Nikon D5600 + 18-55mm VR User manual

• Lees deze handleiding grondig door voordat u de camera gebruikt.
• Om correct gebruik van de camera te verzekeren, vergeet niet “Voor uw Veiligheid” te lezen (pagina xiii).
• Bewaar deze handleiding na het lezen op een gemakkelijk toegankelijke plaats voor later gebruik.
DIGITALE CAMERA
Nl
Your images. The world. Connected
D5600 Model Name: N1538
Welkom bij SnapBridge — de nieuwe servicesfamilie van Nikon om uw beeldervaring te verrijken. SnapBridge elimineert de barrière tussen uw camera en compatibel smartapparaat, door middel van een combinatie van Bluetooth® lage energie (BLE)-technologie en een speciale app. De verhalen die u met uw Nikon-camera en objectieven vastlegt, worden tijdens het maken automatisch naar het apparaat overgezet. Ze kunnen zelfs moeiteloos naar cloud-opslagservices worden geüpload, zodat toegang tot al uw apparaten mogelijk is. U kunt uw enthousiasme delen, wanneer en waar u maar wilt.
Download de app SnapBridge en ga aan de slag!
Profiteer van het uitgebreide gebruiksgemak door de SnapBridge app nu naar uw smartapparaat te downloaden. Door middel van enkele simpele stappen verbindt deze app uw Nikon-camera met een compatibele iPhone®, iPad® en/of iPod touch® of smartapparaten die het besturingssysteem AndroidTM gebruiken. De app is gratis beschikbaar via de website (http://snapbridge.nikon.com), Apple App Store® en Google PlayTM. Voor de meest recente informatie over SnapBridge, bezoek de Nikon-website voor uw regio (0 xxi).
De spannende beeldervaring die SnapBridge biedt…
Nikon D5600, AF-P DX NIKKOR 18–55mm f/3.5–5.6G VR
Automatische foto-overdracht van camera naar smartapparaat dankzij de constante verbinding tussen de twee apparaten — zo wordt online delen van foto’s gemakkelijker dan ooit tevoren
Uploaden van foto's en miniatuurafbeeldingen naar de cloudservice van NIKON IMAGE SPACE
Een reeks services die uw beeldbeleving verrijkt, inclusief:
Camera-afstandsbediening
Afdrukken van maximaal twee delen
aftitelingsinformatie (bijv. copyright, commentaar, tekst en logo’s) op foto’s
Automatische update van datum- en tijdinformatie van de camera en locatie­informatie
Ontvang firmware-updates voor de camera
i
Lees alle aanwijzingen grondig door, zodat u zeker weet dat u de camera optimaal benut en bewaar de handleiding op een plaats waar iedereen die het product gebruikt deze kan lezen.
Symbolen en conventies
Om u te helpen de gewenste informatie gemakkelijker te vinden, worden de volgende symbolen en conventies gebruikt:
Dit pictogram staat bij waarschuwingen; informatie die moet worden gelezen voor gebruik om schade aan de
D
camera te vermijden.
Dit pictogram staat bij opmerkingen; lees deze informatie
A
voordat u de camera gebruikt.
Dit pictogram staat bij verwijzingen naar andere pagina’s
0
in deze handleiding.
In de cameramonitor weergegeven menu-items, opties en berichten worden vetgedrukt getoond.
Camera-instellingen
De uitleg in deze handleiding gaat er steeds van uit dat de standaardinstellingen worden gebruikt.
Nikon Manual Viewer 2
Installeer de app Nikon Manual Viewer 2 op uw smartphone of tablet om digitale camerahandleidingen van Nikon overal en altijd te bekijken. Nikon Manual Viewer 2 kan gratis worden gedownload in de App Store of via Google Play. Downloaden van de app en alle andere producthandleidingen vereist een internetverbinding, waarvoor kosten in rekening kunnen worden gebracht door uw telefoon- of internetprovider.
A Voor uw veiligheid
Lees voordat u de camera voor het eerst gebruikt de veiligheidsinstructies in “Voor uw veiligheid” (0 xiii–xvi).
ii

Inhoudsopgave

Voor uw veiligheid .......................................................................... xiii
Kennisgevingen .............................................................................. xvii
Bluetooth en Wi-Fi (Draadloos LAN) ........................................... xxii
Inleiding 1
Kennismaking met de camera ......................................................... 1
De camerabody ............................................................................................ 1
De standknop ................................................................................................ 4
De zoeker ........................................................................................................ 5
De R (Informatie)-knop ............................................................................ 6
De P-knop..................................................................................................... 12
De monitor......................................................................................... 13
Het aanraakscherm gebruiken.............................................................. 15
Aanraakfotografie ...................................................................................... 17
Foto’s bekijken............................................................................................ 23
De menu’s gebruiken ............................................................................... 25
Eerste stappen 26
De camerariem bevestigen .................................................................... 26
Laad de accu op.......................................................................................... 26
Plaats de accu en een geheugenkaart ............................................... 27
Open de monitor........................................................................................ 29
Bevestig een objectief.............................................................................. 30
Camera instellen......................................................................................... 33
Stel de zoeker scherp................................................................................ 41
Tutorial 42
Cameramenu’s: Een overzicht........................................................ 42
Het accuniveau en het aantal resterende opnamen ................. 46
iii
Basisfotografie en afspelen 47
“Richten-en-maken”-standen (i en j)....................................... 47
Basisweergave .................................................................................. 56
Ongewenste foto’s wissen...................................................................... 57
Instellingen die passen bij het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand) 58
k Portret ............................................................................................... 59
l Landschap ....................................................................................... 59
p Kinderen........................................................................................... 59
m Sport................................................................................................... 60
n Close-up ........................................................................................... 60
o Nachtportret ................................................................................... 60
r Nachtlandschap............................................................................. 61
s Party/binnen................................................................................... 61
t Strand/sneeuw............................................................................... 61
u Zonsondergang............................................................................. 62
v Schemering ..................................................................................... 62
w Dierenportret ................................................................................. 62
x Kaarslicht ........................................................................................... 63
y Bloesem ............................................................................................ 63
z Herfstkleuren .................................................................................. 63
0 Voedsel............................................................................................... 64
iv
Speciale effecten 65
% Nachtzicht ........................................................................................ 65
S Superlevendig................................................................................. 66
T Pop..................................................................................................... 66
U Foto-illustratie ................................................................................ 66
' Speelgoedcamera-effect............................................................. 67
( Miniatuureffect .............................................................................. 67
3 Selectieve kleur.............................................................................. 67
1 Silhouet............................................................................................. 68
2 High-key............................................................................................ 68
3 Low-key............................................................................................. 68
Beschikbare opties in livebeeld............................................................. 70
Meer over fotografie 75
Een ontspanstand kiezen ............................................................... 75
Continu opnemen (Seriestand) ..................................................... 76
Stil ontspannen ................................................................................ 78
Zelfontspannerstand....................................................................... 79
Scherpstelling ................................................................................... 82
Scherpstelstand .......................................................................................... 82
AF-veldstand................................................................................................ 87
Scherpstelvergrendeling ......................................................................... 93
Handmatige scherpstelling .................................................................... 95
Beeldkwaliteit en -formaat............................................................. 98
Beeldkwaliteit .............................................................................................. 98
Beeldformaat ............................................................................................ 100
De ingebouwde flitser gebruiken ............................................... 101
Automatische pop-up-standen.......................................................... 101
Handmatige pop-up-standen............................................................. 103
ISO-gevoeligheid............................................................................ 107
Intervalfotografie ........................................................................... 109
Standaardinstellingen herstellen ............................................... 115
v
Standen P, S, A en M 118
Sluitertijd en diafragma ................................................................ 118
Stand P (Automatisch programma).................................................. 119
Stand S (Sluitertijdvoorkeuze) ............................................................ 121
Stand A (Diafragmavoorkeuze) .......................................................... 122
Stand M (Handmatig)............................................................................. 123
Lange tijdopnamen (Alleen stand M)............................................... 125
Belichting ......................................................................................... 128
Lichtmeting............................................................................................... 128
Vergrendeling automatische belichting ........................................ 130
Belichtingscorrectie ............................................................................... 132
Flitscorrectie ............................................................................................. 134
Details behouden in hoge lichten en schaduwen .................... 136
Actieve D-Lighting.................................................................................. 136
High Dynamic Range (HDR) ................................................................ 138
Witbalans ......................................................................................... 140
Fijnafstelling witbalans ......................................................................... 143
Handmatige voorinstelling ................................................................. 145
Bracketing........................................................................................ 151
Picture Controls .............................................................................. 155
Een Picture Control selecteren........................................................... 155
Picture Controls aanpassen................................................................. 157
Eigen Picture Controls creëren .......................................................... 161
vi
Films opnemen en bekijken 164
Films opnemen ............................................................................... 164
De P-knop .................................................................................................. 166
Filminstellingen ....................................................................................... 168
Time-lapse-films ............................................................................. 171
Films bekijken................................................................................. 176
Films bewerken .............................................................................. 178
Films bijsnijden ........................................................................................ 178
Geselecteerde beelden opslaan ........................................................ 182
Weergave en verwijderen 184
Schermvullende weergave........................................................... 184
Miniatuurweergave ................................................................................ 185
Kalenderweergave.................................................................................. 186
De P-knop .................................................................................................. 187
Foto-informatie .............................................................................. 188
Foto’s van dichtbij bekijken: Zoomweergave .......................... 196
Foto’s tegen wissen beveiligen ................................................... 200
Foto’s van een score voorzien ..................................................... 201
Individuele foto’s van een score voorzien...................................... 201
Meerdere foto’s van een score voorzien......................................... 202
Foto’s selecteren voor uploaden ................................................ 203
Individuele foto’s selecteren ............................................................... 203
Meerdere foto’s selecteren .................................................................. 204
Foto’s wissen................................................................................... 205
Tijdens weergave .................................................................................... 205
Het weergavemenu................................................................................ 206
Diashows.......................................................................................... 208
Opties diashow ........................................................................................ 209
vii
Verbindingen 210
ViewNX-i installeren....................................................................... 210
Foto’s naar de computer kopiëren.............................................. 211
Foto’s afdrukken............................................................................. 214
De printer aansluiten............................................................................. 214
Foto’s één voor één afdrukken .......................................................... 215
Meerdere foto’s afdrukken .................................................................. 216
Foto’s op een televisie bekijken .................................................. 218
Cameramenu’s 220
D Het weergavemenu: Beelden beheren ........................................ 220
Weergavemenu-opties ......................................................................... 220
Weergavemap.................................................................................. 221
Weergaveopties............................................................................... 221
Controlebeeld .................................................................................. 221
Automatische beeldrotatie ......................................................... 222
Draai portret...................................................................................... 222
C Het opnamemenu: Opnameopties .............................................. 223
Opnamemenu-opties ............................................................................ 223
Opnamemenu terugzetten ......................................................... 225
Opslagmap ........................................................................................ 225
Naamgeving bestanden ............................................................... 227
NEF (RAW)-opname........................................................................ 227
ISO-gevoeligheid instellen .......................................................... 228
Kleurruimte........................................................................................ 230
Ruisonderdr. lange tijdopname................................................. 230
Hoge ISO-ruisonderdrukk. ........................................................... 231
Vignetteringscorrectie .................................................................. 231
Autom. vertekeningscorrectie.................................................... 232
Optische VR ....................................................................................... 232
viii
A Aangepaste instellingen: Fijnafstelling camera-instellingen........ 233
Persoonlijke instellingen ...................................................................... 234
Herstel pers. instellingen .............................................................. 235
a: Autofocus.......................................................................................... 235
a1: Selectie AF-C-prioriteit............................................................ 235
a2: Aantal scherpstelpunten ....................................................... 236
a3: Ingeb. AF-hulpverlichting...................................................... 237
a4: Afstandsmeter ........................................................................... 237
a5: Handm. scherpstelring in AF-st. .......................................... 238
b: Belichting.......................................................................................... 239
b1: Stapgrootte inst. belichting ................................................. 239
b2: ISO-weergave ............................................................................ 239
c: Timers/AE-vergrendeling ............................................................ 239
c1: AE-vergrend. ontspanknop ................................................... 239
c2: Timers automatisch uit ........................................................... 240
c3: Zelfontspanner .......................................................................... 241
d: Opnemen/weergeven.................................................................. 241
d1: Belichtingsvertragingsstand ................................................ 241
d2: Opeenvolgende nummering............................................... 242
d3: Rasterweergave in zoeker ..................................................... 243
d4: Datumstempel .......................................................................... 243
d5: Aanduidingen omkeren......................................................... 245
e: Bracketing/flits ................................................................................ 246
e1: Flitserregeling ingeb. flitser/Optionele flitser ................ 246
e2: Inst. voor autom. bracketing ................................................ 251
f: Bediening........................................................................................... 252
f1: Fn-knop toewijzen .................................................................... 252
f2: AE-L/AF-L-knop toewijzen ..................................................... 254
f3: Aanraak-Fn toewijzen .............................................................. 255
f4: Rotatie instelschijf omkeren .................................................. 256
ix
B Het setup-menu: Camera-instellingen............................................ 257
Setup-menu-opties ................................................................................ 257
Geheugenkaart formatteren....................................................... 259
Beeldcommentaar .......................................................................... 260
Copyrightinformatie ...................................................................... 261
Tijdzone en datum.......................................................................... 262
Taal (Language) ............................................................................... 262
Signaalopties .................................................................................... 263
Aanraakbediening .......................................................................... 263
Monitorhelderheid ......................................................................... 263
Indeling informatiescherm .......................................................... 264
Automatisch informatiescherm ................................................. 265
Informatiescherm automat. uit .................................................. 265
Stof-referentiefoto.......................................................................... 266
Flikkerreductie ................................................................................. 268
Ontspannen bij geen kaart.......................................................... 268
Locatiegegevens ............................................................................. 269
Afstandsbediening ......................................................................... 270
Vliegtuigmodus ............................................................................... 271
Verbinden met smartapparaat................................................... 271
Verzenden n. smartapp. (autom.).............................................. 272
Wi-Fi ..................................................................................................... 272
Bluetooth ........................................................................................... 273
Uploaden via Eye-Fi........................................................................ 274
Conformiteitsmarkering ............................................................... 276
Firmwareversie................................................................................. 276
x
N Het retoucheermenu: Geretoucheerde kopieën maken ................. 277
Retoucheermenu-opties....................................................................... 277
Geretoucheerde kopieën maken....................................................... 278
NEF (RAW)-verwerking .................................................................. 280
Bijsnijden ............................................................................................ 282
Formaat wijzigen............................................................................. 283
D-Lighting .......................................................................................... 285
Snel retoucheren ............................................................................. 286
Rode-ogencorrectie........................................................................ 286
Rechtzetten ....................................................................................... 287
Vertekeningscorrectie.................................................................... 287
Perspectiefcorrectie........................................................................ 288
Fisheye................................................................................................. 288
Filtereffecten..................................................................................... 289
Monochroom .................................................................................... 290
Beeld-op-beeld................................................................................. 291
Lijntekening....................................................................................... 293
Foto-illustratie .................................................................................. 294
Kleurenschets.................................................................................... 294
Miniatuureffect................................................................................. 295
Selectieve kleur ................................................................................ 296
Schilderij ............................................................................................. 298
Vergelijken ......................................................................................... 298
m Recente Instellingen/O Mijn Menu........................................ 300
Een menu kiezen ..................................................................................... 300
m Recente Instellingen ......................................................................... 301
O Mijn Menu............................................................................................. 301
xi
Technische opmerkingen 305
Compatibele objectieven.............................................................. 305
Compatibele CPU-objectieven .......................................................... 305
Compatibele objectieven zonder CPU............................................ 308
Het Nikon Creatieve Verlichtingssysteem (CVS) ...................... 315
Overige accessoires........................................................................ 321
Een stroomaansluiting en lichtnetadapter bevestigen ............ 325
Behandeling van uw camera ........................................................ 327
Opslag ......................................................................................................... 327
Reinigen ..................................................................................................... 327
Reiniging van de beeldsensor ............................................................ 328
Onderhoud van camera en accu: Waarschuwingen ................ 333
Beschikbare instellingen............................................................... 338
Problemen oplossen ...................................................................... 340
Accu/weergave........................................................................................ 340
Opname (Alle standen)......................................................................... 341
Opname (P, S, A, M) .................................................................................. 345
Weergave................................................................................................... 346
Bluetooth en Wi-Fi (Draadloze netwerken) ................................... 348
Overige ....................................................................................................... 348
Foutmeldingen ............................................................................... 349
Specificaties..................................................................................... 356
Objectiefsets.................................................................................... 369
AF-P DX NIKKOR 18–55mm f/3.5–5.6G VR ..................................... 369
AF-P DX NIKKOR 70–300mm f/4.5–6.3G ED VR en
AF-P DX NIKKOR 70–300mm f/4.5–6.3G ED ............................. 375
AF-S DX NIKKOR 18–140mm f/3.5–5.6G ED VR ............................ 380
Capaciteit geheugenkaart ............................................................ 387
Gebruiksduur van de batterij ....................................................... 388
Index ................................................................................................. 390
xii

