tijdens gebruik ................................... 159
- 4 -
VQT4P21
Voordat u de camera gaat gebruiken
Voordat u de camera gaat gebruiken
■
Hanteren van de camera
Vrijwaar de camera tegen heftige trillingen, schokken of
zware druk.
Gebruik de camera niet onder de volgende
●
omstandigheden, die schade aan de lens, het lcd-scherm
of het camerahuis kunnen toebrengen. Dit kan ook leiden
tot storingen in de camera of mislukte opnamen.
• Laat de camera niet vallen of tegen een hard oppervlak
aan stoten
• Ga niet op de camera zitten als u deze in uw broekzak
heeft en zorg dat de camera niet in een volle tas wordt
gepropt
• Maak geen accessoires vast aan het camerariempje
• Zorg dat er geen druk wordt uitgeoefend op de lens of
het lcd-scherm
De camera is niet stofbestendig, spatbestendig of
waterbestendig.
Gebruik de camera niet op plaatsen met veel stof of
zand, of waar er water op de camera kan komen.
Gebruik de camera niet onder de volgende
●
omstandigheden, die het risico meebrengen dat er zand,
water of andere materialen in de camera kunnen komen
via de openingen rond de toetsen of de lens. Wees uiterst
voorzichtig hiermee, want dergelijke omstandigheden
kunnen de camera beschadigen, mogelijk zelfs
onherstelbaar.
• Plaatsen met erg veel stof of stuifzand
• In de regen of aan de waterkant, waar er water op de
camera kan spatten
■
Condensatie (wanneer de lens of het lcd-scherm beslaat)
Als de camera wordt blootgesteld aan plotselinge
●
wisselingen in temperatuur of vochtigheid, kan er vocht in
de camera condenseren. Mijd dergelijke omstandigheden,
want die kunnen de lens of het lcd-scherm bevuilen,
schimmelgroei veroorzaken of de camera beschadigen.
Als er vocht in de camera is gecondenseerd, schakelt u
●
het toestel uit en wacht u ongeveer twee uur voordat u
de camera weer gebruikt. Wanneer de camera eenmaal
op omgevingstemperatuur is gekomen, zal de condens
vanzelf verdwijnen.
- 5 -
VQT4P21
Voordat u de camera gaat gebruiken
Voordat u de camera gaat gebruiken
■
Maak altijd eerst een proefopname
Vóór het gebruik van de camera bij belangrijke gebeurtenissen (zoals een
huwelijksvoltrekking e.d.) dient u altijd eerst een proefopname te maken, om te zien of
beeld en geluid naar behoren worden opgenomen.
■
Er wordt geen compensatie geboden voor verloren opnamen
Wij kunnen geen compensatie bieden voor gemiste kansen of opnamen die verloren
gaan door technische problemen met de camera of de kaart.
■
Neem zorgvuldig de auteursrechtwetten in acht
Ongeoorloofd gebruik van opnamen waarop auteursrechten gelden, voor andere
dan puur persoonlijke doeleinden, is verboden onder de wet op het auteursrecht.
Het opnemen van bepaalde materialen kan streng gereguleerd zijn, zelfs voor zuiver
persoonlijk gebruik.
■
Zie tevens de "Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik" (→159)
De werkelijke bedieningsfuncties en onderdelen, menu-items en andere informatie
●
voor uw digitale camera kunnen afwijken van die in de afbeeldingen en op de
schermen die in deze handleiding worden afgebeeld.
Opnamemoduspictogrammen
●
U kunt de vermelde menu's en functies selecteren en uitvoeren voor de opnamemodi
die in blauw worden weergegeven op illustraties op de modusknop naast de
paragraaftitels.
In het voorbeeld dat hier links wordt weergegeven, zijn dit de
volgende opnamemodi: , , , en .
*
en zullen verschillen, afhankelijk van de opnamemodi die zijn
geregistreerd onder aangepaste instellingen.
- 6 -
VQT4P21
Voordat u de camera gaat gebruiken
Standaard-accessoires
Controleer of alle accessoires compleet bijgeleverd zijn, voordat u de camera in gebruik
neemt.
De accessoires en de vormgeving ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of
●
de regio waar de camera is aangeschaft.
Raadpleeg de beknopte gebruiksaanwijzing voor meer informatie over de accessoires.
De batterij wordt in de tekst aangeduid als batterij of accu.
●
SD-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart en SDXC-geheugenkaart worden in de tekst
●
als kaart aangeduid.
Verwijder de verpakking op de juiste manier.
●
Bewaar kleine onderdelen op een veilige plaats, buiten bereik van kinderen.
●
■
Optionele accessoires
• Kaarten zijn optioneel. U kunt beelden opnemen in of weergeven vanuit het
ingebouwde geheugen, wanneer u geen kaart gebruikt. (→17)
• Overleg met het verkooppunt of het dichtstbijzijnde servicecentrum als u de
bijgeleverde accessoires kwijtraakt.
(U kunt de accessoires los aanschaffen.)
