Hartelijk dank voor uw aankoop van een digitale voicerecorder van Olympus.
Lees deze instructies voor meer informatie over een correct en veilig gebruik
van dit product.
Houd de instructies bij de hand zodat u deze later opnieuw kunt raadplegen.
Om succesvolle opnames te verzekeren, raden wij u aan de opnamefunctie
en het volume voor gebruik te testen.
Opnemen
Afspelen
Menu
NL
2
3
4
5
6
7
Inhoudsopgave
Namen van onderdelen ..................................................4
]: Indicator afspeelmodus
]: Indicator versneld afspelen
]: Indicator vertraagd afspelen
]: Indicator snel vooruit
]: Indicator snel achteruit
)
Namen van onderdelen
2
1
3
6
4
7
5
Scherm
TIP
• Door de STOP (4)-knop ingedrukt te
houden terwijl de voicerecorder in de
stopmodus staat, worden de instellingen
voor [Datum en tijd] en [Resterend]
(resterende hoeveelheid mogelijke
opnametijd) weergegeven.
Als de huidige datum/tijd verkeerd
is ingesteld, zie “De datum en tijd instellen [Datum en tijd]“ (☞ Blz.69).
1 Huidige datum en tijd
2 Indicator opnamemedia
3 Indicator opnameformaat
4 Indicator weergavegebied
[]: Scène opnemen
[
]: Ruisonderdrukking
[
]: Spraakbalans
[
]: Willekeurig
[
]: Afspeelbereik
[
]: Herhalen
[]: Equalizer
[
]: Spraakweergave
[
]: Opnameniveau
[
]: VCVA
[
]: V-Sync. opname
[
]: Low cut-filter
[
]: Zoommicrofoon
[
]: Microfoonkeuze*
[
]: Limiter
[
]: Spraakdetectie
5 Batterij-indicator
[ ]: Ni-MH
[
]: Alkaline
6 Mogelijke opnametijd
7 Beschikbare vrije ruimte
*Alleen model LS-P2
Namen van onderdelen
NL
7
Aan de slag
Setup
Als u de voicerecorder hebt uitgepakt, volgt u de onderstaande stappen om hem gebruiksklaar
1
te maken.
Setup
Aan
de slag
3
Aan
de slag
3
Aan
de slag
3
Aan
de slag
3
Aan
de slag
* Alleen model LS-P2
De batterij plaatsen
1
Het toestel inschakelen
2
De batterij-instelling selecteren
3
Selecteer de batterij-instellingen overeenkomstig de geplaatste batterij.
Selecteer de instelling voor een oplaadbare nikkel-metaalhydridebatterij of
de instelling voor een alkalinebatterij.
Datum en tijd instellen
4
Stel de klok van de voicerecorder in voor gebruik met bestandsbeheer.
De spraakondersteuning instellen*
5
NL
8
Setup
De batterij plaatsen
Voor u de voicerecorder gebruikt, plaatst u de batterij in het batterijcompartiment van de
voicerecorder.
1 Druk op de ontgrendelingsknop
van het klepje over de batterij/
kaart en schuif vervolgens het
klepje open terwijl u er zacht
opdrukt.
2 Plaats een AAA-batterij en
zorg ervoor dat de positieve
en negatieve polen correct
geplaatst zijn.
tijdweergave met een knipperende
cursor op het uur in het display
verschijnt na het instellen van de
batterij (☞ Blz.11).
NL
10
Setup
Datum en tijd instellen
1 Druk op de knop 9 of 0 om
het item te selecteren dat moet
worden ingesteld.
2 Druk op de knop + of – om de
waarde te wijzigen.
• Om de instelling voor een ander item
te wijzigen, drukt u op de knop 9
of 0 om de knipperende cursor te
verplaatsen, druk daarna op de knop +
of – om de waarde te wijzigen.
3 Druk op de knop `OK om de
instelling te voltooien.
TIP
• U kunt tijdens de instelprocedure op
de knop `OK drukken om de tot nu
toe ingevoerde items in te stellen en de
klok te starten.
• U kunt het weergaveformaat van
de klok wijzigen. Zie “De tijd en datum instellen [Datum en tijd]“
(☞ Blz.69) voor de procedure.
De spraakondersteuning instellen
Met deze functie geeft een stem de
werkomstandigheden van de recorder aan.
Alleen model LS-P2
1 Druk op de knop
of [
Uit
] te selecteren.
[Aan]
De spraakondersteuning wordt
geactiveerd.
[Uit]
De spraakondersteuning wordt
geannuleerd.
2 Druk op de knop `OK om de
instelling te voltooien.
TIP
• [Aan/uit], [Snelheid] en [Volume]
kunnen worden ingesteld voor
de spraakondersteuning. Zie
“Despraakondersteuning instellen
[Gesproken help]“ (☞ Blz.83) voor
de juiste procedure.
+
of – om [
Aan
1
Setup
]
NL
11
De batterij opladen
De batterij opladen door verbinding te maken met de USB-aansluiting van een pc
1
OPMERKING
De batterij opladen
• Voor de batterij wordt opgeladen,
plaatst u de meegeleverde oplaadbare
batterij en stelt u [Batterij] in op
[Ni-MH]. (☞Blz.9, Blz.10).
1 Start de computer.
2 Schuif de schakelaar van de
USB-connector in de richting
vandepijl.
• De USB-connector komt naar
buiten. De afdekking van de USBconnector wordt opgeborgen in
devoicerecorder.
3 Nadat u hebt vastgesteld dat
de voicerecorder gestopt is,
verbindt u zijn USB-connector
met een USB-poort op een
computer.
4 Druk op de knop `OK om het
opladen van de batterij te
starten.
• Als [Batterij] (☞Blz.68) is ingesteld
op [Ni-MH], verschijnt [Druk op OK om op te laden] op het display. Druk
op de knop `OK terwijl deze melding
knippert.
5 Het opladen is voltooid als de
batterij-indicator verandert in
[].
Laadtijd: circa 3 uur*
* Tijd bij benadering om een
volledig lege batterij op te laden bij
kamertemperatuur.
De laadtijd van de batterij is afhankelijk
van de resterende batterijlading en van
de toestand van de batterij.
NL
12
De batterij opladen
De batterij opladen door verbinding te maken met een netspanningsadapter
met een USB-aansluiting (model A514; optioneel)
OPMERKING
• Voor u de netspanningsadapter
aansluit, selecteert u [AC-adapter] voor
de instelling van de USB-verbinding
(☞ Blz.85).
• Voor de batterij wordt opgeladen,
plaatst u de meegeleverde oplaadbare
batterij en stelt u [Batterij] in op
[Ni-MH] (☞Blz.9, Blz.10).
• Gebruik alleen het meegeleverde
Olympus-model netspanningsadapter
met USB-verbinding (A514).
2 Sluit de netspanningsadapter
aan op een stopcontact.
Naar een
stopcontact
1
De batterij opladen
1 Sluit de voicerecorder aan
op de USB-aansluiting op de
netspanningsadapter.
Naar USB-aansluiting van
netspanningsadapter
(model A514)
3 Druk op de knop `OK om het
opladen te starten.
• Als [Batterij] (☞Blz.68) is ingesteld
op [Ni-MH], verschijnt [Druk op OK om op te laden] op het display.
Drukop de knop `OK terwijl deze
melding knippert.
NL
13
De batterij opladen
4 Het opladen is voltooid als
[
1
De batterij opladen
Batterij vol
Indien opgeladen
met het apparaat
uitgeschakeld
Indien opgeladen
met het apparaat
ingeschakeld
] verschijnt.
NL
14
Weergegeven als de batterij
volledig geladen is
OPMERKING
• Probeer nooit een alkalinebatterij,
lithiumbatterij of een andere primaire
cel batterij op te laden. Vloeistoflekken
of oververhitting kunnen de recorder
beschadigen.
• De voeding van de computer moet
ingeschakeld zijn om de batterij op te
laden via de USB-connector.
U kunt de batterij niet opladen als
de computer uitgeschakeld is of als
de computer in de stand stand-by,
de slaapstand of de automatische
uitschakelstand staat.
• Gebruik geen USB-hub via de
verbinding met de computer wanneer
de batterij wordt opgeladen.
• U kunt de batterij niet opladen als [
of [
]*2 knippert. Laad de batterij op
bij een omgevingstemperatuur tussen
5 en 35 °C.
] De omgevingstemperatuur is
*1 [
te laag.
*2 [
] De omgevingstemperatuur is
te hoog
• Als de batterij merkbaar minder lang
meegaat bij een volle lading, dient u de
batterij te vervangen.
• Steek de USB-aansluiting stevig en
helemaal in. Het proces verloopt niet
normaal als de verbinding niet goed tot
stand is gebracht.
• Gebruik alleen een compatibele
USB-verlengkabel van Olympus. De
werking is niet gewaarborgd als een
kabel van een andere fabrikant wordt
gebruikt. Gebruik alleen de Olympus
USB-verlengkabel met de voicerecorder
en nooit met een product van een
andere fabrikant.
• Om de batterij op te laden met
[USB-instell.] ingesteld op [Composite],
stelt u [USB Connect] in op [Optioneel]
voor u de USB-kabel aansluit. Wanneer
u [AC-adapter] selecteert voor [USB Connect] kunt u de batterij opladen
(☞ Blz.85).
]*1
Batterijen
Batterij-indicator
Naarmate de batterij de resterende lading
verliest, verandert de batterij-indicator op het
display als volgt:
• [] geeft aan dat er weinig
batterijlading overblijft. Laad de batterij
op of vervang de batterij. Als de batterij
leeg is, worden [
laag] weergegeven en stopt het apparaat.
] en [Batterijniveau
Oplaadbare batterijen
Lees de volgende informatie zorgvuldig
wanneer u een oplaadbare nikkelmetaalhydridebatterij (model BR404)
gebruikt.
4 Ontladen
Oplaadbare batterijen ontladen vanzelf
wanneer ze niet worden gebruikt. Laad de
batterij op voor het gebruik.
4 Bedrijfstemperatuur
Oplaadbare batterijen zijn producten op
basis van chemicaliën. Hun prestaties kunnen
variëren, zelfs als ze binnen het aanbevolen
temperatuurbereik worden gebruikt.
Dezevariatie is normaal.
4 Aanbevolen
temperatuurbereiken
Bij het inschakelen van de voicerecorder:
0tot 42°C
Tijdens opladen: 5 tot 35°C
Tijdens langdurige bewaring: -20 tot 30°C
Als een oplaadbare batterij buiten de
hierboven vermelde temperatuurbereiken
wordt gebruikt, kunnen de prestaties of de
levensduur van de batterij afnemen. Als de
voicerecorder gedurende lange tijd niet zal
worden gebruikt, verwijdert u de oplaadbare
batterij voor u de voicerecorder opbergt, om
vloeistoflekken of roest te vermijden.
OPMERKING
• Wegens de kenmerken van oplaadbare
nikkel-metaalhydridebatterij, kunnen
nieuwe batterijen en batterijen die
gedurende lange tijd (een maand of
langer) niet werden gebruikt, mogelijk
niet volledig worden opgeladen.
De batterij wordt volledig geladen
nadat de batterij tot drie keer werd
opgeladen en ontladen.
• Doe oplaadbare batterijen altijd weg
op de wettelijk voorgeschreven wijze.
Voor u oplaadbare batterijen wegdoet
die niet volledig ontladen zijn, dient
u kortsluiting te voorkomen door
bijvoorbeeld de polen te isoleren met
tape.
• Wanneer u oplaadbare batterijen
koopt, dient u altijd model BR404
oplaadbare nikkel-metaalhydridebatterijen te kiezen. De werking is
niet verzekerd als een batterij van een
andere fabrikant wordt gebruikt.
• De continue gebruikstijd van een
oplaadbare nikkel-metaalhydridebatterij die herhaaldelijk is
gebruikt, neemt af ten gevolge
van de degradatie van de batterij
(☞Blz.121).
1
Batterijen
NL
15
Batterijen
Voorzorgsmaatregelen voor batterijen
• De voicerecorder ondersteunt geen
1
mangaanbatterijen.
• Schakel het apparaat altijd uit voordat
Batterijen
ude batterij vervangt. Bestanden kunnen
beschadigd raken als de batterij wordt
verwijderd terwijl de voicerecorder
opneemt of terwijl een bewerking wordt
uitgevoerd, zoals een bestand wissen.
• Als de batterijen uit de voicerecorder
worden gehaald, verschijnt het scherm
[Datum en tijd] automatisch bij
inschakelen. Zie “De tijd en datum
instellen [Datum en tijd]“ (☞ Blz.69)
voor de procedure.
• Als de voicerecorder gedurende lange
tijd niet zal worden gebruikt, dient u de
batterij altijd te verwijderen voordat u de
voicerecorder opbergt.
• Wanneer u de batterij vervangt, dient
u een AAA-alkalinebatterij met droge
cellen te gebruiken of een oplaadbare
nikkel-metaalhydridebatterij van
Olympus(modelBR404).
• Zelfs als de batterij-indicatie [
afspelen via de ingebouwde luidspreker
bij bepaalde volumes leiden tot een daling
in de uitgangsspanning van de batterij,
waardoor de voicerecorder een reset kan
uitvoeren. Verlaag het volume in dit geval.
• De batterij-indicatie kan er bij het gebruik
van het interne geheugen anders uitzien
dan bij het gebruik van een microSD-kaart.
• De continue gebruikstijd van de batterij
daalt als een microSD-kaart wordt gebruikt
(☞Blz.121).
• De continue gebruikstijd van de batterij
varieert afhankelijk van de prestaties van
de batterij tijdens het gebruik (☞Blz.121).
NL
16
• Het scherm [Batterij] verschijnt
automatisch nadat u de batterij hebt
vervangen. U kunt ook een menufunctie
gebruiken om dit scherm weer te geven en
de batterij in te stellen (☞Blz.68).
Voor gebruikers in Duitsland
Olympus heeft een overeenkomst met de
GRS (Joint Battery Disposal Association)
in Duitsland om een milieuvriendelijke
verwijdering van de batterij te garanderen.
] is, kan
Een microSD-kaart plaatsen/verwijderen
De voicerecorder heeft zijn eigen interne geheugen en ondersteunt ook standaard microSDkaarten (microSD, microSDHC), die afzonderlijk worden verkocht.
Een microSD-kaart plaatsen
1 Terwijl de voicerecorder in de
stopmodus staat, opent u het
klepje van de batterij/kaart.
• De sleuf voor de microSD-kaart zit achter
het klepje voor de batterij/kaart.
2
Plaats een microSD-kaart op de
juiste wijze, zoals aangegeven in
de afbeelding.
• Plaats de microSD-kaart recht, niet scheef.
• Als de microSD-kaart verkeerd of scheef
wordt geplaatst, kan het contactopper
vlak beschadigd raken of kan de kaart
vast komen te zitten in de sleuf.
• Op een microSD-kaart die niet volledig
is ingestoken (tot ze op haar plaats
klikt) kunnen mogelijk geen gegevens
worden opgenomen.
3 Sluit het klepje van de batterij/
kaart.
• Het keuzescherm voor opnamemedia
verschijnt nadat een microSD-kaart is
geplaatst.
4 Om op de microSD-kaart op te
nemen, drukt u op de knop + of –
en selecteert u [Ja].
5 Druk op de knop `OK om de
instelling te voltooien.
TIP
• U kunt ook het interne geheugen
als opnamemedium selecteren
(☞Blz.68).
OPMERKING
• Het is mogelijk dat de voicerecorder
een microSD-kaart niet kan herkennen
-
die geformatteerd (geïnitialiseerd) werd
voor een pc of een ander apparaat.
Voor u een microSD-kaart gebruikt,
dient u deze altijd te initialiseren op de
voicerecorder (☞Blz.87).
1
Een microSD-kaart plaatsen/verwijderen
NL
17
Een microSD-kaart plaatsen/verwijderen
Een microSD-kaart verwijderen
1
1 Terwijl de voicerecorder in de
Een microSD-kaart plaatsen/verwijderen
stopmodus staat, opent u het
klepje van de batterij/kaart.
2 Werp de microSD-kaart uit
door ze naar binnen te duwen
en ze dan langzaam te laten
terugkeren.
• De microSD-kaart springt naar buiten
en stopt. Trek de microSD-kaart uit
met uw vingertoppen.
• [Intern geheugen geselecteerd]
verschijnt nadat een microSD-kaart
werd verwijderd als [Geheugensel.]
ingesteld is op [microSD-kaart].
3 Sluit het klepje van de batterij/
NL
kaart.
18
OPMERKING
• MicroSD-kaarten kunnen tijdens het
verwijderen uit de sleuf springen als u
uw vinger te snel beweegt of hem te snel
loslaat nadat u de kaart heeft ingeduwd.
• Afhankelijk van de fabrikant en het type van
de kaart kunnen bepaalde microSD-kaarten
en microSDHC-kaarten niet volledig
compatibel zijn met de voicerecorder en
niet goed worden herkend.
• Voor de compatibiliteit van microSDkaarten die door Olympus werden
geverifieerd, neemt u contact op met de
klantenondersteuning op:
informatie geeft over fabrikanten van
microSD-kaarten en de kaarttypes die
door Olympus werden geverifieerd, maar
dat geen garantie wordt gegeven voor de
goede werking ervan.
Merk ook op dat bepaalde kaarten mogelijk
niet langer correct door de voicerecorder
worden herkend wanneer de fabrikant van
de kaart de kaartspecificaties wijzigt.
• Lees de bij de kaart geleverde
gebruiksinstructies wanneer u een
microSD-kaart gebruikt.
• Als een microSD-kaart niet door de
voicerecorder wordt herkend, haalt u
de kaart uit het apparaat en plaatst u ze
opnieuw, zodat de voicerecorder de kaart
opnieuw kan proberen te herkennen.
