankelijk van het gekochte model is een van
de voglende schijven geïnstalleerd: 40,0 miljard bytes (37,26 GB) 60,0 miljard bytes (55,88 GB) 80,0 miljard bytes (74,52 GB) 100,0 miljard bytes (93,16 GB) 111,78 GB (120,0 miljard bytes) 2,5-inch vaste schijf Parallelle ATA Ultra DMA 100 of seriële ATA 1.0
CD-RW-/DVD-ROM­station
Sommige modellen zijn uitgerust met een CD-RW-/DVD-ROM-module van volledige grootte waarmee u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD’s/CD-RW’s kunt vastleggen en CD’s/DVD’s van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) cm kunt lezen. De maximale leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM’s en 24-speed voor CD-ROM’s. De maximale schrijfsnelheid is 24-speed voor CD-R’s en CD-RW’s. Dit station ondersteunt de volgende indelingen:
DVD-ROM DVD-Video
CD-R CD-RW
CD-DA CD-Text
Photo CD (single/multi-session)
CD-ROM Mode1, Mode2
CD-ROM XA Mode2 (Form1, Form2)
Enhanced CD (CD-EXTRA)
1-6 Gebruikershandleiding
Inleiding
DVD Super Multi­station met ondersteuning voor dubbellaags ±R
Sommige modellen zijn uitgerust met een DVD Super Multi-station met (±R Double Layer­module die dubbellaags schijven ondersteunt) van volledige grootte waarmee u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD’s/DVD’s kunt vastleggen en CD’s/DVD’s van 12cm of 8cm kunt lezen. De maximale leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM’s en 24-speed voor CD-ROM’s. Het station schrijft CD-R’s op maximaal 24-speed, CD-RW’s op maximaal 10-speed, DVD-R’s op maximaal 8-speed, DVD-RW’s op maximaal 4-speed, DVD+RW’s op maximaal 4-speed, DVD+R’s op maximaal 8-speed, DVD+R (dubbellaags) op maximaal 2,4-speed, DVD-R (dubbellaags) op maximaal 2-speed en DVD-RAM op maximaal 5 speed. Dit station ondersteunt dezelfde indelingen als het CD-RW/ DVD-ROM-station en tevens:
DVD-ROM DVD-Video
DVD-R DVD-RW
DVD+R DVD+RW
DVD-RAM DVD+R (dubbellaags)
CD-R CD-RW
CD-DA CD-Text
DVD-R (dubbellaags)
Photo CD (single/multi-session)
CD-ROM Mode1, Mode2
CD-ROM XA Mode2 (Form1, Form2)
Enhanced CD (CD-EXTRA)
Computers in deze serie kunnen worden geconfigureerd met meerdere typen optische schijfstations. Wend u tot uw dealer voor nadere informatie over de beschikbare optische schijfstations. Raadpleeg hoofdstuk 4,
Grondbeginselen, voor meer informatie over het gebruik van het optische
schijfstation.
Gebruikershandleiding 1-7
Inleiding
Sleuven (afhankelijk van configuratie)
PC-kaart geschikt voor één type II-apparaat.
Kaarten voor meerdere digitale media (SD/MMC/MS/ MS Pro/xD)
Door middel van deze sleuf kunt u gemakkelijk gegevens overbrengen van apparaten, bijvoorbeeld digitale camera’s en PDA’s (Personal Digital Assistants), die gebruik maken van flashgeheugen.
U kunt ook een geheugenmodule in deze sleuf plaatsen.
Express-kaart De ExpressCard-uitbreidingssleuf biedt ruimte
aan twee standaardmodules: een ExpressCard/ 34-module en een ExpressCard/54-module. Een Express Card is een kleine, modulaire, toevoegbare kaart met een PCI Express- en Universal Serial Bus (USB)-interface.
Poorten (afhankelijk van configuratie)
Externe monitor De 15-pins analoge VGA-poort ondersteunt
VESA DDC2B-compatibele functies.
Universal Serial Bus De computer heeft drie USB 2.0-compatibele
Universal Serial Bus-poorten, die gegevensoverdrachtsnelheden ondersteunen die ruim 40 maal hoger zijn dan met USB 1.1 (eveneens door deze computer ondersteund).
i.LINK (IEEE1394) Deze poort ondersteunt snelle, rechtstreekse
gegevensoverdracht vanaf externe apparaten zoals digitale videocamera’s.
Tv-uit De 4-pins S-Video-poort is compatibel met de
PAL- of NTSC-standaard voor TV en ondersteunt Macrovision 7.02-kopieerbeveiliging.
Multimedia
Geluidssysteem Het ingebouwde geluidssysteem, dat compatibel
is met Windows aansluitingen voor een externe microfoon en hoofdtelefoon.
Express Media Player
Sommige computers in deze serie worden geleverd met de Express Media Player.
Door middel van deze knoppen kunt u het optische station van de computer als zelfstandige CD-speler of DVD-speler gebruiken.
®
, heeft interne luidsprekers en
1-8 Gebruikershandleiding
Inleiding
Hoofdtelefoonbus Er is een standaard 3,5mm-stereoaansluiting
aanwezig voor aansluiting van een externe hoofdtelefoon of luidsprekers.
Microfoonbus Op de standaard 3,5-mm mini-microfoonbus kan
een monomicrofoon worden aangesloten.
Communicatie
Modem Het ingebouwde modem voorziet in gegevens-
LAN De computer heeft ingebouwde ondersteuning
Draadloos LAN Sommige computers in deze serie zijn uitgerust
Bluetooth (afhankelijk van het gekochte model)
en faxcommunicatie. Het modem ondersteunt de V.90- of V.92-standaard, afhankelijk van de regio, en bevat een modemaansluiting voor aansluiting op een telefoonlijn. De snelheid van gegevens­en faxverzending is afhankelijk van de toestand van de analoge telefoonlijn.
voor Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX).
met een mini-PCI-kaart voor draadloos LAN die compatibel is met andere LAN-systemen die ondersteuning bieden voor: draadloos LAN­module 802.11a+g/draadloos LAN module
802.11g. Tevens ondersteunt de kaart frequentiebandselectie (2,4 of 5 GHz) en zwerven (“roaming”) over meerdere kanalen.
Bluetooth is een draadloze technologie voor korte afstanden. U kunt met deze technologie PAN’s (Personal Area Networks) maken voor uw apparaten en andere apparaten zoals mobiele computers, mobiele telefoons en digitale camera’s.
Beveiliging
Wachtwoordbeveiliging tijdens het opstarten Wachtwoordarchitectuur met twee niveaus
Sleuf beveiligingsslot
Hiermee kan de computer door middel van een optioneel beveiligingsslot aan een bureau of ander groot, zwaar voorwerp worden verankerd.
Gebruikershandleiding 1-9
Inleiding

Speciale voorzieningen

De volgende voorzieningen zijn uniek voor TOSHIBA-computers of zijn geavanceerde voorzieningen die het gebruik van de computer vergemakkelijken.
Sneltoetsen Door middel van deze toetscombinaties kunt u de
Beeldscherm automatisch uitschakelen
Automatisch uitschakelen van vasteschijfstation
Systeem stand-by/in winterslaap
Geïntegreerde numerieke toetsen
Wachtwoord voor opstarten
Energiebespa­ringsmodus
systeemconfiguratie snel wijzigen zonder een programma voor systeemconfiguratie te hoeven gebruiken.
Met deze functie wordt de stroom naar het interne beeldscherm automatisch stopgezet als het toetsenbord of aanwijsapparaat een bepaalde tijd niet is gebruikt. De stroomvoorziening wordt hersteld zodra een toets wordt ingedrukt of het aanwijsapparaat wordt gebruikt. U kunt de tijdlimiet opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Met deze functie wordt de stroom naar de vaste schijf automatisch stopgezet als een bepaalde tijd lang geen vaste-schijfactiviteit heeft plaatsgevonden. De stroomvoorziening wordt hersteld zodra de vaste schijf wordt gebruikt. U kunt de tijdlimiet opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Met deze functie wordt het systeem automatisch op stand-by of in de slaapstand gezet als een bepaalde tijd lang geen invoer of hardwareactiviteit heeft plaatsgevonden. U kunt de tijdlimiet opgeven en een keuze maken uit Systeem in winterslaap en Systeem stand-by in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Het toetsenbord heeft tien geïntegreerde numerieke toetsen. Raadpleeg de paragraaf
Geïntegreerde numerieke toetsen in hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor informatie over het gebruik
van deze toetsen.
Er zijn twee niveaus van wachtwoordbeveiliging beschikbaar, supervisor en gebruiker, die toegang tot uw computer door onbevoegden kunnen voorkomen.
Met deze voorziening kunt u accu-energie besparen. U kunt het energiebeheer instellen in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
1-10 Gebruikershandleiding
Inleiding
Directe beveiliging Met een sneltoets kunt u het scherm leegmaken
en de wachtwoordbeveiliging activeren en zo uw gegevens snel en gemakkelijk beveiligen.
In-/uitschakelen via LCD (Panel power on/off)
Met deze functie wordt de stroom naar de computer uitgeschakeld wanneer het LCD­scherm wordt gesloten, en weer ingeschakeld zodra het scherm wordt geopend. U kunt deze instelling opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Automatische slaapstand bij lage acculading
Als de acculading zover is gedaald dat u de computer niet meer kunt gebruiken, wordt automatisch de slaapstand geactiveerd en wordt het systeem afgesloten. U kunt deze instelling opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Slaapstand Met deze functie kunt u de stroom uitschakelen
zonder de software te hoeven sluiten. De inhoud van het hoofdgeheugen wordt op de vaste schijf opgeslagen. Wanneer u de computer weer aanzet, kunt u uw werk hervatten op de plaats waar u was opgehouden. Raadpleeg de paragraaf De computer uitschakelen in hoofdstuk 3, Voor u begint, voor bijzonderheden.
Stand-by In de stand-by-modus blijft de computer
ingeschakeld maar worden de processor en alle andere apparaten in een slaapstand gezet. Wanneer de computer in de stand-by-modus staat, knippert het aan/uit-lampje oranje. De computer wordt op stand-by gezet ongeacht de slaapstandinstelling. Raadpleeg de paragraaf De
computer uitschakelen in hoofdstuk 3, Voor u begint, voor bijzonderheden.
Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer op stand-
by te zetten.
Wanneer de computer in de Stand-by-modus staat, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan bestaat het risico dat de computer of de module schade oploopt.
Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de Stand-by-
modus staat. In dat geval zullen gegevens in het geheugen verloren gaan.
Gebruikershandleiding 1-11
Inleiding

Hulpprogramma’s

In dit gedeelte worden vooraf geïnstalleerde hulpprogramma’s beschreven en wordt toegelicht hoe u de programma’s start. Raadpleeg de on line handleiding, Help of readme-bestanden bij elk hulpprogramma voor informatie over bewerkingen.
TOSHIBA Power Saver
TOSHIBA Assist TOSHIBA Assist is een grafische
TOSHIBA PC­diagnoseprogramma
TOSHIBA Controls Met dit hulpprogramma kunt u de audio-/
DVD-videospeler De DVD-speler heeft een scherminterface en -
TOSHIBA Power Saver biedt configuratieopties voor energiebesparing wanneer de computer op de accu of de netvoeding werkt. U start TOSHIBA Power Saver als volgt:
Als Configuratiescherm in de categorieweergave staat:
Start -> Configuratiescherm -> Prestaties en onderhoud -> TOSHIBA Power Saver
Als Configuratiescherm in de klassieke weergave staat:
Start -> Configuratiescherm -> TOSHIBA Power Saver
gebruikersinterface waarmee u gemakkelijk toegang tot Help en services kunt verkrijgen.
TOSHIBA PC-diagnoseprogramma toont gegevens over de configuratie van de computer en biedt de mogelijkheid bepaalde ingebouwde apparaten te testen.
U kunt TOSHIBA PC-diagnoseprogramma als volgt starten:
Start -> Alle programma’s -> TOSHIBA -> Hulpprogramma’s -> PC-diagnoseprogramma
videobedieingsknoppen van de computer configureren en toepassingen voor audio-/ videoweergave instellen.
Knoppen
Toepassingen of functies toewijzen aan de Internet-knop en de CD/DVD-knop.
De standaardinstellingen zijn standaardbrowser en CD/DVD.
Media Apps
Hier selecteert u de toepassing die moet worden gebruikt om audio en video af te spelen.
functies voor het afspelen van DVD-video­schijven. Klik op Start, wijs Alle programma’s aan, wijs InterVideo WinDVD aan en klik op InterVideo WinDVD.
1-12 Gebruikershandleiding
Inleiding
ConfigFree ConfigFree is een programmapakket waarmee
communicatieapparaten en netwerkverbindingen op simpele wijze kunnen worden beheerd. Met ConfigFree kunt u tevens communicatieproblemen opsporen en profielen maken waarmee u eenvoudig tussen locaties en communicatienetwerken kunt schakelen.
U start ConfigFree door te klikken op de knop Start, achtereenvolgens Alle programma’s, TOSHIBA en Netwerk aan te wijzen en op ConfigFree te klikken.
TOSHIBA­hulpprogramma Touchpad aan/uit
Als u in Windows touchpadfunctie in- of uitgeschakeld. Wanneer u op deze sneltoets drukt, wordt de huidige
®
op Fn+F9 drukt, wordt de
instelling veranderd en als pictogram op het scherm weergegeven.
RecordNow! Basic for TOSHIBA
U kunt CD’s/DVD’s in verschillende indelingen maken: audio-CD’s die op een gewone stereo­CD-speler kunnen worden afgespeeld, en data­CD’s voor het opslaan van de bestanden en mappen op uw vaste schijf. Deze software kan alleen worden gebruikt op modellen met een CD-RW/DVD-ROM-station of een DVD Super Multi-station dat dubbellaags DVD±R ondersteunt.
DLA voor TOSHIBA DLA (Drive Letter Access ofwel
stationslettertoegang) is het pakketschrijfprogramma waarmee bestanden en/ of mappen via een stationsletter naar een DVD+RW-, DVD-RW- of CD-RW-schijf kunnen worden geschreven, op dezelfde manier als naar een diskette of andere verwisselbare schijven.
TOSHIBA Aanraken en starten
Het hulpprogramma TOSHIBA Aanraken en starten vergemakkelijkt diverse touchpadtaken. Het is handig in de volgende omstandigheden:
een bestand openen waarvan het
bureaubladpictogram achter een venster schuilgaat;
voor het openen van een pagina in het menu
Favorieten van Internet Explorer;
een lijst weergeven met actieve vensters en
een ander venster activeren.
Verder biedt dit hulpprogramma de volgende functies door aanpassing van de instellingen:
een bestand openen dat in een vooraf
gedefinieerde map is opgeslagen;
snel uw veelgebruikte toepassingen starten.
Gebruikershandleiding 1-13
Inleiding
TOSHIBA­hulpprogramma Zoom
Met dit hulpprogramma kunt u de pictogrammen op het bureaublad of in het toepassingsvenster vergroten of verkleinen.
TOSHIBA HW Setup Met dit programma kunt u uw hardware-
instellingen aanpassen aan uw werkwijzen en de randapparaten die u gebruikt. Klik op Start, klik op Configuratiescherm, klik op Printers en faxapparaten, en selecteer TOSHIBA HW Setup om dit hulpprogramma uit te voeren.
TOSHIBA Fn-esse Met dit programma kunt u uw eigen sneltoetsen
definiëren, zodat u toepassingen snel kunt starten en vlotter in Windows kunt werken. Als u het hulpprogramma wilt starten, klikt u op Start, wijst u achtereenvolgens Alle programma’s, TOSHIBA en Hulpprogramma’s aan en klikt u op Fn-esse.
TOSHIBA Accessibility (Toegankelijkheid)
Met dit hulpprogramma kunt u de Fn-toets vergrendelen: u drukt eenmaal op de Fn-toets, laat de toets los en drukt op een functietoets. De Fn-toets blijft actief tot een andere toets wordt ingedrukt.
TOSHIBA Virtual Sound
TOSHIBA Virtual Sound werkt als een audiofilter dat de functies SRS WOW XT en SRS TruSurround XT gebruikt van SRS Labs, Inc. in de Verenigde Staten. Het audiofilter verbetert de geluids- en muziekkwaliteit van uw computer.
De functie inschakelen
U schakelt het audiofilter in door de volgende stappen uit te voeren.
1. Selecteer Start en wijs Alle programma’s,
TOSHIBA, Hulpprogramma’s en Virtual Sound aan.
2. Het instellingenvenster van TOSHIBA Virtual
Sound wordt weergegeven.
3. Klik op “Aan” voor de basisinstelling.
Geluiddemper voor CD/DVD-station
Met dit hulpprogramma kunt u de leessnelheid van het CD-station configureren. U kunt kiezen tussen de normale modus, waarin het station op maximale snelheid werkt voor een snelle gegevenstoegang, en de stille modus, waarin het station op enkele snelheid werkt voor audio­CD’s, waardoor het station minder geluid maakt. Het heeft geen invloed op het DVD-station.
1-14 Gebruikershandleiding

