Olympus stylus 300 digital, stylus 400 digital, µ300 digital, µ400 digital User Manual [nl]

DIGITALE CAMERA
BEKNOPTE HANDLEIDING
NL
VOORBEREIDINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
MENUFUNCTIES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
BASISHANDELINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
EEN OPSLAGFUNCTIE KIEZEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
BEELDEN WEERGEVEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
AFDRUKINSTELLINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
BEELDEN OVERBRENGEN NAAR EEN COMPUTER . 38
FOUTCODES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
TECHNISCHE GEGEVENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
VEILIGHEIDSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
xD-PICTURE CARD. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Deze beknopte handleiding dient als eerste kennismaking met uw camera. Een meer gedetailleerde beschrijving van de hier beschreven functies vindt u op de bij de camera geleverde CD-ROM.
Deze beknopte handleiding geeft richtlijnen voor het gebruik van de Olympus Stylus 300/400 DIGITAL (µ[mju:] 300/400 DIGITAL). Behalve daar waar anders aangegeven, zijn de beschrijvingen in de handleiding op beide modellen van toepassing.
2 NL
Lees voordat u de camera gaat gebruiken deze handleiding aandachtig door om u van het juiste gebruik ervan te verzekeren.
Voordat u belangrijke opnamen gaat maken, doet er goed aan eerst enkele proefopnamen te maken.
Dit is slechts een beknopte handleiding. Voor meer details van de hier beschreven functies raadpleegt u de „Reference Manual“ op de CD-ROM. Voor meer details over de wijze waarop u de camera aansluit op een PC en het installeren van de meegeleverde software raadpleegt u de „Software Installation Guide“ die deel uitmaakt van het CD-ROM pakket.
Voor klanten in de Ver. Staten van Noord-Amerika
Voor klanten in de Ver. Staten van Noord-Amerika
Overeenstemmingsverklaring Typenummer : Stylus 300 DIGITAL, Stylus 400 DIGITAL
Handelsnaam : OLYMPUS Verantwoordelijke partij : Olympus America Inc. Adres : 2 Corporate Center Drive, Melville, New York
Telefoon : 631-844-5000
Getest en gebleken te voldoen aan de FCC-normen VOOR HUIS OF KANTOORGEBRUIK
Dit apparaat voldoet aan Part 15 van de FCC Rules. Het apparaat werd getest op de volgende aspecten: (1) Het apparaat mag geen schadelijke stoorsignalen afgeven. (2) Het apparaat moet ongevoelig zijn voor eventuele ontvangen
stoorsignalen, met inbegrip van stoorsignalen die aanleiding kunnen geven tot ongewenste werking.
RM-2 (Afstandsbediening)
11747-3157 U.S.A.
Voor klanten in Canada
Dit digitale apparaat volgens Class B voldoet aan alle eisen zoals die zijn vastgelegd in de Canadian Interference Causing Equipment Regulations.
Voor klanten in Europa
Het waarmerk „CE“ garandeert dat dit product voldoet aan de richtlijnen van de Europese Unie voor wat betreft veiligheid, gezondheid, milieubehoud en persoonlijke veiligheid van de gebruiker. Camera's met het waarmerk „CE“ zijn bedoeld voor de Europese markt.
Handelsmerken
• IBM is een wettig gedeponeerd handelsmerk van International Business Machines Corporation.
• Microsoft en Windows zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
• Macintosh is een handelsmerk van Apple Computer Inc.
• Alle andere genoemde bedrijfs- en productnamen zijn wettig gedeponeerde handelsmerken en/of handelsmerken van de betreffende firma's.
• De in deze handleiding genoemde normen voor camera bestandssystemen zijn de door de Japan Electronics en Information Technology Industries Association (JEITA) opgestelde „Design Rule for Camera File System / DCF"-normen.
NL 3
VOORBEREIDINGEN
DE VERSCHILLENDE ONDERDELEN
Schakelt de camera in de stand Fotograferen
Klepje over de kaartsleuf
Leskap
in en uit.
Sensor
afstands-
bediening
Connector VIDEO OUT
Ontspanknop
Flitser
Lens
Schuift bij het openen van de lenskap automatisch naar voren.
