This equipment complies with the requirements of Directive 1999/5/EC.
Dieses Gerät entspricht den Anforderungen der EU-Richtlinie 1999/5/EG.
Cet appareil est conforme aux exigences de la directive 1999/5/CE.
Este aparato satisface las exigencias de las Directiva 1999/5/CE.
Quest'apparecchio è conforme ai requisiti delle direttiva 1999/5/CE.
Dit apparaat voldoet aan de eisen van de richtlijn 1999/5/EG.
Este equipamento obedece às exigências da directiva 1999/5/CE.
Denna utrustning uppfyller kraven enligt direktiv 1999/5/EC.
Dette udstyr overholder kravene i direktiv 1999/5/EF.
Dette produktet oppfyller kravene i direktiv 1999/5/EC.
Tämä laite täyttää direktiivi 1999/5/EY.
Bu cihaz Avrupa Parlamentosu ve Konseyi Direktifi 1999/5/EC 'nin gerekliliklerine uygundur.
Toto zarízení je v souladu s pozadavky smernice rady 1999/5/EC.
Seade vastab direktiivi 1999/5/EÜ nõuetele.
Ez a berendezés megfelel az 1999/5/EK Irányelvnek.
Ši ierice atbilst tehniskam prasibam pec 1999/5/EC direktivas.
Šis prietaisas atitinka direktyvos 1999/5/EC reikalavimus.
To urzadzenie spelnia wymagania dyrektywy 1999/5/EC.
Tento prístroj je v súlade s poziadavkami smernice rady 1999/5/EC.
Ta oprema je v skladu z zahtevami Direktive 1999/5/EC.
Deze speciale accessoires dienen bij het apparaat gebruikt te worden.
■ Opmerking voor gebruikers in Europa
Dit apparaat werkt op het Nederlands analoge openbaar geschakeld telefoonnet.
Deze apparatuur is getest conform de Europese TS103 021 regelgeving.
Het functioneert op alle analoge telefoonnetwerken die voldoen aan de TS103 021 norm.
Neem contact op met uw dealer of netwerkbeheerder als u niet zeker weet of uw netwerk voldoet
aan de TS103 021 norm.
WAARSCHUWING:
Dit is een klasse A product. In een woonomgeving kan dit product radiostoringen veroorzaken. In
dit geval moet de gebruiker eventueel passende maatregelen treffen.
INLEIDING
Dank u voor de aankoop van dit product. De referentiegids bevat uitsluitend korte beschrijvingen van de faxfuncties
van het product. Lees de "Gebruiksaanwijzing (algemene informatie en werking van kopieerder)" voor
veiligheidsinstructies en algemene informatie over het gebruik van de machine, inclusief laden van papier,
verwijderen van vastgelopen papier en het gebruik van randapparatuur.
Raadpleeg de volgende handleidingen wanneer dit van toepassing is:
Kopieerfuncties: Zie de “Gebruiksaanwijzing (algemene informatie en werking van kopieerder)”.
Printerfunctie: Zie de “Gebruiksaanwijzing (voor de printer en scanner)”.
Netwerkscannerfunctie
geïnstalleerd is).
De uitleg in deze referentiegids gaat ervan uit dat bepaalde optionele randapparaten geïnstalleerd zijn.
Let erop dat alle pagina’s vanaf pagina 40 verwijzen naar de Engelse Gebruiksaanwijzing die meegeleverd wordt bij
deze referentiegids.
Deze referentiegids verwijst naar de zelfomkerende eenmalig doorvoerende origineelinvoer als "RSPF" en naar de
eenmalig doorvoerende origineelinvoer als "SPF". Tenzij het specifiek vermeld staat wordt zowel naar de RSPF als
naar de SPF eenvoudig verwezen als “SPF”.
: Zie de “Gebruiksaanwijzing (voor netwerkscanner)” (indien de netwerkscanneroptie
EEN EXTRA TELEFOON AANSLUITEN
U kunt een telefoon met de machine verbinden en deze als extratelefoon gebruiken om gesprekken te voeren en te
ontvangen zoals een normale telefoon. Faxontvangst kan ook geactiveerd worden van een extra telefoon die met de
machine verbonden is. (bediening op afstand)
Opmerkingen
• Als u een gecombineerd telefoon/antwoordapparaat met de machine verbindt, kunt u het antwoordapparaat
niet gebruiken.
• U kunt zelfs tijdens stroomonderbrekingen van de telefoon gebruik maken
EEN EXTRA TELEFOON AANSLUITEN
Steek het uiteinde van het
1
verlengsnoer in de plug voor de extra
telefoon aan de linkerkant van de
machine.
Plug voor extra
telefoon
Als u een “klik” hoort zit het
snoer goed vast.
Steek het uiteinde van het
1
verlengsnoer in de adapter.
Wandcontactdoos
Adapter
TEL bus
Let op of u een kliktoon
hoort, waardoor wordt
aangegeven dat het
snoer stevig is
aangesloten.
OVERSCHAKELEN NAAR DE INVOERMODUS ..............31
PROBLEEMOPLOSSING
MELDINGEN TIJDENS NORMALE FUNCTIONERING
........... 26
.35
HETZELFDE DOCUMENT IN EEN HANDELING
NAAR MEERDERE BESTEMMINGEN ZENDEN
(DISTRIBUTIEVERZENDING)
● DISTRIBUTIEVERZENDING GEBRUIKEN....22
VERZENDING EN ONTVANGST MET DE
POLLING FUNCTIE
DOORSTUREN VAN ONTVANGEN FAXEN NAAR EEN
ANDERE MACHINE WANNEER AFDRUKKEN NIET
MOGELIJK IS (DOORSTUURFUNCTIE).......................24
● DE DOORSTUURFUNCTIE GEBRUIKEN .....24
........................................ 23
............................ 21
2
8
● KEY-OPERATORPROGRAMMA’S ............... 38
9
TECHNISCHE SPECIFICATIES...................... 39
KEY-OPERATORPROGRAMMA’S
BIJLAGE
DIT PRODUCT OP JUISTE WIJZE ALS
FAX GEBRUIKEN
Er zijn een aantal punten waarop u moet letten wanneer u dit product als fax gebruikt. Let op het volgende.
Lijnverbinding
Gebruik alleen de meegeleverde telefoonkabel om het toestel op de wandcontactdoos aan te sluiten. Steek het ene
einde van het telefoonsnoer in de telefoonplug aan de linkerkant van de machine, zoals aangegeven. Steek het
andere eind van het telefoonsnoer in de contactdoos.
Indien noodzakelijk gebruikt de adapter.
LINE aansluiting
Wandcontactdoos
Adapter
Steek de stekker
er stevig in tot u
een "klik" hoort.
LINE aansluiting
Steek de stekker
er stevig in tot u
een "klik" hoort.
Hoofdschakelaar
Laat de stroomschakelaar van de machine altijd aanstaan. Zet
de stroomschakelaar niet uit. Als de stroom uit staat, kan de fax
niet gebruikt worden.
Als de stroom uit staat, kan de machine geen faxen ontvangen.
Let erop dat de machine niet in werking is, wanneer u de stroom afzet.
Wanneer de stroom uitgeschakeld wordt, terwijl de machine in werking
is, kan er papier vastlopen. Als er instellingen geconfigureerd zijn,
zullen deze geannuleerd worden.
Lithiumbatterij
Een lithiumbatterij wordt in de machine gebruikt om de
instellingen en geprogrammeerde informatie, zoals opgeslagen telefoonnummers, te bewaren
Als de batterij leeg is, gaan instellingen en geprogrammeerde informatie verloren. Noteer deze informatie daarom ergens.
•
• De levensduur van een batterij is ongeveer 5 jaar, wanneer de stroom voortdurend uitgeschakeld is.
• Neem, zodra de batterij leeg is, contact op met uw lokale Sharp dealer of klantenservice van een erkende
vertegenwoordiger over de afvalverwerking van deze batterij. De machine werkt niet, wanneer de batterij leeg is.
Stroomschakelaar
Let op
Bij onweer trekt u voor veiligheidsredenen de netstekker uit het stopcontact Informatie blijft in het geheugen staan,
zelfs als de stekker uitgetrokken is.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE
• Ontkoppel onmiddellijk telefoonapparatuur van uw telefoonlijn als deze niet naar behoren werkt. Defecte
apparatuur kan schade veroorzaken aan het telefoonnetwerk.
• De AC contactdoos moet in de nabijheid van de apparatuur zijn geïnstalleerd en eenvoudig toegankelijk zijn.
• Installeer telefoonkabels nooit tijdens onweer.
Installeer nooit contactdozen in vochtige omgevingen, tenzij de contactdoos speciaal bestemd is voor vochtige omgevingen.
•
• Raak nooit ongeïsoleerde telefoonbedrading of terminal aan, tenzij de telefoonlijn is losgekoppeld van de
netwerkinterface.
• Wees voorzichtig tijdens het installeren of wijzigen van telefoonlijnen.
• Vermijd het gebruik van telefoons (met uitzondering van draadloze telefoons) tijdens onweer. Er bestaat gevaar
op elektrische schokken als gevolg van weerlicht.
• Gebruik geen telefoon voor de melding van een gaslek terwijl u zich in de buurt van het lek bevindt.
• Installeer of gebruik de machine niet in de nabijheid van water of wanneer uzelf nat bent. Vermijd het morsen van
vloeistoffen op de machine.
3
VOORDAT U DE FAXFUNCTIES GAAT GEBRUIKEN
1
In dit hoofdstuk wordt de basisinformatie over het gebruik van de faxfuncties van het apparaat beschreven. Lees
voor het gebruik van de faxfunctie dit hoofdstuk aandachtig door.
PUNTEN DIE GECONTROLEERD EN
GEPROGRAMMEERD MOETEN WORDEN
NA DE INSTALLATIE
Na de installatie van de machine en voor het gebruik ervan als faxmachine, controleert u voor volgende punten en
programma de noodzakelijke informatie.
Stel datum en tijd in.
De machine is voorzien van een interne klok: Het is belangrijk de juiste datum en tijd in te stellen, omdat deze
gebruikt worden voor functies zoals Timer-Verzenden.
Datum en tijd worden ingesteld met behulp van de key-operatorprogramma’s.
Datum en tijd verschijnen in de display. Let erop dat de correcte datum en tijd verschijnen. Als datum en tijd fout zijn,
verbeter deze dan.
4
ONDERDEELBENAMINGEN EN FUNCTIES
ON LINE
DATA
LINE
DATA
SCANNEN
FAX
PRINT
2627282930
3132333435
4142434445
4647484950
3637383940
ABCDE
FGH I J
KLMNO
PQRTS
UVWXYZSP
SPEAKER
SHIFT
OPNIEUW KIEZEN/PAUZE
VERKORT KIEZEN
SYMBOOL
COMMUNICATIE INSTELLING
SPATIE/–
KOPIEËN
(1)
(9)(10)(11) (12)(13)(14) (15)
BEDIENINGSPANEEL
1
(1)Paginapallet (pagina 31)
(2)Display (pagina 7)
Deze toets geeft het basisscherm en het scherm
functie-instellingen weer.)
(3)[TERUG] toets
Wanneer een instelling of geprogrammeerd
scherm verschijnt, kunt u deze toets gebruiken
om terug te keren naar het vorige scherm.
(4)[FAX STATUS] toets (pagina 19)
Dit wordt gebruikt om een faxverzending of een
opgeslagen faxverzending te annuleren.
(5)[OK] toets
Deze toets wordt gebruikt om een instelling in te
voeren die geselecteerd is door middel van de pijl
of andere toetsen ().
(6)Numerieke toetsen
Deze worden gebruikt om faxnummers, subadressen,
wachtwoorden en numerieke instellingen in te voeren.
(Zie "BOXEN EN SUBADRESSEN/WACHTWOORDEN DIE
VEREIST ZIJN VOOR F-CODE VERZENDING" op pagina
26.)
(7)[C] toets
Deze wordt gebruikt om een fout te wissen tijdens
de invoer van faxnummers, subadressen,
wachtwoorden en numerieke instellingen. Elke
keer dat de toets wordt ingedrukt, wordt er een
teken gewist.
Tijdens het scannen van een origineel, kan deze
toets ook gebruikt worden om het scannen te
annuleren.
(8)[CA] toets
Deze wordt gebruikt om een verzending of een
geprogrammeerde handeling te annuleren. Wanneer hij
ingedrukt wordt tijdens een handeling, wordt de handeling
geannuleerd en keert de display terug naar het basisscherm
beschreven op pagina 7.
Deze toets wordt ook gebruikt om resolutie, papierformaat,
of speciale functie-instelling die geselecteerd werd bij de
verzending van een fax, te annuleren.
(9)[SPEAKER/SHIFT] toets (pagina’s 12, 31)
Deze wordt gebruikt om een nummer te kiezen
zonder de extra telefoon, die verbonden is met de
machine, op te tillen en bij het invoeren van
letters te wisselen tussen hoofd- en kleine letters.
(10)
[OPNIEUW KIEZEN/PAUZE] toets (pagina’s 12, 17)
Deze wordt gebruikt om het laatst gekozen nummer opnieuw te
kiezen en een pauze in te voeren als u een faxnummer invoert.
(11)
[VERKORT KIEZEN/SYMBOOL] toets (pagina’s 12, 84)
Dit wordt gebruikt om Verkort Kiezen te kiezen en
een symbool in te voeren als u letters invoert.
Die wordt gebruikt om te schakelen tussen geheugenverzending
en directe verzending en om te schakelen tussen automatische
ontvangst en handmatige ontvangst. Hij wordt ook gebruikt om
een spatie of “-“ in te voeren als u letters invoert.
(13) LIJN STATUS-indicator
Deze knippert om te melden dat er een fax binnen komt.
"FAX ONTV. LICHT" (FAX RECEPTION LIGHT) (pagina
103) in de key-operatorprogramma’s kan worden gebruikt
om de knippertijd in te stellen op een van de twee
patronen of om het knipperen uit te schakelen.
5
VOORDAT U DE FAXFUNCTIES GAAT GEBRUIKEN
ABCDEF
JKLGHIMNO
TUVPQRSWXYZ
@.-
_
KOPIEËN
BELICHTING
PAPIER-
FORMAAT
KOPIEER-
FACTOR
AUTO IMAGE
UITVOER
2-ZIJDIGE
KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
ACC. #-C
READ-END
SCANNEN
FAX
KLEUR MODUS
PROGRAM
FORMAAT
BROADCAST
OK
TERUG
FAX STATUS
RESOLUTIE
ADRESORIGINEEL
DUBBELZ.
SCANNEN
(2)(3) (4)(5)(6)(7) (8)
(16)
(17) (18) (19) (20) (21)(22)(23)(24)
(14) [MODUS SELECTEREN] toetsen (stap 1 op
pagina 13)
Deze toetsen worden gebruikt om de modus te wijzigen.
