Roland TD-6KX User Manual [nl]

Roland TD-6KX User Manual

(volledig kunststof)

Gebruikershandleiding

Gefeliciteerd met uw keuze voor het Roland Drum TD-6KX systeem.

Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, raden wij u aan u de volgende secties zorgvuldig door te lezen: ‘HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN’ en ‘BELANGRIJKE OPMERKINGEN’ (p. 2, p. 3) In deze secties vindt u belangrijke informatie over het juiste gebruik van het apparaat. Daarnaast dient deze gebruikershandleiding in zijn geheel gelezen te worden, zodat u een goed beeld van alle mogelijkheden krijgt, die uw nieuwe apparaat te bieden heeft. Bewaar deze handleiding om er later naar te kunnen refereren.

Copyright © 2006 ROLAND CORPORATION

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag zonder schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION op enigerlei wijze gereproduceerd worden.

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN

Over WAARSCHUWING en VOORZICHTIG opmerkingen

Wordt gebruikt bij instructies, waarbij

de gebruiker attent gemaakt wordt op WAARSCHUWING het risico van overlijden of zwaar letsel,

wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.

Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste

VOORZICHTIG wijze gebruikt wordt.

* Materiële schade verwijst naar schade of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.

Over de symbolen

Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.

Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.

Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.

NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT

WAARSCHUWING

Voordat u het apparaat in gebruik neemt, leest u

onderstaande instructies en de gebruikershandleiding.

................................................................................................

Maak het apparaat niet open, en voer geen interne

modificaties uit. (Behalve wanneer daartoe specifieke instructies in de handleiding staan, zie p. 13.)

................................................................................................

Tracht het apparaat niet te repareren of onderdelen in het apparaat te vervangen (behalve wanneer daartoe specifieke instructies in de handleiding staan.) Ga voor alle onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkende Roland distributeur, die u op de ‘Informatie’ pagina kunt vinden.

................................................................................................

Gebruik, of berg het apparaat nooit op, op plaatsen

die:

• aan extreme temperaturen onderhevig zijn (bijvoorbeeld in direct zonlicht, in een afgesloten voertuig, dichtbij een warmtekanaal of bovenop warmte genererende apparatuur of die

vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers, wasruimtes of natte vloeren hebben of die

aan regen worden blootgesteld of die

stoffig zijn of die

aan een hoge mate van vibratie onderhevig zijn.

................................................................................................

WAARSCHUWING

Dit apparaat dient alleen in combinatie met een

standaard (MDS serie) gebruikt te worden, die door Roland aanbevolen wordt.

................................................................................................

Wanneer u het apparaat met een standaard (MDS

serie) gebruikt die door Roland aanbevolen is, dient de standaard (MDS serie) voorzichtig

geplaatst te worden zodat deze waterpas en stabiel is. Als u geen rek of standaard gebruikt, dient u nog wel te controleren of de locatie van het apparaat voldoende ondersteuning biedt, en wiebelen voorkomt.

................................................................................................

Zorg ervoor, dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar materiaal, munten of spelden) of vloeist-

offen (water, frisdrank, enz.) in het apparaat terechtkomen.

................................................................................................

In huishoudens met kleine kinderen moet een

volwassene toezicht houden, totdat het kind in staat is de regels, die essentieel zijn voor een

veilige bediening van het apparaat, op te volgen.

................................................................................................

Laat het apparaat niet vallen!

................................................................................................

2

VOORZICHTIG

Probeer het verwikkeld raken van snoeren en

kabels te voorkomen. Bovendien zouden alle snoeren en kabels buiten het bereik van kinderen gehouden moeten worden.

................................................................................................

Ga nooit boven op dit apparaat staan, en plaats er geen zware objecten op.

................................................................................................

Als u bouten, moeren of schroeven verwijdert dient u ze op een veilige plaats te bewaren, buiten het bereik van kinderen, zodat er geen kans is dat ze per ongeluk ingeslikt worden.

................................................................................................

BELANGRIJKE OPMERKINGEN

Naast de onderdelen die onder “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” op pagina’s 2 worden genoemd, raden wij u aan het volgende te lezen en in acht nemen:

Plaatsing

Stel dit apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het niet bij apparaten, die warmte verspreiden, laat het niet in een afgesloten voertuig achter, en stel het niet aan extreme temperaturen bloot. Door overmatige hitte kan het apparaat misvormen of verkleuren.

Zorg ervoor, dat er geen rubber, vinyl of soortgelijke materialen te lang op het apparaat blijven liggen. Zulke objecten kunnen verkleuringen of andere negatieve effecten op de lak van het apparaat hebben.

Onderhoud

Voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat gebruikt u een droge, zachte doek of één die enigszins vochtig is. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil, gebruikt u een doek met een mild, niet schurend schoonmaakmiddel. Daarna veegt u het apparaat met een zachte, droge doek goed af.

Gebruik nooit wasbenzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen om de mogelijkheid van verkleuring en/of misvorming te voorkomen.

Aanvullende voorzorgsmaatregelen

Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere regelaars van dit apparaat met gepaste voorzichtigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot storingen leiden.

Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels, houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel.

Om te vermijden, dat u uw buren stoort, probeert u het volume van dit apparaat op een redelijk niveau te houden. U kunt ervoor kiezen een koptelefoon te gebruiken, zodat u zich geen zorgen om de personen in uw naaste omgeving hoeft te maken (‘s nachts in het bijzonder.)

Dit instrument is ontworpen om zoveel mogelijk externe geluiden te voorkomen, wanneer het bespeeld wordt. Omdat geluidsvibraties via vloeren en muren kunnen worden overgebracht, dient u ervoor zorg te dragen, dat deze geluiden uw buren geen overlast bezorgen. Dit geldt in het bijzonder ’s nachts; gebruik dan een koptelefoon gebruikt.

Wanneer u het apparaat wilt vervoeren, verpakt u het in schokabsorberend materiaal. Het vervoeren van het apparaat zonder dit te doen kan krassen of schade veroorzaken en kan leiden tot storing.

Sommige aansluitkabels bevatten weerstanden. Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen kabels die weerstanden hebben. Bij gebruik van dit soort kabels kan het geluidsniveau extreem laag of zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspecificaties kunt u bij de fabrikant van de kabel verkrijgen.

3

De inhoud van de doos controleren

TD-6V (Percussie geluidsmodule) x 1

KD-8 (Kick trigger pad) x 1

FD-8 (Hi-hat control pedal) x 1

PD-105 (Snare pad) x 1

PD-85 (Tom pad) x 3

CY-5 (Hi-hat cymbal) x 1

CY-8 (Crash cymbal) x 1

CY-12R/C (Ride cymbal) x 1

Kabels

Stemsleutel x 1 (in het FD-8 pakket)

TD-6KX Handleiding x 1

De handleiding wordt met het TD-6V pakket meegeleverd.

Dit pakket bevat geen baspedaal. Gebruik het met een in de winkel verkrijgbaar baspedaal.

**In het kader van productverbetering kunnen de specificaties of het uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgegane mededeling veranderen.

Drum standaard

Zet de Drum standaard in elkaar

Zie de handleiding van de standaard voor meer informatie.

TD=6V (Percussie geluidsmodule)

Bevestig de plaat (meegeleverd met de optionele drum standaard) aan de TD-6V.

Gebruik de schroeven op het onderste paneel, en bevestig de plaat, zoals hieronder aangegeven.

• Om de plaat te bevestigen, verwijdert u de vier 8 mm schroeven (5 x 8) van de onderkant van de TD6V en gebruikt u ze. Als u andere schroeven gebruikt, kunt u het apparaat beschadigen.

Wanneer u het apparaat ondersteboven neerlegt, dient u stapeltjes kranten of tijdschriften onder de vier hoeken van het apparaat te plaatsen, om te

voorkomen dat de knoppen beschadigd raken. U

dient het apparaat altijd zo te plaatsen, dat Smal knoppen niet beschadigd worden.

Wanneer u het apparaat ondersteboven houdt, dient u voorzichtig te zijn dat u het niet laat vallen

of dat het zelf omvalt.

Breed

4

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

De ‘TD-6KX’ in elkaar zetten

Sluit de pads met de meegeleverde kabels aan.

Sluit de L-vormige pluggen van de kabels aan op de pads.

Om storingen en/of schade aan speakers of andere apparaten te voorkomen, dient u altijd het volume zo laag mogelijk te zetten, en alle apparaten uit te zetten, voordat u ze op elkaar aansluit.

