tijdens gebruik ................................... 159
- 4 -
VQT4P21
Page 5
Voordat u de camera gaat gebruiken
Voordat u de camera gaat gebruiken
■
Hanteren van de camera
Vrijwaar de camera tegen heftige trillingen, schokken of
zware druk.
Gebruik de camera niet onder de volgende
●
omstandigheden, die schade aan de lens, het lcd-scherm
of het camerahuis kunnen toebrengen. Dit kan ook leiden
tot storingen in de camera of mislukte opnamen.
• Laat de camera niet vallen of tegen een hard oppervlak
aan stoten
• Ga niet op de camera zitten als u deze in uw broekzak
heeft en zorg dat de camera niet in een volle tas wordt
gepropt
• Maak geen accessoires vast aan het camerariempje
• Zorg dat er geen druk wordt uitgeoefend op de lens of
het lcd-scherm
De camera is niet stofbestendig, spatbestendig of
waterbestendig.
Gebruik de camera niet op plaatsen met veel stof of
zand, of waar er water op de camera kan komen.
Gebruik de camera niet onder de volgende
●
omstandigheden, die het risico meebrengen dat er zand,
water of andere materialen in de camera kunnen komen
via de openingen rond de toetsen of de lens. Wees uiterst
voorzichtig hiermee, want dergelijke omstandigheden
kunnen de camera beschadigen, mogelijk zelfs
onherstelbaar.
• Plaatsen met erg veel stof of stuifzand
• In de regen of aan de waterkant, waar er water op de
camera kan spatten
■
Condensatie (wanneer de lens of het lcd-scherm beslaat)
Als de camera wordt blootgesteld aan plotselinge
●
wisselingen in temperatuur of vochtigheid, kan er vocht in
de camera condenseren. Mijd dergelijke omstandigheden,
want die kunnen de lens of het lcd-scherm bevuilen,
schimmelgroei veroorzaken of de camera beschadigen.
Als er vocht in de camera is gecondenseerd, schakelt u
●
het toestel uit en wacht u ongeveer twee uur voordat u
de camera weer gebruikt. Wanneer de camera eenmaal
op omgevingstemperatuur is gekomen, zal de condens
vanzelf verdwijnen.
- 5 -
VQT4P21
Page 6
Voordat u de camera gaat gebruiken
Voordat u de camera gaat gebruiken
■
Maak altijd eerst een proefopname
Vóór het gebruik van de camera bij belangrijke gebeurtenissen (zoals een
huwelijksvoltrekking e.d.) dient u altijd eerst een proefopname te maken, om te zien of
beeld en geluid naar behoren worden opgenomen.
■
Er wordt geen compensatie geboden voor verloren opnamen
Wij kunnen geen compensatie bieden voor gemiste kansen of opnamen die verloren
gaan door technische problemen met de camera of de kaart.
■
Neem zorgvuldig de auteursrechtwetten in acht
Ongeoorloofd gebruik van opnamen waarop auteursrechten gelden, voor andere
dan puur persoonlijke doeleinden, is verboden onder de wet op het auteursrecht.
Het opnemen van bepaalde materialen kan streng gereguleerd zijn, zelfs voor zuiver
persoonlijk gebruik.
■
Zie tevens de "Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik" (→159)
De werkelijke bedieningsfuncties en onderdelen, menu-items en andere informatie
●
voor uw digitale camera kunnen afwijken van die in de afbeeldingen en op de
schermen die in deze handleiding worden afgebeeld.
Opnamemoduspictogrammen
●
U kunt de vermelde menu's en functies selecteren en uitvoeren voor de opnamemodi
die in blauw worden weergegeven op illustraties op de modusknop naast de
paragraaftitels.
In het voorbeeld dat hier links wordt weergegeven, zijn dit de
volgende opnamemodi: , , , en .
*
en zullen verschillen, afhankelijk van de opnamemodi die zijn
geregistreerd onder aangepaste instellingen.
- 6 -
VQT4P21
Page 7
Voordat u de camera gaat gebruiken
Standaard-accessoires
Controleer of alle accessoires compleet bijgeleverd zijn, voordat u de camera in gebruik
neemt.
De accessoires en de vormgeving ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of
●
de regio waar de camera is aangeschaft.
Raadpleeg de beknopte gebruiksaanwijzing voor meer informatie over de accessoires.
De batterij wordt in de tekst aangeduid als batterij of accu.
●
SD-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart en SDXC-geheugenkaart worden in de tekst
●
als kaart aangeduid.
Verwijder de verpakking op de juiste manier.
●
Bewaar kleine onderdelen op een veilige plaats, buiten bereik van kinderen.
●
■
Optionele accessoires
• Kaarten zijn optioneel. U kunt beelden opnemen in of weergeven vanuit het
ingebouwde geheugen, wanneer u geen kaart gebruikt. (→17)
• Overleg met het verkooppunt of het dichtstbijzijnde servicecentrum als u de
bijgeleverde accessoires kwijtraakt.
(U kunt de accessoires los aanschaffen.)
- 7 -
VQT4P21
Page 8
Voordat u de camera gaat gebruiken
Namen en functies van hoofdonderdelen
Modusknop
Hiermee kiest u de opnamemodus.
Flitser (→59)
Indicator voor zelfontspanner (→63) /
AF-assistlampje
Lensbuis
Lens
(→104)
Microfoon (→22)
Zoomhendel (→56)
Hiermee kunt u inzoomen op een veraf onderwerp
om het groter in beeld te brengen.
Filmknop (→31)
Om te filmen.
[ON/OFF]-knop van de camera
Hiermee schakelt u de camera aan en uit.
Luidspreker
Statiefaansluiting
Sluit niet aan op een statief met een schroef
van 5,5 mm of langer. Hierdoor kan dit
apparaat beschadigd raken.
Ontspanknop (→23)
Hiermee kunt u scherpstellen en foto’s nemen.
Klepje voor kaart/batterij
(→11, 16)
Vrijgavehendel (→11, 16)
Klepje van DC coupler
De in deze handleiding afgebeelde illustraties en schermen kunnen afwijken van het
●
eigenlijke product.
- 8 -
VQT4P21
Page 9
Voordat u de camera gaat gebruiken
Cursorknop
Namen en functies van hoofdonderdelen
[EXPOSURE]-knop
Hiermee stelt u de sluitertijd of de diafragmawaarde in. (Alleen in de modus )
(→66, 67, 68)
Lcd-scherm
(→47)
Afspeelknop (→109)
Hiermee kiest u de opnamemodus of de
afspeelmodus.
Door de afspeelknop ingedrukt te houden
terwijl de camera uit is, kunt u de camera in de
afspeelmodus inschakelen.
[DISP.]-knop
Hiermee kunt u
de aanduidingen
omschakelen.
(→55)
Oplaadlampje
(→12)
[Q.MENU] / [ / ]-knop
In de opnamemodus: voor aangeven van het Quick-menu. (→44)
In de afspeelmodus: voor wissen van beelden. (→40)
Tijdens de menu-bediening: voor terugkeren naar het vorige scherm.
[MENU/SET]
• Hiermee opent u de menu’s,
kiest u de instellingen, enz. (→42)
Linkercursortoets ( )
• Zelfontspanner (→63)
Cursortoets omlaag ( )
• Macro-modus, enz. (→61)
We raden u aan het
bijgeleverde polsbandje
te gebruiken om te
voorkomen dat u de
camera laat vallen.
[HDMI]-aansluiting (→130)
[AV OUT/DIGITAL]aansluiting
(→12, 130, 139, 141)
Deze aansluitbus wordt ook
gebruikt bij het opladen van
de batterij.
In deze handleiding wordt de knop die wordt gebruikt, aangeduid met .
●
De in deze handleiding afgebeelde illustraties en schermen kunnen afwijken van het
●
eigenlijke product.
- 9 -
VQT4P21
Page 10
Voorbereidingen
Batterij opladen
Gebruik altijd de originele netadapter (bijgeleverd), USB-kabel (bijgeleverd) en batterij
voor deze camera.
• Laad de batterij altijd op voordat u de camera voor het eerst gebruikt! (batterij
ongeladen geleverd)
• Laad de batterij op terwijl deze in de camera zit.
CamerastatusOpladen
UitschakelenJa
Inschakelen
*
Alleen tijdens het afspelen werkt de camera op elektriciteit van het stopcontact via de USB-kabel
(bijgeleverd). (De batterij wordt niet opgeladen.)
Als de batterij niet in de camera is geplaatst, kunt u deze niet opladen en kan deze de
●
camera ook niet van stroom voorzien.
■
Batterijen die u in dit toestel kunt gebruiken
Er zijn op aantal plaatsen imitatiebatterijen aangetroffen die nauwelijks
van echt te onderscheiden zijn. Dergelijke imitatiebatterijen zijn veelal niet
voorzien van de interne beveiliging die nodig is voor een veilig gebruik. Een
dergelijke imitatiebatterij zou spontaan kunnen ontbranden of ontploffen.
Houd er rekening mee dat wij niet aansprakelijk kunnen worden gesteld voor
enig defect of ongeval dat voortvloeit uit het gebruik van een imitatiebatterij.
Voor een veilig gebruik van dit product is het sterk aanbevolen dat u gebruik
maakt van een authentieke Panasonic batterij.
Nee
*
- 10 -
VQT4P21
Page 11
Voorbereidingen
De batterij in de camera plaatsen
U laadt de batterij op door deze in de camera te plaatsen.
Batterij opladen
Schuif naar de positie
[OPEN] en open het klepje
voor kaart/batterij
Schuif de batterij helemaal in
de camera
• Zorg dat u de batterij in de juiste
richting in de camera plaatst.
• Steek de batterij helemaal in het
apparaat en controleer of de batterij
door de hendel wordt vergrendeld.
Sluit het klepje voor kaart/
batterij
• Schuif naar de positie [LOCK].
■
Verwijdering van de batterij
Beweeg de hendel in het kaart/
batterijcompartiment in de richting van de
pijl.
Vrijgavehendel
[OPEN] [LOCK]
Hendel
Gebruik altijd originele Panasonic batterijen.
●
Wanneer u andere batterijen gebruikt, kunnen we de kwaliteit van dit product niet
●
garanderen.
Verwijder na gebruik de batterij uit de camera.
●
Als u de batterij wilt verwijderen, schakelt u de camera uit en wacht u tot de indicator
●
LUMIX op het lcd-scherm uitgaat. (Als u niet wacht, kan de camera storingen
vertonen en kunnen de kaart of opgenomen gegevens beschadigd raken.)
- 11 -
VQT4P21
Page 12
Voorbereidingen
Batterij opladen
De batterij opladen
We raden u aan op te laden op een locatie waar de omgevingstemperatuur tussen 10 °C
en 30 °C ligt (hetzelfde geldt voor de batterijtemperatuur).
Zorg dat de camera uitgeschakeld is.
Netadapter
(bijgeleverd)
Leg de merktekens
(
gelijk met ) en steek de
stekker in de aansluiting.
Oplaadlampje
USB-kabel (bijgeleverd)
• Controleer altijd de richting van de pennen
en houd de stekker recht om deze aan te
sluiten of te verwijderen.
(Als de kamer in de verkeerde richting is
aangesloten, kunnen de pennen vervormd
raken en storingen veroorzaken.)
Computer
Voorbereiding:
Schakel de computer in.
■
De batterij opladen door de camera op het stopcontact aan te sluiten
Sluit de netadapter (bijgeleverd) en de camera aan met de USB-kabel (bijgeleverd) en
steek de netadapter (bijgeleverd) in het stopcontact.
■
De batterij opladen via de computer
Sluit een computer met de USB-kabel (bijgeleverd) op de camera aan.
Op sommige computers kan het niet mogelijk zijn de batterij op te laden, afhankelijk
●
van de specificaties van de computer.
Als de computer tijdens het opladen naar de stand hibernation gaat, kan het opladen
●
worden gestopt.
Als een notebookcomputer die niet op een stopcontact is aangesloten, op de camera
●
is aangesloten, zal de batterij van de notebookcomputer leeg raken. Laat de camera
en de notebook niet lange tijd op elkaar aangesloten.
Sluit de USB-kabel altijd aan op de USB-aansluiting op uw computer. Sluit de USB-
●
kabel niet aan op de USB-aansluiting van de monitor, het toetsenbord, de printer of de
USB-hub.
- 12 -
VQT4P21
Page 13
Voorbereidingen
Batterij opladen
■
Indicaties oplaadlampje
Aan: Opladen wordt uitgevoerd
Uit: Opladen stopt (nadat de batterij stopt met opladen, ontkoppelt u de camera van
het stopcontact of van uw computer.)
■
Opmerkingen over de oplaadtijd
Bij gebruik van de netadapter (bijgeleverd)
OplaadtijdOngeveer 210 min
• De aangeduide oplaadtijd hierboven is de tijd die nodig is voor het opladen wanneer
de batterij volledig is opgebruikt. De benodigde oplaadtijd verschilt, afhankelijk van
de omstandigheden van het batterijgebruik. De oplaadtijd is langer in gevallen waar
de temperaturen hoog of laag zijn en wanneer de batterij een lange periode niet is
gebruikt.
• De benodigde tijd voor het opladen via de computer varieert, afhankelijk van de
specificaties van de computer.
Gebruik geen andere USB-kabels dan de bijgeleverde kabel of een echte Panasonic
●
USB-kabel (optioneel). Wanneer u andere kabels dan de bovenstaande gebruikt, kan
dit een storing veroorzaken.
Gebruik geen andere netadapters behalve de bijgeleverde netadapter. Als u dat wel
●
doet, kan de camera storingen vertonen.
Gebruik geen USB-verlengkabel.
●
De netadapter (bijgeleverd) en de USB-kabel (bijgeleverd) zijn specifieke accessoires
●
van deze camera. Gebruik deze niet voor andere apparatuur.
Als er problemen zijn die te maken hebben met het stopcontact (d.w.z. stroomuitval),
●
wordt de batterij mogelijk niet volledig opgeladen. Maak de (bijgeleverde) USB-kabel
los en sluit deze weer aan op de camera.
Als het oplaadlampje niet gaat branden of knippert, zelfs als de camera op de juiste
●
manier op de netadapter (bijgeleverd) of op uw computer is aangesloten, is het
opladen in de pauzestand gezet omdat de temperatuur niet in het geschikte bereik
voor opladen ligt. Dit is geen storing. Sluit de USB-kabel (bijgeleverd) opnieuw aan en
probeer opnieuw op te laden op een plaats waar de omgevingstemperatuur 10 °C tot
en met 30 °C bedraagt (temperatuuromstandigheden gelden ook voor de batterij zelf).
- 13 -
VQT4P21
Page 14
Voorbereidingen
Resterende batterijcapaciteit (alleen bij gebruik van batterij)
(knippert rood)
Als het batterijsymbool rood knippert, dient u de batterij opnieuw op
te laden of te vervangen.
Batterij opladen
Resterend batterijvermogen
Wanneer u de camera gebruikt, wordt de resterende batterijcapaciteit weergegeven.
Richtlijnen voor aantal op te nemen beelden en beschikbare opnameduur
Het aantal op te nemen beelden of de beschikbare opnameduur kan variëren afhankelijk
van de omgeving en gebruiksomstandigheden. De aantallen kunnen minder zijn
als de flitser, de zoomfunctie e.d. veelvuldig gebruikt worden, of onder erg koude
omstandigheden.
■
Foto’s maken
Aantal op te nemen beeldenOngeveer 260 beelden
OpnameduurOngeveer 130 min
Opnameomstandigheden volgens de CIPA-norm
●
CIPA is een afkorting van [Camera & Imaging Products Association].
• [Program AE]-modus
• Temperatuur: 23 °C/Vochtigheid: 50%RH met
gebruik van lcd-scherm.
• Gebruik van een Panasonic SDgeheugenkaart (32 MB).
• Gebruik van de bijgeleverde batterij.
• Beginnen met opnemen 30 seconden nadat
de camera is ingeschakeld. (Wanneer de
functie voor optische beeldstabilisatie is
ingesteld op [ON].)
• Eén opname per 30 seconden met om en om
volledige flits.
• De zoomhendel van Tele naar Wide of
omgekeerd draaien bij elke opname.
• De camera elke 10 opnamen uitschakelen en
met rust laten totdat de temperatuur van de
batterij daalt.
Het aantal wordt lager als de intervallen langer worden – bijvoorbeeld tot ongeveer een
kwart voor intervallen van 2 minuten onder de hierboven vermelde omstandigheden.
Beschikbare opnameduurOngeveer 85 minOngeveer 85 min
Feitelijk beschikbare opnameduurOngeveer 40 minOngeveer 40 min
Opnameomstandigheden
●
• Temperatuur 23 °C, vochtigheidsgraad 50%RH (relatieve vochtigheid)
• De werkelijke tijd waarin u kunt opnemen wanneer u regelmatig de camera in- en uitschakelt,
begint en stopt met opnemen en de zoom gebruikt.
Resterende opnameduur voor doorlopend opnemen wordt op het scherm
●
aangegeven
• U kunt een film in [MP4] maximaal 29 minuten en 59 seconden continu opnemen,
ofwel ongeveer 4 GB. (Omdat er wanneer u opneemt in [MP4] met [FHD/25p] grotere
bestanden ontstaan, is de opnameduur voor dergelijke films korter dan 29 minuten en
59 seconden.)
