Olympus E-M10 Instructions for use [nl]

DIGITALE CAMERA
Gebruiksaanwijzing
Inhoudsopgave
Snelle taakindex
De camera gereedmaken en
1.
opeenvolgende handelingen
2. Fotograferen met de zoeker
3. Fotograferen met live view
4. Foto’s en films bekijken
6. Opnameopties gebruiken
7. Menufuncties
Camera aansluiten op een
8.
smartphone
De camera aansluiten op een
9.
computer en een printer
10. Batterij, batterijlader en kaart
11. Verwisselbare lenzen
Afzonderlijk verkochte toebehoren
12.
gebruiken
13. Informatie
14. VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Bedankt voor uw aankoop van een Olympus digitale camera. Lees voordat u uw nieuwe camera
gaat gebruiken deze handleiding aandachtig door om u van optimale prestaties en van een lange gebruiksduur van de camera te verzekeren. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats zodat u hem ook later nog eens kunt raadplegen.
Voordat u belangrijke opnamen gaat maken, doet u er goed aan eerst enkele proefopnamen te
maken teneinde u met de camera vertrouwd te maken.
De afbeeldingen van het scherm en de camera zijn tijdens de ontwikkeling van het toestel
vervaardigd en kunnen op kleine punten afwijken van het toestel dat u in handen hebt.
De inhoud van deze handleiding is gebaseerd op firmwareversie 1.0 voor deze camera. Als er
aanvullingen op en/of wijzigingen van functies hebben plaatsgevonden vanwege een firmware­update voor de camera, kan de inhoud af wijken. Kijk voor de meest actuele informatie op de Olympus-website.
Registreer uw product op www.olympus.eu/register-product en ontvang extra voordelen van Olympus!

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave
Snelle taakindex 6
Het uitpakken van de doos ..........8
De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen 10
Namen van onderdelen ..............10
De batterij opladen en
plaatsen .......................................12
Kaarten plaatsen en
verwijderen .................................13
Een lens op de camera
bevestigen ...................................14
Camera inschakelen...................15
Datum en tijd instellen ...............16
Een opnamemethode
selecteren ....................................17
Een opnamemethode
selecteren ....................................18
Fotograferen met de zoeker 19
Fotograferen ...............................19
Stilstaande beelden opnemen
Films opnemen .........................21
Opnamefuncties instellen ..........23
De multifunctionele knop
gebruiken ..................................23
Het superbedieningspaneel
gebruiken ..................................24
Fotograferen met live view 25
Fotograferen ...............................25
Stilstaande beelden opnemen
Films opnemen .........................26
...19
...25
Het aanraakscherm gebruiken ... 28
Een focusmethode selecteren ... 28 De draadloze LAN-functie
gebruiken ..................................28
Opnamefuncties instellen ..........29
Livegidsen gebruiken................29
Live control gebruiken ...............31
Foto's en fi lms bekijken 32
Foto's en fi lms bekijken .............32
Indexweergave/
kalenderweergave ....................32
Stilstaande beelden bekijken ....33
Films bekijken ...........................33
Volume......................................33
Beelden beveiligen ...................33
Beelden wissen ........................34
Beelden selecteren ...................34
Het aanraakscherm gebruiken
Beelden selecteren
en beveiligen ............................35
...35
Basisbewerkingen 36
Informatiedisplays tijdens het
maken van foto's ........................36
Zoekerdisplay tijdens het maken
van foto's met de zoeker ..........36
Monitorscherm bij het
fotograferen met live view.........37
Het informatiedisplay
omschakelen ............................38
De fotografeerstanden
gebruiken ....................................39
'Richten en fotograferen'
(stand P) ..................................39
Het diafragma instellen (diafragma­voorkeuzestand A)
...................40
2
NL
De sluitertijd instellen
(sluitertijdvoorkeuzestand S) ....41
Het diafragma en de sluitertijd instellen
(handmatige stand M) ..............42
Filmstand gebruiken Effecten toevoegen aan een
lm [Movie Effect] .....................44
PHOTO STORY gebruiken .......45
Opnemen met een
motiefprogramma .....................47
Kunstfi lters gebruiken ...............49
Veel gebruikte opnameopties ....50
De belichting regelen
(belichtingscorrectie) ................50
De helderheid van licht- en
schaduwpartijen wijzigen ..........50
De belichting vasthouden
(AE Lock) ..................................50
Een scherpstelkader selecteren
(AF-gebied)...............................51
Het AF-kader instellsen ............51
Gezichtsprioriteit-AF/
pupilherkenning-AF ..................52
Zoomkader-AF/zoom-AF ..........53
Kleur regelen (Color Creator) ...54 De beeldverhouding instellen ...54
Informatiedisplay tijdens de
weergave .....................................55
Informatie weergavebeeld ........55
Het informatiedisplay
omschakelen ............................55
Het informatiedisplay van de
weergave veranderen ...............56
Weergegeven beelden
bewerken ..................................57
(n) .........43
Opnameopties gebruiken 60
Camerabewegingen beperken
(beeldstabilisator) .....................60
Verwerkingsopties
(beeldeffecten) ..........................62
Kleur aanpassen (witbalans) ....63
Repeterende opnamen/de
zelfontspanner gebruiken .........65
Effecten toevoegen aan
een fi lm .....................................66
Kwaliteit van de opname
(beeldkwaliteit)..........................67
Een fl itser gebruiken
(fl itserfotografi e)........................68
Uitgangsvermogen van de fl its aanpassen (regelen van de
itssterkte) ................................70
Kiezen hoe de camera de
helderheid meet (meting)..........71
Een scherpstelstand selecteren
(AF-stand).................................72
ISO-gevoeligheid ......................73
Opties voor fi lmgeluid
(geluid opnemen met fi lms) ......73
Menufuncties 74
Basismenubewerkingen ............74
Fotografeermenu 1/
fotografeermenu 2 gebruiken .... 75
De kaart formatteren.................75
Standaardinstellingen
herstellen (Reset/Myset)...........76
Verwerkingsopties
(beeldeffecten) ..........................77
Beeldkwaliteit (K) ..................78
De zelfontspanner instellen
(j/Y) .....................................78
Variërende instellingen bij een
reeks foto's (bracketing) ...........79
HDR-fotografi e..........................81
Meerdere belichtingen opnemen in één beeld (meervoudige
belichting) .................................82
Automatisch opnamen maken met vaste intervallen (time
lapse-fotograferen) ...................83
Flitserfotografi e met draadloze
afstandsbediening ....................84
Digitale zoom (digitale
teleconverter)............................84
Inhoudsopgave
3
NL
Het weergavemenu gebruiken
Geroteerde beelden
weergeven (R) .......................85
Inhoudsopgave
Foto's bewerken .......................85
Alle beveiligingen annuleren.....87
Het instelmenu gebruiken .........88
X (Datum/tijd instellen) ............88
W (Taal voor de monitor
wijzigen)....................................88
i (Helderheid van de monitor
aanpassen) ...............................88
Rec View ..................................88
Wi-Fi Settings ...........................88
c Menu Display .......................88
Firmware...................................88
De custom-menu's gebruiken ...89
R AF/MF ..................................89
S Button/Dial ...........................90
T Release/j .........................90
U Disp/8/PC ..........................91
V Exp/p/ISO ..........................92
W # Custom ............................93
X K/Color/WB .......................94
Y Record/Erase .......................95
Z Movie ...................................96
b Built-In EVF ..........................96
k
K Utility ..............................97
AEL/AFL ...................................97
MF Assist ..................................98
Button Function ........................99
Camerabeelden weergeven
op een televisie.......................101
De weergave van de
bedieningspanelen kiezen ......103
Informatieschermen
toevoegen ...............................105
Sluitertijden als de fl its
automatisch ontsteekt.............106
...85
Camera aansluiten op een smartphone 107
Uw camera instellen voor draadloze LAN-verbinding
(Wi-Fi-instellingen) ...................107
Beelden selecteren die u wilt
delen (Share Order) ..................108
Aansluiten op een
smartphone ...............................109
De camera bedienen via uw
smartphone ............................... 110
Positiegegevens aan beelden
toevoegen .................................110
De tijd en datum op uw camera met uw smartphone
synchroniseren ....................... 110
Positiegegevens van de smartphone aan beelden
toevoegen ...............................110
De camera aansluiten op een computer en een printer 111
OLYMPUS Viewer 3
installeren ................................. 111
Foto's naar een computer kopiëren zonder
OLYMPUS Viewer 3 ..................113
Direct printen (PictBridge) ....... 114
Eenvoudig printen...................114
Printen volgens de specifi catie
van de klant ............................115
Printreservering (DPOF) ..........116
Een printorder maken ............. 116
Alle of geselecteerde foto's uit
het printorder verwijderen .......117
4
NL
Batterij, batterijlader en kaart 118
Batterij en oplader ....................118
Uw oplader in het buitenland
gebruiken .................................. 118
Toepasbare
geheugenkaarten ...................... 119
Beeldkwaliteit en bestandsgrootte/het aantal foto's dat kan
worden opgeslagen .................. 120
Verwisselbare lenzen 121
M.ZUIKO DIGITAL
lensspecifi caties .....................121
Afzonderlijk verkochte toebehoren gebruiken 125
Externe fl itsers die werd ontworpen voor gebruik met
deze camera ..............................125
Flitserfotografi e met draadloze
afstandsbediening ..................125
Andere externe fl itsers ............127
Belangrijkste accessoires .......128
Systeemoverzicht .....................130
Menulijst ....................................138
Specifi caties .............................144
VEILIGHEIDS­MAATREGELEN 147
VEILIGHEIDS-
MAATREGELEN ........................147
Index 157
Inhoudsopgave
Informatie 132
Fotografeertips
en -informatie ............................ 132
Foutcodes .................................134
De camera schoonmaken en
opbergen ...................................136
Reinigen van de camera.........136
Opslag ....................................136
Reinigen en controleren van
het beeldopneemelement .......136
Pixel Mapping – Controleren van de beeldbewerkingsfuncties ...137
NL
5