Voor uw veiligheid

Om schade aan eigendommen of letsel aan uzelf of anderen te voorkomen, lees “Voor uw veiligheid” in zijn geheel door alvorens dit product te gebruiken.
Bewaar deze veiligheidsinstructies daar waar iedere gebruiker van dit product ze kan lezen.
GEVAAR: Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen, gemarkeerd
met dit pictogram, zorgt voor groot gevaar voor de dood of ernstig letsel.
WAARSCHUWING: Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen,
gemarkeerd met dit pictogram, kan de dood of ernstig letsel tot gevolg hebben.
LET OP: Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen, gemarkeerd
met dit pictogram, kan letsel of schade aan eigendommen tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING
• Gebruik niet tijdens het lopen of het bedienen van een motorvoertuig.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan ongelukken of ander letsel veroorzaken.
• Dit product niet uit elkaar halen of aanpassen. Raak geen interne delen aan die worden blootgesteld als gevolg van een val of ander ongeluk.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan een elektrische schok of ander letsel tot gevolg hebben.
• Mocht u afwijkingen aan het product ontdekken zoals het produceren van rook, hitte of ongebruikelijke geuren, ontkoppel dan onmiddellijk de accu of voedingsbron.
Voortgaand gebruik kan brand, brandwonden of ander letsel veroorzaken.
• Houd droog. Niet met natte handen vastpakken. Pak de stekker niet met natte handen vast.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
• Laat uw huid niet langdurig in contact komen met dit product terwijl deze in en uit het stopcontact wordt gehaald.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan lichte brandwonden tot gevolg hebben.
• Gebruik dit product niet in de aanwezigheid van ontvlambaar stof of gas zoals propaan, benzine of spuitbussen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan een explosie of brand tot gevolg hebben.
xiii
• Kijk niet rechtstreeks in de zon of andere felle lichtbronnen door middel van het objectief of camera.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan beperkt gezichtsvermogen tot gevolg hebben .
• Richt de flitser of AF-hulpverlichting niet op de bestuurder van een motorvoertuig.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan ongelukken tot gevolg hebben.
• Houd dit product uit de buurt van kinderen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan letsel of een defect aan het product tot gevolg hebben. Merk bovendien op dat kleine onderdelen verstikkingsgevaar opleveren. Mocht een kind onderdelen van dit product inslikken, zoek dan onmiddellijk medische hulp.
• Wikkel, draai en raak niet verstrikt in de riemen om uw nek.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan ongelukken tot gevolg hebben.
• Gebruik geen accu’s, laders of lichtnetadapters die niet specifiek zijn bedoeld voor gebruik met dit product. Bij het gebruik van accu’s, laders en lichtnetadapters die bedoeld zijn voor gebruik met dit product, ga geen:
- Snoeren of kabels beschadigen, aanpassen, met overmatige kracht
trekken aan of buigen van kabels of ze onder zware voorw erpen plaatsen of ze blootstellen aan hitte of vlammen.
- Reisadapters of adapters gebruiken die speciaal ontworpen zijn om van
de ene spanning naar een andere spanning over te schakelen, of met DC­naar-AC-omvormers.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
• Pak de ste kker niet vast tijdens het opladen van het product of gebruik van de lichtnetadapter tijdens onweersbuien.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan een elektrische schok tot gevolg hebben.
• Pak niet met blote handen vast op plaatsen die worden blootgesteld aan extreem hoge en lage temperaturen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brandwonden of bevriezingsverschijnselen tot gevolg hebben.
LET OP
• Laat het objectief niet naar de zon of andere sterke lichtbronnen gericht.
Licht dat wordt geconvergeerd door het objectief kan brand of schade aan de interne onderdelen van het product veroorzaken. Houd de zon goed buiten beeld bij het fotograferen van onderwerpen met tegenlicht. Zonlicht geconvergeerd in de camera wanneer de zon zich dicht bij het beeld bevindt, kan brand veroorzaken.
xiv
• Schakel dit product uit wanneer het gebruik ervan verboden is. Schakel draadloze functies uit wanneer het gebruik van draadloze apparatuur verboden is.
De radiofrequentie-emissies geproduceerd door dit product kunnen interfereren met apparatuur aan boord van vliegtuigen of in ziekenhuizen of andere medische faciliteiten.
• Verwijder de accu en ontkoppel de lichtnetadapter als voor langere tijd geen gebruik wordt gemaakt van dit product.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brand of een defect aan het product tot gevolg hebben.
• Raak geen bewegende delen van het objectief of andere bewegende delen aan.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan letsel tot gevolg hebben.
• Laat de flitser niet flitsen terwijl deze in contact is met of zich nabij de huid of voorwerpen bevindt.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brandwonden of brand tot gevolg hebben.
• Laat het product niet achter op een plaats waar het voor langere tijd wordt blootgesteld aan extreem hoge temperaturen, zoals in een afgesloten auto of in direct zonlicht.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brand of een defect aan het product tot gevolg hebben.
GEVAAR (Accu’s)
• Voorkom onjuist gebruik van accu’s.
Het niet in acht nemen van de volgende voorzorgsmaatregelen kan ervoor zorgen dat de accu’s lekken, oververhit raken, scheuren of vlam vatten.
- Gebruik uitsluitend opla adbare accu’s die zijn goedgekeurd voor gebruik in dit
product.
- Stel accu’s niet bloot aan vlammen of extreme hitte.
- Haal niet uit elkaar.
- Sluit de aansluitingen niet kort door ze in aanraking te laten komen met
kettingen, haarspelden of andere metalen voorwerpen.
- Stel accu’s of de producten waarin ze worden geplaatst, niet bloot aan
krachtige fysieke schokken.
• Probeer EN-EL14a oplaadbare accu’s niet op te laden met behulp van laders die niet specifiek bedoeld zijn voor dit doel.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan ervoor zorgen dat de accu’s lekken, oververhit raken, scheuren of vlam vatten.
• Als accuvloeistof in aanraking komt met de ogen, spoel dan met veel schoon water en zoek onmiddellijk medische hulp.
Het uitstellen van deze handeling kan oogletsel tot gevolg hebben.
xv
WAARSCHUWING (Accu’s)
• Houd accu’s buiten bereik van kinderen.
Mocht een kind een accu inslikken, zoek dan onmiddellijk medische hulp.
• Dompel accu’s niet onder in water en stel ze niet bloot aan regen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brand of een defect aan het product tot gevolg hebben. Droog het product onmiddellijk met een handdoek of gelijkwaardig voorwerp, mocht deze nat worden.
• Stop het gebruik onmiddellijk indien u veranderingen aan de accu’s opmerkt, zoals verkleuring en vervorming. Stop met het opladen van EN-EL14a oplaadbare accu’s als ze niet binnen de opgegeven tijdsduur worden opgeladen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan ervoor zorgen dat de accu’s lekken, oververhit raken, scheuren of vlam vatten.
• Isoleer de accupolen met tape alvorens deze weg te gooien.
Oververhitting, scheuren of brand kan het gevolg zijn indien metalen voorwerpen in aanraking komen met de aansluiting. Recycle of gooi accu’s weg overeenkomstig de lokale voorschriften.
• Als accuvloeistof in aanraking komt met iemand zijn huid of kleding, spoel het getroffen gebied dan onmiddellijk met veel schoon water.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan huidirritatie tot gevolg hebben.
xvi

