Roland M-16DX User Manual [nl]

Page 1
Gebruikershandleiding
Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, raden wij u aan u de volgende secties zorgvuldig door te lezen: ‘HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN’ (p. 3-4) en ‘BELANGRIJKE OPMERKINGEN’ (p. 5-6).
In deze secties vindt u belangrijke informatie over het juiste gebruik van het apparaat.
Daarnaast dient deze gebruikershandleiding in zijn geheel gelezen te worden, zodat u een goed beeld krijgt van alle mogelijkheden, die uw nieuwe apparaat te bieden heeft. Bewaar deze handleiding om er later aan te kunnen refereren.
Copyright © 2007 ROLAND CORPORATION
op enigerlei wijze worden gereproduceerd.
Page 2
Voor EU-Landen
Dit product voldoet aan de voorwaarden van Europese Richtlijnen 89/336/EEC en LVD 73/23/EEC.
For the USA
FEDERAL COMMUNICATIONS COMMISSION
RADIO FREQUENCY INTERFERENCE STATEMENT
This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the interference by one or more of the following measures:
— Reorient or relocate the receiving antenna. — Increase the separation between the equipment and receiver. — Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected. — Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help.
This device complies with Part 15 of the FCC Rules. Operation is subject to the following two conditions: (1) This device may not cause harmful interference, and (2) This device must accept any interference received, including interference that may cause undesired operation.
Unauthorized changes or modification to this system can void the users authority to operate this equipment. This equipment requires shielded interface cables in order to meet FCC class B Limit.
For Canada
NOTICE
This Class B digital apparatus meets all requirements of the Canadian Interference-Causing Equipment Regulations.
AVIS
Cet appareil num rique de la classe B respecte toutes les exigences du R glement sur le mat riel brouilleur du Canada.
Page 3
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING en
VOORZICHTIG opmerkingen
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
WAARSCHUWING
de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van overlijden of zwaar letsel, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste
VOORZICHTIG
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWING WAARSCHUWING
002c
• Maak het apparaat niet open (en voer geen interne modificaties uit). Dit geldt tevens voor de adapter.
................................................................................................
003
• Tracht het apparaat niet te repareren, of onder­delen in het apparaat te vervangen (behalve wanneer daartoe specifieke instructies in de handleiding staan.) Ga voor alle onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum, of een erkende Roland distributeur, die u op de ‘Informatie’ pagina kunt vinden.
................................................................................................
004
• Gebruik, of berg het apparaat nooit op, op plaatsen die:
• aan extreme temperaturen onderhevig zijn
(bijvoorbeeld in direct zonlicht, in een afgesloten voertuig, dichtbij een warmtekanaal of bovenop warmte genererende apparatuur; of die
• vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers,
wasruimtes of natte vloeren); of die
• aan regen worden blootgesteld; of die
• stoffig zijn; of die
• aan een hoge mate van vibratie onderhevig zijn.
................................................................................................
007
• Zorg, dat u het apparaat zodanig plaatst dat het waterpas staat en stabiel zal blijven. Plaats het nooit op standaards die kunnen wiebelen of op hellende oppervlakken.
................................................................................................
Over de symbolen
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
009
• Gebruik alleen de meegeleverde adapter. Ook moet het voltage van de installatie overeenkomen met het ingangsvoltage dat op de behuizing van adapter wordt vermeld. Andere adapters kunnen een andere polariteit hebben of op een ander voltage ontworpen zijn, waardoor gebruik van dergelijke adapters tot beschadiging, storing of elektrische schok kan leiden.
................................................................................................
008e
• Gebruik alleen de meegeleverde stroomkabel. Tevens dient de meegeleverde stroomkabel niet voor andere apparatuur te worden gebruikt.
................................................................................................
010
• Buig of draai het netsnoer niet overmatig, en plaats er geen zware objecten bovenop. Dit kan het snoer beschadigen, waardoor afgebroken elementen en kortsluiting geproduceerd kan worden. Bescha­digde snoeren geven een risico op brand en schokken!
................................................................................................
010
• Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die in staat zijn permanent gehoorsverlies te veroorzaken. Werk nooit lange tijd achter elkaar op een hoog of oncomfortabel volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van gehoorsverlies of een piep in de oren bemerkt, moet u het apparaat direct uitzetten en een oorarts consulteren.
................................................................................................
011
• Zorg, dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar materiaal, munten of spelden) of vloeistoffen (water, frisdrank, enz.) in het apparaat terecht­komen.
................................................................................................
3
Page 4
101b
WAARSCHUWING
• Zet direct de stroom uit, haal het netsnoer uit het stopcontact en breng het apparaat voor onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distrib­uteur, te vinden op de “Informatie” pagina, indien:
• Het netsnoer of de stekker is beschadigd; of
• Er rook of een ongewone geur optreedt
• Er objecten of vloeistof in het apparaat terecht
zijn gekomen; of
• Het apparaat in de regen heeft gestaan (of op
andere wijze nat is geworden), of
• Het apparaat niet normaal schijnt te functio-
neren of een duidelijke verandering in werking laat zien.
................................................................................................
013
• In huishoudens met kleine kinderen moet een volwassene toezicht houden, totdat het kind in staat is de regels die essentieel zijn voor een veilige bediening van het apparaat op te volgen.
................................................................................................
014
• Bescherm het apparaat tegen zware schokken. (Laat het niet vallen!)
................................................................................................
015
• Steek het netsnoer van dit apparaat niet in een stopcontact, waar een buitensporig aantal andere apparaten gebruik van maakt. Wees in het bijzonder voorzichtig bij het gebruik van verlengs­noeren – de totale hoeveelheid stroom die door alle aangesloten apparaten wordt gebruikt, mag nooit de stroom classificatie (watts/ampères) van het verlengsnoer overschrijden. Door overmatige ladingen kan de isolatie van het snoer verhit raken, en uiteindelijk smelten.
................................................................................................
016
• Voordat u dit apparaat in het buitenland gaat gebruiken, neemt u contact op met uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur. Deze zijn te vinden op de ‘Informatie’ pagina.
................................................................................................
023
• SPEEL GEEN CD-ROM disk op een conventionele CD speler af. Het geluidsniveau, dat geproduceerd wordt, kan permanent gehoorsverlies veroorzaken. Dit kan resulteren in schade aan luidsprekers of andere systeemcomponenten.
................................................................................................
101b
• Het apparaat en de adapter dienen op een zodanige wijze te worden geplaatst, dat er voldoende ventilatieruimte beschikbaar is.
................................................................................................
102c
• Wanneer de stekker in het stopcontact, of in dit apparaat word gestoken, of eruit wordt gehaald, houdt u deze altijd bij de stekker zelf vast.
................................................................................................
VOORZICHTIG
101b
• Haal de adapter regelmatig uit het stopcontact, en
VOORZICHTIG
maak deze met een droge doek schoon om stof en andere opeenhopingen te verwijderen. Verwijder de adapter ook uit het stopcontact, wanneer u het apparaat langere tijd niet zult gebruiken. Ophoping van stof tussen de stekker en het stopcontact kan tot verminderde isolatie leiden en brand veroorzaken.
................................................................................................
104
• Probeer het in elkaar verwikkeld raken van snoeren en kabels te voorkomen. Bovendien zouden alle snoeren en kabels buiten het bereik van kinderen geplaatst moeten worden.
................................................................................................
106
• Ga nooit boven op dit apparaat staan, en plaats er geen zware objecten op.
................................................................................................
107c
• Wanneer de adapter of bijbehorende stekkers in het stopcontact of in dit apparaat worden gestoken of eruit worden gehaald, mogen uw handen nooit nat zijn.
................................................................................................
108b
• Voordat u het apparaat gaat verplaatsen, haalt u de adapter uit het stopcontact, en koppelt u de snoeren van alle apparaten los.
................................................................................................
109b
• Voordat u het apparaat gaat schoonmaken, zet u de stroom uit, en haalt u de adapter uit het stopcontact.
................................................................................................
110b
• Indien er in uw omgeving onweer wordt verwacht, haalt u de adapter uit het stopcontact.
................................................................................................
118c
• Bewaar de volgende onderdelen van de M-16DX en kleine onderdelen die u uit het apparaat kunt halen buiten het bereik van kleine kinderen, zodat er niet per ongeluk onderdelen kunnen worden ingeslikt:
• Poolklem (schroef)
• Schroeven, die worden gebruikt om de adapter van het
rek te bevestigen.
• Rubberen voetjes
• Ferriet kern
................................................................................................
120
• Schakel vóór het aansluiten van eventuele andere apparaten dan een condensator microfoon, waarvoor fantoomvoeding nodig is, de fantoom­voeding uit. Als u per ongeluk een dynamische microfoon of andere apparaten, die geen voeding nodig hebben, op fantoomvoeding aansluit, riskeert u schade. Zorg ervoor, dat u de specifi­caties van eventuele microfoons die u wilt gebruiken controleert. Hiervoor kunt u de bijbe­horende handleiding raadplegen.
De fantoomvoeding van dit instrument: (per kanaal) 48 V DC, 5 mA Max
................................................................................................
4
Page 5
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
291a
Naast de onderdelen, die onder “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” op pagina 3 en 4, raden wij u
aan het volgende te lezen en in acht nemen:
Stroomvoorziening
• Gebruik dit apparaat niet op hetzelfde stroomcircuit, waar apparaten die door een invertor worden geregeld (zoals een koelkast, wasmachine, magnetron of air conditioner) ook gebruik van maken. Afhankelijk van de manier waarop de elektrische toepassing wordt gebruikt, kan ruis van de stroomvoorziening ervoor zorgen dat dit apparaat gaat storen of een hoorbare ruis gaat produceren. Als het praktisch onmogelijk is om een ander stopcontact te gebruiken, kunt u tussen dit apparaat en het stopcontact een stroomvoorzieningruisfilter aansluiten.
• De adapter zal na vele uren opeenvolgend gebruik warmte gaan genereren. Dit is normaal en niets om u zorgen over te maken.
• Voordat dit apparaat op andere apparaten wordt aangesloten, zet u de stroom van alle apparaten uit. Dit zal storingen en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten helpen voorkomen.
Plaatsing
• Het gebruik van dit apparaat in de nabijheid van versterkers (of andere apparatuur, die grote stroom trans­formatoren bevatten) kan tot een brom leiden. Om dit probleem te verhelpen, verandert u de richting van dit apparaat of zet u het verder van de storingsbron af.
• Dit apparaat kan de ontvangst van radio of televisie verstoren. Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van dit soort ontvangers.
• Er kan ruis worden geproduceerd, wanneer draadloze communicatie apparaten, zoals mobiele telefoons, in de buurt van dit apparaat worden gebruikt. Ruis kan optreden tijdens bellen of gebeld worden of tijdens het converseren. Als u dit soort problemen ondervindt, moet u de draadloze apparaten op meer afstand van dit apparaat plaatsen of deze uitzetten.
• Stel dit apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het niet bij apparaten, die warmte verspreiden, laat het niet in een afgesloten voertuig achter, en stel het niet aan extreme temperaturen bloot. Door overmatige hitte kan het apparaat misvormen of verkleuren.
• Wanneer het apparaat naar een andere locatie wordt verplaatst, waar de temperatuur en/of vochtigheid verschilt van de vorige locatie, kunnen binnen het apparaat waterdruppels (condensatie) gevormd worden. Als u het apparaat in deze staat gebruikt, kunnen schade of storingen ontstaan. Voordat u het apparaat op de nieuwe locatie gaat gebruiken, laat u het enige uren acclimatiseren, totdat de condensatie volledig is verdampt.
• Afhankelijk van het materiaal en de temperatuur van het oppervlak waarop u dit apparaat plaatst, kunnen de rubberen voeten verkleuren of het oppervlak beschadigen.
• Om dit te voorkomen, kunt u een stuk vilt of doek onder de rubberen voeten plaatsen. Als u dit doet, dient u ervoor te zorgen, dat het apparaat niet per ongeluk kan wegglijden of verplaatsen.
Onderhoud
• Voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat gebruikt u een droge, zachte doek of één die enigszins vochtig is. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil, gebruikt u een doek met een mild, niet schurend schoonmaakmiddel. Daarna veegt u het apparaat met een zachte, droge doek goed af.
• Gebruik nooit wasbenzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen om de mogelijkheid van verkleuring en/of misvorming te voorkomen.
Reparatie en data
• Wees er op bedacht, dat de inhoud van het geheugen verloren kan gaan als u het apparaat laat repareren. U dient belangrijke gegevens altijd op papier te zetten (indien nodig). Tijdens reparaties wordt getracht het verlies van data te vermijden. Echter, in bepaalde gevallen (wanneer het schakelsysteem van het geheugen zelf niet meer werkt) kan data helaas niet meer hersteld worden. Roland is niet verantwoordelijk voor dit soort dataverlies.
Aanvullende voorzorgsmaatregelen
• Wees er op bedacht, dat de inhoud van het geheugen door storingen of onjuist gebruik van het apparaat onherstelbaar verloren kan gaan. Om uzelf tegen het risico van verlies van belangrijke gegevens te beschermen, raden wij u aan om van tijd tot tijd een reservekopie van belangrijke gegevens, die u in het geheugen van het apparaat heeft opgeslagen, te maken.
• De inhoud van data die in het geheugen van het apparaat is opgeslagen, kan helaas niet meer hersteld worden, wanneer deze verloren is gegaan. Roland Corporation is niet verantwoordelijk voor dataverlies.
• Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere regelaars van dit apparaat met gepaste voorzichtigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot storingen leiden.
• Sla nooit op het beeldscherm, en voer er geen hoge druk op uit.
• Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels, houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel.
5
Page 6
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
558a
• Om te vermijden, dat u uw buren stoort probeert u het volume van dit apparaat op een redelijk niveau te houden. U kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te gebruiken, zodat u zich geen zorgen om de personen in uw naaste omgeving hoeft te maken (vooral ’s avonds laat en ‘s nachts).
• Wanneer u het apparaat moet vervoeren, verpakt u het in de originele doos (inclusief schokabsorberend materiaal). Anders zult u soortgelijk verpakkingsmateriaal moeten gebruiken.
• Sommige aansluitingskabels bevatten weerstanden. Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen kabels die weerstanden hebben. Bij gebruik van dit soort kabels, kan het geluidsniveau extreem laag of zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspecificaties kunt u bij de fabrikant van de kabel verkrijgen.
• Afhankelijk van de omstandigheden van een bepaalde installatie, kunt u bij het aanraken van het apparaat, een aangesloten microfoon of de metalen onderdelen van overige voorwerpen, zoals gitaren, een lichte schok ervaren. Dit wordt veroorzaakt door een zeer kleine elektrische lading, die absoluut geen gevaar vormt voor het menselijk lichaam. Als u zich hierover echter zorgen maakt, kunt u ervoor kiezen om de poolklem (zie afbee­lding) met een externe ondergrond te verbinden. Als het apparaat is geaard, kan er, afhankelijk van de details omtrent uw installatie, een lichte brom optreden. Als u niet precies weet, hoe u het apparaat moet aansluiten, raden we u aan om contact op te nemen met het dichtst­bijzijnde Roland Service Center of een erkende Roland leverancier, zoals vermeld op de ‘Informatie’ pagina.
Ongeschikte plaatsen voor aansluiting:
• Waterleidingen (kunnen schokken of elektrocutie veroorzaken)
• Gasleidingen (kunnen brand of explosies veroorzaken)
• Geaarde telefoonkabel of bliksemafleider (kunnen in geval van bliksem gevaarlijk zijn)
CD-ROM gebruik
• Vermijd het aanraken of krassen van de glanzende onderkant (gecodeerd oppervlak) van de disk. Bescha­digde of vuile CD-ROM’s kunnen niet goed gelezen worden. Zorg, dat uw disks schoon blijven, met een in de winkel verkrijgbaar CD reinigingsproduct.
Copyright
• U kunt dit product gebruiken om geluid of beeldmateriaal op te nemen of dupliceren, zonder door bepaalde technolo­gische kopieerbeschermingsmaatregelen te worden beperkt. Dit komt doordat dit product is bedoeld voor het produceren van oorspronkelijk muziek of videomateriaal, en daarom zo is ontworpen dat u materiaal dat de auteursrechten van anderen (bijvoorbeeld uw eigen, oorspronkelijke werk) vrij kunt opnemen of kopiëren.
• Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden, waarbij het auteursrecht van een derde partij overtreden kan worden. Wij zijn op geen enkele wijze verantwoordelijk voor overtredingen van het auteursrecht van een derde partij, die door gebruik van dit apparaat worden begaan.
204
* Microsoft en Windows zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
* De afbeeldingen in dit document zijn herdrukken, met toestemming van Microsoft Corporation.
* Windows® staat officieel bekend als: “Microsoft® Windows® besturingssysteem”.
* Apple en Macintosh zijn geregistreerde handelsmerken van Apple Computer Inc.
* MacOS is een handelsmerk van Apple Computer Inc.
* Pentium is een geregistreerd handelsmerk van Intel Corporation.
* Alle in dit document genoemde productnamen zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun respec-
tievelijke eigenaars.
985
• De toelichtingen in deze handleiding bevatten afbeeldingen, die weergeven wat normaalgesproken in het beeldvenster staat. Houd er echter rekening mee, dat uw apparaat een nieuwere, uitgebreidere versie van het systeem kan bevatten (bijv. nieuwe geluiden), zodat wat u daadwerkelijk in het beeldvenster ziet niet altijd met de afbeeldingen in de handleiding overeenkomt.
6
Page 7
Inhoud
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN........ 3
BELANGRIJKE OPMERKINGEN .......................................... 5
Belangrijkste eigenschappen ........................................... 9
Blokdiagram ................................................................. 10
Benamingen en functies................................................. 12
Mix controller .............................................................................................................12
Gedeelte voor kanaalregeling ..........................................................................................12
Uitvoergedeelte ..................................................................................................................15
Achterpaneel....................................................................................................................... 17
I/O module ..................................................................................................................18
Voorpaneel.......................................................................................................................... 18
Achterpaneel....................................................................................................................... 19
Signaalstroom ............................................................................................................20
Standaard gebruik ........................................................ 21
De mix controller op de I/O module aansluiten.......................................................21
Belangrijkste aansluitingen ......................................................................................21
Voorbeeld 1) Thuisstudio .................................................................................................22
Voorbeeld 2) Eenvoudige PA...........................................................................................23
Voorbeeld 3) Computermuziek .......................................................................................24
Het apparaat aanzetten..............................................................................................25
Het apparaat uitzetten ...............................................................................................25
Basale bediening .......................................................................................................26
[SOLO] (PRE FADER) schakelaars.................................................................................. 27
[MUTE] (ALT) schakelaars............................................................................................... 27
[SEL] knoppen ....................................................................................................................27
De M-16DX met een computer gebruiken ................................................................28
Wat is een driver? ..............................................................................................................28
Gevorderd gebruik........................................................ 29
Gedetailleerde instellingen maken voor de equalizer ............................................29
Het toegewezen vocale/gesproken effect (invoegeffect) gebruiken .....................30
De effectinstellingen bewerken........................................................................................30
Overzicht van effecten....................................................................................................... 31
Echo/reverb toepassen (FX) .....................................................................................33
De effectinstellingen bewerken........................................................................................33
7
Page 8
Inhoud
Overzicht van effecten....................................................................................................... 34
Het uitgaande signaal aan de omgeving aanpassen (Room Acoustic Control) ..35
Automatische aanpassing (Room Acoustic Auto Control)......................................... 35
Handmatige aanpassing ...................................................................................................39
Aanpassingsinstellingen opvragen .................................................................................39
De 16-bands grafische equalizer gebruiken............................................................40
Een goed gebalanceerd geluid creëren (Finalize) ..................................................40
De effectinstellingen bewerken........................................................................................41
Overzicht van effecten....................................................................................................... 42
Mixerinstellingen (scenes) opslaan en opvragen (Scenes) ...................................43
Een scene opslaan ..............................................................................................................43
Een scene opvragen ...........................................................................................................43
De instellingen van een scene verwijderen ....................................................................43
Overige functies ............................................................ 44
De functieschakelaars wijzigen ................................................................................44
Het aanpassingsgebied van de SENS draaiknoppen wijzigen (SENS RANGE) ......44
De sensor voor ruimtelijke akoestiek wijzigen (RAC SOURCE) ................................44
De systeeminstellingen wijzigen (UTILITY) .............................................................44
Basisprocedure ...................................................................................................................44
De helderheid van het beeldvenster aanpassen (LCD Contrast)................................ 45
De samplefrequentie van de M-16DX aanpassen (Sample Freq)................................ 45
Het signaal van de CONTROL ROOM jacks via de ALT OUT jacks uitvoeren
(CTRL to ALT0 ...................................................................................................................45
De uitvoer selecteren, waarop de Room Acoustic Control en Finalize functies
worden toegepast (RAC - FINALIZE) ............................................................................45
Het frequentiegebied dat de Room Acoustic Auto Control functie analyseert
aanpassen (RAC Freq >= / RAC Freq <=) .....................................................................45
Aangeven aan welke kanalen fantoomvoeding wordt geleverd (Phantom) ............45
De instellingen initialiseren (Initialize)........................................................................... 46
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset) ................................................46
Probleemoplossing ........................................................ 47
Problemen met de M-16DX........................................................................................47
Problemen met betrekking tot de speciale driver...................................................50
De USB driver verwijderen........................................................................................52
Belangrijkste specificaties .............................................. 53
De rek adapter bevestigen ........................................................................................55
De rubberen voetjes bevestigen...............................................................................55
Index ............................................................................ 56
8
Page 9
Belangrijkste eigenschappen
De M-16DX is een 24-bits, 96 kHz volledig digitale mixer met 16 kanalen.
