Nikon 1 S1 Operating manual [nl]

DIGITALE CAMERA
Gebruikshandleiding
Nl

Inhoudsopgave

Uw camera optimaal benutten ......................................................... 3
De Naslaggids....................................................................................... 5
Voor uw veiligheid .............................................................................. 6
Kennisgevingen ................................................................................... 9
Inleiding 14
Pakketinhoud .....................................................................................14
Onderdelen van de camera ............................................................. 15
De camerabody ........................................................................................... 15
De monitor .................................................................................................... 17
De G-knop.............................................................................................. 18
Eerste stappen....................................................................................23
Automatische stand 27
Foto’s maken in Automatische stand ............................................27
Livebeeldaanpassing................................................................................. 31
Foto’s bekijken...................................................................................33
Foto’s wissen ................................................................................................ 34
Films opnemen in Automatische stand ........................................ 35
Creatieve stand 36
Een creatieve stand kiezen ..............................................................36
Een onderwerp kiezen...................................................................... 37
Foto’s maken in de standen P, S, A en M .........................................39
P Automatisch programma ..................................................................... 39
S Sluitertijdvoorkeuze................................................................................ 40
A Diafragmavoorkeuze.............................................................................. 41
M Handmatig ................................................................................................ 42
Tegenlicht ...........................................................................................44
Films opnemen in Creatieve stand.................................................45
Stand Beste moment vastleggen 46
Trage weergave................................................................................. 46
Slimme fotoselectie .......................................................................... 48
Het bekijken van foto’s gemaakt met Slimme fotoselectie...... 50
De beste opname kiezen ..........................................................................50
Foto’s wissen.................................................................................................51
Stand Bewegingssnapshot 52
Opnemen in de stand Bewegingssnapshot ................................. 52
Bewegingssnapshots bekijken ....................................................... 55
Bewegingssnapshots wissen ..................................................................55
Films opnemen en bekijken 56
HD-films opnemen............................................................................ 57
Slow motion-films opnemen .......................................................... 61
Films bekijken.................................................................................... 64
Films wissen ..................................................................................................65
Meer informatie over fotografie 66
De standen Enkel beeld, Continu en Zelfontspanner ................ 66
Continustand ................................................................................................66
Zelfontspannerstanden ............................................................................68
De ingebouwde flitser...................................................................... 70
Een flitsstand kiezen...................................................................................71
Menuopties 74
Opties voor weergavemenu .......................................................... 74
Opties voor opnamemenu ............................................................. 75
Opties voor het filmmenu .............................................................. 76
Menuopties voor beeldverwerking .............................................. 76
Opties voor setup-menu ................................................................. 77
1
Verbinding maken met een computer 78
De meegeleverde software installeren .........................................78
Systeemvereisten........................................................................................79
Foto’s op een computer bekijken en bewerken.......................... 80
Foto’s overzetten ........................................................................................80
Foto’s bekijken.............................................................................................81
Technische opmerkingen 83
Optionele accessoires ....................................................................... 83
Goedgekeurde geheugenkaarten ........................................................84
Opslag en reiniging........................................................................... 85
Opslag .............................................................................................................85
Reiniging ........................................................................................................85
Onderhoud van de camera en batterij: waarschuwingen.........86
Problemen oplossen .........................................................................90
Batterij/schermweergave......................................................................... 90
Opname (Alle standen)............................................................................. 91
Films................................................................................................................. 91
Weergave.......................................................................................................92
Overige ........................................................................................................... 92
Foutmeldingen ..................................................................................93
Specificaties........................................................................................ 95
Nikon 1 S1 digitale camera...................................................................... 95
Gebruiksduur van de batterij................................................................102
Index ..................................................................................................103
Garantievoorwaarden - Nikon Europees garantiebewijs ........108
2

Uw camera optimaal benutten

Maak foto’s met de ontspanknop.
Door op de ontspanknop te drukken, kunnen foto’s in elke willekeurige stand worden vastgelegd. Zie pagina 19 voor meer informatie.
Ontspanknop
Neem films op met de filmopnameknop.
In de standen automatisch (0 35), creatief (0 45) en geavanceerde film (0 56) kunnen films worden opgenomen door op de filmopnameknop te drukken.
Filmopnameknop
3
Gefeliciteerd met de aanschaf van deze Nikon digitale camera. Voor een complete gids betreffende het gebruik van uw digitale camera, zie de Naslaggids (0 5). Lees deze Gebruikshandleiding grondig door, zodat u zeker weet dat u de camera optimaal benut en bewaar de handleiding op een plaats waar iedereen die het product gebruikt deze kan lezen.
Camera-instellingen
Deze handleiding gaat er steeds van uit dat de standaardinstellingen worden gebruikt.
Symbolen en conventies
Om u te helpen de gewenste informatie gemakkelijker te vinden, worden de volgende symbolen en conventies gebruikt:
Dit pictogram staat bij waarschuwingen; informatie die moet worden
D
gelezen voor gebruik om schade aan de camera te vermijden.
Dit pictogram staat bij opmerkingen; informatie die moet worden
A
gelezen voordat u de camera gebruikt.
Dit pictogram staat bij verwijzingen naar andere pagina’s in deze
0
handleiding.
Het objectief dat over het algemeen in deze handleiding voor illustratieve doeleinden wordt gebruikt is een 1 NIKKOR VR 10-30mm f/3.5-5.6.
A Voor uw veiligheid
Lees eerst de veiligheidsinstructies in “Voor uw veiligheid” (0 6–8) en “Onderhoud van de camera en batterij: waarschuwingen” voordat u de camera voor de eerste keer gebruikt (0 86).
4

De Naslaggids

Download voor meer informatie over uw Nikon-camera een pdf­kopie van de Naslaggids op de hieronder vermelde website. De Naslaggids kan worden bekeken met behulp van Adobe Reader of Adobe Acrobat Reader 5.0 of hoger. 1 Start op uw computer een internetbrowser en open de volgende
pagina: http://nikonimglib.com/manual/
2 Kies een taal en download de Naslaggids. 3 Dubbelklik op het gedownloade bestand.
5

Voor uw veiligheid

Als u schade aan uw Nikon-product of letsel aan uzelf of anderen wilt voorkomen, dient u de volgende veiligheidsinstructies goed door te lezen voordat u dit product gaat gebruiken. Bewaar deze veiligheidsinstructies op een plaats waar iedereen die het product gebruikt ze kan lezen.
De mogelijke gevolgen van het niet in acht nemen van de veiligheidsinstructies in dit hoofdstuk worden met het volgende pictogram aangegeven:
Dit pictogram staat bij waarschuwingen. Lees om mogelijk letsel te
A
voorkomen alle waarschuwingen voordat u dit Nikon-product gebruikt.
❚❚WAARSCHUWIN GEN
Zorg dat de zon buiten beeld blijft. Zorg er bij
A
onderwerpen met tegenlicht voor dat de zon ver buiten beeld blijft. Als zonlicht in de camera convergeert doordat de zon zich in of dicht bij het beeld bevindt, kan dit brand veroorzaken.
Zet het apparaat onmiddellijk uit in geval van
A
storing. Indien er rook of een ongewone geur vrijkomt uit het apparaat of de lichtnetadapter (apart verkrijgbaar), haalt u onmiddellijk de stekker van de lichtnetadapter uit het stopcontact en verwijdert u de batterij. Pas daarbij op dat u zich niet verbrandt. Voortgaand gebruik kan leiden tot letsel. Nadat u de batterij hebt verwijderd, brengt u het apparaat voor onderzoek naar een door Nikon geautoriseerd servicecenter.
Gebruik het apparaat niet in de nabijheid van
A
ontvlambaar gas. Gebruik elektronische apparatuur niet in de nabijheid van ontvlambaar gas, omdat dit kan leiden tot explosie of brand.
Haal het apparaat niet uit elkaar. Aanraking
A
van interne onderdelen kan tot letsel leiden. In geval van een defect mag dit product uitsluitend worden gerepareerd door een gekwalificeerde reparateur. Mocht het product openbreken als gevolg van een val of ander ongeluk, verwijder dan de batterij en/of koppel de lichtnetadapter los en breng het product voor onderzoek naar een door Nikon geautoriseerd servicecenter.
Buiten bereik van kinderen houden. Het niet
A
in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot letsel. Bovendien dient u er rekening mee te houden dat kleine delen verstikkingsgevaar kunnen opleveren. Mocht een kind een onderdeel van dit apparaat hebben ingeslikt, raadpleeg dan onmiddellijk een arts.
Plaats de polsriem niet om de hals van
A
kinderen. Het dragen van de camerapolsriem om de nek kan bij kinderen leiden tot verstikking.
6
Vermijd langdurig contact met de camera,
A
batterij of lader zo lang als de apparaten ingeschakeld of in gebruik zijn
apparaat kunnen zeer warm worden. Langdurige aanraking van het apparaat met de huid kan lichte brandwonden tot gevolg hebben.
Richt de flitser niet op de bestuurder van een
A
motorvoertuig. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot ongelukken.
Wees voorzichtig bij het gebruik van de flitser
A
Het gebruik van de camera met de
flitser terwijl deze zich dicht bij de huid of andere voorwerpen bevindt, kan brandwonden veroorzaken.
Het gebruik van de flitser dicht bij de
ogen van een persoon kan leiden tot tijdelijke vermindering van het gezichtsvermogen. Pas extra goed op als u kleine kinderen fotografeert. De flitser mag zich niet op minder dan één meter van de persoon bevinden.
Vermijd contact met vloeibare kristallen.
A
Indien het scherm breekt, moet erop worden opgelet dat letsel door gebroken glas wordt voorkomen en dat de vloeibare kristallen van het scherm niet in aanraking komen met de huid of in de ogen of mond terechtkomen.
Neem de juiste voorzorgsmaatregelen in acht
A
bij het gebruik van batterijen. Batterijen kunnen bij onjuist gebruik gaan lekken of ontploffen. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het gebruik van de batterijen bij dit product:
Gebruik alleen batterijen die zijn
goedgekeurd voor gebruik in dit apparaat.
U mag de batterij niet kortsluiten of uit
elkaar halen.
Zorg ervoor dat het product is
uitgeschakeld voordat u de batterij vervangt. Als u een lichtnetadapter gebruikt, moet u deze eerst loskoppelen.
. Delen van het
Plaats batterijen niet ondersteboven
of achterstevoren.
Stel batterijen niet bloot aan vuur of
hoge temperaturen.
U mag batterijen niet blootstellen aan
of onderdompelen in water.
Plaats het afdekkapje van de batterij
terug wanneer u de batterij vervoert. Vervoer of bewaar de batterij niet samen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen of haarspelden.
Volledig ontladen batterijen kunnen
gaan lekken. Als u schade aan het product wilt voorkomen, dient u een ontladen batterij te verwijderen.
Als de batterij niet in gebruik is, plaatst
u het afdekkapje op de contactpunten en bergt u de batterij op een koele, droge plaats op.
Direct na gebruik of als het product
gedurende een langere periode op de batterij heeft gewerkt, kan de batterij zeer warm zijn. Zet de camera daarom uit en laat de batterij afkoelen voordat u deze verwijdert.
Stop onmiddellijk met het gebruik van
een batterij als u veranderingen opmerkt, zoals verkleuring of vervorming.
7
Neem de juiste voorzorgsmaatregelen in acht
A
bij het gebruik van de lader:
Houd het product droog. Het niet in
acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot brand of een elektrische schok.
U mag de ladercontacten niet
kortsluiten. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot oververhitting en schade aan de lader.
Verwijder stof op of bij metalen
onderdelen van de stekker met een droge doek. Voortgaand gebruik kan leiden tot brand.
Tijdens onweer mag u niet in de buurt
van de lader komen. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot een elektrische schok.
Houd de stekker of de lader niet met
natte handen vast. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot een elektrische schok.
Gebruik het product niet met
reisadapters of adapters die ontworpen werden om een voltage om te zetten naar een ander voltage of met omzetters voor gelijkstroom naar wisselstroom. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan schade aan het product, oververhitting of brand veroorzaken.
Gebruik geschikte kabels. Als u kabels op de
A
in- en uitgangen aansluit, gebruik dan uitsluitend de meegeleverde kabels of kabels die Nikon voor het beoogde doel verkoopt. Zo weet u zeker dat u de voorschriften voor dit product naleeft.
Cd-roms: Cd-roms met software of
A
gebruikshandleidingen mogen niet op audio-cd-apparatuur worden afgespeeld. Het afspelen van een cd-rom op een audio-cd-speler kan gehoorverlies of schade aan de apparatuur veroorzaken.
8

