Nokia X7-00 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding Nokia X7–00
Uitgave 1.0
2 Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

Veiligheid 5
Aan de slag 7
Toetsen en onderdelen 7 Antennelocaties 9 Headset 9 Het volume van een oproep, nummer of video wijzigen 10 De toetsen en het scherm vergrendelen of ontgrendelen 10 De SIM-kaart plaatsen of verwijderen 11 De geheugenkaart plaatsen of verwijderen 12 Opladen 14 Het apparaat in- of uitschakelen 17 Uw apparaat de eerste keer gebruiken 17 Contacten of foto's van uw oude apparaat kopiëren 18 Nokia-account en de Ovi-diensten van Nokia 18 Apparaat instellen 19 De gebruikershandleiding op het apparaat gebruiken 19
Nokia Ovi Suite installeren op uw pc 19
Basistoepassing 21
Handelingen aanraakscherm 21 Interactieve elementen van het startscherm 23 Schakelen tussen geopende toepassingen 24 Tekst invoeren 25 Schermsymbolen 28 Op uw apparaat en op het internet zoeken 30 Uw apparaat offline gebruiken 30
Levensduur van de batterij verlengen 31
Aanpassen 32
Profielen 32 Het thema wijzigen 34 Startscherm 34 Uw toepassingen indelen 37 Een spelletje, een toepassing of een ander item downloaden 37
Telefoon 38
Een telefoonnummer bellen 38 Een contact zoeken 38 Een contact bellen 39 Een conferentiegesprek voeren 39 De nummers bellen die u het meest gebruikt 40 Met uw stem een nummer kiezen 41 Oproepen plaatsen via internet 42 Het laatst gekozen nummer bellen 43 En telefoonconversatie opnemen 43 Dempen door te draaien 43 Gemiste oproepen weergeven 44 Uw voicemailbox bellen 44 Oproepen doorschakelen naar uw voicemailbox of naar een ander telefoonnummer 44 Voorkomen dat er oproepen worden geplaatst of ontvangen 45 Alleen oproepen naar bepaalde nummers toestaan 46 Video delen 46
Contacten 48
Informatie over Contacten 48 Telefoonnummers en e-mailadressen opslaan 48 Het nummer van een ontvangen oproep of bericht opslaan 49 Snel contact opnemen met uw belangrijkste contacten 49 Een foto voor een contact toevoegen 50
Inhoudsopgave 3
Een beltoon instellen voor een specifiek contact 50 Uw contactgegevens verzenden via Mijn kaart 51 Een contactgroep maken 51 Een bericht verzenden aan een groep mensen 51 Contacten kopiëren van de SIM-kaart naar uw apparaat 51 Een back-up van uw contacten plaatsen bij Ovi by Nokia 52
Berichten 52
Informatie over Berichten 52 Een bericht verzenden 52 Een audiobericht verzenden 53 Berichten ontvangen 53 Een conversatie weergeven 54 Een SMS-bericht beluisteren 55 De taal wijzigen 55
E-mail 56
E-mail 56
Internet 59
Over de webbrowser 59 Op internet surfen 59 Een bookmark toevoegen 60 Abonneren op een webfeed 60 Toegang krijgen tot het intranet van uw bedrijf 61
Sociale netwerken 61
Over Sociale netwerken 61 De statusupdates van uw vrienden in één weergave bekijken 62 Uw status plaatsen op socialenetwerkdiensten 62 Uw online vrienden koppelen aan hun contactgegevens 62 De statusupdates van uw vrienden weergeven in het startscherm 63
Een foto of video uploaden naar een dienst 63 Contact opnemen met een vriend van een socialenetwerkdienst 63 Een gebeurtenis toevoegen aan de agenda van uw apparaat 64
Camera 64
Informatie over Camera 64 Een foto nemen 64 Locatiegegevens opslaan bij uw foto's en video's 65 Een foto in het donker nemen 65 Fototips 66 Een video opnemen 66 Een foto of video versturen. 67
Uw foto's en video's 67
Informatie over Mijn video's en Mijn afbeeldingen 67 Foto's en video's weergeven 67 Gemaakte foto's bewerken 68 Video-editor 69 Een foto die u hebt genomen, afdrukken 70
Video's 70
Over video's 70 Een video afspelen 70 Uw video´s kopiëren van uw apparaat naar een computer en omgekeerd 71
Muziek en audio 71
Muziekspeler 71 Over Ovi Muziek 74 Beveiligde inhoud 74 Geluiden opnemen 74 FM-radio 75
Kaarten 77
Naar een bestemming navigeren 77 Mijn positie 77
4 Inhoudsopgave
Zoeken 82 Favorieten 83 Rijden en wandelen 85 Feedback bij Kaarten 90 Onjuiste kaartinformatie melden 90
Tijdbeheer 91
Klok 91 Agenda 93
Office 96
Quickoffice 96 PDF-documenten lezen 97 Berekeningen maken 97 Notities schrijven 98 Woorden vertalen van de ene taal in de andere 98 ZIP-bestanden openen of maken 98 Toegang krijgen tot het intranet van uw bedrijf 99
Connectiviteit 99
Internetverbindingen 99 Draadloos LAN 100 Bluetooth 101 USB-gegevenskabel 105 VPN-verbindingen 106 Een netwerkverbinding verbreken 107 Uw bestanden op een extern station opslaan 107
Apparaatbeheer 108
Uw apparaatsoftware en toepassingen up-to-date houden 108 Bestanden beheren 110 Beschikbaar geheugen vergroten voor meer inhoud 111 Toepassingen beheren 112 Inhoud synchroniseren 113 Contacten of foto's kopiëren tussen apparaten 114 Uw apparaat beschermen 115
Meer informatie vinden 116
Ondersteuning 116
Toegangscodes 117
Problemen oplossen 118
Als uw apparaat niet meer reageert 118 Oorspronkelijke instellingen herstellen 118 Als het apparaatgeheugen vol is 118 Als de berichtenindicator knippert 119 Als een contact tweemaal voorkomt in de lijst met contacten 119 Onleesbare tekens tijdens het browsen 119 Uw apparaat klaarmaken om te recyclen 119
Product- en veiligheidsinformatie 120
Index 127
Veiligheid 5