Snelle taakindex

Snelle taakindex
Fotograferen
Foto's maken met automatische instellingen
Eenvoudige fotografi e met speciale effecten
Een breedte-hoogteverhouding kiezen Instellingen snel aanpassen aan het
motief Eenvoudig professioneel fotograferen
De helderheid van een foto aanpassen
Foto's maken met een onscherpe achtergrond
Foto's maken die het bewegende onderwerp stoppen of een gevoel van beweging geven
Foto's maken met de juiste kleur
Foto's verwerken overeenkomstig het onderwerp/Monotint-foto's maken
Wanneer de camera niet kan scherpstellen op uw onderwerp/ scherpstellen op één gebied
Scherpstellen op een klein punt in het beeld/scherpstelling controleren voor het fotograferen
Foto's opnieuw kadreren na het scherpstellen
De pieptoon uitschakelen
Foto's maken zonder fl itser
Camerabewegingen beperken
Foto's maken van een onderwerp met tegenlicht
Vuurwerk fotograferen
Beeldruis verminderen (marmering)
g
iAUTO (A)
Kunstfi lter (ART)49
Aspect ratio 54
Motiefprogramma (SCN)47
Live Guide 29
Belichtingscorrectie 50 Live Guide 29
Diafragmavoorkeuze 40 Live Guide 29
Sluitertijdvoorkeuze 41
Witbalans 63 Witbalans met één knop 64 Picture Mode 62 Kunstfi lter (ART)49 Het aanraakscherm
gebruiken AF-veld 51 Zoomkader-AF/zoom-AF 53
Zoomkader-AF/zoom-AF 53
C-AF+TR (AF Tracking) 72
8 (Piepgeluid)
ISO/DIS-modus 73/47 Image Stabilizer 60
Anti-Shock z Zelfontspanner 65 Afstandsbedieningskabel 128 Gebruik van de fl itser 68 Gradatie (Fotomodus) 77 Bulb-/tijdfotografi e42 Live composietfotografi e42 Motiefprogramma (SCN)47
Noise Reduct. 92
17
28
92
93
6
NL
Foto's maken zonder te witte wittinten of te donkere zwarttinten
De monitor optimaliseren/ de monitorschakering aanpassen
Ingesteld effect controleren voor u een foto maakt
De horizontale of verticale afbeeldingsrichting controleren voor opname
Fotograferen met doelbewuste compositie
Inzoomen op foto's om de scherpstelling te controleren
Zelfportretten
Repeterende opnamen
Gebruiksduur van de batterijen verlengen Het aantal foto's dat gemaakt kan
worden, verhogen
Gradatie (Fotomodus) 77 Histogram/
Belichtingscorrectie Lichte/donkere delen 50 Helderheid van monitor
aanpassen Live View Boost 91 Preview-functie 99 Test Picture 99
Level gauge 38
Displayed Grid 91
Autoq (Rec View)
Zelfontspanner 65
Repeterende opnamen 65
Sleep 92
Beeldkwaliteit 67
38/50
88
88
Snelle taakindex
Weergave/herwerken
Beelden bekijken op een televisie
Diashows met achtergrondmuziek bekijken
Schaduwpartijen lichter maken
Rode ogen verhelpen
Eenvoudig printen
Commerciële prints Makkelijk beelden delen/
Aansluiten op een smartphone/ De draadloze LAN-functie van de camera gebruiken
HDMI/Video uit 91 Weergave op een televisie 101
Diashow 59
Shadow Adj (JPEG Edit) 86
Redeye Fix (JPEG Edit) 86
Direct printen 114
Een printorder maken 116
Camera aansluiten op een smartphone
Camera-instellingen
Standaardinstellingen herstellen Reset 76
Instellingen opslaan
Taal voor de monitor wijzigen
Myset 76
W
g
107
g
88
7
NL
Indicaties die in deze handleiding gebruikt worden
In deze handleiding worden overal de volgende symbolen toegepast.
Belangrijke informatie over factoren die tot storingen of

