Gebruiks- en montagehandleiding
Koel-vriescombinatie
Lees beslist de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw toestel
plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u
voorkomt schade aan uw toestel.
nl-BEM.-Nr. 10 766 900
Inhoud
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ................................................................... 5
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................ 13
Energie besparen ................................................................................................14
Beschrijving van het toestel ............................................................................... 16
Dit koeltoestel voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalingen. Een verkeerd gebruik kan nochtans tot lichamelijk letsel en
materiële schade leiden.
Lees daarom de gebruiks- en montagehandleiding aandachtig
door, voordat u het koeltoestel in gebruik neemt. Daarin vindt u
belangrijke instructies met betrekking tot de montage, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Dit is in het belang van uw
veiligheid en voorkomt schade aan het koeltoestel.
Wanneer deze niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk
worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding zodat u deze kunt
doorgeven aan een eventuele volgende bezitter!
Juist gebruik
Het koeltoestel is bedoeld voor huishoudelijk gebruik en voor op-
stelling in huishoudachtige omgevingen zoals
winkels, kantoren en gelijkaardige werkomgevingen
in landbouwomgevingen
van klanten in hotels, motels, pensions en andere typische woonomgevingen.
Dit koeltoestel is niet ontworpen voor gebruik in open lucht.
Gebruik het koeltoestel uitsluitend voor huishoudelijke doeleinden:
om levensmiddelen te koelen en te bewaren, om diepvriesproducten
te bewaren, om verse levensmiddelen in te vriezen en om ijsblokjes
te maken.
Elk ander gebruik is niet toegelaten.
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het koeltoestel is niet geschikt voor het bewaren en koelen van
geneesmiddelen, bloedplasma, laboratoriumpreparaten of andere
gelijkaardige stoffen of producten die ten grondslag liggen aan de
richtlijn betreffende medische hulpmiddelen. Door een verkeerd gebruik van het koeltoestel kunnen producten worden beschadigd of
bederven. Bovendien is het koeltoestel ook niet geschikt voor gebruik in explosieve omgevingen.
Miele is niet verantwoordelijk voor schade die werd veroorzaakt
doordat het toestel voor andere doeleinden werd gebruikt of verkeerd werd bediend.
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk-
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
het koeltoestel veilig te bedienen, moeten bij de bediening in het oog
worden gehouden.
Deze personen mogen het koeltoestel enkel onder toezicht bedienen, wanneer hen is uitgelegd hoe ze het veilig kunnen gebruiken en
wanneer ze begrijpen welke risico's eraan verbonden zijn.
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van het koel-
toestel worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen het koeltoestel zonder toezicht
gebruiken, maar alleen als ze weten hoe het werkt en wat voor gevaar zij lopen wanneer ze het fout bedienen. Kinderen moeten de
eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen beseffen.
Kinderen mogen het koeltoestel niet zonder toezicht reinigen of
onderhouden.
Houd kinderen die in de buurt van het koeltoestel komen in het
oog. Zorg ervoor dat ze nooit met het koeltoestel spelen.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Verstikkingsgevaar! Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in
verpakkingsmateriaal wikkelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal
over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingsmaterialen bij
kinderen vandaan.
Technische veiligheid
Het koelmiddelcircuit is op lekkage gecontroleerd. Het koeltoestel
voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften en de relevante
EU-richtlijnen.
Dit koeltoestel bevat het koelmiddel isobutaan (R600a), een na-
tuurlijk gas dat het milieu weinig belast, maar wel brandbaar is. Het
beschadigt de ozonlaag niet en verhoogt ook het broeikaseffect niet.
Maar het gebruik van dit milieuvriendelijk koelmiddel heeft wel geleid
tot meer lawaai als het koeltoestel aanstaat. Er kunnen afgezien van
de geluiden van de compressor stromingsgeluiden in het hele koelcircuit optreden. Deze effecten zijn helaas niet te vermijden, maar
hebben geen invloed op de capaciteit van het koeltoestel.