- 7 -
VQT4P21
Voordat u de camera gaat gebruiken
Namen en functies van hoofdonderdelen
Modusknop
Hiermee kiest u de opnamemodus.
Flitser (→59)
Indicator voor zelfontspanner (→63) /
AF-assistlampje
Lensbuis
Lens
(→104)
Microfoon (→22)
Zoomhendel (→56)
Hiermee kunt u inzoomen op een veraf onderwerp
om het groter in beeld te brengen.
Filmknop (→31)
Om te filmen.
[ON/OFF]-knop van de camera
Hiermee schakelt u de camera aan en uit.
Luidspreker
Statiefaansluiting
Sluit niet aan op een statief met een schroef
van 5,5 mm of langer. Hierdoor kan dit
apparaat beschadigd raken.
Ontspanknop (→23)
Hiermee kunt u scherpstellen en foto’s nemen.
Klepje voor kaart/batterij
(→11, 16)
Vrijgavehendel (→11, 16)
Klepje van DC coupler
De in deze handleiding afgebeelde illustraties en schermen kunnen afwijken van het
●
eigenlijke product.
- 8 -
VQT4P21
Voordat u de camera gaat gebruiken
Cursorknop
Namen en functies van hoofdonderdelen
[EXPOSURE]-knop
Hiermee stelt u de sluitertijd of de diafragmawaarde in. (Alleen in de modus )
(→66, 67, 68)
Lcd-scherm
(→47)
Afspeelknop (→109)
Hiermee kiest u de opnamemodus of de
afspeelmodus.
Door de afspeelknop ingedrukt te houden
terwijl de camera uit is, kunt u de camera in de
afspeelmodus inschakelen.
[DISP.]-knop
Hiermee kunt u
de aanduidingen
omschakelen.
(→55)
Oplaadlampje
(→12)
[Q.MENU] / [ / ]-knop
In de opnamemodus: voor aangeven van het Quick-menu. (→44)
In de afspeelmodus: voor wissen van beelden. (→40)
Tijdens de menu-bediening: voor terugkeren naar het vorige scherm.
[MENU/SET]
• Hiermee opent u de menu’s,
kiest u de instellingen, enz. (→42)
Linkercursortoets ( )
• Zelfontspanner (→63)
Cursortoets omlaag ( )
• Macro-modus, enz. (→61)
We raden u aan het
bijgeleverde polsbandje
te gebruiken om te
voorkomen dat u de
camera laat vallen.
[HDMI]-aansluiting (→130)
[AV OUT/DIGITAL]aansluiting
(→12, 130, 139, 141)
Deze aansluitbus wordt ook
gebruikt bij het opladen van
de batterij.
In deze handleiding wordt de knop die wordt gebruikt, aangeduid met .
●
De in deze handleiding afgebeelde illustraties en schermen kunnen afwijken van het
●
eigenlijke product.
- 9 -
VQT4P21
Voorbereidingen
Batterij opladen
Gebruik altijd de originele netadapter (bijgeleverd), USB-kabel (bijgeleverd) en batterij
voor deze camera.
• Laad de batterij altijd op voordat u de camera voor het eerst gebruikt! (batterij
ongeladen geleverd)
• Laad de batterij op terwijl deze in de camera zit.
CamerastatusOpladen
UitschakelenJa
Inschakelen
*
Alleen tijdens het afspelen werkt de camera op elektriciteit van het stopcontact via de USB-kabel
(bijgeleverd). (De batterij wordt niet opgeladen.)
Als de batterij niet in de camera is geplaatst, kunt u deze niet opladen en kan deze de
●
camera ook niet van stroom voorzien.
■
Batterijen die u in dit toestel kunt gebruiken
Er zijn op aantal plaatsen imitatiebatterijen aangetroffen die nauwelijks
van echt te onderscheiden zijn. Dergelijke imitatiebatterijen zijn veelal niet
voorzien van de interne beveiliging die nodig is voor een veilig gebruik. Een
dergelijke imitatiebatterij zou spontaan kunnen ontbranden of ontploffen.
Houd er rekening mee dat wij niet aansprakelijk kunnen worden gesteld voor
enig defect of ongeval dat voortvloeit uit het gebruik van een imitatiebatterij.
Voor een veilig gebruik van dit product is het sterk aanbevolen dat u gebruik
maakt van een authentieke Panasonic batterij.
Nee
*
- 10 -
VQT4P21
Voorbereidingen
De batterij in de camera plaatsen
U laadt de batterij op door deze in de camera te plaatsen.
Batterij opladen
Schuif naar de positie
[OPEN] en open het klepje
voor kaart/batterij
Schuif de batterij helemaal in
de camera
• Zorg dat u de batterij in de juiste
richting in de camera plaatst.
• Steek de batterij helemaal in het
apparaat en controleer of de batterij
door de hendel wordt vergrendeld.
Sluit het klepje voor kaart/
batterij
• Schuif naar de positie [LOCK].
■
Verwijdering van de batterij
Beweeg de hendel in het kaart/
batterijcompartiment in de richting van de
pijl.