• De verwerkingssnelheid kan bij sommige
types microSD-kaarten laag liggen. De ver
werkingsprestaties kunnen ook lager liggen
wanneer gegevens herhaaldelijk naar een
microSD-kaart worden geschreven of ervan
worden gewist. In dit geval dient u de kaart
opnieuw te initialiseren (☞ Blz.87).
-
Voorkomen van onbedoelde bediening
Door de voicerecorder in de HOLD-modus te plaatsen, handhaaft u de huidige bediening en
deactiveert u knopbedieningen. De HOLD-modus is een handige functie om te voorkomen
dat knoppen per vergissing worden bediend wanneer de voicerecorder in een tas of zak wordt
meegenomen. Dit is ook een handige functie om te voorkomen dat de voicerecorder tijdens
een opname per vergissing wordt gestopt.
HOLD-modus instellen
HOLD-modus vrijgeven
1
Voorkomen van onbedoelde bediening
1 Schuif de schakelaar
naar de positie [
• [Hold] verschijnt op het display en de
recorder gaat naar de HOLD-modus.
OPMERKING
• Wanneer in de HOLD-modus op een knop wordt gedrukt, verschijnt [Hold] gedurende
2seconden op het display. Er gebeurt verder niets.
• Wanneer de HOLD-modus wordt ingesteld tijdens afspelen van de recorder (of opnemen),
gaat het afspelen (of opnemen) verder en zijn alle andere bedieningen onmogelijk (de
voicerecorder stopt wanneer het afspelen eindigt of als het opnemen eindigt omdat er
bijvoorbeeld geen ruimte meer vrij is).
POWER/HOLD
HOLD
].
1 Schuif de
schakelaar naar positie A zoals
hierna aangegeven.
POWER/HOLD
NL
19
Het toestel uitschakelen
Bestaande gegevens, modusinstellingen en de klokinstelling worden opgeslagen wanneer het
apparaat wordt uitgeschakeld.
1 Schuif de schakelaar
1
Het toestel uitschakelen
HOLD
gedurende minstens een
halve seconde in de richting
vande pijl.
• De positie waar de weergave is
gestopt bij het uitschakelen, wordt
opgeslagen in het geheugen.
TIP
• Door de voicerecorder uit te schakelen
wanneer hij niet wordt gebruikt, blijft
het batterijverbruik tot een minimum
beperkt.
POWER
/
Energiebesparingsmodus
Wanneer de voicerecorder na het
inschakelen gedurende minstens
10 minuten (standaardinstelling) is
gestopt, verdwijnt het display en gaat
de voicerecorder automatisch naar de
Energiebesparingsmodus (☞ Blz.68).
• Door op een willekeurige knop te
drukken, keert de voicerecorder terug
uit de Energiebesparingsmodus.
NL
20
Bedieningen terwijl [Home] wordt weergegeven
De modus selecteren
Naast de opnamefunctie kan de voicerecorder ook worden gebruikt als muziekspeler. Kies de
gewenste toepassing door een van de modi van de voicerecorder te selecteren.
1 Druk met de voicerecorder in de
stopmodus op de knop F1 (
om het scherm [
Home
HOME
] weer te
geven.
2 Druk op de knop 9 of 0
om de gewenste modus te
selecteren.
3 Druk op de knop `OK.
)
Als [
Recorder
Als [
Muziek
Als [
Agenda zoeken
] geselecteerd is:
De voicerecorder gaat naar
de modus [Recorder].
Geluid kan worden
opgenomen met de
ingebouwde microfoon.
Bestanden die zijn
opgenomen met de
microfoon kunnen ook
worden afgespeeld
(☞Blz.26, Blz.36).
] geselecteerd is:
De voicerecorder gaat
naar de modus [Muziek].
In deze modus kunt u
muziekbestanden afspelen
die zijn overgezet naar de
voicerecorder
(☞Blz.36).
] geselecteerd is:
De voicerecorder gaat
naar de modus [Agenda zoeken]. In deze modus
kunt u bestanden zoeken
door de opnamedatum op
te geven (☞Blz.46).
1
Bedieningen terwijl [Home] wordt weergegeven
NL
21
Mappen en bestanden selecteren
U kunt een andere map selecteren terwijl de voicerecorder gestopt is of een bestand afspeelt.
Zie “Bestanden overdragen naar een pc“ (☞Blz.102) voor een beschrijving van de
hiërarchische mappenstructuur van de voicerecorder.
[
Home
1
Mappen en bestanden selecteren
]-schermMappen voor spraakopnamen
NL
Als de modus [Muziek]
geselecteerd is
Vooruit: Knop `OK
Telkens wanneer op de knop `OK wordt
gedrukt, wordt de momenteel geselecteerde
map of het momenteel geselecteerde
bestand in de lijst geopend, waarbij vooruit
wordt gegaan naar het volgende (lagere)
niveau in de maphiërarchie. Wanneer een
lijst wordt weergegeven, kunt u dezelfde
functie uitvoeren door op de knop 9 te
drukken.
Achteruit: Knop LIST
Telkens wanneer u op de knop LIST drukt,
keert u terug naar het vorige (hogere)
22
Scherm
mappenlijst*
* In elke map kunnen tot 200 bestanden worden opgeslagen.
Mappen voor muziekweergave
Scherm
mappenlijst*
* In elke map kunnen tot 200 bestanden worden opgeslagen.
Scherm
bestandslijst
Scherm
bestandslijst
niveau in de maphiërarchie. Wanneer een
lijst wordt weergegeven, kunt u dezelfde
functie uitvoeren door op de knop 0
te drukken.
TIP
• Wanneer u in een maphiërarchie
navigeert, kunt u de knop LIST
ingedrukt houden om terug te keren
naar de bestandsweergave.
Bestandsweergave
Bestandsweergave
Mappen en bestanden selecteren
Knop + of –
Gebruikt om een map of bestand te
selecteren.
[
Home
]-scherm
Gebruikt om de modus van de
voicerecorder te selecteren (☞Blz.21).
Lijstweergave
Toont de mappen en bestanden die werden
opgenomen in de voicerecorder. Door op
de knop F2(MAP) te drukken, verschijnt de
lijstweergave van de volgende map.
Bestandsweergave
Toont informatie over het geselecteerde
bestand.
1
Mappen en bestanden selecteren
NL
23
De statiefadapter bevestigen (TR2)
Gebruik deze adapter wanneer u de voicerecorder op een statief monteert. Dit verandert de
diameter van het gat achterop de voicerecorder naar 1/4 inch.
1 Bevestig de adapter in het gat
1
De statiefadapter bevestigen (TR2)
achterop de voicerecorder.
2 Draai de schroef van de adapter
met uw vingers aan om de
adapter op de voicerecorder te
bevestigen.
Aandraaien
OPMERKING
• Gebruik geen steeksleutel of ander
gereedschap om krachtig aan te
draaien bij het bevestigen van de
adapter op de voicerecorder. Dat kan
de voicerecorder beschadigen.
Losdraaien
Maatregelen voor het gebruik van de
adapter
Als u de voicerecorder bedient terwijl deze
is vastgezet op een statief, houd dan de
voicerecorder vast terwijl u hem bedient.
Alseen knop krachtig wordt ingedrukt terwijl
u de voicerecorder niet vasthoudt, kan deze
worden beschadigd.
Als de bevestigingsbout van het statief en
de adapter niet loskomen van elkaar, moet
u het in de afbeelding getoonde onderdeel
losmaken met een sleutel maat M10 of ander
gereedschap.
NL
24
De statiefadapter bevestigen (TR2)
OPMERKING
• Draai niet te krachtig aan als u de
voicerecorder op de adapter bevestigt.
Dat kan schade veroorzaken.
• Gebruik alleen een speciale
bevestiging. Anders kan de
voicerecorder worden beschadigd.
• Draai bij het bevestigen van een
statief de moer van het statief, niet de
voicerecorder.
• Verwijder een bevestiging voordat u de
deksel van batterij of kaart opent.
1
De statiefadapter bevestigen (TR2)
NL
25
a
b
Opnemen
Opnemen
De voicerecorder heeft vijf mappen ([&] tot [*]) waarin opgenomen bestanden kunnen
worden opgeslagen. Deze mappen vormen een handige manier om opnamen te sorteren in
verschillende categorieën (bijvoorbeeld werk en ontspanning).
2
Opnemen
Basisopnameprocedure
1 Druk op de knop 9 of 0 in
het [
HOME
[
Recorder
2 Druk op de knop `
3 Druk op de knop
de gewenste opnamemap te
selecteren.
• Elk nieuw spraakopnamebestand wordt
opgeslagen in de geselecteerde map.
4 Druk op de knop
opname voor te bereiden.
a Niveaumeter (wijzigt overeenkomstig
NL
26
• Het indicatielampje voor opnemen
knippert.
]-scherm en selecteer
] (☞ Blz.21).
+
REC
het opnamevolume en de instelling
van de opnamefunctie)
OK
.
of - om
(s) om de
5 Richt de ingebouwde microfoon
naar het op te nemen geluid.
6 Druk op de knop 9 of 0 om
het opnameniveau aan te passen.
b Opnameniveau
Opnemen
d
c
e
OPMERKING
• Pas het opnameniveau zodanig aan
dat het niet voorbij de piek komt
als u de niveaumeter controleert.
Het opgenomen geluid wordt
vervormd als de niveaumeter de
piek overschrijdt; de PEAK-indicator
licht op en het opgenomen geluid
kan vervormd zijn.
7 Druk op de knop
REC
opname te starten.
c Verstreken opnametijd
d Resterende mogelijke opnametijd
• Het indicatielampje voor opnemen
licht op.
• Als u een eenvoudige opnameverwijzing aan het begin opneemt, is
dat handig om later te zoeken met de
functie [Intro afspelen] (alleen voor
model LS-P2)
(☞ Blz.67).
8 Druk op de knop
STOP
wanneer u de opname wilt
stoppen.
e Bestandslengte
(s) om de
( 4)
Geluidsbestanden die met de
voicerecorder werden opgenomen,
krijgen automatisch een bestandsnaam
in de volgende vorm.
151001_0001.MP3
123
1 Opnamedatum
Geeft het jaar, de maand en de
dag aan waarop de opname werd
gemaakt.
2 Bestandsnummer
Aangehechte bestandsnummers
zijn doorlopend, ongeacht of van
opnamemedium werd veranderd.
3 Extensie
Een bestandsextensie die de
opname-indeling aangeeft waarin
hetbestand door de voicerecorder
werd opgenomen.
• Lineaire PCM-indeling: “.WAV “
• MP3-indeling: “.MP3“
TIP
• [Opnamemodus] moet worden
ingesteld terwijl de voicerecorder
gestopt is (☞Blz.56).
• Door het indrukken van de REC-knop
(s) wordt de opname gestart, ook in de
modus [Muziek] af [Agenda zoeken].
Daardoor kunt u snel reageren als zich
de kans voor een opname voordoet.
Het opgenomen bestand wordt
opgeslagen in [Map A].
2
Opnemen
NL
27
Opnemen
OPMERKING
• Om te vermijden dat het begin van de
opname wegvalt, start u de opname
nadat het opname-indicatielampje is
opgelicht of de modusindicator op het
2
Opnemen
display is verschenen.
• Wanneer de resterende mogelijke
opnametijd 60 seconden bedraagt,
begint het indicatielampje te
knipperen. Het knippert sneller
naarmate de resterende tijd afneemt
(bij 30 en 10 seconden resterende tijd).
• Als [Map vol] verschijnt, is geen
opname meer mogelijk. Om nog meer
opnamen te maken, dient u een andere
map te selecteren of ongewenste
bestanden te wissen (☞Blz.47).
• Als [Geheugen vol] verschijnt, heeft de
voicerecorder geen geheugenruimte
meer vrij. U dient ongewenste
bestanden te wissen om nog meer
opnames te maken (☞Blz.47).
• Wanneer een microSD-kaart in de
voicerecorder wordt gebruikt, dient
u te controleren of de gewenste
media-instelling ([Intern geheugen]
of [microSD-kaart]) is geselecteerd
(☞Blz.68).
• De verwerkingsprestaties kunnen lager
liggen wanneer gegevens herhaaldelijk
naar het opnamemedium worden
geschreven of ervan worden gewist.
Initialiseer het opnamemedium in dit
geval (☞Blz.87).
Bestanden in lineaire PCM-indeling van
meer dan 2 GB opnemen
Wanneer u een bestand in de lineaire PCMindeling opneemt, gaat de opname verder,
ook als het bestand groter wordt dan 2 GB.
• De gegevens worden opgesplitst en
opgeslagen in verschillende bestanden
van maximaal 2 GB. De bestanden
worden tijdens het afspelen verwerkt als
meervoudige bestanden.
• Als 200 bestanden van meer dan 2 GB zijn
opgenomen, stopt de opname.
NL
28
Opnemen
Opname pauzeren/hervatten
1 Druk tijdens de opname op de
knop
REC
( s).
• De opname gaat in pauze en op het
display verschijnt het knipperende
bericht [75 PAUZE].
• De opname wordt automatisch
gestopt na een pauze van minstens
60minuten.
2 Druk nogmaals op de knop
REC
( s) terwijl de opname
gepauzeerd is.
• De opname wordt hervat vanaf de
positie waar ze werd gepauzeerd.
Een opname snel controleren
1 Druk op de knop `OK tijdens de
opname.
• De opname wordt beëindigd en het
zojuist opgenomen bestand wordt
afgespeeld.
Opname-instellingen
Diverse opname-instellingen zijn beschikbaar,
zodat u de opname kunt aanpassen aan
verschillende opnameomstandigheden.
[
Opnameniveau
(☞Blz.55)
Limiter
[
(☞ Blz.56)
Opnamemodus
[
(☞ Blz.56)
Zoommicro-
[
foon
(☞ Blz.57)
Low cut-filter
[
(☞ Blz.58)
Microfoonkeu-
[
ze
]*
(☞ Blz.58)
VCVA
[
(☞ Blz.59)
[
V-Sync.
opname
(☞ Blz.60)
[
Scène opne-
men
(☞ Blz.31)
* Alleen model LS-P2
]
Stelt het opnameniveau in.
Stelt de correctiemethode in
]
overeenkomstig het tijdens de
opname ingevoerde geluid.
]
Stelt de geluidskwaliteit van de
opname in.
]
]
]
Stelt de richtingsgevoeligheid
van de ingebouwde
stereomicrofoon in.
Vermindert zoemend geluid
]
van bijvoorbeeld airco's of
projectors.
Selecteert of de ingebouwde
centrale microfoon moet
worden in- of uitgeschakeld.
Stelt het triggerniveau voor
stemgestuurde opname (VCVA) in.
Stelt het triggerniveau voor
]
opname met stemsynchronisatie
in.
Gebruikt om één van meerdere
vooraf geregistreerde sjablonen
van opname-instellingen te
selecteren. Als deze optie
geselecteerd is, gaat elke
sjabloon in één bewerking
naar diverse instellingen
die afgestemd zijn op een
bepaalde opnamelocatie of
-omstandigheid.
2
Opnemen
NL
29
Opnemen
Meeluisteren tijdens opname
U kunt de opname volgen terwijl u deze
maakt door ze te beluisteren via de
hoofdtelefoon die aangesloten is op de
2
oortelefoonaansluiting van de voicerecorder
(
Opnemen
NL
30
). Gebruik de knop + of – om het
meeluistervolume aan te passen.
• De oortelefoon is optioneel.
1 Sluit de oortelefoon aan op de
oortelefoonaansluiting van de
voicerecorder ( ).
Naar aansluiting
voor oortelefoon
• Door het volume te wijzigen wordt het
opnameniveau niet beïnvloed.
OPMERKING
• Om onaangenaam hard geluid
te vermijden, dient u het volume
in te stellen op [00] voordat u de
hoofdtelefoon aansluit.
• Om rondzingen te vermijden, mag u de
hoofdtelefoon tijdens de opname niet
te dicht bij de microfoon houden.
De instelling voor automatisch opnemen
instellen [Scène opnemen]
De opnamescène wijzigen
De voicerecorder heeft voorgeregistreerde sjablonen met optimale instellingen voor diverse
opnametoepassingen, zoals lezingen en dicteren. Wanneer u één van deze sjablonen selecteert,
kunt u in één keer verschillende instellingen uitvoeren die voor uw opnametoepassing worden
aanbevolen.
[
College
] Dit is geschikt voor opnemen met de microfoon in een specifieke richting
Conferentie
[
Vergadering
[
Dictaat
[
Muziek
[
DNS
[
] Geschikt voor het opnemen van conferenties in een grote ruimte en andere
] Geschikt voor het opnemen van vergaderingen gehouden in een kleine
] Geschikt voor het opnemen van uw eigen stem en andere geluiden die zeer
] Geschikt voor het opnemen van realistisch geluid met een uitzonderlijke
] Voor spraakherkenningssoftware.
zoals in een grote ruimte waar de spreker ver weg is.
geluiden binnen een groot gebied.
ruimte en andere geluiden die vrij dichtbij zijn.
dichtbij zijn.
helderheid zoals een live-opname van een muziekinstrument of buiten in de
open lucht.
2
De instelling voor automatisch opnemen instellen [Scène opnemen]
1 Terwijl de voicerecorder in de
stopmodus staat, houdt u de
knop
MENU/SCENE
ingedrukt.
2 Druk op de knop + of – om de
gewenste opnametoepassing te
selecteren.
TIP
• U kunt op knop 9 drukken
om de instellingen van de
geselecteerde sjabloon weer te
geven. Druk op de knop 0 om
terug te keren naar het scherm
[Scène opnemen].
3 Druk op de knop `OK om de
instelling te voltooien.
