Lees beslist de gebruiksaanwijzing
voordat u uw wasautomaat plaatst,
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
onnodige schade aan uw apparaat.
M
M.-Nr. 06 086 140
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade.
Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen
omdat dit het milieu relatief weinig be
last en kan worden hergebruikt.
Door hergebruik van verpakkingsmate
riaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
paraten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
neren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde be
handeling kunnen deze stoffen schade
lijk zijn voor de gezondheid en het
milieu. Verwijder het afgedankte appa
raat dan ook nooit met het gewone af
val.
Lever het apparaat in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en
elektronische apparatuur.
-
-
-
-
-
-
Het afgedankte apparaat moet tot die
tijd buiten het bereik van kinderen wor
den opgeslagen. Hierover vindt u meer
informatie in het hoofdstuk "Veiligheids
instructies en waarschuwingen".
2
-
-
Inhoud
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Lees eerst de gebruiksaanwijzing
door voordat u uw wasautomaat
voor het eerst gebruikt. Hierin vindt
u belangrijke instructies met betrek
king tot de veiligheid, het gebruik en
het onderhoud van het apparaat.
Dat is veiliger voor uzelf en u voor
komt onnodige schade aan uw ap
paraat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en
geef deze door aan de eventuele
volgende eigenaar van de automaat.
-
-
-
Efficiënt gebruik
Deze wasautomaat is uitsluitend
bestemd voor huishoudelijk ge-
bruik.
Deze wasautomaat is uitsluitend
bestemd voor het wassen van textiel dat volgens de aanwijzingen van de
fabrikant op het wasetiket in de wasautomaat mag worden gewassen, maar
ook voor wollen textiel dat met de hand
wordt gewassen.
Gebruik voor andere doeleinden kan
gevaarlijk zijn. De fabrikant is niet ver
antwoordelijk voor schade die wordt
veroorzaakt door een ander gebruik
dan hier aangegeven of door een fou
tieve bediening.
-
-
Technische veiligheid
Controleer vóórdat het apparaat
wordt geplaatst, of het zichtbaar
beschadigd is.
Een beschadigde wasautomaat mag
niet worden geplaatst en niet in gebruik
genomen.
Voordat u de wasautomaat aansluit
dient u altijd de aansluitgegevens
(zekering, spanning en frequentie) op
het typeplaatje met die van het elektrici
teitsnet te vergelijken. Deze moeten be
slist overeenkomen. Raadpleeg bij twij
fel een elektricien.
De elektrische veiligheid van de
wasautomaat is uitsluitend gega
randeerd als deze wordt aangesloten
op een aardingssysteem dat volgens
de geldende veiligheidsbepalingen is
geïnstalleerd.
Het is zeer belangrijk dat wordt nage
gaan of aan deze fundamentele veilig
heidsvoorwaarde is voldaan en dat de
huisinstallatie bij twijfel door een vakman / vakvrouw wordt geïnspecteerd.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door een ontbrekende of beschadigde aarddraad.
De wasautomaat voldoet aan de
voorgeschreven veiligheidsbepalingen. Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen onvoorziene risico's voor
de gebruiker opleveren, waarvoor de
fabrikant niet aansprakelijk kan worden
gesteld. Reparaties mogen alleen door
erkende vakmensen van Miele worden
uitgevoerd.
Wanneer er een storing wordt ver
holpen en wanneer de wasauto
maat wordt gereinigd en onderhouden
mag er geen elektrische spanning op
de wasautomaat staan.
Dat is het geval, als aan één van de
volgende voorwaarden is voldaan:
–
als de hoofdschakelaar van de huis
installatie is uitgeschakeld,
–
of als de stekker uit de contactdoos
is getrokken.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Gebruik om veiligheidsredenen
geen verlengsnoer.
Dit in verband met gevaar voor bijvoor
beeld oververhitting.
De wasautomaat mag alleen met
een nieuwe slangenset met toebe
horen op de waterleiding worden aan
gesloten. Een oude slangenset mag
niet opnieuw worden gebruikt.
