Sony MZ-RH1 User Manual [nl]

Page 1
Gebruiksaanwijzing
MZ-RH1
2-669-084-61 (1)
Hi-MD Walkman
®
Portable MD Recorder
© 2006 Sony Corporation
"WALKMAN" en het logo van "WALKMAN" zijn gedeponeerde handelsmerken van Sony Corporation.
Page 2
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht om brand en elektrische schokken te voorkomen.
Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast.
Om de kans op brand te verkleinen mag u de ventilatieopeningen van het apparaat niet blokkeren met een krant, tafelkleed, gordijn, enz. Plaats ook geen brandende kaarsen op het apparaat.
Om de kans op brand of een elektrische schok te verkleinen, mag u geen voorwerpen met een vloeistof erin, zoals een bloemen­vaas, op het apparaat zetten.
Afgedankte batterijen dient u mee te geven met het klein chemisch afval. Neem voor meer informatie contact op met de betrokken gemeentelijke dienst.
LET OP! — ONZICHTBARE LASERSTRALING INDIEN GEOPEND
VERMIJD BLOOTSTELLING AAN DE LASERSTRAAL
LET OP! — ONZICHTBARE LASERSTRALING VAN DE KLASSE 1M INDIEN GEOPEND
GEBRUIK GEEN OPTISCHE INSTRUMENTEN VOOR RECHTSTREEKS AFLEZEN
LET OP!
Gevaar van explosie als de batterij door een ongeschikt type batterij is vervangen. Vervang uitsluitend door hetzelfde type of een overeenkomend type.
Informatie
DE VERKOPER IS IN GEEN ENKEL GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE DIRECTE OF INDIRECTE SCHADE VAN WELKE AARD DAN OOK, OF VOOR ONGEVALLEN, BESCHADIGINGEN OF ONKOSTEN DIE WORDEN VEROORZAAKT DOOR EEN DEFECT APPARAAT OF DOOR HET GEBRUIK VAN WELK PRODUCT DAN OOK.
Voor de klanten in Nederland
Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als klein chemisch afval (KCA).
Denk eraan dat u geen wijzigingen of aanpassingen uitvoert die niet uitdrukkelijk in deze gebruiksaanwijzing worden vermeld. Anders voldoet het apparaat wellicht niet meer aan de gestelde limieten, waardoor u het niet langer mag gebruiken.
De CE-markering is alleen geldig in de landen waar deze wettelijk bindend is, zoals voornamelijk in de EEA-landen (landen van de Europese economische zone).
2
Page 3
Verwijdering van oude elektrische en elektronische apparaten (Toepasbaar in de Europese Unie en andere Europese landen met gescheiden ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet
echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. Van toepassing zijnde accessoires: afstandsbediening, oortelefoon
3
Page 4
Kennisgeving voor gebruikers .............6
Wat u allemaal kunt doen met dit
product .................................................. 8
Voorbereidingen
De meegeleverde accessoires
controleren ...........................................9
Onderdelen en
bedieningselementen .........................12
Een voedingsbron voorbereiden .......14
De soorten schijven die u kunt
gebruiken ............................................17
De bedieningsmodi van de
recorder ...............................................17
De recorder met een computer gebruiken
Wat u kunt doen via verbinding met
een computer .....................................18
De SonicStage/MD Simple Burner-
software installeren ............................19
Systeemvereisten ...................................... 19
SonicStage/MD Simple Burner op uw
computer installeren ................................20
De recorder op uw computer
aansluiten ...........................................21
SonicStage gebruiken ........................23
Audiogegevens importeren ....................... 23
Audiogegevens van uw computer
overdragen naar de recorder .................... 24
Audiogegevens overdragen van de
recorder naar uw computer ......................25
SonicStage Help weergeven ..................... 26
MD Simple Burner gebruiken .............27
Opnemen met behulp van de recorder
(Eenvoudige modus) ................................ 27
Opnemen met behulp van de computer
(Standaardmodus) .................................... 28
Andere gegevens opslaan op een
schijf ....................................................30
Opnemen op een schijf
Opnemen op een schijf ......................31
Weergegeven items tijdens het
opnemen ............................................. 35
Opnemen vanaf een extern
aangesloten apparaat ........................ 37
Een schijf afspelen
Een schijf afspelen ............................. 39
Items op het display tijdens het
afspelen .............................................. 41
De afspeelmodus selecteren ..............43
Tracks afspelen in de geselecteerde
afspeelmodus ........................................... 43
Alleen naar geselecteerde tracks luisteren
(Bookmark Play) ..................................... 43
Tracks herhaaldelijk afspelen
(Repeat Play) ........................................... 44
Herhaaldelijk naar een gedeelte van een
track luisteren (A-B Repeat) .................... 44
Het geluid instellen ............................. 45
Het virtuele geluid wijzigen om
verschillende akoestische effecten te
creëren (Virtual-Surround) ...................... 45
De geluidskwaliteit selecteren (6-Band
Equalizer) ................................................ 45
Het geluidsniveau voor afspelen
automatisch normaliseren (Dynamic
Normalizer) ............................................. 46
Bewerken
Een track splitsen (Divide) ................. 47
Het opsplitspunt aanpassen voordat een
track wordt gesplitst
(Divide Rehearsal) ................................... 47
Samenvoegen van tracks
(Combine) ...........................................48

Inhoud

4
Page 5
Het menu gebruiken
Het menu gebruiken ...........................49
Menu's voor opnemen ........................50
Het opnameniveau handmatig instellen .... 52
Menu voor afspelen ............................53
Menu's voor bewerken ........................ 54
Menu's op de recorder .............................. 54
Menu's op de afstandsbediening ............... 54
Een track op een schijf verplaatsen ..........56
De volgorde van een groep op een schijf
wijzigen ...................................................56
Titels toevoegen (titelinvoer) .................... 57
Optiemenu's ........................................ 58
Klok instellen ...........................................61
Problemen oplossen
Problemen oplossen ...........................62
Berichten ............................................. 71
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen ........................ 75
Specificatie .......................................... 78
Toelichting ...........................................80
Index ....................................................85
5
Page 6

Kennisgeving voor gebruikers

Informatie over de meegeleverde SonicStage/MD Simple Burner­software
• Copyrightwetten verbieden het gedeeltelijk of geheel reproduceren van de software of de bijbehorende handleiding, of het verhuren van de software zonder toestemming van de copyrighthouder.
• SONY zal in geen geval aansprakelijk zijn voor financiële schade of winstderving met inbegrip van claims van derden die voortvloeien uit het gebruik van de software die bij deze recorder wordt geleverd.
• Als zich met de software problemen voordoen die het resultaat zijn van fabricagefouten, zal SONY de software vervangen. SONY is verder echter niet aansprakelijk.
• De software die bij deze recorder wordt geleverd, kan alleen worden gebruikt met de aangegeven apparaten.
• Houd er rekening mee dat de softwarespecificaties zonder kennisgeving kunnen veranderen ten gevolge van ons voortdurende streven naar kwaliteitsverbetering.
• Als u deze recorder gebruikt met andere software dan de meegeleverde, vervalt de garantie.
• Het hangt af van het op uw PC geïnstalleerde besturingssysteem in welke talen u de software kunt gebruiken. Voor betere resultaten dient u ervoor te zorgen dat het geïnstalleerde besturingssysteem geschikt is voor de gewenste taal.
Wij garanderen niet dat alle talen correct
kunnen worden weergegeven in uw software.
Door de gebruiker gemaakte tekens
en bepaalde speciale tekens worden mogelijk niet weergegeven.
• Afhankelijk van het type tekst en tekens wordt de tekst in de software mogelijk niet correct weergegeven op het apparaat. Dit is te wijten aan:
De mogelijkheden van het aangesloten
apparaat.
Het niet correct functioneren van het
apparaat.
Proefopname
Voordat u iets gaat opnemen dat direct goed moet zijn, is het raadzaam een proefopname te maken om te zien of de recorder goed functioneert.
Geen compensatie voor opnamefouten
Sony kan geen compensatie bieden voor opnamefouten als gevolg van een storing in deze recorder of van de opnamemedia, etc.
Waarschuwing over copyright
Televisieprogramma's, films, videobanden en ander beeldmateriaal kunnen door het auteursrecht zijn beschermd. Het zonder toestemming opnemen van dergelijk materiaal kan derhalve strafbaar zijn.
6
Page 7
Programma © 2001, 2002, 2003, 2004, 2005 Sony Corporation Documentatie © 2006 Sony Corporation
Handelsmerken
• SonicStage is een handelsmerk of een gedeponeerd handelsmerk van Sony Corporation.
• MD Simple Burner, OpenMG, "MagicGate", "MagicGate Memory Stick", "Memory Stick", Hi-MD, Net MD, ATRAC, ATRAC3, ATRAC3plus en de bijbehorende logo's zijn handelsmerken van Sony Corporation.
• Microsoft, Windows, Windows NT en Windows Media zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
• IBM en PC/AT zijn gedeponeerde handelsmerken van International Business Machines Corporation.
• Macintosh is een handelsmerk van Apple Computer, Inc.
• Pentium is een handelsmerk of een gedeponeerd handelsmerk van Intel Corporation.
• MPEG Layer-3 audio coding-technologie en octrooien in licentie van Fraunhofer IIS en Thomson.
• Alle andere handelsmerken en gedeponeerde handelsmerken zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectievelijke houders.
• In deze handleiding zijn ™- en ®­symbolen weggelaten.
• CD and music-related data from Gracenote, Inc., copyright © 2000­2004 Gracenote. Gracenote CDDB® Client Software, copyright 2000-2004 Gracenote. This product and service may practice one or more of the following U.S. Patents: #5,987,525; #6,061,680; #6,154,773, #6,161,132, #6,230,192, #6,230,207, #6,240,459, #6,330,593, and other patents issued or pending. Services supplied and/or device manufactured under license for following Open Globe, Inc. United States Patent 6,304,523. Gracenote is a registered trademarks of Gracenote. The Gracenote logo and logotype, and the "Powered by Gracenote" logo are trademarks of Gracenote.
7
Page 8

Wat u allemaal kunt doen met dit product

U kunt niet alleen muziekgegevens opnemen en afspelen op deze recorder, maar ook audiogegevens overdragen van een computer naar de recorder met behulp van de meegeleverde SonicStage-software. Bovendien kunt u audiogegevens die u rechtstreeks heeft opgenomen op de recorder of op een ander MD-apparaat, overdragen naar de computer en de gegevens vervolgens beheren op de computer.
Muziekgegevens die zijn opgenomen op de recorder of een ander MD-apparaat, overdragen van de recorder naar de computer
Audio-CD's, Internet, muziekbestanden, etc. (U kunt ook niet-audiogegevens, zoals tekstgegevens, beeldgegevens, etc. overdragen naar de recorder.)
Audiogegevens overdragen naar de recorder
(LinearPCM/ATRAC/MP3)
Opnemen met microfoon Digitaal opnemen Analoog opnemen
De meegeleverde/optionele koptelefoon/ oortelefoon, luidsprekers, stereosysteem, etc.
Afspelen ( pagina 39)Opnemen ( pagina 31)
De recorder samen met een computer gebruiken
( pagina 18)
8
Page 9

Voorbereidingen

De meegeleverde accessoires controleren

• Netspanningsadapter • Netsnoer1)
(100 V - 240 V)
• USB-kabel
• Afstandsbediening
2)
• Oortelefoon
• LIP-4WM Lithium- • Batterijhouder voor
ion oplaadbare oplaadbare batterijen
batterij
• Optische kabel (voor de modellen voor
Europa, Azië en Chili)
• Draagtasje
• Ferrietkern (klein)
– Drie voor de modellen voor Europa, Azië
en Chili
– Twee voor de modellen voor Noord-
Amerika en Latijns-Amerika
• 1 GB Hi-MD-schijf (niet voor modellen
voor Europa, Azië en Chili)
• CD-ROM3)
(Windows: SonicStage/MD Simple Burner, Macintosh: Hi-MD Music Transfer for Mac)
• Gebruiksaanwijzing (deze handleiding)
• Gebruiksaanwijzing (Hi-MD Music Transfer for Mac)
1)
De vorm van de stekker kan afwijken, afhankelijk
van de regio waar de recorder is gekocht. Twee snoeren met verschillend gevormde stekkers worden meegeleverd met de modellen voor Europa, Azië en Chili. Gebruik de stekker die overeenkomt met het stopcontact in de regio waarin de recorder wordt gebruikt.
2)
Bij modellen voor Noord-Amerika en Latijns-
Amerika wordt een afstandsbediening met een ferrietkern geleverd.
3)
Speel geen CD-ROM af in een audio-CD-speler.
Raadpleeg het instructieblad dat is meegeleverd met deze recorder voor meer informatie over "Hi­MD Music Transfer for Mac".
Opmerking
Probeer tijdens het gebruik van deze recorder de onderstaande voorzorgsmaatregelen te volgen om te voorkomen dat de behuizing beschadigd raakt of dat er storingen optreden in de recorder.
• Let erop dat u niet gaat zitten met de recorder in uw achterzak.
• Als u de recorder in een tas stopt met het snoer van de afstandsbediening of de koptelefoon/ oortelefoon er omheen gewikkeld, zorg er dan voor dat de tas niet in de verdrukking komt.
9
Voorbereidingen
Page 10
Gebruik van de meegeleverde ferrietkern
Deze recorder wordt geleverd met ferrietkernen voor verbinding met de meegeleverde afstandsbediening, de optionele stereomicrofoon en de optionele lijnkabel. (Volgens de van toepassing zijnde EMC­normen dient u de ferrietkernen te gebruiken.) Bevestig de ferrietkernen wanneer u de recorder met een computer gebruikt. Wanneer u de recorder niet met een computer gebruikt, hoeft u de ferrietkernen niet te bevestigen.
1 Maak de ferrietkern open.
ESD-SR-110 voor de optionele stereomicrofoon en de optionele lijnkabel
2017-0930 voor de optionele lijnkabel
Voor de modellen voor Noord-Amerika en Latijns-Amerika:
ESD-SR-110 voor de meegeleverde afstandsbediening en de optionele stereomicrofoon
Voor de modellen voor Europa, Azië en Chili:
2 Wind het snoer als volgt om de
ferrietkernen.
Voor de modellen voor Europa, Azië en
Chili:
• Voor de meegeleverde afstandsbediening: wind het snoer eenmaal om de ferrietkern - ca. 4 cm vanaf de stekker.
• Voor de optionele stereomicrofoon: wind het snoer tweemaal om de ferrietkern - ca. 1 cm vanaf de stekker.
• Voor de optionele lijnkabel: wind het snoer eenmaal om de ferrietkern - ca. 1 cm vanaf de stekker.
Voor de modellen voor Noord-Amerika en
Latijns-Amerika:
• Voor de optionele stereomicrofoon: wind het snoer tweemaal om de ferrietkern - ca. 1 cm vanaf de stekker.
• Voor de optionele lijnkabel: voer het snoer door de ferrietkern - ca. 1 cm vanaf de stekker.
Raadpleeg stap 2 voor de afstand tot de stekker die wordt aangesloten op de recorder.
3 Sluit de ferrietkern. Zorg dat de helften
volledig in elkaar grijpen.
De clip in de tegenovergestelde richting bevestigen:
1 Verwijder de clip.
2 Bevestig de clip in de tegenovergestelde
richting.
10
Page 11
Afzonderlijk verkrijgbare accessoires
• Optische kabel POC-15B, POC-15AB
• Lijnkabel RK-G129, RK-G136
• Stereomicrofoons ECM-MS907, ECM-719
• Stereokoptelefoon/-oortelefoon MDR-serie*
• Actieve luidsprekers SRS-serie
• Onbespeelde MD's ES-serie
• Hi-MD-schijf HMD1GA van 1 GB
• LIP-4WM Lithium-ion oplaadbare batterij
* Als u een afzonderlijk verkrijgbare
koptelefoon/oortelefoon gebruikt, moet u er een met stereoministekkers kiezen. Gebruik geen koptelefoon/oortelefoon met microstekkers.
Gebruik van onderstaande accessoires is niet mogelijk.
• Rotary commander RM-WMC1
• MD-etikettenprinter MZP-1
• IC-geheugen / zelflerend systeem MD­bedieningseenheid RPT-M1
Het is mogelijk dat uw dealer enkele van de genoemde accessoires niet kan leveren. Raadpleeg uw dealer voor meer informatie over de accessoires die in uw land verkrijgbaar zijn.
11
Voorbereidingen
Page 12

Onderdelen en bedieningselementen

Recorder
Afstandsbediening
12
Page 13
OPEN-toets ( pagina's 31, 39)
LINE IN (OPT)-aansluiting
( pagina 37)
MIC (PLUG IN POWER)*-aansluiting
( pagina 31)
(oortelefoon)/LINE OUT-aansluiting
( pagina's 39, 59)
Recorder: toetsen voor VOL +*/–
( pagina's 39, 61) Afstandsbediening: bedieningsknop voor VOL +/– ( pagina's 39, 46)
Recorder: • DISPLAY/ MENU-toets
( pagina's 32, 35, 41, 49) Afstandsbediening: DISPLAY-toets ( pagina's 36, 42, 49)
Bedieningslampje ( pagina's 33,
35, 41)
Display ( pagina's 35, 41)
HOLD-schakelaar ( pagina 15)
Recorder: (stop) · CANCEL-toets ( pagina's 22, 33, 40, 49) Afstandsbediening: (stop)-toets ( pagina's 40, 49)
(pauze)-toets ( pagina's 33, 40, 48)
REC-schakelaar ( pagina's 27, 33)
T MARK-toets ( pagina's 33, 47)
Recorder: keuzehendel ( (afspelen)/
ENT*, FF (AMS, snel vooruitspoelen), FR (AMS, snel terugspoelen)) ( pagina's 39, 47, 49)
Draaien (FF/FR)
Drukken (/ENT)
FF
FR
Afstandsbediening: keuzehendel (
(afspelen, pauzeren)/ENT, (AMS, snel terugspoelen), (AMS, snel vooruitspoelen)) ( pagina's 39, 49)
Aansluiting voor USB-kabel ( pagina's
14, 21, 37)
Batterijcompartiment ( pagina 14)
(groep) toets +/– ( pagina's 40, 58)
Clip ( pagina 10)
P MODE/ (herhalen)-toets
( pagina's 43, 58)
SOUND-toets ( pagina's 45, 58)
* Toets heeft een voelbare punt.
De toetsen vergrendelen (HOLD)
Schuif de HOLD-schakelaar  op de recorder of op de afstandsbediening in de richting van de pijl. Hiermee vergrendelt u de toetsen en voorkomt u dat per ongeluk een toets wordt ingedrukt wanneer u de recorder met u meedraagt. U kunt de HOLD-functie voor de recorder en de afstandsbediening los van elkaar gebruiken. Wanneer bijvoorbeeld de HOLD-functie op de recorder is geactiveerd, kunt u nog steeds de recorder met de afstandsbediening gebruiken, tenzij u de HOLD-functie ook op de afstandsbediening activeert.
13
Voorbereidingen
Page 14

Een voedingsbron voorbereiden

Laad de oplaadbare batterij op voordat u deze voor de eerste keer gebruikt of wanneer deze leeg is. Tijdens het opladen kunt u de recorder of de afstandsbediening gewoon gebruiken.
1
Schuif het deksel van het
batterijcompartiment open in de richting van de pijl.
2
Plaats de oplaadbare batterij.
Plaats de batterij met de polen en als eerste.
Plaats de batterij met het etiket naar boven.
3
Sluit het deksel.
4
Sluit het netsnoer en de USB-kabel
aan op de netspanningsadapter.
Netspanningsadapter
USB-kabel
Netsnoer
5
Sluit het andere eind van de USB-
kabel aan op de recorder en het netsnoer op een stopcontact.
Naar een stopcontact
Recorder
Naar de aansluiting voor USB-kabel
6
Controleer of het opladen is gestart.
Wanneer het opladen begint, worden
en de oplaadtijd ("Charging --min left") aan het begin van het opladen weergegeven. Wanneer de oplaadtijd verdwijnt, eindigt het opladen en is de batterij voldoende opgeladen. Het duurt ongeveer een uur voordat een geheel lege batterij dit punt bereikt, waarna de batterij voor ongeveer 80% is opgeladen. Voor 100% opladen moet de batterij twee uur langer worden opgeladen. Als de indicatie voor de oplaadtijd na korte tijd verdwijnt, houdt dit in dat de batterij voldoende is opgeladen.
14
Page 15
De batterij opladen via een verbinding met de computer (USB-stroom)
U kunt de oplaadbare batterij van de recorder opladen door de recorder aan te sluiten op de USB-poort van een computer. Als u de recorder op de computer aansluit, begint de stroom (van de bus) van de computer de oplaadbare batterij van de recorder op te laden. Een volledig lege batterij is na een uur voor ongeveer 80% opgeladen. Voor 100% opladen moet de batterij twee uur langer worden opgeladen. Raadpleeg "De recorder op uw computer aansluiten" ( pagina 21) voor meer informatie over het aansluiten op de computer.
Opmerkingen
• Wanneer de recorder is aangesloten op de computer en de computer overgaat naar de slaapstand, wordt de stroomvoorziening van de computer naar de recorder gestopt.
• Wanneer u de oplaadbare batterij gaat opladen, dient u de batterij in de recorder te plaatsen vóórdat u de USB-kabel aansluit. Als u eerst de USB-kabel aansluit en dan pas de batterij plaatst, wordt de batterij mogelijk niet opgeladen.
• Laad de oplaadbare batterij op bij een temperatuur van +5 °C tot +35 °C. De oplaadtijd is afhankelijk van de staat waarin de recorder verkeert en de omgevingstemperatuur.
• Door herhaald opnieuw opladen wordt de capaciteit van de oplaadbare batterij na verloop van tijd minder. Als gevolg hiervan wordt de weergegeven oplaadtijd korter naarmate de batterij langer wordt gebruikt.
• Stop de recorder voordat u de oplaadbare batterij vervangt.
• Als u de recorder lange tijd gaat gebruiken, zoals bij het opnemen, is het raadzaam om de recorder aan te sluiten op een stopcontact.
• U kunt de recorder of de afstandsbediening blijven gebruiken wanneer u de batterij oplaadt met de netspanningsadapter. Wanneer u de batterij oplaadt via USB-stroom, kunt u ook de computer blijven gebruiken. In beide gevallen zal de oplaadtijd echter langer zijn.
• Als u de USB-kabel aansluit op de recorder, zorg er dan voor dat u de keuzehendel of de toetsen op de recorder niet aanraakt. Als de keuzehendel of andere toetsen worden ingedrukt op het moment dat u de USB-kabel aansluit, is het mogelijk dat het opladen van de batterij niet begint.
De resterende batterijlading controleren
De resterende batterijlading wordt aangegeven in het display, zoals hieronder wordt weergegeven. Als het zwarte indicatorgedeelte afneemt, wordt de resterende lading steeds kleiner.
, "LOW BATTERY"
Opmerkingen
• Op het display wordt een schatting van de resterende batterijlading weergegeven.
• Afhankelijk van de manier waarop het apparaat wordt gebruikt, kan de weergave toe- of afnemen ten opzichte van de werkelijk resterende batterijlading.
Voordat u de recorder gebruikt
Zorg ervoor dat de recorder niet is vergrendeld ( pagina 13). Schuif de HOLD-schakelaar op de recorder of op de afstandsbediening in de tegengestelde richting van de pijl.
HOLD-schakelaar
HOLD-schakelaar
15
Voorbereidingen
Page 16
Levensduur van de batterij
1)
Deze waarde is afhankelijk van de wijze waarop de recorder wordt gebruikt.
Bij onafgebroken opnemen/afspelen in Hi-MD-modus (eenheid: geschat aantal uren)
Bij Soort schijf LinearPCM Hi-SP Hi-LP MP3
2)
Opnemen Hi-MD-schijf van 1 GB 6 9 10,5
3)
Standaardschijf van 60/74/80 minuten
5 9 10,5
3)
Afspelen Hi-MD-schijf van 1 GB 10 15,5 19 16,5
Standaardschijf van 60/74/80 minuten
8 14,5 18,5 16
Bij onafgebroken opnemen/afspelen in MD-modus (eenheid: geschat aantal uren)
Bij
Soort schijf SP LP2 LP4
Opnemen Standaardschijf van 60/74/80 minuten 8,5 10,5 12
Afspelen Standaardschijf van 60/74/80 minuten 15,5 17,5 19
Meetwaarden conform de JEITA-standaard (Japan Electronics and Information Technology Industries Association).
1)
Gemeten met een volledig opgeladen lithium-ion oplaadbare batterij, en met "EL Light" in het menu ingesteld op "Auto Off" ( pagina 59).
2)
Bij een overdrachtsnelheid van 128 kbps.
3)
De recorder kan niet opnemen in MP3-modus. MP3-audiogegevens kunt u overdragen met behulp van de
meegeleverde SonicStage-software ( pagina 24).
Opmerking
Door herhaald opnieuw opladen wordt de capaciteit van de oplaadbare batterij na verloop van tijd minder. Als gevolg hiervan wordt de levensduur van de batterij korter, naarmate de batterij langer wordt gebruikt. Vervang de batterij wanneer de levensduur van de batterij ongeveer half zo lang is als de tijd die hierboven wordt vermeld.
16
Page 17