STOP
4 Druk op de knop
( 4) om het
selectiescherm te sluiten.
NL
31
De instelling voor automatisch opnemen
instellen [Scène opnemen]
De instelling voor automatisch opnemen instellen [Scène opnemen]
• Houd de knop STOP ( 4) ingedrukt
wanneer de recorder is gestopt om de
betekenis van de instelindicatoren te
controleren.
OPMERKING
• De instellingen van het opnamemenu
kunnen niet worden gewijzigd
wanneer een selectie voor [Scène opnemen] is gemaakt. Om deze
functies te gebruiken dient u [Uit] te
selecteren voor de instelling [Scène opnemen].
NL
32
Scène opnemen
[
College
]
[
Opnameniveau
Opnamemodus
[
Zoommicrofoon
[
Low cut-filter
[
Microfoonkeuze
[
VCVA
][
[
V-Sync. opname
[
[
Conferentie
[
Opnameniveau
Opnamemodus
[
Zoommicrofoon
[
Low cut-filter
[
Microfoonkeuze
[
VCVA
][
[
V-Sync. opname
[
[
Vergadering
[
Opnameniveau
Opnamemodus
[
Zoommicrofoon
[
Low cut-filter
[
Microfoonkeuze
[
VCVA
][
[
V-Sync. opname
[
][
][
][
][
]*[
][
]
][
][
][
][
]*[
][
]
][
][
][
][
]*[
][
Hoog
]
MP3 128 kbps
+6
]
Aan
]
Microfoon uit
Uit
]
Uit
]
Automatisch
MP3 128 kbps
Uit
]
Aan
]
Microfoon uit
Uit
]
Uit
]
Medium
]
MP3 128 kbps
Uit
]
Uit
]
Microfoon uit
Uit
]
Uit
]
]
]
]
]
]
]
]
De instelling voor automatisch opnemen
instellen [Scène opnemen]
[
Dictaat
]
[
Opnameniveau
Opnamemodus
[
Zoommicrofoon
[
Low cut-filter
[
Microfoonkeuze
[
VCVA
[
V-Sync. opname
[
[
Muziek
[
Opnameniveau
Opnamemodus
[
Zoommicrofoon
[
Low cut-filter
[
Microfoonkeuze
[
VCVA
[
V-Sync. opname
[
[
DNS
]
[
Opnameniveau
Opnamemodus
[
Zoommicrofoon
[
Low cut-filter
[
Microfoonkeuze
[
VCVA
[
V-Sync. opname
[
* Alleen model LS-P2
][
][
][
][
]*[
][
][
]
][
][
][
][
]*[
][
][
][
][
][
][
]*[
][
][
Laag
]
MP3 128 kbps
Uit
]
Aan
]
Microfoon uit
Uit
]
Uit
]
Laag
]
PCM 44,1 kHz/16 bit
Uit
]
Uit
]
Microfoon aan
Uit
]
Uit
]
Laag
]
MP3 128 kbps
Uit
]
Uit
]
Microfoon uit
Uit
]
Uit
]
]
]
]
]
]
]
2
De instelling voor automatisch opnemen instellen [Scène opnemen]
NL
33
Opnemen met een externe microfoon
U kunt geluid opnemen met een externe microfoon of een ander apparaat aangesloten op de
microfoonaansluiting van de voicerecorder (
los van de recorderaansluitingen tijdens het opnemen.
). Sluit geen apparaten aan op of koppel ze niet
1 Sluit een externe microfoon aan
op de
MIC
2
voicerecorder ( ).
-aansluiting van de
Opnemen met een externe microfoon
Naar microfoonaansluiting
2 Start de opname.
• Zie “Opnemen“ (☞Blz.26) voor een
beschrijving van de opnamefuncties.
TIP
• Zie “Accessoires (optioneel)“
(☞Blz.111) voor de compatibele
externe microfoons.
OPMERKING
• Microfoons met insteekvoeding
kunnen worden gebruikt.
• Wanneer [Opnamemodus] is ingesteld
op stereo, wordt een opname met een
externe microfoon alleen opgenomen
op het linker kanaal (☞Blz.56).
• Wanneer [Opnamemodus] is ingesteld
op mono, wordt enkel het signaal van
de microfoon voor het linker kanaal
opgenomen wanneer een externe
stereomicrofoon wordt gebruikt
(☞Blz.56).
NL
34
Opnemen van een ander aangesloten apparaat
Geluid van een ander apparaat
opnemen met deze recorder
Geluid kan worden opgenomen wanneer
u een verbinding maakt tussen de audiouitgang (oortelefoonaansluiting) van een
ander apparaat en de microfoonaansluiting
van de recorder (
KA333 (optioneel) voor dupliceren.
OPMERKING
• Wanneer wordt opgenomen van een
aangesloten extern apparaat, maakt
u een testopname en regelt u het
uitgangsniveau van het aangesloten
apparaat indien nodig bij.
) via de aansluitkabel
Naar audio-uitgang van
ander apparaat
Naar microfoonaansluiting
Geluid van deze recorder opnemen
met een ander apparaat
Het geluid van deze recorder kan worden
opgenomen op een ander apparaat
wanneer u een verbinding maakt tussen
de audio-ingang (microfoonaansluiting)
van het andere apparaat en de
oortelefoonaansluiting van deze recorder via
de aansluitkabel KA333 (optioneel).
Naar aansluiting voor
oortelefoon
Naar audio-ingang van
ander apparaat
OPMERKING
• Als de instellingen voor de
geluidskwaliteit van de weergave
worden aangepast op de
voicerecorder, heeft dit ook invloed
op de geluidssignalen die via de
AR-aansluiting worden uitgevoerd
E
(☞Blz.62 tot Blz.64).
2
Opnemen van een ander aangesloten apparaat
NL
35
c
a
b
Afspelen
Afspelen
Naast bestanden die werden opgenomen met de voicerecorder, kunt u ook bestanden afspelen
in WAV- en MP3-indeling die vanaf een computer werden overgezet.
Basis weergaveprocedure
3
1 Selecteer het af te spelen
Afspelen
bestand in de map waarin het
bestand staat (☞Blz.22).
TIP
• Bestanden worden opgeslagen in
de hierna aangegeven locaties.
Bestanden die zijn opgenomen
met de ingebouwde microfoon:
[Recorder]-mappen (mappen &
tot *)
Muziekbestanden die zijn
overgezet van een computer:
[Muziek]-map
2 Druk op de knop `OK om het
afspelen te starten.
a Bestandsnaam/mapindicatie
b Verstreken afspeeltijd/
bestandslengte
c Indicator weergavepositie
NL
36
3 Druk op de knop + of – om
het volume in te stellen op het
gewenste niveau.
• Het volume kan worden aangepast
tussen [00] en [30]. Hoe hoger de
waarde, hoe luider het volume.
• Als het volume te luid is ingesteld, kan
een waarschuwing verschijnen.
4 Druk op de knop
STOP
weergave te stoppen.
• Het afgespeelde bestand stopt
onmiddellijk. Met de herneemfunctie
wordt de positie waar de weergave
is gestopt, automatisch opgeslagen
in het geheugen. De positie wordt
bewaard, ook als het toestel wordt
uitgeschakeld. Als het toestel de
volgende keer wordt ingeschakeld,
kan de weergave verder worden gezet
vanaf de in het geheugen opgeslagen
stoppositie.
( 4) om de
Afspelen
Snel vooruit spoelen
Snel vooruit spoelen terwijl de
voicerecorder in de stopmodus staat
1 Terwijl de voicerecorder gestopt is,
houdt u de knop 9 ingedrukt.
• Snel vooruitspoelen stopt wanneer u
knop 9 loslaat. Druk op de knop
`OK om de weergave te starten vanaf
de huidige positie.
Snel vooruit spoelen tijdens afspelen
1 Houd knop 9 ingedrukt
tijdens het afspelen.
• Het afspelen start vanaf de huidige
positie wanneer u de knop 9
loslaat.
• Als een indexmarkering of een
tijdelijke markering in het bestand
wordt bereikt, stopt het snel vooruit
spoelen bij de markering (☞Blz.45).
• Het snel vooruit spoelen stopt
wanneer het einde van het bestand
wordt bereikt. Houd de knop 9
opnieuw ingedrukt om snel vooruit
te spoelen vanaf het begin van het
volgende bestand.
Terug spoelen
Terugspoelen terwijl de voicerecorder
in de stopmodus staat
1 Terwijl de voicerecorder gestopt is,
houdt u de knop 0 ingedrukt.
• Het terugspoelen stopt wanneer u de
knop 0 loslaat. Druk op de knop
`OK om de weergave te starten vanaf
de huidige positie.
Terug spoelen tijdens afspelen
1 Houd knop 0 ingedrukt
tijdens het afspelen.
• Het afspelen start vanaf de huidige
positie wanneer u de knop 0
loslaat.
• Als een indexmarkering of een
tijdelijke markering in het bestand
wordt bereikt, stopt het terugspoelen
bij de markering (☞Blz.45).
• Het terugspoelen stopt wanneer
het begin van het bestand wordt
bereikt. Houd de knop 0 opnieuw
ingedrukt om terug te spoelen vanaf
het einde van het vorige bestand.
3
Afspelen
NL
37
Afspelen
Springen naar het begin van een
bestand
3
Afspelen
Springen naar het begin van het
volgende bestand
1 Druk op de knop 9 terwijl de
voicerecorder in de stopmodus
staat, of tijdens het afspelen.
Springen naar het begin van het
huidige bestand
1 Druk op de knop 0 terwijl de
voicerecorder in de stopmodus
staat, of tijdens het afspelen.
Springen naar het begin van het
vorige bestand
1 Druk op de knop 0 wanneer
de afspeelpositie het begin van
het bestand is.
• Om tijdens het afspelen naar het begin
van het vorige bestand te springen,
drukt u de knop 0 twee keer na
elkaar in.
NL
38
OPMERKING
• Als een indexmarkering of tijdelijke
markering wordt bereikt terwijl tijdens
het afspelen naar het begin van een
bestand wordt gesprongen, start
het afspelen vanaf de positie van de
markering. Wanneer naar het begin van
een bestand wordt gesprongen terwijl
de voicerecorder in de stopmodus
staat, wordt de markering genegeerd
(☞Blz.45).
• Als een andere instelling dan [Bestand
skippen] is ingesteld voor [Ruimte
oversl.], start het afspelen zodra met
de ingestelde tijd vooruit of achteruit is
gesprongen. Het afspelen springt niet
naar het begin van het bestand.
Afspelen
Afspeelinstellingen
U kunt verschillende methoden selecteren
om bestanden af te spelen, afhankelijk van de
toepassing en uw smaak.
[
Spraakweerga-
*1
ve
]
(☞Blz.62)
Ruisonderdr.
[
(☞Blz.62)
Spraakbalans
[
(☞Blz.63)
Afspeelmodus
[
(☞Blz.63)
Equalizer
[
(☞Blz.64)
Ruimte oversl.
[
(☞Blz.65)
*1 Functie alleen actief in de modus [Recorder].
*2 Functie alleen actief in modus [Muziek].
Speelt alleen de gesproken
delen van een opgenomen
geluidsbestand af.
Een instelling waardoor
opgenomen spraak beter
]*1
verstaanbaar is wanneer ze
wordt gehinderd door het
geluid van een projector of
door vergelijkbare geluiden.
Compenseert delen
*1
]
van opgenomen
geluidsbestanden met laag
volume tijdens het afspelen.
]
Maak een keuze uit een van de
drie afspeelmodi.
Past de kwaliteit van het
]*2
geluid aan uw wensen aan.
Een handige functie om
de weergavepositie snel
]
te verplaatsen en korte
segmenten herhaaldelijk af
te spelen.
Afspelen via de oortelefoon
U kunt de oortelefoon aansluiten op de
oortelefoonaansluiting van de voicerecorder
(
) en via de oortelefoon naar de weergave
luisteren.
• De oortelefoon is optioneel.
1 Sluit de oortelefoon aan op de
oortelefoonaansluiting van de
voicerecorder ( ).
Naar aansluiting
voor oortelefoon
2 Druk op de knop `OK om het
afspelen te starten.
TIP
• Er komt geen geluid uit de luidspreker
als de oortelefoon aangesloten is.
3
Afspelen
NL
39
Afspelen
OPMERKING
• Om onaangenaam hard geluid te
vermijden, dient u het volume in te
stellen op [00] voor u de hoofdtelefoon
aansluit.
• Vermijd te hoge volumes wanneer u via
de oortelefoon luistert.
Dit kan gehoorschade of gehoorverlies
3
Afspelen
veroorzaken.
• Als het volume te luid is ingesteld, kan
een waarschuwing verschijnen.
Muziekbestanden
Als een muziekbestand dat is overgezet
naar de voicerecorder, niet kan worden
afgespeeld, dient u na te gaan of de
samplefrequentie, het aantal bits en
de bitsnelheid binnen het toegelaten
bereik liggen. De combinaties van
samplefrequentie, aantal bits en bitsnelheid
die worden ondersteund voor het afspelen
van muziekbestanden door de voicerecorder,
worden hierna aangegeven.
Bestands-
formaat
WAVindeling
MP3indeling
Samplefrequentie
44,1 kHz,
48 kHz,
88,2 kHz,
96,0 kHz
MPEG 1 Layer 3:
32 kHz,
44,1 kHz,
48 kHz
MPEG 2 Layer 3:
16 kHz,
22,05 kHz,
24 kHz
• MP3-bestanden met variabele bitsnelheden
(bitsnelheden variabel geconverteerd
in één bestand), worden mogelijk niet
normaal afgespeeld.
• WAV-bestanden in lineaire PCM-indeling
zijn de enige WAV-bestanden die de
voicerecorder kan afspelen. Het afspelen
van andere WAV-bestanden wordt niet
ondersteund.
• Zelfs als de bestandsindelingen compatibel
zijn voor afspelen op deze recorder,
ondersteunt de recorder niet elke encoder.
Aantal bits/
bitsnelheid
16 bits,
24 bits
8 tot 320 kbps
NL
40
De afspeelsnelheid wijzigen
Het kan handig zijn om de afspeelsnelheid te wijzigen om presentaties te versnellen, of om
moeilijk te begrijpen delen te vertragen wanneer u een taal aanleert.
1 Druk tijdens het afspelen op de
knop `OK.
2 Druk op de knop + of –.
• De snelheid van het afspelen kan
worden aangepast tussen [x0,5]
en[x3,5] in stappen van 0,1.
• De afspeelsnelheid neemt toe als
knop+ wordt ingedrukt, en neemt
afals knop - wordt ingedrukt.
• Stel de instelling in op [x1,0] om
terug te keren naar de normale
afspeelsnelheid.
3 Druk op de knop `OK om de
instelling te voltooien.
Indicator
afspeelsnelheid
TIP
• Wanneer de afspeelsnelheid wordt
gewijzigd, zijn afspeelfuncties zoals
afspelen stoppen, springen naar het
begin van een bestand en schrijven
van indexmarkeringen/tijdelijke
markeringen, dezelfde als tijdens
standaard afspelen.
OPMERKING
• Gewijzigde instellingen voor
afspeelsnelheid blijven bewaard, ook
als het toestel wordt uitgeschakeld.
• Door de afspeelsnelheid te wijzigen,
loopt de batterij sneller leeg.
Beperkingen voor snel afspelen
Afhankelijk van hun bemonsteringssnelheid
en bitsnelheid worden sommige bestanden
mogelijk niet normaal afgespeeld. In dit geval
dient u de afspeelsnelheid te verlagen.
3
De afspeelsnelheid wijzigen
NL
41
ABC herhaald afspelen
De voicerecorder heeft een functie waarmee u de weergave van een deel (segment) van het
afgespeelde bestand kunt herhalen. Naast de A-B herhaalfunctie van vorige modellen, kan het
te herhalen segment worden gewijzigd tijdens herhaald afspelen.
ABC herhaald afspelen
3
ABC herhaald afspelen
1 Selecteer het beginpunt voor herhaald
afspelen (A) tijdens het afspelen.
2 Wanneer het eindpunt (B) is geselecteerd,
start het herhaald afspelen.
3 Wanneer het beginpunt voor herhaald
afspelen (A) tijdens herhaald afspelen
wordt geannuleerd, wordt het eindpunt
van het segment (B) het nieuwe beginpunt
en het afspelen gaat verder.
4 Wanneer het eindpunt (C) is geselecteerd,
start het herhaald afspelen opnieuw.
5 Deze stappen kunnen worden herhaald
om een nieuw segment opnieuw te
specificeren, dat herhaald moet worden
afgespeeld tot aan het einde van het
NL
bestand.
42
1 Selecteer een bestand voor ABC
herhaald afspelen en start de
weergave.
2 Druk op de knop
F1 (A INST.)
wanneer de weergave de
gewenste startpositie voor ABC
herhaald afspelen bereikt.
TIP
• U kunt de afspeelsnelheid
(☞Blz.41) en snel vooruit/achteruit
spoelen (☞Blz.37) wijzigen als de
indicatie [B] knippert.
• Als de weergave het einde van
het bestand bereikt wanneer de
indicatie [B] knippert, wordt het
einde van het bestand beschouwd
als de eindpositie van het segment
en het herhaald afspelen start.
ABC herhaald afspelen
3 Druk nogmaals op de knop
INST.)
wanneer de weergave de
gewenste eindpositie voor ABC
herhaald afspelen bereikt.
• Segment A-B is ingesteld en ABC
herhaald afspelen start.
ABC herhaald afspelen stoppen:
☞Ga naar stap ]
Nieuwe begin-/eindpunten
specificeren:
☞Ga naar stap [
Nieuwe begin-/eindpunten
specificeren:
4 Druk op de knop
F1 (A ANNUL.)
tijdens ABC herhaald afspelen.