Let er bij het transport en bij de inbouw/plaatsing op dat geen onderdelen van het koelcircuit worden beschadigd. Vrijkomend koelmiddel
kan oogletsel veroorzaken!
In geval van beschadiging:
– vermijd open vuur of ontstekingsbronnen,
– ontkoppel het koeltoestel van het elektriciteitsnet,
– verlucht gedurende enkele minuten het vertrek waarin het koel-
toestel staat en
– neem contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
Hoe meer koelmiddel er in een toestel voorhanden is, hoe groter
het vertrek moet zijn waar het koeltoestel wordt opgesteld. In te kleine vertrekken kan zich bij lekkage een brandbaar mengsel van gas
en lucht vormen. De kamer moet per 11 g koelmiddel minstens 1 m
groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel staat op het typeplaatje binnenin het toestel.
3
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Vergelijk voordat u het koeltoestel aansluit de aansluitgegevens
(zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het
elektriciteitsnet. Deze moeten beslist overeenkomen zodat het koeltoestel niet beschadigd raakt.
Deze moeten beslist overeenkomen. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
De elektrische veiligheid van het koeltoestel is uitsluitend gegaran-
deerd, als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elektrische installatie bij twijfel door een vakman inspecteren.
Het koeltoestel kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren, als
het op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een
door Miele erkende vakman/vakvrouw worden vervangen om gevaar
voor de gebruiker te voorkomen.
Meervoudige stopcontacten of verlengsnoeren bieden niet vol-
doende veiligheid (brandgevaar). Gebruik deze niet voor het aansluiten van het koeltoestel op het elektriciteitsnet.
Wanneer er vocht komt op onderdelen die onder spanning staan
of op de elektriciteitskabel, kan dat kortsluiting veroorzaken. Gebruik
het koeltoestel daarom niet in ruimtes waar met water wordt gespetterd (bijv. garage, bijkeuken etc.).
Dit koeltoestel mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
Beschadigingen aan het koeltoestel kunnen uw veiligheid in ge-
vaar brengen. Controleer het toestel op zichtbare beschadigingen.
Een beschadigd koeltoestel mag niet in gebruik worden genomen.
Bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet het
koeltoestel van het elektriciteitsnet zijn afgekoppeld. Het koeltoestel
is van het elektriciteitsnet afgekoppeld als:
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
– de zekeringen van de elektrische installatie zijn uitgeschakeld of
– de schroefzekering van de elektrische aansluiting er geheel is uit-
gedraaid of
– de stekker uit het stopcontact is getrokken. Trek bij elektriciteits-
kabels met stekker niet aan de elektriciteitskabel, maar bij de
stekker om de verbinding met het elektriciteitsnet te verbreken.
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en repa-
ratiewerkzaamheden kan de gebruiker ernstig gevaar lopen.
Installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen
door een door Miele geautoriseerde vakman / vakvrouw worden uitgevoerd.
Garantieclaims komen te vervallen als het koeltoestel niet door
Miele technici wordt gerepareerd.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze Miele onderdelen kunnen wij garanderen, dat zij volledig aan onze veiligheidseisen voldoen.
Efficiënt gebruik
Het koeltoestel is voor een bepaalde klimaatklasse (kamertempe-
ratuur) geconstrueerd waarvan de grenzen niet mogen worden overschreden.De klimaatklasse staat aangegeven op het typeplaatje aan
de binnenkant van uw koeltoestel. Een te lage kamertemperatuur
heeft tot gevolg dat de compressor voor langere tijd afslaat, zodat
het toestel de vereiste temperatuur niet kan aanhouden.
Sluit de ventilatiegleuven niet af om te voorkomen dat de luchtge-
leiding niet goed functioneert,het stroomverbruik stijgt en onderdelen
beschadigd raken.