Kennisgevingen

Niets uit de handleidingen die bij dit
product horen, mag in enigerlei vorm of op enigerlei wijze worden verveelvoudigd, uitgezonden, overgezet of opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of worden vertaald in een andere taal zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nikon.
Nikon behoudt zich het recht voor de specificaties van de hardware en de software die in deze handleidingen zijn beschreven op elk gewenst moment zonder aankondiging te wijzigen.
Nikon is niet aansprakelijk voor enige schade die voortkomt uit het gebruik van dit product.
Hoewel al het mogelijke in het werk is gesteld om ervoor te zorgen dat de informatie in deze handleidingen accuraat en volledig is, stellen we het ten zeerste op prijs als u eventuele fouten of onvolkomenheden onder de aandacht wilt brengen van de Nikon­vertegenwoordiger in uw land/regio (adres apart vermeld).
9
Kennisgevingen voor klanten in Europa
WAARSCHUWING: GEVAAR VOOR EXPLOSIE ALS BATTERIJ WORDT VERVANGEN DOOR EEN ONJUIST TYPE. VOER BATTERIJEN AF VOLGENS DE INSTRUCTIES.
Dit pictogram geeft aan dat elektrische en elektronische apparaten via gescheiden inzameling moet worden afgevoerd.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen:
Dit product moet gescheiden van het overige afval worden ingeleverd bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt. Gooi niet samen met het huishoudelijk afval weg.
Gescheiden inzameling en recycling helpt bij het behoud van natuurlijke bronnen en voorkomt negatieve consequenties voor mens en milieu die kunnen ontstaan door onjuist weggooien van afval.
Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de gemeentelijke reinigingsdienst.
Dit symbool op de batterij duidt aan dat de batterij afzonderlijk moet worden ingezameld.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen:
Alle batterijen, al dan niet voorzien van dit symbool, moeten afzonderlijk worden ingezameld op een geschikt inzamelpunt. Gooi dit product niet weg als huishoudafval.
Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de gemeenteli jke reinigingsdienst.
10
Mededeling betreffende het verbod op kopiëren en reproduceren
Let erop dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd of gereproduceerd door middel van een scanner, digitale camera of ander apparaat wettelijk strafbaar kan zijn.
Voorwerpen die volgens de wet niet mogen
worden gekopieerd of gereproduceerd
Kopieer of reproduceer geen papiergeld, munten, waardepapieren of obligaties van (plaatselijke) overheden, zelfs niet als dergelijke kopieën of reproducties worden voorzien van een stempel “Voorbeeld” of “Specimen”.
Het kopiëren of reproduceren van papiergeld, munten of waardepapieren die in het buitenland in omloop zijn, is verboden.
Tenzij vooraf toestemming is verleend, is het kopiëren of reproduceren van ongebruikte door de overheid uitgegeven postzegels of briefkaarten verboden.
Het kopiëren of reproduceren van door de overheid uitgegeven postzegels en gecertificeerde wettelijke documenten is verboden.
Wegwerpen van opslagmedia
Houd er rekening mee dat de oorspronkelijke beeldgegevens niet volledig worden verwijderd als u beelden wist of geheugenkaarten of andere opslagmedia formatteert. Met behulp van in de handel verkrijgbare software is het soms mogelijk verwijderde bestanden op weggeworpen opslagmedia alsnog te herstellen, wat misbruik van persoonlijke beeldgegevens tot gevolg kan hebben. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor de privacybescherming van dergelijke gegevens.
Wis alle gegevens met behulp van speciale software alvorens een opslagmedium weg te werpen of aan een ander over te dragen . Een alternatief is het medium eerst te formatteren en vervolgens geheel te vullen met beelden zonder persoonlijke informatie (bijvoorbeeld foto’s van de lucht). Voorkom letsel bij het fysiek vernietigen van opslagmedia.
Waarschuwingen met betrekking tot het
kopiëren of reproduceren van bepaalde waardepapieren
De overheid heeft waarschuwingen uitgevaardigd met betrekking tot het kopiëren of reproduceren van waardepapieren uitgegeven door commerciële instellingen (aandelen, wissels, cheques, cadeaubonnen en dergelijke), vervoerspassen of coupons, behalve als het gaat om een minimum aantal kopieën voor zakelijk gebruik door een bedrijf. Het is eveneens niet toegestaan om door de overheid uitgegeven paspoorten, vergunningen van overheidsinstellingen en andere instanties, identiteitsbewijzen, toegangsbewijzen, pasjes en maaltijdbonnen te kopiëren of te reproduceren.
Auteursrechten
Het kopiëren of reproduceren van creatief materiaal waarop het auteursrecht rust, zoals boeken, muziek, schilderijen, houtsneden, afdrukken, plattegronden, tekeningen, films en foto’s, is onderhevig aan nationale en internationale auteurswetten. Gebruik dit product niet om illegale kopieën te maken of voor andere activiteiten die het auteursrecht schenden.
11
AVC Patent Portfolio License
D
IT PRODUCT IS GELICENTIEERD ONDER DE AVC PATENT PORTFOLIO LICENSE VOOR HET PERSOONLIJK EN NIET-COMMERCIEEL GEBRUIK DOOR EEN CONSUMENT OM (i) VIDEO TE CODEREN IN OVEREENSTEMMING MET DE AVC-STANDAARD (“AVC-VIDEO”) EN/OF (ii) AVC-VIDEO TE DECODEREN DIE DOOR EEN CONSUMENT WERD GECODEERD IN HET KADER VAN EEN PERSOONLIJKE EN NIET-COMMERCIËLE ACTIVITEIT EN/OF WERD VERKREGEN VAN EEN VIDEOLEVERANCIER DIE OVER EEN LICENTIE BESCHIKT OM AVC-VIDEO AAN TE BIEDEN. ER WORDT GEEN LICENTIE VERLEEND OF GESUGGEREERD VOOR ENIG ANDER GEBRUIK. VOOR MEER INFORMATIE KUNT U TERECHT BIJ MPEG
LA, L.L.C. Z
IE http://www.mpegla.com
Temperatuurwaarschuwingen
De c amer a kan warm aanv oelen tijd ens g ebru ik; di t is n orma al en duid t niet op ee n defect. Bij hoge omgevingstemperaturen, na langdurig continu gebruik, of nadat verschillende foto’s in snelle opeenvolging werden gemaakt, wordt mogelijk een temperatuurwaarschuwing weergegeven, waarna de camera automatisch wordt uitgeschakeld om schade aan de interne schakelingen te beperken. Wacht tot de camera is afgekoeld voordat het gebruik wordt hervat.
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van het merk Nikon
Nikon camera’s zijn ontwikkeld volgens de hoogste normen en bevatten complexe elektronische schakelingen. Alleen elektronische accessoires van het merk Nikon (inclusief batterijladers, batterijen, lichtnetadapters en objectiefaccessoires) die door Nikon speciaal zijn gecertificeerd voor gebruik met deze digitale camera, zijn ontwikkeld om binnen de operationele eisen en veiligheidseisen van deze elektronische schakelingen te werken en zijn met het oog daarop getest en goedgekeurd.
Gebruik van niet-originele elektronische accessoires kan schade aan de camera tot gevolg hebben die niet onder de Nikon­garantie valt. Het gebruik van oplaadbare Li-ionbatterijen van andere fabrikanten, die niet zijn voorzien van het holografische zegel van Nikon (zie rechts), kan de normale werking van de camera verstoren of ertoe leiden dat de batterijen oververhit raken, vlam vatten, scheuren of gaan lekken.
Neem voor meer informatie over originele Nikon-accessoires contact op met een door Nikon geautoriseerde leverancier.
12
Gebruik uitsluitend accessoires van Nikon
D
Alleen originele Nikon-accessoires die door Nikon specifiek zijn gecertificeerd voor gebruik met uw digitale camera van Nikon, zijn ontworpen en getest om te voldoen aan de geldende veiligheids- en functioneringsvoorschriften. HET GEBRUIK VAN NIET-ORIGINELE NIKON-ACCESSOIRES
KAN SCHADE AAN UW CAMERA TOT GEVOLG HEBBEN EN KAN UW GARANTIE VAN NIKON DOEN VERVALLEN.
Onderhoud van camera en accessoires
A
De camera is een precisieapparaat dat regelmatig onderhoud vereist. Nikon beveelt aan de camera eens per jaar of per twee jaar te laten nakijken door de leverancier of een door Nikon geau toriseerde servicevertegenwoordiger en elke drie tot vijf jaar een onderhoudsbeurt te geven (houd er rekening mee dat hieraan kosten zijn verbonden). Regelmatige inspectie en onderhoud worden vooral aanbevolen wanneer u de camera voor professionele doeleinden gebruikt. Het wordt aanbevolen om tegelijkertijd met uw camera veelgebruikte accessoires, zoals objectieven, te laten nakijken en onderhouden.
Voordat u belangrijke foto’s gaat maken
A
Voordat u foto’s gaat maken van belangrijke gelegenheden (zoals een huwelijk of reis), kunt u het beste enkele testopnamen maken om te controleren of de camera goed werkt. Nikon is niet aansprakelijk voor schade of gederfde winst veroorzaakt door het onjuist functioneren van het product.
Permanente kennisoverdracht
A
Als onderdeel van Nikons inzet voor “permanente kennisoverdracht” met het oog op doorlopende productondersteuning en -educatie is voortdurend bijgewerkte informatie online beschikbaar op de volgende sites:
Voor gebruikers in de VS: http://www.nikonusa.com/
Voor gebruikers in Europa en Afrika: http://www.europe-nikon.com/support/
Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten: http://www.nikon-asia.com/
Bezoek de sites om up-to-date te blijven met de nieuwste productinformatie, tips, antwoorden op veelgestelde vragen (FAQs) en algemeen advies over digital imaging en digitale fotografie. Aanvullende informatie kan mogelijk worden verstrekt door de Nikon-importeur in uw land/regio. Bezoek de volgende website voor contactgegevens:
http://imaging.nikon.com/
13

Inleiding

s

Pakketinhoud

Controleer of het pakket de volgende items bevat:
s
Nikon 1 S1 digitale camera
BF-N1000 bodydop
EN-EL20 oplaadbare Li-ionbatterij
(met afdekkapje)
Objectief (alleen meegeleverd
indien objectiefset samen met de camera is aangeschaft; wordt met voorste en achterste objectiefdoppen geleverd)
AN-N1000 riem UC-E19 USB-kabel ViewNX 2/ Short Movie Creator CD
Geheugenkaarten worden afzonderlijk verkocht.
14
Gebruikshandleiding
(deze handleiding)
MH-27 batterijlader
(lichtnetadapter meegeleverd in landen of regio's waar vereist; vorm is afhankelijk van land van verkoop)

Onderdelen van de camera

Neem even de tijd om vertrouwd te raken met de bedieningsonderdelen en aanduidingen van de camera. Leg eventueel een boekenlegger in dit hoofdstuk, zodat u het gemakkelijk kunt terugvinden terwijl u de rest van de handleiding leest.

De camerabody

s
31 2 54
15
16
14 1213
1 Filmopnameknop ........ 35, 45, 56, 58, 62
2 Ontspanknop .................29, 47, 49, 53, 60
3 Hoofdschakelaar ......................................25
4 Aan/uit-lampje .........................................25
5 Microfoon
6 Filmvlakmarkering (E)
7 AF-hulpverlichting
Zelfontspannerlampje............................68
Lampje rode-ogenreductie...................72
8 Oogje voor polsriem ...............................23
9 Pop-upknop voor de flitser ...................70
17
6 5
7 8
9
10
11
10 Deksel HDMI-aansluiting
11 Deksel USB-aansluiting ..........................80
12 Objectiefontgrendeling
13 Stofbescherming...............................85, 86
14 Objectiefvatting
15 Bevestigingsmarkering ..........................25
16 Bodydop .....................................................83
17 Ingebouwde flitser ..................................70
18 HDMI mini-pinaansluiting
19 USB-aansluiting ........................................80
18
19
15
De camerabody (vervolg)
2
1
s
3 4 5
Druk de multi-selector
6
omhoog, omlaag, naar
7
links of rechts (1,3, 4 of 2) of draai aan de
8
multi-selector zoals
9
1011
1 Monitor................................................ 17, 25
2 K (weergave)-knop ................. 33, 50, 55
3 G (menu)-knop.................................18
4 Multi-selector
J (OK)-knop
& (functie).................................................21
E (belichtingscorrectie)
M (flitsstand)..............................................71
C (continu-opname/
zelfontspanner)................................66, 68
* De camera biedt geen ondersteuning voor de TA-N100-afstandhouder voor
statiefaansluiting.
De camera vasthouden
A
Houd bij het kadreren van foto’s de camera op onderstaande wijze vast.
Houd uw camera i n uw
rechterhand.
Houd uw ellebogen
lichtjes tegen uw
lichaam gedrukt.
5 Toegangslampje geheugenkaart.........29
6 O (wissen)-knop ...................34, 51, 55, 65
7 Afdekking van de stroomaansluiting
8 Vergrendeling batterijvak/
9 Deksel batterijvak/
10 Statiefaansluiting 11 Luidspreker
hierboven weergegeven.
voor optionele stroomaansluiting
deksel van de kaartsleuf .......................24
geheugenkaartsleuf...............................24
Ondersteun het objectief met uw linkerhand.
J-knop
*
16

De monitor

421 3 5 6 7 8 9 10 11
35 34 33 32
31 30 29 28
GEEN
PICTOGRAM
H
Batterij volledig opgeladen of gedeeltelijk ontladen. Batterij bijna leeg.
27 222325 2426 20
1 Opnamestand ...........................................19
2 Livebeeldaanpassing ..............................31
Creatieve stand ................................. 36, 37
Selectie Beste moment
vastleggen......................................... 46, 48
Geavanceerde filmselectie ............. 56, 61
Belichtingsstand ......................................75
3 Aanduiding flexibel programma .........39
4 Flitsstand....................................................70
5 Zelfontspanner ..................................66, 68
Continustand
6 Actieve D-Lighting *................................75
7 Picture Control *.......................................76
8 Witbalans *.................................................76
9 Filminstellingen (HD-films) *.................76
Beeldsnelheid
(films in slow motion)
10 Beeldformaat *..........................................75
11 Beeldkwaliteit *.........................................75
12 Scherpstelstand *..............................75, 76
13 AF-veldstand *................................... 75, 76
14 Gezichtprioriteit *..............................30, 75
15 Scherpstelveld ..........................................29
16 AF-veldha akjes
17 Flitscorrectie..............................................75
18 Belichtingscorrectie
* Alleen beschikbaar wanneer Gedetailleerd is geselecteerd voor
Schermweergave > Opname in het setup-menu (0 77).
*
..........................................66
*
.........................76
*
19 Flitsgereedaanduiding ...........................70
20 “K” (verschijnt als er genoeg geheugen
vrij is voor meer dan 1000 opnamen)
21 Aantal resterende opnamen .................25
Aantal resterende opnamen tot
buffergeheugen vol is Aanduiding witbalansopname Aanduiding kaartwaarschuwing
22 Beschikbare tijd .................................58, 62
23 ISO-gevoeligheid .....................................76
24 ISO-gevoeligheidsaanduiding..............76
Automatische
ISO-gevoeligheidsaanduiding
25 Diafragma ........................................... 41, 42
26 Sluitertijd ............................................40, 42
27 Lichtmeting ...............................................75
28 Batterijaanduiding
29 Geluidsinstellingen *...............................77
30 HDR..............................................................44
31 A anduiding Eye-Fi-verbinding 32 A anduiding vergrendeling
automatische belichting (AE)
33 Microfoongevoeligheid
34 Verstreken tijd ...................................58, 62
35 Opnameaanduiding ......................... 58, 62
*
12 13
s
14 15
16 17
18 19
21
*
*
17
De G-knop
De opnamestand en de meeste opname-, weergave- en instelopties zijn toegankelijk via de cameramenu’s. Druk op
s
de G-knop om het onderstaande menuselectievenster weer te geven, gebruik vervolgens de multi-selector om het pictogram voor het gewenste menu te markeren en druk op J.
Weergavemenu (0 74): Opnamemenu (0 75): Pas de weergave-instellingen aan. Pas de fotografie-instellingen aan.
Menu opnamestand (0 19):
Kies een opnamestand.
Filmmenu (0 76): Setup-menu (0 77): Pas de filmopnameopties aan.
Beeldverwerkingsmenu (0 76): Pas witbalans, ISO-gevoeligheid, Picture Controls en andere beeldverwerkingsinstellingen voor foto’s en films aan.
Pas de basisinstellingen van de camera aan.
G-knop
18
❚❚ Een opnamestand kiezen
Om het menu voor de opnamestand weer te geven, druk op de G-knop, markeer Opnamestand en druk op J. Gebruik de multi-selector om een opnamestand te markeren en druk op J om de gemarkeerde optie te selecteren.
z Stand Bewegingssnapshot (0 52): telkens wanneer de sluiter wordt ontspannen, legt de camera een foto en ongeveer 1,6 sec. aan filmopnamen vast. Wanneer het resultaat van “Bewegingssnapshot” wordt bekeken op de camera, wordt de film in slow motion in ongeveer 4 sec. weergegeven, gevolgd door de foto.
u Stand Beste moment vastleggen (0 46): kies het moment om de sluiter te ontspannen terwijl de scène in slow motion (trage weergave) afspeelt, of laat de camera het beste moment vastleggen op basis van compositie en beweging (Slimme fotoselectie).
z
u
s
C Automatische stand (0 27): laat de camera de instellingen voor foto’s en films selecteren.
w Creatieve stand (0 36): voor foto’s waarin u speciale effecten wilt gebruiken, om instellingen aan het onderwerp aan te passen of om sluitertijd en diafragma te regelen.
v Geavanceerde filmstand (0 56): kies de sluitertijd en het diafragma voor HD-films of maak films in slow motion.
C
w
v
19
Opties voor elke stand kunnen worden weergegeven door de stand te markeren en op 2 te drukken. Druk op 4 om naar het menu van de opnamestand terug te keren.
z Stand Bewegingssnapshot: kies een thema (0 54).
s
Schoonheid (1) Ontspanning (3)
Golven (2) Tederheid (4)
u Stand Beste moment vastleggen: kies tussen de standen trage weergave en Slimme fotoselectie (0 46).
Trage weergave (t)
Slimme fotoselectie (y)
C Automatische stand: maak foto’s met behulp van live-bedieningen (0 31).
Actieve D-Lighting (Y) Bewegingsaanpassing (6)
Achtergrond verzachten (5) Helderheidsaanpassing (E)
20
w Creatieve stand: kies een onderwerp (0 36).
Automatisch programma (P) Nachtportret (o)
Sluitertijdvoorkeuze (S) Tegenlicht (m)
Diafragmavoorkeuze (A) Zacht (q)
Handmatig (M) Miniatuureffect (r)
Nachtlandschap (j) Selectieve kleur (s)
v Geavanceerde filmstand: kies uit HD- (0 56) of slow motion-films (0 61).
Automatisch programma (P) Handmatig (M)
Sluitertijdvoorkeuze (S) Slow motion (y)
Diafragmavoorkeuze (A)
& (functie)
A
De hierboven vermelde opties kunnen bovendien worden weergegeven door op de &-toets op de multi-selector te drukken, na het selecteren van de opnamestand.
s
21
❚❚ De menu’s gebruiken
Gebruik de multi-selector om door de weergave-, opname-, film-, beeldverwerking- en setup-menu’s te navigeren.
s
Selecteer een item.
1
Druk op 1 of 3 om menuopties te markeren en druk op 2 om de opties voor het gemarkeerde item te bekijken.
Selecteer een optie.
2
Druk op 1 of 3 om de gewenste optie te markeren en druk op J om te selecteren.
De menu’s gebruiken
A
De vermelde items kunnen variëren naargelang de camera-instellingen. Grijs weergegeven items zijn momenteel niet beschikbaar. Druk de ontspanknop half in om de menu’s af te sluiten en naar de opnamestand terug te keren (0 29).
Een menu kiezen
A
Om een ander menu weer te geven, druk op 4 in stap 1 en druk vervolgens op 1 of 3 om het gewenste pictogram te markeren. Druk op 2 om de cursor in het gemarkeerde menu te plaatsen.
Multi-selector
22

