Sagem LASER PRO 356 UK, LASER PRO 356 PT, LASER PRO 356, LASER PRO 358 UK, LASER PRO 358, LASER PRO 358 PT User Manual [nl]
SAGEM
LASER PRO 356
LASER PRO 358
Gebruiksaanwijzing
S
GEFELICITEERD
U hebt zojuist een communicatieapparaat van de nieuwste generatie van het merk SAGEM aangeschaft
en wij feliciteren u met uw keus. Met dit multifunctionele apparaat kunt u faxen, printen en scannen;
bovendien kunt u het gebruiken voor communicatie via internet. Dit apparaat voldoet aan al uw
bedrijfseisen.
In deze gebruikershandleiding worden de volgende modellen beschreven:
ModelApparatuur
• Tweezijdige kleurenscanner
• 33.6 kbps fax en 56 kbps datamodem
LASER PRO 356
LASER PRO 358
Dit multifunctionele apparaat combineert krachtige functies, gebruikersvriendelijkheid en eenvoud
dankzij de praktische interface, de mogelijkheid van multi-tasking en de direct toegankelijke lijst van
contactpersonen.
Met dit apparaat kunt u, afhankelijk van het model:
• faxen naar e-mailontvangers sturen dankzij de functie 'F@x to E-mail',
• e-mail versturen en ontvangen,
• SMS-berichten versturen.
Afhankelijk van het model, kunt u ook PCL® 6- en SGScript 3-formaat afdrukken (emulatie van
Postscript® Level 3).
Wij adviseren u enige tijd uit te trekken om deze handleiding te lezen, zodat u de talloze functies van
dit apparaat optimaal kunt gebruiken.
Lijst van accessoires
De volgende extra accessoires zijn leverbaar voor het Fax Laser Pro-assortiment:
• Geheugenkaart voor telefoonboek
• Papierlade voor 500 vellen.
• Duplex-eenheid (afhankelijk van model)
• PCL® 6- en SGScript-pakket (afhankelijk van het model).
• Companion Suite Pro-pakket voor PC (afhankelijk van het model).
1
•18pag. per min.
• SMS-verzending / -ontvangst
• Companion Suite Pro-pakket voor PC
• Tweezijdige kleurenscanner
• 33.6 kbps fax en 56 kbps datamodem
•18pag. per min.
• SMS-verzending / -ontvangst
• LAN 10/100 Base T
Verbruiksartikelen
Zie de laatste pagina van deze gebruikershandleiding voor verdere informatie.
1. De lijst van accessoires kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Bedieningspaneel
Fine
Sfine
Photo
1. Toets : Beëindigt de actuele afdruktaak
2. Toets : Verkorte handleiding afdrukken.
3. Toets : Kopiëren.
4. Toets : Vergroten of verkleinen.
PC
5. Toets
: Scan naar PC / scan naar FTP.
6. Toets : Scan naar e-mail (fax via internet
versturen).
14. Symbool voor dubbelzijdig afdrukken :
* Aan: Modus voor dubbelzijdig afdrukken
geactiveerd
* Uit: Modus voor dubbelzijdig afdrukken
uitgeschakeld.
15. Lampje reserve "Toner" :
Aan : Toner op,
Knippert : Toner bijna op.
16. Lampje papier vastgelopen in printer.
17. Symbool faxontvangst:
* Brandt : Ontvangen mogelijk.
* Knippert : Document(en) in het geheugen of er
wordt nu een document ontvangen
* Uit : Ontvangen niet mogelijk.
18. Numeriek toetsenblok.
19. Alfanumeriek toetsenbord.
Í
20. Toets
: Wist het teken links van de cursor.
21. Toets : Invoeren of nieuwe regel openen.
22. Toets : Speciale tekens oproepen
23. Toets
:
Shift.
24. Toets : Fax versturen.
OK
25. Toets
26. Toets: Toegang tot menu en door menu's
: Selectie op display bevestigen.
omlaag lopen.
C
27. Toets
: Teruggaan naar vorig menu en invoer
corrigeren.
28. Toets: Door menu's omhoog bladeren.
29. Toets : Beëindigt de huidige actie.
30.Toets : Toegang tot telefoonlijst en
snelkiesnummers.
31. Toets Handmatige lijnverbinding, ter controle
meeluisteren bij verzenden
32. Toets : Rondsturen (fax, e-mail of SMS).
33. Toets :
SMS
verzenden.