(15) [FAX]
toets/FAX-indicator/LINE-indicator/DATA-indicator
Druk op deze toets om naar faxmodus om te
schakelen. Het basisscherm van faxmodus
verschijnt in de display.
De LINE-indicator gaat branden tijdens de verzending of
ontvangst van een fax. Wanneer u een fax ontvangt, gaat
de DATA-indicator knipperen. (Wanneer er
faxverzendingdata in het geheugen zitten, gaat de
DATA-indicator branden).
(16) [PROGRAM] toets (pagina 45)
Druk op deze toets om een programma te
gebruiken.
(17) [RESOLUTIE] toets (pagina 11)
Deze toets wordt gebruikt om resolutie- en
belichtingsinstellingen te selecteren.
(18) [ADRES] toets (pagina 16)
Deze toets wordt gebruikt om een faxbestemming
te zoeken die is opgeslagen als een automatisch
kiesnummer in het adresboek.
(19) [BROADCAST] toets (pagina 21)
Deze wordt gebruikt om een distributieverzending
uit te voeren.
(20) [ORIGINEEL] toets (pagina 10)
Deze wordt gebruikt om het formaat van de te
verzenden fax in te stellen.
(21) [DUBBELZ. SCANNEN] toets (pagina 17)
Druk op deze toets als u de functie dubbelzijdig
scannen wilt gebruiken.
(Alleen bij modellen met RSPF.)
(22) [SPECIALE FUNCTIE] toets
Deze toets wordt gebruikt om een speciale
verzend- of ontvangstfunctie te selecteren,
functie-instellingen te configureren en
automatische kiesnummers op te slaan.
(23) Pijltjestoetsen( )
Deze worden gebruikt om items te selecteren en
door de pagina’s te bladeren.
(24) [START] toets ()
Deze wordt gebruikt in de volgende situaties:
(1) Wanneer de verzending gestart wordt
(2) Wanneer er een origineel gescand wordt
(3)
Wanneer de handmatige ontvangst gestart wordt
(4) Wanneer instellingen geconfigureerd of
opgeslagen worden
•
Wanneer de automatische uitschakelfunctie wordt
geactiveerd. Alle lampjes behalve die van de
modustoets gaan uit. Zie voor informatie over de
automatische uitschakelfunctie de
"Gebruiksaanwijzing (algemene informatie en
werking van kopieerder)".
•
Zie voor informatie over de toetsen en lampjes die
gebruikt worden voor de kopieerfunctie en andere
functies, “Bedieningspaneel” in de
gebruiksaanwijzing voor elke functie.
Opmerkingen
6
VOORDAT U DE FAXFUNCTIES GAAT GEBRUIKEN
FAXMODUS (BASISSCHERM)
Het basisscherm van faxmodus wordt weergegeven als u drukt op de [FAX] toets, zodra het scherm afdruk-,
kopieer- of scanfuncties verschijnt.
Het basisscherm van de faxmodus
(1)
(2)
(3)
(4)
(5)
(1)Mededelingweergave
Berichten verschijnen hier om de huidige status
van de machine aan te geven.
Er verschijnt een icoon () aan de rechterkant
wanneer er een vertrouwelijke fax
binnengekomen is.
(2)Datum- en tijddisplay
Geeft datum en tijd weer.
(3)Verzendfunctiedisplay (pagina 23)
Er zijn drie verzendfuncties: geheugen
verzending, directe verzending en handmatige
verzending. Geeft de huidige geselecteerde
verzendfunctie aan.
(4)Belichtingdisplay (pagina 11)
Dit geeft de belichting weer voor het scannen van
het origineel dat geselecteerd is met de
[RESOLUTIE] toets.
Gereed 96%
(6)
MA 10 MEI 10:25
GEHEUGEN
CONTRAST
A4R
AUTO
AUTO
(7)
(8)
STANDAARD
(6)Vrij geheugendisplay
Geeft het percentage vrij faxgeheugen weer.
(7)Ontvangstfunctiedisplay (pagina 61)
Er zijn twee functies voor het ontvangen van
faxen: automatische ontvangst en handmatige
ontvangst. Geeft de huidige geselecteerde
ontvangstfunctie weer.
(8)Origineeldisplay (pagina 10)
Dit geeft een icoon weer om de functie “originelen
scannen” aan te geven wanneer een origineel
geplaatst is.
: Eenzijdig scannen van originelen in de SPF.
: Glasplaat
:Tweezijdig scannen van originelen in de
RSPF.
Geeft ook het formaat van het geplaatste
origineel weer.
1
(5)Resolutiedisplay (pagina 11)
Geeft de resolutie weer voor het scannen van het
origineel dat geselecteerd is met de
[RESOLUTIE] toets.
Opmerkingen
De volgende functies werken zelfs, wanneer kopieerfunctie geselecteerd is
• Verzending van opgeslagen geheugen verzendopdrachten
• Telefoongesprekken (telefoongesprekken kunnen beantwoord worden maar niet geplaatst).
• Ontvangst op afstand
• Handmatige ontvangst
• Relaisstationfunctie voor F-code relais distributieverzending
7
VOORDAT U DE FAXFUNCTIES GAAT GEBRUIKEN
Opmerkingen
CONTROLEMODUS
Accounts die faxen kunnen verzenden (tot 50) kunnen vastgesteld en verzendtijd en andere informatie kan
opgespoord worden voor iedere account. De Acc. Gebr. Lijst (Acc. Usage List) (pagina 95) kan afgedrukt worden,
waarbij de door elke account gebruikte verzendtijd en verzonden pagina’s worden weergegeven.
• Deze functie wordt ingeschakeld met "ACCOUNTCONTROLE" en "ACC. NR. INSTEL." in de
key-operatorprogramma’s.
ORIGINELEN
ORIGINELEN DIE GEFAXT KUNNEN WORDEN
Origineelformaten
Minimum origineelformaatMaximum origineelformaat
297 mm (breedte) x 800 mm* (lengte)
Met gebruikmaking van de SPF
De glasplaat gebruiken
A5: 210 mm (breedte) x 148 mm (lengte)
(8-1/2" (breedte) x 5-1/2" (lengte))
A5R: 148 mm (breedte) x 210 mm (lengte)
(5-1/2" (breedte) x 8-1/2" (lengte))
(11" (breedte) x 31-1/2"* (lengte))
* Lange documenten kunnen verzonden
worden
297 mm (breedte) x 432 mm (lengte)
(11" (breedte) x 17" (lengte))
• Originelen die geen standaardformaat hebben (A5, A4, A4R, B4, A3, 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R (5-1/2" x
8-1/2", 5-1/2" x 8-1/2"R, 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R, 8-1/2" x 14", 11" x 17", A4, A4R wanneer de machine
papierformaten in inch gebruikt)) kunnen ook gefaxt worden.
• Er zijn restricties voor originelen die met de SPF gescand kunnen worden. Zie voor meer informatie
“NORMAAL KOPIËREN” in de “Gebruiksaanwijzing (algemene informatie en werking van kopieerder)”.
*Lange originelen
Afhankelijk van de resolutie-instellingen en de breedte van het origineel is er misschien niet voldoende
geheugenruimte om een lang origineel op te slaan. Wanneer een lang origineel niet volledig gescand kan worden,
selecteert u een lagere resolutie en/of kort u het origineel in.
8
HET ORIGINEEL PLAATSEN
Bovenkant
Bovenkant
In horizontale afdrukstand
OrigineelinvoerladeGlasplaat
Een origineel kan in de SPF of op de glasplaat worden geplaatst. Gebruik de SPF wanneer u een groot aantal
bladen van originelen faxt. Gebruik de glasplaat om originelen te faxen die niet gescand kunnen worden met de
SPF, zoals dikke of dunne originelen, boeken of andere gebonden originelen.
HET GEBRUIK VAN DE SPF
Open de SPF, zorg ervoor dat er geen
1
origineel is achtergebleven op de
glasplaat en sluit voorzichtig de SPF.
Pas de origineelgeleiders op de
2
origineelinvoerlade aan de breedte
Leg de randen van de pagina’s van het origineel recht en
3
plaats daarna de stapel in de origineelinvoerlade, zodat de
eerste pagina met de voorkant naar boven ligt.
Opmerkingen
van het document aan.
DE ORIGINEELPLAAT GEBRUIKEN
• Plaats de originelen helemaal
in de origineelinvoerlade.
• Zorg ervoor dat de stapel niet
boven de hoogte-indicator
uitsteekt (maximaal 40
bladen, of 30 bladen van 90
2
(24 lbs.) papier, dikte 4
g/m
mm (5/32") of minder).
•
Voer geen originelen in van verschillende
formaten zelfs als de breedte gelijk is. Dit kan
leiden papierstoringen.
•
Gebruik de SPF voor lange originelen. De
glasplaat kan niet worden gebruikt.
•
Wanneer een lang origineel wordt ingevoerd,
dient dit origineel in contact te zijn met de
oppervlakte van de origineelinvoerlade. Wanneer
het origineel niet in contact is met de oppervlakte
van de origineelinvoerlade, is mogelijk het
formaat van het origineel incorrect.
1
Open de SPF en plaats het origineel met de
1
voorkant naar onderen op de glasplaat en
sluit daarna voorzichtig de SPF.
•
Als de automatische uitschakelfunctie
geactiveerd is, drukt u op de [FAX]
toets, wacht tot de machine
teruggekeerd is naar de normale
stand en plaats daarna het origineel.
•
Wanneer u een klein origineel verzendt,
zoals een briefkaart, let er dan op op de
[ORIGINEEL] toets te drukken en het
origineelformaat in te stellen. (Pagina
10)
Plaats het origineel, ongeacht het formaat ervan, in de linkerhoek van de
glasplaat. (Leg de linker bovenhoek van het origineel gelijk met de punt
van hetteken.) Plaats het origineel in de voor het formaat geschikte
positie (zie afbeelding hieronder).
Schaal glasplaat
A5
A4
B4
A3
Schaal glasplaat
R
A4R
Het verschil tussen A4 (8-1/2" x 11") en A4R (8-1/2" x 11"R)
Deze gebruiksaanwijzing gebruikt zowel A4 (8-1/2”x 11”) als A4R (8-1/2”x 11”R) ter aanduiding van papier- en
origineelformaat. De “R” wordt gebruikt om de richting van originelen en papier aan te geven. (“R” wordt ook voor
dot doel ook voor andere formaten gebruikt.)
[Voorbeeld] Verschil tussen de richting van A4 (8-1/2" x 11") formaat en A4R (8-1/2" x 11"R) formaat
A4 (8-1/2" x 11") duidt een origineel als volgt
geplaatst aan:
In verticale afdrukstand
Bovenkant
Bovenkant
A4R (8-1/2" x 11"R) duidt een origineel als volgt
geplaatst aan:
OrigineelinvoerladeGlasplaat
9
HET FORMAAT VAN EEN GEPLAATST
ORIGINEEL CONTROLEREN
Wanneer het geplaatste origineel een standaardformaat* heeft, wordt het
origineelformaat automatisch gedetecteerd (automatische origineeldetectiefunctie) en
weergegeven in de origineeldisplay. Let erop dat het formaat correct wordt
gedetecteerd.
(1) Wanneer een origineel wordt geplaatst, verschijnt er een icoon om de functie
“originelen scannen” aan te geven.
: Eenzijdig scannen in de SPF.
: Scannen op de glasplaat
: Tweezijdig scannen in de RSPF.
(2) Het origineelformaat wordt weergegeven.
Als u een niet-standaard origineelformaat hebt geplaatst of het scanformaat wilt wijzigen, kunt u de onderstaande
stappen volgen om handmatig het scanformaat van het origineel in te stellen.
Opmerking
*Standaard papierformaten
De volgende formaten zijn standaard: A3, B4, A4, A4R, A5 (11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R,
5-1/2" x 8-1/2", als de machine papierformaten in inch gebruikt). Als er een niet-standaardformaat is geladen
(inclusief speciale formaten), kan het dichtstbijzijnde standaardformaat worden weergegeven of helemaal geen
origineelformaat worden weergegeven.
Gereed 100%
MA 10 MEI 10:25
GEHEUGEN
AUTO
CONTRAST
A4R
AUTO
STANDAARD
(2)(1)
10
RESOLUTIE- EN BELICHTINGINSTELLINGEN SELECTEREN
BELICHTING
PAPIER-
FORMAAT
KOPIEER-
FACTOR
AUTO IM
KLEUR MODUS
PROGRAM
FORMA
BROADC
RESOLUTIE
ADRES
GH
PQR
2-ZIJDIGE
KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
GHI
OK
TERUG
De resolutie en belichting kunnen aangepast worden aan formaat en lichtsterkte van de tekst op het origineel, of voor het origineel, bijvoorbeeld een foto.
Als u de instellingen wilt wijzigen, volgt u de stappen hieronder nadat u faxfunctie geselecteerd en het origineel geplaatst hebt. (Pagina 9)
Druk op de [RESOLUTIE] toets.
1
RESOLUTIE
STANDAARD
FIJN
SUPER FIJN
Het resolutieselectiescherm
verschijnt.
Selecteer de resolutie met de [] of
2
[] toets.
AUTO
RESOLUTIE
STANDAARD
FIJN
SUPER FIJN
De geselecteerde resolutie
wordt gemarkeerd.
Gebruik deze instelling voor originelen met
STANDAARD
FIJN
SUPER FIJN
ULTRAFIJN
een tekst in normaal formaat (zoals de tekst
in deze gebruiksaanwijzing).
Gebruik deze instelling voor originelen met
kleine letters of gedetailleerde tekeningen.
Het origineel wordt gescand in tweemaal de
standaardresolutie.
Gebruik deze instelling voor originelen met
complexe tekeningen of diagrammen. Er
wordt een afbeelding verkregen van betere
kwaliteit dan met de fijnafstelling.
Gebruik deze instelling voor originelen met
complexe tekeningen of diagrammen.
Deze instelling geeft de beste
beeldkwaliteit. De verzending duurt echter
langer dan met de andere instellingen.
AUTO
Druk op de [OK] toets.
3
U keert terug naar een
basisscherm en de
geselecteerde resolutie
verschijnt in de resolutiedisplay.
Selecteer de gewenste belichting met
4
de [] of [] toets.
RESOLUTIE
STANDAARD
FIJN
SUPER FIJN
• Als u een lichtinstelling wilt selecteren voor een
donker origineel, zoals bijv. een krant, drukt u op de
[] toets om de instelling te verplaatsen naar ( ).
•
Als u een donkerinstelling wilt selecteren voor een licht
origineel, zoals bijv. een met potlood geschreven tekst of een
tekst in vage kleuren, drukt u op de [] toets om de instelling
te verplaatsen naar ( ).
• Wanneer de belichtinginstelling de linker- of
rechterkant bereikt, zal drukken op de [] of []
toets de belichtingdisplay wijzigen van de 5-stap
display naar "AUTO".
Druk op de [OK] toets.
5
OK
U keert terug naar een basisscherm
en de geselecteerde belichting
verschijnt in de belichtingdisplay.
