Lees beslist de gebruiksaanwijzing
en de montage-instructies voordat u uw afwasautomaat plaatst, installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en
u vermijdt schade aan het toestel.
nl-BE
M.-Nr. 09 254 010
Inhoud
Beschrijving van het toestel .........................................5
Het toestel in één oogopslag..........................................5
Menu "Instellingen" verlaten..........................................80
4
Het toestel in één oogopslag
Beschrijving van het toestel
a Bovenste sproeiarm (niet zichtbaar)
b Besteklade (afhankelijk van het mo
del)
c Bovenste korf
d Middelste sproeiarm
e Luchttoevoer voor het drogen
(afhankelijk van het model)
f Onderste sproeiarm
g Filter
-
h Typeplaatje
i Optische functiecontrole
j Reservoir voor naspoelmiddel
k Tweevaksdoseerbakje voor reini
gingsmiddel
l Reservoir voor regenereerzout
-
5
Beschrijving van het toestel
Bedieningspaneel
a Display
b Toets , en controlelampje ,
(startuitsteltoets)
c Toets "Turbo" en controlelampje "Tur
bo"
d Toets "Onderrek intensief" en con
trolelampje "Onderrek intensief" (of
een gelijkaardige toets met controlelampje)
-
e Programmakeuze
f Toets "Programma"
g Toets K (aan-uit toets) en controle
lampje K
-
h Optische functiecontrole
-
In deze gebruiksaanwijzing worden meerdere afwasautomaatmodellen be
schreven. Deze hebben verschillende hoogten.
Deze modellen worden in de gebruiksaanwijzing als volgt aangeduid:
Normaal= Afwasautomaat met een hoogte van 80,5 cm (inbouwtoestel)
of 84,5 cm (vrijstaand toestel)
XXL= Afwasautomaat met een hoogte van 84,5 cm.
6
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze afwasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheids
voorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers ech
ter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees de montage-instructies op de montageschets en de ge
bruiksaanwijzing daarom aandachtig door voordat u deze afwas
automaat plaatst en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en
u vermijdt schade aan de afwasautomaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en de montageschets en geef
deze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
-
Juist gebruik
Deze afwasautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden
~
en gelijkaardige omgevingen.
Deze afwasautomaat is niet bestemd voor gebruik buiten.
~
Gebruik de afwasautomaat uitsluitend in huishoudelijke context
~
voor het afwassen van huishoudelijk vaatwerk.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander ge
bruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
-
-
-
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
~
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
om deze afwasautomaat veilig te bedienen, mogen deze afwasauto
maat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verant
woordelijk iemand gebruiken.
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van de afwas
~
automaat worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden
gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de afwasautomaat zonder toe
~
zicht bedienen, maar alleen wanneer hun de bediening ervan zo uit
gelegd is dat ze de afwasautomaat veilig kunnen bedienen. Kin
deren moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kun
nen beseffen.
Kinderen mogen de afwasautomaat niet zonder toezicht reinigen
~
of onderhouden.
Hou kinderen die in de buurt van de afwasautomaat komen in het
~
oog. Laat ze nooit met de afwasautomaat spelen. Wanneer zij dit
doen, bestaat het gevaar dat ze zich in de afwasautomaat opsluiten!
Zorg ervoor dat kinderen niet met reinigingsmiddelen in aanra-
~
king kunnen komen! Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in
mond en keel veroorzaken of tot verstikking leiden. Laat kinderen
niet bij de afwasautomaat komen als deze geopend is. Er zouden
nog resten reinigingsmiddel in de afwasautomaat aanwezig kunnen
zijn.
Ga direct naar de dokter wanneer uw kind reinigingsmiddel binnen
gekregen heeft.
-
-
-
-
-
-
8
Technische veiligheid
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Controleer vóórdat de afwasautomaat wordt geplaatst of het toe
~
stel aan de buitenkant zichtbaar beschadigd is. Is dat het geval,
neem de afwasautomaat dan in geen geval in gebruik. Een afwasau
tomaat die beschadigd is, kan uw veiligheid in gevaar brengen.
De afwasautomaat mag alleen via een 3-polige stekker met aar
~
ding op het elektriciteitsnet worden aangesloten. De stekker mag
niet worden afgeknipt om het toestel vast aan te sluiten. U moet na
plaatsing van de afwasautomaat zonder problemen bij het stopcon
tact kunnen komen.
Wanneer zich in de buurt van de afwasautomaat een elektrisch
~
toestel bevindt, let er dan op dat de stekker van dit toestel niet
schuilgaat achter de afwasautomaat. Aangezien de inbouwnis niet
altijd diep genoeg is, kan er druk op de stekker ontstaan, wat het risico op oververhitting en daarmee op brand verhoogt.
De afwasautomaat mag niet onder een kookvlak worden geïnstal-
~
leerd. Een kookvlak straalt voor een deel hoge temperaturen af
waardoor de afwasautomaat beschadigd zou kunnen raken. Om dezelfde reden mag de afwasautomaat niet direct naast warmteproducerende toestellen worden geplaatst die niet standaard tot de keu
kenapparatuur behoren.
-
-
-
-
-
De afwasautomaat mag pas op het elektriciteitsnet worden aan
~
gesloten, nadat deze is geplaatst en geïnstalleerd en nadat de
deurveren zijn ingesteld.
-
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Controleer of de elektrische waarden van uw elektrische installa
~
tie (spanning, frequentie en zekering) overeenkomen met de gege
vens op het typeplaatje.
De elektrische veiligheid van deze afwasautomaat, wordt enkel
~
gewaarborgd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat
volgens de voorschriften geïnstalleerd is. Het is heel belangrijk dat
aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat uw
elektrische installatie bij twijfel door een vakman of vakvrouw con
troleren.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt
doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er bestaat in dat geval onder andere gevaar voor elektrische schokken.
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen geen ongeschikte
~
stopcontactenblokken of ongeschikte verlengkabels om de afwasautomaat aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheidsgaranties. Er bestaat onder andere gevaar voor oververhitting.
Deze afwasautomaat mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op
~
een schip) worden gebruikt.
-
-
-
Plaats de afwasautomaat niet in een vertrek waar het kan vriezen.
~
Bevroren waterslangen kunnen onder druk scheuren of springen. De
betrouwbaarheid van de elektronische besturing kan door tempera
turen onder het vriespunt in het gedrang komen.
10
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het kunststof omhulsel van de wateraansluiting bevat een elek
~
trisch onderdeel. Dompel het omhulsel niet in vloeistof.
In de watertoevoerslang bevinden zich delen die onder spanning
~
staan wanneer het toestel op het elektriciteitsnet is aangesloten. De
slang mag daarom niet worden ingekort.
Het Waterproof System van Miele biedt een betrouwbare be
~
scherming tegen waterschade, maar alleen als aan de volgende
voorwaarden is voldaan:
Het toestel moet volgens de voorschriften geïnstalleerd zijn.
–
– Wanneer er duidelijk sprake is van schade, moet het toestel wor-
den hersteld of moeten de desbetreffende onderdelen worden
vervangen.
– Draai de waterkraan dicht bij lange afwezigheid (bijv. vakantie).
Het Waterproof System werkt ook wanneer de afwasautomaat is uitgeschakeld. De afwasautomaat moet dan wel op het elektriciteitsnet
zijn aangesloten.
Een afwasautomaat die beschadigd is, kan uw veiligheid in ge-
~
vaar brengen. Schakel het toestel meteen uit wanneer het beschadigd is en neem contact op met uw Miele-handelaar of met de
dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
-
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde herstellingen kunnen er niet te on
~
derschatten risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele
niet aansprakelijk worden gesteld. Herstellingen mag u uitsluitend
laten uitvoeren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders
is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op garantie.
Laat defecte onderdelen enkel vervangen door originele
~
Miele-wisselstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen
aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
Bij onderhoudswerken dient u altijd het toestel los te koppelen
~
van het elektriciteitsnet. Schakel daartoe de afwasautomaat uit en
trek daarna de stekker uit het stopcontact, of schakel de hoofdschakelaar in uw zekeringkast uit.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een
~
speciale aansluitkabel worden vervangen. Neem contact op met uw
Miele-handelaar of met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
Om veiligheidsredenen mag de aansluitkabel alleen door een door
Miele erkende vakman of vakvrouw of door de dienst Herstellingen
aan huis van Miele worden vervangen.
-
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deskundige plaatsing
Neem bij plaatsing en aansluiting van de afwasautomaat de
~
montage-instructies in de montageschets in acht.
Wees voorzichtig vóór en tijdens het plaatsen en installe
~
ren van de afwasautomaat. U loopt het risico zich te ver
wonden/snijden aan bepaalde metalen onderdelen. Draag
beschermende handschoenen.
Om een perfecte werking te waarborgen, dient u het toestel wa
~
terpas op te stellen.
Voor de stabiliteit van de afwasautomaat is het noodzakelijk dat
~
onder of in te bouwen afwasautomaten uitsluitend worden geplaatst
onder een doorlopend werkblad dat is vastgeschroefd aan de kasten die ernaast staan.
Wilt u van een vrijstaande afwasautomaat een onderbouwafwas-
~
automaat maken, vervang het sokkelpaneel dan door een sokkelpaneel dat hoort bij onderbouwafwasautomaten. Gebruik daarvoor de
daarbij horende ombouwset.
Doet u dat niet, dan loopt u het risico zich aan uitstekende metalen
onderdelen te verwonden.
De deurveren moet aan beide kanten gelijk worden ingesteld. Om
~
te controleren of ze juist zijn ingesteld, opent u de deur gedeeltelijk
(openingshoek van ca. 45°). Laat de deur vervolgens los. Als de
deur in de geopende stand blijft staan, zijn de deurveren juist inge
steld. De deur mag niet ongeremd naar beneden vallen.
-
-
-
-
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Veilig gebruik
Gebruik geen oplosmiddelen in de spoelruimte. Dit in verband
~
met explosiegevaar.
Adem geen poedervormige reinigingsmiddelen in! Slik geen reini
~
gingsmiddelen in! Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in
neus, mond en keel veroorzaken. Ga direct naar de dokter wanneer
u een reinigingsmiddel hebt ingeademd of ingeslikt.
Laat de deur van de afwasautomaat niet onnodig openstaan. U
~
zou zich daaraan kunnen stoten.
Het vaatwerk kan na afloop van het programma zeer heet zijn!
~
Laat het vaatwerk daarom na het uitschakelen van de automaat in
de afwasautomaat afkoelen, totdat u het goed kunt vastpakken.
Wanneer de deur openstaat, ga daar dan niet op zitten of staan.
~
Doet u dat wel, dan kan het toestel kantelen. Daarbij kunt u letsel
oplopen of kan het toestel beschadigd raken.
Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen voor huishoudafwasauto-
~
maten. Gebruik geen handafwasmiddelen! Gebruik uitsluitend naspoelmiddelen voor huishoudafwasautomaten!
Gebruik geen reinigingsmiddelen die voor bedrijfs- of industriële
~
afwasautomaten zijn ontwikkeld. Doet u dat wel, dan kan er materië
le schade ontstaan en kunnen er hevige chemische reacties optre
den (bijv. een knalgasreactie).
-
-
-
14
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Vul het naspoelmiddelreservoir niet met poedervormig of vloei
~
baar reinigingsmiddel. Dit zou het naspoelmiddelreservoir bescha
digen!
Vul het zoutreservoir niet met poedervormig of vloeibaar reini
~
gingsmiddel. Het reinigingsmiddel zou de waterontharder bescha
digen.
Gebruik uitsluitend speciaal grofkorrelig regenereerzout of ander
~
zout dat speciaal is ontwikkeld voor afwasautomaten.
Gebruik in geen geval andere soorten zout. Die bevatten soms niet
in water op te lossen deeltjes die een nadelig effect kunnen hebben
op de werking van de waterontharder.
Hebt u een afwasautomaat met een bestekkorf (afhankelijk van
~
het model), dan plaatst u bestek zo in de vakken van de bestekkorf
dat de snijkanten van de messen en de punten van vorken beneden
zitten. Dit is veiliger. Hou ermee rekening dat u zich kunt verwonden
aan snijkanten en punten van vorken die naar boven gericht zijn.
Wel is het zo dat bestek gemakkelijker wordt gereinigd en gedroogd
wanneer u het zo plaatst dat de scherpe kanten boven en de grepen beneden zitten.
-
-
-
-
Reinig geen kunststof vaatwerk in de afwasautomaat dat niet hit
~
tebestendig is, zoals wegwerpbakjes of wegwerpbestek. Dit soort
vaatwerk kan door de hoge temperaturen vervormen.
Wanneer u de extra functie "Startuitstel" gebruikt (afhankelijk van
~
het model), moet u ervoor zorgen dat het doseerbakje voor het reini
gingsmiddel droog is. Reinigingsmiddel gaat in een vochtig doseer
bakje klonteren en wordt misschien niet volledig weggespoeld.
-
-
-
15
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Toebehoren
Alleen toebehoren dat Miele uitdrukkelijk heeft goedgekeurd,
~
mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onder
delen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op garantie
en/of de productaansprakelijkheid.
Wat met een afgedankte afwasautomaat?
-
Maak het deurslot onbruikbaar zodat kinderen zich niet in het toe
~
stel kunnen opsluiten. Verwijder hiertoe de sluithaak van het deur
slot.
Wanneer de veiligheidsinstructies niet worden gevolgd, kan de
fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daar
eventueel het gevolg van is.
-
-
16
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het wegdoen van het verpak
-
kingsmateriaal
De verpakking beschermt het toestel
tegen transportschade. Er werd voor
milieuvriendelijk en recycleerbaar ver
pakkingsmateriaal gekozen.
