Gebruiks- en montagehandleiding
Koel-diepvriescombinatie
Lees beslist de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw toestel
plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u
voorkomt schade aan uw toestel.
nl-BEM.-Nr. 10 361 100
Inhoud
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ...................................................................5
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................ 14
Energie besparen ................................................................................................15
Beschrijving van het toestel ............................................................................... 17
Dit koeltoestel voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalingen. Een verkeerd gebruik kan nochtans tot lichamelijk letsel en
materiële schade leiden.
Lees daarom de gebruiks- en montagehandleiding aandachtig
door, voordat u het koeltoestel in gebruik neemt. Daarin vindt u
belangrijke instructies met betrekking tot de montage, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Dit is in het belang van uw
veiligheid en voorkomt schade aan het koeltoestel.
Wanneer deze niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk
worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding zodat u deze kunt
doorgeven aan een eventuele volgende bezitter!
Juist gebruik
Dit koeltoestel is uitsluitend bedoeld voor gebruik in het huishou-
den en gelijkaardige omgevingen.
Het is niet bestemd voor gebruik buiten.
Gebruik het koeltoestel uitsluitend voor huishoudelijke doeleinden:
om levensmiddelen te koelen en te bewaren, om diepvriesproducten
te bewaren, om verse levensmiddelen in te vriezen en om ijsblokjes
te maken.
Elk ander gebruik is niet toegelaten.
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het koeltoestel is niet geschikt voor het bewaren en koelen van
geneesmiddelen, bloedplasma, laboratoriumpreparaten of andere
gelijkaardige stoffen of producten die ten grondslag liggen aan de
richtlijn betreffende medische hulpmiddelen. Door een verkeerd gebruik van het koeltoestel kunnen producten worden beschadigd of
bederven. Bovendien is het koeltoestel ook niet geschikt voor gebruik in explosieve omgevingen.
Miele is niet verantwoordelijk voor schade die werd veroorzaakt
doordat het toestel voor andere doeleinden werd gebruikt of verkeerd werd bediend.
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk-
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
het koeltoestel veilig te bedienen, moeten bij de bediening in het oog
worden gehouden.
Deze personen mogen het koeltoestel enkel onder toezicht bedienen, wanneer hen is uitgelegd hoe ze het veilig kunnen gebruiken en
wanneer ze begrijpen welke risico's eraan verbonden zijn.
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van het koel-
toestel worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen het koeltoestel zonder toezicht
gebruiken, maar alleen als ze weten hoe het werkt en wat voor gevaar zij lopen wanneer ze het fout bedienen. Kinderen moeten de
eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen beseffen.
Kinderen mogen het koeltoestel niet zonder toezicht reinigen of
onderhouden.
Houd kinderen die in de buurt van het koeltoestel komen in het
oog. Zorg ervoor dat ze nooit met het koeltoestel spelen.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Verstikkingsgevaar! Spelende kinderen kunnen zich wikkelen in
verpakkingsmateriaal (bijv. folies) of het over hun hoofd trekken en
daardoor verstikken. Houd verpakkingsmateriaal zoals plastic buiten
het bereik van kinderen.
Technische veiligheid
Het koelmiddelcircuit is op lekkage gecontroleerd. Het koeltoestel
voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften en de relevante
EU-richtlijnen.
Dit koeltoestel bevat het koelmiddel isobutaan (R600a), een na-
tuurlijk gas dat het milieu weinig belast, maar wel brandbaar is. Het
beschadigt de ozonlaag niet en verhoogt ook het broeikaseffect niet.
Maar het gebruik van dit milieuvriendelijk koelmiddel heeft wel geleid
tot meer lawaai als het koeltoestel aanstaat. Er kunnen afgezien van
de geluiden van de compressor stromingsgeluiden in het hele koelcircuit optreden. Deze effecten zijn helaas niet te vermijden, maar
hebben geen invloed op de capaciteit van het koeltoestel.
Let er bij het transport en bij de inbouw/plaatsing op dat geen onderdelen van het koelcircuit worden beschadigd. Vrijkomend koelmiddel
kan oogletsel veroorzaken!