Indien u vet- of oliehoudende levensmiddelen in het koeltoestel of
de deur van het toestel bewaart, voorkom dan dat evt. uitlopend vet
of olie in aanraking komt met kunststof delen van het koeltoestel.
Hierdoor kunnen spanningsscheuren in de kunststof ontstaan waardoor de kunststof knapt of scheurt.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bewaar geen stoffen in het koeltoestel die drijfgassen of andere
verstuivingsmiddelen bevatten. Wanneer de thermostaat wordt ingeschakeld kunnen vonken ontstaan. Deze kunnen licht ontvlambare
producten tot explosie brengen.
Gebruik geen elektrische toestellen in dit koeltoestel, bijv. voor het
maken van ijs. Dit om vonken en een explosie te voorkomen.
Bewaar geen blikjes en flessen in de diepvrieszone die koolzuur-
houdende dranken bevatten of vloeistoffen die kunnen bevriezen. In
dat geval kunnen de blikjes en flessen uit elkaar springen, kunt u letsel oplopen en kan het toestel beschadigd raken.
Haal flessen die u in de diepvrieszone hebt gelegd om snel te koe-
len er na maximaal één uur weer uit. Dit om te voorkomen dat de
flessen uit elkaar springen, dat u letsel oploopt en dat het toestel beschadigd raakt.
Raak ingevroren levensmiddelen en metalen onderdelen niet met
natte handen aan om letsel aan uw handen te voorkomen.
Nuttig ijsblokjes en ijslolly's, vooral waterijsjes, nooit meteen nadat
u ze uit de diepvrieszone heeft gehaald om letsel aan lippen en tong
te voorkomen.
Vries geheel of gedeeltelijk ontdooide levensmiddelen niet op-
nieuw in. Gebruik deze levensmiddelen zo snel mogelijk omdat ze
anders aan voedingswaarde verliezen en bederven. Als ontdooide levensmiddelen worden gekookt of gebraden kunnen ze wel opnieuw
worden ingevroren.
Wanneer u levensmiddelen eet die te lang zijn bewaard, loopt u
het risico om voedselvergiftiging op te lopen.
De bewaartijd hangt van vele factoren af, zoals de versheid en kwaliteit van de levensmiddelen en de temperatuur waarop ze worden bewaard. Neem de bewaartips en de uiterste houdbaarheidsdatum van
de levensmiddelenfabrikanten in acht.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik uitsluitend Miele-accessoires om te voorkomen dat ga-
rantieaanspraken vervallen. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.
Voor roestvrijstalen toestellen geldt het volgende:
De coating van het roestvrije staal wordt door kleefmiddelen aan-
getast en kan dan zijn beschermende werking tegen verontreinigingen verliezen. Plak geen notitieblaadjes, plakband, afplaktape of
andere kleefmiddelen op het roestvrije staal.
Het roestvrijstalen oppervlak is krasgevoelig. Zelfs magneten kun-
nen krassen veroorzaken.
Reiniging en onderhoud
Behandel de deurdichting niet met olie of vet om te voorkomen
dat deze in de loop van de tijd poreus wordt.
Gebruik voor het ontdooien en reinigen van het toestel nooit een
stoomreiniger, aangezien stoom in aanraking kan komen met spanningvoerende delen van het koeltoestel en zo kortsluiting veroorzaken.
Scherpe of kantige voorwerpen kunnen de verdamper bescha-
digen en functioneert het toestel niet meer correct. Gebruik geen
voorwerpen met scherpe punt of rand.
– rijp- en ijslagen te verwijderen,
– en vastgevroren ijsbakjes en/of vastgevroren levensmiddelen los
te wrikken.
Plaats wanneer u wilt ontdooien nooit elektrische verwarmings-
toestellen of kaarsen in het toestel om te voorkomen dat het kunststof beschadigd raakt.
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik geen ontdooisprays of andere middelen om te ontdooien.