Eerste stappen

Bevestig de camerariem.
1
Bevestig de riem stevig aan de twee cameraoogjes.
Laad de batterij op.
2
Plaats de batterij in de lader stopcontact
w. Een lege batterij laadt in ongeveer twee uur
volledig op. Haal de lader uit het stopcontact en verwijder de batterij zodra het opladen is voltooid.
De stekkeradapter
A
Afhankelijk van het land of de regio van aankoop, wordt er mogelijk ook een stekkeradapter meegeleverd. De vorm van de adapter varieert afhankelijk van het land of de regio van aankoop. Als een stekkeradapter is meegeleverd, richt de lichtnetstekker omhoog en sluit de stekkeradapter aan zoals rechts afgebeeld en zorg ervoor dat de stekker volledig in het stopcontact is gestoken. Een poging tot het geforceerd verwijderen van de stekkeradapter kan het product beschadigen.
q en steek de lader in het
Batterij laadt op
Opladen voltooid
s
23
s
Plaats de batterij en een geheugenkaart.
3
Controleer of de batterij en kaart in de juiste richting zijn geplaatst. Gebruik de batterij om de oranje batterijvergrendeling naar één zijde ingedrukt te houden, schuif de batterij in de camera totdat deze vergrendelt en schuif vervolgens de geheugenkaart in de camera totdat deze op zijn plaats klikt.
Achterzijde
Geheugenkaarten formatteren
A
Als dit de eerste keer is dat de geheugenkaart in de camera wordt gebruikt of als de kaart in een ander apparaat werd geformatteerd, selecteer Geheugenkaart formatt. in het setup-menu en volg de aanwijzingen op het scherm om de kaart te formatteren (0 77). Merk wel op dat hierdoor
alle gegevens op de kaart permanent worden verwijderd. Kopieer daarom eerst foto’s en
andere gegevens die u wilt bewaren naar een computer alvorens verder te gaan (0 80).
24
Bevestig een objectief.
4
Let goed op dat er geen stof in de camera komt wanneer het objectief of de bodydop is verwijderd.
Bevestigingsmarkering (objectief)
s
Bevestigingsmarkering
(camera) Bevestigingsmarkering (objectief)
Zet de camera aan.
5
Druk op de hoofdschakelaar om de camera in te schakelen. Het aan/ uit-lampje brandt korte tijd groen en de monitor schakelt in. Vergeet niet de objectiefdop te verwijderen alvorens foto’s te maken.
Controleer het batterijniveau en het aantal resterende opnamen in de monitor (0 17).
Zorg dat de markeringen in lijn staan, plaats het objectief op de camera en draai vervolgens totdat het op zijn plaats klikt.
Batterijniveau
Resterende opnamen
25
❚❚ Een taal kiezen en de cameraklok instellen
Bij de eerste keer inschakelen van de camera wordt een taalselectievenster weergegeven. Gebruik de multi-selector om een taal, tijdzone en datumnotatie te
s
kiezen, schakel zomertijd in of uit en stel de 24-uurs klok van de camera in. Druk daarbij na elke stap op J om naar het volgende venster te gaan.
Objectieven met knoppen voor de intrekbare objectiefcilinder
A
Objectieven met knoppen voor de intrekbare objectiefcilinder kunnen niet worden gebruikt wanneer ingetrokken. Om het objectief te ontgrendelen en te verlengen, houd de knop voor de intrekbare objectiefcilinder ingedrukt (q) terwijl er aan de zoomring wordt gedraaid (w). De camera schakelt automatisch in wanneer de vergrendeling van de intrekbare objectiefcilinder wordt ontspannen. Het objectief kan worden ingetrokken en de zoomring kan worden vergrendeld door de knop voor de intrekbare objectiefcilinder in te drukken en de ring in de tegenovergestelde richting te draaien. Als het beeld door het objectief wordt weergegeven of de monitor uit is, schakelt de camera automatisch uit wanneer de objectiefcilinder is vergrendeld (in het geval van 1 NIKKOR VR 10–30mm f/3.5–5.6 en 1 NIKKOR VR 30–110mm f/3.8–5.6 objectieven, is firmwareversie
1.10 of hoger vereist als het vergrendelen van de objectiefcilinder de camera moet uitschakelen terwijl de monitor uit is; voor informatie over het updaten van objectieffirmware, bezoek de Nikon-website voor uw regio). Druk niet op de knop voor de intrekbare objectiefcilinder terwijl het objectief wordt bevestigd of verwijderd. Trek het objectief in vóór het verwijderen.
De camera uitschakelen
A
Druk nogmaals op de hoofdschakelaar om de camera uit te schakelen. De monitor schakelt uit.
26

Automatische stand

z
Maak foto’s en films. De camera past automatisch de instellingen aan zodat ze geschikt zijn voor het onderwerp.

Foto’s maken in Automatische stand

Selecteer de C-stand.
1
Druk op de G-knop om de menu’s weer te geven en selecteer C (automatisch) voor de Opnamestand (0 19).
Maak de camera gereed.
2
Houd de camera met beide handen stevig vast, en let daarbij op dat u het objectief, de AF-hulpverlichting of de microfoon niet blokkeert. Draai de camera, zoals rechtsonder weergegeven, wanneer u foto’s in de portretstand (staand) maakt.
z
27
Kadreer de foto.
3
Plaats uw onderwerp in het midden van het beeld.
z
Een zoomobjectief gebruiken
A
Gebruik de zoomring om op het onderwerp in te zoomen, zodat het een groter gebied van het beeld vult, of zoom uit om het zichtbare gebied in de definitieve foto te vergroten (selecteer langere brandpuntsafstanden op de schaal voor de brandpuntsafstand om in te zoomen, kortere brandpuntsafstanden om uit te zoomen).
Inzoomen
Zoomring
Het raster
A
Er kan een raster worden weergegeven door in het setup-menu Aan voor Schermweergave > Rasterweergave te selecteren (0 77).
Uitzoomen
28
Stel scherp.
4
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen. Als het onderwerp slecht belicht is, klapt de flitser mogelijk op (0 70) en gaat de AF-hulpverlichting (0 15) mogelijk branden om te helpen bij de scherpstelbewerking.
Als de camera kan scherpstellen, wordt het geselecteerde scherpstelveld groen gemarkeerd en klinkt een signaal (er klinkt mogelijk geen signaal als het onderwerp beweegt).
Als de camera niet kan scherpstellen, wordt het scherpstelveld rood weergegeven.
Maak de foto.
5
Druk voorzichtig de ontspanknop helemaal in om de sluiter te ontspannen en de foto te vast te leggen. Het toegangslampje van de geheugenkaart brandt en de foto wordt enkele seconden op de monitor weergegeven (de foto verdwijnt automatisch uit het scherm wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt). Werp de
geheugenkaart niet uit en verwijder of ontkoppel niet de voedingsbron voordat het lampje uit is en de opname is voltooid.
z
Scherpstelveld
Toegangslampje
geheugenkaart
29
Gezichtprioriteit
A
De camera detecteert en stelt scherp op portretonderwerpen (gezichtprioriteit). Een dubbele gele rand wordt weergegeven wanneer de camera een portretonderwerp voor de camera detecteert (wanneer de camera meerdere gezichten, maximaal vijf, detecteert, selecteert de camera het onderwerp dat het
z
dichtst bij is). Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen op het onderwerp in de dubbele gele rand. De rand verdwijnt uit het weergavescherm zodra de camera niet langer in staat is het onderwerp te detecteren (omdat het onderwerp bijvoorbeeld wegkijkt).
Automatische onderwerpselectie
A
In de automatische stand analyseert de camera automatisch het onderwerp en selecteert de geschikte scène. De geselecteerde scène wordt in de monitor weergegeven.
c Portret: portretten van mensen. d Landschap: landschappen en stadsgezichten. f Nachtportret: portretten tegen een donkere achtergrond. e Close-up: onderwerpen dicht bij de camera. g Nachtlandschap: onderbelichte landschappen en stadsgezichten.
Automatisch: onderwerpen die niet in de hierboven vermelde categorie ën
Z
vallen.
Automatisch uitschakelen
A
Als er gedurende ongeveer één minuut geen handelingen worden uitgevoerd, schakelt het weergavescherm uit en begint het aan/uit-lampje te knipperen. De camera kan opnieuw worden geactiveerd door de ontspanknop te bedienen. Als er ongeveer drie minuten na het uitschakelen van het scherm geen handelingen worden uitgevoerd, zal de camera automatisch uitschakelen.
Scènepictogram
30

Livebeeldaanpassing

Met de bedieningsknoppen voor livebeeld kunt u vooraf zien hoe de aanpassingen van invloed zijn op de definitieve foto. Druk op 1 (&) en gebruik de instelschijf om een livebeeldaanpassing voor de automatische stand te kiezen en druk op J om het resultaat te bekijken.
Draai aan de multi-selector om een instelling te markeren en druk op J om te selecteren. Druk opnieuw op 1 (&) om livebeeldaanpassingen te annuleren.
z
Actieve D-Lighting: behoud details in hoge lichten en schaduwen voor een natuurlijk contrast.
Actieve D-Lighting: hoog Actieve D-Lighting: laag
Achtergrond verzachten: verzacht achtergronddetails om uw onderwerp naar voren te brengen, of stel zowel achtergrond als voorgrond scherp.
Achtergrond verscherpt Achtergrond verzacht
Effect verhogen
Minder effect
Achtergrond verscherpen
Achtergrond verzachten
31
Bewegingsaanpassing: suggereer beweging
Beweging bevriezen
door bewegende voorwerpen onscherp te maken, of “bevries” bewegingen om bewegende voorwerpen duidelijk vast te leggen.
z
Onscherpe beweging
Beweging bevriezen Onscherpe beweging
Helderheidsaanpassing: maak foto’s lichter of donkerder.
Livebeeldaanpassing
D
Continue opname is niet beschikbaar (0 66) en de ingebouwde flitser kan niet worden gebruikt terwijl livebeeldaanpassing in werking is. Het indrukken van de filmopnameknop annuleert livebeeldaanpassing.
Lichter
DonkerderLichter Donkerder
32

Foto’s bekijken

Druk op K om de meest recente foto volledig in de monitor weer te geven (schermvullende weergave).
Druk op 4 of 2 of draai aan de multi­selector om nog meer foto’s te bekijken.
Om op het midden van het huidige beeld in te zoomen, druk op J en draai de multi­selector met de wijzers van de klok mee. Draai tegen de wijzers van de klok in om uit te zoomen. Om meerdere afbeeldingen te bekijken, draai de multi-selector tegen de wijzers van de klok in wanneer de foto in volledig scherm wordt weergegeven.
Om het afspelen te beëindigen en terug te keren naar de opnamestand, drukt u de ontspanknop half in.
z
K-knop
Zie ook
A
De optie Schermweergave > Weergave in het setup-menu kan worden gebruikt om foto-informatie in of uit te schakelen (0 77). Zie pagina 74 voor diashowopties.
33

Foto’s wissen

Druk op O om de huidige foto te wissen. Merk op dat eenmaal gewist, foto’s niet kunnen worden hersteld.
Geef de foto weer.
1
Geef de foto weer die u wenst te wissen, zoals beschreven op de
z
voorgaande pagina.
Druk op O.
2
Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven.
Wis de foto.
3
Druk opnieuw op O om de foto te wissen en ga terug naar weergave, of druk op K om af te sluiten zonder de foto te wissen.
O-knop
Meerdere foto’s wissen
A
De optie Wissen in het weergavemenu (0 74) kan worden gebruikt om alle of geselecteerde foto’s te wissen.
34

Films opnemen in Automatische stand

In de automatische stand kan de filmopnameknop worden gebruikt om HD-films met geluid vast te leggen bij een beeldverhouding van 16 : 9 (de filmuitsnede wordt in het scherm weergegeven). Druk opnieuw op de filmopnameknop om de opname te starten en stoppen.
Foto’s maken tijdens opname
A
Door de ontspanknop volledig in te drukken, kunnen op elk gewenst moment foto’s met een beeldverhouding van 16 : 9 worden gemaakt tijdens het opnemen. De filmopname wordt niet onderbroken.
Zie ook
A
Zie pagina 64 voor informatie over het bekijken van films.
z
Filmopnameknop
35

Creatieve stand

6
Kies de creatieve stand wanneer u foto’s wilt maken met behulp van speciale effecten, om instellingen aan het onderwerp aan te passen of bij het bedienen van sluitertijd en diafragma.

Een creatieve stand kiezen

Selecteer de w-stand.
1
6
Druk op de G-knop om de menu’s weer te geven en selecteer w (creatieve stand) voor de Opnamestand (0 19).
Kies een onderwerp.
2
Druk op 1 (&) en markeer een onderwerp met behulp van de multi­selector (0 37).
Druk op J om het gemarkeerde onderwerp te selecteren. Uw selectie wordt aangeduid door een pictogram op de schermweergave.
36

Een onderwerp kiezen

De creatieve stand biedt u de keuze uit de volgende onderwerpen:
Optie Beschrijving
Automatisch programma (P)
Sluitertijdvoorkeuze (S)
Diafragmavoorkeuze (A)
Handmatig (M)
Nachtlandschap (j)
De camera stelt de sluitertijd en het diafragma in voor een optimale belichting (0 39). Aanbevolen voor snapshots en in andere situaties waarbij er weinig tijd is om de camera-instellingen aan te passen. U kiest de sluitertijd; de camera selecteert een diafragma voor de beste resultaten (0 40). Gebruik om beweging stil te zetten of onscherp te maken. U kiest het diafragma; de camera selecteert een sluitertijd voor de beste resultaten (0 41). Gebruik om de achtergrond onscherp te maken of om zowel de voorgrond als achtergrond scherp te stellen. U regelt zowel de sluitertijd als het diafragma (0 42). Telkens wanneer de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, maakt de camera een serie opnamen en combineert deze om weinig licht in nachtonderwerpen vast te leggen; tijdens het verwerken wordt een bericht weergegeven en kunnen er geen foto’s worden gemaakt. De flitser flitst niet en de randen van foto’s worden bijgesneden. Merk op dat de gewenste resultaten mogelijk niet kunnen worden verkregen als de camera of het onderwerp tijdens de opname beweegt; als de camera de afbeeldingen niet kan combineren, wordt een waarschuwing weergegeven en wordt er slechts één foto gemaakt.
6
37
Nachtportret (o)
6
Tegenlicht (m)
Zacht (q)
Miniatuureffect (r)
Selectieve kleur (s)
Optie Beschrijving
Telkens wanneer de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, maakt de camera een serie opnamen, sommige met flitser en sommige zonder flitser, en combineert deze om achtergrondverlichting vast te leggen in portretten die ’s nachts of bij weinig licht zijn gemaakt; tijdens het verwerken wordt een bericht weergegeven en kunnen er geen foto’s worden gemaakt. Merk op dat bijgesneden en dat worden behaald als de camera of het onderwerp beweegt tijdens het vastleggen; als de camera niet in staat is om de beelden te combineren, wordt een waarschuwing weergegeven en maakt de camera één foto met de flitser. Fotografeer onderwerpen met tegenlicht (0 44). Maak foto’s met een zacht filtereffect. Druk op J om de hoeveelheid verzachting te kiezen wanneer het beeld door het objectief wordt weergegeven, markeer een optie met behulp van de multi-selector en druk op J om te selecteren. De boven- en onderkant van elke foto worden onscherp gemaakt, zodat het onderwerp op een diorama lijkt dat op korte afstand werd gefotografeerd. Werkt het best bij het fotograferen vanaf een hoog zichtpunt. Maak foto’s waarin alleen een geselecteerde tint in kleur verschijnt. Druk op J om de tint te kiezen wanneer het beeld door het objectief wordt weergegeven en gebruik de multi-selector en J-knop.
de randen van de foto’s worden
de gewenste resultaten mogelijk niet
38

Foto’s maken in de standen P, S, A en M

De standen P, S, A en M bieden verschillende instellingsniveaus voor sluitertijd en diafragma. Kies een stand en pas de instellingen aan overeenkomstig uw creatieve wensen.