1
(FIJN/HALF
TOON)
(FIJN/HALFTO
ON)
(U-FIJN/HALFT
OON)
Als u daarna de belichting instelt, drukt u op de [] of
[] toets en gaat u naar stap 4.
Gebruik halftoon als uw origineel een foto is
of kleurgradaties heeft (zoals een origineel
in kleur) Deze instelling geeft een helderder
beeld dan “FIJN”, SUPERFIJN” of
"ULTRAFIJN” alleen.
Als halftoon geselecteerd wordt, duurt
verzending langer.
RESOLUTIE
STANDAARD
FIJN
SUPER FIJN
Wanneer de [] of [] toets wordt ingedrukt, wijzigt
de belichtingdisplay van "AUTO" in een 5-stap display.
Opmerkingen
•
De standaardinstelling voor de resolutie is
"STANDAARD" en de standaard
belichtinginstelling is “AUTO”. De
standaardinstelling voor resolutie en belichting
kan gewijzigd worden met de
key-operatorprogramma’s. (Zie "RES. CON. SET"
op pagina 100.) Als u de glasplaat gebruikt om
meerdere pagina’s van originelen te scannen, kan
de belichtinginstelling telkens wanneer u pagina’s
verandert aangepast worden. Wanneer u de SPF
gebruikt, kunt u de resolutie- en
belichtinginstellingen niet meer wijzigen nadat het
scannen begonnen is.
•
Zelfs als u een faxbericht verzendt met een hoge
resolutie-instelling, zoals “FIJN”, “SUPERFIJN” of
"ULTRAFIJN” kan het zijn dat ontvangende
faxmachines het faxbericht bij een lagere
resolutie afdrukken.
•
Druk op de [CA] toets om de resolutie- of
belichtingselectie te annuleren.
11
HANDIGE KIESMETHODEN (AUTOMATISCH KIEZEN)
2627282930
3132333435
3637383940
ABCDE
FGH I J
KLMNO
VWXYZSP
OPNIEUW KIEZEN/PAUZE
VERKORT KIEZEN
SYMBOOL
COMMUNICATIE INSTELLING
SPATIE/–
2627282930
3132333435
3637383940
ABCDE
FGH I J
KLMNO
4647484950
UVWXYZ
SPEAKER
SHIFT
OPNIEUW KIEZEN/PAUZE
VERKORT KIEZEN
SYMBOOL
COMMUN
SP
464748
UVW
SPEAKER
SHIFT
OPNIEUW KIEZEN/PAUZE
VERKO
SY
Bij de faxfunctie zit ook een handige functie “automatisch nummer kiezen” (snel kiezen, verkort nummer kiezen en groepsnummer
kiezen) Door vaak gekozen nummers te programmeren, kunt u bellen en faxen versturen naar deze bestemmingen door middel van een
eenvoudige kieshandeling (pagina 15). Er zijn drie verschillende typen automatisch nummer kiezen: Snel kiezen, verkort nummer kiezen
en groepsnummer kiezen. Voor het programmeren van automatische kiesnummers, zie pagina 62.
•
Snel kiezen
Een opgeslagen bestemming kan gekozen worden door eenvoudig te
drukken op een snelkiestoets ([01] tot [05]). Er kan voor de bestemming
een naam van maximaal 36 letters lengte ingeprogrammeerd worden
(maximaal 12 letters worden weergegeven).
Wanneer u “F-code verzenden” gebruikt, kunnen ook een subadres en
een wachtwoord (pagina 26) ingeprogrammeerd worden .
•
Verkort nummer kiezen (300 stations)
U kunt een opgeslagen bestemming kiezen door op de [VERKORT
KIEZEN] toets te drukken, waarbij u een 3-cijferig nummer (000 tot 299)
moet invoeren en op de [START] toets () moet drukken. Er kan voor
elke bestemming een naam (maximaal 36 letters) opgeslagen worden.
Wanneer u “F-code verzenden” gebruikt, kunnen ook een subadres en
een wachtwoord (pagina 26) ingeprogrammeerd worden .
•
Groepsnummer kiezen
Meervoudige bestemmingen voor Snelkiezen en/of Verkort kiezen
kunnen worden opgeslagen in een Snelkiestoets voor Groepsnummer
kiezen. Er kunnen ook bestemmingen opgeslagen worden voor
“groepsnummer kiezen” door faxnummers met cijfertoetsen in te
voeren. Dit is handig voor de communicatie met een groep andere
faxmachines.
De geprogrammeerde
gebruikersnamen verschijnen.
Het invoerscherm “verkort
nummer kiezen” verschijnt.
De geprogrammeerde
groepsnamen verschijnen.
XXXXXX
1234567890
GEHEUGEN
CONTRAST
AUTO
AUTO
A4R
STANDAARD
Invoer verkortnr
VERKORT:
CONTRAST
___ (000-299)
GEHEUGEN
AUTO
AUTO
A4R
STANDAARD
XXXXXX
:0123456789
MULTI VERZENDEN
AUTO
CONTRAST
A4R
STANDAARD
HERHALEN
•
De machine onthoudt het laatst gekozen fax- of telefoonnummer. Dit
nummer kunt u opnieuw kiezen door eenvoudig op de [OPNIEUW
KIEZEN] toets en daarna op de [START] toets () te drukken.
•
Als u een cijfertoets ingedrukt hebt tijdens het vorige
telefoongesprek, is de [OPNIEUW KIEZEN] toets misschien niet het
goede nummer.
•
Opnieuw kiezen is niet mogelijk voor distributieverzending (pagina
ON-HOOK KIEZEN
Deze functie maakt het mogelijk te kiezen zonder de hoorn op te nemen
van een extra telefoon die met de machine verbonden is. Druk op de
[SPEAKER] toets, luister naar de kiestoon via de speaker en kies het
nummer.
•
Wanneer er iemand antwoordt, neemt u de hoorn op van de extra
telefoon om te antwoorden. (U kunt alleen met de ander spreken als
de extra telefoon verbonden is met de machine.)
•
Faxberichten dienen handmatig verzonden te worden wanneer
“on-hook kiezen” gebruikt wordt. (Pagina 24)
•
“On-hook kiezen” is niet mogelijk bij gebruik van een snelkiestoets
met een subadres en wachtwoord of een groepsnummertoets.
Opmerkingen
12
Nummer herhaling
100%
:0123456789
Het laatst gekozen nummer
wordt weergegeven.
HANDMATIG
CONTRAST
STANDAARD
AUTO
A4R
INGEVEN KIES NR.
:
HANDMATIG
CONTRAST
AUTO
STANDAARD
• Er kan in totaal een combinatie van 50 snelkiestoetsen en groepsnummertoetsen en 300 verkorte
kiesbestemmingen opgeslagen worden.
• Opgeslagen snelkiestoetsen, groepsnummertoetsen en verkorte kiesbestemmingen kunnen opgeroepen
worden via het gebruik van een naamzoekactie ingevoerd terwijl de toets of bestemming werd opgeslagen.
(Pagina 16)
• Om te voorkomen dat u een verkeerd nummer kiest en een faxbericht naar een onjuiste bestemming stuurt,
dient u de display tijdens het opslaan zorgvuldig te controleren. U kunt ook opgeslagen nummers controleren
door de geprogrammeerde informatie af te drukken nadat het nummer opgeslagen is (pagina 63).
AUTO
AUTO
BASISHANDELINGEN
KOPIEËN
LINE
DATA
SCANNEN
FAX
BEL
SCANNEN
FAX
KLEU
PR
AUTO IMAGE
UITVOER
2-ZIJDIGE
KOPIE
SPEC
FORMAAT
BROADCAST
ES
ORIGINEEL
DUBBELZ.
SCANNEN
BELICHTING
PAPIER-
FORMAAT
KOPIEER-
FACTOR
AUTO IM
KLEUR MODUS
PROGRAM
FORMA
BROADC
RESOLUTIE
ADRES
ABCDEF
JKLGHIMNO
TUVPQRSWXYZ
@.-
_
ACC. #-C
READ-END
OK
2
In dit hoofdstuk worden de basisprocedures voor de verzending en ontvangst van faxberichten besproken.
Er zijn drie basismethoden voor faxverzending: geheugen verzending, directe verzending en handmatige verzending. Wanneer
het verzenden van geheugen gebruikt wordt, wordt het document tijdelijk opgeslagen in het geheugen voordat het verzonden
wordt. Wanneer “directe verzending” of “handmatige verzending” gebruikt wordt, wordt het origineel verzonden zonder in het
geheugen opgeslagen te worden. De standaard verzendinstelling kan ingesteld worden op "GEHEUGEN TX" of "DIRECT TX"
door middel van "SEND MODE" (pagina 101) in de key-operatorprogramma’s. Voor handmatig overschakelen tussen
"GEHEUGEN TX" en "DIRECT TX", gebruikt u de [COMMUNICATIE INSTELLING] toets. (Zie "Faxen door directe verzending"
(Faxing by direct transmission) op pagina 23 van de Engelse gebruiksaanwijzing.)
De volgende uitleg gaat er in principe van uit dat “geheugen verzending” gebruikt wordt.
FAXBERICHT VERZENDEN
BASISPROCEDURE VOOR FAXBERICHTEN VERZENDEN
Zorg dat het apparaat in faxmodus
1
staat.
De FAX-indicator brandt, wanneer de
machine in faxmodus staat. Druk op
de [FAX] toets, wanneer de indicator
niet brandt. Wanneer de
controlemodus voor de faxfunctie in
de key-operatorprogramma’s
ingeschakeld is, verschijnt er een melding dat u uw
accountnummer moet invoeren wanneer u overschakelt naar de
faxmodus. Voer uw accountnummer (5 cijfers) met de
cijfertoetsen in. (Zie "ACCOUNT CONTROL" op pagina 98.)
Plaats het origineel (of originelen) in de
2
origineelinvoerlade of op de origineelplaat.
• Met gebruikmaking van de SPF pagina 9
• Met gebruikmaking van de glasplaat: pagina 9
Wanneer u de glasplaat gebruikt om meerdere pagina’s te
verzenden, plaatst u de eerste pagina eerst.
Opmerking
Controleer het formaat van het origineel. Als
3
U kunt geen originelen zowel in de SPF als
op de glasplaat plaatsen en ze beide in een
enkele faxoverdracht versturen.
het origineel geen standaard formaat heeft of
het formaat niet correct gedetecteerd is,
drukt u op de [ORIGINEEL] toets
Wanneer de [ORIGINEEL] toets ingedrukt wordt,
verschijnt het scherm “papierformaat selecteren”. Zie
"RESOLUTIE- EN BELICHTINGINSTELLINGEN
SELECTEREN" op pagina 11 om het origineelformaat
in te stellen
Indien nodig past u de resolutie- en
4
belichtinginstellingen aan. (Pagina 11)
RESOLUTIE
STANDAARD
FIJN
SUPER FIJN
Om de resolutie- en belichtinginstellingen aan te
passen, drukt u op de [RESOLUTIE] toets. (Zie
"RESOLUTIE- EN BELICHTINGINSTELLINGEN
SELECTEREN" op pagina 11.)
Kies het faxnummer.
5
AUTO
Gereed 100%
:0123456789
GEHEUGEN
AUTO
CONTRAST
A4R
AUTO
STANDAARD
ORIGINEELFORMAAT
AB
AUTO
A4
A4R
• Het ingevoerde nummer verschijnt in de display. U
kunt maximaal 50 cijfers invoeren. Druk op de [C]
toets wanneer u een ongeldig nummer hebt
ingevoerd en voer vervolgens het juiste nummer in.
• U kunt ook “herhalen” en “automatisch kiezen”
gebruiken (pagina’s 12, 15).
13
BASISHANDELINGEN
WXYZ
@.-
_
EINDE LEZEN XX%
No.001 P-XXX
GEHEUGEN
AUTO
CONTRAST
A4R
STANDAARD
AUTO
WXYZ
@.-
_
@.-
_
READ-END
Met gebruikmaking van de SPF
Druk op de [START] toets().
6
LEZEN XX%
No.001 P-XXX
GEHEUGEN
CONTRAST
AUTO
AUTO
A4R
STANDAARD
• Het scannen begint.
• Indien de lijn vrij is, zal de machine het nummer van
het ontvangende apparaat kiezen en met verzenden
beginnen, zodra de eerste pagina gescand is.
(Snelle online verzending: pagina 18)
• Wanneer er van te voren een opdracht opgeslagen
is, een opdracht op dit moment verzonden wordt of
de lijn bezet is, worden alle pagina’s van het
origineel in het geheugen gescand en opgeslagen
als een verzendopdracht. (Dit heet “geheugen
verzending”: de bestemming wordt automatisch
gebeld en het document wordt verzonden, nadat
eerder opgeslagen opdrachten verstuurd zijn.)
Indien het scannen
voltooid is, verschijnt
korte tijd het volgende
scherm en daarna keert
de display terug naar het
basisscherm.
De origineelplaat gebruiken
Druk op de [START] toets().
6
LEZEN XX%
No.001 P-XXX
GEHEUGEN
CONTRAST
AUTO
AUTO
A4R
STANDAARD
Het scannen begint.
Wanneer u een andere pagina wilt
7
scannen, wijzigt u pagina’s en drukt
op de [START] toets ().
[START]: VERDER
[#]:EINDE LEZEN
GEHEUGEN
AUTO
CONTRAST
A4R
AUTO
STANDAARD
•
Herhaal deze procedure totdat alle pagina’s zijn gescand.
•
U kunt de resolutie- en belichtinginstellingen zonodig voor
iedere pagina 11 veranderen.
•
Wanneer gedurende een minuut geen actie wordt
ondernomen (de [START] toets () wordt niet ingedrukt),
wordt het scannen automatisch beëindigd en de
verzendopdracht opgeslagen. (Deze functie kan worden
uitgeschakeld met de key-operatorprogramma’s).
•
Opmerkingen
14
Het verzenden annuleren
Als u het verzenden wilt annuleren, terwijl "LEZEN" verschijnt of voordat de toets is ingedrukt, drukt u op de [C] of
[CA] toets. Als u een verzendopdracht wilt annuleren die al opgeslagen is, drukt u op de [FAX STATUS] toets en
annuleert u de opdracht zoals aangegeven op pagina 19.
•
Een opdrachtnummer (3 cijfers) verschijnt in de display met “EINDE LEZEN” wanneer “geheugen verzending” wordt
uitgevoerd. Als u een aantekening maakt van dit nummer, nadat een distributieverzending is uitgevoerd, kunt u het
nummer gebruiken om de resultaten van het verzenden in transactierapport of activiteitenrapport te controleren.
•
Als de stroom uitgeschakeld is of er een stroomonderbreking is opgetreden, terwijl er een origineel gescand wordt in
de SPF, stopt de machine en loopt het origineel vast. nadat de stroom weer terug is, verwijdert u het origineel zoals
uitgelegd in “
Nadat de laatste pagina gescand is, drukt u op
8
de [EINDE LEZEN] toets ().
