Nokia 603 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding Nokia 603
Uitgave 1.0
2 Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

Veiligheid 5
Aan de slag 7
Toetsen en onderdelen 7 De SIM-kaart plaatsen 7 Een geheugenkaart plaatsen 9 Uw telefoon opladen 11 Het volume van een oproep, nummer of video wijzigen 12 Headset 13 De toetsen en het scherm vergrendelen of ontgrendelen 13 De polsband of riem bevestigen 14 Antennes 15 De telefoon in- of uitschakelen 15 Uw telefoon de eerste keer gebruiken 16 Nokia-account 17 Contacten of foto's van uw oude telefoon kopiëren 17 De gebruikershandleiding in uw telefoon gebruiken 18
Basistoepassing 19
De werkbalk gebruiken 19 Handelingen aanraakscherm 19 Snelkoppelingen gebruiken 21 Schakelen tussen geopende toepassingen 22 Tekst schrijven 23 Schermsymbolen 26 Het waarschuwingslampje laten knipperen bij gemiste oproepen of berichten 28 Op uw telefoon en op internet zoeken 29 Levensduur van de batterij verlengen 29
Nokia Winkel aan persoonlijke voorkeuren aanpassen 31
Profielen 31 Het thema wijzigen 33 Startscherm 33 Uw toepassingen indelen 36 Nokia Winkel 36
Telefoon 39
Een telefoonnummer bellen 39 Een contact zoeken via de kiesfunctie 39 Een contact bellen 40 De luidspreker tijdens een oproep activeren 40 Een conferentiegesprek voeren 41 Nummers bellen die u het meest gebruikt 42 Met uw stem een nummer kiezen 42 Oproepen plaatsen via internet 43 Het laatst gekozen nummer bellen 44 Een telefoongesprek opnemen 44 Dempen door te draaien 44 Gemiste oproepen weergeven 45 Uw voicemailbox bellen 45 Oproepen doorschakelen naar uw voicemailbox of naar een ander telefoonnummer 46 Voorkomen dat er oproepen worden geplaatst of ontvangen 46 Alleen oproepen naar bepaalde nummers toestaan 47
Contacten 48
Informatie over Contacten 48 Telefoonnummers en e-mailadressen opslaan 48 Het nummer van een ontvangen oproep of bericht opslaan 48 Snel contact opnemen met uw belangrijkste contacten 49
Inhoudsopgave 3
Uw belangrijke contacten toevoegen aan het startscherm 49 Een foto voor een contact toevoegen 50 Een beltoon instellen voor een contact 50 Een contactgroep maken 50 Een bericht verzenden aan een groep mensen 50 Uw contactgegevens verzenden via Mijn kaart 51 Contacten kopiëren van de SIM-kaart naar uw telefoon 51 Een back-up van uw contacten maken bij Nokia-diensten 51
Berichten 52
Informatie over Berichten 52 Een bericht verzenden 52 Een audiobericht verzenden 53 Een ontvangen bericht lezen 53 Een conversatie weergeven 54 Een SMS-bericht beluisteren 55 De taal wijzigen 55
E-mail 56
Over e-mail 56 Over Exchange ActiveSync 56 Een mailbox toevoegen 57 Een ontvangen e-mail lezen 57 Een e-mail verzenden 58 Reageren op een vergaderverzoek 59 E-mails openen van het startscherm 59
Internet 59
Info over de webbrowser 59 Op internet surfen 60 Een favoriet toevoegen 60 Abonneren op een webfeed 61
Sociale netwerken 61
Over Sociale netwerken 61
De statusupdates van uw vrienden in één weergave bekijken 62 Uw status plaatsen op socialenetwerkdiensten 62 Uw online vrienden koppelen aan hun contactgegevens 62 De statusupdates van uw vrienden weergeven op het startscherm 63 Een foto of video uploaden naar een dienst 63 Uw locatie als onderdeel van uw statusupdate delen 64 Contact opnemen met een vriend van een socialenetwerkdienst 64 Een gebeurtenis toevoegen aan uw telefoonagenda 64
Muziek en audio 65
Muziekspeler 65 Ovi Muziek 67 Beveiligde inhoud 68 FM-radio 68 Geluiden opnemen 70
Camera 71
Informatie over de camera 71 Een foto nemen 71 Foto- en videotips 71 Een foto in het donker nemen 72 Locatiegegevens opslaan bij uw foto's en video's 72 Een foto of video versturen. 73 Een foto of video delen direct vanaf de camera 74 Een video opnemen 74
Uw foto's en video's 75
Galerij 75 Gemaakte foto's bewerken 78 Video-editor 78
Video's en tv 79
4 Inhoudsopgave
Video's 79 Naar Web TV kijken 80
Kaarten 81
Overzicht van Kaarten 81 Locaties zoeken en weergeven 82 Naar uw bestemming navigeren 87 Plaatsen opslaan en delen 92 Onjuiste kaartinformatie melden 95
Tijdbeheer 95
Klok 95 Agenda 98
Kantoor 101
Quickoffice 101 PDF-documenten lezen 102 Rekenmachine 102 Notities schrijven 102 Woorden vertalen 103 ZIP-bestanden openen of maken 103 Met uw collega's chatten 103
Connectiviteit 104
Internetverbindingen 104 Wi-Fi 105 VPN-verbindingen 107 Een netwerkverbinding verbreken 107 NFC 108 Bluetooth 111 USB-gegevenskabel 114
Meer informatie vinden 124
Ondersteuning 124
Het milieu beschermen 125
Energie besparen 125 Recyclen 125
Product- en veiligheidsinformatie 126
Index 133
Telefoonbeheer 115
Uw telefoonsoftware en applicaties up-to-date houden 115 Bestanden beheren 117 Telefoongeheugen vrijmaken 118 Toepassingen beheren 118 Inhoud synchroniseren 119 Contacten of foto's kopiëren tussen telefoons 121 Uw telefoon beschermen 121
Veiligheid 5