Het gaat om de volgende soorten mate
riaal:
Buitenverpakking:
Golfkarton van 100 %
–
kringloopmateriaal,
andere mogelijkheid:
stretchfolie/wikkelfolie van polyethyleen (PE)
– Kunststofomsnoeringsbanden van
polypropyleen (PP)
Binnenverpakking:
– Expansieve polystyreen (EPS) zon-
der toevoeging van chloor of fluor
– Bodem, deksellijst en steunlijsten van
onbehandeld hout van
bosteeltkundig beheerde bossen
–
Beschermingsfolie van polyethyleen
(PE)
Het recycleren van het verpakkingsma
teriaal vermindert de afvalproductie en
het gebruik van grondstoffen. Uw
Miele-handelaar neemt de verpakking
terug of geeft u informatie over de
dichtstbijzijnde mogelijkheid voor
teruggave.
-
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toe
stellen bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
neren en de veiligheid van het toestel
nodig waren. Als deze stoffen bij het
restafval terechtkomen of verkeerd wor
den behandeld, kunnen ze schade be
rokkenen aan de gezondheid van men
sen en het milieu. Geef uw oud toestel
dus niet mee met het gewone huisvuil.
Breng het toestel liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk containerpark.
Vraag meer informatie aan uw Miele-
-handelaar.
Zorg er ook voor dat het toestel
kindveilig wordt bewaard voor u het
wegbrengt.
Alle kunststofonderdelen van het toestel
zijn gemarkeerd met een internationaal
erkend symbool. Daardoor kan bij het
afdanken van het toestel het
kunststofafval correct worden geschei
den voor milieuvriendelijke recyclage.
-
-
-
-
-
-
17
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Spaarzaam afwassen
Deze afwasautomaat werkt uiterst
water- en energiebesparend.
U kunt nog spaarzamer te werk gaan
als u de volgende adviezen volgt:
Het is mogelijk om de afwasautomaat
^
op warm water aan te sluiten. Bijzon
der geschikt is een warmwateraan
sluiting bij een energetisch gunstige
warmwaterbereiding, bijv.
zonne-energie met circulatieleiding.
Bij elektrisch verwarmde installaties
is het echter aan te bevelen om uw
toestel op koud water aan te sluiten.
^ Benut de volledige beladingscapaci-
teit van de rekken zonder de afwasautomaat te overladen. Zo wast u het
efficiëntst af.
^ Kies een afwasprogramma dat past
bij het soort vaatwerk en de mate van
vervuiling.
-
-
^ Gebruik het programma "ECO" om
energie te besparen.
Dit programma is voor de reiniging
van normaal vervuild vaatwerk het
efficiëntst qua energie- en waterver
bruik.
^
Neem de doseeraanwijzingen van de
reinigingsmiddelfabrikant in acht.
^
Wanneer u poedervormig of vloei
baar reinigingsmiddel gebruikt en de
rekken maar half beladen zijn, kunt u
de hoeveelheid reinigingsmiddel met
1
/3reduceren.
18
-
-
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Deur openen
De deur gaat na afloop van een programma met een droogfase (zie rubriek
"Programmaoverzicht") automatisch op
een kier open. Dit is ter bevordering
van het droogproces.
U kunt deze functie ook uitschakelen
(zie rubriek "Menu Instellingen",
"AutoOpen" (of een gelijkaardige rubriek)).
Deur sluiten
Schuif de korven naar binnen.
^
Doe de deur dicht. Zorg ervoor dat
^
de deur vastklikt.
Steek uw handen niet tussen het
,
toestel en de sluitende deur. Het ge
vaar bestaat dat uw handen vast
komen te zitten.
-
^
Trek aan de deurgreep.
Wanneer de deur wordt geopend terwijl
de afwasautomaat in werking is, wor
den alle functies automatisch onderbro
ken.
,
Zorg ervoor dat er genoeg
plaats is om de deur te openen.
-
-
19
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
De werking van het display
Algemeen
Via het display kunt u het volgende kie
zen of instellen:
het programma
–
de extra functies
–
het tijdstip waarop het door u geko
–
zen programma moet starten
(startuitsteltijd)
– de instellingen
Tijdens het programmaverloop wordt
op het display het volgende weergegeven:
– de programmafase
– de vermoedelijke resterende tijd
–
mogelijke foutmeldingen en instruc
ties.
Om energie te besparen, wordt de
afwasautomaat uitgeschakeld wan
neer er enkele minuten lang niet op
een toets is gedrukt (zie rubriek "Be
diening", "Stand-bymodus").
Druk op de toets K om de afwasauto
maat weer in te schakelen.
-
-
-
-
Menu "Instellingen"
In het menu "Instellingen" kunt u de
elektronische besturing van de afwas
automaat aanpassen aan uw specifieke
wensen.
U kunt het menu "Instellingen" openen
door op een bepaalde combinatie toet
sen te drukken.
Zie rubriek "Menu "Instellingen" openen"
voor meer informatie.
Wanneer het menu "Instellingen" wordt
geopend, wordt de oorspronkelijke
functie van de toetsen naast het display
tijdelijk uitgeschakeld. U kunt deze toetsen gebruiken om menupunten te kiezen en bevestigen.
De pijlen links en rechts op het display
geven aan dat er nog andere keuzemo
gelijkheden zijn. U kunt deze keuzemo
gelijkheden kiezen door op de
linkertoets of rechtertoets naast het dis
play te drukken.
Met de middelste toets naast het dis
play kunt u meldingen of instellingen
bevestigen en kunt u naar het volgende
menu of een ander menuniveau gaan.
-
-
-
-
-
-
20
(
De gekozen instelling is gemarkeerd
met een vinkje.
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Basisinstellingen
Schakel de afwasautomaat in met de
^
toets K.
Wordt de afwasautomaat voor het eerst
ingeschakeld, dan verschijnt het
welkomstscherm.
Taal
Op het display kunt u nu de taal instel
len.
Zie rubriek "De werking van het dis
play" voor meer informatie over de
werking van het display.
^ Kies uw taal en bevestig met de mid-
delste toets.
De gekozen taal is gemarkeerd met
een vinkje
(.
Waterhardheid
Op het display kunt u nu de waterhardheid instellen.
–
De afwasautomaat moet precies wor
den geprogrammeerd naar de hard
heid van uw water.
–
Informeer bij uw maatschappij voor
watervoorziening welke hardheids
graad uw water precies heeft.
–
Programmeer bij een variërende wa
terhardheid (bijv. 37-50 °d) altijd de
hoogste waarde (in dit voorbeeld
50 °dH).
-
-
Bij een eventuele herstelling is het voor
de monteur handig om de hardheid van
uw water te weten.
Noteer daarom de hardheid van uw wa
ter:
°d
In de fabriek is een waterhardheid van
15 °d (2,7 mmol/l) geprogrammeerd.
Kies de waterhardheid van uw water
^
en bevestig met de middelste toets.
Zie de rubriek "Menu Instellingen",
"Waterhardheid" voor meer informatie
over het instellen van de waterhardheid.
Na de bovenstaande stappen verschijnen er twee meldingen op het display.
Na het bevestigen van deze meldingen
worden mogelijk de volgende meldingen weergegeven:
middel bij
-
ding) en F
gelijkaardige melding).
(of een gelijkaardige mel
Zout bijvullen (of een
( Vul naspoel
Druk op een toets om de meldingen te
bevestigen. Op het display verschijnt
weer het hoofdmenu.
Deze basisinstellingen worden opge
-
slagen zodra een programma voor het
eerst volledig is uitgevoerd.
-
-
-
-
21
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Wat u nodig hebt om het
toestel voor het eerst in
gebruik te nemen:
ca. 1 kg regenereerzout,
–
reinigingsmiddel voor huishoudaf
–
wasautomaten,
naspoelmiddel voor huishoudafwas
–
automaten.
Iedere afwasautomaat wordt in de fa
briek op zijn werking getest.
Als gevolg van deze tests blijft er wa
ter in het toestel achter. Dit betekent
niet dat het toestel eerder door een
andere consument is gebruikt.
-
Zoutreservoir vullen met
regenereerzout
Om goede reinigingsresultaten te bereiken, heeft de afwasautomaat zacht
(kalkarm) water nodig. Bij hard water
ontstaat er witte kalkaanslag op het
vaatwerk en op de wanden van de
spoelruimte.
Water met een waterhardheid van 4 °d
(0,7 mmol/l) en hoger moet daarom
worden onthard. Daar wordt in de inge
bouwde waterontharder automatisch
voor gezorgd. De waterontharder is ge
schikt voor een waterhardheid tot 70 °d
(12,6 mmol/l).
Ligt de hardheid van uw water
steeds onder de 4 °d
(= 0,7 mmol/l), dan hoeft u geen
zout te doen in het zoutreservoir.
U moet dan echter wel de afwasau
tomaat instellen op de hardheid van
uw water.
-
Vul het zoutreservoir niet met
,
-
poedervormig of vloeibaar reini
gingsmiddel. Het reinigingsmiddel
-
zou de waterontharder bescha
digen.
Gebruik uitsluitend speciaal
,
grofkorrelig regenereerzout of ander
zout dat speciaal is ontwikkeld voor
afwasautomaten. Gebruik in geen
geval andere soorten zout. Die bevatten soms niet in water op te lossen deeltjes die een nadelig effect
kunnen hebben op de werking van
de waterontharder.
-
-
-
-
-
De waterontharder heeft wel regene
reerzout nodig.
Als u combinatiereinigingsmiddelen ge
bruikt, kunt u afhankelijk van de water
hardheid (ß 21 °d) ervoor kiezen geen
zout te doseren (zie rubriek "Reinigings
middel").
22
-
-
-
-
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Doe de deur maar voor de helft
^
open wanneer u het zoutreservoir
met zout wilt vullen. Zo zorgt u ervoor
dat al het zout in het zoutreservoir te
rechtkomt.
^ Open het klepje van het zoutreservoir
door op het knopje te drukken in de
richting van de pijl. Het klepje springt
open.
Giet geen water in het zoutreservoir!
-
^ Vul het zoutreservoir vervolgens met
zout totdat het zoutreservoir vol is of
totdat er water uit de opening loopt.
In het zoutreservoir kan afhankelijk
van het soort zout maximaal ca. 1 kg.
Doe niet meer dan 1 kg zout in het
zoutreservoir.
^
Klap de trechter open.
Wanneer u het zoutreservoir met zout
vult, loopt er mogelijk water uit het zout
reservoir.
^
Verwijder de zoutresten die zich rond
het zoutreservoir bevinden en sluit
vervolgens het klepje van het zoutre
servoir.
^
Start direct daarna het programma
"Snel" zonder vaatwerk en zonder de
functie "Turbo", zodat eventueel ge
morste zoutresten kunnen worden
verdund en daarna weggepompt.
-
-
-
23
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Melding voor het bijvullen van
zout
Vul op het einde van een programma
^
zout bij als de melding F
vullen
wordt weergegeven.
Bevestig met de middelste toets.
^
De melding verdwijnt.
(of een gelijkaardige melding)
Zout bij
-
Als u steeds combinatiereinigings
middelen gebruikt en de meldingen
voor het bijvullen van zout en na
spoelmiddel u storen, kunt u deze
meldingen uitschakelen (zie rubriek
"Menu Instellingen", "Meldingen voor
het bijvullen van zout en naspoelmid
del").
-
-
-
Het is echter mogelijk dat boven
staande melding opnieuw op het dis
play verschijnt nadat u zout hebt bijge
vuld. Dat is het geval wanneer de zout
concentratie die zich heeft gevormd,
nog niet hoog genoeg is.
In dit geval bevestigt u nogmaals met
de middelste toets.
De melding voor het bijvullen van zout
wordt uitgeschakeld wanneer u de afwasautomaat op een waterhardheid
van minder dan 4 °d (= 0,7 mmol/l)
hebt ingesteld.
,
Start direct na het vullen van het
zoutreservoir met regenereerzout
het programma "Snel" zonder vaat
werk en zonder de functie "Turbo",
zodat eventueel gemorste zoutres
ten kunnen worden verdund en
daarna weggepompt.
-
-
-
-
Wanneer u geen combinatiereini
gingsmiddelen meer gebruikt, moet
u het zoutreservoir en naspoelmid
delreservoir weer vullen en de mel
dingen voor het bijvullen van zout en
naspoelmiddel weer inschakelen.
-
-
-
24
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Naspoelmiddel
Naspoelmiddel is nodig om ervoor te
zorgen dat het water tijdens het drogen
als een film van het vaatwerk afloopt en
het vaatwerk na het reinigen droogt
zonder dat het vlekken vertoont.
Het naspoelmiddel wordt in het na
spoelmiddelreservoir gegoten en bij het
naspoelen in de ingestelde dosering
automatisch toegevoegd.
Vul het naspoelmiddelreservoir
,
alleen met naspoelmiddel voor huis
houdelijke afwasautomaten. Vul het
in geen geval met reinigingsmiddelen voor afwasautomaten of
handafwasmiddelen. Dit zou het naspoelmiddelreservoir beschadigen.
Een andere mogelijkheid is dat u
– azijn voor huishoudelijk gebruik
(maximaal 5 % zuur)
of
-
-
Naspoelmiddelreservoir vullen
met naspoelmiddel
^ Open het klepje van het naspoelmid-
delreservoir door op het knopje te
drukken in de richting van de pijl. Het
klepje springt open.
–
vloeibaar citroenzuur (10 %)
gebruikt. Het vaatwerk zal echter voch
tiger zijn en meer vlekken vertonen dan
wanneer u naspoelmiddel gebruikt.
,
U mag in geen geval azijn met
een hoger zuurpercentage (bijv.
azijnessence van 25 %) gebruiken.