• U kunt [AVCHD]-films maximaal 29 minuten en 59 seconden continu opnemen.
■
Beelden bekijken
Afspeeltijd Ongeveer 200 min
Het aantal op te nemen beelden of de beschikbare opnameduur kan variëren
●
afhankelijk van de omgeving en gebruiksomstandigheden.
Als de batterij aanzienlijk korter meegaat, is de batterij versleten. Koop dan een
●
nieuwe batterij.
- 15 -
VQT4P21
Page 16
Voorbereidingen
Insteken en verwijderen van een (optionele) kaart
• Zorg dat de camera uitgeschakeld is.
Schuif naar de positie
[OPEN] en open het klepje
voor kaart/batterij
Vrijgavehendel
Schuif de kaart helemaal in
de camera
• Controleer de richting: aansluitingen
naar LCD gericht
• Inschuiven tot de kaart vastklikt.
Sluit het klepje voor kaart/
batterij
• Schuif naar de positie [LOCK].
■
Verwijdering van de kaart
Druk op het midden van de kaart
[OPEN] [LOCK]
Raak de
aansluitingen
aan de
achterzijde
van de kaart
niet aan.
Indrukken
Naar buiten trekken
Houd de geheugenkaart buiten bereik van kinderen om te voorkomen dat ze deze
●
inslikken.
Als u de kaart wilt verwijderen, schakelt u de camera uit en wacht u tot de indicator
●
LUMIX op het lcd-scherm uitgaat. (Als u niet wacht, kan de camera storingen
vertonen en kunnen de kaart of opgenomen gegevens beschadigd raken.)
- 16 -
VQT4P21
Page 17
Voorbereidingen
Insteken en verwijderen van een (optionele) kaart
Bestemming voor het opslaan van beelden (kaarten en ingebouwd geheugen)
Foto’s worden opgeslagen op een kaart als er een kaart aanwezig is, of in het
ingebouwde geheugen
■
Ingebouwd geheugen (ongeveer 90 MB)
Beelden kunnen gekopieerd worden tussen kaarten en het ingebouwde
●
geheugen. (→129)
De toegangstijd voor het ingebouwde geheugen kan langer zijn dan de toegangstijd
●
voor een kaart.
■
Compatibele geheugenkaarten (optioneel)
De volgende op de SD-standaard gebaseerde kaarten (merk Panasonic aanbevolen)
KaarttypeCapaciteitOpmerkingen
SD-geheugenkaarten8 MB – 2 GB • Kunnen worden gebruikt met apparaten die
SDHC-geheugenkaarten 4 GB – 32 GB
SDXC-geheugenkaarten 48 GB, 64 GB
*
De SD-snelheidsklasse biedt een maatstaf voor de snelheid waarmee er naar de kaart
geschreven kan worden. Controleer de SD-snelheid aan de hand van het etiket op de kaart of de
bijbehorende documentatie.
als dat niet zo is.
compatibel zijn met de desbetreffende formaten.
• Alvorens u SDXC-geheugenkaarten gaat
gebruiken, controleert u of uw computer en andere
apparatuur geschikt is voor dit type kaart.
http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html
• Gebruik een kaart van "SD-snelheidsklasse 4"* of
hoger voor het opnemen van films.
• Alleen de kaarten die links met hun respectieve
capaciteiten staan vermeld, zijn geschikt.
(Bijvoorbeeld)
• Meest recente informatie: http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/
Terwijl de camera toegang heeft tot de kaart of het ingebouwde geheugen (voor
●
een bewerking zoals het schrijven, lezen, verwijderen of formatteren van beelden),
mag u de camera niet uitschakelen of de batterij, kaart, netadapter (bijgeleverd),
netadapter (optioneel) of DC coupler (optioneel) verwijderen. Zorg dat de camera
niet wordt blootgesteld aan trillingen, schokken of statische elektriciteit. Mogelijk is de
kaart of zijn de gegevens op de kaart beschadigd en werkt dit apparaat niet langer
naar behoren. Als de handeling is mislukt vanwege trillingen, schokken of statische
elektriciteit, voert u de handeling opnieuw uit.
Formatteer de kaart opnieuw met deze camera als die al eerder was
●
geformatteerd met een computer of ander apparaat. (→53)
Als het schrijfbeveiligingsschakelaar op “LOCK” is gezet, kunt u op de kaart
●
geen opnamen vastleggen of verwijderen en de kaart niet formatteren.
Wij raden u aan om belangrijke beelden over te kopiëren naar uw
●
computer (aangezien elektromagnetische storing, statische elektriciteit
of andere problemen schade aan uw gegevens kunnen toebrengen).
(Deze website is alleen in het Engels.)
- 17 -
Schakelaar
VQT4P21
Page 18
Voorbereidingen
Insteken en verwijderen van een (optionele) kaart
Richtlijnen voor opnamecapaciteit (aantal beelden/filmopnameduur)
Het aantal beelden dat u kunt opnemen en de opnameduur variëren met de capaciteit
van de kaart (naast de opname-omstandigheden en het type kaart).
Geschatte resterende capaciteit in aantal beelden of opnameduur
(druk de [DISP.]-knop in om de aanduiding om te schakelen)
Verschijnt als er geen kaart is geplaatst
(beelden worden in het ingebouwde geheugen opgeslagen)
■
Capaciteit voor het opnemen van beelden (foto’s)
[Fotoresolutie]
16M
5M
0.3M
• Wanneer het aantal op te nemen beelden meer dan 99.999 is, wordt er "+99999"
aangegeven.
■
Capaciteit opnameduur (films)
([h], [m] en [s] staan voor "uren", "minuten" en "seconden".)
Wanneer [Opname-indeling] [AVCHD] is
[Opn. kwaliteit]
[FHD/50i] / [HD/50p]–14m00s4h10m00s8h27m00s
Wanneer [Opname-indeling] [MP4] is
[Opn. kwaliteit]
[FHD/25p]–12m21s3h23m17s6h51m17s
[HD/25p]–23m36s6h28m06s13h05m11s
[VGA/25p]2m23s51m57s14h14m08s28h48m04s
• De tijd die in de tabel staat vermeld is de totale tijdsduur.
Ingebouwd
geheugen
1430049109880
326601062021490
51010240162960247150
Ingebouwd
geheugen
Ingebouwd
geheugen
2 GB32 GB64 GB
2 GB32 GB64 GB
2 GB32 GB64 GB
• U kunt een film in [MP4] maximaal 29 minuten en 59 seconden continu opnemen,
ofwel ongeveer 4 GB. (Omdat er wanneer u opneemt in [MP4] met [FHD/25p] grotere
bestanden ontstaan, is de opnameduur voor dergelijke films korter dan 29 minuten en
59 seconden.)
• U kunt [AVCHD]-films maximaal 29 minuten en 59 seconden continu opnemen.
- 18 -
VQT4P21
Page 19
Voorbereidingen
Instellen van de klok
Bij verzending van de camera is de klok niet ingesteld.
• Ontkoppel het apparaat van de netadapter (bijgeleverd).
Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera
De camera wordt ingeschakeld.
Als het taalkeuzescherm niet wordt weergegeven, gaat u naar stap .
Druk op [MENU/SET] terwijl het bericht wordt weergegeven
Druk op om de taal te selecteren en druk op [MENU/SET]
• Het bericht [Aub klok instellen] verschijnt.
Druk op [MENU/SET]
Druk op om de items (jaar, maand, dag, uur, minuten,
weergavevolgorde of tijdweergave-indeling) te selecteren en
druk op om deze in te stellen
• Annuleren → Druk op [ / ]-knop.
Druk op [MENU/SET] om in te stellen
Druk op [MENU/SET]
• Om terug te keren naar het vorige scherm, drukt u op de [ / ]-knop.
- 19 -
VQT4P21
Page 20
Voorbereidingen
Instellen van de klok
Wijzigen van de tijdsinstelling
Selecteer [Klokinst.] in het menu [Set-up] om de huidige tijdsinstellingen te wijzigen.
• Klokinstellingen worden ongeveer 3 maanden bewaard, zelfs als de batterij verwijderd
is. (Alleen als een volledig opgeladen batterij 24 uur van tevoren in het apparaat is
geplaatst.)
Kies [Klokinst.] uit het menu [Set-up] of het menu [Opname]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
Stel de datum en tijd in (Verricht de stappen - . (→19))
Als de klok niet is ingesteld, kan de juiste datum niet worden afgedrukt wanneer u een
●
fotostudio opdracht geeft de foto af te drukken of wanneer u de datum afdrukt op de
foto’s met [Datum afdr.] of [Tekst afdr.].
Als de klok is ingesteld, kan de juiste datum zelfs worden afgedrukt als de datum niet
●
op het scherm van de camera wordt weergegeven.
- 20 -
VQT4P21
Page 21
Basisbediening
Bedieningsvolgorde
Druk op de [ON/OFF]knop van de camera
om de camera in te
1
schakelen
Stel in op de gewenste opnamemodus
Stel de modusknop correct in op
de modus die u wilt gebruiken.
[Intelligent auto]-modus
[Program AE]-modus
2
[Lensopeningspr.]-modus
[Sluiterprioriteit]-modus
[Handm. belicht.]-modus
[Klant]-modus
[Panorama-opname]-modus Neem panoramafoto’s op. (→75)
[Scènemode]Foto’s opnemen van diverse scènes. (→78)
[Creatieve opties]-modus
→
Foto’s opnemen met automatische
instellingen. (→25)
Foto’s opnemen met automatische
instellingen voor sluitertijd en
diafragmawaarde. (→23)
Diafragma instellen en vervolgens foto’s
opnemen. (→66)
Sluitertijd instellen en vervolgens foto’s
opnemen. (→67)
Diafragma en sluitertijd instellen en
vervolgens foto’s opnemen. (→68)
Foto’s opnemen met vooraf
geregistreerde instellingen. (→86)
Foto’s maken terwijl u het foto-effect
controleert. (→69)
(Vervolg op de volgende pagin)
- 21 -
VQT4P21
Page 22
Basisbediening
Richt de camera en neem foto’s
■
Foto’s opnemen
Ontspanknop halverwege indrukken om
scherp te stellen
Ontspanknop indrukken en ingedrukt houden
om een foto op te nemen
■
Films opnemen
Filmknop indrukken om te gaan filmen
Filmknop nogmaals indrukken om te stoppen
met filmen
■
De camera vasthouden
3
AF-assistlampje
Flitser
Polsbandje
We raden u aan het bijgeleverde polsbandje te gebruiken om te voorkomen
●
dat u de camera laat vallen.
Bedieningsvolgorde
Filmknop
Microfoon
Ontspanknop
• Om te voorkomen dat de camera gaat trillen,
houdt u deze met beide handen vast, houdt
u uw armen strak langs uw lichaam en gaat u
met uw voeten iets uit elkaar staan.
• Raak de lens niet aan.
• Let bij het opnemen van filmbeelden op dat u
de microfoon niet blokkeert.
• Blokkeer de flitser of het lampje niet. Laat uw
onderwerp niet van dichtbij in de flits of het
lampje kijken.
• Zorg dat de camera niet beweegt op het
moment dat u op de ontspanknop drukt.
Beelden afspelen
Druk op de afspeelknop
Bekijk de beelden
Tijdens het afspelen van een film/panoramafoto
Pauzeren/afspelen
4
Vorige
Om naar de opnamemodus over te schakelen, drukt u opnieuw op de
●
afspeelknop of drukt u de ontspanknop half in tijdens het afspelen.
Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera om de camera uit
te schakelen
5
Volgende
Stoppen
- 22 -
Afspeelknop
VQT4P21
Page 23
Basisbediening
Foto’s maken met uw eigen instellingen
Modus [Program AE]
De diafragmawaarde en de sluitertijd worden automatisch ingesteld voor opnemen.
In het menu [Opname] instellingen wijzigen en uw eigen opnameomgeving instellen.
Stel in op (modus [Program AE])
Maak een foto
(licht indrukken voor scherpstellen)
Als er een waarschuwing over beweging
●
verschijnt, gebruikt u [Stabilisatie], een statief,
of [Zelfontspanner].
Als diafragma en sluitertijd in rood worden
●
weergegeven, hebt u de belichting niet goed
ingesteld. Gebruik de flitser, verander de
instellingen voor [Gevoeligheid] of zet [Korte
sluitert.] op een kortere sluitertijd.
Half indrukken
(helemaal indrukken voor opname
- 23 -
Volledig indrukken
maken)
Diafragmawaarde
Bewegingswaarschuwing
Sluitertijd
VQT4P21
Page 24
Basisbediening
Scherpstellen
Als [AF mode] is ingesteld op (Scherpstellen op 1 punt), stelt u scherp op het AFgebied in het midden van het beeld. Volg onderstaande stappen als het gewenste
onderwerp zich niet in het midden bevindt.
Stel eerst scherp op het onderwerp
Leg het AF-gebied
gelijk met het
onderwerp
Half ingedrukt
houden
Keer terug naar de gewenste compositie
Volledig indrukken
AF-gebied
Scherpstelaanduiding
( Goed scherpgesteld: brandt
Niet goed scherpgesteld: knippert)
AF-gebied
( Goed scherpgesteld: groen
Niet goed scherpgesteld: rood)
Onderwerpen/omgevingen waarbij
●
scherpstellen een probleem kan zijn:
• Snel bewegende of extreem lichte
voorwerpen of voorwerpen zonder
kleurcontrasten.
• Foto’s maken door een ruit of vlakbij
voorwerpen die licht uitstralen.
• In het donker, of als de camera erg
beweegt.
• Wanneer u te dicht bij het voorwerp
staat of wanneer u een foto maakt
waarop zowel veraf als dichtbij
gelegen voorwerpen staan.
De scherpstelaanduiding knippert en er klinkt een pieptoon
●
wanneer er niet goed is scherpgesteld.
Gebruik het in rood weergegeven scherpstelbereik ter referentie.
Ook al wordt de scherpstelaanduiding weergegeven, dan nog
kan de camera niet altijd goed scherpstellen, als uw onderwerp
buiten het scherpstelbereik valt.
Het weergegeven AF-gebied kan groter zijn, afhankelijk van de
●
opnameomstandigheden, zoals donkere locaties of zoomfactor.
- 24 -
Scherpstelaanduiding
Scherpstelbereik
VQT4P21
Page 25
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische
instellingen Modus [Intelligent auto]
Deze modus wordt aanbevolen voor diegenen die direct willen fotograferen of voor
beginners. De camera optimaliseert de instellingen namelijk voor het onderwerp en de
opnameomgeving.
Stel in op (modus [Intelligent auto])
Maak een foto
Scherpstelaanduiding
( Goed scherpgesteld: brandt
Niet goed scherpgesteld: knippert)
(licht indrukken voor scherpstellen)
Flitsen
Druk op
Wanneer is geselecteerd, wordt de flitser automatisch ingesteld op de optimale
●
lichtsterkte (, , , ) voor de omstandigheden.
Wanneer of is geselecteerd, wordt de rode-ogenreductiefunctie geactiveerd.
●
Wanneer of is gekozen, wordt de sluitertijd verkort.
●
Half indrukken
om of te selecteren.
Volledig indrukken
(helemaal indrukken voor opname
maken)
- 25 -
VQT4P21
Page 26
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Automatische scènedetectie
Gericht op uw onderwerp, leest de camera de scène af en maakt dan automatisch de
optimale instellingen.
Herkent mensen
Herkent baby
Herkent landschappen
Herkent nachtscènes en de mensen daarin
(alleen wanneer
Herkent nachtscènes
Herkent nachtscènes zonder gebruik van statief
Pictogram van de
herkende
scènefunctie
1
*
Wanneer baby’s of peuters (jonger dan 3 jaar) die zijn geregistreerd worden herkend door de
gezichtsherkenning.
2
*
We raden u aan gebruik te maken van een statief en de zelfontspanner.
3
*
Wanneer de [iHandh. nachtop.] op [ON] staat.
Afhankelijk van de opname-omstandigheden kunnen er verschillende scènefuncties
●
Herkent close-ups
Herkent zonsondergangen
Beoordeelt de beweging van het onderwerp (om onscherpe
foto’s te voorkomen) als de scène niet met een van de
bovenstaande overeenkomt
worden gebruikt voor hetzelfde onderwerp.
Als het gewenste scènetype niet wordt geselecteerd, kunt u het beste handmatig de
●
geschikte scènemodus selecteren.
Wanneer er , of is waargenomen, wordt de gezichtsdetectie ingeschakeld
●
en worden de scherpstelling en de belichting optimaal ingesteld voor de herkende
gezichten.
1
*
is geselecteerd)
2
2
*
*
3
*
■
Tegenlichtcompensatie
In de modus [Intelligent auto] wordt tegenlichtcompensatie automatisch geactiveerd.
Tegenlicht is een situatie waarin licht van achteren op een onderwerp schijnt.
Wanneer er sprake is van tegenlicht, lijkt het onderwerp donkerder en zal de camera
dit automatisch proberen te corrigeren door de helderheld van de foto te verhogen.