1
PRINT
11
13
15
14
4
2
3
COPY
COPY
5
6
SCAN
COM
33
8
9
7
32
31
12
10
Fine
Sfine
Photo
28
30
29
16
17
18
26
24
25
27
23
19
21
20
22
Inhoud
INHOUD
1INSTALLATIE1-1
Het apparaat installeren1-1
Installatievereisten 1-1
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik 1-2
De doos uitpakken1-4
De extra papierlade uitpakken (afhankelijk van model of optie)1-5
De duplex-eenheid (voor dubbelzijdig printen) uitpakken
(afhankelijk van model of optie)1-6
Beschrijving1-7
De verwijderbare onderdelen installeren1-8
De invoerklep voor documenten installeren 1-8
De uitvoerklep installeren 1-9
De papierlade installeren 1-10
Papier laden 1-11
De uitvoerklep voor originele documenten instellen 1-13
Handmatig papier laden 1-13
De extra papierlade installeren (afhankelijk van model of optie) 1-15
De Duplex-eenheid installeren (afhankelijk van model of optie) 1-16
Aansluitingen1-20
Telefoon- en LAN-aansluiting 1-21
Netsnoer aansluiten en apparaat inschakelen 1-21
2VERKORTEHANDLEIDING2-1
Navigatiemethodes2-1
Basisprincipe 2-1
Het navigatiesysteem 2-1
De menu's gebruiken 2-2
Het display. 2-3
Toegang tot functies 2-3
Bediening via de menu's 2-3
Directe bediening via nummer 2-4
Vertrouwelijke ontvangst (faxgeheugen)
Ontvangen zonder papier 3-5
Aantal afdrukken 3-6
Rondsturen 3-6
Fax- of PC-ontvangst (afhankelijk van het model) 3-7
3-5
Tweezijdig afdrukken (afhankelijk van model) 3-7
Technische parameters 3-8
Toegang tot verbindings- en e-mailinstellingen 3-13
Toegang tot serverparameters 3-14
Instellingen 3-16
Standaardinstellingen 3-16
Mail sorteren 3-17
Internetverbinding 3-19
Directe verbinding met internet 3-19
Geprogrammeerde verbinding 3-19
De internetfunctie uitschakelen 3-19
SMS3-19
SMS-parameters 3-20
Een SMS-bericht versturen 3-21
Een SMS-bericht wissen 3-22
SMS ontvangen. 3-22
SMS-server. 3-23
4TELEFOONBOEK4-1
Contactpersonen aanmaken4-2
Een contactpersoon toevoegen 4-2
Lijsten van contactpersonen aanmaken4-3
Een lijst toevoegen 4-4
Een nummer toevoegen aan of verwijderen uit de lijst 4-5
Een lijst of de gegevens van een contactpersoon inzien4-5
Een contactpersoon of een lijst aanpassen4-6
Een lijst of de gegevens van een contactpersoon wissen4-6
Het telefoonboek afdrukken4-6
Een telefoonboek importeren4-7
De bestandsstructuur 4-7
Procedure 4-8
Een telefoonboek exporteren4-9
1-2
Inhoud
5BEDIENING5-1
Verzenden5-1
Documenten plaatsen 5-1
Vanuit de vlakbedscanner 5-2
Resolutie/contrast kiezen 5-2
Resolutie 5-2
Contrast 5-3
Telefoonnummer kiezen 5-3
Vanuit het telefoonboek 5-3
Toets nummerherhaling gebruiken 5-4
Verzenden via het
telefoonnet (PSTN)
Direct verzenden 5-5
Later verzenden 5-5
Verzenden met automatisch herhalen 5-6
Verzenden via internet 5-7
Een zwartwitdocument naar een e-mailadres sturen 5-7
Een kleurendocument naar een e-mailadres sturen 5-7
Een getypt bericht naar een e-mailadres sturen 5-8
Scan naar FTP. 5-9
Een bestand op de FTP-server plaatsen: 5-9
Rondsturen. 5-10
Wachtrij voor verzending 5-10
Onmiddellijk vanuit de wachtrij verzenden 5-11
De wachtrij inzien of aanpassen 5-11
Een te verzenden document wissen dat in de wacht staat 5-11
Een document afdrukken dat wacht op verzending of klaargezet is 5-11
Wachtrij afdrukken 5-11
Het verzenden afbreken 5-11