Daarbij kan de afwasautomaat be
schadigd raken.
Gebruikt u uitsluitend combinatie
reinigingsmiddelen, dan hoeft u het
naspoelmiddelreservoir niet met na
spoelmiddel te vullen.
-
-
-
-
25
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Melding voor het bijvullen van
naspoelmiddel
Wanneer op het display de melding
( Vul naspoelmiddel bij (of een
gelijkaardige melding) wordt weerge
geven, is er nog genoeg naspoelmiddel
voor 2 tot 3 afwasbeurten.
Vul op tijd naspoelmiddel bij.
^
Bevestig met de middelste toets.
^
De melding verdwijnt.
-
Vul het naspoelmiddelreservoir totdat
^
het naspoelmiddel in de vulopening
zichtbaar is.
In het naspoelmiddelreservoir kan
ca. 110 ml.
^ Sluit het klepje en wel zo dat het dui-
delijk vastklikt. Is het klepje niet goed
gesloten, dan kan er tijdens het afwassen water in het naspoelmiddelreservoir lopen.
^
Veeg eventueel gemorst naspoelmid
del goed weg om bij de volgende af
wasbeurt sterke schuimvorming te
voorkomen.
Voor een optimaal reinigingsresultaat
kunt u nu de instelling "Naspoelmid
del" kiezen. Daarmee kunt u de na
spoelmiddeldosering aanpassen. Zie
rubriek "Menu Instellingen", "Naspoel
middel".
-
-
Als u steeds combinatiereinigings
middelen gebruikt en de meldingen
voor het bijvullen van zout en naspoelmiddel u storen, kunt u deze
meldingen uitschakelen (zie rubriek
"Menu Instellingen", "Meldingen voor
het bijvullen van zout en naspoelmiddel").
Wanneer u geen combinatiereinigingsmiddelen meer gebruikt,
moet u het zoutreservoir en naspoel
middelreservoir weer vullen en de
meldingen voor het bijvullen van
zout en naspoelmiddel weer inscha
kelen.
-
-
-
-
26
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Waar u bij vullen van de afwas
automaat op moet letten
Verwijder de ergste etensresten van het
vaatwerk.
Het is niet nodig om het vaatwerk van
te voren onder stromend water af te
spoelen!
Reinig vaatwerk met as, zand,
,
was, smeervet of verf niet in de af
wasautomaat.
De afwasautomaat zou beschadigd
raken door deze stoffen.
U kunt ieder stuk vaatwerk in principe
overal in de korven plaatsen. Neem
hierbij echter de volgende tips in acht.
– Plaats vaatwerk en bestek zo dat het
niet tegen of op elkaar ligt.
– Plaats het vaatwerk altijd zo dat alle
vlakken door het water kunnen worden bereikt. Enkel op die manier is
een goed resultaat mogelijk!
–
Plaats al het vaatwerk zo dat het ste
vig staat.
–
Plaats hol vaatwerk zoals kopjes, gla
zen en kommen met de openingen
naar beneden in de korven.
-
Plaats vaatwerk met een diepe bo
–
-
dem zoveel mogelijk schuin in de
korf, zodat het water eraf kan lopen.
Let erop dat de sproeiarmen niet
–
door te hoog of door de korven heen
stekend vaatwerk worden geblok
keerd.
U kunt dit controleren door de
sproeiarmen een keer met de hand
rond te draaien.
Let erop dat kleine stukken vaatwerk
–
niet door de spijlen van de korven
vallen.
Leg dit soort vaatwerk (bijv.
dekseltjes) daarom in de besteklade
of de bestekkorf.
Levensmiddelen zoals wortels, tomaten of ketchup kunnen natuurlijke
kleurstoffen bevatten. Door deze
stoffen kunnen kunststof vaatwerk
en kunststof onderdelen ervan verkleuren, wanneer zij in ruime mate
met het vaatwerk in de automaat terechtkomen. Deze verkleuring heeft
echter geen invloed op de stabiliteit
van kunststof vaatwerk.
-
-
-
–
Plaats hoog, smal, hol vaatwerk niet
in de hoeken van de korven, maar
zoveel mogelijk in het midden ervan.
Het water kan er dan beter bij.
27
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Vaatwerk en bestek die niet
geschikt zijn voor de afwas
-
automaat
Vaatwerk en bestek die óf helemaal
–
óf voor een deel uit hout bestaan
drogen uit en worden lelijk. Boven
dien houdt de lijm niet in de afwasau
tomaat. Het gevolg daarvan is dat
houten grepen los kunnen raken.
Kunstvoorwerpen, antieke vazen of
–
glazen met decoraties zijn niet be
stand tegen reiniging in de afwasau
tomaat.
– Voorwerpen van niet-hittebestendige
kunststof kunnen vervormen.
– Voorwerpen van koper, messing, tin
en aluminium kunnen verkleuren of
dof worden.
– Kleurdecoraties op glazuur kunnen
na vele afwasbeurten verbleken.
– Teer glaswerk en kristallen voor-
werpen kunnen na een tijd dof worden.
-
-
Wij raden u aan:
Koop serviesgoed van materiaal dat
–
geschikt is om in een afwasautomaat
te worden afgewassen en bestek met
de aanduiding "Geschikt voor de
afwasmachine".
-
Glazen kunnen na vele afwasbeurten
–
dof worden. Gebruik voor tere glazen
programma's met lage temperaturen
(zie rubriek "Programmaoverzicht") of
programma's met GlassCare (afhan
-
kelijk van het model) . De kans dat
het glaswerk dof wordt is dan kleiner.
Let verder op het volgende:
Zilver dat met zilverpoets is behan-
deld kan na afloop van het afwasprogramma nog vochtig zijn doordat het
water er niet als een film afloopt. Het zilver moet dan met een doek worden afgedroogd.
Zilver kan verkleuren wanneer het in
aanraking komt met levensmiddelen die
zwavel bevatten, bijv. eigeel, uien,
mayonaise, mosterd, peulvruchten, vis,
pekelsaus van vis en marinades.
-
28
,
Aluminium vaatwerk zoals vetfil
ters mag niet worden afgewassen
met bijtende alkalische reinigings
middelen die in bedrijfsafwasauto
maten of industriereinigers worden
gebruikt. Gebeurt dat wel, dan kan
er materiële schade ontstaan. In het
ergste geval bestaat het gevaar dat
er hevige chemische reacties optre
den die tot een explosie kunnen lei
den (bijv. een knalgasreactie).
-
-
-
-
-
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Bovenste korf
Gebruik de afwasautomaat om
,
veiligheidsredenen niet zonder bo
venste en onderste korf, behalve in
het programma
65 °C
(indien aanwezig).
^ Plaats in de bovenste korf klein, licht
en breekbaar vaatwerk zoals glazen,
kopjes, schoteltjes en dessertschaaltjes.
U kunt er ook een platte pan in
plaatsen.
^
Leg erg lang bestek zoals soeple
pels, pollepels en lange messen
dwars aan de voorkant van de bo
venste korf.
Zonder bovenrek
-
-
-
Neerklapbare spikes
U kunt de spike-rijen neerklappen om
meer ruimte te krijgen voor grote stuk
ken vaatwerk, zoals een platte pan.
^ Druk de gele hendel naar beneden
a en klap de spike-rijen neer b.
Kopjesrooster
^ Klap het kopjesrooster omhoog om
hoog vaatwerk goed te kunnen
plaatsen.
Glazen staan steviger wanneer u ze te
gen het kopjesrooster aanzet.
^
Klap het kopjesrooster neer en zet er
de glazen tegen.
-
-
29
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Jumbo-kopjesrooster (afhankelijk van
het model)
U kunt de breedte van het kopjesroos
ter in 2 standen zetten, zodat u ook
grote kopjes kunt plaatsen.
^ Trek het kopjesrooster naar boven en
laat het op de gewenste breedte
weer vastklikken.
Glasbeugel
-
Klap de glasbeugel neer en zet er de
^
glazen tegen.
Verschuif zo nodig een van de inzet
^
ten aan de zijkanten van de bestekla
de naar het midden wanneer u ho
gere glazen in de bovenste korf wilt
plaatsen.
In de hoogte verstellen:
U kunt de hoogte van de glasbeugel in
2 standen zetten.
-
-
-
Glazen met een lange steel staan ste
viger wanneer u de glasbeugel ge
bruikt.
30
-
-
^
Trek de glasbeugel naar boven en
laat deze op de gewenste hoogte
weer vastklikken.
In de lage instelling kunt u kleine gla
zen en mokken ertegen zetten.
In de hoge stand kunt u hoge glazen en
glazen met lange stelen ertegen zetten.
-
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Bovenste korf in de hoogte verstellen
Om in de bovenste korf of de onderste
korf meer plaats te krijgen voor hoger
vaatwerk kunt u de bovenste korf in de
hoogte verstellen. U kunt kiezen tussen
3 standen met een verschil van telkens
ca. 2 cm.
U kunt de bovenste korf ook schuin
plaatsen, namelijk met één kant hoog
en met één kant laag. Zo zal het water
vlotter uit holtes lopen. Let er echter op
dat u de korf zonder problemen in de
spoelruimte kunt schuiven.
^ Trek de bovenste korf naar buiten.
Afhankelijk van de stand van de boven
ste korf kunt u bijv. borden met de vol
gende diameters in de korven plaatsen.
Afwasautomaat met besteklade
(model zie typeplaatje)
Stand
van de
bovenste
korf
Boven151931
Midden172129
Onder192327
Afwasautomaat met bestekkorf
(model zie typeplaatje)
Stand
van de
bovenste
korf
Boven202431
Borddiameter in cm
Bovenste korfOnderste
NormaalXXL
Borddiameter in cm
Bovenste korfOnderste
NormaalXXL
-
korf
korf
-
Om de bovenste korf naar boven toe te
verstellen,
^
trekt u de korf naar boven, tot deze
vastklikt.
Om de bovenste korf naar onderen toe
te verstellen,
^
trekt u de hendels aan de zijkanten
van de korf naar boven.
^
Stel de gewenste positie in en laat de
hendels weer vastklikken.
Midden222629
Onder242827
31
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Onderste korf
Plaats in de onderste korf groot en
^
zwaar vaatwerk zoals borden, platte
schotels, pannen en schalen.
U kunt ook glazen, kopjes, schotel
tjes en ontbijt- en dessertbordjes in
de onderste korf zetten.
-
Plaats grote borden in het midden
^
van de onderste korf.
U kunt de borden schuin plaatsen. Zo
kunt u borden met een diameter tot
35 cm plaatsen.
Afwasautomaat met besteklade
Sterk vervuild vaatwerk
32
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Uitneembaar MultiComfort-gedeelte
In het achterste gedeelte van de onder
ste korf kunt u kopjes, glazen, borden
en pannen plaatsen.
U kunt het MultiComfort-gedeelte uit het
toestel halen om meer ruimte te krijgen
voor grote stukken vaatwerk, zoals pot
ten en pannen.
Verwijderen a
Glazenhouder
Om hoog vaatwerk te kunnen
^
plaatsen, kunt u de glazenhouder
omhoogklappen.
Glazen met een lange steel, zoals
^
wijn-, champagne- of speciale bier
glazen, kunt u in de uitsparingen van
de glazenhouder hangen.
U kunt de hoogte van de glazenhouder
instellen.
-
^
Druk de gele greep naar voren en
verwijder de inzet.
Plaatsen b
^
Schuif de twee haakjes die aan de
onderkant van de inzet zitten onder
de dwarsspijl van de onderste korf.
^
Druk de inzet aan de handgreep naar
beneden totdat u weerstand voelt.
^
Schuif de glazenhouder op de ge
wenste hoogte. Zorg ervoor dat de
bevestigingen bovenaan of onderaan
vastklikken.
-
33
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Glasbeugel
Glazen met een lange steel staan ste
viger wanneer u de glasbeugel ge
bruikt.
^ Klap de glasbeugel neer en zet er de
glazen tegen.
Neerklapbare spikes
In de voorste spike-rijen kunt u borden,
soepborden, platte schotels, schalen
en schoteltjes plaatsen.
-
-
Druk de gele hendel naar beneden
^
a en klap de spike-rijen neer b.
Flessenhouder
Op de flessenhouder kunt u smal vaatwerk plaatsen zoals een melk- of babyfles.
U kunt de spike-rijen neerklappen om
meer ruimte te krijgen voor grote stuk
ken vaatwerk, bijv. potten, pannen en
schalen.
34
-
^
Trek de flessenhouder omhoog a of
klap deze naar de zijkant b als u
deze niet nodig hebt.
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Bestek
3D-besteklade (afhankelijk van het
model)
^ Plaats het bestek in de besteklade
zoals op de afbeelding.
Wanneer u messen, vorken en lepels
als aparte groepen in de besteklade
legt, kunt u ze er na het afwasprogramma makkelijker uithalen en opbergen.
Wanneer de lepels niet met de grepen
tussen de opstaande kammen passen,
leg ze dan met de grepen op de getande kammen.
Leg de lepels met de grepen tussen de
opstaande kammen en de lepelbladen
tussen de getande kammen, zodat ook
de laatste waterdruppel er zonder pro
blemen af kan lopen.
De bovenste sproeiarm mag niet
door te hoog vaatwerk (bijv. een
taartschep) worden geblokkeerd.
U kunt de inzetten aan de zijkanten ver
schuiven naar het midden wanneer u
hoger vaatwerk in de bovenste korf wilt
plaatsen.
-
Om in het middelste gedeelte van de
besteklade meer plaats te hebben voor
groter bestek, kunt u dit gedeelte met
behulp van de gele schuiver in de
hoogte verstellen.
