Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor
u het toestel installeert en in gebruik neemt.
Zo zorgt u voor uw veiligheid
en vermijdt u schade aan uw toestel.
nl-BE
M.-Nr. 06 591 300
Page 2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
kozen, dat door het milieu wordt verdra
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
paraten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
neren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde be
handeling kunnen deze stoffen schade
lijk zijn voor de gezondheid en het
milieu. Verwijder het afgedankte appa
raat dan ook nooit met het gewone af
val.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
-
-
-
-
-
-
–
de handelaar bij wie u het kocht
of
–
de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
–
uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
sen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
2
-
Page 3
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Personen die door hun fysieke,
Deze wasautomaat voldoet aan de
voorgeschreven veiligheidsvoor
schriften. Door ondeskundig gebruik
kunnen gebruikers echter letsel op
lopen en kan er schade optreden
aan het toestel.
Lees de gebruiksaanwijzing voor u
uw wasautomaat in gebruik neemt.
U vindt er belangrijke opmerkingen
omtrent uw veiligheid, het gebruik
en het onderhoud van uw wasauto
maat. Dat is veiliger voor uzelf en u
vermijdt schade aan uw wasauto
maat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing goed
en geef ze door aan wie het toestel
eventueel na u gebruikt.
-
-
-
-
Juist gebruik
De wasautomaat mag u enkel ge-
bruiken om wasgoed te wassen
waarvan de fabrikant verklaart dat het
machinaal wasbaar is. Alle andere toe
passingen zijn misschien gevaarlijk.
Miele is niet verantwoordelijk voor scha
de die wordt veroorzaakt door een an
der gebruik dan wat hier wordt vermeld
of door foutieve bediening.
-
-
-
zintuiglijke of geestelijke mogelijk
heden of hun onervarenheid of gebrek
aan kennis niet in staat zijn om de was
automaat veilig te bedienen, mogen
deze wasautomaat alleen onder het
toezicht of de begeleiding van een ver
antwoordelijk iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
Zie toe op kinderen nabij de was
automaat. Laat ze nooit met de
wasautomaat spelen.
Kinderen mogen de wasautomaat
alleen maar gebruiken wanneer
hen de bediening ervan zo uitgelegd is
dat ze deze veilig kunnen bedienen.
Kinderen moeten de eventuele risico's
van een foutieve bediening kunnen beseffen.
Denk eraan dat de ronde glazen
deur heet wordt wanneer u op
hoge temperaturen wast.
Voorkom daarom dat kinderen tijdens
de werking de ronde glazen deur aan
raken.
-
-
-
-
-
6
Page 7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Vóórdat de wasautomaat wordt op
gesteld, controleert u of het toestel
zichtbaar beschadigd is.
Een beschadigde wasautomaat mag u
niet opstellen en in gebruik nemen.
Op het typeplaatje van de wasau
tomaat vindt u gegevens in ver
band met de aansluiting van uw toestel
(zekering, spanning en frequentie). Al
vorens u de wasautomaat aansluit,
vergelijkt u deze gegevens met die van
uw elektrische installatie. Vraag eventu
eel uitleg aan een elektricien als u niet
zeker bent.
De elektrische veiligheid van deze
wasautomaat wordt enkel gewaarborgd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat volgens de
voorschriften werd geïnstalleerd.
Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is
voldaan. In geval van twijfel dient u uw
installatie door een vakman of vakvrouw
te laten nakijken.
Miele kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade die werd veroor
zaakt doordat de aardleiding onderbro
ken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen
geen verlengsnoer. Gebruik van
een verlengsnoer verhoogt het risico op
oververhitting en daarmee op brand.
-
-
-
-
Door ondeskundig uitgevoerde re
-
-
-
paraties kunnen er onvoorziene ri
sico's ontstaan voor de gebruiker.
Daarvoor kan de fabrikant niet aanspra
kelijk worden gesteld. Reparaties mag
u uitsluitend laten uitvoeren door vak
mensen die door Miele erkend zijn.
Is het aansluitsnoer beschadigd,
laat het dan vervangen door een
vakman die door Miele erkend is. Zo
vermijdt u risico's voor wie het toestel
gebruikt.
Bij storingen of bij een reinigings-
en onderhoudsbeurt is de wasau
tomaat alleen dan van het elektriciteitsnet losgekoppeld in de volgende gevallen:
– de stekker van de wasautomaat is uit
het stopcontact getrokken, of
– de zekering op uw elektrische instal-
latie is uitgeschakeld, of
– de schroefzekering op uw elektrische
installatie is helemaal uitgedraaid.
Sluit uw wasautomaat enkel met
een nieuwe toevoerslang en de
vereiste toebehoren aan op de waterlei
ding. Gebruik oude slangen, bv. van
het vorige toestel, niet opnieuw.
-
-
-
-
-
-
Laat defecte onderdelen enkel vervan
gen door originele Miele-vervangstuk
ken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten
volle voldoen aan de eisen die Miele
qua veiligheid stelt.
-
-
7
Page 8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als u dit toestel niet op een vaste
plaats installeert, bijv. op een
schip, laat dit karwei dan enkel uitvoe
ren door vakmensen. Die moeten er
voor zorgen dat u het toestel veilig kunt
gebruiken.
-
-
Efficiënt gebruik
Stel uw wasautomaat niet op in een
vertrek waar het kan vriezen. Be
vroren waterslangen kunnen onder druk
scheuren of springen. De betrouwbaar
heid van de elektronische elementen
kan door temperaturen onder het vries
punt in het gedrang komen.
Verwijder de transportbeveiliging
op de achterzijde voor u uw toestel
in gebruik neemt. Zie rubriek "Opstellen
en aansluiten", alinea "Transportbeveiliging verwijderen". Als die beveiliging
niet verwijderd is, kan die tijdens het
centrifugeren schade toebrengen aan
het toestel. Ook aan meubelen of apparaten ernaast kan er schade optreden.
-
Doe de waterkraan dicht bij
langere afwezigheid (bijv. vakan
tie). Vooral wanneer er zich vlakbij het
toestel geen afvoer in de vloer bevindt.
Overstromingsgevaar!
Voor u de afvoerslang in een
spoelbak hangt, dient u te controleren
of het water vlot genoeg wegvloeit.
Maak de waterafvoerslang vast opdat
ze niet zou wegglijden! Door de
terugstoot van het wegvloeiende water
kan de slang anders uit de spoelbak
worden geslingerd.
Let erop dat er geen voorwerpen
zoals spijkers, naalden,
geldstukken of paperclips worden meegewassen. Deze voorwerpen kunnen
schade toebrengen aan onderdelen
van het toestel, bijv. aan kuip of trommel. Deze beschadigde onderdelen
kunnen op hun beurt uw was beschadigen.
Als u het wasmiddel juist doseert,
hoeft u uw toestel niet te ontkalken.
Is uw toestel zo erg verkalkt dat het
moet worden ontkalkt, gebruik dan spe
ciaal ontkalkingmiddel met corrosiebe
scherming. Dit middel kunt u bij uw
Miele-handelaar of de Technische
Dienst van Miele verkrijgen. Volg de ge
bruiksaanwijzing van het
ontkalkingmiddel strikt op.
-
-
-
-
8
Page 9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wasgoed dat met oplosmiddelhou
dende reinigingsmiddelen behan
deld is, moet voordat het in de wasau
tomaat wordt gewassen, grondig in zui
ver water worden uitgespoeld.
Gebruik in dit toestel nooit reini
gingsmiddelen die oplosmiddel
(bijv. wasbenzine) bevatten. Er kan na
melijk schade optreden aan sommige
onderdelen van het toestel. Er kunnen
ook giftige dampen ontstaan. Boven
dien bestaat er bij deze middelen
brand- en ontploffingsgevaar.
Gebruik in dit toestel nooit reini
gingsmiddelen die oplosmiddel
(bijv. wasbenzine) bevatten. Die kunnen schade toebrengen aan vochtige
kunststof oppervlakken.
Kleurmiddelen dienen voor gebruik
in wasautomaten geschikt te zijn.
Ze mogen enkel in beperkte mate - zoals voor een huishouden - worden gebruikt. Volg de gebruiksaanwijzing van
de fabrikant strikt op.
-
-
-
Toebehoren
-
-
-
-
-
Alleen toebehoren dat Miele uit
drukkelijk heeft goedgekeurd, mag
worden gemonteerd of ingebouwd.
Worden er andere onderdelen gemon
teerd of ingebouwd, dan vervalt het
recht op waarborg en/of productaan
sprakelijkheid.
Miele is niet aansprakelijk voor scha
de die ontstaan is doordat deze vei
ligheidsrichtlijnen niet in acht wer
den genomen.
-
-
-
-
-
-
Ontkleuringsmiddel kan wegens
zijn zwavelhoudende verbindingen
corrosie tot stand brengen. U mag
geen ontkleuringsmiddel in uw wasau
tomaat gebruiken.
Als er vloeibaar wasmiddel in uw
ogen terechtkomt, spoel ze dan
met zuiver lauwwarm water uit. Bij
inslikken, direct een arts raadplegen.
