Sony DSC-T99D User Manual [nl]

Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Index
Cyber-shot-handboek
DSC-T99/T99D/T99C/T99DC
© 2010 Sony Corporation 4-198-779-71(1)
NL

Gebruik van dit handboek

Klik op een toets in de rechterbovenhoek om naar de betreffende pagina te verspringen. Dit is handig wanneer u een functie zoekt waarover u wilt lezen.
Inhoud
bediening
Instelli ngen
Inhoud
Zoeken op
Zoeken in ME NU/
Index
Zoeken naar informatie op functie.
Zoeken naar informatie op bediening.
Zoeken naar informatie in een lijst met MENU/Instellingen.
Zoeken naar informatie op trefwoord.
Markeringen en notatie gebruikt in dit handboek
In dit handboek wordt de volgorde van de bedieningen aangegeven door pijlen (t). U moet de onderdelen op het scherm aanraken in de aangegeven volgorde. Markeringen worden afgebeeld zoals ze worden verschenen in de standaardinstellingen van de camera.
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Index
De standaardinstelling wordt aangegeven met . Dit geeft voorzorgen en beperkingen aan die betrekking hebben op de correcte bediening van de camera.
zDit geeft informatie aan die nuttig is
om te weten.
NL
2

Opmerkingen over het gebruik van de camera

Inhoud
Opmerkingen over de typen geheugenkaarten die u kunt gebruiken (los verkrijgbaar)
De volgende geheugenkaarten zijn compatibel met deze camera: "Memory Stick PRO Duo", "Memory Stick PRO-HG Duo", "Memory Stick Duo", SD-geheugenkaart, SDHC­geheugenkaart en SDXC-geheugenkaart. MultiMediaCard kan niet gebruikt worden. In deze gebruiksaanwijzing wordt de term "Memory Stick Duo" gebruikt als verwijzing naar een "Memory Stick PRO Duo", "Memory Stick PRO-HG Duo" en "Memory Stick Duo", en wordt de term "SD­geheugenkaart" gebruikt als verwijzing naar een SD-geheugenkaart, SDHC­geheugenkaart en SDXC-geheugenkaart.
• Een "Memory Stick Duo" met een opslagcapaciteit tot 32 GB, en een SD-geheugenkaart met een opslagcapaciteit tot 64 GB, zijn goedgekeurd voor gebruik in deze camera.
• Voor het opnemen van bewegende beelden adviseren wij u een van de volgende geheugenkaarten te gebruiken: – (Mark2) ("Memory Stick
PRO Duo" (Mark2))
("Memory Stick PRO-
HG Duo")
– SD-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart of
SDXC-geheugenkaart (klasse 4 of sneller)
• Voor verdere informatie over de "Memory Stick Duo", zie pagina 153.
Bij gebruik van een "Memory Stick Duo" in een standaardformaat "Memory Stick"-gleuf
U kunt de "Memory Stick Duo" gebruiken door deze in de "Memory Stick Duo"-adapter (los verkrijgbaar) te steken.
Functies ingebouwd in deze camera
• Deze gebruiksaanwijzing beschrijft elke functie van TransferJet-compatibele/incompatibele apparaten. Om te controleren of uw camera de TransferJet­functie ondersteunt, controleert u of de volgende merktekens op de onderkant van de camera staan. TransferJet-compatibel apparaat:
(TransferJet)
Opmerkingen over de accu
• Laad de accu (bijgeleverd) op voordat u de camera voor het eerst gebruikt.
• U kunt de accu opladen ook als deze niet volledig leeg is. Bovendien, zelfs als de accu niet volledig is opgeladen, kunt u de gedeeltelijke lading van de accu gebruiken.
• Als u de accu gedurende een lange tijd niet denkt te gaan gebruiken, verbruikt u de resterende acculading, haalt u de accu uit de camera, en bewaart u de accu op een koele, droge plaats. Dit dient om de functies van de accu te behouden.
• Voor verdere informatie over bruikbare accu’s, zie pagina 155.
Carl Zeiss-lens
De camera is uitgerust met een lens van Carl Zeiss die in staat is scherpe beelden met een uitstekend contrast te reproduceren. De lens van de camera is geproduceerd onder een kwaliteitsborgingssysteem dat is gecertificeerd door Carl Zeiss in overeenstemming met de kwaliteitsnormen van Carl Zeiss in Duitsland.
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Index
"Memory Stick Duo"­adapter
Wordt vervolgd r
NL
3
Opmerkingen over het LCD-scherm en de lens
• Het LCD-scherm is vervaardigd met behulp van uiterste precisietechnologie zodat meer dan 99,99% van de beeldpunten effectief werkt. Echter, enkele kleine zwarte en/of heldere punten (wit, rood, blauw of groen) kunnen zichtbaar zijn op het LCD-scherm. Deze punten zijn een normaal gevolg van het productieproces en hebben géén invloed op de opnamen.
Zwarte, witte, rode, blauwe of groene puntjes
• Als water of een ander vloeistof op het LCD­scherm spettert waardoor het nat wordt, veegt u het scherm onmiddellijk af met een zachte doek. Als vloeistof op het oppervlak van het LCD­scherm blijft zitten, kan de kwaliteit ervan achteruitgaan en een storing worden veroorzaakt.
• Als het LCD-scherm of de lens langdurig wordt blootgesteld aan direct zonlicht, kan dit tot defecten leiden. Wees voorzichtig wanneer u de camera bij een venster of buiten neerzet.
• Druk niet op het LCD-scherm. Het scherm kan dan verkleuren, waardoor een storing wordt veroorzaakt.
• In een koude omgeving kunnen de beelden op het LCD-scherm nasporen vertonen. Dit is geen defect.
• Wees voorzichtig dat u niet tegen de lens stoot en er geen kracht op uitoefent.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Index
Condensvorming
• Als de camera rechtstreeks vanuit een koude naar een warme omgeving wordt overgebracht, kan vocht condenseren binnenin of op de buitenkant van de camera. Deze vochtcondensatie kan een storing in de camera veroorzaken.
• Als vocht condenseert, schakelt u de camera uit en wacht u ongeveer een uur om het vocht te laten verdampen. Als u probeert om opnamen te maken terwijl er nog vocht in de lens aanwezig is, zullen de opgenomen beelden niet helder zijn.
De beelden in dit handboek
De beelden die in dit handboek gebruikt worden als voorbeeld, zijn gereproduceerde beelden die niet daadwerkelijk met de camera zijn opgenomen.
NL
4