35
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen
Bestekkorf (afhankelijk van het model)
Plaats de bestekhouder zo nodig op
^
U kunt de bestekkorf op elke willekeurige plaats op de voorste spike-rijen
van de onderste korf plaatsen.
^ Plaats bestek zo in de vakken van de
bestekkorf dat de snijkanten van de
messen en de punten van vorken beneden zitten. Dit is veiliger.
Wel is het zo dat bestek gemakkelijker wordt gereinigd en gedroogd
wanneer u het zo plaatst dat de
scherpe kanten boven en de grepen
beneden zitten.
de bestekkorf.
^
Plaats kort bestek in de gaatjes aan
drie zijden van de bestekkorf.
Speciale bestekhouder voor de be
stekkorf
In de bijgeleverde bestekhouder kunt u
sterk vervuild bestek plaatsen.
Het bestek ligt niet op elkaar maar
wordt in deze houder naast elkaar op
gehangen. Daardoor kan het water er
beter bij.
36
-
-
^
Plaats het bestek in de bestekhouder
met de grepen beneden. Verdeel het
bestek gelijkmatig over de houder.
Bediening
Reinigingsmiddel
Gebruik uitsluitend reinigings
,
middelen voor huishoudelijke afwas
automaten.
Soorten reinigingsmiddelen
Moderne reinigingsmiddelen bevatten
veel werkstoffen. De belangrijkste zijn:
Er zijn voornamelijk fosfaathoudende
lichtalkalische reinigingsmiddelen met
enzymen en zuurstofbleekmiddelen
verkrijgbaar. Fosfaatvrije producten zijn
zeldzaam.
-
-
Naast normale reinigingsmiddelen zijn
er ook combinatiereinigingsmiddelen
(zie rubriek "Menu Instellingen", "Mel
dingen voor het bijvullen van zout en
naspoelmiddel").
Deze producten hebben een glans
spoel- en een wateronthardingsfunctie.
U vindt deze producten in de handel
onder de naam "3 in 1". Als ze ook
glansbescherming, glans voor roestvrij
staal of extra reinigingskracht bieden,
heten ze vaak "5 in 1", "7 in 1", "All in 1"
enz.
Gebruik deze combinatiereinigings
middelen alleen in combinatie met de
hardheidsgraad die op de verpakking
vermeld staat.
De reinigings- en droogresultaten van
deze combinatiereinigingsmiddelen
kunnen heel verschillend zijn.
U bereikt de beste reinigings- en
droogresultaten door een normaal
reinigingsmiddel te gebruiken in
combinatie met afzonderlijke zoutdosering en naspoelmiddeldosering.
-
-
-
De reinigingsmiddelen zijn verkrijgbaar
in verschillende vormen.
–
Poeder en -gel voor de afwasauto
maat worden naargelang de lading
en de mate waarin die vuil is op een
verschillende manier gedoseerd.
–
Tabletten bieden een dosis die voor
de meeste toepassingen volstaat.
-
Reinigingsmiddeldosering
^
Neem bij het doseren van reinigings
middel de aanwijzingen in acht die
op de verpakking staan.
^
Tenzij anders vermeld, doseert u een
reinigingstablet of, volgens de mate
waarin het vaatwerk vuil is, 20 tot
30 ml in vakje II.
Wanneer het vaatwerk erg vuil is kunt
u een kleine hoeveelheid extra reini
gingsmiddel in vakje I doen (zie Pro
grammaoverzicht).
^
Het is mogelijk dat bepaalde tablet
ten niet volledig oplossen wanneer u
het programma
Snel hebt gekozen.
-
-
-
-
37
Bediening
Wanneer u minder reinigingsmiddel
gebruikt dan is aangeraden, is het
mogelijk dat het vaatwerk niet goed
schoon wordt.
Adem geen poedervormig reini
,
gingsmiddel in! Slik geen reinigings
middel in! Reinigingsmiddelen kun
nen brandwonden in neus, mond en
keel veroorzaken. Ga direct naar de
dokter wanneer u een reinigingsmid
del hebt ingeademd of ingeslikt.
Zorg ervoor dat kinderen niet met
reinigingsmiddelen in aanraking
kunnen komen. Laat kinderen daarom niet bij de afwasautomaat komen
als deze geopend is. Er zouden nog
resten reinigingsmiddel in de afwasautomaat aanwezig kunnen zijn. Bovendien kunt u het reinigingsmiddel
beter pas toevoegen vlak voordat u
het programma start. Vergrendel
ook de deur met de kinderbeveiliging wanneer uw automaat daarover
beschikt.
Reinigingsmiddel doseren
Druk op de openingstoets van het
^
doseerbakje voor het reinigingsmid
del. Het klepje van het doseerbakje
voor het reinigingsmiddel springt
open.
Na afloop van een programma is het
klepje van het doseerbakje voor het rei
nigingsmiddel altijd geopend.
-
-
-
^ Doseer het reinigingsmiddel in de
vakjes en sluit het klepje van het doseerbakje voor het reinigingsmiddel.
^
Sluit ook de verpakking van het reini
gingsmiddel. Het middel zou anders
kunnen gaan klonteren.
-
-
-
38
Doseerhulp
In vakje I kan maximaal 10 ml en
in vakje II kan maximaal 50 ml reini
gingsmiddel.
In vakje II zijn markeringen aange
bracht om het doseren makkelijker te
maken: 20, 30. Wanneer de deur 90°
geopend is geven deze streepjes in ml
aan hoeveel reinigingsmiddel er onge
veer in zit.
-
-
-
Bediening
Afwasautomaat inschakelen
Draai de waterkraan open als deze
^
nog dichtgedraaid is.
Doe de deur open.
^
Controleer of de sproeiarmen vrij
^
kunnen draaien en niet worden ge
blokkeerd.
Schakel de afwasautomaat in met de
^
toets K.
Op het display wordt kort het laatst ge
kozen programma weergegeven en het
controlelampje van dit programma
brandt.
Na korte tijd wordt op het display de
vermoedelijke duur van het gekozen
programma weergegeven.
-
Programma kiezen
Laat de keuze voor een programma
steeds afhangen van het soort vaatwerk
en de mate waarin het vuil is.
Programma starten
Start het programma door de deur te
^
sluiten.
De optische functiecontrole brandt als
bevestiging dat het programma is ge
start.
Als u extra functies hebt gekozen, bran
den ook de controlelampjes van deze
extra functies.
Wanneer u een programma moet af
breken, doe dat dan alleen in de
eerste minuten.
Doet u dat later, dan is het mogelijk
dat belangrijke programmafases
(bijv. het regenereren) worden overgeslagen.
-
-
-
In de rubriek "Programmaoverzicht"
zijn de programma's beschreven en de
toepassingen ervan.
^
Kies met de toets "Programma" het
gewenste programma.
Het controlelampje van het gekozen
programma gaat aan.
U kunt nu ook een of meer extra func
ties kiezen. Zie rubriek "Extra func
ties".
-
-
39
Bediening
Display
Voordat een programma start, geeft het
display in uren en minuten aan hoe
lang het gekozen programma gaat du
ren, de zogenaamde resterende tijd.
Deze tijd wordt tijdens het afwaspro
gramma op het display afgeteld.
Elke fase van het programmaverloop
wordt aangegeven met een symbool:
Het is mogelijk dat het display voor één
en hetzelfde programma de ene keer
een andere tijd aangeeft dan de andere
keer. Dat is o.a. afhankelijk van de temperatuur van het instromende water, de
regenereercyclus, het soort reinigingsmiddel, de hoeveelheid vaatwerk en de
mate waarin het vuil is.
Wanneer u een programma voor het
eerst kiest, wordt er een tijd weergege
ven die overeenkomt met een gemid
delde programmaduur met koud water.
De tijden in het programmaoverzicht
geven aan hoe lang de programma's
duren wanneer de lading en de tempe
ratuur voldoen aan de gehanteerde
norm.
Tijdens het programmaverloop wordt
de programmaduur door de elektro
nische besturing berekend en aange
past op basis van de temperatuur van
het instromende water en de hoeveel
heid vaatwerk.
-
-
-
-
-
-
Stand-bymodus
Enkele minuten nadat u het laatst op
een toets hebt gedrukt of enkele minu
ten na het einde van een programma
schakelt de afwasautomaat automa
tisch over op de stand-bymodus om
energie te besparen. Het display en de
controlelampjes worden uitgeschakeld.
Alleen het controlelampje K knippert
langzaam.
Om de controlelampjes en het dis
^
play weer in te schakelen, drukt u op
de toets K.
Wanneer u de afwasautomaat na het
einde van een programma niet uitschakelt, wordt het toestel na enkele minuten in de stand-bymodus automatisch
volledig uitgeschakeld (zie rubriek "Instellingen", "Stand-byoptimalisering").
Tijdens een programma of wanneer
een melding voor het bijvullen van
zout of naspoelmiddel of een foutmelding wordt weergegeven, schakelt de afwasautomaat niet over op
-
de stand-bymodus.
Als u combinatiereinigingsmiddelen
gebruikt, kunt u de meldingen voor
het bijvullen van zout en naspoel
middel uitschakelen. Hoewel er
geen zout of naspoelmiddel is,
schakelt de afwasautomaat dan toch
over op de stand-bymodus (zie ru
briek "Toestel voor het eerst in ge
bruik nemen").
De weergave van een foutmelding
kunt u niet uitschakelen.
-
-
-
-
-
-
40
Bediening
Einde van het programma
Na afloop van een afwasprogramma
begint de optische functiecontrole lang
zaam te knipperen wanneer de deur
nog dicht is.
Wanneer de deur op een kier opengaat
en op het display de melding
of AutoOpen (of een gelijkaardige mel
ding) verschijnt, is het programma be
ëindigd.
Bij het programma "Snel" werkt de
droogventilator na het einde van het
programma nog enkele minuten na.
^ Open de deur helemaal.
U kunt het vaatwerk uit het toestel halen.
De optische functiecontrole gaat
10 minuten na afloop van een programma uit.
,
Wanneer u AutoOpen of een
gelijkaardige functie voor het auto
matisch openen van de deur hebt
uitgeschakeld (zie rubriek "Menu In
stellingen", "AutoOpen" (of een
gelijkaardige rubriek)) en na afloop
van het programma toch direct de
deur wilt openen, dient u de deur
volledig te openen. Doet u dat niet,
dan kunnen delicate randen van het
werkblad door waterdamp bescha
digd raken. Dit doordat de ventilator
niet meer werkt.
O Einde
-
-
-
-
Afwasautomaat uitschakelen
Na afloop van het programma:
Doe de deur open.
^
Schakel de afwasautomaat uit met de
^
toets K.
De afwasautomaat verbruikt energie
zolang u deze niet met behulp van
de toets K hebt uitgeschakeld.
Draai veiligheidshalve de waterkraan
dicht wanneer de afwasautomaat
langere tijd niet wordt gebruikt, bijvoor
beeld wanneer u op reis gaat.
Vaatwerk uit de afwasautomaat
halen
Heet vaatwerk breekt snel!
Laat het vaatwerk daarom na het uitschakelen van de automaat in de afwasautomaat afkoelen, totdat u het
goed kunt vastpakken.
Wanneer u de deur na het uitschakelen
van de automaat helemaal opent, koelt
het vaatwerk sneller af.
Haal eerst de onderste korf leeg, dan
de bovenste korf en ten slotte de be
steklade (afhankelijk van het model).
Zo voorkomt u dat er druppels van de
bovenste korf of van de besteklade op
het vaatwerk in de onderste korf vallen.
-
-
41
Bediening
Programma onderbreken
Het programma wordt onderbroken zo
dra u de deur opendoet.
Zodra u de deur weer dichtdoet, gaat
het programma na enkele seconden
daar verder, waar het is onderbroken.
Wanneer het water in de afwas
,
automaat heet is, loopt u het risico
om u te verbranden.
Wanneer u de deur echt moet ope
nen, doe dat dan zeer voorzichtig.
Laat de deur voordat u die weer sluit
ca. 20 seconden op een kier staan,
zodat de temperatuur zich in de
spoelruimte kan verdelen. Druk de
deur daarna stevig dicht, totdat
deze vastklikt.
-
-
Van programma wisselen
Is het klepje van het doseerbakje
voor het reinigingsmiddel al geo
pend, wissel dan niet meer van pro
gramma.
Wanneer een programma al is gestart,
kunt u als volgt van programma wis
selen:
Doe de deur open.
^
Schakel de afwasautomaat uit met de
^
toets K.
^ Schakel de afwasautomaat opnieuw
in met de toets K.
^ Kies met de toets "Programma" het
gewenste programma.
^ Start het programma door de deur te
sluiten.
De optische functiecontrole brandt als
bevestiging dat het programma is gestart.
-
-
-
42
Extra functies
Onderrek intensief
Met de extra functie "Onderrek inten
sief" (of een gelijkaardige functie) kunt
u in de onderste korf sterk vervuild
vaatwerk afwassen terwijl u in de bo
venste korf delicaat vaatwerk afwast.
De functie verhoogt de reinigingskracht
in de onderste korf tijdens het program
ma dat u hebt gekozen.
Afhankelijk van het programma kan de
duur daardoor lichtjes langer worden.
Doe de deur open.
^
Schakel de afwasautomaat in met de
^
toets K.
Het controlelampje K gaat aan.
^ Kies een programma.
^ Druk op de toets "Onderrek intensief"
(of een gelijkaardige toets).
Het controlelampje "Onderrek intensief"
(of een gelijkaardig controlelampje)
gaat aan, als deze functie beschikbaar
is voor het gekozen programma.
^
Start het programma door de deur te
sluiten.
De functie blijft ingeschakeld voor het
desbetreffende programma, totdat u de
functie weer uitschakelt.
-
-
Turbo
De functie "Turbo" verkort de duur van
de programma's waarvoor de functie
beschikbaar is.
