Deze handleiding dient uitsluitend ter informatie. Alle erin opgenomen informatie kan zonder nadere
aankondiging worden gewijzigd. Samsung Electronics kan niet aansprakelijk worden gesteld voor directe
of indirecte schade die voortvloeit uit of verband houdt met het gebruik van deze handleiding.
• ML-1200 serie en het Samsung logo zijn handelsmerken van Samsung Electronics Co., Ltd.
• Centronics is een handelsmerk van Centronics Data Computer Corporation.
• IBM en IBM PC zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation.
• Microsoft, Windows, Windows 9x, Windows Me, Windows NT en Windows 2000 zijn geregistreerde
handelsmerken van Microsoft Corporation.
• GNU Ghostscript software, Copyright (C) 1999. Aladdin Enterprise, Menlo Park, California, en andere
auteurs zoals aangegeven in de betreffende documentatie.
• Apple, Macintosh, Power Macintosh, iMac en iBook zijn handelsmerken van Apple Computer, Inc.
• Adobe en Adobe Acrobat Reader zijn handelsmerken van Adobe Systems.
• Alle andere merk- en productnamen zijn handelsmerken van de betreffende bedrijven en organisaties.
Page 3
H
o
o
f
d
s
t
u
k
Inhoud
H
o
o
f
d
s
t
u
k
H
o
o
f
d
s
t
u
k
H
o
o
f
d
s
t
u
k
Inleiding
1
Bijzondere eigenschappen–––––––––––––––––––––––––––
Plaats van de onderdelen –––––––––––––––––––––––––––
Papier en andere materialen kiezen ––––––––––––––––––– 4.1
Papieruitvoer instellen ––––––––––––––––––––––––––––– 4.4
Papier laden ––––––––––––––––––––––––––––––––––––– 4.5
Enveloppen afdrukken ––––––––––––––––––––––––––––– 4.7
Afdrukken op zwaar papier –––––––––––––––––––––––––– 4.9
Etiketten afdrukken –––––––––––––––––––––––––––––– 4.10
Transparanten afdrukken –––––––––––––––––––––––––– 4.11
Afdrukken op voorgedrukt papier –––––––––––––––––––– 4.12
Afdrukken op kaarten ––––––––––––––––––––––––––––– 4.13
I
Page 4
H
o
o
f
d
s
t
u
k
II
Onderhoud tonercartridge—————————————————————————— 6.1
R einigen printer—————————————————————————————————— 6.4
H
o
o
f
d
s
t
u
k
6
Document afdrukken—————————————————————————————— 5.1
Tonerbesparing ——————————————————————————————————— 5.6
Meer bladzijden per vel
———————————————————————————
5.7
Document aanpassen aan gekozen papierformaat ———————— 5.8
Posters afdrukken ————————————————————————————————— 5.9
Grafische instellingen ————————————————————————————— 5.11
W atermerk afdrukken ————————————————————————————— 5.14
O v erla ys ——————————————————————————————————————— 5.17
Laatste bladzijde herhalen ————————————————————————— 5.20
Afdrukken in een netwerkomgeving —————————————————— 5.21
Afdruktaken
5
Checklist problemen oplossen ——————————————————————— 7.1
Algemene printerproblemen oplossen —————————————————— 7.2
Vastgelopen papier verwijderen —————————————————————— 7.6
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen ———————————— 7.11
Foutmeldingen oplossen——————————————————————————— 7.17
Bekende Windows problemen ——————————————————————— 7.20
H
o
o
f
d
s
t
u
k
7
Printerspecificaties ————————————————————————————————— A.1
Papierspecificaties ————————————————————————————————— A.2
U S B-stuurprogramma installeren ———————————————————— A.10
Afdrukken via een Macintosh ——————————————————————— A.17
Linux driver installeren ———————————————————————————— A.24
INDEX
Printer onderhouden
Problemen oplossen
Appendix
Page 5
V eiligheid en milieu
Veiligheid laser (Laser Safety Statement, VS)
De printer is in de VS gecertificeerd volgens de eisen van DHHS 21 CFR, hoofdstuk 1
subhoofdstuk J voor Klasse I(1) laser producten en buiten de VS als Klasse I laser
product volgens de eisen van IEC 825.
Klasse I laser producten worden als ongevaarlijk beschouwd. Het lasersysteem en de
printer zijn zo ontworpen dat personen geen toegang hebben tot laserstralen van een
hoger niveau dan Klasse I bij normaal gebruik of onderhoud door de gebruiker of een
in de instructies aangegeven servicesituatie.
WAARSCHUWING
Gebruik of onderhoud de printer nooit wanneer de beschermkap van het lasergedeelte is
verwijderd. De laserstraal kan naar buiten worden gereflecteerd en uw ogen beschadigen.
VOORZICHTIG - ONZICHTBARE LASERSTRALING WANNEER DEZE KAP
GEOPEND IS. OPEN DEZE KAP NIET.
CAUTION- INVISIBLE LASER RADIATION WHEN THIS COVER OPEN.
DO NOT OPEN THIS COVER.
VORSICHT - UNSICHTBARE LASERSTRAHLUNG, WENN ABDECKUNG GEÖFFNET. NICHT
DEM STRAHL AUSSETZEN.
ATTENTION - RAYONNEMENT LASER INVISIBLE EN CAS D’OUVERTURE. EXPOSITION
DANGEREUSE AU FAISCEAU.
ATTENZIONE - RADIAZIONE LASER INVISIBILE IN CASO DI APERTURA.
EVITARE L’ESPOSIZIONE AL FASCIO.
PRECAUCION - RADIACION LASER IVISIBLE CUANDO SE ABRE. EVITAR EXPONERSE AL
RAYO.
ADVARSEL. - USYNLIG LASERSTRÅLNING VED ÅBNING NÅR SIKKERHEDSBRYDERE ER
UDE AF FUNKTION. UNDGÅ UDSAETTELSE FOR STRÅLNING.
ADVARSEL. - USYNLIG LASERSTRÅLNING NÅR DEKSEL ÅPNES. STIRR IKKE INN I
STRÅLEN. UNNGÅ EKSPONERING FOR STRÅLEN.
VARNING - OSYNLIG LASERSTRÅLNING NÄR DENNA DEL ÄR ÖPPAND OCH SPÄRREN ÄR
URKOPPLAD. BETRAKTA EJ STRÅLEN. STRÅLEN ÄR FARLIG.
VARO! - AVATTAESSA JA SUOJALUKITUS OHITETTAESSA OLET ALTTIINA
NÄKYMÄTTÖMÄLLE LASERSÄTEILYLLE ÄLÄ KATSO SÄTEESEEN.
III
Page 6
Veilige ozonproductie
Tijdens normaal gebruik produceert de ML-1200 serie printer ozon.
De hoeveelheid ozon is overigens zo gering dat het geen gevaar
voor de gebruiker oplevert. Wel raden we u aan om de printer in
een goed geventileerde ruimte te installeren.
Als u meer wilt weten over ozon, neem dan gerust contact op met
uw leverancier of de dichtstbijzijnde Samsung dealer.
Energiebesparing
Deze printer maakt gebruik van geavanceerde energiebesparende
technieken, die zorgen voor gereduceerd energiegebruik wanneer
de printer niet wordt gebruikt.
Wanneer de printer gedurende langere tijd geen gegevens ontvangt,
wordt het energiegebruik automatisch verminderd.
Veiligheid en milieu
Het Energy star logo betekent niet dat EPA een bepaald product of
een bepaalde dienst aanbeveelt.
IV
Page 7
Veiligheid en milieu
Radiogolven
FCC normen
Dit apparaat is getest en voldoet aan de eisen voor klasse B digitale systemen volgens deel
15 van de FCC normen. Deze eisen zijn erop gericht, redelijke bescherming te bieden tegen
schadelijke storingen bij gebruik van het apparaat in een woonomgeving. Het apparaat
produceert en gebruikt radiogolven en kan deze ook uitzenden. Wanneer het niet wordt
geïnstalleerd en gebruikt volgens de handleiding, kan het radiocommunicatie storen, wat
gevaar kan opleveren. Er is echter geen garantie dat het apparaat bepaalde installaties niet
zal storen.
Wanneer het apparaat radio- of televisieontvangst stoort zonder dat deze storingen gevaar
opleveren (dit kan worden vastgesteld door het apparaat uit en weer aan te zetten), wordt de
gebruiker aangeraden de storing op te heffen door middel van een van de volgende maatregelen:
• Kies een andere richting voor de ontvangantenne of verplaats de antenne.
• Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
• Sluit het apparaat aan op een stopcontact dat bij een andere groep hoort dan het
stopcontact waarop de ontvanger is aangesloten.
• Raadpleeg uw printerleverancier of een ervaren radio/televisiemonteur.
Voer geen wijzigingen of modificaties uit die niet uitdrukkelijk zijn vermeld in de handleiding.
Als dit ooit nodig blijkt te zijn, moet u het apparaat eerst uitschakelen en loskoppelen van het
lichtnet en andere apparatuur.
Gebruik uitsluitend afgeschermde kabels. Alleen dan voldoet het apparaat aan de keuringseisen.
PAS OP:
Wijzigingen of modificaties die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de
fabrikant (die er zorg voor dient te dragen dat het apparaat aan de normen
voldoet) kunnen ertoe leiden dat de toestemming om het apparaat te ruiken
vervalt.
Voorschriften storing radio/tv (Canada)
Dit digitale apparaat blijft binnen de grenzen (Class B limits) voor radiostraling uit digitale
apparatuur zoals bepaald in de standaard voor apparatuur die storing zou kunnen veroorzaken,
getiteld “Digital Apparatus”, ICES-003 van Industry and Science, Canada.
Cet appareil numérique respecte les limites de bruits radioélectriques applicables aux appareils
numériques de Classe B prescrites dans la norme sur le matériel brouilleur: “Appareils
Numériques”, ICES-003 édictée par l’Industrie et Sciences Canada.
V
Page 8
Veiligheid en milieu
Conformiteitsverklaring (EU)
Goedkeuringen en certificaten
Het CE symbool op dit product geeft aan dat Samsung Electronics Co., Ltd.
verklaart dat wordt voldaan aan de 93/68/EEC richtlijnen van de Europese Unie
van de volgende data:
1 januari 1995: Raadsrichtlijn 73/23/EEC, benadering van de wetten der
lidstaten met betrekking tot zwakstroomapparatuur.
1 januari 1996: Raadsrichtlijn 89/336/EEC (92/31/EEC), benadering van de
wetten der lidstaten met betrekking tot elektromagnetische compatibiliteit.
9 maart 1999: Raadsrichtlijn 1999/5/EC met betrekking tot radioapparatuur en
telecommunicatie randapparatuur en de wederzijdse erkenning van hun
conformiteit.
U kunt een volledige verklaring, inclusief de betreffende richtlijnen en normen,
aanvragen bij uw Samsung Electronics Co., Ltd. dealer.
EC certificering
Certificering volgens de richtlijn 1999/5/EC voor radioapparatuur en
telecommunicatie randapparatuur (FAX)
Dit Samsung product is door Samsung gecertificeerd voor aansluiting als
randapparaat op analoge openbare telefoonnetwerken in geheel Europa volgens
richtlijn 1999/5/EC. Het product is ontworpen voor aansluiting op landelijke
telefoonnetwerken en compatibele privé telefooncentrales in de Europese
landen:
Bij problemen dient u in eerste instantie contact op te nemen met Euro QA Lab
of Samsung Electronics Co., Ltd.
Het product is getest volgens TBR21 en TBR 38. Ter assistentie bij gebruik en
toepassing van randapparatuur die aan deze standaard voldoet, heeft het
European Telecommunication Standards Institute (ETSI) een adviserend
document gepubliceerd (EG 201 121) met opmerkingen en aanvullende eisen
voor netwerkcompatibilitiet van randapparatuur die aan TBR21 voldoet. Dit
product is ontworpen volgens en voldoet volledig aan alle betreffende
adviserende opmerkingen uit dit document.
VI
Page 9
hoodstuk
1
1
Inleiding
Inleiding
We wensen u veel plezier met uw Samsung ML-1200
serie printer! In dit hoofdstuk vindt u informatie over de
volgende onderwerpen:
◆ Bijzondere eigenschappen
◆ Plaats van de onderdelen
Page 10
Bijzondere eigenschappen
De Samsung ML-1200 serie is een veelzijdige, productieve printer
met bijzondere eigenschappen en een afdrukkwaliteit waar heel
wat andere printers jaloers op mogen zijn.
Afdrukken met hoge snelheid en uitstekende kwaliteit
• Resolutie in de 600 dpi klasse. Zie bladzijde 5.11.
• Snelheden tot 12 pagina’s per minuut.
Flexibele papierbehandeling
• Via de standaard automatische papierinvoer met ruimte
voor 150 vel en de handinvoer voor losse vellen kunt u
allerlei soorten en formaten papier invoeren.
Spaart tijd en geld
• Twee uitvoermogelijkheden: gebruik naar keuze de bovenuitvoer
(afdrukken worden met voorkant papier omlaag uitgevoerd) of defrontuitvoer (afdrukken met voorkant papier omhoog).
• Met Toner Save gebruikt u minder toner. Zie bladzijde 5.6.
• Afdrukken van 2-16 bladzijden op een enkel vel spaart papier.
Zie bladzijde 5.7.
• Toets voor afdrukken laatste bladzijde. Zie bladzijde 5.20.
• De printer bespaart automatisch elektriciteit door het
energiegebruik sterk te verminderen wanneer er niets wordt
afgedrukt.
• Dit product voldoet aan de Energy Star richtlijnen voor efficiënt
energiegebruik.
INLEIDING
1.1
Page 11
Bijzondere eigenschappen
Afdrukken in allerlei omgevingen
• U kunt afdrukken onder Windows 95/98/Me/NT 4.0/2000.
• Uw printer is compatibel met Linux.
Cr eëer professionele documenten
• U kunt uw documenten onder meer voorzien van Watermerken
zoals “Vertrouwelijk”. Zie bladzijde 5.13.
• U kunt formulieren en briefpapier direct meeprinten op blanco
papier. Zie bladzijde 5.16.
• Posters afdrukken. De tekst en afbeeldingen op de verschillende
bladzijden van uw document worden vergroot afgedrukt over een
in te stellen aantal vellen. U kunt hiervan posters maken door de
witte randen af te snijden en de vellen aan elkaar te bevestigen.
