Roland UA-25EX User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
201a
Lees zorgvuldig onderstaande hoofdstukken voordat u dit apparaat gebruikt: “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN” en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (p. 2; p. 4). Deze hoofdstukken bevatten belangrijke informatie over de juiste bediening van het apparaat. Om er bovendien zeker van te zijn dat u elke functie van uw nieuwe apparaat goed begrijpt, leest u best de hele gebruikershandleiding. De handleiding moet als handige referentie worden bewaard en voorhanden zijn.
Copyright © 2008 ROLAND CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag op enige manier worden
gereproduceerd zonder schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION.

HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN

HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN
INSTRUCTIES TER VERMIJDING VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF VERWONDING VAN PERSONEN.
Info over WAARSCHUWING en OPGELET-aanduidingen Over de symbolen
Gebruikt voor instructies die de gebruiker
WAARSCHUWING
OPGELET
waarschuwen voor levensgevaarlijke risico’s of risico’s op verwondingen indien het apparaat verkeerd wordt gebruikt.
Gebruikt voor instructies die de gebruiker waarschuwen voor risico’s op verwondingen of materiaalschade indien het apparaat verkeerd wordt gebruikt.
* Materiaalschade verwijst naar schade of
negatieve eecten die veroorzaakt worden met betrekking tot de woning en de volledige inrichting, alsook huisdieren.
LET STEEDS OP HET VOLGENDE
Het -symbool waarschuwt de gebruiker voor belangrijke instructies of waarschuwingen. De specieke betekenis van het symbol wordt bepaald door het ontwerp binnen de driehoek. Het symbool links wordt gebruikt voor algemene waarschuwingen voor gevaar.
Het -symbool waarschuwt de gebruiker voor items die nooit mogen worden gebruikt (verboden). De specieke handeling die niet mag worden gedaan, wordt door het ontwerp binnen de cirkel aangeduid. Het symbool links betekent dat het apparaat nooit gedemonteerd mag worden.
Het -symbool wijst de gebruiker op handelingen die moeten worden uitgevoerd. De specieke handeling die moet worden uitgevoerd, wordt door het ontwerp binnen de cirkel aangeduid. Het symbool links geeft aan dat het netsnoer uit het stopcontact moet worden getrokken.
002a
WAARSCHUWING WAARSCHUWING
• Open het apparaat niet en voer geen interne wijzigingen uit.
..............................................................................................................
003
• Probeer het apparaat niet te herstellen of onderdelen ervan te vervangen (behalve als deze handleiding specifieke instructies geeft om dat te doen). Laat het onderhoud over aan uw handelaar, het dichtstbijzijnde EDIROL/ Roland Service Center of een erkende EDIROL/Roland-verdeler, zoals vermeld op de pagina “Informatie”.
..............................................................................................................
004
• Installeer het apparaat nooit op plaatsen die
• aan extreme temperaturen worden
blootgesteld (bv. rechtstreeks zonlicht in een gesloten voertuig, in de buurt van een verwarmingsleiding, op materiaal dat warmte produceert); of die
• nat zijn (bv. bad, wasruimt e, op na tte
vloeren); of die
• worden blootgesteld aan damp of
rook; of die
• worden blootgesteld aan zout; of die
• vochtig zijn; of die
• aan regen worden blootgesteld; of die
• stoffig of zanderig zijn; of die
• aan hoge trillingsniveaus en
schokken worden blootgesteld.
..............................................................................................................
007
• Zorg ervoor dat het apparaat altijd horizontaal en stabiel is geplaatst. Plaats het nooit op een standaard die kan wankelen of op aflopende oppervlakken.
...............................................................................................................
010
• Dit apparaat kan, apart of in combinatie met een versterker en hoofdtelefoon of luidsprekers, geluidsniveaus produceren die permanente gehoorschade kunnen veroorzaken. Gebruik het apparaat niet langdurig aan een hoog volumeniveau of aan een niveau dat oncomfortabel is. Als u gehoorverlies of oorsuizingen ervaart, moet u onmiddellijk stoppen met het gebruik van het apparaat en een audioloog raadplegen.
...............................................................................................................
011
• Zorg ervoor dat er geen voorwerpen (bv. brandbaar materiaal, munten, spelden) of vloeistoffen (water, frisdranken enz.) in het apparaat terechtkomen.
...............................................................................................................
2
012d
WAARSCHUWING
• Schakel het apparaat onmiddellijk uit en vraag onderhoud aan bij uw handelaar, het dichtstbijzijnde EDIROL/ Roland Service Center of een erkende EDIROL/Roland-verdeler, zoals vermeld op de pagina "Informatie" als:
• rook of ongewone geuren
voorkomen;
• objecten of vloeistof in het apparaat
zijn terechtgekomen; of
• het apparaat aan regen werd
blootgesteld (of op een andere manier nat is geworden); of
• het apparaat niet normaal lijkt te
werken of opmerkelijk anders functioneert.
..............................................................................................................
013
• Bij gezinnen met kleine kinderen dient een volwassene toezicht te houden tot het kind in staat is om alle regels te volgen die essentieel zijn voor het veilige gebruik van het apparaat.
..............................................................................................................
014
• Bescherm het apparaat tegen zware schokken. (Laat het niet vallen!)
..............................................................................................................
023
• SPEEL een CD-ROM NIET AF op een conventionele audio cd-speler. Het geproduceerde geluidsniveau is mogelijk zo hoog dat het permanente gehoorschade kan veroorzaken. Luidsprekers en andere systeemonderdelen worden hierdoor mogelijk beschadigd.
..............................................................................................................
104
OPGELET
• Zorg ervoor dat de snoeren en kabels niet in de war raken. Plaats alle snoeren en kabels ook buiten het bereik van kinderen.
...............................................................................................................
106
• Klim nooit op het apparaat en plaats er geen zware voorwerpen op.
...............................................................................................................
108c
• Koppel alle snoeren los van externe apparaten voordat u het apparaat verplaatst.
...............................................................................................................
120
• Schakel de fantoomvoeding altijd uit wanneer u een ander apparaat dan de condensatormicrofoon aansluit dat fantoomvoeding vereist. U kunt schade veroorzaken aan het apparaat indien u per ongeluk fantoomvoeding voorziet voor een dynamische microfoon, audio-afspeelapparatuur of andere apparaten die geen fantoomvoeding vereisen. Zorg ervoor dat u de specificaties van elke microfoon die u wenst te gebruiken controleert door de bijgeleverde handleiding te raadplegen.
(Fantoomvoeding voor dit instrument: 48 V DC, 8 mA Max)
...............................................................................................................
3

