Sony DPP-FP65 User Manual [nl]

3-285-375-41 (1)
Voordat u begint
Printer voor digitale foto’s
DPP-FP65/FP75
Gebruiksaanwijzing
Voordat u deze printer gaat gebruiken, moet u de bijgeleverde "Lees dit eerst" , "Over afdrukpakketen" en deze "Gebruiksaanwijzing" aandachtig doorlezen. Bewaar de handleidingen voor het geval u deze later als referentiemateriaal nodig hebt.
Direct afdrukken
Afdrukken vanaf een PictBridge
digitale camera
Afdrukken vanaf een apparaat
dat geschikt is voor Bluetooth
Afdrukken vanaf een PC
Foutmeldingen
Oplossen van problemen
Aanvullende informatie
© 2008 Sony Corporation
Lees de bijgeleverde "Lees dit eerst" en "Over afdrukpakketen" door.
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht. Zo kunt u het risico op brand of elektrische schokken verkleinen.
Waarschuwing voor klanten in Europa
Dit product is getest en voldoet aan de beperkingen die zijn uiteengezet in de EMCrichtlijn voor het gebruik van een aansluitsnoer van minder dan 3 meter.
Let op
De elektromagnetische velden kunnen bij de opgegeven frequenties het beeld van deze digitale fotoprinter beïnvloeden.
Opmerking
Als de gegevensoverdracht wordt onderbroken (mislukt) door statische elektriciteit of elektromagnetische storing, moet u de toepassing opnieuw starten of de verbindingskabel (USB, enzovoort) loskoppelen en opnieuw aansluiten.
Kennisgeving voor klanten in de landen waar EU-richtlijnen van toepassing zijn
De fabrikant van dit product is Sony Corporation, 1-7-1 Konan Minato-ku Tokyo, 108-0075 Japan. De geautoriseerde vertegenwoordiger voor EMC en productveiligheid is Sony Deutschland GmbH, Hedelfinger Strasse 61, 70327 Stuttgart, Duitsland. Voor kwesties met betrekking tot service of garantie kunt u het adres in de afzonderlijke service- en garantiedocumenten gebruiken.
Verwijdering van oude elektrische en elektronische apparaten (Toepasbaar in de Europese Unie en andere Europese landen met gescheiden ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd,
milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Het kopiëren, bewerken of afdrukken van CD’s, televisieprogramma’s, auteursrechtelijk beschermde materialen, zoals beelden en publicaties, en alle andere materialen met uitzondering van eigen opnamen en creaties is beperkt tot huishoudelijk of privé-gebruik. Tenzij u in het bezit bent van de auteursrechten of toestemming hebt van de houder van de auteursrechten om deze materialen te kopiëren, kan gebruik van deze materialen een overtreding van de auteursrechtwetten betekenen en moet u wellicht schadevergoeding betalen aan de houder van de auteursrechten.
Als u foto’s gebruikt met deze printer, moet u ervoor zorgen dat u de auteursrechtwetten niet overtreedt. Ongeoorloofd gebruik of aanpassing van portretten van andere personen kan ook een inbreuk op hun rechten betekenen. Op bepaalde demonstraties, optredens en tentoonstellingen is het nemen van foto’s niet toegestaan.
voorkomt u voor mens en
2
Reservekopiëen
U kunt het beste een reservekopie van uw gegevens opslaan om gegevensverlies door een bedieningsfout of storing van de printer te voorkomen.
NL
Informatie
IN GEEN GEVAL IS DE VERKOPER AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE DIRECTE OF INCIDENTELE SCHADE OF GEVOLGSCHADE VAN WELKE SOORT DAN OOK, OF VOOR VERLIEZEN OF KOSTEN ALS GEVOLG VAN EEN DEFECT PRODUCT OF HET GEBRUIK VAN EEN PRODUCT.
Sony is niet aansprakelijk voor enige incidentele schade of gevolgschade of verlies van opgenomen gegevens als gevolg van het gebruik van of een storing aan de printer of de geheugenkaart.
Opmerkingen over het LCD-scherm
• Het weergegeven beeld heeft niet dezelfde beeldkwaliteit en kleuren als het afgedrukte beeld omdat de fosformethoden en -profielen anders zijn. U moet het weergegeven beeld beschouwen als indicatie.
• Druk niet op het LCD-scherm. Het scherm kan dan verkleuren, waardoor een storing wordt veroorzaakt.
• Als het LCD-scherm langdurig wordt blootgesteld aan direct zonlicht, kan dit tot defecten leiden.
• Het LCD-scherm is vervaardigd met behulp van precisietechnologie, waardoor meer dan 99,99% van de pixels effectief bruikbaar is. Deze punten duiden niet op fabricagefouten en hebben geen enkele invloed op de afdrukken.
• In een koude omgeving kunnen de beelden op het LCD-scherm nasporen vertonen. Dit is normaal.
Handelsmerken en auteursrechten
• Cyber-shot, , "Memory Stick",
"Memory Stick PRO", , "Memory Stick PRO Duo",
Duo", , "Memory Stick Micro", , , "Memory Stick­ROM", , "MagicGate", en
Corporation.
• Microsoft, Windows, Windows Vista en DirectX zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
• Intel en Pentium zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Intel Corporation.
of xD-Picture Card™ is een handelsmerk van Fuji Photo Film Co., Ltd.
is een handelsmerk van FotoNation Inc. in de Verenigde Staten.
• Alle andere bedrijven en productnamen die hierin worden vermeld, kunnen de handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken zijn van hun respectieve bedrijven. Bovendien worden "™" en
®
" niet elke keer vermeld in deze
" gebruiksaanwijzing.
• Het Bluetooth woordmerk en logo’s zijn eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en elk gebruik van dergelijke merken door Sony Corporation gebeurt onder licentie. Andere handelsmerken en handelsnamen zijn van hun respectievelijke eigenaren.
, "Memory Stick Duo",
, "MagicGate Memory Stick",
, "Memory Stick PRO-HG
zijn handelsmerken van Sony
3
NL