Zie bladzijde 5.9.
Afdrukken in allerlei omgevingen
• U kunt afdrukken onder Windows 95/98/Me/NT 4.0/2000.
• Uw printer is compatibel met Linux en Macintosh.
• De ML-1200 serie printer beschikt standaard over een
parallelle (alleen ML-1210) en een USB aansluiting.
1.2
INLEIDING
Page 12
Plaats van de onderdelen
Voorkant
Papiersteun voor
automatische invoer
Papiersteun bovenuitvoer
Bovenuitvoer
(voorkant papier
omlaag)
Automatische
papierinvoer
Papiergeleiders
Hendel uitvoer
Frontuitvoer
(voorkant papier omhoog)
Handinvoer
Voorklep
Bedieningspaneel
INLEIDING
1.3
Page 13
Plaats van de onderdelen
Binnenkant
Tonercartridge
Achterkant
Aan/uit-
schakelaar
Aansluiting
netsnoer
Voorklep
Parallelle poort
(alleen ML-1210)
USB poort
1.4
INLEIDING
Page 14
hoodstuk
2
2
Installatie
Installatie
In dit hoofdstuk vindt u stap door stap informatie over het in
gebruik nemen van uw printer. De volgende onderwerpen worden
behandeld:
◆ STAP 1: Printer uitpakken
◆ STAP 2: Tonercartridge installeren
◆ STAP 3: Papier aanvullen
◆ STAP 4: Op computer aansluiten via parallelle kabel
(alleen ML-1210)
◆ STAP 5: Printer aanzetten
◆ STAP 6: Demo pagina afdrukken
◆ STAP 7: Printersoftware installeren
◆ Software installeren van diskette
Page 15
S
T
A
P
Printer uitpakken
11
Haal de printer en alle toebehoren uit de
doos. Controleer of u de volgende
onderdelen hebt ontvangen:
Opmerkingen:
• Als er iets ontbreekt of beschadigd is,
neem dan direct contact op met uw
dealer.
• Het is mogelijk dat bepaalde onderdelen
er in uw land iets anders uitzien.
• De cd-rom bevat het
interstuurprogramma, de handleiding,
het programma Adobe Acrobat Reader
en software waarmee u zelf een
installatiediskette kunt aanmaken
(Make Your Own Diskette Setup).
Tonercartridge
Cd-rom*
Installatiehandleiding
Netsnoer
Papiersteun uitvoer
USB kabel
(alleen ML-1220M)
22
Trek voorzichtig alle stukjes plakband
van de printer.
33
Zet de meegeleverde papiersteun op de
uitvoer, zoals te zien in de afbeelding.
INSTALLATIE
2.1
Page 16
S
T
A
P
Tonercartridge installeren
11
Pak de voorklep aan weerskanten beet
en trek hem naar u toe om hem te
openen.
22
Haal de tonercartridge uit de verpakking
en verwijder het beschermpapier van de
cartridge. U hebt het papier niet meer
nodig.
33
Schud de cartridge een paar keer heen
en weer om de toner gelijkmatig in de
cartridge te verdelen.
LET OP:
Om beschadiging te voorkomen, moet u
zorgen dat de tonercartridge niet meer dan
een paar minuten aan licht wordt blootgesteld.
Bescherm de cartridge met een vel papier
als u hem langer dan enkele minuten
onverpakt buiten de printer laat liggen
Als u toner aan uw kleding krijgt, veeg
deze dan af met een droge doek en was
het restant uit met koud water.Warm
water hecht de toner aan de stof!
INSTALLATIE
2.2
.
Page 17
44
Zoek links en rechts in de printer de
twee bevestigingspunten van de
cartridge op.
55
Pak de cartridge bij de handgreep en
schuif hem in de printer tot hij op zijn
plaats klikt.
Tonercartridge installeren
66
Sluit de voorklep en zorg dat hij goed op
zijn plaats zit.
Opmerking:
ongeveer 2500 bladzijden mee (voor de meegeleverde startcartridge is dit 1000 bladzijden).
Wanneer u tekst afdrukt met een gemiddelde dekking van 5% gaat de tonercartridge
INSTALLATIE
2.3
Page 18
S
T
A
P
Papier aanvulen
Papier aanvullen
11
Trek de papiersteun van de automatische
papierinvoer omhoog tot hij niet verder
kan.
22
Voordat u het papier in de invoer doet,
buigt u de vellen omhoog en omlaag en
vervolgens waaiert u ze uit om ze los te
maken.
Klop de stapel met de rand op een tafel
recht om vastlopen van het papier tegen
te gaan.
33
Doe de stapel papier in de automatische
invoer met de te bedrukken kant naaru toe.
INSTALLATIE
2.4
Page 19
Papier aanvullen
44
Doe niet teveel papier in de invoer.
Er is plaats voor maximaal 150 vel.
Zorg ervoor dat het papier onder
deze hoogtemarkering blijft.
55
Stel de papiergeleiders in op de breedte
van de stapel papier.
Papier aanvulen
Opmerkingen:
• Zet de geleider niet te strak. Het papier of ander afdrukmateriaal moet
vlak blijven liggen.
• Als u de breedtegeleider niet goed instelt, kan het papier vastlopen.
• Als u tijdens het afdrukken het papier wilt aanvullen terwijl dit nog niet op
is, moet u eerst de nog aanwezige vellen uit de invoer halen. Doe ze
vervolgens samen met het nieuwe papier weer in de printer. Als u dit niet
doet maar het nieuwe papier aan de aanwezige vellen toevoegt, kan de
printer vastlopen of worden er meer vellen tegelijk ingevoerd.
INSTALLATIE
2.5
Page 20
Op computer aansluiten via parallelle
kabel (alleen ML-1210)
Opmerkingen:
• Om de printer aan te sluiten op de parallelle poort van een computer, hebt u een
goedgekeurde parallelle kabel nodig.
U moet hiervoor een IEEE1284 kabel aanschaffen.
11
Zorg dat de printer en de computer uit staan.
22
Doe de connector van de parallelle
printerkabel in de aansluiting aan de
achterkant van de printer.
Klap de metalen clips in zodat ze
vastklikken in de gleufjes van de
connector.
➜
33
Verbind het andere einde van de kabel
met de parallelle poort van uw
computer en draai de schroefjes vast.
Zie de documentatie van uw computer
voor aanvullende informatie.
Als u gebruik maakt van de USB interface
Zie “Afdrukken via een USB kabel” op ladzijde A.10.
Naar de parallelle
poort van de computer
➜
2.6
INSTALLATIE
Page 21
S
T
A
P
S
T
A
P
Printer aanzetten
ML-1210 / ML-1220M / ML-210
Excellent Performance
Saving & Convenience
Compatibility
Laser Beam Printer
1
Sluit het netsnoer aan op de connector
aan de achterkant van de printer.
2
Doe de stekker van het netsnoer in
een geaard stopcontact.
3
Zet de printer aan.
Demo pagina afdrukken
➜
Naar stopcontact
Wanneer de printer opstart, lichten alle
lampjes van het bedieningspaneel even
op. Wacht tot alleen het Data lampje
brandt en houd dan de Demo toets
ingedrukt.
Houd de toets ongeveer 2 seconden
ingedrukt tot alle lampjes langzaam
knipperen, en laat dan de toets los.
Nu wordt de demo pagina afgedrukt.
Met behulp van de demo pagina kunt u
de printkwaliteit beoordelen en
controleren of de printer goed werkt.
INSTALLATIE
2.7
Page 22
INSTALLATIE
2.8
De meegeleverde cd bevat progra m m a s die onder meer nodig zijn
om de printer onder Windows te kunnen gebruiken. Voordat u uw
printer in gebruik kunt nemen, moet u eerst een stuurprogramma
installeren dat de gegevens uit uw programma omzet in een formaat
dat uw printer kan begrijpen.
Als u afdrukt via de parallelle poort (alle en ML-1210)
Zie bladzijde 2.9 voor informatie over installatie van de
printersoftware op een computer die via een parallelle kabel
rechtstreeks op de printer is aangesloten.
Als u afdrukt via een USB aansluiting
Zie Afdrukken via een USB kabel op bladzijde A.10 voor informatie
over installatie van de printersoftware op een computer met USB
aansluiting.
Als u afdrukt vanuit een Macintosh
Zie Afdrukken via een Macintosh op bladzijde A.17 voor informatie
over installatie van de printersoftware op een Macintosh.
Als u gebruik maakt van Linux
Zie Linux driver installeren op bladzijde A.24 voor informatie over
installatie van Linux driver .
S
T
A
P
Printersoftware installeren
Controleer het volgende:
¥ Uw PC heeft minstens 16 MB RAM geheugen.
¥ Er is minstens 50 MB vrije ruimte op de harde schijf van uw PC.
¥ Alle programma s moeten worden afgesloten voordat u
met de installatie begint.
¥
De PC maakt gebruik van
Windows 95, Windows 98,
Windows Me, Windows NT 4.0 of Windows 2000.
Voordat u de printersoftware installeert
Page 23
S
A
M
S
U
N
G
M
L
-
1
2
0
0
S
e
r
i
e
s
Printersoftware installeren
Printersoftware installeren vanaf de cd-rom
1
Doe de cd in het cd-rom-station. De installatie start
automatisch.
Als de cd niet automatisch start:
Selecteer Uitvoeren… in het Start menu en typ
x:\cdsetup.exe in het dialoogvenster Uitvoeren (x staat voorde letter die het cd-station aanduidt) en klik op OK.
Opmerking: Als tijdens de
installatie procedure het
venster Nieuwe hardware
gevonden verschijnt, klikt u
op de x in de rechter
bovenhoek van het venster,
of op Annuleren
.
2
Wanneer het startvenster verschijnt, kunt u de gewenste taal
aangeven.
3
Klik op Install the Samsung Software on your PC.
INSTALLATIE
2.9
Page 24
Printersoftware installeren
Het Welcome dialoogvenster wordt geopend. Klik op Next.
4
De bestanden worden naar de bijbehorende map gekopieerd.
5
Klik op Finish.
6
2.10
INSTALLATIE
Page 25
Software installatie tips
Printersoftware installeren
Ik heb ge en
cd-rom-station
Hoe kan ik de
printerinstellingen
wijzigen?
Hoe verwijder ik de
printersoftware?
Als u gebruik kunt maken van een andere computer die wel een
cd-rom-station heeft, kunt u met behulp van het installatieprogramma
voor Windows de diskettes aanmaken die u nodig hebt voor de
installatie. Zie “Software installeren van diskette” op bladzijde 2.13.
Bepaalde printerinstellingen, zoals papierformaat en afdrukrichting,
kunnen ook beschikbaar zijn vanuit uw programma. Maak in dat
geval gebruik van de instellingen in uw programma, omdat deze
voorrang hebben op de in het stuurprogramma gekozen instellingen.
U kunt de geavanceerde functies van uw printer altijd aansturen via het
printerstuurprogramma. Zie hoofdstuk 5 “Afdruktaken” voor instructies
voor gebruik van de printerfuncties via het stuurprogramma.
In Windows vindt u na installatie het pictogram “Uninstall”
(deinstallatie) in de programmagroep “Samsung ML-1200 serie”.
Als u deze keuze selecteert, kunt u enkele of alle onderdelen van
het Samsung ML-1200 serie afdruksysteem van de computer
verwijderen. Wanneer u een nieuwe versie van het stuurprogramma
wilt installeren, of als de installatie niet is gelukt, kunt u het
stuurprogramma als volgt van de computer verwijderen.
In het Windows
1
Start menu selecteert u Programma’s.
Selecteer Samsung ML-1200 Series en vervolgens
2
Samsung ML-1200 Series Driver Maintenance.
INSTALLATIE
2.11
Page 26
Printersoftware installeren
Wanneer wordt gevraagd om uw keuze te bevestigen, klikt u
3
op OK.
Het Samsung ML-1200 serie printer stuurprogramma en alle
4
bijbehorende componenten worden van uw computer
verwijderd.
Als u pr oblemen
hebt met installer en
Kan ik deze printer
o ok onder andere
besturingssystemen
ebruiken?
Klik op Finish.
5
• Sluit alle programma’s af, sluit Windows af en zet de computer en
de printer uit. Zet vervolgens eerst de printer en dan de computer
weer aan.
• Sluit eventuele anti-virus programma’s.
• Verwijder de printersoftware van de computer zoals hierboven
aangegeven en herhaal daarna de installatieprocedure.
De Samsung ML-1200 serie printer ondersteunt ook het Linux
besturingssysteem. Zie “Installatie Linux stuurprogramma” op
pagina A.23 het installeren van het stuurprogramma voor Linux.
Software installeren van
2.12
INSTALLATIE
Page 27
S
A
M
S
U
N
G
M
L
-
1
2
0
0
S
e
r
i
e
s
Software installeren van diskette
Als de computer waarop u de printer hebt aangesloten geen
cd-rom-station heeft, maar u hebt wel de beschikking over
een andere computer met een cd-rom-station, kunt u op die
computer de benodigde installatiebestanden van de cd met
printersoftware naar diskettes kopiëren, en de diskettes
gebruiken in plaats van de cd.
Installatiediskettes maken
U kunt installatiediskettes maken voor het Samsung ML-1200
serie printer stuurprogramma. Leg voor u begint voldoende
geformatteerde diskettes klaar en voer dan de volgende
stappen uit:
Doe de bij de printer geleverde cd in het cd-rom-station.
1
De cd start automatisch.
Als de cd niet automatisch start:
Kies Uitvoeren… in het Start menu en typ
x:\cdsetup.exe in het venster Uitvoeren (gebruik in plaats
van x de letter-aanduiding van het cd-rom-station) en klik
op OK.
Wanneer de het startvenster verschijnt, selecteert u de
2
gewenste taal.
Klik op Make your own Diskette set of software.
3
INSTALLATIE
2.13
Page 28
Software installeren van diskette
4
Het benodigde
aantal diskettes
voor de gekozen
component.
Het dialoogvenster Copy to Floppy verschijnt.
Geef ook het te gebruiken diskettestation aan.
Kies te gebruiken
diskettestation.
Locatie van de
geselecteerde
component.
2.14
INSTALLATIE
Klik op Copy all disk images.
5
Als u maar een deel van de geselecteerde component wilt
kopiëren, selecteer dan in het venster Disk Images de
diskette die u wilt aanmaken en klik dan op Copy selecteddisk image.