Het apparaat biedt een hoge geluidskwaliteit en geavanceerde functionaliteit tegen een geweldige prijs/kwaliteit
verhouding, en geeft u het geluid en de werking van een volledig digitale mixer voor een ideale mixomgeving.
MIX controller en I/O module
De M-16DX is als twee afzonderlijke apparaten ontworpen. Het ene is een onafhankelijke mix controller (fungeert
onafhankelijk). U kunt uw eigen randapparatuur op de I/O module (aansluitingenkast) aansluiten, en de I/O module
met behulp van slechts één kabel op de mix controller aansluiten. De I/O module kan in een rek (rack mount) met
behulp van een adapter worden aangesloten.
Hierdoor heeft u een opgeruimde bedieningsomgeving tot uw beschikking, zonder kabels die in de knoop kunnen
raken.
Een rijke verzameling aan invoer/uitvoer jacks
Het apparaat biedt een volledig assortiment aan invoer/uitvoer jacks, inclusief invoer/uitvoer jacks, zowel in jacks
als tulpstekkers.
Voor microfooninvoer biedt het apparaat een volledige verzameling aan invoer/uitvoer jacks, inclusief phone jacks
en invoer/uitvoer tulpstekkers.
Voor digitale invoer/uitvoer biedt het apparaat zowel optische als coaxiale aansluitingen.
Voor het creëren van het perfecte geluid de juiste effecten gebruiken
Er zijn tevens speciale ‘invoegeffecten’ meegeleverd, die zijn ontworpen voor vocale bronnen, zoals gesproken teksten
en aankondigingen; een ‘finalize’ (afwerking) effect, dat het overkoepelende volume en de balans van de
geluidssterkte verbetert, opdat u uw uiteindelijke geluid kunt creëren. Daarnaast ‘FX’, die ruimtelijke effecten, zoals
echo en reverb, biedt, zodat u de akoestische eigenschappen van een club of zaal kunt simuleren.
Automatische compensatie van de akoestiek van de ruimte
De ‘Room Acoustic Auto Control’ functie van de M-16DX analyseert de akoestische eigenschappen van de ruimte en
past het uitgaande signaal automatisch aan, zodat het bij de betreffende ruimte past.
Grafisch beeldvenster
Het apparaat is uitgerust met een van achter belicht grafisch LCD beeldscherm, waarmee u de kanaalniveaus kunt
aanpassen, terwijl u de instellingen in het beeldscherm bekijkt. Het beeldvenster geeft ook informatie over elk kanaal
en over de effectinstellingen, zodat u tijdens het bedienen van de mixer over visuele informatie over de huidige status
beschikt.
Ingebouwde USB 2.0 audio interface
U kunt de M-16DX direct in een computer integreren. U kunt tegelijkertijd in totaal achttien kanalen – zestien
inkomende kanalen plus de hoofduitvoer – op een computer opnemen.
Door deze mogelijkheid reikt de M-16DX voorbij het bereik van een eenvoudige mixer. U kunt nu op uw
computersysteem mixen en opnemen.
9
Page 10
Blokdiagram
10
Page 11
11
Page 12
Benamingen en functies
Mix controller
Gedeelte voor kanaalregeling
fig.Cpanel-1
1
2
3
5
4
6
9
10
1. LO CUT schakelaars
Schakelen de low cut filters in/uit.
Als een schakelaar is ingedrukt ( ), is het low-cut filter ingeschakeld en worden frequenties onder de 75 Hz weggefil­terd.
Gebruik deze functie om ongewenste bijgeluiden van lage fre­quenties uit te sluiten.
2. SENS draaiknoppen (kanaal 1-4)
Hiermee kunt u de gevoeligheid op het niveau van het inko­mende signaal aanpassen.
Aansluiting Aanpassingsbereik
MIC aansluiting (XLR) +10– +60 dB LINE IN jack (TRS) +10– -40 dBu
Als u een MIC aansluiting gebruikt, kunt u de instelling van de functieschakelaar wijzigen om zo het aanpassingsbereik verder aan te geven.
‘Het aanpassingsbereik van de SENS draaiknoppen (SENS
RANGE) wijzigen’ (p. 44).
7
8
* Als deze instelling op NARROW staat, kunt u gedetailleerde
aanpassingen doen.
Als u aan de SENS draaiknop draait, kan de wijziging niet
vloeiend lijken, maar dit duidt niet op een storing.
3. EQ draaiknoppen (HI, MID, LOW)
Dit is een driebands EQ, met voor elk kanaal hoog, midden en laag frequentieregelaars.
Het bijbehorende frequentiegebied wordt verhoogd, als u de draaiknop naar rechts draait, verlaagd als u de draaiknop naar links draait en afgevlakt als u de draaiknop in het midden (U) zet.
Als u aan een draaiknop draait, verschijnt in het beeldvenster het equalizer venster. Dit geeft de huidige instellingen weer, zowel in cijfers als grafisch.
fig.02-EQ.bmp
12
Page 13
Benamingen en functies
‘Gedetailleerde instellingen maken voor de equalizer’
(p. 29).
Als u aan een EQ draaiknop draait, licht de [SEL] knop van het betreffende kanaal op.
4. PAN draaiknoppen
Hiermee kunt u tussen L en R een mono ingaand signaal plaatsen.
Als de draaiknop op de ( ) stand staat, wordt het signaal in het midden geplaatst.
5. BAL draaiknoppen
Past de volumebalans van een stereo ingaand signaal aan
(kanaal 5-12). Als de draaiknop op de ( ) stand staat, hebben de linker en rechter kanalen hetzelfde volume.
6. AUX draaiknoppen
Passen de niveaus van de signalen aan, die van de kanalen naar de AUX 1 bus en AUX 2 bus worden verzonden.
Bij stereo inkomende signalen (kanaal 5-12), worden de signa­len van oneven genummerde invoeren (L) en even genum­merde invoeren (R) gemixt en naar de AUX bus verzonden.
U kunt kiezen of het pre-fader signaal (voordat het door het kanaalvolume heen gaat) of het post-fader signaal (nadat het door de kanaal LEVEL draaiknop heen gaat) naar de AUX 1 bus wordt verzonden.
‘PRE schakelaar’ (p. 15)
Het post-fader signaal wordt naar de AUX 2 bus verzonden.
7. AUX 1 knop
Als u op deze knop drukt, zodat hij oplicht, passen de AUX draaiknoppen de AUX 1 niveaus aan.
Het beeldvenster geeft het AUX 1 venster weer, dat het AUX 1 niveau van elk kanaal weergeeft.
Dit is handig als u het huidige AUX niveau van elk kanaal wilt controleren.
fig.02-AUX1.bmp
8. AUX 2 knop
Als u op deze knop drukt, zodat hij oplicht, passen de AUX draaiknoppen de AUX 2 niveaus aan.
* Als aan een AUX draaiknop draait, terwijl het effect (FX) is
ingeschakeld, past u tegelijkertijd zowel het AUX 2 niveau als de
effectdiepte van het kanaal aan.
Het beeldvenster geeft het AUX 1 venster weer, dat het AUX 1 niveau van elk kanaal weergeeft.
Dit is handig als u het huidige AUX niveau van elk kanaal wilt controleren.
fig.02-AUX2.bmp
* Druk op de DISPLAY knop als u naar het niveaumetervenster
wilt terugkeren.
9. SEL knoppen
Als u op één van deze knoppen drukt (de knop licht op), ver­schijnen de parameters van het geselecteerde kanaal als ‘para­metervenster’ in het beeldvenster.
Bij het opvragen van een scene (p. 36) is dit een handige manier om de parameters van elk kanaal te controleren.
Om tussen het ‘parameter venster’ en het ‘equalizer venster’ te wisselen kunt u deze knop op elk willekeurige moment indrukken.
fig.02-SEL-e
Parameter screen
Equalizer screen
* Druk op de DISPLAY knop als u naar het niveaumetervenster
wilt terugkeren.
* Druk op de DISPLAY knop als u naar het niveaumetervenster
wilt terugkeren.
10. SOLO (PREFDER) schakelaars
Als u een schakelaar inschakelt ( ), gaat de MUTE MAIN MIX knop knipperen en wordt het pre-fader signaal (van voor het kanaalvolume) van het bijbehorende kanaal naar de kopte­lefoon (PHONES) en de schakelkamer (CONTROL ROOM) verzonden.
* De meter van het uitgaande niveau (p. 16) geeft het pre-fader
signaalniveau weer. U dient voor kanaal 1-4 deze niveau indicatie
in de gaten te houden, terwijl u met behulp van de SENS
draaiknop het volume aanpast.
13
Page 14
Benamingen en functies
fig.Cpanel-2
11
13
12 14
11. MUTE (ALT) schakelaars
Bepalen of het kanaalsignaal naar de ALT bus of naar de MAIN bus wordt verzonden.
Aan ()
Uit ( )
* Als een kanaal naar de ALT bus wordt verzonden, is het
bijbehorende kanaalnummer in het niveaumetervenster
gemarkeerd.
fig.02-MUTE-ALT
Het signaal van het kanaal wordt naar de ALT bus verzonden en voor de MAIN bus onhoorbaar gemaakt.
Het signaal van het kanaal wordt naar de MAIN bus verzonden.
15
Als er geen digitaal kanaal wordt in­gevoerd of de M-16DX sample fre-
Knop knippert
Knop niet verlicht
De sample frequentie van de mixer werkt schakelt
automatisch over naar de sample frequentie van het digitale
signaal, dat bij de DIGITAL IN (jack/aansluiting) wordt
ingevoerd, en wordt volledig met deze sample frequentie
gesynchroniseerd.
* De huidige sample frequentie wordt in het Utility venster (p. 44)
weergegeven.
quentie van het signaal niet ondersteunt, gaat de knop knipperen, en wordt het signaal van de LINE IN jacks op kanaal 11/12 ingevoerd.
Het signaal van de LINE IN jacks wordt op kanaal 11/12 ingevoerd.
12. INSERT FX schakelaar (kanaal 1, 2)
Als het invoegeffect is ingeschakeld (INSERT FX knop ver­licht), bepalen deze schakelaars of het invoegeffect voor res­pectievelijk kanaal 1 en 2 wordt gebruikt.
Als een schakelaar is ingeschakeld ( ), wordt het invoeg­effect op het inkomende signaal toegepast.
13. Kanaal LEVEL draaiknoppen
Passen de niveaus van de signalen, die in de kanalen worden ingevoerd, aan.
* Om de hoeveelheid ruis in een mix te verlagen, dient u de kanalen
die u niet gebruikt op het laagste niveau te zetten.
14. DIGITAL knop (kanaal 11/12)
Bepaalt of het niveau van de LINE IN jacks of het signaal van de DIGITAL IN (jack/aansluiting) op kanaal 11/12 dient te worden ingevoerd of niet.
Als u op de DIGITAL knop drukt, licht de knop op wanneer er een geldig sig-
Knop verlicht
naal in de DIGITAL IN (jack/aanslui­ting) wordt ingevoerd, en wordt het signaal van de DIGITAL IN (jack/aan­sluiting) op kanaal 11/12 ingevoerd.
Let op wanneer u een USB aansluiting gebruikt
* U kunt de sample frequentie niet wijzigen, wanneer de M-
16DX via USB is aangesloten.
Als de gebruikte sample frequentie van de mixer afwijkt van de sample frequentie van het digitale signaal dat bij de DIGITAL IN (jack/aansluiting) wordt ingevoerd, gaat de DIGITAL knop, wanneer u deze indrukt, knipperen, en wordt het signaal van de LINE IN jacks op kanaal 11/ 12 ingevoerd.
In dit geval kunt u op het aangesloten digitale apparaat de juiste sample frequentie selecteren of de USB kabel tij­delijk loskoppelen en, zodra de knop continu verlicht is, opnieuw aansluiten.
15. USB knop (kanaal 13/14)
Gebruik deze wanneer u signalen van de USB aansluiting op kanaal 13/14 wilt invoeren.
Knop verlicht
Knop niet verlicht
Als de USB aansluiting geldig is, licht de knop automatisch op en wordt het signaal van de USB op kanaal 13/14 ingevoerd.
Alleen de signalen van de LINE IN worden op kanaal 13/14 ingevoerd.
14
Page 15
Uitvoergedeelte
fig.Cpanel-3
24
26
23
25
20 21
19
22
17 18
Benamingen en functies
en vanaf de PHONES jack en CONTROL ROOM jacks uitge­voerd.
Als u de FX to MAIN MIX schakelaar uitschakelt en deze
schakelaar inschakelt, wordt het geluid waarop FX (echo,
reverb) is toegepast naar de PHONES jack en de CONTROL
ROOM jacks uitgevoerd, en wordt het geluid waarop geen FX
is toegepast naar de MAIN OUT jacks uitgevoerd. Dit is
handig als u de FX diepte wilt controleren.
22. MUTE MAIN MIX knop
Als u deze knop één seconde of langer ingedrukt houdt, zodat hij oplicht, wordt het signaal nadat het door de MAIN MIX LEVEL draaiknop is heengegaan niet meer vanaf de PHONES jack en de CONTROL ROOM jacks uitgevoerd.
Als u de knop indrukt om ervoor te zorgen dat de verlichting uitgaat, wordt het signaal nadat het door de MAIN MIX LEVEL draaiknop is heengegaan weer vanaf de PHONES jack en de CONTROL ROOM jacks uitgevoerd.
16
16. MAIN MIX LEVEL draaiknop
Past het niveau aan van het signaal, dat vanaf de MAIN OUT jacks wordt uitgevoerd.
17. ALT to MAIN MIX schakelaar
Als u deze schakelaar inschakelt ( ), wordt het signaal van de ALT bus tevens naar de MAIN bus verzonden.
18. FX to MAIN MIX schakelaar
Als u deze schakelaar inschakelt ( ), wordt het signaal van FX (echo, reverb) tevens naar de MAIN bus verzonden.
19. PHONES/CTRL ROOM draaiknop
Past het volume aan van het signaal, dat naar de PHONES jack en de CONTROL ROOM jacks wordt uitgevoerd.
20. ALT to PHONES/CTRL ROOM
schakelaar
Als u deze schakelaar inschakelt ( ), wordt het signaal van de ALT bus via de PHONES/CTRL ROOM draaiknop verzonden, en vanaf de PHONES jack en CONTROL ROOM jacks uitgevoerd.
21. FX to PHONES/CTRL ROOM
schakelaar
Als u deze schakelaar inschakelt ( ), wordt het signaal van FX via de PHONES/CTRL ROOM draaiknop verzonden,
23. AUX 1 MASTER draaiknop
Past het niveau aan van het signaal, dat vanaf de AUX SEND 1 jack wordt uitgevoerd.
24. PRE schakelaar
Bepaalt of de AUX SEND 1 jack het pre-fader signaal of het post-fader signaal uitvoert.
Het pre-fader signaal (voordat het door de
Aan ( )
Uit ( )
kanaal LEVEL draaiknop heen gaat) wordt uitgevoerd.
Het post-fader signaal (nadat het door de kanaal LEVEL draaiknop heen gaat) wordt uitgevoerd.
25. AUX 2 MASTER draaiknop
Past het niveau aan van het signaal, dat vanaf de AUX SEND 2 jack wordt uitgevoerd.
* Hetzelfde signaal dat vanaf de AUX SEND 2 jack wordt
uitgevoerd, wordt ook naar FX (echo, reverb) uitgevoerd. Dit
betekent, dat wanneer u de AUX 2 MASTER draaiknop gebruikt
om het uitgaande niveau van de AUX SEND 2 jack aan te passen,
ook het FX verstuurniveau op hetzelfde niveau wordt aangepast.
26. FX knop
Als u deze knop indrukt, zodat hij oplicht, is FX (echo, reverb) ingeschakeld, en wordt het signaal zoals door het effect ver­werkt naar de MAIN bus en de PHONES jack/CONTROL ROOM jacks verzonden.
‘Echo/reverb (FX) toepassen’ (p. 33).
15
Page 16
Benamingen en functies
fig.Cpanel-4
35
34
36
30 31
32 33
28
29
3837
27
27. Meter van het uitgaande niveau
Geef het niveau aan van het signaal, dat vanaf de MAIN OUT jacks wordt uitgevoerd.
* Als de SOLO (PRE-FADER) schakelaar is ingeschakeld ( ),
geeft deze meter het niveau van het pre-fader signaal (voordat het
door het kanaalvolume heen gaat) van elk kanaal aan. Het is
handig deze functie te gebruiken, wanneer u de SENS
draaiknoppen gebruikt om de invoergevoeligheid aan te passen.
28. ROOM ACOUSTIC AUTO CONTROL
knop
De uitvoer van de MAIN OUT jacks of CONTROL ROOM jacks van de M-16DX kan automatisch worden aangepast, , zodat deze de frequentierespons voor uw akoestische omge­ving optimaliseert.
‘Het uitgaande signaal aan uw omgeving aanpassen
(Room Acoustic Control)’ (p. 35)
29. 16 BAND GRAPHIC EQ knop
U kunt een 16-bands grafische equalizer gebruiken om de uit­voer van de MAIN OUT jacks of CONTROL ROOM jacks van de M-16DX aan te passen.
‘De 16-bands grafische equalizer gebruiken’ (p. 40).
30. FREQ draaiknop
Gebruik deze om de frequentie te bepalen.
31. GAIN draaiknop
Gebruik deze om het niveau van de huidig geselecteerde fre­quentie aan te passen.
U kunt met behulp van de FREQ draaiknop en LEVEL
draaiknop ook de MID frequentie en MID Q van de 3-bands
EQ aanpassen.
‘Gedetailleerde instellingen maken voor de equalizer’ (p. 29).
32. INSERT FX knop
Druk deze in, als u de instellingen van het invoegeffect wilt bewerken.
Als u de knop indrukt, licht hij op en verschijnt het Insert Effect venster.
‘Het toegewezen vocale/gesproken effect (invoegeffect)
gebruiken’ (p. 30).
33. FINALIZE knop
Druk deze in, als u de Finalize (afwerking) instellingen wilt bewerken. Als u de knop indrukt, licht deze op en verschijnt het Finalize venster.
‘Een goed gebalanceerd geluid creëren (Finalize)’ (p. 41).
34. LCDscherm
Hier wordt het inkomende niveau van alle kanalen en het uit­gaande niveau van de MAIN OUT jacks grafisch weergeven of worden parameters en hun waarden weergegeven.
35. CURSOR knoppen (BWD/FWD)
Met behulp van deze knoppen kunt u tijdens het bewerken van parameters, die in het venster worden weergegeven, de cursor bewegen. Als u op de FWD knop drukt, beweegt de cursur vooruit, en als u op de BWD knop drukt, beweegt de cursor terug.
De parameter of waarde op de plaats van de cursor is gemar­keerd.
Door gelijktijdig op de BWD en FWD knop te drukken, kunt u het Utility venster openen.
36. VALUE knoppen (-/+)
Tijdens het bewerken van de parameters in het beeldvenster, gebruikt u deze knoppen om de waarde aan te passen.
Als u op de [+] drukt, terwijl u de [-] knop ingedrukt houdt of
als u op de [-] knop drukt, terwijl u de [+] knop ingedrukt
houdt, verandert de cijferwaarde sneller, zodat u de waarde
op efficiënte wijze kunt bewerken.
16
Page 17
Benamingen en functies
37. DISPLAY knop
Als u op deze knop drukt, verschijnt er een niveaumeter ven­ster, waarin de inkomende niveaus (pre EQ) van alle inko­mende kanalen en het uitgaande niveau van de MAIN OUT jacks wordt weergegeven.
fig.02-DISPLAY.eps
De verlichting van de DISPLAY knop gaat uit als u op een andere knop drukt om naar een ander venster dan het niveau­metervenster te gaan.
U kunt vanuit elk venster naar het niveaumetervenster gaan door op de DISPLAY knop te drukken.
* Als u met zo weinig mogelijk ruis en vervorming wilt mixen,
past u de SENS draaiknop zo aan, dat bij het luidste signaal het
Achterpaneel
fig.C-rear
39 40 41 42 43 44 45
bovenste blokje “ ” van de niveaumeter in het beeldvenster
niet oplicht.
38. SCENE knop
Druk op deze knop, als u de huidige instellingen als ‘scene’ wilt registreren of om een eerder geregistreerde scene op te vragen.
‘Mixerinstellingen (scenes) opslaan en opvragen’ (p. 43)
39. PHONES jack
Dit is een stereo 1/4” jack, waarop u een stereo koptelefoon kunt aansluiten.
40. CONTROL ROOM jacks (L, R)
Dit zijn stereo 1/4” jacks, die hetzelfde geluid uitvoeren als de PHONES jack.
Gebruik deze als u in plaats van een koptelefoon een Near­field versterkte monitor wilt aansluiten.