EINDE LEZEN XX%
No.001 P-XXX
GEHEUGEN
CONTRAST
AUTO
AUTO
A4R
STANDAARD
Open de SPF en verwijder het origineel. Wanneer het origineel
verwijderd is of een toetsbediening is uitgevoerd, keert de
display terug naar het basisscherm. (De bestemming wordt
automatisch gebeld en het document wordt verzonden nadat
eerder opgeslagen opdrachten verstuurd zijn.)
BASISHANDELINGEN
2627282930
3132333435
3637383940
ABCDE
FGH I J
KLMNO
2627282930
3132333435
3637383940
ABCDE
FGH I J
KLMNO
VWXYZSP
OPNIEUW KIEZEN/PAUZE
VERKORT KIEZEN
SYMBOOL
COMMUNICATIE INSTELLING
SPATIE/–
ABCDEF
JKLGHIMNO
TUVPQRSWXYZ
@.-
_
ACC. #-C
READ-END
OK
VERZENDEN VIA AUTOMATISCH KIEZEN (SNEL
KIEZEN EN GROEPSNUMMER KIEZEN)
Faxnummers kunnen automatisch gekozen worden (Snel kiezen en groepsnummer kiezen) in plaats van op de cijfertoetsen te drukken.
Volg de stappen hieronder voor verzending van een faxbericht via een automatisch kiesnummer. Als u een automatisch kiesnummer wilt
gebruiken, dienen naam en faxnummer van de bestemming eerst opgeslagen te worden. Zie pagina 12 voor informatie over automatisch
kiezen en pagina 62 voor informatie over programmeren van automatische kiesbestemmingen.
Volg de stappen 1 tot 4 van
1
"BASISPROCEDURE VOOR FAXBERICHTEN
VERZENDEN" (zie pagina 13).
Druk op de snelkiestoets of groepsnummertoets
2
van de gewenste bestemming.
XXXXXX
De geprogrammeerde naam van de groep wordt weergegeven
door op de groepsnummertoets te drukken.
XXXXXX
:0123456789
MULTI VERZENDEN
AUTO
CONTRAST
A4R
STANDAARD
1234567890
Ga verder vanaf stap 6 van
GEHEUGEN
CONTRAST
AUTO
AUTO
A4R
STANDAARD
De geprogrammeerde naam van de bestemming wordt
weergegeven door op de snelkiestoets te drukken.
3
"BASISPROCEDURE VOOR FAXBERICHTEN
VERZENDEN" (pagina 13).
Wanneer een origineel geplaatst wordt, begint
het scannen van het origineel automatisch
zonder dat u op de [START] toets hoeft te
drukken in stap 6 op pagina 14.
FAXBERICHT VERZENDEN VIA VERKORT NUMMER KIEZEN
Naast snel kiezen en groepsnummer kiezen, kunt u ook faxberichten versturen door op de [VERKORT] toets te drukken en een 3-cijferig “verkort kiezen”
nummer in te voeren. Volg de stappen hieronder voor verzenden van een faxbericht via verkort kiezen. Het 3-cijferige “verkort kiezen” nummer wordt
ingevoerd via de cijfertoetsen, wanneer het ingeprogrammeerd is. (Zie "OPSLAAN, BEWERKEN EN WISSEN VAN AUTOMATISCHE KIESNUMMERS EN
PROGRAMMA'S" (STORING, EDITING, AND DELETING AUTO DIAL NUMBERS AND PROGRAMS) op pagina 62.)
.
Volg de stappen 1 tot 4 van
1
"BASISPROCEDURE VOOR FAXBERICHTEN
VERZENDEN" (zie pagina 13).
Druk op de [VERKORT] toets.
2
Invoer verkortnr
___
(000-299)
GEHEUGEN
AUTO
A4R
Het invoerscherm
“verkort nummer kiezen”
verschijnt.
VERKORT:
CONTRAST
STANDAARD
AUTO
Voer het 3-cijferige “verkort kiezen”
3
nummer in via de cijfertoetsen.
•
Voer het 3-cijferige verkort kiezen
nummer in, wanneer het verkort kiezen
nummer ingeprogrammeerd is. (Zie stap
7 van "Storing Rapid keys and speed
Dial numbers" op pagina 63.)
•
Druk op de [C] toets wanneer u een
ongeldig nummer hebt ingevoerd en voer vervolgens het juiste nummer
in. Druk op de [C] toets wanneer u een 3-cijferig nummer invoert dat
niet ingeprogrammeerd is en voer vervolgens het juiste nummer in. Als
u het “verkort kiezen” nummer niet weet, drukt u de “VERK.KIES LIJST”
af. (Zie "PRINTLIJSTEN VAN GEPROGRAMMEERDE INFORMATIE,
INSTELLINGEN EN COMMUNICATIEACTIVITEIT" (PRINTING LISTS
OF PROGRAMMED INFORMATION, SETTINGS, AND
COMMUNICATION ACTIVITY) op pagina 63.)
2
Opmerkingen
Ga verder vanaf stap 6 van
4
"BASISPROCEDURE VOOR FAXBERICHTEN
VERZENDEN" (pagina 13).
•
Het verzenden annuleren
Als u het verzenden wilt annuleren, terwijl "LEZEN" verschijnt of voordat de toets is ingedrukt, drukt u op de [C] of [CA]
toets. Als u een verzendopdracht die al opgeslagen is wilt annuleren, drukt u op de [FAX STATUS] toets en annuleert u de
opdracht zoals aangegeven op pagina 19.
•
Een opdrachtnummer (3 cijfers) verschijnt in de display met “STOP LEZEN” wanneer verzenden wordt uitgevoerd. Als u
een aantekening maakt van dit nummer, nadat een distributieverzending is uitgevoerd, kunt u het nummer gebruiken om de
resultaten van het verzenden in transactierapport of activiteitenrapport te controleren.
15
BASISHANDELINGEN
PAPIER-
FORMAAT
KOPIEER-
FACTOR
AUTO IMAGE
UITVO
FORMAAT
BROADCAST
RESOLUTIE
ADRESORIGIN
2627282930
3132333435
3637383940
ABCDE
FGH I J
KLMNO
GHI
OK
TERUG
GH
PQR
KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
OK
ZOEKEN NAAR EEN GEPROGRAMMEERDE
BESTEMMING (MET DE [ADRES] TOETS)
Tijdens het kiezen kunt u letters invoeren om een bestemming te zoeken die is opgeslagen in de snelkiestoets,
“verkort kiezen” nummer of groepsnummertoets.
Volg de stappen 1 tot 4 van
1
"BASISPROCEDURE VOOR FAXBERICHTEN
VERZENDEN" (zie pagina 13).
Druk op de [ADRES] toets.
2
ZOEK WOORD
Het invoerscherm “letter
zoeken” verschijnt.
Voer de letters in met de lettertoetsen
3
(paginapallet) (u kunt ook invoer van
letters overslaan en direct naar de
volgende stap gaan, dan verschijnt de
eerste bestemming in de adreslijst).
ZOEK WOORD
A
ABC
Selecteer de gewenste bestemming
5
met de [] of [] toets.
ADRES
Johnson
Parker
Stevens
[#]:LIJST DETAIL
•D
e zoekresultaten verschijnen in onderstaande volgorde:
hoofdletters, kleine letters, speciale tekens en getallen.
•
Indien niet alle letters van de bestemmingsnaam verschijnen,
drukt u op de toets om de volledige naam weer te geven.
Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar het
oorspronkelijke scherm.
Druk op de [OK] toets.
6
De geselecteerde bestemming
wordt ingevoerd.
ABC
[OK]:ZOEKEN
U kunt maximaal 10 van de volgende soorten letters
invoeren.
Hoofdletters, kleine letters, getallen, speciale tekens
(Zie "KARAKTERS INVOEREN" op pagina 31.)
Voer de nummers in met de cijfertoetsen.
Druk op de [OK] toets.
4
ADRES
Johnson
Parker
Stevens
De adreslijst verschijnt.
[#]:LIJST DETAIL
Ga verder vanaf stap 6 van
7
"BASISPROCEDURE VOOR
FAXBERICHTEN VERZENDEN"
(pagina 13).
Opmerkingen
• Het verzenden annuleren
Als u het verzenden wilt annuleren, terwijl
"LEZEN" verschijnt of voordat de toets
is ingedrukt, drukt u op de [C] of [CA]
toets. Als u een verzendopdracht wilt
annuleren die al opgeslagen is, drukt u op
de [FAX STATUS] toets en annuleert u de
opdracht zoals aangegeven op pagina 19.
• Een opdrachtnummer (3 cijfers) verschijnt
in de display met “STOP LEZEN” wanneer
verzenden wordt uitgevoerd. Als u een
aantekening maakt van dit nummer, nadat
een distributieverzending is uitgevoerd,
kunt u het nummer gebruiken om de
resultaten van het verzenden in
transactierapport of activiteitenrapport te
controleren.
16
BASISHANDELINGEN
KOPIEËN
LINE
DATA
SCANNEN
FAX
BEL
SCANNEN
FAX
KLEU
PR
AUTO IMAGE
UITVOER
2-ZIJDIGE
KOPIE
SPEC
FORMAAT
BROADCAST
ORIGINEEL
DUBBELZ.
SCANNEN
ORIGINEELFORMAAT
AUTO
A4
A4R
AB
UITVOER
2-ZIJDIGE
KOPIE
SPECIALE FUNC
AAT
ORIGINEEL
DUBBELZ.
SCANNEN
GH
PQR
KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
GHI
OK
TERUG
EEN TWEEZIJDIG ORIGINEEL FAXEN
Volg de stappen hieronder voor automatisch verzenden van beide zijden van een tweezijdig origineel. (Dit is alleen
mogelijk bij modellen met RSPF.)
Opmerking
Gebruik geen origineel dat geen standaardformaat is (A3, B4, A4, A4R, A5, 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R (11" x
17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R, A4, A4R wanneer de machine papierformaten in inch gebruikt)).
Anders kan er een scanfout of beeldafsnijding optreden.
Zorg dat het apparaat in faxmodus
1
staat.
De [FAX] indicator brandt, wanneer
de machine in faxmodus staat. Druk
op de [FAX] toets, wanneer de
indicator niet brandt. Wanneer de
controlemodus voor de faxfunctie in
de key-operatorprogramma’s
ingeschakeld is, verschijnt er een melding dat u uw
accountnummer moet invoeren wanneer u overschakelt naar de
faxmodus. Voer uw accountnummer (5 cijfers) met de
cijfertoetsen in. (Zie "ACCOUNT CONTROL" op pagina 98.)
Plaats origineel/originelen in de origineelinvoerlade.
2
(Zie "HET GEBRUIK VAN DE SPF".)
Controleer het formaat van het origineel.
3
Selecteer “DUBBELZIJDIG” met de
5
[] of [] toets.
DUBBELZ. SCAN
ENKELZIJDIG
DUBBELZIJDIG
Druk op de [OK] toets.
6
Het selectiescherm dubbelzijdig
origineeltype verschijnt.
Selecteer boek of schrijfblok voor dubbelzijdig
7
origineeltype met de [] of [] toets
DUBBELZ. SCAN
BOEK
2
Wanneer de [ORIGINEEL] toets ingedrukt wordt, verschijnt
het scherm “papierformaat selecteren”. Wanneer het origineel
niet correct gedetecteerd is, zie "RESOLUTIE- EN
BELICHTINGINSTELLINGEN SELECTEREN" (pagina 11)
en stel het correcte origineelformaat in.
Druk op de [DUBBELZIJDIG] toets.
4
Het selectiescherm
dubbelzijdige functie verschijnt.
•
Opmerkingen
Boekjes en schrijfblokken
Tweezijdige originelen die aan de zijkant gebonden zijn, heten boekjes, en tweezijdige originelen die
gebonden zijn aan de bovenkant, heten schrijfblokken.
•
Dubbelzijdig scannen wordt geannuleerd wanneer de verzending is voltooid of de [CA] toets wordt ingedrukt.
•
Dubbelzijdig scannen van tweezijdige originelen is alleen mogelijk wanneer de RSPF gebruikt wordt.
Automatisch scannen van twee zijden van een origineel is niet mogelijk wanneer de glasplaat gebruikt wordt.
•
Automatisch scannen van twee zijden van een origineel langer dan A3 (11” x 17”) is niet mogelijk.
•
De afbeelding van de achterkant van het origineel wordt zonodig tijdens de verzending 180 graden gedraaid
en het is dus niet nodig bij de ontvangende machine het blad om te draaien.
•
Als u “dubbelzijdig scannen” wilt annuleren, selecteert u "ENKELZIJDIG" in stap 5 en drukt u op de [OK] toets.
•
Wanneer “dubbelzijdig scannen” is geactiveerd, kan “boekkopie scannen” (pagina 43) niet ingeschakeld worden.
DUBBELZ. SCAN
ENKELZIJDIG
DUBBELZIJDIG
Druk op de [OK] toets.
8
U keert terug naar het basisscherm en het icoon
“dubbelzijdige scanfunctie” verschijnt.
Ga verder vanaf stap 4 van
9
"BASISPROCEDURE VOOR FAXBERICHTEN
VERZENDEN" (pagina 13).
BoekjeSchrijfblok
17
BASISHANDELINGEN
Snel On-line
Wanneer u de SPF gebruikt om een boekkopie document te verzenden en er staan geen van te voren opgeslagen
opdrachten in de wacht of er worden geen opdrachten op dit moment uitgevoerd (en de lijn is niet bezet), kiest de
machine de bestemming, nadat de eerste pagina gescand is, en begint met de verzending van gescande pagina's,
terwijl de resterende pagina's gescand worden. Deze verzendmethode heet “Snel On-line” Wanneer een “snel
on-line” verzending uitgevoerd wordt, verschijnt op de display “LEZEN”- “BELLEN” – “VERBINDING” - “ZENDEN” in
die volgorde totdat het scannen van de resterende voltooid is. Wanneer alle pagina’s zijn gescand, verschijnt “STOP
LEZEN” voordat de meldingen hierboven verschijnen.
Wanneer de ontvangende kant bezet is, verandert de “snel on-line” verzending in een opgeslagen verzendopdracht
(geheugen verzenden) (Zie "Storing transmission jobs (memory transmission)" op pagina 26.)
Wanneer het geheugen vol raakt tijdens een “snel on-line” verzending
Als het geheugen vol raakt tijdens het scannen van de eerste pagina van het origineel, zal de verzending
automatisch worden geannuleerd. Als het geheugen vol raakt tijdens het scannen van de tweede of volgende
pagina, zullen de pagina’s die volledig gescand zijn verzonden worden.
Opmerkingen
De machine is standaard ingesteld (fabrieksinstelling) om “snel on-line” verzending te kunnen uitvoeren. Indien
gewenst kunt u deze functie uitschakelen met de key-operatorprogramma’s. (Zie "QUICK ON LINE TX" op
pagina 101.) Wanneer een origineel wordt verzonden via de volgende methoden, wordt de opdracht in het
geheugen opgeslagen. (“Snel On-line” verzending wordt niet uitgevoerd).
