Lees beslist de gebruiks- en montagehandleiding
voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw apparaat.
M.-Nr. 09 954 080nl-BE
Inhoud
Beschrijving van het toestel .........................................5
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................8
Hoe kunt u energie besparen? ......................................17
Toestel in- en uitschakelen .........................................19
temperatuur
in de vrieszone
(X voor kouder; Y voor warmer)
c Aan-uittoets voor de
functie "Superfrost"
Bedieningspaneel van de
verdeler voor ijsblokjes, gema
len ijs of fris water
d Aan-uittoets voor de
verdeler voor ijsblokjes, gemalen ijs
of fris water
e Sensortoets voor het temperatuur-/
deuralarm (alleen zichtbaar wanneer
het temperatuur-/deuralarm geactiveerd is)
f Indicator voor het vervangen van de
waterfilter
-
a Aan-uittoets voor de verlichting
b Sensortoets voor fris water
c Sensortoets voor ijsblokjes
d Sensortoets voor gemalen ijs
("crushed ice")
e Aan-uittoets voor de
vergrendeling
5
Beschrijving van het toestel
a Binnenverlichting
b Rek aan de binnenkant van de deur
c IJsblokjesautomaat
d Bak voor ijsblokjes
e Afdekking van de verdeler voor ijs
blokjes, gemalen ijs of fris water
(om energie te besparen)
f Legplaat
g Bedieningspaneel voor de vrieszone
h Tuimelschakelaar voor het in- en
uitschakelen van het complete toe
stel
6
-
-
i Vriesmanden
j Waterfilter
k Verdeler voor ijsblokjes, gemalen ijs
of fris water aan de buitenkant van
de deur
l Bedieningspaneel van de
verdeler voor ijsblokjes, gemalen ijs
of fris water
m Uitvoertuit van de verdeler voor ijs
blokjes, gemalen ijs of fris water
n Opvangplaat met daaronder een
rooster
-
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
kozen dat door het milieu wordt verdra
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functioneren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde behandeling kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het
milieu. Verwijder het afgedankte appa
raat dan ook nooit met het gewone af
val.
-
-
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af
danken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
–
-
of
de firma Recupel,
–
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Dit toestel voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalingen.
Een verkeerd gebruik kan nochtans tot lichamelijk letsel en mate
riële schade leiden.
Lees daarom de gebruiks- en montagehandleiding aandachtig
door, voordat u het toestel in gebruik neemt. Daarin vindt u be
langrijke instructies met betrekking tot de montage, de veiligheid,
het gebruik en het onderhoud. Dit is in het belang van uw veilig
heid en voorkomt schade aan het toestel.
Wanneer deze niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding zodat u deze kunt
doorgeven aan een eventuele volgende bezitter.
,
Gevaar voor letsel!
Het toestel is zeer zwaar en kan wanneer de deur open staat,
naar voren hellen. Hou de toesteldeur gesloten tot het toestel ingebouwd is en volgens de gebruiks- en montageaanwijzing in de
inbouwnis is vastgezet.
-
-
-
Juist gebruik
Dit toestel is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in
~
gelijkaardige omgevingen.
Het is niet bestemd voor gebruik buiten.
Gebruik het toestel uitsluitend voor huishoudelijke doeleinden: om
~
diepvriesproducten te bewaren, om verse levensmiddelen in te vrie
zen en om ijsblokjes te maken.
Elk ander gebruik is niet toegelaten.
8
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het toestel is niet geschikt voor het bewaren en koelen van
~
geneesmiddelen, bloedplasma, laboratoriumpreparaten of andere
gelijkaardige stoffen of producten die ten grondslag liggen aan de
richtlijn betreffende medische hulpmiddelen. Door een verkeerd ge
bruik van het toestel kunnen producten worden beschadigd of kun
nen bederven. Bovendien is het toestel ook niet geschikt voor ge
bruik in explosieve omgevingen.
Miele is niet verantwoordelijk voor schade die werd veroorzaakt
doordat het toestel voor andere doeleinden werd gebruikt of ver
keerd werd bediend.
Personen die op grond van hun fysieke of psychische
~
gesteldheid, hun onervarenheid of gebrek aan kennis van het toestel
niet in staat zijn het toestel veilig te bedienen, mogen ze alleen onder toezicht bedienen of wanneer ze worden geïnstrueerd door
iemand die het apparaat kent.
Ze moeten het mogelijke gevaar van een verkeerde bediening kunnen herkennen en begrijpen.