Wanneer de camera tegenlicht waarneemt, wordt weergegeven op het lcd-scherm.
(Afhankelijk van de tegenlichtomstandigheden wordt het tegenlicht mogelijk niet correct
gedetecteerd.)
De instelling Vrolijke kleuren
Wanneer [Kleurfunctie] (→104) wordt ingesteld op [Happy], worden beelden met fellere
kleuren opgenomen.
■
Instellingen
Druk op [MENU/SET]
Druk op om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [Kleurfunctie] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [Happy] te selecteren en druk op [MENU/SET]
- 26 -
VQT4P21
Page 27
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
[Anti blur]
[Anti blur] kiest automatisch de optimale sluitertijd die het best past bij de bewegingen
van het onderwerp, om bewegingsonscherpte te voorkomen.
Deze is vooraf ingesteld op [ON] op dit apparaat.
■
Instellingen
Druk op [MENU/SET]
Druk op om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [Anti blur] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [ON] of [OFF] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Wanneer [Anti blur] staat ingesteld op [ON], verschijnt er op het scherm.
●
Het onderwerp kan worden opgenomen in een fotoresolutie die kleiner is dan het
●
aantal pixels (beeldpunten) dat u hebt ingesteld.
[iHandh. nachtop.]
Als er automatisch een nachtscène wordt herkend terwijl u de camera in de hand houdt,
kan [iHandh. nachtop.] een foto met minder beweging en minder storing opnemen door
een burst-reeks van beelden te combineren.
Deze is vooraf ingesteld op [ON] op dit apparaat.
■
Instellingen
Druk op [MENU/SET]
Druk op om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [iHandh. nachtop.] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [ON] of [OFF] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Wanneer de camera vast staat opgesteld op een statief of een andere manier, zal
●
[iHandh. nachtop.] niet herkend worden.
- 27 -
VQT4P21
Page 28
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
[iHDR]
Als er bijvoorbeeld een groot contrast is tussen de achtergrond en het onderwerp, legt
[iHDR] meerdere foto’s met een verschillende belichting vast en combineert deze tot één
foto met een rijke gradatie.
Deze is vooraf ingesteld op [ON] op dit apparaat.
■
Instellingen
Druk op [MENU/SET]
Druk op om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [iHDR] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op om [ON] of [OFF] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Deze functie wordt alleen automatisch geactiveerd wanneer wordt weergegeven
●
op het lcd-scherm.
Als er van een burstopname één foto wordt gemaakt, verschijnt op het scherm
●
het bericht dat er meerdere beelden worden vastgelegd en wordt de burstopname
uitgevoerd. Er vindt geen burstopname plaats als de camera bepaalt dat het verschil
in contrast kan worden gecompenseerd zonder het beeld te creëren op basis van een
burstopname.
De camera combineert in de volgende gevallen geen beelden:
●
• Wanneer de zoomfactor groter is dan 20x keer
• In de [Burstfunctie]-modus
• Wanneer de flitser flitst.
Bij een samengesteld beeld na een burstopname kunnen er nabeelden verschijnen
●
als het onderwerp bewoog.
- 28 -
VQT4P21
Page 29
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Tracking AF
Deze functie stelt de camera in staat om scherpgesteld te blijven op het onderwerp en
ook de belichting te corrigeren terwijl het onderwerp beweegt.
Druk op om [AF mode] in te stellen op Tracking AF
• Uitschakelen van de Tracking AF → Druk nogmaals op .
Plaats het Tracking AF kader over uw onderwerp en druk dan
op om het te vergrendelen
• Uitschakelen van de AF-vergrendeling → Druk op .
Tracking AF kader
AF-vergrendeling succesvol: geel
AF-vergrendeling mislukt: rood
De optimale scènemodus voor het AF-vergrendelde onderwerp wordt automatisch
●
herkend.
De gezichtsherkenning werkt niet tijdens het gebruik van de Tracking AF.
●
Onder bepaalde opname-omstandigheden, zoals wanneer het onderwerp te klein is of
●
de omgeving te donker, kan de [Tracking AF] niet goed werken.
- 29 -
VQT4P21
Page 30
Basisbediening
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Beperkingen [Intelligent auto]-modus
Alleen de menu-onderdelen die worden weergegeven in de modus [Intelligent auto]
kunnen worden ingesteld.
De instellingen die zijn gekozen in [Program AE] of andere modi zijn weerspiegeld voor
de niet weergegeven menu-onderdelen in het menu [Set-up].
De instellingen voor de volgende onderdelen zijn verschillend van de andere
●
opnamemodi:
[Fotoresolutie], [Burstfunctie] en [Kleurfunctie] in het [Opname]-menu, [Toon] in het
[Set-up]-menu
De instellingen voor de volgende functies staan vast:
●
[Set-up]-menu
• [Auto review]: [2SEC]
• [Richtlijnen]:
[Opname]-menu
• [Kwaliteit]:
• [Witbalans]: [AWB]
• [Quick AF]: [ON]
• [i. Exposure]: [ON]
• [AF ass. lamp]: [ON]
• [Stabilisatie]: [ON]
*
(Scherpstellen op 23 punten) als gezicht niet kan worden herkend
microfoon niet blokkeert.
Na indrukken laat u de filmknop onmiddellijk weer los.
●
U kunt ook in- en uitzoomen als u films opneemt.
●
• De zoomsnelheid ligt lager dan normaal.
• Wanneer u in- en uitzoomt tijdens het opnemen van
films, kan het even duren om scherp te stellen.
• De bedieningsgeluiden van de zoomhendel kunnen
in sommige gevallen worden opgenomen.
Ook tijdens het filmen kunt u nog foto’s nemen. (→34)
●
Druk nogmaals op de filmknop om te stoppen met filmen
Verstreken
opnameduur
Resterende opnameduur
(ongeveer)
- 31 -
VQT4P21
Page 32
Basisbediening
Filmen van bewegende beelden
■
Opnameformaat voor het opnemen van films
Met dit apparaat kunt u films opnemen in AVCHD- of MP4-formaat.
AVCHD:
U kunt met dit formaat beelden met high-definition opnemen. Het is geschikt om te
kijken op een breedbeeld-tv of om op disc op te slaan.
MP4:
Dit is een eenvoudiger videoformaat dat het beste kan worden gebruikt wanneer u
veel moet bewerken of wanneer u video’s naar internet uploadt.
• U kunt een film alleen op het ingebouwde geheugen opnemen in [MP4] met de
instelling [VGA/25p].
■
Compatibiliteit van de opgenomen films
Films die zijn opgenomen in [AVCHD] of [MP4] kunnen worden afgespeeld met
een slechte beeld- of geluidskwaliteit of kunnen helemaal niet worden afgespeeld,
zelfs niet als ze worden afgespeeld met apparatuur die compatibel is met deze
formaten. Ook kan de opnamegegevens dan niet goed worden weergegeven.
Gebruik in dit geval dit apparaat.
• Zie voor meer informatie over MP4-compatibele apparaten de onderstaande
klantenservicewebsite.
http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/
(Deze website is alleen in het Engels.)
- 32 -
VQT4P21
Page 33
Basisbediening
Filmen van bewegende beelden
■
Films opnemen in
Hiermee neemt u een film op met uw voorkeursinstellingen.
• Diafragma en sluitertijd worden automatisch ingesteld.
■
Films opnemen in
De camera zal automatisch het soort scène aflezen voor het filmen van bewegende
beelden met optimale instellingen.
Geldt wanneer de scène niet overeenkomt
met enige van de rechts getoonde functies.
• Bij de modus worden de scherpstelling en de belichting aangepast aan het
waargenomen gezicht in het beeld.
• wordt gekozen voor scènes bij avond of nacht en op andere donkere plaatsen.
• Als de camera niet uw gewenste scènemodus selecteert, is het aanbevolen de juiste
modus handmatig te kiezen.
• De volgende menu-opties zijn instelbaar in het menu [Bewegend beeld]:
• [Opname-indeling] • [Opn. kwaliteit]
■
Filmen in andere opnamemodi
Zie voor nadere details de pagina’s over de betreffende opnamemodi.
De beschikbare opnametijd die op het scherm wordt weergegeven, neemt mogelijk
●
niet regelmatig af.
Als er herhaaldelijk gegevens worden opgenomen en gewist, kan de totale beschikbare
●
opnameduur op de SD-kaart teruglopen. Om dan de oorspronkelijke capaciteit te
herstellen, gebruikt u de camera om de SD-kaart te formatteren. Zorg echter eerst dat
u alle belangrijke gegevens overneemt op uw computer of een ander opslagmedium,
want bij het formatteren worden alle opgeslagen gegevens op de kaart gewist.
De optische beeldstabilisatie zal altijd werken, ongeacht de instellingen voordat u
●
begon met filmen.
De volgende functies kunnen niet worden ingesteld:
●
Extra optische zoom, flitser, [Gezicht herk.] en [Lcd roteren] voor verticale beelden.
Bij bepaalde geheugenkaarten kan het opnemen tussentijds stoppen.
●
Het opnamebereik kan bij films smaller worden in vergelijking met foto’s. Als de
●
beeldverhouding voor foto’s en films verschilt, kan bovendien de kijkhoek veranderen
wanneer u begint met het opnemen van een film. Het opneembare gebied wordt
weergegeven door instelling van [Video Opn.gebied] (→48) op [ON].
Als u na korte tijd stopt met het opnemen van een film wanneer u [Miniatuureffect] van
●
de [Creatieve opties]-modus gebruikt, kan de camera nog een tijdje verder gaan met
opnemen. Blijf de camera vasthouden totdat de opname klaar is.
Als de extra optische zoom wordt gebruikt voordat u op de filmknop drukt, komen
●
deze instellingen te vervallen en wijzigt het opnamegebied aanzienlijk.
Afhankelijk van de omgeving kan tijdens het opnemen van films het scherm even
●
zwart worden of kan ruis worden opgenomen als gevolg van statische elektriciteit,
elektromagnetische golven enzovoort.
Het is niet mogelijk films op te nemen in de volgende gevallen:
U kunt tussen het filmen door gewoon foto’s opnemen.
Druk tijdens het filmen de ontspanknop volledig in
• Foto’s worden opgenomen met een beeldverhoudingsinstelling van en een
[Fotoresolutie]-instelling van 3,5 M. (Max. 2 beelden)
• Het filmen gaat gewoon door.
• Er is een kans dat de sluiterklik van de ontspanknop in de film hoorbaar is.
• Wanneer u een foto opneemt tijdens in- of uitzoomen van de film, kan het zoomen
stoppen.
• Met [Miniatuureffect] in de modus [Creatieve opties] kunt u een foto maken
met een korte vertraging vanaf het moment dat de ontspanknop volledig wordt
ingedrukt.
Wanneer u de ontspanknop half indrukt tijdens het opnemen van een film, stelt de
●
camera automatisch opnieuw scherp op een onderwerp. Deze scherpstelbeweging
zal ook invloed hebben op uw filmopnamen. Als de film die u opneemt belangrijk is,
kunt u de ontspanknop beter direct helemaal indrukken voor het opnemen van een
foto. U kunt ook foto’s maken na afloop van de filmopname. (→37)
Wanneer u de ontspanknop halverwege indrukt, wordt de fotoresolutie en het aantal
●
op te nemen beelden getoond.
Het is niet mogelijk foto’s op te nemen in de volgende gevallen:
●
• Wanneer de [Opn. kwaliteit] staat ingesteld op [VGA/25p] in [MP4].
De flitser wordt ingesteld op [Gedwongen uit].
●
Aangezien de elektronische sluiter wordt gebruikt voor het opnemen, kunnen de
●
opgenomen beelden enige vervorming te zien geven.
- 34 -
VQT4P21
Page 35
Basisbediening
Uw beelden bekijken
Wanneer er een kaart in de camera aanwezig is, worden de beelden van de kaart
afgespeeld en zonder kaart ziet u de beelden van het ingebouwde geheugen.
Druk op de afspeelknop
• Door de afspeelknop ingedrukt te houden terwijl de camera uit is, kunt u de
camera in de afspeelmodus inschakelen.
Gebruik de cursorknop om een beeld te selecteren dat u
af wilt spelen
• Houd ingedrukt om snel vooruit/achteruit te bladeren.
Bekijk de beelden
Map-/bestandsnummer
Beeldnummer/Totaal aantal
beelden
• Om naar de opnamemodus over te schakelen, drukt u opnieuw op de afspeelknop
of drukt u de ontspanknop half in tijdens het afspelen.
U kunt sommige beelden die op de computer zijn bewerkt, niet op deze camera
●
bekijken.
Wanneer de camera naar de afspeelmodus wordt geschakeld, wordt de lensbuis na
●
ongeveer 15 seconden in de camerabehuizing ingetrokken.
Deze camera voldoet aan de DCF-normen (Design rule for Camera File system)
●
die zijn opgesteld door de Japan Electronics and Information Technology Industries
Association (JEITA) en aan het Exif (Exchangeable image file formaat). Bestanden
die niet voldoen aan DCF kunnen niet worden afgespeeld.
- 35 -
VQT4P21
Page 36
Basisbediening
Uw beelden bekijken
Filmbeelden bekijken
Dit apparaat is ontworpen om films af te spelen in de formaten AVCHD, MP4 en
QuickTime Motion JPEG.
Druk op de afspeelknop
Selecteer een beeld met het filmpictogram en druk op
Nu begint het afspelen.
Opnameduur voor films
Filmpictogram (verschilt afhankelijk van [Opname-indeling] en [Opn. kwaliteit])
• Als u de afgespeelde beelden beperkt met [Diashow] (→110) of [Afspelen filteren]
(→113), verschijnt er een selectiescherm. Gebruik de cursortoets om in te stellen op
[Video weergeven] en druk dan op [MENU/SET]
■
Bewerkingen tijdens het afspelen van films
: Pauzeren/afspelen
: Stoppen
: Snel terugspoelen (2 stappen*)
Beeld voor beeld terugspoelen (wanneer wordt gepauzeerd)
: Snel vooruitspoelen (2 stappen*)
Beeld voor beeld vooruitspoelen (wanneer wordt gepauzeerd)
*
Wanneer u weer op drukt, neemt de snelheid van het snel vooruit of achter afspelen toe.
• Als u op drukt tijdens snel vooruitspoelen of terugspoelen, wordt automatisch
teruggekeerd naar de normale afspeelsnelheid.
• U kunt het volume aanpassen met de zoomhendel.
Afspelen van films die zijn opgenomen met andere camera’s kan niet altijd goed
●
lukken.
Sommige informatie wordt niet weergegeven voor films die zijn opgenomen met
●
[AVCHD].
U kunt uw films bekijken op uw computer via het programma “PHOTOfunSTUDIO” op
●
de bijgeleverde cd-rom.
Films die zijn opgenomen met [Miniatuureffect] in [Creatieve opties]-modus kunnen op
●
ongeveer 8 keer de snelheid worden afgespeeld.
- 36 -
VQT4P21
Page 37
Basisbediening
Uw beelden bekijken
Overnemen van foto’s uit films
Scènes uit uw filmbeelden opslaan als foto’s.
Geef het beeld weer dat u als foto wilt vastleggen door een
film tijdens het afspelen te pauzeren
Druk op [MENU/SET]
• Er verschijnt een verzoek om bevestiging.
Kies [Ja] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET].
De beeldkwaliteit wordt iets minder, vanwege de [Opn. kwaliteit] instelling van de
●
oorspronkelijke film.
Het is niet altijd mogelijk foto’s te maken op basis van films die met een andere
●
camera zijn gemaakt.
[FHD/50i]
[HD/50p]
[FHD/25p]
[HD/25p]
[VGA/25p]0.3M4:3
2M16:9
- 37 -
VQT4P21
Page 38
Basisbediening
Inzoomen en bekijken "zoom afspelen"
Uw beelden bekijken
Naar
T draaien
• Telkens wanneer u de zoomhendel in de richting van de T-zijde beweegt, volgt een
sterkere vergroting in vier stappen: 2x, 4x, 8x en 16x. (De weergegeven beeldkwaliteit
wordt achtereenvolgens lager.)
• Uitzoomen → draai de knop in de richting van de W
• Zoompositie verplaatsen → Druk op
Zoom afspelen is niet mogelijk tijdens het afspelen van films.
●
Lijst van beelden bekijken "meerdere afspelen"
Naar
W draaien
• Beweeg de zoomhendel naar de W-zijde en u kunt in de volgende volgorde van
weergavemethode wisselen: scherm met 1 beeld (volledig scherm) → scherm met
12 beelden → scherm met 30 beelden → zoeken via kalender. (Draai de hendel naar T
om terug te keren.)
• Wanneer u met de cursortoets een beeld selecteert en op [MENU/SET] drukt op het
scherm met 12 of 30 beelden, wordt het geselecteerde beeld weergegeven op het
scherm met 1 beeld (volledig scherm).
Beelden gemarkeerd met [!] kunnen niet worden weergegeven.
