Kan geen verbinding maken ....................................................................................................... 16
Help 17
Help ................................................................................................................................................... 17
Mijn navigatiesysteem 18
Sleuf voor geheugenkaart ................................................................................................................ 18
Navigatiesysteem start niet op ........................................................................................................ 18
Je navigatiesysteem opladen .......................................................................................................... 18
Informatie naar TomTom sturen...................................................................................................... 18
Om hulp vragen ................................................................................................................................ 19
Verzorging van je navigatiesysteem ................................................................................................ 19
Inhoud van het scherm 20
De kaartweergave ............................................................................................................................. 20
De reisbegeleidingsweergave ......................................................................................................... 22
De routebalk ..................................................................................................................................... 24
Afstanden en de routebalk .......................................................................................................... 25
Help ................................................................................................................................................... 96
Productcertificering 98
Productcertificering zoeken op je navigatiesysteem ...................................................................... 98
MyDrive 99
Over MyDrive.................................................................................................................................... 99
Informatie over MyDrive Connect ................................................................................................... 99
In deze gebruikershandleiding vind je alles wat je moet weten over je nieuwe TomTom
Welkom bij navigatie met TomTom
GO-navigatiesysteem.
We raden je aan het hoofdstuk Starten te lezen als je snel de basisbeginselen wilt doornemen. Hier
worden de installatie en het inschakelen, instellen en plannen van je eerste route besproken.
Vervolgens wil je waarschijnlijk verbinding maken met TomTom Services. Je kunt hier alles over
lezen in het hoofdstuk Verbinding maken met TomTom Services.
Voor informatie over wat je op het navigatiesysteem zelf ziet, ga je naar:
Inhoud van het scherm
Aanrakingen gebruiken
Hoofdmenu
Tip: op tomtom.com/support vind je antwoorden op veelgestelde vragen. Selecteer je
productmodel in de lijst of voer een zoekopdracht in.
We wensen je veel plezier met het lezen over en vooral het gebruiken van je nieuwe navigatiesysteem!
6
In je auto installeren
Starten
Gebruik de houder die bij je navigatiesysteem is geleverd om je TomTom GO-navigatiesysteem in
je voertuig te installeren. Lees de instructies voor het positioneren van je navigatiesysteem
voordat je het navigatiesysteem bevestigt.
Installeer je navigatiesysteem als volgt:
1. Sluit de meegeleverde USB-kabel aan op de houder. Als de houder is ingebouwd in het
navigatiesysteem, sluit je de USB-kabel hierop aan.
Opmerking: gebruik UITSLUITEND de USB-kabel die werd meegeleverd bij het navigatiesysteem. Andere USB-kabels werken mogelijk niet naar behoren.
2. Sluit de USB-kabel aan op de USB-auto-oplader en steek deze in de voedingsbron op het
dashboard.
3. Kies op de voorruit of een zijruit de beste egale plaats om je TomTom GO-navigatiesysteem te
bevestigen.
4. Zorg ervoor dat zowel de zuignap op de houder als de voorruit schoon en droog zijn.
5. Duw de zuignap van de houder stevig vast tegen de voorruit.
6. Draai vervolgens de rubberen greep bij de basis van de houder naar rechts totdat je voelt dat
deze vergrendeld is.
7. Als je houder niet is ingebouwd in je navigatiesysteem, plaats je het navigatiesysteem in de
houder en zorg je ervoor dat deze vastklikt.
Dashboardmontageschijven zijn als accessoire bij je navigatiesysteem verkrijgbaar. Voor meer
informatie ga je naar tomtom.com/accessories.
Het navigatiesysteem positioneren
Bedenk goed waar in de auto je het navigatiesysteem wilt plaatsen. Het navigatiesysteem mag het
volgende niet blokkeren of belemmeren:
Je zicht op de weg.
De bedieningselementen in je auto.
Je achteruitkijkspiegels.
De airbags.
Je moet het navigatiesysteem gemakkelijk kunnen aanraken zonder je ver uit te rekken of voorover
te leunen. Je kunt het navigatiesysteem bevestigen aan de voor- of zijruit, maar je kunt ook een
dashboardmontageschijf gebruiken om de houder aan het dashboard te bevestigen.
7
Het navigatiesysteem in- en uitschakelen
Het navigatiesysteem inschakelen
Druk op de Aan/Uit-knop totdat het navigatiesysteem wordt gestart. Als het navigatiesysteem was
uitgeschakeld, zie je de kaartweergave. Als het navigatiesysteem in de slaapstand stond, zie je het
laatste scherm dat je hebt bekeken.
De slaapstand inschakelen
Druk op de Aan/Uit-knop en laat deze weer los als je de slaapstand wilt inschakelen.
Je kunt ook langer dan twee seconden op de Aan/Uit-knop drukken, totdat de knoppen Slaapstand
en Schakel uit worden weergegeven. Selecteer Slaapstand als je de slaapstand wilt inschakelen.
Tip: als je de slaapstand wilt inschakelen wanneer de USB-kabel niet is bevestigd of het
systeem uit de houder wordt verwijderd, ga je naar Batterij-instellingen in het menu Instellingen.
Het navigatiesysteem volledig uitschakelen
Als je het navigatiesysteem volledig wilt uitschakelen, ga je op een van de volgende manieren te
werk:
Houd de Aan/Uit-knop langer dan twee seconden ingedrukt, totdat de knoppen Slaapstand en
Schakel uit worden weergegeven. Selecteer Schakel uit als je het navigatiesysteem wilt
uitschakelen. Selecteer de knop voor het vorige scherm als je het navigatiesysteem niet wilt
uitschakelen.
Houd de Aan/Uit-knop langer dan vijf seconden ingedrukt, totdat het navigatiesysteem wordt
uitgeschakeld.
Veiligheidsmededeling
Sommige navigatiesystemen bevatten een GSM/GPRS-module die de werking van elektrische
apparaten kan verstoren. Denk hierbij aan pacemakers, gehoorapparaten en apparatuur in
vliegtuigen.
Storing met deze apparatuur kan de gezondheid van gebruikers schaden of levensbedreigende
situaties opleveren.
Als je navigatiesysteem beschikt over een GSM/GPRS-module, gebruik deze dan niet in de
nabijheid van onbeschermde elektrische apparaten of op plaatsen waar het gebruik van mobiele
telefoons verboden is, zoals in ziekenhuizen en vliegtuigen.
Installatie
Opmerking: de taal die je kiest, wordt gebruikt voor alle tekst op het scherm. Je kunt de taal later
altijd wijzigen in Taal en eenheden van het menu Instellingen.
Als je het navigatiesysteem voor het eerst inschakelt, moet je een aantal vragen beantwoorden om
het systeem in te stellen. Beantwoord de vragen door het scherm aan te raken.
8
GPS-ontvangst
Wanneer je het TomTom GO-navigatiesysteem voor de eerste keer start, heeft het een paar
minuten nodig om je positie te bepalen. Na deze eerste keer wordt je positie veel sneller
gevonden.
Voor een goede satellietontvangst gebruik je het navigatiesysteem buitenshuis en houd je het
recht. Grote objecten, zoals hoge gebouwen, kunnen de ontvangst soms verstoren.
Belangrijk: QuickGPSfix bevat informatie over satellietposities, zodat je positie sneller kan worden
bepaald op je navigatiesysteem. QuickGPSfix-informatie wordt in realtime naar Always Connected-navigatiesystemen verzonden en naar Smartphone Connected-navigatiesystemen wanneer ze
met TomTom Services zijn verbonden via je smartphone. Je kunt QuickGPSfix ook updaten met
MyDrive.
Een route naar een adres plannen met de zoekfunctie
Belangrijk: in het belang van de veiligheid en om afleiding tijdens het rijden te vermijden, kun je
het beste altijd je route plannen voordat je op weg gaat.
Als je een route naar een adres wilt plannen met de zoekfunctie, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Zoek.
Het zoekscherm wordt geopend en er wordt een toetsenbord weergegeven.
3. Gebruik het toetsenbord om de naam in te voeren van de locatie waarnaar je een route wilt
plannen.
Tip: als je een lettertoets op het toetsenbord ingedrukt houdt, krijg je toegang tot extra
tekens als deze beschikbaar zijn. Houd bijvoorbeeld de letter "e" ingedrukt om de volgende
tekens weer te geven: 3 e è é ê ë en meer.
9
Je kunt op een adres, plaats, stad, postcode of mapcode zoeken.
Tip: als je een specifieke straat in het Verenigd Koninkrijk of in Nederland zoekt, typ je een
postcode, gebruik je een spatie en typ je vervolgens het huisnummer. Bijvoorbeeld "1017CT
35". In andere landen heeft elk gebied zijn eigen postcodes en wordt een lijst met
overeenkomende steden, plaatsen en straten in je zoekresultaten weergegeven.
Opmerking: er wordt gezocht op de hele kaart. Als je wilt wijzigen hoe de zoekopdracht
wordt uitgevoerd, selecteer je de knop rechts van het zoekvak. Je kunt dan wijzigen waar de
zoekopdracht wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld op de route of in een bepaalde plaats.
4. Tijdens het typen van het adres worden suggesties weergegeven op basis van wat je hebt
ingevoerd. Je kunt gewoon doorgaan met typen of een suggestie selecteren.
Plaatsen en wegen worden links weergegeven, POI's rechts.
Tip: als je meer resultaten wilt weergeven, verberg je het toetsenbord of veeg je over de
resultatenlijst om door de lijst te bladeren.
Tip: je kunt de resultaten op de kaart of in een lijst weergeven door de knop voor de
lijst/kaart te selecteren:
5. Selecteer een voorgesteld adres.
6. Voer een huisnummer in als je een nummer hebt en het nog niet hebt ingevoerd.
7. Selecteer Rijd.
10
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
Een route plannen met behulp van de kaart
Belangrijk: in het belang van de veiligheid en om afleiding tijdens het rijden te vermijden, kun je
het beste altijd je route plannen voordat je op weg gaat.
Om een route te plannen met behulp van de kaart, doe je het volgende:
1. Verplaats de kaart totdat je de bestemming ziet waar je naartoe wilt navigeren. Hier volgen
enkele aanrakingen die je kunt gebruiken om de kaart te verplaatsen:
Knijpen - raak het scherm aan met je duim en een vinger als je wilt in- of uitzoomen.
Beweeg ze uit elkaar om in te zoomen en beweeg ze naar elkaar toe om uit te zoomen.
Tip: knijpen om te zoomen werkt niet op alle systemen. Wanneer knijpen om te zoomen
niet werkt op je systeem, gebruik je de zoomknoppen om in en uit te zoomen.
Tweemaal tikken - tik tweemaal op de kaart als je wilt inzoomen.
Slepen - beweeg een vinger over het scherm als je over de kaart wilt scrollen.
Snel bewegen - maak met het topje van een vinger een snelle beweging over het scherm
als je een flink stuk verder wilt scrollen op de kaart.
Tip: zie Aanrakingen gebruiken voor een volledige lijst met aanrakingen.
.
2. Wanneer je de bestemming hebt gevonden op de kaart, selecteer je deze door het scherm
ongeveer één seconde ingedrukt te houden.
In een pop-upmenu wordt het dichtstbijzijnde adres getoond.
11
3. Als je een route wilt plannen naar deze bestemming, selecteer je de knop Rijd:
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: je kunt de locatie die je hebt geselecteerd, ook op andere manieren gebruiken. Zo kun je
deze toevoegen aan Mijn plaatsen door de knop voor het pop-upmenu te selecteren.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
12
Informatie over TomTom Services
Verbinding maken met TomTom Services
TomTom Services geeft je realtime informatie over verkeer en flitsers op je route. Om TomTom
Services op je GO te krijgen, moet je aangemeld zijn bij een MyTomTom-account.
Hoe je verbinding kunt maken tussen je GO en TomTom Services is afhankelijk van je navigatiesysteem. Een GO kan op een van de volgende manieren verbinding maken:
Met een permanente verbinding, rechtstreeks vanuit je GO. Deze navigatiesystemen worden
'Always Connected'-navigatiesystemen genoemd.
Met een verbinding via je smartphone. Deze navigatiesystemen worden 'Smartphone
Connected'-navigatiesystemen genoemd.
Ga naar tomtom.com/connect voor meer informatie.
Opmerking: TomTom Services zijn niet in alle landen of regio's beschikbaar en niet alle services
zijn beschikbaar in alle landen of regio's. Ga naar tomtom.com/services voor meer informatie
over de services die in elke regio beschikbaar zijn.
Always Connected-navigatiesystemen
Voer deze stappen uit als je TomTom Services wilt installeren op een TomTom GO die altijd
verbinding heeft:
Opmerking: wanneer je de GO voor het eerste keer start of na een reset, krijg je de mogelijkheid om TomTom Services te activeren wanneer je je GO instelt.
1. Selecteer Traffic en Flitsers of Traffic en Gevarenzones in het hoofdmenu.
2. Selecteer Activeer nu.
3. Als je hierom wordt gevraagd, selecteer je Ja als je ermee akkoord gaat dat er informatie
wordt verzonden naar TomTom.
Opmerking: je kunt TomTom Services alleen gebruiken als je ermee akkoord gaat dat er
informatie wordt verzonden naar TomTom.
4. Maak een nieuw MyTomTom-account aan of meld je aan bij je MyTomTom-account.
Tip: als je al in het bezit bent van een TomTom-navigatiesysteem, raden we je aan om voor
je GO een nieuw MyTomTom-account te openen met een ander e-mailadres.
TomTom Services zijn nu beschikbaar.
13
Smartphone Connected-navigatiesystemen
Sommige TomTom-navigatiesystemen gebruiken je telefoon om verbinding te maken met
TomTom Services, zodat je realtime verkeers- en veiligheidswaarschuwingen kunt ontvangen van
TomTom. Je telefoon moet geschikt zijn voor het navigatiesysteem en je moet beschikken over
een gegevensabonnement van een serviceprovider. Ga naar tomtom.com/connect voor meer
informatie.
Als je TomTom Services gebruikt, betekent dit dat er via je serviceprovider gegevens worden
verzonden naar en ontvangen door je telefoon.
Belangrijk: er worden mogelijk extra kosten in rekening gebracht als je internet op je telefoon
gebruikt, vooral als je je buiten het gebied bevindt dat door je gegevensabonnement wordt
gedekt. Neem contact op met je serviceprovider voor meer informatie.
PAN (Personal Area Network)
De internetverbinding van je telefoon wordt gedeeld via de geïntegreerde Bluetooth- en
PAN-functies (Personal Area Network) van de telefoon.
Afhankelijk van het besturingssysteem van je telefoon heeft dit netwerk (of PAN) een van de
volgende namen:
Persoonlijke hotspot
Tethering of Bluetooth Tethering
Tether of Bluetooth Tether
De PAN-functie maakt waarschijnlijk al deel uit van het besturingssysteem van je telefoon. Als dat
niet het geval is, kun je een app downloaden om een PAN te maken.
Let op: bepaalde mobiele serviceproviders staan hun gebruikers niet toe om een PAN te
gebruiken. Als je telefoon geen PAN-functie heeft, neem je contact op met je serviceprovider
voor meer informatie.
Raadpleeg de gebruikershandleiding bij je telefoon als je de instellingen niet kunt vinden.
Ga naar tomtom.com/connect voor meer informatie.
Verbinding met TomTom Services maken via je smartphone
Ga als volgt te werk om GO aan te sluiten op je telefoon:
1. Selecteer Traffic en Flitsers of Traffic en Gevarenzones in het hoofdmenu.
2. Selecteer Activeer nu.
3. Als je hierom wordt gevraagd, selecteer je Ja als je ermee akkoord gaat dat er informatie
wordt verzonden naar TomTom.
Opmerking: je kunt TomTom Services alleen gebruiken als je ermee akkoord gaat dat er
informatie wordt verzonden naar TomTom.
4. Volg de instructies op het navigatiesysteem over het inschakelen van een PAN (Personal Area
Network) op je smartphone.
5. Schakel Bluetooth in op je telefoon en controleer of de telefoon vindbaar is.
6. Selecteer de pijl voor het volgende scherm op je navigatiesysteem.
Er wordt gezocht naar je telefoon.
14
Tip: als je smartphone niet kan worden gevonden, controleer je of je smartphone nog wel
Er is geen verbinding met Bluetooth.
Er wordt verbinding gemaakt met Bluetooth. Er wordt geprobeerd
automatisch verbinding te maken met je telefoon.
Er is verbinding met Bluetooth. Je navigatiesysteem heeft verbinding met
je telefoon.
vindbaar of zichtbaar is voor andere Bluetooth-apparaten. Selecteer Zoek naar telefoons in
het pop-upmenu om weer naar je telefoon te zoeken.
7. Selecteer je telefoon in de lijst op je navigatiesysteem.
Je navigatiesysteem maakt verbinding met TomTom Services via de internetverbinding van je
telefoon.
8. Maak een nieuw MyTomTom-account aan of meld je aan bij je MyTomTom-account.
Tip: als je al in het bezit bent van een TomTom-navigatiesysteem, raden we je aan om voor
je GO een nieuw MyTomTom-account te openen met een ander e-mailadres.
TomTom Services zijn nu beschikbaar.
Opnieuw verbinding maken met je smartphone
Je hoeft niets te doen om opnieuw verbinding te maken tussen GO en je telefoon.
GO onthoudt je telefoon en vindt deze automatisch wanneer je PAN (Personal Area Network) en
Bluetooth hebt ingeschakeld en je je binnen het bereik van je navigatiesysteem bevindt. Als je een
geldig TomTom Services-abonnement hebt, wordt de service automatisch gestart.
