Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing en
de montagehandleiding voor u het toestel
installeert en in gebruik neemt.
Zo zorgt u voor uw veiligheid
en vermijdt u schade aan uw toestel.
10dubbel reservoir voor afwasmiddel
11reservoir voor naspoelmiddel
(met instelknop)
12typeplaatje
Het bedieningspaneel
Beschrijving van het toestel
13toets "aan/uit"
14aanduiding programmaverloop
15toets "Start"
16tijdsdisplay voor startuitstel
17programmakiezer
18toets "startuitstel"
19controle- en waarschuwings-
lampjes
18kinderbeveiliging
19deuropener
20uitlaatroostertje voor droog-
ventilator
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bij de installatie
Dit toestel voldoet aan de voorge
schreven veiligheidsvoorschriften.
Bij ondeskundig gebruik kan de ge
bruiker gevaar lopen en het toestel
beschadigd worden.
Lees aandachtig uw gebruiksaanwij
zing voordat u dit toestel in gebruik
neemt. Zo beschermt u zichzelf en
vermijdt u schade aan het apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing
zorgvuldig.
Het toestel juist gebruiken
Gebruik deze afwasautomaat uit-
sluitend in het huishouden. Was er
enkel huishoudelijk vaatwerk mee af.
Om het even welke andere toepassing
of wijziging aan het toestel is ongeoorloofd en misschien ook wel gevaarlijk.
De fabrikant kan niet aansprakelijk zijn
voor schade die werd veroorzaakt doordat het toestel niet correct gebruikt of
verkeerd bediend werd.
Bij de levering
Kijk goed na of de u geleverde af
wasautomaat geen uiterlijke scha
de vertoont voor u hem opstelt. Neem
in geen enkel geval een beschadigd
toestel in gebruik. Door schade aan uw
toestel kunnen er immers risico’s voor
uw veiligheid opduiken.
Laat de verpakking terdege recy
cleren.
-
-
-
-
-
-
Raadpleeg bij het opstellen en
aansluiten van uw afwasautomaat
de montagehandleiding.
Ter wille van de stabiliteit mag u
bekleedbare of geïntegreerde in
bouwmodellen enkel onder een doorlo
pend werkblad inbouwen. Dit werkblad
dient u met schroeven aan de kasten
naast het toestel te bevestigen.
Bouw deze afwasautomaat niet in
onder een kookvlak. De vaak wel
hoge stralingstemperatuur kan de af
wasautomaat schade toebrengen. Om
dezelfde reden mag u hem ook niet opstellen vlak naast een toestel dat warmte uitstraalt, bv. een open haard e.d.
Tijdens het installeren mag de
vaatwasser niet op het stroomnet
aangesloten zijn.
Wees er zeker van dat de elek-
trische installatie bij u ter plaatse
overeenstemt met wat op het typeplaatje van het toestel staat. Het gaat hier
over de netspanning, de frequentie en
de smeltveiligheden.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd
indien het op een aardsysteem is aan
gesloten, dat volgens de voorschriften
werd geïnstalleerd. Het is heel belang
rijk dat deze fundamentele veiligheids
voorziening voorhanden is.
De fabrikant kan niet aansprakelijk zijn
voor schade die werd veroorzaakt door
dat de aardleiding onderbroken was of
gewoon ontbrak. Er zijn dan ook elek
trische schokken mogelijk.
-
-
-
-
-
-
-
-
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Indien u dit toestel niet op een vas
te plaats inbouwt en monteert, bv.
op een schip, laat dit karwei dan enkel
uitvoeren door vakmensen. Die moeten
ervoor zorgen dat u het toestel veilig
kan gebruiken.
Een beschadigd toestel kan uw ge
zondheid in gevaar brengen! Stel
zo’n toestel meteen buiten werking en
vraag advies aan uw leverancier of aan
de technische dienst.
De kunststof behuizing van de wa
teraansluiting bevat een elektrisch
werkend ventiel. Dat mag u niet in vloei
stof onderdompelen!
In de watertoevoerslang zitten lei-
dingen die onder stroom staan.
Knip de slang dus nooit door, zelfs als
hij te lang is!
Gebruik uit veiligheidsoverwegin-
gen geen verlengsnoeren. Er is
brandgevaar door oververhitting.
Bij het dagelijks gebruik
Giet geen oplosmiddel in de kuip.
Er is namelijk ontploffingsgevaar!
Het water in de kuip is niet drink
baar!
Vermijd bij afwaspoeder het stof in
te ademen! Slik nooit afwasmiddel
in! Dat kan door de inbijtende werking
neus-, mond- en keelholte bescha
digen. Roep meteen een dokter indien
u afwasmiddel hebt ingeademd of inge
slikt.
-
-
-
-
-
-
-
Ga niet op de open toesteldeur
staan of zitten. Het toestel kan im
mers kantelen. U kan zich daarbij kwet
sen en het toestel kan schade oplopen.
Bij toestellen met een bestekkorf
(volgens het model) wordt bestek
vlotter schoon en droog als u dat met
het hecht naar onderen in het korfje
steekt. Bestaat echter het risico dat u
zich aan mes- of vorkpunten kwetst,
steek het dan liever met het hecht naar
boven.
Gebruik enkel afwasmiddel voor
huishoudelijke afwasautomaten,
geen middel voor afwas met de hand.
Maak enkel gebruik van naspoel-
middel voor huishoudelijke vaatwassers!
Gebruik enkel speciaal regenereer-
zout, bij voorkeur met grove korrel.
U kan ook zuiver, door indamping gewonnen zout gebruiken. Gebruik in
geen geval ander zout, bv. tafel- of
strooizout. Zo’n zout kan namelijk be
standdelen bevatten, die niet in water
oplosbaar zijn. Die kunnen storingen
teweegbrengen aan de ontharder.
Laat geen kunststof vaatwerk, bv.
wegwerprecipiënten of bestek, af
wassen, dat niet tegen heet water be
stand is. Deze voorwerpen kunnen door
de hitte vervormen.
-
-
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wees voorzichtig bij vaatwassers met
zichtbare weerstand (naar gelang van
het model)!
Raak tijdens of na een afwaspro
gramma deze verwarmingsweer
stand niet aan. U kan zich daaraan ver
branden.
Kunststof voorwerpen kunnen
verkolen of ontvlammen na aanra
king met de verwarmingsweerstand.
Schik dit vaatwerk dus in de bovenste
korf zo u niet zeker bent dat het tegen
hitte bestand is. Blokkeer dit vaatwerk
om te vermijden dat het op de weer
stand valt.
-
-
-
-
Met kleine kinderen in het
huishouden
Laat kleine kinderen niet aan de af-
wasautomaat prutsen. Laat hen het
toestel evenmin bedienen. Er bestaat
onder meer het risico dat ze zich in de
afwasautomaat opsluiten!
Laat kinderen niet in aanraking
komen met afwasmiddel! Afwas
middel kan door de inbijtende werking
mond- en keelholte beschadigen of
iemand doen stikken. Raadpleeg met
een een dokter indien uw kind afwas
middel in de mond heeft genomen.
-
-
-
Om te vermijden dat kinderen in
contact komen met afwasmiddel:
voeg het middel pas toe juist voor
een programma start. Vergrendel ook
de toesteldeur met de kinderbeveiliging
(naar gelang van het model).
Hou kinderen dus ook weg van een
openstaande afwasautomaat. Er kun
nen immers nog afwasmiddelresten in
het toestel zijn achtergebleven.
Om te vermijden dat kinderen in
contact komen met afwasmiddel:
indien u van het startuitstel gebruik
maakt (bij sommige modellen), moet
het reservoir voor afwasmiddel droog
zijn. Wis dat eventueel van te voren
droog af. In een vochtig afwasmiddelreservoir gaat het afwasmiddel klonteren
en spoelt het niet volledig weg. Na afloop van een programma kunnen kinderen met deze afwasmiddelresten in
aanraking komen als de toesteldeur
openstaat.
Om stoffelijke schade te vermijden
Giet in het reservoir voor naspoel
middel geen afwasmiddel (ook
geen vloeibaar). Daardoor gaat het re
servoir zeker stuk!
Giet geen afwasmiddel (ook geen
vloeibaar) in het reservoir voor re
genereerzout. Daardoor gaat de onthar
der onherroepelijk stuk!
u
-
-
-
-
-
Gebruik geen industriële reini
gingsmiddelen. Er kan namelijk
schade optreden en er bestaat risico
op hevige chemische reacties (bv. van
knalgas).
8
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het ingebouwde Miele-waterproof
systeem biedt betrouwbare be
scherming tegen waterschade. De vol
gende voorwaarden dienen wel vervuld
te zijn:
het toestel werd geïnstalleerd zoals
–
het hoort,
u laat het repareren en / of onderde
–
len vervangen indien er schade op
duikt,
u draait de watertoevoerkraan dicht
–
bij langere afwezigheid (vakantie).