Veiligheid

Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie.

SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN GEBIEDEN WAARBINNEN EEN GEBRUIKSVERBOD GELDT

Schakel het apparaat uit wanneer het gebruik van mobiele telefoons niet is toegestaan of wanneer dit storingen of gevaar kan opleveren, bijvoorbeeld in vliegtuigen, in ziekenhuizen of in de nabijheid van medische apparatuur, bij brandstof, chemicaliën of in gebieden waar explosieven worden gebruikt. Volg alle instructies op in gebieden waarbinnen een gebruiksverbod geldt.

VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG

Houd u aan alle lokale wetgeving. Houd tijdens het rijden altijd uw handen vrij om het voertuig te besturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste prioriteit te hebben terwijl u rijdt.

STORING

Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig zijn voor storing. Dit kan de werking van het apparaat negatief beïnvloeden.

DESKUNDIG ONDERHOUD

Dit product mag alleen door deskundigen worden geïnstalleerd of gerepareerd.

BATTERIJEN, LADERS EN ANDERE ACCESSOIRES

Gebruik alleen batterijen, laders en andere toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat. Sluit geen incompatibele producten aan.

HOUD HET APPARAAT DROOG

Het apparaat is niet waterbestendig. Houd het apparaat droog.
6 Veiligheid

GEHOORSCHADE VOORKOMEN

Luister naar een hoofdtelefoon met een gematigd geluidsvolume. Houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de luidspreker in gebruik is.
Aan de slag 7

Aan de slag

Toetsen en onderdelen

1 Nabijheidssensor. Schakelt het aanraakscherm automatisch uit tijdens oproepen. 2 Aanraakscherm 3 Beltoets 4 Microfoon 5 Luistergedeelte 6 Menutoets 7 Aan/uit-toets 8 Volume-/zoomtoets 9 Cameratoets 10 Riem-/polsbandopening 11 Micro-USB/laderaansluiting 12 Nokia AV-aansluiting (3,5 mm) 13 Knop voor toetsvergrendeling
Als er een beschermende tape op de cameralens is aangebracht, verwijdert u deze.

De SIM-kaart plaatsen

Uw telefoon gebruikt een mini-UICC SIM-kaart, ook wel bekend als micro-SIM-kaart.
Plak geen etiketten op uw SIM-kaart.
1 Zorg ervoor dat de telefoon is uitgeschakeld.
8Aan de slag
2 Plaats uw nagel in de ruimte aan rechterzijde van de achtercover, til voorzichtig
de achtercover op en verwijder deze.
3 Als de batterij is geplaatst, tilt u deze eruit.
4 Zorg ervoor dat het contactgebied van de geheugenkaart naar beneden is gericht
en plaats de SIM-kaart.
Aan de slag 9
5 Plaats de batterij terug (let op de positie van de contactpunten).
De SIM-kaart verwijderen
1 Schakel de telefoon uit. 2 Verwijder de achtercover. 3 Verwijder de batterij (indien geplaatst). 4 Plaatst uw nagel in de sleuf boven de SIM-kaart, duw de SIM-kaart naar de
onderzijde van de telefoon en verwijder de kaart.