Kennisgevingen

Niets uit de handleidingen die bij dit
product horen, mag in enigerlei vorm of op enigerlei wijze worden verveelvoudigd, uitgezonden, overgezet of opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of worden vertaald in een andere taal zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nikon.
Nikon behoudt zich het recht voor het uiterlijk en de specificaties van de hardware en software die in deze handleidingen worden beschreven op elk moment te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving.
Kennisgevingen voor klanten in Europa
WAARSCHUWING: GEVAAR VOOR EXPLOSIE ALS ACCU WORDT VERVANGEN VOOR EEN ONJUIST TYPE. VOER ACCU’S AF VOLGENS DE INSTRUCTIES.
Dit pictogram geeft aan dat elektrische en elektronische apparaten via gescheiden inzameling moeten worden afgevoerd.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen:
Dit product moet gescheiden van het overige afval worden ingeleverd bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt. Gooi niet samen met het huishoudelijk afval weg.
Gescheiden inzameling en recycling helpt bij het behoud van natuurlijke bronnen en voorkomt negatieve consequenties voor mens en milieu die kunnen ontstaan door onjuist weggooien van afval.
Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de gemeentelijke reinigingsdienst.
Nikon is niet aansprakelijk voor enige schade die voortkomt uit het gebruik van dit product.
Hoewel al het mogelijke in het werk is gesteld om ervoor te zorgen dat de informatie in deze handleidingen accuraat en volledig is, stellen we het ten zeerste op prijs als u eventuele fouten of onvolkomenheden onder de aandacht wilt brengen van de Nikon­vertegenwoordiger in uw land/regio (adres apart vermeld).
Dit symbool op de batterij/ accu duidt aan dat de batterij/accu afzonderlijk moet worden ingezameld.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen:
Alle batterijen/accu’s, al dan niet voorzien van dit symbool, moeten afzonderlijk worden ingezameld op een geschikt inzamelpunt. Gooi dit product niet weg als huishoudafval.
Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de gemeentelijke reinigingsdienst.
xvii
Mededeling betreffende het verbod op kopiëren en reproduceren
Let erop dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd of gereproduceerd door middel van een scanner, digitale camera of ander apparaat wettelijk strafbaar kan zijn.
Voorwerpen die volgens de wet niet mogen
worden gekopieerd of gereproduceerd
Kopieer of reproduceer geen papiergeld, munten, waardepapieren of obligaties van (plaatselijke) overheden, zelfs niet als dergelijke kopieën of reproducties worden voorzien van een stempel “Voorbeeld” of “Specimen”.
Het kopiëren of reproduceren van papiergeld, munten of waardepapieren die in het buitenland in omloop zijn, is verboden.
Tenzij vooraf toestemming is verleend, is het kopiëren of reproduceren van ongebruikte door de overheid uitgegeven postzegels of briefkaarten verboden.
Het kopiëren of reproduceren van door de overheid uitgegeven postzegels en gecertificeerde wettelijke documenten is verboden.
Waarschuwingen met betrekking tot het
kopiëren of reproduceren van bepaalde waardepapieren
De overheid heeft waarschuwingen uitgevaardigd met betrekking tot het kopiëren of reproduceren van waardepapieren uitgegeven door commerciële instellingen (aandelen, wissels, cheques, cadeaubonnen en dergelijke), vervoerspassen of coupons, behalve als het gaat om een minimum aantal kopieën voor zakelijk gebruik door een bedrijf. Het is eveneens niet toegestaan om door de overheid uitgegeven paspoorten, vergunningen van overheidsinstellingen en andere instanties, identiteitsbewijzen, toegangsbewijzen, pasjes en maaltijdbonnen te kopiëren of te reproduceren.
Auteursrechten
Onder de wet op het auteursrecht kunnen foto’s en opnamen van auteursrechtelijk beschermd werk gemaakt met de camera niet worden gebruikt zonder toestemming van de auteursrechthebbende. Uitzonderingen zijn van toepassing op persoonlijk gebruik, maar houd er rekening mee dat zelfs persoonlijk gebruik aan beperkingen onderhevig kan zijn in het geval van foto’s of opnamen van tentoonstellingen of live-optreden s.
xviii
Wegwerpen van opslagmedia
Houd er rekening mee dat de oorspronkelijke beeldgegevens niet volledig worden verwijderd als u beelden wist of geheugenkaarten of andere opslagmedia formatteert. Met behulp van in de handel verkrijgbare software is het soms mogelijk verwijderde bestanden op weggeworpen opslagmedia alsnog te herstellen, wat misbruik van persoonlijke beeldgegevens tot gevolg kan hebben. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor de privacybescherming van dergelijke gegevens.
Wis, voordat een gegevensopslagapparaat wordt weggegooid of het eigendom wordt overgedragen aan een ander persoon, alle gegevens met behulp van speciale verwijderingssoftware, of formatteer het apparaat en vul het vervolgens met beelden die geen persoonlijke informatie (bijvoorbeeld foto’s van de lucht) bevatten. Vergeet bovendien niet alle foto’s te vervangen die voor handmatige voorinstelling zijn geselecteerd (0149). Voor het weggooien van de camera of het overdragen van het eigendom aan een ander persoon, moet u ook de optie
Wi-Fi
>
Verbindingsinstellingen herstellen
(0272) in het camera­instellingenmenu gebruiken om alle persoonlijke netwerkinformatie te wissen. Neem de nodige voorzichtigheid in acht bij het fysiek vernietigen van gegevensopslagapparaten zodat letsel wordt voorkomen.
AVC Patent Portfolio License
DIT PRODUCT IS GELICENTIEERD ONDER DE AVC PATENT PORTFOLIO LICENSE VOOR HET
PERSOONLIJK EN NIET-COMMERCIEEL GEBRUIK DOOR EEN CONSUMENT OM (i) VIDEO TE CODEREN IN OVEREENSTEMMING MET DE AVC-STANDAARD (“AVC-VIDEO”) EN/OF (ii) AVC-VIDEO TE DECODEREN DIE DOOR EEN CONSUMENT WERD GECODEERD IN HET KADER VAN EEN PERSOONLIJKE EN NIET-COMMERCIËLE ACTIVITEIT EN/OF WERD VERKREGEN VAN EEN VIDEOLEVERANCIER DIE OVER EEN LICENTIE BESCHIKT OM AVC-VIDEO AAN TE BIEDEN. ER WORDT GEEN LICENTIE VERLEEND OF GESUGGEREERD VOOR ENIG ANDER GEBRUIK. VOOR MEER INFORMATIE KUNT U TERECHT BIJ MPEG
LA, L.L.C. Z
IE http://www.mpegla.com
xix
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van het merk Nikon
Nikon-camera's zijn ontwikkeld volgens de hoogste standaards en bevatten complexe elektronische schakelingen. Alleen elektronische accessoires van het merk Nikon (inclusief batterijladers, accu’s, lichtnetadapters en flitsaccessoires) die door Nikon speciaal zijn gecertificeerd voor gebruik met deze digitale camera, zijn ontwikkeld om binnen de operationele eisen en veiligheidseisen van deze elektronische schakelingen te werken en zijn met het oog daarop getest en goedgekeurd.
Gebruik van niet-originele elektronische accessoires kan schade aan de camera tot gevolg hebben die niet onder de Nikon­garantie valt. Het gebruik van oplaadbare Li-ionbatterijen van andere fabrikanten, die niet zijn voorzien van het holografische zegel van Nikon (zie rechts), kan de normale werking van de camera verstoren of ertoe leiden dat de accu’s oververhit raken, vlam vatten, scheuren of gaan lekken.
Neem voor meer informatie over originele Nikon-accessoires contact op met een door Nikon geautoriseerde leverancier.
xx
D Gebruik uitsluitend accessoires van Nikon
Alleen originele Nikon-accessoires die specifiek zijn bedoeld voor gebruik met uw Nikon digitale camera, zijn ontworpen en getest om te voldoen aan de geldende veiligheids- en functioneringsvoorschriften. HET GEBRUIK VAN
NIET-ORIGINELE ACCESSOIRES KAN SCHADE AAN UW CAMERA TOT GEVOLG HEBBEN EN KAN UW GARANTIE DOEN VERVALLEN.
A Voordat u belangrijke foto’s gaat maken
Voordat u foto’s gaat maken van belangrijke gelegenheden (zoals een huwelijk of reis), kunt u het beste enkele testopnamen maken om te controleren of de camera goed werkt. Nikon is niet aansprakelijk voor schade of gederfde winst veroorzaakt door het onjuist functioneren van het product.
A Permanente kennisoverdracht
Als onderdeel van Nikons inzet voor “permanente kennisoverdracht” met het oog op doorlopende productondersteuning en -educatie is voortdurend bijgewerkte informatie online beschikbaar op de volgende sites:
Voor gebruikers in de VS: http://www.nikonusa.com/
Voor gebruikers in Europa en Afrika: http://www.europe-nikon.com/support/
Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten:
http://www.nikon-asia.com/
Bezoek deze sites om up-to-date te blijven met de nieuwste productinformatie, tips, antwoorden op veelgestelde vragen (FAQs) en algemeen advies over digital imaging en digitale fotografie. Aanvullende informatie kan mogelijk worden verstrekt door de Nikon-importeur in uw land/regio. Bezoek de volgende website voor contactgegevens:
http://imaging.nikon.com/
xxi

Bluetooth en Wi-Fi (Draadloos LAN)

Dit product valt onder de United States Export Administration Regulations (EAR). Toestemming van de regering van de Verenigde Staten is niet vereist voor export naar andere landen dan de hier vermelde landen waarvoor op het moment van schrijven een embargo of speciale controles gelden: Cuba, Iran, Noord-Korea, Soedan en Syrië (lijst onderhevig aan veranderingen).
Het gebruik van draadloze apparaten kan verboden zijn in sommige landen of regio’s. Neem contact op met een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger alvorens gebruik te maken van de draadloze functies van dit product buiten het land van aankoop.
xxii
Kennisgevingen voor klanten in Europa
Hierbij verklaart Nikon Corporation dat de D5600 aan de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EC voldoet. De conformiteitsverklaring kan worden geraadpleegd op
http://imaging.nikon.com/support/pdf/DoC_D5600.pdf
Beveiliging
Hoewel één van de voordelen van dit product is dat anderen vrijelijk verbinding kunnen maken om overal draadloze gegevens uit te wisselen binnen het betreffende bereik, kan het volgende zich voordoen als de beveiliging niet is ingeschakeld:
Gegevensdiefstal: Kwaadwillige personen kunnen draadloze transmissies
onderscheppen om gebruiker-id’s, wachtwoorden en ander persoonlijke informatie te stelen.
Onbevoegde toegang: Onbevoegde gebruikers kunnen toegang krijgen tot het
netwerk en gegevens wijzigen of andere kwaadwillige acties uitvoeren. Door het ontwerp van draadloze netwerken kunnen gespecialiseerde aanvallen onbevoegde toegang mogelijk maken, zelfs wanneer de beveiliging is ingeschakeld.
Onbeveiligde netwerken: Verbinding maken met open netwerken kan leiden tot
ongeautoriseerde toegang. Gebruik alleen beveiligde netwerken.
xxiii
xxiv

Inleiding

Kennismaking met de camera

Neem even de tijd om vertrouwd te raken met de bedieningen en weergaveschermen van de camera. Leg eventueel een boekenlegger in dit hoofdstuk, zodat u het gemakkelijk kunt terugvinden terwijl u de rest van de handleiding leest.