Het verbruik stijgt om een optimaal rei
nigingsresultaat te bereiken.
In combinatie met het programma
"Snel" zorgt de functie "Turbo" voor een
spoelbeurt met koud water om het vaat
werk dat pas op een later tijdstip wordt
afgewassen vooraf af te spoelen (bijv.
wanneer de afwasautomaat nog niet vol
is). Na deze spoelbeurt wordt het vaat
werk niet gedroogd.
^ Doe de deur open.
^ Schakel de afwasautomaat in met de
toets K.
Het controlelampje K gaat aan.
^ Kies een programma.
^ Druk op de toets "Turbo".
Het controlelampje "Turbo" gaat aan,
als deze functie beschikbaar is voor het
gekozen programma.
^
Start het programma door de deur te
sluiten.
De functie blijft ingeschakeld voor alle
programma's, totdat u de functie weer
uitschakelt.
-
-
-
43
Extra functies
Startuitstel
U kunt het tijdstip waarop een afwas
programma start vooraf instellen. De
start wordt dan uitgesteld. Dit kunt u bij
voorbeeld doen om gebruik te maken
van het nachttarief. U kunt de start mini
maal 30 minuten en maximaal 24 uur
vooraf instellen. De startuitsteltijd wordt
ingesteld in stappen van 30 minuten.
Bij het gebruik van startuitstel dient
u ervoor te zorgen dat het doseer
bakje voor het reinigingsmiddel
droog is. Is dat niet het geval, dan
kan het reinigingsmiddel gaan klonteren en wordt het daarna niet volledig weggespoeld.
Gebruik bij startuitstel geen vloeibaar reinigingsmiddel. Dit zou te
vroeg kunnen wegstromen.
^ Doe de deur open.
^ Schakel de afwasautomaat in met de
toets K.
Het controlelampje K gaat aan.
^
Kies met de toets "Programma" het
gewenste programma.
^
Druk op de toets ,.
Het display geeft de startuitsteltijd weer
die de vorige keer is ingesteld. Het
controlelampje , gaat aan.
^
Stel met de toets , de gewenste
startuitsteltijd in.
Wanneer u de toets , ingedrukt houdt,
verspringt de tijd automatisch naar
24:00 uur. Als u terug naar 30 uur wilt,
drukt u vervolgens 2 keer op de toets
,.
-
-
Als u niet de deur sluit binnen enkele
seconden nadat u de startuitsteltijd
hebt ingesteld, wordt op het display
weer de programmaduur weergegeven.
U moet de startuitsteltijd dan opnieuw
instellen.
De resterende tijd tot de start van het
programma wordt in minuten afgeteld.
Na afloop van de startuitsteltijd start het
gekozen programma automatisch. Het
display geeft aan hoe lang het gekozen
programma gaat duren. Het controle
lampje , gaat uit. Het controlelampje
van het gekozen programma gaat aan.
Programma starten voordat de
startuitsteltijd is afgelopen
U kunt het programma ook starten voordat de startuitsteltijd is afgelopen. Ga
daarvoor als volgt te werk.
^ Doe de deur open.
^ Schakel de afwasautomaat uit met de
toets K.
^
Schakel de afwasautomaat opnieuw
in met de toets K.
^
Kies met de toets "Programma" het
gewenste programma.
^
Start het programma door de deur te
sluiten.
De optische functiecontrole brandt als
bevestiging dat het programma is ge
start.
-
-
^
Sluit de deur.
44
Extra functies
BrilliantLight
Uw afwasautomaat is uitgerust met een
binnenruimteverlichting.
Als de deur openstaat, wordt de ver
lichting na 15 minuten automatisch uit
geschakeld.
U kunt de binnenruimteverlichting ook
permanent uitschakelen.
Doe de half geopende deur van de
^
afwasautomaat 3 keer snel open en
dicht. Doe de deur hierbij zover open
en dicht dat de
binnenruimteverlichting telkens wordt
in- en uitgeschakeld.
Daarna is de binnenruimteverlichting
permanent uitgeschakeld.
^ Als u de binnenruimteverlichting wilt
inschakelen, doet u de half geopende deur weer 3 keer snel open en
dicht.
-
Doseringscontrole
Voor een optimaal reinigingsresultaat
past de afwasautomaat het program
maverloop automatisch aan aan het
soort reinigingsmiddel dat u gebruikt.
Afhankelijk van het programma kunnen
de duur en het energieverbruik daar
door lichtjes toenemen.
Neem de aanwijzingen van de reini
gingsmiddelfabrikant in acht.
De reinigings- en droogresultaten
van deze reinigingsmiddelen kun
nen heel verschillend zijn.
Als u steeds combinatiereinigingsmiddelen gebruikt en de meldingen
voor het bijvullen van zout en naspoelmiddel u storen, kunt u deze meldingen
uitschakelen (zie rubriek "Menu Instellingen", "Meldingen voor het bijvullen
van zout en naspoelmiddel"). De werking van het doseringscontrole wordt
hierdoor niet beïnvloed.
-
-
-
-
Wanneer u geen combinatiereini
gingsmiddelen meer gebruikt, moet u
het zoutreservoir en naspoelmiddel
reservoir weer vullen en de mel
dingen voor het bijvullen van zout en
naspoelmiddel weer inschakelen.
-
-
-
45
Reiniging en onderhoud
Controleer regelmatig (ongeveer om
de 4 tot 6 maanden) heel uw afwas
automaat. De kans op storingen is
daardoor kleiner.
Alle oppervlakken zijn gevoelig
,
voor krassen.
Alle oppervlakken kunnen verkleu
ren of wijzigingen ondergaan wan
neer ze in contact komen met onge
schikte reinigingsmiddelen.
Deurdichting en deur reinigen
Controleer de deurdichting regelma
^
-
-
-
-
tig en verwijder eventuele etensres
ten met een vochtige doek.
Veeg gemorste etens- en drankres
^
ten van de zijkanten van de deur af.
Deze delen horen niet bij de spoelruim
te. De waterstralen kunnen daar niet bij
komen, waardoor deze delen niet wor
den gereinigd. Er kan daar bijgevolg
schimmelvorming optreden.
-
-
-
-
-
-
Spoelruimte reinigen
Wanneer u altijd de juiste hoeveelheid
reinigingsmiddel gebruikt, houdt u
daarmee automatisch de spoelruimte
schoon.
Wanneer zich echter toch kalk of vet
heeft afgezet, kunt u deze aanslag met
een speciaal reinigingsmiddel verwijderen (via de Service After Sales van
Miele verkrijgbaar). Neem daarbij de
aanwijzingen in acht die op de verpak
king staan.
Als u vooral afwasprogramma's met
lage reinigingstemperaturen (< 50 °C)
gebruikt, is er risico op kiem- en geur
vorming in de spoelruimte. Om de
spoelruimte te reinigen en geurvorming
te vermijden, moet u 1 keer per maand
het programma "Intensief 75 °C" uitvoe
ren.
Reinig daarnaast ook regelmatig de ze
ven in de spoelruimte.
-
Lichtgeleider reinigen
De lichtgeleider van de optische functiecontrole bevindt zich in de afdekplaat onder het werkblad.
^ Reinig de lichtgeleider wanneer dat
nodig is. Gebruik hiervoor alleen een
vochtige doek of een normaal reinigingsmiddel voor kunststof.
-
-
-
46
Reiniging en onderhoud
Bedieningspaneel en voorzijde
van het toestel reinigen
Vuil verwijdert u het best direct.
,
Als het vuil er langere tijd op inwerkt,
kan het soms niet meer worden ver
wijderd en kunnen de oppervlakken
verkleuren of wijzigingen onder
gaan.
Reinig het bedieningspaneel alleen
^
met een vochtige doek.
Reinig de voorzijde van het toestel
^
met een schone sponsdoek, handaf
wasmiddel en warm water. Wrijf daarna alles droog met een zachte doek.
U kunt om te reinigen ook een schone, vochtige microvezeldoek zonder
reinigingsmiddel gebruiken.
-
-
Om schade aan de oppervlakken te
voorkomen, mogen de volgende mid
delen niet worden gebruikt om de op
pervlakken te reinigen:
reinigingsmiddelen die soda, ammo
–
niak, zuur of chloor bevatten,
kalkoplossende reinigingsmiddelen,
–
schurende reinigingsproducten, zo
–
als schuurpoeder, schuurmelk,
poetsstenen,
reinigingsmiddelen met oplosmiddel,
–
reinigingsmiddelen voor roestvrij
–
staal,
– afwasmiddelen voor de afwasauto-
maat,
– ovensprays,
– glasreinigers,
– schurende harde sponsen en bor-
stels (bijv. schuursponsen),
– speciale "wondersponsen",
-
-
-
-
–
scherpe metaalschrapers,
–
stoomreinigers.
47
Reiniging en onderhoud
Zeefcombinatie in de
spoelruimte controleren
Op de bodem van de spoelruimte be
vindt zich een zeefcombinatie. Deze
zeefcombinatie houdt het ergste vuil te
gen dat in het afwaswater zit. Op deze
manier wordt voorkomen dat het vuil
eerst in het circulatiesysteem en vervol
gens via de sproeiarmen weer in de
spoelruimte terechtkomt.
U mag niet afwassen zonder
,
zeefcombinatie!
De zeefcombinatie kan na verloop van
tijd door het vuil verstopt raken. Hoelang dat duurt, hangt af van uw huishouden.
Op het display verschijnt om de 50 afwasbeurten (fabrieksinstelling) de melding
Controleer de zeefcombinatie
(of een gelijkaardige melding).
Via de instelling "Controle zeefcombinatie" (of een gelijkaardig menupunt)
kunt u de lengte instellen van het in
terval waarmee u aan de controle van
de zeefcombinatie wordt herinnerd.
U kunt een interval tussen 30 en
60 afwasbeurten instellen. Zie rubriek
"Menu Instellingen", "Controle zeef
combinatie".
-
-
Zeefcombinatie reinigen
Schakel eerst de afwasautomaat uit.
^
-
-
-
^ Ontgrendel de zeefcombinatie a
door de greep naar achteren te
draaien.
^ Neem de zeefcombinatie uit het toe-
stel b. Ontdoe de zeefcombinatie
van grove resten. Spoel de zeefcombinatie onder stromend water goed
af. Gebruik daarbij eventueel een
borstel.
,
Voorkom dat er grove resten in
het circulatiesysteem terechtkomen
en dat het systeem verstopt raakt.
^
Controleer de zeefcombinatie.
^
Reinig de zeefcombinatie indien no
dig.
^
Bevestig de melding met de middel
ste toets.
Op het display verschijnt weer het
hoofdmenu.
48
-
-
Reiniging en onderhoud
Om de binnenkant van het tuitvormige
gedeelte van de zeefcombinatie te kunnen reinigen moet u het eerst openen.
^ Doe dat door de greepjes naar elkaar
toe te drukken (zie pijlen) a en het
klepje open te klappen b.
^ Reinig alle delen onder stromend wa-
ter.
^ Klap het klepje weer dicht en laat het
vastklikken.
Plaats de zeefcombinatie zo terug,
^
dat ze plat tegen de bodem van de
spoelruimte aanligt.
^ Vergrendel vervolgens de zeefcombi-
natie door de greep van achteren
naar voren te draaien, tot de pijltjes
naar elkaar toewijzen.
,
De zeefcombinatie moet goed
zijn geplaatst en vergrendeld. Is dat
niet het geval, dan is het mogelijk
dat de grove resten in het circulatie
systeem terechtkomen en dat het
systeem verstopt raakt.
-
49
Reiniging en onderhoud
Sproeiarmen reinigen
Het is mogelijk dat er etensresten vast
gaan zitten in de sproeikoppen en de
lagering van de sproeiarmen. Con
troleer de sproeiarmen derhalve regel
matig - ongeveer 2 tot 3 keer per jaar.
Schakel eerst de afwasautomaat uit.
^
Verwijder de sproeiarmen als volgt:
Trek (indien aanwezig) de besteklade
^
naar buiten.
Druk de bovenste sproeiarm om
^
hoog, zodat de tanden in elkaar
grijpen en schroef de sproeiarm er
af.
-
-
Trek de onderste korf naar buiten.
^
-
^ Trek de onderste sproeiarm omhoog
en haal hem er af.
^
Druk de middelste sproeiarm iets op
(a), zodat de tanden in elkaar
grijpen en schroef de sproeiarm er af
(b).
50
^
Druk de etensresten in de sproeikop
pen met een scherp voorwerp naar
binnen.
^
Spoel de sproeiarmen onder stro
mend water goed af.
^
Zet de sproeiarmen weer terug en
controleer of ze makkelijk ronddraai
en.
-
-
-
Storingen verhelpen
De meeste problemen die zich bij het dagelijkse gebruik voordoen kunt u zelf op
lossen. Doordat u dan geen beroep hoeft te doen op de dienst Herstellingen aan
huis van Miele, bespaart u tijd en kosten!
Het onderstaande overzicht kan u helpen om de oorzaken van een probleem te
vinden en problemen te verhelpen. Let echter op het volgende:
Herstellingen mogen uitsluitend door vakmensen worden uitgevoerd. Door
,
ondeskundig uitgevoerde herstellingen kunnen er niet te onderschatten risico's
ontstaan voor de gebruiker.
Technische storingen
ProbleemOorzaakOplossing
De afwasautomaat
start niet.
De afwasautomaat
stopt met afwassen.
Nadat het programma
is gestart ziet u de op
tische functiecontrole
niet branden.
De deur is niet goed gesloten.
De stekker zit niet in het
stopcontact.
De zekering is
gesprongen.
De afwasautomaat is niet
ingeschakeld.