41. LINE IN (AUX RETURN 2) jacks (15L,
16R)
Dit zijn lijninvoer jacks van een 1/4”. Als u de AUX SEND 2 jacks op een externe effectprocessor heeft aangesloten, gebruikt u deze jacks om het uitgaande signaal van de externe effectprocessor in te voeren.
42. LINE IN (STEREO) jack (15/16)
Dit is een tulpstekker aansluiting. Deze zijn handig voor het aansluiten van een draagbaar geluidsapparaat, zoals een MP3 speler.
43. ROOM ACOUSTIC SENSOR
Deze sensor spoort de frequentierespons van de autoregeling voor ruimtelijke akoestiek (room acoustic auto control functie) op.
‘Automatische aanpassing (Room Acoustic Auto Control)’
(p. 35)
* U kunt tevens een microfoon die op kanaal 1 is aangesloten als
sensor gebruiken.
‘De Room Acoustic Sensor (RAC Source) selecteren’ (p. 44)
44. DX BUS aansluiting
Gebruik de meegeleverde kabel om deze op de DX BUS aan­sluiting van de I/O module aan te sluiten.
Sluit deze niet op een computer of beeldscherm aan.
45. Functieschakelaars
U kunt met behulp van deze schakelaars diverse instellingen maken.
‘De functieschakelaars wijzigen’ (p. 44).
17
Page 18
Benamingen en functies
I/O module
Voorpaneel
fig.Box-Front
1
5 6
3
8
4 7
2
1. MIC aansluitingen (kanaal 1-4)
Dit zijn gebalanceerde (XLR) jacks voor microfooninvoer. Via deze jacks kan 48V fantoomvoeding worden geleverd, zodat u fantoomgevoede condensator microfoons kunt aansluiten.
* U kunt gebalanceerde of ongebalanceerde bronnen aansluiten.
* De bedrading van de MIC aansluitingen is als volgt. Controleer
voor het aansluiten hoe de bedrading van uw geluidsapparatuur is
opgebouwd.
fig.02-XLR-e
2. LINE IN jacks (kanaal 1-10)
Dit zijn gebalanceerde lijninvoer jacks van het 1/4” TRS type.
AARDE (HALS)
WARM (PUNT)
KOUD (RING)
* U kunt op deze jacks ook songebalanceerde 1/4” pluggen
aansluiten.
U kunt de MIC aansluiting en LINE IN jack van eenzelfde
kanaal niet gelijktijdig gebruiken. Sluit slechts één van beide
aan.
3. Hi-Z schakelaars (kanaal 1, 2)
Als één van deze is ingeschakeld ( ), fungeert de bijbeho­rende LINE IN 1 jack als hoge impedantie jack, zodat u direct een elektrische gitaar kunt aansluiten.
4. PHANTOM schakelaar
Als u deze schakelaar inschakelt ( ), wordt er aan de MIC aansluitingen fantoomvoeding geleverd.
Tenzij u een condensator microfoon heeft aangesloten, waar-
voor fantoomvoeding nodig is, dient u de fantoomvoeding uit
te schakelen. Als u een dynamische microfoon of een ander
apparaat voor audioweergave met fantoomvoeding voedt, ris-
keert u schade.
Voor details over de specificaties van uw microfoon raden we u aan om de bijbehorende handleiding te raadplegen.
* De fantoomvoeding van de M-16DX:
(per kanaal) 48 V DC, 5 mA Max
* U kunt aangeven of aan alle MIC aansluitingen of alleen aan
MIC aansluiting 3-4 fantoomvoeding wordt geleverd.
‘Aangeven aan welke kanalen fantoomvoeding wordt
geleverd (Phantom)’ (p. 45)
5. DIGITAL IN jack/aansluiting (kanaal 11/12)
Deze aansluitingen accepteren de invoer van digitale signalen. Het apparaat is met zowel optische als coaxiale aansluitingen uitgerust. Als u op de DIGITAL knop van de mix controller drukt, zodat deze oplicht, wordt het digitale signaal op kanaal 11/12 ingevoerd.
* U kunt de optische en coaxiale aansluitingen niet gelijktijdig
gebruiken. De M-16DX gebruikt het eerste signaal, dat het na het
indrukken van de DIGITAL knop oppikt.
* Als u een digitaal signaal invoert, dient de sample frequentie van
het inkomende signaal met het sample tempo van de M-16DX
overeen te stemmen.
‘De sample frequentie van de M-16DX (Sample Freq)
aangeven’ (p. 45)
18
Page 19
Benamingen en functies
6. DIGITAL OUT aansluiting/jack
Dit voert digitaal hetzelfde signaal uit als de MAIN OUT jacks.
Het apparaat is met zowel optische als coaxiale aansluitingen uitgerust, die beide tegelijkertijd kunnen worden gebruikt.
Achterpaneel
fig.Box_Rear-e
Ground terminal
9
10
11 12
9. DC IN (adapter jack)
Sluit de meegeleverde adapter op deze jack aan.
10. Kabelhaak
Wikkel de kabel van de adapter om deze haak, om zo te voor­komen dat de kabel per ongeluk uit het apparaat wordt getrokken.
13 14 15 16
7. DX BUS aansluiting
Gebruik de meegeleverde kabel om deze op de DX BUS aan­sluiting van de mix controller aan te sluiten.
Sluit deze niet op een computer of beeldscherm aan.
8. POWER schakelaar/indicator
Schakelt de stroom in/uit. Als de stroom is ingeschakeld, licht de indicator op.
14. ALT OUT jacks (L, R)
Dit zijn gebalanceerde jacks, die op een sampler of recorder kunnen worden aangesloten. U bent vrij om deze op voor uw omstandigheden geschikte wijze te gebruiken.
* U kunt op deze jacks ook songebalanceerde 1/4” pluggen
aansluiten.
11. USB aansluiting
Gebruik een USB kabel om deze op een computer aan te slui­ten.
‘De sample frequentie van de M-16DX (Sample Freq)
aangeven’ (p. 45)
12. LINE IN jacks (kanaal 5-16)
Kanaal 5-14 zijn gebalanceerde TRS 1/4” jacks.
Kanaal 15 en 16 zijntulpstekkers.
Als u de AUX SEND 1 jacks op een externe effectprocessor heeft aangesloten, worden de signalen die de externe effect­processor uitvoert op kanaal 13L en 14R ingevoerd.
Als u de AUX SEND 2 jacks op een externe effectprocessor heeft aangesloten, worden de signalen die de externe effect­processor uitvoert op kanaal 15L en 16R ingevoerd.
13. 2 TRACK OUT jacks (L, R)
U kunt deze uitvoer jacks op een cassette deck of ander opname apparaat aansluiten.
U kunt de ALT OUT jacks als CONTROL ROOM uitgangen
gebruiken.
‘Het signaal van de CONTROL ROOM jacks via de ALT
OUT jacks uitvoeren (CTRL to ALT)’ (p. 45
15. AUX SEND jacks (1, 2)
Dit zijn gebalanceerde uitvoer jacks , die u op een externe effect processor of ander apparaat kunt aansluiten.
* U kunt op deze jacks ook songebalanceerde 1/4” pluggen
aansluiten.
* Als er pluggen in de AUX SEND 2 jacks zijn gestoken, wordt de
FX schakelaar uitgeschakeld.
16. MAIN OUT jacks (L, R)
Dit zijn gebalanceerde uitvoer jacks, die het eindsignaal dat uit het mixen voorkomt uitvoert.
Sluit deze jacks op de versterker of een ander apparaat aan.
* U kunt op deze jacks ook songebalanceerde 1/4” pluggen
aansluiten.
19
Page 20
Benamingen en functies
Signaalstroom
In het volgende diagram geven we de belangrijkste weg van audiosignalen in de M-16DX weer. Zie het ‘Blokdiagram’ (p. 10) voor een meer gedetailleerde afbeelding van de signaalstroom.
fig.02-SignalFlow
USB
MAIN OUT
MULTIPLE INPUT
1–16
MULTIPLE INPUT (meervoudige invoer)
Dit zijn de invoerkanalen, die van externe apparaten geluids­signalen ontvangen.
Dit betreft microfooninvoer, lijninvoer en digitale invoer (optisch en coaxiaal). Daarnaast kunt u via USB digitale audio­signalen ontvangen.
BUS
Een ‘bus’ is een signaalroute, waarin meerdere signalen bin­nen de mixer worden gecombineerd.
Er zijn vier buses – MAIN, ALT, AUX en SOLO – en de signa­len die in elke bus worden gecombineerd gaan naar de bijbe­horende uitvoerroute.
PHONES /
B
CONTROL ROOM
U S
ALT OUT
AUX SEND
PHONES/CONTROL ROOM
Dit is de uitvoerroute, die wordt gebruikt om de signalen van de MAIN OUT en ALT OUT te beluisteren. Als u op de mix controller de juiste instellingen maakt, kunt u deze op de uit­voerroute voor signalen van de SOLO bus overschakelen.
USB
U kunt met een via USB aangesloten computer signalen uit­wisselen (ontvangen/versturen).
Signalen van de compuer worden op kanaal 13/14 ingevoerd.
Van de M-16DX worden de pre-fader signalen van alle
invoerkanalen, evenals het signaal van na de MAIN MIX
LEVEL draaiknop, naar de computer verzonden.
MAIN OUT
Dit is de uitvoerroute voor signalen, die vanaf de MAIN bus worden verzonden.
ALT OUT
Dit is de uitvoerroute voor signalen, die vanaf de ALT bus worden verzonden. Door op de mix controller de juiste instel­lingen te maken, kunt u deze signalen ook naar de MAIN bus verzenden.
AUX SEND
Dit is de uitvoerroute voor signalen, die vanaf de AUX bus worden verzonden.
20
Page 21
Standaard gebruik
De mix controller op de I/O module aansluiten
fig.D-BUS-Connect
Gebruik de meegeleverde kabel om de mix controller op de I/O module aan te sluiten.
U dient voor de aansluiting de meegeleverde kabel of een optionele controller kabel (DXC-7) te
gebruiken.
Als u een willekeurige andere kabel gebruikt, kan de geluidskwaliteit verslechteren.
Belangrijkste aansluitingen
fig.CordHook
De M-16DX biedt een groot aantal aansluitingen, zodat het mogelijk is om een brede variatie aan
apparatuur aan te sluiten. Hieronder leggen we uit, hoe u de M-16DX op luidsprekers, microfoons,
geluidsinstallaties en een computer aansluit.
Om storing en/of schade aan luidsprekers of overige apparatuur te voorkomen, dient u voordat u
aansluitingen maakt het volume op alle apparatuur helemaal omlaag te draaien en de stroomtoevoer
ervan uit te schakelen.
Veranker het snoer van de adapter, door het om de kabelhaak heen te wikkelen (zie afbeelding). Zo
voorkomt u dat de stekker per ongeluk uit het apparaat wordt getrokken, en voorkomt u dat er
overmatige druk op de adapter jack wordt uitgeoefend.
21
Page 22
Standaard gebruik
Voorbeeld 1) Thuisstudio
fig.Connection-1-e
Computer
Meegeleverde adapter
Akoestische
gitaar
(Condensator)microfoon
2 OUT
18 IN
(Condensator)microfoon
*1
*2
DIGITAL OUT
CD speler of ander geluidsapparaat
Keyboard 1
Keyboard 2
Digitale versterkte monitor
Stereo
koptelefoon
22
Gitaar met meerdere effectenBasgitaar
*3 *4
*1 Als u een basgitaar direct aansluit, schakelt u de [Hi-Z] schakelaar van kanaal 2 in. Als u tussen de
basgitaar en de LINE IN jack een effect processor heeft aangesloten, schakelt u de [Hi-Z] schakelaar uit.
*2 Als u een condensator microfoon aansluit, waarvoor fantoomvoeding nodig is, schakelt u de
[PHANTOM] schakelaar in.
Bij de standaardinstellingen wordt er aan alle MIC aansluitingen, kanaal 1-4, fantoomvoeding geleverd. U kunt echter een systeeminstelling wijzigen (p. 45), zodat de fantoomvoeding alleen aan kanaal 3 en 4 wordt geleverd.
*3 Als u een apparaat digitaal op de DIGITAL IN jack heeft aangesloten, dient u de [DIGITAL] knop in
te schakelen (verlicht). U dient ervoor te zorgen, dat de sample frequentie van het aangesloten apparaat en de M-16DX overeenstemmen (p. 45).
*4 De audio signalen van de computer worden op kanaal 13/14 ingevoerd. Druk op de [USB] knop,
zodat deze oplicht.
Page 23
Voorbeeld 2) Eenvoudige PA
fig.Connection-2-e
Multi-effectapparaat
Draagbaar opname apparaat
Standaard gebruik
Monitor speaker
Monitor speaker
Versterker
18 IN
Computer
Meegeleverde adapter
Dynamische microfoon
voor vocalen
Basversterker
Drummachine
Bas-
gitaar
Direct
Box
*2
Electro-
akoestische
gitaar
DIGITAL
OUT
Versterker
Keyboard 1
Keyboard 2
Stereo
koptelefoon
Draagbare
audio speler
*1
Gitaar met
Gitaarversterker
meerdere effecten
*1 Als u een apparaat digitaal op de DIGITAL IN jack heeft aangesloten, dient u de [DIGITAL] knop in
te schakelen (verlicht). U dient de sample frequentie van het aangesloten apparaat en die van de M-16DX op elkaar af te stemmen (p. 45).
*2 Als u een dynamische microfoon heeft aangesloten, schakelt u de [PHANTOM] schakelaar uit.
23
Page 24
Standaard gebruik
If you've connected a dynamic mic, turn the [PHANTOM] switch off.
Voorbeeld 3) Computermuziek
fig.Connection-3-e
Geluidsmodule
Computer
Meegeleverde adapter
Dynamische microfoon
voor zang
2 OUT
18 IN
Versterkte monitor
Condensator-
*1
microfoon
voor vocalen
*2
Draagbaar opname apparaat
Keyboard
Geluidsmodule
Versterkte monitor
Draagbare audio speler
MD player/recorder
Stereo koptelefoon
24
Elektrische
gitaar
CD speler
Condensator microfoon
Akoestische gitaar
*3 *4
*1 Als u een elektrische gitaar direct aansluit, schakelt u de [Hi-Z] schakelaar van kanaal 2 in. Als u
tussen de elektrische gitaar en de LINE IN jack een effect processor heeft aangesloten, schakelt u de [Hi-Z] schakelaar uit.
*2 Als u een condensator microfoon aansluit, waarvoor fantoomvoeding nodig is, schakelt u de
[PHANTOM] schakelaar in.
Bij de standaardinstellingen wordt er aan alle MIC aansluitingen, kanaal 1-4, fantoomvoeding
geleverd. U kunt echter een systeeminstelling wijzigen (p. 45), zodat de fantoomvoeding alleen aan
kanaal 3 en 4 wordt geleverd.
*3 Als u een apparaat digitaal op de DIGITAL IN jack heeft aangesloten, dient u de [DIGITAL] knop in
te schakelen (verlicht). U dient ervoor te zorgen, dat de sample frequentie van het aangesloten apparaat en de M-16DX overeenstemmen (p. 45).
*4 De audio signalen van de computer worden op kanaal 13/14 ingevoerd. Druk op de [USB] knop,
zodat deze oplicht.
Page 25
Standaard gebruik
Het apparaat aanzetten
Als de aansluitingen eenmaal zijn voltooid (p. 21 – p. 24), zet u
uw diverse apparaten in de aangegeven volgorde aan. Als u
de apparaten in de verkeerde volgorde aanzet, riskeert u
storing en/of schade aan luidsprekers en andere apparaten.
1. Zet de kanaal LEVEL draaiknoppen op de ‘U’
stand.
fig.Adj-Ch-Level
2. Zet de MAIN MIX LEVEL draaiknop en de
PHONES/CTRL ROOM draaiknop op de “-” stand.
* Verlaag het MAIN MIX LEVEL volume en het koptelefoon
volume, alvorens u de stroomtoevoer inschakelt. Zelfs als het
volume helemaal omlaag is gedraaid, hoort u wellicht enig
geluid. Dit is geen storing.
fig.Adj-MAIN MIX
5. Schakel de [POWER] schakelaar van de M-16DX
(I/O module) in.
De POWER indicator licht op.
Nadat u het apparaat heeft aangezet, geeft het
beeldvenster het niveaumetervenster weer.
fig.03-Setup
6. Zet uw versterker en versterkte monitors aan.
Het apparaat uitzetten
1. Zorg er voor het uitzetten van het apparaat voor
dat u de volgende handelingen heeft gedaan.
• De MAIN MIX LEVEL draaiknop van de M-16DX is op
de “-” stand gezet.
• Het volume van de aangesloten apparatuur is helemaal
omlaag gedraaid.
2. Zet uw versterker en versterkte monitors uit.
3. Schakel de [POWER] schakelaar van de M-16DX
(I/O module) uit.
3. Zet uw digitaal aangesloten apparatuur aan.
4. Zet uw analoog aangesloten apparatuur (zoals
muziekinstrumenten, geluidsmodulen, effect processors, microfoons, CD spelers, etc.) aan.
4. Zet uw analoog aangesloten apparatuur
(muziekinstrumenten, geluidsmodulen, effect processors, microfoons, CD spelers, etc.) uit.
5. Zet uw digitaal aangesloten apparatuur uit.
25
Page 26
Standaard gebruik
Basale bediening
fig.Basic Operation
2
5
4
7
3
1. Draai de MAIN MIX LEVEL draaiknop langzaam
naar rechts, tot hij op een geschikte stand staat.
2. Gebruik de SENS draaiknoppen om de invoer-
gevoeligheid van kanaal 1-4 aan te passen.
* Als u met zo weinig mogelijk ruis en vervorming wilt mixen,
past u de SENS draaiknop zo aan, dat bij het luidste signaal het
bovenste blokje “ ” van de niveaumeter in het beeldvenster
niet oplicht.
Als u de [SOLO (PRE FADER)] schakelaar indrukt, kunt
u tijdens het aanpassen van de invoergevoeligheid op de
meter voor het uitgaande niveau het niveau bekijken.
3. Gebruik de kanaal LEVEL draaiknoppen om het
volume van elk kanaal aan te passen.
4. Gebruik voor kanaal 1-4 de PAN draaiknoppen
om de pan aan te passen. Gebruik voor kanaal 5-12 de BAL draaiknoppen om de L/R volume­balans aan te passen.
5. Gebruik de EQ draaiknoppen om het hoge, mid-
den en lage frequentiegebied aan te passen.
Als u aan deze draaiknoppen draait, verschijnt het
equalizer venster in het beeldvenster. Hierin worden de
huidige instellingen, zowel in cijfers als grafisch,
weergegeven.
1, 6
fig.03-EQ-e
Midden frequentie
Bandbreedte van het middengebied
U kunt de midden frequentie van het hoge, midden en lage frequentiegebied, en de breedte van het midden frequentiegebied (MID Q) wijzigen.
‘Gedetailleerde instellingen maken voor de equalizer’
(p. 29).
6. Als het niveau van alle aangesloten apparaten
heeft aangepast, verhoogt u de MAIN MIX LEVEL draaiknop, totdat het overkoepelende volume een geschikt niveau bereikt.
* Pas de draaiknop zo aan dat het ‘20’ (dB) segment van de
niveaumeter slechts af en toe knippert, wanneer het signaal het
maximale inkomende niveau bereikt.
7. Als u het geluid via een koptelefoon of op de
CONTROL ROOM jacks aangesloten monitors wilt beluisteren, gebruikt u de PHONES/CTRL ROOM draaiknop om het volume aan te passen.
26
Page 27
Standaard gebruik
[SOLO] (PRE FADER) schakelaars
Als u deze schakelaar inschakelt ( ), hoort u het pre-fader signaal (voordat het door het kanaalvolume heen gaat) van het bijbehorende kanaal via de koptelefoon of de monitors, die op de CONTROL ROOM jacks zijn aangesloten.
Zelfs als het kanaalvolume helemaal omlaag is gedraaid, kunt u met behulp van deze methode het kanaal waarvan u de [SOLO] schakelaar heeft ingeschakeld beluisteren.
* Zelfs als er één [SOLO] schakelaar is ingeschakeld, knippert de
[MUTE MAIN MIX] schakelaar.
* De niveaumeter geeft het niveau van het pre-fader signaal weer.
In geval van kanaal 1-4 dient u deze niveau indicatie in de gaten
te houden, terwijl u met behulp van de SENS draaiknop het
volume aanpast.
[MUTE] (ALT) schakelaars
Als u deze schakelaar inschakelt ( ), wordt het signaal van het bijbehorende kanaal niet via de MAIN OUT jacks maar via de ALT OUT jacks uitgevoerd. Hierdoor kunt u het geluid van bepaalde kanalen tijdelijk onhoorbaar maken.
Als een kanaal via de ALT OUT jacks wordt uitgevoerd,
wordt het kanaalnummer in het niveaumetervenster
gemarkeerd.
fig.02-MUTE-ALT
[SEL] knoppen
ls u op deze knop drukt (licht op), verschijnt het ‘parameter­venster’ van het geselecteerde kanaal in het beeldvenster.
U kunt deze knop op elk willekeurige moment indrukken om tussen het ‘parameter’ venster en het ‘equalizer’ venster te wisselen.
In dit venster kunt u de instellingen aanpassen, terwijl u de cijferwaarden bekijkt.
