Siemens WT8HXM75NL User manual

Wasdroger

WT8HXM75NL

siemens-home.bsh-group.com/welcome
nl *HEUXLNVDDQZLM]LQJHQSODDWVLQJVKDQGOHLGLQJ
Register your product online

Uw nieuwe wasdroger

Hartelijk dank voor uw keuze voor een wasdroger van het merk Siemens.
Neem a.u.b. een paar minuten de tijd om dit te lezen en zo de voordelen van uw wasdroger te leren kennen.
Om aan de hoge kwaliteitsstandaard van het merk Siemens te voldoen, zijn de werking en onberispelijke toestand van elke wasdroger die onze fabriek verlaat, zorgvuldig getest.
Verdere informatie over onze producten, toebehoren, reserveonderdelen en Service onder www.siemens-home.bsh­group.com of neem contact op met onze Servicedienst.
Waar de gebruiksaanwijzing met installatievoorschrift verschillende modellen beschrijft, wordt op de desbetreffende punten op de verschillen gewezen.
De wasdroger pas na het lezen van de gebruiksaanwijzing met installatievoorschrift in gebruik nemen!

Weergaveregels

: Waarschuwing!

Deze combinatie van symbool en signaalwoord wijst op een mogelijke gevaarlijke situatie. Niet aanhouden kan de dood of ernstig letsel tot gevolg hebben.

Attentie!

Dit signaalwoord wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie. Niet aanhouden kan materiële schade of schade aan het milieu tot gevolg hebben.

Aanwijzing/tip

Aanwijzingen voor optimaal gebruik van het apparaat / nuttige informatie.

1. 2. 3. / a) b) c)

Handelingsstappen wroden voorafgegaan door getallen of letters.
/ -
Opsommingen worden door een vakje of een schuine streep voorafgegaan.
2
nl
Inhoudsopgave
nlGebruiksaanwijzing en plaatsingshandleiding
8 Bedoeld gebruik. . . . . . . . . . . . . .4
( Veiligheidsinstructies . . . . . . . . .5
Kinderen/mensen/huisdieren . . . . . . . 5
Installatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Reiniging/Onderhoud . . . . . . . . . . . . 12
7 Besparingstips. . . . . . . . . . . . . .13
5 Apparaat installeren en
aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
Inhoud van de verpakking . . . . . . . . 14
Apparaat plaatsen . . . . . . . . . . . . . . 14
Apparaat aansluiten . . . . . . . . . . . . . 16
Voor het eerste gebruik . . . . . . . . . . 17
Optionele toebehoren . . . . . . . . . . . . 18
9 Korte handleiding . . . . . . . . . . .19
* Apparaat leren kennen . . . . . . .20
Apparaatoverzicht. . . . . . . . . . . . . . . 20
Paneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Y Display . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
/ Programma-overzicht . . . . . . . .24
0 Instellingen. . . . . . . . . . . . . . . . .26
Z Wasgoed. . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
Wasgoed voorbereiden . . . . . . . . . . 28
Wasgoed sorteren . . . . . . . . . . . . . . 28
1 Apparaat bedienen . . . . . . . . . .29
Wasgoed in de droogautomaat
doen en deze inschakelen . . . . . . . . 29
Programma instellen. . . . . . . . . . . . . 30
Programma starten . . . . . . . . . . . . . . 30
Programmaverloop . . . . . . . . . . . . . . 30
Programma wijzigen
of wasgoed bijvullen . . . . . . . . . . . . .31
Programma afbreken. . . . . . . . . . . . .31
Programma-einde . . . . . . . . . . . . . . .31
Wasgoed uitnemen en apparaat
uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
Condenswaterreservoir leegmaken . .32
2 Apparaatinstellingen. . . . . . . . . 33
Kinderslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Instructiesignaal. . . . . . . . . . . . . . . . .33
Basisinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . .33
o Home Connect . . . . . . . . . . . . . . 34
Home Connect-menu oproepen . . . .35
Verbinden met het thuisnetwerk
en de Home Connect app. . . . . . . . .35
Wi-Fi activeren of deactiveren . . . . . .38
Netwerkinstellingen resetten . . . . . . .38
Software-update . . . . . . . . . . . . . . . .39
Energiemngnt. . . . . . . . . . . . . . . . . . .39
Intelligente
programma-aanbeveling . . . . . . . . . .41
Afstandsdiagnose . . . . . . . . . . . . . . .41
Aanwijzing
over gegevensbescherming . . . . . . .42
Conformiteitsverklaring . . . . . . . . . . .42
Œ Condenswater afvoeren . . . . . . 43
D Reinigen en onderhouden . . . . 45
Apparaat reinigen . . . . . . . . . . . . . . .45
Bodemeenheid reinigen . . . . . . . . . .46
Vochtigheidssensor reinigen . . . . . . .49
Filter in condenswaterreservoir
reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .49
ÖApparaatverzorging . . . . . . . . . .50
Apparaatverzorging voorbereiden . . .51 Eenvoudige apparaatverzorging
uitvoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .52
Intensieve apparaatverzorging
uitvoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .53
3
nl Bedoeld gebruik
3 Help bij het apparaat . . . . . . . . 57
L Transport van het apparaat . . . 60
[ Verbruikswaarden. . . . . . . . . . . 61
Verbruikswaardetabel . . . . . . . . . . . 61
Het meest efficiënte programma
voor textiel van katoen. . . . . . . . . . . 61
{ Technische gegevens . . . . . . . 62
) Afvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
4 Klantenservice . . . . . . . . . . . . . 63

8 Bedoeld gebruik

Bedoeld gebruik

Dit apparaat is uitsluitend bedoeld
voor huishoudelijk gebruik.
Dit apparaat niet installeren op
plekken waar vorst op kan treden en/of bij buitenomstandigheden. Er bestaat een risico dat het apparaat beschadigd raakt wanneer restwater er in bevriest. Wanneer slangen bevriezen, kunnen ze barsten/ knappen.
Dit apparaat mag uitsluitend worden
gebruikt voor het drogen en opfrissen van huishoudelijk wasgoed, bestaande uit items die zijn gewassen met water en geschikt zijn om te drogen (raadpleeg label op item). Gebruik van het apparaat voor enige andere toepassing dan het bedoelde gebruik is verboden.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik
tot op een maximale hoogte van 2000 m boven zeeniveau.
Voordat u het apparaat inschakelt:
Controleer of er geen zichtbare schade is aan het apparaat. Gebruik het apparaat niet wanneer het is beschadigd. Mocht u problemen tegenkomen, neem dan contact op met uw dealer of onze klantenservice.
Lees en volg de bedienings- en installatie-instructies en alle andere informatie op die is meegeleverd met dit apparaat.
Bewaar de documenten voor later gebruik of voor volgende eigenaren.
4
Veiligheidsinstructies nl

( Veiligheidsinstructies

Veiligheidsinstructies

De volgende veiligheids­informatie en waarschuwingen worden geboden om u te beschermen tegen letsel en materiële schade van uw omgeving te voorkomen.
Het is echter belangrijk om de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen te nemen en de benodigde zorgvuldigheid in acht te nemen bij het installeren, onderhouden, reinigen en bedienen van het apparaat.

Kinderen/mensen/huisdieren

:Waarschuwing
Kans op dodelijk letsel!
Kinderen en andere mensen die niet in staat zijn de risico's in te schatten van het gebruik van het apparaat kunnen zichzelf verwonden of in levensgevaarlijke situaties terecht komen. Daarom opgelet a.u.b.:
Het apparaat kan worden
gebruikt door kinderen ouder dan 8 jaar en door personen met verminderde fysieke-, sensorische- of mentale capaciteiten of door personen met een gebrek aan ervaring of kennis, mits er toezicht is of ze instructies hebben gehad over het correcte veilige gebruik van het apparaat en de potentiële gevaren van het gebruik van het apparaat hebben begrepen.
Kinderen mogen niet met dit
apparaat spelen.
Laat kinderen dit apparaat
niet reinigen of onderhouden zonder toezicht.
Houd kinderen onder de 3
jaar en huisdieren uit de buurt van dit apparaat.
Laat het apparaat niet zonder
toezicht wanneer kinderen of andere mensen die niet in staat zijn de risico's in te schatten in de buurt zijn.
5
nl Veiligheidsinstructies
:Waarschuwing
Kans op dodelijk letsel!
Kinderen kunnen zichzelf insluiten in apparaten en zo in een levensgevaarlijke situaties raken.
Plaats het apparaat niet
achter een deur, omdat dit de deur van het apparaat kan blokkeren of kan verhinderen dat de deur volledig opent.
Wanneer een apparaat het
einde van haar levensduur heeft bereikt, trek dan de stekker uit het stopcontact voordat u de aansluitkabel doorknipt, en maak vervolgens het slot van de deur van het apparaat onklaar.
:Waarschuwing
Kans op verstikking!
Wanneer kinderen mogen spelen met verpakkingsfolie of kunststof folie of verpakkingsonderdelen dan kunnen ze er in verstrikt raken of deze over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingsmateriaal, kunststof folie en verpakkingsonderdelen uit de buurt van kinderen.
:Waarschuwing
Kans op vergiftiging!
Wasmiddelen en verzorgingsproducten kunnen resulteren in vergiftiging wanneer ze worden ingenomen. Raadpleeg een arts in geval van per ongeluk innemen. Houd wasmiddelen en verzorgingsproducten buiten het bereik van kinderen.
:Waarschuwing
Oog-/huidirritatie!
Contact met wasmiddelen of verzorgingsproducten kan irritatie aan ogen of huid veroorzaken. Spoel ogen of huid grondig wanneer deze in contact komen met wasmiddel of de verzorgingsproducten. Houd wasmiddelen en verzorgingsproducten buiten het bereik van kinderen.
6
Veiligheidsinstructies nl

Installatie

:Waarschuwing
Kans op elektrische schok / brand / materiële schade / schade aan het apparaat!
Wanneer het apparaat niet correct wordt geïnstalleerd, dan kan dit leiden tot een gevaarlijke situatie. Waarborg het volgende:
Dat de netspanning op uw
stopcontact overeenkomt met de nominale spanning die is vermeld op het apparaat (typeplaat). De aangesloten lasten en de benodigde zekeringwaarde zijn vermeld op het identificatieplaatje.
Het apparaat mag niet
worden gevoed door een extern schakelapparaat, zoals een timer, of worden aangesloten op een circuit, dat regelmatig wordt in en uitgeschakeld door een nutsbedrijf.
Dat de netstekker en het
randaarde stopcontact met elkaar overeenstemmen en dat de randaarde correct is geïnstalleerd.
Dat de elektrische installatie
aders heeft van voldoende grote diameter.
Dat de netstekker te allen
tijde vrij toegankelijk is. Wanneer het niet mogelijk is te voldoen aan de relevante regelgeving, dan moet een schakelaar (2-polige uitschakelaar) worden ingebouwd in de permanente installatie, overeenkomstig de regelgeving voor elektrische installaties.
Bij gebruik van een
aardlekschakelaar uitsluitend een exemplaar gebruiken met het volgende symbool: z. De aanwezigheid van dit symbool is de enige manier om er zeker van te zijn dat deze voldoet aan alle geldende regelgeving.
:Waarschuwing
Kans op elektrische schok / brand / materiële schade / schade aan het apparaat!
Wanneer de aansluitkabel van het apparaat is gewijzigd of beschadigd, dan kan dit leiden tot een elektrische schok, kortsluiting of brand als gevolg van oververhitting. De aansluitkabel mag niet worden geknikt, gekneld of gewijzigd en mag niet in contact komen met hittebronnen.
7
nl Veiligheidsinstructies
:Waarschuwing
Het verkeerd plaatsen
Kans op brand / materiële schade / schade aan het apparaat!
Het gebruik van verlengsnoeren of stekkerdozen kan leiden tot brand door oververhitting of kortsluiting. Sluit het apparaat direct aan op een geaard stopcontact dat correct is geïnstalleerd. Gebruik geen verlengsnoeren, stekkerdozen of meerweg­stopcontacten.
:Waarschuwing
Kans op letsel / materiële schade / schade aan het apparaat!
Het apparaat kan trillen of
verplaatsen tijdens bedrijf, hetgeen potentieel kan leiden tot letsel of materiële schade. Plaats het apparaat op een schone, gelijkmatige en stevige ondergrond en stel het horizontaal m.b.v. de stelvoeten en een waterpas.
Kans op letsel / materiële schade / schade aan het apparaat!
Kans op letsel / materiële schade / schade aan het apparaat!
Wanneer u gebruik maakt
(stapelen) van dit apparaat bovenop een wasmachine kan leiden tot letsel, materiële schade en/of schade aan de machine. Wanneer dit apparaat bovenop een wasmachine geplaatst moet worden, dan moet de wasmachine tenminste dezelfde diepte en breedte hebben als het apparaat en moet het op zijn plaats worden gehouden met de juiste aansluitset indien beschikbaar. ~ Blz. 18 Het apparaat MOET worden bevestigd met deze aansluitset. Stapelen van het apparaat op enige andere manier is verboden.
van uitstekende delen van het apparaat (bijv. de deur van het apparaat) om het te tillen of te verplaatsen, dan kunnen deze onderdelen afbreken en letsel veroorzaken. Het apparaat niet aan uitstekende delen beetpakken om het apparaat te verplaatsen.
8
Veiligheidsinstructies nl
:Waarschuwing
Kans op letsel!
Het apparaat is heel zwaar.
Het optillen kan leiden tot letsel. Til het apparaat niet in uw eentje op.
Kans op letsel!
Het apparaat heeft scherpe
randen waaraan u uw handen kunt snijden. Pak het apparaat niet beet aan de scherpe randen. Draag beschermende handschoenen om het op te tillen.
Kans op letsel!
Wanneer de slangen en
aansluitkabel niet juist zijn geleid, dan kunnen deze een struikelgevaar vormen, hetgeen tot letsel kan leiden. Leid slangen en kabels dusdanig dat ze geen struikelgevaar vormen.