Vrijgavehendel
[OPEN] [LOCK]
Hendel
Gebruik altijd originele Panasonic batterijen.
●
Wanneer u andere batterijen gebruikt, kunnen we de kwaliteit van dit product niet
●
garanderen.
Verwijder na gebruik de batterij uit de camera.
●
Als u de batterij wilt verwijderen, schakelt u de camera uit en wacht u tot de indicator
●
LUMIX op het lcd-scherm uitgaat. (Als u niet wacht, kan de camera storingen
vertonen en kunnen de kaart of opgenomen gegevens beschadigd raken.)
- 11 -
VQT4P21
Voorbereidingen
Batterij opladen
De batterij opladen
We raden u aan op te laden op een locatie waar de omgevingstemperatuur tussen 10 °C
en 30 °C ligt (hetzelfde geldt voor de batterijtemperatuur).
Zorg dat de camera uitgeschakeld is.
Netadapter
(bijgeleverd)
Leg de merktekens
(
gelijk met ) en steek de
stekker in de aansluiting.
Oplaadlampje
USB-kabel (bijgeleverd)
• Controleer altijd de richting van de pennen
en houd de stekker recht om deze aan te
sluiten of te verwijderen.
(Als de kamer in de verkeerde richting is
aangesloten, kunnen de pennen vervormd
raken en storingen veroorzaken.)
Computer
Voorbereiding:
Schakel de computer in.
■
De batterij opladen door de camera op het stopcontact aan te sluiten
Sluit de netadapter (bijgeleverd) en de camera aan met de USB-kabel (bijgeleverd) en
steek de netadapter (bijgeleverd) in het stopcontact.
■
De batterij opladen via de computer
Sluit een computer met de USB-kabel (bijgeleverd) op de camera aan.
Op sommige computers kan het niet mogelijk zijn de batterij op te laden, afhankelijk
●
van de specificaties van de computer.
Als de computer tijdens het opladen naar de stand hibernation gaat, kan het opladen
●
worden gestopt.
Als een notebookcomputer die niet op een stopcontact is aangesloten, op de camera
●
is aangesloten, zal de batterij van de notebookcomputer leeg raken. Laat de camera
en de notebook niet lange tijd op elkaar aangesloten.
Sluit de USB-kabel altijd aan op de USB-aansluiting op uw computer. Sluit de USB-
●
kabel niet aan op de USB-aansluiting van de monitor, het toetsenbord, de printer of de
USB-hub.
- 12 -
VQT4P21
Voorbereidingen
Batterij opladen
■
Indicaties oplaadlampje
Aan: Opladen wordt uitgevoerd
Uit: Opladen stopt (nadat de batterij stopt met opladen, ontkoppelt u de camera van
het stopcontact of van uw computer.)
■
Opmerkingen over de oplaadtijd
Bij gebruik van de netadapter (bijgeleverd)
OplaadtijdOngeveer 210 min
• De aangeduide oplaadtijd hierboven is de tijd die nodig is voor het opladen wanneer
de batterij volledig is opgebruikt. De benodigde oplaadtijd verschilt, afhankelijk van
de omstandigheden van het batterijgebruik. De oplaadtijd is langer in gevallen waar
de temperaturen hoog of laag zijn en wanneer de batterij een lange periode niet is
gebruikt.
• De benodigde tijd voor het opladen via de computer varieert, afhankelijk van de
specificaties van de computer.
Gebruik geen andere USB-kabels dan de bijgeleverde kabel of een echte Panasonic
●
USB-kabel (optioneel). Wanneer u andere kabels dan de bovenstaande gebruikt, kan
dit een storing veroorzaken.
Gebruik geen andere netadapters behalve de bijgeleverde netadapter. Als u dat wel
●
doet, kan de camera storingen vertonen.
Gebruik geen USB-verlengkabel.
●
De netadapter (bijgeleverd) en de USB-kabel (bijgeleverd) zijn specifieke accessoires
●
van deze camera. Gebruik deze niet voor andere apparatuur.
Als er problemen zijn die te maken hebben met het stopcontact (d.w.z. stroomuitval),
●
wordt de batterij mogelijk niet volledig opgeladen. Maak de (bijgeleverde) USB-kabel
los en sluit deze weer aan op de camera.
Als het oplaadlampje niet gaat branden of knippert, zelfs als de camera op de juiste
●
manier op de netadapter (bijgeleverd) of op uw computer is aangesloten, is het
opladen in de pauzestand gezet omdat de temperatuur niet in het geschikte bereik
voor opladen ligt. Dit is geen storing. Sluit de USB-kabel (bijgeleverd) opnieuw aan en
probeer opnieuw op te laden op een plaats waar de omgevingstemperatuur 10 °C tot
en met 30 °C bedraagt (temperatuuromstandigheden gelden ook voor de batterij zelf).
- 13 -
VQT4P21
Voorbereidingen
Resterende batterijcapaciteit (alleen bij gebruik van batterij)
(knippert rood)
Als het batterijsymbool rood knippert, dient u de batterij opnieuw op
te laden of te vervangen.