-
-
-
-
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van het toestel
~
worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen het toestel zonder toezicht ge
~
bruiken, maar alleen als ze weten hoe het toestel werkt en wat voor
gevaar zij lopen wanneer ze het fout bedienen.
Kinderen mogen het toestel niet zonder toezicht reinigen of on
~
derhouden.
Hou kinderen die in de buurt van het toestel komen in het oog.
~
Zorg ervoor dat ze nooit met het toestel spelen.
Ter hoogte van de scharnieren van de toesteldeur is er gevaar
~
voor verwondingen. Hou kinderen weg van de scharnieren!
-
-
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Risico op verstikking! Spelende kinderen kunnen zich wikkelen in
~
verpakkingsmateriaal (bijv. folies) of het over hun hoofd trekken en
daardoor verstikken. Houd verpakkingsmateriaal zoals plastic buiten
het bereik van kinderen.
Technische veiligheid
Het koelmiddelcircuit is op lekkage gecontroleerd. Het toestel vol
~
doet aan de geldende veiligheidsvoorschriften en de relevante EUrichtlijnen.
Dit toestel bevat het koelmiddel isobutaan (R600a), een natuurlijk
~
gas dat het milieu weinig belast, maar wel brandbaar is. Het beschadigt de ozonlaag niet en verhoogt ook het broeikaseffect niet.
Maar het gebruik van dit milieuvriendelijk koelmiddel heeft wel geleid tot meer lawaai als het toestel aanstaat. Er kunnen afgezien van
de geluiden van de compressor stromingsgeluiden in het hele
koelcircuit optreden. Deze effecten zijn helaas niet te vermijden,
maar hebben geen invloed op de capaciteit van het toestel.
Let er bij het transport en bij de inbouw/plaatsing op dat geen onderdelen van het koelcircuit worden beschadigd. Vrijkomend koelmiddel kan oogletsel veroorzaken!
In geval van beschadiging:
–
vermijd open vuur of ontstekingsbronnen,
–
ontkoppel het toestel van het elektriciteitsnet,
–
verlucht gedurende enkele minuten het vertrek waarin het toestel
staat en
-
–
neem contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Hoe meer koelmiddel er in een toestel voorhanden is, hoe groter
~
het vertrek moet zijn waar het toestel wordt opgesteld. In te kleine
vertrekken kan zich bij lekkage een brandbaar mengsel van gas en
lucht vormen.
De kamer moet per 8 g koelmiddel minstens 1 m
veelheid koelmiddel staat op het typeplaatje binnenin het toestel.
De aansluitgegevens (zekering, frequentie en spanning) op het
~
typeplaatje van het toestel moeten absoluut overeenstemmen met
deze van het elektriciteitsnet. Zo voorkomt u schade aan uw toestel.
Deze moeten beslist overeenkomen. Raadpleeg bij twijfel een elek
tricien.
De elektrische veiligheid van het toestel is uitsluitend gegaran-
~
deerd, als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Laat de elektrische
installatie bij twijfel door een elektricien inspecteren.
Is de aansluitkabel beschadigd, laat dan een nieuwe installeren
~
door een vakman of vakvrouw die door Miele erkend is. Zo vermijdt
u risico's voor wie het toestel gebruikt.
3
groot zijn. De hoe
-
-
Stopcontactenblokken of verlengkabels bieden niet voldoende
~
veiligheidsgaranties (gevaar voor brand). Dit in verband met gevaar
voor oververhitting.
Wanneer er vocht terechtkomt op onderdelen van het toestel die
~
onder spanning staan of de aansluitkabel, kan dat een kortsluiting
veroorzaken.
Plaats het toestel daarom nooit in vochtige vertrekken zoals garage
of waskeuken waar gevaar dreigt door spatwater.
Dit toestel mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een schip)
~
worden gebruikt.
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Controleer voordat het toestel wordt geplaatst, of het zichtbaar
~
beschadigd is. Een beschadigd toestel mag niet worden geplaatst
en niet in gebruik worden genomen.
Gebruik uw toestel enkel in ingebouwde toestand. Enkel dan is
~
een veilige werking gewaarborgd.
Tijdens installatie-, onderhouds- en herstellingswerken moet het
~
toestel van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn. Dit is pas het ge
val wanneer:
de zekeringen in uw zekeringkast zijn uitgeschakeld of
–
– de schroefzekeringen in uw zekeringkast zijn helemaal uitge-
draaid of
– als de aansluitkabel van het elektriciteitsnet losgekoppeld is.