-
-
Herstelling en onderhoud
Laat reparaties enkel door vakmen-
sen uitvoeren.
Door onvakkundige herstellingen duiken er aanzienlijke risico’s op voor wie
het toestel gebruikt.
Maak het toestel stroomloos voor-
dat het wordt onderhouden. Schakel het toestel uit, trek de stekker uit het
stopcontact of schakel de smeltstoppen uit.
Uw oud toestel afdanken
-
-
-
Maak dit toestel onbruikbaar wan
neer u het afdankt. Trek de stekker
uit het stopcontact en knip het aansluit
snoer door.
Verwijder het deurslot door twee kruis
kopschroeven uit te draaien. Zo kunnen
kinderen zich niet in het toestel opslui
ten. Laat het toestel daarna terdege re
cycleren.
De fabrikant is niet aansprakelijk
voor schade die werd veroorzaakt
doordat deze veiligheidsbepalingen
niet in acht werden genomen.
-
-
-
-
-
9
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
kozen, dat door het milieu wordt verdra
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Berging van uw oud toestel
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdan
ken van uw oud toestel, neem dan con
tact op met
de handelaar bij wie u het kocht
–
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kinderveilig wordt bewaard voor u
het laat wegbrengen. Hou dus rekening
met de gelijknamige rubriek in de "Op
merkingen omtrent uw veiligheid".
-
-
-
10
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Spaarzaam afwassen
Uw afwasautomaat verbruikt bijzonder
weinig water en stroom.
Hou daartoe echter rekening met vol
gende tips:
Beschikt u over een moderne
^
warmwaterinstallatie? Sluit uw afwas
automaat dan aan op warm water.
Hoewel alle afwasbeurten met warm
water verlopen, vermindert u zo:
- het verbruik van primaire energie,
- de uitstoot van CO
maken van energie,
- uw kosten en de duur van het afwasprogramma.
Zo uw leidingwater elektrisch wordt
verwarmd, verdient koudwateraansluiting de voorkeur.
^ Benut de capaciteit van de korven
ten volle, zonder ze te overladen. Zo
wast u het spaarzaamst af.
voor het aan-
2
-
-
^ Kies een afwasprogramma dat over-
eenstemt met de vaatsoort en de
mate waarin het vaatwerk vuil is.
^
Kies het programma Spaar voor
stroombesparend afwassen.
^
Hou rekening met de doseertips op
de afwasmiddelverpakking.
^
Giet enkel 2/3 van de opgegeven
hoeveelheid afwasmiddel in het re
servoir zo de korven maar halfvol zijn.
-
11
Het toestel in gebruik nemen
Voor het eerste gebruik hebt u
nodig:
ca. 2 l water,
–
ca. 2 kg regenereerzout,
–
afwasmiddel voor huishoudelijke
–
vaatwassers,
naspoelmiddel voor huishoudelijke
–
vaatwassers.
Elke afwasautomaat wordt in de fa
briek getest.
Daarom staat er ook nog wat water
in het toestel.
-
12
Het toestel in gebruik nemen
De deur openen
^ Neem de deur in de greepopening
vast en trek de greep naar voren.
Indien u de deur tijdens het afwassen
openmaakt, worden alle functies automatisch onderbroken.
De deur sluiten
^ Schuif de korven in het toestel. Klap
de deur omhoog en duw ze dicht totdat u een klik hoort.
Kinderbeveiliging
De gele sleutel voor de kinderbevei
liging hangt aan een staafje vooraan
in de bovenste korf.
Neem die sleutel weg voordat er
wordt afgewassen. Bewaar hem bui
ten het toestel op een plaats buiten
het bereik van kleine kinderen.
Met de kinderbeveiliging vermijdt u dat
kleine kinderen de deur van de afwas
automaat openmaken.
-
-
-
horizontaal:
deur vergrendeld
verticaal:
deur kan open
13
Het toestel in gebruik nemen
De ontharder
Om degelijk af te wassen heeft uw vaat
wasser zacht (kalkarm) water nodig. Bij
hard water zet zich een witte aanslag
op de vaat en op de kuipwanden af.
Leidingwater met een waterhardheid
vanaf 4° Duitse of 7° Franse hardheid
dient u te laten ontharden. Dat gebeurt
automatisch in de ingebouwde onthar
der.
Voor die ontharder is er regenereer
–
zout vereist.
Uw afwasautomaat moet u precies
–
op de hardheid van uw leidingwater
instellen.
– Vraag aan uw watermaatschappij
naar de hardheid van het u geleverde leidingwater.
-
Schommelt de hardheid van uw leiding
water? Bv. van 8 naar 17° Duitse ofwel
van 14 naar 31° Franse hardheid? Kies
dan het hoogste getal. In dit geval dus
14°d of 31°f hardheid.
Bij een eventuele tussenkomst van de
Technische Dienst maakt u het de
technicus wat makkelijker indien u de
hardheid van uw leidingwater kent.
Vul hier de waterhardheid in:
^
°d ofwel°f
-
14
De ontharder instellen
Schakel uw vaatwasser uit met de
^
toets "aan/uit".
Draai de programmakiezer op "Stop".
^
Hou de toets "Start" ingedrukt en
^
schakel tegelijk
het toestel in via de
toets "aan/uit". Laat de toets "Start"
binnen de 2 seconden weer los.
Het controlelampje "Zout" knippert.
Let op:
Knippert of brandt een ander controle
lampje, begin dan opnieuw.
Uitzondering:
Het controlelampje "Naspoelmiddel"
brandt als u nog geen naspoelmiddel
hebt toegevoegd of bijgevuld.
Het toestel in gebruik nemen
Draai de programmakiezer in een
^
stand die overeenstemt met de hardheid van het u geleverde water. In de
tabel hieronder staat °d voor Duitse,
°f voor Franse hardheid.
In de fabriek werd de waterhardheid op
14 - 16°d ofwel 25 - 29°f geprogram
-
meerd.
Voorbeeld:
De hardheid van het u geleverde wa
ter bedraagt 20°d of 36°f. U zet de
programmakiezer op "6 uur".
15
Het toestel in gebruik nemen
Druk op de toets "Start".
^
Het controlelampje "Start" gaat aan.
Draai de programmakiezer op "Stop".
^
Schakel de afwasautomaat uit met de
^
toets "aan/uit".
De geprogrammeerde waterhardheid is
nu in het geheugen opgeslagen.
De ingestelde hardheid nakijken
Schakel de afwasautomaat uit met de
^
toets "aan/uit".
Draai de programmakiezer op "Stop".
^
Hou de toets "Start" ingedrukt en
^
schakel tegelijk
toets "aan/uit". Laat de toets "Start"
binnen de 2 seconden weer los.
Het controlelampje "Zout" brandt.
Let op:
Knippert of brandt een ander controle
lampje, begin dan opnieuw.
Uitzondering:
Het controlelampje "Naspoelmiddel"
brandt als u nog geen naspoelmiddel
hebt toegevoegd of bijgevuld.
^ Draai de programmakiezer via de
standen van "1 uur" tot "8 uur" tot het
controlelampje "Start" brandt.
De programmakiezer staat nu in een
stand die overeenstemt met de ingestelde waterhardheid. Zie tabel onder
de rubriek "De ontharder instellen".
het toestel in via de
-
16
^
Draai de programmakiezer op "Stop".
^
Schakel het toestel uit met de toets
"aan/uit".
Het toestel in gebruik nemen
Regenereerzout toevoegen
Blijft de hardheid van uw leidingwa
ter voortdurend lager dan 4° Duitse
of 7° Franse hardheid? Dan hoeft u
geen zout
U dient uw afwasautomaat in dat ge
val toch op de hardheid van uw lei
dingwater in te stellen.
Belangrijk! Voor u de eerste keer
zout toevoegt, dient u het reservoir
met ca. 2 liter water te vullen. Zo kan
het zout zich oplossen. Achteraf be
vindt er zich telkens voldoende water in het reservoir.
Giet geen afwasmiddel (ook
,
geen vloeibaar) in het reservoir voor
regenereerzout. Daardoor gaat de
ontharder onherroepelijk stuk!
toe te voegen.
Neem de onderste korf uit het toestel.
^
Schroef de schroefdop van het zout
-
-
-
-
reservoir af.
Vul het reservoir de eerste keer met
^
ca. 2 liter water.
^ Zet de trechter erop. Voeg zout toe in
de recipiënt tot die vol is.
De recipiënt bevat, naar gelang van de
zoutsoort, tot 2 kg zout.