BELANGRIJKE OPMERKINGEN

Stroomtoevoer
307
• Schakel alle apparaten uit voordat u dit apparaat op andere apparaten aansluit. Op die manier kunt u defecten en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten voorkomen.
Plaatsing
351
• Als u het apparaat gebruikt in de buurt van eindversterkers (of andere apparatuur met grote eindversterkers) kan er gezoem ontstaan. Om het probleem te verhelpen kunt u het apparaat opnieuw richten of verder van de storingsbron plaatsen.
352a
• Dit apparaat kan radio- en televisieontvangst verstoren. Gebruik dit apparaat niet in de buurt van dergelijke ontvangers.
352b
• Ruis kan ontstaan als draadloze communicatieapparaten, zoals gsm’s, in de buurt van dit apparaat worden gebruikt. Dergelijke ruis kan ontstaan als een oproep wordt ontvangen of gemaakt of tijdens gesprekken. Verplaats dergelijke apparaten zodat ze zich op een grotere afstand van dit apparaat bevinden of schakel ze uit als u dergelijke problemen ervaart.
355b
• Bij verplaatsing van een locatie naar een andere waar de temperatuur en/of vochtigheid sterk verschilt, kunnen er waterdruppels (condens) gevormd worden in het apparaat. Er kunnen schade of defecten ontstaan als u het apparaat in deze toestand gebruikt. Voordat u het apparaat gebruikt laat u het enkele uren liggen tot de condens volledig verdampt is.
360
• Afhankelijk van het materiaal en de temperatuur van het oppervlak waarop u het apparaat plaatst, kunnen de rubberen voetstukken mogelijk het oppervlak verkleuren of ontsieren. U kunt een stuk vilt of stof onder de rubberen voetstukken plaatsen om dit te voorkomen. Zorg er in dit geval voor dat het apparaat niet verschuift of per ongeluk in beweging komt.
Onderhoud
401a
• Gebruik een zachte, droge doek of een doek die licht bevochtigd is met water om het apparaat dagelijks af te vegen. Gebruik een doek die met een zachte, niet-schurende zeepoplossing is bevochtigd om hardnekkig vuil te verwijderen. Veeg vervolgens het apparaat grondig schoon met een zachte, droge doek.
402
• Gebruik geen benzine, verdunningsmiddelen, alcohol of oplosmiddelen om verkleuring en/of vervorming te voorkomen.
CD-ROM’s gebruiken
801
• Voorkom het aanraken of bekrassen van de glanzende onderkant (gecodeerd oppervlak) van de disc. Beschadigde of vuile CD-ROM’s worden mogelijk niet correct gelezen. Houd uw discs proper door een in de handel verkrijgbare cd­reiniger te gebruiken.
Copyright
851
• Het opnemen, kopiëren, verdelen, verkopen, verhuren, tentoonstellen of uitzenden van auteursrechtelijk beschermd materiaal (muziekstukken, visuele werken, uitzendingen, live optredens, enz.) dat geheel of gedeeltelijk toebehoort aan een derde partij zonder de toestemming van de houders van het auteursrecht is door de wet verboden.
852a
• Dit product kan worden gebruikt voor het opnemen of kopiëren van audio- of visueel materiaal zonder beperking door bepaalde technologische kopieerbeveiligingsmaatregelen. Dit komt doordat het gebruik van dit product bedoeld is voor het produceren van originele muziek of videomateriaal en daarom zo is ontworpen dat het materiaal, dat de auteursrechten van anderen (bijvoorbeeld uw eigen originele werken) niet schendt, vrij kan worden opgenomen of gekopieerd.
853
• Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden die de auteursrechten van een derde kunnen schenden. Wij zijn niet verantwoordelijk voor schendingen van auteursrechten van derden door uw gebruik van dit apparaat.
4
Extra voorzorgsmaatregelen
553
• Draag voldoende zorg bij het gebruik van de knoppen, schuifknoppen of andere bedieningselementen van het apparaat en bij het gebruik van aansluitingen en ingangen. Ruw omgaan met de apparatuur kan defecten veroorzaken.
556
• Neem het aansluitstuk vast als u kabels aansluit / loskoppelt - trek nooit aan de kabel. Op die manier vermijdt u kortsluitingen of schade aan de inwendige elementen van de kabel.
558a
• Houd het volume van het apparaat op een redelijk niveau om te vermijden dat u uw buren stoort. Misschien gebruikt u liever een hoofdtelefoon en hoeft u zich geen zorgen te maken over uw omgeving (vooral tijdens de late uren).
559a
• Verpak het apparaat indien mogelijk in de doos (inclusief opvulling) waarin het werd geleverd als u het moet vervoeren. Anders zult u gelijkaardige verpakkingen moeten gebruiken.
562
• Sommige kabels bevatten weerstanden. Gebruik geen kabels met weerstanden om aansluitingen op dit apparaat uit te voeren. Het gebruik van dergelijke kabels kan het geluidsniveau extreem verlagen of zelfs onhoorbaar maken. Contacteer de fabrikant van de kabel voor informatie over kabelspecificaties.
564
• Lees de licentieovereenkomst voordat u de bijgeleverde CD-ROM opent. Het openen van de CD-ROM houdt in dat u akkoord gaat met de licentieovereenkomst.
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
204
* Microsoft, Windows en Windows Vista zijn
gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
206e
* De schermafbeeldingen in dit document worden
gebruikt overeenkomstig de richtlijnen van Microsoft Corporation.
206j
*Windows® is officieel bekend als: “Microsoft®
Windows
207+209
* Apple, Macintosh en Mac OS zijn gedeponeerde
213
* Pentium is een gedeponeerd handelsmerk van Intel
220
* Alle productnamen die in dit document worden
®-besturingssysteem.”
handelsmerken van Apple Inc.
Corporation.
vermeld, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de respectieve eigenaars.
5