●
Huidige zoomstand
Beeldnummer/Totaal aantal
Panoramafoto’s
Films
- 38 -
VQT4P21
Page 39
Basisbediening
Uw beelden bekijken
Beelden zoeken op de opnamedatum (zoeken via kalender)
Geselecteerde datum
Enkele
keren naar
W draaien
• Gebruik de cursortoets om de opnamedatum te kiezen en druk dan op [MENU/SET] om
de beelden voor de geselecteerde opnamedatum te selecteren. (→114)
- 39 -
VQT4P21
Page 40
Basisbediening
Beelden verwijderen
Beelden worden gewist van de kaart als er een kaart is geplaatst, of uit het ingebouwd
geheugen als er geen kaart is geplaatst. (Verwijderde beelden kunnen niet worden
teruggehaald.)
Druk op de [ / ]-knop om het weergegeven beeld te
verwijderen
• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Kies [Ja] met de cursortoets en druk
dan op [MENU/SET].
Schakel tijdens de verwijdering de stroom niet uit.
●
Beelden kunnen in de volgende gevallen niet worden verwijderd:
●
• Beveiligde beelden
• Wanneer de kaartvergrendeling in de positie “LOCK” staat.
• Beelden die niet voldoen aan de DCF-norm (→35)
- 40 -
VQT4P21
Page 41
Basisbediening
Beelden verwijderen
Meerdere beelden wissen (tot 50 tegelijk)/Wissen van alle beelden
Druk op [ / ] terwijl er een beeld wordt weergegeven
Gebruik om [Multi wissen]/[Alles wissen] te selecteren en
druk op [MENU/SET]
[Multi wissen]
●
Gebruik de cursortoets om een beeld te selecteren en druk dan op de [DISP.]-knop
• Annuleren → Druk nogmaals op de [DISP.]-knop.
• Uitvoeren → Druk op [MENU/SET].
Geselecteerd beeld
• U kunt [Alles wissen behalve Favoriet] in [Alles wissen] selecteren als er beelden
zijn die zijn ingesteld als [Favorieten] (→125).
• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Kies [Ja] met de cursortoets en druk
dan op [MENU/SET].
• Dit kan even duren, afhankelijk van het aantal beelden dat wordt verwijderd.
- 41 -
VQT4P21
Page 42
Basisbediening
Het menu instellen
Zie het onderstaande voorbeeld voor de menubediening.
Voorbeeld: Wijzigen van de [AF mode] in het menu [Opname] in de modus
[Program AE]
Druk op [MENU/SET]
Druk op om [Opname] en druk op
[MENU/SET]
Druk op om [AF mode] te selecteren en
druk op [MENU/SET]
: Pagina’s
(De pagina’s zijn ook te kiezen met de zoomhendel.)
: Menubeschrijving
: Menu-onderdelen
: Bedieningsgids
Druk op om een instelling te selecteren
en druk dan op [MENU/SET]
De gekozen instelling wordt vastgelegd.
• Annuleren → Druk op [ / ]-knop.
: Instellingen
: Gekozen instelling
Druk enkele malen op [ / ]-knop
Het menu wordt gesloten en het voorgaande scherm verschijnt weer.
De schermvoorbeelden in deze handleiding kunnen afwijken van de feitelijke
●
schermweergave of er kunnen bepaalde delen van de schermweergave ontbreken.
De menutypen en onderdelen die worden weergegeven kunnen per modus
●
verschillend zijn.
De instelmethoden variëren per menu-onderdeel.
●
In de opnamemodus kunt u het menu ook sluiten door de ontspanknop half in te
●
drukken. (Gaat naar de opnamemodus.)
- 42 -
VQT4P21
Page 43
Basisbediening
Menutype
In opnamemodus
●
In afspeelmodus
●
Het menu instellen
[Opname]-menu U kunt instellingen verrichten zoals tinten, gevoeligheid,
[Bewegend
beeld]-menu
[Set-up]-menuU kunt hier instellingen voor een eenvoudigere bediening van de
[Afspeelfunctie]menu
[Afspelen]-menu U kunt hier instellingen voor opgenomen beelden instellen,
Het volgende menu wordt ook weergegeven afhankelijk van de opnamemodus.
●
• In de scènemodus: menu [Scènemode] (→78)
• In de [Klant]-modus: [Klant]-menu (→87)
• In de [Creatieve opties]-modus: [Creatieve opties]-menu (→69)
beeldverhouding en fotoresolutie.
U kunt hier instellingen zoals opnamemethode en beeldkwaliteit
instellen.
camera instellen, zoals het instellen van de klok en het veranderen
van de pieptonen.
U kunt hier instellingen voor afspeelmethoden zoals [Diashow] en
[Afspelen filteren] instellen.
zoals instellingen voor het beveiligen van beelden, bijsnijden en
afdrukken.
- 43 -
VQT4P21
Page 44
Basisbediening
Het menu instellen
Gebruik van het Quick-menu
Tijdens het opnemen kunt u eenvoudig een aantal menu-onderdelen oproepen om die in
te stellen.
Druk op [Q.MENU]-knop
Druk op om een menu-onderdeel te kiezen
Druk op om de instellingen te selecteren
Druk op [MENU/SET]
Welke menu-onderdelen en instellingen er worden weergegeven verschilt afhankelijk
●
van de opnamemodus.
- 44 -
VQT4P21
Page 45
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
[Klokinst.], [Besparing] en [Auto review] zijn belangrijk voor de klokinstelling en de
batterijgebruiksduur. Controleer deze instellingen voordat u de camera gebruikt.
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
In de modus [Intelligent auto] worden alleen [Klokinst.], [Wereldtijd], [Toon] en [O.I.S.-
●
demo] ingesteld.
[Klokinst.]
De tijd- en datumnotatie en de weergave-indeling instellen. (→19)
[Wereldtijd]
Stel de plaatselijke tijd op uw reisbestemming in. (→94)
■
Instellingen
[Bestemming]: Stel de plaatselijke tijd op uw reisbestemming in.
[Home]: Stel de datum en tijd in uw woonplaats in.
[Reisdatum]
Leg het aantal dagen vast dat u al op reis bent. (→93)
■
Instellingen
[Reissetup]
[SET] (Registreer uw vertrekdatum en uw datum van terugkeer) / [OFF]
[Locatie]
[SET] (Voer de naam van de locatie in) / [OFF]
[Toon]
Pieptoon en geluiden van de ontspanner wijzigen of dempen.
■
Instellingen
[Toonniveau]
/ / : Laag / Hoog / Gedempt
[Pieptoon]
/ / : Pieptoon wijzigen.
[Shutter vol.]
/ / : Laag / Hoog / Gedempt
[Shutter toon]
/ / : Geluid van ontspanner wijzigen.
- 45 -
VQT4P21
Page 46
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[Luidsprekervolume]
Volume van het geluid van de luidsprekers aanpassen (7 niveaus).
Hiermee kunt u niet het volume van de tv-luidsprekers aanpassen wanneer de
●
camera op een tv is aangesloten.
[Geh voorkeursinst.]
Instellingen op de huidige camera registreren. (→86).
[Scherm]
Helderheid en kleur van het lcd-scherm aanpassen.
Druk op om de instelling te selecteren en druk op om deze aan te passen
Druk op [MENU/SET]
Sommige onderwerpen kunnen er anders uitzien dan in werkelijkheid, maar dit heeft
●
geen invloed op het opgenomen beeld.
Kan niet worden gebruikt om helderheid en contrast in te stellen wanneer [Gr.
●
kijkhoek] wordt geselecteerd onder [Helderheid scherm].
- 46 -
VQT4P21
Page 47
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[Helderheid scherm]
Het lcd-scherm beter zichtbaar maken.
■
Instellingen
[Auto power scherm]:
De helderheid wordt automatisch ingesteld, afhankelijk van de lichtsterkte rondom
de camera.
[Power scherm]:
Hiermee maakt u het scherm helderder dan normaal (voor buiten).
[Gr. kijkhoek]:
Maakt het scherm beter zichtbaar wanneer u beelden opneemt vanaf hoge
posities (is minder goed te zien vanaf de voorkant).
[OFF]
Kan [Auto power scherm] en [Gr. kijkhoek] niet selecteren in afspeelmodus.
●
[Power scherm] keert terug naar de gewone helderheid als u tijdens het opnemen
●
30 seconden lang geen bedieningshandeling verricht. (Druk op een willekeurige knop
om het scherm weer helderder te maken.)
[Gr. kijkhoek] wordt geannuleerd als de camera wordt uitgeschakeld.
●
Omdat op het beeld op het lcd-scherm de helderheid wordt benadrukt, kunnen
●
sommige onderwerpen er anders uitzien dan in werkelijkheid, maar dit is niet van
invloed op het gemaakte beeld.
De instelling [Helderheid scherm] verlaagt de gebruiksduur.
●
[Richtlijnen]
Weergave van opnamegegevens en type richtlijnen selecteren.
■
Instellingen
[Opname info.]
[ON] (Opnamegegevens weergeven met richtlijnen.)
[OFF]
[Patroon]
/ : Het patroon van richtlijnen wijzigen.
Wanneer de modus [Intelligent auto] is gekozen, wordt er alleen weergegeven.
●
Daarnaast kunnen ook de opnamegegevens en de richtlijnen niet tegelijk worden
getoond.
Kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
●
• [Panorama-opname]-modus
- 47 -
VQT4P21
Page 48
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[Histogram]
In het histogram ziet u de verdeling van helderheid
op de foto. Een piek rechts in de grafiek betekent
bijvoorbeeld dat er verschillende heldere gebieden
op de foto zijn (Richtlijn). Een piek in het midden
wijst op optimale helderheid (juiste belichting).
Dit kunt u gebruiken als vingerwijzing voor de
belichtingscompensatie e.d.
■
Instellingen: [ON] / [OFF]
Wanneer het histogram niet hetzelfde is dat als van het opgenomen beeld onder de
●
volgende omstandigheden, wordt het histogram in oranje weergegeven.
• Wanneer het hulpmiddel voor de handmatige belichting andere instellingen
aangeeft dan 0 EV in de modus [Handm. belicht.] of tijdens belichtingscompensatie
• Wanneer de flitser flitst
• Donkere locaties
Het histogram dat tijdens het opnemen wordt weergegeven, is alleen een referentie.
●
Het histogram dat tijdens het opnemen wordt weergegeven, kan anders zijn dan het
●
histogram dat tijdens het afspelen wordt weergegeven.
Het histogram is anders dan de histogrammen die worden weergegeven tijdens de
●
beeldbewerkingssoftware op een computer.
Het histogram wordt in de volgende gevallen niet weergegeven.
●
• Modus [Intelligent auto]
• Zoom afspelen
• Tijdens het opnemen van films
• Meerdere afspelen
• Wanneer de HDMI-minikabel is aangesloten
(Bijvoorbeeld)
Donker ← OK → Licht
[Video Opn.gebied]
Voor uw filmopnamen kunt u hieraan zien welk deel van het beeld zal worden
opgenomen.
■
Instellingen: [ON] / [OFF]
Het kader van het opnamegebied voor films dient slechts als richtlijn.
●
Bij gebruik van de extra optische zoom kan het kader voor het opnamegebied niet
●
altijd worden weergegeven, bij bepaalde zoomfactor.
Deze instelling wordt niet weergegeven met de modus [Intelligent auto].
●
[Zoomoverz.]
Onthoud de zoompositie wanneer u de camera uitschakelt.
■
Instellingen: [ON] / [OFF]
- 48 -
VQT4P21
Page 49
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[Besparing]
Schakel de camera uit of zorg dat het lcd-scherm donker wordt terwijl u de camera niet
gebruikt, om de batterij te sparen.
[Autom. uit]
De camera automatisch uitschakelen wanneer deze niet in gebruik is.
Bij gebruik van de netadapter (bijgeleverd), wanneer de camera op een computer/
printer is aangesloten, tijdens het opnemen/afspelen van films, tijdens diashows
De instellingen zijn vast ingesteld op [5MIN.] in de modus [Intelligent auto].
●
[Scherm power save]
Het lcd-scherm wordt donker om het stroomverbruik te beperken.
■
Instellingen: [ON] / [OFF]
Hiermee wordt de beeldkwaliteit van het lcd-scherm verminderd tijdens het
●
opnemen om het batterijverbruik te beperken (behalve voor het digitale
zoomgebied). Dit heeft echter geen gevolgen voor het opgenomen beeld.
De instelling in [Scherm mode] krijgt voorrang boven de instelling in [Scherm power
●
save] voor de helderheid van het lcd-scherm.
[Auto review]
Foto’s automatisch weergeven direct nadat u ze hebt gemaakt.
■
Instellingen
[1SEC] / [2SEC]: Geeft een vooraf ingestelde tijd het afspeelscherm weer en keert
[HOLD]: Het scherm van Auto review blijft zichtbaar totdat er een knop (anders dan de
[OFF]
[DISP.]-knop) wordt ingedrukt
De volgende gevallen staan vast ingesteld op de hieronder aangegeven instellingen.
●
• Modus [Intelligent auto]: [2SEC]
Geeft automatisch foto’s weer direct nadat ze zijn gemaakt met [Auto bracket] en
●
[Burstfunctie], ongeacht de instelling van [Auto review].
Films kunnen niet automatisch worden bekeken.
●
vervolgens automatisch terug naar het opnamescherm
- 49 -
VQT4P21
Page 50
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[Nr. resetten]
Nummers van fotobestanden resetten.
Het nummer van de map wordt bijgewerkt en bestanden worden genummerd vanaf
●
0001.
Aan de map kan een nummer tussen 100 en 999 worden toegekend.
●
De nummers kunnen niet worden teruggesteld wanneer het mapnummer 999 bereikt
wordt. In dat geval maakt u op uw computer een reservekopie van alle belangrijke
beelden en formatteert u het ingebouwde geheugen/de kaart (→53).
Het mapnummer terugzetten op 100:
●
Formatteer eerst het ingebouwde geheugen of de kaart en reset daarna de
bestandsnummers met [Nr. resetten]. Selecteer vervolgens [Ja] in het scherm voor
het resetten van de mapnummers.
De gegevens die zijn geregistreerde voor [Gezicht herk.] komen te vervallen wanneer
●
u de opname-instellingen terugstelt.
Als u de instelparameters terugzet op de beginwaarden, wordt ook het volgende
●
teruggezet.
De leeftijd in jaren/maanden en de namen in de scènemodi [Baby] en [Huisdier].
De mapnummers en de klokinstellingen worden niet teruggesteld.
●
Tijdens het resetten van de lensfunctie hoort u wellicht camerageluiden. Dit is
●
normaal.
[USB mode]
Communicatiemethode selecteren voor verbinding met een computer of printer via een
USB-kabel (bijgeleverd).
■
Instellingen
[Select. verbinding]: Selecteer [PC] of [PictBridge(PTP)] telkens wanneer u
[PictBridge(PTP)]: Selecteer dit voor aansluiten op een PictBridge-geschikte
[PC]: Selecteer dit bij verbinding met een computer.
verbinding maakt met een computer of een PictBridgegeschikte printer.
printer.
- 50 -
VQT4P21
Page 51
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[Output]
Wijzig de instellingen die u wilt gebruiken wanneer de camera is aangesloten op een TV
of ander apparaat.
■
Instellingen
[Video uit]
[NTSC] / [PAL]
[TV-aspect] (Deze instelling werkt als er een AV-kabel (optioneel) is aangesloten.)
/
[VIERA link]
Voor automatisch gekoppelde bediening met andere VIERA Link-compatibele apparaten
en bediening met een VIERA-afstandsbediening bij aansluiting met een HDMI-minikabel
(optioneel) (→132).
■
Instellingen
[ON]: Voor de bediening gebruikt u de afstandsbediening van het aangesloten VIERA
Link-compatibel apparaat.
(Niet alle functies zijn hiermee te bedienen.)
De werking van de toetsen op de camera zelf zal beperkt zijn.
[OFF]: Voor de bediening gebruikt u de toetsen op de camera zelf.
[3D-weergave]
Instellen hoe een 3D-foto wordt weergegeven.
■
Instellingen: [3D] / [2D]
Als u een beeld wilt weergeven als (conventioneel) 2D-beeld op een 3D-geschikte
●
televisie, stelt u dan in op [2D].
Dit menu-onderdeel werkt wanneer er een HDMI-minikabel (optioneel) is aangesloten.
●
Werkwijze voor het weergeven van een 3D-foto (→134).
●
- 51 -
VQT4P21
Page 52
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[Lcd roteren]
Staande foto’s automatisch draaien.
■
Instellingen
: Draaien en weergeven van zowel de beelden die op een tv-scherm worden
weergegeven als de beelden die op het lcd-scherm van de camera staand
worden weergegeven.
: Draaien en weergeven van alleen de beelden die op een tv-scherm staand
wordt weergegeven.
[OFF]
[Lcd roteren] is niet te gebruiken bij het afspelen van films.
●
Foto’s die zijn gemaakt met het lensoppervlak naar boven of naar beneden gericht, of
●
foto’s die op andere camera’s zijn gemaakt, draaien mogelijk niet.
Tijdens het afspelen van meerdere beelden kunnen beelden niet worden geroteerd.
●
Wordt alleen geroteerd weergegeven op een computer in een Exif-compatibele
●
omgeving (→35) (besturingssysteem, software).
[Versie disp.]