Het Bluetooth-pictogram boven aan het scherm van het hoofdmenu geeft de status van de
Bluetooth-verbinding aan:
Als je verbinding wilt maken met een andere telefoon, moet je PAN (Personal Area Network) en
Bluetooth inschakelen op die telefoon. Laat je navigatiesysteem vervolgens zoeken naar de
telefoon.
Verbinding met TomTom Services maken via een andere smartphone
1. Volg de instructies op het navigatiesysteem over het inschakelen van een PAN (Personal Area
Network) op je smartphone.
2. Schakel Bluetooth in op je smartphone.
3. Selecteer Traffic en Flitsers of Traffic en Gevarenzones in het hoofdmenu.
4. Selecteer de pop-upmenuknop en selecteer vervolgens Zoek naar telefoons.
Er wordt gezocht naar je smartphone.
Tip: als je smartphone niet kan worden gevonden, controleer je of je smartphone nog wel
vindbaar of zichtbaar is voor andere Bluetooth-apparaten.
5. Selecteer je smartphone in de lijst met smartphones op het navigatiesysteem.
15
Je navigatiesysteem maakt verbinding met TomTom Services via de internetverbinding van je
smartphone.
6. Meld je aan bij je MyTomTom-account.
TomTom Services zijn nu beschikbaar.
Telefoons verwijderen
1. Selecteer Traffic en Flitsers of Traffic en Gevarenzones in het hoofdmenu.
2. Selecteer de pop-upmenuknop en selecteer vervolgens Verwijder telefoons.
3. Selecteer de telefoon die je wilt verwijderen.
4. Selecteer Verwijder.
Je telefoon wordt verwijderd.
Tip: als je alle verbonden telefoons wilt verwijderen, kun je geen TomTom Services meer
gebruiken.
Kan geen verbinding maken
Als GO geen verbinding kan maken met je telefoon of als je geen internetverbinding hebt,
controleer je het volgende:
Of je telefoon wordt weergegeven op het TomTom-navigatiesysteem.
Of Bluetooth is ingeschakeld op je telefoon.
Of het PAN (Personal Area Network) van je telefoon is ingeschakeld. (Het PAN wordt ook wel
persoonlijke hotspot, Tethering of Bluetooth Tethering genoemd.)
Of het gegevensabonnement bij je serviceprovider actief is en of je toegang tot internet hebt
op je telefoon.
16
Help
Help
Selecteer Help in het hoofdmenu of in het menu Instellingen.
In dit scherm kun je de volgende informatie vinden:
Korte rondleiding
Selecteer deze optie als je een korte tutorial wilt krijgen over het gebruik van je navigatiesysteem.
Stembesturing
Let op: stembesturing wordt niet op alle navigatiesystemen of in alle talen ondersteund.
Selecteer deze optie om de volgende informatie over stembesturing weer te geven:
Hoe gebruik ik stembesturing?
Tips voor stembesturing
Welke opdrachten kan ik zeggen?
Info
Zie Systeem.
17
Sleuf voor geheugenkaart
Mijn navigatiesysteem
Bepaalde TomTom-navigatiesystemen hebben een sleuf voor geheugenkaarten die zich bevindt
aan de zijkant of de onderkant van het navigatiesysteem.
Voordat je de sleuf voor geheugenkaarten gebruikt, controleer je of je de nieuwste versie van de
applicatie hebt geïnstalleerd op je navigatiesysteem door op een computer verbinding te maken
met MyDrive.
Als je navigatiesysteem up-to-date is, kun je een geheugenkaart gebruiken als extra opslagruimte
om extra kaarten toe te voegen aan je navigatiesysteem. Je kunt kaarten aanschaffen via
tomtom.com.
Navigatiesysteem start niet op
In zeldzame gevallen komt het voor dat je TomTom GO-navigatiesysteem niet correct start of niet
meer reageert wanneer je het scherm aanraakt.
Controleer in dat geval eerst of de batterij is opgeladen. Voor het opladen van de batterij sluit je
het navigatiesysteem aan op de auto-oplader. Het kan twee uur duren voordat de batterij volledig
is opgeladen.
Als het probleem hiermee niet wordt opgelost, kun je het navigatiesysteem resetten. Houd hiertoe
de Aan/Uit-knop ingedrukt totdat je navigatiesysteem opnieuw wordt opgestart.
Je navigatiesysteem opladen
De batterij in je TomTom GO-navigatiesysteem wordt opgeladen wanneer je het systeem aansluit
op de auto-oplader of een USB-thuisoplader.
Je wordt gewaarschuwd wanneer het batterijniveau laag of kritiek is. Je verliest je verbinding met
sommige TomTom Services wanneer het batterijniveau laag is of de batterij bijna leeg is. Wanneer
de batterij leeg is, schakelt het navigatiesysteem over naar de slaapstand.
Let op: gebruik UITSLUITEND de USB-kabel die werd meegeleverd bij het navigatiesysteem.
Andere USB-kabels werken mogelijk niet naar behoren.
Informatie naar TomTom sturen
Wanneer je je navigatiesysteem voor het eerst gebruikt of opnieuw hebt ingesteld, wordt je
gevraagd om toestemming te geven zodat het systeem wat informatie kan verzamelen over je
gebruik van het navigatiesysteem. De gegevens worden opgeslagen op het navigatiesysteem
totdat we ze ophalen. We gebruiken ze anoniem om onze producten en services te verbeteren. Als
je gebruikmaakt van onze services, gebruiken we ook informatie over je locatie om de services
aan je te leveren.
Je kunt op elk gewenst moment je toestemming voor het verzenden van deze gegevens intrekken
door het volgende te doen:
18
1. Selecteer Instellingen in het hoofdmenu.
2. Selecteer Systeem.
3. Selecteer Jouw gegevens.
4. Selecteer de knop om het verzenden van informatie in of uit te schakelen.
Opmerking: als je ervoor kiest deze informatie niet naar ons te verzenden, ontvang je onze
services niet meer. Dit komt doordat services de locatie van je navigatiesysteem naar TomTom
moeten verzenden om de verkeersinformatie te ontvangen voor de locatie waar je je bevindt.
De einddatum van je abonnement verandert niet, ook niet als je deze gegevens niet naar ons
verzendt.
Extra informatie
Wanneer je vermoedt dat je gegevens niet worden gebruikt voor het doel waarvoor je deze aan
TomTom hebt verstrekt, neem je contact met ons op via tomtom.com/support.
Ga voor de meest recente en meer gedetailleerde informatie naar tomtom.com/privacy.
Om hulp vragen
Ga voor meer hulp naar tomtom.com/support.
Ga voor informatie over de garantie en privacy naar tomtom.com/legal.
Verzorging van je navigatiesysteem
Het is belangrijk dat je zorgvuldig omgaat met je navigatiesysteem:
Open onder geen enkele voorwaarde de behuizing van je navigatiesysteem. Dit kan gevaarlijk
zijn en hierdoor vervalt je aanspraak op garantie.
Veeg het scherm van je navigatiesysteem af of droog het met een zachte doek. Gebruik geen
vloeibare schoonmaakmiddelen.
19
De kaartweergave
Inhoud van het scherm
De kaartweergave wordt getoond wanneer je het navigatiesysteem start en geen route hebt
gepland. Je werkelijke locatie wordt getoond zodra je navigatiesysteem je GPS-locatie heeft
gevonden.
Je kunt de kaartweergave op dezelfde manier gebruiken als een traditionele papieren kaart. Je
kunt de kaart verplaatsen met behulp van aanrakingen en je kunt in- of uitzoomen met de
zoomknoppen.
Belangrijk: alles op de kaart is interactief, met inbegrip van de route en de kaartsymbolen. Probeer
iets te selecteren en kijk wat er gebeurt!
Tip: als je een pop-upmenu wilt openen voor een item op de kaart, bijvoorbeeld een route of
een POI, selecteer je het item om het menu te openen. Als je een locatie op de kaart wilt
selecteren, selecteer je de locatie en houd je deze vast tot er een pop-upmenu wordt geopend.
Op de kaart worden je huidige locatie en veel andere locaties getoond, zoals je Mijn
plaatsen-locaties.
Als je geen route hebt gepland, wordt er uitgezoomd op de kaart zodat je het gebied rondom je
locatie kunt zien.
20
Als je een route hebt gepland, wordt de volledige route op de kaart weergegeven. Je kunt direct
vanaf de kaart tussenstops toevoegen aan je route. Wanneer je begint met rijden, wordt de
reisbegeleidingsweergave weergegeven.
1. De knop voor het vorige scherm. Met deze knop keer je terug naar een overzicht van de hele
route. Als er geen route is gepland, wordt je huidige locatie in het midden weergegeven.
2. De knop voor het wisselen van de weergave. Selecteer de knop voor het wisselen van de
weergave als je wilt schakelen tussen de kaartweergave en de reisbegeleidingsweergave.
Wanneer tijdens het rijden de kaartweergave actief is, draait de kleine pijl om je huidige
rijrichting aan te geven, met het noorden boven.
3. Zoomknoppen. Selecteer de zoomknoppen als je wilt in- of uitzoomen.
4. Huidige locatie. Dit symbool geeft je huidige locatie aan. Selecteer het symbool om de locatie
aan Mijn plaatsen toe te voegen of zoek in de buurt van je huidige locatie.
Let op: als je systeem je locatie niet met GPS of een andere methode kan vinden, wordt het
symbool grijs weergegeven.
5. Geselecteerde locatie. Druk op een locatie en houd deze ingedrukt als je een locatie wilt
selecteren op de kaart. Selecteer de knop voor het pop-upmenu als je opties wilt weergeven
voor de locatie, of selecteer de knop Rijd als je een route wilt plannen naar de locatie.
6. Hoofdmenuknop. Selecteer deze knop om het hoofdmenu te openen.
7. Kaartsymbolen. Op de kaart worden symbolen gebruikt voor je bestemming en je opgeslagen
plaatsen:
21
Je bestemming.
Je thuislocatie. Je kunt je thuislocatie instellen bij Mijn plaatsen.
Een tussenstop op je route.
Een locatie die is opgeslagen in Mijn plaatsen.
Selecteer een kaartsymbool om het pop-upmenu te openen en selecteer vervolgens de
menuknop om een lijst weer te geven met acties die je kunt uitvoeren.
8. Verkeersinformatie. Selecteer het verkeersincident als je informatie over de vertraging wilt
bekijken.
9. Je route, mits je een route hebt gepland. Selecteer de route om deze te wissen, wijzig het
routetype, voeg een tussenstop toe of sla wijzigingen in je route op.
10. Flitsers op je route. Selecteer een flitser om informatie over die flitser weer te geven.
11. Routebalk. De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland.
De reisbegeleidingsweergave
De reisbegeleidingsweergave wordt gebruikt om je via de route naar je bestemming te leiden. De
reisbegeleidingsweergave wordt getoond wanneer je begint te rijden. Je ziet je huidige locatie en
details van de route, zoals 3D-gebouwen in bepaalde plaatsen.
Let op: 3D-gebouwen in de reisbegeleidingsweergave zijn niet op alle GO-systemen beschikbaar.
De reisbegeleidingsweergave is doorgaans in 3D. Je kunt een 2D-kaart weergeven waarbij de
kaart meebeweegt in je reisrichting door de 2D- en 3D-standaardinstellingen te wijzigen.
Tip: wanneer je een route hebt gepland en de 3D-reisbegeleidingsweergave wordt weergegeven, selecteer je de rijweergaveknop om over te schakelen naar de kaartweergave en de
interactieve functies te gebruiken.
22
Als je navigatiesysteem weer wordt gestart nadat het werd uitgeschakeld, en je een route hebt
gepland, wordt de kaartweergave getoond, inclusief je huidige locatie.
1. De knop voor het wisselen van de weergave. Selecteer de knop voor het wisselen van de
weergave als je wilt schakelen tussen de kaartweergave en de reisbegeleidingsweergave.
2. Zoomknoppen. Selecteer de zoomknoppen als je wilt in- of uitzoomen.
Tip: op sommige systemen kun je ook een knijpbeweging maken om in en uit te zoomen.
3. Instructiekader. In dit kader wordt de volgende informatie getoond:
De richting van de volgende afslag.
De afstand tot de volgende afslag.
De naam van de volgende weg op je route.
Rijstrookadvies op sommige knooppunten.
4. Routesymbolen. Op je route worden symbolen gebruikt om je beginlocatie, je tussenstops en
je bestemming te tonen.
5. Hoofdmenuknop. Selecteer deze knop om het hoofdmenu te tonen.
6. Snelheidskader. In dit kader wordt de volgende informatie getoond:
De maximumsnelheid op jouw locatie.
Je huidige snelheid. Als je meer dan 5 km/u harder rijdt dan de maximumsnelheid, wordt
het snelheidskader rood. Als je minder dan 5 km/u harder rijdt dan de maximumsnelheid,
wordt het snelheidskader oranje.
De naam van de straat waar je rijdt.
23
7. Huidige locatie. Dit symbool geeft je huidige locatie aan.
In het kader met kader met aankomstinformatie wordt de volgende
informatie getoond:
De geschatte aankomsttijd op je bestemming.
Hoelang het duurt om vanaf de huidige locatie naar de bestemming
te rijden.
Vlak bij de bestemmingsmarkering wordt een knop van een
parkeergelegenheid getoond wanneer er in de buurt van je
bestemming parkeergelegenheid is.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een
plusteken (+) of een minteken (-) en het tijdsverschil in hele en
halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Als je tussenstops aan je route hebt toegevoegd, selecteer je dit kader
om te schakelen tussen informatie over de volgende tussenstop en je
eindbestemming.
In het kader met kader met aankomstinformatie kun je kiezen welke
informatie wordt weergegeven.
Op de balk worden symbolen voor de volgende informatie gebruikt:
De volgende twee tussenstops op je route.
Benzinestations die zich op de route bevinden.
TomTom Traffic.
TomTom Flitsers en Gevarenzones.
De symbolen staan in de volgorde waarin ze voorkomen op de route.
Bij verkeersincidenten geeft het symbool voor elk incident beurtelings
het type incident en de vertraging in minuten aan. Selecteer een
symbool om meer informatie weer te geven over een vertraging, een
incident of een flitser.
De totale vertraging als gevolg van files en andere incidenten op de
route, inclusief informatie van IQ Routes, wordt boven de symbolen
weergegeven.
Zie Verkeersincidenten voor een volledige lijst met incidenttypen.
De onderzijde van de routebalk geeft je huidige locatie aan en toont de
afstand tot het volgende incident op je route.
Let op: als je systeem je locatie niet met GPS of een andere methode kan vinden, wordt het
symbool grijs weergegeven.
8. Routebalk. De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland.
De routebalk
De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland. Boven aan de routebalk bevindt
zich een kader met kader met aankomstinformatie en daaronder een balk met symbolen.
Opmerking: de resterende afstand die wordt weergegeven met de routebalk is afhankelijk van
de totale lengte van je route.
24
Tip: om de leesbaarheid van de routebalk te verbeteren, worden sommige incidenten mogelijk
niet weergegeven. Dit zijn altijd minder belangrijke incidenten die slechts weinig vertraging
veroorzaken.
Op de routebalk staan ook berichten over de status van je GO, bijvoorbeeld Zoeken naar snelste
route of Routevoorbeeld wordt weergegeven.
Afstanden en de routebalk
De resterende afstand die op de routebalk wordt weergegeven, is afhankelijk van de lengte van je
route of de resterende afstand op je route.
Bij resterende afstanden die langer zijn dan 50 km, wordt alleen de volgende 50 km we-
ergegeven. Het bestemmingspictogram wordt niet weergegeven.
Voor resterende afstanden tussen 10 km en 50 km wordt de volledige afstand weergegeven.
Het bestemmingspictogram wordt vast boven aan de routebalk weergegeven.
Voor resterende afstanden van minder dan 10 km wordt de volledige afstand weergegeven.
Het bestemmingspictogram verplaatst zich omlaag in de richting van de pijl naarmate je
dichter bij je bestemming komt.
De bovenste helft van de routebalk geeft twee keer zo veel van de afstand weer als de onderste
helft, zoals in de volgende voorbeelden:
Een resterende afstand van 50 km op de routebalk wordt opgedeeld in 34 km in de bovenste
helft en 16 km in de onderste helft.
Een resterende afstand van 10 km op de routebalk wordt opgedeeld in 6,6 km in de bovenste
helft en 3,3 km in de onderste helft.
De routebalk wordt tijdens de rit constant bijgewerkt.
Geavanceerd rijstrookadvies
Opmerking: geavanceerd rijstrookadvies is niet voor alle knooppunten of in alle landen
beschikbaar.
Je TomTom GO-navigatiesysteem helpt je je voor te bereiden op snelwegafritten en -knooppunten
door je de juiste rijstrook voor je geplande route te tonen.
Zodra je een afrit of knooppunt nadert, wordt jouw rijstrook op het scherm en in het instructiekader getoond.
25
Tip: selecteer een willekeurige locatie op het scherm of druk op de knop voor het vorige
scherm als je de rijstrookafbeelding wilt sluiten.
Als je rijstrookafbeeldingen wilt uitschakelen, selecteer je Instellingen in het hoofdmenu en
selecteer je vervolgens Uiterlijk. Schakel de instelling Toon afbeeldingen van snelwegafritten uit.
Tijdgebonden maximumsnelheden
Sommige maximumsnelheden veranderen afhankelijk van het tijdstip op de dag. De maximumsnelheid bij scholen is bijvoorbeeld 40 km/u in de ochtend tussen 08:00 en 09:00 uur en in de
middag tussen 15:00 en 16:00 uur. Indien mogelijk, verandert de weergegeven maximumsnelheid
in het snelheidskader zodat de variabele maximumsnelheden worden weergegeven.