Inhoudsopgave

HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN ..................................................2
BELANGRIJKE OPMERKINGEN ...........................................................4
Inhoud van de doos............................................................................7
Paneelbeschrijvingen ........................................................................9
Voorpaneel.......................................................................................................................... 9
Achterpaneel ....................................................................................................................12
Inleiding ............................................................................................14
Wat is een stuurprogramma? .....................................................................................14
Stuurprogramma-installatie en instellingen (Windows Vista)........................ 15
Stuurprogramma-installatie en instellingen (Windows XP)............................18
Stuurprogramma-installatie en instellingen (Mac OS X) ..................................21
Basisaansluitingen en instellingen .................................................24
Basisaansluitingen.......................................................................................................... 25
Een microfoon of gitaar aansluiten ..........................................................................26
Een microfoon aansluiten en de compressor toepassen .................................28
Een digitaal signaal op uw computer opnemen .................................................30
Naar een MD of ander digitaal apparaat opnemen............................................ 31
Bijlage: Stuurprogramma-instellingen ..........................................32
De latentie en andere instellingen aanpassen (Windows)...............................32
De latentie en andere instellingen aanpassen (Mac OS X) ..............................34
Stuurprogramma-installatie........................................................................................ 35
Bijlage: Problemen oplossen...........................................................37
Specificaties ......................................................................................46
Index..................................................................................................48
6