Bediening

:Waarschuwing
Kans op explosies/brand!
Wasgoed dat in contact is geweest met oplosmiddelen, olie, was, wasverwijderaar, verf, vet of vlekkenverwijderaar kan ontsteken wanneer het wordt gedroogd in de machine, of kan er zelfs toe leiden dat het apparaat explodeert. Daarom opgelet a.u.b.:
Doe geen wasgoed in dit
apparaat om te drogen wanneer het wasgoed niet eerst is gewassen.
Gebruik dit apparaat niet
wanneer industriële chemicaliën zijn gebruikt om het wasgoed te reinigen.
:Waarschuwing
Kans op explosies/brand!
Wanneer er restmateriaal is
achtergebleven in het pluizenfilter, dan kan dit ontsteken wanneer het drogen bezig is, of er zelfs toe leiden dat het apparaat in brand vliegt of explodeert. Reinig het pluizenfilter regelmatig.
Kans op explosies/brand!
Bepaalde objecten kunnen
ontsteken tijdens het drogen, of er zelfs toe leiden dat het apparaat in brand vliegt of explodeert. Verwijder eventuele aanstekers of lucifers uit de zakken van kleding.
Kans op explosies/brand!
Wanneer er zich kolenstof of
meel bevindt rond het apparaat, dan kan dit leiden tot een explosie. Zorg er voor dat het gebied rond het apparaat schoon wordt gehouden wanneer het in gebruik is.
Spoel het wasgoed grondig
met warm water en wasmiddel voordat u het droogt in de machine.
9
nl Veiligheidsinstructies
:Waarschuwing
Kans op brand / materiële schade / schade aan het apparaat!
Het apparaat bevat R290, een koelmiddel dat milieuvriendelijk, maar brandbaar is. Houd open vuur en ontstekingsbronnen uit de buurt van het apparaat.
:Waarschuwing
Kans op brand / materiële schade / schade aan het apparaat!
Wanneer een programma wordt beëindigd voordat de droogcyclus is afgerond, dan wordt het wasgoed onvoldoende afgekoeld en kan er toe leiden dat het wasgoed ontsteekt, of kan leiden tot materiaalschade of schade aan het apparaat.
Tijdens het laatste deel van
de droogcyclus, wordt het wasgoed in de trommel niet verwarm (koel- cyclus). Dit is om te waarborgen dat het wasgoed op een temperatuur komt waarbij het niet beschadigd raakt.
Schakel het apparaat niet uit
voordat de droogcyclus is afgerond, tenzij u alle items direct uit de trommel haalt en deze uitspreidt (zodat de warmte kan ontsnappen).
:Waarschuwing
Kans op vergiftiging / materiële schade!
Condenswater is niet geschikt om op te drinken en kan verontreinigd zijn met pluis. Verontreinigd condenswater kan gevaarlijk zijn voor de gezondheid en kan materiële schade veroorzaken. Niet opdrinken of hergebruiken.
:Waarschuwing
Kans op vergiftiging!
Er kunnen giftige dampen vrijkomen door reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten, bijv. reinigingsoplosmiddel. Gebruik geen reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten.
:Waarschuwing
Kans op letsel!
Wanneer u leunt, of zit op de
deur van het apparaat wanneer deze open is, dan kan het apparaat kantelen, hetgeen tot letsel kan leiden. Leun niet met uw gewicht op de deur van het apparaat wanneer het open is.
Kans op letsel!
Wanneer u op het apparaat
klimt, kan het werkblad breken, hetgeen kan leiden tot letsel. Klim niet op het apparaat.
Kans op letsel!
10
Veiligheidsinstructies nl
Wanneer u in de trommel
grijpt terwijl deze nog steeds draait, dan loopt u het risico letsel aan uw handen op te lopen. Wacht totdat de trommel niet meer draait.
Attentie! Materiële schade / schade aan
het apparaat
Wanneer de hoeveelheid
wasgoed in het apparaat de maximum beladingscapaciteit overschrijdt, dan kan het zijn dat de machine niet goed kan functioneren of het kan leiden tot materiële schade of schade aan het apparaat. Overschrijd niet de maximale beladingscapaciteit van droog wasgoed. Zorg er voor dat u de maximum beladingscapaciteiten aan houdt zoals gespecificeerd voor elk van de programma's .
Materiële schade / schade aan het apparaat
Wanneer u het apparaat
gebruikt zonder pluizenfilter (bijv. pluizenfilter, pluizenopvangeenheid, afhankelijk van de specificaties van het apparaat), of wanneer het pluizenfilter incompleet of defect is, dan kan dit leiden tot schade aan het apparaat. Gebruik het apparaat niet zonder pluizenfilter, of met een defect of incompleet pluizenfilter.
Materiële schade / schade aan het apparaat
Lichte objecten zoals haar en
pluis kunnen worden ingezogen in de luchtinlaat terwijl het apparaat in gebruik is. Houd deze uit de buurt van het apparaat.
Materiële schade / schade aan het apparaat
Schuim en schuimrubber
kan smelten en vervormen wanneer het wordt gedroogd in het apparaat. Droog geen items in het apparaat die schuim of schuimrubber bevatten.
Materiële schade / schade aan het apparaat
Wanneer u de verkeerde
hoeveelheid wasmiddel of reinigingsmiddel in het apparaat doet, dan kan dit leiden tot materiële schade of schade aan het apparaat. Gebruik wasmiddelen / verzorgingsproducten / reinigingsmiddelen en wasverzachters overeenkomstig de instructies van de fabrikant.
Materiële schade / schade aan het apparaat
Wanneer het apparaat
oververhit raakt, kan het zijn dat het niet juist werkt, of het kan leiden tot materiaalschade of schade aan het apparaat. Zorg er voor dat de luchtinlaat van het apparaat nooit geblokkeerd is wanneer het apparaat in gebruik is en dat het gebied rond het apparaat voldoende is geventileerd.
11
nl Veiligheidsinstructies

Reiniging/Onderhoud

:Waarschuwing
Kans op dodelijk letsel!
Het apparaat wordt gevoed door elektriciteit. Er is sprake van een kans op een elektrische schok wanneer u in contact komt met componenten die onder spanning staan. Daarom opgelet a.u.b.:
Schakel het apparaat uit.
Koppel het apparaat los van de voeding (trek de stekker uit het stopcontact).
De netstekker nooit
aanraken of beetpakken met natte handen.
Pak bij het verwijderen van
de stekker uit het stopcontact altijd de stekker zelf beet en nooit de aansluitkabel, omdat anders hierdoor de aansluitkabel beschadigd kan raken.
Voer geen technische
modificaties uit aan het apparaat of kenmerken daarvan.
Reparaties en andere
werkzaamheden aan het apparaat mogen alleen worden uitgevoerd door onze klantenservice of door een elektricien. Dit geldt ook voor het vervangen van de aansluitkabel (indien nodig).
Reserve aansluitkabels
kunnen worden besteld via onze klantenservice.
:Waarschuwing
Kans op vergiftiging!
Er kunnen giftige dampen vrijkomen door reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten, bijv. reinigingsoplosmiddel. Gebruik geen reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten.
:Waarschuwing
Kans op elektrische schok / materiële schade / schade aan het apparaat!
Wanneer vocht het apparaat binnendringt, dan kan dit leiden tot kortsluiting. Gebruik geen hogedrukspuit, stoomreiniger, waterslang of spuitpistool voor het reinigen van uw apparaat.
:Waarschuwing
Kans op letsel / materiële schade / schade aan het apparaat!
Het gebruik van reserve­onderdelen en accessoires geleverd door andere merken is gevaarlijk en kan leiden tot letsel, materiële schade of schade aan het apparaat. Gebruik vanwege veiligheidsredenen uitsluitend originele reserve-onderdelen en accessoires.
12
Besparingstips nl
Attentie! Materiële schade / schade aan
het apparaat
Reinigingsmiddelen en middelen voor het voorbehandelen van wasgoed (bijv. vlekkenverwijderaars, voorwassprays etc.) kunnen schade veroorzaken wanneer ze in contact komen met oppervlakken van het apparaat. Daarom opgelet a.u.b.:
Laat deze middelen niet in
contact komen met de oppervlakken van het apparaat.
Reinig het apparaat met
uitsluitend water en een zachte, vochtige doek.
Verwijder eventueel
wasmiddel, spray of andere resten ogenblikkelijk.

7 Besparingstips

Besparingstips

Centrifugeer het wasgoed voor het
drogen. Droger wasgoed verkort de programmaduur en reduceert het energieverbruk.
Vul het apparaat met de maximale
beladingshoeveelheden van de programma's.

Aanwijzing: Een overschrijding van de

maximale beladingshoeveelheid verlengt de programmaduur en verhoogt het energieverbruik.
Gebruik het apparaat in een
geventileerde ruimte en houdt de luchtinlaat van het apparaat vrij, zodat de luchtuitwisseling gewaarborgd is.
Verwijder regelmatig de pluizen uit
het apparaat. Een met pluizen verontreinigd apparaat verlengt de programmaduur en verhoogt het energieverbruik.
Wanneer u het apparaat vóór de
programmastart of na het programma-einde langere tijd niet bedient, dan schakelt het apparaat automatisch in de energiebesparingsmodus. Display en indicatielampjes doven na enkele minuten en Start/Pauze knippert. U beëindigt de energiebesparingsmodus door het apparaat opnieuw te bedienen, bijv. de deur openen en sluiten.
Wanneer u het apparaat in de
energiebespaarmodus langere tijd niet bedient, dan schakelt het apparaat automatisch uit.

Aanwijzing: Als Wi-Fi is geactiveerd,

dan schakelt het apparaat niet automatisch uit.
13

nl Apparaat installeren en aansluiten

5 Apparaat installeren
en aansluiten

Apparaat installeren en aansluiten

Inhoud van de verpakking

  
#
+
( Begeleidende documenten (bijv.
gebruikers- en plaatsingshandleiding)
0 Bevestigingsmateriaal 8 Bochtstuk voor het bevestigen
van de afvoerslang
@ Afvoerslang H Aansluitadapter
1. Verpakkingsmateriaal en
bescherming volledig van het apparaat verwijderen.

2. Deur openen.

3. Alle toebehoren uit de trommel
verwijderen. U kunt het apparaat nu plaatsen en aansluiten.
Attentie! Materiële schade en schade aan het
apparaat
Voorwerpen die in de trommel achterblijven, en die niet voor het gebruik van het apparaat bedoeld zijn, kunnen tot materiële- en apparaatschade leiden. Verwijder deze voorwerpen en alle toebehoren uit de trommel.

Apparaat plaatsen

:Waarschuwing

Kans op dodelijk letsel!

Kinderen kunnen zichzelf insluiten in apparaten en zo in een levensgevaarlijke situaties raken.
Plaats het apparaat niet achter een
deur, omdat dit de deur van het apparaat kan blokkeren of kan verhinderen dat de deur volledig opent.
Wanneer een apparaat het einde van
haar levensduur heeft bereikt, trek dan de stekker uit het stopcontact voordat u de aansluitkabel doorknipt, en maak vervolgens het slot van de deur van het apparaat onklaar.

:Waarschuwing

Kans op explosies/brand!

Wanneer er zich kolenstof of meel bevindt rond het apparaat, dan kan dit leiden tot een explosie. Zorg er voor dat het gebied rond het apparaat schoon wordt gehouden wanneer het in gebruik is.
14
Apparaat installeren en aansluiten nl

:Waarschuwing

Kans op brand / materiële schade / schade aan het apparaat!

Het apparaat bevat R290, een koelmiddel dat milieuvriendelijk, maar brandbaar is. Houd open vuur en ontstekingsbronnen uit de buurt van het apparaat.

:Waarschuwing

Kans op letsel / materiële schade / schade aan het apparaat!