De camerabody

5 4 3
18
1
AF-hulpverlichting................... 85, 237
Zelfontspannerlampje..................... 80
Lampje rode-ogenreductie
................................................... 102, 104
2
Hoofdschakelaar .........................33, 39
3
Ontspanknop ..................................... 52
4
E/N-knop...................... 124, 132, 134
5
Filmopnameknop ........................... 165
6
Livebeeldschakelaar................ 47, 164
7
Standknop .............................................4
8
Ingebouwde flitser ......................... 101
9
M/Y-knop..................... 101, 103, 134
2 1
17
67
10
Oogjes voor camerariem .................26
11
Fn-knop ............................................. 252
12
Bevestigingsmarkering ....................30
13
Objectiefontgrendeling ...................31
14
I/E-knop..................... 75, 76, 78, 79
15
Spiegel............................................... 330
16
Objectiefvatting ..........................30, 96
17
CPU-contacten
18
Bodydop......................................30, 323
8
9
10
11
12 13
1516
14
1Inleiding
28
20 2119
22 23 24
31
27
26
30
25
29
19
Stereomicrofoon ............................. 169
20
Accessoireschoen (voor optionele
flitsers).............................................. 315
21
Oogsensor .................................... 8, 265
22
R (informatie)-knop .............6, 9, 115
23
Instelschijf
24
A/L-knop.............94, 130, 200, 254
25
Deksel aansluitingen
26
G-knop..........................42, 115, 220
27
Luidspreker
28
Filmvlakmarkering (E)....................96
29
USB-aansluiting ..................... 211, 214
30
Aansluiting voor externe microfoon
..........................................................170
31
Accessoire-aansluiting .................. 324
D Sluit het deksel van de aansluitingen
Sluit het deksel van de aansluitingen wanneer de aansluitingen niet in gebruik zijn. Vuil in de aansluitingen kan de gegevensoverdracht verstoren.
D De luidspreker
Plaats de luidspreker niet in de buurt van magnetische apparaten. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan d e opgenomen gegevens op de magnetische apparaten beïnvloeden.
2 Inleiding
46
324733 34 35
36
37
38
39 40
48
49
50
45
32
Zoekeroculair .......................... 5, 41, 80
33
Dioptrieregelaar ................................ 41
34
K-knop...................................... 56, 184
35
P-knop............................... 12, 166, 187
36
Multi-selector........................ 33, 39, 43
37
J (OK)-knop......................... 33, 39, 43
38
N-Mark (NFC-antenne) .................... 34
39
O-knop ....................................... 57, 205
40
Toegangslampje geheugenkaart
.............................................................. 51
41
Ontgrendeling deksel batterijvak
...............................................27, 28, 325
42
Deksel van het batterijvak
...............................................27, 28, 325
414244 43
43
W/Q-knop........................43, 185, 196
44
X-knop..................................... 185, 196
45
Statiefaansluiting
46
Kantelbare monitor
........................ 13, 15, 47, 56, 184, 255
47
Rubberen oogschelp ........................80
48
Deksel HDMI-aansluitingen ......... 218
49
Deksel geheugenkaartsleuf .....27, 28
50
Afdekking van de stroomaansluiting
voor optionele stroomaansluiting
........................................................... 325
51
Batterijvergrendeling .......27, 28, 325
51
3Inleiding

De standknop

De camera biedt u de keuze uit de volgende opnamestanden.
Standen P, S, A en M:
P —Automatisch programma (0 119)
S — Sluitertijdvoorkeuze (0 121)
A —Diafragmavoorkeuze (0 122)
M —Handmatig (0 123)
Onderwerpstanden (0 58)
Stand speciale effecten (0 65)
Automatische standen:
i Automatisch (0 47)
j Automatisch (flitser uit) (0 47)
4 Inleiding

De zoeker

Opmerking: Alle aanduidingen in de weergave branden voor illustratieve doeleinden.
12
3
4 5 6
1
Raster (weergegeven wanneer Aan
is geselecteerd voor Persoonlijke instelling d3, Rasterweergave in
zoeker) ........................................... 243
2
Scherpstelpunten ..............50, 90, 236
3
AF-veldhaakjes ............................41, 49
4
Waarschuwing lage accuspanning
.............................................................. 46
5
Monochroomaanduiding
(weergegeven in %-stand of wanneer de Picture Control Monochroom of een Picture Control gebaseerd op Monochroom is geselecteerd)
..................................................... 65, 155
6
Aanduiding “Geen geheugenkaart”
.............................................................. 27
7
Scherpstelaanduiding................50, 96
8
Aanduiding vergrendeling
automatische belichting (AE) ..... 130
9
Sluitertijd .......................................... 118
10
Diafragma (f-waarde)..................... 118
11
Aanduiding stand speciale effecten
.............................................................. 65
12
Bracketingaanduiding................... 151
7
8
13
Aantal resterende opnamen...........46
Aantal resterende opnamen voordat
buffergeheugen vult .......................77
Aanduiding witbalansopname ... 146
Belichtingscorrectiewaarde ......... 132
Flitscorrectiewaarde ...................... 134
ISO-gevoeligheid ................... 107, 239
Aanduiding opnamestand
14
“k” (verschijnt als er genoeg
geheugen vrij is voor meer dan
1.000 opnamen) ...............................46
15
Flitsgereedaanduiding .....................54
16
Aanduiding flexibel programma
........................................................... 120
17
Belichtingsaanduiding .................. 124
Weergave belichtingscorrectie ...132
Elektronische afstandsmeter ....... 237
18
Aanduiding flitscorrectie .............. 134
19
Aanduiding belichtingscorrectie
........................................................... 132
20
Automatische ISO-
gevoeligheidsaanduiding ........... 228
21
Waarschuwingsaanduiding .........349
11 12 1491710 1513
1816
19
2120
5Inleiding
De R (Informatie)-knop
R-knop
2
1
7
6
8
5
3
4
Druk op de R-knop om het informatiescherm te bekijken of door de weergaveopties te bladeren.
❚❚ Zoekerfotografie
Om sluitertijd, diafragma, het aantal resterende opnamen, AF-veldstand en andere opname-informatie weer te geven in de monitor, druk op de R-knop.
1
Opnamestand
i automatisch/
j automatisch (flitser uit) .......47
Onderwerpstanden ....................58
Stand speciale effecten..............65
Standen P, S, A en M ................. 118
2
Sluitertijd .......................................... 118
Sluitertijdweergave............... 121, 124
3
Aanduiding vergrendeling
automatische belichting (AE) .....130
6 Inleiding
4
Ontspanstand..................................... 75
5
Helppictogram ................................ 349
6
Diafragma (f-waarde) .................... 118
Diafragmaweergave ............. 122, 124
7
ISO-gevoeligheid ............................ 107
ISO-gevoeligheidsweergave
.................................................. 107, 229
Automatische ISO-
gevoeligheidsaanduiding ........... 229
8
z-pictogram......................................22
19
20
21
22
24
23
910 11 12 13 14 15 16 17 18
9
Aanduiding satellietsignaal ......... 269
10
Aanduiding Wi-Fi-verbinding...... 272
Aanduiding Eye-Fi-verbinding ....274
11
Aanduiding Bluetooth-verbinding
............................................................ 273
Vliegtuigmodus............................... 271
12
Toewijzing aanraak-Fn .................. 255
13
Aanduiding vignetteringscorrectie
............................................................ 231
14
Belichtingsvertragingsstand........ 241
15
Aanduiding datumstempel ..........243
16
Vibratiereductie-aanduiding
..................................................... 32, 232
17
Aanduiding flitserregeling ........... 246
20
Aanduiding AF-veldstand ...............87
Scherpstelpunt ..........................90, 236
21
Belichtingsaanduiding .................. 124
Aanduiding belichtingscorrectie 132 Aanduiding voortgang bracketing
........................................................... 154
22
Hoeveelheid ADL-bracketing ...... 152
23
Aantal resterende opnamen...........46
Aanduiding witbalansopname ... 146 Aanduiding opnamestand
24
“k” (verschijnt als er genoeg
geheugen vrij is voor meer dan
1.000 opnamen) ...............................46
Aanduiding flitscorrectie voor
optionele flitsers ............................ 318
18
Batterijaanduiding............................ 46
19
Bracketingaanduiding................... 151
Opmerking: Alle aanduidingen in de weergave branden voor illustratieve doeleinden.
7Inleiding
A De monitor uitschakelen
Om de opname-informatie van de monitor te wissen, druk op de R-knop of druk de ontspanknop half in. De monitor schakelt automatisch uit als er gedurende 8 seconden geen handelingen worden uitgevoerd (voor informatie over hoe lang de monitor ingeschakeld blijft, zie Timers automatisch uit op pagina 240). De monitor schakelt ook uit als u de oogsensor afdekt of door de zoeker kijkt.
A Informatiescherm automatisch uit
De oogsensor schakelt het informatiescherm automatisch uit als u uw oog tegen de zoeker houdt terwijl de stand-by-timer actief is. Het scherm schakelt weer in wanneer u uw oog van de zoeker verwijdert. Indien gewenst kunt u met behulp van de optie Informatiescherm automat. uit (0 265) in het setup-menu voorkomen dat het informatiescherm wordt uitgeschakeld. Merk echter op dat ongeacht de geselecteerde optie, het informatiescherm zal uitschakelen wanneer de stand-by-timer afloopt.
8 Inleiding
❚❚ Livebeeld en filmstand
R-knop
Draai, om livebeeld te starten, aan de livebeeldschakelaar tijdens zoekerfotografie (0 47). U kunt dan op de R-knop drukken om door de weergaveopties te bladeren, zoals hieronder aangeduid.
Toon gedetailleerde
fotoaanduidingen
Toon basisfotoaanduidingen
* Een uitsned e die het opgenomen gebied toont, wordt weergegeven tijdens
filmopname; omcirkelde gebieden duiden de randen van de filmbeelduitsnede aan (het gebied buiten de filmbeelduitsnede wordt grijs weergegeven wanneer filmaanduidingen worden weergegeven).
*
Toon filmaanduidingen
Verberg aanduidingen
(0 164)
Raster
*
*
*
9Inleiding
Het livebeeldscherm
w e
t
r
y
q
u
Item Beschrijving 0
Opnamestand
q
Aanduiding handmatige
w
filminstellingen
Resterende tijd
e
Onderdrukking windruis
r
Microfoongevoeligheid
t
Geluidsniveau
y
Scherpstelpunt
u
De stand die momenteel is geselecteerd met de standknop.
Wordt weergegeven wanneer Aan is geselecteerd voor Handmatige filminstellingen in stand M.
De resterende tijd voordat livebeeld automatisch eindigt. Wordt weergegeven als de opname in 30 sec. of minder wordt beëindigd.
Wordt weergegeven wanneer Aan is geselecteerd voor Filminstellingen > Onderdrukking windruis in het opnamemenu.
Microfoongevoeligheid voor filmopname.
Geluidsniveau voor audio-opname. Wordt rood weergegeven als het niveau te hoog is; pas de microfoongevoeligheid dienovereenkomstig aan.
Het huidige scherpstelpunt. Het scherm varieert afhankelijk van de optie die is geselecteerd voor AF-veldstand (0 89).
47, 58,
65, 118
169
11
169
169
169
49
10 Inleiding
Item Beschrijving 0
!3
!2
!1
!0oi
Beeldformaat voor films
i
Scherpstelstand De huidige scherpstelstand. 83
o
AF-veldstand De huidige AF-veldstand. 89
!0
“Geen film”-pictogram
!1
Resterende tijd
!2
(filmstand)
Belichtingsaanduiding
!3
Het beeldformaat voor films opgenomen in de filmstand.
Geeft aan dat u geen films kunt opnemen.
De resterende opnametijd in de filmstand.
Duidt aan of de foto zal worden onder- of overbelicht bij de huidige instellingen (alleen M-stand).
168
165
124
D De tellerweergave
Dertig sec. voor automatische beëindiging van livebeeld wordt een teller weergegeven (0 10); 5 sec. voordat de timer automatisch afloopt, wordt de timer rood (0 240) of als livebeeld bijna ten einde is om de interne schakelingen te beschermen. Afhankelijk van de opnameomstandigheden wordt de timer mogelijk onmiddellijk weergegeven zodra livebeeld wordt geselecteerd. De filmopname eindigt automatisch zodra de timer afloopt, ongeacht de hoeveelheid beschikbare opnametijd.
11Inleiding
De P-knop
P-knop
Zoekerfotografie
Livebeeld
Om de instellingen onderaan het informatiescherm te wijzigen, druk op de P-knop, markeer vervolgens items met behulp van de multi-selector en druk op J om opties voor het gemarkeerde item te bekijken. U kunt de instellingen ook wijzigen door op de P-knop te drukken tijdens livebeeld.
Beeldkwaliteit (0 98)
Beeldformaat (0 100)
Automatische bracketing (0 151)
HDR (hoog dynamisch bereik) (0 138)
Actieve D-Lighting (0 136)
Witbalans (0 140)
ISO-gevoeligheid (0 107)
Picture Control (0 155)
Scherpstelstand (0 82)
AF-veldstand (0 87)
Lichtmeting (0 128)
Flitsstand (0 102, 104)
Flitscorrectie (0 134)
Belichtingscorrectie (0 132)
12 Inleiding

De monitor

De monitor kan worden gekanteld en gedraaid, zoals hieronder aangeduid.
180°
Normaal gebruik: Vouw de monitor tegen de buitenzijde van de camera. Normaliter wordt de monitor in deze positie gebruikt.
Fotograferen vanuit kikkerperspectief: Kantel de monitor omhoog om foto’s te maken in livebeeld met de camera omlaag gehouden.
Fotograferen vanuit vogelperspectief: Kantel de monitor omlaag om foto’s te maken in livebeeld met de camera omhoog gehouden.
Zelfportretten: Gebruik voor zelfportretten in livebeeld. De monitor toont een spiegelbeeld van wat er in de uiteindelijke foto zal verschijnen.
90°
180°
13Inleiding
D De monitor gebruiken
Draai de monitor voorzichtig binnen het aangegeven bereik. Oefen geen kracht uit. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan de
camera of kaart beschadigen. Vouw de monitor omlaag tegen de camerabody om de monitor te beschermen wanneer de camera niet in gebruik is.
Til of draag de camera niet met behulp van de monitor. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan de camera beschadigen.
14 Inleiding