* Door op de [DISPLAY] knop te drukken kunt u naar het
niveaumetervenster terugkeren.
fig.03-SEL-e
Parametervenster
(1)
Equalizer venster
(1) Equalizer instellingen (2) AUX1 instelling (3) AUX2 instelling
Kanaal 1-4: Pan instelling
(4)
Kanaal 5-12: Volumebalans instelling
(5) Kanaal LEVEL draaiknop instelling
[SOLO (PRE FADER)] schakelaar
(6)
aan/uit
(7) [MUTE ALT] schakelaar aan/uit
[INSERT FX] schakelaar aan/uit
(8)
(alleen kanaal 1 en 2)
(2)
(3)
(4)(5)
(6)
(7)
(8)
(on)
(off)
Dit is een handige manier om tijdens het opvragen van
een scene de instellingen van elk kanaal te controleren
(p. 43).
Zie ‘Gedetailleerde instellingen maken voor de equalizer’
(p. 29) voor details over hoe u de middenfrequenties en
MID Q van de equalizer wijzigt.
27
Page 28
Standaard gebruik
De M-16DX met een computer gebruiken
De M-16DX is met een USB aansluiting uitgerust, zodat u hem op een computer kunt aansluiten.
Als het apparaat door middel van een USB kabel op een com­puter is aangesloten, worden geluidssignalen die een compu­ter uitvoert in de M-16DX ingevoerd en gemixt, en worden de geluidssignalen die de M-16DX heeft gemixt naar een compu­ter gestuurd.
Nadat u de M-16DX heeft gebruikt om het geluid te mixen en er effecten op toe te passen, kunt u uw software voor muziek­productie of wave bewerking op een computer gebruiken om oorspronkelijke audio gegevens te produceren.
* De M-16DX ondersteunt USB 2.0, zodat u zestien invoerkanalen
plus de MAIN OUT (in totaal 18 kanalen met signalen) naar een
computer kunt versturen.
* Als u de M-16DX op uw computer heeft aangesloten, terwijl u de
24-bit/96 Hz instelling heeft ingeschakeld, is de Finalize functie
niet beschikbaar (p. 41).
16DX via een USB kabel op de computer is aangesloten.
De driver verstuurt gegevens van de applicatiesoftware naar de M-16DX en geeft gegevens van de M-16DX aan de applica­tie software door.
Om de M-16DX via USB op een computer aan te kunnen sluiten, dient u de driver te installeren.
Installeer de driver volgens de beschrijving in het losse document ‘Driverinstallatie en instellingen’.
Wat is een driver?
fig.Driver-e
Applicatie­software
Driver
Computer
USB aansluiting
USB kabel
M-16DX
De driver is software, die gegevens tussen de M-16DX en de applicatiesoftware op de computer uitwisselt, wanneer de M-
I/O module
28
Page 29
Gevorderd gebruik
Gedetailleerde instellingen maken voor de equalizer
Naast het aanpassen van de hoge, midden en lage frequentieniveaus van de equalizer, kunt u tevens de Mid
fig.EQ-01
fig.EQ-02
Q en de frequentie van elke band wijzigen.
1. Druk voor het kanaal, waarvan u de equalizer
instellingen wilt bewerken, meerdere malen op de [SEL] knop, totdat het equalizer venster verschijnt.
2. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de
parameter die u wilt bewerken te selecteren.
De geselecteerde parameter wordt gemarkeerd.
3. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om de waarde te bewerken.
Parameter Beschrijving H Midden frequentie van het hoge gebied M Midden frequentie van het midden gebied L Midden frequentie van het lage gebied MIDQ Breedte van het mid-frequentiegebied
Als het equalizer venster wordt weergegeven, kunt u de FREQ draaiknop van het 16 BAND GRAPHIC
EQ gedeelte gebruiken om de MID frequentie aan te passen en met behulp van de LEVEL draaiknop de
MID Q aanpassen.
29
Page 30
Gevorderd gebruik
Het toegewezen vocale/gesproken effect (invoegeffect) gebruiken
De M-16DX biedt vijf toegewezen vocale/gesproken invoegeffecten, die op COSM technologie zijn gebaseerd.
Deze effecten kunnen direct op kanaal 1 en 2 worden toegepast.
U kunt de instellingen van het invoegeffect bewerken, zodat het het voor uw invoerbron of omstandigheden juiste
effect kunt bereiken.
De bewerkte instellingen blijven zelfs na het uitzetten van het apparaat bewaard.
Wat is COSM (Composite Object Sound Modeling (samengesteld object geluidsmodulatie)?
Dit is modulatietechnologie van Roland. Deze analyseert de diverse elementen die het geluid
beïnvloeden – zoals elektronische circuits, structuren en materialen – en verzamelt ze om zo het
gewenste geluid te reconstrueren.
De effectinstellingen bewerken
fig.INSFX-01
1. Druk op de [INSERT FX] knop, zodat deze oplicht.
Hiermee schakelt u het invoegeffect in.
Het invoeggeffectvenster verschijnt.
* Als de [INSERT FX] knop verlicht is en er toch een ander venster
wordt weergegeven, zorgt het indrukken van de [INSERT FX] knop
fig.INSFX-02
ervoor dat het invoegeffectvenster verschijnt.
Als het invoegeffectvenster al wordt weergegeven, schakelt
het indrukken van de [INSERT FX] knop ervoor dat het
invoegeffect wordt uitgeschakeld en de verlichting van de
knop uit gaat.
Een effecttype selecteren
fig.INSFX-01
2. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de
cursor naar het effecttype te verplaatsen.
3. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om een
effecttype te selecteren.
De parameters bewerken
fig.INSFX-03
4. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de
cursor naar de te bewerken parameter te verplaatsen.
5. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om de waarde te
bewerken.
Als u op de [+] knop drukt, terwijl u de [-] knop ingedrukt houdt of op de [-] knop drukt, terwijl u de [+] knop
ingedrukt houdt, verandert de waarde sneller, zodat u op efficiëntere wijze kunt bewerken.
Als de [INSERT FX] knop verlicht is, kunt u het invoegeffect op elk willekeurige moment uitschakelen door
de [DISPLAY] knop ingedrukt te houden en op de [INSERT FX] knop te drukken.
30
Page 31
Overzicht van effecten
Power Cmp1
Dit effect regelt een COSM effect, dat een buizenversterker en een compressor simuleert. Het versterkt dunne
geluiden die weinig laag hebben, zodat deze zwaarder en krachtiger worden.
Power Cmp2
Dit effect regelt een COSM effect, dat een buizenversterker en een compressor simuleert. Het versterkt het
middengebied, en creëert een vet vocaal geluid.
Power Cmp3
Dit effect regelt een COSM effect, dat een buizenversterker en een compressor simuleert. Het versterkt het
hoge gebied. Dit is ideaal voor delicate, akoestische gitaargeluiden.
Dit biedt tevens een manier om geluiden, die het risico lopen onder andere luide geluiden begraven te
worden, een grotere helderheid te geven.
Parameter Bereik Uitleg
NS -90.0– -40 dB
(Power Cmp1) BASS
(Power Cmp2) TONE
(Power Cmp3) BRIGHT
TUBE 0–100
COMP 0–100
0–100
0–100
0–100
Gevorderd gebruik
Vermindert ruis die op lage volume op de achtergrond van de stem optreedt. Bij hogere waarden van deze instelling worden luidere geluiden vermin­derd.
* Als u dit effect in te hoge mate toepast, kunnen het begin (attack) en eind (decay)
van de stem op onnatuurlijke wijze worden afgebroken of kan de stem minder
goed verstaanbaar worden.
Past voornamelijk de geluidssterkte van het lage frequentiegebied aan. Als u deze instelling verhoogt, wordt het lage frequentiegebied versterkt.
Past voornamelijk de geluidssterkte van het midden frequentiegebied aan. Als u deze instelling verhoogt, wordt het midden frequentiegebied versterkt.
Past voornamelijk de geluidssterkte van het hoge frequentiegebied aan. Als u deze instelling verhoogt, wordt het hoge frequentiegebied versterkt.
Dit is een COSM effect, dat een buizenversterker simuleert. Het zorgt voor het soort natuurlijk klinkende vervorming waardoor een va­cuüumbuis wordt gekenmerkt. Als u deze instelling verhoogt, wordt de distortion vergroot.
* Aangezien dit effect de subtiele eigenschappen van een buizenversterker
nabootst, kan het in sommige gevallen moeilijk zijn om het resultaat waar te
nemen.
Verlaagt de drempel van de compressor (d.w.z. het volumeniveau, waarop de compressor begint te werken), en verhoogt gelijktijdig het volume. Het resultaat is het gelijk maken van de volumeniveaus van de luide en zacht geluiden, waarbij de algemene geluidssterkte wordt verhoogd. Als u deze in­stelling verhoogt, gaat het niveau omhoog. In tegenstelling tot het eenvoudigweg verhogen van het volume zorgt dit ef­fect voor een breder en zwaarder geluid.
De compressordrempel is voor kanaal 1 en 2 gelijk. Dit houdt in, dat u
COMP voor kanaal 1 en 2 in stereo kunt gebruiken, of voor slechts één van
beide kanalen.
* U dient erop te letten, dat u de effecten niet overmatig toepast. Dit kan tot meer ruis leiden of ervoor zorgen dat het
geluid wordt gedempt als luide geluiden teveel worden onderdrukt.
31
Page 32
Gevorderd gebruik
Vocal Enh. (vocale enhancer)
Dit effect regelt een 4-bands equalizer, zodat de stem helderder en duidelijker wordt.
Dit effect heeft uitwerking op de basiscomponenten van het stemgeluid, evenals op de componenten die de
stem karakter geven, waarbij de betreffende componenten worden versterkt of verminderd. U kunt dit
gebruiken om het karakter van gesproken tekst van een toneelstuk te benadrukken of bij het opnemen van
vocalen.
Parameter Bereik Uitleg
NS -90.0– -40 dB
TONE 0–100
BRIGHT 0–100
Vermindert ruis die op lage volume op de achtergrond van de stem op­treedt. Bij hogere waarden van deze instelling worden luidere geluiden ver­minderd.
* Als u dit effect in te hoge mate toepast, kunnen het begin (attack) en eind
(decay) van de stem op onnatuurlijke wijze worden afgebroken of kan de
stem minder goed verstaanbaar worden.
Versterkt het frequentiegebied dat het basiscomponent van de stem vormt. Als u deze waarde verhoogt, wordt het stemgeluid rijker in klank; door de waarde te verlagen kunt u ongewenste resonans of een te hoog vo­lume verminderen.
Vergroot de helderheid. Hoe hoger de waarde, hoe helderder het geluid.
Narration (gesproken tekst)
Dit effect regelt een de-esser en enhancer, zodat de stem duidelijker en verstaanbaarder wordt.
Het minimaliseert de sisklanken (*1), die u hoort als u stemgeluiden inmixt, zodat de stem beter beluisterbaar
wordt.
Bij videobewerking is dit een handig effect voor het opnemen van een voice-over, vertelling of lezing.
(*1) Sisklanken zijn de ‘s’ klanken in woorden.
Parameter Bereik Uitleg
Vermindert de ruis, die op lage volume op de achtergrond van de stem optreedt. Bij hogere waarden van deze instelling, worden luidere geluiden ver-
NS -90.0– -40 dB
ATTACK 0–100
CLARITY 0–100
DEESSER 0–100
minderd.
* Als u dit effect in te hoge mate toepast, kunnen het begin (attack) en eind
(decay) van de stem op onnatuurlijke wijze worden afgebroken of kan de
stem minder goed verstaanbaar worden.
Benadrukt de dynamiek van een stem. Als u deze instelling verhoogt, krijgt u een groter gevoel van attack.
Bepaalt de mate van het effect, dat de stem verduidelijkt. Als u deze in­stelling verhoogt, wordt het effect in hogere mate toegepast.
* Als dit effect op een stem die al duidelijk is overmatig wordt toegepast, kan
het geluid onplezierig of vervormd worden.
Vermindert de sisklanken. Als u deze instelling verhoogt, wordt het effect in hogere mate toege­past.
32
Page 33
Echo/reverb toepassen (FX)
In de categorie effecten, die het uitgaande signaal verwerken, biedt de M-16DX twee soorten echo en vijf
soorten reverb.
U kunt de parameters van het echo/reverb effect naar wens en smaak bewerken.
Gebruik de AUX/FX draaiknoppen om voor elke invoer de diepte van de echo/reverb aan te passen (p. 12).
De bewerkte instellingen blijven zelfs na het uitzetten van het apparaat bewaard.
De effectinstellingen bewerken
fig.FX-01
1. Druk op de [FX] knop, zodat deze oplicht. Hiermee
schakelt u het effect in.
Het FX venster verschijnt.
* Als de [FX] knop verlicht is en er toch een ander venster wordt
weergegeven, zorgt het indrukken van de [FX] knop ervoor dat
het echo/reverb venster verschijnt.
fig.FX-02
Als het FX venster al wordt weergegeven, schakelt het
indrukken van de [FX] knop ervoor dat het effect wordt
uitgeschakeld en de verlichting van de knop uit gaat.
Gevorderd gebruik
Het effecttype selecteren
fig.FX-01
2. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de
cursor naar het effecttype te verplaatsen.
3. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om een
effecttype te selecteren.
De parameters bewerken
fig.FX-03
4. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de
cursor naar de te bewerken parameter te verplaatsen.
5. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om de waarde te
bewerken.
Als u op de [+] knop drukt terwijl u de [-] knop ingedrukt houdt of op de [-] knop drukt, terwijl u de [+] knop
ingedrukt houdt, verandert de waarde sneller, zodat u op efficiëntere wijze kunt bewerken.
Als de [FX] knop verlicht is, kunt u het effect op elk willekeurige moment uitschakelen door de [DISPLAY]
knop ingedrukt te houden en op de [INSERT FX] knop te drukken.
33
Page 34
Gevorderd gebruik
Overzicht van effecten
SHORT ECHO
Dit is een echo effect geluid op korte intervallen herhaalt.
Parameter Bereik Uitleg DELY 10–200 (ms) Past de afstand tussen de herhalingen aan. REPT 0.0–6.0 (s) Past de duur (tijd) van de herhalingen aan.
ECHO
Dit is een echo effect, dat het geluid op langere intervallen herhaalt.
Parameter Bereik Uitleg TIME 0.0–6.0 (s) Past de duur (tijd) van de herhalingen aan.
DAMP 315–8k (Hz), BYP
ROOM
Dit effect simuleert de galm van een kamer van een levendig huis of een club.
Bepaalt vanaf welke frequentie het herhaalde geluid wordt afge­zwakt. Bij een instelling van ‘BYP’ wordt het herhaalde geluid niet afgezwakt.
SMALL HALL
Dit effect simuleert de galm van een kleine concertzaal.
Parameter Bereik Uitleg P.DLY 0.0–160 (ms) Past het moment, waarop de galm hoorbaar wordt aan. TIME 0.0–6.0 (s) Past de duur (tijd) van de reverb.
DAMP 315–8k (Hz), BYP
Bepaalt vanaf welke frequentie de galm wordt afgezwakt. Bij een instelling van ‘BYP’ wordt het herhaalde geluid niet afgezwakt.
LARGE HALL
Dit effect simuleert de galm van een grote concertzaal of sporthal.
Parameter Bereik Uitleg P.DLY 0.0–160 (ms) Past het moment, waarop de galm hoorbaar wordt aan. TIME 0.0–6.0 (s) Past de duur (tijd) van de reverb.
DAMP 315–8k (Hz), BYP
Bepaalt vanaf welke frequentie de galm wordt afgezwakt. Bij een instelling van ‘BYP’ wordt het herhaalde geluid niet afgezwakt.
34
Page 35
Gevorderd gebruik
Het uitgaande signaal aan de omgeving aanpassen (Room Acoustic Control)
De term ‘ruimtelijke akoestiek’ verwijst naar de algemene akoestische eigenschappen van de omgeving waarin u geluid maakt, inclusief de respons van de luidsprekers die u gebruikt.
De M-16DX biedt een ‘Room Acoustic Auto Control’ functie, die de akoestiek van een ruimte automatisch compenseert. Met één druk op de knop voert deze functie de volgende commando’s uit:
(1) Voert een testsignaal van de M-16DX uit, en speelt het signaal via de aangesloten monitors af.
(2) Spoort met behulp van de Room Acoustic Sensor het geluid dat door de monitors wordt afgespeeld op,
en analyseert de frequentierespons hiervan.
(3) Past op basis van het resultaat van de analyse de respons van het uitgaande signaal aan.
Het resultaat van deze automatische aanpassing kan, indien gewenst, verder worden aangepast.
Als u de regelfunctie voor ruimtelijke akoestiek gebruikt, worden de instellingen van de 16-bands grafische equalizer (p. 40) genegeerd.
Afhankelijk van de omgeving waarin u zich bevindt, kan het zijn dat de automatische aanpassing niet voldoende is om een optimaal resultaat te behalen. In dit geval kunt u naast de automatische aanpassingen handmatige aanpassingen uitvoeren.
U kunt kiezen of de Room Acoustic Control functie op de MAIN OUT jacks of de PHONES/CONTROL ROOM jacks
wordt toegepast.
‘De uitvoer selecteren waarop de Room Acoustic Control en Finalize functies worden toegepast (RAC -
FINALIZE)’ (p. 45)
U kunt de boven en ondergrens van de frequenties die automatisch worden aangepast aangeven.
‘Het frequentiegebied dat de Room Acoustic Auto Control analyseert aanpassen (RAC Freq >= / RAC Freq <=)’ (p. 45)
Automatische aanpassing (Room Acoustic Auto Control)
Om met behulp van deze functie de best mogelijke resultaten te behalen, dient u de volgende punten in
acht te nemen.
fig.RAC_Caution-e
• Plaats uw apparatuur zo dat de ruimtelijke akoestiek sensor of microfoon (als de functieschakelaar op EXT is ingesteld) zich op het luisterpunt bevindt.
• Plaats uw apparatuur zo dat de linker en rechter monitor (luidsprekers) zich op dezelfde afstand van de sensor/ microfoon bevinden.
• Plaats de sensor/microfoon zoveel mogelijk op oorhoogte op het luisterpunt.
• Plaats geen obstakels in de buurt van de sensor/microfoon.
• Plaats tijdens het maken van de aanpassingen de mix controller of microfoon niet op een voorwerp dat gemakkelijk kan resoneren (zoals een lege kist of
standaard).
* Een dergelijk voorwerp kan met het testsignaal gaan resoneren, zodat er lichte vibraties ontstaan, die een juiste meting
kunnen verstoren.
Bij monitors (luidsprekers) met een laag uitgaand niveau, kan het testsignaal wellicht niet worden opgespoord en
wordt de analyse wellicht niet gestart. In dit geval raden we u aan om de analyse handmatig uit te voeren (p. 39).
Zelfde
afstand
35
Page 36
Gevorderd gebruik
W
1. Gebruik de MAIN MIX LEVEL draaiknop en de volumeregelaars van de versterker of
luidspreker om het volume van het geluid van de luidsprekers op een geschikt niveau te zetten.
Stel het volume net zo in als bij een normale weergave, wanneer u naar muziek luistert.
Als het luidsprekervolume te hoog is, wordt het testsignaal op een luid volume voortgebracht, en als het volume te laag is, kan de sensor het testsignaal niet opsporen. Beide situaties zorgen ervoor dat de
fig.RAC-01_Left-e
fig.RAC-02
ffig.RAC-03
automatische aanpassing niet op juiste wijze kan plaatsvinden.
2. Druk op de [ROOM ACOUSTIC AUTO CONTROL] knop.
De [ROOM ACOUSTIC AUTO CONTROL] knop en de [16 BAND
GRAPHIC EQ] knop lichten op, en het Room Acoustic Control
venster verschijnt.
* U kunt in de systeeminstellingen (p. 45) het bereik van de te analyseren
frequenties aanpassen.
Als u op de [ROOM ACOUSTIC AUTO CONTROL] knop drukt
terwijl dit venster wordt weergegeven, wordt de Room Acoustic
Control functie uitgeschakeld en gaat de verlichting van de knop uit.
eergegeven
kanaal
Amplitude
Frequentieresponscurve
Bereik van geanalyseerde
3. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de
cursor naar de responscurve te verplaatsen.
4. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om de responscurve
te selecteren die als index voor de aanpassing fungeert.
frequenties
FLAT 1–4 Vlakke respons
BUMPY 1–4
WARMY 1–4
* U kunt voor elke frequentieresponscurve vier varianten maken. Bij de fabrieksinstellingen hebben 1-4 allemaal dezelfde
instellingen. U kunt voor verschillend gebruik de amplitude van de curven naar wens aanpassen.
De Room Acoustic Control functie maakt gebruik van vier vensters om een variatie aan informatie weer te geven.
Als u van venster wilt wisselen,
gebruikt u de CURSOR [BWD]
[FWD] knoppen om de cursor
naar het weergavekanaal te
verplaatsen, en selecteert u met
behulp van de VALUE [-] [+]
knoppen het gewenste venster.
* Als u ‘FREQ’ heeft geselecteerd, kunt
de amplitude van de responscurve
niet aanpassen.
* De volgende keer dat u naar het
Room Acoustic Control venster gaat,
verschijnt het venster dat u als laatst
had geselecteerd.
