Olympus Stylus 820, µ 820 User Manual [nl]

Page 1
DIGITALE CAMERA
NL
Gebruiks­handleiding
(
Wij zijn u erkentelijk voor de aanschaf van deze digitale Olympus-camera. Lees voordat u uw nieuwe camera gaat gebruiken deze handleiding aandachtig door om u van optimale prestaties en van een lange gebruiksduur van de camera te verzekeren. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats zodat u hem ook later nog eens kunt raadplegen.
(
Voordat u belangrijke opnamen gaat maken, doet u er goed aan eerst enkele proefopnamen te maken teneinde u met uw camera vertrouwd te maken.
(
In het belang van voortdurende verbeteringen van het product behoudt Olympus zich het recht voor de in deze handleiding gepubliceerde informatie bij te werken of aan te passen.
(
De afbeeldingen van het scherm en de camera zijn tijdens de ontwikkeling van het toestel vervaardigd en kunnen op kleine punten afwijken van het toestel dat u in handen hebt.
Quick Start­gebruiksaanwijzing
Meteen aan de slag met uw camera.
Knopfuncties
Menufuncties
Beelden printen
Gebruik van OLYMPUS Master
Leer uw camera beter kennen
Appendix
Page 2
Inhoud
Test de functies van de knoppen van de camera door de afbeedlingen op te volgen.
Leer hoe u gemaakte foto's kunt printen.
Leer hoe u beelden naar een computer kunt overbrengen en opslaan.
Ontdek meer over camerafuncties en over hoe u betere foto's kunt maken.
Lees over handige functies en veiligheidsmaatregelen voor effectiever gebruik van uw camera.
Leer over de menu's die de basisfuncties en -instellingen bevatten.
Knopfuncties
Menufuncties
Beelden printen
Leer uw camera beter kennen
Appendix
Blz. 11
Blz. 19
Blz. 39
Blz. 53
Blz. 63
Gebruik van OLYMPUS Master
Blz. 45
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Blz. 3
2 NL
Page 3
Uitpakken van de doos
Digitale camera Camerariem LI-42B
Lithium-ionbatterij
LI-40C
Batterijlader
USB-kabeltje AV-kabeltje CD-ROM met
OLYMPUS Master 2
software
Niet weergegeven artikelen: Handleiding (deze handleiding), basishandleiding en garantiekaart. De inhoud kan variëren naar plaats van aankoop.
Camerariem bevestigen
Quick Start-gebruiksaanwijzing
(
Trek de camerariem zo strak dat deze niet los kan raken.
NL 3
Page 4
De camera voorbereiden
2
1
3
Indicator voor laadtoestand
Lampje Aan (rood): laden Lampje uit: opladen voltooid (laadtijd: ca. 5 uur)
Stopcontact
Netsnoer
Batterijlader
Lithium-ionbatterij
Vergrendelknopje voor batterij
2
1
3
(
Plaats de de batterij door de gemarkeerde kant eerst te plaatsen, met de
markeringen richting het vergrendelknopje
voor batterij.
Als u de batterij verkeerd plaatst, kunt u die niet meer verwijderen. Gebruik geen geweld. Neem contact op met een geautoriseerde dealer /servicecentrum. Schade aan de buitenkant van de batterij (krassen etc,) kunnen hitte of een explosie veroorzaken.
(
Schuif het vergrendelknopje voor de batterij in de richting van de pijl om de batterij te verwijderen.
a. Laad de batterij op.
(
Bij levering is de batterij gedeeltelijk opgeladen.
b. Plaats de batterij en een xD-Picture Card (optioneel).
Quick Start-gebruiksaanwijzing
4 NL
Page 5
De camera voorbereiden
Inkeping
(
Houd het kaartje zoals afgebeeld en steek het erin tot het op zijn plaats vastklikt.
(
Om het kaartje te verwijderen, drukt u het zover mogelijk naar binnen en laat u het langzaam los, pak het kaartje en verwijder het.
4
5
6
(
U kunt met deze camera zelfs zonder een optionele xD-Picture Card™ (hierna “het kaartje“ genoemd) fotograferen. Als u met deze camera foto's maakt zonder een xD-Picture Card te gebruiken, worden de foto's in het interne geheugen opgeslagen. Informatie over het kaartje vindt u onder “Het kaartje“ (Blz. 64).
Quick Start-gebruiksaanwijzing
NL 5
Page 6
De camera inschakelen
Voor het bekijken van beelden (stand Weergeven)
Voor het maken van videobeelden (stand Fotograferen)
Voor het fotograferen van stilstaande beelden (stand Fotograferen)
o
-knop
X
Y /M / D
Y M D
T IM E
----.--.-- --:--
Tip
De richtingen van de pendelknop (
1243
) worden
aangegeven met
1243
in deze handleiding.
1
2
34
Hier wordt verklaard hoe de camera in de stand Fotograferen (fotofunctie) wordt gezet.
a. Zet de functieknop op K.
Standen voor het Fotograferen van stilstaande beelden
K
h
s
g
b. Druk op de
Met deze functie kunt u fotograferen met de automatische instellingen van de camera. Deze functie corrigeert vage beelden die ontstaan doordat het onderwerp of de camera
beweegt als de foto gemaakt wordt. Met deze functie kunt u fotograferen door een mot iefprogramma te selecteren afhankelijk van
de lichtomstandigheden. Met deze functie kunt u de focusinstellingen instellen door de fotogids op het scherm te volgen.
o
-knop.
TIME
----.--.-- --:--
Y/M/D
Quick Start-gebruiksaanwijzing
(
Om de camera uit te schakelen, drukt u nog een keer op de
6 NL
CANCEL
Als de datum en tijd nog niet zijn ingesteld, verschijnt dit scherm.
o
MENU
-knop.
Page 7
Datum en tijd instellen
Over het instelmenu voor datum en tijd
Y-M-D (Jaar-Maand-Dag)
Verlaat een instelling.
Minuten Datumformaten (Y-M-D, M-D-Y, D-M-Y)
MENU
CANCEL
X
Y/M/DY /M / D
Y M D TIMET IM E
----.--.-- --:------.--.-- --:--
Uur
2Y
-knop
1F
-knop
MENU
X
CANCEL
Y/M/DY / M /D
Y Y M D D TIMET IM E
3#
-knop
MENU
X
CANCEL
Y/M / DY / M / D
Y Y M D D TIM ET I ME
1212
a. Druk op de
De eerste twee cijfers van het jaartal zijn vast ingesteld.
b. Druk op de 3#-knop.
c. Druk op de
2Y
-knop om [M] te selecteren.
d. Druk op de
1F
-knop en de
1F
-knop en de
3#
-knop.
2Y
-knop om [Y] te selecteren.
Quick Start-gebruiksaanwijzing
NL 7
Page 8
Datum en tijd instellen
MENU
X
CANCEL
Y/M / DY / M / D
Y Y M D D TIM ET I ME
1212
OK
MENU
X
CANCEL SET
Y/M / DY / M / D
Y Y M D D TIM ET I ME
1212
OK
MENU
X
CANCEL SET
Y/M / DY / M / D
Y Y M D D TIM ET I ME
1212
e
-knop
P
3264
×
2448
[
IN
]
4
[ ]
e. Druk op de
2Y
1F
-knop en de
-knop om [D] te selecteren.
f. Druk op de 3#-knop.
g. Druk op de
2Y
1F
-knop en de
-knop om de uren en minuten
te selecteren.
De tijd verschijnt in 24-uurs formaat.
h. Druk op de 3#-knop.
i. Druk op de
2Y
j. Nadat alle functies zijn ingesteld, drukt u op de
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Voor een nauwkeurige tijdinstelling drukt u op de e-knop op het moment dat de klok 00 seconden aanwijst.
1F
-knop en de
-knop om [Y / M / D] te selecteren.
e
-knop.
8 NL
HQHQ3264
2448
IN
4
Page 9
Een foto maken
Ontspanknop
(Half ingedrukt) Als de scherpstelling en belichting zijn vastgezet, gaat de groene LED branden en de sluitertijd en diafragmawaarde worden weergegeven.
Plaats deze markering op uw onderwerp.
Het aantal stilstaande
beelden dat kan worden
opgeslagen wordt
weergegeven.
P
3264
×
2448
[
IN
]
4
[ ]
1/1000
F5.6
Ontspanknop
(Geheel ingedrukt)
De indicatie-LED Dataverkeer
knippert.
a. Houd de camera vast.
Horizontale stand Verticale stand
b. Stel scherp.
1/1000
F5.6
Quick Start-gebruiksaanwijzing
c. Druk af.
HQHQ3264
2448
IN
4
NL 9
Page 10
Beelden bekijken
12:3012 :3 0'07.12.26' 07. 1 2. 26
100-00011 0 0 - 0 0 0 1
1
HQHQ
[
IN
IN
]
Pendelknop
Volgende foto
Vorige foto
Functieknop
o
-knop
Beelden wissen
f
/ S-knop
OK
SET
MENU
BACK
YES
NO
[IN]
ERASE
1F
-knop
e
-knop
OK
SET
MENU
BACK
YES
NO
ERASE
a. Zet de functieknop op q.
a. Druk op de 4&-knop en de 3#-knop om het beeld weer te geven
dat u wilt wissen.
b. Druk op de f/ S-knop.
Quick Start-gebruiksaanwijzing
c. Druk op de
e
-knop om het beeld te wissen.
10 NL
1F
-knop om [YES] te selecteren en druk op de
Page 11
Knopfuncties
P
[
IN
IN
]
44
[ ]
HQHQ 32643264×24482448
Stand Fotograferen
Flitserfunctie
Zelfontspanner
Stand macro /
Stand supermacro
Standen Weergeven
Stand Fotograferen
6
a
d
0
c
9
b
8
5
3
1 2
7
4
1
2
P
3264
×
2448
[
IN
]
4
[ ]
1/1000
F5.6
Groene LED
o
-knop
Power aan: Stand Fotograferen
Lens wordt uitgeschoven
Monitor gaat aan
De camera aan en uit zetten
Stand Weergeven
Monitor gaat aan
Knopfuncties
Ontspanknop
Stilstaande beelden fotograferen
Stel de functieknop in op K, h, s of scherpstelling en belichting zijn vastgezet, gaat de groene LED branden (scherpstelgeheugen) en de sluitertijd en diafragmawaarde worden weergegeven (alleen als de functieknop op de ontspanknop nu helemaal in (geheel) om een foto te maken.
Videobeelden opnemen
Zet de functieknop op n en druk de ontspanknop half in om de scherpstelling vast te leggen, druk vervolgens de ontspanknop geheel in om te beginnen met opnemen. Om het opnemen van videobeelden te stoppen, drukt u de ontspanknop opnieuw in.
1/1000
F5.6
HQHQ3264
2448
IN
4
g
en druk de ontspanknop licht in (half). Als de
Scherpstelgeheugen – De scherpstelling vasthouden en dan de foto samenstellen
Stel uw foto samen met vastgehouden scherpstelling en druk dan de ontspanknop volledig in om een foto te maken.
Als de groene LED knippert, is de scherpstelling niet goed aangepast. Probeer de scherpstelling opnieuw vast te leggen.
K, h
Fotograferen
staat). Druk
NL 11
Page 12
Functieknop
3
+
0.3
+
0.7
+
1.0
0.0
Exposure effects.
Druk op 43 om de
weergave te
veranderen.
Als [Exposure effects.] is geselecteerd.
Omschakelen tussen de standen Fotograferen en Weergeven
Stel de functieknop in op de gewenste stand Fotograferen of Weergeven.
K
Stilstaande beelden fotograferen
De camera bepaalt de optimale instellingen voor de lichtomstandigheden automatisch.
h
Fotograferen met gebruik van de digitale beeldstabilisatie
Deze functie corrigeert vage beelden die ontstaan doordat het onderwerp of de camera beweegt als de foto gemaakt wordt.
Door naar een andere stand om te schakelen, worden de meeste instellingen teruggezet naar de standaardinstellingen van elke stand.
s
Fotograferen door een motiefprogramma te selecteren afhankelijk van de
situatie
U kunt fotograferen door een motiefprogramma te selecteren afhankelijk van de situatie.
Een motiefprogramma selecteren / Naar een ander motiefprogramma wisselen
Druk op m om in het hoofdmenu [SCN] te selecteren en wissel naar een ander motiefprogramma.
Door naar een ander motiefprogramma om te schakelen worden de meeste instellingen teruggezet naar de standaardinstellingen van elk motiefprogramma.
g“s
Knopfuncties
(motiefprogramma)
g
De fotogids volgen voor het maken van betere foto's
SH OOTING GUIDE 1 / 3
Shoot w/ effects preview.
1
Brightening subject.
2
Shooting into backlight.
3
Set particular lighting.
4
5
Blurring background.
Een motiefprogramma selecteren afhankelijk van de fotografeersituatie
Volg de fotogids op het scherm om de focusinstellingen in te stellen.
Druk op m om de fotogids opnieuw weer te geven.
Om de instelling te veranderen zonder de fotografeergids te gebruiken, zet u de stand Fotograferen op een andere stand.
De inhoud die met de fotogids ingesteld is, verandert in de standaardinstellingen door op m te drukken of de functie met de functieknop te veranderen.
OK
SET
“ (Blz. 24)
Fotograferen door previews met verschillende effecten te vergelijken
Exposure effects.Exposure effects.
Exposure effects.
0.0
0.0
+
0.7
0.7
+
+
Selecteer één van de opties [1 Fotograferen m / effect, preview.] uit het menu [SHOOTING GUIDE] voor een preview met een live venster met meerdere beelden op de monitor, waarop vier verschillende niveaus van het geselecteerde foto-effect worden
0.3
0.3
weergegeven. U kunt de vier preview-beelden vergelijken en de gewenste instelling / het gewenste effect selecteren.
1.0
1.0
Selecteer met de pendelknop het beeld met de gewenste instellingen en druk op
e
en u kunt met het geselecteerde effect fotograferen.
. De camera gaat automatisch naar de stand Fotograferen
12 NL
Page 13
n
Dit pictogram brandt rood tijdens video-opname.
A
00:36
De resterende opnametijd wordt weergegeven.
Als de resterende opnametijd 0 bereikt, wordt het opnemen
automatisch gestopt.
My Favorite
My FavoriteMy FavoriteMy Favorite
OK
MENU
SLIDE-
SHOW
SLIDE-
SHOW
ADD
FAVORITE
ADD
FAVORITE
SET
EXIT
My Favorite
Videobeelden opnemen
Het geluid wordt samen met de videobeelden opgenomen.
00:36
00:36
q
Stilstaande beelden bekijken / Stand Weergeven selecteren
De laatste foto wordt weergegeven.
Druk op de pendelknop om andere foto's te bekijken.
Gebruik de zoomknop om om te schakelen tussen gezoomd weergeven, indexweergave en kalenderweergave.
Druk op e om het informatiedisplay dat gedurende 3 seconden wordt getoond tijdens enkelbeeldweergave te wissen.
g
“MOVIE PLAY
Panoramische beelden bekijken met [COMBINE IN CAMERA 1/2] (Panorama weergeven)
P
“Mijn Favorieten“ bekijken
Weergeven van videobeelden
g
De stilstaande beelden die in “Mijn favorieten“ zijn opgeslagen, worden weergegeven.
Druk op de pendelknop om andere foto's te bekijken.
Gebruik de zoomknop om om te schakelen tussen gezoomd weergeven en indexweergave.
“ (Blz. 28)
Gebruik de pendelknop om een panor amisch beeld te selecteren en druk op e. Schuiven naar rechts (of omhoog schuiven voor een gedraaid beeld) start automatisch. Gebruik de zoomknop om in te zoomen terwijl een beeld schuift. Gebruik de pendelknop om de schuifrichting van een ingezoomd beeld te wijzigen. Druk op e om het schuiven in de originele vergroting te stoppen of voort te zetten. Druk op m om het weergeven van panoramische beelden te verlaten.
“PANORAMA
Panoramische beelden maken en combineren
Knopfuncties
“ (Blz. 22)
Druk op m tijdens de weergave van “Mijn favorieten“ om het hoofdmenu weer te geven en selecteer dan [SLIDESHOW] of [ADD FAVORITE].
g
“SLIDESHOW “ADD FAVORITE
Beelden automatisch afspelen
Favoriete beelden toevoegen
“ (Blz. 28)
“ (Blz. 30)
NL 13
Page 14
Beelden wissen uit “Mijn favorieten“
4
5
P
P/AUTO
43
: Selecteer een instelling en druk op e.
12
: Selecteer de functie die u wilt instellen.
Functiemenu
6
YES / NO
Selecteer met de pendelknop het beeld dat u wilt wissen en druk op f / S. Selecteer [YES] en druk op
e
.
Door het wissen van een beeld uit “Mijn favorieten“ wordt het originele beeld dat in het interne geheugen of op het kaartje is opgeslagen, niet gewist.
Pendelknop (
1243
)
Gebruik de pendelknop om motiefprogramma's, foto weergave en de menuopties te selecteren.
e
-knop (OK / FUNC)
Geeft het functiemenu weer dat de functies en instellingen bevat die tijdens het fotograferen worden gebruikt. Deze knop wordt ook gebruikt om uw selectie te bevestigen.
De functies die u met het functiemenu kunt instellen P / AUTO
Selecteer de stand Fotograferen als u de functieknop heeft ingesteld op K.
Andere functies die u met het functiemenu kunt instellen
g
Knopfuncties
.....................................................................Fotograferen met automatische instellingen
P (programmagestuurd automatisch) De camera stelt aan de hand van de helderheid van het object
AUTO (Volautomatisch) De camera stelt behalve diafragma en sluitertijd, automatisch de
“WB
Kleur van een foto aanpassen
“ISO
De ISO-gevoeligheid wijzigen
“DRIVE
Repeterend (continu) fotograferen
“ESP / n
Een ander vlak kiezen voor het meten van de helderheid van een object
P
P
WB
AUTO
ISO
AUTO
o
P/AUTO
ESP
h
P
automatisch de optimale diafragmawaarde en sluitertijd in.
witbalans en de ISO-gevoeligheid in.
“ (Blz. 25)
“ (Blz. 25)
“ (Blz. 26)
“ (Blz. 26)
m
-knop (MENU)
Geeft het hoofdmenu weer.
14 NL
Het hoofdmenu weergeven
Page 15
Zoomknop
7
P
[
IN
]
4
[ ]
3264
×
2448
P
[
IN
]
4
[ ]
3264
×
2448
Uitzoomen: Druk op W op de zoomknop.
Inzoomen: Druk op T op de zoomknop.
1 2
4
3
[
IN
IN
]
12:3 0
'0 7.12 .26
10 0- 00 04
4
HQ
[
IN
]
1 2 3
4 5 6
7 8 9
[
IN
IN
]
[[
IN
IN
]
[
]
Gezoomd weergeven
Druk op T om de foto stapsgewijs te vergroten tot maximaal 10 keer de oorspronkelijke grootte. Druk op W om het formaat te verkleinen.
Gebruik de pendelknop tijdens gezoomd weergeven om in de foto heen en weer te schuiven.
Druk op e om naar enkelbeeldweergave terug te keren.
Indexweergave
Gebruik de pendelknop om
een beeld voor weergave te
selecteren en druk op
e
om het geselecteerde enkele
beeld weer te geven.
Kalenderweergave
Gebruik de pendelknop om de datum te selecteren en druk op
e
of T op de zoomknop om het beeld op de geselecteerde datum weer te geven.
Enkelbeeldweergave
Gebruik de pendelknop om in de beelden te bladeren.
W
TW
W
T
W
W
T
W
T
T
[
IN
]
SUN
MON
TUE
WED
THU
FRI
SAT
2007 12
30 1
2 3 4 5 6 7 8
9101011111212131314141515
22
29
31 1 2 3
Stand Fotograferen: Inzoomen op uw object
Factor optische zoom: 5x
Inzoomen tijdens het fotograferen / Gezoomd weergeven
HQHQ3264
Stand Weergeven: De beeldweergave wijzigen
2448
IN
SUN
2007 12
4
IN
'07.12.26
100-0004
MON
TUE
WED
THU
2525262627272828292930
16161717181819192020212122
23232424252526262727282829
303031
FRI
IN
2448
4
HQHQ3264
HQ
12:30
SAT
IN
Knopfuncties
NL 15
Page 16
1F
8
F
+
0.30.3
+
0.70.7
+
1.01.0
0.00.00.0
+
0.3
+
0.7
+
1.0
Druk op 43 om de
weergave te veranderen.
9
0
a
-knop
3#
-knop
Druk op 3# in de stand Fotograferen om de flitserinstelling te selecteren. Druk op
e
om uw keuze te bevestigen.
AUTO (autoflitsen) Bij weinig licht of tegenlicht ontsteekt de flitser automatisch.
Flitsen met onderdrukken
!
van rode ogen
#
Invulflitsen De flitser ontsteekt altijd, ongeacht het beschikbare licht.
$
Flitser uit De flitser ontsteekt niet.
2Y
-knop
2Y
Druk op Druk op
Y Y
Knopfuncties
Nadat de ontspanknop helemaal is ingedrukt, brandt de zelfontspanner-LED ongeveer 10 seconden, knippert dan ongeveer 2 seconden en daarna wordt de foto gemaakt.
Druk op 2Y
Na elke opname die met de zelfontspanner gemaakt wordt, wordt de stand Zelfontspanner automatisch uitgeschakeld.
Druk op Druk op
OFF Stand macro is gedeactiveerd.
&
%
Zoom en flitser kunnen niet worden gebruikt in stand supermacro.
in de stand Fotograferen om de zelfontspanner in en uit te schakelen.
e
om uw keuze te bevestigen.
OFF Annuleer de zelfontspanner. ON Stel de zelfontspanner in.
om de zelfontspanner te annuleren.
4&
-knop
4
&
in de stand Fotograferen om de stand macro te selecteren.
e
om uw keuze te bevestigen.
Stand macro Met deze stand kunt u fotograferen op een afstand van maar 20 cm
Stand supermacro Met deze stand kunt u fotograferen op een afstand van maar 3 cm tot het
Helderheid van de foto wijzigen (belichtingscorrectie)
Druk op 1F in de stand Fotograferen en selecteer met de pendelknop
Aan te passen van –2,0 EV tot +2,0 EV
43
een foto in de gewenste helderheid en druk op e.
Gebruik van de flitser
De flitser geeft inleidende flitsen af om rode ogen op uw foto's te onderdukken.
Fotograferen met de zelfontspanner
Dichtbij het onderwerp fotograferen (stand macro)
(groothoek) en 60 cm (tele) tot het onderwerp.
onderwerp. Als de afstand tussen de camera en het onderwerp meer dan 70 cm is, wordt de foto onscherp.