Het uitpakken van de doos

Let op
#
Opmerkingen
$
Tips
%
g
problemen bij de bediening kunnen leiden. Daaronder ook waarschuwingen voor handelingen die u absoluut dient te voorkomen.
Aandachtspunten bij het gebruik van de camera. Handige informatie en tips voor een optimaal gebruik van
uw camera.
Verwijzingen naar pagina's met details of relevante informatie.
Het uitpakken van de doos
Bij de camera worden de volgende onderdelen meegeleverd. Als er een onderdeel ontbreekt of beschadigd is, neemt u contact op met de verkoper waarvan u de camera hebt gekocht.
Camera Beschermkap van
• Cd-rom met computersoftware
• Gebruiksaanwijzing
• Garantiekaart
8
NL
de camera
Lithium-ionbatterij
BLS-5
Camerariem USB-kabel
Lithium-ionoplader
BCS-5
CB-USB6
Camerariem bevestigen
Om te helpen voorkomen dat de camera valt, moet u de riem bevestigen zoals hieronder aangegeven.
Maak het uiteinde van de riem los en zorg dat hij losser komt te zitten in
1
de gesp.
Het uitpakken van de doos
Breng de camerariem aan in de richting van de pijlen.
2
2
1
4
Trek de camerariem tot slot strak om er zeker van te zijn dat deze
3
goed vastzit.
3
5
• Maak het andere uiteinde van de camerariem op dezelfde manier vast aan het andere bevestigingsoog.
NL
9
1

De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen

1

Namen van onderdelen

De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen
1 Achterste regelaar* (o)
....................Blz. 23, 39 – 42, 54, 63, 105
2 Ontspanknop ...............................Blz. 20
3 R-knop ( lm)/
H-knop ......................Blz. 21, 99/Blz. 34
4 Fn2-knop...............................Blz. 23, 50
5 Oogje voor de riem ........................Blz. 9
6 Voorste regelaar* (r) ....Blz. 32, 39 – 42
7 Markering voor de
lenskoppeling ...............................Blz. 14
* In deze handleiding geven de pictogrammen r en o bewerkingen aan die met de
voorste regelaar en achterste regelaar worden uitgevoerd.
$ Opmerkingen
• De illustraties en toelichtingen in deze handleiding vermelden telkens de Engelse menuweergave. U kunt de taal van de menuweergave voor deze camera zelf kiezen. Meer informatie vindt u in “Taal voor de monitor wijzigen“ (Blz. 88).
1 2
3 4
5 6
7
8
8 Lensvatting (Verwijder de beschermkap
voor de lens wordt bevestigd.)
9 Stereomicrofoon ..............Blz. 58, 73, 87
0 Interne itser ................................Blz. 68
a Functieknop .................................Blz. 17
b Zelfontspanner-LED/AF-verlichting
.........................................Blz. 65/Blz. 90
c Lensontgrendelingsknop .............Blz. 14
d Lensvergrendelingspen
9 0
a
b 5
c
d
10
NL
1
2
3
4
5
6
7
8 9 0
a b
c d
e f
g
1
De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen
h
m
i
l
n
j
k
1 Zoeker .............................Blz. 18, 19, 36
2 Flitserschakelaar..........................Blz. 68
3 Dioptrieregelaar ...........................Blz. 19
4 Monitor (aanraakscherm)
............................ Blz. 15, 28, 35, 37, 55
5 Oogsensor
6 Oogkapje ...................................Blz. 128
7 Flitsschoen.................................Blz. 125
8 u (LV)-knop .............................Blz. 18
9 Fn1-knop.....................................Blz. 51
0 q-knop (weergave) ..............Blz. 32, 56
a Luidspreker
b MENU-knop ................................Blz. 74
* In deze handleiding geven de pictogrammen FGHI bewerkingen aan die met
de pendelknop worden uitgevoerd.
c INFO-knop ............................Blz. 38, 55
d Q-knop .................................Blz. 31, 74
e Pendelknop* ................................Blz. 32
f ON/OFF-hendel ..........................Blz. 15
g D-knop (wissen) ..........................Blz. 34
h Statiefaansluiting
i Kaartsleuf.....................................Blz. 13
j Klepje van het batterij-/
kaartcompartiment .......................Blz. 12
k Vergrendelknop van het batterij-/
kaartcompartiment .......................Blz. 12
l Connectorkap
m Multiconnector ........... Blz. 101, 111, 114
n HDMI-connector (type D) ...........Blz. 101
NL
11