Trek bij aansluitkabels met een stekker niet aan de kabel maar
aan de stekker om het toestel los te koppelen van het elektriciteitsnet.
-
Door ondeskundig uitgevoerde installaties, onderhoudswerken of
~
herstellingen kunnen er niet te onderschatten risico's ontstaan voor
de gebruiker. Installatie-, onderhouds- of herstellingswerken mogen
alleen door vakmensen worden uitgevoerd die door Miele erkend
zijn.
Het recht op garantie vervalt wanneer het toestel door een klan
~
tendienst wordt hersteld die niet door Miele is erkend.
Enkel met originele Miele-wisselstukken bent u zeker dat deze
~
ten volle voldoen aan de eisen qua veiligheid. Defecte onderdelen
mogen alleen door originele Miele-wisselstukken worden vervangen.
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaat door een ver
~
keerde vaste wateraansluiting.
De aansluiting op de vaste wateraansluiting en alle herstellingen
~
aan de ijsblokjesmaker mogen enkel door een vakman of vakvrouw
die door Miele erkend is worden uitgevoerd.
12
-
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
De ijsblokjesmaker is niet geschikt om op de warmwaterleiding te
~
worden aangesloten.
De vaste wateraansluiting mag niet worden uitgevoerd als het
~
toestel elektrisch aangesloten is.
Raak nooit de beweegbare delen van het uitwerpmechanisme
~
van de ijsblokjesmaker of het verwarmingselement van de
ijsblokjesmaker aan. U zou zich kunnen verwonden.
Efficiënt gebruik
Het toestel is bestemd voor een bepaalde klimaatklasse (kamer-
~
temperatuur), waarvan de grenzen moeten worden aangehouden.
De klimaatklasse is vermeld op het typeplaatje aan de binnenruimte
van het toestel. Een te lage kamertemperatuur heeft tot gevolg dat
de compressor voor langere tijd afslaat, zodat het toestel de vereiste
temperatuur niet kan aanhouden.
De luchttoevoer- en luchtafvoeropeningen mogen niet afgedekt of
~
afgesloten worden.
Een goede luchtgeleiding is dan niet meer gewaarborgd. Een hoger
energieverbruik en schade aan onderdelen kunnen niet worden uitgesloten.
Als u in het toestel of in de deur vet- of oliehoudende levensmid
~
delen bewaart, dient u ervoor te zorgen dat eventueel uitlopend vet
of uitlopende olie niet in contact komt met de kunststofonderdelen.
Daardoor kunnen spanningsscheuren in de kunststof ontstaan die
dan breekt of scheurt.
Bewaar geen explosieve stoffen en geen producten met brand
~
bare drijfgassen (bijv. spuitbussen) in het toestel. Door de elek
trische onderdelen kunnen explosieve gasmengsels ontsteken en
brand of explosies veroorzaken.
-
-
-
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik geen elektrische toestellen in het toestel (bijv. om softijs
~
te maken). Door vonkvorming ontstaat
explosiegevaar.
Bewaar geen blikjes en flessen met koolzuurhoudende dranken
~
of met vloeistoffen die kunnen bevriezen in de vrieszone. De blikjes
of flessen kunnen barsten. U zou zich kunnen verwonden en er zou
schade kunnen ontstaan.
Als u flessen snel in de vrieszone wilt koelen, dient u ze uiterlijk
~
na één uur weer uit de vrieszone te halen. Anders zullen ze ontplof
fen waardoor u zich zou kunnen verwonden en er schade zou
kunnenontstaan.
Raak bevroren levensmiddelen en onderdelen van metaal niet
~
met natte handen aan. De handen kunnen vastvriezen en u zou zich
kunnen verwonden.
Neem nooit ijsblokjes en ijslolly's, met name waterijsjes, in de
~
mond als u ze net uit de vrieszone hebt gehaald. Door de zeer lage
temperatuur van het ijs kunnen de lippen of de tong vastvriezen en u
zou zich kunnen verwonden.
-
Geheel of gedeeltelijk ingevroren levensmiddelen niet opnieuw in
~
vriezen. De levensmiddelen verliezen aan voedingswaarde of be
derven, verbruik ze dus zo snel mogelijk. Gekookte of gebraden ont
dooide levensmiddelen kunt u opnieuw invriezen.
Als u levensmiddelen eet die te lang bewaard zijn, bestaat er ge
~
vaar voor voedselvergiftiging.