Sommige maximumsnelheden veranderen afhankelijk van de rijomstandigheden. De maximumsnelheid daalt bijvoorbeeld bij druk verkeer of bij slechte weersomstandigheden. Deze
variabele maximumsnelheden worden niet weergegeven in het snelheidskader. De snelheid die
wordt weergegeven in het snelheidskader is de maximumsnelheid die is toegestaan bij goede
rijomstandigheden.
Belangrijk: de maximumsnelheid die wordt weergegeven in het snelheidskader is slechts een
indicatie. Je moet je altijd aan de actuele maximumsnelheid houden voor de weg waarop je rijdt
en voor de rijomstandigheden.
26
Alles over aanrakingen
Dubbel tikken
Raak tweemaal snel achter elkaar het scherm aan met één vinger.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je wilt inzoomen op de
kaart.
Slepen
Plaats één vinger op het scherm en beweeg deze over het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je over de kaart wilt
scrollen.
Snel bewegen
Maak met het topje van één vinger een snelle beweging over het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je een flinke afstand
wilt overbruggen op de kaart.
Ingedrukt houden
Plaats gedurende meer dan 0,5 seconde één vinger op het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je het pop-upmenu
voor een locatie op de kaart wilt openen.
Knijpen om te
zoomen
Raak het scherm aan met je duim en een vinger. Beweeg ze uit elkaar om
in te zoomen en beweeg ze naar elkaar toe om uit te zoomen.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je wilt in- of uitzoomen
op de kaart.
Tip: knijpen om te zoomen werkt niet op alle systemen. Wanneer
knijpen om te zoomen niet werkt op je systeem, gebruik je de
zoomknoppen om in en uit te zoomen.
Aanrakingen gebruiken
Je moet aanrakingen gebruiken om je navigatiesysteem te bedienen.
In deze gebruikershandleiding wordt steeds uitgelegd welke aanrakingen je moet gebruiken, maar
hier volgt alvast een complete lijst met alle aanrakingen die je kunt gebruiken.
27
Tikken of
selecteren
Tik met één vinger op het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je een item wilt
selecteren in het hoofdmenu.
Tip: om een pop-upmenu te openen voor een item op de kaart,
selecteer je het item en houd je het vast totdat het menu wordt
geopend.
28
Navigatieknoppen
Zoek
Selecteer deze knop als je een adres, een plaats of een Nuttige Plaats wilt
zoeken en vervolgens een route wilt plannen naar die locatie.
Huidige route
Selecteer deze knop om je geplande route te wissen of wijzigen.
Meld flitser
Selecteer deze knop om een flitser te melden.
Mijn plaatsen
Selecteer deze knop om je opgeslagen plaatsen te tonen.
Mijn routes
Selecteer deze knop om je opgeslagen routes weer te geven.
Hoofdmenu
Selecteer in de kaartweergave of de reisbegeleidingsweergave de hoofdmenuknop om het
hoofdmenu te openen.
In het hoofdmenu zijn de volgende navigatieknoppen beschikbaar:
Let op: niet alle functies worden ondersteund op alle systemen.
29
Parkeren
Selecteer deze knop om parkeervoorzieningen te zoeken.
Benzinestation
Selecteer deze knop om benzinestations te zoeken.
Stembesturing
Selecteer deze knop om stembesturing te starten.
Tip: je kunt ook de activeerzin uitspreken om stembesturing te starten.
Traffic en Flitsers
Selecteer deze knop om verbinding te maken met TomTom Services of
om je abonnement op TomTom Traffic, TomTom Flitsers of TomTom
Gevarenzones te controleren.
Selecteer deze knop om het menu Instellingen te openen.
Selecteer deze knop om het menu Help te openen. Het menu Help bevat
een rondleiding en informatie over GO.
Selecteer deze knop om naar het vorige scherm te gaan.
Selecteer deze knop om terug te gaan naar de kaartweergave of de
reisbegeleidingsweergave.
Overige knoppen
Selecteer in de kaartweergave of de reisbegeleidingsweergave de hoofdmenuknop om het
hoofdmenu te openen.
Behalve de navigatieknoppen zijn in het hoofdmenuscherm de volgende knoppen beschikbaar:
30
Het symbool geeft de status van de Bluetooth-verbinding aan wanneer je
een smartphone gebruikt om verbinding te maken met TomTom
Services.
Dit symbool geeft het energieniveau aan van de batterij van je
navigatiesysteem.
Dit symbool geeft aan dat je systeem is verbonden met TomTom
Services.
Dit symbool geeft aan dat je systeem niet is verbonden met TomTom
Services.
Selecteer deze knop om de gesproken instructies uit te schakelen. Je
hoort nu geen gesproken route-instructies meer, maar nog wel
informatie zoals verkeersinfo en waarschuwingsgeluiden.
Tip: je kunt selecteren welk type instructies je wilt horen. Selecteer
Stemmen in het menu Instellingen en selecteer de instructies die je
wilt horen.
Selecteer deze knop om gesproken instructies in te schakelen.
Selecteer deze knop om de helderheid van het scherm te dempen en de
kaart in donkerdere kleuren weer te geven.
Bij een nachtelijke rit of een route door een donkere tunnel is het voor de
bestuurder gemakkelijker het scherm te zien en wordt hij/zij minder snel
afgeleid wanneer de helderheid van het scherm gedempt is.
Tip: je navigatiesysteem schakelt automatisch tussen dag- en
nachtkleuren, afhankelijk van het tijdstip. Als je deze functie wilt
uitschakelen, selecteer je Uiterlijk in het menu Instellingen en schakel
je Schakel naar nachtkleuren als het donker wordt uit.
Selecteer deze knop om de helderheid van het scherm te verhogen en de
kaart in helderdere kleuren weer te geven.
Volumebeheer
Selecteer in de kaartweergave of de reisbegeleidingsweergave de hoofdmenuknop om het
hoofdmenu te openen.
31
Selecteer de volumeregeling en verschuif deze om het volume van gesproken instructies en
waarschuwingen te wijzigen. Als de gesproken instructies zijn uitgeschakeld, wordt het volume
van de waarschuwingen toch gewijzigd.
32
Informatie over de zoekfunctie
Snel zoeken gebruiken
Je gebruikt de zoekfunctie om allerlei plaatsen te vinden en vervolgens navigeer je naar deze
plaatsen toe. Je kunt naar het volgende zoeken:
Een specifiek adres, bijvoorbeeld Keizersgracht 123, Amsterdam.
Een gedeeltelijk adres, bijvoorbeeld Keizersgr Amst.
Een type plaats, bijvoorbeeld benzinestation of restaurant.
Een plaats op naam, bijvoorbeeld Hema.
Een postcode, bijvoorbeeld 1016 EG voor Keizersgracht, Amsterdam.
Een stad om naar het centrum van die stad te navigeren, bijvoorbeeld Amsterdam.
Een POI (Point of Interest) in de buurt van je huidige locatie, bijvoorbeeld een restaurant bij je
in de buurt.
Een mapcode, bijvoorbeeld WH6SL.TR10
Lengte- en breedtegraadcoördinaten, bijvoorbeeld
N 51°30'31" W 0°08'34"
Tip: als je een specifieke straat in het Verenigd Koninkrijk of in Nederland zoekt, typ je een
postcode, gebruik je een spatie en typ je vervolgens het huisnummer. Bijvoorbeeld "1017CT 35".
In andere landen heeft elk gebied zijn eigen postcodes en wordt een lijst met overeenkomende
steden, plaatsen en straten in je zoekresultaten weergegeven.
Een route naar een POI plannen met de zoekfunctie
Belangrijk: in het belang van de veiligheid en om afleiding tijdens het rijden te vermijden, kun je
het beste altijd je route plannen voordat je op weg gaat.
Als je met de zoekfunctie een route naar een type POI of een specifieke POI wilt plannen, ga je als
volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Zoek.
Het zoekscherm wordt geopend en er wordt een toetsenbord weergegeven.
3. Gebruik het toetsenbord om de naam in te voeren van de locatie waarnaar je een route wilt
plannen.
33
Tip: als je een lettertoets op het toetsenbord ingedrukt houdt, krijg je toegang tot extra
tekens als deze beschikbaar zijn. Houd bijvoorbeeld de letter "e" ingedrukt om de volgende
tekens weer te geven: 3 e è é ê ë en meer.
Je kunt naar een type POI (Point of Interest) zoeken, zoals een restaurant of toeristische
attractie. Je kunt ook naar een specifieke POI zoeken, bijvoorbeeld "Rosie's Pizzeria".
Opmerking: er wordt gezocht op de hele kaart. Als je wilt wijzigen hoe de zoekopdracht
wordt uitgevoerd, selecteer je de knop rechts van het zoekvak. Je kunt dan wijzigen waar de
zoekopdracht wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld op de route of in een bepaalde plaats.
4. Tijdens het typen worden er suggesties weergegeven op basis van wat je hebt ingevoerd. Je
kunt gewoon doorgaan met typen of een suggestie selecteren.
Plaatsen en wegen worden links weergegeven, POI's rechts.
Tip: als je meer resultaten wilt weergeven, verberg je het toetsenbord of veeg je over de
resultatenlijst om door de lijst te bladeren.
Tip: je kunt de resultaten op de kaart of in een lijst weergeven door de knop voor de
lijst/kaart te selecteren:
5. Selecteer een type POI of een afzonderlijke POI.
6. Als je een type POI hebt geselecteerd, selecteer je de gewenste POI.
34
7. Selecteer Rijd.
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
Zoekopdrachten invoeren
Selecteer Zoek in het hoofdmenu om met het zoeken naar adressen en POI's te beginnen. Het
zoekscherm wordt geopend met een toetsenbord dat volgende knoppen bevat:
1. De knop voor het vorige scherm.
Selecteer deze knop om naar het vorige scherm te gaan.
2. Invoervak voor de zoekopdracht.
Voer hier je zoekopdracht in. Tijdens het typen worden overeenkomende adressen en POI's
getoond.
Tip: als je een lettertoets op het toetsenbord ingedrukt houdt, krijg je toegang tot extra
tekens als deze beschikbaar zijn. Houd bijvoorbeeld de letter "e" ingedrukt om de volgende
tekens weer te geven: 3 e è é ê ë en meer.
Tip: als je een zoekopdracht wilt bewerken, selecteer je het woord dat je al hebt getypt om
de cursor te plaatsen. Je kunt nu tekens invoegen of verwijderen.
3. Type zoekopdracht.
Standaard wordt er gezocht op de volledige huidige kaart. Nadat je de zoekfunctie hebt ge-
bruikt, wordt het laatst geselecteerde zoektype gebruikt. Selecteer deze knop als je het type
zoekopdracht wilt wijzigen in een van de volgende opties:
35
Hele kaart
Selecteer deze optie als je wilt zoeken op de volledige huidige kaart,
zonder dat de zoekradius wordt beperkt. Je huidige locatie vormt het
middelpunt van de zoekopdracht. De resultaten worden gerangschikt
op exacte overeenkomst.
Bij mij in de buurt
Selecteer deze optie als je wilt zoeken met je huidige GPS-locatie als
middelpunt voor de zoekopdracht. De resultaten worden gerangschikt op afstand.
In plaats
Selecteer deze optie als je een woonplaats wilt gebruiken als
middelpunt voor je zoekopdracht. Voer de naam van de plaats in met
behulp van het toetsenbord. Wanneer je in de resultatenlijst de plaats
hebt geselecteerd, kun je in die plaats een adres of POI zoeken.
Op de route
Wanneer er een route is gepland, kun je deze optie selecteren om op
de route te zoeken naar een specifiek type locatie, bijvoorbeeld
benzinestations. Wanneer hierom wordt gevraagd, voer je het type
locatie in. Selecteer dit type vervolgens in de rechterkolom om de
zoekopdracht uit te voeren.
Nabij bestemming
Wanneer er een route is gepland, kun je deze optie selecteren als je
je bestemming wilt gebruiken als middelpunt voor de zoekopdracht.
Lengte- en breedtegraad
Selecteer deze optie om een lengte- en breedtegraad in te voeren. Je
kunt de volgende typen coördinaten invoeren:
Decimale waarden, bijvoorbeeld,
N 51.51000 W 0.13454
51.51000 -0.13454
Tip: voor decimale waarden hoef je geen letter te gebruiken om de
lengte- en breedtegraad aan te geven. Voor locaties die ten westen
liggen van de nulmeridiaan en locaties die ten zuiden liggen van
de evenaar, wordt een minteken (-) voor de coördinaten geplaatst.
Graden, minuten en seconden, bijvoorbeeld N 51°30'31" W 0°08'34"
Standaard GPS-coördinaten, bijvoorbeeld N 51 30.525 W 0 08.569
Opmerking: de balk onder de coördinaten wordt rood als je
coördinaten invoert die niet worden herkend door je GO.
4.Weergaveknop.
Selecteer deze knop om terug te gaan naar de kaartweergave of de reisbegeleidingsweergave.
5.123?!-knop.
36
Selecteer deze knop om cijfers en symbolen op je toetsenbord te gebruiken. Selecteer de
=\<-knop om te schakelen tussen cijfers en meer symbolen. Selecteer de ABC-knop om terug
te gaan naar het algemene toetsenbord.
6.Knop voor toetsenbordindeling.
Selecteer deze knop om de toetsenbordindeling te wijzigen in die van een andere taal. Je kunt
maximaal vier indelingen kiezen in de lijst. Als je meer dan een indeling hebt geselecteerd, kun
je de knop voor de toetsenbordindeling selecteren om een pop-upvenster te openen, zodat je
snel tussen de geselecteerde toetsenbordindelingen kunt schakelen. Houd deze knop
ingedrukt om direct naar de lijst met alle indelingen te gaan.
7.Knop voor de lijst/kaart.
Selecteer deze knop om te schakelen tussen de lijstweergave en de kaartweergave van de
resultaten.
8. Toetsenbord weergeven/verbergen.
Selecteer deze knop om het toetsenbord weer te geven of te verbergen.
Tip: selecteer één keer de Shift-knop om van de volgende letter die je typt, een hoofdletter te
maken. Tik twee keer op de Shift-knop om Caps-Lock in te schakelen als je alleen hoofdletters
wilt gebruiken. Selecteer de Shift-knop één keer om Caps-Lock weer uit te schakelen.
Tip: selecteer de knop voor de kaart-/reisbegeleidingsweergave in de rechterbovenhoek van het
scherm als je een zoekopdracht wilt annuleren.
Werken met zoekresultaten
De zoekresultaten worden weergegeven in twee kolommen.
Adres- en plaatsresultaten worden weergegeven in de linkerkolom en POI's, typen POI's en
plaatsen worden weergegeven in de rechterkolom.
Tip: als je meer resultaten wilt weergeven, verberg je het toetsenbord of veeg je over de
resultatenlijst om door de lijst te bladeren.
Tip: je kunt de resultaten op de kaart of in een lijst weergeven door de knop voor de
lijst/kaart te selecteren:
37
Wanneer je een adres selecteert in de lijst met zoekresultaten, kun je ervoor kiezen om dit adres te
tonen op de kaart, een kruising toe te voegen of een route te plannen naar die gekozen locatie.
Voor een exact adres kun je het huisnummer toevoegen.
Als je het resultaat toont op de kaart, kun je het pop-upmenu gebruiken om de locatie toe te
voegen aan Mijn plaatsen of te zoeken in de buurt van deze locatie. Als er al een route is gepland,
kun je de locatie toevoegen aan je huidige route.
Opmerking: de beste zoekresultaten worden op de kaart getoond. Wanneer je inzoomt, worden
geleidelijk aan ook de lager gerangschikte zoekresultaten getoond.
Informatie over postcodes
Wanneer je zoekt op postcode, zijn de resultaten afhankelijk van het type postcode dat wordt
gebruikt in het land waarin je zoekt.
De volgende typen postcodes worden gebruikt:
Postcodes waarmee je navigeert naar een straat of een deel van een straat.
Postcodes waarmee je navigeert naar een gebied dat bijvoorbeeld bestaat uit één stad,
meerdere dorpen in een landelijk gebied of een wijk in een grote stad.
Postcodes voor straten
In landen, zoals Nederland en het Verenigd Koninkrijk, wordt dit type postcode gebruikt. Als je
zoekt met een postcode voor straten, voer je de postcode in, voeg je vervolgens een spatie in en
voer je eventueel het huisnummer in. Bijvoorbeeld "1017CT 35". Je navigatiesysteem plant
vervolgens een route naar een specifiek huis of gebouw in een specifieke straat.
38
Postcodes voor gebieden
Gerechtsgebouw
Geldautomaat
Juridisch adviseurs
Financiële instelling
Juridisch - overige
dienstverlening
Gemakswinkel
Fastfoodrestaurant
In landen zoals Duitsland, Frankrijk en België wordt dit type postcode gebruikt. Als je zoekt met
een postcode voor een gebied, bestaan je zoekresultaten uit alle straten in een stadswijk, de hele
stad of de dorpen die binnen het postcodegebied liggen.
Je krijgt mogelijk ook resultaten uit meerdere landen als je een postcode voor een gebied invoert.
Opmerking: als je zoekt met een postcode voor een gebied, bestaat het zoekresultaat niet uit
één adres.
Toch is dit type postcode wel zeer handig om het aantal zoekresultaten te verminderen. Een
zoekopdracht voor Neustadt in Duitsland resulteert bijvoorbeeld in een lange lijst met mogelijke
resultaten omdat er meerdere steden zijn die deze naam hebben. Door een spatie toe te voegen,
gevolgd door de postcode voor een gebied, beperk je de resultaten tot de stad Neustadt die je
zoekt.