Inhoud

Opmerkingen over het gebruik van de camera
Gebruik van dit handboek ····································· 2 Opmerkingen over het gebruik van de camera ····· 3 Zoeken op bediening············································· 8 Zoeken in MENU/Instellingen······························ 11 Namen van de onderdelen·································· 16 Lijst met pictogrammen die op het scherm
worden afgebeeld················································ 17 Het aanraakscherm gebruiken···························· 19 De MENU-onderdelen aanpassen ······················ 21 Het interne geheugen gebruiken························· 22
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Opnemen
Weergeven
Index
Opn.functie·························································· 23 Slim automatisch instellen··································· 24 Panorama door beweging··································· 25 Bewegende beeldn ············································· 27 Autom. Programma············································· 28 Scènekeuze ························································ 29 Onderw.panor. door beweging···························· 32 Zoom ··································································· 33
Stilstaande beelden weergeven ·························· 34 Weergave zoom·················································· 35 Breedzoom·························································· 36 Tijdelijk geroteerde weergave ····························· 37 Bewegende beelden weergeven························· 38
NL
5
MENU (Opnemen)
MENU-onderdelen (Opnemen) ··························· 11
Inhoud
MENU
(Weergeven)
Instellingen
Televisie
Computer
MENU-onderdelen (Weergeven)························· 13
Instellingen·························································· 14
Een beeld bekijken op een standard­definitiontelevisie (SD-televisie) ························ 126
Een beeld bekijken op een high­definitiontelevisie (HD-televisie) ························ 127
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Index
Gebruiken met een computer···························· 129 Het softwareprogramma gebruiken··················· 130 De camera aansluiten op een computer···············133 Beelden uploaden naar een mediaservice········ 135
Afdrukken
Stilstaande beelden afdrukken·························· 137
Problemen oplossen
Problemen oplossen ········································· 138 Foutcodes en meldingen··································· 147
NL
6
Overige
Index
Gebruik van de camera in het buitenland ········· 152 Geheugenkaart ················································· 153 Accu ·································································· 155 Acculader ·························································· 156 TransferJet-standaard······································· 157 Aantal stilstaande beelden en opnameduur van
bewegende beelden·········································· 158 Voorzorgsmaatregelen······································ 159
Index ································································· 160
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Index
NL
7