Inhoud van de doos

Controleer na het openen van de doos of u alle onderdelen hebt ontvangen. Neem contact op met uw verdeler indien bepaalde onderdelen ontbreken.
UA-25EX
fig.ua-25ex.eps
Gebruikershandleiding
Dit is het document dat u nu leest. Bewaar het als referentiemateriaal voor in de toekomst.
CD-ROM’s (2 discs)
CD-ROM UA-25EX-stuurprogramma
Dit bevat de UA-25EX-stuurprogramma’s en demonummers.
CD-ROM Cakewalk Production Plus Pack
Dit omvat het Cakewalk Production Plus Pack.
•Met SONAR 6 LE ervaart u een eersteklas muziekproductieomgeving.
Project5 LE maakt intuïtieve muziekproductie op basis van patronen mogelijk
Dimension LE is een sampling-synthesizer die meteen klaar is voor gebruik
981b
Raadpleeg installatiegidsen en de softwarehulp op de CD-ROM voor meer informatie over het gebruik van deze software.
* Het gebruik van het bijgeleverde demonummer bij dit product voor niet-persoonlijke
doeleinden zonder toestemming van de auteursrechthouder is bij de wet verboden. Bovendien mogen deze gegevens niet worden gekopieerd of gebruikt in een werk met secundaire auteursrechten zonder de toestemming van de auteursrechthouder.
* Voorkom het aanraken of bekrassen van de glanzende onderkant (gecodeerd oppervlak) van
de disc. Beschadigde of vuile CD-ROM’s worden mogelijk niet correct gelezen. Houd uw discs proper door een in de handel verkrijgbare cd-reiniger te gebruiken.
WAARSCHUWING
SPEEL een CD-ROM NIET AF op een conventionele audio cd-speler. Het geproduceerde geluidsniveau is mogelijk zo hoog dat het permanente gehoorschade kan veroorzaken. Luidsprekers en andere systeemonderdelen worden hierdoor mogelijk beschadigd.
7
Inhoud van de doos
USB-kabel
Gebruik deze kabel om de UA-25EX aan te sluiten op de USB-aansluiting van uw computer.
* Gebruik alleen de bijgeleverde USB-kabel. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Roland
Service Center of een erkende Roland-verdeler, zoals vermeld op de pagina “Informatie” indien bepaalde onderdelen moeten worden vervangen wegens verlies of schade.
Licentieovereenkomst
Met deze overeenkomst kunt u bepaalde software gebruiken waarvan het auteursrecht eigendom is van Roland Corporation. Lees deze overeenkomst door voordat u de CD­ROM’s opent.
U dient de volgende onderdelen te voorzien
Externe versterker, luidsprekers, hoofdtelefoon en microfoon zijn niet inbegrepen.
De externe versterker, luidsprekers of hoofdtelefoon die noodzakelijk zijn voor het luisteren naar geluiden die worden weergegeven via de UA-25EX zijn niet inbegrepen. Er is geen microfoon inbegrepen die op de UA-25EX kan worden aangesloten om audio in te voeren. U moet deze onderdelen apart aankopen.
Kabels voor aansluiting op een MD- of DAT-recorder zijn niet inbegrepen.
U kunt een digitale MD- of DAT-recorder gebruiken om digitale audio op te nemen, maar een kabel om uw digitaal apparaat aan te sluiten op de UA-25EX is niet inbegrepen. U moet deze kabel apart aankopen.
8