• Een fax versturen van de glasplaat.
• Distributieverzending (pagina 21)
• Timer-verzending (pagina 23)
• F-code verzending (pagina 26) in Hoofdstuk 4)
Als de ontvangende kant bezet is
Wanneer de ontvangende kant bezet is, wordt de verzending tijdelijk geannuleerd en na een korte onderbreking
wordt een nieuwe poging gedaan verbinding te krijgen. (Er worden twee pogingen gedaan met een tussenpoos van
3 minuten.*
Wanneer u niet wilt dat de machine een nieuwe poging onderneemt, drukt u op de [FAX STATUS] toets en
annuleert u de opdracht. (Pagina 29)
*1 De instellingen kunnen worden gewijzigd met de key-operatorprogramma’s). (Zie "HERHAAL INSTEL. (BEZET)"
(RECALL SETTING (BUSY)) op pagina 102.)
1
)
Als er een verzendfout optreedt
Als er zich een fout voordoet waardoor de verzendende of ontvangende machine de oproep niet binnen 45
seconden**
wordt één poging gedaan na een tussenpoos van 1 minuut.*
poging onderneemt, drukt u op de [FAX STATUS] toets en annuleert u de opdracht. (Pagina 29) Deze machine
ondersteunt ook de foutcorrectiemodus (ECM) en wordt automatisch ingesteld om een deel van het faxbericht dat,
wegens storing op de lijn niet overgekomen is, opnieuw te sturen.
*2 De instellingen kunnen worden gewijzigd met de key-operatorprogramma’s. (Zie "TIMEOUT BELLEN IN
AUTOM. TX" (RING TIMEOUT IN AUTO TX) (pagina 103) en "HERH INSTELL. ( FOUT)" (RECALL SET (ERR))
(pagina 102).)
2
beantwoordt, wordt de overdracht gestopt en wordt er later automatisch een nieuwe poging gedaan. Er
2
) Wanneer u niet wilt dat de machine een nieuwe
Beelddraaiing
De machine is standaard ingesteld om een verticaal geplaatst ( ) document 90° zo te draaien, dat het in een
horizontale positie komt () voor verzending (A4 (8-1/2" x 11") originelen worden gedraaid naar A4R (8-1/2" x
11"R) en A5R originelen worden gedraaid naar A5). A4R (8-1/2" x 11"R) originelen en A5 originelen worden niet
gedraaid. Indien gewenst kunt u deze rotatiefunctie uitschakelen met de key-operatorprogramma’s, zoals
beschreven op "ROTATIE TX" (ROTATE TX) (pagina 100).
Opmerking
Plaats originelen van A5 formaat in een verticale positie ( ). Wanneer zij zich in een horizontale positie
bevinden, (A5R draaiing), drukt u op de [ORIGINEEL] toets en specificeert u het correcte origineelformaat
(selecteer "A5R") (Zie "RESOLUTIE- EN BELICHTINGINSTELLINGEN SELECTEREN" op pagina 11.)
18
BASISHANDELINGEN
OK
TERUG
FAX STATUS
DEF
MNO
GHI
OK
TERUG
ANNULEREN VAN FAXVERZENDING
Als u een verzending die aan de gang of opgeslagen is wilt annuleren, volgt u de stappen hieronder. Een
verzendopdracht die aan de gang of opgeslagen is, kan worden geannuleerd vanuit het faxstatusscherm.
(Afdrukken van een ontvangen fax kan niet worden geannuleerd.)
Opmerking
Als u een verzending wilt annuleren, terwijl het origineel gescand wordt, ("LEZEN" verschijnt in de display) of
voordat de toets is ingedrukt ([STOP LEZEN] toets () wanneer u het origineel van de glasplaat scant), kan
de [C] of [CA] toets worden ingedrukt.
Annuleren van faxverzending
Druk op de [FAX STATUS] toets.
1
VERBINDING
0123456789
GEHEUGEN TX
No.XXX
• Wanneer een verzending aan de gang is, wordt de
verzonden opdracht weergegeven.
• Als de weergegeven opdracht niet de opdracht is die
u wilt annuleren, is het waarschijnlijk dat de te
annuleren opdracht een opgeslagen opdracht is in
de wacht staat om verzonden te worden. Druk op de
[TERUG] toets om het faxstatusscherm weer te
geven en volg daarna de procedure in "Cancelling a
stored transmission job" op pagina 29
gebruiksaanwijzin g
Opmerking
om de opdracht te annuleren.
Wanneer er geen verzending aan de gang
is, verschijnt het volgende faxstatusscherm.
FAX STATUS
TX/RX JOBS
TX/RX RESERVE
TX/RX COMPLEET
Druk dan op de [C] toets.
2
OPDRACHT GEWIST
JA
NEE
van de Engelse
Druk op de [OK] toets.
3
De verzending is geannuleerd.
•
Opmerkingen
Als u de verzending niet wilt annuleren, drukt u
op de [] toets in het scherm van stap 2,
selecteert "NEE", en drukt op de [OK] toets.
•
U kunt geannuleerde handelingen controleren
in het activiteitenrapport. "WISSEN" verschijnt
in de "TYPE/OPMERKING" kolom van het
rapport. Aanvullende informatie op de display
tijdens verzending
VERBINDING
(A)
0123456789
(B)
GEHEUGEN TX
(C)(D)
P-XXX No.XXX
(A) Bestemmingsnaam
De naam van de bestemming verschijnt
indien die geprogrammeerd is.
(B) Naam verzendmethode
Bij een “timer-verzending”, verschijnt de
timer-icoon "" aan het begin van de
naam van de verzendmethode.
(C) Huidige aantal verzonden pagina's
Verschijnt tijdens het verzenden.
(D) Documentnummer
Het documentnummer, dat tijdens het
scannen in de geheugenverzendmodus
is toegewezen, verschijnt.
2
Er verschijnt een scherm
waarop u wordt gevraagd
de annulering van de
verzending te bevestigen.
19
FAXBERICHTEN ONTVANGEN
KOPIEËN
LINE
DATA
SCANNEN
FAX
BEL
SCANNEN
FAX
KLEU
PR
Wanneer een andere faxmachine een faxbericht verzendt naar uw machine, gaat uw machine bellen*, ontvangt automatisch het
faxbericht en begint af te drukken. (Dit heet automatische ontvangst).
Als u niet wilt dat ontvangen faxen meteen geprint worden, gebruikt u de printgeheugenfunctie om ontvangen faxberichten in het
geheugen op te slaan en ze op een voor u geschikt tijdstip af te drukken (alle ontvangen faxberichten worden in een keer
afgedrukt). Om deze functie te activeren en ontvangen faxberichten af te drukken, zie "FUNCTIE FAXPRINTGEHEUGEN" (FAX
PRINT HOLD FUNCTION) op pagina 30
van de Engelse gebruiksaanwijzing
.
Opmerkingen
• U kunt een verzendopdracht opslaan, terwijl de faxberichtontvangst aan de gang is. (Zie "Storing transmission
jobs (memory transmission)" op pagina 26.)
• Als u ontvangen faxpagina’s aan beide zijden van het papier wilt afdrukken, activeert u "DUPLEX
RECEPTION" (pagina 105) in de key-operatorprogramma’s.
• Als er geen extra telefoon met de machine verbonden is, gebruikt u automatische ontvangst.
• Om faxberichten te ontvangen moet u zorgen dat er papier in de papierlade ligt. Zie “PAPIER BIJVULLEN” in
de “Gebruiksaanwijzing (algemene informatie en werking van kopieerder)” voor bijvullen van het geschikte
papier. Inkomende faxberichten worden automatisch aangepast aan de positie van het printpapier. Dus het is
niet nodig papier zowel horizontaal () als verticaal ( ) te plaatsen. Wanneer u echter een faxbericht hebt
ontvangen dat kleiner is dan A4 (8-1/2” x 11”), is het voor het afdrukken te gebruiken papierformaat afhankelijk
van de positie (horizontaal of verticaal) van het origineel in de verzendende machine.
FAXBERICHT ONTVANGEN
De machine gaat bellen* en de
1
ontvangst begint automatisch.
De LINE-indicator gaat branden.
*Aantal beltonen
De machine is ingesteld op twee beltonen voordat
de automatische ontvangst begint. U kunt te allen
tijde het aantal beltonen wijzigen van 0 tot 9 in de
key-operatorprogramma’s. (Zie "#OF RINGS AT.
RX" op pagina 104.)
Als het aantal beltonen ingesteld is op 0, ontvangt
de machine de faxberichten zonder te gaan bellen.
Eindigen ontvangst.
2
Opmerking
De documentsorteereenheid heeft een sensor die
detecteert wanneer een lade vol is. Wanneer er
ongeveer 100 bladen in een lade verzameld zijn,
verschijnt een melding in de display en het
afdrukken van faxberichten wordt stopgezet. Als dit
gebeurt, verwijdert u de bladen. Het afdrukken
wordt onmiddellijk hervat.
•
Wanneer de ontvangst eindigt,
geeft de machine een pieptoon.
•
Wanneer de optionele
documentsorteerladekit
geïnstalleerd is, worden
ontvangen faxberichten via de
documentsorteereenheid
uitgevoerd.
Eerdere uitvoer van ontvangen gegevens
Als een faxbericht niet afgedrukt kan worden, omdat het geschikte papier niet meer in de machine zit en er komt vervolgens een
andere fax binnen die wel afgedrukt kan worden, dan wordt de laatste fax afgedrukt voor de fax die niet afgedrukt kan worden.
Dit gebeurt ook wanneer er verschillende faxberichten in het geheugen zitten die niet afgedrukt kunnen worden.
Deze functie kan worden uitgeschakeld met de key-operatorprogramma’s. (Zie "EERDERE AFDRUK" (EARLIER OUTPUT) op
pagina 106.)
LIJN STATUS indicator
Nadat een ontvangen faxbericht afgedrukt wordt, gaat de LIJN STATUS-indicator
knipperen, terwijl de afgedrukte fax op de documentsorteerlade blijft liggen. Wanneer de
fax uit de lade wordt gehaald, stopt de indicator met knipperen. Wanneer de sorteerladekit
niet geïnstalleerd is, gaat de LIJN STATUS-indicator uit, zodra het printen van het
ontvangen faxbericht beëindigd is. De voorwaarden waaronder de indicator knippert en
stopt met knipperen wisselt afhankelijk van de instellingen in de
key-operatorprogramma’s. (Zie "FAX ONTV. LICHT" (FAX RECEPTION LIGHT) op pagina 103.)
Als er een verwijderde fax terugkeert naar de documentsorteerlade, gaat de LIJN
STATUS-indicator niet opnieuw knipperen.
20
Opmerking
GEAVANCEERDE VERZENDMETHODEN
PAPIER-
FORMAAT
COPY
RATIO
AUTO IMAGE
UITVOER
2-ZIJDIGE
KOPIE
FORMAAT
BROADCAST
RESOLUTIE
ADRES
ORIGINEEL
DUBBELZ.
SCANNEN
3
In dit hoofdstuk worden geavanceerde functies besproken die voor specifieke doelen en omstandigheden zijn
ontworpen. Lees de gedeelten die voor u van belang zijn.
HETZELFDE DOCUMENT IN EEN HANDELING NAAR
MEERDERE BESTEMMINGEN ZENDEN
Deze functie wordt gebruikt om een faxbericht naar meerdere bestemmingen te zenden in een enkele handeling.
Het origineel dat verzonden moet worden, wordt gescand in het geheugen en daarna naar de geselecteerde
bestemmingen verzonden. Deze functie is handig voor doeleinden zoals de verspreiding van een rapport aan de
verschillende afdelingen van het bedrijf. U kunt maximaal 200 bestemmingen selecteren. Als verzending naar alle
bestemmingen voltooid is, wordt het document automatisch uit het geheugen gewist.
Opmerkingen
Afzender
• Als u regelmatig distributieverzending gebruikt om faxberichten naar dezelfde groep bestemmingen te
verzenden, is het handig deze bestemmingen in een groep te programmeren. Groepsnummer kiezen is een
automatische kiesfunctie waarbij meerdere bestemmingen (Snelkiestoetsen, Verkorte kiesnummers en
volledige faxnummers ingevoerd met de cijfertoetsen) ingeprogrammeerd zijn in een snelkiestoets. De
procedure voor het programmeren van groepsnummertoetsen wordt beschreven op pagina 62.
• Als er een groepsnummertoets gebruikt wordt om een faxbericht te versturen, wordt de fax verspreid
(verzonden) naar de in de groepsnummertoets geprogrammeerde bestemmingen. Bijvoorbeeld, als vijf
bestemmingen zijn ingeprogrammeerd in een groepsnummertoets en de toets wordt ingedrukt voor
distributieverzending, heeft de distributieverzending vijf bestemmingen.
Ontvangst
(DISTRIBUTIEVERZENDING)
Pieptoon
Bestemming A
(ontvanger)
Selecteer de
distributieverzendfunctie
Het origineel is in
het geheugen gescan
Achtereenvolgens
Pieptoon
Ontvangst
Pieptoon
Ontvangst
Bestemming B
(ontvanger)
Bestemming C
(ontvanger)
)
21
GEAVANCEERDE VERZENDMETHODEN
MAAT
KOPIEER-
FAC TOR
AUTO IMAGE
UITVOER
2-ZIJD
KOP
FORMAAT
BROADCAST
ADRESORIGINEEL
DUBB
SCAN
WXYZ
26272829
31323334
ABC
GHI
OK
TERUG
DISTRIBUTIEVERZENDING GEBRUIKEN
Volg de stappen 1 tot 4 van
1
"BASISPROCEDURE VOOR FAXBERICHTEN
VERZENDEN" (zie pagina 13).
Druk op de [BROADCAST] toets
2
KIES RX STATION
:
Het selectiescherm
bestemmingen verschijnt.
Voer een volledig faxnummer in met
3
de cijfertoetsen of druk op een
automatische kiestoets
(snelkiestoets, verkort kiesnummer of
groepsnummertoets) om de eerste
bestemming te selecteren. (Pagina 15)
Als u een fout wilt wissen tijdens
de invoer van een volledig
nummer met de cijfertoetsen,
drukt u op de [C] toets en wist
één cijfer per keer.
Een met een snelkiestoets, verkort kiesnummer,
groepsnummertoets geselecteerde bestemming wordt
aangegeven met een icoon en een nummer. Als u een
ingevoerd gegeven wilt wissen, drukt u op de [C] toets.
D
ruk op de [OK] toets en selecteer de volgende
4
bestemming door een volledig faxnummer in te
voeren of op een automatische kiestoets te
drukken.
Nadat u een volledig nummer
met de cijfertoetsen hebt
ingevoerd, drukt u op de [OK]
toets om de invoer te voltooien.