16 NL
Page 17
q
b
c
/ <-knop
q
Beelden onmiddellijk bekijken
Druk op q in de stand Fotograferen om naar de stand Weergeven te schakelen en de als laatste gemaakte foto weer te geven. Druk weer op
g“q
<
Als er een printer op de camera is aangesloten, geef dan het beeld dat u wilt printen weer in de stand Weergeven en druk op
g
f
Druk op f in de stand Fotograferen om de schaduwaanpassingstechniek in of uit te schakelen. Druk op
e
Er verschijnt een rechthoekig kader op het gedetecteerde schaduwgebied. Deze functie maakt het gezicht van het onderwerp helderder, zelfs met tegenlicht, en versterkt de kleur van de achtergrond op de foto.
SHADOW ADJ. OFF Schaduwaanpassingstechniek is gedeactiveerd. SHADOW ADJ. ON Schaduwaanpassingstechniek is geactiveerd.
In sommige gevallen kan de camera geen gezicht herkennen.
Als [SHADOW ADJ. ON] geselecteerd is, gelden de volgende beperkingen voor het instellen.
• [ESP / n] is vastgezet op [ESP].
• [AF MODE] is vastgezet op [FACE DETECT].
• [PANORAMA] is niet beschikbaar.
Als [DRIVE] op [W] staat, wordt deze functie alleen voor de eerste opname geactiveerd.
In sommige gevallen duurt het even voordat er een detectiekader wordt weergegeven.
S
Selecteer het beeld dat gewist moet worden in de stand Weergeven en druk op
Eenmaal gewiste beelden kunt u niet meer herstellen. Controleer alle beelden voor deze gewist worden, zodat niet onbedoeld beelden gewist worden die u had willen bewaren.
g“0 Beelden beveiligen
q
of druk de ontspanknop half in om terug te keren naar de stand Fotograferen.
Stilstaande beelden bekijken / Stand Weergeven selecteren“ (Blz. 13)
Beelden printen
<
“EASY PRINT“ (Blz. 39)
f/ S
-knop
.
Het onderwerp verlichten bij tegenlicht / Beelden wissen
Het onderwerp verlichten bij tegenlicht
om in te stellen.
Beelden wissen
“ (Blz. 33)
Beelden bekijken / Beelden printen
S
.
Knopfuncties
NL 17
Page 18
g
d
n
R
W
+2.0
l
k
[
IN
]
4
[ ]
$
3264
×
2448
ISO 1600
%
P
P
$
ISOISO 16001600
n
W
%
HQ
HQ 32643264×24482448
+2.0+2.0
k
[
IN
IN
]
44
[ ]
R
l
12:3012:3 0'07.12.26'07 .12. 26
100-00041 00 -0 00 4
4
HQHQ
[
IN
IN
]
ISO 400ISO 400
12:3012:3 0'07.12.26'07 .12. 26
100-00041 00 -0 00 4
4
+2.0
+2.01/ 1000100 0F5.6F5.6
HQHQ
32643264×24482448
[
IN
IN
]
ISO 400ISO 400
12:3012:3 0'07.12.26'07 .12. 26
4
+2.0
+2.0
1/ 1000100 0
F5.6F5.6
HQHQ
[
IN
IN
]
Hulplijnweergave
*1
Eenvoudige weergave
*1
Normale weergave
$
ISO 1600
n
W
%
k
R
l
[
IN
]
[ ]
+2.0
HQ
P
Histogram­weergave
*1
Stand Fotograferen
Normale weergave
Gedetailleerde weergave
Stand Weergeven
Geen informatieweergave
Histogram­weergave
*2
[ ]
ES P/ESP /n
s
.
/ E-knop
Informatiedisplays wijzigen
Druk op g / E om het display in onderstaande volgorde te wijzigen.
+2.0
ISO 1600
HQHQ3264
2448
IN
4
De informatie / Display op de LCD-monitor wijzigen
+2.0
Knopfuncties
ISO
1600
HQ
*1 Dit wordt niet weergegeven als de functieknop op n of R staat. *2 Dit wordt niet weergegeven als er een video is geselecteerd.
Menugids weergeven
Sets picture brightnes for taking pictures
IN
4
Houd g / E ingedrukt terwijl er een menufunctie is geselecteerd om de menugids weer te geven. Laat te sluiten.
g
/ E los om de menugids
Tijd controleren
Druk, terwijl de camera is uitgeschakeld, op g / E om de tijd weer te geven (en de alarmtijd, als [ALARM CLOCK] is ingesteld). De tijd wordt 3 seconden weergegeven.
18 NL
Page 19
Menufuncties
e
-knop
Pendelknop (
1243
)
m
-knop
OK
MENU
SETUPSETUP
IMAGE
QUALITY
IMAGE
QUALITY
RESETRESET
CAMERA
MENU
CAMERA
MENU
SILENT
MODE
SILENT
MODE
EXIT SET
PANORAMAPANORAMA
CA ME RA ME NU
Hoofdmenu (in stand voor het fotograferen
van stilstaande beelden)
OK
MENU
SETUPSETUP
IMAGE
QUALITY
IMAGE
QUALITY
RESETRESET
CAMERA
MENU
CAMERA
MENU
SILENT
MODE
SILENT
MODE
EXIT SET
PANORAMAPANORAMA
Bedienings­aanwijzingen
m
-
knop
1243
op
de pendelknop
: Gaat terug naar het vorige menu. : Verlaat het menu. :Druk op
1243
om een instelling te selecteren.
: Stelt het geselecteerde item in.
MENU
BACK
e
Over de menu's
Door op m te drukken wordt het hoofdmenu op de monitor weergegeven.
De onderdelen die in het hoofdmenu worden weergegeven variëren, afhankelijk van de functie.
1
WB
2
ISO AUTO
DRIVE
FINE ZOOM
DIGITAL ZOOM
MENU
BACK
Als [CAMERA MENU], [PLAYBACK MENU], [EDIT], [ERASE], of [SETUP] is geselecteerd, wordt het menu van de desbetreffende functies weergegeven.
Als uw camera is ingesteld volgens de weergegeven fotogids, met de functieknop op u op
m
om de fotogids weer te geven.
Bedieningsaanwijzingen
Tijdens bediening van het menu worden de te gebruiken knoppen en hun functie onderaan het scherm weergegeven. Volg deze gidsen om door de menu's te navigeren.
AUTO
o
OFF
OFF
SET
OK
g
, drukt
Menufuncties
MENU
EXIT
OK
SET
NL 19
Page 20
Gebruik van de menu’s
SETUP
IMAGE
QUALITY
RESET
CAMERA
MENU
SILENT
MODE
PANORAMA
CA MER A M ENU
OK
SET
MENU
BACK
2
1
CA MER A M ENU
AF MODE SPOT
R
OFF
ESP
De geselecteerde functie wordt weergegeven in een andere kleur.
Paginaweergave: Het paginaweergaveteken wordt weergegeve n als er op de volgende pagina nog meer menufuncties staan.
CA MER A M ENU
Dit verklaart hoe de menu's gebruikt kunnen worden aan de hand van de [AF MODE]-instelling.
1
Zet de functieknop op K.
2
Druk op Selecteer [CAMERA MENU] en druk op uw keuze te bevestigen.
3
Gebruik de pendelknop te selecteren en druk op
4
Gebruik de pendelknop [FACE DETECT], [iESP] of [SPOT] te selecteren en druk op
Menufuncties
m
om het hoofdmenu weer te geven.
[AF MODE] is een van de selecties in het [CAMERA MENU]. Druk op
e
om uw keuze te bevestigen.
12
om [AF MODE]
e
12
e
.
12
om
.
m
m
Het kan zijn dat niet alle instellingen beschikbaar zijn, afhankelijk van de stand Fotograferen / het motiefprogramma.
Druk op 4 op dit scherm, zodat de cursor naar de paginaweergave beweegt. Druk op veranderen. Om een item te selecteren, drukt u op
De menufunctie wordt ingesteld en het vorige menu wordt weergegeven. Druk meermaals op verlaten. Voor het annuleren van wijzigingen en om verder te gaan met de bediening van het menu, drukt u op
e
drukt.
e
om
om van pagina te
3
of e.
om het menu te
voordat u op
IMAGE
QUALITY
CAMERA
RESET
MENU
PANORAMA
MENU
EXIT SET
1
WB
2
ISO AUTO
DRIVE
FINE ZOOM
DIGITAL ZOOM
MENU
BACK
1
5
ESP/
AF MODE
2
R
MENU
BACK
SETUP
SILENT
MODE
OK
AUTO
o
OFF
OFF
OK
SET
FACE DETECT
iESP
SPOT
OK
SET
20 NL
Page 21
Menu stand Fotograferen
OK
MENU
SETUPSETUP
IMAGE
QUALITY
IMAGE
QUALITY
RESETRESET
CAMERA
MENU
CAMERA
MENU
SILENT
MODE
SILENT
MODE
EXIT SET
PANORAMAPANORAMA
2
5
CAMERA MENU
WB ISO DRIVE FINE ZOOM DIGITAL ZOOM (digitaal zoomen)
ESP /
n
AF MODE
R
DIS MOVIE MODE
*
*
Dit wordt alleen weergegeven als videobeelden
geselecteerd zijn.
5
4
1
6
3
1
Sommige functies zijn in bepaalde standen niet beschikbaar.
g
“Beschikbare functies in de standen Fotograferen en bij motiefprogramma's“ (Blz. 61)
g
“Instelmenu's – SETUP“ (Blz. 34)
De standaardinstellingen af fabriek worden in het grijs weergegeven ( ).
IMAGE QUALITY
Beeldkwaliteit van stilstaande beelden en de toepassing ervan
Beeldkwaliteit / Resolutie Compressiefactor Applicatie SHQ 3264 x 2448 Lage compressie HQ 3264 x 2448 Standaard
SQ1 2560 x 1920 Standaard
2304 x 1728
compressiefactor
compressiefactor
2048 x 1536
SQ2 1600 x 1200 Standaard
1280 x 960
compressiefactor
1024 x 768 640 x 480 Lage
16:9 1920 x 1080 Standaard
compressiefactor
compressiefactor
Beeldkwaliteit video
Beeldkwaliteit / Resolutie SHQ 640 x 480 HQ 320 x 240 SQ 160 x 120
K h s n
Beeldkwaliteit wijzigen
Dit is handig voor het printen van grote beelden op A3-formaat. Dit is handig voor het het bewerken van foto's op de computer, zoals aanpassen van contrast en onderdrukken van rode ogen.
Dit is handig voor het printen op A3-formaat / A4. Dit is handig voor computerbewerkingen als draaien of het toevoegen van tekst aan een foto.
Dit is handig voor het printen op ansichtkaartformaat. Dit is handig voor het bekijken van foto's op een computer.
Deze beeldkwaliteit is vooral praktisch om beelden als bijlagen bij e-mail te verzenden.
Dit is nuttig om de weidsheid van een object, zoals een landschap, te benadrukken en voor het bekijken van beelden op een breedbeeldtelevisie. [PANORAMA] kan niet worden ingesteld.
NL 21
Menufuncties
Page 22
RESET
2
3
NO / YES
Fotografeerfuncties herstellen naar de standaardinstellingen. De functieknop mag niet op staan.
Standaardinstellingen af fabriek herstellen
Functies hersteld naar de standaardinstellingen af fabriek
P / AUTO P Blz. 14
F
# YY &
Schaduwaanpassingstechniek OFF Blz. 17 Informatiedisplay Normale weergave Blz. 18 IMAGE QUALITY HQ Blz. 21 PANORAMA COMBINE IN CAMERA 1 Blz. 22
s
WB AUTO Blz. 25 ISO AUTO Blz. 25 DRIVE FINE ZOOM OFF Blz. 26 DIGITAL ZOOM (digitaal zoomen) OFF Blz. 26 ESP /
n
AF MODE SPOT Blz. 27
R
DIS MOVIE MODE OFF Blz. 27
Functie Standaardinstellingen af fabriek Zie blz.
0.0 Blz. 16 AUTO Blz. 16
OFF Blz. 16
OFF Blz. 16
PORTRAIT Blz. 24
o
ESP Blz. 26
OFF Blz. 27
Blz. 26
g
PANORAMA
Menufuncties
COMBINE IN CAMERA1
COMBINE IN CAMERA2
COMBINE IN PC Hiermee worden foto's gemaakt die op een PC worden gecombineerd.
Een Olympus xD-Picture card is vereist voor panoramaopnamen.
Als de opslagcapaciteit van het kaartje onvoldoende is, kan deze functie niet worden geselecteerd.
Hiermee worden automatisch foto's gemaakt en in de camera gecombineerd.
Hiermee worden handmatig foto's gemaakt en deze worden automatisch in de camera gecombineerd.
Panoramische beelden maken en combineren
22 NL
Page 23
[COMBINE IN CAMERA 1]
Maak de eerste foto.
Als u de camera iets in de richting van de volgende foto beweegt, verschijnen er een focusteken en een pointer.
De pointer beweegt als u de camera draait voor een panoramisch beeld. Beweeg de camera langzaam en constant totdat de pointer het focusteken overlapt, blijf dan stilstaan.
De camera maakt de tweede foto automatisch.
Maak, als het actuele onderwerp op de monitor verschijnt, de derde foto op dezelfde manier als de tweede.
Als de derde foto is gemaakt, worden de foto's automatisch gecombineerd en de gecombineerde foto wordt weergegeven. Om slechts twee foto's te combineren, drukt u op
e
voordat u de derde
foto maakt.
2e 3e
Focusteken
Pointer
Sluit de beelden van
links naar rechts op
elkaar aan
1e
Sluit de beelden van
links naar rechts op
elkaar aan
Gebruik 43 om aan te geven aan welke rand u de foto's wilt verbinden en maak dan de eerste foto.
Stel uw tweede foto zo samen, dat de rand van de eerste foto de rand van de tweede foto overlapt en maak dan de foto.
Maak de derde foto op dezelfde manier als de tweede.
Als de derde foto is gemaakt, worden de foto's automatisch gecombineerd en de gecombineerde foto wordt weergegeven. Om slechts twee foto's te combineren, drukt u op
e
voordat u de
derde foto maakt.
1e 2e 3e
Maak automatisch foto's voor een panoramisch beeld en combineer de foto's met behulp van uw camera tot een enkel panoramisch beeld. Alleen gecombineerde beelden worden opgeslagen.
OK
EXIT
[COMBINE IN CAMERA 2]
Maak handmatig foto's voor een panoramisch beeld en combineer de foto's met behulp van uw camera tot een enkel panoramisch beeld. Alleen gecombineerde beelden worden opgeslagen.
OK
EXIT
OK
EXIT
OK
EXIT
OK
EXIT
EXIT
OK
OK
EXIT
NL 23
Menufuncties
Page 24
[COMBINE IN PC]
Sluit de beelden van links naar rechts op elkaar aan Sluit de beelden van beneden naar boven op elkaar aan
3
: Het volgende beeld wordt aangesloten op de
rechterrand.
4
: Het volgende beeld wordt aangesloten op de
linkerrand.
1
: Het volgende b eeld wordt aangesloten op de
bovenrand.
2
: Het volgende beeld wordt aangesloten op de
onderrand.
4
Instelmenu voor
motiefprogramma's
Motiefprogramma instellen.
Een panoramafoto maken met behulp van de OLYMPUS Mastersoftware van de meegeleverde CD-ROM.
Gebruik de pendelknop om aan te geven aan welke rand u de foto's wilt aansluiten en maak uw foto's zo dat de randen overlappen. Fotograferen is mogelijk tot maximaal 10 beelden. Druk op sluiten.
In [COMBINE IN PC] blijft de vorige foto niet zichtbaar voor het positioneren. Onthoud het op de monitor weergegeven beeld als een ruwe indicatie, stel dan de foto zo samen dat de randen van de vorige foto in het beeld met de volgende foto overlappen.
Opmerking
Scherpstelling, belichting, WB en zoom worden in het eerste beeld vastgezet en de flitser ontsteekt niet.
In de stand [COMBINE IN CAMERA1] of [COMBINE IN CAMERA2] kan [IMAGE QUALITY] niet worden gewijzigd.
In de stand [COMBINE IN CAMERA1] worden camera-instellingen automatisch voor deze stand geoptimaliseerd. In de stand [COMBINE IN CAMERA2] of [COMBINE IN PC], worden foto's gemaakt in de als laatste ingestelde [ISO]- of [SCN]-instellingen (behalve enkele motiefprogramma's).
s
(motiefprogramma)
PORTRAIT / LANDSCAPE / LANDSCAPE+PORTRAIT / NIGHT SCENE NIGHT+PORTRAIT AVAILABLE LIGHT / SUNSET
Menufuncties
DOCUMENTS / AUCTION*2 / SHOOT & SELECT1 BEACH & SNOW (strand & sneeuw)
Het scherm voor het selecteren van een motiefprogramma laat voorbeelden zien en een beschrijving van de fotografeersituatie waar het voor bedoeld is. Dit kan alleen worden ingesteld als de functieknop op
s
staat.
g
“Functieknop Weergeven
Door naar een ander motiefprogramma om te schakelen worden de meeste instellingen teruggezet naar de standaardinstellingen van elk motiefprogramma.
*1 Als het onderwerp donker is, wordt ruisonderdrukking automatisch
geactiveerd. Dit verdubbelt ongeveer de tijd van fotograferen waarin
geen andere foto's gemaakt mogen worden. *2 De scherpstelling van het eerste beeld wordt vastgehouden. *3 De camera stelt voor elk beeld scherp.
24 NL
*1
/ SPORT / INDOOR / CANDLE / SELF PORTRAIT /
*1
/ FIREWORKS
Omschakelen tussen de standen Fotograferen en
“ (Blz. 12)
e
om de functie Panoramaopnamen te
Een motiefprogramma selecteren afhankelijk
van de fotografeersituatie
*1
/
*1
/ CUISINE / BEHIND GLASS /
*2
/ SHOOT & SELECT2
*3
/ SMILE SHOT
1 PORTRAIT
B
F D G U
BACK
MENU
*2
SET
/
OK
Page 25
[e SHOOT & SELECT1] / [f SHOOT & SELECT2]
Geselecteerd beeld.
e
Druk op 43 om door de foto's te bladeren.
Foto's die met een
R
gemarkeerd zijn, worden gewist.
Druk op e om de beelden die gewist moeten worden te markeren of te deselecteren.
5
Deze motiefprogramma's stellen u in staat repeterende beelden te maken door de ontspanknop ingedrukt te houden. Na het fotograferen selecteert u de beelden die u wilt wissen door er een te zetten en drukt u op
e
MENU
BACK
[
S
SMILE SHOT]
Als de camera een lachend gezicht herkend in de stand standby fotograferen, worden er automatisch 3 beelden in de stand snel repeterende opnamen gemaakt. U kunt ook handmatig foto's maken door in deze stand op de ontspanknop te drukken.
Als [SMILE SHOT] geselecteerd is, brandt de zelfontspanner-LED. Als de zelfontspanner-LED knippert, kan er niet gefotografeerd worden.
In sommige gevallen kan de camera geen lachend gezicht herkennen.
S
om ze te wissen.
OK
S
GO
R
bij
CAMERA MENU
WB
........................................................................................................Kleur van een foto aanpassen
AUTO
5
Zonnige dag Voor fotograferen bij heldere lucht.
3
Bewolkte dag Voor fotograferen bij bewolkte lucht.
1
Gloeilamplicht Voor fotograferen bij gloeilamplicht.
w
TL-lamp 1
x
TL-lamp 2
y
TL-lamp 3
De witbalans wordt voor natuurlijke kleuren automatisch aangepast, ongeacht de lichtbron.
Voor fotograferen bij daglicht-TL-licht. (Dit type lamp wordt hoofdzakelijk binnenshuis gebruikt.)
Voor fotograferen bij neutraal-wit TL-licht. (Dit type lamp wordt hoofdzakelijk in bureaulampen gebruikt.)
Voor fotograferen bij wit TL-licht. (Dit type lamp wordt hoofdzakelijk in kantoren gebruikt.)
Menufuncties
ISO
........................................................................................................De ISO-gevoeligheid wijzigen
AUTO
50 / 100 / 200 / 400 / 800 / 1600 / 3200
Als [DRIVE] op [W] staat, wordt [ISO] vastgezet op [AUTO].
Als [3200] geselecteerd is, wordt [IMAGE QUALITY] beperkt tot [2048 x 1536] of lager.
De gevoeligheid wordt automatisch aangepast aan de heersende belichting van het object.
Een lage waarde verlaagt de gevoeligheid voor het maken van heldere, scherpe foto's bij daglicht. Hoe hoger de waarde, hoe groter de lichtgevoeligheid van de camera en hoe meer mogelijk heden om met een korte sluitertijd en bij weinig licht te fotograferen. Een grote gevoeligheid veroorzaakt echter beeldruis in de uiteindelijke opname, wat een korrelig beeld tot gevolg kan hebben.
NL 25
Page 26
DRIVE
P
[
IN
IN
]
44
[ ]
HQHQ 32643264×2448 2448
P
[
IN
]
4
[ ]
3264
×
2448
Zoombalk Wit gebied: Het optische zoombereik Rood gebied: Het digitale zoombereik
Optische zoom Digitaal zoomen
........................................................................................ Repeterend (continu) fotograferen
o
W
Door de ontspanknop ingedrukt te houden, kunt u een reeks opeenvolgende foto's maken. De camera maakt continu foto's tot u de ontspanknop loslaat.
Als [W] geselecteerd is, gelden de volgende beperkingen voor het instellen.
De flitserfunctie wordt vastgehouden op [$].
[ISO] wordt vastgehouden op [AUTO].
[IMAGE QUALITY] wordt beperkt tot [2048 x 1536] of lager.
[FINE ZOOM], [DIGITAL ZOOM] en [R] kunnen niet worden ingesteld.
FINE ZOOM
OFF / ON
Combineert optische zoom en beeld vastleggen om een grotere vergroting mogelijk te maken (maximaal 16x). De beeldkwaliteit verslechtert niet aangezien er geen dataconversie (verhogen van het aantal pixels) plaatsvindt.
De beschikbare instelling [IMAGE QUALITY] is [SQ1] of lager.
De beschikbare vergroting varieert afhankelijk van de instelling [IMAGE QUALITY].
Deze functie is niet beschikbaar met geactiveerde digitale zoom.
DIGITAL ZOOM
OFF / ON
De digitale zoom kan worden gebruikt om close-up-foto's te maken met een sterkere vergroting als u deze combineert met optische zoom. (Optische zoom x digitale zoom : maximum 28x)
Deze functie is niet beschikbaar met geactiveerde fijne zoom.
Maakt telkens één foto als de ontspanknop wordt ingedrukt. Bij alle foto's wordt de scherpstelling en de belichting van de eerst opname
aangehouden. De snelheid van de repeterende opnamen is afhankelijk van de ingestelde beeldkwaliteit.
....................Inzoomen op uw onderwerp zonder de beeldkwaliteit te verminderen
.........................................................................................Inzoomen op uw object
Menufuncties
HQHQ3264
ESP /
n
..................... Een ander vlak kiezen voor het meten van de helderheid van een object
ESP Meet de helderheid in het beeldmidden en in het gebied eromheen afzonderlijk, om
n
26 NL
IN
4
2448
een beeld vast te leggen waarin de helderheid in balans is. Fotografeert u bij sterk tegenlicht, dan is het mogelijk dat het beeldmidden donker wordt afgebeeld.