Een geheugenkaart plaatsen

Geheugenkaarten zijn apart verkrijgbaar.
1 Plaats uw nagel in de ruimte aan rechterzijde van de achtercover en til de cover
eraf.
10 Aan de slag
2 Zorg ervoor dat het contactgebied van de geheugenkaart naar beneden is gericht
en plaats de kaart. Schuif de kaart naar binnen tot deze vast klikt.
3 Plaats de achtercover weer op de telefoon.
De geheugenkaart verwijderen
1 Druk op de kaart tot deze wordt vrijgegeven. 2 Trek de kaart eruit.
Aan de slag 11
Uw telefoon opladen De batterij opladen
Uw batterij is in de fabriek gedeeltelijk opgeladen, maar moet wellicht opnieuw worden opgeladen voordat u de telefoon voor het eerst kunt inschakelen.
Als wordt aangegeven dat het batterijniveau laag is, gaat u als volgt te werk:
Tip: Als er geen stopcontact beschikbaar is, kunt u ook opladen via USB. Gebruik een compatibele USB-gegevenskabel om uw telefoon op een ander compatibel apparaat aan te sluiten, zoals een computer. U kunt ook gegevens kopiëren tijdens het opladen.
U hoeft de batterij niet gedurende een bepaalde periode op te laden en u kunt de telefoon gebruiken terwijl deze wordt opgeladen.
Als de batterij volledig ontladen is, kan het enkele minuten duren voordat de batterij­indicator wordt weergegeven en u weer met het apparaat kunt bellen.
12 Aan de slag
Als u de batterij lange tijd niet hebt gebruikt, is het mogelijk dat u de lader moet aansluiten, ontkoppelen en vervolgens opnieuw moet aansluiten om het opladen te starten.

De batterij opladen via USB

Is de batterij bijna leeg en hebt u geen lader bij u? U kunt een compatibele USB-kabel gebruiken om uw telefoon op een compatibel apparaat, zoals een computer, aan te sluiten.
U kunt het apparaat opladen via een USB-aansluiting als er geen stopcontact beschikbaar is. Tijdens het opladen van het apparaat kunnen gegeven worden overgedragen. De efficiëntie van opladen via een USB-aansluiting kan sterk variëren, en mogelijk duurt het lang voordat het opladen wordt gestart en het apparaat begint te werken.
U kunt de telefoon tijdens het opladen gebruiken.
Let er bij het aansluiten of losmaken van de kabel van de lader goed op dat u de aansluiting van de lader niet breekt.

Het volume van een oproep, nummer of video wijzigen

Gebruik de volumetoetsen.
U kunt het volume aanpassen tijdens een oproep of wanneer een toepassing actief is.
Dankzij de interne luidspreker kunt u vanaf korte afstand spreken en luisteren zonder dat u de telefoon aan uw oor hoeft te houden.
Aan de slag 13
De luidspreker activeren of deactiveren tijdens een gesprek
Selecteer
of .

Headset

U kunt een compatibele headset of hoofdtelefoon bij uw telefoon gebruiken.
Sluit geen producten aan die een uitgangssignaal afgeven, aangezien dit het apparaat kan beschadigen. Sluit geen energiebron aan op de netstroomconnector van Nokia. Als u externe apparaten of hoofdtelefoons op de netstroomconnector van Nokia aansluit die niet door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat, moet u extra letten op het geluidsniveau.

De toetsen en het scherm vergrendelen of ontgrendelen

Vergrendel de toetsen en het scherm van uw telefoon om te voorkomen dat er per ongeluk een oproep tot stand wordt gebracht terwijl de telefoon in uw zak of tas zit.
Druk op de toetsvergrendelingsknop en selecteer Ontgrend..
14 Aan de slag
Tip: U kunt ook op de menutoets drukken en Ontgrend. selecteren.
De toetsen en het scherm instellen op automatisch vergrendelen
1 Selecteer
> Instellingen en Telefoon > Weergave > Time-out scherm/
ttsnblok..
2 Geef op hoe lang het moet duren voordat het scherm en de toetsen automatisch
worden vergrendeld.

De polsband of riem bevestigen

Haal de polsband of riem door één opening en trek deze er via de andere opening weer uit. Rijg de band of riem door de lus en trek strak.
Aan de slag 15

Antennes

Vermijd contact met de antenne als de antenne in gebruik is. Contact met antennes kan de kwaliteit van de communicatie nadelig beïnvloeden en kan tijdens het gebruik leiden tot een kortere de levensduur van de batterij door een hoger stroomverbruik.
Het gebied rond de antenne is gemarkeerd.

