Mitsubishi M430i User Manual [nl]

Uitgave 1, 2004. © MITSUBISHI ELECTRIC EUROPE B.V. - Franse afdeling, voortaan 'Mitsubishi Electric'. Hoewel alles in het werk is gesteld om de informatie in deze handleiding zo nauwkeurig mogelijk te maken,
In deze handleiding wordt de werking beschreven van de M430i mobiele telefoon.
behoudt Mitsubishi Electric zich het recht voor om zonder voorafgaande kennisgeving verbeteringen en
wijzigingen aan het in deze handleiding beschreven product en/of de handleiding zelf aan te brengen.
Mitsubishi Electric is een bedrijf van Mitsubishi Group.
Pagina 4 Inleiding
Pagina 8 Gebruik van deze handleiding Pagina 11 Vóór u begint
Pagina 14 Bureauhulp
Pagina 20 Berichten/tekstbewerking
Pagina 30 Gespreksinfo
Pagina 33 Telefoonboek
SAR _______________________________________ 4 Verklaring van conformiteit _____________________ 5 FCC-waarschuwingen _________________________ 5 Algemene veiligheid __________________________ 5 Veiligheid in de auto __________________________ 5 Noodoproepen _______________________________ 6 Zorg en onderhoud ___________________________ 6 AC/DC-adapterlader __________________________ 6 Batterijgebruik _______________________________ 6 PC-kabel ___________________________________ 7 Uw verantwoordelijkheid _______________________ 7 Beveiligingscode: PIN-codes ____________________ 7 Verwijderen van de verpakking __________________ 7
Voorbereiding van de telefoon __________________ 11 Basishandelingen ___________________________ 11
Agenda ___________________________________ 14 Rekenmachine ______________________________ 17 Wisselkoers omzetten ________________________ 18 Wekker ___________________________________ 18 Infraroodpoort ______________________________ 19 De mobiel gebruiken als een modem ____________ 19
Inhoud van het menu Berichten _________________ 20 Toegang tot het SMS-menu ___________________ 20 Een ontvangen SMS-bericht lezen ______________ 20 Opgeslagen SMS-berichten lezen _______________ 21 Berichten verplaatsen naar SIM ________________ 21 Berichten doorsturen _________________________ 21 Geluidssignalen activeren of deactiveren _________ 21 Voorbereiding van uw telefoon voor verzending
van SMS-berichten 22 Tekst invoeren / Modus bewerken _______________ 22 Een standaardtekst maken ____________________ 26 Een standaardbericht bewerken ________________ 26 Een nieuw SMS-bericht verzenden ______________ 26 Handtekening ______________________________ 27 Verzonden berichten in het Postvak Uit en de
SIM-mappen 27 Kladberichten _______________________________ 28 Statusverzoek ______________________________ 28 Geheugengebruik ___________________________ 28 Broadcast - cell broadcastberichten (CB) _________ 29
Overzicht sprekken __________________________ 30 Gespreksduur ______________________________ 30 Gesprekskosten - beheer _____________________ 31 Opgenomen gesprek _________________________ 32 Lijnkeuze __________________________________ 32
Namen en telefoonnummers opslaan ____________ 33 Een video aan de telefoonboekkaart toevoegen ____ 35 Een foto of pictogram aan de telefoonboekkaart
toevoegen 35
Inhoudsopgave
2-
Een melodie, video of spraakopname als
beltoon instellen 36
Een telefoonboek- of SIM-naamkaart bewerken ____ 36 Nummers uit het telefoonboek bekijken en bellen ___ 37 Voice dialling _______________________________37 Vrije ruimte in het telefoonboek _________________38 Een groep kaarten maken _____________________ 38 Mijn kaart __________________________________ 39 Eigen nummer(s) weergeven ___________________39 Vaste nummers _____________________________ 40
Pagina 41 Camera
Pagina 49 Video
Pagina 58 Fun & Media box
Pagina 70 miniSD™-kaart
Pagina 73 Kalender Pagina 73 Netwerk diensten Pagina 74 i-mode
Pagina 85 Instellingen
Pagina 97 Bijlage
Pagina 102 Index
Exporteren _________________________________ 40
Het camerascherm en de bijbehorende pictogrammen ______________________________ 41 Gesloten klepje: landschapsopnamen ____________42 Open klepje: zelfportretten _____________________ 45
Videoscherm _______________________________ 49 Gesloten klepje: landschapsopnamen ____________50 Open klepje: Uzelf filmen ______________________ 54
Afbeeldingen _______________________________ 58 Beltonen ___________________________________ 61 Video _____________________________________ 62 Games & toepassingen _______________________ 64 Spraak opnamen ____________________________ 65 Kaders ____________________________________ 66 Overige ____________________________________ 68 Geheugengebruik ____________________________ 69
Voorzorgsmaatregelen voor transport en opslag ____ 70 Uw gegevens beveiligen ______________________ 70 De miniSD™-kaart plaatsen of verwijderen ________ 71 De inhoud van de miniSD™-kaart openen _________71 De miniSD™-kaart configureren ________________ 72 Geheugengebruik ____________________________ 72
Gebruikersinterface __________________________ 74 i-mode menu _______________________________ 74 i-mode toepassingen _________________________ 75 De i-mode functies instellen ____________________ 77 E-mailsysteem ______________________________78 Opties _____________________________________ 83 Snelle toegang tot de basisfuncties van i-mode ____ 84
Geluid _____________________________________ 85 Scherm ____________________________________ 86 Toetsen ___________________________________ 88 Telefoon ___________________________________ 88 Voicemail __________________________________ 90 GSM Diensten ______________________________91 Beveiliging _________________________________95 miniSD™-kaart ______________________________ 96
Woordenlijst ________________________________ 97 Problemen oplossen __________________________ 98 Foutmeldingen ______________________________ 99 Garantie __________________________________ 101
Inhoudsopgave
3-
INLEIDING
B
edankt voor de aankoop van de M430i mobiele telefoon (GSM, DCS, PCS). De in deze handleiding
beschreven telefoon is goedgekeurd voor alle GSM 900-, DCS 1800- en PCS 1900-netwerken. Afhankelijk van uw abonnementstype en/of uw serviceprovider is het mogelijk dat sommige berichten die op uw telefoon verschijnen, anders zijn. Deze mobiele telefoon is conform de internationale voorschriften voor zover hij wordt gebruikt in normale omstandigheden en in overeenstemming met de hieronder vermelde veiligheidsinstructies en waarschuwingen.
SAR
DEZE M430i-TELEFOON VOLDOET AAN DE EU-VEREISTEN VOOR BLOOTSTELLING AAN RADIOGOLVEN. Voordat een mobiele telefoon op de markt wordt gebracht, moet worden bevestigd dat hij voldoet aan de Europese R&TTE-richtlijn gezondheid en veiligheid van de gebruiker en alle andere personen. Uw mobiele telefoon is een radiozender en -ontvanger. De telefoon is ontworpen en gefabriceerd om de limieten voor blootstelling aan radiofrequentie-energie (RF), aanbevolen door de Raad van de Europese Unie, niet te overschrijden1. Deze grenswaarden zijn een onderdeel van een omvangrijk pakket richtlijnen en vormen de toegestane niveaus van RF-energie voor de algehele bevolking. De richtlijnen zijn ontwikkeld door onafhankelijke wetenschappelijke organisaties aan de hand van een regelmatige en grondige beoordeling van wetenschappelijke studies. Bij het bepalen van deze grenswaarden is rekening gehouden met een aanzienlijke veiligheidsmarge, bedoeld om ieders veiligheid, ongeacht leeftijd en gezondheid, te garanderen. De norm voor de blootstelling betreffende mobiele telefoons (CENELEC-norm EN 50360: 2001) hanteert een maateenheid die de Specific Absor ption Rate of SAR wordt genoemd. De SAR-grenswa arde2, aanbevolen door de Raad van de Europese Unie, bedraagt 2,0 W/kg. Tests voor SAR zijn uitgevoerd met standaardwerkingsposities (ten aanzien van de CENELEC-norm EN 50361: 2001) waarbij de telefoon met het hoogst verklaarde energieniveau signalen verzendt in alle geteste frequentiebanden3. Hoewel de SAR is vastgesteld op het hoogst verklaarde energieniveau, ligt het werkelijke SAR-niveau van de telefoon tijdens zijn werking ver onder de maximumwaarde. Dat komt doordat de telefoon is ontworpen om te werken op meerdere energieniveaus en daarom alleen de energie gebruikt die nodig is om het netwerk te bereiken. Over het algemeen geldt dat het zendvermogen lager is naarmate u de antenne van een basisstation nadert. De hoogste SAR-waarde van dit M430i-model gemeten overeenkomstig de norm, bedraagt 0.754 W/kg. Hoewel er verschillen kunnen zijn tussen de SAR-niveaus van verschillende telefoons en op verschillende plaatsen, voldoen alle toestellen aan de EU-vereisten voor blootstelling aan RF.
Aanvullende informatie van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) Individuen: De huidige wetenschappelijke informatie wijst niet op een behoefte aan enige speciale voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van mobiele telefoons. Als mensen bezorgd zijn, kunnen zij ervoor kiezen hun blootstelling aan RF-velden of die van hun kinderen te beperken door de duur van de telefoongesprekken te beperken of ‘handsfree’-toestellen te gebruiken om de mobiele telefoon uit de buurt van het hoofd en het lichaam te houden. Voorwerpen die RF-velden absorberen: Er is geen wetenschappelijk gefundeerde reden om mobiele telefoons te voorzien van een hoesje of iets anders dat RF-velden absorbeert. Op gezondheidsgronden is het gebruik ervan onnodig en van veel dit soort voorwerpen is niet bewezen dat zij effectief de blootstelling aan RF-velden verminderen. Bron: WHO Informatieblad 193, juni 2000. WHO: www.who.int/peh-emf.
Er is een aantal onafhankelijke informatiebronnen beschikbaar voor gebruikers, waaronder: Royal Society of Canada: www.rsc.ca De International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP): www.icnirp.de
De US Food and Drug Administration: www.fda.gov/cellphones/ De Wereldgezondheidso rganisatie: www.who.int/emf
Melco Mobile Communications Europe S.A. behoort tot het MMF, een internationaal genootschap van fabrikanten van radioapparatuur. Het MMF verschaft deze informatie met het doel om industriële posities te ontwikkelen en te presenteren aan onafhankelijke onderzoeksorganisaties, de overheid en andere onderzoeksinstanties.
1. Europese aanbeveling 1999/519/EC
2. De SAR-grenswaarde voor mobiele telefoons die door het publiek worden gebruikt, bedraagt 2,0 watt/kilogram (W/kg) gemiddeld over tien gram lichaamsweefsel. De grenswaarde heeft een aanzienlijke veiligheidsmarge om de bevolking extra te beschermen en om rekening te houden met alle meetafwijkingen.
3. Het maximumniveau van door GSM uitgezonden energie is 250 mW bij 900 MHz en 125 mW bij 1800 MHz volgens de GSM-norm.
(1999/5/EC
). Eén essentiële vereiste van deze richtlijn is de bescherming van de
Mobile Manufacturers Forum
Diamant Building, 80 Blvd. A. Reyers
B-1030 Brussel België
www.mmfai.org
Inleiding
4-
Verklaring van conformiteit
Hierbij verklaart Mitsubishi Electric dat deze M430i (VGH08B) voldoet aan de essentiële vereisten en andere relevante voorzieningen zoals omschreven in de Europese richtlijn 1999/5/EC. Op onze website kunt u de volledige Verklaring van conformiteit vinden:
http://www.mitsubishi-telecom.com
FCC-waarschuwingen
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-richtlijnen. De werking is onde rhevig aan de volgende twee voorwaarden: (1) Dit apparaat mag geen schadelijke storingen veroorzaken, en (2) dit apparaat moet alle ontvangen storingen tolereren, inclusief storingen die ongewenste werkingen kunnen veroorzaken. Wijzigingen die niet expliciet goedgekeurd zijn door de partij die vaststelt of de apparatuur aan de eisen voldoet, kunnen ertoe leiden dat de gebruiker de toestemming wordt ontzegd om de apparatuur te gebruiken. Opmerking: Deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen voor een digitaal apparaat van Klasse B, conform deel 15 van de FCC-richtlijnen. Deze grenswaarden dienen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storing in een particuliere installatie. Door deze apparatuur wordt radiofrequ entie-energie gegenereerd, gebruikt en mogelijk uitgestraald. De apparatuur dient volgens de aanwijzingen van de fabrikant te worden geïnstalleerd en gebruikt, anders zou het schadelijke storing kunnen veroorzaken voor radiocommunicatie. Er is echter geen garantie dat in een bepaalde installatie geen storing zal optreden. Mocht het apparaat storing in radio- of televisieontvangst veroorzaken, hetgeen kan worden vastgesteld wanneer de apparatuur uit en aan wordt gezet, dan kunt u met een van de volgende maatregelen trachten de storing te verhelpen:--Verander de positie van de ontvangstantenne.--Zet de apparatuur en het ontvangende apparaat verder van elkaar.--Sluit de apparatuur niet aan op hetzelfde stopcontact als het ontvangende apparaat. --Neem voor hulp contact op met de dealer of een ervaren radio-/tv-technicus.