Alleen de helderheid van het beeldmidden wordt gemeten. Aanbevolen voor het maken van een foto met sterk tegenlicht.
Page 27
AF MODE
6
In sommige gevallen kan de camera niet op een gezicht scherpstellen, ook niet als [FACE DETECT] geselecteerd is.
R
Als de camera geactiveerd is [ON] neemt deze ongeveer 4 seconden audio op nadat de foto is gemaakt. Richt de microfoon van de camera tijdens het opnemen op de geluidsbron die u wilt opnemen.
DIS MOVIE MODE
Videobeelden opnemen met digitale beeldstabilisatie.
Als dit is ingesteld op [ON], worden de beelden iets vergroot.
Het is mogelijk dat beelden niet kunnen worden gecorrigeerd als de camera heftig wordt geschud of als het object extreem beweegt.
Selecteer [OFF] als u video-opnames maakt terwijl de camera fysiek is gestabiliseerd. Indien u dat niet doet, kan het zijn dat de video-opname die u maakt meeschudt met het object.
........................................................................................Wijzigen van het scherpstelvlak
FAC E DETECT
iESP De camera bepaalt op welk object in het beeld wordt scherpgesteld. Zelfs wanneer
SPOT
..........................................................................................Geluid opnemen bij stilstaande beelden
OFF / ON
OFF / ON
De camera zoekt een gezicht binnen het beeld en stelt daarop scherp.
het object zich niet in het midden van het scherm bevindt, is het mogelijk scherp te stellen.
Selectie van het scherpstellen is gebaseerd op het onderwerp binnen het autofocusteken.
............................... Fotograferen in de stand Digitale beeldstabilisatie video
SILENT MODE
OFF / ON
Met deze functie kunt u bedieningsgeluiden tijdens het fotograferen en weergeven, waarschuwingspiepen, sluitergeluiden enz. uitschakelen.
Camerageluiden uitschakelen
NL 27
Menufuncties
Page 28
Menu stand Weergeven
5
EDIT
MOVIE
PLAY
ADD
FAVORITE
EDIT
ERASE
SETUP
PLAYBACK
MENU
PRINT
ORDER
SILENT
MODE
CALENDAR
SLIDE-
SHOW
EDIT
ERASE
PRINT
ORDER
SILENT
MODE
PERFECT
FIX
ADD
FAVORITE
SETUP
PLAYBACK
MENU
5
8
Q P
COLOR EDIT FRAME LABEL CALENDAR LAYOUT EXPRESSION EDIT FACE FOCUS
Als een stilstaand beeld is geselecteerd
Als videobeelden zijn geselecteerd
5
EDIT
6
*1
7
0
y
*2
R
*2
7
PLAYBACK MENU
2
87
*1 Een kaartje is
noodzakelijk.
*2 Dit wordt niet
weergegeven als er een video is geselecteerd.
3
5
INDEX EDIT
1
4
4
g
“Instelmenu's – SETUP“ (Blz. 34) “SILENT MODE Camerageluiden uitschakelen
(Blz. 27)
1
OK
SET
MENU
BACK
SLIDES H OW
OFF
ON
BGM
TYPE
[IN]
[]
[]
2
12: 30
'0 7.1 2. 26
10 0- 00 04
4
[
IN
]
q P
De standaardinstellingen af fabriek worden in het grijs weergegeven ( ).
Menufuncties
Van reeksen videobeelden wordt alleen het eerste beeld getoond.
Na het instellen van [BGM] en [TYPE] drukt u op e om de diashow te starten.
Druk op e of m om de diashow te stoppen.
MOVIE PLAY
28 NL
SLIDESHOW
'07.12.26
OK
100-0004
MOVIE PLAY
IN
EDIT
PLAYBACK
MENU
ERASE
EDIT
PLAYBACK
MENU
ERASE
PRINT
ORDER
SETUP
SILENT
PRINT
ORDER
SETUP
SILENT
SLIDE-
SHOW
PERFECT
FIX
ADD
FAVORITE
MENU
EXIT SET
MOVIE
PLAY
ADD
FAVORITE
CALENDAR
MENU
EXIT SET
Stel
achtergrondmuziek
Selecteer in het functiemenu [TYPE] het overgangseffect tussen de
12:30
beelden.
BGM ON / OFF TYPE
Selecteer in het hoofdmenu [MOVIE PLAY] en druk op videobeelden af te spelen.
U kunt videobeelden ook weergeven door een beeld te selecteren met het videopictogram (n) in de stand Weergeven en op e te drukken.
MODE
OK
MODE
OK
Beelden automatisch afspelen
[BGM] op [ON] of [OFF].
NORMAL FADER / SLIDE / ZOOM DOWN /
ZOOM UP / CHECKERBOARD / BLINDS / SWIVEL / RANDOM
/ SCROLL /
Weergeven van videobeelden
e
om de
Page 29
Bedieningen tijdens het weergeven van videobeelden.
12: 30
'0 7.1 2. 26
10 0- 00 04
00:00 00:36
[
IN
]
1
: Verhoogt het volume.
2
: Verlaagt het volume.
Weergavetijd / totale opnametijd
3
: Iedere keer dat de knop ingedrukt wordt, wordt de snelheid van de weergave
veranderd in de volgorde: 2x; 20x en terug naar 1x.
4:
Speelt de videobeelden in omgekeerde richting af. Iedere keer dat de knop ingedrukt wordt, wordt de snelheid van de weergave veranderd in de volgende volgorde: 1x; 2x; 20x; en terug naar 1x.
00:05 00:36
[
IN
]
1
: Geeft het eerste beeld weer.
2
: Geeft het laatste beeld weer.
3
: Geeft het volgende beeld weer.
4
: Geeft het vorige beeld weer.
3
IN
'07.12.26
Druk op e om de weergave te pauzeren.
12:30
100-0004
00:00 00:36
Mogelijkheden in de stand pauze
IN
00:05 00:36
Om de weergave te hervatten, drukt u op e.
Om de weergave van de videobeelden in het midden of tijdens een pauze stop te zetten, drukt u op
m
.
PERFECT FIX
Het opgenomen beeld wordt gecorrigeerd en als nieuw beeld opgeslagen.
Gebruik 12 om het effect te selecteren dat u wilt toepassen en druk op e.
Gebruik 43 om de foto te selecteren die u wilt bewerken en druk op e.
PERFECT FIX
ALL
DIS EDIT
LIGHTING FIX
REDEYE FIX
MENU
BACK
SET
[IN]
ALL
DIS EDIT
LIGHTING FIX
OK
REDEYE FIX Corrigeert de rode ogen van een onderwerp.
Digitale beeldstabilisatiebewerking, belichtingscorrectie en rode-ogencorrectie worden samen geactiveerd.
Retoucheert beelden met onvoorziene bewegingsonscherpte.
De onderbelichte delen van een beeld worden lichter gemaakt.
Foto's corrigeren
Menufuncties
Videobeelden, foto's die met een andere camera zijn gemaakt en eerder gecorrigeerde of bewerkte foto's kunnen niet worden gecorrigeerd.
Als er gecorrigeeerde foto's worden weergegeven, kan de foto niet gecorrigeerd worden.
Er kan op sommige beelden enige bewegingsonscherpte blijven bestaan.
Het bewerken van een beeld kan een licht verlies in kwaliteit betekenen.
NL 29
Page 30
ADD FAVORITE
4
5
OK
SET
O
COLOR EDIT
12
34
Met deze functie slaat u uw favoriete stilstaande beelden in het interne geheugen op als afzonderlijke stilstaande beelden. U kunt maximaal 9 favoriete beelden opslaan.
g“P
‘Mijn favorieten’ bekijken “ (Blz. 13)
ADD FAVORITE
• Gebruik de pendelknop om een beeld te selecteren en druk op e.
Favoriete beelden toevoegen
MENU
BACKSET
Opgeslagen beelden kunnen zelfs niet door het formatteren van het interne geheugen worden gewist.
Een opgeslagen beeld kan worden gebruikt als beeld voor het startscherm of als achtergrond van het menuscherm.
g
“PW ON SETUP “MENU THEME
Opmerking
Opgeslagen beelden kunnen niet worden bewerkt, geprint, op een kaartje worden gekopieerd, naar een computer worden overgedragen of op een computer worden weergegeven.
OK
Het startscherm en het volume instellen
De kleur en achtergrond van het menuscherm instellen
“ (Blz. 35)
“ (Blz. 35)
EDIT
Q
......................................................................................................Het formaat van foto's wijzigen
640 x 480 / 320 x 240
Dit wijzigt het formaat van een foto en slaat het als een nieuw bestand op.
P
........................................................................................................................... Een foto uitsnijden
Snij een foto uit en sla de uitgesneden foto als een nieuwe foto op.
Gebruik 43 om een foto die u wilt uitsnijden te selecteren en druk op e.
Gebruik de pendelknop en zoomknop om de positie en het formaat van het bereik-selectiekader aan te passen en druk op e.
Menufuncties
COLOR EDIT......................................................................
Deze functie stelt u in staat de kleuren van de foto te wijzigen en deze als nieuwe foto op te slaan.
Selecteer de foto met 43 en druk op e.
Selecteer het gewenste effect met 43 en druk op e.
1
BLACK & WHITE Hiermee wordt de foto zwart-wit.
2
SEPIA Hiermee wordt de foto sepia.
3
SATURATION (HARD)
4
SATURATION (SOFT)
Hiermee wordt de kleurintensiteit van de foto verhoogd.
Hiermee wordt de kleurintensiteit van de foto iets verhoogd.
De kleuren van de foto wijzigen
30 NL
Page 31
FRAME ...................................................................................
OK
WOT
SETMOVE
FR AME
OK
SET
LABEL
OK
SET
C
OK
SET
MENU
BACK
LAYOUT
ALL IMAGES
CALENDAR
SEL. IMAGE
Met deze functie kunt u een kader selecteren, het kader met een beeld samenvoegen en dit opslaan als een nieuw beeld.
Selecteer een kader met 43 en druk op e.
Selecteer de foto die met de kader samengevoegd moet worden met 43 en druk op e. (Druk op 12 om de foto 90° rechtsom of 90° linksom te draaien.)
Druk op de pendelknop en de zoomknop om de positie en het formaat van de foto aan te passen en druk op e.
LABEL
......................................................................................... Een titel toevoegen aan een foto
Met deze functie kunt u een titel selecteren, de titel met een beeld samenvoegen en dit opslaan als een nieuw beeld.
Selecteer de foto met 43 en druk op e.
Selecteer de titel met 43 en druk op e. (Druk op 12 om de foto 90° rechtsom of 90° linksom te draaien.)
Druk op de pendelknop en de zoomknop om de positie en het formaat van de titel aan te passen en druk op e.
Stel de kleur van de titel in met de pendelknop en druk op e.
Kaders toevoegen aan foto's
CALENDAR
Met deze functie kunt u een kalenderformaat selecteren, de kalender met een beeld samenvoegen en dit opslaan als een nieuw bestand.
ALENDAR
LAYOUT .....................................................
ALL IMAGES
CALENDAR Hiermee worden foto's die op een bepaalde dag van de kalendar zijn opgeslagen,
................................................................... Een kalenderafdruk met een foto maken
Selecteer de foto met 43 en druk op e.
Selecteer de kalender met 43 en druk op e. (Druk op 12 om de foto 90° rechtsom of 90° linksom te draaien.)
Stel de datum van de kalender in en druk op e.
Meerdere foto's rangschikken en samenvoegen
Hiermee worden alle foto's die op het kaartje zijn opgeslagen gerangschikt en samengevoegd.
weergegeven om te kunnen rangschikken en samenvoegen.
SEL. IMAGE Selecteert foto's individueel om te rangschikken en samen te voegen.
Druk op 43 om een bladindelingsmodel te selecteren en druk op e.
Selecteer de beeldselectiemethode en druk op e.
Selecteer de foto en druk op e. (Als [SEL. IMAGE] geselecteerd is, druk
12
om de foto 90° rechtsom of 90° linksom te draaien.)
dan op
Menufuncties
NL 31
Page 32
EXPRESSION EDIT
00:0000:00 / 00:3600:3600:00/ 00:36
OK
SET
OK
SET
00:0000:00 / 00:3600:3600:00 /00:36
6
Met deze functie kunt u de gezichtsuitdrukking van uw onderwerp wijzigen zodat u een geheel nieuwe foto kunt creëren. Deze functie kan op het grootste en / of dichtsbijzijnde gezicht in het beeld worden toegepast. Het onderwerp moet zich met het gezicht naar de camera bevinden.
Selecteer de foto met 43 en druk op e.
Selecteer het gewenste effect met 43 en druk op e.
In sommige gevallen kan de camera geen gezicht herkennen.
FACE FOCUS
Het gezicht van uw onderwerp wordt scherp en de achtergrond zacht en onscherp. Deze functie kan op het grootste en / of dichtsbijzijnde gezicht in het beeld worden toegepast. Het onderwerp moet zich met het gezicht naar de camera bevinden.
Selecteer de foto met 43 en druk op e.
In sommige gevallen kan de camera geen gezicht herkennen.
INDEX
........................................................................................Van een video een indexfoto maken
Deze functie selecteert 9 beelden uit een video en slaat ze als nieuw beeld op (INDEX) met thumbnails van elk beeld.
EDIT
.................................................................................................... Een deel van de video snijden
Selecteer het deel van de video dat u wilt opslaan, overschrijf het originele bestand hiermee, of sla het als een nieuw bestand op.
........................................................................Gezichtsuitdrukking bewerken
.........................................................................Een gezicht op de foto benadrukken
Gebruik 43 om een video te selecteren en druk op e.
Gebruik de pendelknop om het eerste beeld te selecteren en druk op e. Selecteer het laatste beeld op dezelfde manier en druk op e.
Selecteer [NEW FILE] of [OVERWRITE] en druk op e.
Gebruik de pendelknop om het eerste beeld te selecteren en druk op e. Selecteer het laatste beeld op dezelfde manier en druk op e.
Menufuncties
PRINT ORDER
Met deze functie kunt u bij de foto's op het kaartje ook printgegevens opslaan (het aantal prints en de datum- en tijdinformatie).
g
“Printinstellingen (DPOF)“ (Blz. 42)
Printreserveringen maken (DPOF)
32 NL
Page 33
PLAYBACK MENU
7
OK
EXIT
OFF
ON
[IN]
[]
[]
0
+90°
–90°
OK
EXIT
[IN]
OK
SET
BACK
MENU
YES
NO
[IN]
[]
[]
R
R
8
0
......................................................................................................................... Beelden beveiligen
OFF / ON
Met de functies [ERASE] / [SEL.IMAGE] of [ALL ERASE] kunt u beveiligde beelden niet wissen, maar door te formatteren worden alle beelden gewist.
Selecteer de foto met 43 en beveilig hem door [ON] te selecteren met 12. U kunt meerdere beelden na elkaar beveiligen. 9 wordt weergegeven als de foto beveiligd is.
y
.................................................................................................................................Beelden draaien
+90° / / –90°
Beelden die u fotografeert terwijl u de camera verticaal houdt, worden in horizontale stand weergegeven. Met deze foto's kunt u zulke beelden draaien zodat ze verticaal op het scherm worden weergegeven, en de gedraaide beelden blijven in hun nieuwe stand opgeslagen, ook als de camera wordt uitgeschakeld.
[IN]y
y
[IN]
OK
EXIT
43
Selecteer een beeld met beelden na elkaar draaien.
R
...................................................................................... Geluid toevoegen aan stilstaande beelden
en gebruik 12 om [+90°], [0°] of [–90°] te selecteren. U kunt meerdere
YES / NO
Er wordt ongeveer 4 seconden geluid opgenomen.
Selecteer een beeld met 43 en gebruik 12 om [YES] te selecteren om met de opname te beginnen.
De [BUSY]-balk wordt tijdelijk weergegeven.
ERASE
Beveiligde beelden kunt u niet wissen. Hef de beveiliging op voordat u beveiligde beelden wist. Eenmaal gewiste beelden kunt u niet meer herstellen. Controleer alle beelden voor deze gewist worden, zodat niet onbedoeld beelden gewist worden die u had willen bewaren.
Als u de foto uit het interne geheugen wist, dient u het kaartje niet in de camera te plaatsen.
Als u het beeld van het kaartje wilt wissen, dient u het kaartje eerst in de camera te plaatsen.
Geselecteerde beelden wissen / Alle beelden wissen
EXIT
OK
Menufuncties
NL 33
Page 34
SEL. IMAGE
MENU
S
SEL. IMAGE
[IN]
[]
[]
GO
BACK
OK
OK
MENU
SETUPSETUP
IMAGE
QUALITY
IMAGE
QUALITY
RESETRESET
CAMERA
MENU
CAMERA
MENU
SILENT
MODE
SILENT
MODE
EXIT SET
PANORAMAPANORAMA
OK
MENU
SLIDE-
SHOW
SLIDE-
SHOW
EDITEDIT
ERASEERASE
PLAYBACK
MENU
PLAYBACK
MENU
PLAYBACK
MENU
PRINT
ORDER
PRINT
ORDER
SILENT
MODE
SILENT
MODE
EXIT SET
PERFECT
FIX
PERFECT
FIX
ADD
FAVORITE
ADD
FAVORITE
SETUPSETUP
Stand Weergeven
Stand Fotograferen
* Een kaartje is noodzakelijk.
MEMORY FORMAT (FORMAT*) BACKUP
*
W
PW ON SETUP MENU THEME BEEP
8
SHUTTER SOUND VOLUME REC VIEW FILE NAME PIXEL MAPPING
s
X
DUALTIME ALARM CLOCK VIDEO OUT POWER SAVE
SETUP
.............................................................. Wissen door een enkel beeld te selecteren
Gebruik de pendelknop om het beeld te selecteren en druk op e om het beeld te markeren met een R.
Druk nogmaals op e om de selectie te annuleren.
Als alle afzonderlij ke foto's die gewist moeten worden, zijn gemarkeerd, drukt u op f / S.
Selecteer [YES] en druk op e.
ALL ERASE
Selecteer [YES] en druk op e.
..................................... Wis alle beelden in het interne geheugen of op het kaartje
Instelmenu's – SETUP
Menufuncties
MEMORY FORMAT (FORMAT)
Bij het formatteren van het interne geheugen of het kaartje worden alle opgeslagen beeldgegevens gewist, ook de beveiligde beelden (beelden die onder “Mijn Favorieten“ zijn opgeslagen worden niet gewist). Zorg ervoor dat u, voordat u het interne geheugen of het kaartje gaat formatteren, het daarop aanwezige belangrijke beeldmateriaal kopieert naar een computer of een ander opslagmedium.
Bij het formatteren van het interne geheugen moet u eerst het kaartje uit de camera verwijderen.
Zorg ervoor dat het kaartje in de camera is geplaatst terwijl u het formatteert.
Voordat u een kaartje van een andere fabrikant dan OLYMPUS, of een kaartje dat in een computer werd geformatteerd, kunt gebruiken moet u deze eerst in deze camera formatteren.
BACKUP
Plaats het optionele kaartje in de camera. Bij het kopiëren van beeldgegevens worden geen foto's uit het interne geheugen gewist.
34 NL
........................................ Foto's vanuit het interne geheugen naar het kaartje kopiëren
Het duurt even om een back-up te maken. Controleer of de batterij voldoende is opgeladen voordat u met kopiëren begint of gebruik de lichtnetadapter.
............................ Het interne geheugen of kaartje formatteren
Page 35
W
.................................................................................................Een taal voor de monitor kiezen
De taal waarin de informatie op de monitor wordt weergegeven, kunt u zelf instellen. Welke talen beschikbaar zijn, is afhankelijk van waar u deze camera heeft gekocht. Met de bij uw camera geleverde OLYMPUS Master software kunt u uw camera van nog andere talen voorzien.
PW ON SETUP
SCREEN OFF (Er wordt geen beeld weergegeven.) / 1 / 2 / MY FAVORITE VOLUME OFF (Geen geluid) / LOW / HIGH
Selecteer [2] en druk op 3 om een stilstaand beeld uit het interne geheugen of van het kaartje in te stellen als startscherm.
Selecteer [MY FAVORITE] en druk op 3 om een stilstaand beeld uit “Mijn favorieten“ in te stellen als startscherm.
g
“ADD FAVORITE
[VOLUME] kan in de volgende gevallen niet worden ingesteld.
ALs [SCREEN] op [OFF] staat.
Als [SILENT MODE] op [ON] staat.
MENU THEME
NORMAL / BLUE / BLACK / PINK / MY FAVORITE
Selecteer [MY FAVORITE] en druk op 3 om een stilstaand beeld uit “Mijn favorieten“ in te stellen als achtergrond.
g
“ADD FAVORITE
BEEP
......................... Het volume van de pieptoon aanpassen als er een knop wordt ingedrukt
OFF (Geen geluid) / LOW / HIGH
..............................................................Het startscherm en het volume instellen
Favoriete beelden toevoegen
“ (Blz. 30)
.....................................De kleur en achtergrond van het menuscherm instellen
Favoriete beelden toevoegen
“ (Blz. 30)
8
.......................................Het volume van het waarschuwingsgeluid van de camera aanpassen
OFF (Geen geluid) / LOW / HIGH
SHUTTER SOUND
OFF (Geen geluid) 1 LOW / HIGH 2 LOW / HIGH 3 LOW / HIGH
VOLUME
.........................................................................Het volume tijdens weergeven aanpassen
OFF (Geen geluid) / 1 / 2 / 3 / 4 / 5
REC VIEW
OFF De foto die wordt opgeslagen, wordt niet weergegeven. Dit is handig als u zich wilt
ON De foto die wordt opgeslagen, wordt weergegeven. Dit is handig als u de foto die u zojuist
....................................................Het geluid van de ontspanknop selecteren
............................................................ Beelden bekijken direct nadat ze zijn gemaakt
voorbereiden voor de volgende foto terwijl de vorige foto opgeslagen wordt.
heeft genomen even wilt controleren. U kunt doorgaan met fotograferen terwijl de foto nog wordt weergegeven.
Menufuncties
NL 35
Page 36
FILE NAME
\DCIM\***OLYMP\Pmdd****.jpg
Mapnr. (100 – 999)
BestandsnaamMapnaam
Maand (1 – C)
Dag (01 – 31)
Bestandsnr. (0001 – 9999)
Maand: jan. – sept. = 1 – 9, okt. = A, nov. = B, dec. = C
s
s
s
1
: Maakt de monitor helderder. 2: Maakt de monitor donkerder.
Druk op
e
om uw keuze te bevestigen.
X
Y /M / D
Y M D
T IM E
----.--.-- --:--
Y-M-D (Jaar-Maand-Dag)
Annuleert het instellen.