HH SNR KIK

CY-8

 

RD

 

HHC RD

T1

CY-12R/C

Sluit op de BOW/EDGE

T2

uitgang aan

PD-85

PD-85

 

CR1 T3

T2 T1

 

CR1

HH

CY-5

 

TD-6V

 

PD-105

T3 PD-85

 

SNR

KD-8

KIK

HHC

FD-8

* Dit pakket bevat geen baspedaal

1.Steek de pluggen van de kabels in de TRIGGER INPUTS jacks op de achterkant van de TD-6V.

2.Steek de L-vormige pluggen in de TRIGGER OUTPUTS jacks van de pads.

*Wanneer u de kabels aansluit, dient u op het label aan beide uiteindes van de kabel te letten.

SNR

Rim triggering wordt niet op de PD-85 ondersteund, wanneer er een tom input op de TD-6V percussie geluidsmodule is aangesloten.

5

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN3. Gebruik de stemsleutel, die met de FD-8

KD-8 (Baspedaal) meegeleverd is, om de schroeven uit Stap 1 vast te draaien, zodat de standaard stabiel is.

Uitgang jack

Head (basdrumvel)

Standaard

Verankeringsbout

Voetplaat

4. Bevestig het baspedaal.

 

Positioneer de klopper, zodat deze het midden van het

De instellingen maken

vel raakt. Schroef daarna het baspedaal en de KD-8 stevig

 

vast.

1. Verwijder de schroeven aan de achterkant van

 

de trekker van de KD-8.

Klopper

 

Schroef het baspedaal stevig vast

 

De hoogte van de voetplaat afstellen

 

Afhankelijk van uw baspedaal, kan het onstabiel zijn, wanneer

2. Trek de standaard helemaal in de richting van

u het aan de KD-8 bevestigt. Stel de hoogte van het voetpedaal

de pijl uit.

zó in, dat de gehele bodem aan de vloer bevestigd is.

 

Klopper

 

In de winkel verkrijgbaar baspedaal

 

Stel de hoogte zó in, dat het gehele

 

pedaal in contact met de vloer is.

6

Maak de ankerbouten van de standaard los enHET APPARAATDe ankerboutenOP EEN VEILIGEbijstellenMANIER GEBRUIKEN verwijder de voetplaat. Wanneer u het baspedaal op een drummat of soortgelijk
oppervlak gebruikt, dient u de ankerbouten bij te stellen, zodat de toppen net onder de plaat vandaan komen. Dit zorgt ervoor, dat het pedaal op zijn plaats wordt gehouden. Wanneer u echter het pedaal op de vloer gebruikt, kunnen de ankerbouten de vloer beschadigen. Stel ze dus goed af.
De ankerbouten bijstellen

1.

2.Stel het baspedaal zó in, dat de gehele bodem in contact met de vloer is.

3.In de meeste gevallen ‘zweeft’ de standaard ietwat. Maak de ankerbouten stevig vast om de standaard en de voetplaat stabiel te houden.

Deze hoogte varieert, afhankelijk van het pedaal.

Installeer het baspedaal zorgvuldig.

Pas erop, dat u uw vingers nergens tussen klemt.

De punten van de ankerbouten zijn scherp. Wees voorzichtig.

Wanneer u de opstelling verplaatst, dient u de schroeven te verwijderen en de standaard in te klappen. De KD-8 vervoeren, terwijl het geopend is, onderwerpt de standaard aan teveel druk, waardoor deze beschadigd kan worden.

Wanneer u ze op de

Wanneer u ze op

drum mat gebruikt

de vloer gebruikt

De punten van de ankerbouten zijn scherp. Wees

voorzichtig.

Wanneer u een dubbel pedaal gebruikt

Positioneer de twee kloppers op een gelijke afstand van het centrum van de pad, zoals links is weergegeven. Als een van de kloppers verder van het centrum verwijderd is dan de andere, zal die klopper zachter klinken of zal deze niet klinken, zoals verwacht.

Het gebruiken van dubbele kloppers resulteert in een lagere gevoeligheid dan normaal. Verhoog de gevoeligheid op de geluidsmodule.

Specificaties

KD-8

 

Afmetingen:

272 (B) x 260 (D) x 405 (H)

Gewicht:

2.9 kg

Accessoires:

Schroeven

*In het kader van productverbetering kunnen de specificaties of het uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgegane mededeling veranderen.

*Continu bespelen kan de pad verkleuren. Dit heeft geen invloed op het functioneren van de pad.

7

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

FD-8 (Hi-hat besturingspedaal)

De FD-8 gebruiken

 

Door de FD-8 te gebruiken, kunt u het openen en sluiten van

 

het hi-hat geluid beïnvloeden.

De diepte van het pedaal instellen

 

Maak de bout los met de stemsleutel

Open hi-hat

 

diep

Sla op de hi-hat zonder het pedaal in te drukken

 

Verplaats de arm

 

 

Half open hi-hat

ondiep

Sla op de hi-hat met het pedaal half ingedrukt

 

 

Gesloten hi-hat

Pedaalplaat

Sla op de hi-hat met het pedaal ingedrukt

Ankerbout

 

 

Gesloten voet

 

Druk het pedaal tot de bodem in

Control out jack

 

 

Voet open

De ankerbouten bevestigen (wanneer u op een

Druk het pedaal in en laat het direct weer los

 

drum mat speelt)

 

Ankerbout

 

Veer voor

Het volume van het gesloten voet geluid kan apart

ingesteld worden (TD-6V Handleiding, p. 66).

de ankerbout

 

 

• Sluit de FD-8 op de TD-6V aan, voordat u de stroom

 

inschakelt.

• De punten van de ankerbouten zijn scherp. Wees

• Druk het pedaal tijdens het inschakelen van de stroom

NIET in.

voorzichtig.

 

Wanneer u op de vloer speelt, kunnen de ankerbouten de vloer beschadigen. Bevestig de ankerbouten niet.

• Wanneer de FD-8 een lange tijd niet gebruikt zal worden,

Specificaties

dient u de arm vast te maken, waardoor het pedaal

FD-8

 

dieper wordt.

 

Afmetingen:

130 (B) x 396 (D) x 103 (H) mm

• Om schade te voorkomen, dient u de FD-8 niet lang met

Gewicht:

1.3

het pedaal ingedrukt te laten staan.

 

 

 

Accessoires:

Stemsleutel

 

* In het kader van productverbetering kunnen de specificaties of

 

het uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgegane mededeling

 

veranderen.

 

8

PD-105 (Snaartrommel)

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

 

• Op de PD-105 heeft het aanpassen van de spanning van

 

 

 

 

het vel alleen invloed op de reactie, niet op de toonhoogte

Standaard

Vel

Hoop (rand)

 

van het geluid, zoals bij een akoestische drum.

bevestigings-

Stembouten

 

• Het vel rekt uit, wanneer het lang gebruikt is. In zulke

 

 

schroef

 

 

 

gevallen kan het aanpassen van de spanning volgens

 

 

 

 

 

 

 

 

deze procedure niet dezelfde resultaten, als bij de eerste

 

 

 

 

keer opleveren. Sla tijdens het spannen op het vel om de

 

 

 

 

spanning en de reactie te voelen.

 

 

 

 

• Het rubberen gedeelte van de rand is een component, dat

 

 

Schroefhouder

eventueel slijt (dit geldt vooral wanneer er veel rim shots

 

 

uitgevoerd worden), en moet te zijner tijd vervangen

 

 

 

 

Bevestigingsklem

Uitgang jack

 

worden. Rim shots kunnen niet correct uitgevoerd

 

Omhulsel

 

worden, wanneer het rubberen gedeelte versleten is. Als

 

 

 

 

 

 

 

 

dit gebeurt, vervangt u de rand. Raadpleeg Roland

 

 

 

 

Service voor meer informatie hierover.

1. Maak de stembouten los, tot er een kleine ruimte te zien is.

2. Maak alle stembouten zo strak mogelijk met uw vingers vast.

Frame

Oefen niet teveel druk op de sensor onder het midden van het vel uit.

• Door de eigenschappen van de materialen, die gebruikt

Stembout

 

 

zijn in de sensor, kunnen veranderingen in

 

 

 

kamertemperatuur van invloed op de gevoeligheid van

Ringetjes

 

Kleine

de sensor zijn.

 

 

 

Rand

ruimte

 

 

 

De spanning van het vel aanpassen

3. Draai met de stemsleutel de stembouten twee

Wanneer u de spanning aanpast, gebruikt u de stemsleutel,

keer helemaal rond, waardoor ze vast zitten.

Maak elke bout apart vast, waarbij u de onderstaande

die bij de FD-8 werd meegeleverd.

volgorde aanhoudt.