Opties

Inleiding
U kunt uw computer nog krachtiger en gebruikersvriendelijker maken door een aantal opties toe te voegen. De volgende opties zijn beschikbaar:
Geheugenmodules Er kunnen twee geheugenmodules in de
computer worden geïnstalleerd.
Gebruik alleen PC4200-compatibele DDRII-geheugenmodules. Neem contact op met uw TOSHIBA-dealer voor nadere informatie.
Accu-eenheid U kunt een extra accu-eenheid bij uw TOSHIBA-
Netadapter Als u de computer regelmatig op verschillende
USB-diskettestation Hiermee kunt u een diskettestation op de
dealer kopen. U kunt deze als reserve-exemplaar gebruiken, zodat u langer met uw computer kunt werken.
locaties gebruikt, is het wellicht een goed idee om voor elke locatie een extra netadapter te kopen: u hoeft de adapter dan niet telkens mee te nemen.
computer aansluiten door middel van een USB­kabel.
Gebruikershandleiding 1-15
Inleiding
1-16 Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 2
Rondleiding
In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer geïdentificeerd. Maak uzelf vertrouwd met elk onderdeel voordat u met de computer aan de slag gaat.
Bepaalde soorten notebookchassis zijn ontworpen om alle mogelijke configuraties voor een volledige productserie te huisvesten. Uw geselecteerde model heeft mogelijk niet alle voorzieningen en specificaties die corresponderen met de pictogrammen of schakelaars op het notebookchassis, tenzij u al deze voorzieningen hebt geselecteerd.

Voorkant met gesloten beeldscherm

De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het beeldscherm gesloten.
5 76 8 1092 31 4 11
1. DC-IN-lampje
2. Aan/uit-lampje
3. Acculampje
4. Lampje voor vaste schijf
5. Lampje voor kaartsleuf voor meerdere digitale media*
6. Kaartsleuf voor meerdere digitale media*
* De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het gekochte model.
Gebruikershandleiding 2-1
Voorkant van de computer met gesloten beeldscherm
7. Draadloze­communicatieschakelaar*
8. Lampje voor draadloze communicatie*
9. Microfoonaansluiting
10. Hoofdtelefoonaansluiting
11. Volumeregeling
Rondleiding
DC-IN-lampje Het DC-IN-lampje brandt wanneer de computer
is aangesloten op de netadapter, die op zijn beurt aan een voedingsbron is gekoppeld.
Aan/uit-lampje Bij normaal gebruik brandt het aan/uit-lampje groen
of blauw (afhankelijk van het gekochte model). Als het systeem stand-by staat, knippert het lampje amber, terwijl het lampje uitstaat als de computer is uitgeschakeld of in de slaapstand staat.
Acculampje Het acculampje geeft het ladingsniveau van de accu
aan. Het lampje brand groen of blauw (afhankelijk van het gekochte model) als de accu volledig geladen is. Het lampje brandt oranje wanneer de accu door de netadapter wordt opgeladen. Het knippert oranje wanneer de accu bijna leeg is.
Lampje voor vaste schijf
Het lampje voor de vaste schijf geeft aan of de vaste schijf wordt gebruikt. Telkens wanneer de computer een programma uitvoert, een bestand opent of een ander functie verricht waarbij de vaste schijf wordt gebruikt, gaat dit lampje branden.
Lampje voor kaartsleuf voor meerdere digitale media*
Kaartsleuf voor meerdere digitale media*
Dit lampje gaat branden wanneer er toegang wordt gezocht tot de kaart voor meerdere digitale media.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
Hiermee kunt u mediakaarten van digitale fotocamera’s en verschillende soorten draagbare gegevensapparaten gebruiken.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
Draadloze­communicatie­schakelaar*
Met de draadloze-communicatieschakelaar wordt de zender/ontvanger van het draadloze netwerk ingeschakeld. Het draadloze­communicatielampje brandt ten teken dat de draadloze netwerkfunctie is ingeschakeld.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
Lampje voor draadloze communicatie*
Geeft aan of het draadloos LAN actief is. (De beschikbaarheid van deze functie hangt af
van het aangeschafte model.)
Microfoonaansluiting Op de 3,5-mm mini-microfoonbus kan een
standaard drie-aderige miniplug voor monofone microfooninvoer worden aangesloten.
2-2 Gebruikershandleiding
Rondleiding
Hoofdtelefoon­aansluiting
Volumeregeling Gebruik deze regelaar om het volume van de

Rechterkant

De volgende afbeelding illustreert de rechterkant van de computer.
* De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het gekochte model.
Op de hoofdtelefoonbus kunt u een stereohoofdtelefoon of andere audio­uitvoerapparatuur zoals externe luidsprekers aansluiten. Als u een hoofdtelefoon of een ander apparaat op deze bus aansluit, worden de interne luidsprekers automatisch uitgeschakeld.
stereoluidsprekers of hoofdtelefoon in te stellen.
1 2 3
1. Sleuf voor Express-kaart*
2. Optisch station
Rechterkant van de computer
3. Lampje voor optisch station
Sleuf voor Express­kaart
In deze sleuf kunt u een Express Card plaatsen. Een Express Card is een kleine, modulaire, toevoegbare kaart met een PCI Express en Universal Serial Bus (USB)-interface. De maximale overdrachtssnelheid is 2,5 Gbps. Typen van 34 mm en 54 mm worden beide ondersteund.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
Optisch station De computer is uitgerust met een optisch station
van volledige grootte waarin u schijven van 12 cm of 8 cm zonder adapter kunt plaatsen. Raadpleeg het gedeelte Stations in dit hoofdstuk voor technische specificaties voor elk station, en hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor informatie over het gebruik van het station en het omgaan met schijven.
Lampje voor optisch schijfstation
Gebruikershandleiding 2-3
Dit lampje geeft aan wanneer het optische schijfstation wordt gebruikt.
Rondleiding

Linkerkant

De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer.
1 3 4 5 62
1. RGB-monitorpoort
2. Luchtopeningen
3. TV Out-poort
4. i.LINK-poort (IEEE 1394)
5. Universal Serial Bus-poort (USB)
6. PC-kaartsleuf
* De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het gekochte model.
Linkerkant van de computer
RGB-monitorpoort Via deze 15-pins poort kunt u een extern
beeldscherm op de computer aansluiten.
Luchtopeningen De luchtopeningen dienen om de CPU te
beschermen tegen oververhitting.
Om oververhitting van de CPU te voorkomen dient u ervoor te zorgen dat de luchtopeningen niet worden geblokkeerd.
TV Out-poort Sluit een 4-pins S-Video-kabel aan op deze
aansluiting voor uitvoer van een NTSC- of PAL-televisiesignaal.
i.LINK-poort (IEEE 1394)
Via deze poort kunt u een extern apparaat, zoals een digitale videocamera, aansluiten voor snelle gegevensoverdracht.
De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.
Universal Serial Bus-poort (USB)
Via de Universal Serial Bus-poort (compatibel met USB 2.0 en 1.1) kunt u USB-apparaten zoals toetsenborden, muizen, vaste schijven, scanners en printers aansluiten op de computer.
PC Card-sleuf De PC-kaartsleuf biedt ruimte voor één PC-kaart
van 5 mm (Type II). U kunt elke standaard-PC­kaart installeren, bijvoorbeeld een SCSI-adapter, Ethernet-adapter of flash-geheugenkaart.
2-4 Gebruikershandleiding

Achterkant

De volgende afbeelding illustreert het achterpaneel van de computer.
Rondleiding
1 2 3 4 5
1. Modempoort
2. Beveiligingsslot
3. LAN-poort
De achterkant van de computer
4. Universal Serial Bus­poorten (USB)
5. Gelijkstroomingang (19 V)
Modemaansluiting Het interne modem wordt standaard
geïnstalleerd. Door middel van deze poort kunt u het modem via een modemkabel rechtstreeks op een telefoonlijn aansluiten.
Beveiligingsslot Aan dit slot kunt u een optionele kabel
bevestigen waarmee u de computer aan een bureau of ander groot voorwerp kunt verankeren ter bescherming tegen diefstal.
LAN-aansluiting Via deze poort kunt u de computer op een LAN
aansluiten. De adapter biedt ingebouwde ondersteuning voor Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX). De LAN-status wordt aangegeven met twee lampjes op de bus.
Universal Serial Bus-poorten
Via de Universal Serial Bus-poorten (compatibel met USB 2.0 en 1.1) kunt u USB-apparaten zoals toetsenborden, muizen, vaste schijven, scanners en printers aansluiten op de computer.
Gelijkstroomingang
Op de DC-IN-poort sluit u de netadapter aan.
(19 V)
Gebruikershandleiding 2-5
Rondleiding

Onderkant

De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg dat het beeldscherm gesloten is voordat u de computer ondersteboven zet.
1
2
1. Geheugenuitbreidingssleuf
2. Ventilatieopening
3. Accuvergrendelingsschuif
Geheugenuitbrei­dingssleuf
4
3
4. Accu-eenheid
5. Vergrendeling accu-eenheid
De onderkant van de computer
In deze sleuf kunt u een geheugenmodule installeren om het computergeheugen uit te breiden.
5
Raadpleeg de paragraaf Geheugenuitbreiding in hoofdstuk 8, Optionele apparaten.
Ventilatieopening De luchtopening dient om de CPU te
beschermen tegen oververhitting.
Om oververhitting van de CPU te voorkomen dient u ervoor te zorgen dat de luchtopening niet wordt geblokkeerd.
Vergrendeling accu­eenheid
Als u deze vergrendeling naar de vergrendelde stand schuift, kan de accu-eenheid niet worden losgemaakt, zelfs niet als u de accuvergrendelingsschuif open zet.
Accuvergrende­lingsschuif
Als de accuvergrendeling in de ontgrendelde stand staat, kunt u deze schuif verschuiven om de accu-eenheid te verwijderen.
Accu-eenheid De accu-eenheid voorziet de computer van
stroom wanneer de netadapter niet is aangesloten. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, voor
uitgebreide informatie over de accu-eenheid.
2-6 Gebruikershandleiding

Voorkant met geopend beeldscherm

De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het beeldscherm geopend. Om het beeldscherm te openen duwt u de vergrendelingsschuif op de voorkant van het beeldscherm opzij en kantelt u het scherm omhoog. Zet het scherm in een stand waar u er goed zicht op hebt.
1
Rondleiding
5
6
7
8
9
10
2
3
4
1. Beeldscherm
2. Touchpad-
3. Bedieningsknoppen voor touchpad
4. Linker en rechter luidspreker
5. Aan/uit-knop
De voorkant met geopend beeldscherm
6. Internet-knop
7. CD/DVD-knop
8. Knop Afspelen/Pauze
9. Knop Stoppen/Uitwerpen
10. Knop Volgende
11. Knop Vorige
Beeldscherm Op het LCD worden contrastrijke tekst en
afbeeldingen weergegeven met een resolutie van 1280x800 pixels. Raadpleeg de paragraaf
Weergavemodi in bijlage B voor meer informatie.
Wanneer de computer op de netadapter werkt, is het beeld op het scherm helderder dan wanneer de computer op accu-energie werkt. Dit is normaal en is bedoeld om accu-energie te besparen.
Gebruik een schermbeveiligingsprogramma (screen saver) om de levensduur van het beeldscherm te verlengen.
11
Gebruikershandleiding 2-7
Rondleiding
Touchpad Met het touchpad-aanwijsapparaat in het midden
van de polssteun kunt u de schermaanwijzer verplaatsen. Raadpleeg de paragraaf Het
touchpad gebruiken in hoofdstuk 4, Grondbeginselen.
Bedieningsknoppen voor touchpad
Met de besturingsknoppen onder het touchpad kunt u menuopties selecteren en bewerkingen uitvoeren op tekst en afbeeldingen die u met de schermaanwijzer hebt geselecteerd.
Linker en rechter luidspreker
De computer bevat twee luidsprekers voor weergave van stereogeluid.
Aan/uit-knop Druk op de aan/uit-knop om de computer in en uit
te schakelen. De aan/uit-knop bevat een lampje (afhankelijk van het gekochte model) dat groen of blauw brandt (afhankelijk van het gekochte model) als het systeem is ingeschakeld.
Internet-knop Druk op de Internet-knop om uw
standaardwebbrowser te openen. U kunt de knopinstelling wijzigen in het
eigenschappenvenster van TOSHIBA Controls. U opent dit venster door door achtereenvolgens op Start, Configuratiescherm en Printers en
andere hardware te klikken en het pictogram TOSHIBA Controls te selecteren.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
CD/DVD-knop Als u op deze knop drukt wanneer de computer
is uitgeschakeld, wordt de Express Media Player uitgevoerd. Nadat de Express Media Player is gestart, gaat het aan/uit-lampje branden, worden de audiobedieningsknoppen ingeschakeld en gebeurt er niets als u nogmaals op deze knop drukt. Als u op deze knop drukt terwijl de computer is ingeschakeld of in de stand-by-stand staat, wordt Windows Media® Player of WinDVD gestart, afhankelijk van het geplaatste medium.
U kunt de knopinstelling wijzigen in het eigenschappenvenster van TOSHIBA Controls. U opent dit venster door door achtereenvolgens op Start, Configuratiescherm en Printers en
andere hardware te klikken en het pictogram TOSHIBA Controls te selecteren.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
2-8 Gebruikershandleiding
Rondleiding
Wanneer u Express Media Player gebruikt, dient u de CD/DVD-knop toe te wijzen aan “CD/DVD” in het eigenschappenvenster van TOSHIBA Controls.
Knop Afspelen/ Pauze
Knop Stoppen/ Uitwerpen
Knop Volgende Hiermee gaat u verder naar het volgende nummer,
Knop Vorige Hiermee gaat u terug naar het vorige nummer,
Als in Windows® Media Player de optie Willekeurig of Willekeurige volgorde is geselecteerd, gaat u naar een willekeurige selectie wanneer u Volgende of Vorige selecteert.