De zekering is
gesprongen.
De lichtgeleider is niet
-
correct geplaatst.
Druk de deur goed dicht.
Steek de stekker in het stopcontact.
Schakel de zekering in
(min. zekering: zie typeplaatje).
Druk op de toets K en kies
een programma.
–
Schakel de zekering in
(min. zekering: zie type
plaatje).
–
Als de zekering opnieuw
springt, neem dan contact
op met de dienst Herstel
lingen aan huis van Miele.
Plaats de lichtgeleider juist
(zie montageschets).
-
-
-
51
Storingen verhelpen
ProbleemOorzaakOplossing
De optische functiecon
trole begint snel te
knipperen.
De zoemer gaat.
Op het display wordt
een van de volgende
foutmeldingen weerge
geven:
; Storing FXX
L Waterproof
-
-
Er kan sprake zijn van
een technische storing.
Het Waterproof System
heeft gereageerd.
Voordat u de storing ver
helpt:
Schakel de afwasauto
–
maat uit met de toets K.
Wacht een paar seconden.
Schakel de afwasauto
–
maat in.
Selecteer het gewenste
–
programma.
– Sluit de deur.
Wordt de foutmelding op-
nieuw weergegeven, dan is
er sprake van een technische storing.
– Neem contact op met de
dienst Herstellingen aan
huis van Miele.
– Draai de waterkraan dicht.
–
Neem contact op met de
dienst Herstellingen aan
huis van Miele.
-
-
-
52
Storingen verhelpen
Storingen in de watertoevoer/waterafvoer
ProbleemOorzaakOplossing
De optische functiecon
trole begint snel te
knipperen.
De zoemer gaat.
Op het display wordt
een van de volgende
foutmeldingen weerge
geven:
2 Watertoevoer
2 Watertoevoer
-
-
De waterkraan is nog
dichtgedraaid.
Storing in de watertoevoer.
Draai de waterkraan hele
maal open.
Voordat u de storing verhelpt:
– Schakel de afwasauto-
maat uit met de toets K.
– Draai de waterkraan hele-
maal open.
– Controleer de zeefcombi-
natie in de watertoevoer
en reinig deze indien no-
dig. Zie rubriek "Storingen
verhelpen".
–
De stromingsdruk bij de
wateraansluiting is lager
dan 30 kPa (0,3 bar).
Vraag de installateur om
een oplossing.
-
53
Storingen verhelpen
ProbleemOorzaakOplossing
De optische functie
controle begint snel te
knipperen.
De zoemer gaat.
Op het display wordt
de volgende foutmel
-
ding weergegeven:
2 Waterafvoer
Storing in de wateraf
voer.
Het is mogelijk dat er
zich water bevindt in de
spoelruimte.
Voordat u de storing verhelpt:
Schakel de afwasautomaat
–
uit met de toets K.
-
Reinig de zeefcombinatie.
–
Zie rubriek "Reiniging en
onderhoud".
Reinig de afvoerpomp. Zie
–
rubriek: "Storingen ver
helpen".
Reinig de terugslagklep.
–
Zie rubriek "Storingen ver
helpen".
– Verwijder eventuele knikken
of lussen in de waterafvoerslang.
-
-
54
Storingen verhelpen
Algemene problemen met de afwasautomaat
ProbleemOorzaakOplossing
De controlelampjes
en het display zijn
donker. Alleen het
controlelampje K
knippert langzaam.
De binnenruimte
verlichting gaat niet
aan wanneer de deur
wordt geopend.
Op het display wordt
de volgende foutmelding weergegeven:
F Sluiting zoutreserv.
Tijdens een programma gaat de zoemer en
knippert de optische
functiecontrole.
De zoemer gaat ter
wijl er een program
ma loopt.
Op het display wordt
de volgende foutmel
ding weergegeven:
: Sproeiarm geblokk.
De controlelampjes en
het display worden auto
matisch uitgeschakeld
om energie te besparen
(stand-bymodus).
De binnenruimte
verlichting is permanent
uitgeschakeld.
Het klepje van het zout
reservoir is niet goed
gesloten.
-
De middelste sproeiarm
-
is door vaatwerk geblok
keerd.
-
De sproeikoppen van de
middelste sproeiarm zijn
verstopt.
Druk op de toets K.
Het toestel wordt uit de
stand-bymodus gehaald.
-
Schakel de binnenruimte
verlichting weer in (zie rubriek
"Extra functies",
"BrilliantLight").
Doe het klepje van het zout
-
–
reservoir dicht.
Als het dekseltje van het zoutreservoir tijdens een programma is losgekomen:
– Doe het dekseltje van het
zoutreservoir dicht. Schakel
de afwasautomaat met de
toets K uit en vervolgens
opnieuw in.
– Start het programma op-
nieuw.
Open de deur van de afwas
-
automaat en verplaats het
vaatwerk dat de sproeiarm
blokkeert.
–
Schakel de afwasautomaat
uit met de toets K.
Vervolgens:
–
Reinig de sproeiarm. Zie ru
briek "Reiniging en onder
houd".
-
-
-
-
-
55
Storingen verhelpen
ProbleemOorzaakOplossing
In het doseerbakje
voor het reinigings
middel zijn na het af
wasprogramma resten
reinigingsmiddel ach
tergebleven.
Het klepje van het do
seerbakje voor het rei
nigingsmiddel gaat
niet goed dicht.
Na afloop van het pro
gramma zit er een
vochtlaag op de bin
nenkant van de deur
en mogelijk ook op de
binnenwanden.
Na afloop van het afwasprogramma zit er
water in de spoelruimte.
Het doseerbakje voor het
reinigingsmiddel was nog
-
vochtig toen het reinigings
-
middel werd gedoseerd.
-
Er zijn resten reinigings
-
middel achtergebleven die
-
de sluiting blokkeren.
Dit is geen storing!
-
Dit hoort bij het
droogsysteem.
-
De zeefcombinatie in de
spoelruimte is verstopt.
De afvoerpomp of de te
rugslagklep is geblok
keerd.
Er zit een knik in de afvoer
slang.
Zorg er bij het doseren van
het reinigingsmiddel voor
dat het doseerbakje voor
het reinigingsmiddel droog
is.
Verwijder de resten.
-
Geen!
Het vocht verdampt na een
tijdje.
Voordat u de storing verhelpt:
– Schakel de afwasauto-
maat uit met de toets K.
Reinig de zeefcombinatie.
Zie rubriek "Reiniging en
onderhoud".
-
Reinig de afvoerpomp of
-
de terugslagklep. Zie ru
briek "Storingen ver
helpen".
-
Haal de knik eruit.
-
-
56
Storingen verhelpen
Geluiden
ProbleemOorzaakOplossing
Kloppend geluid in de
spoelruimte
Klapperend geluid in
de spoelruimte
Kloppend geluid in de
waterleiding
Een sproeiarm slaat tegen
vaatwerk.
Het vaatwerk in de spoel
ruimte beweegt.
Er bevindt zich iets in de
afvoerpomp (bijv. een ker
senpit).
Wordt eventueel veroorzaakt door de manier
waarop de waterleiding is
gemonteerd of doordat de
waterleiding een te kleine
diameter heeft.
Onderbreek het program
ma en verplaats het vaat
werk dat in de weg zit van
de sproeiarmen.
Onderbreek het program
ma en zet het vaatwerk
goed vast.
Verwijder het uit de afvoer
pomp (zie rubriek "Afvoer
pomp en terugslagklep
reinigen").
Heeft geen invloed op de
werking van de afwasautomaat. Raadpleeg eventueel de installateur.
-
-
-
-
-
57
Storingen verhelpen
Onbevredigend resultaat
ProbleemOorzaakOplossing
Het vaatwerk is
niet schoon.
Op glazen en be
stek blijven stre
pen achter. Gla
zen krijgen een
blauwachtige slui
er. Deze aanslag
kan er vanaf wor
den geveegd.
Het vaatwerk werd niet juist
geplaatst.
Het programma was te zwak. Kies een sterker programma
Het gaat om hardnekkig vuil
terwijl het vaatwerk globaal
gezien niet erg vuil was (bijv.
theeresten).
Er werd te weinig reinigingsmiddel gedoseerd.
De sproeiarmen zijn geblokkeerd door het vaatwerk.
De zeefcombinatie in de
spoelruimte is niet schoon of
niet juist geplaatst.
Daardoor kunnen ook de
sproeikoppen van de sproei
armen verstopt zijn.
De terugslagklep is in geo
pende toestand geblokkeerd.
Vuil water loopt terug naar de
spoelruimte.
-
Er is een te hoge naspoel
-
middeldosering ingesteld.
-
-
-
Hou rekening met de instruc
ties in "Vaatwerk en bestek in
de afwasautomaat plaatsen"
(of een gelijkaardige rubriek).
(zie rubriek "Programmaover
zicht").
Gebruik de extra functie "Au
tomatic" (zie rubriek "Menu
Instellingen", "Automatic").
Gebruik meer reinigingsmiddel of kies een ander reinigingsmiddel.
Controleer of de sproeiarmen
vrij kunnen draaien en verplaats het vaatwerk eventueel.
Reinig de zeefcombinatie of
plaats de zeefcombinatie juist.
Reinig zo nodig de sproei
koppen van de sproeiarmen
-
(zie rubriek "Reiniging en on
derhoud").
-
Reinig de afvoerpomp en de
terugslagklep. Zie rubriek
"Storingen verhelpen".
-
Verminder de dosering (zie
rubriek "Menu Instellingen",
"Naspoelmiddel").
-
-
-
-
-
58
Storingen verhelpen
ProbleemOorzaakOplossing
Het vaatwerk wordt
niet droog of gla
zen en bestek ver
tonen vlekken.
Er is witte neerslag
op het vaatwerk.
De glazen en het
bestek zijn
melkachtig geworden. De neerslag
kan worden afgeveegd.
De naspoelmiddeldosering
is te laag of het naspoelmid
-
delreservoir is leeg.
-
Het vaatwerk werd te vroeg
uit het toestel gehaald.
U gebruikt combinatie
reinigingsmiddelen waarvan
het droogvermogen te zwak
is.
De naspoelmiddeldosering
is te laag.
Er zit geen zout in het zoutreservoir.
Er zijn ongeschikte
combinatiereinigingsmidde
len gebruikt.
De waterontharder is op een
te lage instelling geprogram
meerd.
Vul het naspoelmiddelreser
voir met naspoelmiddel, ver
hoog de dosering of kies bij
de volgende vulling een an
der naspoelmiddel (zie ru
briek "Naspoelmiddel").
Haal het vaatwerk later uit
het toestel (zie rubriek "Be
diening").
-
Gebruik een ander reini
gingsmiddel of vul het na
spoelmiddelreservoir met na
spoelmiddel (zie rubriek "Na
spoelmiddel").
Verhoog de dosering (zie rubriek "Menu Instellingen",
"Naspoelmiddel").
Vul het zoutreservoir met regenereerzout (zie rubriek
"Zoutreservoir vullen met regenereerzout").
Gebruik een ander reini-
-
gingsmiddel. Gebruik even
tueel normale tabletten of
normaal poedervormig reini
gingsmiddel.
Programmeer de wateront
-
harder op een hogere instel
ling (zie rubriek "Wateront
harder").
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
59
Storingen verhelpen
ProbleemOorzaakOplossing
Glazen vertonen een
bruinachtige/blauw
achtige verkleuring.
De neerslag kan niet
worden afgeveegd.
Glazen worden mat
en verkleuren. De
neerslag kan niet
worden afgeveegd.
Thee of lippenstift
wordt niet volledig
verwijderd.
Kunststof onderdelen zijn verkleurd.
Bestekonderdelen
vertonen
roestsporen.
Er hebben zich stoffen uit
het reinigingsmiddel afge
-
zet.
De glazen zijn niet geschikt
voor de afwasautomaat. Er
vindt een oppervlakte
wijziging plaats.
Het gekozen programma
heeft een te lage reinigings
temperatuur.
Het reinigingsmiddel heeft
een te lage bleekwerking.
Natuurlijke kleurstoffen, bijv.
uit wortels, tomaten of ketchup, kunnen hiervan de
oorzaak zijn. De hoeveelheid reinigingsmiddel of de
bleekwerking van het reinigingsmiddel was te gering
voor natuurlijke kleurstoffen.
De desbetreffende bestek
onderdelen zijn onvoldoen
de roestbestendig.
Nadat u het zoutreservoir
met regenereerzout hebt
gevuld, werd geen pro
gramma gestart. Zoutresten
zijn in het normale reini
gingsproces terechtgeko
men.
Kies onmiddellijk een ander
reinigingsmiddel.
-
Geen!
Koop glazen die geschikt
-
zijn voor de afwasautomaat.
Kies een programma met
een hogere reinigingstem
peratuur.
Gebruik een ander reinigingsmiddel.
Gebruik meer reinigingsmiddel (zie rubriek "Reinigingsmiddel").
Reeds verkleurde onderdelen krijgen de oorspronkelijke kleur niet terug.
-
Geen!
-
Koop bestek dat geschikt is
voor de afwasautomaat.
Start na het vullen van het
zoutreservoir met zout altijd
-
het programma "Snel" zon
der vaatwerk en zonder de
-
functie "Turbo".
-
-
-
60
De filter in de watertoevoer
reinigen
Ter bescherming van het toevoerventiel
zit er in de schroefkoppeling een filter.
Is die vuil, dan loopt er te weinig water
in de kuip.
Het kunststof omhulsel van de
,
wateraansluiting bevat een elek
trisch onderdeel. Dat mag u niet in
vloeistof onderdompelen!
Aanbeveling
Bevat het u geleverde leidingwater veel
bestanddelen die in het water niet worden opgelost? Plaats dan bij voorkeur
een grotere filter tussen de afsluitkraan
en de schroefkoppeling van het veiligheidsventiel.