Kennisgeving voor gebruikers

Programma © 2008 Sony Corporation Documentatie © 2008 Sony Corporation
Alle rechten voorbehouden. Deze handleiding en de software die hierin wordt beschreven, geheel of gedeeltelijk, mogen niet worden gereproduceerd, vertaald of omgezet in een machineleesbare vorm zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Sony Corporation.
IN GEEN GEVAL IS SONY CORPORATION AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE INCIDENTELE OF SPECIALE SCHADE OF GEVOLGSCHADE HETZIJ ONDER DWANG, CONTRACT OF ANDERSZINS VOORTKOMEND UIT OF IN VERBAND MET DEZE HANDLEIDING, DE SOFTWARE OF ANDERE INFORMATIE DIE HIERIN WORDT VERMELD OF HET GEBRUIK ERVAN.
Door het zegel van de CD-ROM-verpakking te verbreken, accepteert u alle bepalingen en voorwaarden van deze overeenkomst. Als u deze bepalingen en voorwaarden niet accepteert, retourneert u de ongeopende CD-ROM-verpakking samen met de rest van het pakket aan de handelaar bij wie u het pakket hebt gekocht.
Sony Corporation behoudt zich het recht voor om te allen tijde deze handleiding of de informatie in deze handleiding te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving. De software die hierin wordt beschreven, kan ook vallen onder de bepalingen van een afzonderlijke gebruiksrechtovereenkomst.
Ontwerpgegevens, zoals de voorbeelden in deze software, mogen uitsluitend voor persoonlijk gebruik worden aangepast of gekopieerd. Het ongeoorloofd kopiëren van deze software is volgens de auteursrechtwetten verboden.
Houd er rekening mee dat het ongeoorloofd kopiëren of aanpassen van portretten van andere personen of van auteursrechtelijk beschermd werk een inbreuk op de rechten van de houders van de auteursrechten kan betekenen. .
U wordt wellicht verwezen naar de bijgeleverde "Lees dit eerst" en "Over afdrukpakketen" als deze gedetailleerde beschrijvingen bevat.
Over de afbeeldingen en schermen die in deze handleiding worden gebruikt
In de afbeeldingen en de schermen die in deze handleiding worden gebruikt, wordt de DPP­FP75 weergegeven, tenzij anders aangegeven.
4
NL
Inhoudsopgave
Kennisgeving voor gebruikers ........4
Voordat u begint
Aanduiding van de onderdelen .......7
Voorbereidingen
De inhoud van de verpakking
controleren .....................................9
Het inktlint instellen ........................9
Het afdrukpapier inleggen .............10
Aansluiten op de netspanning .......12
Direct afdrukken
LCD-schermweergave ..................13
Een afdrukvoorbeeld van een
afbeelding ......................................13
Lijst van afbeeldingen ....................14
Lijst van pictogrammen ..................15
Eenvoudig afdrukken ....................16
Een geheugenkaart plaatsen ...........16
Geselecteerde afbeeldingen afdrukken
........................................................16
Genieten van diverse
afdrukmogelijkheden ....................18
Rode-ogencorrectie ......................20
Een afbeelding bewerken ..............21
De grootte van een afbeelding laten
toenemen of afnemen ....................21
Een afbeelding verplaatsen ............21
Een afbeelding draaien ..................21
Een afbeelding aanpassen ..............21
Een bewerkte afbeelding afdrukken
....................................................... 22
Bewerkingen ongedaan maken .....22
Menu aan het verlaten ................... 23
Opmaakafdrukken maken ............23
Een ID-foto maken .......................24
Maken van een Batch Afdruk (Index Afdruk/DPOF Afdruk/Alles
afdrukken) ....................................25
Veranderen van de instellingen ....26
Datumafdruk instellen ................... 26
Instellen van de afdrukopmaak (afdruk
met randen/zonder randen) ............26
Instellen van de schermweergave
....................................................... 27
Veranderen van de kleurinstellingen
....................................................... 28
Verbergen of weergeven van de
weergave printerinformatie ............ 29
Terugzetten naar fabrieksinstellingen
....................................................... 29
Afdrukken vanaf een USB-geheugen
......................................................30
Afdrukken vanaf een PictBridge digitale camera
Afdrukken vanaf een PictBridge
digitale camera .............................31
Vervolg
5
NL
Afdrukken vanaf een apparaat dat geschikt is voor Bluetooth
Afdrukken vanaf een apparaat dat
geschikt is voor Bluetooth ............32
Profielen die geschikt zijn voor
Bluetooth-communicatie ................ 32
Procedures voor het afdrukken ...... 32
Afdrukken vanaf een PC
Afdrukken vanaf een PC ................34
De software installeren .................34
Systeemvereisten ........................... 34
Het printerstuurprogramma installeren
....................................................... 35
Het printerstuurprogramma
deïnstalleren .................................. 37
Installeren van de Picture Motion
Browser ......................................... 38
De-installeren van de Picture Motion
Browser ......................................... 39
Foto’s afdrukken vanaf de Picture
Motion Browser ............................39
Een bladermap registreren ............. 43
Afdrukken stoppen ......................... 43
Afdrukken vanuit in de handel
verkrijgbare softwareapplicatie ....... 44
Oplossen van problemen
Als er problemen zijn ....................48
Bij papierstoringen .......................58
Reinigen .......................................59
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen .................60
Voor veiligheid ...............................60
Over de installatie ...........................60
Over het reinigen ............................60
Over de beperkingen op het kopiëren
........................................................61
Over de geheugenkaarten .............61
"Memory Stick" ..............................61
SD Geheugenkaart ..........................62
xD-Picture Card ..............................62
Opmerkingen over het gebruik van een
geheugenkaart ................................63
Specificaties .................................63
Afdrukbereik ...................................65
Woordenlijst .................................66
Index ............................................67
Foutmeldingen
Als een foutmelding verschijnt .....45
NL
6