Zoeken op bediening

Inhoud
De instellingen overlaten aan de camera
Bewegende beelden opnemen
Opnemen van portretten
Opnemen van panoramabeelden
Slim automatisch instellen ································ 24 Scènekeuze ·························································· 29 Scèneherkenning················································· 63
Bewegende beeldn ············································· 27
Zachte huid···························································· 29 Soft Snap ······························································· 29 Schemer-portret··················································· 29 Lach-sluiter···························································· 41 Scèneherkenning················································· 63 Gezichtsherkenning············································ 66 Dichte-ogenvermindering ·································· 69 Rode-ogenvermind. ············································ 98
Panorama door beweging································· 25
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Index
Opnemen dichtbij onderwerpen
Opnemen van bewegende onderwerpen
Opnemen zonder wazige beelden
Macro ······································································ 53 Superclose-up ······················································ 53
Bewegende beeldn ············································· 27 Korte sluitertijd······················································ 30 Burstinstellingen ·················································· 52
Hoge gevoeligheid ·············································· 29 Korte sluitertijd······················································ 30 Zelfontspanner met een vertraging van
2 seconden···························································· 45 ISO··········································································· 55
NL
8
Opnemen met tegenlicht
Altijd flitsen ···························································· 43 Scèneherkenning················································· 63 DRO········································································· 68
Inhoud
Opnemen op donkere plaatsen
Scherpstellingspositie veranderen
Beeldformaat veranderen
Beelden wissen
Vergrote beelden weergeven
Beelden weergeven op het hele scherm
Hoge gevoeligheid ·············································· 29 Lgz synchro··························································· 43 ISO··········································································· 55
Scherpstellen ························································ 60 Gezichtsherkenning············································ 66
Beeldformaat/Panoramisch-beeldformaat ··· 49
Wissen ···································································· 77 Formatteren························································· 118
Weergave zoom··················································· 35 Trimmen (formaat wijz.) ····································· 82
Breedzoom···························································· 36 Tijdelijk geroteerde weergave·························· 37 Beeldformaat/Panoramisch-beeldformaat ··· 49
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Index
Beelden bewerken
Een serie beelden op volgorde weergeven
Beelden afdrukken met de datum erop
Datum- en tijdinstellingen veranderen
Kleuren ··································································· 81 Bijwerken ······························································· 82
Diavoorstelling······················································ 74
"PMB (Picture Motion Browser)"··················· 130
Tijdzone instellen··············································· 124 Datum/tijd instellen············································ 125
NL
9
Instellingen terugstellen
Initialiseren ·························································· 105
Inhoud
Beelden afdrukken
Weergeven op een televisie
Stilstaande beelden afdrukken······················ 137
Een beeld bekijken op een standard­definitiontelevisie (SD-televisie)
···················· 126
Een beeld bekijken op een high­definitiontelevisie (HD-televisie)
···················· 127
Zoeken op
bediening
Zoeken in MENU/
Index
10
NL

Zoeken in MENU/Instellingen