Deze filter is verkrijgbaar onder het bestelnummer M.-nr. 2665352 bij uw
gespecialiseerd verdeler of bij de
naverkoopdienst van Miele.
Om de filter schoon te maken:
^
Maak het toestel stroomloos: Schakel
de afwasautomaat dan uit en trek de
stekker uit het stopcontact.
^
Draai de waterkraan dicht.
^
Schroef het watertoevoerventiel op
de waterkraan.
-
Storingen verhelpen
Schroef het watertoevoerventiel los.
^
^ Neem het dichtingsschijfje uit de
schroefkoppeling. Trek het filtertje
met een combinatie- of punttang uit
en maak het schoon.
^ Breng het filtertje met de dichting
weer aan. Zit de dichting wel juist?!
^ Schroef het watertoevoerventiel op
de waterkraan. Let erop dat u de
schroefkoppeling niet schuin op de
waterkraan draait.
^
Draai de waterkraan open.
Indien er water lekt, draai dan de
schroefkoppeling steviger aan. Mis
schien zit ze schuin op de kraan.
Zet het toevoerventiel keurig recht op
de kraan. Draai het stevig aan.
-
61
Storingen verhelpen
Afvoerpomp en terugslagklep
reinigen
Als er zich water in de spoelruimte be
vindt na afloop van een programma,
betekent dit dat het niet is wegge
pompt. Mogelijk wordt de afvoerpomp
of de terugslagklep geblokkeerd door
voorwerpen. Deze kunt u makkelijk ver
wijderen.
Ontkoppel het toestel van het elektri
^
citeitsnet. Schakel de afwasautomaat
hiertoe uit en trek de stekker uit het
stopcontact.
^ Haal de zeefcombinatie uit de spoel-
ruimte. Zie rubriek "Reiniging en onderhoud", "Zeefcombinatie in de
spoelruimte reinigen".
^ Schep het water met een bekertje uit
de spoelruimte.
-
-
-
-
Verwijder alle voorwerpen die de te
^
rugslagklep blokkeren.
Onder de terugslagklep bevindt zich de
afvoerpomp (zie pijl).
^ Verwijder alle voorwerpen die de af-
voerpomp blokkeren. Hou er rekening mee dat glassplinters bijzonder moeilijk te zien zijn. Draai ter controle het loopwiel van de afvoerpomp
met de hand. Het loopwiel draait niet
soepel, maar schoksgewijs.
^
Zet de terugslagklep weer zorgvuldig
op zijn plaats.
-
^
Druk de vergrendeling van de terug
slagklep naar binnen a.
^
Til de terugslagklep omhoog en ver
wijder de terugslagklep b. Spoel
deze vervolgens onder stromend wa
ter goed af.
62
,
De terugslagklep moet vastklik
ken!
Reinig de afvoerpomp en de terug
slagklep voorzichtig. Zo vermijdt u
dat u delicate onderdelen bescha
digt.
-
-
-
-
-
Service-afdeling
Reparaties
Mocht u een opgetreden storing on
danks bovenstaande tips niet zelf kun
nen verhelpen, neem dan contact op
met:
de Miele-vakhandel of
–
de Technische Dienst van Miele
–
Het telefoonnummer van de Tech
nische Dienst van Miele vindt u op
de achterzijde van deze gebruiks
aanwijzing.
^ Wanneer u de Technische Dienst in-
schakelt, geef dan het model en het
nummer van de afwasautomaat op.
Beide gegevens vindt u op het typeplaatje aan de rechter zijkant van de
deur.
-
-
-
Programma-actualisering (Update)
Reinigingsmiddelen, afwasgewoonten
en afwasvoorschriften zullen in de toe
-
komst veranderingen ondergaan. De
spoel- en afwasprogramma's zullen
daaraan moeten worden aangepast.
De Technische Dienst zal in de toe
komst in staat zijn het afwasprogramma
te updaten en in het geheugen van uw
afwasautomaat op te slaan. Miele zal
zelf aangeven wanneer de program
ma's kunnen worden geactualiseerd.
Voor testinstituten
In de brochure "Vergelijkende tests"
vindt u alle vereiste informatie over vergelijkende tests en geluidsmetingen.
Aarzel niet om deze up-to-date
brochure aan te vragen per e-mail bij:
– testinfo|miele.de
^ Geef daarbij het model en het num-
mer van de afwasautomaat op. Zie
typeplaatje.
-
-
-
63
Programmaoverzicht
Soort vaatwerkSoort etensrestenProgramma-eigenschappen
Gemengd
niet-teer vaatwerk
Temperatuurgevoelige
glazen en vaatwerk van
kunststof
Gemengd
vaatwerk
Kookpotten,
pannen,
niet-teer
porselein en
bestek
typisch huishoudelijke
die gemakkelijk loskomen
die lichtjes aangekoekt zijn
Alle
etensresten
Recente
etensresten
Normale
etensresten
Sterk aangekoekte,
opgedroogde,
zetmeel- of
eiwithoudende
etensresten
1)
Variabel,
sensorgestuurd verloop
Ingekort verloop
Korte programmaduur
Variabel,
sensorgestuurd verloop
met GlassCare
Water- en
energiebesparend
verloop
Zeer stil programma
Maximaal
reinigingsvermogen
Ingekort verloop
Alle soorten
vaatwerk
1)
Zetmeelhoudende etensresten zijn bijv. resten van aardappels, pasta, rijst, stamppot
of hutsepot. Eiwithoudende etensresten zijn bijv. resten van gebraden vlees, vis, eieren, soufflés
of gratins.
Etensresten
met een sterke
geur
Afspoelen met koud water -
Voorspoelen
64
Programmaoverzicht
ProgrammaReinigingsmiddel
Vakje I
2)
Vakje II
2)
Automatic
+ Turbo
Snel 40°C
Speciaal
ECO
Extra stil
Intensief 75°C
+ Turbo
-
-
-
-
-
10 ml
25 ml
of
1 tablet
20 ml
of
1 tablet
20 ml
of
1 tablet
25 ml
of
1 tablet
25 ml
of
1 tablet
25 ml
of
1 tablet
3)
3)
Snel 40°C
+ Turbo
2)
Zie rubriek "Reinigingsmiddel".
3)
Het is mogelijk dat bepaalde tabletten niet volledig oplossen.
--
65
Programmaoverzicht
ProgrammaProgrammaverloop
VoorspoelenReinigen
°C
TussenspoelenNaspoelen°CDrogen
12
AutomaticVariabel programmaverloop,
Snel 40 °C40X45X
Speciaal #Variabel programmaverloop met GlassCare,
1)
ECO
Extra stil45X65X
Intensief 75 °CX75X60X
1) Standaardprogramma voor de reiniging van normaal vervuild vaatwerk.
Dit programma is voor de reiniging van normaal vervuild vaatwerk het efficiëntst qua energie- en wa-
terverbruik.
sensorgestuurde aanpassing aan de hoeveelheid vaatwerk en de etensresten
Indien nodig45-65Indien nodig60X
sensorgestuurde aanpassing aan de hoeveelheid vaatwerk en de etensresten
Indien nodig40-48Indien nodig55X
45X50X
66
Programmaoverzicht
55 °C
kWh
2)
4)
4)
LiterKoud water
7,03)-17,0
10,03)-17,0
4)
4)
15 °C
u:min
1:30-2:381:18-2:21
1:26-2:021:17-1:43
Verbruik
StroomWater
4)
4)
Warm water
0,553)-0,90
0,453)-0,55
Koud water
15 °C
kWh
3)
0,80
-1,25
0,550,2010,00:380:27
3)
0,75
-1,00
0,830,4810,02:212:10
1,050,7510,04:454:35
1,401,0016,02:432:32
2) De opgegeven waarden zijn volgens EN 50242 berekend. De waarden kunnen in de praktijk door
wisselende omstandigheden of door de invloed van sensoren duidelijk variëren.
Bij de aangegeven duur zijn wij uitgegaan van een normaal huishouden.
Door de functie "Turbo" (afhankelijk van het model) te kiezen, kan een programma met maximaal
50 minuten worden ingekort. Het stroomverbruik kan hierbij maximaal 0,2 kWh stijgen.
3) Halfvol met licht vervuild vaatwerk
4) Vol met sterk vervuild vaatwerk
Duur
2)
Warm water
55 °C
u:min
67
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Uw afwasautomaat nog efficiënter gebruiken
Om uw toestel nog beter op uw individuele wensen af te stemmen, kunt u bij uw
Miele-handelaar of via de Service After Sales van Miele extra toebehoren ver
krijgen.
Het is mogelijk dat bepaald toebehoren al tot de standaarduitrusting van uw toe
stel behoort. Dit hangt af van het model.
U wilt...dan hebt u nodig...
-
-
...afzonderlijke onderdelen van de
Miele Cappuccinatore afwassen
...extra ruimte om bestek af te wassen...een bestekkorf voor de onderste
...glazen met lange stelen afwassen...een glasbeugel voor de onderste
...een Cappuccinatore-inzet voor de
bovenste korf
korf
korf
68
Elektrische aansluiting
De afwasautomaat is standaard voor
zien van een aansluitkabel met stekker
voor aansluiting op een stopcontact
met aarding.
De afwasautomaat moet zo wor
,
den geplaatst dat men altijd zonder
problemen bij het stopcontact kan
komen.
Gebruik om veiligheidsredenen geen
verlengkabel. Het gebruik van een
verlengkabel verhoogt het risico op
oververhitting en daarmee op brand.
Wanneer de aansluitkabel is bescha
digd, moet deze door een speciale
aansluitkabel worden vervangen. Neem
contact op met uw Miele-handelaar of
met de dienst Herstellingen aan huis
van Miele. Om veiligheidsredenen mag
de aansluitkabel alleen door gekwalificeerde vakmensen of door de dienst
Herstellingen aan huis van Miele worden vervangen.
-
-
-
Controleer voordat u de afwas
,
automaat in gebruik neemt of de
elektrische gegevens van uw elek
trische installatie (spanning, fre
quentie en zekering) overeenkomen
met de gegevens op het typeplaatje
en dat het stopcontact geschikt is
voor de stekker van de afwasauto
maat.
De technische gegevens vindt u op het
typeplaatje aan de rechterzijkant van
de deur.
De elektrische installatie moet
,
volgens VDE 0100 uitgevoerd zijn!
-
-
-
-
Het toestel mag niet op gelijkstroomwisselstroommutators worden aange
sloten, die bijvoorbeeld bij stroomvoorziening op zonne-energie worden
gebruikt. In dat geval kunnen er zich bij
het inschakelen van het toestel span
ningspieken voordoen, die ertoe kun
nen leiden dat het toestel wordt uitge
schakeld om veiligheidsredenen. De
elektronische besturing kan bescha
digd raken!
De stekker van de aansluitkabel van het
toestel mag niet worden vervangen
door een energiebesparende stekker
(bijv. van het merk SavaPlug). Hierdoor
wordt de energietoevoer naar het toe
stel verminderd en wordt het toestel te
warm.
-
-
-
-
-
-
-
69
Wateraansluiting
Het Waterproof System van
Miele
Bij vakkundige installatie geeft Miele de
garantie dat het Waterproof System een
grondige bescherming tegen water
schade biedt tijdens de hele levens
duur van de afwasautomaat.
-
-
Watertoevoer
Het water in de afwasautomaat
,
is geen drinkwater!
De afwasautomaat mag worden aan
–
gesloten op koud of warm water tot
maximaal 60 °C.
Wanneer u beschikt over energiebesparende warmwaterbereiding, raden wij u aan om de afwasautomaat
op warm water aan te sluiten. Zo bespaart u stroomkosten en tijd. Er
wordt in alle programma's met warm
water afgewassen.
– Voor het gebruik van het programma
"Zonder verwarming" (afhankelijk van
het model) is een aansluiting op
warm water van minimaal 45 °C en
maximaal 60 °C noodzakelijk. Be
doeld wordt de temperatuur van het
instromende water.
Hoe hoger de temperatuur van het
instromende water is, des te beter de
reinigings- en droogresultaten zijn.
-
De watertoevoerslang is ca. 1,5 m
–
lang. Er is een 1,5 m lange, flexibele
metalen slang (proefdruk
14000 kPa/140 bar) verkrijgbaar.
Voor de aansluiting is een water
–
kraan met
noodzakelijk.
Een terugslagklep is niet noodzake
–
lijk, aangezien het toestel voldoet
aan de waterveiligheidsnormen.
De waterdruk (stromingsdruk bij de
–
wateraansluiting) moet tussen de 30
en 1000 kPa (0,3 en 10 bar) liggen.
Als de waterdruk lager is, wordt op
het display de foutmelding
toevoer
"Storingen verhelpen").
Is de druk hoger, dan moet een drukreduceerventiel worden ingebouwd.
Controleer nadat u het toestel voor
het eerst in gebruik hebt genomen
of de watertoevoer niet lekt om na te
gaan of de aansluiting goed is uitgevoerd.
3
/4"-schroefkoppeling
weergegeven (zie rubriek
-
-
Water-
70
Om schade aan het toestel te
,
voorkomen, mag u de afwasauto
maat alleen op een volledig ont
luchte waterleiding aansluiten.
-
-
! De watertoevoerslang mag niet
korter worden gemaakt of beschadigd want in de slang zitten onderdelen die onder spanning staan
wanneer het toestel wordt aangesloten op het elektriciteitsnet (zie af
beelding).
-
Wateraansluiting
71
Wateraansluiting
Waterafvoer
In de afvoer van de afwasautomaat
–
bevindt zich een terugslagklep, zo
dat er geen vuil water via de afvoer
slang in de afwasautomaat terug kan
stromen.