Veiligheid

Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie.

SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN GEBIEDEN WAARBINNEN EEN GEBRUIKSVERBOD GELDT

Schakel het apparaat uit wanneer het gebruik van mobiele telefoons niet is toegestaan of wanneer dit storingen of gevaar kan opleveren, bijvoorbeeld in vliegtuigen, in de nabijheid van medische apparatuur, brandstof, chemicaliën of gebieden waar explosieven worden gebruikt.

VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG

Houd u aan alle lokale wetgeving. Houd tijdens het rijden altijd uw handen vrij om het voertuig te besturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste prioriteit te hebben terwijl u rijdt.

STORING

Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig zijn voor storing. Dit kan de werking van het apparaat negatief beïnvloeden.

DESKUNDIG ONDERHOUD

Dit product mag alleen door deskundigen worden geïnstalleerd of gerepareerd.

HOUD HET APPARAAT DROOG

Het apparaat is niet waterbestendig. Houd het apparaat droog.

GLAZEN ONDERDELEN

De voorkant van het apparaat is van glas gemaakt. Dit glas kan breken als het apparaat op een hard oppervlak valt of als er veel kracht op wordt uitgeoefend. Als het glas breekt, moet u de glazen onderdelen van het apparaat niet aanraken of proberen het gebroken glas uit het apparaat te verwijderen. Gebruik het apparaat niet totdat het glazen onderdeel door bevoegd personeel vervangen is.
6 Veiligheid

GEHOORSCHADE VOORKOMEN

Luister naar een headset met een gematigd geluidsvolume. Houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de luidspreker in gebruik is.

Aan de slag

Toetsen en onderdelen Bovenkant
1 Micro-USB-aansluiting 2 Nokia AV-aansluiting (3,5 mm) 3 Aan/uit-/ontgrendelings-/vergrendelingstoets

Voorkant

1 Oorstuk 2 Menutoets
Aan de slag 7
8 Aan de slag

Achterkant

1 Flitser 2 Microfoons 3 Cameralens

Zijkanten

1 Geheugenkaartsleuf 2 SIM-kaartsleuf 3 Volume-/zoomtoets 4 Cameratoets 5 Luidspreker
Aan de slag 9

Onderkant

1 Microfoon

Antennelocaties

Vermijd onnodig contact met het gebied rond de anten ne als de antenne aan het zenden of ontvangen is. Contact met antennes kan de kwaliteit van de communicatie nadelig beïnvloeden en kan tijdens gebruik leiden tot een hoger stroomverbruik en tot een kortere levensduur van de batterij.

Headset

U kunt een compatibele headset of hoofdtelefoon bij uw apparaat gebruiken.
10 Aan de slag

Het volume van een oproep, nummer of video wijzigen

Gebruik de volumetoetsen.
U kunt het volume aanpassen tijdens een oproep of wanneer een toepassing actief is.
Dankzij de interne luidspreker kunt u vanaf korte afstand spreken en luisteren zonder dat u het apparaat aan uw oor hoeft te houden.
De luidspreker activeren of deactiveren tijdens een gesprek
Selecteer
of .

