Miele PW 6080 Vario XL User manual

Page 1
Gebruiksaanwijzing en opstellingsinstructies
Wasautomaat PW 6080
Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat.
Vario XL
nl-NL
M.-Nr. 09 622 550
Page 2
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpak kingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belas ting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling.
Hergebruik van het verpakkingsmateri aal remt de afvalproductie en het ge bruik van grondstoffen. Vaak neemt de leverancier de verpakking terug. Als u de verpakking zelf wegdoet, informeer dan bij de reinigingsdienst van uw ge meente waar u die kunt afgeven.
-
-
-
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap­paraten bevatten meestal nog waarde­volle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en vei­lig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone afval doet of er op een andere manier niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu.
Het afgedankte apparaat moet tot die tijd buiten het bereik van kinderen wor den opgeslagen.
Energie besparen
Energie- en waterverbruik
Maak zoveel mogelijk gebruik van de
­maximale beladingscapaciteit van
een programma. U gebruikt dan rela tief gezien de minste hoeveelheid energie en water.
Wasmiddel
– Gebruik de hoeveelheid wasmiddel
die op de verpakking staat aangege­ven.
– Verlaag bij een geringere belading
de wasmiddelhoeveelheid.
Als u aansluitend machinaal droogt
Kies het hoogste centrifugetoerental voor het betreffende wasprogramma. U bespaart dan energie tijdens het dro gen.
-
-
-
Verwijder uw oude apparaat dan ook nooit samen met het gewone afval, maar lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elek tronische apparatuur. Vraag uw hande laar indien nodig om inlichtingen.
2
-
-
Page 3
Inhoud
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu........................2
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.............................6
Bediening van de wasautomaat .....................................14
Bedieningspaneel .................................................14
Opmerking bij de eerste ingebruikneming ..............................14
Principe display ...................................................15
Bediening van de wasserettevariant (WS)...............................17
Algemene aanwijzingen en tips .....................................18
1. Wasgoed voorbereiden ...........................................18
2. Wasautomaat vullen..............................................19
3. Programma kiezen...............................................19
Symbolen op het etiket .............................................20
Verkorte gebruiksaanwijzing .......................................21
Programma kiezen ................................................25
Programma kiezen/wijzigen..........................................25
Programma als favoriet programma opslaan ............................27
Extra functies ....................................................28
Voorwas .........................................................28
Stijfselstop .......................................................28
Spoelstop........................................................29
Intensief* ........................................................29
Extra water* ......................................................29
Piekbelastingsschakelaar ...........................................30
Timer ...........................................................31
Centrifugeren ....................................................32
Maximaal toerental eindcentrifugeren ..................................32
Tussencentrifugeren .............................................32
Eindcentrifugeren uitschakelen (spoelstop) ...........................32
Tussencentrifugeren en eindcentrifugeren uitschakelen .................32
Programmaverloop wijzigen ........................................33
Muntautomaat ....................................................33
Programma onderbreken............................................33
Programma afbreken ...............................................33
Programma wijzigen ...............................................33
3
Page 4
Inhoud
Wasmiddel ......................................................34
Waterontharder ...................................................34
Componentenwasmiddel............................................34
Ontkleuren/verven .................................................34
Wasverzachter, appreteermiddel, stijfsel of vloeibaar stijfsel ................35
Wasverzachter, appreteermiddel of vloeibaar stijfsel automatisch doseren . . 35
Stop voor wasverzachter of appreteermiddel .........................35
Stijfselstop.....................................................35
Stijven met stijfselstop ...........................................35
Externe dosering ..................................................36
Sensor leegmelding .............................................36
Reiniging en onderhoud ...........................................38
Wasautomaat reinigen ..............................................38
Zeefjes watertoevoer reinigen ........................................41
Nuttige tips ......................................................42
Wat moet u doen als... ............................................42
Er kan geen wasprogramma worden gestart ............................42
In het display verschijnt een foutmelding ...............................43
Algemene problemen met de wasautomaat .............................44
Het wasresultaat is onvoldoende......................................45
De vuldeur gaat niet open ...........................................46
Programma voortzetten na een onderbreking van de stroomvoorziening ......46
Service-interval, veiligheidsvoorschrift (BGR) ............................47
Vuldeur openen bij verstopte afvoer en/of stroomstoring ...................48
Voer het water af... ..............................................48
... bij een uitvoering met pluizenfilter ................................48
Afvoersysteem reinigen ..........................................49
... bij een uitvoering met afvoerklep .................................49
Deur openen ...................................................50
Service / Klantcontacten ...........................................51
Reparaties .......................................................51
Optische interface PC ..............................................51
Bij te bestellen accessoires ..........................................51
4
Page 5
Inhoud
Plaatsen en aansluiten ............................................52
Voorkant.........................................................52
Achterkant .......................................................53
Zijkant ..........................................................54
Bovenkant .......................................................54
Wasautomaat plaatsen .............................................54
Sokkelopstelling...................................................55
Muntautomaat ....................................................55
Plaats van opstelling ...............................................56
Transportbeveiliging verwijderen .....................................56
Transportbeveiliging monteren .......................................57
Stellen ..........................................................58
Wateraansluiting ..................................................59
Koudwateraansluiting ............................................59
Warmwateraansluiting ...........................................60
Aansluiting op huishoudwater .....................................60
Aansluiting op heet water .........................................60
Waterafvoer ......................................................61
Uitvoering met afvoerklep.........................................61
Uitvoering met afvoerpomp .......................................61
Elektrische aansluiting ..............................................62
Technische gegevens .............................................63
5
Page 6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Lees beslist deze gebruiksaanwijzing.
~
Deze automaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadiging van het apparaat tot gevolg hebben.
Lees eerst de gebruiksaanwijzing voordat u uw automaat voor het eerst gebruikt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het apparaat. In de gebruiksaanwijzing vindt u belangrijke in­structies met betrekking tot de veiligheid, het gebruik en het on­derhoud.
Als meerdere personen de automaat bedienen, dan moeten de veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen voor deze personen toegankelijk worden gemaakt en/of worden uitgelegd.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en geef deze door aan een even tuele volgende eigenaar.
-
Verantwoord gebruik
De wasautomaat is uitsluitend bestemd voor het wassen van tex
~
tiel dat volgens het wasetiket geschikt is voor machinaal wassen. Ieder ander gebruik kan gevaarlijk zijn. De fabrikant is niet verant woordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door ander gebruik dan hier aangegeven of door foutieve bediening.
De wasautomaat moet volgens de gebruiksaanwijzing worden ge
~
bruikt, regelmatig worden onderhouden en de werking moet regelmatig worden gecontroleerd.
6
-
-
-
Page 7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Het apparaat mag niet buiten worden gebruikt.
~
Dit apparaat mag alleen worden gebruikt door personen die in
~
staat zijn het apparaat veilig te bedienen en die volledig op de hoogte zijn van de inhoud van de gebruiksaanwijzing!
Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdu
~
rend toezicht houdt.
Kinderen vanaf acht jaar mogen het apparaat alleen zonder toe
~
zicht gebruiken als ze weten hoe ze het apparaat veilig moeten be dienen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening.
Kinderen mogen het apparaat niet zonder toezicht reinigen of on-
~
derhouden
Houd kinderen in de gaten wanneer deze zich in de buurt van de
~
automaat bevinden. Laat kinderen nooit met het apparaat spelen.
Als de automaat in een vrij toegankelijke ruimte staat opgesteld,
~
moet de exploitant geschikte maatregelen treffen die voorkomen dat door mogelijke restrisico's gevaarlijke situaties voor de gebruiker ontstaan.
De desinfectiestandaard van thermische en chemothermische
~
procédés dient te worden bewaakt. Desinfectieprogramma's mogen niet worden onderbroken, omdat anders het desinfectieresultaat on gunstig kan worden beïnvloed.
-
-
-
-
7
Page 8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Controleer het apparaat voordat u het installeert en in gebruik
~
neemt op zichtbare schade. Een beschadigd apparaat mag niet worden geïnstalleerd en gebruikt.
De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen gewaarborgd
~
als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de voorschriften is geïnstalleerd. Het is belangrijk dat u dit controleert. Laat in geval van twijfel de huisinstallatie door een vakman inspecte ren. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg van een ontbrekende of beschadigde aarddraad.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties leveren gevaar op voor de
~
gebruiker. Miele kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld. Re­paraties mogen alleen worden uitgevoerd door vakmensen die door Miele zijn geautoriseerd, anders kan bij eventuele schade geen aan­spraak op de garantie worden gemaakt.
Voer geen aanpassingen aan de automaat uit die niet uitdrukke-
~
lijk door Miele zijn toegestaan.
-
In geval van een storing of bij reinigings- en onderhoudswerk-
~
zaamheden is de automaat alleen spanningsvrij als: –
de stekker uit de contactdoos is getrokken.
de hoofdschakelaar van de huisinstallatie uitgeschakeld is of
de desbetreffende zekering van de huisinstallatie er geheel uitge draaid is.