Responscurven, die de lage en hoge frequentiegebieden versterken, zodat er een zoge­naamd ‘scooped’ (uitgehold) geluid wordt voortgebracht.
Responscurven, die het middengebied versterken, zodat er een rijk en warm geluid wordt voortgebracht.
LEFT
De frequentierespons en grafische equalizer instellingen van het linker kanaal bekijken.
L&R
De grafische equalizer instellingen van zowel L al R bekijken.
RIGHT
De frequentierespons en grafische equalizer instellingen van het rechter kanaal bekijken.
FREQ
De frequentierespons van zowel het L als het R kanaal bekijken.
36
Page 37
fig.RAC-04
5. Druk op de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de
cursor naar de amplitude van de responscurve te verplaatsen.
6. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om de amplitude
van de responscurve aan te passen.
* Als u als responscurve FLAT heeft geselecteerd, kunt u de amplitude niet aanpassen.
Bereik
70–100–130%
Als de [ROOM ACOUSTIC AUTO CONTROL] knop verlicht is, kunt u de Room Acoustic Control functie op
elk willekeurige moment uitschakelen door de [DISPLAY] knop ingedrukt te houden en op de [ROOM
ACOUSTIC AUTO CONTROL] knop te drukken.
Analyse en automatische aanpassing
fig.RAC-Lstart
7. Om de analyse te starten houdt u de [ROOM
ACOUSTIC AUTO CONTROL] knop voor tenminste één seconde ingedrukt.
De [ROOM ACOUSTIC AUTO CONTROL] knop gaat knipperen
en alle inkomende kanalen van de mixer worden onhoorbaar
gemaakt.
Gevorderd gebruik
Er wordt een testsignaal uitgevoerd. Verhoog het uitgaande
niveau, als het venster ‘Turn Up Level’ weergeeft of verlaag het
uitgaande niveau, als het venster ‘Turn Down Level’ weergeeft.
Wanneer de sensor/microfoon het testsignaal oppikt, geeft het venster ‘Measuring’ weer, en wordt de analyse
van het L kanaal automatisch gestart.
* Als u het commando wilt annuleren, drukt u op de [DISPLAY] (EXIT) knop.
Als het venster niet de ‘Measuring’ melding weergeeft (d.w.z., als het testsignaal niet kan worden
opgespoord), controleert u de volgende instellingen of past u ze aan.
• Staat de MAIN MIX LEVEL draaiknop wellicht te laag?
Idealiter dient de draaiknop in de buurt van de ‘U’ stand te zijn ingesteld.
• Is het versterker of luidsprekervolume te laag?
Pas het afspeelvolume zo aan dat het op een soortgelijk niveau staat als wanneer u normaalgesproken
muziek luistert.
* Als u het volume te hoog zet, riskeert u storingen van uw luidsprekers. Houd het volume binnen het bereik
van een normaal afspeelvolume.
• Is de sensor/microfoon wellicht te ver van de luidsprekers af geplaatst?
• Is de sensor/microfoon op de luidsprekers gericht?
Als de analyse nog steeds niet automatisch wordt gestart, kan bij uw installatie het testsignaal niet
worden opgespoord.
Druk op de [DISPLAY] knop om de analyse af te breken. We raden u aan om de analyse handmatig uit te
voeren.
37
Page 38
Gevorderd gebruik
fig.RAC-Rstart
fig.RAC-14
Zodra de analyse en aanpassing van het L kanaal is voltooid,
begint die van het R kanaal.
Er wordt een testsignaal uitgevoerd. Verhoog het uitgaande
niveau als het venster ‘Turn Up Level’ weergeeft of verlaag
het uitgaande niveau, als het venster ‘Turn Down Level’
weergeeft.
Wanneer de sensor/microfoon het testsignaal oppikt, geeft
het venster ‘Measuring’ weer, en wordt de analyse van het R
kanaal gestart.
De aanpassing voltooien
Als de analyse en aanpassing voor beide kanalen zijn
voltooid, wordt de [ROOM ACOUSTIC AUTO CONTROL]
knop in plaats van te knipperen continu verlicht, en geeft het
venster het resultaat van de aanpassing weer.
Zodra de aanpassing is voltooid, worden de inkomende
kanalen weer hoorbaar gemaakt, en keert de M-16DX naar
zijn normale bediening terug.
8. Beluister het aangepaste geluid
De frequentieresponscurve en de bijbehorende amplitude worden smen met de resultaten van de aanpassing
(grafische equalizer instellingen) als set opgeslagen. (Deze blijft zelfs na het uitzetten van het apparaat
bewaard).
* Als u naar de standaard instellingen wilt terugkeren, voert u het Initialize commando uit.
‘De instlelingen initialiseren (Initialize)’ (p. 46)
38
Page 39
Gevorderd gebruik
Handmatige aanpassing
Diepte van de resultaten van de aanpassing
9. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de cursor naar de percentage indicatie te
verplaatsen, en gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om het percentage, waarmee de resultaten van de automatische aanpassing worden toegepast, te wijzigen.
Bereik Uitleg
Bij een instelling van 100% worden de resultaten van de aanpassing zonder verdere wij-
70–100–130%
fig.RAC-13
Op basis van het aangegeven percentage zullen de grafische
equalizer instellingen ook wijzigen.
Grafische equalizer instellingen
Corrigeer de frequentierespons tijdens het beluisteren van het geluid, bijvoorbeeld door niveaus die teveel
zijn verhoogd te verlagen.
fig.RAC-15
zigingen toegepast. Instellingen onder de 100% verminderen het effect van de aanpas­singsresultaten, en instellingen boven de 100% zorgen ervoor dat de resultaten in hogere mate worden toegepast.
1. Gebruik de FREQ draaiknop om een frequentie te
selecteren.
2. Gebruik de GAIN draaiknop om het niveau aan te
passen.
De geselecteerde frequentie en het niveau worden links in het venster weergegeven.
Aanpassingsinstellingen opvragen
fig.RAC-16
Als u de [ROOM ACOUSTIC] knop indrukt, zodat deze
oplicht, en de Room Acoustic Control functie inschakelt,
worden de laatst geselecteerde instellingen opgevraagd.
U kunt nu de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen gebruiken
om de cursor naar de frequentieresponscurve te verplaatsen,
en met behulp van de VALUE [-] [+] knoppen van curve
wisselen. De amplitude en het aanpassingsresultaat
(grafische equalizer instellingen), die als set bij de
resonscurve zijn opgeslagen, worden opgevraagd.
U kunt deze functie gebruiken als voorgeprogrammeerde equalizer met zestien verschillende geheugens.
39
Page 40
Gevorderd gebruik
De 16-bands grafische equalizer gebruiken
Als u de Room Acoustic Control functie niet gebruikt, kunt u het uitgaande signaal aanpassen met behulp
van de zestien-bands grafische equalizer.
fig.GEQ-01
Dit heeft geen invloed op de Room Acoustic Control instellingen.
1. Druk op de [16 BAND GRAPHIC EQ] knop, zodat
deze oplicht.
De grafische equalizer wordt ingeschakeld, en het equalizer
venster verschijnt.
fig.GEQ-02
fig.GEQ-03
* De laatst toegewezen grafische equalizer instelling wordt opgevraagd.
Als u op de [16 BAND GRAPHIC EQ] knop drukt, terwijl het
equalizer venster wordt weergegeven, wordt de grafische
equalizer uitgeschakeld en gaat de verlichting van de knop
uit.
2. Gebruik de FREQ draaiknop om een frequentie te
selecteren.
3. Gebruik de GAIN draaiknop om het niveau aan te
passen.
De geselecteerde frequentie en het niveau worden links in het venster weergegeven.
U kunt deze stappen ook met behulp van de CURSOR [BWD] [FWD] en de VALUE [-] [+] knoppen uitvoeren.
Een goed gebalanceerd geluid creëren (Finalize)
Nadat u de geluiden van elk kanaal heeft gemengd, kunt u een goed gebalanceerd geluid creëren, door het
overkoepelende volume en de geluidssterkte consequenter te maken.
Dit proces wordt ‘afwerken’ of eindmix genoemd, en wordt met behulp van een multi-band compressor en
een enhancer uitgevoerd.
De M-16DX biedt zes Finalize effecten.
U kunt de Finalize instellingen aanpassen, zodat u het bij uw behoeften passende resultaat kunt creëren.
Als u van een USB aansluiting gebruik maakt en de M-16DX op een sample frequentie van 96 Hz draait, is de
Finalize functie niet beschikbaar.
U kunt kiezen of de Finalize functie op de MAIN OUT jacks of de PHONES/CONTROL ROOM jacks wordt
toegepast.
‘De uitvoer selecteren waarop de Room Acoustic Control en Finalize functies worden toegepast (RAC -
FINALIZE)’ (p. 45)
De bewerkte instellingen blijven zelfs na het uitzetten van het apparaat bewaard.
40
Page 41
De effectinstellingen bewerken
fig.FINAL-01
1. Druk op de [FINALIZE] knop, zodat deze oplicht.
Hiermee schakelt u het effect in.
Het Finalize venster verschijnt.
* Als de [FINALIZE] knop verlicht is en er toch een ander venster
wordt weergegeven, zorgt het indrukken van de [FINALIZE] knop
fig.FINAL-02
fig.FINAL-01
ervoor dat het Finalize venster verschijnt.
Als het Finalize venster al wordt weergegeven, schakelt het
indrukken van de [FINALIZE] knop ervoor dat het effect
wordt uitgeschakeld en de verlichting van de knop uit gaat.
Een effecttype selecteren
2. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de
cursor naar het effecttype te verplaatsen.
3. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om een
effecttype te selecteren.
Gevorderd gebruik
De parameters bewerken
fig.FINAL03
4. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de
cursor naar de te bewerken parameter te verplaatsen.
5. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om de waarde te
bewerken.
Als u op de [+] knop drukt terwijl u de [-] knop ingedrukt houdt of op de [-] knop drukt terwijl u de [+] knop
ingedrukt houdt, verandert de waarde sneller, zodat u deze op efficiëntere wijze kunt bewerken.
Als de [FINALIZE] knop verlicht is, kunt u het invoegeffect op elk willekeurige moment uitschakelen door de
[DISPLAY] knop ingedrukt te houden en op de [FINALIZE] knop te drukken.
41
Page 42
Gevorderd gebruik
Overzicht van effecten
Natural
Dit effect voegt een natuurlijke afwerking toe, die het oorspronkelijke karakter van het geluid niet aantast.
Parameter Bereik Uitleg CROSS 10.0–14k (Hz)
COMPRESS 0–100
CLARITY 0–100
FAT Comp
Dit effect geeft een vet, robuust geluid.
Parameter Bereik Uitleg
L COMPRESS 0–100
H COMPRESS 0–100
Bepaalt op welke frequentie de lage en hoge gebieden worden gesplitst. Verlaagt de drempel van de multi-band compressor (het volume, waarop de
compressor van toepassing wordt), en verhoogt gelijktijdig het volume. Het resultaat is dat het niveauverschil tussen het hoge volume en het lage volu­me wordt afgevlakt, zodat het overkoepelende volume consequenter wordt en de algemene geluidssterkte wordt verhoogd. Als u deze waarde verhoogt, wordt het resultaat intenser. In tegenstelling tot het eenvoudigweg verhogen van het volume geeft dit een breder en compacter geluid.
Regelt de enhancer, zodat deze de mate waarin het geluid wordt verduidelijkt aangeeft. Hogere instellingen zorgen voor een groter effect.
* Als dit effect op een geluid dat al duidelijk is overmatig wordt toegepast, kan het
geluid onplezierig of vervormd worden.
Verlaagt voor de multi-band compressor de drempel van de lage frequentie en verhoogt gelijktijdig het volume. Dit zorgt ervoor, dat het geluid van het lage frequentiegebied dikker wordt. Als u deze waarde verhoogt, stelt u dit op een hoger niveau in. In tegenstelling tot het eenvoudigweg verhogen van het volu­me maakt dit het lage frequentiegebied dikker en compacter.
Verlaagt voor de multi-band compressor de drempel van de hoge frequentie en verhoogt gelijktijdig het volume. Dit zorgt ervoor, dat het geluid van het hoge frequentiegebied dikker wordt. Als u deze waarde verhoogt, stelt u dit op een hoger niveau in. In tegenstelling tot het eenvoudigweg verhogen van het volu­me maakt dit het hoge frequentiegebied dikker en compacter.
Final 1/2/3/4
Met behulp van deze effecten kunt u naar wens meer gedetailleerde instellingen maken. Bij de fabrieksinstellingen
zijn deze effecten als volgt ingesteld.
Final 1 Verbetert de algemene balans. Final 2 Versterkt het lage frequentiegebied. Final 3 Verhelderd troebel geluid. Final 4 Zorgt ervoor dat tegenstrijdigheden in het geluid worden gladgestreken.
Parameter Bereik Uitleg Cross 10.0–14k (Hz) Bepaalt op welke frequentie de lage en hoge gebieden worden gesplitst.
ThrsL -50–0
GainL -50–24 Bepaalt de hoeveelheid versterking of vermindering van het lage frequentiegebied.
ThrsH -50–0
GainH -50–24
Clarity 0–100
42
Bepaalt op welk volume de compressor van het lage frequentiegebied in werking treedt.
Bepaalt op welk volume de compressor van het hoge frequentiegebied in werking treedt.
Bepaalt de hoeveelheid versterking of vermindering van het hoge frequentiege­bied.
Regelt de enhancer, zodat deze de mate waarin het geluid wordt verduidelijkt aan­geeft. Hogere instellingen zorgen voor een groter effect.
* Als dit effect op een geluid dat al duidelijk is overmatig wordt toegepast, kan het geluid
onplezierig of vervormd worden.
Page 43
Gevorderd gebruik
Mixerinstellingen (scenes) opslaan en opvragen (Scenes)
U kunt op de M-16DX acht verschillende sets met mixerinstellingen, inclusief de effecten, opslaan. Elke set met mixerinstellingen
wordt een ‘scene’ genoemd. U kunt scenes wanneer u maar wilt direct opvragen.
Een scene slaat de instellingen van het in de afbeelding
omcrikelde gebied op.
fig.SCENE-memorized
De Room Acoustic Control functie slaat alleen de responscurve en de amplitude op.
Een scene opslaan
2. Als u van scene wilt wisselen, gebruikt u de
CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om de op te vragen scene te selecteren.
De instellingen van de geselecteerde scene worden direct opgevraagd.
Afhankelijk van de instellingen van de scene die u opvraagt, kan het volume hoger zijn dan de huidige instellingen. Gebruik deze functie daarvan met gepaste voorzichtigheid, en houd het volume van uw luidspre­kers of koptelefoon goed in de gaten.
Als de [SCENE] knop verlicht is, zijn alleen de instellin­gen van de opgevraagde scene geldig. Paneelhandelingen worden niet in het geluid weergegeven. Als u de draai­knoppen of overige regelaars op het paneel bedient, ver­schijnt er een melding in het venster.
fig.SCENE-04
1. Houd de [SCENE] knop tenminste één seconde
ingedrukt.
De knop gaat knipperen en het Scene Save venster verschijnt.
fig.SCENE-01
2.
Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om te selecteren welk scenenummer u op wilt slaan.
fig.SCENE-02
3. Druk op de [SCENE] knop om de instellingen in
het geheugen op te slaan.
De instellingen worden opgeslagen, het venster geeft ‘Save Complete’ weer, en u keert naar het niveaumetervenster terug.
Een scene opvragen
1. Druk op de [SCENE] knop, zodat deze oplicht.
De instellingen van scene 1 worden opgevraagd.
fig.SCENE-03
U kunt het volume van een kanaal aanpassen door de
[DISPLAY] knop ingedrukt te houden en aan de LEVEL
draaiknop van het betreffende kanaal te draaien.
Door de volgende knoppen in te drukken kunt u de
gekozen instellingen controleren.
[SEL], [16 BAND GRAPHIC EQ], [INSERT FX], [FINALIZE], [AUX 1], [AUX 2/FX], [FX]
De instellingen van een scene verwijderen
Als u op de [SCENE] knop drukt, worden alle instellingen van de huidige scene verwijderd, en keert u naar de normale bedieningstoestand van het apparaat terug (de stand van de draaiknoppen en de toestand van de schakelaars op het paneel worden in het geluid weergegeven.
Als de [SCENE] knop verlicht is, kunt u het scene op elk
willekeurige moment uitschakelen door de [DISPLAY]
knop ingedrukt te houden en op [SCENE] te drukken.
Afhankelijk van de instellingen van het voorpaneel kan het volume hoger zijn dan de huidige instelling. Gebruik deze functie met gepaste voorzichtigheid, en houd het volume van luidsprekers of koptelefoon goed in de gaten.
43
Page 44
Overige functies
De functieschakelaars wijzigen
fig.FunctionSW
Het aanpassingsgebied van de SENS draaiknoppen wijzigen (SENS RANGE)
U kunt één van de volgende twee gebieden selecteren:
In dit geval wordt in de kanaal 1 positie van het niveaumeter­venster de ‘RAC’ indicatie weergegeven.
fig.Func-CH1
Als u aan de EQ draaiknoppen van kanaal 1 draait of op de [SEL] knop drukt, verschijnt de volgende melding.
fig.Func-CH1-Caution
Schake­laar
REGULAR
NARROW
Nadat u de instelling van de functieschakelaar heeft gewij­zigd, wordt de nieuwe instelling pas daadwerkelijk van kracht zodra u aan de SENS draaiknop draait.
* Als deze schakelaar op NARROW is ingesteld, kunt u meer
gedetailleerde aanpassingen doen.
Als u aan de SENS draaiknop draait, kan het lijken alsof de
wijziging niet vloeiend plaatsvindt, maar dit duidt niet op een
storing.
Bereik Uitleg
MIC 10–60 dB LINE +10– -40 dBu MIC 40–60 dB Optimale in-
LINE -20– -40 dBu
Normale in­stelling
stelling voor een microfoon
De sensor voor ruimtelijke akoestiek wijzigen (RAC SOURCE)
Hiermee selecteert u welke sensor de Room Acoustic Control functie gebruikt.
Voordat u van EXT naar INT overschakelt, dient u de
microfoon die op kanaal 1 is aangesloten los te koppelen. Als
u de microfoon niet loskoppelt, kan er een feedback loop
ontstaan, die de luidsprekers mogelijk kan beschadigen.
Schakelaar Instelling
INT
EXT
Als u EXT selecteert, functioneert kanaal 1 niet als mixerka­naal.
De sensor die in de M-16DX is ingebouwd wordt gebruikt.
De microfoon die op kanaal 1 is aangeslo­ten wordt als sensor gebruikt.
De systeeminstellingen wijzigen (UTILITY)
Om uw mix op handigere en efficiëntere wijze uit te kunnen voeren, kunt u diverse systeeminstellingen wijzigen.
U kunt de instellingen van de M-16DX tevens naar hun oor­spronkelijke toestand terugbrengen.
Basisprocedure
1. Druk de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen
gelijktijdig in.
Het Utility venster verschijnt.
fig.UTIL-01
2. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om
de instelling die u wilt wijzigen te selecteren.
De waarde van de geselecteerde parameter wordt
gemarkeerd.
fig.UTIL-02
3. Gebruik de VALUE [-] [+] knoppen om de
instelling te wijzigen.
44
Page 45
Overige functies
De helderheid van het beeldvenster aanpassen (LCD Contrast)
U kunt het contrast (de helderheid) van het LCD beeldvenster aanpassen.
Bereik
0–19
De samplefrequentie van de M-16DX aanpassen (Sample Freq)
U kunt de sample frequentie van de M-16DX aanpassen.
Als u via de DIGITAL IN jack van de M-16DX een digitaal sig­naal invoert, dienen de sample frequentie van de M-16DX met de sample frequentie van het inkomende digitale geluid over­een te stemmen.
* Als u deze instelling wijzigt, terwijl u het apparaat via USB heeft
aangesloten, treedt de wijziging niet direct in werking. De
wijziging wordt van kracht, zodra u de USB kabel loskoppelt en
weer aansluit of de stroomtoevoer van het apparaat uit en weer
inschakelt.
Instellingen
44.1, 48, 96 (kHz)
Het signaal van de CONTROL ROOM jacks via de ALT OUT jacks uitvoeren (CTRL to ALT0
U kunt via de ALT OUT jacks hetzelfde signaal als dat van de CONTROL ROOM jacks uitvoeren.
Instelling Uitleg
De Room Acoustic Control en de Finalize functies worden op het signaal toegepast dat
MAIN
CTRL
via de MAIN OUT jacks, 2 TRACK OUT jacks, DIGITAL IN (jack/aansluiting), CON­TROL ROOM jacks en PHONES jack wordt verzonden.
De Room Acoustic Control en de Finalize functies worden op het signaal toegepast dat via de CONTROL ROOM jacks en PHONES jack wordt verzonden.
Het frequentiegebied dat de Room Acoustic Auto Control functie analyseert aanpassen (RAC Freq >= / RAC Freq <=)
U kunt de onder en bovengrens van het frequentiegebied dat de Room Acoustic Control automatisch analyseert aangeven.
Als u als sensor voor Room Acoustic Control een op kanaal 1 aangesloten microfoon gebruikt, zorgt het op de frequentie respons van de microfoon aanpassen van deze instelling ervoor dat de aanpassing optimaler wordt.