In geval van beschadiging:
– vermijd open vuur of ontstekingsbronnen,
– ontkoppel het koeltoestel van het elektriciteitsnet,
– verlucht gedurende enkele minuten het vertrek waarin het koel-
toestel staat en
– neem contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Hoe meer koelmiddel er in een toestel voorhanden is, hoe groter
het vertrek moet zijn waar het koeltoestel wordt opgesteld. In te kleine vertrekken kan zich bij lekkage een brandbaar mengsel van gas
en lucht vormen. De kamer moet per 8 g koelmiddel minstens 1 m
groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel staat op het typeplaatje binnenin het toestel.
Vergelijk voordat u het koeltoestel aansluit de aansluitgegevens
(zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het
elektriciteitsnet. Deze moeten beslist overeenkomen zodat het koeltoestel niet beschadigd raakt.
Deze moeten beslist overeenkomen. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
De elektrische veiligheid van het koeltoestel is uitsluitend gegaran-
deerd, als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elektrische installatie bij twijfel door een vakman inspecteren.
3
Het koeltoestel kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren, als
het op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een
door Miele erkende vakman/vakvrouw worden vervangen om gevaar
voor de gebruiker te voorkomen.
Meervoudige stopcontacten of verlengsnoeren bieden niet vol-
doende veiligheid (brandgevaar). Gebruik deze niet voor het aansluiten van het koeltoestel op het elektriciteitsnet.
Wanneer er vocht op spanningvoerende delen of de elektriciteits-
kabel komt, kan dat kortsluiting veroorzaken. Gebruik het koeltoestel
daarom niet in ruimtes waar met water wordt gespetterd (bijv. garage, waskeuken etc.).
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Dit koeltoestel mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
Beschadigingen aan het koeltoestel kunnen uw veiligheid in ge-
vaar brengen. Controleer het toestel op zichtbare beschadigingen.
Een beschadigd koeltoestel mag niet in gebruik worden genomen.
Bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet het
koeltoestel van het elektriciteitsnet zijn afgekoppeld. Het koeltoestel
is van het elektriciteitsnet afgekoppeld als:
– de zekeringen van de elektrische installatie zijn uitgeschakeld of
– de schroefzekering van de elektrische aansluiting er geheel is uit-
gedraaid of
– de stekker uit het stopcontact is getrokken. Trek bij elektriciteits-
kabels met stekker niet aan de elektriciteitskabel, maar bij de
stekker om de verbinding met het elektriciteitsnet te verbreken.
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en repa-
ratiewerkzaamheden kan de gebruiker ernstig gevaar lopen.
Installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen
door een door Miele geautoriseerde vakman / vakvrouw worden uitgevoerd.
Garantieclaims komen te vervallen als het koeltoestel niet door
Miele technici wordt gerepareerd.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze Miele onderdelen kunnen wij garanderen, dat zij volledig aan onze veiligheidseisen voldoen.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Efficiënt gebruik
Het koeltoestel is voor een bepaalde klimaatklasse (kamertempe-
ratuur) geconstrueerd waarvan de grenzen niet mogen worden overschreden.De klimaatklasse staat aangegeven op het typeplaatje aan
de binnenkant van uw koeltoestel. Een te lage kamertemperatuur
heeft tot gevolg dat de compressor voor langere tijd afslaat, zodat
het toestel de vereiste temperatuur niet kan aanhouden.
Sluit de ventilatiegleuven niet af om te voorkomen dat de luchtge-
leiding niet goed functioneert,het stroomverbruik stijgt en onderdelen
beschadigd raken.
Indien u vet- of oliehoudende levensmiddelen in het koeltoestel of
de deur van het toestel bewaart, voorkom dan dat evt. uitlopend vet
of olie in aanraking komt met kunststof delen van het koeltoestel.
Hierdoor kunnen spanningsscheuren in de kunststof ontstaan waardoor de kunststof knapt of scheurt.
Bewaar geen stoffen in het koeltoestel die drijfgassen of andere
verstuivingsmiddelen bevatten. Wanneer de thermostaat wordt ingeschakeld kunnen vonken ontstaan. Deze kunnen licht ontvlambare
producten tot explosie brengen.