De soorten schijven die u kunt gebruiken

Deze recorder ondersteunt de volgende schijven:
Hi-MD-schijf van 1 GB Standaardschijf
van 60/74/80 minuten

De bedieningsmodi van de recorder

De recorder heeft twee bedieningsmodi, "Hi-MD-modus" en "MD-modus". De bedieningsmodus wordt automatisch herkend zodra er een schijf wordt geplaatst.
Hi-MD-schijf van 1 GB
Gebruik de schijf zoals deze is
Gebruik de schijf zoals deze is
Selecteer Hi-MD-modus
Selecteer MD-modus
Standaardschijf van 60/74/80 minuten
De schijf bevat materiaal dat is opgenomen in Hi-MD­modus
Lege schijf
De schijf bevat materiaal dat is opgenomen in MD-modus
Selecteer de bedieningsmodus in de instelling "Disc Mode" ( pagina 59) van het recordermenu, of de instelling voor de bedieningsmodus van de meegeleverde software.
Hi-MD-modus
U kunt gebruikmaken van de Hi-MD-functies.
Een schijf die is opgenomen in Hi-MD-modus kan niet worden gebruikt op een MD-speler of MD Walkman die de Hi-MD-modus niet ondersteunt.
MD-modus
Een schijf die is opgenomen in MD-modus, kan ook worden gebruikt op een MD-speler of MD Walkman die de Hi-MD­modus niet ondersteunt. De Hi-MD-functies kunnen echter niet worden gebruikt.
Gebruik de schijf zoals deze is
17
Voorbereidingen
Page 18

De recorder met een computer gebruiken

Wat u kunt doen via verbinding met een computer

De meegeleverde software gebruiken
• Audiogegevens overdragen tussen de computer en de recorder
Met de meegeleverde SonicStage-software
kunt u audiogegevens overdragen tussen de recorder en de computer. U kunt audiogegevens overdragen van de computer naar de recorder, of audiogegevens die u hebt opgenomen op de recorder of een ander MD-apparaat overdragen naar de computer. Raadpleeg de SonicStage Help voor een gedetailleerde uitleg.
• Rechtstreeks van een CD op een MD opnemen
Met de meegeleverde MD Simple Burner-
software kunt u een CD in het CD-ROM­station van de computer rechtstreeks op een schijf in de recorder opnemen.
De schijf in de recorder als opslagapparaat gebruiken
Als u de recorder in Hi-MD-modus gebruikt, wordt de recorder in Windows Explorer als een extern station weergegeven, zodat u niet-audiogegevens zoals tekst- en afbeeldingsbestanden kunt overdragen. Raadpleeg "Andere gegevens opslaan op een schijf" ( pagina 30) voor meer informatie.
De oplaadbare batterij van de recorder opladen (USB-stroom)
U kunt de oplaadbare batterij opladen terwijl de recorder op een computer is aangesloten.
Bij gebruik van een Macintosh-computer
Raadpleeg het instructieblad "Hi-MD Music Transfer for Mac" dat met deze recorder is meegeleverd.
Als u audiobestanden afspeelt met de meegeleverde software, komt het geluid uit
de luidsprekers van de computer als een schijf in
Hi-MD-modus wordt geplaatst; of
uit de apparatuur zoals oortelefoons die op de
recorder zijn aangesloten wanneer een schijf in MD-modus wordt geplaatst.
Opmerking
Als de ruimte waarin u de batterij oplaadt te koud of te warm is, knippert de batterij-indicator ( ) in het display en is opladen via USB-stroom niet mogelijk. De batterij moet worden opgeladen binnen een temperatuurbereik van +5 °C tot +35 °C.
18
Page 19

De SonicStage/MD Simple Burner-software installeren

Systeemvereisten

De volgende systeemomgeving is vereist om de SonicStage/MD Simple Burner-software te kunnen gebruiken.
Computer IBM PC/AT of daarmee compatibele PC
• CPU: Pentium III 450 MHz of sneller
• Beschikbare ruimte op de vaste schijf: 200 MB of meer (1,5 GB of meer wordt aanbevolen) (De hoeveelheid ruimte varieert per Windows-versie en het aantal muziekbestanden dat is opgeslagen op de vaste schijf.)
• RAM: 128 MB of meer
Overige • CD-ROM-station (met functie voor digitaal afspelen via WDM)
(Een CD-R/RW-station is noodzakelijk om naar CD's te schrijven)
• Geluidskaart
• USB-poort
Besturings­systeem
Geïnstalleerd bij aanschaf: Windows XP Media Center Edition 2005/Windows XP Media Center Edition 2004/Windows XP Media Center Edition/Windows XP Professional/Windows XP Home Edition/Windows 2000 Professional (Service Pack 3 of hoger)/ Windows Millennium Edition/Windows 98 Second Edition
Display Hoge kleuren (16-bits) of hoger, 800 × 600 pixels of meer (1.024 × 768 pixels
of meer wordt aanbevolen)
Overige • Internettoegang voor on line registratie en CDDB-gebruik
• Internettoegang en Microsoft Internet Explorer (versie 5.5 of hoger) voor gebruik van EMD-diensten
• Windows Media Player (versie 7.0 of hoger) voor het afspelen van WMA­bestanden
De software wordt alleen ondersteund door de hierboven genoemde besturingssystemen. De software wordt niet ondersteund door zelfgebouwde PC's, upgrades van het oorspronkelijk in de fabriek geïnstalleerde systeem, omgevingen met multi-boot-voorzieningen, omgevingen met meerdere monitoren en Macintosh-computers.
Opmerkingen
• Sony kan niet garanderen dat de software zonder problemen werkt op computers die voldoen aan de systeemvereisten.
• De NTFS-indeling van Windows XP en Windows 2000 Professional kan alleen worden gebruikt met de standaardfabrieksinstellingen.
• Sony garandeert ook niet dat de systeemfuncties voor slaapstand (suspend, sleep of hibernation) op alle computers zonder problemen werken.
19
De recorder met een computer gebruiken
Page 20

SonicStage/MD Simple Burner op uw computer installeren

Zorg ervoor dat u het stuurprogramma voor deze recorder installeert vanaf de meegeleverde CD­ROM. Als SonicStage, Net MD Simple Burner of OpenMG Jukebox al is geïnstalleerd, wordt de oudere versie van de software overschreven door de nieuwe versie. De functies en muziekgegevens van de oudere versie blijven bewaard.
1
Sluit alle Windows-programma's.
De volgende omstandigheden kunnen een succesvolle installatie verhinderen. Controleer of deze omstandigheden al dan niet van toepassing zijn wanneer u de software installeert.
• U hebt u niet aangemeld als "Administrator" of "Computer Administrator" (wanneer u gebruikmaakt van Windows 2000/Windows XP)
• Er is een virusscanner geactiveerd. (Dergelijke software neemt gewoonlijk grote hoeveelheden systeembronnen in beslag.)
2
Plaats de meegeleverde CD-ROM in het CD-ROM-station.
Het installatieprogramma wordt automatisch gestart en het installatiescherm wordt geopend.
3
Wanneer het scherm [Region Selection] wordt weergegeven, selecteert u de regio
waarin de SonicStage software wordt gebruikt en klikt u vervolgens op [Next].
Wanneer het scherm [Region Selection] niet wordt weergegeven, slaat u deze stap over.
4
Klik op [Install SonicStage and MD Simple Burner] en volg vervolgens de
aanwijzingen op het scherm.
Lees de instructies aandachtig door.
De installatie neemt ongeveer 20 tot 30 minuten in beslag, afhankelijk van de systeemomgeving. Zorg dat u de computer pas opnieuw opstart nadat de installatie is voltooid.
[Install SonicStage and MD Simple Burner]
20
Page 21

De recorder op uw computer aansluiten

Sluit de recorder als volgt op uw computer aan.
Opmerking
Bij gebruik van Windows ME of Windows 98SE
Als u de recorder aansluit op de computer terwijl de schijfmodus op de recorder staat ingesteld op "Hi-MD"
(fabrieksinstelling), en vervolgens een standaardschijf van 60/74/80 minuten plaatst, kan de bedieningsmodus van de schijf automatisch worden gewijzigd in Hi-MD-modus, zelfs als u niets opneemt.
Als u de USB-kabel loskoppelt, wordt het bericht "Unsafe Removal of Device" weergegeven op het
beeldscherm van uw computer. Dit duidt niet op een probleem. Klik op "OK" om het bericht te laten verdwijnen.
De voeding (busaansluiting) wordt geleverd door de USB-poort van de computer, zodat de recorder kan worden gebruikt zonder batterijvoeding.
Computer
Naar de USB-poort
USB-kabel
Naar de aansluiting voor USB-kabel
1
Plaats een schijf in de recorder.
2
Zorg dat de recorder is gestopt en dat HOLD is losgelaten.
3
Sluit de recorder aan op de computer met behulp van de USB-kabel.
4
Controleer de aansluitingen.
Als alle aansluitingen op de juiste manier zijn gemaakt, geeft het display het volgende aan.
"Hi-MD" of "MD" wordt weergegeven, afhankelijk van de bedieningsmodus.
21
De recorder met een computer gebruiken
Page 22
Als u de USB-kabel uit de computer verwijdert
Zorg dat u de recorder op de juiste manier verwijdert. Anders kunnen de gegevens beschadigd raken.
1 Controleer of het bedieningslampje op de recorder niet snel knippert. 2 Druk op · CANCEL op de recorder.
Zorg dat het bedieningslampje op de recorder niet brandt. Op het display wordt "EJECT DISC OK" weergegeven. Afhankelijk van de omstandigheden kan het enige tijd duren voordat "EJECT DISC OK" op het display wordt weergegeven.
3 Verwijder de USB-kabel uit de computer.
Als u de schijf uit de recorder verwijdert
1 Volg de bovenstaande stappen 1 en 2 in "Als u de USB-kabel uit de computer verwijdert". 2 Verwijder de schijf uit de recorder.
Deze recorder ondersteunt Hi-Speed USB*.
* Compatibel met USB 2.0-specificatie.
Opmerkingen
Sluit de USB-kabel niet aan terwijl de recorder werkt. Hierdoor kan de recorder defect raken, of kan er ruis in
de opname optreden.
Het kan enige tijd duren voordat de recorder wordt herkend door de computer. Dit is afhankelijk van
de verbinding. Als u de recorder of de computer bedient voordat de recorder wordt herkend, wordt "RECONNECT USB" in het display weergegeven. Sluit de USB-kabel opnieuw aan indien dit gebeurt.
Koppel de USB-kabel niet los als het bedieningslampje snel knippert. Hierdoor kan de recorder defect raken of
kunnen audiogegevens worden vernietigd.
Als u de recorder gebruikt terwijl deze is aangesloten op de computer, is het aan te raden een volledig
opgeladen oplaadbare batterij te plaatsen voor het geval de stroom uitvalt, de USB-kabel wordt losgekoppeld of in geval van andere onvoorziene omstandigheden. Sony kan niet instaan voor de resultaten bij onjuiste bediening, overdrachtsfouten of vernietiging van audiogegevens die te wijten zijn aan onvoorziene omstandigheden.
Als u de USB-kabel loskoppelt van de recorder, dient u minstens twee seconden te wachten voordat u de kabel
weer aansluit.
Zorg dat de recorder op een stabiele, trillingsvrije plaats staat tijdens het opnemen.
Sluit de recorder niet op uw computer aan als de recorder bezig is met opnemen of afspelen.
Het systeem werkt misschien niet correct als de computer overgaat naar de slaapstand terwijl deze op de
recorder wordt aangesloten. U kunt de slaapstand het beste uitschakelen.
Zorg dat u de recorder en de computer niet via een USB-hub aansluit.
Als de recorder is aangesloten op een computer, wordt de stroom aan de recorder geleverd via de USB-poort
van de computer. Als de computer door een accu wordt gevoed (bijvoorbeeld een laptop), kan deze aansluiting ertoe leiden dat de accu van de computer leegraakt. Het is dus raadzaam een computer te gebruiken met een netspanningsadapter.
Sony kan niet garanderen dat de software zonder problemen werkt op computers die voldoen aan de
systeemvereisten.
22
Page 23

SonicStage gebruiken

Audiogegevens importeren

Audiogegevens van een audio-CD kunnen worden opgenomen en opgeslagen in My Library van SonicStage. Als u automatisch CD-informatie (zoals track of naam van de artiest) wilt verkrijgen, is het noodzakelijk dat de computer wordt aangesloten op Internet. Raadpleeg SonicStage Help voor meer informatie over het opnemen of importeren van muziek vanaf Internet of vanaf de vaste schijf van uw computer.
Opmerking
Alleen audio-CD's met de markering kunnen worden gebruikt met SonicStage. Normale werking wordt
niet gegarandeerd als u tegen kopiëren beveiligde CD's gebruikt.
[ Music Source]
[CD Info]
1
Dubbelklik op (pictogram [SonicStage]) op het bureaublad.
SonicStage wordt gestart.
2
Plaats de audio-CD waarvan u wilt opnemen in het CD-ROM-station van de
computer.
3
Wijs in [ Music Source] aan en klik op [Import a CD].
4
Klik op .
Het opnemen wordt gestart.
Stoppen met opnemen
Klik op .
• Als u de indeling, opnamemodus en bitsnelheid voor het opnemen van audio-CD's wilt wijzigen, klikt u op voordat u klikt op in stap 4 en stelt u de indeling en de bitsnelheid in.
• Indien CD-informatie niet automatisch kon worden verkregen, klikt u op [CD Info] voordat u klikt op in
stap 4. Wanneer u dit doet, moet uw computer zijn aangesloten op Internet.
23
De recorder met een computer gebruiken
Page 24

Audiogegevens van uw computer overdragen naar de recorder

Audiogegevens die zijn opgeslagen in My Library van SonicStage kunnen worden overgedragen naar de recorder. Overgedragen audiogegevens bevat trackinformatie zoals de naam van de artiest en de naam van het album.
De lijst My Library
[Transfer ]
1
Plaats een schijf in de recorder en sluit de recorder aan op uw computer
( pagina 21).
2
Wijs in [Transfer ] aan en klik op [Hi-MD] of [Net MD].
3
Klik op de tracks die u wilt overdragen in de lijst My Library.
4
Klik op .
Het bedieningslampje op de recorder gaat rood branden en de overdracht van de geselecteerde track begint.
De overdracht beëindigen
Klik op .
Als u de indeling en de bitsnelheid wilt wijzigen, klikt u op voordat u klikt op in stap 4 en stelt u de indeling en de bitsnelheid in.
Opmerking
Koppel de USB-kabel niet los en verwijder de oplaadbare batterij niet terwijl u audiogegevens overdraagt.
24
Page 25

Audiogegevens overdragen van de recorder naar uw computer

Audiogegevens die zijn overgedragen van uw computer en opgeslagen op een MD of opgenomen op deze recorder of op een ander MD-apparaat, kunnen worden overgedragen naar My Library van SonicStage op uw computer. Informatie zoals albumnaam of tracknaam kan worden verkregen via Internet, nadat audiogegevens zijn overgedragen. Raadpleeg de SonicStage Help voor meer informatie.
Lijst met tracks op de schijf
[Transfer ]
1
Plaats een schijf in de recorder en sluit de recorder aan op uw computer
( pagina 21).
2
Wijs in [Transfer ] aan en klik op [Hi-MD] of [Net MD].
3
Klik in de lijst rechts in het scherm (Hi-MD of Net MD) om de tracks te selecteren
die u wilt overbrengen naar uw computer.
4
Klik op .
De overdracht van de in stap 3 geselecteerde tracks begint.
De overdracht beëindigen
Klik op .
Wanneer tracks die zijn opgenomen op MD-apparaten op een schijf worden vastgelegd, wordt er een dialoogvenster weergegeven waarin wordt bevestigd of deze tracks moeten worden opgeslagen in WAV-indeling. Als u de tracks wilt opslaan als muziekbestanden in WAV-indeling, schakelt u het selectievakje in naast "Save in WAV format when importing". Klik vervolgens op de knop Browse en specificeer een bestemmingsmap zoals noodzakelijk. Klik daarna op de knop [OK].
25
De recorder met een computer gebruiken
Page 26
Opmerkingen
• Wanneer een schijf die wordt gebruikt in Hi-MD-modus, in de recorder wordt geplaatst, en het beveiligingsnokje tegen opnemen van de schijf open is, kunnen audiogegevens niet worden overgedragen naar de computer. Zorg dat het beveiligingsnokje tegen opnemen van de schijf is gesloten ( pagina 76).
• Tracks die zijn overgedragen van de computer in de "Net MD"-modus of tracks die zijn gekocht via EMD­diensten en die zijn overgedragen naar de recorder, kunnen alleen worden overgedragen naar dezelfde computer waarvan de tracks oorspronkelijk afkomstig zijn.
• Wanneer u tracks die zijn opgenomen in LinearPCM op de recorder overdraagt naar een computer om te worden bewerkt (scheiden ( pagina 47) of combineren ( pagina 48)) in My Library, kan het bewerken lang duren, afhankelijk van de lengte van de tracks en van de mogelijkheden van uw computer. Dit komt door een beperking in het MiniDisc-systeem. Als u lange tracks wilt bewerken die zijn opgenomen in LinearPCM, is het raadzaam deze eerst op de recorder te bewerken, en vervolgens de bewerkte gegevens naar een computer over te brengen.

SonicStage Help weergeven

SonicStage Help biedt meer informatie over het gebruik van SonicStage. Klik op [Help] – [SonicStage Help], terwijl SonicStage is gestart.
[SonicStage Help]
26
Page 27

MD Simple Burner gebruiken

Met MD Simple Burner kunt u tracks van een audio-CD in het CD-ROM-station van uw computer rechtstreeks opnemen op een schijf zonder eerst de tracks op te slaan op de vaste schijf van de computer. Er zijn twee modi voor het opnemen vanaf een audio-CD: Eenvoudige modus (opnemen met behulp van de recorder) en Standaardmodus (opnemen met behulp van de computer).
Opmerking
Alleen audio-CD's met de markering kunnen worden gebruikt met MD Simple Burner. Normale werking wordt niet gegarandeerd als u tegen kopiëren beveiligde CD's gebruikt.