Batterij opladen
Resterend batterijvermogen
Wanneer u de camera gebruikt, wordt de resterende batterijcapaciteit weergegeven.
Richtlijnen voor aantal op te nemen beelden en beschikbare opnameduur
Het aantal op te nemen beelden of de beschikbare opnameduur kan variëren afhankelijk
van de omgeving en gebruiksomstandigheden. De aantallen kunnen minder zijn
als de flitser, de zoomfunctie e.d. veelvuldig gebruikt worden, of onder erg koude
omstandigheden.
■
Foto’s maken
Aantal op te nemen beeldenOngeveer 260 beelden
OpnameduurOngeveer 130 min
Opnameomstandigheden volgens de CIPA-norm
●
CIPA is een afkorting van [Camera & Imaging Products Association].
• [Program AE]-modus
• Temperatuur: 23 °C/Vochtigheid: 50%RH met
gebruik van lcd-scherm.
• Gebruik van een Panasonic SDgeheugenkaart (32 MB).
• Gebruik van de bijgeleverde batterij.
• Beginnen met opnemen 30 seconden nadat
de camera is ingeschakeld. (Wanneer de
functie voor optische beeldstabilisatie is
ingesteld op [ON].)
• Eén opname per 30 seconden met om en om
volledige flits.
• De zoomhendel van Tele naar Wide of
omgekeerd draaien bij elke opname.
• De camera elke 10 opnamen uitschakelen en
met rust laten totdat de temperatuur van de
batterij daalt.
Het aantal wordt lager als de intervallen langer worden – bijvoorbeeld tot ongeveer een
kwart voor intervallen van 2 minuten onder de hierboven vermelde omstandigheden.
Beschikbare opnameduurOngeveer 85 minOngeveer 85 min
Feitelijk beschikbare opnameduurOngeveer 40 minOngeveer 40 min
Opnameomstandigheden
●
• Temperatuur 23 °C, vochtigheidsgraad 50%RH (relatieve vochtigheid)
• De werkelijke tijd waarin u kunt opnemen wanneer u regelmatig de camera in- en uitschakelt,
begint en stopt met opnemen en de zoom gebruikt.
Resterende opnameduur voor doorlopend opnemen wordt op het scherm
●
aangegeven
• U kunt een film in [MP4] maximaal 29 minuten en 59 seconden continu opnemen,
ofwel ongeveer 4 GB. (Omdat er wanneer u opneemt in [MP4] met [FHD/25p] grotere
bestanden ontstaan, is de opnameduur voor dergelijke films korter dan 29 minuten en
59 seconden.)
• U kunt [AVCHD]-films maximaal 29 minuten en 59 seconden continu opnemen.
■
Beelden bekijken
Afspeeltijd Ongeveer 200 min
Het aantal op te nemen beelden of de beschikbare opnameduur kan variëren
●
afhankelijk van de omgeving en gebruiksomstandigheden.
Als de batterij aanzienlijk korter meegaat, is de batterij versleten. Koop dan een
●
nieuwe batterij.
- 15 -
VQT4P21
Voorbereidingen
Insteken en verwijderen van een (optionele) kaart
• Zorg dat de camera uitgeschakeld is.
Schuif naar de positie
[OPEN] en open het klepje
voor kaart/batterij
Vrijgavehendel
Schuif de kaart helemaal in
de camera
• Controleer de richting: aansluitingen
naar LCD gericht
• Inschuiven tot de kaart vastklikt.
Sluit het klepje voor kaart/
batterij
• Schuif naar de positie [LOCK].
■
Verwijdering van de kaart
Druk op het midden van de kaart
[OPEN] [LOCK]
Raak de
aansluitingen
aan de
achterzijde
van de kaart
niet aan.
Indrukken
Naar buiten trekken
Houd de geheugenkaart buiten bereik van kinderen om te voorkomen dat ze deze
●
inslikken.
Als u de kaart wilt verwijderen, schakelt u de camera uit en wacht u tot de indicator
●
LUMIX op het lcd-scherm uitgaat. (Als u niet wacht, kan de camera storingen
vertonen en kunnen de kaart of opgenomen gegevens beschadigd raken.)
- 16 -
VQT4P21
Voorbereidingen
Insteken en verwijderen van een (optionele) kaart
Bestemming voor het opslaan van beelden (kaarten en ingebouwd geheugen)
Foto’s worden opgeslagen op een kaart als er een kaart aanwezig is, of in het
ingebouwde geheugen
■
Ingebouwd geheugen (ongeveer 90 MB)
Beelden kunnen gekopieerd worden tussen kaarten en het ingebouwde
●
geheugen. (→129)
De toegangstijd voor het ingebouwde geheugen kan langer zijn dan de toegangstijd
●
voor een kaart.