Personen met gekwetste of gevoelige
huid moeten elk contact met het vloei
bare wasmiddel mijden.
-
-
9
Page 10
Beschrijving van het toestel
Speciale kenmerken
Speciale programma's: Zijde /,
Wol /, Mini, Automatic, Extra
spoelen
Programma voor met de hand te
–
wassen textiel, Zijde /
Met de hand te wassen, kreukgevoe
lig textiel dat geen wol bevat, kan u
in het programma Zijde / wassen.
Programma voor met de hand te
–
wassen textiel, Wol /
Met de hand te wassen wollen textiel
en gemengd wollen weefsel kan u in
het programma Wol / wassen.
– Programma voor een kleine hoeveel-
heid wasgoed, Mini
Voor een kort wasje tussendoor van
lichtjes vuil bont wasgoed.
– Programma voor Automatic
Wasgoed van verschillende soort,
maar dat qua kleur bij elkaar past,
kan in dit programma samen worden
gewassen.
"Vlot te strijken" in het programma
Fijn wasgoed en Zijde /
Het wasgoed wordt erg behoedzaam
gewassen en gecentrifugeerd. Zo wor
den er minder kreuken gevormd en is
het wasgoed vlotter te strijken.
Systeem extra water
Met dit systeem kan u het toestel met
een hoger waterniveau laten wassen
en/of spoelen. Bij de programma's Wit/Bont en Kreukherstellend kan u ook
nog een bijkomende spoelbeurt kiezen.
-
–
Programma Extra spoelen
De was wordt in dit programma enkel
gespoeld en gecentrifugeerd.
10
Page 11
Het programma updaten
(moderniseren)
Het controlelampje met de markering
PC (= program correction) op het be
dieningspaneel dient de technische
dienst als contactpunt voor de actuali
sering van het programma.
Beschrijving van het toestel
-
-
Zo kan er met toekomstige ontwik
kelingen bij wasmiddel, textiel en
wasprocédés in de besturing van uw
toestel rekening worden gehouden.
Miele zal de mogelijkheid om program
ma's te actualiseren tijdig bekendma
ken.
-
-
-
11
Page 12
Beschrijving van het toestel
Het bedieningspaneel
a Toets Start
start het wasprogramma.
b Toetsen voor bijkomende functies
Met de bovenste toets kan u tussen
de bijkomende functies Kort, Voor-was en Inweken kiezen.
Met de onderste kan u de bijkomende functie Extra water kiezen.
Controlelampje aan = gekozen
Controlelampje uit = niet gekozen.
c Controlelampje ter aanduiding van
het gekozen centrifugeertoerental
d Toets Centrifugeren
Om een centrifugeertoerental, Spoel
stop of Zonder centrifugeren te kie
zen.
-
e Een enkele knop als programma
kiezer
Om een basiswasprogramma en de
daarbijbehorende temperatuur te
kiezen. Deze programmakiezer kan u
zowel naar rechts als naar links
draaien.
f Display voor het programmaver-
loop
De verklikkerlichtjes vertellen u hoever het wasprogramma reeds gevorderd is.
g Verklikkerlichtjes voor service en
storingen
-
h Toets jk
om het toestel aan of uit te zetten of
een programma te onderbreken.
i Toets Deur
maakt de toesteldeur open.
-
12
Page 13
Belangrijke knoppen en
toetsen
Programmakiezer
Via de programmakiezer stelt u het
basiswasprogramma en de daarbijbe
horende temperatuur in.
Toetsen voor bijkomende functies
De basiswasprogramma's kan u met
verschillende bijkomende functies aan
vullen.
Met de bovenste toets kan u de bijko
mende functie Kort, Voorwas of Inwe-ken kiezen.
Met de onderste toets kan u de bijkomende functie Extra water kiezen.
De bijkomende functie is gekozen indien het controlelampje brandt.
Kan u geen bijkomende functie kiezen,
dan is die met het basisprogramma niet
te combineren.
Toets Centrifugeren
U kiest voor centrifugeren
Door op de toets "Centrifugeren" te
drukken, wijzigt u het toerental. U kan
evenwel geen hoger toerental instellen
dan wat in het basiswasprogramma
voorzien is.
Het controlelampje duidt de gekozen
instelling aan.
-
-
Beschrijving van het toestel
Wasprogramma'somw/min
Wit/Bont1200
Kreukherstellend900
Fijn Wasgoed600
Zijde400
Wol1200
Mini1200
Automatic900
Extra spoelen1200
-
Stijven1200
Pompen/Centrifugeren1200
U kiest niet voor centrifugeren
^ Druk op de toets "Centrifugeren" tot:
– Spoelstop
De was wordt niet gecentrifugeerd
en blijft na de laatste spoelbeurt in
het water liggen. Zo worden er minder kreuken gevormd indien u de
was niet meteen na afloop van het
programma uit de trommel haalt.
Kies een centrifugeertoerental om
het programma voort te zetten.
Wil u het programma beëindigen,
druk dan op de toets Deur.
–
Zonder centrifugeren
De was wordt niet gecentrifugeerd.
Het toestel schakelt na het wegpom
pen van het laatste spoelwater met
een over op de kreukbeveiligingsfase. In deze stand valt ook het cen
trifugeren tussen de spoelbeurten
weg.
-
-
-
13
Page 14
Het toestel in bedrijf stellen
Laat het toestel voor de eerste was
beurt degelijk opstellen en aan
sluiten. Hou daarbij rekening met de
rubriek "Opstellen en aansluiten".
Uit veiligheidsoverwegingen kan u het
toestel niet laten centrifugeren voordat
het voor het eerst in bedrijf werd ge
steld. Om het centrifugeren te laten
werken dient u eerst een wasprogram
ma zonder wasgoed
middel te laten uitvoeren.
Gebruikt u wasmiddel, dan kan er
overdreven schuim worden gevormd!
Meteen wordt dan ook het kogelventiel
in de waterafvoer geactiveerd. Dit ventiel zorgt ervoor dat het wasmiddel volledig wordt benut.
^ Draai de waterkraan open.
^ Druk de toets jk in.
^ Draai de programmakiezer op
Bont 60°C.
en zonder was
-
-
-
-
-
^
Druk op de toets Start.
Na afloop van dit programma is de in
bedrijfstelling afgesloten.
14
-
Page 15
Milieuvriendelijk wassen
Stroom- en waterverbruik
Benut zoveel mogelijk de maximum
–
lading die voor een bepaald pro
gramma toegestaan is.
Dan is het stroom- en waterverbruik
voor heel de lading het laagst.
Maak gebruik van de programma's
–
Automatic of Mini om een kleinere
hoeveelheid te wassen.
Bij een kleinere lading wasgoed in
–
het programma Wit/Bont zorgt de au
tomatische aanpassing van de wa
tertoevoer aan de hoeveelheid was
-
goed ervoor dat er minder water en
stroom wordt verbruikt en dat het
programma korter uitvalt. Het kan
dus gebeuren dat de aangeduide
resterende tijd in de loop van een
wasprogramma wordt aangepast.
– Kies in de plaats van het programma
Wit/Bont 95 °C liever Wit/Bont 60 °C
met de bijkomende functie Intensief.
Zo spaart u tussen de 35 en de 45 %
stroom. De wastijd wordt verlengd.
Voor het meeste vuil is dit program
ma ruim voldoende. Bij hardnekkig of
ingedroogd vuil kan u de bijkomende
functie Inweken gebruiken.
Wasmiddel
Gebruik telkens maar zoveel was
–
middel als wat op de verpakking
staat aangegeven.
Verminder bij kleinere ladingen de
–
wasmiddeldosering (ca.
wasmiddel bij halve lading).
De juiste bijkomende functie kiezen
(Kort, Inweken, Voorwas)
-
Kies bij:
licht vuil textiel
zonder opvallende
vlekken een wasprogramma met de
bijkomende functie Kort.
normaal tot erg vuil textiel
opvallende vlekken een wasprogramma zonder bijkomende functies.
heel erg vuil textiel
een wasprogramma met de bijkomende functie Inwe-ken.
– Maak gebruik van de bijkomende
functie Inweken in de plaats van
Voorwas. Tijdens het inweken en de
hoofdwas die erop volgt, wordt het
zelfde sop gebruikt.
Tip omtrent het drogen achteraf
1
/3minder
met
-
-
–
Kies het hoogst mogelijke centrifu
geertoerental dat het wasprogamma
te bieden heeft. Zo spaart u achteraf
stroom bij het drogen in een trom
meldroger.
-
-
15
Page 16
Zo wast u juist
Korte handleiding
Aanbeveling:
Het verdient aanbeveling u vertrouwd
te maken met de bediening van uw toe
stel. Lees daarom de uitvoerige hoofd
stukken "De was voorbereiden", "Een
programma kiezen" en "Einde van het
programma" in deze rubriek.