F1 (B
• Segment A-B wordt geannuleerd. [ ]
wordt de nieuwe beginpositie en het
afspelen gaat verder.
• U kunt de afspeelsnelheid
(☞Blz.41) en snel vooruit/achteruit
wijzigen (☞Blz.37).
5 Druk op de knop
de gewenste eindpositie voor
ABC herhaald afspelen.
• Segment B-C is ingesteld en ABC
herhaald afspelen start.
TIP
• U kunt stappen 4 en 5 indien nodig
6 Druk op de knop
• Het afspelen stopt. Het afspeelsegment
dat voor deze functie werd
gespecificeerd, blijft bewaard.
F1 (C INST.)
herhalen om het herhaalsegment
indien gewenst te wijzigen.
STOP
aan
( 4).
3
ABC herhaald afspelen
NL
43
ABC herhaald afspelen
OPMERKING
• U kunt de eindpositie van een
segment voor herhaald afspelen niet
verplaatsen naar een positie die voor
de beginpositie ligt.
• U kunt geen indexmarkeringen of
tijdelijke markeringen schrijven tijdens
3
ABC herhaald afspelen (☞Blz.45).
ABC herhaald afspelen
ABC herhaald afspelen annuleren
1 Druk op de knop
• Als deze knop wordt ingedrukt
wanneer ABC herhaald afspelen
gestopt is, wordt ABC herhaald
afspelen geannuleerd.
• Als deze knop wordt ingedrukt tijdens
ABC herhaald afspelen, wordt de
instelling van het weergavesegment
voor deze functie geannuleerd en gaat
de normale weergave verder.
OPMERKING
• Als u van bestand verandert of naar een
ander displayscherm gaat, wordt ABC
herhaald afspelen geannuleerd.
F2 (ABC ANN.)
.
NL
44
Indexmarkeringen/tijdelijke markeringen
Door een indexmarkering of tijdelijke markering in een bestand te plaatsen, kunt u snel de
gewenste positie in het bestand terugvinden met dezelfde handelingen waarmee usnel
vooruit of terug spoelt of naar het begin van een bestand springt. Indexmarkeringen
kunnen alleen worden geplaatst in bestanden die werden aangemaakt met een Olympusvoicerecorder. Als bestanden met andere apparaten werden gemaakt, kunt u de gewenste
posities tijdelijk in het geheugen opslaan met behulp van tijdelijke markeringen.
Een indexmarkering/tijdelijke
markering schrijven
1
Wanneer de gewenste
positie bereikt is, drukt u op
de knop
indexmarkering of tijdelijke
markering te plaatsen.
OPMERKING
F2(INDEX
• Tijdelijke markeringen zijn, zoals de
naam aangeeft, slechts tijdelijk. Ze
worden automatisch gewist als u een
ander bestand selecteert, het bestand
overzet naar een computer of het
bestand op een computer verplaatst.
• U kunt tot 99 (16*) indexmarkeringen/
tijdelijke markeringen in hetzelfde
bestand plaatsen. Het bericht [Max. aantal indexmarkeringen bereikt]
verschijnt als u meer dan 99 (16*)
markeringen probeert te plaatsen.
• U kunt geen indexmarkeringen/
tijdelijke markeringen plaatsen
of wissen in bestanden die zijn
vergrendeld met de functie
bestandsvergrendeling (☞Blz.52).
* Alleen model LS-P1
) om een
Een indexmarkering/tijdelijke
markering wissen
1
Selecteer een bestand met
een indexmarkering/tijdelijke
markering die u wilt wissen, en
start het afspelen.
2
Gebruik de knop 9 of 0
om de indexmarkering/tijdelijke
markering te selecteren die u wilt
wissen.
3 Wanneer het nummer van de te
wissen indexmarkering/tijdelijke
markering op het display
verschijnt (gedurende ongeveer
2 seconden), drukt u op de knop
ERASE
.
• De nummering van de volgende
indexmarkeringen/tijdelijke
markeringen wordt automatisch
aangepast.
3
Indexmarkeringen/tijdelijke markeringen
NL
45
d
a
b
c
Functie Agenda zoeken
U kunt spraakbestanden zoeken door een opnamedatum op te geven. Als u niet meer weet
in welke map u een bestand heeft opgeslagen, kunt u het bestand met deze functie snel
oproepen door de opnamedatum in te voeren.
OPMERKING
• U kunt alleen zoeken naar bestanden
die opgeslagen zijn in de map
[Recorder].
3
1 Druk op de knop
Functie Agenda zoeken
het [
Home
terwijl de voicerecorder in de
stopmodus staat.
2 Druk op de knop 9 of 0 om
Agenda zoeken
[
3 Druk op de knop `OK.
4 Druk op de knop
0 om de gewenste datum te
selecteren.
F1 (HOME)
]-scherm weer te geven
] te selecteren.
+, –
om
, 9 of
• Datums waarop bestanden werden
opgeslagen, zijn onderstreept.
Knop 9, 0:
Ga naar de vorige/volgende datum.
Houd de knop ingedrukt om naar de
volgende datum te springen waarop
een bestand werd opgenomen.
Knop +, –:
Ga naar de vorige/volgende week.
Knop F1, F2:
Ga naar de vorige/volgende maand.
• Druk op de knop STOP ( 4) om de
instelling te annuleren en terug te
keren naar het [Home]-scherm.
5 Druk op de knop `OK.
6 Druk op de knop + of – om het
gewenste bestand te selecteren.
7 Druk op de knop `
afspelen te starten.
OK
om het
NL
a Aantal bestanden opgeslagen
(opgenomen) op de geselecteerde
datum
b Datum waarop bestand werd
opgenomen
46
c Geselecteerde datum
d Datum van vandaag
Bestanden/mappen wissen
Deze paragraaf beschrijft hoe u een ongewenst bestand uit een map kunt wissen, hoe u alle
bestanden in de huidige map in een keer kunt wissen en hoe u een geselecteerde map kunt wissen.
Bestanden wissen
1 Selecteer het bestand dat u wilt
wissen (☞Blz.22).
2
Wanneer het bestandsweergave-
scherm verschijnt, drukt u op de
knop
ERASE
terwijl de voicerecor-
der in de stopmodus staat.
• De voicerecorder keert terug naar de
gestopte modus als er gedurende
8seconden geen handelingen worden
uitgevoerd.
3 Druk op de knop + of - om
[
Wissen in map
wissen
[Wissen in map]:
Wist alle bestanden die opgeslagen
zijn in dezelfde map als het
geselecteerde bestand.
[Bestand wissen]:
Wist alleen het geselecteerde bestand.
] of [
Bestand
] te selecteren.
4 Druk op de knop `OK.
5 Druk op de knop + om [
te selecteren.
6 Druk op de knop `OK.
• [Wissen] verschijnt op het display
en de wisprocedure start. [Gewist]
verschijnt als de procedure voltooid is.
Starten
3
Bestanden/mappen wissen
]
NL
47
Bestanden/mappen wissen
Een map wissen
1 Selecteer de map die u wilt
wissen (☞Blz.22).
2 Druk in het bestandsweergave-
scherm op de knop
3
Bestanden/mappen wissen
de voicerecorder in de stopmodus staat.
• De voicerecorder keert terug naar de
gestopte modus als er gedurende
8seconden geen handelingen worden
uitgevoerd.
3 Druk op de knop + om [
te selecteren.
4 Druk op de knop `OK.
• [Wissen] verschijnt op het scherm
en de wisprocedure start. [Gewist]
verschijnt als de procedure voltooid is.
NL
48
ERASE
terwijl
Starten
OPMERKING
• Bestanden die zijn gewist, kunnen niet
meer worden hersteld. Let dus goed op
voor u een bestand wist.
• Als er een microSD in de voicerecorder
zit, dient u na te gaan of het te wissen
opnamemedium [Intern geheugen] of
[microSD-kaart] is (☞Blz.68).
• Beveiligde bestanden en bestanden die
ingesteld zijn als alleen-lezen kunnen
niet worden gewist (☞Blz.52).
• De standaardmappen van de
voicerecorder voor [Recorder] ([MapA]
tot [MapE]) en de map [Muziek]
kunnen niet worden gewist.
• Submappen van de map [Muziek],
behalve de map [Muziek], kunnen
worden gewist.
• Bestanden die door de voicerecorder
]
niet kunnen worden herkend, worden
niet gewist. Hetzelfde geldt voor
mappen waarin dergelijke bestanden
staan. De voicerecorder moet met een
computer verbonden zijn om dergelijke
mappen en bestanden te wissen.
• Voor u een map of bestand wist, dient u
de batterij op te laden of te vervangen,
zodat de batterij niet leeg is voor de
procedure voltooid is. Het wissen
kan meer dan 10 seconden in beslag
nemen. Om het risico van beschadiging
van gegevens te vermijden, mag u
nooit het volgende proberen voor een
wisprocedure voltooid is:
1 De netspanningsadapter
loskoppelen
2 De batterij verwijderen
3 De microSD-kaart verwijderen
(alshet opnamemedium is
ingesteld op [microSD-kaart]).
Menu
Menu-items instellen
Basisbediening
Menu-items zijn onderverdeeld in tabbladen, zodat u snel de gewenste items kunt instellen
door een tabblad te selecteren en vervolgens naar het gewenste item in het tabblad te gaan.
Ga als volgt te werk om een menu-item in te stellen.
1 Druk tijdens opname/weergave
of terwijl de voicerecorder in de
stopmodus staat, op de knop
MENU/SCENE
TIP
• Sommige menu's bevatten items die
kunnen worden ingesteld tijdens
opname/afspelen (☞Blz.51).
2 Druk op de knop + of – om het
tabblad te selecteren met het
item dat u wilt instellen.
• Door met de cursor van het ene
tabblad naar het andere te gaan,
verandert het weergegeven
menuscherm.
.
3 Druk op de knop `OK om
de cursor naar het gewenste
instelitem te verplaatsen.
• U kunt hiervoor ook de knop 9
gebruiken.
4 Druk op de knop + of – om
het gewenste instelitem te
selecteren.
4
Menu-items instellen
NL
49
Menu-items instellen
Basisbediening
5 Druk op de knop `OK.
4
Menu-items instellen
• De instelling van het geselecteerde
item wordt weergegeven.
• U kunt hiervoor ook de knop 9
gebruiken.
6 Druk op de knop + of – om de
instelling te wijzigen.
7 Druk op de knop `OK om de
instelling te voltooien.
• Er verschijnt een bericht om aan te
geven dat de instelling is ingevoerd.
• U kunt de instelling annuleren en
terugkeren naar het vorige scherm
door op de knop 0 te drukken in
NL
plaats van op de knop `OK.
50
8 Druk op de knop
STOP
( 4) om het
menuscherm te verlaten.
• Wanneer het menuscherm wordt
weergegeven tijdens opname of
weergave, drukt u op de knop MENU/
SCENE om terug te keren naar het
vorige scherm zonder de opname/
weergave te beëindigen.
OPMERKING
• Als menu-instellingen worden
uitgevoerd terwijl de voicerecorder
in de stopstand staat, verlaat de
voicerecorder het menu en keert
terug naar de gestopte modus
als er gedurende 3 minuten geen
handelingen worden uitgevoerd. Het
geselecteerde instelitem verandert in
dit geval niet.
• Voor menu-instellingen die worden
uitgevoerd tijdens opname/weergave,
verlaat de voicerecorder het menu
als er gedurende 8 seconden geen
handelingen worden uitgevoerd.
Menu-items instellen
Basisbediening
4 Menu-items die kunnen worden
ingesteld tijdens opnemen
•Opnameniveau
•Zoommicrofoon
•Low cut-filter
•V CVA
•Backlight
•LED
4 Menu-items die kunnen worden
ingesteld tijdens afspelen
•Eigenschap
•Ruisonderdr.
•Spraakbalans
•Afspeelmodus
•Equalizer
•Ruimte oversl.
•Backlight
•LED
*1 Functie alleen actief in de modus
[Recorder].
*2 Functie alleen actief in modus [Muziek].
*1
*1
*2
4
Menu-items instellen
NL
51
Bestandsmenu [Menu Bestand]
De gesproken delen van bestanden
met gesproken inhoud ophalen
[Spraakdetectie]
De functie haalt de gesproken delen op
van een spraakbestand of een bestand dat
met de voicerecorder is opgenomen. Zie
“De gesproken delen van bestanden met gesproken inhoud ophalen
[Spraakdetectie]“ (☞Blz.72) voor meer
4
informatie.
Bestandsmenu [Menu Bestand]
Ongewenst wissen van bestanden
voorkomen [Bestand vergr.]
Met de functie bestandsvergrendeling kunt
u belangrijke bestanden beveiligen, zodat ze
niet per vergissing worden gewist. Als een
bestand vergrendeld is, wordt het bestand
niet gewist, zelfs niet als alle bestanden in
deovereenkomstige map tegelijk worden
gewist (☞ Blz.47).
1 Selecteer het bestand dat u wilt
vergrendelen (☞ Blz.22).
[Aan]:
Bestand is vergrendeld.
[Uit]:
Bestandsvergrendeling is geannuleerd.
NL
52
Bestanden sorteren [Sorteren op]
U kunt de weergavevolgorde van de
bestanden in een map wijzigen.
1 Druk op de knop + of – om
[
Bestandsnaam
oplopend
teselecteren.
[Bestandsnaam]:
Sorteert de bestanden automatisch op
bestandsnaam.
[Datum oplopend]:
Sorteert de bestanden automatisch
op datum (opnamedatum/-tijd) van
oudste naar nieuwste bestanden.
[Datum aflopend]:
Sorteert de bestanden automatisch
op datum (opnamedatum/-tijd) van
nieuwste naar oudste bestanden.
2 Druk op de knop + of – om
[
Recorder
selecteren.
[Recorder]:
Sorteert alle bestanden in de map
[Recorder].
[Muziek]:
Sorteert alle bestanden in de map
[Muziek].
OPMERKING
• Als [Bestandsnaam] geselecteerd
is, worden de bestanden
weergegeven in de volgorde van
de bestandsnaam op basis van de
eerste 20 tekens van elke naam.
Bestanden die opgeslagen zijn in het interne
geheugen of op een microSD-kaart, kunnen
worden verplaatst of gekopieerd binnen het
geheugen.
Zie “Bestanden verplaatsen/kopiëren
[Bestand verpl./kopiëren]“ (☞Blz.74)
voor de juiste procedure.
Bestanden splitsen [Splitsen]
Grote bestanden of bestanden met lange
opnametijden kunnen worden opgesplitst
om ze eenvoudiger te kunnen beheren en
bewerken.
Zie “Een bestand splitsen [Splitsen]“
(☞Blz.77) voor de procedure.
Bestanden gedeeltelijk wissen
[Deels wissen]
Delen van een bestand die u niet nodig hebt,
kunt u wissen.
Zie “Bestanden gedeeltelijk wissen [Deels wissen]“ (☞Blz.79) voor de procedure.
Een bestand bijknippen [Uitsnijden]
Een bestand kan worden bijgeknipt tot het
gedeelte dat u effectief nodig heeft, waarna
het opnieuw wordt opgeslagen.
Zie “Een bestand bijknippen [Uitsnijden]
(☞Blz.81) voor de procedure.
Alleen model LS-P2
Het algehele volumeniveau van een
bestand verhogen [Normaliseren]
Verhoog het algehele volumeniveau tot het
hoogste volumeniveau van het opgenomen
bestand de drempelwaarde voor “no
clipping“ (geen vervorming) wordt en sla
vervolgens op als een nieuw bestand.
Alleen model LS-P2
1 Druk op de knop
te selecteren.
TIP
• Het bestand krijgt na het werken de
naam “Bestandsnaam_1”.
OPMERKING
• Alleen bestanden in PCM-indeling die
op de voicerecorder zijn opgenomen,
kunnen worden bewerkt.
• Het normaliseereffect kan mogelijk niet
worden bereikt voor bestanden zoals
de volgende.
• Bestanden die oorspronkelijk op
een hoog volume zijn opgenomen.
• Bestanden waarin plotselinge luide
geluiden zijn opgenomen.
• Bestanden die veel verschillende
volumeniveaus bevatten.
+
om [
Starten
4
Bestandsmenu [Menu Bestand]
]
NL
53
Bestandsmenu [Menu Bestand]
Bestands- of mapinformatie
weergeven [Eigenschap]
U kunt de informatie over een bestand of
map vanuit een menuscherm weergeven.
Bestandsinformatie
1 Druk op de knop + of – om het
4
Bestandsmenu [Menu Bestand]
NL
54
scherm te wisselen.
• Informatie wordt weergegeven voor
*1 Als u een bestand in lineaire PCM-
*2 Als het bestand geen taginformatie
Mapinformatie
[Naam], [Datum], [Grootte],
de items
*1
, [Artiest]*2 en [Album]*2.
[Bitrate]
indeling selecteert, toont het item
[Bitrate] de bemonsteringsfrequentie
en het aantal bits.
heeft, worden [ONBEKENDE_ARTIEST] en [ONBEKEND_ALBUM]
weergegeven.
1 Druk op de knop + of – om het
scherm te wisselen.
• Informatie wordt weergegeven voor
de items [Naam], [Bestand] (het
aantal bestanden) en [Map] (het aantal
mappen).
• Het item [Map] wordt niet
weergegeven in de modus [Recorder].
• De weergegeven aantallen bestanden
houden geen rekening met bestanden
in indelingen die niet door de
voicerecorder kunnen worden
herkend.
Opnamemenu [Opnamemenu]
De opnamegevoeligheid selecteren
[Opnameniveau]
U kunt de opnamegevoeligheid aanpassen
overeenkomstig uw opnametoepassing.