Gebruik geen elektrische toestellen in dit koeltoestel, bijv. voor het
maken van ijs. Dit om vonken en een explosie te voorkomen.
Bewaar geen blikjes en flessen in de diepvrieszone die koolzuur-
houdende dranken bevatten of vloeistoffen die kunnen bevriezen. In
dat geval kunnen de blikjes en flessen uit elkaar springen, kunt u letsel oplopen en kan het toestel beschadigd raken.
Haal flessen die u in de diepvrieszone hebt gelegd om snel te koe-
len er na maximaal één uur weer uit. Dit om te voorkomen dat de
flessen uit elkaar springen, dat u letsel oploopt en dat het toestel beschadigd raakt.
Raak ingevroren levensmiddelen en metalen onderdelen niet met
natte handen aan om letsel aan uw handen te voorkomen.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Nuttig ijsblokjes en ijslolly's, vooral waterijsjes, nooit meteen nadat
u ze uit de diepvrieszone heeft gehaald om letsel aan lippen en tong
te voorkomen.
Vries geheel of gedeeltelijk ontdooide levensmiddelen niet op-
nieuw in. Gebruik deze levensmiddelen zo snel mogelijk omdat ze
anders aan voedingswaarde verliezen en bederven. Als ontdooide levensmiddelen worden gekookt of gebraden kunnen ze wel opnieuw
worden ingevroren.
Wanneer u levensmiddelen eet die te lang zijn bewaard, loopt u
het risico om voedselvergiftiging op te lopen.
De bewaartijd hangt van vele factoren af, zoals de versheid en kwaliteit van de levensmiddelen en de temperatuur waarop ze worden bewaard. Neem de bewaartips en de uiterste houdbaarheidsdatum van
de levensmiddelenfabrikanten in acht.
Gebruik uitsluitend Miele-accessoires om te voorkomen dat ga-
rantieaanspraken vervallen. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Reiniging en onderhoud
Behandel de deurdichting niet met olie of vet om te voorkomen
dat deze in de loop van de tijd poreus wordt.
Gebruik voor het ontdooien en reinigen van het toestel nooit een
stoomreiniger, aangezien stoom in aanraking kan komen met spanningvoerende delen van het koeltoestel en zo kortsluiting veroorzaken.
Scherpe of kantige voorwerpen kunnen de verdamper bescha-
digen en functioneert het toestel niet meer correct. Gebruik geen
voorwerpen met scherpe punt of rand.
– rijp- en ijslagen te verwijderen,
– en vastgevroren ijsbakjes en/of vastgevroren levensmiddelen los
te wrikken.
Plaats wanneer u wilt ontdooien nooit elektrische verwarmings-
toestellen of kaarsen in het toestel om te voorkomen dat het kunststof beschadigd raakt.
Gebruik geen ontdooisprays of andere middelen om te ontdooien.
Deze kunnen explosieve gassen vormen, oplosmiddelen of drijfgassen bevatten die het kunststof beschadigen of schadelijk zijn voor de
gezondheid.
Transport
Het toestel moet altijd rechtop en in de transportverpakking wor-
den vervoerd.
Het koeltoestel is erg zwaar. Vraag daarom iemand u te helpen
met het vervoeren ervan. U zou zich kunnen verwonden en er zou
schade kunnen ontstaan.
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wat te doen wanneer u het toestel afdankt
Maak het slot onbruikbaar om te voorkomen dat kinderen in het
koeltoestel ingesloten
kunnen raken en in levensgevaar komen.
Vrijkomend koelmiddel kan oogletsel veroorzaken. Beschadig
geen delen van het koelsysteem, bijv. door
– koelmiddelkanalen van de verdamper open te prikken,
– buisleidingen om te buigen,
– beschermende lagen af te krabben.
Symbool op de compressor (afhankelijk van het model)
Deze waarschuwing is alleen voor de recycling van belang. Bij normaal gebruik
bestaat er geen gevaar!
Het is levensgevaarlijk, de olie in de compressor in te slikken of in
te ademen.
13
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het koudetoestel tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het
oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden
voor recycling.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
over het algemeen terug.