Toetsenbordlampjes

Druk op deze knop om te beginnen met het afspelen van een audio-CD, DVD-film of digitale audiobestanden. Deze knop fungeert tevens als pauzeknop.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
Hiermee wordt het afspelen van de CD, DVD of digitale audio stopgezet. Hiermee werpt u tevens een schijf uit de lade uit.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
hoofdstuk of digitale bestand. Zie hoofdstuk 4,
Grondbeginselen, voor meer informatie.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
hoofdstuk of digitale bestand. Zie hoofdstuk 4,
Grondbeginselen, voor meer informatie.
(De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
Cursormodus Numerieke modus- Caps Lock
Cursormodus Als het lampje van de cursormodus groen brandt,
Gebruikershandleiding 2-9
kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen (de toetsen met de lichtgrijze opschriften) als cursortoetsen gebruiken. Raadpleeg de paragraaf Geïntegreerde numerieke toetsen in hoofdstuk 5, Het toetsenbord.
Rondleiding
Numerieke modus- Als het lampje van de numerieke modus groen
Caps Lock Het Caps Lock-lampje gaat branden wanneer u
brandt, kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen (de toetsen met de lichtgrijze opschriften) gebruiken om cijfers in te voeren. Raadpleeg de paragraaf Geïntegreerde numerieke toetsen in hoofdstuk 5, Het toetsenbord.
op de toets Caps Lock drukt. In dat geval wordt bij het indrukken van een lettertoets een hoofdletter weergegeven.

Optisch schijfstation

Afhankelijk van de configuratie bevat de computer een CD-RW/DVD-ROM­station of een enkellaags of dubbellaags DVD Super Multi-station dat ±R Double Layer ondersteunt. Voor de aansturing van deze optische stations wordt een ATAPI-interfacecontroller gebruikt. Zodra de computer toegang verkrijgt tot een schijf, gaat het lampje op het station branden.
Regiocodes voor DVD-stations en -media
Het schijfstation en de media worden vervaardigd conform de specificaties van zes verkoopgebieden. Om problemen bij het afspelen van DVD-video’s te voorkomen dient u bij de aanschaf van DVD-video-schijven te controleren of de schijven geschikt zijn voor uw station.
Code Regio
1 Canada, Verenigde Staten
2 Japan, Europa, Zuid-Afrika, Midden-Oosten
3 Zuid-Oost-Azië, Oost-Azië
4 Australië, Nieuw Zeeland, Stille-Oceaaneilanden, Midden-
Amerika, Zuid-Amerika, Caribisch gebied
5 Rusland, Indisch subcontinent, Afrika, Noord-Korea, Mongolië
6 China
Beschrijfbare schijven
In deze paragraaf worden de verschillende soorten beschrijfbare schijven beschreven. Controleer in de specificaties voor uw station welke schijftypen kunnen worden beschreven. Gebruik Record Now! voor het beschrijven van CD’s. Raadpleeg hoofdstuk 4, Grondbeginselen.
2-10 Gebruikershandleiding
CD’s
Beschrijfbare CD’s (CD-R’s) kunnen slechts eenmaal worden
beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
CD-RW- ofwel CD-Rewritable-schijven kunnen meermaals worden
beschreven. Gebruik 1x, 2x of 4x multi-speed CD-RW-schijven of high-speed 4x tot 10x schijven. De maximale schrijfsnelheid van ultra-speed CD-RW’s bedraagt 24-speed.
DVD’s
DVD-R’s en DVD+R’s kunnen slechts één keer worden beschreven.
De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
DVD-RW-, DVD+RW- en DVD-RAM-schijven kunnen meermaals
worden beschreven.
CD-RW-/DVD-ROM-station
In de CD-RW-/DVD-ROM-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD’s vastleggen en CD’s/ DVD’s van 12 cm of 8 cm lezen zonder een adapter te gebruiken.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de rand.
DVD lezen 8-speed (maximaal) CD lezen 24-speed (maximaal) CD-R schrijven 24-speed (maximaal) CD-RW schrijven 24-speed (maximaal, ultra-speed media)
Rondleiding
DVD Super Multi-station met ondersteuning voor dubbellaags ±R
In de DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte (die een ±R Double Layer-module ondersteunt) kunt u zonder adapter gegevens op herschrijfbare schijven vastleggen en schijven van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) lezen zonder een adapter te gebruiken.
Gebruikershandleiding 2-11
Rondleiding
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de rand.
DVD lezen 8-speed (maximaal) DVD-R schrijven 8-speed (maximaal) DVD-RW schrijven 4-speed (maximaal) DVD+R schrijven 8-speed (maximaal) DVD+RW schrijven 4-speed (maximaal) DVD-RAM schrijven 5-speed (maximaal) CD lezen 24-speed (maximaal) CD-R schrijven 24-speed (maximaal) CD-RW schrijven 10-speed (maximaal, ultra-speed media) DVD+R(DL) schrijven 2,4-speed (maximaal) DVD-R(DL) schrijven 2-speed (maximaal)
Dit station kan geen schijven gebruiken die schrijfsnelheden toestaan van 8-speed of sneller (enkellaags DVD-R en DVD+R), 4-speed of sneller (DVD-RW en DVD+RW), 5-speed (DVD-RAM) of ultra-speed of sneller (CD-RW).

Netadapter

De netadapter zet wisselstroom om in gelijkstroom en vermindert de spanning die aan de computer wordt geleverd. De netadapter kan zich automatisch aanpassen aan elke spanning tussen 100 en 240 volt en aan een frequentie van 50 of 60 hertz, waardoor u de computer in praktisch elk land of gebied kunt gebruiken.
Om de accu op te laden sluit u de netadapter eenvoudig aan op een voedingsbron en op de computer. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, voor meer informatie.
De netadapter
Gebruik van de verkeerde adapter kan resulteren in beschadiging van de computer. In dergelijke gevallen aanvaardt TOSHIBA geen aansprakelijkheid voor schade. De nominale uitvoer voor de computer bedraagt 19 Volt.
2-12 Gebruikershandleiding
Rondleiding
Gebruik alleen de netadapter die bij de computer is geleverd of een netadapter die door TOSHIBA is gecertificeerd.
Gebruikershandleiding 2-13
Rondleiding
2-14 Gebruikershandleiding
Voor u begint
Dit hoofdstuk verschaft basisinformatie aan de hand waarvan u met uw computer aan de slag kunt. De volgende onderwerpen worden behandeld:
Uw werkplek inrichten met het oog op uw gezondheid en veiligheid
Lees ook de Instructiegids voor veiligheid en comfort. In deze gids wordt productaansprakelijkheid toegelicht.
de netadapter aansluiten
Het beeldscherm openen
De computer inschakelen
Voor het eerst opstarten
De computer uitschakelen
Computer opnieuw opstarten
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de schijf
Productherstel
Alle gebruikers dienen tevens zorgvuldig het gedeelte Voor het eerste opstarten te lezen, waarin wordt beschreven wat u moet doen wanneer u de computer voor het eerst aanzet.
Hoofdstuk 3

Uw werkplek inrichten

Het is voor uzelf en voor de computer belangrijk om een comfortabele werkplek in te richten. Een slechte werkomgeving of ongunstige werkgewoonten kunnen resulteren in ongemak of ernstige RSI-blessures aan handen of polsen of andere gewrichten. Ook voor het functioneren van de computer is het van belang dat de omgeving in orde is. In dit gedeelte komen de volgende onderwerpen aan de orde:
Algemene omstandigheden
Plaatsing van de computer en de randapparaten
Stoel en werkhouding
Verlichting
Werkgewoonten
Gebruikershandleiding 3-1
Voor u begint
Algemene omstandigheden
Een werkomgeving waarin u zich prettig voelt, is in het algemeen ook geschikt voor de computer. Lees echter het volgende om te controleren of uw werkplek aan de eisen voldoet.
Zorg voor voldoende ventilatie door genoeg ruimte vrij te laten rond de
computer.
Zorg dat het netsnoer is aangesloten op een gemakkelijk toegankelijk
stopcontact dicht bij de computer.
De omgevingstemperatuur moet tussen 5 en 35° C liggen en de
relatieve vochtigheid tussen 20 en 80 procent.
Vermijd plaatsen waar plotselinge of extreme temperatuurs- of
vochtigheidsveranderingen kunnen optreden.
Houd de computer stof- en vochtvrij en vermijd blootstelling aan direct
zonlicht.
Houd de computer uit de buurt van warmtebronnen, bijvoorbeeld
elektrische kachels.
Houd vloeistoffen of bijtende chemische stoffen uit de buurt van de
computer.
Sommige interne computeronderdelen en gegevensopslagmedia
kunnen door magneten worden beschadigd. Houd de computer uit de buurt van magnetische voorwerpen. Wees voorzichtig met voorwerpen die sterke magnetische velden genereren, bijvoorbeeld stereoluidsprekers. Wees tevens voorzichtig met metalen voorwerpen (bijvoorbeeld armbanden): dergelijke voorwerpen kunnen per ongeluk worden gemagnetiseerd.
Houd mobiele telefoons uit de buurt van de computer.
Laat genoeg ventilatieruimte vrij. Zorg dat er zich rond de in- en laten
van het systeem geen obstakels bevinden.
Plaatsing van de computer
Plaats de computer en randapparaten zodanig dat comfort en veiligheid gewaarborgd zijn.
Plaats de computer op een vlak oppervlak, op een hoogte en afstand
die voor u comfortabel zijn. Het beeldscherm mag niet hoger zijn dan op oogniveau, om vermoeide ogen te voorkomen.
Plaats de computer zodanig dat deze direct vóór u staat wanneer u
werkt en zorg dat u voldoende ruimte hebt om eventuele andere apparaten te bedienen.
Zorg voor voldoende ruimte achter de computer, zodat u de stand van
het beeldscherm naar wens kunt bijstellen. Het scherm moet zo staan dat u er optimaal zicht op hebt, met minimale reflectie.
Als u een papierstandaard gebruikt, dient u deze op ongeveer dezelfde
hoogte en afstand te zetten als de computer.
3-2 Gebruikershandleiding
Stoel en werkhouding
De hoogte van uw stoel in verhouding tot de computer en het toetsenbord, en de steun die de stoel biedt, zijn belangrijke factoren bij het verminderen van de werkbelasting.
Onder ooghoogte
Voetsteun
Werkhouding en plaatsing van de computer
Plaats uw stoel zodanig dat het toetsenbord zich ter hoogte van uw
ellebogen of iets lager bevindt. U moet gemakkelijk kunnen typen met uw schouders ontspannen.
Uw knieën moeten iets hoger zijn dan uw heupen. Gebruik zo nodig
een voetsteun om uw knieën omhoog te brengen en de druk op de achterkant van uw dijen te verminderen.
Zorg dat de rugleuning uw onderrug steunt.
Zit rechtop, zodat uw knieën, heupen en ellebogen een hoek van
ongeveer 90 graden vormen wanneer u werkt. Buig niet te ver voorover en leun niet te ver naar achteren.
Voor u begint
hoeken van 90°
Verlichting
Juiste verlichting kan de leesbaarheid van het beeldscherm verbeteren en vermoeidheid van de ogen verminderen.
Plaats de computer op een positie waar het scherm geen zonlicht of fel
kunstlicht kan weerkaatsen. Gebruik vensters van getint glas, jaloezieën of zonneschermen om schel zonlicht te weren.
Plaats de computer niet vóór een fel licht dat direct in uw ogen kan
schijnen.
Gebruik zo mogelijk zachte, indirecte verlichting op uw werkplek.
Gebruik een lamp om uw documenten of bureau te verlichten, maar zorg dat het licht niet in uw ogen schijnt of door het scherm wordt weerkaatst.
Gebruikershandleiding 3-3
Voor u begint
Werkgewoonten
Om ongemak of spierblessures te voorkomen is het van essentieel belang dat u uw werkzaamheden afwisselt.
Probeer uw werkdag zodanig in te delen dat u een aantal verschillende taken hebt uit te voeren. Als u lange periodes achter de computer moet zitten, kunt u overbelasting voorkomen en uw efficiëntie verbeteren door uw dagelijkse routine te doorbreken.
Zit in een ontspannen houding. Goede plaatsing van uw stoel en
apparatuur (zie de aanwijzingen eerder in dit hoofdstuk) kan spierklachten in schouders en nek verminderen en rugpijn helpen voorkomen.
Verander regelmatig van houding.
Sta nu en dan op en strek uw spieren of doe een paar oefeningen.
Oefen en strek een aantal maal per dag uw handen en polsen.
Kijk regelmatig weg van de computer en richt uw ogen een aantal
seconden (bijvoorbeeld 30 seconden per kwartier) op een voorwerp in de verte.
Neem regelmatig korte pauzes in plaats van een of twee lange pauzes,
bijvoorbeeld twee of drie minuten per half uur.
Laat uw ogen regelmatig testen en ga direct naar een dokter als u
vermoedt dat u last hebt van een RSI-blessure.
Controleer om de paar maanden of de luchtopeningen
(zie paragrafen 2-5 en 2-7) niet worden geblokkeerd. Maak ze zo nodig schoon.
Er is een aantal boeken verkrijgbaar over ergonomie en RSI (Repetitive Strain Injuries) of RSS (Repetitive Stress Syndrome). Voor nadere informatie over deze onderwerpen of over oefeningen voor RSI­gevoelige lichaamsdelen zoals handen en polsen kunt u terecht bij uw bibliotheek of boekhandel. Raadpleeg ook de Instructiegids voor veiligheid en comfort bij de computer.
3-4 Gebruikershandleiding

de netadapter aansluiten

Sluit de netadapter aan wanneer u de accu moet opladen of via de netvoeding wilt werken. Dit is tevens de snelste manier om met de computer aan de slag te gaan, omdat de accu-eenheid eerst moet worden opgeladen voordat u de computer hiermee van stroom kunt voorzien. De netadapter kan worden aangesloten op elk stopcontact dat tussen 100 en 240 volt, en 50 of 60 hertz levert. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, voor informatie over het opladen van
de accu-eenheid met de netadapter.
Gebruik van de verkeerde adapter kan resulteren in beschadiging van de computer. In dergelijke gevallen aanvaardt TOSHIBA geen aansprakelijkheid voor schade. De nominale uitvoer voor de computer bedraagt 19 Volt.
1. Sluit het netsnoer aan op de netadapter.
Voor u begint
Het netsnoer aan op de netadapter aansluiten
2. Koppel de gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter aan de DC IN-ingang op de achterkant van de computer.
De adapter op de computer aansluiten
3. Sluit het netsnoer op een wandcontactdoos aan. Het acculampje en het DC IN-lampje op de voorkant van de computer gaan branden.
Gebruikershandleiding 3-5
Voor u begint

Het beeldscherm openen

Het LCD-scherm kan in een aantal standen worden gezet voor optimaal kijkgemak.
1. Druk op de schermvergrendeling op de voorkant van de computer.
Het beeldscherm openen
2. Kantel het scherm omhoog en zet het in de stand waar u er het beste zicht op hebt.
Wees voorzichtig bij het openen en sluiten van het beeldscherm. Als u het te ruw opent of dichtklapt, bestaat het risico dat u de computer beschadigt.