8
-
Page 9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
De wasautomaat mag alleen met een nieuwe slangenset op de
~
watervoorziening worden aangesloten. Oude slangen mogen niet worden gebruikt. Controleer de slangen regelmatig. U kunt de slangen dan tijdig vervangen en waterschade voorkomen.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderde
~
len worden vervangen. Alleen van die onderdelen kan Miele garan deren dat zij aan de veiligheidseisen voldoen.
Open de deur van de wasautomaat nooit met geweld. Om de
~
veiligheidsfunctie van het deurslot te waarborgen, is de deurgreep voorzien van een speciale beveiliging.
Als u het apparaat voor professionele doeleinden gebruikt, moet
~
u het apparaat periodiek door een deskundige laten controleren (bij­voorbeeld door Miele). De resultaten moeten in het zogenaamde machinevolgboek worden vastgelegd (verkrijgbaar bij Miele). Het machinevolgboek moet op de plaats van opstelling worden be­waard.
Dit apparaat mag niet op een niet-stationaire locatie (zoals een
~
boot) worden gebruikt.
-
-
9
Page 10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veilig gebruik
Plaats het apparaat in een vorstvrije ruimte. Bevroren slangen
~
kunnen barsten en temperaturen onder het vriespunt kunnen de werking van de elektronica beïnvloeden.
Verwijder voor de ingebruikneming de transportbeveiliging aan
~
de achterkant van de automaat (zie het hoofdstuk "Plaatsen en aan sluiten" onder "Transportbeveiliging verwijderen"). Als de beveiliging niet wordt verwijderd, kunnen de wasautomaat en ernaast geplaats te apparaten en meubels tijdens het centrifugeren beschadigd ra ken.
Sluit de waterkraan als u gedurende lange tijd afwezig bent (bij-
~
voorbeeld tijdens vakanties). Dit is vooral van belang als zich in de buurt van de automaat geen afvoerputje bevindt.
Als u voor de waterafvoer een wastafel gebruikt, controleer dan
~
van tevoren of het water in de wasbak snel genoeg wegstroomt. Zorg dat de afvoerslang niet kan wegglijden. De kracht van het uitstromende water kan een niet beveiligde slang uit de wastafel drukken.
-
-
-
Voorkom dat vreemde voorwerpen (spijkers, naalden, munten,
~
paperclips, etc.) in de machine terechtkomen. Dergelijke voor werpen kunnen de automaat beschadigen (zoals de kuip en de wastrommel). Beschadigde onderdelen kunnen op hun beurt het wasgoed beschadigen. Vooral metaalspaanders die zich in reinigingsmaterialen kunnen bevinden, moeten voor het wassen er uit worden geschud.
Bij juiste dosering van het wasmiddel hoeft de automaat niet te
~
worden ontkalkt. Mocht u toch willen ontkalken, gebruik dan een ont kalkingsmiddel dat een anti-corrosiemiddel bevat (verkrijgbaar bij Miele). Volg de aanwijzingen op de verpakking nauwkeurig op.
10
-
-
-
Page 11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Wasgoed dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen is
~
behandeld, moet vóór het wassen grondig met water worden ge spoeld.
Gebruik nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten
~
(zoals wasbenzine). Onderdelen van de wasautomaat kunnen be schadigd raken en er kunnen giftige dampen vrijkomen. Bovendien bestaat er brand- en explosiegevaar.
Bewaar en gebruik in de buurt van de automaat geen benzine,
~
petroleum of andere licht ontvlambare stoffen. Er bestaat brand- en explosiegevaar!
Textielverf moet geschikt zijn voor gebruik in een wasautomaat.
~
Volg de aanwijzingen op de verpakking nauwkeurig op.
Ontkleuringsmiddelen bevatten vaak zwavel en kunnen corrosie
~
veroorzaken. Deze middelen mogen niet in de wasautomaat worden gebruikt.
-
-
Voorkom dat de roestvrijstalen oppervlakken (front, deksel, om-
~
manteling) in aanraking komen met vloeibare reinigings- en desin­fectiemiddelen die chloor of natriumhypochloride bevatten. Deze middelen kunnen op het roestvrije staal corrosie veroorzaken. Agressieve chloorbleekloogdampen kunnen eveneens corrosie tot gevolg hebben. Bewaar geopende reservoirs met dergelijke mid delen daarom niet in de buurt van de apparatuur.
Voor de reiniging van het apparaat mag geen hogedrukreiniger of
~
waterstraal worden gebruikt.
Let bij gebruik en combinatie van speciale reinigingsmiddelen en
~
speciale producten op de aanwijzingen van de betreffende fabri kant. Gebruik het middel alleen voor toepassingen die door de fabri kant zijn aangegeven. Hiermee voorkomt u materiaalschade en eventuele heftige chemische reacties.
-
-
-
11
Page 12
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Chloor en schade aan onderdelen
Aanwijzingen voor behandelingen met chloorbleekmiddelen en perchloorethyleen
Hoe groter de gebruikte chloorhoeveelheden, des te groter de
~
kans op schade aan onderdelen van de automaat. Het gebruik van chloorhoudende middelen, zoals natriumhypochlori de en poedervormige chloorbleekmiddelen, kan - afhankelijk van de chloorconcentratie, de inwerktijd en de temperatuur - de bescherm laag van het roestvrije staal aantasten en corrosie veroorzaken op onderdelen van de automaat. Om deze redenen dient u af te zien van het gebruik van dergelijke middelen. In plaats daarvan advise ren wij bleekmiddelen op zuurstofbasis.
Als u toch voor bepaalde verontreinigingen chloorhoudende bleek­middelen gebruikt, dient u altijd een antichloorbehandeling uit te voeren. U voorkomt zo dat onderdelen van de wasautomaat en de was onherstelbaar beschadigd raken.
Antichloorbehandeling
-
-
-
De antichloorbehandeling moet meteen aansluitend op het gebruik van het chloorbleekmiddel worden uitgevoerd! Gebruik hiervoor bij voorkeur waterstofperoxide of een was- of bleekmiddel op zuurstofbasis en zonder het water tussendoor af te pompen.
Met thiosulfaat kan, vooral bij hard water, gipsvorming optreden waardoor verontreinigingen op het wasgoed en afzettingen in de wasautomaat kunnen ontstaan. Omdat een behandeling met waterstofperoxide het neutralisatieproces van chloor ondersteunt, dient daaraan de voorkeur te worden gegeven.
De juiste hoeveelheden hulpmiddelen en de behandelingstemperaturen dienen ter plaatse volgens de doseerad viezen van de was- en hulpmiddelenfabrikanten te worden ingesteld en gecontroleerd. Ook moet worden getest of er resten actieve chloor in de was zijn achtergebleven.
12
-
Page 13
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Accessoires
Accessoires mogen alleen dan worden aan- of ingebouwd, als
~
deze uitdrukkelijk door Miele zijn vrijgegeven. Als er andere onder delen worden aan- of ingebouwd, kan Miele niet voor de gevolgen instaan en kan er geen beroep worden gedaan op bepalingen met betrekking tot garantie en productaansprakelijkheid.
Het afdanken van een apparaat
-
Als u uw oude automaat afdankt, maak dan eerst het deurslot on
~
bruikbaar. Daarmee voorkomt u dat spelende kinderen zich opslui ten en in levensgevaar komen.
Als de "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen" niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
-
-
13
Page 14
Bediening van de wasautomaat
Bedieningspaneel
a Display
Een uitgebreide toelichting vindt u op de volgende bladzijden.
b Keuzetoetsen
Met deze toetsen kunt u meteen wasprogramma's kiezen. U kunt de toetsen ook voor uw favoriete programma's gebruiken.
c Toets Start
d Optische interface PC
De optische interface gebruikt Miele voor servicedoeleinden.
e Programmaschakelaar (duo-knop)
Met deze schakelaar kiest en bevestigt u de menupunten (kiezen = draaien, bevestigen = drukken).
f Aan/Uit-knop s
Opmerking bij de eerste ingebruikneming
Voordat u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt, moet het correct zijn geplaatst en aangesloten. Zie ook het hoofdstuk "Plaatsen en aansluiten".
Voer de eerste ingebruikneming uit, zoals beschreven in het boekje "Eerste inge bruikneming, programma-overzicht, instellingen".
14
-
Page 15
Principe display
Startmenu
Bediening van de wasautomaat
1 Bonte was 60°C 2 Kreukherstellend 40°C Instellingen F... 3 Fijne was 40°C 4WolH 30°C 10:00
In het display verschijnt het startmenu met vier favoriete pro gramma's (die kunnen worden gewijzigd). De functie Pro grammakeuze is gemarkeerd.
Programmaschakelaar (duo-knop)
Als u aan de programmaschakelaar draait, markeert u een andere functie in het display.
Als u op de programmaschakelaar drukt, bevestigt u het ge­markeerde menupunt.
Keuzetoetsen
De vier programma's die links in het display verschijnen, zijn uw "favorieten". U kunt deze programma's rechtstreeks kiezen door op de keuzetoetsen te drukken.
U kunt uw favoriete programma's individueel samenstellen (zie ook het hoofdstuk "Programma kiezen" onder "Program­ma als favoriet programma opslaan").
In de overige menu's hebben de keuzetoetsen andere func ties. In die gevallen ziet u in het display boven de betreffende keuzetoets een pijl H met de functieaanduiding van de toets.