Parameters Bereik RAC Freq >= (ondergrens) 25, 40, 63, 100 Hz RAC Freq <= (bovengrens) 10, 16, 20 kHz
* Als de functieschakelaar op ‘INT’ staat, gebruikt u de volgende
instellingen:
RAC Freq >= 40 Hz
RAC Freq <= 16 kHz
Instelling Uitleg
OFF
ON
De ALT OUT jacks voeren het signaal van de ALT bus uit.
De ALT OUT jacks voeren hetzelfde signaal uit als de CONTROL ROOM jacks.
De uitvoer selecteren, waarop de Room Acoustic Control en Finalize functies worden toegepast (RAC ­FINALIZE)
U kunt kiezen of de Room Acoustic Control functie op de MAIN OUT jacks of de PHONES/CONTROL ROOM jacks wordt toegepast. (zie Blokdiagram)
Aangeven aan welke kanalen fantoomvoeding wordt geleverd (Phantom)
U kunt aangeven aan welke kanalen 1-4 fantoomvoeding wordt geleverd.
Instelling Uitleg
1-4
3-4
Aan kanaal 1-4 wordt fantoomvoeding geleverd.
Aan kanaal 3-4 wordt fantoomvoeding geleverd.
45
Page 46
Overige functies
De instellingen initialiseren (Initialize)
Zo kunt u de diverse instellingen naar hun oospronkelijke toe­stand terugbrengen.
1. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om
‘Initialize’ te selecteren.
De [SCENE] (ENTER) knop gaat knipperen.
2. Druk op de [SCENE] (ENTER) knop.
Het Initialize venster verschijnt.
fig.INIT-01
3. Gebruik de CURSOR [BWD] [FWD] knoppen om
te selecteren welke instellingen u wilt initialiseren.
Instelling Uitleg
ALL
Ins Invoegeffect (*) FX Echo/Reverb (*)
GEQ/RAC
Finalize Finalize (*) Scene Scene
Alle instellingen van de M-10DX.
* Behalve de UTILITY instellingen
Graphic equalizer/ Room Acoustic Control
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset)
Dit commando brengt alle instellingen, inclusief de UTILITY
instellingen, terug naar hun door de fabriek ingestelde
toestand.
Dit wordt ‘Factory Reset’ genoemd.
1. Zet het apparaat uit.
2. Terwijl u de [FINALIZE] knop en de [ROOM
ACOUSTIC] knop ingedrukt houdt, drukt u op de [POWER] schakelaar om het apparaat aan te zetten.
Het venster geeft ‘Factory Reset’ weer en de
fabrieksinstellingen worden hersteld.
Nadat de fabrieksinstellingen zijn hersteld, verschijnt het
niveaumeter venster.
Het effecttype wordt niet geïnitialiseerd. Alleen de
parameters worden geïnitialiseerd.
4. Druk op de [SCENE] (ENTER) knop.
Er verschijnt een bevestigingsmelding in het venster.
fig.INIT-02
5. Als u de initialisatie wilt uitvoeren, drukt u op
de [SCENE] (ENTER) knop.
* Als u besluit te annuleren, drukt u op de [DISPLAY] (EXIT)
knop.
Zodra de initialisatie is voltooid, geeft het beeldvenster
‘COMPLETE’ weer.
46
Page 47
Probleemoplossing
Als u problemen ervaart, leest u eerst dit hoofdstuk. Het bevat tips voor het verhelpen van de meeste problemen.
Problemen met de M-16DX
Geluid kraakt of is vervormd
Is het inkomende volume wellicht te hoog?
Het geluid kan gaan kraken of vervormen als het inkomende volume (niveau) te hoog is. Als u geluid via een
invoer jack invoert, past u het inkomende volume (niveau) van de M-10DX aan.
‘Standaard gebruik’ (p. 21)
Mengt u meerdere kanalen met elkaar?
Zelfs als het inkomende volume (niveau) van een los kanaal geschikt is, kan het geluid luider worden,
wanneer u diverse kanalen met elkaar mengt, waarbij er mogelijk kraken of vervorming optreedt. Pas het
inkomende volume van elk afzonderlijke kanaal aan.
Staan de equalizers op een geschikt niveau?
Als u een EQ draaiknop (HI/MID/LO) te ver naar rechts draait, kan het geluid gaan kraken of vervormen.
Gebruik de EQ draaiknoppen (HI/MID/LO) van elk kanaal om de equalizer niveaus opnieuw aan te passen.
Is er een probleem met de niveau indicaties van de niveaumeter?
Als het geluid kraakt of vervormd is, terwijl de niveau indicaties van de niveaumeter normaal functioneren, is
het uitgaande volume geschikt, maar het inkomende volume te hoog. Pas het inkomende volume (niveau)
van de M-16DX aan.
‘Standaard gebruik’ (p. 21)
Zijn het invoegeffect, de finalize functie, de Room Acoustic
Control functie en FX op geschikte waarden ingesteld?
Afhankelijk van de instellingen van elk effect, kan het niveau worden verhoogd, zodat het geluid kan gaan
kraken of vervormen.
Audio signals from computer not being reproduced (no sound)
Brandt de [USB] knop?
Kan het zijn dat de LEVEL draaiknop van kanaal 13/14 op
‘{MINIMUM}’ staat?
De geluidssignalen van de comptuer worden op kanaal 13/14 ingevoerd. Gebruik de kanaal LEVEL
draaiknop om het volume aan te passen.
47
Page 48
Probleemoplossing
Er is ruis hoorbaar
Heeft u het volume van kanalen die niet in gebruik zijn wellicht
open gedraaid?
Voor kanalen, die u niet gebruikt, draait u met behulp van de SENS draaiknop of de kanaal LEVEL draaiknop
het inkomende niveau helemaal omlaag (naar links).
Zijn er wellicht meerdere audio apparaten aangesloten?
Als er een groot aantal audio apparaten is aangesloten, kan er ruis optreden. Sluit geen audio apparatuur aan
die u niet gebruikt.
Er zijn luide geluiden, als ‘huilen’, ‘rondzingen’ of ‘zoemen’ hoorbaar.
Is er een microfoon aangesloten?
Afhankelijk van de microfoon en luidsprekers kan er akoestische feedback (rondzingen of huilen) optreden.
In dit geval neemt u de volgende maatregelen:
1. Wijzig de richting van de microfoon
2. Plaats de microfoon verder van de luidsprekers af
3. Verlaag het volume
Is er een audio apparaat op de M-10DX aangesloten?
Als de invoer en uitvoer van het audio apparaat beide op de M-10DX zijn aangesloten, kan het signaal soms
een feedback loop creëren. Controleer de aansluitingen.
Er is een brom of zoemgeluid op laag volume hoorbaar
Zijn er overige apparaten aangesloten?
Dit geluid wordt een ‘brom’ genoemd. De M-10DX en de aangesloten apparatuur pikken wellicht
elektromagnetische interferentie op en brengen als gevolg hiervan dit bijgeluid voort. Dit bijgeluid kan door
de frequentie van de stroomvoorziening (50/60 Hz) of door motoren met een hoge uitvoer worden
veroorzaakt.
Plaats uw appartuur verder van het apparaat met een interne motor af of sluit de M-10DX op een ander
stopcontact aan. U kunt het probleem ook proberen te verhelpen door uw apparatuur op een andere invoer
jack van de M-10DX aan te sluiten.
Heeft u de I/O module op een stellage geplaatst?
Als u de I/O module op een stellage heeft geplaatst, en het apparaat eronder of erboven en transformator
bevat, pikt de I/O module mogelijk bijgeluiden van dit apparaat op. Probeer het probleem te verhelpen door
de I/O module op een andere plek te zetten.
Invoegeffect wordt niet toegepast
Is het invoegeffect voor kanaal 1 en 2 wellicht uitgeschakeld?
Zelfs als de [INSERT FX] knop aan is (verlicht), wordt het betreffende invoegeffect niet toegepast, tenzij de
‘IFX’ instelling van kanaal 1 of 2 is ingeschakeld ( ).
48
Page 49
Probleemoplossing
FX (echo/reverb) wordt niet toegepast
Is het verstuurniveau wellicht te laag?
Het effect wordt soms niet toegepast, als het verstuurniveau te laag is. Schakel de AUX2/FX knop in
(verlicht), en draai vervolgens de AUX draaiknop naar rechts, om zo het niveau geleidelijk te verhogen.
Zit er wellicht een stekker in de AUX SEND 2 jack?
Als er een stekker in de AUX SEND 2 jack zit, wordt de [FX] schakelaar automatisch uitgeschakeld.
Zijn de [FX to MAIN] schakelaar en de [FX to PHONES/CTRL
ROOM] schakelaar ingeschakeld?
Schakel de [FX to MAIN] schakelaar en/of de [FX to PHONES/CTRL ROOM] schakelaar in ( ).
De Finalize functie wordt niet toegepast
Is de sample frequentie van de M-16DX wellicht op 96 kHz
ingesteld?
Als u van een USB aansluiting gebruik maakt en de M-16DX op een sample frequentie van 96 Hz draait, is de
Finalize functie niet beschikbaar. Zet de sample frequentie op 48 kHz of ontkoppel de USB aansluiting.
Volume van een apparaat, dat op de LINE IN jacks is aangesloten, is te laag
Gebruikt u wellicht een aansluitingskabel met een weerstand?
Gebruik een aansluitingskabel zonder weerstand.
Kan het geluid van een microfoon die op een MIC aansluiting (1-4) is aangesloten niet horen
Heeft u wellicht een condensator microfoon, die fantoomvoeding
nodig heeft, aangesloten?
Als u een condensator microfoon die fantoomvoeding nodig heeft aansluit, schakelt u de [PHANTOM]
schakelaar in.
* Volgens de standaard instelling wordt er fantoomvoeding geleverd aan alle MIC aansluitingen van de kanalen 1-4. U
kunt de systeeminstellingen echter zodanig wijzigen (p. 45) dat er alleen fantoonvoeding wordt geleverd aan de
kanalen 3 en 4.
Ik hoor een ingaand geluid alleen vanaf links of rechts
Is de PAN draaiknop of de BAL draaiknop helemaal naar links of
rechts gedraaid?
Zet de PAN draaiknop of de BAL draaiknop op de middenstand.
49
Page 50
Probleemoplossing
Problemen met betrekking tot de speciale driver
Kan de driver niet installeren
Is er wellicht een ander USB apparaat aangesloten?
Voordat u de driver installeert dient u alle USB apparaten, behalve een muis en keyboard, van de computer
los te koppelen.
Zijn er wellicht andere applicaties of ingebouwde programma’s
(zoals antivirus programma’s) in gebruik?
Als er andere programma’s in gebruik zijn, kan de installatie mogelijk niet goed plaatsvinden. Zorg er voor
het installeren van de driver voor dat u alle overige programma’s afsluit.
Heeft u de functie voor energiebeheer op de computer
uitgeschakeld?
Als u op uw computer de functie voor energiebeheer of energiebesparing heeft ingeschakeld, schakelt u deze
uit. Zie de handleiding van uw computer voor een gedetailleerde instructie.
Heeft uw harde schijf voldoende vrije ruimte?
Verwijder onbenodigde bestanden, zodat er meer ruimte vrijkomt. Nadat u de onbenodigde bestanden heeft
verwijderd, leegt u de Prullenbak.
Geeft de Device Manager ‘Other Device’, ‘Unknown Device’ of
een apparaat met een ‘?/!/x’ teken weer?
Als driver niet goed is geïnstalleerd, kan hij in een onvoltooide toestand op de computer blijven staan.
Verwijder de driver volgens de beschrijving onder ‘De USB driver verwijderen’ (p. 52), en installeer de
M-16DX driver opnieuw, volgens de beschrijving in ‘Driverinstallatie en instellingen’.
Hoewel u de driver al heeft geïnstalleerd, wordt er om het driverbestand gevraagd
Heeft u de M-16DX wellicht op een andere USB aansluiting
aangesloten, dan wanneer u de driver installeerde?
Voor elke USB aansluiting, waarop u de M-16DX wilt aansluiten, dient de USB driver te worden geïnstalleerd.
Als u een USB hub gebruikt of een computer met meerdere USB aansluitingen heeft, dient u de M-16DX
normaalgesproken aan te sluiten op de USB aansluiting, waarvoor u de driver heeft geïnstalleerd.
Als u de M-16DX op een andere USB wilt aansluiten, dan waarop u de driver heeft geïnstalleerd, dient u de
USB driver als volgt te installeren.
1. Sluit de M-16DX op de computer aan.
Het ‘Found New Hardware Wizard’ dialoogvenster wordt geopend.
2. Als u wordt gevraagd of u met Windows Update wilt verbinden, kiest u voor ‘No, …’ en klikt u
vervolgens op [Next].
3. Kies voor ‘Install the software automatically (Recommended), en klik op [Next].
4. Als er een dialoogvenster met een ‘!’ of ‘X’ teken verschijnt, klikt u op [Continue] om de
installatieprocedure voort te zetten.
* Als u niet verder kunt, klikt u op [OK] en installeert u de driver opnieuw.
50
Page 51
Probleemoplossing
Bij het opnemen/afspelen op de computer is er ruis of plofgeluid hoorbaar
Tijdens geluidsweergave is een ruis hoorbaar
Tijdens geluidsweergave zijn er plofjes/klikjes hoorbaar
In het opgenomen geluid is ruis hoorbaar
Heeft u in Windows de onder ‘Giving priority to background
services’ beschreven instelling gemaakt?
Om ervoor te zorgen, dat MIDI verwerking op vloeiende wijze plaatsvindt, dient u de volgende instellingen
te maken, zodat achtergrondverwerking prioriteit geniet.
‘Achtergrond services prioriteit geven’ (los vel)
In Windows kunnen de instellingen voor energiebeheer van het
Control Panel ervoor zorgen dat er klikjes of plofjes in de geluidsweergave optreden.
Welke eigenschappen voor energiebeheer er verschijnen, wanneer u op Power Management dubbelklikt,
hangt van uw computersysteem af. De onderstaande uitleg geldt voor een standaard situatie. U dient echter
de handleiding van de computer te raadplegen om deze instellingen te controleren.
Op sommige computers zijn de volgende items niet beschikbaar.
1. Dubbelklik in het ‘Control Panel’ van Windows op het ‘System’ icoon.
Het ‘System Properties’ dialoogvenster verschijnt.
2. Klik op de ‘Hardware’ tab.
3. Klik op ‘Device Manager’ om de ‘list of devices’ te kunnen bekijken.
4. Kies in de lijst voor ‘Advanced Power Management Support’ en klik op ‘Properties’.
Het “Advanced Power Management Support Properties” dialoogvenster verschijnt.
5. Klik op de ‘Settings’ tab en vink bij ‘Troubleshooting’ het ‘Don’t Poll Power Supply Status’ vakje aan.
Klik vervolgens op [OK].
6. Klik op [OK] in het “System Properties” dialoogvenster.
7. Start Windows opnieuw op.
Gebruikt u naast de M-16DX ook een USB apparaat?
Probeer andere USB apparatuur dan de M-16DX uit te schakelen.
U kunt het probleem wellicht verhelpen door in het M-16DX
Driver Settings dialoogvenster de bufferomvang aan te passen.
Pas de bufferomvang aan volgens de omschrijving onder ‘De audiolatentie aanpassen’ (los vel).
Nadat u de bufferomvang heeft aangepast, dient u alle software die van de M-16DX gebruik maakt opnieuw
op te starten.
Als uw software een testfunctie voor geluidsapparatuur heeft, voert u deze testfunctie uit.
Zijn er meerdere software programma’s in gebruik?
Soms wordt de weergave onderbroken, als er meerdere software programma’s tegelijk in gebruik zijn of als u
een ander software programma opstart. Sluit alle overbodige programma’s af, en probeer het opnieuw. Als
dit het probleem niet verhelpt, kunt u de computer opnieuw opstarten.
51
Page 52
Probleemoplossing
Als er een LAN in gebruik is, treden er klikjes of plofjes in het
geluid op.
Schakel de LAN in de Device Manager uit. Als dit de klikjes of plofjes niet wegneemt, kunt u het probleem
verhelpen door uw LAN driver of BIOS bij te werken.
Staat het sample tempo van uw software op dezelfde waarde
als de sample tempo instelling van de M-16DX?
Stel uw software en de M-16DX op hetzelfde sample tempo in.
Als u sample tempo van de M-16DX wijzigt, dient u de M-16DX opnieuw aan te sluiten om ervoor te zorgen
dat de instelling van kracht wordt.
Breid het geheugen uit.
Door het geheugen uit te breiden verbetert u de verwerkingscapaciteit van uw computer. Zie de handleiding
van uw computer voor details over het uitbreiden van het geheugen.
Is de M-16DX op een USB hub aangesloten?
Sluit de M-16DX direct op de USB aansluiting van uw computer zelf aan.
Gebruikt u de meegeleverde USB kabel?
Wanneer u de M-16DX gebruikt, dient u de meegeleverde USB kabel te gebruiken. Sommige in de winkel
verkrijgbare USB kabels voldoen niet aan de vereisten van de USB norm, wat ervoor kan zorgen dat de M-
16DX niet goed functioneert.
Computer is traag
Heeft u Windows XP bijgewerkt?
Als u Windows XP niet heeft bijgewerkt, wordt er bij het opnemen of afspelen van geluid een zware
verwerkingslast in het CPU geplaatst, en functioneert het systeem niet goed. Update naar XP SP2.
De USB driver verwijderen
Als u de USB driver middels de aangegeven procedure niet kon installeren, is het mogelijk dat de computer
de M-16DX USB driver niet goed heeft herkend. In dit geval dient u de onjuist geïnstalleerde USB driver te
verwijderen. Volg de onderstaande procedure om de USB driver te verwijderen, en installeer hem vervolgens
opnieuw.
1. Ontkoppel alle USB kabels van de computer, behalve die van een USB keyboard en/of USB muis (indien u deze
gebruikt). Ontkoppel tevens de M-16DX. Start de computer op, en log in als gebruiker met administratieve
rechten.
2. Plaats de meegeleverde driver CD-ROM in de computer.
3. Kies voor [start] - [My Computer] en selecteer de [M-16DX].
4. Dubbelklik op de [DRIVER] map.
5. Dubbelklik op het [UNINSTALL] icoon.
6. Volg de instructies die verschijnen om de de-installatie uit te voeren.
52
Page 53
Belangrijkste specificaties
M-16DX
Aantal invoerkanalen 16 kanalen
AD/DA conversie
Frequentierespons
Niveau van het restgeluid (IFH-A, typ.)
Norminaal ingaand niveau
Invoerimpedantie
Nominaal uitgaand niveau
Uitvoerimpedantie
Aanbevolen laadimpedantie
Beeldvenster Grafisch LCD 122 x 32 pixels (met verlichting)
Aansluitingen <I/O module>
Sample tempo: 44,1/48,0/96,0 kHz Signaalverwerking: 24 bits
96,0 kHz: 20 Hz tot 40 kHz (+3/-3 dB) 48,0 kHz: 20 Hz tot 22 kHz (+3/-3 dB) 44,1 kHz: 20 Hz tot 20 kHz (+3/-3 dB)
MAIN MIX LEVEL draaiknop = {MINIMUM}, kanaal LEVEL draaiknoppen = {MINI­MUM}
MAIN MIX LEVEL draaiknop = U, kanaal LEVEL draaiknoppen = {MINIMUM}
-96 dBu
MAIN MIX LEVEL draaiknop = U, kanaal LEVEL draaiknoppen = U
-83 dBu
MIC aansluitingen 1-4: -60 - -10 dBu LINE IN jacks 1-4: -40 - +10 dBu Maximaal ingaand niveau: nominaal ingaand niveau + 22 dB
LINE IN jacks 5-16: +0 dBu LINE IN jacks 15-16 (RCA pin type): -10 dBu
* Maximaal ingaand niveau: nominaal ingaand niveau + 18 dB
MIC aansluitingen 1-4: 1,5 kΩ LINE IN jacks 1-4: 20 kΩ LINE IN jacks 5-16: 20 kΩ LINE IN jacks 15-16 (stereo tulp type): 14 kΩ
MAIN OUT jacks/ALT OUT jacks/AUX SEND jacks 1-2: +0 dBu 2 TRACK OUT jacks L-R: -10 dBu CONTROL ROOM jacks: -6 dBu
* Maximaal uitgaand niveau: nominaal uitgaand niveau + 22 dB
MAIN OUT jacks/ALT OUT jacks/AUX SEND jacks 1–2: 600 Ω 2 TRACK OUT jacks L–R: 1 kΩ
10 kΩ of hoger
MIC aansluitingen 1-4: XLR type (gebalanceerd / fantoomvoeding +48 V) LINE IN jacks 1-14: 1/4 inch tulpstekker (gebalanceerd)
* LINE IN jack 1: ondersteunt gebruik van hoge impedantie
LINE IN jacks 15-16: tulpstekker MAIN OUT jacks L-R: 1/4 inch tulpstekker (gebalanceerd) ALT OUT jack L-R: 1/4 inch tulpstekker (gebalanceerd) AUX SEND jacks 1-2: 1/4 inch tulpstekker (gebalanceerd) 2 TRACK OUT jacks L-R: tulpstekker DIGITAL IN (jack/aansluiting): optisch type, coaxiaal type DIGITAL OUTPUT jack/aansluiting: optisch type, coaxiaal type USB aansluiting DX BUS aansluiting: D-SUB 15 pins
53
Page 54
Belangrijkste specificaties
LINE IN jacks 15-16: 1/4 inch tulpstekker(ongebalanceerd), stereo tulpstekker
Aansluitingen < Mix controller>
DSP verwerking
Aantal kanalen voor USB geluidsopname/ weergave
Stroomtoevoer DC 9 V (adapter)
Stroomverbruik 1,4 A
Fantoomvoeding +48 V/5 mA (elke invoer)
Afmetingen
Gewicht
Accessoires
Optie Controller kabel: DXC-7 (D-SUB 15 pins, 7 m)
PHONES jack: stereo 1/4 inch tulpstekker CONTROL ROOM jacks L-R: 1/4 inch tulpstekker (impedantie gebalanceerd) DX BUS aansluiting: D-SUB 15-pins
Room Acoustic Control functie (ingebouwde microfoon) 16 bands grafische EQ Finalize: Enhancer/multi-band compressor-limiter Invoegeffecten: Power compressor/Vocal enhancer/Narration enhancer Echo/Reverb: Short echo/Echo/Room reverb/Small hall reverb/Large hall reverb
Opname: 18 kanalen, weergave: 2 kanalen Volledig duplex
* Als u de mixer als USB audio interface gebruikt, zijn de Finalize effecten in de 96 kHz functie
niet beschikbaar.