[Hoog]:
De hoogste opnamegevoeligheid.
Geschikt om colleges, grote
conferenties en andere toepassingen
met afgelegen of stille geluidsbronnen
op te nemen.
[Medium]:
Geschikt om discussies en vergaderingen
in kleine groep op te nemen.
[Laag]:
De laagste opnamegevoeligheid.
Geschikt om dictaten op te nemen.
[Handmatig]:
Hiermee kunt u de
opnamegevoeligheid handmatig
instellen op een van de 30 niveaus.
[Automatisch]:
Het opnameniveau past zich
voortdurend aan het volume van het
opgenomen geluid aan. Geschikt om
alle geluiden op te nemen.
TIP
• Om de stem van de spreker duidelijk op
te nemen, stelt u [Opnameniveau] in
op [Laag] en plaatst u de ingebouwde
microfoon van de voicerecorder dicht
bij de mond van de spreker (5 tot 10 cm
afstand).
OPMERKING
• Als [Opnameniveau] is ingesteld op
iets anders dan [Handmatig], wordt
het opnameniveau automatisch
aangepast. Als het op te nemen geluid
zeer sterk is, kunnen er storingen
optreden.
Het opnameniveau aanpassen
1 Pas het opnameniveau aan
door op de knop 9 of 0
te drukken tijdens opname
of wanneer de opname is
gepauzeerd.
• Door de waarde voor
[Opnameniveau] te verhogen,
verhoogt het opnameniveau en
slaatde niveaumeter verder uit.
OPMERKING
• Als [OV] wordt weergegeven, is het
opgenomen geluid vervormd. Pas het
opnameniveau aan zodat [OV] niet
weergegeven wordt.
4
Opnamemenu [Opnamemenu]
NL
55
Opnamemenu [Opnamemenu]
Clipping beperken [Limiter]
Verminder automatisch clipping als gevolg
van de invoer van bijzonder luide geluiden
tijdens het opnemen.
[Muziek]:
Selecteer deze instelling voor een
helder geluidsvolume. Deze instelling is
geschikt voor muziekopnamen.
[Spraak]:
4
Opnamemenu [Opnamemenu]
Selecteer deze instelling om het
geluidsvolume vlak te maken. Het
geluid kan worden opgenomen op een
vooraf ingesteld volume om vlakke
opnamen te verkrijgen. Deze instelling
is geschikt voor spraakopnamen.
[Uit]:
Gebruik deze instelling wanneer u
het invoerniveau aanpast zonder de
correctiefunctie te gebruiken.
OPMERKING
• Deze functie is alleen beschikbaar
als [Opnameniveau] ingesteld is op
[Handmatig] (☞ Blz.55).
• Als het ingevoerde geluid te luid is,
kan er ruis optreden, zelfs met de
instelling [Muziek] of [Spraak]. Het is
ook mogelijk dat in sommige gevallen
het indicatielampje PEAK, dat u wijst
op een luide invoer, niet oplicht. Om
succesvolle opnames te verzekeren,
raden wij u aan de opnamefunctie en
het volume voor gebruik te testen.
De opnamemodus instellen
[Opnamemodus]
U kunt voorrang verlenen aan
geluidskwaliteit of opnametijd. Selecteer de
opnamemodus die het best geschikt is voor
uw opnametoepassing.
1 Druk op de knop + of − om het
opnameformaat te selecteren.
[PCM]:
Dit is een niet-gecomprimeerde
audio-indeling die wordt gebruikt voor
muziek-cd's enz.
[MP3]:
Dit is een vaak gebruikte modus voor
geluidscompressie. In deze instelling
zijn de bestanden kleiner dan in de
PCM-indeling.
• De geluidskwaliteit neemt toe
naarmate de opnamesnelheid
toeneemt.
• Door een hogere opnamesnelheid in
te stellen, wordt het bestand groter.
Controleer of u genoeg geheugen vrij
hebt voor u de opname start.
• Om conferenties en presentaties
duidelijk op te nemen, is het aan te
bevelen om [Opnamemodus] op iets
anders in te stellen dan [mono].
OPMERKING
• Wanneer [Opnamemodus] is ingesteld
op stereo, wordt een opname met
een externe monomicrofoon alleen
opgenomen op het linker kanaal.
Richtingsgevoeligheid van microfoon
selecteren [Zoommicrofoon]
De ingebouwde stereomicrofoon van
de voicerecorder heeft verschillende
richtingsinstellingen, van brede stereoopname tot sterk richtingsgevoelige
opnamen.
1 Druk op de knop + of – om de
richtingsgevoeligheid van de
ingebouwde stereomicrofoon
inte stellen.
• Met de knop + wordt de
richtingsgevoeligheid verhoogd.
• Met de knop – zijn opnamen met een
breder stereobeeld mogelijk.
• Door de richtingsgevoeligheid te
verminderen en het opnamebereik te
verbreden, krijgen opnamen meer een
stereo-effect.
• De instelling kan worden aangepast
tussen [–3] en [+6].
4
Opnamemenu [Opnamemenu]
NL
57
Opnamemenu [Opnamemenu]
Functie Zoommicrofoon
Hoge
richtingsge-
voeligheid
Lage
richtingsge
-
voeligheid
4
Opnamemenu [Opnamemenu]
OPMERKING
• De functie [Zoommicrofoon]
• Als de functie [Zoommicrofoon]
Smal
opnamebereik
is ingesteld om de prestaties te
optimaliseren bij gebruik met de
in de voicerecorder ingebouwde
stereomicrofoon. Merk op dat normale
opnames eventueel niet langer
mogelijk zijn wanneer een apart
aangekochte microfoon wordt gebruikt
of wanneer wordt opgenomen van een
ander apparaat via een aansluitkabel.
gebruikt wordt, gaat de batterij
snellerleeg.
Breed
opnamebereik
Ruis tijdens opname beperken
[Lowcut-filter]
Met de low cut-filter van de voicerecorder
kunt u opnamen maken met minder
zoemgeluiden van airco's of laagfrequente
geluiden van apparaten zoals projectors.
[Aan]:
Schakelt de low cut-filter aan.
[Uit]:
Schakelt de low cut-filter uit.
Het systeem met drie microfoons
selecteren [Microfoonkeuze]
U kunt selecteren of de ingebouwde centrale
microfoon moet worden in- of uitgeschakeld.
Alleen model LS-P2
[Microfoon aan]:
Stelt de ingebouwde centrale
microfoon in staat om in de stand voor
drie microfoons op te nemen.
[Microfoon uit]:
Schakelt de ingebouwde centrale
microfoon uit om alleen met de
ingebouwde stereomicrofoon op te
nemen.
NL
58
Opnamemenu [Opnamemenu]
a
b
Stemgestuurde opnamefunctie
[VCVA]
De stemgestuurde opnamefunctie (VCVA)
start de opname automatisch wanneer
een geluid luider dan een vooraf ingesteld
spraakactiveringsniveau wordt gedetecteerd
en pauzeert de opname automatisch als
het geluidsvolume terugvalt. Gebruik deze
functie om automatisch nodeloze stille
segmenten (bijvoorbeeld lange stiltes tijdens
een conferentie) uit een opname weg te
laten, waardoor geheugen wordt bespaard.
[Aan]:
Schakelt VCVA in. U kunt het
spraakactiveringsniveau voor VCVA
aanpassen.
[Uit]:
Schakelt VCVA uit. Keert terug naar
standaardopname.
Het spraakactiveringsniveau aanpassen
voor spraakgestuurd opnemen
1 Druk op de knop
REC
( s) om de
opname te starten.
• De opname pauzeert automatisch
ongeveer 1 seconde nadat het op te
nemen geluid stiller is geworden dan
de ingestelde activeringsgevoeligheid.
Het knipperende bericht [Stand-by]
verschijnt op het display. Het
indicatielampje licht op wanneer de
opname geactiveerd is, en knippert
wanneer de opname gepauzeerd is.
2 Druk op de knop 9 of 0 om
het spraakactiveringsniveau aan
te passen.
a Spraakactiveringsniveau (beweegt
naar links/rechts om overeen te
stemmen met het ingestelde niveau)
b Niveaumeter (verandert
overeenkomstig het geluidsvolume
van de opname)
• De instelling kan worden aangepast
tussen [01] en [23].
4
Opnamemenu [Opnamemenu]
NL
59
Opnamemenu [Opnamemenu]
TIP
• Als de instelwaarde wordt verhoogd,
neemt de VCVA -activeringsgevoeligheid
toe, zodat stillere geluiden de opname
kunnen starten.
• Pas het VCVA -spraakactiveringsniveau
aan volgens de opnameomstandigheden (met het
oog op bijvoorbeeld sterke
omgevingsgeluiden).
• Om opnamefouten te vermijden,
4
Opnamemenu [Opnamemenu]
is het aan te bevelen vooraf een
testopname uit te voeren om het
spraakactiveringsniveau aan te passen.
• Om het opnameniveau (☞Blz.55 )
tijdens VCVA -opname te wijzigen in
[Handmatig], drukt u op de knop
F1. Devoicerecorder gaat naar de
modus voor het aanpassen van het
opnameniveau. Druk nogmaals op de
knop F1 om terug te keren naar de
modus om het spraakactiveringsniveau
aan te passen.
OPMERKING
• De volgende functie is uitgeschakeld
wanneer de functie [VC VA] wordt
gebruikt:
• [V-Sync. opname]
• [Met opname] (☞ Blz.72)
Opnemen met stemsynchronisatie
[V-Sync. opname]
De functie opname met stemsynchronisatie
start de opname automatisch als een geluid
wordt gedetecteerd dat luider is dan een
vooringesteld niveau (detectieniveau)
voor opname met stemsynchronisatie, en
stopt de opname automatisch wanneer het
geluidsvolume afneemt. Wanneer muziek
wordt gekopieerd van een ander toestel dat
aangesloten is op de voicerecorder, gebruikt
u de opnamefunctie met stemsynchronisatie
om stille intervallen tussen muzieknummers
te detecteren en elk nummer op te slaan als
een afzonderlijk bestand.
[1 sec.], [2 sec.], [3 sec.], [5 sec.]:
Stel de detectietijd in. De voicerecorder
gaat naar de stand-bymodus wanneer
het ingangssignaal (opnameniveau)
gedurende minstens de ingestelde
detectietijd onder het vooringestelde
niveau ligt.
[Uit]:
Opname verloopt normaal.
Het stemsynchronisatieniveau aanpassen
voor de opname
1 Druk op de knop
opname voor te bereiden.
REC
(s) om de
NL
60
Opnamemenu [Opnamemenu]
2 Druk op de knop 9 of 0
om
het stemsynchronisatieniveau aan
te passen.
Stemsynchronisatieniveau (gaat naar
links/rechts volgens ingesteld niveau)
• Het stemsynchronisatieniveau kan
worden aangepast tussen [01] en [23].
• Als de instelwaarde wordt verhoogd,
neemt de activeringsgevoeligheid
toe, zodat stillere geluiden de opname
kunnen starten.
TIP
• Om het opnameniveau te wijzigen
(☞Blz.55) tijdens aanpassing
van het stemsynchronisatieniveau
in [Handmatig], drukt u op de
knop F1. De voicerecorder gaat
naar de modus voor het aanpassen
van het opnameniveau. Druk
nogmaals op de knop F1 om terug
te keren naar de modus om het
stemsynchronisatieniveau aan te
passen.
3 Druk nogmaals op de knop REC ( s).
• Het knipperende bericht [Stand-by]
verschijnt op het display en het
indicatielampje knippert.
• De opname start automatisch als
het ingangssignaal luider is dan het
stemsynchronisatieniveau.
TIP
• De voicerecorder beëindigt de opname
automatisch en keert terug naar de
stand-bymodus voor opname wanneer
het ingangssignaal gedurende
minstens de ingestelde detectietijd
onder het stemsynchronisatieniveau
ligt. Telkens wanneer de voicerecorder
naar de stand-bymodus gaat, wordt het
huidige bestand gesloten. De opname
gaat verder in een nieuw bestand
wanneer de volgende keer geluid
wordt gedetecteerd.
• Druk op de knop STOP ( 4) om een
opnamesessie met stemsynchronisatie
te beëindigen.
OPMERKING
• De volgende functie is uitgeschakeld
wanneer de functie [V-Sync. opname]
wordt gebruikt:
• [VCVA ] (☞ Blz.59)
• [Met opname] (☞ Blz.72)
4
Opnamemenu [Opnamemenu]
NL
61
Weergavemenu [Menu Afspelen]
Delen zonder spraak tijdens weergave
overslaan [Spraakweergave]
Met de functie [Spraakweergave] kunt u
alleen de gesproken delen afspelen van een
opgenomen bestand met gesproken inhoud.
OPMERKING
• De gesproken delen van het bestand
4
Weergavemenu [Menu Afspelen]
moeten vooraf worden opgehaald
(☞ Blz.72).
• De functie [Spraakweergave] is alleen
ingeschakeld in de modus [Recorder].
[Aan]:
Niet-gesproken delen van het bestand
worden automatisch overgeslagen
en alleen de gesproken delen worden
afgespeeld.
[Uit]:
De functie spraakweergave is
uitgeschakeld.
Ruis tijdens afspelen beperken
[Ruisonderdr.]
Gebruik de functie [Ruisonderdr.] om
storende geluiden te verminderen wanneer
de opgenomen stem moeilijk kan worden
onderscheiden.
[Hoog][Laag]:
Vermindert omgevingsgeluiden,
waardoor de weergave een betere
geluidskwaliteit heeft.
[Uit]:
De ruisonderdrukkingsfunctie is
uitgeschakeld.
OPMERKING
• [Ruisonderdr.] is alleen ingeschakeld
in de modus [Recorder].
• Als de functie [Ruisonderdr.] gebruikt
wordt, gaat de batterij sneller leeg.
NL
62
Weergavemenu [Menu Afspelen]
Delen met laag volume tijdens
afspelen aanpassen [Spraakbalans]
Snijdt delen van opgenomen
geluidsbestanden met lage en hoge
frequenties uit tijdens het afspelen.
U kunt dus stille delen in gesprekken of
andere opgenomen geluiden luider en
duidelijker maken.
[Aan]:
Past delen met laag volume van
geluidsbestanden aan tijdens het
afspelen, zodat ze luider worden.
[Uit]:
De functie Spraakbalans is
uitgeschakeld.
OPMERKING
• [Spraakbalans] is alleen ingeschakeld
in de modus [Recorder].
• Als de functie [Spraakbalans] gebruikt
wordt, gaat de batterij sneller leeg.
Weergavestanden selecteren
[Afspeelmodus]
Er zijn verschillende weergavestanden
beschikbaar voor verschillende luisterstijlen.
1 Druk op de knop + of – om
[
Recorder
selecteren.
Als [
2 Druk op de knop + of – om
[
Bestand
[Bestand]:
[Map]:
Als [
2 Druk op de knop + of – om
[
Afspeelbereik
[
Willekeurig
[Afspeelbereik]:
[Herhalen]:
[Willekeurig]:
] of [
Muziek
] te
Recorder
] is geselecteerd
] of [
Map
] te selecteren.
Stopt de weergave nadat het huidige
bestand is afgespeeld.
Speelt alle bestanden in de huidige
map na elkaar af, waarbij de weergave
wordt gestopt als het laatste bestand
in de map is afgespeeld.
Muziek
] is geselecteerd
], [
Herhalen
] of
] te selecteren.
Hiermee kunt u een bereik bestanden
opgeven voor weergave.
Speelt de bestanden in het ingestelde
bereik herhaaldelijk af.
Speelt de bestanden in het ingestelde
bereik in willekeurige volgorde af.
4
Weergavemenu [Menu Afspelen]
NL
63
Weergavemenu [Menu Afspelen]
3 Druk op de knop + of – om een
instelling te selecteren.
Als [
Afspeelbereik
[Bestand], [Map], [Alle]:
Geef het bereik met bestanden voor
weergave op.
Als [
Herhalen
geselecteerd:
[Aan]:
De bestanden in het opgegeven
4
Weergavemenu [Menu Afspelen]
NL
weergavebereik worden herhaaldelijk
of in willekeurige volgorde afgespeeld.
[Uit]:
Annuleert herhaald of willekeurig
afspelen.
OPMERKING
• Wanneer [Afspeelbereik] is ingesteld
op [Bestand] knippert [Eind]
gedurende 2 seconden op het display
als het laatste bestand in de map is
afgespeeld, waarna de weergave stopt
aan de beginpositie van het laatste
bestand.
• Wanneer [Afspeelbereik] is ingesteld
op [Map] knippert [Eind] gedurende
2seconden op het display als
het laatste bestand in de map is
afgespeeld, daarna stopt de weergave
aan de beginpositie van het eerste
bestand in de map.
• Wanneer [Afspeelbereik] is ingesteld
op [Alle] wordt, nadat het laatste
bestand in de huidige map is
afgespeeld, het eerste bestand in de
volgende map afgespeeld. Wanneer
de weergave het einde van het laatste
bestand in de voicerecorder bereikt,
knippert [Eind] gedurende 2 seconden
op het display, daarna stopt de
weergave aan de beginpositie van het
eerste bestand in de voicerecorder.
] is geselecteerd:
] of [
Willekeurig
64
] is
Geluidskwaliteit van muziek
wijzigen [Equalizer]
De equalizerinstellingen van de voicerecorder
kunnen worden gewijzigd om de
muziekkwaliteit aan uw wensen aan te passen.
Als [
Gebruiker
1 Druk op de knop 9.
2 Druk op de knop 9 of 0
om een frequentieband te
selecteren.
• U kunt verschillende niveaus instellen
voor de frequentiebanden [60Hz],
[250 Hz], [1 kHz], [4 kHz] en [12kHz].