MENU-onderdelen (Opnemen)
U kunt de diverse opnamefuncties eenvoudig selecteren op het .
Inhoud
1 Doe de lensafdekking omlaag om de
opnamefunctie in te schakelen.
2 Raak aan om het MENU-scherm af te
beelden.
De vier menuonderdelen die onder worden afgebeeld, worden niet afgebeeld op het MENU-scherm.
3 Raak het menuonderdeel aan t raak de
gewenste functie aan.
In onderstaande tabel geeft een instelling aan die kan worden veranderd, en geeft – een instelling aan die niet kan worden veranderd. Een instelling kan vast liggen of beperkt zijn, afhankelijk van de opnamefunctie. Zie voor meer informatie de betreffende pagina van het onderdeel. De onderstaande pictogrammen en geven de beschikbare functies aan.
Opn.functie
Menuonderdelen
Eenvoudig-functie Scène bew. bldn. opnemen Lach-sluiter Flitser Zelfontsp. Opnamerichting Beeldformaat/Panoramisch-
beeldformaat Burstinstellingen Macro EV ISO Witbalans Witbalans onderwater Scherpstellen Lichtmeetfunctie Scèneherkenning Zachte-huideffect Gezichtsherkenning
————
——
——
——
——— —
——
——
———
——
——
——
———
————
——
——
Wordt vervolgd r
11
bediening
Index
NL
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Opn.functie
Menuonderdelen
DRO Dichte-ogenvermindering Scherminstellingen
Opmerkingen
• [Onderw.panor. door beweging] wordt alleen afgebeeld als [Behuizing] is ingesteld op [Aan].
• Alleen de onderdelen die beschikbaar zijn voor een functie worden op het scherm afgebeeld.
• De vier menuonderdelen die onder worden afgebeeld, verschillen afhankelijk van de functie.
———
————
Inhoud
bediening
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Index
12
NL
MENU-onderdelen (Weergeven)
U kunt de diverse weergavefuncties eenvoudig selecteren op het .
1 Druk op de (weergave-)toets om over te
schakelen naar de weergavefunctie.
2 Raak aan om het MENU-scherm af te
beelden.
De vier menuonderdelen die onder worden afgebeeld, worden niet afgebeeld op het MENU-scherm.
3 Raak het menuonderdeel aan t raak de
gewenste functie aan.
In onderstaande tabel geeft een instelling aan die kan worden veranderd, en geeft – een instelling aan die niet kan worden veranderd.
Inhoud
bediening
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Weergavefunctie
Menuonderdelen
(Eenvoudig-functie) (Kalender) (Beeldindex)
(Diavoorstelling)
(Wissen)
(Verzenden via TransferJet)
(Kleuren) (Bijwerken)
(Weergavefunctie)
(Beveiligen)
DPOF
(Roteren) (Volume-instellingen) (Scherminstellingen)
(Belichtingsgegevens)
(Aantal beelden in index)
(Map kiezen)
Geheugenkaart
Datumweergave Mapweergave
(stilstaand)
———
——
Mapweergave
(bewegend)
——
——
Intern
geheugen
Mapweergave
Index
Opmerkingen
• Alleen de onderdelen die beschikbaar zijn voor een functie worden op het scherm afgebeeld.
• De vier menuonderdelen die onder worden afgebeeld, verschillen afhankelijk van de functie.
13
NL
Instellingen
U kunt de instellingen veranderen op het scherm (Instellingen).
1 Raak aan om het MENU-scherm af te
beelden.
2 Raak (Instellingen) aan t gewenste
categorie t gewenst onderdeel t gewenste instelling.
Categorieën Onderdelen
Opname-instellingn
Hoofdinstellingen
AF-verlicht. Stramienlijn Displayresolutie Digitale zoom Autom. Oriëntatie Gids scèneherken. Rode-ogenvermind. Dichte-ogenalarm Pieptoon LCD-helderheid Language Setting Kleur van infomatie Demonstratiefunctie Initialiseren COMPONENT Video-uit Behuizing USB-aansluiting LUN-instellingen Downl. muz. Format. muz. Stroombesparing TransferJet Eye-Fi* Kalibratie
Inhoud
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Wordt vervolgd r
14
NL
Categorieën Onderdelen
Geheugenkaart-tool
Intern geheugen-tool
Klokinstellingen
* [Eye-Fi] wordt alleen afgebeeld wanneer een Eye-Fi -kaart (verkrijgbaar in de winkel) in de camera is
geplaatst.
Formatteren Opnamemap maken Opnamemap wijz. Opn.map wissen Kopiëren Bestandsnummer Formatteren Bestandsnummer Tijdzone instellen Datum/tijd instellen
Opmerkingen
• [Opname-instellingn] wordt alleen afgebeeld als het instelscherm is opgeroepen vanuit de opnamefunctie.
• [Geheugenkaart-tool] wordt alleen afgebeeld wanneer een geheugenkaart in de camera is geplaatst, en [Intern geheugen-tool] wordt alleen afgebeeld wanneer een geheugenkaart niet is geplaatst.
Inhoud
bediening
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Index
15
NL