Controleert de firmwareversie van de camera of geeft software-informatie weer.
Als u op [MENU/SET] drukt tijdens weergave van de versie, verschijnt er software-
●
informatie, zoals bijvoorbeeld de licentie.
- 52 -
VQT4P21
Page 53
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[Formatteren]
Gebruik dit wanneer er [Fout int. geheugen] of [Storing geheugenkaart] verschijnt, of voor
het formatteren van het ingebouwde geheugen of de geheugenkaart.
Wanneer een kaart/het ingebouwd geheugen is geformatteerd, kunnen de
gegevens niet meer worden hersteld. Controleer de inhoud van de kaart/het
ingebouwd geheugen zorgvuldig voordat u het formatteren start.
Verwijder de kaarten als u het ingebouwde geheugen gaat formatteren.
●
(Bij gebruik van een geheugenkaart wordt alleen deze kaart geformatteerd: Als er
geen kaart is, wordt het ingebouwd geheugen geformatteerd.)
Formatteer kaarten altijd met deze camera.
●
Alle beveiligde beelden en andere beeldgegevens worden gewist.
●
Schakel de stroom niet uit en voer geen andere bewerkingen uit tijdens het
●
formatteren.
Het kan enkele minuten duren om het ingebouwde geheugen te formatteren.
●
Raadpleeg uw verkooppunt of de dichtstbijzijnde onderhoudsdienst als het
●
formatteren niet goed lukt.
[Taal]
Schermtaal wijzigen.
Hiermee stelt u de schermtaal in.
- 53 -
VQT4P21
Page 54
Basisbediening
Gebruik van het menu [Set-up]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[O.I.S.-demo]
De beweeglijkheid wordt in de grafiek weergegeven (schatting).
Hoeveelheid bewegingen
Hoeveelheid bewegingen na correctie
Tijdens de weergave van het demoscherm wordt de optische beeldstabilisatie elke
●
keer als op [MENU/SET] wordt gedrukt, AAN of UIT gezet.
- 54 -
VQT4P21
Page 55
Toepassing (opname)
Weergave informatie voor opname wijzigen
Druk op de [DISP.]-knop om de weergave te wijzigen
Stel [Histogram] in om een histogram weer te geven (→48)
2
*
Om terug te keren naar de "Opname-informatie" aanduiding, drukt u de ontspanknop halverwege
in.
3
*
Meer over [Richtlijnen] (→47)
Tijdens zoom afspelen, afspelen van bewegende beelden, diashow:
●
U kunt de weergave alleen in- en uitschakelen.
Bij het weergeven van menu’s, meerdere foto’s of de kalender:
●
U kunt de weergave niet wijzigen.
- 55 -
VQT4P21
Page 56
Toepassing (opname)
Zoom gebruiken
U kunt het gebied van een beeld dat u wilt opnemen, met de zoomfunctie aanpassen.
In-/uitzoomen
Groter
gebied
fotograferen
(groothoek)
Het
onderwerp
vergroten
(tele)
Wanneer de extra optische zoom
Voor de zoomsnelheid kunt u kiezen uit 2 niveaus, afhankelijk van de stand waarin u
●
de zoomhendel draait.
Stel scherp nadat u de zoominstelling hebt aangepast.
●
Raak de lensbuis tijdens het zoomen niet aan.
●
De zoomfactor en de zoombalk die op het scherm worden weergegeven, tonen
●
slechts een schatting.
U hoort wellicht een ratelend geluid en voelt de camera trillen als u de zoomhendel
●
gebruikt, maar dit is normaal.
is ingesteld
Optisch zoombereik
Zoombalk
Scherpstelbereik
Zoomfactor
Digitaal zoombereik
i.Zoombereik
- 56 -
VQT4P21
Page 57
Toepassing (opname)
Zoom gebruiken
Zoomwerking en gebruik
De zoomfactor verandert wanneer het aantal opnamepixels (beeldpunten) wordt
gewijzigd.
■
Optische zoom
Inzoomen tot 20x is mogelijk wanneer er beelden zonder worden geselecteerd via
[Fotoresolutie] in het menu [Opname]. (→96)
Optische zoom kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
●
• [Macro zoom]
• Scènemodus ([3D Foto Mode])
■
Extra optische zoom
Inzoomen tot 45x is mogelijk wanneer er beelden met zijn geselecteerd via
[Fotoresolutie] in het menu [Opname] (→96). EZ is de afkorting van "Extra optische
zoom".
Extra optische zoom kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
●
• [Macro zoom]
• Film
• Wanneer de instelling [Burstfunctie] op of is gezet
Om de zoomfactor nog verder te verhogen, kunt u de volgende zoomfuncties in
combinatie gebruiken.
■
[i.ZOOM]
Met de intelligente resolutietechnologie van de camera kunt u de zoomfactor tot
2x hoger maken dan de oorspronkelijke zoomfactor waarbij verslechtering van de
beeldkwaliteit wordt beperkt.
Stel de [I.resolutie] in het menu [Opname] in op [i.ZOOM]. (→103)
Wanneer [I.resolutie] is ingesteld op [i.ZOOM], wordt intelligente resolutietechnologie
●
op het beeld toegepast.
[i.ZOOM] functioneert in de volgende gevallen niet.
Viermaal (4x) verder inzoomen dan met de optische/extra optische zoom. Let wel: de
vergroting die de digitale zoom biedt, gaat ten koste van de beeldkwaliteit. Stel de
[Dig. zoom] in het menu [Opname] in op [ON]. (→103)
De digitale zoom is niet te gebruiken in de volgende gevallen:
●
• [Intelligent auto]-modus
• Wanneer de instelling [Burstfunctie] op of is gezet
Deze staat vast op [ON] wanneer de [Macro zoom] is ingeschakeld.
●
Wanneer [Dig. zoom] tegelijkertijd met [i.ZOOM] wordt gebruikt, kunt u de zoomfactor
●
slechts tot 2x verhogen.
- 58 -
VQT4P21
Page 59
Toepassing (opname)
Foto’s opnemen met een flitser
Druk op zodat er [Flitser] verschijnt
Gebruik de cursortoets om het gewenste type te kiezen en
druk dan op [MENU/SET]
Type, bewerkingenToepassingen
[Auto]
• Bekijkt automatisch of er moet worden geflitst
1
*
of niet
[Auto/rode-og]
• Bekijkt automatisch of er moet worden geflitst of
niet (met rode-ogenreductie)
[Flitser altijd aan]
• Altijd flitsen
[Lngz. sync./rode-og]
• Bekijkt automatisch of er moet worden geflitst of
niet (met rode-ogenreductie en lange sluitertijd
voor meer helderheid)
[Gedwongen uit]
1
*
Alleen in de -modus
2
*
Er wordt twee keer geflitst. Beweeg niet tot na de tweede flits. Het interval tussen de flitsen varieert,
afhankelijk van de helderheid van het onderwerp.
Als [Rode-ogencorr] in het menu [Opname] op [ON] is ingesteld, verandert het pictogram in
[
gecorrigeerd. (Alleen wanneer [AF mode] is ingesteld op
• Nooit flitsen
]/[], worden rode ogen automatisch waargenomen en worden de beeldgegevens
2
*
2
*
Normaal gebruik
Onderwerpen in een donkere
omgeving opnemen
Opnemen met achtergrondlicht of
onder felle lampen (bijvoorbeeld
tl-licht)
Onderwerpen opnemen tegen een
nachtlandschap (statief aanbevolen)
Plaatsen waar u niet mag flitsen
(Gezichtsdetectie))
■
Het beschikbare flitsbereik wanneer de instelling [Gevoeligheid] [AUTO] is
Max. W (groothoek) Ongeveer 0,6 m – 6,4 m
Max. T (tele)Ongeveer 1,0 m – 3,3 m
- 59 -
VQT4P21
Page 60
Toepassing (opname)
Foto’s opnemen met een flitser
■
Beschikbare typen in elke modus
(○: beschikbaar, –: niet beschikbaar, : standaardinstelling)
[Scènemode]
1
*
○○○○○
○
○○○○
–
○○○○○
–
○
–
○○○○○○○○○○○○
1
*
Stel in op , , of afhankelijk van het onderwerp en de helderheid.
• De flitser is niet te gebruiken bij het filmen of in de scènemodi , , , , ,
, en .
■
Sluitertijd voor elke flitsmodus
2
*
Afhankelijk van de instelling voor [Korte sluitert.].
3
*
Wanneer [Korte sluitert.] staat ingesteld op [AUTO] en er wordt beweging waargenomen wanneer
[Stabilisatie] wordt ingesteld op [ON], is de maximale sluitertijd 1/4 seconde. Varieert tevens in de
modus [Intelligent auto] en diverse scènemodi, enz.
Let op dat u het flitsvenster (→8) niet met uw vingers bedekt en kijk niet van
●
dichtbij in de flitser.
Gebruik de flitser niet vlakbij kwetsbare onderwerpen (de hitte/fel licht van de
flitser kan het onderwerp beschadigen).
Randen van foto’s kunnen iets donkerder worden als de flitser wordt gebruikt op korte
●
afstanden zonder dat de zoom wordt gebruikt (vlakbij de maximale instelling voor W groothoek). U kunt dit oplossen door enigszins in te zoomen.
Het effect van de rode-ogenreductie varieert, afhankelijk van het onderwerp, en wordt
●
beïnvloed door factoren zoals afstand tot het onderwerp, of het onderwerp tijdens
de voorflits naar de camera kijkt enzovoort. In sommige gevallen is het effect van de
rode-ogenreductie verwaarloosbaar.
Flitsinstellingen kunnen veranderen als u een andere opnamemodus kiest.
●
Als u een andere scènemodus kiest, worden de standaardflitsinstellingen hersteld.
●
Er kunnen geen foto’s worden gemaakt als deze symbolen knipperen (flitser wordt
●
opgeladen) (bijvoorbeeld ).
Als het licht van de flitser op een onderwerp onvoldoende is, kan noch de juiste
●
belichting noch de witbalans worden bereikt.
Het flitseffect kan in de volgende gevallen onvoldoende zijn:
●
• Lange sluitertijd
• is ingesteld
Het opladen van de flitser kan even duren als de batterij bijna leeg is, of als de flitser
●
enkele keren achter elkaar wordt gebruikt.
––––
1/60
3
*
1
- 1/2000
2
*
- 1/2000
–
–––
–
○
○○○○○
○
–––
○○○○○
–––––
- 60 -
VQT4P21
Page 61
Toepassing (opname)
Close-upfoto’s opnemen
Wanneer u het onderwerp van dichtbij beeldvullend wilt opnemen, kunt u door instellen
op [Macro-AF] () onderwerpen dichter benaderen dan bij het normale scherpstelbereik
(tot op 3 cm in de maximale groothoekstand W).
Druk op zodat er [Macro stand] verschijnt
Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Macro-AF] () en
druk dan op [MENU/SET]
■
Close-upfoto’s opnemen zonder erg dichtbij
uw onderwerp te komen (
functie)
"Tele-macro" werkt automatisch als u de zoomfactor
verhoogt tot 12 maal of meer terwijl [Macro-AF] is
ingesteld. Hiermee kunt u zelfs scherpstellen op een
aanduiding
Het is niet mopgelijk om de AF Macro modus in de volgende gevallen in te stellen.
●
• In alle Scène Modes, behalve [3D Foto Mode]
[Macro zoom] (Onderwerpen dichtbij vergroten)
Om uw onderwerp nog dichter te benaderen, kunt u instellen op [Macro zoom] zodat uw
onderwerp nog groter in beeld verschijnt dan bij de [Macro-AF].
onderwerp op 1 m afstand. ( verandert in )
"Tele-macro"
Druk op zodat er [Macro stand] verschijnt
Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Macro zoom] ()
en druk dan op [MENU/SET]
Regel de vergroting met de zoomhendel
Er is hierbij vast uitgezoomd naar de
TerugVergroten
Bij de [Macro zoom] wordt een sterkere vergroting bereikt, hetgeen een mindere beeldkwaliteit geeft.
●
Wanneer [Macro zoom] is ingesteld, werken de extra optische zoom of [i.ZOOM] niet.
●
Wanneer [Tracking AF] is ingesteld, wordt zoomen in de macrostand geannuleerd.
●
[Macro zoom] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
• Wanneer de instelling [Burstfunctie] op of is gezet
- 61 -
groothoekstand.
Het scherpstelbereik is 3 cm -
Vergroting (1x tot 3x)
.
VQT4P21
Page 62
Toepassing (opname)
Close-upfoto’s opnemen
Scherpstelbereik
Wanneer het onderwerp zich te dicht bij de camera bevindt, kan er niet goed op worden
scherpgesteld. De kortste opnameafstand is afhankelijk van de zoomfactor en de
instelling in de macro-opnamemodus.
■
Kortste opnameafstand
De kortste opnameafstand is de afstand van de voorkant van de lens tot het onderwerp.
Deze afstand verandert geleidelijk, afhankelijk van de zoomstand. Tijdens het zoomen
is de kortste opnameafstand gelijk aan die bij de modus OFF (2 m bij een optische
zoom-vergroting van 5x tot/met 7x), zelfs als [Macro stand] is ingesteld op [Macro-AF]
().
Zoom
Max. W (groothoek) 3 cm50 cm
Max. T (tele)1 m2 m
• Het scherpstelbereik wordt weergegeven wanneer u de zoom gebruikt enz.
Scherpstelbereik
[Macro stand]
OFF
Het kan even duren totdat onderwerpen op grote afstand scherp worden.
●
Het verdient aanbeveling een statief en de [Zelfontspanner] te gebruiken. Bovendien
●
wordt, wanneer u een onderwerp vlakbij de camera opneemt, aanbevolen [Flitser] op
[Gedwongen uit] te zetten.
Als u de camera beweegt nadat er is scherpgesteld, kunnen uw beelden onscherp
●
zijn wanneer uw onderwerp erg dicht bij de camera is, aangezien de scherptediepte
en dus het scherpstelbereik bijzonder gering is.
Langs de randen van het beeld kan de resolutie minder zijn.
●
- 62 -
VQT4P21
Page 63
Toepassing (opname)
Foto’s maken met de zelfontspanner
We raden u aan een statief te gebruiken. Deze optie is ook effectief om bewegingen te
voorkomen wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, door de zelfontspanner in te stellen
op 2 seconden.
Druk op zodat er [Zelfontspanner] verschijnt
Gebruik de cursortoets om de tijdsduur te kiezen en druk dan
op [MENU/SET]
Maak een foto
Druk de ontspanknop helemaal in om te beginnen met opnemen na de vooraf
ingestelde tijd.
Indicator voor zelfontspanner
(Knippert gedurende ingestelde
periode)
• Annuleren tijdens de bediening → Druk op [MENU/SET]
Er wordt automatisch scherpgesteld vlak voordat het opnemen begint als u de
●
ontspanknop hier volledig indrukt.
Nadat de indicator voor de zelfontspanner stopt met knipperen, kan het lampje weer
●
oplichten, nu als AF-assistlampje.
[Zelfontspanner] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
●
• Scènemodus ([Onder water])
• Bij het filmen
- 63 -
VQT4P21
Page 64
Toepassing (opname)
Foto’s opnemen met
belichtingscompensatie
Corrigeert de belichting wanneer een goede belichting niet mogelijk is (bij grote
verschillen tussen de helderheid van het object en de achtergrond enzovoort).
Druk op zodat er [Belichting] verschijnt
Gebruik de cursortoets om een waarde te kiezen en druk dan
op [MENU/SET]
• Als het beeld te donker is, regelt u de
belichting bij naar de "+" kant toe.
• Als het beeld te licht is, regelt u de belichting
bij naar de "-" kant toe.
• Na de belichtingscompensatie wordt de
compensatiewaarde (bijvoorbeeld )
in de linkerbenedenhoek van het scherm
weergegeven.
Afhankelijk van de helderheid is dit in sommige gevallen niet mogelijk.
●
De belichtingscompensatiewaarde die u instelt, blijft behouden, zelfs nadat de camera
●
is uitgeschakeld.
Kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
●
• Scènemodus ([Sterrenhemel])
- 64 -
VQT4P21
Page 65
Toepassing (opname)
Foto’s opnemen met belichtingscompensatie
Opnemen terwijl de belichting automatisch stapsgewijze verandert ([Auto bracket])
Er worden 3 opeenvolgende foto’s gemaakt en de belichting wordt automatisch
gewijzigd.
Na de belichtingscompensatie wordt de compensatiewaarde als standaard
ingesteld.
Druk enkele malen op zodat [Auto bracket] verschijnt
Gebruik de cursortoets om een compensatiebereik te
selecteren en druk op [MENU/SET]
• De eerste foto wordt genomen zonder
belichtingscompensatie, de tweede
foto wordt genomen met de belichting
Weergegeven
waarde na instelling
belichtingscompensatie
Kan niet worden gebruikt met de flitser.
●
Wanneer [Auto bracket] wordt ingesteld, wordt [Burstfunctie] uitgeschakeld.
●
Geannuleerd wanneer de stroom wordt uitgeschakeld.
●
[Auto bracket] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
• Scènemodi ([Nachtop. uit hand] [HDR] [Sterrenhemel] [3D Foto Mode])
• Filmopname
bijgeregeld in de "-" richting en de
derde wordt genomen met de belichting
bijgeregeld naar de "+" kant.
