PANASONIC DMCFS16EB, DMCFS14EP, DMCFS14EB, DMCFS14EF, DMCFS14EG User Manual [nl]

...
Gebruiksaanwijzing
voor geavanceerde kenmerken
Digitale Camera
Model Nr. DMC-FS35
DMC-FS18 DMC-FS16 DMC-FS14
Gelieve deze gebruiksaanwijzing volledig door te lezen
alvorens dit apparaat in gebruik te nemen.
VQT3D56

Inhoud

Opnemen
Voor Gebruik
Zorgdragen voor de fotocamera................4
Standaard accessoires..............................5
Namen van de onderdelen ........................6
Voorbereiding
De batterij opladen....................................9
• Opladen ..............................................9
• Uitvoertijd en aantal te maken
beelden bij benadering .....................11
De kaart (optioneel)/batterij in het
toestel doen en eruit halen......................13
Over het ingebouwde geheugen/
de kaart ...................................................16
• Approximatief aantal opneembare beelden en beschikbare
opnametijd ........................................18
De datum en de tijd instellen
(Klokinstelling).........................................19
• De klokinstelling veranderen .............20
Basiskennis
Het selecteren van de [Opname]
Functie ....................................................21
Beelden maken m.b.v. de automatische functie
(Intelligente Automatische Functie).........22
• Tips om mooie opnamen te maken...23
• Veranderen van de instellingen ........23
• Scènedetectie ...................................24
Het maken van beelden met uw favoriete instellingen (Normale
beeldfunctie)............................................25
• Golfstoring (camerabeweging)..........25
Het focussen ...........................................26
Beelden terugspelen ([Normaal afsp.]) ...28
Bewegende beelden ...............................30
Bewegende beelden terugspelen............32
Beelden wissen .......................................33
• Om een enkele opname uit te
wissen...............................................33
• Om meerdere beelden (tot 50) te
wissen of alle beelden te wissen ......33
Menu instellen.........................................35
• Menuonderdelen instellen.................35
• Gebruik van het snelle menu ............36
Over het set-up Menu .............................37
Over de LCD-monitor ..............................42
Beelden maken met de zoom..................43
• M.b.v. de Optische Zoom/M.b.v. de Extra Optische Zoom (EZ)/ M.b.v. de Intelligente Zoom/
M.b.v. de Digitale Zoom ....................43
• Gebruik van de Gemakkelijke zoom
(DMC-FS35) ......................................45
Beelden maken met de ingebouwde
flits...........................................................47
• Naar de geschikte flitsinstelling
schakelen..........................................47
Close-up’s maken ([Macro-AF]/
[Macro zoom]) .........................................51
Opnamen maken met de
zelfontspanner.........................................52
Belichtingscompensatie...........................53
Beelden maken die met de scène die opgenomen wordt overeenkomen
(Scènefunctie) .........................................54
• Het selecteren van de scènefunctie
voor elke opname (Scènefunctie) .....54
• Registreren van vaak gebruikte
scènefuncties (Mijn scènefunctie).....55
• [Portret] .............................................56
• [Gave huid]........................................56
• [Transformeren].................................56
• [Zelfportret]........................................57
• [Landschap].......................................57
• [Panorama assist] .............................58
• [Sport]................................................59
• [Nachtportret] ....................................59
• [Nachtl.schap] ...................................59
• [Voedsel] ..........................................60
• [Party]................................................60
• [Kaarslicht] ........................................60
• [Baby1]/[Baby2] .................................61
• [Huisdier]...........................................62
• [Zonsonderg.] ....................................62
• [H. gevoeligh.] ...................................62
• [Hi-speed burst].................................63
• [Flitsburst]..........................................64
• [Sterrenhemel]...................................64
• [Vuurwerk].........................................65
• [Strand]..............................................65
• [Sneeuw] ...........................................65
• [Luchtfoto] .........................................65
• [Speldenprik] .....................................66
• [Zandstraal] .......................................66
• [Hoge dynamiek] ...............................66
• [Foto frame].......................................67
Nuttige functies op reisbestemmingen ....68
• Opnemen welke Dag van de Vakantie en de Locatie van de
Vakantie het is ([Reisdatum])............68
• Opnamedata/-tijden op at Reisbestemmingen ver weg
([Wereldtijd]) .....................................70
Het functiemenu [Opname] gebruiken ....71
• [Fotoresolutie] ...................................71
• [Opn. kwaliteit] ..................................72
• [Gevoeligheid] ...................................73
• [Witbalans] ........................................ 74
• [AF mode] .........................................76
• [i. Exposure] ......................................78
• [I.resolutie] ........................................78
• [Dig. zoom]........................................78
• [Burstfunctie] ..................................... 79
• [Kleurfunctie] .....................................80
• [AF ass. lamp] ...................................81
• [Rode-ogencorr] ................................81
• [Stabilisatie].......................................82
• [Datum afdr.] .....................................82
• [Klokinst.] ..........................................82
Tekst Invoeren ........................................83
Afspelen/Bewerken
Diverse afspeelmethoden .......................84
• [Diashow] ..........................................85
• [Afspelen filteren] ..............................87
• [Kalender]..........................................88
Het functiemenu [Afspelen] gebruiken ....89
• [Uploadinstelling]...............................89
• [Tekst afdr.] .......................................90
• [Nw. rs.].............................................92
• [Bijsnijden].........................................93
• [Favorieten] ....................................... 94
• [Print inst.] .........................................95
• [Beveiligen] .......................................97
• [Kopie]...............................................98
• Opnamen terugspelen op een TV met een slot voor een
SD-geheugenkaart..........................109
Overige
Schermdisplay.......................................110
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik...113
Waarschuwingen op het scherm ...........118
Problemen oplossen..............................120
Over illustraties in deze
gebruiksaanwijzing
De procedure wordt beschreven voor (DMC-FS35) als een voorbeeld.
Aansluiten op andere apparatuur
Aansluiting op de PC...............................99
• Gebruik van “PHOTOfunSTUDIO”
om naar een PC te kopiëren...........102
• Uploaden van beelden naar websites waarin deze met anderen
gedeeld kunnen worden .................102
Beelden afdrukken ................................103
• Een enkel beeld selecteren en het
afdrukken........................................104
• Meervoudige beelden selecteren en
afdrukken........................................104
• Afdrukinstellingen............................ 105
Beelden terugspelen op een
TV-scherm.............................................108
• Opnamen terugspelen met de
AV-kabel (bijgeleverd) ....................108