Defecte onderdelen mogen alleen
door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze
Miele-onderdelen kunnen wij garande
ren, dat zij volledig voldoen aan de vei
ligheidseisen die wij stellen aan onze
apparaten en onderdelen daarvan.
Wanneer de aansluitkabel is be-
schadigd, moet de kabel door erkende vakmensen worden vervangen.
-
-
Gebruik
Wanneer dit apparaat op een niet-
stationaire locatie (bijv. op een boot
of in een camper) moet worden ge
plaatst, mag het uitsluitend door een
vakman/vakvrouw worden ingebouwd
en aangesloten. Hierbij moet aan alle
voorwaarden voor een veilig gebruik
worden voldaan.
Plaats uw wasautomaat niet in
vorstgevoelige ruimten.
Bevroren slangen kunnen scheuren of
barsten en de betrouwbaarheid van de
elektronische besturing kan door tem
peraturen onder het vriespunt afnemen.
-
-
Verwijder voordat u de wasauto
maat in gebruik neemt de trans
portbeveiliging aan de achterzijde van
het apparaat.
Zie hoofdstuk: "Het plaatsen en aanslui
ten van de wasautomaat", paragraaf:
"Het verwijderen van de transportbevei
liging".
Wanneer u de transportbeveiliging niet
verwijdert, kan dat bij het centrifugeren
schade veroorzaken aan uw wasauto
maat en aan de meubels / apparaten
die ernaast staan.
-
Sluit de kraan af als u langere tijd
afwezig bent (bijv. tijdens vakanties), zeker als er zich in de buurt van
de wasautomaat geen afvoer in de
vloer (bijv. een putje) bevindt.
Denk eraan dat er water kan over-
stromen.
Controleer daarom vóórdat u de waterafvoerslang in een wastafel of wasbak
hangt, of het water snel genoeg wegstroomt.
Zorg er daarom ook voor dat de afvoer
slang niet weg kan glijden. Wanneer de
slang niet goed vastzit kan hij door de
kracht van het wegstromende water uit
de wastafel of wasbak worden gedrukt.
Let erop dat u voorwerpen zoals
spijkers, naalden, munten en pa
perclips niet meewast.
Deze kunnen namelijk onderdelen van
de wasautomaat beschadigen (bijv.
kuip, wastrommel).
Beschadigde onderdelen kunnen op
hun beurt weer schade aan het was
goed veroorzaken.
-
-
-
-
-
-
-
-
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Als u het wasmiddel op de juiste
manier doseert is het niet nodig dat
u de wasautomaat ontkalkt. Mocht uw
apparaat toch zo sterk verkalkt zijn, dat
het beslist moet worden ontkalkt, ge
bruik daar dan speciale ontkalkings
middelen voor die een anti-corrosiemi
ddel bevatten.
Deze middelen zijn verkrijgbaar via uw
Miele-vakhandelaar of bij de afdeling
Onderdelen van Miele Nederland B.V.
Volg de adviezen voor het gebruik van
de ontkalkingsmiddelen strikt op.
Wasgoed dat met oplosmiddelhou
dende reinigingsmiddelen is behandeld, moet vóórdat het in de wasautomaat wordt gewassen, grondig in helder water worden uitgespoeld.
Gebruik in deze wasautomaat nooit
reinigingsmiddelen die een oplosmiddel bevatten, zoals wasbenzine.
Wanneer u dat toch doet, kunnen onderdelen van het apparaat beschadigen en kunnen er giftige dampen ontstaan. Het gevaar bestaat dan dat er
brand uitbreekt of zich een explosie
voordoet.
Wanneer u textielverf in de wasau
tomaat wilt gebruiken, kies dan tex
tielverf die daar geschikt voor is. Ge
bruik deze verf alleen voor huishoude
lijke doeleinden, neem niet meer verf
dan strikt nodig is en neem de aanwij
zingen van de textielverffabrikant pre
cies in acht.
-
-
-
-
-
-
-
Wanneer er nog kinderen thuis
zijn
Kinderen die zich in de buurt van
de wasautomaat bevinden, mag u
niet uit het oog verliezen.