Wanneer om een lege, geformatteerde diskette word
6
gevraagd, doet u deze in het diskettestation en klikt u
op Yes om de diskette te vullen. Wanneer meer diskettes
nodig zijn, vraagt de computer om de volgende diskette.
Nummer de diskettes in de juiste volgorde, bijvoorbeeld:
vor de ML-1200 serie stuurprogramma, disk 1 van 2, etc.
Page 29
De installatie
Software installeren van diskette
Plaats wanneer daarom gevraagd wordt de volgende lege
7
diskette en klik op Yes.
Wanneer u klaar bent met diskettes aanmaken, klikt u
8
op Close in het venster Copy to Floppy. Klik op Exit in het
dialoogvenster SAMSUNG PRINTER SETUP.
Om het printer stuurprogramma vanaf de diskettes te installeren,
voert u de volgende stappen uit:
Doe de (eerste) diskette met de gewenste component in de
1
computer.
In het Start menu selecteert u Uitvoeren.
2
In het venster Uitvoeren typt u A:\setup.exe en klikt u
3
op OK (als uw diskettestation niet station A is, gebruikt u de
juiste letter.)
Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te
4
voltooien.
INSTALLATIE
2.15
Page 30
hoodstuk
3
3
Bedienings-
Bedienings-
paneel
paneel
In dit hoofdstuk leest u hoe het bedieningspaneel
van de printer werkt. Het bevat de volgende
onderwerpen:
◆ Toetsen bedieningspaneel
◆ Lampjes bedieningspaneel
Page 31
Toetsen bedieningspaneel
De printer heeft drie toetsen: Toner Save, Cancel/Reprint en Demo.
Demo
Demo pagina afdrukken
Houd de Demo toets ongeveer 2 seconden ingedrukt
tot de lampjes van het bedieningspaneel langzaam
knipperen. Nu wordt een demo pagina afgedrukt. De
printer moet klaar staan voor gebruik.
Start handmatige invoer
Wanneer u in uw programma bij Paper Source
(papierinvoer) voor Manual Feeder (handinvoer) hebt
gekozen, moet u steeds nadat u handmatig een vel
papier hebt ingevoerd op Demo drukken. Zie voor
aanvullende informatie “Handinvoer” op bladzijde 4.5.
Printer automatisch reinigen
Houd Demo ongeveer 10 seconden ingedrukt tot de
lampjes blijven branden. De printer wordt inwendig
gereinigd en er wordt een schoonmaakblad afgedrukt.
Zie voor aanvullende informatie bladzijde 6.5.
BEDIENINGSPANEEL
3.1
Page 32
Toetsen bedieningspaneel
Cancel/Reprint
Toner Save
Afdruktaak annuleren
Om een lopende afdruktaak af te breken, houdt u de
toets Cancel/Reprint ingedrukt tot de lampjes van het
bedieningspaneel knipperen. Terwijl de afdruktaak zowel
uit het geheugen van de printer als van de computer
wordt verwijderd, knippert het Error lampje, waarna de
printer weer klaar staat voor gebruik. Dit kan even
duren, afhankelijk van de grootte van de afdruktaak.
Opmerking: Als de
CCaanncceell//RReepprriinntt
toets per ongeluk
wordt ingedrukt, moet u de afdruk opnieuw starten. U
kunt de annulering niet ongedaan maken.
Laatste pagina van afdruktaak herhalen
Als u op Cancel/Reprint drukt terwijl de printer klaar
staat voor gebruik, drukt de printer de laatste pagina
van de laatste afdruktaak opnieuw af. Zie bladzijde 5.20.
Toner Save (toner besparen)
BEDIENINGSPANEEL
3.2
(aan)
Toner Save
(uit)
Druk op Toner Save om tonerbesparing aan of uit te
zetten (terwijl het Data lampje brandt).
• Als de toets verlicht is, staat tonerbesparing aan en
gebruikt de printer minder toner bij het afdrukken van
uw documenten.
• Als de toets niet verlicht is, staat tonerbesparing uit
en wordt met de normale kwaliteit afgedrukt.
De Toner Save spaarstand kan alleen met deze toets
worden ingeschakeld als de optie Toner Save Mode in
de Eigenschappen van de printer op Printer Setting
staat.
Zie voor meer informatie over tonerbesparing bladzijde 5.6.
Page 33
Lampjes bedieningspaneel
Error
Paper
Data
Data
Error
Paper
Data
Error
Paper
Data
Error
Paper
De lampjes van het bedieningspaneel geven de status van de printer aan. Als het Error
lampje brandt, heeft de printer een probleem. Zie “Foutmeldingen oplossen” op
bladzijde 7.17.
Betekenis lampjes bedieningspaneel
Klaar voor gebruik
Het Data lampje brandt en de printer staat klaar om te printen.
U hoeft niets te doen. Als u de Demo toets ongeveer 2 seconden ingedrukt
houdt, wordt een demo pagina afgedrukt.
Verwerken
De printer ontvangt of verwerkt gegevens. Wacht tot het afdrukken begint.
Indrukken van de Cancel/Reprint toets heft de lopende afdruktaak op. Er
kunnen nog een of twee pagina’s worden afgedrukt terwijl de printer de taak
verwijdert. Na afloop staat de printer weer klaar voor gebruik.
Papier op
De printer heeft geen papier meer.
Vul het papier aan. Bij automatische invoer hoeft u verder niets te doen en gaat
de afdruktaak direct weer verder. Bij gebruik van de handinvoer drukt u op Demo
nadat u er papier in hebt gedaan.
Printer wacht tot op Demo wordt gedrukt
De handinvoer is in gebruik en de printer staat te wachten tot u op Demo drukt.
Druk op de Demo toets om met afdrukken te beginnen. Steeds wanneer u een
vel in de handinvoer hebt gedaan, moet u op deze toets drukken.
BEDIENINGSPANEEL
3.3
Page 34
hoodstuk
4
4
Afdruk-
Afdruk-
materiaal
materiaal
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de verschillende
soorten papier die u in de Samsung ML-1200 serie printer
kunt gebruiken en leest u hoe u het papier in de invoer
doet voor de beste afdrukkwaliteit.
Het hoofdstuk bevat de volgende onderwerpen:
◆ Papier en andere materialen kiezen
◆ Papieruitvoer instellen
◆ Papier laden
◆ Enveloppen afdrukken
◆ Afdrukken op zwaar papier
◆ Etiketten afdrukken
◆ Transparanten afdrukken
◆ Afdrukken op voorgedrukt papier
◆ Afdrukken op kaarten
Page 35
Papier en andere materialen kiezen
U kunt afdrukken op allerlei materialen, zoals blanco papier,
enveloppen, etiketten, transparanten, kaarten, enz. Zie
bladzijde
afdrukkwaliteit kopieerpapier van hoge kwaliteit.
Houd bij het kiezen van afdrukmateriaal het volgende in
gedachten:
• Gewenst resultaat: Kies papier dat geschikt is voor uw
doeleinde.
• Formaat: U kunt alle papierformaten gebruiken die
zonder moeite tussen de instelbare geleiders van de
papierinvoer passen.
• Gewicht: Uw printer ondersteunt de volgende
A.2
“Papierspecificaties”. Gebruik voor de hoogste
papiergewichten:
• 60-105 grams bankpost via de automatische
invoer
• 60-163 grams bankpost via de handinvoer
• Helderheid: Sommige papiersoorten zijn witter dan
andere en produceren scherpere, levendigere afdrukken.
• Gladheid oppervlak: De gladheid van het papier bepaalt
hoe scherp de afdruk eruit ziet.
Probeer altijd een aantal vellen voor u een grotere
hoeveelheid aanschaft.
LET OP: Het gebruik van afdrukmateriaal dat niet voldoet aan
de specificaties uit deze handleiding kan leiden tot storingen
en reparaties die niet worden gedekt door de garantie of een
onderhoudsovereenkomst.
AFDRUKMATERIAAL
4.1
Page 36
Papier en andere materialen kiezen
Formaten en hoeveelheden
Formaat afdrukmateriaal
Blanco papier
Letter (216 x 279 mm)
Legal (216 x 356 mm)
Executive (191 x 267 mm)
A4 (210 x 297 mm)
A5 (148 x 210 mm)
B5 (182 x 257 mm)
A6 (105 x 148 mm)
B5 (182 x 257 mm)
Enveloppen
Nr. 10 (104 x 241 mm)
DL (110 x 220 mm)
C5 (162 x 229 mm)
C6 (114 x 162 mm)
B5 (176 x 250 mm)
Monarch (98 x 190 mm)
Papierinvoer/capaciteit*
Automatische
papierinvoer
150
150
150
150
150
150
50
–
5
5
5
5
5
5
Handinvoer
erin
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
Etiketten
Letter (216 x 279 mm)
A4 (210 x 297 mm)
Transparanten
Letter (216 x 279 imm)
A4 (210 x 297 mm)
Kaarten
Bankpost
Dun papier (45-60 g/m
Dik papier (90-163 g/m
Afhankelijk van de papierdikte kan de capaciteit lager zijn
*
AFDRUKMATERIAAL
4.2
2
)
2
)
5
5
5
5
5
5
150
5
1
1
1
1
1
1
1
1
.
Page 37
Richtlijnen papier
Papier en andere materialen kiezen
Houd bij kiezen en laden van papier, enveloppen of afwijkende
materialen rekening met de volgende richtlijnen:
• Afdrukken op vochtig, gekruld, gekreukt of gescheurd
papier kan resulteren in vastlopen van het papier en lage
afdrukkwaliteit.
• Gebruik alleen losse vellen. U kunt niet afdrukken op
materiaal met meer dan een laag.
• Gebruik alleen kopieerpapier van hoge kwaliteit.
• Gebruik geen papier waarop al eerder iets is geprint of dat
al in een kopieerapparaat is gebruikt.
• Gebruik geen papier met onregelmatigheden zoals stickers
of nietjes.
• Probeer nooit papier te laden tijdens het afdrukken.
• Vermijd papier met reliëf, perforaties of een te ruw of te
glad oppervlak.
• Gekleurd papier moet dezelfde hoge kwaliteit hebben als wit
kopieerpapier. De kleurstoffen moeten 0,1 seconde lang de
fixeertemperatuur van de printer kunnen verdragen (205 °C)
zonder achteruit te gaan. Gebruik geen papier met een
gekleurde bovenlaag die is aangebracht nadat het papier is
gefabriceerd.
• Bij voorgedrukt papier moet gebruik zijn gemaakt van
onbrandbare, hittebestendige inkt die niet smelt of verdampt
en waaruit geen gevaarlijke stoffen vrijkomen onder invloed
van de hoge temperatuur van de fixeereenheid van de printer.
• Bewaar papier in de originele verpakking tot u het gaat
gebruiken. Zet het op pallets of planken, niet op de vloer.
• Zet geen zware voorwerpen op het papier, of het nu in de
verpakking zit of niet.
• Houd papier uit de buurt van vocht, direct zonlicht of
andere omstandigheden waaronder het kan kreuken of
krullen.
AFDRUKMATERIAAL
4.3
Page 38
Papieruitvoer instellen
De printer heeft twee uitvoermogelijkheden: de bovenuitvoer (papier wordt met afgedrukte
kant omlaag uitgevoerd) en de frontuitvoer (uitvoer met voorkant omhoog). U kunt de
gewenste uitvoer kiezen met de hendel aan de voorkant van de printer. Voor de bovenuitvoer
zet u de hendel in de bovenste stand (normaal). Als u de hendel omlaag doet wordt de
frontuitvoer geopend.
• Als er bij gebruik van de bovenuitvoer problemen zijn met het papier, zoals omkrullen,
helpt het misschien wanneer u de frontuitvoer gebruikt.
• Om vastlopen van het papier te voorkomen, moet u de hendel niet verzetten terwijl de
printer bezig is met afdrukken.
Bovenuitvoer (voorkant omlaag)
In de bovenuitvoer wordt het papier met
de voorkant omlaag en in de juiste
volgorde verzameld. Zet hiervoor de
hendel in de bovenste stand.
De frontuitvoer is geschikt voor vrijwel al
uw afdrukwerk, vooral voor grote
afdrukopdrachten.
Frontuitvoer (voorkant omhoog)
De printer voert de afgedrukte vellen
altijd uit via de frontuitvoer wanneer deze
is geopend. Doe de hendel omhoog om
de frontuitvoer te openen. Het papier
verlaat de printer met de voorkantomhoog.
Gebruik van de frontuitvoer kan de
uitvoerkwaliteit van de volgende
materialen verbeteren:
• enveloppen
• etiketten
• transparaten
• papier van meer dan 90 g/m2
AFDRUKMATERIAAL
4.4
Page 39
Papier laden
Als u het papier op de juiste manier laadt, voorkomt u dat het
vaak vastloopt en verloopt het afdrukken zonder onnodige
problemen. Haal geen papier uit de machine terwijl hij aan het
afdrukken is, omdat het papier anders kan vastlopen.
Automatische papierinvoer
De automatische invoer heeft plaats voor maximaal 150 vel
blanco papier of 5 vel ander afdrukmateriaal. Zie “Formaten en
hoeveelheden” op bladzijde 4.2 voor geschikte papierformaten
en bijbehorende capaciteit van de papierinvoer.
Laad een stapel papier in de automatische papierinvoer en
start met afdrukken. Zie voor nadere informatie over het
vullen van de automatische papierinvoer “Papier aanvullen” op
bladzijde 2.4.
Opmerking: Voordat u de automatische invoer gebruikt, moet
u zorgen dat er geen papier in de handinvoer zit.
Handinvoer
Bij de printerinstelling Paper Source voor Manual Feeder kiest, kunt u handmatig papier
laden in de handinvoer. Dit kan bijvoorbeeld handig zijn wanneer u de afdrukkwaliteit van
ieder blad afzonderlijk wilt beoordelen.
Ook als een bepaalde papiersoort vaak vastloopt als u het in de automatische papierinvoer
doet, kunt u de vellen een voor een in de handinvoer doen.
Opmerking: Zorg dat de automatische invoer gevuld is wanneer u de handinvoer gebruikt.
Dit gaat vastlopen van het papier tegen.
1
Doe het afdrukmateriaal met de te
bedrukken kant naar u toe in de
handinvoer.