-
,
Gebruik enkel speciaal regene
reerzout, bij voorkeur met grove kor
rel. U kan ook zuiver, door indam
ping gewonnen zout gebruiken. Ge
bruik in geen geval ander zout, bv.
tafel- of strooizout. Zo’n zout kan na
melijk bestanddelen bevatten, die
niet in het water opgelost worden.
Dat kan de werking van de onthar
der in het gedrang brengen.
-
Bij het toevoegen van zout loopt er wa-
ter over.
-
^
Verwijder de zoutresten van de
-
-
-
schroefdraad van het zoutreservoir.
Draai de schroefdop goed dicht.
^
Laat dadelijk daarna het programma
"Voorspoelen" aflopen. Zo wordt de
overgelopen pekel verdund en weg
gepompt.
-
17
Het toestel in gebruik nemen
Aanduiding van het zoutpeil
Zolang het controlelampje "Zout" op het
bedieningspaneel niet aangaat, is er
nog genoeg zout in het reservoir.
^ Voeg zout toe zodra het controle-
lampje "Zout" begint te branden.
Zie rubriek "Regenereerzout toevoegen".
Nadat u zout hebt toegevoegd, kan het
lampje nog even blijven branden. Het
gaat uit zodra de zoutconcentratie
hoog genoeg is.
Opmerking!
Het controlelampje "Zout" gaat ook aan
als het leidingwater onder de 4° Duitse
of 7° Franse hardheid blijft en u dus
geen regenereerzout heeft toegevoegd.
Dat het lampje "Zout" aangaat, speelt
voor u dus geen rol!
Via het controlelampje "Zout" kan de
Technische Dienst van Miele in de toe
komst programma’s updaten (moderni
seren). Zie rubriek "Technische dienst".
Daarom vindt u daarnaast ook de afkor
ting "PC", wat staat voor "program
correction".
-
-
-
18
Het toestel in gebruik nemen
Naspoelmiddel
Naspoelmiddel dient u te doseren om
het water tijdens het drogen als een film
van de vaat te laten lopen. Daarmee
droogt de vaat na het spoelen ook mak
kelijker.
U giet het middel in het reservoir. Vol
gens de ingestelde hoeveelheid wordt
het daarna automatisch gedoseerd.
Giet in het reservoir enkel na
,
spoelmiddel voor huishoudelijke
vaatwassers. In geen geval afwas
middel (ook geen middel voor afwas
met de hand). Daardoor gaat het reservoir zeker stuk!
U kan eveneens gebruik maken van
– huishoudelijke azijn met een zuurge-
halte tot 5 %
alsook van
– vloeibaar citroenzuur tot 50 %. De
vaat is dan wel vochtiger en vertoont
ook meer vlekken dan wanneer u na
spoelmiddel gebruikt.
-
-
-
Naspoelmiddel toevoegen
-
^ Druk de toets op het deksel van het
naspoelmiddelreservoir in de richting
van de pijl tot de klep openspringt.
-
,
Azijn met hoog zuurgehalte (bv.
azijnessence van 25 %) mag u niet
gebruiken. Daardoor kan het toestel
namelijk schade oplopen.
19
Het toestel in gebruik nemen
Controlelampje
"naspoelmiddel"
Stop met gieten zodra het naspoel
^
middel aan het zeefoppervlak van de
vulopening zichtbaar wordt.
Het reservoir kan ca. 130 ml bevatten.
^ Doe de klep stevig dicht. U dient een
klik te horen. Anders kan er tijdens
het afwasprogramma water in het reservoir binnendringen.
^
Veeg gemorst middel goed weg. Zo
vermijdt u te overvloedig schuim in
de volgende afwasbeurt.
-
Zolang het controlelampje "naspoelmid
del" op het bedieningspaneel niet is
aangegaan, is er nog genoeg naspoel
middel in het reservoir.
Als het controlelampje "naspoelmiddel"
op het bedieningspaneel aangaat, is er
nog reserve voor zowat 2 à 3 afwasbeurten.
^
Vul tijdig naspoelmiddel bij.
-
-
20
De doseerhoeveelheid van het
naspoelmiddel instellen
De doseerknop (zie pijl) in de vulopening kan u instellen van 1 tot 6. In de fabriek werd die op 3 ingesteld. Per afgelopen programma wordt in dit geval ca.
3 ml naspoelmiddel verbruikt. Dit is ook
de aanbevolen dosering.
Het toestel in gebruik nemen
^ Draai de knop op een hogere stand
indien er vlekken op het vaatwerk
verschijnen.
^
Indien er een film of sluier te voor
schijn komt, draai de doseerknop
dan op een lagere stand.
-
21
Vaatwerk en bestek schikken
Hou hiermee rekening
Verwijder grove spijsresten van het
^
vaatwerk.
Voorspoelen onder stromend water
hoeft niet!
Laat uw afwasautomaat geen
,
vaat afwassen met as, zand, was,
smeervet of verf.
As lost niet op en verdeelt zich in de
kuip. Zand schuurt. Was, smeervet
en verf brengen de machine schade
toe.
U kan elk stuk vaatwerk gelijk waar in
de korven plaatsen. Gelieve toch rekening te houden met volgende tips.
^ Vaatwerk en bestek mogen niet in el-
kaar liggen en elkaar niet bedekken.
^ Schik het vaatwerk zo dat het water
het van alle zijden kan besproeien.
Alleen dan kan het schoon worden!
Vaatwerk met een diepe bodem
^
plaatst u bij voorkeur schuin, zodat
het water eruit kan lopen.
De sproeiarmen mogen niet door te
^
hoge of naar onder doorhangende
delen geblokkeerd worden.
Doe de sproeiarmen eventueel eens
met de hand draaien.
Zorg ervoor dat kleine voorwerpen
^
niet door de korven vallen.
Leg dekseltjes bv. in de besteklade
of in de bestekkorf.
Spijzen als worteltjes, tomaten of
ketchup kunnen natuurlijke kleurstoffen bevatten. Die kunnen plastic
vaatwerk of kunststof onderdelen
van het toestel doen verkleuren indien die in grotere hoeveelheden in
de kuip terechtkomen. De stevigheid
van de kunststof onderdelen komt
daardoor echter niet in het gedrang.
^ Zorg ervoor dat alle voorwerpen ste-
vig staan.
^
Holle recipiënten als kopjes, glazen,
kookpannen e.d. zet u met hun ope
ning naar onder in de korf.
^
Plaats hoge, slanke recipiënten, als
bv. champagneglazen, niet in de
hoeken van de korf. Zet ze liever in
het midden. Daar bereiken de sproei
stralen ze beter.
22
Als u vaatwerk schikt, kunnen er
spijs- of drankresten op de zijkanten
van de toesteldeur druipen.
-
Deze oppervlakken worden niet door
de sproeistralen bereikt.
Wis zulke spijsresten dus weg voor
dat u het toestel dichtdoet.
-
-
Vaatwerk en bestek schikken
In de bovenste korf
Klein, licht en delicaat vaatwerk als
kopjes, schoteltjes, glazen, dessertschoteltjes e.d. Er is ook plaats voor
een ondiepe kookpan.
Kopjesrek
Klap dit rekje omhoog om er hoge recipiënten te kunnen schikken.
Steunstaaf
Lang bestek als roer-, pollepels en
lange messen legt u dwars vooraan.
Om sommige stukken vaatwerk makke
lijker te schikken en uit te nemen, kan u
deze steunstaaf naar het midden toe
klappen (zie pijl).
-
23
Vaatwerk en bestek schikken
De bovenste korf verstellen
Om in de bovenste of onderste korf
meer plaats te krijgen voor hoger vaat
werk, kan u de bovenste korf in de
hoogte regelen. Er zijn 3 niveaus met
telkens een verschil van 2 cm.
U kan de bovenste korf ook schuin
plaatsen, aan de ene kant hoog, aan de
andere laag. Zorg er wel voor dat u de
korf zonder hapering in de spoelruimte
kan schuiven.
Trek de bovenste korf naar voren.
^
-
Naar gelang van de stand van de bo
venste korf kan u borden met volgende
diameter in de korven plaatsen:
Afwasautomaat met besteklade
bovenste korf
in ...
stand
bovenste1530
middelste1728
onderste1926
Afwasautomaat met bestekkorf
zonder verstelbare bovenste korf
Borden-Ø in de bovenste korf:23 cm
Borden-Ø in de onderste korf: 28 cm
maximum-ø
borden in cm
bovenste
korf
onderste
-
korf
^
Trek de hefboompjes aan beide zij
den van de korf naar boven.
^
Breng de korf in de gewenste stand.
^
Duw de hefboompjes terug op hun
plaats. U hoort een klik.