Als u op een automatische
kiestoets drukt in stap 3, hoeft u
niet op de [OK] toets te drukken. U kunt onmiddellijk
op een andere automatische kiestoets drukken voor
de volgende bestemming. Herhaal de stappen 3 en 4
om de resterende bestemmingen te selecteren.
Opmerkingen
• Als u een nummer moet wissen waarvan
de invoer al voltooid is door op de [OK]
toets te drukken, gebruikt u de [] of []
toets om het nummer te selecteren en
drukt daarna op de [C] toets.
• Als de geselecteerde bestemmingen het
displaybereik van het meldingscherm
overschrijden, drukt u op de [] of []
toets om door de lijst te scrollen en de
bestemmingen te controleren.
•
Bestemmingen kunnen ook geselecteerd
worden met de adresdirectory en de
[OPNIEUW KIEZEN] toets. Let er echter op
dat de [OPNIEUW KIEZEN] toets alleen
gebruikt kan worden om de eerste
bestemming te selecteren (hij moet gebruikt
worden, voordat andere bestemmingen zijn
geselecteerd).
•
Als u twee groepsnummertoetsen gebruikt die
elk 50 stations tellen, is het totaal aantal
ingevoerde bestemmingen 100.
22
G
a verder vanaf stap 6 van
5
"BASISPROCEDURE VOOR FAXBERICHTEN
VERZENDEN" op pagina 13).
Opmerkingen
Een distributieverzending annuleren
Als u een distributieverzending wilt
annuleren tijdens het selecteren van
bestemmingen, drukt u op de [CA] toets. Als
u een verzending wilt annuleren nadat de
verzendprocedure beëindigd is, volgt u de
procedure in "ANNULEREN VAN
FAXVERZENDING" (pagina 19).
VERZENDING EN ONTVANGST MET DE POLLING FUNCTIE
De andere machineUw machine
2) Hiermee kunt u polling
uitvoeren van.
1) Polling (andere machine
vragen document te
sturen)
4) Documentgegevens worden
automatisch verzonden naar uw
machine
3) Van te voren in het
geheugen gescande
documentgegevens
Met de polling functie kan uw machine een faxmachine bellen die een document klaar voor verzending heeft en de ontvangst van
het document starten. U kunt ook de omgekeerde handeling uitvoeren: een document scannen in het geheugen van uw machine
zo dat een andere machine uw machine kan bellen en de ontvangst van het document kan starten.
De verzendende machine bellen en de verzendende machine vragen een document te faxen wordt “polling” genoemd. Een document in het
geheugen scannen en automatisch verzenden wanneer de ontvangende machine opbelt en uw machine “polt” heet “polling geheugen”.
Deze functie kan alleen gebruikt worden als de andere machine een Super G3 of G3 machine is en de pollingfunctie ondersteunt.
Opmerking
Voor informatie over polling en polling-geheugen met F-codes, zie "HOE F-CODE POLLINGGEHEUGEN WERKT" (HOW F-CODE
POLLING MEMORY WORKS) (pagina 50). Normale polling en geheugen-polling worden in dit hoofdstuk besproken.
Polling
Met deze functie kan uw machine een andere faxmachine bellen en de ontvangst van het document in die machine starten. Een timer-instelling kan ook
worden ingesteld voor een handeling die ’s nachts plaats vindt of op een ander specifiek tijdstip. (Zie “TIMERVERZENDING” op pagina 23)
Groepsnummertoetsen en de distributieverzendfunctie (pagina 21) kunnen worden gebruikt om meerdere faxmachines in een enkele
handeling te pollen (dit heet "seriële polling"). U kunt maximaal 200 machines pollen.
In dit geval wordt de volgorde van de handelingen in het diagram hierboven herhaald voor iedere geselecteerde verzendende machine.
3
Opmerking
De ontvangende machine draagt de kosten (telefoonkosten) van de pollingtransactie.
Polling-geheugen
Met deze functie kan uw machine automatisch een van te voren gescand document verzenden naar het geheugen
wanneer een andere machine opbelt en uw machine polt.
Uw machineDe andere machine
2) Hiermee kunt u
polling uitvoeren van.
1) Polling (verzoek tot
verzending)
4) Documentgegevens
3) Van te voren in het
geheugen gescande
documentgegevens
Opmerking
De machine die om verzending vraagt draagt de kosten (telefoonkosten) van de transactie.
worden automatisch
verzonden naar andere
23
DOORSTUREN VAN ONTVANGEN FAXEN NAAR EEN
2) printen niet mogelijk wegens papier of tonerprobleem
3) “Transport” instructies
5) Afdrukken
1) Faxverzending naar
uw machine
4) Automatisch kiezen en
verzenden naar geprogrammeerde
transportbestemming
Uw machine
Transport bestemming
De andere machine
2-ZIJDIGE
KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
ACC.
DUBBELZ.
SCANNEN
ANDERE MACHINE WANNEER AFDRUKKEN NIET
MOGELIJK IS
Wanneer afdrukken niet mogelijk is, omdat er een probleem is met papier, toner of anderszins, kunt u de ontvangen faxen doorsturen naar een andere
machine, als deze machine correct geprogrammeerd is in uw machine. Deze functie is handig voor het gebruik in een kantoor of andersoortige werkruimte
waar een faxmachine aangesloten is op een andere telefoonlijn. Wanneer een fax ontvangen is, gaat de DATA-indicator boven de [FAX] toets (zie "If
received data cannot be printed" op pagina 29
van de Engelse gebruiksaanwijzing
) knipperen.
(DOORSTUURFUNCTIE)
•
Opmerkingen
Alle ontvangen faxberichten worden doorgestuurd; een bepaald faxbericht kan niet geselecteerd worden voor doorsturen. Een
faxbericht dat u ontvangen hebt in een vertrouwelijke bus (zie "F-CODE VERTROUWELIJKE VERZENDING" op pagina 28) kan
niet worden doorgestuurd.
•
Faxberichten die ontvangen zijn in het geheugen via de functie faxprintgeheugen (pagina 20) worden ook doorgestuurd.
•
Het resultaat van het doorsturen wordt aangeven in het activiteitenrapport (zie "HET COMMUNICATIEACTIVITEITRAPPORT
MET REGELMAIGE TUSSENPOZEN BEKIJKEN (Communicatieactiviteitenrapport)" (VIEWING THE COMMUNICATION
ACTIVITY REPORT AT REGULAR INTERVALS (Communication activity report)) op pagina 88).
DE DOORSTUURFUNCTIE GEBRUIKEN
Het faxnummer van de doorstuurbestemming programmeren
Het aantal doorstuurbestemmingen wordt ingeprogrammeerd in de key-operatorprogramma’s (zie "ONTVANGEN DATA
DOORST. STATION INSTELLEN" (RECEIVED DATA FW. STATION SET) op pagina 105). Er kan slechts een faxnummer
ingeprogrammeerd worden. De doorstuurfunctie kan allen worden gebruikt, als er een nummer ingeprogrammeerd is.
Doorsturen van ontvangen faxberichten.
Zorg dat het apparaat in faxmodus
1
staat.
De FAX-indicator brandt, wanneer de machine in
faxmodus staat. Druk op de FAX-toets, wanneer de
indicator niet brandt.
Druk op de [SPECIALE FUNCTIES]
2
toets.
Druk op de [SPECIALE
FUNCTIES] toets om het
speciale functiemenu weer te
geven.
24
Selecteer “DATA OVERDRACHT” met de []
GH
PQR
KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
GHI
OK
TERUG
DATA OVERDRACHT
:12345678901234
12345678901234
123456789012
TRANSFER
3
of [] toets.
SPECIALE FUNCTIE
AFDRUKKEN
INVOER
DATA OVERDRACHT
Druk op de [OK]-toets.
4
GEAVANCEERDE VERZENDMETHODEN
Selecteer "OVERDRACHT" met de []
5
of [] toets.
Als u het doorsturen wilt annuleren, selecteert u “GEEN OVERDRACHT”.
Druk op de [OK]-toets.
6
OK
begint met doorsturen van de faxen.
•
Opmerkingen
Een doorstuurhandeling annuleren
Druk op de [FAX STATUS] toets en annuleer
daarna het doorsturen op dezelfde manier als een
gewone faxverzending. (Zie "ANNULEREN VAN
FAXVERZENDING" op pagina 19.) De fax(en) die
zou worden doorgestuurd keert terug naar
printstandby-status in uw machine.
•
Als doorsturen niet mogelijk is, omdat de andere
machine bezet is of er een verzendfout optreedt,
worden er herhaalpogingen gedaan volgens de
herhaaltijdinstelling. Als doorsturen na een
vastgesteld aantal herhaalde belpogingen niet
succesvol is, keert de fax(en) terug naar de
printstandby-status in uw machine.
•
Tijdens de doorstuurtransactie worden alle faxen
doorgestuurd die tot dan toe in het geheugen zijn
opgeslagen. Zowel de pagina die bezig was
afgedrukt te worden toen het probleem zich
voordeed, als alle volgende pagina’s worden
doorgestuurd.
•
Nadat een faxbericht is doorgestuurd, worden de
faxgegevens automatisch uit het geheugen gewist.
De machine kiest automatisch het
doorstuurnummer dat geprogrammeerd
is in de key-operatorprogramma’s en
3
25
VERZENDING MET
4
In dit hoofdstuk wordt verzending met F-codes beschreven. Dit is een handige manier om geavanceerde
handelingen uit te voeren zoals relaisdistributieverzending en vertrouwelijke verzending. Lees de gedeelten die voor
u van belang zijn.
F-CODES
COMMUNICATIE TUSSEN MACHINES DIE
F-CODES ONDERSTEUNEN
Deze machine ondersteunt de "F-code" standaard zoals vastgesteld door de ITU-T*.
Handelingen zoals relaisdistributieverzending en vertrouwelijke verzending konden vroeger alleen uitgevoerd
worden met een andere Sharp faxmachine, maar nu is het met F-Code communicatie mogelijk deze handelingen uit
te voeren met faxmachines van andere fabrikanten die F-Code communicatie ondersteunen.
Voordat u de in dit hoofdstuk beschreven functies gebruikt, dient u er zich van te verzekeren dat de andere machine
F-Code communicatie ondersteunt en over dezelfde functies beschikt als uw machine. (Let erop dat de andere
machine andere namen voor bepaalde functies kan gebruiken.)
* De ITU-T is een organisatie van de Verenigde Naties die communicatiestandaards vaststelt. Het is een afdeling van de
Internationale Telecommunicatie Unie (ITU), die mondiale telecommunicatienetwerken en –diensten coördineert.
BOXEN EN SUBADRESSEN/WACHTWOORDEN DIE
VEREIST ZIJN VOOR F-CODE VERZENDING
"Boxen" kunnen gecreëerd worden in het geheugen van faxmachines die F-Code communicatie ondersteunen.
Deze boxen worden gebruikt om ontvangen faxberichten van andere machines en documenten die verzonden
moeten worden na ontvangst van een polling verzoek, op te slaan. U kunt maximaal 30 boxen creëren voor een
verscheidenheid aan doelen en aan elke box kunt u een naam toekennen. Er moet een "subadres" dat de
boxlocatie in het geheugen aangeeft, geprogrammeerd worden, en indien gewenst, kan er ook een wachtwoord
geprogrammeerd worden om de toegang tot de box te controleren. (Er moet een subadres geprogrammeerd
worden, maar een wachtwoord kan ook weggelaten worden.)
GEHEUGEN
0001
SBC CORP.
33211115
3333
Afdelingsmanager
11245
Document
Groep 1
4444
Rapporten
11111111
Openbare Box*
7732123
Afdeling
Productplanning
010
Onderdeelsmanager
123456
7732123
Afdeling
Productplanning
1115
7732123
Afdeling
Productplanning
Subadres (locatie in geheugen)
Selecteer een getal van maximaal 20 cijfers
Boxnaam (gebruikt voor het
beheer van boxen in uw machine)
Selecteer een naam van maximaal
36 letters
Wachtwoord (toets)
Selecteer een getal van maximaal
20 cijfers (Niet vereist)
1115
*De openbare box wordt gebruikt voor gewone geheugen-polling. (Zie "POLLINGGEHEUGEN GEBRUIKEN"
(USING POLLING MEMORY) op pagina 39
van de Engelse gebruiksaanwijzing
.)
26
VERZENDING MET F-CODES
Als er communicatie optreedt waarbij de box betrokken is, dan vindt deze communicatie alleen plaats als subadres en
wachtwoord die door de andere machine verzonden worden overeenkomt met subadres en wachtwoord die voor die box
in uw machine geprogrammeerd zijn. Daarom moet u, om communicatie mogelijk te maken, aan de andere partij subadres
en wachtwoord van de box doorgeven. Evenzo moet u subadres en wachtwoord van die box kennen, als u een fax zendt
naar een box in een andere machine of polling gebruikt om een document van een box op te sporen. (Let op dat
toegekende namen het eenvoudig gemakkelijker maken om de boxen te beheren; u hoeft de andere partij niet de
boxnaam door te geven.) Maar u moet de andere partij subadres en wachtwoord van de box doorgeven.
Deze machine gebruikt de term “subadres” voor de locatie van de geheugenbox en de term "wachtwoord" voor het
wachtwoord dat communicatie mogelijk maakt; andere faxmachines of fabrikanten kunnen echter andere termen
gebruiken. Als u de andere partij om een subadres en wachtwoord vraagt, is het misschien handig naar de
3-letterige alfabetische terminologie te verwijzen die gebruikt wordt door de ITU-T.
Onder F-code handelingen die boxen gebruiken vallen F-code polling-geheugen (pagina 50), F-code vertrouwelijke
verzending (pagina 28), en F-code relaisdistributieverzending (pagina 28).
Er wordt een box gecreëerd per box een naam te programmeren en er kunnen maximaal 10 boxen voor elk type
handeling gecreëerd worden.
De informatie die in iedere box geprogrammeerd is, verschilt enigszins afhankelijk van het type handeling.
Voor informatie over programmeren, bewerken en verwijderen van boxen, zie "PROGRAMMEREN,
BEWERKEN EN WISSEN VAN F-CODE GEHEUGENBOXEN" (PROGRAMMING, EDITING, AND DELETING
F-CODE MEMORY BOXES) op pagina 74.
Nadat u een box geprogrammeerd hebt, moet u de andere partij subadres en wachtwoord van de box doorgeven.
Opmerking
Als u probeert een box te creëren, terwijl er al 10 boxen gecreëerd zijn voor dat type handeling, verschijnt er een
melding en kunt u de box niet creëren. Verwijder alle ongebruikte boxen en creëer een nieuwe box. (Zie
"PROGRAMMEREN, BEWERKEN EN WISSEN VAN F-CODE GEHEUGENBOXEN" (PROGRAMMING, EDITING,
AND DELETING F-CODE MEMORY BOXES) op pagina 74.)
4
27
F-CODE VERTROUWELIJKE VERZENDING
F-Code vertrouwelijke verzending voorziet in een veilige manier om vertrouwelijke faxberichten te verzenden.
