Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing
voor u het toestel installeert
en in gebruik neemt.
Daardoor zorgt u voor uw veiligheid en
vermijdt u schade aan het apparaat. M.-Nr. 05 473 830
*
Page 2
Inhoud
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal gekozen, dat het milieu verdraagt en dus
opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof gespaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet gewoon met het
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde verzamel- en sorteerterrein. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
Berging van uw oud toestel
Oude toestellen bevatten nog waardevol materiaal. Geef uw oud toestel dus
niet gewoon met het grof huisvuil mee.
Vraag liever inlichtingen aan uw gemeentebestuur of aan het dichtstbijzijnde autowrak- of schrootverwerkend bedrijf omtrent de mogelijkheden om die
stoffen opnieuw te gebruiken.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kinderveilig wordt bewaard. Hou
dus rekening met de gelijknamige rubriek in de ‘Opmerkingen omtrent uw
veiligheid’.
3
Page 4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Dit toestel voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften.
Bij ondeskundig gebruik kan er
schade optreden aan het toestel en
kan de gebruiker gevaar lopen.
Lees aandachtig uw gebruiksaanwijzing voordat u uw toestel in gebruik
neemt. U vindt er belangrijke wenken omtrent veiligheid, montage,
gebruik en onderhoud. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u
schade aan het apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing
zorgvuldig. Geef ze door aan wie
het toestel eventueel na u gebruikt.
Deskundig gebruik
Dit toestel is enkel voor huishoude-
lijk gebruik bestemd.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade die werd veroorzaakt doordat
het toestel niet volgens de voorschriften gebruikt of verkeerd bediend werd.
Technisch veilig
Vergelijk eerst de aansluitgege-
vens (spanning en frequentie) op
het typeplaatje met die van uw huisinstallatie. Sluit dan pas uw toestel aan.
Deze gegevens dienen absoluut overeen te stemmen. Anders treedt er
schade op aan uw toestel. Vraag in
geval van twijfel inlichtingen aan uw
installateur.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd
indien u het op een aardingssysteem
aansluit, dat volgens de voorschriften
werd geïnstalleerd. Het is heel belangrijk dat deze fundamentele veiligheidsvoorziening voorhanden is. Laat uw
installatie bij twijfel door een vakman
nakijken. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt
doordat de aardingsleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er zijn
elektrische schokken mogelijk.
Door ondeskundige installatie- of
reparatiewerkzaamheden kunnen
er niet te onderschatten risico’s opduiken voor wie het toestel gebruikt.
Laat de installatie en de herstelling van
uw elektrische toestellen dus enkel
door een erkend vakman uitvoeren.
Het toestel is pas stroomloos in-
dien aan een van deze voorwaarden werd voldaan:
– het snoer is van het elektrisch net los-
gekoppeld;
trek daarbij niet aan het snoer, wel
aan de stekker.
– de smeltstoppen van uw installatie
zijn uitgeschakeld.
Gebruik uit veiligheidsoverwegin-
gen geen verlengsnoeren om het
toestel aan te sluiten.
Die bieden niet voldoende veiligheidsgaranties. Er bestaat onder meer gevaar voor oververhitting.
4
Page 5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik
Maak onder de wasemkap nooit
iets klaar met open vlam. Grilleren
met open vlam alsook flamberen zijn uit
den boze.
De ingeschakelde wasemkap trekt de
vlammen in de vetfilter. Door het opgezogen kookvet bestaat er brandgevaar!
Gebruikt u de wasemkap boven
een gaskookvlak? Zet dan steeds
een kookpan op de brander die in gebruik is.
Door de te sterke hitte van de vlammen
kan de wasemkap schade oplopen.
Schakel uw wasemkap telkens in
wanneer er een kookplaat of -zone
in gebruik is.
Is de wasemkap niet ingeschakeld,
dan kan er zich condenswater vormen.
Dan kan het toestel corrosie oplopen.
Indien u met olie of vet kookt, dient
u uw kookpan of frituurstel voortdurend in het oog te houden. Dat geldt
ook voor elektrische grillapparaten.
Door oververhitting kunnen olie en vet
in brand geraken en de wasemkap
vlam doen vatten.
Gebruik de wasemkap nooit zon-
der vetfilters.
Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil
afzet in het toestel. Daardoor komt de
goede werking immers in het gedrang.