A De was voorbereiden en sorteren
Programmakeus:
B De wasautomaat inschakelen
C De toesteldeur openen
D De was in de trommel stoppen
E De toesteldeur sluiten
F Een programma kiezen
G Een centrifugeertoerental kiezen
H Bijkomende functie(s) kiezen
I Het wasmiddel toevoegen
J Het programma starten
Welk wasgoed u het best met welk pro
gramma wast, vindt u in het volgende
programmaoverzicht
-
-
-
Einde van het programma:
K De toesteldeur openen
L Het wasgoed uitnemen
M De wasautomaat uitschakelen
N De toesteldeur sluiten
16
Page 17
Zo wast u juist
Programmaoverzicht
Wit/Bontmaximaal 5 kg
TextielsoortKatoenen en linnen wasgoed, bv. beddengoed, tafella
OpmerkingenHet wasgoed moet vers gewassen, maar mag niet met
wasverzachter behandeld zijn.
Extra spoelenmaximaal 5 kg
TextielsoortWasgoed dat u enkel moet laten spoelen en centrifugeren.
Pompen/Centrifugerenmaximaal 5 kg
OpmerkingenIndien u het water enkel wenst af te pompen:
stel Zonder centrifugeren in.
-
-
-
19
Page 20
Zo wast u juist
Onderhoudssymbolen op het etiket
Wassen
Het aantal graden in de kuip geeft de
maximale temperatuur aan waarmee
u het artikel mag wassen.
9normale mechanische belas
ting
4spaarzame mechanische be
lasting
czeer spaarzame mechani
sche belasting
/handwas
hniet wasbaar
Voorbeelden voor de programmakeuze
ProgrammaOnderhoudssymbool
Witte / Bonte9ö8E76
Kreukherstellend
Fijn wasgoedac
54321
-
-
-
Drogen
De punten geven de temperatuur aan
qnormale temperatuur
rverlaagde temperatuur
sniet geschikt voor droogauto
maat
Strijken en mangelen
De punten geven de
temperatuurbereiken aan
Ica. 200 °C
Hca. 150 °C
Gca. 110 °C
Jniet strijken/mangelen
professionele reiniging
fReiniging met chemische op-
losmiddelen. De letters geven
p
het reinigingsmiddel aan.
wVochtig schoonmaken
Dniet chemisch reinigen
-
Wol/
Zijde/
Mini76
Automatic7621
20
bleken
xelk oxidatie-bleekmiddel toe
gelaten
{enkel zuurstofbleekmiddel
toegelaten
zniet bleken
-
Page 21
Zo wast u juist
De was voorbereiden
A De was voorbereiden en sorteren.
^ Maak de zakken leeg.
Metalen voorwerpen als spijkers,
,
geldstukken, papierklemmen kunnen het wasgoed en onderdelen van
de machine beschadigen.
^ Verwijder eventuele vlekken uit het
textiel voor u het wast. Doe dat bij
voorkeur terwijl de vlekken nog vers
zijn. Dop de vlekken weg met een
doekje dat geen kleur afgeeft. Niet
wrijven!
Speciale vlekken als die van bloed, eie
ren, koffie, thee e.d. kan u vaak met
een truukje wegkrijgen. Zo u problemen
heeft met bevlekt textiel, kan u bij uw
Miele-handelaar of rechtstreeks in het
Miele-filiaal een boekje met tips over
het behandelen van speciale vlekken
krijgen.
Gebruik nooit synthetische reini
,
gingsmiddelen (die oplosmiddel
bevatten) in uw wasautomaat!
Sorteer het textiel volgens de kleur en
^
de symbolen op het onderhoudseti
ket. Dat vindt u in kragen en zomen.
Donker textiel vertoont de neiging bij de
eerste wasbeurten kleur te verliezen.
Om geen wasgoed te laten verkleuren,
wast u licht en donker textiel het best
apart.
Bij gordijnen: de gordijnrolletjes en
–
de loden band afnemen. U kan de
gordijnen ook in een zak steken.
– Bij bh's: geloste bh-beugels vast-
naaien of verwijderen.
– Bij breigoed, jeans, broeken, t-shirts
en sweaters: binnenstebuiten keren
zo de fabrikant dat aanbeveelt.
– Doe ritssluitingen, haakjes en oogjes
voor het wassen dicht.
–
Knoop kussens en slopen dicht. Zo
komen er geen kleine spulletjes in te
recht.
Was in deze machine nooit textiel met
-
de aanduiding niet wasbaar (onder
houdssymbool h).
-
-
-
-
21
Page 22
Zo wast u juist
Een programma kiezen
B De wasautomaat inschakelen
Druk de toets jk in.
^
C De toesteldeur openen
Druk op de toets Deur en doe de toe
^
steldeur open.
D Het wasgoed toevoegen
Leg de was opengevouwen en losjes
^
in de trommel. Door textiel van ver
schillend formaat in de trommel te
stoppen, verbetert het waseffect en
raakt de was tijdens het centrifugeren
beter verdeeld.
Benut de maximumlading die bij elk
wasprogramma wordt opgegeven. Dan
is het stroom- en waterverbruik, berekend op de totale hoeveelheid wasgoed, het geringst. Hou er rekening
mee dat het wasresultaat verslecht en
er meer kreuken opduiken als u meer
was in de trommel stopt dan wat als
maximum aanbevolen wordt.
-
F Een programma kiezen
-
Draai de programmakiezer op het
^
gewenste programma.
G Een centrifugeertoerental kiezen
E De toesteldeur met een zachte
zwaai dichtdoen
Let erop dat er geen wasgoed klem zit
tussen deur en dichtingsring.
22
^
Druk zo vaak op de toets "Centrifuge
ren" tot het controlelampje van het
gewenste toerental aangaat.
U kan dat toerental enkel wijzigen bin
nen de perken die het gekozen waspro
gramma stelt.
-
-
-
Page 23
Zo wast u juist
Bijkomende functies
H Bijkomende functie(s) kiezen
U kan bijkomende functies inschakelen
indien die met het basisprogramma
samengaan.
Met de bovenste toets kiest u een bijko
mende functie in deze volgorde: Kort of
Voorwas of Inweken. Ofwel kiest u
niets.
Met de onderste kiest u al dan niet voor
de bijkomende functie Extra water.
Voorwas
Voor erg vuil wasgoed.
Inweken
Voor erg vuil wasgoed en voor textiel
-
met eiwithoudende vlekken (bv. van
bloed, vet, cacao).
De inweektijd kiest u tussen 30 min.
–
en 2 uur, in te stellen in stappen van
30 minuten.
De basisinstelling bedraagt 2 uur.
–
Om de inweekduur anders in te stellen,
raadpleegt u de rubriek "Programmeerfuncties", alinea "Inweektijd".
Extra water
Laat u het wasproces liever met meer
water verlopen, dan kan u uit vier varianten kiezen. Die zijn nader toegelicht
in de rubriek "Programmeerfuncties",
paragraaf "Systeem extra water".
^
Druk op de toets van de gewenste
bijkomende functie. Druk zo vaak op
de bovenste toets tot het controle
lampje van de gewenste bijkomende
functie aangaat.
Kort
Voor niet al te vuil wasgoed.
De programmaduur wordt verkort.
In de fabriek werd uw toestel zo inge
steld dat het waterpeil na het drukken
-
op de toets Extra water zowel bij het
wassen als bij het spoelen verhoogt.
-
23
Page 24
Zo wast u juist
I Wasmiddel toevoegen
Het is belangrijk juist te doseren, want...
. . . doseert u te weinig wasmiddel, dan
wordt het wasgoed niet proper en na
–
verloop van tijd ook grauw en hard.
duiken er vetluizen op in de was.
–
zet zich kalk af op de weerstanden.
–
. . . doseert u te veel wasmiddel, dan
wordt er te veel schuim gevormd wat
–
het effect van de wasbewegingen
verzwakt. Het reinigings-, spoel- en
centrifugeerresulaat verslecht dan
eveneens.
– verhoogt het waterverbruik. Wegens
het vele schuim wordt immers automatisch een bijkomende spoelbeurt
ingeschakeld.
– wordt het milieu meer belast.
Trek de wasmiddellade ietwat uit.
^
Giet het wasmiddel in de vakjes.
i
Wasmiddel voor de voorwas
(opsplitsing van de totaal aanbevolen hoeveelheid wasmiddel:
vakje i en
2
/3in vakje j)
1
/3in
j
wasmiddel voor de hoofdwas alsook
voor het inweken
24
§
wasverzachter, vormspoeler of vloei
baar stijfsel.
^
Schuif de wasmiddellade weer dicht.
Meer details over wasmiddel en de do
sering ervan vindt u in de rubriek "Was
middel".
J Op de toets Start drukken
Het programma wordt nu gestart.
-
-
-
Page 25
Zo wast u juist
Einde van het programma
K De toesteldeur openen
Druk op de toets Deur.
^
L Het wasgoed uitnemen
^ Zie na of er geen voorwerpen in de
dichtingsring zijn achtergebleven.
Laat geen stukken wasgoed in de
trommel achter. Die kunnen bij de
daaropvolgende wasbeurt krimpen
of ander wasgoed verkleuren.
M De wasautomaat uitschakelen
Druk op de toets jk en laat hem uit
^
springen. Draai de programmakiezer
daarna op Einde.
N De toesteldeur sluiten
Anders bestaat het risico dat er onver
hoeds objecten in de trommel terecht
komen. Die kunnen dan per vergissing
worden meegewassen en het wasgoed
beschadigen.