De batterij opladen en plaatsen

Batterij opladen.
1
1
De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen
Indicator voor laadtoestand
BCS-5
Bezig met opladen
Opladen voltooid
Oplaadfout
(Laadtijd: tot ca. 3 uur 30 minuten)
Licht oranje op
Uit
Knippert
oranje
# Let op
• Koppel de oplader los wanneer de batterij volledig is opgeladen.
De batterij plaatsen.
2
Richtingsteken
De batterij verwijderen
Schakel de camera uit voor u het klepje van het batterij-/ kaartcompartiment opent of sluit. Om de batterij te verwijderen, duwt u eerst de batterijvergrendelknop in de richting van de pijl, waarna u de batterij kunt uitnemen.
Indicator voor laadtoestand
3
Lithium­ionoplader
1
Lichtnetkabel
Richtingsteken (S)
Lithium-ionbatterij
Stopcontact
Klepje van het batterij-/ kaartcompartiment
3
Vergrendelknop van het batterij-/ kaartcompartiment
2
2
1
# Let op
• Neem contact op met een geautoriseerde distributeur of servicedienst als u de batterij niet kunt verwijderen. Gebruik geen geweld.
$ Opmerkingen
• Wij raden u aan een reservebatterij bij de hand te houden voor als u langer door wilt gaan met fotograferen en de gebruikte batterij leeg raakt.
• Lees ook “Batterij, batterijlader en kaart“ (Blz. 118).
12
NL

Kaarten plaatsen en verwijderen

De kaart plaatsen.
1
• Open het klepje van het batterij-/ kaartcompartiment.
• Schuif de kaart zover in de kaartsleuf totdat deze op zijn plaats vastklikt. g “Toepasbare geheugenkaarten“ (Blz. 119)
# Let op
• Schakel de camera uit vóór u de batterij of de kaart plaatst of verwijdert.
Het klepje van het batterij-/
2
kaartcompartiment sluiten.
1
# Let op
• Zorg ervoor dat het klepje van het batterij-/kaartcompartiment gesloten is voordat u de camera gebruikt.
Geheugenkaart verwijderen
Druk zachtjes op de geplaatste kaart en het springt eruit. Neem de kaart eruit.
# Let op
• Verwijder de batterij of de kaart niet terwijl de schrijfaanduiding (Blz. 37) wordt weergegeven.
1
De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen
2
Eye-Fi-kaartjes
Lees “Toepasbare geheugenkaarten“ (Blz. 119) vóór gebruik.
NL
13

Een lens op de camera bevestigen

Een lens op de camera bevestigen.
1
1
De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen
1
1
Achterkap van de lens
• Houd de rode koppelingsmarkering op de lens tegenover de rode markering op de camera en plaats de lens in het camerahuis.
• Draai de lens in de richting van de pijl tot u een klik hoort.
2
2
# Let op
• Controleer of de camera uitgeschakeld is.
• Druk de lensontgrendelknop niet in.
• Raak geen inwendige onderdelen van de camera aan.
Verwijder het lenskapje.
2
1
2
Lenzen met een ONTGRENDEL-schakelaar gebruiken
Intrekbare lenzen met een ONTGRENDEL­schakelaar kunnen niet worden gebruikt wanneer deze ingetrokken zijn. Draai de zoomring in de richting van de pijl (1) om de lens naar buiten te laten komen (2). Om de lens op te bergen, draait u de zoomring in de richting van de pijl (4) terwijl u de ONTGRENDEL­schakelaar (3) verschuift.
De lens uit de camera verwijderen
Terwijl u de lensontgrendelknop ingedrukt houdt, draait u de lens in de richting van de pijl.
2
1
4
Lensontgrendelknop
1
3
Verwisselbare lenzen
Lees “Verwisselbare lenzen“ (Blz. 121).
14
NL
2
1

Camera inschakelen

Beweeg de ON/OFF-hendel naar de positie ON om de camera in te
1
schakelen.
• Wanneer de camera is ingeschakeld, wordt de monitor ingeschakeld.
• Om de camera uit te schakelen, duwt u de hendel naar beneden.
ON/OFF-hendel
Monitor
Batterijniveau
Wi-Fi
Y/M/D
ISO
WB
AUTO
AUTO
AUTO
250250 F5.6
De monitor gebruiken
RR
i
4:3
; (groen): de camera is klaar om opnames
te maken.
: (groen): batterij bijna leeg ] (knippert rood): laad de batterij op.
NORM
01:02:0301:02:03
10231023
1
De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen
1
2
U kunt de hoek van de monitor aanpassen.
Camera in sluimerstand
Als ongeveer een minuut lang geen bediening plaatsvindt, schakelt de camera naar de 'sluimerstand' (stand-by) om de monitor uit te schakelen en alle acties te annuleren. De camera wordt weer geactiveerd zodra u een van de knoppen indrukt (ontspanknop, q-knop, enz.). De camera schakelt automatisch uit als deze gedurende 4 uur in de sluimerstand heeft gestaan. Zet de camera opnieuw aan voor u hem gebruikt.
NL
15

Datum en tijd instellen

Informatie over datum en tijd worden samen met de beelden opgeslagen op de kaart. De bestandsnaam is ook inbegrepen bij de informatie over datum en tijd. Zorg ervoor dat u de juiste datum en tijd instelt voor u de camera gebruikt.
1
De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen
De menu's weergeven.
1
• Druk op de MENU-knop om de menu's weer te geven.
Card Setup
1
Reset/Myset
2
Picture Mode
MENU-knop
Selecteer [X] op het tabblad [d]
2
(instellingen).
• Selecteer met FG op de pendelknop de optie [d] en druk daarna op I.
• Selecteer [X] en druk op I.
De datum en tijd instellen.
3
• Gebruik HI om items te selecteren.
• Gebruik FG om het geselecteerde item te wijzigen.
• Gebruik FG om de datumindeling te selecteren.
Sla de instellingen op en verlaat het menu.
4
Tabblad [d]
D
Image Aspect Digital Tele-converter Off
Back
1
W
2
Rec View Wi-Fi Settings
c
Menu Display
Firmware
Back
YMD Time
2014
Cancel
De tijd wordt weergegeven in 24-uursindeling.
• Druk op Q om de cameraklok in te stellen en terug te keren naar het hoofdmenu.
• Druk op de MENU-knop om de menu's te verlaten.
Shooting Menu 1
Setup Menu
X
’--.--.-- --:--X
English ±0 k±0
j
Y/M/D
h
4:3
Set
0.5sec
On
Set
16
NL