Deze kunnen explosieve gassen vormen, oplosmiddelen of drijfgassen bevatten die het kunststof beschadigen of schadelijk zijn voor de
gezondheid.
Transport
Het toestel moet altijd rechtop en in de transportverpakking wor-
den vervoerd.
Het koeltoestel is erg zwaar. Vraag daarom iemand u te helpen
met het vervoeren ervan. U zou zich kunnen verwonden en er zou
schade kunnen ontstaan.
Wat te doen wanneer u het toestel afdankt
Maak het slot onbruikbaar om te voorkomen dat kinderen in het
koeltoestel ingesloten
kunnen raken en in levensgevaar komen.
Vrijkomend koelmiddel kan oogletsel veroorzaken. Beschadig
geen delen van het koelsysteem, bijv. door
– koelmiddelkanalen van de verdamper open te prikken,
– buisleidingen om te buigen,
– beschermende lagen af te krabben.
Symbool op de compressor (afhankelijk van het model)
Deze waarschuwing is alleen voor de recycling van belang. Bij normaal gebruik
bestaat er geen gevaar!
Het is levensgevaarlijk, de olie in de compressor in te slikken of in
te ademen.
12
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het koudetoestel tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het
oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden
voor recycling.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
over het algemeen terug.
Het afdanken van het oude
toestel
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
stoffen, mengsels en onderdelen die
nodig zijn geweest om de toestellen
goed en veilig te laten functioneren.
Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere
manier niet goed mee omgaat, kunnen
deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude
toestel daarom nooit bij het gewone
huisafval.
Let erop dat de buisleidingen van uw
koeltoestel niet worden beschadigd,
totdat het op vakkundige en milieuvriendelijke wijze wordt verschroot.
Alleen dan kunt u er zeker van zijn dat
de koelmiddelen in het koelsysteem en
de olie in de compressor niet in het milieu terechtkomen.
Het oude toestel moet tot die tijd buiten
het bereik van kinderen worden bewaard. Voor meer informatie, raadpleegt
u het hoofdstuk: "Veiligheidsinstructies
en waarschuwingen" van de gebruiksaanwijzing.
Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische toestel, bij uw vakhandelaar of
bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te
danken toestel.
13
Energie besparen
Normaal energieverbruikTe hoog energieverbruik
Plaatsing en onderhoud
Temperatuurinstelling
In goed geventileerde ruimtes.
Niet direct blootgesteld aan
zonnestralen.
Niet naast een warmtebron
(verwarming, fornuis).
Bij een ideale omgevingstemperatuur van ca. 20°C.
Dek ventilatieroosters niet af
en maak ze regelmatig stofvrij.
Compressor en metalen
rooster (warmtewisselaar)
aan de achterwand van het
toestel worden minstens 1x
per jaar stofvrij gemaakt.
Koelzone: 4 tot 5°CHoe lager de temperatuur,
Diepvrieszone: -18°C
In gesloten, niet geventileerde ruimtes.
Direct blootgesteld aan zonnestralen.
Naast een warmtebron (verwarming, fornuis).
Bij een hoge omgevingstemperatuur vanaf 25°C.
Met ventilatieroosters die
zijn afgedekt of vol zitten
met stof.
Compressor en metalen
rooster (warmtewisselaar)
aan de achterwand van het
toestel zitten vol met stof.
des te hoger het energieverbruik!
14
Normaal energieverbruikTe hoog energieverbruik
GebruikPlaats de plateaus, laden en
vakken zoals bij levering.
Energie besparen
Open de deur alleen indien
nodig en zo kort mogelijk.
Leg levensmiddelen bij het
inruimen meteen op de
goede plek.
Neem bij het boodschappen
doen een koeltas mee en leg
de levensmiddelen zo snel
mogelijk in het toestel.
Plaats levensmiddelen die u
uit het toestel neemt zo snel
mogelijk weer terug, voordat
ze warm worden.