Voordat u begint

Aanduiding van de onderdelen

Zie voor nadere bijzonderheden de bladzijden die tussen haakjes worden genoemd.
Afbeeldingen zijn van de DPP-FP75. De plaatsing van de toetsen en de namen van de DPP-FP65 zijn gelijk, maar het LCD-scherm heeft andere afmetingen.
Voorpaneel van de printer
A 1 (aan/stand-by)-toest/(stand-by)
aan duiding
B CANCEL/ (Index Weergave)
toets
C MENU-toets D LCD-scherm
type 2,4 DPP-FP65 type 3,5 DPP-FP75
E ENTER-toets F Pijl (g/G/f/F) toetsen G (Rode ogen Correctie) -toets
(.blz. 20)
H PRINT-toets/aanduiding I Papierladehouder (.blz. 10) J Klep van de papierladehouder K "Memory Stick PRO" (Standaard/
Duo) sleuf (.pagina’s16, 61)
L xD-Picture Card-sleuf
(.pagina’s16, 62)
M SD-geheugenkaartsleuf
(.pagina’s16, 62)
N Uitwerphendel voor het inktlint
(.blz. 9)
O Inktlint (niet bijgeleverd)
(.blz. 9)
P Klep voor inktlinthouder
(.blz. 9)
Voordat u begint
Vervolg
7
NL
Achterpaneel van de printer
A Hendel
Breng, wanneer u de printer draagt, de hendel omhoog, zoals de illustratie hieronder laat zien. Zet de hendel terug in de oorspronkelijke stand, wanneer u de printer gebruikt.
Linkerzijpaneel van de printer
E USB-aansluiting (.blz. 36)
Koppel deze tijdens het gebruik van uw computer via een USB-kabel aan deze aansluiting.
F PictBridge/EXT INTERFACE-
aansluiting (.pagina 31 tot 32)
Koppel deze tijdens gebruik van een voor PictBridge geschikte digitale camera, een USB-geheugen, een Bluetooth USB-adapter (DPPA-BT1*), of ander extern USB-apparaat aan deze aansluiting.
(*In sommige regio's wordt de DPPA-BT1 Bluetooth USB-adapter niet verkocht.)
Opmerkingen
• Het is belangrijk dat, wanneer u de printer draagt, u de geheugenkaarten, het USB­geheugen, de papierlade, netspanningsadapter en de andere kabels verwijdert. Er zouden anders storingen kunnen optreden.
• Zet, wanneer u de DPP-FP75 gebruikt, het LCD-paneel in de oorspronkelijke stand.
B Ventilatieopeningen C Papieruitgang D DC IN 24 V- aansluiting
(.blz. 12)
Steek de geleverde netspanningsadapter in deze aansluiting. Steek vervolgens de stekker van de netspanningsadapter in het stopcontact.
NL
8

Voorbereidingen

De inhoud van de verpakking controleren

Controleer of de volgende accessoires met uw printer worden bijgeleverd.
• Papierlade (1)
• Netspanningsadapter
•Netsnoer
• Reinigingscartridge (1)/Reinigingsvel (1)
• CD-ROM (Windows Printer Software Printerstuurprogramma Ver.1.0 en Picture Motion Browser Ver.3.0)
• Gebruiksaanwijzing (dit boekje)
• Lees dit eerst (1)
• Over afdrukpakketen (1)
• Garantie (In sommige regio's wordt geen garantie bijgeleverd.)
• Gebruiksrechtovereenkomst van Sony
*1 De vorm van de stekker en de specificaties van het
netsnoer verschillen afhankelijk van de regio waar u de printer hebt aangeschaft.
*1
(1)
Over Sony-afdrukpakketten (niet bijgeleverd)
Wij verzoeken u een als optie verkrijgbaar en voor de printer ontworpen Sony afdrukpakket voor kleuren te gebruiken. Voor informatie, zie de meegeleverde "Over de Afdrukpakketten".
(1)