De filters dient u geregeld schoon
te maken. Door erg vette filters bestaat er brandgevaar!
Gebruik om de wasemkap schoon
te maken in geen geval een toestel
dat met stoom onder druk werkt.
De stoom kan onderdelen van het toestel aanraken, die onder spanning
staan. Zo kan er kortsluiting optreden.
Montage
Hou tussen het kookvlak en de
wasemkap ter wille van de veiligheid een minimumafstand van:
– 45 cm boven een elektrisch kookvlak,
– 65 cm boven een gaskookvlak,
– 65 cm boven een Miele-elektrogrill.
Bij andere toestellen dient u de afstand
in acht te nemen, die in de bijgeleverde
handleiding wordt vermeld.
Gebruikt u verschillende kooktoestellen
onder de wasemkap en is de veiligheidsafstand telkens anders, kies dan
de grootst opgegeven afstand.
Boven ovens of fornuizen die met
vaste brandstof worden verwarmd,
mag u geen wasemkap monteren.
Gebruik voor de luchtafvoerleiding
enkel buizen of slangen van
onbrandbaar materiaal. Die zijn bij uw
handelaar of in de Technische Dienst
van Miele verkrijgbaar.
De luchtafvoer van de wasemkap
mag u niet aansluiten op een
schoorsteen die in gebruik is, noch op
een schacht die stookplaatsen ontlucht.
Zo de afvoer in een niet meer ge-
bruikte afvoerschouw moet worden
geleid, hou dan rekening met de plaatselijk geldige voorschriften.
5
Page 6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wees voorzichtig als u de wasem-
kap tegelijk gebruikt met andere
verwarmingstoestellen die lucht uit het
vertrek nodig hebben. Bv. verwarmingstoestellen met gas, stookolie of steenkool, doorstroomverwarmers, boilers,
gaskookvlakken en -ovens. De wasemkap zuigt uit het vertrek waar hij geïn-
stalleerd is, immers lucht weg, die voor
de verbranding in het verwarmingstoestel bestemd is.
Bovendien kunnen door het zuigeffect
van de wasemkap uitlaatgassen uit de
schouw terugstromen. De werking van
verwarmingsinstallaties met schouwaansluiting komt in het gedrang.
U vermijdt risico’s als er bij gelijktijdig
gebruik van de wasemkap en van een
verwarmingstoestel waarvoor lucht uit
het vertrek is vereist, een onderdruk
wordt bereikt van maximum 4 Pa
(0,04 mbar). Hierdoor verhindert u namelijk dat er uitlaatgassen uit het verwarmingstoestel worden teruggezogen.
Dit brengt u tot stand door via niet
afsluitbare openingen - bv. in deuren
en vensters, luchttoevoer- en afvoerconstructies en andere technische
maatregelen als onderlinge vergrendeling e.d. lucht voor de verbranding toe
te voeren.
Opmerking: bij de beoordeling moet u
steeds rekening houden met de globale ventilatietoestand van de woning.
In geval van twijfel neemt u het best
contact op met een beëdigd schoorsteenveger.
Gebruikt u de wasemkap met luchtcirculatie, dan gelden deze opmerkingen
niet.
6
Page 7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Enkel bij toestellen met elders
geplaatste ventilator
Bij toestellen met een elders ge-
plaatste ventilator sluit u beide
elementen via de verbindingsleiding
met stekkers op elkaar aan. Let erop
dat u de juiste toestellen combineert.
Uw oud toestel afdanken
Bij oude, niet meer gebruikte toe-
stellen trekt u de stekker uit het
stopcontact. Maak daarna snoer en
stekker onbruikbaar.
Zo vermijdt u dat uw toestel voor verkeerde doeleinden wordt gebruikt.
De fabrikant is niet aansprakelijk
voor schade die ontstaan is doordat
deze veiligheidsrichtlijnen niet in
acht werden genomen.
7
Page 8
Beschrijving van het toestel
Beschrijving van het toestel
8
Page 9
Beschrijving van het toestel
Luchtafvoertuit C 150 mm
b
Gleuf voor reukfilter
c
Bedieningspaneeltje
d
Uitschuifbare luifel
e
Voorzijdepaneeltje DFB
f
(mits toeslag verkrijgbaar)
Secundaire vetfilter
g
h
Verlichting
Primaire vetfilter
i
Knop voor de verlichting
j
Knop aan/uit voor de
k
ventilator
Het vermogen van de wasemkap kan u
op 3 niveaus aan de intensiteit van de
kookdampen aanpassen.