3 Druk op de knop + of – om een
niveau in te stellen.
• De niveaus kunnen in stappen van
1dB worden geregeld tussen [–6]
en[+6].
• Verhoog de niveau-instelling om de
overeenkomstige frequentieband te
benadrukken.
• Om een andere frequentieband te
wijzigen, herhaalt u stappen
OPMERKING
• [Equalizer] is alleen ingeschakeld in de
modus [Muziek].
] is geselecteerd
2
en 3.
Weergavemenu [Menu Afspelen]
Een overspringafstand instellen
[Ruimte oversl.]
Met de functie [Ruimte oversl.] kunt
utijdens de weergave een bepaald gedeelte
vooruit overslaan (doorskippen) of achteruit
overslaan (terugskippen) in een bestand.
Dit is handig om de afspeelpositie snel te
verplaatsen of een kort segment herhaald af
te spelen.
1 Druk op de knop + of – om
[
Doorskippen
te selecteren.
[Doorskippen]:
Start de weergave nadat de
afspeelpositie met de ingestelde duur
vooruit werd verplaatst.
[Terugskippen]:
Start de weergave nadat de
afspeelpositie met de ingestelde
hoeveelheid achteruit werd verplaatst.
2 Druk op de knop + of – om een
instelling te selecteren.
Als [
Doorskippen
[Bestand skippen], [10 sec. skippen],
[30 sec. skippen], [1 min. skippen],
[5min. skippen], [10 min. skippen]
Als [
Terigskippen
[Bestand skippen], [1 sec. skippen]
[3sec. skippen], [5sec. skippen],
tot
[10sec. skippen], [30 sec. skippen],
[1min. skippen], [5 min. skippen]
] of [
Terigskippen
] is geselecteerd:
] is geselecteerd:
]
OPMERKING
• Bij overslaan/terugspringen over een
skipruimte die een indexmarkering/
tijdelijke markering of de beginpositie
van een bestand omvat, wordt gestopt
bij die markering of op de beginpositie.
Overslaan/terugspringen afspelen
1 Druk op de knop `
OK
om het
afspelen te starten.
2 Druk tijdens het afspelen op de
knop 9 of 0.
• Het afspelen start nadat met de
ingestelde duur werd overgeslagen of
teruggesprongen.
4
Weergavemenu [Menu Afspelen]
NL
65
LCD/Sound-menu [LCD-/geluid]
De achtergrondverlichting instellen
[Backlight]
De achtergrondverlichting van het display
wordt gedurende een bepaalde tijd
ingeschakeld als deze knop wordt bediend.
[5 sec.], [10 sec.], [30 sec.], [1 min.]:
Stel de tijd in gedurende welke de
4
LCD/Sound-menu [LCD-/geluid]
verlichting aan blijft.
[Uit]:
Schakelt de verlichting uit.
Contrast aanpassen [Contrast]
U kunt het contrast van het display instellen
op 12 verschillende niveaus.
• De instelling kan worden aangepast
tussen [01] en [12].
LED-indicatielampje instellen [LED]
U kunt het LED-indicatielampje zo instellen
dat het niet oplicht.
[Aan]:
LED-indicatielampje is ingeschakeld.
[Uit]:
LED-indicatielampje blijft uitgeschakeld.
TIP
• Zelfs als u de instelling [LED] op
[Uit] instelt, knippert het LEDindicatorlampje wanneer bestanden
NL
66
worden overgebracht tussen de
voicerecorder en een computer.
Pieptoon aan-/uitschakelen
[Signaal]
De voicerecorder produceert geluidssignalen
wanneer een knop wordt bediend of om
te waarschuwen voor bedieningsfouten.
U kunt kiezen of de voicerecorder deze
geluidssignalen produceert.
[Aan]:
Geluidssignalen ingeschakeld.
[Uit]:
Geluidssignalen uitgeschakeld.
De weergavetaal wijzigen
[Taal(Lang)]
U kunt de taal selecteren die op het display
van de voicerecorder wordt gebruikt.
• De taalmogelijkheden zijn afhankelijk
van de plaats waar de voicerecorder is
aangeschaft.
LCD/Sound-menu [LCD-/geluid]
De spraakondersteuning instellen
[Gesproken help]
Deze functie geeft spraakondersteuning bij
bepaalde functies van de recorder.
Zie “De spraakondersteuning instellen
[Gesproken help]“ (☞Blz.83) voor de
juiste procedure.
Alleen model LS-P2
Het begin van bestanden automatisch
afspelen [Intro afspelen]
Telkens wanneer u een bestand in
de bestandenlijst selecteert, kan de
voicerecorder automatisch een aantal
seconden van het begin van het bestand
afspelen. Deze functie is handig bij het
zoeken naar een bestand omdat u hiermee
de inhoud van bestanden kunt controleren.
Alleen model LS-P2
[3 sec.], [5 sec.], [10 sec.]:
Telkens wanneer u een bestand
selecteert, worden de eerste seconden
van dat bestand automatisch afgespeeld.
[Uit]:
Schakelt [Intro afspelen] uit.
De luidsprekeruitgang selecteren
[Luidspreker]
U kunt instellen dat de ingebouwde
luidspreker uit- of ingeschakeld is als de
oortelefoon niet is aangesloten.
In de stand [Uit] weerklinkt geen geluid uit
de luidspreker, zelfs als de oortelefoon per
vergissing wordt losgekoppeld. Gebruik deze
instelling om ongemak te voorkomen op het
openbaar vervoer.
[Aan]:
Het weergavegeluid van de
voicerecorder komt uit de oortelefoon
als deze is aangesloten, of uit de
ingebouwde luidspreker als de
oortelefoon niet is aangesloten.
[Uit]:
Het weergavegeluid van de
voicerecorder wordt niet door de
ingebouwde luidspreker weergegeven,
zelfs niet als de oortelefoon wordt
losgekoppeld.
4
LCD/Sound-menu [LCD-/geluid]
NL
67
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
De opnamemedia selecteren
[Geheugensel.]
Als een microSD-kaart in de voicerecorder zit,
kunt u bepalen of wordt opgenomen op het
interne geheugen of op de microSD-kaart
(☞Blz.17).
[Intern geheugen]:
4
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
Neemt op in het interne geheugen van
de voicerecorder.
[microSD-kaart]:
Neemt op op de microSD-kaart.
Modus voor energiebesparing
instellen [Energie besp.]
De voicerecorder schakelt automatisch uit
als een vooringestelde tijdsduur verstreken
is met de voicerecorder gestopt na het
inschakelen.
[5 min.], [10 min.], [30 min.], [1 uur]:
Selecteer de gewenste tijd.
[Uit]:
Schakelt de modus voor
energiebesparing uit. Merk op dat, als
de voicerecorder ingeschakeld blijft,
debatterij snel leeg zal zijn.
De gebruikte batterij instellen
[Batterij]
Stel het batterijtype in overeenkomstig de
batterij die u gebruikt.
[Ni-MH]:
Selecteer deze instelling wanneer
u een Olympus oplaadbare Ni-MHbatterij gebruikt (model BR404).
[Alkaline]:
Selecteer deze instelling als u een
alkalinebatterij gebruikt.
NL
68
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
De datum en tijd instellen
[Datum en tijd]
Als u de tijd en datum vooraf instelt, kunt
u controleren wanneer een bestand is
opgenomen in de informatie voor elk
bestand, te vinden in [Eigenschap] in het
menu.
1 Druk op de knop 9 of 0
om het gewenste instelitem te
selecteren.
2 Druk op de knop + of – om de
waarde te wijzigen.
• Om de instelling voor een ander item
te wijzigen, drukt u op de knop 9
of 0 om de knipperende cursor te
verplaatsen, druk daarna op de knop +
of – om de waarde te wijzigen.
3 Druk op de knop `OK om de
instelling te voltooien.
TIP
• Wanneer u de uren of minuten instelt,
verandert het display telkens wanneer
u op de knop F2 drukt tussen de
notaties AM/PM en 24-uur.
Voorbeeld: 10:38 PM
10:38 PM
(standaard
notatie)
• Wanneer u het jaar, de maand of de dag
instelt, verandert de weergavevolgorde
voor de datum telkens wanneer u op
de knop F2 drukt.
Voorbeeld: 24 maart 2015
3M 24D 2015Y
(standaard notatie)
24D 3M 2015Y
2015Y 3M 24D
OPMERKING
• Als de batterij uit het toestel is
verwijderd, verschijnt automatisch
het scherm [Datum en tijd] als het
apparaat weer wordt ingeschakeld.
• Zelfs als de voicerecorder gedurende
lange tijd niet wordt gebruikt, moeten
de datum en tijd opnieuw worden
ingesteld als de batterij leeg is.
22:38
4
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
NL
69
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
Een Bluetooth-apparaat verbinden
[Bluetooth]
Deze functie is compatibel met Bluetooth
versie 2.1+EDR en maakt het mogelijk om de
voicerecorder te verbinden met een apparaat
dat compatibel is met dezelfde standaard.
Zie “Voor u de functie Bluetooth gebruikt“
(☞Blz.89) voor details.
4
Alleen model LS-P2
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
De USB-verbinding instellen
[USB-instell.]
Met de instelling [PC] kunt u de voicerecorder
met een computer verbinden om bestanden
over te zetten. Met de instelling [AC-adapter]
kunt u de voicerecorder verbinden met een
netspanningsadapter met USB-aansluiting
(model A514; optioneel) om de oplaadbare
batterij op te laden. U kunt de instelling van
de USB-klasse aanpassen aan verschillende
USB-toepassingen.
Zie “De USB-verbinding instellen
[USB-instell.]“ (☞Blz.85) voor de
procedure.
NL
70
Standaardinstellingen herstellen
[Reset-instell.]
Met de functie [Reset-instell.] worden alle
functies van de voicerecorder weer op hun
beginwaarden (fabrieksinstellingen) gezet.
De tijdinstelling en het bestandsnummer
blijven gelijk.
1 Druk op de knop + om [
te selecteren.
Opnamemenu:
Opnameniveau: Handmatig
Limiter: Muziek
Opnamemodus: PCM: 44,1 kHz/16 bit
Zoommicrofoon: Uit
Low cut-filter: Uit
Microfoonkeuze
VCVA: Uit
V-Sync opnemen: Uit
Scène opnemen: Uit
Afspeelbereik / Map
Herhalen / Uit
Willekeurig / Uit
Equalizer
Ruimte oversl.:
Doorskippen: Bestand skippen
Terugskippen: Bestand skippen
*3
*1
: Uit
*1
: Uit
*2
: Uit
Microfoon aan
*1
: Uit
Starten
]
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
LCD-/geluid:
Backlight: 10 sec.
Contrast: Niveau 06
LED: Aan
Signaal: Aan
Taal(Lang): English
Gesproken help
Aan/uit: Aan
Snelheid: 3
Volume: 3
Introfunctie
Luidspreker: Aan
Apparaatmenu:
Geheugensel.: Intern geheugen
Energie besp.: 10 min.
Batterij: Ni-MH
USB-instell.:
USB verbinding: PC
USB-klasse: Storage Class
*1 Functie alleen actief in de modus
[Recorder].
*2 Functie alleen actief in modus
[Muziek].
*3 Alleen model LSP-P2
*3
:
*3
: Uit
Een opnamemedium formatteren
[Formatteren]
Door een opnamemedium te formatteren,
worden alle op het opnamemedium
opgeslagen bestanden gewist. Zorg ervoor dat
u alle belangrijke bestanden hebt overgezet
naar een computer voordat u formatteert.
Zie “Een opnamemedium formatteren
[Formatteren]“ (☞Blz.87) voor de
procedure.
Informatie van opnamemedium
controleren [Geheugeninfo]
U kunt de capaciteit en de resterende
geheugenruimte van het opnamemedium in
een menuscherm weergeven.
OPMERKING
• Een deel van de geheugencapaciteit
van opnamemedia wordt gebruikt als
beheergebied, waardoor de effectief
bruikbare capaciteit altijd iets kleiner is
dan de aangegeven capaciteit.
Informatie over de voicerecorder
controleren [Systeeminfo]
4
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
U kunt informatie over de voicerecorder
weergeven in een menuscherm.
• De volgende informatie van de
voicerecorder wordt weergegeven:
[Model], [Versie] (systeemversie) en
[Serienummer].
NL
71
De gesproken delen van bestanden met
gesproken inhoud ophalen [Spraakdetectie]
De functie haalt de gesproken delen op van een spraakbestand of een bestand dat met de
voicerecorder werd opgenomen.
OPMERKING
• De functie [Spraakdetectie] is alleen
ingeschakeld in de modus [Recorder].
• Om het gesproken gedeelte van
opgeslagen bestanden op te halen,
selecteert u vooraf een map gaande van
4
ophalen [Spraakdetectie]
[&] tot [*] in de map [Recorder].
De gesproken delen van bestanden met gesproken inhoud
1 Druk op de knop
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
2 Druk op de knop `
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
3 Druk op de knop `
4 Druk op de knop
[
Bestand kiezen
te selecteren.
[Bestand kiezen]:
Selecteer een bestand waaruit u het
gesproken gedeelte wilt ophalen.
[Met opname]:
Haal het gesproken gedeelte op
NL
tijdens de opname.
72
MENU/SCENE
OK
om de
OK
.
+
of - om
] of [
Met opname
5 Druk op de knop `OK om naar de
respectieve instelling te gaan.
Als [
Bestand kiezen
1 Druk op de knop + of – om het
gewenste bestand te selecteren
waarin u spraak wilt detecteren.
2 Druk op de knop `OK.
• De voortgang van de bewerking wordt
als percentage aangegeven op het
display.
• [Spraakdetectie voltooid] verschijnt
]
als de procedure voltooid is.
] geselecteerd is
De gesproken delen van bestanden met
gesproken inhoud ophalen [Spraakdetectie]
Als [
Met opname
1 Druk op de knop + of – om [Aan] of
[Uit] te selecteren.
[Aan]:
Haal het gesproken gedeelte op
tijdens de opname.
[Uit]:
Keert terug naar standaardopname.
2 Druk op de knop `OK.
• [Instelling vastgezet.] verschijnt als
de procedure voltooid is.
6 Druk op de knop
menuscherm te verlaten.
TIP
• Als de spraakdetectie voltooid is, is
het item [Spraakweergave] in het
[Menu Afspelen] ingesteld op [Aan]
(☞ Blz.62).
] geselecteerd is
STOP
( 4) om het
OPMERKING
• Het bericht [Geen bestand] verschijnt
als u een map selecteert waarin geen
bestand is opgeslagen. U dient een
map met een bestand te selecteren
voor u de procedure kunt uitvoeren.
• De voicerecorder kan soms nietstille delen van bestanden met
niet-gesproken woordinhoud, zoals
opgenomen muziekuitvoeringen,
nietgoed ophalen.
• De voicerecorder kan gesproken
delen soms niet goed ophalen als hun
volume laag was tijdens de opname
(niveaumeter op -12 dB of minder) of
wegens omgevingsgeluiden.
• Het ophaalproces duurt langer
naarmate het opgenomen bestand
groter is. Voor u de ophaalprocedure
start, is het aan te bevelen de batterij
op te laden of te vervangen, zodat de
batterij niet leeg is voor de procedure
voltooid is.
• Als de functie [Met opname] gebruikt
wordt, gaat de batterij sneller leeg.
• De functie [Met opname] is alleen
beschikbaar als [Rec mode] ingesteld is
op [MP3] (☞ Blz.56).
• Wanneer de functie [Met opname]
wordt gebruikt, zijn de volgende
functies niet beschikbaar:
• [VCVA ] (☞ Blz.59)
• [V-Sync. opname] (☞ Blz.60)
ophalen [Spraakdetectie]
4
De gesproken delen van bestanden met gesproken inhoud
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
4 Druk op de knop
[
Verplaatsen/kopiëren
selecteren.
5 Druk op de knop `
6 Druk op de knop
gewenste methode te selecteren
om een bestand te verplaatsen/
kopiëren.
MENU/SCENE
OK
om de
+
of - om
] te
OK
.
+
of – om de
[kopieer>geheugen]:
Kopieert een of meer bestanden
die opgeslagen zijn in het interne
geheugen of op een geplaatste
microSD-kaart naar een andere map in
het interne geheugen.
[>microSD]:
Verplaatst een of meer bestanden
die opgeslagen zijn in het interne
geheugen of op de geplaatste
microSD-kaart, naar een andere map
in de microSD-kaart.
[kopieer>microSD]:
Kopieert een of meer bestanden
die opgeslagen zijn in het interne
geheugen of op de geplaatste
microSD-kaart, naar een andere map
in de microSD-kaart.
7 Druk op de knop `OK.
8 Druk op de knop
aantal bestanden te selecteren
dat u wilt verplaatsen of kopiëren.
+
of - om het
NL
[1 bestand]:
[>geheugen]:
Verplaatst een of meer bestanden
die opgeslagen zijn in het interne
geheugen of op een geplaatste
microSD-kaart naar een andere map in
het interne geheugen.
• [Bestand is verplaatst] of [Bestand
is gekopieerd] verschijnt als de
procedure voltooid is.
TIP
• Vergrendelde bestanden (☞Blz.52)
blijven vergrendeld nadat ze zijn
verplaatst of gekopieerd.
OPMERKING
• Bestanden kunnen niet worden
gekopieerd als er onvoldoende
geheugen beschikbaar is.
• Bestanden kunnen niet worden
verplaatst of gekopieerd als er meer
dan 200 bestanden zijn.
• Om beschadiging van gegevens te
vermijden, mag u de batterij nooit
verwijderen terwijl een bestand wordt
verplaatst of gekopieerd.
• Bestanden kunnen niet binnen
dezelfde map worden verplaatst of
gekopieerd.