Het inktlint instellen

1 Trek de klep voor de inktlinthouder
open.
2 Zet het inktlint in de richting van de
pijl totdat het op zijn plaats klikt.
Voorbereidingen
3 Sluit de klep van de inktlinthouder.
Het inktlint uitnemen
Duw de uitwerphendel voor het inktlint omhoog en neem het gebruikte inktlint uit de printer.
Vervolg
9
NL
Opmerkingen
• Raak het inktlint niet aan en zet het niet op een stoffige plek. Vingerafdrukken of stof op het inktlint kunnen minder goede afdrukken tot gevolg hebben.
• Wind het inktlint niet opnieuw op en gebruik het opnieuw opgewonden inktlint niet opnieuw voor het afdrukken. Anders worden geen goede afdrukresultaten bereikt en kunnen er zelfs storingen optreden. Als het niet lukt het inktlint op zijn plaats te klikken, verwijder het dan en plaats het daarna opnieuw. Alleen wanneer het inktlint niet voldoende is opgewonden en u het niet kunt inzetten, drukt u op het middelste gedeelte van het lint en windt u het lint op in de richting van de pijl zodat de vrije slag in het lint verdwijnt.
Wind het lint niet op in de richting zoals hier afgebeeld.

Het afdrukpapier inleggen

1 Open de afdekplaat van de
papierlade.
Pak de afdekplaat van de papierlade aan weerszijden vast (aangeduid met de pijlen) en open de afdekplaat van de papierlade.
• Haal het inktlint niet uit elkaar.
• Trek het lint niet uit de inktcartridge.
• Haal het inktlint niet uit de printer tijdens het printen.
• Berg het inktlint niet op een plaats waar hoge temperaturen of een hoge luchtvochtigheid heerst, waar het zeer stoffig is of waar het zonlicht direct toegang heeft. Berg het op op een koele en donkere plaats en gebruik het korte tijd na de productiedatum. De kwaliteit van het inktlint kan afnemen afhankelijk van de omstandigheden waaronder het wordt bewaard. Het gebruik van een dergelijk inktlint kan gevolgen hebben voor de afdrukresultaten en wij kunnen daarvoor geen garantie of vergoeding bieden.
NL
10
2 Leg het afdrukpapier in de
papierlade.
3 Sluit de afdekplaat van de
papierlade.
4 Open de schuif.
5 Schuif de papierlade in de printer.
Opmerkingen
• U kunt tot 20 vellen afdrukpapier in de lade doen. Maak het afdrukpapier grondig los. Leg het afdrukpapier zo in de printer dat het beschermvel bovenop ligt. Verwijder vervolgens het beschermvel.
• Leg het afdrukpapier met de afdrukzijde (de niet­bedrukte zijde) omhoog in de printer.
• Raak het afdrukoppervlak niet aan. Vingerafdrukken of verontreiniging op het afdrukoppervlak kunnen leiden tot onvolkomenheden in de afdruk.
• Buig het afdrukpapier niet en snijd het afdrukpapier niet los van de perforaties vóór het afdrukken.
• Om te voorkomen dat er papier vast komt te zitten in de printer of dat de printer niet goed functioneert, is het is belangrijk dat u:
– Niet op het afdrukpapier schrijft of typt.
– Geen stickers of zegels op het afdrukpapier
plakt.
– Wanneer u afdrukpapier toevoegt in de
papierlade, dient u erop te letten dat er in totaal niet meer dan 20 vellen afdrukpapier in de lade zit.
– Geen verschillende typen afdrukpapier bij
elkaar in de papierlade legt.
– Niet afdrukt op gebruikt afdrukpapier. Het twee
keer afdrukken van dezelfde afbeelding op hetzelfde vel papier maakt de afbeelding niet dikker.
– Gebruik het afdrukpapier alleen voor deze
printer.
– Gebruik het afdrukpapier dat zonder afdruk uit
de printer komt niet nogmaals.
Opmerkingen over het opslaan van papier
• Als u papier in de lade wilt opbergen, verwijdert u de papierlade uit de printer en sluit u de schuif van de papierlade.
• Berg papier niet gedurende langere tijd op met de bedrukte oppervlakken tegen elkaar of in contact met rubberen of kunststof producten die vinylchloride bevatten of die zijn geplastificeerd; hierdoor kunnen kleurveranderingen ontstaan of kan de kwaliteit van de afgedrukte afbeelding afnemen.
• Berg het afdrukpapier niet op op een plaats waar hoge temperaturen of een hoge luchtvochtigheid heerst, waar het zeer stoffig is of waar het zonlicht direct toegang heeft.
• Wanneer u een gedeeltelijk gebruikt pak afdrukpapier opbergt, plaats het dan in de oorspronkelijke of vergelijkbare verpakking.
Voorbereidingen
11
NL