9
Page 10
Hoe werkt uw toestel?
Hoe werkt uw toestel?
Uw wasemkap kan werken met ...
... luchtafvoer naar buiten
De aangezogen lucht wordt door de primaire vetfilter en de daarboven liggende secundaire vetfilter gereinigd en
naar buiten afgevoerd.
Het toestel werkt met een terugslag-klep.
Als de wasemkap niet werkt, is deze
klep gesloten. Er kan geen buitenlucht
naar binnen noch binnenlucht naar buiten stromen. Zodra u het toestel inschakelt, gaat de klep open. Zo kan de keukendamp ongehinderd naar buiten.
... met circulatie
De aangezogen lucht wordt door de primaire en de secundaire vetfilter en ook
nog door een reukfilter gereinigd. Via
een uitlaatopening boven op het toestel
komt de lucht weer in de keuken terecht.
Controleer of de reukfilter is gemonteerd voor u de wasemkap voor het
eerst gebruikt. Zie rubriek ‘Reini-
ging en onderhoud’.
10
Page 11
Bediening
Het vermogen kiezen
Om de wasemkap in te schakelen,
trekt u de luifel ca. 5 cm uit.
Schuif de knop voor de ventilator op
de gewenste vermogensstand.
Naar gelang van de intensiteit van de
kookdampen kan u de ventilator met
de schuifknop op een van de drie standen plaatsen.
Bediening
De verlichting in- en uitschakelen
De verlichting kunt u altijd in- of uitschakelen. De ventilator kan intussen al dan
niet in werking zijn.
Om de verlichting in te schakelen,
schuift u de luifel ca. 3 cm uit.
Zet de knop voor de verlichting op ‘1’.
Om uit te schakelen:
Na het koken
Indien er na het koken nog damp in de
keuken hangt, laat u de wasemkap
best nog zowat 10 minuten werken.
Schakel het toestel daarna uit:
Zet de knop voor de ventilator op ‘0’
of
schuif de luifel naar binnen. Als u de
luifel de volgende keer uitschuift,
start de ventilator weer op de laatst
gekozen vermogensstand.
Zet de knop voor de verlichting op ‘0’
of
schuif de luifel naar binnen. Als u de
luifel de volgende keer uitschuift,
wordt de verlichting weer ingeschakeld.
11
Page 12
Reiniging en onderhoud
Reiniging en onderhoud
Schakel voor elke onderhoudsbeurt
de ventilator uit! Daartoe
– de stekker uit het stopcontact
verwijderen of
– de smeltstoppen van uw huisinstallatie uitschakelen.
Ommanteling
Maak de ommanteling met een heet,
niet agressief sopje schoon.
Vervolgens met een doek droogwrijven.
Gebruik nooit reinigingsmiddel dat
zand, soda, zuur of chloriden bevat.
Dat tast het oppervlak aan.
De vetfilters
De vetfilters in het toestel nemen de
vaste bestanddelen van de kookdampen op (vet, stof e.d.). Dit verhindert
dat het toestel vuil wordt. Er zijn opnieuw te gebruiken metalen vetfilters
ingebouwd.
Het toestel werkt met een primaire fil-ter die onder aan het toestel zichtbaar
is. Daarboven ligt nog een secundairefilter.
Het verdient aanbeveling de vetfilters
om de 3 à 4 weken schoon te maken.
Zo vermijdt u dat het vet vastklontert.
Het is belangrijk steeds beide filters
tegelijkertijd te reingen. Door erg
verzadigde vetfilters vergroot het
brandrisico!
12
Page 13
Reiniging en onderhoud
Primaire vetfilter
Schuif de luifel ietwat uit om de primaire vetfilter uit te nemen.
Schakel de ventilator uit.
Zwenk de primaire vetfilter vooraan
ca. 3 cm naar onderen en trek hem
naar voren uit.
Secundaire vetfilter
Trek de luifel helemaal open.
Nu ziet u ook de secundaire filter in het
toestel zitten.