Het afdanken van het oude
toestel
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de toestellen goed en veilig te
laten functioneren. Wanneer u uw oude
toestel bij het gewone afval doet of er
op een andere manier niet goed mee
omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk
zijn voor de gezondheid en het milieu.
Doe uw oude toestel daarom nooit bij
het gewone huisafval.
Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische oude toestellen.
14
Let erop dat de buisleidingen van uw
koeltoestel niet worden beschadigd,
totdat het op vakkundige en milieuvriendelijke wijze wordt verschroot.
Alleen dan kunt u er zeker van zijn dat
de koelmiddelen in het koelsysteem en
de olie in de compressor niet in het milieu terechtkomen.
Het oude toestel moet tot die tijd buiten
het bereik van kinderen worden opgeslagen. Zie voor meer informatie hierover het hoofdstuk: "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen" van de gebruiksaanwijzing.
Energie besparen
Normaal energieverbruikTe hoog energieverbruik
Plaatsing en onderhoud
Temperatuurinstelling
Plaats het toestel in een geventileerde ruimte.
Stel het toestel niet bloot
aan zonnestralen.
Plaats het toestel niet naast
een warmtebron.
Bij een ideale omgevingstemperatuur van ca. 20 °C.
Dek ventilatieroosters niet af
en maak ze regelmatig stofvrij.
Compressor en metalen
rooster (warmtewisselaar)
aan de achterwand van het
toestel worden minstens 1x
per jaar stofvrij gemaakt.
Koelzone: 4 tot 5°CHoe lager de temperatuur,
Diepvrieszone: -18°C
In gesloten, niet geventileerde ruimtes.
Direct blootgesteld aan zonnestralen.
Naast een warmtebron (verwarming, fornuis).
Bij een hoge omgevingstemperatuur.
Met ventilatieroosters die
zijn afgedekt of vol zitten
met stof.
Compressor en metalen
rooster (warmtewisselaar)
aan de achterwand van het
toestel zitten vol met stof.
des te hoger het energieverbruik!
15
Energie besparen
Normaal energieverbruikTe hoog energieverbruik
GebruikPlaats de plateaus, laden en
vakken zoals bij levering.
Open de deur alleen indien
nodig en zo kort mogelijk.
Leg levensmiddelen bij het
inruimen meteen op de
goede plek.
Neem bij het boodschappen
doen een koeltas mee en leg
de levensmiddelen zo snel
mogelijk in het toestel.
Plaats levensmiddelen die u
uit het toestel neemt zo snel
mogelijk weer terug, voordat
ze warm worden.
Laat warme gerechten en
dranken eerst buiten het toestel afkoelen.
Leg de levensmiddelen alleen afgedekt of verpakt in
het toestel.
Leg ingevroren levensmiddelen in de koelzone wanneer ze moeten ontdooien.
Deur vaak en lang openen
betekent koudeverlies en instroom van warme lucht in
het toestel. Het toestel koelt
en de compressor moet langer werken.
Zijn levensmiddelen nog
warm wanneer ze in het
koeltoestel worden gelegd,
ontstaat er warme lucht in
het koeltoestel. Het toestel
koelt en de compressor
moet langer werken.
Wanneer vloeibare stoffen in
de koelzone condenseren,
neemt de koelcapaciteit af.
16
Zorg ervoor dat vakken en
laden niet te zwaar worden
beladen, zodat de lucht kan
circuleren.
Een verslechterde luchtstroom zorgt voor een verlies van koelcapaciteit.
Beschrijving van het toestel
a
Bedieningspaneel met display
b
Binnenverlichting
c
Deurvak
d
Ventilator
e
Plateau
f
Flessenrek
g
Gootje voor het dooiwater en afvoeropening voor het dooiwater
h
Fruit- en groentevakken
i
Deurvak voor flessen met flessensteun
j
Greepholtes
k
NoFrost module
l
Diepvriesladen
Schematische afbeelding
De grepen bovenaan en de wieltjes onderaan aan de achterkant van het toestel maken de opstelling van het toestel
gemakkelijk.