■
Compatibele geheugenkaarten (optioneel)
De volgende op de SD-standaard gebaseerde kaarten (merk Panasonic aanbevolen)
KaarttypeCapaciteitOpmerkingen
SD-geheugenkaarten8 MB – 2 GB • Kunnen worden gebruikt met apparaten die
SDHC-geheugenkaarten 4 GB – 32 GB
SDXC-geheugenkaarten 48 GB, 64 GB
*
De SD-snelheidsklasse biedt een maatstaf voor de snelheid waarmee er naar de kaart
geschreven kan worden. Controleer de SD-snelheid aan de hand van het etiket op de kaart of de
bijbehorende documentatie.
als dat niet zo is.
compatibel zijn met de desbetreffende formaten.
• Alvorens u SDXC-geheugenkaarten gaat
gebruiken, controleert u of uw computer en andere
apparatuur geschikt is voor dit type kaart.
http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html
• Gebruik een kaart van "SD-snelheidsklasse 4"* of
hoger voor het opnemen van films.
• Alleen de kaarten die links met hun respectieve
capaciteiten staan vermeld, zijn geschikt.
(Bijvoorbeeld)
• Meest recente informatie: http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/
Terwijl de camera toegang heeft tot de kaart of het ingebouwde geheugen (voor
●
een bewerking zoals het schrijven, lezen, verwijderen of formatteren van beelden),
mag u de camera niet uitschakelen of de batterij, kaart, netadapter (bijgeleverd),
netadapter (optioneel) of DC coupler (optioneel) verwijderen. Zorg dat de camera
niet wordt blootgesteld aan trillingen, schokken of statische elektriciteit. Mogelijk is de
kaart of zijn de gegevens op de kaart beschadigd en werkt dit apparaat niet langer
naar behoren. Als de handeling is mislukt vanwege trillingen, schokken of statische
elektriciteit, voert u de handeling opnieuw uit.
Formatteer de kaart opnieuw met deze camera als die al eerder was
●
geformatteerd met een computer of ander apparaat. (→53)
Als het schrijfbeveiligingsschakelaar op “LOCK” is gezet, kunt u op de kaart
●
geen opnamen vastleggen of verwijderen en de kaart niet formatteren.
Wij raden u aan om belangrijke beelden over te kopiëren naar uw
●
computer (aangezien elektromagnetische storing, statische elektriciteit
of andere problemen schade aan uw gegevens kunnen toebrengen).
(Deze website is alleen in het Engels.)
- 17 -
Schakelaar
VQT4P21
Voorbereidingen
Insteken en verwijderen van een (optionele) kaart
Richtlijnen voor opnamecapaciteit (aantal beelden/filmopnameduur)
Het aantal beelden dat u kunt opnemen en de opnameduur variëren met de capaciteit
van de kaart (naast de opname-omstandigheden en het type kaart).
Geschatte resterende capaciteit in aantal beelden of opnameduur
(druk de [DISP.]-knop in om de aanduiding om te schakelen)
Verschijnt als er geen kaart is geplaatst
(beelden worden in het ingebouwde geheugen opgeslagen)
■
Capaciteit voor het opnemen van beelden (foto’s)
[Fotoresolutie]
16M
5M
0.3M
• Wanneer het aantal op te nemen beelden meer dan 99.999 is, wordt er "+99999"
aangegeven.
■
Capaciteit opnameduur (films)
([h], [m] en [s] staan voor "uren", "minuten" en "seconden".)
Wanneer [Opname-indeling] [AVCHD] is
[Opn. kwaliteit]
[FHD/50i] / [HD/50p]–14m00s4h10m00s8h27m00s
Wanneer [Opname-indeling] [MP4] is
[Opn. kwaliteit]
[FHD/25p]–12m21s3h23m17s6h51m17s
[HD/25p]–23m36s6h28m06s13h05m11s
[VGA/25p]2m23s51m57s14h14m08s28h48m04s
• De tijd die in de tabel staat vermeld is de totale tijdsduur.
Ingebouwd
geheugen
1430049109880
326601062021490
51010240162960247150
Ingebouwd
geheugen
Ingebouwd
geheugen
2 GB32 GB64 GB
2 GB32 GB64 GB
2 GB32 GB64 GB
• U kunt een film in [MP4] maximaal 29 minuten en 59 seconden continu opnemen,
ofwel ongeveer 4 GB. (Omdat er wanneer u opneemt in [MP4] met [FHD/25p] grotere
bestanden ontstaan, is de opnameduur voor dergelijke films korter dan 29 minuten en
59 seconden.)
• U kunt [AVCHD]-films maximaal 29 minuten en 59 seconden continu opnemen.
- 18 -
VQT4P21
Voorbereidingen
Instellen van de klok
Bij verzending van de camera is de klok niet ingesteld.
• Ontkoppel het apparaat van de netadapter (bijgeleverd).
Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera
De camera wordt ingeschakeld.
Als het taalkeuzescherm niet wordt weergegeven, gaat u naar stap .
Druk op [MENU/SET] terwijl het bericht wordt weergegeven
Druk op om de taal te selecteren en druk op [MENU/SET]
• Het bericht [Aub klok instellen] verschijnt.