Het aanraakscherm gebruiken

De aanraakgevoelige monitor ondersteunt de volgende bewerkingen:
Vegen
Veeg met een vinger een klein eindje naar links of rechts over de monitor.
Schuiven
Schuif met de vinger over de monitor.
Spreiden/knijpen
Plaats twee vingers op de monitor en schuif ze uit elkaar of knijp ze samen.
15Inleiding
D Het aanraakscherm
Het aanraakscherm reageert op statische elektriciteit en reageert mogelijk niet wanneer het scherm wordt bedekt door in de handel verkrijgbare beschermfolies of bij aanraking met vingernagels of handen bedekt door handschoenen. Gebruik geen overmatige kracht en raak het scherm niet aan met scherpe voorwerpen.
D Het aanraakscherm gebruiken
Het aanraakscherm reageert mogelijk niet zoals verwacht als u deze probeert te bedienen terwijl uw handpalm of andere vinger op een andere plek op het scherm rust. Het kan zijn dat het scherm geen andere bewegingen herkend als uw aanraking te zacht is, uw vingers te snel worden verplaatst of over een t e korte afstand of niet in contact blijven met het scherm, of als de beweging van de twee vingers bij het knijpen of spreiden niet gelijkmatig wordt uitgevoerd.
A Aanraakbediening inschakelen of uitschakelen
De aanraakbediening kan worden in- of uitgeschakeld met behulp van de optie Aanraakbediening in het setup-menu (0 263). Selecteer Inschakelen om de aanraakbediening voor opname, weergave en menunavigatie in te schakelen of Alleen weergave om alleen de aanraakbediening voor weergave in te schakelen.
16 Inleiding

Aanraakfotografie

Tik op pictogrammen in de opnameweergave om camera­instellingen aan te passen (merk op dat niet alle pictogrammen reageren op aanraakbedieningen). Tijdens livebeeld kunt u bovendien foto’s maken door op de monitor te tikken.
❚❚ Zoekerfotografie
Gebruik het aanraakscherm om instellingen aan te passen in het informatiescherm (0 6).
Selectie van scène/effect
In de scènestand en stand speciale effecten (0 58, 65) kunt u op het pictogram van de opnamestand tikken om een scène of effect te kiezen. Tik op x of y om verschillende opties te bekijken en tik op een pictogram om te selecteren en terug te keren naar het vorige scherm.
Sluitertijd en diafragma
In de standen S, A en M kunt u, naast de sluitertijd- en diafragmaschermen, op het w-pictogram tikken om x- en y- bedieningen te bekijken, en door er op te tikken kunt u een nieuwe waarde kiezen. Tik op 1 om af te sluiten zodra de bewerking is voltooid.
17Inleiding
Opnameopties
Tik, om de camera-instellingen te wijzigen (0 12), op het z- pictogram in de rechterbenedenhoek van het scherm en tik vervolgens op pictogrammen om opties voor de desbetreffende instelling weer te geven. Tik op de gewenste optie om deze te selecteren en naar het vorige scherm terug te keren.
Als u wordt gevraagd een waarde te kiezen, zoals rechts aangeduid, bewerk dan de waarde door op u of v te tikken en tik vervolgens op het getal of tik op 0 om te selecteren en keer terug naar het vorige scherm.
Tik op 2 om af te sluiten zonder instellingen te wijzigen.
18 Inleiding
❚❚ Livebeeldfotografie
Gebruik het aanraakscherm om foto’s te maken en instellingen aan te passen.
Foto’s maken (aanraaksluiter)
Tik op uw onderwerp in de monitor om scherp te stellen. De scherpstelling vergrendelt totdat u uw vinger van de monitor tilt om de foto te maken (merk op dat de aanraaksluiter niet kan worden gebruikt om scherp te stellen wanneer MF—handmatige scherpstelling—is geselecteerd voor de scherpstelstand). Voor meer informatie over aanraakscherpstelling, zie pagina 83.
Om de aanraaksluiter uit te schakelen, tik op het pictogram rechts. Het pictogram verandert in 7, wat aanduidt dat de sluiter niet langer wordt ontspannen wanneer u uw vinger van de monitor tilt.
De aanraaksluiter blijft uit (7) tijdens filmopnamen, maar u kunt op elk gewenst moment opnieuw scherpstellen door uw onderwerp aan te raken in de monitor.
19Inleiding
D Foto’s maken met behulp van aanraakopname-opties
De ontspanknop kan worden gebruikt om scherp te stellen en maak foto’s, zelfs wanneer het 3-pictogram wordt weergegeven om aan te duiden dat de aanraakopname-opties actief zijn. Gebruik de ontspanknop om foto’s te maken in continu-opnamestand (0 76) en tijdens filmopname. Aanraakopname-opties kunnen alleen worden gebruikt om één voor één foto’s te maken in continu-opnamestand en kunnen niet worden gebruikt om foto’s te maken tijdens filmopname.
In zelfontspannerstand (0 79) vergrendelt de scherpstelling op het geselecteerde onderwerp wanneer u de monitor aanraakt en de timer start wanneer u uw vinger van het scherm tilt. Bij standaardinstellingen wordt de sluiter ongeveer 10 sec. nadat de timer start, ontspannen; de vertraging en het aantal opnamen kan worden gewijzigd met behulp van Persoonlijke instelling c3 (Zelfontspanner, 0 241). Als de optie geselecteerd voor Aantal opnamen groter is dan 1, zal de camera automatisch de ene na de andere foto maken totdat het geselecteerde aantal opnamen is vastgelegd.
20 Inleiding
Selectie van scène/effect
In de scènestand en stand speciale effecten (0 58, 65) kunt u op het pictogram van de opnamestand tikken om een scène of effect te kiezen. Tik op x of y om verschillende opties te bekijken en tik op een pictogram om te selecteren en keer terug naar het vorige scherm.
Sluitertijd en diafragma
Tikken op sluitertijd of diafragma geeft de x- en y-bedieningen weer in de standen S, A en M, en kunt u erop tikken om een nieuwe waarde te kiezen. Tik op 1 om af te sluiten zodra de bewerking is voltooid.
21Inleiding
Opnameopties
Het indrukken van de P-knop of tikken op het z-pictogram in de monitor in livebeeld activeert het informatiescherm (0 12, 166). Tik op een instelling om opties te bekijken en tik vervolgens op de gewenste optie om deze te selecteren en keer terug naar livebeeld.
Als u wordt gevraagd een waarde te kiezen, zoals rechts aangeduid, bewerk dan de waarde door op u of v te tikken en tik vervolgens op het getal of tik op 0 om te selecteren en keer terug naar het vorige scherm.
Tik op 2 om af te sluiten zonder instellingen te wijzigen.
22 Inleiding

Foto’s bekijken

Het aanraakscherm kan voor de volgende weergavebewerkingen (0 56, 184) worden gebruikt.
Andere beelden bekijken
Snel door andere beelden bladeren
Inzoomen (alleen foto’s)
Veeg naar links of rechts om andere foto’s te bekijken.
In schermvullende weergave kunt u de onderkant van de weergave aanraken om een beeldvoortgangsbalk weer te geven, schuif vervolgens uw vinger naar links of rechts om snel door andere beelden te bladeren.
Beeldvoortgangsbalk
Gebruik spreid- en knijpbewegingen om in en uit te zoomen en schuif om te scrollen (0 196).
23Inleiding
Miniaturen bekijken
Films bekijken
Gids
Om “uit te zoomen” naar miniatuurweergave (0 185), gebruik een knijpbeweging in schermvullende weergave. Gebruik knijpen en spreiden om het aantal beelden te kiezen dat wordt weergegeven in 4, 12 of 80 foto’s.
Tik op de gids op het scherm om filmweergave te starten (films worden aangeduid door een 1- pictogram). Tik op het scherm om te pauzeren of te hervatten, of tik op 1 om af te sluiten naar schermvullende weergave (merk op dat sommige pictogrammen in het filmweergavescherm niet reageren op aanraakschermbewerkingen).
24 Inleiding

De menu’s gebruiken

Het aanraakscherm kan voor de volgende menubewerkingen worden gebruikt.
Bladeren
Kies een menu
Selecteer opties/pas instellingen aan
Schuif omhoog of omlaag om te bladeren.
Tik op een menupictogram om een menu te kiezen.
Tik op menu-items om opties weer te geven en tik op pictogrammen of schuifbalken om te wijzigen. Tik op 1 om af te sluiten zonder instellingen te wijzigen.
25Inleiding

Eerste stappen

Accu laadt op
Opladen voltooid

De camerariem bevestigen

Bevestig de riem stevig aan de twee cameraoogjes.

Laad de accu op

Als er een stekkeradapter is meegeleverd, til de lichtnetstekker op en sluit de stekkeradapter volgens de afbeelding linksonder aan en zorg dat de stekker volledig in de aansluiting is geplaatst. Plaats de accu en steek de lader in het stopcontact. Een lege accu laadt in ongeveer een uur en 50 minuten volledig op.
D De accu en oplader
Lees en volg de waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen op de pagina’s xiii–xvi en 333–337 van deze handleiding.
26 Eerste stappen

Plaats de accu en een geheugenkaart

Voordat de accu of geheugenkaarten worden geplaatst, controleer of de hoofdschakelaar in de OFF (UIT)-positie staat. Plaats de accu zoals aangeduid en gebruik de accu om de oranje batterijvergrendeling naar één zijde ingedrukt te houden. De vergrendeling vergrendelt de accu op zijn plaats zodra de accu volledig is geplaatst.
Batterijvergrendeling
Houd de geheugenkaart in de getoonde richting en schuif deze in totdat deze op zijn plaats klikt.
A De klokbatterij
De cameraklok wordt gevoed door een afzonderlijke, oplaadbare voedingsbron die indien nodig wordt opgeladen wanneer de hoofdaccu is geplaatst. Drie dagen opladen is voldoende om de klok ongeveer een maand van stroom te voorzien. Als een bericht wordt weergegeven met de waarschuwing dat de klok niet is ingesteld zodra de camera ingeschakeld is, dan is de klokbatterij leeg en is de klok teruggezet. Stel de klok in op de juiste tijd en datum.
27Eerste stappen
❚❚ De accu en geheugenkaarten verwijderen
16
GB
De accu verwijderen
Zet de camera uit en open het deksel van het batterijvak om de accu te verwijderen. Druk de batterijvergrendeling in de richting zoals aangeduid door de pijl om de accu vrij te geven en verwijder de accu vervolgens handmatig.
Geheugenkaarten verwijderen
Zet, na controle of het toegangslampje van de geheugenkaart uit is, de camera uit, open het deksel van de geheugenkaartsleuf en druk op de kaart om deze uit te werpen (q). De kaart kan vervolgens handmatig worden verwijderd (w).
D Geheugenkaarten
Geheugenkaarten kunnen na gebruik zeer warm zijn. Ga daarom
voorzichtig te werk wanneer u geheugenkaarten uit de camera verwijdert.
Verwijder geen geheugenkaarten uit de camera, zet de camera niet uit en
koppel de lichtnetadapter niet los tijdens het formatteren of terwijl gegevens worden opgeslagen, verwijderd of naar een computer worden gekopieerd. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan gegevensverlies of schade aan de camera of kaart tot gevolg hebben.
Raak de contacten van de kaart niet aan met uw vingers of metalen
voorwerpen.
Buig de kaart niet, laat de kaart niet vallen en stel niet bloot aan hevige
schokken.
Oefen geen kracht uit op de behuizing van de kaart. Het niet in acht
nemen van deze voorzorgsmaatregel kan de kaart beschadigen.
Stel niet bloot aan water, hitte, hoge luchtvochtigheid of direct zonlicht.
Formatteer geen geheugenkaarten in een computer.
28 Eerste stappen