Aansluiten op de netspanning

1 Steek de stekker van de
netspanningadapter in de DC IN 24 V - aansluiting aan de achterzijde van de printer.
2 Steek de ene stekker van het
netsnoer in de aansluiting van de netspanningsadapter en de andere stekker in het stopcontact.
Opmerkingen
• Plaats de printer niet op een instabiele ondergrond, zoals een wankele tafel.
• Bewaar voldoende ruimte rondom de printer. Het afdrukpapier komt tijdens het afdrukken enkele keren uit de achterzijde te voorschijn. Houd 10 cm of meer ruimte aan aan de achterzijde van de printer.
• Sluit de netspanningsadapter aan op een gemakkelijk bereikbaar stopcontact dicht bij de printer. Als er iets misgaat bij het gebruik van de adapter, verbreek dan onmiddellijk de netspanning door de stekker uit het stopcontact te trekken.
• Sluit de stekker van de netspanningadapter niet kort met een metalen voorwerp, dit zou tot storingen kunnen leiden.
• Plaats de netspanningsadapter niet in een smalle ruimte, dus bijvoorbeeld niet tussen een wand en een meubelstuk.
• Nadat u klaar bent met het gebruik van de netspanningadapter, trek de plug dan uit de DC IN 24 V aansluiting van de printer en de netspanning.
• Zo lang de stekker in het stopcontact zit, is de printer aangesloten op de netspanning, zelfs als de printer zelf is uitgeschakeld.
10 cm
Netsnoer
Netspan-
ningsadapter
Naar het stopcontact
12
NL

Direct afdrukken

LCD-schermweergave

Een afdrukvoorbeeld van een afbeelding

Schermweergave: Aan
Schermweergave: Uit
U kunt vanaf het menu de weergave van een afdrukvoorbeeld van een afbeelding veranderen door het instellen van "Schermweergave". (blz. 27)
A Toegangslampje
Verschijnt als de printer toegang tot een geheugenkaart of een USB-geheugen heeft.
Opmerking
Als het toegangslampje wordt weergegeven, verwijder dan niet de geheugenkaart of USB­geheugen en schakel de netspanning niet uit. Gegevens kunnen beschadigd raken.
B Aanduidingen invoer/instelling
Er worden aanduidingen voor de invoer en informatie over de instellingen voor een afbeelding weergegeven.
Pictog­rammen
Betekenis
"Memory Stick"-invoer
SD Geheugenkaart-invoer
xD-Picture Card-invoer
USB geheugeninvoer
Aanduiding DPOF afdrukinstelling
Direct afdrukken
C Aantal geselecteerde
afbeeldingen/Totaal aantal van afbeelding
D Aanduiding inktlint
: P-afmeting
: Reinigingscartridge
E Bestandinformatie Afbeelding
( bestandsindeling, bestandsgrootte, afbeeldingnummer (map­bestandsnummer)*)
(*alleen voor DCF-geschikte bestanden. Bij andere bestandsindelingen, wordt slechts een deel van de bestandsnaam weergegeven.)
F Bedieningstips G Opname of opslag -datum (jaar/
maand/dag)
H Instelling afdrukhoeveelheid
Vervolg
13
NL

Lijst van afbeeldingen

Geeft een lijst weer van de afbeeldingen die op het geselecteerde medium opgeslagen zijn.
DPP-FP65
DPP-FP75
A Cursor (oranje kader)
U kunt de cursor verplaatsen (selectie) door te drukken op g/G/f/F.
B Instelling afdrukhoeveelheid
Verschijnt alleen wanneer het aantal afdrukken wordt ingesteld.
C Bladerbalk
Geeft een aanduiding van de positie van de afbeelding in het totale aantal afbeeldingen.
D Aanduiding DPOF
afdrukinstelling
Een ander afdrukvoorbeeld van een afbeelding of een andere lijst van afbeeldingen kiezen
U kunt als volgt een andere weergave kiezen:
• De lijst van afbeeldingen weergeven
Druk in een afdrukvoorbeeld op de (Index weergave)-toets. Als er meerdere pagina’s zijn, kunt u de pagina’s afwisselen door op f/F te drukken.
• Een afdrukvoorbeeld van een afbeelding weergeven
Druk in de lijst van afbeeldingen op g/G/f/Fzodat de cursor naar de afbeelding van uw keuze wordt verplaatst en druk op ENTER. U kunt in een afdrukvoorbeeld de weergegeven afbeelding wijzigen door op g/G te drukken.
Een afbeelding vergroten Druk in het afdrukvoorbeeld van een afbeelding op ENTER. Ieder keer als u op de toets drukt, vergroot de afbeelding tot 5 keer ten opzichte van de oorspronkelijke schaalgrootte: x1,5, x2, x3, x4 en vervolgens x5. U kunt in een vergroot afdrukvoorbeeld het weergegeven afbeeldinggedeelte wijzigen door op g/G/f/F te drukken.
r
x1 c x1,5 c x2 c x3 c x4 c x5
14
NL