Ook kun je bijvoorbeeld voor het zoeken in een grote stad een postcode voor een gebied invoeren
en in de zoekresultaten het stadscentrum selecteren dat je zoekt.
Informatie over mapcodes
In landen met straten en huizen zonder naam of adres kun je in plaats van een naam of adres een
mapcode gebruiken. Een mapcode vertegenwoordigt een locatie.
Elke locatie op aarde, inclusief locaties op kleine eilanden en boorplatforms, kan worden
aangeduid door een mapcode. Mapcodes zijn kort en gemakkelijk te herkennen, te onthouden en
door te geven. Ze geven een locatie op een paar meter nauwkeurig aan, wat voldoende is voor
dagelijks gebruik.
Ga naar mapcode.com als je wilt weten hoe je de mapcode voor een locatie kunt vinden.
Mapcodes zijn preciezer en flexibeler dan het adres op een visitekaartje. Je kunt de locatie kiezen
die je aan je adres wilt koppelen, zoals de hoofdingang of de ingang van een parkeerterrein.
Lijst van pictogrammen voor POI-typen
Juridische en financiële dienstverlening
Eten en drinken
39
Restaurant
Chinees restaurant
Overnachten
Hotel of motel
Luxehotel
Camping
Budgethotel
Ziekenhuis of polikliniek
Tandarts
Politiebureau
Dierenarts
Dokter
Brandweerkazerne
Parkeerplaats
Benzinestation
Parkeergarage
Autowasserette
Autodealer
Centrum voor voertuigkeuringen
Autoverhuurbedrijf
Oplaadpunt(en) voor
elektrische auto's
Parkeerplaats voor
huurauto's
Garagebedrijf
Ambassade
Huisdierenservice
Hulpdiensten
Autoservices
Overige services
40
Overheidskantoor
Telecommunicatie
Bedrijf
Wijkcentrum
Postkantoor
Apotheek
Winkelcentrum
Schoonheidssalon
Toeristeninformatie
Winkel
Onderwijs
Hogeschool of universiteit
School
Bibliotheek
Congrescentrum
Casino
Wijngoed
Theater
Toeristische attractie
Bioscoop
Dierentuin
Concertgebouw
Pretpark
Museum
Tentoonstellingscentrum
Opera
Cultureel centrum
Vrije tijd
41
Uitgaansgelegenheid
Recreatiecentrum
Sport
Sportterrein
Zwembad
Bergtop
Watersport
Strand
Tennisbaan
Park of recreatiegebied
IJsbaan
Jachthaven
Sportcentrum
Stadion
Golfbaan
Kerk
Gebedsplek
Station
Bergpas
Vliegveld
Uitzichtpunt
Veerboothaven
Postcode
Opmerking: wordt niet
in alle landen gebruikt.
Grensovergang
Woongebied
Religie
Reizen
42
Busstation
Benzinestation
Tolpoort
Oplaadstations voor
elektrische auto's
Stopplaats
Chauffeurscafé
Stadscentrum
43
Een route naar een adres plannen met de zoekfunctie
Een route plannen
Belangrijk: in het belang van de veiligheid en om afleiding tijdens het rijden te vermijden, kun je
het beste altijd je route plannen voordat je op weg gaat.
Als je een route naar een adres wilt plannen met de zoekfunctie, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Zoek.
Het zoekscherm wordt geopend en er wordt een toetsenbord weergegeven.
3. Gebruik het toetsenbord om de naam in te voeren van de locatie waarnaar je een route wilt
plannen.
Tip: als je een lettertoets op het toetsenbord ingedrukt houdt, krijg je toegang tot extra
tekens als deze beschikbaar zijn. Houd bijvoorbeeld de letter "e" ingedrukt om de volgende
tekens weer te geven: 3 e è é ê ë en meer.
Je kunt op een adres, plaats, stad, postcode of mapcode zoeken.
Tip: als je een specifieke straat in het Verenigd Koninkrijk of in Nederland zoekt, typ je een
postcode, gebruik je een spatie en typ je vervolgens het huisnummer. Bijvoorbeeld "1017CT
35". In andere landen heeft elk gebied zijn eigen postcodes en wordt een lijst met
overeenkomende steden, plaatsen en straten in je zoekresultaten weergegeven.
44
Opmerking: er wordt gezocht op de hele kaart. Als je wilt wijzigen hoe de zoekopdracht
wordt uitgevoerd, selecteer je de knop rechts van het zoekvak. Je kunt dan wijzigen waar de
zoekopdracht wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld op de route of in een bepaalde plaats.
4. Tijdens het typen van het adres worden suggesties weergegeven op basis van wat je hebt
ingevoerd. Je kunt gewoon doorgaan met typen of een suggestie selecteren.
Plaatsen en wegen worden links weergegeven, POI's rechts.
Tip: als je meer resultaten wilt weergeven, verberg je het toetsenbord of veeg je over de
resultatenlijst om door de lijst te bladeren.
Tip: je kunt de resultaten op de kaart of in een lijst weergeven door de knop voor de
lijst/kaart te selecteren:
5. Selecteer een voorgesteld adres.
6. Voer een huisnummer in als je een nummer hebt en het nog niet hebt ingevoerd.
7. Selecteer Rijd.
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
45
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
Een route plannen naar een stadscentrum
Belangrijk: in het belang van de veiligheid en om afleiding tijdens het rijden te vermijden, kun je
het beste altijd je route plannen voordat je op weg gaat.
Als je een route naar een stadscentrum wilt plannen met de zoekfunctie, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Zoek.
Het zoekscherm wordt geopend en er wordt een toetsenbord weergegeven.
3. Gebruik het toetsenbord om de naam in te voeren van de locatie waarnaar je een route wilt
plannen.
Je kunt zoeken op plaats, stad of postcode.
Tip: om naar een bepaalde plaats te zoeken, kun je de postcode of het land van de plaats
gebruiken. Als je bijvoorbeeld op Essen zoekt, krijg je veel resultaten. Als je op Essen 2910 of
Essen België zoekt, dan staat die plaats boven aan de zoekresultaten. Je kunt vervolgens in
de plaats zoeken.
Tip: er wordt gezocht op de hele kaart. Als je wilt wijzigen hoe de zoekopdracht wordt
uitgevoerd, selecteer je de knop rechts van het zoekvak. Je kunt dan wijzigen waar de
zoekopdracht wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld op de route of in een bepaalde plaats.
4. Tijdens het typen van het adres worden suggesties weergegeven op basis van wat je hebt
ingevoerd. Je kunt gewoon doorgaan met typen of een suggestie selecteren.
Plaatsen en wegen worden links weergegeven, POI's rechts.
46
Tip: als je meer resultaten wilt weergeven, verberg je het toetsenbord of veeg je over de
resultatenlijst om door de lijst te bladeren.
Tip: je kunt de resultaten op de kaart of in een lijst weergeven door de knop voor de
lijst/kaart te selecteren:
5. Selecteer de plaats in de kolom links.
De plaatsnaam wordt rechts van het zoekvak weergegeven en de POI in het stadscentrum
wordt onder in de kolom rechts weergegeven.
6. Selecteer de POI in het stadscentrum.
De locatie in het stadscentrum wordt weergegeven op de kaart.
7. Selecteer Rijd.
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
47
Een route naar een POI plannen met de zoekfunctie
Belangrijk: in het belang van de veiligheid en om afleiding tijdens het rijden te vermijden, kun je
het beste altijd je route plannen voordat je op weg gaat.
Als je met de zoekfunctie een route naar een type POI of een specifieke POI wilt plannen, ga je als
volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Zoek.
Het zoekscherm wordt geopend en er wordt een toetsenbord weergegeven.
3. Gebruik het toetsenbord om de naam in te voeren van de locatie waarnaar je een route wilt
plannen.
Tip: als je een lettertoets op het toetsenbord ingedrukt houdt, krijg je toegang tot extra
tekens als deze beschikbaar zijn. Houd bijvoorbeeld de letter "e" ingedrukt om de volgende
tekens weer te geven: 3 e è é ê ë en meer.
Je kunt naar een type POI (Point of Interest) zoeken, zoals een restaurant of toeristische
attractie. Je kunt ook naar een specifieke POI zoeken, bijvoorbeeld "Rosie's Pizzeria".
Opmerking: er wordt gezocht op de hele kaart. Als je wilt wijzigen hoe de zoekopdracht
wordt uitgevoerd, selecteer je de knop rechts van het zoekvak. Je kunt dan wijzigen waar de
zoekopdracht wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld op de route of in een bepaalde plaats.
4. Tijdens het typen worden er suggesties weergegeven op basis van wat je hebt ingevoerd. Je
kunt gewoon doorgaan met typen of een suggestie selecteren.
Plaatsen en wegen worden links weergegeven, POI's rechts.
Tip: als je meer resultaten wilt weergeven, verberg je het toetsenbord of veeg je over de
resultatenlijst om door de lijst te bladeren.
48
Tip: je kunt de resultaten op de kaart of in een lijst weergeven door de knop voor de
lijst/kaart te selecteren:
5. Selecteer een type POI of een afzonderlijke POI.
6. Als je een type POI hebt geselecteerd, selecteer je de gewenste POI.
7. Selecteer Rijd.
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
Een route plannen met behulp van de kaart
Belangrijk: in het belang van de veiligheid en om afleiding tijdens het rijden te vermijden, kun je
het beste altijd je route plannen voordat je op weg gaat.
Om een route te plannen met behulp van de kaart, doe je het volgende:
1. Verplaats de kaart totdat je de bestemming ziet waar je naartoe wilt navigeren. Hier volgen
enkele aanrakingen die je kunt gebruiken om de kaart te verplaatsen:
Knijpen - raak het scherm aan met je duim en een vinger als je wilt in- of uitzoomen.
Beweeg ze uit elkaar om in te zoomen en beweeg ze naar elkaar toe om uit te zoomen.
Tip: knijpen om te zoomen werkt niet op alle systemen. Wanneer knijpen om te zoomen
niet werkt op je systeem, gebruik je de zoomknoppen om in en uit te zoomen.
Tweemaal tikken - tik tweemaal op de kaart als je wilt inzoomen.
Slepen - beweeg een vinger over het scherm als je over de kaart wilt scrollen.
Snel bewegen - maak met het topje van een vinger een snelle beweging over het scherm
als je een flink stuk verder wilt scrollen op de kaart.
49
Tip: zie Aanrakingen gebruiken voor een volledige lijst met aanrakingen.
.
2. Wanneer je de bestemming hebt gevonden op de kaart, selecteer je deze door het scherm
ongeveer één seconde ingedrukt te houden.
In een pop-upmenu wordt het dichtstbijzijnde adres getoond.
3. Als je een route wilt plannen naar deze bestemming, selecteer je de knop Rijd:
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: je kunt de locatie die je hebt geselecteerd, ook op andere manieren gebruiken. Zo kun je
deze toevoegen aan Mijn plaatsen door de knop voor het pop-upmenu te selecteren.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
50
Een route plannen met behulp van Mijn plaatsen
Als je vanaf je huidige locatie wilt navigeren naar een van Mijn plaatsen, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Mijn plaatsen.
Er wordt een lijst met al je plaatsen geopend.
3. Selecteer de plaats waar je naartoe wilt navigeren, bijvoorbeeld Thuis.
De door jou gekozen plaats wordt met een pop-upmenu op de kaart getoond.
4. Als je een route naar deze plaats wilt plannen, selecteer je de knop Rijd:
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
51
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
Een route plannen met coördinaten
Belangrijk: in het belang van de veiligheid en om afleiding tijdens het rijden te vermijden, kun je
het beste altijd je route plannen voordat je op weg gaat.
Als je een route wilt plannen met coördinaten, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Zoek.
Het zoekscherm wordt geopend en er wordt een toetsenbord weergegeven.
3. Selecteer het juiste type zoekknop rechts van het zoekvak.
4. Selecteer Lengte- en breedtegraad.
Het toetsenbord verandert in een speciaal toetsenbord voor de invoer van coördinaten.
5. Typ de twee coördinaten. Je kunt de volgende typen coördinaten invoeren:
Decimale waarden, bijvoorbeeld,
N 51.51000 W 0.13454
51.51000 -0.13454
Tip: voor decimale waarden hoef je geen letter te gebruiken om de lengte- en breedtegraad aan te geven. Voor locaties die ten westen liggen van de nulmeridiaan en locaties
die ten zuiden liggen van de evenaar, wordt een minteken (-) voor de coördinaten
geplaatst.
Graden, minuten en seconden, bijvoorbeeld N 51°30'31" W 0°08'34"
Standaard GPS-coördinaten, bijvoorbeeld N 51 30.525 W 0 08.569
Opmerking: de balk onder de coördinaten wordt rood als je coördinaten invoert die niet
worden herkend door je GO.
6. Tijdens het typen worden suggesties weergegeven op basis van wat je hebt ingevoerd. Je
kunt gewoon doorgaan met typen of een suggestie selecteren.
52
Plaatsen en wegen worden links weergegeven, POI's rechts.
Tip: als je meer resultaten wilt weergeven, verberg je het toetsenbord of veeg je over de
resultatenlijst om door de lijst te bladeren.
Tip: je kunt de resultaten op de kaart of in een lijst weergeven door de knop voor de
lijst/kaart te selecteren:
7. Selecteer een suggestie voor je bestemming.
8. Selecteer Rijd.
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
Een route plannen met een mapcode
Belangrijk: in het belang van de veiligheid en om afleiding tijdens het rijden te vermijden, kun je
het beste altijd je route plannen voordat je op weg gaat.
Als je een route wilt plannen met een mapcode, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Zoek.
Het zoekscherm wordt geopend en er wordt een toetsenbord weergegeven.
3. Typ je mapcode. Je kunt de volgende typen mapcode invoeren:
Internationaal, bijvoorbeeld WH6SL.TR10.
Landspecifiek, bijvoorbeeld GBR 8MH.51.
Alternatief landspecifiek, bijvoorbeeld GBR 28.Y6VH of GBR LDGZ.VXR.
Tip: alle mapcodes in dit voorbeeld zijn codes voor dezelfde locatie - Edinburgh Castle in het
Verenigd Koninkrijk. Zie Informatie over mapcodes voor meer informatie over het verkrijgen
van een mapcode voor een locatie.
4. Tijdens het typen van de mapcode worden suggesties weergegeven op basis van wat je hebt
ingevoerd. Je kunt gewoon doorgaan met typen of een suggestie selecteren.
53
Plaatsen en wegen worden links weergegeven, POI's rechts.
Tip: als je meer resultaten wilt weergeven, verberg je het toetsenbord of veeg je over de
resultatenlijst om door de lijst te bladeren.
Tip: je kunt de resultaten op de kaart of in een lijst weergeven door de knop voor de
lijst/kaart te selecteren:
5. Selecteer een suggestie voor je bestemming.
6. Selecteer Rijd.
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een plusteken (+) of een minteken (-)
en het tijdsverschil in hele en halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Tip: je kunt een tussenstop toevoegen aan een route die je al had gepland.
Tip: je kunt een route opslaan met Mijn routes.
Een route van tevoren plannen
Je kunt een route van tevoren plannen voordat je de route gaat rijden. Je kunt de route opslaan
als onderdeel van je lijst Mijn routes.
Als je een route van tevoren wilt plannen, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Zoek.
Het zoekscherm wordt geopend en er wordt een toetsenbord weergegeven.
3. Gebruik het toetsenbord om de naam in te voeren van de locatie die je als beginpunt wilt
gebruiken.
4. Selecteer een voorgesteld adres of voorgestelde POI.
5. Selecteer Toon op kaart.
6. Selecteer de pop-upmenuknop.
54
In een pop-upmenu wordt een lijst met opties weergegeven.
7. Selecteer Gebruik als beginpunt.
8. Herhaal deze stappen om je bestemming te zoeken en te kiezen en selecteer vervolgens de
knop Rijd in het pop-upmenu:
Je route wordt gepland met het door jou gekozen beginpunt en de door jou gekozen bestemming. De geschatte aankomsttijd wordt boven aan de routebalk weergegeven.
Tip: als je geen zoekopdracht wilt gebruiken om je beginpunt en bestemming te kiezen, ga je
naar de kaartweergave en houd je een locatie ingedrukt om de locatie te selecteren.
Tip: tussenstops, POI's, plaatsen en de bestemming kunnen allemaal via de bijbehorende
pop-upmenu's worden geselecteerd als beginpunt.
Het beginpunt wijzigen en van je huidige locatie het beginpunt maken
1. Selecteer het startpunt van de route in de kaartweergave.
2. Selecteer de pop-upmenuknop.
In een pop-upmenu wordt een lijst met opties weergegeven.
3. Selecteer Verwijder beginpunt.
Je route wordt opnieuw gepland met je huidige locatie als beginpunt.
55
Het beginpunt wijzigen in een tussenstop
1. Selecteer het beginpunt op de route in de kaartweergave.
2. Selecteer de pop-upmenuknop.
In een pop-upmenu wordt een lijst met opties weergegeven.
3. Selecteer Wijzig in tussenstop.
Je route wordt opnieuw gepland met het beginpunt als tussenstop.
Een parkeergelegenheid zoeken
Als je een parkeergelegenheid zoekt, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Parkeren.
De kaart wordt geopend en er worden locaties van parkeergelegenheden getoond.
56
Als er een route is gepland, worden op de kaart parkeergelegenheden getoond in de buurt van
je bestemming. Als er geen route is gepland, worden op de kaart parkeergelegenheden in
getoond de buurt van je huidige locatie.