 

 

 

Stel altijd de spanning van het vel van de

1

3

PD-105 bij, voordat u hem gebruikt.

 

 

In het algemeen is de spanning correct, als een slag

 

 

ongeveer hetzelfde geluid als een akoestische drum

 

5

produceert.

 

 

6

 

• Slaan op het vel, wanneer de spanning te laag is,

4

2

kan de sensor en het vel beschadigen.

 

 

Als u nalaat de correcte instellingen te maken, kunt u ongelijk volume krijgen.

9

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKENCross Stick

De pad aan een standaard bevestigen

Rand (Rim)

losser vaster

Rand

Het cross stick geluid wordt soms een ‘gesloten rim shot’ genoemd.

Wanneer u een cross stick uitvoert, wordt het rim instrument afgespeeld. Als u de PD-105 gebruikt om de cross stick af te spelen, dient u alleen de rand (buitenste rand) van de pad te raken. Als u uw hand op het vel (middelste gedeelte) van

Staaf de pad plaatst, kan dit ervoor zorgen, dat het cross stick geluid niet correct afgespeeld wordt.

Wanneer u de PD-105 aan de staaf bevestigt, dient u de

Specificaties

 

 

schroef stevig vast te draaien. Als deze te los zit, kan de

PD-105 (V-Pad)

pad er af vallen.

 

ad grootte:

10 inch

 

 

Triggers:

2 (Vel, rand)

De PD-105 bespelen

 

Afmetingen:

280 (B) x 360 (D) x 112 (H) mm

 

 

Gewicht:

2.3 kg

Head shot

Rim Shot

Optioneel:

Mesh Head (MH-10)

 

 

 

 

* In het kader van productverbetering kunnen de specificaties of

 

 

het uiterlijk van dit apparaat veranderen zonder voorafgegane

 

 

mededeling.

 

Vel

Vel

 

 

Rand

Om het geluid af te spelen, dat aan het vel is toegewezen, slaat u alleen op het vel.

Als een slag op het vel een rim geluid produceert, dient u de RimSens waarde op de TD-6V te verminderen.

Anderzijds, als u moeite heeft met het afspelen van geluiden van rim shots, verhoogt u de RimSens waarde.

Zie voor meer informatie de TD-6V Handleiding (p. 75).

10

PD-85 (Tom)

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

 

De spanning van het vel aanpassen

 

 

Wanneer u de spanning aanpast, gebruikt u de stemsleutel,

 

 

die bij de FD-8 werd meegeleverd.

Hoop (Rand)

 

 

 

Sensor

Stel altijd de spanning van het vel van de

 

 

 

Vel

PD-85 bij, voordat u hem gebruikt.

 

 

 

 

In het algemeen is de spanning correct als een slag

Standaard

Ringetje

ongeveer hetzelfde geluid als een akoestische drum

bevestigingsschroef

Stembout

produceert.

 

 

 

Output Jack

 

 

 

• Slaan op het vel, wanneer de spanning te laag is,

 

 

kan de sensor en het vel beschadigen.

Houder

Frame

• Als u nalaat de correcte instellingen te maken,

 

 

 

 

kunt u ongelijk volume krijgen.

• Oefen niet teveel druk op de sensor onder het midden

 

van het vel van de PD-85 uit. Dit kan problemen bij

• Op de PD-85 heeft het aanpassen van de spanning van

accurate detectie veroorzaken, en kan het beschadigen.

het vel alleen op de reactie invloed, niet op de toonhoogte

• Door de eigenschappen van de gebruikte materialen in

van het geluid, zoals bij een akoestische drum.

de PD-85, kunnen veranderingen in kamertemperatuur

• De spanning verandert door gebruik van het instrument,

de gevoeligheid van de sensor beïnvloeden.

dus u moet de spanning mogelijk opnieuw aanpassen.

 

 

 

 

• Het rubberen gedeelte van de rand is een component, dat

 

 

eventueel slijt (dit geldt vooral, wanneer er veel rim shots

 

 

uitgevoerd worden), en moet te zijner tijd vervangen

 

 

worden. Rim shots kunnen niet correct uitgevoerd

 

 

worden, wanneer het rubberen gedeelte versleten is. Als

 

 

dit gebeurt, vervangt u de rand. Raadpleeg Roland

 

 

Service voor meer informatie hierover.

11

1. Gebruik de stemsleutel, die met de FD-8

 

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

meegeleverd werd, om de stembouten vast te

De pad aan een standaard

draaien.

bevestigen

Draai de bouten zó vast, dat u de ruimte tussen het frame

 

en rand even groot houdt.

losser

* De setup bevat slotbeveiliging (om te voorkomen dat de bouten

 

los komen), dus de bouten moeten vrij strak vastgedraaid

 

worden.

 

Rand

vaster

 

Hou de ruimte

 

even groot

 

 

Staaf

Frame

Steek de staaf in de pijp,

 

die in de houder zit.

Maak elke bout apart vast, waarbij u de onderstaande

Wanneer u de PD-85 aan de staaf bevestigt, dient u de

volgorde aanhoudt.

schroef stevig vast te draaien. Als deze te los zit, kan de

 

3

pad vallen.

1

5

4

2

2.Span het vel overal even strak, terwijl u de pad slaat om de spanning te voelen.

Normaliter is de spanning correct, als deze gelijk is aan die van een akoestische drum.

12

 

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

Het vel vervangen

Als een slotbeveiliging tijdens het vervangen van het vel

 

Wanneer het vel vervangen moet

van het frame afkomt, plaatst u het slot zodanig, dat de

vier sleufjes over de randjes in het frame vallen.

worden

Vervolgens drukt u het slot stevig vast.

Het vel is een verbruiksartikel, dat eventueel verslijt en

 

vervangen dient te worden.

Slotbeveiliging

 

Vervangend vel (optioneel): (MH-8 Mesh Head)

1. Verwijder alle stembouten en ringetjes.

* Druk op de slotbeveiliging (in onderstaande figuur) met uw

 

Frame

vinger tijdens het losdraaien van elke stembout, om te

 

 

voorkomen, dat de sloten van het frame afgetrokken worden.

 

 

Losser

Vaster

 

 

 

 

Specificaties

 

Stemsleutel

PD-85 (V-Pad)

 

 

 

 

Rubberen gedeelte

Stembout

Pad grootte:

8 inches

 

Triggers:

2 (Vel, Rand)

van de rand

 

Ringetje

Rand

Afmetingen:

245 (B) x 310 (D) x 95 (H) mm

 

Gewicht:

1.7 kg

 

 

 

Slotbeveiliging

Optioneel:

Mesh Head (MH-8)

 

Frame

* In het kader van productverbetering kunnen de specificaties of

 

het uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgegane mededeling

* De slotbeveiliging voorkomt het draaien en losraken van de

veranderen.

 

stembouten, als gevolg van vibraties van de hoop, die door uw

 

* Rim triggering wordt niet op de PD-85 ondersteund, wanneer

spel optreden.

 

 

deze met een van de tom inputs op de TD-6V Percussie

2. Verwijder de hoop.

 

 

geluidsmodule verbonden is.

3.Verwijder het oude vel.

4.Plaats het nieuwe vel op het frame.

5.Plaats de hoop op het vel.

6.Steek de stembouten door de ringetjes, en bevestig ze aan de hoop en het frame.

7.Pas de spanning van het vel aan (p. 11)

*Draai een bout niet afzonderlijk van de andere bouten strak vast.

13

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN2. Plaats de CY-5, zodat hij op de onderste

CY-5 (Hi-Hat) koppeling past, zoals hieronder wordt weergegeven.

Pad oppervlak

Koepel deel

Rand deel

Uitstulping (Zorg ervoor, dat deze correct geplaatst wordt)

Uitgang jack

Instellingen maken

3.

Plaats het koppelingsvilt (S), en pas druk toe

Wanneer u de CY-5 aan een L-staaf (pad standaard)

 

tijdens het bevestigen van de bovenste

bevestigt, dient u ALLEEN de bevestingsset te

 

 

koppeling (zoals wordt weergegeven).

gebruiken, die hieronder is weergegeven.

 

Hierna kunt u de bovenste koppeling aanpassen, zodat u

(Gebruik de met de FD-8 meegeleverdestemsleutel)

 

de door u gewenste hoeveelheid beweging verkrijgt. Als

 

 

het te los is, kan er dubbele triggering optreden.

Bovenste koppeling

 

Controleer, dat het ROLAND logo zich tegenover het

 

 

bespeelde gedeelte bevindt.