Het apparaat kan trillen of
verplaatsen tijdens bedrijf, hetgeen potentieel kan leiden tot letsel of materiële schade. Plaats het apparaat op een schone, gelijkmatige en stevige ondergrond en stel het horizontaal m.b.v. de stelvoeten en een waterpas.
Kans op letsel / materiële schade / schade aan het apparaat!
Het verkeerd plaatsen (stapelen) van
dit apparaat bovenop een wasmachine kan leiden tot letsel, materiële schade en/of schade aan de machine. Wanneer dit apparaat bovenop een wasmachine geplaatst moet worden, dan moet de wasmachine tenminste dezelfde diepte en breedte hebben als het apparaat en moet het op zijn plaats worden gehouden met de juiste aansluitset indien beschikbaar.
~ Blz. 18
Het apparaat MOET worden bevestigd met deze aansluitset. Stapelen van het apparaat op enige andere manier is verboden.
Kans op letsel / materiële schade / schade aan het apparaat!
Wanneer u gebruik maakt van
uitstekende delen van het apparaat (bijv. de deur van het apparaat) om het te tillen of te verplaatsen, dan kunnen deze onderdelen afbreken en letsel veroorzaken. Het apparaat niet aan uitstekende delen beetpakken om het apparaat te verplaatsen.

:Waarschuwing

Kans op letsel!

Het apparaat is heel zwaar. Het
optillen kan leiden tot letsel. Til het apparaat niet in uw eentje op.
Kans op letsel!
Het apparaat heeft scherpe randen
waaraan u uw handen kunt snijden. Pak het apparaat niet beet aan de scherpe randen. Draag beschermende handschoenen om het op te tillen.
Attentie! Materiële schade / schade aan het
apparaat
Wanneer het apparaat oververhit raakt, kan het zijn dat het niet juist werkt, of het kan leiden tot materiaalschade of schade aan het apparaat. Zorg er voor dat de luchtinlaat van het apparaat nooit geblokkeerd is wanneer het apparaat in gebruik is en dat het gebied rond het apparaat voldoende is geventileerd.
Attentie! Materiële schade en schade aan het
apparaat
Het apparaat werd voor het verlaten van de fabriek aan een functietest onderworpen en kan restwater bevatten. Dit restwater kan lekken als het apparaat meer dan 40° wordt gekanteld.
15
nl Apparaat installeren en aansluiten
Apparaat als volgt plaatsen:
1. Apparaat op een schone, vlakke en
stevige ondergrond opstellen.
2. Afstelling van het apparaat
controleren met een waterpas.
3. Indien nodig het apparaat opnieuw
stellen door aan de apparaatvoetjes
te draaien. U kunt het apparaat aansluiten.

Aanwijzingen

Alle apparaatvoeten moeten stevig
op de grond staan.
Bij verkeerd opgestelde apparaten
kunnen geluiden, trillingen en een
onregelmatige trommelloop
optreden en tevens kan er restwater
uit de trommel lopen.

Apparaat aansluiten

:Waarschuwing

Kans op elektrische schok / brand / materiële schade / schade aan het apparaat!

Wanneer het apparaat niet correct wordt geïnstalleerd, dan kan dit leiden tot een gevaarlijke situatie. Waarborg het volgende:
Dat de netspanning op uw
stopcontact overeenkomt met de
nominale spanning die is vermeld op
het apparaat (typeplaat). De
aangesloten lasten en de benodigde
zekeringwaarde zijn vermeld op het
identificatieplaatje.
Het apparaat mag niet worden
gevoed door een extern schakelapparaat, zoals een timer, of worden aangesloten op een circuit, dat regelmatig wordt in en uitgeschakeld door een nutsbedrijf.
Dat de netstekker en het randaarde
stopcontact met elkaar overeenstemmen en dat de randaarde correct is geïnstalleerd.
Dat de elektrische installatie aders
heeft van voldoende grote diameter.
Dat de netstekker te allen tijde vrij
toegankelijk is. Wanneer het niet mogelijk is te voldoen aan de relevante regelgeving, dan moet een schakelaar (2-polige uitschakelaar) worden ingebouwd in de permanente installatie, overeenkomstig de regelgeving voor elektrische installaties.
Bij gebruik van een
aardlekschakelaar uitsluitend een exemplaar gebruiken met het volgende symbool: z. De aanwezigheid van dit symbool is de enige manier om er zeker van te zijn dat deze voldoet aan alle geldende regelgeving.

:Waarschuwing

Kans op elektrische schok / brand / materiële schade / schade aan het apparaat!

Wanneer de aansluitkabel van het apparaat is gewijzigd of beschadigd, dan kan dit leiden tot een elektrische schok, kortsluiting of brand als gevolg van oververhitting. De aansluitkabel mag niet worden geknikt, gekneld of gewijzigd en mag niet in contact komen met hittebronnen.
16
Apparaat installeren en aansluiten nl

:Waarschuwing

Kans op brand / materiële schade / schade aan het apparaat!

Het gebruik van verlengsnoeren of stekkerdozen kan leiden tot brand door oververhitting of kortsluiting. Sluit het apparaat direct aan op een geaard stopcontact dat correct is geïnstalleerd. Gebruik geen verlengsnoeren, stekkerdozen of meerweg-stopcontacten.

:Waarschuwing

Kans op letsel!

Wanneer de slangen en aansluitkabel niet juist zijn geleid, dan kunnen deze een struikelgevaar vormen, hetgeen tot letsel kan leiden. Leid slangen en kabels dusdanig dat ze geen struikelgevaar vormen.
Apparaat als volgt aansluiten:
1. Afvoerslang aansluiten. ~ Blz. 43
Attentie! Materiële schade en schade aan het
apparaat
Het apparaat bevat koelmiddel en kan beschadigd worden, wanneer het apparaat direct naar transport gebruikt wordt. Laat het apparaat voor de inbedrijfstelling twee uur staan.

Aanwijzing: Laat bij twijfel het apparaat

door gekwalificeerd vakpersoneel aansluiten.

Voor het eerste gebruik

Voordat u het apparaat inschakelt:
Controleer of er geen zichtbare schade is aan het apparaat. Gebruik het apparaat niet wanneer het is beschadigd. Mocht u problemen tegenkomen, neem dan contact op met uw dealer of onze klantenservice.
Aanwijzing: Na het deskundig plaatsen
en aansluiten is het apparaat klaar voor gebruik. Er zijn geen verdere maatregelen nodig.
2. Stekker van het apparaat in het
daarvoor voorziene stopcontact steken.
3. Controleer of de netstekker goed
vastzit.
Uw apparaat is nu gereed voor gebruik.
17
nl Apparaat installeren en aansluiten

Optionele toebehoren

Bestel de optionele toebehoren* bij de servicedienst:
Wolkorf:
Droog of lucht afzonderlijke items
van wol, sportschoenen en
knuffeldieren in de wolkorf.
– Bestelnummer: WZ20600.
Ergolade:
Verhoog uw droogautomaat voor het
makkelijker beladen en legen met
een Ergolade.
U kunt het wasgoed met de
geïntegreerde wasmand in de
ergolade transporteren.
– Bestelnummer: ~.
Verbindingsset was-
droogautomaatzuil:
U kunt de droger plaatsbesparend
op een geschikte wasmachine van
dezelfde diepte en breedte plaatsen.
Bevestig de droger uitsluitend met
deze verbindingsset op de
wasmachine.
– Bestelnummer met uittrekbaar
werkblad: WZ27400
– Bestelnummer zonder uittrekbaar
werkblad: WZ27410.
Aansluitset:
U kunt het condenswater van het
apparaat optioneel via een
afvoerslang naar de afvoer
wegleiden. In dit geval hoeft u het
condenswaterreservoir niet tijdens
het drogen en na het drogen te
legen.
– Bestelnummer: ~
* al naar gelang de apparaatuitvoering
18
Korte handleiding nl

9 Korte handleiding

Korte handleiding

Aanwijzing: Het apparaat moet deskundig geplaatst en aangesloten worden.

~ Blz. 14
1
@ @ @
Vóór
programmastart:
Wasgoed sorteren. Apparaat
--------
inschakelen.
2 @ @ @
Deur openen en wasgoed er in doen.
--------
3
Deur sluiten. Indien nodig:
programma­instellingen wijzigen.
@ @ @
Na het einde van
het programma:
Apparaat
--------
uitschakelen.
Vuldeur openen en wasgoed eruit halen.
Programma kiezen.
Programma starten.
Condenswaterreserv oir leegmaken.
19
nl Apparaat leren kennen
+
;

* Apparaat leren kennen

Apparaat leren kennen

Apparaatoverzicht

3
( Condenswaterreservoir~ Blz. 32 0 Paneel 8 Trommelbinnenverlichting (afhankelijk van apparaatuitvoering) @ Luchtinlaat H Serviceklep van de bodemeenheid~ Blz. 46 P Deur X Luchtkanaalafdekking (niet verwijderen)
20
#

Paneel

( Programma's 0 Programma selectieknop
Draaien: programma instellen
Indrukken: apparaat aan-/uitschakelen
8 Display
Weergave van instellingen en informatie
@ Toetsen
voor programma-instellingen en extra functies/apparaatinstellingen
Apparaat leren kennen nl
#
21
nl Display

Y Display

Display

Indicatie Beschrijving Informatie

Programmastatus: brandt: statusindicatie
e Drogen
Ø Strijkdroog » Kastdroog
Ý Antikreuk
-˜- Pauze “Ÿš Programma-einde
Ò Droogdoel Droogdoel Ò Kastdroog plus geactiveerd
» Droogdoel » Kastdroog geactiveerd Ø Droogdoel Ø Strijkdroog geactiveerd
Ô
Drooggraad Drooggraad voor een droogdoel geactiveerd
ÔÔ ÔÔÔ
Bijv. 1:27 Programmaduur Vermoedelijke programmaduur in uren en minuten.
3h Programma-einde Programma-uitstel in uren, wanneer u de Klaar-in tijd
heeft geactiveerd.
û Tijdprogramma Tijdprogramma geactiveerd Wi-Fi uit: Wi-Fi is gedeactiveerd en uw apparaat is niet
met het thuisnetwerk verbonden.
knippert: Uw apparaat probeert een verbinding
met het thuisnetwerk op te bouwen.
brandt: Wi-Fi is geactiveerd en uw apparaat is met
het thuisnetwerk verbonden.
22
Display nl
} Bedien via App brandt: starten op afstand is geactiveerd. ~ Blz. 26
± Energiemanager brandt: apparaat is met het Smart Energy System
(energiemanager) verbonden (niet in elk land beschik­baar)
ð Condenswaterreser-
voir leegmaken
~ Blz. 32
Condenswaterreservoir leegmaken en
plaatsen.~ Blz. 32 Druk vervolgens op Start/Pauze .
Filter in condenswaterreservoir reinigen.
Wanneer de optionele afvoerslang* is geïnstalleerd,
zorg er dan voor dat de afvoerslang: – correct is aangesloten. ~ Blz. 43 – zonder knikken gelegd is. – niet geblokkeerd of verstopt is, bijv. door afzet-
tingen.
Intensieve apparaatverzorging uitvoeren.
Controleren of er vreemde voorwerpen in de bode-
meenheid zijn geraakt. Serviceklep openen en vreemde voorwerpen verwijderen.
ç Bodemeenheid Bodemeenheid reinigen ~ Blz. 46 é Automatisch spoelen
van de warmtewisse­laar
De warmtewisselaar wordt automatisch gereinigd. Tij­dens de aangegeven procedure het condenswaterre­servoir er niet uittrekken en het programma niet afbreken.
’§“ Eenvoudige apparaat-
verzorging
Geen fout. Na enige gebruikstijd adviseert het apparaat automatisch de eenvoudige apparaatverzorging. Een­voudige apparaatverzorging uitvoeren. ~ Blz. 52
•©£ CoolDown Bij het drogen kunnen hoge temperaturen ontstaan. Het
CoolDown-proces verlaagt de temperatuur om bescha­diging van het wasgoed te voorkomen wanneer u:
het programma pauzeert
het programma afbreekt
het apparaat via de app uitschakelt
De CoolDown wordt pas 30 seconden na het pauzeren, afbreken of uitschakelen via de app gestart. Het appa­raat kan tijdens de CoolDown gewoon bediend worden.

Aanwijzingen

De trommel draait tijdens de CoolDown ook in
gepauzeerde toestand verder.
Wijzig tijdens de CoolDown het programma niet.
De temperatuurregeling kan tot max. 10 minuten
duren.
--------
23
nl Programma-overzicht

/ Programma-overzicht

Programma-overzicht

Programma maximale belading

Programmanaam
Korte toelichting bij het programma, bijv. voor welke textielsoorten het geschikt is.
Katoen
Stevig textiel, kookvast textiel van katoen of linnen.
Kreukherstellend Textiel van synthetische of gemengde weefsels.
Mix Gemengde belading van katoen en synthetisch textiel.
Lingerie Gevoelig wasbaar ondergoed, bijv. van fluweel, lycra, satijn of gemengde weefsels.
Wol finish Machinewasbare wol of textiel met een wolaandeel.

Aanwijzingen

Textiel wordt pluiziger, maar niet gedroogd.
Wasgoed na het einde van het programma uitnemen en laten drogen.
Tijdprogramma warm Tijdprogramma voor alle textielsoorten behalve zijde. Geschikt voor voorgedroogd of licht vochtig wasgoed en voor het nadrogen van
meerlaags, dikker wasgoed. Voor het drogen van afzonderlijke stukken wasgoed.