De telefoon in- of uitschakelen

Inschakelen
Houd de aan/uit-toets ingedrukt
totdat u de telefoon voelt trillen.
Uitschakelen
Houd de aan/uit-toets
ingedrukt.
16 Aan de slag

Uw telefoon de eerste keer gebruiken

Uw telefoon leidt u door de eerste installatie, wanneer u uw SIM-kaart plaatst en voor het eerst uw telefoon inschakelt. Maak een Nokia-account om Nokia-diensten te gebruiken. U kunt ook uw contacten en andere inhoud van uw vorige telefoon kopiëren. U kunt zich ook abonneren op de dienst My Nokia om nuttig tips en trucs te ontvangen over hoe u optimaal gebruik maakt van uw telefoon.
Als u een actie wilt starten, selecteert u u
.
. Als u een actie wilt overslaan, selecteert
U heb een internetverbinding nodig om een Nokia-account maken. Neem voor informatie over mogelijke kosten contact op met uw netwerkserviceprovider. U kunt later een account maken als u geen verbinding met internet kunt maken.
Als u al een Nokia-account hebt, voert u uw gebruikersnaam en wachtwoord in en selecteert u
.
Tip: Wachtwoord vergeten? U kunt het aanvragen door het in een e-mail of SMS­bericht naar u te laten verzenden.
Gebruik de toepassing Tel.overdracht om uw inhoud te kopiëren zoals:
Contacten
Aan de slag 17
Berichten
Foto's en video's
Persoonlijke instellingen
Wanneer u uw e-mailaccount instelt, kunt u uw inbox zo instellen dat deze wordt weergegeven op het startscherm, zodat u eenvoudig uw e-mail kunt controleren.
Druk op de beltoets als u een alarmnummer moet kiezen tijdens de installatiefase.

Nokia-account

Wanneer u uw telefoon voor het eerst inschakelt, leidt uw telefoon u door het maken van een Nokia-account.
Met uw Nokia-account kunt u onder andere:
Met een enkele gebruikersnaam en een enkel wachtwoord toegang krijgen tot alle Nokia-diensten, zowel op uw telefoon als op een compatibele computer
Inhoud downloaden van Nokia-diensten
details over het model van uw telefoon en contactgegevens opslaan. U kunt ook
details van uw betaalkaart toevoegen.
Uw belangrijke wandel- en rijroutes opslaan in Nokia Kaarten
Ga voor meer informatie over de Nokia-account en de Nokia-diensten naar www.nokia.com/support.
Als u later een Nokia-account wilt maken, gebruikt u uw telefoon om toegang te krijgen tot een Nokia-dienst zodat u wordt gevraagd om een account te maken.

Contacten of foto's van uw oude telefoon kopiëren

Wilt u belangrijke informatie kopiëren vanaf uw vorige compatibele Nokia-telefoon en snel gebruik gaan maken van uw nieuwe telefoon? Gebruik de applicatie Telef.overdracht om gratis items zoals contacten, agenda-items en foto's naar uw nieuwe telefoon te kopiëren.
Uw vorige telefoon moet Bluetooth ondersteunen.
18 Aan de slag
Selecteer > Instellingen > Connectiviteit > Gegevensoverdracht >
Telef.overdracht.
1 Selecteer een van de volgende opties:
— Kopieer inhoud vanaf een andere telefoon.
— Kopieer inhoud naar een andere telefoon.
— Synchroniseer inhoud tussen twee telefoons.
2 Selecteer de telefoon waarmee u verbinding wilt maken en koppel de telefoons.
Bluetooth moet in beide telefoons geactiveerd zijn.
3 Als voor de andere telefoon een toegangscode vereist is, voert u deze in. De
toegangscode, die u zelf mag definiëren, moet in beide telefoons worden ingevoerd. Sommige telefoons hebben een vaste toegangscode. Raadpleeg de gebruikershandleiding van de andere telefoon voor meer informatie.
De toegangscode is alleen geldig voor de huidige verbinding.
4 Selecteer de inhoud en OK.
Als uw vorige Nokia-telefoon niet beschikt over de applicatie Telef.overdracht, verzendt uw nieuwe telefoon deze in een bericht via Bluetooth. Open het bericht op uw vorige telefoon om de applicatie te installeren en volg de instructies.
Tip: U kunt ook de applicatie Telef.overdracht gebruiken om later inhoud van andere telefoons te kopiëren.