Opnemen met behulp van de recorder (Eenvoudige modus)

1
Plaats een schijf in de recorder en sluit de recorder aan op uw computer
( pagina 21).
2
Plaats de audio-CD waarvan u wilt opnemen in het CD-ROM-station van de
computer.
3
Druk op REC en verschuif deze knop op de recorder.
Het bedieningslampje op de recorder knippert rood en het opnemen begint. Alle tracks op de CD worden als een nieuwe groep opgenomen. Koppel de USB-kabel pas los wanneer het opnemen is beëindigd.
Het opnemen beëindigen
Klik op in het computerscherm. U kunt ook stoppen met opnemen door te drukken op · CANCEL op de recorder.
Voordat u begint met opnemen kunt u de volgende instellingen toepassen door met de rechtermuisknop te klikken op het pictogram MD Simple Burner in het systeemvak op het computerbeeldscherm.
• U kunt de opnamemodus selecteren door [recording mode] te selecteren.
— [Net MD]: [LP2] of [LP4]
— [Hi-MD]: [PCM], [Hi-SP], [Hi-LP], of [48kbps]
• U kunt uitsluitend de eerste track opnemen door [Recording settings] – [Record 1st Track Only] te selecteren.
• U kunt de instelling selecteren wanneer de CDDB meer dan één item met informatie bevat door [CDDB(r)] – [Multiple Matches] te selecteren.
— [User Selection]: er wordt een selectievenster weergegeven
— [No Resolve]: er worden geen CD-gegevens gedownload
— [First Choice]: het eerste item is gedownload
Opmerking
U kunt niet in eenvoudige modus opnemen terwijl de MD Simple Burner in standaardmodus of OpenMG software (SonicStage, OpenMG Jukebox, etc.) actief is.
27
De recorder met een computer gebruiken
Page 28

Opnemen met behulp van de computer (Standaardmodus)

1
Plaats een schijf in de recorder en sluit de recorder aan op uw computer
( pagina 21).
2
Dubbelklik op (pictogram [MD Simple Burner]) op het bureaublad.
MD Simple Burner wordt gestart.
3
Plaats de audio-CD waarvan u wilt opnemen in het CD-ROM-station van de
computer.
U kunt MD Simple Burner bedienen vanaf de volgende twee displays.
Het venster om alle tracks op te nemen die op de CD staan
[REC/STOP]
Klik hier om alle tracks op de CD als een nieuwe groep op te gaan nemen. Klik op [STOP] om het opnemen te stoppen.
CD-pictogram
Totale tijd van de geselecteerde tracks op de CD
MD-pictogram
Schijfnaam (MD)
Naam artiest (CD)
Albumnaam (CD)
[Open]
Klik hier om het scherm dat op  pagina 29 is afgebeeld, weer te geven.
Keuzemenu opnamemodus
Net MD: LP2/LP4 Hi-MD: PCM/Hi-SP/Hi-LP/48 kbps
Resterende opnametijd voor de geplaatste schijf
28
Page 29
Het venster voor het opnemen van geselecteerde tracks van een audio-CD
[CONFIG]
Klik hier om het volgende te doen: — Het CD-ROM-station instellen — Versie-informatie voor MD Simple Burner bekijken — In de CDDB geregistreerde CD-informatie bevestigen
Trackgegevens (CD)
Naam artiest
Albumtitel
Totale tijd van de geselecteerde tracks op de CD
[REC/STOP]
Schijfnaam (MD)
Selectievakjes
Schakel het selectievakje in van de track die u wilt opnemen.
Klik hier om alle tracks te selecteren.
Klik hier om alle tracks te deselecteren.
CD-besturingselementen
Gebruik deze besturingselementen om te bevestigen welke tracks op een audio-CD opgenomen moeten worden.
[Get CD Info]
De gegevens van een audio-CD (albumnaam, tracktitel, etc.) staan in de tracklijst.
[Close]
Klik hier om het scherm dat op
pagina 28 is afgebeeld, te sluiten.
Keuzemenu opnamemodus
[New Group]
Trackgegevens (MD)
U kunt de naam en het nummer van de track wijzigen.
[Erase]
[All Erase]
Resterende tijd voor de geplaatste schijf
29
De recorder met een computer gebruiken
Page 30

Andere gegevens opslaan op een schijf

Als u de recorder op een computer aansluit met een schijf in Hi-MD-modus, wordt de schijf door Windows Explorer herkend als opslagmedium zodat u andere gegevens zoals tekst- of beeldgegevens kunt opslaan. Voor informatie over de opslagruimte voor elke schijf raadpleegt u "De opslagruimte voor elke schijf (geformatteerd met de recorder/SonicStage)" hieronder.
1
Plaats een schijf in Hi-MD-modus in de recorder en sluit de recorder aan op de
computer ( pagina 21).
De recorder wordt herkend als een extern apparaat en kan worden bekeken in Windows Explorer. U kunt de recorder op dezelfde manier gebruiken als andere apparaten.
Opmerkingen
• Als de SonicStage-software actief is, wordt de recorder niet herkend als een apparaat voor gegevensopslag.
• Als u een schijf op de computer formatteert, dient u dat te doen met de SonicStage-software.
• Verwijder in géén geval de map en het bestand voor bestandsbeheer (de map HMDHIFI en het bestand HI­MD.IND) uit Windows Explorer.
De opslagruimte voor elke schijf (geformatteerd met de recorder/SonicStage)
De opslagruimte hangt af van het type schijf.
Hi-MD-schijf van 1 GB
Standaardschijf van 80 minuten
Standaardschijf van 74 minuten
Standaardschijf van 60 minuten
Totale grootte 964 MB 291 MB 270 MB 219 MB
Ruimte voor bestandsbeheer *
1,65 MB 1,65 MB 1,65 MB 1,65 MB
Beschikbare ruimte 963 MB 290 MB 268 MB 217 MB
* Deze ruimte wordt gebruikt voor het beheer van de bestanden op de schijf. De grootte van de ruimte voor
schijfbeheer hangt af van de manier waarop uw computer wordt gebruikt en andere omstandigheden. De werkelijk beschikbare ruimte kan daardoor kleiner zijn dan in Windows Explorer wordt aangegeven.
30
Page 31

Opnemen op een schijf

Opnemen op een schijf

In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het opnemen met een stereomicrofoon. Zorg dat de oplaadbare batterij voldoende is opgeladen voordat u begint met opnemen. Raadpleeg "Afzonderlijk verkrijgbare accessoires" ( pagina 11) voor meer informatie over de optionele stereomicrofoon.
1
Sluit de stereomicrofoon aan op MIC (PLUG IN POWER).
Naar MIC (PLUG IN POWER)
Stereomicrofoon
2
Druk op OPEN om het deksel te openen (). Plaats een schijf in de richting van
de pijl () en sluit het deksel.
OPEN
met het etiket naar boven
Vervolg
31
Opnemen op een schijf
Page 32
3
Bevestig de bedieningsmodus.
Deze recorder heeft twee bedieningsmodi, "Hi-MD-modus" en "MD-modus". De bedieningsmodus wordt automatisch herkend zodra er een schijf wordt geplaatst. Controleer de bedieningsmodus op het display van de recorder nadat u een schijf hebt geplaatst. U kunt ook de instelling van de opnamemodus controleren ("REC Mode" in het menu). Wijzig indien nodig de opnamemodus ( pagina 50).
"Hi-MD" wordt weergegeven wanneer de bedieningsmodus Hi-MD-modus is. "MD" wordt weergegeven wanneer de bedieningsmodus MD-modus is.
Opnamemodus
• Als u een Hi-MD-schijf van 1 GB gebruikt, is alleen de bedieningsmodus Hi-MD beschikbaar.
• Als u een standaardschijf gebruikt (60/74/80 minuten), kan de bedieningsmodus als volgt worden ingesteld.
Toestand van de schijf Bedieningsmodus
Lege schijf De modus die is ingesteld voor de "Disc Mode"* in het menu.
Stel "Disc Mode" in op "Hi-MD" of "MD".
Deze schijf bevat materiaal dat is opgenomen in Hi-MD-modus
Hi-MD
Deze schijf bevat materiaal dat is opgenomen in MD-modus
MD
* Raadpleeg  pagina 59 voor "Disc Mode" in het menu.
4
Druk herhaaldelijk op DISPLAY/MENU en bevestig de instelling voor het
opnameniveau (REC-gegevens).
De weergegeven indicatie is afhankelijk van de instelling voor het "REC Level" ( pagina
50) in het menu.
• "REC Auto": "REC Level" is ingesteld op "REC (AGC)". De recorder past het opnameniveau automatisch aan.
• "REC XX": "REC Level" is ingesteld op "Manual". Het laatst ingestelde opnameniveau wordt weergegeven.
U kunt tegelijkertijd ook de instelling voor microfoonopname ("MIC Sens" of "MIC AGC" in het menu) controleren. Wijzig indien nodig de instelling ( pagina 50).
"REC Auto" wordt weergegeven wanneer "REC Level" is ingesteld op "Auto (AGC)".
Microfoongevoeligheid ("MIC Sens")
• "High": Hoge gevoeligheid ("Sens High")
• "Low": Lage gevoeligheid ("Sens Low")
Automatisch aanpassen van microfoonopnameniveau ("MIC AGC")
• (geen): Standaardmodus ("Standard")
• "
": Muziekmodus ("For Music")
32
Page 33
5
Bevestig dat het bedieningslampje uit is (), druk vervolgens op REC op de
recorder () en verschuif deze knop.
Het bedieningslampje gaat rood branden en het opnemen begint. Als u een schijf plaatst waarop al is opgenomen, begint de opname na de bestaande inhoud.
REC
Het bedieningslampje
Basishandelingen voor het opnemen
Doel Handeling
Stoppen
Druk op · CANCEL. (Het bedieningslampje gaat uit.)
Pauzeren
Druk op *. (Het bedieningslampje knippert rood.) Druk nogmaals op om de opname te hervatten.
De schijf verwijderen
Druk op · CANCEL en open het deksel. (Het deksel gaat pas open als "SystemFILE WRITING" niet meer op het display wordt weergegeven en het bedieningslampje stopt met knipperen.)
Trackmarkeringen toevoegen
Druk op T MARK. (Het bedieningslampje brandt een paar tellen niet.)
* Als u nogmaals op drukt om na de pauze de opname te hervatten, wordt een nieuwe track toegevoegd.
De rest van de track wordt vervolgens als een nieuwe track beschouwd.
33
Opnemen op een schijf
Page 34
Opmerkingen
• Zorg dat de recorder op een stabiele, trillingsvrije plaats staat tijdens het opnemen.
• Als u begint met opnemen voordat het bedieningslampje uit is, is het mogelijk dat de eerste paar seconden van het materiaal niet wordt opgenomen. Controleer op de recorder of het bedieningslampje uit is, voordat u begint met opnemen.
De recorder kiest automatisch een invoersignaal in
deze volgorde: optische ingang, microfooninvoer, analoge ingang. Het is niet mogelijk om een opname via de microfoon te maken zolang er een optische kabel is aangesloten op de LINE IN (OPT)-aansluiting.
Het is mogelijk dat de microfoon
bedieningsgeluiden van de recorder zelf opneemt. Houd in zo'n geval de microfoon uit de buurt van de recorder. De geluiden van de recorder kunnen worden opgenomen door de microfoon als u gebruikmaakt van een korte microfoonkabel.
Bij gebruik van een monomicrofoon wordt alleen
het geluid van het linkerkanaal opgenomen.
Sluit de USB-kabel niet aan terwijl de recorder
werkt. Hierdoor kan de recorder defect raken, of kan ruis optreden.
Raak de microfoon en de microfoonstekker
niet aan als u opneemt terwijl de recorder is aangesloten op een stopcontact. Er kan anders ruis op de opname hoorbaar zijn.
• Zorg ervoor dat u de recorder niet beweegt of aanstoot of de voedingsbron loskoppelt terwijl u aan het opnemen bent, of terwijl "DATA SAVE" of "SystemFILE WRITING" ("DATA SAVE" of "SYSTEM WRITE" op de afstandsbediening) wordt weergegeven. Als u dat wel doet, wordt het materiaal dat tot dan toe is opgenomen, niet op de schijf opgeslagen, of de gegevens op de schijf kunnen beschadigd raken.
• Opname kan niet plaatsvinden als er niet genoeg vrije ruimte is op de schijf.
• Als de stroomvoorziening wordt onderbroken (bijvoorbeeld als de batterij wordt verwijderd of leegraakt of als de netspanningsadapter wordt losgekoppeld) tijdens een opname of een bewerking, of terwijl "DATA SAVE" of "SystemFILE WRITING" ("DATA SAVE" of "SYSTEM WRITE" op de afstandsbediening) wordt weergegeven, kan het deksel pas worden geopend als de stroomvoorziening is hersteld.
• Als u een "plug-in power"-microfoon gebruikt, kan
de microfoon ook worden gebruikt als de voeding is uitgeschakeld. De voeding wordt namelijk geleverd door de recorder zelf.
• U kunt de modus voor het aanpassen van de microfoongevoeligheid of de modus voor automatische opnameniveauregeling selecteren die het beste past bij de geluidsbron ( pagina 50).
• De recorder is bij aflevering ingesteld om een nieuwe groep te maken zodra de opname is voltooid. Als u geen groep wilt maken, stelt u "Group REC" in op "Off" ( pagina 51).
• Wilt u vanuit een specifiek punt op de schijf opnemen, pauzeer dan de recorder op het gewenste punt en begin van daaruit op te nemen.
• Tijdens de opname kunt u het geluid controleren. Als u het volume wijzigt, is dit niet van invloed op het opnameniveau.
• Zodra de klok is ingesteld, worden de tracks automatisch voorzien van de opnamedatum en -tijd ( pagina 61).
• Wanneer u de recorder lang achter elkaar gebruikt (bijv. bij het opnemen), kunt u de recorder het beste aansluiten op het stopcontact.
34
Page 35
Het display op de recorder wijzigen
Druk enkele malen op DISPLAY/MENU. Elke keer dat u op de toets drukt, wijzigt het display als volgt. (Opnameniveaumeter wordt op het informatiedisplay 1 weergegeven ( in de linkerkolom van deze pagina) terwijl u aan het opnemen bent.)
Tijdens het opnemen/zodra het opnemen is gestopt
Groepsnummer, tracknummer en verstreken tijd
Groepsnummer, tracknummer, resterende opnametijd en resterende vrije ruimte
1)
Aantal tracks na de huidige track en resterende tijd na de huidige positie op de schijf
2)
REC-gegevens (huidige opname-instellingen, zoals opnameniveau, microfooninstelling, etc.) ( pagina 32)
Huidige datum en tijd
Spectrumanalyse (standaard)
2)3)
Spectrumanalyse (puntvormig)
2)3)
1)
Resterende vrije ruimte wordt alleen weergegeven
als de schijf wordt gebruikt in Hi-MD-modus en de recorder is gestopt.
2)
Wordt alleen weergegeven als de recorder is
gestopt.
3)
Toont het niveau van elk van de volgende frequenties voor zowel het L-kanaal als het R-kanaal: 100 Hz, 250 Hz, 630 Hz, 1,6 kHz, 4 kHz, 10 kHz.

Weergegeven items tijdens het opnemen

Het display op de recorder
Batterij-indicator ( pagina 15)  Bedieningslampje
• Tijdens het opnemen: brandt (rood)
• Tijdens een opnamepauze: knippert (rood)
• Wanneer de resterende opnametijd op de schijf minder dan drie minuten bedraagt: knippert langzaam (rood)
• Tijdens het opnemen met de microfoon: knippert overeenkomstig het geluidsniveau (stemindicatie) (rood)
Informatiedisplay 1
• Niveaumeter (bovenstaande illustratie)
• Bedieningsmodus (voorbeeld: Hi-MD)
• Opnamemodus (voorbeeld: Hi-SP)
• Indicatie synchroonopname (SYNC)
Informatiedisplay 2
Raadpleeg "Het display op de recorder wijzigen" ( volgende paragraaf).
35
Opnemen op een schijf
Page 36
Display op de afstandsbediening
Schijfindicatie Tracknummer/Totaal aantal tracks op een
schijf
Informatiedisplay
Raadpleeg "Het display op de afstandsbediening wijzigen" ( volgende paragraaf).
Batterij-indicator
Het display op de afstandsbediening wijzigen
Druk enkele malen op DISPLAY. Elke keer dat u op de toets drukt, wijzigt het display als volgt.
Tijdens het opnemen/zodra het opnemen is gestopt
Tracknummer en verstreken tijd
Tracknummer, resterende opnametijd en resterende vrije ruimte
1)
Aantal tracks op de schijf, de afspeelmodus en verwante informatie
2)3)
Huidige datum en tijd
1)
Resterende vrije ruimte wordt alleen weergegeven
als de schijf wordt gebruikt in Hi-MD-modus en de recorder is gestopt.
2)
Wordt alleen weergegeven als de recorder is
gestopt.
3)
De items die worden weergegeven, verschillen per
geselecteerde afspeelmodus. (Voorbeeld: wanneer de afspeelmodus is ingesteld op "Group", worden "Group" en " : Group name" weergegeven.)
Opmerkingen
• Soms kunt u bepaalde aanduidingen niet selecteren of worden de aanduidingen verschillend weergegeven. Dit is afhankelijk van het al dan niet gebruiken van de groepsfunctie, de gebruiksomstandigheden en de schijfinstellingen.
• Wanneer een schijf die wordt gebruikt in Hi-MD­modus in de recorder wordt geplaatst, wordt de vrije ruimte weergegeven als "2.0MB", zodra de resterende opnametijd "R 00:00"("–00:00" op de afstandsbediening) wordt weergegeven. Dit is een beperking van het systeem; "2.0MB" is de capaciteit van het reservedomein.
36
Page 37

Opnemen vanaf een extern aangesloten apparaat

U kunt digitale opnamen maken met behulp van een optische kabel die is aangesloten op een CD-speler, digitale TV of andere digitale apparatuur. Zorg dat u een optische kabel gebruikt voor deze procedure.
1
Sluit het netsnoer en de USB-kabel
aan op de netspanningsadapter.
Netspanningsadapter
USB-kabel
Netsnoer
2
Sluit het andere eind van de USB-
kabel aan op de recorder en het netsnoer op een stopcontact.
Naar de aansluiting voor USB-kabel
Recorder
Naar een stopcontact
3
Sluit de optische kabel aan op de
recorder en een extern apparaat.
Raadpleeg "Afzonderlijk verkrijgbare accessoires" ( pagina 11) voor meer informatie over de optionele stereomicrofoon.
CD-speler, MD-speler, DVD-speler, videospeler, etc.
Naar een digitale (optische) uitgang
Optische ministekker
Optische stekker
Optische kabel
Naar LINE IN (OPT)
4
Druk op OPEN om het deksel te
openen en plaats een schijf in de recorder.
5
Bevestig de instellingen van
de bedieningsmodus en het opnameniveau.
Raadpleeg stappen 3 en 4 van "Opnemen op een schijf" ( pagina 32).
6
Zet de geluidsbron waarvan u wilt
opnemen op pauze en controleer op de recorder of het bedieningslampje uit is.
Vervolg
37
Opnemen op een schijf
Page 38
7
Druk op REC en verschuif deze
knop op de recorder. Speel vervolgens de geluidsbron af waarvan u wilt opnemen.
Trackmarkeringen worden automatisch toegevoegd op dezelfde punten als in de geluidsbron.
Tijdens analoog opnemen
U kunt opnemen vanaf apparatuur met analoge uitvoer, zoals een cassetterecorder, radio of TV.
1 Sluit de LINE IN (OPT)-aansluiting
van de recorder met behulp van een optionele aansluitkabel (RK-G129, etc.) aan op een LINE OUT-aansluiting van de cassetterecorder, TV of een ander extern apparaat. Verbind het uiteinde van de aansluitkabel met de ferrietkern van de recorder.
2 Druk op REC en verschuif deze knop. 3 Begin met het afspelen van de
geluidsbron.
• De recorder is bij aflevering ingesteld om een nieuwe groep te maken zodra de opname is voltooid. Als u geen groep wilt maken, stelt u "Group REC" in op "Off" ( pagina 51).
• Raadpleeg "Afzonderlijk verkrijgbare accessoires" ( pagina 11) voor meer informatie over de optionele stereomicrofoon.
38
Page 39

Een schijf afspelen

Een schijf afspelen

1
Druk op OPEN om het deksel te openen (). Plaats een schijf in de richting van
de pijl () en sluit het deksel.
Sluit de oortelefoon vooraf via de afstandsbediening aan op de recorder.
Oortelefoon bij de afstandsbediening
met het etiket naar boven
OPEN
Naar de /LINE OUT-aansluiting
2
Druk op de keuzehendel (/ENT) om af te spelen (). Druk op VOL +/– () om
het volume aan te passen.
Het volumeniveau wordt op het display aangegeven.
Keuzehendel (/ENT)
VOL +/–
Op de afstandsbediening
Druk op de keuzehendel (/ENT). Het afspelen begint. U kunt het volume regelen door aan de toets VOL +/– te draaien.
Bedieningsknop voor VOL +/–
Keuzehendel (/ENT)
39
Een schijf afspelen
Page 40
Basishandelingen voor het afspelen
Doel
Bediening op de recorder (bediening op de afstandsbediening staat tussen haakjes)
Afspelen
Afspelen vanaf het punt waar u de recorder eerder hebt gestopt
Druk op de keuzehendel (/ENT). Het afspelen begint vanaf het punt waar u het laatst met afspelen bent opgehouden. (Druk op de keuzehendel (/ENT).)
Afspelen vanaf de eerste track op een schijf
Houd vanaf stop de keuzehendel (/ENT) ingedrukt totdat het afspelen begint. (Houd de keuzehendel ingedrukt (/ENT).)
Stoppen
Pauzeren/hervatten van het afspelen na een pauze
Druk op . (Druk op de keuzehendel (/ENT).)
Het afspelen stoppen
Druk op · CANCEL. (Druk op .)
Zoeken
Zoeken naar het begin van de huidige track of vorige tracks
Verplaats de keuzehendel eenmaal naar FR, of verplaats de keuzehendel herhaaldelijk naar FR, totdat u het begin van de gewenste track bereikt. (Verplaats de keuzehendel eenmaal naar , of verplaats de keuzehendel herhaaldelijk naar .)
Het begin van de volgende track vinden
Verplaats de keuzehendel eenmaal naar FF. (Verplaats de keuzehendel eenmaal naar .)
Achteruit of vooruit gaan
Verplaats de keuzehendel tijdens het afspelen of in de pauzestand naar FR/FF en houd de keuzehendel ingedrukt. (Verplaats de keuzehendel naar / en houd de keuzehendel ingedrukt.)
Naar de volgende of vorige groep gaan terwijl er een groep wordt afgespeeld* (Group skip)
Druk herhaaldelijk op +/– op de afstandsbediening.
De schijf verwijderen
Druk op · CANCEL en open het deksel**. (Druk op en open het deksel.)
* Springt naar het begin van elke 10e track tijdens het afspelen van de schijf zonder groepsinstellingen.
** Zodra u het deksel opent, wordt het startpunt voor afspelen ingesteld op het begin van de eerste track.
Opmerkingen
• Sluit de USB-kabel niet aan terwijl de recorder werkt. Hierdoor kan de recorder defect raken, of kan ruis optreden.
• In de volgende gevallen kan het geluid tijdens het afspelen overslaan:
— de recorder wordt blootgesteld aan hevige, herhaalde schokken.
— er wordt een vuile of bekraste schijf afgespeeld.
Bij gebruik van een schijf in de Hi-MD-modus kan het geluid maximaal 12 seconden wegvallen.
40
Page 41