Aanwijzingen

Droog wol, sportschoenen en knuffeldieren uitsluitend met de wolkorf.
In het tijdprogramma wordt de restvochtigheid van het wasgoed niet automa-
tisch herkend. Is het wasgoed na het drogen nog vochtig, herhaal dan het pro­gramma en verleng eventueel de programmaduur.
maximale belading gebaseerd op het drooggewicht van het textiel
9 kg
3,5 kg
3 kg
1 kg
0,5 kg
3 kg max. belading voor
wol/knuffeldieren in korf: 1 korfvulling
max. belading voor schoenen in korf: 1 paar
intelligentDry È
Nadat u uw wasgoed in de wasmachine hebt gewassen, wordt aan de droger een passend programma voor het drogen van de was aanbevolen. Meer informatie:
~ Blz. 41

Aanwijzingen

De wasmachine moet geschikt zijn voor Home Connect.
De wasmachine en de droger moeten met het thuisnetwerk verbonden en in
uw Home Connect app geregistreerd zijn.
24
Afhankelijk van de programma-aanbeve­ling
Programma-overzicht nl
Overhemden/Blouses Overhemden/blouses van katoen, linnen, synthetische of gemengde weefsels.

Aanwijzing: Na het drogen strijkt u het wasgoed of hangt u het op. Het restvocht

verdeeld zich dan gelijkmatig.
Dekens Met synthetische vezels gevuld textiel, kussens, dekbedden spreien.

Aanwijzing: Grote items afzonderlijk drogen. Houd de textiellabels aan.

Hoofdkussen
Hoofdkussen met donsvulling of synthetische vezels.

Aanwijzing: Donskussen na einde van het programma opschudden om de vulling

te verdelen en vochtophopingen te verwijderen. Evt. het programma opnieuw star­ten.
Outdoor Waterdichte- en outdoor-kleding met een membraanlaag en waterafstotende tex-
tielsoorten.
Handdoeken Stevige handdoeken en badjassen van katoen.
Extra snel 40’ Gemengde lading van synthetisch textiel en licht katoen.
Hygiëne Stevig textiel.

Aanwijzing: Het programma bereikt hogere temperaturen. Bijzonder geschikt bij

hoge hygiënische eisen.
--------
1,5 kg
2,5 kg
1 hoofdkussen
1 stuks
6 kg
1 kg
4 kg
25
nl Programma-overzicht

0 Instellingen

Programma-in-

Functie

stellingen

Aanwijzing: Sommige instellingen kunnen niet in alle programma's worden geactiveerd. De geactiveerde

instellingen worden op de buttons weergegeven op in het display helder geaccentueerd. U kunt geactiveer­de instellingen wijzigen of deactiveren door meermaals op de betreffende toetsen te drukken.
Bedien via app } Met Bedien via app } kunt u het apparaat voor de start op afstand via de
Home Connect App vrijgeven of de Home Connect-instellingen oproepen.

Aanwijzingen

Houd de aanwijzingen omtrent de omgevingstemperaturen aan ~ Blz. 62.
De apparaatdeur moet gesloten zijn en het apparaat moet met het thuisnetwerk
verbonden zijn, om starten op afstand te activeren.
De start op afstand wordt vanwege veiligheidsredenen onder de volgende
omstandigheden gedeactiveerd:
Deur openen,
Stroomonderbreking,
Op het apparaat op Start/Pauze drukken,
Opnieuw kort op Bedien via app drukken,
Op # drukken om het apparaat uit te schakelen.
ü Droogdoel : Het droogdoel legt vast hoe vochtig of droog het wasgoed na het programma-einde
is. Als u een droogtijd hebt ingesteld, blijft deze ook na het uitschakelen van het appa-
raat voor het betreffende programma opgeslagen. Uitzondering: bij katoen worden de instellingen niet opgeslagen.
Ò Kastdroog plus Meerlaags dik wasgoed dat moeilijk droogt.
» Kastdroog Normaal eenlaags wasgoed. Ø Strijkdroog Normaal eenlaags wasgoed, dat na het drogen vochtig moet zijn en geschikt is voor
strijken of ophangen.
Wijzig droogte­graad
Vindt u het wasgoed na het drogen nog te vochtig, dan kunt u voor een droogdoel de drooggraad aanpassen in in stappen van Ô tot ÔÔÔ verhogen.Dit verlengt de pro­grammaduur bij gelijkblijvende temperatuur.
Heeft u de drooggraad voor een droogdoel aangepast, dan blijft de instelling voor dat programma ook na het uitschakelen van het apparaat opgeslagen.
M Klaar in BN Vóór het starten van het programma kunt u het programma-einde met M en N
tot maximaal 24 uur vertragen. Op het display wordt het ingestelde aantal uur, bijv. 8 uur, weergegeven en afgeteld
tot het programma begint. Na de start van het programma wordt de programmaduur weergegeven.

Aanwijzing: Houd de aanwijzingen omtrent de omgevingstemperaturen aan

~ Blz. 62.
26
Programma-overzicht nl
M Klaar in BN De droogtijd voor û tijdprogramma's kan met M en N in stappen van 10 minuten
worden verlengd.
M / N Met de selectietoetsen M en N kunt u instelwaarden aanpassen.
Antikreuk 60' Antikreuk 120'
De trommel beweegt het wasgoed na het drogen met regelmatige tussenpozen, om kreukvorming te voorkomen. U kunt de automatische antikreukfunctie gedurende 60 minuten (met Antikreuk 60' ) of gedurende 120 minuten (met Antikreuk 120' ) acti­veren of deactiveren.
Voorzichtig Verlaagde temperatuur voor gevoelig textiel, zoals bijv. polyacryl of elastaan, kan de
droogduur verlengen.
Start/Pauze Starten, afbreken of onderbreken van een programma.
Apparaatinstel-

Functie

ling
Hoe u de apparaatinstelling kunt aanpassen, komt u op~ Blz. 33 te weten.
Kinderbeveili-
Paneel tegen het per ongeluk bedienen beveiligen.
ging 3 sec.
Eindsignaal Met Eindsignaal legt u vast of na het programma-einde een signaal weerklinkt. Is de
instelling gekozen, dan brandt het indicatielampje van de toets en de signaaltoon is geactiveerd.
--------
27
nl Wasgoed

Z Wasgoed

Wasgoed

Wasgoed voorbereiden

:Waarschuwing

Kans op explosies/brand!

Bepaalde objecten kunnen ontsteken tijdens het drogen, of er zelfs toe leiden dat het apparaat in brand vliegt of explodeert. Verwijder eventuele aanstekers of lucifers uit de zakken van kleding.
Attentie! Beschadiging aan trommel en textiel
De trommel en het textiel kunnen tijdens het gebruik beschadigd raken, wanneer u voorwerpen in de zakken van het textiel laat. Verwijder alle voorwerpen, zoals metalen delen uit de zakken van het textiel.
Wasgoed als volgt voorbereiden:
Bind stoffen riemen, schortbanden
etc. samen, of gebruik een waszak.
Doe ritssluitingen, haken, ogen en
knopen dicht. Knoop grote stukken
wasgoed, zoals dekbedovertrekken,
dicht.
Droog zeer kleine stukken textiel,
zoals bijv. babysokjes, altijd samen
met grote stukken wasgoed, zoals
bijv. handdoeken.
Gebruik voor losse stukken
wasgoed een tijdprogramma.
Gebreid textiel, bijv. T-shirts, tricot,
krimpt vaak bij de eerste keer
drogen. Gebruik een voorzichtig
programma.
Kreukherstellend wasgoed niet te
lang drogen. Dit leidt tot meer kreukels in het wasgoed.
Sommige was-en
verzorgingsmiddelen, zoals stijfsel of wasverzachter, bevatten deeltjes die zich op de vochtigheidssensor kunnen afzetten. Dit kan de werking van de sensor en daardoor ook het droogresultaat nadelig beïnvloeden.
Aanwijzingen
– Doseer was- en
verzorgingsmiddelen bij het wassen van de te drogen was volgens opgaven van de fabrikant.
– Reinig de vochtigheidssensor
regelmatig ~ Blz. 49.

Wasgoed sorteren

Aanwijzing: Doe het wasgoed stuk

voor stuk in het apparaat. Voorkom bundels van wasgoed, om een goed droogresultaat te verkrijgen.
Attentie! Materiële schade aan de
droogautomaat of textiel
Voor de droger ongeschikt wasgoed kan het apparaat en het wasgoed bij het drogen beschadigen. Sorteer het wasgoed vóór het drogen overeenkomstig de aanwijzingen op het verzorgingslabel:
c Geschiktheid voor droogautomaat a Drogen met normale temperatuur ` Drogen met lage temperatuur b Niet in de droger drogen
28
Apparaat bedienen nl
Bij het sorteren van het te drogen wasgoed op het volgende letten:
Droog wasgoed van hetzelfde soort
materiaal en structuur samen, om een gelijkmatig droogresultaat te verkrijgen. Wanneer u dun, dik of meerlaags textiel samen droogt, dan worden deze in verschillende mate gedroogd.
Kies al naar gelang de
textielbeschrijving het droogprogramma.
~ "Programma-overzicht" op pagina 24

Aanwijzing: Wanneer u het wasgoed

na het drogen als te vochtig ervaart, dan kunt u een tijdprogramma voor het nadrogen kiezen.
Attentie! Materiële schade aan het apparaat of
textiel
Droog de volgende textielsoorten niet in het apparaat:
Met oplosmiddelen, was, of vet
verontreinigd wasgoed.
Ongewassen textiel.
Niet-luchtdoorlatend textiel, zoals
wasgoed met een rubberlaag.
Gevoelig textiel, bijv. zijde,
synthetische gordijnen.

1 Apparaat bedienen

Apparaat bedienen

Wasgoed in de droogautomaat doen en deze inschakelen

Aanwijzing: Het apparaat moet

deskundig geplaatst en aangesloten worden. ~ Blz. 14

1. Wasgoed voorbereiden en sorteren.

2. Op # drukken om het apparaat in te
schakelen.

3. Deur openen.

Controleren of de trommel geheel geleegd is. Eventueel leegmaken.
29
nl Apparaat bedienen
4. Wasgoed uit elkaar gevouwen in de
trommel doen.

5. Deur sluiten.

Attentie!

Materiële schade aan het apparaat
of het textiel mogelijk.
Geen wasgoed in de deur
inklemmen.

Programma instellen

Aanwijzing: Wanneer u de

kinderbeveiliging hebt geactiveerd, moet u deze eerst deactiveren voordat u een programma kunt instellen.
~ Blz. 33

1. Het gewenste programma instellen.

Op het display verschijnen de programma-instellingen.
2. De programma-instellingen, indien
gewenst aanpassen.

Programma starten

Op Start/Pauze drukken.
Aanwijzing: Wanneer u het
programma tegen onbedoeld wijzigen wilt beveiligen, activeer dan als volgt de kinderbeveiliging. ~ Blz. 33
Aanwijzing: De trommel van het
apparaat wordt na het openen, sluiten en starten van het programma verlicht. Trommel binnenverlichting dooft vanzelf.
30

Programmaverloop

De programmastatus wordt op het display weergegeven.
Aanwijzing: Bij de keuze van een
programma wordt de geschatte droogtijd voor de maximale belading getoond. Bij het drogen bepaalt de vochtsensor de restvochtigheid in de was. Afhankelijk van de restvochtigheid worden de programmaduur en de indicatie van de resterende tijd in het lopende bedrijf automatisch aangepast (behalve tijdprogramma's).
Apparaat bedienen nl

Programma wijzigen of wasgoed bijvullen

U kunt tijdens het drogen te allen tijde wasgoed uitnemen of bijvullen en het programma wijzigen of aanpassen.
1. Deur openen of op Start/Pauze
voor een pauze drukken.
Aanwijzing: Wanneer de CoolDown
actief is, draait de trommel ook in gepauzeerde toestand verder. U kunt de CoolDown te allen tijde door het openen van de deur afbreken.
2. Wasgoed bijvullen of uitnemen.
3. Indien gewenst, een ander
programma of een andere programma-instelling kiezen.~ "Programma-overzicht" op pagina 24
Aanwijzing: Wijzig tijdens de
CoolDown het programma niet.
4. Deur sluiten.
5. Op Start/Pauze drukken.
Aanwijzing: De programmaduur op het
display wordt bijgewerkt, naar gelang de belading en het restvochtigheid van het wasgoed. De weergegeven waarden kunnen na een programma- of beladingswijziging veranderen.