De gebruikershandleiding in uw telefoon gebruiken

Uw telefoon heeft een ingebouwde gebruikershandleiding. Deze hebt u wanneer
nodig dus altijd bij de hand. Selecteer
De gebruikershandleiding openen vanuit een toepassing
Selecteer
> Gebruikershandleiding. Dit is niet vanuit elke toepassing mogelijk.
> Gebr.handl..
Basistoepassing 19
Zoeken in de gebruikershandleiding
Als de gebruikershandleiding geopend is, selecteert u letter of woord in het zoekveld in.
Een applicatie vanuit de gebruikershandleiding openen
Selecteer de koppeling van de applicatie in een onderwerp. Als u terug wilt keren naar de gebruikershandleiding, houdt u de menutoets ingedrukt,
veegt u naar links of rechts en selecteert u de gebruikershandleiding.
Mogelijk staan er aan het einde van de instructies koppelingen naar verwante onderwerpen.
Tip: U ontvangt ook SMS en pop-uptips die nuttige informatie geven over het gebruik van uw telefoon. Als u de tips later wilt weergeven, selecteert u
> Zoeken en voert u een
> My Nokia.

Basistoepassing

De werkbalk gebruiken

De werkbalk onderaan het scherm helpt u de telefoon eenvoudig door te bladeren.
Het hoofdmenu openen Plaats een oproep. Ga terug naar de vorige weergave. Zoek naar toepassingen. Open het optiemenu.

Handelingen aanraakscherm

Als u met de gebruikersinterface wilt werken, tikt u op het aanraakscherm of tikt u op het aanraakscherm en houdt u dit even vast.
Belangrijk: Voorkom dat er krassen ontstaan op het aanraakscherm. Gebruik nooit
een echte pen, een potlood of een ander scherp voorwerp voor het aanraakscherm.
Een toepassing of ander schermelement openen
Tik op de toepassing of het element.
Snel naar functies gaan
Tik op het item en houd dit vast. Er wordt een pop-upmenu met de beschikbare opties geopend.
20 Basistoepassing
Voorbeeld: Als u een afbeelding wilt verzenden of een alarm wilt verwijderen, tikt u
op de afbeelding of het alarm en houdt u dit ingedrukt terwijl u de juiste optie in het pop-upmenu selecteert.
Een item slepen
Tik op het item en houd dit vast, en veeg vervolgens met uw vinger over het scherm.
Voorbeeld: U kunt items op het startscherm slepen.
Vegen
Plaats een vinger op het scherm en laat deze gestaag in de gewenste richting glijden.
Basistoepassing 21
Voorbeeld: Schakel naar een ander startscherm door naar links of naar rechts te
vegen.
Schuif uw vinger in het scherm snel omhoog of omlaag en til uw vinger op als u in een lijst of menu wilt bladeren. Tik op het scherm als u het bladeren wilt stoppen.
In- en uitzoomen
Plaats twee vingers op een item, zoals een kaart, foto of webpagina, en schuif uw vingers uit elkaar of naar elkaar toe.
Tip: U kunt ook tweemaal op het item tikken.

Snelkoppelingen gebruiken

U hoeft niet lang te navigeren om, bijvoorbeeld, een internetverbinding te openen of sluiten of het geluid van uw telefoon te dempen. U kunt deze instellingen direct bereiken in het statusmenu, ongeacht in welke applicatie of weergave u zich bevindt.
Veeg vanuit het meldingengebied omlaag.
22 Basistoepassing
In het statusmenu kunt u de volgende taken uitvoeren:
Meldingen van gemiste oproepen of ongelezen berichten weergeven
Het geluid van telefoon uitzetten
De verbindingsinstellingen wijzigen
Beschikbare Wi-Fi-verbindingen weergeven en verbinding maken met een Wi-Fi-
netwerk
Bluetooth-verbindingen beheren
Tip: Als u muziek luistert, kunt u de muziekspeler snel openen via het statusgebied.