Subadres en wachtwoord die in de box geprogrammeerd zijn, begrenzen de ontvangers van het faxbericht dat,
zodra het in de box ontvangen is, alleen kan worden afgedrukt door iemand die het printwachtwoord kent.
Deze functie is handig wanneer u belangrijke documenten verzendt en wilt dat alleen een bepaald persoon deze te
zien krijgt of wanneer verschillende afdelingen eenzelfde faxmachine delen.
SUZUKI
Uw machine
Wanneer gegevens geprint worden
4-1)
Voer printwachtwoord in
(4-cijferig getal)
4-2)
Gegevens worden
alleen afgedrukt
wanneer correct
wachtwoord is ingevoerd.
SUZUKI
De andere machine
1) Documentgegevens worden,
samen met een subadres en wachtwoord,
verzonden naar uw machine.
Subadres
2) Controleer subadres
en wachtwoord
Wachtwoord
Matchen
3) Het faxbericht wordt ontvangen in
de F-code vertrouwelijke box
(ontvangst is toegestaan)
Zoals het diagram hierboven aangeeft, noemt men “faxen ontvangen in de F-code vertrouwelijke geheugenbox van
de machine” F-code vertrouwelijke ontvangst, en “faxen versturen naar de F-code vertrouwelijke geheugenbox van
een andere machine” F-code vertrouwelijke verzending.
Opmerkingen
• Deze machine ondersteunt niet de vorige functie “vertrouwelijke verzending” van Sharp, die geprogrammeerd
faxnummer en ID-code van de verzender gebruikt.
• Zie pagina 74 tot en met 78 voor de procedures voor het creëren, bewerken en verwijderen van F-code
vertrouwelijke geheugenboxen.
• Let erop dat u het printwachtwoord niet vergeet, dat in de F-code vertrouwelijke box geprogrammeerd is. Als u
het wachtwoord vergeten bent, neem dan contact op met uw Sharp dealer.
Voor de uitvoering van F-code vertrouwelijke verzending, dient u, na het faxnummer van de ontvangende machine,
subadres (SUB) en wachtwoord (SID) in te voeren. (Laat het wachtwoord weg wanneer de andere machine geen
wachtwoord gebruikt.)
Als u een fax wilt ontvangen die via F-code vertrouwelijke verzending verstuurt is (dit heet F-code vertrouwelijke
ontvangst), dient u aan de verzendende partij het subadres (SUB) en het wachtwoord (SID) van uw vertrouwelijke
box door te geven. (Laat het wachtwoord weg als dit niet geprogrammeerd is in de box.)
Opmerking
28
Een F-code vertrouwelijke verzending kan in combinatie met de functie distributieverzending (pagina 21) of
timer-verzending (pagina 23) gebruikt worden en kan als programma worden opgeslagen (pagina 72).
HANDIGE
Opmerkingen
5
In dit hoofdstuk worden de handige functies beschreven die u kunt gebruiken als u een fax stuurt, een extra telefoon
en andere functies aansluit die een breder gebruik van de faxmachine mogelijk maken. Lees de gedeelten die voor
u van belang zijn.
GEBRUIKSMETHODEN
EEN EXTRA TELEFOON AANSLUITEN
U kunt een telefoon met de machine verbinden en deze als extra telefoon gebruiken om gesprekken te voeren en te
ontvangen, zoals een normale telefoon. Faxontvangst kan ook geactiveerd worden van een extra telefoon die met
de machine verbonden is. (Bediening op afstand)
Opmerking
EEN EXTRA TELEFOON GEBRUIKEN
Een extra telefoon gebruiken voor gesprekken
Een extra telefoon verbonden met de machine kan gebruikt worden om telefoongesprekken te voeren en te
ontvangen, zoals via een normale telefoon.
Als u een gecombineerd telefoon/antwoordapparaat met de machine verbindt, kunt u het antwoordapparaat niet
gebruiken.
• Als de faxontvangstmodus ingesteld is op automatische ontvangst, moet u voor de beantwoording de hoorn
optillen, voordat de machine automatisch antwoordt. De machine is standaard ingesteld op beantwoording na
twee beltonen. U kunt het aantal beltonen wijzigen van 0 tot 9 in de key-operatorprogramma’s. (Zie "AANT.
BEL SIG.RX" (#OF RINGS AT. RX) op pagina 104.)
• Als u geen kiestoon hoort wanneer u de extra telefoon opneemt, betekent dat dat de machine een fax verstuurt
of ontvangt. Leg de hoorn terug.
29
PROGRAMMEREN
2-ZIJDIGE
KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
ACC.
DUBBELZ.
SCANNEN
GH
PQR
KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
GHI
OK
TERUG
6
PRINTLIJSTEN VAN GEPROGRAMMERDE INFORMATIE,
INSTELLINGEN EN COMMUNICATIEACTIVITEIT
U kunt lijsten afdrukken die geprogrammeerde informatie, instellingen en communicatieactiviteit weergeven.
U kunt de onderstaande lijsten afdrukken.
• ACTIV. JOURNAL:
Dit rapport geeft informatie over de meest recente verzendingen en ontvangsten, met inbegrip van informatie over
communicatietijd en de andere partij.
• TIMER LIJST:
Deze lijst geeft de timerverzendingen en herhaalopdrachten.
• GEH. POLLING LIJST:
Deze lijst geeft informatie over de documenten en instellingen die voor geheugen-polling en F-code
geheugen-polling zijn opgeslagen.
• SNELKIES LIJST:
Deze lijst geeft de informatie die is opgeslagen in iedere geprogrammeerde snelkiestoets.
• VERK. KIES LIJST:
Deze lijst geeft de informatie die is opgeslagen in ieder geprogrammeerde “Verkort kiesnummer”.
• GROEP LIJST:
Deze lijst geeft de informatie die is opgeslagen in iedere geprogrammeerde groepsnummertoets.
• TELEFOON NR. LIJST:
Deze lijst geeft de bestemmingen opgeslagen in de automatische kiesnummers in volgorde van hun zoekletters.
•PROGRAMMA LIJST:
Deze lijst geeft de inhoud van elk opgeslagen programma.
• S.A. LIJST:
Deze lijst geeft subadressen en wachtwoorden die geprogrammeerd zijn voor F-code communicatie.
(Let op: printwachtwoorden staan niet in de lijst.)
• VERTR. RX LIJST:
Deze lijst geeft zowel de vertrouwelijke boxnummers, waarin vertrouwelijke faxberichten zijn ontvangen als het
aantal ontvangen pagina's.
In Faxmodus, druk op de [SPECIALE
1
FUNCTIES] toets.
Begin de volgende procedure van het basisscherm
van de Faxmodus.
Wanneer de [SPECIALE FUNCTIE]
toets ingedrukt wordt, verschijnt het
scherm “functie selecteren”.
(Als u de faxmodus wilt selecteren,
zie stap 1 op pagina 13.)
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u letters voor namen van verkorte kiesnummers, snelkiesnummers, groepsnummertoetsen, maar
ook accountnamen, programmanamen en zoekletters voor de adreslijst, kunt invoeren en bewerken.
LETTERS DIE KUNNEN WORDEN INGEVOERD
Letters die voor namen kunnen worden ingevoerd
De onderstaande letters kunnen worden ingevoerd:
• U kunt voor een naam maximaal 36 letters invoeren.
Voor een accountnaam of afzendersnaam kunt u echter maximaal 18 letters invoeren.
• Hoofdletters, kleine letters, getallen, speciale letters en tekens.
Letters die als zoekletters kunnen worden gebruikt
De onderstaande letters kunnen worden gebruikt:
• U kunt voor zoekletters maximaal 10 letters invoeren.
• Hoofdletters, kleine letters, getallen, speciale letters
Opmerkingen
• Zoekletters zijn gewoonlijk de eerste 10 letters van een naam die voor een bestemming ingevoerd is.
•
Zoekletters worden gebruikt wanneer er automatische kiestoetsen en –nummers opgeslagen en gebruikt worden.
• Wanneer een bestemmingsnaam een teken bevat, kan dit niet als zoekletter opgeslagen worden.
• Zoekletters kunnen worden bewerkt.
OVERSCHAKELEN NAAR DE INVOERMODUS
Open de “verkort kiezen” overlay om de alfabetische karakters in te voeren.
Wanneer de “verkorte kiestoets” overlay open staat
Wanneer de “verkorte kiestoets” overlay open staat, kunnen er letters worden ingevoerd. Druk op de [SHIFT] toets
om te wisselen tussen hoofdletters en kleine letters.
2627282930
ABCDE
3132333435
FGH I J
3637383940
KLMNO
4142434445
PQRTS
4647484950
UVWXYZSP
SPEAKER
OPNIEUW KIEZEN/PAUZE VERKORT KIEZEND
SHIFT
COMMUNICATIE INSTELLING
SYMBOOL
SPATIE/–
6
Wanneer de “verkorte kiestoets” overlay gesloten wordt
Bij het sluiten van de “verkorte kiestoets” overlay worden de letters, die tot dan toe ingevoerd zijn, opgeslagen.
31
PROBLEEMOPLOSSING
7
Dit hoofdstuk bevat informatie die u helpt efficiënt gebruik te maken van de faxfuncties van de machine, met inbegrip
van oplossingen voor veel voorkomende problemen.
INFORMATIE VERSCHIJNT IN DE
TYP/NOOT KOLOM
Informatie zoals transactietype en fouttype verschijnt in de TYP/NOOT kolom van het Transactierapport of
Activiteitenrapport (pagina 88). De volgende aantekeningen kunnen verschijnen.
VerzendresultaatUitleg
OKEVerzending is succesvol uitgevoerd.
BEZETVerzending is niet succesvol uitgevoerd, omdat de lijn bezet was.
STOPEen verzending die aan de gang was of opgeslagen was, is geannuleerd.
S. STORINGDe stroom stond uit of er is een stroomonderbreking opgetreden.
GEEN RX POLLOmdat er in de pollingmachine geen eigen faxnummer geprogrammeerd was, is er
een pollingverzoek genegeerd.
TOEG. NR FOUTEr is een pollingverzoek genegeerd, omdat het faxnummer van de andere machine
niet opgeslagen was als polling-wachtwoord in uw machine.
ORG FOUTTerwijl u een fax van de SPF in directe verzendmodus probeerde te versturen, is er
een papierstoring opgetreden.
FOUTXXXXXXWegens condities van de telefoonverbinding heeft verzending niet normaal
plaatsgevonden.
Eerste twee cijfers van het foutnummer van de verzending: Geeft een foutcode aan
van 00 tot 31.
Laatste twee cijfers van het foutnummer van de verzending: Een code bestemd voor
gebruik door technici.
XX-XX OKEAls groepsnummer kiezen, distributieverzending of F-code relaisverzoek-verzending
uitgevoerd is.
xxx- : Geeft het totaal aantal verzendingen aan.
xxx OK : Geeft de voltooide verzendingen aan.
G N S ADR FUCTToen er geprobeerd is een F-code verzending uit te voeren,
(1) Had de andere machine geen F-code functie.
(2) Was er geen F-code geprogrammeerd in de andere machine.
S ADR TX STO.Toen er geprobeerd is een F-code verzending uit te voeren,
(1) Kwamen de subadressen niet overeen.
(2) Kwamen de wachtwoorden niet overeen.
(3) Was er een F-code openbare box ingesteld.
SA POLL FOUTToen er geprobeerd is een F-code “openbare box verzending” te verrichten,
(1) Bestond de F-code openbare box, gedefinieerd door het subadres, niet.
(2) Had het subadres een andere box gedefinieerd dan een F-code openbare box.
TOEG. NR FOUTToen er geprobeerd is een F-code “openbare box verzending” te verrichten,
(1) Kwamen de wachtwoorden niet overeen.
32
PROBLEEMOPLOSSING
OntvangstresultaatUitleg
OKEOntvangst was succesvol uitgevoerd.
S. STORINGDe stroom stond uit of er is een stroomonderbreking opgetreden.
GEHEUGEN VOL
ORG. TE LANG
GEEN RX POLLLToen er geprobeerd is polling uit te voeren,
RX GEEN POLLToen er geprobeerd is polling uit te voeren,
FOUTxx xxxxWegens condities van de telefoonverbinding heeft ontvangst niet normaal
XX-XX OKEToen een seriële polling normaal beëindigd werd,
GEEN SA POLLToen er geprobeerd is een F-code polling uit te voeren,
Het beeldgeheugen is tijdens vervangende ontvangst naar het geheugen vol geraakt.
Het verzonden document was meer dan 1500 mm lang en kom daardoor niet ontvangen worden.
(1) Was uw faxnummer (nummer van de verzender) niet in uw machine
geprogrammeerd.
(2) Was uw faxnummer niet geprogrammeerd als een polling wachtwoordnummer in
de andere machine.
(1) Had de andere machine had geen polling-functie.
(2) Had de andere machine geen document opgeslagen in het polling-geheugen.
plaatsgevonden.
Eerste twee cijfers van nummer verbindingsfout: Foutcode van 00 tot 31.
Eerste vier cijfers van nummer verbindingsfout: Code bestemd voor gebruik door technici.
xxx- : Geeft het totaal aantal verzendingen aan.
xxx OK : Geeft de voltooide verzendingen aan.
(1) Had de andere machine geen F-code polling-geheugen functie.
(2) Was er geen F-code geprogrammeerd in de andere machine.
(3) Had de andere machine geen document opgeslagen in het polling-geheugen.
SA POL TX FOUTToen er geprobeerd is een F-code polling uit te voeren,
(1) Kwamen de subadressen niet overeen.
(2) Kwamen de wachtwoorden niet overeen.
(3) Waren de F-code geheugenboxen van de andere machine bestemd voor F-code
relaisverzoek-verzending of voor F-code vertrouwelijke verzending.
S ADD RX STO.Toen er geprobeerd is een F-code uit te voeren,
(1) Kwamen de subadressen niet overeen of waren ze niet geprogrammeerd.
(2) Kwamen de wachtwoorden niet overeen of waren zij niet geprogrammeerd.
(3) Was er een F-code polling-geheugenbox geprogrammeerd.
JUNK FAX FOUTFaxontvangst is genegeerd door de negeerfunctie ontvangst.
7
33
WANNEER ER EEN ALARM AFGAAT EN EEN
WAARSCHUWINGSMELDING VERSCHIJNT
Wanneer er een fout optreedt tijdens een transactie, gaat er een alarm af en verschijnt er een melding in de display.
Als één van de volgende meldingen verschijnt, volgt u de instructies in de tabel.
Melding
(alarm gaat af)
XXXXXX
Lijn storing
Onderhoud nodig.
Bel voor service
[OK]:TERUG
Terugplaatsen X originenel.
[START]: HERVAT
Open LADE xx en
vul xxxx papier bij.
[OK]:TERUG
Verwijder papier van
de uitvoerlade en
druk op [OK].