Lijst van pictogrammen

Hieronder staan de pictogrammen die worden weergegeven op het LCD-scherm.
U kunt met de werking doorgaan door het kiezen van het gewenste pictogram met g/G/f/F, en vervolgens te drukken op ENTER.
Zie voor nadere uitleg de bladzijden tussen haakjes.
Pictog­rammen
Bewerkopmaakafdruk/ -ID foto
Betekenis
Bewerken (21)
Opmaakafdruk (23)
ID foto (24)
Batch-afdruk (25)
Afdrukinstelling (26)
De grootte van een afbeelding laten toenemen of afnemen (21)
Een afbeelding verplaatsen (21)
Een afbeelding draaien (21) (draait 90 rechtsom.)
Past de beeldkwaliteit van een afbeelding aan (21)
Een foto veranderen in een monochrome plaat (24)
* Deze optie is uitsluitend in ID
fotobewerking beschikbaar.
Terugzetten van de bewerkingen (22)
Een bewerkte afbeelding afdrukken (22)
Menu aan het verlaten (23)
Pictog­rammen
Batch-afdruk
Afdrukinstelling
Betekenis
Indexafdruk (25) (Drukt alle afbeeldingen af in deelschermen.)
Alles afdrukken (25) (Drukt van iedere afbeelding één kopie af.)
DPOF-afdruk (25) (Drukt de afbeeldingen met de afdrukmarkering ( ) af in een afdrukvoorbeeld met het vooraf ingestelde aantal kopieën in de volgorde van weergave.)
Datumafdruk (26)
Randen/Randloos (26)
Schermweergave (27)
Kleurinstelling (28)
Weergave van de printerinformatie (29)
Standaardinstelling (29) (Zet de instellingen terug naar de fabrieksinstellingen.)
Direct afdrukken
Vervolg
15
NL

Eenvoudig afdrukken

Een geheugenkaart plaatsen

Maak een geheugenkaart met afbeeldingen gereed om af te drukken: "Memory Stick", "Memory Stick Duo", SD Geheugenkaart of een xD-Picture Card.
Schuif de gewenste kaart met de gelabelde zijde naar boven in de juiste sleuf en duw de kaart naar binnen tot u een klik hoort.
Op de pagina's 61 tot 63 vindt u de typen geheugenkaarten die u bij deze printer kunt gebruiken.
Vanaf de linkerzijde met de gelabelde zijde naar boven, "Memory Stick", ( "Memory Stick Duo"), SD Geheugenkaart en xD-Picture Card
Een geheugenkaart uitwerpen
Als u de geheugenkaart uit de sleuf wilt nemen, trekt u de kaart langzaam naar buiten.
Opmerkingen
• Plaats alleen de geheugenkaart die u voor het afdrukken wilt gebruiken. Wanneer meerdere geheugenkaarten zijn geplaatst, heeft de geheugenkaart die het eerst is geplaatst prioriteit.
• The printer ondersteunt kaarten van zowel standaardformaat als klein formaat. Een "Memory Stick Duo"-adapter is niet nodig.
• Volg de opmerkingen op de pagina's 61 tot 63 , als u een geheugenkaart wilt gebruiken.

Geselecteerde afbeeldingen afdrukken

In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de afbeeldingen op een geheugenkaart of op een USB-geheugen op het LCD-scherm van de printer kunt weergeven en de geselecteerde afbeeldingen kunt afdrukken (Direct Afdrukken). Zie blz. 30 voor aanwijzingen voor het afdrukken vanaf een USB-geheugen.
Afdrukhoeveelheid instellen
1 Zet de printer aan door op de
schakelaar 1 (aan/standby) te drukken.
De standby-indicator gaat uit. Een afbeelding die op de geheugenkaart of op USB-geheugen opgeslagen is, wordt op het LCD-scherm weergegeven.
2 Geef de afbeelding die u wilt
afdrukken, weer door op g/G te drukken.
3 Stel de afdrukhoeveelheid in.
Sla deze procedure over en ga naar de volgende stap als u één exemplaar van de weergegeven afbeelding wilt afdrukken.
Geef de aanduiding van het aantal afdrukken weer door op f te drukken. Druk daarna op f/F zodat u het aantal afdrukken kunt opgeven.
16
NL
4 Druk op PRINT.
Wanneer de toets PRINT groen brandt, is de printer gereed voor het maken van afdrukken. De weergegeven afbeelding wordt afgedrukt.
Meerdere afbeeldingen afdrukken
Herhaal de stappen 2 en 3.
Het aantal afdrukken wijzigen
Geef de afbeelding weer waarvan u het aantal afdrukken wilt aanpassen en wijzig het aantal afdrukken met f/F.
Selecteert u "0", dan worden er geen afdrukken gemaakt.
Vergroten van een af te drukken afbeelding (Afdruk kaderen)
Druk herhaaldelijk op ENTER totdat de afbeelding tot de gewenste afmeting is vergroot. U kunt een afbeelding tot vijf keer de oorspronkelijke schaal vergroten. Druk op g/G/f/F als u de afbeelding wilt verplaatsen.
Druk op PRINT om voor het afdrukken het afdrukvoorbeeld weer te geven. Druk vervolgens nogmaals op PRINT om de bekeken afbeelding af te drukken.
Zelfs wanneer u het aantal afdrukken voor andere afbeeldingen hebt ingesteld, wordt alleen de afbeelding die bekeken wordt, afgedrukt.
Over het selecteren van invoer
De printer is niet uitgerust met een schakelaar voor het selecteren van de invoer. Wanneer u een geheugenkaart in de printer steekt of USB­geheugen op de printer aansluit, worden de afbeeldingen op de aangesloten media automatisch weergegeven. Als meerdere geheugenkaarten of een USB-geheugen zijn aangesloten, heeft de media die het eerst is aangesloten voorrang.
Wanneer u de printer aanzet terwijl er meerdere media is geplaatst of aangesloten, detecteert de printer de media in de volgorde "Memory Stick", SD geheugenkaart, xD-Picture Card, en vervolgens een USB-geheugen die gekoppeld is met de PictBridge/EXT INTERFACE aansluiting.
Direct afdrukken
Opmerkingen
• Het is belangrijk dat u de printer tijdens het afdrukken nooit verplaatst of uitzet, het inktlint of het afdrukpapier zou vast kunnen komen te zitten. Als u de printer uitzet, laat de papierlade dan in de printer zitten en zet de printer weer aan. Als er papier waarop werd afgedrukt in de printer achterblijft, verwijder dan het papier dat automatisch wordt uitgeworpen en ga verder met afdrukken.
• Haal niet de papierlade uit de printer tijdens het afdrukken. Er zou zich anders een storing kunnen voordoen.
• Het afdrukpapier komt tijdens het afdrukken enkele keren te voorschijn. Raak het papier tijdens het afdrukproces niet aan.
• Zie blz. 58, als er papier in de printer blijft steken.
17
NL