Je kunt op het scherm een lijst met parkeergelegenheden weergeven door te drukken op deze
knop:
Je kunt een parkeergelegenheid selecteren in de lijst als je deze wilt vinden op de kaart.
Tip: je kunt de scrollbalk rechts van de tweede kolom gebruiken om omlaag te scrollen in de
lijst met resultaten.
Als je wilt wijzigen hoe de zoekopdracht wordt uitgevoerd, selecteer je de knop rechts van het
zoekvak. Vervolgens kun je wijzigen waar de zoekopdracht wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld om
te zoeken in de buurt van je huidige locatie of op de hele kaart.
3. Selecteer een parkeergelegenheid op de kaart of in de lijst.
57
Er wordt een pop-upmenu geopend met de naam van de parkeergelegenheid.
4. Als je een route wilt plannen naar de door jou gekozen parkeergelegenheid, selecteer je de
knop Rijd:
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: via het pop-upmenu kun je een parkeergelegenheid toevoegen als tussenstop op je
route.
Een benzinestation zoeken
Als je een benzinestation zoekt, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Benzinestation.
58
De kaart wordt geopend en er worden locaties van benzinestations getoond.
Als er een route is gepland, worden op de kaart benzinestations getoond die op de route
liggen. Als er geen route is gepland, worden op de kaart benzinestations getoond in de buurt
van je huidige locatie.
Je kunt op het scherm een lijst met benzinestations weergeven door te drukken op deze knop:
Je kunt een benzinestation selecteren in de lijst als je dit wilt vinden op de kaart.
Tip: je kunt de scrollbalk rechts van de tweede kolom gebruiken om omlaag te scrollen in de
lijst met resultaten.
59
Als je wilt wijzigen hoe de zoekopdracht wordt uitgevoerd, selecteer je de knop rechts van het
zoekvak. Vervolgens kun je wijzigen waar de zoekopdracht wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld om
te zoeken in de buurt van je huidige locatie of op de hele kaart.
3. Selecteer een benzinestation op de kaart of in de lijst.
Er wordt een pop-upmenu geopend met de naam van het benzinestation.
4. Als je een route wilt plannen naar het door jou gekozen benzinestation, selecteer je de knop
Rijd:
Je navigatiesysteem plant een route en leidt je vervolgens naar de bestemming. Zodra je
begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: via het pop-upmenu kun je een benzinestation toevoegen als tussenstop op je route. Een
benzinestation als tussenstop op je route wordt met een blauw pictogram aangegeven.
60
Het menu Huidige route
Wis route
Selecteer deze knop om de huidige geplande route te wissen.
Het menu Huidige route wordt gesloten en je keert terug naar de
kaartweergave.
Wijzig routetype
Selecteer deze knop om het routetype te wijzigen waarmee je route
wordt gepland. Je route wordt opnieuw berekend aan de hand van het
nieuwe routetype.
Vermijd op deze
route
Selecteer deze knop om bepaalde typen route-elementen te vermijden
die zich op je huidige geplande route bevinden. Hieronder vallen
bijvoorbeeld veerboten, tolwegen en onverharde wegen.
Voeg tussenstop
toe
Selecteer deze knop als je een tussenstop wilt toevoegen aan je huidige
geplande route. Je kunt ook direct vanaf de kaart tussenstops toevoegen
aan je route.
Voeg toe aan Mijn
routes
Als je een nieuwe route plant die nog niet is opgeslagen, zie je deze
knop. Selecteer deze knop om deze route op te slaan als onderdeel van
de lijst Mijn routes.
Sla wijzigingen in
route op
Als je een wijziging in een Mijn route aanbrengt, zie je deze knop.
Selecteer deze knop om de wijzigingen op te slaan.
Je route wijzigen
Wanneer je een route hebt gepland, selecteer je in het hoofdmenu de knop Huidige route om het
menu Huidige route te openen.
De volgende knoppen zijn beschikbaar in het menu Huidige route:
61
Wijzig volgorde
van tussenstops
Selecteer deze knop om de lijsten met tussenstops voor je huidige route
weer te geven. Je kunt nu de volgorde van de tussenstops op je route
wijzigen.
Voor een route zonder tussenstops kun je ook deze knop selecteren om
je route om te keren.
Rijd via hier
Selecteer deze knop om een route te berekenen vanaf je huidige locatie
naar het beginpunt van Mijn route. Het beginpunt wordt omgezet naar
een tussenstop.
Toon routevoor-
beeld
Selecteer deze knop als je een voorbeeld wilt bekijken van je geplande
route.
Stop routevoor-
beeld
Selecteer deze knop als je geen voorbeeld meer wilt weergeven van je
geplande route.
Routetypen
Selecteer Wijzig routetype als je het type route wilt wijzigen dat je naar je huidige bestemming
hebt gepland. Je route wordt opnieuw berekend aan de hand van het nieuwe routetype.
Je kunt uit de volgende routetypen kiezen:
Snelste route- de snelste route naar je bestemming.
Kortste route - de kortste route naar je bestemming. Het is mogelijk dat de reistijd bij deze
route veel langer is dan bij de snelste route.
Milieuvriendelijkste route - de meest brandstofzuinige route.
Vermijd snelwegen - bij dit routetype worden alle snelwegen vermeden.
Wandelroute - dit routetype is geoptimaliseerd voor wandelaars.
Fietsroute - dit routetype is geoptimaliseerd voor fietsers.
Je kunt het standaardroutetype instellen in het menu Instellingen.
Route-elementen
Je kunt ervoor kiezen om bepaalde elementen te vermijden die zich op je huidige geplande route
bevinden. Je kunt de volgende route-elementen vermijden:
Tolwegen
Veerboten en autotreinen
Carpoolstroken
Onverharde wegen
62
Let op: carpoolstroken worden soms ook wel HOV-stroken (High Occupancy Vehicle) genoemd
en zijn niet in elk land beschikbaar. Als je gebruik wilt maken van deze rijstroken, moet je auto
bijvoorbeeld meer dan één inzittende hebben of milieuvriendelijke brandstof gebruiken.
Als je ervoor kiest een route-element te vermijden, wordt er een nieuwe route gepland.
Bij Routeplanning in het menu Instellingen kun je instellen hoe elk route-element wordt verwerkt
wanneer er een nieuwe route wordt gepland.
Een tussenstop toevoegen aan je route via het menu Huidige route
1. Selecteer Huidige route in het hoofdmenu.
2. Selecteer Voeg tussenstop toe.
De kaartweergave wordt getoond.
3. Als je een tussenstop wilt selecteren, voer je een van de volgende stappen uit:
Zoom in op de kaart en houd een locatie ingedrukt om deze te selecteren. Selecteer Voeg
toe aan huidige route in het pop-upmenu.
Druk op de zoekknop en zoek een locatie. Wanneer je een locatie hebt gevonden, selecteer
je Voeg tussenstop toe.
Je route wordt opnieuw berekend, inclusief de tussenstop.
Een tussenstop toevoegen aan je route met behulp van de kaart
1. Druk op de knop voor het wisselen van de weergave om de kaart te tonen.
De volledige route wordt getoond op de kaart.
2. Zoom in op de kaart en houd een locatie ingedrukt om deze te selecteren.
3. Selecteer de knop voor het pop-upmenu.
4. Selecteer Voeg toe aan huidige route.
Je route wordt opnieuw berekend, inclusief de tussenstop.
Een tussenstop uit je route verwijderen
1. Druk op de knop voor het wisselen van de weergave om de kaart te tonen.
De volledige route wordt getoond op de kaart.
2. Druk op de routebalk op de tussenstop die je wilt verwijderen.
Er wordt ingezoomd op de tussenstop en er wordt een pop-upmenu getoond.
Tip: als je niet de juiste tussenstop hebt geselecteerd, druk je op de knop voor het vorige
scherm om terug te gaan naar de kaart.
3. Selecteer Verwijder deze tussenstop.
De tussenstop wordt verwijderd en je route wordt opnieuw berekend.
De volgorde van tussenstops op een route wijzigen
Opmerking: als je een route hebt zonder tussenstops, kun je deze knop gebruiken om de route
om te keren.
1. Selecteer Huidige route in het hoofdmenu.
2. Selecteer Wijzig volgorde van tussenstops.
63
De kaart wordt weergegeven met de route gewist. Het beginpunt, de bestemming en alle
tussenstops worden zwart en met een kruis weergegeven, wat inhoudt dat ze kunnen worden
gewijzigd.
3. Selecteer het beginpunt.
Het symbool verandert in een pijl voor een beginpunt.
4. Selecteer een voor een de tussenstops in de volgorde waarin je ze aandoet.
De symbolen veranderen in een vlag als je de tussenstops selecteert.
5. Selecteer je bestemming.
Je route wordt opnieuw berekend met de tussenstops in de gewijzigde volgorde.
64
Informatie over Mijn routes
Mijn routes
Mijn routes biedt een eenvoudige manier om opgeslagen routes met optionele tussenstops te
maken, ook wel bekend als een reisplan. Je kunt Mijn routes gebruiken om routes op te slaan, op
te halen en te bewerken.
Je kunt Mijn routes in een of meer van de volgende situaties gebruiken:
Tijdens je werk - voor je werk moet je dagelijks meerdere routes met meerdere tussenstops
rijden. Je routes kunnen veranderen en je moet flexibel zijn en de volgorde van je tussenstops
of de geplande route kunnen wijzigen.
Tijdens je vakantie - je gaat op vakantie en je wilt een route plannen en opslaan. Je route
bevat toeristische routes, tussenstops bij verschillende hotels en andere plaatsen, zoals
toeristische attracties.
Op weg naar je werk - je wilt een of twee vaste tussenstops toevoegen tussen je thuis- en
werklocatie. Je route terug naar huis 's avonds is de omgekeerde route van de route naar je
werk 's ochtends.
Je kunt de route die je op de kaart hebt gepland, aan je lijst Mijn routes toevoegen door de route
te selecteren.
Een route opslaan
1. Plan een route via de stappen die in Een route plannen worden beschreven.
Tip: als je de geplande route niet kunt zien in de kaartweergave, selecteer je de knop voor het
vorige scherm om de route weer te geven.
2. Selecteer de route.
3. Selecteer de pop-upmenuknop om het menu te openen.
4. Selecteer Voeg toe aan Mijn routes.
De naam van de route wordt weergegeven op het wijzigingsscherm.
5. Wijzig de naam van de route zodat je deze eenvoudig kunt herkennen.
65
6. Selecteer Voeg toe om de route op te slaan in de lijst Mijn plaatsen.
Tip: je kunt een route ook opslaan met de knop Voeg toe aan Mijn routes in het menu
Huidige route.
Navigeren met een opgeslagen route
Als je een eerder opgeslagen route wilt gebruiken, ga je als volgt te werk:
1. Selecteer Mijn routes in het hoofdmenu.
2. Selecteer een route in de lijst.
De route wordt in de kaartweergave getoond.
3. Selecteer de route in de kaartweergave.
Er verschijnt een pop-upmenu met de naam van de route.
4. Selecteer de knop Rijd om naar het begin van de opgeslagen route te navigeren:
Het navigatiesysteem zet het beginpunt van de opgeslagen route om in je eerste tussenstop
en plant vervolgens de route. Het navigatiesysteem leidt je vervolgens vanaf je huidige locatie
naar je bestemming. Zodra je begint te rijden, wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Tip: je kunt het navigatiesysteem op twee manieren gebruiken met een opgeslagen route:
Selecteer het beginpunt van de route. Selecteer Wijzig in tussenstop wanneer het
pop-upmenu wordt geopend.
Je kunt ook Rijd via hier in het menu Huidige route selecteren.
Een tussenstop aan een opgeslagen route toevoegen met behulp van de kaart
Opmerking: je kunt ook een locatie op de kaart ingedrukt houden en Voeg toe aan huidige
route in het pop-upmenu selecteren.
1. Druk op de knop voor het wisselen van de weergave om de kaart te tonen.
De volledige route wordt getoond op de kaart.
2. Selecteer de route.
66
3. Selecteer de pop-upmenuknop om het menu te openen.
4. Selecteer Voeg tussenstop toe.
5. Selecteer de nieuwe tussenstop op de kaart.
Tip: als je de naam van de nieuwe tussenstop weet, kun je in plaats van de kaart Zoek
gebruiken om de tussenstop te selecteren.
6. Selecteer de blauwe knop met de pijl om deze locatie als tussenstop toe te voegen.
Je route wordt opnieuw berekend om de tussenstop op te nemen.
Tip: als je de opgeslagen route in de lijst Mijn routes met de wijzigingen wilt bijwerken,
selecteer je Sla wijzigingen in route op in het pop-upmenu.
Een route uit Mijn routes verwijderen
1. Selecteer in het hoofdmenu Mijn routes.
2. Selecteer Wijzig lijst.
3. Selecteer de routes die je wilt verwijderen.
4. Selecteer Verwijder.
67
Over stembesturing
Stembesturing (Speak & Go)
Let op: stembesturing wordt niet op alle navigatiesystemen of in alle talen ondersteund.
In plaats van items op het scherm te selecteren om je TomTom GO-navigatiesysteem te bedienen,
kun je ook je stem gebruiken.
Je kunt stembesturing gebruiken voor veel functies op het navigatiesysteem of om instellingen op
je systeem te wijzigen. Je kunt bijvoorbeeld gewoon met je stem het scherm instellen op
dagkleuren of het volume van het systeem verlagen.
Stembediening is actief in de kaartweergave, de reisbegeleidingsweergave en op het stembesturingsscherm.
Belangrijk: voor stembesturing is een stem die straatnamen opleest vereist. Als er geen stem die
straatnamen opleest op je TomTom GO is geïnstalleerd en geselecteerd, is deze functie niet
beschikbaar.
Om een stem te selecteren die de straatnamen hardop voorleest, selecteer je Stemmen in het
menu Instellingen, vervolgens Kies een stem en daarna een computerstem die de straatnamen
voorleest.
Stembesturing inschakelen
Stembesturing is standaard ingeschakeld als de functie wordt ondersteund in de taal die je hebt
ingesteld.
In kaartweergave of reisbegeleidingsweergave zeg je de activeerzin om stembesturing te starten.
De activeerzin is 'Hey TomTom'.
Tip: je kunt de activeerzin in- of uitschakelen in het menu Instellingen.
Je kunt ook stembesturing selecteren in het hoofdmenu:
Als stembesturing klaar voor gebruik is, zie je het stembesturingsscherm en zegt het systeem 'Ik
luister'. Spreek wanneer je de piep hoort.
Let op: als het volume is ingesteld op 20% of lager, wordt het volume automatisch ingesteld op
50% zodra je stembesturing start.
68
Het stembesturingsscherm
1. Voorbeelden van wat je kunt zeggen.
Tip: zeg 'Alle opdrachten' om een lijst met opdrachten te bekijken die je kunt zeggen. Je kunt
ook Help selecteren in het hoofdmenu, vervolgens Stembesturing en daarna Welke op-drachten kan ik zeggen?.
2. De status van stembesturing op je systeem. Je kunt spreken wanneer je systeem zegt 'Ik
luister' en je links onderaan het microfoontje ziet staan.
Het statusbericht laat je weten als stembesturing niet begrijpt wat je zegt en geeft je instructies
over het gebruik van stembesturing. Stembesturing leest dit bericht ook voor.
3. Het microfoonsymbool laat je zien wanneer je kunt spreken:
Dit symbool geeft aan dat stembesturing klaar is om te luisteren. Spreek wanneer je
de piep hoort.
Dit symbool geeft aan dat stembesturing bezig is.
4. De microfoonmonitor. Terwijl je spreekt, geeft de microfoonmonitor aan hoe goed stembes-
turing je stem kan horen:
Een lichtblauwe balk betekent dat stembesturing je stem kan horen.
Een rode balk betekent dat je te hard praat en dat het navigatiesysteem afzonderlijke
woorden niet kan herkennen.
Een donkerblauwe balk betekent dat je te zacht praat en dat het navigatiesysteem
afzonderlijke woorden niet kan herkennen.
69
Een paar tips voor stembesturing
Je kunt je systeem helpen begrijpen wat je zegt door deze tips te volgen:
Plaats je navigatiesysteem op armafstand voor je, uit de buurt van de luidsprekers of
luchtroosters.
Beperk achtergrondgeluid, zoals stemmen of de radio. Als er veel lawaai op de weg is, moet je
mogelijk in de richting van de microfoon praten.
Praat duidelijk en op natuurlijke manier, alsof je tegen een vriend praat.
Als je een adres opgeeft, probeer dan geen pauzes of extra woorden in te voegen tussen
delen van een adres.
Probeer fouten niet te corrigeren, bijvoorbeeld: 'Vier, ik bedoel vijf'.
Belangrijk: stembesturing op je navigatiesysteem is bedoeld voor sprekers die de geselecteerde
taal als moedertaal hebben en een neutraal accent hebben. Als je een sterk lokaal of buitenlands
accent hebt, kan het zijn dat stembesturing niet begrijpt wat je zegt.
Waar kun je stembesturing voor gebruiken?
Je kunt de volgende opdrachten zeggen wanneer stembesturing actief is:
Algemene opdrachten
'Help' en 'Annuleer'
Navigatie en route
'Ga naar een adres' en 'Ga naar een stadscentrum'
'Ga naar huis' en 'Reis via huis'
'Ga naar een parkeerplaats' en 'Ga naar een benzinestation'
'Ga via een parkeerplaats' en 'Ga via een benzinestation'
'Geef mijn plaatsen weer' en 'Recente bestemmingen'
'Reis via een recente bestemming' en 'Reis via een opgeslagen plaats'
'Meld flitser'
'Voeg huidige locatie toe aan Mijn plaatsen'
'Wis route'
Systeeminstellingen
'Volume 70%', 'Volume hoger' en 'Volume lager'
'Geluid uit' en 'Geluid aan'
'Instructies aan' en 'Instructies uit'
'Dagkleuren' en 'Gedempt kleurenscherm'
'2D-weergave' en '3D-weergave'
'Zoom in' en 'Zoom out'
Tip: om de lijst met beschikbare opdrachten weer te geven, kun je Help selecteren in het
hoofdmenu, vervolgens Stembesturing en daarna Welke opdrachten kan ik zeggen?.