24
-
Vaatwerk en bestek schikken
In de onderste korf
Groot en zwaar vaatwerk, bv. borden,
kookpannen, schotels e.d.
U kan er ook wel dessertbordjes en
schoteltjes in plaatsen.
Afwasautomaat met besteklade
Neerklapbare staveninzet
Beide stavenrijen achteraan in de korf
kan u neerklappen. Zo komt er meer
plaats vrij voor groot vaatwerk als voor
kookpannen en schotels.
^ Til de stavenrijen wat op en klap ze
over elkaar neer.
Afwasautomaat met bestekkorf
25
Vaatwerk en bestek schikken
Beperking in hoogte
De horizontale staaf aan de bovenste
korf dient als peil voor de hoogte of de
diameter van het vaatwerk. Vaat die
daaronder past, kan u in de onderste
korf plaatsen zonder dat de middelste
sproeiarm daartegen zal slaan.
Flessensteun
(naar gelang van het model)
De flessensteun dient als steun bij het
afwassen van hogere objecten, bv.
melk- of zuigflessen.
U kan de flessensteun op verschillende
plaatsen in de onderste korf zetten. Let
daarbij op de witte oppervlakken op de
afbeelding. Plaats de steun niet in het
midden noch in de hoeken van de korf.
Daar wordt het binnenste van de fles
niet besproeid. De flessen worden dan
ook niet degelijk schoon.
26
Vaatwerk en bestek schikken
Bestek
Bestekkorf
^ Steek het bestek ongesorteerd in de
vakjes. Het liefst met het hecht naar
onder. Zo worden het degelijk besproeid.
Bestaat echter het risico dat u
,
zich aan mes- of vorkpunten kwetst,
steek het dan liever met het hecht
naar boven in het korfje.
Kleine lepeltjes steekt u in de lepel
^
vakjes aan beide zijden van de be
stekkorf.
-
-
27
Vaatwerk en bestek schikken
Opzetstuk voor bestekkorf
Het bijgeleverde opzetstuk is bedoeld
om erg vuile lepels en vorken af te was
sen. U hangt het bestek apart in het
opzetstuk. Lepels en vorken kunnen
dus niet in elkaar liggen en heel het op
pervlak wordt door de waterstralen be
ter besproeid.
-
-
-
Steek de lepels en vorken met het
^
hecht naar onder in het opzetstuk.
Verdeel het bestek gelijkmatig.
^ Steek het opzetstuk op de bestekkorf
als dat nodig is.
28
Bij de afwasautomaat met besteklade
(SC):
Schik uw bestek in zones. Bv. een voor
messen, vorken, lepels, theelepeltjes.
Zo kan u het achteraf beter uitnemen.
Leg messen met hun snijkant en vorken
met hun tanden tussen de opstaande
steunstaafjes. Lepels legt u beter met
hun handvat tussen die steunstaafjes.
Vaatwerk en bestek schikken
Leg lepels op de getande steunen. Zo
druipt ook de laatste waterdruppel er
volledig af.
Lange voorwerpen als roer-, sauslepels, taartenscheppen en lange mes
sen kan u in het lagere deel in het mid
den van de besteklade leggen.
De bovenste sproeiarm mag u niet
blokkeren door te hoge voorwerpen,
bv. taartenscheppen.
U kan de inzet uit de besteklade ne
men.
-
-
-
Zo lepels met hun handvat niet tussen
de opstaande steunstaafjes passen,
leg ze dan met hun handvat op de ge
tande steunen.
Let er dan op dat de holle delen van le
pels minstens op een van de horizonta
le afloopstaafjes op de bodem van de
besteklade rusten.
-
-
-
29
Vaatwerk en bestek schikken
Niet geschikt voor afwas in de
afwasautomaat
Bestek en vaatwerk van hout of met
–
een houten gedeelte: deze voor
werpen verbleken. Bovendien zijn de
toegepaste kleefstoffen niet voor af
wasautomaten geschikt. Het gevolg:
het houten hecht komt los.
Voorwerpen met artistieke waarde als
–
antieke, waardevolle vazen of glazen
met motieven zijn niet tegen machi
nale afwas bestand.
Kunststof voorwerpen die niet tegen
–
hitte bestand zijn: deze voorwerpen
kunnen vervormen.
– Koperen, tinnen of aluminium voor-
werpen: die kunnen verkleuren of
mat worden.
– Op het glazuur aangebrachte motie-
ven kunnen na verschillende afwasbeurten verbleken.
– Delicate glazen en kristallen voor-
werpen kunnen na lang gebruik
troebel worden.
-
-
Hou hiermee rekening:
Zilver,
dat met zilverglans werd gepo
lijst, kan na het afwasprogramma nog
vochtig zijn of vlekken vertonen. Het
water loopt er immers niet als een film
af. Dat zilver dient u dan nog met een
doek af te drogen. Zilver dat echter in
een dompelbad werd behandeld, komt
gewoonlijk droog uit de vaatwasser. Zil
ver kan evenwel verkleuren.
Zilver kan bij contact met zwavelhou
dende eetwaar verkleuren. Dat zijn bv.
eigeel, uien, mayonaise, mosterd, peul
vruchten, vis, vispekel en marinades.
Laat aluminium onderdelen (bv.
,
vetfilters) niet in het toestel afwassen
met een erg bijtend alkalisch afwasmiddel voor professioneel gebruik.
Er kan namelijk schade opduiken
aan het materiaal. In extreme omstandigheden bestaat er ook risico
van hevige chemische reacties (bv.
van knalgas).
-
-
-
-
Aanbevelingen:
–
Schaf u vaatwerk en bestek aan, dat
u in de afwasautomaat kan laten af
wassen.
–
Laat delicaat glas enkel bij lagere
temperaturen afwassen; zie pro
grammaoverzicht. Er is dan minder
risico dat dit glas troebel wordt.
–
Was heel waardevolle glazen verder
met de hand af.
30
-
-
Gebruik
Afwasmiddel
Gebruik enkel afwasmiddel voor
,
huishoudelijke afwasautomaten.
Gebruik poedervormig afwasmiddel,
^
tabletten of vloeibaar middel van een
gekend merk. Volg bij de dosering de
richtlijnen op de verpakking van het
middel.
Giet het poeder of het vloeibaar mid
^
del in de vakjes van het reservoir
voor afwasmiddel.
Leg tabletten enkel in het reservoir
^
voor afwasmiddel (vakje II) indien de
fabrikant die aanbeveling geeft.
Wordt er aanbevolen de tabletten in
het bestekkorfje te leggen? Leg ze
dan liever op de binnendeur of
rechtstreeks in de kuip. Dan worden
de tabletten volledig opgelost.
De afwasmiddelfabrikanten geven op
de verpakking de totale hoeveelheid af
wasmiddel op, die voor een afwaspro
gramma vereist is.
Gebruik voor volgende programma’s
^
bij volledig volle korven minstens
30 ml afwasmiddel:
- Intensief,
- Universeel Plus,
- Universeel,
-
- Normaal,
- Spaar.
Zo de fabrikant een hogere dosering
aanbeveelt, voeg dan meer afwas
middel toe.
Indien u minder afwasmiddel doseert dan wat aanbevolen wordt,
kan het zijn dat de vaat niet goed
schoon wordt.
-
-
-
31
Gebruik
Afwasmiddel toevoegen
Vermijd bij afwaspoeder het stof
,
in te ademen! Slik nooit afwasmiddel
in! Dat kan door de inbijtende wer
king neus-, mond- en keelholte be
schadigen. Roep meteen een dokter
indien u afwasmiddel hebt inge
ademd of ingeslikt.
Laat kinderen niet in contact komen
met afwasmiddel. Hou kinderen dus
van een geopende afwasautomaat
weg. Er kunnen nog afwasmiddel
resten in het toestel achterblijven.
Voeg het afwasmiddel pas toe juist
voor u een programma start. Vergrendel de deur met de kinderbeveiliging.
Hou rekening met de tips in het programmaoverzicht achteraan in deze
handleiding.
-
-
-
-
Druk de toets van de klep van het re
^
servoir in. De klep springt dan open.
Na het afwasprogramma staat deze
klep steeds open.
-
Vlot doseren
In vakje I passen hoogstens 20 ml,
in vakje II hoogstens 70 ml afwasmid
del.
Om vlot te doseren, zijn er in vakje II
markeringen aangebracht: 20, 25, 30.
Die duiden ongeveer de gedoseerde
hoeveelheid in ml aan indien de toestel
deur zich in horizontale positie bevindt.
32
-
^
Giet het afwasmiddel in de vakjes en
doe de klep van het reservoir dicht.
-
^
Doe ook de afwasmiddelverpakking
dicht. Anders verliest het middel aan
reinigingsvermogen!