Laat ze nooit met de wasautomaat spe
len.
Wanneer u op hoge temperaturen
wast, denk er dan aan dat het glas
van de deur heet wordt.
Zorg er dus voor dat kinderen het glas
van de deur tijdens het wasprogramma
niet aanraken.
-
Gebruik van toebehoren
Alleen originele Miele-toebehoren
kunnen worden aan- of ingebouwd.
Wanneer er andere toebehoren worden
aan- of ingebouwd, kan Miele niet voor
de gevolgen instaan en kan er geen
beroep meer worden gedaan op bepalingen met betrekking tot garantie en
productaansprakelijkheid.
Het afdanken van het apparaat
Trek de stekker uit de contactdoos
-
-
en maak deze samen met de aan
sluitkabel onbruikbaar.
U voorkomt daarmee dat de wasauto
maat verkeerd wordt gebruikt.
-
-
-
Ontkleuringsmiddelen kunnen door
hun chemische samenstelling cor
rosie veroorzaken.
Deze middelen mogen daarom niet in
de wasautomaat worden gebruikt.
8
-
Algemeen
Specifieke kenmerken
Speciale programma's (Zijde /,
Wol /, Miniwas, Automatic,
Extra spoelen)
Zijde
–
–
– Miniwas
– Automatic
/
In dit programma kan met de hand
wasbaar, kreukgevoelig textiel wor
den gewassen waar geen wol in zit.
Wol
/
In dit programma kan met de hand
wasbaar textiel van wol of wolmeng
weefsels worden gewassen.
In dit programma kan een kleine hoeveelheid licht vervuild textiel worden
gewassen dat anders met de bonte
was meegaat.
In dit programma kunnen stukken
wasgoed van verschillende soorten
textiel worden gewassen, als ze
maar wel dezelfde kleur hebben.
Licht strijken in de programma's
Fijne was en Zijde /
In deze programma's wordt het was
goed bijzonder behoedzaam gewassen
en gecentrifugeerd. Daardoor kreukt
het wasgoed minder en hoeft het min
der te worden gestreken.
-
Systeem extra water
Met dit systeem is het mogelijk om met
een hogere waterstand te spoelen of te
wassen en te spoelen.
Bovendien is het met dit systeem mo
gelijk om voor de programma's
was/Bonte was
een extra spoelgang te kiezen.
en
Kreukherstellend
-
-
-
Witte
–
Extra spoelen
In dit programma kan wasgoed wor
den behandeld dat alleen maar moet
worden gespoeld en gecentrifu
geerd.
-
-
9
Algemeen
Programma-actualisering (Update)
Wasmiddelen, textiel, wasgewoonten
en wasvoorschriften zullen in de toe
komst veranderingen ondergaan.
De was- en spoelprogramma's zullen
daaraan moeten worden aangepast.
-
De Technische Dienst zal in de toe
komst in staat zijn het wasprogramma
te updaten en in het Novotronic-geheu
gen van uw wasautomaat op te slaan.
Dit zal gebeuren via het controlelampje
voor de watertoevoer (PC = Programme
Correction).
Miele zal zelf aangeven wanneer de
programma's kunnen worden geactualiseerd.
-
-
10
Bedieningspaneel
Algemeen
a Toets Start
Met deze toets kunt u een waspro
gramma starten.
b Toetsen voor de extra functies
Met deze toetsen kunt u extra functies in- of uitschakelen.
Met de bovenste toets kunt u kiezen
tussen
Met de onderste toets kunt u
water
Wanneer u een extra functie inschakelt gaat het daarbij behorende controlelampje branden.
Wanneer u een extra functie weer uit
schakelt gaat het daarbij behorende
controlelampje uit.
c Controlelampjes voor het gekozen
centrifugetoerental, Spoelstop en
Zonder centrifugeren
d Toets "Centrifugeren"
Met deze toets kunt u een ander
centrifugetoerental,
Zonder centrifugeren
Kort,VoorwasenInweken
kiezen.