De toetsen en het scherm vergrendelen of ontgrendelen

Vergrendel de toetsen en het scherm van uw apparaat om te voorkomen dat er per ongeluk een oproep wordt gedaan terwijl het apparaat in uw zak of tas zit.
De toetsen en het scherm vergrendelen
Druk op de aan/uit-toets
.
De toetsen en het scherm ontgrendelen
Druk op de aan/uit-toets
of de menutoets en selecteer Ontgrndln.
Aan de slag 11
De toetsen en het scherm zo instellen dat ze automatisch worden vergrendeld
1 Selecteer Menu > Instellingen en Telefoon > Weergave > Time-out scherm/
ttsnblok..
2 Geef op hoe lang het apparaat moet wachten voordat het scherm en de toetsen
automatisch worden vergrendeld.

De SIM-kaart plaatsen of verwijderen

Belangrijk: Gebruik in dit apparaat geen mini-UICC SIM-kaarten (ook wel micro-
SIM-kaarten genoemd), micro-SIM-kaarten met een adapter of SIM-kaarten met een mini-UICC-uitsnede (zie afbeelding). Een micro-SIM-kaart is kleiner dan de standaard SIM-kaart. Dit apparaat ondersteunt het gebruik van micro-SIM-kaarten niet en gebruik van incompatibele SIM-kaarten kan mogelijk de kaart of het apparaat beschadigen en gegevens op de kaart aantasten.
Plak geen etiketten op uw SIM-kaart.
De SIM-kaart plaatsen
1 Druk om het klepje van de SIM-kaartsleuf te openen. 2 Trek de SIM-kaarthouder eruit.
3 Controleer of het contactgebied naar boven is gericht en plaats de SIM-kaart in de
houder.
4 Plaats de SIM-kaarthouder weer terug in het apparaat.
12 Aan de slag
SIM-kaart verwijderen
1 Druk om het klepje van de SIM-kaartsleuf te openen. 2 Trek de SIM-kaarthouder eruit. 3 Verwijder de SIM-kaart.

De geheugenkaart plaatsen of verwijderen

Gebruik alleen compatibele geheugenkaarten die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat. Incompatibele kaarten kunnen de kaart en het apparaat beschadigen en gegevens op de kaart aantasten.
Plak geen etiketten op uw geheugenkaart.
Een geheugenkaart plaatsen
1 Druk om het klepje van de geheugenkaartsleuf te openen. 2 Trek de geheugenkaarthouder eruit.
Aan de slag 13
3 Controleer of het contactgebied naar boven is gericht en plaats de geheugenkaart
in de houder.
4 Plaats de geheugenkaarthouder weer terug in het apparaat.
De geheugenkaart verwijderen
1 Als het apparaat is ingeschakeld houdt u eerst de aan/uit-toets ingedrukt en
selecteert u Geh.kaart verwijderen.
2 Druk om het klepje van de geheugenkaartsleuf te openen. 3 Trek de geheugenkaarthouder eruit. 4 Verwijder de geheugenkaart.
14 Aan de slag
Opladen Informatie over de batterij
Dit apparaat heeft een interne oplaadbare batterij met CTIA 1725-certificering die niet kan worden verwijderd. Gebruik alleen laders die door Nokia zijn goedgekeurd en bestemd zijn voor dit apparaat. U kunt ook een compatibele USB-gegevenskabel gebruiken om uw apparaat op te laden.
Probeer niet de batterij uit het apparaat te verwijderen. Breng het apparaat naar het dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt om de batterij te laten vervangen.
U kunt het apparaat opladen via een USB-aansluiting als er geen stopcontact beschikbaar is. Tijdens het opladen van het apparaat kunnen gegeven worden overgedragen. De efficiëntie van opladen via een USB-aansluiting kan sterk variëren, en mogelijk duurt het lang voordat het opladen wordt gestart en het apparaat begint te werken.
Sluit het apparaat alleen aan op producten die een USB-IF-logo hebben of die het USB­IF-nalevingsprogramma hebben voltooid.
Sommige geautoriseerde verkooppunten verlenen een service voor het vervangen van de batterij.
Aan de slag 15
Als de batterij bijna leeg is, wordt overgeschakeld op de modus voor energiebesparing. U schakelt de modus voor energiebesparing uit door de aan/uit-toets ingedrukt te houden en Energiespaarst. uitschkln te selecteren. Als de modus voor energiebesparing is geactiveerd, kunt u de instellingen van bepaalde toepassingen mogelijk niet wijzigen.