Algemene veiligheid
Lange en luide telefoongesprekken kunnen ernstige schade berokkenen aan het gehoor.
Het is belangrijk enkele speciale regels te volgen voor het gebruik van deze radioapparatuur, voornamelijk in verband met mogelijke radiofrequentie-interferentie. Volg de onderstaande veiligheidstips zorgvuldig op.
Schakel uw mobiele telefoon uit in een vliegtuig en verwijder de batterij. Het gebruik van mobiele telefoons in vliegtuigen kan de werking van het vliegtuig in gevaar brengen, storingen in het mobiele netwerk veroorzaken en is bovendien verboden.
Schakel uw mobiele telefoon uit tijdens het tanken en in de buurt van ontvlambaar materiaal.
Schakel uw telefoon uit in ziekenhuizen of op andere plaatsen waar medische toestellen worden gebruikt.
Houd u aan de beperkingen voor het gebruik van radioapparatuur in brandstofdepots, chemische fabrieken en plaatsen waar met springstoffen wordt gewerkt.
Het gebruik van uw mobiele telefoon in de nabijheid van onvoldoende beschermde persoonlijke medische apparatuur zoals gehoorapparaten en pacemakers kan mogelijk gevaar opleveren. Raadpleeg uw dokter of de fabrikant van dergelijke medische apparatuur om te controleren of het apparaat voldoende is beschermd.
Ook het gebruik van uw mobiele telefoon vlak bij andere elektronische apparatuur kan interferentie veroorzaken als de apparatuur onvoldoende is beschermd. Let goed op waarschuwingssignalen en houd u aan de aanbevelingen van de fabrikant.
Veiligheid in de auto
Houd u aan de nationale voorschriften betreffende het gebruik van mobiele telefoons in auto’s. Veiligheid op de weg gaat vóór alles! Houd altijd al uw aandacht bij het rijden.
- Gebruik geen draagbaar toestel tijdens het rijden. Indien u niet beschikt over een handsfree carkit, parkeer uw auto dan op een veilige plaats alvorens uw telefoon te gebruiken. Zorg ervoor dat u volledig op de hoogte bent van de wetgeving die in uw land van kracht is met betrekking tot het gebruik van mobiele telefoons tijdens het rijden.
- Indien uw mobiele telefoon niet goed in de auto is geïnstalleerd, kan deze de goede werking van de auto­elektronica, zoals ABS of airbags, verstoren. Laat de installatie altijd uitvoeren door daartoe opgeleid personeel om deze problemen te voorkomen.
- Leg de telefoon niet op de passagierszetel of op een plaats waar hij kan worden weggeslingerd door plots remmen of een botsing. Gebruik altijd de houder.
Inleiding
5-
Noodoproepen
U kunt noodoproepen plegen door het standaard Europese alarmnummer 112 of het Amerikaanse alarmnummer 911 te bellen, zelfs als uw telefoon geen SIM-kaart heeft. Noodoproepen kunt u zelfs doen als de telefoon door de PIN of elektronisch is vergrendeld of gesprekken zijn geblokkeerd. In sommige landen kunt u nog altijd de lokale alarmnummers gebruiken voor noodgevallen, maar het is mogelijk dat de telefoon een geldige SIM-kaart moet bevatten. Vergeet bij een noodoproep niet alle nodige informatie zo precies mogelijk door te geven. De telefoon kan in de desbetreffende noodsituatie het enige communicatiemiddel zijn. Breek het gesprek daarom pas af als u daartoe het sein hebt gekregen.
Mobiele telefoons maken gebruik van mobiele en vaste netwerken die niet in alle omstandigheden kunnen worden gegarandeerd. Vertrouw dus nooit uitsluitend op draadloze telefoons in geval van noodoproepen.
Zorg en onderhoud
Uw mobiele telefoon is een geavanceerd en met vakmanschap ontworpen product. Behandel hem daarom voorzichtig. De onderstaande aanbevelingen helpen u jarenlang plezier te hebben van uw nieuwe telefoon.
- Stel uw telefoon niet bloot aan hoge luchtvochtigheid of temperaturen.
- Stel uw telefoon niet bloot aan lage temperaturen. Wanneer de telefoon na het inschakelen opwarmt tot zijn normale temperatuur, kan zich immers binnenin vocht vormen dat de elektrische onderdelen kan beschadigen.
- Probeer de telefoon niet te demonteren. De telefoon bevat geen onderdelen die u zelf kunt of hoeft te onderhouden.
- Stel de telefoon niet bloot aan water of regen en mors er geen drank op. Uw telefoon is niet waterdicht.
- Laat uw telefoon niet vallen, sla er niet mee en schud hem niet krachtig heen en weer. Een ruwe behandeling kan schade veroorzaken.
- Reinig uw telefoon niet met sterke chemicaliën of oplosmiddelen. Wrijf hem alleen schoon met een zachte, licht bevochtigde doek.
- Plaats de telefoon niet bij diskettes, credit- of travelcards of andere magnetische media. De informatie hierop kan door de telefoon worden gewist.
- Sluit geen incompatibele producten aan. Het gebruik van apparatuur of toebehoren van derden, die niet door Mitsubishi Electric zijn vervaardigd of toegestaan, kan de garantie van uw telefoon ongeldig maken en de veiligheid in het gedrang brengen.
- Verwijder de etiketten niet. De cijfers erop zijn belangrijk voor later onderhoud en andere dergelijke doeleinden.
- Als er problemen optreden, neem dan contact op met een erkend reparatiecentrum.
AC/DC-adapterlader
Deze mobiele telefoon mag alleen worden gebruikt met de meegeleverde AC/DC-lader. Het gebruik van andere laders of adapters maakt de goedkeuring die voor dit apparaat is gegeven ongeldig en kan gevaarlijk zijn.
Batterijgebruik
Een batterij kan honderden keren worden opgeladen, maar de capaciteit zal na verloop van tijd afnemen. Wanneer de gebruiksduur (standby- en gesprekstijd) aanzienlijk korter is dan gebruikelijk, wordt het tijd een nieuwe batterij aan te schaffen. Als de batterij volledig leeg is, is het mogelijk dat het symbool van de batterijlading niet verschijnt bij het aansluiten van de batterijlader. De mobiele telefoon kan bovendien niet worden ingeschakeld. Het kan tot 15 minuten duren voordat de batterij de benodigde 4% lading heeft bereikt zodat hij kan worden ingeschakeld en het symbool van de batterijlading verschijnt. Laad de batterij alleen bij een temperatuur tussen 0°C en + 45°C op.
- Laat de batterijen niet langer dan noodzakelijk aan de lader liggen. Overladen kan de levensduur van de batterij verkorten.
- Trek de stekker van de lader uit het stopcontact als u de lader niet gebruikt.
- Stel de batterij niet bloot aan hoge temperaturen of hoge luchtvochtigheid.
- Gooi de batterijen niet in vuur. Ze kunnen exploderen.
- Laat de batterijen niet in contact komen met metalen voorwerpen die de polen van de batterij kunnen kortsluiten (bijvoorbeeld sleutels, paperclips, muntstukken enzovoort).
- Laat de batterijen niet vallen en stel ze niet bloot aan harde schokken.
- Probeer de batterijen nooit te demonteren.
- Gebruik uitsluitend de aanbevolen batterijladers (zie eerder).
- Reinig vervuilde batterijpolen met een zachte doek.
- Batterijen kunnen warm worden tijdens het laden.
Let op: Als u een andere batterij dan een batterij van het type Mitsubishi MA-0803 plaatst, kan de batterij exploderen.
Inleiding
6-
Gebruikte batterijen
Krachtens de Europese richtlijnen inzake milieubescherming moeten gebruikte batterijen worden teruggebracht naar het verkooppunt. De batterijen worden hier gratis ingenomen. Gooi gebruikte batterijen nooit weg met huishoudelijk afval.
PC-kabel
Via een pc-kabel kan de GSM mobiele telefoon gekoppeld worden aan een PC teneinde gegevens uit te wisselen. Het is mogelijk dat de PC-kabel niet bij uw mobiel wordt meegeleverd. Neem contact op met uw dealer voor dit accessoire.
Uw verantwoordelijkheid
Deze GSM-telefoon valt onder uw verantwoordelijkheid. Ga er voorzichtig mee om en neem de lokale voorschriften in acht. Bewaar de telefoon altijd op een veilige plaats en buiten het bereik van kinderen. Zorg dat u bekend bent met de beveiligingsfuncties en gebruik deze om onbevoegd gebruik te voorkomen. Bij verlies of diefstal van uw telefoon en/of SIM-kaart, neem onmiddellijk contact op met uw serviceprovider om onbevoegd gebruik te voorkomen. Wanneer u de telefoon niet gebruikt, kunt u hem het beste uitschakelen. Het is ook aan te bevelen de batterij te verwijderen.
Beveiligingscode: PIN-codes
Uw telefoon en SIM-kaart zijn voorgeprogrammeerd met verschillende beveiligingscodes die uw telefoon en SIM-kaart beschermen tegen onbevoegd gebruik. Hier volgt een korte beschrijving van elke code. Zie ‘Beveiliging’, pagina 95 voor informatie over hoe u uw PIN- en telefoonslotcodes verandert.
PIN- en PIN2-codes (4-8 cijfers)
Alle SIM-kaarten hebben een PIN (Personal Identity Number). Het nummer beschermt de kaart tegen onbevoegd gebruik. Voert u drie keer achtereenvolgens de verkeerde PIN-code in, dan wordt de SIM-kaart geblokkeerd en verschijnt het bericht PIN geblokkeerd op het scherm. Geef PUK: verschijnt.
PUK- en PUK2-codes (8 cijfers)
Neem contact op met uw serviceprovider voor uw PUK-code. Gebruik deze code om een uitgeschakelde SIM-kaart te deblokkeren (zie ‘Beveiliging’, pagina 95). De PUK2-code is nodig om de PIN2-code te deblokkeren (zie eerder).
Beperkingswachtwoord (4 cijfers)
Dit wachtwoord is bestemd om bepaalde gesprekken met uw mobiele telefoon, zowel inkomende als uitgaande, te blokkeren (zie ‘Beperkingswachtwoord’, pagina 95).
Telefoonslotcode (4 cijfers)
Deze code is bij aflevering ingesteld op 0000. U kunt de code wijzigen. Als u de code wijzigt, kan de fabrikant de identiteit niet meer telefonisch vaststellen. Zie ‘Telefoonslotcode’, pagina 95 voor meer informatie.
I-mode-code (4 cijfers)
De standaardvergrendelingscode van de i-mode is 0000. Hiermee kunt u ongeoorloofd gebruik van de i-modefunctie voorkomen (zie ‘i-mode slot’, pagina 75). Wij adviseren u de codes uit het hoofd te leren alsook hun doel en werking.
Verwijderen van de verpakking
De verpakking van deze telefoon is gemaakt van recyclebaar materiaal en dient dan ook te worden verwijderd in overeenstemming met de milieuwetgeving van uw land. Scheid kartonnen en kunststof verpakkingselementen en verwijder ze op de geëigende manier.