- 65 -
VQT4P21
Page 66
Toepassing (opname)
Het diafragma en de sluitertijd bepalen voor uw
opname
De modus [Lensopeningspr.]
Tijdens het opnemen kunt u het scherpstelbereik (de scherptediepte)
vaststellen in overeenstemming met uw opnamedoel.
De sluitertijd wordt automatisch aangepast aan de ingestelde
diafragmawaarde.
Stel de modusknop in op (modus [Lensopeningspr.])
Druk op de [EXPOSURE]-knop en kies met de cursortoets de
gewenste diafragmawaarde
• Wanneer de diafragmawaarde wordt
verhoogd, wordt de scherptediepte groter,
en is het beeld scherp van vlak voor de
camera tot op de achtergrond.
• Wanneer de diafragmawaarde wordt
Diafragmawaarde
Druk op de [EXPOSURE]-knop
■
Films opnemen in
• Diafragma en sluitertijd worden automatisch ingesteld.
verlaagd, wordt de scherptediepte kleiner
en kan de achtergrond wazig worden.
Wanneer het beeld te licht of te donker is of op andere wijze niet goed is belicht,
●
worden de diafragmawaarde en de sluitertijd in rood weergegeven.
De helderheid van het lcd-scherm kan afwijken van de feitelijk gemaakte foto.
●
De ondergrens van de sluitertijd verschilt, afhankelijk van de ISO-gevoeligheid.
●
- 66 -
VQT4P21
Page 67
Toepassing (opname)
Het diafragma en de sluitertijd bepalen voor uw opname
De modus [Sluiterprioriteit]
Tijdens het opnemen kunt u de sluitertijd zo regelen dat deze aan uw
opnamedoel voldoet.
Het diafragma wordt automatisch aangepast aan de ingestelde sluitertijd.
Stel de modusknop in op (modus [Sluiterprioriteit])
Druk op de [EXPOSURE]-knop en kies met de cursortoets de
gewenste sluitertijd
• Bij kortere sluitertijden lijken bewegende
onderwerpen stil te staan.
• Bij langere sluitertijden worden
bewegende onderwerpen trillend
weergegeven.
Sluitertijd
Druk op de [EXPOSURE]-knop
■
Films opnemen in
• Diafragma en sluitertijd worden automatisch ingesteld.
Wanneer het beeld te licht of te donker is of op andere wijze niet goed is belicht,
●
worden de diafragmawaarde en de sluitertijd in rood weergegeven.
De helderheid van het lcd-scherm kan afwijken van de feitelijk gemaakte foto.
●
De ondergrens van de sluitertijd verschilt, afhankelijk van de ISO-gevoeligheid.
●
- 67 -
VQT4P21
Page 68
Toepassing (opname)
Het diafragma en de sluitertijd bepalen voor uw opname
De modus [Handm. belicht.]
In deze opnamemodus kunt u elke willekeurige diafragmawaarde en sluitertijd
instellen wanneer u met de belichtingsregeling geen opname kunt maken bij
de gewenste belichting (licht/donker).
Stel de modusknop in op (modus [Handm. belicht.])
• Het hulpmiddel voor de handmatige belichting wordt weergegeven.
Druk op de [EXPOSURE]-knop en kies met de cursortoets de
gewenste diafragmawaarde en sluitertijd
Diafragmawaarde/sluitertijd
Druk op de [EXPOSURE]-knop
■
Films opnemen in
• Diafragma en sluitertijd worden automatisch ingesteld.
■
Hulpmiddel bij handmatige belichting (schatting)
Wanneer u de ontspanknop halverwege indrukt, verschijnt het hulpmiddel voor de
handmatige belichting.
Beelden worden met standaardhelderheid weergegeven.
Beelden worden helderder weergegeven. Gebruik voor de
standaardhelderheid een kortere sluitertijd of verhoog de
diafragmawaarde.
Beelden worden donkerder weergegeven. Gebruik voor de
standaardhelderheid een langere sluitertijd of verlaag de
diafragmawaarde.
Wanneer het beeld te licht of te donker is of op andere wijze niet goed is belicht,
●
worden de diafragmawaarde en de sluitertijd in rood weergegeven.
De helderheid van het lcd-scherm kan afwijken van de feitelijk gemaakte foto.
●
De ondergrens van de sluitertijd verschilt, afhankelijk van de ISO-gevoeligheid.
●
- 68 -
VQT4P21
Page 69
Toepassing (opname)
Foto’s maken met verschillende fotoeffecten [Creatieve opties]-modus
U kunt uw eigen instellingen selecteren uit diverse effecten en foto’s maken terwijl u deze
effecten op het lcd-scherm controleert.
Stel de modusknop in op
Druk op om het effect te selecteren en druk op
[MENU/SET]
• Wanneer u op de [DISP.]-knop drukt, wordt een
beschrijving van het geselecteerde effect weergegeven.
■
De geselecteerde beeldeffecten wijzigen (menu [Creatieve opties])
Druk op [MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om in te stellen op het menu [Creatieve opties] en druk dan
op [MENU/SET]
Druk op om een instelling te selecteren en druk dan op [MENU/SET]
■
Films opnemen in
Voor filmopnamen met de optimale instellingen voor de gekozen effecten.
• U kunt geen films opnemen met [Zachte focus] of [Sterfilter].
De flitser wordt ingesteld op [Gedwongen uit].
●
De weergave van een beeld dat een afspiegeling is van een geselecteerd effect in het
●
voorbeeld- of opnamescherm kan afwijken van de werkelijk opgenomen beelden.
Een instelling die was geselecteerd in de [Creatieve opties]-modus blijft zelfs bewaard
●
nadat de camera is uitgeschakeld.
De volgende instellingen van het menu [Opname] worden automatisch geregeld en
●
kunnen niet handmatig worden bijgesteld.
[Gevoeligheid], [Witbalans], [i. Exposure], [Korte sluitert.], [Kleurfunctie]
- 69 -
VQT4P21
Page 70
Toepassing (opname)
Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-modus
Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→69)
[Expressief]
Dit foto-effect creëert een foto in popartstijl waarbij de kleur wordt
versterkt.
[Retro]
Dit foto-effect creëert het zachte uiterlijk van een doffe foto.
[Overbelichting]
Dit foto-effect creëert een uiterlijk in helderdere en lichtere tinten voor
de hele foto.
[Donker]
Dit foto-effect creëert een donkerder somber uiterlijk voor de hele foto
om de lichte gedeelten te benadrukken.
- 70 -
VQT4P21
Page 71
Toepassing (opname)
Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-modus
Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→69)
[Sepia]
Dit foto-effect creëert een foto met sepiatint.
[Dynamisch zwart/wit]
Dit effect verhoogt het contrast voor indrukwekkende zwartwitopnamen.
[Expressieve indruk]
Geeft foto's een expressieve toon met sterkere contrasten.
[Hoge dynamiek]
Dit foto-effect creëert een foto met een helderheid die goed in balans
is voor de hele foto (van donkere naar lichte gebieden).
- 71 -
VQT4P21
Page 72
Toepassing (opname)
Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-modus
Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→69)
[Kruisproces]
Geeft foto's een bezielend kleureffect.
■
Kleur aanpassen
Gebruik de cursortoets om de kleur aan te passen en druk dan op
[MENU/SET]
Dit foto-effect creëert een foto die lijkt op foto’s die zijn gemaakt met
een speelgoedcamera met een verminderde hoeveelheid licht bij de
randen.
■
Kleur aanpassen
Gebruik de cursortoets om de kleur aan te passen en druk dan op
[MENU/SET]
• Instellingen: Oranjeachtige kleur
Geelachtige kleuren / Roodachtige kleuren
Blauwachtige kleuren
- 72 -
VQT4P21
Page 73
Toepassing (opname)
Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-modus
Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→69)
[Miniatuureffect]
Dit effect vervaagt de buitenranden van de foto om de indruk te
wekken van een kijkdoos.
Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag valt met een lichte
●
vertraging vergeleken met normale opnamen.
Een staande opname heeft geen invloed op het vage deel. (De linker- en rechterrand
●
worden vaag.)
Er wordt geen geluid opgenomen voor films.
●
Bij het opnemen van een film is de voltooide opname ongeveer 1/8de deel van de
●
daadwerkelijk opgenomen tijd. (Als u 8 minuten film opneemt, is de uiteindelijke
opnametijd van de film ongeveer 1 minuut.) De opnametijd die op de camera wordt
weergegeven, is ongeveer 8 keer zo lang dan de werkelijke tijd die nodig is voor
de opname. Wanneer de opnamemodus wordt gewijzigd, dient u de opnametijd te
controleren.
Als u te vroeg stopt bij het opnemen van een film, kan het zijn dat de camera nog
●
enige tijd doorgaat met opnemen. Houd de camera in positie totdat de opname wordt
stopgezet.
Wanneer u een foto maakt en een groot beeldformaat instelt, wordt het scherm even
●
donker nadat de foto is gemaakt. Dit komt echter door de signaalverwerking en is
geen defect.
- 73 -
VQT4P21
Page 74
Toepassing (opname)
Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-modus
Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→69)
[Zachte focus]
Dit effect vervaagt het hele beeld om een zachtere uitstraling te
creëren.
Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag
●
valt met een lichte vertraging vergeleken met normale opnamen.
Wanneer u een foto maakt en een groot beeldformaat instelt,
●
wordt het scherm even donker nadat de foto is gemaakt. Dit komt
echter door de signaalverwerking en is geen defect.
Hiermee kunt u geen films opnemen.
●
[Sterfilter]
Verandert lichtpunten in sterretjes.
Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag
●
valt met een lichte vertraging vergeleken met normale opnamen.
Wanneer u een foto maakt en een groot beeldformaat instelt,
●
wordt het scherm even donker nadat de foto is gemaakt. Dit komt
echter door de signaalverwerking en is geen defect.
Hiermee kunt u geen films opnemen.
●
[Kleuraccent]
Versterkt uw persoonlijke indruk door een kleur te accentueren en
andere te vervagen.
■
Kleur selecteren
Selecteer de kleur die moet worden behouden met het kader in
het midden van het scherm en druk op [MENU/SET]
Controleer het effect op het voorbeeldscherm en druk op [MENU/
SET]
• De volgende keer dat dit effect wordt gebruikt, wordt op het
voorbeeldscherm een beeld weergegeven met de instellingen
van de kleur die eerder is geselecteerd.
- Een kleur opnieuw selecteren: druk op de [DISP.]-knop
- Opnemen met de huidige instellingen: druk op [MENU/SET]
Bij sommige onderwerpen kan de geselecteerde kleur niet worden behouden.
●
- 74 -
VQT4P21
Page 75
Toepassing (opname)
Panoramafoto’s opnemen [Panorama-opname]-modus
U kunt eenvoudig een panoramafoto opnemen door de camera in de richting te schuiven
waarin u de opname wilt maken en automatisch de burst te combineren van de beelden
die u in die periode hebt opgenomen.
Stel de modusknop in op
Gebruik de cursortoets om de opnamerichting te kiezen en
druk dan op [MENU/SET] om die vast te leggen
Gebruik de cursortoets om het beeldeffect te selecteren en
druk op [MENU/SET]
• Gebruik dezelfde bewerkingen zoals in de modus
[Creatieve opties] om beeldeffecten toe te voegen. (U kunt
[Speelgoedcam.effect] of [Miniatuureffect] niet selecteren.)
Zie (→70 - 74) voor meer informatie over effecten.
• Selecteer [OFF] als u geen beeldeffecten wilt toevoegen.
Controleer de opnamerichting en druk op [MENU/SET]
Er verschijnt een horizontale of verticale richtlijn.
• Als u op drukt, keert u terug naar stap .
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen
(Vervolg op de volgende pagin)
- 75 -
VQT4P21
Page 76
Toepassing (opname)
Panoramafoto’s opnemen [Panorama-opname]-modus
Druk de ontspanknop volledig in en zwenk de camera in een
kleine cirkelbeweging in de geselecteerde richting om te
beginnen met opnemen
• Foto’s maken van links naar rechts
2 sec.
1 sec.
3 sec.
Opnamerichting en
voortgangsstatus
(bij benadering)
• Zwenk de camera zo dat u een volledig circuit aflegt in ongeveer 8 seconden
- Zwenk de camera op een constante snelheid.
- U kunt mogelijk geen foto’s maken als u de camera te snel of te langzaam
beweegt.
- Zwenk de camera in een kleine cirkelbeweging.
Druk de ontspanknop opnieuw volledig in om de opname te
beëindigen
• U kunt ook stoppen met opnemen door de camera niet meer te laten zwenken
terwijl u foto’s maakt.
■
Tips
• Zwenk de camera zo stabiel mogelijk in de opnamerichting.
Als de camera te veel beweegt, kunnen de
foto’s mogelijk niet worden gemaakt, of hebt u
uiteindelijk een smalle (kleine) panoramafoto.
Verschuif de camera naar een punt iets vóór het punt dat u wilt opnemen.
(Het laatste beeldje wordt echter niet tot het einde opgenomen.)
4 sec.
- 76 -
VQT4P21
Page 77
Toepassing (opname)
Panoramafoto’s opnemen [Panorama-opname]-modus
De zoom wordt vast ingesteld op de uiterste W-stand.
●
De scherpstelling, belichting en witbalans worden allemaal vast ingesteld op optimale
●
waarden voor het eerste beeld.
Als de scherpstelling of helderheid van volgende beelden die worden genomen als
deel van de panoramafoto, aanzienlijk afwijken van die van het eerste beeld, is de
scherpstelling en helderheid van de gehele panoramafoto (als alle beelden aan elkaar
zijn geplakt) mogelijk niet overal gelijk.
Wanneer u beeldeffecten toepast, wordt Witbalans vastgezet op [AWB].
●
De volgende functies staan vast ingesteld op de hieronder aangegeven instellingen.
●
[Stabilisatie]: [OFF] [Datum afdr.]: [OFF]
Aangezien er meerdere beelden aan elkaar worden geplakt om een panoramafoto te
●
maken, kunnen bepaalde onderwerpen vervormd zijn of kan de naad tussen de na
elkaar genomen, aan elkaar geplakte beelden, zichtbaar zijn.
Bij een panoramafoto varieert het aantal opnamepixels per horizontale en verticale
●
lijn, afhankelijk van de opnamerichting en het aantal aan elkaar geplakte beelden.
Het maximumaantal opnamepixels is als volgt:
• Liggend fotograferen: Ongeveer 8000×1080
• Staand fotograferen: Ongeveer 1440×8000
Panoramafoto’s kunnen niet worden gemaakt of foto’s kunnen mogelijk niet goed
●
worden opgenomen wanneer u foto’s maakt van de volgende onderwerpen of
wanneer u foto’s maakt in de volgende opnameomstandigheden:
• Onderwerpen die een continu monotoon oppervlak of patroon hebben (lucht, strand
enzovoort)
• Bewegende onderwerpen (persoon, huisdier, voertuig, golven of bloemen die
bewegen in de wind enzovoort)
• Onderwerpen waarvan de kleuren of patronen snel veranderen (zoals een beeld dat
op een display verschijnt)
• Donkere locaties
• Locaties met een knipperende lichtbron (tl-buis, kaarslicht enzovoort)
Wanneer dit wordt ingesteld op [Overbelichting], is het effect mogelijk moeilijk
●
zichtbaar, afhankelijk van de helderheid van het onderwerp.
Wanneer dit wordt ingesteld op [Expressieve indruk], kan het hechten zichtbaar
●
worden.
Terwijl u opneemt met [Zachte focus] of [Sterfilter], kunt u de effecten niet zien op het
●
lcd-scherm.
■
Panoramafoto’s afspelen
U kunt panoramafoto’s vergroten door de zoomhendel op dezelfde manier te bedienen
als bij andere foto’s. U kunt ook op drukken om automatisch door beelden te
bladeren, op dezelfde manier als wanneer u een film afspeelt (films afspelen (→36)).
• In tegenstelling tot het afspelen van films, kunt u niet snel vooruit of achteruit spoelen
door op of te drukken terwijl automatisch door de beelden wordt gebladerd. (U
kunt beeld voor beeld vooruit of achteruit spoelen terwijl het automatisch bladeren
wordt gepauzeerd.)
• Als u de afgespeelde beelden beperkt met [Diashow] (→110) of [Afspelen filteren]
(→113), verschijnt er een selectiescherm. Gebruik de cursortoets om in te stellen op
[Panorama afspelen] en druk dan op [MENU/SET].
- 77 -
VQT4P21
Page 78
Toepassing (opname)
Foto’s maken die zijn afgestemd op de
scène [Scènemode]
Met [Scènemode] kunt u foto’s maken met optimale instellingen voor specifieke scènes
(belichting, kleur enzovoort).
Stel de modusknop in op
Gebruik de cursortoets om de scènemodus te kiezen en druk
dan op [MENU/SET]
■
De geselecteerde scènemodus wijzigen (menu [Scènemode])
Druk op [MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om in te stellen op het menu [Scènemode] en druk dan op
[MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om de scènemodus te kiezen en druk dan op [MENU/SET]
■
Films opnemen in
Voor filmopnamen met de optimale instellingen voor de gekozen scène.