Voor Gebr uik

Voor Gebruik

Zorgdragen voor de fotocamera

Niet blootstellen aan sterke trillingen, schokken of druk.
• De lens, de LCD-monitor of de ombouw kunnen beschadigd worden
bij gebruik onder de volgende omstandigheden. Hierdoor kunnen ook storingen ontstaan of kan het zijn dat het beeld niet wordt opgenomen. – Het toestel laten vallen of er tegen stoten. – Gaan zitten met het toestel in uw broekzak of het toestel in een
volle of smalle tas forceren, enz.
– Bevestigen van artikelen, zoals accessoires, aan de riem die aan
het toestel bevestigd is.
– Hard duwen op de lens of op de LCD-monitor.
Dit toestel is niet stof-/druppel-/waterbestendig. Vermijd het dit toestel te gebruiken op plaatsen waar veel stof, water, zand enz., aanwezig is.
• Vloeistoffen, zand en andere substanties kunnen in de ruimte
rondom de lens, de knoppen, enz., terechtkomen. Let bijzonder goed op omdat dit niet alleen storingen kan veroorzaken, maar het toestel ook onherstelbaar kan beschadigen. – Plaatsen met veel zand of stof. – Plaatsen waar water in contact kan komen met dit apparaat zoals
wanneer u het gebruikt op een regenachtige dag of op het strand.
Over condens (Als de lens beslagen is)
• Condens doet zich voor wanneer de omgevingstemperatuur of
vochtigheid wijzigt. Op condens letten omdat het vlekken op de lens, schimmel of storing veroorzaakt.
• Als er zich condens voordoet, het toestel uitzetten en deze
gedurende 2 uur uit laten staan. De mist zal op natuurlijke wijze verdwijnen wanneer de temperatuur van het toestel in de buurt komt van de kamertemperatuur.
Voor Gebr uik

Standaard accessoires

Controleer of alle accessoires aanwezig zijn voordat u het toestel gebruikt.
• De accessoires en de vorm ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of het gebied
waar u de camera hebt gekocht. Voor details over de accessoires, de Basisgebruiksaanwijzing raadplegen.
• Batterijpak wordt aangegeven als batterijpak of batterij in de tekst.
• Batterijoplader wordt aangegeven als batterijoplader of oplader in de tekst.
• De SD-geheugenkaart, de SDHC-geheugenkaart en de SDXC-geheugenkaart worden
aangegeven als kaart in de tekst.
• De kaart is optioneel.
U kunt beelden maken of terugspelen met het ingebouwde geheugen als u geen kaart gebruikt.
• Raadpleeg uw dealer of het dichtstbijzijnde servicecentrum als u meegeleverde accessoires
verliest. (U kunt de accessoires apart aanschaffen.)

Namen van de onderdelen

(DMC-FS35)
1 23
(DMC-FS18) (DMC-FS16) (DMC-FS14)
4
109
57
8
6
1 Flits (P47) 2 Lens (P4, 114) 3 Zelfontspannerlampje (P52)
AF-lamp (P81)
4 LCD-monitor (P42, 114) 5 [MENU/SET] knop (P19) 6 [DISP.] knop (P42) 7 [Q.MENU] (P36)/Wis (P33)/Annuleer
knop 8 [MODE] knop (P21) 9 [Opname]/[Afspelen] keuzeschakelaar
(P22)
Voor Gebr uik
1 2 3
Voor Gebr uik
12
13
11
10 Cursorknoppen
A: 3/Belichtingscompensatie (P53)
B: 4/Macrofunctie (P51)
AF-opsporing (P77)
C: 2/Zelfontspanner (P52)
D: 1/Flitsinstelling (P47)
In deze handleiding, worden de cursorknoppen beschreven als afgebeeld in de figuur hieronder of beschreven met 3/4/2/1. b.v.: Wanneer u op de 4 (beneden) knop drukt
of Druk op 4
11 Lusje voor draagriem
• Zorg ervoor de riem te bevestigen wanneer u het toestel gebruikt, zodat het niet kan vallen.
12 Objectiefcilinder 13 [AV OUT/DIGITAL] aansluiting (P99,
103, 108)
14 Toestel AAN/UIT (P19)
(DMC-FS35)
ヮユヮヰンヺチヤモンュチバ
ャモヵヵユンヺ
21
22
20
(DMC-FS18) (DMC-FS16) (DMC-FS14)
ヮユヮヰンヺチヤモンュチバチャモヵヵユンヺ
ヰヱユワ ロヰヤレ
21
2322
20
16
15 Zoomhendeltje (P43) 16 Speaker (P37)
• Dek de luidspreker niet af met uw vingers.
17 Microfoon 18 Ontspanknop (P22, 30) 19
(DMC-FS35)
[E.ZOOM] knop (P45) 20 Statiefbevestiging 21 Kaart/Batterijklep (P13, 15)
22 DC-koppelaardeksel (P15)
• Wanneer u een AC-adapter gebruikt, er voor zorgen dat de DC-koppelaar van Panasonic (optioneel) en de AC-adapter (optioneel) gebruikt worden. Voor verbindingsdetails, P15 raadplegen.
23 (DMC-FS18) (DMC-FS16) (DMC-FS14)
Vrijgavehendeltje (P14)
Voor Gebr uik
15
14
16 17 18 19
14 15
17 18