Zelfontspanner / Afstands­bediening-LED
Klepje over de gelijk­spannings­connector
4 NL
Klepje over de connectors
USB-connector
Gelijkspannings­connector DC-IN (4,8 volt)
Pendelknop
De pendelknop fungeert zowel als richtingsknop als functieknop. In de tekst geven de pictogrammen , , en aan op welke knop u moet drukken.
Functieknop Fotograferen
Macroknop
Zelfontspannerknop
Monitor
Deksel batterijcompartiment
Zoeker
Autofocusteken
Flitserfunctieknop
Zoomknoop (W/T )
Bevestigingspunt camerariem
OK/Menu-knop
Monitorknop (QUICK VIEW )
Weergaveknop
Statiefaansluiting
Oranje LED Groene LED
()
()
NL 5
INDICATIES IN DE ZOEKER / MONITOR
SHQ
Tijdens fotograferen
1 2
3 4 5
6
7 8
9
SHQ
10
Stilstaande beelden Filmbeelden
Functies Indicaties
1 Fotografische functie , , , , , ,
2 Batterijcontrole ,
3 Groene LED
4 Flitser papraat / Waarschuwing
tegen bewegen van de camera / Flitser wordt opgeladen
5 Macrofunctie
6 Flitserfunctie , ,
7 Repeterende opnamen ,
8 Zelfontspanner
Afstandsbediening
9 Opslagfunctie SHQ, HQ, SQ1, SQ2
10 Resolutie 2272 x 1704, 2048 x 1536, enzovoort
11 Belichtingscompensatie –2.0 – +2.0
12 Lichtmeting
13 Witbalans , , ,
14 Autofocusteken [ ]
15 Geheugenindicator , , ,
16 Aantal stilstaande beelden dat kan
worden opgeslagen Nog beschikbare seconden
1 2
11 12
13
5 6
14
15
9
16
(Brandt) (Knippert)
16
16''
11
13
14
15 16
6 NL
Tijdens weergeven
2048
1536
Bij de hieronder afgebeelde vensters is de informatie weergave ingeschakeld (ON).
1536
2
1
4 5
6 7 8
9 10
1
2048
3 4 5
6 7
8
9 10
Stilstaande beelden Filmbeelden
Functies Indicaties
1 Batterijcontrole ,
2 Afdrukwachtrij, Aantal afdrukken x10
3 Filmbeelden
4 Beveiligd beeld
5 Opslagfunctie SHQ, HQ, SQ1, SQ2
6 Resolutie 2272 x 1704, 2048 x 1536, enzovoort
7 Belichtingscompensatie –2.0 – +2.0
8 Witbalans AUTO, , , ,
9 Datum en tijd ’03.05.17 15:30
10 Bestandsnummer (stilstaand beeld)
Weergavetijd / Totale opnametijd (filmbeelden)
FILE: 100-0030 0"/20"
NL 7
Geheugenindicator
Als u een foto maakt of filmbeelden fotografeert, de geheugenindicator op. Terwijl de geheugenindicator in de monitor zichtbaar is, slaat de camera het beeld of de filmbeelden op op het geheugenkaartje. Afhankelijk van de fotografische functie verandert de geheugenindicator als hieronder afgebeeld. Wanneer de geheugenindicator helemaal opgevuld is, moet u enkele ogenblikken wachten voordat u de volgende opname kunt maken.
Tijdens het fotograferen van stilstaande beelden
Fotograferen Fotograferen
Fotograferen
Vóór de opname.
(Indicator is
gedoofd)
Eén opname
gemaakt.
(Brandt)
Meer dan twee
opnamen gemaakt.
(Brandt)
Wachten
U kunt geen opnamen meer maken
(Is helemaal opgevuld) Wacht tot de indicator weer de status, zoals links afgebeeld heeft, voordat u
de volgende opname maakt.
Tijdens het fotograferen van filmbeelden
Als u doorgaat met fotograferen
Fotograferen
Wachten
Vóór het
fotograferen.
(Indicator is
gedoofd)
Tijdens het fotograferen (Brandt)
• Fotograferen is pas weer mogelijk als het oplichtende vlak helemaal gedoofd is.