Een opnamemethode selecteren

Gebruik de functieknop om de opnamestand te selecteren.
Een volautomatische stand waarbij de camera automatisch de instellingen optimaliseert voor de huidige scène. De camera doet al het werk, wat handig
A
is voor beginners. Het diafragma en de sluitertijd worden automatisch aangepast om de optimale
P
resultaten te verkrijgen. U regelt het diafragma. U kunt achtergronddetails scherper of waziger instellen.
A
U regelt de sluitertijd. U kunt de beweging van bewegende onderwerpen
S
uitdrukkelijker maken, of ze 'bevriezen' zonder bewegingsonscherpte. U regelt het diafragma en de sluitertijd. U kunt foto's maken met lange sluitertijden
M
bij vuurwerk of in andere situaties met weinig licht. Maak fi lms met behulp van sluitertijd- en diafragma-effecten en speciale
n
lmeffecten. U kunt een PHOTO STORY vastleggen. Leg beelden vast terwijl het type
J
PHOTO STORY is geselecteerd.
SCN
Selecteer een scène volgens het onderwerp.
ART
Selecteer een kunstfi lter.
Probeer eerst foto's te maken in de stand Volautomatisch.
Stel de functieknop in op A.
1
van de stand
IndicatorPictogram
1
De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen
Monitor
Wi-Fi
2014.01.01
ISO­gevoelig­heid
ISO
AUTO
AUTO
250250 F5.6
Sluitertijd Diafragma-
WB
AUTO
4:3
waarde
RR
Beschikbare opnametijd
NORM
i
01:02:0301:02:03
10231023
Aantal stilstaande beelden dat kan worden opgeslagen
NL
17

Een opnamemethode selecteren

Bij deze camera kunt u kiezen uit twee opnamemethodes: Fotograferen met de zoeker en fotograferen met de functie live view op het scherm. Druk op de u-knop om
1
tussen de opnamemethodes te wisselen. Bovendien kunt u verschillende opnamefuncties instellen met het superbedieningspaneel,
De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen
live control en het LV-superbedieningspaneel, naargelang van de opnamemethode.
Fotograferen met de zoeker
 Monitor
Gaat branden wanneer u uw oog weg van de zoeker beweegt.
Wi-Fi
2014.01.01
ISO
AUTO
AUTO
250250 F5.6
RR
WB AUTO
NORM
i
4:3
01:02:0301:02:03
10231023
Superbedieningspaneel
Q
Cursor
Recommended ISO
ISO
WB
AUTO
AUTO
AUTO
250250 F5.6
Wanneer u bij het instellen van de opnamefuncties op de knop Q drukt, verschijnt er een cursor op het superbedieningspaneel. Raak de functie aan die u wilt instellen.
NORM
i
4:3
01:02:0301:02:03
10231023
u-knop
 Zoeker
Wordt automatisch ingeschakeld wanneer u de zoeker naar uw oog brengt. Wanneer de zoeker brandt, schakelt de monitor uit.
01:02:03
ISO-A
ISO-A
250F5.6 0.00.0
ee
200
200
1023
Q
S-IS AUTOS-IS AUTO
WB
WBWBWB
AUTO
AUTOAUTOAUTO
4:3
L
N
FullHD
WB Auto
AUTOAUTO
AUTOAUTO
Als u op de knop Q drukt terwijl de zoeker brandt, wordt live control in de zoeker weergegeven. (In de stand A wordt een livegids getoond.)
F
Fotograferen met live view
 Monitor
Wi-Fi
ISO-A
200
250250 F5.6
S-IS AUTOS-IS AUTO
j
L
N
FullHD
F
01:02:0301:02:03
0.00.0
3838
Monitor live view
Q
S-IS AUTOS-IS AUTO
WB
WBWBWB
WB
WBWBWB
AUTO
AUTOAUTOAUTO
AUTO
AUTOAUTOAUTO
4:3
L
N
WB Auto
AUTOAUTO
AUTOAUTO
P
Wanneer u bij het instellen van de opnamefuncties op de knop Q drukt, wordt live control weergegeven en kunt u een functie selecteren door aan de achterste regelaar te draaien.
FullHD
F
WB
ISO
WB
AUTO
AUTO
AUTO
18
250250 F5.6
NL
NORM
i
4:3
01:02:0301:02:03
10231023
2