De bewaarduur is afhankelijk van diverse factoren, zoals de vers
heid, de kwaliteit van de levensmiddelen en de temperatuur waarop
ze worden bewaard. Let op de houdbaarheidsdatum en op de
bewaarinstructies van de fabrikant van de levensmiddelen.
Deactiveer nooit de indicator voor het vervangen van de
~
waterfilter! Zo voorkomt u dat u eventueel ziek wordt!
14
-
-
-
-
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Spoel de leidingen door voordat u de verdeler voor ijsblokjes, ge
~
malen ijs of fris water voor het eerst gebruikt.
Gebruik uitsluitend Miele-accessoires om te voorkomen dat
~
garantieaanspraken vervallen. Worden er andere onderdelen ge
monteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of
productaansprakelijkheid.
-
Reiniging en onderhoud
Behandel de deurdichting niet met olie of vet.
~
Daardoor wordt de deurdichting na verloop van tijd poreus.
De stoom van een stoomreiniger kan in aanraking komen met de-
~
len die onder spanning staan en zo kortsluiting veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen en ontdooien van het toestel nooit een
stoomreiniger.
Gebruik geen voorwerpen met scherpe punt of rand om
~
– rijm- en ijslagen te verwijderen
– vastgevroren bakjes voor ijsblokjes en levensmiddelen los te wrik-
ken.
-
Daardoor beschadigt u de koelelementen en functioneert het toestel
niet meer correct.
Plaats nooit elektrische verwarmingstoestellen of kaarsen in het
~
toestel om het te ontdooien. De kunststof zou beschadigd raken.
Gebruik geen ontdooisprays of producten om ijs te verwijderen.
~
Deze kunnen immers explosieve gassen vormen, bevatten mogelijk
oplos- of drijfmiddelen die de kunststof aantasten of zijn mogelijk
schadelijk voor de gezondheid.
15
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Transport
Transporteer het toestel altijd terwijl het verticaal staat en terwijl
~
het zich in de transportverpakking bevindt. Zo voorkomt u schade.
Transporteer het toestel met zijn tweeën. Het toestel is immers
~
zwaar. Gevaar voor verwonding en beschadiging!
Wat met het oude toestel
Vernietig het deurslot van uw toestel als u het afdankt.
~
Op die manier voorkomt u dat spelende kinderen zichzelf in het toe
stel opsluiten, wat levensgevaarlijk kan zijn.
Beschadig geen onderdelen van het koelcircuit, bijv. door
~
– koelmiddelkanalen van het verdampsysteem open te prikken,
– buizen te knikken,
– oppervlaktecoatings weg te krabben.
Als er koelmiddel naar buiten spuit, kan dat oogletsels veroorzaken.
-
16
Hoe kunt u energie besparen?
Opstellen/onder
houden
Temperatuurinstelling
Normaal
energieverbruik
In een verluchte ruimte.In een gesloten,
-
Beschermd tegen
rechtstreekse zonnestralen.
Niet naast een warmtebron
(verwarmingselement, for
nuis).
Bij een ideale kamertempe
ratuur van 20 °C.
Dek de ventilatieopeningen
niet af. Verwijder regelmatig
het stof van de ventilatieopeningen.
Vrieszone -18 °CBij hogere instelling:
Verhoogd
energieverbruik
niet-verluchte ruimte.
Bij directe zonnestraling.
Naast een warmtebron
(verwarmingselement, for
nuis).
Bij een hoge
kamertemperatuur.
Als de ventilatieopeningen
afgedekt zijn of onder het
stof zitten.
hoe lager de temperatuur,
hoe hoger het
energieverbruik!
-
17
Hoe kunt u energie besparen?
Normaal
energieverbruik
GebruikLaat de schuifladen, legplaten
en rekken zoals ze waren toen
het toestel werd geleverd.
Plaats de afdekking op de
verdeler voor ijsblokjes, gema
len ijs of fris water als u deze
langere tijd niet gebruikt.
Open de toesteldeur alleen in
dien nodig en altijd zo kort
mogelijk.
Schik de levensmiddelen in
het toestel.
Neem een koeltas mee wanneer u boodschappen doet en
leg de levensmiddelen snel in
het toestel.
Plaats levensmiddelen die u
uit het toestel haalt altijd zo
snel mogelijk terug, voordat ze
te veel opwarmen.
Laat warme gerechten en
dranken eerst buiten het toe
stel afkoelen.
-
Verhoogd
energieverbruik
Het toestel gebruiken zonder
de afdekking op de verdeler
voor ijsblokjes, gemalen ijs of
fris water.