Programmakeuze...
-
-
-
Mogelijkheden om een programma te kiezen
U kunt op twee manieren een programma kiezen:
Mogelijkheid 1:
Selecteer in het display het menu Program makeuze en bevestig uw keuze met een druk op de pro grammaschakelaar.
Mogelijkheid 2:
Druk op een van de keuzetoetsen D E F of G. Het basismenu van het betreffende program ma wordt geopend.
-
-
-
15
Page 16
Bediening van de wasautomaat
Menu "Programmakeuze"
Programma­keuze
Met de programmaschakelaar kunt u alle beschikbare pro gramma's selecteren. De markering verplaatst zich omhoog of omlaag, afhankelijk van de draairichting.
De pijlen HV rechts in het display geven aan dat er nog meer keuzemogelijkheden zijn.
Als u op de programmaschakelaar drukt, wordt het basismenu van het gekozen programma geopend.
Basismenu van een wasprogramma
Bonte was 60°C 1300 omw/min
Duur: 0:53 h
Extra
H
Door aan de programmaschakelaar te draaien, kunt u de ver­schillende programmaonderdelen (wasprogramma, tempera­tuur en toerental) selecteren. Het geselecteerde onderdeel is gemarkeerd. Als u op de pro grammaschakelaar drukt, wordt het onderdeel gekozen en het bijbehorende submenu geopend.
Timer Y
H
Witte was V
Bonte was
Kreukherstellend Fijne was H
-
Terug A
H
-
De submenu's Extra en Timer kunt u openen door op de be treffende keuzetoets te drukken.
Om terug te gaan naar het startmenu drukt u op de keuze toets G onder Terug.
Desgewenst kunt u alle onderdelen met de programmascha kelaar markeren en bevestigen.
Menu "Instellingen J"
Via het menu Instellingen kunt u de elektronica van de auto maat aan veranderende situaties aanpassen. Meer informatie vindt u in het boekje "Eerste ingebruikneming, programma overzicht, instellingen".
16
-
-
-
-
-
Page 17
Bediening van de wasautomaat
Bediening van de wasserettevariant (WS)
Afhankelijk van de programmering (instelling Besturing) kan het startmenu verschillend worden weergegeven.
Voor de bediening worden de keuzetoetsen D, E, F, G gebruikt of de programmaschakelaar.
WS-toets.verk.kiez.eenv. (toetsen verkort kiezen - eenvoudig)
1 Bonte was 60°C 2 Kreukherstellend 40°C 3 Fijne was 40°C 4WolH 30°C
U kunt in totaal uit 4 programma's kiezen die in het menu In stellingen/Exploitatieniveau kunnen worden vastgelegd.
WS-toets.verk.kiez.+logo (toetsen verkort kiezen + logo)
M
PROFESSIONAL
30°C
H
U kunt uit 12 programma's kiezen die in het menu Instel­lingen/Exploitatieniveau kunnen worden vastgelegd.
60°C
H
95°C
H
-
Meer
H
17
Page 18
Algemene aanwijzingen en tips
1. Wasgoed voorbereiden
^ Haal alle zakken leeg.
Voorwerpen zoals spijkers, mun-
,
ten en paperclips kunnen het was­goed en onderdelen van de auto­maat beschadigen.
Vlekken voorbehandelen
^ Verwijder vóór het wassen eventuele
vlekken op het wasgoed. Doe dat zolang de vlekken nog niet zijn opge droogd. Verwijder vlekken deppend met een niet afgevende doek. Niet wrijven!
Vlekken (van bloed, ei, koffie, thee, etc.) kunt u vaak eenvoudig verwijde ren. Miele heeft hiervoor een speciale vlekkenwijzer samengesteld die u via internet kunt raadplegen.
,
Gebruik nooit chemische (oplos middelhoudende) reinigingsmidde len in de wasautomaat!
-
-
Wasgoed sorteren
Sorteer het wasgoed op kleur en op
^
de symbolen in het wasetiket (in de kraag of bij de zijnaad).
Donker textiel geeft vaak af als het de eerste keren wordt gewassen. Dit kan verkleuring tot gevolg hebben. Was licht en donker wasgoed daarom ge scheiden.
Algemene tips
Bij vitrage: Verwijder de haakjes en
het loodband of doe deze delen in een waszak.
– Bij bh's: Naai losse beugels vast of
verwijder deze.
– Bij gebreid goed, spijkergoed, pan-
talons en tricot (t-shirts, sweatshirts, etc.): Keer dit wasgoed binnenste­buiten als dit op het wasetiket staat.
– Sluit voor het wassen ritssluitingen,
haakjes en oogjes.
­–
Knoop dekbedovertrekken en slopen dicht, zodat er geen klein wasgoed in kan komen.
Meer tips vindt u in het boekje "Eerste ingebruikneming, program ma-overzicht, instellingen".
Was geen textiel dat volgens het was etiket niet wasbaar is (symbool h). Textiel dat geschikt is voor natreiniging
-
w, mag wel worden gewassen.
-
-
-
18
Page 19
Algemene aanwijzingen en tips
2. Wasautomaat vullen
Schakel de wasautomaat met de
^
"Aan/Uit"-toets K in.
Open de vuldeur door aan de greep
^
te trekken.
Open de vuldeur nooit met geweld. De deurgreep is voorzien van een speciale beveiliging. Door het los schieten van de deurgreep wordt voorkomen dat het deurslot bescha digd raakt (hoofdstuk "Nuttige tips" onder "De vuldeur gaat niet open").
^ Ontvouw het wasgoed en leg het los-
jes in de trommel. Grote en kleine stukken bij elkaar zorgen voor een optimale waswerking en voor een be­tere verdeling tijdens het centrifuge­ren.
Als u de maximale beladingscapaciteit benut, is het energie- en waterverbruik relatief gezien het laagst. Bij een te vol­le trommel neemt het wasresultaat af en neemt de kreukvorming toe.
-
-
3. Programma kiezen
Kies het programma dat het meest
^
geschikt is voor het betreffende was goed.
Het programma-overzicht vindt u in het boekje "Eerste ingebruikneming, pro gramma-overzicht, instellingen".
-
-
^
Sluit de deur. Doe dit als volgt: Druk de deur bijna dicht en sluit de deur met de deurgreep. Gooi de deur niet dicht.
,
Het wasgoed mag niet tussen de deur en de trommel ingeklemd ra ken.
-
19
Page 20
Algemene aanwijzingen en tips
Symbolen op het etiket
Wassen
De waarde in de wastobbe geeft de maximale temperatuur aan waarmee u het product mag wassen.
9 Normale mechanische belas
ting
4 Behoedzame mechanische
belasting
c Zeer behoedzame mechani
sche belasting
/ Handwas
h Niet wasbaar
Voorbeelden voor de programmakeu­ze
Programma Wassymbool
Witte/Bonte was
Kreukherstel lend
Fijne was ac Wol / Miniwas 76
9ö8E76
-
54321
De punten geven de temperatuur aan.
-
De punten geven het temperatuurbe reik aan.
-
Drogen
q Normale temperatuur r Lage temperatuur s Niet machinaal drogen
Strijken & mangelen
I ca. 200°C H ca. 150°C G ca. 110°C J Niet strijken/mangelen
Professionele reiniging
f Reiniging met chemische op-
losmiddelen. De letters staan
p
voor de reinigingsmiddelen.
w Natreiniging D Niet chemisch reinigen
Bleken
x Elk oxidatie-bleekmiddel is
toegestaan
{ Alleen zuurstofbleekmiddel is
toegestaan
z Niet bleken
-
20
Page 21
Lees beslist het hoofdstuk "Alge
,
mene aanwijzingen en tips".
A Wasgoed sorteren
B Wasautomaat beladen
Schakel de automaat in.
^
^ Open de deur met de deurgreep.
Verkorte gebruiksaanwijzing
-
Het wasgoed mag niet tussen de
,
deur en de trommel ingeklemd ra ken.
-
^
Leg de was uitgevouwen en losjes in de trommel.
^
Sluit de deur.
1. Druk de deur dicht.
2. Sluit de greep.
21
Page 22
Verkorte gebruiksaanwijzing
C Programma kiezen
Een beschrijving van de programma's
vindt u in het boekje "Eerste inge
bruikneming, programma-overzicht, instellingen".
U kunt op twee manieren een program ma kiezen:
Kies met de keuzetoetsen één van
uw favoriete programma's.
– Kies een programma via het menu
Programmakeuze.
-
Muntautomaat
Let op het betaalverzoek in het display als het apparaat voorzien is van een muntautomaat.
De gebruiker kan geld verliezen als deze het programma na de pro
­grammastart afbreekt (afhankelijk van de instellingen)!
-
^
Kies, indien gewenst, via de betref fende submenu's de functies Extra en/of Timer (uitgestelde start).
22
-
Page 23
D Wasmiddel doseren
Houd bij de dosering rekening met de mate van verontreiniging en met de wa terhardheid.
Bij te weinig wasmiddel
worden de reinigingsmaterialen en
het wasgoed niet schoon en na ver loop van tijd grauw en hard.
ontstaan er vetbolletjes in de was.
ontstaat er kalkafzetting op de ver
warmingselementen.