Minuten Datumformaten (Y-M-D, M-D-Y, D-M-Y)
Uur
De bestandsnamen en bijbehorende mapnamen voor opgeslagen beelden worden automatisch aangemaakt door de camera. De bestandsnamen en mapnamen bevatten respectievelijk bestandsnummers (0001 t/m 9999) en mapnamen (100 tot 999). Deze worden als volgt genoemd.
.................................................................... Bestandsnamen van beelden herstellen
RESET Deze methode is handig bij het groeperen van bestanden op aparte geheugenkaartjes.
AUTO Deze methode is handig als u al uw bestanden met doorlopende nummers wilt beheren.
De bestandsnummers en mapnummers worden geannuleerd als er een nieuw kaartje in de camera wordt geplaatst. Het mapnummer wordt teruggezet op [nr.100] en het bestandsnummer wordt teruggezet op [nr. 0001].
Zelfs als u een nieuwe geheugenkaart inzet, worden het map- en bestandsnummer van het vorige kaartje aangehouden. Dit is handig bij het beheer van meerdere kaartjes.
PIXEL MAPPING
Met de functie Pixel Mapping kan de camera de CCD en de beeldbewerkingfuncties controleren en bijstellen. U hoeft deze functie niet vaak uit te voeren. Wij raden u aan dit één keer per jaar te doen. Wacht ten minste één minuut na het nemen of bekijken van foto's om de functie pixel mapping optimaal te laten functioneren. Als u tijdens pixel mapping de camera uitschakelt, dient deze procedure opnieuw uitgevoerd te worden. Selecteer [PIXEL MAPPING]. Zodra [START] verschijnt, drukt u op
s
..........................................................................................Helderheid van de monitor aanpassen
................................................................ Beeldbewerkingsfuncties controleren
e
.
Menufuncties
MENU
BACK
X
.................................................................................................................... Datum en tijd instellen
De datum en tijd worden samen met elk beeld opgeslagen voor gebruik in de bestandsnaam.
TIME
----.--.-- --:--
MENU
CANCEL
36 NL
OK
SET
Y/M/D
Page 37
Y M D
T IM E
12
m
: Annuleert het instellen.
0 9 : 00
De eerste twee cijfers van het jaartal zijn vast ingesteld.
De tijd verschijnt in 24-uurs formaat.
Om de tijd nauwkeurig in te stellen, met de cursor op “minuten“ of [Y / M / D], drukt u op e op het moment dat de klok 00 seconden aanwijst.
DUALTIME
........................................................ Datum en tijd instellen voor een andere tijdzone
OFF Wisselt tussen de datum en tijd die ingesteld zijn in [X]. Beelden worden opges lagen met
ON Wisselt tussen de datum en tijd die ingesteld zijn in [DUALTIME]. Als u de
de datum en tijd ingesteld in [X].
dubbelaanduiding instelt, selecteert u [ON] en stelt vervolgens de tijd in. Beelden worden opgeslagen met de datum en tijd ingesteld in [DUALTIME].
DUALTIME
CANCEL
Het datumformaat is hetzelfde als het formaat ingesteld met [X].
De eerste twee cijfers van het jaartal zijn vast ingesteld.
De tijd verschijnt in 24-uurs formaat.
.
ALARM CLOCK
Als [X] niet is ingesteld, is [ALARM CLOCK] niet beschikbaar.
Als [SILENT MODE] op [ON] staat, gaat het alarm niet af.
Als [DUAL TIME] is ingesteld op [ON], gaat het alarm af volgens de dual time datum- en tijdinstelling.
TIM E
12
MENU
...................................................................................................... Alarm instellen
OFF Er is geen alarm ingesteld of het alarm is geannuleerd.
ONE TIME
DAILY Alarm wordt dagelijks op de ingestelde tijd geactiveerd.
Alarm wordt één keer geactiveerd. Nadat het alarm is afgegaan, wordt de instelling geannuleerd.
Een alarm instellen
Selecteer [ONE TIME] of [DAILY] en stel de alarmtijd in.
U kunt de sluimerfunctie of waarschuwingsignalen en volume instellen.
OK
ON Het alarm wordt elke 5 minuten geactiveerd, tot 7 keer.
2 LOW / MID / HIGH 3 LOW / MID / HIGH
AL ARM CLOCK
MOVE
TIME
SNOOZE
ALARM SOUND
0 9:00
SET
TIME Stelt de alarmtijd. SNOOZE OFF De sluimerfunctie staat uit.
ALARM SOUND 1 LOW / MID / HIGH
Menufuncties
NL 37
Page 38
Het alarm bedienen, uitzetten en controleren.
Sluit de AV-kabel aan op de (gele) video-i ngang en de (witte) audio-ingang.
AV-kabeltje (meegeleverd)
Multiconnector
Klepje over de connector
Instellingen op de televisie
Zet de televisie aan en stel deze in op de videostand.
Raadpleeg de handleiding van uw televisie voor details over het omschakelen naar de videostand.
Beelden en de informatie die op het scherm worden weergegeven, kunnen worden afgesneden, afhankelijk van de instellingen van de televisie.
Instellingen op de camera
Druk op
o
in de stand Weergeven om de
camera in te schakelen.
De televisie geeft het laatst gefotografeerde beeld weer. Gebruik de pendelknop om het beeld te selecteren dat u wilt weergeven.
Het alarm bedienen: Schakel de camera uit. Het alarm werkt alleen als de camera uit staat.
Het alarm uitzetten: Druk, terwijl het alarm afgaat, op een willekeurige knop om het alarm uit te zetten en de camera uit te schakelen. Let op: door op Als [SNOOZE] op [OFF] staat, stopt het alarm automatisch en schakelt de camera uit als er 1 minuut geen bediening plaatsvindt.
De alarminstellingen controleren: Druk, terwijl de camera uit is, op geven. De tijden worden 3 seconden weergegeven.
VIDEO OUT
Om beelden op een televisie weer te geven, stelt u de video-uitgang in volgens het type videosignaal van uw televisie.
Types televisie- en videosignaal van de televisie verschillen per land/regio. Controleer het type videosignaal voordat de camera op de televisie wordt aangesloten.
Foto's weergeven op een televisie
Schakel camera en televisie uit voordat u ze op elkaar aansluit.
.................................................................................Foto's weergeven op een televisie
NTSC / PAL
De standaardinstellingen af fabriek verschillen afhankelijk van de regio waar de camera is gekocht.
NTSC Noord Amerika, Taiwan, Korea, Japan PAL Europese landen, China
o
te drukken gaat de camera aan.
g
/ E om de actuele tijd en de ingestelde alarmtijden weer te
Menufuncties
POWER SAVE
OFF / ON
Als 10 seconden lang geen bediening heeft plaatsgevonden met de camera in de stand Fotograferen, gaat de monitor automatisch uit. Door de zoomknop of een andere knop in te drukken keert de camera terug van de standby-modus.
...................................................................De camera instellen op standby-modus
38 NL
Page 39
Beelden printen
USB-kabeltje
Multiconnector
Klepje over de connector
Direct printen (PictBridge)
Gebruik van de functie direct printen
Sluit u de camera aan op een voor PictBridge geschikte printer, dan kunt u beelden rechtstreeks printen. Selecteer de beelden die u wilt printen en het aantal afdrukken op de monitor van de camera. Om vast te stellen of uw printer wel of niet geschikt is voor PictBridge raadpleegt u de handleiding van de printer.
Wat is PictBridge?
De norm voor het aansluiten van digitale camera's en printers van verschillende fabrikanten en voor het direct printen van foto's.
Beschikbare printfuncties, papierformaten enz., zijn afhankelijk van de printer die u gebruikt.
Raadpleeg de handleiding van uw printer.
Voor details over de soorten printerpapier, inktcassettes, enzovoort, raadpleegt u de handleiding
van de printer.
EASY PRINT
[EASY PRINT] kan gebruikt worden om de op de monitor weergegeven foto te printen. De geselecteerde foto wordt geprint met de standaardinstellingen van uw printer. De datum en bestandsnaam worden niet geprint.
STANDARD
Alle printers die PictBridge ondersteunen beschikken over standaard printinstellingen. Indien in het instelmenu [STANDARD] geselecteerd wordt (Blz. 41), worden de beelden op basis van deze instellingen geprint. Voor de standaardinstellingen van uw printer raadpleegt u de handleiding ervan of neemt u contact op met de fabrikant van de printer.
1
Geef de foto die u wilt printen weer op de monitor in de stand Weergeven.
2
Schakel de printer in en verbind het met de camera meegeleverde USB-kabeltje met de multiconnector van de camera en de USB-poort van de printer.
Beelden printen
Het startscherm easy print wordt weergegeven.
Voor details over hoe u de printer inschakelt en over de plaats van de USB-poort, raadpleegt u de handleiding van de printer.
NL 39
Page 40
3
OK
SET
U SB
[]
PC
EASY PRINT
CUSTOM PRINT
EXIT
Bedieningsaanwijzingen
Druk op q / <.
Het printen begint.
EASY PRINT START
Als het printen afgesloten is, wordt het instelmenu voor het selecteren van de foto weergegeven. Om een andere foto te printen, drukt u op u op
q
/ <.
Als u klaar bent, koppelt u het USB-kabeltje los van de camera die het menu voor de selectie van de foto weergeeft.
4
Koppel het USB-kabeltje los van de camera.
5
Trek de andere plug van het USB-kabeltje uit
43
om een foto te selecteren en drukt
PC / CUSTOM PRINT
PRINTEXIT
de printer.
U kunt [EASY PRINT] ook gebruiken als de camera uitgeschakeld wordt of in de stand Fotograferen gezet wordt. Sluit het USB-kabeltje aan bij uitgeschakelde camera of in de stand Fotograferen. Het scherm voor het selecteren van de USB-verbinding wordt weergegeven. Selecteer [EASY PRINT].
g
“EASY PRINT“ Stap 3 (Blz. 40), “CUSTOM PRINT“ Stap 2 (Blz. 40)
Andere printfuncties en printinstellingen (CUSTOM PRINT)
1
Volg stappen 1 en 2 op Blz. 39 om het scherm voor stap 3 hierboven weer te geven en druk op
Beelden printen
2
Selecteer [CUSTOM PRINT] en druk op e.
e
.
OK
3
Volg de bedieningsaanwijzingen om de printinstellingen aan te passen.
40 NL
Page 41
Printfunctie selecteren
CT
[IN]
[]
[]
PRINT
Met deze functie print u de geselecteerde foto.
ALL PRINT
Print alle foto's di e in het interne geheugen of op het kaartje zijn opgeslagen.
MULTI PRINT
Print een foto in meervoudige bladindeling.
ALL INDEX
Print een index van alle foto's die in het interne geheugen of op het kaartje zijn opgeslagen.
PRINT ORDER
Print de foto's volgens de gespecificeerde printreserveringsgegevens op het kaartje. Als er geen printreserveringen zijn gemaakt, is deze optie niet beschikbaar.
g
“Printinstellingen (DPOF)“ (Blz. 42)
SI ZE
BORD ERLESS
[IN]
[]
[]
SIZE
Kies één van de beschikbare papierformaten op uw printer.
BORDERLESS
Met of zonder randen selecteren. In de functie [MULTI PRINT] kunt u niet met een rand printen.
OFF ( )
Het beeld wordt binnen een blanco kader geprint.
ON ( )
Het beeld wordt bladvullend geprint.
PICS / SHEET
Alleen beschikbaar in de stand [MULTI PRINT]. Het aantal prints dat geprint kan worden, is afhankelijk van de printer.
10 0 -0 0 0 4
[
IN
]
PRINT
Print één kopie van de geselecteerde foto. Als [SINGLE PRINT] of [MORE] is geselecteerd, wordt / worden er één kopie of meerdere kopieën geprint.
SINGLE PRINT
Maakt een printreservering voor de weergegeven foto.
MORE
Stelt het aantal prints en de te printen gegevens voor de weergegeven foto in.
OK
SET
MENU
BACK
PRINT INFO
1
WITHOUT
WITHOUT
DATE
FILE NAME
P
< x
[IN]
<
x
Met deze functie stelt u het aantal prints in. U kunt maximaal 10 prints selecteren.
DATE ( )
Selecteert u bij deze functie de optie [WITH], dan worden de beelden met datum geprint.
FILE NAME ( )
Selecteert u bij deze functie de optie [WITH], dan worden de beelden met bestandsnaam geprint.
P
Gebruik de pendelknop en de zoomknop, pas de plaats en het formaat van het uitsnijkader aan en druk op e om het uitgesneden beeld te printen.
PRINT MODE SELE
PRINT
ALL PRINT
MULTI PRINT
ALL INDEX
MENU
EXIT SET
OK
Het printerpapier instellen
SIZE
BORDERLESS
SIZE
BORDERLESS
STANDARD
BACK
STAND ARD
MENU
Opmerking
Als het scherm [PRINTPAPER] niet wordt weergegeven, dan zijn de opties [SIZE], [BORDERLESS] en [PICS / SHEET] ingesteld op [STANDARD].
OK
SET
Het te printen beeld selecteren
IN
100-0004
OK
PRINT
SINGLEPRINT
Druk op foto uit de indexweergave selecteren.
MORE
43
om de foto te selecteren die u wilt printen. U kunt tevens de zoomknop gebruiken en een
Instellen van het aantal prints en de te printen gegevens
Beelden printen
NL 41
Page 42
4
OK
SET
MENU
BACK
[IN]
[]
[]
PRINT
CANCEL
OK
[IN]
[]
[]
SET
CONTINUE
CANCEL
Monitorbeeld tijdens dataoverdracht
Druk op e.
Selecteer [CANCEL] en druk op e.
OK
CANCEL
TRANSFERRING
OK
MENU
EXIT SET
CT
[IN]
[]
[]
PRINT
ALL PRINT
MULTI PRINT
ALL INDEX
Selecteer [PRINT] en druk op e.
Het printen begint.
Als het printen voltooid is, wordt het scherm [PRINT MODE SELECT] weergegeven.
Printen annuleren
5
Druk in het scherm [PRINT MODE SELECT] op
m
.
Op de monitor verschijnt nu een melding.
6
Trek de plug van het USB-kabeltje uit de camera.
7
Trek de andere plug van het USB-kabeltje uit de
PRINT MODE SELE
printer.
Printinstellingen (DPOF)
Hoe worden printreserveringen gemaakt
Met printreservering kunt u bij de foto's op het kaartje ook printgegevens opslaan (het aantal prints en de datum- en tijdinformatie). Beschikt u over een voor DPOF geschikte printer, dan kunt u met printreservering de beelden gemakkelijk thuis printen. Maar u kunt dat ook laten doen door een fotospeciaalzaak die over DPOF­faciliteiten beschikt. DPOF is een genormaliseerd bestandstype voor het opslaan van printinformatie vanuit digitale camera’s.
Uitsluitend de beelden die op het kaartje zijn opgeslagen, kunnen gereserveerd worden voor het printen. Steek een kaartje met opgeslagen beelden in de camera, voordat de printreserveringen gemaakt worden.
Beelden printen
De met printreservering opgeslagen beelden kunt u op de volgende manieren printen.
Laten printen door een voor DPOF ingerichte fotospeciaalzaak.
Hier kunnen foto’s geprint worden aan de hand van de printreserveringen.
Printen met een voor DPOF geschikte printer.
Het is mogelijk om rechtstreeks van het kaartje met printreserveringsgegevens te printen zonder tussenkomst van een computer. Voor details raadpleegt u de handleiding van de printer. Het is mogelijk dat u, om te kunnen printen, een PC-kaartadapter nodig heeft.
42 NL
Page 43
Opmerking
[xD]
Bedieningsaanwijzingen
OK
SET
WOT
12:3012: 30'07.12.26' 07. 12. 26
100-000410 0- 00 04
4
HQHQ
×
[
xD
xD
]
0
OK
SET
MENU
BACK
X
X
X
NO
DATE
TIME
OK
SET
MENU
BACK
R
SET
CANCEL
[xD]
[]
[]
1 (1 ( 1)1)
Het is mogelijk dat DPOF-reserveringen die werden ingesteld met een ander apparaat, met deze camera niet gewijzigd kunnen worden. Eventuele wijzigingen moet u dan aanbrengen met het oorspronkelijke apparaat. Bevat een kaartje DPOF-reserveringen die met een ander apparaat werden ingesteld, dan wordt met deze camera over de oorspronkelijk ingestelde reserveringen heen geschreven.
Op een en hetzelfde kaartje kunt u DPOF-printreserveringen instellen voor maximaal 999 beelden.
Het is mogelijk dat bepaalde printers of fotospeciaalzaken niet over alle functies beschikken.
Het kan zijn dat panoramische beelden niet in alle fotospeciaalzaken kunnen worden afgedrukt.
Printfuncties zonder DPOF gebruiken
Foto's die opgeslagen zijn in het interne geheugen, kunnen niet in een fotospeciaalzaak geprint worden. De foto's dienen eerst naar een kaartje gekopieerd te worden.
g “BACKUP
Foto's vanuit het interne geheugen naar het kaartje kopiëren
“ (Blz. 34)
Een enkel beeld reserveren
Om voor een geselecteerde foto een printreservering te specificeren, volgt u de bedieningsaanwijzingen.
1
Druk in de stand Weergeven op
2
Selecteer [PRINT ORDER] [<] en druk op e.
3
Druk op 43 om de beelden voor
m
en geef het hoofdmenu weer.
PRINT ORDER
BACKSET
<
U
MENU
printreserveringen te selecteren en druk dan op
12
Een foto uitsnijden
4
Druk op e als u de printreserveringen ingesteld heeft.
5
Selecteer de printinstelling voor datum en tijd en druk op
NO De foto's worden zonder datum en tijd geprint. DATE De geselecteerde foto's worden geprint met de datum van
TIME De geselecteerde foto's worden geprint met het tijdstip van
6
Selecteer [SET] en druk op e.
om het aantal prints in te stellen.
U kunt geen printreserveringen maken voor foto's met A. Herhaal stap 3 om printreserveringen te maken voor andere foto's.
Gebruik de zoomknop om het uitsnijkader weer te geven. Gebruik de pendelknop en de zoomknop om de positie en het formaat van het bereik-
selectiekader aan te passen en druk op
e
.
het fotograferen.
het fotograferen.
e
.
PRINT ORDE
OK
Beelden printen
NL 43
Page 44
Alle beelden reserveren
OK
SET
MENU
BACK
G
RESET
KEEP
PRINT ORDEREDPRINT ORDERED
Alle op het kaartje opgeslagen beelden worden gereserveerd. Het aantal prints is ingesteld op één print per foto.
1
Druk in de stand Weergeven op
2
Selecteer [PRINT ORDER] [U] en druk op e.
3
Selecteer de instelling voor datum en tijd en druk op e.
NO De foto's worden zonder datum en tijd geprint. DATE Alle foto's worden geprint met de datum van fotograferen. TIME Alle foto's worden geprint met het tijdstip van het fotograferen.
4
Selecteer [SET] en druk op e.
Annuleren van printreserveringsgegevens
U kunt alle printreserveringsgegevens of alleen die voor geselecteerde foto's herstellen.
1
Selecteer hoofdmenu [PRINT ORDER] en druk op e.
Printreserveringsgegevens van alle foto's herstellen
m
en geef het hoofdmenu weer.
2 Selecteer [<] of [U] en druk op e. 3
Selecteer [RESET] en druk op e.
Annuleren van de printreserveringsgegevens van een geselecteerde foto
PRINT ORDER SETTIN
2 Selecteer [<] en druk ope. 3
Selecteer [KEEP] en druk op e.
4
Druk op 43 om het beeld met de printreserveringen die u wilt annuleren, te selecteren en druk op
Herhaal stap 4 om printreserveringen voor andere foto's te annuleren.
5
Druk op e als u de printreserveringen geannuleerd heeft.
6
Selecteer de instelling voor datum en tijd en druk op e.
Beelden printen
De instelling wordt toegepast op de resterende foto's met printreserveringen.
7
Selecteer [SET] en druk op e.
2
om het aantal prints op 0 in te stellen.
44 NL
Page 45
Gebruik van OLYMPUS Master
Voordat u de procedure start.
Computer die aan de bedrijfscondities
voldoet (Blz. 46).
CD-ROM met
OLYMPUS Master 2
USB-kabeltje
(
Beeldgegevens downloaden vanuit de camera of andere media
(
Beelden en videobeelden bekijken
U kunt een diashow vertonen en geluid afspelen.
(
Beelden beheren
Beelden beheren in een album of map. Gedownloade beelden worden automatisch op datum gesorteerd, waard oor u beelden snel kunt vinden.
(
Beelden bewerken
U kunt de beelden draaien, uitsnedes maken en het formaat wijzigen.
(
Beelden bewerken met filters en correctiefuncties
(
Beelden printen
U kunt beelden gemakkelijk printen.
(
Panoramaopnamen samenstellen
Uit de beelden die u fotografeert met de camera in de stand Panoramaopname kunt u panoramabeelden samenstellen.
(
Actualiseer de versie van de firmware van uw camera
Voor details over andere functies en bewerkingen, raadpleegt u de “Help“- gids in de OLYMPUS Master referentiehandleiding.
Overzicht
Met het bij de camera geleverde USB-kabeltje kunt u de camera aansluiten op uw computer en kunnen de beelden naar uw computer gedownload (overdracht) worden door de bij de camera geleverde OLYMPUS Master software te gebruiken.
Installeer OLYMPUS Master software
Sluit de camera met het meegeleverde
USB-kabeltje aan op de computer.
Activeer de OLYMPUS Master software
Download beeldbestanden naar de computer
Koppel de camera los van de computer
Gebruik van OLYMPUS Master
Wat is OLYMPUS Master?
OLYMPUS Master is een softwaretoepassing voor het beheren van digitale beelden op uw computer. Nadat u deze software heeft geïnstalleerd, kunt u de volgende bewerkingen uitvoeren:
gBlz. 46
gBlz. 48
gBlz. 49
Gebruik van OLYMPUS Master
gBlz. 49
gBlz. 50
NL 45
Page 46
Installeer OLYMPUS Master software
Controleer voordat u de OLYMPUS Master software installeert of het besturingssysteem van uw computer aan onderstaande systeemeisen voldoet. Voor de geschiktheid van de software voor nieuwere besturingssystemen raadpleegt u de Olympus website waarvan het adres is vermeld op het achterblad van deze handleiding.
Bedrijfscondities Windows
OS Windows 2000 Professional / XP Home Edition / XP Professional / Vista CPU Pentium III, 500 MHz of later RAM 256 MB of meer Ruimte op de harde schijf 500 MB of meer Monitor 1024 x 768 pixels of meer
Andere USB-poort of IEEE 1394-poort
Opmerking
Windows 98 / 98SE / Me worden niet ondersteund.
Gebruik een computer met vooraf geïnstalleerd besturingssysteem. Bediening wordt niet gegarandeerd met zelfgebouwde computers of computers met een geactualiseerd besturingssysteem.