Voorbereiding

Voorbereiding

De batterij opladen

Over batterijen die u kunt gebruiken met dit apparaat De meegeleverde batterij of toegewijde optionele batterijen kunnen gebruikt worden
met dit apparaat.
Raadpleeg de Basisgebruiksaanwijzing voor het accessoirenummer van de beschikbare optionele batterijen in uw regio.
Het is opgemerkt dat er nep batterijpakketten die zeer op het echte product lijken in omloop gebracht worden op bepaalde markten. Niet alle batterijpakketten van dit soort zijn op gepaste wijze beschermd met interne bescherming om te voldoen aan de eisen van geschikte veiligheidstandaards. Er is een mogelijkheid dat deze batterijpakketten tot brand of explosie kunnen leiden. U dient te weten dat wij niet verantwoordelijk zijn voor eventuele ongelukken of storingen die als een gevolg van het gebruik van een nep batterijpak gebeuren. Om er voor te zorgen dat er veilige producten gebruikt worden, raden we het gebruik aan van originele batterijpakketten van Panasonic.
• Gebruik hiervoor de oplader.

Opladen

• De batterij wordt niet opgeladen voor de verzending. Laad dus de batterij eerst op.
• Laad de batterij op met de oplader.
Steek de batterij in de goede richting.
Steek de stekker van de oplader in het stopcontact.
• Sluit de lader af van het stopcontact en verwijder de batterij als het laden geheel klaar is.
plug-in-type
inlaattype
Voorbereiding
Over het [CHARGE] lampje Het [CHARGE] lampje wordt ingeschakeld:
Het [CHARGE] lampje
A is tijdens het laden ingeschakeld.
Het [CHARGE] lampje gaat uit:
Het [CHARGE] lampje
• Als het [CHARGE] lampje knippert
– De batterijtemperatuur is te hoog of te laag. Er wordt aanbevolen om de batterij opnieuw te
laden bij een omgevingstemperatuur tussen 10 oC en 30 oC.
– De polen op de lader of op de batterij zijn vuil. Wrijf ze in dit geval schoon met een droge
doek.
A zal uitgaan als het laden zonder problemen voltooid is.
Oplaadtijd
Meegeleverde batterij Optionele batterij
Oplaadtijd Ongeveer 115 min Ongeveer 120 min
• De aangegeven oplaadtijd is voor wanneer de batterij geheel leeg is geraakt. De oplaadtijd kan variëren afhankelijk van hoe de batterij gebruikt is. De oplaadtijd voor de batterij in hete/koude omgevingen of een batterij die lange tijd niet gebruikt is zou langer kunnen zijn dan anders.
Aantekening
• Laat geen metalen voorwerpen (zoals clips) in de buurt van de contactzones van de stroomplug. Anders zou er een brand- en/of elektrische shock veroorzaakt kunnen worden door kortsluiting of de eruit voortkomende hitte.
• De batterij wordt warm na het gebruik/laden of tijdens het laden. Ook de fotocamera wordt warm tijdens het gebruik. Dit is echter geen storing.
• De batterij kan opnieuw geladen worden wanneer deze nog enigszins opgeladen is, maar het wordt niet aangeraden dat de batterijlading vaak aangevuld wordt terwijl de batterij nog helemaal opgeladen is. (Aangezien het kenmerkende zwellen plaats zou kunnen vinden.)
- 10 -
Voorbereiding

Uitvoertijd en aantal te maken beelden bij benadering

Batterijaanduiding
De batterijaanduiding verschijnt op de LCD-monitor.
• De aanduiding wordt rood en knippert als de resterende batterijstroom op is. Laad de batterij op of vervang deze met een geheel opgeladen batterij.
(DMC-FS35)
Meegeleverde batterij Optionele batterij
Vermogen van de
batterij
Aantal beelden Ongeveer 250 opnamen Ongeveer 255 opnamen
Opnametijd Ongeveer 125 min Ongeveer 127 min
(DMC-FS18)
Vermogen van de
batterij
Aantal beelden Ongeveer 260 opnamen Ongeveer 265 opnamen
Opnametijd Ongeveer 130 min Ongeveer 132 min
(DMC-FS16) (DMC-FS14)
Vermogen van de
batterij
Aantal beelden Ongeveer 270 opnamen Ongeveer 275 opnamen
Opnametijd Ongeveer 135 min Ongeveer 137 min
660 mAh 680 mAh
Meegeleverde batterij Optionele batterij
660 mAh 680 mAh
Meegeleverde batterij Optionele batterij
660 mAh 680 mAh
Opnamevoorwaarden volgens CIPA-standaard
• CIPA is een afkorting van [Camera & Imaging Products Association].
• Normale opnamefunctie
• Temperatuur: 23 oC/Vochtigheid: 50%RH wanneer de LCD-monitor aan staat.
• Met een Panasonic SD-geheugenkaart (32 MB).
• Opnemen begint 30 seconden nadat de fotocamera aangezet is. (Als de optische beeldstabilisator ingesteld is op [ON].)
Om de 30 seconden opnemen, met volle flits om het tweede beeld.
• Het zoomhendeltje van Tele naar Breed of andersom zetten bij elke opname.
• Het toestel om de 10 opnamen uitzetten. Het toestel niet gebruiken totdat de batterijen afgekoeld zijn.
Het aantal opnamen verschilt afhankelijk van de pauzetijd van de opname. Als de pauzetijd tussen de opnamen langer wordt, neemt het aantal mogelijke opnamen af. [Bijvoorbeeld, als u één beeld per twee minuten moest maken, dan zou het aantal beelden gereduceerd worden tot ongeveer één vierde van het aantal beelden die hierboven gegeven wordt (gebaseerd op één beeld per 30 seconden gemaakt).]
- 11 -
Voorbereiding
Meegeleverde batterij Optionele batterij
Terugspeeltijd Ongeveer 200 min Ongeveer 205 min
Aantekening
• De uitvoertijden en aantal te maken beelden zullen verschillen afhankelijk van de omgeving en de gebruiksaanwijzing.
In de volgende gevallen worden de gebruikstijden bijvoorbeeld korter en wordt het aantal te maken beelden verminderd. – In omgevingen met lage temperatuur, zoals skihellingen. – Wanneer u [LCD mode] gebruikt. – Wanneer operaties zoals flits en zoom herhaaldelijk gebruikt worden.
• Wanneer de bedrijfstijd van de camera extreem kort wordt zelfs als de batterij goed opgeladen is, zou de levensduur van de batterij aan zijn eind kunnen zijn. Koop een nieuwe batterij.
- 12 -
Voorbereiding