Bij te veel wasmiddel
-
Verkorte gebruiksaanwijzing
-
-
Trek de wasmiddellade open en vul
^
de juiste vakjes.
– treedt er sterke schuimvorming op,
waardoor de mechanische waswer­king afneemt en de was niet goed wordt gereinigd, gespoeld en gecen­trifugeerd.
– wordt het milieu onnodig belast.
Meer informatie over wasmiddelen en doseringen vindt u in het hoofdstuk "Wasmiddel".
De wasautomaat is geschikt voor het aansluiten van externe doseersyste men voor het doseren van vloeibare was- en hulpmiddelen (zie ook "Wasmiddel", "Externe dosering").
i = Wasmiddel voor de voorwas j = Wasmiddel voor de hoofdwas
§ = Wasverzachter, appreteer-
middel, vloeibaar stijfsel of impregneermiddel
^ Sluit de wasmiddellade.
Trek de wasmiddellade niet tijdens het wassen uit de automaat. Gebruik de wasautomaat alleen met gesloten
-
wasmiddellade.
Bij desinfectieprogramma's wordt het vakje § niet aangestuurd. Do seer daarom geen middel in vakje
§.
-
23
Page 24
Verkorte gebruiksaanwijzing
E Programma starten
Als u het programma kunt starten, be gint de toets Start te knipperen.
Druk op de toets Start.
^
De starttoets licht op.
In het display verschijnt de verwachte programmaduur. De tijd wordt in minu ten afgeteld. In de eerste 10 minuten bepaalt de wasautomaat hoeveel water het wasgoed kan opnemen. Hierdoor kan de programmaduur nog worden verkort.
Daarnaast is in het display het pro­grammaverloop te zien. De automaat geeft steeds aan welke programmafase is bereikt.
Als u tijdens het wassen op een van de volgende keuzetoetsen drukt, kunt u met:
– toets
D Extra na de start van een
programma de weergegeven extra functies in- of uitschakelen.
-
F Trommel leeghalen
In het display verschijnt Einde.
Open de deur.
^
Haal het wasgoed uit de trommel.
^
Controleer of de trommel leeg is. Achtergebleven was kan bij een vol
­gende wasbeurt krimpen of afgeven.
Sluit de deur. Er kunnen anders on
^
bedoeld voorwerpen in de trommel terechtkomen. Deze zouden per on geluk kunnen worden meegewassen en het wasgoed kunnen bescha­digen.
^ Schakel de wasautomaat met de
Aan/Uit-toets uit.
-
-
-
toets
E Timer de actuele tijd en de
verwachte eindtijd van het program ma opvragen.
24
G Afbreken het lopende pro
toets gramma afbreken. Het sop wordt meteen afgevoerd.
-
-
Page 25
Programma kiezen/wijzigen
Startmenu
Programma kiezen
1 Bonte was 60°C 2 Kreukherstellend 40°C Instellingen F... 3 Fijne was 40°C 4WolH 30°C 15:00
Druk bijvoorbeeld op de keuzetoets D.
^
Programmakeuze...
Basismenu
Bonte was 60°C 1300 omw/min
Duur: 0:53 h
Extra
H
Timer Y
H
Terug A
H
^ Kies het onderdeel dat u wilt wijzigen (programma, tempe-
ratuur of centrifugetoerental) door aan de programmascha­kelaar te draaien. Druk op de programmaschakelaar om uw keuze te bevestigen.
Afhankelijk van uw keuze verschijnt een van de volgende displays:
– Programma kiezen
Programma­keuze
Terug A
Witte was
Bonte was Kreukherstellend H
^
Kies met de programmaschakelaar het gewenste program ma en bevestig uw keuze. Daarna verschijnt het basismenu weer.
-
25
Page 26
Programma kiezen
Let op! Als in de submenu's binnen 15 seconden geen keuze wordt gemaakt, springt de weergave terug naar het basismenu.
– Temperatuur instellen
Bonte was 60 °C 1300 omw/min
Temperatuur van Koud - 60°C
Kies met de programmaschakelaar de gewenste tempera
^
tuur en bevestig uw keuze. Daarna verschijnt het basismenu weer.
– Centrifugetoerental kiezen
Bonte was 60 °C 1300 omw/min
Toerental van 0 - 1300 omw/min
^ Kies met de programmaschakelaar het gewenste centrifu-
getoerental en bevestig uw keuze. Daarna verschijnt het basismenu weer.
a
-
Extra functies kiezen
26
^
Druk op de keuzetoets D. Het submenu Extra wordt ge opend.
Bonte was 60°C 1300 omw/min
Extra
^
Kies met de programmaschakelaar de gewenste extra
Voorwas
Stijfselstop Spoelstop
Terug A
functie en bevestig uw keuze. Daarna verschijnt het basismenu weer. Herhaal de procedure als u nog een extra functie wilt kiezen. Meer informatie over de extra functies vindt u in het gelijknamige hoofdstuk.
-
Page 27
Programma als favoriet programma opslaan
Programma kiezen
Keuzetoets kiezen
U kunt de vier meest gebruikte programma's onder de keu zetoetsen opslaan. Hiervoor moet de optie Opslaan via het menu Instellingen/Exploitatieniveau beschikbaar zijn.
Bonte was 40°C 1300 omw/min
Voorwas Duur: 1:02 h
Extra
H
Druk op de keuzetoets F.
^
Bonte was 40°C 1300 omw/min
Tot nu toe: Bonte was Extra: Geen
Opslaan onder :
Timer Y
H
1
2 3 4 Terug A
Opslaan
H
Terug A
1300 omw/min
H
60°C
^ Kies met de programmaschakelaar het gewenste nummer
voor uw favoriete programma en bevestig uw keuze. Het programma is nu met uw instellingen opgeslagen en ver­schijnt voortaan in het startmenu.
Als u nog meer favoriete programma's wilt programmeren, herhaal dan de voorgaande stappen. Leg de betreffende programma's op de resterende keuzetoetsen vast.
-
27
Page 28
Extra functies
U kunt de standaardwasprogramma's aanvullen met extra functies.
Submenu "Extra" openen
Bonte was 60°C 1300 omw/min
Duur: 0:53 h
Extra
Druk op de keuzetoets D. Het submenu Extra wordt geo
^
pend.
Extra functies kiezen
Bonte was 60°C 1300 omw/min
H
Timer Y
H
Terug A
H
-
Voorwas
Stijfselstop
Extra
Voorwas
Stijfselstop Spoelstop
Terug A
^ Kies met de programmaschakelaar de gewenste extra
functie en bevestig uw keuze.
– Herhaal de procedure als u nog een extra functie wilt kie-
zen.
– Een vinkje geeft aan of een extra functie al is gekozen.
Voor wasgoed dat veel vuil bevat (zoals stof en zand).
Het water wordt voor de laatste spoelgang afgepompt. Het programma wordt onderbroken.
Na het toevoegen van het stijfsel (dosering rechtstreeks in de trommel) kan het programma worden voortgezet (voor meer informatie zie het hoofdstuk "Wasmiddel" onder "Stijven met stijfselstop").
28
Page 29
Spoelstop
Extra functies
Intensief*
Extra water*
Het wasgoed wordt na de laatste spoelgang niet gecentrifu geerd, maar blijft in het spoelwater liggen. Hierdoor zal er minder kreukvorming optreden, wanneer u de was niet met een na afloop van het programma uit de trommel haalt.
Voor textiel met ernstige verontreinigingen of duidelijke vlek ken.
De tijden voor de hoofdwas en het spoelen worden verlengd.
Als u de extra functie Extra water kiest, wordt het waterniveau tijdens het wassen en spoelen verhoogd.
U kunt ook nog andere instellingen voor de extra functie Extra
water kiezen. Zie hiervoor het hoofdstuk "Instel­lingen/Exploitatieniveau" in het boekje "Eerste ingebruikne-
ming, programma-overzicht, instellingen".
*Intensief en Extra water kunnen via het menu Instel- lingen/Exploitatieniveau worden toegevoegd, zoals beschre­ven in het boekje "Eerste ingebruikneming, programma-over­zicht, instellingen".
De extra functies die u kunt kiezen, worden in het sub menu "Extra" weergegeven. Als een extra functie niet wordt weergegeven, is de functie niet toegestaan bij het gekozen programma.
-
-
-
-
29
Page 30
Extra functies
Piekbelastingsschakelaar
Als de piekbelastingsschakelaar reageert, wordt de verwar
­ming uitgeschakeld en het programma stopgezet. In het dis play verschijnt de volgende melding:
Witte was 60°C 1300 omw/min
Wassen 0:43 h
Piekbelasting
Als de piekbelasting voorbij is, wordt het programma automa tisch voortgezet.
-
-
30
Page 31
Met de timer kunt u het programma-einde verschuiven. U kunt de programmastart met 30 minuten tot maximaal 24 uur uitstellen.
Submenu "Timer" openen
Bonte was 60°C 1300 omw/min
Duur 0:53 h
Extra
Druk op de keuzetoets E. Het submenu Timer wordt ge
^
opend.
Eindtijd kiezen
U kunt het programma-einde in stappen van 30 minuten ver­schuiven.