Maak de vetfilters schoon -
– met de hand: met een afwasborstel
in warm water met afwasmiddel voor
manuele afwas erin.
– in de afwasautomaat: zet de filters
verticaal in de onderste korf.
Als u de vetfilters in de afwasautomaat laat afwassen, kan het filteroppervlak naar gelang van het
gebruikte afwasmiddel op de duur
verkleuren. Dit schaadt de werking
van de vetfilters echter niet.
Leg de filters na het schoonmaken
nog op een vochtopnemend voorwerp te drogen.
Wanneer de filters uitgenomen zijn,
kan u de bereikbare onderdelen van
de behuizing van vet ontdoen. Zo
vermijdt u brandgevaar.
Trek hem aan de handgreep omlaag.
13
Page 14
Reiniging en onderhoud
De vetfilters monteren
Secundaire vetfilter
Hang de filter achter in het toestel.
Zwenk hem vooraan naar boven toe
en laat hem links en rechts in zijn
juiste stand komen tot u een klik
hoort.
Primaire vetfilter
Draai de primaire vetfilter zo dat de
rode kunststof schuivers zich vooraan bevinden en naar boven wijzen.
Schuif de primaire vetfilter langs onder in de uitgetrokken luifel en hou
hem vast.
14
Duw de vetfilter met uw vingers
zachtjes naar boven en schuif de luifel naar binnen. De vetfilter glijdt intussen op de steuntappen.
Page 15
De reukfilter plaatsen / vervangen
Zo uw wasemkap met circulatie moet
werken, monteer dan niet enkel de vetfilters, maar ook nog een reukfilter. Die
houdt de reukstoffen tegen, die tijdens
het koken optreden. Deze filter schuift
u in de gleuf in de voorzijde van het
toestelomhulsel.
Deze reukfilter is bij uw handelaar en
in de Technische Dienst van Miele
verkrijgbaar. Het type en het bestelnummer van de filter vindt u in de
rubriek ‘Technische gegevens’.
Reiniging en onderhoud
Hou bij het monteren rekening met
de handleiding die bij de filter wordt
geleverd.
Vervang de reukfilter zodra de reukstoffen niet meer voldoende worden
tegengehouden.
Vervang hem uiterlijk om de
6 maand.
15
Page 16
Reiniging en onderhoud
Reiniging en onderhoud
De lamp vervangen
Indien de verlichting niet werkt, kan de
lamp of de starter defect zijn.
Maak de wasemkap stroomloos.
Daartoe
– de stekker uit het stopcontact
verwijderen of
– de smeltstoppen van uw huisinstallatie uitschakelen.
Neem de primaire vetfilter uit het toestel als tevoren beschreven.
Draai de schroeven aan het lampdeksel links en rechts uit. Duw het
deksel intussen wat omhoog opdat
het niet op het kookvlak valt.
Neem het lampdeksel er langs onderen uit.
Vervang de lamp of de starter.
Zet het deksel terug en bevestig het.
16
Zet de primaire vetfilter terug op zijn
plaats.
Page 17
Technische dienst
Technische dienst
Neem bij storingen die u niet zelf kunt
oplossen, contact op met
– uw Miele-handelaar
of
– de Technische Dienst van Miele.
Het adres en telefoonnummer van onze
Technische Dienst vindt u op de rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Zo u daar een beroep op doet, geef
dan a.u.b. altijd het machinetype en
-nummer op. Beide gegevens vindt u
op het typeplaatje. Dat wordt zichtbaar
nadat u de vetfilter hebt uitgenomen.
17
Page 18
Afmetingen van het toestel
Afmetingen van het toestel
18
Page 19
* Het voorzijdepaneeltje DFB is mits
toeslag verkrijgbaar.
** Bij deze minimumdiepte dient u achter het apparaat de rugwand van de
wandkast te verwijderen. Zie volgende
bladzijde.
De wandkast dient minstens 460 mm
hoog te zijn. Anders kan u de luchtafvoerleiding niet probleemloos op de
luchtafvoertuit monteren.
Afmetingen van het toestel
Hou de gleuf voor de reukfilter
werking met circulatie toegankelijk.
b bij
19
Page 20
Afmetingen van het toestel
Inbouwdiepte van de wandkast
De vereiste inbouwdiepte hangt af van
het gekozen voorzijdepaneeltje en van
de plaats waar dat wordt aangebracht.