De kaart (optioneel)/batterij in het toestel doen en eruit halen

• Controleer of het toestel uit staat.
• We raden een kaart van Panasonic aan.
(DMC-FS35)
Schuif de kaart/batterijklep om deze te openen.
• Altijd originele Panasonic batterijen gebruiken.
• Als u andere batterijen gebruikt, garanderen wij de kwaliteit van dit product niet.
Batterij: Let op bij de richting van plaatsing van de batterij en plaats hem volledig naar binnen, tot u een blokkeergeluid hoort. Controleer dan of hendel A de batterij vergrendeld heeft. Trek hendel A in de richting van de pijl om de batterij uit te nemen.
Kaart: Duw er net zolang tegen tot u een “klik” hoort en let op de richting waarin u de kaart plaatst. Om de kaart uit te nemen, op de kaart duwen tot deze “klikt” en de kaart vervolgens rechtop uitnemen.
B: De verbindingsuiteinden van de kaart niet aanraken.
ユンヺ ヤモンュ
ヮユヮヰンヺチヤモンュチバ
ャモヵヵユンヺ
1:Sluit de kaart/batterijklep.
2:Schuif de kaart-/batterijklep stevig
naar het eind tot u een klikgeluid hoort.
- 13 -
Voorbereiding
(DMC-FS18) (DMC-FS16) (DMC-FS14)
Zet de vrijgavehendeltje in de richting van de pijl en open de batterij/kaartklep.
• Altijd originele Panasonic batterijen gebruiken.
• Als u andere batterijen gebruikt, garanderen wij de kwaliteit van dit product niet.
Batterij: Let op bij de richting van plaatsing van de batterij en plaats hem volledig naar binnen, tot u een blokkeergeluid hoort. Controleer dan of hendel A de batterij vergrendeld heeft. Trek hendel A in de richting van de pijl om de batterij uit te nemen.
Kaart: Duw er net zolang tegen tot u een “klik” hoort en let op de richting waarin u de kaart plaatst. Om de kaart uit te nemen, op de kaart duwen tot deze “klikt” en de kaart vervolgens rechtop uitnemen.
B: De verbindingsuiteinden van de kaart niet aanraken.
ユヮヰンヺチヤモンュチバチャモヵヵユンヺ
ヰヱユワ ロヰヤレ
ヵユンヺ ヤモンュ
1:Sluit de kaart/batterijklep.
2:Zet de vrijgavehendeltje in de
ヮヰンヺチヤモンュチバチャモヵヵユンヺ
ヰヱユワ ロヰヤレ
richting van de pijl.
Aantekening
• Haal de batterij uit het toestel na gebruik.
• Een volle batterij raakt leeg als u deze lang niet gebruikt.
• Voordat u de kaart of batterij eruit haalt, het toestel uitzetten en wachten de “LUMIX” display op de LCD-monitor geheel uitgegaan is. (Anders zou dit apparaat niet meer normaal kunnen werken en zou de kaart zelf beschadigd kunnen worden of zouden de beelden verloren kunnen gaan.)
- 14 -
Voorbereiding
M.b.v. een AC-adapter (optioneel) en een DC-koppelaar (optioneel) i.p.v. de
batterij
De netadapter (optioneel) kan alleen gebruikt worden met de speciale Panasonic DC-koppelaar (optioneel). De netadapter (optioneel) kan niet autonoom gebruikt worden.
1 Open de kaart/batterijklep. 2 Doe de DC-koppelaar erin, lettend op de richting. 3 Open de DC-koppelaardeksel A.
• Duw het deksel van de Koppelaar van binnenuit open.
4 Sluit de kaart/batterijklep.
• Zorg ervoor dat de kaart-/batterijklep dicht is.
5 Doe de AC-adapter in een elektrische uitlaat. 6 De AC-adapter B aan de [DC IN] aansluiting C
van de DC-koppelaar verbinden.
D De markeringen uitlijnen en erin zetten.
• Zorg ervoor dat alleen de AC-adapter en de DC-koppelaar voor dit toestel gebruikt worden. Het gebruik van andere apparatuur zou schade kunnen veroorzaken.
Aantekening
• Gebruik altijd een originele Panasonic AC-adapter (optioneel).
• Wanneer een AC-adapter gebruikt wordt, moet de AC-kabel gebruikt worden die bij de AC-adapter geleverd is.
• Sommige statieven kunnen niet bevestigd worden wanneer de DC-koppelaar aangesloten is.
• Zorg ervoor de AC-adapter los te koppelen wanneer u de kaart-/batterijdeur opent.
• Als de AC-adapter en de DC-koppelaar niet nodig zijn, verwijder deze dan van het digitale toestel. Tevens gelieve de DC-koppelaardeksel dicht houden.
• Lees ook de handleiding voor de AC-adapter en de DC-koppelaar.
- 15 -
Voorbereiding