Ontvangen5-12
Ontvangen via het telefoonnet (PSTN) 5-12
Ontvangen via internet 5-12
Logbestanden 5-16
Het functieoverzicht afdrukken 5-17
De apparaatinstellingen afdrukken 5-17
Fonts afdrukken 5-17
Tellers 5-18
Klaarzetten en ophalen 5-18
Blokkering 5-19
De blokkeercode invoeren 5-20
Het toetsenbord blokkeren 5-20
1-3
5-5
Inhoud
De faxnummers blokkeren
De internetinstellingen blokkeren 5-20
SMS blokkeren 5-21
5-20
Scannen naar PC (afhankelijk van het model) 5-21
Mailbox (FAX MBX )5-22
Mailboxen beheren 5-22
Mailbox aanmaken 5-22
De eigenschappen van een MBX aanpassen 5-23
De inhoud van een MBX afdrukken 5-23
Mailbox wissen 5-23
De MBX-lijst afdrukken 5-23
Een MBX opslaan in uw fax 5-23
Een MBX opslaan in een externe fax 5-24
Uit MBX opvragen vanuit externe fax 5-24
6ONDERHOUD6-1
Onderhoud6-1
Basisinformatie 6-1
Het verbruiksmateriaal vervangen (toner en drum) 6-2
Onderdelen vervangen 6-2
Reiniging 6-14
Leeseenheid van de scanner reinigen 6-14
Printer reinigen 6-15
Onderhoud 6-17
Scanner kalibreren 6-17
Storingen6-17
Problemen tijdens de transmissie 6-17
Bij het verzenden vanuit de documentinvoer 6-17
Bij het verzenden vanuit het geheugen 6-18
Foutcodes bij mislukte transmissies 6-18
Printerfouten 6-20
Foutmeldingen 6-20
Papieropstopping in de printer 6-21
Papieropstopping bij de documentuitvoer 6-23
Storingen in de scanner 6-24
Papieropstopping in de documentinvoer 6-24
Andere mogelijke storingen 6-26
Het apparaat verpakken en vervoeren 6-26
Technische gegevens6-28
Technische gegevens van het apparaat 6-28
7VEILIGHEID7-1
Dit apparaat is ontworpen conform de Europese normen I-CTR37 en CTR21 en is bedoeld voor aansluiting op een openbaar
telefoonnetwerk (Public Switched Telephone Network - PSTN). In geval van problemen gelieve u eerst uw leverancier te
raadplegen.
Het -merk bevestigt dat de producten voldoen aan de basiseisen van richtlijn R&TTE 1999/05/EG.
De veiligheid van de gebruikers is gewaarborgd conform richtlijn 73/23/EG.
Voor de EMC-vereisten is
De fabrikant verklaart dat de producten zijn vervaardigd conform bijlage II bij richtlijn R&TTE 1999/5/EG.
richtlijn 89/336/EG gehanteerd.
1-4
1INSTALLATIE
HETAPPARAATINSTALLEREN
INSTALLATIEVEREISTEN
Als u het faxapparaat op de juiste locatie installeert, bent u verzekerd van de lange levensduur
waarvoor het is ontworpen. Controleer grondig of de door u geselecteerde locatie aan de volgende
kenmerken voldoet.
• Kies een goed geventileerde locatie.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen aan de linkerkant van het apparaat niet worden
geblokkeerd. Zorg bij het installeren van het apparaat voor voldoende afstand tussen de muur
en de achterkant.
• De afstand aan de linkerkant van het apparaat moet tenminste 25 centimeter bedragen, zodat u
het deksel gemakkelijker kunt openen en het ventilatierooster van het apparaat niet wordt
geblokkeerd.
1-1
• Zorg ervoor dat er geen ammonia of andere organische gassen in de ruimte kunnen ontstaan.
• Het geaarde stopcontact (zie de veiligheidsinstructies in het hoofdstuk Veiligheid ) waarop u het
apparaat wilt aansluiten moet zich vlakbij het apparaat bevinden en vrij toegankelijk zijn.
• Zorg ervoor dat het apparaat niet wordt blootgesteld aan direct zonlicht.