Laat warme gerechten en
dranken eerst buiten het toestel afkoelen.
Leg de levensmiddelen alleen afgedekt of verpakt in
het toestel.
Leg ingevroren levensmiddelen in de koelzone wanneer ze moeten ontdooien.
Deur vaak en lang openen
betekent koudeverlies en instroom van warme lucht in
het toestel. Het toestel koelt
en de compressor moet langer werken.
Zijn levensmiddelen nog
warm wanneer ze in het
koeltoestel worden gelegd,
ontstaat er warme lucht in
het koeltoestel. Het toestel
koelt en de compressor
moet langer werken.
Wanneer vloeibare stoffen in
de koelzone condenseren,
neemt de koelcapaciteit af.
Zorg ervoor dat vakken en
laden niet te zwaar worden
beladen, zodat de lucht kan
circuleren.
Een verslechterde luchtstroom zorgt voor een verlies van koelcapaciteit.
Display met temperatuuraanduiding
en symbolen (symbolen alleen zichtbaar bij toepassing; zie tabel "Weergave/Symbool op het display")
Sensortoetsen voor de vermogensstand Diepvrieszone
h
De temperatuur instellen
( voor warmer)
i
De temperatuur instellen
( voor kouder)
j
Het volledige koeltoestel in-/uitschakelen
k
De functie SuperFrost in-/uitschakelen
l
De zoemer bij de deur resp. het temperatuuralarm uitschakelen bij een
stroomstoring
16
Beschrijving van het toestel
Indicatie-LED's en symbolen op het display
Indicatie-LEDBetekenis
SuperKoelen (symbool
links)/SuperFrost (symbool rechts)
Stroomstoringknippert als de stroom is uitgevallen
VergrendelingBeveiliging tegen per ongeluk uitschakelen
DynaCoolDe functie kan worden gekozen (zie "Super-
Alarmknippert bij een deur resp. temperatuuralarm
Weergave/symbool op het display
DEMODemomodusDe demomodus is geactiveerd (zie "Wat
SabbatmodusDe sabbatmodus in- en uitschakelen
MENUInstellingsmodusbrandt wanneer er instellingen worden ge-
°CTemperatuureenheidDe fabrieksinstelling °C kan in °F gewijzigd
De functie kan afhankelijk van de koelzone
worden gekozen (zie "SuperFrost, SuperKoelen en DynaCool gebruiken").
Frost, SuperKoelen en DynaCool gebruiken").
Betekenis
doen bij... - Meldingen op het display").
maakt
worden
17
Beschrijving van het toestel
a
Bedieningspaneel met display
b
Binnenverlichting
c
Ventilator
d
Flessenrek
e
Eierhouder/deurvak
f
Houder met anti-geurfilters
(Active AirClean)
g
Plateau
h
Fruit- en groentevakken
i
Deurvak voor flessen met flessensteun
j
NoFrost-module
k
Diepvriesladen
De grepen bovenaan en de wieltjes onderaan aan de achterkant van het apparaat maken de opstelling van het apparaat gemakkelijk.
Deze afbeelding is een voorbeeld voor een
toestelmodel.
18
Accessoires
Bijgeleverde accessoires
Eierhouder
Botervak
Flessenrek
Flessenhouder
Bevestig de flessenhouder aan de flessensteun.
De flessenhouders kunnen naar links of
rechts worden verschoven. Daardoor
staan de flessen steviger wanneer u de
deur van het apparaat opent en sluit.
Anti-geurfilters met houder KKF-FF
(Active AirClean)
Flessen kunt u rechtop op het flessenrek in de koelzone leggen. Daarmee bespaart u ruimte.
Het flessenrek kan op verschillende manieren in de koelzone worden geplaatst.
Dit anti-geurfilter neutraliseert onaangename geuren in de koelzone en zorgt zo
voor een betere luchtkwaliteit.