Koppelingsvilt (S)

 

 

Oefen druk uit

 

 

 

 

 

 

Maak de bout vast

 

 

 

met de stemsleutel.

Koppelingsvilt (L)

 

 

 

Onderste koppeling

 

 

 

1. De onderste koppeling en koppelingsvilt (L)

Specificaties

 

 

 

monteren.

CY-5

 

Plaats de inkepingen, zoals hieronder wordt

Grootte:

10 inches

 

 

 

weergegeven. Plaats dan het koppelingsvilt (L), zodat het

Triggers:

2 (Koepel, Rand)

vast zit.

Afmetingen:

246 (B) x 246 (D) x 45 (H) mm

 

Gewicht:

380 g (zonder bevestiging)

Inkeping

Accessoires:

Bevestigingsset voor hi-hat (bovenste

(Zorg ervoor, dat deze

 

 

koppeling, onderste koppeling, koppelingsvilt

correct geplaatst wordt)

 

 

 

 

 

(L), koppelingsvilt (S))

Maak de bout vast

*

In het kader van productverbetering kunnen de specificaties of

met de stemsleutel

 

het uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgegane mededeling

 

 

 

 

veranderen.

 

*

Continu bespelen kan verkleuring van de pad veroorzaken. Dit

 

 

beïnvloedt het functioneren van de pad niet.

14

CY-8 (Crash cymbaal)

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

De CY-8 bespelen

 

Bow Shot

Pad oppervlak

Dit is de meest gebruikte speelmethode, het bespelen van het

 

Koepel deel

oppervlak van de cymbaal. Het correspondeert met het geluid

Rand deel

van de ‘head kant’ van de aangesloten trigger input.

 

 

Bow (koepel)

Uitgang jack

Edge Shot

Bij deze methode raakt u de rand met de stok. Het correspondeert met het geluid van de ‘rim kant’ van de aangesloten trigger input.

De cymbaal pad aan de standaard

 

bevestigen

Edge (rand)

1. Gebruik een stemsleutel om de stopper bout vast te draaien.

De stopper zorgt ervoor, dat de cymbaal niet kan draaien,

en voorkomt dat de kabels verstrikt raken in de

standaard.

Stopper

Draai de bout vast

Choking

Choking (het vasthouden van) de rand van de cymbaal met

(plaats deze correct)

met de stemsleutel.

uw hand zorgt ervoor, dat het geluid stopt.

 

 

2. Controleer, dat het Roland logo zich tegenover

 

 

het bespeelde gedeelte bevindt.

Specificaties

3. Draai de vleugelmoer vast om de gewenste

CY-8

 

hoeveelheid beweging te verkrijgen.

 

Grootte:

12 inches

Gebruik de meegeleverde vilt ring en de vleugelmoer.

Triggers:

2 (Koepel, Rand)

 

Afmetingen:

290 (B) x 295 (D) x 47 (H) mm

Vleugelmoer

Gewicht:

650 g

Accessoires:

Vleugelmoer, vilt ring, stopper

 

Vilt

* In het kader van productverbetering kunnen de specificaties of

 

het uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgegane mededeling

 

veranderen.

 

 

* Continu bespelen kan de pad verkleuren. Dit heeft geen invloed

 

op het functioneren van de pad.

Dubbele triggering kan optreden, als de vleugelmoer los zit.

15

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN2. Bevestig de CY-12R/C, zodat hij geplaatst

CY-12R/C (Ride cymbaal) wordt, zoals weergegeven (de bout dient tegenover de output jacks te zitten).

Bell

Vleugelmoer

Vilt

Koepel

3. Draai de vleugelmoer vast, zodat u de gewenste

hoeveelheid beweging verkrijgt.

Rand

Gebruik de meegeleverde vilt ring en de vleugelmoer.

 

BOW/EDGE

 

Uitgang jack

 

 

• Dubbele triggering kan optreden als de vleugelmoer los

 

zit.

 

 

Op de TD-6V geluidsmodule

 

BOW/BELL

aansluiten

 

 

 

Uitgang jack

Wanneer u de CY-12R/C aansluit, dient u de BOW/

 

 

 

 

EDGE output jack op Trigger Input 11 (RIDE) aan te

 

 

sluiten.

 

Vleugelmoer

 

 

 

• Met de fabrieksinstellingen van de TD-6V kunt u de

 

Vilt

bow en edge geluiden afspelen.

 

 

• Er zijn ride geluiden op de TD-6V, die een ‘velocity

 

Stopper

crossfade’ hebben (verwarrende dubbel-tikken). U

 

kunt de ‘bow’ en ‘bell’ geluiden afwisselen door de

 

 

 

 

aanslaggevoeligheid te bepalen.

De V-cymbaal aan de standaard

 

bevestigen

 

* Gebruik alleen de BOW/EDGE output jack. Als u kabels op

 

 

1. Gebruik de met de FD-8 meegeleverde

beide output jacks aansluit (BOW/EDGE en BOW/BELL),

klinken er twee verschillende trigger input geluiden tegelijk.

stemsleutel om de stopper bout vast te draaien.

 

De stopper zorgt ervoor, dat de CY-12R/C niet kan

 

draaien, en voorkomt, dat de kabels in de standaard

 

verstrikt raken.

 

 

Stopper

Draai de bout met

 

(plaats deze correct)

de stemsleutel vast.

 

16

 

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

De CY-12R/C bespelen

 

 

Verschillende geluiden gebruiken

 

 

 

met bell shot

Bow Shot

 

 

 

 

Hoewel we op p. 16 aanraden om de BOW/EDGE output te

Dit is de meest gebruikte speelmethode, het bespelen van het

gebruiken, kunt u het Bell gedeelte van de cymbaal als trigger

oppervlak van de cymbaal. Het correspondeert met het geluid

gebruiken door de kabel op de BOW/BELL output aan te

van de ‘head kant’ van de aangesloten trigger input.

sluiten.

 

BELANGRIJK:

Bow

Als u dit doet, dient u er zeker van te zijn dat het ‘bell

(Koepel)

cymbaal’ geluid, dat u wilt gebruiken, aan die trigger input is

 

 

toegewezen. Het bell geluid ontstaat niet automatisch.

 

Bell

Edge Shot

 

 

Bij deze methode raakt u de rand met de stok. Het

 

 

correspondeert met het geluid van de ‘rim kant’ van de

 

 

aangesloten trigger input.

 

 

Maak de aansluiting met de BOW/EDGE output, om ervoor te

 

 

zorgen, dat u edge shots met de CY-12R/C kunt maken.

* Gebruik de rand van de stok, wanneer u bell shots speelt.

 

 

Specificaties

Rand sensor

CY-12R/C (V-Cymbal Ride/Crash)

 

Pad grootte:

12 inches

 

Triggers:

3 (Bow, Bell, Edge)

 

Afmetingen:

300 (B) x 300 (D) x 51 (H) mm

 

Gewicht:

1.1 kg

Choking

Accessoires:

Stopper, vleugelmoer, vilt ring, kabelhaak

* In het kader van productverbetering kunnen de specificaties of

Choking (het vasthouden van) de rand van de cymbaal met

het uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgegane mededeling

uw hand zorgt ervoor, dat het geluid stopt. Choke de locatie

veranderen.

 

van de rand sensor die in het figuur wordt weergegeven. Als

 

* Continu bespelen kan de pad verkleuren. Dit heeft geen invloed

u een gedeelte zonder sensor vasthoudt, zal het geluid niet

op het functioneren van de pad.

stoppen.

 

 

 

* DE TD-6V ondersteunt geen driewegs triggering met de CY-

 

12R/C.

 

Rand sensor

 

 

17

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

De optionele pads aan de TD-6KX toevoegen

U kunt maximaal 11 pads tegelijkertijd gebruiken.

*Zie voor meer informatie de handleiding van de TD-6V, p. 33.

Voorbeelden

Achterpaneel TD-6V

CY-8

PCS-31L

PD-85

 

PD-85

 

 

 

Een cymbaal toevoegen

Trigger input 10 (CRASH2) is al ingesteld om met een optionele cymbaal pad (CY-8/CY-5) gebruikt te worden. Gebruik voor het bevestigen de Cymbal Mount MDY-10U.

Een tom toevoegen

Met de optionele kabel (PCS-31L) verbindt u twee PD-8’s met de trigger input 7/8 (TOM3/4).

Gebruik voor het bevestigen de Pad Mount MDH-10U.

*Trigger parameters in de TD-6V geluidsmodule moeten ingesteld worden. Zie voor meer informatie de TD-6V Handleiding, p. 70.