Schakelen tussen geopende toepassingen

U kunt bekijken welke toepassingen en taken op de achtergrond zijn geopend en ertussen schakelen.
Houd de menutoets ingedrukt, veeg over het scherm naar links of rechts en selecteer de gewenste toepassing.
Basistoepassing 23
Applicaties die op de achtergrond worden uitgevoerd, kosten extra energie en leggen beslag op het geheugen. Als u een applicatie wilt sluiten die u niet gebruikt, selecteert
.
u
Tip: Als u alle geopende applicaties wilt sluiten, selecteert u de taakschakelfunctie en houdt u deze vast en selecteert u Alles sluiten in het pop-upmenu.
Tekst schrijven Tekst invoeren met het virtueel toetsenbord
Het virtuele toetsenbord gebruiken
Als u het virtuele toetsenbord wilt activeren, selecteert u een tekstinvoerveld. U kunt het virtuele toetsenbord zowel in liggende als in staande modus gebruiken.
Het virtuele toetsenbord in staande modus is mogelijk niet beschikbaar in alle schrijftalen.
1 Virtueel toetsenbord 2 Sluittoets - Hiermee sluit u het virtuele toetsenbord. 3 Shift- en Caps Lock-toets - Hiermee kunt u een teken in hoofdletters invoeren
wanneer u in kleine letters schrijft, of vice versa. Selecteer de toets voordat u het teken invoert. Als u de Caps Lock-modus wilt activeren, selecteert u de toets tweemaal.
4 Tekenbereik - Selecteer het gewenste tekenbereik, zoals cijfers of speciale
tekens.
5 Pijltjestoetsen - Hiermee verplaatst u de cursor naar links of naar rechts. 6 Spatiebalk - Hiermee kunt u een spatie invoeren. 7 Invoermenu - Hiermee activeert u tekstvoorspelling of wijzigt u de schrijftaal. 8 Enter-toets - Hiermee kunt u de cursor naar de volgende rij of het volgende
tekstinvoerveld verplaatsen. Extra functies zijn gebaseerd op de huidige context. In bijvoorbeeld het webadresveld van de webbrowser fungeert de toets als het activeringspictogram.
9 Backspace-toets - Hiermee verwijdert u een teken.
Tussen het virtuele toetsenbord en het toetsenblok schakelen in staande modus
Selecteer
> Alfanumeriek toetsenblok of QWERTY-toetsenbord.
24 Basistoepassing
Een accent toevoegen aan een teken
Selecteer het teken en houd het vast.
Tekstvoorspelling inschakelen voor het virtueel toetsenbord
Tekstvoorspelling is niet in alle talen beschikbaar.
1 Selecteer
weergegeven.
2 Begin met het schrijven van een woord. Uw telefoon doet suggesties voor
mogelijke woorden terwijl u schrijft. Wanneer het juiste woord wordt weergegeven, selecteert u dit.
3 Als het woord niet in de woordenlijst voorkomt, geeft de telefoon een alternatieve
suggestie uit de woordenlijst. Als u het nieuwe woord wilt toevoegen aan de woordenlijst, selecteert u het woord dat u hebt geschreven.
De modus voor tekstvoorspelling deactiveren
Selecteer
De instellingen voor tekstinvoer wijzigen
Selecteer
Tekst invoeren met het virtueel toetsenblok Het virtuele toetsenblok gebruiken
Als u er de voorkeur aan geeft het alfanumerieke toetsenblok te gebruiken wanneer u schrijft in de staande modus, kunt u schakelen van het virtuele toetsenbord naar het virtuele toetsenblok.
1 Selecteer een tekstinvoerveld. 2 Selecteer
> Invoeropties > Voorspelling activeren. wordt
> Invoeropties > Voorspell. uitschakelen.
> Invoeropties > Instellingen.
> Alfanumeriek toetsenblok.
Basistoepassing 25
1 Cijfertoetsen 2* - Voer een speciaal teken in of blader door de mogelijke woorden als de modus
voor tekstinvoer met tekstvoorspelling is geactiveerd en het woord is onderstreept.
3 Shift-toets - Schakelen tussen hoofdletters en kleine letters. U kunt de modus
voor tekstinvoer met tekstvoorspelling activeren of deactiveren door snel tweemaal op deze toets te drukken. U kunt schakelen tussen de letter- en cijfermodus door op deze toets te drukken en deze ingedrukt te houden.
4 Toets Sluiten - Hiermee sluit u het virtuele toetsenblok. 5 Pijltjestoetsen - Hiermee verplaatst u de cursor naar links of naar rechts. 6 Invoermenu - Tekstinvoer met tekstvoorspelling inschakelen, de schrijftaal
wijzigen of schakelen naar het virtuele toetsenbord.
7 Toets Backspace - Hiermee verwijdert u een teken. 8 Tekstinvoersymbool (indien beschikbaar) - Geeft aan of hoofdletters of kleine
letters zijn ingeschakeld, of de cijfer- of lettermodus actief is en of de modus voor tekstinvoer met tekstvoorspelling is geactiveerd.
U activeert gewone tekstinvoer met het virtuele toetsenblok Selecteer # tweemaal snel.
Een teken invoeren
1 Selecteer herhaaldelijk een cijfertoets (1-9), totdat het gewenste teken wordt
weergegeven. Er zijn meer tekens beschikbaar dan u kunt zien op de toets.
2 Als de volgende letter op dezelfde toets staat moet u wachten totdat de cursor
weer verschijnt of u moet de cursor naar voren verplaatsen en de toets opnieuw selecteren.
Een spatie invoegen Selecteer 0.
De cursor naar de volgende regel verplaatsen Selecteer drie keer 0.
Tekstvoorspelling inschakelen voor het virtueel toetsenblok
Tekstvoorspelling is gebaseerd op een ingebouwde woordenlijst die u zelf kunt uitbreiden. Tekstvoorspelling is niet voor alle talen beschikbaar.
1 Selecteer 2 Schrijf het gewenste woord door de toetsen 2-9 te gebruiken. Selecteer elke
toets eenmaal voor elke letter. Als u bijvoorbeeld Nokia wilt schrijven wanneer de Engelse woordenlijst is geselecteerd, selecteert u 6 voor N, 6 voor o, 5 voor k, 4 voor i en 2 voor a.
> Tekstvoorspelling activeren.
26 Basistoepassing
Het voorspelde woord verandert na elke toetsselectie.
3 Als het woord niet het gewenste woord is, selecteert u herhaaldelijk *, totdat het
gewenste woord wordt weergegeven. Als het woord niet in het woordenboek voorkomt, selecteert u Spellen. Voer vervolgens het woord met de traditionele tekstinvoer in en selecteer OK.
Als ? achter het woord wordt weergegeven, staat het niet in de woordenlijst. Als u een woord aan de woordenlijst wilt toevoegen, selecteert u *, voert u het woord met de traditionele tekstinvoer in en selecteert u OK.
4 Als u een spatie wilt invoegen, selecteert u 0. Als u een veelgebruikt leesteken
wilt invoegen, selecteert u 1 en selecteert u vervolgens herhaaldelijk * totdat het gewenste leesteken wordt weergegeven.
5 Begin met het schrijven van het volgende woord.
Tekstvoorspelling deactiveren Selecteer # tweemaal snel.