Programma-einde

Op het display verschijnt de aanwijzing.“Ÿš

Wasgoed uitnemen en apparaat uitschakelen

1. Wasgoed uitnemen.
2. Op # drukken om het apparaat uit te
schakelen.

Programma afbreken

Het programma kan altijd onderbroken worden door de deur te openen of op
Start/Pauze te drukken.
Attentie! Brandgevaar. Wasgoed kan
ontbranden.
Breek het programma af, verwijder al het wasgoed en spreid het uit, zodat de hitte kan ontsnappen.
31
nl Apparaat bedienen

Condenswaterreservoir leegmaken

Tijdens het drogen ontstaat condenswater in het apparaat.
Wanneer er geen afvoerslang wordt gebruikt, loopt het condenswater van het apparaat in het condenswaterreservoir. In dit geval moet u het condenswaterreservoir na elke droogbeurt legen en ook wanneer dit tijdens het drogen voortijdig is gevuld.
1. Condenswaterreservoir horizontaal
er uit trekken.
2. Condenswater afgieten.
3. Condenswaterreservoir totdat deze
merkbaar vastklikt weer in het apparaat schuiven.
Aanwijzing: Het filter in het
condenswaterreservoir filtert het condenswater, dat voor de automatische reiniging van uw apparaat wordt gebruikt. Het filter wordt door het legen van het condenswater gereinigd. Controleer het filter desondanks op resterende afzettingen en verwijder deze eventueel.
~ "Filter in condenswaterreservoir reinigen" op pagina 49
Attentie!
Schade voor de gezondheid en
materiële schade mogelijk
Condenswater is geen drinkwater en
kan met pluizen verontreinigd zijn.
Verontreinigd condenswater kan
leiden tot aantasting van de
gezondheid en materiële schade.
Niet opdrinken of verder gebruiken.
32
Apparaatinstellingen nl
#
+3;
#
+
3
;

2 Apparaatinstellingen

Apparaatinstellingen

U kunt het kinderslot en de basisinstellingen (bijv. signalen) aanpassen of activeren/deactiveren.

Kinderslot

Met de activering van de de kinderbeveiliging voorkomt u het per ongeluk bedienen van het bedieningspaneel.
Kinderbeveiliging activeren/ deactiveren:
Kinderbeveiliging 3 sec. gedurende
3 seconden indrukken.

Aanwijzing: De kinderbeveiliging blijft

ook na het uitschakelen van het apparaat geactiveerd. Om het bedieningspaneel na het inschakelen te kunnen bedienen, moet u de kinderbeveiliging deactiveren.

Instructiesignaal

U kunt het instructiesignaal aan het programma-einde activeren of deactiveren. Wanneer u deze instelling activeert, klinkt aan het programma­einde een akoestisch signaal.
Apparaatinstelling als volgt activeren/ deactiveren:
Op Eindsignaal drukken. Het instructiesignaal aan het
programma-einde is geactiveerd/ gedeactiveerd.

Basisinstellingen

U kunt bepaalde basisinstellingen aan het apparaat aanpassen. Om aanpassingen uit te kunnen voeren, moet u eerst de instelmodus
oproepen:
1. Programma op stand ( instellen.
2. Druk op ü Droogdoel en
tegelijkertijd:
3. Programma op stand 0 instellen.
Aanwijzing: Wanneer aan het einde
van het programma geen signaal klikt, hoewel het instructiesignaal wel is geactiveerd, dan kunt u de apparaatinstellingen aanpassen.
33
nl Home Connect
4. ü Droogdoel loslaten.
De instelmodus is geactiveerd.
De basisinstellingen zijn aan volgende programmaposities toegewezen:
#
+ 3 ;
Stand Basisinstelling
0 Volume van de instructiesignalen
(bijv. aan het einde van het pro­gramma) aanpassen.
8 Volume van de bedieningssignalen
aanpassen.
--------
Instelwaarden:
0 uit 1 gering 2 gemiddeld 3 hoog 4 zeer hoog

Basisinstellingen als volgt aanpassen en activeren/deactiveren

1. Positie van de gewenste
basisinstelling instellen.

2. Instelling wijzigen met:

M N
3. Overige basisinstellingen aanpassen
of basisinstellingen opslaan en
beëindigen.

Basisinstellingen als volgt opslaan en beëindigen

Het apparaat uitschakelen.

o Home Connect

Home Connect

Dit apparaat is voorzien van Wi-Fi en kan via een mobiel eindapparaat op afstand worden bediend.
Via de Home Connect app kunt u met uw mobiele eindapparaat op dit apparaat:
Programma's instellen en starten.
Programma-instellingen aanpassen
en activeren/deactiveren.
Programmastatus opvragen.
Apparaatinstellingen aanpassen en
activeren/deactiveren.
Apparaat uitschakelen.
Voor u de Home Connect functies kunt gebruiken, dient u volgende stappen uit te voeren:
1. Home Connect app op mobiel
eindapparaat installeren.
2. Zich in de Home Connect app
registreren.
3. Uw apparaat eenmalig automatisch
of handmatig met het thuisnetwerk
verbinden.
4. Apparaat met de Home Connect app
verbinden.
Informatie over de app vindt u op onze internetpagina voor Home Connect www.home-connect.com.
De Home Connect diensten zijn niet in elk land beschikbaar. De beschikbaarheid van de functie Home Connect is afhankelijk van de beschikbaarheid van de Home Connect diensten in uw land. Informatie hierover vindt u op: www.home-connect.com

Aanwijzing: De instellingen blijven ook

na het uitschakelen van het apparaat bewaard.
34
Home Connect nl

Aanwijzingen

Houd u aan de veiligheidsinstructies
in deze gebruiksaanwijzing en zorg ervoor dat deze ook worden nageleefd wanneer u niet thuis bent en u het apparaat bedient via de Home Connect app en daarbij niet thuis bent. Houd u ook aan de aanwijzingen in de Home Connect app.
Wordt het apparaat bediend, dan
kunt u niet tegelijkertijd wijzigingen via de Home Connect app uitvoeren. Aanpassingen op het apparaat worden echter wel in de Home Connect app voor u zichtbaar.

Home Connect-menu oproepen

In het Home Connect-menu kunt u netwerkverbindingen aanmaken en bekijken, netwerkinstellingen resetten, Wi-Fi activeren/deactiveren en bijkomende Home Connect-functies vinden.

1. Apparaat inschakelen.

2. Op Bedien via app } drukken en
minstens 3 seconden ingedrukt houden.
Op het display verschijnt: ‘ž£ U bevindt zich nu in het Home Connect­menu.

Verbinden met het thuisnetwerk en de Home Connect app

Verbind uw apparaat eenmalig automatisch of handmatig met het thuisnetwerk.
Aanwijzingen
Heeft uw thuisnetwerkrouter een
WPS-functie, dan kunt u uw apparaat automatisch met uw thuisnetwerk verbinden.
Heeft uw thuisnetwerkrouter geen
WPS functie, dan moet u het apparaat handmatig met uw thuisnetwerk verbinden.
Vervolgens moet u zich met de Home Connect app verbinden.

Aanwijzing: Om uw apparaat met het

thuisnetwerk te verbinden, moet Wi-Fi aan het apparaat geactiveerd zijn. Af fabriek is Wi-Fi aan het apparaat gedeactiveerd en deze activeert zich automatisch als u uw apparaat met het thuisnetwerk verbindt.
Aanwijzing: Kort op Bedien via app }
drukken om het Home Connect menu te verlaten.
35
nl Home Connect
#
+
3
;

Automatisch verbinden met het thuisnetwerk

Stap 2.1
Controleer of u zich in het Home Connect menu bevindt. ~ Blz. 35

1. Op Start/Pauze drukken.

Het apparaat probeert nu verbinding te maken met het thuisnetwerk. Op het display knippert .
2. WPS-functie binnen de volgende 2
minuten op de router van het
thuisnetwerk activeren. Wanneer het apparaat succesvol met het thuisnetwerk is verbonden, verschijnt op het display ™©Ÿ en brandt continu.

Aanwijzing: Kon er geen verbinding

gemaakt worden, controleer dan of uw apparaat zich binnen het bereik van het thuisnetwerk bevindt. Herhaal het automatische verbinden of voer het handmatige verbinden uit.

Handmatig verbinding maken met het thuisnetwerk

Stap 2.2
Controleer of u zich in het Home Connect menu bevindt. ~ Blz. 35
Controleer of u de Home Connect app hebt geopend en of u bent aangemeld.

1. Programma op stand 2 instellen.

Op het display verschijnt: †‘˜ (handmatig verbinden).

2. Op Start/Pauze drukken.

Het apparaat maakt nu een eigen Wi­Fi netwerk met de netwerknaam (SSID)
HomeConnect.
3. In het mobiele eindapparaat WLAN-
instellingen oproepen.
36
Home Connect nl
#
+
3
;
4. Mobiel eindapparaat met het WLAN-
netwerk HomeConnect verbinden en WLAN-wachtwoord (Key) HomeConnect invoeren. Uw mobiele eindapparaat verbindt zich nu met het apparaat. De verbindingsprocedure kan tot wel 60 seconden duren.
5. Na een geslaagde verbinding de
Home Connect app op het mobiele eindapparaat openen en de stappen in de app volgen.
6. In de Home Connect app de
netwerknaam (SSID) en het wachtwoord (Key) van uw
thuisnetwerk invoeren.
7. Volg de laatste stappen in de
Home Connect app om uw apparaat
te verbinden. Wanneer het apparaat succesvol met het thuisnetwerk is verbonden, verschijnt op het display ™©Ÿ en brandt continu.

Aanwijzing: Kon er geen verbinding

gemaakt worden, controleer dan of uw apparaat zich binnen het bereik van het thuisnetwerk bevindt.Herhaal het handmatige verbinden.

Verbinden met de Home Connect app

Is uw apparaat met het thuisnetwerk verbonden, dan moet u het verbinden met de Home Connect app.
Controleer of u zich in het Home Connect menu bevindt. ~ Blz. 35
Controleer of u de Home Connect app hebt geopend en of u bent aangemeld.

1. Programma op stand 3 instellen.

Op het display verschijnt: ‘˜˜ (verbinden met app).

2. Op Start/Pauze drukken.

Het apparaat probeert zich nu met de Home Connect app te verbinden.
3. Zodra uw apparaat in de app wordt
weergegeven, volgt u de laatste stappen in de Home Connect app.

Aanwijzing: Kon er geen verbinding

gemaakt worden, controleer dan of uw mobiel eindapparaat zich binnen het bereik van het thuisnetwerk bevindt, resp. hiermee verbonden is. Herhaal het verbinden met de Home Connect app.
37
nl Home Connect
+
3
;
#
3
;
Wi-Fi activeren of deactiveren
Is uw apparaat al met het thuisnetwerk verbonden, dan kunt u Wi-Fi op uw apparaat activeren of deactiveren.
Controleer of u zich in het Home Connect menu bevindt. ~ Blz. 35
1. Programma op stand 4 instellen.
#
Op het display verschijnt: ’©Ÿ (Wi- Fi-functie).
2. Op Start/Pauze drukken.
Verschijnt op het display ©Ÿ, dan is de Wi-Fi-functie aan het apparaat geactiveerd. Verschijnt op het display ©””, dan is de Wi-Fi-functie aan het apparaat gedeactiveerd.
Aanwijzingen
Als u uw apparaat met het
thuisnetwerk verbindt, wordt Wi-Fi automatisch geactiveerd.
Als Wi-Fi is geactiveerd, dan
schakelt het apparaat niet automatisch uit.
Als Wi-Fi aan het apparaat is
uitgeschakeld, is noch de start op afstand, noch de afstandsbediening van het apparaat via de Home Connect app mogelijk.
Als Wi-Fi wordt uitgeschakeld en uw
apparaat voordien met uw thuisnetwerk was verbonden, wordt de verbinding bij het herinschakelen van Wi-Fi automatisch opnieuw hersteld.
Als u deze functie activeert, verhoogt
het energieverbruik in vergelijking met de in de verbruikswaardentabel aangegeven waarden. ~ Blz. 61
Netwerkinstellingen resetten
U kunt alle netwerkinstellingen resetten. Controleer of u zich in het Home
Connect menu bevindt. ~ Blz. 35
1. Programma op stand 5 instellen.
+
Op het display verschijnt: §“à (Netwerkinstellingen resetten).
2. Op Start/Pauze drukken.
Op het display verschijnt: ¢“à
3. Op Start/Pauze drukken.
Aanwijzing: Wilt u uw apparaat weer
via de Home Connect app gebruiken, dan moet u het opnieuw met het thuisnetwerk en de Home Connect app verbinden.
38
Home Connect nl
#
+
;
#
+
3
Software-update
U kunt de Home Connect software op uw apparaat updaten.Zodra een nieuwe software-update beschikbaar is, verschijnt een aanwijzing op het display:
—˜š
Installeer de update direct via de
aanwijzing op het display of als volgt handmatig:
Controleer of u zich in het Home Connect menu bevindt. ~ Blz. 35
1. Programma op stand 6 instellen.
3
Op het display verschijnt:
˜š (Update). Start/Pauze
knippert wanneer een software-
update beschikbaar is.
2. Op Start/Pauze drukken.
Op het display verschijnt: ¢“à
3. Start/Pauze indrukken.
Energiemngnt.
U kunt uw apparaat verbinden met uw Smart Energy System (Energiemanager).
Nadat u uw apparaat met het Smart Energy System (Energiemanager) heeft verbonden en de Flex Start heeft geactiveerd, kunt u uw energieverbruik optimaliseren, omdat uw apparaat pas start wanneer uw eigen fotovoltaïsche installatie voldoende energie levert of het stroomtarief gunstig is.
Meer informatie over de energiemanager vindt u op:www.home-
connect.com/energymanagement
Aanwijzingen
Het Smart Energy System
(Energiemanager) moet de communicatiestandaard van het EEBus initiatief gebruiken.
Lees eerst in de gebruiksaanwijzing
van het Smart Energy System (Energiemanager) hoe u deze verbindt met uw apparaat.
1. Programma op stand 7 instellen.
Aanwijzing: Het actualiseren van de
software kan meerdere minuten duren. Schakel het apparaat tijdens de update niet uit.
;
Op het display verschijnt “Ÿ® (Energy Manager).
2. Op Start/Pauze drukken.
Het apparaat probeert zich nu te verbinden met het Smart Energy System (Energiemanager). Wanneer het apparaat succesvol is verbonden, dan verschijnt op het display: ™©Ÿ.
3. Flexstart activeren wanneer uw
apparaat gestart moet worden door het Smart Energy System (Energiemanager).
39
nl Home Connect

Flex Start

Activeer Flex Start, zodat uw Smart Energy System (Energiemanager) uw apparaat mag starten, wanneer uw eigen fotovoltaïsche installatie voldoende energie levert of het stroomtarief laag is.