Bediening wordt niet gegarandeerd als u een toegevoegde USB-poort of IEEE 1394-poort gebruikt.
Om de software te installeren moet u zich aanmelden als gebruiker met beheerderaccount.
65.536 kleuren of meer (aanbevolen wordt 16.770.000 kleuren of meer)
Internet Explorer 6 of later QuickTime 7 of later aanbevolen DirectX 9 of later aanbevolen
Macintosh
OS Mac OS X v10.3 of later CPU Power PC G3 500 MHz of later
RAM 256 MB of meer Ruimte op de harde schijf 500 MB of meer
Gebruik van OLYMPUS Master
Monitor 1024 x 768 pixels of meer
Andere USB-poort of IEEE 1394-poort (FireWire)
Opmerking
Mac-versies ouder dan OS X 10.3 worden niet ondersteund.
Bediening wordt niet gegarandeerd als u een toegevoegde USB-poort of IEEE 1394-poort (FireWire) gebruikt.
Om de software te installeren moet u zich aanmelden als gebruiker met beheerderaccount.
Voordat u onderstaande handelingen uitvoert, moet u er voor zorgen dat u de geïnstalleerde media verwijdert door die naar de prullenbak te slepen. Doet u dat niet, dan kan dat tot instabiliteit van de computer leiden zodat u die opnieuw moet starten.
Koppel het verbindingskabeltje tussen camera en computer los.
Schakel de camera uit
Open het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje
Intel Core Solo / Duo 1,5 GHz of later
32.000 kleuren of meer (aanbevolen wordt 16.770.000 kleuren of meer)
Safari 1.0 of later (aanbevolen wordt 1.3 of later) QuickTime 6 of later
46 NL
Page 47
Windows
1
Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
Nu wordt het installatievenster voor OLYMPUS Master geopend.
Verschijnt het installatievenster niet automatisch, dan dubbelklikt u op het pictogram “Deze computer“ op het bureaublad en klikt dan op het pictogram van de CD-ROM.
2
Selecteer de taal voor de monitor en klik op de “OLYMPUS Master 2“-knop.
Als het venster voor installatie van componenten wordt weergegeven, klikt u op “OK“.
3
Klik op “Verder“ en volg de aanwijzingen op het scherm.
Als de licentieovereenkomst van OLYMPUS Master verschijnt, leest u die aandachtig door en klikt dan op “Ja“ om door te gaan met de installatie.
4
Als het venster met gebruikerinformatie wordt weergegeven, voert u uw “Naam“ in, selecteert u uw “Regio“ en klikt u op “Verder“.
Gebruik van OLYMPUS Master
5
Als het instelmenu voor installatietype wordt weergegeven, klikt u op “Installeren“.
Om de componenten te selecteren voor installatie, selecteert u “Specificaties van de klant“.
De installatie wordt gestart. Nu verschijnt het afsluitvenster van de installatie. Klik op “Sluiten“.
Vervolgens wordt het venster weergegeven waarin bevestigd wordt of OLYMPUS muvee theaterPack Trial Version moet worden geïnstalleerd. Om deze software te installeren, klikt u op “Installeren“.
NL 47
Page 48
Macintosh
Monitor
Klepje over
de connector
Multiconnector
OK
[IN]
[]
[]
SET
U SB
PC
EASY PRINT
CUSTOM PRINT
EXIT
1
Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
Nu wordt het CD-ROM-venster geopend.
Verschijnt het CD-ROM-venster niet, dan dubbelklikt u op het pictogram van de CD-ROM, op het bureaublad.
2
Dubbelklik op het pictogram “Setup“ (Installatie) op het bureaublad.
Nu verschijnt het installatievenster voor OLYMPUS Master.
Ga te werk volgens de aanwijzingen op het scherm.
Als de licentieovereenkomst van OLYMPUS Master verschijnt, leest u die aandachtig door en klikt op “Doorgaan“ en vervolgens op “Akkoord“ om door te gaan met de installatie.
Nu verschijnt het afsluitvenster van de installatie.
U moet uw computer opnieuw starten voordat u OLYMPUS Master gebruikt.
Camera aansluiten op een computer
1
Controleer of de camera uitgeschakeld is.
De monitor is uitgeschakeld.
De lens is ingeschoven.
2
Verbind de multiconnector op de camera met de USB-poort van de computer met behulp van het meegeleverde USB-kabeltje.
Voor de plaats van de USB-poort raadpleegt u de handleiding
Gebruik van OLYMPUS Master
van de computer.
De camera wordt automatisch ingeschakeld.
De monitor van de camera wordt ingeschakeld, met daarin het instelmenu voor de USB-aansluiting.
3
Selecteer [PC] en druk op e.
48 NL
Page 49
4
De computer herkent de camera als een nieuw apparaat.
Windows
De eerste keer dat u de camera op uw computer aansluit, tracht de computer de camera te herkennen. Sluit de melding die verschijnt af door op “OK“ te klikken. De computer herkent de camera nu als “Removable Disk“ (Verwisselbaar opslagmedium).
Macintosh
De beeldbestanden worden standaard beheerd met het programma iPhoto. Sluit u de camera voor de eerste keer aan, dan wordt automatisch het applicatieprogramma iPhoto geactiveerd zodat u dat moet afsluiten en OLYMPUS Master moet starten.
Opmerking
Sluit u de camera aan op een computer, dan worden de camerafuncties buiten bedrijf gesteld.
De camera via een USB-hub op een computer aansluiten kan leiden tot instabiele werking. Is dat het geval, dan sluit u de camera rechtstreeks aan op de computer, zonder een USB-hub te gebruiken.
Beelden kunnen niet naar uw computer worden overgedragen met OLYMPUS Master als [PC] is geselecteerd in stap 3,
3
is ingedrukt en [MTP] is geselecteerd.
Activeer de OLYMPUS Master software
Windows
1
Dubbelklik op het pictogram “OLYMPUS Master 2“ op het bureaublad.
Macintosh
1
Dubbelklik op het pictogram “OLYMPUS Master 2“ in de map “OLYMPUS Master 2“.
Het venster “Bladeren“ verschijnt.
Als OLYMPUS Master voor de eerste keer na installatie wordt opgestart, worden het eerste instelmenu en het venster voor gebruikersregistratie van OLYMPUS Master weergegeven vóór het venster “Bladeren“. Volg de aanwijzingen op het scherm.
OLYMPUS Master sluiten
1
Klik op “Afsluiten“ op elk venster.
Daarmee sluit u het programma OLYMPUS Master.
Weergeven van gefotografeerde beelden op een computer
Gebruik van OLYMPUS Master
Beelden downloaden en opslaan
1
Klik op “Beelden overbrengen“ in het venster “Bladeren“ en klik dan op “Vanuit camera“ .
Het venster voor het selecteren van de beelden die u vanuit de camera wilt overbrengen wordt weergegeven. In dit venster worden alle beelden getoond die in de camera opgeslagen zijn.
2
Selecteer “Nieuw album“ en voer een albumnaam in.
3
Selecteer de beeldbestanden en klik op de knop “Transfer Images“ (Beelden overbrengen).
Daarna verschijnt een venster dat aangeeft dat het downloaden voltooid is.
NL 49
Page 50
4
Indicatie-LED Dataverkeer
Klik op de knop “Nu in beelden bladeren“.
In het venster “Bladeren“ worden de beelden die gedownload zijn, weergegeven.
Camera loskoppelen van de computer
1
Controleer of de indicatie-LED Dataverkeer niet meer knippert.
2
Tref de volgende voorbereidingen om het USB-kabeltje los te koppelen.
Windows
1
Klik op “Unplug or Eject Hardware“ (Hardware ontkoppelen of uitwerpen) in de knoppenbalk.
2
Klik op de getoonde melding.
3
Verschijnt de melding dat u de hardware nu veilig kunt verwijderen, dan klikt u op “OK“.
Macintosh
1
Het pictogram van de prullenbak verandert in een verwijderpictogram als u het pictogram “Untitled“ (Zonder titel) of “NO_NAME“ (Naamloos) op het bureaublad sleept. Sleep dit pictogram op het verwijderpictogram en zet het daar neer.
3
Koppel het USB-kabeltje los van de camera.
Gebruik van OLYMPUS Master
Opmerking
Windows: Als u op “Unplug or Eject Hardware“ (Hardware loskoppelen of uitwerpen) klikt, is het mogelijk dat er een waarschuwing verschijnt. Verschijnt die melding, dan overtuigt u zich ervan dat de camera op dat moment niet bezig is met het downloaden van beeldgegevens en dat alle applicatiesoftware gesloten is. Klik opnieuw op “Unplug or Eject Hardware“ (Hardware loskoppelen of uitwerpen) en koppel het kabeltje los.
50 NL
Page 51
Stilstaande beelden en video's bekijken
Thumbnail
1
Klik op het tabblad “Album“ in het venster “Bladeren“ en selecteer het album dat u wilt bekijken.
Het geselecteerde albumbeeld wordt weergegeven in het thumbnailgebied.
2
Dubbelklik op de thumbnail van het stilstaande beeld dat u wilt bekijken.
OLYMPUS Master schakelt om naar het venster voor het bewerken van het beeld en het beeld wordt vergroot.
Klik op “Terug“ om terug te keren naar het venster “Bladeren“.
Videobeelden bekijken
1
Dubbelklik in het venster “Bladeren“ op de thumbnail van de video die u wilt bekijken.
OLYMPUS Master schakelt nu naar het venster voor bewerking en het eerste beeld van de video wordt weergegeven.
2
Klik op “Weergeven“ aan de onderrand van het scherm om de video af te spelen.
Beelden vanuit de camera overbrengen naar en opslaan op een computer, zonder gebruik te maken van OLYMPUS Master
Deze camera is compatibel met USB mass storage. Dat wil zeggen dat u de camera met het meegeleverde USB-kabeltje op een computer kunt aansluiten en beelden kunt downloaden en opslaan zonder dat u daarbij OLYMPUS Master hoeft te gebruiken. Om de camera met het USB-kabeltje op uw computer te kunnen aansluiten, moet de werkomgeving aan de volgende eisen voldoen.
Windows
: Windows 2000 Professional / XP Home Edition / XP Professional / Vista
Macintosh
: Mac OS X v10.3 of later
Opmerking
Als uw computer met Windows Vista werkt, kunt u [PC] selecteren in stap 3 op Blz. 48, druk op
3
en selecteer [MTP] om Windows Photo Gallery te gebruiken.
In de volgende werkomgevingen is een geslaagde gegevensoverdracht niet gegarandeerd, ook niet als de computer is uitgerust met een USB-poort.
Computers met nieuw geïnstalleerde USB-poort met uitbreidingskaartje, enzovoort.
Computers zonder een af fabriek geïnstalleerd besturingssysteem en zelfgebouwde computers.
Gebruik van OLYMPUS Master
NL 51
Page 52
Als u meer talen nodig heeft
Zorg ervoor dat de batterij geheel opgeladen is!
1
Controleer of uw computer is aangesloten op internet.
2
Steek de USB-plug van het USB-kabeltje in de USB-poort van de computer.
3
Steek de andere plug van het USB-kabeltje in de USB-connector van de camera.
De camera wordt automatisch ingeschakeld.
De monitor van de camera wordt ingeschakeld, met daarin het instelmenu voor de USB­aansluiting.
4
Selecteer [PC] en druk op e.
5
Selecteer in het venster “Bladeren“ “Camera“, daarna “Camera actualiseren / Taal voor de monitor toevoegen“.
Het bevestigingsvenster voor het actualiseren wordt weergegeven.
6
Klik op “OK“.
Het venster voor het actualiseren van de camera wordt weergegeven.
7
Klik op “Taal toevoegen“ in de weergave van het actualiseren van de camera.
Het venster “Taal voor de monitor van camera toevoegen“ wordt weergegeven.
8
Klik en selecteer een taal.
Gebruik van OLYMPUS Master
9
Klik op “Add“ (Toevoegen).
De nieuwe taal wordt op uw camera gedownload. Verwijder geen kabeltjes of batterijen terwijl de camera hiermee bezig is.
10
Na het downloaden geeft het scherm van de camera “OK“ weer. U kunt de kabeltjes verwijderen en de camera uitschakelen. Na het herstarten van de camera kunt u de nieuwe taal bij [SETUP] kiezen.
52 NL
Page 53
Leer uw camera beter kennen
a b c d
Vóór de opname
(indicator is
gedoofd)
Maximale aantal
opnamen bereikt.
(alle segmenten
lichten op)
Na het maken
van één
fotot (indicator
brandt)
Twee of meer
opnamen gemaakt.
(indicator brandt)
Fotograferen Fotograferen Fotograferen
Wach ten
Fotografeertips en -informatie
Tips voordat u gaat fotograferen
De camera schakelt niet in, zelfs niet met als een batterij geplaatst is
De batterij is niet volledig opgeladen
Laad de batterij op met het laadapparaat.
De batterijen werken tijdelijk niet vanwege een te lage temperatuur
Bij lage temperatuur nemen de prestaties van batterijen af. Het opladen helpt niet om de camera in te schakelen. Verwijder de batterij en warm deze op door deze een tijdje in uw zak te houden.
Het kaartje kunt u niet gebruiken
Als het contactvlak van de kaart vuil / stoffig is, kunnen er geen gegevens van het kaartje gelezen worden en het scherm [CARD SETUP] verschijnt. Selecteer in dit geval [xD CARD CLEAN], druk op
e
, haal het kaartje eruit en veeg het contactvlak met een zachte, droge doek af.
Er wordt geen opname gemaakt als de ontspanknop wordt ingedrukt
De camera staat in de sluimerstand
Wordt de camera 3 minuten niet gebruikt terwijl deze is ingeschakeld (de lens is uitgeschoven en de monitor is aan), dan wordt de camera, om de batterijen te sparen, automatisch in de sluimerstand gezet en de monitor gaat uit. Er wordt geen opname gemaakt in deze stand, zelfs niet als de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt. Bedien de zoomknop of een andere knop om de camera uit de sluimerstand te halen, voordat u een opname maakt. Wordt de camera 12 minuten niet gebruikt, dan wordt deze automatisch uitgeschakeld (de lens wordt ingeschoven en de monitor gaat uit). Druk op
o
De functieknop wordt op q of P gezet
De functieknop staat op
De flitser wordt opgeladen
De interne temperatuur van de camera loopt op
De geheugenindicator is vol
om de camera in te schakelen.
Dit is de stand Weergeven voor het weergeven van foto's op de monitor. Zet de functieknop in de stand Fotograferen.
Er kunnen geen foto's worden gemaakt als de fotogids wordt weergegeven. Maak foto's nadat u het gewenste foto-effect heeft geselecteerd met behulp van de fotogids of stel de functieknop op een andere instelling dan
Wacht tot # (flitser wordt opgeladen) niet meer knippert voordat u de foto maakt.
Tijdens langdurig gebruik van de camera kan de interne temperatuur oplopen, wat ertoe kan leiden dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld. Als dit gebeurt, verwijder dan de batterij uit de camera en wacht tot de came ra voldoende is afgekoeld. De externe temop eratuur vand e camera kan ook oplopen tijdens gebruik, dit is echter normaal en wijst niet op een storing.
Er kunnen geen foto's worden gemaakt als de geheugenindicator vol is. Wacht tot de geheugenindicator weer ruimte heeft.
g
g
in de stand Fotograferen.
Leer uw camera beter kennen
NL 53
Page 54
De datum en tijd zijn niet ingesteld
De groene LED knippert. De camera kan niet goed scherp­stellen op het object.
Object met weinig contrast
Onderwerp met een bijzonder helder vlak in het midden van het beeld
Onderwerp zonder verticale lijnen
Onderwerpen op verschillende afstanden
Snel bewegende onderwerpen
Het object bevindt zich niet in het midden van het beeld
De groene LED brandt, maar scherpstellen op het onderwerp lukt niet.
De camera is sinds het moment van aanschaf onder dezelfde omstandigheden gebruikt
Op het moment van aanschaf zijn in de camera geen datum en tijd ingesteld. Stel de datum en tijd in voordat u de camera gebruikt.
g “De camera inschakelen“ (Blz. 6)
X
De batterijen zijn uit de camera gehaald
Datum en tijd instellen
Laat u de camera ongeveer 3 dagen zonder batterijen liggen, dan worden voor datum en tijd automatisch weer de standaar dinstellingen af fabriek ingesteld. De instelling voor datum en tijd wordt dus eerder dan dit teruggezet als de batterij zich korte tijd in de camera bevond. Controleer, voordat u belangrijke foto’s gaat maken, of de juiste datum en tijd zijn ingesteld.
“ (Blz. 36)
Fotografeertips
Scherpstellen op het object
Er zijn verschillende manieren om scherp te stellen, afhankelijk van het onderwerp.
Als het onderwerp zich niet in het midden van het beeld bevindt
Neem het object in het midden van het beeld, stel scherp op het object en kader uw foto opnieuw af.
Zet [AF MODE] op [iESP].
g “AF MODE
Het onderwerp beweegt snel
Stel de camera scherp op een punt met ongeveer dezelfde afstand tot het object dat u wilt fotograferen en houd de scherpstelling vast (door de ontspanknop h alf in te drukken). Stel uw foto dan opnieuw samen en druk de ontspanknop helemaal in als het object in beeld komt.
Onderwerpen waarop de camera moeilijk kan scherpstellen
Onder bepaalde omstandigheden is het moeilijk om scherp te stellen met autofocus. De groene LED op de monitor brandt, zodat u kunt controleren of de scherpstelling is vastgezet.
Wijzigen van het scherpstelvlak
“ (Blz. 27)
Leer uw camera beter kennen
In bovenstaande situaties stelt u scherp (scherpstelgeheugen) op een contrastrijk object op dezelfde afstand als het gewenste object, kadert uw opname opnieuw af en maakt dan de opname. Indien het te fotograferen onderwerp geen verticale lijnen heeft, draait u de camera verticaal en stelt u met het scherpstelgeheugen scherp op het onderwerp door de ontspanknop half in te drukken. Vervolgens draait u de camera – met de ontspanknop nog steeds half ingedrukt – weer horizontaal en maakt u de opname.
54 NL
Page 55
Voorkom bewegingsonscherpte door beeldstabilisatie te gebruiken
Zorg ervoor dat u de camera stevig met beide handen vasthoudt en druk de ontspanknop langzaam in om te voorkomen dat de camera beweegt. U kunt bewegingsonscherpte ook reduceren door de functieknop op
g h Fotograferen met gebruik van de digitale beeldstabilisatie“ (Blz. 12)
Foto's worden sneller onscherp als:
h
te zetten voordat u de foto maakt.
foto's worden gemaakt met een sterk vergrotende zoominstelling, d.w.z. met functies van zowel optische zoom als digitale zoom,
het onderwerp is donker en de sluitertijd is lang, of
er worden motiefprogramma's gebruikt waarbij de flitser uitstaat en / of de sluitertijd lang is.
Gestabiliseerde foto's maken zonder flitser
De flitser wordt automatisch geactiveerd als er onvoldoende licht is of als de camera wordt bewogen. Om zonder flitser te fotograferen op donkere plekken, zet u de flitserfunctie op [ volgende instelling uit:
Kies een hogere [ISO]-instelling
g “ISO
De ISO-gevoeligheid wijzigen
“ (Blz. 25)
$
] en voert u de
Het beeld is te korrelig
Er zijn verschillende factoren die ervoor zorgen dat het beeld korrelig wordt.
Digitale zoom gebruiken om close-ups te maken
Met de digitale zoom wordt een uitsnede van het beeld gemaakt en vergroot. Hoe sterker de vergroting, des te korreliger het beeld.
g “DIGITAL ZOOM
Kies een hogere ISO-gevoeligheid
Als u de [ISO]-instelling verhoogt, kan er “ruis“ ontstaan, dat als puntjes met ongewenste kleuren of als oneffenheden in de kleur verschijnt, en het beeld korrelig maken. Deze camera is uitgerust met een functie voor fotograferen met een hoge gevoeligheid met ruisonderdrukking. Door de ISO­gevoeligheid te verhogen kan er echter ruis ontstaan, afhankelijk van de lichtomstandigheden.
g “ISO
De ISO-gevoeligheid wijzigen
Inzoomen op uw object
“ (Blz. 25)
“ (Blz. 26)
Foto's maken met de juiste kleur
De oorzaak van verschillen tussen de kleuren op een foto en de werkelijke kleuren is de lichtbron die het object verlicht. [WB] is de functie waarmee de camera de juiste kleuren kan bepalen. In normale gevallen zorgt de [AUTO]-instelling voor de optimale witbalans, maar afhankelijk van het object kan het beter zijn om de [WB]-instelling handmatig aan te passen.
Als het object zich op een zonnige dag in de schaduw bevindt
Als het object wordt verlicht door zowel natuurlijk licht als verlichting binnen, bijvoorbeeld wanneer het object zich vlakbij een raam bevindt
g “WB
Als de kleur wit niet in het midden van het beeld voorkomt
Kleur van een foto aanpassen
“ (Blz. 25)
Foto's maken van een wit strand of een sneeuwlandschap
Foto's maken met K in de stand s. Geschikt voor het maken van foto's op een zonnige dag aan het strand of in de sneeuw.
g s (motiefprogramma)
(Blz. 24) Vaak worden heldere onderwerpen (bijvoorbeeld sneeuw) donkerder afgebeeld dan de natuurlijke
• kleuren. Gebruik kleurschakeringen af te beelden. Omgekeerd kan het goed zijn om in negatieve zin [–] te corrigeren wanneer u donkere objecten f otografeert. Soms verkrijgt u bij gebruik van de flitser niet de helderheid (belichting) die u wilde.
g 1F-knop
Helderheid van de foto wijzigen (belichtingscorrectie)
Een motiefprogramma selecteren afhankelijk van de fotografeersituatie
1F
om in positieve [+] zin te corrigeren om dergelijke onderwerpen in natuurlijker
“ (Blz. 16)
Leer uw camera beter kennen
NL 55
Page 56
Foutieve uitlijning van panoramische beelden
Door voor panoramische opnamen langs de centrale as van de camera te draaien, wordt de foutive uitlijning van de foto gereduceerd. Als u onderwerpen van dichtbij fotografeert, zorgt het draaien langs de as van de punt van de lens voor goede resultaten.
In de stand [COMBINE IN CAMERA1] detecteert de camera automatisch zijn eigen positie behalve in de volgende gevallen (in dergelijke gevallen dient u [COMBINE IN CAMERA 2] of [COMBINE IN PC] te gebruiken):
als het draaien voor panoramische opnamen snel of niet constant gebeurt,
als er een onderwerp met weinig contrast gefotografeerd wordt (blauwe lucht etc.),
als er een bewegend onderwerp met als kader het volledige scherm gefotografeerd wordt,
als de camera voor panoramische opnamen gedraaid wordt zonder beelden op het scherm.