Toestel met voorzijdepaneeltje DFB
Monteert u het toestel zo dat het voorzijdepaneeltje keurig op één lijn komt met
de voorzijde van de wandkast, dan gelden volgende inbouwdiepten A:
A = minstens 273 mm bij een 16 mm
dikke meubeldeur
A = minstens 270 mm bij een 19 mm
dikke meubeldeur
Toestel met een voorzijdepaneeltje
van uw inbouwkeuken
Monteert u het toestel in een wandkast
naast een rij keukenmeubelen en
brengt u daar het voorzijdepaneel van
uw inbouwkeuken op aan? Dan hebt u
achter dat paneel minstens een inbouwdiepte B nodig van 275 mm.
Met de kunststof lijst C kunt u de spleet
tussen de achterzijde van het toestel
en de wand zowat 10 à 70 mm dichten.
20
Page 21
Hangt u de wandkast zonder rugwand op zonder kasten ernaast,
monteer dan een dwarsplaat om de
kast stabieler te maken.
Deze dwarsplaat, nl. de Miele
DT 60, is in overeenstemming met
de breedte van de wandkast als toebehoren verkrijgbaar.
Afmetingen van het toestel
21
Page 22
Montage
Montage
Montagetoebehoren
22
Page 23
Montage
1 slangklem om de luchtafvoerlei-
b
ding op de luchtafvoertuit te bevestigen.
1 verloopmof voor een luchtafvoer-
c
leiding met 100 mm diameter.
1 verloopmof voor een luchtafvoer-
d
leiding met 125 mm diameter.
1 terugslagklep om in de lucht-
e
afvoertuit te monteren.
2 montagerails
f
(1 rechts en 1 links) om het toestel in
de wandkast te schuiven.
2 afdeklijsten
g
om het toestel opzij af te dekken bij
montage in een 60 cm brede wandkast.
Paneel
h
om de gleuf voor de reukfilter te bekleden.
Bevestigingslijst
i
voor het voorzijdepaneeltje.
1 afstandslijst
j
om de spleet tussen de achterzijde van
het toestel en de wand te dichten.
8 schroeven
4x16 mm
Om de montagerails
te bevestigen.
6 zelftappende schroeven
3,5x9,5 mm
2 om het lampendeksel
tigen
l,
4 om de afdeklijsten
1 reep met 3 kleefstroken
om het voorzijdepaneeltje
van uw inbouwkeuken op de bevestigingslijst
2 om de bevestigingslijst
te schroeven;
5 om het voorzijdepaneeltje van uw inbouwkeuken op de bevestigingslijst
te bevestigen.
i te kleven.
7 schroeven
3x15 mm
f in de wandkast
k te beves-
g te bevestigen.
i op de luifel
i
1 lampendeksel
k
met een rechter en linker steun
o
.
Schroevendraaier om de meubeldeur
te stellen als het toestel ingebouwd is.
23
Page 24
Montage
Montage
Boven ovens of fornuizen die met
vaste brandstof worden verwarmd,
mag u geen wasemkap monteren.
Hou tussen het kookvlak en de
wasemkap ter wille van de veiligheid een minimumafstand van:
– 45 cm boven een elektrisch
kookvlak,
– 65 cm boven een gaskookvlak,
– 65 cm boven een Miele-elektrogrill.
Meer hierover in de rubriek ‘Opmer-
kingen omtrent uw veiligheid’.
Volgorde bij de montage
1.Terugslagklep (indien vereist)
2.Verloopmof (indien vereist)
3.Montagerails in de wandkast
aanbrengen.
4.Meubeldeur monteren en stellen.
5.Toestel in de wandkast schuiven.
6.Toestel in de hoogte regelen.
7.Voorzijdepaneeltje bevestigen.
Voor u gaat monteren, dient u de luchtafvoertuit van de wasemkap uit te rusten naar gelang van de toepassing.
1. Terugslagklep
Werking met luchtafvoer
Steek de terugslagklep in de luchtafvoertuit van de motor zodat de kleppen naar boven toe opengaan.
Zo er in het luchtafvoersysteem al
een terugslagklep zit (bv. in de muurbuis), hoeft dat niet.
Werking met circulatie
In dit geval is er geen terugslagklep
vereist.
8.Toestel in de diepte regelen.