• U kunt geen films in [3D Foto Mode] opnemen.
• Sommige scènes worden omgeschakeld naar de volgende scènemodi:
Gekozen scènemodusScènemodus voor filmopname
[Baby]Portret-film
[Nachtportret], [Nachtl.schap], [Nachtop. uit hand],
[Sterrenhemel]
[Sport], [HDR], [Huisdier]Normale filmopname
Weinig-licht-film
Wanneer u een scènemodus kiest die niet geschikt is voor de feitelijke scène kan dit
●
de kleur van uw beelden beïnvloeden.
De volgende instellingen van het menu [Opname] worden automatisch geregeld en
●
kunnen niet handmatig worden bijgesteld.
[Gevoeligheid], [Meetfunctie], [i. Exposure], [Korte sluitert.], [I.resolutie],
[Kleurfunctie]
- 78 -
VQT4P21
Page 79
Toepassing (opname)
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode]
• Een scène selecteren (→78)
[Portret]
Verbetert de huidskleur van onderwerpen voor een gezonder uiterlijk in helder daglicht.
■
Tips
• Hoe verder wordt ingezoomd naar de T (tele) stand en hoe dichter u met de camera
bij uw onderwerp komt, des te geprononceerder zal het effect zijn.
[Gave huid]
Verzacht de kleuren van de huid in helder daglicht buiten (portretten vanaf de borst).
■
Tips
• Hoe verder wordt ingezoomd naar de T (tele) stand en hoe dichter u met de camera
bij uw onderwerp komt, des te geprononceerder zal het effect zijn.
[Landschap]
Heldere foto’s maken van brede onderwerpen op afstand.
- 79 -
VQT4P21
Page 80
Toepassing (opname)
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode]
• Een scène selecteren (→78)
[Sport]
Foto’s maken van scènes met snelle bewegingen, bijvoorbeeld sport.
■
Tips
• Ga op minstens 5 m afstand staan.
De sluitertijd kan langzamer worden, tot 1 seconde.
●
[Nachtportret]
Foto’s maken van mensen en nachtlandschappen met benadering van de werkelijke
helderheid.
■
Tips
• Gebruik de flitser.
• Het onderwerp mag niet bewegen.
• Statief en zelfontspanner aanbevolen.
De sluitertijd kan langzamer worden, tot 4 seconden.
●
Na het opnemen kan de sluiter dicht blijven (maximaal 4 seconden) om het signaal te
●
verwerken. Dit is geen storing.
[Nachtl.schap]
Heldere foto’s maken van nachtscènes.
■
Tips
• Statief en zelfontspanner aanbevolen.
De sluitertijd kan langzamer worden, tot 4 seconden.
●
Na het opnemen kan de sluiter dicht blijven (maximaal 4 seconden) om het signaal te
●
verwerken. Dit is geen storing.
- 80 -
VQT4P21
Page 81
Toepassing (opname)
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode]
• Een scène selecteren (→78)
[Nachtop. uit hand]
Maakt heldere foto’s van nachtscènes met minder beweging en minder ruis door een
burst-reeks van beelden te combineren.
■
Tips
• Ga op minstens 5 m afstand staan.
• Nadat de ontspanknop is ingedrukt, mag u de camera niet bewegen tijdens de burstopname.
Aangezien er een hele Burst aan foto’s wordt gecombineerd na het opnemen, kan het
●
even duren voordat u opnieuw een foto kunt maken.
[HDR]
De camera kan verschillende foto’s die zijn gemaakt met een verschillende belichting,
combineren tot één goed belichte foto met een rijke gradatie. U kunt het verlies van
gradaties in lichte en donkere gebieden beperken wanneer er bijvoorbeeld sprake is van
veel contrast tussen de achtergrond en het onderwerp.
■
Wat is HDR?
HDR staat voor High Dynamic Range en verwijst naar een techniek voor het uitdrukken
van een breed contrastbereik.
■
Tips
• Nadat de ontspanknop is ingedrukt, mag u de camera niet bewegen tijdens de burstopname.
Aangezien er een hele Burst aan foto’s wordt gecombineerd na het opnemen, kan het
●
even duren voordat u opnieuw een foto kunt maken.
Een onderwerp dat tijdens het opnemen in beweging was, kan als nabeeld worden
●
opgenomen.
Onder bepaalde opnameomstandigheden kan de camera één foto maken in plaats
●
van meerdere foto’s.
[Voedsel]
Natuurgetrouwe beelden opnemen van voedsel.
- 81 -
VQT4P21
Page 82
Toepassing (opname)
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode]
• Een scène selecteren (→78)
[Baby]
Hiermee neemt u beelden op van een baby met een gezonde huidskleur. Wanneer u de
flitser gebruikt, is het licht ervan zwakker dan gebruikelijk.
■
Voor opnemen van leeftijd en naam
[Baby1] en [Baby2] kunnen afzonderlijk worden ingesteld.
Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Leeftijd] of [Naam]
en druk dan op [MENU/SET]
Kies [SET] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
Stel de geboortedatum en de naam in
Leeftijd: Stel de verjaardag in met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
Naam: (Zie "Tekst invoeren": (→95))
Gebruik de cursortoets om [Exit] te selecteren en druk op
[MENU/SET]
■
Tips
• Zorg ervoor dat [Leeftijd] en [Naam] zijn ingesteld op [ON] voordat u de foto opneemt.
De leeftijdsnotatie wordt bepaald door de instelling voor [Taal].
●
De sluitertijd kan langzamer worden, tot 1 seconde.
●
U kunt de afdrukinstelling voor [Leeftijd] en [Naam] op uw computer maken met
●
"PHOTOfunSTUDIO", dat u vindt op de bijgeleverde cd-rom. Er kan ook tekst worden
afgedrukt in de foto, met behulp van [Tekst afdr.].
[Huisdier]
Vastleggen van de naam en de leeftijd van uw huisdier bij het opnemen van foto’s.
• Zie onder [Baby] voor andere tips en opmerkingen.
[Zonsonderg.]
Heldere beelden opnemen van scènes als zonsondergangen.
- 82 -
VQT4P21
Page 83
Toepassing (opname)
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode]
• Een scène selecteren (→78)
[H. gevoeligh.]
Voorkomt dat onderwerpen in donkere omgevingen binnen onscherp worden.
Kies de beeldverhouding en de fotoresolutie met de
cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
[Sterrenhemel]
Geeft de sterrenhemel en donkere onderwerpen een duidelijk uiterlijk.
Selecteer met de cursortoets een sluitertijd en druk
vervolgens op [MENU/SET]
■
Tips
• Statief en zelfontspanner aanbevolen.
Beweeg de camera niet totdat het aftellen is voltooid. Na het opnemen van het beeld
●
wordt het aftellen opnieuw weergegeven terwijl het signaal wordt verwerkt.
[Achter glas Mode]
De camera geeft prioriteit aan het scherpstellen op onderwerpen veraf. Het meest
geschikt voor het maken van foto’s zoals landschappen door het doorzichtige glas van
een trein/voertuig of gebouw.
Als er vlekken zoals stof of een weerspiegeling op het glas zitten, kan de camera in
●
plaats van op het onderwerp, scherpstellen op het glas.
De kleur van foto’s kan onnatuurlijk overkomen als gevolg van de kleur van het glas.
●
(U kunt de juiste kleur mogelijk reproduceren door de witbalans aan te passen.)
- 83 -
VQT4P21
Page 84
Toepassing (opname)
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode]
• Een scène selecteren (→78)
[Onder water]
Foto’s maken met natuurlijke kleuren die geschikt zijn voor een onderwaterscène.
■
Informatie over [Witbalans]
• U kunt kleuren afhankelijk van uw voorkeur aanpassen met "Verfijning witbalans"
(→98).
■
Tips
• Stel voor snel bewegende onderwerpen scherp op het AF-gebied en druk op (AFvergrendeling).
(Druk opnieuw op om op te heffen.)
[AF vergr.]
(vaste autofocus)
AF-gebied
• Als de zoom wordt gebruikt nadat de AF-vergrendeling is ingesteld, komt die AFvergrendeling te vervallen en zult u die opnieuw moeten instellen.
• De AF-vergrendeling kan niet worden ingesteld wanneer de [AF mode] staat ingesteld
op .
Gebruik altijd een onderwaterbehuizing (DMW-MCTZ35: optioneel).
●
Wanneer er onder water veel zwevende objecten zijn, stelt u de flitser in op .
●
- 84 -
VQT4P21
Page 85
Toepassing (opname)
Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode]
• Een scène selecteren (→78)
[3D Foto Mode]
Er worden continu foto’s gemaakt terwijl u de camera horizontaal beweegt en twee foto’s
die automatisch worden geselecteerd, worden samengevoegd tot één 3D-foto.
Om 3D-foto’s te bekijken hebt u een televisie nodig die 3D ondersteunt (Dit apparaat
speelt af in 2D). (→134)
Begin met opnemen en beweeg
de camera dan recht horizontaal
van links naar rechts
• Tijdens het opnemen verschijnt er een
aanwijzing op het scherm.
• Beweeg de camera ongeveer 10 cm
binnen ongeveer 4 seconden door de
richtlijn te volgen.
Tips voor het opnemen van foto’s
• Kies een stilstaand onderwerp voor uw foto.
• Maak uw foto buitenshuis of op een andere helder verlichte plaats op.
• Druk de ontspanknop halverwege in om scherp te stellen en de belichting te regelen,
druk daarna de ontspanknop helemaal in en beweeg de camera zijwaarts.
• Houd de camera zodanig dat uw onderwerp bij het begin van de opname ietwat
rechts van het midden op het scherm verschijnt. Zo kunt u het onderwerp tijdens de
opname gemakkelijker midden in beeld houden.
U kunt geen 3D-foto’s maken met de camera in verticale stand.
●
3D-foto’s worden gemaakt in MPO-formaat (3D).
●
De zoom wordt vast ingesteld op de uiterste W-stand.
●
De fotoresolutie wordt vast ingesteld op 2M .
●
De ISO-gevoeligheid wordt automatisch ingesteld. De ISO-gevoeligheid wordt echter
●
verhoogd om een snellere sluitertijd te verkrijgen.
Hiermee kunt u geen films opnemen.
●
[Stabilisatie] werkt niet.
●
Als zich één van de volgende opname-omstandigheden voordoet, kan het onmogelijk
●
blijken om beelden op te nemen. Of als er wel beelden worden opgenomen kan er
geen 3D-effect zijn, of kan het beeld vervormd worden.
• Wanneer het onderwerp te donker of juist te fel verlicht is
• Wanneer de helderheid van het onderwerp verandert
• Wanneer het onderwerp beweegt
• Wanneer u foto’s onder water maakt
• Wanneer het onderwerp onvoldoende contrast heeft
- 85 -
VQT4P21
Page 86
Toepassing (opname)
Uw eigen instellingen registreren en opnemen
Modus [Klant]
Als u uw favoriete opnamemodus, instellingen in het menu [Opname] enzovoort
registreert in [Geh voorkeursinst.] en de modusknop op / zet, kunt u snel naar
deze instellingen overschakelen.
[Geh voorkeursinst.]
U kunt maximaal 4 actuele camera-instellingen registreren.
Selecteer de opnamemodus die u wilt registreren en stel het
menu [Opname], het menu [Bewegend beeld], het menu
[Set-up] enzovoort in.
Kies [Geh voorkeursinst.] uit het menu [Set-up] (→46)
Gebruik de cursortoets om een stel voorkeursinstellingen
voor registratie te selecteren en druk dan op [MENU/SET]
• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Kies [Ja] met de cursortoets en druk
dan op [MENU/SET].
• De voorkeursinstellingen die zijn geregistreerd in [C1] kunnen worden gebruikt
met de
wordt gebruikt, wordt geregistreerd, omdat deze dan gewoon kan worden gebruikt
door de modusknop in te stellen.
• De voorkeursinstellingen die zijn geregistreerd in [C2-1], [C2-2] of [C2-3] kunnen
worden geselecteerd in de
aangepaste instellingen worden geregistreerd, dus selecteer er een die met uw
behoeften overeenkomt.
van de modusknop. Het is handig als de voorkeursinstelling die vaak
van de modusknop. Er kunnen maximaal 3
De zelfontspanner wordt niet opgeslagen in de voorkeursinstellingen.
●
Bepaalde menuopties worden niet opgeslagen, zoals [Klokinst.] en [Toon].
●
- 86 -
VQT4P21
Page 87
Toepassing (opname)
Uw eigen instellingen registreren en opnemen Modus [Klant]
[Klant]
De instellingen die in [Geh voorkeursinst.] zijn geregistreerd, kunnen snel
worden opgeroepen door de modusknop in te stellen op
Stel de modusknop in op / ([Klant]-modus)
• Wanneer deze is ingesteld op
→
U kunt fotograferen met de aangepaste instellingen die in de zijn geregistreerd.
• Wanneer deze is ingesteld op
→ Voer stap - uit
Selecteer de voorkeursinstelling met de cursortoets
• Gebruik en om de geregistreerde instellingen te bevestigen.
• Alleen de hoofdmenu-onderdelen worden weergegeven.
Druk op [MENU/SET] om de instellingen in te voeren
De camera schakelt over op de opnamemodus en de instellingen van de
geselecteerde voorkeursinstelling.
■
Bij wijziging van de menu-instellingen
Zelfs als de menu-instellingen tijdelijk worden gewijzigd wanneer [C1], [C2-1], [C2-2] of
[C2-3] wordt geselecteerd voor het gebruiken van de aangepaste set, blijven de
momenteel geregistreerde instellingen ongewijzigd.
Als u de momenteel geregistreerde instellingen wilt wijzigen, overschrijft u de
geregistreerde gegevens via [Geh voorkeursinst.] in het [Set-up]-menu.
/ .
■
Van de ene -voorkeursinstelling overgaan op een andere
-voorkeursinstelling (menu [Klant])
Druk op [MENU/SET]
Selecteer het menu [Klant] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met een voorkeursinstelling en druk op [MENU/SET]
■
Filmen in /
Hiermee neemt u films op in de geregistreerde opnamemodus.
- 87 -
VQT4P21
Page 88
Toepassing (opname)
Burst-functie
Er kan een hele Burst foto’s worden gemaakt terwijl u de ontspanknop ingedrukt houdt.
Kies [Burstfunctie] uit het menu [Opname] (→42)
Gebruik de cursortoets om de Burst-instelling te kiezen en
druk dan op [MENU/SET]
Instelling
2
*
([Hi-speed
burst])
2
*
([Flitsburst])
[OFF]—De Burst-functie wordt uitgeschakeld.—
1
*
Het aantal beelden dat wordt vastgelegd bij een burstopname wordt beperkt door de
omstandigheden waaronder de beelden worden genomen en het type en/of de status van de
gebruikte kaart.
2
*
Alleen in de modi [Program AE], [Lensopeningspr.] en [Sluiterprioriteit]
SnelheidBeschrijving
Ongeveer
2 beelden/sec.
Ongeveer
5 beelden/sec.
Voldoet aan de
opnameomstandigheden
Voldoet aan de
opnameomstandigheden
• Er wordt scherpgesteld op het onderwerp, voor
zover dit mogelijk is bij de gekozen Burstsnelheid. De foto’s worden gemaakt met de
Burst-functie terwijl de belichting en witbalans
worden geregeld.
• De Burst-snelheid kan wat minder zijn onder
bepaalde opname-omstandigheden.
Snelheid: Ongeveer 10 beelden/sec.
• Opmerking over de beschikbare fotoresolutieinstellingen (→89).
• Het aantal burstopnamebeelden kan
toenemen wanneer u een kaart met een hoge
schrijfsnelheid gebruikt of wanneer de kaart
geformatteerd is.
• De scherpstelling, zoom, belichting, witbalans,
sluitertijd en ISO-gevoeligheid zijn allemaal
vastgezet op de instellingen voor het eerste
beeld.
•
De burst van foto’s kan zelfs bij weinig licht
worden gemaakt, omdat de flitser wordt
gebruikt.
• De scherpstelling, belichting en het flitsniveau
worden allemaal vastgezet op de instellingen
van de eerste foto.
• Opmerking over de beschikbare fotoresolutieinstellingen (→89).
Aantal
beelden
100
100
5
1
*
1
*
- 88 -
VQT4P21
Page 89
Toepassing (opname)
■
Opmerking over de beschikbare fotoresolutie-instellingen
Burst-functie
[Aspectratio]
4:33M
3:22.5M
16:92M
1:12.5M
Als er verandering komt in de helderheid van het onderwerp, kunnen de tweede en
●
volgende beelden lichter of donkerder worden bij gebruik van de Burst-functie in de
instelling .
De Burst-snelheid kan minder worden als de sluitertijd langer wordt in een donkere
●
omgeving.
[Auto bracket] wordt uitgeschakeld.
●
De flitser wordt ingesteld op [Gedwongen uit]. (Behalve )
●
De instellingen worden in het geheugen opgeslagen, zelfs als de camera wordt
●
uitgeschakeld.
