Miele PT 8203 SL WP User Manual [nl]

0 (0)

Gebruiksaanwijzing

Warmtepompdroger

PT 8203 SL WP

Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het apparaat.

nl - NL, BE

M.-Nr. 10 534 700

Een bijdrage aan de bescherming van het milieu

Het verpakkingsmateriaal

Tips om energie te besparen

De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling.

Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard en wordt er minder afval geproduceerd. Uw vakhandelaar neemt de verpakking in het algemeen terug.

Het afdanken van een apparaat

Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal waardevolle materialen. Ze bevatten ook stoffen, mengsels en onderdelen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone huisafval doet of er niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude apparaat daarom nooit bij het gewone afval.

U heeft een zeer moderne warmtepompdroger gekocht. Dit apparaat verbruikt

ca. 50 % minder energie dan een conventionele droogautomaat met elektrische verwarming.

De volgende aanwijzingen helpen u het energieverbruik nog verder te verlagen:

Centrifugeer de was in de wasautomaat met het maximale centrifugetoerental.

Spoel het wasgoed tijdens het laatste spoelen in de wasautomaat met warm water. De restvochtigheid is dan geringer en het wasgoed heeft een hogere restwarmte. Dit bespaart veel tijd en energie tijdens het drogen.

Sorteer het wasgoed:

-op vezel-/weefselsoort,

-op de gewenste droogtegraad,

-op restvochtigheid.

Maak zoveel mogelijk gebruik van de maximale beladingscapaciteit van de droogautomaat. Bij een te lege trommel is het energieverbruik relatief hoog. Een te volle trommel beïnvloedt het droogresultaat en leidt tot onnodige slijtage.

Lever het apparaat in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te danken apparaat. Bewaar het afgedankte apparaat buiten het bereik van kinderen.

Een schone pluizenzeef (pluizenfilter) en schone warmtewisselaars vergroten de efficiency van het droogproces. Hierdoor neemt de programmaduur af en verbruikt u minder energie.

Zorg voor voldoende ventilatie in de ruimte waar de automaat staat opgesteld.

2

 

Inhoud

Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................................

2

Tips om energie te besparen.................................................................................................

2

Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.......................................................................

5

Algemeen ...........................................................................................................................

11

Drogen................................................................................................................................

13

Wasgoed voorbereiden .......................................................................................................

13

Belangrijke aanwijzingen voor het drogen...........................................................................

14

Vóór het eerste gebruik .......................................................................................................

15

Eerste ingebruikneming van het apparaat......................................................................

15

Droogautomaat inschakelen................................................................................................

15

Vulgewicht (droge was) .......................................................................................................

15

Programma kiezen...............................................................................................................

16

Temperatuur verlagen..........................................................................................................

17

Programma-einde................................................................................................................

17

Na afloop van een programma............................................................................................

18

Programma onderbreken.....................................................................................................

18

Was bijvullen of voortijdig verwijderen ...........................................................................

19

Droogprogramma voortzetten ........................................................................................

19

Automaat uitschakelen...................................................................................................

19

Herprogrammering............................................................................................................

20

Wijziging standaardinstellingen ...........................................................................................

20

Toegang tot het programmeerniveau ..................................................................................

20

Toegang tot het programmeerniveau .............................................................................

20

Voorbeelden herprogrammering..........................................................................................

21

Herprogrammering zoemer bij programma-einde..........................................................

21

Herprogrammering voor slechtzienden ..........................................................................

21

Programmeerfuncties (door de klant te programmeren) .....................................................

22

Nuttige tips.........................................................................................................................

24

Hulp bij problemen ..............................................................................................................

24

Nuttige tips ..........................................................................................................................

24

Service.................................................................................................................................

25

Reiniging en onderhoud....................................................................................................

26

Apparaat reinigen ................................................................................................................

26

Pluizenzeven reinigen ..........................................................................................................

27

Filter achter de luchtaanzuigopening reinigen.....................................................................

28

Plaatsen en aansluiten......................................................................................................

29

Installatievoorwaarden ........................................................................................................

29

Algemene voorwaarden voor het gebruik ...........................................................................

29

Transport .............................................................................................................................

29

Verpakkingsmateriaal verwijderen..................................................................................

29

Plaatsing..............................................................................................................................

30

Vastzetten apparaat.............................................................................................................

31

Programmakaart plaatsen ...................................................................................................

31

Elektrische aansluiting.........................................................................................................

32

Luchtaanzuigopening ..........................................................................................................