9.Zijdelingse afdeklijsten, afstandslijst
en lampendeksel monteren.
10. Toestel voorbereiden voor werking
met luchtafvoer of circulatie.
11. Elektrische aansluiting uitvoeren.
24
Page 25
Montage
2. Verloopmof
Werking met luchtafvoer
Het toestel is uitgerust om met een
luchtafvoerleiding van 150 mm ø te wer-
ken.
Voor een 125 mm ø-luchtafvoerleiding:
Steek de bijgeleverde verloopmof op
de luchtafvoertuit. Draai de mof om
hem te blokkeren. Zie ook de rubriek
‘Aansluiting van de luchtafvoer’.
3. Montagerails
Eerst dient u de twee montagerails in
de wandkast aan te brengen.
Inbouwpositie van de montagerails
De positie van die rails hangt af van het
gekozen voorzijdepaneeltje.
Toestel met voorzijdepaneeltje DFB:
Voor een 100 mm ø-luchtafvoerleiding:
Steek eerst de bijgeleverde verloopmof met 125 mm ø op de luchtafvoertuit. Steek daarna de bijgeleverde
verloopmof met 100 mm ø op die
van 125 mm ø. Zie ook de rubriek
‘Aansluiting van de luchtafvoer’.
Werking met circulatie
Steek de verloopmof met 125 mm ø
op de luchtafvoertuit, zoals hiervoor
beschreven.
Trek 100 mm achter de voorkant van
de wandkast een ca. 20 cm lange
verticale streep in de kast, zowel
links als rechts.
25
Page 26
Montage
Toestel met het voorzijdepaneeltje van
uw inbouwkeuken:
Bepaal eerst de positie van het voorzijdepaneel: neem bij de wandkast
ernaast de maat ‘B’ tussen de voorkant van de kast (zonder deur) en de
achterkant van de lichtlijst.
De montagerails aanbrengen
(standaard-wandkast: 60 cm breed
met 16 mm dikke zijwanden)
Schroef de montagerails in de wandkast. Hou elke rail met de onderkant
keurig op dezelfde lijn met de onderkant van de wandkast. De eerste rij
schroeven komt op de gemarkeerde
verticale streep. De aanduiding
‘16 mm’ wijst naar boven. Bevestig
de rail met de schroeven 4 x 16 mm.
Speciale gevallen: voor de montage in
een wandkast met 19 mm dikke zijwanden dient u rekening te houden met de
tips vermeld onder ‘Speciale gevallen’
op het einde van deze rubriek.
Trek bij maat ‘C’ een ca. 20 cm lange verticale streep zowel links als
rechts in de wandkast.
Is ‘B’ kleiner dan 20 mm, kies dan
voor maat ‘C’ 100 mm.
Ligt maat ‘B’ tussen 20 en 40 mm,
kies dan 124 mm voor maat ‘C’.
Monteert u het toestel in een Mielewandkast en brengt u daar een voorzijdepaneeltje van Miele op aan, dan zijn
de vereiste gaatjes reeds in de wandkast geboord.
26
4. De meubeldeur monteren
Voordat u het toestel inbouwt, dient u
de deur van de wandkast te monteren
en te stellen.
Voor het geval dat u
de meubeldeur na de
montage van het toestel nog eens moet
bijregelen en de
scharnieren niet bereikbaar zijn, is er
een speciaal stuk gereedschap bijgeleverd.
Page 27
Montage
5. Het toestel in de wandkast
schuiven
Til de wasemkap in de wandkast. De
steunrails van het toestel rusten op
de montagerails. Schuif het toestel
tot aan de aanslag in de wandkast.
De steunrails schuiven intussen onder de kantelbeveiliging
b
.
De regelschroeven
gerails schuiven door de openingen
van de steunrails.
Klap met een kleine schroevendraaier de blokkering
schroeven
omlaag.
c
van de monta-
c
voor de regel-
d
6. Het toestel in de hoogte
regelen
Qua hoogte kunt u de positie aanpassen met de schroeven
Regel het toestel zo dat het waterpas hangt.
Draai schroef
toestel omhoog, naar links om het
omlaag te brengen.
Doe dan de kastdeur dicht en zie na
of u de luifel vlot in- en uitschuift.
Regel eventueel wat bij.