Items op het display tijdens het afspelen

Het display op de recorder
Batterij-indicator ( pagina 15)
Bedieningslampje
Na het uitvoeren van een bewerking tijdens het afspelen of een pauze: knippert langzaam (rood)
Informatiedisplay 1
Niveaumeter (bovenstaande illustratie)
Informatiedisplay 2
Raadpleeg "Het display op de recorder wijzigen" ( volgende paragraaf).
Het display op de recorder wijzigen
Druk enkele malen op DISPLAY/MENU. Elke keer dat u op de toets drukt, wijzigt het display als volgt.
Tijdens het afspelen
Groepsnummer, tracknummer en verstreken tijd
Groepsnummer, tracknummer en resterende tijd van de huidige track
Aantal tracks na de huidige track en resterende tijd na de huidige positie op de schijf
Datum en tijd van de opname*
Spectrumanalyse (standaard)**
Spectrumanalyse (puntvormig)**
* Datum en tijd van de opname worden
weergegeven als ze zijn opgenomen op de track.
** Toont het niveau van elk van de volgende
frequenties voor zowel het L-kanaal als het R-kanaal: 100 Hz, 250 Hz, 630 Hz, 1,6 kHz, 4 kHz, 10 kHz.
41
Een schijf afspelen
Page 42
Display op de afstandsbediening
Schijfindicatie
Tracknummer/Totaal aantal tracks op een
schijf
Informatiedisplay
Raadpleeg "Het display op de afstandsbediening wijzigen" ( volgende paragraaf).
Informatie over afspeelmodus en
herhaalmodus ( pagina's 43, 44)
Geluidsinstelling ( pagina 45)
Batterij-indicator
Het display op de afstandsbediening wijzigen
Druk enkele malen op DISPLAY. Elke keer dat u op de toets drukt, wijzigt het display als volgt.
Tijdens het afspelen
Tracknummer en verstreken tijd
Tracknummer en resterende tijd van de huidige track
Tracknummer en tracknaam
Tracknummer en naam van artiest (Hi-MD) / Groepsnaam (MD)
Tracknummer en albumnaam (Hi-MD) / Schijfnaam (MD)
Aantal tracks op de schijf, afspeelmodus en verwante informatie
1)
Tracknummer, datum en tijd van de opname
2)
Tracknummer en informatie over audio­indeling
3)
1)
De items die worden weergegeven, verschillen per
geselecteerde afspeelmodus. (Voorbeeld: wanneer de afspeelmodus is ingesteld op "Group", worden "Group" en " : Group name" weergegeven.)
2)
Datum en tijd van de opname worden weergegeven
als ze zijn opgenomen op de track.
3)
Informatie over de opnamemodus, codec en
bitsnelheid worden weergegeven voor schijven die worden gebruikt in Hi-MD-modus. Informatie over de opnamemodus wordt weergegeven voor schijven die worden gebruikt in MD-modus.
Opmerkingen
• Soms kunt u bepaalde aanduidingen niet selecteren of worden de aanduidingen verschillend weergegeven. Dit is afhankelijk van het al dan niet gebruiken van de groepsfunctie, de gebruiksomstandigheden en de schijfinstellingen.
• Wanneer u een VBR (Variable Bit Rate) MP3-audiotrack afspeelt, kan de weergegeven bitsnelheid verschillen van de bitsnelheid die wordt weergegeven in de SonicStage-software.
• Wanneer de Virtual-Surround, 6-Band Equalizer en Dynamic Normalizer zijn geactiveerd, worden de instellingen ervan weergegeven in de spectrumanalyse.
42
Page 43
3
• Als u "Normal" selecteert
Herhaal de procedure in stap 2 om de gewenste track te selecteren. De geselecteerde track begint te spelen.
• Als u "Group", "Artist" of "Album" selecteert
Herhaal de procedure in stap 2 om de gewenste groep, artiest of het gewenste album te selecteren, en herhaal vervolgens opnieuw de procedure in stap 2 om de gewenste track te selecteren. De geselecteerde track begint te spelen.
• Als u "Bookmark" selecteert
Raadpleeg "Alleen naar geselecteerde tracks luisteren (Bookmark Play)" ( volgende paragraaf).
Alleen naar geselecteerde tracks luisteren
(Bookmark
Play)
U kunt tracks op een schijf markeren en alleen die stukken afspelen. De volgorde van de gemarkeerde tracks kan niet worden gewijzigd.
1
Houd tijdens het afspelen van de
track die u wilt markeren met een bladwijzer de keuzehendel minstens twee seconden ingedrukt.
"ON" wordt weergegeven en " " knippert langzaam in het display.
2
Herhaal stap 1 om de overige tracks
te markeren.
3
Voer stap 1 uit en selecteer
"Bookmark" in stap 2 van "Tracks afspelen in de geselecteerde afspeelmodus" ( deze pagina).
4
Verplaats de keuzehendel
naar / om een track te selecteren, en druk vervolgens op de keuzehendel om uw keuze in te bevestigen.
De recorder speelt van de geselecteerde gemarkeerde track tot de laatste gemarkeerde track.

De afspeelmodus selecteren

Deze functie kan alleen op de afstandsbediening worden ingesteld.

Tracks afspelen in de geselecteerde afspeelmodus

1
Druk twee seconden of langer op P
MODE/ .
2
Verplaats de keuzehendel naar
/ om de gewenste afspeelmodus te selecteren, en druk vervolgens op de keuzehendel.
Wanneer u de keuzehendel verplaatst, verandert , en wanneer u op de keuzehendel drukt, wordt in het display weergegeven.
Display /
Afspeelmodus
Normal/— Alle tracks na de
geselecteerde track worden afgespeeld.
Group/
Tracks in een opgegeven groep worden afgespeeld.
Artist/ *
Tracks van een opgegeven artiest worden afgespeeld.
Album/ *
Tracks in een opgegeven album worden afgespeeld.
Bookmark/
Gemarkeerde tracks worden afgespeeld.
*Wordt alleen weergegeven voor schijven die
worden gebruikt in Hi-MD-modus.
43
Een schijf afspelen
Page 44
Markeringen wissen
Tijdens het afspelen van de track die u wilt wissen, houdt u de keuzehendel minstens twee seconden ingedrukt.
Tracks herhaaldelijk afspelen
(Repeat Play)
Als u "Repeat Play" selecteert, kunt u op verschillende manieren luisteren naar tracks die in de afspeelmodus zijn geselecteerd.
1
Druk herhaaldelijk op P MODE/
om de gewenste herhaalmodus te selecteren.
Elke keer dat u op de toets drukt, verandert het display als volgt.
Display Herhaalmodus
All tracks repeat (Alle tracks op de schijf worden herhaaldelijk afgespeeld.)
1 Single-track repeat (De
geselecteerde track wordt herhaaldelijk afgespeeld.)
SHUF Shuffle repeat (Alle
tracks op de schijf worden herhaaldelijk in willekeurige volgorde afgespeeld)
A- (A-B ) A-B Repeat play (tracks
tussen de geselecteerde punten A en B worden herhaaldelijk afgespeeld.)
Herhaaldelijk naar een gedeelte van een track luisteren
(A-B Repeat)
U kunt herhaaldelijk naar een specifiek gedeelte in een track luisteren door startpunt A en eindpunt B te selecteren. Zorg dat A en B zich binnen dezelfde track bevinden.
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op P MODE/ totdat "A-" in het display wordt weergegeven.
"A" (beginpunt) knippert in het display.
2
Druk op de keuzehendel bij het beginpunt (A).
Punt "A" licht op en punt "B" knippert in het display.
3
Druk op de keuzehendel bij het eindpunt (B).
"A-B" en " " worden weergegeven en het gedeelte tussen punt A en punt B wordt herhaaldelijk afgespeeld.
U kunt A en B opnieuw instellen door de keuzehendel te verplaatsen naar tijdens A-B Repeat Play.
Repeat Play annuleren
Druk herhaaldelijk op P MODE/ totdat niet meer in het display wordt weergegeven.
44
Page 45

Het geluid instellen

De volgende drie effecten kunnen worden geselecteerd.
• V-SUR (Virtual-Surround VPT Acoustic Engine): Hiermee hebt u de beschikking over 4 soorten virtuele surround-omstandigheden.
• 6-BAND EQUALIZER: Hiermee hebt u de beschikking over 6 verschillende geluidskwaliteiten.
• DYNAMIC NORMALIZER: Normaliseert het geluidsniveau automatisch.
Deze functie kan alleen op de afstandsbediening worden ingesteld.
Het virtuele geluid wijzigen om verschillende akoestische effecten te creëren
(Virtual-Surround)
1
Druk tijdens het afspelen
herhaaldelijk op SOUND, totdat "SUR" in het display wordt weergegeven.
2
Druk twee seconden of langer op
SOUND.
3
Verplaats de keuzehendel naar
/ om de surround-modus te selecteren.
Telkens als u de keuzehendel verplaatst, veranderen en als volgt.
Studio SUR S
Live SUR L
Club SUR C
Arena SUR A
4
Druk op de keuzehendel om de
selectie in te voeren.
De instelling annuleren
Druk herhaaldelijk op SOUND totdat "Normal" in het display wordt weergegeven.
De geluidskwaliteit selecteren
(6-Band Equalizer)
1
Druk tijdens het afspelen
herhaaldelijk op SOUND, totdat "SND" in het display wordt weergegeven.
2
Druk twee seconden of langer op
SOUND.
3
Verplaats de keuzehendel naar
/ om de geluidsmodus te selecteren.
Telkens als u de keuzehendel verplaatst, veranderen en als volgt.
Niveau van elke frequentie wordt afwisselend weergegeven. (100 Hz, 250 Hz, 630 Hz, 1,6 kHz, 4 kHz, 10 kHz)
Heavy SND H
Pops SND P
Jazz SND J
Unique SND U
Custom 1 SND 1
Custom 2 SND 2
4
Druk op de keuzehendel om de
selectie in te voeren.
De instelling annuleren
Druk herhaaldelijk op SOUND totdat "Normal" in het display wordt weergegeven.
45
Een schijf afspelen
Page 46
Geluidskwaliteit aanpassen
U kunt het geluid aanpassen en de resultaten opslaan in "Custom1" en "Custom2".
1 Voer stappen 1 tot en met 3 van "De
geluidskwaliteit selecteren (6-Band Equalizer)" ( pagina 45) uit, en selecteer "Custom1" of "Custom2".
2 Druk op de keuzehendel. 3 Verplaats de keuzehendel herhaaldelijk
naar / om het frequentiebereik te selecteren.
Frequentiebereik (100 Hz) Er zijn zes frequentiebereiken. 100 Hz, 250 Hz, 630 Hz, 1,6 kHz, 4 kHz, 10 kHz
4 Draai de bedieningsknop VOL +/–
herhaaldelijk om het geluidsvolume te selecteren.
Niveau (+10 dB) U kunt kiezen uit zeven niveaus. –10 dB, –6 dB, –3 dB, 0 dB, +3 dB, +6 dB, +10 dB
5 Herhaal stappen 3 en 4 om de resterende
frequentiebereiken aan te passen.
6 Druk op de keuzehendel om de selectie in
te voeren.
Het geluidsniveau voor afspelen automatisch normaliseren
(Dynamic
Normalizer)
Met deze functie normaliseert u automatisch het geluidsniveau van het opgenomen materiaal, voor comfortabel luisteren tijdens het afspelen.
1
Druk tijdens het afspelen
herhaaldelijk op SOUND, totdat "D-Normal" in het display wordt weergegeven.
"d" verschijnt bij .
2
Draai de bedieningsknop VOL +/–
om het volume aan te passen.
• Omdat deze functie automatisch het geluidsniveau in balans brengt, worden problematische volumeaanpassingen geminimaliseerd, vooral in het geval van schijven die tracks bevatten met zeer verschillende geluidsniveaus.
• Met behulp van deze functie kunt u zachte geluiden horen op plaatsen waar het omringende geluid hard is, zonder dat u het volume te hoog hoeft te zetten.
De instelling annuleren
Druk herhaaldelijk op SOUND totdat "Normal" in het display wordt weergegeven.
46
Page 47

Bewerken

Een track splitsen
(Divide)
Tijdens het afspelen kunt u een track opsplitsen met een trackmarkering, waardoor u een nieuwe track maakt vanaf het gedeelte dat volgt op de trackmarkering. Deze functie kan alleen worden ingesteld op de recorder.
Opmerking
U kunt een track niet opsplitsen als:
• de track vanaf een computer is overgebracht;
• de track is opgenomen in Hi-MD-modus met behulp van de MD Simple Burner-software;
• het opsplitspunt aan het begin of einde van de track is;
• de splitsing ervoor zou zorgen dat het totaal aantal tracks op de schijf het maximum overschrijdt (2.047 tracks voor een schijf in Hi-MD-modus of 254 tracks voor een schijf in MD-modus).
1
Druk tijdens het afspelen of
pauzeren op T MARK op het punt dat u wilt markeren.
Het opsplitspunt aanpassen voordat een track wordt gesplitst
(Divide Rehearsal)
U kunt de positie van de trackmarkering nauwkeurig afstellen voordat u de uiteindelijke opsplitsing maakt.
1
Druk tijdens het afspelen of
pauzeren twee seconden of langer op T MARK.
Vanaf het punt waar op T MARK is gedrukt, worden vier seconden van de track herhaald afgespeeld.
Het punt T MARK wordt ingedrukt.
Vier seconden van de track worden meerdere malen afgespeeld.
2
Verplaats de keuzehendel naar
FF/FR om het opsplitspunt aan te passen.
Door de keuzehendel te verplaatsen, verplaatst u het opsplitspunt naar voren of naar achteren. Het opsplitspunt kan maximaal acht seconden vooruit of achteruit worden verplaatst vanaf het punt waar op T MARK is gedrukt in stap 1.
Het punt T MARK wordt ingedrukt in stap 1.
Het opsplitspunt wordt maximaal 8 seconden vooruit of terug verschoven.
Het verplaatste interval van vier seconden wordt meerdere malen afgespeeld.
3
Druk op de keuzehendel om het
opsplitspunt in te voeren.
"MARK ON" wordt in het display weergegeven en de track is opgesplitst.
U kunt de functie Speed Control ( pagina 53) gebruiken bij de functie Divide Rehearsal. Hierbij kunt u de afspeelsnelheid vertragen, zodat u de track
nauwkeuriger kunt splitsen.
Opmerking
Het wordt aanbevolen de recorder te gebruiken wanneer u lange tracks wilt splitsen die zijn opgenomen in LinearPCM. Het kan erg lang duren om dergelijke tracks eerst op een computer over te zetten en vervolgens daarop te splitsen.
47
Bewerken
Page 48
Samenvoegen van tracks
(Combine)
U kunt een trackmarkering wissen om zo de tracks die zich voor en na deze markering bevinden, samen te voegen. Deze functie kan alleen worden ingesteld op de recorder.
Opmerking
U kunt geen tracks combineren als:
• een van de twee tracks of beide tracks zijn overgebracht van de computer;
• een van de twee tracks of beide tracks zijn opgenomen in Hi-MD-modus m.b.v. de MD Simple Burner-software;
• de tracks zijn opgenomen in verschillende opnamemodi.
1
Speel de track af waarin zich de
trackmarkering bevindt die u wilt wissen. Druk vervolgens op om te pauzeren.
2
Zoek de trackmarkering op door de
keuzehendel een stukje naar FR te verplaatsen.
Zoek als u bijvoorbeeld de derde trackmarkering wilt wissen het begin op van de derde track. "00:00" wordt op het display weergegeven. "MARK" wordt gedurende enige seconden op het display weergegeven.
3
Druk op T MARK om de markering
te wissen.
"MARK OFF" wordt in het display weergegeven. De trackmarkering wordt gewist en de beide tracks worden samengevoegd.
Als er een trackmarkering wordt gewist bij het samenvoegen van twee tracks, worden de titel en de datum van de tweede track gewijzigd naar die van de eerste track.
Opmerkingen
• Als u een trackmarkering wist tussen twee opeenvolgende tracks die zijn toegewezen aan verschillende groepen, wordt de tweede track aan de groep van de eerste track toegewezen. En als u een track die bij een groep hoort, combineert met een track die niet bij een groep hoort (twee opeenvolgende tracks), wordt de tweede track met dezelfde instellingen als de eerste track aan de desbetreffende groep toegevoegd.
• Het wordt aanbevolen de recorder te gebruiken wanneer u lange tracks wilt combineren die zijn opgenomen in LinearPCM. Het kan erg lang duren om dergelijke tracks eerst op een computer over te zetten en vervolgens daarop te combineren.
48
Page 49

Het menu gebruiken

Het menu gebruiken

· CANCEL
DISPLAY/MENU
Keuzehendel (FF, FR,
/ENT)
1
Druk twee seconden of langer op DISPLAY/MENU.
2
Verplaats de keuzehendel herhaaldelijk in de richting van FF/FR om het item te
selecteren.
3
Druk op de keuzehendel (/ENT).
4
Herhaal stappen 2 en 3.
De instelling wordt toegepast.
Op de afstandsbediening
Sommige menu-items voor afspelen en bewerken kunnen ook worden ingesteld op de afstandsbediening.
DISPLAY
Keuzehendel (, , /ENT)
1 Druk twee seconden of langer op
DISPLAY.
2 Verplaats de keuzehendel herhaaldelijk in
de richting van / om het item te selecteren.
3 Druk op de keuzehendel (/ENT). 4 Herhaal stappen 2 en 3.
Terugkeren naar de vorige instelling
Druk op · CANCEL ( op de afstandsbediening).
De bewerking annuleren
Druk op twee seconden of langer op · CANCEL ( op de afstandsbediening).
49
Het menu gebruiken
Page 50

Menu's voor opnemen

Selecteer "REC Settings" in het menu. Menu's die betrekking hebben op opnemen, kunnen alleen worden ingesteld op de recorder.
Items
Opties (: standaardinstellingen)
REC Mode
PCM
1)
Opnametijd is ongeveer 28 minuten op een standaardschijf van 80 minuten, en ongeveer 1 uur en 34 minuten op een 1 GB Hi­MD-schijf (LinearPCM-opname).
Hi-SP
1)
Opnametijd is ongeveer 2 uur en 20 minuten op een standaardschijf van 80 minuten, en ongeveer 7 uur en 55 minuten op een 1 GB Hi-MD-schijf.
Hi-LP
1)
Opnametijd is ongeveer 10 uur en 10 minuten op een standaardschijf van 80 minuten, en ongeveer 34 uur op een 1 GB Hi-MD-schijf.
SP
2)
Opnametijd is ongeveer 1 uur en 20 minuten op een standaardschijf van 80 minuten.
LP2
2)3)
Opnametijd is ongeveer 2 uur en 40 minuten op een standaardschijf van 80 minuten.
LP4
2)3)
Opnametijd is ongeveer 5 uur en 20 minuten op een standaardschijf van 80 minuten.
REC Level
Auto (AGC)
De recorder past het opnameniveau automatisch aan.
Manual
U kunt het opnameniveau handmatig aanpassen ( pagina 52).
MIC AGC
Standard
Hiermee kan het opnameniveau voor de microfoon bij o.a. het opnemen van gesprekken worden aangepast. Het opnameniveau wordt automatisch aangepast om geluidsvervorming te onderdrukken en om heldere opnamen te produceren. Kan worden geselecteerd terwijl "REC Level" is ingesteld op "Auto (AGC)".
For Music Hiermee kan het opnameniveau voor de microfoon bij o.a.
het opnemen van muziekconcerten of jamsessies worden aangepast. Het opnameniveau wordt automatisch aangepast om geluidsvervorming maximaal te onderdrukken en om natuurlijke volumeovergangen te creëren die dicht bij het oorspronkelijke geluid liggen. Kan worden geselecteerd terwijl "REC Level" is ingesteld op "Auto (AGC)".
MIC Sens
Sens High
De gevoeligheid van de microfoon bij opnamegeluiden met een normaal volume, zoals een gesprek.
Sens Low De gevoeligheid van de microfoon bij het opnemen van harde
geluiden of van geluiden van dichtbij, zoals een muziekconcert.
Time Mark
Off
Als er trackmarkeringen voorkomen in de geluidsbron, worden deze automatisch toegevoegd.
On Time 01 min -
Time 60 min
Trackmarkeringen worden na gespecificeerde intervallen toegevoegd. Dit interval kan worden ingesteld in eenheden van 1 minuut tot maximaal 60 minuten.
50
Page 51
Instelling voor microfoonopname ("MIC AGC")
Wanneer het geluid dat wordt opgenomen (bijvoorbeeld muziek) een laag volume heeft en het omringende geluid een hoog volume heeft (geluid van publiek, applaus, etc.), kunt u beter de instelling "Standard" in het menu "MIC AGC" gebruiken.
Opmerking
U kunt de instelling "MIC AGC" niet aanpassen als de recorder is ingesteld op het handmatig aanpassen van het opnameniveau (terwijl "REC Level" in het menu is ingesteld op "Manual") ( pagina 52).
Instelling voor het toevoegen van trackmarkeringen ("Time Mark")
De tijdmarkering gebruiken om trackmarkering toe te voegen tijdens de opname
• Als de verstreken opnametijd langer is dan het tijdsinterval voor de tijdmarkering: De recorder voegt een trackmarkering toe op het moment dat u het tijdsinterval instelt. Vanaf dat punt voegt de recorder een trackmarkering toe op elk moment dat het tijdsinterval verstrijkt.
Voorbeeld: Acht minuten opnametijd zijn voltooid
wanneer het tijdsinterval voor de tijdmarkering op 5 minuten wordt ingesteld. Er wordt een trackmarkering toegevoegd na het punt voor 8 minuten (na het begin van de opname) en na elk volgend interval van 5 minuten.
• Wanneer het tijdsinterval voor de tijdmarkering de verstreken opnametijd overschrijdt: De recorder voegt trackmarkeringen toe wanneer het ingesteld tijdsinterval voor de tijdmarkering is verstreken.
Voorbeeld: Drie minuten opnametijd zijn voltooid
wanneer het tijdsinterval voor de tijdmarkering op 5 minuten wordt ingesteld. Er wordt een trackmarkering toegevoegd na het punt voor 5 minuten (na het begin van de opname) en na elk volgend interval van 5 minuten.
Items
Opties (: standaardinstellingen)
Group REC Off De recorder maakt geen nieuwe groep bij het begin van het
opnemen.
On
De recorder maakt een nieuwe groep bij het begin van het opnemen.
SYNC REC
Off
Er wordt een normale opname uitgevoerd.
On Er wordt een synchroonopname uitgevoerd (het opnemen
start en stopt synchroon met de geluidsbron tijdens digitaal opnemen).
1)
Wordt alleen weergegeven voor schijven die worden gebruikt in Hi-MD-modus. Audioapparaten die voorzien
zijn van de logo's of , ondersteunen de opnamemodi "PCM", "Hi-SP" en "Hi-LP".
2)
Wordt alleen weergegeven voor schijven die worden gebruikt in MD-modus.
3)
Audioapparaten die voorzien zijn van de logo's of , ondersteunen de opnamemodi "LP2" en
"LP4".
51
Het menu gebruiken
Page 52
Er wordt een "T" vóór de tijdweergave voor trackmarkeringen weergegeven die worden toegevoegd met behulp van de "Time Mark"­instelling.
Opmerkingen
• "Time Mark" kan alleen worden ingesteld wanneer wordt opgenomen via de analoge ingang of via een microfoon.
• Als u tijdens het opnemen een trackmarkering toevoegt door te drukken op T MARK of (pauze), etc., voegt de recorder vanaf dat punt automatisch trackmarkeringen toe na regelmatige tijdsintervallen, zoals ingesteld met behulp van "Time Mark".
• "Time Mark" wordt geannuleerd als u een digitale optische kabel aansluit op de recorder.
Instelling voor synchroonopname ("SYNC REC")
Wanneer er tijdens de synchroonopname meer dan drie seconden geen geluid wordt ontvangen van de aangesloten speler, schakelt de recorder automatisch over op de wachtstand. Zodra de speler weer geluid produceert, hervat de recorder de synchroonopname. Als de recorder 5 minuten of langer in de wachtstand staat, stopt de recorder automatisch.
Opmerkingen
• Tijdens synchroonopname is het niet mogelijk om de pauzefunctie handmatig in of uit te schakelen.
• Wijzig de instelling "SYNC REC" niet tijdens het opnemen. De opname kan dan mislukken.
• Zelfs wanneer de geluidsbron geen geluid meer produceert, kan het zijn dat er tijdens de synchroonopname niet automatisch wordt gepauzeerd als gevolg van ruis die door de geluidsbron wordt uitgezonden.
• Als tijdens een synchroonopname een stil gedeelte van ongeveer 2 seconden wordt gedetecteerd, afkomstig van een geluidsbron anders dan een CD of een MD, wordt er automatisch een trackmarkering toegevoegd op het punt waar het stille gedeelte eindigt.