Fotograferen met de zoeker

Fotograferen

De zoeker wordt automatisch ingeschakeld wanneer u de zoeker naar uw oog brengt. Wanneer de zoeker ingeschakeld is, schakelt de monitor uit. Bij het fotograferen met de zoeker verschijnt het superbedieningspaneel (Blz. 24) op de monitor van de camera zodra u uw oog weg van de zoeker beweegt. Door te drukken op de knop u, schakelt u tussen Live View en het superbedieningspaneel.
u-knop
AUTO
RR
WB
NORM
i
4:3
01:02:0301:02:03
10231023
Zoeker
Als de display in de zoeker er wazig uitziet
Kijk door de zoeker en draai de dioptrieregelaar tot de weergave is scherpgesteld.
Stilstaande beelden opnemen
Installeer de camera en bepaal de compositie.
1
• De zoeker wordt ingeschakeld en de monitor schakelt automatisch uit wanneer u uw oog tegen de zoeker houdt.
• Zorg ervoor dat uw vingers of de camerariem niet in de weg zitten van de lens of de AF-verlichting.
Wi-Fi
2014.01.01
ISO
AUTO
AUTO
250250 F5.6
Superbedieningspaneel
Horizontale stand Verticale stand
2
Fotograferen met de zoeker
NL
19
Druk de ontspanknop zacht in tot de eerste positie om scherp te stellen.
2
(half indrukken)
• Het AF-bevestigingsteken (() wordt weergegeven en een groen kader (AF-kader)
verschijnt op de scherpstellingslocatie.
2
Fotograferen met de zoeker
• De door de camera automatisch gekozen combinatie van ISO-gevoeligheid, sluitertijd en diafragmawaarde verschijnt.
• Als het AF-teken knippert, is het onderwerp niet scherpgesteld. (Blz. 132)
Druk opnieuw op de ontspanknop om een foto te maken. (helemaal
3
indrukken)
• Het sluitergeluid klinkt en de foto wordt gemaakt.
• Het opgenomen beeld verschijnt op de monitor.
De ontspanknop half en helemaal indrukken
De ontspanknop heeft twee posities. De ontspanknop licht indrukken tot aan de eerste positie en deze daar vasthouden heet 'de ontspanknop half indrukken'; de ontspanknop volledig indrukken tot aan de tweede positie heet 'de ontspanknop helemaal indrukken'.
Druk de ontspanknop half in.
AF-bevestigingsteken
Half indrukken
250 F5.6
Diafragmawaarde
Sluitertijd
Helemaal indrukken
Autofocusveld
ee
28
mm
01:02:03
ISO-A
ISO-A
200
200
1023
# Let op
• U kunt de weergavestijl van de zoeker veranderen. In deze handleiding wordt [Style 1] gebruikt. g [Built-in EVF Style] (Blz. 96)
• Als de hoek van de monitor niet is veranderd, gaat de zoeker niet automatisch branden.
• Als u de u-knop indrukt en vasthoudt, verschijnt er een menu waarin u de instellingen kunt veranderen om de zoeker automatisch te laten oplichten. g [EVF Auto Switch] (Blz. 96)
20
NL
Films opnemen
U kunt fi lms opnemen in alle opnamemodi behalve J (PHOTO STORY). Probeer eerst in de stand Volautomatisch op te nemen.
Stel de functieknop in op A.
1
Druk op de knop R om de opname te
2
starten.
R-knop
• De gemaakte foto wordt op de monitor getoond.
• Als u door de zoeker kijkt, wordt het gemaakte beeld getoond.
• U kunt de focuspositie wijzigen door het scherm tijdens de opname aan te raken (Blz. 28).
Druk opnieuw op de knop R om de
3
opname te stoppen.
RR
28
mm
• Wanneer de opname voltooid is, verschijnt het superbedieningspaneel op de monitor.
ISO-A
ISO-A
ee
200
200
00:02:1800:02:18
Weergegeven tijdens de opname
Opnametijd
# Let op
• Bij gebruik van een camera met een CMOS-beeldsensor kunnen bewegende beelden vervormd worden weergegeven door het rollende sluiter-effect. Dit is een natuurkundig fenomeen waarbij de gefi lmde beelden vervormd worden bij het fi lmen van een snel bewegend onderwerp of door de bewegingen van de camera. Dit fenomeen valt vooral op bij een grote brandpuntsafstand.
• Als de camera gedurende een lange periode wordt gebruikt, zal de temperatuur van het beeldopneemelement toenemen en kan er ruis en gekleurde beeldwaas verschijnen in beelden. Schakel de camera gedurende een korte periode uit. Ruis en gekleurde beeldwaas kunnen zich ook voordoen bij beelden die werden opgenomen met een hoge ISO-gevoeligheid. Als de temperatuur blijft toenemen, wordt de camera automatisch uitgeschakeld.
• Wanneer u een Four Thirds systeemlens gebruikt, werkt de AF niet terwijl u fi lms opneemt.
• De knop R kan in de volgende situaties niet worden gebruikt om fi lms op te nemen:
Meervoudige belichting (fotograferen stopt ook)/ontspanknop half ingedrukt/tijdens bulb-, tijd- of composietopnamen/repeterende opnamen/Panorama/opnemen in SCN-stand (e-portret, hand-held, starlight, 3D)/opnamen maken binnen een tijdsbestek
2
Fotograferen met de zoeker
NL
21
Foto's maken tijdens het opnemen van lms
• Druk tijdens de fi lmopname op de ontspanknop om een foto te maken terwijl de opname
verder loopt (stand 1). Druk op de knop R om de opname te stoppen. De fi lm- en fotobestanden worden afzonderlijk op de geheugenkaart opgenomen. De opnamestand voor de foto's is XN (16:9).
• Er bestaat ook een manier om een foto van betere kwaliteit op te nemen (stand 2). In stand 2 worden de fi lmbeelden van vóór en na de foto opgenomen in afzonderlijke
2
Fotograferen met de zoeker
bestanden. g [Movie+Photo Mode] (Blz. 96)
# Let op
• In stand 2 en in bepaalde opnamestanden kunnen tijdens de fi lmopname alleen enkele beelden als foto worden vastgelegd Andere opnamefuncties kunnen ook beperkt zijn.
• De autofocus en meting die worden gebruikt in de fi lmstand kunnen verschillen van deze die worden gebruikt voor het nemen van foto's.
• Als de fi lm wordt opgenomen in de stand Motion JPEG (H of I), wordt de camera ingesteld op stand 2.
22
NL