Namen van de onderdelen

A W/T-zoomknop (33, 35) B Ontspanknop C Microfoon D ON/OFF (aan/uit-) knop/lampje E Flitser F Zelfontspannerlamp/Lach-sluiterlamp/
AF-verlichting
G Lens H Lensafdekking I LCD-scherm/aanraakscherm J Luidspreker K (weergave-)toets (34) L Oog voor polsriem* M Accu-insteekgleuf N Schroefgat voor statief O Deksel van geheugenkaartgleuf en
accuvak
P Multifunctionele aansluiting Q Accu-uitwerphendel R Geheugenkaartgleuf S Toegangslampje T (TransferJet™-)markering (79, 114)
Inhoud
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Afdekpaneel
* De polsriem gebruiken
Bevestig de polsriem aan de camera en steek uw hand door de lus om te voorkomen dat de camera valt.
Oog
* De tekenpen gebruiken
De tekenpen wordt gebruikt bij het bedienen van het aanraakscherm. Hij is bevestigd aan de polsriem. Draag de camera niet aan de tekenpen. De camera kan dan vallen.
16
NL

Lijst met pictogrammen die op het scherm worden afgebeeld

De pictogrammen worden op het scherm afgebeeld om de toestand van de camera aan te geven. De plaats van de afgebeelde pictogrammen kan verschillen afhankelijk van de opnamefunctie.
Inhoud
Bij het opnemen van stilstaande beelden
Bij het opnemen van bewegende beelden
1
Indicator Betekenis
DRO
Media opnemen/weergeven
8/8 Beeldnummer/Aantal beelden
Pictogram van scèneherkenning
Witbalans
Bestemming Scèneherkenning Trillingswaarschuwing Bewegende-
beeldenopnamefunctie Weergavezoom
(geheugenkaart, intern geheugen) Eye-Fi-functie
opgenomen in datumbereik, de geselecteerde map
Beeldformaat/Panorama­beeldformaat
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Bij het weergeven
TransferJet-instellingen
Databasebestand is vol/
Databasebestand-foutmelding Opnamemap Weergavemap
Map veranderen
Beveiliging Afdrukmarkering (DPOF) Dichte-ogenvermindering
Wordt vervolgd r
17
NL
2
Indicator Betekenis
Accu-restlading Waarschuwing voor zwakke
accu AF-verlichting Opnamemap
Media opnemen/weergeven
(geheugenkaart, intern geheugen)
Lichtmeetfunctie
Flitser
Eye-Fi-functie
Zoomvergroting
Witbalans
3
Indicator Betekenis
Burstinstellingen
C:32:00 Zelfdiagnosefunctie
Waarschuwing hoge temperatuur
Zelfontspanner
96 Aantal opneembare beelden 100 Min Opneembare tijd
Gezichtsherkenning
Zachte-huideffect
Databasebestand is vol/
Databasebestand-foutmelding Beeldformaat/Panorama-
beeldformaat
Indicator Betekenis
125 Sluitertijd F3.5 Diafragmawaarde
4
Indicator Betekenis
Scherpstellen
Vermindering van het rode­ogeneffect
z AE/AF-vergrendelingsindicator
NR lange-sluitertijd
125 Sluitertijd F3.5 Diafragmawaarde ISO400 ISO-nummer +2.0EV Belichtingswaarde
Close-scherpstelling
Flitsfunctie
Opladen flitser
Lichtmeetfunctie
OPNMN. Standby
0:12 Opnametijd (min:sec)
N Weergeven
0:00:12 Teller 101-0012 Map-bestandsnummer
2010 1 1 9:30 AM
Bewegende beelden opnemen/ Standby
Weergavebalk
Opgenomen datum/tijd van het weergavebeeld
Inhoud
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
AF-bereikzoekerframe
Dradenkruis van de puntlichtmeetfunctie
ISO400 ISO-nummer +2.0EV Belichtingswaarde
18
NL

Het aanraakscherm gebruiken

U kunt met deze camera bedieningen uitvoeren en instellingen maken door de toetsen aan te raken of met uw vinger over het LCD-scherm te vegen.
Toets Werking
///
Opmerkingen
• Om het aanraakscherm te bedienen, raakt u het licht aan met uw vinger of de bijgeleverde tekenpen. Door hard drukken of het gebruiken van een puntig voorwerp anders dan de bijgeleverde tekenpen kan het aanraakscherm worden beschadigd.
• Als u tijdens het opnemen de rechterbovenhoek van het scherm aanraakt, gaan de toetsen en pictogrammen tijdelijk uit. De toetsen en pictogrammen worden weer afgebeeld zodra u uw vinger van het scherm afhaalt.
Geeft de verborgen onderdelen weer zodat de onderdelen die u wilt instellen op het scherm worden afgebeeld.
Keert terug naar het vorige scherm.
Hiermee kunt u een beschrijving afbeelden van de functies van elke instelling op de selectieschermen van MENU (opnemen), opnamefunctie of scènekeuzefunctie. Raak aan t raak de onderdelen aan waarvan u de beschrijving wilt lezen.
Inhoud
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Het scherm aanraken om scherp te stellen
Door het onderwerp op het aanraakscherm aan te raken wordt een kader afgebeeld, en door vervolgens de ontspanknop tot halverwege in te drukken, wordt op het kader scherpgesteld. Als in het kader een gezicht aanwezig is, worden naast de scherpstelling tevens de helderheid en tint automatisch geoptimaliseerd.
Toets/Bedieningsmethode Werking
Raak het onderwerp aan De scherpstelling wordt
bijgeregeld. De functie wordt geannuleerd.
Opmerkingen
• U kunt deze functie niet gebruiken tijdens gebruik van de digitale zoom, opnemen in de superclose­upfunctie, en in de eenvoudig-functie.
• U kunt deze functie niet gebruiken wanneer (Landschap), (Schemer), (Voedsel), (Vuurwerk) of (Onderwater) is geselecteerd als scènekeuzefunctie.
19
NL
De camera bedienen door over het LCD-scherm te vegen
Werking Bedieningsmethode
Het MENU­scherm weergeven/ sluiten
Raak de linkerkant van het LCD-scherm aan en veeg naar rechts om het MENU-scherm af te beelden. Veeg van rechts naar links om het MENU-scherm te verbergen.
bediening
Inhoud
Zoeken op
De bedienings­toetsen afbeelden/ verbergen
Het volgende/ vorige beeld weergeven
Het indexweergave­scherm afbeelden
De volgende/ vorige pagina weergeven in de indexweergave­functie
Raak de linkerkant van het LCD-scherm aan en veeg naar links om de bedieningstoetsen te verbergen. Veeg van links naar rechts om de bedieningstoetsen af te beelden.
Veeg tijdens weergave naar rechts of links over het LCD-scherm. Om het beeld continu te veranderen, veegt u naar rechts of links en blijft u die kant aanraken.
Veeg omhoog over het LCD-scherm.
Veeg omlaag of omhoog over het LCD­scherm.
Zoeken in MENU/
Index
20
NL