De computer inschakelen

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer inschakelt.
Nadat u de computer voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u hem niet uit te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd. Raadpleeg de paragraaf Voor het eerst opstarten in dit hoofdstuk.
1. Als een optioneel USB-diskettestation is aangesloten, controleert u of dit leeg is. Als het station een diskette bevat, drukt u op de uitwerpknop en verwijdert u de diskette.
2. Open het beeldscherm.
3. Druk op de aan/uit-knop van de computer en laat deze weer los.
De computer inschakelen
3-6 Gebruikershandleiding

Voor het eerst opstarten

Voor u begint
Wanneer u de computer voor het eerst inschakelt, verschijnt het opstartscherm van Windows Tijdens de configuratie kunt u op de knop Ter ug klikken om terug te keren naar het vorige scherm.
Vergeet niet om de Windows door te lezen.
®

De computer uitschakelen

De computer kan worden uitgeschakeld in drie modi: de afsluitmodus (ook wel de opstartmodus genoemd), de slaapstand of de stand-by-modus.
Afsluitmodus (opstartmodus)
Wanneer u de computer uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen gegevens opgeslagen; bij het opstarten van de computer wordt het hoofdscherm van het besturingssysteem weergegeven.
1. Als u gegevens hebt ingevoerd, dient u deze op de vaste schijf,
een optisch medium of een diskette op te slaan.
2. Controleer of er geen schijfactiviteit meer plaatsvindt en verwijder
vervolgens eventuele schijfmedia.
Controleer of de lampjes van de ingebouwde vaste schijf en het optische station uit zijn voordat u de computer uitschakelt. Als u de
computer uitzet terwijl er nog schijfactiviteit plaatsvindt, loopt u het risico dat gegevens verloren gaan of de schijf beschadigd raakt.
3. Klik op start en vervolgens op Computer uitschakelen. Klik in het
venster Computer uitschakelenop Uitschakelen.
4. Schakel eventuele randapparaten uit.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
XP. Volg de aanwijzingen op elk scherm.
®
gebruiksrechtovereenkomst zorgvuldig
Slaapstand
De slaapstand (ook wel winterslaap genoemd) zorgt ervoor dat de inhoud van het geheugen wordt opgeslagen wanneer de computer wordt uitgeschakeld. De volgende keer dat de computer wordt aangezet, wordt de vorige toestand hersteld. De status van randapparaten wordt niet door de slaapfunctie opgeslagen.
1. Wanneer de slaapstand wordt geactiveerd, wordt de inhoud van het
geheugen op de vaste schijf opgeslagen. Als u de accu verwijdert of de netadapter ontkoppelt voordat het opslagproces is voltooid, gaan gegevens verloren. Wacht tot het lampje voor de vaste schijf uitgaat.
2. Wanneer de computer in de slaapstand is, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan gaan gegevens verloren.
Gebruikershandleiding 3-7
Voor u begint
Voordelen van de slaapstand
De voordelen van de slaapstand zijn:
Deze stand kan zo worden ingesteld dat gegevens op de vaste schijf
worden opgeslagen wanneer de computer automatisch wordt afgesloten omdat de accu bijna leeg is.
Om de computer te kunnen afsluiten in de slaapstand, moet u de slaapstandfunctie op twee plaatsen activeren: Tabblad Slaapstand en tabblad TOSHIBA Power Saver: Elementaire set-up Anders wordt de computer in de Stand-by modus afgesloten wanneer de accu bijna leeg is. Als de accu leeg raakt, gaan de gegevens die in de Stand-by-modus zijn opgeslagen, verloren.
Na het inschakelen van de computer kunt u direct naar uw vorige
werkomgeving terugkeren.
De functie bespaart stroom door het systeem af te sluiten wanneer geen
hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Systeem in slaapstand.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Slaapstand activeren
U kunt de slaapstand ook activeren door op Fn + F4 te drukken. Zie hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
Voer de volgende stappen uit om de slaapstand in te schakelen:
1. Klik op Start.
2. Selecteer Computer uitschakelen.
3. Open het dialoogvenster Computer uitschakelen. Als Slaapstand niet wordt weergegeven, gaat u naar stap 4. Als Slaapstand wordt weergegeven, gaat u naar stap 5.
4. Druk op de Shift-toets. De optie Stand-by verandert in Slaapstand.
5. Selecteer Slaapstand.
Automatische slaapstand
Wanneer u op de aan/uit-knop drukt of het beeldscherm sluit, wordt de computer automatisch in de slaapstand gezet. Eerst dient u echter de juiste instellingen te definiëren door de volgende stappen uit te voeren.
1. Open het Configuratiescherm.
2. Open Prestaties en onderhoud en vervolgens Energiebeheer.
3. Open het tabblad Slaapstand.
4. Selecteer Slaapstand inschakelen en klik vervolgens op OK.
5. Open Toshiba Power Saver.
6. Selecteer het tabblad Actie instellen.
7. Activeer de gewenste slaapstandinstelling voor Als ik op de aan/uit- knop druk en Als ik het scherm sluit.
8. Klik op OK.
3-8 Gebruikershandleiding
Gegevensopslag in de slaapstand
Zodra u de computer in de slaapstand afsluit, worden de gegevens uit het geheugen op de vaste schijf opgeslagen, wat enkele ogenblikken zal duren. Gedurende deze tijd brandt het lampje van de vaste schijf.
Nadat de computer alle gegevens op de vaste schijf heeft opgeslagen en volledig is uitgeschakeld, kunt u andere randapparaten uitschakelen.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Stand-by-modus
In de Stand-by-modus blijft de computer ingeschakeld maar worden de CPU en alle andere apparaten in een sluimerstand gezet.
Als er gedurende circa 15 tot 30 minuten geen activiteit (inclusief
bijvoorbeeld de ontvangst van e-mail) op de computer plaatsvindt terwijl de netadapter is aangesloten, wordt de computer automatisch in de stand-by-modus gezet. Dit is de standaardinstelling van het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Wilt u de computer weer in gebruik nemen, dan drukt u op de aan/
uit-knop.
Als de computer automatisch op stand-by wordt gezet terwijl een
netwerktoepassing actief is, wordt deze toepassing mogelijk niet hersteld wanneer de computer uit de Stand-by-modus wordt gehaald.
Om te voorkomen dat de computer automatisch stand-by wordt gezet,
dient u de stand-by-functie uit te schakelen in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver. Houd er echter rekening mee dat de computer niet meer aan de Energy Star-richtlijnen voldoet als u deze functie uitschakelt.
Voor u begint
Voorzorgsmaatregelen voor de Stand-by-modus
Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer op stand-
by te zetten.
Verwijder/installeer geen geheugen en verwijder geen
voedingscomponenten:
Verwijder/installeer geen geheugenmodules - de computer of de
module zelf kan beschadigen.
Verwijder de accu-eenheid niet.
In elk van de bovenstaande gevallen gaan de gegevens die de stand­by-stand bijhoudt verloren.
Als u de computer meeneemt aan boord van een vliegtuig of in een
ziekenhuis, dient u de computer af te sluiten in de slaapstand of afsluitmodus om verstoring van radiosignalen te voorkomen.
Gebruikershandleiding 3-9
Voor u begint
Voordelen van Stand-by
De voordelen van de Stand-by-functie zijn als volgt.
De vorige werkomgeving wordt sneller hersteld dan met de slaapstand.
De functie bespaart energie door het systeem af te sluiten wanneer geen
hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Systeem stand-by.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Stand-by inschakelen
U kunt de stand-by-modus ook activeren door op Fn + F3 te drukken. Zie hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
U kunt de Stand-by-modus op een van de volgende drie manieren activeren:
1. Klik op Start, vervolgens op Computer uitschakelen en ten slotte op Stand-by.
2. Sluit het beeldscherm. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Raadpleeg het tabblad Setup Action in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver in het Configuratiescherm.
3. Druk op de aan/uit-knop. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Raadpleeg het tabblad Setup Action in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver in het Configuratiescherm.
Wanneer u de computer weer inschakelt, kunt u uw werk hervatten op het punt waar u was opgehouden toen u de computer afsloot.
Wanneer de computer in de Stand-by-modus wordt afgesloten,
gaat het Aan/uit-lampje oranje branden.
Als u de computer via de accu gebruikt, kunt u de bedrijfstijd verlengen
door in de slaapstand af te sluiten. De stand-by-modus gebruikt meer accu-energie wanneer de computer is uitgeschakeld.
Beperkingen van de stand-by-modus
In de volgende omstandigheden werkt Stand-by niet:
De computer wordt onmiddellijk na het afsluitproces weer aangezet.
Geheugenschakelingen zijn blootgesteld aan statische elektriciteit of
elektrische ruis.
3-10 Gebruikershandleiding

Computer opnieuw opstarten

In bepaalde gevallen dient u het systeem opnieuw op te starten. Bijvoorbeeld:
als u bepaalde computerinstellingen hebt gewijzigd;
als er een fout optreedt en de computer niet reageert op
toetsenbordopdrachten.
Er zijn drie manieren om de computer opnieuw in te stellen:
1. Klik op Start en vervolgens op Computer uitschakelen. Klik in het
venster Computer uitschakelen op Opnieuw starten.
2. Druk op Ctrl + Alt + Del om Windows ® Taakbeheer te openen en
selecteer vervolgens Afsluiten en Opnieuw starten.
3. Druk op de aan/uit-knop om de computer uit te schakelen en druk
nogmaals op de aan/uit-knop om de computer opnieuw op te starten.
Gebruik stap 3 alleen als het besturingssysteem is vastgelopen en u niets anders kunt doen. Als u stap 3 uitvoert, gaan alle niet-opgeslagen gegevens verloren en loopt u het risico dat kritieke bestanden beschadigd raken.

De vooraf geïnstalleerde software herstellen

Als vooraf geïnstalleerde bestanden beschadigd zijn, gebruikt u de schijf Productherstel om de bestanden te herstellen. Voer de volgende stappen uit om het besturingssysteem en alle vooraf geïnstalleerde software te herstellen.
Wanneer u het Windows®-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt de vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren gaan.
1. Plaats de schijf Productherstel in het station en schakel de computer uit.
2. Zet de computer aan en druk op F12 wanneer het bericht In Touch with
Tomorrow TOSHIBA verschijnt om het opstartmenu weer te geven.
3. Gebruik de pijltoets omhoog of omlaag om het CD-ROM-/DVD-ROM-
station te selecteren.
4. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Voor u begint
TOSHIBA-hulpprogramma’s en -stuurprogramma’s herstellen
Als Windows naar behoren werkt, kunnen stuurprogramma’s of toepassingen afzonderlijk worden hersteld. De map C:\TOOLSCD bevat de stuurprogramma’s en toepassingen van uw computer. Als systeemstuurprogramma’s of ­toepassingen op een of andere manier zijn beschadigd, kunt u de meeste van deze componenten opnieuw installeren vanuit deze map.
Maak voor het gemak een kopie van deze map op een extern medium.
Gebruik de herstel-CD voor Express Media Player om Express Media Player te installeren voordat u Windows beschikbaarheid van deze functie hangt af van het aangeschafte model.)
Gebruikershandleiding 3-11
®
opnieuw installeert. (De
Voor u begint
3-12 Gebruikershandleiding
Grondbeginselen
In dit hoofdstuk worden de grondbeginselen van computergebruik toegelicht; zo wordt ingegaan op het gebruik van het touchpad, optische stations, het interne modem, LAN en draadloos LAN. Verder worden tips gegeven voor het onderhoud van de computer en voor bescherming tegen oververhitting.

Het touchpad gebruiken

Om het touchpad te gebruiken plaatst u uw vingertop eenvoudig op het touchpad en schuift u deze in de richting waarin u de schermaanwijzer wilt verplaatsen.
Hoofdstuk 4
2
1
1. Touchpadbesturingsknoppen 2. Touchpad
Touchpad en besturingsknoppen
De twee knoppen onder het touchpad worden op dezelfde wijze gebruikt als de knoppen op een standaardmuis.
Gebruikershandleiding 4-1
Grondbeginselen
Druk op de linkerknop om een menuoptie te selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software.
Druk niet te hard op het touchpad en gebruik geen spitse voorwerpen zoals ballpoints. Hierdoor kan het touchpad beschadigd raken.
Het touchpad heeft dezelfde functies als een muis met twee knoppen en een scrollwiel. Sommige functies kunt u activeren door het touchpad zachtjes aan te tikken in plaats van op een knop te drukken.
U kunt de bewerkingen van het aanwijsapparaat aanpassen in het venster Eigenschappen voor Muis. Open het Configuratiescherm, selecteer het pictogram Muis en druk op Enter om het venster Eigenschappen voor Muis te openen.
Klikken: Klik eenmaal op de linkerbesturingsknop of tik eenmaal op het touchpad.
Dubbelklikken: Klik tweemaal op de linkerbesturingsknop of tik tweemaal op het touchpad.
Schuiven Verticaal: Schuif uw vinger aan de rechterkant van het touchpad omhoog of omlaag.
Schuiven Horizontaal: Schuif uw vinger aan de onderkant van het touchpad naar links of rechts.