Paneelbeschrijvingen

Voorpaneel

fig. front.eps
1
3
4
8 9
5
12
672
10
11
13
1. Combo-ingangen
Dit zijn analoge audio-ingangen met
microfoonvoorversterkers. Ze zijn zowel voor XLR- als jack­stekkers geschikt waardoor u het geschikte type kunt gebruiken voor het apparaat dat u wilt aansluiten. Ze ondersteunen ook gebalanceerde of ongebalanceerde aansluitingen. Sluit een microfoon aan op XLR-aansluitingen. De XLR­aansluitingen kunnen een fantoomvoeding van 48 V leveren, waardoor u een condensatormicrofoon op fantoomvoeding kunt aansluiten. Schakel in dit geval de Fantoomvoedingschakelaar (23)op het achterpaneel in.
* Dit instrument is uitgerust met
gebalanceerde (XLR/TRS)-aansluitingen. De bedradingsschema’s voor deze aansluitingen worden rechts getoond. Maak de aansluitingen pas nadat u de bedradingsschema’s van andere apparatuur die u wilt aansluiten hebt gecontroleerd.
1:AARDING 2:WARM 3:KOUD
Jack-aansluiting
(ongebalanceerd)
AARDING(HULS)
WARM (PUNT)
KOUD(RING)
XLR-aansluiting
TRS-jack-aansluiting
(gebalanceerd)
2. Invoergevoeligheidsregelaars
Deze passen het ingangsniveau aan van de signalen die worden ingevoerd vanaf de combo­ingangen (1) van het voorpaneel.
3. Invoerimpedantieschakelaar
Hiermee kunt u ofwel een hoge impedantie (Hi-Z) of lage impedantie (Lo-Z) selecteren voor het apparaat dat u hebt aangesloten op de jack-ingang van combo-ingang (1) INPUT 2/R. Als u een gitaar of bas hebt aangesloten, schakelt u de invoerimpedantieschakelaar in (naar
binnen drukken ) om een hoge impedantie te selecteren (Hi-Z). Als u een synthesizer of analoog geluidsapparaat hebt aangesloten, schakelt u de invoerimpedantieschakelaar uit (naar buiten
drukken ) om een lage impedantie te selecteren (Hi-Z). De jack-aansluiting van de combo-ingang INPUT 1/L is vastgelegd op lage impedantie (Lo-Z).
9
Paneelbeschrijvingen
fig. front.eps
1
3
8 9
5
4
12
10
11
13
672
4. Threshold (drempel)-regelaar van compressor/begrenzer
Deze past de threshold (drempel) van de compressor/begrenzer aan. Door de regelaar naar rechts te draaien, verlaagt u het niveau waarop de compressor/begrenzer in werking treedt. Als de compressor/begrenzer-typeschakelaar (22) op het achterpaneel is ingesteld op compressor 1 (of 2), stijgt de versterking (makeup gain) zodra het threshold (drempel)-niveau wordt verminderd, waardoor een vet geluid wordt geproduceerd. Door de knop helemaal naar links te draaien, wordt de compressor/begrenzer uitgeschakeld.
* Door deze regelaar naar rechts te draaien, wordt het compressoreffect versterkt, wat de indruk kan
wekken dat de toon wordt beïnvloed. In dit geval dient u de threshold (drempel)-regelaar terug naar links te draaien totdat de toonverandering niet meer merkbaar is.
* Als u het circuit zelf volledig wilt uitschakelen, zet u de compressor/begrenzer-typeschakelaar (22)
op het achterpaneel op de OFF (BYPASS)-positie.
5. Piekindicator
Dit geeft het invoersignaalniveau weer. Gebruik de invoergevoeligheidsregelaar (2) voor elke ingang om het ingangsniveau aan te passen zodat de piekindicator niet oplicht. Als de
compressor/begrenzer-typeschakelaar (22)
(BYPASS)-positie, licht de piekindicator rood op. Wanneer de compressor/begrenzer-typeschakelaar is ingesteld op de compressor 1-, 2- of limiter-positie, licht de piekindicator groen op.
op het achterpaneel is ingesteld op de OFF
6. Digitale invoerschakelaar
Schakel deze schakelaar in (naar binnen drukken ) als u wilt opnemen vanaf de digitale ingang. Met deze functie kunt u synchroniseren met het externe digitale apparaat dat is aangesloten op de
digitale ingang (17).
Digitale invoerschakelaar Status
AAN met een digitaal apparaat dat is aangesloten op de digitale ingang
UIT
AAN zonder digitaal apparaat dat is aangesloten op de digitale
invoeraansluiting
De invoer van de digitale ingang (17) wordt verstuurd naar de computer (Digitale invoermodus).
De invoer van de combo-ingangen (1) wordt naar de computer gestuurd.
Het audiosignaal (geluid) dat van de computer wordt uitgevoerd via USB wordt doorheen de UA-25EX teruggestuurd naar de computer (LoopBack-modus).
10
*In de digitale invoermodus hoort u het geluid van de computer niet. De instellingen van het direct
monitor-gedeelte worden genegeerd. Dit betekent dat de direct monitor-schakelaar (9), STEREO/ MONO-keuzeschakelaar(8) en het direct monitor-volume (10) niet reageren.
Paneelbeschrijvingen
7. USB-indicator
Deze licht blauw op als de UA-25EX is aangesloten op uw computer via de USB-kabel en als de computer de UA-25EX heeft herkend.
8. STEREO/MONO-keuzeschakelaar (direct monitor-gedeelte)
Hiermee kunt u selecteren of het invoersignaal van de combo-ingangen (1) via de monitors in stereo (STEREO) of in mono (MONO) zal wordt weergegeven.
Als u een gitaar alleen op INPUT 2/R hebt aangesloten, stelt u deze in op mono ( naar binnen drukken). Zelfs in mono-stand wordt het audiosignaal via USB in stereo naar uw computer verzonden.
*Als de digitale invoerschakelaar (6) is ingeschakeld, gebeurt er niets als u de STEREO/MONO-
schakelaar gebruikt.
9. Direct monitor-schakelaar (direct monitor-gedeelte)
Dit selecteert of het invoersignaal van de combo-ingangen (1) wordt uitgevoerd via de hoofdtelefoonaansluiting (13) en master-uitgangen (14). De AAN- of UIT-stand van direct
monitor wijzigt als de schakelaar wordt ingedrukt. De AAN/UIT-status van direct monitor kan rechtstreeks worden bedient via ASIO 2.0-compatibele software zoals Cubase.
Direct monitor-schakelaar Status
AAN (direct monitor-indicator brandt)
UIT (direct monitor-indicator brandt niet)
Het invoersignaal wordt uitgevoerd.
Het invoersignaal wordt niet uitgevoerd. Gebruik de UIT­instelling als het audiosignaal wordt “doorgeleid” binnen de computer of als u een mixer hebt aangesloten en u het ingangsignaal rechtstreeks via de uitgang van de mixer controleert.
*In de digitale invoermodus is direct monitor altijd op AAN ingesteld, ongeacht de positie van de
direct monitor-schakelaar.
10. Direct monitor-volume (direct monitor-gedeelte)
Dit past het volume aan waarin het invoersignaal van de combo-ingangen (1) wordt uitgevoerd via de hoofdtelefoonaansluiting (13) en master-uitgangen (14). Als dit volledig naar rechts is ingesteld, is het volume van de monitors dubbel zo hoog (+6 dB).
11. Direct monitor-indicator (direct monitor-gedeelte)
Dit brandt als direct monitor is ingeschakeld en brandt niet als het op UIT is ingesteld. Als de digitale invoerschakelaar (6) is ingeschakeld, wordt direct monitor automatisch uitgeschakeld en wordt de direct monitor-indicator uitgeschakeld.
12. Uitvoervolume
Dit wijzigt het volume dat wordt uitgevoerd door de hoofdtelefoonaansluiting (13) en master- uitgangen (14).
13. Hoofdtelefoonaansluiting
Aanvaard aansluiting van hoofdtelefoons. Deze aansluiting geeft hetzelfde geluid weer als de master-uitgangen (14). Geluid wordt uigevoerd via de master-uitgangen, zelfs als de hoofdtelefoon is aangesloten.
11
Paneelbeschrijvingen