De batterij opladen

Uw batterij is in de fabriek gedeeltelijk opgeladen, maar moet wellicht opnieuw worden opgeladen voordat u het apparaat voor het eerst kunt inschakelen.
Als het apparaat aangeeft dat de batterij leeg raakt, doet u het volgende:
1 Sluit de lader aan op een stopcontact. 2 Sluit de lader aan op het apparaat. 3 Wanneer het apparaat aangeeft dat de batterij volledig is opgeladen, maakt u eerst
de lader los van het apparaat en vervolgens haalt u de lader uit het stopcontact.
U hoeft de batterij niet een specifieke tijd op te laden en u kunt het apparaat tijdens het opladen gebruiken.
Als de batterij volledig ontladen is, kan het enkele minuten duren voordat de batterij­indicator op het scherm wordt weergegeven en u weer met het apparaat kunt bellen.
Als u de batterij lange tijd niet hebt gebruikt, is het mogelijk dat u de lader moet aansluiten, ontkoppelen en vervolgens opnieuw moet aansluiten om het opladen te starten.
Tip: U kunt ook een compatibele USB-lader gebruiken om de batterij op te laden.
16 Aan de slag

De batterij opladen via USB

Uw batterij is leeg, maar u hebt geen lader bij u? U kunt een compatibele USB­gegevenskabel gebruiken om het apparaat te verbinden met een compatibel apparaat, zoals een computer.
Let er bij het aansluiten of losmaken van de kabel van de lader goed op dat u de aansluiting van de lader niet breekt.
Als het apparaat met een computer is verbonden, kunt u het tijdens het opladen synchroniseren.
Het opladen via USB komt iets trager op gang en werkt mogelijk niet als u verbinding maakt via een niet-aangedreven USB-hub. Uw apparaat laadt sneller op wanneer het rechtstreeks met een stopcontact is verbonden.
Aan de slag 17

Het apparaat in- of uitschakelen

Inschakelen
Houd de aan/uit-toets ingedrukt
Uitschakelen
Houd de aan/uit-toets

Uw apparaat de eerste keer gebruiken

Uw apparaat leidt u door de eerste installatie, wanneer u uw SIM-kaart plaatst en voor het eerst uw apparaat inschakelt. Maak een Nokia-account om alle Ovi-diensten van Nokia te gebruiken. U kunt ook uw contacten en andere inhoud van uw vorige apparaat kopiëren en u abonneren voor het ontvangen van nuttig tips en trucs.
U heb een internetverbinding nodig om een Nokia-account maken. Neem meer informatie over de kosten van gegevensoverdracht contact op met uw serviceprovider. U kunt later een account maken als u geen verbinding met internet kunt maken.
Tip: Ga naar www.ovi.com om uw Nokia-account op internet te maken en te beheren.
Als u reeds over een Nokia-account beschikt, meldt u zich aan.
Tip: Wachtwoord vergeten? U kunt het aanvragen door het in een e-mail of SMS-bericht naar u te laten verzenden.
Gebruik de toepassing Telef.overdracht om uw inhoud te kopiëren zoals:
Contacten
Berichten
Foto's en video's
Persoonlijke instellingen
Wanneer u uw e-mailaccount instelt, kunt u uw inbox zo instellen dat deze wordt weergegeven op het startscherm, zodat u eenvoudig uw e-mail kunt controleren.
Druk op de menutoets als u een alarmnummer moet kiezen tijdens de installatiefase.
ingedrukt en selecteer Uitschakelen!.
totdat u het apparaat voelt trillen.
18 Aan de slag

Contacten of foto's van uw oude apparaat kopiëren

Wilt u belangrijke informatie kopiëren vanaf uw vorige compatibele Nokia-apparaat en snel gebruik gaan maken van uw nieuwe apparaat? Gebruik de toepassing Telef.overdracht om gratis items zoals contacten, agenda-items en foto's naar uw nieuwe apparaat te kopiëren.
Selecteer Menu > Toepassingen > Instrum. > Install. v tel. en Gegevensoverdr..
Als uw oude Nokia-apparaat niet beschikt over de toepassing Telef.overdracht, verzendt uw nieuwe apparaat deze in een bericht. Open het bericht op het oude apparaat en volg de instructies.
1 Selecteer het apparaat waarmee u verbinding wilt maken en koppel de apparaten.
Bluetooth moet worden geactiveerd.
2 Als voor het andere apparaat een toegangscode vereist is, voert u deze in. De
toegangscode, die u zelf mag definiëren, moet in beide apparaten worden ingevoerd. Sommige apparaten hebben een vaste toegangscode. Raadpleeg de gebruikershandleiding van het apparaat voor meer informatie.
De toegangscode is alleen geldig voor de huidige verbinding.
3 Selecteer de inhoud en OK.