Wanneer stembesturing is ingeschakeld, kun je ook 'Alle opdrachten' zeggen om de lijst met
beschikbare opdrachten weer te geven.
70
Opdrachten op verschillende manieren zeggen
Je navigatiesysteem herkent veel meer woorden dan alleen de woorden die je in de lijst met
opdrachten ziet staan, dus probeer ook een paar eigen woorden. Je kunt andere woorden zeggen
die dezelfde betekenis hebben. Bijvoorbeeld:
'OK', 'Klopt' of 'Juist' in plaats van 'Ja' als je wilt bevestigen wat je hebt gezegd.
'Navigeer naar', 'Zoek naar' of 'Meest in de buurt' in plaats van 'Rijd naar' wanneer je naar een
benzinestation wilt rijden.
'Annuleer' of 'Verwijder' in plaats van 'Wis' als je de huidige route wilt wissen.
Een adres invoeren met stembesturing
In het volgende voorbeeld zie je hoe je stembesturing kunt gebruiken om een reis naar een adres
of locatie te plannen:
1. In kaartweergave of reisbegeleidingsweergave zeg je de activeerzin 'Hey TomTom' om
stembesturing te starten.
Het stembesturingsscherm wordt weergegeven en je systeem zegt 'Ik luister'. Wanneer stem-
besturing klaar is om te luisteren, zie je een microfoontje links onder aan het scherm en hoor
je een piep.
2. Zeg 'Ga naar een adres' of 'Ga naar een stadscentrum'
Tip: zeg 'Alle opdrachten' om een lijst met opdrachten te bekijken die je kunt zeggen. Je kunt
ook Help selecteren in het hoofdmenu, vervolgens Stembesturing en daarna Welke op-drachten kan ik zeggen?.
Voor sommige opdrachten herhaalt je navigatiesysteem wat je zegt en vraagt je dan om dit te
bevestigen.
3. Zeg 'Ja' als de opdracht juist is.
Als de opdracht onjuist is, zeg je 'Nee' en herhaal je de opdracht nadat je 'Ik luister' hebt
gehoord.
4. Zeg het adres of de locatie.
Je kunt ook de naam van een plaats of stadscentrum zeggen. Je navigatiesysteem herhaalt
wat je zegt en vraagt je dan om dit te bevestigen.
5. Zeg 'Ja' als het adres of de locatie juist is.
Als het adres of de locatie onjuist is, zeg je 'Nee' en herhaal je het adres nadat je 'Ik luister' hebt
gehoord.
Tip: als je het huisnummer of de straat wilt wijzigen, kun je zeggen 'Wijzig huisnummer' of
'Wijzig straat'.
Je navigatiesysteem plant een route vanaf je huidige locatie naar je bestemming.
Tip: om stembesturing te stoppen, zeg je 'Annuleren'. Als je een stap terug wilt gaan, zeg dan
'Terug'.
Tip: je GO herkent plaatsen en straatnamen wanneer deze in de plaatselijke taal en met de
plaatselijke uitspraak worden uitgesproken. Je kunt geen postcodes invoeren met stembesturing.
71
Let op: wanneer gesproken adresinvoer niet wordt ondersteund voor je huidige land, wordt
stembesturing gedeactiveerd en wordt het onderstaande invoerscherm voor adressen
weergegeven. Je kunt het adres op de normale wijze invoeren met behulp van het toetsenbord.
Naar huis met stembesturing
In het volgende voorbeeld zie je hoe je stembesturing kunt gebruiken om een reis naar je
thuislocatie te plannen:
1. In kaartweergave of reisbegeleidingsweergave zeg je de activeerzin 'Hey TomTom' om
stembesturing te starten.
Het stembesturingsscherm wordt weergegeven en je systeem zegt 'Ik luister'. Wanneer stem-
besturing klaar is om te luisteren, zie je een microfoontje links onder aan het scherm en hoor
je een piep.
2. Zeg de opdracht 'Rijd naar huis'.
Tip: zeg 'Alle opdrachten' om een lijst met opdrachten te bekijken die je kunt zeggen. Je kunt
ook Help selecteren in het hoofdmenu, vervolgens Stembesturing en daarna Welke op-drachten kan ik zeggen?.
Voor sommige opdrachten herhaalt je navigatiesysteem wat je zegt en vraagt je dan om dit te
bevestigen.
3. Zeg 'Ja' als de opdracht juist is.
Als de opdracht onjuist is, zeg je 'Nee' en herhaal je de opdracht nadat je 'Ik luister' hebt
gehoord.
Je navigatiesysteem plant een route vanaf je huidige locatie naar je thuislocatie.
Tip: om stembesturing te stoppen, zeg je 'Annuleren'. Als je een stap terug wilt gaan, zeg dan
'Terug'.
Naar een POI met stembesturing
In het volgende voorbeeld zie je hoe je stembesturing kunt gebruiken om een reis naar een
benzinestation te plannen:
1. In kaartweergave of reisbegeleidingsweergave zeg je de activeerzin 'Hey TomTom' om
stembesturing te starten.
Het stembesturingsscherm wordt weergegeven en je systeem zegt 'Ik luister'. Wanneer stem-
besturing klaar is om te luisteren, zie je een microfoontje links onder aan het scherm en hoor
je een piep.
2. Zeg de opdracht 'Rijd naar een benzinestation'.
Tip: zeg 'Alle opdrachten' om een lijst met opdrachten te bekijken die je kunt zeggen. Je kunt
ook Help selecteren in het hoofdmenu, vervolgens Stembesturing en daarna Welke op-drachten kan ik zeggen?.
De stembesturing herhaalt voor sommige opdrachten wat je zegt en vraagt je dan om dit te
bevestigen.
72
Als er een route is gepland, wordt een lijst met benzinestations getoond die op de route
liggen. Als er geen route is gepland, wordt een lijst met benzinestations getoond die dicht bij
je huidige locatie liggen.
3. Zeg het nummer van het benzinestation dat je wilt gebruiken.
Stembesturing herhaalt wat je zegt en vraagt je dan om dit te bevestigen.
4. Zeg 'Ja' als de opdracht juist is.
Als de opdracht onjuist is, zeg je 'Nee' en herhaal je de opdracht nadat je 'Ik luister' hebt
gehoord.
Je navigatiesysteem plant een route vanaf je huidige locatie naar het benzinestation.
Tip: om stembesturing te stoppen, zeg je 'Annuleren'. Als je een stap terug wilt gaan, zeg dan
'Terug'.
Een instelling met stembesturing wijzigen
Bijvoorbeeld: om het volume te wijzigen, ga je als volgt te werk:
1. In de kaartweergave zeg je de activeerzin 'Hey TomTom' om stembesturing te starten.
Het stembesturingsscherm wordt weergegeven en je systeem zegt 'Ik luister'. Wanneer stembesturing klaar is om te luisteren, zie je een microfoontje links onder aan het scherm en hoor
je een piep.
2. Zeg de opdracht 'Volume 50%'.
Tip: zeg 'Alle opdrachten' om een lijst met opdrachten te bekijken die je kunt zeggen. Je kunt
ook Help selecteren in het hoofdmenu, vervolgens Stembesturing en daarna Welke op-drachten kan ik zeggen?.
Voor sommige opdrachten herhaalt je navigatiesysteem wat je zegt en vraagt je dan om dit te
bevestigen.
3. Zeg 'Ja' als de opdracht juist is.
Als de opdracht onjuist is, zeg je 'Nee' en herhaal je de opdracht nadat je 'Ik luister' hebt
gehoord.
Het volume op je navigatiesysteem wordt ingesteld op 50%.
Tip: om stembesturing te stoppen, zeg je 'Annuleren'. Als je een stap terug wilt gaan, zeg dan
'Terug'.
73
Info over TomTom Traffic
Verkeersinformatie
TomTom Traffic is een unieke TomTom-service die realtime verkeersinformatie biedt. Ga voor
meer informatie over TomTom Services naar tomtom.com/services.
In combinatie met IQ Routes helpt TomTom Traffic je bij het plannen van een optimale route naar
je bestemming, waarbij rekening wordt gehouden met de huidige lokale verkeersomstandigheden.
Je TomTom GO-navigatiesysteem ontvangt regelmatig informatie over de veranderende
verkeerssituatie. Als er files of andere incidenten worden gevonden op je huidige route, biedt je
navigatiesysteem aan je route opnieuw te plannen om te proberen vertragingen te voorkomen.
Om TomTom Services op je GO te krijgen, moet je verbonden zijn met TomTom Services en
aangemeld zijn bij een MyTomTom-account.
Let op: TomTom Services zijn niet op alle GO-systemen beschikbaar.
Opmerking: TomTom Services zijn niet in alle landen of regio's beschikbaar en niet alle services
zijn beschikbaar in alle landen of regio's. Ga naar tomtom.com/services voor meer informatie
over de services die in elke regio beschikbaar zijn.
Informatie over RDS-TMC
Het Traffic Message Channel (TMC), ook wel bekend als RDS-TMC, zendt verkeersinformatie uit als
een radiosignaal en is in veel landen gratis beschikbaar.
De service TMC is geen TomTom-service, maar is beschikbaar bij gebruik van een
RDS-TMC-ontvanger voor verkeersinfo.
Opmerking: de RDS-TMC-ontvanger is niet beschikbaar in alle landen.
TomTom is niet verantwoordelijk voor de beschikbaarheid of kwaliteit van de via TMC
geleverde verkeersinformatie.
Het Traffic Message Channel (TMC) is niet in alle landen beschikbaar. Om de beschikbaarheid
van TMC-services in jouw land te controleren, ga je naartomtom.com/5826.
De routebalk
De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland. Boven aan de routebalk bevindt
zich een kader met kader met aankomstinformatie en daaronder een balk met symbolen.
Opmerking: de resterende afstand die wordt weergegeven met de routebalk is afhankelijk van
de totale lengte van je route.
74
In het kader met kader met aankomstinformatie wordt de volgende
informatie getoond:
De geschatte aankomsttijd op je bestemming.
Hoelang het duurt om vanaf de huidige locatie naar de bestemming
te rijden.
Vlak bij de bestemmingsmarkering wordt een knop van een
parkeergelegenheid getoond wanneer er in de buurt van je
bestemming parkeergelegenheid is.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een
plusteken (+) of een minteken (-) en het tijdsverschil in hele en
halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Als je tussenstops aan je route hebt toegevoegd, selecteer je dit kader
om te schakelen tussen informatie over de volgende tussenstop en je
eindbestemming.
In het kader met kader met aankomstinformatie kun je kiezen welke
informatie wordt weergegeven.
Op de balk worden symbolen voor de volgende informatie gebruikt:
De volgende twee tussenstops op je route.
Benzinestations die zich op de route bevinden.
TomTom Traffic.
TomTom Flitsers en Gevarenzones.
De symbolen staan in de volgorde waarin ze voorkomen op de route.
Bij verkeersincidenten geeft het symbool voor elk incident beurtelings
het type incident en de vertraging in minuten aan. Selecteer een
symbool om meer informatie weer te geven over een vertraging, een
incident of een flitser.
De totale vertraging als gevolg van files en andere incidenten op de
route, inclusief informatie van IQ Routes, wordt boven de symbolen
weergegeven.
Zie Verkeersincidenten voor een volledige lijst met incidenttypen.
De onderzijde van de routebalk geeft je huidige locatie aan en toont de
afstand tot het volgende incident op je route.
Tip: om de leesbaarheid van de routebalk te verbeteren, worden sommige incidenten mogelijk
niet weergegeven. Dit zijn altijd minder belangrijke incidenten die slechts weinig vertraging
veroorzaken.
Op de routebalk staan ook berichten over de status van je GO, bijvoorbeeld Zoeken naar snelste
route of Routevoorbeeld wordt weergegeven.
De verkeerssituatie bekijken op de kaart
Verkeersincidenten worden op de kaart getoond. Als meerdere verkeersincidenten elkaar
overlappen, wordt het incident met de hoogste prioriteit getoond. Zo heeft een wegafsluiting een
hogere prioriteit dan wegwerkzaamheden of een afgesloten rijstrook.
75
Tip: selecteer een incident op de kaart voor meer gedetailleerde informatie.
1. Verkeersincident dat van invloed is op je route in jouw rijrichting.
Een symbool of nummer aan het begin van het incident geeft het type incident aan of de
vertraging in minuten (bijvoorbeeld vijf minuten).
De kleur van het incident geeft de snelheid van het verkeer aan ten opzichte van de toegestane
maximumsnelheid op die locatie, waarbij rood de laagste snelheid is. De strepen voor een file
bewegen om de snelheid van het verkeer aan te geven, indien van toepassing.
Zie Verkeersincidenten voor een volledige lijst met incidenttypen.
2. Verkeersincident op je route, maar in de tegengestelde rijrichting.
3. Verkeersincidenten op wegen die bij het huidige zoomniveau niet zichtbaar zijn.
De verkeerssituatie op je route bekijken
Informatie over verkeersincidenten op je route wordt getoond op de routebalk rechts van de kaart.
De routebalk bevat informatie over vertragingen terwijl je aan het rijden bent. Er worden symbolen
gebruikt om aan te geven waar elk verkeersincident zich bevindt op je route.
Tip: om de leesbaarheid van de routebalk te verbeteren, worden sommige incidenten mogelijk
niet weergegeven. Dit zijn altijd minder belangrijke incidenten die slechts weinig vertraging
veroorzaken.
76
Selecteer een incident op de routebalk als je meer informatie wilt over dit incident. De kaart wordt
Stilstaand verkeer
Langzaam rijdend tot stilstaand verkeer
Langzaam rijdend verkeer
Onbekend ongeluk
Onbekend incident
Wegwerkzaamheden
Gesloten rijstrook
geopend terwijl er is ingezoomd op het incident. Er wordt ook een pop-upvenster geopend met
gedetailleerde informatie over het verkeersincident.
De getoonde informatie omvat het volgende:
Het type verkeersincident: algemeen, ongeluk, wegwerkzaamheden of gesloten rijstrook.
De ernst van het incident: langzaam rijdend verkeer, fileverkeer of stilstaand verkeer.
De vertraging.
De lengte van het incident.
Zie Verkeersincidenten voor een volledige lijst met incidenttypen.
Selecteer de knop voor het vorige scherm om terug te gaan naar de reisbegeleidingsweergave.
Verkeersincidenten
Verkeersincidenten en waarschuwingen worden getoond in de kaartweergave en op de routebalk.
Symbolen die in een cirkel worden weergegeven, zijn verkeersincidenten. Je navigatiesysteem
plant je route opnieuw om verkeersincidenten te vermijden door automatisch een snellere route te
zoeken.
Symbolen voor verkeersincidenten:
77
Wegafsluiting
78
Informatie over flitsers
Flitsers
De service Flitsers waarschuwt je voor de volgende flitslocaties:
Vaste flitsers.
Mobiele flitsers.
Plaatsen waar vaak mobiele flitsers staan.
Trajectcontroles.
Zones met snelheidshandhaving.
Flitsers bij rood licht.
Flitsers bij verkeersbeperkingen.
De service Flitsers waarschuwt je ook voor de volgende gevaren:
Verkeersonveilige locaties.
Files.
Om TomTom Services op je GO te krijgen, moet je verbonden zijn met TomTom Services en
aangemeld zijn bij een MyTomTom-account.
Let op: TomTom Services zijn niet op alle GO-systemen beschikbaar.
Opmerking: TomTom Services zijn niet in alle landen of regio's beschikbaar en niet alle services
zijn beschikbaar in alle landen of regio's. Ga naar tomtom.com/services voor meer informatie
over de services die in elke regio beschikbaar zijn.
Waarschuwingen voor flitsers
Als je het navigatiesysteem voor het eerst gebruikt, wordt er een waarschuwingsgeluid weergegeven voor de meest voorkomende typen flitsers. Als je de manier wilt wijzigen waarop je
wordt gewaarschuwd voor flitsers, selecteer je Geluiden en waarschuwingen in het menu-
Instellingen.
Er worden waarschuwingen gegeven wanneer je een flitser nadert. Je wordt op verschillende
manieren gewaarschuwd:
Er wordt een symbool getoond op de routebalk en op je route op de kaart.
De afstand tot de flitser wordt op de routebalk getoond.
Je hoort een waarschuwingsgeluid als je de flitser nadert.
Je snelheid wordt gecontroleerd als je een flitser nadert of in een zone met trajectcontrole
rijdt. Als je meer dan 5 km/u sneller rijdt dan de maximumsnelheid, wordt de routebalk rood.
Als je minder dan 5 km/u sneller rijdt dan de maximumsnelheid, wordt de routebalk oranje.
Tip: in de kaartweergave of reisbegeleidingsweergave kun je in de routebalk een flitsersymbool
selecteren om het type flitser, de maximumsnelheid en ook de lengte van een zone met
trajectcontrole weer te geven. In de kaartweergave kun je ook een flitser selecteren die wordt
weergegeven op je route.
79
Symbool op de kaart
Symbool op de
routebalk
Beschrijving
Vaste flitser - dit type flitser controleert de
snelheid van passerende voertuigen en bevindt
zich op een vaste locatie.