Genieten van diverse afdrukmogelijkheden

z Bediening met behulp van de printertoetsen
Rode-ogencorrectie
MENU
Rode-ogencorrectie .blz. 20
Druk op de (Rode-ogencorrectie)-toets om het fenomeen van de rode ogen op een afbeelding automatisch te corrigeren.
Afdrukdiversiteit
Druk op MENU en selecteer een pictogram van de gewenste bewerking.
•Druk op g/G/f/F, selecteer het gewenste
pictogram en druk op ENTER.
1 Bewerken 2 Afdrukopmaak 3 ID foto 4 Batch Afdruk 5 Afdrukinstelling
• Druk opnieuw op MENU als u het menu wilt afsluiten.
18
NL
1 Bewerk .blz. 21
U kunt het formaat, de positie, de tint of andere beeldeigenschappen van de geselecteerde afbeelding aanpassen.
Zie blz. 15 voor de pictogrammen die u kunt gebruiken.
2 Afdrukopmaak .blz. 23
U kunt meerdere foto’s op deelschermen plaatsen om een afdruk te maken
U kunt een afdruk maken met 2, 4, 9, 13 of 16 afbeeldingen.
3 ID foto .blz. 24
U kunt de gewenste breedte en hoogte van een foto specificeren.
U kunt een foto gebruiken voor bijvoorbeeld een paspoort.
4 Batch Afdruk .blz. 25
U kunt een groot aantal afbeeldingen ineens van een geheugenkaart of een USB-geheugen afdrukken.
Direct afdrukken
U kunt kiezen uit afdrukopties zoals "alles afdrukken", "indexafdruk" en "DPOF-afdruk".
5 Afdrukinstelling .blz. 26
U kunt tijdens het afdrukken de printerinstellingen en de instellingen van de schermweergave wijzigen.
19
NL

Rode-ogencorrectie

1 Geef een afbeelding weer die u wilt
aanpassen en druk vervolgens op
(Rode-ogencorrectie).
Rode-ogencorrectie van de geselecteerde afbeelding begint. De resultaten van de aanpassingen worden op het scherm weergegeven.
De oorspronkelijke afbeelding (van vóór de correctie) opnieuw weergeven
Druk op (Rode-ogencorrectie). Druk opnieuw op als u de aangepaste afbeelding wilt weergeven.
Correctie afbreken
Druk op CANCEL.
Tip
Hoewel u de status voor de rode ogen-correctie kunt controleren door op ENTER te drukken en een afbeelding kunt vergroten, wordt de af te drukken afbeelding niet vergroot. Vergroot de foto eerst en voer dan een rode-ogencorrectie uit voordat u de afbeelding afdrukt.
Als u het aantal afdrukken voor meerdere afbeeldingen hebt ingesteld
Alle afbeeldingen waarvoor u een aantal voor de afdrukken hebt ingesteld, worden aangepast. Druk op g/G als u andere afbeeldingen wilt weergeven.
De afdrukhoeveelheid instellen
Stel, voordat u de rode-ogencorrectie begint, de afdrukhoeveelheid in (blz. 16). U kunt na het beëindigen van de rode­ogencorrectie de afdrukhoeveelheid niet meer instellen of wijzigen. Breek de rode­ogencorrectie af om de instelling van de afdrukhoeveelheid te wijzigen.
Tips
• Als er geen afbeeldingen zijn met instellingen voor het aantal afdrukken, past de rode-ogencorrectie de afbeelding die bekeken wordt aan.
• Als er andere afbeeldingen met instellingen voor de afdrukhoeveelheid zijn en het aantal afdrukken van de afbeelding die bekeken wordt, is niet ingesteld, zal de afbeelding die bekeken wordt niet worden gecorrigeerd. De afbeeldingen met instellingen voor de afdrukhoeveelheid worden aangepast.
• Als u een afbeelding vergroot, zal alleen de vergrote afbeelding worden aangepast en dan afgedrukt.
2 Druk op PRINT.
Het afdrukken van de afbeelding die wordt aangepast, begint. Als het aantal afdrukken is ingesteld, zal het overeenkomstige aantal exemplaren worden afgedrukt.
Tips
• Aanpassingen zijn alleen van invloed op de afbeelding die wordt afgedrukt. De oorspronkelijke afbeelding wordt niet aangepast.
• U kunt geen bewerking uitvoeren op een afbeelding na de Rode-ogencorrectie.
Opmerkingen
• Afhankelijk van de afbeelding kan het zijn dat het verschijnsel van de rode ogen niet wordt gecorrigeerd.
• Als u de bewerking afbreekt door het selecteren van (Opnieuw instellen) in het menu Bewerken, wordt de rode-ogencorrectie ook afgebroken.
• Tijdens het proces van de rode-ogencorrectie wordt een animatie voor het lezen en omgaan van en met gegevens van een geheugenkaart of een USB-geheugen weergegeven. Verwijder tijdens de animatie de geheugenkaart niet of ontkoppel het USB-geheugen niet.
De automatische rode­ogencorrectie van deze printer gebruikt de technologie van FotoNation Inc. in de V.S.
20
NL
Een afbeelding