Inleiding
7-
GEBRUIK VAN DEZE HANDLEIDING
ees deze handleiding zorgvuldig door. Ze bevat informatie over uw telefoon en de wijze
waarop het toestel in het netwerk wordt gebruikt. Sommige van de functies die in deze handleiding worden beschreven zijn netwerkafhankelijk. Raadpleeg uw serviceprovider voor informatie over welke functies u kunt gebruiken. Voor sommige functies moet u mogelijk een aanvullend abonnement afsluiten.
Achtergrond / Extern scherm
De M430i is een mobiele telefoon met een klepje. De telefoon is voorzien van twee kleurenschermen: een intern scherm (achtergrond) en een extern scherm. Op beide schermen wordt informatie gegeven over de status van de mobiele telefoon en de verbinding met het netwerk en op beide schermen wordt de informatie scherp en duidelijk weergegeven. Alle functies in deze handleiding gebruikt u vanuit de achtergrond, tenzij anders aangegeven (bijvoorbeeld functies met betrekking tot de camera- en videoapplicaties).
Toetsfuncties
Hieronder vindt u een overzicht van symbolen van het toetsenblok en zijtoetsen die in de handleiding worden gebruikt.
[OK]-toets in het midden van de cursortoets (om OK te bevestigen op het scherm en rechtstreeks toegang te krijgen tot de camera- (kort drukken) en videoapplicaties (lang drukken)).
Linkerfunctietoets (om het item erboven te bevestigen (meestal een actie), en het menu Berichten (lang drukken) en het menu E-mail (kort drukken) te openen vanuit het standby-scherm).
Rechterfunctietoets (om de actie erboven te bevestigen: meestal Te rug , en het menu erboven te openen voor de i-mode browser (kort drukken) en de Java™-diensten (lang drukken) vanuit het standby-scherm).
[Menu/T9]-toets (om de negen pictogrammen in het hoofdmenu te openen, over te schakelen van de T9-modus naar de modus Multi-tap (en omgekeerd) in de bewerkingsmodus, en het menu Opties van de applicaties en het menu Opties van i­mode te openen).
[Telefoonboek]-toets (om het telefoonboek te openen vanuit het standby-scherm of het veld «Zenden naar» van de bewerkingsmodus, tijdens een gesprek of te wisselen tussen de namen in het telefoonboek van de mobiele telefoon en de namen op de SIM-kaart).
[Wis]-toets (om een teken te verwijderen in de bewerkingsmodus, en het spel of de applicatie te activeren die is ingesteld als standby-scherm op de achtergrond).
Pijl naar rechts op cursortoets. Pijl naar links op cursortoets. Pijl naar boven op cursortoets. Pijl naar beneden op cursortoets. Toets [Verzenden/Bellen]. Toets [Beëindigen, Aan/Uit. Zijtoets [Omhoog]. Zijtoets [Omlaag]. Zijtoets [Menu]. Zijtoets [Camera en video].
Pictogrammenmenu
De beschikbaarheid van de menu's Kalender en Netwerk diensten is afhankelijk van de SIM-kaar t.
Gebruik van deze handleiding
8-
Opmerkingen bij deze gebruikershandleiding
De instructies in deze handleiding moeten als volgt worden uitgevoerd bij het gebruik van de mobiele telefoon. Dit zijn voorbeelden. De vetgedrukte tekst is de informatie die tijdens het gebruik van de mobiele telefoon wordt weergegeven.
INFORMATIETYPEN GEBRUIKERSHANDLEIDING
Druk op OK. Druk op de toets om OK te kiezen (in het midden van het scherm). Druk op de toets [Menu/T9].
Kies Instellingen.
Kies Lezen (item boven linkerfunctietoets)
Kies Ter ug (item boven de rechterfunctietoets).
Kies Camera en video Gebruik de cursortoets om naar boven, beneden, links of rechts te scrollen naar
Invoegen geeft aan dat er meer opties of submenu's beschikbaar zijn wanneer u op OK
... De drie punten aan het begin of einde van een keuzemenu wil zeggen dat er
ACTIES
Druk in het standby-scherm op de toets om het hoofdmenu te openen, scroll omhoog, omlaag, naar links of naar rechts naar het menu Instellingen en druk op OK om het submenu te openen.
Druk op de toets onder Lezen.
Druk vanuit het standby-scherm één keer op de toets onder Ter ug om terug te keren naar het vorige scherm. Houd ingedrukt om terug te keren naar het standby-scherm (behalve wanneer u zich in het i-mode-menu bevindt).
de betreffende menuoptie en bevestig uw keuze door op OK te drukken. Bijvoorbeeld ’Kies Camera en video’: ga naar het menu Camera en video met de navigatietoetsen (naar boven , beneden , links , rechts ) en druk
op de toets [OK] om uw keuze te bevestigen.
drukt.
meer opties of submenu's beschikbaar zijn als u naar boven of beneden scrollt.
De dynamische scrollvensters gebruiken
Bij het scrollen door het menu hebt u met het volgende type scrollvenster een duidelijk overzicht van de informatie die moet worden opgegeven.
1 Op het scherm verschijnt de lijst met elementen die moeten worden ingevoerd. Scroll
omlaag naar de velden die u wilt invullen en druk op OK.
2 Voer de gevraagde gegevens in of selecteer het gevraagde item en kies OK ter bevestiging. 3 Vul alle benodigde velden in en kies Opslaan om alle ingevoerde gegevens op te slaan.
De pijltoetsen onder aan het scherm geven aan hoe u kunt scrollen.
Betekenis van de schermindicators (pictogrammen)
Boven aan het scherm van de mobiele telefoon kunnen pictogrammen worden weergegeven. De pictogrammen geven de status van de telefoon aan en de omstandigheden waaronder de telefoon werkt. De volgende pictogrammen kunnen worden weergegeven:
SIM-geheugen in gebruik Tel ef oon -geheugen in gebruik: verwijst naar gegevens die van de telefoonboekkaarten
afkomstig zijn.
Pictogram van GPRS-service. Dit geeft aan dat er gegevenspakketservices of i-mode verbindingen beschikbaar zijn. Pictogram van GPRS-verbinding. Dit verschijnt wanneer een GPRS-verbinding actief is.
Home zone Roaming. Dit wordt weergegeven wanneer de mobiele telefoon verbinding heeft met een
ander netwerk dan het thuisnetwerk.
Doorschakelen. Dit geeft aan dat alle inkomende gesprekken worden doorgeschakeld.
Het doorschakelen is netwerkafhankelijk.
Alarmklok. Pictogram van trilmodus. Toetsenvergrendeling.
. Dit wordt weergegeven wanneer de telefoon verbinding heeft met het thuisnetwerk.
Lijn 2. Dit geeft aan dat de tweede lijn in gebruik is (afhankelijk van het abonnement).
Gebruik van deze handleiding
9-
Modus Beltoon uit is aan. Microfoon uit. Automatische inschakeling/uitschakeling is geactiveerd. Infraroodpoort. Dit geeft aan dat de infraroodpoort actief is en dat er gegevens kunnen
worden ontvangen via de infraroodpoort.
SMS (Short message service). Dit wordt weergegeven wanneer er één of meer SMS-
berichten zijn ontvangen en nog niet zijn gelezen. knippert als het postvak voor SMS-
berichten vol is en er geen nieuwe berichten kunnen worden opgeslagen. De beschikbaarheid van SMS is netwerkafhankelijk.
Voicemail. Dit wordt weergegeven wanneer een voicemailbericht is ontvangen en
opgeslagen door het voicemailcentrum van het netwerk. De beschikbaarheid van voicemail is netwerkafhankelijk.
Geheim nummer. Dit wordt weergegeven wanneer de beller niet toestaat dat zijn of haar
identiteit wordt vrijgegeven.
Onbeantwoorde oproep. Dit wordt weergegeven wanneer een inkomende oproep niet
is beantwoord.
Indicator batterijlading. Dit staat altijd op het scherm en geeft aan hoever de batterij is
opgeladen. Er worden vijf niveaus weergegeven: van vol (5 balkjes) tot bijna leeg (één balkje). Als alle balkjes weg zijn, moet de mobiele telefoon worden opgeladen.
Signaalsterkte
signaal aangegeven. Hoe meer balkjes, hoe sterker het signaal. Als er geen contact kan worden gemaakt met het netwerk, wordt er geen pictogram voor signaalsterkte weergegeven.
Tegic bewerkingsmodus. Multitap bewerkingsmodus. Pijltoetsen. Deze pictogrammen worden tijdens het gebruik van een menu weergegeven
en geven aan dat er meer opties in het menu staan die u kunt oproepen door op
of te drukken.
Veilige verbinding. Dit pictogram verschijnt wanneer er een veilige verbinding actief is.
Software van Games & toepassingen in gebruik.
Games & toepassingen- pictogram. Dit wordt weergegeven bij het uitvoeren van een
spel of een applicatie. Probleem bij het starten van een applicatie in de modus Auto-start.
Pictogram Applicatie ingesteld als achtergrond. Dit pictogram verschijnt wanneer
een applicatie is ingesteld als achtergrond.
E-mail of MMS op mobiel. E-mail of MMS-box op mobiel is vol.
. Er zijn vijf signaalsterkteniveaus. Hiermee wordt de sterkte van het ontvangen
E-mail op server. MMS op server. E-mailbox op server is vol. MMS-box op server is vol.
Statuslampje
Onder aan het klepje (raadpleeg het boekje 'Aan de slag met uw M430i') wordt de status van de mobiele telefoon aangegeven met diverse gekleurde lampjes. De lampjes kunnen groen, rood, geel of blauw zijn. U kunt deze lampjes in- of uitschakelen:
MODUS MOBIEL AAN MOBIEL UIT
Energiebesparing Het groene lampje knippert Het rode lampje knippert Inkomend gesprek Het blauwe lampje knippert Gemiste gebeurtenis
(SMS, gemiste oproep, enzovoort)
Batterij wordt geladen Het groene lampje knippert Het rode lampje knippert Batterij opgeladen Het groene lampje knippert Het rode lampje knippert
Als de batterij wordt opgeladen, wordt het bijbehorende symbool weergegeven. Zodra de batterij is opgeladen, wordt de groene achtergrondverlichting uitgeschakeld (zwart scher m).
Netwerk Geen netwerk
Knippert afwisselend groen en geel
Knippert afwisselend rood en geel
Het rode lampje brandt
Gebruik van deze handleiding
10-
VÓÓR U BEGINT
Voorbereiding van de telefoon
Raadpleeg het boekje 'Aan de slag met uw M430i'.
Basishandelingen
De telefoon inschakelen
1 Open het klepje. 2 Houd de [Aan/Uit]-toets ingedrukt. U hoort een signaal wanneer de mobiele telefoon wordt
geactiveerd. Wanneer u de telefoon voor de eerste keer inschakelt of als de telefoon op de verkeerde manier wordt uitgeschakeld, is het mogelijk dat wordt weergegeven.
3 Als uw SIM-kaart is beveiligd met een PIN-code, dan wordt Toets PIN in weergegeven.
Toets de PIN-code in en selecteer OK.
4 Voer desgevraagd de datum en tijd in of kies Terug als de instellingen correct zijn.
Zie ‘Beveiligingscode: PIN-codes’, pagina 7 en ‘Beveiliging’, pagina 95 voor meer informatie over uw PIN- en vergrendelingscodes.
Als een afbeelding wordt ingesteld als startscherm en/of een melodie wordt ingesteld als startmelodie, vraagt de mobiele telefoon eerst de pincode, en wordt vervolgens de gekozen afbeelding/animatie afgebeeld en de gekozen melodie afgespeeld voordat het standby-scherm wordt weergegeven (zie ‘Een stilstaand beeld of stilstaande animatie uit de map Afbeeldingen als standby-scherm (voor de achtergrond of het externe scherm), als startscherm of als uitschakelscherm instellen’, pagina 60 en ‘Beltonen’, pagina 61).
Als u een applicatie als standby-scherm voor het interne scherm van de mobiele telefoon hebt ingesteld (zie ‘Games & toepassingen’, pagina 64), wordt er een informatiescherm weergegeven met de suggestie om de Doja-applicatie weer te geven.