De burstfunctie kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
• Scènemodi ([Nachtop. uit hand] [HDR] [Sterrenhemel] [3D Foto Mode])
Wanneer [Zelfontspanner] is ingesteld, worden er 3 foto’s gemaakt.
●
(Als is ingesteld, worden er 5 foto’s gemaakt.)
De opslag van foto’s die zijn gemaakt met de Burst-functie kan enige tijd vergen. Als
●
u doorgaat met opnemen tijdens het opslaan, kan het aantal beelden dat kan worden
vastgelegd bij een burstopname worden beperkt.
U kunt de zoomfunctie niet gebruiken tijdens burstopnamen.
●
- 89 -
VQT4P21
Page 90
Toepassing (opname)
Opnemen met de
gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.]
De oorspronkelijke instelling voor [Gezicht herk.] is [OFF].
Wanneer u beelden met gezichten registreert, verandert de instelling automatisch in [ON].
■
Hoe de gezichtsherkenningsfunctie werkt
Tijdens het opnemen
(Wanneer [AF mode] is (Gezichtsdetectie))
• De camera herkent een geregistreerd gezicht en past de
scherpstelling en belichting daaraan aan.
•
Wanneer geregistreerde gezichten waarvoor namen zijn ingesteld, worden
herkend, worden de namen weergegeven (maximaal 3 personen).
Tijdens het afspelen
• De naam en de leeftijd worden weergegeven (als de informatie is
geregistreerd).
•
De naam die is ingesteld voor de herkende gezichten, wordt weergegeven (maximaal 3 personen).
•
Alleen beelden van de geselecteerde geregistreerde personen worden afgespeeld ([Categorieselectie]).
■
Opnametips voor het registreren van gezichtsfoto’s
•
Zorg dat de persoon zijn ogen open en zijn mond dicht heeft; laat de persoon rechtstreeks in de camera
kijken en zorg dat de contouren van het gezicht, de ogen en de wenkbrauwen niet door haren zijn bedekt.
•
Zorg dat er geen zware schaduwen op het gezicht vallen. (Tijdens de registratie wordt de flitser niet gebruikt.)
■
Als de camera tijdens het opnemen problemen lijkt te hebben met
gezichtsherkenning
• Registreer extra beelden van het gezicht van dezelfde persoon, binnen en buiten of met
verschillende uitdrukkingen of vanuit verschillende hoeken.
• Registreer extra beelden op de plaats waar u de opnamen maakt.
•
Als een geregistreerd persoon niet langer wordt herkend, dient u die persoon opnieuw te registreren.
Wanneer burst wordt gebruikt, worden de opnamegegevens met betrekking tot
●
gezichtsherkenning alleen op de eerste foto gezet.
Als u de ontspanknop half indrukt en de camera vervolgens op een ander onderwerp
●
richt en een opname maakt, kunnen er opnamegegevens voor een andere persoon
op de foto worden gezet.
Gezichtsherkenning werkt niet in de volgende gevallen:
• Scènemodi ([Nachtl.schap] [Nachtop. uit hand] [Voedsel] [Sterrenhemel]
[Onder water] [3D Foto Mode])
• Filmopname
Bij gezichtsherkenning wordt naar gezichten gezocht die lijken op de gezichten die
●
zijn geregistreerd, maar er is geen garantie dat deze gezichten altijd worden herkend.
In sommige gevallen herkent de camera zelfs geregistreerde personen niet of onjuist,
afhankelijk van de uitdrukking van de personen of de omgeving.
Zelfs als er gezichtsherkenningsinformatie is geregistreerd, worden beelden die zijn opgenomen
●
wanneer de naam [OFF] is, niet gesorteerd voor gezichtsherkenning in [Categorieselectie].
Zelfs als de gezichtsherkenningsinformatie is gewijzigd, wordt de
●
gezichtsherkenningsinformatie voor eerder gemaakte foto’s niet gewijzigd.
Als er bijvoorbeeld een naam wordt gewijzigd, worden foto’s die zijn gemaakt voor de
wijziging, niet gesorteerd voor gezichtsherkenning in [Categorieselectie].
Als u naamgegevens wilt wijzigen voor beelden die al zijn opgenomen, dient u dit te
●
doen met [REPLACE] (→128) in [Gez.herk. bew.].
- 90 -
VQT4P21
Page 91
Toepassing (opname)
Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.]
Gezichtsfoto’s registreren
Er kunnen gezichtsfoto’s van maximaal 6 personen worden geregistreerd, samen met
informatie als de naam en de geboortedatum.
U kunt de gezichtsherkenning vergemakkelijken door de manier waarop u gezichten
registreert: Zo kunt u bijvoorbeeld meerdere gezichtsfoto’s van een zelfde persoon
registreren (tot 3 foto’s per registratie).
Kies [Gezicht herk.] uit het menu [Opname] (→42)
Kies [MEMORY] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
Kies [Nieuw] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
• Als er al 6 personen zijn geregistreerd, dient u eerst een geregistreerde persoon
te verwijderen. (→92)
Neem de gezichtsfoto op
Zorg dat het kader om het gezicht ligt en maak de opname.
Kies [Ja] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET].
• Als u het gezicht opnieuw opneemt, selecteert u [Nee]
• Gezichten van andere onderwerpen dan personen (bijvoorbeeld huisdieren)
kunnen niet worden geregistreerd.
• Wanneer u op de [DISP.]-knop drukt, verschijnt er een verklaring.
Druk op om het onderdeel te selecteren dat u wilt
bewerken en druk op [MENU/SET]
[Naam]
[Leeftijd]Stel de geboortedatum in.
[Focus icoon]Verander het pictogram dat wordt weergegeven wanneer het onderwerp
[Beeld toev.]U kunt maximaal 3 gezichtsfoto’s van de persoon registreren.
Kies [SET] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
Voer de naam in (Tekst invoeren (→95))
Kies [SET] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
Gebruik om het jaar, de maand en de dag te kiezen, leg deze vast
en druk op [MENU/SET]
met
scherp is.
Kies het scherpstel-pictogram met de cursortoets en druk dan op
[MENU/SET]
Selecteer een ongeregistreerd kader en druk op [MENU/SET]
• Wanneer u een geregistreerde gezichtsfoto kiest met de cursortoets,
verschijnt er een verzoek om het verwijderen ervan te bevestigen.
Selecteer [Ja] om de foto van het gezicht te verwijderen. (Als er slechts
één foto is geregistreerd, kan deze niet worden verwijderd.)
Neem de foto op (Stap hierboven)
Druk op de [ / ]-knop
- 91 -
VQT4P21
Page 92
Toepassing (opname)
Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.]
Informatie over geregistreerde personen bewerken of verwijderen
Informatie over geregistreerde personen kan worden bewerkt of verwijderd.
Kies [Gezicht herk.] uit het menu [Opname] (→42)
Kies [MEMORY] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets mensen die u wilt bewerken of
verwijderen en druk op [MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om het onderdeel te kiezen en druk
dan op [MENU/SET]
[Info bew.]Hier kunt u de naam of andere geregistreerde informatie bewerken. (→91)
[Prioriteit]Hier kunt u een prioriteitsvolgorde instellen voor scherpstelling en
[Wissen]Hiermee kunt u informatie en gezichtsfoto’s van geregistreerde personen
belichting.
Kies de registratievolgorde met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
verwijderen.
- 92 -
VQT4P21
Page 93
Toepassing (opname)
Handige functies voor op reis
[Reisdatum]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
Als u uw reisschema instelt en beelden opneemt, wordt ingesteld op welke dag
van de reis de foto is gemaakt.
Kies [Reisdatum] uit het menu [Set-up]
Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Reissetup] en druk
dan op [MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om in te stellen op [SET] en druk dan
op [MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om de vertrekdatum te kiezen en druk
dan op [MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om de retourdatum te kiezen en druk
dan op [MENU/SET]
■
Opnemen van [Locatie]
Wanneer de [Reissetup] is ingesteld, kunt u de locatie kiezen.
Selecteer [Locatie] in stap hierboven
Gebruik de cursortoets om in te stellen op [SET] en druk dan op [MENU/SET]
Voer uw locatie in (Tekst invoeren (→95))
De reisdatum wordt berekend aan de hand van de ingestelde vertrekdatum en de
●
datum die is ingesteld in de klok van de camera. Wanneer de bestemming wordt
ingesteld in [Wereldtijd], wordt het verstreken aantal dagen berekend op basis van de
lokale tijd op de bestemming.
Wanneer [Reissetup] is ingesteld op [OFF], wordt het aantal verstreken dagen niet
●
vastgelegd. Dit aantal wordt zelfs niet weergegeven als [Reissetup] wordt ingesteld op
[SET] na het opnemen.
Als de instellingen worden gemaakt vóór de vertrekdatum, zal het aantal dagen tot het
●
vertrek niet worden opgenomen.
Als u [Locatie] of het aantal dagen dat is verstreken, wilt afdrukken, gebruikt u [Tekst
●
afdr.] of het programma "PHOTOfunSTUDIO", dat u vindt op de bijgeleverde cd-rom.
[Reisdatum] kan niet worden opgenomen voor AVCHD-films.
●
[Locatie] kan niet worden opgenomen voor MP4-films.
●
Kan niet worden ingesteld in de modus [Intelligent auto]. De instellingen in andere
●
opnamemodi worden toegepast.
- 93 -
VQT4P21
Page 94
Toepassing (opname)
Handige functies voor op reis
[Wereldtijd]
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
Stel de opnamedatum en -tijd in met de lokale tijd op uw bestemming.
Kies [Wereldtijd] uit het menu [Set-up]
• Er verschijnt een bericht wanneer u deze instelling voor het eerst maakt. Druk in
dit geval op [MENU/SET] en ga naar stap .
Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Bestemming] en
druk dan op [MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om het gebied te selecteren en druk
dan op [MENU/SET]
Naam stad/regio
Verschil met thuistijd
Wanneer de [Bestemming] is gekozen
■
Zomertijd instellen
Druk op in stap . (Nogmaals drukken om de instelling te annuleren)
• Wanneer u de zomertijd instelt, wordt de huidige tijd 1 uur vooruitgezet. Als de
instelling wordt geannuleerd, keert de tijd automatisch terug naar de huidige tijd.
■
Wanneer u terugkomt van uw reisbestemming
Selecteer [Home] in stap en druk op [MENU/SET].
Huidige tijd op geselecteerde
bestemming
Als u uw bestemming niet kunt vinden in het gebied dat op het scherm wordt
●
weergegeven, stel de tijd dan in op basis van het verschil met de tijd in de thuiszone.
wordt op het scherm weergegeven voor beelden die op de bestemming zijn
●
gemaakt wanneer ze worden afgespeeld.
- 94 -
VQT4P21
Page 95
Toepassing (opname)
Tekst invoeren
Gebruik de cursortoets om namen in te voeren met de gezichtsherkenningsfunctie en in
de scènemodi [Baby] en [Huisdier], of voor het registreren van locaties in [Reisdatum] enz.
Gebruik de cursortoets om de letters te kiezen
Druk enkele malen op [MENU/SET] totdat de gewenste letter
wordt weergegeven
Er wordt tekst ingevoegd op de cursorpositie.
• Wijzigen van het lettertype
→ Kies en druk op [MENU/SET].
Cursorpositie
■
Tekst bewerken
Selecteer met de cursortoets en druk op [MENU/SET]. Ga vervolgens met
de cursor naar de tekst die u wilt bewerken
• U kunt de cursor ook verplaatsen met de zoomhendel.
Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Wissen] en druk dan op [MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om de juiste tekst te kiezen en druk dan op [MENU/SET]
Wanneer u klaar bent met het invoeren van tekst, gebruikt u de
cursortoets om [Inst.] te kiezen en dan drukt u op [MENU/SET]
U kunt maximaal 30 tekens invoeren (Maximaal 9 tekens voor de [Gezicht herk.]
●
namen).
- 95 -
VQT4P21
Page 96
Toepassing (opname)
Gebruik van het menu [Opname]
U kunt instellingen verrichten zoals tinten, gevoeligheid, beeldverhouding en fotoresolutie.
• Voor de instelprocedures van het menu. (→42)
[Aspectratio]
■
Instellingen: / / /
Bij het afdrukken kunnen er randen worden afgesneden. Controleer dit vooraf.
●
Deze instelling is niet beschikbaar in de scènemodus [3D Foto Mode].
●
[Fotoresolutie]
Kies het formaat (het aantal pixels of beeldpunten) voor uw foto’s. Het aantal
beelden dat kan worden opgenomen is afhankelijk van deze instelling en van
[Kwaliteit].
Wanneer u de [AWB] (automatische witbalans) instelt, wordt de kleurbalans
●
automatisch aangepast aan de gebruikte lichtbron. Als de scène echter te helder of te
donker is of als er andere extreme omstandigheden zijn, kunnen de beelden wel eens
een rode of blauwe zweem vertonen. De witbalans kan niet altijd goed werken als er
een diversiteit aan lichtbronnen is.
Onder tl-verlichting, LED-lampen enzovoort kan de juiste witbalans variëren,
●
afhankelijk van het soort verlichting, dus gebruik [AWB] of .
De witbalansinstelling wordt vast ingesteld op [AWB] in de volgende gevallen:
●
Scènemodi ([Landschap], [Nachtportret], [Nachtl.schap], [Nachtop. uit hand],
[Voedsel], [Zonsonderg.], [Sterrenhemel], [Onder water])
Zelfs als de camera OFF staat, blijft de ingestelde witbalans in het geheugen staan.
●
(Als de scènemodus wordt gewijzigd, keert de instelling voor witbalans automatisch
terug naar [AWB].)
■
Verfijning witbalans (exclusief [AWB])
U kunt elke instelling voor witbalans handmatig instellen als de kleuren niet naar
verwachting zijn.
Selecteer de witbalansinstelling die u wilt fijnregelen en druk dan op de [DISP.]-knop
om het scherm [Instellen] te tonen.
Stel in met bij veel rood en met bij veel blauw.
Druk op [MENU/SET].
• De instellingen worden in het geheugen opgeslagen, zelfs als de camera wordt
uitgeschakeld.
• De instellingen blijven toegepast wanneer u de flitser gebruikt.
• Hoewel de instelling [AWB] in de scènemodus [Onder water] vaststaat, kunnen nog
steeds verfijningen worden uitgevoerd.
• Verfijningen kunnen niet worden ingesteld wanneer de [Kleurfunctie] (→104) is ingesteld
op [B&W] of [SEPIA].
(buitenshuis, bewolkt) / (buitenshuis, schaduw) /
(kunstlicht) / (gebruikt de waarden ingesteld in ) /
(handmatig instellen)
- 98 -
VQT4P21
Page 99
Toepassing (opname)
Gebruik van het menu [Opname]
■
Witbalans handmatig instellen ()
Neem een beeld op van een wit voorwerp onder de doellichtbron om de kleuren aan te
passen.
Selecteer en druk op [MENU/SET].
Richt de camera op een wit voorwerp (bijvoorbeeld papier) en druk op [MENU/SET].
De witbalans wordt ingesteld op .
• Zelfs als de camera OFF staat, blijft de ingestelde witbalans in het geheugen staan.
• Het is niet altijd mogelijk om de juiste witbalans in te stellen als onderwerpen te licht
of te donker zijn. Pas in dit geval de helderheid aan en probeer de witbalans opnieuw
in te stellen.
De scherpstelmethode kan worden gewijzigd afhankelijk van de positie en het
aantal onderwerpen.
■
Instellingen: / / / /
Beelden opnemen
van mensen van
voren
(Gezichtsdetectie)
Automatisch
koppelen van de
scherpstelling aan
een bewegend
onderwerp
(Tracking AF)
Onderwerp niet in het
beeld gecentreerd
(Scherpstellen op
23 punten)
Bepaalde plaats voor
scherpstelling
(Scherpstellen op
1 punt)
(Scherpstelling op
spot)
Herkent gezichten (max. 15 personen) en past de belichting en
scherpstelling hierop aan.
AF-gebied
geel : Als u de ontspanknop half indrukt,
wordt het kader groen als de camera is
scherpgesteld.
wit : Verschijnt bij detectie van meerdere
gezichten. Andere gezichten die op
dezelfde afstand zijn als de gezichten in
het gele AF-gebied, worden ook scherp
vastgelegd.
Plaats het Tracking AF-kader over uw onderwerp en druk dan op
Tracking AF kader
Wanneer uw onderwerp herkend wordt,
verandert het Tracking AF-kader van wit in
geel en dan wordt uw onderwerp steeds
scherp in beeld gehouden.
Als de autofocus-koppeling wegvalt, gaat er
een rood kader knipperen.
• Uitschakelen van de Tracking AF → Druk op
• Scherpstelbereik (hetzelfde als [Macro-AF] (
Stel scherp op het onderwerp op de voorgrond van een breed
gebied (scherpstellen op 23 punten) op het opnamescherm.
Scherpstellen op 1 punt: Er wordt scherpgesteld op het AF-gebied
Scherpstelling op spot:
in het midden van het beeld. (Aanbevolen
wanneer u moeilijk kunt scherpstellen)
Er wordt scherpgesteld op een kleiner gebied.
.
)-opnamen) (→62)
.
- 100 -
VQT4P21
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.