Open de monitor

Open de monitor zoals aangeduid. Oefen geen kracht uit.
29Eerste stappen

Bevestig een objectief

Verwijder de bodydop
van de camera
Verwijder de achterste
objectiefdop
Bevestigingsmarkering (objectief)
Bevestigingsmarkering (camera)
Leg de bevestigingsmar­keringen op één lijn
Draai het objectief zoals aangeduid totdat deze op zijn plaats klikt.
Let goed op dat er geen stof in de camera komt wanneer het objectief of de bodydop is verwijderd. Het objectief dat doorgaans voor illustratieve doeleinden in deze handleiding wordt gebruikt is een AF-P DX NIKKOR 18–55mm f/3.5–5.6G VR.
Vergeet niet de objectiefdop te verwijderen alvorens foto’s te maken.
30 Eerste stappen
A Objectieven met knoppen voor intrekbare objectiefcilinders
Knop intrekbare objectiefcilinder
Ontgrendel en verleng het objectief alvorens de camera te gebruiken. Houd de knop voor de intrekbare objectiefcilinder ingedrukt (q) en draai aan de zoomring zoals afgebeeld (w).
Er kunnen geen foto’s worden gemaakt met een ingetrokken objectief; als er een foutbericht wordt weergegeven doordat de camera met ingetrokken objectief werd ingeschakeld, draait u aan de zoomring totdat het bericht niet langer wordt weergegeven.
A Het objectief verwijderen
Vergeet niet de camera uit te schakelen bij het verwijderen of verwisselen van objectieven. Houd, om het objectief te verwijderen, de objectiefontgrendeling (q) ingedrukt terwijl het objectief naar rechts wordt gedraaid (w). Plaats, na het verwijderen van het objectief, de objectiefdoppen en de bodydop van de camera terug.
A Schakelaars A-M, M/A-M en A/M-M
Schuif de schakelaar naar A bij het gebruik van autofocus met een objectief voorzien van een schakelaar voor de A-M-stand (heeft het objectief een M/A-M- of A/M-M-schakelaar, selecteer dan M/A of A/M). Voor informatie over andere objectieven die geschikt zijn voor de camera, zie pagina 305.
31Eerste stappen
A Vibratiereductie (VR)
Vibratiereductie kan worden ingeschakeld door Aan voor Optische VR te selecteren in het opnamemenu (0 232), indien het objectief deze optie ondersteunt, of door de objectiefschakelaar voor de vibratiereductie naar ON te zetten als het objectief is voorzien van een vibratiereductieschakelaar. Een vibratiereductie-aanduiding verschijnt in het informatiescherm zodra vibratiereductie aan is.
A Objectieven met knoppen voor intrekbare objectiefcilinders intrekken
Om het objectief in te trekken wanneer de camera niet in gebruik is, houd de knop voor de intrekbare objectiefcilinder (q) ingedrukt en draai de zoomring naar de “L” (vergrendeld)­positie zoals afgebeeld (w). Trek het objectief in alvorens het van de camera te verwijderen, en let op dat u niet op de knop van de intrekbare objectiefcilinder drukt bij het bevestigen of verwijderen van het objectief.
32 Eerste stappen

Camera instellen

1 Omhoog
J-knop (selecteren)
4 Links 2 Rechts
3 Omlaag
Multi-selector
Hoofdschakelaar
❚❚ Instellen vanaf een smartphone of tablet
Voordat u verder gaat, installeer eerst de SnapBridge app zoals beschreven aan de binnenkant van het voordeksel en schakel Bluetooth en Wi-Fi op uw smartphone of tablet (hieronder “smartapparaat”) in. Merk op dat de werkelijke camera- en smartapparaatweergaven kunnen verschillen van de hieronder getoonde weergaven.
1 Zet de camera aan.
Er wordt een taalselectievenster weergegeven.
Gebruik de multi-selector en J-knop om door de menu’s te navigeren.
Druk op 1 en 3 om een taal te markeren en druk op J om te selecteren. De taal kan op elk moment worden gewijzigd met behulp van de optie Taal (Language) in het setup-menu.
33Eerste stappen
2 Druk op J wanneer het
D5600
Verbinding maken met camera
Naam van camera
rechtervenster wordt weergegeven.
Als u geen gebruik wenst te maken van een smartapparaat om de camera te configureren, druk dan op G (0 40).
3 Koppel de camera en het
smartapparaat.
Android-apparaten met NFC-ondersteuning: Nadat is gecontroleerd of NFC is ingeschakeld op het smartapparaat, raak de camera H (N-Mark) aan naar de NFC-antenne op het smartapparaat om de SnapBridge app te starten. Als de downloadsite Snapbridge wordt weergegeven, download en installeer de app alvorens bovenstaande stappen te herhalen.
iOS-apparaten en Android-apparaten zonder NFC-ondersteuning: Druk op de J-knop
van de camera. De camera wacht op een verbinding; start de SnapBridge app op het smartapparaat en volg de instructies op het scherm om op de naam van de camera te tikken waarmee u wilt koppelen.
34 Eerste stappen
4 Controleer de verificatiecode.
Camera
Volg, na te hebben gecontroleerd of de camera en het smartapparaat dezelfde zescijferige verificatiecode weergeven, de onderstaande stappen om het koppelen te voltooien (merk op dat de code mogelijk niet wordt weergegeven in sommige versies van iOS, echter dient u de onderstaande stappen te volgen, ook al wordt de code niet weergegeven).
Druk op de camera op J.
Tik op het smartapparaat op KOPPELEN (de naam van de knop
verschilt per smartapparaat).
5 Druk op J wanneer het
rechtervenster wordt weergegeven.
U hebt nu een constante verbinding tussen de camera en het smartapparaat tot stand gebracht. Als de camera Kan geen verbinding maken. weergeeft, zal na een korte pauze de weergave veranderen. Ga terug naar Stap 3.
35Eerste stappen
6 Volg de instructies op het scherm om het installatieproces te
voltooien.
Om locatiegegevens met foto’s vast te leggen, selecteer Ja wanneer hierom wordt gevraagd en schakel de locatiegegevensfuncties in zowel de SnapBridge app en op het smartapparaat zelf in (voor meer informatie, raadpleeg de documentatie meegeleverd met het smartapparaat). Ook kunt u de cameraklok synchroniseren met de tijd geregistreerd door het smartapparaat door Ja te selecteren wanneer hierom wordt gevraagd en kunt u synchronisatie inschakelen in de SnapBridge app. Als u Nee selecteert, stel de cameraklok in vanuit de menu’s zoals beschreven in Stap 3 op pagina 40.
Het instellen wordt voltooid zodra de camera naar de opnameweergave terugkeert. Zie pagina 37 voor meer informatie over het gebruik van SnapBridge.
36 Eerste stappen
A Wat SnapBridge voor u kan doen
De SnapBridge app kan voor verschillende taken worden gebruikt zodra de camera met uw smartapparaat wordt gekoppeld. Voor meer informatie over de onderstaande functies, zie de online helpfunctie van SnapBridge.
Automatisch uploaden
Bij standaardinstellingen worden JPEG-foto’s automatisch naar het smartapparaat geüpload terwijl ze worden gemaakt (automatisch uploaden is niet beschikbaar voor films of voor NEF/RAW-afbeeldingen, en wordt automatisch onderbroken wanneer het accuniveau daalt tot H). Plaats, voordat foto’s worden geüpload, het smartapparaat dicht bij de camera en start de SnapBridge app. Hieronder vindt u enkele tips voor het uploaden van foto’s:
Automatisch u ploaden uitschakelen: Om automatisch uploaden uit te schakelen, selecteer Uit voor Verzenden n. smartapp. (autom.) in het setup-menu van de camera (0 272).
Geselecteerde foto’s uploaden: Druk, om foto’s te uploaden die niet eerder zijn verzonden met behulp van automatisch uploaden, op de P-knop van de camera tijdens weergave en selecteer foto’s met behulp van Sel. v. verzend. n. smartapp./desel. (0 203), of selecteer foto’s met behulp van de optie Sel. v. verzending n. smartappar. in het weergavemenu van de camera (0 204). Zolang er een constante verbinding actief is tussen de camera en het smartapparaat, worden foto’s automatisch geüpload, ook al is de camera uitgeschakeld. Het uploaden wordt echter automatisch onderbroken wanneer het accuniveau daalt tot H.
Formaat foto’s aanpassen voor uploaden: Kies een uploadformaat in de SnapBridge app. De standaardinstelling is 2 megapixels.
Foto-informatie invoegen: Gebruik de SnapBridge app om de informatie te kiezen die wordt afgedrukt op foto’s die naar het smartapparaat worden gekopieerd. Commentaar en copyrightinformatie kunnen van tevoren worden ingevoerd vanuit het setup-menu van de camera. U kunt ook tekst afdrukken, ingevoerd in de SnapBridge app.
37Eerste stappen
Tips voor draadloze netwerken
Koppelen: Om de camera met een smartapparaat te koppelen (bijvoorbeeld met een nieuw apparaat of als u niet hebt gekozen om met een smartapparaat te koppelen tijdens setup), selecteer Instell. voor Verbinden met smartapparaat in het setup-menu van de camera en volg de instructies op pagina 34, te beginnen met Stap 3. De camera kan met maximaal vijf smartapparaten worden gekoppeld, maar kan slechts met één tegelijk verbinding maken.
Foto’s uploaden via Wi-Fi: Een Wi-Fi-verbinding wordt aanbevolen voor films en andere uploads van grote omvang. Volg de instructies op het scherm in de app Snapbridge om naar een Wi-Fi-verbinding over te schakelen. Het item Wi-Fi > Netwerkinstellingen in het setup-menu van de camera bevat de opties Verificatie/encryptie en Wachtwoord. De standaardoptie voor Verificatie/encryptie is WPA2-PSK-AES.
Andere functies van de SnapBridge App
Op afstand fotograferen: De sluiter van de camera kan vanaf het smartapparaat op afstand worden ontspannen met behulp van de SnapBridge app. Controleer of de camera aan is, alvorens u foto’s probeert te maken.
Foto’s bekijken vanaf het smartapparaat: Gebruik het smartapparaat om de foto’s op de camera te bekijken en downloaden. Deze optie is beschikbaar, ook al is de camera uitgeschakeld.
A Plaatsen waar het gebruik van draadloze apparaten verboden is
Schakel, op plaatsen waar het gebruik van draadloze apparaten verboden is, draadloze functies uit in het setup-menu van de camera door Inschakelen voor Vliegtuigmodus te selecteren. Dit onderbreekt tijdelijk de constante verbinding met het smartapparaat, maar de verbinding wordt automatisch hersteld zodra de vliegtuigmodus wordt uitgeschakeld.
38 Eerste stappen
❚❚ Instellen vanuit de cameramenu’s
1 Omhoog
J-knop (selecteren)
4 Links 2 Rechts
3 Omlaag
Multi-selector
Hoofdschakelaar
De cameraklok kan handmatig worden ingesteld.
1 Zet de camera aan.
Er wordt een taalselectievenster weergegeven.
Gebruik de multi-selector en J-knop om door de menu’s te navigeren.
Druk op 1 en 3 om een taal te markeren en druk op J om te selecteren. De taal kan op elk moment worden gewijzigd met behulp van de optie Taal (Language) in het setup-menu.
39Eerste stappen
2 Druk op G wanneer het
G-knop
rechtervenster wordt weergegeven.
3 Stel de cameraklok in.
Gebruik de multi-selector en J-knop om de cameraklok in te stellen.
qw
Selecteer tijdzone Selecteer datumnotatie
er
De klok kan op elk gewenst moment worden aangepast met behulp van de optie Tijdzone en datum > Datum en tijd in het setup-menu.
40 Eerste stappen
Selecteer optie zomertijd Stel tijd en datum in (merk op dat de
camera een 24-uurs klok gebruikt)

Stel de zoeker scherp

Draai, na het verwijderen van de objectiefdop, aan de dioptrieregelaar totdat de AF-veldhaakjes scherp in beeld zijn. Let op dat u niet uw vingers of vingernagels in uw oog steekt wanneer u de regelaar bedient met uw oog tegen de zoeker.
AF-
veldhaakjes
Zoeker niet scherp in beeld Zoeker scherp in beeld
De camera is nu klaar voor gebruik. Ga verder naar pagina 47 voor meer informatie over het maken van foto’s.
41Eerste stappen

Tutorial

G-knop
Huidige instellingen worden aangegeven met pictogrammen.
Schuifregelaar toont positie in huidig menu.
Menuopties
Opties in huidig menu.