Het interne modem gebruiken

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het modem configureert en hoe u dit gebruikt om verbinding te maken met andere computers. Raadpleeg de on line Help-bestanden van de computer en van de modemsoftware voor meer informatie.
Het interne modem biedt geen ondersteuning voor de spraakfuncties die in de on line Help worden beschreven. De data- en faxfuncties worden wel ondersteund.
Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
Sluit de modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Bij aansluiting op
een digitale lijn zal het modem schade oplopen.
4-2 Gebruikershandleiding
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Neem bij het gebruik van uw telefoonapparatuur fundamentele veiligheidsvoorschriften in acht om het risico van brand, elektrische schokken en persoonlijk letsel te beperken. Bijvoorbeeld:
1. Gebruik dit product niet in de buurt van water, bijvoorbeeld bij een
badkuip, wasbak of gootsteen, in een vochtige kelder of bij een zwembad.
2. Telefoneer niet tijdens onweer (behalve als u een draadloze telefoon
gebruikt). Bliksem kan elektrische schokken veroorzaken.
3. Gebruik de telefoon niet om een gaslek te rapporteren in de nabijheid
van het lek.
4. Gebruik alleen het in deze handleiding vermelde netsnoer.
Regioselectie
Telecommunicatievoorschriften variëren per land/regio, en u moet er dus voor zorgen dat de modeminstellingen correct zijn voor het land/de regio waarin u het modem gaat gebruiken.
1. Open de toepassing Selectie van modemregio. U vindt deze toepassing
in het menu Programma’s onder TOSHIBA > Netwerken.
Als in het hulpprogramma Modeminstallatie van het Configuratiescherm een functie voor regio-/landselectie beschikbaar is, dient u deze niet te gebruiken. Als u het land/de regio in het Configuratiescherm wijzigt, wordt deze wijziging mogelijk niet doorgevoerd.
Grondbeginselen
2. Het pictogram Regioselectie wordt weergegeven in de Windows-taakbalk.
Het pictogram Regioselectie
3. Klik met de primaire knop op het pictogram om een lijst van
ondersteunde regio’s weer te geven. U ziet tevens een submenu met telefoonlocatie-informatie. Naast de geselecteerde regio en de geselecteerde telefoonlocatie staat een kruisje.
4. Selecteer een regio uit het regiomenu of een telefoonlocatie uit het
submenu.
Wanneer u op een regio klikt, wordt dit de regioselectie van de
modem en wordt automatisch de nieuwe telefoonlocatie ingesteld.
Wanneer u een telefoonlocatie selecteert, wordt automatisch de
corresponderende regio geselecteerd en wordt dit de huidige regio­instelling van het modem.
Gebruikershandleiding 4-3
Grondbeginselen
Menu Eigenschappen
Klik met de secundaire knop op het pictogram om het volgende menu weer te geven.
Instellingen
U kunt de volgende instellingen in- of uitschakelen:
Automatisch uitvoeren
Het hulpprogramma voor regioselectie wordt automatisch gestart wanneer u het besturingssysteem start.
Dialoogvenster Keuze-opties openen na selectie van de regio
Het dialoogvenster Keuze-opties wordt automatisch geopend nadat u de regio hebt geselecteerd.
Het menu Eigenschappen
Locatielijst voor regioselectie
Er verschijnt een submenu met informatie over telefoonlocaties.
Dialoogvenster openen als modem en huidige telefoonlocatie niet overeenkomen
Er verschijnt een waarschuwingsvenster als de huidige instellingen voor het regionummer en de telefoonlocatie incorrect zijn.
Modemselectie
Als de computer het interne modem niet herkend, wordt er een dialoogvenster weergegeven. Selecteer de COM-poort die u voor de modem wilt gebruiken.
Keuze-opties
Als u deze optie selecteert, worden de keuze-opties weergegeven.
Als u de computer in Japan gebruikt, bent u verplicht Japan als regio te selecteren. Het is in strijd met de wet om de modem in Japan met een andere regioselectie te gebruiken.
4-4 Gebruikershandleiding
Aansluiten
Voer de volgende stappen uit om de (optionele) modemkabel aan te sluiten.
Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
Sluit de modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Bij aansluiting op
een digitale lijn zal het modem schade oplopen.
1. Steek één uiteinde van de modemkabel (optioneel) in de modempoort.
2. Plaats het andere uiteinde van de modemkabel (optioneel) in een
telefoonaansluiting.
De interne modem aansluiten
Grondbeginselen
U dient niet aan de kabel te trekken of de computer te verplaatsen terwijl de kabel is aangesloten.
Als u een opslagapparaat, zoals een optisch station of een vaste schijf, gebruikt dat is aangesloten op een 16-bits PC-kaart, kan het modem laag zijn of de communicatiesessie worden onderbroken.
Als u merkt dat het modem traag werkt of de communicatie tijdens modemgebruik wordt onderbroken, controleert u de CPU-snelheid in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver en stelt u deze in op maximaal.
Loskoppelen
Voer de volgende stappen uit om de (optionele) modemkabel los te koppelen.
1. Knijp het palletje op de connector in de telefoonaansluiting in en trek de
connector eruit.
2. Trek de andere kabelconnector op dezelfde manier uit de computer.
Gebruikershandleiding 4-5
Grondbeginselen
LAN
De computer is uitgerust met netwerkhardware die Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX) ondersteunt. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer koppelt aan en ontkoppelt van een LAN.
Installeer of verwijder geen optionele geheugenmodule zolang Activering op LAN is ingeschakeld.
De functie Activering op LAN werkt niet op accuvoeding. Als u deze voorziening gebruikt, moet u de computer altijd aansluiten op de netvoeding.
De LAN-kabel aansluiten
De computer moet correct worden geconfigureerd alvorens verbinding met een LAN te maken. Als u zich bij een LAN aanmeldt terwijl de standaardinstellingen van de computer van kracht zijn, kunnen storingen op het LAN optreden. Vraag de LAN-beheerder naar de juiste configuratieprocedures.
Gebruikt u Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T), dan kunt u de computer aansluiten met een CAT5- of een CAT3-kabel.
Als u 100BASE-TX Fast Ethernet gebruikt, moet u een CAT5-kabel gebruiken. Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel aan te sluiten.
1. Schakel de computer en alle erop aangesloten externe apparaten uit.
2. Koppel één uiteinde van de kabel aan de LAN-poort. Duw voorzichtig tot de vergrendeling vast klikt.
De LAN-kabel aansluiten
3. Koppel het andere uiteinde van de kabel aan een LAN-hubconnector. Raadpleeg de LAN-beheerder voordat u de kabel op een hub aansluit.
4-6 Gebruikershandleiding
De LAN-kabel loskoppelen
Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel te ontkoppelen.
1. Knijp het palletje op de connector in de LAN-aansluiting van de
computer in en trek de connector eruit.
2. Ontkoppel de kabel op dezelfde wijze van de LAN-hub. Raadpleeg de
LAN-beheerder voordat u de kabel van de hub ontkoppelt.

Draadloos LAN

Het draadloze LAN is compatibel met andere LAN-systemen die voldoen aan de IEEE-normen 802.11a+g of 802.11g voor draadloos LAN.
Deze voorziening ondersteunt de volgende functies:
automatische selectie van de verzendsnelheid in het verzendbereik 54,
24, 12 en 6 Mbit/s;
AES-gegevenscodering (AES = Advanced Encryption Standard),
gebaseerd op het 128-bits coderingsalgoritme (revisie G, A/G­combinatietype).
De functie Activering op LAN werkt niet op bij een draadloos LAN.
Frequentiebandselectie (5 GHz en 2,4 GHz)
Zwerven (roaming) over meerdere kanalen
Kaartenergiebeheer
WEP-gegevenscodering (Wired Equivalent Privacy)
Grondbeginselen
Afwijzing van aansprakelijkheid voor draadloos LAN
De verzendsnelheid via het draadloos LAN en het maximale bereik van draadloos LAN kunnen variëren al naar gelang de elektromagnetische omgeving, obstakels, ontwerp en configuratie van accesspoints, clientontwerp en software-/hardwareconfiguratie. De werkelijke verzendsnelheid zal lager zijn dan de theoretische maximumsnelheid.
Beveiliging
1. TOSHIBA raadt ten zeerste aan de WEP-coderingsfunctie in te
schakelen. Doet u dat niet, dan kan de computer via de draadloze LAN­verbinding toegankelijk zijn voor onbevoegden die u onder andere uw opgeslagen gegevens kunnen stelen of vernietigen. Bovendien is de eigenaar van een internetverbinding verantwoordelijk voor alle browser­, download- en uploadactiviteiten die plaatsvinden via die verbinding. Daarom vormt een onbeveiligd draadloos netwerk dat rechtstreeks met internet is verbonden een uitnodiging voor buitenstaanders om misbruik te maken van uw provideraccount en -rechten.
2. TOSHIBA is niet aansprakelijk voor onrechtmatige toegang tot uw
gegevens via de draadloze LAN-verbinding en eventuele schade die daaruit voortvloeit.
Gebruikershandleiding 4-7
Grondbeginselen
Schakelaar voor draadloze communicatie
U kunt de functie voor draadloos LAN in- of uitschakelen met de schakelaar voor draadloze communicatie. Als de schakelaar op uit staat, kunnen geen gegevens worden verzonden of ontvangen. Schuif de schakelaar naar voren om de functie in te schakelen en naar achteren om de functie uit te schakelen.
Zet de schakelaar in vliegtuigen en ziekenhuizen op uit. Controleer aan de hand van het lampje voor draadloze communicatie of de functie voor draadloze communicatie uit staat (het lampje brandt in dat geval niet).
Draadloze-communicatielampje
Dit lampje geeft de status van de draadloze-communicatiefuncties aan.
Status van het lampje
Lampje uit Draadloze-communicatieschakelaar staat op uit.
Lampje brandt Draadloze-communicatieschakelaar staat op aan.
Betekenis

Schijfstations voor optische media gebruiken

De illustraties in deze paragraaf stroken wellicht niet helemaal met uw station, maar het gebruik is voor alle optische schijfstations identiek. Het station van volledige grootte voorziet in snelle uitvoering van schijfprogramma’s. U kunt schijven van 12 cm of 8 cm zonder adapter gebruiken. Voor schijfstationsaansturing wordt een ATAPI­interfacecontroller gebruikt. Zodra de computer toegang verkrijgt tot een schijf, gaat het lampje op het station branden.
Gebruik het programma WinDVD om DVD-video’s te bekijken.
Raadpleeg bij gebruik van een CD-RW-/DVD-ROM-station tevens de paragraaf CD’s beschrijven met het CD-RW-/DVD-ROM-station voor voorzorgsmaatregelen bij het beschrijven van CD’s.
Raadpleeg bij gebruik van een DVD Super Multi-station met ondersteuning voor ±R Double Layer tevens de paragraaf over CD’s/DVD’s beschrijven met dit DVD Super Multi-station voor voorzorgsmaatregelen bij het beschrijven van CD’s.
4-8 Gebruikershandleiding
Optische schijven laden
Voer de volgende stappen uit om schijven te laden.
1. Schakel de stroom in.
2. a. Druk op de ejectknop om de lade een stukje te openen.
Uitwerpknop
De uitwerpknop indrukken
b. U kunt de lade niet met de ejectknop openen wanneer de computer
uitgeschakeld is. In dat geval kunt u de lade openen door een dun voorwerp (ongeveer 15 mm lang) zoals een rechtgebogen paperclip in het ejectgaatje rechts van de ejectknop te steken.
Grondbeginselen
De lade openen door middel van het uitwerpgaatje
3. Trek de lade voorzichtig uit totdat deze volledig is geopend.
De lade opentrekken
Gebruikershandleiding 4-9
Grondbeginselen
4. Plaats de schijf met het label omhoog in de lade.
Een schijf plaatsen
Zorg dat u de lens of het gebied eromheen niet aanraakt. Hierdoor kunt u storingen teweegbrengen in de werking van het station.
5. Druk voorzichtig in het midden van de schijf tot deze vastklikt. De schijf moet onder de bovenkant van de as liggen, vlak op het lade-oppervlak.
6. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt. Duw zachtjes tot de lade vastklikt.
Als de schijf niet goed zit wanneer de lade gesloten is, bestaat het risico dat de schijf beschadigd raakt. Bovendien kan het dan gebeuren dat de lade niet volledig wordt geopend wanneer u op de uitwerpknop drukt.
De schijflade sluiten
4-10 Gebruikershandleiding
Optische schijven verwijderen
Voer de volgende stappen uit om de schijf te verwijderen.
Druk niet op de uitwerpknop terwijl de computer toegang heeft tot het schijfstation. Wacht tot het optisch-stationslampje uitgaat voordat u de lade opent. Neem de schijf pas uit de lade nadat deze is opgehouden met draaien.
1. Druk op de uitwerpknop om de lade een stukje te openen. Trek de lade
voorzichtig open.
Wanneer de lade een stukje wordt geopend, moet u even wachten tot
de schijf is opgehouden met draaien voordat u de lade volledig opentrekt.
Als u de lade handmatig wilt openen door middel van het gaatje naast
de ejectknop, dient u de computer eerst uit te schakelen. Als de schijf nog draait terwijl u de lade opent, kan de schijf van de as vliegen en letsel teweegbrengen.
2. De schijf steekt iets uit over de zijkanten van de lade, zodat u hem kunt
pakken. Til de schijf voorzichtig uit de lade.
Grondbeginselen
Een schijf verwijderen
3. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt.
Duw zachtjes tot de lade vastklikt.
Gebruikershandleiding 4-11
Grondbeginselen
Knoppen
U kunt aan de Internet-knop en de CD/DVD-knop functies en toepassingen toewijzen in het eigenschappenvenster van TOSHIBA Controls.
CD-/DVD-bedieningsknoppen
Met de volgende vier knoppen kunt u functies met betrekking tot de weergave van optische media en digitale audiogegevens regelen:
Afspelen/Pauze Start of onderbreekt het afspelen
Stop Stopt het afspelen.
Volg ende Volgende nummer/hoofdstuk/gegevens afspelen.
Vori ge Vorige nummer/hoofdstuk/gegevens afspelen.
Als in Windows® Media Player de optie Willekeurig of Willekeurige volgorde is geselecteerd, gaat u naar een willekeurige selectie wanneer u Volgende of Vorige selecteert.
4-12 Gebruikershandleiding