I/O module: 280,0 (L) x 219,0 (B) x 44,0 (H) mm
MIX Controller: 311,0 (L) x 215,9 (B) x 45,9 (H) mm
I/O module: 1,6 kg / 3 lbs 9 oz (alleen dit apparaat) Mix controller: 1,2 kg / 2 lbs 11 oz (alleen dit apparaat)
Handleiding Lees dit eerst/M-16DX driverinstallatie (handleiding voor driverinstallatie) Controller kabel (D-SUB 15 pins, 2 m) USB kabel Driver CD-ROM SONAR LE CD-ROM Adapter Stellage adapter Rubberen voetjes (I/O module)
54
* 0 dBu = 0.775 V rms
In belang van productverbetering zijn de specificaties, het uiterlijk en/of de inhoud van dit apparaat, zonder
berichtgeving van tevoren, aan wijzigingen onderhevig.
Page 55
Belangrijkste specificaties
De rek adapter bevestigen
1. Verwijder (aan elke kant) 3 schroeven uit
het linker en rechter paneel van de I/O module.
2. Gebruik de schroeven die u bij stap 1
heeft verwijderd om de haken op de I/O module te bevestigen.
* U dient alleen de schroeven te gebruiken, die u heeft
verwijderd. Gebruik geen andere schroeven.
Stellage (belangrijke opmerkingen over warmtegeneratie)
Als u het apparaat in een rek of iets dergelijks installeert, dient u goed op de volgende punten te letten, zodat er
voldoende koeling plaatsvindt:
• Installeer het apparaat op een plek met voldoende ventilatie.
• Voorkom installatie op een afgesloten stellage. Warme lucht binnen een rek kan er dan niet uit en wordt weer in het
apparaat gezogen, zodat voldoende koeling onmogelijk is.
• Als u een stapelrek gebruikt, dient u er goed op te letten, dat er voldoende ventilatie binnen de stellage is, zodat er
geen uitgestoten lucht terug het apparaat in gezogen kan worden. Als de achterkant van een rek niet open kan
worden gehouden, dient u bovenaan het achterpaneel een ventilatiepoort of ventilator aan te brengen.
• Als u het apparaat in een draagbare kast of stellage gebruikt, dient u de deksels van het voor en achter oppervlak van
de kast te verwijderen, zodat het voor en achter oppervlak van het apparaat geen obstructie heeft.
* Let er bij het in het rek plaatsen van het apparaat op, dat uw vingers nergens tussen komen.
* Voor meer informatie over de installatie, zie ook ‘Plaatsing’ (p. 5).
De rubberen voetjes bevestigen
Bevestig deze indien nodig, zoals wanneer u de I/O
module gebruikt zonder hem in een stellage of iets
dergelijks te installeren.
Haal de dubbelzijdige tape van de voetjes en plak ze op
de in de afbeelding aangegeven plekken.
55
Page 56
Index
Cijfers
16-BAND GRAPHIC EQ........................................................ 16, 40
16-bands grafische equalizer....................................................... 40
2 TRACK OUT............................................................................... 19
A
Adapter........................................................................................... 21
ALL ................................................................................................. 46
ALT ......................................................................................14-15, 27
ALT OUT 19-20
ALT naar MAIN MIX ................................................................... 15
ALT naar PHONES/CTRL ROOM ............................................ 15
ATTACK ........................................................................................ 32
AUX ................................................................................................ 13
AUX 1 ............................................................................................. 13
AUX 2 MASTER............................................................................ 15
AUX 213
AUX 2 MASTER............................................................................ 15
AUX RETURN 2............................................................................ 17
AUX SEND ...............................................................................19-20
B
BAL ........................................................................................... 13, 26
BASS................................................................................................ 31
Beeldvenster .................................................................................. 16
BRIGHT ..................................................................................... 31-32
BUMPY........................................................................................... 36
BUS.................................................................................................. 20
BWD................................................................................................ 16
BYP.................................................................................................. 34
C
Channel LEVEL (kanaalniveau) ......................................14, 25-26
CLARITY.................................................................................. 32, 42
COMP ............................................................................................. 31
COMPRESS.................................................................................... 42
Computer ....................................................................................... 28
CONTROL ROOM........................................................................ 17
COSM ............................................................................................. 30
CROSS ............................................................................................ 42
Cross ............................................................................................... 42
CTRL............................................................................................... 45
CTRL naar ALT ............................................................................. 45
CURSOR......................................................................................... 16
D
DAMP............................................................................................. 34
DC IN.............................................................................................. 19
DE-ESSER....................................................................................... 32
DELAY............................................................................................ 34
DIGITAL ........................................................................................ 14
DIGITAL IN................................................................................... 18
DIGITAL OUT............................................................................... 19
DISPLAY ........................................................................................ 17
Driver.................................................................................. 28, 50, 52
DX BUS..................................................................................... 17, 19
E
ECHO.............................................................................................. 34
Echo........................................................................................... 15, 33
ENTER............................................................................................ 46
EQ.............................................................................................. 12, 26
EXIT ................................................................................................ 46
EXT.................................................................................................. 44
F
Fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset)........................ 46
Fantoom voeding.......................................................................... 45
FAT Comp...................................................................................... 42
Final ................................................................................................ 42
FINALIZE (eindmix) .............................................................. 16, 41
Finalize functie ........................................................................ 41, 46
FLAT ............................................................................................... 36
FREQ.................................................................................... 16, 39-40
Functieschakelaar ................................................................... 17, 44
FWD................................................................................................ 16
FX ........................................................................................ 15, 33, 46
FX naar MAIN MIX ...................................................................... 15
FX naar PHONES/CTRL ROOM ............................................... 15
G
GAIN ...................................................................................16, 39-40
GainH ............................................................................................. 42
GainL .............................................................................................. 42
GEQ/RAC...................................................................................... 46
Gesproken tekst (Narration) ....................................................... 32
Grafische equalizer ....................................................................... 39
H
H...................................................................................................... 29
H COMPRESS ............................................................................... 42
Helderheid (clarity) ......................................................................42
HI..................................................................................................... 12
Hi-Z schakelaars ........................................................................... 18
I
I/O module.............................................................................. 18, 21
Initialiseren ....................................................................................46
Ins.................................................................................................... 46
INSERT FX ......................................................................... 14, 16, 30
INT .................................................................................................. 44
Invoegeffect ................................................................................... 30
56
Page 57
Index
K
Kabelhaak................................................................................. 19, 21
Kanaal LEVEL ....................................................................14, 25-26
L
L....................................................................................................... 29
L COMPRESS ................................................................................ 42
LARGE HALL ...............................................................................34
LCD contrast.................................................................................. 45
LEVEL............................................................................................. 45
LINE IN ..................................................................................... 17-19
LINE IN (AUX RETURN 2)......................................................... 17
LINE IN (STEREO) .......................................................................17
LO CUT .......................................................................................... 12
LOW................................................................................................ 12
M
M...................................................................................................... 29
MAIN.............................................................................................. 45
MAIN MIX..................................................................................... 15
MAIN MIX LEVEL ............................................................15, 25-26
MAIN OUT ............................................................................... 19-20
Measuring melding .................................................................37-38
MIC ................................................................................................. 18
MID ................................................................................................. 12
MIDQ.............................................................................................. 29
Mix controller .......................................................................... 12, 21
MUTE (ALT)............................................................................ 14, 27
MUTE MAIN MIX ........................................................................15
N
Narration (gesproken tekst) ........................................................32
NARROW ...................................................................................... 44
Natuurlijk (Natural) ..................................................................... 42
Niveaumeter.................................................................................. 16
NS...............................................................................................31-32
P
P.DLY.............................................................................................. 34
PAN .......................................................................................... 13, 26
PHANTOM (Fantoomvoeding).................................................. 18
PHONES (Koptelefoon) ............................................................... 17
PHONES/CONTOL ROOM ....................................................... 20
PHONES/CTRL ROOM........................................................ 15, 25
POWER..................................................................................... 19, 25
Power Cmp1 .................................................................................. 31
Power Cmp2 .................................................................................. 31
Power Cmp3 .................................................................................. 31
PRE.................................................................................................. 15
PRE FADER .............................................................................13, 27
RAC Freq........................................................................................ 45
RAC Freq >=.................................................................................. 45
RAC SOURCE ............................................................................... 44
REGULAR...................................................................................... 44
REPT ............................................................................................... 34
Reverb....................................................................................... 15, 33
ROOM............................................................................................. 34
ROOM ACOUSTIC AUTO CONTROL......................... 16, 36, 39
Room Acoustic Auto Control functie ........................................ 35
Room Acoustic Control.......................................................... 35, 44
ROOM ACOUSTIC SENSOR...................................................... 17
S
Sample Freq ...................................................................................45
SCENE ...................................................................................... 17, 43
Scene ......................................................................................... 43, 46
SEL ............................................................................................ 13, 27
SENS ......................................................................................... 12, 26
SENS RANGE................................................................................ 44
SHOR ECHO ................................................................................. 34
SMALL HALL ............................................................................... 34
SOLO ........................................................................................ 13, 27
SOLO (PRE FADER)............................................................... 13, 27
STEREO .......................................................................................... 17
T
ThrsH.............................................................................................. 42
ThrsL............................................................................................... 42
TIME ............................................................................................... 34
TONE......................................................................................... 31-32
TUBE............................................................................................... 31
Turn Down Level.....................................................................37-38
Turn Up Level ..........................................................................37-38
U
USB....................................................................................... 14, 19-20
UTILITY ......................................................................................... 44
V
VALUE ........................................................................................... 16
Vocal Enh. ...................................................................................... 32
Vocal Enhancer.............................................................................. 32
W
WARMY ......................................................................................... 36
X
XLR ................................................................................................. 18
R
RAC................................................................................................. 44
RAC - FINALIZE .......................................................................... 45
57
Page 58
UK
DE
FR
IT
ES
PT
NL
DK
Voor EU-landen
NO
SE
FI
HU
PL
CZ
SK
EE
LT
LV
SI
58
GR
Page 59
Informatie Als u een reparatiedienst nodig heeft, belt u het dichtstbijzijnde EDIROL/Roland Service Centrum of
Information
erkend EDIROL/Roland distributeur in uw land, zoals hieronder getoond.
EUROPE
EDIROL (Europe) Ltd.
Studio 3.4 114 Power Road London W4 5PY U. K. TEL: +44 (0)20 8747 5949 FAX:+44 (0)20 8747 5948 http://www.edirol.com/europe
Deutschland
TEL: 0700 33 47 65 20
Italia
TEL: 02 93778329
NORTH AMERICA
CANADA
Roland Canada Ltd. (Head Office)
5480 Parkwood Way Richmond B. C., V6V 2M4 CANADA TEL: (604) 270 6626
Roland Canada Ltd. (Toronto Office)
170 Admiral Boulevard Mississauga On L5T 2N6 CANADA TEL: (905) 362 9707
U. S. A.
Roland Corporation U.S.
5100 S. Eastern Avenue Los Angeles, CA 90040-2938, U. S. A. TEL: (323) 890 3700
AFRICA
EGYPT
Al Fanny Trading Office
9, EBN Hagar A1 Askalany Street, ARD E1 Golf, Heliopolis, Cairo 11341, EGYPT TEL: 20-2-417-1828
REUNION
Maison FO - YAM Marcel
25 Rue Jules Hermann, Chaudron - BP79 97 491 Ste Clotilde Cedex, REUNION ISLAND TEL: (0262) 218-429
SOUTH AFRICA
Paul Bothner(PTY)Ltd.
Royal Cape Park, Unit 24 Londonderry Road, Ottery 7800 Cape Town, SOUTH AFRICA
TEL: (021) 799 4900
ASIA
CHINA
Roland Shanghai Electronics Co.,Ltd.
5F. No.1500 Pingliang Road Shanghai 200090, CHINA TEL: (021) 5580-0800
Roland Shanghai Electronics Co.,Ltd. (BEIJING OFFICE)
10F. No.18 3 Section Anhuaxili Chaoyang District Beijing 100011 CHINA TEL: (010) 6426-5050
HONG KONG
Parsons Music Ltd.
8th Floor, Railway Plaza, 39 Chatham Road South, T.S.T, Kowloon, HONG KONG TEL: 2333 1863
INDIA
Rivera Digitec (India) Pvt. Ltd.
409, Nirman Kendra Mahalaxmi Flats Compound Off. Dr. Edwin Moses Road, Mumbai-400011, INDIA TEL: (022) 2493 9051
INDONESIA
PT Citra IntiRama
J1. Cideng Timur No. 15J-150 Jakarta Pusat INDONESIA TEL: (021) 6324170
KOREA
Cosmos Corporation
1461-9, Seocho-Dong, Seocho Ku, Seoul, KOREA TEL: (02) 3486-8855
MALAYSIA/ SINGAPORE
Roland Asia Pacific Sdn. Bhd.
45-1, Block C2, Jalan PJU 1/39, Dataran Prima, 47301 Petaling Jaya, Selangor, MALAYSIA TEL: (03) 7805-3263
PHILIPPINES
G.A. Yupangco & Co. Inc.
339 Gil J. Puyat Avenue Makati, Metro Manila 1200, PHILIPPINES
TEL: (02) 899 9801
TAIWAN
ROLAND TAIWAN ENTERPRISE CO., LTD.
Room 5, 9fl. No. 112 Chung Shan N.Road Sec.2, Taipei, TAIWAN, R.O.C. TEL: (02) 2561 3339
THAILAND
Theera Music Co. , Ltd.
330 Soi Verng NakornKasem, New Road, Sumpantawongse, Bangkok 10100, THAILAND TEL: (02) 224-8821
AUSTRALIA/ NEW ZEALAND
AUSTRALIA/ NEW ZEALAND
Roland Corporation Australia Pty.,Ltd.
38 Campbell Avenue Dee Why West. NSW 2099 AUSTRALIA
For Australia Tel: (02) 9982 8266 For New Zealand Tel: (09) 3098 715
CENTRAL/LATIN AMERICA
ARGENTINA
Instrumentos Musicales S.A.
Av.Santa Fe 2055 (1123) Buenos Aires ARGENTINA TEL: (011) 4508-2700
BARBADOS
A&B Music Supplies LTD
12 Webster Industrial Park Wildey, St.Michael, Barbados TEL: (246)430-1100
BRAZIL
Roland Brasil Ltda.
Rua San Jose, 780 Sala B Parque Industrial San Jose Cotia - Sao Paulo - SP, BRAZIL TEL: (011) 4615 5666
CHILE
Comercial Fancy II S.A.
Rut.: 96.919.420-1 Nataniel Cox #739, 4th Floor Santiago - Centro, CHILE TEL: (02) 688-9540
COLOMBIA
Centro Musical Ltda.
Cra 43 B No 25 A 41 Bododega 9 Medellin, Colombia TEL: (574)3812529
CURACAO
Zeelandia Music Center Inc.
Orionweg 30 Curacao, Netherland Antilles TEL:(305)5926866
DOMINICAN REPUBLIC
Instrumentos Fernando Giraldez
Calle Proyecto Central No.3 Ens.La Esperilla Santo Domingo, Dominican Republic TEL:(809) 683 0305
ECUADOR
Mas Musika
Rumichaca 822 y Zaruma Guayaquil - Ecuador TEL:(593-4)2302364
GUATEMALA
Casa Instrumental
Calzada Roosevelt 34-01,zona 11 Ciudad de Guatemala Guatemala TEL:(502) 599-2888
HONDURAS
Almacen Pajaro Azul S.A. de C.V.
BO.Paz Barahona 3 Ave.11 Calle S.O San Pedro Sula, Honduras TEL: (504) 553-2029
MARTINIQUE
Musique & Son
Z.I.Les Mangle 97232 Le Lamantin Martinique F.W.I. TEL: 596 596 426860
Gigamusic SARL
10 Rte De La Folie 97200 Fort De France Martinique F.W.I. TEL: 596 596 715222
MEXICO
Casa Veerkamp, s.a. de c.v.
Av. Toluca No. 323, Col. Olivar de los Padres 01780 Mexico D.F. MEXICO TEL: (55) 5668-6699
NICARAGUA
Bansbach Instrumentos Musicales Nicaragua
Altamira D’Este Calle Principal de la Farmacia 5ta.Avenida 1 Cuadra al Lago.#503 Managua, Nicaragua TEL: (505)277-2557
PERU
Audionet
Distribuciones Musicales SAC Juan Fanning 530 Miraflores Lima - Peru TEL: (511) 4461388
TRINIDAD
AMR Ltd
Ground Floor Maritime Plaza Barataria Trinidad W.I. TEL: (868)638 6385
URUGUAY
Todo Musica S.A.
Francisco Acuna de Figueroa 1771 C.P.: 11.800 Montevideo, URUGUAY TEL: (02) 924-2335
VENEZUELA
Instrumentos Musicales Allegro,C.A.
Av.las industrias edf.Guitar import #7 zona Industrial de Turumo Caracas, Venezuela TEL: (212) 244-1122
EUROPE
AUSTRIA
Roland Elektronische Musikinstrumente HmbH. Austrian Office
Eduard-Bodem-Gasse 8, A-6020 Innsbruck, AUSTRIA TEL: (0512) 26 44 260
BELGIUM/FRANCE/ HOLLAND/ LUXEMBOURG
Roland Central Europe N.V.
Houtstraat 3, B-2260, Oevel (Westerlo) BELGIUM TEL: (014) 575811
CROATIA
ART-CENTAR
Degenova 3. HR - 10000 Zagreb TEL: (1) 466 8493
CZECH REP.
CZECH REPUBLIC DISTRIBUTOR s.r.o
Voct rova 247/16 CZ - 180 00 PRAHA 8, CZECH REP. TEL: (2) 830 20270
DENMARK
Roland Scandinavia A/S
Nordhavnsvej 7, Postbox 880, DK-2100 Copenhagen DENMARK TEL: 3916 6200
FINLAND
Roland Scandinavia As, Filial Finland
Elannontie 5 FIN-01510 Vantaa, FINLAND TEL: (0)9 68 24 020
GERMANY
Roland Elektronische Musikinstrumente HmbH.
Oststrasse 96, 22844 Norderstedt, GERMANY TEL: (040) 52 60090
GREECE/CYPRUS
STOLLAS S.A. Music Sound Light
155, New National Road Patras 26442, GREECE TEL: 2610 435400
HUNGARY
Roland East Europe Ltd.
Warehouse Area DEPO Pf.83 H-2046 Torokbalint, HUNGARY
TEL: (23) 511011
IRELAND
Roland Ireland
G2 Calmount Park, Calmount Avenue, Dublin 12 Republic of IRELAND TEL: (01) 4294444
ITALY
Roland Italy S. p. A.
Viale delle Industrie 8, 20020 Arese, Milano, ITALY TEL: (02) 937-78300
NORWAY
Roland Scandinavia Avd. Kontor Norge
Lilleakerveien 2 Postboks 95 Lilleaker N-0216 Oslo NORWAY TEL: 2273 0074
POLAND
ROLAND POLSKA SP. Z O.O.
UL. Gibraltarska 4. PL-03664 Warszawa POLAND TEL: (022) 679 44 19
PORTUGAL
Roland Iberia, S.L. Portugal Office
Cais das Pedras, 8/9-1 Dto 4050-465, Porto, PORTUGAL TEL: 22 608 00 60
ROMANIA
FBS LINES
Piata Libertatii 1, 535500 Gheorgheni, ROMANIA TEL: (266) 364 609
RUSSIA
MuTek
Dorozhnaya ul.3,korp.6 117 545 Moscow, RUSSIA TEL: (095) 981-4967
SLOVAKIA
DAN Acoustic s.r.o.
Povazsk 18. SK - 940 01 Nov Z mky TEL: (035) 6424 330
SPAIN
Roland Iberia, S.L.