Achterpaneel

fig.rear.eps
15
19
22
14
16
17
18
20
21 23
14. Master-uitgangen (gebalanceerd TRS-type, RCA phono-type)
Dit zijn uitgangen voor analoge audiosignalen. De jack-aansluitingen en RCA phono-aansluitingen geven hetzelfde signaal weer. U kunt zelf kiezen welk type aansluiting geschikt is voor het aangesloten apparaat of kabel.
* De gebalanceerde master-TRS-uitgangen zijn bedraad zoals
rechts aangegeven. Voordat u aansluitingen maakt moet u de bedrading van het materiaal dat u aansluit controleren.
AARDING(HULS)
WARM(PUNT)
KOUD(RING)
15. Aardingsontkoppeling
Doorgaans kunt u dit in de NORMAL (NOR) –positie laten. Als er ruis optreedt door een aardingslus kunt u mogelijk de ruis wegwerken door deze schakelaar in de LIFT-positie te plaatsen, zodat de bus (SLEEVE)-pin van de gebalanceerde master-TRS-uitgangen van de aarding wordt losgekoppeld.
Mater-uitgang (gebalanceerd TRS-type)
NOR
LIFT
16. Digitale uitgang (optisch)
Dit is een uitgang voor digitale audiosignalen. Gebruik dit om audiosignalen digitaal naar een digitaal audioapparaat zoals MD of DAT uit te voeren. Gebruik een optische kabel om de aansluitingen te maken.
17. Digitale ingang (optisch)
Dit is een ingang voor digitale audiosignalen. Gebruik dit om audiosignalen digitaal van een digitaal audioapparaat zoals MD of DAT in te voeren. Gebruik een optische kabel om de aansluitingen te maken.
18. MIDI IN/OUT-aansluitingen
Dit zijn MIDI-aansluitingen die MIDI-signalen verzenden en ontvangen van de computer.
* De MIDI IN/OUT-aansluitingen zijn niet beschikbaar als u de UA-25EX in
standaardstuurprogrammamodus gebruikt (p. 14).
19. Sample Rate-keuzeschakelaar
Dit specificeert de samplesnelheid waaraan de audio wordt opgenomen of weergegeven. Als u de instelling van de Sample Rate-keuzeschakelaar wijzigt moet u alle software sluiten, de USB-kabel die de UA-25EX met uw computer verbindt loskoppelen en vervolgens de USB-kabel opnieuw aansluiten.
* Als u de standaardstuurprogrammamodus gebruikt (de
staat de samplesnelheid vast op 44,1 kHz, ongeacht de instelling van de sample rate-schakelaar.
* Als u 96 kHz wilt gebruiken stelt u de schakelaar in op ”96R” bij het opnemen en op “96P” bij het afspelen.
Advanced Driver-schakelaar
uitgeschakeld)
12
Paneelbeschrijvingen
20. USB-aansluiting
Gebruik een USB-kabel voor aansluiting op uw computer.
21. ADVANCED DRIVER-schakelaar
Dit wisselt de bedrijfsmodus van de UA-25EX. De UA-25EX heeft twee gebruiksmodi, geavanceerde modus en standaardstuurprogrammamodus en elke modus gebruikt een ander stuurprogramma. Als u de instelling van deze schakelaar wijzigt moet u alle software sluiten, de USB-kabel die de UA­25EX met uw computer verbindt loskoppelen en vervolgens de USB-kabel opnieuw aansluiten.
AAN (Geavanceerde modus)
In deze modus kunt u het bijgeleverde UA-25EX-stuurprogramma gebruiken om audio in hoge kwaliteit en met stabiele timing op te nemen, af te spelen en te bewerken. Kies deze modus als u sequencer-software of audiobewerkingssoftware gebruikt.
UIT (Standaardstuurprogrammamodus)
Kies deze modus als u software gebruikt die het standaardaudiostuurprogramma van het besturingssysteem gebruikt.
* De samplesnelheid ligt vast op 44,1 kHz/16-bit ongeacht de instelling van de sample rate-
keuzeschakelaar van de UA-25EX in de standaardstuurprogrammamodus.
* De MIDI IN/OUT-aansluitingen zijn niet beschikbaar in standaardstuurprogrammamodus.
Voor meer informatie over de stuurprogrammabedrijfsmodi, raadpleeg “Wat is een stuurprogramma?” (p. 14).
22. Compressor/Begrenzer-typeschakelaar
Dit selecteert het type hardware-compressor/begrenzer dat op het invoersignaal wordt toegepast vanaf de combo-ingangen (1). Gebruik de threshold (drempel)-regelaar (4) van de compressor/ begrenzer om de drempel van de compressor/begrenzer aan te passen. De UA-25EX voorziet twee soorten compressoren, telkens met een verschillende aanheftijd.
Schakelaar Verklaring
Compressor 1 (COMP 1)
Compressor 2 (COMP 2)
Begrenzer (LIMIT)
UIT (BYPASS)
Een compressor met een korte aanheftijd, geschikt voor zang.
Een compressor met een lange aanheftijd, geschikt voor instrumenten zoals percussie of akoestische gitaar.
Past lichte compressie toe als een onverwacht signaal van hoog volume wordt ingevoerd, waardoor clipping van geluid wordt voorkomen voordat het de AD­omzetter bereikt. * Clipping van geluid zal ontstaan als de invoer het bereik van de begrenzer overstijgt.
Het compressor/begrenzer-circuit wordt volledig omzeild.
23. Fantoomvoedingschakelaar
Dit is een AAN/UIT-schakelaar voor fantoomvoeding die naar de XLR-aansluitingen wordt gestuurd vanaf de combo-ingangen (1) van het voorpaneel.
* U moet fantoomvoeding uitgeschakeld laten tenzij u condensatormicrofoons die fantoomvoeding
vereisen aansluit op de XLR-aansluitingen. Fantoomvoeding naar een dynamische microfoon of een audio-afspeelapparaat sturen kan defecten veroorzaken. Voor meer informatie over de vereisten van uw microfoon, controleer de handleiding.
* De fantoomvoeding van de UA-25EX: DC 48 V, 8 mA maximum.
13