De afwasautomaat is voorzien van
–
een flexibele afvoerslang van
ca. 1,5 m met een diameter van
22 mm binnenwerks.
De afvoerslang kan met nog een
–
slang en met een verbindingsstuk
worden verlengd.
De afvoerslang mag maximaal 4 m
lang zijn en de opvoerhoogte mag
maximaal 1 m zijn!
– Voor de aansluiting van de slang op
het afvoersysteem ter plaatse is bovendien een slangklem bij de afwasautomaat meegeleverd (zie montageschets).
Controleer nadat u het toestel voor
-
het eerst in gebruik hebt genomen
of de waterafvoer niet lekt om na te
gaan of de aansluiting goed is uitge
voerd.
Beluchting van de waterafvoer
Ligt de waterafvoeraansluiting op de
plaats van opstelling dieper dan de ge
leiding voor de wieltjes van de onderste
korf in de deur, dan moet de wateraf
voer worden belucht. Gebeurt dat niet,
dan kan het water tijdens een program
ma door de werking van de sifon uit de
spoelruimte stromen.
Hoe beluchten:
^ Open de deur van de afwasautomaat
volledig.
-
-
-
-
– De slang kan langs rechts of links
worden geplaatst.
–
De aansluittuit voor de afvoerslang is
geschikt voor slangen van verschil
lende diameters. Steekt de aansluit
tuit te ver in de afvoerslang, dan
moet de aansluittuit korter worden
gemaakt. Gebeurt dat niet, dan kan
de afvoerslang verstopt raken.
–
De afvoerslang mag niet korter wor
den gemaakt!
,
Zorg ervoor dat er geen knikken
in de afvoerslang komen!
72
-
-
-
^
Trek de onderste sproeiarm omhoog
en haal deze eraf.
^
Snijd de dop van de beluchtingsklep
in de spoelruimte af.
Technische gegevens
Model afwasautomaatNormaalXXL
Hoogte80,5 cm
(verstelbaar + 6,5 cm)
Hoogte van de inbouwnisVanaf 80,5 cm
(+ 6,5 cm)
Breedte59,8 cm59,8 cm
Breedte van de inbouwnis60 cm60 cm
Diepte57 cm57 cm
GewichtMax. 56 kgMax. 62 kg
Spanning230 V230 V
Aansluitwaarde2200 W2200 W
Zekering10 A10 A
Energieverbruik in
uitstand
Energieverbruik in
niet-uitgeschakelde toestand
KeurmerkKEMA, VDE, radio- en
Waterdruk30 - 1000 kPa
WarmwateraansluitingTot max. 60 °CTot max. 60 °C
OpvoerhoogteMax. 1 mMax. 1 m
AfpomplengteMax. 4 mMax. 4 m
AansluitkabelCa. 1,7 mCa. 1,7 m
Capaciteit13/14 couverts*13/14 couverts*
0,40 W0,40 W
2,00 W2,00 W
tv-ontstoring
(0,3 - 10 bar)
84,5 cm
(verstelbaar + 6,5 cm)
Vanaf 84,5 cm
(+ 6,5 cm)
KEMA, VDE, radio- en
tv-ontstoring
30 - 1000 kPa
(0,3 - 10 bar)
* afhankelijk van het model
73
Menu Instellingen
Fabrieksinstellingen wijzigen
in het menu "Instellingen"
Menu "Instellingen" openen
Schakel de afwasautomaat uit met de
^
toets K als het toestel nog ingescha
keld is.
Hou de toets "Programma" ingedrukt.
^
Schakel de afwasautomaat in met de
^
toets K en hou de toets "Programma"
nog minstens 4 seconden ingedrukt.
Op het display wordt het eerste menu
punt van het menu "Instellingen" weergegeven. Alle controlelampjes branden.
Zie rubriek "De werking van het display" voor meer informatie over de
werking van het display.
^ Kies het menupunt dat u wilt wijzigen.
De ingestelde opties in de
submenu's zijn gemarkeerd met een
vinkje
(.
-
Taal !
De tekst op het display kan in verschil
lende talen worden weergegeven.
Via het submenu
ge taal wijzigen.
Kies uw taal en bevestig met de mid
^
delste toets.
Het vlaggetje achter het woord Taal
dient als leidraad. Is er een taal inge
steld die u niet begrijpt, zoek dan
een menupunt waarachter een vlag
getje staat.
Via dat vlaggetje komt u bij het submenu
Taal ! terecht.
Taal ! kunt u de huidi
-
-
-
-
-
74
Waterhardheid
Uw afwasautomaat is uitgerust met een
waterontharder.
U moet de waterhardheid van uw water
instellen op het toestel.
De afwasautomaat moet precies wor
–
den geprogrammeerd naar de hard
heid van uw water.
Informeer bij uw maatschappij voor
–
watervoorziening welke hardheids
graad uw water precies heeft.
Programmeer bij een variërende wa
–
terhardheid (bijv. 37-50 °d) altijd de
hoogste waarde (in dit voorbeeld
50 °d).
De ingestelde waterhardheid is gemarkeerd met een vinkje
Voor een optimaal resultaat kunt u de
naspoelmiddeldosering aanpassen.
De dosering kan worden ingesteld in
stappen van ca. 0-6 ml.
In de fabriek is de naspoelmiddeldose
ring ingesteld op 3 ml.
De daadwerkelijke naspoelmiddeldose
ring kan door de automatische aanpas
sing van het programma "Automatic"
hoger zijn dan de ingestelde waarde.
Vertoont het vaatwerk vlekken,
stel dan een hogere naspoelmiddel
–
dosering in.
Vertoont het vaatwerk strepen of sluiers,
– stel dan een lagere naspoelmiddel-
dosering in.
^ Kies de gewenste naspoelmiddeldo-
sering en bevestig met de middelste
toets.
Zoemer
Als de zoemer is ingeschakeld, weer
klinkt er een zoemer op het einde van
een programma en in geval van een
storing.
-
Zoemer op het einde van het pro
gramma
-
-
De zoemer op het einde van het pro
gramma gaat 4 keer in intervallen met
een korte pauze. De zoemer gaat wan
neer u de afwasautomaat niet eerder
uitschakelt.
De zoemer op het einde van het programma is in de fabriek uitgeschakeld.
Zoemer in geval van een storing
De zoemer in geval van een storing
gaat 4 keer in een interval zonder pauze.
De zoemer in geval van een storing
kunt u niet uitschakelen.
-
-
-
-
76
Volume van de zoemer instellen
U kunt het volume van de zoemer in
stellen. U hebt keuze uit 7 standen. Als
u geen stand instelt, is de zoemer uit
geschakeld.
^
Kies het gewenste volume en beves
tig met de middelste toets.
-
-
-
Menu Instellingen
Automatic
U kunt het programma "Automatic" aan
passen om erg hardnekkig vuil te ver
wijderen wanneer het vaatwerk globaal
gezien niet erg vuil is.
Kies de gewenste instelling en be
^
vestig met de middelste toets.
-
-
Memory
Met de functie "Memory" kunt u het
laatst gekozen programma opslaan.
Wanneer u na afloop van een program
ma de afwasautomaat uit en weer in
schakelt, verschijnt dankzij de functie
"Memory" het laatst gekozen programma in plaats van het programma "ECO".
In de fabriek werd de functie "Memory"
uitgeschakeld.
^ Kies de gewenste instelling en be-
vestig met de middelste toets.
-
AutoOpen
Als deze functie ingeschakeld is, gaat
de deur na afloop van een programma
met een droogfase (behalve bij het pro
gramma "Extra stil") automatisch op een
kier open. Dit is ter bevordering van het
droogproces (zie rubriek "Programma
overzicht").
U kunt deze functie ook uitschakelen.
Kies de gewenste instelling en be
^
vestig met de middelste toets.
Wanneer u AutoOpen hebt uitge
,
schakeld en na afloop van het programma toch direct de deur wilt
openen, dient u de deur volledig te
openen. Doet u dat niet, dan kunnen
delicate randen van het werkblad
door waterdamp beschadigd raken.
Dit doordat de ventilator niet meer
werkt.
-
-
-
-
77
Menu Instellingen
Stand-byoptimalisering
Enkele minuten nadat u het laatst op
een toets hebt gedrukt of enkele minu
ten na het einde van een programma
schakelt de afwasautomaat automa
tisch over op de stand-bymodus om
energie te besparen. Het display en de
controlelampjes worden uitgeschakeld.
Alleen het controlelampje K knippert
langzaam.
Wanneer u de afwasautomaat na het
einde van een programma niet uitscha
kelt, wordt het toestel na enkele minu
ten in de stand-bymodus automatisch
volledig uitgeschakeld.
U kunt de stand-byoptimalisering ook
uitschakelen. Als u dat doet, worden
het display en de controlelampjes niet
meer automatisch uitgeschakeld en
wordt de afwasautomaat pas na
ca. 6 uur automatisch uitgeschakeld.
Hierdoor stijgt het energieverbruik.
^ Kies de gewenste instelling en be-
vestig met de middelste toets.
Tijdens een programma of wanneer
een melding voor het bijvullen van
zout of naspoelmiddel of een fout
melding wordt weergegeven, scha
kelt de afwasautomaat niet over op
de stand-bymodus.
-
-
-
-
Als u combinatiereinigingsmiddelen
gebruikt, kunt u de meldingen voor
het bijvullen van zout en naspoel
middel uitschakelen. Hoewel er
geen zout of naspoelmiddel is,
schakelt de afwasautomaat dan toch
over op de stand-bymodus (zie ru
briek "Toestel voor het eerst in ge
bruik nemen").
De weergave van een foutmelding
kunt u niet uitschakelen.
-
Bijvulcontrole
Als u steeds combinatiereinigingsmiddelen gebruikt en de meldingen
voor het bijvullen van zout en naspoelmiddel (bijvulcontrole) u storen, kunt u
deze meldingen uitschakelen. De werking van het combinatiereinigingsmiddel wordt hierdoor niet beïnvloed.
^ Kies de gewenste instelling en be-
vestig met de middelste toets.
Wanneer u geen combinatie
reinigingsmiddelen meer gebruikt,
moet u het zoutreservoir en naspoel
middelreservoir weer vullen en de
meldingen voor het bijvullen van
zout en naspoelmiddel (bijvul
controle) weer inschakelen.
-
-
-
-
-
-
78
Menu Instellingen
Inweken
Deze functie voor het inweken van aan
gekoekt vuil kunt u kiezen als extra
functie wanneer u een programma
kiest. Deze functie is niet beschikbaar
voor alle programma's.
Wanneer u poedervormig reinigings
middel gebruikt, doseer dan ca. 5 g
reinigingsmiddel in vakje I.
Kies de gewenste instelling en be
^
vestig met de middelste toets.
De functie blijft ingeschakeld voor het
desbetreffende programma, totdat u de
functie weer uitschakelt.
-
-
Voorspoelen
Deze functie voor het vooraf wegspoelen van gemakkelijk verwijderbaar vuil
kunt u kiezen als extra functie wanneer
u een programma kiest. Deze functie is
niet beschikbaar voor alle programma's.
^
Kies de gewenste instelling en be
vestig met de middelste toets.
De functie blijft ingeschakeld voor het
desbetreffende programma, totdat u de
functie weer uitschakelt.
-
Sterkere droging
Door de ventilator langer te laten wer
ken op het einde van het programma,
verbetert het drogen. Deze functie is
niet beschikbaar voor alle program
ma's.
Kies de gewenste instelling en be
^
vestig met de middelste toets.
De functie blijft ingeschakeld voor het
desbetreffende programma, totdat u de
functie weer uitschakelt.
Lichtsterkte
U kunt de lichtsterke van het display instellen. U hebt keuze uit 7 standen.
^ Kies de gewenste lichtsterke en be-
vestig met de middelste toets.
Contrast
U kunt het contrast van het display instellen. U hebt keuze uit 7 standen.
^
Kies het gewenste contrast en beves
tig met de middelste toets.
-
-
-
-
79
Menu Instellingen
Controle zeefcombi.
U kunt de lengte instellen van het inter
val waarmee u aan de controle van de
zeefcombinatie wordt herinnerd.
U kunt een interval tussen 30 en 60 af
wasbeurten instellen.
In de fabriek is het interval voor de con
trole van de zeefcombinatie ingesteld
op 50 afwasbeurten.
Kies het gewenste interval en beves
^
tig met de middelste toets.
Voor de vakhandel
Enkel voor handelaars!
De afwasautomaat is uitgerust met verschillende demoprogramma's voor
handelaars.
–
Demospoelgeluiden:
Het programma activeert de pompen
om de spoelgeluiden te
demonstreren.
Fabrieksinstellingen
U kunt alle instellingen resetten om de
fabrieksinstellingen te herstellen.
Kies
^
-
-
Menu "Instellingen" verlaten
U kunt het menu "Instellingen" verlaten
met de optie
-
^
Op het display wordt kort het laatst ge
kozen programma weergegeven en het
controlelampje van dit programma
brandt.
Reset en bevestig met de mid
delste toets.
Beëindigen.
Kies
Beëindigen en bevestig met de
middelste toets.
-
-
–
Demo AutoOpen:
De deur wordt automatisch geopend.
Demomodus inschakelen
^
Kies de gewenste optie.
^
Kies de optie
Aan en bevestig met
de middelste toets.
^
Sluit de deur.
Het toestel wordt in de demomodus ge
zet.
Demomodus uitschakelen
Het toestel wordt na afloop van het
demoprogramma automatisch uit de
demomodus gehaald.
808182
-
83
Wijzigingen voorbehouden /
G5880/G5885 / 3112
M.-Nr. 09 254 010 / 01
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.