Opbellen
U kunt uitsluitend bellen of gebeld worden wanneer de telefoon is ingeschakeld, een geldige SIM-kaart bevat en is aangesloten op een GSM-, DCS- of PCS-netwerkservice. Als de toetsen zijn vergrendeld, kunt u wel oproepen ontvangen maar zelf geen oproepen doen (zie ‘Toetsenvergrendeling’, pagina 13), met uitzondering van noodoproepen. Om een gesprek tot stand te brengen:
1 Open het klepje. 2 Kies het telefoonnummer of selecteer een nummer uit uw telefoonboek (druk op de toets
met de pijl naar links of de toets Telefoonboek in het standby-scherm en selecteer een van de namen).
3 Druk op de toets [Bellen/Verzenden].
Tijdens een gesprek kunt u met de linker- en rechterfunctietoetsen Opties (Speaker aan of Speaker uit, Auto DTMF, Wacht, Microfoon uit of Microfoon aan, Beëin. actief gesprek en Opnemen) en Spk. aan (Speaker aan)/Sp.uit (Speaker uit, indien de speaker was
ingeschakeld) kiezen. U kunt het gespreksvolume instellen door naar boven of beneden te scrollen.
Conform de Europese wetgeving bent u verplicht om uw gesprekspartner ervan op de hoogte stellen wanneer u een telefoongesprek opneemt.
Een oproep beantwoorden
Wanneer u een oproep ontvangt:
1 Druk op de toets [Bellen/Verzenden].
U kunt een oproep ook beantwoorden door het klepje te openen. Zie ‘Tijd & datum’, pagina 90.
Als u een oproep ontvangt, kunnen de naam van de beller, het nummer (zie ‘Nummerherkenning’, pagina 93), foto/video (zie ‘Namen en telefoonnummers opslaan’, pagina
33) worden weergegeven, als u een telefoonboekkaart voor deze beller hebt gemaakt.
Vóór u begint
11-
Een oproep weigeren
Wanneer u een oproep ontvangt:
1 Druk op de [Aan/Uit]-toets of sluit het klepje om de oproep te weigeren (de oproep wordt
dan doorgestuurd naar de mailbox).
of:
1
Druk op de zijtoets [Camera en video] als het klepje is gesloten.
Een oproep beëindigen:
1 Druk op de [Aan/Uit]-toets.
U kunt een oproep ook beëindigen door het klepje te sluiten. Zie ‘Tijd & datum’, pagina 90.
Beltoon stoppen
Als u een oproep ontvangt, kunt u het rinkelen van de mobiele telefoon stoppen.
1
Druk op Stil als het klepje is geopend of druk op de zijtoets [Menu] als het klepje is gesloten.
De mobiele telefoon vasthouden (tijdens een gesprek)
Bedek de achterkant van de mobiele
De mobiele telefoon vasthouden
In de handsfree-modus mag u de telefoon niet tege n uw oor houden.
Het standby-scherm (achtergrond)
Als de telefoon wordt ingeschakeld, wordt er geprobeerd verbinding met het netwerk te maken. Zodra de verbinding is gemaakt, hoort u een signaal en wordt de naam of het logo van de netwerk- en/of serviceprovider weergegeven, samen met de tijd en datum, de signaalsterkte en het laadniveau van de batterij. Als de mobiele telefoon geen geldig netwerk kan vinden, worden de signaalsterkte en de operatornaam niet weergegeven. De vier pijlen op de achtergrond geven aan dat functies kunnen worden gebruikt via de vier pijlen op de cursortoets.
applicatie (kort drukken) en de videoapplicatie (lang drukken) kunnen worden geopend door op de toets OK (in het midden van de cursortoets) te drukken.
Mail
en i-mode geven aan dat u de mailer en i-modeservice rechtstreeks kunt starten door op
de
functietoetsen te drukken.
Het ovale symbool in het midden van de cursortoets geeft aan dat de camera-
Het standby-scherm (extern scherm)
Als de mobiele telefoon is ingeschakeld, verschijnen op het externe scherm de naam van de provider, de tijd, de signaalsterkte en het laadniveau van de batterij.
telefoon niet met uw hand, omdat anders het signaal niet goed kan worden verzonden en ontvangen.
Het pictogram is aangesloten op een GPRS-netwerk.
dat op beide schermen wordt weergegeven, geeft aan dat de mobiele telefoon
Vóór u begint
12-
Toetsenvergrendeling
Door de toetsenvergrendeling in te schakelen voorkomt u dat er per ongeluk een actie wordt uitgevoerd (bijvoorbeeld de camera wordt geactiveerd) terwijl de telefoon zich in een broekzak of handtas bevindt. Inkomende oproepen kunnen echter wel worden ontvangen en beantwoord. Als de oproep wordt beëindigd, wordt de toetsenvergrendeling automatisch opnieuw ingeschakeld. Om de toetsenvergrendeling in te schakelen vanuit het standby-scherm:
1 Open het klepje. 2 Houd en ingedrukt. Op het scherm verschijnt Toetsen vergrendeld.
Om de toetsenvergrendeling in te schakelen vanuit het hoofdmenu:
1 Open het klepje. 2
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Instellingen.
3 Kies Toetsen en vervolgens Toetsenvergrendeling.
Om de toetsenvergrendeling uit te schakelen:
1 Open het klepje. 2 Kies Vrijgvn en druk op of houd ingedrukt. Op het scherm verschijnt Toetsenbord
ontgrendeld.
De telefoon uitschakelen
1 Open het klepje. 2 Houd de [Aan/Uit]-toets ingedrukt.
Uw actie wordt bevestigd door een geluidssignaal en er verschijnt een uitschakelscherm terwijl de mobiele telefoon wordt uitgeschakeld. U kunt een melodie en/of foto instellen die wordt afgespeeld of weergegeven wanneer de mobiele telefoon wordt uitgeschakeld (zie ‘Een stilstaand beeld of stilstaande animatie uit de map Afbeeldingen als standby-scherm (voor de achtergrond of het externe scherm), als startscherm of als uitschakelscherm instellen’, pagina 60 en ‘Beltonen’, pagina 61).
Haal de batterij niet uit de telefoon zonder het toestel eerst uit te schakelen. U kunt dan gegevens kwijtraken. Als dit toch gebeurt, wordt een eerste-hulp-symbool weergegeven zodra u de telefoon de volgende keer aanzet.
Energiebesparing
Als de mobiele telefoon langer dan één minuut niet is gebruikt, worden de interne en externe schermen uitgeschakeld (zwarte schermen). Druk op een toets of open het klepje om de interne en externe schermen in te schakelen. Als de schermen zijn uitgeschakeld, blijft de telefoon wel actief. U kunt dus gewoon een oproep of SMS-bericht ontvangen.
Vóór u begint
13-
BUREAUHULP
W
anneer u vanuit het hoofd-pictogrammenmenu naar het menu Bureauhulp
gaat, kunt u rechtstreeks naar de sectie Ir-poort gaan door aan de linkerkant van het scherm Ir-poort te selecteren. Vanuit het menu Bureauhulp hebt u toegang tot een agenda, rekenmachine, valutaconverter, diverse alarmklokken en de infraroodpoortopening.
Agenda
De agenda bestaat uit drie onderdelen:
- De kalender (voor het beheer van evenementen),
- De takenlijst (voor het beheer van taken),
- Het geheugengebruik (met informatie over het agendageheugen). Een evenement is een agendavermelding die gevolgen heeft voor uw tijdschema (bijvoorbeeld een vergadering). Een taak is een agendavermelding die geen direct gevolg heeft voor uw tijdschema (bijvoorbeeld het organiseren van een reis).
Kalender
In de Kalender kunt u tot 100 evenementen opslaan, die eenmalig, dagelijks, wekelijks, maandelijks of jaarlijks plaatsvinden. Elk item kan maximaal 50 tekens en een herinneringsalarm bevatten. De evenementen kunnen per dag, per week of per maand worden bekeken en kunnen via de Infraroodpoort of per SMS worden verzonden.
Een evenement invoeren
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Agenda.
Kies Kalender. Er wordt een maandelijks of dagelijks overzicht weergegeven. (Het dagelijks
3
overzicht wordt weergegeven als het gaat om een evenement van de huidige dag.)
4 Kies Opties. 5 Kies Nieuw evenement.
Er wordt een nieuwe evenementenkaart weergegeven met de volgende velden: Titel (maximaal 10 tekens), Beschrijving (maximaal 50 tekens), Begindatum en -tijd, Einddatum en
-tijd, Alarm, Locatie, Herhaling.
6
Voer de gegevens in waarom wordt gevraagd of selecteer deze. Bevestig elke invoer door op OK te drukken.
7 Kies Opslaan om de gegevensopslag te bevestigen.
De vermeldingen van vandaag bekijken
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Agenda. 3 Kies Kalender. 4 Kies Opties. 5
Kies
Bekijken...
bekijken of kies
en vervolgens
Dagoverzicht
Vandaag
om de vermeldingen van de gekozen dag te bekijken.
om de vermeldingen van vandaag te
In het overzicht Vandaag wordt elk evenement op één regel als volgt weergegeven: een grafische afbeelding ( ) als een alarm is ingesteld, de begintijd van het evenement, het eerste deel van de titel van het evenement. Rode evenementen geven aan dat er een conflict bestaat tussen twee of meer evenementen. De volgende acties zijn beschikbaar:
ACTIES DOEL
Omlaag naar het volgende evenement of terug naar het eerste. Omhoog naar het vorige evenement of verder naar het laatste. Naar de vorige dag. Naar de volgende dag.
Bureauhulp
14-
Er is een lijst Opt ies beschikbaar. Hiermee kunt u de huidige instelling van
nieuw evenement creëren SMS, exporteren...
, en één
of een
evenement wijzigen, verzenden via... de infraroodpoort
evenement wissen
of
alle evenementen wissen
Bekijken...
.
wijzigen,
een
en
Een weekoverzicht bekijken
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Agenda. 3 Kies Kalender. 4 Kies Opties. 5 Kies Bekijken... en vervolgens Weekweergave.
De evenementen van de week staan in chronologische volgorde. Elk evenement wordt weergegeven in de vorm van een balk. De lengte van deze balk is afhankelijk van de duur van het evenement. De rode kleur geeft conflicten weer tussen evenementen. Paars geeft aan of er al dan niet een alarm is geactiveerd. De volgende acties zijn beschikbaar:
ACTIES DOEL
Omlaag naar het volgende tijdsinterval.
Omhoog naar het vorige tijdsinterval. (kort indrukken) Naar de vorige dag. (lang indrukken) Naar de vorige week. (kort indrukken) Naar de volgende dag. (lang indrukken) Naar de volgende week.
Er is een lijst Opties beschikbaar. Hiermee kunt u de huidige instelling van Bekijken... wijzigen,
evenement creëren, de evenementen in een bepaalde periode exporteren/alle
een
evenementen exporteren of alle evenementen wissen.
Een maandoverzicht bekijken
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Agenda. 3 Kies Kalender. 4 Kies Opties. 5 Kies Bekijken... en vervolgens Maandoverzicht.
De hele maand wordt weergegeven. Als de huidige maand is geselecteerd, wordt de datum van vandaag weergegeven in een andere kleur. Met kleuren worden de dagen (en een ingeschakeld alarm) van de opgeslagen evenementen aangegeven. De volgende acties zijn beschikbaar:
ACTIES DOEL
Omlaag binnen het huidige overzicht.
Omhoog binnen het huidige overzicht. (kort indrukken) Naar de vorige dag. (lang indrukken) Naar de vorige maand. (kort indrukken) Naar de volgende dag. (lang indrukken) Naar de volgende maand.
Er is een lijst met opties beschikbaar. Hiermee kunt u de huidige instelling van
Bekijken... bepaalde periode/Alle evenementen exporteren... of alle evenementen wissen.
, wijzigen, een evenement creëren, de evenementen in een
Bureauhulp
15-
Takenlijst
Met deze functie kunt u maximaal 100 taken opslaan die moeten worden uitgevoerd, gepland met een begin- en einddatum, en met of zonder herinneringsalarm.
Een nieuwe taak invoeren
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Agenda. 3 Kies Takenlijst. 4 Kies Nieuwe taak en voer de gevraagde informatie in.