Opnamefuncties instellen

De multifunctionele knop gebruiken
Wanneer u foto's in de zoeker kadreert, kunt u instellingen snel aanpassen met de multifunctionele knop. In de standaardinstellingen is knop Fn2 de rol van multifunctionele knop toebedeeld.
Een functie kiezen
Houd de Fn2-knop ingedrukt en draai de regelaar.
1
• De menu's worden weergegeven. g [Multi Function Settings] (Blz. 92)
Blijf aan de regelaar draaien om de gewenste functie te kiezen.
2
• Laat de knop los wanneer de gewenste functie is geselecteerd.
Multifunctionele opties gebruiken
Druk op de Fn2-knop. Er verschijnt een dialoogvenster om opties te selecteren.
Handelingen en schermen wanneer de functie [a] is toegewezen aan de Fn2-knop
Houd Q/Fn2
Fn2
Fn2
ingedrukt
2
Fotograferen met de zoeker
250F5.6
200
200
1023
250F5.6
01:02:03
ISO-A
ISO-A
ee
Zoomkader-AFOpnamescherm
Optieschermen voor andere functies
HI LIGHT
SHADOW
01:02:03
ISO-A
ISO-A
ee
250F5.6 0.00.0
200
200
Opties voor lichte en
schaduwpartijen
1023
Opties voor Color
Creator
Functie
b (Lichte en schaduwpartijen) (Blz. 50) c (Color Creator) (Blz. 54) e (ISO-gevoeligheid/witbalans) (Blz. 63, 73) f (Witbalans/ISO-gevoeligheid) (Blz. 63, 73)
a (Zoomkader-AF/zoom-AF) (Blz. 53)
d (Beeldverhouding) (Blz. 54)
01:02:03
ISO-A
ISO-A
ee
200
200
1023
250F5.6
ee
Zoom-AF
AUTOAUTO
AUTOAUTO
LOWLOW
250250 320320 400400 500500
200200
250 F5.6 0.0
Recommend
WBࠝ࡯࠻
WB Auto
AUTOAUTO
AUTOAUTO
P
Opties voor ISO-
gevoeligheid/witbalans
Voorste regelaar
Opties voor breedte-
hoogteverhouding
Achterste regelaar
(r)
Controle licht Controle donker
Kleurschakering Verzadiging
ISO-gevoeligheid WB-stand
WB-stand ISO-gevoeligheid
Zoomkader-AF: belichtingscorrectie
Zoom-AF: in- of uitzoomen
Een optie selecteren
ISO-A
ISO-A
200
200
01:02:03
1023
4:3
(o)
NL
23
Het superbedieningspaneel gebruiken
Wanneer u met de zoeker fotografeert, wordt het superbedieningspaneel op de monitor weergegeven. Stel uw hoofdopnamefuncties in via het superbedieningspaneel.
Display superbedieningspaneel
RR
i
4:3
+
2.0+2.0
a
6
7 8
NORM
9
01:02:0301:02:03
10231023
0cdfe b
2
Fotograferen met de zoeker
1
2
3
4 5
Wi-Fi
Recommended ISO
ISO
WB
AUTO
AUTO
AUTO
250250 F5.6
Instellingen die kunnen worden aangepast met behulp van het superbedieningspaneel
1 Momenteel geselecteerde optie/datum
2 ISO-gevoeligheid .........................Blz. 73
3 Flitserfunctie ................................Blz. 68
4 Flitssterkteregelaar ......................Blz. 70
5 Repeterende opnamen/
zelfontspanner .............................Blz. 65
6 Witbalans .....................................Blz. 63
Witbalanscorrectie
7 Beeldeffecten ...............................Blz. 62
8 Scherpte N .................................Blz. 77
Contrast J ..................................Blz. 77
Kleurintensiteit T .......................Blz. 77
Gradatie z..................................Blz. 77
Z&W-fi lter x................................Blz. 77
Fototint y ...................................Blz. 78
9 Kleurruimte ..................................Blz. 94
0 Knopfunctietoewijzing ............Blz. 90, 99
a Gezichtsprioriteit ..........................Blz. 52
b Lichtmeetstand ............................Blz. 71
c Breedte-hoogteverhouding ..........Blz. 54
d Beeldkwaliteit ...............................Blz. 67
e Autofocusstand ............................Blz. 72
Autofocusveld ..............................Blz. 51
f Beeldstabilisator ..........................Blz. 60
# Let op
• Niet weergegeven in de standen SCN, J of n.
Druk op de knop Q.
1
Cursor
• De cursor verschijnt. U kunt ook tweemaal tikken (tweemaal snel na elkaar aanraken) om de cursor weer te geven.
Raak de functie aan die u wilt instellen.
2
Recommended ISO
ISO
AUTO
AUTO
• De cursor wordt op de aangeraakte functie weergegeven.
Draai aan de voorste regelaar en selecteer een
3
instelwaarde.
250250 F5.6
$ Opmerkingen
• U kunt menu's voor alle functies weergeven door een functie te selecteren en op Q te
drukken.
AUTO
WB
NORM
i
4:3
01:02:0301:02:03
10231023
24
NL
3

Fotograferen met live view

Fotograferen

Door te drukken op de knop u, schakelt u tussen Live View en het superbedieningspaneel. Bij het fotograferen met live view wordt het onderwerp weergegeven op de monitor.
u-knop
Wi-Fi
ISO-A
200
RR
28
3
Fotograferen met live view
mm
250250 F5.6
Monitor
01:02:0301:02:03
3838
Stilstaande beelden opnemen
Installeer de camera en bepaal de compositie.
1
• Let op dat uw vingers of de camerariem niet in de weg zitten van de lens.
Raak de zone aan van het onderwerp dat u wilt
2
fotograferen.
• De camera focust op de aangeraakte zone en maakt automatisch een foto.
Wi-Fi
ISO-A
200
RR
28
• Het gemaakte beeld wordt op de monitor weergegeven.
250250 F5.6
$ Opmerkingen
• U kunt de ontspanknop ook gebruiken om een foto te maken, net zoals u zou doen wanneer u met de zoeker zou fotograferen.
• Nadat de camera op de aangeraakte zone is gefocust, kunt u ook op de ontspanknop drukken om een foto te maken. g “Het aanraakscherm gebruiken“ (Blz. 28)
• Als u de u-knop indrukt en vasthoudt, verschijnt er een menu waarin u de instellingen kunt veranderen om de zoeker automatisch te laten oplichten. g [EVF Auto Switch] (Blz. 96)
mm
01:02:0301:02:03
3838
NL
25
Films opnemen
U kunt fi lms opnemen in alle opnamemodi behalve J (PHOTO STORY). Probeer eerst in de stand Volautomatisch op te nemen.
Stel de functieknop in op A.
1
Druk op de knop R om de opname
2
te starten.
• U kunt de focuspositie wijzigen door het
3
scherm tijdens de opname aan te raken (Blz. 28).
Fotograferen met live view
R-knop
Druk opnieuw op de knop R om de
3
opname te stoppen.
Weergegeven tijdens de opname
RR
ISO-A
ISO-A
ee
200
200
Opnametijd
# Let op
• Bij gebruik van een camera met een CMOS-beeldsensor kunnen bewegende beelden vervormd worden weergegeven door het rollende sluiter-effect. Dit is een natuurkundig fenomeen waarbij de gefi lmde beelden vervormd worden bij het fi lmen van een snel bewegend onderwerp of door de bewegingen van de camera. Dit fenomeen valt vooral op bij een grote brandpuntsafstand.
• Als de camera gedurende een lange periode wordt gebruikt, zal de temperatuur van het beeldopneemelement toenemen en kan er ruis en gekleurde beeldwaas verschijnen in beelden. Schakel de camera gedurende een korte periode uit. Ruis en gekleurde beeldwaas kunnen zich ook voordoen bij beelden die werden opgenomen met een hoge ISO-gevoeligheid. Als de temperatuur blijft toenemen, wordt de camera automatisch uitgeschakeld.
• Wanneer u een Four Thirds systeemlens gebruikt, werkt de AF niet terwijl u fi lms opneemt.
• De knop R kan in de volgende situaties niet worden gebruikt om fi lms op te nemen:
Meervoudige belichting (fotograferen stopt ook)/ontspanknop half ingedrukt/tijdens bulb-, tijd- of composietopnamen/repeterende opnamen/Panorama/opnemen in SCN­stand (e-portret, hand-held, starlight, 3D)/opnamen maken binnen een tijdsbestek
28
mm
00:02:1800:02:18
26
NL
Foto's maken tijdens het opnemen van lms
• Druk tijdens de fi lmopname op de ontspanknop om een van de fi lmframes vast te leggen
als een foto (stand 1). Om de fi lmopname te stoppen, drukt u op de knop R. De foto- en lmbestanden worden afzonderlijk op de geheugenkaart opgenomen. De opnamestand voor de foto's is XN (16:9).
• Er bestaat ook een manier om een foto van betere kwaliteit op te nemen (stand 2). In stand 2 worden de fi lmbeelden van vóór en na de foto opgenomen in afzonderlijke bestanden. g [Movie+Photo Mode] (Blz. 96)
# Let op
• In stand 2 en in bepaalde opnamestanden kunnen tijdens de fi lmopname alleen enkele beelden als foto worden vastgelegd Andere opnamefuncties kunnen ook beperkt zijn.
• De autofocus en meting die worden gebruikt in de fi lmstand kunnen verschillen van deze die worden gebruikt voor het nemen van foto's.
• Als de fi lm wordt opgenomen in de stand Motion JPEG (H of I), wordt de camera ingesteld op stand 2.
3
Fotograferen met live view
NL
27