Cameramenu’s: Een overzicht

De meeste opname-, weergave- en instellingenopties zijn toegankelijk via de cameramenu's. Druk op de G-knop om de menu’s te bekijken.
Tabs
Kies uit de volgende menu’s:
D: Weer gave (0 220) N: Retouch eren (0 277)
C: Opname (0 223) m/O: Recente instellingen of Mijn
A: Persoonlijke instellingen (0 233)
B: Instellingen (0 257)
Menu (standaard ingesteld op
Recente instellingen; 0 300)
42 Tutorial
Helppictogram (0 43)
Cameramenu’s gebruiken
2: Selecteer gemarkeerd item of geef submenu weer
1: Beweeg cursor omhoog
3: Beweeg cursor omlaag
J-knop: selecteer gemarkeerd item
4: Annuleer en keer terug
naar vorig menu
W (Q)-knop
❚❚ Menubedieningen
De multi-selector en J-knop worden gebruikt om door de cameramenu’s te navigeren.
A Het d (Help)-pictogram
Als in de linkerbenedenhoek van de monitor een d-pictogram wordt weergegeven, kan een beschrijving van de momenteel geselecteerde optie of het menu worden weergegeven door op de W (Q)-knop te drukken. Druk op 1 of 3 om door het scherm te bladeren. Druk opnieuw op W (Q) om naar de menu’s terug te keren.
43Tutorial
❚❚ Door de menu’s navigeren
G-knop
Volg de onderstaande stappen om door de menu’s te navigeren.
1 Geef de menu’s weer.
Druk op de G-knop om de menu’s weer te geven.
2 Markeer het pictogram
voor het huidige menu.
Druk op 4 om het pictogram voor het huidige menu te markeren.
3 Selecteer een menu.
Druk op 1 of 3 om het gewenste menu te selecteren.
4 Plaats de cursor in het
geselecteerde menu.
Druk op 2 om de cursor in het geselecteerde menu te plaatsen.
44 Tutorial
5 Markeer een menu-item.
Druk op 1 of 3 om een menu-item te markeren.
6 Geef opties weer.
Druk op 2 om opties voor het geselecteerde menu­item weer te geven.
7 Markeer een optie.
Druk op 1 of 3 om een optie te markeren.
8 Selecteer het gemarkeerde item.
Druk op J om het gemarkeerde item te selecteren. Druk op de G-knop om af te sluiten zonder een selectie te maken.
Let op het volgende:
Menu-items die grijs worden weergegeven, zijn momenteel niet
beschikbaar.
Het indrukken van 2 heeft in het algemeen hetzelfde effect als
het indrukken van J, maar in bepaalde gevallen kan het selecteren alleen worden uitgevoerd door op J te drukken.
Druk de ontspanknop half in om de menu's af te sluiten en naar
de opnamestand terug te keren (0 52).
45Tutorial
Het accuniveau en het aantal resterende
Accuniveau
R-knop Aantal resterende
opnamen
opnamen
Druk op de R-knop en controleer het accuniveau en het aantal resterende opnamen in het informatiescherm.
Accuniveau
Als de accu bijna leeg is, wordt er ook een waarschuwing weergegeven in de zoeker. Als het informatiescherm niet verschijnt zodra de R-knop wordt ingedrukt, dan is de accu leeg en moet deze worden opgeladen.
Informatiescherm Zoeker Beschrijving
L Accu volledig opgeladen. K Accu gedeeltelijk ontladen.
Accu bijna leeg. Leg een volledig
H d
H
(knippert)d(knippert)
Aantal resterende opnamen
Waarden hoger dan 1.000 worden in duizendtallen weergegeven, aangeduid door de letter “k”.
opgeladen reserve-accu klaar of tref voorbereidingen voor het opladen van de accu.
Accu leeg. Laad de accu op.
46 Tutorial

Basisfotografie en afspelen

Standknop
Livebeeldschakelaar
“Richten-en-maken”-standen (i en j)
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe foto’s te maken in de standen i en j. i en j zijn automatische “richten-en-schieten”-standen waarin het merendeel van de instellingen wordt geregeld door de camera in reactie op de opnameomstandigheden; het verschil tussen de twee is dat de flitser niet flitst in de j-stand.
1 Draai de standknop naar i
of j.
Foto’s kunnen worden gekadreerd in de zoeker of in de monitor (livebeeld). Draai aan de livebeeldschakelaar om livebeeld te starten.
Foto’s kadreren in de
zoeker
Foto’s kadreren in de
monitor (livebeeld)
47Basisfotografie en afspelen
2 Maak de camera gereed.
Zoekerfotografie: Houd, bij het kadreren van foto’s in de zoeker, de
handgreep in uw rechterhand en ondersteun de camerabody of het objectief met uw linkerhand. Plaats uw ellebogen tegen de zijkanten van uw borst.
Livebeeld: Houd, bij het kadreren van foto’s in de monitor, de handgreep in uw rechterhand en ondersteun het objectief met uw linkerhand.
A Foto’s kadreren in portretstand (staand)
Houd, bij het kadreren van foto’s in portretstand (staand), de camera vast zoals hieronder aangeduid.
Foto’s kadreren in de zoeker Foto’s kadreren in de monitor
48 Basisfotografie en afspelen
AF-veldhaakjes
Scherpstelpunt
Inzoomen
Uitzoomen
Zoomring
3 Kadreer de foto.
Zoekerfotografie: Kadreer een foto in de
zoeker met het hoofdonderwerp in de AF-veldhaakjes.
Livebeeld: Bij standaardinstellingen detecteert de camera automatisch gezichten en selecteert het scherpstelpunt. Als er geen gezicht wordt gedetecteerd, stelt de camera scherp op onderwerpen nabij het midden van het beeld.
A Een zoomobjectief gebruiken
Draai, alvorens scherp te stellen, aan de zoomring om de brandpuntsafstand aan te passen en de foto te kadreren. Gebruik de zoomring om op het onderwerp in te zoomen, zodat het onderwerp een groter deel van het beeld vult, of zoom uit voor een groter zichtbaar gebied in de uiteindelijke foto (selecteer een langere brandpuntsafstand op de schaal van de brandpuntsafstand om in te zoomen, en een kortere brandpuntsafstand om uit te zoomen).
49Basisfotografie en afspelen
4 Druk de ontspanknop half in.
Scherpstelpunt
Scherpstelaanduiding
Zoekerfotografie: Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen (als het onderwerp slecht belicht is, kan de flitser opklappen en kan de AF-hulpverlichting gaan branden). Zodra de scherpstelbewerking is voltooid, klinkt er een signaal (een signaal is mogelijk niet te horen als het onderwerp beweegt) en het actieve scherpstelpunt en de scherpstelaanduiding (I) verschijnen in de zoeker.
Scherpstelaanduiding Beschrijving
I Onderwerp scherp in beeld.
I (knippert)
Livebeeld: Het scherpstelpunt knippert groen terwijl de camera scherpstelt. Als de camera kan scherpstellen, wordt het scherpstelpunt groen weergegeven; anders knippert het scherpstelpunt rood.
Camera kan niet scherpstellen met autofocus. Zie pagina 86.
50 Basisfotografie en afspelen
5 Maak de foto.
Toegangslampje
geheugenkaart
Druk de ontspanknop op soepele wijze helemaal in om de sluiter te ontspannen en de foto vast te leggen. Het toegangslampje van de geheugenkaart gaat branden en de foto wordt gedurende enkele seconden in de monitor weergegeven.
De geheugenkaart mag niet worden uitgeworpen en de voedingsbron niet verwijderd of ontkoppeld voordat het toegangslampje uit is en de opname is voltooid.
Draai aan de livebeeldschakelaar om livebeeld af te sluiten.
51Basisfotografie en afspelen
A De ontspanknop
De camera heeft een tweetraps ontspanknop. De came ra stelt scherp zodra de ontspanknop half wordt ingedrukt. Druk de ontspanknop volledig in om de foto te maken.
Scherpstellen: half
indrukken
Het half indrukken van de ontspanknop beëindigt tevens de weergave en maakt de camera gereed voor onmiddellijk gebruik.
Vastleggen: volledig
indrukken
A Automatische onderwerpselectie (automatische scènekeuzeknop)
Als livebeeld wordt geselecteerd in stand i of j, dan analyseert de camera automatisch het onderwerp en selecteert de juiste opnamestand zodra de ontspanknop half wordt ingedrukt om scherp te stellen met behulp van autofocus. De geselecteerde stand wordt in de monitor getoond.
c Portret Portretten van personen d Landschap Landschappen en stadsgezichten e Close-up Onderwerpen dicht bij de camera
f Nachtportret
Z Automatisch
Automatisch
b
(flitser uit)
Personen die tegen een donkere achtergrond zijn gekadreerd
Onderwerpen geschikt voor de stand i of j, of die niet in de bovenstaande categorieën vallen
52 Basisfotografie en afspelen
A De stand-by-timer (zoekerfotografie)
X-knop
Navigatievenster
De zoekerweergave schakelt uit als er gedurende ongeveer acht seconden geen handelingen worden uitgevoerd, waardoor de gebruiksduur van de accu wordt verlengd. Druk de ontspanknop half in om het scherm opnieuw te activeren. De tijdsduur voordat de stand-by-timer automatisch afloopt, kan worden geselecteerd met behulp van Persoonlijke instelling c2 (Timers automatisch uit; 0 240).
Belichtingsmeters uit Belichtingsmeters aan
A De stand-by-timer (livebeeld)
De monitor schakelt uit als er gedurende tien minuten geen handelingen worden uitgevoerd. De tijdsduur voordat de monitor automatisch uitschakelt, kan worden geselecteerd met behulp van Persoonlijke instelling c2 (Timers automatisch uit; 0 240).
A Voorbeeld livebeeldzoom
Druk, om het beeld in de monitor tot maximaal 8,3× te vergroten voor nauwkeurige scherpstelling, op de X-knop. Terwijl het beeld door het objectief wordt ingezoomd, verschijnt een navigatiescherm in een grijs beeld in de rechterbenedenhoek van het scherm. Gebruik de multi-selector om door de delen van het beeld te scrollen die niet op de monitor te zien zijn, of druk op W (Q) om uit te zoomen.
53Basisfotografie en afspelen
A De ingebouwde flitser
Mocht er extra verlichting nodig zijn voor juiste belichting in stand i, dan klapt de ingebouwde flitser automatisch op zodra de ontspanknop half wordt ingedrukt (0 101). Met een opgeklapte flitser kunnen alleen foto’s worden gemaakt wanneer de flitsgereedaanduiding (M) wordt weergegeven. Als de flitsgereedaanduiding niet wordt weergegeven, is de flitser aan het laden; verwijder uw vinger kort van de ontspanknop en probeer opnieuw.
Breng de flitser terug naar de gesloten positie wanneer deze niet in gebruik is door de flitser voorzichtig naar beneden te drukken tot de vergrendeling vastklikt.
A Belichting
Afhankelijk van het onderwerp kan de belichting verschillen van de belichting die wordt verkregen wanneer livebeeld niet wordt gebruikt.
54 Basisfotografie en afspelen
D In de stand livebeeld fotograferen
Hoewel ze niet op de definitieve foto verschijnen, kunnen gekartelde randen, valse kleuren, moiré en heldere vlekken in de monitor verschijnen, terwijl heldere gebieden of banden kunnen verschijnen in bepaalde velden met knipperende tekens en andere met tussenpozen verschijnende lichtbronnen of als het onderwerp kort wordt verlicht door een stroboscooplamp of andere heldere, kortstondige lichtbron. Bovendien kan vertekening optreden bij bewegende onderwerpen, vooral als de camera horizontaal gepand wordt of een object horizontaal op hoge snelheid door het beeld beweegt. Flikkeringen en banden die zichtbaar zijn in de monitor onder tl-licht, kwikdamp- of natriumlampen kunnen worden verminderd met behulp van Flikkerreductie (0 268), hoewel ze bij bepaalde sluitertijden nog steeds zichtbaar kunnen zijn in de definitieve foto. Richt de camera niet naar de zon of andere sterke lichtbronnen. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan schade aan de interne schakelingen van de camera tot gevolg hebben.
Livebeeld eindigt automatisch wanneer de monitor wordt gesloten (het sluiten van de monitor maakt geen einde aan livebeeld op televisies of andere externe schermen).
Om te voorkomen dat licht dat via de zoeker binnenvalt in de foto verschijnt of de belichting verstoort, raden we u aan de zoeker af te dekken met uw hand of andere voorwerpen zoals een optioneel oculairkapje voordat u foto’s maakt zonder uw oog tegen de zoeker (0 80).
A HDMI
Wanneer de camera op een HDMI-videoapparaat is aangesloten, geeft het videoapparaat het beeld door het objectief weer. Als het apparaat HDMI­CEC ondersteunt, selecteer Uit voor de optie HDMI > Apparaatbesturing in het setup-menu (0 219) alvorens te fotograferen in livebeeld.
55Basisfotografie en afspelen

Basisweergave

K-knop
1 Druk op de K-knop.
Er wordt een foto weergegeven in de monitor.
2 Meer foto’s bekijken.
U kunt nog meer foto’s weergeven door op 4 of 2 te drukken.
Om weergave te beëindigen en terug te keren naar de opnamestand, druk de ontspanknop half in.
56 Basisfotografie en afspelen