Druk op [MENU/SET]
Druk op om de items (jaar, maand, dag, uur, minuten,
weergavevolgorde of tijdweergave-indeling) te selecteren en
druk op om deze in te stellen
• Annuleren → Druk op [ / ]-knop.
Druk op [MENU/SET] om in te stellen
Druk op [MENU/SET]
• Om terug te keren naar het vorige scherm, drukt u op de [ / ]-knop.
- 19 -
VQT4P21
Voorbereidingen
Instellen van de klok
Wijzigen van de tijdsinstelling
Selecteer [Klokinst.] in het menu [Set-up] om de huidige tijdsinstellingen te wijzigen.
• Klokinstellingen worden ongeveer 3 maanden bewaard, zelfs als de batterij verwijderd
is. (Alleen als een volledig opgeladen batterij 24 uur van tevoren in het apparaat is
geplaatst.)
Kies [Klokinst.] uit het menu [Set-up] of het menu [Opname]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
Stel de datum en tijd in (Verricht de stappen - . (→19))
Als de klok niet is ingesteld, kan de juiste datum niet worden afgedrukt wanneer u een
●
fotostudio opdracht geeft de foto af te drukken of wanneer u de datum afdrukt op de
foto’s met [Datum afdr.] of [Tekst afdr.].
Als de klok is ingesteld, kan de juiste datum zelfs worden afgedrukt als de datum niet
●
op het scherm van de camera wordt weergegeven.
- 20 -
VQT4P21
Basisbediening
Bedieningsvolgorde
Druk op de [ON/OFF]knop van de camera
om de camera in te
1
schakelen
Stel in op de gewenste opnamemodus
Stel de modusknop correct in op
de modus die u wilt gebruiken.
[Intelligent auto]-modus
[Program AE]-modus
2
[Lensopeningspr.]-modus
[Sluiterprioriteit]-modus
[Handm. belicht.]-modus
[Klant]-modus
[Panorama-opname]-modus Neem panoramafoto’s op. (→75)
[Scènemode]Foto’s opnemen van diverse scènes. (→78)
[Creatieve opties]-modus
→
Foto’s opnemen met automatische
instellingen. (→25)
Foto’s opnemen met automatische
instellingen voor sluitertijd en
diafragmawaarde. (→23)
Diafragma instellen en vervolgens foto’s
opnemen. (→66)
Sluitertijd instellen en vervolgens foto’s
opnemen. (→67)
Diafragma en sluitertijd instellen en
vervolgens foto’s opnemen. (→68)
Foto’s opnemen met vooraf
geregistreerde instellingen. (→86)
Foto’s maken terwijl u het foto-effect
controleert. (→69)
(Vervolg op de volgende pagin)
- 21 -
VQT4P21
Basisbediening
Richt de camera en neem foto’s
■
Foto’s opnemen
Ontspanknop halverwege indrukken om
scherp te stellen
Ontspanknop indrukken en ingedrukt houden
om een foto op te nemen
■
Films opnemen
Filmknop indrukken om te gaan filmen
Filmknop nogmaals indrukken om te stoppen
met filmen
■
De camera vasthouden
3
AF-assistlampje
Flitser
Polsbandje
We raden u aan het bijgeleverde polsbandje te gebruiken om te voorkomen
●
dat u de camera laat vallen.
Bedieningsvolgorde
Filmknop
Microfoon
Ontspanknop
• Om te voorkomen dat de camera gaat trillen,
houdt u deze met beide handen vast, houdt
u uw armen strak langs uw lichaam en gaat u
met uw voeten iets uit elkaar staan.
• Raak de lens niet aan.
• Let bij het opnemen van filmbeelden op dat u
de microfoon niet blokkeert.
• Blokkeer de flitser of het lampje niet. Laat uw
onderwerp niet van dichtbij in de flits of het
lampje kijken.
• Zorg dat de camera niet beweegt op het
moment dat u op de ontspanknop drukt.
Beelden afspelen
Druk op de afspeelknop
Bekijk de beelden
Tijdens het afspelen van een film/panoramafoto
Pauzeren/afspelen
4
Vorige
Om naar de opnamemodus over te schakelen, drukt u opnieuw op de
●
afspeelknop of drukt u de ontspanknop half in tijdens het afspelen.
Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera om de camera uit
te schakelen
5
Volgende
Stoppen
- 22 -
Afspeelknop
VQT4P21
Basisbediening
Foto’s maken met uw eigen instellingen
Modus [Program AE]
De diafragmawaarde en de sluitertijd worden automatisch ingesteld voor opnemen.
In het menu [Opname] instellingen wijzigen en uw eigen opnameomgeving instellen.
Stel in op (modus [Program AE])
Maak een foto
(licht indrukken voor scherpstellen)
Als er een waarschuwing over beweging
●
verschijnt, gebruikt u [Stabilisatie], een statief,
of [Zelfontspanner].
Als diafragma en sluitertijd in rood worden
●
weergegeven, hebt u de belichting niet goed
ingesteld. Gebruik de flitser, verander de
instellingen voor [Gevoeligheid] of zet [Korte
sluitert.] op een kortere sluitertijd.