Voor u het toestel in de diepte regelt,
monteert u het voorzijdepaneeltje.
naar rechts om het
e
e
.
27
Page 28
Montage
7 a. Het voorzijdepaneeltje
DFB monteren
Raadpleeg de handleiding die wordt
bijgeleverd.
7 b. Het voorzijdepaneeltje van
uw inbouwkeuken monteren
Kleef het voorzijdepaneeltje van uw
inbouwkeuken op de gewenste hoogte op de bevestigingslijst.
Neem de bevestigingslijst met het
erop gekleefde voorzijdepaneeltje
weer af.
Steek de bevestigingslijst in de openingen in de luifel.
Bevestig de lijst door de schroeven
3 x 15 mm langs onder in de luifel te
draaien.
Maak van de bijgeleverde reep de
drie dubbelzijdige kleefstrookjes los
en kleef die op de bevestigingslijst.
Trek de beschermfolie van de kleefstrookjes weg.
28
Zet het voorzijdepaneeltje vast met 5
schroeven 3 x 15 mm; twee links,
twee rechts en een in het midden.
Monteer het voorzijdepaneeltje nu
weer op het toestel.
Page 29
Montage
8. Het toestel in de diepte
regelen
Moet het toestel meer naar voren?
Zet de schroeven
schroeven
toestel vast te zetten, draait u de
schroeven
Moet het toestel meer naar achter?
Zet de schroeven
schroeven
toestel vast te zetten, draait u de
schroeven
naar rechts. Om het
f
weer aan.
c
naar rechts. Om het
c
weer aan.
f
los en draai de
c
los en draai de
f
9 a. Afdeklijsten voor de zijkanten van het toestel
(Standaard-wandkast: 60 cm breed)
De spleten tussen de zijkanten van het
toestel en die van de wandkast worden
met twee afdeklijsten gedicht.
Snij eerst met een mes de vereiste
uitsparingen uit de lijst die aan de
kant van het kastscharnier komt.
Schroef de afdeklijsten met de
schroeven 3,5 x 3,9 mm op de ommanteling van het toestel en druk ze
opzij tegen de kastwanden.
Zie na of de regeling klopt door de
luifel nog eens in en uit te schuiven.
29
Page 30
Montage
9 b. Afstandslijst aan rugzijde
van het toestel
Meet eerst de af te dichten spleet ‘T’
tussen de rugzijde van het toestel en
de wand.
Snij van de bijgeleverde afstandslijst
een deel af zodat maat ‘T’ overblijft.
9 c. Lampendeksel
Trek de luifel ietwat naar voren.
Zwenk de primaire vetfilter vooraan
ietwat naar onderen en trek hem
langs voren uit.
Steek beide houders opzij op het
lampendeksel.
Steek de afstandslijst op de onderkant van het toestel.
Klap de zijdelingse afdekkapjes naar
boven toe en duw ze ertgenaan.
30
Bevestig het deksel met de bijgeleverde zelftappende schroeven
3,5 x 9,5 mm.
Page 31
Montage
De primaire vetfilter terugplaatsen:
Draai de primaire vetfilter zo dat de
rode kunststof glijstukjes zich vooraan bevinden en naar boven wijzen.
Plaats de primaire vetfilter langs onderen in de uitgeschoven luifel en
hou hem tegen.
10 a. Klaarmaken voor
werking met luchtafvoer
Steek het bijgeleverde paneeltje in
de gleuf voor de reukfilter.
Sluit de luchtafvoerleiding op de
luchtafvoertuit van de wasemkap
aan met behulp van een slangklem.
Ga verder te werk als in de rubriek
‘Aansluiting van de luchtafvoer’.
Duw de vetfilter met de vingers ietwat naar boven en schuif de luifel
naar binnen. De vetfilter glijdt intussen op de steuntappen.
31
Page 32
Montage
10 b. Aansluiten op werking
met circulatie
Is het onmogelijk een luchtafvoerleiding
aan te leggen, sluit dan het toestel aan
op werking met circulatie.
Daartoe zijn de volgende onderdelen
vereist. Die zijn in de Technische
Dienst van Miele en bij uw Miele-handelaar verkrijgbaar.