Een afbeelding draaien

bewerken

De grootte van een afbeelding laten toenemen of afnemen

1 Druk vanaf het menu Bewerken
(blz. 19) op g/G om (Vergroten) te selecteren om een afbeelding te vergroten of (Verkleinen) om het te verkleinen en druk vervolgens op ENTER.
Iedere keer dat u op de toets drukt, wordt de afbeelding groter of kleiner. U kunt de afbeelding ook groter of kleiner maken met behulp van de toetsen (inzoomen) en (uitzoomen):
: tot 200% vergroot : tot 60% verkleind
Opmerking
De beeldkwaliteit van een vergrote afbeelding kan afhankelijk van het formaat afnemen.

Een afbeelding verplaatsen

1 Druk in het menu Bewerken
(blz. 19), druk op g/G om (Verplaatsen) te selecteren en druk vervolgens op ENTER.
De g/G/f/Fverschijnt links/rechts/ boven/onder de afbeelding en u kunt de afbeelding verplaatsen.
2 Druk op g/G/f/F als u de
afbeelding wilt verplaatsen.
De afbeelding wordt verplaatst in de geselecteerde richting.
3 Druk op ENTER.
De afbeelding staat vast in de huidige positie.
4 Druk op PRINT.
1 Druk in het menu Bewerken
(blz. 19), druk op g/G om (Draaien) te selecteren en druk vervolgens op ENTER.
Iedere keer dat u op ENTER drukt, draait de afbeelding 90° rechtsom.
2 Druk op PRINT.

Een afbeelding aanpassen

1 Druk in het menu Bewerken
(blz. 19), druk op g/G om (Aanpassen) te selecteren en druk vervolgens op ENTER.
Het menu Aanpassen wordt weergegeven.
Pictog­rammen
Brightness
Tint
Saturation
Sharpness
Betekenis
Aanpassen van de helderheid
Aanpassen van de tint
Aanpassen van de kleurverzadiging
Aanpassen van de scherpte
Het menu Aanpassen afsluiten. Slaat de uitgevoerde bewerkingen op en past ze toe en keert terug naar de vorige stap.
2 Selecteer met een druk op g/G het
aanpassingsgereedschap van uw keuze en druk daarna op ENTER.
Het aanpassingscherm van het geselecteerde gereedschap verschijnt.
Direct afdrukken
Vervolg
21
NL
Als (Brightness) wordt geselecteerd
Schuifbalk
Druk op g/Gals u een afbeelding wilt aanpassen terwijl u bijvoorbeeld het niveau controleert.
Brightness: Druk op Gals u het beeld helderder wilt maken of gals u het donkerder wilt maken.
Tint: Druk op Gals u het beeld een groene tint wilt geven of gals u het een rode tint wilt geven.
Saturation: Druk op Gals u de kleuren dieper wilt maken gals u de kleuren lichter wilt maken.
Sharpness: Druk op Gals u de contouren scherper wilt maken of gals u de contouren zachter wilt maken.

Een bewerkte afbeelding afdrukken

1 Druk op g/G om (Afdrukken) te
selecteren en druk vervolgens op ENTER. Of druk op PRINT.
Het afdrukvenster wordt nu weergegeven. De afdrukhoeveelheid wordt nu weergegeven.
2 Stel de afdrukhoeveelheid in.
• U kunt de afdrukhoeveelheid steeds met één laten toenemen door herhaaldelijk op f te drukken.
• U kunt de afdrukhoeveelheid steeds met één laten afnemen door herhaaldelijk kort op F te drukken.
3 Druk op ENTER.

Bewerkingen ongedaan maken

3 Druk op ENTER.
De aanpassing wordt uitgevoerd en u kunt andere opties voor aanpassingen selecteren.
4 Druk op g/G om (Exit) te
selecteren en druk vervolgens op ENTER.
Het aanpassingmenu wordt gesloten.
5 Druk op PRINT.
NL
22
1 Druk op g/G om (Opnieuw
instellen) te selecteren en druk
vervolgens op ENTER.
Het bevestigingsvenster wordt nu weergegeven.
2 Druk op f/F, om "OK" te selecteren
en druk op ENTER.
De instellingen in het menu Bewerken en de rode-ogencorrectie zijn uitgeschakeld en de afbeelding is teruggezet in de staat zoals het voor bewerking was.
Het scherm Bewerken of Aanpassen wordt opnieuw weergegeven. Als u op CANCEL drukt of "CANCEL" selecteert en op ENTER drukt, wordt het vorige scherm weergegeven.
Loading...
+ 50 hidden pages