Express Media Player

Sommige computers in deze serie worden geleverd met de Express Media Player.
Express Media Player is een directe afspeelfunctie waarmee u DVD’s en CD’s kunt afspelen zonder Windows te hoeven gebruiken.
Opmerkingen voor Express Media Player
Gebruik van Express Media Player (CD) en Express Media Player (DVD)
Vuile of bekraste CD’s/DVD’s kunnen mogelijk niet worden afgespeeld.
Bovendien kan het gebeuren dat u een CD/DVD met met vuil of krassen niet kunt verwijderen.
Houd de stroomschakelaar van de pc vijf seconden of langer ingedrukt
om de pc uit te schakelen. U kunt de lade openen door een dun voorwerp (van circa 15 mm) in het uitwerpgat te steken. Raadpleeg de paragraaf Schijven laden in hoofdstuk 4, Grondbeginselen.
Gebruik van Express Media Player (DVD)
Met de Express Media Player (DVD) wordt de schijf afgespeeld op de
manier waarop de DVD-video door de maker is geproduceerd, zodat de DVD soms niet werkt zoals verwacht.
( ) kan tijdens de werking op het scherm worden weergegeven. Als
( ) wordt weergegeven, betekent dit dat Express Media Player (DVD) of DVD-Video voorkomt dat een bepaalde bewerking wordt uitgevoerd.
Lees de instructies die u ontvangen hebt bij de DVD die u wilt afspelen.
Al naar gelang de afgespeelde DVD kunnen er frames wegvallen of kan
er audio worden overgeslagen.
De DVD kan alleen worden afgespeeld op de LCD-display van de
computer. Externe video-uitvoer wordt niet ondersteund.
Voor DVD’s waarvoor ouderlijk toezicht is ingesteld, worden de functies
voor het instellen van het niveau van ouderlijk toezicht niet ondersteund.
Gegevens die zijn opgeslagen in de indeling Video-CD, DVD-Audio,
-VR of +VR kunnen niet worden afgespeeld. Daarnaast kunnen schijven die niet zijn voltooid en MPEG, DivX, mini-DVD en andere bestandsindelingen evenmin worden afgespeeld.
Audio wordt alleen uitgevoerd in de tweekanaals stereo-indeling.
Titels met DTS- of SDDS-audio hebben geen audio-uitvoer als u
dergelijke audio selecteert.
Audio-uitvoer van SPDIF wordt niet ondersteund.
Dit systeem is niet compatibel met de modus Karaoke.
Wanneer u continue handelingen uitvoert, moet de huidige handeling
zijn voltooid voordat u de volgende uitvoert. Als u dat niet doet, kan dat tot onverwachte resultaten leiden.
Als u een schijf uit het station wilt verwijderen terwijl de speler is gestopt,
drukt u eenvoudig op de uitwerpknop van het station. Als de speler de schijf afspeelt, drukt u op de toets “E”, die de speler stopt en de schijf uitwerpt. Als u de schijf tijdens het afspelen handmatig verwijdert via het uitwerpgaatje op het station, werkt de weergave van DVD-Video mogelijk niet. Als dit gebeurt, start u de Express Media Player opnieuw op.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-13
Grondbeginselen
Instellingen voor Express Media Player
U moet een paar instellingen opgeven om de functies van de Express Media Player voor het eerst te kunnen gebruiken. De instellingen zijn als volgt:
Eerste instellingen
Wanneer u de Express Media Player voor het eerst start of de herstel-cd gebruikt, verschijnt het scherm om de eerste instellingen van de Express Media Player op te geven.
Geef de instellingen als volgt op:
1. Taal voor de configuratie en handleiding van de Express Media Player. (Zie tabel 1 voor de taalcode.)
2. Toetsenbord. (Zie tabel 2 voor de toetsenbordcode.)
U kunt de instellingen voor de weergavetaal en het toetsenbord wijzigen in de set-up voor de DVD-speler.
Taal ISO-code Taal ISO-code
Hebreeuws HEW Hongaars HUN
Braziliaans Portugees
Vereenvoudigd Chinees
Traditioneel Chinees
Tsjechië CSY Noors NOR
Deens DAN Pools PLK
Nederlands NLD Russisch RUS
Nederlands ENU Sloveens SLV
Fins FIN Spaans ESN
Frans FRA Spaans
Canadees Frans FRC Zweeds SVE
Duits DEU Turks TRK
Grieks ELL Portugees PTG
*Spaans en Spaans (Latijns-Amerika) zijn dezelfde talen. Er worden in totaal 25 talen ondersteund.
PTB Italiaans ITA
CHS Japans JPN
CHT Koreaans KOR
(Latijns-Amerika)
ESL
4-14 Gebruikershandleiding
Grondbeginselen
Weergavetaal
No. Toetsenbordtaal Toetsenbordindeling
01 Arabisch Diversen 02 België Frans 03 Braziliaans Portugees Diversen 04 Tsjechië Diversen 05 Deens Diversen 06 Nederlands Diversen 07 Verenigd Koninkrijk Diversen 08 Nederlands Diversen 09 Ests Diversen 10 Fins Diversen 11 Frans Diversen 12 Canadees Frans Diversen 13 Duits Diversen 14 Grieks Diversen 15 Hongaars Diversen 16 Hongaars Hongaars 17 Italiaans Diversen 18 Japans Diversen 19 Koreaans Diversen 20 Litouws Diversen 21 Noors Diversen 22 Pools Diversen 23 Portugees Diversen 24 Russisch Diversen 25 Vereenvoudigd Chinees Diversen 26 Sloveens Diversen 27 Spaans Diversen 28 Zweeds Diversen 29 Zwitserland Diversen 30 Turks Diversen 31 Traditioneel Chinees Overige 32 Joegoslavisch Diversen
Ps: Overige betekent “Engels”
Gebruikershandleiding 4-15
Grondbeginselen
Toetsenbordcode
Functies via het voorste bedieningspaneel en het toetsenbord in de modus Express Media Player
In deze lijst wordt aangegeven hoe de toetsenbordfuncties overeenkomen met de functies op het voorste bedieningspaneel.
Voorpaneel Computer CD DVD
- Aan/uit-knop Beëindigt CD Beëindigt DVD
CD/DVD - Start de CD Start de DVD
- Fn + F7 Verhoogt de helderheid.
- Fn + F6 Vermindert de helderheid.
- 1 Selecteer nummer 1 Selecteer hoofdstuk 1
- 2 Selecteer nummer 2 Selecteer hoofdstuk 2
- 3 Selecteer nummer 3 Selecteer hoofdstuk 3
- 4 Selecteer nummer 4 Selecteer hoofdstuk 4
- 5 Selecteer nummer 5 Selecteer hoofdstuk 5
- 6 Selecteer nummer 6 Selecteer hoofdstuk 6
- 7 Selecteer nummer 7 Selecteer hoofdstuk 7
- 8 Selecteer nummer 8 Selecteer hoofdstuk 8
- 9 Selecteer nummer 9 Selecteer hoofdstuk 9
- 0 Werkt meestal als “0” Werkt meestal als “0”
- F8 - Geeft het bovenste
- F9 - Geeft het menu weer
-
-
-
-
- Enter Hiermee wordt de
Verplaats de cursor Verplaats de cursor
Verplaats de cursor Verplaats de cursor
Verplaats de cursor Verplaats de cursor
Verplaats de cursor Verplaats de cursor
geselecteerde optie uitgevoerd
Verhoogt de helderheid.
Vermindert de helderheid.
menu weer
Hiermee wordt de geselecteerde optie uitgevoerd
4-16 Gebruikershandleiding
Grondbeginselen
- F2 Geeft het instellingsmenu weer of verbergt dit
-
-
- M Dempt het volume Dempt het volume
- O Snel terugspoelen
- P Snel vooruitspoelen
- Ctrl + R Nummer herhalen
- Ctrl + S Willekeurige
- D Verandert het
- G - Verandert de hoek
- S - Verandert de
- A - Wijzigt het
- T Slaaptimer (30 min
- Y - Langzaam afspelen
- F1 Geeft overzicht van
- E Eject- Eject-
Ctrl +
Ctrl +
K Volgend nummer Volgend hoofdstuk
L Vorig nummer Vorig hoofdstuk
Spatiebalk Afspelen of
Ctrl + Spatie Stop Stop
Verhoogt het volume
Verlaagt het volume Verlaagt het volume
(1x <--> 2x)
(1x <--> 2x)
pauzeren
-> Alles herhalen -> Geen
volgorde
scherm.
-> 60 min -> Uitschakelen)
toetsen weer
Geeft het instellingsmenu weer of verbergt dit
Verhoogt het volume
Snel terugspoelen (2x, 4x, 8x, 20x, 30x)
Snel vooruitspoelen (2x, 4x, 8x, 20x, 30x)
Afspelen of pauzeren
-
-
Verandert het scherm.
ondertitels
audiokanaal
-
Geeft overzicht van toetsen weer
Gebruikershandleiding 4-17
Grondbeginselen

CD’s beschrijven met een CD-RW-/DVD-ROM-station

Met het CD-RW-/DVD-ROM-station kunt u gegevens schrijven naar to CD-R­/CD-RW-schijven. De volgende schrijftoepassingen zijn vooraf geïnstalleerd. Record Now!/DLA, onder licentie van Sonic Solutions.
Belangrijk bericht
Lees voordat u CD-R-/CD-RW-schijven beschrijft, deze paragraaf grondig door en volg alle configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dit niet, dan kan het gebeuren dat het CD-RW-/DVD-ROM-station niet correct werkt en krijgt u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten, gegevensverlies of andere schade.
Afwijzing van aansprakelijkheid
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
beschadiging van CD-R-/RW-schijven als gevolg van het
(her)schrijfproces;
wijziging of verlies van de opgenomen inhoud van CD-R-/RW-schijven
als gevolg van het (her)schrijfproces, of hieruit voortvloeiende winstderving of bedrijfsonderbreking;
schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers.
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de gebruikte apparaten. Het is dan ook raadzaam om ten minste twee kopieën te maken van belangrijke gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud onverhoopt wordt veranderd of verloren gaat.
Beschrijfbare CD’s (CD-R’s) kunnen slechts eenmaal worden beschreven. Herschrijfbare CD’s (CD-RW’s) kunnen meermaals worden beschreven.
Vóór schrijven of herschrijven
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het schrijven en herschrijven van gegevens.
De volgende fabrikanten van CD-R- en CD-RW-media worden
aanbevolen. De kwaliteit van media kan het (her)schrijfproces beïnvloeden.
CD-R: TAIYOYUDEN CO., LTD.
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION RICOH Co., Ltd. Hitachi Maxell Ltd.
CD-RW: MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
4-18 Gebruikershandleiding
Grondbeginselen
TOSHIBA heeft de werking van CD-R’s en CD-RW’s van bovenstaande fabrikanten bevestigd. De werking van andere media kan niet worden gegarandeerd.
Herschrijfbare CD’s (CD-RW’s) kunnen ongeveer duizendmaal worden
beschreven. Het werkelijke aantal hangt af van de kwaliteit van de media en het gebruik ervan.
Vergeet niet de netadapter aan te sluiten voordat u begint met schrijven
of herschrijven.
Sluit alle softwareprogramma’s behalve de schrijfsoftware.
Voer geen programma’s uit die de CPU belasten, bijvoorbeeld
schermbeveiliging.
Zorg dat de computer op volledige energie werkt. Gebruik geen
energiebesparingsfuncties.
Schrijf niet terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot de viruscontrole
is beëindigd en schakel vervolgens de anti-virussoftware (en eventuele op de achtergrond uitgevoerde bestandscontroleprogramma’s) uit.
Gebruik geen schijfhulpprogramma’s, met inbegrip van programma’s
die de toegangssnelheid tot de harde schijf verkorten, aangezien deze kunnen leiden tot een onstabiele werking en gegevensbeschadiging.
Schrijf vanaf de vaste schijf van de computer naar de CD. Probeer niet
te schrijven vanaf gedeelde apparaten zoals een LAN-server of andere netwerkapparaten.
Voor het beschrijven van schijven wordt uitsluitend Sonic RecordNow!
aanbevolen. De werking in combinatie met andere software kan derhalve niet worden gegarandeerd.
Tijdens schrijven of herschrijven
Houd u aan de volgende richtlijnen/voorschriften bij het schrijven van gegevens naar een CD-R of CD-RW.
Kopieer gegevens altijd vanaf de vaste schijf naar de CD. Gebruik geen
knippen en plakken, aangezien de oorspronkelijke gegevens verloren gaan ingeval van een schrijffout.
Vermijd de volgende handelingen:
het wisselen van gebruikers in het besturingssysteem Windows XP;
gebruik van de pc, zoals het hanteren van een muis of het touchpad
en het sluiten/openen van het LCD-scherm;
het starten van communicatietoepassingen (bijvoorbeeld een
modemprogramma);
handelingen waardoor de pc wordt blootgesteld aan schokken of
trillingen;
het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten,
zoals PC-kaarten, USB-apparaten, een externe monitor, i.LINK­apparaten of optische stations;
het openen van het optische station.
Controleer of de schijven van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd zijn.
Is dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het (her)schrijven.
Plaats de computer op een egaal, horizontaal oppervlak en vermijd
plaatsen waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto’s, treinen en vliegtuigen. Gebruik geen instabiele plekken zoals een wankele tafel.
Houd mobiele telefoons en andere draadloze communicatieapparaten
uit de buurt van de computer.
Gebruikershandleiding 4-19
Grondbeginselen
CD’s/DVD’s schrijven naar een DVD Super Multi­station met ondersteuning van ±R Double Layer
Met het DVD Super Multi-station met ondersteuning van ±R Double Layer kunt u gegevens schrijven naar CD-R-/CD-RW-schijven en naar DVD-R-/ DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW- en DVD-RAM-schijven. De volgende schrijftoepassingen zijn vooraf geïnstalleerd. Record Now!/DLA, onder licentie van Sonic Solutions. InterVideo WinDVD Creator 2 Platinum, een product van InterVideo, Inc.
Belangrijk bericht
Lees voordat u CD-R-/CD-RW-schijven of DVD-R-/DVD-RW-, DVD+R-/ DVD+RW- of DVD-RAM-schijven gaat beschrijven deze paragraaf grondig door en volg alle configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dit niet, dan kan het gebeuren dat het DVD Super Multi-station met ondersteuning van ±R Double Layer niet correct werkt en krijgt u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten, gegevensverlies of materiële schade.
Afwijzing van aansprakelijkheid
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
beschadiging van CD-R-/CD-RW-, DVD-R-/DVD-RW-, DVD+R-/
DVD+RW- of DVD-RAM-schijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces;
wijziging of verlies van de opgenomen inhoud van CD-R-/CD-RW-
schijven, DVD-R-/DVD-RW-schijven, DVD+R-/DVD+RW-schijven of DVD-RAM-schijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces, of hieruit voortvloeiende winstderving of bedrijfsonderbreking;
schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers.
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de gebruikte apparaten. Het is dan ook raadzaam om ten minste twee kopieën te maken van belangrijke gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud onverhoopt wordt veranderd of verloren gaat.
Vóór schrijven of herschrijven
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het schrijven en herschrijven van gegevens.
Op grond van TOSHIBA’s beperkte compatibiliteitstests worden de
volgende fabrikanten van CD-R-/CD-RW-schijven, DVD-R-/DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW-schijven en DVD-RAM-schijven aanbevolen. TOSHIBA staat echter niet in voor de werking, kwaliteit of prestaties van enigerlei schijven. De schijfkwaliteit kan het schrijf- of herschrijfproces beïnvloeden.
4-20 Gebruikershandleiding
Grondbeginselen
CD-R: TAIYOYUDEN CO., LTD.
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION RICOH Co., Ltd. Hitachi Maxell Ltd.
CD-RW: MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
DVD-R: DVD-specificaties voor beschrijfbare schijven
voor algemene versie 2.0
TAIYOYUDEN CO., LTD. Matsushita Electric Industrial Co., Ltd.
DVD-RW: DVD-specificaties voor herschrijfbare schijven,
versie 1.1 of versie 1.2
VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
DVD+R: MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
DVD+RW: MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
*DVD-RAM: DVD-specificaties voor DVD-RAM voor versie
2.0, versie 2.1 of versie 2.2
Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. Hitachi Maxell Ltd. *Het DVD Multi-station en het DVD Super Multi­station ondersteunen DVD-RAM.
DVD+R
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
(Double Layer):
DVD-R
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
(dubbellaags):
Controleer of de disc van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd is. Is
dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het (her) schrijven. Controleer de schijf op vuil of beschadiging voor u deze gebruikt.
Hoe vaak een CD-RW, DVD-RW, DVD+RW of DVD-RAM kan worden
beschreven, is afhankelijk van de schijfkwaliteit en de manier waarop de schijf wordt gebruikt.
Er zijn twee soorten DVD-R-schijven: “authoring”-schijven (voor
auteursgebruik) en schijven voor algemeen gebruik (ofwel General­schijven). Gebruik geen authoring-schijven. Alleen schijven voor algemeen gebruik kunnen met een computerstation worden beschreven.
U kunt gebruik maken van DVD-RAM-schijven die uit een cassette
kunnen worden verwijderd, en DVD-RAM-schijven die zonder cassette zijn ontworpen.
DVD-R’s, DVD+R’s, DVD-RW’s, DVD+RW’s en DVD-RAM’s kunnen
wellicht niet worden gelezen op bepaalde DVD-spelers of op DVD-ROM-stations voor computers.
Gebruikershandleiding 4-21
Grondbeginselen
Gegevens die naar een CD-R-, DVD-R- of DVD+R-schijf zijn
geschreven, kunnen niet gedeeltelijk of volledig worden verwijderd.
Gegevens die van een CD-RW-, DVD-RW-, DVD+RW- of DVD-RAM-
schijf zijn gewist, kunnen niet worden teruggehaald. Controleer de inhoud van een schijf zorgvuldig voordat u deze verwijdert. Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet de gegevens van het verkeerde station verwijdert.
Bij het schrijven naar een DVD-R/DVD+R/DVD-RW/DVD+RW is
schijfruimte nodig voor bestandsbeheer, wat inhoudt dat schijven mogelijk niet tot de maximale capaciteit kunnen worden beschreven.
De schijf functioneert volgens de DVD-R/-RW-norm en wordt opgevuld
met dummygegevens als er gegevens naar worden geschreven die minder dan 1 GB in beslag nemen. Zelfs als u een kleine hoeveelheid gegevens schrijft, kan het even duren om de schijf met dummygegevens te vullen.
Er zijn twee typen DVD-R-/DVD+R-/DVD-RW-/DVD+RW-/DVD-RAM-
schijven op de markt: data en video. U gebruikt een videodisc om videogegevens op te slaan. Videoschijven zijn geschikt voor DVD­recorders en DVD-ROM-stations van computers. U kunt datadiscs niet gebruiken in een DVD-recorder.
Een DVD-RAM die met FAT32 is geformatteerd, kan onder Windows
2000 alleen met een DVD-RAM-stuurprogramma worden gelezen.
Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven
kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet naar het verkeerde station schrijft.
Vergeet niet de netadapter aan te sluiten voordat u begint met schrijven
of herschrijven.
Als u wilt overschakelen naar stand-by of de slaapstand, moet u eerst
controleren of het schrijven naar DVD-RAM is voltooid. Het schrijven is voltooid wanneer u de DVD-RAM-schijf kunt uitwerpen.
Sluit alle softwareprogramma’s behalve de schrijfsoftware.
Voer geen programma’s uit die de CPU belasten, bijvoorbeeld
schermbeveiligingsprogramma’s.
Zorg dat de computer op volledige energie werkt. Gebruik geen
energiebesparingsfuncties.
Schrijf niet terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot de viruscontrole
is beëindigd en schakel vervolgens de anti-virussoftware (en eventuele op de achtergrond uitgevoerde bestandscontroleprogramma’s) uit.
Gebruik geen schijfhulpprogramma’s, met inbegrip van programma’s
die de toegangssnelheid tot de harde schijf verkorten, aangezien deze kunnen leiden tot een onstabiele werking en gegevensbeschadiging.
Schrijf vanaf de vaste schijf van de computer naar de CD. Probeer niet
te schrijven vanaf gedeelde apparaten zoals een LAN-server of andere netwerkapparaten.
Schrijven met andere software dan Sonic RecordNow! of InterVideo
WinDVD Creator 2 Platinum is niet getest. De werking in combinatie met andere software kan derhalve niet worden gegarandeerd.
4-22 Gebruikershandleiding
Tijdens schrijven of herschrijven
Neem de volgende punten in acht wanneer u CD-R-/RW-schijven, DVD-R-/ RW-/RAM-schijven of DVD+R-/+RW-schijven beschrijft of herschrijft.
Vermijd de volgende handelingen tijdens het (her)schrijven:
het wisselen van gebruikers in het besturingssysteem Windows XP;
gebruik van de computer zoals het hanteren van het
aanwijsapparaat en het sluiten/openen van het LCD-scherm;
het starten van communicatietoepassingen
(bijvoorbeeld een modemprogramma);
handelingen waardoor de computer wordt blootgesteld aan
schokken of trillingen;
het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten,
zoals PC-kaarten, USB-apparaten, een externe monitor, i.Link­apparaten of optische stations;
gebruik van de audio-/videobedieningsknoppen om geluid te
reproduceren.
Open het station.
Gebruik tijdens het (her)schrijven niet de afsluit-/afmeldprocedure en de
stand-by-modus/slaapstand.
Zorg ervoor dat het schrijven of herschrijven is voltooid voordat u
overschakelt naar de stand-by-modus of de slaapstand. Het schrijfproces is voltooid als u de lade van het station kunt openen.
Plaats de computer op een egaal, horizontaal oppervlak en vermijd
plaatsen waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto’s, treinen en vliegtuigen. Gebruik geen instabiele plekken zoals een wankele tafel.
Houd mobiele telefoons en andere draadloze communicatieapparaten
uit de buurt van de computer.
Kopieer gegevens altijd vanaf de vaste schijf naar de CD. Gebruik geen
knippen en plakken, aangezien de oorspronkelijke gegevens verloren gaan ingeval van een schrijffout.
Grondbeginselen