Nokia-account en de Ovi-diensten van Nokia

Wanneer u uw apparaat de eerste keer inschakelt, wordt u gevraagd een Nokia-account te maken of u aan te melden bij een Nokia-account zodat u toegang hebt tot de Ovi­diensten van Nokia.
Met Ovi-diensten kunt u:
Nokia Ovi Suite installeren op uw pc 19
De statussen van uw vrienden in verschillende sociale-netwerkdiensten bekijken
Spelletjes, toepassingen, video's, foto's, thema's en beltonen downloaden van Ovi
Winkel
Ga waar u maar wilt met de gratis wandel- en autonavigatie
Een back-up van uw contacten maken en beheren in de Ovi-internetdienst
Ga voor meer informatie over Ovi-diensten naar www.ovi.com.

Apparaat instellen

Selecteer Menu > Toepassingen > Instrum. > Install. v tel. als u enkele basisinstellingen voor het apparaat wilt opgeven. Met de widget Telefoon instellen kunt u het volgende doen:
Contacten, foto's en andere inhoud van uw vorige Nokia-apparaat kopiëren
Uw apparaat aanpassen door de beltoon en het visuele thema te wijzigen
E-mail instellen
Uw apparaatsoftware bijwerken

De gebruikershandleiding op het apparaat gebruiken

Selecteer Menu > Toepassingen > Gebr.handl..
De gebruikershandleiding openen vanuit een toepassing
Selecteer Opties > Gebruikershandleiding. Dit is niet vanuit elke toepassing mogelijk.
Zoeken in de gebruikershandleiding
Wanneer de gebruikershandleiding geopend is, selecteert u Opties > Zoeken en voert u een letter of woord in het zoekveld in.
Schakelen tussen de gebruikershandleiding en een toepassing
Houd de menutoets ingedrukt, veeg over het scherm naar links of rechts en selecteer de gewenste toepassing.
geeft een koppeling naar een webpagina aan. Mogelijk worden onder aan de
instructies koppelingen weergegeven naar verwante onderwerpen.

Nokia Ovi Suite installeren op uw pc

Met de pc-toepassing Nokia Ovi Suite kunt u inhoud op uw apparaat beheren en deze synchroniseren met uw computer. U kunt ook uw apparaat bijwerken met de meest recente software en kaarten downloaden.
20 Nokia Ovi Suite installeren op uw pc
Download de meest recente versie van Nokia Ovi Suite van www.ovi.com/suite naar uw computer.
Als uw computer geen verbinding kan maken met internet, installeert u Nokia Ovi Suite als volgt vanaf uw apparaatgeheugen:
1 Gebruik een compatibele USB-gegevenskabel om uw apparaat op de computer aan
te sluiten. Als u Windows XP of Windows Vista op uw computer gebruikt, stelt u de USB-modus
van uw apparaat in op Massaopslag. Om de USB-modus op uw apparaat in te stellen, selecteert u het meldingengebied in de rechterbovenhoek en selecteert u vervolgens
> USB > Massaopslag.
Uw geheugenkaart wordt als verwisselbare schijf weergegeven op uw pc.
2 Selecteer Nokia Ovi Suite installeren op uw computer.
Als het installatievenster niet automatisch wordt geopend, opent u het installatiebestand handmatig. Selecteer Map voor weergeven van bestanden openen en dubbelklik op Install_Nokia_Ovi_Suite.exe.
3 Volg de weergegeven instructies.
Basistoepassing 21
4 Wanneer de installatie is voltooid en als u Windows XP of Windows Vista op uw
computer gebruikt, controleert u of de USB-modus van uw apparaat is ingesteld op
Nokia Ovi Suite.
Ga voor meer informatie over Nokia Ovi Suite naar www.ovi.com/suite.
Als u wilt weten welke besturingssystemen door Nokia Ovi Suite worden ondersteund, gaat u naar www.nokia.com/support.

Basistoepassing

Handelingen aanraakscherm

Als u met de gebruikersinterface wilt werken, tikt u op het aanraakscherm of tikt u op het aanraakscherm en houdt u dit even vast.
Een toepassing of ander schermelement openen
Tik op de toepassing of het element.
Snel naar functies gaan
Tik op het item en houd dit vast. Er wordt een pop-upmenu met de beschikbare opties geopend. Als u bijvoorbeeld een afbeelding wilt verzenden of een alarm wilt verwijderen, tikt u hierop en houdt u dit even vast en selecteert u de gewenste optie in het pop-upmenu.
22 Basistoepassing
Als u op het startscherm tikt en dit even vasthoudt, wordt de bewerkingsmodus geactiveerd.
Een item slepen
Tik op het item en houd dit vast, en schuif vervolgens met uw vinger over het scherm. Het item volgt uw vinger.
U kunt items in het startscherm of het hoofdmenu slepen als u de bewerkingsmodus hebt geactiveerd.
Vegen
Plaats een vinger op het scherm en laat deze gestaag in de gewenste richting glijden. Wanneer u bijvoorbeeld een foto bekijkt, kunt u de volgende foto weergeven door naar
links te vegen.
Basistoepassing 23
Door een lijst of menu bladeren
Plaats uw vinger op het scherm, schuif deze snel over het scherm en til uw vinger vervolgens snel op. De inhoud van het scherm schuift nu met dezelfde snelheid en in dezelfde richting als op het moment waarop u uw vinger optilde. Tik op een item om het item te selecteren in een bladerlijst of om de beweging te stoppen.
Inzoomen
Plaats twee vingers op een item, zoals een foto of webpagina, en spreid uw vingers.
Uitzoomen
Plaats twee vingers op een item en schuif uw vingers naar elkaar toe.
Tip: U kunt ook tweemaal op het item drukken om in of uit te zoomen.