Het opnameniveau handmatig instellen

Zo nodig kunt u zowel tijdens analoge als digitale opnamen het opnameniveau handmatig instellen.
1
Stop of pauzeer de opname op de
recorder en selecteer in het menu ( pagina 49) "REC Settings" – "REC Level" – "Manual".
2
Druk op REC en verschuif deze
knop, terwijl u drukt op .
Het bedieningslampje knippert rood en de recorder is nu gereed om op te nemen.
3
Speel de bron af.
4
Terwijl u de niveaumeter op het
display in de gaten houdt, regelt u het opnameniveau door de keuzehendel te verplaatsen in de richting van FF/FR.
Stel het niveau zo in dat de niveaumeter oplicht rond "–12 dB". Als het geluidsniveau zodanig hoog is dat het segment "OVER" (" ") oplicht, verlaagt u het opnameniveau.
5
Druk normaals op om de opname
te starten.
Neemt u op van extern aangesloten apparatuur, speel dan voordat u begint met opnemen de bron af tot het begin van het op te nemen geluidsmateriaal.
52
Page 53
• U kunt het opnameniveau tijdens het opnemen instellen door de keuzehendel te verplaatsen.
• Zelfs nadat het opnemen is beëindigd, blijft het opnameniveau hetzelfde, totdat het opnieuw wordt aangepast.
Opmerkingen
• U kunt de niveaus voor het linker- en rechterkanaal niet afzonderlijk regelen.
• Als u het opnameniveau handmatig wilt aanpassen tijdens synchroonopname, voer dan stappen 1 tot 4 van de procedure in dit gedeelte uit. Zorg ervoor dat "SYNC REC" hierbij is ingesteld op "Off". Stel daarna "SYNC REC" in op "On" en begin met opnemen ( pagina 51).

Menu voor afspelen

Het menu voor afspelen kan alleen worden ingesteld met de afstandsbediening.
Items Opties
SpeedCtrl +100% - –50%, Wijzigt de afspeelsnelheid. De normale afspeelsnelheid kan
worden ingesteld in 15 stappen.
Terugkeren naar normale snelheid
Stel de afspeelsnelheid in op 0%.
Als u een andere afspeelsnelheid dan 0% instelt, wordt "SC" links van de tijdweergave in het display van de afstandsbediening weergegeven.
Opmerkingen
• Als u Speed Control selecteert, is het mogelijk dat u ruis of een echo hoort bij het afspelen.
• De functies Virtual Surround, 6-Band Equalizer en Dynamic Normalizer zijn uitgeschakeld wanneer Speed Control is geselecteerd.
53
Het menu gebruiken
Page 54

Menu's voor bewerken

Menu's die betrekking hebben op bewerken, kunnen hetzij op de recorder, hetzij op de afstandsbediening worden gebruikt.
Voordat u begint met bewerken
Beweeg of verschuif de recorder niet en schakel de stroomvoorziening niet uit terwijl u aan het bewerken bent of zolang "SystemFILE WRITING" wordt weergegeven. Als u dit wel doet, kunnen de gegevens die tot dan toe zijn bewerkt, verloren gaan, of kunnen gegevens op de schijf beschadigd raken.

Menu's op de recorder

Selecteer "Edit" in het menu.
Items Opties
Move Track Move
Wijzigt de trackvolgorde op de schijf ( pagina 56).
Group Move
Wijzigt de groepsvolgorde op de schijf ( pagina 56).
Erase Track Erase Wist een track. Kan worden gebruikt als de track die u wilt
wissen, wordt afgespeeld.
Group Erase Wist een groep en alle tracks in een groep. Kan worden gebruikt
als een track in de groep die u wilt wissen, wordt afgespeeld.
All Tr Erase Wist de hele schijf. Kan worden gebruikt zodra de recorder is
gestopt.
Format* Hiermee formatteert u een schijf zodat deze in dezelfde staat verkeert als bij
aanschaf.
* Wordt alleen weergegeven voor schijven die worden gebruikt in Hi-MD-modus.

Menu's op de afstandsbediening

Items Opties
Title ( pagina 57)
Track Voegt een tracknaam toe.
Group Voegt een groepsnaam toe.
Artist* Voegt een artiestennaam toe aan een track.
Album* Voegt een albumnaam toe aan een track.
Disc Voegt een schijfnaam toe.
* Wordt alleen weergegeven voor schijven die worden gebruikt in Hi-MD-modus
54
Page 55
De functie Erase ("Erase")
Als u een track of groep verwijdert
Denk eraan dat wanneer een opgenomen item is gewist, het niet kan worden teruggehaald. Zorg dat u de inhoud van het geselecteerde item bevestigt voordat u het wist.
Als u tracks verwijdert die van de computer zijn overgebracht
Als u tracks probeert te verwijderen die zijn overgedragen vanaf de computer, worden "TRACK FROM PC" en "ERASE OK?" in het display weergegeven. Als u tracks hebt verwijderd die van de computer zijn overgebracht, verloopt de overdrachtsverificatie van de tracks als volgt.
• Als de tracks werden overgebracht in Hi­MD-modus, wordt de overdrachtsverificatie van de tracks automatisch hersteld zodra u de schijf in de recorder plaatst en vervolgens de recorder op de computer aansluit.
• Als de tracks werden overgebracht in MD-modus, is de overdrachtsverificatie van de tracks gewist. Als u de overdrachtsverificatie wilt behouden, dient u de verificatie te herstellen door de tracks weer naar de computer over te brengen alvorens ze te wissen.
Een deel van een track wissen
Voeg trackmarkeringen toe aan het begin en aan het einde van het gedeelte dat u wilt wissen. Wis vervolgens het betreffende deel ( pagina 47).
Opmerkingen
• U kunt de functie "Erase" niet gebruiken voor het verwijderen van andere gegevens dan audiogegevens (zoals tekst- of beeldgegevens) op een schijf die wordt gebruikt in Hi-MD-modus.
• Als alle tracks in een groep worden verwijderd met behulp van de functie "Track Erase", wordt die groep automatisch verwijdert van de schijf.
De functie Format ("Format")
Als u een schijf formatteert
Als een schijf wordt geformatteerd, heeft dit op de volgende manier invloed op het aantal overdrachtverificaties voor de overgedragen tracks.
• Voor 1 GB Hi-MD-schijven wordt het aantal overdrachtverificaties voor de overgedragen tracks hersteld wanneer de schijf wordt geplaatst en de recorder wordt aangesloten op de computer.
• Voor standaardschijven van 60/74/80 minuten wordt het aantal overdrachtverificaties voor overgedragen tracks met één verminderd. Als u deze reductie wilt voorkomen, herstelt u de overdrachtsverificatie door de tracks weer naar de computer over te brengen voordat u de schijf formatteert.
Opmerking
Tijdens het formatteren van een schijf worden alle gegevens (inclusief gegevens die geen audiogegevens zijn) gewist. Denkt u dat een schijf dergelijke gegevens bevat, plaats dan de schijf in de recorder en sluit de recorder op een computer aan om de inhoud ervan te controleren.
55
Het menu gebruiken
Page 56

Een track op een schijf verplaatsen

U kunt een track van de ene groep naar de andere verplaatsen of uit een groep verplaatsen. Wanneer u tracks verplaatst, worden de tracknummers automatisch opnieuw genummerd. Deze functie kan alleen worden ingesteld op de recorder.
1
Als de recorder is gestopt of
als u de track afspeelt die u wilt verplaatsen, opent u het menu ( pagina 49) en selecteert u "Edit" – "Move" – "Track Move".
Als de geselecteerde track zich in de groep bevindt, wordt het nummer van de groep waartoe de op dat moment geselecteerde track behoort, weergegeven in het display.
Als de geselecteerde track zich niet in de groep bevindt, wordt het huidige geselecteerde tracknummer weergegeven in het display.
2
• Als u een track in een groep uit de groep verplaatst, of als er geen groep op een schijf bestaat, gaat u als volgt te werk:
Sla deze stap over.
• Als u een track verplaatst binnen dezelfde groep
Druk op de keuzehendel, terwijl het groepsnummer waartoe de huidige geselecteerde track behoort, wordt weergegeven.
• Als u een track naar een andere groep verplaatst
Verplaats de keuzehendel naar FF/FR om het gewenste groepsnummer te selecteren, en druk vervolgens op de keuzehendel.
Selecteer het gewenste groepsnummer.
3
Verplaats de keuzehendel naar FF/
FR om het gewenste tracknummer te selecteren, en druk vervolgens op de keuzehendel om de selectie in te voeren.
Selecteer het gewenste tracknummer. (Voorbeeld: wanneer u de geselecteerde track verplaatst naar tracknummer 10 in de groep 02)
Opmerking
Als alle tracks uit de groep zijn verplaatst, verdwijnt de groep automatisch van de schijf.

De volgorde van een groep op een schijf wijzigen

Deze functie kan alleen worden ingesteld op de recorder.
1
Als de recorder is gestopt of een
track afspeelt binnen een groep waarvan u de volgorde wilt wijzigen, open dan het menu ( pagina 49) en selecteer "Edit" – "Move" – "Group Move".
Het groepsnummer waartoe de huidige geselecteerde track behoort, wordt weergegeven in het display.
2
Verplaats de keuzehendel naar FF/
FR om het gewenste groepsnummer te selecteren, en druk vervolgens op de keuzehendel om de selectie in te voeren.
Selecteer het gewenste groepsnummer. (Voorbeeld: wanneer u "Group01" verplaatst naar de tweede groep (Group 02))
56
Page 57

Titels toevoegen (titelinvoer)

U kunt titels toevoegen terwijl de recorder tracks afspeelt of is gestopt.
• Een tracknaam, artiestennaam of albumnaam toevoegen aan een track: Voeg de titel toe terwijl u de track afspeelt die u wilt benoemen, of terwijl de recorder is gestopt.
• Een groepsnaam toevoegen: Voeg de titel toe terwijl u een track afspeelt in de groep die u wilt benoemen, of terwijl de recorder is gestopt.
Deze functie kan alleen op de afstandsbediening worden toegepast.
Beschikbare tekens
Hoofdletters en kleine letters van het alfabet voor het Engels en Europese talen* De cijfers 0 t/m 9 Symbolen**
* Europese alfabetten worden alleen weergegeven
voor schijven die worden gebruikt in Hi-MD­modus.
** De beschikbare symbolen verschillen voor de
Hi-MD-modus en de MD-modus.
Maximumaantal tekens per naam
Tracknamen, groepsnamen, namen van artiesten, namen van albums en schijfnaam: ca. 200 elk (bevat een mix van alle beschikbare tekens)
Maximumaantal tekens dat per schijf kan worden ingevoerd*
In Hi-MD-modus: een maximum van ongeveer 55.000 tekens In MD-modus: een maximum van ongeveer 1.700 tekens
* Het aantal titels dat kan worden opgeslagen op
een schijf hangt af van het aantal tekens dat u invoert voor namen van tracks, groepen, albums en schijven.
Opmerking
Als u in schijfnamen gebruikmaakt van het symbool "//", zoals in "abc//def", kan het zijn dat u de groepsfunctie niet kunt gebruiken (alleen in MD­modus).
1
Open het menu ( pagina 49),
selecteer "Title" en selecteer vervolgens een van de volgende mogelijkheden:
Titel Display
Tracknaam Track
Groepsnaam Group
Naam van artiest (op een track)*
Artist
Naam van album (op een track)*
Album
Schijfnaam Disc
* Wordt alleen weergegeven voor schijven die
worden gebruikt in Hi-MD-modus.
Vervolg
57
Het menu gebruiken
Page 58
2
Draai de bedieningsknop VOL +/–
om een letter te selecteren en druk op de keuzeknop om uw keuze in te voeren.
De geselecteerde letter verschijnt en de cursor wordt verplaatst naar de volgende invoerpositie.
Hieronder volgt een overzicht van de toetsen en bedieningsknoppen die bij het invoeren van letters kunnen worden gebruikt en de bijbehorende functies.
Functies Bediening
De cursor naar links of rechts verplaatsen.
Verplaats de keuzehendel naar /.
Een teken invoeren. Druk op de
keuzehendel (/ ENT).
Wisselen tussen hoofdletters, kleine letters en cijfers/markeringen (Aa0).
Druk op P MODE/
.
Wisselen tussen hoofdletters en kleine letters. (Aa)
Druk op SOUND.
Een spatie invoeren.
Druk op +.
Een teken wissen.
Druk op –.
3
Herhaal stap 2 en voer vervolgens
alle tekens van de naam in.
4
Houd de keuzehendel twee
seconden of langer ingedrukt om de titel in te voeren.
Opmerkingen
• De recorder is in staat om Japanse "Katakana"­tekens weer te geven, maar u kunt deze niet gebruiken bij het benoemen.
• De recorder kan geen tracknaam, groepsnaam, naam van een artiest, albumnaam of schijfnaam van meer dan 200 letters hernoemen die werd gemaakt door een ander apparaat (in MD-modus).

Optiemenu's

Selecteer "Option" in het menu. Optiemenu's kunnen zowel worden gebruikt op de recorder als op de afstandsbediening.
Items
Opties (op afstandsbediening weergegeven item staat tussen haakjes vermeld) (: standaardinstellingen)
AVLS
1)
Off (AVLS Off)
Het volume wordt aangepast zonder het volumeniveau te beperken.
On (AVLS On)
Het volume wordt beperkt om geluidslekken of geluidsdruk op de oren te minimaliseren. Als het volume te hoog staat, wordt "AVLS NO VOL OPERATION" weergegeven en wordt het geluid op een gematigd volume gehouden.
Beep
Off (Beep Off) De pieptoon is uitgeschakeld.
On (Beep On)
De pieptoon klinkt wanneer u de recorder bedient.
58
Page 59
Items
Opties (op afstandsbediening weergegeven item staat tussen haakjes vermeld) (: standaardinstellingen)
EL Light
2)
Auto Off Wanneer de recorder 10 seconden lang niet is bedient, wordt het
display donker. Als er gedurende nog eens 5 minuten geen bediening plaatsvindt, wordt het display automatisch uitgeschakeld om de batterijen te sparen (alleen de indicatie voor het batterijniveau blijft verlicht).
On
Het venster blijft verlicht zolang de recorder werkt.
Backlight
3)
Auto
De achtergrondverlichting op de afstandsbediening wordt ingeschakeld wanneer de recorder of de afstandsbediening wordt gebruikt. Als gedurende een paar seconden geen bediening plaatsvindt, wordt de achtergrondverlichting automatisch weer uitgeschakeld.
On De achtergrondverlichting blijft aan terwijl de recorder werkt.
Off De achtergrondverlichting blijft uit.
Quick Mode Off
(Quick Off)
Als u de recorder enige tijd niet bedient, wordt de recorder automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de batterij leeg raakt.
On (Quick On)
De recorder wordt niet automatisch uitgeschakeld. Het afspelen begint snel nadat op de toets voor afspelen is gedrukt.
Disc Mode
Hi-MD
Wanneer u een standaardschijf van 60/74/80 minuten plaatst die geen audiogegevens of gegevens zoals afbeeldingen bevat, wordt de schijfmodus ingesteld op de Hi-MD-modus.
MD Wanneer u een standaardschijf van 60/74/80 minuten plaatst die
geen audiogegevens of gegevens zoals afbeeldingen bevat, wordt de schijfmodus ingesteld op de MD-modus. Als u de schijf die is opgenomen op deze recorder wilt gebruiken op een ander apparaat dat Hi-MD niet ondersteunt, neem dan de schijf op met "Disc Mode" ingesteld op "MD."
Audio Out
2)
Headphone
Selecteer deze optie wanneer u de meegeleverde afstandsbediening aansluit op de /LINE OUT-aansluiting op de recorder of wanneer u de koptelefoon of oortelefoon direct aansluit op de /LINE OUT­aansluiting.
Line Out Selecteer deze optie wanneer u een optionele audioverbindingskabel
gebruikt om de /LINE OUT-aansluiting op de recorder aan te sluiten op een extern apparaat voor geluidsuitvoer.
Clock Set
2)
Hiermee stelt u de datum en tijd in ( pagina 61).
FW Version
2)
Geeft de versie van de firmware in de recorder weer.
1)
AVLS staat voor "Automatic Volume Limiter System".
2)
Kan alleen met de recorder worden ingesteld.
3)
Kan alleen met de afstandsbediening worden ingesteld.
59
Het menu gebruiken
Page 60
Instelling voor het display van de recorder ("EL Light")
Opmerkingen
• Zelfs wanneer "EL Light" wordt ingesteld op "Auto Off", wordt het display niet uitgeschakeld wanneer:
— de recorder wordt gebruikt met de
netspanningsadapter;
— de oplaadbare batterij wordt opgeladen;
— de recorder is aangesloten op de computer;
— een menuopdracht wordt geselecteerd;
— de recorder snel vooruit- of terugspoelt of AMS
gebruikt;.
— de functie Divide Rehearsal wordt uitgevoerd;
— berichten worden weergegeven.
• Als de batterij zwakker wordt tijdens het opnemen (batterij-indicator wordt weergegeven als
), wordt het display donker om de batterijen te
sparen, ongeacht de instelling "EL Light".
• Het bedieningslampje wordt zelfs niet uitgeschakeld wanneer "EL Light" is ingesteld op "Auto Off".
Instelling voor snelle modus ("Quick Mode")
Opmerking
Wanneer "Quick Mode" is ingesteld op "On" ("Quick On" op de afstandsbediening), verbruikt de recorder nog steeds stroom, zelfs wanneer de recorder niet wordt gebruikt. De stroom wordt automatisch uitgeschakeld als de batterijen leegraken.
Instelling voor schijfmodus ("Disc Mode")
Opmerkingen
• Zelfs als u "MD" selecteert als de instelling "Disc Mode", kan de bedieningsmodus alleen "Hi-MD" zijn wanneer gebruik wordt gemaakt van een 1 GB Hi-MD-schijf.
• De bedieningsmodus die in het menu "Disc Mode" is ingesteld, wordt toegepast op een lege standaardschijf van 60/74/80 minuten die op de recorder wordt gebruikt. Dit is ook het geval als er een andere bedieningsmodus is geselecteerd in de SonicStage-software of als er een andere bedieningsmodus werd weergegeven op het display na het formatteren van de schijf door de SonicStage-software.
Instelling voor de /LINE OUT-aansluiting ("Audio Out")
Opmerkingen
• Als "Audio Out" is ingesteld op "Line Out", zullen Virtual Surround, 6-Band Equalizer of Dynamic Normalizer niet werken.
• "Audio Out" kan niet worden ingesteld op "Line Out" wanneer de afstandsbediening is aangesloten.
• Wanneer u de koptelefoon/oortelefoon rechtstreeks aansluit op de recorder, stelt u "Audio Out" in op "Headphone".
• Als "Audio Out" is ingesteld op "Line Out", sluit u de koptelefoon/oortelefoon niet aan. Het geluid van de koptelefoon/oortelefoon zal erg hard zijn.
• Als de recorder is aangesloten op een apparaat zoals een actieve luidspreker en "Audio Out" is ingesteld op "Headphone", stelt u "Beep" in op "Off" ("Beep Off" op de afstandsbediening).
60
Page 61