Deur vaak en lang openen be
tekent koudeverlies en
instroom van warme
omgevingslucht. Het toestel
heeft tijd nodig om de temperatuur te verlagen en de compressor moet langer werken.
Warme gerechten en levensmiddelen die opgewarmd zijn
tot buitentemperatuur,
brengen warmte in het toestel.
Het toestel probeert te koelen
en de compressor werkt langdurig.
-
18
Levensmiddelen goed verpakt
of goed afgedekt inladen.
Leg ingevroren producten in
de koelzone om ze te ontdooi
en.
Doe de vakken niet te vol zo
dat de lucht kan circuleren.
-
Wanneer vloeistoffen in de
koelzone verdampen en
condenseren, leidt dat tot
verlies van het koelvermogen.
-
Vóór het eerste gebruik
Reinig de binnenruimte en het toebe
^
horen. Gebruik daarvoor lauw water.
Wrijf daarna alles droog met een
doek.
Als het toestel liggend is getrans
porteerd, laat u het toestel na het
transport ca. 8 uur staan voordat u
het aansluit. Dit is zeer belangrijk
voor de latere werking!
Toestel in- en uitschakelen
Om zeker te zijn dat de temperatuur
laag genoeg is, dient u het toestel
enkele uren te laten voorkoelen
voordat u voor het eerst levensmid
delen in het toestel plaatst.
-
Pas wanneer de temperatuur in de
vrieszone laag genoeg is (minstens
-18 °C) plaatst u levensmiddelen in
de vrieszone.
-
Toestel inschakelen
^ Open de toesteldeur.
^ Druk op de tuimelschakelaar.
Van voren af gezien bevindt de tuimelschakelaar zich aan de rechterkant, onder het bedieningspaneel.
Het toestel begint te koelen en de bin
nenverlichting schakelt in als de toe
steldeur wordt geopend.
Ook brandt de thermometertoets op het
bedieningspaneel.
-
-
Let op: Het toestel is niet van het
elektriciteitsnet losgekoppeld wan
neer u het via de tuimelschakelaar
uitschakelt!
-
Toestel bedienen
U kunt dit toestel bedienen door de
sensortoetsen aan te raken (te selecteren).
Onthou het volgende:
– Een sensortoets met een witte kleur
geeft aan dat u deze kunt selecteren
(d.w.z. aanraken).
–
Een sensortoets met een gele kleur
geeft aan dat deze is geselecteerd.
^
Raak de thermometertoets aan, zodat
deze geel oplicht.
Op het bedieningspaneel verschijnen
sensortoetsen die u kunt selecteren.
19
Toestel in- en uitschakelen
U kunt nu
de temperatuur instellen,
–
de functie "Superfrost" selecteren of
–
de verdeler voor ijsblokjes, gemalen
–
ijs of fris water in- of uitschakelen.
Meer informatie vindt u in de desbetref
fende rubrieken.
Als u naar de normale modus wilt gaan,
^ raakt u de thermometertoets aan, zo-
dat deze wit oplicht.
De nieuwe instellingen worden opgeslagen.
Ook als u de thermometertoets niet
aanraakt, schakelt de elektronische besturing na enige tijd over naar de normale modus.
Andere instellingen
Andere instellingen kunt u wijzingen ter
wijl het toestel in de instelmodus staat.
Wanneer het toestel in de instelmodus
staat, kunt u bepaalde toestelfuncties
selecteren en de instellingen voor deze
-
functies wijzigen. Deze worden be
schreven in de desbetreffende ru
brieken.
Overzicht van de selecteerbare
toestelfuncties in de instelmodus:
ToestelfunctieWeerge
geven
tekst
Toestel in de instelmodus
zetten of de instelmodus
verlaten
Temperatuureenheid
kiezen (zie rubriek "De
juiste temperatuur")
;
†
-
-
-
-
Toestel uitschakelen
^
Druk op de tuimelschakelaar.
De koeling en de binnenverlichting wor
den uitgeschakeld.
20
Geen functie geselecteerd ;
Toetsgeluid in-/uitscha
kelen (zie rubriek "Toestel
in- en uitschakelen")
Geen functie geselecteerd ^
-
-
=
Toestel in- en uitschakelen
Toetsgeluid in-/uitschakelen
Als u niet wilt dat er een geluid weer
klinkt telkens als u een sensortoets aan
raakt, kunt u het toetsgeluid uitscha
kelen.