Programmakeus
Gebruik
Laat de keus van een programma af
hangen van het soort vaatwerk en van
de mate waarin het vuil is.
Meestal kiest u een Universeel of
Universeel-Plus-programma.
Deze programma’s zijn echt geschikt
voor vaat zoals die dagelijks in het huis
houden af te wassen is.
Raadpleeg het programmaoverzicht
op het einde van deze handleiding.
Daar vindt u alle programma’s en de
toepassingen ervan beschreven.
-
-
33
Gebruik
Inschakelen
^ Ga na of de sproeiarmen vlot rond-
draaien.
^ Doe de toesteldeur dicht.
^ Draai de waterkraan open zo die
dicht staat.
^ Druk op de toets aan/uit (13).
Het controlelampje "Start" (15) knippert.
Het programma begint. De controle
lampjes "Start" (15) en "Reinigen" (14)
branden.
Breek het programma niet voortijdig
af!
Belangrijke onderdelen, als bv. het
regenereren van de ontharder, kun
nen dan wegvallen.
-
-
34
Gebruik
Aanduiding van het
programmaverloop (14)
Het controlelampje "Reinigen" gaat aan
tijdens de programmadelen Voorspoe
len, Reinigen, Tussenspoelen en Na
spoelen.
Het controlelampje "Drogen"
tijdens het programmadeel Drogen.
Het controlelampje "Einde"
dra het programma afgelopen is.
gaat aan
gaat aan zo
-
Einde van het programma
Zodra het controlelampje "Einde" in de
aanduiding van het programmaverloop
(14) aangaat, is het programma ten
einde. In het tijdsdisplay van het startuitstel ziet u dan een 0.
U kan nu de afwasautomaat openen en
de vaat uitnemen. Zie rubriek "De vaat
uitnemen".
Schakel het toestel telkens uit indien u
na afloop van een programma niet meteen opnieuw afwast. Dit om veiligheids
redenen.
Uitschakelen
Na afloop van het programma:
Draai de programmakiezer (17) op
^
-
"Stop".
Het controlelampje "Einde" (14) gaat uit
en dat van "Start" (15) knippert.
Druk op de toets "aan/uit" (13).
^
Nu gaat het controlelampje "Start" (15)
uit.
Uw afwasautomaat verbruikt stroom
zolang u hem niet met de toets
"aan/uit" hebt uitgeschakeld.
Draai voor de veiligheid de waterkraan
dicht indien u het toestel langere tijd
niet gebruikt, bv. tijdens een vakantie.
-
35
Gebruik
Het programma onderbreken
Het afwasprogramma wordt onderbro
ken zodra u de deur van het toestel
opent.
Zodra u de deur weer sluit, wordt het
programma voortgezet op het punt
waar het onderbroken werd.
Als het water in de afwasauto
,
maat heet is, kan u zich verbranden!
Doe de deur dus voorzichtig open
als het dan toch nodig is.
Laat de deur, voor u ze weer sluit,
eerst ca. 20 seconden op een kier.
Intussen komt de temperatuur in de
kuip in evenwicht met die erbuiten.
Duw ze dan stevig dicht tot u een
klik hoort.
-
Van programma veranderen
Let op:
Is de klep van het afwasmiddelreser
voir reeds open? Verander dan niet
meer van programma.
Indien u het gekozen programma reeds
gestart hebt, kan u als volgt van pro
gramma veranderen:
Draai de programmakiezer (17) op
^
"Stop".
Laat de programmakiezer (17) min
^
stens 1 seconde in deze stand staan.
^ Draai de programmakiezer (17) op
het gewenste programma.
^ Kies eventueel opnieuw de bijkomen-
de functie "Startuitstel". Zie rubriek
"Bijkomende functies".
^ Druk op de toets "Start" (15).
Het programma gaat van start.
-
-
-
36
Bijkomende functies
Startuitstel (18)
U kan de start van een afwasprogramma opschuiven. Bv. om van het nachtstroomtarief te profiteren. U kan de start
tussen 1 en 9 uur later laten plaatsvinden.
De tijd van het startuitstel wordt in stappen van een uur ingesteld.
^ Zet de vaatwasser aan met de toets
"aan/uit" (13).
Het controlelampje "Start" (15) knippert.
^
Draai de programmakiezer (17) naar
links of rechts op het gewenste pro
gramma.
^
Druk op de toets "Startuitstel" (18).
-
Gebruik
De tijd van het startuitstel wordt in
^
stappen van een uur tot negen opge-
teld. Door nog eens op de toets d
(18) te drukken wordt het startuitstel
weer uitgeschakeld. Blijft u op de
toets drukken, dan stijgt het aantal
uren continu.
^ Druk op de toets "Start" (15).
Het controlelampje "Start" (15) gaat
aan.
De tijd tot aan de start van het pro
gramma wordt in stappen van een uur
afgeteld.
Na afloop van de ingestelde tijd gaat
het gekozen programma automatisch
van start.
-
In het tijdsdisplay van het startuitstel
(16) verschijnt een 1. Er is een startuit
stel van 1 uur ingesteld.
^
Druk zo vaak op de toets "Startuitstel"
(18) tot de gewenste tijd in het dis
play (16) verschijnt.
Het tijdsdisplay van het startuitstel (16)
gaat uit. Het controlelampje "Reinigen"
gaat aan.
-
37
Gebruik
Opdat kinderen niet met afwas
,
middel in aanraking komen:
voeg het afwasmiddel pas toe juist
voor u het programma start, dus
voor u op de toets "Start" drukt.
Vergrendel de toesteldeur ook met
de kinderbeveiliging.
Bij gebruik van het startuitstel moet
het reservoir voor afwasmiddel
droog zijn voor u het middel doseert.
Wis dat eventueel eerst droog af.
Het programma starten voordat het
-
startuitstel is afgelopen:
U kan het afwasprogramma laten be
ginnen zelfs als het startuitstel nog niet
afgeteld is. Ga daarvoor als volgt te
werk:
Draai de programmkiezer (17) op
^
"Stop".
Laat de programmakiezer minstens
^
1 seconde in deze stand staan.
Het tijdsdisplay voor het startuitstel (16)
gaat uit.
Draai de programmakiezer (17) weer
^
op het gewenste programma.
^ Druk op de toets "Start" (15).
Het programma start. De controlelamp-
jes "Start" en "Reinigen" gaan aan.
-
38
Gebruik
Werkingsduur droogventilator
Zolang de toesteldeur dicht blijft, ont
snapt er vochtige lucht uit het roostertje
van de droogventilator. Dat ziet u links
op het bedieningspaneel.
Wilt u voorkomen dat delicate werk
bladen boven de vaatwasser schade
oplopen? Dan verlengt u de tijd dat de
droogventilator werkt. Na afloop van het
programma werkt de ventilator dan
14 minuten langer.
Het verlengen van de ventilatieduur
in- en uitschakelen:
^ Schakel de afwasautomaat uit met de
toets "aan/uit".
^ Draai de programmakiezer op "Stop".
^ Hou de toets "Start" ingedrukt en
schakel tegelijk
de toets "aan/uit".
Laat de toets "Start" binnen de 2 seconden weer los.
de vaatwasser in met
-
-
Draai de programmakiezer in de
^
"9-uurstand".
Als het controlelampje "Start" niet
–
brandt: dan is de bedrijfsduur van de
droogventilator niet verlengd.
Als het controlelampje "Start" wel
–
brandt: dan is de bedrijfsduur van de
droogventilator wel verlengd.
Druk op de toets "Start" om de instel
^
ling te wijzigen.
Naar gelang van wat u had ingesteld,
gaat het controlelampje "Start" aan of
uit.
^ Draai de programmakiezer op "Stop".
^ Schakel de afwasautomaat uit met de
toets "aan/uit".
De gewijzigde bedrijfsduur van de
droogventilator is nu in het geheugen
van het toestel opgeslagen.
-
Het controlelampje "Zout" knippert.
Let op:
Knippert of brandt er een ander con
trolelampje? Begin dan opnieuw.
Uitzondering:
Het controlelampje "Naspoelmiddel"
gaat aan als u nog geen naspoelmiddel
had toegevoegd of bijgevuld.
-
39
Gebruik
Het vaatwerk uitnemen
Heet vaatwerk is gevoelig voor
^
schokken!
Laat het daarom na het uitschakelen
in het toestel afkoelen tot u het goed
kan vastnemen.
Zet de deur na het uitschakelen wijd
^
open. Dan koelt de vaat sneller af.
Maak eerst de onderste, daarna de
^
bovenste korf leeg en tenslotte de
besteklade (indien voorhanden).
Zo vermijdt u dat er eventueel nog
druppels van de vaat uit de bovenste
korf of uit de besteklade op die in de
onderste korf vallen.