Klok instellen

Zodra de klok is ingesteld, legt de recorder automatisch de opnametijd en opnamedatum vast voor elke opgenomen track. Deze functie kan alleen worden ingesteld op de recorder.
1
Wanneer de recorder is gestopt,
opent u het menu ( pagina 49) en selecteert u "Option" – "Clock Set".
2
Wijzig het huidige jaar door te
drukken op VOL +/–, en druk vervolgens op de keuzehendel.
Het cijfer van de maand gaat knipperen.
3
Herhaal stap 2 om de maand, de dag,
het uur en de minuten in te voeren.
Zodra u op de keuzehendel drukt om de minuten in te voeren, begint de klok te lopen.
De huidige tijd weergeven
Zodra de recorder is gestopt of bezig is met opnemen, drukt u meerdere malen op DISPLAY/MENU (DISPLAY op de afstandsbediening).
De 24-uurs- of 12-uursklok selecteren
Druk op DISPLAY/MENU terwijl u de klok instelt.
De juiste tijd bewaren
Als u de klok eenmaal hebt ingesteld, blijft de juiste tijd bewaard zolang de recorder is aangesloten op een stroombron, zoals de oplaadbare batterij of het netvoeding. Als er echter geen stroombron is aangesloten, of als de oplaadbare batterij leeg raakt, wordt de klokinstelling na drie minuten teruggezet naar de fabrieksinstelling.
• Terwijl u de klok instelt, kunt u het item selecteren dat u wilt instellen (jaar, maand, datum, etc.) door de keuzehendel naar FF/FR te verplaatsen.
• Als u de recorder aansluit op een computer en SonicStage activeert, wordt de klok op de recorder automatisch afgestemd op de klok van de computer (alleen wanneer de bedieningsmodus van de recorder "Hi-MD-modus" is).
Opmerkingen
• Zorg dat de tijd juist is ingesteld als u wilt dat de tijdmarkering bij belangrijke opnamen correct wordt opgenomen.
• Onder normale omstandigheden kan de klok ongeveer 3 minuten per maand afwijken.
• Overgebrachte tracks bevatten geen opgenomen datuminformatie, zelfs als de klok is ingesteld.
• Wanneer de computer overgaat naar de slaapstand terwijl de recorder is aangesloten, stopt de levering van (bus)stroom naar de recorder. Daardoor zal de klokinstelling van de recorder verloren gaan, als de oplaadbare batterij leeg is of niet in de recorder is geplaatst.
61
Het menu gebruiken
Page 62

Problemen oplossen

Problemen oplossen

Als zich een probleem voordoet tijdens het werken met de recorder, volgt u de hieronder beschreven stappen voordat u een Sony-dealer raadpleegt. Noteer eventuele foutberichten.
1 Controleer of het probleem wordt vermeld in dit hoofdstuk "Problemen oplossen". Zoek ook onder "Berichten" ( pagina 71) naar het probleem. 2 Als u het probleem niet kunt verhelpen nadat u stap 1 hebt uitgevoerd, neem dan contact op
met een Sony-dealer bij u in de buurt.
Tijdens het opladen
Probleem Oorzaak en/of oplossing
De oplaadbare batterij begint niet met opladen. De oplaadbare batterij kan niet volledig worden opgeladen.
De oplaadbare batterij is onjuist geplaatst of de
netspanningsadapter, het netsnoer of de USB-kabel is onjuist aangesloten. Plaats de oplaadbare batterij op de juiste wijze of sluit de netspanningsadapter, het netsnoer of de USB-kabel op de juiste wijze aan.
Er is geen oplaadbare batterij geplaatst. Plaats de oplaadbare
batterij ( pagina 14).
De oplaadbare batterij is leeg. Laad de oplaadbare batterij op.
Nadat u de USB-kabel hebt aangesloten op de recorder, duurt het één minuut voordat de indicator wordt weergegeven en het opladen begint. Als het opladen ook na een minuut niet begint, sluit u de USB-kabel opnieuw aan op de recorder.
De omgevingtemperatuur is te hoog of te laag ("CHARGE +5°C
– +35°C/41F–95F" wordt op het display weergegeven). Laad de batterij op bij een temperatuur van +5 °C tot +35 °C.
Het opladen van de batterij duurt langer als u de recorder bedient
terwijl de batterij via de netspanningsadapter wordt opgeladen, of als u op de computer werkt terwijl de batterij via USB-stroom wordt opgeladen. Gebruik de recorder niet als u de batterij sneller wilt opladen.
U drukte op de keuzehendel of op een van de toetsen op de
recorder op het moment dat u de USB-kabel aansloot.
De oplaadbare batterij is leeg geraakt, ook al is de recorder een tijdje niet gebruikt.
"Quick Mode" was ingesteld op "On" ("Quick On" op de
afstandsbediening) ( pagina 59). Als u de "Quick Mode" instelt op "On" ("Quick On" op de afstandsbediening), wordt de recorder nog steeds van stroom voorzien, ook al gebruikt u deze niet. De oplaadbare batterij zal daardoor sneller leeg zijn. Als de oplaadbare batterij niet volledig is opgeladen, kan deze na een tijdje leegraken. Als dit gebeurt, laadt u de oplaadbare batterij opnieuw op.
Ook als de batterij volledig is opgeladen, gaat de batterij nog maar half zo lang mee als normaal. De resterende oplaadtijd bedraagt ongeveer de helft van de gebruikelijke tijd.
De capaciteit van de oplaadbare batterij is afgenomen, omdat de
batterij het einde van zijn levensduur heeft bereikt. Vervang de oplaadbare batterij door een nieuwe (optioneel).
De recorder wordt heet tijdens het opladen.
Dit brengt geen gevaar met zich mee.
62
Page 63
Terwijl de recorder op de computer is aangesloten
Probleem Oorzaak en/of oplossing
De computer herkent de recorder niet.
De USB-kabel is niet goed aangesloten. Sluit de USB-kabel goed
aan op de recorder en de computer ( pagina 21). Als de recorder nog altijd niet wordt herkend, koppel dan de USB-kabel los, start de computer opnieuw op en sluit vervolgens de USB-kabel opnieuw aan.
Er wordt een USB-hub gebruikt. Sluit de USB-kabel direct aan op
de USB-poort van de computer.
De netwerkcommunicatie kan niet plaatsvinden. Koppel de
USB-kabel los, wacht minstens twee seconden en sluit de kabel opnieuw aan. Als de recorder nog altijd niet wordt herkend, koppelt u de USB-kabel los, start u de computer opnieuw op en sluit u vervolgens de USB-kabel opnieuw aan.
Als u met Windows 2000 Professional werkt en een USB-kabel
loskoppelt nadat u de computer inschakelt of opnieuw start, is het mogelijk dat de computer de recorder niet herkent wanneer u de USB-kabel opnieuw aansluit. Ontkoppel in dit geval de USB-kabel, start de computer opnieuw op en sluit vervolgens de USB-kabel opnieuw aan. Probeer ook uw besturingssysteem bij te werken.
Er is geen schijf in de recorder geplaatst. Controleer of er een
schijf is geplaatst in de recorder.
De installatie van de software is mislukt. Koppel de recorder los
en installeer de software opnieuw ( pagina 20).
De recorder wordt niet herkend als een extern apparaat in Windows Explorer.
De geplaatste schijf wordt opgenomen in MD-modus. Plaats een
schijf die is opgenomen in Hi-MD-modus.
Er is een lege standaardschijf van 60/74/80 minuten geplaatst,
terwijl "Disc Mode" in het menu is ingesteld op "MD". Stel "Disc Mode" in op "Hi-MD" ( pagina 59).
Hoewel de USB-kabel is gebruikt om de recorder aan te sluiten, geeft het display op de recorder niet aan dat de recorder is aangesloten.
Het duurt even voordat SonicStage wordt herkend. Een ogenblik
geduld.
Het andere softwareprogramma wordt uitgevoerd. Sluit de USB-
kabel na enige tijd opnieuw aan. Als de computer de recorder nog steeds niet herkent, koppel dan de USB-kabel los, start de computer opnieuw op en sluit de USB-kabel opnieuw aan.
"RECONNECT USB" wordt in het display weergegeven.
U bediende de recorder of de computer, voordat de recorder werd
herkend door de computer. Sluit de USB-kabel opnieuw aan ( pagina 21).
Opladen via USB-stroom is niet mogelijk.
Het deksel van het batterijcompartiment is niet goed gesloten.
Plaats de oplaadbare batterij opnieuw en zorg dat het deksel van het batterijcompartiment volledig is gesloten.
De temperatuur van de omgeving waarin de batterij wordt
opgeladen, is te hoog of te laag. Laad de oplaadbare batterij op binnen een temperatuurbereik van +5 °C tot +35 °C.
Vervolg
63
Storingen verhelpen
Page 64
Probleem Oorzaak en/of oplossing
De oplaadbare batterij kan niet voldoende worden opgeladen via de USB-stroom.
Als u de recorder bedient terwijl deze is aangesloten op een
computer, duurt het enige tijd voordat de oplaadbare batterij voldoende is opgeladen via USB-stroom. Gebruik de recorder niet als u de batterij sneller wilt opladen.
De installatie is mislukt.
U gebruikt een besturingssysteem dat deze software niet
ondersteunt ( pagina 19).
Er zijn nog programmavensters geopend. Als u begint met
installeren terwijl andere programma's actief zijn, kunnen fouten optreden. Dit geldt met name voor programma's die veel systeembronnen verbruiken, zoals virusscanners.
Er is onvoldoende ruimte op uw vaste schijf. U hebt 200 MB of
meer vrije ruimte op uw vaste schijf nodig.
De installatie lijkt te zijn afgebroken voordat deze is voltooid.
Kijk of er een foutbericht onder het installatievenster wordt
weergegeven. Druk op de [Alt]-toets of de [Tab]-toets om elk bericht dat is verschenen weer te geven en volg de instructies op het scherm. De installatie wordt hervat. Als er geen foutbericht staat, is de installatie nog steeds bezig. Wacht nog wat langer.
De voortgangsindicatiebalk verandert niet of het toegangslampje heeft al een paar minuten niet gebrand tijdens de installatie.
De voortgang van de installatie is normaal. Een ogenblik geduld.
De installatie kan een half uur of langer duren, afhankelijk van uw CD-ROM-station of uw systeemomgeving.
U kunt geen audiogegevens opnemen wanneer u op de REC-schakelaar drukt en deze verschuift, terwijl u gebruikmaakt van de MD Simple Burner­software.
De recorder is niet goed aangesloten op de computer. Sluit de
recorder met de USB-kabel op de juiste wijze aan op de computer.
Er is geen audio-CD in het CD-ROM-station van de computer
geplaatst. Plaats een audio-CD.
De capaciteit van de schijf is onvoldoende. Plaats een andere
schijf.
De recorder werkt niet normaal alhoewel de computer hem wel herkent.
Er wordt een USB-hub gebruikt. Sluit de USB-kabel direct aan op
de USB-poort van de computer.
U gebruikt de recorder op een plaats waar trillingen voorkomen.
Zet de recorder op een plaats waar geen trillingen plaatsvinden.
De recorder mag niet worden gebruikt als opslagapparaat.
De SonicStage- of MD Simple Burner-software is actief. Sluit de
SonicStage- of MD Simple Burner-software.
De afspeeltijd voor een overgebrachte track wijkt af van de tijd die op de computermonitor wordt aangegeven
Dit komt door een verschil in berekening tussen de recorder en de
computer.
64
Page 65
Probleem Oorzaak en/of oplossing
U kunt geen audiogegevens van uw computer overbrengen die de resterende opnametijd op de schijf opvullen.
Wegens de beperkingen van het systeem worden geluidsbestanden
opgenomen in stappen van enkele seconden. Als u dus veel korte tracks opneemt, neemt de totale opnametijd wel toe maar komt deze niet overeen met de resterende opnametijd.
Op de computer wordt een ander schijfformaat aangegeven dan op de schijf.
Het verschil wordt veroorzaakt door het feit dat het schijfformaat
op de computer volgens het binaire stelsel wordt aangegeven en op de schijf ( pagina 30) en andere opnamemedia volgens het decimale stelsel.
U kunt de recorder niet bedienen.
U kunt de recorder niet bedienen, terwijl deze is aangesloten op de
computer.
Het deksel gaat niet open.
Dit gebeurt wanneer u de USB-kabel loskoppelt tijdens
gegevensoverdracht, opname of bewerking op de computer en de oplaadbare batterij leeg is of niet in de recorder is geplaatst. Sluit de USB-kabel opnieuw aan of plaats een volledig opgeladen oplaadbare batterij in de recorder en druk op  · CANCEL.
Tijdens het opnemen
Probleem Oorzaak en/of oplossing
De resterende opnametijd wordt weergegeven als "R 00:00" en opname kan niet plaatsvinden, ook al wordt de beschikbare ruimte aangegeven met 2,0 MB.
Dit is een beperking van het systeem. 2,0 MB is de capaciteit van
het reservedomein.
De recorder maakt altijd een nieuwe groep tijdens het opnemen.
De groepsopname ("Group REC") is ingesteld op "On". (U kunt
geen tracks overschrijven.) Stel de instelling voor het opnemen van groepen in op "Off" ( pagina 51).
De eerste paar seconden van een track worden niet opgenomen.
Als u begint met opnemen voordat de bedieningsmodus wordt
weergegeven en het bedieningslampje uit is, worden er geen gegevens opgenomen op de eerste paar seconden van de eerste track. Wacht totdat de bedieningsmodus wordt weergegeven en het bedieningslampje uit is voordat u begint met opnemen.
Er kan geen nieuwe groep worden gemaakt.
Dit wordt veroorzaakt door een beperking van het MiniDisc-
systeem (alleen MD-modus). Als het totaal aantal tekens dat wordt gebruikt op een schijf (voor tracknamen en namen van artiesten, albums, groepen en schijven) meer dan ongeveer 1.700 bedraagt, kunt u geen nieuwe groep meer maken.
Vervolg
65
Storingen verhelpen
Page 66
Probleem Oorzaak en/of oplossing
Het opnemen kan niet correct worden uitgevoerd.
De audiobronnen zijn wellicht niet goed aangesloten. Koppel de
audiobronnen los en sluit deze opnieuw aan ( pagina's 31, 37).
De draagbare CD-speler zendt geen digitaal signaal uit. Als u een
digitale opname maakt vanaf een draagbare CD-speler, gebruikt u een netspanningsadapter en schakelt u de stabiliseerfunctie op de CD-speler (bijvoorbeeld ESP) uit.
De analoge opname is gemaakt via een aansluitkabel met
een signaalverzwakker. Gebruik een aansluitkabel zonder signaalverzwakker ( pagina 11).
Het opnameniveau is te laag om op te nemen (als u het
opnameniveau handmatig afstelt). Pauzeer de recorder en stel het opnameniveau in ( pagina 52).
De recorder is aangesloten op de computer. Ontkoppel de recorder
van de computer tijdens het opnemen.
De voedingsbron was losgekoppeld of er heeft zich tijdens het
opnemen een stroomstoring voorgedaan. Het opnameresultaat is niet op de schijf vastgelegd. Maak de opname opnieuw.
Opname kan niet plaatsvinden als de resterende opnametijd op
de schijf 48 seconden of minder bedraagt ("DISC FULL" wordt weergegeven). Vervang de schijf.
Het deksel gaat niet open na het opnemen.
Het deksel gaat niet open zolang "SystemFILE WRITING" op het
display staat.
"TRACK FULL" verschijnt al voordat de schijf de maximale opnametijd heeft bereikt. Er kan niet worden opgenomen.
Dit wordt veroorzaakt door een beperking van het systeem.
Wanneer er 2.047 tracks (op een schijf in Hi-MD-modus) of 254 tracks (op een schijf in MD-modus) zijn opgenomen op de schijf, wordt "TRACK FULL" weergegeven, ongeacht de verstreken opnametijd. Er kunnen niet meer dan 2.047 of 254 tracks op de schijf worden opgenomen. Als u wilt doorgaan met opnemen, dient u overbodige tracks te wissen.
Hoewel er vele korte tracks zijn gewist, neemt de resterende opnametijd niet toe.
Dit wordt veroorzaakt door een beperking van het MiniDisc-
systeem (alleen in MD-modus). Opnames die korter duren dan 12 seconden (in SP-modus), 24 seconden (in LP2-modus of mono) of 48 seconden (in LP4-modus) worden niet meegeteld, zodat het wissen ervan niet resulteert in een toename van de resterende opnametijd.
66
Page 67
Vervolg
Probleem Oorzaak en/of oplossing
De totale opnametijd en resterende opnametijd tezamen blijven onder de maximale opnametijd van de schijf (van 60, 74 of 80 minuten).
Dit wordt veroorzaakt door een beperking van het MiniDisc-
systeem (alleen in MD-modus). Normaal gesproken wordt er opgenomen in minimale eenheden van ongeveer 2 seconden (in SP-modus), 4 seconden (in LP2-modus of mono) of 8 seconden (in LP4-modus). Wanneer de opname stopt, verbruikt de laatst opgenomen eenheid altijd deze complete eenheid van 2, 4 of 8 seconden, ook al duurt de daadwerkelijke opname minder lang. Ook wanneer de opname na een stop wordt hervat, voegt de recorder automatisch een lege ruimte van 2, 4 of 8 seconden in voordat de nieuwe opname begint. (Dit wordt gedaan om te voorkomen dat een voorgaande track per ongeluk wordt gewist wanneer er een nieuwe opname wordt gestart). Telkens wanneer een opname wordt gestopt, neemt de potentiële opnametijd dus af met maximaal 6, 12 of 24 seconden.
"TRACK FULL" wordt weergegeven nog voordat de schijf het maximale aantal tracknummers of opnametijd heeft bereikt.
Dit wordt veroorzaakt door een beperking van het MiniDisc-
systeem. Herhaaldelijk opnemen en wissen kan fragmentatie en verspreiding van gegevens tot gevolg hebben. Hoewel deze verspreide gegevens kunnen worden gelezen, wordt ieder fragment aangemerkt als een track. Op deze manier kan het aantal van 2.047 tracks worden bereikt (op een schijf in Hi-MD­modus), of het aantal van 254 tracks (op een schijf in MD-modus) waardoor verder opnemen niet mogelijk is. Als u wilt doorgaan met opnemen, dient u overbodige tracks te wissen.
Tijdens het afspelen
Probleem Oorzaak en/of oplossing
Een schijf wordt niet normaal afgespeeld.
Herhaald afspelen is geselecteerd. Schakel terug naar de normale
afspeelstand ( pagina 44).
De afspeelmodus is gewijzigd. Schakel terug naar "Normal"
( pagina 43).
Een schijf wordt niet afgespeeld vanaf de eerste track.
Het afspelen van de schijf is gestopt voordat de laatste track
is bereikt. Druk twee seconden of langer op de keuzehendel (/ENT) (/ENT op de afstandsbediening) om te beginnen met afspelen ( pagina 40).
Het geluid slaat over bij het afspelen.
De recorder bevindt zich op een plaats waar deze aan trillingen is
blootgesteld. Zet de recorder op een stabiele plaats.
Bij een zeer korte track kan het geluid overslaan.
Er klinkt kortstondig een bijgeluid.
Door de speciale digitale audiocompressietechnologie die bij LP4-
modus wordt gebruikt, kan in zeer zeldzame gevallen bij bepaalde geluidsbronnen kortstondige ruis klinken.
67
Storingen verhelpen
Page 68
Probleem Oorzaak en/of oplossing
Het geluid bevat veel statische ruis.
De werking van de speler wordt verstoord door sterke magnetische
velden van televisietoestellen e.d. Houd de recorder uit de buurt van een bron met sterke magnetische velden.
Het volume van de opgenomen track is laag.
De track werd opgenomen in analoge modus of u gebruikte
een aansluitkabel met een signaalverzwakker. Gebruik een aansluitkabel zonder signaalverzwakker.
Het opnameniveau is laag. Stel het opnameniveau tijdens het
opnemen handmatig in ( pagina 52).
Het volume kan niet worden opgevoerd.
"AVLS" is ingesteld op "On" ("AVLS On" op de
afstandsbediening). Stel "AVLS" in op "Off" ("AVLS Off" op de afstandsbediening) ( pagina 58).
Er komt geen geluid uit de oortelefoon.
De stekker van de oortelefoon is niet goed aangesloten. Sluit de
stekker van de oortelefoon goed aan op de recorder.
De stekker is vuil. Reinig de stekker.
De schijf kan niet op een ander apparaat worden afgespeeld.
Het apparaat ondersteunt geen Hi-MD. Hi-MD-schijven kunnen
alleen worden afgespeeld op apparaten die Hi-MD ondersteunen.
Tijdens het zoeken kan bij de bewerkte tracks geluidsuitval optreden.
Dit wordt veroorzaakt door een beperking van het MiniDisc-
systeem. Door de fragmentatie van gegevens kan er tijdens het zoeken geluidsuitval optreden, omdat de tracks dan op een hogere snelheid worden afgespeeld dan normaal.
Er is geen R-kanaalgeluid hoorbaar wanneer een track wordt afgespeeld die is opgenomen met een cassettedeck of een versterker, of bij het luisteren naar een track via een aangesloten cassettedeck of via een versterker.
Er is geen R-kanaalgeluid hoorbaar wanneer de recorder is
aangesloten op een cassettedeck of een versterker met een monokabel. Zorg ervoor dat u een stereo-aansluitkabel gebruikt.
U kunt geen MP3-audiotrack afspelen.
Het type MP3 dat wordt ondersteund door deze recorder is
MPEG-1 Audio Layer-3, overgedragen door de SonicStage­software, met een aftastfrequentie van 32, 44,1 of 48 kHz.
Datum en tijd van de opname worden niet weergegeven.
Datum en tijd van de opname worden weergegeven als ze zijn
opgenomen. Wanneer een audiotrack wordt overgedragen vanaf de computer, worden de opnamedatum en opnametijd niet weergegeven.
Het bedieningslampje knippert langzaam tijdens het afspelen.
Het bedieningslampje knippert langzaam wanneer de inhoud van
een bewerking die tijdens afspelen of pauzeren wordt uitgevoerd, gereed is om naar een schijf te worden weggeschreven. Wanneer het afspelen op de recorder is gestopt, wordt de bewerkte inhoud naar de schijf weggeschreven en wordt het bedieningslampje uitgeschakeld.
68
Page 69
Tijdens het bewerken
Probleem Oorzaak en/of oplossing
Het deksel gaat niet open.
De recorder is bezig met het opslaan van bewerkingsgegevens. Het
deksel gaat pas open als "SystemFILE WRITING" niet meer op het display wordt weergegeven.
U kunt geen bewerkingsfuncties uitvoeren.
U hebt de voedingsbron losgekoppeld of er heeft zich tijdens
het bewerken een stroomstoring voorgedaan. Voer de bewerking opnieuw uit.
Andere niet-audiogegevens kunnen niet worden gewist.
Andere gegevens kunnen niet worden gewist met de functie
Erase. Bevestig de inhoud door de recorder op uw computer aan te sluiten. Als de inhoud verwijderd mag worden, koppelt u de recorder los van de computer. Gebruik vervolgens de functie Format ( pagina 54).
U kunt tracks niet combineren.
Dit wordt veroorzaakt door een beperking van het MiniDisc-
systeem. Als de tracks verspreid zijn en alle tracks kort zijn, kunt u de tracks mogelijk niet combineren. Tracks van de volgende lengte kunnen mogelijk niet worden gecombineerd. Hi-MD-modus LinearPCM: 9 seconden of minder Hi-SP: 8 seconden of minder Hi-LP: 32 seconden of minder MD-modus SP: 12 seconden of minder LP2/Monaural: 24 seconden of minder LP4: 48 seconden of minder
Het is niet mogelijk om tracks die in verschillende opnamemodi
zijn opgenomen te combineren, bijvoorbeeld een track die in stereo is opgenomen en een track die in mono is opgenomen; ook kunt u een track die is opgenomen met een digitale aansluiting, niet combineren met een track die met een analoge aansluiting is opgenomen.
De schijf kan niet op een ander apparaat worden bewerkt.
Het apparaat ondersteunt geen Hi-MD. Voer de bewerking uit op
een ander apparaat dat Hi-MD wel ondersteunt.
69
Storingen verhelpen
Page 70
Overige
Probleem Oorzaak en/of oplossing
De recorder werkt niet of matig.
De oplaadbare batterij is niet opgeladen. Laad de oplaadbare
batterij op.
Het volume is laag. Zet het volume hoger.
Er is geen schijf geplaatst. Plaats een bespeelde schijf.
De HOLD-functie is ingeschakeld. Schakel HOLD uit door de
HOLD-schakelaar tegen de richting van de pijl in te schuiven ( pagina 15).
Het deksel is niet goed gesloten. Sluit het deksel totdat deze
vastklikt.
Er kan condensatie in de recorder zijn opgetreden als de recorder
direct vanuit een koude naar een warme locatie is verplaatst. Haal de schijf eruit en laat de recorder enkele uren op een warme plaats liggen totdat het vocht is verdampt ( pagina 78).
De netspanningsadapter, het netsnoer of de USB-kabel is niet goed
aangesloten. Sluit deze goed aan.
De oplaadbare batterij is zwak ("LOW BATTERY" knippert of er
wordt niets weergegeven). Laad de oplaadbare batterij op ( pagina 14) of sluit de recorder aan op een stopcontact.
De schijf is beschadigd of bevat niet de juiste opname- of
bewerkingsgegevens. Plaats de schijf opnieuw. Maak nieuwe opnamen op de schijf. Vervang de schijf door een andere als het foutbericht opnieuw wordt weergegeven.
Er is een ingebouwde storing in het systeem. De recorder is
tijdens het opnemen blootgesteld aan een mechanische schok, te veel statische energie, een abnormale spanning ten gevolge van bliksem, enz. Sluit alle voedingsbronnen af en koppel de USB­kabel los. Laat de recorder een halve minuut staan en sluit de voedingsbron aan.
Het display gaat niet aan.
U hebt geprobeerd de recorder te bedienen met behulp van de
afstandsbediening, terwijl "EL Light" is ingesteld op "Auto Off" ( pagina 59). Gebruik de toetsen en knoppen op de recorder.
De bedieningsmodus van de lege standaardschijf van 60/74/80 minuten verschilt van de modus na het formatteren of de in de SonicStage-software geselecteerde modus.
Als u een lege standaardschijf van 60/74/80 minuten in de recorder
gebruikt, wordt de bedieningsmodus toegepast die in het menu "Disc Mode" is ingesteld. Gebruik het menu "Disc Mode" om de gewenste bedieningsmodus in te stellen.
70
Page 71