Schuif de papiergeleiders tegen het
papier. Dit mag niet te strak; het papier
moet vlak blijven liggen.
AFDRUKMATERIAAL
4.5
Page 40
Papier laden
2
Doe de hendel omlaag om de
frontuitvoer te openen.
3
Wanneer u een document print, moet u
in uw programma bij Paper Source
voor Manual Feeder kiezen en het
juiste papierformaat en –type instellen.
Zie voor nadere informatie
bladzijde
5.3.
4
Druk het document af.
5
Wanneer uw document uit meer
pagina’s bestaat, doet u het volgende
vel in de printer wanneer het vorige is
afgedrukt.
6
Druk op
voeren.
Opmerkingen:
• De afgedrukte vellen worden niet netjes gestapeld bij gebruik van de frontuitvoer.
• De afgedrukte vellen komen pas weer uit de bovenuitvoer wanneer u de hendel weer in de
normale stand hebt gezet. Het is aan te raden om direct wanneer u klaar bent met de
frontuitvoer de hendel weer omhoog te zetten.
Demo om het papier in te
AFDRUKMATERIAAL
4.6
Page 41
Enveloppen afdrukken
Richtlijnen
• Gebruik alleen enveloppen die voor laserprinters zijn bedoeld. Controleer voordat u
enveloppen in de handinvoer doet of ze niet beschadigd zijn en zorg ervoor dat ze niet
aan elkaar vastzitten.
• Gebruik geen enveloppen waar al een postzegel op zit.
• Gebruik nooit enveloppen met speciale sluitingen zoals splitpennen of drukknoopjes,
vensterenveloppen, gevoerde enveloppen of zelfklevende enveloppen, omdat deze de
printer kunnen beschadigen.
1
Buig
de enveloppen of waaier ze uit
voordat u ze in de printer doet.
2
Laad de enveloppen met de adreszijde
naar u toe in de invoer gebruiken.
De enveloppen gaan met de
rechterbovenhoek (de plaats voor de
postzegel) rechts in de invoer; deze
kant van de envelop gaat dus als eerste de invoer in.
3
Schuif de geleiders tegen de envelop.
AFDRUKMATERIAAL
4.7
Page 42
Enveloppen afdrukken
4
Doe de uitvoerhendel omlaag.
5
Voor u de enveloppen afdrukt, moet u in
uw programma de juiste papierinvoer,
materiaaltype en formaat instellen.
Zie voor details bladzijde 5.3.
6
Druk het document af.
7
Zet na afloop van de afdruktaak de
uitvoerhendel weer omhoog.
AFDRUKMATERIAAL
4.8
Page 43
Afdrukken op zwaar papier
Richtlijnen
• Met zwaar papier wordt in dit geval papier van meer dan 90 g/m2bedoeld. Voor papier op
katoenbasis kunt u 90 g/m
• Gebruik geen overdreven zwaar papier (bankpostpapier van meer dan 163 g/m
leiden tot problemen met invoeren en stapelen, vastlopen, slechte tonerhechting, slechte
afdrukkwaliteit en te snelle slijtage.
1
Doe het papier met de te bedrukken
kant naar u toe in de invoer die u wilt
gebruiken.
Stel de geleiders in op de breedte van het
papier.
2
Doe de hendel omlaag.
2
aanhouden. De printer kan afdrukken op papier tot 163 g/m2.
2
). Dit kan
3
Wanneer u op zwaar papier afdrukt, moet u
in uw programma bij de printerinstellingen
het papiertype Bond kiezen en zo nodig de
juiste papierinvoer en het papierformaat
aangeven. Zie voor details bladzijde 5.3.
AFDRUKMATERIAAL
4.9
Page 44
Etiketten afdrukken
Richtlijnen
• Gebruik alleen etiketten die voor laserprinters zijn bedoeld.
• Controleer of de lijm van de etiketten 0,1 seconde bestand is tegen de
fixeertemperatuur van de printer (200 °C).
• Controleer of er tussen de etiketten misschien gedeelten met lijm zichtbaar zijn. Als
dat zo is, kunnen de etiketten tijdens het printen loskomen van het vel en loopt de
printer vast. Ook kan de printer hierdoor beschadigd raken.
• Doe hetzelfde vel etiketten niet voor de tweede keer in de printer. De lijmlaag is
hiervoor niet geschikt.
• Gebruik geen etiketten die gedeeltelijk hebben losgelaten of gekreukt, hobbelig of
beschadigd zijn.
1
Laad de etiketten met de te bedrukken
kant naar u toe in de invoer die u wilt
gebruiken.
Stel de zijgeleiders in op de breedte van
de vellen etiketten.
2
Doe de uitvoerhendel omlaag.
3
Voor u de etiketten afdrukt, moet u in uw
programma de juiste papierinvoer,
materiaaltype en formaat instellen.
Zie voor details bladzijde 5.3.
Opmerking: Om te voorkomen dat de
vellen aan elkaar vastkleven, moet u ieder
vel direct na het printen uit de uitvoer halen.
4.10
AFDRUKMATERIAAL
Page 45
Transparanten afdrukken
Richtlijnen
• Gebruik alleen transparanten die voor laserprinters zijn bedoeld.
• Gebruik alleen vlakke, onbeschadigde of ongekreukte transparanten.
• Houd transparanten bij de rand vast en raak de te bedrukken kant niet aan.
Vetvlekken op een transparant kunnen problemen met de afdrukkwaliteit
veroorzaken.
• Kijk uit dat u de transparant niet beschadigt met uw nagels.
1
Laad de transparanten in de invoer die u
wilt gebruiken, met de te bedrukken
kant naar u toe en de bovenrand
(met zelfklevende strook) als
eerste.
Stel de geleiders in op de breedte van
de transparanten.
2
Doe de uitvoerhendel naar beneden.
3
Voor u de transparanten afdrukt, moet u
in uw programma de juiste papierinvoer,
materiaaltype en formaat instellen.
Zie voor details bladzijde 5.3.
Opmerkingen:
• Om te voorkomen dat de transparanten aan
elkaar vastkleven, moet u ieder vel direct na
het printen uit de uitvoer halen.
• Leg de transparanten na het printen op een
vlakke ondergrond.
AFDRUKMATERIAAL
4.11
Page 46
Afdrukken op voorgedrukt papier
Voorgedrukt papier bevat al informatie voordat het in de printer wordt gedaan.
Voorbeeld: briefpapier.
Richtlijnen
Bij voorgedrukt materiaal moet gebruik zijn gemaakt van onbrandbare, hittebestendige
•
inkt die niet smelt of verdampt en waaruit geen gevaarlijke stoffen vrijkomen wanneer het
0,1 seconde lang wordt blootgesteld aan de fixeertemperatuur van de printer (205 °C).
•
De inkt van voorgedrukt materiaal mag geen negatieve invloed hebben op de rollen van
de printer.
•
Formulieren en briefpapier moeten worden bewaard in een vochtbestendige verpakking
om veranderingen tijdens opslag tegen te gaan.
•
Voordat u voorgedrukt papier, zoals formulieren en briefpapier, in de printer doet, moet u
controleren of de inkt op het papier goed droog is. Tijdens het fixeerproces van de
printer kan natte inkt loskomen van het voorgedrukte papier.
1
Doe het briefpapier in de invoer de u
wilt gebruiken, met de voorgedrukte
kant naar u toe en de bovenrand in
de richting van de printer.
Stel de geleiders in op de breedte van
het papier.
2
Voor u afdrukt op het voorgedrukte
materiaal, moet u in uw programma
de juiste papierinvoer, materiaaltype
en formaat instellen. Zie voor details
bladzijde 5.3.
4.12
AFDRUKMATERIAAL
Page 47
Afdrukken op kaarten
De ML -1200 serie printer is ook geschikt voor het v erwerken v an ansichtkaarten en indexkaarten.
Richtlijnen
• Doe altijd de korte kant als eerste in de invoer. Als u toch liggend (landscape) wilt
printen, moet u hiervoor kiezen in uw programma. Hierbij gaat het papier met de
lange kant in de printer, waardoor het kan vastlopen.
• Probeer niet af te drukken op te smal of te laag materiaal. De grootte is minimaal
bij 127
voor beide invoeren mag het materiaal niet groter zijn dan 216 bij 356 mm.
• Stel in uw programma de marges (of de randen / het niet-afdrukbare gebied) in op
minstens 6,4 mm.
1
Doe het afdrukmateriaal in de invoer die
u wilt gebruiken, met de te bedrukken
kant naar u toe en de korte kant als
eerste.
Stel de geleiders in op de breedte van
het materiaal.
2
Doe de uitvoerhendel omlaag.
mm voor de handinvoer
en 95 bij 127
mm
voor de automatisch papierinvoer, en
76
3
Kies papierinvoer, papiertype en formaat in
uw programma of in de Eigenschappen van
het stuurprogramma (zie bladzijde 5.3)
en begin met afdrukken.
Opmerking: Als het formaat van uw
afdruk-materiaal niet op het tabblad
het keuzevenster
Eigenschappen in he t
printerstuurprogramma, selecteer dan
CCuussttoommSSiizzee
handmatig in.
PPaappeerrSSiizzee
en stel het papierformaat
onder
PPaappeerr
in
AFDRUKMATERIAAL
4.13
Page 48
hoodstuk
5
5
Afdruk-
Afdruk-
taken
taken
In dit hoofdstuk worden de overige printerfuncties en een aantal
voorbeelden behandeld.
Dit hoofdstuk bevat de volgende onderwerpen:
◆ Document afdrukken
◆ Tonerbesparing
◆ Meer bladzijden per vel
◆ Document aanpassen aan gekozen papierformaat
◆ Posters afdrukken
◆ Grafische instellingen
◆ Watermerk afdrukken
◆ Overlays
◆ Laatste bladzijde herhalen
◆ Afdrukken in een netwerkomgeving
Page 49
Document afdrukken
Hieronder vindt u een overzicht van de stappen die nodig zijn
voor afdrukken vanuit veel Windows programma’s. De exacte
stappen kunnen afwijken, afhankelijk van het programma dat
u gebruikt. Zie de handleiding van uw programma voor de
exacte afdrukprocedure.
Open het document dat u wilt afdrukken.
1
Selecteer Afdrukken in het menu Bestand. Het
2
dialoogvenster Afdrukken van uw programma wordt
getoond (kan afwijken van het hier getoonde voorbeeld).
De basisinstellingen van de printer worden bepaald in het
dialoogvenster. In het dialoogvenster Afdrukken vindt u
een aantal veelgebruikte printerinstellingen, zoals aantal
exemplaren, papierformaat en afdrukstand.
Als u de knop Eigenschappen ziet,
klikt u hierop. Als u een andere knop
ziet, zoals Instellingen, Printer of
Opties, klik dan deze aan en klik in het
volgende venster op Eigenschappen.
Zorg dat hier uw
printer is ingevuld
.
AFDRUKTAKEN
5.1
Page 50
Document afdrukken
Om gebruik te kunnen maken van alle mogelijkheden van
3
uw ML-1200 printer klikt u in het dialoogvenster Afdrukken
van uw programma op Eigenschappen. Ga verder met
stap 4.
Als u in plaats daarvan de knop Instellingen, Printer ofOpties ziet, klikt u deze aan. Klik in het volgende scherm
op Eigenschappen.
In het dialoogvenster Eigenschappen kunt u de
4
printerinstellingen wijzigen.
Klik desgewenst op het tabblad Paper om de hieronder
angegeven instellingen te tonen. Het tabblad Paper bevat
de basisinstellingen voor papierbehandeling.
5.2
AFDRUKTAKEN
Page 51
Document afdrukken
1
In het keuzevenster Paper Source kiest u Auto Select,
tenzij u op speciaal materiaal af wilt drukken. In dat geval
kiest u Manual en voert u één vel tegelijk in de printer in.
Zie bladzijde 4.5
1
In het keuzevenster Paper Type kiest u Plain Paper,
tenzij u op speciaal materiaal af wilt drukken. In dat geval
kiest u in het keuzevenster Paper Type het juiste soort
afdrukmateriaal. Meer informatie hierover vindt u in
Hoofdstuk 4 “Afdrukmaterial”.
3
Geef ook het formaat aan dat u in de printer doet.
.
4
Met de instelling Paper Orientation kunt u de afdrukrichting
instellen. Portrait is de meest gebruikte afdrukstand, waarbij
tekst in de breedte wordt afgedrukt, zoals bij brieven.
Landscape drukt in de lengte af, bijvoorbeeld voor
spreadsheets.
"
"
Liggend
5
U ziet ook het afdrukbare gebied.
"
"
Staand
AFDRUKTAKEN
5.3
Page 52
Document afdrukken
Wanneer u andere functies wilt instellen, kunt u in het
5
Eigenschappen venster op de betreffende tabbladen
klikken.
Wanneer u klaar bent met de printerinstellingen, klikt u
6
op OK tot het dialoogvenster Afdrukken verschijnt.
Klik op OK om het printen te starten.
7
Opmerkingen:
• De meeste Windows programma’s geven voorrang aan hun
eigen printerinstellingen boven de keuzes in het stuurprogramma.
Wanneer een bepaalde instelling beschikbaar is vanuit uw
programma, moet u deze op die plaats aanpassen. Wijzig alle
overige instellingen in het stuurprogramma.
• De instellingen die u vanuit uw programma invult, zijn tijdelijk
en vervallen wanneer u het programma afsluit. Permanentewijzigingen kunt u alleen aanbrengen via het stuurprogramma
vanuit de map Printers. Dit gaat als volgt:
1. Klik op de Start knop van Windows.
2. Selecteer Instellingen en vervolgens Printers om het
dialoogvenster Printers te openen.
3. Selecteer het pictogram van de Samsung ML-1200 Series
printer.
4. Klik met de rechter muisknop en selecteer Eigenschappen
om het dialoogvenster Eigenschappen te openen.
5.4
AFDRUKTAKEN
Page 53
Afdruktaak annuleren
Afdruktaken kunnen op twee manieren worden afgebroken.
Afdruktaak annuleren op de ML-1200 printer
Druk op de Cancel/Reprint knop op het bedieningspaneel.
De printer maakt de pagina af die op dat moment wordt
afgedrukt en verwijdert de rest van de afdruktaak. Cancel/Reprint verwijdert alleen de huidige taak uit de printer. Als er
meer taken in het geheugen van de printer zitten, moet u voor
iedere taak die u wilt verwijderen op Cancel/Reprint drukken.