Over het ingebouwde geheugen/de kaart

De volgende operaties kunnen uitgevoerd worden m.b.v. dit apparaat.
• Wanneer er geen kaart inzit: Kunnen beelden opgenomen worden in het ingebouwde geheugen en teruggespeeld worden.
• Wanneer er wel een kaart inzit: Kunnen beelden opgenomen worden op de kaart en teruggespeeld worden.
• Als u het ingebouwde geheugen gebruikt:
>ð (toegangindicatie
k
• Als u de kaart gebruikt: (toegangaanduiding
¢ De kaartaanduiding wordt rood als er beelden met het ingebouwde
geheugen (of de kaart) worden gemaakt.
• U kunt uw beelden opslaan op een kaart. (P98)
• Geheugengrootte: Ongeveer 70 MB
• De toegangstijd voor het ingebouwde geheugen kan langer zijn dan de toegangstijd voor een kaart.
¢
)
¢
)
Ingebouwd geheugen
- 16 -
Voorbereiding
2
A
Kaart
De volgende kaarten die overeenstemmen met de SD-videostandaard kunnen gebruikt worden met dit toestel. (Deze kaarten worden aangeduid als kaart in de tekst.)
Type kaart dat gebruikt kan
worden met dit toestel
Gebruik een kaart met SD-snelheidsklasses¢ met “Class 6”
SD-geheugenkaart (8 MB tot 2 GB)
SDHC-geheugenkaart (4 GB tot 32 GB)
SDXC-geheugenkaart (48 GB, 64 GB)
¢ SD-snelheidsklasse is de snelheidstandaard m.b.t. continu schrijven. Controleer dit op het
etiket op de kaart, enz.
• of hoger wanneer u bewegende beelden opneemt.
• De SDHC-geheugenkaart kan gebruikt worden met uitrustingen die compatibel zijn met SDHC-geheugenkaarten of SDXC-geheugenkaarten.
• SDXC-geheugenkaarten kunnen alleen gebruikt worden met uitrustingen die compatibel zijn met SDXC-geheugenkaarten.
• Controleer dat de PC en andere apparatuur compatibel zijn wanneer u de SDXC-geheugenkaarten gebruikt.
http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html
• Alleen de kaarten met de links vermelde capaciteit kunnen gebruikt worden.
Opmerkingen
b.v.:
• Gelieve deze informatie op de volgende website bevestigen.
http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/
(Deze site is alleen in het Engels.)
Aantekening
• Zet dit apparaat niet uit, verwijder de batterijen of de kaart niet en koppel de AC-adapter (optioneel) niet los wanneer de toegangsindicatie brandt (waneer er beelden geschreven, gelezen of gewist worden of het ingebouwde geheugen of de kaart geformatteerd) worden. Verder het toestel niet blootstellen aan vibratie, stoten of statische elektriciteit. De kaart of de gegevens op de kaart zouden beschadigd kunnen worden en dit apparaat zou niet langer normaal kunnen werken. Als de operatie faalt wegens vibratie, stoten of statische elektriciteit, de operatie opnieuw uitvoeren.
• Schrijfbescherming-schakelaar [LOCK] positie staat, is er geen verdere gegevens schrijven, wissen of formattering mogelijk. Het vermogen gegevens te schrijven, te wissen en te formatteren wordt hersteld wanneer de schakelaar teruggezet wordt naar zijn originele positie.)
• De gegevens op het ingebouwde geheugen of de kaart kunnen beschadigd raken of verloren gaan door elektromagnetische golven of statische elektriciteit of omdat het toestel of de kaart stuk is. We raden aan belangrijke gegevens op een PC enz. op te slaan.
• Formatteer de kaart niet op de PC of andere apparatuur. Formatteer de kaart alleen op het toestel zelf zodat er niets kan mislopen. (P40)
• Houd de geheugenkaarten buiten het bereik van kinderen om te voorkomen dat ze de kaart inslikken.
A voorzien (Wanneer deze schakelaar op de
- 17 -
Voorbereiding
A
B

Approximatief aantal opneembare beelden en beschikbare opnametijd

Over de weergave van het aantal opneembare beelden en de beschikbare opnametijd
A Aantal opnamen B Beschikbare opnametijd
wanneer u stilstaande
beelden opneemt
Aantal opnamen
•[i99999] wordt weergegeven als er meer dan 100.000 foto’s gemaakt kunnen worden.
(DMC-FS35) (DMC-FS18)
Ingebouwd
Beeldgrootte
16M (4:3) 11 300 600 2450
5M (4:3) 26 650 1300 5300
0,3M (4:3) 410 10050 19940 81340
geheugen
(Ongeveer 70 MB)
2GB 4GB 16 GB
(DMC-FS16) (DMC-FS14)
Ingebouwd
Beeldgrootte
14M (4:3) 13 330 670 2740
5M (4:3) 26 650 1300 5300
0,3M (4:3) 410 10050 19940 81340
geheugen
(Ongeveer 70 MB)
2GB 4GB 16 GB
Beschikbare opnametijd (om bewegende beelden op te nemen)
(DMC-FS35) (DMC-FS18)
Opname
kwaliteitsinstelling
HD j 10 min 10 s 20 min 30 s 1 h 23 min
VGA j 21 min 40 s 43 min 10 s 2 h 56 min
QVGA 2 min 30 s 1 h 2 min 2 h 4 min 8 h 28 min
Ingebouwd
geheugen
(Ongeveer 70 MB)
2GB 4GB 16 GB
(DMC-FS16) (DMC-FS14)
Opname
kwaliteitsinstelling
HD j 8 min 10 s 16 min 20 s 1 h 7 min
VGA j 21 min 40 s 43 min 10 s 2 h 56 min
QVGA 2 min 30 s 1 h 2 min 2 h 4 min 8 h 28 min
• Het aantal mogelijke opnamen en de opnametijd zijn correct bij benadering. (Ze wijzigen afhankelijk van de opnamecondities en het kaarttype.) Het aantal mogelijke opnamen en de beschikbare opnametijd variëren afhankelijk van de onderwerpen.
• Het aantal opneembare beelden/beschikbare opnametijd voor de kaart kan afnemen als [Uploadinstelling] uitgevoerd wordt.
• Bewegende beelden kunnen continu opgenomen worden gedurende een maximum tijd van 15 minuten. Verder is continue opname groter dan 2 GB niet mogelijk. (Voorbeeld: (DMC-FS35) (DMC-FS18) [10m10s], (DMC-FS16) (DMC-FS14) [8m10s] met [ ]) Resterende tijd voor continue opname wordt afgebeeld op het scherm.
Ingebouwd
geheugen
(Ongeveer 70 MB)
2GB 4GB 16 GB
- 18 -
wanneer u bewegende
beelden opneemt
Voorbereiding