Inleiding

Wat is een stuurprogramma?

Een stuurprogramma is software die gegevens uitwisselt tussen de UA-25EX en de toepassing op uw computer als uw computer en de UA-25EX via USB-kabel zijn verbonden. U moet het stuurprogramma installeren vooraleer u de UA-25EX op uw computer aansluit. Het stuurprogramma stuurt gegevens van de toepassing naar de UA-25EX en van de UA­25EX naar de toepassing. De UA-25EX heeft twee gebruiksmodi, geavanceerde modus en standaardstuurprogrammamodus en elke modus gebruikt een ander stuurprogramma.
Geavanceerde modus
De UA-25EX werkt in deze modus als op het achterpaneel de advanced driver-schakelaar op ON staat. Doorgaans gebruikt u deze instelling. U kunt het native-stuurprogramma gebruiken dat op de UA-25EX Driver-CD-ROM staat voor het opnemen, afspelen en bewerken van audio in hoge kwaliteit en met stabiele timing. In geavanceerde modus worden signalen uitgewisseld tussen de UA-25EX en de computer aan een bitdiepte van 24 bits en een samplesnelheid van 44,1/48/96 kHz Kies de geavanceerde modus als u software gebruikt die 24-bit audio ondersteunt, zoals de Cakewalk-reeks of als u ASIO-compatibele of CoreAudio-compatibele software gebruikt waarmee u audio in hoge kwaliteit kunt opnemen, afspelen en bewerken, zoals Cubase of Logic.
Standaardstuurprogrammamodus
De UA-25EX werkt in deze modus als op het achterpaneel de advanced driver-schakelaar op OFF staat. Het standaard-USB-audiostuurprogramma van het besturingssysteem wordt gebruikt. In de standaardstuurprogrammamodus worden signalen uitgewisseld tussen de UA-25EX en de computer aan een bitdiepte van 16 bits en een samplesnelheid van 44,1 kHz Kies deze modus als u software gebruikt die de standaardfuncties van het besturingssysteem gebruikt. Doorgaans wordt het stuurprogramma automatisch geïnstalleerd als u de UA-25EX op uw computer aansluit via de USB-kabel.
* Het stuurprogramma van het besturingssysteem ondersteunt ASIO niet.
* De MIDI IN/OUT-aansluitingen zijn niet beschikbaar in standaardstuurprogrammamodus.
14
De installatieprocedure en instellingen verschillen afhankelijk van uw systeem. Ga afhankelijk van uw systeem verder naar een van de volgende hoofdstukken als u de geavanceerde modus gebruikt.
• Windows Vista-gebruikers..........p. 15
• Windows XP-gebruikers..............p. 18
• Mac OS X-gebruikers ....................p. 21