Foto's maken van een onderwerp met tegenlicht
Als [SHADOW ADJ. ON] is geselecteerd, wordt het gezicht van het onderwerp helderder, zelfs met tegenlicht, en de kleur van de achtergrond op de foto wordt versterkt. Met deze functie kunt u eveneens een onderwerp in een huis of gebouw van buitenaf fotograferen.
g f Het onderwerp verlichten bij tegenlicht“ (Blz. 17)
Met [ESP / n] op [n], kan de foto gemaakt worden op bas is van de helderheid in het beeldmidden zonder beïnvloeding van het licht op de achtergrond.
g “ESP / n
g 3#-knop
g 1F-knop
g “AF MODE
Een ander vlak kiezen voor het meten van de helderheid van een object
Zet de flitser op [#] om de invulflitsen t e activeren. U kunt een onderwerp fotograferen met tegenlicht zonder dat het gelaat van het onderwerp donkerder lijkt. [#] is effectief voor het fotograferen met tegenlicht en bij TL- en ander kunstlicht.
Gebruik van de flitser
Het selecteren van een [+] belichtingswaarde met 1F is handig tijdens het fotograferen van een onderwerp met tegenlicht.
Als [AF MODE] op [FACE DETECT] gezet is, bepaalt de camera de belichting door op een gezicht te meten en het gezicht op de genomen foto verschijnt lichter, zelfs met tegenlicht.
Helderheid van de foto wijzigen (belichtingscorrectie)
Wijzigen van het scherpstelvlak
“ (Blz. 16)
“ (Blz. 16)
“ (Blz. 27)
“ (Blz. 26)
Aanvullende fotografeertips en -gegevens
Het aantal foto's dat gemaakt kan worden, verhogen
Er zijn twee manieren om de foto's die u met deze camera maakt op te slaan.
Foto's opslaan in het interne geheugen
Foto's worden in het interne geheugen opgeslagen en als het aantal stilstaande beelden dat nog kan worden opgeslagen 0 is, dient u de camera op een computer aan te sluiten om de foto's te
Leer uw camera beter kennen
downloaden en daarna de foto's uit het interne geheugen te wissen.
Gebruik van een kaartje (optioneel)
Foto's worden op het kaartje opgeslagen als het kaartje in de camera is gestoken. Als het kaartje vol is, kunt u de foto's op een computer downloaden en dan wist u de foto's van het kaartje of gebruikt u een nieuw kaartje.
Foto's worden niet in het interne geheugen opgeslagen als er een kaartje in de camera zit. Foto's in het interne geheugen kunnen naar het kaartje gekopieerd worden met behulp van de [BACKUP]­functie.
g “BACKUP
Foto's vanuit het interne geheugen naar het kaartje kopiëren
“Het kaartje“ (Blz. 64)
“ (Blz. 34)
56 NL
Page 57
Aantal stilstaande beelden dat kan worden opgeslagen en opnametijd van video's
Stilstaande beelden
Aantal stilstaande beelden dat kan worden opgeslagen
Beeldkwaliteit Resolutie
SHQ 3264 x 2448 12 12 253 255
HQ 3264 x 2448 23 23 492 499
SQ1
SQ2
16:9 1920 x 1080 66 69 1390 1453
2560 x 1920 38 39 820 841 2304 x 1728 47 48 999 1031 2048 x 1536 59 61 1254 1305 1600 x 1200 92 97 1938 2063 1280 x 960 138 151 2907 3198 1024 x 768 202 233 4264 4920 640 x 480 233 276 4920 5814
Intern geheugen
Met geluid Zonder geluid Met geluid Zonder geluid
Bij gebruik van een kaartje van
1GB
Videobeelden
Beeldkwaliteit Resolutie
SHQ
HQ
SQ
640 x 480
(30 beelden / s)
320 x 240
(15 beelden / s)
160 x 120
(15 beelden / s)
Intern geheugen
2 min. 22 sec. 29 min.
9 min. 29 sec. 29 min.
Continue opnametijd
Bij gebruik van een
1 GB kaartje
10 sec. 10 sec.
Gebruik van een nieuw kaartje
Als u een kaartje gebruikt van een ander merk dan Olympus of een kaartje dat voor andere doeleinden werd gebruikt met een computer, enz., gebruik dan de functie [FORMAT] om het kaartje te formatteren.
g “MEMORY FORMAT (FORMAT)
Het interne geheugen of kaartje formatteren
“ (Blz. 34)
Indicatie-LED's
Deze camera gebruikt verschillende LED's om de status van de camera aan te geven.
LED Status
Zelfontspanner-LED De zelfontspanner-LED brandt eerst ongeveer 10 seconden continu,
Indicatie-LED Dataverkeer knippert: Er wordt een beeld of video opgenomen of gedownload
Groene LED op de monitor Brandt: De focus en belichting zijn vastgezet.
knippert dan ongeveer 2 seconden en daarna wordt de foto gemaakt.
(als er verbinding met een computer is).
Als de indicatie-LED Dataverkeer knippert, mogen onderstaande activiteiten niet uitgevoerd worden. Hierdoor worden de beeldgegevens eventueel niet opgeslagen of het interne geheugen of het kaartje onbruikbaar gemaakt.
Open het klepje van het compartiment van de batterij/het kaartje
Verwijder de batterij en het kaartje.
Lichtnetadapter aansluiten of loskoppelen.
knippert: De scherpstelling wordt niet vastgehouden.
In dat geval laat u de ontspanknop los, richt het autofocusteken weer op het onderwerp en drukt de ontspanknop opnieuw half in.
Leer uw camera beter kennen
NL 57
Page 58
Gebruiksduur van de batterijen verlengen
1
2
3
Door uitvoering van een van de volgende handelingen terwijl u geen foto's maakt, kan de batterijvoeding uitgeput raken.
Het herhaaldelijk half indrukken van de ontspanknop.
Het herhaaldelijk gebruiken van de zoom
Om het energieverbruik te minimaliseren, zet u [POWER SAVE] op [ON] en schakelt u de camera uit als deze niet wordt gebruikt.
g “POWER SAVE
De camera instellen op standby-modus
“ (Blz. 38)
Functies die niet vanuit menu's geselecteerd kunnen worden
Sommige functies kunnen met de pendelknop niet vanuit de menu's geselecteerd worden.
Functies die niet ingesteld kunnen worden met de huidige stand Fotograferen.
Functies die niet ingesteld kunnen worden vanwege een functie die al is ingesteld: [%], Flash Mode, enz.
Functies die worden gebruikt om foto's te bewerken die met een andere camera zijn gemaakt.
Sommige functies kunnen niet worden gebruikt als er geen kaartje in de camera zit.
[PANORAMA], [PRINT ORDER], [FORMAT], [BACKUP]
De juiste beeldkwaliteit instellen
Beeldkwaliteit is een combinatie van gewenste resolutie en compressieniveau. Gebruik de volgende voorbeelden om de optimale beeldkwaliteit te bepalen tijdens het fotograferen.
Voor het maken van prints van hoge kwaliteit op groot papierformaat zoals A3 / Voor het bewerken van beelden op een computer
[SHQ] of [HQ]
Voor het printen op A3 / A4-formaat
[SQ1]
Voor het printen van beelden op ansichtkaartformaat / Voor het versturen als bijlage bij een e-mail of voor het plaatsen op een website
[SQ2]
Om de weidsheid van onderwerpen zoals bijvoorbeeld landschappen te benadrukken / Om beelden op een breedbeeldtelevisie te bekijken.
[16:9]
g “IMAGE QUALITY
Beeldkwaliteit wijzigen
“ (Blz. 21)
Standaardinstellingen af fabriek herstellen
Deze camera behoudt de instellingen (behalve uitgeschakeld. Om naar de standaardinstellingen terug te keren, voert u een [RESET] uit.
g “RESET
De belichting bevestigen als de monitor buiten lastig te zien is
Leer uw camera beter kennen
Het is mogelijk dat de monitor lastig te zien is en dat het moeilijk is om de belichting te controleren, wanneer buiten gefotografeerd wordt.
Druk herhaaldelijk op g / E om het histogram weer te geven
g g / E-knop Informatie op het display wijzigen / Menugids weergeven / Tijd controleren”
Standaardinstellingen af fabriek herstellen
Stel de belichting zo in, dat de grafiek geconcentreerd is op de buitenste randen en evenwichtig verdeeld is aan beide kanten.
Het histogram lezen
1
Als deze piek een te groot gedeelte van het beeld vult, wordt het beeld bijna zwart.
2
Als deze piek een te groot gedeelte van het beeld vult, wordt het beeld bijna wit.
3
Het groene gedeelte in het histogram laat de verdeling van de helderheid binnen het autofocusteken zien.
(Blz. 18)
AUTO, H
en s) ook als de camera wordt
“ (Blz. 22)
58 NL
Page 59
Help bij het weergeven en tips voor het opheffen van storingen
Onscherpe beelden kunnen niet gestabiliseerd worden
Zelfs als [DIS EDIT] geselecteerd is, kunnen niet alle onscherpe beelden gestabiliseerd worden.
Als de sluitertijd lang is en/of het digitale beeld erg bewogen is: De gemaakte foto kan niet gestabiliseerd worden of kan het juiste stabilisatie-effect niet bereiken.
Bewegend onderwerp: Het beeld kan het juiste stabilisatie-effect niet bereiken.
Bovendien kan de modus Digitale beeldstabilisatie niet geactiveerd worden als:
de opslagcapaciteit van het interne geheugen of van het kaartje onvoldoende is,
het beeld uit een video is gehaald, het beeld met een andere camera is gemaakt of het beeld eerder al is gecorrigeerd met Digitale beeldstabilisatiebewerking.
Het onderdrukken van rode ogen kan niet worden vastgezet
Afhankelijk van de foto is het mogelijk dat het onderdrukken van rode ogen niet wordt vastgezet. Gedeeltes behalve de ogen kunnen vastgezet worden.
Weergavetips
Het beeld weergeven dat is opgeslagen in het interne geheugen
Als er een kaartje in de camera zit, kan het beeld van het interne geheugen niet worden weergegeven. Haal het kaartje eruit voordat u de camera bedient.
Beeldinformatie bekijken
Geef een beeld weer en druk op g / E. Druk herhaaldelijk op g / E om de hoeveelheid weergegeven informatie te wijzigen.
g g / E-knop Informatie op het display wijzigen / Menugids weergeven / Tijd controleren”
(Blz. 18)
Snel een gewenst beeld weergeven
Druk op W op de zoomknop om de beelden als thumbnails (indexweergave) of in kalendervorm (kalenderweergave) te bekijken.
g “Zoomknop
Geluid bij stilstaande beelden wissen
Als er bij een foto eenmaal gel uid is opgenomen, kunt u dit geluid niet meer wisse n. Wilt u géén geluid bij die opname, dan fotografeert u het beeld opnieuw, maar nu zonder geluid. Bij onvoldoende ruimte in het interne geheugen of op het kaartje is het opnemen van geluid niet mogelijk.
gR
Inzoomen tijdens het fotograferen / Gezoomd weergeven
Geluid toevoegen aan stilstaande beelden
“ (Blz. 33)
“ (Blz. 15)
Leer uw camera beter kennen
Bekijken van foto's op een computer
Bekijken van de gehele foto op een computerscherm
Het formaat van de foto die wordt weergegeven op een computerscherm verandert afhankelijk van de computerinstellingen. Als de monitorinstelling 1024 x 768 is en u Internet Explorer gebruikt om een foto te bekijken met een resolutie van 2048 x 1536 op 100 %, kan niet de gehele foto worden bekeken zonder te schuiven. Er zijn meerdere manieren waarop u de gehele foto op het computerscherm kunt bekijken.
Bekijken van de foto met software voor het bladeren in beelden
Installeer de OLYMPUS Master 2 software van de meegeleverde CD-ROM.
Wijzigen van de monitorinstelling
De pictogrammen op het bureaubla d van de computer kunnen opnieuw worden geschikt. Voor details over het wijzigen van de instellingen van uw computer raadpleegt u de handleiding van uw computer.
NL 59
Page 60
Als er een foutmelding op de camera verschijnt ...
Indicatie op de monitor Mogelijke oorzaak Oplossing
q
CARD ERROR
q
WRITE PROTECT
>
MEMORY FULL
q
CARD FULL
L
NO PICTURE
r
PICTURE ERROR
r
THE IMAGE CANNOT
BE EDITED
CARD-COVER OPEN
g
BATTERY EMPTY
CARD SETUP
xD CARD CLEAN
FORMAT
MEMORY SETUP
POWER OFF
MEMORY FORMAT
SET
SET
Leer uw camera beter kennen
NO CONNECTION
NO PAPER
NO INK
Er is een probleem met het kaartje.
Opslaan op dit kaartje is niet toegestaan.
Het interne geheugen heeft nie t voldoende geheugen en kan geen nieuwe gegevens opnemen.
Het kaartje heeft niet vold oende geheugen en kan geen nieuwe gegevens opnemen.
Er zijn geen foto's opgeslagen in het interne geheugen of op het kaartje.
Er heeft zich een probleem met het geselecteerde beeld voorgedaan waardoor dat beeld met deze camera niet kan worden weergegeven.
Foto's die met andere camera' s zijn gemaakt, die eerder zijn bewerkt of gecorrigeerde foto's kunnen niet worden bewerkt of gecorrigeerd.
Het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje is open.
De batterijen zijn leeg. Laad de batterij op.
De gegevens op het kaartje kunnen niet gelezen worden. Of het kaartje is niet geformatteerd.
OK
Er is een fout opgetreden in het
[IN]
interne geheugen.
OK
De camera is niet op de juiste wijze op de computer of printer aangesloten.
De papiervoorraad van de printer is op.
De inktvoorraad van de printer is op.
Dit kaartje kunt u niet gebruiken. Steek een nieuw kaartje in de camera.
Het opgeslagen beeld is op een computer beveiligd tegen schrijven (Alleen lezen). Download het beeld naar een computer en hef de instelling Alleen lezen op.
Steek een kaartje in de camera of wis ongewenste gegevens. Maak voor het wissen een reservekopie van de gegevens van belangrijke foto's met behulp van het kaartje of download dergelijke foto's naar een computer.
Vervang het kaartje of wis ongewenste gegevens. Download belangrijke foto's naar een computer voordat u beelden gaat wissen.
Het interne geheugen of het kaartje bevat geen foto's. Sla enkele foto's op.
Breng het beeld over naar een computer en bekijk het beeld met beeldbewerkingssoftware. Lukt dat niet, dan is het beeldbestand beschadigd.
Gebruik beeldbewerkingssoftware om de foto's te bewerken.
Sluit het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje.
Selecteer [xD CARD CLEAN] en druk op e.
• Neem het k aartje eruit en veeg het contactvl ak met een zachte, droge doek af.
• Selecteer [FORMAT] [YES] en druk op
e
. Alle het op het kaartje opgeslagen
gegevens gaan verloren.
Selecteer [MEMORY FORMAT] [YES] en druk op
e
geheugen worden gewist.
Koppel de camera los en sluit hem opnieuw, maar nu goed, aan.
. Alle gegevens in het interne
Leg een nieuwe voorraad papier in de printer.
Vervang de inktcassette in de printer.
60 NL
Page 61
Indicatie op de monitor Mogelijke oorzaak Oplossing
JAMMED
SETTINGS CHANGED
PRINT ERROR
r
CANNOT PRINT
Het papier in de printer is vastgelopen.
De papierla van de printer is verwijderd of de printer werd bediend, terwijl de instellingen op de camera gewijzigd werden.
Er heeft zich een probleem met de printer en/of de camera voorgedaan.
Het is mogelijk dat foto's die met andere camera's gemaakt zijn, niet vanuit deze camera geprint kunnen worden.
Haal het papier dat de printer blokkeert uit de printer.
Bedien de printer niet, terwijl de instellingen op de camera gewijzigd worden.
Schakel camera en printer uit. Controleer de printer en hef eventuele storingen op voordat u beide apparaten weer inschakelt.
Gebruik een computer om de foto's te printen.
Beschikbare functies in de standen Fotograferen en bij motiefprogramma's
Sommige functies kunnen niet worden ingesteld in bepaalde standen Fotograferen. Voor meer informatie, zie onderstaande tabel.
geeft een beperking aan voor de betreffende functie van elke stand
g
“Beschikbare functies in motiefprogramma's“ (Blz. 62)
s
.
Beschikbare functies in standen Fotograferen
Stand Fotograferen Functie P AUTO Optische gezoomd
F
# 999 Y &
/
% 999 9
Schaduwaanpassingstechniek IMAGE QUALITY PANORAMA WB ISO DRIVE FINE ZOOM DIGITAL ZOOM (digitaal zoomen)
n
ESP / AF MODE
R 9
DIS MOVIE MODE ———— SILENT MODE
* De optische zoom is niet beschikbaar tijdens video-opname. Zet [DIGITAL ZOOM] op [ON] om de
zoomfunctie voor fotograferen mogelijk te maken.
K
999 9*Blz. 15
99999
999 9
999 9
999 9
9
9
9
9
9
9
9
9
99999
h s n
9
999
————Blz.25 —
9
——Blz.26
9
9 9
9 9
9
9
Zie blz.
Blz. 16
—Blz.16
Blz. 16 Blz. 16 Blz. 17 Blz. 21
—Blz.22
Blz. 25
—Blz.26
Blz. 26
Blz. 26 —Blz.27 —Blz.27
9
Blz. 27
Blz. 27
Leer uw camera beter kennen
NL 61
Page 62
Beschikbare functies in motiefprogramma's
s B
C
FDGUW
N
Functie
Optische gezoomd
# 999—9 Y 9999999999 &
/
% 99*39*399*39*3—
Schaduwaanpassing stechniek
IMAGE QUALITY PANORAMA FINE ZOOM DIGITAL ZOOM
(digitaal zoomen) ESP /
n 9999—9999999
AF MODE
R 999999999
*1 [!] is niet beschikbaar. *2 [AUTO] en [!] zijn niet beschikbaar. *3 [%] is niet beschikbaar. *4 Er is alleen een beeldkwaliteit van [2048 x 1536] of lager mogelijk. *5 De beeldkwaliteit is vast ingesteld op [640 x 480]. *6 [COMBINE IN CAMERA 1] is niet beschikbaar. *7 [SHQ] is niet beschikbaar.
K
9999—99999999
99
9999*499999
9*69*69*69*69*69*69*69*69*6———— Blz.22
999
999
9999—9
c
——
——
——
RSX V
——9———
99—99999
99999—9
99999—9
P
ief S
d
99—999
—*59*49*79*4Blz. 21
99999
———— Blz.27
Zie blz.
Blz. 15
9*19*2Blz. 16
——— Blz.16
Blz. 16
—Blz.17
—Blz.26
—Blz.26
—Blz.26 —Blz.27
Leer uw camera beter kennen
62 NL
Page 63
Appendix
Onderhoud van de camera
Reinigen van de camera
Camerahuis:
• Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte doek. Is de camera erg vuil, dan dompelt u de doek in een mild sopje en wringt de doek goed uit. Wrijf de camera met de vochtige doek goed af en droog deze vervolgens met een droge doek. Als u de camera op het strand heeft gebruikt, dan wrijft u hem schoon met een in schoon water gedompelde en goed uitgewrongen doek.
Monitor:
• Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte doek.
Lens:
• Verwijder stof van de lens met een in de handel verkrijgbaar blaaskwastje en wrijf de lens vervolgens met een lensreinigingsmiddel voorzichtig schoon.
Batterij / Laadapparaat:
• Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte, droge doek.
Opmerking
Gebruik geen sterke oplosmiddelen zoals benzeen of alcohol of met chemicaliën behandelde reinigingsdoekjes.
Laat u de camera met een vuile lens liggen, dan kan schimmelvorming op de lens optreden.
Opslag
• Indien de camera voor langere tijd opgeborgen wordt, haalt u de batterij, de lichtnetadapter en het kaartje uit de camera en bergt u de camera op in een koele, droge ruimte die goed geventileerd is.
• Plaats de batterij van tijd tot tijd in de camera en controleer de functies van de camera.
Opmerking
Laat de camera niet achter op plaatsen waar met chemicaliën wordt gewerkt, omdat dan corrosie kan ontstaan.
Batterij en laadapparaat
(
Deze camera werkt met één lithium-ionbatterij (LI-42B or LI-40B) van Olympus. Er kunnen geen andere typen batterijen gebruikt worden.
(
De door de camera verbruikte hoeveelheid energie is sterk afhankelijk van de gebruikte functies.
(
Bij omstandigheden zoals die hieronder beschreven zijn, wordt continu energie verbruikt en raakt de batterij snel leeg.
Door veelvuldig te zoomen.
Door in de stand Fotograferen herhaaldelijk automatisch scherp te stellen door de ontspanknop half in te drukken.
Door gedurende lange tijd een foto weer te geven op de monitor.
Als de camera aangesloten is op een computer of op een printer.
(
Als een lege batterij gebruikt wordt, bestaat het gevaar dat de camera uitgeschakeld wordt zonder dat een waarschuwing voor de ladingstoestand gegeven wordt.
(
Op het moment van aanschaf is de batterij niet volledig opgeladen. Laad de batterij voor gebruik volledig op met het laadapparaat LI-40C.
(
Het opladen van de meegeleverde, oplaadbare batterij duurt doorgaans ongeveer 5 uur.
(
Deze camera gebruikt een door Olympus voorgeschreven laadapparaat. Gebruik geen ander type laadapparaat.
Appendix
NL 63
Page 64
Gebruik van de accessoires
1
2
HQHQ 32643264×24482448
[P]
[
IN
IN
]
44
12:301 2: 30'07.12.26'0 7. 12. 2 6
100-00041 0 0 - 0 0 0 4
4
HQHQ
[
IN
IN
]
Stand Fotograferen Stand Weergeven
Indicator voor geheugen [IN]: Bij gebruik van het interne geheugen [xD]: Bij gebruik van een kaartje
Indicatie-LED Dataverkeer
Het kaartje
Foto's kunnen opgeslagen worden op het optionele kaartje.
Het interne geheugen en het kaartje zijn de media van de camera voor het opslaan van foto's, vergelijkbaar met een film in een conventionele analoge camera. Foto's die opgeslagen zijn in het interne geheugen of op het kaartje kunnen eenvoudig gewist worden of bewerkt worden met een computer. In tegenstelling tot draagbare opslagmedia kan het interne geheugen niet verwijderd of vervangen worden. Het aantal foto's dat kan worden opgenomen, kan verhoogt worden door een kaartje met een grotere opslagcapaciteit te gebruiken.
1 Indexvlak
Deze ruimte kan gebruikt worden om de inhoud van het kaartje op te schrijven.
2 Contactvlak
Het gedeelte waar de gegevens worden overgedragen van de camera naar het kaartje.
Compatibele kaartjes
xD-Picture Card 16 MB – 2 GB (type H / M, standaard)
Gebruik van het interne geheugen of het kaartje
Tijdens fotograferen en weergeven kunt u in de monitor controleren of het interne geheugen of het kaartje in gebruik is.