17
Beschrijving van het toestel
Symbolen in het display
Bediening
SymboolFunctie
StandbyHet hele toestel inschakelen;
De koelzone apart inschakelen
InstellingsmodusInstellingen uitvoeren (zie "Het wijzigen van
Door de instellingsmodus bladeren om een
instelling te selecteren
TerugMenuniveau verlaten
Informatie
SymboolBetekenis
StandbyHet koeltoestel is elektrisch aangesloten,
maar niet ingeschakeld.
Koelzone is apart uitgeschakeld.
VrieszoneTemperatuurweergave van de diepvrieszone
SuperKoelen (koelzone)/
SuperFrost (diepvrieszone)
Functie kan afhankelijk van de koelzone
worden gekozen (zie "SuperFrost, SuperKoelen en DynaCool gebruiken").
DynaCool (koelzone)Functie kan afhankelijk van de koelzone
worden gekozen (zie "SuperFrost, SuperKoelen en DynaCool gebruiken").
TemperatuuralarmWaarschuwing (zie "Wat te doen als ... -
Meldingen op het display".
DeuralarmWaarschuwing (zie "Wat te doen als ... -
Meldingen op het display".
StroomstoringWaarschuwing (zie "Wat te doen als ... -
Meldingen op het display".
18
Accessoires
Bijgeleverde accessoires
Fleshouder
De flessenhouder wordt in het deurvak
voor flessen geplaatst. Flessen staan
steviger wanneer u de deur van het toestel opent en sluit.
Bakje voor ijsblokjes
Bij te bestellen accessoires
Het Miele-assortiment omvat tal van
handige accessoires, alsmede reinigings- en onderhoudsmiddelen die speciaal op uw koeltoestel zijn afgestemd.
Accessoires kunt u nabestellen bij de
afdeling Onderdelen van Miele, bij de
vakhandel en op internet.
Flessenrek
Flessen kunt u op het flessenrek in de
koelzone leggen. Daarmee bespaart u
ruimte.
Het flessenrek kan op verschillende manieren in de koelzone worden geplaatst.
19
Accessoires
Anti-geurfilters met houder KKF-FF
(Active AirClean)
De anti-geurfilter neutraliseert onaangename geuren in de koelzone en zorgt zo
voor een betere luchtkwaliteit.
Breng de houder van de anti-geurfilter
aan op de achterste beschermlijst van
het plateau, u kunt de houder naar
wens verplaatsen.
Anti-geurfilters met houder KKF-RF
(Active AirClean)
Passende filters voor de houder (Active
AirClean) zijn leverbaar. Miele raadt aan
om anti-geurfilters elke 6maanden te
vervangen.
Universeel microvezeldoekje
Het microvezeldoekje is handig bij het
verwijderen van vingerafdrukken en ander licht vuil op roestvrijstalen fronten,
panelen, ramen, meubels enz.
20
Ingebruikneming van het toestel
Voor het eerste gebruik
Verpakkingsmateriaal
Verwijder al het verpakkingsmateriaal
uit de binnenruimte.
Reiniging
Volg daarvoor beslist de betreffende
instructies in het hoofdstuk: "Reiniging
en onderhoud".
Reinig de binnenkant van het toestel
en de toebehoren.
Het toestel aansluiten
Sluit het toestel aan op het elektrici-
teitsnet.
Standby
In het display verschijnt .
21
Koeltoestel in- en uitschakelen
Touchscreen (display)
Het touchscreen (display) kan
door puntige of scherpe voorwerpen
(zoals pennen) bekrast raken.
Raak het display uitsluitend met uw
vingers aan.
Bij aanraking worden kleine elektrische
ladingen afgegeven die een elektrische
impuls creëren die het display herkent.
Het display reageert niet op contact
met voorwerpen.
Als uw vingers koud zijn, reageert het
display mogelijk niet.
Koeltoestel inschakelen
Voordat u voor de eerste keer levensmiddelen in het toestel legt, kunt u het
toestel het beste een ca. 2 uur laten
voorkoelen.
Leg de levensmiddelen pas in de diepvrieszone wanneer de temperatuur in
deze zone laag genoeg is (minstens
-18 °C).
Standby
Druk kort op .
In het display verschijnt ca. 3 seconden
lang in het Duits de melding
Miele - Willkommen.