De datum en de tijd instellen (Klokinstelling)

• De klok is niet ingesteld wanneer het toestel vervoerd wordt.
Schuif de [Opname]/[Afspelen] keuzeschakelaar naar [!] en schakel het toestel vervolgens in.
• Als het taalselectiescherm niet wordt afgebeeld, overgaan op stap
Op [MENU/SET] drukken.
Druk op 3/4 om de taal te kiezen en dan op [MENU/SET].
Op [MENU/SET] drukken.
Op 2/1 drukken om de items (jaar, maand, dag, uur, minuut, displayvolgorde afbeelden of formaat tijddisplay) te selecteren en dan op 3/4 drukken om in te stellen.
A: De tijd in uw woongebied B: De tijd in uw reisbestemmingsgebied
• De instelling van de klok kan gewist worden door op [ ] te drukken.
Op [MENU/SET] drukken om in te stellen.
4.
Op [MENU/SET] drukken.
- 19 -
Voorbereiding

De klokinstelling veranderen

Selecteer [Klokinst.] in het [Opname] of [Set-up] menu, en druk op [MENU/SET]. (P35)
• Deze kan veranderd worden in stappen 5 en 6 om de klok in te stellen.
• De klokinstelling wordt behouden gedurende 3 maanden m.b.v. de ingebouwde klokbatterij zelfs zonder de batterij. (De opgeladen batterij in het apparaat laten gedurende 24 uur om de ingebouwde batterij op te laden.)
Aantekening
• Als de klok niet ingesteld is, kan de correcte datum niet afgedrukt worden als u een fotostudio opdracht geeft om de foto af te drukken, of als u de datum op de beelden wilt afdrukken met [Datum afdr.] of [Tekst afdr.].
• Als de klok wel is ingesteld, kan de juiste datum worden afgedrukt, zelfs als de datum niet op het scherm van de camera wordt weergegeven.
- 20 -

Basiskennis

Basiskennis

Het selecteren van de [Opname] Functie

Schuif de [Opname]/[Afspelen] keuzeschakelaar naar [!].
Druk op [MODE].
Op 3/4/2/1 drukken om de functie te kiezen.
Op [MENU/SET] drukken.
Lijst van [Opname] functies
¦
Intelligente automatische functie (P22)
De onderwerpen worden opgenomen met behulp van instellingen die automatisch gebruikt worden door het toestel.
!
Normale opnamefunctie (P25)
De onderwerpen worden opgenomen m.b.v. uw eigen instellingen.
Mijn scènefunctie (P55)
De beelden worden genomen m.b.v. eerder geregistreerde opnamescènes.
Û
Scènefunctie (P54)
Hiermee maakt u beelden die passen bij de scène die u opneemt.
$
Bewegende beeldfunctie (P30)
Deze functie biedt u de mogelijkheid bewegende beelden met geluid op te nemen.
Aantekening
• Wanneer de functie geschakeld wordt van [Afspelen] functie naar [Opname] functie, zal de eerder ingestelde [Opname] functie ingesteld worden.
- 21 -
Basiskennis
1
2
[Opname] functie: ñ
Beelden maken m.b.v. de automatische functie
(Intelligente Automatische Functie)
Alle instellingen van de camera worden aangepast aan het onderwerp en de opnamecondities. Wij raden deze manier van opnemen dus aan voor beginners of als u de instellingen wenst over te laten aan de camera om gemakkelijker opnamen te maken.
• De volgende functies worden automatisch geactiveerd.
– Scènedetectie/[Stabilisatie]/Gezichtsdetectie/Bewegingsdetectie/[i. Exposure]/
Compensatie van de achtergrondverlichting/[Rode-ogencorr]/[I.resolutie]/[i.ZOOM]/ Automatische witbalans/[AF ass. lamp]
Schuif de [Opname]/[Afspelen] keuzeschakelaar naar [!] en druk vervolgens op [MODE].
Op 3/4/2/1 drukken om [Intelligent auto]te kiezen en vervolgens op [MENU/ SET] drukken.
De ontspanknop tot de helft indrukken om scherp te stellen.
• De focusaanduiding 1 (groen) gaat branden wanneer
er op het onderwerp scherpgesteld is.
• De AF-zone 2 wordt afgebeeld rond het gezicht van
het onderwerp door de gezichtsherkenningfunctie. In andere gevallen wordt deze afgebeeld op het punt op het onderwerp waarop scherp gesteld is.
• De minimumafstand (hoe dicht u bij het onderwerp kunt komen) zal veranderen afhankelijk van de zoomfactor. Controleer dit aan de hand van het opnamebereik dat op het scherm weergegeven wordt.
(P26)
• U kunt AF tracking instellen door op 3 te drukken. Raadpleeg voor details P77. (AF tracking zal gewist worden door opnieuw op 3 te drukken.)
Druk de ontspanknop helemaal in (verder indrukken), en maak het beeld.
- 22 -
Basiskennis
(DMC-FS35) (DMC-FS18) (DMC-FS16) (DMC-FS14)