Opties

Kick trigger pad:

KD-7, KD-8

V-kick trigger pad:

KD-85, KD-120

Dubbele trigger pad:

PD-8

V-pad:

PD-85, PD-105, PD-125, PDX-8

Cymbaal pad:

CY-5, CY-8

V-cymbaal:

CY-12R/C, CY-14C, CY-15R

Pad bevestiging:

MDH-10U

Cymbaal bevestiging:

MDY-10U

Aansluitingskabels:

PCS-31L

18

Trigger instellingen voor de TD-6V

De trigger parameters van de TD-6KX voor de meegeleverde pads zijn in de fabriek ingesteld.

Normaliter is er geen reden om aanpassingen te maken.

Als de ‘Factory Reset’ functie (TD-6V Handleiding, p. 78) uitgevoerd wordt, moeten trigger parameters opnieuw ingesteld worden, zoals hieronder weergegeven.

Veranderingen zijn:

Trigger type voor alle pads behalve voor Kick, Hi-hat en Crash 1.

Rim Sens voor de Snare Trigger.

Crosstalk Cancel voor de Ride.

Input

 

Trigger parameter

Waarde

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1 KICK

Head

Trig Type

KD-8

 

 

 

 

 

 

 

 

2 SNARE

Head

Trig Type

PD-80R

PD-125

 

 

 

 

 

 

 

Rim

Trig Type

Rim

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-

Rim Sens

8

13

 

 

(TRIGGER ADVANCED)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

3 HI-HAT

Head

Trig Type

PD-8

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Rim

Trig Type

Rim

 

 

 

 

 

 

 

 

4 TOM1

Head

Trig Type

PD-8

PD-80R

 

 

 

 

 

 

 

Rim

Trig Type

Rim

 

 

 

 

 

 

 

 

5 TOM2

Head

Trig Type

PD-8

PD-80R

 

 

 

 

 

 

 

Rim

Trig Type

Rim

 

 

 

 

 

 

 

 

7 TOM3

Head

Trig Type

PD-8

PD-80R

 

 

 

 

 

 

 

Rim

Trig Type

Rim

 

 

 

 

 

 

 

 

9 CRASH1

Head

Trig Type

CY-8

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Rim

Trig Type

Rim

 

 

 

 

 

 

 

 

11 RIDE

Head

Trig Type

CY-8

CY Type

 

 

 

 

 

 

 

Rim

Trig Type

Rim

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-

XTalk Cancel

30

65

 

 

 

 

 

 

*Zie voor meer instructies over het instellen van de trigger parameters de TD-6V Handleiding, p. 69.

Dit product dient te worden weggegooid via de lokale vuilverwerking.

Niet weggooien in een normale vuilnisbak.

,EES EERST ZORGVULDIG DE SECTIES GETITELDGh6%),)' '%"25)+T6!. (%4 !00!2!!4v EN h"%,!.'2)*+% !!.$!#(4305.4%.v 3)N DEZE4SECTIES STAATNBELANGRIJKE INFORMATIE OVER DERJUISTE BEDIENING VAN DIT APPA RAAT A/M ZEKER TE ZIJN DAT U ALLEEFUNCTIES VAN UWAAPPARAAT VOLDOENDENKENT ENKBEHEERST EDIENTBUEDE HANDLEI DING INGHAAR GEHEELATE LEZEN E"EWAAR DEZETHANDLEIDINGEVOOR LATERE REFERENTIE

Accessoires

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

"«}i iÌÊL Ê iÌÊ «ÃÌi i ÊÛ> Ê`iÊÃÌ> `

2SHQ GH EHQHQ YDQ GH VWDQG QLHW YHUGHU GDQ HHQ KRHN YDQHQ ]RUJ GDW KHW OLQNHU HQ UHFKWHUEHHQ YDQ GH VWDQG QLHW YHUGHU GDQ P HWHU XLW HONDDU VWDDQ =RQLHW ]RX GH VWDQG NXQQHQ RPYDOOHQ

M INCHES

#OPYRIGHTR©I 2OLAND #ENTRAL %UROPE

!LLE RECHTEN VOORBEHOUDEN (ET GEHEELEOF GEDEELTELIJK REPRODUCERENEVAN DITADOCUMENT IS VERBODEN ZONDERTSCHRIFTELIJKER TOELATINGAVANI2OLAND #ENTRAL %UROPE

7IJZIGINGEN AAN DEESPECIlCATIES EN OF HET UITERLIJK VOORBEHOUDENNZONDER VOORAFGAANDEOKENNISGEVING

Gebruikershandleiding

Gefeliciteerd met uw keuze voor de Roland Percussion Sound Module TD-6KV.

Lees, alvorens u dit apparaat in gebruik neemt, zorgvuldig de hoofdstukken “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” (p.2) en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (p.4). Deze hoofdstukken bevatten belangrijke informatie omtrent correct gebruik van het apparaat. Echter, om uzelf ervan te verzekeren een goed inzicht in alle functies en mogelijkheden van uw nieuwe apparaat te verkrijgen, dient u de gehele handleiding te lezen. De handleiding dient onder handbereik als een praktisch naslagwerk te worden bewaard.

* Alle productnamen in deze handleiding zijn geregistreerde handelsmerken van de respectievelijke eigenaren.

202

Copyright © 2004 ROLAND CORPORATION

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd op welke wijze ook zonder de schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION.

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN

Over WAARSCHUWING en VOORZICHTIG opmerkingen

Wordt gebruikt bij instructies, waarbij

de gebruiker attent gemaakt wordt op WAARSCHUWING het risico van overlijden of zwaar letsel,

wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.

Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste

VOORZICHTIG wijze gebruikt wordt.

* Materiële schade verwijst naar schade of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.

Over de symbolen

Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.

Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.

Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.

NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT

WAARSCHUWING

• Lees, voordat u dit apparaat in gebruik neemt, eerst

de onderstaande instructies en de handleiding.

................................................................................................

• Open of wijzig (op welke wijze ook) dit apparaat of

de adapter niet.

................................................................................................

Probeer niet om het apparaat te repareren of inwendige onderdelen te vervangen (tenzij deze handleiding specifieke instructies geeft om dit wel te doen). Laat al het onderhoud over aan uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina.

................................................................................................

• Gebruik of stal het apparaat nooit op plaatsen die:

• Bloot staan aan extreme temperaturen (bijv., in direct zonlicht in een afgesloten voertuig, dichtbij een verwarmingsbuis, bovenop een warmte producerend apparaat); of waar

Dampvorming plaatsvindt (bijv., baden, wasruimtes, op natte vloeren); of die

Vochtig zijn; of die

Bloot staan aan regen; of die

Stoffig zijn; of die

Bloot staan aan zware trillingen.

................................................................................................

WAARSCHUWING

• Dit apparaat dient alleen gebruikt te worden met

een door Roland aanbevolen houder of standaard.

................................................................................................

• Als het apparaat gebuikt wordt met een door

Roland aanbevolen houder of standaard, moet de houder of standaard nauwkeurig geplaatst worden

, zodat deze recht en stabiel staat. Als u geen houder of standaard gebruikt, dient u echter ook een plaats uit te kiezen om het apparaat neer te zetten met een voldoende vlak oppervlak, dat het apparaat goed ondersteunt en wiebelen voorkomt.

................................................................................................

• Gebruik alleen de meegeleverde adapter.

Controleer ook of de netspanning overeen komt met de op de adapter weergegeven ingang-

spanning. Andere adapters kunnen een andere polariteit gebruiken of ontworpen zijn voor een ander voltage, wat kan leiden tot schade, onjuist functioneren of een elektrische schok.

................................................................................................

Buig of draai de stroomdraad niet extreem en plaats er geen zware dingen op. Dit kan schade veroorzaken aan het snoer en leiden tot zwakke plekken en kortsluiting. Beschadigde snoeren geven branden schokgevaar!

................................................................................................

2

WAARSCHUWING

Dit apparaat, zowel alleen als in combinatie met een versterker,een koptelefoon of speakers, kan geluidsniveaus produceren die permanente gehoorschade kunnen opleveren. Gebruik het daarom niet gedurende lange tijd op een hoog volumeniveau of op een niveau dat oncomfortabel is. Als u enige vorm van gehoorverlies of suizen in de oren ervaart, dient u onmiddellijk te stoppen met het gebruik van het apparaat en een audioloog te raadplegen.

................................................................................................

• Voorkom dat objecten (bijv., ontvlambaar materiaal, muntjes, spijkers) of vloeistoffen (water, frisdrank, etc) het apparaat binnendringen.