Er wordt een lege takenkaart weergegeven met de volgende velden: Titel (maximaal 10 tekens), Beschrijving (maximaal 50 tekens), Begindatum, Vervaldatum, en een Alarm dat kan worden geactiveerd op het door u ingestelde tijdstip.
Voer de gegevens in waarom wordt gevraagd of selecteer deze. Bevestig elke invoer door op
5
OK te drukken.
6 Kies Opslaan om de gegevensopslag te bevestigen.
Een takenlijst weergeven
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Agenda. 3 Kies Takenlijst. 4 Kies Huidige taken of Verlopen taken.
De taken worden in chronologische volgorde in een lijst weergegeven. Als er een alarm is ingesteld voor een taak, verschijnt op het scherm. Er is een lijst Opties beschikbaar. Hiermee kunt u een Nieuwe taak creëren, de huidige taak
wijzigen, een taak Verzenden via... Infraroodpoort of SMS, de Taken in periode of Alle taken Exporteren, de geselecteerde taak verwijderen met Wis taak of alle taken verwijderen met Wis alles: periode.
Een evenement/taak verzenden
Met de optie Verzenden via… kunt u het geselecteerde bestand verzenden via de infraroodpoort, SMS of e-mail.
1 Druk op Opties (vanuit de dag-, week- of maandweergave). Scroll naar beneden en kies
Verzenden via...
2 Kies
Infraroodpoort, SMS of E-mail
(indien beschikbaar) en ga dan zoals gebruikelijk te werk.
Een evenement/taak exporteren
Met de optie Exporteren... kunt u een bestand maken teneinde evenementen of taken uit te wisselen met een ander apparaat zoals een PC of een andere mobiel. Dat bestand kan alle evenementen of taken bevatten die zijn opgeslagen in de kalender of de takenlijst (kies Alle
evenementen/taken) of gedurende een tijdsinterval (kies Evenem./Taken in periode).
1 Druk op 2 Kies Alle evenementen/taken of kies Evenem./Taken in periode en bepaal vervolgens het
3 Het geëxporteerde bestand wordt opgeslagen in de map Overige van het menu Fun &
Opties
(vanuit de dag-, week- of maandweergave). Scroll omlaag en kies
tijdsinterval (Tussen / En) en kies Export.
Media box. Het bestand kan dan worden verzonden naar een ander toestel (zie ‘Overige’,
pagina 68).
1. De geëxporteerde Kalender- of Takenlijstmelding wordt opgeslagen als een .vcs-bestand.
2. Er verschijnt een bevestigingsvenster zodra de taak of het evenement na ar de map Overige is geëxporteerd. U kunt de taak of het evenement vervolgens direct verzenden met de optie Verzenden via…
Exporteren...
Alarmbericht
Het alarmberichtscherm wordt weergegeven op de eindtijd van het evenement of de taak waarop het betrekking heeft. Als het alarm niet wordt bevestigd, stopt het alarm na 60 seconden. Na een snoozetijd begint het alarm automatisch opnieuw totdat het wordt gestopt of tot de begin-/einddatum en -tijd van het evenement of de taak. Als de telefoon op het moment van het alarm is uitgeschakeld, wordt het toestel automatisch ingeschakeld. Als de telefoon is vergrendeld of als de PIN-instelling is ingeschakeld, wordt de telefoon na het alarm opnieuw vergrendeld totdat u de telefoon weer gebruikt.
1 Druk op Bevest. om het alarm te beantwoorden of druk op Snooze om het alarm na de
snooze-periode te laten herhalen.
De functie Snooze kan niet bij een taakalarm worden gebruikt.
Bureauhulp
16-
Geheugengebruik
Met deze functie geeft u het aantal in de Agenda geregistreerde evenementen en taken weer. De volgende acties zijn beschikbaar in het menu Opties:
ACTIES DOEL
Wis evenementen Om de evenementen van de bepaalde periode te wissen. Wis taken Om de taken van de bepaalde periode te wissen. Wis alle
evenementen
Om alle in de Kalender opgeslagen evenementen te wissen.
Wis alle taken Om alle in de Agenda opgeslagen taken te wissen.
Rekenmachine
Met deze voorziening kunt u eenvoudige berekeningen uitvoeren met de functies + (plus), ­(min), * (vermenigvuldigen), / (delen) en % (percentage). Als de functie voor het omzetten van wisselkoersen is geïnitialiseerd, kunnen getallen tijdens berekeningen worden omgerekend.
Om de rekenmachine te gebruiken
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Rekenmachine.
U kunt nu eenvoudige berekeningen uitvoeren met de telefoon.
Gebruik de toetsen tot en met om cijfers in te voeren. Druk op de multi-tap (zie ‘Tekst invoeren / Modus bewerken’, pagina 22 voor meer informatie over de methode Multi-tap voor tekstinvoer) voor de symbolen +, -, * en /. Gebruik de multitap om decimaaltekens of % in te voeren. Druk op de toets [Wis] als u de invoer tijdens de berekening wilt corrigeren. Druk op = om de uitkomst van de berekening weer te geven.
Voorbeeld 144 x 12 = 1728
Als u in het voorgaande voorbeeld nogmaals op = drukt, wordt 1728 x 12 = 20736 berekend. Druk op de toets [Wis] om de uitkomst te wissen.
De functie % kan alleen worden gebruikt (ingevoerd) als de laatste operator in een berekening. Bijvoorbeeld 250 - 10% = 225
De telefoon bevat ook een ingebouwde functie voor het omrekenen van wisselkoersen. Zie Wisselkoers omzetten verderop.
Voorbeeld Gebruik van de valutaconverter £ -:
1. Dit voorbeeld is gebaseerd op de volgende wisselkoers: 1 = £0.61871
2. U kunt de valutaconver terfunctie openen vanuit de submenu’s Rekenmachine en Wisselkoers omzetten.
toetsen scherm
144
Druk 3x op *
12
= 1728
154 + 3 = £ 97.1374
toetsen scherm Kies Munt.
95.2813
+
1.8561
= 97.1374
Bureauhulp
17-
Wisselkoers omzetten
Met deze functie kunt u valuta omrekenen. De valuta’s en wisselkoersen moeten vóór gebruik worden ingevoerd. De omrekening gebeurt op basis van de wisselkoers per eenheid van de tweede gekozen valuta.
Valuta's en wisselkoers selecteren
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Wisselkoers omzetten. 3 Kies Instellingen. 4 Voer de naam van de eerste valuta in (b.v. euro). Druk op OK.
Voer de naam van de tweede valuta in (b.v. dollar). Druk op OK. Voer de wisselkoers in. U kunt met een decimaalteken invoeren.
5 Druk op OK om de invoer te bevestigen. Druk op Opslaan om de gegevensopslag te
bevestigen.
De conversie tussen de gekozen valuta’s uitvoeren
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Wisselkoers omzetten. 3 Kies één van de eerste twee opties. 4 Voer het om te zetten bedrag in. Druk zo nodig op om een decimaalteken te plaatsen. 5 Druk op OK. Het omgezette bedrag en de wisselkoersinformatie worden weergegeven.
Wekker
Met deze functie kunt u drie alarmklokken instellen. Deze alarmen kunnen worden ingesteld op verschillende tijden en kunnen eenmalig, dagelijks of op geselecteerde dagen afgaan.
Alarmen instellen
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Wekker. 3 Kies Alarmklok 1, Alarmklok 2 of Alarmklok 3. Kies Aan en voer het tijdstip voor het alarm
in of druk op OK om de weergegeven tijd te bevestigen. Kies Herhaling (Alarmklok 1, 2 of 3, afhankelijk van het alarm dat u hebt ingesteld). Kies
Eenmalig (het alarm gaat één keer af), Dagelijks (het alarm gaat elke dag op dezelfde tijd
af) of Weekdagen om de gewenste dag(en) te kiezen door op OK te drukken, Bevest. te kiezen en terug te keren naar het scherm Wekker. Wanneer u weer in het standby-scherm komt, verschijnt .
Als de telefoon op het moment van het alarm is uitgeschakeld, wordt het toestel automatisch ingeschakeld. Als de telefoon is vergrendeld of als de PIN-instelling is ingeschakeld, wordt de telefoon na het alarm opnieuw vergrendeld totdat u de telefoon weer gebruikt. Als het alarm is uitgezet maar niet bevestigd nadat het de derde (en laatste) keer is afgegaan, blijven de alarmindicatoren gedurende 15 minuten op het scherm staan (daarna wordt het alarm teruggezet in de vorige toestand ‘aan’ of ‘uit’).
1. Als er op het tijdstip van het alarm een gesprek wordt gevoerd, klinkt de pieptoon 'In gesprek' en wordt er om de 3 minuten een zichtbaar alarmsignaa l weergegeven. Bevestig of beantwoord het alarm op de gebruikelijke wijze.
2. Als er diverse alarmen op dezelfde datum zijn ingesteld, gaat de alarmtoon slechts één keer af. Elke actie op de mobiele telefoon om de alarmtoon te beantwoorden, wordt op alle alarmen toegepast.
Het alarm gebruiken als een herinnering of snooze-alarm
1 Druk op Stil of elke andere willekeurige toets (behalve Bevest. en OK) om het alarm uit te
schakelen. Het alarmpictogram blijft op het scherm staan en het alarm gaat 3 minuten later opnieuw af. Of druk op Bevest. of OK om het alarm te beantwoorden en het alarmklokproces te stoppen.
Het alarm uitschakelen
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp.
2 Kies Wekker. 3 Kies Uit.
Bureauhulp
18-
Infraroodpoort
Via de infraroodpoort kunt u gegevens uitwisselen tussen de mobiele telefoon en andere apparaten (als die zijn voorzien van een infraroodpoort). U kunt via de infraroodpoort bestanden, zoals video's en afbeeldingen voor het standby-scherm (zie ‘Afbeeldingen’, pagina 58), downloaden of verzenden, naamkaarten verzenden of ontvangen,... U kunt de bestanden verzenden via de infraroodpoort vanuit diverse menu's of submenu's (bijvoorbeeld door Opties te kiezen na het maken van een foto, en vervolgens Verzenden via… Infraroodpoort te selecteren). Voordat u poorten opent en de gegevensoverdracht via de infraroodpoort kan worden gestart, moet u de telefoon tegenover de andere infraroodpoort plaatsen. Beide poorten kunnen dan worden geopend en gesynchroniseerd. De gevraagde overdracht kan plaatsvinden. Bestanden (zoals naamkaarten) worden een voor een overgedragen.
De infraroodpoort openen
1 Plaats de mobiele telefoon tegenover de infraroodpoort van het andere apparaat. 2 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Bureauhulp. 3 Kies Infraroodpoort. De infraroodpoort wordt geopend en de mobiele telefoon detecteert
automatisch de status van de andere infraroodpoort.
1. Als de infraroodpoort al is geopend, wordt deze gesloten als u het item Infraroodpoort selecteert.
2. De infraroodpoort kan niet in de camera- en videoapplicaties worden gebruikt. Als u de camera- of videoapplicatie opent, wordt de infraroodpoort automatisch gesloten.
Een naamkaart overdragen via de infraroodpoort
U kunt een naamkaart overdragen via de infraroodpoort.
1 Plaats de mobiele telefoon tegenover de infraroodpoort van het andere apparaat. 2 Open de infraroodpoort van het andere apparaat. 3 Selecteer de kaart die u wilt overdragen, zoals wordt beschreven in de paragraaf ‘Nummers
uit het telefoonboek bekijken en bellen’, pagina 37.
4 Kies Opties. Kies Verzenden via... Infraroodpoort.
De infraroodpoort wordt geopend en de overdracht wordt uitgevoerd.
De mobiel gebruiken als een modem
U kunt de mobiele telefoon gebruiken als een modem voor andere apparaten (PC, PDA,...) via de infraroodpoort (op beide toestellen) of via een PC-kabel. Om een verbinding tot stand te brengen dient er eerst een standaard modem driver te worden geïnstalleerd in het andere apparaat:
1 Installeer de PC-kabel of open de infraroodpoort van de PC of PDA. 2 Installeer de modem driver. 3 Stel de PC in volgens de instructies van de modem driver.