Spoelstop
kiezen.
-
.
Extra
of
e Programmakeuzeschakelaar
Met deze schakelaar kunt u het basiswasprogramma en een daarbij horende temperatuur kiezen.
De programmakeuzeschakelaar kan
rechts- of linksom worden gedraaid.
f Controlelampjes voor het program-
maverloop
Deze controlelampjes laten u tijdens
het wasprogramma zien welke fase
in het programmaverloop is bereikt.
g Andere controlelampjes
Deze controlelampjes geven een
probleem aan.
h Toets I-Aan/0-Uit
Met deze toets kunt u de wasauto
maat in- en uitschakelen en het pro
gramma onderbreken.
i Toets Deur
Met deze toets kunt u de deur van
de wasautomaat openen.
-
-
11
Algemeen
Belangrijke bedieningsele
-
menten
Programmakeuzeschakelaar
Met de programmakeuzeschakelaar
kunt u een basisprogramma en een
daarbij behorende temperatuur instel
len.
Toetsen voor de extra functies
Met deze toetsen kunt u extra functies
in- en uitschakelen.
De extra functies dienen ter aanvulling
van de basiswasprogramma's.
Met de bovenste toets kunt u óf de extra functie
KortófVoorwasófInweken
kiezen.
Met de onderste toets kunt u de extra
functie
Extra water
kiezen.
Wanneer het controlelampje van een
functie brandt, is de functie ingeschakeld.
Extra functies die binnen het gekozen
basisprogramma niet van toepassing
zijn, kunt u niet inschakelen.
Toets "Centrifugeren" met lampjes
Met deze toets kunt u een centrifuge
toerental,
geren
SpoelstopofZonder centrifu
kiezen.
De controlelampjes geven aan wat u
gekozen heeft.
Het kiezen van een centrifugetoerental
Met bovengenoemde toets kunt u het
centrifugetoerental wijzigen.
Het maximale centrifugetoerental ver
schilt van programma tot programma.
-
-
-
ToerentalBasiswasprogramma's
1400 Witte was/Bonte was, Miniwas, Stij
ven, Pompen/Centrifugeren
1200 Wol, Extra spoelen
900 Kreukherstellend, Automatic
600 Fijne was
400 Zijde
Kiest u een hoger toerental dan binnen
het gekozen programma mogelijk is,
dan accepteert de automaat dat niet.
Het overslaan van het eindcentrifuge
ren
^ Druk op de
dat u
Centrifugeren
Spoelstop
- toets tot-
heeft bereikt.
Het wasgoed wordt niet gecentrifugeerd en blijft na de laatste spoelgang
in het water liggen.
Het wasgoed kreukt dan minder wanneer u het niet direct na afloop van het
programma uit de trommel haalt.
Wilt u het programma voortzetten:
^
kies dan een centrifugetoerental.
Wilt u het programma beëindigen:
^
druk dan op de
Het overslaan van het centrifugeren
-
Deur
- toets.
tussen de spoelgangen en het eind
centrifugeren
^
Druk op de
en met
Centrifugeren
- toets tot
Zonder centrifugeren
Het wasgoed wordt niet gecentrifu
geerd. De wasautomaat schakelt na het
afpompen van het laatste spoelwater
direct over op de kreukbeveiliging.
-
-
-
.
-
12
Vóór de eerste wasbeurt
Iedere wasautomaat wordt in de fa
briek op zijn werking getest.
Het is mogelijk dat er als gevolg van
deze tests wat water in het apparaat
achterblijft.
Controleer voordat u uw wasauto
maat voor het eerst gebruikt of het
apparaat volgens de regels is ge
plaatst en aangesloten.
Zie hoofdstuk: "Het plaatsen en aan
sluiten van de wasautomaat".
Om veiligheidsredenen is het niet mogelijk om meteen bij de eerste wasbeurt
te centrifugeren. Ter activering van het
centrifugeren moet u eerst een wasprogramma zonder wasgoed
wasmiddel draaien.