33

Luchtafvoeropening.............................................................................................................

33

Condensafvoer ....................................................................................................................

33

3

Inhoud

 

Communicatiemodule XKM RS232.....................................................................................

34

Technische gegevens ..........................................................................................................

35

Elektrische aansluiting....................................................................................................

35

Plaatsingsgegevens .......................................................................................................

35

Emissies .........................................................................................................................

35

4

Veiligheidsinstructies en waarschuwingen

Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadigingen tot gevolg hebben.

Lees eerst de gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het apparaat. In de gebruiksaanwijzing vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de veiligheid, het gebruik en het onderhoud.

Als andere personen worden geïnstrueerd om het apparaat te bedienen, moeten zij beslist op de hoogte zijn van deze veiligheidsinstructies.

Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.

Verantwoord gebruik

De automaat is uitsluitend voor professioneel gebruik en mag alleen binnen worden gebruikt.

De automaat mag alleen door vakmensen worden bediend, dan wel door medewerkers die voldoende zijn geïnstrueerd.

Als de droogautomaat in een vrij toegankelijke ruimte staat opgesteld, moet de exploitant veiligstellen dat de automaat zonder risico kan worden gebruikt.

De automaat moet volgens de gebruiksaanwijzing worden gebruikt, regelmatig worden onderhouden en de werking moet regelmatig worden gecontroleerd.

Het apparaat is uitsluitend bestemd voor het drogen van textiel dat in water is gewassen en dat volgens het wasetiket geschikt is voor droogautomaten. Ieder ander gebruik kan gevaarlijk zijn. Miele is niet aansprakelijk voor schade die wordt veroorzaakt door ander gebruik dan hier aangegeven of door foutieve bediening.

Het apparaat mag niet buiten worden gebruikt.

5

Veiligheidsinstructies en waarschuwingen

Problemen voorkomen

Haal alle zakken van de kleding leeg, zodat geen ontvlambare voorwerpen (aanstekers, lucifers, kaarsen, cosmetica, etc.) in de automaat terechtkomen.

Vanwege mogelijk brandgevaar mag het volgende wasgoed niet in de automaat worden gedroogd:

Textiel dat niet is gewassen.

Textiel dat niet grondig genoeg is gereinigd en daardoor nog olie-, vetof crèmeresten bevat. Het gaat hier bijvoorbeeld om textiel uit keukens of schoonheidssalons. Bij textiel dat niet voldoende is gereinigd bestaat zelfs na afloop van het droogprogramma en zelfs buiten de droogautomaat nog gevaar voor brand.

Textiel dat brandgevaarlijke reinigingsmiddelen bevat of resten van aceton, alcohol, wasbenzine, petroleum, kerosine, vlekverwijderaar, terpentine, was, wasremover of chemicaliën. Het gaat hier bijvoorbeeld om allerlei soorten schoonmaakdoekjes.

Textiel dat met industriële chemicaliën is gereinigd (bijvoorbeeld bij chemische reiniging).

Textiel dat resten van haarversteviger, haarspray, nagellakremover en dergelijke bevat.

Was ernstig vervuild textiel extra grondig!

Doseer meer wasmiddel en kies een hogere wastemperatuur.

Was het wasgoed zo nodig meermaals.

Wegens brandgevaar mogen de volgende soorten textiel of producten nooit in het apparaat worden gedroogd.

Textiel en producten die rubber of schuimrubber bevatten, zoals waterdicht textiel, hoofdkussens en douchemutsen.

Textiel en producten die vullingen bevatten en die beschadigd zijn, zodat de vullingen eruit kunnen vallen. Het gaat hier bijvoorbeeld om kussens en jacks.

Na de verwarmingsfase volgt bij veel programma's een afkoelfase. Het programma is pas na de afkoelfase beëindigd. Door de afkoelfase bereikt het wasgoed een temperatuur, waarbij geen beschadigingen kunnen optreden.

Haal het wasgoed altijd meteen na het programma uit de automaat. Laat geen was in de trommel achter.

Als het wasgoed heet wordt opgeslagen of verpakt, kan het door zelfontbranding brand veroorzaken!

Tijdens het drogen worden het kijkglas en de rand van de vuldeur heet.

Verbrandingsgevaar!

Controleer steeds of de trommel stilstaat als u het wasgoed uit de automaat wilt halen. Als u uw hand in een nog draaiende trommel steekt, kunt u ernstig letsel oplopen.