Is dat niet mogelijk en verschijnt op
het display, dan is de vergrendeling ingeschakeld (zie hoofdstuk: "Instellingen wijzigen", paragraaf: "Vergrendeling in-/uitschakelen - Vergrendeling
kort ontgrendelen".
22
Koeltoestel in- en uitschakelen
°C
5
-18
°C
°C
5
-18
°C
Startscherm
Het startscherm verschijnt.
De binnenverlichting gaat aan en wordt
steeds sterker tot de maximale lichtsterkte is bereikt. Het koeltoestel is ingeschakeld en begint te koelen. Het
stelt zich op de ingestelde temperaturen
in:
– Temperatuur in de koelzone = 5 °C
Het display bestaat hiervoor uit meerdere velden:
In het bovenste veld staat de temperatuur van de koelzone.
Als u de temperatuurweergave aanraakt, komt u in de temperatuurweergave van de koelzone. Hier kunt u de temperatuur instellen of wijzigen (zie "De
juiste temperatuur - De temperatuur instellen") en de functie SuperKoelen
en/of de functie DynaCool kiezen (zie
"SuperFrost, SuperKoelen en
DynaCool").
In het onderste veld staat de temperatuur van de diepvrieszone.
– Temperatuur in de diepvrieszone=
-18°C
Startscherm
Vanuit het startscherm kunt u alle instellingen uitvoeren.
Dit temperatuurbereik wordt ook met
aangegeven.
Als u de temperatuurweergave aanraakt, komt u in de temperatuurweergave van de diepvrieszone. Hier kunt u de
temperatuur instellen of wijzigen en de
functie SuperFrost kiezen (zie "SuperFrost, SuperKoelen en DynaCool").
In het rechter veld bevindt zich de instellingsmodus.
Door het symbool aan te raken,
komt u in de instellingsmodus. Hier kunt
u verdere instellingen kiezen (zie "Instellingen wijzigen").
23
Koeltoestel in- en uitschakelen
°C
5
-18
°C
°C
5
-18
°C
5
°C
OK
Koeltoestel uitschakelen
In de instellingsmodus kunt u het koeltoestel uitschakelen (zie ook: "Instellingen wijzigen").
Startscherm
Druk op .
Instellingsmodus
Blader met de pijltoetsen of tot
verschijnt.
Het apart uitschakelen van de koelzone
U kunt de koelzone uitschakelen, terwijl
de diepvrieszone ingeschakeld blijft.
Tip: Voor de vakantie is de functie Vakantiemodus handig (zie "Instellingen
wijzigen - Vakantiemodus in-/uitschakelen"), omdat de koelzone niet
helemaal uitgeschakeld, maar met een
lagere koelcapaciteit gebruikt wordt.
Als u eerder de functies Feestmodus
, DynaCool , SuperKoelen gekozen heeft, worden deze automatisch
uitgeschakeld.
Standby
Raak de temperatuurweergave in het
veld voor de koelzone aan.
Koeltoestel uitschakelen
Druk op .
De temperatuurweergave in het display
dooft en brandt.
De binnenverlichting van de koelzone
gaat uit. De koeling wordt uitgeschakeld.
dooft na ca. 10 minuten. Het display
wordt zwart en de EnergieSpaar-modus
verschijnt.
24
Display koelzone
Raak of aan totdat verschijnt.
Druk op .
RaakOK aan, om de invoer te beves-
tigen.
Koeltoestel in- en uitschakelen
°C
-18
°C
-18
4
°C
OK
Startscherm - De koelzone is uitgeschakeld
De temperatuurweergave van de koelzone in het display dooft en brandt.
De koelzone is uitgeschakeld. De temperatuur in de diepvrieszone wordt nog
steeds aangegeven. De verlichting in de
koelzone gaat uit.
De koelzone apart inschakelen (als
deze eerst uitgeschakeld was)
Startscherm - De koelzone is uitgeschakeld
Raak in het veld voor de koelzone
aan.
Display koelzone
Raak of aan totdat4 °C ver-
schijnt.
RaakOK aan, om de invoer te beves-
tigen.