19
Accessoires
Bakje voor ijsblokjes
Koude-accu
Door een koude-accu te gebruiken
voorkomt u dat de temperatuur in de
diepvrieszone bij een stroomuitval te
snel stijgt. Zo kunt u de levensmiddelen
in ieder geval nog iets langer bewaren.
Na ca. 24 uur bereikt de koude-accu
zijn maximale koelcapaciteit.
Bij te bestellen accessoires
Het Miele-assortiment omvat tal van
handige accessoires, alsmede reinigings- en onderhoudsmiddelen die speciaal op uw koeltoestel zijn afgestemd.
Voor het onderhoud van roestvrij
staal hebt u het volgende nodig.
Het onderhoudsdoekje voor roestvrij
staal bevat het bovengenoemde onder-
houdsmiddel. Het doekje heeft dezelfde
reinigende en beschermende eigenschappen als bovengenoemd middel.
Het onderhoudsmiddel voor roestvrijstaal, verkrijgbaar in een fles, brengt elke keer wanneer het wordt gebruikt een
beschermende film over het roestvrij
staal aan met een water- en vuilwerende werking. Het middel verwijdert waterstrepen, vingerafdrukken en andere
vlekken, en laat het oppervlak stralen.
Universeel microvezeldoekje
Het microvezeldoekje is handig bij het
verwijderen van vingerafdrukken en ander licht vuil op roestvrijstalen fronten,
panelen, ramen, meubels enz.
20
MicroCloth-kit
De MicroCloth-kit bestaat uit een universeel doekje, een glasreinigingsdoekje en een hoogglansdoekje.
De doekjes zijn bijzonder scheur- en
slijtvast. Door de zeer fijne microvezels
hebben ze een grote reinigingscapaciteit.
Anti-geurfilters met houder KKF-RF
(Active AirClean)
U kunt bij Miele vervangende filters (Active AirClean) verkrijgen die in deze
houder passen. Wij adviseren de antigeurfilters om de 6 maanden te vervangen.
Anti-geurfilters met houder KKF-FF
(Active AirClean)
De anti-geurfilter neutraliseert onaangename geuren in de koelzone en zorgt zo
voor een betere luchtkwaliteit.
Accessoires
Breng de houder van de anti-geurfilter
aan op de achterste beschermlijst van
het plateau, u kunt de houder naar
wens verplaatsen.
Bij te bestellen accessoires kunt u bij
Miele (zie achterin deze gebruiksaanwijzing), in de webshop van Miele of
bij de Miele-vakhandelaar verkrijgen.
21
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen
Voor het eerste gebruik
Verpakkingsmateriaal
Verwijder al het verpakkingsmateriaal
uit de binnenruimte.
Beschermfolie verwijderen
De roestvrijstalen lijsten aan de plateaus
en de deurvakken zijn tijdens het transport van een beschermfolie voorzien.
Bovendien is de deur van het apparaat,
en eventueel ook de zijkanten, voorzien
van een beschermfolie.
Trek de beschermfolie pas weg nadat
u het koeltoestel op zijn plaats hebt
opgesteld.
Reiniging en onderhoud
Volg daarvoor beslist de betreffende
instructies in het hoofdstuk: "Reiniging en onderhoud".
Belangrijk! Bovengenoemd middel
brengt een folie over het roestvrij staal
aan met een water- en vuilwerende
werking!
Wrijf de roestvrijstalen lijsten en
frames direct daarna in met het
Miele-middel voor het onderhoud van
roestvrij staal (zie "Apparaat in één
oogopslag – Bij te bestellen accessoires").
Reinig de binnenkant van het toestel
en de accessoires.
22
Koeltoestel in- en uitschakelen
Het koeltoestel bedienen
U bedient dit koeltoestel door de sensortoetsen aan te raken.
Koeltoestel inschakelen
Met de beide Aan-/Uit-toetsen kunt u
de koel- en de diepvrieszone tegelijk inschakelen.