• Wanneer een procedure om bestanden
te verplaatsen of te kopiëren wordt
geannuleerd voor ze voltooid is, zijn de
bestanden die de procedure voltooid
hebben, verplaatst of gekopieerd,
terwijl de procedure voor de andere
bestanden wordt geannuleerd.
NL
76
Bestanden splitsen [Splitsen]
Grote bestanden of bestanden met lange opnametijden kunnen worden opgesplitst om ze
eenvoudiger te kunnen beheren en bewerken.
OPMERKING
• Alleen bestanden in MP3-indeling en
PCM-indeling die op de voicerecorder
werden opgenomen, kunnen worden
gesplitst.
1 Voor u begint te verplaatsen
of kopiëren, selecteert u eerst
de map met het bestand dat
u wilt verplaatsen of kopiëren
(☞Blz.22).
2 Druk op de knop
MENU/SCENE
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
OK
3 Druk op de knop `
om de
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
+
4 Druk op de knop
[
Splitsen
] te selecteren.
5 Druk op de knop `
6 Druk op de knop `
of – om
OK
.
OK
en speel
het te splitsen bestand af tot
het gewenste splitsingspunt
(☞Blz.36) is bereikt.
• U kunt de afspeelsnelheid
(☞Blz.41) en snel vooruit/achteruit
(☞Blz.37) wijzigen.
TIP
• Het is handig als vooraf op het
splitsingspunt een indexmarkering/
tijdelijke markering wordt geplaatst
(☞Blz.45).
7 Druk op de knop F2 op het
gewenste splitsingspunt.
8 Druk op de knop + om [
te selecteren.
9 Druk op de knop `OK.
• [Wordt gesplitst.] verschijnt op het
display en de splitsingsprocedure
wordt gestart.
[Bestand is gesplitst.] verschijnt als
de procedure voltooid is.
10
Druk op de knop
menuscherm te verlaten.
STOP
Starten
]
( 4) om het
4
Bestanden splitsen [Splitsen]
NL
77
Bestanden splitsen [Splitsen]
TIP
• Na het splitsen van een bestand
krijgt de eerste helft van het bestand
de naam “Bestandsnaam_1“ en de
tweede helft “Bestandsnaam_2“.
OPMERKING
• [Splitsen] is alleen mogelijk wanneer
de bestandslijst wordt weergegeven.
• Bestanden kunnen niet worden
4
Bestanden splitsen [Splitsen]
gesplitst als er 200 bestanden in de
map staan.
• Vergrendelde bestanden (☞Blz.52)
kunnen niet worden gesplitst.
• Sommige MP3- of PCM-bestanden
met uitzonderlijk korte opnametijden
kunnen mogelijk niet worden gesplitst.
• Om beschadiging van gegevens te
vermijden, mag u de batterij nooit
verwijderen terwijl een bestand wordt
gesplitst.
NL
78
Bestanden gedeeltelijk wissen [Deels wissen]
Delen van een bestand die u niet nodig hebt, kunt u wissen.
OPMERKING
• U kunt alleen PCM-bestanden
opgenomen met de voicerecorder
gedeeltelijk wissen.
1 Voor u begint met wissen,
selecteert u eerst de map met
het bestand dat u wilt wissen
(☞Blz.22).
2 Druk op de knop
MENU/SCENE
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
OK
3 Druk op de knop `
om de
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
+
4 Druk op de knop
wissen
] te selecteren.
5 Druk op de knop `
6 Druk op de knop `
of - om [
OK
.
OK
om het
bestand tot het gewenste
wispunt te spelen (☞Blz.36).
• U kunt de afspeelsnelheid
(☞Blz.41) en snel vooruit/achteruit
(☞Blz.37) wijzigen.
Deels
7 Druk op de knop F2 aan de
beginpositie van het gedeeltelijk
wissen.
TIP
• Het afspelen gaat door terwijl
de positie [Starten] is ingesteld
en net als bij gewoon afspelen
kunt u ook hier snel vooruit-/
achteruitspoelen evenals snel naar
de [Eind]-positie gaan.
• Wanneer het einde van het
bestand wordt bereikt terwijl de
[Eind] positie niet is ingesteld,
wordt die positie de eindpositie
van het te wissen gedeelte.
• Het is handig als vooraf
op het splitsingspunt een
indexmarkering/tijdelijke
markering wordt geplaatst
(☞Blz.45).
8 Druk nogmaals op de knop F2 op
de plaats waar u het gedeeltelijk
wissen wil beëindigen.
4
Bestanden gedeeltelijk wissen [Deels wissen]
NL
79
Bestanden gedeeltelijk wissen [Deels wissen]
9 Druk op de knop + om [
te selecteren.
10 Druk op de knop `OK.
4
Bestanden gedeeltelijk wissen [Deels wissen]
• [Gedeeltelijk wissen.] verschijnt op
het display en de wisprocedure start.
[Gedeelt. wissen voltooid] verschijnt
als de procedure voltooid is.
11
Druk op de knop
menuscherm te verlaten.
STOP
Starten
]
( 4) om het
OPMERKING
• Bestanden die zijn gewist, kunnen niet
meer worden hersteld. Let dus goed op
voor u een bestand wist.
• Beveiligde bestanden en bestanden die
ingesteld zijn als alleen-lezen kunnen
niet worden gewist (☞Blz.52).
• Voor u een map of bestand wist, dient u
de batterij op te laden of te vervangen,
zodat de batterij niet leeg is voor de
procedure voltooid is. Het wissen
kan meer dan 10 seconden in beslag
nemen. Om risico op beschadiging
van gegevens te vermijden, mag u
nooit het volgende proberen voor een
wisprocedure voltooid is:
1 De netspanningsadapter
loskoppelen
2 De batterij verwijderen
3 De microSD-kaart verwijderen
(alshet opnamemedium is
ingesteld op [microSD-kaart]).
NL
80
Een bestand bijknippen [Uitsnijden]
Een bestand kan worden bijgeknipt tot het gedeelte dat u effectief nodig heeft, waarna het
opnieuw wordt opgeslagen.
Alleen model LS-P2
OPMERKING
• U kunt alleen een PCM-bestand
bijsnijden dat werd opgenomen met
de voicerecorder.
1 Voor u begint met het bijsnijden
van het bestand, selecteert u
eerst het bestand dat u wilt
bijsnijden(☞Blz.22).
2 Druk op de knop
MENU/SCENE
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
OK
3 Druk op de knop `
om de
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
+
4 Druk op de knop
[
Uitsnijden
5 Druk op de knop `
6 Druk op de knop `
of – om
] te selecteren.
OK
.
OK
om het
bestand tot het gewenste
bijsnijdpunt af te spelen
(☞Blz.36).
• U kunt de afspeelsnelheid
(☞Blz.41) en snel vooruit/achteruit
(☞Blz.37) wijzigen.
7 Druk op de knop F2 op het punt
waar u het bijsnijden wilt starten.
TIP
• Het afspelen gaat door terwijl
de positie [Starten] is ingesteld
en net als bij gewoon afspelen
kunt u ook hier snel vooruit-/
achteruitspoelen evenals snel naar
de [Eind]-positie gaan.
• Als het einde van het bestand
wordt bereikt terwijl de positie
[Eind] niet is ingesteld, wordt die
positie de eindpositie van het bij
te snijden gedeelte.
• Het is handig als vooraf
op het splitsingspunt een
indexmarkering/tijdelijke
markering wordt geplaatst
(☞Blz.45).
8 Druk nogmaals op de knop F2 op
het punt waar u het bijknippen
wilt beëindigen.
4
Een bestand bijknippen [Uitsnijden]
NL
81
Een bestand bijknippen [Uitsnijden]
9 Druk op de knop + om [
te selecteren.
10 Druk op de knop `OK.
4
Een bestand bijknippen [Uitsnijden]
• [Uitsnijden!] verschijnt op het display
en = de bijsnijdprocedure wordt
gestart.
[Uitsnijden voltooid.] verschijnt als
de procedure voltooid is.
11
Druk op de knop
menuscherm te verlaten.
STOP
Starten
]
( 4) om het
OPMERKING
• •Alseenbestanduitzonderlijkkortis,
kan het niet worden bijgeknipt, ook al
gaat het om een PCM-bestand.
• Beveiligde bestanden en bestanden die
ingesteld zijn als alleen-lezen kunnen
niet worden bijgesneden (☞Blz.52).
• Voor u een bestand bijsnijdt, dient
ude batterij te laden of te vervangen,
zodat de batterij niet leeg is voor de
procedure voltooid is. Het bijsnijden
kan meer dan 10 seconden in beslag
nemen. Om risico op beschadiging van
gegevens te vermijden, mag unooit
het volgende proberen voor een
bijsnijdprocedure voltooid is:
1 De netspanningsadapter
loskoppelen
2 De batterij verwijderen
3 De microSD-kaart verwijderen
(alshet opnamemedium is
ingesteld op [microSD-kaart]).
NL
82
De spraakondersteuning instellen
[Gesproken help]
Deze functie geeft spraakondersteuning bij bepaalde functies van de recorder. U kunt
spraakaankondiging Aan/Uit, snelheid en volume instellen.
Alleen model LS-P2
1 Druk op de knop
MENU/SCENE
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
+
2 Druk op de knop
het tabblad [
of - om
LCD-/geluid
selecteren.
OK
3 Druk op de knop `
om de
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
+
4 Druk op de knop
[
Gesproken help
5 Druk op de knop `
6 Druk op de knop
[
Aan/Uit
], [
] te selecteren.
+
Snelheid
of – om
OK
.
of - om
] en [
te selecteren.
[Aan/Uit]:
Schakelt de gesproken help Aan/Uit.
[Snelheid]:
Stelt de snelheid van de gesproken
help in.
[Volume]:
Stelt het volume van de gesproken
help in.
] te
Volume
7 Druk op de knop `OK om naar de
respectieve instelling te gaan.
]
Wanneer [
1 Druk op de knop + of – om [Aan] of
[Aan]: De gesproken help wordt
[Uit]:
2 Druk op de knop `OK om het
Als [
1 Druk op de knop + of - om de
[Snelheid1] tot [Snelheid5]:
2 Druk op de knop `OK om het
Aan/uit
] geselecteerd is
[Uit] te selecteren.
geactiveerd.
Er wordt geen gesproken hulp
geboden.
selectiescherm te sluiten.
Snelheid
] geselecteerd is
spraaksnelheid te selecteren.
Hoe groter de waarde, hoe hoger de
snelheid.
selectiescherm te sluiten.
4
De spraakondersteuning instellen [Gesproken help]
NL
83
De spraakondersteuning instellen
[Gesproken help]
Als [
Volume
] geselecteerd is
1 Druk op de knop + of – om het
spraakvolume te selecteren.
4
De spraakondersteuning instellen [Gesproken help]
NL
84
[Volume 1] tot [Volume 5]:
Hoe groter de waarde, hoe luider de
pieptoon.
2 Druk op de knop `OK om het
selectiescherm te sluiten.
8 Druk op de knop
menuscherm te verlaten.
OPMERKING
• Tijdens het afspelen van een bestand
wordt de instelling [Snelheid] bij
[Gesproken help] uitgeschakeld.
STOP
( 4) om het
De USB-verbinding instellen [USB-instell.]
Met de instelling [PC] kunt u de voicerecorder met een computer verbinden om bestanden
over te zetten. Met de instelling [AC-adapter] kunt u de voicerecorder verbinden met een
netspanningsadapter met USB-aansluiting (model A514; optioneel) of met een pc om de
oplaadbare batterij op te laden. U kunt de instelling van de USB-klasse aanpassen aan
verschillende USB-toepassingen.
1 Druk op de knop
MENU/SCENE
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
+
2 Druk op de knop
tabblad [
Apparaatmenu
of - om het
selecteren.
OK
3 Druk op de knop `
om de
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
4
Druk op de knop
[
USB-instell.
5 Druk op de knop `
6 Druk op de knop
[
USB Connect
+
of – om
] te selecteren.
OK
.
+
of – om
] of [
USB Class
selecteren.
[USB Connect]:
Om de verbinding met een computer
in te stellen.
[USB Class]:
Om de USB-klasse in te stellen.
] te
] te
7 Druk op de knop `OK.
Als [USB Connect] is geselecteerd
☞Ga naar stap \
Als [USB Class] is geselecteerd
☞ Ga naar stap Å
TIP
• Als de voicerecorder niet door
de computer als een extern
geheugenapparaat wordt herkend,
selecteert u [Storage Class] voor
[USB Class].
• Als [AC-adapter] is geselecteerd
voor [USB Connect], wordt de
voicerecorder niet herkend als hij
aangesloten is op een computer.
4
De USB-verbinding instellen [USB-instell.]
NL
85
De USB-verbinding instellen [USB-instell.]
Als [
USB Connect
8 Druk op de knop + of – om een
instelling te selecteren.
] is geselecteerd
Als [
USB Class
] is geselecteerd
10
Druk op de knop
instelling te selecteren.
+
of – om een
4
De USB-verbinding instellen [USB-instell.]
[PC]:
Selecteer deze optie om de
voicerecorder te verbinden met een
computer. De voicerecorder wordt
als opslagapparaat of samengesteld
apparaat verbonden.
[AC-adapter]:
Selecteer deze optie om de
oplaadbare batterij vanaf een
computer op te laden, of om de
voicerecorder te verbinden met een
netspanningsadapter (model A514;
optioneel).
[Optioneel]:
Selecteer deze optie om de
verbindingsmethode te bevestigen
wanneer een USB-verbinding to stand
wordt gebracht.
9 Druk op de knop `OK en ga naar
stap Î.
NL
86
[Storage Class]:
Selecteer deze optie om de
voicerecorder door een aangesloten
computer te laten herkennen als een
extern geheugenapparaat.
[Composite]:
Selecteer deze optie om de
voicerecorder door een aangesloten
computer te laten herkennen als
een extern geheugenapparaat en de
voicerecorder als USB-luidspreker/microfoon te gebruiken.
11 Druk op de knop `OK.
12
Druk op de knop
STOP
menuscherm te verlaten.
( 4) om het
Opnamemedia formatteren [Formatteren]
Door een opnamemedium te formatteren, worden alle op het opnamemedium opgeslagen
bestanden gewist. Zorg ervoor dat u alle belangrijke bestanden hebt overgezet naar een
computer voordat u formatteert.
1 Druk op de knop
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
2 Druk op de knop
tabblad [
selecteren.
3 Druk op de knop `
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
4 Druk op de knop
[
Formatteren
5 Druk op de knop `
6 Druk op de knop
formatteren opnamemedium te
selecteren.
7 Druk op de knop `
8 Druk op de knop
te selecteren.
MENU/SCENE
+
Apparaatmenu
of - om het
OK
+
of – om
] te selecteren.
OK
+
of - om het te
OK
+
om [
om de
.
.
] te
Starten
9 Druk op de knop `OK.
10
Druk op de knop
opnieuw te selecteren.
11
Druk op de knop `OK.
]
• [Formatteren] verschijnt en het
formatteren begint.
• [Formatteren voltooid] verschijnt als
de procedure voltooid is.
TIP
• Om alle instellingen van de voicerecorder
weer op hun standaardwaarden te zetten,
gebruikt u de functie [Reset-instell.]
(☞Blz.70).
+
om [
Starten
4
Opnamemedia formatteren [Formatteren]
]
NL
87
Opnamemedia formatteren [Formatteren]
OPMERKING
• Formatteer de voicerecorder nooit
vanaf een computer.
• Door te formatteren worden alle
bestaande gegevens gewist, ook
vergrendelde bestanden en alleenlezen bestanden.
• Wanneer er een microSD-kaart in de
voicerecorder zit, dient u na te gaan of
[Intern geheugen] of [microSD-kaart]
correct geselecteerd is als het te wissen
4
Opnamemedia formatteren [Formatteren]
NL
88
opnamemedium (☞Blz.68).
• Voor u gaat formatteren, dient u de
batterij op te laden of te vervangen,
zodat de batterij niet leeg is voor de
procedure voltooid is. Het formatteren
kan soms meer dan 10 seconden
duren. Om risico op beschadiging
van gegevens te vermijden, mag u
nooit het volgende proberen voor een
formatteerprocedure voltooid is:
1 De netspanningsadapter met
USB-verbinding loskoppelen
2 De batterij verwijderen
3 De microSD-kaart verwijderen
(alshet opnamemedium is
ingesteld op [microSD-kaart])
• Zelfs wanneer wordt geformatteerd of
gewist (☞ Blz.47), wordt alleen de
informatie over het bestandsbeheer
van het interne geheugen en/of de
microSD-kaart bijgewerkt en worden
de opgenomen gegevens niet volledig
gewist.
Wanneer een microSD-kaart wordt
weggegooid, dient u de kaart te
vernietigen, de kaart te formatteren en
stilte op te nemen tot de opnametijd
verstreken is, of een gelijkaardige
bewerking uit te voeren om te
vermijden dat persoonlijke informatie
wordt gelekt.
Functie Bluetooth
Voor u de functie Bluetooth gebruikt
Alleen model LS-P2
Deze functie is compatibel met Bluetooth versie 2.1+EDR en maakt het mogelijk om de
voicerecorder te verbinden met een apparaat dat aan dezelfde standaard voldoet.
Als u een Bluetooth-oortelefoon gebruikt, kunt u de voicerecorder probleemloos gebruiken
binnen het bereik dat een signaal kan worden ontvangen zonder een lastige kabel aan te sluiten.
Aangezien het hier gaat om een draadloze verbinding, is een vlotte verbinding mogelijk, zolang
het radiosignaal de unit maar kan bereiken. Radiosignalen beschikken over een zeker bereik en
kunnen door hindernissen (hout, glas enz.) heen dringen; dus zelfs als de voicerecorder in een
andere ruimte staat, is verbinding mogelijk.