P Automatisch programma

In deze stand past de camera automatisch de sluitertijd en het diafragma aan voor een optimale belichting in de meeste situaties. Deze stand wordt aanbevolen voor snapshotfoto’s en andere situaties waarin u de sluitertijd en het diafragma door de camera wilt laten bepalen.
❚❚ Een combinatie van sluitertijd en diafragma kiezen
Hoewel de door de camera gekozen sluitertijd en het diafragma optimale resultaten produceren, kunt u bovendien uit andere combinaties kiezen die dezelfde belichting (“flexibel programma”) produceren. Draai de multi-selector met de wijzers van de klok mee voor grote diafragma’s (lage f-waarden) die achtergronddetails onscherp maken of korte sluitertijden die beweging “bevriezen”. Draai de multi-selector tegen de wijzers van de klok in voor kleine diafragma’s (hoge f-waarden) die de scherptediepte vergroten of lange sluitertijden die beweging onscherp maken. U wordt weergegeven terwijl flexibel programma actief is.
Standaardinstellingen voor sluitertijd en diafragma herstellen
A
Draai aan de multi-selector om de standaardinstellingen voor sluitertijd en diafragma te herstellen tot U niet langer wordt weergegeven of schakel de camera uit. De standaard sluitertijd en diafragma worden automatisch hersteld wanneer de camera naar de stand-by-stand gaat.
6
39

S Sluitertijdvoorkeuze

In sluitertijdvoorkeuze kiest u de sluitertijd terwijl de camera automatisch het diafragma selecteert dat de optimale belichting oplevert. Gebruik lange sluitertijden om beweging te suggereren door bewegende voorwerpen onscherp te maken, korte sluitertijden om beweging te “bevriezen”.
6
Korte sluitertijd (
1
/
160 0 sec.) Lange sluitertijd (1 sec.)
❚❚ Een sluitertijd kiezen
Draai aan de multi-selector om uit sluitertijden tussen 30 sec. en
1
/
16.000 sec. te
kiezen. Draai de selector met de wijzers van de klok mee voor kortere sluitertijden, tegen de wijzers van de klok in voor langere sluitertijden.
Continu-opname
A
De geselecteerde sluitertijd kan veranderen wanneer continu-opname (0 66) actief is.
40

A Diafragmavoorkeuze

In de stand diafragmavoorkeuze kunt u zelf het diafragma kiezen terwijl de camera automatisch de sluitertijd selecteert die de optimale belichting produceert. Grote diafragma’s (lage f-waarden) verminderen scherptediepte, zodat voorwerpen achter en voor het hoofdonderwerp onscherp zijn. Kleine diafragma’s (hoge f-waarden) verhogen de scherptediepte, zodat details in de achter- en voorgrond er uitspringen. Een beperkte scherptediepte wordt doorgaans gebruikt in portretten om achtergronddetails onscherp te maken, terwijl een grote scherptediepte wordt gebruikt voor landschapsfoto’s om zowel de voorgrond als de achtergrond scherp te stellen.
Groot diafragma (f/5.6) Klein diafragma (f/16)
❚❚ Een diafragma kiezen
Draai de multi-selector naar links voor grotere diafragma’s (lagere f waarden), rechts voor kleinere diafragma’s (hogere f waarden). De minimale en maximale waarden zijn afhankelijk van het momenteel in gebruik zijnde objectief.
6
41

M Handmatig

In de handmatige stand bedient u zowel de sluitertijd als het diafragma.
❚❚ Sluitertijd en diafragma kiezen
Pas de sluitertijd en het diafragma aan met betrekking tot de belichtingsaanduiding (zie hieronder). Druk op 2 om sluitertijd of diafragma te markeren en draai aan de multi-selector om een waarde te kiezen,
6
herhaal dit vervolgens voor het overgebleven item. Draai de selector met de wijzers van de klok mee voor kortere sluitertijden of kleinere diafragma’s (hogere
Sluitertijd
f-waarden), tegen de wijzers van de klok in voor langere sluitertijden en grotere diafragma’s (lagere f-waarden). Sluitertijden kunnen worden ingesteld op waarden tot een snelheid van
1
/
16.000 sec. of
langzame waarden van 30 sec., of “Bulb” om de sluiter onbepaalde tijd open te
Druk op 2 om diafragma
houden voor een lange tijdopname. Diafragma kan worden ingesteld op waarden tussen het minimum en maximum
Diafragma
voor het objectief.
Druk op 2 om sluitertijd te
te markeren.
markeren.
42
De belichtingsaanduiding
A
Wanneer er sluitertijden anders dan “Bulb” zijn geselecteerd, toont de belichtingsaanduiding of de foto bij de huidige instellingen onder- of overbelicht zou zijn.
Optimale belichting Onderbelichting met
1
/
3 LW Overbelicht met meer dan 2 LW
6
43

Tegenlicht

De methode die wordt gebruikt voor het vastleggen van details in schaduwgebieden van onderwerpen met tegenlicht is afhankelijk van de optie die is geselecteerd voor HDR in het opnamemenu (0 75).
Details in felle lichten en schaduwen blijven bewaard met behulp van HDR (hoog dynamisch bereik); Z verschijnt op het scherm. Telkens wanneer de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, maakt de camera
6
snel opeenvolgend 2 opnamen en combineert deze zodat details in felle lichten en schaduwen in onderwerpen met veel contrast bewaard blijven; de ingebouwde flitser flitst niet. Terwijl de opnamen worden gecombineerd, wordt een bericht weergegeven en wordt de ontspanknop uitgeschakeld. Zodra het verwerken is voltooid, wordt de
Aan
definitieve foto weergegeven.
+
Eerste belichting
(donkerder)
De flitser flitst om schaduwen in onderwerpen met tegenlicht “in te vullen” (verlichten). Er wordt slechts één opname gemaakt wanneer de
Uit
ontspanknop volledig wordt ingedrukt en de flitser flitst bij elke opname.
HDR-foto’s kadreren
D
De randen van het beeld worden bijgesneden. De gewenste resultaten worden mogelijk niet verkregen als de camera of het onderwerp beweegt tijdens de opname. Afhankelijk van het onderwerp kunnen arceringen ongelijk zijn en kunnen schaduwen verschijnen rondom heldere objecten of halo’s rondom donkere objecten. Als de camera de twee beelden niet succesvol kan combineren, wordt een enkel beeld bij normale belichting opgenomen en wordt Actieve D-Lighting (0 75) toegepast.
Tweede belichting
(helderder)
Gecombineerd
44
HDR-beeld

Films opnemen in Creatieve stand

In de creatieve stand kan de filmopnameknop worden gebruikt om HD-films met geluid vast te leggen bij een beeldverhouding van 16 : 9 (de hoeken van de filmuitsnede wordt in het scherm weergegeven). Druk opnieuw op de filmopnameknop om de opname te starten en stoppen. Merk op dat ongeacht de geselecteerde methode, films worden opgenomen met behulp van belichting voor automatisch programma; selecteer de geavanceerde filmstand om de belichting aan te passen bij het opnemen van films (0 56).
Foto's maken tijdens opname
A
Door de ontspanknop volledig in te drukken, kunnen op elk gewenst moment foto’s met een beeldverhouding van 16 : 9 worden gemaakt tijdens het opnemen. De filmopname wordt niet onderbroken.
Zie ook
A
Zie pagina 64 voor informatie over het bekijken van films.
Filmopnameknop
Filmuitsnede
6
45

Stand Beste moment vastleggen

b
Deze stand is ideaal voor onderwerpen die snel veranderen en moeilijk zijn vast te leggen. Kies het moment om de sluiter te ontspannen terwijl de scène in slow motion (trage weergave) afspeelt, of laat de camera het beste moment vastleggen op basis van compositie en beweging (Slimme fotoselectie; 0 48).

Trage weergave

In deze stand legt de camera een korte serie foto’s vast en speelt ze af in slow motion zodat dat u het juiste moment voor een foto kunt
b
kiezen. Terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt, legt de camera maximaal 15 beelden in circa 1 sec. vast en speelt ze af in een slow motion continuloop. Wanneer het door u te behouden beeld wordt weergegeven, druk de ontspanknop dan volledig in om het huidige beeld vast te leggen en gooi de resterende afbeeldingen weg. Selecteer Trage weergave uit het 1 (&)- knopmenu om trage weergave te gebruiken in de stand Beste moment vastleggen.
Selecteer de u-stand.
1
Druk op de G-knop om de menu’s weer te geven en selecteer u (beste moment vastleggen) voor de
Opnamestand (0 19). Als Slimme fotoselectie is geselecteerd, kies Trage weergave.
46
Kadreer de foto.
2
Stel de foto samen met uw onderwerp in het midden van het beeld.
Druk de ontspanknop half in.
3
De camera stelt scherp (0 29) en zal vervolgens, in een tijdspanne van circa 1 sec., 15 beelden in een tijdelijk buffergeheugen vastleggen.
Bekijk de bufferinhoud.
4
Houd de ontspanknop half ingedrukt om de beelden in de buffer in een continue loop af te spelen gedurende ongeveer 5 sec. De positie van het huidige beeld wordt door een voortgangsaanduiding aangeduid.
Leg het gewenste beeld vast.
5
Druk de ontspanknop volledig in om het huidige beeld vast te leggen en gooi de resterende beelden weg; het geselecteerde beeld wordt enkele seconden weergegeven zodra de opname is voltooid. Laat de knop los zonder deze volledig in te drukken om af te sluiten zonder een foto vast te leggen.
b
Voortgangsaanduiding
Foto’s bekijken en wissen die in trage weergave zijn gemaakt
A
Foto’s gemaakt in trage weergave kunnen worden bekeken volgens de beschrijving op pagina 33 of worden gewist volgens de beschrijving op pagina 34.
47

Slimme fotoselectie

Kies de stand Slimme fotoselectie om de camera u te laten helpen bij het maken van foto’s die een vluchtige blik op het gezicht van een portretonderwerp vastleggen of andere opnamen die moeilijk zijn te timen, zoals groepsfoto’s tijdens een feest. Elke keer als de sluiter wordt ontspannen, selecteert de camera automatisch de beste opname en een aantal beste opnamekandidaten op basis van compositie en beweging. Om Slimme fotoselectie te gebruiken, selecteer Slimme fotoselectie uit het 1 (&)-knopmenu in de stand Beste moment vastleggen.
b
Selecteer de u-stand.
1
Druk op de G-knop om de menu’s weer te geven en selecteer u (beste moment vastleggen) voor de
Opnamestand (0 19). Als Trage weergave wordt geselecteerd, kies Slimme fotoselectie.
48
Kadreer de foto.
2
Stel de foto samen met uw onderwerp in het midden van het beeld.
Begin met het bufferen van foto’s.
3
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen (0 29). Zodra de camera beelden vastlegt naar het buffergeheugen wordt een pictogram weergegeven. De camera past continu de scherpstelling aan om rekening te houden met wijzigingen in de afstand tot het onderwerp terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt.
Maak de foto.
4
Druk op soepele wijze de ontspanknop volledig in. De camera vergelijkt opnamen die zowel voor als na het volledig indrukken van de ontspanknop zijn opgenomen in de buffer, en selecteert 5 opnamen om naar de geheugenkaart te kopiëren. Merk op dat dit enige tijd kan duren. De beste foto wordt in de monitor weergegeven wanneer de opname is voltooid.
Stand Beste moment vastleggen
A
De camera kiest automatisch een onderwerpstand die past bij het onderwerp. Er kunnen geen films worden opgenomen, en het indrukken van de filmopnameknop heeft geen effect. De flitser kan niet worden gebruikt.
b
49

Het bekijken van foto’s gemaakt met Slimme fotoselectie

Druk op K en gebruik de multi-selector om foto’s weer te geven die met Slimme fotoselectie zijn gemaakt (0 33; foto’s gemaakt met Slimme fotoselectie worden aangeduid door een y-pictogram). Van de foto’s die zijn vastgelegd door Slimme fotoselectie, wordt alleen de beste opname weergegeven (wanneer u rechts op de multi-selector drukt om de volgende
b
foto te bekijken, slaat de camera de beste opnamekandidaten over, met als resultaat dat het bestandsnummer van de volgende weergegeven foto niet onmiddellijk het nummer van de huidige foto opvolgt). Druk de ontspanknop half in om het afspelen te beëindigen en terug te keren naar de opnamestand.

De beste opname kiezen

Wanneer een foto gemaakt met Slimme fotoselectie wordt weergegeven, kunt u de beste opname kiezen door op 3 te drukken. Druk op 4 of 2 om de andere foto’s in de reeks te bekijken en druk op J om de huidige foto als de beste opname te selecteren. Druk op D om naar normale weergave terug te keren.
K-knop
50

Foto’s wissen

Door het indrukken van O wanneer een foto wordt geselecteerd die met Slimme fotoselectie is gemaakt, wordt een bevestigingsvenster weergegeven; druk opnieuw op O om de beste opname en de beste opnamekandidaten te wissen, of druk op K om af te sluiten zonder de foto’s te wissen. Merk op dat eenmaal gewist,
O-knop
foto’s niet kunnen worden hersteld.
Individuele foto’s wissen
A
Het indrukken van de knop O in het selectievenster voor de beste opname geeft de volgende opties weer; markeer een optie met behulp van de multi-selector en druk op J om te selecteren.
Dit beeld: wis de huidige foto (let op dat de foto die momenteel is geselecteerd als de beste opname niet kan worden gewist).
Alles beh. beste opname: wis de beste opnamekandidaten, maar niet de foto die momenteel als de beste opname is geselecteerd.
Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; markeer Ja en druk op J om het geselecteerde beeld of beelden te wissen.
b
51

Stand Bewegingssnapshot

9
Neem korte filmvignetten op met uw foto’s. Telkens wanneer de sluiter wordt ontspannen, legt de camera een foto en ongeveer 1,6 sec. aan filmopnamen vast. Wanneer de verkregen “Bewegingssnapshot” op de camera te zien is, wordt de film in slow motion afgespeeld gedurende ongeveer 4 sec., gevolgd door de foto; het afspelen wordt ongeveer 10 sec. lang vergezeld door achtergrondmuziek.
9

Opnemen in de stand Bewegingssnapshot

Selecteer de z-stand.
1
Druk op de G-knop om de menu’s weer te geven en selecteer z (stand Bewegingssnapshot) voor de Opnamestand (0 19).
Kadreer de foto.
2
Stel de foto samen met uw onderwerp in het midden van het beeld.
52
Begin met bufferen.
3
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen (0 29). Er wordt een pictogram weergegeven zodra de camera begint met het opnemen van filmopnamen naar het buffergeheugen.
Maak de foto.
4
Druk op soepele wijze de ontspanknop volledig in. De camera legt een foto vast, samen met ongeveer 1,6 sec. filmopnamen, beginnend voor en eindigend na het moment dat de ontspanknop volledig werd ingedrukt. Merk op dat dit enige tijd kan duren. Zodra de opname is voltooid, wordt de foto enkele seconden weergegeven.
Het vignet voor een foto beëindigen
A
Om de foto net zoals het laatste beeld in het filmvignet te maken, selecteer 1,6 sec./0 sec. voor Film voor/na (0 75).
Ontspanknop half ingedrukt
Ontspanknop volledig
ingedrukt
9
Filmopnamen
53
❚❚ Een thema kiezen
Druk op 1 (&) om de achtergrondmuziek voor de film te kiezen en gebruik de multi­selector en de J-knop om te selecteren uit
Schoonheid, Golven, Ontspanning en Tederheid.
Druk op 2 om de achtergrondmuziek voor het gemarkeerde thema af te spelen en draai aan de multi-selector om het volume
9
aan te passen.
Stand Bewegingssnapshot
A
Live audio wordt niet opgenomen. Er kunnen geen films worden opgenomen met behulp van de filmopnameknop en de flitser kan niet worden gebruikt.
Zie ook
A
Gebruik de optie Bestandsindeling in het opnamemenu om Bewegingssnapshots op te slaan in een formaat dat met de meeste filmweergavesoftware kan worden bekeken (0 75).
54

Bewegingssnapshots bekijken

Druk op K en gebruik de multi-selector om een Bewegingssnapshot (0 33; Bewegingssnapshots worden aangeduid door een z-pictogram) weer te geven. Door op 3 te drukken wanneer een Bewegingssnapshot wordt weergegeven, speelt het filmfragment in slow motion af gedurende 4 sec., gevolgd door de foto; de achtergrondmuziek speelt gedurende 10 sec. af (gebruik de optie Thema wijzigen in het weergavemenu om nieuwe achtergrondmuziek te kiezen; 0 74). Druk de ontspanknop half in om het afspelen te beëindigen en terug te keren naar de opnamestand.