Half indrukken
(helemaal indrukken voor opname
- 23 -
Volledig indrukken
maken)
Diafragmawaarde
Bewegingswaarschuwing
Sluitertijd
VQT4P21
Basisbediening
Scherpstellen
Als [AF mode] is ingesteld op (Scherpstellen op 1 punt), stelt u scherp op het AFgebied in het midden van het beeld. Volg onderstaande stappen als het gewenste
onderwerp zich niet in het midden bevindt.
Stel eerst scherp op het onderwerp
Leg het AF-gebied
gelijk met het
onderwerp
Half ingedrukt
houden
Keer terug naar de gewenste compositie
Volledig indrukken
AF-gebied
Scherpstelaanduiding
( Goed scherpgesteld: brandt
Niet goed scherpgesteld: knippert)
AF-gebied
( Goed scherpgesteld: groen
Niet goed scherpgesteld: rood)
Onderwerpen/omgevingen waarbij
●
scherpstellen een probleem kan zijn:
• Snel bewegende of extreem lichte
voorwerpen of voorwerpen zonder
kleurcontrasten.
• Foto’s maken door een ruit of vlakbij
voorwerpen die licht uitstralen.
• In het donker, of als de camera erg
beweegt.
• Wanneer u te dicht bij het voorwerp
staat of wanneer u een foto maakt
waarop zowel veraf als dichtbij
gelegen voorwerpen staan.
De scherpstelaanduiding knippert en er klinkt een pieptoon
●
wanneer er niet goed is scherpgesteld.
Gebruik het in rood weergegeven scherpstelbereik ter referentie.
Ook al wordt de scherpstelaanduiding weergegeven, dan nog
kan de camera niet altijd goed scherpstellen, als uw onderwerp
buiten het scherpstelbereik valt.
Het weergegeven AF-gebied kan groter zijn, afhankelijk van de
●
opnameomstandigheden, zoals donkere locaties of zoomfactor.
- 24 -
Scherpstelaanduiding
Scherpstelbereik
VQT4P21
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische
instellingen Modus [Intelligent auto]
Deze modus wordt aanbevolen voor diegenen die direct willen fotograferen of voor
beginners. De camera optimaliseert de instellingen namelijk voor het onderwerp en de
opnameomgeving.
Stel in op (modus [Intelligent auto])
Maak een foto
Scherpstelaanduiding
( Goed scherpgesteld: brandt
Niet goed scherpgesteld: knippert)
(licht indrukken voor scherpstellen)
Flitsen
Druk op
Wanneer is geselecteerd, wordt de flitser automatisch ingesteld op de optimale
●
lichtsterkte (, , , ) voor de omstandigheden.
Wanneer of is geselecteerd, wordt de rode-ogenreductiefunctie geactiveerd.
●
Wanneer of is gekozen, wordt de sluitertijd verkort.
●
Half indrukken
om of te selecteren.
Volledig indrukken
(helemaal indrukken voor opname
maken)
- 25 -
VQT4P21
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Automatische scènedetectie
Gericht op uw onderwerp, leest de camera de scène af en maakt dan automatisch de
optimale instellingen.
Herkent mensen
Herkent baby
Herkent landschappen
Herkent nachtscènes en de mensen daarin
(alleen wanneer
Herkent nachtscènes
Herkent nachtscènes zonder gebruik van statief
Pictogram van de
herkende
scènefunctie
1
*
Wanneer baby’s of peuters (jonger dan 3 jaar) die zijn geregistreerd worden herkend door de
gezichtsherkenning.
2
*
We raden u aan gebruik te maken van een statief en de zelfontspanner.
3
*
Wanneer de [iHandh. nachtop.] op [ON] staat.
Afhankelijk van de opname-omstandigheden kunnen er verschillende scènefuncties
●
Herkent close-ups
Herkent zonsondergangen
Beoordeelt de beweging van het onderwerp (om onscherpe
foto’s te voorkomen) als de scène niet met een van de
bovenstaande overeenkomt
worden gebruikt voor hetzelfde onderwerp.
Als het gewenste scènetype niet wordt geselecteerd, kunt u het beste handmatig de
●
geschikte scènemodus selecteren.
Wanneer er , of is waargenomen, wordt de gezichtsdetectie ingeschakeld
●
en worden de scherpstelling en de belichting optimaal ingesteld voor de herkende
gezichten.
1
*
is geselecteerd)
2
2
*
*
3
*
■
Tegenlichtcompensatie
In de modus [Intelligent auto] wordt tegenlichtcompensatie automatisch geactiveerd.
Tegenlicht is een situatie waarin licht van achteren op een onderwerp schijnt.
Wanneer er sprake is van tegenlicht, lijkt het onderwerp donkerder en zal de camera
dit automatisch proberen te corrigeren door de helderheld van de foto te verhogen.
Wanneer de camera tegenlicht waarneemt, wordt weergegeven op het lcd-scherm.