Mobiele flitser - dit type flitser controleert de
snelheid van passerende voertuigen en kan op
verschillende locaties worden ingezet.
Plaatsen waar vaak mobiele flitsers staan - dit
type waarschuwing geeft plaatsen aan waar
vaak mobiele flitsers worden gebruikt.
Camera's voor trajectmeting - flitsers van dit
type meten je gemiddelde snelheid tussen twee
punten. Je ontvangt een waarschuwing aan het
begin en het einde van de trajectcontrole.
Als je in een zone met trajectcontrole rijdt,
wordt je gemiddelde snelheid weergegeven en
niet je huidige snelheid. De afstand tot het einde
van de zone wordt op de routebalk getoond.
Zones met snelheidshandhaving - in deze
zones kunnen meerdere flitsers staan.
Je ontvangt een waarschuwing aan het begin en
einde van een zone met snelheidshandhaving.
Terwijl je in een zone met snelheidshandhaving
rijdt, wordt je huidige snelheid weergegeven en
is de visuele waarschuwing zichtbaar in de
routebalk.
Flitser bij rood licht - dit type flitser controleert
of er auto's door rood licht rijden. Er zijn twee
typen flitsers bij verkeerslicht: flitsers die
controleren of je door rood licht rijdt, en flitsers
die niet alleen controleren of je door rood licht
rijdt maar ook of je te hard rijdt.
Verkeersbeperking - dit type waarschuwing
waarschuwt je voor wegen met beperkte
toegang.
Verkeersonveilige locatie - dit type
waarschuwing is bedoeld voor plaatsen waar in
de loop der tijd veel verkeersongelukken
hebben plaatsgevonden.
Je ontvangt een waarschuwing aan het begin en
het einde van de verkeersonveilige locatie.
Zolang je in een verkeersonveilig gebied rijdt,
80
Symbool op de kaart
Symbool op de
routebalk
Beschrijving
wordt je huidige snelheid getoond. Wanneer je
in het verkeersonveilige gebied rijdt, blijft de
visuele waarschuwing zichtbaar op de
routebalk.
Files - waarschuwingen voor files worden op de
routebalk getoond.
De manier wijzigen waarop je wordt gewaarschuwd
Als je de manier wilt wijzigen waarop je TomTom GO-navigatiesysteem je waarschuwt voor
flitsers, selecteer je de knop Geluiden en waarschuwingen in het menu Instellingen.
Je kunt dan instellen hoe je wilt worden gewaarschuwd voor de verschillende typen flitsers en
gevaren. Je kunt instellen dat je altijd wilt worden gewaarschuwd, dat je nooit wilt worden
gewaarschuwd of dat je alleen wilt worden gewaarschuwd als je te hard rijdt.
Als je bijvoorbeeld wilt wijzigen hoe je wordt gewaarschuwd voor een vaste flitser, ga je als volgt
te werk:
1. Selecteer Geluiden en waarschuwingen in het menu Instellingen.
2. Selecteer Waarschuwingen voor flitsers.
3. Selecteer Vaste flitsers.
4. Geef aan of je altijd wilt worden gewaarschuwd of alleen als je te snel rijdt. Selecteer Nooit om
de waarschuwing uit te schakelen.
5. Selecteer de knop voor het vorige scherm.
Tip: als je alle hoorbare waarschuwingen wilt uitschakelen, selecteer je Instellingen en
Geluiden en waarschuwingen en schakel je vervolgens Waarschuwingsgeluiden uit.
Een nieuwe flitser melden
Als je een nieuwe flitser passeert waarvoor je niet bent gewaarschuwd, kun je dit direct melden.
Let op: om een flitser te melden, moet je verbonden zijn met TomTom Services en aangemeld
zijn bij een MyTomTom-account.
Ga als volgt te werk om een flitser te melden:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
81
2. Selecteer Meld flitser.
Er wordt een bericht weergegeven waarin je wordt bedankt dat je de flitser hebt toegevoegd.
Tip: als je een vergissing maakt bij het melden van een flitser, selecteer je Annuleer in het
bericht.
De flitser wordt automatisch opgeslagen op je navigatiesysteem en ook verzonden naar andere
gebruikers.
Een mobiele flitser bevestigen of verwijderen
Je kunt de aanwezigheid van een mobiele flitser bevestigen of een mobiele flitser verwijderen als
de flitser er niet meer is.
1. Direct na het passeren van een mobiele flitser wordt je op de routebalk gevraagd of de flitser
er nog steeds is.
2. Selecteer Ja als de mobiele flitser er nog steeds is.
3. Selecteer Nee als de mobiele flitser is weggehaald.
Als je Nee selecteert, wordt de mobiele flitser uit het navigatiesysteem verwijderd.
Locaties voor flitsers en gevaren bijwerken
De locaties van de flitsers kunnen regelmatig veranderen. Zo kunnen er zonder waarschuwing
nieuwe flitsers verschijnen en ook de locaties van andere gevaren kunnen veranderen, zoals
verkeersonveilige locaties.
Wanneer je TomTom GO verbinding heeft met TomTom Services, ontvang je realtime alle
flitserupdates voor locaties van vaste en mobiele flitsers. Je hoeft niets te doen om updates te
ontvangen; ze worden automatisch naar je navigatiesysteem verzonden.
82
Informatie over gevarenzones en risicozones
Gevarenzones
De service Gevarenzones waarschuwt je voor gevarenzones en risicozones op je route als je in
Frankrijk bent.
Sinds 3 januari 2012 is het in Frankrijk verboden om waarschuwingen te ontvangen over de locatie
van vaste of mobiele flitsers. Om tegemoet te komen aan deze wijziging in de Franse wetgeving,
worden flitslocaties nu niet langer gemeld, maar worden er gevarenzones en risicozones
aangegeven.
Belangrijk: buiten Frankrijk ontvang je waarschuwingen voor flitsers. In Frankrijk ontvang je
waarschuwingen voor gevarenzones en risicozones. Als je de grens overgaat, verandert het type
waarschuwing dat je ontvangt.
Een gevarenzone wordt door de Franse wetgeving gespecificeerd. Een risicozone is een tijdelijke
gevarenzone die door gebruikers is gemeld. De service Gevarenzones waarschuwt je op dezelfde
manier voor gevarenzones en risicozones.
In gevarenzones en risicozones kunnen zich al dan niet een of meerdere flitsers of diverse andere
gevaren bevinden:
Er worden geen specifieke locaties aangegeven. In plaats hiervan zie je het pictogram voor
gevarenzones wanneer je de zone nadert.
De minimale lengte van de zone is afhankelijk van het wegtype en bedraagt 300 m voor wegen
in de bebouwde kom, 2000 m (2 km) voor secundaire wegen en 4000 m (4 km) voor snelwegen.
De een of meerdere aanwezige flitsers kunnen zich overal binnen de zone bevinden.
Als twee gevarenzones zich dicht bij elkaar bevinden, kunnen de waarschuwingen hiervoor
worden gecombineerd tot één langere zone.
Informatie over de locatie van zones wordt voortdurend bijgewerkt door TomTom en andere
gebruikers, en wordt regelmatig naar je GO verzonden, zodat je altijd over de meest actuele
informatie beschikt. Jij kunt ook je steentje bijdragen door nieuwe locaties van risicozones te
melden.
Om TomTom Services op je GO te krijgen, moet je verbonden zijn met TomTom Services en
aangemeld zijn bij een MyTomTom-account.
Let op: je kunt een gevarenzone of risicozone niet verwijderen.
Waarschuwingen voor gevarenzones en risicozones
10 seconden voordat je een gevarenzone of risicozone bereikt, worden er waarschuwingen
gegeven. Je wordt op verschillende manieren gewaarschuwd:
Er wordt een symbool getoond op de routebalk en op je route op de kaart.
De afstand tot het einde van de zone wordt op de routebalk getoond.
Je hoort een waarschuwingsgeluid als je in de buurt van de zone komt.
83
Je snelheid wordt gecontroleerd als je een zone nadert of in een zone rijdt. Als je meer dan 5
Symbool op de kaart
Symbool op de
routebalk
Beschrijving
Gevarenzone - dit type waarschuwing wordt
alleen in Frankrijk gegeven.
Je ontvangt een waarschuwing aan het begin en
het einde van de gevarenzone.
Risicozone - dit type waarschuwing wordt alleen
in Frankrijk gegeven.
Je ontvangt een waarschuwing aan het begin en
het einde van de risicozone.
Files - waarschuwingen voor files worden op de
routebalk getoond.
km/u sneller rijdt dan de maximumsnelheid, wordt de routebalk rood. Als je minder dan 5
km/u sneller rijdt dan de maximumsnelheid, wordt de routebalk oranje.
Als je in een zone rijdt, wordt je afstand tot het einde van de zone op de routebalk we-
ergegeven.
Als je de manier wilt wijzigen waarop je wordt gewaarschuwd voor gevarenzones en risicozones,
selecteer je Geluiden en waarschuwingen in het menuInstellingen.
Als je het navigatiesysteem voor het eerst gebruikt, worden er waarschuwingsgeluiden weergegeven voor de volgende typen zones:
De manier wijzigen waarop je wordt gewaarschuwd
Als je de manier wilt wijzigen waarop je TomTom GO-navigatiesysteem je waarschuwt voor
gevarenzones, selecteer je de knop Geluiden en waarschuwingen in het menu Instellingen.
Je kunt wijzigen of je wordt gewaarschuwd of niet.
Als je bijvoorbeeld wilt wijzigen hoe je wordt gewaarschuwd voor een gevarenzone, ga je als volgt
te werk:
1. Selecteer Geluiden en waarschuwingen in het menu Instellingen.
2. Selecteer Veiligheidswaarschuwingen.
3. Selecteer Gevarenzones.
4. Geef aan of je altijd wilt worden gewaarschuwd of alleen als je te snel rijdt. Selecteer Nooit om
de waarschuwing uit te schakelen.
5. Selecteer de knop voor het vorige scherm.
Tip: als je alle hoorbare waarschuwingen wilt uitschakelen, selecteer je Instellingen en
Geluiden en waarschuwingen en schakel je vervolgens Waarschuwingsgeluiden uit.
84
Een risicozone melden
Als je een nieuwe tijdelijke risicozone passeert waarvoor je niet bent gewaarschuwd, kun je dit
direct melden.
Let op: om een risicozone te melden, moet je verbonden zijn met TomTom Services en
aangemeld zijn bij een MyTomTom-account.
Als een nieuwe tijdelijke risicozone meteen voor of na een bestaande risicozone of gevarenzone
wordt gemeld, wordt de nieuwe zone toegevoegd aan de bestaande.
Als genoeg gebruikers van Gevarenzones een nieuwe risicozone melden, kan die zone een
gevarenzone worden en beschikbaar worden voor alle abonnees.
Ga als volgt te werk om een risicozone te melden:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Selecteer Meld risicozone.
Er wordt een bericht weergegeven waarin je wordt bedankt dat je de risicozone hebt toegevoegd.
Tip: als je een vergissing maakt bij het melden van een risicozone, selecteer je Annuleer in
het bericht.
De risicozone wordt automatisch opgeslagen op je navigatiesysteem en ook verzonden naar
andere gebruikers. Een gemelde risicozone blijft gedurende drie uur op je navigatiesysteem
aanwezig.
Locaties voor gevarenzones en risicozones bijwerken
De locaties van gevarenzones en risicozones kunnen vaak veranderen. Er kunnen ook nieuwe
zones zijn zonder waarschuwing.
Je TomTom GO ontvangt alle zone-updates in realtime. Je hoeft niets te doen om updates te
ontvangen; ze worden automatisch naar je navigatiesysteem verzonden.
85
Informatie over Mijn plaatsen
Mijn plaatsen
Met Mijn plaatsen kun je eenvoudig een locatie selecteren zonder dat je de locatie elke keer moet
zoeken. Je kunt Mijn plaatsen gebruiken om een verzameling nuttige adressen te samen te stellen.
De volgende items bevinden zich altijd in Mijn plaatsen:
Thuis - je thuislocatie kan een plaats zijn waar je vaak moet zijn, zoals je kantoor. Met deze
functie kun je daar eenvoudig naartoe navigeren.
Recente bestemmingen - selecteer deze knop om je bestemming te selecteren in een lijst met
locaties die je onlangs als bestemming hebt gebruikt. Hieronder vallen ook je tussenstops.
Je kunt in Mijn plaatsen direct een locatie toevoegen door een locatie te selecteren op de kaart of
door een locatie te zoeken.
Je thuislocatie en de locaties die je hebt toegevoegd, worden weergegeven in een lijst in Mijn
plaatsen. Bovendien is elke locatie gemarkeerd op de kaart.
Je thuislocatie instellen
1. Selecteer in het hoofdmenu Mijn plaatsen.
2. Selecteer Thuis.
3. Als je een thuislocatie wilt selecteren, ga je op een van de volgende manieren te werk:
Zoom op de kaart in op de locatie die je wilt selecteren. Houd de locatie ingedrukt en
selecteer vervolgens het symbool voor het toevoegen van een thuislocatie.
Selecteer de zoekknop en zoek een locatie. Selecteer een locatie die is ingesteld als
thuislocatie. Selecteer Stel thuislocatie in.
86
Je thuislocatie wijzigen
1. Selecteer in het hoofdmenu Mijn plaatsen.
2. Selecteer Thuis.
Je thuislocatie wordt met een pop-upmenu op de kaart getoond.
3. Selecteer Wijzig deze locatie.
4. Als je een nieuwe thuislocatie wilt selecteren, ga je op een van de volgende manieren te werk:
Zoom op de kaart in op de locatie die je wilt selecteren. Houd de locatie ingedrukt en
selecteer vervolgens het symbool voor het toevoegen van een thuislocatie.
Selecteer de zoekknop en zoek een locatie. Selecteer een locatie die is ingesteld als
thuislocatie. Selecteer Stel thuislocatie in.
Een locatie toevoegen vanuit Mijn plaatsen
1. Selecteer in het hoofdmenu Mijn plaatsen.
2. Selecteer Voeg nieuwe plaats toe.
3. Als je een locatie wilt selecteren, ga je op een van de volgende manieren te werk:
Zoom op de kaart in op de locatie die je wilt selecteren. Houd de locatie ingedrukt en
selecteer vervolgens het symbool voor het toevoegen van een locatie.
Zoek een locatie. Selecteer Toon op kaart en selecteer vervolgens het symbool voor het
toevoegen van een locatie.
De naam van de locatie wordt getoond in het wijzigingsscherm.
4. Wijzig de naam van de locatie zodat je deze eenvoudig kunt herkennen.
5. Selecteer OK om de locatie op te slaan in de lijst Mijn plaatsen.
Een locatie toevoegen aan Mijn plaatsen vanaf de kaart
1. Verplaats de kaart totdat je de bestemming ziet waar je naartoe wilt navigeren. Hier volgen
enkele aanrakingen die je kunt gebruiken om de kaart te verplaatsen:
Knijpen - raak het scherm aan met je duim en een vinger als je wilt in- of uitzoomen.
Beweeg ze uit elkaar om in te zoomen en beweeg ze naar elkaar toe om uit te zoomen.
87
Tip: knijpen om te zoomen werkt niet op alle systemen. Wanneer knijpen om te zoomen
niet werkt op je systeem, gebruik je de zoomknoppen om in en uit te zoomen.
Tweemaal tikken - tik tweemaal op de kaart als je wilt inzoomen.
Slepen - beweeg een vinger over het scherm als je over de kaart wilt scrollen.
Snel bewegen - maak met het topje van een vinger een snelle beweging over het scherm
als je een flink stuk verder wilt scrollen op de kaart.
Tip: zie Aanrakingen gebruiken voor een volledige lijst met aanrakingen.
2. Houd de locatie ingedrukt om deze te selecteren.
3. Selecteer de knop voor het pop-upmenu.
4. Selecteer Voeg toe aan Mijn plaatsen.
De naam van de locatie wordt weergegeven op het wijzigingsscherm.
5. Wijzig de naam van de locatie zodat je deze eenvoudig kunt herkennen.
6. Selecteer OK om de locatie op te slaan in de lijst Mijn plaatsen.
Een locatie toevoegen aan Mijn plaatsen met behulp van de zoekfunctie
1. Selecteer Zoek in het hoofdmenu.
2. Zoek een locatie.
3. Selecteer de locatie en selecteer vervolgens Toon op kaart.
4. Wanneer de locatie wordt getoond op de kaart, selecteer je de knop voor het pop-upmenu.
5. Selecteer Voeg toe aan Mijn plaatsen.
De naam van de locatie wordt getoond in het wijzigingsscherm.
6. Wijzig de naam van de locatie zodat je deze eenvoudig kunt herkennen.
7. Selecteer OK om de locatie op te slaan in de lijst Mijn plaatsen.
Een recente bestemming verwijderen uit Mijn plaatsen
1. Selecteer Mijn plaatsen in het hoofdmenu.
2. Selecteer Recente bestemmingen.
3. Selecteer Wijzig lijst.
4. Selecteer de bestemmingen die je wilt verwijderen.
5. Selecteer Verwijder.
Een locatie verwijderen uit Mijn plaatsen
1. Selecteer in het hoofdmenu Mijn plaatsen.
2. Selecteer Wijzig lijst.
3. Selecteer de locaties die je wilt verwijderen.
88
4. Selecteer Verwijder.
89
Uiterlijk
Instellingen
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Uiterlijk.
In dit scherm kun je de volgende instellingen wijzigen:
Schakel naar nachtkleuren als het donker is
Selecteer deze instelling als je wilt dat er automatisch wordt overgeschakeld naar nachtkleuren
wanneer het donker wordt.