Bonte was 60°C 1300 omw/min
Timer
H
Timer Y
H
Terug A
H
-
Timer starten
Timer afbreken
10:03
Starttijd: Einde:
10:38
11:30
^ Kies met de programmaschakelaar het tijdstip waarop het
programma moet zijn afgelopen en bevestig uw keuze. Het programma-einde wordt opgeschoven naar het eerst­volgende hele of halve uur. De programmastart verschuift parallel aan het gewenste programma-einde.
^
Druk op de toets Start.
De ingestelde timertijd wordt weergegeven en afgeteld (in stappen van een minuut).
^
U kunt de procedure met de keuzetoets G afbreken.
Pas na de programmastart kan de elektronica vaststellen, hoeveel was zich in de trommel bevindt. De programma
-
duur kan hierdoor veranderen.
31
Page 32
Centrifugeren
Maximaal toerental eindcentrifugeren
Het maximale toerental is afhankelijk van het programma.
U kunt het toerental voor het eindcentri fugeren verlagen. Een hoger toerental dan aangegeven, is niet mogelijk.
Tussencentrifugeren
De was wordt na de hoofdwas en tus sen de spoelgangen door gecentrifu geerd. Als u het toerental voor het eind centrifugeren verlaagt, wordt eventueel ook het toerental voor het tussencentrifugeren verlaagd.
-
-
Eindcentrifugeren uitschakelen (spoelstop)
Kies in het submenu Extra de extra
^
functie Spoelstop. Het wasgoed blijft dan na de laatste spoelgang in het
­water liggen. Hierdoor zal de kreuk
vorming minder zijn als u de was na afloop van het programma niet met een uit de trommel haalt.
Eindcentrifugeren starten
In het display is het centrifugetoeren tal gemarkeerd.
-
Met de starttoets start u het eindcen
trifugeren.
– U kunt het toerental veranderen. ^ Druk op de programmaschakelaar en
wijzig het toerental.
^ Bevestig het toerental. Het eindcen-
trifugeren start meteen.
– Programma beëindigen
:
:
-
-
-
-
32
^ Druk op de keuzetoets G Afbre-
ken. Het water wordt afgepompt.
^
Open de deur.
Tussencentrifugeren en eindcentrifugeren uitschakelen
^
Kies in het submenu "Toerental" de instelling zonder centrifugeren.Nade laatste spoelgang wordt het water af gepompt.
-
Page 33
Programmaverloop wijzigen
Muntautomaat
De gebruiker verliest geld als hij een programma na de start afbreekt.
Programma onderbreken
U kunt een programma op elk moment onderbreken.
Schakel de automaat met de
^
"Aan/Uit"-toets uit.
Om door te gaan:
Schakel de automaat met de
^
"Aan/Uit"-toets weer in.
^ Bevestig de melding op het display
en druk op de toets Start.
Programma afbreken
Na de programmastart kunt u een pro­gramma op elk moment afbreken:
^ Druk op de keuzetoets G Afbre-
ken.
Programma wijzigen
U kunt:
na de programmastart het centrifu
getoerental tot aan het begin van het eindcentrifugeren wijzigen en de ex tra functies Stijfselstop en Spoelstop activeren of deactiveren.
tot 5 minuten na de programmastart
de temperatuur wijzigen en de extra functies Intensief en Extra water acti veren of deactiveren.
U kunt een programma niet afbreken of wijzigen en de deur niet openen als:
– een desinfectieprogramma gestart is.
– een muntautomaat aangesloten is
(afbreken is mogelijk, afhankelijk van de instelling, zie instelling Vergren- deling muntautomaat).
-
-
-
De automaat pompt het water in de ma chine weg.
^
Open de deur voordat u een nieuw programma start.
-
33
Page 34
Wasmiddel
Wasmiddeldosering
Houdt u zich aan de aanwijzingen van de wasmiddelenfabrikant.
Instructies en doseeradviezen vindt u op de verpakking van het wasmiddel.
De dosering is afhankelijk van:
de hoeveelheid wasgoed.
de mate van vervuiling.
de waterhardheid.
Als u de waterhardheid in uw regio niet kent, neem dan contact op met uw waterbedrijf.
Waterhardheid
Hardheids-
graad
zacht (I) 0 - 1,5 0 - 8,4
gemiddeld (II) 1,5 - 2,5 8,4 - 14
hard (III) boven 2,5 boven 14
Hardheid in
mmol/l
Duitse hardheid
°dH
Componentenwasmiddel
Als u met meerdere componenten wast, doseer dan altijd in deze volgorde in vakje j:
1. Wasmiddel
2. Wateronthardingsmiddel
3. Vlekkenzout
Als u deze volgorde aanhoudt, kunnen de middelen goed worden ingespoeld.
Ontkleuren/verven
^ Gebruik geen
in de wasautomaat.
Houdt u zich strikt aan de aanwijzingen van de verffabrikant als u textiel in de wasautomaat wilt verven.
ontkleuringsmiddelen
Waterontharder
Bij de hardheidsgraden II en III kunt u een onthardingsmiddel gebruiken om wasmiddel te besparen. De juiste dose ring vindt u op de verpakking. Doseer eerst het wasmiddel en daarna het ont hardingsmiddel.
Doseer het wasmiddel nu voor hard heidsgraad I.
34
-
-
-
Page 35
Wasmiddel
Wasverzachter, appreteermiddel, stijfsel of vloeibaar stijfsel
Doseer de middelen volgens de aan
^
wijzingen van de fabrikant.
Wasverzachter, appreteermiddel of vloeibaar stijfsel automatisch doseren
^ Doseer de wasverzachter, het appre-
teermiddel of het vloeibare stijfsel in het vakje §. Vul het vakje hooguit
tot de maximummarkering.
Tijdens de laatste spoelgang wordt de wasverzachter, het appreteermiddel of het vloeibare stijfsel ingespoeld. Na af loop van het programma blijft in vakje
§ een kleine hoeveelheid water achter.
Stop voor wasverzachter of appreteermiddel
Doseer de wasverzachter of het ap
^
preteermiddel in het vakje §.
­Kies het programma Extra spoelen.
^
Druk op de toets Start.
^
Stijfselstop
Bereid en doseer het stijfsel volgens
^
de aanwijzingen op de verpakking. Doseer het stijfsel in vakje i.
^
Kies het programma Stijven.
^ ^ Druk op de toets Start.
Stijven met stijfselstop
^ Bereid en doseer het stijfsel volgens
de aanwijzingen op de verpakking.
^ Kies voor de programmastart de ex-
tra functie Stijfselstop. Het program­ma en de resttijd worden nu voor de laatste spoelgang stopgezet. In het display verschijnt Stijfselstop.
^
Open de vuldeur en doseer het stijf sel meteen in de trommel.
^
Sluit de deur.
-
^
Kies een centrifugetoerental en be vestig uw keuze of
-
-
-
Reinig de wasmiddellade en met name de zuighevel, als u meermaals automatisch heeft gesteven.
^
druk op de toets Start.
35
Page 36
Wasmiddel
Externe dosering
Sensor leegmelding
De wasautomaat is voorzien van een adapter voor externe doseersystemen. U kunt maximaal zes doseerslangen aan sluiten. De externe doseerpompen worden door relais in de wasautomaat aangestuurd. De relais worden steeds 2 minu ten ingeschakeld.
Voor de elektrische aansturing van de doseerpompen is een aparte aansluitkast vereist die uw Miele-vakhandelaar of Miele moet installeren.
De relais worden aangestuurd, zoals in het boekje "Eerste ingebruikneming, programma-overzicht, instellingen" is aangegeven. De reservoirs moeten in de aangegeven volgorde met de betreffende was- en hulpmiddelen zijn gevuld.
Bij lege reservoirs voor vloeibare middelen verschijnt er een melding in het display van de wasautomaat als de Leegmelding geactiveerd is (zie in het boekje "Eerste inge­bruikneming, programma-overzicht, instellingen" het hoofd­stuk "Menu Instellingen/Exploitatieniveau").
-
-
36
Als een reservoir leeg is, verschijnt voor de programmastart of tijdens het programmaverloop de melding:
Doseerreservoir
i
vullen
OK
H
Een gestart programma wordt volledig afgewerkt.
^
Druk op de toets D om de melding in het display te wis sen en vul de reservoirs.
-
Page 37
Wasmiddel
Bij desinfectieprogramma's verschijnt:
Storing
O
Het programma wordt afgebroken.
Druk op de toets D om de melding in het display te wis
^
sen en vul de reservoirs.
Start het programma opnieuw.
^
Doseerreservoir leeg
OK
H
-
Bij desinfectieprogramma's moet er bij een leeg reser
,
voir van worden uitgegaan dat de desinfectie niet heeft plaatsgevonden. Start het programma opnieuw.
-
37
Page 38
Reiniging en onderhoud
Haal de spanning van het appa
,
raat.
Wasautomaat reinigen
Gebruik geen oplosmiddelhou
,
dende reinigingsmiddelen, schuur middelen, glas- of allesreinigers. Deze middelen kunnen de kunststof oppervlakken en andere onderdelen beschadigen.