Raak de thermometertoets aan, zodat
^
deze geel oplicht.
Onthou de positie van de toets X,
^
maar raak deze toets nog niet aan!
^ Raak de thermometertoets aan tot
deze wit oplicht en alle andere toetsen uitgaan.
^ Plaats een vinger op de positie van
de toets X en laat uw vinger op de
toets rusten.
^ Terwijl uw vinger op de toets X rust,
raakt u 1 keer de thermometertoets
aan.
^
Hou uw vinger nog 4 seconden op
de toets X, tot de toetsen c en Y op
lichten.
-
-
U kunt nu instellen of het toetsgeluid
^
moet uitgeschakeld of ingeschakeld
zijn. Raak hiertoe de toets X aan.
-
= 0: toetsgeluid is uitgeschakeld
= 1: toetsgeluid is ingeschakeld
= –: terug naar het menu
Nadat u een instelling hebt geselec
^
teerd, raakt u ter bevestiging de
thermometertoets aan.
Raak zo vaak de toets X aan tot ;
^
wordt weergegeven op het tempera
tuurdisplay.
^ Raak de thermometertoets aan.
U hebt de instelmodus verlaten.
Wanneer het toestel in de
instelmodus staat, wordt het deuralarm automatisch onderdrukt. Zodra
de toesteldeur wordt gesloten, wordt
het deuralarm weer geactiveerd.
-
-
-
^
Raak zo vaak de toets X aan tot b
wordt weergegeven op het tempera
tuurdisplay.
^
Raak opnieuw de thermometertoets
aan.
-
21
Toestel in- en uitschakelen
Bij langdurige afwezigheid
Als u het toestel gedurende lange tijd
niet gebruikt, gaat u als volgt te werk:
Schakel het toestel uit.
^
Trek de stekker uit of schakel de des
^
betreffende zekering in uw
zekeringenkast uit.
draai de waterkraan dicht (enkele
^
uren voordat u het toestel uitscha
kelt),
maak de bak voor ijsblokjes leeg,
^
reinig het toestel,
^
^ vervang de waterfilter,
^ laat de toesteldeur op een kier staan
om geurvorming te vermijden.
Als het toestel bij langdurige afwezigheid wordt uitgeschakeld maar
niet gereinigd, bestaat er gevaar
voor schimmelvorming als de toesteldeur gesloten blijft.
-
-
22
De juiste temperatuur
Bij het bewaren van levensmiddelen is
een juiste temperatuurinstelling zeer
belangrijk. Levensmiddelen bederven
snel ten gevolge van micro-organis
men. Door de juiste bewaartemperatuur
te gebruiken kan dit proces echter wor
den voorkomen of vertraagd. De tem
peratuur beïnvloedt de groeisnelheid
van de micro-organismen. Hoe lager de
temperatuur, hoe langzamer dit proces
verloopt.
Om verse levensmiddelen in te vriezen
en ze langdurig te bewaren, is een tem
peratuur van -18 °C vereist. Bij die tem
peratuur komt de groei van micro-organismen in hoge mate tot stilstand. Zodra de temperatuur boven -10 °C stijgt,
begint de ontbinding door de micro-organismen. De levensmiddelen kunnen
dan minder lang worden bewaard.
Daarom mogen geheel of gedeeltelijk
ontdooide levensmiddelen pas opnieuw
worden ingevroren nadat u ze hebt verwerkt (door ze te koken of braden).
Door de hoge temperaturen worden de
meeste micro-organismen gedood.
De temperatuur in het toestel stijgt
–
als u vaak en gedurende lange tijd
de toesteldeur opent,
–
hoe meer levensmiddelen er worden
bewaard,
–
als de verse levensmiddelen warm
zijn,
-
-
Temperatuur in de vrieszone
instellen
-
Raak de thermometertoets aan, zodat
^
deze geel oplicht.
De temperatuur kunt u met de toet
^
sen aan weerszijden van het tempe
ratuurdisplay instellen.
Temperatuur instellen:
Toets X aanraken:lagere temperatuur instellen
Toets Y aanraken:hogere temperatuur instellen
Tijdens het instellen wordt de insteltemperatuur knipperend weergegeven.
–
Toets 1 keer aanraken:
De temperatuurwaarde wijzigt in
stappen van 1 °C.
–
Vinger laten rusten op de toets:
De temperatuurwaarde wijzigt
ononderbroken.
Als de laagste of hoogste instelbare
temperatuur is bereikt, gaat respectie
velijk de sensortoets X of Y uit.