Document afdrukken
Help-informatie
Afdruktaak annuleren op de computer (vanuit de
map Printers)
1. In het Start menu selecteert u Instellingen.
2. Selecteer Printers om het venster Printers te openen en
dubbelklik op Samsung ML-1200 Series.
3. In het menu Document selecteert u Afdrukken annuleren
(Windows 9x/Me) of Annuleren (Windows NT 4.0/2000).
De Samsung ML-1200 serie printer heeft een aantal
helpvensters die u kunt openen met de Help knop in het
dialoogvenster Eigenschappen. U kunt ook in de rechter
bovenhoek op ? klikken en vervolgens een instelling
aanklikken waarover u meer informatie wilt.
In deze helpvensters vindt u uitgebreide informatie over de
mogelijkheden van het stuurprogramma van de Samsung
ML-1200 serie printer.
Als u de standaard printerinstellingen wilt terughalen, klik dan
in het dialoogvenster Samsung ML-1200 serie printer
Properties op Defaults.
AFDRUKTAKEN
5.5
Page 54
Tonerbesparing
Met de functie Tonerbesparing gebruikt de printer minder
toner. Als u deze optie selecteert, gaat uw tonercartridge
langer mee en verlaagt u de kosten per pagina, terwijl de
afdrukkwaliteit nagenoeg niet achteruit gaat.
Er zijn twee manieren om Tonerbesparing aan te zetten.
Tonerbesparing aanzetten vanuit de printer
Druk op de Toner Save toets op het bedieningspaneel. De
printer moet klaar staan voor gebruik (Data lampje brandt).
• Als de toets verlicht is, staat tonerbesparing aan en gebruikt
de printer minder toner.
• Als de toets niet verlicht is, staat tonerbesparing uit en
werkt de printer normaal.
Opmerking: U kunt tonerbesparing alleen aanzetten via het
bedieningspaneel wanneer bij de printerinstelling Toner Save
Mode de keuze Printer Setting staat ingevuld (zie hieronder).
Tonerbesparing aanzetten vanuit de computer
Ga in uw programma naar de printereigenschappen
1
(zie bladzijde 5.1).
Klik op het tabblad Graphic en selecteer de Toner Save
2
Mode optie. U kunt kiezen uit:
• Printer Setting: Als u deze optie selecteert, wordt de
tonerbesparing bepaald via het bedieningspaneel van de
printer.
• Default: Als u geen gebruik wilt maken van Tonerbesparing,
selecteert u deze optie.
• Save: Selecteer deze optie om Tonerbesparing aan te
zetten.
Klik op OK.
3
5.6
AFDRUKTAKEN
Page 55
Meer bladzijden per vel
U kunt aangeven hoeveel pagina’s u op hetzelfde vel wilt
afdrukken. Als u meer dan één pagina per vel afdrukt, worden
de pagina’s verkleind. U kunt maximaal 16 pagina’s per vel
afdrukken.
Ga in uw programma naar de printereigenschappen
1
(zie bladzijde 5.1)
Selecteer op tabblad Papier afdrukstand, papierinvoer,
"!4 bladzijden per vel
"!
"!9 bladzijden per vel
"!
formaat en type.
Klik op tabblad Output en selecteer Multiple Pages per
2
Side in het afrolmenu Type. Selecteer het aantal pagina’s
dat u op ieder vel wilt afdrukken (1, 2, 4, 9 of 16) in het
afrolmenu Pages per Sheet.
Klik op Print Page Borders als u iedere pagina op het vel
3
een rand wilt geven. U kunt alleen voor Print Page Borders
kiezen als bij Pages per Sheet 2, 4, 9 of 16 staat.
Klik op OK en start uw printopdracht.
4
AFDRUKTAKEN
5.7
Page 56
Document aanpassen aan gekozen papierformaat
A
Met deze functie kunt u de pagina’s van uw document door de
printer laten aanpassen aan de grootte van het gebruikte papier.
Dit kan bijvoorbeeld handig zijn om de fijne details van een
kleinere pagina beter te kunnen bekijken.
1
Ga in uw programma naar de printereigenschappen
(zie bladzijde 5.1).
Klik op tabblad Output en selecteer Fit to Page in het
2
afrolmenu Type.
3
U ziet nu Application page size en kunt de optie Fit to
Paper Size selecteren. Kies het juiste formaat in het
afrolmenu.
5.8
AFDRUKTAKEN
Klik op OK en start uw afdrukopdracht.
4
Page 57
Posters afdrukken
Met deze functie kunt u een pagina vergroot afdrukken op 4, 9
of 16 vellen, die u vervolgens aan elkaar kunt plakken om er
een poster van te maken.
Ga in uw programma naar de printereigenschappen
1
(zie bladzijde 5.1).
Selecteer op tabblad Papier afdrukstand, papierinvoer,
formaat en type.
"
"
Poster afdrukken
in 2x2 formaat
Klik op tabblad Output en selecteer Poster in het
2
afrolmenu Type.
AFDRUKTAKEN
5.9
Page 58
Posters afdrukken
Kies bij Style de gewenste vergroting: 2x2, 3x3, 4x4,
3
5x5, of 6x6.
Als u bijvoorbeeld kiest voor 2x2, wordt de pagina
automatisch vergroot voor afdruk op 4 vellen.
➛!!
2x2
➛!!
➛!!
➛!!
3x3
U kunt ook de breedte van een overlappend gebied
4
aangeven (in pixels) om de poster gemakkelijker in
elkaar te kunnen zetten.
25 pixels
"!!
Overlappend=0
"!!
Klik op OK en begin met afdrukken.
5
"!!
Overlappend=25
"!!
5.10
AFDRUKTAKEN
Page 59
Grafische instellingen
Met behulp van de volgende instellingen in het dialoogvenster
Eigenschappen kunt u de afdrukkwaliteit aanpassen aan allerlei
situaties. Zie bladzijde 5.1 voor openen van het dialoogvenster
Eigenschappen.
Klik op het tabblad Graphic om de hieronder afgebeelde instellingen
te tonen.
Resolutiei
Klik hier om de
nieuwe instellingen
vast te leggen.
U kunt kiezen tussen de afdrukresoluties 600 dpi en 300 dpi.
Hoe hoger het getal, hoe scherper de afdruk van tekst en
afbeeldingen. Bij hogere resoluties kan de printtijd langer
worden.
AFDRUKTAKEN
5.11
Page 60
Grafische instellingen
Darkness
Reprint
Reprint When Jam
Gebruik deze optie om de afbeeldingen op uw printopdrachten
donkerder of lichter te maken.
• Normal (Normaal) – Voor normale documenten.
• Light (Licht) – Voor documenten met dikkere lijnen of
donkere afbeeldingen.
• Dark (Donker) – Voor documenten met dunnere lijnen, meer
detail in de afbeeldingen of lichte
afbeeldingen.
U kunt de printer zo instellen dat deze de laatste pagina van
de laatste opdracht opnieuw afdrukt wanneer de toets
Cancel/Reprint wordt afgedrukt. Zie voor nadere informatie
“Laatste bladzijde herhalen” op bladzijde 5.20.
Als deze optie aan staat (On), slaat de printer de pagina die
op dat moment wordt afgedrukt op, totdat de printer het
signaal geeft dat de pagina goed is afgedrukt. Ingeval van een
papierstoring zal de printer alle mislukte pagina’s automatisch
opnieuw afdrukken.
5.12
AFDRUKTAKEN
Power Save Mode
Altitude Correction
Om in de standby stand stroom te besparen, kunt u de printer
zo instellen dat deze minder stroom gebruikt na het voltooien
van een afdrukopdracht, overeenkomstig de in het Kies in het
overzicht de gewenste tijdsduur.
Kies in het overzicht de gewenste tijdsduur.
Is uw printer continu in gebruik, kies dan OFF. In dat geval is
de printer altijd klaar voor gebruik en is de opwarmtijd zo laag
mogelijk. Uiteraard kost dit wel meer stroom.
Deze optie kunt u gebruiken als u zich in een gebied met een
zeer lage luchtdruk bevindt, bijvoorbeeld op een berg. Door
deze optie aan te kruisen, wordt de afdrukkwaliteit aangepast
aan de lage luchtdruk.
Page 61
Watermerk afdrukken
Met de optie Watermark kunt u tekst afdrukken over een
bestaand document heen. U kunt bijvoorbeeld de tekst
“Concept” of “Vertrouwelijk” in grote, lichtgrijze letters
diagonaal over de eerste pagina of alle pagina’s van een
document laten afdrukken.
De ML-1200 serie printer wordt geleverd met een aantal
standaard watermerken. Deze kunnen worden aangepast, en u
kunt zelf nieuwe watermerken maken.
Bestaand watermerk
gebruiken
Ga in uw programma naar de printereigenschappen
1
(zie bladzijde 5.1).
Klik op tabblad Watermarks en selecteer het gewenste
2
watermerk in het Message afrolmenu. U ziet het gekozen
watermerk in het voorbeeldvenster.
Voorbeeldvenster
Klik op OK en begin met afdrukken.
3
AFDRUKTAKEN
5.13
Page 62
Watermerk afdrukken
Watermerk aanmaken
of wijzigen
Ga in uw programma naar de printereigenschappen
1
(zie bladzijde 5.1).
Klik op tabblad Watermarks en toets de gewenste tekst in in
2
het veld Text. De ingegeven tekst verschijnt in het
voorbeeldvenster. In dit venster kunt u controleren hoe het
watermerk op de pagina zal worden afgedrukt.
Selecteer de gewenste instellingen voor het watermerk.
3
U kunt lettertype, lettergrootte, kleur en hoek aangeven.
Onderaan het dialoogvenster kunt u drie vakjes aankruisen:
• Transparent Text – Het document is gedeeltelijk
zichtbaar achter het watermerk
(doorschijnend watermerk).
• As Outline Only – Drukt de omtrek van het watermerk af.
Deze instelling heeft betrekking op alle
beschikbare watermerken.
• On First Page Only – Drukt het watermerk alleen op de
eerste pagina af.
5.14
Met deze schuif-balken
geeft u de plaats van
het watermerk aan.
AFDRUKTAKEN
Page 63
Watermerk afdrukken
Als u een nieuw watermerk hebt gemaakt of een bestaand
4
watermerk hebt gewijzigd, zijn de knoppen Add en
Update beschikbaar.
Wanneer u het watermerk aan de lijst wilt toevoegen, klikt
u op Add.
Als u een watermerk wilt wijzigen, selecteert u het
5
betreffende watermerk in de lijst en klikt u op de knop
Update.
Wanneer u klaar bent met wijzigen, klikt u op OK en
6
begint u met afdrukken.
Als u geen watermerken wilt afdrukken, selecteert u None in
het afrolmenu Message.
Watermerk verwijderen
Ga in uw programma naar de printereigenschappen
1
(zie bladzijde 5.1).
Ga naar het tabblad Watermark en selecteer het
2
watermerk dat u wilt verwijderen in hef afrolmenu
Message.
Klik op Delete.
3
Klik op OK.
4
AFDRUKTAKEN
5.15
Page 64
Overlays
WORLD BEST
Dear ABC
Regards
WORLD BEST
Wat is een overlay?
Nieuwe overlay maken
Een overlay bestaat uit tekst en/of afbeeldingen die in een
speciaal formaat zijn opgeslagen op de harde schijf van de
computer. U kunt aan ieder document een overlay toevoegen.
Overlays worden vaak gebruikt in plaats van voorgedrukte
formulieren en briefpapier. U kunt bijvoorbeeld, in plaats van
af te drukken op briefpapier, een overlay maken die dezelfde
informatie bevat als uw briefpapier. Wanneer u een brief op
het briefpapier van uw onderneming wilt afdrukken, hoeft u
geen voorgedrukt briefpapier in de printer te doen. U hoeft
alleen maar de printer opdracht te geven om de briefpapieroverlay aan het document toe te voegen.
Wanneer u een overlay die bijvoorbeeld uw logo bevat, wilt
toevoegen aan uw document, moet u deze eerst aanmaken.
Maak of open een document met de tekst en/of
1
afbeelding(en) die u als overlay wilt gebruiken. Zorg dat
alles precies op de goede plek staat. Bewaar het
document, zodat u het later opnieuw kunt gebruiken.
Selecteer in uw programma de optie Afdrukken in het
2
menu Bestand. Klik op Eigenschappen voor de
printerinstellingen. Zie bladzijde 5.1 voor aanvullende
informatie.
5.16
AFDRUKTAKEN
Klik op het tabblad Overlays en vervolgens op Create
3
Overlay.
Page 65
Overlays
In het venster Create Overlay toetst u bij File name een
4
naam van maximaal 8 tekens in. Geef zo nodig een pad
naar een andere locatie aan (standaard is dat de map
C:\FORMOVER).
Overlay
Klik op OK. U ziet de naam nu in de Overlay List.
5
Klik op OK of Yes tot u klaar bent met de overlay.
6
De overlay wordt niet afgedrukt maar opgeslagen op de
harde schijf van uw computer.
Opmerking: Het formaat van de overlay moet gelijk zijn aan
het formaat van de documenten waaraan u de
overlay wilt toevoegen.
Zodra een overlay is opgeslagen, kan hij aan uw documenten
worden toegevoegd. Dit gaat als volgt:
Maak of open het document dat u wilt afdrukken.
1
Ga in uw programma naar de printereigenschappen
2
(zie bladzijde 5.1).
Klik op het tabblad Overlays en selecteer de gewenste
3
overlay uit de Overlay List.
AFDRUKTAKEN
5.17
Page 66
Overlays
Als u het gewenste overlay bestand niet ziet in de Overlay
4
List, klikt u op Load Overlay en selecteert u de overlay.
Wanneer u een overlay bestand wilt gebruiken dat ergens
anders staat, bijvoorbeeld op een cd-r, kunt u naar het
venster Load Overlay gaan.
Nadat u het bestand hebt geselecteerd, klikt u op OK. Het
bestand verschijnt nu in de Overlay List en kan aan uw
document worden toegevoegd. Selecteer de overlay in de
Overlay List.
5.18
AFDRUKTAKEN
Page 67
Overlays
Klik zo nodig op Query Page Overlay. Als dit vakje is
5
aangekruist, verschijnt iedere keer dat u een document
wilt printen een dialoogvenster waarin u kunt aangeven of
u de gekozen overlay aan de afdruk van uw document wilt
toevoegen.