Voordat u voor de eerste keer voedingsmiddelen in het toestel legt, kunt
u het apparaat het beste ca. 3-5 uur
(afhankelijk van de omgevingstemperatuur) laten voorkoelen.
Leg pas levensmiddelen in de diepvrieszone als de temperatuur laag genoeg is (min. -18°C).
Druk op een van beide aan-/uittoet-
sen totdat de temperatuuraanduidingen op het display branden.
Het koeltoestel is ingeschakeld en de
binnenverlichting van de koelzone gaat
aan.
De temperatuuraanduiding van de koelzone geeft de temperatuur in de koelzone aan.
– Als de temperatuur in de diepvrieszo-
ne hoger dan 0°C is, dan gaan er in
de temperatuuraanduiding van de
diepvrieszone streepjes knipperen.
– Als de temperatuur onder 0°C daalt,
gaat de temperatuur in de diepvrieszone in de temperatuuraanduiding
knipperen.
– De indicatie-LED's en knippe-
ren totdat de ingestelde temperatuur
bereikt is in de diepvrieszone.
Het koeltoestel wordt langzaam op de
vooraf ingestelde temperatuur ingesteld:
– De temperatuur in de koelzone = 2°C
– De temperatuur in de diepvrieszone=
-18°C
23
Koeltoestel in- en uitschakelen
Het volledige koeltoestel uitschakelen
Druk op de rechter aan-/uittoets
totdat alle aanduidingen uitgaan.
Als dat niet mogelijk is, dan is de vergrendeling ingeschakeld (zie hoofdstuk:
"Instellingen wijzigen", paragraaf: "Vergrendeling in-/uitschakelen")! De binnenverlichting van de koelzone gaat uit
en de koeling is uitgeschakeld.
Het apart uitschakelen van de koelzone
U kunt de koelzone uitschakelen terwijl
de diepvrieszone ingeschakeld blijft. De
diepvrieszone kan niet afzonderlijk worden uitgeschakeld.
Druk op de linker aan-/uittoets tot-
dat de temperatuuraanduiding van de
koelzone uitgaat.
Als dat niet mogelijk is, dan is de vergrendeling ingeschakeld (zie hoofdstuk:
"Instellingen wijzigen", paragraaf: "Vergrendeling in-/uitschakelen").
De koelzone is uitgeschakeld. De temperatuur in de diepvrieszone wordt ook
weergegeven. De binnenverlichting van
de koelzone gaat uit.
De koelzone apart inschakelen (als
deze eerst was uitgeschakeld)
Druk op de aan-/uittoets links om
de koelzone in te schakelen.
De koelzone is ingeschakeld en begint
te koelen. Ze wordt op de ingestelde
temperatuur ingesteld. Bij het openen
van de deur van de koelzone gaat de
binnenverlichting aan.
Bij langdurige afwezigheid
Als het toestel bij langdurige af-
wezigheid wordt uitgeschakeld, maar
niet gereinigd, bestaat er gevaar voor
schimmelvorming als de deur van
het toestel gesloten blijft.
Reinig het toestel.
Wanneer u het toestel langere tijd niet
meer gebruikt, doe dan het volgende:
schakel het koeltoestel uit,
trek de stekker uit het stopcontact of
schakel de hoofdschakelaar uit,
Reinig het toestel.
laat de deur open staan om het toe-
stel te luchten en te voorkomen dat er
geurtjes ontstaan.
24
Neem de laatste beide instructies ook
in acht als u de koelzone voor langere
tijd apart wilt uitschakelen.
De juiste temperatuur
Het is voor de houdbaarheid van de levensmiddelen zeer belangrijk dat de
juiste temperatuur wordt ingesteld.