-
-
-
–
als de omgevingstemperatuur van
het toestel hoog is.
Het toestel is geconstrueerd voor
een bepaalde klimaatklasse (bereik
van de kamertemperatuur) waarvan
de onder- en bovengrens moeten
worden gerespecteerd.
Het temperatuurdisplay op het bedie
ningspaneel geeft altijd de gewenste
temperatuur weer.
-
23
De juiste temperatuur
Als u de temperatuur hebt gewijzigd,
controleert u het temperatuurdisplay na
ca. 6 uur als er weinig voedsel in het
toestel zit en na ca. 24 uur als het
toestel volledig gevuld is. Pas dan
heeft het toestel de gekozen tempera
tuur werkelijk bereikt. Als de tempera
tuur na die tijd te hoog of te laag is,
stelt u een andere temperatuur in.
-
-
Mogelijke
temperatuurinstellingen
De temperatuur in de vrieszone is in
stelbaar:
– van -14 °C tot -24 °C, wanneer de
verdeler voor ijsblokjes, gemalen ijs
of fris water uitgeschakeld is
– van -18 °C tot -24 °C, wanneer de
verdeler voor ijsblokjes, gemalen ijs
of fris water ingeschakeld is
De tijd die nodig is om de laagste
temperatuur te bereiken, is afhankelijk van de opstelplaats en van de
omgevingstemperatuur. Bij een
hoge omgevingstemperatuur kan de
laagste temperatuur niet altijd wor
den bereikt.
-
-
Temperatuureenheid (Celsius/
Fahrenheit) kiezen
De temperatuur kan in Celsius of
Fahrenheit worden weergegeven.
Raak de thermometertoets aan, zodat
^
deze geel oplicht.
Onthou de positie van de toets X,
^
maar raak deze toets nog niet aan!
^ Raak de thermometertoets aan tot
deze wit oplicht en alle andere toetsen uitgaan.
^ Plaats een vinger op de positie van
de toets X en laat uw vinger op de
toets rusten.
^ Terwijl uw vinger op de toets X rust,
raakt u 1 keer de thermometertoets
aan.
^ Hou uw vinger nog 4 seconden op
de toets X, tot de toetsen c en Y op
lichten.
-
24
^
Raak zo vaak de toets X aan tot †
wordt weergegeven op het tempera
tuurdisplay.
^
Raak opnieuw de thermometertoets
aan.
-
De juiste temperatuur
Raak de toets X aan om Fahrenheit
^
of Celsius als temperatuureenheid in
te stellen:
†0: Fahrenheit als temperatuureen
heid
†1: Celsius als temperatuureenheid
† –: terug naar het menu
Nadat u een van de instellingen hebt
^
gekozen, raakt u ter bevestiging de
thermometertoets aan.
Raak zo vaak de toets X aan tot c
^
wordt weergegeven op het tempera
tuurdisplay.
^ Raak de thermometertoets aan.
U hebt de instelmodus verlaten.
Wanneer het toestel in de
instelmodus staat, wordt het deuralarm automatisch onderdrukt. Zodra de toesteldeur wordt gesloten,
wordt het deuralarm weer geacti
veerd.
Temperatuurdisplay
Het temperatuurdisplay op het be
-
-
dieningspaneel geeft altijd de gewenste temperatuur weer.
Het temperatuurdisplay knippert als
een andere temperatuur wordt inge
–
steld,
de temperatuur in het toestel met
–
verschillende graden gestegen is,
-
om koudeverlies aan te geven.
Een kortstondig koudeverlies vormt
geen probleem als dit ontstaat doordat
– de deur van het toestel één keer ge-
durende lange tijd geopend blijft,
bijv. om grote hoeveelheden levensmiddelen te plaatsen of uit het toestel te halen,
– u verse levensmiddelen invriest.
Als de temperatuur in de vrieszone
gedurende lange tijd warmer is dan
-18 °C, gaat u na of de ingevroren
levensmiddelen gedeeltelijk of volle
dig ontdooid zijn. Als dat het geval
is, dient u deze levensmiddelen zo
snel mogelijk te verbruiken!
-
-
-
-
25
Temperatuur- en deuralarm
Het toestel is voorzien van een waar
schuwingssysteem, zodat de tempera
tuur in het toestel niet ongemerkt kan
stijgen en om energieverlies te ver
mijden als de deur open blijft staan.