• Kies bij voorkeur geen opstellingslocatie in de directe luchtstroom van airconditioners,
verwarmingsapparaten of ventilatoren en stel het apparaat niet op in ruimtes waar sterke
temperatuur- en luchtvochtigheidsverschillen heersen.
• Kies een stevig, vlak oppervlak waar het apparaat niet wordt blootgesteld aan sterke trillingen.
• Plaats het apparaat op veilige afstand van voorwerpen die de ontluchtingsopeningen
(waarlangs warmte wordt afgevoerd) kunnen blokkeren.
• Plaats het apparaat niet in de buurt van gordijnen of andere brandbare voorwerpen.
• Kies een locatie waar er geen gevaar bestaat dat er water of een andere vloeistof op het apparaat
spat.
• Controleer of de omgeving schoon, droog en stofvrij is.
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
Houd de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen in het oog bij het gebruik van het apparaat.
Gebruiksomgeving
De optimale gebruiksomgeving voor dit apparaat is als volgt:
• Temperatuur:
10 °C tot 35 °C met een maximale schommeling van 10 °C per uur.
• Luchtvochtigheid:
20% tot 80% (geen condensatie) met een maximale schommeling van 20% per uur.
Hoofdapparaat
Houd de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen in het oog bij het gebruik van het apparaat.
• Schakel het apparaat nooit uit en open nooit kappen van het apparaat tijdens het printen.
• Houd brandbare gassen, vloeistoffen en objecten die magnetische krachten genereren verwijderd
van het apparaat.
• Trek het netsnoer uit door aan de stekker te trekken; trek nooit aan de kabel zelf. Als de kabel
beschadigd is, kan dit tot brand of een elektrische schok leiden.
• Raak het netsnoer nooit met natte handen aan. Dit kan tot een elektrische schok leiden.
• Trek het netsnoer altijd uit alvorens het apparaat te verplaatsen. Als u dit niet doet, kan de kabel
beschadigd raken, hetgeen weer kan leiden tot brand of een elektrische schok.
• Trek het netsnoer altijd uit als u denkt het apparaat lange tijd niet te gebruiken.
• Probeer nooit een paneel of vaste kap te verwijderen. Het apparaat bevat spanningvoerende
componenten; als deze worden blootgelegd kan dit tot een elektrische schok leiden.
• Probeer nooit eigenhandig veranderingen aan het apparaat door te voeren. Dit kan tot brand of een
elektrische schok leiden.
• Plaats nooit zware voorwerpen op het netsnoer; trek er nooit aan en buig hem niet. Dit kan tot
brand of een elektrische schok leiden.
• Controleer altijd of het apparaat niet op het netsnoer of op een van de communicatiekabels van
andere elektrische apparaten staat. Controleer ook of de kabels niet in het mechanisme van het
apparaat komen. Dit zou tot storingen of brand kunnen leiden.
Installatie
1-2
Installatie
• Controleer altijd of er geen paperclips, nietjes of andere metalen voorwerpen via de
ventilatieopeningen of andere openingen in het apparaat kunnen belanden. Dit kan tot brand
of een elektrische schok leiden.
• Voorkom dat er water of andere vloeistoffen op of in de buurt van het apparaat worden
gemorst. Er kan brand of een elektrische schok ontstaan als er water of een andere vloeistof
in contact komt met het apparaat.
• Zou er per ongeluk toch vloeistof of een metalen voorwerp in het apparaat belanden,
schakel het dan onmiddellijk uit, trek de steker uit het stopcontact en neem contact op met
uw dealer. Als u niet direct reageert, ontstaat het gevaar van brand of een elektrische schok.
• Als het apparaat ongebruikelijk veel warmte afgeeft of rook, een ongebruikelijke geur of
herrie produceert, schakel het dan onmiddellijk uit, trek de steker uit het stopcontact en
neem contact op met uw dealer. Als u niet direct reageert, ontstaat het gevaar van brand of
een elektrische schok.
• Printpapier: gebruik geen papier dat al eerder door uw faxapparaat of een andere
printer bedrukt is: de inkt of toner op het papier zou schade kunnen opleveren aan het
printsysteem van uw fax.
Let op - Plaats het faxapparaat op een goedgeventileerde locatie. Er wordt een minimale
hoeveelheid ozon gegenereerd tijdens het normale bedrijf van dit apparaat. Dit kan tot een
onprettige geur leiden als het apparaat wordt gebruikt om langdurig en veel te printen in een slecht
geventileerde ruimte. Voor een comfortabel, gezond en veilig gebruik, dient u het apparaat op een
goedgeventileerde locatie te installeren.