................................................................................................

• Schakel onmiddellijk de stroom uit, trek de adapter uit het stopcontact en raadpleeg uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina, als:

De adapter of de stroomdraad is beschadigd;

Rook of een vreemde geur ontstaat;

Objecten in of vloeistoffen over het apparaat zijn gevallen;

Het apparaat heeft blootgestaan aan regen (of op een andere manier nat is geworden);

Het apparaat niet normaal lijkt te werken of een typische functieverandering heeft ondergaan.

................................................................................................

• In een huishouden met kleine kinderen dient een volwassene toezicht te houden , totdat het kind in staat is alle regels te hanteren die essentieel zijn

voor veilig gebruik van het apparaat.

................................................................................................

• Om ongelukken te voorkomen mogen kinderen niet

in de buurt van het drumstel spelen.

................................................................................................

Bescherm het apparaat tegen zware stoten. (Laat het niet vallen!)

................................................................................................

Sluit het apparaat niet aan op een stopcontact, samen met overdreven veel andere apparaten. Wees vooral voorzichtig met verlengsnoeren - het gezamenlijke vermogen van alle, op het verlengsnoer aangesloten, apparaten mag nooit meer zijn dan het vermogensbereik (watt/ampère) van het verlengsnoer. Door overbelasting kan de draad warm worden en uiteindelijk doorbranden.

................................................................................................

• Raadpleeg, als u het apparaat in het buitenland wilt

gaan gebruiken, eerst uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkend Roland dealer, zoals beschreven op de “Informatie” pagina.

................................................................................................

WAARSCHUWING

• Het apparaat en de adapter dienen zo geplaatst te worden, dat geen belemmering van hun ventilatie optreedt.

................................................................................................

• Gebruik deze TD-3 alleen met een Roland

standaard. Het gebruik van andere standaards kan leiden tot instabiliteit en mogelijk letsel.

................................................................................................

• Pak altijd alleen de plug of de behuizing van de

adapter vast bij het inof uitpluggen in het apparaat of een stopcontact.

................................................................................................

• Haal met enige regelmaat de adapter uit het

stopcontact en reinig deze met een droge doek om zo alle stof en andere ophopingen uit de kieren te

vegen. Verwijder ook de stekker uit het stopcontact als het apparaat lange tijd niet gebruikt gaat worden. Iedere vorm van stofophoping tussen de stekker en het stopcontact kan resulteren in slechte isolatie en leiden tot brand.

................................................................................................

• Probeer te voorkomen dat snoeren en kabels in de

knoop raken. Ook dienen alle snoeren en kabels buiten het bereik van kinderen geplaatst te worden.

................................................................................................

Klim nooit bovenop het apparaat en plaats er geen zware dingen op.

................................................................................................

• Raak nooit de behuizing van de adapter of de stekkers aan met natte handen bij het inof uitpluggen in een stopcontact of dit apparaat.

................................................................................................

• Maak, alvorens u het apparaat verplaatst, de adapter en alle draden afkomstig van externe apparaten los.

Vraag iemand om hulp als u het drumstel wilt verplaatsen. Zorg bij het verplaatsen, dat het drumstel horizontaal blijft. Houd het drumstel stevig vast, zodat u zich niet kunt bezeren of het drumstel kunt beschadigen.

Controleer of de schroeven van het drumstel vastzitten. Maak ze anders alsnog vast.

................................................................................................

• Zet, voordat u het apparaat reinigt, de stroom uit en

haal de adapter uit het stopcontact (p. 22).

................................................................................................

• Haal de adapter uit het stopcontact als er onweer

wordt verwacht bij u in de omgeving.

................................................................................................

• Mocht u schroeven verwijderen bij het bevestigen

van de drumstandaard, zorg er dan voor dat u ze op een veilig plek legt, buiten het bereik van

kinderen, zodat ze niet per ongeluk ingeslikt kunnen worden.

................................................................................................

3

BELANGRIJKE OPMERKINGEN

Lees alstublieft het volgende als toevoeging op de onderwerpen onder “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” op pagina 2 -3:

Voedingsbron

Gebruik dit apparaat niet op hetzelfde stroomcircuit met een apparaat dat ruis zal genereren (zoals een elektrische motor of variabele lichtsystemen).

De adapter zal na langdurig opeenvolgend gebruik warmte genereren. Dit is normaal en niet zorgwekkend.

Zorg voor het aansluiten van dit apparaat op andere apparaten, dat alle stroomknoppen uit staan. Dit zal helpen defecten en/of beschadigingen aan speakers en andere apparaten te voorkomen.

Plaatsing

Het gebruik van dit apparaat in de buurt van versterkers (of andere benodigdheden, die grote stroom transformators bevatten) kan een brom veroorzaken. Verander ter verlichting van dit probleem de positie van dit apparaat of verplaats het apparaat verder weg van de bron.

Bij het gebruik van draadloze communicatiesystemen in de nabijheid van dit apparaat, zoals mobiele telefoons, kan er ruis geproduceerd worden. Dit geruis zou kunnen voorkomen bij het ontvangen of inzetten van een telefoongesprek of tijdens een telefoongesprek. Mocht u zulke problemen ondervinden, zult het draadloze toestel verder van dit apparaat moeten verplaatsen of uitzetten.

Stel dit apparaat niet bloot aan direct zonlicht, plaats het niet bij hittegenerende apparaten, laat het niet in een gesloten voertuig achter en onderwerp het niet aan hoge temperaturen. Overmatige hitte kan het apparaat misvormen of verkleuren.

Bij het verplaatsen van het apparaat van locatie, waar de temperatuur en/of vochtigheid veel verschilt, kan er zich condens aan de binnenkant vormen. Beschadiging of defecten kunnen ontstaan, mocht u in deze conditie het apparaat gebruiken. Mocht er condens optreden, laat het apparaat dan enkele uren staan tot de condens volledig is verdampt.

Laat geen rubber, vinyl of andere gelijksoortige materialen voor langere tijd op het apparaat liggen. Zulke objecten kunnen het uiterlijk verkleuren of nadelig aantasten.

Gebruik dit apparaat niet in een natte omgeving, zoals een omgeving, die blootstaat aan regen of andere vochtigheid. Dit ter voorkoming van defecten.

Leg niets wat water bevat (bijv. een bloemenvaas) op het apparaat. Vermijd tevens het gebruik van insecticiden, parfums, alcohol, nagellak, spuitbussen, etc, bij het apparaat. Verwijder vloeistof dat op het apparaat is gemorst voorzichtig met een droog doekje.

Onderhoud

Gebruik voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat een zacht, droog doekje of doekje dat licht vochtig is. Gebruik voor het verwijderen van hardnekkig vuil een doekje dat vochtig is gemaakt met een mild schoonmaakmiddel. Veeg het vervolgens goed droog met een zacht, droog doekje.

Gebruik ter vermijding van verkleuring of misvorming nooit benzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen.

Reparatie en data

Wees er van bewust, dat alle data in het geheugen van het apparaat verloren kan gaan als het apparaat wordt weggebracht voor reparatie. Belangrijke data moet u altijd als back-up opslaan in een ander MIDI apparaat (bijv. een sequencer) of schrijf het ergens op (als dat mogelijk is). Tijdens reparatie wordt er voorzichtig omgegaan met de data om verlies ervan te vermijden. Het kan echter zijn, dat in sommige gevallen (zoals bij defect aan het circuit gerelateerd aan het geheugen) het niet meer mogelijk is dat de data in het geheugen bewaard blijft Roland neemt bij dit soort verlies van data geen verantwoordelijkheid.

Geheugen back-up

Dit apparaat bevat een batterij dat het geheugen circuit van het apparaat voedt als de stroom uitstaat. Als de batterij zwak wordt, zal het onderstaande bericht in het scherm verschijnen. Vervang bij het zien van dit bericht zo spoedig mogelijk de batterij om het verlies van data in het geheugen te voorkomen. Om de batterij vervangen, kunt u een muziekwinkel raadplegen of het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een officiële Roland distributeur, die aangegeven staan op de toegevoegde “Informatie” kaart.

4

Aanvullende voorzorgsmaatregelen

Wees ervan bewust, dat de gegevens in het geheugen onherroepelijk verloren kunnen gaan bij defecten of bij onjuist gebruik van dit apparaat. Maak ter bescherming van het verliezen van data regelmatig een back-up in een ander MIDI apparaat (bijv. een sequencer) van belangrijke data, die u in het geheugen van het apparaat heeft opgeslagen.