De schrijftaal definiëren

Selecteer
De taal wijzigen tijdens het schrijven
Selecteer
De beschikbare opties kunnen verschillen.
Schermsymbolen Algemene schermsymbolen
> Instellingen en Telefoon > Aanraakinvoer > Schrijftaal.
> Schrijftaal.
Het aanraakscherm en de sleutels zijn geblokkeerd. Iemand heeft geprobeerd u te bellen. U hebt ongelezen berichten. Als het berichtensymbool knippert, is uw map Inbox mogelijk vol. U hebt een kalendergebeurtenis gemist. De wekker is ingesteld.
Basistoepassing 27
De map Outbox bevat berichten die nog niet zijn verzonden. U gebruikt uw tweede telefoonlijn (netwerkdienst). Inkomende oproepen worden doorgeschakeld naar een ander nummer
(netwerkdienst). Als u twee telefoonlijnen hebt, geeft een nummer de actieve lijn aan. Uw telefoon is gereed voor een internetoproep.
Er is een gegevensoproep actief (netwerkdienst).

Verbindingssymbolen

Bluetooth is actief. Als de indicator knippert, wordt geprobeerd een verbinding met een andere
telefoon tot stand te brengen. Uw telefoon verzendt gegevens via Bluetooth.
Er is een USB-kabel op uw telefoon aangesloten. De telefoon is bezig met synchroniseren. Er is een compatibele headset aangesloten op uw telefoon. Er is een compatibele carkit aangesloten op uw telefoon.
28 Basistoepassing

Netwerksymbolen

Uw telefoon is verbonden met een GSM-netwerk (netwerkdienst). Uw telefoon is verbonden met een 3G-netwerk (netwerkdienst). Er is een GPRS-gegevensverbinding (netwerkdienst) aan het openen of
sluiten. Er is een GPRS-gegevensverbinding open.
Er staat een GPRS-gegevensverbinding in de wacht. Er is een EGPRS-gegevensverbinding (netwerkdienst) aan het openen of
sluiten. Er is een EGPRS-gegevensverbinding open.
Er staat een EGPRS-gegevensverbinding in de wacht. Er is een 3G-gegevensverbinding (netwerkdienst) aan het openen of sluiten. Er is een 3G-gegevensverbinding open. Er staat een 3G-gegevensverbinding in de wacht. Er is een HSPA-gegevensverbinding (netwerkdienst) aan het openen of
sluiten. Er is een HSPA-gegevensverbinding open.
Er staat een HSPA-gegevensverbinding in de wacht. Er is een Wi-Fi-verbinding open.