Appendix
Opmerking
Open het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje niet als de indicatie-LED Dataverkeer knippert, omdat de LED aangeeft dat er gegevens gelezen of geschreven worden. Hierdoor kunnen de gegevens in het interne geheugen of op het kaartje beschadigd raken en het interne geheugen of het kaartje onbruikbaar worden.
64 NL
Page 65
Lichtnetadapter
( Was de camera niet met
water.
( Laat de camera niet in het
water vallen.
( Maak geen foto's onder
water.
( Open of sluit het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje niet als de camera nat is. ( De oplaadbare batterij en andere accessoires bij de camera zijn niet weerbestendig.
Klepje van het batterijcompartiment / het kaartje
Klepje over de connector
Een lichtnetadapter is praktisch bij het uitvoeren van tijdrovende taken zoals het downloaden van beelden naar een computer of het lang achtereen doorgaan met het vertonen van een diashow. Voor het gebruik van een lichtnetadapter bij deze camera, heeft u de multi-adapter (CB-MA1 / accessoire) nodig. Gebruik geen andere lichtnetadapters voor deze camera.
Uw laadapparaat en lichtnetadapter in het buitenland gebruiken
(
Het laadapparaat en de lichtnetadapter kunnen over de hele wereld in de meeste elektrische bronnen thuis worden gebruikt binnen het bereik van 100 V tot 240 V AC (50 / 60 Hz). Afhankelijk van uw land of regio kan het stopcontact echter anders gevormd zijn waardoor het laadapparaat een verloopstuk nodig heeft. Vraag naar de details bij uw plaatselijke elektriciteitszaak of reisagentschap.
(
Gebruik geen spanningsomvormers voor op reis, omdat deze uw laadapparaat en lichtnetadapter kunnen beschadigen.
WEATHERPROOF FEATURE
Deze camera is weerbestendig, maar kan niet onder water gebruikt worden. Als de camerabehuizing nat wordt, verslechtert de weerbestendigheid als de camera in- of uitgeschakeld of ingezoomd wordt. Wrijf de camera voor gebruik onmiddellijk droog als deze nat wordt. Olympus stelt zich niet aansprakelijk voor defecten aan de camera die veroorzaakt zijn door binnendringend water als gevolg van verkeerd gebruik door de gebruiker. De camera is weerbestendig en raakt niet beschadigd door spatwater uit welke richting dan ook. Let bij gebruik van deze camera op de volgende voorzorgsmaatregelen.
Er kan water in de camera komen als het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje of het klepje over de connector niet goed gesloten zijn.
Appendix
NL 65
Page 66
Algemene voorzorgsmaatregelen
LET OP:
OM HET GEVAAR VOOR EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN, MAG DE BEHUIZING (OF
ACHTERKANT) NIET VERWIJDERD WORDEN. IN DE CAMERA BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN WAARAAN
U ONDERHOUD KUNT VERRICHTEN. LAAT DAT OVER AAN ERKENDE SERVICETECHNICI VAN OLYMPUS.
Een driehoek met daarin een uitroepteken vestigt uw aandacht op belangrijke aanwijzingen in de bij deze camera geleverde documentatie ten aanzien van de bediening en het onderhoud ervan.
GEVAAR
Gebruikt u deze camera zonder acht te slaan op de onder dit symbool verstrekte informatie, dan kan dat ernstig letsel of de dood tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING
Gebruikt u deze camera zonder acht te slaan op de onder dit symbool verstrekte informatie, dan kan dat letsel of de dood tot gevolg hebben.
LET OP
Gebruikt u deze camera zonder acht te slaan op de onder dit symbool verstrekte informatie, dan kan dat licht persoonlijk letsel, schade aan apparatuur, of het verlies van waardevolle gegevens tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING! STEL DE CAMERA, OM GEVAAR VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN, NOOIT BLOOT AAN WATER, GEBRUIK DE CAMERA OOK NIET IN OMGEVINGEN MET ZEER HOGE VOCHTIGHEID EN DEMONTEER HEM NIET.
LET OP
GEVAAR VOOR
ELEKTRISCHE SCHOK
NIET OPENEN
Lees alle gebruiksaanwijzingen –
Bewaar alle handleidingen en documentatie om deze later nog eens te kunnen raadplegen.
Reinigen –
uitsluitend een vochtige doek om het apparaat te reinigen. Gebruik nooit vloeibare of aërosole reinigingsmiddelen, of welk soort organische oplosmiddelen dan ook, om het apparaat te reinigen.
Accessoires –
door Olympus aanbevolen accessoires.
Water en vocht –
raadpleegt u de desbetreffende paragrafen over de weerbestendigheid.
Plaats van opstelling –
voorkomen.
Elektrische voedingsbron –
elektrische voedingsbron.
Bliksem –
Appendix
gebruikt.
Vreemde voorwerpen – Hitte –
rooster, kachel of enig ander apparaat of toestel dat warmte ontwikkelt, met inbegrip van stereo-versterkers.
( (
66 NL
Trek voordat u het apparaat gaat reinigen altijd eerst de stekker uit het stopcontact. Gebruik
Gebruik voor uw veiligheid en om beschadigingen aan dit product te voorkomen, uitsluitend de
Voor de voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van weerbestendig uitgevoerde producten
Trek de stekker onmiddellijk uit het stopcontact als een onweer opsteekt terwijl u een lichtnetadapter
Gebruik of berg de camera nooit op in de buurt van een warmtebron zoals een radiator, verwarmings-
Hanteren van de camera
WAARSCHUWING Gebruik de camera niet in de buurt van brandbare of explosieve gassen. Gebruik de flitser en LED nooit bij personen (zuigelingen, kleine kinderen, enz.) die zich dichtbij bevinden.
U moet zich minimaal op 1 m afstand van de gezichten van de te fotograferen personen bevinden. Het te dicht bij de ogen van de te fotograferen personen flitsen kan tijdelijk gezichtsverlies veroorzaken.
Lees, voordat u het apparaat gaat gebruiken, alle gebruiksaanwijzingen.
Bevestig het product op een statief, standaard of beugel om beschadigingen te
Sluit de camera uitsluitend aan op de in de technische gegevens beschreven
Steek om persoonlijk letsel te voorkomen, nooit een metalen voorwerp in de camera.
Page 67
(
Houd de camera uit de buurt van kleine kinderen en zuigelingen.
Gebruik en berg de camera altijd op buiten het bereik van kleine kinderen en zuigelingen omdat anders de volgende gevaarlijke situaties kunnen ontstaan die ernstig letsel kunnen veroorzaken:
Verward raken in de riem van de camera, wat verstikking tot gevolg kan hebben.
Per ongeluk inslikken van de batterijen, kaartjes of andere kleine onderdelen.
Per ongeluk ontsteken van de flitser terwijl ze in de flitser kijken of vlak voor de ogen van andere kinderen.
Per ongeluk letsel oplopen door bewegende delen van de camera.
(
Kijk met de camera niet recht in de zon of in het licht van sterke lichtbronnen.
(
Gebruik en berg de camera niet op in stoffige of vochtige ruimten.
(
Dek de flitser, op het moment dat die ontsteekt, niet af met uw hand.
LET OP
(
Bespeurt u in de buurt van de camera ongewone geuren, vreemde geluiden of rook, gebruik de camera dan onmiddellijk niet meer.
Haal de batterijen nooit met blote handen uit de camera omdat u zich dan kunt branden.
(
Gebruik de camera niet met natte handen.
(
Laat de camera nooit achter op plaatsen waar deze aan extreem hoge temperaturen kan worden blootgesteld.
Doet u dat toch, dan kan daardoor de kwaliteit van bepaalde onderdelen achteruit gaan en in sommige gevallen zelfs brand worden veroorzaakt. Gebruik het laadapparaat of de lichtnetadapter niet als deze is afgedekt (bijvoorbeeld met een deken). Hierdoor kan oververhitting en uiteindelijk zelfs brand ontstaan.
(
Behandel de camera met zorg om te voorkomen dat u verbrandingen oploopt.
Omdat de camera metalen onderdelen bevat, kan oververhitting ontstaan en kunt u zich branden. Let daarom op het volgende:
Gebruikt u de camera lang achtereen, dan kan hij heet worden. Hanteert u de camera in deze toestand, dan kan dat een verbranding veroorzaken.
Op plaatsen waar extreem lage temperaturen kunnen optreden, kan de temperatuur van het camerahuis lager worden dan de omgevingstemperatuur. Draag waar mogelijk handschoenen als u de camera bij lage temperaturen hanteert.
(
Wees voorzichtig met de camerariem.
Let op de camerariem terwijl u de camera met u meedraagt. De riem kan achter een vreemd voorwerp blijven haken en zo ernstige schade veroorzaken.
Voorzorgsmaatregelen bij de omgang met batterijen
Volg onderstaande belangrijke richtlijnen op om te voorkomen dat batterijen gaan lekken, oververhit raken, ontbranden, exploderen of elektrische schokken of verbrandi ngen veroorzaken.
GEVAAR
De camera gebruikt een door Olympus voorgeschreven lithium-ionbatterij. Laad de batterij op met het voorgeschreven laadapparaat. Gebruik geen andere laadapparaten.
Probeer nooit batterijen te verhitten en gooi ze ook niet in het vuur.
Tref voorzorgsmaatregelen bij het vervoeren of opbergen van batterijen om te voorkomen dat ze in aanraking komen met metalen objecten, zoals sieraden, pennen, paperclips, enzovoort.
Berg batterijen nooit op op plaatsen waar ze blootgesteld kunnen worden aan direct zonlicht of aan hoge temperaturen, zoals in een afgesloten auto in de zon, in de buurt van warmtebronnen, enzovoort.
Volg altijd alle aanwijzingen met betrekking tot het gebruik van batterijen zorgvuldig op, om te voorkomen dat de batterijen gaan le kken of de contacten ervan beschadigd raken. Pr obeer nooit batterijen uit elkaar te ha len of op een of andere manier aan te passen, bijvoorbeeld door er aan te solderen, enzovoort.
Is batterijvloeistof in uw ogen terecht gekomen, spoel uw ogen dan onmiddellijk overvloedig met schoon, stromend water en raadpleeg onmiddellijk een arts.
Berg batterijen altijd op buiten het bereik van kleine kinderen. Heeft een kind per ongeluk een batterij doorgeslikt, raadpleeg dan onmiddellijk een arts.
NL 67
Appendix
Page 68
WAARSCHUWING
Houd batterijen altijd droog.
Gebruik om te voorkomen dat batterijen gaan lekken, oververhit raken, brand veroorzaken of exploderen, uitsluitend het voor dit product aanbevolen type batterijen.
Plaats de batterijen voorzichtig, zoals beschreven in de gebruiksaanwijzing, in de camera.
Indien de oplaadbare batterijen niet binnen de vastgestelde tijd opgeladen zijn, laad de batterijen dan niet verder op en gebruik ze niet meer.
Gebruik geen batterij die gebarsten of gebroken is.
Is een batterij gaan lekken, verkleurd of vervormd, of gedraagt de batterij zich op een of andere manier afwijkend, gebruik de camera dan niet meer.
Als er batterijvloeistof op uw kleding terecht is gekomen, trek het kledingstuk dan uit en spoel het onmiddellijk met schoon, stromend, koud water. Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer de vloeistof met uw huid in aanraking is gekomen.
Stel batterijen nooit bloot aan zware schokken of ononderbroken trillingen.
LET OP
Controleer de batterij voor het opladen altijd op lekkage, verkleuringen, vervormingen of andere afwijkingen.
Tijdens langdurig gebruik kunnen de batterijen heet worden. Verwijder de batterij nooit onmiddellijk na gebruik van de camera om kleine brandwonden te voorkomen.
Denkt u de camera langere tijd achtereen niet te gebruiken, haal de batterijen er dan uit.
Let op de werkomgeving
• Laat de camera, ter bescherming van de hoge-precisietechnologie die er aan ten grondslag ligt, nooit achter op de hieronder genoemde plaatsen, niet tijdens gebruik en niet tijdens opslag:
Plaatsen met hoge temperaturen en/of relatieve vochtigheid of plaatsen waar extreme fluctuaties in de temperatuur optreden. Direct zonlicht, aan het strand, in een afgesloten auto, of in de buurt van warmtebronnen (kachels, radiatoren, enzovoort) of luchtbevochtigers.
In zanderige of stoffige omgevingen.
In de buurt van brandbare stoffen of explosieven.
In natte ruimten, zoals in de badkamer of in de regen. Lees, ook als u een weerbestendig product gebruikt, de handleiding aandachtig door.
In ruimten waar sterke trillingen kunnen optreden.
• Laat de camera niet vallen en stel hem niet bloot aan zware schokken of trillingen.
• Als de camera op een statief bevestigd is, stelt u de positie van de camera met de statiefkop in. Verdraai de camera niet.
• Laat de elektrische contacten van de camera ongemoeid.
Laat de camera niet achter met de lens op de zon gericht. Daardoor kan de lens of het sluitergordijn beschadigd raken en kunnen kleurvervalsing of nevenbeelden op de CCD optreden en kan zelfs brand ontstaan.
• Druk of trek niet met grote kracht aan de lens.
• Haal de batterijen uit de camera als u denkt de camera langere tijd achtereen niet te gebruiken. Kies een koele, droge plaats om de camera op te bergen om condensvorming of schimmelvorming in de camera te voorkomen. Is de camera langere tijd opgeborgen geweest, dan schakelt u deze in en controleert u de juiste werking door de ontspanknop in te drukken.
• Houd u altijd aan de beperkingen die gesteld zijn aan de omgevingscondities zoals die zijn beschreven in de handleiding van de camera.
Voorzorgsmaatregelen bij de omgang met batterijen
Appendix
• Deze camera gebruikt een door Olympus voorgeschreven lithium-ionbatterij. Gebruik geen ander type batterij. Lees de handleiding voor de batterij zorgvuldig door voor een veilig en juist gebruik.
• Er kan een storing in het contact optreden als de polen van de batterij nat of vettig zijn. Droog de batterij voor gebruik goed met een droge doek.
• Laad de batterij altijd op als deze voor het eerst wordt gebruikt of als deze langere tijd niet gebruikt is.
• Probeer de camera en de reservebatterij zo warm mogelijk te houden, indien de camera wordt gebruikt met batterijvoeding bij een lage temperatuur. Het is mogelijk dat een batterij die is leeggeraakt bij lage temperaturen, weer herstelt als deze de kamertemperatuur aanneemt.
• Het aantal foto’s dat u kunt maken, is afhankelijk van de lichtomstandigheden of van de batterij.
• Schaf voldoende reservebatterijen aan, voordat u een lange reis maakt, met name als u naar het buitenland gaat. Het is mogelijk dat het aanbevolen type batterij in het buitenland niet verkrijgbaar is.
• Zorg ervoor dat de batterijen gerecycled worden om de natuurlijke hulpbronnen te ontzien. Zorg er bij de afvoer van lege batterijen voor, dat de polen zijn afgedekt en neem altijd de plaatselijke voorschriften en regelgeving in acht.
68 NL
Page 69
Monitor
• Oefen geen overmatige kracht uit op de monitor. Hierdoor kan het beeld vaag worden, waardoor een storing in de weergave of beschadigingen aan de monitor veroorzaakt kunnen worden.
• Langs onder- en bovenrand van het monitorbeeld kan een heldere band verschijnen, maar dat wijst niet op een defect.
• Kijkt u met de camera schuin naar een onderwerp, dan kunnen de contouren van het beeld er op de monitor gerafeld uitzien, maar dat wijst niet op een defect. Met de camera in de stand Weergeven is dit verschijnsel minder opvallend.
• Op plaatsen waar lage temperaturen kunnen optreden kan het enkele momenten duren voordat de monitor oplicht of kunnen tijdelijke kleurverschuivingen optreden. Gebruikt u de camera op extreem koude plaatsen, dan is het goed om de camera tussen de opnamen op een warme plaats op te bergen. Een monitor die slecht presteert als gevolg van lage temperaturen herstelt zich weer zodra de temperatuur weer normale waarden aanneemt.
• Het LCD dat voor de monitor wordt gebruikt, is met hoge-precisietechnologie gemaakt. Er kunnen echter zwarte of lichte punten op de monitor verschijnen. Als gevolg van de karakteristieke eigenschappen van de monitor of van de hoek waaronder u het beeld op de monitor bekijkt, zijn deze punten niet gelijk in kleur en helderheid. Dit wijst echter niet op een defect.
Wettelijke en andere bepalingen
• Olympus geeft geen enkele garantie of waarborg ten aanzien van mogelijke kosten of van winstverwachtingen door rechtmatig gebruik van dit apparaat, of van aanspraken van derden, die voortvloeien uit ondeskundig gebruik van dit apparaat.
• Olympus geeft geen enkele garantie of waarborg ten aanzien van mogelijke kosten of van winstverwachtingen door rechtmatig gebruik van dit apparaat die voortvloeien uit het verloren gaan van beeldgegevens.
Beperkte aansprakelijkheid
• Olympus geeft geen enkele garantie of waarborg, noch uitdrukkelijk noch stilzwijgend aanvaard, ten aanzien van of met betrekking tot de inhoud van dit geschreven materiaal of van de software en kan in geen enkel opzicht aansprakelijk worden gesteld voor enige stilzwijgende garantie met betrekking tot de verkoopbaarheid of de geschiktheid voor enige specifiek doel of voor enige directe, indirecte, zwaarwegende, bijkomstige of andere schade (met inbegrip van en niet beperkt tot schade door derving van inkomsten of verlies van zakelijke winsten, onderbreking van zakelijke activiteiten en verlies van zakelijke informatie) die voortvloeien uit het gebruik van of niet kunnen gebruiken van het geschreven materiaal of van de software of van de apparatuur. Sommige landen accepteren een dergelijke uitsluiting of beperking op de aansprakelijkheid voor directe of indirecte schade niet, zodat de hierboven opgesomde beperkingen mogelijk op uw situatie niet van toepassing zijn.
• Olympus behoudt zich alle rechten van deze handleiding voor.
Waarschuwing
Fotograferen of gebruik van materiaal waarop het auteursrecht van toepassing is kan schending van het auteursrecht betekenen. Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor ongeautoriseerd fotograferen, voor het gebruik van de apparatuur of voor handelingen die in strijd zijn met de rechten van belanghebbenden.
Betreffende het copyright
Alle rechten voorbehouden. Niets van dit geschreven materiaal of van deze software mag zonder vooraf verkregen schriftelijke toestemming van Olympus op geen enkele wijze of langs welke elektronische of mechanische weg dan ook, met inbegrip van fotokopiëren, het langs elektronische weg vastleggen en het gebruik van informatieopslag en informatiezoeksystemen, worden gebruikt of gereproduceerd. Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor de in deze handleiding of in de software besloten informatie, of voor schade die kan voortvloeien uit het gebruik van de in deze handleiding of in de software besloten informatie. Olympus behoudt zich het recht voor de uitvoering en de inhoud van deze handleiding te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving of enige verplichting.
Appendix
NL 69
Page 70
Voor klanten in Europa
Het waarmerk “CE“ garandeert dat dit product voldoet aan de richtlijnen van de EU (Europese Unie) wat betreft veiligheid, gezondheid, milieubehoud en persoonlijke veiligheid van de gebruiker. Apparaten met het keurmerk “CE“ zijn bedoeld voor de Europese markt.
Dit symbool [een doorgekruiste verrijdbare afvalbak volgens WEEE Annex IV] geeft aan dat in de EU-landen alle afgedankte elektrische en elektronische apparatuur apart moet worden ingezameld en verwerkt. Gooi het apparaat a.u.b. niet bij het gewone huisvuil. Maak a.u.b. gebruik van het inzamelsysteem dat in uw land beschikbaar is voor de afvoer van dit product.
Gebruik uitsluitend toepassingsgerichte oplaadbare batterijen en batterijlader
We adviseren u om uitsluitend de originele toepassingsgerichte oplaadbare batterijen en batterijlader van Olympus bij deze camera te gebruiken. Het gebruik van niet originele oplaadbare batterijen en/of batterijlader kan brand of persoonlijk letsel veroorzaken als gevolg van lekken, verhitting, ontbranding of beschadiging van de batterij. Olympus stelt zich niet aansprakelijk voor ongelukken of beschadigingen die voortkomen uit het gebruik van batterijen en/of batterijlader die geen originele Olympus-accessoire zijn.
Garantiebepalingen
1.
Indien dit product gebreken vertoont, hoewel het op de juiste wijze gebruikt wordt (in overeenstemming met de meegeleverde documentatie Voorzichtig gebruik en de gebruiksaanwijzingen), wordt dit product, gedurende een periode van twee jaar vanaf de datum van aankoop, bij een geautoriseerde Olympus-dealer binnen het zakengebied van Olympus Imaging Europa GmbH zoals bepaald op de website: http://www.olympus.com gerepareerd of, naar Olympus’ keuze, kostenloos vervangen. Voor aanspraak op deze garantie dient de klant, vóór afloop van de garantieperiode van twee jaar, het product en deze garantieverklaring mee te nemen naar de dealer waar het product aangeschaft is of iedere andere servicedienst van Olympus binnen het zakengebied van Olympus Imaging Europa GmbH zoals bepaald op de website: http://www.olympus.com. Tijdens de World Wide Warranty-periode van één jaar kan de klant het product terugbrengen naar iedere servicedienst van Olympus. Let erop dat niet in alle landen een dergelijke servicedienst van Olympus gevestigd is.
2.
De klant dient het product op eigen risico naar de dealer of de geautoriseerde servicedienst van Olympus te brengen en hij draagt zelf de kosten die ontstaan bij het transport van het product.
3.
Deze garantie geldt niet in onderstaande gevallen. De klant is zelf verantwoordelijk voor de reparatiekosten, zelfs indien deze gebreken optreden tijdens de hierboven vermelde garantieperiode. (a)
Elk gebrek dat optreedt wegens ondeskundig, onreglementair gebruik (zoals handelingen die niet worden genoemd in Voorzichtig gebruik of andere delen van de gebruiksaanwijzing, etc.).
(b)
Elk gebrek dat optreedt wegens een reparatie, wijziging, reiniging, etc. die niet is uitgevoerd door Olympus of een geautoriseerde servicedienst van Olympus.
(c)
Gebreken of beschadigingen die ontstaan bij het tr ansporteren, door vallen, stoten, etc. na aankoop van het product.
(d)
Gebreken of beschadigingen die ontstaan door een brand, aardbeving, overstroming, blikseminslag, andere natuurrampen, milieuvervuiling en onregelmatige spanningsbronnen.
(e)
Elk gebrek dat optreedt wegens onzorgvuldige of ongeschikte opslag (zoals opbergen op een plaats die is blootgesteld aan hoge temperaturen en relatieve vochtigheid, nabij insectenwerende middelen zoals naftaleen of schadelijke stoffen, etc.), ondeskundig onderhoud, etc.
Appendix
(f)
Elk gebrek dat optreedt wegens lege batterijen, etc.