(Afhankelijk van de tegenlichtomstandigheden wordt het tegenlicht mogelijk niet correct
gedetecteerd.)
De instelling Vrolijke kleuren
Wanneer [Kleurfunctie] (→104) wordt ingesteld op [Happy], worden beelden met fellere
kleuren opgenomen.
■
Instellingen
Druk op [MENU/SET]
Druk op om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [Kleurfunctie] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [Happy] te selecteren en druk op [MENU/SET]
- 26 -
VQT4P21
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
[Anti blur]
[Anti blur] kiest automatisch de optimale sluitertijd die het best past bij de bewegingen
van het onderwerp, om bewegingsonscherpte te voorkomen.
Deze is vooraf ingesteld op [ON] op dit apparaat.
■
Instellingen
Druk op [MENU/SET]
Druk op om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [Anti blur] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [ON] of [OFF] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Wanneer [Anti blur] staat ingesteld op [ON], verschijnt er op het scherm.
●
Het onderwerp kan worden opgenomen in een fotoresolutie die kleiner is dan het
●
aantal pixels (beeldpunten) dat u hebt ingesteld.
[iHandh. nachtop.]
Als er automatisch een nachtscène wordt herkend terwijl u de camera in de hand houdt,
kan [iHandh. nachtop.] een foto met minder beweging en minder storing opnemen door
een burst-reeks van beelden te combineren.
Deze is vooraf ingesteld op [ON] op dit apparaat.
■
Instellingen
Druk op [MENU/SET]
Druk op om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [iHandh. nachtop.] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [ON] of [OFF] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Wanneer de camera vast staat opgesteld op een statief of een andere manier, zal
●
[iHandh. nachtop.] niet herkend worden.
- 27 -
VQT4P21
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
[iHDR]
Als er bijvoorbeeld een groot contrast is tussen de achtergrond en het onderwerp, legt
[iHDR] meerdere foto’s met een verschillende belichting vast en combineert deze tot één
foto met een rijke gradatie.
Deze is vooraf ingesteld op [ON] op dit apparaat.
■
Instellingen
Druk op [MENU/SET]
Druk op om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [iHDR] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [ON] of [OFF] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Deze functie wordt alleen automatisch geactiveerd wanneer wordt weergegeven
●
op het lcd-scherm.
Als er van een burstopname één foto wordt gemaakt, verschijnt op het scherm
●
het bericht dat er meerdere beelden worden vastgelegd en wordt de burstopname
uitgevoerd. Er vindt geen burstopname plaats als de camera bepaalt dat het verschil
in contrast kan worden gecompenseerd zonder het beeld te creëren op basis van een
burstopname.
De camera combineert in de volgende gevallen geen beelden:
●
• Wanneer de zoomfactor groter is dan 20x keer
• In de [Burstfunctie]-modus
• Wanneer de flitser flitst.
Bij een samengesteld beeld na een burstopname kunnen er nabeelden verschijnen
●
als het onderwerp bewoog.
- 28 -
VQT4P21
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Tracking AF
Deze functie stelt de camera in staat om scherpgesteld te blijven op het onderwerp en
ook de belichting te corrigeren terwijl het onderwerp beweegt.
Druk op om [AF mode] in te stellen op Tracking AF
• Uitschakelen van de Tracking AF → Druk nogmaals op .
Plaats het Tracking AF kader over uw onderwerp en druk dan
op om het te vergrendelen
• Uitschakelen van de AF-vergrendeling → Druk op .
Tracking AF kader
AF-vergrendeling succesvol: geel
AF-vergrendeling mislukt: rood
De optimale scènemodus voor het AF-vergrendelde onderwerp wordt automatisch
●
herkend.
De gezichtsherkenning werkt niet tijdens het gebruik van de Tracking AF.
●
Onder bepaalde opname-omstandigheden, zoals wanneer het onderwerp te klein is of
●
de omgeving te donker, kan de [Tracking AF] niet goed werken.
- 29 -
VQT4P21
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Beperkingen [Intelligent auto]-modus
Alleen de menu-onderdelen die worden weergegeven in de modus [Intelligent auto]
kunnen worden ingesteld.
De instellingen die zijn gekozen in [Program AE] of andere modi zijn weerspiegeld voor
de niet weergegeven menu-onderdelen in het menu [Set-up].
De instellingen voor de volgende onderdelen zijn verschillend van de andere
●
opnamemodi:
[Fotoresolutie], [Burstfunctie] en [Kleurfunctie] in het [Opname]-menu, [Toon] in het
[Set-up]-menu
De instellingen voor de volgende functies staan vast:
●
[Set-up]-menu
• [Auto review]: [2SEC]
• [Richtlijnen]:
[Opname]-menu
• [Kwaliteit]:
• [Witbalans]: [AWB]
• [Quick AF]: [ON]
• [i. Exposure]: [ON]
• [AF ass. lamp]: [ON]
• [Stabilisatie]: [ON]
*
(Scherpstellen op 23 punten) als gezicht niet kan worden herkend