Interactieve elementen van het startscherm

De elementen op het startscherm zijn interactief. U kunt bijvoorbeeld rechtstreeks in het startscherm de datum en tijd wijzigen, alarmen instellen, agenda-items maken of profielen bewerken.
24 Basistoepassing
Een alarm instellen
De klok (1) selecteren.
Profielen activeren of bewerken
Het profiel (2) selecteren.
Uw planning weergeven of bewerken.
De datum (3) selecteren.
Gemiste oproepen of ongelezen berichten weergeven
Het meldingengebied (4) selecteren.
Beschikbare WLAN's weergeven of Bluetooth-verbindingen beheren
Het meldingengebied (4) selecteren.
De verbindingsinstellingen wijzigen
Het meldingengebied (4) en
In de meeste overige weergaven kunt u het meldingengebied (4) selecteren en de volgende taken uitvoeren:
De verbindingsinstellingen wijzigen
De klok openen om een alarm in te stellen
De status van de batterij weergeven en de energiebesparende modus inschakelen
Meldingen van gemiste oproepen of ongelezen berichten weergeven
De wizard WLAN openen en een verbinding met een WLAN maken
Bluetooth-verbindingen beheren
selecteren.

Schakelen tussen geopende toepassingen

U kunt bekijken welke toepassingen en taken op de achtergrond zijn geopend en ertussen schakelen.
Basistoepassing 25
Houd de menutoets ingedrukt, veeg over het scherm naar links of rechts en selecteer de gewenste toepassing.
Toepassingen die op de achtergrond worden uitgevoerd kosten extra energie en leggen beslag op het geheugen. Als u een toepassing wilt sluiten die u niet gebruikt, selecteert u
.
Tip: Selecteer de taakschakelaar en houd deze even vast om alle geopende toepassingen te sluiten en selecteer Alles sluiten in het pop-upmenu.
Tekst invoeren Tekst invoeren met het virtueel toetsenbord Het virtuele toetsenbord gebruiken
Als u het virtuele toetsenbord wilt activeren, selecteert u een tekstinvoerveld. U kunt het virtuele toetsenbord zowel in liggende als in staande modus gebruiken.
1 Virtueel toetsenbord 2 Sluittoets - Hiermee sluit u het virtuele toetsenbord. 3 Shift- en Caps Lock-toets - Hiermee kunt u een teken in hoofdletters invoeren
wanneer u in kleine letters schrijft, of vice versa. Selecteer de toets voordat u het teken invoert. Als u de Caps Lock-modus wilt activeren, selecteert u de toets tweemaal. Een streep onder de toets geeft aan dat de Caps Lock-modus is geactiveerd.
4 Tekenbereik - Selecteer het gewenste tekenbereik, zoals cijfers of speciale tekens. 5 Pijltjestoetsen - Hiermee verplaatst u de cursor naar links of naar rechts.
26 Basistoepassing
6 Spatiebalk - Hiermee kunt u een spatie invoeren. 7 Invoermenu - Hiermee activeert u tekstvoorspelling of wijzigt u de schrijftaal. 8 Enter-toets - Hiermee kunt u de cursor naar de volgende rij of het volgende
tekstinvoerveld verplaatsen. Extra functies zijn gebaseerd op de huidige context. In bijvoorbeeld het webadresveld van de webbrowser fungeert de toets als het activeringspictogram.
9 Backspace-toets - Hiermee verwijdert u een teken.
Tussen het virtuele toetsenbord en het toetsenblok schakelen in staande modus
Selecteer
Een accent toevoegen aan een teken
Selecteer het teken en houd het vast.
Tekstvoorspelling inschakelen voor het virtueel toetsenbord
Tekstvoorspelling is mogelijk niet in alle talen beschikbaar.
1 Selecteer 2 Begin met het schrijven van een woord. Uw apparaat doet suggesties voor
3 Als het woord niet in de woordenlijst voorkomt, geeft het apparaat een alternatieve
De modus voor tekstvoorspelling deactiveren
Selecteer
> Alfanumeriek toetsenbl. of QWERTY-toetsenbord.
> Invoeropties > Voorsp. inschakelen. wordt weergegeven.