Als u in dit venster Yes kiest, wordt de gekozen overlay
over uw document heen afgedrukt.
Als u No kiest wordt de overlay niet afgedrukt.
Als dit vakje leeg is, en een overlay geselecteerd is, wordt
deze automatisch met uw document mee afgedrukt.
Klik op OK of Yes tot de afdruk wordt gestart.
6
De gekozen overlay wordt samen met uw afdruktaak naar
de printer gestuurd en afgedrukt.
Overlay verwijderen
Wanneer u een overlay niet meer gebruikt, kunt u deze
verwijderen.
In de het dialoogvenster Eigenschappen van de printer
1
klikt u op het tabblad Overlays.
Selecteer in de Overlay List de overlay die u wilt
2
verwijderen.
Klik op Delete Overlay.
3
Klik op OK tot het dialoogvenster Afdrukken gesloten
4
wordt.
AFDRUKTAKEN
5.19
Page 68
Laatste bladzijde herhalen
De Samsung ML-1200 bewaart altijd de als laatste afgedrukte
bladzijde in het geheugen. Wanneer u een afdruktaak hebt
onderbroken, bjivoorbeeld omdat het papier is vastgelopen,
kunt u de mislukte bladzij opnieuw afdrukken.
Druk hiervoor kort op Cancel/Reprint.
Opmerking: Als u wilt voorkomen dat iemand anders de laatste bladzij van uw document
afdrukt, kunt u de herhaalfunctie uitzetten in het dialoogvenster Eigenschappen van de
printer. Als u dit doet, wordt de laatste bladzij niet afgedrukt wanneer op het bedieningspaneel
van de printer op de toets Cancel/Reprint wordt gedrukt.
Uitzetten herhaalfunctie:
1.
In het Start menu selecteert u Instellingen en
vervolgens Printers.
2.
Klik met de rechter muisknop op Samsung ML-1200Series en selecteer Eigenschappen.
3. Op het tabblad Graphic, selecteert Off in het
afrolmenu Reprint.
Wanneer dit vakje niet is aangekruist, kan de laatste
bladzijde niet via het bedieningspaneel worden
herhaald.
Om de herhaalfunctie later weer aan te zetten, kruist
u dit vakje weer aan.
4. Klik op OK.
5.20
AFDRUKTAKEN
Page 69
Afdrukken in een netwerkomgeving
Als u gebruik maakt van een netwerk, kunt u uw ML-1200
serie printer rechtstreeks aansluiten op een van de computers
in het netwerk (die dan de “host computer” wordt genoemd).
De printer kan dan worden gedeeld met andere gebruikers via
een Windows 9x, Me, NT 4.0 of 2000 netwerkprinter
verbinding.
Opmerking: Het stuurprogramma voor de Samsung ML-1200
serie printer wordt geïnstalleerd op iedere computer waarop
een netwerkverbinding met de printer wordt gedefinieerd.
Instellingen host computer
Start Windows.
1
In het Start menu selecteert u Configuratiescherm,
2
waar u op het pictogram Netwerk dubbelklikt.
Kruis het vakje Bestanden en printers delen aan en
3
klik op OK. Sluit het venster.
Klik op Start, selecteer Instellingen en vervolgens
4
Printers. Dubbelklik op de naam van uw printer.
Open het menu Printers en
5
Klik op het tabblad Delen en kruis het vakje Gedeeld
6
als aan. Vul de Sharenaam in waaronder andere
gebruikers de printer kunnen vinden en klik op OK.
selecteer Eigenschappen.
AFDRUKTAKEN
5.21
Page 70
Afdrukken in een netwerkomgeving
Instellingen client computers
Instellingen client computers
Klik met de rechter muisknop op Start en selecteer
1
Verkennen.
Dubbelklik in de linker kolom op Netwerkomgeving en
2
vervolgens op de naam van de host computer waarop
de printer is aangesloten.
Klik met de rechter muisknop op de sharenaam van de
3
printer en selecteer Printerpoort toewijzen.
Selecteer de printerpoort waarnaar u op de client
4
computer wilt afdrukken, kruis het vakje Opnieuw
verbinden bij aanmelden aan en klik op OK.
In het Start menu selecteert u Instellingen en
5
vervolgens Printers.
Dubbelklik op het pictogram van de printer.
6
In het menu Printers selecteert u Eigenschappen.
7
Klik op het tabblad
8
klik op OK.
Details, selecteer de printerpoort en
5.22
AFDRUKTAKEN
Page 71
hoodstuk
6
6
Printer
Printer
onderhouden
onderhouden
In dit hoofdstuk vindt u suggesties over onderhoud van de
tonercartridge en de printer.
Het hoofdstuk bevat de volgende onderwerpen:
◆ Onderhoud tonercartridge
◆ Reinigen printer
Page 72
Onderhoud tonercartridge
Tonercartridge bewaren
Verwachte levensduur
tonercartridge
Houd voor de beste resultaten met de tonercartridge de
volgende richtlijnen aan:
• Haal de tonercartridge pas uit de verpakking wanneer u hem in
gebruik wilt nemen.
• Gebruik geen tonercartridges die zijn nagevuld. De garantie
van de printer dekt geen schade die is veroorzaakt door
een nagevulde cartridge.
• Bewaar tonercartridges in dezelfde omgeving als de printer.
• Om schade aan de tonercartridge te voorkomen, moet u hem
niet langer dan enkele minuten aan licht blootstellen.
De levensduur van de tonercartridge hangt af van de hoeveelheid
toner die tijdens het afdrukken wordt gebruikt. Wanneer u
tekstdocumenten met een gemiddelde dekking van 5% afdrukt,
gaat een nieuwe tonercartridge 2500 pagina’s mee. (Voor de bij
de printer geleverde tonercartridge is dit 1000 pagina’s.)
Tonercartridge recyclen
Tonerbesparing
Volg nadat u een nieuwe tonercartridge hebt geplaatst (zie
bladzijde 2.2) de bij de nieuwe cartridge ingesloten instructies
voor recyclen van de oude cartridge.
Om toner te besparen, drukt u op de Toner Save toets op het
bedieningspaneel van de printer. De toets licht dan op. U kunt de
Toner Save Mode ook inschakelen in het venster Eigenschappen
van de printer. Zie “Tonerbesparing” op bladzijde 5.6. Als u deze
optie selecteert, gaat de tonercartridge langer mee en hebt u
lagere kosten per pagina, hoewel dit ten koste gaat van de
afdrukkwaliteit.
PRINTER ONDERHOUDEN
6.1
Page 73
Onderhoud tonercartridge
Toner verdelen in cartridge
Wanneer de toner op begint te raken, kunnen er vage of lichte plakken in uw afdrukken
verschijnen. U kunt proberen de afdrukkwaliteit tijdelijk te verbeteren door de toner beter te
verdelen in de cartridge, bijvoorbeeld om een afdrukopdracht te kunnen afmaken voordat u de
tonercartridge vervangt. Dit gaat als volgt:
1
Pak de voorklep bij de handgrepen links
en rechts en trek hem naar u toe om hem
te openen.
2
Haal de tonercartridge uit de printer.
LET OP:
• Zorg dat uw vingers niet te ver in
de printer komen. De fixeereenheid
kan heet zijn.
• Om schade aan de tonercartridge
te voorkomen, moet u hem niet
langer dan enkele minuten aan
licht blootstellen.
3
Schud de tonercartridge 5 of 6 keer
rustig heen en weer om de toner te
verdelen.
Opmerking: Als er toner op uw
kleding komt, veegt u deze af met een
droge doek en reinigt u de kleding met
koud water. Heet water hecht de
toner aan de stof!
PRINTER ONDERHOUDEN
6.2
Page 74
4
Zet de tonercartridge terug in de
printer. Zorg ervoor dat de cartridge
goed op zijn plaats zit.
Onderhoud tonercartridge
5
Sluit de voorklep zorgvuldig.
Als de afdrukken te licht blijven
Verwijder de oude cartridge en plaats
een nieuwe. Zie “Tonercartridge
installeren” op bladzijde 2.2.
PRINTER ONDERHOUDEN
6.3
Page 75
Reinigen printer
Om de afdrukkwaliteit op peil te houden, moet u de onderstaande schoonmaakprocedure
uitvoeren nadat de tonercartridge is vervangen en ook als er problemen zijn met de
afdrukkwaliteit. Houd de printer zo veel mogelijk vrij van stof en papierresten.
Opmerkingen:
• Gebruik geen op ammoniak gebaseerde reinigingsmiddelen of vluchtige oplosmiddelen als
thinner op of in de buurt van de printer. Zulke middelen kunnen de printer beschadigen.
• Wanneer u het inwendige van de printer reinigt, moet u erop letten dat u de transfer rol
(onder de tonercartridge) niet aanraakt. Vinger- of handafdrukken op de rol kunnen leiden tot
kwaliteitsproblemen.
Reinigen buitenzijde
Veeg de buitenkant van de printer schoon met een zachte,
schone, niet pluizende doek. U kunt de doek bevochtigen met
wat water, maar zorg dat er geen water op de printer kan
druppelen of erin lopen.
Reinigen binnenzijde
Binnenzijde printer reinigen
Opmerking:
aan de tonercartridge te
voorkomen, mag u de
cartridge niet langer dan
een paar minuten aan licht
blootstellen. Dek de
cartridge zo nodig af met
een stuk papier. Let er
verder op dat u de zwarte
transfer rol in de printer niet
aanraakt. Als dit toch
gebeurt, kunt u de printer
beschadigen.
Om schade
Tijdens het afdrukken kunnen zich in de printer papierresten,
toner en stof verzamelen. Dit kan op een gegeven moment
problemen met de afdrukkwaliteit gaan veroorzaken, zoals
tonervlekken of vegen. Deze problemen kunnen worden
opgeheven of tegengegaan door de binnenkant van de printer
te reinigen.
Zet de printer uit en haal de stekker uit het stopcontact.
1
Wacht vervolgens tot de printer is afgekoeld.
Open de voorklep en verwijder de tonercartridge.
2
Gebruik een droge, niet pluizende doek om stof en
3
tonerresten te verwijderen uit de omgeving van de
tonercartridge en de opening voor de cartridge.
PRINTER ONDERHOUDEN
6.4
Page 76
Reinigen printer
Schoonmaakblad
Zet de
4
Sluit het netsnoer weer aan en zet de printer aan.
5
Door een schoonmaakblad af te drukken, wordt de drum in de
tonercartridge gereinigd. Doe dit als er vlekken of vegen op
uw afdrukken verschijnen. Hierbij wordt een vel met
tonerresten geproduceerd, dat u kunt weggooien.
Zorg dat de printer aan staat en klaar is voor gebruik.
1
De automatische invoer moet papier bevatten.
tonercartridge terug en sluit de voorklep.
Opmerking: Het
reinigen duurt enige tijd.
Als u de procedure wilt
afbreken, kunt u de
printer uitzetten.
Houd de Demo toets op het bedieningspaneel ongeveer
2
10 seconden ingedrukt tot alle lampjes van het
bedieningspaneel blijven branden. Laat dan de toets los.
Uw printer voert automatisch een vel papier in uit de invoer
3
en drukt een schoonmaakblad met tonerresten en stof af.
PRINTER ONDERHOUDEN
6.5
Page 77
hoodstuk
7
7
Problemen
Problemen
oplossen
oplossen
In dit hoofdstuk vindt u informatie over wat u moet doen als er
een probleem is met de printer. Het bevat de volgende
onderwerpen:
◆ Checklist problemen oplossen
◆ Algemene printerproblemen oplossen
◆ Vastgelopen papier verwijderen
◆ Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
◆ Foutmeldingen oplossen
◆ Bekende Windows problemen
Page 78
Checklist problemen oplossen
Als de printer niet goed werkt, kijk dan in de volgende checklist. Als u bij een stap komt waar
de printer niet aan voldoet, volgt u de bijbehorende suggesties om het probleem op te lossen.
Check
Kijk of het Data lampje op het
bedieningspaneel brandt.
Druk op de Demo toets om een
demo pagina.
Kijk of de demo pagina correct
is afgedrukt.
Print een kort document vanuit
de computer om te kijken of de
computer en de printer goed op
elkaar zijn aangesloten en met
elkaar communiceren.
Oplossing
• Als alle lampjes uit zijn, kijkt u of het netsnoer
goed is aangesloten. Controleer de aan/uit
schakelaar. Controleer het stopcontact door er een
ander apparaat op aan te sluiten of door de printer
op een ander stopcontact aan te sluiten.
• Als er andere lampjes branden, gaat u verder met
“Foutmeldingen oplossen” op bladzijde 7.17.
• Als er geen demo pagina wordt afgedrukt,
controleer dan de papiervoorraad in de invoer.
• Als het papier vastloopt in de printer, gaat u verder
met “Vastgelopen papier verwijderen” op
bladzijde 7.6.
• Als het Error lampje op het bedieningspaneel
brandt, gaat u verder met “Foutmeldingen oplossen”
op bladzijde 7.17.
Als er een probleem is met de afdrukkwaliteit, gaat u
verder met “Problemen met afdrukkwaliteit oplossen”
op bladzijde 7.11.
• Als de pagina niet wordt afgedrukt, controleert u de
kabelverbinding tussen de printer en de computer.
• Controleer de wachtrij of het dialoogvenster van de
printer (printmonitor op de Mac) om te kijken of het
afdrukken is onderbroken en of de printer off line
staat.
• Controleer of u in uw programma gebruik maakt
van het juiste printerstuurprogramma en/of
communicatiepoort. Als de pagina tijdens het
printen wordt onderbroken, gaat u verder met
“Algemene printerproblemen oplossen” op
bladzijde 7.2.
Als u de checklist hebt afgewerkt
zonder dat u het printerprobleem
hebt kunnen oplossen, gebruik
dan de volgende paragrafen om
het probleem op te lossen.
• “Algemene printerproblemen oplossen” op
bladzijde 7.2.
• “Foutmeldingen oplossen” op bladzijde 7.17.
• “Bekende Windows problemen” op bladzijde 7.20.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.1
Page 79
Algemene printerproblemen oplossen
Als u problemen ondervindt bij het gebruik van uw ML-1200 printer, zie dan de onderstaande
lijst voor mogelijke oplossingen.
Probleem
De printer drukt
niets af.