Berichten

Bericht Oorzaak en/of oplossing
ACCESS
De recorder schrijft gegevens weg naar de schijf of de computer leest
gegevens op de schijf, terwijl de recorder is aangesloten op de computer. Wacht tot dit proces is voltooid.
ACCESS ERROR
De recorder kan geen toegang krijgen tot de schijf in de recorder, terwijl de
recorder is aangesloten op de computer. Sluit de recorder opnieuw aan op de computer of plaats de schijf opnieuw.
AUDIO FILE ERROR
Er is een schijf in de recorder geplaatst die niet kan worden opgenomen
of afgespeeld. Het bestand met geluidsgegevens of het bestand voor schijfbeheer is beschadigd. Plaats een andere schijf.
AVLS NO VOL OPERATION
"AVLS" is ingesteld op "On" ("AVLS On" op de afstandsbediening) en
daarom kan het volume niet hoger worden ingesteld. Stel "AVLS" in op "Off" ("AVLS Off" op de afstandsbediening) ( pagina 58).
BLANKDISC
Er is een lege schijf geplaatst.
BUSY WAIT A MOMENT
De recorder verzamelt schijfinformatie. U hebt geprobeerd de recorder te
bedienen, terwijl deze bezig was de opgenomen gegevens te lezen. Wacht tot het bericht weer verdwijnt (in zeldzame gevallen kan dit ongeveer een minuut duren).
CANNOT EDIT
U hebt geprobeerd tracks te combineren die in verschillende opnamemodi
zijn opgenomen.
U hebt geprobeerd een track te wissen, terwijl u de eerste track op de schijf
selecteerde.
U hebt geprobeerd trackmarkeringen te overschrijven.
U hebt geprobeerd trackmarkeringen te combineren met een gezamenlijke
lengte van 999 minuten en 59 seconden.
U hebt "Edit" in het recordermenu of "Title" in het menu van de
afstandsbediening geselecteerd, terwijl u aan het opnemen bent.
U hebt "Format" in het menu geselecteerd, terwijl de recorder nog niet is
gestopt.
U hebt geprobeerd een titel te wijzigen die tekens bevat die de recorder niet
kan bewerken.
CANNOT OPERATE
U hebt op of T MARK op de recorder of op P MODE/ op de
afstandsbediening gedrukt tijdens een synchroonopname.
U hebt op SOUND op de afstandsbediening gedrukt, terwijl de functie
Speed Control in gebruik is.
U hebt twee seconden of langer op T MARK op de recorder gedrukt, terwijl
u een titel (een andere naam dan een schijfnaam) bewerkte op een schijf die wordt gebruikt in MD-modus, of terwijl u een titel bewerkte op een schijf die wordt gebruikt in Hi-MD-modus.
CANNOT PLAY
U hebt geprobeerd een track af te spelen waarvoor afspeelrestricties gelden.
U hebt geprobeerd een MP3-audiotrack af te spelen die de recorder niet
kan afspelen. Het type MP3 dat wordt ondersteund door deze recorder is MPEG-1 Audio Layer-3, overgedragen door de SonicStage-software, met een aftastfrequentie van 32, 44,1 of 48 kHz.
Vervolg
71
Storingen verhelpen
Page 72
Bericht Oorzaak en/of oplossing
CANNOT SET
U hebt "REC Mode" of "Group REC" in het recordermenu of "SpeedCtrl"
in het menu van de afstandsbediening geselecteerd, terwijl u aan het opnemen was of tijdens een opnamepauze.
U hebt "Time Mark" in het menu geselecteerd tijdens digitaal opnemen of
tijdens een opnamepauze.
U hebt "REC Level" in het menu geselecteerd, terwijl de synchroonopname
op de recorder gepauzeerd is.
U hebt "REC Level" geselecteerd, terwijl de recorder nog niet is gestopt, of
terwijl de opname gepauzeerd is.
U hebt "MIC AGC" geselecteerd, terwijl "REC Level" in het menu is
ingesteld op "Manual".
CHARGE +5°C–+35°C/41F–95F
U hebt geprobeerd de oplaadbare batterij op te laden bij een temperatuur
die buiten het opgegeven bereik voor de recorder valt. Laad de batterij op bij een temperatuur tussen de +5°C en +35°C.
DATA SAVE
De recorder schrijft gegevens weg naar het systeembestand, bijvoorbeeld
opgenomen gegevens of bewerkingsgegevens. Wacht tot dit proces is voltooid. (Zorg dat de recorder niet wordt blootgesteld aan fysieke schokken en dat de stroomvoorziening niet wordt onderbroken.)
DC IN TOO HIGH
De spanning van de voedingsvoorziening is te hoog (er is geen gebruik
gemaakt van de meegeleverde netspanningsadapter of van het netsnoer). Maak gebruik van de meegeleverde netspanningsadapter of het netsnoer.
DISC FULL
U hebt geprobeerd op te nemen op een schijf waarop niet genoeg ruimte
beschikbaar is.
END
De recorder bereikte het eind van de laatste track in de geselecteerde
afspeelmodus, terwijl u een het afspelen bent of de keuzehendel verplaatst naar FF ( op de afstandsbediening). U hebt op de keuzehendel (/ENT) (/ENT op de afstandsbediening) gedrukt aan het eind van de laatste track op de schijf.
ERROR
Er is een ingebouwde storing in het systeem. De recorder is tijdens het
opnemen blootgesteld aan een mechanische schok, te veel statische energie, een abnormale spanning als gevolg van bliksem, enz. Sluit alle voedingsbronnen af en koppel de USB-kabel los. Laat de recorder een halve minuut staan en sluit de voedingsbron aan.
FORMAT ERROR DISC
Er is een schijf geplaatst met een indeling die niet door de recorder wordt
ondersteund. Plaats een standaard-MD of een schijf voor de Hi-MD-modus.
Er is een schijf geplaatst die werd geformatteerd op de computer zonder dat
gebruik is gemaakt van de SonicStage-software. Gebruik de SonicStage­software als u met de computer een schijf formatteert.
HOLD
De recorder is vergrendeld. Schuif de HOLD-schakelaar tegen de richting
van de pijl in om de recorder te ontgrendelen ( pagina 15).
IN MENU
U maakt gebruik van de afstandsbediening, terwijl u een menu hebt
geselecteerd op de recorder. Pas de instelling toe op de recorder. U maakt gebruik van de recorder, terwijl u een menu hebt geselecteerd op de afstandsbediening. Pas de instelling toe op de afstandsbediening.
72
Page 73
Bericht Oorzaak en/of oplossing
LINE OUT NO VOL OPERATION
U hebt geprobeerd het volume te wijzigen, terwijl "Audio Out" in het menu
is ingesteld op "Line Out". Stel "Audio Out" in op "Headphone" ( pagina 59).
LOW BATTERY
De oplaadbare batterij is bijna leeg. Laad de oplaadbare batterij op
( pagina 14).
MEMORY OVER
U hebt geprobeerd op te nemen, terwijl de recorder zich op een plaats
bevindt waar de recorder continu aan trillingen wordt blootgesteld. Zet de recorder op een stabiele plaats en begin opnieuw met opnemen.
NO BookmarkedTRACK
U hebt gekozen voor het afspelen van gemarkeerde tracks zonder
markeringen in te stellen. Stel markeringen in ( pagina 43).
NO DIGITAL COPY
U hebt geprobeerd op te nemen van een schijf die is beveiligd door het
Serial Copy Management System. Maak een analoge opname ( pagina
38).
NO DISC
U hebt geprobeerd af te spelen of op te nemen zonder dat er een schijf in de
recorder zit. Plaats een schijf.
NO GROUP
U hebt "Group Erase" of "Group Move" in het menu op de recorder
geselecteerd, of "Title" – "Group" in het menu op de afstandsbediening geselecteerd, terwijl u gebruikmaakt van een schijf zonder ingestelde groepen.
NO INPUT SIGNAL
De recorder heeft geen digitale invoersignalen kunnen waarnemen. Zorg
dat de bron goed is aangesloten ( pagina 37). Als u een analoge opname maakt, kunt u het bericht negeren.
NON GROUPED TRACK
U hebt "Group Erase" of "Group Move" in het menu op de recorder
geselecteerd, of "Title" – "Group" in het menu op de afstandsbediening geselecteerd, terwijl u een track selecteerde die niet tot een groep behoort.
NO TRACK
U hebt geprobeerd een schijf zonder opgenomen tracks af te spelen die
wordt gebruikt in Hi-MD-modus.
P/B ONLY DISC
U hebt geprobeerd om op te nemen op een voorbespeelde schijf of
geprobeerd deze te bewerken (P/B staat voor "playback" (afspelen)). Plaats een onbespeelde schijf.
PC--MD
U hebt de recorder of de afstandsbediening bediend, terwijl de recorder is
aangesloten op de computer. Koppel de recorder los van de computer ( pagina 22).
PLAY MODE
U hebt de recorder bediend, terwijl u de afspeelmodus op de
afstandsbediening hebt geselecteerd.
PROTECTED DISC
U hebt geprobeerd op te nemen op een schijf die tegen opnemen is
beveiligd, of u hebt geprobeerd deze schijf te bewerken. Schuif het beveiligingsnokje terug ( pagina 76).
PUSH STOP BUTTON
U hebt het deksel van de recorder proberen te openen terwijl schijfgegevens
werden opgeslagen en de recorder was aangesloten op een computer. Wacht totdat "SystemFILE WRITING" uit het display is verdwenen, nadat u op · CANCEL hebt gedrukt.
READ ERROR
De recorder kan de schijfgegevens niet goed lezen. Plaats de schijf
opnieuw.
REC ERROR
De opname is niet op de juiste wijze gemaakt. Zet de recorder op een plaats
waar geen trillingen plaatsvinden en maak de opname opnieuw.
De schijf is vuil (vet of vingerafdrukken), bevat krassen of is geen
standaardschijf. Probeer een opname te maken met een andere schijf.
73
Storingen verhelpen
Page 74
Bericht Oorzaak en/of oplossing
RECONNECT USB
U hebt geprobeerd de recorder of de computer te bedienen, voordat de
recorder werd herkend door de computer. Sluit de USB-kabel opnieuw aan.
REHEARSAL
U hebt geprobeerd de afstandsbediening te gebruiken, terwijl u de functie
Divide Rehearsal uitvoerde ( pagina 47). Pas de instelling toe op de recorder.
SORTING
De recorder sorteert informatie, nadat u "Artist" of "Album" in de
afspeelmodus hebt geselecteerd.
SOUND
U hebt de recorder bediend terwijl u de functie Sound ( pagina 45)
op de afstandsbediening hebt ingesteld. Pas de instelling toe op de afstandsbediening.
STANDBY
Dit bericht wordt weergegeven wanneer de recorder, terwijl deze is
aangesloten op de computer, eenmaal gegevens heeft weggeschreven naar de schijf en gereed is om onmiddellijk nogmaals gegevens weg te schrijven. Als u gegevens probeert weg te schrijven naar de schijf terwijl "STANDBY" niet wordt weergegeven, kan het even duren voordat het schrijven begint.
SystemFILE WRITING
De recorder is bezig om informatie (begin- en eindpunten van tracks) vanuit
het geheugen op de schijf op te nemen. ( pagina 80). Wacht tot dit proces is voltooid.
TEMP OVER REC STOP
Er heeft zich te veel warmte in de recorder opgehoopt. Laat de recorder
afkoelen.
TitleFULL
U hebt geprobeerd meer tekens in te vullen dan maximaal is toegestaan
voor een titel (ongeveer 200 tekens).
U hebt geprobeerd meer dan het maximumaantal tekens voor een schijf
(ongeveer 55.000 tekens in Hi-MD-modus of 1.700 tekens in MD-modus) in te vullen.
TOC DATA ERROR
De recorder kan de schijfgegevens niet goed lezen. Plaats een andere schijf.
TRACK FROM PC NO EDIT
U hebt geprobeerd tracks samen te voegen of te splitsen die vanuit de
computer werden overgebracht of die werden opgenomen in Hi-MD-modus met behulp van de MD Simple Burner-software.
TRACK FROM PC NO REC
U hebt geprobeerd midden in een beveiligde track op te nemen die is
overgebracht vanuit een computer of u hebt geprobeerd midden in een track op te nemen die is opgenomen in Hi-MD-modus met behulp van de MD Simple Burner-software.
TRACK FULL
U hebt geprobeerd meer dan 2.047 tracks op te nemen op een schijf in
Hi-MD-modus of meer dan 254 tracks op een schijf in MD-modus. Wis overbodige tracks ( pagina 54).
74
Page 75