Behuizing en bedieningspaneel
^ Reinig de behuizing en het bedie-
ningspaneel met een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel of een sopje van zeep.
^ Reinig de roestvrijstalen onderdelen
met een reinigingsmiddel voor roest­vrij staal.
,
Spuit de wasautomaat nooit af
met een slang.
-
-
Trommel, kuip en afvoersysteem rei
-
nigen
Indien nodig kunt u de trommel, de kuip en het afvoersysteem reinigen.
Start het programma Machine reini
^
gen.
Controleer na afloop van het pro
^
gramma de binnentrommel en verwij der eventueel achtergebleven grove verontreinigingen.
Als u vaak desinfectieprogramma's gebruikt, moet u het programma Ma chine reinigen regelmatig uitvoeren.
-
-
-
-
-
38
Page 39
Wasmiddellade reinigen
Reiniging en onderhoud
Verwijder regelmatig eventueel achter gebleven wasmiddelresten.
Aan de binnenkant van de lade bevindt zich een gele opener.
^ Verwijder de opener.
-
Trek de lade tot de aanslag naar bui
^
ten.
1. Druk de uittrekbeveiliging met de opener naar beneden.
2. Verwijder de wasmiddellade.
^ Reinig de lade met warm water.
-
39
Page 40
Reiniging en onderhoud
Reinig de zuighevel en het kanaal voor de wasverzachter extra grondig als u meermaals vloeibaar stijfsel heeft gebruikt. Vloeibaar stijfsel wordt plakkerig.
Reinig de zuighevel.
^
1. Trek de zuighevel uit het vakje § en
reinig deze onder de kraan met warm water. Reinig ook het buisje waarop de zuighevel geplaatst wordt.
2. Plaats de zuighevel terug.
Ruimte voor de wasmiddellade reini gen
^ Verwijder met een flessenborstel de
wasmiddelresten en de kalkafzet­tingen van de inspuiters van de was­middellade.
-
^
Reinig het kanaal voor de wasver zachter met warm water en een borstel.
40
-
Page 41
Zeefjes watertoevoer reinigen
De automaat is voorzien van zeefjes die de watertoevoerkleppen beschermen. Deze zeefjes moeten eens per half jaar worden gecontroleerd en eventueel ge reinigd. Als de watertoevoer herhaalde lijk wordt onderbroken, moeten de zeef jes eerder worden gecontroleerd.
Zeefjes in de toevoerslangen reinigen
Draai de kraan dicht.
^
Schroef de toevoerslang van de
^
kraan.
Reiniging en onderhoud
Draai de schroefkoppeling vast op de waterkraan. Draai de kraan open. Draai de schroefkoppeling vaster als de aansluiting lekt.
-
-
Zeefjes in de koppelstukken reinigen
­Draai de geribbelde kunststof moer
^
voorzichtig met een tang los.
^
Trek het rubberen dichtingsringetje 1 uit de groef.
^
Pak het kunststof zeefje 2 bij de kam vast (met een combinatietang of spitstang) en trek het eruit.
^
Reinig het zeefje.
^
Plaats alles in omgekeerde volgorde terug.
^ Pak het zeefje met een spitstang bij
de kam vast en haal het eruit. Reinig het zeefje. Plaats de onderdelen in omgekeerde volgorde weer terug.
Plaats de zeefjes na het reinigen al
tijd weer terug.
-
41
Page 42
Nuttige tips
Wat moet u doen als . . .
De meeste storingen en problemen die in de dagelijkse praktijk kunnen voor komen, kunt u zelf verhelpen. Hierdoor bespaart u tijd en geld, omdat u niet de hulp van een technicus van Miele hoeft in te roepen.
De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een storing of probleem te ach terhalen en te verhelpen. Houdt u daarbij wel rekening met het volgende:
Reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door vakmensen. Ondes
,
kundig uitgevoerde reparaties kunnen groot gevaar opleveren voor de ge bruiker.
-
-
Er kan geen wasprogramma worden gestart
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het display blijft donker. De stroomvoorzie-
ning is niet in orde.
Als u het programma Centrifugeren kiest, volgt geen programma start.
Het display is donker en de verlichting van de toets Start knippert langzaam.
De handelingen voor de eerste ingebruik
-
neming zijn niet uit gevoerd.
Het display wordt au tomatisch uitgescha keld om energie te besparen (stand-by).
Controleer of – de automaat elektrisch is
aangesloten.
– de zekering van de huisin-
stallatie in orde is.
Start het programma Bonte
-
was 60°C, zoals beschreven in
-
het hoofdstuk "Eerste inge bruikneming" in het boekje "Eerste ingebruikneming, pro gramma-overzicht, instel lingen".
-
Druk op een keuzetoets. De
-
stand-by-functie wordt beëin digd.
-
-
-
-
-
-
42
Page 43
Nuttige tips
In het display verschijnt een foutmelding
Melding in het display Oorzaak Oplossing A
Storing watertoevoer
p
Open de waterkraan en controleer de toevoer slang
Technische storing
,
Storing
,
Desinfectietemperatuur niet bereikt
Storing waterafvoer
q
Reinig het afvoersys teem
Doseerreservoir vullen
of
O
Storing Doseerreservoir leeg
De watertoevoer is geblokkeerd of niet
-
in orde.
De waterdruk is te laag.
Er is sprake van een defect.
Tijdens het desin­fectieprogramma is de vereiste tempe­ratuur niet bereikt.
De waterafvoer is
-
geblokkeerd of niet in orde.
Een van de reser voirs voor de ex terne dosering is leeg.
Controleer of
de kraan ver genoeg
opengedraaid is. de toevoerslang geknikt
is.
Kies de instelling Lage
waterdruk (menu Instel lingen/Exploitatieniveau).
Start het programma op nieuw. Als de foutmelding opnieuw verschijnt, neem dan con­tact op met Miele.
De wasautomaat heeft de desinfectie niet correct uit­gevoerd. Start het programma op­nieuw.
Bij een apparaat met afvoer­pomp: reinig het afvoersys teem.
Bij een apparaat met afvoer klep: neem contact op met Miele.
-
Zie ook in het hoofdstuk
-
"Wasmiddel" de rubriek "Sensor leegmelding".
-
-
-
-
A Om een foutmelding uit het display te verwijderen, drukt u op de programma
schakelaar.
-
43
Page 44
Nuttige tips
Algemene problemen met de wasautomaat
Probleem Oorzaak Oplossing
De automaat blijft tij dens het centrifugeren niet stabiel staan.
Er zijn vreemde pomp geluiden te horen.
Er blijft te veel wasmid del in het wasmiddelvak achter.
De wasverzachter wordt niet goed ingespoeld of er blijft te veel water in het vakje § staan.
In het display verschijnt een vreemde taal.
De stelvoeten staan niet
-
goed en zijn niet met de contramoeren vastge zet.
Dit is geen storing! Slurpende geluiden bij het begin
-
en het einde van het pompproces zijn normaal.
De waterdruk is te laag.–Reinig de zeefjes in de
-
Als poedervormige wasmiddelen in aanra­king komen met onthar­dingsmiddelen kunnen ze gaan plakken.
De zuighevel zit niet goed of is verstopt.
Onder "Instellingen J" "Taal J" is een andere taal ingesteld.
-
Zorg dat de automaat sta biel en waterpas staat. Zet de stelvoeten met de con tramoeren vast.
watertoevoerslangen. Kies eventueel de functie
Extra water.
Reinig de wasmiddellade en doseer voortaan eerst het wasmiddel en pas daar­na het onthardingsmiddel in het betreffende vakje.
Reinig de zuighevel (zie in het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud" de rubriek "Wasmiddellade reinigen").
Stel de door u gewenste taal in. Het vlaggetje helpt u het juiste menu te vinden.
-
-
44
Page 45
Het wasresultaat is onvoldoende
Probleem Oorzaak Oplossing
De was wordt niet goed schoon met vloeibaar wasmid del.
Op het gewassen wasgoed blijven grijze, elastische bolletjes (vetbolle­tjes) achter.
Op gewassen donker textiel be­vinden zich witte, wasmiddelachtige resten.
Wasgoed met zeer vette verontreini gingen wordt niet goed schoon.
-
Vloeibare wasmid delen bevatten vaak geen bleekmiddel.
-
Fruit-, koffie- en thee vlekken worden dan niet verwijderd.
De dosering van het wasmiddel was te laag. Het wasgoed was met vet verontrei­nigd (olie, zalf, etc.).
Het wasmiddel bevat bestanddelen die niet in water oplosbaar zijn en voor de water ontharding dienen (zeolieten). Deze be standdelen zijn op de was neergeslagen.
Kies een programma met voorwas. Gebruik voor de voorwas een vloeibaar wasmiddel.
Gebruik voor de hoofdwas waspoeder.
Voor sterk vervuilde bedrijfskleding adviseren wij voor de hoofdwas speciale wasmiddelen. Neem voor meer informa tie contact op met de leverancier van uw reinigingsmidde len.
-
Gebruik bij dergelijke vlekken
waspoeder met bleekmiddel. Doseer vlekkenzout in vakje j
-
en doe het vloeibare wasmiddel in een doseerbolletje.