Aanwijzing: Uw Smart Energy System

(Energiemanager) kan het apparaat alleen starten wanneer Smart Energy System (Energiemanager) en apparaat met elkaar verbonden zijn.
Flex Start als volgt activeren:
1. Het gewenste programma
selecteren.
2. Met de selectietoetsen N en M voor
de Klaar-in tijd de gewenste tijdsperiode instellen.
3. Op Start/Pauze drukken.
4. Op Bedien via app } drukken.
Op het display verschijnt ±. De FlexStart is nu geactiveerd en het apparaat wacht op een start op afstand via het Smart Energy-Systeem (Energiemanager). Wanneer in het display de weergave van de tijd naar bijv. .‹œgaat, dan heeft het Smart Energy-System (Energiemanager) een tijdstip vastgelegd, waarop deze uw apparaat mag starten. Het programma eindigt na de opgegeven tijd.
Aanwijzingen
Start het Smart Energy System
(Energiemanager) uw apparaat niet, dan wordt het programma toch voor afloop van het ingestelde tijdsbestek gestart. Het programma eindigt wanneer dit tijdsbestek afgelopen is.
Bedien via app en hiermee ook Flex
Start worden om veiligheidsredenen onder de volgende woorwaarden gedeactiveerd: – Op Start/Pauze ‹ drukken. – Deur openen. – Op # drukken om het apparaat
uit te schakelen. – Stroomonderbreking. Werd Flex Start gedeactiveerd, dan blijft M Klaar in BN verder geactiveerd.
Wasgoed bijvullen of uitnemen:
Aanwijzing: Is Flex Start al
geactiveerd en het programma nog niet gestart, dan kunt u wasgoed bijvullen of uitnemen
1. Op Start/Pauze drukken.
2. Deur openen.
3. Wasgoed bijvullen of uitnemen.
4. Deur sluiten.
5. Op Start/Pauze drukken.
6. Op Bedien via app } drukken.
De FlexStart is nu geactiveerd en het apparaat wacht op een start op afstand via het Smart Energy-Systeem (Energiemanager).
40
Home Connect nl
Intelligente programma­aanbeveling
Nadat u uw wasgoed in de wasmachine hebt gewassen, wordt aan de droger een passend programma voor het drogen van de was aanbevolen.
De vermoedelijke programmaduur van het aanbevolen programma wordt aan de hand van uw vorige wasprogramma bepaald.
Om een optimaal droogprogramma te bepalen, moeten uw apparaten informatie doorgeven en ontvangen.

Let daarom op het volgende:

Om de gegevens over te dragen,
moet het wasprogramma volledig zijn afgesloten.
De wasmachine moet geschikt zijn
voor Home Connect.
De wasmachine en de droger
moeten met het thuisnetwerk verbonden en in uw Home Connect app geregistreerd zijn.

1. Apparaat inschakelen.

2. Programma op intelligentDry È
instellen. De analyse start en er verschijnt een animatie op het display.
3. Om de analyse af te breken, stelt u
een ander programma in of schakelt
u het apparaat uit. Werd het passende programma gevonden, dan stopt de animatie, de led van het aanbevolen programma brandt permanent en programma-inforamtie wordt op het display weergegeven.

4. Op Start/Pauze drukken.

Mogelijke redenen:

Geen passend droogprogramma
voor het gekozen wasprogramma gevonden.
De wasmachine en de droger
moeten met het thuisnetwerk verbonden en in uw Home Connect app geregistreerd zijn.
Controleer of uw apparaten zich
binnen reikwijdte van het thuisnetwerk bevinden.
Er zijn geen gegevens van het
laatste wasprogramma voorhanden. De gegevens worden 24 uur opgeslagen en dan gewist.
Het wasprogramma werd
afgebroken. Het wasprogramma moet volledig zijn afgesloten.

Afstandsdiagnose

Bij storingen kan de servicedienst toegang tot uw apparaat krijgen om een diagnose op afstand uit te voeren.
Neem contact op met de servicedienst en zorg ervoor dat uw apparaat met de Home Connect-server is verbonden. Controleer of de dienst diagnose op afstand in uw land beschikbaar is.

Aanwijzing: Ga voor meer informatie

naar Help & Support op de Home Connect-website van uw land: www.home-connect.com. Daar kunt u ook zien of de dienst diagnose op afstand in uw land beschikbaar is.
Aanwijzing: Kon geen passend
programma worden gevonden, weerklinkt een signaal en op het display verschijnt: { {{
41
nl Home Connect
Aanwijzing over gegevensbescherming
Wanneer het apparaat voor de eerste keer wordt verbonden met een Wi-Fi­netwerk dat op het internet is aangesloten, dan geeft het de volgende gegevenscategorieën door aan de Home Connect server (eerste registratie):
Eenduidige identificatie van het
apparaat (bestaande uit apparaatsleutels en het MAC-adres van de ingebouwde Wi­Fi communicatiemodule).
Veiligheidscertificaat van de Wi-Fi
communicatiemodule (voor de informatietechnische beveiliging van de verbinding).
De actuele software- en
hardwareversie van uw huishoudelijke apparaat.
Status van een eventuele eerdere
reset naar de fabrieksinstellingen.
Bij de eerste registratie wordt het gebruik van de Home Connect functionaliteiten voorbereid. Deze registratie dient pas te worden uitgevoerd op het moment dat u voor het eerst van de Home Connect functionaliteiten gebruik wilt maken.
Aanwijzing: Houd er rekening mee dat
de Home Connect functionaliteiten alleen kunnen worden gebruikt in verbinding met de Home Connect app. Informatie over gegevensbeveiliging kan in de Home Connect app worden opgevraagd.
Conformiteitsverklaring
Hierbij verklaart BSH Hausgeräte GmbH dat het apparaat met Home Connect functionaliteit voldoet aan de fundamentele vereisten en de overige toepasselijke bepalingen van de richtlijn 2014/53/EU.
Een uitvoerige RED conformiteitsverklaring vindt u op het internet onder www.siemens-home.bsh­group.com op de productpagina van uw apparaat bij de aanvullende documenten.
2,4 GHz band: 100 mW max. 5 GHz band: 100 mW max.
BE BG CZ DK DE
EE IE EL ES FR
HR IT CY LV LT
y
LU HU MT NL AT
PL PT RO SI SK
FI SE UK NO CH
TR
5 GHz WLAN (Wi-Fi): alleen voor het gebruik bin-
nenshuis
42
Condenswater afvoeren nl
Œ Condenswater
afvoeren

Condenswater afvoeren

Tijdens het drogen ontstaat condenswater in het apparaat.
Gebruik het apparaat met aangesloten afvoerslang.
Wanneer er geen afvoerslang wordt gebruikt, loopt het condenswater van het apparaat in het condenswaterreservoir. In dit geval moet u het condenswaterreservoir na elke droogbeurt legen en ook wanneer dit tijdens het drogen voortijdig is gevuld.

Afvoerslang als volgt aansluiten:

1. Toebehoren uit de trommel nemen.

3. Afsluitkap van de aansluiting
trekken.

Aanwijzingen

– In de toestand bij levering van het
apparaat is de afsluitkap op de aansluiting bevestigd.
– Bij het verwijderen van de
afsluitkap kan een beetje vloeistof op de aansluiting naar buiten komen.
4. Afsluitkap op parkeerpositie
schuiven.

2. Alle onderdelen uit de zak halen.

5. Afvoerslang tot aan de aanslag op
de vrijliggende aansluiting schuiven.
43
nl Condenswater afvoeren
6. De andere kant van de afvoerslang,
al naar gelang de aansluitsituatie, met de rest van de toebehoren bevestigen.
Wastafel:
Sifon:
De aansluiting moet met een slangenklem, worden geborgd (spanbereik 12-22 mm, vakhandel). Bij aansluiting op een sifon moet er op worden gelet, dat de afvoerslang boven een hoogte van min. 80 cm, echter max. 100 cm geleid wordt.
Bodemafvoer:

Attentie!

Materiële schade door lekkage of weglopend water.

De afvoerslang zodanig bevestigen dat deze er niet uit kan schieten. Afvoerslang niet knikken. Hoogteverschil tussen opstelvlak en afvoer van max. 100 cm aanhouden.

Attentie!

Opgestuwd water kan in het apparaat worden teruggezogen en schade veroorzaken.

Controleer of het water snel wegloopt. De afvoer mag niet zijn gesloten of verstopt.
7. Condenswaterreservoir horizontaal
er uit trekken en legen.
8. Draai het condenswaterreservoir
180° op de onderkant en verwijder de aangebrachte stop.
44
Reinigen en onderhouden nl
9. Condenswaterreservoir weer 180°
draaien en de stop in de verdieping
aan de bovenzijde van het
condenswaterreservoir plaatsen.
10.Condenswaterreservoir er inschuiven
totdat deze vastklikt.
Het condenswater wordt nu via de afvoerslang in de afvoer of in een wastafel afgevoerd.

Aanwijzing: Wilt u het condenswater

weer in het condenswaterreservoir afvoeren, maak dan deze stap ongedaan.
Attentie! Materiële schade en schade aan het
apparaat
Wanneer u het condenswater naar het condenswaterreservoir afvoert, dan kan vloeistof uit de aansluitingen lopen en materiële schade veroorzaken. Bevestig voor het gebruik van het apparaat de afsluitkap op de aansluiting.
D Reinigen en
onderhouden

Reinigen en onderhouden

Apparaat reinigen

:Waarschuwing

Kans op dodelijk letsel!

Het apparaat wordt gevoed door elektriciteit. Er is sprake van een kans op een elektrische schok wanneer u in contact komt met componenten die onder spanning staan. Daarom opgelet a.u.b.:
Schakel het apparaat uit. Koppel het
apparaat los van de voeding (trek de stekker uit het stopcontact).
De netstekker nooit aanraken of
beetpakken met natte handen.
Pak bij het verwijderen van de
stekker uit het stopcontact altijd de stekker zelf beet en nooit de aansluitkabel, omdat anders hierdoor de aansluitkabel beschadigd kan raken.
Voer geen technische modificaties
uit aan het apparaat of kenmerken daarvan.
Reparaties en andere
werkzaamheden aan het apparaat mogen alleen worden uitgevoerd door onze klantenservice of door een elektricien. Dit geldt ook voor het vervangen van de aansluitkabel (indien nodig).
Reserve aansluitkabels kunnen
worden besteld via onze klantenservice.

:Waarschuwing

Kans op vergiftiging!

Er kunnen giftige dampen vrijkomen door reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten, bijv. reinigingsoplosmiddel. Gebruik geen reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten.
45
nl Reinigen en onderhouden

:Waarschuwing

Kans op elektrische schok / materiële schade / schade aan het apparaat!

Wanneer vocht het apparaat binnendringt, dan kan dit leiden tot kortsluiting. Gebruik geen hogedrukspuit, stoomreiniger, waterslang of spuitpistool voor het reinigen van uw apparaat.
Attentie! Materiële schade / schade aan het
apparaat
Reinigingsmiddelen en middelen voor het voorbehandelen van wasgoed (bijv. vlekkenverwijderaars, voorwassprays etc.) kunnen schade veroorzaken wanneer ze in contact komen met oppervlakken van het apparaat. Daarom opgelet a.u.b.:
Laat deze middelen niet in contact
komen met de oppervlakken van het apparaat.
Reinig het apparaat met uitsluitend
water en een zachte, vochtige doek.
Verwijder eventueel wasmiddel,
spray of andere resten ogenblikkelijk.

Bodemeenheid reinigen

Aanwijzing: Laat het apparaat na

gebruik ca. 30 minuten afkoelen, voordat u begint met reinigen.
Bodemeenheid als volgt reinigen:

1. Serviceklep aan de greep openen.

2. Hendel van de warmtewisselaar-
afdekking ontgrendelen.
3. Warmtewisselaar-afdekking aan de
greep er uit schuiven.
Dit apparaat beschikt overeen automatische zelfreiniging. Pluizen uit het wasgoed hoeven niet na elk gebruik te worden verwijderd, maar worden in de bodemunit verzameld.
Om de werking van het apparaat niet te hinderen, moet u de bodemunit (pluizendepot en pluizenzeef) alleen in de volgende gevallen reinigen:
Op het display verschijnt de
aanwijzing: ç.
Vóór het uitvoeren van het
apparaatonderhoud.
U kunt optioneel de bodemunit van het apparaat altijd reinigen.
46
Reinigen en onderhouden nl
4. Alle pluizen van de
warmtewisselaarafdekking en de
pluizenzeef verwijderen.