RecordNow! Basic for TOSHIBA

Wanneer u RecordNow! gebruikt, dient u rekening te houden met de volgende beperkingen:
RecordNow! kan niet worden gebruikt om DVD-video te maken.
RecordNow! kan niet worden gebruikt om DVD-audio te maken.
U kunt de functie “Audio-CD voor thuis of in de auto” van RecordNow!
niet gebruiken om muziek op DVD-R-/DVD-RW- of DVD+R-/DVD+RW­schijven op te nemen.
Gebruik de functie “Exacte kopie” van RecordNow! niet voor het kopiëren
van auteursrechtelijk beschermde DVD-video’s en DVD-ROM’s.
U kunt geen back-up maken van DVD-RAM-schijven met de functie
“Exacte kopie” van RecordNow!.
Gebruikershandleiding 4-23
Grondbeginselen
U kunt de inhoud van een CD-ROM of CD-R/RW niet naar een DVD-R/
-RW of DVD+R/+RW kopiëren met de functie “Exacte kopie” van RecordNow!.
U kunt de inhoud van een DVD-ROM, DVD-video, DVD-R/DVD-RW of
DVD+R/DVD+RW niet naar een CD-R/CD-RW kopiëren met de functie “Exacte kopie” van RecordNow!.
RecordNow! kan niet in pakketindeling opnemen.
Met de functie “Exacte kopie” van RecordNow! kunt u wellicht geen
back-up maken van een DVD-R-/-RW of DVD+R/+RW die met andere software op een andere DVD-R/-RW- of DVD+R/+RW-recorder is gemaakt.
Als u gegevens toevoegt aan een DVD-R of DVD+R waarop reeds
gegevens zijn opgenomen, kunnen de toegevoegde gegevens in bepaalde omstandigheden niet worden gelezen. De gegevens kunnen niet worden gelezen door 16-bits besturingssystemen, zoals Windows 98SE en Windows ME, terwijl u in Windows NT4 Service Pack 6 of later nodig hebt om de gegevens te kunnen lezen en in Windows 2000 Service Pack 2 of later. Sommige optische stations kunnen geen toegevoegde gegevens lezen, ongeacht het besturingssysteem.
Opname op DVD-RAM-schijven wordt niet ondersteund door
RecordNow!. Als u op een DVD-RAM wilt opnemen, dient u Verkenner of een vergelijkbaar hulpprogramma te gebruiken.
Controleer alvorens een back-up van een DVD te maken of het
bronstation ondersteuning biedt voor opnemen op DVD-R-/RW- of DVD+R-/+RW-schijven. Is dit niet het geval, dan wordt de DVD mogelijk niet correct gekopieerd.
Wanneer u een back-up maakt van een DVD-R, DVD-RW, DVD+R of
DVD+RW, dient u hetzelfde type schijf te gebruiken.
Gegevens die naar een CD-RW, DVD-RW of DVD+RW zijn
geschreven, kunnen niet gedeeltelijk worden verwijderd.
Gegevenscontrole
Om te controleren of het schrijf-/herschrijfproces correct verloopt, voert u de volgende stappen uit voordat u gegevens naar een dataschijf schrijft.
1. Klik op de knop Opties ( ) in het bedieningspaneel van de RecordNow! Console om de optiepanelen te openen.
2. Selecteer Gegevens in het menu aan de linkerkant.
3. Activeer het selectievakje Verify data written to the disc after burning (Gegevens controleren die na het branden aan de schijf zijn toegevoegd) in Data Options (Gegevensopties).
4. Klik op OK.
4-24 Gebruikershandleiding

DLA voor TOSHIBA

Wanneer u DLA gebruikt, dient u rekening te houden met de volgende beperkingen:
Deze software ondersteunt uitsluitend herschrijfbare schijven
(DVD+RW, DVD-RW en CD-RW). Niet-herschrijfbare schijven zoals DVD+R’s, DVD-R’s en CD-R’s worden niet ondersteund.
Het formatteren en beschrijven van DVD-RAM-schijven wordt niet
ondersteund door DLA. Deze functies worden uitgevoerd door het DVD-RAM-stuurprogramma. Als het DLA-formatteringsmenu verschijnt wanneer u een DVD-RAM-schijf in het station plaatst en in Windows Verkenner rechtsklikt op het stationspictogram, gebruikt u “DVDForm” om deze schijf te formatteren. U kunt DVDForm uitvoeren door op de knop Start in de taakbalk te klikken en in het menu Start achtereenvolgens Alle programma’s, DVD-RAM, DVD-RAM Driver en DVDForm te selecteren.
Gebruik geen schijven die zijn geformatteerd met andere
pakketschrijfsoftware dan DLA. Gebruik schijven die met DLA zijn geformatteerd, niet met met andere pakketschrijfsoftware. Formatteer schijven waarmee u niet bekend bent vóór gebruik met de optie “Full Format”.
Pas de functies voor knippen en plakken niet toe op bestanden en
mappen. Een geknipt bestand of geknipte map kan verloren gaan als het schrijven mislukt door een schijffout.
Wanneer u de Setup-bestanden voor het programma naar een met DLA
geformatteerde schijf schrijft en Setup vanaf deze schijf start, kan een fout optreden Kopieer de bestanden in dat geval naar de vaste schijf en start Setup.
Grondbeginselen

Bij gebruik van WinDVD Creator 2 Platinum

Met WinDVD Creator Platinum kunt u via i.LINK (IEEE1394) video op uw digitale videocamera opnemen. In sommige gevallen kan het geluid echter schokkerig klinken. Als dit het geval is, doe dan het volgende:
1. Klik op de knop Start van Windows Configuratiescherm.
2. Klik in het Configuratiescherm op het pictogram Prestaties en onderhoud.
3. Klik in het venster Prestaties en onderhoud op het pictogram Systeem.
4. Klik in het venster Systeemeigenschappen op de tab Geavanceerd.
5. Klik op het pictogram Instellingen in de sectie Prestaties.
6. Klik in het venster Instellingen voor prestaties op de tab Geavanceerd.
7. Klik op het pictogram Wijzigen in de sectie Virtueel geheugen.
8. Selecteer de knop Aangepaste grootte in het venster Virtueel geheugen.
9. Geef veel hogere waarden op voor Begingrootte en Maximale grootte.
10. Klik op de knop Instellen in het venster Virtueel geheugen.
11. Klik op OK in het venster Virtueel geheugen.
Gebruikershandleiding 4-25
®
en selecteer de optie
Grondbeginselen
Een DVD-video maken
Eenvoudige stappen voor het maken van een DVD-video op basis van videogegevens afkomstig van een DV-camera:
1. Klik op Start -> Alle programma’s -> InterVideo WinDVD Creator2 -> InterVideo WinDVD Creator om WinDVD Creator te starten.
2. Klik op de knop Capture en neem de videogegevens via de IEEE1394­aansluiting over van de DV-camera.
3. Klik op de knop Edit en sleep de videoclips van het tabblad Video Library naar het montagespoor.
4. Klik op de knop Make Movie op de bovenste balk.
5. Dubbelklik op de knop met de pijl naar rechts, in het midden van de rechterkant.
6. Plaats een lege DVD-R/DVD+R of een gewiste DVD-RW/DVD+RW in het station.
7. Klik op Start om de schijf op te nemen.
8. De lade gaat open zodra de opname is voltooid.
Meer informatie over InterVideo WinDVD Creator achterhalen
Raadpleeg de on line Help voor mee informatie over InterVideo WinDVD Creator.
Belangrijke informatie over het gebruik
Houd rekening met de volgende beperkingen wanneer u video schrijft naar DVD:
1. Digitale video bewerken
Meld u aan met beheerdersrechten om WinDVD Creator te kunnen
gebruiken.
Zorg dat de computer op de netadapter werkt wanneer u WinDVD
Creator gebruikt.
Zorg dat de computer met een volledige stroomvoorziening werkt.
Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
U kunt een voorbeeld weergeven terwijl u een DVD bewerkt. Als
echter een andere toepassing actief is, worden voorbeelden mogelijk niet correct weergegeven.
WinDVD Creator kan video niet weergeven op een externe monitor
als de computer is geconfigureerd voor gelijktijdige weergave.
Met WinDVD Creator kunt u geen auteursrechtelijk beschermde
inhoud bewerken of afspelen.
Wijzig de beeldscherminstellingen niet terwijl u WinDVD Creator
gebruikt.
Schakel de stand-by-modus/slaapstand niet in terwijl u WinDVD
Creator gebruikt.
Gebruik WinDVD Creator niet direct nadat u de computer hebt
aangezet, maar wacht tot alle schijfactiviteit is gestopt.
Als u opneemt naar een DV-camera, laat de camera dan gedurende
enkele seconden opnemen voor u de daadwerkelijke gegevens opneemt om ervoor te zorgen dat alle gegevens worden vastgelegd.
Deze versie ondersteunt geen CD-recorder-, JPEG-, DVD-audio-,
mini-DVD- en video-CD-functies.
4-26 Gebruikershandleiding
Grondbeginselen
Sluit alle andere programma’s terwijl u video opneemt op DVD of
videoband.
Voer geen programma’s uit die de CPU belasten, zoals een
schermbeveiliging.
Voer geen communicatietoepassingen uit, zoals die voor een
modem of een LAN.
2. Voor u de video opneemt op DVD
Als u opneemt op DVD, gebruik dan alleen schijven die worden
aanbevolen door de fabrikant van het station.
Stel de werkschijf niet in op een traag apparaat, zoals een vaste schijf
met USB 1.1, omdat anders geen DVD’s geschreven kunnen worden.
Vermijd de volgende handelingen:
gebruik van de computer zoals het hanteren van het
aanwijsapparaat en het sluiten/openen van het LCD-scherm;
handelingen waardoor de computer wordt blootgesteld aan
schokken of trillingen;
gebruik van de modusknop of audio-/videobedieningsknoppen
om geluid te reproduceren.
het DVD-station openen;
het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten,
zoals PC-kaarten, USB-apparaten, een externe monitor, i.LINK­apparaten of optische stations;
Controleer de schijf nadat u belangrijke gegevens hebt opgenomen.
DVD-R/DVD+R/DVD-RW-schijven kunnen niet in de VR-indeling
worden beschreven.
U kunt maximaal 2 uur aan videogegevens in DVD-video-indeling
naar een DVD-R/DVD+R/DVD-RW/DVD+RW schrijven.
WinDVD Creator kan niet exporteren naar de indeling DVD-Audio,
Video-CD of miniDVD.
Met WinDVD Creator kunt u een DVD-RAM/DVD+RW in VR-
indeling beschrijven, maar de schijf kan vervolgens alleen op uw computer worden afgespeeld.
Als u een DVD beschrijft, vereist WinDVD Creator 2 GB of meer
schijfruimte voor één uur video.
Als u een DVD helemaal vol maakt, worden de hoofdstukken
mogelijk niet in de juiste volgorde afgespeeld.
3. Over Disc Manager
WinDVD Creator kan één afspeellijst op een schijf bewerken.
In WinDVD Creator wordt mogelijk een andere miniatuur weergegeven
dan u oorspronkelijk op de DVD-RAM-recorder hebt ingesteld.
Met Disc Manager kunt u gegevens in de volgende indelingen
bewerken: DVD-VR op een DVD-RAM, DVD+VR op een DVD+RW en DVD-video op een DVD-RW.
4. Over opgenomen DVD’s
DVD-R’s, DVD+R’s, DVD-RW’s, DVD+RW’s en DVD-RAM’s kunnen
wellicht niet worden gelezen op bepaalde DVD-spelers of op DVD-ROM-stations voor PC’s.
Als u een opgenomen schijf afspeelt op uw computer, gebruik dan
de toepassing WinDVD.
Als u een vaak gebruikte herschrijfbare schijf gebruikt, is een volledige
formattering wellicht niet mogelijk. Gebruik een nieuwe schijf.
Gebruikershandleiding 4-27
Grondbeginselen