Voer de volgende parameters in:
- Doorstroombesturing: Hardware
- Data Bits: 8
- Pariteit: Geen pariteit
- Stopbit: 1 stopbit
- Snelheid: 921600b/s
1. Het is mogelijk dat de PC-kabel niet bij uw mobiel wordt meegeleverd. Neem contact op met uw dealer voor een M430i compatibele PC-kabel.
2. De compatibiliteit tussen de GPRS- en i-mode functies is afhankelijk van de operator.
Uw mobiel:
1 Sluit de PC-kabel aan. Raadpleeg het boekje ‘Aan de slag met uw M430i'.
of:
1 Open de Infraroodpoort van uw mobiel.
Als uw mobiel in de modem-modus staat (zie ‘Modus’, pagina 95), worden alle inkomende oproepen geweigerd. Als uw mobiel niet in de mo dem-modus staat, kan uw Internet-verbinding worden onderbroken door de inkomende oproepen.
Wanneer beide apparaten klaar zijn, kan de Internet-verbinding tot stand worden gebracht (daarvoor hoeft u niets te doen met uw mobiel).
Bureauhulp
19-
BERICHTEN/TEKSTBEWERKING
I
n deze paragraaf wordt de inhoud van het menu Berichten beschreven en wordt
gedetailleerde informatie over de Short Message Service (SMS) gegeven. Via uw mobiel kunt u andere berichtentypen verzenden en ontvangen. Met SMS (Short Message Service) kunt u tekstberichten verzenden naar of ontvangen van andere mobiele telefoons. U kunt SMS-berichten opslaan, wijzigen en doorsturen alsmede telefoonnummers, e-mailadressen en webadressen opslaan die in de berichten staan. Deze SMS-berichten worden opgeslagen in het telefoongeheugen. Ze kunnen ook op de SIM-kaart worden opgeslagen als ze
Om het menu Berichten te openen houdt u de functietoets [Mail] vanuit het standby-scherm ingedrukt. In dit hoofdstuk komen voornamelijk de berichttypen SMS en Cell Broadcast aan bod. Zie de paragraaf over i-mode (pagina 74) voor meer informatie over e-mail en MMS.
door een serviceprovider worden verstuurd.
Inhoud van het menu Berichten
In het menu Berichten staan de drie berichttypen die op de mobiele telefoon beschikbaar zijn: SMS-, E-mail/MMS- en Cell Broadcast-berichten. Een van deze berichttypen selecteren:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS, E-mail/MMS of Cell Broadcast.
Rechts van het scherm wordt een nummer op de regels SMS en E-mail/MMS weergegeven. Dit is het nummer van de ontvangen berichten in de map Postvak In die nog niet zijn gelezen.
of
1 Houd in het inactieve scherm de linkerfunctietoets (onder Mail) ingedrukt. 2 Kies SMS, E-mail/MMS of Cell Broadcast.
Rechts van het scherm wordt een nummer op de regels SMS en E-mail/MMS weergegeven. Dit is het nummer van de ontvangen berichten in de map Postvak In die nog niet zijn gelezen.
Toegang tot het SMS-menu
U kunt het SMS-menu op drie manieren openen. In dit hoofdstuk wordt het submenu SMS en de functies beschreven die via de toets [Menu/T9] toegankelijk zijn, maar u kunt dit submenu ook op een van de volgende manieren openen.
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS.
of
1 Houd in het inactieve scherm de linkerfunctietoets (onder Mail) ingedrukt. 2 Kies SMS.
of
1 Druk in het inactieve scherm op de rechterfunctietoets (onder i-mode). 2 Kies SMS of druk op .
Een ontvangen SMS-bericht lezen
Als u een SMS-bericht ontvangt, hoort u een pieptoon of melodie en wordt weergegeven in het standby-scherm. Het bericht wordt automatisch opgeslagen in de telefoon of op de SIM­kaart. Een knipperen de geeft aan dat de SIM-kaart of het telefoongeheugen vol is en er geen berichten meer kunnen worden opgeslagen. Wis berichten zodat nieuwe berichten kunnen worden opgeslagen.
1 Druk op Lezen om de nieuwe berichten te lezen (alleen vanuit het standby-scherm). 2
Druk op Opties en kies vervolgens Bekijken, Antwoord, Antwoord (+ tekst), Wissen, Wis
alles, Doorsturen, E-mail versturen,
de nummer(s) in de SMS-koptekst of -tekst op te slaan of te bellen, of het e-mail- of webadres uit het bericht op te slaan. Alle berichttekens die worden weergegeven tussen «», kunnen in het geheugen van de mobiele telefoon worden opgeslagen.).
1. Afhankelijk van het geselecteerde item kan er een andere lijst met opties beschikbaar zijn, zodat u kunt verdergaan.
2. Wanneer u een melodie selecteert als signaal voor nieuwe SMS-berichten (zie ‘Beltonen’, pagina 61), drukt u op de toets [OK] om de ontvangst van het nieuwe SMS-bericht te bevestigen en de melodie te stoppen.
Verplaatsen naar SIM of Nummers en adres. (om
Berichten/Tekstbewerking
20-
Opgeslagen SMS-berichten lezen
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. Of druk op de functietoets Mail. 2 Kies SMS. 3 Kies Postvak In of SIM-mappen. Kies vervolgens Ontvangen berichten om de lijst met
berichten weer te geven. Gebruik de pijltjestoetsen om omhoog of omlaag te scrollen naar het bericht dat u wilt lezen.
4 Kies OK of Opties/Bekijken om het bericht te lezen.
Ongelezen berichten worden aangeduid met het pictogram en vetgedrukte tekst. Reeds gelezen berichten worden aangeduid met .
Berichten verplaatsen naar SIM
U kunt een bericht vanuit het postvak In of het postvak Uit naar het SIM-geheugen verplaatsen. Het is echter mogelijk dat het bericht, afhankelijk van de omvang, wordt afgekort (alleen de eerste 160 tekens worden naar het SIM-geheugen verplaatst). Wanneer u het bericht naar het SIM-geheugen verplaatst, gaan de verzenddatum (voor verzonden berichten) en de 'Ook zenden naar'-geadresseerden verloren. Om een bericht naar het SIM-geheugen te verplaatsen:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Postvak In of Postvak Uit. 4 Kies het bericht dat u wilt verplaatsen en kies Opties. 5 Kies Verplaatsen naar SIM.
Berichten doorsturen
U kunt een ontvangen bericht doorsturen naar andere personen/nummers:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Postvak In of SIM-mappen/Ontvangen berichten. 4 Kies het bericht dat u wilt doorsturen en kies Opties. 5 Kies Doorsturen. 6 Druk op OK. Kies het veld Zenden naar en selecteer een van de namen of kies in het
telefoonboek Opties en Nieuw of Andere map als u het bericht naar een ander mobiel nummer wilt verzenden. Druk op OK ter bevestiging.
7 Typ in het veld Bericht de berichttekst (zie ‘Tekst invoeren / Modus bewerken’, pagina 22) of
selecteer een van de sjablonen (Standaard berichten) en druk op OK.
8 Als u het bericht naar verschillende geadresseerden wilt verzenden, typ één of meer
telefoonnummers/namen in de lijst Ook zenden naar (maximaal 4 extra geadresseerden) en druk op OK en vervolgens op Bevest. om terug te gaan naar het vorige scherm.
9 Kies Opties. 10 Kies Zend, Opslaan en verzenden of Bewaar. 11 Er wordt aangegeven hoeveel SMS-berichten er nodig zijn om het bericht te verzenden als
het bericht langer is dan één bericht. Kies Verder als u het bericht wilt verzenden of kies
Annul. als u het niet wilt verzenden of als u het bericht wilt wijzigen.
Geluidssignalen activeren of deactiveren
Wanneer u een nieuw SMS-bericht ontvangt, hoort u een geluidssignaal. Om dit signaal te activeren of te deactiveren:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Instellingen. 4 Kies Melding ontvangst. Selecteer Aan of Uit.
U kunt de waarschuwingstoon voor berichten aanpassen (zie ‘Beltonen’, pagina 61).
Berichten/Tekstbewerking
21-
Voorbereiding van uw telefoon voor verzending van SMS-berichten
Voordat u het eerste SMS-bericht kunt verzenden of als u een nieuw profiel wenst te registreren, moet u het nummer van het SMS-centrum van het netwerk opslaan (verkrijgbaar bij uw serviceprovider):
VELDEN OMSCHRIJVING STANDAARDIN
Naam Hierin moet de profielnaam worden ingevoerd. Profiel1 Berichtencentrum Hierin moet het nummer van het centrum worden
Formaat Hierin moet het formaat van het bericht worden ingesteld:
Geldigheidsduur De tijd die het berich t in het berichtencentrum blijft voordat
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Instellingen. 4 Kies Profiel wordt verzond. 5 Typ het nummer van het berichtencentrum of selecteer een sjabloon (als er meerdere
beschikbaar zijn) en vul de volgende velden in (per operator verschillend).
Het is mogelijk dat u uw verzendpr ofiel niet mag wijzigen (formaat en geldigheidsduur). Neem contact op met uw serviceprovider voor meer informatie.
6 Kies Opslaan ter bevestiging.
Als het nummer van het SMS-centrum al beschikbaar is op de SIM-kaart, wordt het automatisch weergegeven. Als u een verzendprofiel voor uw bericht wilt kiezen:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Instellingen. 4 Kies Profiel wordt verzond. en kies het gewenste profiel. Kies Opties. 5 Selecteer Kies.
ingevoerd.
tekst, spraak, fax of paging.
het wordt afgeleverd.
STELLING
Leeg
Tekst
Maximum
Tekst invoeren / Modus bewerken
Alle instellingen die in dit gedeelte worden beschreven, worden vanuit het bewerkingsscherm ingesteld.
Van de ene modus naar de andere modus overschakelen:
1 Kies Opties. 2 Kies Kleine letters als u momenteel tekst in hoofdletters invoert of kies Hoofdletters als u
Er zijn drie invoermodi voor het invoeren van tekst of afbeeldingen: De methode Multi-tap (of Multipress), de snellere intuïtieve tekstinvoermethode T9 en de cijfermodus (voor het invoeren van getallen).
Een invoermodus selecteren:
1 Druk op de toets [Menu/T9] om naar een andere modus over te schakelen (T9 naar Multi-
Voor sommige functies (bijvoorbeeld namen in het adresboek opslaan, SMS­berichten en e-mail schrijven, Bureauhulp, Instellingen) moet u weten hoe u tekst invoert en bewerkt in het scherm, speciale tekens of e-mailpictogrammen invoegt, tekst kopieert en plakt, enzovoort.
U kunt kiezen uit vier bewerkingsmodi: Deze modi wordt aan de linkerkant van het scherm weergegeven door (kleine letters), (hoofdletters), (beginhoofdletter - het eerste getypte teken is een hoofdletter en de volgende zijn kleine letters) en (cijfers). Tekst, afbeeldingen en alfabetische tekens kunnen dan rechtstreeks via het toetsenblok worden ingevoerd of gewijzigd.
momenteel tekst in kleine letters invoert.
Als u tekst in kleine letters in de T9-modus of de modus Multi-tap invoert, wordt de modus “Wijziging volgende letter” wanneer nodi g automatisch inge steld, afhankelijk van de context (bijvoorbeeld na een punt of na een vraagteken of uitroepteken gevolgd door een spatie).
tap/Multi-tap naar T9).
Berichten/Tekstbewerking
22-
of:
1 Kies Opties. 2 Kies Invoermodus. 3 Kies T9, ABC of 123.
Als de T9-modus actief is, wordt boven aan het scherm weergegeven. Als de modus Multi­tap actief is, wordt boven aan het scherm weergegeven.
De Multitap/Multipress-methode
Wanneer u kort op een toets drukt, verschijnt het eerste letterteken dat aan die toets gekoppeld is en worden de andere beschikbare tekens bovenaan op het scherm weergegeven. Hieronder volgt de lijst met beschikbare tekens (deze lijst is taalafhankelijk):
TOETS TEKEN
Om de cursor naar het begin of het einde van de tekst te verplaatsen.