mogelijke woorden terwijl u schrijft. Wanneer het juiste woord wordt weergegeven, selecteert u dit.
suggestie uit de woordenlijst. Als u het nieuwe woord wilt toevoegen aan de woordenlijst, selecteert u het woord dat u hebt geschreven.
> Invoeropties > Voorspell. uitschakln.
De instellingen voor tekstinvoer wijzigen
Selecteer
Tekst invoeren met het virtueel toetsenblok Het virtuele toetsenblok gebruiken
Als u er de voorkeur aan geeft het alfanumerieke toetsenblok te gebruiken wanneer u schrijft in de staande modus, kunt u schakelen van het virtuele toetsenbord naar het virtuele toetsenblok.
1 Selecteer een tekstinvoerveld. 2 Selecteer
> Invoeropties > Instellingen.
> Alfanumeriek toetsenbl..
Basistoepassing 27
1 Cijfertoetsen 2* - Voer een speciaal teken in of blader door de mogelijke woorden als de modus
voor tekstinvoer met tekstvoorspelling is geactiveerd en het woord is onderstreept.
3 Shift-toets - Schakelen tussen hoofdletters en kleine letters. U kunt de modus voor
tekstinvoer met tekstvoorspelling activeren of deactiveren door snel tweemaal op deze toets te drukken. U kunt schakelen tussen de letter- en cijfermodus door op deze toets te drukken en deze ingedrukt te houden.
4 Toets Sluiten - Hiermee sluit u het virtuele toetsenblok. 5 Pijltjestoetsen - Hiermee verplaatst u de cursor naar links of naar rechts. 6 Invoermenu - Tekstinvoer met tekstvoors pelling inschakelen, de schrijftaal wijzigen
of schakelen naar het virtuele toetsenbord.
7 Toets Backspace - Hiermee verwijdert u een teken. 8 Tekstinvoersymbool (indien beschikbaar) - Geeft aan of hoofdletters of kleine letters
zijn ingeschakeld, of de cijfer- of lettermodus actief is en of de modus voor tekstinvoer met tekstvoorspelling is geactiveerd.
U activeert gewone tekstinvoer met het virtuele toetsenblok Selecteer # tweemaal snel.
Een teken invoeren
1 Selecteer herhaaldelijk een cijfertoets (1-9), totdat het gewenste teken wordt
weergegeven. Er zijn meer tekens beschikbaar dan u kunt zien op de toets.
2 Als de volgende letter op dezelfde toets staat moet u wachten totdat de cursor weer
verschijnt of u moet de cursor naar voren verplaatsen en de toets opnieuw selecteren.
Een spatie invoegen Selecteer 0.
28 Basistoepassing
De cursor naar de volgende regel verplaatsen Selecteer 0 drie keer snel.
Tekstvoorspelling inschakelen voor het virtueel toetsenblok
Tekstvoorspelling is gebaseerd op een ingebouwde woordenlijst die u zelf kunt uitbreiden. Tekstvoorspelling is niet voor alle talen beschikbaar.
1 Selecteer 2 Gebruik de toetsen 2-9 om het gewenste woord te schrijven. Selecteer elke toets
eenmaal voor elke letter. Als u bijvoorbeeld Nokia wilt schrijven wanneer de Engelse woordenlijst is geselecteerd, selecteert u 6 voor N, 6 voor o, 5 voor k, 4 voor i en 2 voor a.
Het voorspelde woord verandert na elke toetsselectie.
3 Als het woord niet het gewenste woord is, selecteert u herhaaldelijk * totdat het
gewenste woord wordt weergegeven. Als het woord niet in het woordenboek staat, selecteert u Spellen, en voert u het woord met de traditionele tekstinvoer in en selecteert u OK.
Als ? achter het woord wordt weergegeven, staat het niet in de woordenlijst. Als u een woord aan de woordenlijst wilt toevoegen, selecteert u *, voert u het woord met de traditionele tekstinvoer in en selecteert u OK.
4 Als u een spatie wilt invoegen, selecteert u 0. Als u een veelgebruikt leesteken wilt
invoegen, selecteert u 1 en selecteert u vervolgens herhaaldelijk * totdat het gewenste leesteken wordt weergegeven.
5 Begin met het schrijven van het volgende woord.
Tekstvoorspelling deactiveren Selecteer # tweemaal snel achter elkaar.
> Tekstvoorspell. activeren.