Mogelijke oorzaak
De printer heeft geen
stroom.
Uw printer staat niet
ingesteld als standaardprinter.
Controleer de printer
op het volgende:
De printer staat
misschien ingesteld op
handinvoer en het
papier is op. (Het
lampje Paper brandt.)
Oplossing
Als alle lampjes uit zijn, kijkt u het
netsnoer goed is aangesloten. Kijk
ook naar de aan/uit schakelaar en
het stopcontact.
Selecteer Samsung ML-1200Series als standaardprinter.
• De klep van de printer is niet
gesloten.
• Papier vastgelopen.
• Geen papier geladen.
• Geen tonercartridge geplaatst.
• Printer systeemfout. Neem contact
op met een service center.
Doe papier in de handinvoer en druk
op de Demo toets op het bedieningspaneel van de printer.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.2
De verbindingskabel
tussen de computer en
de printer is niet goed
aangesloten.
De printerkabel of de
aansluiting van de
computer is defect.
De poortinstellingen
zijn niet goed.
Koppel de printerkabel los van de
printer en de computer en sluit hem
weer aan.
Probeer een andere kabel. U kunt
ook proberen om de kabel op een
andere (goed werkende) computer
aan te sluiten en een document af te
drukken.
Controleer in de Windows
printerinstellingen of gebruik wordt
gemaakt van de juiste poort (voor de
parallelle poort is dat meestal LPT1).
Als de computer meer dan één poort
heeft, moet u kijken of de printer op
de juiste poort is aangesloten.
Page 80
Algemene printerproblemen oplossen
Probleem
De printer drukt
niets af (vervolg).
Printer staat
ingesteld op de
verkeerde
papierinvoer.
Papier wordt niet in
de printer ingevoerd.
Mogelijke oorzaak
De printer is niet goed
geconfigureerd.
Printerstuurprogramma
niet goed geïnstalleerd.
De printer heeft een
storing.
In het dialoogvenster
Eigenschappen van de
printer is een verkeerde
papierinvoer gekozen.
Papier niet goed geladen.
Te veel papier in de
papierlade.
Kijk in de Eigenschappen van de printer
of alle instellingen in orde zijn.
De-installeer het stuurprogramma en
installeer het opnieuw. Probeer een
demo pagina af te drukken.
Controleer de lampjes op het
bedieningspaneel om te kijken of er
een systeemfout wordt aangegeven.
In veel programma’s bevindt de
instelling voor de papierinvoer zich op
het tabblad Papier in de Eigenschappen
van de printer. Selecteer de juiste
papierinvoer.
Haal het papier uit de papierlade en
doe het er op de juiste wijze weer in.
Verwijder het teveel aan papier uit de
papierinvoer.
Oplossing
Afdruktaak wordt
bijzonder traag
uitgevoerd.
Het papier is te dik.
De opdracht is te
complex.
De maximumsnelheid
van de Samsung
ML-1200 serie printer is
12 bladzijden per
minuut.
Als u gebruik maakt van
Windows 95, kan de
wachtrij verkeerd zijn
ingesteld.
Gebruik alleen papier dat voldoet aan
de specificaties voor deze printer.
Probeer het nogmaals met andere
kwaliteitsinstellingen. Als dit probleem
vaak optreedt, kunt u het geheugen
van de printer uitbreiden.
In het Start menu kiest u Instellingen
en vervolgens Printers. Klik met de
rechter muisknop op het pictogram van
de Samsung ML-1200 serie printer,
selecteer Eigenschappen, klik op het
tabblad Details en klik op de knop
Wachtrijinstellingen. Selecteer de
gewenste wachtrij-instellingen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.3
Page 81
Algemene printerproblemen oplossen
Probleem
Een gedeelte van de
pagina is leeg.
Het papier blijft
vastlopen.
Mogelijke oorzaak
De pagina-indeling is te
complex.
Verkeerde afdrukstand.
Het gekozen papierformaat klopt niet met
het papier.
Te veel papier in de
papierlade.
Er wordt een verkeerd
papiertype gebruikt.
Er wordt een verkeerde
uitvoermethode gebruikt.
Oplossing
Maak de pagina-indeling eenvoudiger
en verwijder zo mogelijk minder
belangrijke afbeeldingen uit het
document.
Kies in uw programma voor een
andere afdrukstand.
Zorg ervoor dat het papierformaat in
de instellingen van uw programma
overeenkomt met het papier in de
papierinvoer.
Verwijder het teveel aan papier uit de
papierinvoer. Als u op bijzonder
materiaal afdrukt, gebruik dan de
handinvoer.
Gebruik alleen papier dat aan de
specificaties van de printer voldoet.
Gebruik voor materiaal zoals dik papier
niet de standaard bovenuitvoer.
Gebruik hiervoor de frontuitvoer.
De printer drukt wel
af maar de tekst is
niet in orde of
onvolledig.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.4
Er kunnen zich papierresten in de machine
bevinden.
De printerkabel zit los
of is defect.
Een verkeerd
printerstuurprogramma
geselecteerd.
Open de voorklep en verwijder de
resten.
Koppel de printerkabel los van de
printer en de computer en sluit hem
weer aan. Druk een document af
waarvan u weet dat het in orde is.
Sluit zo mogelijk de kabel en de
printer aan op een andere computer
en druk een document af waarvan u
weet dat het in orde is. Probeer
tenslotte een nieuwe printerkabel.
Kijk in het programma of de juiste
printer is geselecteerd.
Page 82
Algemene printerproblemen oplossen
Probleem
De printer drukt wel af
maar de tekst is niet in
orde of onvolledig
(vervolg).
De pagina’s komen
leeg uit de printer.
Afbeeldingen worden
niet goed afgedrukt in
Adobe Illustrator.
Mogelijke oorzaak
Het programma heeft
een storing.
De tonercartridge is
defect of leeg.
Het document bevat
lege bladzijden.
Sommige printeronderdelen zoals de
controller of het
moederbord kunnen
defect zijn.
Onjuiste instelling in uw
programma.
Oplossing
Druk een document af met een
ander programma.
Vervang de tonercartridge.
Kijk of uw document blanco pagina’s
bevat.
Neem contact op met een service
center.
Druk het document nog een keer af
nadat u het kruisje hebt weggehaald
uit het vakje Bitmap Printing in het
dialoogvenster Afdrukken.
NB: De levensduur van de transferrol
Bij afdrukproblemen wanneer uw printer circa 50.000 pagina’s heeft afgedrukt,
moet u contact opnemen met de klantenservice om de transferrol te vervangen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.5
Page 83
Vastgelopen papier verwijderen
Het komt wel eens voor dat het papier vastloopt tijdens het afdrukken.
Dit kan onder meer de volgende oorzaken hebben:
• De papierinvoer is niet goed geladen of te vol.
• Het papier is uit de printer getrokken tijdens het afdrukken.
• De voorklep is geopend tijdens het afdrukken.
• Het gebruikte papiertype voldoet niet aan de specificaties. Zie “Papierspecificaties” op
bladzijde A.2.
• Het gebruikte papierformaat voldoet niet aan de specificaties. Zie “Papierspecificaties” op
bladzijde A.2.
Als het papier is vastgelopen, branden de lampjes Paper en Error op het bedieningspaneel.
Kijk waar het papier is vastgelopen en verwijder het. Als u niet ziet waar het papier is
vastgelopen, kijkt u in de printer.
Papieruitvoer
Opmerking: Als het papier in dit gedeelte is vastgelopen, kan er zich losse toner op het vel
bevinden. Als er toner op uw kleding is gekomen, moet u de kleding met koud water wassen
omdat de toner door heet water in de stof wordt gefixeerd.
1
Trek het vastgelopen papier
voorzichtig uit de uitvoer.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.6
Page 84
2
Als het papier is vastgelopen bij de
frontuitvoer verwijdert u het voorzichtig
zoals te zien in de afbeelding.
2
Open en sluit de voorklep om door te
gaan met afdrukken.
Vastgelopen papier verwijderen
Papierinvoer
Opmerking: Als het vastgelopen papier zich gedeeltelijk in het tonergedeelte bevindt, volg
dan de instructies op bladzijde 7.8. In dat geval is het gemakkelijker om het papier van binnenuit
de printer te verwijderen dan vanuit het invoergedeelte.
1
Trek het vastgelopen papier voorzichtig
uit de invoer.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.7
Page 85
Vastgelopen papier verwijderen
2
Open en sluit de voorklep om door te
gaan met afdrukken.
Opmerking: Als de lampjes Paper en
Error blijven branden, zitten er nog
papierresten in de printer. Controleer
de binnenzijde van de printer.
Binnenzijde van de printer
Opmerking: Als het papier in dit gedeelte is vastgelopen, kan er zich losse toner op het vel
bevinden. Als er toner op uw kleding is gekomen, moet u de kleding met koud water wassen
omdat de toner door heet water in de stof wordt gefixeerd.
1
Pak de voorklep vast bij de handgrepen
links en rechts en trek hem naar u toe
om hem te openen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.8
Page 86
2
Verwijder de tonercartridge.
LET OP: Om schade aan de
tonercartridge te voorkomen, moet u
hem niet langer dan enkele minuten
aan licht blootstellen. Leg een stuk
papier over de tonercartridge om hem
te beschermen wanneer hij niet in de
printer zit.
3
Trek het papier voorzichtig naar u toe
om het uit de printer te verwijderen.
Vastgelopen papier verwijderen
Zorg dat er geen papierresten in de
printer achterblijven.
4
Zet de tonercartridge terug en sluit de
voorklep. Het afdrukken kan nu worden
voortgezet.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.9
Page 87
Vastgelopen papier verwijderen
Tips om vastlopen van papier tegen te gaan
Door gebruik te maken van het juiste papier en dit op correcte
wijze te laden kunt u ervoor zorgen dat het papier vrijwel
nooit vastloopt. Als het papier toch vastloopt, volgt u de
stappen uit “Vastgelopen papier verwijderen” op bladzijde 7.6.
Als het papier vaak vastloopt, lees dan de volgende tips.
• Volg de procedures uit “Papier aanvullen” op bladzijde 2.4 om
het papier op de juiste manier te laden. Zorg ervoor dat de
instelbare geleiders goed zijn ingesteld.
• Doe niet te veel papier in de papierinvoer. Let op dat het
papier onder de markering aan de binnenkant van de invoer
blijft.
• Haal het papier niet uit de printer wanneer deze bezig is met
afdrukken.
• Buig de stapel papier, waaier hem uit en klop hem weer recht
voor u hem in de printer doet.
• Doe geen gekreukt, gevouwen, vochtig of omgekruld papier
in de printer.
• Doe geen verschillende papiertypen door elkaar in de
papierinvoer.
• Gebruik alleen aanbevolen afdrukmateriaal.
Zie “Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
• Zorg ervoor dat de aanbevolen afdrukzijde van het papier
omlaag ligt in beide papierinvoeren.
• Bewaar afdrukmateriaal in een geschikte omgeving.
Zie “Omgeving printer en papieropslag” op bladzijde A.6.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.10
Page 88
Problemen met de afdrukkwaliteit
oplossen
Checklist afdrukkwaliteit
Algemene problemen met de afdrukkwaliteit kunnen worden opgelost met de onderstaande
checklist.
• Verdeel de toner in de tonercartridge (zie bladzijde 6.2).
• Reinig de binnenkant van de printer (zie bladzijde 6.4).
• Kies een andere afdrukresolutie in de Eigenschappen van de printer (zie bladzijde 5.11).
• Zorg ervoor dat de tonerbesparing (Toner Save) uit staat (zie bladzijde 5.6).
• Kijk naar oplossen van algemene printerproblemen (zie bladzijde 7.2).
• Installeer een nieuwe tonercartridge en kijk of de afdrukkwaliteit nu beter is (zie bladzijde 2.2).
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
Probleem
Lichte of vage afdrukken
Oplossing
Als de afdrukken een verticale witte strook of vaag gedeelte
hebben:
• Is de toner bijna op? Als dit zo is, kunt u de levensduur van
de cartridge misschien tijdelijk rekken. Zie “Toner verdelen”
op bladzijde 6.2. Als de afdrukkwaliteit niet verbetert, is het
tijd voor een nieuwe tonercartridge.
• Het papier voldoet niet aan de specificaties (het is
bijvoorbeeld te vochtig of niet glad genoeg).
Zie “Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
• Als de hele pagina te licht is, kan de afdrukresolutie te laag
staan of staat tonerbesparing aan. Kies een andere resolutie
en zet Toner Save uit in de Eigenschappen van de printer.
Zie bladzijde 5.6 en 5.11.
• Een combinatie van vage en vegerige gedeelten kan erop
duiden dat de tonercartridge moet worden gereinigd.
Zie “Reinigen printer” op bladzijde 6.4.
• Het glas van de LSU in de printer kan verontreinigd zijn.
Reinig de LSU.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.11
Page 89
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
Probleem
Tonervlekken
Dropouts
(uitvalverschijnselen)
Oplossing
• Het papier voldoet niet aan de specificaties (het is
bijvoorbeeld te vochtig of niet glad genoeg).
Zie “Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
• De transfer rol kan vuil zijn. Zie “Reinigen binnenzijde” op
bladzijde 6.4.
• Misschien moet de papierbaan worden gereinigd.
Zie “Reinigen binnenzijde”op bladzijde 6.4.
Als op willekeurige plaatsen vage, meest ronde plekken zitten:
• Misschien zat er een slecht vel tussen het papier. Druk het
document opnieuw af.
• Het vochtgehalte van het papier is niet op alle plaatsen
gelijk of het papieroppervlak bevat vochtplekken. Probeer
een andere merk papier. Zie “Papierspecificaties” op
bladzijde A.2.
• De hele doos papier is niet in orde. Problemen bij het
fabricageproces kunnen ertoe leiden dat toner niet goed
hecht aan sommige gedeelten van het papier. Probeer een
andere merk papier.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.12
Verticale strepen
• De tonercartridge kan defect zijn. Zie “Verticaal terugkerende
afwijkingen” op bladzijde 7.13.
• Als u na deze stappen het probleem niet hebt kunnen
oplossen, neem dan contact op met een service center.
Als de afdrukken een zwarte, verticale streep vertonen:
• Waarschijnlijk zit er een kras op de drum in de
tonercartridge. Plaats een nieuwe tonercartridge.