•Het fotograferen van filmbeelden eindigt automatisch als de geheugenindicator vol is.
Batterijcontrole
Is op het moment van inschakelen of tijdens gebruik van de camera de nog beschikbare batterijlading gering, dan veranderen de indicaties in de monitor als volgt:
Geen indicatie
Brandt groen Fotograferen is mogelijk.*
* Het energieverbruik is sterk afhankelijk van de bedrijfstoestand van de camera.
Het is mogelijk dat de camera uitschakelt zonder dat u voor een te geringe batterijlading gewaarschuwd wordt. Laad de batterij zo spoedig mogelijk op.
Knippert rood Beschikbare lading: Gering Laad de batterij zo spoedig mogelijk op. Zeker als u langdurig gebruik overweegt.
8 NL
De groene en de oranje LED, rechts naast de zoeker, knipperen. Beschikbare lading: Batterij uitgeput. Vervang de batterij door een geladen exemplaar.
Weerbestendigheid
Hoewel de camera weerbestendig is en niet beschadigd wordt door spat­water vanuit welke richting dan ook, mag u hem niet onder water gebruiken. Tref bij het gebruik van de camera onderstaande voorzorgsmaatregelen. Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor storingen in de camera die een gevolg zijn van in het inwendige binnengedrongen water als gevolg van onjuist gebruik door de gebruiker.
• Was de camera niet af met water.
•Laat de camera niet in het water vallen.
•Fotografeer niet onder water.
• De camera verliest zijn waterdichte eigenschappen als het deksel van het batterijcompartiment, het klepje over de connectors of het klepje over de gelijkspanningsconnector DC-IN open staat. Overtuig u ervan dat deze klepjes gesloten zijn voordat u de camera gaat gebruiken.
• Wrijf eventueel aanwezig water van de camera voordat u de batterij of het geheugenkaartje verwisselt.
• Houd de lens tijdens het fotograferen vrij van water, omdat de camera zich anders niet goed scherpstelt.
• Is er water over de camera gespat, wrijf dat dan zo spoedig mogelijk af met een droge doek. Zout spatwater of druppels zout water kunnen de camera beschadigen als u de camera niet zo spoedig mogelijk droog wrijft.
• Oefen geen overmatig grote kracht uit op de rubber pakking en probeer die ook niet los te maken van het deksel van het batterijcompartiment, van het klepje over de connectors en over de gelijkspanningsconnector.
• Neem contact op met het dichtstbijzijnde Olympus service agentschap als de rubber pakkingen versleten of beschadigd is. (U kunt de onderdelen dan tegen kostprijs laten vervangen.)
• Als er vuil of zand op de rubber pakking van het deksel van het batterijcompartiment, van het klepje over de connectors en over de gelijkspanningsconnector terecht is gekomen, verwijder dat dan voordat u het deksel sluit, omdat er anders water in de camera kan binnendringen.
• De oplaadbare batterij en ander camera-accessoires zijn niet weerbestendig. Let dus goed op als u deze accessoires gebruikt.
NL 9
BEVESTIGEN VAN DE CAMERARIEM
1
Steek de dunne lus van de camerariem door het bevesti­gingspunt voor de camerariem.
2
Steek de dikke lus van de riem door de dunne lus die u door het bevestigingspunt voor de camerariem gestoken heeft.
3
Zorg er, door de riem aan te trekken, voor dat de riem zo stevig bevestigd is dat hij niet
Bevesti­gingspunt camerariem
los kan raken.
OPLADEN VAN DE BATTERIJ
Deze camera werkt met een Olympus lithium-ionbatterij (LI-10B). De batterij werd speciaal voor deze camera ontwikkeld en andere batterijen zijn ongeschikt. Op het moment van aankoop van de camera is de batterij niet volledig geladen. Voordat u de camera gaat gebruiken moet u de batterij met het speciale laadapparaat (LI-10C) eerst helemaal opladen. Voor details raadpleegt u de bij het laadapparaat geleverde handleiding.
Iets over de batterij
Zorg ervoor dat u de batterij met de plus- en min­contacten (zie de afbeelding, rechts) in de juiste stand in het laadapparaat steekt.
Laadindicator
Als de laadindicator van rood naar groen wisselt, is de batterij volledig geladen.