Wordt er wel wasmiddel gebruikt kan er
overmatige schuimvorming optreden.
Draait u eerst een wasprogramma zonder wasgoed en zonder wasmiddel
wordt daarmee tegelijk het kogelventiel
geactiveerd. Het kogelventiel zorgt er
voor dat vanaf de eerste wasbeurt
steeds al het wasmiddel wordt gebruikt.
en zonder
-
-
-
-
-
Na afloop van het programma is de
wasautomaat klaar voor de eerste
wasbeurt.
^
Draai de waterkraan open.
^
Druk de
^
Draai de programmakeuzeschake
laar op
^
Druk zo vaak op de
toets totdat het controlelampje
der centrifugeren
^
Druk op de
I-Aan/O-Uit
- toets in.
Witte was/Bonte was 40°C
Centrifugeren
oplicht.
Start
- toets.
Zon
.
-
-
13
Tips om energie te besparen
Energie- en waterverbruik
Benut bij ieder programma dat u
–
kiest de maximale beladingscapaci
teit van de trommel.
Het energie- en waterverbruik is dan,
vergeleken met de totale hoeveel
-
heid wasgoed, het laagst.
Gebruik de programma's
–
of
Miniwas
voor kleinere hoeveelhe
Automatic
-
den wasgoed.
Bij een geringe belading in het pro
–
gramma
Witte was/Bonte was
-
zorgt
de beladingsautomaat voor een ver
mindering van het water- en energieverbruik en dardoor voor een verkorting van de programmaduur.
– Gebruik in plaats van het programma
Witte was/Bonte was 95°C
gramma
Witte was/Bonte was 60°C
het pro-
.
Daarmee bespaart u 35 tot 45%
energie.
In de meeste gevallen is dit genoeg.
– Gebruik voor wasgoed met hardnek-
kige vlekken of vlekken die er al wat
langer in zitten de extra functie
.
ken
Inwe
Wasmiddelen
Gebruik hoogstens zoveel wasmid
–
del als op de wasmiddelverpakking
aangegeven staat.
Reduceer bij geringere beladings
–
hoeveelheden de hoeveelheid was
middel. Bij halve belading kan ca.
minder wasmiddel worden gebruikt.
Extra functies (Kort, Inweken,
Voorwas)
Kies voor licht vervuild wasgoed
–
-
wasprogramma met de extra functie
Kort
.
– Kies voor normaal tot sterk vervuild
wasgoed met zichtbare vlekken een
wasprogramma zonder extra functies.
– Kies voor zeer sterk vervuild was-
goed een wasprogramma met de extra functie
Inweken
.
– Gebruik de extra functie
plaats van de extra functie
Bij het inweken en de hoofdwas die
-
daar direct op volgt wordt hetzelfde
sop gebruikt.
Inweken
Voorwas
-
-
-
1
een
in
/
3
.
14
Tip voor machinaal drogen
–
Kies wanneer u het wasgoed na af
loop in de droogautomaat wilt dro
gen het hoogste centrifugetoerental
dat voor dit wasgoed mogelijk is.
-
-
Zo wast u goed
Korte handleiding
Tip: Het is belangrijk dat u zich met de
bediening van de automaat vertrouwd
maakt. Lees daarom de uitgebreide pa
ragrafen: "Voordat u gaat wassen",
"Wanneer u gaat wassen" en "Nadat u
heeft gewassen" in dit hoofdstuk.
Voordat u gaat wassen
A Inspecteer en sorteer het wasgoed
en behandel het voor.
Wanneer u gaat wassen
B Schakel de wasautomaat in.
C Open de deur.
D Vul de trommel.
E Sluit de deur.
F Kies een programma.
G Kies een centrifugetoerental.
H Kies eventueel (een) extra functie(s).
I Doseer het wasmiddel.
Welk textiel in welk programma kan
worden gewassen, kunt u in het volgen
de programma-overzicht vinden.
-
-
J Start het programma.
Nadat u heeft gewassen
K Open de deur.
L Haal het wasgoed uit de automaat.
M Schakel de wasautomaat uit.