-
40
Reiniging en onderhoud van het toestel
Zie geregeld - zowat om de 4 à 6
maand - de globale toestand van uw
afwasautomaat na. Daarmee ver
mijdt u wellicht storingen.
De filters in de kuip reinigen
De filterset op de bodem van de kuip
houdt het grofste vuil uit het afwaswater
tegen. Zo kunnen die resten niet in de
watercirculatie terechtkomen. Ze belan
den dus achteraf niet in de sproei
armen noch in de kuip.
Zonder filters mag u nooit afwas
,
sen!
Door vuildeeltjes kunnen de filters na
verloop van tijd wel verstoppen. Controleer de filterset dus geregeld (om de
4 à 6 maand). Maak de filters schoon
zo dat nodig blijkt.
-
-
-
-
Zwenk het handvat naar rechts om
^
de filterset te ontgrendelen.
^ Schakel eerst de afwasautomaat uit.
^
Neem de filterset eruit en verwijder
de grove resten. Spoel ze onder stro
mend water weg. Gebruik eventueel
een afwasborstel.
-
41
Reiniging en onderhoud van het toestel
Plaats de filterset mooi vlak op de bo
Om het binnenste van de filter van rest
jes te zuiveren, doet u de sluiting open:
^
dem van de kuip.
-
^ Schuif de gele vergrendeling weg en
maak de sluiting van de filter open.
^ Maak alle delen onder stromend wa-
ter met een vaatborstel schoon.
^ Duw de sluiting daarna weer dicht tot
ze wordt vergrendeld.
^ Zwenk het handvat van rechts naar
links om de filterset te vergrendelen.
,Plaats de filterset zorgvuldig en
vergrendel hem degelijk. Anders
kunnen er grove vuilresten in het circulatiesysteem terechtkomen en dat
verstoppen.
42
Reiniging en onderhoud van het toestel
De sproeiarmen reinigen
Spijsresten kunnen zich vastzetten in
de sproeikoppen en de aansluiting van
de sproeiarmen. Kijk de sproeiarmen
dus geregeld na, bv. om de 4 à 6
maand.
Schakel de afwasautomaat eerst uit.
^
Neem de sproeiarmen als volgt af:
Trek de besteklade (indien voorhan
^
den) uit.
Duw de bovenste
^
ven. Zo grijpen de binnenste tandjes
in elkaar. Schroef dan de sproeiarm
af.
sproeiarm naar bo
Neem de onderste korf uit.
^
-
-
^ Trek de onderste
U dient stevig te trekken.
sproeiarm omhoog.
^
Hef de middelste
dat de tanden in elkaar grijpen.
Schroef hem daarna af b.
sproeiarm op a zo
-
^
Duw de spijsresten met een spits
voorwerp door de sproeikoppen naar
binnen.
^
Spoel de sproeiarmen onder stro
mend water goed uit.
^
Steek de sproeiarmen weer op hun
plaats. Controleer of ze vlot rond
draaien.
-
-
43
Reiniging en onderhoud van het toestel
De kuip reinigen
De spoelruimte of kuip is in grote mate
zelfreinigend. Daartoe dient u wel
steeds de juiste hoeveelheid afwasmid
del te doseren.
Heeft er zich toch bv. vet of kalk afge
zet, dan kan u dat met een speciaal rei
nigingsmiddel verwijderen. Speciale
middelen vindt u wel in de handel.
-
De deurdichting en de deur
reinigen
Wis de deurdichtingen geregeld met
^
een vochtig doek af. Verwijder dan
ook de spijsresten.
^ Wis spijs- en drankresten van de zij-
kanten van het toestel weg.
Deze oppervlakken worden niet door
de sproeistralen bereikt.
Het bedieningspaneel reinigen
,
Gebruik geen schuurmiddel.
Reinigingsmiddel voor glazen op
pervlakken of voor universeel ge
bruik is eveneens uit den boze!
Wegens de samenstelling van dat
middel kan er aanzienlijke schade
ontstaan op de oppervlakken.
-
-
Bedieningspaneel van roestvrij staal:
Maak dit paneel schoon met een
^
vochtige doek en een afwasmiddel
voor afwas met de hand. U kan ook
een niet-schurend reinigingsmiddel
voor roestvrij staal gebruiken.
Om te vermijden dat het paneel vlug
-
weer vuil wordt (vingerafdrukken bv.),
kan u meteen daarna een onder
houdsmiddel voor roestvrij staal toe
passen. Bv. Neoblank, dat in de
Technische Dienst van Miele verkrijg
baar is.
Bedieningspaneel van aluminium
^ Maak een aluminium paneel schoon
met een vochtig doek en middel voor
afwas met de hand.
Aluminium is een levend materiaal. Gezichtshoek, lichtinval en omgeving bepalen het weerkaatsend effect en meteen ook hoe het toestel er uitziet.
,
Roestvrijstalen en aluminium oppervlakken en bedieningselementen
kunnen verkleuren of veranderen zo
het vuil er langer op inwerkt.
Verwijder alle vuil dus meteen.
De voorzijde van het toestel en het
bedieningspaneel zijn gevoelig voor
krassen en kerven.
-
-
-
Bedieningspaneel van kunststof:
^
Maak het kunststof bedieningspaneel
enkel met een vochtig doek of een
courant reinigingsmiddel voor kunst
stof schoon.
44
-
Reiniging en onderhoud van het toestel
De voorzijde van de
afwasautomaat reinigen
De voorzijde behandelt u met een
^
middel dat voor het onderhoud van
keukenvoorzijden geschikt is.
Houten voorzijden mag u enkel met
^
een vochtig zeemleer afwissen. Daar
na met een doek afdrogen.
Maak een roestvrijstalen voorzijde
^
schoon met een vochtige doek en
een afwasmiddel voor afwas met de
hand. U kan ook een niet-schurend
reinigingsmiddel voor roestvrij staal
gebruiken.
Om te vermijden dat de voorzijde
vlug weer vuil wordt (vingerafdrukken
bv.), kan u meteen daarna een onderhoudsmiddel voor roestvrij staal
toepassen. Bv. Neoblank, dat in de
Technische Dienst van Miele verkrijgbaar is.
-
,
Reinigingsmiddelen die ammoniak bevatten, nitro- of kunstharsver
dunningen mag u niet gebruiken!
Deze middelen kunnen het opper
vlak beschadigen.
-
-
45
Fouten opzoeken
De meeste storingen en fouten die bij het dagelijks gebruik kunnen optreden, kan
u zelf oplossen. Daar u geen beroep hoeft te doen op de technische dienst, be
spaart u zich tijd en geld!
Het overzicht dat hier volgt, kan u van dienst zijn om de oorzaken van een storing
te vinden. Daarna kan u de storing ook ongedaan maken. Bedenk echter:
Laat reparaties enkel door vakmensen uitvoeren. Door onvakkundige
,
herstellingen duiken er aanzienlijke risico’s op voor wie het toestel gebruikt.
StoringenMogelijke oorzakenOplossingen
Het controlelampje
"Start" knippert niet na
dat u de afwasautomaat
met de toets "aan/uit"
hebt ingeschakeld.
De afwasautomaat gaat
niet van start nadat u op
de toets "Start" hebt gedrukt. Het controlelampje "Start" knippert.
Het toestel wast niet ver
der af.
De deur is niet goed dich
t.
-
De stekker zit niet in het
stopcontact.
De smeltstoppen zijn uitgesprongen.
De programmakiezer
staat op "Stop".
-
De smeltstoppen zijn uit
gesprongen.
Duw de deur goed dicht.
-
Steek de stekker in het
stopcontact.
Breng de smeltstoppen
weer aan.
De nodige gegevens
vindt u op het typeplaatje.
– Draai de programma-
kiezer op het gewenste
programma.
– Druk op de toets "Start".
-
Breng de smeltstoppen
weer aan.
De nodige gegevens
vindt u op het typeplaatje.
-
46
Fouten opzoeken
StoringenMogelijke oorzakenOplossingen
Het controlelampje "Toe
voer / Afvoer" knippert
en brandt afwisselend.
De waterkraan staat dicht. Draai de waterkraan volle
-
dig open.
Het zeefje in de schroef
koppeling van de water
toevoer is verstopt.
Het controlelampje
"Toe-/afvoer" knippert,
de afwasautomaat wast
niet verder af.
Storingen in de watertoe
voer.
Storingen in de waterafvoer, in de kuip staat
eventueel nog water.
Voor u de storing ver
helpt:
de programmakiezer
–
op "Stop" draaien,
de afwasautomaat met
–
de toets "aan/uit" uit
schakelen.
Draai de waterkraan
-
–
volledig open.