Helaas kan het onmogelijk zijn om data vanuit een ander MIDI apparaat te herstellen, als het al is verloren. Roland Corporation neemt hiervoor geen verantwoordelijkheid.

Wees zorgvuldig bij het gebruik van de knoppen, schuiven en ander controllers en bij het gebruik van de aansluitingen en de snoeren. Grof gebruik kan defecten veroorzaken.

Druk nooit hard op het scherm.

Gebruik bij het aansluiten of loskoppelen van snoeren altijd de plug. Trek nooit aan de kabel. Op deze manier zult u defecten aan de kabel weten te voorkomen.

Gebruik het apparaat op redelijke volume instellingen, zodat uw buren geen last van u hebben. U zou kunnen overwegen een koptelefoon te gebruiken, zodat u geen zorgen hoeft te maken met degenen om u heen (zeker ’s avonds laat).

Geluidsvibraties kunnen door vloeren en muren meer overlast veroorzaken dan u denkt. Zorg ervoor dat het de buren niet stoort. Hoewel de drumpads en pedalen zo zijn gemaakt, dat ze zo min mogelijk geluid maken wanneer ze vast zitten, kan rubber meer geluid maken dan gaas. U kunt bijgeluiden van de pads effectief verminderen door over te stappen op gaasvellen.

Gebruik bij het vervoeren van het apparaat de doos (inclusief het vulkussen) waar het in zat. Gebruik anders gelijksoortig verpakkingsmateriaal.

Gebruik Roland kabels bij het maken van de verbinding. Mocht u andere kabels gebruiken, let dan alstublieft op de volgende voorzorgsmaatregelen.

Sommige kabels gebruiken weerstanden. Gebruik deze kabels niet. Het gebruik van kabels met weerstanden kan ervoor zorgen, dat het geluidsvolume extreem laag is of zelfs onmogelijk te horen is. Voor informatie over kabelspecificaties neem contact op met de fabrikant van de desbetreffende kabel.

5

Inhoud

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN.....................

4

BELANGRIJKE OPMERKINGEN...............................................................

6

Inhoud.......................................................................................................

12

Kenmerken...............................................................................................

12

Hoe deze handleiding te gebruiken .......................................................

14

Samenstelling van deze handleiding.....................................................................................

14

Termen gebruikt in deze handleiding ....................................................................................

14

Instellingsgids ................................................

15

Paneelbeschrijving..................................................................................

16

Voorpaneel ............................................................................................................................

16

Achterpaneel .........................................................................................................................

18

Het maken van instellingen ....................................................................

19

Het plaatsen van de TD-6V op de standaard ........................................................................

19

Het aansluiten van de pads en de pedalen ...........................................................................

20

Het aansluiten van twee pads aan de trigger ingangen 5/6 (TOM2/AUX)

 

en 7/8 (TOM3/4) ..................................................................................................................

21

Het aansluiten van koptelefoon, audio-apparatuur, versterkers en andere apparaten .........

22

Aan/uitzetten van de stroom ..................................................................

23

Het uitzetten van de stroom ..................................................................................................

24

Herstel van fabrieksinstellingen (Factory Reset) .................................

25

Luisteren naar de demo songs ..............................................................

27

Selecteren van pad type .........................................................................

29

Aanpassen van de padgevoeligheid......................................................

31

Over de pads............................................................................................

33

Trigger ingangen van pads die u kunt gebruiken ..................................................................

33

Trigger ingang functies.........................................................................................................

33

Combinaties tussen pad en trigger type ............................................................................

34

Aan te raden parameters voor de pads ..............................................................................

35

Spelen op de pads ................................................................................................................

36

Head-shots en rim-shots op de pads ..................................................................................

36

Cross-stick...............................................................................................................................

36

Bekken bow-shots/edge-shots/bell-shots .........................................................................

37

Cymbal choke.........................................................................................................................

38

Hi-hat bedieningspedaal........................................................................................................

38

6

 

 

Inhoud

Snelle start.....................................................

 

39

Kiezen van een drumkit ..........................................................................

 

40

Spelen met de metronoom/Click............................................................

 

41

Aanen uitzetten van de click ...............................................................................................

 

41

Regelen van het click volume (level).....................................................................................

 

42

Regelen van het click tempo .................................................................................................

 

43

Meespelen met songs .............................................................................

 

44

Het kiezen en afspelen van een song ...................................................................................

 

44

Kiezen van een song..............................................................................................................

 

44

Afspelen van een song ..........................................................................................................

 

45

Regelen van het songvolume................................................................................................

 

46

Instellen van het begeleidingsvolume (melodische instrumenten) ...............................

46

Instellen van volume van de drums en percussie. ...........................................................

 

46

Tijdelijk veranderen van het tempo van een song.................................................................

 

47

Dempen van de voorgeprogrammeerde drums in songs ......................................................

 

48

Gebruik van de pads om songs af te spelen ........................................

 

50

Meespelen met CD, Cassette of MD (met gebruik van de

 

MIX IN ingang)..........................................................................................

 

51

Het gebruik van de TD-6V als een General MIDI geluidsmodule ........

52

Gevorderd gebruik ........................................

 

53

Hoofdstuk 1 Het creëren van je eigen drumkit (Kit Edit) .....................

54

Over drumkits en het drumkit scherm....................................................................................

 

54

Over de drumkits ..................................................................................................................

 

54

Over het drumkit scherm .....................................................................................................

 

55

Het kiezen van een drumkit ...................................................

(Drum Kit)..............................

55

Kiezen van een pad om te bewerken ....................................................................................

 

55

Kiezen van een pad door het aan te slaan..........................................................................

 

55

Kiezen op de TD-6V ..............................................................................................................

 

56

Notatie gebruikt in het scherm...............................................................................................

 

56

Hulpvolle bewerkfuncties.......................................................................................................

 

56

Luisteren naar een INST (Instrument) verbonden aan

 

 

een pad ...............................................................................

(Preview) ..................................

56

Vastzetten van het instellingenscherm, onderwijl

 

 

het bewerken van

 

 

een instrument .................................................................

(Note Chase) ............................

57

Kiezen van een instrument....................................................................................................

 

57

Over de instrumenten ...........................................................................................................

 

57

Kiezen uit de groep namen ............................................

(Inst Group)..............................

57

Kiezen van een instrument .............................................

(Inst) ..........................................

58

IInstrumentinstellingen ..........................................................

(INST)....................................

58

7

Inhoud

 

 

Veranderen van het volume van een pad ....................

(Level) .......................................

59

Instellen van pan positie .................................................

Pan)............................................

59

Aanpassen van de toonhoogte ( .....................................

Pitch) .........................................

59

Aanpassen van decay (lengte van het geluid) .............

(Decay) ......................................

59

Ambiance instellingen ...........................................................

(AMBIENCE).........................

60

Ambiance aan/uitzetten .................................................

(Ambience switch) ..................

60

Ambience Sw ....................................................................

(Ambience Switch): off, on.....

60

Kies een locatie waar de drums gespeeld wordt ........

(Studio Type) ...........................

60

Verander van muur materiaal .......................................

(Wall Type)...............................

61

Stel de kamergrootte vast ...............................................

(Room Size) ..............................

61

Overall ambiance van het gehele drumstel aanpassen (Ambience Level)....................

61

Equalizer instellingen ( ...........................................................

EQUALIZER).........................

62

Equalizer aan/uitzetten ..................................................

(Master equalizer switch).......

62

Aanpassen van het geluid ..............................................

(high gain, low gain)...............

62

Instellingen voor verschillende functies .................................

(CONTROL) ..........................

62

Afspelen van een song door het aanslaan van een pad ..

(Pad Pattern)...............................

63

Bedien het “Level” het Pattern door dynamisch te

 

 

spelen ( ...............................................................................

Pad Pattern Velocity) ..............

63

Pitch control met het hi-hat bedieningspedaal

 

 

aan/uit voor elke pad .....................................................

(Pitch Control Assign) ............

64

MIDI nootnummer voor elke pad .................................

(Note Number) ........................

64

MIDI gate tijd voor elke pad ...........................................

(Gate Time)...............................

65

Algemene drumkit instellingen ..............................................

(COMMON)...........................

66

Algemeen drumkit volume ............................................

(Master Volume)......................

66

Aanpassen van het volume van het hi-hat

 

 

pedaal geluid ....................................................................

(Pedal Hi-hat Volume) ...........

66

Instellen van het toonhoogte bereik met het hi-hat

 

 

bedieningspedaal .............................................................

(Pedal pitch control range) ....

66

Benoemen van de drumkit (............................................

Kit Name) .................................