Paseo Garc a Faria, 33-35 08005 Barcelona SPAIN TEL: 93 493 91 00
SWEDEN
Roland Scandinavia A/S SWEDISH SALES OFFICE
Danvik Center 28, 2 tr. S-131 30 Nacka SWEDEN TEL: (0)8 702 00 20
SWITZERLAND
Roland (Switzerland) AG
Landstrasse 5, Postfach, CH-4452 Itingen, SWITZERLAND TEL: (061) 927-8383
UKRAINE
EURHYTHMICS Ltd.
P.O.Box: 37-a. Nedecey Str. 30 UA - 89600 Mukachevo, UKRAINE TEL: (03131) 414-40
UNITED KINGDOM
Roland (U.K.) Ltd.
Atlantic Close, Swansea Enterprise Park, SWANSEA SA7 9FJ, UNITED KINGDOM TEL: (01792) 702701
MIDDLE EAST
BAHRAIN
Moon Stores
No.16, Bab Al Bahrain Avenue, P.O.Box 247, Manama 304, State of BAHRAIN TEL: 17 211 005
IRAN
MOCO INC.
No.41 Nike St., Dr.Shariyati Ave., Roberoye Cerahe Mirdamad Tehran, IRAN TEL: (021) 285-4169
ISRAEL
Halilit P. Greenspoon & Sons Ltd.
8 Retzif Ha aliya Hashnya St. Tel-Aviv-Yafo ISRAEL TEL: (03) 6823666
JORDAN
MUSIC HOUSE CO. LTD. FREDDY FOR MUSIC
P. O. Box 922846 Amman 11192 JORDAN TEL: (06) 5692696
KUWAIT
EASA HUSAIN AL-YOUSIFI & SONS CO.
Abdullah Salem Street, Safat, KUWAIT TEL: 243-6399
LEBANON
Chahine S.A.L.
Gerge Zeidan St., Chahine Bldg., Achrafieh, P.O.Box: 16­5857 Beirut, LEBANON TEL: (01) 20-1441
OMAN
TALENTZ CENTRE L.L.C.
Malatan House No.1 Al Noor Street, Ruwi SULTANATE OF OMAN TEL: 2478 3443
QATAR
Badie Studio & Stores
P.O. Box 62, Doha, QATAR TEL: 423554
SAUDI ARABIA
aDawliah Universal Electronics APL
Corniche Road, Aldossary Bldg., 1st Floor, Alkhobar, SAUDI ARABIA
P.O.Box 2154, Alkhobar 31952 SAUDI ARABIA TEL: (03) 898 2081
SYRIA
Technical Light & Sound Center
Rawda, Abdul Qader Jazairi St. Bldg. No. 21, P.O.BOX 13520, Damascus, SYRIA TEL: (011) 223-5384
TURKEY
ZUHAL DIS TICARET A.S.
Galip Dede Cad. No.37 Beyoglu - Istanbul / TURKEY TEL: (0212) 249 85 10
U.A.E.
Zak Electronics & Musical Instruments Co. L.L.C.
Zabeel Road, Al Sherooq Bldg., No. 14, Grand Floor, Dubai, U.A.E. TEL: (04) 3360715
59
Page 60
Page 61
Lees dit eerst
M-16DX driver installatie
Controleer het pakket
Zodra u het pakket openmaakt, dient u te controleren of alle onderdelen zijn meegeleverd.
Neem contact op met de leverancier als er onderdelen ontbreken.
M-16DX
MIX controller I/O module
Controller kabel
Deze wordt gebruikt om de mix controller op de I/O
module aan te sluiten.
Driver CD-ROM Deze bevat de M-16DX driver.
SONAR LE CD-ROM
De DAW software ‘SONAR LE’ is meegeleverd.
* Lees, voordat u de software installeert, de uitleg die op het CD-ROM hoesje is gedrukt.
* Voor details over hoe u de software gebruikt, zie SONAR LE ‘Help’.
USB kabel
Deze wordt gebruikt om de M-16DX op de computer aan te sluiten.
Lees dit eerst (dit document)
Hierin wordt uitgelegd, hoe u de driver installeert en hoe u er instellingen voor maakt.
Handleiding
Hierin wordt de functionaliteit van de M-16DX uitgelegd.
Overige
Stellage (rack mount) adapter Rubberen voetjes
1
40679990 2MP
Page 62
• Mocht u de CD-ROM kwijtraken, is deze niet te koop of vervangbaar. Zorg er daarom voor, dat u hem op een veilige plek bewaart.
• Oneigenlijke duplicatie, reproductie, verhuur of uitleen is verboden.
• In belang van productverbetering zijn de specificaties, het uiterlijk en/of de inhoud van dit apparaat, zonder berichtgeving van tevoren, aan wijzigingen onderhevig.
• De toelichtingen in deze handleiding bevatten afbeeldingen, die weergeven wat het beeldvenster normaalgesproken zou moeten weergegeven. Houd er echter rekening mee, dat het apparaat een nieuwere, uitgebreidere versie van het systeem kan bevatten (bijv. nieuwe geluiden bevat), zodat wat u daadwerkelijk in het beeldvenster ziet niet altijd met de afbeeldingen in de handleiding overeenkomt.
Copyright © 2007 ROLAND CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag zonder schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION op enigerlei wijze worden gereproduceerd.
2
Page 63
Driverinstallatie en instellingen
In deze stap installeert u de M-16DX op een Windows XP computer. Vervolgens gebruikt u de sample song om te controleren of de installatie is gelukt.
De installatie voorbereiden
1
Ontkoppel de USB apparaten
Ontkoppel alle USB kabels van de computer, behalve die van een USB keyboard en/of USB muis (indien u deze gebruikt). Sluit de M-16DX nog niet op de computer aan.
Sluit alle software af.
Sluit alle software die op uw computer in gebruik is af, inclusief achtergrondprogramma’s, zoals antivirus software.
Log op de computer onder een gebruiker account met administratieve rechten.
Om de meegeleverde software te kunnen installeren, dient u onder een gebruiker account met administratieve rechten in te loggen.
2
Plaats de meegeleverde driver CD-ROM in de computer.
3
Start de installer van de Windows driver op.
1. Kies voor [start] — [My Computer].
2. Dubbelklik op ‘M-16DX’.
3. Dubbelklik op de ‘DRIVER’ map.
4. Dubbelklik op het ‘SETUP’ icoon.
4
Volg de instructies van het ‘Driver Setup’ dialoogvenster en klik op [Next].
1. Het ‘Driver Setup’ dialoogvenster wordt
geopend. Klik volgens de instructies in het venster op [Next].
3
Page 64
2. Klik nogmaals op [Next] om de installatieprocedure te starten.
Als er een dialoogvenster met betrekking tot een Windows logotest verschijnt, klikt u op [Continue Anyway].
* Als u niet verder kunt, klikt u op de [OK] knop. Vervolgens maakt u vervolgens de juiste
driver signing instellingen (referentie) en voert u de installatieprocedure nogmaals uit.
3. Er verschijnt een dialoogvenster met de melding ‘Ready to install the driver’.
U bent nu klaar om de driver te installeren.
4
Page 65
Installeer de driver en maak de aansluitingen
1
Sluit de M-16DX met behulp van de USB kabel op de computer aan.
1. Zet de [POWER] schakelaar van de
M-16DX op ‘Off’ (uit).
2. Gebruik de USB kabel om de M-16DX op
uw computer aan te sluiten.
1
Zet de M-16DX aan.
1. Zet de [POWER] schakelaar van de
M-16DX op ‘On’ (aan).
2. De melding ‘Found New Hardware’
verschijnt in de takenbalk. Vervolgens wordt de ‘Found New Hardware Wizard’ geopend. Als de Found New Hardware Wizard u vraagt of u met Windows Update wilt verbinden, kiest u voor ‘No, …’ en klikt u vervolgens op [Next].
Computer
I/O module
Achterpaneel
2
Kies de installatiemethode.
1. Kies voor ‘Install the software
automatically (Recommended), en
klik op [Next]. Als er een dialoogvenster met betrekking tot een Windows logotest verschijnt, klikt u op [Continue Anyway].
3
Klik op [Finish] om de installatie te voltooien.
1. Zorg ervoor, dat er ‘EDIROL M-16DX’
wordt weergegeven, en klik op [Finish].
2. Klik in het ‘Driver Setup’ dialoogvenster
op [Close].
3. Als het ‘Change System Settings’
dialoogvenster verschijnt, klikt u op [Yes].
Hiermee voltooit u de installatie van de driver. Zodra de driverinstallatie is voltooid, licht de [USB] knop van de M-16DX op.
5
Page 66
Driverinstellingen
Om de software optimaal te kunnen gebruiken, dient u de juiste apparaat instellingen te maken.
Apparaat voor audio invoer/uitvoer
De audioconfiguratie van de M-16DX
In totaal heeft de M-16DX 20 kanalen voor geluidsinvoer/uitvoer; 18 INs en2 OUTs. (Zie ‘Blokdiagram’ in de Handleiding).
• IN: WAVE IN 1-18, in totaal 18 ingangen
• OUT: WAVE OTU 1-2, in totaal 2 uitgangen
Apparaat instellingen voor audio invoer/uitvoer
Deze driver ondersteunt WDM/ASIO. Zie de uitleg hieronder, en selecteer de voor de applicatie geschikte optie.
Beschikbare poorten een poortnamen
Als SEPARATED Ports (gescheiden poorten) (*1) zijn uitgeschakeld (off)
Als SEPARATED Ports (gescheiden poorten) (*1) zijn ingeschakeld (on)
Aantal beschikbare poorten
EDIROL M-16DX EDIROL M-16DX 18 In/2 Out
M-16DX In 1-2 SEPARATED
M-16DX In 3-4 SEPARATED
WDM
ASIO EDIROL M-16DX 18 In/2 Out
(*1) SEPARATED Ports (WDM)
Voor details over hoe u SEPARATED Ports inschakelt (aanzet), zie ‘Gescheiden poorten gebruiken’ (p. 11).
(*2)
U kunt het signaal van voordat het door de MAIN MIX LEVEL draaiknop heen komt, ongewijzigd opnemen. (Zie ‘Blokdiagram’ in de Handleiding).
M-16DX In 5-6 SEPARATED
: :
M-16DX In 15-16 SEPARATED
M-16DX In 17-18 SEPARATED (*2)
2 In
2 In
2 In
2 In
2 In
: :
6
Page 67
WDM
Gebruik deze optie voor de volgende applicaties of doeleinden. U kunt 18 ingangen en 2 uitgangen gebruiken.
• Conventionele applicaties, zoals Media Player (Voor details over de instellingen zie ‘De invoer/uitvoer bestemming aangeven’ (p. 8)).
• Applicaties die met de WDM driver functie compatibel zijn, zoals SONAR.
• DirectSound compatibele applicaties
ASIO
Gebruik deze optie, wanneer u de M-16DX met een ASIO-compatibele applicatie, zoals Cubase, wilt gebruiken.
In de ASIO instellingen van de applicatie, selecteert u ‘EDIROL M-16DX’. U kunt 18 ingangen en 2 uitgangen gebruiken.
* Om een audio feedback loop of dubbele weergave te voorkomen, dient u middels de instellingen
van de applicatie de monitorfunctie uit te schakelen.
* Als u de M-16DX met ASIO gebruikt, raden we u aan om de applicatie zo in te stellen, dat deze
geen gebruik maakt van Microsoft GS Wavetable SW Synth. (Om de last te verminderen, en voor handig gebruik tijdens het wijzigen van de bufferomvang van de driver).
* Als het sample tempo van de M-16DX anders is dan de Cubase SX projectinstelling, kan er in
Cubase SX een melding als ‘Sample could not be set’ verschijnen, en kunt u wellicht niet juist opnemen of afspelen. Open in dit geval ‘Project Setup’. Zorg ervoor, dat de sample tempi overeenstemmen, en klik vervolgens op [OK].
7
Page 68
De invoer/uitvoer bestemming aangeven
* Afhankelijk van hoe het systeem is ingesteld, is het mogelijk dat het ‘Sound and Audio
Devices’ icoon direct in het ‘Control Panel’ (klassieke weergave) wordt weergegeven. In dit geval klikt u op het ‘Sound and Audio Devices’ icoon.
1
Open het ‘Sounds and Audio Devices Propterties’ dialoogvenster.
1. Klik op de Windows Start knop, en kies in het menu, dat verschijnt voor ‘Settings |
Control Panel’.
2. Klik bij ‘Pick a Category’ op ‘Sound, Speech, and Audio Devices’.
3. Klik bij ‘or pick a Control Panel icon’ op het ‘sounds and Audio Devices’
icon.
2
Klik op de ‘Audio’ tab.
3
Klik bij ‘Sound Playback’ en ‘Sound recording’ op het Default Device veld.
Kies in de lijst, die voor elk veld verschijnt, voor het onderstaande apparaat.
Sound playback EDIROL M-16DX
Sound recording EDIROL M-16DX
[WAVE OUT/WAVE IN Device]
EDIROL M-16DX Stereo geluidssignalen worden via ingang 1-2
ingevoerd. Zie ‘SEPARATED Ports’, als u andere ingangen wilt gebruiken.
4
Klik op [OK] om het ‘Sounds and Audio Devices Properties’ dialoogvenster af te sluiten.
Hiermee voltooit u de audio en MIDI invoer/uitvoer instellingen. Ga door met ‘Controleren of u geluid hoort’ (p. 9).
8
Page 69
Controleren of u geluid hoort
Laten we nu de sample song afspelen, zodat we kunnen controleren of alle aansluitingen en instellingen juist zijn. Voor het afspelen van de sample song, die op de meegeleverde CD-ROM staat, gebruiken we de standaard Windows functionaliteit.
Sluit, voordat u verder gaat, een koptelefoon of monitor speakers op de M-16DX aan. Zie de beschrijving onder ‘Belangrijkste aansluitingen’ (Handleiding).
1
Zorg ervoor, dat de [USB] knop van de M-16DX verlicht is.
Als deze niet verlicht is, is of de USB aansluiting niet goed gemaakt of de driver niet volledig geïnstalleerd.
2
Plaats de driver CD-ROM in de CD-ROM drive van de computer.
3
Versleep ‘TTears (.mp3)’ uit de ‘SampleSong’ map van de driver CD-ROM naar het bureaublad.
4
Klik met de rechter muisknop op het ‘TTears’ (.mp3)’ bestand, dat u heeft gekopieerd, en kies in het menu dat verschijnt voor ‘Play’.
De weergave begint. Als de sample data op correcte wijze worden afgespeeld, is de M-16DX op de juiste wijze
op de computer aangesloten, en ook de driver op de juiste wijze geïnstalleerd.
Gebruik de kanaal LEVEL draaiknop (13/14) van de M-16DX om het volume aan te passen.
Zonder toestemming van de houder van het auteursrecht is andersoortig gebruik van de song gegevens, die bij dit product zijn geleverd, dan voor privé, persoonlijk plezier wettelijk verboden. Bovendien mogen deze gegevens zonder toestemming van de auteursrechthouder niet worden gekopieerd, of in een secundair werk, waarop auteursrecht van toepassing is, worden gebruikt.
9
Page 70
De audio latentie aanpassen
U kunt de latentie van het geluid aanpassen door de driver instellingen te wijzigen. Als u de latentie aan wilt passen, wijzigt u de bufferomvang in het dialoogvenster voor de driver instellingen.
* Latentie is de tijdsvertraging tussen het moment dat de sequencer software de audio data gaat
afspelen totdat het geluid daadwerkelijk via een geluidsinstallatie als de M-16DX hoorbaar is.
Als u de driver instellingen wilt wijzigen of controleren, dient u op de computer in te loggen met een gebruiker account met administratieve rechten.
1
Zorg er bij het wijzigen van de driver instellingen voor, dat u altijd eerst alle applicaties die van de M-16DX gebruik maken, afsluit.
* Dit is niet nodig, als u de gegevens alleen maar wilt controleren.
1
Kies voor [start] – [Control Panel].
Het ‘Control Panel’ wordt geopend.
1
Open het ‘Control Panel’ en dubbelklik op ‘EDIROL M-16DX’.
Het ‘EDIROL M-16DX Driver Settings’ dialoogvenster verschijnt.
* Als u het bovenstaande icoon niet kunt vinden, klikt u op ‘Switch to Classic View’.
1
Pas de bufferomvang aan.
1. Zet de ‘Audio Buffer Size’ helemaal
naar links (Min).
1
Klik op [OK] om het ‘EDIROL M-16DX Driver Settings’ dialoogvenster af te
sluiten.
1
Start de software, die van de M-16DX gebruik maakt, opnieuw op.
Als u software gebruikt met een testfunctie voor geluidsapparatuur, zorgt u ervoor, dat de tests worden uitgevoerd.
1
Speel audio data op de software af.
Als u klikjes of plofjes hoort, herhaalt u deze procedure, waarbij u in stap 4 de bufferomvang geleidelijk verhoogt, net zolang tot u geen klikjes of plofjes meer hoort.
* De geluids instellingen van de software zorgen wellicht ook voor een aanpassing van de
bufferomvang of latentie. Zie de handleiding van de software voor details.
10
Page 71
Gescheiden poorten gebruiken
Als u in de applicatie, die u gebruikt, ingang 3-18 van de M-16DX niet als invoerbestemming kunt selecteren, kunt u de SEPARATED Ports functie inschakelen, zodat u deze poorten als invoerbestemming kunt selecteren.
* Als u software gebruikt die meerdere poorten ondersteunt, zoals SONAR, hoeft u de gescheiden
poorten niet in te schakelen.
Als u de driver instellingen wilt wijzigen of controleren, dient u op de computer in te loggen met een gebruiker account met administratieve rechten.
1
Zorg er bij het wijzigen van de driver instellingen voor dat u altijd eerst alle applicaties, die van de M-16DX gebruik maken, afsluit.
* Dit is niet nodig als u de gegevens alleen maar wilt controleren.
2
Kies voor [start] – [Control Panel].
Het ‘Control Panel’ wordt geopend.
3
Open het ‘Control Panel’ en dubbelklik op ‘EDIROL M-16DX’.
Het ‘EDIROL M-16DX Driver Settings’ dialoogvenster verschijnt.
* Als u het bovenstaande icoon niet kunt vinden, klikt u op ‘Switch to Classic View’.
4
Selecteer het ‘Use SEPARATED Ports’ aanvink vakje.
De gescheiden poorten zijn ingeschakeld.
5
Klik op [OK] om het ‘EDIROL M-16DX Driver Settings’ dialoogvenster af te
sluiten.
6
Zet de M-16DX uit en vervolgens weer aan.
Nu kunt u in de software de volgende poorten selecteren.
11
Page 72
De ASIO bufferomvang minimaliseren
Als u de M-16DX met ASIO-compatibele software gebruikt, kunt u de bufferomvang minimaliseren. Als u klikjes of plofjes in het geluid waarneemt, vinkt u dit vakje uit.
* Na het aanpassen van de bufferomvang van de audio invoer/uitvoer (p. 10) vinkt u de ‘Use
Smaller ASIO Buffer Size’ instelling aan, en zorgt u er, voordat u verder gaat, voor dat u
geen klikjes of plofjes waarneemt.
Als u de driver instellingen wilt wijzigen of controleren, dient u op de computer in te loggen met een gebruiker account met administratieve rechten.
1
Zorg er bij het wijzigen van de driver instellingen voor dat u altijd eerst alle applicaties die van de M-16DX gebruik makene afsluit.
* Dit is niet nodig als u de gegevens alleen maar wilt controleren.
2
Kies voor [start] – [Control Panel].
Het ‘Control Panel’ wordt geopend.
3
Open het ‘Control Panel’ en dubbelklik op ‘EDIROL M-16DX’.
Het ‘EDIROL M-16DX Driver Settings’ dialoogvenster verschijnt.
* Als u het bovenstaande icoon niet kunt vinden, klikt u op ‘Switch to Classic View’.
4
Selecteer het ‘Use Smaller Asio Buffer Size’ aanvinkvakje.
5
Klik op [OK] om het ‘EDIROL M-16DX Driver Settings’ dialoogvenster af te
sluiten.
6
Zet de M-16DX uit en vervolgens weer aan.
12
Page 73
Instellingen maken voor verwerking op de achtergrond
Om ervoor te zorgen, dat MIDI verwerking op vloeiende wijze plaatsvindt, dient u de volgende instellingen te maken, zodat achtergrond verwerking prioriteit geniet.
1
Open het System Properties dialoogvenster.
1. Kies voor [start] – [Control Panel].
Het ‘Control Panel’ wordt geopend.
2. Als het venster ‘Pick a Category’
aangeeft, klikt u op [Performance and
Maintenance].
3. Klik bij ‘or pick a Control Panel icon’
op het [System] icon.
2
Open het System Properties dialoogvenster.
1. Klik op de ‘Advanced’ tab, en klik in het ‘Performance’ veld op [Settings].
3
Schakel ‘Background services’ in.
1. Klik op de ‘Advanced’ tab.
2. Kies in het ‘Processor scheduling’ veld
voor de ‘Background services’ optie, en klik op [OK].
3. Klik in het System Properties
dialoogvenster op [OK].
Hiermee voltooit u de instellingen voor achtergrond verwerking.
13
Page 74
MEMO
14
Page 75
MEMO
15
Page 76
MEMO
16
Loading...