-
-
-
25
Page 26
Zo wast u juist
Was toevoegen / uitnemen
Na de start van het programma kan u
bij volgende programma's nog was
goed in de trommel toevoegen of eruit
nemen:
Wit/Bont
–
Kreukherstellend
–
Mini
–
Automatic
–
Stijven
–
Druk op de toets Deur tot de deur
^
openspringt.
^ Leg er wasgoed bij of neem er weg.
^ Sluit de toesteldeur opnieuw.
Het programma wordt automatisch
voortgezet.
-
De toesteldeur gaat niet open indien
de soptemperatuur boven de 55 °C
–
ligt,
het water een bepaald niveau heeft
–
overschreden,
het programma de stand Centrifuge
–
ren (op het einde van het program
ma) heeft bereikt.
-
-
26
Page 27
Zo wast u juist
Een programma onderbreken
Schakel de wasautomaat met de
^
toets jk uit.
Om het programma voort te zetten:
Schakel de wasautomaat met de
^
toets jk in.
Een gekozen programma
wijzigen
Nadat u een programma gestart hebt,
laat het toestel nog de volgende wijzi
gingen toe:
– naar gelang van het ingestelde pro-
gramma kan u het toerental van de
centrifugeerbeurt om het even wanneer wijzigen.
– tot 6 minuten na de start
de bijkomende functie Extra water
kiezen of uitschakelen. U kan dan
ook voor het gekozen programma
nog een andere temperatuur kiezen.
Een ander programma kan u na de
start evenwel niet meer kiezen.
kan u nog
Een programmadeel overslaan
Draai de programmakiezer op Einde.
^
Zodra u in de aanduiding van het pro
grammaverloop het programmagedeel
te ziet knipperen, waarmee het pro
gramma moet worden voortgezet:
dient u de programmakiezer binnen
^
de 4 seconden weer op het gewens
te programma te draaien.
Een ander programma kiezen /
-
een programma afbreken
^ Schakel de wasautomaat met de
toets jk uit.
^ Draai de programmakiezer op Einde.
Het wasprogramma is afgebroken.
^ Schakel de wasautomaat met de
toets jk in.
^ Kies een nieuw programma.
^ Druk op de toets Start.
-
-
-
-
Draait iemand nog aan de programma
kiezer, dan knippert het controlelampje
Kreukbeveiliging/Einde. Het program
maverloop komt echter niet in het ge
drang. Het controlelampje gaat uit zo
dra u de programmakiezer weer op het
tevoren gekozen programma plaatst.
d = lage waterstand
( = gemiddelde waterstand
e = hoge waterstand
a= normaal wasritme
b= behoedzaam ritme
c= wasritme voor wol
d= wasritme voor zijde
Details over het programmaverloop vindt u op de volgende blz.
28
Page 29
Zo wast u juist
Uw wasautomaat beschikt over een vol
ledig elektronische besturing. Het toe
stel bepaalt automatisch het vereiste
waterverbruik naar gelang van de hoe
veelheid wasgoed en van de mate
waarin dat wasgoed water opslorpt. Het
gevolg daarvan: verschil in program
-
maverloop en wastijd.
Het hier opgegeven programmaverloop
verwijst telkens naar het basisprogram
ma bij maximumlading. Er werd geen
rekening gehouden met extra functies
die u erbij kan kiezen.
In het display van het programmaver
loop van uw toestel kan u nagaan hoever het wasprogramma gevorderd is.
Bijzonderheden:
-
Kreukbeveiliging:
De trommel blijft na afloop van het pro
gramma nog 30 minuten draaien. Daar
mee wordt kreukvorming vermeden.
Uitzondering: dit gebeurt niet in het
programma Wol. U kan het toestel ech
ter om het even wanneer openmaken.
1)
3de spoelbeurt bij:
-
te veel schuim in de trommel
–
centrifugeertoerental op het einde
–
lager dan 700 t.p.m.
– zonder centrifugeren
2)
Centrifugeren tussen spoelbeurten:
De was wordt tussen de afzonderlijke spoelbeurten gecentrifugeerd.
3)
3de spoelbeurt bij:
– zonder centrifugeren
Opheffen van het centrifugeren tussen
de spoelbeurten:
Kies zonder centrifugeren bij de centri
fugeertoerentallen.
-
-
-
-
29
Page 30
Wasmiddel
U kan alle moderne wasmiddelen ge
bruiken, die voor machinaal wassen ge
schikt zijn. Zowel in de vorm van poe
der als van tabletten, vloeibaar, al dan
niet geconcentreerd.
Wollen breigoed en wolmengsels dient
u met een wolwasmiddel te wassen.
Hoe u het wasmiddel voor een volle
dige trommellading doseert, vindt u te
rug op de verpakking.
De dosering hangt af van
de mate waarin het wasgoed vuil is
–
lichtjes vuil
Geen vuil of vlekken te bespeuren.
Misschien ruiken de kleren niet meer
zo fris.
normaal vuil
Er is vuil zichtbaar en/of enkele lichte
vlekken.
erg vuil
Het vuil en/of de vlekken zijn duidelijk waar te nemen.
Waterhardheid
-
Cate
gorie
IIIhard tot
-
Waterontharding
Water-
kwaliteit
Izacht0 - 70 - 13
IIgemiddeld7 - 1413 - 25
zeer hard
°d of Duitse
hardheid
meer dan14meer dan
Om wasmiddel te sparen kan u bij de
waterhardheidscategorieën II en III een
onthardingsmiddel toevoegen. De juiste
dosering daarvan vindt u op de verpak
king terug. Voeg eerst wasmiddel en
dan pas onthardingmiddel toe.
Het wasmiddel kan u dan doseren als
voor categorie I.
Aanbeveling:
Gebruikt u verschillende middelen,
voeg die dan in deze volgorde toe in
vakje j:
1. wasmiddel
°f of Franse
hardheid
25
-
–
de waterhardheid
Indien u de waterhardheid niet kent,
kan u inlichtingen inwinnen bij uw
waterbedelingsmaatschappij.
–
de hoeveelheid wasgoed.
30
2. onthardingsmiddel
3. vlekkenzout.
Zo worden de middelen beter inge
spoeld.
-
Page 31
Wasverzachter, vormspoeler,
poedervormig of vloeibaar
stijfsel
Wasverzachter zorgt ervoor dat de was
zacht aanvoelt. De elektrostatische op
lading tijdens het machinale drogen
wordt ook verzwakt.
Vormspoeler is vloeibaar synthetisch
stijfsel. Het zorgt ervoor dat het textiel
wat steviger aanvoelt.
Stijfsel geeft het wasgoed een stijver en
voller effect.
Maak na een aantal stijfselbeurten
het inspoelvakje schoon. Reinig
vooral de zuighevel.
-
Wasverzachter of vormspoeler in een
apart programma
Voeg de wasverzachter of vormspoe
^
ler toe in vakje §.
Draai de programmakiezer op Stij
^
ven.
Kies een centrifugeertoerental.
^
Druk op de toets Start.
^
Stijfsel in apart programma
^ Bereid het stijfsel voor en doseer het
als in de richtlijnen op de verpakking.
^ Voeg het toe in vakje i.
^ Draai de programmakiezer op Stij-
ven.
^ Kies een centrifugeertoerental.
^ Druk op de toets Start.
-
-
^
Voeg wasverzachter, vormspoeler of
vloeibaar stijfsel toe in vakje §. Hou
de maximumaanduiding in acht.
De wasverzachter, de vormspoeler of
het vloeibaar stijfsel wordt met de
laatste spoelbeurt ingespoeld. Op het
einde van het wasprogramma blijft er
nog wat water in het vakje § staan.
Ontkleuren / kleuren
^
Gebruik geen
uw wasautomaat.
^
Kleuringsmiddel mag u enkel in be
perkte mate - als voor een huishou
den - in uw wasautomaat gebruiken.
Het bij het kleuren gebruikte zout kan
bij voortdurend gebruik het roestvrij
staal aantasten. Neem strikt de richt
lijnen van de fabrikant van het middel
in acht.
ontkleuringsmiddel in
-
-
-
31
Page 32
Reiniging en onderhoud
Reiniging van de trommel
Bij het wassen met lage temperaturen
en/of vloeibare wasmiddelen is er ge
vaar voor kiem- en geurvorming in de
wasautomaat. Om de trommel te reini
gen en geurvorming te vermijden dient
u één keer per maand een waspro
gramma met een temperatuur van 60°C
uit te voeren, waarbij u waspoeder ge
bruikt.
-
-
-
-
De ommanteling en het
bedieningspaneel reinigen
Trek de stekker uit het stopcon-
,
tact voor u het toestel reinigt en onderhoudt.
,Spuit de wasautomaat in geen
geval af met een waterslang.
^ Was de ommanteling en het bedie-
ningspaneel van het toestel met een
zacht reinigingsmiddel of sopje af.
Wrijf daarna met een zachte doek
droog.
De wasmiddellade schoon
-
maken
Verwijder geregeld eventuele restjes
wasmiddel.
^ Trek de lade tot aan de aanslag uit.