1-3
DEDOOSUITPAKKEN
Neem de beschermingsprofielen, het verpakkingsmateriaal en het apparaat uit de doos.
Controleer of de doos de volgende onderdelen bevat.
Verwijder de plastic zakken en controleer of de hieronder getoonde onderdelen aanwezig
Papierlade
Mechanische unit
papierlade
Kartonnen doos
zijn.
De extra papierlade installeren (zie sectie Beschrijving, pagina 1-7)
1-5
Installatie
DEDUPLEX-EENHEID (VOORDUBBELZIJDIG
PRINTEN) UITPAKKEN (AFHANKELIJKVAN
MODELOFOPTIE)
Verwijder de plastic zakken en controleer of de hieronder getoonde onderdelen aanwezig zijn.
Installatiehandleiding
Duplex-eenheid
Kartonnen doos
De duplex-eenheid installeren (zie sectie De Duplex-eenheid installeren (afhankelijk van
model of optie), pagina 1-16).
1-6
Installatie
BESCHRIJVING
Instelbare
papiergeleiding
ADF-scanner
(automatische
invoer)
Bedieningspaneel
Printer
Extra papier-
lade (optie)
(500 vellen)
Parallelle PC-poort.
(afhankelijk van
model)
USB-poort
LAN-kabelingang
(afhankelijk van
model)
Telefoon-
snoeringang
Documenteninvoer
invoerklep voor scannen
Uitvoerklep voor
originele documenten
uitvoer
Openingshandgreep
vlakbedscanner
Chipkaartlezer
Printer
uitvoer
Lade voor handmatige
papier-
invoer
Papierlade
Aan/uitknop
Toner-/drumcartridge
(vooraf geïnstalleerd)
Netaansluiting
Telefoonsnoer
(afhankelijk van land)
1-7
Netsnoer
(afhankelijk van land)
DEVERWIJDERBAREONDERDELEN
INSTALLEREN
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de verwijderbare onderdelen van het apparaat kunt installeren.
DEINVOERKLEPVOORDOCUMENTENINSTALLEREN
Zet de invoerklep vast door de twee pallen (B) in de daarvoor bestemde uitsparingen (A) te
bevestigen.
Installatie
A
B
1-8
Installatie
DEUITVOERKLEPINSTALLEREN
Plaats de twee lippen (B) van de uitvoerklep in de daarvoor bestemde uitsparingen (A).
A
B
1-9
Installatie
DEPAPIERLADEINSTALLEREN
Plaats de lade met de lippen links en rechts richting het apparaat en draai rustig tegen de lade
totdat hij vast klikt in de uitsparingen (zie tekening).
1-10
Installatie
PAPIERLADEN
Neem het deksel van de papierlade.
Druk op de formaatgeleider voor het papier in de lade aan de rechterkant om beide
geleiders naar links of rechts te bewegen.
Leg een stapel papier in de lade (niet meer dan 250 vellen). Leg voorbedrukt briefpapier
met de bedrukte zijde omhoog.
Zet de stapel papier vast door de geleiders links en rechts tegen de stapel te drukken.
1-11
Let op - Leg tijdens het printen geen nieuw papier in de lade
Geschikt papier :
Papierlade 60 tot 90 g/m
Handmatige invoer 60 tot 160 g/m
Breng het deksel weer op de papierlade aan.
Installatie
2
2
1-12
Installatie
DEUITVOERKLEPVOORORIGINELEDOCUMENTEN
INSTELLEN
Stel de aanslag op de uitvoerklep in, afhankelijk van het formaat van het te scannen papier,
A4 of LGAL (LEGAL).
HANDMATIGPAPIERLADEN
Bij het afdrukken op speciaal papier, zoals 60 to 160 g/m2 gekleurd papier of transparante folie
(geschikt voor laserprinters), moet u het papier handmatig laden, met max. 10 vellen. Schuif het
papier of de folie tot aan de aanslag tussen de twee geleiders 1 en 2 op het deksel van de
papierlade.
1-13
Stel het papier- of folieformaat in met geleider 1 of 2.