De MENU-onderdelen aanpassen

Tijdens het opnemen/weergeven worden de vier MENU-onderdelen afgebeeld onder op het LCD-scherm. U kunt deze vier toetsen aanpassen met de gewenste MENU-onderdelen en op de gewenste positie op het LCD-scherm, zodat u veelgebruikte toetsen snel kunt vinden. U kunt deze toetsen aanpassen en de instellingen opslaan tijdens het opnemen voor iedere opnamefunctie, en tijdens het weergeven voor het interne geheugen en de geheugenkaart.
1 Raak aan om het MENU-scherm af te
beelden.
bediening
Inhoud
Zoeken op
2 (Custom) t [OK]
3 Selecteer een MENU-pictogram en sleep het naar
de gewenste positie aan de linkerkant van het LCD-scherm.
Het pictogram MENU in het aanpassingsgebied wordt omgeruild.
4 Raak aan om te annuleren.
Opmerking
• U kunt het pictogram MENU niet aanpassen in de Eenvoudig-functie.
Aanpassingsgebied
zHet menu naar wens aanpassen
U kunt niet alleen de MENU-pictogrammen omruilen met het menuscherm, maar u kunt ook de MENU-pictogrammen omruilen binnen het aanpassingsgebied, en u kunt het aantal MENU-pictogrammen verkleinen.
Zoeken in MENU/
Index
MENU-pictogrammen binnen het aanpassingsgebied omruilen
Terwijl u een MENU-pictogram binnen het aanpassingsgebied aanraakt, verplaatst u het naar de gewenste locatie.
Het aantal pictogrammen in het aanpassingsgebied verkleinen
Terwijl u een MENU-pictogram binnen het aanpassingsgebied aanraakt, verplaatst u het naar het gebied rechts.
21
NL

Het interne geheugen gebruiken

De camera heeft een intern geheugen van ongeveer 32 MB. Dit geheugen kan niet uit de camera worden verwijderd. Zelfs als er geen geheugenkaart in de camera is geplaatst, kunt u beelden opnemen in dit interne geheugen.
Als een geheugenkaart is geplaatst [Opnemen]: De beelden worden opgenomen op de
geheugenkaart.
B
[Weergeven]: De beelden op de geheugenkaart worden weergegeven. [Menu, Instellingen, enz.]: Diverse functies kunnen worden uitgevoerd op de beelden op de geheugenkaart.
bediening
Inhoud
Zoeken op
Als geen geheugenkaart is geplaatst [Opnemen]: De beelden worden in het interne geheugen
opgenomen.
• U kunt geen bewegende beelden in het interne geheugen opnemen wanneer het beeldformaat van de bewegende beelden [1280×720 (Fijn)] of [1280×720 (Standaard)] is.
[Weergeven]: De beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen worden weergegeven. [Menu, Instellingen, enz.]: Diverse functies kunnen worden toegepast op de beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen.
B
Intern geheugen
Over beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen
Wij adviseren u altijd een reservekopie (back-up) te maken van de beeldgegevens met behulp van een van de onderstaande methoden.
Een reservekopie (back-up) maken op de vaste schijf van de computer
Volg de procedure op pagina 133 zonder dat een geheugenkaart in de camera is geplaatst.
Een reservekopie (back-up) maken op een geheugenkaart
Bereid een geheugenkaart voor met voldoende vrije geheugencapaciteit en volg vervolgens de procedure beschreven onder [Kopiëren] (pagina 122).
Zoeken in MENU/
Index
Opmerkingen
• U kunt beeldgegevens op een geheugenkaart niet importeren in het interne geheugen.
• Door een USB-verbinding tot stand te brengen tussen de camera en een computer met behulp van de kabel, kunt u de beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen importeren in een computer. U kunt beeldgegevens echter niet exporteren van de computer naar het interne geheugen.
22
NL

Opn.functie

U kunt de opnamefunctie selecteren aan de hand van de situatie en het gewenste eindresultaat.
1 Doe de lensafdekking omlaag om de
opnamefunctie in te schakelen.
Inhoud
2 (Opn.functie) t gewenste functie
(Slim automatisch
instellen)
(Panorama door
beweging)
(Bewegende beeldn)
(Autom. Programma)
(Scènekeuze)
(Onderw.panor. door
beweging)
Hiermee kunt u stilstaande beelden opnemen terwijl de instellingen automatisch worden aangepast.
Hiermee kunt u een panoramabeeld opnemen uit samengestelde beelden.
Hiermee kunt u bewegende beelden opnemen.
Hiermee kunt u opnemen met automatisch ingestelde belichting (zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde). U kunt ook de diverse instellingen kiezen op het menu.
Hiermee kunt u opnemen met vooraf gemaakte instellingen, afhankelijk van de scène.
Hiermee kunt u panoramabeelden onderwater opnemen. [Onderw.panor. door beweging] is beschikbaar wanneer [Behuizing] is ingesteld op [Aan].
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
23
NL