Druk op de ontgrendelknop en trek
de lade helemaal uit het toestel.
^ Maak de wasmiddellade met warm
water schoon.
^
Maak de trommel met een geschikt
middel voor roestvrij staal schoon.
,
Gebruik geen schuur- of oplos
middelen. Reinigingsmiddelen voor
glas of voor universeel gebruik zijn
ook af te raden!
Ze kunnen schade toebrengen aan
kunststof oppervlakken of andere
onderdelen.
32
-
Page 33
Reiniging en onderhoud
Maak de zuighevel schoon.
^
1. Trek de zuighevel uit het vakje § en
maak hem onder stromend warm water schoon. Maak ook het buisje
schoon waarover de zuighevel wordt
geschoven.
2. Steek de zuighevel weer op zijn
plaats.
Maak na een aantal stijfselbeurten
de zuighevel heel grondig schoon.
Stijfsel kan plakkerig worden.
Zitting van de wasmiddellade reini
gen
^ Verwijder wasmiddelresten en kalkaf-
zettingen met behulp van een
flessenborstel uit de openingen van
de wasmiddellade.
-
33
Page 34
Reiniging en onderhoud
Watertoevoerzeefjes reinigen
Ter bescherming van de watertoevoer
ventielen heeft uw machine 2 zeefjes.
Die zeefjes dient u zowat om de
6 maand na te kijken. Bij vaak voor
komende onderbrekingen in de water
toevoer dient dat eerder te gebeuren.
Het zeefje in de watertoevoerslang
schoonmaken
Draai de waterkraan dicht.
^
Schroef de toevoerslang van de wa
^
terkraan los.
-
Het zeefje in de toevoeraansluiting
van het watertoevoerventiel reinigen
Draai de geribbelde kunststof moer
^
voorzichtig met een tang van de
toevoertuit los en schroef ze af.
-
-
^ Trek het zeefje bij het handvatje met
een punttang uit. Maak het zeefje
schoon. Plaats alles terug in omgekeerde volgorde.
Na het reinigen dient u beide zeefjes beslist weer te monteren.
^
Trek de rubber dichting 1 uit de dop
moer.
^
Neem het handvatje van de zeef 2
met een punttang vast. Trek de zeef
eruit en maak ze schoon.
^
Monteer alles terug in omgekeerde
volgorde.
34
-
Page 35
Wat gedaan als...?
Aan de meeste storingen kan u zelf verhelpen. In heel wat gevallen bespaart u tijd
en kosten omdat u dan geen beroep hoeft te doen op de Technische Dienst.
De volgende tabellen kunnen een leidraad zijn om de oorzaken van een bepaalde
storing te vinden en uit de weg te ruimen. Hou wel het volgende in acht:
Herstellingen aan elektrische toestellen mag u enkel en alleen door een
,
erkend vakman laten uitvoeren. Door ondeskundige reparaties kunnen er niet
te onderschatten risico's opduiken voor wie het toestel gebruikt.
Het programma gaat niet van start.
StoringMogelijke oorzaakOplossing
Het controlelampje
Kreukbeveiliging/Einde
brandt niet of het lampje bij de toets Start
knippert niet.
Als u het programma
Pompen/Centrifugeren
kiest, gaat het programma niet van start.
De wasautomaat krijgt
geen stroom.
De wasautomaat werd nog
niet naar behoren in bedrijf
gesteld.
Kijk eens na of
– de stekker ingestoken
is.
– de smeltveiligheden in
orde zijn.
Stel de wasautomaat in
bedrijf als beschreven in
de rubriek "Het toestel in
bedrijf stellen".
35
Page 36
Wat gedaan als...?
Het wasprogramma werd afgebroken en er wordt een fout
gemeld.
StoringMogelijke oorzaakOplossing A
Het controlelampje
Afvoer knippert.
Het controlelampje
Toevoer knippert.
De controlelampjes
Toevoer en Afvoer knipperen.
Het controlelampje
Inweken/Voorwas of
Spoelen knippert.
De waterafvoer is ge
blokkeerd.
De afvoerslang ligt te
hoog.
De watertoevoer is geblokkeerd.
Het zeefje in de toevoerslang is verstopt.
Het Miele-lekbeveiligings
systeem heeft gereageerd.
Het gaat om een defect.Start het programma nog
Maak filter en afvoerpomp
schoon als in de rubriek
"Wat gedaan als ...?",
alinea "De deur openen bij
verstopte afvoer en/of
stroomonderbreking".
De maximumopvoerhoog
te bedraagt 1 m.
Draai de waterkraan open.
Maak het zeefje schoon.
Doe een beroep op de
Technische Dienst.
eens. Duikt de foutmelding
weer op, doe dan een be
roep op de Technische
Dienst.
-
-
A Om de foutmelding uit te schakelen: zet de wasautomaat uit met de toets jk
en draai de programmakiezer in de stand Einde.
36
Page 37
Wat gedaan als...?
Het wasprogramma verloopt normaal hoewel er een storing
wordt gemeld.
StoringMogelijke oorzaakOplossing A
Het controlelampje
Afvoer knippert.
Het controlelampje
Toevoer knippert.
Het controlelampje
Dosering brandt.
In het display van het
programmaverloop
knippert het controle
lampje Wassen.
In het display van het
programmaverloop
knippert het controle
lampje Kreukbeveiliging/Einde.
De waterafvoer is ge
stremd.
De watertoevoer is ge
stremd.
Het zeefje in de toevoerslang is vuil.
Er werd tijdens het wassen te veel schuim gevormd.
Het gaat om een defect. Start het programma nog
-
Na de programmastart heeft iemand de programma
kiezer in een andere stand gedraaid. Draai de knop
-
weer in zijn oorspronkelijke stand.
-
Maak filter en afvoerpomp
schoon als in de rubriek
"Wat gedaan als ...?", alinea
"De deur openen bij ver
stopte afvoer en/of stroom
onderbreking".
Kijk na of
de waterkraan ver ge
–
noeg openstaat.
– de toevoerslang geen
knik vertoont.
Maak het zeefje schoon.
Doseer bij de volgende was
minder wasmiddel. Let op
de doseertips op de wasmiddelverpakking.
eens. Zo de foutmelding
weer opduikt, doe dan een
beroep op de Technische
Dienst.
-
-
-
-
A Om de foutmelding uit te schakelen: zet de wasautomaat uit met de toets jk
en draai de programmakiezer in de stand Einde.
37
Page 38
Wat gedaan als...?
Algemene storingen of een niet bevredigend wasresultaat.
StoringMogelijke oorzaakOplossing
De wasautomaat
staat tijdens het
centrifugeren te tril
len.
De wasmachine
heeft het wasgoed
niet degelijk gecen
trifugeerd. Het is
nog vochtig.
U hoort ongewone
pompgeluiden.
In het wasmiddelbakje zijn vrij veel
wasmiddelresten
achtergebleven.
De wasverzachter
wordt niet volledig
ingespoeld of er
blijft te veel water in
vakje § staan.
Het toestel rust niet meer
gelijkmatig op de 4 voet
jes. De contramoeren zijn
-
niet vastgeschroefd.
Bij het eindcentrifugeren,
werd een onbalans ge
meten en de centrifu
-
geersnelheid werd auto
matisch verminderd.
Dit is geen storing! Bij het begin en op het einde van de
pompfase zijn die slurpgeluiden normaal.
De waterdruk is onvoldoende.
Waspoeder heeft de neiging in combinatie met
onthardingsmiddel te
klonteren.
De zuighevel zit niet juist
of is verstopt.
Stel de machine veilig op.
Schroef de contramoeren
vast.
Steeds grote en kleine stuk
ken wasgoed in de trommel
mengen teneinde een betere
verdeling te bereiken.
-
– Maak het watertoevoerzeef-
je schoon.
– Druk eventueel op de toets
Extra water.
Voeg voortaan eerst het wasen dan het onthardingsmiddel
toe.
Maak de zuighevel schoon.
Zie rubriek "Reiniging en on
derhoud van het toestel",
alinea "De wasmiddellade
schoonmaken".
-
-
38
Page 39
Wat gedaan als...?
StoringMogelijke oorzaakOplossing
Het wasgoed wordt
met vloeibaar was
middel niet proper.
Aan het gewassen
textiel kleven grijze
elastische resten
(vetluizen).
Op gewassen donker textiel bevinden zich witte,
wasmiddelachtige
restjes.
Vloeibaar wasmiddel be
vat geen bleekmiddel.
-
Fruit-, koffie- of theevlek
ken zijn niet weg te krij
gen.
De wasmiddeldosering
was onvoldoende omdat
de was veel vetvlekken
vertoonde, bv. door zalf
en olie.
Het wasmiddel bevat in
water onoplosbare bestanddelen (zeolieten)
om het water te ontharden. Die hebben zich op
het textiel vastgezet.
Gebruik waspoeder dat
-
–
bleekmiddel bevat.
-
Doseer vlekkenzout in vak
–
-
j en vloeibaar wasmiddel
in een doseerbol.
Giet nooit vloeibaar wasmid
–
del en vlekkenzout samen in
het inspoelvak.