Laadapparaat
Netsnoer
Lithium-ionbatterij
Naar de netspanningsconnector
Stopcontact
Batterijcontacten
Lithium-ionbatterij
10 NL
OPLADEN VAN DE BATTERIJ
Belangrijk
• Vergeet vooral niet na het opladen van de batterij datum en tijd gelijk te zetten.
1
Overtuig u ervan dat:
• De monitor uitgeschakeld is.
• De lenskap gesloten is.
• De indicatie-LED, rechts van de zoeker, gedoofd is.
2
Schuif het deksel van het batterij­compartiment in de richting
Deksel van het batterijcom­partiment
(aangegeven door het op het deksel), en klap het deksel open in de richting .
3
Steek de batterij, zoals afgebeeld, in
Batterijcontacten
het batterijcompartiment.
4
Sluit het deksel van het batterij­compartiment zodat het de batterij naar binnen drukt . Schuif het deksel, terwijl u op het drukt, in de richting .
• Als het deksel van het
batterijcompartiment moeilijk sluit, forceer dan niets. Druk, met het deksel van het batterijcompartiment gesloten, stevig op het pictogram en druk het in de afgebeelde richting.
NL 11
KAARTJE IN DE CAMERA STEKEN
Onder „kaartje“ wordt in deze gebruiksaanwijzing een xD-Picture Card verstaan. U heeft dit kaartje bij de camera nodig om er de gefotografeerde beelden op op te slaan.
1
Overtuig u ervan dat:
• De monitor uitgeschakeld is.
• De lenskap gesloten is.
• De indicatie-LED, rechts van de zoeker, gedoofd is.
2
Open het klepje over de connectors door, als afgebeeld, op het -merk te drukken.
Attention: xD-Picture Card – refer to page 50
3
Open het klepje over de kaartsleuf door de pal van
Klepje over de kaartsleuf
de kaartsleuf naar u toe te trekken.
4
Houd het kaartje in de juiste stand tegenover de sleuf en steek het erin
.
• Houd het kaartje goed recht als u het in
de sleuf steekt.
• Door verkeerd om of schuin in de
kaartsleuf steken kunnen de contactvlakjes beschadigd raken of het kaartje beklemd raken.
• Steekt u het kaartje niet helemaal in de
kaartsleuf, dan is het mogelijk dat de beelden niet op het kaartje opgeslagen worden.
Klepje over de connectors
Pal van de kaartsleuf
Etiketzijde
12 NL
5
Sluit het deksel over de kaartsleuf.
6
Sluit het klepje over de connectors.
• Druk om het klepje over de connectors te
sluiten op het -merk.
Opmerking
Sluit het klepje over de connectors pas nadat u het klepje over de kaartsleuf gesloten heeft.
Kaartje uit de camera halen
1
Open het klepje over de connectors en het klepje over de kaartsleuf.
2
Ontgrendel het kaartje door het iets verder naar binnen te drukken en het dan langzaam los te laten.
• Het kaartje veert nu naar buiten, en
stopt dan.
Opmerking
Heeft u het kaartje naar binnen gedrukt en laat u het plotseling los, dan is het mogelijk dat het kaartje met kracht uit de kaartsleuf schiet.
3
Pak het kaartje vast en trek het recht uit de kaartsleuf.
Opmerking
• Druk niet met harde of puntige voorwerpen, zoals een balpen, op het kaartje.
NL 13
CAMERA IN EN UIT SCHAKELEN
Om te fotograferen
Inschakelen
Uitschakelen
: Schuif de lenskap helemaal open.
De camera wordt ingeschakeld in de stand Fotograferen. De lens schuift naar voren en uw onderwerp verschijnt in de monitor. Schuift de lens niet naar voren als u de lenskap opent, dan is het mogelijk dat u de lenskap niet helemaal open geschoven heeft. Schuif de lenskap helemaal open, tot u voelt dat hij op zijn plaats inklikt.
Wanneer u de camera voor het eerst gebruikt of nadat u de camera gedurende circa één uur zonder batterij gelaten heeft, moet u datum en tijd opnieuw instellen. Is dat het geval, dan verschijnt bij het inschakelen van de camera de melding „SET DATE & TIME“ (Datum en tijd instellen) in de monitor.