Om tekst in te voeren, druk herhaaldelijk op de toets waarop het gewenste teken staat afgebeeld tot het op het scherm staat. Als u de afbeelding wilt invoeren die op de toets staat, houdt u de toets ingedrukt. Als u twee tekens van dezelfde toets nodig hebt, wacht enkele seconden nadat u het eerste teken hebt ingevoerd (totdat de toetstekens van het bovenste gedeelte van het scherm zijn verdwenen) of druk op de toets met pijl naar rechts voordat u nogmaals op de toets drukt. U corrigeert fouten door kort op de toets [Wis] te drukken. Als u de toets [Wis] lang ingedrukt houdt, wordt alle tekst gewist. Gebruik de toetsen met de pijl naar links of de pijl naar rechts om met de cursor door de tekst te gaan.
Methode Multi-tap
Voorbeeld Als u Card wilt typen:
Kleine letters Hoofdletters . : - , ' @ ? / _1 a b c 2 ä å A B C 2 Ä d e f 3 é D E F 3 É g h i 4 G H I 4 j k l 5 J K L 5 m n o 6 ö M N O 6 Ö p q r s 7 P Q R S 7 t u v 8 ü T U V 8 Ü w x y z 9 W X Y Z 9 0 0 Om te schakelen tussen de bewerkingsmodi abc, ABC en 123. Kort indrukken: om een spatie in te voeren. Lang indrukken: om toegang te krijgen tot speciale tekens. Kort indrukken: om de cursor één positie naar links of rechts in de tekst te verplaatsen. Lang indrukken: om de cursor naar het begin of het einde van de tekst te verplaatsen.
Om te schakelen tussen de Multi-tap/Multipress-methode en T9-tekstinvoer.
Druk op de toets [Menu/T9] en kies Berichten. Kies SMS. Kies Schrijf nieuw. Vul het veld Zenden naar in (zie ‘Een nieuw SMS-bericht verzenden’, pagina
26). Druk in het veld Bericht op de toets [Menu/T9] totdat wordt weergegeven, of kies Opties, Invoermodus en Multi-tap. Druk driemaal kort op en C verschijnt op het scherm. Druk eenmaal op en a verschijnt op het scherm. Druk driemaal op en r verschijnt op het scherm. Druk eenmaal op en d wordt weergegeven. Nu wordt het woord weergegeven.
Card
Berichten/Tekstbewerking
23-
De T9-methode
Door eenmaal op de toets [Menu/T9] te drukken kunt u schakelen tussen de T9­tekstinvoermethode en de methode Multi-tap
1 Druk eenmaal op de toets waarop de gewenste letter staat (het gewenste teken wordt
mogelijk niet meteen weergegeven).
2
Het actieve woord verandert terwijl u typt. Typ alle tekens van het woord tot aan het einde van het woord.
3 Als het juiste woord niet wordt weergegeven wanneer alle tekens zijn ingevoerd, druk dan op
tot het juiste woord verschijnt.
4 Als het gewenste woord niet met het weergegeven woord overeenkomt, drukt u op de toets
[Menu/T9] om over te schakelen naar Multi-tap en voert u de juiste letters in.
5 Gebruik de toets met de pijl [naar links] of [naar rechts] om de cursor in de tekst neer te
zetten waar u tekens wilt invoegen of waar u tekens wilt wissen.
Voorbeeld Het woord Card typen:
Druk op de toets [Menu/T9] en kies Berichten.
.
Kies SMS. Kies Schrijf nieuw . Vul het veld Zenden naar in (zie ‘Een nieuw SMS-bericht verzenden’, pagina
26). Druk in het veld Bericht op de toets [Menu/T9] totdat wordt weergegeven, of kies Opties, Invoermodus en T9. Druk op . De letter A verschijnt op het scherm. Druk op . De letters Ca verschijnen op het scherm. Druk op en Bar wordt weergegeven op het scherm. Druk op en Aard wordt weergegeven op het scherm. Als het weergegeven woord niet het gewenste woord is, drukt u net zo vaak op totdat het woord Card verschijnt.
Om een tekstsymb ool, zoals :) of :-) in te voegen, druk twee of dr ie keer op . Druk op totdat het symbool verandert in :( of :-( enz.
Speciale tekens, i-modefoto's of tekst invoegen
U kunt speciale tekens, i-modepictogrammen (foto's), standaard berichten, enzovoort in de bewerkingsmodus invoegen. Onderstaande elementen zijn voorbeelden en kunnen per bewerkingscontext verschillen.
Speciale tekens invoegen:
1 Kies Opties en vervolgens Invoegen. 2 Kies Speciale tekens.
Scroll naar boven, beneden, links of rechts en druk op OK om het gewenste speciale teken te selecteren.
of:
1
Druk op de toets en houd deze ingedrukt om de lijst met speciale tekens te openen.
2 Scroll naar boven, beneden, links of rechts en druk op OK om het gewenste
speciale teken te selecteren.
Het symbool wordt niet in alle modi weergegeven. Hiermee kunt u naar de volgende regel gaan.
i-modefoto's invoegen:
1 Kies Opties. 2 Kies Invoegen. 3 Kies i-mode. Scroll naar boven, beneden, links of rechts en selecteer het gewenste
pictogram. Druk op OK om uw keuze te bevestigen. U kunt deze pictogrammen op een van de zes pictogrampagina's kiezen (u gaat naar de volgende pagina door naar beneden te scrollen).
Deze optie is alleen beschikbaar in de bewerkingsmodi E-mail en MMS.
Berichten/Tekstbewerking
24-
Een standaard bericht invoegen:
1 Kies Opties. 2 Kies Invoegen. 3 Kies Kladtekst. Selecteer een standaard bericht in de lijst.
Zie ‘Een standaardtekst maken’, pagina 26 voor meer informatie over deze functie.
Deze optie is alleen beschikbaar in de modus voor het schrijven van berichten (de optie is niet beschikbaar in de modus 123, tijdens h et schrijven van bijvoorbeeld een e-mailadres, enzovoort).
Tekst kopiëren en plakken
U kunt tekst of een deel van de tekst in een andere bewerkingscontext (of in de bronbewerkingscontext) plakken. De gekopieerde tekst blijft in het geheugen van de mobiele telefoon staan, totdat de mobiele telefoon wordt uitgeschakeld of er iets anders wordt gekopieerd. U kunt de tekst zo vaak plakken als u wilt.
Een deel van de tekst kopiëren
1 Kies vanuit een bewerkingsscherm (bijvoorbeeld tijdens het schrijven van een e-mail, MMS,
SMS of telefoonboekkaart) de optie Opties.
2 Kies Kopiëren (u kunt deze optie ook kiezen vanuit het bewerkingsscherm door op de
zijtoets [Omhoog] te drukken).
3 Scroll naar rechts of links (met de pijltoetsen ([naar rechts]/[naar links] of de zijtoetsen
Omhoog/Omlaag) om het deel van de tekst te selecteren dat u wilt kopiëren (de geselecteerde tekst wordt blauw). Kies Kopiëren, druk op OK of op de zijtoets [Omhoog]. De geselecteerde tekst wordt naar het geheugen van de mobiele telefoon gekopieerd.
1. De optie Kopiëren is niet beschikba ar in de modus 123. U kunt deze optie wel in een alfanumerieke bewerkingscontext gebruiken in de modus 123.
2. De optie Alles kopiëren is alleen in de modus 123 beschikbaar. Het volledige weergegeven nummer wordt gekopieerd.
De hele tekst kopiëren
1 Kies vanuit een bewerkingsscherm (bijvoorbeeld tijdens het schrijven van een e-mail, MMS,
SMS of telefoonboekkaart) de optie Opties.
2 Kies Alles kopiëren.
De hele inhoud van het bewerkingsscherm wordt naar het geheugen van de mobiele telefoon gekopieerd.
of:
1 Druk vanuit een bewerkingsscherm (bijvoorbeeld tijdens het schrijven van een e-mail, MMS,
SMS of telefoonboekkaart) op de zijtoets [Omhoog] en houd deze ingedrukt. De hele inhoud van het bewerkingsscherm wordt naar het geheugen van de mobiele telefoon gekopieerd.
De gekopieerde tekst plakken
1 Ga vanuit een bewerkingsscherm (bijvoorbeeld tijdens het schrijven van een e-mail, MMS,
SMS of telefoonboekkaart) met de cursor naar de gewenste locatie. Kies Opties.
2 Kies Plakken. De gekopieerde tekst wordt geplakt.
of:
1 Ga vanuit een bewerkingsscherm (bijvoorbeeld tijdens het schrijven van een e-mail, MMS, SMS
of telefoonboekkaart) met de cursor naar de gewenste locatie en druk op de zijtoets [Omlaag].
1. Als de gekopiee rde tekst te lang is voor de beschikbare ruimte in de doelmodus ( bijvoorbeeld voor de maximumlengte van SMS), wordt niet de volledige tekst geplakt.
2. U kunt gekopieerde tekst niet plakken als de tekens niet worden ondersteund in de bewerkingscontext waarin de tekens worden geplakt (bijvoorbeeld alfanumerieke tekst in een numerieke bewerkingscontext, zoals een telefoonnummer, of een i-modefoto met tekst in een SMS-scherm).
Een bewerkingstaal selecteren
U kunt een andere bewerkingstaal kiezen dan de taal die is ingesteld op de mobiele telefoon. Als u een andere taal kiest, zijn de vereiste tekensets beschikbaar wanneer u het toetsenblok gebruikt. Ook de functie T9 kan beschikbaar zijn. Een bewerkingstaal kiezen:
1 Kies vanuit een bewerkingsscherm (bijvoorbeeld tijdens het schrijven van een e-mail, MMS,
SMS of telefoonboekkaart) de optie Opties.
2 Kies T9 Taalkeuze. Er wordt een lijst met de beschikbare talen weergegeven. 3 Druk op OK om de gewenste taal te selecteren en terug te keren naar het
bewerkingsscherm.
De modus T9 is niet in alle talen beschikbaar.
Berichten/Tekstbewerking
25-
Tips en gebruik
TOETS HANDELING
Kort indrukken: om te schakelen van de modus (T9 of Multi-tap) naar abc, ABC of 123. Lang indrukken: om een hoofdletter in te voegen tijdens het schrijven in kleine letters. Alleen de eerste getypte letter is een hoofdletter, alle volgende letters worden weer in kleine letters ingevoerd (bijvoorbeeld om een achternaam te schrijven). Om te schakelen tussen de Multi-tap/Multipress-methode en T9-tekstinvoer.
Wissen of een spatie teruggaan. Kort indrukken: om een spatie in te voeren.
Lang indrukken: om toegang te krijgen tot speciale tekens. Een ander overeenstemmend woord. Slimme interpunctie.
Kort indrukken: om de cursor naar het begin of het einde van een woord te
verplaatsen. Lang indrukken: om de cursor naar het begin of het einde van de tekst te verplaatsen.
Om de cursor naar het begin of het einde van de tekst te verplaatsen.
Een standaardtekst maken
U kunt verschillende berichten maken die u als model kunt gebruiken. De tekst kan uit maximaal 50 tekens bestaan en u kunt tekst invoegen als u de sjabloon wilt gebruiken. Deze sjablonen worden in het geheugen van de mobiele telefoon opgeslagen. Om standaardteksten te maken:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Standaard berichten. 4 Kies een lege sjabloon ([...]) en druk op OK. 5 Voer de sjabloontekst in en druk op OK.
Een standaardbericht bewerken
U kunt een standaard bericht bewerken:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Standaard berichten. 4 Selecteer het standaard bericht dat u wilt wijzigen, en druk op OK. 5 Bewerk de tekst en druk op OK.
Een nieuw SMS-bericht verzenden
U kunt berichtteksten van maximaal 918 tekens verzenden. De standaardgrootte van een SMS-bericht is 160 tekens (uw serviceprovider berekent de kosten op basis van het aantal SMS-berichten dat nodig is om het bericht te verzenden). Het pictogram (1 = aantal SMS­berichten - het verandert terwijl u het bericht schrijft en geeft het aantal SMS-berichten aan dat nodig is om het bericht te verzenden) wordt in de linkerhoek van het scherm weergegeven. Om een SMS-bericht te verzenden vanuit het menu:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Schrijf nieuw. 4 Kies het veld Zenden naar en selecteer een van de namen of kies in het telefoonboek
Opties en Nieuw of Andere map als u het bericht naar een ander mobiel nummer wilt
verzenden (voer het nummer rechtstreeks in). Druk op OK ter bevestiging.