Doseer bij dergelijk vuil was
–
goed meer waspoeder of ge
bruik vloeibaar wasmiddel.
Laat voor de volgende was
–
beurt een programma Wit/
Bont 60°C met vloeibaar mid-
del en zonder was aflopen.
– Probeer de restjes na het
drogen met een borstel te
verwijderen.
– Was donker wasgoed voort-
aan met vloeibaar wasmiddel. Dit bevat meestal geen
zeolieten.
-
-
-
-
39
Page 40
Wat gedaan als...?
De toesteldeur gaat niet via de toets Deur open.
Mogelijke oorzaakOplossing
Het toestel is niet elek
trisch aangesloten.
De wasautomaat is niet in
geschakeld.
StroomonderbrekingMaak de toesteldeur open. Zie alinea "De deur
De deur is niet goed in het
slot gevallen.
Er staat nog water in de
trommel en het toestel
kan het niet wegpompen.
Om u te beschermen tegen verbranding kan de toesteldeur bij soptemperaturen
hoger dan 55°C niet open.
Steek de stekker in het stopcontact.
-
Zet de wasautomaat aan met de toets jk.
-
openen bij een stroomonderbreking" in deze ru
briek.
Duw eens krachtig tegen de slotzijde van de toe
steldeur. Druk dan de toets Deur in.
Maak de filter en de afvoerpomp schoon.
-
-
40
Page 41
Wat gedaan als...?
De toesteldeur openen bij ver
stopte afvoer en/of stroomon
-
-
derbreking
Schakel de wasautomaat uit.
^
Op de binnenzijde van het paneeltje
van de wasmiddellade bevindt zich een
gele opener. Daarmee maakt u het
luikje van de filter open. Zie afbeelding
hieronder.
^ Neem de opener weg.
Verstopte afvoer
Indien de afvoer verstopt is, staat er
meer water in het toestel (max. 25 liter).
Voorzichtig: zo er een waspro
,
gramma met een hoge temperatuur
is afgelopen, kan u zich verbranden!
Het water aflaten
Zet een schaal onder het luikje.
^
Draai de filter niet helemaal uit.
-
-
^
Maak het luikje open.
^
Draai de filter enkel los tot er water
uitloopt.
^
Draai de filter weer dicht om de af
voer te stoppen.
-
41
Page 42
Wat gedaan als...?
Zodra er geen water meer uitloopt:
Wordt de filter niet terugge
,
plaatst en vastgedraaid, dan loopt
er water uit het toestel.
De toesteldeur openen
-
Draai de filter helemaal uit.
^
^ Maak de filter grondig schoon.
^
Kijk na of de pompvleugel vlot rond
draait. Er kunnen evt. voorwerpen als
knopen en munten in geklemd zitten.
Die moet u verwijderen.
Wees er zeker van dat de trom
,
mel stilstaat voor u de was uitneemt.
Grijpt u in een trommel die nog
draait, dan is er risico van kwetsu
ren.
^
Trek het oogje naar beneden. De ma
chinedeur gaat open.
-
-
-
-
^
Maak de ruimte binnenin schoon.
^
Zet de filter weer op zijn plaats en
draai hem vast.
42
Page 43
Wat gedaan als...?
Technische dienst
Neem bij storingen die u zelf niet kan
verhelpen, contact op
met uw Miele-handelaar
–
of
met de Technische Dienst van Miele.
–
Het adres en de telefoonnummers van
onze technische dienst vindt u op de
rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u op onze technische dienst
een beroep doet, geef dan altijd het
machinetype en -nummer op. Beide ge
gevens staan vermeld op het typeplaatje. Dat vindt u, als de deur openstaat,
bovenaan in de rand van de deur.
Garantie: voorwaarden en duur
De waarborgperiode van uw wasauto
maat bedraagt 2 jaar.
Meer uitleg over de garantievoorwaar
den vindt u in het garantieboekje.
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Voor deze wasautomaat kan u bij uw
Miele-handelaar of in de Technische
Dienst van Miele mits toeslag verkrijg
baar toebehoren verkrijgen.
-
-
-
-
43
Page 44
Opstellen en aansluiten
Vooraanzicht
a Toevoerslang, drukvast tot 7.000 kPa
b Elektrische aansluiting
c - f Afvoerslang met draai- en af
neembaar bochtstuk; met de afvoer
mogelijkheden
g Bedieningspaneel
44
-
h Wasmiddellade
i Toesteldeur
j Luik waarachter filter, afvoerpomp en
-
noodontgrendeling zitten
k Greepholtes om het toestel te ver
plaatsen.
l Vier in de hoogte regelbare voetjes
-
Page 45
Achteraanzicht
Opstellen en aansluiten
a Overstek van het deksel, met grepen
om het toestel te vervoeren
b Elektrische aansluiting
c Toevoerslang (drukvast tot 7.000
kPa)
d Afvoerslang
e Draaistop met transportstangen
f Houder voor toevoer- en afvoerslang
g Houder voor de gedemonteerde
transportstangen
45
Page 46
Opstellen en aansluiten
Plaats van opstelling
Als plaats van opstelling is een beton
nen vloer het best geschikt. Bij zo'n
vloer duiken er tijdens het centrifugeren
zelden trillingen op. Op houten vloerbe
kleding of vloeren met "weke" eigen
schappen is dat niet het geval.
Let op het volgende:
Stel de machine waterpas op. Zorg
^
ervoor dat ze stevig staat.
Plaats de machine niet op een weke
^
vloer daar ze anders tijdens het cen
trifugeren gaat trillen.
^ Stel de machine in geval van een
vloer met houten balken bij voorkeur
op een minstens 3 cm dikke en 59 bij
52 cm grote multiplex-plank op. Deze
plank dient u niet enkel met vloerplanken, maar ook met zoveel mogelijk balken met behulp van schroeven
te verbinden.
^ Installeer de machine bij voorkeur in
een hoek. Daar is de vloer immers
het stevigst.
,
Als u het toestel op een voor
handen betonnen of gemetselde
sokkel plaatst, dient u het met span
strips te beveiligen. Anders bestaat
het risico dat het toestel bij het cen
trifugeren van de sokkel valt.
Spanstrips zijn bij uw Miele-hande
laar en in de Technische Dienst van
Miele verkrijgbaar.
-
-
-
-
-
-
De machine opstellen
Om de machine van de verpakkings
sokkel naar de plaats van opstelling te
dragen maakt u bij voorkeur gebruik
van de voorste greepholtes en van de
achterste overstek van het deksel.
De voetjes en de vloer moeten
,
droog blijven. Anders verschuift de
machine tijdens het centrifugeren.
De transportbeveiliging
wegnemen
-
^
Neem de linker en rechter draaistop
weg.
1. Haak de draaistop los met behulp
van een schroevendraaier.
2. Neem de draaistop weg.
-
46
Page 47
Opstellen en aansluiten
Draai de linker transportstang met de
^
bijgeleverde steeksleutel 90° en
^
trek de transportstang uit.
Draai de rechter transportstang 90°
^
en
^
trek de transportstang uit.
47
Page 48
Opstellen en aansluiten
De gaatjes van de transportbe
,
veiliging afsluiten om kwetsuren te
voorkomen !
^ Sluit de gaatjes met de draaistoppen
en de daarop bevestigde dopjes af.
-
Bevestig de transportstangen op de
^
rugzijde van de wasautomaat. Let
erop dat u de gaatjes b op de tapjes
a steekt.
Zonder transportbeveiliging mag
,
u de machine niet vervoeren.
Bewaar de transportbeveiliging.
Voor u de machine vervoert (bv. bij
een verhuizing) dient u de transportbeveiliging weer te monteren.
48
De transportbeveiliging weer
monteren
Dit gebeurt in omgekeerde volgorde.
Page 49
De wasautomaat gelijk zetten
De machine moet loodrecht staan en
gelijkmatig op de vier voetjes steunen
om perfect te werken.
Stelt u de machine verkeerd op, dan
verhoogt het water- en stroomverbruik.
Het toestel kan ook gaan verschuiven.
De voetjes uitdraaien en met de
contramoeren vastzetten
U zet het toestel waterpas met behulp
van de vier voetjes. Het toestel wordt
geleverd met al de voetjes ingedraaid.
^
Draai de contramoer 2 met de bijge
leverde steeksleutel los. Daartoe
draait u kloksgewijs.
Opstellen en aansluiten
Controleer met een waterpas of het
^
toestel loodrecht staat.
^ Hou het voetje 1 met een gastang
vast.
^ Draai de contramoer 2 met de bijge-
leverde steeksleutel weer vast tegen
de ommanteling van het toestel.
,
Alle 4 de contramoeren moeten
vast tegen de ommanteling zitten.
Controleer ook die voetjes welke u
niet hoefde uit te draaien toen u het
toestel waterpas zette. Anders be
staat het risico dat het toestel ver
schuift.
-
-
-
^
Draai de contramoer 2 samen met
het voetje 1 uit.
49
Page 50
Opstellen en aansluiten
Inbouwen onder een doorlopend
werkblad
Laat de inbouwset* en de tussenset*
door een vakman monteren.
Er is een inbouwset* noodzakelijk.