Slim automatisch instellen

Hiermee kunt u stilstaande beelden opnemen terwijl de instellingen automatisch worden aangepast.
1 Doe de lensafdekking omlaag om de
opnamefunctie in te schakelen.
2 (Opn.functie) t (Slim automatisch
instellen)
3 Druk op de ontspanknop om een beeld op te
nemen.
bediening
Inhoud
Zoeken op
Opmerking
• [Flitser] staat in de stand [Autom.] of [Uit].
zOver de scèneherkenning
De scèneherkenning werkt in de intelligente automatische instelfunctie. In deze functie herkent de camera automatisch de opnameomstandigheden en neemt het beeld automatisch op.
Pictogram van de scèneherkenning en gids
De camera herkent (Schemer), (Schemer-portret), (Schemeropn. met statief),
(Tegenlichtopname), (Portretopn. met tegenlicht), (Landschap), (Macro),
(Superclose-up) of (Portretopname), en beeldt het betreffende pictogram en de gids af op het LCD-scherm nadat de scène is herkend. Voor verdere informatie, zie pagina 63.
zEen stilstaand beeld opnemen van een onderwerp
waarop moeilijk scherpgesteld kan worden
Zoeken in MENU/
Index
• De minimale opnameafstand is ongeveer 8 cm (1 cm in de intelligente automatische instelfunctie en
eenvoudig-functie) (W-kant) of 50 cm (T-kant) (vanaf de lens). Neem op in de close-up­opnamefunctie wanneer u een onderwerp wilt opnemen vanaf een kortere afstand dan de minimale opnameafstand.
• Als de camera niet automatisch op het onderwerp kan scherpstellen, verandert de AE/AF-
vergrendelingsindicator naar langzaam knipperen en klinkt geen pieptoon. Stel de opname opnieuw samen of verander de scherpstellingsinstelling (pagina 60).
• In de volgende situaties kan het moeilijk zijn scherp te stellen:
– Als het donker is en het onderwerp ver weg is. – Als het contrast tussen het onderwerp en de achtergrond slecht is. – Als het onderwerp door glas wordt opgenomen. – Als het onderwerp snel beweegt. – Bij reflecterend licht of glimmende oppervlakken. – Als het onderwerp van achteren wordt belicht of als er een zwaailicht in de buurt is.
24
NL

Panorama door beweging

Hiermee kunt u een panoramabeeld samenstellen door beelden samen te voegen.
1 Doe de lensafdekking omlaag om de
opnamefunctie in te schakelen.
2 (Opn.functie) t (Panorama door
beweging)
3 Lijn de camera uit met het einde van het
onderwerp dat u wilt opnemen en druk de ontspanknop in.
Dit deel wordt niet opgenomen
4 Pan de camera naar het einde van de
overzichtsbalk volgens de aanwijzingen op het LCD-scherm.
Over­zichtsbalk
Opmerkingen
• Als u de camera niet over het hele onderwerp kunt pannen binnen de aangegeven tijdsduur, zal een grijs deel ontstaan in het samengevoegde panoramabeeld. Als dit gebeurt, beweegt u de camera sneller om een volledig panoramabeeld op te nemen.
• Aangezien meerder beelden aan elkaar worden gelast, wordt het gelaste deel niet storingsvrij opgenomen.
• Onder zwakke belichtingsomstandigheden kunnen panoramabeelden wazig zijn of kunnen de opnamen mislukken.
• Onder flikkerende lampen, zoals tl-verlichting, zal de helderheid of kleur van het samengestelde beeld niet altijd hetzelfde zijn.
• Als de volledige hoek van de panoramaopname en de AE/AF-vergrendelingshoek sterk verschillen in helderheid, kleur en scherpstelling, zal de opname niet goed lukken. Als dit gebeurt, verandert u de AE/ AF-vergrendelingshoek en neemt u opnieuw op.
• Panorama door beweging is niet geschikt in de volgende situaties: – Het onderwerp beweegt – Het onderwerp bevindt zich te dicht bij de camera – Het beeld heeft weinig contrast, zoals lucht, zandstrand of gazon – Het beeld verandert continu, zoals golven of watervallen
• U kunt geen panoramabeelden maken in de volgende situaties: – Het pannen van de camera gaat te snel of te langzaam. – De camera beweegt te veel.
Inhoud
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Wordt vervolgd r
25
NL
zDe opnamerichting of het beeldformaat van een
panoramabeeld veranderen
Opnamerichting: (Opnamerichting) t [Naar rechts], [Naar links], [Naar
boven] of [Naar beneden]
Panoramisch­beeldformaat:
(Beeldformaat) t [Standaard] of [Breed]
zTips voor het opnemen van panoramabeelden
Pan de camera met constante snelheid in een boogbeweging in de richting aangegeven op het LCD-scherm. Stationaire onderwerpen zijn beter geschikt voor een panoramaopname dan bewegende onderwerpen.
Horizontale richtingVerticale richting
Inhoud
bediening
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Straal zo kort mogelijk
• Druk de ontspanknop eerst tot halverwege in zodat de scherpstelling, belichting en witbalans
worden vergrendeld. Druk daarna de ontspanknop helemaal in en pan de camera horizontaal of verticaal.
• Als een deel met zeer gevarieerde vormen of landschap zich langs de rand van het scherm bevindt,
kan de beeldcompositie mislukken. Pas in dergelijke gevallen de beeldcompositie aan zodat het deel zich in het midden van het beeld bevindt, en neem het beeld opnieuw op.
zDe panoramabeelden lopend weergeven
Terwijl panoramabeelden worden weergegeven raakt u aan om de panoramabeelden te laten lopen. Raak tijdens het weergeven het LCD-scherm aan om de bedieningstoetsen af te beelden.
Bedieningstoets/ Bedieningsmethode
Raak of het LCD­scherm aan
Raak / / / aan of veeg met uw vinger
Geeft het wee rgegeven deel aan van het hele panoramabeeld
• Panoramabeelden kunnen ook worden weergegeven met behulp van de bijgeleverde software
"PMB" (pagina 130).
• Panoramaopnamen die op een andere camera zijn opgenomen lopen bij het weergeven mogelijk niet
goed.
omhoog/omlaag/naar rechts/ naar links
Werking
Lopende weergave/pauzeert lopende beelden
Loopt door de beelden
Index
26
NL