Bewegingssnapshots wissen

Druk op O om de huidige Bewegingssnapshot te wissen. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; druk opnieuw op O om de foto en film te wissen en terug te keren naar weergave, of druk op K om af te sluiten zonder het bestand te wissen. Merk op dat eenmaal
gewist, Bewegingssnapshots niet kunnen worden hersteld.
K-knop
9
O-knop
55

Films opnemen en bekijken

y
De camera kan high-definition (HD)-films opnemen bij een beeldverhouding van 16 : 9 en slow motion-films bij een beeldverhouding van 8 : 3. In de volgende opnamestanden kunnen, door het indrukken van de filmopnameknop, films worden opgenomen:
Stand Filmtype Beschrijving
C Automatische stand (0 35)
y
w Creatieve stand (0 45)
v
Geavan­ceerde filmstand
(057, 61)
Automatisch programma (P)
Sluitertijdvoorkeuze
(S)
Diafragmavoorkeuze (A)
Handmatig (M)
Slow motion (y)
HD (16 : 9)
Slow motion (8 : 3)
Filmopnameknop
De camera optimaliseert automatisch de instellingen voor het huidige onderwerp of scène. Neem films op. Ongeacht de scène die is geselecteerd voor de camera, worden films opgenomen in de stand P; sluitertijd en diafragma worden door de camera geregeld. Sluitertijd en diafragma worden door de camera geregeld. U kiest de sluitertijd; de camera past automatisch het diafragma aan voor een optimale belichting (0 40). U kiest het diafragma; de camera past automatisch de sluitertijd aan voor een optimale belichting (0 41). U kiest de sluitertijd en het diafragma (0 42). Leg geluidloze slow motion-films vast. Films worden opgenomen bij 400 bps en afgespeeld bij ongeveer 30 bps (0 61).
56

HD-films opnemen

Neem films met geluid op bij een beeldverhouding van 16 : 9.
Kies een opnamestand.
1
Druk op de G-knop om menu’s weer te geven (0 18) en kies een optie voor Opnamestand die HD-filmopname ondersteunt (0 56).
Voor een betere afstelling van de belichting, selecteer v (geavanceerde filmstand), druk op 1 (&) en kies uit
P Automatisch programma, S Sluitertijdvoorkeuze, A Diafragmavoorkeuze en M Handmatig (0 56).
Kadreer de beginopname.
2
Kadreer de beginopname door uw onderwerp in het midden van de weergave te plaatsen.
Het 0-pictogram
A
Een 0-pictogram geeft aan dat er geen films kunnen worden opgenomen.
y
57
y
Start de opname.
3
Druk op de filmopnameknop om de opname te beginnen. Tijdens de opname wordt een opname­aanduiding, de verstreken tijd en de beschikbare tijd weergegeven.
Audio-opname
A
Zorg dat de microfoon niet wordt bedekt en houd er rekening mee dat de ingebouwde microfoon mogelijk geluiden opneemt die door de camera of het objectief worden veroorzaakt. Standaard stelt de camera continu scherp. Het item Opties voor filmgeluid in het filmmenu beschikt over opties voor microfoongevoeligheid en windruis (0 76).
Beëindig de opname.
4
Filmopnameknop
Opname-aanduiding/ verstreken tijd
Beschikbare tijd
Druk opnieuw op de filmopnameknop om de opname te beëindigen. De opname wordt automatisch beëindigd wanneer de maximale lengte is bereikt, de geheugenkaart vol is, het objectief is verwijderd of de camera zeer warm wordt (0 12).
Maximale lengte
A
Bij standaardinstellingen kunnen HD-films maximaal 4 GB groot en maximaal 20 minuten lang zijn; merk op dat afhankelijk van de schrijfsnelheid van de geheugenkaart, de opname mogelijk wordt beëindigd voordat deze lengte is bereikt (0 84).
Filmopnameknop
58
De filmuitsnede
A
De filmuitsnede wordt in de monitor weergegeven.
HD-uitsnede (16 : 9) Slow motion-filmuitsnede
Scherpstelvergrendeling
A
Als in het filmmenu voor geavanceerde filmstand Enkelvoudige AF is geselecteerd voor Scherpstelstand, vergrendelt de scherpstelling terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt (0 76).
(8 : 3)
y
59
❚❚ Fotograferen tijdens HD-filmopname
Druk de ontspanknop volledig in om een foto te maken zonder de HD-filmopname te onderbreken. Foto’s gemaakt tijdens filmopname hebben een beeldverhouding van 16 : 9.
Fotograferen tijdens filmopname
A
Er kunnen maximaal 18 foto’s van elke filmopname worden gemaakt. Merk op dat er geen foto’s kunnen worden gemaakt van slow motion-films.
Films opnemen
D
Flikkering, lijnen of vertekening kunnen zichtbaar zijn in de
y
schermweergave en in de uiteindelijke fil m onder tl-licht, kwikdamplampen of natriumdamplampen, of wanneer de camera horizontaal wordt gepand of een voorwerp met hoge snelheid door het beeld beweegt (in HD-films kunnen flikkering en lijnen worden verminderd door een Flikkerreductie- optie te kiezen die overeenkomt met de netvoeding van het lokale lichtnet zoals beschreven op pagina 77, maar merk op dat de langst beschikbare sluitertijd beschikbaar voor slow motion-films). Heldere lichtbronnen kunnen nabeelden veroorzaken wanneer de camera wordt gepand. Bovendien kunnen gekartelde randen, kleurranden, moiré en heldere vlekken verschijnen. Richt de camera niet naar de zon of andere sterke lichtbronnen tijdens het opnemen van films. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan leiden tot schade aan de interne schakelingen van de camera.
A
Gebruik de optie Filminstellingen in het filmmenu om het beeldformaat en de snelheid voor HD-films te kiezen (0 76).
Zie ook
1
/
100 sec. bij 50 Hz,
1
/
60 sec. bij 60 Hz betreft; flikkerreductie is niet
60

Slow motion-films opnemen

Door het selecteren van y Slow motion uit het 1 (&)-knopmenu in de geavanceerde filmstand kunnen geluidloze slow motion-films met een beeldverhouding van 8 : 3 worden opgenomen. Slow motion-films worden opgenomen bij 400 bps en afgespeeld bij ongeveer 30 bps.
Selecteer de v-stand.
1
Druk op de G-knop om de menu’s weer te geven en selecteer v (geavanceerde filmstand) voor de Opnamestand (0 19). Als er een optie anders dan y Slow motion is geselecteerd, kies y Slow motion.
Kadreer de beginopname.
2
Kadreer de beginopname door uw onderwerp in het midden van de weergave te plaatsen.
y
61
y
Stel scherp.
3
Start de opname.
4
Druk op de filmopnameknop om de opname te beginnen. Tijdens de opname wordt een opnameaanduiding, de verstreken tijd en de beschikbare tijd weergegeven. De camera stelt scherp op het onderwerp in het midden van de weergave; gezichtsdetectie (0 30) is niet beschikbaar en scherpstelling en belichting kunnen niet worden aangepast.
Scherpstelveld
Filmopnameknop
Opname-aanduiding/ verstreken tijd
Beschikbare tijd
62
Beëindig de opname.
5
Druk opnieuw op de filmopnameknop om de opname te beëindigen. De opname wordt automatisch beëindigd wanneer de maximale lengte is bereikt, de geheugenkaart vol is, het objectief is verwijderd of de camera zeer warm wordt (0 12).
Maximale lengte
A
Maximaal 2,5 seconden aan filmopnamen kunnen worden opgenomen; merk op dat afhankelijk van de schrijfsnelheid van de geheugenkaart, de opname mogelijk wordt beëindigd voordat deze lengte is bereikt (0 84).
Zie ook
A
Gebruik de optie Beeldsnelheid in het filmmenu om het beeldformaat voor slow motion-films te kiezen (0 76).
Filmopnameknop
y
63

Films bekijken

Films worden aangeduid met een 1-pictogram in schermvullende weergave (0 33). Druk op 3 om weergave te starten.
1-pictogram/lengte
De volgende bewerkingen kunnen worden uitgevoerd:
y
Functie Knop Beschrijving
Pauze Pauzeer weergave.
Aanduiding filmweergave/
huidige positie/totale lengte
Gids Volume
schermvullende
64
Afspelen J
Vooruit/
achteruit
Volume
aanpassen
Terug naar
weergave
Hervat het afspelen wanneer de film wordt gepauzeerd of tijdens achteruit/vooruit. Druk op 4 om achteruit en op 2 om vooruit te gaan. Bij elke druk op de knop wordt de snelheid verhoogd van 2× naar 4× naar 8× naar 16×. Als het afspelen wordt gepauzeerd, gaat de film één beeld per keer achteruit of vooruit; houd de knop ingedrukt om ononderbroken achteruit of vooruit te gaan.
Draai aan de multi-selector om het volume aan te passen.
Druk op 1 of K om schermvullende
/K
weergave af te sluiten.

Films wissen

Druk op O om de huidige film te wissen. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; druk opnieuw op O om de film te wissen en terug te keren naar afspelen, of druk op K om af te sluiten zonder de film te wissen. Merk op dat
eenmaal gewist, films niet kunnen worden hersteld.
Zie ook
A
De optie Film bewerken in het weergavemenu kan worden gebruikt om ongewenste filmopnamen van bestaande films bij te snijden (0 74).
O-knop
y
65

Meer informatie over fotografie

t

De standen Enkel beeld, Continu en Zelfontspanner

Door op 4 (C) op de multi-selector te drukken, wordt een keur aan ontspanstanden voor het fotograferen weergegeven:
8 De camera maakt één voor één foto’s.
5 fps 15 fps 30 fps 60 fps
E 10 s E 5 s E 2 s

Continustand

Om foto’s in de continustand te maken:
t
Geef de opties voor de ontspanstand weer.
1
Druk op 4 (C) om de opties voor de ontspanstand weer te geven.
Selecteer een beeldsnelheid.
2
Markeer 5 fps, 15 fps, 30 fps of 60 fps en druk op J.
Continu: de camera legt foto’s vast bij ongeveer 5, 15, 30 of 60 bps terwijl de ontspanknop volledig wordt ingedrukt.
Ongeveer 10, 5 of 2 seconden nadat de ontspanknop volledig is ingedrukt, wordt de sluiter ontspannen. Kies 10 s of 5 s voor zelfportretten, 2 s om cameratrilling te verminderen.
Stel de opname samen en begin met fotograferen.
3
De camera maakt foto’s terwijl de ontspanknop volledig wordt ingedrukt.
66
Continustand
D
Het maximaal aantal opnamen dat kan worden gemaakt in een enkele serieopname varieert afhankelijk van de ontspanstand. Bij beeldsnelheden van 30 en 60 bps kunnen maximaal 15 opnamen worden gemaakt in een enkele serieopname.
De ingebouwde flitser kan worden gebruikt wanneer 5 fps is geselecteerd, maar er wordt slechts één foto gemaakt iedere keer dat de ontspanknop wordt ingedrukt; bij instellingen van 15, 30 en 60 bps flitst zal de ingebouwde flitser niet flitsen.
Het toegangslampje van de geheugenkaart brandt wanneer foto’s op de geheugenkaart worden vastgelegd. Afhankelijk van de opnameomstandigheden en de schrijfsnelheid van de geheugenkaart kan het opnemen enige tijd duren. Als de batterij leeg is voordat alle foto’s zijn opgeslagen, wordt de ontspanknop uitgeschakeld en worden de resterende foto’s overgezet naar de geheugenkaart.
Continu-opname is niet beschikbaar in creatieve standen anders dan P, S, A of M, in beste moment vastleggen, geavanceerde film of de stand Bewegingssnapshot, of wanneer livebeeldaanpassing wordt gebruikt in de automatische stand (0 31).
t
67

Zelfontspannerstanden

De zelfontspanner kan worden gebruikt om cameratrilling te verminderen of voor zelfportretten.
Geef de opties voor de ontspanstand weer.
1
Druk op 4 (C) om de opties voor de ontspanstand weer te geven.
Selecteer de gewenste zelfontspanneroptie.
2
Gebruik de multi-selector om E 10 s, E 5 s of E 2 s te markeren en druk op J.
Monteer de camera op een statief.
3
t
Monteer de camera op een statief of plaats de camera op een stabiele, vlakke ondergrond.
Kadreer en maak de foto.
4
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen en druk vervolgens de knop volledig in. Het zelfontspannerlampje begint te knipperen en er klinkt een geluidssignaal. Twee seconden voordat de foto wordt gemaakt, stopt het zelfontspannerlampje met knipperen en volgen de geluidssignalen elkaar sneller op.
68
Merk op dat de timer eventueel niet start of dat er eventueel geen foto kan worden gemaakt als de camera niet kan scherpstellen of als er zich andere situaties voordoen waarin de sluiter niet kan worden ontspannen. Het uitschakelen van de camera annuleert de zelfontspanner.
Filmstand
A
In de zelfontspannerstand, start en stopt de timer door in plaats van de filmopnameknop de ontspanknop in te drukken.
De flitser opklappen
A
Druk in de stand P, S, A of M op de pop-upknop voor de flitser om de flitser op te klappen voor aanvang van de opname. De opname wordt onderbroken als de flitser is opgeklapt terwijl de timer aftelt.
Zie ook
A
De optie Geluidsinstellingen in het setup-menu regelt de signalen die klinken wanneer de zelfontspanner wordt gebruikt (0 77).
t
69

De ingebouwde flitser

Gebruik de ingebouwde flitser voor extra verlichting wanneer het onderwerp slecht belicht is of voor het “invullen” (verlichten) van onderwerpen met tegenlicht. De camera beschikt over verschillende flitsstanden; kies een stand overeenkomstig de lichtomstandigheden en uw creatieve wensen. De ingebouwde flitser is beschikbaar in de volgende opnamestanden:
❚❚ Automatische pop-upstanden
In de C (automatisch) en in nachtportret, tegenlicht, zacht, miniatuureffect en selectieve kleur w (creatieve) standen, flitst de pop-up automatisch en flitst indien noodzakelijk.
Kies een flitsstand (0 71).
1
Maak foto’s.
2
De flitser klapt op en flitst indien noodzakelijk. In de
t
stand nachtportret (0 38) en (als HDR uit is) in tegenlicht (0 44), klapt de flitser op en flitst de flitser bij elke opname.
❚❚ Handmatige pop-upstanden
Wanneer de P, S, A of M is geselecteerd in w (creatieve) stand, moet de flitser handmatig worden opgeklapt. De flitser flitst niet als deze niet is opgeklapt.
Klap de flitser op.
1
Druk op de pop-upknop voor de flitser om de flitser op te klappen.
Kies een flitsstand (0 71).
2
Maak foto’s.
3
De flitser flitst bij elke opname. Druk, om de flitser uit te schakelen, de flitser voorzichtig naar beneden tot de flitser vergrendelt (0 73).
70
Pop-upknop voor de
flitser