Ongewenste foto’s wissen

K-knop
O-knop
Als u de foto wilt wissen die momenteel in de monitor wordt weergegeven, druk op de O-knop. Merk op dat foto's niet kunnen
worden hersteld nadat ze zijn gewist.
1 Geef de foto weer.
Geef de foto weer die u wilt wissen.
2 Wis de foto.
Druk op de O-knop. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; druk nogmaals op de O-knop om het beeld te wissen en terug te keren naar weergave.
A Wissen
De optie Wissen in het afspeelmenu kan worden gebruikt om meerdere beelden te wissen (0 206).
57Basisfotografie en afspelen
Instellingen die passen bij het
+
onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)
De camera beschikt over verschillende onderwerpstanden. Bij het kiezen van een onderwerpstand worden de instellingen automatisch aan het geselecteerde onderwerp aangepast, waardoor creatieve fotografie net zo eenvoudig wordt als het selecteren van een stand, het kadreren van een foto en het maken van een foto zoals wordt beschreven op pagina 47.
De volgende onderwerpen kunnen worden geselecteerd door de standknop naar h te draaien en draai aan de instelschijf totdat het gewenste onderwerp in de monitor verschijnt.
Standknop Instelschijf Monitor
k Portret l Landschap p Kinderen m Sport n Close-up o Nachtportret r Nachtlandschap s Party/binnen
58

Instellingen die passen bij het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)

t Strand/sneeuw u Zonsondergang v Schemering w Dierenportret x Kaarslicht y Bloesem z Herfstkleuren 0 Voedsel

k Portret

Gebruik voor portretten met zachte, natuurlijke huidtinten. Als het onderwerp zich te ver van de achtergrond bevindt of als een teleobjectief wordt gebruikt, worden de achtergronddetails verzacht om de compositie een gevoel van diepte te geven.

l Landschap

Gebruik voor levendige landschapsopnamen bij daglicht.
A Opmerking
De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.

p Kinderen

Gebruik voor snapshots van kinderen. Kleding en achtergronddetails worden levendig weergegeven, terwijl huidtinten zacht en natuurlijk blijven.
Instellingen die passen bij het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)
59

m Sport

Korte sluitertijden bevriezen beweging voor dynamische sportopnamen waarin het hoofdonderwerp duidelijk naar voren komt.
A Opmerking
De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.

n Close-up

Gebruik deze stand voor close­upfoto’s van bloemen, insecten of andere kleine voorwerpen (voor scherpstellen op zeer korte afstand kan een macro-objectief worden gebruikt).

o Nachtportret

Gebruik voor een natuurlijke balans tussen het hoofdonderwerp en de achtergrond in portretten met weinig licht.
60
Instellingen die passen bij het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)

r Nachtlandschap

Verminder ruis en onnatuurlijke kleuren bij het fotograferen van nachtlandschappen, inclusief straatverlichting en neonreclame.
A Opmerking
De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.

s Party/binnen

Leg de effecten vast van achtergrondverlichting binnenshuis. Gebruik voor feesten en andere scènes binnenshuis.

t Strand/sneeuw

Leg de helderheid vast van zonovergoten oppervlakken zoals water, sneeuw of zand.
A Opmerking
De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.
Instellingen die passen bij het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)
61

u Zonsondergang

Behoudt de diepe tinten in zonsondergangen en zonsopgangen.
A Opmerking
De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.

v Schemering

Behoudt de kleuren die te zien zijn in het waterige natuurlijke licht vóór zonsopgang of na zonsondergang.
A Opmerking
De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.

w Dierenportret

Gebruik voor portretten van actieve huisdieren.
A Opmerking
De AF-hulpverlichting schakelt uit.
62
Instellingen die passen bij het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)

x Kaarslicht

A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.

y Bloesem

A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.

z Herfstkleuren

Voor foto’s gemaakt bij kaarslicht.
Gebruik voor bloemenvelden, bloeiende boomgaarden en andere landschappen met uitgestrekte bloesemlandschappen.
Legt de stralende rode en gele kleuren in herfstbladeren vast.
A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.
Instellingen die passen bij het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)
63

0 Voedsel

Gebruik voor levendige foto’s van voedsel.
A Opmerking
Voor flitserfotografie, druk op de M (Y)-knop om de flitser op te klappen (0 103).
A Onscherpte voorkomen
Gebruik een statief om onscherpte veroorzaakt door cameratrillingen bij lange sluitertijden te voorkomen.
64
Instellingen die passen bij het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)

Speciale effecten

+
Speciale effecten kunnen worden gebruikt bij het maken van foto’s en opnemen van films.
De volgende effecten kunnen worden geselecteerd door de standknop naar q te draaien en aan de instelschijf te draaien totdat de gewenste optie in de monitor verschijnt.
Standknop Instelschijf Monitor
% Nachtzicht S Superlevendig
T Pop
U Foto-illustratie ' Speelgoedcamera-effect
( Miniatuureffect
3 Selectieve kleur
1 Silhouet 2 High-key 3 Low-key

% Nachtzicht

Gebruik onder donkere omstandigheden om monochrome beelden bij hoge ISO-gevoeligheden vast te leggen.
A Opmerking
Autofocus is alleen in livebeeld beschikbaar; handmatige scherpstelling kan worden gebruikt als de camera niet kan scherpstellen. De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.
65Speciale effecten

S Superlevendig

Algehele verzadiging en contrast worden verhoogd voor een levendiger beeld.
T Pop
De algehele verzadiging wordt verhoogd voor een levendiger beeld.

U Foto-illustratie

Verscherp omtreklijnen en vereenvoudig kleuren voor een postereffect dat kan worden aangepast in livebeeld (0 70).
A Opmerking
Films opgenomen in deze stand worden als een diashow van een serie filmbeelden afgespeeld.
66 Speciale effecten

' Speelgoedcamera-effect

Maak foto’s en films die er uitzien alsof ze met een speelgoedcamera zijn gemaakt. Het effect kan worden aangepast in livebeeld (0 71).

( Miniatuureffect

Maak foto’s die op prenten of diorama’s
Werkt het best bij het
lijken. fotograferen vanaf een hoog zichtpunt. Films met miniatuureffecten spelen op hoge snelheid af, waarbij circa 45 minuten aan filmopnamen, opgenomen bij 1.920 × 1.080/30p, worden gecomprimeerd naar een film die in circa drie minuten wordt afgespeeld. aangepast in livebeeld (
Het effect kan worden
0
72).
A Opmerking
Geluid wordt niet opgenomen bij films. De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit.

3 Selectieve kleur

Alle andere kleuren dan de geselecteerde kleuren worden zwart­wit vastgelegd. Het effect kan worden aangepast in livebeeld (0 73).
A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.
67Speciale effecten

1 Silhouet

A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.

2 High-key

A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.

3 Low-key

Silhouetonderwerpen tegen heldere achtergronden.
Gebruik bij het fotograferen van heldere onderwerpen om heldere beelden te creëren die met licht lijken te zijn gevuld.
Gebruik voor donkere onderwerpen om donkere, low-key beelden met opvallende hoge lichten te creëren.
A Opmerking
De ingebouwde flitser schakelt uit.
68 Speciale effecten
A NEF (RAW)
NEF (RAW)-opname is niet beschikbaar in de standen %, S, T, U, ', ( en
3.
Foto’s gemaakt terwijl er in deze standen een NEF (RAW)- of NEF (RAW) + JPEG-optie is geselecteerd, worden opgeslagen als JPEG-beelden. JPEG­afbeeldingen gecreëerd bij NEF (RAW) + JPEG-instellingen worden bij de geselecteerde JPEG-kwaliteit vastgelegd, terwijl beelden vastgelegd bij een NEF (RAW)-instelling als beelden met fijne kwaliteit worden opgeslagen.
A Standen U en (
Autofocus is niet beschikbaar tijdens filmopname. De vernieuwingssnelheid van livebeeld daalt samen met de beeldsnelheid voor continue opnamestanden; het gebruik van autofocus tijdens livebeeldfotografie verstoort de voorbeeldfunctie.
A Onscherpte voorkomen
Gebruik een statief om onscherpte veroorzaakt door cameratrillingen bij lange sluitertijden te voorkomen.
69Speciale effecten

Beschikbare opties in livebeeld

Livebeeldschakelaar
Instellingen voor het geselecteerde effect worden aangepast in het livebeeldscherm.
❚❚ U Foto-illustratie
1 Selecteer livebeeld.
Draai aan de livebeeldschakelaar. Het beeld door het objectief wordt in de monitor weergegeven.
2 Pas de dikte van de omtreklijnen aan.
Druk op J om de rechts getoonde opties weer te geven. Druk op de 4- of 2-knop om de omtreklijnen dikker of dunner te maken.
3 Druk op J.
Druk op J om af te sluiten zodra de instellingen zijn voltooid. Draai aan de livebeeldschakelaar om livebeeld af te sluiten.
70 Speciale effecten
❚❚ ' Speelgoedcamera-effect
Livebeeldschakelaar
1 Selecteer livebeeld.
Draai aan de livebeeldschakelaar. Het beeld door het objectief wordt in de monitor weergegeven.
2 Pas opties aan.
Druk op J om de rechts getoonde opties weer te geven. Druk op 1 of 3 om Levendigheid of Vignettering te markeren en druk op 4 of 2 om te wijzigen. Pas levendigheid aan om kleuren meer of minder verzadigd te maken, vignettering om de hoeveelheid vignettering te regelen.
3 Druk op J.
Druk op J om af te sluiten zodra de instellingen zijn voltooid. Draai aan de livebeeldschakelaar om livebeeld af te sluiten.
71Speciale effecten
❚❚ ( Miniatuureffect
Livebeeldschakelaar
1 Selecteer livebeeld.
Draai aan de livebeeldschakelaar. Het beeld door het objectief wordt in de monitor weergegeven.
2 Positioneer het scherpstelpunt.
Gebruik de multi-selector om het scherpstelpunt in het scherp te stellen gebied te plaatsen en druk vervolgens de ontspanknop half in om scherp te stellen. Om de opties voor miniatuureffect tijdelijk uit het scherm te wissen en het beeld in de monitor te vergroten om nauwkeurig te kunnen scherpstellen, druk op X. Druk op W (Q) om de miniatuureffectweergave te herstellen.
3 Geef opties weer.
Druk op J om de opties voor miniatuureffect weer te geven.
4 Pas opties aan.
Druk op 4 of 2 om de r ich ti ng t e ki ez en van het scherp te stellen gebied en druk op 1 of 3 om de breedte van het gebied aan te passen.
72 Speciale effecten
5 Druk op J.
Livebeeldschakelaar
Geselecteerde kleur
Druk op J om af te sluiten zodra de instellingen zijn voltooid. Draai aan de livebeeldschakelaar om livebeeld af te sluiten.
❚❚ 3 Selectieve kleur
1 Selecteer livebeeld.
Draai aan de livebeeldschakelaar. Het beeld door het objectief wordt in de monitor weergegeven.
2 Geef opties weer.
Druk op J om de opties voor selectieve kleur weer te geven.
3 Selecteer een kleur.
Kadreer een voorwerp in het witte vierkant in het midden van het scherm en druk op 1 om de kleur van het voorwerp te kiezen als een kleur die behouden blijft in het uiteindelijke beeld (de camera kan problemen ondervinden bij het detecteren van onverzadigde kleuren; kies een verzadigde kleur). Om in te zoomen op het midden van het scherm voor meer nauwkeurige kleurselectie, druk op X. Druk op W (Q) om uit te zoomen.
73Speciale effecten
4 Kies het kleurbereik.
Kleurbereik
Druk op 1 of 3 om het bereik van gelijkwaardige tinten te verhogen of te verlagen die in het uiteindelijke beeld worden vastgelegd. Kies uit waarden tussen 1 en 7; merk op dat hogere waarden tinten van andere kleuren kunnen bevatten.
5 Selecteer extra kleuren.
Draai, om extra kleuren te selecteren, aan de hoofdinstelschijf om een van de andere drie kleurvakken bovenaan het scherm te markeren en herhaal Stap 3 en 4 om een andere kleur te selecteren. Herhaal, indien gewenst, voor een derde kleur. Druk op O om selectie van de gemarkeerde kleur ongedaan te maken (houd O ingedrukt om alle kleuren te verwijderen. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; selecteer Ja).
6 Druk op J.
Druk op J om af te sluiten zodra de instellingen zijn voltooid. Tijdens het fotograferen worden alleen voorwerpen van de geselecteerde tinten in kleur vastgelegd; alle overige kleuren worden in zwart-wit vastgelegd. Draai aan de livebeeldschakelaar om livebeeld af te sluiten.
74 Speciale effecten
Loading...