Toon afbeeldingen van snelwegafritten
Selecteer deze instelling als je het voorbeeld op het volledige scherm wilt aanpassen wanneer
je een snelwegafrit nadert.
Wijzig kaartweergave
De functie voor het automatisch wijzigen van de weergave is standaard ingeschakeld. Dit
betekent bijvoorbeeld dat de kaartweergave wordt getoond wanneer er een alternatieve route
wordt voorgesteld. Verder wordt bijvoorbeeld ook de reisbegeleidingsweergave getoond
wanneer je begint te rijden en je tempo versnelt. Selecteer deze instelling als je de functie voor
het automatisch schakelen tussen de reisbegeleidingsweergave en de kaartweergave wilt
uitschakelen.
Reisbegeleidingsweergave
Selecteer deze instelling als je wilt kiezen tussen de 3D- en 2D-versie van de reisbegeleidingsweergave. Zowel de 2D- als de 3D-reisbegeleidingsweergave beweegt in je reisrichting.
Helderheid
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Uiterlijk.
Selecteer Helderheid als je de volgende instellingen wilt wijzigen:
Daghelderheid
Verplaats de schuifregelaar als je het helderheidsniveau van het scherm wilt aanpassen voor
overdag.
Nachthelderheid
Verplaats de schuifregelaar als je het helderheidsniveau van het scherm wilt aanpassen voor 's
nachts.
90
Kader met kader met aankomstinformatie
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Uiterlijk.
Selecteer kader met aankomstinformatie als je de volgende instellingen wilt wijzigen:
Toon resterende afstand
Selecteer deze instelling als je tijdens de navigatie de resterende reisafstand wilt weergeven in
het kader met kader met aankomstinformatie.
Toon resterende tijd
Selecteer deze instelling als je tijdens de navigatie de resterende reistijd wilt weergeven in het
kader met kader met aankomstinformatie.
Schakel automatisch tussen afstand en tijd
Selecteer deze optie als je de instellingen voor het automatisch schakelen tussen de
resterende afstand en de resterende tijd in het kader met kader met aankomstinformatie wilt
aanpassen.
Toon kader met aankomstinformatie voor
Gebruik deze instellingen als je wilt bepalen of in het kader met kader met aankomstinformatie
informatie te zien is over de bestemming of de volgende tussenstop.
Tip: zie Inhoud van het scherm als je wilt weten waar de verschillende panelen zich bevinden in
de reisbegeleidingsweergave of de kaartweergave.
Stemmen
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Stemmen.
Een stem kiezen
Selecteer Kies een stem als je de stem wilt wijzigen die gesproken rij-instructies en andere
route-instructies geeft.
Je kunt kiezen uit een uitgebreide reeks stemmen. Zo zijn er computerstemmen die straatnamen
en andere informatie rechtstreeks vanaf de kaart kunnen oplezen, en er zijn stemmen die zijn
opgenomen door acteurs.
Opmerking: computerstemmen zijn niet in alle talen beschikbaar.
Als je een computerstem nodig hebt en jouw taal is niet beschikbaar, wordt je gevraagd om in
de lijst een van de geïnstalleerde computerstemmen voor jouw taal te selecteren.
Instructie-instellingen
Lees vroege instructies voor
91
Als je bijvoorbeeld deze instelling inschakelt, hoor je vroege instructies, zoals "Neem na 2 km
de afslag rechts" of "Verderop links afslaan".
Opmerking: wanneer je een opgenomen stem hebt gekozen, zie je deze instelling alleen
omdat opgenomen stemmen geen wegnummers, verkeersborden, enzovoort kunnen voorlezen.
Lees wegnummers voor
Gebruik deze instelling om te bepalen of je wilt dat wegnummers worden voorgelezen als
onderdeel van de navigatie-instructies. Wanneer wegnummers bijvoorbeeld worden voorgelezen, hoor je "Sla linksaf naar de A10".
Lees verkeersborden voor
Gebruik deze instelling om te bepalen of je wilt dat verkeersborden worden voorgelezen als
onderdeel van de navigatie-instructies. Bijvoorbeeld "Sla linksaf de A302 Brugstraat op richting
Leiden."
Lees straatnamen voor
Gebruik deze instelling om te bepalen of je wilt dat straatnamen worden voorgelezen als
onderdeel van de navigatie-instructies. Wanneer straatnamen bijvoorbeeld worden voorgelezen, hoor je "Sla linksaf de Graafseweg op richting Nijmegen".
Lees buitenlandse straatnamen voor
Gebruik deze instelling om te bepalen of je wilt dat buitenlandse straatnamen worden voorgelezen als onderdeel van de navigatie-instructies, zoals "Sla rechts af naar de Champs Élysées". Een Engelse computerstem kan bijvoorbeeld Franse straatnamen lezen en uitspreken,
maar de uitspraak is mogelijk niet geheel nauwkeurig.
Stembesturing
Let op: stembesturing wordt niet op alle navigatiesystemen of in alle talen ondersteund.
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Stembesturing.
Selecteer Begin met luisteren wanneer ik de activeerzin zeg om stembesturing te starten
wanneer je de activeerzin zegt.
Tip: de activeerzin wordt weergegeven in het instellingenscherm voor stembesturing.
Kaarten
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Kaarten.
De kaart wijzigen
Selecteer Wijzig kaart als je de kaart wilt wijzigen die je gebruikt.
92
Je kunt kiezen voor een kaart die is opgeslagen op het interne geheugen of op een geheugenkaart,
als je navigatiesysteem een sleuf voor geheugenkaarten heeft.
Opmerking: hoewel je meerdere kaarten op je navigatiesysteem kunt installeren, kun je slechts
één kaart tegelijk gebruiken voor planning en navigatie.
Kaartcorrecties kiezen
Selecteer Kaartcorrecties als je het type kaartcorrecties wilt kiezen dat je kunt toevoegen aan de
kaart.
Correcties gecontroleerd door TomTom
Deze kaartcorrecties zijn gecontroleerd door TomTom.
Correcties gecontroleerd door TomTom of andere gebruiker
Deze kaartcorrecties zijn gecontroleerd door TomTom of door een vertrouwde gebruiker.
Alle correcties
Als je deze instelling kiest, ontvang je alle kaartcorrecties (zowel gecontroleerde als ongecontroleerde).
Routeplanning
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Routeplanning.
Als een snellere route beschikbaar is
Als er onderweg een snellere route wordt gevonden, kan TomTom Traffic je reis opnieuw plannen
zodat de snellere route wordt gebruikt. Selecteer een van de volgende opties:
Neem altijd de snelste route
Vraag het me zodat ik kan kiezen
Vraag het me niet
Plan altijd dit type route
Je kunt een keuze maken uit de volgende routetypen:
Snelste route - de route die de minste tijd kost.
Kortste route - de kortste afstand tussen de ingestelde locaties. Dit is niet altijd de snelste
route, vooral niet wanneer de kortste route door een dorp of stad loopt.
Milieuvriendelijkste route - de meest brandstofzuinige route voor je rit.
Vermijd snelwegen - bij dit type route worden alle snelwegen vermeden.
Wandelroute - een route wanneer je te voet bent.
Fietsroute - een route wanneer je met de fiets bent.
Vermijd op iedere route
Je kunt ervoor kiezen om veerboten, autotreinen, tolwegen, carpoolstroken en onverharde wegen
te vermijden. Stel in hoe elk van deze onderdelen moet worden verwerkt bij het berekenen van
een route.
93
Carpoolstroken worden soms ook wel HOV-stroken (High Occupancy Vehicle) genoemd en zijn
niet in elk land beschikbaar. Als je gebruik wilt maken van deze rijstroken, moet je auto bijvoorbeeld meer dan één inzittende hebben of milieuvriendelijke brandstof gebruiken.
Geluiden en waarschuwingen
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Geluiden en waarschuwingen.
In dit scherm kun je de volgende instelling wijzigen:
Waarschuwingsgeluiden
Selecteer deze instelling als je alle hoorbare waarschuwingen wilt in- of uitschakelen.
Waarschuwingen voor flitsers
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Geluiden en waarschuwingen.
Selecteer Waarschuwingen voor flitsers. Je kunt nu instellen hoe je wilt worden gewaarschuwd
voor de verschillende typen flitsers en gevaren. Je kunt de instellingen voor waarschuwingstijden
vooraf wijzigen. Verder kun je instellen dat je altijd wilt worden gewaarschuwd, dat je nooit wilt
worden gewaarschuwd of dat je alleen wilt worden gewaarschuwd als je te hard rijdt.
Veiligheidswaarschuwingen
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Geluiden en waarschuwingen.
Selecteer Veiligheidswaarschuwingen. Je kunt nu instellen hoe je wilt worden gewaarschuwd
voor de verschillende typen gevarenzones en gevaren. Je kunt de instellingen voor
waarschuwingstijden vooraf wijzigen. Verder kun je instellen dat je altijd wilt worden
gewaarschuwd, dat je nooit wilt worden gewaarschuwd of dat je alleen wilt worden
gewaarschuwd als je te hard rijdt.
Gevarenzones
Waarschuwingen van dit type worden alleen in Frankrijk gegeven, omdat je hier uitsluitend
kunt worden gewaarschuwd voor gevarenzones.
Verkeersonveilige locaties
Dit type waarschuwing is bedoeld voor plaatsen waar in de loop der tijd veel verkeersongelukken hebben plaatsgevonden.
Risicozones
94
Waarschuwingen van dit type worden alleen in Frankrijk gegeven, omdat je hier uitsluitend
kunt worden gewaarschuwd voor gevarenzones.
Files
Als je op de routebalk waarschuwingen wilt ontvangen voor files, moet je een abonnement
hebben op TomTom Traffic. Je kunt ervoor kiezen om nooit te worden gewaarschuwd of om
te worden gewaarschuwd wanneer je te snel een file nadert.
Bij snelheidsoverschrijding
Deze waarschuwing wordt gegeven zodra je de maximumsnelheid overschrijdt met meer dan
5 km/u. Wanneer je de maximumsnelheid overschrijdt, wordt het snelheidskader in de reisbegeleidingsweergave ook rood.
Taal en eenheden
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Taal en eenheden.
In dit scherm kun je de volgende instellingen wijzigen:
Taal
Je kunt in dit scherm zien welke taal momenteel is geselecteerd. Selecteer deze instelling om
de taal te wijzigen die wordt gebruikt voor alle knoppen en berichten op je navigatiesysteem.
Wanneer je de taalinstellingen wijzigt, wordt de stem automatisch gewijzigd en worden de
eenheden ingesteld op Automatisch.
Land
Je kunt in dit scherm zien welk land momenteel is geselecteerd. Selecteer deze instelling om
het land te wijzigen. Wanneer je het land wijzigt, worden automatisch ook de
tijd-/datumnotatie, de afstandseenheden en de stem gewijzigd. De lijst bevat de landen van de
kaarten die momenteel zijn geïnstalleerd op je navigatiesysteem.
Toetsenborden
Selecteer deze instelling als je wilt kiezen uit een lijst met beschikbare toetsenborden.
Je gebruikt het toetsenbord om namen en adressen in te voeren, bijvoorbeeld bij het plannen
van een route of het zoeken naar de naam van een plaats of een plaatselijk restaurant.
Eenheden
Selecteer deze instelling om de eenheden te kiezen die op je navigatiesysteem worden gebruikt voor functies zoals routeplanning. Als je wilt dat de eenheden worden ingesteld door
het GPS, selecteer je Automatisch.
Tijd en datum
De tijd en de datum worden automatisch ingesteld door satellietklokken, maar je kunt wel de
notatie van zowel de datum als de tijd wijzigen met behulp van deze instellingen.
95
Systeem
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Systeem.
In dit scherm kun je de volgende instellingen wijzigen:
Info
Dit is een informatiescherm, geen instelling. Hier is informatie te vinden over je TomTom GO.
Als je belt met de klantenservice van TomTom, kan er worden gevraagd of je naar dit scherm
wilt gaan. Of je moet mogelijk gegevens uit dit scherm invoeren wanneer je de TomTom Shop
gebruikt.
De informatie omvat het volgende: serienummer, versie van applicatie, geïnstalleerde kaarten,
productcertificeringen, MyTomTom-accountgegevens, vrije ruimte, copyright en licenties.
Verzend informatie
Selecteer deze instelling als je wilt bepalen of er elke keer dat je het navigatiesysteem start,
wordt gevraagd of je informatie naar TomTom wilt verzenden.
Batterij-instellingen
Selecteer deze instelling als je de opties voor energiebesparing wilt configureren voor je
navigatiesysteem.
Reset
Selecteer deze instelling als je alle opgeslagen plaatsen en instellingen wilt verwijderen en de
standaardfabrieksinstellingen wilt herstellen op je TomTom GO. Dit geldt ook voor de taal-,
stem- en waarschuwingsinstellingen.
Dit is geen software-update en heeft geen invloed op de versie van de softwareapplicatie op je
navigatiesysteem.
Help
Selecteer Help in het hoofdmenu of in het menu Instellingen.
In dit scherm kun je de volgende informatie vinden:
Korte rondleiding
Selecteer deze optie als je een korte tutorial wilt krijgen over het gebruik van je navigatiesysteem.
Stembesturing
Let op: stembesturing wordt niet op alle navigatiesystemen of in alle talen ondersteund.
Selecteer deze optie om de volgende informatie over stembesturing weer te geven:
Hoe gebruik ik stembesturing?
Tips voor stembesturing
Welke opdrachten kan ik zeggen?
96
Info
Zie Systeem.
97
Productcertificering zoeken op je navigatiesysteem
Productcertificering
Als je informatie over de productcertificering wilt zoeken, zoals het door de ICASA goedgekeurde
certificeringsnummer, ga je op je GO als volgt te werk:
1. Selecteer Instellingen in het hoofdmenu.
2. Selecteer Systeem.
3. Selecteer Info.
4. Selecteer Juridische informatie.
5. Selecteer Certificaten.
6. Je ziet nu de relevante informatie over de productcertificering voor jouw navigatiesysteem,
bijvoorbeeld ICASA.
98
Over MyDrive
MyDrive
MyDrive is een online hulpmiddel waarmee je de inhoud en services van je TomTom
GO-navigatiesysteem kunt beheren. Je kunt bijvoorbeeld MyDrive gebruiken om kaartupdates of
software-updates te krijgen, of om je MyTomTom-account te beheren.
Je meldt je aan op MyDrive via de TomTom website. Het is verstandig om regelmatig verbinding
te maken tussen je navigatiesysteem en MyDrive zodat je altijd over de laatste updates beschikt.
Tip: we raden je aan steeds een breedbandinternetverbinding te gebruiken wanneer je
verbinding maakt tussen je navigatiesysteem en MyDrive.
Informatie over MyDrive Connect
Als je MyDrive wilt gebruiken, moet je MyDrive Connect op je computer installeren.
MyDrive Connect is een applicatie waarmee je navigatiesysteem kan communiceren met de
MyDrive-website. MyDrive Connect moet worden uitgevoerd zolang je navigatiesysteem is
aangesloten op je computer.
MyTomTom-account
Om content te downloaden en TomTom Services te gebruiken, heb je een MyTomTom-account
nodig.
Je kunt op een van de volgende manieren een account aanmaken op je computer:
Door de knop Maak account aan te selecteren op tomtom.com.
Door de groene knop MyTomTom te selecteren op tomtom.com.
Door naar tomtom.com/getstarted te gaan.
Je kunt ook een account op je navigatiesysteem aanmaken door de eerste keer Traffic en Flitsers
of Traffic en gevarenzones te selecteren in het hoofdmenu van je navigatiesysteem. Als je deze
methode wilt gebruiken, moet je navigatiesysteem altijd verbinding hebben of verbinding maken
via je telefoon.
Belangrijk: let goed op bij het kiezen van een land wanneer je een account aanmaakt. Je moet het
juiste land kiezen als je iets koopt in de TomTom Shop en je kunt het land niet meer wijzigen nadat
het account is aangemaakt.
Let op: als je meer dan een TomTom-navigatiesysteem hebt, heb je voor elk navigatiesysteem
een apart account nodig.
MyDrive instellen
Als je MyDrive voor het eerst wilt gebruiken, ga je als volgt te werk:
99
1. Open een webbrowser op je computer en ga naar tomtom.com/getstarted.
2. Klik op Aan de slag.
3. Klik op Download MyDrive Connect.
Volg de instructies op het scherm.
4. Wanneer je hierom wordt gevraagd, sluit je het navigatiesysteem met de meegeleverde
USB-kabel aan op de computer en schakel je vervolgens het navigatiesysteem in.
Let op: gebruik UITSLUITEND de USB-kabel die werd meegeleverd bij het navigatiesysteem.
Andere USB-kabels werken mogelijk niet naar behoren.
Let op: je kunt de houder niet gebruiken om het navigatiesysteem aan te sluiten op de
computer.
Let op: verbind de USB-kabel rechtstreeks met de computer en niet met een USB-hub of een
USB-poort op het toetsenbord of de monitor.
5. Voer de gevraagde informatie voor het aanmaken van het account in, met inbegrip van je land.
Wanneer het instellen is voltooid, wordt er een MyTomTom-account aangemaakt en wordt je
navigatiesysteem gekoppeld aan dat account.
Je hebt nu toegang tot MyDrive Connect vanuit het systeemvak op de computer.
MyDrive wordt automatisch gestart nadat het account is aangemaakt.
Let op: als je de volgende keer MyDrive wilt openen, ga je naar tomtom.com/mydrive in een
webbrowser.
Tip: wanneer je het navigatiesysteem op je computer aansluit, geeft MyDrive aan of er
updates beschikbaar zijn voor je navigatiesysteem.
100
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.