Het waarschuwingslampje laten knipperen bij gemiste oproepen of berichten

Als het meldingslampje van de telefoon knippert, hebt u een oproep gemist of is een bericht binnengekomen.
Selecteer
Meldingsindicator.
> Instellingen en Telefoon > Waarschuwingslampjes >
Basistoepassing 29

Op uw telefoon en op internet zoeken

Verken uw telefoon en internet. U kunt e-mail, contacten, afbeeldingen, muziek
of applicaties zoeken die op de telefoon en op internet zijn opgeslagen.
Selecteer
1 Begin een zoekwoord in te voeren en selecteer uit de voorgestelde treffers. 2 Als u wilt zoeken op internet, selecteert u de internetkoppeling aan het einde van
elk zoekresultaat. U hebt een actieve internetverbinding nodig.
Tip: U kunt een zoekwidget toevoegen aan het startscherm. Tik op een leeg gebied gebied van het startscherm en houd dit vast. Selecteer vervolgens Widget toevoegen en de zoekwidget in de lijst.

Levensduur van de batterij verlengen

Als u constant een lader nodig lijkt te hebben, kunt u een aantal zaken doen om het stroomverbruik van uw telefoon te verminderen.
Laad de batterij altijd volledig op.
Als de energiespaarstand is geactiveerd, worden telefooninstellingen, zoals
Netwerkmodus en de screensaver geoptimaliseerd.
Energiebesparende modus activeren
Druk op de aan/uit-toets modus voor energiebesparing wilt uitschakelen, drukt u op de aan/uit-toets selecteert u Energiespaarst. uitschkln.
Toepassingen sluiten die u niet gebruikt
Houd de menutoets ingedrukt, veeg over het scherm totdat de gewenste toepassing wordt weergegeven en selecteer
> Zoeken.
en selecteer Energiespaarstand activeren. Als u de
en
.
Geluiden, thema´s en effecten
Schakel overbodige tonen, zoals toetstonen, uit.
Gebruik een hoofdtelefoon met kabel in plaats van de luidspreker.
Wijzig de lengte van de time-outperiode waarna het scherm van de telefoon wordt
uitgeschakeld.
De duur van de time-outperiode instellen
Selecteer
> Instellingen en Telefoon > Weergave > Time-out verlichting.
30 Basistoepassing
Een donker thema en donkere achtergrond activeren
Selecteer Selecteer
wijzigen.
Animatie-effecten op de achtergrond uitschakelen
Selecteer
Uit.
Helderheid van het scherm verminderen
Selecteer
De Grote klok screensaver uitschakelen
Selecteer
Netwerkgebruik
Activeer het profiel Offline als u naar muziek luistert of uw telefoon op een andere manier gebruikt dan om te bellen of gebeld te worden.
Stel de telefoon zo in dat minder dikwijls op nieuwe e-mail wordt gecontroleerd.
Gebruik een Wi-Fi-verbinding in plaats van een mobiele-dataverbinding (GPRS of
3G) om verbinding te maken met internet.
Als de telefoon is ingesteld om gebruik te maken van zowel GSM- als 3G­netwerken (Dual mode), gebruikt de telefoon meer stroom tijdens het zoeken naar het 3G-netwerk.
De telefoon zo instellen dat alleen het GSM-netwerk wordt gebruikt
Veeg vanuit het meldingengebied omlaag, selecteer het mobiele netwerk en
Netwerkmodus > GSM.
> Instellingen en Thema's > Algemeen.
> Achtergrond wijzigen op het startscherm als u de achtergrond wilt
> Instellingen en Thema's > Algemeen > > Thema-effecten >
> Instellingen en Telefoon > Weergave > Helderheid.
> Instellingen en Thema's > Screensaver > Geen.
Bluetooth-verbinding deactiveren wanneer u deze niet nodig hebt
Veeg vanuit het meldingengebied omlaag en selecteer
Het scannen naar beschikbare Wi-Fi-netwerken stoppen
Veeg vanuit het meldingengebied omlaag en selecteer
Alleen een mobiele dataverbinding (3G of GPRS) tot stand brengen wanneer dat nodig is
Als u de mobiele dataverbinding wilt verbreken, veegt u vanuit het meldingengebied omlaag en selecteert u
.
.
.
Loading...
+ 107 hidden pages