Aanwijzing: Zorg ervoor dat er

geen verontreinigingen op de
afdichtingen van de
warmtewisselaarafdekking
achterblijven.
5. Binnenkant van de
warmtewisselaarafdekking en van de
pluizenzeef grondig onder stromend
water afspoelen en afdrogen.
6. Pluizenreservoir horizontaal
uittrekken.

Aanwijzing: Het pluizenreservoir

kan vochtige pluizen alsook restwater bevatten en bij het uittrekken druppelen.
7. Pluizenreservoir openklappen en
pluizen verwijderen.

Aanwijzingen

– Bij sterke verontreiniging kunt u
om te reinigen een zachte borstel gebruiken.
– Zorg ervoor dat u het
pluizenreservoir na het afspoelen grondig afdroogt.Een vochtige pluizenzeef kan de droogtijd verlengen en het droogresultaat beïnvloeden.
47
nl Reinigen en onderhouden
8. Zeef van het pluizenreservoir
grondig onder stromend water afspoelen en afdrogen.

Aanwijzingen

– Bij sterke verontreiniging kunt u
om te reinigen een zachte borstel gebruiken.
– U mag de afdichting van het
pluizenreservoir niet verwijderen of beschadigen.
– U kunt het pluizenreservoir ook in
de vaatwasmachine reinigen.
– Zorg ervoor dat u het
pluizenreservoir na het afspoelen grondig afdroogt.
9. Pluizenreservoir dichtklappen.
11.Warmtewisselaarafdekking aan de
greep inschuiven.

Aanwijzing: U kunt de

warmtewisselaarafdekking er alleen schuiven wanneer het pluizenreservoir zich in het apparaat bevindt.
12.Hendel van de warmtewisselaar-
afdekking vergrendelen.

Aanwijzing: Zorg ervoor dat u het

pluizenreservoir volledig afsluit.
10.Pluizenreservoir horizontaal tot aan
de aanslag erin schuiven.
48
13.Serviceklep sluiten.
U heeft de bodemeenheid van het apparaat gereinigd.
Reinigen en onderhouden nl
Attentie! Materiële schade / schade aan het
apparaat
Wanneer u het apparaat gebruikt zonder pluizenfilter (bijv. pluizenfilter, pluizenopvangeenheid, afhankelijk van de specificaties van het apparaat), of wanneer het pluizenfilter incompleet of defect is, dan kan dit leiden tot schade aan het apparaat. Gebruik het apparaat niet zonder pluizenfilter, of met een defect of incompleet pluizenfilter.

Vochtigheidssensor reinigen

Aanwijzing: De vochtigheidssensor
meet de vochtigheidsgraad van het wasgoed. Na lang gebruik kunnen er zich fijne resten van kalk of was- en verzorgingsmiddelen afzetten. Deze afzettingen moeten regelmatig worden verwijderd, anders kan het droogresultaat negatief worden beïnvloed.

1. Deur openen.

2. Vochtigheidssensor met ruwe spons
reinigen.
Attentie! Vochtigheidssensor kan beschadigd
raken.
De vochtigheidssensor is gemaakt van roestvast staal. Reinig de sensor niet met schuurmiddel en staalwol.

Filter in condenswaterreservoir reinigen

Aanwijzing: Het filter in het
condenswaterreservoir dient voor het reinigen van het condenswater, dat voor de automatische reiniging van dit apparaat wordt gebruikt.
1. Condenswaterreservoir horizontaal
er uit trekken.

2. Condenswater uitgieten.

49
nl Apparaatverzorging

3. Filter verwijderen.

4. Reinig het filter onder stromend
warm water of in de vaatwasser.

Aanwijzing: Bij sterke

verontreiniging kunt u om te reinigen een zachte borstel gebruiken.
5. Filter plaatsen totdat deze
waarneembaar inklikt.

Attentie!

Zonder filter kunnen er pluizen in het apparaat komen en dit beschadigen.

Apparaat alleen met geplaatst filter gebruiken.
6. Het condenswaterreservoir plaatsen
totdat dit waarneembaar vastklikt.

ÖApparaatverzorging

Apparaatverzorging

Het apparaat biedt bijkomende reinigingsprogramma's die u voor het onderhoud van het apparaat kunt uitvoeren:
Met het eenvoudige
apparaatonderhoud verwijdert u mogelijke lichte vuilafzettingen in het apparaat.
Met het intensieve
apparaatonderhoud verwijdert u mogelijke hardnekkige vuilafzettingen in het apparaat alsook geurtjes na een langere stilstandtijd.
Voordat u het apparaatonderhoud uitvoert, moet het apparaatonderhoud worden voorbereid

:Waarschuwing

Verbrandingsgevaar / materiële schade en schade aan het apparaat!

Kokend of heet water kan tot ernstige verbrandingen leiden en materiële schade of schade aan het apparaat veroorzaken, wanneer het wordt gemorst of lekt. Gebruik geen kokend water voor dit apparaat, haar onderdelen en toebehoren. Voorkom huidcontact met heet water of hete waterdamp.

:Waarschuwing

Kans op vergiftiging / materiële schade!

Condenswater is niet geschikt om op te drinken en kan verontreinigd zijn met pluis. Verontreinigd condenswater kan gevaarlijk zijn voor de gezondheid en kan materiële schade veroorzaken. Niet opdrinken of hergebruiken.
50
Apparaatverzorging nl

Apparaatverzorging voorbereiden

Apparaat voor de apparaatverzorging voorbereiden

Het apparaat moet voor een eenvoudige of intensieve apparaatverzorging worden voorbereid.
Apparaat als volgt voor de apparaatverzorging voorbereiden:

1. Bodemeenheid reinigen.~ Blz. 46

2. Deur openen.

3. Wasgoed uitnemen.

4. Deur sluiten.

5. Condenswaterreservoir horizontaal
er uit trekken en legen.
6. Op # drukken om het apparaat in te
schakelen.
Het apparaat is nu voorbereid voor de apparaatverzorging.

Condenswaterreservoir voor de apparaatverzorging voorbereiden

Wanneer u het condenswater van het apparaat via de afvoerslang afvoert, dan moet het condenswaterreservoir voor een eenvoudige of intensieve apparaatverzorging worden voorbereid.
Condenswaterreservoir als volgt voor de apparaatverzorging voorbereiden:
1. De aangebrachte stop uit de
verdieping van het condenswaterreservoir verwijderen.
51
nl Apparaatverzorging
#
+3;
+
3
;
2. Condenswaterreservoir 180°
draaien en op de kop leggen en de stop aanbrengen.
3. Zeef in condenswaterreservoir
reinigen.~ Blz. 49 Het condenswaterreservoir is nu voor de apparaatverzorging voorbereid.

Aanwijzing: Wanneer u het

condenswater van het apparaat via de afvoerslang afvoert, maak dan deze stappen na een eenvoudige of intensieve apparaatverzorging weer ongedaan.
Eenvoudige apparaatverzorging uitvoeren
U kunt het eenvoudige apparaatonderhoud uitvoeren om mogelijke lichte vuilafzettingen in het apparaat te verwijderen.
Apparaatverzorging als volgt uitvoeren:
1. Apparaatverzorging
voorbereiden. ~ Blz. 51
2. Programma op stand 1 instellen.
3. Druk op ü Droogdoel , ingedrukt
houden en tegelijkertijd:
4. Programma op stand 4 instellen.
#
Op het display verschijnen afwisselend ’˜‚ en de programmaduur.
5. Giet ca. 1 ^ liter warmwater in het
condensreservoir.
Aanwijzingen
Na enige gebruikstijd adviseert uw
apparaat automatisch de
eenvoudige apparaatverzorging. Op
het display verschijnt dan gedurende
5 seconden ’§“ vóór de
programmastart en na het einde van
het programma. Deze instructie
verschijnt opnieuw, totdat u de
eenvoudige apparaatverzorging
volledig heeft uitgevoerd.
Het gewone apparaatonderhoud
duurt ongeveer 1 uur.
52
Aanwijzing: Houd het volle
condensreservoir te allen tijde horizontaal zodat er geen vloeistof uit morst.
Apparaatverzorging nl
6. Condenswaterreservoir er inschuiven
totdat deze vastklikt.
7. Op Start/Pauze drukken.
De apparaatverzorging start en er klinkt een geluidssignaal. Op het display verschijnt “Ÿš aan het einde van de apparaatverzorging en er klinkt een signaal.
8. Condenswaterreservoir horizontaal
er uit trekken en legen.
9. Condenswaterreservoir er inschuiven
totdat deze vastklikt.
10.Op # drukken om het apparaat uit te
schakelen.
U heeft de apparaatverzorging uitgevoerd.
Intensieve apparaatverzorging uitvoeren
U kunt het intensieve apparaatonderhoud uitvoeren om mogelijke hardnekkige vuilafzettingen in het apparaat alsook geurtjes na een stilstandtijd van meer dan een maand te verwijderen.
Aanwijzingen
De intensieve apparaatverzorging
duurt ca. 4 uur. De tijdsduur kan langer worden, wanneer u de benodigde stappen tijdens het programma niet tijdig uitvoert.
De intensieve apparaatverzorging
moet na de start van het programma niet afgebroken worden.
Voor de intensieve
apparaatverzorging heeft u het originele verzorgingsmiddel nodig, dat u onder reserve­onderdeelnummer: 00311829 bij de klantenservice kunt bestellen. De contactgegevens van alle landen vindt u in de bijgesloten lijst met Servicedienstadressen.
53
nl Apparaatverzorging
#
+3;
+
3
;
:Waarschuwing
Kans op letsel / materiële schade / schade aan het apparaat!
Het gebruik van reserve-onderdelen en accessoires geleverd door andere merken is gevaarlijk en kan leiden tot letsel, materiële schade of schade aan het apparaat. Gebruik vanwege veiligheidsredenen uitsluitend originele reserve-onderdelen en accessoires.
Attentie! Materiële schade / schade aan het
apparaat
Wanneer u de verkeerde hoeveelheid wasmiddel of reinigingsmiddel in het apparaat doet, dan kan dit leiden tot materiële schade of schade aan het apparaat. Gebruik wasmiddelen / verzorgingsproducten / reinigingsmiddelen en wasverzachters overeenkomstig de instructies van de fabrikant.
Apparaatverzorging als volgt uitvoeren:
1. Apparaatverzorging
voorbereiden. ~ Blz. 51
2. Programma op stand 1 instellen.
4. Programma op stand 4 instellen.
#
Op het display verschijnen afwisselend ’˜‚ en de programmaduur.
5. Op N drukken.
Op het display verschijnt afwisselend ’˜ƒ en de programmaduur.
6. Condenswaterreservoir horizontaal
er uit trekken en legen.
7. Giet een fles van het originele
onderhoudsproduct van het apparaat en ca. 1 ^ liter warmwater in het condensreservoir.
3. Druk op ü Droogdoel , ingedrukt
houden en tegelijkertijd:
54
Aanwijzing: Houd het volle
condensreservoir te allen tijde horizontaal zodat er geen vloeistof uit morst.
Apparaatverzorging nl
8. Condenswaterreservoir er inschuiven
totdat deze vastklikt.
9. Op Start/Pauze drukken.
De apparaatverzorging start en er klinkt een geluidssignaal. Na ca. 3 uur pauzeert het apparaat het apparaatonderhoud en op het display knippert de resterende programmaduur.
10.Condenswaterreservoir horizontaal
er uit trekken en legen.
12.Condenswaterreservoir voorzichtig
horizontaal zwenken en legen, om resten van het originele verzorgingsmiddel uit te spoelen.
13.Giet nog eens 1 ^ liter warmwater
in het condensreservoir.
14.Condenswaterreservoir er inschuiven
totdat deze vastklikt.
11.Giet ca. 1 ^ liter warmwater in het
condensreservoir.
Aanwijzing: Houd het volle
condensreservoir te allen tijde horizontaal zodat er geen vloeistof uit morst.
15.Op Start/Pauze drukken.
De apparaatverzorging wordt voortgezet. Op het display verschijnt “Ÿš aan het einde van de apparaatverzorging en er klinkt een signaal.
16.Condenswaterreservoir opnieuw
leegmaken.
55
nl Apparaatverzorging
17.Condenswaterreservoir er inschuiven
totdat deze vastklikt.
18.Op # drukken om het apparaat uit te
schakelen.
U heeft de apparaatverzorging uitgevoerd.
56
Help bij het apparaat nl