Aanvullende informatie

Voorzorgsmaatregelen

Veiligheid
• Steek geen vreemde voorwerpen in de aansluiting voor de USB-kabel.
• Raak de optische afleeslens op de recorder niet aan en houd de lens schoon. Als u de optische afleeslens aanraakt, kan de lens beschadigd raken en werkt de recorder niet goed. Om te voorkomen dat er stof in de recorder komt, dient u ervoor te zorgen dat het deksel gesloten blijft, behalve wanneer u schijven in de recorder plaatst of eruit haalt.
Voedingsbronnen
• Gebruik het lichtnet of een oplaadbare batterij.
• Sluit de netspanningsadapter of het netsnoer aan op een gemakkelijk toegankelijk stopcontact. Als de netspanningsadapter of het netsnoer niet normaal functioneert, verbreekt u onmiddellijk de aansluiting op het stopcontact.
• De recorder wordt van netspanning voorzien zolang deze op het stopcontact is aangesloten, zelfs als de recorder is uitgeschakeld.
• Als u deze recorder lange tijd niet gebruikt, koppel dan de stroomvoorziening los (verwijder het netsnoer of de oplaadbare batterij). Pak de adapterstekker zelf beet en trek nooit aan het snoer als u het netsnoer uit het stopcontact haalt.
Recorder
• Schud de recorder niet en sla er niet tegenaan. Dit kan leiden tot storingen, de schijf kan onbruikbaar worden of gegevens kunnen beschadigd raken of verloren gaan.
• Zorg ervoor dat de recorder niet nat wordt. Als u de recorder in de regen gebruikt, of onder soortgelijke omstandigheden, zorg er dan voor dat de recorder niet nat wordt.
• De recorder is ontworpen voor gebruik binnen een temperatuurbereik van 0 °C en 40 °C. Opnemen in extreem koude of hete plaatsen die dit temperatuurbereik overschrijden, wordt niet aanbevolen.
• Maak de recorder zorgvuldig schoon wanneer u de recorder hebt gebruikt aan het strand of op andere stoffige locaties. Als u dit niet doet, kan corrosie van de metalen onderdelen optreden door de zoute lucht, of kan stof binnendringen in de recorder, waardoor een storing kan optreden.
Warmtevorming
Wanneer de recorder langere tijd achtereen wordt gebruikt, kan zich warmte ophopen in het apparaat. Dit is echter geen storing.
Opmerking over mechanische bijgeluiden
Als de recorder in werking is, worden er mechanische bijgeluiden geproduceerd. Deze worden veroorzaakt door het energiebesparingssysteem van de recorder en vormen geen probleem.
Opstelling
• Als u de recorder gebruikt op een plaats met veel statische of elektrische ruis, wordt de opname mogelijk niet goed uitgevoerd of gaan de opgenomen gegevens verloren.
• Gebruik de recorder niet onder omstandigheden met extreem veel licht, warmte, vocht of trillingen.
• Wikkel de recorder niet ergens in als deze wordt gebruikt met een netspanningsadapter. Er hoopt zich dan warmte op waardoor er storingen of schade kunnen ontstaan.
75
Aanvullende informatie
Page 76
Opladen
• Gebruik de meegeleverde netvoedingsadapter, het netsnoer of de USB-kabel niet om andere batterijen op te laden behalve de meegeleverde batterij of de batterij die ervoor bestemd is (LIP-4WM).
• Zorg dat u gebruikmaakt van de meegeleverde netspanningsadapter, het netsnoer of de USB-kabel.
• Laad de oplaadbare batterij op bij een temperatuur van +5 °C tot +35 °C. De oplaadtijd is afhankelijk van de omgevingstemperatuur. (Bij een lage omgevingstemperatuur moet de batterij langer worden opgeladen. Dit is een kenmerk van de ingebouwde lithium­ionbatterij.)
• Gebruikt u de recorder een lange periode niet, haal dan het netsnoer uit het stopcontact, verwijder de oplaadbare batterij uit de recorder en bewaar deze in een koele, droge omgeving. Voorkom dat de kwaliteit van de oplaadbare batterij achteruit gaat en berg de oplaadbare batterij niet op als deze volledig leeg of volledig opgeladen is.
• De recorder wordt warm tijdens het opladen. Dit brengt echter geen risico's met zich mee.
• Als de capaciteit van de oplaadbare batterij minder wordt dan de helft van de normale capaciteit, is het tijd om de batterij te vervangen.
• Verwijder de oplaadbare batterij, verwijder de USB-kabel uit de recorder en verwijder het netsnoer uit het stopcontact als u de recorder lange tijd niet gebruikt.
De MiniDisc-behuizing
• U kunt een MiniDisc in het bijbehorende doosje vervoeren of opbergen.
• Verbreek de sluiting van de behuizing niet.
• Leg de MiniDisc niet op plaatsen waar deze aan licht, extreme hitte, vocht of stof wordt blootgesteld.
• Bevestig het meegeleverde schijflabel alleen op de hiervoor bestemde plaats op de schijf. Bevestig het niet op een ander deel van het oppervlak.
Een opgenomen schijf beveiligen
Open het nokje aan de zijkant van de schijf om deze tegen opnemen te beveiligen. In deze stand kan er niet op de schijf worden opgenomen en kan de schijf niet worden bewerkt. Als u weer wilt opnemen/bewerken, zet u het nokje terug zodat het nokje weer zichtbaar is.
Achterkant van schijf
Nokje
Opgenomen/bewerkt materiaal is beveiligd.
Opgenomen/bewerkt materiaal is niet beveiligd.
Neem contact op met de dichtstbijzijnde Sony-dealer als u vragen of problemen hebt met betrekking tot uw recorder. (Het wordt aanbevolen om de schijf in het apparaat te laten zitten wanneer u contact opneemt met de Sony-dealer als het probleem zich heeft voorgedaan terwijl de schijf zich in recorder bevond. De oorzaak van het probleem kan dan namelijk beter worden achterhaald.)
76
Page 77
Het gebruik van de oortelefoon
Verkeersveiligheid
Gebruik geen oortelefoon tijdens het autorijden of fietsen of wanneer u een gemotoriseerd voertuig bestuurt. Hierdoor kunnen verkeersongevallen ontstaan. Bovendien is dit in veel landen verboden. Ook kan het gevaarlijk zijn om tijdens het lopen uw recorder met een hoog volume af te spelen, met name bij voet-gangers-over­steek-plaatsen. U dient in deze gevallen uiterst voorzichtigheid te zijn of de recorder te stoppen bij situaties die gevaarlijk kunnen zijn.
Gehoorbeschadiging voorkomen
Gebruik de oortelefoon niet met een hoog geluidsvolume. Gehoorexperts raden af om regelmatig gedurende langere tijd naar harde muziek te luisteren. Als u merkt dat uw oren suizen, stel de recorder dan in op een lager volume of schakel deze uit.
Rekening houden met anderen
Houd het geluid op een gematigd volume. U bent dan in staat om geluiden van buiten op te vangen en u houdt dan rekening met anderen.
Het gebruik van de afstandsbediening
De meegeleverde afstandsbediening is uitsluitend voor deze recorder ontworpen. De recorder kan niet worden bediend met een afstandsbediening die voor een ander apparaat is bestemd.
Reinigen
• Reinig de behuizing van de recorder met een zachte doek die licht is bevochtigd met water of een oplossing met een mild schoonmaakmiddel. Gebruik in geen geval schuursponsjes, schuurpoeder of oplossingen met alcohol of benzeen, aangezien hierdoor de afwerking van de behuizing kan worden aangetast.
• Verwijder vuil van de MiniDisc-behuizing met een droge doek.
• Stof op de lens kan het goed functioneren van het apparaat belemmeren. Zorg er daarom voor dat u het deksel van het schijfgedeelte altijd sluit na het plaatsen of uitwerpen van een schijf.
• Veeg de stekkers van de hoofd-/oortelefoon of de afstandsbediening af met een droge doek voor een optimale geluidskwaliteit. Vuile stekkers kunnen het geluid vervormen of onderbrekingen in het geluid veroorzaken.
• Maak de contactpunten op de oplaadbare batterij schoon met een wattenstaafje of een zachte doek zoals wordt afgebeeld.
Batterij
Bij onjuist gebruik van de batterijen kan er lekkage van batterijvloeistof ontstaan of kunnen de batterijen scheuren. Om dit te voorkomen, dient u de volgende voorzorgsmaatregelen in acht te nemen:
• Plaats de batterij met de + en - polen in de juiste positie.
• Verwijder de batterij als de recorder gedurende langere tijd niet wordt gebruikt.
77
Aanvullende informatie
Page 78
Vochtcondensatie
Als de recorder van een koude naar een warme omgeving wordt gebracht, of in een erg vochtige kamer wordt geplaatst, kan er vocht condenseren in of buiten de recorder. Als dit gebeurt, werkt de recorder niet goed.
Vochtcondensatie treedt eenvoudig op wanneer:
• De recorder van een koude locatie, zoals een skihelling, in een warme kamer wordt gebracht.
• De recorder vanuit een kamer met airconditioning of vanuit een auto in de warme buitenlucht wordt gebracht, etc.
Vochtcondensatie vermijden
Verpak de recorder in een plastic zak en laat de recorder gedurende enige tijd (ongeveer een uur) acclimatiseren wanneer u de recorder vanuit een koude naar een warme locatie brengt.
In geval van vochtcondensatie
Schakel de recorder uit en wacht ongeveer een uur, totdat het vocht is verdampt. Zorg ervoor dat het vocht is verdampt voordat u de recorder gebruikt.
Specificatie
Audioafspeelsysteem
Digitaal audiosysteem MiniDisc
Systemen
MiniDisc-systeem, Hi-MD-systeem
Laserdiode-eigenschappen
Emissieduur: continu Laservermogen: minder dan 44,6 µW (Deze waarde is gemeten op een afstand van 200 mm van het lensoppervlak op de optische afleeseenheid met een opening van 7 mm.)
Opname- en afspeelduur
Zie "Opnametijd voor elke schijf" ( pagina 81)
Omwentelingen
ca. 350 tot 3 600 toeren/min. (constante lineaire snelheid)
Foutcorrectie
Hi-MD: LDC (Long Distance Code)/BIS (Burst Indicator Subcode) MD: ACIRC (Advanced Cross Interleave Reed Solomon Code)
Aftastfrequentie
44,1 kHz
Aftastfrequentie-converter
Optische (digitale) ingang: 32 kHz/44,1 kHz/48 kHz
78
Page 79
Audio-indelingen die door deze recorder worden ondersteund
Opnemen: LinearPCM (44,1 kHz/16-bits)
ATRAC3plus (Hi-SP, Hi-LP) ATRAC3 (LP2, LP4) ATRAC (SP)
Afspelen: LinearPCM
ATRAC3plus ATRAC3 ATRAC
MP3 (alleen voor afspelen) (MPEG-1 Audio Layer­3, aftastfrequentie 32/44,1/48 kHz, bitsnelheid 32-320 kHZ (vaste/variabele bitsnelheid))
ATRAC staat voor Adaptive TRansform Acoustic Coding.
Modulatiesysteem
Hi-MD: 1-7RLL (Run Length Limited)/PRML (Partial Response Maximum Likelihood) MD: EFM (Eight to Fourteen Modulation)
Frequentiebereik (bij digitale en analoge ingang)
20 tot 20 000 Hz ±3 dB
Ingangen*
MIC (PLUG IN POWER): stereoministekker (minimaal ingangsniveau 0,13 mV) LINE IN (OPT): stereoministekker voor analoge ingang (minimaal ingangsniveau 49 mV)/optische (digitale) ministekker voor optische (digitale) ingang
Uitgang
/LINE OUT: stereoministekker (speciale
aansluiting voor afstandsbediening) / gereguleerde uitvoer 194 mV (10 k)
Maximale uitvoer (DC)
Koptelefoon: 4,5 mW + 4,5 mW (16 ) (Europees model) 5 mW + 5 mW (16 ) (andere modellen)
Voeding
Sony netspanningsadapter DC 5 V AC 100 V - 240 V, 50/60 Hz Oplaadbare lithium-ionbatterij LIP-4WM, 3,7 V, 370 mAh, Li-ion
Bedrijfstemperatuur
+5 °C tot +35 °C
Gebruiksduur batterij**
Zie "Levensduur van de batterij" ( pagina 16)
Afmetingen
Ca. 83,8 × 84,4 × 14,7 mm (b/h/d) (exclusief uitstekende delen en bedieningsknoppen)
Gewicht
Ca. 96 g (alleen de recorder)
Ca. 106 g (inclusief de oplaadbare batterij)
* De LINE IN (OPT)-aansluiting wordt gebruikt
om een digitale (optische) kabel of een analoge (lijn)kabel aan te sluiten.
** Gemeten conform de JEITA-standaard.
Octrooien in de Verenigde Staten en in andere landen vallen onder de licentie van Dolby Laboratories.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
79
Aanvullende informatie
Page 80

Toelichting

Hi-MD
"Hi-MD" is een nieuwe MiniDisc-indeling. Hi-MD bevat de nieuwe ATRAC3plus audiocom- pressietechnologie en heeft een nieuwe opname-indeling met langere opnametijden dan standaard MD-schijven. Hi-MD-schijven kunnen tevens worden gebruikt als een opslagmedium voor andere gegevens dan audiogegevens, zoals tekst en afbeeldingen.
ATRAC
ATRAC (Adaptive TRansform Acoustic Coding) is een generieke term voor een audiocom­pressietechnologie die zowel een hoge geluidskwaliteit als hoge compressiepercentages bewerkstelligt. Er zijn drie versies in gebruik: ATRAC (SP-modus (normale MD-indeling)), ATRAC3 (LP2- en LP4- modi) en ATRAC3plus (Hi-SP- en Hi-LP-modi). Vergeleken met een CD is het compressiepercentage voor ATRAC3 ongeveer 10 keer hoger, en voor ATRAC3plus ongeveer 20 keer hoger.
"Hi-MD-modus" en "MD-modus"
Deze recorder heeft twee bedieningsmodi, "Hi-MD-modus" en "MD-modus" die automatisch worden herkend zodra een schijf wordt geplaatst.
Schijf Modus
Hi-MD-schijf van 1 GB Hi-MD
Standaardschijf van 60/74/80 minuten
Lege schijf De bedieningsmodus die in het menu
"Disc Mode" ( pagina 59) is ingesteld wordt toegepast.
Schijf die muziek bevat in Hi-MD-modus
Hi-MD
Schijf die muziek bevat in MD-modus
MD
LinearPCM
LinearPCM is een digitaal, niet-gecomprimeerd coderingssysteem. Bij deze modus kunt u genieten van geluid van hoogwaardige kwaliteit die vergelijkbaar is met geluid van CD-kwaliteit.
De betekenis van "no sound"
"No sound" geeft een situatie aan waarbij het ingangsniveau van de recorder bij analoge ingang ongeveer 4,8 mV bedraagt, of minder is dan –89 dB bij optische (digitale) ingang (met 0 dB als maximum (het maximale opnameniveau van een MiniDisc)).
Systeembestand
Het systeembestand is de ruimte op een schijf waarop andere gegevens worden bewaard dan geluidsbestanden; bijvoorbeeld tracknummers. Als de MiniDisc een boek was, dan was het systeembestand de inhoudsopgave of de index. De recorder overschrijft het systeembestand telkens wanneer een bewerking heeft plaatsgevonden zoals het opnemen, toevoegen of verwijderen van trackmarkeringen, of het verplaatsen van tracks. ("SYSTEM FILE WRITING" wordt in het display weergegeven als de recorder in het systeembestand schrijft.) Terwijl de recorder schijfinformatie schrijft, dient u ervoor te zorgen dat de recorder niet wordt verplaatst en dat de voedingsbron aangesloten blijft. Doet u dit niet, dan bestaat het gevaar dat de gegevens onjuist worden opgenomen of dat de inhoud van de schijf verloren gaat.
80
Page 81
Opnametijd voor elke schijf (bij benadering)
De opnametijd varieert, afhankelijk van schijftype, schijfmodus, codec en bitsnelheid.
Bij gebruik van een schijf in Hi-MD-modus:
Bij het opnemen op de recorder Opnametijd* Codec/
Bitsnelheid
Opnamemodus op de recorder
Hi-MD-schijf van 1 GB
Standaardschijf van 80 minuten
Standaardschijf van 74 minuten
Standaardschijf van 60 minuten
LinearPCM/ 1,4 Mbps
PCM 1 uur en
34 minuten
28 minuten 26 minuten 21 minuten
ATRAC
ATRAC3plus/
256 kbps
Hi-SP 7 uur en
55 minuten
2 uur en 20 minuten
2 uur en 10 minuten
1 uur en 40 minuten
ATRAC3plus/ 64 kbps
Hi-LP 34 uur 10 uur en
10 minuten
9 uur en 20 minuten
7 uur en 40 minuten
Bij overdracht vanaf de computer Opnametijd* Codec/bitsnelheid Hi-MD-schijf
van 1 GB
Standaardschijf van 80 minuten
Standaardschijf van 74 minuten
Standaardschijf van 60 minuten
LinearPCM/1,4 Mbps 1 uur en
34 minuten
28 minuten 26 minuten 21 minuten
ATRAC
ATRAC3plus/352 kbps 5 uur en
30 minuten
1 uur en 35 minuten
1 uur en 30 minuten
1 uur en 10 minuten
ATRAC3plus/256 kbps 7 uur en
55 minuten
2 uur en 20 minuten
2 uur en 10 minuten
1 uur en 40 minuten
ATRAC3plus/192 kbps 11 uur 3 uur en
10 minuten
3 uur 2 uur en
20 minuten
ATRAC3plus/64 kbps 34 uur 10 uur en
10 minuten
9 uur en 20 minuten
7 uur en 40 minuten
ATRAC3plus/48 kbps 45 uur 13 uur en
30 minuten
12 uur en 30 minuten
10 uur
ATRAC3/132 kbps 16 uur en
30 minuten
4 uur en 50 minuten
4 uur en 30 minuten
3 uur en 40 minuten
ATRAC3/105 kbps 20 uur en
40 minuten
6 uur en 10 minuten
5 uur en 40 minuten
4 uur en 40 minuten
ATRAC3/66 kbps 32 uur en
40 minuten
9 uur en 50 minuten
9 uur 7 uur en
20 minuten
MP3**/128 kbps 17 uur 5 uur 4 uur en
30 minuten
3 uur en 30 minuten
* Bij het overdragen van tracks van 4 minuten
**MP3-bestandsindelingen zijn als volgt: MPEG-1 Audio Layer-3/aftastfrequentie 44,1 kHz/vaste bitsnelheid.
Vervolg
81
Aanvullende informatie
Page 82
Bij gebruik van een schijf in MD-modus:
Bij het opnemen op de recorder Opnametijd* Codec/bitsnelheid Opnamemodus
op de recorder
Standaardschijf van 80 minuten
Standaardschijf van 74 minuten
Standaardschijf van 60 minuten
ATRAC
ATRAC/292 kbps SP 1 uur en
20 minuten
1 uur en 14 minuten
1 uur
ATRAC3/132 kbps LP2 2 uur en
40 minuten
2 uur en 28 minuten
2 uur
ATRAC3/66 kbps LP4 5 uur en
20 minuten
4 uur en 56 minuten
4 uur
Bij overdracht vanaf de computer Opnametijd* Codec/bitsnelheid Standaardschijf
van 80 minuten
Standaardschijf van 74 minuten
Standaardschijf van 60 minuten
ATRAC
ATRAC (stereo)/292 kbps 1 uur en
20 minuten
1 uur en 14 minuten
1 uur
ATRAC3/132, 105 kbps 2 uur en
40 minuten
2 uur en 28 minuten
2 uur
ATRAC3/66 kbp 5 uur en
20 minuten
4 uur en 56 minuten
4 uur
* Bij het overdragen van tracks van 4 minuten
Afspelen van opgenomen schijven op andere MD-apparaten
De mogelijkheid van een MD-apparaat om schijven af te spelen die bestaan uit tracks die rechtstreeks op de recorder zijn opgenomen of die zijn overgedragen vanaf de computer, hangt af van het schijftype en de audio-indeling die zijn gebruikt voor het opnemen. Raadpleeg de volgende tabel voor meer informatie.
Soort schijf Formatteren Apparaat dat wordt gebruikt om af te spelen
Apparaat dat Hi-MD* ondersteunt
Apparaat dat MDLP** ondersteunt
Apparaat dat MDLP niet ondersteunt
Hi-MD-schijf van 1 GB Hi-MD
Standaardschijf van 60/74/80 minuten
Hi-MD
MDLP
MD
* Audioapparaten die voorzien zijn van het logo of
**Audioapparaten die uitsluitend voorzien zijn het logo of
82
Page 83
Opmerking over digitaal opnemen
Deze recorder maakt gebruik van het Serial Copy Management System, waarmee van voorbespeelde schijven slechts één keer een digitale kopie kan worden gemaakt. Wanneer u een zelfopgenomen schijf kopieert, kan dat alleen via de analoge aansluitingen (lijnuitgang).
Voorbespeelde software zoals CD's of MD's.
Digitaal opnemen
Zelfopgenomen schijf
Geen digitale opname
Onbespeelde schijf
Microfoon, platenspeler, tuner, enz. (met analoge uitgangen).
Analoog opnemen
Zelfopgenomen schijf
Digitaal opnemen
Onbespeelde schijf
Geen digitale opname
Onbespeelde schijf
Beperkingen voor het bewerken van tracks die van de computer zijn overgebracht
Dit apparaat is zodanig ontworpen dat de bewerkingsfuncties (trackmarkeringen toevoegen en trackmarkeringen wissen) niet functioneren wanneer tracks van de computer zijn overgebracht. Anders zou de overdrachtsverificatie door de overgebrachte tracks verloren kunnen gaan. Als u deze tracks wilt bewerken, dient u ze eerst terug te zetten op de computer. Bewerk vervolgens de tracks op de computer.
Informatie over DSP TYPE-S voor ATRAC/ATRAC3
Deze recorder ondersteunt DSP TYPE-S, een technologie voor hoogwaardige Sony MiniDisc­decks die zijn uitgerust met digitale signaalprocessoren (DSP). Met deze technologie kan de recorder geluid van een hoogwaardige kwaliteit produceren bij tracks die zijn opgenomen in MDLP-modus. Omdat de DSP TYPE-R-ondersteuning behouden blijft, levert de recorder kwalitatief zeer goede resultaten tijdens het afspelen in SP-modus (normale stereo).
Het overslaan van geluid onderdrukken (G-PROTECTION)
De G-PROTECTION-functie is ontwikkeld om een betere schokbestendigheid te bieden dan de bestaande spelers.
83
Aanvullende informatie
Page 84
Het verschil tussen een digitale (optische) ingang en een analoge (lijn)ingang
De ingang van deze recorder werkt zowel digitaal als analoog. Sluit de recorder aan op een CD­speler of een cassettedeck via de digitale (optische) ingang of analoge (lijn)ingang. Raadpleeg "Opnemen via extern aangesloten apparatuur" ( pagina 37) voor het opnemen via de digitale (optische) ingang, en "Analoog opnemen" ( pagina 38) voor het opnemen via de analoge (lijn)ingang.
Verschil Digitale (optische) ingang Analoge (lijn)ingang
Geschikte bron Apparatuur met een digitale (optische)
uitgang (CD-speler, DVD-speler, enz.)
Apparatuur met een analoge (lijn-)uitgang (cassettedeck, radio, platenspeler, enz.)
Geschikte aansluitkabel
Optische kabel (met een optische stekker of een optische ministekker) ( pagina 37)
Lijnkabel (met 2 audiostekkers of een stereoministekker) ( pagina 38)
Signaal van de bron
Digitaal Analoog
Zelfs als een digitale bron (zoals een CD) is aangesloten, wordt een analoog signaal naar de recorder verzonden.
Trackmarkeringen Worden automatisch gemarkeerd
(gekopieerd)
• op dezelfde posities als in de bron (als de bron een CD of een MD is);
• als langer dan 2 seconden geen geluid ( pagina 80) of een zwak geluid wordt doorgegeven (als de bron geen CD of MD is).
• wanneer de recorder is onderbroken (3 seconden geen geluid tijdens synchroonopname).
Worden automatisch gemarkeerd
• als langer dan 2 seconden geen geluid ( pagina 80) of een zwak geluid wordt doorgegeven.
• als de recorder is onderbroken tijdens het opnemen.
Opgenomen geluidsniveau
Gelijk aan de bron. Kan ook handmatig worden ingesteld (digitale opnameniveauregeling) ("Het opnameniveau met de hand regelen",
pagina 52).
Automatisch ingesteld (afhankelijk van de instelling voor het opnameniveau). Kan ook handmatig worden ingesteld ("Het opnameniveau handmatig instellen",  pagina 52).
Opmerking
Trackmarkeringen kunnen foutief worden gekopieerd:
• als u via de digitale (optische) ingang opneemt van bepaalde CD-spelers of CD-wisselaars;
• als de bron tijdens het opnemen via de digitale (optische) ingang gebruikmaakt van shuffle- of geprogrammeerd afspelen. Speel in dat geval af in de normale afspeelmodus;
• als programma's met audio die digitaal worden uitgezonden (bijv. digitale TV), worden opgenomen via de digitale (optische) ingang.
84
Page 85
I
Importeren 23 Installeren 20
K
Klok instellen 61
L
Levensduur batterij 16 LinearPCM 80
M
MD Simple Burner 19, 27 Meegeleverde accessoires 9 Menu 49 Microfoongevoeligheid 50 Microfoonopname 31
O
Opladen 14 Opnamemodus 50 Opnameniveau 32, 50, 52 Opnameniveau voor microfoon (MIC AGC) 50 Opnametijd 81 Opslagruimte 30 Overdragen 24
Q
Quick Mode 59
R
Reinigen 77 Repeat Play 44
S
Schijftype 17 SonicStage 19, 23 SonicStage Help 26 Standaardmodus (MD Simple Burner) 28 Synchroonopname 51 Systeembestand 80 Systeemvereisten 19
T
Titelinvoer 57 Trackmarkering 33, 50 Tracks/groepen verplaatsen 56
U
USB-stroom 15
V
Virtual-Surround 45 Vocht 78

Index

Cijfers
6-Band Equalizer 45
A
A-B Repeat 44 Aansluiten 14, 21, 31 Achtergrondverlichting 59 Afspeelmodus 43 Afspeelsnelheid 53 Afzonderlijk verkrijgbare accessoires 11 Analoog opnemen 38 ATRAC 80 Audio-indeling 79 AVLS 58
B
Basishandelingen 33, 40 Bedieningslampje 33 Bedieningsmodi 17, 32, 80 Beep 58 Bookmark Play 43
C
Combine 48
D
Digitaal opnemen 37 Disc Mode 59 Display 35 Divide 47 Divide Rehearsal 47 DSP TYPE-S 83 Dynamic Normalizer 46
E
Eenvoudige modus (MD Simple Burner) 27 EL Light 59 Erase 54
F
Ferrietkern 10 Firmware (FW Version) 59 Format 54
G
Gegevensopslag 30 Groepsopname 51
H
Hi-MD 17, 80 HOLD 13, 15
85
Aanvullende informatie
Page 86
Page 87
Page 88
Printed in Malaysia
* 2 6 6 9 0 8 4 6 1 (1)*
Loading...