Behandeling van schijven

Dit gedeelte bevat tips voor het beschermen van de gegevens die u op schijven of diskettes hebt opgeslagen.
Ga voorzichtig om met schijven. Door de volgende eenvoudige richtlijnen in acht te nemen kunt u de levensduur van uw media verlengen en de erop opgeslagen gegevens beschermen:
1. Bewaar schijven in hun originele houders om ze te beschermen en schoon te houden.
2. Buig de schijf niet.
3. Beschadig het oppervlak van een schijf niet door er bijvoorbeeld een etiket op te plakken of erop te schrijven.
4. Houd een schijf bij de rand of bij het gat in het midden vast. Vingerafdrukken op het oppervlak van een CD/DVD kunnen de schijf onleesbaar maken.
5. Stel schijven niet bloot aan direct zonlicht of externe temperaturen en plaats geen zware voorwerpen op schijven.
6. Als uw schijven stoffig of vuil raken, kunt u ze afvegen met een schone, droge doek. Veeg vanuit het midden naar buiten (niet in een cirkel). Gebruik zo nodig een doek die is bevochtigd met water of een neutraal schoonmaakmiddel. Gebruik geen benzeen, verdunningsmiddel of soortgelijke schoonmaakmiddelen.

Schijven

1. Bewaar schijven in hun originele houders om ze te beschermen en schoon te houden. Maak een vuile schijf schoon met een zachte doek die is bevochtigd met water. Gebruik geen schoonmaakmiddelen.
2. Duw het metalen schuifje van een diskette niet opzij en raak het magnetische oppervlak niet aan. Vingerafdrukken kunnen een diskette onleesbaar maken.
3. Buig diskettes niet en stel ze niet bloot aan direct zonlicht of extreme temperaturen; als u dit voorschrift niet in acht neemt, kunnen gegevens verloren gaan.
4. Plaats geen zware voorwerpen op diskettes.
5. Eet, rook of gum niet in de nabijheid van diskettes. Vreemde deeltjes kunnen het magnetische oppervlak van een diskette beschadigen.
6. Magnetische energie kan de gegevens op een diskette vernietigen. Houd diskettes daarom uit de buurt van voorwerpen die magnetische velden genereren, zoals luidsprekers, radio’s en TV’s.
4-28 Gebruikershandleiding

TV-Out

Via de TV-Out-poort kunt u de computer op een TV aansluiten. Gebruik een 4-pins S-Video-kabel. Zie voor meer informatie Bijlage B.
TV Out-poort

Meerdere beeldschermen instellen

U kunt de computer configureren voor het gebruik van meerdere beeldschermen, zodat het bureaublad in feite over twee monitors wordt verdeeld.
In het venster Eigenschappen voor Beeldscherm kunt u de relatieve posities van de twee beeldschermen (wanneer deze als een uitgebreid bureaublad zijn geconfigureerd) preciezer aanpassen. In dit venster kunt u de twee beeldschermen in een horizontale, verticale of diagonale configuratie plaatsen, zoals in de volgende afbeelding wordt aangegeven.
Grondbeginselen
Als er geen extern beeldscherm aangesloten zal zijn wanneer u de computer de volgende keer gebruikt, dient u eventuele kloonscherminstellingen of instellingen voor een uitgebreid bureaublad uit te schakelen alvorens de computer af te sluiten.
Kloonscherminstellingen zijn instellingen waar meer dan één apparaat is geselecteerd en tegelijk van toepassing is.
Gebruikershandleiding 4-29
Grondbeginselen

Computer schoonmaken

Om een lange levensduur en storingsvrij gebruik te waarborgen dient u de computer stofvrij te houden en voorzichtig te zijn met vloeistoffen in de buurt van de computer.
Mors geen vloeistoffen in de computer. Als de computer toch nat wordt,
schakelt u onmiddellijk de stroom uit; laat de computer volledig drogen voordat u hem weer aanzet.
Reinig de computer met een licht (met water) bevochtigde doek. Voor
het beeldscherm kunt u een glasreinigingsmiddel gebruiken. Sproei een kleine hoeveelheid reinigingsmiddel op een zachte, schone doek en veeg het scherm hiermee voorzichtig af.
Sproei schoonmaakmiddel nooit rechtstreeks op de computer en laat er geen vloeistof inlopen. Gebruik nooit bijtende chemicaliën om de computer te reinigen.

Computer verplaatsen

De computer is een robuust apparaat. Wanneer u de computer verplaatst, dient u echter enkele eenvoudige voorzorgsmaatregelen te treffen om te zorgen dat het systeem probleemloos blijft werken.
Zorg dat alle schijfactiviteit is gestopt voor u de computer verplaatst.
Controleer het lampje van de vaste schijf en van het optische station op de computer.
Als het diskettestation een diskette bevat, verwijdert u deze.
Als het optische schijfstation een schijf bevat, verwijdert u deze.
Zorg tevens dat de lade van het schijfstation goed is gesloten.
Schakel de computer uit.
Ontkoppel alle randapparaten alvorens de computer te verplaatsen.
Sluit het beeldscherm. Til de computer niet op aan het scherm of aan
de achterkant (waar de interfacepoorten zich bevinden).
Sluit alle poortafdekkingen.
Ontkoppel de netadapter als deze is aangesloten.
Gebruik een draagtas wanneer u de computer vervoert.
4-30 Gebruikershandleiding
Het toetsenbord
Het toetsenbord van de computer is compatibel met een uitgebreid toetsenbord met 101/102 toetsen. Door bepaalde toetsen tegelijkertijd in te drukken kunt u alle functies uitvoeren die op een toetsenbord met 101/102 toetsen beschikbaar zijn.
Het aantal toetsen op uw toetsenbord is afhankelijk van de toetsenbordindeling waarmee uw computer is geconfigureerd. Er zijn toetsenborden voor verschillende talen beschikbaar.
Er zijn vijf soorten toetsenbordtoetsen: typemachinetoetsen, geïntegreerde numerieke toetsen, functietoetsen, zogenoemde “softkeys” en cursorbesturingstoetsen. De typemachinetoetsen en de geïntegreerde numerieke toetsen zijn grijs. De overige toetsen zijn donkergrijs.

Typemachinetoetsen

De typemachinetoetsen produceren de hoofdletters en kleine letters, cijfers, leestekens en speciale symbolen die op het scherm verschijnen.
Er zijn echter enkele verschillen tussen het gebruik van een typemachine en het gebruik van een computertoetsenbord:
Letters en cijfers die met de computer zijn geproduceerd, verschillen
van breedte. Spaties, die door een spatieteken worden gecreëerd, kunnen ook variëren, al naar gelang uitlijning en andere factoren.
Op computers zijn de kleine letter l (el) en het cijfer 1 (één) niet
verwisselbaar.
Hoofdletter O en 0 (nul) zijn niet verwisselbaar.
Caps Lock, de functietoets voor hoofdlettervergrendeling, is alleen van
invloed op de lettertoetsen, niet (zoals op typemachines) op de cijfer­en symbooltoetsen.
De Shift- of hoofdlettertoetsen, de Tab -toets en de toets BkSp
(backspace- ofwel correctietoets) hebben dezelfde functie als de gelijknamige typemachinetoetsen maar hebben bovendien speciale computerfuncties.
Hoofdstuk 5
Gebruikershandleiding 5-1
Het toetsenbord

F1 ... F12 functietoetsen

De functietoetsen, niet te verwarren met de Fn-toets, zijn de 12 toetsen boven aan het toetsenbord. Deze toetsen zijn donkergrijs, maar werken anders dan de andere donkergrijze toetsen.
F1 tot en met F12 worden aangeduid als functietoetsen, omdat u hiermee geprogrammeerde functies kunt uitvoeren. Als u pictogramtoetsen in combinatie met de Fn-toets gebruikt, worden specifieke functies op de computer uitgevoerd. Zie de paragraaf Softkeys: Fn-toetscombinaties in dit hoofdstuk. De werking van individuele toetsen is afhankelijk van de software die u gebruikt.

Softkeys: Fn-toetscombinaties

De toets Fn (functie) is een bijzondere toets die alleen op TOSHIBA­computers aanwezig is en die in combinatie met andere toetsen “softkeysrmt. Softkeys zijn toetscombinaties die specifieke voorzieningen activeren, uitschakelen of configureren.
In sommige softwareprogramma’s werken softkeys niet naar behoren of werken ze in het geheel niet. De softkey-instellingen worden niet hersteld door de Stand-by-functie.
Emulatietoetsen
Het is mogelijk dat uw softwaretoepassing een toets vereist die niet op het toetsenbord voorkomt. Door de Fn-toets in combinatie met een van de volgende toetsen in te drukken emuleert u de functies van het uitgebreide toetsenbord.
Druk op Fn + F10 of Fn + F11 om de geïntegreerde numerieke toetsen te activeren. De grijze toetsen met witte cijfers worden hierdoor cijfertoetsen (Fn + F11) of cursorbesturingstoetsen (Fn + F10). Raadpleeg de paragraaf
Geïntegreerde numerieke toetsen in dit hoofdstuk voor meer informatie
over het gebruik van deze toetsen. Standaard zijn beide functies bij het opstarten van de computer uitgeschakeld.
Druk op Fn + F12 (ScrLock) om de cursor op een bepaalde regel te vergrendelen. Bij het opstarten is deze functie standaard uitgeschakeld.
5-2 Gebruikershandleiding
Met Fn + Enter emuleert u de Enter-toets op het numerieke toetsenblok van het uitgebreide toetsenbord.
Met Fn + Ctrl emuleert u de rechter Ctrl-toets van het uitgebreide toetsenbord.

Sneltoetsen

Fn + Esc Geluid dempen Hiermee schakelt u het volume in of uit. Fn + F1 Directe beveiliging Hiermee wordt het scherm
Fn + F2 Energiebesparingsmodi Hiermee worden de
Fn + F3 Stand-by Hiermee wordt het systeem in de Stand-by-
Fn + F4 Slaapstand Hiermee wordt het systeem in de
Fn + F5 Beeldschermselectie Hiermee kunt u van
Het toetsenbord
leeggemaakt en de schermbeveiliging geactiveerd. U kunt het bureaublad weer herstellen door op een willekeurige toets te drukken of het touchpad aan te raken.
energiebesparingsmodi weergegeven, waarna u wijzigingen in de energie-instellingen kunt aanbrengen.
modus gezet.
slaapstand gezet.
beeldscherm wisselen.
De standaardresolutie voor de simultaanmodus is XGA (1024 x 768). Als u een RGB-monitor aansluit die deze resolutie niet ondersteunt, dient u de resolutie te wijzigen in het onderdeel Beeldscherm van Configuratiescherm.
Fn + F6 Helderheid verlagen
Fn + F7 Helderheid verhogen Fn + F8 Draadloos apparaat omschakelen Met deze
Fn + F9 Touchpad aan/uit Fn + F10 Cursortoetsenblok aan/uit Met deze sneltoets
Gebruikershandleiding 5-3
sneltoets kunt u schakelen tussen actieve draadloze apparaten als de schakelaar voor draadloze communicatie is ingeschakeld.
schakelt u het geïntegreerde cursortoetsenblok in en uit. Zie hoofdstuk 3 voor meer informatie.
Het toetsenbord
Fn + F11 Numeriek toetsenblok aan/uit Met deze sneltoets
schakelt u het geïntegreerde numerieke toetsenblok in en uit. Zie hoofdstuk 3 voor meer informatie.
Fn + F12 Scroll Lock aan/uit
Fn + spatiebalk Resolutie wijzigen Hiermee doorloopt u de
Fn + 1
Fn +2
Voordat u Fn+1 en Fn+2 gebruikt, dient u het TOSHIBA-hulpprogramma Zoom te installeren. Houd er rekening mee dat deze ’zoomfunctie’ alleen beschikbaar is in Microsoft Internet Explorer, Microsoft Office, Windows Media Player en Adobe Reader en voor de pictogrammen op het bureaublad.
beschikbare resoluties, van de huidige resolutie tot 800x600, 1024x768, en weer terug naar de oorspronkelijke resolutie.
Uitzoomen Om de pictogrammen op het bureaublad of in het toepassingsvenster te verkleinen drukt u op 1 terwijl u Fn ingedrukt houdt.
Inzoomen Om de pictogrammen op het bureaublad of in het toepassingsvenster te vergroten drukt u op 2 terwijl u Fn ingedrukt houdt.

Speciale Windows-toetsen

Het toetsenbord is voorzien van twee toetsen die in Windows XP speciale functies hebben. De ene activeert het menu Start en de andere heeft dezelfde functie als de secundaire muisknop.
Deze toets activeert het Windows-menu Start.
Deze toets heeft dezelfde functie als de secundaire muisknop.
5-4 Gebruikershandleiding
Loading...