De koelzone is ingeschakeld en begint
te koelen. Ze stelt zich op de ingestelde
temperatuur in. Als de deur van de koelzone geopend wordt, gaat de verlichting in de koelzone aan.
25
Koeltoestel in- en uitschakelen
Bij langdurige afwezigheid
Als het toestel bij langdurige af-
wezigheid wordt uitgeschakeld, maar
niet gereinigd, bestaat er gevaar voor
schimmelvorming als de deur van
het toestel gesloten blijft.
Reinig het toestel.
Wanneer u het toestel langere tijd niet
meer gebruikt, doe dan het volgende:
schakel het koeltoestel uit,
trek de stekker uit het stopcontact of
schakel de hoofdschakelaar uit,
Reinig het toestel.
laat de deur open staan om het toe-
stel te luchten en te voorkomen dat er
geurtjes ontstaan.
Neem de laatste beide instructies ook
in acht als u de koelzone voor langere
tijd apart wilt uitschakelen.
26
De juiste temperatuur
Het is voor de houdbaarheid van de levensmiddelen zeer belangrijk dat de
juiste temperatuur wordt ingesteld.
Door micro-organismen bederven de levensmiddelen erg snel. De temperatuur
beïnvloedt de snelheid waarmee de micro-organismen groeien. Hoe lager de
temperatuur, des te langzamer de micro-organismen groeien en des te langer het duurt voordat de levensmiddelen bederven. Wanneer u voor het
bewaren van levensmiddelen de juiste
temperatuur instelt kunt u daarmee bederf voorkomen of vertragen.
De temperatuur in het toestel stijgt als
– u vaak en gedurende lange tijd de
deur van het toestel opent,
– er meer levensmiddelen worden op-
geslagen,
– de temperatuur van de levensmid-
delen hoger is, wanneer ze worden
opgeslagen,
– de omgevingstemperatuur hoger is.
Het koeltoestel is geconstrueerd voor
een bepaalde klimaatklasse. Een klimaatklasse is een temperatuurbereik
waar de kamertemperatuur niet boven of onder mag liggen.
. . . in de koelzone
Voor de koelzone adviseren wij een
koeltemperatuur van 4 °C.
. . . in de diepvrieszone
Om verse levensmiddelen in te vriezen
en om levensmiddelen over een lange
tijd te bewaren is een temperatuur nodig van -18 °C. Bij deze temperatuur is
de groei van micro-organismen vrijwel
uitgesloten. Zodra de temperatuur stijgt
tot boven -10 °C, begint de ontbinding
door micro-organismen en zijn de levensmiddelen minder lang houdbaar.
Daarom mogen geheel of gedeeltelijk
ontdooide levensmiddelen pas opnieuw
worden ingevroren nadat ze eerst zijn
verwerkt (koken of braden). De meeste
micro-organismen worden door de hoge temperaturen vernietigd.
27
De juiste temperatuur
°C
5
-18
°C
4
°C
OK
-18
°C
OK
Temperatuurweergave
Startscherm
In het display geeft de bovenste temperatuurweergave bij normaal gebruik
de gemiddelde, werkelijke tempera-tuur van de koelzone en de onderste
temperatuurweergave de laagste
temperatuur in de diepvrieszone
aan, die op dat moment heersen.
Het kan zeker een paar uur duren voordat de gewenste temperaturen worden
bereikt en constant worden aangegeven. Dit hangt o.a. van de kamertemperatuur en de instelling af.
Is de temperatuur in de diep-
vrieszone vrij lange tijd hoger dan
-18 °C, controleer dan of de diepvriesproducten geheel of gedeeltelijk
zijn ontdooid.
Is dat het geval, gebruik deze levensmiddelen dan zo snel mogelijk of
kook of braad ze, alvorens ze opnieuw in te vriezen!
Temperatuur instellen
De temperaturen in de koel- en diepvrieszone kunt u onafhankelijk van elkaar instellen.
Raak in het display de temperatuur-
weergave aan van de zone, waarvoor
u de temperatuur wilt instellen.
De eerder ingestelde temperatuur verschijnt.
Display koelzone
Display diepvrieszone
Verlaag of verhoog de temperatuur
met en.
28
Loading...
+ 64 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.