–
Het deksel van de machine dient u te
vervangen door de afdekplaat uit de
inbouwset*. Deze plaat is er absoluut
nodig met het oog op de elektrische
veiligheid.
Bij 90/91 cm hoge werkbladen is er
–
een sokkel* vereist.
– De watertoevoer en -afvoer alsook de
elektrische aansluiting dienen in de
omgeving van het toestel te worden
geïnstalleerd en toegankelijk te zijn.
Bij de inbouwset is een montagehandleiding gevoegd.
Was- en droogzuil
U kan deze wasautomaat met een
Miele-droogautomaat tot een was- en
droogzuil combineren. Daartoe is er
een tussenset* (WTV) vereist.
Al de onderdelen met een * zijn bij uw
Miele-handelaar en in de Technische
Dienst van Miele verkrijgbaar.
Hou hiermee rekening:
a De veilige afstand tot de wand be-
draagt minstens 2 cm
b Hoogte van de was- en droogzuil
met een tussenset met
ca. 169 cm
zonder werkblad: ca. 170 cm
Het machinedeksel weer monteren
Had u het deksel afgenomen om het
toestel in een was- en droogzuil te
plaatsen of in te bouwen? Let er dan op
dat het deksel stevig op de achterste
steunen zit als u het weer monteert. En
kel dan is een veilig transport van het
toestel gewaarborgd.
.
werkblad:
-
50
Page 51
Opstellen en aansluiten
Het Miele-lekbeveiligings
-
systeem
Dit systeem biedt een veelomvattende
beveiliging tegen waterschade door de
wasautomaat.
De lekbeveiliging gebeurt in hoofdzaak
op 3 punten:
1) aan de toevoerslang
2) in en aan het toestel
3) aan de afvoerslang
1) Aan de toevoerslang
– Bescherming tegen het springen van
de slang
De springdruk van de slang ligt boven de 7.000 kPa.
2) In en aan het toestel
De bodemschaal
–
Water dat uit de wasautomaat lekt,
wordt in de bodemschaal opgevan
gen. De vlotter-schakelaar sluit de
watertoevoerventielen. Er wordt dus
geen water meer toegevoerd. Het
water in de kuip wordt weggepompt.
De overloopbeveiliging
–
Deze verhindert dat de wasautomaat
overloopt wegens ongecontroleerde
watertoevoer. Zo het water boven
een bepaald niveau stijgt, wordt de
afvoerpomp ingeschakeld en het water gecontroleerd weggepompt.
3) Aan de afvoerslang
Deze slang is beveiligd door een
ventilatiesysteem. Dit verhindert dat
de wasautomaat wordt leeggezogen.
-
51
Page 52
Opstellen en aansluiten
Watertoevoer
Deze wasautomaat mag u zonder te
rugstroombeveiliging aansluiten op de
drinkwaterleiding.
De dynamische druk dient minstens
100 kPa te bedragen. Die mag de
1.000 kPa evenwel niet overschrijden.
Ligt de druk hoger dan 1.000 kPa, laat
dan een drukreduceerventiel installe
ren.
Voor de aansluiting is een waterkraan
vereist met
niet voorhanden, laat uw wasautomaat
dan enkel door een erkend installateur
op de drinkwaterleiding aansluiten.
,
waterleidingdruk. Door de waterkraan zachtjes open te draaien kan
u nagaan of de aansluiting niet lekt.
Zie eventueel eens de positie van de
dichting en de schroefkoppeling na.
3
/4"-schroefkoppeling. Is die
De schroefkoppeling staat onder
-
-
Ter bescherming van het watertoe
voerventiel mag u nooit de 2 zeefjes
verwijderen. Het ene zeefje zit op
het uiteinde van de toevoerslang,
het andere in de aansluiting van het
watertoevoerventiel.
Toebehoren om de slang te ver
lengen
Mits toeslag zijn er bij uw Miele-hande
laar en in de Technische Dienst van
Miele slangen van 2,5 of 4 m lang ver
krijgbaar.
-
-
-
-
Uw wasautomaat is niet geschikt
voor aansluiting op warm water.
Onderhoud
Gebruik ter vervanging van de toevoer
slang enkel de originele Miele-slang.
Die weerstaat een springdruk van bo
ven de 7.000 kPa.
52
-
-
Page 53
Opstellen en aansluiten
Waterafvoer
Het water wordt via een ingebouwde af
voerpomp met een opvoerhoogte van
1 m weggepompt.
Opdat de afvoer vlot verloopt, mag de
afvoerslang in geen geval knikken ver
tonen.
Het bochtstuk aan het uiteinde van de
afvoerslang kan u in de gewenste rich
ting draaien. U kan het ook van de af
voerslang aftrekken.
-
De afvoerslang kan u zo plaatsen:
1. In een spoelbak of gootsteen han
gen:
Let wel op het volgende:
Maak de slang vast opdat ze niet
–
wegglijdt!
Zo het water in een spoelbak wordt
–
afgevoerd, dient het vlot genoeg te
kunnen wegvloeien. Anders bestaat
het risico dat het overloopt of dat een
deel van het weggepompte water in
de machine wordt teruggezogen.
2. Aansluiten op een kunststof afvoer-
buis met een rubberen mof; er is niet
per se een sifon vereist.
3. Aansluiten op een wasbak met een
kunststof nippel.
4. Via een afvoeropening in de vloer la-
ten leeglopen.
Zo nodig kan u de afvoerslang tot 5 m
verlengen. Het vereiste toebehoren
vindt u bij uw Miele-handelaar of bij de
Technische Dienst van Miele.
-
Voor afvoerhoogten van meer dan 1 m
(tot max. 1,80 m) is er bij uw Miele-han
delaar of bij de Technische Dienst van
Miele een tweede afvoerpomp verkrijg
baar. Deze pomp moet wel tegelijk met
de originele pomp werken. Ze wordt
met de nodige ombouwset geleverd.
-
-
53
Page 54
Opstellen en aansluiten
Elektrische aansluiting
Dit Miele-toestel is voorzien voor aan
sluiting op eenfasige stroom 230 V,
50 Hz. Het is uitgerust met een stekker
en een kabel.
Bij gebruik van een stopcontact, re
kening houden met het volgende:
De Euro-stekker moet steeds bereik
baar zijn teneinde het toestel te kunnen
uitschakelen.
Indien de installatie van de wasauto
maat middels een directe aansluiting
wordt uitgevoerd, moet de
kleurencodering worden
gerespecteerd.
De aansluiting mag uitsluitend gebeuren op een volgens de voorschriften
geïnstalleerd stopcontact met aarding.
Wij geven u de raad uw toestel in geen
geval aan te sluiten op verlengsnoeren
of aftakcontactdozen. Er is dan eventueel risico van brand.
Om de veiligheid te verhogen, verdient
het aanbeveling een verliesstroomscha
kelaar met een uitschakelstroom van
30 mA voor het toestel te schakelen.
-
-
-
-
-
Gegevens omtrent de aansluitwaarde
en de vereiste zekeringen vindt u op
het typeplaatje. Vergelijk ze zorgvuldig
met die van uw elektrische installatie.
54
Page 55
Verbruiksgegevens
LadingVerbruiksgegevens
StroomWaterProgrammaduur
in kWhin literkortnormaal
Wit/Bont95°C5 kg1,70451 uur 42 min.1 uur 57 min.
Kreukherstellend40°C1)2,5 kg0,45491 uur 01 min.1 uur 16 min.
Fijn wasgoed30°C1 kg0,356549 min.59 min.
Zijde /30°C1 kg0,2439–37 min.
Wol /30°C2 kg0,2337–40 min.
Mini40°C2,5 kg0,3535–31 min.
Automatic40°C3 kg0,30 - 0,6030 - 5054 min.1 uur 09 min.
1)
Testprogramma volgens EN 60456
Deze verbruiksgegevens kunnen afwijkingen vertonen. Ze hangen namelijk af
van bv.: waterdruk, waterhardheid, temperatuur van het toegevoerde water,
omgevingstemperatuur, soort en hoeveelheid wasgoed, schommelingen in de
netspanning en gekozen bijkomende functies.
1)
60°C
60°C5 kg0,85451 uur 26 min.1 uur 56 min.
40°C
40°C5 kg0,50451 uur 26 min.1 uur 56 min.
5 kg0,8545–1 uur 56 min.
1)
5 kg0,5045–1 uur 56 min.
55
Page 56
Technische gegevens
Hoogte85 cm
Breedte59,5 cm
Diepte58 cm
Diepte bij open deur97,5 cm
Gewicht93 kg
Maximale belasting van de vloer1.600 Newton (ca. 160 kg)
Capaciteit5 kg droog wasgoed
Aansluitspanningzie typeplaatje
Aansluitwaardezie typeplaatje
Smeltstoppenzie typeplaatje
Verbruiksgegevenszie gelijknamige rubriek
Waterdruk, minimum100 kPa (1 bar)
Waterdruk, maximum1.000 kPa (10 bar)
Lengte van de watertoevoerslang1,60 m
Lengte van de waterafvoerslang1,50 m
Lengte van het elektrisch snoer1,60 m
Maximale opvoerhoogte1 m
Maximale afvoerlengte5 m
Verkregen labelszie typeplaatje
56
Page 57
Programmeerfuncties
om standaardinstellingen
aan te passen
Page 58
Programmeerfuncties
Met de programmeerfuncties kan u uw
wasautomaat aan uw eigen behoeften
aanpassen.