Doe nooit vloeibaar wasmiddel
en vlekkenzout samen in het was middelvak.
Doseer bij dergelijk wasgoed
meer wasmiddel of gebruik een vloeibaar wasmiddel.
– Laat de automaat vóór het vol-
gende wasprogramma een 60°C-programma uitvoeren. Ge­bruik daarvoor vloeibaar wasmid­del en doe geen wasgoed in de trommel.
– Probeer de resten er na het dro-
gen af te borstelen.
Was donker textiel voortaan met
-
een wasmiddel zonder zeolieten. Vloeibare wasmiddelen bevatten
-
meestal geen zeolieten.
Nuttige tips
-
-
-
45
Page 46
Nuttige tips
De vuldeur gaat niet open
Mogelijke oorzaak Oplossing
De deur is na het afbre ken van een programma vergrendeld.
De deur kan na het was sen niet worden ge opend.
Er bevindt zich nog wa ter in de trommel en de wasautomaat pompt het water niet weg.
De beveiliging van de greep is eruit gesprongen.
-
Om te voorkomen dat u zich brandt, kan de deur bij
-
een temperatuur van meer dan 50°C niet worden ge opend. Wacht totdat het apparaat is afgekoeld.
Druk tegen de deurgreep en schakel de machine uit
-
en weer in. Trek vervolgens nog eens aan de deur greep.
Controleer of het afvoersysteem verstopt is. Reinig
-
het afvoersysteem zoals in de volgende rubriek wordt beschreven.
Het losschieten van de deurgreep voorkomt bescha­diging van het slot. Druk stevig tegen de deurgreep, zodanig dat de beveiliging weer hoorbaar vastklikt.
-
-
Programma voortzetten na een onderbreking van de stroomvoorziening
Mogelijke oorzaak Oplossing
Stroomstoring Bevestig de melding in het display met de keuze
De wasautomaat is met de toets Aan/Uit uit- en weer ingeschakeld.
46
toets D en druk vervolgens op de toets Start. Het programma wordt voortgezet op basis van de opge slagen status.
-
-
Page 47
Service-interval, veiligheidsvoorschrift (BGR)
Als na het indrukken van de "Aan"-schakelaar de volgende melding in het display verschijnt, moet een onderhoudsbeurt of de jaarlijke veiligheidscontrole worden uitgevoerd. Deze werkzaamheden mogen alleen door Miele worden uitge voerd.
Service-interval 1
;
Nadat u op de keuzetoets D heeft gedrukt, of na ca. 5 se conden, verschijnt het startmenu weer.
Neem contact op met Miele
OK
H
Nuttige tips
-
-
47
Page 48
Nuttige tips
Vuldeur openen bij verstopte afvoer en/of stroomstoring
Haal de spanning van het appa
,
raat.
Aan de binnenkant van de wasmiddel lade bevindt zich een opener voor het klepje van de afvoer.
^ Verwijder de opener.
Voer het water af...
Als de afvoer verstopt is, bevindt zich mogelijk nog veel water in de automaat
­(maximaal 35 l).
Wees voorzichtig als u zojuist op
,
­een hoge temperatuur heeft gewas
sen. U kunt zich anders branden!
... bij een uitvoering met pluizenfilter
Zet een geschikte bak onder het
^
klepje.
Draai het pluizenfilter er niet hele maal uit.
-
-
^
Maak het klepje naar de afvoer open.
48
^
Draai het filter zo ver los dat het wa ter uit de machine kan lopen.
Waterafvoer onderbreken:
^
Draait het filter weer vast.
-
Page 49
Als er geen water meer uitstroomt:
^ Draait u het filter er helemaal uit.
Afvoersysteem reinigen
^ Reinig het filter grondig.
Nuttige tips
Er zal water uit de automaat stro
,
men als u het pluizenfilter niet terug plaatst en vastdraait.
... bij een uitvoering met afvoerklep
^ Druk de hendel voor de noodafvoer
naar beneden en houd deze vast tot­dat er geen water meer uit de auto­maat stroomt.
-
-
^
Controleer of de pompschoepvleugel gemakkelijk draait. Verwijder eventu ele verontreinigingen en vreemde voorwerpen (knopen, munten, etc.) en reinig het filterhuis.
^
Plaats het pluizenfilter terug en draai het weer vast.
-
49
Page 50
Nuttige tips
Deur openen
Wacht tot de trommel stilstaat
,
voordat u de was uit de automaat haalt. U kunt zich verwonden als u uw hand in de nog draaiende trom mel steekt.
^ Steek een geschikte schroevendraai-
er (punt ca. 4 mm) in de opening naast het deurslot. De punt moet in de groef van de ontgrendeling vallen. Door licht tegen de wijzers van de klok in te draaien, wordt de deur ont grendeld.
-
-
^
Open de deur met de deurgreep.
,
Op de deur nooit met geweld.
50
Page 51
Service / Klantcontacten
Reparaties
Voor storingen die u niet zelf kunt ver helpen, waarschuwt u
uw Miele-vakhandelaar of
de service-organisatie van Miele.
Vermeld daarbij het model en het type nummer van uw automaat.
Beide gegevens staan op het type plaatje dat zich boven het kijkglas be vindt. Hiervoor moet u de deur wel ope nen.
-
-
Optische interface PC
De optische interface PC gebruikt Miele voor servicedoeleinden.
Bij te bestellen accessoires
Extra accessoires voor deze wasauto
-
maat kunt u bestellen bij de Miele-vak handel en bij Miele.
-
-
-
-
51
Page 52
Plaatsen en aansluiten
Voorkant
a Toevoerslang koud water
b Toevoerslang warm water
c Elektrische aansluiting
d Bedieningspaneel
e Wasmiddellade
52
f Deur met greep
g Klep pluizenfilter en afvoerpomp c.q.
afvoerklep
h Stelvoeten
Page 53
Achterkant
Plaatsen en aansluiten
a Kabel voor elektrische aansluiting
b Schacht voor communicatiemodule
c Klep huishoudwater
d Toevoerslang (warm water)
e Toevoerslang (koud water)
f Adapter voor externe dosering
g Afvoerslang bij automaten met af
voerpomp
h Transportbeveiliging
i Afvoerbuis bij automaten met afvoer
klep
j Houder voor de toevoerslangen en
de afvoerslang
-
-
53
Page 54
Plaatsen en aansluiten
Zijkant
Bovenkant
Wasautomaat plaatsen
^ Transporteer de automaat naar de
plaats van opstelling.
Zorg dat de automaat tijdens het
,
transport stevig staat.
,
Til een apparaat nooit bij de
deur op.
54
,
De automaat mag niet worden
ondergebouwd !
Page 55
Plaatsen en aansluiten
Sokkelopstelling
U kunt de automaat op een stalen sok kel* (open of dicht) of een betonnen sokkel plaatsen.
Als u de automaat op een
,
aanwezige sokkel plaatst moet het apparaat met spanstrips worden vastgezet. De automaat kan anders tijdens het centrifugeren van de sok kel vallen.
^ Zet de beide voorste voetjes van de
automaat vast met de bijgeleverde spanstrips.
Muntautomaat
De wasautomaat kan worden voorzien
-
van een muntautomaat.*
De instellingen voor de muntautomaat kunnen tijdens de eerste ingebruikne ming worden uitgevoerd door Miele of door de Miele-vakhandelaar.
-
Haal de ingeworpen mun ten/waardemunten regelmatig uit de muntautomaat, anders kan deze ver stopt raken.
Alle met * aangeduide onderdelen zijn verkrijgbaar bij de Miele-vakhandel en bij Miele.
-
-
-
^
Neem de aanwijzingen uit de bijge voegde montagehandleiding in acht.
-
55
Page 56
Plaatsen en aansluiten
Plaats van opstelling
Plaats de automaat niet vlakbij of
,
boven een open waterafvoer of
-goot. Binnendringend vocht kan be schadiging van elektrische onderde len tot gevolg hebben.
De stelvoeten en de ondergrond
,
moeten droog zijn. De machine kan anders tijdens het centrifugeren gaan glijden.
Plaats de automaat bij voorkeur op een betonnen vloer. Op een betonnen vloer zal de automaat tijdens het centrifuge­ren minder snel trillen dan op een hou­ten of anderszins "zachte" vloer.
^ Zorg dat de automaat waterpas en
stevig staat.
^ Zet de automaat niet op een zachte
vloerbedekking, omdat de machine anders tijdens het centrifugeren gaat schudden.
Transportbeveiliging verwijderen
-
-
^ Druk op het lipje en draai de linker
transportstang met de wijzers van de klok mee (90°).
Als u de automaat op een houten vloer plaatst:
^
Zet de wasautomaat op een triplexplaat (minimaal 69x77x3 cm). Deze plaat moet aan zoveel mogelijk vloerbalken worden vastgeschroefd, niet alleen aan vloerplanken.
Plaats het apparaat zo mogelijk in een hoek. Daar is de stabiliteit van de vloer het grootst.
56
^
Trek de transportstang eruit.
Page 57
Druk op het lipje en draai de rechter
^
transportstang tegen de wijzers van de klok in (90°).
Plaatsen en aansluiten
Sluit de betreffende gaten af! Als
,
u de gaten niet afsluit, kunt u zich verwonden.