Gebruik de droogautomaat nooit zonder ingebouwde pluizenzeven (pluizenfilters).

Zonder de zeven bestaat brandgevaar!

Een beschadigde zeef moet onmiddellijk worden vervangen. De pluizen verstoppen anders de luchtweg en de verwarming. De correcte werking van de droogautomaat is dan niet meer gewaarborgd.

6

Veiligheidsinstructies en waarschuwingen

Technische veiligheid

Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadigingen tot gevolg hebben.

Alleen Miele of een geautoriseerde vakhandelaar mag de automaat plaatsen en in gebruik nemen.

Controleer vóórdat de droogautomaat wordt geplaatst of deze zichtbaar beschadigd is. Een beschadigd apparaat mag niet worden geplaatst en niet in gebruik worden genomen.

De elektrische veiligheid van de droogautomaat is uitsluitend gegarandeerd als hij wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende veiligheidsvoorschriften is geïnstalleerd. Laat de huisinstallatie bij twijfel door een vakman controleren. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die is ontstaan door een ontbrekende of beschadigde aarddraad.

Er staat alleen dan geen spanning op het apparaat als de stekker uit de contactdoos is getrokken, dan wel als de hoofdschakelaar of de zekering van de huisinstallatie is uitgeschakeld.

Als de bedieningselementen of de isolatie van kabels beschadigd zijn, mag u het apparaat niet gebruiken totdat het is gerepareerd.

Reparaties aan de droogautomaat mogen alleen door vakmensen van Miele worden uitgevoerd. Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen onvoorziene risico's voor de gebruiker opleveren, waarvoor Miele niet aansprakelijk kan worden gesteld.

Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen worden vervangen. Alleen van die onderdelen kan worden gegarandeerd dat zij voldoen aan de veiligheidseisen die Miele stelt.

Plaats de droogautomaat niet in één ruimte met reinigingsautomaten waarin oplosmiddelen worden gebruikt die CFK's bevatten. Door de vrijkomende dampen kan zoutzuur ontstaan dat schade kan veroorzaken aan het wasgoed en de automaat. Bij plaatsing in gescheiden ruimtes mag geen luchtuitwisseling tussen deze ruimtes plaatsvinden.

Zorg voor de toevoer van schone, frisse lucht. De lucht mag geen chloor-, fluorof andere oplosmiddeldampen bevatten.

Aan de voorkant van het apparaat bevindt zich de luchtaanzuigopening van de droogautomaat. Deze opening mag nooit worden afgesloten of door voorwerpen (zoals wasmanden) worden afgedekt.

Aan de achterkant van het apparaat bevindt zich de opening voor de luchtafvoer. Deze opening mag nooit worden afgesloten. Houdt u zich aan de minimale afstand uit de installatietekening.

Bewaar en gebruik in de buurt van de automaat geen benzine, petroleum of andere licht ontvlambare stoffen. Er bestaat branden explosiegevaar!

Gebruik het machinedeksel niet als werkblad.

Als apparatuur niet tijdig en volgens de voorschriften wordt onderhouden, kunnen de prestaties ervan afnemen. Bovendien kunnen er storingen optreden en kunnen er brandgevaarlijke situaties ontstaan.

7

Veiligheidsinstructies en waarschuwingen

Deze droger bevat gefluoreerde broeikasgassen als koudemiddel (koelmiddel). Het systeem is hermetisch afgesloten. Aanduiding: R134a

Informatie over de warmtepomp en over het koelmiddel:

De droogautomaat werkt met een gasvormig koelmiddel dat niet brandbaar en niet explosief is.

Na transport en plaatsing moet u de automaat ca. 30 minuten laten staan, voordat het apparaat elektrisch wordt aangesloten.

De warmtepomp kan anders beschadigd raken!

Als de warmtepomp tijdens het transport meer dan 45° is gekanteld of bij een groot temperatuurverschil tussen de droogautomaat en de ruimte waar het apparaat wordt opgesteld, moet u een evenredig langere wachttijd in acht nemen.

8

Veiligheidsinstructies en waarschuwingen

Veilig gebruik

De maximale beladingscapaciteit is 10 kg (droog wasgoed).

De veiligheidsvoorzieningen en de bedieningselementen van het apparaat mogen niet worden beschadigd, verwijderd of omzeild.

Gebruik het apparaat alleen wanneer alle afneembare delen van de ommanteling gemonteerd zijn, zodat niemand in aanraking kan komen met onderdelen die onder spanning staan of draaien.