Controleer het zeefje in
–
de watertoevoer en
maak dat schoon als
het nodig blijkt. Zie ru
briek "Storingen ongedaan maken".
– De druk in de water-
aansluiting ligt lager
dan 0,3 bar.
Vraag uw installateur
naar mogelijke oplossingen.
– Maak de filterset
schoon; zie rubriek
"Reiniging en onder
houd".
–
Maak de afvoerpomp
schoon, zie rubriek
"Storingen ongedaan
maken".
–
Maak de terugslagklep
schoon; zie rubriek
"Storingen ongedaan
maken".
–
Verwijder de knik uit de
afvoerslang.
-
-
-
-
48
Fouten opzoeken
StoringenMogelijke oorzakenOplossingen
De controlelampjes
"Einde" en "Start" knip
peren tegelijk op het
einde van het program
ma.
Er is eventueel een tech
nische storing opgetre
-
den.
-
Draai de programma
-
–
-
kiezer op "Stop".
Schakel de afwasauto
–
maat uit met de toets
"aan/uit".
Na enkele seconden:
de afwasautomaat met
–
de toets "aan/uit" in
schakelen,
de programmakiezer
–
op het gewenste pro
gramma draaien,
– op de toets "Start" druk-
ken.
Knipperen de controlelampjes opnieuw, dan
gaat hem om een technische storing.
– Doe een beroep op de
Technische Dienst van
Miele.
-
-
-
-
49
Fouten opzoeken
StoringenMogelijke oorzakenOplossingen
U hoort geklop in de
kuip.
U hoort gerammel.In de kuip staan sommige
U hoort geklop in de
waterleiding.
De sproeiarm slaat tegen
een stuk vaatwerk of be
stek.
stukken vaatwerk niet sta
biel. Ze bewegen.
Dit wordt eventueel ver
oorzaakt door de plaatse
lijke installatie of door de
doorsnede van de leiding.
-
-
Onderbreek het program
ma.
Herschik de voorwerpen
die de sproeiarm blokke
ren.
Onderbreek het program
ma. Schik de stukken vaat
stabieler.
Dit heeft geen effect op
de werking van uw afwas
automaat. Vraag eventu
eel uw installateur om
raad.
-
-
-
-
-
50
Fouten opzoeken
StoringenMogelijke oorzakenOplossingen
De vaat is niet proper.De vaat werd niet juist ge
schikt. Er lagen stukken
vaatwerk in elkaar. De wa
terstralen konden niet alle
zijden bereiken.
De opening van de water
toevoerbuis voor de mid
delste sproeiarm was be
dekt. Er kwam te weinig
water uit die sproeiarm.
Het programma was te
zwak.
Er werd te weinig afwasmiddel gedoseerd.
De sproeiarmen zijn door
te hoge stukken vaatwerk
geblokkeerd.
De sproeiers van de
sproeiarm zijn verstopt.
De filterset in de kuip is
niet proper of zit verkeerd
gemonteerd.
Daardoor kunnen ook de
sproeiers van de sproei
armen verstopt raken.
De afvoerpomp of de te
rugslagklep zijn geblok
keerd.
Hou rekening met de op
-
merkingen in de rubriek
"Vaatwerk en bestek
schikken".
Schik de vaat achteraan
in de bovenste korf zo dat
u die opening niet afdekt.
-
Kies een sterker program
ma. Zie "Programmaover
zicht" achteraan in deze
handleiding.
Doseer meer afwasmiddel. Zie rubriek "Gebruik".
Draai eens ter controle
aan de sproeiarmen.
Herschik de vaat.
Reinig de sproeiers. Zie
rubriek "Reiniging en onderhoud van het toestel"
Maak de filterset schoon
of monteer hem juist. Rei
nig ook de sproeiers van
de sproeiarmen. Zie ru
-
briek "Reiniging en onder
houd van het toestel".
-
Maak de afvoerpomp en
-
de terugslagklep schoon.
Zie rubriek "Storingen on
gedaan maken".
-
-
-
-
-
-
-
51
Fouten opzoeken
StoringenMogelijke oorzakenOplossingen
De vaat wordt niet droog
of glazen en bestek ver
tonen vlekken.
Er is een witte neerslag
op vaatwerk en bestek.
Glazen krijgen een melk
wit uitzicht. Deze neer
slag kan u wegwissen.
Op glazen en bestek
blijft een sluier achter.
Glazen krijgen een blau
wige schijn. Deze neer
slag kan u wel met de
hand wegwissen.
Er wordt te weinig na
spoelmiddel gedoseerd.
-
Het reservoir is leeg.
De vaat werd te vroeg uit
het toestel gehaald.
Er wordt te weinig na
spoelmiddel gedoseerd.
-
-
Er werd geen zout in het
zoutreservoir gedaan.
De sluitdop van het zoutreservoir is er niet goed of
schuin op gedraaid.
De ontharder werd op een
te lage stand ingesteld.
Er werden eventueel niet
geschikte afwastabletten
gebruikt. Bv. tabletten met
verschillende functies
(met naspoelmiddel en/of
met zoutvervangend ef
fect).
De dosering van het na
spoelmiddel is te hoog in
-
gesteld.
-
-
-
Doseer meer naspoelmid
del of vul er bij. Zie ru
briek "Het toestel in ge
bruik nemen".
Wacht even met uitne
men. Zie rubriek "Ge
bruik".
Verhoog de dosering. Zie
rubriek "Het toestel in ge
bruik nemen".
Voeg regenereerzout toe.
Zie rubriek "Het toestel in
gebruik nemen".
Draai de sluitdop er recht
op en draai hem goed
dicht.
Regel de ontharder op
een hogere stand. Zie rubriek "Het toestel in gebruik nemen".
Verander van afwasmiddel. Gebruik eventueel
normale tabletten of ge
woon afwaspoeder.
-
-
Verlaag de dosering. Zie
-
rubriek "Het toestel in ge
bruik nemen".
-
-
-
-
-
-
-
-
52
Fouten opzoeken
StoringenMogelijke oorzakenOplossingen
Glazen worden dof en
verkleuren. De neerslag
is niet weg te wissen.
Thee of lippenstift zijn
niet volledig weggewist.
Kunststof voorwerpen
zijn verkleurd.
Roestsporen op bestekDe sluitdop van het zout-
De glazen zijn niet be
stand tegen machinale
afwas. Het oppervlak
ondergaat wijzigingen.
Het gekozen programma
had een te lage reini
gingstemperatuur.
Het afwasmiddel heeft te
weinig bleekeffect.
Natuurlijke kleurstoffen,
bv. in worteltjes, tomaten
of ketchup kunnen dat
veroorzaken. De dosering
of het bleekeffect van het
afwasmiddel was te gering.
reservoir is er niet goed of
schuin op gedraaid.
Het bestek is niet voldoende bestand tegen
roest.
Na het toevoegen van re
genereerzout werd geen
"Voorspoelen" gestart. Er
raakten zoutresten in het
normale afwasproces.
-
-
Er is geen oplossing!
Koop bij voorkeur glazen
die tegen machinale af
was bestand zijn.
Kies een programma met
een hogere reinigingstem
peratuur.
Verander van afwasmid
del.
Doseer meer afwasmid
del. Zie rubriek "Gebruik".
Reeds verkleurde objec
ten krijgen hun oorspron
kelijke kleur niet terug.
Draai de sluitdop er recht
op en draai hem goed
dicht.
Er is geen oplossing!
Koop bij voorkeur bestek
dat tegen machinale afwas bestand is.
-
Na het toevoegen van re
genereerzout dient u
steeds het programma
"Voorspoelen" te starten.
-
-
-
-
-
-
-
53
Fouten opzoeken
StoringenMogelijke oorzakenOplossingen
Het klepje van het afwas
middelreservoir gaat niet
dicht.
In het afwasmiddelreser
voir kleven er na de af
was resten afwasmiddel.
Na afloop van het pro
gramma bevindt er zich
water in de kuip.
Kleverige resten afwas
-
middel blokkeren de slui
ting.
Het reservoir was tijdens
-
het toevoegen van afwas
-
middel nog vochtig.
-
De filterset in de kuip is
verstopt.
De afvoerpomp of de terugslagklep is geblokkeerd.
De afvoerslang vertoont
een knik.
Verwijder de resten af
wasmiddel.
-
Voeg het afwasmiddel en
kel toe als het reservoir
droog is.
Voor u aan de storing ver
helpt:
de programmakiezer
–
op "Stop" draaien,
de afwasautomaat met
–
de toets "aan/uit" uit
schakelen.
Maak de filterset schoon.
Zie rubriek "Reiniging en
onderhoud".
Maak afvoerpomp en terugslagklep schoon. Zie
rubriek "Storingen ongedaan maken".
Zorg ervoor dat de knik
verdwijnt.