Bewegende beeldn

Hiermee kunt u bewegende beelden opnemen.
1 Doe de lensafdekking omlaag om de
opnamefunctie in te schakelen.
Inhoud
2 (Opn.functie) t (Bewegende beeldn)
3 Druk op de ontspanknop.
4 Om te stoppen met opnemen, drukt u de
ontspanknop nogmaals in.
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
27
NL

Autom. Programma

Hiermee kunt u opnemen met automatisch ingestelde belichting (zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde). U kunt ook de diverse instellingen kiezen op het menu.
1 Doe de lensafdekking omlaag om de
opnamefunctie in te schakelen.
2 (Opn.functie) t (Autom. Programma)
3 Druk op de ontspanknop.
Inhoud
bediening
Zoeken op
Zoeken in MENU/
Index
28
NL

Scènekeuze

Voor opnemen met vooraf gemaakte instellingen, afhankelijk van de scène.
1 Doe de lensafdekking omlaag om de
opnamefunctie in te schakelen.
Inhoud
2 (Opn.functie) t (Scènekeuze) t
gewenste functie
(Zachte huid)
(Soft Snap)
(Landschap)
(Schemer-
portret)
(Schemer)
Hiermee kunt u gezichten mooier opnemen.
Hiermee kunt u beelden opnemen in een zachtere sfeer voor portretopnamen, bloemen, enz.
Hiermee kunt u ver verwijderde scènes eenvoudig opnemen door scherp te stellen in de verte. Hiermee kunt u de heldere lucht, bomen en bloemen opnemen in levendige kleuren.
Hiermee kunt u scherpe beelden opnemen van mensen met een nachtscène in de achtergrond zonder de atmosfeer geweld aan te doen.
Hiermee kunt u nachtscènes van veraf opnemen met behoud van de donkere atmosfeer van de omgeving.
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
(Hoge
gevoeligheid)
(Voedsel)
(Huisdieren)
(Strand)
Hiermee kunt u beelden opnemen zonder flitser onder zwakke belichting met minder wazigheid.
Hiermee kunt u de macrofunctie selecteren zodat u opnamen van voedsel kunt maken met verrukkelijke en felle kleuren.
Hiermee kunt u beelden van uw huisdier opnemen met de beste instellingen.
Hiermee kunt u beelden opnemen met de juiste instellingen voor zee- en waterscènes.
Wordt vervolgd r
29
NL
(Sneeuw)
Hiermee kunt u scherpe beelden opnemen en ingezakte kleuren voorkomen in sneeuwscènes of op ander plaatsen waarbij het hele scherm wit lijkt.
Inhoud
(Vuurwerk)
(Onderwater)
(Korte sluitertijd)
Hiermee kunt u vuurwerkscènes opnemen in al hun pracht.
Hiermee kunt u opnemen onderwater met natuurlijke kleuren met gebruikmaking van een behuizing (zoals een onderwaterset, enz.).
Hiermee kunt u snel bewegende onderwerpen buitenshuis of op andere heldere plaatsen vastleggen.
• De sluitertijd wordt korter zodat beelden opgenomen op donkere plaatsen donkerder worden.
Opmerking
• Als u beelden opneemt in de (Schemer-portret), (Schemer) of (Vuurwerk) functie, is de sluitertijd langer en worden de beelden eerder wazig. Om wazige beelden te voorkomen, adviseren wij u een statief te gebruiken.
bediening
Index
Zoeken op
Zoeken in MENU/
30
NL
Loading...
+ 133 hidden pages