5 Typ in het veld Bericht de berichttekst (zie ‘Tekst invoeren / Modus bewerken’, pagina 22) of
selecteer een van de voorbeelden (Standaard berichten ) en druk op OK.
Berichten/Tekstbewerking
26-
6 Als u het bericht naar verschillende geadresseerden wilt verzenden, typ één of meer
telefoonnummers/namen in de lijst Ook zenden naar (maximaal 4 extra geadresseerden) en druk op OK en vervolgens op Bevest. om terug te gaan naar het vorige scherm.
7 Kies Opties. 8 Kies Zend, Opslaan en verzenden of Bewaar. 9 Er wordt aangegeven hoeveel SMS-berichten er nodig zijn om het bericht te verzenden als
het bericht langer is dan één bericht. Kies Verde r als u het bericht wilt verzenden of kies
Annul. als u het niet wilt verzenden of als u het bericht wilt wijzigen.
Als u een automatische handtekening hebt opgeslagen, wordt het aantal gebruikte tekens automatisch toegevoegd aan de lengte van het be richt.
Om een SMS-bericht te verzenden vanuit het standby-scherm:
1 Druk op de toets met de pijl [naar links] om het telefoonboek te openen. Kies een van de
beschikbare namen of nummers.
2 Kies Opties. 3 Scroll naar beneden en kies Bericht verzenden... 4 Kies SMS en ga verder zoals hiervoor wordt beschreven.
of:
1
Druk op de toets en houd deze ingedrukt.
2 Kies SMS. 3 Kies Schrijf nieuw en ga vervolgens te werk zoals hiervoor wordt beschreven.
Handtekening
U kunt een handtekening opslaan die automatisch aan uw tekstberichten wordt toegevoegd. De handtekening wordt niet weergegeven wanneer u de berichttekst typt, maar verschijnt wel wanneer de geadresseerde het bericht ontvangt. De handtekening mag uit maximaal 30 tekens bestaan. Als de te verzenden tekst 918 tekens lang is, kan de handtekening niet worden toegevoegd. Om een handtekening op te slaan:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Instellingen. 4 Kies Handtekening. 5 Kies Invoegen in bericht. Kies Ja. 6 Kies Bericht en typ de tekst van uw handtekening. 7 Kies Opslaan om de handtekening op te slaan.
Verzonden berichten in het Postvak Uit en de SIM-mappen
In het Postvak Uit worden de verzonden berichten (zowel afgeleverde als niet-afgeleverde) opgeslagen. De SIM-mappen bevatten niet-verzonden kladberichten en opgeslagen verzonden berichten (bezorgd en niet-bezorgd). U kunt deze berichten selecteren in het menu van het postvak Uit of de SIM-mappen, en ze wijzigen en nogmaals verzenden als nieuwe SMS-berichten. Om één van deze berichten te selecteren:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Postvak Uit of kies SIM-mappen , kies vervolgens Verzonden berichten en gebruik
de toetsen met de pijl naar boven en de pijl naar beneden om naar het gewenste bericht te scrollen. Berichten zijn voorzien van de vermelding 'Verzonden' of 'Aan:'.
4
Druk op Opties en Bekijken, Wissen, Wis alles (alleen voor berichten in Postvak Uit),
Status (alleen voor verzonden berichten) naar SIM (alleen voor berichten in Postvak Uit), Verplaatsen naar telefoon (alleen voor
berichten in SIM-mappen), Nummers en adres. (om de nummers in de SMS-koptekst of ­tekst op te slaan of te bellen) of Details
Zend, E-mail versturen, Wijzig, Verplaatsen
.
Berichten/Tekstbewerking
27-
Kladberichten
In de map Concepten staan de berichten die niet zijn verzonden. U kunt deze berichten bewerken en/of verzenden. Om één van deze berichten te selecteren:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Concepten en gebruik de toetsen met de pijl naar boven en de pijl naar beneden om
naar het gewenste bericht te scrollen.
4
Druk op Opties en Bekijken, Wissen, Wis alles, Zend, E-mail versturen, Wijzig, Een
kopie bewerken, Verplaatsen naar SIM (alleen voor berichten in Postvak Uit), Nummers en adres. (om de nummers uit de SMS-koptekst of SMS-tekst op te slaan of te bellen) of Details
.
Statusverzoek
Als u de status opvraagt van een verzonden bericht, wordt een statusaanvraag verzonden naar het netwerk (als dit wordt ondersteund door het netwerk). Als de status van een afgeleverd bericht wordt opgevraagd, kunnen de datum en tijd van de levering worden weergegeven. Het netwerk antwoordt vervolgens door een statusrapport (SR) naar de telefoon te sturen. Druk op OK om dit te bevestigen.
Om het statusverzoek te activeren
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3
Kies Instellingen.
4 Kies Berichtconfiguratie. 5 Kies Status rapport en vervolgens Aan. 6 Kies Opslaan.
Om een antwoord te verzoeken
U kunt de geadresseerde verzoeken om een antwoord op uw bericht. Als u deze functie activeert, zullen de kosten van het antwoordbericht aan u in rekening worden gebracht. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van de operator.
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3
Kies Instellingen.
4 Kies Berichtconfiguratie. 5 Kies Antw. gevraagd en vervolgens Aan. 6 Kies Opslaan.
Om het verzonden bericht te lezen, te wissen of opnieuw te verzenden na ontvangst van de status:
1
Druk op Opties. Op het scherm verschijnen de opties Opnieuw versturen, Wis, Betreffend
bericht of Wis boodschap.
2 Kies de gewenste actie.
Geheugengebruik
U kunt de opslagstatus voor SMS-berichten opvragen. Om het aantal opgeslagen berichten alsook de totale beschikbare ruimte in het telefoongeheugen en op de SIM-kaart te bekijken:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies SMS. 3 Kies Geheugengebruik. Op het scherm verschijnt Gebruikt geheugen. Scroll omlaag naar
de SIM-mappen.
4 Kies Details voor meer informatie over de berichten die zijn opgeslagen in het
telefoongeheugen en op de SIM-kaart (gebruik de toetsen met de pijl naar boven en de pijl naar beneden om naar de
gewenste informatie te scrollen).
Berichten/Tekstbewerking
28-
Broadcast - cell broadcastberichten (CB)
Cell-broadcastberichten worden door de netwerken naar GSM-gebruikers gestuurd en bevatten bijvoorbeeld algemene informatie over netnummers, weerberichten, verkeersinformatie, enzovoort. Elk berichttype heeft een nummer zodat u kunt kiezen welk type informatie u wilt ontvangen. Er kunnen maximaal 5 verschillende berichttypen in de keuzelijst worden geprogrammeerd. In de telefoon zijn 16 standaard berichttypes voorgeprogrammeerd waaruit u kunt kiezen. Er kunnen nieuwe berichttypes in de keuzelijst worden geprogrammeerd met het uit drie cijfers bestaande CB-typenummer. Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie over de berichttypes die kunnen worden uitgezonden. Voordat u de broadcastberichtenservice kunt activeren, moet u ten minste één berichttype in de keuzelijst invoeren.
Een berichttype in de keuzelijst plaatsen
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies Cell Broadcast. 3 Kies Bericht types en selecteer één van de types. Kies OK. 4 Selecteer Kies uit lijst (of Wijzig op code als het typenummer bekend is). 5 Selecteer het gewenste berichttype en kies Bevest. 6 Kies Opslaan om de instelling op te slaan.
De broadcastservice activeren/deactiveren
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies Cell Broadcast. 3 Kies Ontvangstmelding en selecteer Aan of Uit. 4 Kies Opslaan om de instelling op te slaan.
Broadcastberichten lezen
Broadcastberichten worden weergegeven terwijl de telefoon standby is. Als u een broadcastbericht ontvangt tijdens een gesprek of terwijl u het menu gebruikt, wordt het bericht pas weergegeven wanneer u teruggaat naar het standby-scherm. Een bericht kan uit maximaal 93 tekens bestaan en kan verschillende pagina’s beslaan.
Opties tijdens de weergave van het bericht
Druk op de toets [Wis] om het weergegeven CB-bericht te wissen. Druk op de toets [Bellen] om het nummer in het bericht te bellen. Druk op Opties om het volgende menu weer te geven:
OPTIE HANDELING
Wissen Om het huidige bericht te wissen. Wis alles Om alle ontvangen CB-berichten te wissen. Nummers en
adres. Cell Broadcast uit Om alle cell broadcasts te deactiveren.
Het geluidssignaal activeren/deactiveren
U kunt een geluidssignaal instellen dat u attent maakt op de ontvangst van een nieuw of bijgewerkt broadcastbericht.
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies Cell Broadcast. 3 Kies Ontvangstmelding en selecteer Aan of Uit. 4 Kies Opslaan om de instelling op te slaan.
Broadcasttaal
Alle broadcastberichten kunnen in verschillende talen worden weergegeven. Om een taal te selecteren:
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Berichten. 2 Kies Cell Broadcast. 3 Kies Taal en selecteer één van de beschikbare talen. 4 Kies Opslaan om de instelling op te slaan.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van het netwerk.
Om alle telefoonnummers weer te geven die in de berichttekst staan en de nummers te bellen of, indien nodig, in het telefoonboek op te slaan.
Berichten/Tekstbewerking
29-
GESPREKSINFO
a naar het menu Gespreksinfo om informatie op te vragen over afzonderlijke
inkomende en uitgaande gesprekken, de duur van het laatste gesprek, de totale gesprekstijd van alle uitgaande en inkomende gesprekken of om de opgenomen gesprekken af te spelen.
Overzicht sprekken
Deze functie bewaart de gegevens (identiteit, tijd, datum en duur van de oproep) van de laatste 20 gekozen nummers, de laatste 20 onbeantwoorde oproepen en de laatste 20 ontvangen oproepen. Er is maar één gespreksoverzicht voor zowel Lijn 1 als Lijn 2. (Lijn 1 is de hoofdlijn. De beschikbaarheid van Lijn 2 is afhankelijk van uw abonnement.)
1 Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Gespreksinfo. 2 Kies Overzicht gesprekken. 3 Gebruik de toets met pijl naar boven of de pijl naar beneden om door de gesprekslijst te
scrollen.
Het laatste nummer waarnaar u hebt gebeld , waardoor u bent gebeld of dat u niet hebt beantwoord , wordt bovenaan in de lijst weergegeven. De naam van de beller wordt weergegeven als deze is geregistreerd in een van de telefoonboeken (zo niet, dan wordt het telefoonnummer weergegeven). Als uw abonnement geen nummerweergave ondersteunt, wordt 'Onbekend nummer' weergegeven. Als de beller een geheim nummer heeft, wordt 'Geheim nummer' weergegeven. Druk op de toets [Bellen] om het geselecteerde nummer te bellen.
Druk op Opties om naar het volgende menu te gaan:
OPTIE HANDELING
Bellen Om het geselecteerde nummer te bellen. Opslaan Om het nummer in het telefoonboek op te slaan. Wis Om de vermelding te verwijderen. Wis alles Om alle vermeldingen te verwijderen. Wijzig Om het weergegeven nummer te bewerken. SMS verzenden naar
Gebruik de toets met pijl naar boven of naar beneden om de gewenste optie te selecteren en volg de weergegeven instructies.
Druk op de toets [Bellen] vanuit het standby-scher m om de lijst Overzicht te openen.
Om een SMS-bericht te verzenden naar het geselecteerde telefoonnummer.
Gespreksduur
De informatie betreffende Lijn 2 wordt opgeslagen in het menu
1
Druk op de toets [Menu/T9]. Kies Gespreksinfo.
2 Kies Gespreksduur. 3 Kies Weergave. 4 Gebruik de toets met pijl naar boven of pijl naar beneden om alle informatie van de
gespreksduur te bekijken.
Als de gespreksduur is teruggezet op nul (zie ‘Gespreksduur-Op nul zetten’, pagina 31), wordt de datum weergegeven waarop dit de laatste keer is gebeurd.
voice-gesprekken, modemoproepen en GPRS-gesprekken voor Lijn 1 en
Gespreksduur
.
Gespreksinfo
30-
Loading...
+ 74 hidden pages