Het aanraakscherm gebruiken

Wanneer u met live view fotografeert, kunt u de functies van het aanraakpaneel gebruiken.
Een focusmethode selecteren
U kunt scherpstellen en opnemen door op de monitor te tikken. Tik op te doorlopen.
3
Fotograferen met live view
T
U
V
Voorbeeld van uw onderwerp bekijken
( V )
1
2
om de instellingen voor het aanraakscherm
T
Tik op een onderwerp om scherp te stellen en automatisch de sluiter te ontspannen. Deze functie is niet mogelijk in de stand n.
Bediening van het aanraakscherm uitgeschakeld.
Tik om een AF-kader weer te geven en stel scherp op het onderwerp in het geselecteerde gebied. U kunt het aanraakscherm gebruiken om de positie en de grootte van het scherpstelkader te kiezen. Foto's kunnen worden genomen door op de ontspanknop te drukken.
Tik op het onderwerp in het display.
• Er verschijnt een AF-kader.
• Gebruik de schuifbalk om de grootte van het kader te kiezen.
• Raak S aan om de display van het AF-kader uit te schakelen.
Gebruik de schuifbalk om de grootte van het AF-kader aan te passen; tik vervolgens Y aan om in te zoomen op de kaderpositie.
• Gebruik uw vinger om in het display te schuiven wanneer de foto is ingezoomd.
• Tik Z aan om de zoomweergave te annuleren.
Wi-Fi
ISO-A
200
ISO-A
200
Off
250250 F5.6
250250 F5.6
RR
01:02:0301:02:03
3030
S-IS AUTOS-IS AUTO
1414
1010
7
7
5x
5x
De draadloze LAN-functie gebruiken
U kunt de camera op een smartphone aansluiten en de camera via Wi-Fi bedienen. Als u deze functie wilt gebruiken, moet u de relevante app op de smartphone installeren. g “Camera aansluiten op een smartphone“ (Blz. 107)
28
NL
Wi-Fi
Wi-Fi
ISO-A
200
250250 F5.6
RR
01:02:0301:02:03
3030

Opnamefuncties instellen

Livegidsen gebruiken
Livegidsen zijn beschikbaar in de stand iAUTO (A). Terwijl iAUTO in een volautomatische stand staat, kunt u met behulp van livegidsen diverse geavanceerde fototechnieken oproepen.
Stel de functieknop in op A.
1
Raak het tabblad aan om de livegidsen weer te geven.
2
• Selecteer een gidsitem en raak het aan om het in te stellen.
Tabblad
Wi-Fi
ISO-A
200
RR
Change Color Saturation
Gidsitem
3
Fotograferen met live view
250250 F5.6
Gebruik uw vinger om de schuifbalken te
3
verplaatsen.
• Tik op a om de instellingen te openen.
01:02:0301:02:03
3838
Cancel
Niveaubalk / selectie
Clear & Vivid
• Om de livegidsinstelling te annuleren, tikt u op k op het scherm.
• Wanneer [Shooting Tips] geselecteerd is, markeert u een item en drukt u op Q om een beschrijving te bekijken.
• Het effect van het geselecteerde niveau is zichtbaar
Cancel Set
Flat & Muted
op het display. Als [Blur Background] of [Express Motions] geselecteerd is, keert het display terug naar de normale weergave, maar het geselecteerde effect is zichtbaar in de uiteindelijke foto.
Maak een opname.
4
• Om de livegids te annuleren, drukt u op de MENU-knop.
$ Opmerkingen
• U kunt ook livegidsen gebruiken wanneer u met de zoeker fotografeert. Wanneer u met de zoeker fotografeert, verlopen de instellingen via de regelaar en de knoppen. Als u op de knop Q drukt, wordt de livegids getoond. De achterste regelaar wordt gebruikt om items te selecteren en de schuifbalken te bedienen.
0
NL
29
# Let op
• Als [RAW] momenteel geselecteerd is voor de beeldkwaliteit, wordt de beeldkwaliteit automatisch ingesteld op [YN+RAW].
• De livegidsinstellingen worden niet toegepast op de RAW-kopie.
• Het is mogelijk dat beelden er korrelig uitzien bij sommige instelniveaus van de livegids.
• Wijzigingen aan de instelniveaus van de livegids zijn mogelijk niet zichtbaar op de monitor.
• De beeldsnelheid daalt wanneer [Blurred Motion] is geselecteerd.
• De fl itser kan niet worden gebruikt met de livegids.
• Wanneer u wijzigingen doorvoert aan de livegidsopties, worden vorige wijzigingen
3
Fotograferen met live view
geannuleerd.
• Wanneer u livegidsinstellingen doorvoert die de beperkingen van de belichtingsmeters van de camera overschrijden, kan dit leiden tot over- of onderbelichte beelden.
30
NL
Loading...
+ 130 hidden pages