Schakel de monitor uit door op de knop te drukken. De camera blijft ingeschakeld.
: Schuif de lenskap zover dicht dat hij bijna de lenstubus
raakt.
De lenskap stopt vlak voordat hij de lenstubus raakt en de lens trekt zich terug. Wacht tot de lens zich helemaal teruggetrokken heeft voordat u de lenskap volledig sluit. De camera schakelt nu uit, evenals de monitor.
Opmerking
14 NL
• Druk de lens niet met kracht tegen de lenstubus omdat dat de lens kan beschadigen of aanleiding kan geven tot storingen.
Om beelden weer te geven
Inschakelen
: Druk met de lenskap gesloten op de knop .
De camera wordt nu ingeschakeld in de stand Weergeven. De monitor wordt ingeschakeld en het laatste gefotografeerde beeld wordt weergeven.
Uitschakelen
Opmerking
:Druk op de knop .
Monitor en camera worden uitgeschakeld.
• Open, terwijl de camera ingeschakeld is, nooit het klepje over de kaartsleuf, haal niet het kaartje of de batterij uit de camera, sluit de lichtnetadapter niet aan en koppel die ook niet af. Doet u dat toch, dan kan alle op het kaartje opgeslagen beeldmateriaal verloren gaan. Beeldmateriaal dat verloren is gegaan, kunt u niet meer herstellen. Bij het verwisselen van het kaartje moet u vooral niet vergeten eerst de camera uit te schakelen voordat u het klepje over de kaartsleuf opent.
TAAL INSTELLEN
1
Schuif de lenskap helemaal open.
• De lens schuift naar voren en de monitor wordt ingeschakeld.
2
Druk op de knop .
• Nu wordt het hoofdmenu geopend.
3
Selecteer MODE MENU (Functiemenu) door op van de pendelknop te drukken.
4
Selecteer het tabblad SETUP (Instellen) door op te drukken en druk dan op .
5
Selecteer de functie door op te drukken en druk dan op .
6
Selecteer een taal door op te drukken en druk dan op de knop .
7
Sluit het menu door nogmaals op de knop te drukken.
8
Schakel de camera uit door de lenskap te sluiten.
Pendelknop ( )
NL 15
DATUM EN TIJD INSTELLEN
1
Schuif de lenskap helemaal open.
• De lens schuift naar voren en de monitor wordt ingeschakeld.
2
Druk op de knop .
• Nu wordt het hoofdmenu geopend.
3
Selecteer MODE MENU (Functiemenu) door op van de pendelknop te drukken.
4
Selecteer het tabblad SETUP (Instellen) door op te drukken en druk dan op .
5
Selecteer het pictogram door op te drukken en druk dan op .
• De geselecteerde optie is nu gemarkeerd door een groene kader.
6
Selecteer, door op te drukken, een van de volgende datumnotaties: Y-M-D (Jaar - Maand - Dag), M-D-Y (Maand ­Dag - Jaar), D-M-Y (Dag - Maand - Jaar) en druk dan op .
• Selecteer de cijfergroep voor het jaartal.
• Deze en de volgende stappen, laten zien hoe u datum en tijd instelt wanneer als datumnotatie Y-M-D (Jaar / Maand / Dag) geselecteerd is.
7
Stel het jaartal in met en ga dan met naar de cijfergroep voor de maand.
• Om naar de voorgaande cijfergroep terug te keren, drukt u op .
• De eerste twee cijfers van het jaartal zijn vast ingesteld.
8
Herhaal deze procedure tot u datum en tijd helemaal heeft ingesteld.
• De camera toont de tijd volgens het 24-uurs systeem („2 p.m.“ wordt dus aangegeven als „14:00“).
9
Druk op de knop .
• Om de tijd exact gelijk te zetten, drukt u op de knop op het moment dat de klok 00 seconden aanwijst. De klok van de camera gaat lopen op het moment dat u de knop indrukt.
10
Schakel de camera uit door de lenskap te sluiten.
Opmerking
16 NL
• De ingestelde datum en tijd gaan verloren als u de camera gedurende circa één uur zonder batterij laat.
Loading...
+ 36 hidden pages