Een flitsstand kiezen

De beschikbare opties verschillen afhankelijk van de opnamestand.
Automatisch, Zacht (q
Miniatuureffect (r
o Automatisch N Invulflits
n Automatisch + rode-ogenreductie NY Rode-ogenreductie
s Uit
Nachtportret (o), Tegenlicht (m)
N Invulflits
NY Rode-ogenreductie
N Invulflits
NY Rode-ogenreductie s Uit
Synchronisatie op het tweede
Nq
gordijn
s Uit
1 Selecteer om de ingebouwde flitser uit te schakelen. 2 Alleen beschikbaar wanneer de ingebouwde flitser is opgeklapt.
),
1
S, M
2
),
Selectieve kleur (s
)
Rode-ogenreductie +
NYp
synchronisatie met lange sluitertijd
Invulflits + synchronisatie
Np
met lange sluitertijd
Tweede gordijn +
Nr
synchronisatie met lange sluitertijd
P, A
2
Het kiezen van een flitsstand:
Geef de flitsstanden weer.
1
Druk op 3 (N) op de multi-selector om een lijst met beschikbare flitsstanden weer te geven.
Selecteer een flitsstand.
2
Gebruik de multi-selector om een flitsstand te markeren en druk op J om te selecteren.
t
Het laden begint wanneer de flitser omhoog wordt geklapt; zodra het laden is voltooid, wordt een flitsgereedaanduiding (N) weergegeven wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt.
71
De flitser opklappen
D
Zorg dat de flitser volledig is opgeklapt bij het gebruik van de flitser, zoals rechts aangeduid. Raak de flitser niet aan tijdens het opnemen.
Flitsstanden
A
De flitsstanden vermeld op de vorige pagina kunnen met één van de volgende of meerdere instellingen worden gecombineerd, zoals aangeduid door het flitsstandpictogram:
AUTO (automatisch flitsen): wanneer er weinig licht is of bij een onderwerp met tegenlicht, klapt de flitser automatisch op wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt en flitst indien noodzakelijk.
Y (rode-ogenreductie): gebruik voor portretten. Het lampje van de rode- ogenreductie brandt voordat de flitser flitst, waardoor “rode-ogen” wordt verminderd.
s (uit): flitser flitst niet, zelfs niet bij weinig licht of een onderwerp met tegenlicht.
t
SLOW (synchronisatie met lange sluitertijd): sluitertijd vertraagt automatisch om achtergrondverlichting in het donker of bij weinig licht vast te leggen. Gebruik om achtergrondverlichting aan portretten toe te voegen.
REAR (synchronisatie op het tweede gordijn): flitser flitst net voordat de sluiter sluit, waardoor een lichtstraal achter bewegende lichtbronnen wordt gecreëerd (hieronder aan rechterzijde). Als dit pictogram niet wordt weergegeven, flitst de flitser als de sluiter opent (synchronisatie op het eerste gordijn; het effect dat wordt geproduceerd door bewegende lichtbronnen wordt hieronder aan de linkerzijde getoond).
72
Synchronisatie op het
eerste gordijn
Synchronisatie op het
tweede gordijn
De ingebouwde flitser naar beneden laten zakken
A
Druk de flitser, om energie te besparen wanneer de flitser niet in gebruik is, voorzichtig naar beneden totdat de vergrendeling op zijn plaats klikt. Gebruik geen kracht. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan een defect aan het product tot gevolg hebben.
De ingebouwde flitser gebruiken
A
De ingebouwde flitser kan niet worden gebruikt met livebeeldaanpassing (0 31) en zal niet flitsen tijdens continue opnemen bij beeldsnelheden sneller dan 5 bps (0 66) of wanneer Aan is geselecteerd voor HDR in het opnamemenu (0 44). Als de flitser meerdere keren snel achter elkaar flitst, worden de flitser en sluiter mogelijk tijdelijk uitgeschakeld om de flitser te beschermen. Na een korte pauze kan het fotograferen worden hervat.
Voorwerpen vlakbij de camera worden mogelijk overbelicht in foto’s gemaakt met de flitser bij hoge ISO-gevoeligheden.
Verwijder de zonnekappen om vignettering te voorkomen en fotografeer op afstanden van ten minste 0,6 m. Bepaalde objectieven kunnen op grotere afstanden vignettering veroorzaken of het lampje van de rode­ogenreductie belemmeren, waardoor rode-ogenreductie wordt gehinderd. De volgende illustraties tonen het effect van vignettering veroorzaakt door schaduwen die worden geworpen door het objectief wanneer de ingebouwde flitser wordt gebruikt.
Schaduw Schaduw
Diafragma, gevoeligheid en flitsbereik
A
Flitsbereik varieert afhankelijk van gevoeligheid (equivalent aan ISO) en diafragma. Met het standaard zoomobjectief bij een maximaal diafragma en ISO-gevoeligheid ingesteld op ISO 100 tot 6400, is het bereik circa 0,6 m-7,0 m wanneer het objectief volledig is uitgezoomd; bij maximale zoom is dit 0,6 m-4,2 m.
t
73

Menuopties

U
Druk op de G-knop om de weergave-, opname-, film-, beeldverwerking- en setup-menu’s weer te geven. De volgende menuopties zijn beschikbaar:

❚❚ Opties voor weergavemenu

Optie Beschrijving
Wissen Meerdere beelden wissen. Diashow Foto’s en films in een diashow bekijken. Controlebeeld Kies of foto’s na de opname worden weergegeven.
Draai portret
DPOF-afdrukopdracht Maak digitale “printopdrachten”. Beveiligen Beveilig foto’s tegen onopzettelijk wissen. Score Foto’s van een score voorzien.
U
D-Lighting
Verkleinen Kleine kopieën van geselecteerde foto’s maken. Uitsnijden Maak uitgesneden kopieën van geselecteerde foto’s.
Zoom m. gezichtprioriteit
Film bewerken
Thema wijzigen Wijzig de thema’s voor bestaande Bewegingssnapshots.
Draai foto’s in de portretstand (staand) voor weergave tijdens afspelen.
Schaduwen in donkere foto’s of foto’s met tegenlicht helder maken, waarbij een geretoucheerde kopie wordt gecreëerd die afzonderlijk van het onaangepaste origineel wordt opgeslagen.
Kies of 4 en 2 kunnen worden gebruikt tijdens zoomweergave om gezichten gedetecteerd met gezichtprioriteit te selecteren. Maak kopieën van films waarvan ongewenste filmopnamen zijn bijgesneden.
G-knop
74

❚❚ Opties voor opnamemenu

Optie Beschrijving Opname-opties herstellen
Belichtingsstand
Beeldkwaliteit Kies een bestandsformaat en compressieverhouding. Beeldformaat Kies een formaat voor nieuwe foto’s. Aantal opgesl. opnamen
Film voor/na
Bestandsindeling
Lichtmeting Kies hoe de camera de belichting meet. Autom. vertekeningscorr. Kleurruimte Kies een kleurruimte voor nieuwe foto’s.
Actieve D-Lighting
HDR
Ruisonderdr. lange belich.
Optische VR
Elektronische VR
Scherpstelstand Kies hoe de camera scherpstelt. AF-veldstand Kies hoe het scherpstelveld wordt geselecteerd. Gezichtprioriteit Schakel gezichtprioriteit in of uit. Ingeb. AF-hulpverlichting Flitscorrectie Regel de uitvoer van flitsers.
Zet opname-opties terug naar de standaardwaarden.
Kies hoe de camera sluitertijd en diafragma instelt in de stand Bewegingssnapshot (0 52).
Kies het aantal opnamen geselecteerd door Slimme fotoselectie (0 48). Kies wanneer het filmgedeelte van Bewegingsnapshots wordt opgenomen (0 52). Kies een bestandsindeling voor nieuwe Bewegingssnapshots (0 52).
Kies hoe de camera tonvormige en kussenvormige vertekeningen corrigeert.
Vermijd verlies van details in hoge lichten en schaduwen. Verbeter details in hoge lichten en schaduwen bij het fotograferen van contrastrijke onderwerpen met Tegenlicht geselecteerd in de creatieve stand.
Verminder ruis in lange tijdopnamen.
Pas de instellingen aan voor 1 NIKKOR-objectieven met vibratiereductie. Kies of gebruik wordt gemaakt van vibratiereductie in de stand Bewegingssnapshot (0 52). Deze functie is zelfs beschikbaar als vibratiereductie niet wordt aangeboden door het bevestigde 1 NIKKOR-objectief.
Regel de ingebouwde AF-hulpverlichting.
U
75

❚❚ Opties voor het filmmenu

Optie Beschrijving
Filmopties herstellen
Beeldsnelheid Kies een beeldsnelheid voor slow motion-films (0 61).
Filminstellingen
Lichtmeting Kies hoe de camera de belichting meet. Opties voor filmgeluid Kies geluidsopnameopties.
Optische VR
Scherpstelstand Kies hoe de camera scherpstelt. AF-veldstand Kies hoe het scherpstelveld wordt geselecteerd. Gezichtprioriteit Schakel gezichtprioriteit in of uit.
Zet de filmmenuopties terug naar de standaardwaarden.
Kies een beeldformaat en beeldsnelheid voor HD-films (0 57).
Pas de instellingen aan voor 1 NIKKOR-objectieven met vibratiereductie.

❚❚ Menuopties voor beeldverwerking

Optie Beschrijving Verwerk.opties herstellen Witbalans Pas instellingen voor verschillende soorten licht aan.
U
ISO-gevoeligheid Regel de gevoeligheid van de camera t.o.v. het licht. Picture Control Kies hoe de camera foto’s verwerkt. Eigen Picture Control Maak eigen Picture Controls. Ruisonderdr. hoge ISO Verminder ruis bij hoge ISO-gevoeligheden.
Zet de beeldverwerkingsopties terug naar de standaardwaarden.
76

❚❚ Opties voor setup-menu

Optie Beschrijving Setup-opties herstellen Geheugenkaart formatt.
Ontspan. bij geen kaart
Schermweergave
Geluidsinstellingen
Automatisch uitschakelen AE-vergr. met ontspankn.
HDMI­apparaatbesturing
Flikkerreductie Verminder fikkering of strepen. Bestandsnr. terugzetten Tijdzone en datum Stel de cameraklok in. Taal (Language) Kies een taal voor de cameraweergaveschermen. Autom. beeldrotatie Registreer de cameraoriëntatie op foto’s. Draadl. mobiele adapter
Pixel-mapping
Firmwareversie Geef de huidige firmwareversie weer.
Zet de setup-menuopties terug naar de standaardwaarden.
Formatteer de geheugenkaart.
Laat de sluiter ontspannen wanneer er geen geheugenkaart in de camera is geplaatst. Pas de schermhelderheid aan, bekijk of verberg een raster en kies de informatie die wordt weergegeven in de monitor. Kies de geluiden die tijdens de opname worden gemaakt.
Kies de vertraging voor automatisch uitschakelen.
Kies of de belichting vergrendelt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. Kies of afstandsbedieningen voor HDMI-CEC- apparaten, waarop de camera is aangesloten, kunnen worden gebruikt voor het bedienen van de camera.
Zet bestandsnummering terug.
Schakel de draadloze mobiele adapter in of uit.
Controleer en optimaliseer de beeldsensor van de camera en de beeldprocessors.
U
77

Verbinding maken met een computer

Q

De meegeleverde software installeren

Installeer de meegeleverde software voor het kopiëren van foto’s naar uw computer, voor het bekijken en bewerken van foto’s en het maken van korte films. Controleer voor het installeren van de software of uw systeem aan de vereisten op pagina 79 voldoet.
Start het installatieprogramma.
1
Start de computer, plaats de installatie-cd van ViewNX 2/ Short Movie Creator en start het installatieprogramma.
Selecteer een taal.
2
Selecteer een taal en klik op Volgende.
Start het installatieprogramma.
3
Klik op Installeren en volg de instructies op het scherm.
Sluit het installatieprogramma af.
4
Klik op Ja (Windows) of OK (Mac OS) wanneer de installatie is voltooid. De volgende software is geïnstalleerd:
ViewNX 2
Q
Short Movie Creator
Apple QuickTime (alleen Windows)
Verwijder de installatie-cd uit het cd-romstation.
5
Meegeleverde software
A
Zorg ervoor dat de nieuwste versies van de meegeleverde software zijn geïnstalleerd. Nikon Message Center 2 controleert periodiek op updates terwijl de computer met het internet is verbonden.
78

Systeemvereisten

De systeemvereisten voor ViewNX 2 zijn:
Foto’s/JPEG-films: Intel Celeron, Pentium 4 of Core-serie, 1,6 GHZ of
hoger
CPU
H.264 fil ms (weergave): 3,0 GHz Pentium D of hoger
H.264 fil ms (bewerken): 2,6 GHz Core 2 Duo of hoger
Vooraf geïnstalleerde versies van Windows XP, Windows Vista,
OS
Windows 7 en Windows 8; alleen 32-bit versies van Windows XP worden ondersteund
Windows 8/Windows 7/Windows Vista: 1 GB of meer (2 GB of meer
RAM
aanbevolen)
Ruimte op
harde schijf
Ruimte op
harde schijf
Windows XP: 512 MB of meer (2 GB of meer aanbevolen)
Minimaal 500 MB beschikbaar op de opstartdisk (1 GB of meer aanbevolen)
Resolutie: 1024 × 7 68 pixels (XGA) of meer (1280 × 1024 pixels/SXGA of meer
Monitor
Monitor
aanbevolen)
Kleur : 24-bit kleuren (True Color) of meer
Foto’s/JPEG-films: Intel Core of Xeon-serie
CPU
H.264 fil ms (weergave): 2 GHz Core Duo of hoger
H.264 fil ms (bewerken): 2,6 GHz Core 2 Duo of hoger
OS Mac OS X-versie 10.6, 10.7 of 10.8
RAM 512 MB of meer (2 GB of meer aanbevolen)
Minimaal 500 MB beschikbaar op de opstartdisk (1 GB of meer aanbevolen)
Resolutie: 1024 × 7 68 pixels (XGA) of meer (1280 × 1024 pixels/SXGA of meer
aanbevolen)
Kleur : 24-bit kleuren (miljoenen kleuren) of meer
Windows
Mac OS
Q
Bewegingssnapshots
A
ViewNX 2 is vereist om Bewegingssnapshot s te bekijken die zijn opgeslagen met behulp van de optie Bestandsindeling > NMS-bestanden in het opnamemenu (0 75).
Ondersteunde besturingssystemen
A
Zie de websites vermeld op pagina 13 voor de nieuwste informatie over ondersteunde besturingssystemen.
79

Foto’s op een computer bekijken en bewerken

Foto’s overzetten

Kies hoe foto’s naar de computer worden gekopieerd.
1
Kies een van de volgende methodes:
Directe USB-verbinding: schakel de camera uit en zorg dat de geheugenkaart in de camera is geplaatst. Sluit de camera op de computer aan met behulp van de meegeleverde USB-kabel (oefen geen kracht uit en steek de stekker recht in de aansluiting) en zet de camera vervolgens aan.
Q
80
SD-kaartsleuf
kaartsleuf, kan de kaart rechtstreeks in de sleuf worden geplaatst.
SD-kaartlezer: sluit een kaartlezer (apart verkrijgbaar van een willekeurig merk) op de computer aan en plaats de geheugenkaart.
Start het onderdeel Nikon Transfer 2 van ViewNX 2.
2
Indien er een bericht wordt weergegeven met de melding dat u een programma moet kiezen, selecteer dan Nikon Transfer 2.
Windows 7
A
Selecteer Nikon Transfer 2 zoals hieronder beschreven, indien het volgende venster wordt weergegeven.
1 Onder Afbeeldingen en
video’s importeren, klik op Ander programma. Er wordt
een programmaselectievenster weergegeven; selecteer
Bestand importeren met Nikon Transfer 2 en klik op OK.
2 Dubbelklik op Bestand importeren.
: indien uw computer is voorzien van een SD-
Klik op Overspelen starten.
3
Bij standaardinstellingen worden alle foto’s op de geheugenkaart naar de computer gekopieerd.
Klik op Overspelen starten
Beëindig de verbinding.
4
Schakel de camera uit en ontkoppel de USB-kabel als de camera op de computer is aangesloten. Gebruikt u een kaartlezer of kaartsleuf, kies dan de juiste optie in het besturingssysteem van de computer om de verwijderbare disk overeenkomstig de geheugenkaart uit te werpen en verwijder vervolgens de kaart uit de kaartlezer of kaartsleuf.