(g)
Elk gebrek dat ontstaat doordat zand, modder, etc. in de behuizing van het product is gekomen.
(h)
Indien deze garantieverklaring niet wordt meegeleverd met het product.
(i)
Indien de garantieverkl aring op een of andere wijze gewijzigd wordt met bet rekking tot het jaar, de maand en de datum van aankoop, de naam van de klant, de naam van de dealer, en het serienummer.
(j)
Indien geen bewijs van aankoop bij deze garantieverklaring gevoegd wordt.
4.
Deze garantie is uitsluitend op het product van toepassin g; de garantie is niet van toepassing op ieder ander toebehoren, zoals de behuizing, de camerariem, het lenskapje en de batterijen.
5.
Olympus’ enige verplichting onder deze garantie is beperkt tot het repareren of vervangen van het product. Iedere verplichting voor verlies of beschadiging, indirect of voortvloeiend, op enigerlei wijze opgelopen door de klant vanwege een gebrek in het product, en met name alle soorten verlies of schade veroorzaakt in lenzen, fotorolletjes, andere uitrusting of toebehoren dat bij het product hoort of ieder soort verlies dat het resultaat is van een vertraagde reparatie of gegevensverlies, is uitgesloten. Deze bepalingen hebben geen invloed op de wettelijke dwingende regelgeving.
70 NL
Page 71
Opmerkingen met betrekking tot het onderhoud
1.
Deze garantie geldt uitsluit end, indien de garantieverklaring naar beho ren is uitgevoerd door Olympus of een geautoriseerde dealer of indien andere documen ten voldoende bewijskrachtig zijn. Controleer da arom of uw naam, de naam van de dealer, het serienummer en het jaar, de maand en datum van aankoop volledig zijn ingevuld, of dat de originele factuur of de bon (met vermelding van de naam van de dealer, de datum van aankoop en het producttype) aan deze garantieverklaring is toegevoegd. Olympus behoudt zich het recht voor om kostenloze dienstverl ening te weigeren, indien noch de garantieverklari ng volledig is ingevuld, noch het bovengenoemde document toegevoegd is of indien de informatie die daar in staat onvolledig of niet leesbaar is.
2.
Aangezien deze garantieverklaring niet nogmaals verstrekt wordt, dient deze op een veilige plek bewaard te worden.
Raadpleeg de lijst op de website: http://www.olympus.com voor het geautoriseerde, internationale servicenetwerk van Olympus.
Handelsmerken
IBM is een gedeponeerd handelsmerk van International Business Machines Corporation.
Microsoft en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Macintosh is een handelsmerk van Apple Inc.
xD-Picture Card™ is een handelsmerk.
Alle andere genoemde bedrijfs- en productnamen zijn gedeponeerde handelsmerken en / of handelsmerken van de betreffende rechthebbenden.
De in deze handleiding genoemde normen voor camerabestandssystemen zijn de door de Japan Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA) opgestelde “Design Rule for Camera File System / DCF“-normen.
NL 71
Appendix
Page 72
TECHNISCHE GEGEVENS
(
Camera
Soort camera : Digitale camera (voor het opnemen en weergeven) Opslagsysteem
Stilstaande beelden :
Compatibel met de normen
Geluid bij stilstaande beelden
Video's : AVI Motion JPEG
Opslagmedium : Intern geheugen
Aantal effectieve pixels : 8.000.000 pixels Beeldopneemelement : 1/2,35" CCD (filter voor primaire kleuren), 8.500.000 pixels (bruto) Lens : Olympus lens 6,4 tot 32,0 mm, f3.0 tot 5.0
Lichtmeetsysteem : Digitale ESP-meting, spotmeetsysteem Sluitertijd : 4 tot 1/2000 s Scherpstelbereik : 0,7 m tot ) (W / T) (normaal)
Monitor : 2,7" TFT LCD-kleurenmonitor, 230.000 pixels Oplaadtijd flitser : Circa 4 s (na ontsteken van de flitser met volle lichtopbrengst, bij
Connectors : Multiconnector (gelijkspanningsconnector DC-IN, USB-connector,
Automatisch kalendersysteem : van 2000 tot 2099 Waterbestendigheid
Type : Komt overeen met IEC 529 IPX4-norm
Betekent : Spatwater vanuit onverschillig welke richting heeft geen nadelig effect.
Bedrijfscondities
Temperatuur : 0 °C tot 40 °C (tijdens bedrijf),
Relatieve vochtigheid : 30 % tot 90 % (tijdens bedrijf) / 10 % tot 90 % (tijdens opslag)
Energievoorziening : Een lithium-ionbatterij van Olympus (LI-42B / LI-40B) of lichtnetadapter
Afmetingen : 96,4 mm x 56,4 mm x 24,3 mm (b x h x d)
Gewicht : 125 g (zonder batterij en kaartje)
Digitaal opslagsysteem, JPEG (in overeenstemming met Design Rule for Camera File system [DCF])
: Exif 2.2, Digital Print Order Format (DPOF),
PRINT Image Matching III en PictBridge
: Bestandstype WAVE
xD-Picture Card 16 MB tot 2 GB (type H / M, standaard)
(komt overeen met 36 tot 180 mm van een kleinbeeldcamera)
0,2 m tot ) (W), 0,6 m tot ) (T) (stand normaal / macro) 0,03 m tot 0,7 m (alleen W) (stand supermacro)
kamertemperatuur en met een nieuwe, volledig opgeladen batterij)
AV-OUT-connector)
(onder OLYMPUS testvoorwaarden)
–20 °C tot 60 °C (opslag)
van Olympus
(niet gemeten over uitstekende delen)
Appendix
72 NL
Page 73
(
Lithium-ionbatterij (LI-42B)
Soort camera : Oplaadbare lithium-ionbatterij Nominale uitgangsspanning : 3,7 V gelijkspanning Standaardcapaciteit : 740 mAh Levensduur van de batterij : Circa 300 volledige ontlaad / oplaadcycli (afhankelijk van gebruik) Bedrijfscondities
Temperatuur : 0 °C tot 40 °C (bij opladen) /
Afmetingen : 31,5 x 39,5 x 6 mm Gewicht : Ongeveer 15 g
(
Batterijlader (LI-40C)
Netspanning : 100 V tot 240 V (50 tot 60 Hz wisselspanning)
Uitgangsvermogen : 4,2 V gelijkspanning, 200 mA Laadtijd : Ongeveer 5 uur. Bedrijfscondities
Temperatuur : 0 °C tot 40 °C (in bedrijf) /
Afmetingen : 62 x 23 x 90 mm Gewicht : Ongeveer 65 g
Wijzigingen in technische gegevens en uitvoering voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
–10 °C tot 60 °C (tijdens bedrijf) / –20 °C tot 35 °C (opslag)
3,2 VA (100 V) tot 5,0 VA (240 V)
–20 °C tot 60 °C (opslag)
NL 73
Appendix
Page 74
OVERZICHTSTEKENING VAN DE CAMERA
Flitser (Blz. 16)
Ontspan
-knop
(Blz. 9, 11)
Zelfontspanner-LED (Blz. 16, 57)
Lens (Blz. 11, 63)
Zoomknop (Blz. 15)
f
/ S-knop (Schaduwaan­passingstechniek / Wissen) (Blz. 10, 17)
Pendelknop (
1243
)
(Blz. 14)
e
-knop (Blz. 14)
Oogje voor de camerariem
(Blz. 3)
Klepje van het batterijcompartiment / het kaartje (Blz. 4)
Statiefaansluiting
Klepje over de connector (Blz. 38, 39, 48)
Multiconnector (Blz. 38, 39, 48)
Monitor (Blz. 36, 75)
m
-knop
(Blz. 14)
Microfoon (Blz. 27)
Luidspreker
o
-knop
(Blz. 6, 11)
Indicatie-LED Dataverkeer (Blz. 50, 57, 64)
Functieknop (Blz. 6, 10, 12)
q
/ <-knop (Weergeven / Printen) (Blz. 17)
g
/ E-knop (Blz. 18)
Camera
Appendix
74 NL
Page 75
Symbolen en pictogrammen op de monitor
$
ISO
[
n
R
W
%
(
P
3264
×
2448
+2.0
F5.6
1/1000
]
#
l
k
[
IN
]
4
1600
$
[
n
%
(
A
HQHQ
+2.0+2.0
]
k
00:3600:3600:36
[
IN
IN
]k[
IN
IN
]
R
l
2 1 212325
16
3 5 6
9
10
1311 14
18 17
20 19
Videobeelden
Stilstaand beeld
(
Monitor – Stand Fotograferen
1 21222425 23
2 3 4 5 6 7
8
9
ISO 1600
1/1000
HQHQ3264
10
2448
F5.6
+2.0
IN
20 19
18 17
16 15
4
141311 12
1 2 3 4
5 6 7 8 9
10
11 12 13 14
15 16
17 18 19 20 21 22 23 24 25
Stand Fotograferen Batterijcontrole Groene LED Flitser standby
Waarschuwing bewegende camera / Opladen flitser
Stille functie Witbalans ISO ISO 50, ISO 400, ISO 1600 enz. Blz. 25 Sluiterfunctie Spo tmet ing Stand macro
Stand supermacro Beeldkwaliteit SHQ, HQ, SQ1, SQ2, 16:9, SQ Blz. 21 Resolutie 3264 x 2448, 2560 x 1920, 640 x 480 enz. Blz. 21 Autofocusteken [ ] Blz. 9, 27 Aantal stilstaande beel den dat kan
worden opgeslagen Resterende opnametijd
Geheugenindicator Actueel geheugen [IN] (Beelden opslaan in het interne geheugen),
Geluid opnemen Dualtime Alarm Flitserfunctie Belichtingscorrectie –2.0 – +2.0 Blz. 16 Diafragmawaarde F5.6, F4.0 enz. Blz. 9 Zelfontspanner Sluitertijd 4 tot 1/2000 Blz. 9 Schaduwaanpassingstechniek
Item Indicatie Zie blz.
h, P, B, F, D, G
e
= vol, f = leeg Blz. 60
{
= Auto Focus Lock Blz. 9, 11, 57
#
(brandt)
#
(knippert)
U
5, 3, 1, w–y
W
5
& %
4
00:36
a, b, c, d
(maximum aantal opnamen bereikt) Blz. 53
[xD] (Beelden opslaan op het kaartje)
R
l k
!, #, $
Y
f
enz. Blz. 12, 14, 24
Blz. 53
Blz. 27 Blz. 25
Blz. 26 Blz. 26 Blz. 16
Blz. 57
Blz. 64
Blz. 27 Blz. 37 Blz. 37 Blz. 16
Blz. 16
Blz. 17
Appendix
NL 75
Page 76
(
12:3012 :3 0'07.12.26' 07. 1 2. 26
100-00041 0 0 - 0 0 0 4
HQHQ
00:0000:00
00:3600:36
320320×240240
[
IN
IN
]
1 17
1516 14
13 12
8 7
10
6
2
IS O 16 00
12 :3 0
'0 7 .1 2.2 6
10 0- 00 04
4
+2 .0
F5 .6 1 /1 00 0
HQ
32 64
×
24 48
[
IN
]
×
10
VideobeeldenStilstaand beeld
Monitor – Stand Weergeven
1 17 16
10
2
3 4
IN
F5.6 1/1000
'07.12.26
3264
15 14
HQ
2448
+2.0
ISO 1600
12:30
100-0004
13 12 11 10 9 8
7
5
Item Indicatie Zie blz.
1
Batterijcontrole
2
Stille functie
3
Diafragmawaarde F5.6, F4.0 enz.
4
Sluitertijd 4 – 1/2000
5
Bewegingsonscherpte veroorzaakt door beweging of trillende handen
6
Aantal beelden Verstreken tijd / Totale opnametijd
7
Bestandsnummer
8
Datum en tijd '07.12.26 12:30 Blz. 7, 36
9
ISO ISO 50, ISO 400, ISO 1600 enz. Blz. 25
10
Witbalans WB AUTO, 5, 3, 1, w–
11
Belichtingscorrectie –2.0 – +2.0 Blz. 16
12
Resolutie 3264 x 2448, 2560 x 1920, 640 x 480 enz. Blz. 21
13
Beeldkwaliteit SHQ, HQ, SQ1, SQ2, 16:9, SQ Blz. 21
14
Beveiligen Geluid opnemen
15 16
Printreservering / aantal prints Videobeelden
17
Actueel geheugen [IN] (Het beeld weergeven dat is opgeslagen in het interne
Appendix
6
e
= vol, f = leeg Blz. 60
U
p
(gestabiliseerde beelden / gecorrigeerde beelden)
t q r
worden) 4
00:00/00:36
M
100 – 0004 Blz. 36
9
H
<
x10
n
geheugen), [xD] (Het beeld weergeven dat is opgeslagen op het kaartje)
(beelden die gecorrigeerd kunnen
y
Blz. 27
Blz. 29
Blz. 36
Blz. 29
Blz. 25
Blz. 33 Blz. 33 Blz. 43
Blz. 28 Blz. 64
76 NL
Page 77
Index
g
/ E-knop.................................................... 18
1F
-knop (belichtingscorrectie) ........................ 16
3#
-knop (flitserfunctie) ...................................... 16
4&
-knop (macro) ............................................... 16
e
-knop (OK / FUNC)...................................... 14
f
/ S-knop (schaduwaanpassings-
techniek / wissen) ........................................... 17
q
/ <-knop (weergeven / printen)..................... 17
2Y
-knop (zelfontspanner) ................................ 16
16:9 ...................................................................... 21
A
Aantal beelden dat nog kan
worden opgeslagen......................................... 57
ADD FAVORITE ............................................. 13, 30
AF MODE ............................................................ 27
ALARM CLOCK k............................................... 37
ALL ERASE R................................................... 34
ALL INDEX........................................................... 41
ALL PRINT........................................................... 41
Alle beelden reserveren U................................. 44
AUTO (autoflitsen) ............................................... 16
AUTO (ISO) ......................................................... 25
AUTO (volledig automatische stand) ................... 14
AUTO (WB) WB AUTO ....................................... 25
Autofocus ............................................................. 54
AV-kabeltje ...................................................... 3, 38
B
BACKUP ............................................................. 34
Batterij ............................................................. 4, 64
Batterijcontrole .................................................... 75
Batterijlader ............................................ 3, 4, 63, 65
Bedieningsaanwijzingen .......................... 19, 40, 43
Beelden draaien y.............................................. 33
Beelden beveiligen 0....................................... 33
Beelden printen ................................................... 39
Beeldnummer ...................................................... 76
Beeldstabilisator h........................................ 6, 12
BEEP ................................................................... 35
Belichting.............................................................. 16
Belichtingscorrectie F................................... 16, 76
Bestandsnaam ..................................................... 36
Bewolkte dag
BGM .................................................................... 28
C
CALENDAR ......................................................... 31
CAMERA MENU ........................................... 21, 25
Camerariem ........................................................... 3
CCD ..................................................................... 36
COLOR EDIT ....................................................... 30
Compressiefactor ................................................. 21
Continue opnametijd ............................................ 57
CUSTOM PRINT ................................................. 40
D
Datum en tijd X............................................. 7, 36
De camera inschakelen ......................................... 6
DIGITAL ZOOM.................................................... 26
DIS EDIT.............................................................. 29
DIS MOVIE MODE............................................... 27
3
................................................. 25
DPOF ................................................................... 42
DRIVE ................................................................. 26
DUALTIME l...................................................... 37
E
EASY PRINT ....................................................... 39
EDIT .................................................................... 30
EDIT (videobeelden) ........................................ 3, 25
Enkel beeld fotograferen o................................ 26
Enkel beeld reserveren <................................... 43
Enkelbeeldweergave............................................ 15
ERASE ................................................................. 33
ESP ..................................................................... 26
ESP / n............................................................. 26
EV......................................................................... 16
F
FACE DETECT (AF MODE)................................. 27
FILE NAME .................................................... 36, 41
FINE ZOOM ........................................................ 26
Flitsen met onderdrukken van rode ogen !..... 16
Flitser.................................................................... 16
Flitser uit $......................................................... 16
Flitserfunctie #.............................................. 11, 16
Formaat................................................................ 34
Formaat wijzigen Q........................................... 30
FORMAT ............................................................. 34
Foto's uitsnijden P.................................. 30, 41, 43
Foutmelding ......................................................... 60
FRAME ................................................................ 31
Functieknop................................................ 6, 10, 12
Functiemenu ........................................................ 14
G
Geef “Mijn favorieten“ weer P............................ 13
Geheel indrukken ............................................ 9, 11
Geheugenindicator............................................... 53
Geluid opnemen bij stilstaande beelden R........... 27
Geluid toevoegen aan stilstaande beelden R...... 33
Gezoomd weergeven U...................................... 15
Gloeilamplicht
Groene LED ......................................... 9, 11, 54, 57
g
H
Half indrukken ................................................. 9, 11
Helderheid van de monitor aanpassen s.......... 36
Histogramweergave ...................................... 18, 58
Hoofdmenu .......................................................... 19
HQ........................................................................ 21
Hulplijnweergave.................................................. 18
I
iESP .................................................................... 27
IMAGE QUALITY ................................................ 21
INDEX .................................................................. 32
Indexweergave G............................................... 15
Indicatie-LED Dataverkeer ......................50, 58, 64
Informatiedisplays ............................................... 18
Instelmenu's – SETUP ......................................... 34
Intern geheugen ............................................34, 65
1
................................................. 25
(fotogids) ...........................................6, 12
NL 77
Page 78
Invulflitsen #........................................................ 16
ISO ...................................................................... 25
K
Kaartje...................................................... 22, 34, 64
Kalenderweergave .............................................. 15
Klepje over de connector ........................ 38, 39, 48
Klepje van het compartiment van
de batterij / het kaartje ...................................... 4
L
LABEL .................................................................. 31
Lage compressie.................................................. 21
LAYOUT .............................................................. 31
Lens ............................................................... 11, 63
Lichtnetadapter..................................................... 65
LIGHTING FIX...................................................... 29
Lithium-ionbatterij ........................................ 3, 4, 63
Luidspreker ......................................................... 74
M
MEMORY FORMAT ............................................ 34
Menu ................................................................... 19
MENU THEME..................................................... 35
m
-knop (MENU)............................................ 14
Menugids ............................................................. 18
Microfoon ............................................................. 27
Monitor ........................................................... 36, 75
MOVIE PLAY ....................................................... 28
MULTI PRINT ....................................................... 41
Multiconnector.......................................... 38, 39, 48
N
NTSC .................................................................. 38
O
OLYMPUS Master ........................................... 3, 45
Ontspanknop.................................................... 9, 11
Opladen flitser ............................................... 53, 75
Optische zoom .............................................. 15, 26
P
P (Program Auto) ................................................. 14
P / AUTO ............................................................. 14
PAL ...................................................................... 38
PANORAMA......................................................... 22
PC ........................................................................ 48
Pendelknop (
PERFECT FIX...................................................... 29
PictBridge............................................................. 39
PIXEL MAPPING ................................................. 36
PLAYBACK MENU......................................... 28, 33
POWER SAVE .................................................... 38
o
PRINT ORDER <......................................... 32, 41
Printinstellingen <............................................... 42
PW ON SETUP.................................................... 35
R
REC VIEW ........................................................... 35
Rechstreeks printen ............................................. 39
REDEYE FIX ....................................................... 29
RESET ................................................................ 22
Resolutie .............................................................. 21
1243
)....................................... 14
-knop.................................................... 6, 11
S
s
(Scene) ............................................ 6, 12, 24
Scherpstelgeheugen ............................................ 11
Scherpstellen........................................ 9, 11, 54, 58
SEL. IMAGE......................................................... 34
SHOOT & SELECT1/2 ef............................... 25
SHQ ..................................................................... 21
SHUTTER SOUND ............................................. 35
SILENT MODE U................................................ 27
Sluimerstand ....................................................... 53
SLIDESHOW ....................................................... 28
SMILE SHOT S................................................... 24
Snel repeterende opnamen W........................... 26
SPOT (AF MODE) ............................................... 27
Spot metin g n..................................................... 26
SQ ....................................................................... 21
SQ1 ..................................................................... 21
SQ2 ..................................................................... 21
Stand macro &.............................................. 11, 16
Stand Fotograferen............................. 11, 15, 18, 34
Stand supermacro %.................................... 11, 16
Stand Weergeven q............. 10, 11, 13, 15, 18, 34
STANDARD.......................................................... 39
Standaardcompressie........................................... 21
Statiefaansluiting ................................................. 75
Stilstaande beelden fotograferen K............... 6, 12
Symbolen en pictogrammen op de monitor ......... 75
T
Taal voor de monitor W.................................. 35
TL-lamp 1/2/3
TYPE ................................................................... 28
U
USB-kabeltje .................................. 3, 39, 45, 48, 50
V
VIDEO OUT ......................................................... 38
Videobeelden opnemen n.................................. 11
VOLUME ............................................................. 35
W
Waarschuwingssignaal 8.................................. 35
Weergave op een televisie................................... 38
Weergavetijd / Totale opnametijd .........................29
Wissen ........................................................... 10, 17
Witbalans WB ...................................................... 25
X
xD-Picture Card ............................................. 22, 64
Z
Zelfontspanner Y........................................... 11, 16
Zelfontspanner-LED .......................................16, 57
Zonnige dag 5.................................................... 25
Zoom ............................................................. 15, 26
Zoomknop ...................................................... 15, 26
wxy
....................................... 25
78 NL
Page 79
MEMO
NL 79
Page 80
http://www.olympus.com/
Vestiging:
Afleveradres goederen: Correspondentieadres:
Wendenstrasse 14 – 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40 - 23 77 3-0 / Fax: +49 40 - 23 07 61 Bredowstrasse 20, 22113 Hamburg, Duitsland Postfach 10 49 08, 20034 Hamburg, Duitsland
Europese Technische klantendienst:
Bezoek ook onze homepage
http://www.olympus-europa.com
of bel ons GRATIS NUMMER*:
00800 - 67 10 83 00
voor België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Luxemburg, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland. * Sommige (mobiele) telefoon services / providers geven geen toegang of hebben een
extra voorvoegsel voor +800 nummers nodig.
Voor alle Europese landen die niet vermeld werden en als u ons niet kunt bereiken op de hierboven vermelde nummers, a.u.b. gebruik maken van de volgende BETAALDE NUMMERS:
+49 180 5 - 67 10 83
of
+49 40 - 237 73 48 99.
Onze technische klantendienst is van maandag tot en met vrijdag bereikbaar tussen 09.00 uur en 18.00 uur (MET).
Geautoriseerde dealers
Netherlands: Olympus Nederland B.V.
Industrieweg 44 2382 NW Zoeterwoude Tel.: 0031 (0)71-5821888 www.olympus.nl
Belgium: Luxemburg:
Olympus Belgium N.V.
Boomsesteenweg 77 2630 Aartselaar Tel.: (03) 870 58 00
© 2007
Printed in Germany · OE · 20.5 · 7/2007 · Hab. · E0460102
Loading...