U kunt zich verwonden aan de scharnieren van de deur en aan de klep van de pluizenzeef. Gebruik altijd de daarvoor bestemde grepen en snelsluitingen.

U moet de deur van de automaat helemaal kunnen openen. Deuren of bouwkundige situaties mogen hierop geen invloed hebben.

Desinfectieen reinigingsmiddelen bevatten vaak chloorhoudende verbindingen. Wanneer dergelijke middelen op een roestvrijstalen oppervlak opdrogen, kunnen chloriden ontstaan. Deze tasten het roestvrije staal aan en veroorzaken roest. U beschermt het roestvrije staal het best tegen roestvorming als u voor het wassen/desinfecteren en voor het reinigen van de roestvrijstalen oppervlakken middelen gebruikt die geen chloor bevatten. Neem bij twijfel contact op met de fabrikant van het middel. Wanneer chloorhoudende middelen per ongeluk op roestvrij staal terechtkomen, verwijder deze dan met water. Wrijf het oppervlak daarna met een doek droog.

Voor de reiniging van het apparaat mag geen hogedrukreiniger of waterstraal worden gebruikt. Dit geldt ook voor het gedeelte achter het inspectiepaneel aan de voorkant van de automaat.

Als de automaat is gebruikt, kunnen de koelmiddelleidingen en de aangrenzende onderdelen heet of koud zijn, dan wel onder druk staan. Laat het apparaat daarom eerst voldoende afkoelen voordat de ommanteling wordt geopend.

Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid, hun onervarenheid of gebrek aan kennis van dit apparaat niet in staat zijn om het veilig te bedienen, mogen het alleen gebruiken als ze onder toezicht staan van of worden geïnstrueerd door een verantwoordelijk persoon.

Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdurend toezicht houdt.

Kinderen vanaf acht jaar mogen de droogautomaat alleen zonder toezicht gebruiken als ze weten hoe ze het apparaat veilig moeten bedienen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening.

Kinderen mogen de droogautomaat niet zonder toezicht reinigen of onderhouden.

Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van het apparaat bevinden. Laat kinderen nooit met het apparaat spelen.

Sluit de deur nadat u de droogautomaat heeft gebruikt. Zo voorkomt u dat kinderen in de automaat klimmen of voorwerpen erin verstoppen en dat kleine dieren opgesloten raken.

9

Veiligheidsinstructies en waarschuwingen

Veiligheidsmaatregelen bij koelmiddelverlies

Het koelcircuit van de warmtepomp bevat een niet-giftig, geurloos koelmiddel (R134a) dat snel vervluchtigt als het vrijkomt. Het middel is zwaarder dan lucht en kan zo zuurstof verdringen. Daardoor bestaat in een kleine, niet-geventileerde ruimte verstikkingsgevaar!

Neem het apparaat niet in gebruik en verlaat de ruimte als u beschadigingen aan de koperleidingen van de warmtepomp constateert!

Wijs aanwezige personen op het gevaar.

Meer informatie over de omgang met het koelmiddel vindt u in het bijgevoegde veiligheidsinformatieblad.

Neem contact op met Miele.

Gebruik van accessoires

Alleen originele Miele-accessoires mogen worden aanof ingebouwd. Worden er andere accessoires aanof ingebouwd, dan kan Miele niet voor de gevolgen instaan en kan er geen beroep meer worden gedaan op bepalingen met betrekking tot garantie en productaansprakelijkheid.

Afdanken van het apparaat

Als u uw oude automaat afdankt, maak dan eerst het deurslot onbruikbaar. Daarmee voorkomt u dat spelende kinderen zich opsluiten en in levensgevaar komen.

Houdt u zich aan de wettelijke voorschriften voor de verwerking van koelmiddelen.

Als de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan Miele niet

aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.

10

Miele PT 8203 SL WP User Manual

Algemeen

a Bedieningspaneel

e Machinevoet

met bedieningselementen

4 stuks, verstelbaar

b Deur

f Elektrische aansluiting

U opent de deur door aan de deurgreep

met schroefkoppeling

te trekken. Probeer de deur nooit met ge-

g Schacht voor communicatiemodule

weld te openen!

XKM RS 232

 

c Klep pluizenzeef

Optioneel

Draai aan de greep om de klep van de

h Condensafvoer

pluizenzeef te openen

i Luchtafvoeropening

d Luchtaanzuigopening

j Typeplaatje

 

11

Loading...
+ 25 hidden pages