^ Sluit de gaten met de bijgeleverde
dopjes af.
,
Zonder transportbeveiliging mag de automaat niet worden getrans­porteerd. Bewaar daarom de transport­stangen. De transportbeveiliging moet weer worden gemonteerd, voordat u het apparaat vervoert (bij voorbeeld bij een verhuizing).
-
^
Trek de transportstang eruit.
,
Zorg dat de automaat tijdens het transport stevig staat.
Transportbeveiliging monteren
Monteer de transportbeveiliging in om gekeerde volgorde.
57
-
Page 58
Plaatsen en aansluiten
Stellen
De stelvoeten en de ondergrond moe ten droog zijn. De machine kan anders tijdens het centrifugeren gaan glijden.
Om optimaal te kunnen functio
,
neren, moet de automaat stevig en waterpas staan.
Als de automaat niet correct wordt op gesteld, neemt het water- en energie verbruik toe en blijft het apparaat mo gelijk niet op zijn plaats staan.
Voetjes stellen en met contramoeren vastzetten
Het stellen van de automaat gebeurt met de vier machinevoeten (stelvoe­ten). Bij aflevering zijn alle voetjes naar binnen gedraaid.
-
-
-
-
-
^ Controleer met een waterpas of de
automaat goed staat.
^ Houd het voetje 1 met een water-
pomptang vast. Draai de contramoer 2 weer vast (met een steeksleutel te­gen de behuizing).
,
Draai de vier contramoeren alle­maal stevig tegen de behuizing. Controleer ook de voeten die bij het stellen niet zijn losgedraaid, anders blijft het apparaat mogelijk niet op zijn plaats staan.
^
Draai de contramoer 2 met de bijge leverde sleutel los (met de wijzers van de klok mee). Draai de contra moer 2 samen met de stelvoet 1 om laag.
58
-
-
-
Page 59
Wateraansluiting
Koudwateraansluiting
De automaat mag zonder terugslagklep op het waterleidingnet worden aange sloten, omdat het apparaat gebouwd is volgens de hiervoor geldende EU-normen.
De waterdruk moet tussen 100 kPa en
1.000 kPa overdruk liggen. Is de water druk hoger dan 1.000 kPa, dan moet een reduceerventiel worden geplaatst.
Voor de aansluiting is een kraan met
3/4"-schroefkoppeling vereist. Is geen kraan aanwezig, dan mag de automaat alleen door een erkend installateur op de waterleiding worden aangesloten.
-
,De verbinding staat onder
leidingdruk. Controleer of de aan­sluiting lekt. Draai de kraan hiervoor langzaam open. Controleer of de dichting en de schroefkoppeling goed zitten.
Plaatsen en aansluiten
De zeefjes (in het vrije uiteinde van de toevoerslang en in het koppel stuk van de watertoevoerklep) mo gen niet worden verwijderd. Zij die nen ter bescherming van de water toevoerklep.
Verlenging slang
Als extra toebehoren zijn slangen van
­2,5 en 4,0 m verkrijgbaar bij Miele.
-
-
-
-
De toevoerslang (koud – blauwe strepen) is niet geschikt voor aan sluiting op warm water.
Onderhoud
Als u de slang vervangt, gebruik dan uitsluitend een originele Miele-slang. Deze is bestand tegen een druk van ruim 7.000 kPa.
-
59
Page 60
Plaatsen en aansluiten
Warmwateraansluiting
Om het elektriciteitsverbruik zo laag mogelijk te houden, verdient het aanbe veling het apparaat op een ringleiding voor warm water aan te sluiten. Bij de kraan mag het water niet warmer zijn dan 70 °C. Met een enkele leiding naar de warm waterbron koelt het water te snel af als de leiding niet continu wordt gebruikt. Het kost dan extra elektrische energie om het water weer op te warmen. Voor de warmwateraansluiting gelden verder dezelfde voorwaarden als voor de koudwateraansluiting.
De toevoerslang (warm – rode strepen) wordt op de waterkraan aangesloten.
Om functionele redenen is het niet mogelijk om de automaat alleen op een warmwaterleiding aan te sluiten.
Als de automaat niet op warm water wordt aangesloten, moet de instelling
Water hoofdwas, Water voorwas en Wa ter spoelen worden aangepast. De toe
voerslang (warm) moet worden gede monteerd.
^
Kies in het menu Instellingen/ Exploitatieniveau telkens de optie Koud.
-
-
De programmaduur kan hierdoor toe nemen.
­Schroef de toevoerslang (warm –
^
rode strepen) eraf.
Plaats het bijgeleverde afdekkapje.
^
Aansluiting op huishoudwater
De wasautomaat is voorbereid op ge bruik van huishoudwater.
Schroef het afdekkapje van de klep
^
voor het huishoudwater.
^ Plaats een extra toevoerslang.
De instellingen voor Water hoofdwas en Water spoelen moeten dienovereen­komstig worden aangepast.
^ Kies in het menu Instellingen/
Exploitatieniveau telkens de optie Huishoudwater.
Aansluiting op heet water
-
De automaat mag op een heetwaterlei
­ding worden aangesloten (temperatuur
70 °C tot max. 85 °C). Hiervoor moet een speciale toevoerslang worden ge bruikt. Ook moet het apparaat door Miele of door uw Miele-vakhandelaar worden geherprogrammeerd.
-
-
-
-
60
Page 61
Plaatsen en aansluiten
Waterafvoer
Uitvoering met afvoerklep
Voor de waterafvoer wordt gebruik ge maakt van een motorgestuurde afvoer klep. Via een in de handel verkrijgbare haakse tuit DN 70 kan de aansluiting op het aanwezige afvoersysteem (afvoer met stankafsluiter) worden gereali seerd.
Uitvoering met afvoerpomp
Het waswater wordt door een pomp af gevoerd (maximale opvoerhoogte 1 m). Om de waterafvoer niet te belemmeren, moet de slang zonder knikken worden gelegd. De adapter aan het uiteinde is draaibaar en kan eventueel worden ver­wijderd.
Mogelijkheden voor de waterafvoer:
1. Via een kunststof afvoerbuis met rub-
beren nippel (een sifon is niet beslist noodzakelijk).
-
-
-
Voor een opvoerhoogte van meer dan 1 m (tot maximaal 1,6 m) is bij de Miele vakhandel en bij Miele een speciale af voerpomp verkrijgbaar.
-
-
-
2. Via een wastafel met kunststof nip pel.
3. Via een afvoerputje.
Indien nodig kan de afvoerslang tot maximaal 5 m worden verlengd. De be nodigde onderdelen zijn verkrijgbaar bij de Miele-vakhandel en bij Miele.
-
-
61
Page 62
Plaatsen en aansluiten
Elektrische aansluiting
De automaat heeft een aansluitkabel zonder stekker.
Op het typeplaatje staat informa
,
tie over de nominale aansluitwaarde en de zekering. Vergelijk deze ge gevens met de waarden van het elektriciteitsnet.
Aansluiting mag alleen plaatsvinden op een elektrische installatie die voldoet aan alle daarvoor geldende voorschrif ten (zoals NEN 1010).
De aansluiting mag alleen door een vakman worden uitgevoerd.
De automaat kan via een geschikte stekkerverbinding worden aangesloten.
Als er sprake is van een vaste aanslui­ting, moet het apparaat via een schake­laar met alle polen van de netspanning kunnen worden losgekoppeld. De con­tactopening in uitgeschakelde toestand moet 3 mm bedragen. Geschikt zijn zelf-uitschakelaars, zekeringen en re lais (EN 60 335).
-
-
-
-
Werkzaamheden in verband met her aansluiting, veranderingen in de instal latie of controle van de aarddraad of de zekeringen mogen alleen worden uitge voerd door een vakman die op de hoogte is van alle geldende voorschrif ten.
-
-
-
-
De stekkerverbinding of de schakelaar voor het loskoppelen van de netspan ning moet altijd toegankelijk zijn.
,
Bij loskoppeling van de netspan ning moet het betreffende systeem afsluitbaar zijn. Hierop moet op elk moment controle mogelijk zijn.
62
-
-
Page 63
Technische gegevens
Hoogte 1020 mm
Breedte 700 mm
Diepte 727 mm
Diepte bij geopende deur 1167 mm
Gewicht 140 kg
Maximale vloerbelasting als de automaat in gebruik is
Capaciteit
Aansluitspanning zie typeplaatje
Aansluitwaarde zie typeplaatje
Zekering zie typeplaatje
Geluidsemissie op de werkplek volgens EN ISO 11204/11203
Waterdruk minimaal 100 kPa (1 bar)
Waterdruk maximaal 1000 kPa (10 bar)
Lengte toevoerslang 1,55 m
Lengte aansluitkabel 1,80 m
Opvoerhoogte maximaal (afvoerpomp) 1,00 m
Gehanteerde normen inzake productveiligheid
Keurmerken zie typeplaatje
330 Newton (ca. 233 kg)
2
9,0 kg droog wasgoed
<70dBre20μPa
volgens EN 10472, EN 60335
63
Page 64
Wijzigingen voorbehouden/1919
M.-Nr. 09 622
550 / 01
Loading...