Betekenis van meldingOplossingPagina
Een fout heeft de
voltooiing van de
transactie verstoord.
Het is tijd voor onderhoud
en controle.
Er is een papierstoring
opgetreden in de SPF.
U hebt een faxbericht
ontvangen maar er ligt
geen geschikt papier in de
papierlade.
De papierlade is geopend.Sluit de papierlade.–
Het bovengedeelte van de
documentsorteereenheid
is vol papier.
Er is een
sorteereenheidfout
opgetreden.
Probeer de transactie
opnieuw uit te voeren.–
Neem contact op met uw
dealer.–
Vul het aangegeven aantal
originelen bij.
Papier toevoegen.
Verwijder het papier.
Druk op de [CA] toets om
de fout te wissen.–
“PAPIER BIJVULLEN” in de
“
Gebruiksaanwijzing
(algemene informatie en
werking van kopieerder)
9
–
”.
Verwijder pap.Er is een papierstoring
opgetreden in het
uitvoergedeelte.
Sluit de
klep.
Tonerniveau laag.Toner is bijna op.Vervang de tonercartridge.
Vul toner bij.
[OK]:TERUG
Hang op
de ontvanger.
ontplooi origineel en plaats XX
originelen in de
originelen invoer.
[[START]:DOORGAAN
Er is een machineklep
geopend.
Er is geen toner.Vervang de tonercartridge.
De extra telefoon is van de haak.
(Wanneer er een extra
telefoon aangesloten is).
Het gedetecteerde
origineelformaat is kleiner dan
het huidige origineelformaat, of
er is een kleiner formaat
geselecteerd.
Verwijder het vastgelopen
papier.
Sluit de klep.
Plaats de extra telefoon
terug.–
Plaats de originelen opnieuw
en verzeker u ervan dat het
formaat in de display hetzelfde
is als het huidige
origineelformaat.
“VASTGELOPEN PAPIER
VERWIJDEREN” in de
“
Gebruiksaanwijzing
(algemene informatie en
werking van kopieerder)
–
“TONERCARTRIDGES
VERVANGEN” in de
“
Gebruiksaanwijzing
(algemene informatie en
werking van kopieerder)
“TONERCARTRIDGES
VERVANGEN” in de
“
Gebruiksaanwijzing
(algemene informatie en
werking van kopieerder)
–
”.
”.
”.
34
PROBLEEMOPLOSSING
ZELFDIAGNOSEFUNCTIE
De machine heeft een zelfdiagnosefunctie die automatisch de machine stopzet zodra er een probleem in de
machine optreedt. Als er een probleem in faxmodus optreedt, verschijnt de volgende display.
MededelingweergaveOplossing
Bel om service
code:xx xx.
Hoofdcode
Subcode
Zet de stroom uit en vervolgens weer aan. Als de fout niet weg is, noteer dan de
2-cijferige hoofdcode en de 2-cijferige subcode en neem contact op met uw dealer.
MELDINGEN TIJDENS NORMALE FUNCTIONERING
MeldingBetekenis van melding
VERZONDEN xx%
No.001 P-xxx
LEZEN xx%
No.001 P-xxx
Gereed. 100%
VRIJ 22 AUG 10.25 U.
INGEVEN KIES NR. #
Dit verschijnt wanneer er een directe verzending eindigt (“xx”geeft het aantal
pagina’s aan).
Het origineel wordt in het geheugen van het apparaat gescand.(tijdens
geheugenverzending).
De machine staat in de standbystatus.
Dit verschijnt wanneer u op de [SPEAKER]-toets hebt gedrukt.
35
7
PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN
Als u een probleem met de faxfunctie waarneemt, controleer dan eerst de volgende tabel.
In dit hoofdstuk worden problemen met de faxfunctie beschreven. Zie voor problemen van de normale functionering van de machine
“PROBLEMEN OPLOSSEN” in de "Gebruiksaanwijzing (algemene informatie en werking van kopieerder)".
ProbleemControlepuntenOplossingPagina
De machine werkt niet.Staat de hoofdschakelaar
aan?
Verschijnt er een
foutmelding op de display?
Kiezen is niet mogelijk.Is de telefoonkabel goed
aangesloten?
Staat de hoofdschakelaar
aan?
Staat de machine in
faxmodus?
Kan geen fax verzendenBevindt er zich papier in
de ontvangende
faxmachine?
Ondersteunt de ontvangende
machine G3 verzending?
Zijn subadres en wachtwoord
correct? (Wanneer u F-code
verzending gebruikt)
Zet de hoofdschakelaar op
ON.
Wis de fout zoals
aangeven in de melding.
Controleer de
aansluitingen.
Zet de hoofdschakelaar op
ON.
Druk op de [FAX] toets om
de machine in faxmodus
te zetten.
Neem contact op met de
operator van het
ontvangende faxapparaat.
"Hoofdschakelaar" op
pagina 3
"WANNEER ER EEN ALARM
AFGAAT EN EEN
WAARSCHUWINGSMELDING
VERSCHIJNT" op pagina 34
"Lijnverbinding" op pagina 3
"Hoofdschakelaar" op
pagina 3
"BASISPROCEDURE VOOR
FAXBERICHTEN
VERZENDEN" op pagina 13
–
Het verzonden beeld
wordt aan de ontvangende
zijde blanco afgedrukt
Is de ontvangende machine
klaar om te ontvangen?
Gebruikt u een geschikt
origineelformaat?
Is het origineelformaat
correct gedetecteerd?
De melding “Lezen
afgebroken. A.U.B.
herhaal verzend operatie.
Was het origineel zo
geplaatst dat de correcte
zijde gescand is?
Als de ontvangende machine
thermisch papier gebruikt, was
het thermische papier met de
verkeerde kant naar buiten
geplaatst?
Controleer de
verzendbare formaten.
Controleer het formaat
van het origineel.
Als u probeert te verzenden
terwijl de melding “Opwarmen”
verschijnt, kan de verzending
niet correct plaatsvinden.
Herhaal de verzending.
Zorg ervoor dat het
origineel zo geplaatst is
dat de correcte zijde
gescand wordt.
Neem contact op met de
operator van het
ontvangende faxapparaat.–
"ORIGINELEN DIE
GEFAXT KUNNEN
WORDEN" op pagina 8
"HET FORMAAT VAN EEN
GEPLAATST ORIGINEEL
CONTROLEREN" op pagina 10
"HET ORIGINEEL
PLAATSEN" op pagina 9
–
36
PROBLEEMOPLOSSING
ProbleemControlepuntenOplossingPagina
Het verzonden beeld is
vervormd.
Er verschijnen witte of
zwarte strepen op het
verzonden beeld.
Verzending vindt niet op
het gedefinieerde tijdstip
plaats.
Afdrukken vindt niet plaats
na ontvangst.
Waren de
telefoonverbindingcondities
slecht vanwege onweer of
andere redenen?
Zijn resolutie- en
belichtinginstellingen
correct?
Is de glasplaat of de
scanplaat voor de SPF
(het lange smalle glas)
vuil?
Is de klok van de machine
op de juiste tijd ingesteld?
Verschijnt er een
foutmelding met
betrekking tot papier
bijvullen, toner bijvullen of
een papierstoring? (Dit
betekent dat afdrukken
niet mogelijk is).
Probeer de transactie
opnieuw.
Controleer de resolutie- en
belichtinginstellingen.
Reinig de glasplaat of de
scanplaat voor de SPF.
Stel de klok van de
machine op de juiste tijd
in.
Herstel afdrukfunctie zoals
aangegeven in de
melding. Het afdrukken
begint.
–
"RESOLUTIE- EN
BELICHTINGINSTELLINGEN
SELECTEREN" op pagina 11
“DE MACHINE
REINIGEN” in de
“Gebruiksaanwijzing
(algemene informatie en
werking van kopieerder)”.
"DATUM&TIJD INST."
(DATE & TIME SET) op
pagina 99
"
WANNEER ER EEN ALARM
AFGAAT EN EEN
WAARSCHUWINGSMELDING
VERSCHIJNT
" op pagina 34
Een ontvangen faxbericht
wordt blanco afgedrukt.
Het ontvangen beeld is
vaag.
Het ontvangen beeld is
vervormd.
Er is geen kiestoon.Is het volume ingesteld op
De machine belt niet.Is het belvolume
Kiezen is niet mogelijk.Is de telefoonkabel goed
Telefoon
Is de verkeerde kant van
het origineel gescand in
de verzendende machine?
Is het origineel vaag?Vraag de andere partij de
Waren de
telefoonverbindingcondities
slecht vanwege onweer of
andere redenen?
“laag”?
uitgeschakeld?
aangesloten?
Als er een extra telefoon
met de machine verbonden
is, is dan het
TELEFOON"
(EXTENSION TEL)
programma geactiveerd?
"EXT.
Neem contact op met de
operator van het
verzendende faxapparaat.
fax opnieuw te sturen met
een juiste
belichtinginstelling.
Vraag de andere partij het
faxbericht opnieuw te
versturen.
Stel het volume in op
“middel” of “hoog”.
Stel het belvolume in op
“laag”, “middel” of “hoog”.
Controleer de
aansluitingen.
Activeer dit programma."EXT. TELEFOON"
"SPEAKER VOLUME" op
pagina 97
"SPEAKER VOLUME" op
pagina 97
"Lijnverbinding" op pagina 3
(EXTENSION TEL) op
pagina 97
–
–
–
7
37
KEY-OPERATORPROGRAMMA’S
8
U hebt toegang tot de key-operatorprogramma’s via de volgende menustructuur. Zie voor meer informatie pagina 95.
TX/RX EINDGELUID
TX/RX LENGTE EINDGELUID
EXTRA TELEFOON
ONTVANGST OP AFSTAND
ACCOUNTREGELING
ACCOUNT # INSTELLEN
DATUM & TIJD INSTELLEN
AUTOMATISCHE ZOMERTIJDINSTELLING
ONDERBR. AFDRUKBLOKKERING
VERZENDFUNCTIERES. CON. INSTELLEN
AUTOMATISCH TX REDUCE
TX DRAAIEN
PAGINATELLER INSTELLEN
VERZENDMODUS
SNEL ONLINE TX
PRINTSTATION # IN RCVD DATA
ACC. NAAM AFDRUKKEN
HERH INSTELL. ( BEZET
HERH INSTELL. ( FOUT)
TIMEOUT BELLEN IN AUTOM. TX
AUTOM. VOORBLAD
ONTV. FUNCTIEFAXONTVANGST LAMPJE
FAXONTVANGST LAMPJE
LADESELECTIE
ONTVANGEN DATA-AFDRUKCONDITI
AUTOM. ONTV. REDUCE VOOR NORMAAL FORMAAT
DUPLEXONTVANGST
8 1/2x11 RX REDUCE
DOORST. RX DATA
ONTVANGEN DATA DOORST. STATION INSTELLEN
INDEX AFDRUKKEN
EERDERE UITVOER
ANTI JUNK FAX
JUNK FAX INVOEREN#
38
POLLINGBEVEILIGINGPOLLINGBEVEILIGING
POLLINGWACHTWOORD # MODUS
BIJLAGE
9
Dit hoofdstuk bevat de informatie over de faxfuncties en de index.
TECHNISCHE SPECIFICATIES
Zie voor informatie over stroomeisen, stroomverbruik, afmetingen, gewicht en andere specificaties die alle functies van de machine
gemeen hebben in “SPECIFICATIES” in de "Gebruiksaanwijzing (algemene informatie en werking van kopieerder)".
Geschikte telefoonlijnOpenbaar geschakeld telefoonnet
CompressiemethodeMH, MR, MMR, JBIG
OverdrachtmodusSuper G3, G3 (de machine kan uitsluitend faxberichten ontvangen en versturen naar
faxmachines die standaard G3 of Super G3 ondersteunen)
FlatbedscannerFlatbed CCD
Scanresolutie
(ondersteund ITU-T
standaarden)
PrintmethodeElektrofotografie
Verzendsnelheid33.6 kbps tot 2.4 kbps Automatische uitwijkfaciliteit
Overdrachtstijd*
PapierformaatA3 tot A5, 8-1/2" x 11" (machine gebaseerd op inchformaat: 11" x 17" tot 5-1/2" x
Effectieve opnamebreedte293 mm max. (A3 afdrukken) of 11.5" max. (11" x 17" afdrukken)
Overdraagbaar
origineelformaat
Effectieve scanbreedteMaximum 297 mm (11.7")
Halftoon overdrachtJa (256 niveaus)
ContrastaanpassingAutomatisch (5 niveaus via handmatige afstelling)
Extra telefoonaansluitingMogelijk (1 telefoon)
Automatisch nummer
kiezen
Timer-verzendingJa
ProgrammafunctieJa (9 programma’s)
F-code ondersteuningJa (kan SUB/SEP (subadres-) en SID/PWD (wachtwoord-) signalen verzenden en
Automatische
origineelinvoer
Beeldgeheugen2 MB*
Foutencorrigerende modus
(ECM)
*1
Verzendsnelheid is voor een A4 of 8-1/2" x 11" document met ongeveer 700 letters bij een standaard resolutie (8 x 3.85 lijnen/mm)
verzonden in hoge snelheidmodus (33.6 kbps (JBIG) of 14.4 kbps (JBIG)). Dit betreft alleen de tijd die nodig is voor de verzending van de
beeldinformatie; de tijd die nodig is voor de verzending van protocolsignalen is niet inbegrepen. Werkelijke verzendtijden variëren afhankelijk
van de inhoud van een document, het type van de ontvangende machine en de conditie van de telefoonverbinding.
*2 Beeldgeheugen kan uitgebreid worden door de installatie van aanvullend faxgeheugen (8 MB).
1
8 x 3.85 lijnen/mm (Standaard)
8 x 7.7 lijnen/mm (Fijn, Fijn - Halftoon)
8 x 15.4 lijnen/mm (Extra fijn, Extra fijn - Halftoon)
16 x 15.4 lijnen/mm (Extra fijn, Extra fijn - Halftoon)
2 seconden (Super G3 mode / 33.6 kbps, JBIG),
6 seconden (G3 ECM mode / 14.4 kbps, JBIG)
8-1/2", A4)
A3 tot A5, 8-1/2" x 11" (machine gebaseerd op inchformaat: 11" x 17" tot 5-1/2" x 8-1/2")
Zie Beelddraaiing op pagina 18 voor verzending van documenten met A5 formaat.
Er kunnen in totaal 50 snelkiestoetsen en groepsnummertoetsen; 300 verkorte
kiesbestemmingen opgeslagen worden.
ontvangen)
JA (maximaal 40 bladen, of 30 bladen van 90 g/m2 (24 lbs.) papier, of totale
stapeldikte 4 mm (5/32") of minder).
2
Ja
De illustraties kunnen afwijken van de werkelijke inhoud als gevolg van verbeteringen aan de machine.
39
Déclaration de Conformité
AR-FX11
GEDRUKT IN FRANKRIJK
TINSH1406TSZZ
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.