-
-
-
-
54
De filter in de watertoevoer
reinigen
Ter bescherming van het toevoerventiel
zit er in de schroefkoppeling een filter.
Is die vuil, dan loopt er te weinig water
in de kuip.
Het kunststof omhulsel van de
,
wateraansluiting bevat een elek
trisch onderdeel. Dat mag u niet in
vloeistof onderdompelen!
Aanbeveling
Bevat het u geleverde leidingwater veel
bestanddelen die in het water niet worden opgelost? Plaats dan bij voorkeur
een grotere filter tussen de afsluitkraan
en de schroefkoppeling van het veiligheidsventiel. Deze filter is verkrijgbaar
onder het bestelnummer M.-nr. 75 577.
Om de filter schoon te maken:
^ Maak het toestel stroomloos: schakel
het toestel uit en trek de stekker uit
het stopcontact. U kan ook de smelt
stoppen uitschakelen zo het stopcon
tact niet toegankelijk is.
^
Draai de waterkraan dicht.
^
Schroef het watertoevoerventiel los.
-
Storingen ongedaan maken
Neem het dichtingsschijfje uit de
^
schroefkoppeling.
^ Trek het filtertje met een combinatie-
of punttang uit en maak het schoon.
^ Breng het filtertje met de dichting
weer aan. Zit de dichting wel juist?!
^ Schroef het watertoevoerventiel op
de waterkraan. Let erop dat u de
schroefkoppeling niet schuin op de
waterkraan draait.
-
^
Draai de waterkraan open.
-
Indien er water lekt, draai dan de
schroefkoppeling steviger aan.
Misschien zit ze schuin op de kraan.
Zet het toevoerventiel keurig recht op
de kraan. Draai het stevig aan.
55
Storingen ongedaan maken
De afvoerpomp en de
terugslagklep reinigen
Staat er nog water in de kuip na afloop
van een programma, dan werd dat niet
weggepompt. De oorzaak daarvan kan
zijn dat voorwerpen de afvoerpomp of
de terugslagklep blokkeren. Die objec
ten kan u makkelijk verwijderen:
Neem de filterset uit de kuip. Zie ru
^
briek "Reiniging en onderhoud van
het toestel", alinea "De filters in de
kuip reinigen".
Schep het water met een kopje of be
^
ker uit de kuip.
-
-
-
Zwenk de sluitbeugel voor de terug
^
slagklep weg.
-
56
Storingen ongedaan maken
Haal de terugslagklep eraf; trek daar
^
voor naar boven toe. Spoel ze onder
stromend water goed schoon.
^ Verwijder de voorwerpen uit de terug-
slagklep.
Onder de terugslagklep zit de afvoer
pomp (zie pijl).
^ Verwijder de voorwerpen uit de af-
voerpomp.
Wees voorzichtig: glassplinters vallen
niet zo erg op. Draai ter controle aan
de schoep van de afvoerpomp.
^ Plaats de klep zorgvuldig terug. Zet
ze weer met de sluitbeugel vast.
-
57
Technische dienst
Als deze tips u niet kunnen helpen om
de storing zelf op te lossen, gelieve dan
contact op te nemen
met uw Miele-handelaar
–
of
met de Technische Dienst van Miele.
–
Het adres en telefoonnummer van onze
Technische Dienst vindt u op de rugzij
de van deze gebruiksaanwijzing.
Geef de technicus van de Tech
^
nische Dienst het model en het num
mer van uw afwasautomaat op.
Beide gegevens vindt u op het typeplaatje op de bovenkant van de deur.
-
-
-
Het programma updaten
(moderniseren)
Dank zij een programma-actualisering
(PC = program correction) kan nieuwe
kennis inzake programma’s in de toe
komst in de elektronische besturing van
uw toestel worden opgeslagen.
De led met de markering "PC" dient de
technische dienst als contactpunt voor
de actualisering van het programma.
-
58
Programma’s kunnen gemoderniseerd
worden bv. indien toekomstige ontwik
kelingen nieuwe afwasprogramma’s
vereisen. Miele zal de mogelijkheid om
een programma te actualiseren tijdig
bekendmaken.
-
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Om uw afwasautomaat beter te benutten
U zou graag ...Daartoe heeft u nodig ...
... flessen afwassen,
bv. melk- of zuigflessen
... hoge, smalle glazen,
bv. fluiten, afwassen
... groot bestek afwassen,
bv. spatels en pollepels
Opmerking:Het programma Universeel Plus 55 ° voor normaal
vuile vaat heeft een beter reinigings- en droogvermogen, duurt minder lang en verbruikt iets meer.
Capaciteit:12 standaardcouverts
Dosering afwasmiddel:30 g enkel
Dosering naspoelmiddel: Stand 3 (ca. 3 ml)
Geluidsmetingen:Doe de deur eerst volledig open en dan weer dicht.
Daarmee gaat de uitblaasopening van de turbothermic volledig dicht. Net als bij het dagelijks gebruik.
in vakje II.
Afwasautomaat met bestekkorf
Bestekopzet:steek het bijgeleverde opzetstuk op de bestekkorf;
zie rubriek "Vaatwerk en bestek schikken".
Steek...
theelepeltjes: rechts en links in de lepelsegmenten
van de bestekkorf.
dessertlepels: rechts en links in het opzetstuk van de
bestekkorf.
soeplepels: achteraan in het opzetstuk van de
bestekkorf.
vorken: vooraan in het opzetstuk van de bestekkorf.
60
Opmerkingen i.v.m. vergelijkende tests
bovenste korf
onderste korf
61
Opmerkingen i.v.m. vergelijkende tests
Afwasautomaat met besteklade
bovenste korf
onderste korf
besteklade
62
Transport
Dient u uw afwasautomaat te vervoe
ren, bv. bij een verhuizing, let dan op
het volgende:
Maak uw toestel leeg.
–
Bevestig al de losse onderdelen, bv.
–
slangen, kabel, bestekkorf, onderste
korf.
Vervoer het toestel rechtopstaand.
–
Enkel in uitzonderlijke gevallen mag
het toestel liggend op zijn rug wor
den vervoerd.
Transporteer het niet op zijn zijde of
op de deur liggend. Er kan nog res
terend water uitlopen.
Die waterresten kunnen in de elektrische besturing terechtkomen. Storingen zijn dan niet uit te sluiten.
-
-
-
63
Programmaoverzicht
ProgrammaToepassingAfwasmiddel
vakje
II
1)
Spaar
Normaal
2)
50 °C
Universeel
2)
55 °C
Universeel
Plus 55 °C
Intensief
2)
75 °C
Voorspoelenom riekende vaat af te spoelen als een compleet programma
1) Standaardprogramma voor het energielabel
2) Troebel-watersensor (eco-sensor) actief
(enkel bij toestellen met een "-3" in het typenummer, zie typeplaatje)
In dit programma kunnen de verbruiksgegevens en de programmaduur van de opgegeven cijfers
afwijken naar gelang van de bevuiling van het vaatwerk.
voor normaal vuil vaatwerk,
erg spaarzaam programma
door een lange inwerktijd bij lagere temperatuur
voor licht tot normaal vuil vaatwerk
zonder aangedroogde spijsresten;
met een kortere reinigingstijd
voor normaal vuil vaatwerk100 %
voor normaal vuil vaatwerk
met aangedroogde spijsresten,
met een langere reinigingstijd
voor normaal vuile kookpannen, keukenrecipiënten en -gerei
met aangedroogde spijsresten;
voor erg vuile vaat kan u beter 120 % afwasmiddel toevoegen
nog niet de moeite loont;
om zoutresten te verwijderen na het toevoegen van regenereerzout
(reinigen)
100 %
100 %
100 %
100 %
64
voor-
spoelen
12
Programmaoverzicht
ProgrammaverloopVerbruikDuur
stroom kWhwateruren:min
reinigentussen-
45 °C
spoelen
X
XX
na-
spoelen
55 °C
drogenkoud
water
15 °C
X1,05
kWh
warm
water
55 °C
0,6
kWh
literkoud
water
15 °C
13 l2:452:34
warm
water
55 °C
X
50 °C
X
55 °C
XX
55 °C
X
75 °C
X0,06
Gebruik voor de programma’s Intensief, Universeel Plus, Universeel, Normaal en Spaar bij volle lading
minstens 30 ml afwasmiddel. Geeft de afwasmiddelfabrikant meer op, doseer dan ook meer.
Bij het programma Intensief doseert u ook nog 5 à 7 ml meer in vakje I indien u voor afwaspoeder
heeft gekozen.
De vermelde waarden werden berekend volgens de norm EN 50242. In de praktijk kunnen er wegens
afwijkende omstandigheden duidelijke verschillen aan het licht komen.