Foto’s bekijken

Zodra de overdracht is voltooid, worden de foto’s in ViewNX 2 weergegeven.
ViewNX 2 handmatig starten
A
Windows: dubbelklik op de snelkoppeling van ViewNX 2 op het bureaublad.
Mac OS: klik op het pictogram van ViewNX 2 in de Dock.
Q
81
❚❚ Foto’s retoucheren
Klik op de Bewerking-knop in de taakbalk om foto’s uit te snijden en taken uit te voeren zoals het aanpassen van de scherpte en de toonniveaus.
❚❚ Foto’s afdrukken
Klik op de Afdrukken-knop in de taakbalk. Er wordt een dialoogvenster weergegeven, dat u de mogelijkheid biedt foto’s op een met de computer verbonden printer af te drukken.
Voor meer informatie
A
Raadpleeg de online helpfunctie voor meer informatie over het gebruik van ViewNX 2.
Q
82

Technische opmerkingen

n
Dit hoofdstuk bevat nuttige informatie over compatibele accessoires, het reinigen en opbergen van de camera en wat u moet doen als er een foutmelding verschijnt of als u tijdens het gebruik van de camera op problemen stuit.

Optionele accessoires

Op het moment dat deze handleiding werd samengesteld, waren voor de camera de volgende accessoires beschikbaar.
Objectieven O bjectieven met 1-vatting
Vattingadapters Vattingadapter FT1 Voedingsbronn en Oplaadbare Li-ionbatterij EN-EL20 (0 23-24): extra EN-EL20-
Waterdichte behuizingen
Bodydoppen B odydop BF-N1000: de bodydop houdt de stofbescherming
Draadloze mobiele adapters
batterijen zijn verkrijgbaar bij uw winkelier en bij door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordigers.
Batterijlader MH-27 (0 23): opladen van EN-EL20 -batterijen.
Stroomaansluiting EP-5C, lichtnetadapter EH-5b: deze
accessoires kunnen worden gebruikt om de camera gedurende langere tijd van stroom te voorzien (bovendien kunnen EH-5a- en EH-5-lichtnetadapters worden gebruikt). Een EP-5C-stroomaansluiting is vereist om de camera op de EH-5b, EH-5a of EH-5 aan te sluiten.
Waterdichte behuizing WP-N2: naast het beschermen van de camera tegen regen, sneeuw en nevel, kan deze waterdichte behuizing worden gebruikt voor het maken van onderwaterfoto’s.
stofvrij wanneer er geen objectief is geplaatst. Draadloze mobiele adapter WU-1b: maak een draadloze
verbinding die kan worden gebruikt door smartapparaten waarop de Wireless Mobile Utility is geïnstalleerd om op afstand foto’s te downloaden of de camera te bedienen.
n
83

Goedgekeurde geheugenkaarten

De volgende kaarten werden getest en goedgekeurd voor gebruik in de camera. Voor het opnemen van films worden kaarten met een klasse 6 schrijfsnelheid of sneller aanbevolen. Wanneer een kaart met een lagere schrijfsnelheid wordt gebruikt, kan de opname onverwacht worden beëindigd.
SanDisk Toshiba
Panasonic 48 GB, 64 GB
Lexar Media
Platinum II
Professional
Full-HD Video 4 GB, 8 GB, 16 GB
1 Controleer of de kaartlezers of overige apparaten waarmee de kaarten zullen
worden gebruikt, ondersteuning bieden voor geheugenkaarten van 2 GB.
2 Controleer of de kaartlezers of overige apparaten waarmee de kaarten zullen
worden gebruikt, SDHC-compatibel zijn. De camera ondersteunt UHS-1.
3 Controleer of de kaartlezers en overige apparaten
waarmee de kaarten zullen worden gebruikt, SDXC-compatibel zijn. De camera ondersteunt UHS-1.
SD-kaarten SDHC-kaarten
2 GB 14 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB
4 GB, 8 GB, 16 GB
4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB
2
Andere geheugenkaarten werden niet getest. Voor meer informatie over bovengenoemde kaarten kunt u contact opnemen met de fabrikant.
n
SDXC-kaarten
64 GB
3
84

Opslag en reiniging

Opslag

Als de camera gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, verwijder dan de batterij en bewaar de batterij op een koele, droge plek met het afdekka pje op zi jn pla ats. Berg de ca mera op i n een d roge, go ed geventileerde ruimte om vorming van schimmel te voorkomen. Berg de camera niet op met nafta- of kamfermottenballen of in de volgende omstandigheden:
in ruimten die slecht geventileerd zijn of waar de luchtvochtigheid hoger is dan 60%
in de nabijheid van apparaten die sterke elektromagnetische velden genereren, zoals televisie- of radiotoestellen
in ruimten waar de temperatuur hoger is dan 50 °C of lager dan –10 °C

Reiniging

Gebruik een blaasbalgje om stof of vuil te verwijderen en veeg de camerabody vervolgens schoon met een zachte, droge doek. Na gebruik van de camera op het strand of aan
Camerabody
Objectief
Monitor
Stofbescherming
zee, moet eventueel zand of zout worden verwijderd met een doek die licht is bevochtigd met gedistilleerd water. Droog de camera grondig af. Belangrijk: vuil of stof in de
camera kan schade veroorzaken die niet door de garantie wordt gedekt.
Objectieven zijn gevoelig voor beschadigingen. Verwijder stof en vuil met een blaasbalgje. Als u een luchtspuitbus gebruikt, houd de bus dan verticaal om te voorkomen dat er vloeistof uit de bus lekt. Verwijder vingerafdrukken en andere vlekken door een beetje lensreiniger op een zachte doek aan te brengen en het glas voorzichtig schoon te vegen.
Verwijder stof en vuil met een blaasbalgje. Voor het weghalen van vingerafdrukken en andere vlekken kunt u het oppervlak voorzichtig met een zachte doek of zeem schoonvegen. Duw hierbij niet te hard, aangezien dit kan leiden tot schade of storing.
De stofbescherming is gevoelig voor beschadigingen. Verwijder stof en vuil met een blaasbalgje.
Gebruik geen alcohol, verdunner of andere vluchtige vloeistoffen.
n
85

Onderhoud van de camera en batterij: waarschuwingen

Laat niet vallen: blootstelling aan sterke schokken of trillingen kan tot storingen leiden.
Houd droog: dit product is niet waterbestendig, onderdompeling in water of blootstelling aan een hoge luchtvochtigheid kan tot storing leiden. Roest van het interne mechanisme kan tot onherstelbare schade leiden.
Vermijd plotselinge temperatuurverschillen: plotselinge temperatuurverschillen, zoals die zich voordoen bij het binnenkomen of verlaten van een verwarmd gebouw op een koude dag, kunnen condensatie in de camera veroorzaken. U voorkomt condensatie door de camera in een cameratas of in een plastic tas te plaatsen voordat u deze aan plotselinge temperatuurverschillen blootstelt.
Houd uit de buurt van sterke magnetische velden: gebruik of bewaar dit apparaat
niet in de buurt van apparatuur die sterke elektromagnetische straling of sterke magnetische velden produceren. Sterke statische
n
ladingen of de magnetische velden die worden geproduceerd door bijvoorbeeld zendapparatuur, kunnen storingen veroorzaken in de schermweergave, informatie op de geheugenkaart beschadigen of de interne schakelingen van het product aantasten.
Houd de objectiefbevestiging afgedekt: bevestig de bodydop als er geen objectief op de camera is bevestigd.
Raak de stofbescherming niet aan: de stofbescherming die de beeldsensor afdekt is gevoelig voor beschadigingen. Oefen nooit druk uit
86
op de bescherming en duw er niet op met reinigingshulpmiddelen. Dit kan krassen, vervorming of andersoortige schade aan de bescherming veroorzaken.
Zet het product uit alvorens de voedingsbron te verwijderen of los te koppelen: trek de
stekker van de lichtnetadapter niet uit het stopcontact en verwijder de batterij niet wanneer de camera aan staat of terwijl beelden worden opgeslagen of gewist. Geforceerde stroomonderbreking kan leiden tot gegevensverlies of beschadiging van de interne schakelingen of het geheugen. Verplaats, om een onbedoelde stroomonderbreking te voorkomen, nooit het product van de ene naar de andere plaats terwijl de lichtnetadapter is aangesloten.
Reiniging: gebruik een blaasbalgje om stof of vuil van de camerabody te verwijderen en veeg vervolgens voorzichtig schoon met een zachte, droge doek. Na gebruik van de camera op het strand of aan zee dient u eventueel aanwezig zand o f zout te verwijderen met een doek die licht bevochtigd is met schoon water. Droog de camera daarna grondig af.
Objectieven zijn gevoelig voor beschadigingen. Stof en vuil moeten voorzichtig met een blaasbalgje worden verwijderd. Bij het gebruik van een luchtspuitbus moet de bus verticaal worden gehouden om te voorkomen dat er vloeistof uit de bus lekt. Verwijder vingerafdrukken en andere vlekken van het objecitef door een beetje lensreiniger op een schone, zachte doek aan te brengen en het glas voorzichtig schoon te vegen.
Opslag: berg de camera op in een droge, goed geventileerde ru imte om vorming van schimmel te voorkomen. Haal bij het gebruik van een lichtnetadapter de adapter uit het stopcontact om brand te voorkomen. Wanneer u niet van plan bent de camera binnen afzienbare tijd te gebruiken, verwijder dan de batterij om lekkage te voorkomen en berg de camera op in een plastic zak met een droogmiddel. Plaats de cameratas echter niet in een plastic zak, aangezien het materiaal hierdoor kan worden aangetast. Merk op dat het droogmiddel na verloop van tijd zijn vermogen om vocht te absorberen verliest en daarom regelmatig dient te worden vervangen.
Voorkom schimmel en aanslag door de camera ten minste één keer per maand uit de opslag te halen. Zet de camera aan en ontspan de sluiter een aantal malen voordat u de camera weer opbergt.
Bewaar de batterij op een koele, droge plaats. Plaats het afdekkapje van de batterij terug wanneer de batterij wordt opgeborgen.
Opmerkingen met betrekking tot de monitor: de monitor is met extreem
hoge precisie gefabriceerd; ten minste 99,99% pixels zijn effectief, met niet meer dan 0,01% ontbrekende of defecte pixels. Vandaar dat deze schermen pixels kunnen bevatten die altijd branden (wit, rood, blauw of groen) of altijd uit (zwart) zijn. Dit is geen defect en heeft geen gevolgen voor beelden die zijn vastgelegd met dit apparaat.
Bij helder licht kunnen de beelden op de monitor moeilijk te zien zijn.
Oefen geen druk uit op het scherm, aangezien dit schade of storing tot gevolg kan hebben. Stof en vuil op het scherm kan worden verwijderd met een blaasbalgje. Vlekken kunnen worden verwijderd door het oppervlak zachtjes schoon te wrijven met een zachte doek of zeem. Mocht de monitor breken, pas dan op dat u zich niet verwondt aan de glassplinters en dat de vloeibare kristallen uit het scherm niet in aanraking komen met uw huid, ogen of mond.
Richt het objectief niet langdurig op de zon: richt het objectief niet gedurende lange tijd op de zon of een andere sterke lichtbron. Blootstelling aan intens licht kan beschadiging van de beeldsensor of een witte onscherpte op de foto’s tot gevolg hebben.
Moiré: moiré is een interferentiepatroon dat ontstaat door de wisselwerking tussen het raster in de beeldsensor van de camera en beelden waarin regelmatig gevormde rasters voorkomen, zoals weefpatronen in stoffen of ramen in gebouwen. In bepaalde gevallen verschijnt het in de vorm van lijnen. Ziet u moiré in uw foto’s, probeer dan de afstand tot het onderwerp te veranderen, in en uit te zoomen of de hoek tussen onderwerp en camera te veranderen.
Horizontale lijnen: ruis in de vorm van lijnen kunnen in zeldzame gevallen verschijnen op zeer heldere onderwerpen of onderwerpen met tegenlicht.
n
87
Batterijen: batterijen kunnen bij onjuist gebruik gaan lekken of ontploffen. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het gebruik van batterijen:
Gebruik alleen batterijen die zijn goedgekeurd voor gebruik in dit apparaat.
Stel de batterij niet bloot aan vuur of hoge temperaturen.
Houd de contacten van de batterijen schoon.
Zet de camera uit voordat u de batterij verwisselt.
Haal de batterij uit de camera of de lader wanneer deze niet in gebruik is en plaats het afdekkapje terug. Deze apparaten onttrekken zelfs als de camera is uitgeschakeld een geringe hoeveelheid stroom aan de batterij zodat de batterij zodanig kan leegraken dat deze niet langer functioneert. Als de batterij enige tijd niet wordt gebruikt, plaats deze dan in de camera en laat de batterij leeglopen voordat u de batterij verwijdert en bewaar deze op een plaats met een omgevingstemperatuur van 15 °C tot 25 °C (vermijd hete en extreem
n
koude plaatsen). Herhaal dit proces ten minste eens in de zes maanden.
Het herhaaldelijk aan- en uitzetten van de camera terwijl de batterij volledig ontladen is, zal de levensduur van de batterij verkorten. Batterijen die volledig ontladen zijn, moeten voor gebruik worden opgeladen.
De interne temperatuur van de batterij kan tijdens gebruik aanzienlijk oplopen. Het opladen van een batterij die over een te hoge temperatuur beschikt, heeft een negatieve invloed op de
88
prestaties van de batterij. Wacht met opladen totdat de batterij is afgekoeld.
Als u een volledig opgeladen batterij blijft opladen, kunnen de prestaties van de batterij afnemen.
Een merkbare daling van de tijd waarin een volledig opgeladen batterij zijn lading dient te behouden wanneer deze bij kamertemperatuur wordt gebruikt, duidt aan dat de batterij vervanging vereist. Koop een nieuwe EN-EL20-batterij.
Laad de batterij voor gebruik op. Houd een extra, volledig opgeladen EN-EL20-batterij bij de hand in geval er foto’s van belangrijke gebeurtenissen worden gemaakt. Afhankelijk van de locatie waar u zich bevindt, kan het soms moeilijk zijn om snel een vervangende batterij te kopen. Bij koud weer nemen de prestaties van batterijen vaak af. Zorg dat de batterij volledig opgeladen is alvorens bij koud weer buiten foto’s te maken. Bewaar een reservebatterij op een warme plaats en wissel de twee om, indien nodig. Een koude batterij die weer op temperatuur is gekomen, kan soms een deel van haar lading terugkrijgen.
Verbruikte batterijen zijn een waardevolle bron van grondstoffen; lever ze in als klein chemisch afval.
Gebruik de batterij niet bij omgevingstemperaturen lager dan 0°C of hoger dan 40 °C; het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan de batterij beschadigen of de prestaties doen verslechteren. De capaciteit kan afnemen en de oplaadtijden kunnen toenemen bij batterijtemperaturen van 0°C tot 10°C en van 45 °C tot 60°C; de batterij zal niet opladen bij temperaturen lager dan 0°C of hoger 60°C.
De batterijlader: Laad de batterij op bij omgevingstemperaturen tussen 5°C en 35°C. Als het lampje CHARGE (OPLADEN) snel knippert tijdens het opladen, stop dan onmiddellijk het gebruik en breng de batterij en lader naar uw leverancier of een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger.
Verplaats de lader niet en raak de batterij niet aan tijdens het opladen. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan in zeer zeldzame gevallen resulteren in een lader die aangeeft dat het opladen is voltooid terwijl de batterij slechts gedeeltelijk is opgeladen. Verwijder de batterij en plaats deze vervolgens terug om het opladen opnieuw te starten.
Gebruik de lader alleen met compatibele batterijen. Haal de
stekker uit het stopcontact wanneer de lader niet in gebruik is.
Geheugenkaarten:
De camera bewaart foto’s op SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten (los verkrijgbaar).
Verwijder geen geheugenkaarten uit de camera, zet de camera niet uit of verwijder of ontkoppel niet de voedingsbron tijdens het formatteren of terwijl gegevens worden opgeslagen, verwijderd of naar een computer worden gekopieerd. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen kan gegevensverlies tot gevolg hebben of schade aan de camera of kaart toebrengen.
Raak de contacten van de kaart niet aan met uw vingers of metalen voorwerpen.
Niet buigen, laten vallen of blootstellen aan hevige schokken.
Oefen geen druk uit op de behuizing van de kaart. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan tot beschadiging van de geheugenkaart leiden.
Niet blootstellen aan water, hitte, hoge luchtvochtigheid of direct zonlicht.
Formatteer geheugenkaarten niet in een computer.
n
Onderhoud van camera en accessoires
D
De camera is een precisieapparaat dat regelmatig onderhoud vereis t. Nikon beveelt aan de camera eens per jaar of per twee jaar te laten nakijken door de leverancier of een door Nikon geau toriseerde servicevertegenwoordiger en elke drie tot vijf jaar een onderhoudsbeurt te geven (houd er rekening mee dat hieraan kosten zijn verbonden). Regelmatige inspectie en onderhoud worden vooral aanbevolen wanneer u de camera voor professionele doeleinden g ebruikt. Het wordt aanbevolen om tegelijkertijd met uw camera veelgebruikte accessoires, zoals objectieven, te laten nakijken en onderhouden.
89

Problemen oplossen

Functioneert de camera niet naar verwachting, kijk dan in de onderstaande lijst met veelvoorkomende problemen voordat u uw leverancier of Nikon-vertegenwoordiger raadpleegt.