– Ombouwset voor werking met circu-
latie (125 mm ø)
– Reukfilter: zie rubriek ‘Technische ge-
gevens’
Aansluiting
Tijdens de montage van de wasemkap
in een wandkast dient u in de bovenste
kastplank een luchtuitlaattrechter
aan te brengen. Verbind de luchtafvoertuit
en de luchtuitlaattrechter c via
b
een passende buis of slang
Loopt de kast of de bekleding door tot
tegen het plafond, maak dan een passende opening in de voorzijde
d
c
.
.
e
Laat de lamellen van het luchtuitlaatrooster niet naar de wand of het plafond, maar naar het midden van het
vertrek wijzen.
Vooraan op het toestel zit een gleuf
voor de reukfilter.
Breng de reukfilter aan. Zie rubriek
‘Reiniging en onderhoud’.
11. Het toestel op het stroomnet aansluiten
Hou rekening met de rubrieken
‘Elektrische aansluiting’ en ‘Opmerkingen omtrent uw veiligheid’ voor u
het toestel elektrisch aansluit.
Steek de stekker in het stopcontact.
32
Page 33
Speciale gevallen
Montage in een wandkast met 19 mm
dikke zijwanden
Pas de montagerails aan als op de
afbeelding hierboven.
Montage
Schroef de montagerails met de markering ‘19 mm’ naar boven toe in de
wandkast.
33
Page 34
Luchtafvoerleiding
Luchtafvoerleiding
Risico op vergiftiging!
Hou rekening met de rubriek
‘Opmerkingen omtrent uw veiligheid’
– De afvoerleiding dient zo kort en
recht mogelijk te zijn.
– De diameter van de afvoerleiding
mag niet kleiner zijn dan 150 mm.
Gebruikt u luchtafvoerleidingen met
een diameter kleiner dan 150 mm of
vlakke luchtafvoerkanalen, dan veroorzaakt de wasemkap meer lawaai. Het afzuigvermogen wordt
dan ook erg beperkt.
– Verklein de diameter van de luchtaf-
voerleiding enkel in uiterste nood,
bv. indien die leiding reeds bestond.
– Pas wijde bochten toe. Door kleine
bochten vermindert het luchtafvoervermogen van het toestel.
– Gebruik voor de aansluiting van de
luchtafvoerleiding enkel gladde buizen of soepele slangen van onbrandbaar materiaal.
– Zo u de afvoerleiding horizontaal
monteert, dient u een minimumverval
van 1 cm per meter te voorzien.
Zo kan er geen condenswater in het
toestel lopen.
– Wordt de lucht naar buiten afge-
voerd, dan is een telescopische
Miele-muurbuis aan te bevelen.
– Leidt u de afvoer in een schouw,
richt de afvoertuit dan in de richting
waarin de lucht wordt afgevoerd.
Belangrijk!
Monteert u de luchtafvoerleiding
door koele vertrekken, zolders e.d.?
Dan kan er op bepaalde punten
een groot temperatuurverschil ontstaan. Er kan dus condenswater
worden gevormd.
In zo’n geval dient u de luchtafvoerleiding voldoende te isoleren.
34
Page 35
Elektrische aansluiting en technische gegevens
Elektrische aansluiting en technische gegevens
Elektrische aansluiting
Deze wasemkap mag enkel worden
aangesloten op een naar behoren
geïnstalleerd stopcontact met aarding
van 230V ~ 50 Hz.
Om de veiligheid te verhogen, verdient
het aanbeveling een verliesstroomschakelaar met een uitschakelstroom van
30 mA voor het toestel te schakelen.
De aansluiting van uw apparaat op het
stroomnet kan u het best aan een bevoegd elektricien toevertrouwen. Die
dient de plaatselijke reglementering te
kennen en nauwgezet te volgen.
Het verdient aanbeveling de aansluiting via een stopcontact uit te voeren.
Dit vergemakkelijkt immers eventuele
tussenkomsten van de naverkoopdienst. Let erop dat het stopcontact
nog toegankelijk is wanneer het toestel
ingebouwd is.
Is het stopcontact voor de gebruiker na
het inbouwen niet meer toegankelijk of
is er een vaste aansluiting voorzien,
dan moet die voor elke fase met een
stroomonderbreker uitgerust zijn. Als
stroomonderbrekers kunnen er schakelaars worden gebruikt met een contactopening van meer dan 3 mm. Bijvoorbeeld automatische schakelaars,
smeltstoppen en contactsluiters.