De schrijftaal definiëren

Selecteer Menu > Instellingen en Telefoon > Aanraakinvoer > Schrijftaal.
De taal wijzigen terwijl u schrijft
Selecteer
De beschikbare opties kunnen verschillen.
Schermsymbolen Algemene indicatoren
> Invoeropties > Schrijftaal of > Schrijftaal.
Het aanraakscherm en de sleutels zijn geblokkeerd.
Basistoepassing 29
Het apparaat geeft een stille waarschuwing af bij inkomende oproepen of berichten. De wekker is ingesteld.
Een geprogrammeerd profiel is geactiveerd. U hebt een kalendergebeurtenis gemist.
Oproepindicatoren
Iemand heeft geprobeerd u te bellen. U maakt gebruik van uw tweede telefoonlijn (netwerkdienst). Inkomende oproepen worden doorgeschakeld naar een ander nummer
(netwerkdienst). U hebt twee telefoonlijnen; een nummer geeft de actieve lijn aan. Uw apparaat is gereed voor een internetoproep.
Berichtindicatoren
U hebt ongelezen berichten. Als het symbool knippert, is uw map Inbox misschien vol. De map Outbox bevat berichten die nog niet zijn verzonden.
Netwerkindicatoren
Uw apparaat is verbonden met een GSM-netwerk (netwerkdienst). Uw apparaat is verbonden met een 3G-netwerk (netwerkdienst). Er staat een GPRS-gegevensverbinding open (netwerkdienst). geeft aan dat de verbinding in de wacht staat en gesloten. Er staat een EGPRS-gegevensverbinding open (netwerkdienst). geeft aan dat de verbinding in de wacht staat en gebracht. Er staat een 3G-gegevensverbinding open (netwerkdienst). geeft aan dat de verbinding in de wacht staat en Er staat een HSPA-gegevensverbinding open (netwerkdienst). geeft aan dat de verbinding in de wacht staat en gebracht. Er is een WLAN-verbinding beschikbaar. geeft aan dat de verbinding is gecodeerd en
geeft aan dat de verbinding niet is gecodeerd.
dat er een verbinding wordt geopend of
dat een verbinding tot stand wordt
dat een verbinding tot stand wordt gebracht.
dat een verbinding tot stand wordt
30 Basistoepassing
Verbindingsindicatoren
Bluetooth is actief. geeft aan dat uw apparaat gegevens aan het verzenden is. Als de indicator knippert, wordt geprobeerd een verbinding met een ander apparaat tot stand te brengen. Er is een USB-kabel op uw apparaat aangesloten. GPS is actief. Het apparaat is bezig met synchroniseren. Er is een compatibele hoofdtelefoon aangesloten op uw apparaat. Er is een compatibele TV Out-kabel aangesloten op uw apparaat. Er is een compatibele teksttelefoon aangesloten op uw apparaat.

Op uw apparaat en op het internet zoeken

Met de toepassing Zoeken kunt u elk item op uw apparaat terugvinden.
1 Selecteer Menu > Toepassingen > Zoeken. 2 Voer een zoekwoord in het zoekveld in of blader door de inhoudscategorieën.
Tip: U kunt een zoekwidget toevoegen aan het startscherm. Met de zoekwidget kunt u zoeken op internet. Tik op het startscherm en houd dit even vast. Selecteer vervolgens
en zoek de gewenste widget in de lijst.

Uw apparaat offline gebruiken

Op plaatsen waar u geen oproepen wilt plaatsen of ontvangen, kunt u nog steeds toegang krijgen tot uw agenda, contactenlijst en offline-spelletjes, als u het profiel Offline activeert. Schakel het apparaat uit als het gebruik van een mobiele telefoon niet is toegestaan of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren.
Selecteer op het startscherm het profiel en Offline.
Wanneer het profiel Offline is geactiveerd, is de verbinding met het mobiele netwerk gesloten. Er worden geen radiofrequentiesignalen tussen het apparaat en het mobiele netwerk uitgewisseld. Als u probeert een bericht te verzenden, wordt het in de outbox geplaatst en pas verzonden wanneer een ander profiel wordt geactiveerd.
U kunt uw apparaat ook zonder SIM-kaart gebruiken. Schakel het apparaat uit en verwijder de SIM-kaart. Als u het weer inschakelt, wordt het profiel Offline geactiveerd.
Belangrijk: In het profiel Offline kunt u geen oproepen doen of ontvangen en
kunnen ook andere functies waarvoor netwerkdekking vereist is, niet worden gebruikt. U kunt mogelijk nog wel het alarmnummer kiezen dat in het apparaat is geprogrammeerd. Als u wilt bellen, moet u eerst een ander profiel kiezen.
Loading...
+ 101 hidden pages