3 Help bij het apparaat

Help bij het apparaat

Storingen Oorzaak/Oplossing

Apparaat start niet. Controleer de stekker en de zekeringen.
Het apparaat reageert niet op invoer en op het display ver­schijnt: ç ‘‚§
Kreukvorming. Beladingshoeveelheid overschreden of verkeerd programma voor
Water ontsnapt. Apparaat staat wellicht scheef. Apparaat stellen.
Apparaat is in gepauzeerde toe­stand, maar de trommel draait.
Programma start niet Zorg er voor dat
De weergegeven programma­duur verandert tijdens het droogproces.
Een verontreinigd of vochtig pluizenfilter kan de luchtstroom in het
apparaat bij lage omgevingstemperaturen beïnvloeden. – Bodemunit reinigen en pluizenfilter grondig afdrogen.
~ Blz. 46
– Apparaat uitschakelen en inschakelen. – Druk op Start/Pauze om het programma opnieuw te star-
ten.
een textielsoort gekozen. In de programmatabel vindt u alle noodza­kelijke informatie.~ Blz. 24
Wasgoed direct na het drogen uit de trommel nemen. Door het laten
liggen in de trommel ontstaat kreukvorming.
Zorg ervoor, dat in de bodemeenheid:
– De warmtewisselaar-afdekking correct vergrendeld is. – De afdichting van de warmtewisselaar-afdekking niet verontrei-
nigd is.
~ Blz. 46
Wanneer de optionele afvoerslang* is geïnstalleerd, zorg er dan voor
dat de afvoerslang correct is afgesloten. ~ Blz. 43
Het apparaat heeft een hoge temperatuur herkend en het CoolDown-pro­ces gestart. De temperatuurregeling kan tot max. 10 minuten duren. U kunt het CoolDown-proces te allen tijde door het openen van de deur afbreken.
de deur gesloten is.
de Kinderbeveiliging 3 sec. gedeactiveerd is
Op Start/Pauze is gedrukt

Aanwijzing: Is een uitstel van het programma middels M Klaar

in BN ingesteld, dan start het programma op een later tijdstip.
Geen fout. De vochtigheidssensor bepaalt het restvochtgehalte in het wasgoed en past de programmaduur aan (behalve bij tijdprogramma's).
57
nl Help bij het apparaat
Wasgoed wordt niet goed droog of is nog te vochtig.
Warm wasgoed voelt na het einde van het programma vochtiger aan
dan het daadwerkelijk is. Wasgoed uitspreiden en laten afkoelen.
Droogdoel aanpassen of drooggraad verhogen. Dit verlengt de
droogtijd bij gelijkblijvende temperatuur.
Tijdprogramma kiezen voor het nadrogen van nog vochtig wasgoed.
Tijdprogramma kiezen voor een kleine beladingshoeveelheid en
afzonderlijke stukken wasgoed.
Maximale beladingshoeveelheid van een programma niet
overschrijden.~ Blz. 24
Vochtigheidssensor in de trommel reinigen. Er kan zich een fijne kal-
klaag of resten was- en verzorgingsmiddelen op de sensor afzetten en de werking ervan nadelig beïnvloeden.~ Blz. 49
Droging werd afgebroken door stroomstoring, een vol condenswa-
terreservoir of door het overschrijden van de maximale droogtijd.

Aanwijzing: Houd ook de tips voor het wasgoed aan.~ Blz. 28

Droogtijd te lang. Het apparaat kan met pluizen verontreinigd zijn. Dit veroorzaakt een
langere droogtijd. – Bodemeenheid reinigen. ~ Blz. 46 – Droging compleet uitvoeren met niet voorgedroogd wasgoed en
een beladingscapaciteit van meer dan 3 kg.

Aanwijzing: De automatische zelfreiniging van het apparaat

gebruikt condenswater uit uw wasgoed. Als u permanent beladings­hoeveelheden van minder dan 3 kg droogt, volstaat het condenswa­ter uit uw wasgoed niet voor de automatische zelfreiniging van het apparaat. Droog regelmatige niet voorgedroogd wasgoed met een beladingshoeveelheid van meer dan 3 kg.
De warmtewisselaar kan met pluizen verontreinigd zijn.
– Gewoon apparaatonderhoud uitvoeren. ~ Blz. 52
Een vochtige pluizenzeef kan de droogtijd verlengen en het droogre-
sultaat beïnvloeden.€ De pluizenzeef van de bodemunit na het afspoelen grondig afdrogen.~ Blz. 46
Een afgedichte of niet vrij toegankelijke luchtinlaat op het apparaat
kan de droogtijd verlengen. Luchtinlaat vrijhouden.
Een omgevingstemperatuur van minder dan 15 °C en meer dan 30
°C kan de droogtijd verlengen en het droogresultaat beïnvloeden.
Een ontoereikende luchtcirculatie in de ruimte kan de droogtijd ver-
lengen. Ruimte voldoende ventileren.
Geurvorming in het apparaat Intensieve apparaatverzorging uitvoeren. ~ Blz. 53
De vochtigheidsgraad in de
Ruimte voldoende ventileren.
ruimte neemt toe.
Ongewone geluiden tijdens het drogen.
Apparaat voelt ondanks het drogen" koud aan.
Bij het drogen ontstaan bedrijfsgeluiden door de pomp en de compres­sor. Deze wijzen niet op een storing van het apparaat.
Geen fout. Het apparaat met warmtepomp droogt efficiënt bij lage tem­peraturen.
Droogprogramma afgebroken. Wordt het droogprogramma vanwege een stroomstoring afgebroken,
programma opnieuw starten of wasgoed uitnemen en uitspreiden.
58
Help bij het apparaat nl
Verbinding met het thuisnet­werk wordt niet tot stand gebracht.
Wi-Fi is uitgeschakeld. Om met het thuisnetwerk verbinding te kun-
nen maken, Wi-Fi inschakelen. moet op het display verschijnen.
Wi-Fi is ingeschakeld, maar de verbinding met het thuisnetwerk kan
niet gerealiseerd worden. Controleer of het thuisnetwerk beschik­baar is of maak opnieuw verbinding met het thuisnetwerk.
Home Connect werkt niet. Bij problemen met Home Connect vindt u hulp op www.home-con-
nect.com
Of u de Home Connect functies op uw apparaat kunt gebruiken,
hangt af van de beschikbaarheid van de Home Connect Services (bijv. beschikbaarheid van de app) in uw land. De Home Connect ser­vice is niet in elk land beschikbaar, informatie daarover vindt u op www.home-connect.com.
Restwater in het condenswater­reservoir, hoewel afvoerslang* aan het apparaat aangesloten
Is de optionele afvoerslang* geïnstalleerd, dan blijft vanwege de zelfreini­gingsfunctie van het apparaat een beetje restwater in het condenswater­reservoir achter.
is.
* afhankelijk van de uitrusting van het apparaat of beschikbaar toebehoren
--------

Aanwijzing: Wanneer u een storing door het uit- en inschakelen van de

droogautomaat niet zelf kunt verhelpen, neem dan contact op met de klantenservice.~ Blz. 63
59
nl Transport van het apparaat
L Transport van het
apparaat

Transport van het apparaat

:Waarschuwing

Kans op letsel / materiële schade / schade aan het apparaat!

Wanneer u gebruik maakt van uitstekende delen van het apparaat (bijv. de deur van het apparaat) om het te tillen of te verplaatsen, dan kunnen deze onderdelen afbreken en letsel veroorzaken. Het apparaat niet aan uitstekende delen beetpakken om het apparaat te verplaatsen.

:Waarschuwing

Kans op letsel!

Het apparaat is heel zwaar. Het
optillen kan leiden tot letsel.
Til het apparaat niet in uw eentje op.
Kans op letsel!
Het apparaat heeft scherpe randen
waaraan u uw handen kunt snijden.
Pak het apparaat niet beet aan de
scherpe randen. Draag
beschermende handschoenen om
het op te tillen.
Apparaat als volgt voor transport voorbereiden:
1. Condenswaterreservoir horizontaal
er uit trekken en legen.
2. Condenswaterreservoir totdat deze
merkbaar vastklikt weer in het apparaat schuiven.

3. Apparaat inschakelen.

4. Willekeurig programma instellen.

5. Op Start/Pauze drukken.

6. 5 minuten wachten.

Condenswater wordt afgepompt.
7. Condenswaterreservoir opnieuw
leegmaken.
8. Indien geïnstalleerd, afvoerslang van
wastafel, sifon of gully verwijderen.
~ Blz. 43

Attentie!

Afvoerslang op het apparaat tegen het er uit glijden borgen. Afvoerslang niet knikken.
9. Apparaat uitschakelen.
10.Stekker van het apparaat van het
stroomnet scheiden.
Het apparaat is gereed voor transport.
Attentie! Materiële schade en schade aan het
apparaat
Ondanks het afpompen bevindt er zich nog een beetje resterend water in het apparaat. Restwater kan er uit lopen en materiële schade veroorzaken. Transporteer het apparaat daarom bij voorkeur rechtop.
60
Verbruikswaarden nl

[ Verbruikswaarden

Verbruikswaarden

Verbruikswaardetabel

Toerental waarmee de
Programma

Katoen 9 kg 4,5 kg 9 kg 4,5 kg

Kastdroog »* 1400 192 119 1,37 0,77

Strijkdroog Ø* 1400 143 86 0,97 0,54

Kreukherstellend 3,5 kg 3,5 kg Kastdroog »* 800 77 0,44

* Programma-instelling volgens de geldende EN61121 bij gebruik van de externe afvoerslang. ** De waarden kunnen afhankelijk van de textielsoort, de samenstelling van het te drogen wasgoed, rest-
vochtigheid van het textiel, de ingestelde drooggraad, de beladingshoeveelheid alsmede de omgevings-
condities en bij de activering van extra functies afwijken van de aangegeven waarden.
was gecentrifugeerd
wordt
(in t/min)

1000 215 132 1,61 0,90

800 238 145 1,85 1,03

1000 166 99 1,21 0,67

800 189 112 1,45 0,80

600 87 0,53

Tijdsduur**

(in min)

Energieverbruik**

(in kWh)

Het meest efficiënte programma voor textiel van katoen

Het volgende “standaard katoenprogramma” (aangeduid met ü) is geschikt voor het drogen van katoen met een normale vochtigheid en uit het oogpunt van gecombineerd energieverbruik het meest efficiënt voor het drogen van nat katoen.

Standaard programma's voor katoen volgens de actuele EU-richtlijn 932/2012

Programma + droogdoel Belading

(in kg)

ü Katoen + Kastdroog » 9/4,5 1,61/0,90 215/132
Programma-instelling voor testen en energie-labeling overeenkomstig richtlijn 2010/30/EG.
Energieverbruik (in kWh)
Programmaduur (in min)
61
nl Technische gegevens

{ Technische gegevens

Technische gegevens

Afmetingen: ca. 850 x 600 x 650 mm
(hoogte x breedte x diepte) Gewicht:
56 kg (afh. van het model) Netaansluiting:
Netspanning 220 - 240 V, 50Hz Nominale stroom 10 A Nominaal vermogen 600 W Maximale belading: 9 kg
Opgenomen vermogen in uitgeschakelde toestand:
0,10 W
Opgenomen vermogen in niet­uitgeschakelde toestand:
0,10 W
Trommelverlichting
Omgevingstemperatuur
5 - 35°C
Opgenomen vermogen in netwerk (Wi­Fi) standby-modus / tijdsduur:
1,2 W / 20 min
*
**

) Afvoer

Afvoer

)
Attentie! Brandgevaar / vergiftigingsgevaar /
gevaar voor materieel en apparaten
Het apparaat bevat het milieuvriendelijke, maar brandbare koudemiddel R290. Het ondeskundig afvoeren kan leiden tot brand of vergiftigingen. Voer het apparaat deskundig af en beschadig de leidingen van de koudemiddelkringloop niet.
De verpakking milieuvriendelijk afvoeren. Dit apparaat is overeenkomstig de Europese richtlijn 2012/19/ EG voor afgedankte elektrische en elektronische apparaten van toepassing (waste electrical and electronic equipment – WEEE) gemarkeerd. Deze richtlijn vormt voor de gehele EU een kader voor de terugname en recycling van oude apparaten.
* al naar gelang de apparaatuitvoering ** Bij een omgevingstemperatuur van
onder de 10°C kan de functie
Bedien via app } alsmede de
maximale duur van 24 uur bij de
functie M Klaar in BN beperkt zijn.
62

4 Klantenservice

Klantenservice

Indien u een storing door het uit- en inschakelen van het apparaat niet zelf verhelpen kunt, neem dan a.u.b. contact op met de service.~ Bijgevoegd service-overzicht of omslagpagina
Wij vinden altijd een passende oplossing, ook om een onnodig bezoek van een monteur te voorkomen.
Aan de servicedienst dient u het typenummer (E-Nr.) en het fabricagenummer (FD) van het apparaat op te geven.
(1U )'
E-nr. Typenummer FD Fabricagenummer
Deze gegevens vindt u *afhankelijk van het model:
binnenkant van de deur*/geopende serviceklep* en op de achterkant van het apparaat.
Vertrouw op de competentie van de fabrikant.
Neem contact met ons op. Zo weet u zeker dat de reparatie wordt uitgevoerd door goed opgeleide servicemonteurs die de beschikking hebben over originele reserve-onderdelen.
Klantenservice nl
63
Verzoek om reparatie en advies bij storingen
NL 088 424 4020 B 070 222 142
De contactgegevens in alle landen vindt u in de bijgesloten lijst met Servicedienstadressen.
BSH Hausgeräte GmbH Carl-Wery-Straße 34 81739 München GERMANY
siemens-home.bsh-group.com
*HIDEULFHHUGGRRU%6++DXVJHUlWH*PE+RQGHUKDQGHOVPHUNOLFHQWLHYDQ6LHPHQV$*
*9001519447*
9001519447 (0001)
Loading...