Tips om mooie opnamen te maken

• Zorg ervoor de riem te bevestigen wanneer u het toestel gebruikt, zodat het niet kan vallen.
• Het toestel voorzichtig vasthouden met beide handen, armen stil houden en uw benen een beetje spreiden.
• Houd de camera stil als u de ontspanknop indrukt.
• De flits of de AF-lamp niet bedekken met uw vingers of andere voorwerpen.
(DMC-FS18) (DMC-FS16) (DMC-FS14) Dek de luidspreker niet af met uw vingers.
• De voorkant van de lens niet aanraken.
A Flits B AF assistentielamp
Richtingfunctie
Beelden die opgenomen zijn met een verticaal gehouden toestel worden verticaal (gedraaid) afgespeeld. (Alleen wanneer [Lcd roteren] (P40) ingesteld is)
• De richtingdetectiefunctie zou niet correct kunnen werken als de opname uitgevoerd wordt met het toestel op of neer gericht.
• Bewegende beelden die met een verticaal gehouden toestel gemaakt zijn worden niet verticaal afgebeeld.

Veranderen van de instellingen

De volgende menu’s kunnen met de Intelligent Auto Mode ingesteld worden.
Menu Onderdeel
[Opname] [Fotoresolutie]¢/[Burstfunctie]/[Kleurfunctie]
[Set-up] [Klokinst.]/[Wereldtijd]/[Toon]¢/[Taal]/[O.I.S.-demo]
• Raadpleeg voor de instellingsmethode van het menu P35.
¢ De instellingen kunnen anders zijn dan andere [Opname] modussen.
• Menu’s die specifiek zijn voor de Intelligent Auto Mode
– De kleurinstelling van [Happy] is beschikbaar in [Kleurfunctie]. Het is mogelijk om een foto te
maken die automatisch een hoger glansniveau heeft voor de helderheid en de levendigheid van de kleur.
¢
Over de flitser
• Wanneer [ ] geselecteerd is, wordt [ ], [ ], [ ] of [ ] ingesteld afhankelijk van het type onderwerp en helderheid.
• Wanneer [ ], [ ] ingesteld is, is de digitale rode-ogencorrectie in werking gesteld.
• De Sluitertijd zal langzamer zijn tijdens [ ] of [ ].
- 23 -
Basiskennis

Scènedetectie

Wanneer het toestel de optimale scène identificeert, wordt de icoon van de scène in kwestie in het blauw gedurende 2 seconden afgebeeld, waarna die terugkeert naar zijn gewoonlijke rode kleur.
¦ > [i-Portret]
[i-Landschap]
[i-Macro]
[i-Nachtportret]
[i-Nachtl.schap]
[i-Zonsonderg.]
•[¦] is ingesteld als geen van de scènes van toepassing zijn en de standaardinstellingen ingesteld zijn.
• Wanneer [ ] of [ ] geselecteerd is, vindt het toestel automatisch het gezicht van een persoon, en zullen de focus en de belichting afgesteld worden. (Gezichtsdetectie)
• Als er een statief gebruikt wordt, bijvoorbeeld, en het toestel merkt dat toestelschudding minimaal is wanneer de scènefunctie geïdentificeerd is als [ ], zal de sluitertijd ingesteld worden op een maximum van 8 seconden. Opletten het toestel niet te bewegen terwijl u beelden maakt.
Aantekening
• Wegens omstandigheden zoals de hieronder genoemde, kan er een andere scène geïdentificeerd worden voor hetzelfde onderwerp. – Onderwerpomstandigheden: Wanneer het gezicht helder of donker is, De grootte van het
onderwerp, De kleur van het onderwerp, De afstand tot het onderwerp, Het contrast van het onderwerp, Wanneer het onderwerp beweegt
– Opnameomstandigheden: Zonsondergang, Zonsopgang, Onder omstandigheden van
geringe helderheid, Wanneer het toestel geschud (bewogen) wordt, Wanneer de zoom gebruikt wordt
• Om beelden te maken in een bedoelde scène, wordt het aangeraden dat u beelden maakt in de juiste opnamefunctie.
• Compensatie van de achtergrondverlichting
– Achtergrondverlichting treedt op wanneer er licht achter het object is. In dit geval zal het
onderwerp donker worden, dus deze functie compenseert het achterlicht door het geheel van het beeld automatisch op te lichten.
• Alleen wanneer [ ] geselecteerd is
- 24 -
Basiskennis
A B C
[Opname] functie: ·

Het maken van beelden met uw favoriete instellingen (Normale beeldfunctie)

Het toestel stelt automatisch de sluitertijd en de lensopening in volgens de helderheid van het object. U kunt beelden maken in grote vrijheid door verschillende instellingen in [Opname] menu te veranderen.
Schuif de [Opname]/[Afspelen] keuzeschakelaar naar [!] en druk vervolgens op [MODE].
Op 3/4/2/1 drukken om [Normale foto]te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
Richt de AF-zone op het punt waar u op wilt scherpstellen.
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen en druk de knop helemaal in om de opname te maken.
A ISO-gevoeligheid B Lensopening C Sluitertijd
• De diafragmawaarde en de sluitersnelheid worden rood weergegeven als de correcte belichting niet bereikt wordt. (tenzij een flitser gebruikt wordt)

Golfstoring (camerabeweging)