Verder kunt u, als u een speciale toepassing op uw smartphone gebruikt, de voicerecorder op
afstand bedienen (opnemen/stoppen) zolang u binnen het bereik blijft waarbinnen een signaal
kan worden ontvangen. Voor meer details verwijzen wij naar onze website.
Wat kunt u doen met de functie Bluetooth?
• U kunt Bluetooth-oortelefoons en andere apparaten
draadloos gebruiken.
• U kunt een smartphone gebruiken om de
voicerecorder te bedienen (opnemen/stoppen):*
* Om deze functie te gebruiken, moet op de
smartphone een speciale app worden geïnstalleerd.
OPMERKING
• De functie Bluetooth van de voicerecorder is ontworpen voor gebruik in de onderstaande
regio's.
Gebruik de Bluetooth-functie van het apparaat niet in andere regio´s dan de hierboven vermelde.
Gebruik de Bluetooth-functie ook alleen in het land of de regio waar de camera is gekocht.
Het gebruik van de functie kan in strijd zijn met de radiosignaalbeperkingen die voor het
betreffende land gelden. Wij aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid in verband met het
gebruik van deze technologie.
• De communicatie kan verstoord worden indien er zich verstevigde structuren, metaal of beton
tussen de voicerecorder en de smartphone bevinden.
• Gebruik de functie Bluetooth van de voicerecorder niet in een ziekenhuis of vliegtuig waar het
gebruik ervan verboden is.
• Als de voicerecorder in de buurt van een microgolfapparaat, een draadloze telefoon of een
apparaat dat werkt via de frequentieband 2,4 GHz, wordt gebruikt samen met dat respectieve
toestel, kan de communicatie verstoord worden. Bij gebruik van de voicerecorder moet u
voldoende afstand houden van dergelijke apparaten.
• Voor zover mogelijk, dient u de voicerecorder zo weinig mogelijk te gebruiken in de buurt van
5
Voor u de functie Bluetooth gebruikt
NL
90
draagbare telefoons, televisies of radio's.
• Draagbare telefoons, PHS, televisies en radio's gebruiken een andere frequentie dan de
voicerecorder, maar de elektromagnetische golven die door Bluetooth-apparaten, waaronder
ook deze voicerecorder, worden gegenereerd, kunnen voor storing zorgen in audiogeluiden
of videobeelden.
• Bij gebruik van de functie Bluetooth gaat de levensduur van de batterij snel achteruit. Daarom
raden we aan om bij het gebruik van een Bluetooth-verbinding een apart verkochte netadapter te
gebruiken.
• Er is geen garantie dat de voicerecorder met alle Bluetooth-compatibele apparaten gekoppeld kan
worden of kan functioneren.
• Wij zijn niet aansprakelijk voor elke vorm van gegevensverlies door het gebruik van de Bluetoothfunctie.
Opmerkingen m.b.t veiligheid bij gebruik van Bluetooth-apparaten
• Via een Bluetooth-verbinding wordt draadloos informatie uitgewisseld tussen een smartphone en de
voicerecorder, en zolang de radiosignalen de unit bereiken, is een vlotte verbinding mogelijk.
Maar aangezien radiosignalen door obstakels (hout, glas enz.) heen kunnen dringen, kunnen zich de
volgende problemen voordoen als er geen veiligheidsgegevens zijn ingesteld.
• Een kwaadwillige derde onderschept bewust radiosignalen om communicatiecontent te
bespioneren.
• Door ongeoorloofde inbraken wordt er persoonlijke informatie gelekt.
• Onderschepte communicatiecontent wordt herschreven en verzonden.
• Schadelijke computervirussen worden verzonden die gegevens of systemen kunnen vernietigen.
• Als u de functie Bluetooth niet gebruikt, schakel dan de verbinding uit.
• Indien er zich een niet te vermijden probleem voordoet als gevolg van de specificaties van de
Bluetooth-verbinding, kunnen we niet aansprakelijk worden gesteld voor de eventueel opgelopen
schade.
Voor u de functie Bluetooth gebruikt
Over OLYMPUS-audiocontroller BT
De OLYMPUS-audiocontroller BT-applicatie voor smartphones is vereist wanneer u de
voicerecorder op afstand wilt bedienen via uw smartphone.
De applicatie verkrijgen?
Ondersteund besturingssysteem (vanaf
maart 2015)
• Voor Android™: Android 4.0 tot 5.0
Gebruik de volgende methode om de
applicatie te bekomen.
• Er wordt een pictogram
toegevoegd aan het applicatiemenu
van uw smartphone.
Wat kan deze applicatie?
Door deze applicatie te installeren op uw
smartphone, kunt u volgende zaken doen:
Uw smartphone gebruiken om de
voicerecorder te bedienen:
Bedien de voicerecorder (opnemen,
afspelen) op afstand via de functie
Bluetooth.
OPMERKING
• Voor meer details over de applicatie
verwijzen wij naar onze webpagina.
• Wanneer u de applicatie downloadt
via een mobiele telefoonlijn zoals 3G,
dient u afhankelijk van uw specifieke
contract eventuele vergoedingen voor
pakketcommunicatie te betalen.
5
Voor u de functie Bluetooth gebruikt
NL
91
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
Een Bluetooth-apparaat verbinden
Deze functie is compatibel met Bluetooth versie 2.1+EDR, zodat u de voicerecorder kunt
verbinden met een apparaat dat dezelfde standaard ondersteunt. Een draadloze verbinding
maakt het mogelijk om een oortelefoon en andere geschikte apparaten binnen een bepaald
bereik te gebruiken.
OPMERKING
• Controleer of de batterij nog voldoende
geladen is. Vervang de batterij of laad
deze op(☞Blz.9, Blz.12).
• Controleer of de Bluetooth-indicator uit
5
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
is (☞Blz.5).
• Schakel het te verbinden apparaat
in en controleer op voldoende
batterijvermogen.
• Plaats de voicerecorder en het te
verbinden apparaat binnen 1 m van
elkaar.
TIP
• U kunt een Bluetooth-apparaat op twee
manieren verbinden.
[Koppelen]:
Gebruik deze methode om
een apparaat voor de eerste
keer te verbinden of als de
verbindingsinstellingen gewist zijn.
[Koppelen] (☞ Blz.94):
Gebruik deze methode als
u een Bluetooth-apparaat
verbindt waarvan de informatie
geregistreerdis*.
* De koppelinformatie is op beide
apparaten opgeslagen.
NL
92
Verbinden met [Koppelen]
Gebruik deze methode om een apparaat
voor de eerste keer te verbinden of als de
verbindingsinstellingen gewist zijn.
1 Ga naar de koppelmodus op het
te verbinden apparaat.
• Zie de handleiding van het
betreffende apparaat voor informatie
over de koppelmodus.
2 Druk op de knop
MENU/SCENE
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
+
3 Druk op de knop
tabblad [
Apparaatmenu
of − om het
] te
selecteren.
OK
4 Druk op de knop `
om de
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
+
5 Druk op de knop
[
Bluetooth
of – om
] te selecteren.
6 Druk op de knop `OK.
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
7 Druk op de knop + of – om
[
Koppelen
] te selecteren.
8 Druk op de knop `OK.
• Gezocht wordt naar Bluetoothapparaten die verbonden kunnen
worden.
• Het kan even duren voor het te
verbinden apparaat verschijnt.
9 Druk op de knop + of – om
het te verbinden apparaat te
selecteren.
10 Druk op de knop `OK.
• [Bezig met verbinden]
verschijnt op het display en de
verbindingsprocedure start.
[Verbinding gemaakt] verschijnt als
de procedure voltooid is.
• De Bluetooth-indicator op het scherm
licht op en u kunt het verbonden
apparaat gebruiken.
11
Druk op de knop
STOP
( 4) om het
menuscherm te verlaten.
4 Over koppelen
Het registreren van een paar apparaten
tijdens het verbinden met Bluetooth wordt
koppelen genoemd. Nadat het koppelen is
voltooid, wordt de benodigde informatie
opgeslagen op beide apparaten en kunt u
de volgende keer verbinding maken door
het apparaat in de lijst te selecteren zonder
opnieuw te moeten koppelen.
In de volgende gevallen moet het koppelen
opnieuw worden uitgevoerd.
• Als de informatie voor het koppelen met
de voicerecorder is verwijderd van het te
koppelen Bluetooth-apparaat.
• Als de functie [Reset-instell.] is uitgevoerd
om de standaard fabrieksinstellingen te
herstellen (☞ Blz.70).
• Als de koppelgegevens op een andere dan
de bovengenoemde manieren zijn gewist.
5
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
NL
93
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
Verbinden met [Verbinding]
Gebruik deze methode om de verbinding
over te zetten naar een ander Bluetoothapparaat*.
* De koppelgegevens zijn op beide
apparaten opgeslagen.
1 Ga naar de koppelmodus op het
te verbinden apparaat.
• Zie de handleiding van het
betreffende apparaat voor informatie
5
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
over de koppelmodus.
2 Druk op de knop
MENU/SCENE
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
+
3 Druk op de knop
tabblad [
Apparaatmenu
of − om het
selecteren.
4 Druk op de knop `
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
+
5 Druk op de knop
[
Bluetooth
of – om
] te selecteren.
6 Druk op de knop `
+
7 Druk op de knop
[
Koppelen
] te selecteren.
of – om
OK
OK
] te
om de
.
8 Druk op de knop `OK.
• De naam van het met de voicerecorder
verbonden Bluetooth-apparaat wordt
in de lijst weergegeven.
9 Druk op de knop + of – om
het te verbinden apparaat te
selecteren.
• Druk op de knop 9 om de naam
en het adres van het geselecteerde
Bluetooth-apparaat te bevestigen.
Druk op de knop 0 om terug te
keren naar het vorige scherm.
10 Druk op de knop`OK.
NL
94
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
• [Bezig met verbinden]
verschijnt op het display en de
verbindingsprocedure start.
[Verbinding gemaakt] verschijnt als
de procedure voltooid is.
• De Bluetooth-indicator op het scherm
licht op en u kunt het verbonden
apparaat gebruiken.
11
Druk op de knop
STOP
( 4) om het
menuscherm te verlaten.
OPMERKING
• Opnemen, afspelen en andere
handelingen zijn niet mogelijk tijdens
het koppelen.
• Slechts één Bluetooth-apparaat
kan worden verbonden door de
koppelinstellingen te verwerken. Het is
niet mogelijk om meerdere apparaten
tegelijk te koppelen. Configureer de
verbindingsinstellingen apart voor elk
apparaat.
• Als een handeling zoals de stroom
uitschakelen wordt uitgevoerd nadat
het koppelen met een Bluetoothapparaat voltooid is, wordt de
Bluetooth-verbinding verbroken.
Omde verbinding te herstellen, voert
ude handeling [Koppelen] uit.
• Als de Bluetooth-verbinding wordt
verbroken vanaf het Bluetoothapparaat, wordt de functie Bluetooth
van de voicerecorder automatisch
uitgeschakeld.
• Als de communicatie instabiel wordt
nadat de verbinding is voltooid, kan de
voicerecorder naar de status wacht op
verbinding gaan.
• Als de wachtstatus van de Bluetoothverbinding
het opnemen of afspelen, wordt het
opnemen of afspelen onderbroken.
Controleer de status van de
voicerecorder tijdens het opnemen of
afspelen.
• Als de Bluetooth-verbinding wordt
onderbro
of afspelen, wordt het opnemen of
afspelen beëindigd.
wordt geactiveerd tijdens
ken tijdens het opnemen
5
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
NL
95
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
De verbinding met een Bluetooth-apparaat verbreken
De verbinding verbreken met
[Loskoppelen]
1 Druk op de knop
terwijl de voicerecorder in de
stopstand staat.
2 Druk op de knop
5
Een Bluetooth-apparaat verbinden/loskoppelen
tabblad [
selecteren.
3 Druk op de knop `
cursor in de lijst met instelitems
te verplaatsen.
4 Druk op de knop
[
Bluetooth
5 Druk op de knop `
6 Druk op de knop
[
Loskoppelen
MENU/SCENE
+
Apparaatmenu
of − om het
OK
+
of – om
] te selecteren.
OK
+
of – om
] te selecteren.
] te
om de
.
7 Druk op de knop `OK.
• [Beëindigen Bluetooth] verschijnt
op de display, en het loskoppelproces
begint. [Bluetooth wordt beëindigd]
verschijnt als het proces is voltooid.
• De Bluetooth-indicator op het scherm
dooft.
8 Druk op de knop
menuscherm te verlaten.
STOP
( 4) om het
NL
96
Gebruik met een pc
Als u de voicerecorder met een computer verbindt kunt u het volgende doen:
• Met de voicerecorder kunt u taalinhoud
of muziekbestanden in MP3- en WAVindeling beluisteren die op uw pc zijn
opgeslagen.
• Gebruik de voicerecorder als extern
opslagmedium om gegevens naar/van
uw computer te laden of op te slaan
(☞ Blz.102).
• De oortelefoon is optioneel
Pc-gebruiksomgeving
De hier vermelde vereisten zijn de benodigde besturingsomgevingen om een USB-verbinding
te gebruiken om bestanden die met de voicerecorder werden opgenomen, op te slaan op een
computer.
Windows
Besturingssysteem: Microsoft Windows Vista/7/8/8.1/10 standaardinstallatie
PC: Windows PC met ten minste één vrije USB-poort
Macintosh
Besturingssysteem: Mac OS X 10.5 tot 10.10 standaardinstallatie
PC: Apple Macintosh series PC met ten minste één vrije USB-poort
OPMERKING
• Zelfs als aan de vereisten voor de besturingsomgeving is voldaan, worden geüpdate
versies, multiboot-omgevingen, zelf aangepaste computers en andere compatibele
machines niet gedekt door de garantie.
6
Pc-gebruiksomgeving
NL
97
Pc-gebruiksomgeving
Voorzorgsmaatregelen bij verbinding met een computer
• Wanneer een bestand wordt geüpload naar of gedownload van de voicerecorder, gaat
de gegevensoverdracht verder zolang het LED-indicatielampje van de voicerecorder
knippert, zelfs als het scherm voor gegevenscommunicatie op de computer verdwijnt.
Koppel de USB-connector nooit los voor de gegevenscommunicatie voltooid is. Gebruik
altijd de procedure op ☞Blz.101 om de USB-connector los te koppelen. De gegevens
worden mogelijk niet correct overgezet als u de connector ontkoppelt voor het station
is gestopt.
• Formatteer (initialiseer) het station van de voicerecorder niet vanaf een computer.
Alsde formattering wordt uitgevoerd vanaf een computer, zal deze niet correct worden
uitgevoerd. Gebruik het menu [Formatteren] van de voicerecorder om te formatteren
(☞Blz.87).
• Mappen of bestanden van de voicerecorder die werden verplaatst of waarvan de naam
werd gewijzigd in een scherm voor bestandsbeheer van Windows of Macintosh, kunnen
in een andere volgorde worden geplaatst of onherkenbaar worden.
• Merk op dat u nog steeds gegevens kunt lezen en schrijven op de voicerecorder nadat
6
Pc-gebruiksomgeving
het attribuut voor het station van de voicerecorder op “Alleen-lezen“ werd gezet op
eencomputer.
• Om te vermijden dat elektronische apparaten in de buurt last hebben van storingen,
dient u de externe microfoon en oortelefoon los te koppelen wanneer u de
voicerecorder verbindt met een computer.
NL
98
Pc aansluiten/loskoppelen
De voicerecorder aansluiten op een pc
1 Start de computer.
2 Schuif de schakelaar van de
USB-connector in de richting
vandepijl.
3 Nadat u hebt gecontroleerd
of de voicerecorder gestopt is,
verbindt u zijn USB-connector
met een USB-poort op de
computer.
Als u een Olympus Nikkelmetaalhydride oplaadbare batterij
gebruikt:
• Druk op de knop `OK om de batterij
te laden.
• Druk op een andere knop dan `OK
om het laden te annuleren.
• [Afstandsbediening (opslag)]
verschijnt op het display van de
voicerecorder wanneer de USBconnector wordt verbonden.
• De voicerecorder wordt niet met de
computer verbonden als [AC-adapter]
is geselecteerd voor de instelling
[USB Connect] van de voicerecorder.
Selecteer [PC] voor de instelling
[USBConnect] (☞Blz.85).
TIP
• Windows: de voicerecorder wordt
herkend en weergegeven in de map
[Mijn computer] met de modelnaam
als stationsnaam. Als er een microSDkaart in de voicerecorder zit, kan deze
als [Verwisselbare schijf] worden
gebruikt.
• Macintosh: de voicerecorder wordt
herkend en weergegeven op de
desktop met de modelnaam als
stationsnaam. Als er een microSDkaart in de voicerecorder zit, wordt
[NAAMLOOS] weergegeven.
• Voor informatie over de USB-poort
van de computer raadpleegt u
de gebruikershandleiding van de
computer.
6
Pc aansluiten/loskoppelen
NL
99
Pc aansluiten/loskoppelen
OPMERKING
• Steek de USB-aansluiting stevig en
helemaal in. Het proces verloopt niet
normaal als de verbinding niet goed tot
stand is gebracht.
• Als de voicerecorder wordt verbonden
via een hub, kan dit onstabiele werking
tot gevolg hebben. Gebruik geen USBhub als de werking niet stabiel is.
• Gebruik alleen een compatibele USBverlengkabel van Olympus. De werking
is niet gewaarborgd als een kabel van
een andere fabrikant wordt gebruikt.
Gebruik de Olympus USB-verlengkabel
alleen met de voicerecorder en gebruik
hem nooit met producten van een
6
Pc aansluiten/loskoppelen
andere fabrikant.
NL
100
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.