67

Kopiëren van een drumkit .....................................................

(COPY)..................................

67

Herstellen van fabrieksinstellingen voor een bewerkte drumkit ...................................

68

Drumkit kopieer functie .......................................................................................................

 

68

Factory reset functie ..............................................................................................................

 

68

Veranderen van volgorde van drumkits .................................

(EXCHANGE)........................

68

Hoofdstuk 2 Het maken van pad en trigger

 

 

instellingen ...........................................................

(SETUP/TRIG)..........

69

Over het scherm....................................................................................................................

 

69

Notatie gebruikt in het scherm ............................................................................................

 

69

Over de ingang indicator......................................................................................................

 

69

Selecteren van pad type ........................................................

(Trigger type).........................

69

Instelling van pad gevoeligheid en andere instellingen .........

(TRIGGER BASIC)................

71

Aanpassen van de pad gevoeligheid ............................

(Sensitivity) ..............................

71

Instellen van de minimale niveaus voor de pads .......

(Threshold) ...............................

72

Volume veranderingen door dynamisch spel .............

(Trigger Curve)........................

72

Elimineer crosstalk tussen pads ....................................

(Crosstalk Cancel) ...................

73

Fijn afstellingvan de trigger parameter instellingen ...............

(TRIGGER ADVANCED) ......

73

Aanpassen van het triggersignaal detectietijd ............

(Scan Time)...............................

74

Detecteren van triggersignaal verzwakking en annuleren van

 

incorrecte triggering ........................................................

(Retrigger Cancel) ...................

74

8

 

 

Inhoud

Voorkomen van dubbel triggeren .................................

(Mask Time) .............................

74

Instellen van randgevoeligheid op de PD-80R, PD-105, PD-120

 

en PD-125 (.........................................................................

Rim Sens) ..................................

75

Gebruiken van de TD-6V met akoestische triggers...............................................................

 

75

Hoofdstuk 3 Algemene instellingen voor de TD-6V...

(SETUP/UTILITY,

 

 

Factory Reset).........

76

Maken van de algemene instellingen ....................................

(UTILITY) ..............................

76

Schermcontrast aanpassing ............................................

(LCD Contrast) ........................

76

Percussiepartij volumeregeling ( ....................................

Percussion Part Level) ............

76

Volumeregeling achtergrond–instrumenten ...............

(Backing Level) ........................

76

Dempen van partijen in een song ..................................

(Mute)........................................

77

Tuning the TD-6V (...........................................................

Master Tune) ............................

77

Preview Volume Control ................................................

(Preview Velocity)...................

77

Controleren van de resterende hoeveelheid geheugen .....

(Available Memory) ....................

78

Herstellen van de fabrieksinstellingen ...................................

(Factory Reset) .....................

78

Hoofdstuk 4 Instellen van de metronoom .........

(Click Edit)...............

79

Aan/uitzetten van de klik .......................................................

(Click)....................................

79

Tempo aanpassing ................................................................

(Tempo).................................

79

Instellen van de klank van de klik.........................................................................................

 

79

Volumeregeling ...............................................................

(Click Level) .............................

79

Instellen van maatsoort ...................................................

(Time Signature) ......................

80

Instellen van interval .......................................................

(Interval) ...................................

80

Klikgeluid selecteren .......................................................

(Inst) ..........................................

80

Stereo Position ..................................................................

(Pan) ..........................................

80

Toevoegen van een tel voor het afspelen of opnemen ...

(Play Count In, Rec Count In) . 80

Hoofdstuk 5 Bewerken van songs ....................

(SONG Edit).............

81

Over songs en het song scherm ...........................................................................................

 

81

Over songs ..............................................................................................................................

 

81

Over het song scherm ...........................................................................................................

 

82

Kiezen van een song.............................................................................................................

 

83

Kiezen vanuit een categorie ...........................................

(Song Category) .......................

83

Kiezen van een song .......................................................

(Song) ........................................

83

Afspelen van een song..........................................................................................................

 

83

Handige functies voor het afspelen ....................................................................................

 

83

Aanpassen van het songvolume ...........................................................................................

 

84

Dempen van een geselecteerde partij ...................................

(Part Mute) ............................

84

Algemene songinstellingen ...................................................

(COMMON)...........................

85

Instellen van het tempo ..................................................

(Tempo) ....................................

85

Selecteren, hoe de song wordt afgespeeld

 

 

(LOOP, 1SHOT, TAP) .....................................................

(Play Type) ...............................

85

Afspelen van de song vanaf de eerste

 

 

noot/gebeurtenis .............................................................

(Quick Play) .............................

86

Tijd opnieuw zetten bij het gebruik van

 

 

Tap Playback ....................................................................

(Reset Time) .............................

86

Voorkomen van het stapelen van geluiden in

 

 

Tap Playback ....................................................................

(Tap Exclusive Switch) ...........

86

Beschermen van User songinstellingen ........................

(Song Lock) ..............................

86

Benoemen van een song .................................................

(Song Name) ............................

87

9

Inhoud

 

 

Partij instellingen ...................................................................

(PART) ..................................

87

Kiezen van een percussieset en instrumenten .............

(Percussion Set, Inst)...............

88

Regelen van het partijvolume ........................................

(Level) .......................................

88

Bepalen van de stereo positie .........................................

(Pan) ..........................................

89

Bepalen van de hoeveelheid ambiance .........................

(Ambiance Send Level) ..........

89

Bepalen van het bend bereik ..........................................

(Bend Range)............................

89

Kopiëren van een song .........................................................

(COPY)..................................

89

Deleten van een song ...........................................................

(DELETE)..............................

90

Wissen van uitvoeringsdata in een song................................

(ERASE)................................

91

Hoofdstuk 6 Opnemen van een song ...................

(Realtime Recording)..

92

Voorbereiding voor opname................................................................................................

 

92

Bij het opnemen van pad uitvoeringen ..............................................................................

 

92

Uitvoeringen opnemen via externe MIDI apparaten .......................................................

 

92

Hoe op te nemen ...................................................................

(RECORDING STANDBY)....

93

Instellen van de maatsoort .............................................

(Time Signature) ......................

93

Instellen van het aantal maten .......................................

(Length) ....................................

93

Instellen van het song tempo .........................................

(Tempo) ....................................

93

Quantize tijdens het opnemen .......................................

(Quantize).................................

94

Selecteren van de opnamemanier (

 

 

Loop all, loop1, loop2, replace) ......................................

(Recording Mode) ...................

94

Opname starten met een pad of pedaaltrigger ...........

(Hit Pad Start) ..........................

94

Hoofdstuk 7 Maken van MIDI instellingen .........

(SETUP/MIDI,

 

 

BULK DUMP)...........

95

Over MIDI ..............................................................................................................................

 

95

MIDI aansluiting....................................................................................................................

 

95

MIDI kanalen en meerstemmige geluidsmodules............................................................

 

95

Hoe de interne sequencer werkt..........................................................................................

 

96

Maken van MIDI instellingen .................................................

(MIDI COMMON) ..................

96

Automatisch wisselen van instellingsschermen van

 

 

instrumenten ....................................................................

(Note Chase) ............................

97

Bij het gebruik als MIDI regelaar voor een extern

 

 

MIDI apparaat .................................................................

(Local Control).........................

97

Synchroniseren met een extern MIDI apparaat ..........

(Sync Mode) .............................

98

Prioriteit instellen voor het bespelen van drums

 

 

en percussie ......................................................................

(Channel 10 Priority) ..............

98

Data reductie van het hi-hat bedieningspedaal ..........

(Pedal Data Thin) ....................

99

Wissel naar de GM (General MIDI) modus .................

(GM Mode)...............................

99

Voorkomen dat de TD-6V naar GM (General MIDI)

 

 

modus wisselt ...................................................................

(Rx GM ON) ...........................

100

Mixen van in MIDI IN binnenkomende MIDI signalen

 

met realtime uitvoeringen op de pads ..........................

(Soft Thru) ..............................

100

Stel het apparaat ID in ....................................................

(Device ID) .............................

101

Instellen van de TD-6V, zodat programmaveranderingen

 

niet verzonden worden ...................................................

(Tx PC Sw)..............................

101

Instellen van de TD-6V, zodat programmaveranderingen niet

 

worden ontvangen ..........................................................

(Rx PC Sw)..............................

101

MIDI kanaalinstellingen voor een partij .................................

(MIDI PART)........................

102

Stopfunctie voor MIDI berichten voor specifieke partijen in GM

 

(General MIDI) modus ...........................................................

(GM PART) .........................

102

10

Loading...
+ 170 hidden pages