Wanneer de beeldbibber alert [ ] verschijnt, [Stabilisatie] (P82), een statief of de zelfontspanner (P52) gebruiken.
• De sluitertijd zal vooral in de volgende gevallen langzamer zijn. Houdt het toestel stil vanaf het moment dat u de ontspanknop indrukt totdat het beeld op het scherm verschijnt. We raden in dit geval het gebruik van een statief aan. – In [Panorama assist], [Nachtportret], [Nachtl.schap], [Party], [Kaarslicht], [Sterrenhemel],
[Vuurwerk] of [Hoge dynamiek] in de scènefunctie
- 25 -
Basiskennis
A
B
T
W
5 cm
1 m

Het focussen

Richt de AF-zone op het onderwerp en druk vervolgens de ontspanknop tot de helft in.
Focus
Focusaanduiding
AF-zone B Wit>Groen Wit>Rood
Geluid Biept 2 keer Biept 4 keer
• De AF-zone wordt groter weergegeven tijdens digitaal zoomen of als het donker is.
Wanneer er scherpgesteld is op het object
A Aan Knippert
Wanneer er niet scherpgesteld is op het object
Over het focusbereik
Het focusbereik wordt weergegeven als de zoom bediend wordt.
• Het focusbereik wordt rood weergegeven als geen scherpstelling plaatsvindt nadat de sluiterknop tot halverwege ingedrukt is.
Het focusbereik kan geleidelijk veranderen, afhankelijk van de zoompositie.
bv.: focusbereik tijdens de Intelligent Auto Mode
- 26 -
Basiskennis
1/1251/125F3.3F3.3
ISOISO
100 100
1/125F3.3
ISO
100
1/1251/125F3.3F3.3 1/125F3.3
ISOISO
100 100
ISO
100
Als het onderwerp niet scherp gesteld is (zoals wanneer het bijvoorbeeld niet in
het midden van het beeld staat dat u wilt opnemen):
1 De AF-zone op het onderwerp richten en
vervolgens de ontspanknop tot de helft indrukken om de focus em belichting vast te
zetten.
2 De ontspanknop half ingedrukt houden
als u het toestel beweegt om het beeld samen te stellen.
• U kunt herhaaldelijk de acties in stap 1 opnieuw proberen voordat u de ontspanknop volledig indrukt.
Onderwerp en opnameomstandigheid waarop het moeilijk is scherp te stellen
• Snelbewegende onderwerpen, extreem helderen onderwerpen of onderwerpen zonder contrast
• Wanneer u onderwerpen opneemt door ramen of in de buurt van glimmende voorwerpen
• Wanneer het donker is of wanneer er zich beeldbibber voordoet
• Wanneer het toestel zich te dicht bij het onderwerp bevindt of wanneer u een beeld maakt van zowel onderwerpen ver weg als onderwerpen dichtbij
- 27 -
Basiskennis
B
A
[Afspelen] functie: ¸

Beelden terugspelen ([Normaal afsp.])

Schuif de [Opname]/[Afspelen] keuzeschakelaar naar [(].
Aantekening
• Dit toestel voldoet aan de DCF-norm “Design rule for Camera File system” die vastgesteld is door JEITA “Japan Electronics and Information Technology Industries Association” en met Exif “Exchangeable Image File Format”. De bestanden die niet aan de DCF-norm voldoen, kunnen niet worden afgespeeld.
• Het kan zijn dat beelden die met een ander toestel genomen zijn niet op dit toestel kunnen worden afgespeeld.
• De lenscilinder trekt zich ongeveer 15 seconden nadat u overschakelt van de [Opname]- naar de [Afspelen]-functie terug.
Een beeld selecteren
Druk op 2 of 1.
2: De vorige opname terugspelen 1: De volgende opname terugspelen
A Bestandsnummer B Beeldnummer
• De snelheid van vooruit/achteruit spoelen van de beelden is afhankelijk van de afspeelstatus.
•Als u 2/1 ingedrukt houdt, kunt u de beelden achter elkaar afspelen.
- 28 -
Basiskennis
A
A
Meervoudige schermen afbeelden (Meervoudig terugspelen)
Het zoomhendeltje op [L] (W) zetten.
1 scherm>12 schermen>30 schermen>Schermdisplay
A Het aantal gekozen beelden en het totaal opgenomen
beelden
• Zet het zoomhendeltje naar [ het vorige scherm.
• Beelden die afgebeeld worden m.b.v. [ ] kunnen niet afgespeeld worden.
Z] (T) om terug te keren naar
Om terug te keren naar normaal terugspelen Druk op 3/4/2/1 om een opname te kiezen en druk dan op [MENU/SET].
De terugspeelzoom gebruiken
Het zoomhendeltje op [Z] (T) zetten.
1k>2k>4k>8k>16k
• Wanneer u de zoomhendel naar [L] (W) draait na het uitvergroten van het beeld, wordt de vergroting lager.
• Wanneer u de uitvergroting verandert, verschijnt de indicatie van de zoompositie A ongeveer 1 seconde lang en kan de positie van de vergrootte sectie verplaatst worden door op 3/4/2/1 te drukken.
• Hoe meer het beeld vergroot wordt, hoe slechter de kwaliteit ervan wordt.
- 29 -
Basiskennis
B
A
[Opname] functie: n

Bewegende beelden

Schuif de [Opname]/[Afspelen] keuzeschakelaar naar [!] en druk vervolgens op [MODE].
Op 3/4/2/1 drukken om [Bewegend beeld] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
Druk de opspanknop half in om scherp te stellen en druk hem dan helemaal in om opnamen te maken.
A Beschikbare opnametijd B Verstreken opnametijd
• Na het geheel indrukken van de ontspanknop, deze onmiddellijk loslaten.
• De scherpstelling en zoom zijn vastgesteld op de instelling wanneer opnemen start (het eerste frame).
De ontspanknop helemaal indrukken om de opname te stoppen.
- 30 -
Loading...
+ 98 hidden pages