Batterij/schermweergave

De camera is aan maar reageert niet: wacht tot de opname of andere bewerking klaar is. Zet de camera uit als het probleem zich blijft voordoen. Als de camera nog steeds niet reageert, verwijder en vervang de batterij of ontkoppel de lichtnetadapter en sluit weer aan, maar merk op dat alle niet-opgeslagen gegevens worden gewist. Gegevens die al zijn opgeslagen op de geheugenkaart worden niet aangetast. De schermweergave is uit:
De camera is uit (0 25) of de batterij is leeg (0 17).
De schermweergave werd automatisch uitgeschakeld om energie te
besparen. De schermweergave kan opnieuw worden geactiveerd door de ontspanknop in te drukken.
De camera is op een computer (0 80) of televisie aangesloten. De camera schakelt zonder waarschuwing uit:
De batterij is bijna leeg (0 17).
De schermweergave werd automatisch uitgeschakeld om energie te
besparen (0 30). De schermweergave kan opnieuw worden geactiveerd door de ontspanknop in te drukken.
De interne temperatuur van de camera is hoog (0 12, 94). Wacht tot de camera is afgekoeld voordat u de camera opnieuw inschakelt.
Aanduidingen worden niet weergegeven: gebruik de opties Schermweergave > Opname en Schermweergave > Weergave in het setup-menu om de
n
weergegeven informatie te kiezen (0 77).
90

Opname (Alle standen)

Het aanzetten van de camera duurt lang: wis bestanden of formatteer de geheugenkaart. De ontspanknop wordt uitgeschakeld:
De batterij is leeg (0 17).
De geheugenkaart is vergrendeld of vol.
De flitser is aan het laden (0 70).
De camera is niet scherpgesteld (0 29).
U filmt momenteel een slow motion-film (0 60).
Er wordt slechts één foto gemaakt op het moment dat de sluiter wordt ingedrukt in de continue ontspanstand: 5 fps is geselecteerd voor Continu/zelfontspanner en
de ingebouwde flitser is opgeklapt. Foto’s zijn vlekkerig: reinig de voorste en achterste lenselementen of de stofbescherming (0 85). Er verschijnen flikkeringen of strepen in films of in de schermweergaven: kies een Flikkerreductie-instelling die overeenkomt met uw lokale netvoeding (0 77). Geen flitser: zie pagina 73. De flitser zal niet flitsen als deze uit is (0 71); in de standen P, S, A en M flitst de flitser niet in neergeklapte positie. Menu-items zijn niet beschikbaar: sommige opties zijn alleen beschikbaar in bepaalde opname- en belichtingsstanden of wanneer de draadloze mobiele adapter is bevestigd (0 83).

Films

Kan geen films opnemen: de filmopnameknop kan niet worden gebruikt voor het opnemen van films in de stand Beste moment vastleggen of Bewegingssnapshot (0 49, 54). Er wordt geen geluid opgenomen voor films:
Microfoon uit is geselecteerd voor Opties voor filmgeluid > Microfoon (0 77).
Live audio wordt niet opgenomen bij films in slow motion (0 61) of Bewegingssnapshots (0 52).
n
91

Weergave

Staande foto’s (portretstand) worden liggend (landschap) weergegeven:
Selecteer Aan voor Draai portret (0 74).
De foto’s werden met Autom. beeldrotatie uit (0 77) vastgelegd.
Camera was omhoog of omlaag gericht toen de foto werd gemaakt.
De foto wordt in controlebeeld weergegeven.
Kan het filmgeluid niet horen:
Draai de multi-sel ector naar rechts om het volume te verhogen (0 64). Is de camera op een televisie aangesloten, gebruik dan de bediening van de tv om het volume aan te passen.
Live audio wordt niet opgenomen bij films in slow motion (0 61) of Bewegingssnapshots (0 54).
Kan geen beelden wissen:
Verwijder voor het wissen de beveiliging van de bestanden (0 74).
De geheugenkaart is vergrendeld.

Overige

De opnamedatum klopt niet: stel de cameraklok in. Menuopties zijn niet beschikbaar: sommige opties zijn alleen beschikbaar bij
bepaalde instellingen of wanneer een geheugenkaart is geplaatst.
n
92

Foutmeldingen

Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de foutmeldingen die in de weergave verschijnen.
Bericht Oplossing
(Sluitertijd of diafragmaweergave knippert)
Houd de knop op de zoomring ingedrukt en draai aan de zoomring om het objectief uit te schuiven. Controleer objectief. Er kunnen alleen foto’s worden gemaakt als een objectief is bevestigd. Opstartfout. Zet de camera uit en weer aan. De klok is opnieuw ingesteld.
Geen geheugenkaart.
Deze geheugenkaart is niet geformatteerd. Geheugenkaart formatteren? Geheugenkaart is vergrendeld (tegen schrijven beveiligd).
Geheugenkaart is vol.
Verlaag de ISO-gevoeligheid als het onderwerp te licht is, of kies een kortere sluitertijd of kleiner diafragma (hogere f-waarde). Verhoog de ISO-gevoeligheid, gebruik de flitser of kies een kortere sluitertijd of een groter diafragma (lagere f-waarde) als het onderwerp te donker is. Een objectief met de knop voor de intrekbare objectiefcilinder wordt bevestigd met een ingetrokken objectiefcilinder. Druk op de knop voor de intrekbare objectiefcilinder en draai aan de zoomring om het objectief te verlengen.
Bevestig een objectief.
Schakel de camera uit, verwijder en vervang de batterij en schakel de camera weer in.
Stel de cameraklok in.
Zet de camera uit en controleer of de geheugenkaart correct is geplaatst.
Selecteer Ja om de kaart te formatteren of zet de camera uit en plaats een andere geheugenkaart.
Zet de camera uit en schuif de schrijfbeveiligingsschakelaar van de kaart naar de positie “schrijven”.
Als u de beeldkwaliteit verlaagt of het beeldformaat verkleint, kunt u mogelijk extra beelden opnemen.
Ongewenste beelden wissen.
Plaats een andere geheugenkaart.
n
93
Deze geheugenkaart kan niet worden gebruikt. Kaart is mogelijk beschadigd. plaats andere kaart.
Kan geen mappen meer maken op de geheugenkaart.
De filmopnameknop kan niet worden gebruikt in deze stand. Er kunnen geen foto's worden opgeslagen in deze stand. De interne temperatuur van de camera is hoog. De camera wordt nu uitgeschakeld. Geheugenkaart bevat geen beelden.
Kan dit bestand niet weergeven.
n
Bericht Oplossing
Gebruik een goedgekeurde kaart.
Formatteer de kaart. Als het probleem zich blijft
voordoen, is de kaart mogelijk beschadigd. Neem contact op met een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger.
Plaats een nieuwe geheugenkaart. Als de huidige map nummer 999 heeft en 999 foto’s of een foto met het nummer 9999 bevat, wordt de ontspanknop uitgeschakeld en kunnen geen foto’s meer worden gemaakt. Kies Ja voor
terugzetten
geheugenkaart of plaats een nieuwe geheugenkaart. De filmopnameknop kan niet worden gebruikt in de standen Beste moment vastleggen of Bewegingssnapshot. De ontspanknop kan niet worden gebruikt voor het maken van foto’s terwijl er een slow motion­film wordt opgenomen.
Wacht tot de camera is afgekoeld.
Plaats een geheugenkaart met beelden om foto’s te bekijken. Het bestand is aangemaakt of gewijzigd op een computer of een ander merk camera, of het bestand is beschadigd.
en formatteer vervolgens de huidige
Bestandsnr.
94

Specificaties

Nikon 1 S1 digitale camera

Type
Type Digitale camera met ondersteuning voor
Objectiefvatting Nikon 1-vatting Effectieve beeldhoek Ca. 2,7× brandpuntsafstand objectief (gelijk aan
Effectieve pixels
Beeldsensor
Beeldsensor 13,2 mm × 8,8 mm CMOS-sensor (Nikon CX-
Opslag
Beeldformaat (pixels) Foto’s (beeldverhouding 3 : 2)
Bestandsindeling NEF (RAW): 12-bit, gecomprimeerd
Picture Control-systeem Standaard, Neutraal, Levendig, Monochroom,
Media SD (Secure Digital), SDHC- en SDXC-geheu genkaarten Bestandssysteem DCF (Design Rule for Camera File System) 2.0, DPOF (Digital
verwisselbare objectieven
35 mm-formaat)
10,1 miljoen
formaat)
3872 × 2592 2896 × 1944
1936 × 1296
Foto’s (beeldverhouding 16 : 9)
3840 × 2160 (Stand Bewegingssnapshot of 1080/ 60i, 1080/30p geselecteerd in geavanceerde filmstand)
1280 × 720 (720/60p, 720/30p geselecteerd in geavanceerde filmstand)
JPEG : JPEG Baseline compatibel met Fijn (ca. 1 : 4), Normaal (ca. 1 : 8) of Basis (ca. 1 : 16) compressie
Portret, Landschap; geselecteerde Picture Control kan worden aangepast; opslag voor persoonlijke Picture Controls
Print Order Format), Exif (Exchangeable Image File Format for Digital Still Cameras) 2.3, PictBridge
n
95
Opnamestanden
C automatisch; w creatief, met keuze uit de volgende opties: P, S, A, M, j nachtlandschap,
o nachtportret, m tegenlicht, q zacht, r miniatuureffect en s selectieve kleur; u beste
moment vastleggen (t trage weergave en y Slimme fotoselectie), v geavanceerde film
(HD—alleen P, S, A, M—en y slow motion), z Bewegingssnapshot
Sluiter
Type Elektronische sluiter Snelheid
1
/
16.000 –30 sec. in stappen van
Opmerking: Bulb eindigt automatisch na circa 2 minuten
Flitssynchronisatiesnelheid Synchroniseert met sluiter bij X=
Ontspannen
Stand Enkel beeld, continu
Zelfontspanner
Beeldsnelheid Ca. 5, 15, 30 of 60 bps Zelfontspanner 2 sec., 5 sec., 10 sec.
Belichting
Lichtmeting DDL-meting met behulp van beeldsensor Lichtmeetmethode Ma trix
Cen trumgericht: meet een cirkel van 4,5 mm in het midden van het beeld
Spot: meet een cirkel van 2 mm in het geselecteerde scherpstelveld
Stand P automatisch programma met flexibel
n
Belichtingscorrectie –3 –+3 LW in stappen van
programma; S sluitertijdvoorkeuze; A diafragmavoorkeuze; M handmatig; h auto onderwerpselectie
1
/
3 LW
Belichtingsvergrendeling Lichtwaarde vergrendeld bij gemeten waarde
wanneer ontspanknop half wordt ingedrukt
ISO-gevoeligheid (aanbevolen belichtingsindex)
ISO 100– 6400 in stappen van 1 LW; automatische regeling ISO-gevoeligheid (ISO 100–6400, 100–3200, 100–800) beschikbaar (door gebruiker geregeld in de standen
P, S, A en M)
Actieve D-Lighting Aan, uit
1
/
3 LW; Bulb
1
/
60 sec. of langer
96
Scherpstelling
Autofocus Hybride autofocus (fasedetectie/contrastdetectie-
Objectiefscherpstelling Autofocus (AF): enkelvoudige AF (AF-S); continue
AF-veldstand Enkel punt, automatisch veld, onderwerp volgen Scherpstelveld Enkelpunts AF: 135 scherpstelvelden; de middelste
Scherpstelvergrendeling Scherpstelling kan worden vergrendeld door de
Gezichtprioriteit Aan, uit
Flitser
Ingebouwde flitser Automatisch; Zacht, Miniatuureffect, Selectieve kleur
Richtgetal (GN) Ca. 5 (m, ISO 100, 20 °C) Regeling i-DDL-flitserregeling met behulp van beeldsensor Stand Automatisch, automatisch + rode-ogenreductie,
Flitscorrectie –3–+1 LW in stappen van Flitsgereedaanduiding Brandt wanneer ingebouwde flitser volledig
Witbalans
AF); AF-hulpverlichting
AF (AF-C); automatische AF-S/AF-C selectie (AF-A); fulltime-AF (AF-F)
Handmatige sche rpstelling (MF)
73 velden ondersteunen fasedetectie-AF
Automatisch veld-AF: 41 scherpstelvelden
ontspanknop half in te drukken (enkelvoudige AF)
(Creatieve stand): flitser klapt automatisch op en flitst indien nodig
Nachtportret, Tegenlicht (Creatieve stand): flitser klapt automatisch op en flitst bij elke opname
P Automatisch programma, S Sluitertijdvoorkeuze, A Diafragmavoorkeuze, M Handmatig (Creatieve stand):
handmatige pop-up
invulflits, invulflits + synchronisatie met lange sluitertijd, rode-ogenreductie, rode-ogenreductie + synchronisatie met lange sluitertijd, synchronisatie op het tweede gordijn, tweede gordijn + synchronisatie met lange sluitertijd, uit
geladen is
Automatisch, gloeilamplicht, tl-licht, direct zonlicht, flitslicht, bewolkt, schaduw, onder water, handmatige voorinstelling met fijnafstelling voor alle standen behalve handmatige voorinstelling
1
/
3 LW
n
97
Film
Lichtmeting DDL-meting met behulp van beeldsensor Lichtmeetmethode Ma trix
Beeldformaat (pixels)/ opnamesnelheid
Bestandsindeling MOV Videocompressie H.264/MPEG-4 Advanced Video Coding Geluidsindeling AAC Geluidsrecorder Ingebouwde stereomicrofoon; gevoeligheid
* De sensoruitvoer is ongeveer 60 bps.
Monitor
Weergave
n
Interface
USB Hi-Speed USB HDMI-uitgang Type-C HDMI-ministekkeraansluiting
Cen trumgericht: meet een cirkel van 4,5 mm in het midden van het beeld
Spot: meet een cirkel van 2 mm in het geselecteerde scherpstelveld
HD-films (beeldverhouding 16 : 9)
1920 × 1080/60i (59,94 velden/sec. *)
1920 × 1080/30p (29,97 bps)
1280 × 720/60p (59,94 bps)
1280 × 720/30p (29,97 bps)
Slow motion-films (beeldverhouding 8 : 3)
640 × 240/400 bps (speelt af bij 30p/29,97 bps)
320 × 120/1200 bps (speelt af bij 30p/29,97 bps)
Bewegingssnapshot (beeldverhouding 16 : 9)
1280 × 720/60p (59,94 bps) (speelt af bij 24p/23,976 bps)
instelbaar
7,5 cm (3 inch), ca. 460.000 punten, TFT LCD met helderheidaanpassing
Schermvullende en miniatuurweergave (4, 9 of 72 beelden of kalender) met zoomweergave, filmweergave, diashow, histogramweergave, automatische beeldrotatie en scoreoptie
98
Loading...