Stuurprogramma-installatie en instellingen (Windows Vista)

Start Windows met alle USB-kabels losgekoppeld (behalve de kabels voor een USB­toetsenbord en/of USB-muis, indien gebruikt).
1
Sluit alle toepassingen voordat u het stuurprogramma installeert.
2
Plaats de bijgeleverde UA-25EX Driver-CD-ROM in uw computer.
3
Start het installatieprogramma voor het Windows-stuurprogramma.
1. Kies [Start] - [Computer]
2. In de CD-ROM, dubbelklik op de “Driver (Vista)”-map
3. Dubbelklik op het pictogram Setup.
* Meld uzelf aan met een account met administrator-rechten en voer de installatie opnieuw uit
als u het volgende bericht ziet “Stuurprogramma’s moeten door administrator
geïnstalleerd worden”.
4
Een gebruikersaccountbeheerscherm verschijnt, klik op [Doorgaan]
5
Het scherm toon de volgende boodschap “EDIROL UA-25EX Driver will be installed on your computer” Klik op [Volgende]
* Als er nog een bericht verschijnt, volgt u de aanwijzingen van dit bericht.
6
Klik op [Volgende] om de installatie te starten.
7
Als een Windows-beveiligingsdialoogvenster verschijnt, klik op [Installeren]
Het scherm toont “UA-25EX driver has been installed.”
* Als er nog een bericht verschijnt, volgt u de aanwijzingen van dit bericht.
8
Zet de advanced driver-schakelaar van de UA-25EX op de “ON”-stand
9
Gebruik de USB-kabel om de UA-25EX op uw computer aan te sluiten.
Inleiding
15
Inleiding
10
Het bericht “Bezig met installeren stuurprogrammasoftware van apparaat” verschijnt onderaan in de rechterhoek van het scherm en het stuurprogramma wordt automatisch geïnstalleerd.
* Neem nota van een eventueel ander bericht dat verschijnt en sluit het.
Als het bericht “stuurprogrammasoftware van apparaat met succes geïnstalleerd” in de hoek onderaan rechts van het scherm verschijnt, is de installatie voltooid. Klik op [Sluiten] om het “Driver Setup”-dialoogvenster te sluiten
11
Klik op [Ja] als het dialoogvenster “systeeminstellingen gewijzigd” verschijnt en start Windows opnieuw op.
Dit voltooit de installatie van het UA-25EX-stuurprogramma. Voer de volgende instellingen uit in uw software

Invoer/Uitvoerapparaatinstellingen voor uw software

Kies de juiste invoer/uitvoer-instellingen voor uw software, zoals hieronder aangegeven om de beste prestaties uit de software te halen die u gebruikt. (Voor de procedure, raadpleeg de gebruikershandleiding van de toepassing die u gebruikt.)
Audio-invoer/uitvoerapparaten
De UA-25EX heeft twee invoer- en twee uitvoeraudiokanalen.
• WAVE OUT-apparaat OUT (UA-25EX)
• WAVE IN-apparaat IN (UA-25EX)
• ASIO-apparaat: EDIROL UA-25EX
* Als u de UA-25EX met een ASIO-compatibele toepassing gebruikt, kiest u “EDIROL UA-25EX” in
de ASIO-instellingen van uw toepassing.
* Schakel monitorweergave uit in uw toepassing of zorg ervoor dat ASIO Direct Monitor wordt
gebruikt om een audio-feedback-loop of dubbele monitorweergave te voorkomen.
* Het is aanbevolen om in uw toepassing niet de Microsoft GS Wavetable Synth van Windows
te gebruiken terwijl u de UA-25EX via ASIO gebruikt. (Dit vermindert de procesbelasting en maakt het wijzigen van de stuurprogrammabuffergrootte gemakkelijker.)
MIDI-invoer/uitvoerapparaten
* De Media Player van Windows Vista kan het MIDI-invoer/uitvoerapparaat van de UA-25EX
niet gebruiken.
Selecteer de volgende apparaten in uw MIDI-compatibele toepassing.
• MIDI OUT-apparaat UA-25EX
• MIDI IN-apparaat UA-25EX
16
Loading...
+ 36 hidden pages