N Draai de programmakeuzeschake
laar op
O Sluit de deur.
Einde
.
-
15
Zo wast u goed
Programma-overzicht
Witte was/Bonte was 9ö876
TextielsoortWasgoed van katoen en linnen, bijv. beddengoed, tafellakens
en servetten, badstof handdoeken, spijkerbroeken, T-shirts, on
dergoed en babykleertjes
Extra functiesKort / Voorwas / Inweken / Extra water
Bijzondere tips
WasmiddelenUniversele wasmiddelen en Color-wasmiddelen
Max. belading5 kg
Tip voor testbureaus:
Programma-instelling voor de test volgens norm EN 60456: Bonte was 60°C
Kreukherstellend 4321
TextielsoortWasgoed van synthetische vezels, mengweefsels of kreukher-
Extra functiesKort / Voorwas / Inweken / Extra water
Bijzondere tip
Gebruik
–
of sterk vervuild wasgoed.
Gebruik voor wasgoed met hardnekkige vlekken of vlekken
–
die er al wat langer in zitten de extra functie
Gebruik voor wasgoed met een grote hoeveelheid vuil (bijv.
–
stof, zand) de extra functie
– Gebruik voor licht vervuild wasgoed de extra functie
– Was donkerkleurig wasgoed met een Color-wasmiddel of
vloeibaar wasmiddel.
stellend gemaakt katoen, bijv. overhemden, blouses, werkkle
ding, tafellakens en servetten
–
Gebruik voor normaal tot sterk vervuild wasgoed de extra
functie
Witte was/Bonte was 95°C
Voorwas
Inweken
.
alleen voor geïnfecteerd
Inweken
.
.
Kort
-
.
-
WasmiddelenUniversele wasmiddelen, Color-wasmiddelen en fijnwasmid
delen
Max. belading2,5 kg
Tip voor testbureaus:
Programma-instelling voor de test volgens norm EN 60456: Bonte was 60°C
16
-
Zo wast u goed
Fijne was ac
TextielsoortWasgoed van synthetische vezels, mengweefsels, kunstzijde of
kreukherstellend gemaakt katoen, bijv. overhemden of blouses
Vitrage die volgens de fabrikant in de wasautomaat kan worden
gewassen.
Extra functiesKort / Voorwas / Inweken
Bijzondere tips
WasmiddelenFijnwasmiddelen
Max. belading1 kg
Zijde /
TextielsoortWasgoed van met de hand wasbaar, kreukgevoelig textiel waar
Bijzondere tips – In dit programma kreukt het wasgoed minder ("Licht strij-
WasmiddelenFijnwasmiddelen
Max. belading1 kg
Wol /
TextielsoortWasgoed van wol en wolmengweefsels dat met de hand of in
WasmiddelenWolwasmiddelen
Max. belading2 kg
In dit programma kreukt het wasgoed minder ("Licht strij
–
ken").
Vitrage trekt veel stof aan en zal daarom vaak in een pro
–
gramma met de extra functie
wassen.
Reduceer bij kreukgevoelige vitrage het centrifugetoerental
–
of centrifugeer helemaal niet.
geen wol in zit
ken").
– Was panty's en bh's in een waszak.
de wasautomaat mag worden gewassen
Voorwas
moeten worden ge
-
-
-
17
Zo wast u goed
Miniwas 7
TextielsoortLicht vervuild wasgoed dat in het programma voor de bonte
was mag worden gewassen
Bijzondere tip
WasmiddelenUniversele wasmiddelen en Color-wasmiddelen
Max. belading2,5 kg
Automatic 72
TextielsoortWasgoed van katoenen en kreukherstellend textiel dat naar
Extra functiesKort / Voorwas / Inweken
WasmiddelenUniversele wasmiddelen en Color-wasmiddelen
Max. belading3 kg
Stijven
TextielsoortTafellakens, servetten, schorten en beroepskleding
Bijzondere tip– Het wasgoed moet schoongewassen, maar mag niet met
Max. belading5 kg
Extra spoelen
TextielsoortWasgoed dat alleen maar moet worden uitgespoeld en gecen
Max. belading5 kg
Pompen/Centrifugeren
Bijzondere tip
Max. belading5 kg
Doseer minder waspoeder. Dit programma heeft namelijk
–
een halve belading.
kleur is gesorteerd
wasverzachter nabehandeld zijn.
trifugeerd
–
Alleen pompen: zet het centrifugetoerental op
fugeren
.