Waarschuwingssysteem in
-
-
-
-
schakelen
Het waarschuwingssysteem is altijd au
tomatisch actief. Het moet niet afzon
derlijk worden ingeschakeld.
-
Temperatuuralarm
Als de temperatuur te warm wordt,
knippert op het bedieningspaneel de
sensortoets voor het temperatuur-/deuralarm.
Er weerklinkt een waarschuwingssignaal.
Het temperatuurdisplay geeft de hoogste temperatuur weer die werd bereikt.
Het geluidssignaal en het visuele signaal worden bijvoorbeeld weergegeven
Temperatuuralarm vroeger uit
schakelen
Als het waarschuwingssignaal u stoort,
kunt u het vroeger uitschakelen.
-
Raak de sensortoets voor het
^
temperatuur-/deuralarm aan.
Het waarschuwingssignaal wordt uit
geschakeld.
De sensortoets voor het temperatuur/deuralarm blijft branden tot de
alarmtoestand beëindigd is.
Als de temperatuur in de vrieszone
gedurende lange tijd warmer is dan
-18 °C, gaat u na of de ingevroren
levensmiddelen gedeeltelijk of volledig ontdooid zijn. Als dat het geval
is, dient u deze levensmiddelen zo
snel mogelijk te verbruiken!
-
-
–
als bij het herschikken en uitnemen
van ingevroren levensmiddelen te
veel warme kamerlucht binnen
stroomt.
–
als u een grote hoeveelheid levens
middelen invriest.
–
na een stroomonderbreking.
Zodra de alarmtoestand beëindigd is,
stopt het waarschuwingssignaal en
gaat de sensortoets voor het
temperatuur-/deuralarm uit.
26
-
-
Deuralarm
Temperatuur- en deuralarm
Als de toesteldeur langer dan 5 minu
ten open blijft staan, weerklinkt een
waarschuwingssignaal.
Tegelijkertijd knippert de sensortoets
voor het temperatuur-/deuralarm.
Zodra de toesteldeur weer dicht is,
stopt het waarschuwingssignaal en
gaat de sensortoets voor het
temperatuur-/deuralarm uit.
Deuralarm vroeger uitscha
-
-
kelen
Als het waarschuwingssignaal u stoort,
kunt u het vroeger uitschakelen.
^ Raak de sensortoets voor het
temperatuur-/deuralarm aan.
De sensortoets voor het temperatuur/deuralarm gaat uit en het waarschu
wingssignaal wordt uitgeschakeld.
-
27
Superfrost gebruiken
Functie Superfrost
Om verse levensmiddelen optimaal in
te vriezen, dient u eerst de functie "Su
perfrost" in te schakelen.
Op die manier worden de levensmid
delen snel doorvroren en blijven de
voedingswaarde, de vitamines, het uit
zicht en de smaak behouden.
Uitzonderingen:
Als u reeds ingevroren levensmid
–
delen in het toestel plaatst.
Als u dagelijks slechts maximaal 2 kg
–
levensmiddelen in het toestel legt.
Superfrost inschakelen
De functie "Superfrost" dient u 4-6 uur
vooraf in te schakelen. Pas daarna
plaatst u de levensmiddelen die u wilt
invriezen. Als u het maximale invries-
vermogen wenst te gebruiken, dient u
24 uur vooraf de functie "Superfrost" in
te schakelen!
-
-
Superfrost uitschakelen
De functie "Superfrost" wordt automa
tisch na ca. 52 uur uitgeschakeld, af
hankelijk van de hoeveelheid ge
plaatste levensmiddelen. De aan-uit
toets licht wit op en het toestel gebruikt
weer het normale, energiebesparende
koelvermogen.
Om energie te besparen, kunt u de
functie "Superfrost" zelf uitschakelen zo
dra de temperatuur in de vrieszone
koud genoeg is.
^ Raak de aan-uittoets voor de functie
"Superfrost" aan, zodat deze wit oplicht.
Op het temperatuurdisplay wordt opnieuw de oorspronkelijk ingestelde temperatuurwaarde weergegeven.
Het toestel gebruikt weer het normale
koelvermogen.
-
-
-
-
-
^
Raak de aan-uittoets voor de functie
"Superfrost" aan, zodat deze geel op
licht.
Het toestel gebruikt nu het hoogst mo
gelijke koelvermogen voor de vrieszo
ne. Op het temperatuurdisplay ver
schijnt de nieuwe temperatuurwaarde (30 °C) die is ingesteld door de functie.
28
-
-
-
-
Loading...
+ 64 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.