Systeem Extra water
Het systeem Extra water heeft via de
bijkomende functie Extra water in de
hierna vermelde programma's effect
op de watertoevoer.
Daarmee kan u meer water laten toe
voeren in de programmadelen Wassen
en Spoelen. In de programma's Wit/Bont en Kreukherstellend kan u een bij
komende spoelbeurt laten verlopen.
Het systeem Extra water beschikt over
4 varianten.
De geprogrammeerde varianten kunnen effect hebben op de watertoevoer
in deze programma's:
– Wit/Bont
– Kreukherstellend
–
Mini
–
Automatic
-
Als u de bijkomende functie Extra
water inschakelt, heeft dat de vol
gende uitwerking bij de ...
1ste variante:
meer water bij het spoelen in de ver
melde programma's.
2de variante:
meer water bij het wassen en bij het
spoelen in de vermelde programma's;
het toestel wordt zo geleverd.
3de variante:
bijkomende spoelbeurt enkel in de pro
gramma's Wit/Bont en Kreukherstel
lend.
4de variante:
meer water bij het wassen en bij het
spoelen in de vermelde programma's
en
een bijkomende spoelbeurt in de
programma's Wit/Bont en Kreukherstel-lend.
Wenst u een van deze varianten te programmeren en op te slaan? Volg dan
de stappen van A tot G op de vol
gende bladzijde.
-
-
-
-
-
–
Zijde
De geprogrammeerde variante acti
veert u vervolgens door de bijkomende
functie Extra water in te schakelen.
58
-
Page 59
Programmeerfuncties
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot G.
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de program
makiezer. Deze bedieningselementen
hebben een verdoken functie. Die is
niet op het bedieningspaneel af te le
zen.
Voorwaarden:
Het toestel is uitgeschakeld.
–
Het toestel is dicht.
–
De programmakiezer staat op Einde.
–
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C ingedrukt.
B Schakel de wasautomaat in met de
toets jk.
C Wacht tot het controlelampje Start
aangaat . . .
D . . . en laat daarna de toets Start los.
-
-
E Draai de programmakiezer in de
stand Wit/Bont 75°C:
Het controlelampje inweken/voorwas
knippert 2 x kort telkens na 2 secon
den, daar in de fabriek de stand 2 is
ingesteld.
F Telkens als u op toets Start drukt,
kiest u een andere instelling.
Het controlelampje inweken/voorwas:
knippert 1x = instelling 1
–
meer water bij het spoelen
knippert 2x = instelling 2
–
meer water bij het wassen en spoelen (in de fabriek ingesteld)
– knippert 3x = instelling 3
bijkomende spoelbeurt in de
programma’s Wit/Bont en Kreukher-
stellend
– knippert 4x = instelling 4
meer water bij het wassen en spoelen én een bijkomende spoelbeurt in
de programma’s Wit/Bont en Kreuk-
herstellend
-
G Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
De toets Extra water is nu met de geko
zen instelling voorzien. Die blijft zo lang
opgeslagen tot u een andere instelling
programmeert.
-
59
Page 60
Programmeerfuncties
Behoedzaam ritme
Om lichtjes vuil wasgoed behoed
zaam te wassen. De trommelbewe
gingen worden beperkt.
Het behoedzaam ritme kan worden toe
gepast in de programma’s Wit/Bont, Mini, Stijven en Automatic.
Heeft u het behoedzaam ritme gepro
grammeerd, dan wordt bij elke was
beurt met deze programma’s op een
behoedzaam ritme gewassen.
In de fabriek werd het behoedzaam rit
me niet geactiveerd.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot G:
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de programmakiezer. Deze bedieningselementen
hebben een verdoken functie. Die is
niet op het bedieningspaneel af te lezen.
Voorwaarden:
–
Het toestel is uitgeschakeld.
–
Het toestel is dicht.
–
De programmakiezer staat op Einde.
-
-
-
-
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C inge
drukt.
B Schakel de wasautomaat in met de
toets jk.
-
C Wacht tot het controlelampje van de
-
toets Start aangaat . . .
D . . . en laat daarna de toets Start los.
E Draai de programmakiezer in de
stand Wit/Bont 60°C:
Het controlelampje inweken/voorwas:
-
knippert niet = het behoedzaam
ritme is
uitgeschakeld.
knippert wel = het behoedzaam
ritme is
ingeschakeld.
F Door op de toets Start te drukken
schakelt u het behoedzaam ritme in
of weer uit.
G Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
De gekozen instelling van de program
meerfunctie is nu opgeslagen. Dat blijft
zo tot u die weer wijzigt.
-
-
60
Page 61
Programmeerfuncties
Sopafkoeling voor Wit/Bont
Op het einde van de hoofdwas loopt
er extra water in de trommel. Het sop
koelt ietwat af.
De sopafkoeling treedt in actie zo u een
temperatuur van 75 °C of 95 °C koos.
U dient de sopafkoeling te activeren:
als u de afvoerslang in een wasbak
–
of gootsteen hangt. Daarmee voor
komt u dat iemand zich aan het hete
sop verbrandt.
– in gebouwen met afvoerbuizen die
niet voldoen aan de norm DIN 1986.
De sopafkoeling voor Wit/Bont is uitgeschakeld als het toestel u geleverd
wordt.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot G:
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de programmakiezer. Deze bedieningselementen
hebben een verdoken functie. Die is
niet op het bedieningspaneel af te le
zen.
-
-
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C inge
drukt.
B Schakel de wasautomaat in met de
toets jk.
C Wacht tot het controlelampje van de
toets Start aangaat . . .
D . . . en laat daarna de toets Start los.
E Draai de programmakiezer in de
stand Wit/Bont 40°C:
Het controlelampje Inweken/Voorwas:
knippert niet = de sopafkoeling is
uitgeschakeld.
knippert wel = de sopafkoeling is
ingeschakeld.
F Door op de toets Start te drukken
schakelt u de sopafkoeling in of weer
uit.
G Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
De gekozen instelling van de program
meerfunctie is nu opgeslagen. Dat blijft
zo tot u die weer wijzigt.
-
-
Voorwaarden:
–
Het toestel is uitgeschakeld.
–
Het toestel is dicht.
–
De programmakiezer staat op Einde.
61
Page 62
Programmeerfuncties
Memory-functie
Kiest u een bijkomende functie en/of
wijzigt u het centrifugeertoerental,
dan slaat het toestel die instellingen
bij de start van het programma op.
Kiest u opnieuw het basiswasprogram
ma, dan duidt het toestel deze opgesla
gen bijkomende functies en/of het ge
wijzigde centrifugeertoerental aan.
De memory-functie werd in de fabriek
niet ingesteld.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot G:
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de programmakiezer. Deze bedieningselementen
hebben een verdoken functie. Die is
niet op het bedieningspaneel af te lezen.
Voorwaarden:
–
Het toestel is uitgeschakeld.
–
Het toestel is dicht.
–
De programmakiezer staat op Einde.
-
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C inge
drukt.
B Schakel de wasautomaat in met de
toets jk.
C Wacht tot het controlelampje van de
-
toets Start aangaat . . .
-
D . . . en laat daarna de toets Start los.
E Draai de programmakiezer in de
stand Wit/Bont 30°C:
Het controlelampje Inweken/Voorwas:
knippert niet = de memory-functie is
uitgeschakeld.
knippert wel = de memory-functie is
ingeschakeld.
F Door op de toets Start te drukken
schakelt u de memory-functie in of
weer uit.
G Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
De gekozen instelling van de program
meerfunctie is nu opgeslagen. Dat blijft
zo tot u die weer wijzigt.
-
-
62
Page 63
Programmeerfuncties
Inweektijd
Voor de functie van de toets Inweken
kan u een tijd programmeren tussen 30
minuten en 2 uur. Dat gebeurt in stap
pen van 30 minuten.
Die gekozen inweektijd gaat dan vooraf
aan het eigenlijke wasprogramma zo u
deze bijkomende functie kiest.
Voor de toets Inweken werd in de fa
briek een inweektijd van 2 uur voorzien.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen van A tot G:
De programmeerfuncties activeert u
met de toets Start en met de programmakiezer. Deze bedieningselementen
hebben een verdoken functie. Die is
niet op het bedieningspaneel af te lezen.
Voorwaarden:
– Het toestel is uitgeschakeld.
– Het toestel is dicht.
–
De programmakiezer staat op Einde.
-
-
A Druk op de toets Start en hou die
tijdens de stappen B tot C inge
drukt.
B Schakel de wasautomaat in met de
toets jk.
C Wacht tot het controlelampje Start
aangaat . . .
D . . . en laat daarna de toets Start los.
E Draai de programmakiezer in de
stand Kreukherstellend 60°C:
Het controlelampje Inweken/Voorwas
knippert 1 x kort telkens na 2 secon
den, omdat er in de fabriek een inweektijd van 2 uur is ingesteld.