Page 90
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
Probleem
Grijze achtergrond
Tonervegen
Oplossing
Als er in lichte gedeelten te veel toner wordt gebruikt (grijze
achtergrond) kunt u dit wellicht oplossen met de volgende
procedure:
• Gebruik papier met een lichter gewicht.
Zie “Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
• Check de omgeving van de printer; bijzonder droge (lage
luchtvochtigheid) of vochtige omstandigheden (relatieve
luchtvochtigheid meer dan 80%) kunnen leiden tot een grijze
achtergrond.
• Plaats een nieuwe tonercartridge.
• Reinig de binnenkant van de printer. Zie “
binnenzijde
• Controleer papiersoort en -kwaliteit. Zie “Papierspecificaties”
op bladzijde A.2.
• Probeer een nieuwe tonercartridge.
” op bladzijde 6.4.
Reinigen
Verticaal terugkerende
afwijkingen
Als de afdrukken met regelmatige tussenafstanden tonervegen
vertonen:
• De tonercartridge kan beschadigd zijn. Als een afwijking zich
om de 95 mm of 38 mm herhaalt, moet u een paar keer een
schoonmaakblad afdrukken om de cartridge te reinigen (zie
bladzijde 6.5). Als het probleem blijft terugkomen, plaats dan
een nieuwe tonercartridge.
• Misschien zit er toner op sommige onderdelen van de printer.
Als de achterkant van de afdrukken vlekken vertoont, lost het
probleem zich waarschijnlijk na een aantal pagina’s vanzelf
op.
• De fixeereenheid (fuser) kan beschadigd zijn. Neem contact
op met een service center.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.13
Page 91
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
Probleem
Schaduwvlekken
Misvormde tekst
Oplossing
Schaduwvlekken door een teveel aan toner.
• Het papier kan te vochtig zijn. Probeer papier uit een
andere verpakking. Normaal gesproken breekt u pas een
nieuwe verpakking aan wanneer u het papier direct gaat
gebruiken, zodat het papier bijvoorbeeld niet te lang de
tijd heeft om vocht op te nemen uit de lucht.
• Als er schaduwvlekken optreden op enveloppen, kunt u
proberen de indeling zo te veranderen dat er niet wordt
afgedrukt op gedeelten die dikker zijn doordat aan de
andere kant een overlappende naad zit. Dit probleem kan
worden veroorzaakt door afdrukken op naden.
• Als de hele pagina wordt bedekt door schaduwvlekken, kies
dan een andere afdrukresolutie vanuit uw programma of in
het venster Eigenschappen van de printer.
• Als tekst er misvormd uitziet (“uitgehold” effect), kan het
papier te glad zijn. Probeer een ander type papier.
Zie “Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
• Als tekst er misvormd uitziet (golvend effect), heeft de
scanner misschien onderhoud nodig. Controleer of het
probleem ook optreedt op de demo pagina door de Demo
toets van het bedieningspaneel 2 seconden in te drukken
(terwijl de printer klaar staat voor gebruik). Neem zo nodig
contact op met een service center.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.14
Pagina trekt scheef
• Controleer type en kwaliteit van het papier.
Zie “Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
• Zorg ervoor dat het papier of ander afdrukmateriaal goed
in de papierlade zit en dat de geleiders niet te los of te
strak tegen het papier aan zitten.
Page 92
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
Probleem
Gekruld of golvend papier
Gekreukt papier
Oplossing
• Controleer type en kwaliteit van het papier. Zowel bij een te
hoge temperatuur als een te hoge luchtvochtigheid krult
papier. Zie “Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
• Draai de stapel papier in de invoer andersom (achterstevoren).
Probeer ook of het helpt wanneer u het papier 180°
(ondersteboven) draait.
• Zet de uitvoerhendel om en probeer de frontuitvoer.
• Zorg ervoor dat het papier correct is geladen.
• Controleer type en kwaliteit van het papier. Zie
“Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
• Zet de uitvoerhendel om en probeer de frontuitvoer.
• Draai de stapel papier in de invoer andersom (achterstevoren).
Probeer ook of het helpt wanneer u het papier 180°
(ondersteboven) draait.
Vlekken op achterzijde papier
Zwarte pagina’s
• Misschien is de transfer rol vuil. Zie “Reinigen binnenzijde”
op bladzijde 6.4.
• Kijk of er toner uit de cartridge lekt. Reinig de binnenzijde
van de printer.
• Misschien is de tonercartridge niet correct geplaatst.
Verwijder de cartridge en plaats hem opnieuw.
• Misschien is de tonercartridge defect. Plaats een nieuwe
tonercartridge.
• Misschien moet de printer worden gerepareerd. Neem
contact op met een service center.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.15
Page 93
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
Probleem
Losse toner
Openingen in tekens
Oplossing
• Reinig de binnenkant van de printer. Zie “Reinigen
binnenzijde” 6.4.
• Controleer type en kwaliteit van het papier.
Zie “Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
• Probeer een nieuwe tonercartridge.
• Als het probleem blijft terugkomen, moet de printer
misschien worden gerepareerd. Neem contact op met een
service center.
Openingen in tekens zijn witte gedeelten in tekens die zwart
horen te zijn:
• Als dit probleem optreedt bij transparanten, probeer dan
een ander type. (In verband met de eigenschappen van
transparanten is een beperkte mate van zulke openingen
normaal.)
• Misschien drukt u af op de verkeerde kant van het
materiaal. Verwijder het materiaal en keer het om
(achterstevoren).
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.16
Horizontale strepen
• Misschien voldoet het papier niet aan de specificaties.
Zie “Papierspecificaties” op bladzijde A.2.
Als er horizontale zwarte strepen of vegen ontstaan:
• Misschien is de tonercartridge niet goed geplaatst.
Verwijder de cartridge en plaats hem opnieuw.
• Misschien is de tonercartridge defect. Plaats een nieuwe
tonercartridge.
• Als het probleem blijft terugkomen, moet de printer
misschien worden gerepareerd. Neem contact op met een
service center.
Page 94
Foutmeldingen oplossen
Error
Paper
Data
Data
Error
Paper
Data
Error
Paper
Wanneer de printer een storing heeft, geeft het bedieningspaneel een foutmelding met behulp
van de indicatielampjes. Zoek in het onderstaande overzicht de combinatie van lampjes op
die u op het bedieningspaneel ziet en volg de suggesties om de foutsituatie op te heffen.
Combinatie lampjes
Betekenis symbolen
betekent “lampje uit”
betekent “lampje aan”
betekent “lampje knippert”
Geen spanning
• Controleer het netsnoer en de aan/uit schakelaar als uw printer niet reageert.
Papier vastgelopen of tonercartridge ontbreekt
Het papier is vastgelopen in de printer of er is geen tonercartridge geplaatst.
• Verwijder het vastgelopen papier. Zie “Vastgelopen papier verwijderen” op blz. 7.6.
• Zorg ervoor dat de tonercartridge goed in de printer zit.
Papier op
De papierinvoer van de printer is leeg.
• Vul de papierinvoer. Voor de automatische invoer gaat de printer door met afdrukken
zodra u het papier hebt aangevuld en verdwijnt de melding.
moet u op de toets Demo drukken nadat u papier in de invoer hebt gedaan.
Voor de handinvoer
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.17
Page 95
Foutmeldingen oplossen
Data
Error
Paper
Data
Error
Paper
Data
Paper
Error
Data
Error
Paper
Toner Save
Printer staat te wachten tot op Demo wordt gedrukt
U hebt gekozen voor de handinvoer en de printer wacht nu tot u papier in de
handinvoer doet en op Demo drukt.
• Druk op het bedieningspaneel op Demo om met afdrukken te beginnen. Steeds nadat
u het volgende vel in de handinvoer hebt gedaan, moet u op deze toets drukken.
Klep open
Misschien staat de voorklep van de printer open.
• Kijk of de voorklep van de printer goed gesloten is.
Afdruktaak geannuleerd of geheugen vol
Terwijl de printer een taak annuleert (zie bladzijde 5.5) knippert het Error
lampje. Wanneer de taak is geannuleerd, verdwijnt deze melding automatisch.
Het is ook mogelijk dat het printergeheugen is volgeraakt tijdens verwerken van
een af te drukken pagina of dat de pagina te complex is voor het geheugen van
de printer. Druk op de toets Cancel/Reprint om de afdruktaak te annuleren.
• Probeer wat printergeheugen vrij te maken door eventuele onnodige fonts, macro’s
en andere gegevens uit de printer te wissen.
• Maak de pagina eenvoudiger of kies een lagere afdrukresolutie.
Probleem met fixeereenheid of LSU
• Reset de printer door hem uit te zetten, even te wachten en hem weer aan te zetten.
• Als de fout blijft terugkomen, neem dan contact op met het service center.
7.18
PROBLEMEN OPLOSSEN
Page 96
Foutmeldingen oplossen
Data
Error
Paper
Toner Save
Data
Error
Paper
Toner Save
Data
Error
Paper
Toner Save
Data
Error
Paper
Toner Save
Data
Error
Paper
Toner Save
Data
Error
Paper
Toner Save
Laser oververhit
• Initialiseer de printer door hem uit te zetten, even te wachten en hem weer aan
te zetten.
• Als de fout blijft terugkomen, neem dan contact op met het service center.
Systemfout (geen oververhitting)
• Initialiseer de printer door hem uit te zetten, even te wachten en hem weer aan
te zetten.
• Als de fout blijft terugkomen, neem dan contact op met het service center.
Fout openen fixeereenheid
• Initialiseer de printer door hem uit te zetten, even te wachten en hem weer aan
te zetten.
• Als de fout blijft terugkomen, neem dan contact op met het service center.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.19
Page 97
Bekende Windows problemen
Probleem
De melding “Bestand in
gebruik” verschijnt tijdens
de installatie.
De melding “Fout tijdens
schrijven naar LPTx”
verschijnt.
De melding “Algemene
beschermingsfout”,
“Exception/uitzondering
OE”, “Spool32” of “Illegal
Operation” verschijnt.
Mogelijke oorzaak en oplossing
Sluit alle programma’s af. Maak de programmagroep
Opstarten leeg en start Windows opnieuw op. Installeer het
printerstuurprogramma opnieuw.
• Zorg ervoor dat de kabels goed zijn aangesloten, de
printer aan staat en het Data lampje op het bedieningspaneel brandt.
• Als in het stuurprogramma bi-directionele communicatie
niet is aangezet, is dat de oorzaak van deze melding.
• In het Start menu selecteert u Instellingen en
vervolgens Printers. Klik met de rechter muisknop op
het pictogram van de Samsung ML-1200 serie printer en
selecteer Eigenschappen. Op het tabblad Details klikt u
op Poortinstellingen. Haal het vinkje weg uit het vakje
Poortstatus controleren voor afdrukken en klik
op OK. Bij Wachtrij-instellingen selecteert u Directnaar printer afdrukken en klikt u op OK. Probeer
opnieuw een document af te drukken.
• Sluit alle programma’s, start Windows opnieuw op en
probeer opnieuw af te drukken.
• Maak de Windows map voor tijdelijke bestanden leeg.
U vindt de naam van deze map in het bestand
C:\AUTOEXEC.BAT achter de tekst Set Temp =. Dit is
meestal C:\temp of C:\windows\temp, maar de
gebruiker kan de map ook een andere naam geven.
Opmerking: Zie de bij Microsoft Windows 9x, Me, NT 4.0 of 2000 geleverde documentatie voor
meer informatie over Windows foutmeldingen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
7.20
Page 98
In deze appendix vindt u de volgende onderwerpen:
◆
Printerspecificaties
◆
Papierspecificaties
◆
Afdrukken via een USB kabel
◆
Afdrukken via een Macintosh
◆
Linux driver installeren
Page 99
Printerspecificaties
Item
Printsnelheid
Resolutie
Eerste afdruk na
Opwarmtijd
Aansluitwaarden
Energiegebruik
Geluidsproductie
Toner
Levensduur toner
Capaciteit
Gewicht
Gewicht verpakking
Specificaties en beschrijving
12 ppm (A4)
600 dpi klasse
Minder dan 12,5 seconden
30 seconden
100-127 V wisselstroom (VS, Canada) / 220-240 V (overige), 50/60 Hz
Gemiddeld 250 W tijdens gebruik / minder dan 10 W in spaarstand
Standby: minder dan 35 dB; gebruik: minder dan 47 dB
Enkele cartridge
2500 pagina's (1000 pagina's voor startcartridge), bij 5% dekking
Maandelijks: maximaal 12000 pagina's
6,5 kg
Papier: 1,83 kg
Plastic: 0,33 kg
Afmetingen
(b x d x h)
Gebruiksomgeving
Emulatie
RAM geheugen
Interface
329 x 335 x 231 mm
Temperatuur: 10-32 °C; relatieve luchtvochtigheid: 20-80%
PrinThru
8 MB (niet uit te breiden)
Deze printer is geschikt voor allerlei afdrukmaterialen, zoals
losse vellen (inclusief papier met tot 100% gerecyclede vezels),
enveloppen, etiketten, transparanten en afwijkende formaten.
Eigenschappen als gewicht, samenstelling, fijnheid en
vochtgehalte zijn belangrijke factoren die de efficiency en
afdrukkwaliteit van de printer mede bepalen. Papier dat niet
voldoet aan de in deze handleiding genoemde richtlijnen en
specificaties kan leiden tot de volgende problemen:
• Slechte afdrukkwaliteit
•
Papier loopt vaak vast
•
Reparaties door verhoogde slijtage van de printer
Opmerkingen:
• Het is mogelijk dat papier aan alle richtlijnen uit deze
handleiding voldoet, maar toch minder goede resultaten
geeft. Dit kan bijvoorbeeld samenhangen met een onjuiste
behandeling, onaanvaardbare temperaturen of luchtvochtigheid en andere omstandigheden waarop Samsung geen
invloed heeft.
• Voordat u een grotere hoeveelheid papier koopt, moet u zich
ervan overtuigen dat het voldoet aan de in deze handleiding
genoemde eisen. Verder moet u het papier altijd testen
voordat u een grote hoeveelheid aanschaft.
A.2
PAS OP: Gebruik van papier dat niet aan deze specificaties
voldoet kan problemen veroorzaken die zo ernstig zijn dat de
printer moeten worden gerepareerd. Deze reparaties vallen
niet onder de garantie en/of onderhoudsovereenkomsten van
Samsung.
APPENDIX
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.