Door micro-organismen bederven de levensmiddelen erg snel. De temperatuur
beïnvloedt de snelheid waarmee de micro-organismen groeien. Hoe lager de
temperatuur, des te langzamer de micro-organismen groeien en des te langer het duurt voordat de levensmiddelen bederven. Wanneer u voor het
bewaren van levensmiddelen de juiste
temperatuur instelt kunt u daarmee bederf voorkomen of vertragen.
De temperatuur in het toestel stijgt als
– u vaak en gedurende lange tijd de
deur van het toestel opent,
– er meer levensmiddelen worden op-
geslagen,
– de temperatuur van de levensmid-
delen hoger is, wanneer ze worden
opgeslagen,
– de omgevingstemperatuur hoger is.
Het koeltoestel is geconstrueerd voor
een bepaalde klimaatklasse. Een klimaatklasse is een temperatuurbereik
waar de kamertemperatuur niet boven of onder mag liggen.
. . . in de koelzone
Voor de koelzone adviseren wij een
koeltemperatuur van 4°C.
. . . in de diepvrieszone
Om verse levensmiddelen in te vriezen
en om levensmiddelen over een lange
tijd te bewaren is een temperatuur nodig van -18 °C. Bij deze temperatuur is
de groei van micro-organismen vrijwel
uitgesloten. Zodra de temperatuur stijgt
tot boven -10 °C, begint de ontbinding
door micro-organismen en zijn de levensmiddelen minder lang houdbaar.
Daarom mogen geheel of gedeeltelijk
ontdooide levensmiddelen pas opnieuw
worden ingevroren nadat ze eerst zijn
verwerkt (koken of braden). De meeste
micro-organismen worden door de hoge temperaturen vernietigd.
25
De juiste temperatuur
Temperatuuraanduiding
Op het display geeft de bovenste temperatuuraanduiding bij normaal gebruik de gemiddelde, werkelijketemperatuur van de koelzone en de
onderste temperatuuraanduiding de
hoogste temperatuur in de diepvrieszone op dat moment aan.
Het kan zeker een paar uur duren voordat de gewenste temperaturen worden
bereikt en constant worden aangegeven. Dat hangt van de kamertemperatuur en de instelling af.
Is de temperatuur in de diep-
vrieszone vrij lange tijd hoger dan
-18°C, controleer dan of de diepvriesproducten geheel of gedeeltelijk
zijn ontdooid.
Is dat het geval, gebruik deze voedingsmiddelen dan zo snel mogelijk
of kook of braad ze, alvorens ze opnieuw in te vriezen!
Temperatuur instellen
Verlaag of verhoog de temperatuur
met de beide sensortoetsen en
van de desbetreffende koelzone.
Bij het drukken op de temperatuurtoetsen ziet u op het display het volgende veranderen:
– Wanneer u voor het eerst erop drukt,
dan knippert de temperatuurwaardedie u het laatst hebt ingesteld.
– Vanaf de tweede keer dat u erop
drukt, verandert de temperatuurwaarde in stappen van 1°C.
– Als u de toets niet loslaat, verandert
de temperatuurwaarde continu.
Ongeveer 5 seconden nadat u voor het
laatst op een temperatuurtoets gedrukt
hebt, verschijnt in de temperatuuraanduiding automatisch de temperatuurwaarde die op dat moment in het desbetreffende gedeelte heerst.
26
Mogelijke temperatuurinstellingen
– De temperatuur in de koelzone kan
worden ingesteld van 2°C tot 7°C.
– De temperatuur in de diepvrieszone
kan worden ingesteld van -14°C tot
-27°C.
Tip: Heeft u de temperatuur gewijzigd,
controleer dan de temperatuurweergave
en wel na ca. 6 uur wanneer er weinig
levensmiddelen in het toestel liggen
en na ca. 24 uur wanneer het toestel
goed vol zit. Pas dan is de ingestelde
temperatuur bereikt.
Is de temperatuur dan nog te hoog of
te laag, wijzig de temperatuur dan.
De juiste temperatuur
27
Loading...
+ 61 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.