Zonder centri
-
-
18
Zo wast u goed
Voordat u gaat wassen
A Inspecteer en sorteer het wasgoed
en behandel het voor
Het inspecteren van het wasgoed
^ Maak de zakken leeg.
,
Voorwerpen (spijkers, munten,
paperclips e.d.) kunnen wasgoed en
onderdelen van de wasautomaat beschadigen.
^
Sluit de ritsen. Keer kleding met rit
sen eventueel binnenstebuiten.
-
Het sorteren van het wasgoed
Sorteer het wasgoed naar kleur en
^
naar de symbolen in het wasetiket,
dat zich in de kraag of in de zijnaad
bevindt.
Was geen textiel dat volgens het
^
wasetiket niet in de wasautomaat kan
worden gewassen. Het symbool
daarvoor is: h.
Donkergekleurd wasgoed geeft bij
^
de eerste wasbeurten vaak iets af.
Was licht en donker wasgoed daar
om apart.
Het voorbehandelen van vlekken
^ Verwijder eventuele vlekken op het
textiel, als het even kan zodra ze ontstaan zijn. Dit is nog belangrijker voor
moeilijke vlekken als thee-, koffie-, eien bloedvlekken.
Neem de vlekken met een tissue af.
Wrijf de vlekken er niet in!
,
Gebruik in geen geval chemi
sche (oplosmiddelhoudende) reini
gingsmiddelen in de wasautomaat!
-
-
-
^
Sluit eventuele haakjes en oogjes.
^
Zorg ervoor dat onderdelen van kle
ding, zoals bh-beugels, niet los kun
nen raken. Losgeraakte onderdelen
moeten eerst worden vastgemaakt of
verwijderd.
^
Verwijder bij vitrage de haakjes en
het loodband of wikkel ze in een
doek.
^
Keer gebreid of tricot wasgoed bin
nenstebuiten als de fabrikant dat ad
viseert.
-
-
-
-
19
Zo wast u goed
Wanneer u gaat wassen
B Schakel de wasautomaat in
door op de
^
ken.
C Open de deur
door op de
^
de deur open te klappen.
D Vul de trommel
door het wasgoed ontvouwd en los
^
jes in de trommel te leggen.
Leg stukken wasgoed van verschillen
de grootte in de trommel. Daardoor
wordt een beter wasresultaat bereikt en
kan het wasgoed zich tijdens het centrifugeren beter verdelen.
Benut bij ieder programma dat u kiest
de maximale beladingscapaciteit van
de trommel.
Het energie- en waterverbruik is dan,
vergeleken met de totale hoeveelheid
wasgoed, het laagst.
I-Aan/0-Uit
Deur
- toets te druk
- toets te drukken en
-
-
F Kies een programma
-
door de programmakeuzeschakelaar
^
op de gewenste stand te zetten.
G Kies een centrifugetoerental
Let erop dat wanneer de maximale be
ladingscapaciteit wordt overschreden,
de wasresultaten tegenvallen en het
wasgoed sneller gaat kreuken.
E Sluit de deur
^
Sluit de deur met een lichte klap.
Let erop dat er niets tussen deur en
manchet beklemd raakt.
20
-
^
door zo vaak op de
toets te drukken totdat het controle
lampje oplicht van het door u ge
wenste centrifugetoerental.
Het maximale centrifugetoerental kan
van programma tot programma ver
schillen. Wanneer u een hoger centrifu
getoerental kiest dan binnen het geko
zen wasprogramma mogelijk is, accep
teert de automaat dat niet.
Centrifugeren
-
-
-
-
-
-
-
Loading...
+ 44 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.