2
Installatie
1
1-14
Installatie
DEEXTRAPAPIERLADEINSTALLEREN
(AFHANKELIJKVANMODELOFOPTIE)
1. Verwijder de extra papiercassette met
de lade uit de verpakking en verwijder
de beschermingstape die wordt
gebruikt om de componenten op hun
plek te houden.
3. Neem het deksel van de papierlade.4. Druk op de aandrukplaat in de
2. Plaats het apparaat op de cassette met
de extra papierlade. Lijn de
koppelingspennen van de cassette met
de extra papierlade uit ten opzichte
van de corresponderende uitsparingen
in de onderkant van het apparaat.
papierlade totdat hij vast klikt.
1-15
Installatie
5. Leg een stapel van maximaal
500 vellen papier in de papierlade.
Zorg er daarbij voor dat het papier
altijd met de bovenzijde, zoals in de
verpakking, omhoog ligt.
Opmerking : Neem de papierlade altijd met beide handen vast als u hem uit de cassette verwijdert of erin terugplaatst.
6. Plaats het deksel weer op de lade en
plaats de lade in de cassette.
DE DUPLEX-EENHEIDINSTALLEREN
(AFHANKELIJKVANMODELOFOPTIE)
Na installatie en aansluiting van de duplex-eenheid kunt u ontvangen faxen en lokale fotokopieën
dubbelzijdig afdrukken.
Schakel het apparaat uit en trek de steker uit het stopcontact.
1-16
Installatie
Neem de duplex-eenheid uit de doos en verwijder de beschermfolie.
A
B
C
Verwijder de afdekking over de connector (C) om de connector bereikbaar te maken.
Druk de connector van de lintkabel (E) van de duplex-eenheid in de aansluiting (D)
linksonder op het apparaat.
1-17
Breng de twee plastic pennen (B) in de daarvoor bestemde uitsparingen (A) aan..
Installatie
B
E
Houd de module vast en beweeg de klep die toegang biedt tot de twee blauwe borgklemmen naar
u toe.
1-18
Installatie
Houd de duplex-eenheid in positie en druk stevig tegen een blauwe klem (A) en draai hem
een kwartslag rechtsom. Doe hetzelfde met de tweede blauwe klem. Hiermee vergrendelt
u de duplex-eenheid aan de achterkant van het apparaat.
A
Sluit de klep nadat u de module hebt vergrendeld. De module is nu klaar voor gebruik.
Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat in met de aan/
uit-schakelaar aan de linkerkant.
1-19
AANSLUITINGEN
gj
A
B
C
D:
Installatie
G
F
E
Controleer of de Aan/Uit-schakelaar in de stand O (Uit) staat.
A : Parallelle poort (afhankelijk van
model)
B : USB-poort
C : LAN-aansluiting (afhankelijk van
model)
D : Telefoonaansluiting
E : Ingang netsnoer
F : Telefoonsnoer (afhankelijk van
land)
1-20
Installatie
TELEFOON- EN LAN-AANSLUITING
Steek de telefoonconnector (F) in de aansluiting (D) en steek het andere uiteinde in de
wandcontactdoos voor de telefoonaansluiting.
LAN-aansluiting (afhankelijk van model). Steek het uiteinde van de LAN-kabel (geleverd
door uw netwerkbeheerder) in de aansluiting (C) op het apparaat en steek het andere
uiteinde in de lokale netwerkpoort voor uw faxapparaat.
NETSNOERAANSLUITENENAPPARAATINSCHAKELEN
Let op - Zie de veiligheidsprocedures in het hoofdstuk Veiligheid.
Steek het ene uiteinde van het netsnoer (G) in de aansluiting (E) op het apparaat en steek
het andere uiteinde in de wandcontactdoos.
Zet de Aan/Uit-schakelaar in de stand "I" (Aan).
Na een paar seconden is het apparaat opgewarmd en verschijnen de datum en de tijd. U kunt de
taal en tijd van het apparaat instellen: zie sectie Uw machine instellen, pagina 3-1.
1-21
Installatie
1-22
2
V
ERKORTE HANDLEIDING
NAVIGATIEMETHODES
Met de navigatiefuncties kunt u de menu's op het scherm oproepen en selecteren.
BASISPRINCIPE
Het navigatiesysteem
Dit navigatiesysteem telt 5 toetsen waarmee u de beschikbare menufuncties van het apparaat kunt
bedienen.
2-1
Loading...
+ 101 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.